Jaarverantwoording
2014
Jaarverantwoording 2014
1
2
Inhoudsopgave VOORWOORD .............................................................................................................................................. 7 INLEIDING ..................................................................................................................................................... 9 FINANCIËLE ANALYSE .............................................................................................................................. 11 PROGRAMMA 1. ROERMOND: LEVENDE STAD .................................................................................... 17 PROGRAMMA 2. ROERMOND: VEILIGE STAD ....................................................................................... 29 PROGRAMMA 3. ROERMOND: REGIOSTAD ........................................................................................... 37 PROGRAMMA 4. ROERMOND: SOCIALE STAD ...................................................................................... 45 PROGRAMMA 5. ROERMOND: ECONOMISCH STERKE STAD ............................................................. 63 PROGRAMMA 6. ROERMOND: PRACHTIGE STAD ................................................................................ 75 PROGRAMMA 7. ROERMOND: DE GEMEENTE ...................................................................................... 91 PARAGRAFEN .......................................................................................................................................... 103 PARAGRAAF 1. LOKALE HEFFINGEN ................................................................................................... 105 PARAGRAAF 2. WEERSTANDSVERMOGEN EN RISICOBEHEERSING ............................................. 111 PARAGRAAF 3. ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN ......................................................................... 117 PARAGRAAF 4. FINANCIERING (TREASURY) ...................................................................................... 123 PARAGRAAF 5. BEDRIJFSVOERING ..................................................................................................... 129 PARAGRAAF 6. VERBONDEN PARTIJEN EN PARTICIPATIES ............................................................ 137 PARAGRAAF 7. GRONDBELEID ............................................................................................................. 155 PARAGRAAF 8. UITWERKING KERNTAKENDISCUSSIE EN KERNTAKENBOEK .............................. 161 PARAGRAAF 9. KRIMP EN VERGRIJZING............................................................................................. 163 PARAGRAAF 10. ECONOMISCH STIMULEREND EN SOCIAAL VERBINDEND .................................. 165 HET OVERZICHT VAN BATEN EN LASTEN ........................................................................................... 171 BALANS..................................................................................................................................................... 178
3
4
Jaarverslag 2014
5
6
Voorwoord Voor u ligt de jaarverantwoording van de gemeente Roermond over 2014, de eerste jaarverantwoording van een nieuw college dat halverwege 2014 is gestart. Een jaarverantwoording met een positief financieel resultaat. De taakstellingen uit het kerntakenboek zijn grotendeels gerealiseerd. Enkele ombuigingen hebben we niet kunnen realiseren. Hierover hebben we op 1 april 2015 met uw raad van gedachten gewisseld. Voor de begroting 2016 zullen we hiervoor een oplossing moeten vinden. Ook hebben we in 2014 verder ingezet op het door ontwikkelen van de regisseursrol. We hebben ons daarbij vooral gericht op communicatie door middel van de ‘Om!’ campagne en opleiding van onze medewerkers. In 2014 is vervolg gegeven aan de trainingen die in 2013 zijn gestart en waarbij medewerkers worden opgeleid tot beleidsregisseur. Wat betreft de economische ontwikkeling in 2014 kunnen we voorzichtig optimistisch zijn. De groei van de Nederlandse economie is in de loop van 2014 volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek goed op gang gekomen. Over heel 2014 is de groei gemiddeld op 0,8% uitgekomen. Het aantal faillissementen en de werkloosheid liggen echter nog ver boven het niveau van voor de crisis, dit blijft een zorgpunt voor de komende jaren. Dit betekent dat we onverminderd inzetten op economische groei in Roermond, door het ondersteunen en faciliteren van bestaande Roermondse bedrijven en bedrijven die zich in Roermond willen vestigen. Ook hebben we verder geïnvesteerd in Roermond als ‘retail’ en ‘leisure’ stad. Zo is in 2014 onder andere gestart met een nieuw bewegwijzeringssysteem voor de binnenstad en hebben we gratis WiFi in de binnenstad verlengd. In 2014 is tevens de bereikbaarheid van Roermond verbeterd, door de reconstructie van de Singelring. Met de inrichting van eenrichtingsverkeer en een speciale busbaan, zijn grote stappen gezet op weg naar een betere doorstroming van het verkeer. De komende jaren zal de bereikbaarheid van Roermond nog verder worden geoptimaliseerd door de reconstructie van de N280. Met de opening van het nieuwe fietspad door het Roerdal is een voor leerlingen een veilige route gerealiseerd van school naar huis. Tevens is hierbij een prachtig stuk Roermond ontsloten. Iedereen kan nu genieten van het mooie Roerdal, hier recreëren en op een prettige manier zijn bestemming bereiken. Het jaar 2014 stond ook in het teken van de voorbereidingen op de drie decentralisaties; de nieuwe Wet Maatschappelijke ondersteuning, de nieuwe Jeugdwet en de Participatiewet. Tijdens de voorbereidingen op deze decentralisaties hebben we intensief samengewerkt met de zeven Midden-Limburgse gemeenten. De voorbereidingen zijn in 2014 succesvol afgerond en daarmee is een basis gelegd voor een succesvolle implementatie van de nieuwe wetgeving in 2015. Op het gebied van veiligheid zijn er successen behaald: de overlast van notoire overlastgevers is teruggedrongen, de bewoners van onze wijken voelen zich veiliger dan in 2010, de criminaliteit op het merendeel van de delicten is teruggedrongen, uitgezonderd op straatroof en fietsendiefstallen. Voor 2015 zijn nieuwe speerpunten vastgesteld. Ook hebben we het wijkgericht werken verder ontwikkeld. Op 20 februari 2014 heeft de gemeenteraad kennisgenomen van het Dorpsplan Swalmen en de pilot burgerbegroting en budget beschikbaar gesteld voor de uitwerking. Tijdens de uitwerking in 2014 werd duidelijk dat het hier om een vernieuwende werkwijze gaat, waarbij zowel leden van de dorpsraad, medewerkers van de gemeente, college- en
7
raadsleden moeten wennen aan een nieuwe rol. Dat gaat niet zonder slag of stoot, maar dat hoort nu eenmaal bij verandering. Heugelijk nieuws in 2014 was het winnen van de ‘Um’ door schutterij Sint Urbanus uit Maasniel. Dit betekent dat we het traditionele Oud Limburgs Schuttersfeest in 2015 in Roermond mogen verwelkomen. De voorbereiding hiervoor zijn in 2014 gestart en nog in volle gang. We vertrouwen erop dat het een fantastisch feest wordt voor jong en oud. Naast de positieve ontwikkelingen in 2014 werd Roermond op 16 december 2014 getroffen door een grote asbestbrand. Zowel de zeer grote brand als de nazorg rond het opruimen van de asbest deeltjes had een zeer grote maatschappelijke impact. Deze gebeurtenis heeft een groot beroep gedaan op de crisisorganisatie in de veiligheidsregio. In 2015 vindt een evaluatie hiervan plaats. De bestuurlijke evaluatie zal onder meer ingaan op de bestuurlijk relevante aspecten van de inzet in de acute fase en de nazorgfase van de asbestbrand. Hiervoor zijn slechts enkele ontwikkelingen in 2014 genoemd. We hebben veel gerealiseerd, maar er is ook nog veel te doen in de komende jaren. Het jaar 2015 stelt ons voor nieuwe uitdagingen. Uitdagingen die wij met vertrouwen en een gezonde mate van ambitie tegemoet gaan. Frans Schreurs, wethouder financiën, personeel en organisatie, grondzaken en eigendommen
8
Inleiding Voor u ligt de jaarverantwoording 2014. De jaarverantwoording geeft op beleidsmatig en financieel gebied aan in hoeverre de begroting 2014 is gerealiseerd. Met het vaststellen van de begroting geeft de raad jaarlijks op programmaniveau de beleidskaders aan. Het college is verantwoordelijk voor de uitvoering van de programmabegroting. Door middel van de jaarverantwoording legt het college daarover verantwoording af.
Opzet jaarverantwoording De jaarverantwoording 2014 is opgebouwd uit twee delen. Het jaarverslag met daarin de financiële analyse, programmaverantwoording en de paragrafen en daarnaast de jaarrekening met alle hierbij behorende bijlagen. In de financiële analyse wordt op hoofdlijn inzicht gegeven in: het financieel resultaat 2014, de grootste afwijkingen, de financiële positie en de resultaten op de kredieten in 2014. Vervolgens worden in de programmaverantwoording de voornemens zoals opgenomen in de begroting 2014 afgezet tegenover de realisatie in 2014. De begroting 2014 is opgezet op basis van het oude coalitieakkoord (en appendix) en daarom zijn deze teksten ook nog opgenomen in de programmaverantwoording 2014. Vanaf de begroting 2015 is de begroting opgezet in de nieuwe structuur waarbij het nieuwe coalitieakkoord leidend is. In de programmaverantwoording is een rapportagegrens voor de financiële afwijkingen van € 100.000 aangehouden. De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de financiële aspecten van de jaarrekening. Het gaat met name om de beleidslijnen voor beheersmatige aspecten die grote financiële gevolgen kunnen hebben en/of van belang zijn voor het realiseren van de programma’s. Deze informatie komt in de jaarrekening veelal versnipperd voor en is daardoor minder inzichtelijk voor de gemeenteraad. Het is de bedoeling van de paragrafen dat de raad de juiste en integrale informatie krijgt om zijn kaderstellende- en controlerende rol ook op de beheersmatige aspecten waar te maken. In het onderdeel jaarrekening en de hierbij behorende bijlagen treft u de verplichte financiële stukken en de hierbij behorende detailgegevens aan. Voor het eerst vindt u hierin ook de kredietrapportage 2014.
9
10
Financiële analyse In dit hoofdstuk wordt op hoofdlijn inzicht gegeven in: het financieel resultaat 2014, de grootste afwijkingen, de financiële positie en de resultaten op de kredieten in 2014.
