Jaarverslag 2008-2009
IRIS, onderwijs met overtuiging
IRIS in beweging IRIS is een stichting met vijf scholen, die verschillen in omvang, onderwijsaanbod en cultuur. De zoektocht naar gemeenschappelijke belangen en gedeelde waarden is nooit afgerond. In een maatschappij die altijd in beweging is, is het belangrijk dat ook IRIS en de scholen meebewegen: alleen dan behoudt IRIS het vertrouwen van de scholen en houden scholen op hun beurt het vertrouwen van leerlingen, ouders, docenten en overige medewerkers. IRIS werkt steeds aan een schoolklimaat waarin vertrouwen een kernwaarde is. Vertrouwen leidt tot grotere betrokkenheid, betere resultaten en meer werkplezier. In het verslagjaar hebben de scholen een belangrijke stap gezet om te gaan werken in een teamstructuur.
Een gezamenlijk besef van de noodzaak om in beweging te komen lag ten grondslag aan deze verandering. De betekenis van deze stap is groot: het is een cultuurverandering die de komende jaren zijn beslag krijgt. Ik ben trots op de manier waarop de scholen deze uitdaging hebben opgepakt. Dit is typerend voor het werken in IRIS-verband: IRIS en de aangesloten scholen bewegen gezamenlijk naar één doel, terwijl de scholen de manier waarop ze dat doel bereiken zelf invullen. Voor mij is dit de meerwaarde van IRIS. Leo Deurloo, Voorzitter College van Bestuur
Jaarverslag 2008-2009
IRIS, onderwijs met overtuiging
Inhoud pag. 4 Missie en visie IRIS pag. 6 IRIS in beweging pag. 8 Scholen in beweging pag. 18 IRIS in cijfers pag. 23 Besturingsmodel IRIS
Missie en visie IRIS Eenheid in verscheidenheid IRIS bestaat uit vijf samenwerkende scholen: het Eerste Christelijk Lyceum in Haarlem, de Haemstede-Barger in Heemstede, het Herbert Vissers College in Nieuw-Vennep, het Kaj Munk College in Hoofddorp en de RK Scholengemeenschap Thamen in Uithoorn. Deze vijf scholen verschillen van elkaar in omvang, onderwijsaanbod en cultuur. De grote mate van zelfstandigheid van de vijf IRIS-scholen komt vooral naar voren in het onderwijsaanbod, de doelgroepen waarop de school zich richt en de omgeving waarin de school zich bevindt. Op deze terreinen is binnen IRIS sprake van diversiteit, maar er bestaan geen grote onderlinge verschillen van inzicht omtrent de veranderingen in de samenleving en de betekenis daarvan voor de scholen.
De missie en visie van IRIS Op basis van de statuten en de werkelijkheid van alledag ziet IRIS het als haar missie: • leerlingen vertrouwd te maken met de bestaande cultuur en leerlingen te stimuleren na te denken over de wijze waarop zij de wereld ten goede kunnen veranderen; • scholen leefgemeenschappen te laten zijn waarin ruimte is voor diversiteit en openheid en waarin het voor iedereen veilig is; • scholen werkgemeenschappen te laten zijn waarin ieder personeelslid kan en wil worden aangesproken op verantwoordelijkheid en professionaliteit. IRIS verwacht dat het voortgezet onderwijs ook in de toekomst geconfronteerd wordt met steeds complexere beleids- en beheersvraagstukken: • leerlingen, ouders en docenten zullen hogere eisen stellen aan de kwaliteit van het onderwijsaanbod, van de werkomstandigheden en van het personeelsbeleid; • de overheid zal, als subsidieverlener en kwaliteitsbewaker, de autonomie en daarmee de individuele verantwoordelijkheid van school en schoolbestuur vergroten en aanscherpen; • er zal in de komende jaren een steeds groter kwantitatief en kwalitatief tekort aan leraren ontstaan.
