Locatiegids De Atlas

Locatiegids 2015-2016

De Atlas SO

Wielingenstraat 103 3313 EV Dordrecht Vestigingsnummer: 01UC-12

Yulius Onderwijs| Locatiegids de Atlas 2015-2016

Inhoud 1

2

3

4

5

Profiel van de locatie ...........................................................................................2 1.1 Onderwijsvisie .............................................................................................2 1.2 Kengetallen .................................................................................................2 1.3 Omschrijving van de doelgroep .........................................................................4 1.4 Ontwikkelingsperspectief ................................................................................5 1.5 Ondersteuningsbehoefte .................................................................................6 1.6 Pedagogisch klimaat ......................................................................................8 Onderwijs ....................................................................................................... 11 2.1 Leerstofaanbod en didactisch handelen ............................................................. 11 2.2 ICT-gebruik ............................................................................................... 11 2.3 Onderwijsarrangementen .............................................................................. 12 2.4 Lestijden en pauzes ..................................................................................... 12 2.5 Schema onderwijsarrangementen .................................................................... 13 2.6 Leertijd .................................................................................................... 14 2.7 Vakkenaanbod ............................................................................................ 14 2.8 Leerlingvolgsysteem en rapport ...................................................................... 15 2.9 Het team .................................................................................................. 15 2.10 Positionering in de omgeving .......................................................................... 17 Praktische informatie ......................................................................................... 18 3.1 Lesuitval .................................................................................................. 18 3.2 Ziekte/Afwezigheid ..................................................................................... 18 3.3 Verzuim ................................................................................................... 18 3.4 Vakanties .................................................................................................. 18 3.5 Schoolreis en schoolactiviteiten ...................................................................... 18 3.6 Roken ...................................................................................................... 18 3.7 Eten en drinken .......................................................................................... 18 3.8 Mobiele telefoons ....................................................................................... 19 3.9 Medicatie.................................................................................................. 19 3.10 Leerlingenvervoer ....................................................................................... 19 3.11 Schoolfotograaf .......................................................................................... 19 3.12 In en rond de locatie .................................................................................... 19 3.13 Schade ..................................................................................................... 19 3.14 Sportkleding .............................................................................................. 19 Contact met ouders/verzorgers ............................................................................. 20 4.1 Ouderavonden ............................................................................................ 20 4.2 Medezeggenschapsraad ................................................................................. 20 4.3 Oudergroep ............................................................................................... 20 4.4 Klassenouders ............................................................................................ 20 4.5 Nieuwsbrief en weekbrief .............................................................................. 20 4.6 Website .................................................................................................... 21 4.7 E-mailadres ............................................................................................... 21 4.8 Klachtenregeling ......................................................................................... 21 Ontwikkelplan .................................................................................................. 22 5.1 Inspectie van het Onderwijs ........................................................................... 22 5.2 Audit ....................................................................................................... 22 5.3 Zelfevaluatie ............................................................................................. 23

Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

1

1 Profiel van de locatie 1.1 Onderwijsvisie In mei 2015 is Yulius Onderwijslocatie De Dijk verhuisd van Papendrecht naar Dordrecht. In Papendrecht lag onze school langs een dijk. In Dordrecht is dat niet het geval en we vonden deze naam daarom niet passend meer. Samen met leerlingen en ouders hebben wij een naam gekozen waarin onze visie tot uiting komt. Onze visie is dat elke leerling een eigen plek in de maatschappij verdient. Ons streven daarbij is om de leerling op te leiden tot een individu dat zich op eigen wijze staande kan houden in de wereld om zich heen. In onze ogen is onze locatie een wereldschool, die vanaf 1 september 2015 ‘De Atlas’ heet. Een atlas kan leerlingen helpen de route te vinden tijdens hun ontdekkingsreis in de wereld om zich heen. Wij willen die bewegwijzering voor onze leerlingen zijn. We leren leerlingen welke wegen zij kunnen bewandelen om (beter) te kunnen functioneren in de maatschappij. We zetten onze kennis en expertise zo in dat onze leerlingen (weer) tot leren kunnen komen. Dat doen we door kwalitatief onderwijs te bieden waarbij ieder kind ertoe doet. Door het onderwijs en de zorg aan te laten sluiten bij de mogelijkheden en talenten van de leerlingen is De Atlas een school waarin we met elkaar kansen creëren in het onderwijs, de maatschappij en de wereld. Kernbegrippen uit de onderwijsvisie van De Atlas zijn: van indiceren naar arrangeren, van zorg naar ondersteuning en van beperkingen naar mogelijkheden. De Atlas werkt bij de uitwerking van haar missie en visie vanuit de vijf overkoepelende kernwaarden van Yulius Onderwijs:  klantgericht;  samenwerkingsgericht;  resultaatgericht;  betrokken;  professioneel. Ons onderwijskundig en didactisch handelen is erop gericht om leerlingen succeservaringen op te laten doen binnen het onderwijs. Wij zien ouders/verzorgers hierbij als ervaringsdeskundigen en zetten hun expertise in binnen ons onderwijsaanbod door voortdurend met hen in gesprek te gaan. Het pedagogisch klimaat is positief en vooruitstrevend. We stellen steeds hogere doelen voor onze leerlingen, waar nodig met individuele aanpassingen. We werken met onderwijsarrangementen en bieden zo kindgericht onderwijs. Binnen onze locatie streven we naar een veilige, overzichtelijke en uitdagende leeromgeving, waar onze leerlingen zich optimaal kunnen ontplooien. We zien onze school als een lerende organisatie met een toekomstgericht team.

1.2 Kengetallen De Atlas biedt speciaal onderwijs aan gemiddeld 100 leerlingen in de leeftijd van vier tot dertien jaar. Onze leerlingen komen vooral uit de samenwerkingsverbanden Passend onderwijs van Dordrecht en Drechtsteden; De Atlas vervult een regiofunctie. Een aantal (residentiële) leerlingen volgt in de ochtend les op De Atlas en krijgt in de middag behandeling, bijvoorbeeld op ’t Startblok in Dordrecht. Op deze behandellocatie bevindt zich ook onze BeO-klas, een onderwijsvorm waarbij behandeling en onderwijs (BeO) samen aangeboden worden in een klas. Zorg- en onderwijsmedewerkers houden een gezamenlijke intake voor de leerlingen van de BeO’s. Het onderwijs voor deze klas wordt vormgegeven en aangestuurd vanuit De Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

2

Atlas. De klas is nu nog gehuisvest op Yuliuslocatie De Kreek aan de Overkampweg in Dordrecht. Ons streven is om de klas lopende dit schooljaar ook te huisvesten in het gebouw van De Atlas.

Instroom De   

instroom van onze leerlingen komt doorgaans vanuit: Regulier basisonderwijs gemiddeld 60% Speciaal Basisonderwijs (SBO) gemiddeld 30% Speciaal Onderwijs extern en intern (SO) gemiddeld 10%

Uitstroom De Atlas voert als Yulius Onderwijslocatie een actief uitstroombeleid: zodra het mogelijk en/of nodig is, begeleiden wij onze leerlingen (terug) naar het regulier onderwijs of naar een andere vorm van speciaal onderwijs, zoals cluster 3. Hierdoor komt het voor dat leerlingen de locatie tussentijds verlaten. Indien een leerling tussentijds overstapt of eindschoolverlater is en na de zomervakantie naar het voortgezet onderwijs gaat, wordt in overleg met de Commissie voor de Begeleiding (CvB) van De Atlas een passende school gezocht en wordt de leerling begeleid bij de overstap. Bij doorstroom naar een andere school voor speciaal onderwijs (SO) of uitstroom naar een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs is een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) van een samenwerkingsverband Passend onderwijs nodig. Wilt u meer weten over passend onderwijs of de TLV en het aanvragen daarvan? Kijk dan op https://www.passendonderwijs.nl/in-en-om-de-school/toelaatbaarheidsverklaringen/. Vragen over een TLV kunt u ook stellen op onze locatie of aan het Servicecentrum Onderwijs van Yulius (maandag tot en met vrijdag, 08.30 – 12.30 uur, telefoonnummer 088-405 64 10). De uitstroom bij de eindschoolverlaters is heel divers: van praktijkonderwijs tot en met vwo. De mogelijkheid tot tussentijdse (terug)plaatsing naar het basisonderwijs of een andere vorm van speciaal onderwijs wordt continu bekeken en besproken. Binnen de gemeente Papendrecht en het Samenwerkingsverband PO Drechtsteden hebben wij actief deelgenomen aan de pilot: ‘Van cluster 4 naar regulier’. Hierin hebben we een stappenplan gemaakt voor de terugplaatsing van een leerling naar het regulier onderwijs. Dit stappenplan ligt ter inzage op De Atlas.

