Liturgie morgendienst Emmen, 29 maart 2015 Thema: Hosanna voor Koning Jezus!
1. Votum 2. Zegengroet Genade voor u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus. 3. Zingen: Psalm 118:7,9 4. De tien woorden 5. Zingen: LvdK 175:1-4 6. Gebed 7. Schriftlezing OT: Zacharias 9:9,10 8. Schriftlezing NT: Matteus 21:1-17 8. Zingen: Psalm 99:1,4 (vers 1 geleerd door de onderbouw) 9. Preek 9. Zingen: Psalm 8:1,2,6 10. Dankgebed, voorbede 12. Inzameling van de gaven 13. Slotzang: Psalm 98:2,4 14. Zegen. De genade van onze Heer Jezus Christus, en de liefde van God en de eenheid met de heilige Geest zij met u allen.
Hosanna voor Koning Jezus! - Preek n.a.v. Matteus 21:1-17 door Jan Haveman Emmen, 29 maart 2015
1
Preek n.a.v. Matteus 21:1-17
Hosanna voor Koning Jezus!
Emmen, 29 maart 2015
Volk van God, geliefde gemeente van Jezus Christus, br/zr jonger of ouder, welkome gast hier in de kerk, kijker/luisteraar thuis, [dia1] In de nauwe straatjes van Jeruzalem is het deze dagen een drukte van belang. Natuurlijk is het in zo’n grote stad druk. Altijd zijn er handelaars bezig hun spulletjes te verkopen in de nauwe straatjes, lopen er mensen krioelend hun weg te zoeken tussen de kraampjes door, en rennen kinderen spelend door de donkere steegjes. Maar nu, zo vlak voor Pesach, is het extra druk. Van heinde en ver komen de pelgrims naar de tempelstad om het grote feest mee te vieren. Op het uitgestrekte tempelplein hebben zich veel mensen verzameld. [dia2] Het is duidelijk dat daar wat te doen is. Er is iets gebeurd. Zelfs de tempelpolitie is erbij. Het is er een geschreeuw en gedraaf. Tafeltjes liggen omver, vee loopt her en der verspreid. Duiven fladderen rond. Mannen zoeken ijverig hun op de grond gevallen muntstukken bij elkaar. Anderen proberen met de moed der wanhoop hun schapen bij elkaar te drijven of hun duiven terug in het hok. Maar er lopen ook gehandicapten rond: blinde mensen zoeken hun weg, al dan niet geholpen door familie en vrienden. En mensen die niet meer kunnen lopen worden gedragen of komen in de rolstoel. En ze gaan allemaal naar één persoon toe. Hij staat daar midden op het tempelplein. Het is Jezus. En kijk: [dia3] er zijn ook kinderen. Ze hebben takken in de hand en lopen daar mee te zwaaien. In een kring lopen ze achter elkaar aan om Jezus heen. Ze zingen een vrolijk lied: Hosanna, de Zoon van David. Waarom doen ze dat? Waar hebben ze dat vandaan? Kinderen hebben veel fantasie, maar dit hebben ze niet van zichzelf. De kinderen van Jeruzalem doen nu wat hun vaders en moeders gisteren deden. Toen was Jezus namelijk de Olijfberg afgekomen, een berg vlakbij Jeruzalem. Als je op het Tempelplein staat, kun je de berg zien. En door de grote tempelpoort in de stadsmuur, loop je zo de berg op. Jezus kwam de Olijfberg af op een jong ezeltje. [dia4] En de mensen hadden allemaal hun jas uitgedaan en die op de ezel gelegd voordat Jezus erop ging zitten, en daarna hadden ze hun jassen op de weg gelegd. Zo was het net een grote loper. Verder hadden de mensen palmtakken in de hand waarmee ze liepen te zwaaien, terwijl ze zongen: ‘Hosanna de Zoon van David – gezegend Hij die komt in de Naam van de Heer – Hosanna in de hoogste hemelen!’