Onderwijsvisie: veiligheid, invloed en aandacht Alle IRIS-scholen werken vanuit hun missie naar het best mogelijke onderwijs voor hun leerlingen. De route daar naar toe loopt via een gemeenschappelijke weg. Kernbegrippen van de groeiende gezamenlijke onderwijsvisie zijn: • Veiligheid. Dit begrip staat niet alleen voor de veiligheid op school, waar in onze samenleving steeds meer sprake is van fysiek en verbaal geweld, maar ook en vooral voor de behoefte aan bestaanszekerheid: de wetenschap dat je er mag zijn en wordt geaccepteerd met je sterke en zwakke punten. Die veiligheid geldt voor leerlingen en voor medewerkers. • Invloed. De scholen zoeken permanent naar een balans tussen sturen en loslaten. Daarbij is loslaten niet bedoeld als ‘zoek het maar uit’, maar als richting en ruimte geven. De school stimuleert leerlingen om verantwoordelijkheid te nemen in hun eigen leerproces en geeft medewerkers de ruimte zich te ontwikkelen en bij te dragen aan de doelstellingen van de school. • Aandacht. Individuele aandacht voor leerlingen en medewerkers leidt tot erkenning en zelfvertrouwen. De school houdt rekening met verschillen in afkomst, aanleg en mogelijkheden. Leerlingen en medewerkers leren te reflecteren op hun werk.
De vijf scholen van IRIS
Het bestuurskantoor van IRIS
• Eerste Christelijk Lyceum, Haarlem (havo en vwo); www.eclh.nl • Haemstede-Barger, Heemstede (theoretische leerweg vmbo); www.haemstede-barger.nl • Herbert Vissers College, Nieuw-Vennep (alle leerwegen van het vmbo inclusief leerwegondersteunend onderwijs, havo en vwo); www.hvc.nl • Kaj Munk College, Hoofddorp (theoretische leerweg vmbo, havo en vwo); www.kajmunk.nl • RK Scholengemeenschap Thamen, Uithoorn (alle leerwegen van het vmbo inclusief leerwegondersteunend onderwijs); www.thamen.nl
• Het bestuurskantoor van IRIS is gevestigd in de voormalige herberg De Dorstige Kuil, Koediefslaan 69, 2101 BT te Heemstede. Telefoon: 023 548 3800; www.iris-cvo.nl
IRIS in beweging K-3 model
Strategisch personeelsbeleid
IRIS hanteert het K-3 model voor de positionering van de scholen: Klimaat, Kwaliteit en Kenmerken. Een IRIS-school moet op twee K’s ten minste marktconform zijn en excelleren op één K. Gezien haar missie en visie kiest IRIS voor excelleren op schoolklimaat. De invoering van de teamstructuur, nieuw taakbeleid en verdere professionalisering van het personeelbeleid dragen hieraan bij. De instroomcijfers van de laatste drie jaar geven aan dat deze benadering bij ouders en leerlingen aanslaat.
IRIS slaagde er dit verslagjaar in om op elke school een HR-adviseur aan te stellen. Deze vallen hiërarchisch onder de directie van de school, terwijl een bovenschoolse HR-adviseur hen functioneel aanstuurt. Alle adviseurs volgen een leergang strategische personeelsplanning. Op basis van strategische verkenningen bepaalt elke school welke maatregelen nu nodig zijn om in de personeelsbehoefte over vijf jaar te voorzien. IRIS denkt daarmee voldoende goede docenten aan zich te kunnen binden in de huidige krappe arbeidsmarkt.
Uit de inspectierapporten blijkt, dat de kwaliteit van de IRIS-scholen markconform is en in meerderheid beter dan die van vergelijkbare scholen in de regio. Voor leerlingen en ouders is het belangrijk dat een school unieke kenmerken biedt, waarmee zij zich identificeren. IRISscholen bieden leerlingen daarom extra programma’s om talenten verder te ontwikkelen. De scholen besteedden in het verslagjaar veel aandacht hieraan.
Gratis schoolboeken De gratis schoolboeken voor het voortgezet onderwijs brachten in het schooljaar 20082009 zowel IRIS als de aangesloten scholen danig in beweging. Een werkgroep bereidde deze omvangrijke operatie voor; op de scholen werd hard gewerkt om binnen het krappere budget toch een verantwoord boekenpakket te realiseren.