Resultaat 2014 Bij de begroting 2014 zijn we gestart met een voordelig saldo van € 647.000. Op basis van vastgestelde begrotingswijzigingen (grotendeels mutaties gemeentefonds en kredietrapportage 2013) is het begroot saldo 2014 uitgekomen op € 2.281.000. Het gerealiseerd resultaat 2014 bedraagt € 3.255.000. Dit is e afgerond € 974.000 hoger dan het begroot saldo in 2014. In de 2 bestuursrapportage 2014 werd nog uitgegaan van een prognose op het resultaat van € 2.069.000. In het overzicht hieronder zijn de verschillen tussen begroting en realisatie per programma weergegeven. X € 1.000 Oorspronkelijk saldo begroting 2014
647
Geautoriseerde begrotingswijzigingen 2014
1.634
Begroot saldo 2014
2.281
Gerealiseerd resultaat 2014
3.255
Verschil tussen begroting en realisatie
974
Verschil per programma: 1. Roermond: Levende stad
-821
2. Roermond: Veilige stad
257
3. Roermond: Regiostad
129
4. Roermond: Sociale stad
578
5. Roermond: Economisch sterke stad
669
6. Roermond: Prachtige stad
-122
7. Roermond: De gemeente (incl. saldo paragraaf bedrijfsvoering)
284 974
Grootste afwijkingen ten opzichte van de begroting 2014 De producten met de grootste afwijkingen in de jaarrekening worden in onderstaand overzicht weergegeven. Voor een nadere toelichting wordt naar de betreffende programmabladen verwezen. Verschil tussen begroting en realisatie
X € 1.000
Afwijkingen product > € 300.000 per saldo 1.2 Sport: - Nadeel met name sportaccommodaties en zwembad 4.1 Zorgbeleid: - Voordeel diverse posten waaronder Centrum Jeugd en Gezin 5.3 Arbeidsmarktbeleid: - Voordeel sociale werkvoorziening en vrijval reserveringsregeling participatiebudget
11
-647 353 1.152
5.4 Verkeer en vervoer: - Nadeel parkeeropbrengsten en verkeersvoorzieningen 7.4 Financiën en gemeentelijke heffingen: - Voordeel OZB, opbrengst deelnemingen, rentelasten - Nadeel uitkering gemeentefonds, borgstelling Nederstroom, oninbare posten - Nadeel saldo paragraaf bedrijfsvoering ( betreft nadeel taakstellingen, voordeel personele kosten, voordeel facilitaire zaken, voordeel informatievoorziening) Overige producten
-462 556
22
Totaal verschil
974
Financiële positie Het eigen vermogen (algemene reserve en bestemmingsreserves) bedraagt per ultimo 2014 € 58,3 miljoen (inclusief het jaarrekeningresultaat). Ten opzichte van de jaarrekening 2013 is dit een daling van € 6,3 miljoen. De algemene reserve bedraagt € 17,0 miljoen (algemene reserve € 13,7 miljoen + jaarrekeningresultaat 2014 € 3,3 miljoen). Dit is een stijging van € 1,5 miljoen ten opzichte van de jaarrekening 2014. De bestemmingsreserves bedragen € 41,3 miljoen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de balans en de bijlage reserves en voorzieningen. Eigen vermogen x € 1.000 31-12-2013 31-12-2014 Algemene reserve
14.915
13.743
Bestemmingsreserves
49.167
41.283
564
3.255
64.646
58.281
32,2%
28,4%
€ 1.136
€ 1.022
€ 1.669
€ 1.763
61%
64%
Saldo gerealiseerd resultaat
Solvabiliteit % (eigen vermogen / totaal vermogen ) Eigen vermogen per inwoner Netto schuld per inwoner Debtratio (verhouding netto schuld tot de exploitatie)
1
Kredietrapportage 2014 Voor het eerst is de kredietrapportage onderdeel van de jaarverantwoording. Door het herijken van de investeringsplanning, het aanpassen van de planning van lopende kredieten en het afsluiten van kredieten ontstaat er een incidenteel voordeel in 2015 van afgerond € 921.000 en in 2016 van € 261.000. Effect kredietrapportage 2014 x € 1.000 Effect kapitaallasten
2015
2016
2017
2018
921
261
43
-3
Dit zijn voornamelijk lagere kapitaallasten vanwege het later in gebruik nemen van investeringen dan oorspronkelijk gepland, zoals het Expertisecentrum welke in 2015 wordt geopend. Het krediet WMO (sport)hulpmiddelen 2014 sluit met een nadelig resultaat van afgerond € 61.500. Dit tekort is ontstaan door meer herindicaties WMO welke hebben geleid tot extra aanvragen WMO voorzieningen. De hierdoor hogere kapitaallasten worden gedekt door de egalisatiereserve WMO. Verdere informatie en details vindt u in de kredietrapportage welke is opgenomen in het bijlagenboek van de jaarverantwoording. 1
Als stelregel geldt dat een ratio van 80% te hoog is. Het gemiddelde van alle gemeenten bedroeg ultimo 2013 nog 79%
12
Programma’s
13
14
Programma 1 Roermond: Levende stad
In april 2014 vond in Roermond de landelijke aftrap van de Nationale Sportweek plaats. In samenwerking met het NOC*NSF werd deze opening grootschalig ingevuld en werd er een prachtig, sportief feest van gemaakt. In hartje stad, maar ook op en in de sportvelden en –zalen, vonden tientallen activiteiten plaats.
15
16
Programma 1. Roermond: Levende stad Dit programma is gericht op het creëren en in stand houden van voorzieningen en faciliteiten op het gebied van sport, recreatie en cultuur. Ook culturele activiteiten en evenementen dragen bij aan een ‘levende stad’.
Strategische Visie Roermond 2020 Roermond wil ook in 2020 een levendige stad zijn voor alle leeftijdsgroepen: voor jongeren, voor gezinnen met kinderen, voor senioren, voor de eigen inwoners als ook voor bezoekers van binnen en buiten de regio.
Beleidskaders x x x x x x x x x
Beleidsplan Gemeentearchief 2014 - 2017 (vastgesteld in 2013). Evaluatie sportnota gemeente Roermond 2002-2006 en Speerpunten sportbeleid periode 20082010 (vastgesteld in 2008). Kadernota (en beleidsplan) Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2013-2016 (vastgesteld in 2013). Visiedocument sportaccommodaties 2020 (vastgesteld in 2009). “Cultuurkoers”, Kadernotitie Cultuurbeleid Roermond 2010 - 2014 (vastgesteld in 2009). Kadernota Lokale media instelling (vastgesteld in 2009). Kadernota Jeugd “Op de Groei” 2010 - 2014 (vastgesteld in 2009). Museumnota, “Naar een ander museum in Roermond” (vastgesteld in 2009). Uitvoeringsnota sportaccommodaties 2010 (vastgesteld in 2010)
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma De ontwikkelingen en plannen die in de vorige periode zijn ingezet op het gebied van cultuur en evenementen zullen worden voortgezet en uitgebouwd. Naast centrale voorzieningen (zoals de ECI Cultuurfabriek en het Cuypershuis) spannen wij ons ook in voor ruime aandacht voor cultuur in de wijken. We zullen oog houden voor ondersteuning van de vele actieve verenigingen die de hoeksteen vormen van het culturele leven in onze stad. Sport is van grote maatschappelijke en sociale betekenis. Een goede spreiding van sportaccommodaties is daarom belangrijk. Dat geldt evenzeer voor de ondersteuning van sportverenigingen. Beleidsvoornemen begroting 2014 Wijkeconomie, handel en ambacht Door een andere opzet van de markten en het anders organiseren van kermissen worden in 2014 meer inkomsten gegenereerd. Het nieuwe evenementenbeleid wordt in 2014 geïmplementeerd.
Realisatie per 31-12-2014 Het aantal standplaatsen van de woensdagmarkt is uitgebreid met 5 kramen en sinds begin mei is gestart met de biologische markt. Daarnaast zijn de marktgelden verhoogd. Voor de weekmarkt is in november een aanzet gemaakt om te komen tot een kwaliteitsverbetering. Deze moet leiden tot een kwalitatief betere markt, verbetering van de loopstromen en een verbetering van de synergie met de omgeving. Voor de wijkkermissen heeft een andere aanpak plaatsgevonden. De hierin aangenomen
17
uitgangspunten zijn niet helemaal gerealiseerd door onder andere de hoge dieselprijs en tegenvallende pachtsommen. Met betrekking tot het doorbelasten van faciliteiten voor evenementen zijn knelpunten geconstateerd waardoor de taakstelling van € 75.000 uit het kerntakenboek niet volledig is gerealiseerd. Sport De gemeente hecht een groot belang aan Sport, in het bijzonder de jeugdige sporter, en aan de sportverenigingen. De kansen die sport biedt om bij te dragen aan doelstellingen van aanpalende beleidsterreinen (Wmo, leefbaarheid, gezondheid, veiligheid, ouderenbeleid, etc.) zijn voldoende aanwezig. Om de ambitie op dat vlak mogelijk te maken doet de gemeente een steeds groter beroep op de vrijwilligersorganisaties. Vrijwilligersorganisaties dragen bij aan de ambitie om burgers binnen het sociale leefdomein te laten participeren. Zij hebben een zeer belangrijke functie, zeker voor wat betreft de georganiseerde sport en dragen daarmee bij aan de bevordering van de sportbeoefening in de breedtesport. Hun rol wordt steeds belangrijker bij de uitvoering van het scenario van “De Regisseur”. Hierbij dient gelet te worden op het voorkomen van overvraging van de vrijwilligersorganisaties. In hun bijdrage om burgers binnen het sociale leefdomein te laten participeren worden de georganiseerde sportverenigingen ondersteund door de buurtsportcoaches. Die ondersteuning aan de sportverenigingen is een van de taken van de buurtsportcoaches. Het Jeugdsportfonds heeft hierbij in de afgelopen jaren zijn meerwaarde bewezen door eventuele financiële belemmeringen voor een jeugdige burger om lid te worden van een sportvereniging zoveel mogelijk weg te nemen.
Voor wat betreft de sportaccommodaties zal in 2014 de "Uitvoeringsnota Sportaccommodaties 2010" leidend zijn met daarin aandacht voor het aanbod in sporthallen. Dit vanwege het beëindigen van het gebruik van de sporthal Swalmen door BC Broekhin per schooljaar 2015-2016. Ook voor de
18
De inzet van de sportverenigingen en de geboden ondersteuning door de gemeente mag in 2014 als succesvol worden aangemerkt. Mogelijk ook dat de sterke profilering van Roermond, denk aan de landelijke opening van de Nationale Sportweek, extra heeft bijgedragen aan de groei van de sportdeelname bij de jeugdigen (stijging van 3507 naar 3618 lidmaatschappen, zijnde een stijging van 42,7 % naar 44,5% afgezet tegen het aantal inwoners 5 t/m 18 jaar). In relatie tot die inzet is namelijk geconstateerd dat het aantal jeugdleden, woonachtig in Roermond, dat lid is van een georganiseerde sportvereniging is gegroeid. De sportstimulering, die wordt verricht door de sportverenigingen en wordt ondersteund door de gemeente, levert hiermee zichtbaar resultaat. Deze cijfers tonen aan dat blijvende aandacht en ondersteuning voor gezonde en florerende sportverenigingen van groot belang is. Vanuit het aandachtsveld dat de sportverenigingen ook (meer) toegankelijk dienen te zijn voor alle burgers worden eerste projecten uitgevoerd. Voorbeelden van deze projecten zijn Go For Gold Kids, van valpreventie naar meedoen, Samen Sporten Lokaal, Be Active After School en de sportstimulerende activiteiten door de sportverenigingen gericht op ledenwerving (ook) voor burgers met een beperking. De resultaten hiervan dienen in 2015 zichtbaar te worden. De sportaccommodaties dragen bij aan de facilitering van sport en bewegen als middel ter bevordering van participatie en het stimuleren van een gezonde leefstijl. Realisatie van de beleidsuitgangspunten gebaseerd op de taakstelling uit het kerntakenboek waaronder de
beide zwemaccommodaties zullen nieuwe beleidsuitgangspunten geformuleerd worden, gericht op het realiseren van de in het Kerntakenboek opgelegde taakstelling. Onderdeel daarvan is het voornemen om energiebeperkende maatregelen toe te passen waaronder het aanbrengen van thermodekens op de buitenbaden van zowel zwembad de Bosberg als de Roerdomp. Alhoewel ook de sportsector bijdraagt aan de bezuinigingen is tot heden de kwaliteit, diversiteit en laagdrempelige toegang tot sport (en daarmee de mogelijkheid sportief te participeren) op peil gebleven.
Culturele evenementen Burgers zullen meer eigen verantwoordelijkheid moeten nemen voor hun participatie binnen culturele verenigingen. Uitwerking van amendement Muziekkorpsen 12A06 (realisatie van een overgangsregeling bij de invoering van de nieuwe beleidsregel), zal plaatsvinden bij de besluitvorming over de verlening van subsidies 2014. Hiervoor is een budget beschikbaar van € 30.000. Naast de ECI Cultuurfabriek, als middelpunt van veel culturele activiteiten, zullen de verschillende culturele instellingen waaronder Basisbibliotheek Bibliorura (gezamenlijk) eveneens gericht zijn op het stimuleren van cultuur in de wijken, zoals de BieNeele. Er wordt in dat kader uitbreiding van projecten en/of nieuwe initiatieven voorzien in meerdere wijken in samenwerking met wijkaccommodaties, onderwijsinstellingen en het welzijnswerk. Omwille van de beoogde kwaliteitsimpuls bij de lokale omroep RTV Roermond zal deze worden gestimuleerd om meer samenwerking met partners op te zoeken en te continueren.
