Liturgie morgendienst Emmen, 5 april 2015 Pasen
Thema: Jezus leeft en ik met Hem!
1. Votum 2. Zegengroet Genade voor u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus. 3. Zingen: LvdK 215:1-3 4. Gebed 5. Bijdrage cantorij: LvdK 644 6. Schriftlezing: Matteus 28:1-15 7. Zingen: Gezang 94:1,6 8. Kindermoment 9. Zingen: Opwekking 706 (geleerd door de kinderen van de De Rank) (m.m.v. de muziekgroep, of anders m.b.v. https://www.youtube.com/watch?v=AACaeDxHm10)
10. Preek n.a.v. Romeinen 6:3,4 11. Zingen: LvdK 87:1-5 12. Bijdrage cantorij: If we believe (John Goss) 13. Wil van God (Kolossenzen 3:1-15) 14. Zingen: Gezang 95:3,4 15. Dankgebed, voorbede 16. Inzameling van de gaven 17. Slotzang: Gezang 99:1-3 14. Zegen. De genade van onze Heer Jezus Christus, en de liefde van God en de eenheid de heilige Geest zij met u allen.
Jezus leeft en ik met Hem!
Paaspreek n.a.v. Romeinen 6:3,4
door Jan Haveman, Emmen, 5 april 2015
met
1
Preek n.a.v. Romeinen 6:3,4
Jezus leeft en ik met Hem!
Emmen, Pasen 2015
Volk van God, geliefde gemeente van de opgestane Heer Jezus Christus, 1. [dia1] Vroeg op zondagmorgen, als het nog maar een klein beetje licht is, lopen twee vrouwen de stadspoort uit, de heuvel af. Ze zwijgen. Hun gezichten staan somber en verdrietig. Hun hoofden zijn vol verwarde gedachten en gebeurtenissen. Ze hebben Pesach gevierd. Anders altijd een vrolijk bevrijdingsfeest. Maar dit keer kunnen ze niet echt blij zijn. Hoe zouden ze – er is iemand gestorven van wie ze heel veel houden. Hoe vaak hebben ze niet bij Hem gezeten en geluisterd naar alle mooie verhalen die Hij vertelde over het Koninkrijk van God. Hoe indrukwekkend waren zijn wonderen van genezing. Hoe had Hij met zijn leven, zijn woorden, zijn omgang met mensen, hoe had Hij met zijn rust, liefde en nederigheid hun hart verwarmd. Wat groeide in hen een verlangen om ook zó, zoals Hij, te leven en te werken. Maar nu is al dat mooie en goede verdwenen. Aldoor al hadden ze de haat en woede gevoeld bij de Schriftgeleerden en Farizeeërs. Maar dat ze tot zoiets vreselijks in staat waren… [dia2] Gekruisigd hadden ze Hem. Gekruisigd – de allergruwelijkste doodstraf die er is! Ja, ze hadden het zelf zien gebeuren. Veilig op een afstandje, dat wel. Het was zo verschrikkelijk om mee te maken. Hoe hun lieve Heer en Meester was gestorven. Nog een paar woorden had Hij gesproken. En toen waren zijn lippen voor altijd gesloten. Zo donker als het was, zo donker voelden ze zich ook… Er is geen twijfel over mogelijk: onze Heiland Jezus Christus is de dood in gegaan. Niet alleen Gods machtige schepping – met duisternis en aardbeving – bevestigen dat. Ook zijn eigen laatste woorden: Vader, in uw handen beveel Ik mijn geest. En het is vastgesteld door de bottenkrakers onder aan het kruis: bij Jezus was het breken van de beenbotten niet nodig om het sterven te versnellen: Hij was al dood. Bovendien kwam er bloed en water uit zijn zijde – geen twijfel mogelijk: Jezus is echt gestorven. Sterven – wat blijft dat een wonderlijk iets. De adem wordt uitgeblazen, het hart stopt met kloppen; het lichaam is er nog wel, maar dat wat iemand tot een persoon maakt is weg. Sterven – het brengt altijd scheiding. Het is afscheid nemen van dat wat je zo dierbaar en lief is, waar je zo aan gehecht bent en voor je gevoel niet zonder kan. Sterven doet pijn. Maar wat zo bijzonder is: ook wij die nu leven en geloven zijn al gestorven. Kijk maar wat in de Bijbel staat: [dia3] Weten jullie niet, dat wij die gedoopt zijn in Christus Jezus, zijn gedoopt in zijn dood? Niet voor niets werd in de vroege christelijke kerk daarom juist op Paasmorgen gedoopt. Maar daar sta je