Binden en boeien van docenten IRIS is een eenjarige opleiding gestart om docenten de eerste beginselen van leidinggeven bij te brengen. Doel is de leidinggevende functie binnen de scholen te versterken en talent de kans te geven te groeien. IRIS is één van de oprichters van het Nederlands Instituut voor Masters in Educatie (NiME). De eerste lichting studenten startte in februari 2009. Inmiddels volgen drie IRIS-docenten deze masteropleiding. Hiermee wordt carrière maken in de klas mogelijk.
IRIS-Opleidingsschool Elke school heeft een of meer schoolopleiders, die het opleiden van studenten tot leraar organiseren. De schoolopleiders hebben verder vorm gegeven aan de IRIS-Opleidingsschool. In het verslagjaar waren 125 studenten bij de verschillende IRIS-scholen in opleiding. Daarbij werd samengewerkt met de Educatieve Faculteit van de Hogeschool van Amsterdam en de Vrije Universiteit. Twee scholen kregen een certificering als opleidingsschool, ook de overige scholen hebben een aanvraag daarvoor gedaan. Steeds meer wordt de opgebouwde ervaring met het opleiden van studenten ook bij zittend personeel ingezet. Daarnaast heeft IRIS een opleider/coach in dienst genomen om de docenten en leidinggevenden nog verder te kunnen ondersteunen.
Functiemix en gesprekkencyclus
Innovatie
In het verslagjaar werden de gevolgen van het plan LeerKracht Nederland en de functiemix voor de IRIS-scholen duidelijk. IRIS grijpt de promotie van docenten in het kader van de functiemix aan om door een gesprekkencyclus de kwaliteit van docenten en daarmee van het onderwijs te verbeteren. Naast functioneringsgesprekken zullen ook beoordelingsgesprekken worden gevoerd, op basis waarvan docenten naar een hogere functie kunnen doorstromen. Het volledige personeel zal deze gesprekkencyclus met ingang van cursusjaar 2009-2010 gaan doorlopen.
De scholen voerden ook in het schooljaar 2008-2009 weer veel projecten uit die zij mede bekostigden uit het Innovatiefonds van IRIS (€ 400.000 was beschikbaar, waarvan ruim € 250.000 is besteed). Voorwaarde voor de subsidie uit dit fonds is, dat ook de andere scholen hun voordeel kunnen doen met het project.
Organisatieverandering Om de betrokkenheid van docenten en daarmee hun werkplezier te vergroten is op alle scholen een teamstructuur ingevoerd, waarbij taken en verantwoordelijkheden zo laag mogelijk binnen de school liggen.
Gebouwen en facilitaire voorzieningen Alle scholen hebben een actueel meerjarenonderhoudsplan. Er is een centrale voorziening voor onderhoud getroffen, zodat schommelingen in de besteding beter kunnen worden gedempt. Daarnaast kan nu de jaarlijkse gemiddelde dotatie naar beneden. Op een aantal scholen hebben voorbereidingen plaatsgevonden voor nieuwbouw en/of verbouw, die volgend schooljaar hun beslag krijgen. De IRIS-ICT-Injectie (“Triple- I”) is met succes uitgevoerd: in tenminste 75% van de lokalen is inmiddels een multimediale werkomgeving voor de docent gerealiseerd.
Scholen in beweging Eerste Christelijk Lyceum: ontwikkeling nieuwe projecten en ICT Nieuwe projecten Het ECL was sterk in beweging op het gebied van nieuwe projecten. Door een substantiële subsidie van IRIS was een aantal kwalitatief hoogwaardige projecten mogelijk. Zo ontwikkelden de secties Engels en Klassieke talen het project Romans in Britain, waarbij de derde klas gymnasium een bezoek bracht aan Engeland. Dit succesvolle project krijgt een vaste plek in het curriculum. Voor de vierde klas havo was er een pilot waarin groepjes leerlingen een profielwerkstuk maakten op de manier waarop dit binnen het HBO gebeurt. Resultaat is een nog professionelere aanpak van het profielwerkstuk. Door middel van het Meningenproject leerden brugklassers hun mening af te wegen en te beargumenteren en werden vooroordelen (op het gebied van bijvoorbeeld seksuele geaardheid, afkomst en kunstopvatting) bestreden. Zij brachten onder andere een bezoek aan de Tweede Kamer. In de tweede klas werd aan het thema “Opstandigheid in de kunst” gewerkt. Eindproduct waren uiteenlopende (driedimensionale) kunstuitingen. De kwaliteitsgelden VO zijn deels ingezet voor het maken van persoonlijke portfolio’s in de onderbouw. Bij uitval van een docent werkten de klassen onder begeleiding aan digitale en analoge opdrachten.