Museum De in de Museumnota (2009) uitgesproken wens het Stedelijk Museum in drieën te splitsen, te weten Cuypershuis, Historiehuis en een collectie
19
tariefverhoging, korting op subsidie zwembad de Bosberg en starten nieuw aanbod zijn doorgevoerd. De energiebesparende maatregelen voor de beide zwembaden zijn eind 2014 aanbesteed. Gunning is voorzien in het tweede kwartaal van 2015 waarna uitvoering van de werkzaamheden zijn beslag zal krijgen. Het zwembad wordt ook beschikbaar gesteld voor doelgroepactiviteiten gericht op gezondheidsbevordering en bewegingsstimulering. Deze uren worden financieel laagdrempelig aangeboden en zijn niet beschikbaar voor de meer kostendekkende activiteiten. Vanuit het gezondheidsbevorderende karakter worden deze activiteiten gestimuleerd, anderzijds zijn deze van invloed op het financiële resultaat van het zwembad. Het bevorderen van de eigen verantwoordelijkheid van burgers binnen culturele verenigingen heeft geleid tot de beleidsregels "culturele initiatieven" en "culturele verenigingen". Dientengevolge wordt subsidie mede verleend op basis van maatschappelijke activiteiten. Per activiteit kan een extra subsidie worden ontvangen. Verenigingen hebben daartoe initiatieven ontplooid en samenwerking gezocht met andere partijen, o.a. gericht op het stimuleren van cultuur in de wijken. Nagenoeg alle instrumentale- en vocale verenigingen hebben extra activiteiten georganiseerd. Hierdoor is de ontvangen subsidie nagenoeg gelijk aan de voorheen ontvangen subsidie en is er geen aanspraak gemaakt op het extra budget. De lokale omroep RTV heeft een intentieverklaring ondertekend met een aantal publieke en private partijen gericht op de samenwerking in de regio Midden Limburg. Er worden onder andere programma items uitgewisseld. Met deze overeenkomst wordt een stevig basis voor de samenwerking tussen de diverse partijen gelegd. Daarnaast trachten partijen in deze regio een regionaal media centrum op te zetten. In december 2014 heeft het college besloten de afdelingen Gemeentearchief en Stedelijk Museum niet te verzelfstandigen maar samen te
Beeldende Kunst, heeft in september 2012 met de inbedding van beeldende kunst in de ECI Cultuurfabriek zijn finale beslag gekregen. In 2014, of zo veel eerder als mogelijk blijkt, zal een besluit genomen worden over een al of niet andere organisatorische inbedding dan wel eventuele verzelfstandiging van het Cuypershuis en het Historiehuis. Een en ander is ingegeven door het Kerntakenboek en de implementatie van de regisseursrol door de gemeente. Daarnaast zal in 2014 verder worden ingezet op de samenwerking tussen de verschillende culturele instellingen in de stad.
Bibliotheekwerk De bibliotheek draagt bij aan het behalen van de doelstellingen van de welzijnsvisie, het bevorderen van participatie, door het realiseren van een laagdrempelige ontmoetingsplek en het stimuleren van het actief en passief lezen. Daarnaast is de bibliotheek van cruciaal belang in het gemeentelijk cultuurbeleid. Door het proactief ondersteunen van het primair- en voortgezet onderwijs bij leesbevordering en educatieve trajecten. Daartoe zijn er, naar aanleiding van de sluiting van de bibliotheekvestiging in Swalmen, in de drie basisscholen van Swalmen schoolbibliotheken gerealiseerd. Daarnaast worden deze scholen in het kader van leesbevordering ondersteund door leesconsulenten van Biblio-rura. Bij andere scholen voor primair onderwijs worden daartoe, mits met voldoende financiële ondersteuning door de school, schoolbibliotheken gerealiseerd en wordt door leesconsulenten ondersteuning geboden. Zo zijn reeds eerder schoolbibliotheken gerealiseerd in de basisscholen ’t Mozaïek en de Alfonsus. In de basisscholen Vincent van Gogh en Ankertje Kompas zijn schoolbibliotheken in voorbereiding. Kunsteducatie en podia In 2014 zal de Stichting ECI een belangrijke rol blijven spelen in de uitvoering van het cultuurbeleid van de gemeente Roermond door middel van een veelzijdige culturele programmering. Er zullen specifieke programma’s worden ontwikkeld voor kwetsbare en moeilijk bereikbare doelgroepen om hen te laten participeren, waarbij cultuur als middel wordt ingezet. Vrijwilligers vervullen een belangrijke
20
voegen tot de nieuwe afdeling Cultuur (werktitel). Het in 2014 ingestelde Platform Cultuur Roermond, waarin het Cuypershuis, het Historiehuis, het Gemeentearchief, Bibliorura, de Oranjerie en de ECI-Cultuurfabriek participeren, is dit jaar drie maal voor overleg bij elkaar geweest. Door middel van dit platform heeft de gemeente de regie gekregen over de informatie-uitwisseling en samenwerking tussen genoemde actoren in de lokale cultuur- en erfgoedsector. Alhoewel 2014 over het geheel genomen voor de gemeentelijke culturele instellingen een succesvol jaar geweest is, biedt het Platform Cultuur de gemeente de komende jaren meer dan voorheen de mogelijkheid om te sturen op output. De bibliotheek heeft in 2014 haar ondersteunende rol ten behoeve de leesbevordering en de educatieve trajecten in het primair en voortgezet onderwijs vorm en inhoud gegeven. De bibliotheek vormt als zodanig een laagdrempelige ontmoetingsplek. De schoolbibliotheek in de basisscholen Vincent van Gogh en Ankertje Kompas zijn gerealiseerd. De in de begroting genoemde streefaantallen voor bezoekers en leden van de bibliotheek worden nagenoeg gerealiseerd. Bibliotheek blijft een laagdrempelige voorziening waar veel inwoners gebruik van maken.
In 2014 is het Platform Cultuur Roermond opgericht dat zich ten doel heeft gesteld om de samenwerking van de verschillende cultuurpartners te versterken. Dit heeft onder meer geleid tot het stimuleringsprogramma cultuureducatie primair onderwijs dat inzet op een kwalitatieve van cultuureducatie en een betere afstemming tussen vraag en aanbod..
rol bij het realiseren van die verschillende doelstellingen. Het in 2013 opgestelde ondernemingsplan van de ECI Cultuurfabriek zal zijn verdere uitwerking vinden in 2014 gericht op het verkrijgen van een evenwicht tussen de inhoudelijke doelstellingen en het beschikbare financiële kader. In 2014 zal het in 2013 gestarte traject gericht op de versterking van de culturele infrastructuur in Roermond verder worden uitgewerkt.
In oktober 2014 heeft de gemeenteraad besloten de situatie rondom ECI Cultuurfabriek fundamenteel aan de orde te stellen. Op basis van dit besluit is het " ECI Herstart" opgesteld en aan de gemeenteraad voorgelegd. In dit herstelplan worden maatregelen voorgesteld ten behoeve van een "gezonde exploitatie" van de ECI door het scheiden van de verschillende onderdelen te weten: beheer en exploitatie, horeca, expositiefunctie en cultuur.
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Hoe gaan we het meten?
Meeteenheid
Realisatie
Aantal
Wat is het beoogd resultaat? 6.000
Het bevorderen van mogelijkheden tot sportieve vrijetijdsbesteding binnen de eigen buurt (sportbuurtwerk) uitgedrukt in het aantal deelnemers. Het bevorderen van een sportieve leefstijl bij jongeren in de leeftijd van 4-12 jaar uitgedrukt in het aantal deelnemers. Het bevorderen van een sportieve leefstijl voor senioren van 60 jaar en ouder uitgedrukt in het aantal deelnemers. Het bevorderen van een actieve en passieve deelname aan cultuur in Roermond door middel van groei van virtuele bezoeken aan het Gemeentearchief uitgedrukt in het aantal virtuele bezoeken. Het bevorderen van de belangstelling voor Cuypers, uitgedrukt in jaarlijkse bezoekersaantallen. Het bevorderen van de belangstelling voor de historie van de stad Roermond, uitgedrukt in jaarlijkse bezoekersaantallen aan het historiehuis. Leesbevordering door Basisbibliotheek "bibliorura" uitgedrukt in het aantal leden. Leesbevordering door Basisbibliotheek "bibliorura" uitgedrukt in het aantal leden woonachtig in Roermond. Leesbevordering door Basisbibliotheek "bibliorura" uitgedrukt in het aantal uitleningen per jaar. Leesbevordering door Basisbibliotheek
deelnamecijfers
deelnamecijfers
Aantal
50.000
52.400
deelnamecijfers
Aantal
65.000
64.619
Intern rapport
Aantal
80.000
77.300
registratie van bezoekersaantallen
Aantal
25.000
23.800
registratie van bezoekersaantallen
Aantal
18.000
19.600
Registratie van aantal leden Registratie van aantal leden
Aantal
9.000
11.830
Aantal
8.900
8.592
Registratie van aantal uitleningen
Aantal
500.000
395.000
3
Registratie van
Aantal
250.000
200.511
4
2
18.909
De hogere deelname heeft te maken met nieuwe initiatieven en projecten die een hoge deelnamegraad kennen. 500.000 was het totale aantal uitleningen voor de gemeenten Roermond en Roerdalen. Aantal is minder met als oorzaak de sluiting van bibliotheeklocaties in Roerdalen.
3
21
2
"bibliorura" uitgedrukt in het aantal bezoekers per jaar. Het bevorderen van cultuurparticipatie (actief en passief): het ambitieniveau wordt aan de hand van het nieuwe ondernemersplan en de daarbij behorende subsidiebeschikking opnieuw vastgesteld.
bezoekersaantallen Rapportage ECI
Datum
31-122014
n.v.t.
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-11 - Wijkeconomie, handel en ambacht D-12 - Sport D-13 - Culturele evenementen D-14 - Gemeentearchief D-15 - Museum D-16 - Openbare bibliotheek D-17 - Kunsteducatie en podia TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-11 - Wijkeconomie, handel en ambacht D-12 - Sport D-14 - Gemeentearchief D-15 - Museum D-16 - Openbare bibliotheek D-17 - Kunsteducatie en podia TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-11 - Wijkeconomie, handel en ambacht D-12 - Sport D-13 - Culturele evenementen D-15 - Museum D-16 - Openbare bibliotheek D-17 - Kunsteducatie en podia TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
464 5.193 519 826 681 1.727 2.696 12.106
990 5.345 576 826 728 1.673 2.995 13.133
1.005 5.641 482 841 793 1.667 2.822 13.251
-15 -296 94 -14 -66 6 173 -118
-370 -1.327 -72 -31 -258
-360 -1.400 -72 -51 -258
-2.059 10.048
-2.143 10.990
-277 -1.155 -73 -106 -240 -98 -1.950 11.301
-83 -245 1 55 -19 98 -192 -311
0
0
0
0
-317 -80 -34 0 -43 -475 -475 9.573
-519 -409 -120 -61 0 -459 -1.569 -1.569 9.421
-439 -302
-80 -107 -120 0 0 -203 -510 -510 -821
4
-61 -256 -1.059 -1.059 10.242
250.000 betrof het aantal bezoekers in Roermond en Roerdalen. Aantal loopt achter met als oorzaak de sluiting van bibliotheeklocaties in Roerdalen.