. Het was een heel mooie en feestelijke optocht. Zo was Jezus Jeruzalem binnengegaan. De menigte bracht de hele stad in rep en roer, alsof er een schok door de stad ging, net als bij een aardbeving. De inwoners van de stad hadden gevraagd waarvoor al die drukte en herrie nou nodig was. Over wie gaat het eigenlijk? Wie is die man op die ezel? Weten jullie dat dan niet – zijn jullie vreemdeling in Jeruzalem? Dat is de profeet, Jezus! Zo was het rumoer en de opwinding van de pelgrims langzaam getemperd. Ze waren vol geestdrift geweest, toen ze zagen dat Jezus zo koninklijk de stad van David binnen ging. Koningen rijden in Israël immers altijd op een ezel! Hosanna voor Koning Jezus! - Preek n.a.v. Matteus 21:1-17 door Jan Haveman Emmen, 29 maart 2015
2
Daarom hadden ze Hem ook koninklijke eer bewezen en de loper uitgelegd en Hem toegezongen. Hosanna. Dat werd met Pesach vaak geroepen. Dat Hosanna komt uit Psalm 118. Tegenwoordig betekent het zoiets als: hoera! En ze hadden gezongen: hoera! Want nu gaat het gebeuren! Nu gaat Jezus hen eindelijk verlossen van die gehate Romeinen. Nu gaat Hij echt koning worden! [dia5] Maar er gebeurt niks. De mensen in de stad zijn onverschillig. Het Hosanna vanaf de helling van de Olijfberg krijgt geen weerklank uit de stad. Het blijft stil. Gespannen: want wat gaan de Romeinse soldaten nu doen? Maar er gebeurt niks. Nog diezelfde avond verlaat Jezus in stilte de stad, en overnacht bij vrienden in Bethanie, net aan de andere kant van de Olijfberg. Even lijkt de populariteit van Jezus tot een hoogtepunt te stijgen: alle mensen die met Hem meelopen willen Hem koning maken. Maar in de stad willen ze niks van Hem weten. Ook voor Jezus is de publieke opinie een te smalle basis voor het koningschap. Hij laat het daarom niet van mensen afhangen. Kijk maar: Jezus zelf organiseert zijn binnenkomst in Jeruzalem. [dia6] Hij vordert een ezel, en vervult daarmee de profetie van Zacharia. Dat hadden de mensen toen nog niet door, zelfs de leerlingen niet (Johannes 12:16). Daarom schrijft Matteus het er voor de duidelijkheid vast bij. De intocht van Jezus is een program. Een messiaans program. Want Zacharia had geprofeteerd over de komende Messias die rijdt op het jong van een ezel. En over een Messias die zachtmoedig is. Wel, Jezus laat hier zien dat Hij de Messias is. Alleen moet je dat wel willen zien. Voor het volk was Jezus echter nog steeds de nationalistische leider, hun hoop op gewapend verzet tegen de Romeinen. Ze zien Hem niet als de vredevorst. En hun vreugderoep over de Zoon van David krijgt geen weerklank in Jeruzalem. Die dag nog niet tenminste. Wel de volgende dag. Dan pas klinkt de echo door in de stad van David, op het tempelplein. Maar dan zijn het alleen de kinderen die het nog durven zingen. Kinderen, die de door hen geleerde versjes over de Here voor op de fiets durven zingen en in de zandbak. Zonder dat ze zich schamen. Zonder dat ze zich afvragen wat anderen ervan vinden. Heerlijk is dat, dat onbekommerde, dat spontane lied. Mooi jongens en meisjes, dat jullie liedjes zingen voor de Here! Dat is zo belangrijk – blijf dat vooral doen, overal waar je kan! [dia7] Als Jezus de dag na zijn koninklijke intocht op het tempelplein komt en de drukte daar ziet, al dat gewissel van geld en kopen van