waarschijnlijk niet zo bij stil, als je over je eigen doop nadenkt, dat het ook doodgaan betekent - ik ben in Christus dood gedoopt. Hoe moet je dat voorstellen? Het betekent dat je zó met Jezus verbonden bent (…in Christus…), dat je zó sterk met Hem verweven bent, dat zijn dood ook jouw dood is. Toen Hij stierf, stierf jij ook – dat wil zeggen de mens die je van jezelf, van nature bent. En waarom is dat zo mooi en geweldig? Waarom is dát belangrijk? Paulus heeft in Romeinen 5 uitgelegd, dat zoals de zonde door één persoon (Adam) de wereld is Jezus leeft en ik met Hem!
Paaspreek n.a.v. Romeinen 6:3,4
door Jan Haveman, Emmen, 5 april 2015
2
binnengekomen, en met die zonde de veroordeling en de dood, dat zo ook door één Persoon (Christus) is betaald voor alle schuld en zonde. Christus heeft de gerechtigheid verworven. Dat is dat je weer recht voor God staat, omdat er niets meer tussen God en jou instaat. Het is ook dat je nu rechterlijk niet meer veroordeeld kunt worden voor het kwade wat je doet. Ddat is het wonder van de genade: je krijgt niet de straf die je verdient, maar wel wat Jezus heeft verdiend; en daarom word je vrijgesproken! Prachtig symbool dus dat vroeger op Paasmorgen werd gedoopt! 2. [dia4] De twee vrouwen naderen het graf. Ze willen hun Heer en Meester de laatste eer bewijzen en doen waar ze vrijdagavond, zo vlak voor het begin van de sabbat, niet aan zijn toegekomen. Heel voorzichtig hadden ze Jezus lichaam van het kruis gehaald, in doeken gewikkeld en in het graf gelegd. En het lichaam was nog gezalfd, zoals gebruikelijk is bij een begrafenis. Maar ze hadden zich moeten haasten, want het werd al bijna donker, en dan begint de sabbat… Samen hadden ze de zware steen voor het graf gerold. En daarmee was het afgelopen, afgesloten; aan deze periode heerlijke periode met Jezus was definitief een einde gekomen. De zware steen… plotseling bedenken ze dat ze die natuurlijk alleen nooit weg kunnen rollen… Een begrafenis onderstreept het sterven, doet je beseffen dat het waar is, dat er geen weg terug is. Ook Jezus is begraven; nogmaals geen twijfel over dat Hij echt gestorven is. En nu zegt de Bijbel: [dia5]…wij zijn door de doop in zijn (Jezus) dood met Hem begraven… Dit betekent dat wij -opnieuw- zo sterk verbonden zijn met Christus, dat wij samen met Hem het graf zijn in gegaan. Hoe dan? Dat wat in ons kiest voor het verkeerde en kwade, onze ‘oude mens’ ligt in het graf. Zoals de begrafenis de dood bevestigt, zo bevestigt de doop ons dood-zijn voor de zonde. Jezus sterven, zoals dat radicaal werd door zijn begraven zijn, laat zien dat Hij ook radicaal afgerekend heeft met de zonde! En dat wordt ook in de doop zichtbaar. Je kunt in zekere zin de doop vergelijken met een begrafenis. Vooral als het gebeurt door onderdompeling. Het symboliseert dat je als oude mens (vol vuilheid en zonde) het water in stapt, kopje ondergaat – en ook even onder water blijft – om dan weer als nieuwe mens schoongewassen boven komt. [dia6]Er zijn oude doopbassins waar je echt moet afdalen het water in (een aantal treden naar beneden) om gedoopt te worden. Zoals je een grafkelder ingaat. En waar je dus na je doop weer uit omhoog klimt een nieuw leven in. Prachtige symboliek. Dat is het: symboliek. Want dopen is niet feitelijk begraven, het is er een teken van. Dopen heeft ook geen magische of mystieke betekenis, alsof het dopen zelf het doodgaan voor de zonde is. Het laat het alleen zien. Daarom maakt besprenkelen zoals wij doen in plaats van onderdompelen de doop niet minder waar en echt. Omdat niet de handeling centraal staat, maar wat het betekent: jij bent met Christus gestorven en begraven. 3. Plotseling begint de aarde te beven; alles trilt op z’n grondvesten. De vrouwen schrikken - het is de zoveelste schok die dagen! In de graftuin gekomen zien ze dat een engel uit de hemel is neergedaald. [dia7] En waar ze zich net nog druk over maakten – wie de zware steen voor het graf weg zal rollen – is Jezus leeft en ik met Hem!