22
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 1. Roermond: Levende stad Omschrijving Product 11. Wijkeconomie, handel en ambacht Evenementenbeheer Door het grote aantal georganiseerde evenementen in 2014 is er voor ondersteuning evenementen een overschrijding ontstaan van € 98.000. Omdat niet alle kosten door gefactureerd konden worden zijn er € 24.000 minder inkomsten ontvangen dan geraamd. Toeristische projecten Het in 2014 beschikbare budget voor uitvoering van de motie toeristenbelasting is niet volledig besteed. De daarmee gemoeide onttrekking uit de reserve heeft eveneens niet volledig plaatsgevonden. Overig Totaal product 11. Wijkeconomie, handel en ambacht Product 12. Sport Sportbeleid De DU "Gezond in de stad" is in 2014 voor het eerst ontvangen. Over de opzet en doelstelling van deze Decentralisatie Uitkering maakt de gemeente Roermond (in samenwerking met overige gemeenten in Limburg) gebruik van een landelijk voorlichtingsprogramma. Het voorlichtingsprogramma wordt specifiek gericht op de deelnemende gemeenten (maatwerk) en wordt in Roermond medio maart/april 2015 afgerond. Vervolgens volgt een plan van aanpak over de besteding van deze gelden. Besteding van deze gelden dient plaats te vinden in de lage SES-wijken (Sociaal-economische Status) in Roermond. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden en zijn beschikbaar voor uitgave op basis van het nog vast te stellen plan. Breedtesport Door het wegvallen van incidentele gelden (CUP) ontstaat er een tekort van € 93.000 op de activiteiten gericht op Meer Bewegen voor Ouderen. Tariefverhoging conform Kerntakenboek is per 01-01-2014 doorgevoerd. Kosten worden kritisch gevolgd en daar waar mogelijk zijn kostenbesparende maatregelen genomen (zonder afbreuk te doen aan de opzet en doel van het MBvO). Het budget is vanaf 2015 structureel aangepast. In de burap is dit reeds aangegeven. Sportaccommodaties Overschrijding wordt met name veroorzaakt door meerkosten energielasten € 41.000 (op concernniveau is het energiebudget toereikend. In 2015 zal samenvoeging en herschikking van budgetten plaatsvinden waardoor een reële verdeling ontstaat) , incidenteel onvoorzien onderhoud (o.a. de valbeveiliging tussenwanden hallen en brandmeldinstallatie en diverse technische voorzieningen) van €
23
-821 Lasten
Baten
Reserve
I/S
-98
-24
0
I
76
0
-76
I
7 -15
-59 -83
-4 -80
I
103
0
-103
I
-93
4
0
I
-184
-14
0
I-S
Omschrijving 107.000. Daarnaast extra uitbesteed werk in verband met beheerstaken € 36.000. Zwemaccommodatie De afwijking lasten van € 148.000 wordt met name veroorzaakt door de energielasten € 90.000 (op concernniveau is het energiebudget toereikend. In 2015 zal samenvoeging en herschikking van budgetten plaatsvinden waardoor een reële verdeling ontstaat) . De energiebesparende maatregelen kunnen pas in 2015 worden getroffen na aanbesteding. Verder was sprake van onvoorziene onderhoudsuitgaven van € 50.000 . De afwijking baten wordt veroorzaakt door: lagere inkomsten verhuringen scholen € 64.000 mede door het afschaffen van het schoolzwemmen en lagere entreegelden € 46.000 doordat 2014 een slechte zomer kende. In de burap is dit al deels gemeld. Niet gerealiseerde taakstelling kerntakenboek € 125.000 doordat o.a. de energiebesparende maatregelen nog niet getroffen konden worden. Overige Totaal product 12. Sport
Lasten
Baten
Reserve
I/S
-148
-236
0
I-S
27 -295
1 -245
-4 -107
I
120
0
-120
I
-26 94
0 0
0 -120
I
Product 14. Gemeentearchief Overig Totaal product 14. Gemeentearchief
-14 -14
1 1
0 0
I
Product 15. Museum Overig Totaal product 15. Museum
-66 -66
55 55
0 0
I
6 6
-19 -19
0 0
I
301
0
-203
I
Product 13. Culturele evenementen Cultuur In de bestemmingsreserve CUP heeft de raad incidentele middelen beschikbaar gesteld ten behoeve van de liquidatie van de voormalige stichtingen, gebouwelijke aanpassingen, inrichtingszaken, en kosten voor organisatie en programma. De afwikkeling van de werkzaamheden in het kader van de gebouwelijke aanpassing en organisatie worden afgerond in 2015. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom nog niet plaatsgevonden. Overig Totaal product 13. Culturele evenementen
Product 16. Openbare bibliotheek Overig Totaal product 16. Openbare bibliotheek Product 17. Kunsteducatie en podia Ontwikkeling ECI In de bestemmingsreserve CUP, resultaatbestemming 2013 en de bestemmingsreserve economisch versterken heeft de raad incidentele
24
Omschrijving middelen beschikbaar gesteld ten behoeve van de liquidatie van de voormalige stichtingen, gebouwelijke aanpassingen, inrichtingszaken, en kosten voor organisatie en programma. De afwikkeling van de werkzaamheden in het kader van de gebouwelijke aanpassing en organisatie worden afgerond in 2015. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom nog niet plaatsgevonden. Overig Totaal product 17. Kunsteducatie en podia Totaal Programma
25
Lasten
Baten
Reserve
I/S
I
-128 173
98 98
0 -203
-117
-192
-511
26
Programma 2 Roermond: Veilige stad
Medewerkers van de afdeling Stadstoezicht checken op parkeerplaatsen of voertuigen zijn afgesloten en of er waardevolle spullen zichtbaar zijn achtergelaten.
27
28
Programma 2. Roermond: Veilige stad Dit programma is gericht op verbeteren van de veiligheid van Roermond. Het tegengaan van overlast en criminaliteit, maar ook het versterken van het veiligheidsgevoel van de inwoners, dragen bij aan een veilige stad.
Strategische Visie Roermond 2020 Veiligheid is een speerpunt in het beleid van onze gemeente geworden. Daarnaast is er de laatste jaren al veel geïnvesteerd in de aanpak van sociale problemen. Er is veel geïnvesteerd in nieuwe banen, in buurtwerk, in de verbetering van de oude wijken en zo meer. Toch is er nog steeds sprake van een kleine harde kern van sociale problematiek die moeilijk bereikbaar is. De aanpak van deze ‘harde kern’ blijft een prioriteit.
Beleidskaders x x x x
Veiligheidsprogramma 2011 (vastgesteld in 2011) Kadernota Integrale Veiligheid Roermond 2012 - 2014 (vastgesteld in 2011) Visie brandweerzorg Veiligheidsregio Limburg-Noord (vastgesteld in 2011) Beleidsplan 2011 - 2015 veiligheidsregio Limburg-Noord (vastgesteld in 2011)
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma Veiligheid is het belangrijkste speerpunt voor Roermond en vraagt om stevige inzet. Voor de komende coalitieperiode betekent dit nog meer maatregelen in de preventieve sfeer én afstemming van het veiligheidsbeleid met het jeugd- en jongerenbeleid, het welzijnswerk, de wijkontwikkeling, maar ook de inrichting en het beheer van de openbare ruimte. Afstemmen en samen optrekken is daarbij het parool. Hierbij geeft de gemeente Roermond volledige invulling aan haar regierol. Daarnaast vergt dit ook een maximale inspanning van het welzijnswerk, het maatschappelijk werk, de jeugdzorg, politie, justitie en de overige partners in de keten.
Beleidsvoornemen begroting 2014 Brandweertaken De visie brandweerzorg van de Veiligheidsregio Limburg-Noord 2011 - 2015 geeft aanleiding om de preventieve en repressieve brandweerzorg te hervormen. Voor de preventieve brandweerzorg zal onder de noemer van ‘brandveilig leven’ meer aandacht worden geschonken aan aspecten zoals eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van burgers, kwetsbare doelgroepen en wijken (onder meer het vergroten van de rookmelderdichtheid van woningen en het geven van voorlichting aan basisscholen). De repressieve brandweerzorg zal (onder meer) meer vraag gestuurd (‘op maat’) worden ingericht.
29
Realisatie per 31-12-2014 Uw raad heeft op 19 december 2013 ingestemd met het Dekkingsplan 2.0 van de Brandweer, de visie op de repressieve taken en de vrijwilligers voor de brandweer. Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Noord heeft deze documenten op 9 mei 2014 vastgesteld. In 2014 is ook gestart met het project "Harmonisering brandweerbegroting". Dit project heeft echter vertraging opgelopen, onder meer vanwege de financiële situatie van de Veiligheidsregio Limburg-Noord en de discussie over de uitgangspunten bij de start van dit project. Naar verwachting zullen de resultaten hiervan in de begroting 2016 / 2017 zichtbaar worden. Over de financiële situatie van de Veiligheidsregio
Limburg-Noord heeft uw raad in februari 2015, naar aanleiding van een begrotingswijziging 2014, een zogenaamde zienswijzebrief gestuurd aan het bestuur van de Veiligheidsregio. Openbare Orde en Veiligheid In 2014 wordt de laatste jaarschijf van de Kadernota Integrale Veiligheid 2012 – 2014 uitgevoerd. De in deze kadernota opgenomen strategische uitgangspunten zijn ook de leidraad voor het jaarprogramma 2014. Deze strategische uitgangspunten zijn: x
Versterking participatie en zelfoplossend vermogen van burgers; x Niet alleen het bestrijden, maar vooral het voorkomen van onveiligheid staat centraal; x Integrale veiligheid als co-productie; Resultaatgerichte afspraken. x Net als in 2012 en 2013 wordt het inhoudelijke veiligheidsprogramma 2014 afzonderlijk aan de gemeenteraad voorgelegd via het Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid 2014. In ieder geval zal de inzet op veel voorkomende criminaliteit onverminderd aandacht blijven vragen. Het algemene veiligheidsbeeld van onze gemeente is nog steeds niet goed. Na een lichte verbetering, is Roermond in 2013 weer in de top 10 van de AD misdaadmeter terechtgekomen. Reden te meer om de inspanningen om Roermond veiliger te maken, samen met de veiligheidspartners, te blijven continueren. Het ingediende beroepschrift tegen het besluit van de regioburgemeester tot vaststelling van het beleidsplan politie Limburg 2013 – 2014 is, zoals bekend, door de minister van Veiligheid en Justitie afgewezen. Het beroepschrift was met name gericht op systematiek van de berekening van de politiesterkte. Of deze berekeningsmethode (Herzien Budgetverdeelsysteem) gehandhaafd moet blijven is onder meer afhankelijk van de evaluatie. Deze evaluatie wordt in 2014 uitgevoerd. De transitie van de jeugdzorg, de AWBZ en de invoering van de Participatiewet zal in 2014 veel aandacht krijgen. Hoewel op dit moment de uiteindelijke gevolgen nog niet geheel duidelijk zijn, verwachten wij dat deze operatie ook consequenties zal hebben op ons veiligheidsbeleid, met name op de
30
Voor het merendeel van de speerpunten uit de Kadernota Integrale Veiligheid 2012-2014 en het veiligheidsprogramma 2014 is de ambitie om Roermond veiliger te maken bereikt. De overlast van notoire overlastgevers is teruggedrongen. De bewoners van onze wijken voelen zich veiliger dan in 2010, de criminaliteit op het merendeel van de delicten is teruggedrongen, uitgezonderd op straatroof en fietsendiefstallen. De bedrijfsinbraken zijn met ruim de helft verminderd, de jeugdcriminaliteit is afgenomen, als mede de jongerenoverlast. We zijn erin geslaagd de criminele jeugdgroep te ontwrichten en tenslotte zijn stappen gezet om de georganiseerde criminaliteit terug te dringen. Alhoewel afspraken zijn gemaakt over de huisvesting van kwetsbare burgers, blijft het lastig om geschikte huisvesting in Roermond te vinden. Tegelijkertijd worden we geconfronteerd met nieuw criminaliteitsfenomeen, mobiel banditisme, met als gevolg een enorme toename aan zakkenrollerij en winkeldiefstal. In de Kadernota Integrale Veiligheid 2015-2018 ('Focus en Verbinding') - vastgesteld door uw raad op 12 februari 2015 - is dit veiligheidsthema als nieuwe prioriteit opgenomen. Eveneens is daarin de nauwe aansluiting tussen het sociale- en veiligheidsdomein als een van de uitgangspunten opgenomen. Dit om een goede verbinding tot stand te brengen tussen het zorgen veiligheidsdomein op strategisch, beleidsmatig en operationeel niveau. Er worden nieuwe verbindingen gelegd of bestaande versterkt.