ICT Daarnaast stond het cursusjaar 2008-2009 in het teken van ICT. Docenten willen bij het onderwijs meer gebruik maken van ICT. Om dit te realiseren moet de school de beschikbare ruimte nóg efficiënter gebruiken. In de lokalen waar dat mogelijk was, zijn vaste pc’s geplaatst. Met het oog op het ruimteprobleem zoekt het ECL de oplossing in een draadloos netwerk met aansluiting op internet. In de praktijk blijkt het echter een technisch hoogstandje om met 30 laptops tegelijk de les te starten! Voorbereidingen werden getroffen om in cursusjaar 2009-2010 klassikaal laptops te gebruiken. Terwijl te zijner tijd de laptop meer zal worden ingezet, moet in het volgende cursusjaar het aantal ICT-werkplekken worden uitgebreid. Zo’n overgang van vaste pc’s naar laptops is kostbaar: enerzijds komen er vaste werkplekken, terwijl anderzijds een draadloos netwerk wordt opgebouwd. Aan het eind van het cursusjaar was driekwart van de lokalen uitgerust met een pc met internet plus een beamer. In de overige lokalen was in elk geval een pc aanwezig. In de toekomst wil het ECL gebruik gaan maken van bijvoorbeeld digiborden, hetgeen de nodige voorbereidingen vergt.
Scholen in beweging Haemstede-Barger: nieuwbouw en ontwikkeling nieuwe leergebieden Nieuwbouw In februari 2009 startte, bovenop de westvleugel van de school, de bouw van een groot lokaal voor textiele werkvormen en muziek- en cultuuronderwijs. Gaandeweg ontstonden ook plannen voor aanpassing van de aula. Zowel de nieuwbouw als de verbouw staan in het teken van de onderwijskundige vernieuwingen, met name in het creëren van ruimte voor vakoverstijgende en groepsoverstijgende activiteiten. Door een binnenwand te verwijderen wordt de aula transparanter en meer geschikt voor uitvoeringen en bijeenkomsten. Zo wordt letterlijk ruimte geboden aan een belangrijke doelstelling van de school: het stimuleren van expressie!
Nieuwe leergebieden De school profileerde zich met twee nieuwe leergebieden. Het leergebied Mens & Natuur (voorheen biologie en natuurkunde/scheikunde) werd in de eerste klas in steviger vorm gecontinueerd. Voor de tweede klas ontwikkelden vijf docenten het leergebied Mens & Maatschappij, waarin de vakken geschiedenis, aardrijkskunde en levensbeschouwing zijn geïntegreerd. Ook bij de moderne vreemde talen werden een samenhang en kruisbestuiving zichtbaar. In cursusjaar 2008-2009 werd het keuzevak Lichamelijke Opvoeding 2 (LO2) ingevoerd in de derde klas. Ruim 25 leerlingen kozen dit extra vak, waarin tevens eindexamen kan worden gedaan. Hiermee krijgen de leerlingen een betere startkwalificatie in het vervolgonderwijs, zoals het CIOS. Naast praktijkervaring en verdieping van de vaardigheden bij verschillende sporten krijgen de leerlingen ook theorie, zowel wat betreft fysieke als organisatorische aspecten. Hiermee is het bewegingsonderwijs binnen de school nog sterker komen te staan.