(Eind)schoolverlaters

2012-2013

2013-2014

2014-2015

Basisonderwijs: 

Regulier

-

1

2



andere vorm speciaal onderwijs

-

-

-

Voortgezet onderwijs:

Totaal



regulier

4

3

6



voortgezet speciaal onderwijs Yulius

19

12

11



andere vorm van voortgezet speciaal onderwijs

1

1

4

24

17

23


3

1.3 Omschrijving van de doelgroep Leerlingen van de Atlas hebben gedrags- of psychiatrische problematiek of een vermoeden hiervan. Deze gaan vaak gepaard met leerproblemen. Dat zien we terug in hun didactische en sociaalemotionele ontwikkeling. Ze zijn daarom (nog) niet in staat om het onderwijsaanbod van het reguliere basisonderwijs of Speciaal Basisonderwijs te volgen. Als een leerling op school overvraagd wordt, kan dit mogelijk ook leiden tot gedragsproblemen in de thuissituatie. Een plaatsing op De Atlas biedt dan rust, zowel thuis als op school, doordat de leerling profiteert van een gestructureerd onderwijsaanbod waarbij specifieke aandacht is voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Iedere leerling met een TLV (toelaatbaarheidsverklaring) van een samenwerkingsverband Passend onderwijs is plaatsbaar De Atlas. Ons uitgangspunt hierbij is dat de leerlingen plaatsbaar zijn die een IQ van 60 of hoger hebben. Een didactische achterstand vormt geen belemmering bij plaatsing. We zien bij onze leerlingen doorgaans een of meer van volgende problemen in de sociaalemotionele ontwikkeling:  werkhoudingproblematiek; onder andere problemen met concentratie, motivatie, plannen;  gebrek aan zelfvertrouwen, faalangst en/of een negatief zelfbeeld;  gedrags- en/of opvoedproblemen;  te weinig zelfredzaam en/of kwetsbaar;  er is sprake van gedragsproblemen ten gevolge van of een ernstig vermoeden van: o pervasieve ontwikkelingsstoornissen, zoals een stoornis in het Autistisch spectrum; o aandachts- en gedragsstoornissen, zoals aandachtstekort, hyperactiviteit of opstandig gedrag; o ticstoornissen, zoals het syndroom van Gilles de la Tourette; o stoornissen op de kinderleeftijd zoals verschillende vormen van angst, scheidingsangst, sociale angst, hechtingsproblematiek en/of angst voor school;  er is sprake van ernstige problemen in de motivatie om naar school te gaan;  leerlingen bij wie de thuissituatie dreigt te escaleren of al is geëscaleerd, omdat de leerling door problemen in de prikkelverwerking op school overvraagd wordt;  leerlingen met psychosomatische klachten, zoals hoofdpijn en buikpijn zonder dat hiervoor een medische oorzaak is gevonden.

De groepen Onze leerlingen ondervinden onderwijsbelemmeringen door psychiatrische stoornissen, gedragsproblemen en ontwikkelingsproblemen. Onze groepen worden door de Commissie voor de Begeleiding en het leerkrachtenteam samengesteld op basis van specifieke leerlingkenmerken, zoals didactisch niveau, (sociaal-emotionele) leeftijd en problematiek. Omdat onze locatie zoveel mogelijk een afspiegeling van de maatschappij wil zijn, hebben we er bewust voor gekozen om leerlingen met internaliserende en externaliserende problematiek binnen één groep te plaatsen. Leerlingen met internaliserende problematiek laten veelal angstig, teruggetrokken en/of depressief gedag zien. Zij zijn vaak faalangstig, hebben weinig zelfvertrouwen, een negatief zelfbeeld, zijn weinig zelfredzaam en kwetsbaar. Met name leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum kampen met deze problematiek. Externaliserende leerlingen zijn vaak kinderen met een vorm van ADHD, ODD of een afgeleide hiervan. Zij kunnen sociaal onaanvaardbaar gedrag vertonen zoals schelden en dreigen en zijn doorgaans overactief, impulsief en/of agressief. Ook deze leerlingen hebben een laag cognitief zelfbeeld en een verminderde prestatiemotivatie. Voor alle leerlingen geldt dat zij een pedagogisch klimaat nodig hebben dat positief, stimulerend en uitdagend is. Binnen de locatie hanteren we met elkaar dezelfde regels en ligt de nadruk op prikkelbeperking, in elke klas geldt dat er ordening en structuur geboden wordt. Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

4

Vanwege de samenstelling van de groepen hanteren wij niet het klassensysteem van groep 1 tot en met 8, maar hebben onze groepen dierennamen. De groepen dragen de naam dragen van het dier dat symbool staat voor een werelddeel. De groepsnamen zijn: de Walibi’s (Australië), de Bizons (Amerika), de Wolven (Europa) , Tijgers (Azië), Cheeta’s (Afrika) en Pinguïns (Antarctica).

LVB-groepen De Atlas heeft een aantal groepen voor kinderen met een lichte verstandelijke beperking (LVB). Leerlingen met een IQ vanaf 55 die ook onderwijsbelemmeringen hebben door psychiatrische stoornissen en gedragsproblemen, kunnen hier terecht. Om leerlingen ondanks hun complexe problematiek succeservaringen op te kunnen laten doen en tot leren te komen, ligt het tempo en het niveau van de lesstof lager in de LVB-groepen.

De BeO-groep Deze specifieke vorm van behandeling en onderwijs is bestemd voor leerlingen die door hun kinderpsychiatrische problematiek moeite hebben om vaardigheden te ontwikkelen. Vaak is de problematiek van het kind het meest zichtbaar op school, omdat daar veel vaardigheden van hen gevraagd worden. In deze groep zitten leerlingen met internaliserende en externaliserende problematiek. Voor allen geldt dat zij (nog) niet kunnen functioneren in het reguliere of speciaal onderwijs. Bij de aanmelding is een verwijzing (van bijvoorbeeld de huisarts) noodzakelijk. Doel van deze onderwijs/zorgcombinatie is om leerlingen (en hun ouders) kortdurend en intensief te begeleiden. Het doel is om ze terug te laten stromen naar een passende plek in het regulier of speciaal onderwijs, met een lichtere, ambulante vorm van zorg. Leerlingen binnen de BeO-klas krijgen de kernvakken aangeboden.

1.4

Ontwikkelingsperspectief

Ontwikkelperspectiefplan (OPP) Bij aanvang van het schooljaar wordt voor iedere leerling binnen zes weken het vereiste ontwikkelperspectiefplan (OPP) vastgesteld. Dit OPP wordt door de Commissie voor de Begeleiding (CvB) opgesteld. De CvB bepaalt de onderwijsrelevante beginsituatie en de onderwijsbehoefte van elke leerling die instroomt op De Atlas. De CvB legt dit vast in het OPP. Bij het opstellen van het OPP schaalt de CvB per leerling de ontwikkelingsmogelijkheden in voor een langere periode. De CvB beschrijft wat het te verwachten uitstroomniveau van de leerling is en welk onderwijsaanbod nodig is om dit niveau te bereiken. Daarnaast beschrijft de CvB de doelen. Voor doelen die afwijken van die uit het basisprogramma, beschrijven we waarom dat zo is. Doordat de CvB het instroom- en uitstroomniveau met elkaar verbindt, kan de leerling ingeschaald worden op een leerlijn. Verder geeft de CvB vanaf groep 6 ook een verwachting over het uitstroomprofiel af: gymnasium, havo/vwo, vmbo (lwoo) of praktijkonderwijs. Afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte adviseert De Atlas uitstroom naar regulier of speciaal onderwijs. Het OPP beschrijft het niveau van functioneren van de leerling op sociaal-emotioneel, didactisch en vakinhoudelijk gebied. De leerkracht geeft in het OPP inzicht in de manier waarop de leerling hierbij geholpen is. Het OPP wordt jaarlijks door leerkracht en CvB samen met ouders geëvalueerd en waar nodig tussentijds bijgesteld op grond van (toets)resultaten. Aan het eind van het schooljaar volgt een afsluitende meting. Voor leerlingen uit de BeO-klas geldt in principe een tijdelijke plaatsing van bijvoorbeeld zes maanden. Zorg en onderwijs werken hier intensief samen volgens het principe ‘1 kind 1 plan’.


5

Groepsplan Voor elke groep wordt per schooljaar een groepsplan gemaakt. Dit wordt eenmaal per jaar opgesteld door de leerkracht en eenmaal per jaar geëvalueerd door leerkracht en CvB. In het groepsplan staan de didactische, sociaal-emotionele en vakoverstijgende doelen beschreven voor de gehele groep, onderverdeeld in subgroepen. Individuele aanpassingen op het groepsplan staan beschreven in het OPP.