inzet van het voorkomen van onveiligheid. In het Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid 2014 komen wij hier op terug. Gemeenten moeten voorbereid zijn op het bestrijden van rampen en zware ongevallen. Gemeenten hebben hierbij ook zelf uitvoerende taken bij de daadwerkelijke bestrijding en het weer op gang brengen van het dagelijks leven. Om deze reden worden gemeenten, naast brandweer, politie en de geneeskundige hulpverlening gezien als de vierde operationele partij binnen de rampenbestrijding, de zogenaamde Oranje Kolom. Binnen de Veiligheidsregio Limburg-Noord staat in 2014 een verdere professionalisering van de Oranje Kolom op de agenda. De benodigde financiële ruimte voor de professionalisering van de Oranje Kolom dient gevonden te worden binnen de begroting van de Veiligheidsregio Limburg-Noord en mag niet leiden tot een hogere gemeentelijke bijdrage.
Op 1 december 2014 is de operationalisering van de Oranje Kolom gestart. Tijdens de asbestbrand van 16 december 2014 is voor het eerst gewerkt volgens de nieuwe structuur.
Het is te verwachten dat de ontwikkelingen in het drugsbeleid in 2014 nog niet tot rust zijn gekomen. Na de invoering van de wietpas is de drugsoverlast in de binnenstad en in een aantal wijken toegenomen. Ook dit vraagt om een structurele, stevige en daadkrachtige inzet van de veiligheidspartners. In het kader van de regulering van de wietteelt zijn door een 18-tal gemeenten ideeën en plannen ingediend bij de minister van veiligheid en Justitie. De minister zal hierover eind 2013 / begin 2014 een beslissing nemen. Ook namens de Limburgse coffeeshopgemeenten is een verzoek voor een pilot voor de regulering van de wietteelt ingediend. De minister heeft echter nogmaals benadrukt dat regulering of legalisering van wietteelt in strijd is met internationale verdragen en de Opiumwet en dat er geen ruimte is voor gemeentelijke initiatieven die daarvan afwijken. In het kader van het drugsbeleid zal in ieder geval extra aandacht blijven voor drugspreventie.
Roermond heeft door middel van voorwaarden aan de exploitatievergunningen van de coffeeshops (verplichting sfeerbeheer en regulering openingstijden), maatregelen genomen om (drugs)overlast tegen te gaan. Er is extra tijdelijk cameratoezicht op meerdere locaties ingezet (bekostigd met de daarvoor bestemde veiligheidsmiddelen). Daarnaast zijn in de betreffende buurten extra maatregelen getroffen zoals: toezicht op dealers door de politie, toezicht op parkeren en andere vormen van overlast (APV) door de afdeling Stadstoezicht, gemeentelijke verkeersmaatregelen (bijv. flitsparkeren, aanpassing kruising van wegen etc.), gebiedsaanpassing gemeentelijke gebiedsverboden en gemeentelijke dwangsomprocedures bij hardnekkige recidivisten, themazitting drugsoverlast door het Openbaar Ministerie. In 2014 is sprake van een daling van de meldingen van drugsoverlast (in 2014 133 meldingen ten opzichte van 185 in 2013). De veiligheidspartners spreken van een beheerste situatie en dat wordt bevestigd door de bewoners en winkeliers.
Op 1 januari 2013 is de nieuwe Drank & Horecawet
Op 3 juli 2014 heeft uw raad het Preventie- en
31
in werking getreden. In deze wet is onder andere de verplichting opgenomen om voor 1 januari 2014 een paracommerciële verordening vast te stellen. Vanaf 2014 zal op de bepalingen van deze verordening alsmede de vastgestelde wettelijke bepalingen gehandhaafd worden door de buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's) van de gemeente Roermond. Stadstoezicht De gemeente Roermond implementeert in 2014 een nieuw parkeerbeleidsplan en nieuwe parkeerorganisatie. De venstertijden voor betaald parkeren worden verruimd tot 20.00 uur en op koopavond tot 21.00 uur. Het toezicht en de handhaving op de uitbreiding van deze venstertijden vergt personele capaciteit en noopt bij ongewijzigde capaciteit tot het maken van keuzes in de taakstelling.
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Het terugdringen van overlast in wijken door notoire overlastgevers (zwervers, gestoord/overspannen persoon en overlast in verband met drugs) uitgedrukt in een percentage ten opzichte van het gemiddelde van 2009 en 2010. Het terugdringen van het aantal overvallen, straatroven, woninginbraken, geweldsincidenten, fietsendief-stallen, auto-inbraken en zakkenrollerij uitgedrukt in een percentage ten opzichte van het gemiddelde van 2009 en 2010. Het aantal inwoners dat zich (zeer) onveilig voelt in hun wijk dient af te nemen ten opzichte van 2010. Het veiligheidsgevoel van inwoners op de meest onveilig aangemerkte plekken dient toe te nemen ten opzichte van 2010. Het aantal meldingen jongerenoverlast blijft in 2014 onder een bepaalde norm.
handhavingsplan alcohol 2014-2018 vastgesteld. Voor het bereiken van de daarin opgenomen doelstellingen is een handhavingsuitvoeringsprogramma opgesteld en na consultatie van de commissie Bestuur en Middelen door ons vastgesteld. Voor de buitengewoon opsporingsambtenaren is dit het kader voor het toezicht en de handhaving. De evaluatie van het parkeerbeleidsplan is op 18 december 2014 in de gemeenteraad behandeld. De venstertijd voor betaald parkeren blijft gesteld op 20.00 uur 's-avonds. Er zijn vooralsnog geen signalen ontvangen om nadrukkelijker handhavend op te treden tussen 18.00 uur (zijnde de oude eindtijd) en 20.00 uur (de nieuwe eindtijd) van betaald parkeren. Een heroverweging van capacitaire inzet is vooralsnog niet gemaakt.
Hoe gaan we het meten?
Meeteenheid
Realisatie
Percentage
Wat is het beoogd resultaat? - 10 %
Politiecijfers
Politiecijfers
Percentage
- 10 %
divers
Veiligheidsmonitor 2013/2014 Veiligheidsmonitor 2013/2014 Op de groei
Percentage
- 10 %
-51%
Percentage
10 %
niet bekend
Aantal
minder dan 515
187
5
-23%
5
De aangiften van diefstal van woninginbraken is teruggedrongen (-10%), ook de diefstal uit en vanaf motorvoertuigen (-13%), de diefstal van motorvoertuigen (-20%) en geweld (-29%) is gedaald ten opzichte van het ijkjaar 2009 en 2010. Ook het delict overvallen is met 35% afgenomen ten opzichte van het ijkjaar, maar we zien hierop wel een toename in vergelijking met vorig jaar. Tenslotte zijn het aantal aangiften van diefstal van fietsen, snorfietsen en brommers licht toegenomen (+2%) en is het delict straatroof is met 11% toegenomen.
32
Het aantal voortijdige schoolverlaters blijft onder bepaalde norm. Het aantal thuiszitters blijft onder bepaalde norm. Het aantal aanmeldingen van jongeren tot 23 in outreachende zorgtrajecten overstijgt een bepaalde norm.
Op de groei
Aantal
Op de groei
Aantal
Op de groei
Aantal
minder dan 112 minder dan 40 meer dan 165
113 7 nog niet bekend
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-21 - Brandweertaken D-22 - Veiligheid D-23 - Stadstoezicht TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-22 - Veiligheid D-23 - Stadstoezicht TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-21 - Brandweertaken D-22 - Veiligheid TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
2.891 2.556 1.777 7.224
2.891 2.482 1.764 7.137
2.863 2.061 1.707 6.631
28 421 56 505
-401 -6 -407 6.817
-414 -6 -421 6.716
-502 -4 -506 6.126
88 -2 85 590
0
0
0
0
-25 -239 -264 -264 6.553
-25 -546 -571 -571 6.145
-25 -213 -238 -238 5.888
0 -334 -334 -334 257
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 2. Roermond: Veilige stad Omschrijving Product 21. Brandweertaken Overig Totaal product 21. Brandweertaken
257 Lasten
Product 22. Veiligheid Uitvoeren veiligheidsprogramma Het merendeel van de projecten uit het veiligheidsprogramma is besteed volgens plan. De middelen voor trajecten voor jongeren die in aanraking zijn gekomen met justitie zijn nauwelijks besteed, omdat additionele
33
Baten
Reserve
I/S
28 28
0 0
0 0
I
224
-2
-235
I
Omschrijving financiering niet nodig bleek. De middelen zullen worden besteed aan het Veiligheidsprogramma 2015 (e.v.), conform commissievoorstel van 21 april 2015. Daarnaast zijn incidentele middelen nog niet besteed aan cameratoezicht, omdat de aanbestedingsprocedure langer loopt. Dit zal ook in 2015 aan de orde komen. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Veiligheidsprojecten Overschot op dit onderdeel bestaat voor het grootste gedeelde uit middelen uit het veiligheidsproject van de Donderberg. Deze gelden zijn niet volledig ingezet vanwege o.a. langere doorlooptijd. Deze middelen blijven beschikbaar binnen het Wijkontwikkelplan Donderberg. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Winkelstraatmanagement Het winkelstraatmanagement Binnenstad is extern meegefinancierd vanuit een rijksbijdrage. Daarnaast is het project winkelstraatmanagement Donderberg overgenomen door de Vereniging Van Eigenaren van het winkelcentrum. Hierdoor zijn niet de volledige gelden benodigd. Voor wat betreft de rijkssubsidie zal voorgesteld worden dit vanaf 2015 voort te zetten. overig Totaal product 22. Veiligheid Product 23. Stadstoezicht Overig Totaal product 23. Stadstoezicht Totaal Programma
34
Lasten
Baten
Reserve
I/S
273
11
-96
I
84
0
0
I
-160 421
79 88
-3 -334
I
56 56
-2 -2
0 0
I
505
86
-334
Programma 3 Roermond: Regio stad
. Het centrum van de stad trekt vele bezoekers en toeristen uit de hele regio en ver daarbuiten. Ook de weekmarkten weten vele mensen te trekken.
35
36
Programma 3. Roermond: Regiostad Dit programma is gericht op de (bestuurlijke) samenwerking met de (eu)regio en buurgemeenten op onder andere het gebied van brandweerzorg, economie, bedrijventerreinen en toerisme.
Strategische visie Roermond 2020 Roermond wil nu en in de toekomst samen met de buren een aantal uitdagingen aangaan en daarin investeren.