offerdieren, dan houdt Hij het niet langer uit. Dat hele tempelbedrijf gaat maar door, alsof er niks aan de hand is, alsof er niks gebeurd is, alsof er niks zal gebeuren. Al die mensen die Hem negeren. Die gewoon aan Hem voorbij lopen. Die niks begrijpen van al die signalen die Hij uitgezonden heeft over de Messias. Sterker: er lopen hier mensen rond in het huis van zijn Vader die plannen bedenken om Hem te vermoorden. Die hier niet komen om te bidden, maar om te roven. En die zo van dit gebedshuis een rovershol maken. En daarom grijpt Jezus nog één keer publiek in. Hij doet twee wonderen in de tempel. Allereerst wordt het hele tempelplein schoongeveegd. [dia8] Hosanna voor Koning Jezus! - Preek n.a.v. Matteus 21:1-17 door Jan Haveman Emmen, 29 maart 2015
3
De geldtafels omgekeerd, de schapen en koeien weggedreven en de duiven losgelaten. Jezus houdt het tempelplein een tijdje in zijn greep. Gods Geest waait over het plein, en niemand durft zich te verzetten. Het hele tempelbedrijf komt stil te liggen. Jezus zegt als het ware: deze tempeldienst gericht op het offeren van dieren is niet meer nodig. Omdat de Grote Verzoendag nadert waarop het Grote Offer, dat genoeg is voor altijd en eeuwig, gebracht wordt. Het tweede wonder is dat lammen en blinden worden genezen. Nogmaals laat de Heiland zien dat Hij bij machte is om een massa te genezen. Laat Hij zien dat Hij echt de Messias is die aan gevangen vrijlating zal verkondigen en aan blinden het gezicht en om verbrokenen heen te zenden in vrijheid (Jesaja 61:1,2). [dia9] De kinderen zijn het die de Messiaanse echo laten klinken. Zij dansen rondom Jezus op het tempelplein, waar ze eigenlijk helemaal niet mogen komen. Zij dansen en zwaaien en zingen: Hosanna, Hoera, de Zoon van David! En weer zijn er die het enthousiasme temperen. [dia10] Je ziet ze staan kijken: de overpriesters en schriftgeleerden. Met hun sombere, donkere gezichten. Met hun opgekropte woede. Ze slaan het schouwspel gade. Het is hen een doorn in het oog dat Jezus zo maar het tempelbedrijf stil legt. En dat Hij lammen en blinden geneest. Maar kunnen ze er iets tegen doen? Kunnen ze deze macht en kracht die van Hem uitgaat verhinderen? Nee dat kunnen ze niet. En daarom zoeken ze hun toevlucht tot wat ze wel kunnen: schamperen over de kinderen. Hoort U niet wat die zingen? Bits en bijterig vragen ze het Jezus. Het moet toch niet gekker worden - wie durft die timmerman uit Nazareth nou Zoon van David te noemen!? Inderdaad ja, alleen kinderen! Kinderen die niet eens weten, niet beseffen wat ze zingen. Hij moet het blijkbaar van kindergebrabbel hebben! De Priesters en Schriftgeleerden proberen Jezus en de mensen die om Hem heen staan te intimideren. Dat doen ze door Jezus te kleineren, in een hoek te drukken, weg te zetten als iemand die omgaat met kinderen. Ja, je hoort het goed: met kinderen! Zou Hij dan zelf wel wat voorstellen - als je het van kinderen moet hebben?! Als de kleintjes achter je aan en om je heen lopen?! Ze schamperen op de kinderen. Die kinderen. Dat hadden Jezus leerlingen ook een keer gedaan. [dia11] Toen vaders en moeders hun kinderen bij Jezus brachten, zodat Hij ze kon aanraken en zegenen, toen hadden zij zoiets van: ‘Ja, kom nou zeg, daar heeft de Heer het te druk voor hoor. Denk je dat Hij zich bemoeit met kinderen?’ Maar toen Jezus dat hoorde werd Hij heel boos. Hij neemt het je zeer kwalijk als je de kinderen bij Hem vandaan houdt! En wat zei Hij toen? Laat de kinderen tot Mij komen, alle, alle kinderen! Zo is Jezus: Hij zou te groot zijn om met kinderen om te gaan? Het is nog veel verrassender: juist voor kinderen is zijn Koninkrijk! Want als grote mensen (die zichzelf zo groot en belangrijk vinden) als zij niet net als de kleine kinderen gaan geloven, dan zullen ze zijn Koninkrijk niet eens binnenkomen! Jezus heeft inderdaad gehoord wat de kinderen over Hem zingen. Hosanna voor Koning Jezus! - Preek n.a.v. Matteus 21:1-17 door Jan Haveman Emmen, 29 maart 2015
4
En Hij is er blij mee en dankbaar voor. Want deze kinderen zingen hun Hosanna voor de Zoon van David zonder bijbedoelingen. Hun lied is echt, zuiver, oprecht, eerlijk. Bij hen klinken er geen nationalistische gevoelens in door, het is bij hen geen roep om wraak, om strijd tegen de Romeinen. Deze kinderen zingen zoals het is: Hij is de beloofde Zoon van David, de Messias. En Hij neemt deze erkenning, deze steun te midden van zoveel miskenning dankbaar aan. Ja, Jezus heeft het wel gehoord. Hij heeft het goed gehoord zelfs. En in zijn reactie op de overpriesters en schriftgeleerden wijst Hij hen terug naar de Schrift: [dia12] Hebben jullie dan nooit gelezen wat in de Bijbel staat: Door de mond van kinderen en zuigelingen hebt U zich een loflied laten zingen? Het zijn bekende woorden uit psalm 8, we zullen ze straks ook zingen. Voelt u de zeggingskracht van dit antwoord van Jezus? Onmondigen, zij die niet meetellen, baby’s die nog melk drinken bij de moeder, zij zijn het die God lof brengen. God wordt sterk door wat zwak is. De mond van onmondigen brengt Hem lof. Wat doet Jezus hier waar de Schriftgeleerden bij zijn? Hij laat zijn legitimatiebewijs zien, zijn identiteitskaart. Hij laat hier nog één keer, voor de zoveelste keer, zien dat het allemaal niet toevallig is wat er gebeurt. Psalm 8 vertelt dat Gods Naam heerlijk is op aarde – welnu: heeft Hij net niet heerlijke wonderdaden verricht? Voor hun ogen?! Psalm 8 vertelt dat er tegenstanders, vijanden, wraakgierigen zijn – welnu: is hun hart niet vol van moord en doodslag, is hun hart geen rovershol? Psalm 8 vertelt dat God lof krijgt uit de mond van kinderen en zuigelingen – welnu: zijn ze er geen getuige van? Moet er nu nog meer uitgelegd worden? Dit spreekt toch voor zich? [dia13] Gelukkig is wat Jezus doet niet afhankelijk van hoe populair Hij is, van hoe aardig en sympathiek mensen Hem vinden. Want mensen zijn wisselvallig; vandaag prijzen ze je de hemel in, morgen laten ze je vallen als een baksteen... Onze Heer heeft dat zelf ondervonden: komende vrijdag, over nog geen vijf dagen, zullen de mensen die Hem nu als koning binnenhalen, Hem laten kruisigen. Toch is Jezus niet afhankelijk van wat mensen doen. Nee, Hij bepaalt zelf wat er gaat gebeuren en hoe het gaat gebeuren. En kinderen helpen Hem daar vandaag bij: zij laten de messiaanse echo klinken. Kinderen zingen hun Hosanna voor Koning Jezus! U ook? Amen [dia14]
Hosanna voor Koning Jezus! - Preek n.a.v. Matteus 21:1-17 door Jan Haveman Emmen, 29 maart 2015
5