1.5 Ondersteuningsbehoefte Voor het begeleiden en onderwijzen van onze doelgroep hanteert De Atlas de volgende uitgangspunten in de pedagogische werkwijze:  positief benadrukken en benoemen van gewenst gedrag;  ordening/structuur bieden;  toepassen en handhaven van regels;  oefenen van sociale omgang/vaardigheden;  emotioneel ondersteunen;  inzicht geven in eigen handelen. Al onze leerlingen hebben baat bij structuur, veiligheid en voorspelbaarheid. De uitgangspunten ‘ordening/structuur bieden’ en ‘toepassen en handhaven van regels’ helpen deze voorspelbaarheid en rust te creëren. Voorspelbaarheid is een rustgevende factor. Het is van belang dat de leerlingen weten wat er gaat gebeuren, wanneer en hoe. In de groepsmap staan hiervoor duidelijke richtlijnen en basisafspraken omschreven. Voor het hele schoolteam is het belangrijk consequent uitvoering te geven aan deze basisafspraken. We richten ons hierbij op het betrekken van de leerlingen om hen zelf verantwoordelijk te maken. We benoemen ongewenst gedrag, maar laten de leerling tegelijk weten dat hij/zij als persoon okay is. Het geven van structuur wordt op verschillende manieren in ons onderwijs ingebed door:  structuur in tijd (vaste planning van activiteiten, werken met een dagschema of weekplanning);  structuur in ruimte (overzichtelijke werkruimte en vormgeving lesmateriaal);  structuur in activiteit (kleine stappen, directe feedback);  structuur in persoon (duidelijke regels die consequent worden toegepast, duidelijk geformuleerde regels en heldere consequenties als de leerling afspraken niet nakomt).



Positive Behaviour Support (PBS)

We bieden een duidelijke, veilige en overzichtelijke leeromgeving, die een bijdrage levert aan het opdoen van succeservaringen. Op De Atlas werken we met een beloningssysteem vanuit Positive Behaviour Support (PBS). PBS is een manier van denken die positief gedrag bevordert. Het doel hiervan is een positief, voorspelbaar en veilig schoolklimaat, waarin alle leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen. PBS is geen kant-en-klare methode, maar maatwerk doordat we aansluiten bij de kenmerken, cultuur en vragen van de locatie. Locatiebreed werken we aan het leren en aan ons gedrag op basis van gedeelde waarden. Preventie, het voorkomen van gedrags- en leerproblemen, staat hierbij centraal. Er wordt vanuit een positieve insteek planmatig gewerkt op basis van verzamelde data. Vanaf schooljaar 2014-2015 draait De Atlas als pilotschool met PBS; ouders zijn hierover geïnformeerd. Diverse medewerkers van de locatie worden opgeleid in PBS. Het PBS-team informeert ouders en leerlingen over de doelstellingen van komend schooljaar, waarbij de waarden ‘respect’, ‘verantwoordelijkheid’ en ‘plezier’ voorop staan. Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

6

Taakspel Om het positief benadrukken van gewenst gedrag te waarborgen, werken we in alle klassen ook met Taakspel. Vanaf schooljaar 2013/2014 werkt De Atlas met Taakspel, dat is ingevoerd met hulp van professionele taakspelbegeleiders. Taakspel is een groepsgerichte werkwijze, waarbij de leerlingen tijdens de lessen leren zich beter aan de klassenregels te houden. De klas wordt na een observatieperiode door de leerkracht in ‘gemengde’ teams verdeeld. Die bestaan uit leerlingen met verschillende achtergronden. Samen met de klas worden klassenregels bepaald en inzichtelijk gemaakt. Leerlingen die bij elkaar in een team zitten krijgen een set punten. Ze moeten met elkaar zoveel mogelijk punten behouden. Hiermee kunnen zij een beloning verdienen. Indien een teamlid de regels overtreedt, verliest het groepje punten. Leerlingen stimuleren elkaar zich aan de regels te houden, zodat zij als team in aanmerking komen voor een beloning. Taakspel is geen op zichzelf staande activiteit, maar wordt ‘gespeeld’ tijdens de reguliere lessen.

OASE Dit schooljaar zal OASE binnen De Atlas als Pilot worden ingezet. OASE staat voor Oplaadplek/Ontspanning met Aandacht voor de Sociaal-Emotionele ontwikkeling van kwetsbare kinderen in het basisonderwijs. Dit programma biedt extra ondersteuning aan leerlingen met sociaal-emotionele en/of psychiatrische problematiek. Het gaat om leerlingen die moeite hebben met het reguleren van hun gedachten, gevoelens en gedrag. Zij raken overspoeld door dagelijkse prikkels in de klas. Het is voor deze leerlingen vaak moeilijk om te ontspannen, waardoor de druk oploopt. Hierdoor worden ze in de klas snel overvraagd en kunnen ze niet optimaal profiteren van het onderwijsaanbod. Dit kunnen leerlingen met internaliserend en externaliserend gedrag zijn. Binnen OASE wordt met de leerling gewerkt aan ontspanning en een beter lichaamsbewustzijn om van daaruit meer grip op zichzelf te krijgen. De leerling komt op een speelse manier tot groei op sociaal-emotioneel gebied en kan met nieuwe energie naar de klas terugkeren. OASE zit in een lokaal op locatie De Atlas. Er worden lichaamsgerichte, creatieve en ontspannende activiteiten aangeboden. Middels deze activiteiten wordt met behulp van een stappenplan aan vastgestelde doelen gewerkt. Twee zorgprofessionals halen de betreffende leerlingen op vaste tijden uit de klas, om in een klein groepje (maximaal vier kinderen), deel te nemen aan OASE. Per leerling gaat het om maximaal twee maal per week een uur. Het onderwijsteam selecteert leerlingen die in aanmerking komen voor OASE. Belangrijk is een goede informatie-uitwisseling tussen onderwijs- en zorgmedewerkers om de ondersteuning van een leerling zo goed mogelijk te kunnen afstemmen. De zorgverleners van OASE nemen opgedane inzichten over het functioneren van de leerling met de leerkracht door, zodat deze toegepast kunnen worden in de klas. OASE biedt daarnaast ondersteuning aan onze leerkrachten. Het doel is onder andere tijdig interventies toe te passen die de leerling helpen te kalmeren, zich te ontspannen en overzicht te krijgen. Als een leerling geselecteerd wordt voor OASE, wordt dit met de ouders besproken. Na toestemming van ouders kan de leerling deelnemen. Na een traject van ongeveer twee maanden wordt samen met ouders, leerkracht, CvB en OASE bekeken wat het kind heeft geleerd en of een vervolgtraject of een verwijzing naar een andere vorm van ondersteuning nodig/mogelijk is.


7

Direct Activerend Instructie Model Wij hebben in ons onderwijs het Direct Activerend InstructieModel (DAIM) geïmplementeerd. Uit onderzoek is gebleken dat de manier waarop instructie gegeven wordt de leerprestaties van de leerlingen beïnvloedt. Met het oog op de kwaliteit van het onderwijs is het nodig dat leerkrachten effectief instructiegedrag vertonen. Dat gedrag kan de leeropbrengst verhogen. Het werken met het DAIM-model en opbrengstgericht werken zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dit betekent dat de leerkracht geen lange lessen met veel uitleg geeft, maar de leerlingen stimuleert actief en interactief met de leerstof om te gaan, bijvoorbeeld door veel vragen te stellen om de leerlingen te stimuleren de leerstof te begrijpen en er kritisch mee om te gaan. De leerkracht stimuleert leerlingen om verbanden tussen de voornaamste begrippen te zien en zelfstandig problemen op te lossen. Op deze manier verwachten wij hogere cognitieve denkprocessen en leerstrategieën te stimuleren.

Handelingsgericht Werken (HGW) Het uitgangspunt voor ons onderwijs is ‘Handelingsgericht Werken’ (HGW) vanuit een ‘Handelingsgerichte Diagnostiek’ (HGD). Dit is een systematische, doelgerichte methode waarin de onderwijsbehoefte van de leerling centraal staat. De Atlas werkt planmatig via het systeem van het groepsplan (GP) en het OPP. In het GP staat hoe de groepsplanning van ons onderwijs is georganiseerd. De leerkrachten hanteren daarin de leerlijnen ‘leren leren’ en ‘sociaal emotioneel speciaal onderwijs’. In het OPP leggen we individuele aanpassingen en het uitstroomprofiel van de leerling vast. Wij streven naar een maximum van drie niveaugroepen per klas. Door middel van HandelingsGericht Werken (HGW) wil De Atlas de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding van alle leerlingen blijvend verbeteren. HGW gaat uit van zeven principes, die er met elkaar voor zorgen dat de onderwijsbehoeften van de leerlingen centraal staan en dat er goed afgestemd wordt met de leerling en de ouders. Op De Atlas vinden wij het belangrijk dat er doelgericht, systematisch en transparant gewerkt wordt. Een voorbeeld hiervan zijn de handelingsplannen (het OPP en het GP). Om de zorg op groepsniveau en individueel niveau goed te regelen proberen we ons onderwijs HGW in te richten. De       

zeven uitgangspunten van HGW: onderwijsbehoeften staan centraal; het gaat om afstemming en wisselwerking; de leerkracht doet ertoe; positieve aspecten zijn van groot belang; we werken constructief samen; ons handelen is doelgericht; de werkwijze is systematisch en transparant.