Beleidskaders x x x x x
Masterplan Toerisme “Complete Stad met allure” (vastgesteld in 2003) Inventariserende nota Buitenlandse contacten (vastgesteld in 2005) “Oog van Midden-Limburg”, Regiovisie 2008-2028 (vastgesteld in 2009) Meerjaren uitvoeringsprogramma’s GOML (vastgesteld in 2009 en 2010) Masterplan Maasplassen (2012)
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma Wij zetten maximaal in op de kansen die (eu)regionale samenwerking ons biedt en zijn daarbij initiator en voortrekker. Roermond zet in op samenwerking met buurgemeenten in de regio Midden-Limburg in de Gebiedsontwikkeling Midden-Limburg (GOML). We zetten daarbij extra in op toerisme en recreatie om de unieke mogelijkheden van onze regio beter te benutten, met name de ontwikkeling van de Maasplassen. Roermond heeft daarbij een bijzondere positie als stad aan het water. Deze positie willen we optimaal benutten. De uitbouw van de Ontwikkelingsmaatschappij Limburg (OML) verloopt voorspoedig.
Beleidsvoornemen begroting 2014 Bestuurlijke samenwerking De regionale samenwerking in het kader van de Gebiedsontwikkeling Midden – Limburg (GOML) is eind 2012 geëvalueerd. Er zijn belangrijke stappen gezet en er is draagvlak om de samenwerking voort te zetten. Ook is gebleken dat het wenselijk is de regionale samenwerking op onderdelen te herijken. De stuurgroep GOML heeft haar visie vastgelegd in een nota samenwerking in Midden-Limburg. Deze is mede gebaseerd op de uitkomsten van de evaluatie, de uitkomsten van de Dialoogtafel demografische ontwikkelingen (eind 2012) en de veranderende rol van de provincie binnen de regionale samenwerking. In het najaar 2013 zullen de colleges en gemeenteraden van de zeven Midden-Limburgse gemeenten en Provinciale Staten standpunten innemen over de toekomstige (vorm van) samenwerking in Midden-Limburg. Het streven is om de nieuwe regionale samenwerking begin januari 2014 van start te laten gaan.
37
Realisatie per 31-12-2014 In de raadsvergadering van 18 december 2014 heeft de raad ingestemd met de beëindigingsovereenkomst GOML en de nieuwe bestuursovereenkomst Samenwerking MiddenLimburg (SML). Bij de behandeling werd een amendement aangenomen en de daarin opgenomen wijzigingen zijn verwerkt in beide overeenkomsten.
Het programma Ontwikkelas Weert-Roermond, N280 West, is via een regionaal samenwerkingverband met de betrokken gemeenten en de provincie opgepakt om te komen tot een herinrichting van de N280. De voorbereiding van het wegvak Roermond is in samenwerking met de provincie gestart in 2013 en loopt door tot medio 2015. Economische samenwerking In het kader van strategische doelen is een voor de regio gezamenlijke economische uitvoeringsagenda opgesteld (benutten en versterken regionale economie, versterking van de sociale structuur en verbetering van het vestigingsklimaat). De Stichting Keyport 2020 is belast met de uitvoering.
Toerisme In 2012 is het Masterplan Maasplassen vastgesteld door de gemeenteraad als richtinggevend kader. Dit plan vormt het uitgangspunt voor ontwikkelingen in het Maasplassengebied en beoogt de ontwikkeling van het toeristisch-recreatief potentieel van de Maasplassen. Dit moet gepaard gaan met rivierverruimende maatregelen. In 2013 is gewerkt aan een doorvertaling van dit Masterplan in een intergemeentelijke structuurvisie (samen met de regiogemeenten aan de Maas) en een (bijbehorende)
38
De samenwerkingsovereenkomst inzake de uitvoering van het project Ontwikkelas Weert – Roermond, N280-West is in 2014 getekend (Provincie Limburg, de Gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Roermond, Weert en Rijkswaterstaat). De voorbereidingen lopen door tot in 2016, de start van de uitvoering is voorzien in 2017.
De economische uitvoeringsagenda van Keyport 2020 focust zich op 5 speerpunten: maakindustrie, agribusiness, logistiek, leisure en retail en zorg. Dwars door de speerpunten loopt het speerpunt onderwijs-arbeidsmarkt. Het Algemeen Bestuur van Keyport 2020, dat bestaat uit vertegenwoordigers van de drie O’s (overheid, ondernemers, onderwijs- en kennisinstellingen) is verantwoordelijk voor het realiseren van de economische uitvoeringsagenda. De gemeente Roermond is bestuurlijk vertegenwoordigd in het Dagelijks en het Algemeen Bestuur. Ambtelijk is de gemeente vertegenwoordigd in het Kernteam. In 2014 zijn diverse projecten binnen de speerpuntsectoren gehonoreerd met Keyport 2020 middelen zoals: Agribusiness in beeld, de Greenbrains voucherregeling, die innovaties ondersteunt op het gebied van agro en food en aanverwante bedrijvigheid en het onderzoek naar de mogelijkheden van een warmtenet in het zuid-oosten van de gemeente Roermond. Aandachtspunt is het meer onder de aandacht brengen van Keyport 2020 bij het bedrijfsleven. Het bestuur van de Retail & Business Academy Roermond evalueert momenteel het project. Besluitvorming zal begin 2015 plaatsvinden.
De uitvoeringsparagraaf van de Intergemeentelijke Structuurvisie Maasplassen, zoals op 20 februari 2014 door de gemeenteraad vastgesteld, geeft ruimte voor de uitwerking van een regeling om initiatiefnemers financieel te ondersteunen bij de realisering van rivierkundige maatregelen. De casus Oolderplas heeft uitgewezen dat, door veelvuldig overleg met alle betrokken partijen, een sluitend plan kan worden opgesteld. Dit
plan-MER. Begin 2014 zal deze structuurvisie ter vaststelling worden aangeboden aan de raad. De structuurvisie heeft als speerpunten leisure, water en groen. Wonen is hierbij niet aan de orde. De kaders van Ruimte voor de rivier zijn leidend voor ontwikkelingen in het gebied. Met Rijkswaterstaat wordt overleg gepleegd over de wijze waarop op grond van de saldobenadering medewerking kan worden verleend aan ontwikkelingen in het stroomvoerend rivierbed.
betreft dan: de gewenste ontwikkeling, de benodigde rivierkundige maatregelen en de financiering daarvan. Er is een initiatievenloket opgericht waar initiatiefnemers zich kunnen melden. Vervolgens wordt het overleg met alle partijen opgestart. Als daar een sluitend plan uitrolt kan een initiatiefnemer een bijdrage uit het Maasplassenfonds krijgen. In GOMLverband hebben de provincie en de vijf betrokken gemeenten geld gestort in het Maasplassenfonds.
De regiopromotie wordt in 2014 voortgezet en uitgevoerd door de Stichting VVV Midden-Limburg. Om te komen tot een bedrijfsplan gaat de stichting VVV Midden-Limburg in gesprek met partijen. Gezamenlijke huisvesting is het uitgangspunt om daarmee synergievoordelen te behalen en het huidige niveau van dienstverlening te handhaven.
Conform afspraak is de regiopromotie in 2014 met succes uitgevoerd door de Stichting VVV Midden-Limburg. Op het gebied van social media zijn vernieuwingen doorgevoerd en de bezoeker kan gebruik maken van een digitale routeplanner. Daarnaast is de regio gepromoot op beurzen en kreeg de regio ruimschoots aandacht in de (inter)nationale pers/media. Er is geen overeenstemming bereikt over gezamenlijke huisvesting van Citymanagement, BIZ en VVV waardoor de noodzaak van een bedrijfsplan is vervallen (VVV).
Het routebureau Noord- en Midden-Limburg bewaakt ook in 2014 de kwaliteit van het regionaal routenetwerk. In verband met de aanpassingen van de lokale infrastructuur worden wijzigingen doorgevoerd aan de toeristische bewegwijzering en de voetgangersbewegwijzering. Het recreatief routenetwerk, specifiek het wandel- en ruiterroutenetwerk, wordt in 2014 verder uitgebreid.
Een ontwerp voor het wandel- en ruiterknooppuntensysteem is in 2014 gereed gekomen. Naar verwachting zal medio 2015 het publiek gebruik kunnen maken van het nieuwe netwerk.
Een visie voor 'duurzaam toerisme' wordt meegenomen bij de actualisering van het masterplan toerisme. De voorbereidingen starten in 2014.
Een actualisering van het masterplan toerisme bleek niet noodzakelijk, omdat er diverse regionale visies zijn waarin het toeristisch beleid actueel is vormgegeven. In 2014 is een start gemaakt met het ontwikkelen van een visie voor duurzaam toerisme. Nader bezien wordt of deze visie kan landen in de economische visie waarmee in 2015 een start wordt gemaakt.
39
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-31 - Bestuurlijke samenwerking D-32 - Economische samenwerking D-33 - Toerisme TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-31 - Bestuurlijke samenwerking D-32 - Economische samenwerking TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-31 - Bestuurlijke samenwerking D-32 - Economische samenwerking TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
3.443 355 315 4.113
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
4.530 405 315 5.250
4.546 259 307 5.112
-16 146 8 138
-175 -175 3.938
-175 -175 5.075
-142 -119 -261 4.850
142 -56 86 225
0
0
0
0
-2.121
-3.208 -50 -3.258 -3.258 1.817
-3.162
-46 -50 -96 -96 129
-2.121 -2.121 1.817
-3.162 -3.162 1.688
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 3. Roermond: Regiostad Omschrijving Product 31. Bestuurlijke samenwerking GOML/SML De gemeente Roermond heeft conform afspraak de zogenaamde procesmiddelen geïnd bij de Midden-Limburgse gemeenten voor de samenwerking binnen GOML en Keyport. De procesmiddelen zijn ingezet voor de afronding van GOML en de opstart van het nieuwe netwerkberaad Samenwerking Midden-Limburg (SML). Het surplus wordt bij de beëindiging van GOML ingezet voor de proceskosten van SML. Overig Totaal product 31. Bestuurlijke samenwerking Product 32. Economische samenwerking OML De dienstverleningsovereenkomst is herzien en een in het verleden afgegeven huurgarantie is komen te vervallen. Daardoor is het budget voor 1 loket en opdrachten OML niet volledig besteed. In de begroting is
40
129 Lasten
Baten
Reserve
I/S
-137
142
0
I
121 -16
0 142
-46 -46
I
127
-56
0
I-S
Omschrijving een bedrag opgenomen voor dividend ad € 175.000. Over het verslagjaar 2013 is geen dividend uitgekeerd. De gemeente ontvangt over de uitgestelde teruglevering van aandelen door OML een rentevergoeding. Per saldo is er sprake van een nadeel ad € 56.000. Dit is reeds gemeld in de burap. Overig Totaal product 32. Economische samenwerking Product 33. Toerisme Overig Totaal product 33. Toerisme Totaal Programma
41
Lasten
Baten
Reserve
I/S
19 146
0 -56
-50 -50
I
8 8
0 0
0 0
I
138
86
-96
42
Programma 4 Roermond: Sociale stad
Opvoeden doe je niet alleen. Vanaf 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor Jeugdhulp. Dit is één van de decentralisaties die als taak naar de gemeentes zijn gegaan. In 2014 werd hard gewerkt om dit van de grond te krijgen.
43
44
Programma 4. Roermond: Sociale stad Dit programma is gericht op de participatie van onze inwoners in een zorgzame en zelfredzame Roermondse samenleving.
Strategische visie Roermond 2020 Er is nog steeds sprake van een kleine harde kern van sociale problematiek die moeilijk bereikbaar is. De aanpak van deze ‘harde kern’ blijft een prioriteit. Hiermee samenhangend willen wij ook blijven investeren in de gemeenschap en de sociale samenhang.