10
11
Scholen in beweging Kaj Munk College: Technasium, academische opleidingsschool en mini-lentefeest Technasium Dit cursusjaar heeft een aantal docenten zich ingezet om de Technasiumstroom in de havo voor te bereiden. Hierin heeft het vak Ontwerpen en Onderzoeken een centrale plaats. Vijf docenten zijn getraind om dit vak te kunnen onderwijzen. De Stichting Technasium heeft het project voor de testfase goedgekeurd. Met het Technasium geeft het Kaj Munk College nog meer invulling aan de prominente plaats van bètavakken en techniek op de school. Academische opleidingsschool Samen met onder andere het Eerste Christelijk Lyceum heeft het Kaj Munk College onder de naam Regionale Opleidingsschool Noord-Holland West een aanvraag gedaan om het keurmerk opleidingsschool te verwerven. Vlak voor de zomervakantie werd bekend dat de NVAO (Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie) dit keurmerk heeft verleend, met het oordeel “goed”. Dit cursusjaar waren er 35 studenten/ docenten in opleiding op de school. Daarnaast is de aanvraag voorbereid om ook als Academische Opleidingsschool te worden aangemerkt. Mini-lentefeest Het Kaj Munk College staat bekend als een school met extra aandacht voor kunst, media en cultuur. Het Lentefeest is het jaarlijkse hoogtepunt: een grootse theatervoorstelling van leerlingen in een heus theater. In de brugklas is dit jaar het mini-lentefeest ingevoerd. Alle brugklasleerlingen werkten op de één of andere manier hieraan mee: zang, dans, decor, geluid, de leerlingen verzorgden de hele voorstelling.
12
13
Scholen in beweging R.K. Scholengemeenschap Thamen: uitbreiding praktijkleren, stages, Accentlessen en organisatieverandering Praktijkleren Het project Praktijkleren is in het cursusjaar 2008-2009 uitgebreid. Er is samenwerking gezocht met het ROC Amsterdam om ook langs die weg de aansluiting van vmbo naar MBO te vergroten. Dit gebeurt door middel van projecten voor de vierde klas, ter uitbreiding van de stagemogelijkheden voor de afdelingen Handel en Verkoop en Verzorging. Stages Vierdeklassers voeren in het kader van loopbaanoriëntatie wekelijks binnen een “echt” bedrijf werkzaamheden uit die aansluiten op het lesprogramma. Daarbij kunnen zelfs examenonderdelen worden opgenomen. Zo krijgen de leerlingen een levensecht beeld van een mogelijk toekomstige werkomgeving, hetgeen zeer stimulerend werkt.
Accentlessen Dit schooljaar is de invoering van de Accentlessen in het tweede leerjaar voorbereid. Deze lessen zijn onderdeel van de doorlopende leerlijn op het gebied van ontwikkeling van vaardigheden en bestaan uit drie onderdelen: een maatschappelijke stage, praktische sectororiëntatie en PPP (plan, proces, prestatie). Bij PPP werken de leerlingen in groepen aan een zelfgekozen onderwerp, ontstaan uit een eigen vraag, met als resultaat een product in een door de leerlingen zelf gekozen vorm. Vrijheid voor de leerlingen, gebruik maken van hun nieuwsgierigheid en ontwikkeling van nieuwe vaardigheden zijn uitgangspunten hierbij. Een docent begeleidt de leerlingen en heeft daarbij vooral een coachende rol. Organisatieverandering Thamen werkte dit cursusjaar aan de voorbereidingen voor een teamgerichte organisatie. Er is in eerste instantie een analyse van de noodzaak van een organisatieverandering gemaakt. Tevens zijn de lange termijn onderwijs doelen, de “unieke redenen” waarom men voor Thamen zou moeten kiezen, ge(her)formuleerd. Vervolgens is de organisatievorm gezocht die deze doelen het beste dient. Werving van nieuwe teamleiders resulteerde in de benoeming van vijf van de zes benodigde teamleiders en één facilitair manager. Ook kwam er meer ondersteuning voor de directie en het management. Het nieuwe organisatiemodel bestaat uit zes teams, drie in de onderbouw en drie in de bovenbouw. Voor de werkterreinen ICT, CKV, Zorg en Keuzebegeleiding benoemde ieder team een vertegenwoordiger.