1.6 Pedagogisch klimaat De locatie bevordert een effectief schoolklimaat door goede leerresultaten en een hoge kwaliteit van leerlingbegeleiding na te streven. Dit doen wij door ons onderwijs waar nodig af te stemmen op Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

8

individuele behoeften (tempo, leerstijl). Iedere leerling is tenslotte anders en volgt een eigen ontwikkelpad. Speciaal onderwijs heeft naast kerndoelen per vakgebied als rekenen of taal ook kerndoelen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. Het gaat dan om de leergebieden ‘sociaalemotionele ontwikkeling’ en ‘leren leren’. We werken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen door hen samen met de intern begeleider en de orthopedagoog te ondersteunen en te begeleiden. Op De Atlas streven we naar een rustige werksfeer en een goede structuur waarbinnen de leerling zelfstandig leert en zich verantwoordelijk voelt. De leerlingen leren sociale situaties in te schatten en te hanteren waarbij er ruimte is voor het eigen gedrag en dat van anderen. De locatie, de ouders/verzorgers en andere deskundigen staan in dialoog met elkaar om de leerling te begeleiden en te ondersteunen. Eventuele externe contacten verlopen via de CvB. De CvB bepaalt wie er vanuit de locatie aanwezig is bij een gesprek. Ook monitort de CvB of de gegeven adviezen worden nageleefd. Om tot een goed pedagogisch klimaat te komen, hebben we schoolbrede afspraken. Deze afspraken worden in iedere klas op dezelfde manier gehanteerd. Voorbeelden hiervan zijn:  inzet van de Groene Hoek en Gouden Hoek;  gebruikmaken van een buddyklas;  Taakspel;  PBS. De schoolbrede afspraken samen vormen onze basisaanpak voor een goed pedagogisch klimaat. Hierdoor medewerkers prettig werken en kunnen de leerlingen zich goed ontwikkelen. We bereiken goede resultaten met deze afspraken. Onder andere omdat we visuele instructie gebruiken en resultaten belonen. Duidelijkheid over wat er van de leerlingen verwacht wordt tijdens de uitvoering van hun taak voorkomt dat ze gefrustreerd raken. Bij onduidelijkheid, onveiligheid of frustratie kunnen leerlingen probleemgedrag vertonen. Dit is niet altijd onwil, maar kan een teken van onmacht zijn. Vanuit deze opvatting zoekt de leerkracht dan ook contact met de leerling. Daarbij is het belangrijk dat de leerkracht uitleg geeft over het verloop van bepaalde processen. Hierbij houdt hij rekening met het soms beperkte inlevingsvermogen van de leerling. De leerling is erbij gebaat dat zijn cognitieve mogelijkheden worden benut om situaties en gebeurtenissen uit te leggen. Samenwerken (in groepjes of duo’s) kan moeilijk zijn voor onze leerlingen. We bouwen het leren samenwerken vanaf de onderbouw en per groep op. Hierbij bekijken we eerst voor welke leerling dit een haalbaar doel is. Door hun beperking kunnen sommige leerlingen alleen zelfstandig een opdracht uitvoeren. Onze medewerkers handelen zowel binnen als buiten de lessituatie consequent. Wij benaderen de leerlingen positief. We spelen zoveel mogelijk in op de behoeften van leerlingen. Om hen verantwoordelijk te maken voor het eigen leerproces betrekken we de leerling hierbij.

Veilige school Het beleidsplan ‘Een veilige school’ van Yulius Onderwijs is erop gericht de school een veilige leeren werkomgeving te laten zijn. Het beleid voorziet o.a. in een protocol om incidenten af te handelen. We meten geregeld de tevredenheid én de veiligheidsbeleving van personeel, ouders en leerlingen via enquêtes. Het handhaven en consolideren van een sociaal veilige werken leeromgeving is en blijft een voortdurend punt van aandacht in het belang van de leerling. Het beleidsplan ‘Een Veilige school’ is op te vragen op onze locatie. Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

9

Anti-pestbeleid Het anti-pestbeleid staat hoog op onze sociale veiligheidsagenda. Pesten, zichtbaar en onzichtbaar, fysiek of digitaal, kan ingrijpende gevolgen hebben in het leven en welzijn van kinderen met negatieve effecten tot ver in de volwassenheid. Het handhaven en consolideren van een sociaal veilige werken leeromgeving is en blijft een voortdurend punt van aandacht in het belang van de leerling. Beleid tegen pesten valt binnen het veiligheidsbeleid van Yulius Onderwijs. Ons uitgangspunt is dat onze locatie een veilige plaats is voor alle leerlingen, waarin we accepteren dat iedereen anders is, én dat we allen gelijkwaardig aan elkaar zijn. Om die reden accepteren we pestgedrag, dreigen, uitdagen of discrimineren niet. Het anti-pestprotocol moet worden gezien als onderdeel van een schoolbreed beleid tegen pesten. Schoolbreed beleid betekent dat er verschillende acties en interventies worden ingezet op zowel school-, klas- en leerlingniveau. Het pestprotocol beschrijft hoe we ons opstellen als pestgedrag zich voordoet en biedt handvatten voor een gestructureerde handelswijze (een stappenplan). De locatie heeft een anti-pest protocol dat ook in te zetten is als pesten op dat moment geen actueel onderwerp is. Pestgedrag en groepsdruk zijn terugkerende onderwerpen in de lessen sociale vaardigheden. Ons uitgangspunt bij een veilig schoolklimaat is het uitstralen van pedagogisch optimisme. Hierdoor begeleiden we iedere leerling in zijn of haar ontwikkeling naar zelfredzaamheid en zelfstandigheid. Door het uitbreiden van buitenschoolse activiteiten stemmen we vraag en aanbod op elkaar af om zo onze leerlingen optimaal te laten integreren en participeren in de samenleving. Ondanks al onze inspanningen kan het toch voorkomen dat er zorgen zijn rondom pesten bij leerlingen en/of ouders. Ouders die zich zorgen maken, verzoeken we om hierover contact op te nemen met de leerkracht.


10

2 Onderwijs 2.1 Leerstofaanbod en didactisch handelen Het leerstofaanbod op De Atlas komt zoveel mogelijk overeen met de kerndoelen van het primair onderwijs. Het bereidt de leerlingen voor op het vervolgonderwijs. Het stelt leerlingen in staat zich optimaal te ontwikkelen en zich voor te bereiden op hun uitstroombestemming. De leerlijnen vormen het uitgangspunt van ons onderwijsaanbod, waarbij we specifieke onderwijsbehoeften combineren met de kerndoelen. Ons onderwijsaanbod sluit aan op het ontwikkelperspectief van onze leerlingen en heeft meetbare resultaten. De Atlas werkt met methoden afkomstig uit het regulier basisonderwijs. Waar nodig passen wij het leerstofaanbod aan aan de mogelijkheden van de leerling. We bieden de lesstof aan in drie onderwijsarrangementen. Naast de reguliere lessen komen Sociale Vaardigheden (SOVA), agendagebruik, leren plannen en het bieden van gedragsalternatieven aan bod in de klas. Ons didactisch handelen wordt gekenmerkt door een duidelijke uitleg die doelmatig en kort is. Een duidelijke uitleg heeft een terugblik op eerdere lessen en benoemt het lesdoel. Ook plaatst de leerkracht de leerstof in een betekenisvolle context en activeert hij of zij voorkennis. De stof wordt in kleine stappen uitgelegd. De leerkracht vat de uitleg regelmatig samen en biedt de leerling de gelegenheid vragen te stellen. Hij/zij stimuleert de leerling maximaal tot actief nadenken op eigen niveau en stemt de uitleg en werkwijze af op de onderwijsbehoeften van de leerling. De leerkracht maakt hierbij optimaal gebruik van de digitale schoolborden die in ieder lokaal hangen. Omdat onze leerlingen vaak onvoldoende vaardigheden hebben om optimaal te profiteren van onderwijs, ligt het accent voor de meeste kinderen op ‘leren leren’. Dit wil zeggen dat de leerlingen vaardigheden leren die noodzakelijk zijn om te kunnen deelnemen aan het onderwijs. Daarnaast is er aandacht voor het opgroeien van de kinderen in het gezin en het sociale functioneren in de vrije tijd. Als het kind zich thuis goed voelt, helpt dit om op school goed te werken. Andersom geldt ook dat als het kind op een goede manier uit school komt, het thuis beter kan functioneren. Het aanbod in de BeO-klas bestaat uit speciaal onderwijs en kinderpsychiatrische behandeling. In deze klas werken leerkracht en groepswerkers samen. De kinderpsychiater, creatief therapeut, psychomotorisch therapeut, psycholoog, intern begeleider en orthopedagoog ondersteunen het programma. Zij stemmen het les- en behandelaanbod op elkaar af.