Beleidskaders x x x x x x x x x x x x x
Kadernota (en beleidsplan) Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2013 - 2016 (vastgesteld in 2013). Kadernota armoedebeleid 2012 - 2014 Kansarm? Kansrijk ! (vastgesteld in 2012). Kadernota Integratie: Afstanden overbruggen (vastgesteld in 2009). Kadernota Jeugd “Op de groei” 2010 - 2014 (vastgesteld in 2009). Kadernota vrijwilligers- en mantelzorgbeleid 2010 - 2014 ‘Goed voor elkaar in Roermond’ (vastgesteld in 2009). Kadernota Lokaal Gezondheidsbeleid ‘Samen op weg naar een gezond Roermond II’ 2010 - 2014 (vastgesteld in 2009). Visiedocument sociaal maatschappelijke basisvoorzieningen (vastgesteld in 2009). Spreidingsplan primair onderwijs Roermond (vastgesteld in 2010). Kadernota Ouderenbeleid 2010 - 2014 (vastgesteld in 2010). Mensen maken de wijk – Herijking wijkgericht werken (vastgesteld in 2010). Voor- en Vroegschoolse Educatie en Onderwijsachterstandenbeleid in Roermond 2011 - 2014 (vastgesteld in 2011). De welzijnsvisie : Meedoen naar vermogen. Op weg naar de participatiesamenleving (vastgesteld in 2012). Beleidsplan schuldhulpverlening (vastgesteld in 2012).
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma In de afgelopen jaren is een groot aantal plannen opgesteld zoals de Kadernota en Beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning, Kadernota Vrijwilligers- en Mantelzorgbeleid, Kadernota Integratie, de Kadernota Armoedebeleid, het Visiedocument Sociaal Maatschappelijke Basisvoorzieningen, de nieuwe Kadernota Jeugd- en Jongerenbeleid, de Kadernota Lokaal Gezondheidsbeleid en het Spreidingsplan Primair Onderwijs. In de komende coalitieperiode worden deze plannen verder uitgewerkt en uitgevoerd waarbij wij onze vrijwilligers nadrukkelijk een plaats geven. In het bijzonder blijven jeugd en jongeren in alle opzichten onze aandacht vragen. Vooral lokaal vergt een aantal thema’s aandacht, zoals de aanpak van jongerenoverlast en de inzet van het jongerenwerk in geheel Roermond. Daarnaast staat ook een herijking van de visie op het jongerenwerk in relatie tot de jeugdaccommodaties op stapel. Wij vergeten ook onze ouderen niet. Een nieuw aandachtspunt is dat een aantal ouderen geen recht meer heeft op dagverzorging vanwege een aanscherping van de criteria van de AWBZ. Dat probleem vraagt om adequate oplossing.
45
Het welzijnswerk zal een verdere professionalisering moeten doormaken. Ingezette subsidiegelden op dit terrein moeten een duidelijke bijdrage leveren aan de door de raad geformuleerde doelen. Bovendien zullen nieuwe keuzes gemaakt worden over de partners in de uitvoering van het welzijnswerk. Het wijkgericht werken zetten wij voort. Daarbij stellen wij ons de vraag: welke vraagstukken moeten op welke plekken in Roermond de komende jaren aandacht krijgen? Zonder daarbij andere wijken uit het oog te verliezen is een ingrijpende en integrale aanpak van de problemen in de Donderberg en in het bijzonder de wijk Sterrenberg een van de belangrijkste prioriteiten voor de komende coalitieperiode. Ondanks de noodzakelijke bezuinigingen ontzien wij de sociaal zwakkeren. Wel willen we bezien of de mensen die onze hulp nodig hebben, beter en doelmatiger hulp kunnen krijgen. Ten behoeve van jeugd en jongeren op de Donderberg wordt door de gemeente, samen met deze jongeren, gekeken naar de mogelijkheden voor een eigen ruimte. De jongeren worden daarbij in de gelegenheid gesteld hun wensen aan te geven. Bij deze zoektocht komen met name bestaande gebouwen in aanmerking. Appendix coalitieakkoord In 2010 was de algemene verwachting dat de arbeidsmarkt op relatief korte termijn een structureel tekort zou gaan tonen en niet-vervulbare vacatures zouden de markt gaan typeren. Eind 2012 moeten we constateren dat dit scenario zich vooralsnog niet voordoet. Een toenemende werkloosheid zal voorlopig de realiteit zijn. De verborgen werkloosheid en stille armoede verdienen extra aandacht. Een eerste aanzet zal worden gemaakt door voortzetting en versterking van het beleid waarbij – daar waar mogelijk – bij aanbestedingen social return als gunningscriterium wordt gehanteerd. In een stad met de grootte van Roermond moet het mogelijk worden dat in gevallen van acute armoede en/of schrijnende armoede bij kinderen direct maatwerk wordt geleverd. In verband met de komende overheveling van taken naar de gemeenten verdienen de transitie- en decentralisatieoperaties in het sociale domein in samenhang alle aandacht en voortvarendheid. De daarmee gepaard gaande bezuinigingen vragen om creatieve oplossingen in overleg met instellingen, burgers en omliggende gemeenten. Beleidsvoornemen begroting 2014 Zorgbeleid Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) vervult een zeer belangrijke functie in het voorkomen van problematiek voor kinderen en gezinnen en het versterken van de eigen kracht bij vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG wordt als basisvoorziening doorontwikkeld op basis van het nieuw in te richten jeugdhulpstelsel (transitie jeugdzorg per 2015). Hiertoe vinden er in 2014 voorbereidingen plaats.
Realisatie per 31-12-2014
Naast het (sociaal cultureel) welzijnswerk zal in 2014 ook het algemeen maatschappelijk werk steeds meer vanuit een andere rolopvatting zijn dienstverlening vormgeven. Dit houdt onder andere in dat er meer appél gedaan zal worden op de eigen verantwoordelijkheid van de burger en zijn omgeving.
Na het piekjaar 2013 ziet het Algemeen Maatschappelijk Werk in een Roermond in lichte daling van het aantal casussen. Met 1.554 casussen is het aantal casussen ongeveer weer op het niveau van 2012. Mede als gevolg van de in 2014 veranderde rol van het algemeen
De centra voor jeugd en gezin Midden Limburg Oost (MLO) en Midden Limburg West (MLW) zijn samengevoegd tot 1 centrum voor Jeugd en Gezin Midden Limburg. Bij het CJG kunnen burgers vanaf 1 januari 2015 terecht voor alle vragen over opvoeden en opgroeien / jeugdhulp. In het eerste halfjaar zijn de voorbereidingen gedaan naar de positionering van het CJG bij het Algemeen Maatschappelijk Werk.
46
Met deze werkwijze en het toewerken naar meer zelfredzaamheid van de hulpvrager kan het huidige dienstverleningsniveau in 2014 gehandhaafd blijven.
maatschappelijk werk, waarbij nog meer dan eerder een appel is gedaan op de eigen verantwoordelijk van de burger en zijn omgeving, is het aandeel van het cliëntprofiel 'korte hulp' gestegen van 71% in 2013 naar 78% in 2014. Opvallend bij 'korte hulp' is dat bij resultaat een behoorlijke stijging te zien is van het effect: ‘de cliënt kan zonder hulp verder’. Regionaal is deze trend ook te zien, maar niet zo sterk als in de gemeente Roermond.
Maatschappelijke stage voor het voortgezet onderwijs wordt afgeschaft per schooljaar 2015-2016. In 2014 zal de gemeente samen met het onderwijs bezien in hoeverre (een vorm van) maatschappelijke stage in het kader van welzijnsbeleid wel of niet mogelijk c.q. wenselijk is. In 2014 krijgen de buurtsportcoach en de combinatiefunctionaris cultuur een signalerende functie in het toeleiden van jongeren die een maatschappelijke stage lopen naar vrijwilligersorganisaties. Sociale Voorzieningen In 2014 zal verder uitvoering worden gegeven aan de actiepunten uit de kadernota ‘Kansarm? Kansrijk!. De beleidsregel bijzondere bijstand dient daarbij als kader voor het uitvoeringsbeleid, naast de niet inkomensondersteunende actiepunten uit deze kadernota. Extra aandacht gaat uit naar het bestrijden van armoede bij kinderen. Projecten zoals ‘gezond leven bij kinderen’ en initiatieven als ‘ruileconomie’, worden waar mogelijk bevorderd. Inmiddels is besloten om de kledingbank meerjarig te subsidiëren.
De wettelijke verplichting voor de maatschappelijke stage is komen te vervallen. Het onderwijs heeft het initiatief genomen om met een voorstel te komen hoe zij maatschappelijke stage verder vorm en inhoud wil geven.
Bij de vaststelling van de kadernota armoedebeleid is het drempelbedrag bij toepassing van bijzondere bijstand geschrapt. Daarom is het budget ondertussen structureel verhoogd met € 150.000. Dit om te voorkomen dat de meest kwetsbare groep geconfronteerd wordt met dubbele eigen bijdragen, ook in relatie tot andere voorzieningen. Uitvoering vindt plaats met toepassing van de Beleidsregel Bijzondere Bijstand 2013.
Dankzij de toevoeging van de extra middelen is het budget Bijzondere Bijstand in 2014 toereikend gebleken. Evenwel moet geconstateerd worden dat een steeds groter deel van het budget wordt ingezet voor bewindvoerderskosten.
Naar aanleiding van het Sociaal Akkoord zal de verdere uitwerking van de Participatiewet vorm krijgen in 2014. De gevolgen zijn nu nog niet in te schatten. In 2014 zal verder ingezet worden op het terugdringen van instroom in de bijstand door
De voorbereidingen Participatiewet zijn in 2014 afgerond. Deze wet is per 1-1-2015 in werking getreden. Ondanks een strenge selectie aan "de Poort" en een onverminderde hoge inspanning om uitkeringsgerechtigden aan het
47
De evaluatie van het Armoedebeleid (Kadernota Kansarm? Kansrijk!) is eind 2014 gestart. Tevens is het Project Kinderen Actief in Roermond (KAR) in 2014 in het kader van ESSV gestart.
De Kledingbank wordt inmiddels structureel gesubsidieerd.
bemiddeling naar werk of bestrijden van onrechtmatige uitkeringsverstrekking door inzet preventie-instrumenten.
werk te helpen is het aantal uitkeringen in 2014 meer gestegen dan verwacht. Dit heeft te maken met de aanhoudende economische crisis. Desondanks is de uitstroom richting werk hoger dan verwacht (173 in plaats van 150).
De Kanteling is een landelijk ingezet project dat bedoeld is om de dienstverlening op Wmo-gebied te laten kantelen in de richting van een echte participatiewet met nadruk op de 'eigen kracht van de burger en zijn sociale netwerk'. Daarbij wordt getracht om een omwenteling te realiseren opdat er een groter beroep wordt gedaan op de eigen kracht, de sociale netwerken en/of algemene en collectieve voorzieningen in plaats van individuele voorzieningen. In 2012 is gestart met een lokale aanpak, die in 2014 verder doorontwikkeld zal worden.
Op 31 december 2014 is de gemeente Roermond klaar voor de start van de uitvoering van de Wmo 2015. Concreet betekent dit dat het Wmo-team klaar is om op 1 januari 2015 overgangscliënten en nieuwe cliënten, die voorheen te maken zouden krijgen met de AWBZ, nu via de Wmo te bedienen. Daarnaast wordt in 2015 voor de wijken Maasniel, Asenray, Leeuwen Kemp, Kitskesberg, Kapel, Heide en Tegelarijeveld een pilot 'zorgteam' gestart. Bij zowel het Wmo-team als bij de pilot zorgteam zijn de principes van de kanteling het uitgangspunt.