14
15
Scholen in beweging Herbert Vissers College: teamontwikkeling, visie vmbo, Instalektro, drama en sciencelab Teamontwikkeling Het Herbert Vissers College heeft in het cursusjaar 2008-2009 voor het eerst in de nieuwe teamstructuur gewerkt. De zes afdelingen zijn vervangen door acht teams, verdeeld over de sectoren mavo/vmbo en havo/vwo. Met de nieuwe teamleiders en sectordirecteuren zijn vooral praktische, organisatorische zaken opgepakt. Daarnaast zijn verantwoordelijkheden lager in de organisatie neergelegd. Door deze nieuwe structuur is er hernieuwde aandacht voor de begeleiding van de leerlingen: de teams hebben concrete plannen op dit gebied ontwikkeld. Met ingang van dit cursusjaar waren de teams zelf verantwoordelijk voor een eigen invulling van activiteiten buiten de reguliere lessen om, een en ander met behoud van de bij de secties opgebouwde expertise. Visie vmbo Samen met het bedrijfsleven ontwikkelt het HVC een visie op vmbo-onderwijs: wat verwachten de maatschappij en het bedrijfsleven van het onderwijs? Deze visie is volgend cursusjaar gereed, de school gaat dan met de invulling aan de slag.
16
17
Instalektro Dit schooljaar vonden de voorbereidingen plaats voor het vak Instalektro, dat in 20102011 start. Dit is een combinatie van de vakken Installatietechniek en Elektrotechniek. Op basis van overleg met werkgevers uit de regio heeft het HVC besloten dit vak te gaan geven, als enige school in de wijde omtrek. Als werkplek voor Instalektro wordt een huis gesimuleerd, waar de leerlingen werkzaamheden uitvoeren aan bijvoorbeeld riolering, cv-ketel en elektriciteit. Invoering van het vak gebeurt in nauw overleg met het Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf (OTIB). Drama Bij het vmbo bk was behoefte aan expliciete aandacht voor sociale vaardigheden. Daarom is voor het schooljaar 2009-2010 het vak Drama als verkapte sociale vaardigheidstraining voor eersteklassers ontwikkeld. De leerlingen leren om op de juiste manier met elkaar om te gaan en krijgen meer zelfvertrouwen. Sciencelab De bètavakken timmeren flink aan de weg om de exacte vakken toegankelijker te maken voor de leerlingen. Zo is begin 2008 het nieuwe sciencelab officieel ingewijd. De leerlingen maken dankzij dit lab een start met zelfstandig onderzoek, onder andere in het kader van het nieuwe toepassingsgerichte vak Natuur Leven Techniek (NLT). Het aantal leerlingen dat kiest voor de natuurprofielen is toegenomen: een teken dat de gekozen aanpak resultaat heeft!
IRIS in cijfers Onderwijs in cijfers De instroomcijfers van de laatste drie jaar geven aan dat de keuze van IRIS voor het excelleren op schoolklimaat bij ouders en leerlingen aanslaat. Het Kaj Munk College kreeg in het voorjaar maar liefst 324 aanmeldingen voor het cursusjaar 2009-2010.
Uit de inspectierapporten blijkt, dat de kwaliteit van de IRIS-scholen marktconform is en in meerderheid beter dan vergelijkbare scholen uit de regio. Op alle scholen zien de examenresultaten er prima uit. Alleen op het Kaj Munk College is na een reeks goede jaren het havoslagingspercentage slechts 73%.