Paaspreek n.a.v. Romeinen 6:3,4
door Jan Haveman, Emmen, 5 april 2015
3
opgelost: de engel heeft het al gedaan. Hij stoort zich niet aan de Farizeëers die het graf pontificaal verzegeld hebben. Hij stoort zich niet aan de soldaten die rondom het graf staan. Rustig gaat de engel op de steen zitten en zegt tegen de vrouwen: Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie Jezus zoeken, de gekruisigde. Maar Hij is hier niet meer. Hij is opgewekt, zoals Hij ook van tevoren gezegd heeft. Voorzichtig komen de vrouwen dichterbij. Durven ze naar binnengaan? Het is allemaal zo wonderlijk, zo vreemd, als in een droom. Kom maar kijken, dan kun je zien waar Hij gelegen heeft, nodigt de engel. [dia8] Binnenin de grafkamer zien ze inderdaad dat de plaats waar ze hun geliefde Heer en Meester vrijdagmiddag hebben neergelegd, leeg is. Ga nou maar snel naar de andere discipelen en zeg dat Hij jullie voorgaat naar Galilea en dat jullie Hem daar zullen zien, precies zoals ik het gezegd heb. [dia9] Nog steeds sprakeloos haasten de vrouwen zich het graf uit en gaan snel terug naar de stad. Ze kunnen het niet geloven: opgewekt? Herrezen? Opgestaan uit de dood? Het zal toch niet waar zijn!? Plotseling zien ze een man voor zich staan. Vaag komt Hij hen bekend voor. Wie is Hij die hier al zo vroeg op weg is, de tuinman? Wees gegroet! Opnieuw gaat er een schok door hen heen, is het of de aarde wegzinkt onder hun voeten. Die stem – zouden ze die niet uit duizenden herkennen! Ze rennen naar Hem toe, vallen op hun knieën voor Hem neer en aanbidden Hem – Rabboeni! Het is Jezus! Jullie moeten niet bang zijn. Ga gauw naar mijn broeders en vertel hen dat ze naar Galilea moeten gaan, daar zullen zij Mij zien. Misschien vind je het lastig voor te stellen hoe ongelooflijk niet alleen het stérven van Jezus was, maar zeker ook zijn opstanding uit de dood. Je weet immers niet anders, je groeit er als kind mee op; het wordt je verteld en voorgelezen, en je leert er de liedjes over op school: Jezus is opgestaan! En dan kan je maar zo een beetje meewarig doen over die domme mensen toen rondom Jezus, die maar niet konden geloven dat hun Heer en Meester echt uit de doden was opgewekt. Jezus had het toch gezegd, ze hadden het toch kunnen weten!? Zeker, maar realiseer je hoe ongelooflijk het is! Trouwens, hoeveel mensen zijn er juist vandaag niet, die gewoon zeggen dat het niet kan: doodzijn-en-weer-levend-worden... Jezus is herrezen, opgestaan uit de dood – daar houden we aan vast en gaan we vanuit. Niet omdat wij simpele, domme mensen zijn, van die onnozele lieden die nou eenmaal niet beter weten. Maar omdat het in de Bijbel staat. En omdat het gegrond is op getuigenverklaringen; er zijn mensen die het gezien en meegemaakt hebben. En wij geloven het omdat God machtig is. Goed, we zeggen eerlijk dat we het geloven: Jezus is opgestaan! Tegelijk: als we dat niet doen, raken we de kern van het christelijke geloof kwijt, en zijn we de beklagenswaardigste van alle mensen. Nee, we geloven het, we belijden het, we zingen het, want in geloof weten we het zeker, en het maakt ons gelukkig en blij: Jezus is opgestaan en Hij leeft, halleluja! Waarom is, na sterven en begraven, de opstanding van Jezus zo belangrijk? Omdat het gevolgen heeft voor je leven van alle dag. Jezus leeft en ik met Hem!