2.2 ICT-gebruik In ieder lokaal hangt een digibord. De lessen worden voorbereid en gegeven met gebruik van deze digitale schoolborden. Per lokaal zijn er een docentcomputer en leerlingcomputer(s) aanwezig. Met het digibord en de leerlingcomputers gebruiken we informatie vanuit verschillende kennisbronnen. Hierdoor verrijken en verdiepen we de lesstof. Door optimale inzet van bovengenoemde ICTmiddelen willen we het ICT-aanbod binnen ons onderwijs inbedden. Yulius-breed is er aandacht voor actualisering en verrijking van het ICT-beleid.


11

2.3 Onderwijsarrangementen Leerlingen van De Atlas stromen uit naar drie richtingen vervolgonderwijs:  Praktijkonderwijs (PRO) en vmbo-basisberoepsgerichte leerweg (BB) waarbij een eindniveau van minimaal midden groep 5 (M5) behaald moet zijn.  Vmbo-kaderberoepsgerichte leerweg met uitstroom op niveau minimaal midden groep 7 (M7).  Vmbo-theoretische leerweg, havo en vwo vereisen uitstroom op niveau eind groep 8 (E8). Onze leerlingen volgen onderwijs op hun eigen niveau binnen een van de drie onderwijsarrangementen. De leerkrachten past het arrangement toe dat bij de leerling past: 1. Intensief arrangement: De leerling krijgt extra ondersteuning voor een bepaald vak, verlengde instructie is noodzakelijk en de leerling heeft extra onderwijsbehoeften. 2. Basisarrangement: Een leerling volgt het reguliere lesprogramma. De leerling kan de stof goed bijhouden en heeft voldoende aan de klassikale lessen. 3. Verdiepend arrangement: De leerling kan naast de reguliere leerstof extra verdiepende leerstof aan. De leerling heeft behoefte aan minder instructie en meer verdieping. De Commissie voor de Begeleiding (CvB) van De Atlas bepaalt welk arrangement een leerling volgt en legt dit vast in het Ontwikkelperspectiefplan (OPP). De CvB bepaalt dit op basis van de informatie van de leerkracht en de toetsresultaten van methodegebonden toetsen en/of Citotoetsen. Bij uitval op de toetsen analyseert de leerkracht het probleemgebied en bepaalt, in overleg met de intern begeleider, of plaatsing in een ander arrangement noodzakelijk is. De locatie hanteert bij de overstap naar een andere school het beleid van de ‘warme overdracht’. Tot twee jaar na doorverwijzing naar het voortgezet (speciaal) onderwijs volgt De Atlas de vorderingen van leerlingen. Deze informatie wordt gebruikt om onze doorverwijzing te toetsen op optimale aansluiting naar vervolgonderwijs, conform de regels van de Inspectie van het Onderwijs.

2.4 Lestijden en pauzes Aanvang

Einde

Maandag

08.30

14.30

Dinsdag

08.30

14.30

Woensdag

08.30

12.30

Donderdag

08.30

14.30

Vrijdag

08.30

14.30

De lessen beginnen om 08.30 uur. Vanaf 08.15 uur kunnen de leerlingen onder toezicht van onze medewerkers op ons schoolplein spelen. De onderbouw op het kleine plein, de midden- en bovenbouw op het grote plein. Om 08.25 uur verzamelen de leerlingen bij de aangewezen plek voor hun groep en gaan zij onder leiding van de leerkracht rustig de school in. Bij regen staat onze voordeur om 08.15 uur open. Leerlingen worden dan opgevangen in het eigen lokaal. Pauzes De ochtendpauze is tussen 09.45 uur en 10.15 uur en duurt 15 minuten. Tijdens de ochtendpauze eten de leerlingen en het personeel fruit en is er aandacht voor het belang van gezonde voeding. Op de locatie is een continurooster. Dat wil zeggen dat de leerlingen tussen de middag met een medewerker in de klas een zelf meegebrachte lunch eten. De middagpauze valt voor alle klassen tussen 11.45 uur en 12.15 uur. Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

12

2.5 Schema onderwijsarrangementen Leerroutes, uitstroombestemming en tussenopbrengsten IQ >105 DL

MB

Prognose 1.0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

Beheersing

M3

E3

M4

E4

M5

E5

M6

E6

M7

Rekenen

15

38

49

61

69

78

84

89

95

111

115 119

123

128 133 135 138 140

142

144

Niveau Diploma

Tech.lezen

21

33

45

56

63

71

77

83

86

90

93

Scores 80% > goed

Begr.lezen

-7

1

8

16

21

26

30

33

40

48

55

L/R 110-130%

42

49

53

59

63

68

74

80

88

90

98

spelling

0

BB

E2

woordensch.

50

55

60

E7

m8

E8

102

110

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

L.leren

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

MB

Dle 60 Uitstroom Havo-vwo (VSO/VO)

Soc.Emot.

IQ 95-105

Groep Eind 8

BB

Bestemming Vervolgonderwijs

Prognose 1.0

DL

0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

55

60

Groep Eind 8

Beheersing

E2

M3

E3

M4

E4

M5

E5

M6

E6

m7

E7

m8

E8

Dle 50

Rekenen

16

33

45

56

63

73

78

84

91

95

99

spelling

55

110 115 119 123 128 131 135 136 137 138

Niveau Diploma

Tech.lezen

16

33

44

56

63

71

77

83

85

87

90

Scores 70% > goed

Begr.lezen

-10

-5

7

11

16

22

28

36

38

42

45

L/R 90-110%

woordensch.

35

42

47

53

60

62

68

75

82

84

90

Soc.Emot.

75 %

L.leren

75 %

IQ 80-95

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

75 %

MB

DL

0

Beheersing

E2

5

10 M3

Uitstroom Vmbo-t-gl (VSO/VO)

15

BB 20

25

30

M4

E3

E4

50

E5 68

60

M6

73

76

E6

Groep Eind 6 beheersing instructie niveau 7 Dle 40

22

33

80

84

38

76

110 113 116 119 122 125 128 130 132

135

Niveau Diploma

Tech.lezen

11

22

33

41

49

56

62

68

71

76

80

83

Scores 60% > goed

-5

0

5

11

15

19

22

26

30

33

L/R 50-90%

42

45

49

53

57

60

62

68

72

75

35

62

55

11

28

56

M5

45

spelling

woordensch.

49

40

Prognose 0.75

Rekenen

Begr.lezen

41

35


Soc.Emot.

75 %

75 %

75 %

75 %

L.leren

75 %

75 %

75 %

75 %

IQ 70-80

MB

DL

0

Beheersing

E2

5

10

15

M3

25

E3

30

35

M4 33

45

E4

M5 56

61

65

60 E5

Groep Eind 5 Dle 30

69

73

Uitstroom Pro (VSO/VO)

spelling

52

105 107 110 113 117 118 119 121 124 126

128

Niveau Certificaat

Tech.lezen

10

21

27

Scores 50% > goed

Begr.lezen

-18

-14

-10

-5

1

10

21

31

42

45

48

50

55

24

40

45

50

12

33

39

40

Prognose 0.50

Rekenen

woordensch.

29


BB 20

Uitstroom Vmbo-bk-lwoo VSO/VO)

52

56

61

66

69

71

6

8

11

15

20

21

22

48

50

53

55

57

60

62

Soc.Emot.

75 %

75 %

75 %

L.leren

75 %

75 %

75 %


L/R <50%

Bestemming

Arbeid

13

2.6 Leertijd De Atlas voldoet aan de wettelijk voorgeschreven minimale leertijd voor de doelgroep. De locatie is 39 weken open; leerlingen volgen 26 lesuren per week. In alle groepen hanteert De Atlas hetzelfde aantal lesuren. Met de invoering van leerlingvrije dagen per schooljaar 2015-2016 komt de leertijd van de leerlingen op een gemiddelde van 962 uur per schooljaar, waar 940 uur is vereist. De leerling krijgt voldoende tijd om zich de leerinhouden eigen te maken. Hierbij stemt de locatie de effectieve lestijd af op de (individuele) onderwijsbehoeften. Indien nodig vraagt De Atlas voor (residentiële) leerlingen gedeeltelijke vrijstelling van de lestijd aan.