Aanmeldingen brugklas
2009-2010
Examenresultaten
Eerste Christelijk Lyceum Herbert Vissers College RKSG Thamen Haemstede-Barger Kaj Munk College
174 333 242 103 324
Totaal
1.176
2008-2009 172 393 243 107 198
2007-2008
185 383 257 113 212
1.113
1.150
Aantal leerlingen (per 1 oktober)
2008
2007
2006
Eerste Christelijk Lyceum Herbert Vissers College RKSG Thamen Haemstede-Barger Kaj Munk College
966 1.715 929 458 955
965 1.584 950 466 901
931 1.595 936 446 878
Totaal
5.023
4.866
4.786
18
Eerste Christelijk Lyceum havo vwo Herbert Vissers College vmbo b vmbo k mavo havo vwo RKSG Thamen vmbo b vmbo k vmbo t Haemstede-Barger mavo Kaj Munk College vmbo t havo vwo
2008-2009
2007-2008
2006-2007
90% 87%
95% 99%
90% 94%
96% 98% 92% 87% 93%
96% 95% 96% 81% 87%
99% 96% 90%
99% 97% 94%
97%
19
97% 95% 97%
89%
97% 73% 87%
95% 94% 94% 88% 92%
91%
90% 91% 91%
95% 89% 94%
IRIS in cijfers Personele cijfers
Financiële cijfers
Met de groei van het aantal leerlingen is ook het personeelsbestand uitgebreid: het aantal medewerkers is toegenomen van 532 naar 567 (+35), in aantal voltijdbanen gerekend van 420,5 naar 441,3 (+ 20,8 fte). De ratio van het aantal leerlingen per medewerker is voor geheel IRIS gedaald van 11,6 naar 11,5.
IRIS behoudt een financieel sterke vermogenspositie door een positief exploitatieresultaat van € 798.000 in het cursusjaar 2008-2009. De invoering van RJ660, de nieuwe richtlijn voor jaarverslaggeving van onderwijsinstellingen, heeft bij de jaarafsluiting geleid tot een aantal stelselwijzigingen: a. wijziging in de waarderingsgrondslag van de effecten b. vrijvallen van oude niet-geoormerkte subsidies naar het eigen vermogen c. opnemen van een jubileumgratificatie d. niet meer opnemen van de ‘eeuwigdurende’ vordering op het ministerie Als gevolg hiervan is het eigen vermogen met € 1 miljoen afgenomen.
Aantal medewerkers
2008-2009
2007-2008
2006-2007
Eerste Christelijk Lyceum Herbert Vissers College RKSG Thamen Haemstede-Barger Kaj Munk College Bestuursbureau
111 184 115 40 103 14
102 167 108 47 96 12
100 163 108 43 92 11
Totaal
567
532
517
Leeftijd verdeling
tot 45 jr.
45 tot 55 jr.
55 en ouder
2008-2009 2007-2008
38% 36%
33% 34%
29% 30%
Ziekteverzuimgegevens zijn een belangrijke graadmeter voor het welzijn en welbevinden van het personeel. Het verzuimpercentage is binnen IRIS met ruim een half procent gedaald, van 4,6% naar 4,0%. Het verzuim ligt lager dan de landelijk gemiddelden binnen het voortgezet onderwijs.
6 5
2009
Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vlottende activa
9.032.606 3.133.382 16.595.531
Totaal
28.761.519
2008
2009
2008
7.740.244 Eigen Vermogen 14.181.360 3.590.566 Voorzieningen 4.414.973 13.664.872 Langlopende schulden 65.447 Egalisatierekeningen 2.285.478 Kortlopende schulden 7.814.261
14.402.164 4.509.577 92.668 2.030.848 3.960.424
24.995.682
24.995.682
28.761.519
Solvabiliteit De solvabiliteit geeft aan in hoeverre kan worden voldaan aan financiële verplichtingen. IRIS heeft nauwelijks langlopende schulden, de verplichtingen bestaan met name uit voorzieningen (personeel, onderhoud) en verplichtingen op korte termijn. De solvabiliteit is gedaald door enerzijds de afname van het eigen vermogen en anderzijds de toename van het totale vermogen, maar is met 49% ruim voldoende. Liquiditeit De liquiditeit geeft aan in hoeverre aan de lopende betalingsverplichtingen kan worden voldaan. De kortlopende schulden zijn door de stelselwijziging van de niet-geoormerkte doelsubsidies gedaald, ook de vorderingen zijn gedaald door het niet meer in de balans opnemen van de vordering op het ministerie. De liquiditeitspositie is gedaald naar 2,1, wat nog ruim voldoende is ten opzichte van de minimumnorm van 1,5. Rentabiliteit De rentabiliteit is een indicator voor het budgetbeheer: de mate waarin inkomsten en uitgaven met elkaar in evenwicht zijn. De afgelopen jaren is een positief resultaat behaald, structureel wordt gestreefd naar evenwicht. IRIS herinvesteert de resultaten in onderwijs, huisvesting, innovaties en ICT-ontwikkeling.