Paaspreek n.a.v. Romeinen 6:3,4
door Jan Haveman, Emmen, 5 april 2015
4
Dat accent legt de Bijbel: [dia10] om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden. Theoretisch zou je je kunnen voorstellen dat het feit dat Christus de gerechtigheid voor je heeft verdiend betekent dat het daarom nu niet meer zoveel uitmaakt hoe je leeft – je deelt immers toch al in de genade! Je zou zelfs kunnen gaan denken dat je rustig kunt blijven zondigen, omdat daardoor de genade van God juist alleen maar groter wordt. Maar de Bijbel werpt die gedachte ver weg. Na Gods overstelpende liefde en Jezus indrukwekkende offer kun jij toch zeker niet volharden in de zonde!? Uiteraard niet! Want je zondige ‘ik’ is met Christus dood gegaan en begraven. En met Christus ben je als nieuwe mens opgestaan, uit het doopwater omhoog gekomen, schoongewassen. Het is veelbetekenend, dat ook nu weer geldt, dat je zo sterk aan Jezus verbonden bent, dat jij ook met Hem uit de dood bent opgestaan! Wil dat zeggen dat je geen zonde meer doet? Dat je volmaakt heilig kunt leven? Was het maar waar! Nee, zolang je mens op aarde bent, zal de zonde je niet loslaten – je bent ermee besmet. En het zal ook altijd aantrekkingskracht op je uitoefenen. Alleen: daar is niet alles mee gezegd, en het mag ook geen doekje voor het bloeden worden om maar te blijven zondigen, ‘omdat God toch wel weer vergeeft’. Dan heb je het niet goed begrepen. Dan maak je misbruik van zijn liefde. Dan maak je genade goedkoop. Met Christus opstaan in een nieuw leven betekent dat de zonde niet meer over je heerst, je aardt er niet meer in, je vindt er geen rust en vrede meer in. En je hebt er ook spijt van, iedere keer weer als je verkeerd doet, slecht, kwaad... En gaat ermee naar God. Je bent geen slaaf meer van de zonde, omdat je kind van God bent geworden en omdat Christus nu je eigenaar is. En dát is dus ook de doop: iedere keer als je het ziet en meemaakt klinkt daarin de oproep van God door: je bent van Mij – leef nu ook als kind van Mij! [dia11] Jezus leeft – en ik met Hem! Dat is een krachtige oproep op Pasen: word steeds weer wat je bent – één met Jezus Christus. Verlang daar naar, jaag daar naar, werk er aan. In het voetspoor van je opgestane Heiland. In de kracht van zijn uitgestorte Geest. Een gezegend paasfeest! Amen
Jezus leeft en ik met Hem!
Paaspreek n.a.v. Romeinen 6:3,4
door Jan Haveman, Emmen, 5 april 2015
5