2.7 Vakkenaanbod Vakgebied Taal + Spelling

Methode

Minuten per week

Taalactief

1 x per week 60 minuten 4 x per week 40 minuten 4 x per week 20 minuten

Veilig Leren Lezen

90 minuten per dag, op woensdag 45 minuten

Spelling Lezen

Goed Gelezen Groep 4 en 5 Groep 6,7 en 8

1 x per week 45 minuten 2 x per week 45 minuten

Estafette

4 x per week 45 minuten

Rekenen

Alles telt

5 x per week 45 - 60 minuten per dag

Wereldoriëntatie

Seizoen- en projectgebonden materialen.

Afhankelijk van onderwerp/seizoen/project

Aardrijkskunde

De blauwe planeet


Biologie

Natuniek


Geschiedenis

Speurtocht


Engels

Real English Groep 6, 7 en 8


Studievaardigheden

Blits Groep 5 t/m 8


Handvaardigheid

Moet je doen


Schrijven

Handschrift Schrijven leer je zo Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 en7 Groep 8

150 minuten per week 120 minuten per week 90 minuten per week 60 minuten per week 30 minuten per week

Goed Gedaan


SOVA (Sociale en Emotionele Vaardigheden) Bewegingsonderwijs



14

2.8 Leerlingvolgsysteem en rapport Momenteel gebruiken wij het leerlingvolgsysteem LVS2000. Lopende dit schooljaar gaat Yulius Onderwijs over op ParnasSys. Een leerlingvolgsysteem (LVS) wordt gebruikt om de vorderingen van de leerlingen nauwkeurig te volgen en vast te leggen. De leerlingen worden twee keer per jaar getoetst aan de hand van landelijk genormeerde Citotoetsen. Zo kunnen we een vergelijking maken met de prestaties van leeftijdgenoten in het reguliere basisonderwijs. Daarnaast krijgen de leerlingen methodegebonden toetsen, dat wil zeggen toetsen die horen bij de methodes die wij gebruiken. Het sociaal-emotionele aspect en het lerenleren wordt gemeten met de vragenlijst van SCOL (Sociale Competentie Observatie Lijst, een leerlingvolgsysteem voor sociale competentie en leren-leren). Deze wordt in het voorjaar en najaar door de leerkracht afgenomen. Bij leerlingen die schoolverlater zijn en doorstromen naar het voortgezet onderwijs, nemen we in oktober het drempelonderzoek af. Als er sprake is van mogelijke uitstroom naar voortgezet regulier onderwijs maken deze leerlingen ook de landelijke eind-Cito. De ontwikkeling en vorderingen van de leerlingen leggen we vast in het LVS. Naast toetsresultaten registreren we in het systeem de algehele ontwikkeling en het contact dat plaatsvindt tussen thuis, school en eventuele derden. Twee keer per jaar krijgen leerlingen een rapport: halverwege en aan het eind van het schooljaar. Dit loopt synchroon met de afname van de Cito-toetsen. Dit rapport is een leerlingdocument dat bedoeld is om te tonen aan familie en andere belangstellenden. In het OPP staat informatie bedoeld voor ouders. Tijdens de ouderavond bespreekt de leerkracht de voortgang van de leerling aan de hand van het rapport en het OPP.

2.9 Het team Het team van De Atlas is deskundig en betrokken dat passie heeft voor het speciaal onderwijs. De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor het (ortho)didactisch en (ortho)pedagogisch handelen. Zij krijgen hierbij ondersteuning de andere leden van het team, de schoolarts en zorgprofessionals (OASE en BeO). Leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel worden inhoudelijk aangestuurd door de Commissie voor de Begeleiding (CvB). De Atlas kent de volgende functies en taakprofielen.  Locatiemanager: eindverantwoordelijk voor de locatie en voorzitter van de CvB. 

Coördinator/IB´er: lid van de CvB en eerste aanspreekpunt over het primair proces, belast met de zorg op didactische gebieden, intake en uitstroom.



Orthopedagoog: lid van de CvB en verantwoordelijk voor het sociaal-pedagogisch en sociaalemotioneel welbevinden van de leerlingen.



Groepsleerkracht: verantwoordelijk voor het (orth)didactisch en (ortho)pedagogisch handelen, eerste aanspreekpunt voor ouders.



Assistent: ondersteunt het onderwijsprogramma door onder supervisie van de leerkracht extra of verlengde uitleg te geven aan de leerlingen.



Administratief medewerker: verantwoordelijk voor de (telefonische) bereikbaarheid van de locatie, verzorgt de onderliggende administratieve handelingen.



Vakleerkracht Bewegingsonderwijs: verantwoordelijk voor het verzorgen van de lessen bewegingsonderwijs op basis van de leerlijnen en het vakplan.

Door de aanwezigheid van al deze functies binnen onze locatie beschikken we over de juiste kennis en expertise om leerlingen zich optimaal te laten ontwikkelen.


15

De voornaamste taak van het team is de leerlingen goed onderwijs te geven in een rustige en veilige leeromgeving. Elk teamlid biedt op de juiste wijze ondersteuning aan de individuele hulpvraag van de leerling. De Atlas is een lerende organisatie, is voortdurend in ontwikkeling en probeert in te spelen op de veranderingen in de maatschappij. Voor de medewerkers betekent dit dat zij door deskundigheidsbevordering de kwaliteit van het onderwijs op peil houden. De groepsleerkrachten zijn door de interne cursus psychopathologie geschoold in het lesgeven aan kinderen met psychiatrische problemen en zijn getraind in DAIM en Taakspel. Diverse leerkrachten behaalden de master Special Educational Needs (SEN) waardoor ze gespecialiseerd zijn in gedragsproblemen. Het PBS-team wordt geschoold in de principes en werkwijze van PBS. Alle medewerkers van de locatie zijn getraind volgens de PACT-methode (Preventie Agressie en Communicatie Training) en zullen deze onderhouden door het volgen van de herhalingstrainingen. Het team telt twee BHV´ers en een ploegleider BHV. De onderwijsassistenten ondersteunen het onderwijsprogramma door onder supervisie van de leerkracht extra of verlengde uitleg te geven aan de leerlingen. De orthopedagoog en intern begeleider geven de leerlingzorg vorm en ondersteunen het lesgevend personeel. Leerkrachten leren van elkaar door klassenbezoeken bij elkaar af te leggen. Op basis van de observatielijst SKOOP (Samen Kijken naar de Ontwikkeling van Onderwijs Personeel) gaan zij met elkaar in gesprek.

Commissie voor de Begeleiding (CvB) De Commissie voor de Begeleiding van De Atlas is eindverantwoordelijk voor de leerlingenzorg en bestaat uit de volgende disciplines.  Locatiemanager: voorzitter CvB en eindverantwoordelijk voor de uit de CvB voortkomende besluiten. 

Coördinator/IB-er: adviseert op onderwijskundig vlak en vervangt de locatiemanager bij diens afwezigheid. Stelt de agenda op en verzorgt de notulen.



Orthopedagoog: adviseert en ondersteunt op pedagogisch en emotioneel gebied. Diagnosticeert vanuit psychosociaal vlak.



Schoolarts: adviseert op medisch gebied. Advies vindt plaats na consultatie. In eerste instantie signaleert het onderwijsteam medische problemen. De signalering wordt besproken in de CvBvergadering. Bij acute situaties overlegt de orthopedagoog per mail of telefonisch met de schoolarts. Minimaal drie keer per jaar nodigt de locatie de schoolarts uit om deel te nemen aan een CvB-bespreking met als doel de voortgang van leerlingenzorg te bewaken.

Verder kan een team van deskundigen op afroep ingezet worden. Hierbij valt te denken aan een psycholoog of pedagoog met expertise in de jeugd- en kinderpsychologie, een maatschappelijk deskundige of een arts met expertise op het gebied van kinderen jeugdpsychiatrie en onderwijs. Leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel worden inhoudelijk aangestuurd door de CvB die bijeenkomt volgens een jaarlijks vooraf vastgesteld rooster.

Taken CvB 

Screening en analysering van nieuwe aanmeldingen, voeren van een gedegen intake;



Opstellen en vaststellen van het startdocument (OPP), advisering team bij samenstellen van de groepen en leerkrachten bij opstellen van en passend aanbod per groep en maatwerk per leerling;



Observeren, informeren en adviseren van de leerkracht in aanpak en organisatie, zowel didactisch als pedagogisch;



Vaststellen OPP en GP op basis van gegevens vanuit leerkrachten;



Coördineren van uitstroom van leerlingen.