4 3 2
Financiële kengetallen (per 31 juli)
1 0
Balans (per 31 juli)
aug. sept. okt. nov. dec. jan. febr. mrt. apr. mei juni juli 2008 2008 2008 2008 2008 2009 2009 2009 2009 2009 2009 2009 Ziektepercentage
Toelichting Solvabiliteit verhouding eigen vermogen / totaal vermogen Liquiditeit verhouding vlottende activa / kortlopende schulden Rentabiliteit verhouding resultaat / totale baten
Voortschrijdend Ziektepercentage
20
21
2009
2008
2007
49% 2,1 2,1%
58% 3,5 4,8%
53% 3,0 8,7%
Besturingsmodel IRIS Het besturingsmodel van IRIS
Raad van Toezicht
IRIS kent een besturingsmodel met een College van Bestuur (CvB) en een Raad van Toezicht (RvT). Het CvB, dat gedurende het verslagjaar uit één persoon bestond (Leo Deurloo), vormt het bevoegd gezag van de onder IRIS ressorterende scholen. Het CvB is verantwoordelijk voor het besturen van IRIS en haar scholen en van het door IRIS in stand gehouden stafbureau. IRIS heeft een aantal bovenschoolse staffunctionarissen in dienst, te weten twee bovenschoolse applicatiebeheerders (in een duobaan), een controller, een HR-adviseur en een bestuurssecretaris. Deze staffunctionarissen zijn – evenals twee parttime directiesecretaresses en een parttime telefoniste/receptioniste – werkzaam op het bestuurskantoor in Heemstede.
De RvT is werkgever van het CvB en houdt toezicht op het functioneren van dit college. De RvT werkt met ten minste twee vaste adviescommissies: een Auditcommissie en een Commissie Benoeming en Bezoldiging. De Auditcommissie heeft tot taak beslissingen van de RvT over financiële aangelegenheden voor te bereiden en op te treden als gesprekspartner en klankbord van het CvB. De Commissie Benoeming en Bezoldiging heeft tot taak de RvT te adviseren op het gebied van benoemingen en bezoldigingen in ruime zin. Beide commissies nemen geen bevoegdheden over van de RvT.
College van Bestuur en managementteam Het CvB wordt bij zijn werkzaamheden ondersteund door de directeuren en rectoren van de aangesloten scholen. Samen met het CvB vormen zij het managementteam van IRIS (MTI). Het MTI bereidt het IRIS-beleid voor. Ook informeren de directeuren en rectoren het CvB over de wenselijkheid en haalbaarheid van beleidsvoornemens op schoolniveau. Het MTI kent per beleidsdomein een eerstverantwoordelijke en een sparringpartner. In het cursusjaar 2008-2009 bestond het managementteam van IRIS uit de volgende personen: • Leo Deurloo, voorzitter College van Bestuur • Dick Bruinzeel, rector Kaj Munk College • Ger Jägers, directeur RK Scholengemeenschap Thamen • Frans Smelt, directeur Haemstede-Barger • Lidy Thiele, rector Eerste Christelijk Lyceum • Wim de Vries, rector Herbert Vissers College
22
23
De Raad van Toezicht van IRIS bestond in het verslagjaar uit de volgende leden: • de heer W.A. Verburg, voorzitter. • mevrouw drs. A.M. de Groot, vice-voorzitter. • de heer H.A.A. van Bemmelen, lid; tevens voorzitter van de Auditcommissie. • drs. J.W. Hordijk, lid; tevens lid van de Auditcommissie. • prof. dr. T. Sminia, lid; tevens lid van de Commissie Benoeming en Bezoldiging. • de heer D. Smit, lid; tevens voorzitter van de Commissie Benoeming en Bezoldiging. • mr. W.J.R.M. Welschen, lid; tevens belast met juridische zaken.
Vormgeving/DTP: Made by Mombers, Haarlem
Fotografie: Richard Beunk, Haarlem Druk: Van Lierop, Hillegom
2008-2009
Tekst: Anne-Martien van Laarhoven, Heemstede