16

2.10 Positionering in de omgeving De Atlas is een van de locaties van Yulius Onderwijs. De locatie heeft een regiofunctie en onderhoudt contacten met het regulier en speciaal basisonderwijs en het (speciaal) voortgezet onderwijs in de regio. De Samenwerkingsverbanden Passend onderwijs in de regio en de gemeente Dordrecht zijn belangrijke gesprekspartners inzake passend onderwijs. Vanuit Yulius is er een vertegenwoordiging in de samenwerkingsverbanden op bestuurlijk niveau. Op inhoudelijk niveau nemen afgevaardigden van ons team (leerkracht, intern begeleider en locatiemanager) en onze Oudergroep deel aan de samenwerkingsverbanden van Dordrecht en Drechtsteden. Naast deze partijen zijn de schoolarts, leerlingenvervoerders, Bureau Jeugdzorg, MEE, CCE, onderwijsconsulenten, de onderwijsinspectie, Bureau Leerplicht en Yulius Zorg belangrijke samenwerkingspartners.


17

3 Praktische informatie 3.1

Lesuitval

Helaas komt ook op onze locatie wel eens lesuitval voor. Wanneer een leerkracht niet aanwezig kan zijn, zorgen we voor een invaller, voegen we klassen samen of wordt de leerling tijdelijk in een andere klas geplaatst. Iedere leerling heeft een vaste buddyklas waar hij/zij naartoe gaat bij afwezigheid van de leerkracht en verdeling van leerlingen. In uitzonderlijke gevallen vragen we de ouders/verzorgers de leerling een (halve) dag thuis te houden.

3.2

Ziekte/Afwezigheid

Als een leerling ziek is, dienen ouders/verzorgers dit te melden vóór 08.30 uur via telefoonnummer 088-405 6123. De ouders/verzorgers melden de leerling bij de administratie ziek onder vermelding van de groep waarin de leerling zit. Als de leerling tijdens schooluren ziek wordt, dan vragen wij ouders/verzorgers om hem of haar op de locatie op te halen. Bezoeken van de leerling aan dokter, tandarts en therapeuten vinden zoveel mogelijk buiten schooluren plaats. Als dit niet kan, verwachten wij de leerling voor of na dit bezoek weer op school. Ouders/verzorgers informeren zelf het vervoersbedrijf over de afwezigheid van de leerling.

3.3

Verzuim

In de algemene schoolgids van Yulius Onderwijs staan de regels voor buitengewoon verlof en het verzuim. Ongeoorloofd verzuim melden wij volgens de wettelijke regels aan de leerplichtambtenaar.

3.4

Vakanties

De vakanties, studiedagen en leerling-vrije dagen staan op onze website http://deatlas.yulius.nl.

3.5 Schoolreis en schoolactiviteiten Door het jaar heen organiseren wij diverse buitenschoolse activiteiten. Voorbeelden hiervan zijn de schoolreis, het schaatsuitje, Koningsdag en indien haalbaar het kamp voor de eindschoolverlaters. Deze activiteiten nemen we zoveel mogelijk op in de jaarplanner. Deze staat op de website van De Atlas. Zodra er meer over een activiteit bekend is, krijgen ouders/verzorgers hier bericht over via de leerkracht van de leerling. Uiteraard hanteert De Atlas ook bij buitenschoolse activiteiten de schoolregels.

3.6

Roken

Het gebouw van De Atlas is rookvrij. Alleen medewerkers en gasten mogen, buiten de schooltijden, roken op de daarvoor aangewezen rookplek.

3.7

Eten en drinken

Wij vinden gezonde voeding heel belangrijk. Daarom vragen wij ouders/verzorgers verantwoorde voeding aan de leerling mee te geven. Leerlingen kunnen op de locatie gekoelde schoolmelk drinken. Wie dit wil, kan bij de administratie van onze locatie meer informatie over de schoolmelkregeling krijgen. Als de leerling geen schoolmelk drinkt, dan kan hij een goed sluitende beker of een pakje van thuis meenemen met bij voorkeur een melkproduct. Meegebracht eten wordt in de klas bewaard, niet in de koelkast. Op onze locatie zijn (koolzuurhoudende) frisdranken, energiedranken, snoepgoed, chips en kauwgom niet toegestaan. De leerlingen mogen alleen eten op de daarvoor vastgestelde tijden. Uitzonderingen worden alleen op medische gronden toegestaan. Yulius Onderwijs| Locatieplan De Atlas 2015/2016

18

3.8 Mobiele telefoons Mobiele telefoons, maar ook mp3-spelers, iPods, iPads en spelcomputers mogen tijdens de les en op het schoolplein niet aan staan. De school is niet aansprakelijk voor schade, vernieling of vermissing van dergelijke apparaten. Wij vragen ouders/verzorgers de leerling te vertellen dat het maken van foto’s en filmpjes met mobiele telefoons van leerlingen en medewerkers niet is toegestaan.

3.9 Medicatie Op verzoek kan de leerkracht medicijnen toedienen die de leerling tijdens de schooluren gebruikt. Ouders/verzorgers blijven verantwoordelijk voor het toe te dienen medicijn, ook wanneer de dosering onverhoopt te hoog of te laag is. Ons verzoek is om de medicijnen in een weekdoosje te doen en de naam van de leerling erop te zetten. Bij de intake worden ouders/verzorgers gevraagd het medicatieprotocol te tekenen. In dit protocol staan alle regels voor medicatiegebruik op school.

3.10 Leerlingenvervoer Veel leerlingen komen met de taxi naar de locatie. De locatie heeft regelmatig contact met diverse vervoersbedrijven en het leerlingenvervoer over de afspraken van de locatie rondom leerlingenvervoer. De locatie is echter niet verantwoordelijk voor het leerlingenvervoer. Wij verzoeken ouders/verzorgers om zelf contact op te nemen met het taxibedrijf als er klachten of zorgen zijn.

3.11 Schoolfotograaf Elk jaar bezoekt een schoolfotograaf de locatie om groepsfoto’s en individuele foto’s te maken. De afname van de foto’s is geheel vrijblijvend. Op diverse gelegenheden maken medewerkers ook foto’s en video-opnames als de ouders/verzorgers en leerling hiermee instemmen. Ouders/ verzorgers ontvangen hiervoor bij aanmelding van de leerling een formulier. Soms zijn de foto’s bij de leerkracht na te bestellen of hangen we ze in de school op.

3.12 In en rond de locatie In en rond de locatie gedragen de leerlingen zich rustig. Zij houden de locatie opgeruimd en schoon. Op school dragen de leerlingen geen pet, muts of aanstootgevende kleding. De leerlingen houden zich aan de afspraken en aan de aanwijzingen van de medewerkers.

3.13 Schade Bij het opzettelijk schade toebrengen aan het gebouw of schooleigendommen, stellen wij ouders aansprakelijk. Schade en/of gemaakte kosten in geval van schade verhalen wij op de ouders van de leerling die de schade heeft veroorzaakt. De leerkracht van uw kind stelt u telefonisch in kennis over de toegebrachte schade.

3.14 Sportkleding Sportkleding in een goede tas is noodzakelijk. In verband met veiligheid en hygiëne zijn sportkleding en zaalschoenen verplicht. Gymschoenen met zwarte zolen zijn verboden. Bij hoge uitzondering besluit de school dat een leerling meesport in normale kleding. Horloges en andere sieraden levert de leerling voorafgaand aan de gymles bij de vakleerkracht in. Leerlingen blijven zelf verantwoordelijk voor hun persoonlijke bezittingen. Als een leerling om een bepaalde reden niet mag gymmen, nemen de ouders/verzorgers contact op met de groepsleerkracht van de leerling.


19

4 Contact met ouders/verzorgers 4.1

Ouderavonden

Per schooljaar vinden er drie ouderavonden plaats; in oktober, februari en juni. Als het nodig is, kan er vaker met elkaar gesproken worden. Tijdens de oudergesprekken bespreekt de leerkracht de voortgang van de leerling. Daarnaast nodigt de school ouders/verzorgers van nieuwe leerlingen in september uit om het opgestelde Ontwikkelperspectief (OPP) te bespreken met de leerkracht. Aan het begin van het schooljaar is er in alle groepen een voorlichtingsavond met informatie over de leermiddelen, de lesstof en de manier van werken. De leerkracht onderhoudt gedurende het hele schooljaar contact met ouders via e-mail en telefoon.

4.2

Medezeggenschapsraad

In de Medezeggenschapsraad (MR) kaarten ouders/verzorgers onderwerpen aan die ze willen bespreken. Het beleid van Yulius Onderwijs wordt hier aan de orde gesteld. Voor wie wel wil meedenken, maar de MR een stap te ver vindt, is er de ouderklankbordgroep. Hierin kan men zijn mening geven of ideeën kwijt over het onderwijs en beleidszaken. Aanmelden voor de ouderklankbordgroep kan via het secretariaat van de MR. Meer informatie over de MR staat in de algemene schoolgids van Yulius Onderwijs of is te verkrijgen via: [email protected].

4.3

Oudergroep

Op De Atlas is een actieve oudergroep aanwezig. De oudergroep fungeert als klankbord voor het team. Hun rol gaat verder dan het verlenen van hand- en spandiensten. De oudergroep komt zes maal per schooljaar bijeen om mee te denken over thema’s rondom onderwijs en opvoeding. Wij versterken de betrokkenheid van ouders binnen de school door in gesprek te gaan over onze ideeën en plannen en hier samen invulling aan te geven op de verschillende niveaus. Daarnaast vangen de leden van de oudergroep op de eerste schooldag van het nieuwe schooljaar de ouders op van de nieuwe leerlingen. Zij dienen hierbij als vraagbaak voor deze ouders zodat ook zij zich snel thuis kunnen voelen op onze locatie.

4.4

Klassenouders

Een klassenouder is de schakel tussen de groepsleerkracht en de ouders/verzorgers van de leerlingen uit die betreffende groep. Zij helpen vooral bij zaken van organisatorische aard. Op verzoek van de groepsleerkracht assisteert de klassenouder bij de (organisatie van) activiteiten in de klas. Dat kan bijvoorbeeld zijn bij het Sinterklaasfeest, Kerstfeest, excursies, schoolreis en de juffen- en meestersverjaardag. De klassenouder kan hierbij ondersteunend zijn voor de groepsleerkracht door een gedeelte van het organisatorische werk op zich te nemen. Tijdens de informatieavond aan het begin van het schooljaar kunnen ouders zich kandidaat stellen voor klassenouder. Bij meerdere aanmeldingen maakt de leerkracht/locatie een keuze.

4.5

Nieuwsbrief en weekbrief

Minimaal zes keer per jaar versturen wij een nieuwsbrief. Hierin staan de ontwikkelingen binnen Yulius Onderwijs, De Atlas en praktische mededelingen. We verspreiden de nieuwsbrief per e-mail. Iedere vrijdag ontvangt u per mail de weekbrief van de leerkracht van de groep waar uw kind in zit. In de weekbrief staan algemene opmerkingen en bijzonderheden over de groep.


20

4.6

Website

Op www.yulius.nl/onderwijs staat informatie over Yulius Onderwijs en de locatie. Ook kan hier de algemene schoolgids van Yulius Onderwijs gedownload worden. Locatiespecifieke informatie staat op onze website: http://deatlas.yulius.nl.

4.7

E-mailadres

De locatie communiceert met ouders/verzorgers via de website en e-mail over bijvoorbeeld lesrooster, studiedagen, vakanties. Het is daarom belangrijk dat we het goede e-mailadres van ouders/verzorgers hebben. Het e-mailadres van onze locatie is: [email protected].

4.8

Klachtenregeling

Bij Yulius Onderwijs doen we ons best om leerlingen, ouders en andere betrokkenen zo goed mogelijk van dienst te zijn. Toch komt het soms helaas voor dat iets niet helemaal naar wens gaat voor onze leerlingen of hun ouders. Om klachten zo goed en snel mogelijk te kunnen behandelen, geldt bij Yulius Onderwijs de volgende klachtenregeling. 1. U legt uw klacht voor aan de persoon op wie uw klacht betrekking heeft. Als de direct betrokkene uw klacht niet kan oplossen, neemt u dan contact op met de locatiemanager of de manager van de afdeling of dienst. 2. Indien uw klacht niet naar wens is opgelost, kunt u contact opnemen met de vertrouwenspersoon van Yulius Onderwijs (zie onderstaande informatie). 3. Met de vertrouwenspersoon kunt u overleggen op welke manier de klacht verder behandeld kan worden. Het is mogelijk de klacht neer te leggen bij de directie onderwijs ([email protected], T 088 405 64 01). 4. Eventueel kunt u ook de Klachtencommissie van Yulius benaderen en uw klacht hier indienen (ambtelijk secretaris mevr. A. van Huis, T 06 13 90 51 15, of kijk op www.yulius.nl/een-klachtmelden).

4.9 Vertrouwenspersoon Hebt u een ernstige klacht en wilt u dat deze vertrouwelijk behandeld wordt? Dan kunt u contact opnemen met de vertrouwenspersoon van Yulius, mevr. D. Twigt (T 06 27 44 84 60). Door haar onafhankelijke opstelling kan zij uw klacht aanhoren, u ondersteunen en mogelijk een oplossing aanreiken. Zij kan helpen uw klacht op de juiste wijze te laten behandelen door de juiste personen. Het is ook mogelijk om contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs, via telefoonnummer 0900-13 111.


21

5 Ontwikkelplan 5.1

Inspectie van het Onderwijs

In het kader van een Periodiek Kwaliteitsonderzoek (PKO) heeft de Inspectie van het Onderwijs in juni 2012 een bezoek gebracht aan onze locatie (destijds nog De Dijk) om de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van de weten regelgeving te beoordelen. De inspectie van het Onderwijs kwam tot de conclusie dat de kwaliteit van het onderwijs op onze locatie van voldoende niveau is en heeft naar aanleiding van dit bezoek de locatie wederom het basisarrangement toegekend. Hieronder staan de belangrijkste conclusies van het locatiebezoek in juni 2012: De Inspectie leest de kwaliteit van het onderwijs in de eerste plaats af aan het systeem van leerlingenzorg. Alle vier normindicatoren binnen dit aspect zijn voldoende. Het cyclisch proces kwaliteitszorg kent verbeterpunten voor een onderwijsconcept dat aansluit bij de leerlingpopulatie, de evaluatie van de opbrengsten, de borging van het leren en onderwijzen en de leerlingenzorg. De onderwijstijd is onvoldoende en heeft nadere bezinning nodig. Het onderwijsleerproces moet zich versterken op het (ortho)didactisch handelen van leraren. De school kan haar opbrengsten niet verantwoorden. Na het bezoek zijn we dagelijks blijven werken aan onze kwaliteit door in te steken op de verbeterpunten die dit inspectiebezoek heeft opgebracht, hetgeen een significante verbetering heeft opgeleverd. Hierbij hanteren we de plan-do-check-act (PDCA) cyclus. De inspecteur beschrijft ons klimaat binnen de groepen en in de school als geheel als aangenaam en veilig. De school heeft onder leerlingen en leraren tevredenheidsonderzoeken afgenomen die dit bevestigen.

5.2 Audit In 2014 is binnen onze locatie (destijds nog De Dijk) een interne audit gehouden. Die liet een consistent en positief beeld over de gehele linie zien: het team is open, durft zich kwetsbaar op te stellen en is leergierig. Het locatiemanagement is voortdurend op zoek naar verbetering van de schoolkwaliteit. Uit deze audit kwamen de volgende aandachtspunten naar voren. Er is erg veel aan borging gedaan. Er zijn heldere regels en afspraken. De plannen staan goed op papier en zijn bekend. Het plannen van onderwijsactiviteiten is soms nog matig. . Evaluaties worden omschreven en uitgevoerd, echter in de in de OPP’s is deze nog wat summier. Het meten van de opbrengsten is onvoldoende. Thema I Leerlingenzorg Resultaat:  Thema II Aanbod en tijd Resultaat:  Thema III Didactisch handelen en afstemming Resultaat:  Thema IV Kwaliteitszorg en schoolklimaat Resultaat:  Na de audit is het team aan de slag gegaan met de aandachtspunten door het aan de orde te stellen tijdens vergaderingen en het terug te laten komen op studiedagen.


22

5.3

Zelfevaluatie

Iedere twee jaar houden we een uitgebreid onderzoek onder leerlingen, ouders en medewerkers van onze locatie. Dit doen we door hen een tevredenheidsenquêtes in te laten vullen. De belangrijkste aandachtspunten/veiligheidsthema’s komen hieruit naar voren. Deze zijn onder te verdelen in drie categorieën: sociale veiligheid, fysieke veiligheid en begeleiding van leerlingen. De uitkomsten van deze enquête geven inzicht in welke thema’s leerlingen belangrijk vinden: rust in de klas, uitstraling en inrichting gebouw en schoolplein, pesten, omgaan met probleemgedrag (vechten, schelden) en het algehele toezicht in de school. Op basis van de verbeterplannen die werden opgesteld naar aanleiding van inspectiebezoek en interne audits zetten we in op kwaliteitverbetering waarbij we de PDCA-cyclus hanteren. Ook kijken we kritisch naar ons kwaliteitsbeleid en werken we volgens het SMART-principe (Specifiek Meetbaar Aanvaardbaar Realistisch Tijdgebonden) bij het verbeteren van onze aandachtspunten.

De Atlas Wielingenstraat 103 3313 EV Dordrecht T 088 405 6123 [email protected] http://deatlas.yulius.nl


23

Locatiegids De Atlas

Recommend Documents