In het regeerakkoord van oktober 2012 en het zorgakkoord van april 2013 zijn diverse forse decentralisatie-opgaves van AWBZ naar Wmo aan gemeenten opgelegd. De meesten vinden ingang op 1 januari 2015, waardoor 2014 aangemerkt wordt als een cruciaal voorbereidingsjaar. In 2014 zal het Rijk nadere wettelijke en financiële kaders bekend maken. Binnen de huidige financiële kaders is het jeugd- en jongerenwerk in alle wijken inzetbaar. De jeugdregisseur richt zich op het proces van de sluitende zorgstructuur voor het individu en het doorleiden van casuïstiek. Binnen Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) richten we ons op ouderparticipatie en opvoedingsondersteuning. In het kader van voorkomen voortijdig schoolverlaten zal gestart worden met een voorziening voor kwetsbare jongeren met als doelstelling het behalen van een startkwalificatie, leerwerktraject en/of arbeidsmarkttraject.
48
Aangaande de inzet van het jeugd- en jongerenwerk is Wel.kom inzetbaar in alle wijken. Vanuit Wel.kom is het jeugd- en jongerenwerk vertegenwoordigd in de zorgcasus overleggen 23- van de gemeente Roermond. De regisseur jeugd en gezin richt zich op een proces van sluitende zorgstructuur voor de jongere (en het gezin) en het doorleiden van de casuïstiek naar de netwerkpartners. Tevens is de regisseur jeugd en gezin voorzitter van de zorg-casus overleggen 23-. VVE: Voor de periode 2016-2020 wordt er een nieuwe uitvoeringsnota VVE en onderwijsachterstandenbeleid vastgesteld conform de uitgangspunten van de welzijnskoers. In 2015 zal het ingezette beleid gecontinueerd worden en daar waar nodig zal een accentwijziging plaatsvinden. Ook zal hierin de financiële structuur opnieuw bekeken worden.
Roermondbreed wordt binnen het jeugd- en jongerenwerk met name ingezet op jongerencoaching en talentontwikkeling (vergroten eigen kracht), waarbij de nadruk wordt gelegd op het activeren van de jongeren en de buurtbewoners. Het CJG richt zich op informatie, advies en hulp/ondersteuning. De regisseur jeugd en gezin richt zich op een proces van sluitende zorgstructuur voor de jongere (en het gezin) en het doorleiden van de casuïstiek naar de netwerkpartners. Het CJG en de regisseur doen dit binnen de veranderende zorgstructuur en cultuur in het kader van de transitie jeugdzorg.
Het jongerenwerk, het CJG en de regisseur hebben hun beschreven rollen binnen het veranderende jeugdstelsel uitgevoerd. Binnen de veranderende zorgstructuur is tevens het volgende gerealiseerd: Samen met de partners wordt aan het nieuwe toekomstmodel ( hoe gaan we de toekomstige jeugdzorg vorm en inhoud geven) steeds meer richting gegeven. Centrale rol in het toekomstmodel ligt bij het CJG. De aansluiting met de pedagogische basisvoorzieningen (welzijnswerk, onderwijs, verenigingen etc.) en het CJG is hier een onderdeel van en ook dit wordt nader vormgegeven. Met betrekking tot project versterken eigen kracht: pilot generalisten is verlengd en uitgebreid tot 31 december 2014 en versterken eigen weerbaarheid is ondergebracht in een beleidsregel en partijen hebben voor 1 november 2014 subsidie kunnen aanvragen. Dit is inmiddels gebeurd en subsidie is verstrekt. Met betrekking tot project versterken zorg(infra)structuur: met ingang van het nieuwe schooljaar 2014-2015 wordt met 2 stedelijke ZAT's gestart in het primair onderwijs. De jeugden gezinswerker (CJG/pilot generalisten) neemt deel in deze stedelijke ZAT's. Verder is de jeugd- en gezinswerker vertegenwoordigd in de ondersteuningsteams en in een consultfunctie op elke school. De voorzittersrol is tot op heden belegd bij een externe partij.
Binnenkort is in Roermond een jongerenraad actief, die Roermond aantrekkelijk wil maken én houden voor jongeren tussen de 18 en 25 jaar, zoals studenten en starters, en een adviserend orgaan is voor het college.
BLICK Roermond (een “jongerenraad” i.o.) is als zodanig gestopt. Dit vanwege tijdgebrek van de leden en te weinig respons vanuit de Roermondse jongeren. Het platform 'Jongerenraad' blijft bestaan. Er wordt bekeken hoe de taken overgedragen kunnen worden. Hierover lopen nu gesprekken met Wel.kom. Wel.kom bekijkt de punten die in het projectplan zijn opgenomen en gaat met deze punten hun netwerk in om te kijken hoe de jongeren hierop reageren. Verder wordt er gekeken naar de vorm van het platform.
Het (sociaal cultureel) welzijnswerk zal in 2014 aansluiten bij de ‘Kanteling’ door uit te gaan van het zogenaamde ‘welzijn nieuwe stijl’. De kanteling is een door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Het (sociaal cultureel) welzijnswerk sloot in 2014 aan bij de ‘Kanteling’ door uit te gaan van het zogenaamde ‘welzijn nieuwe stijl’. In de werkafspraken met de welzijnsorganisatie is
49
landelijk ingezet project voor de doorontwikkeling van de Wmo in de richting van een echte Participatiewet. Deze nieuwe benadering van het welzijnswerk wordt gekenmerkt door de volgende begrippen: vraaggericht werken, een centrale rol voor de eigen kracht van burgers, een ‘er-op-af-mentaliteit’ en het verbinden van mensen en initiatieven. Daarnaast zal de financiële ombuiging zoals opgenomen in het Kerntakenboek gerealiseerd worden.
hier vorm aan gegeven. De financiële ombuiging zoals opgenomen in het Kerntakenboek is gerealiseerd.
In preventieve en repressieve zin zal hulp bij schulden worden geboden aan burgers van de stad. Hierbij zal ingezet worden op samenwerking met het maatschappelijk middenveld, woningverenigingen en professionele hulpverleners.
Het Gemeentelijke Loket Schuldhulpverlening is, mede als gevolg van de samenwerking met de netwerkpartners, steeds meer bekend bij de Roermondse burger. Dit betekent dat steeds meer inwoners zich melden voor hulp bij de oplossing van de schuldproblematiek. Na jaren van toename is er voor het eerste sprake van enige stabiliteit. In 2014 waren er 1.036 hulpvragen. Dit heeft geleid tot 356 aanvragen voor een schuldregeling. In 2014 is, in het kader van “regie van beleid”, gestart met de evaluatie van het Beleidsplan Schuldhulpverlening.
Decentralisaties Het Rijk heeft 3 grote decentralisaties ingezet: x
Participatiewet (als opvolger van de Wet Werken naar Vermogen); x overgang van de extramurale zorg van de AWBZ naar de WMO; x de overgang van de Jeugdzorg naar de gemeente. Deze decentralisaties gaan gepaard met rijksbezuinigingen. In juni 2011 heeft de gemeenteraad uitgesproken aangaande de Wet Werken naar Vermogen en de overgang van de AWBZ naar de WMO het verdedigbaar is dat 50% van dit risico binnen de totale begroting en 50% binnen het beleidsveld zelf wordt opgevangen. In de kadernota 2014 is deze beleidslijn losgelaten. In het regeerakkoord 'Bruggen Slaan’ en het zorgakkoord van april 2013 is opgenomen dat de functies dagbesteding en (extramurale) begeleiding en persoonlijke verzorging uit de AWBZ worden gehaald en onder de Wmo worden gebracht. Hiermee wordt op macroniveau een bedrag van 9 miljard euro
50
Met ingang van 1 januari 2015 is de Wmo 2015 een feit. De gemeente is hiermee verantwoordelijk geworden voor het bieden van ondersteuning aan haar burgers. De Rijksmiddelen die met de (voormalige AWBZ-) taken (individuele begeleiding, groepsbegeleiding, een klein deel van de persoonlijke verzorging en kortdurend verblijf) naar de gemeenten zijn overgekomen, zijn ingezet ten behoeve van de inkoop van maatwerkvoorzieningen voor zowel burgers met overgangsrecht als burgers die zich voor het eerst melden. Deze inkoop heeft plaatsgevonden op Midden-Limburgse schaal. Ten aanzien van de hulp bij het huishouden is in 2014 in MERR-verband een nieuw normenkader opgesteld. Dit nieuw normenkader heeft de basis gevormd voor het herindicatietraject dat in 2014 heeft plaatsgevonden met als resultaat dat het urenaantal per 1 januari 2015 is afgenomen. Momenteel wordt gewerkt aan de implementatie van de huishoudtoelage waarvoor door het kabinet extra rijksmiddelen ter beschikking zijn gesteld.
overgeheveld. Tevens worden er forse bezuinigingen doorgevoerd op de hulp bij het huishouden en wordt de gemeente verantwoordelijk voor een financiële maatwerkvoorziening. De invoeringsdatum is 1 januari 2015. De voorbereidingen die 2013 zijn gestart worden in 2014 gecontinueerd en zal leiden tot besluitvorming.
Tenslotte heeft de gemeente in 2014 beleid ontwikkeld ten aanzien van inkomensondersteunende maatregelen. Voor de gemeente Roermond geldt dat de WTCG en de CER per 1 januari 2015 zijn opgegaan in de nieuwe meerkostenregeling.’
Op 1 juli 2013 is het voorstel voor de jeugdwet aangeboden aan de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel behelst het onderbrengen van alle jeugdhulp bij de gemeenten (transitie). De planning is dat deze wet in werking treedt per 1 januari 2015. Het stelsel van jeugdhulp is erop gericht dat ieder kind gezond en veilig opgroeit en zo zelfstandig mogelijk kan deelnemen aan het maatschappelijk leven, rekening houdend met zijn of haar ontwikkelingsniveau. Ouders zijn hiervoor het eerste verantwoordelijk. Als dit niet vanzelf gaat, komt de overheid in beeld. Omdat het huidige jeugdstelsel verschillende tekortkomingen laat zien, is een omslag (transformatie) nodig die onder andere leidt tot preventie en uitgaan van eigen kracht van jeugdigen, ouders en het sociale netwerk, eerder (jeugd)hulp voor kwetsbare kinderen en integrale hulp met betere samenwerking rondom gezinnen: 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur.
Sinds 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor de gehele jeugdhulp: alle vormen van jeugdhulp (inclusief specialistische hulp zoals jeugd-ggz, jeugd-vb, gesloten jeugdzorg, en het onderdeel ‘preventie’ van de jeugdgezondheidszorg), de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en de uitvoering van jeugdreclassering. De 7 gemeenten in Midden-Limburg trekken hierin samen op en hebben de uitvoering van de jeugdhulp voornamelijk belegd via het Centrum voor Jeugd en Gezin Midden Limburg (CJGML). Deze laatste vormt de spil in het nieuwe jeugdhulpstelsel in Midden-Limburg. Ouders en kinderen/jongeren kunnen bij het CJG-ML terecht voor alle vragen rondom opvoed- en opgroeiondersteuning.
In voorbereiding op dit nieuwe stelsel werkt de gemeente, conform het haltermodel, samen met 6 regiogemeenten en vinden er pilots plaats. In september 2013 is gestart met de pilot Generalisten: Midden-Limburgse gemeenten werken samen om jeugd- en gezinsproblemen eerder op te merken en te begeleiden. Hierdoor moeten uiteindelijk minder gezinnen in de hulpverlening terecht komen. Professionele beroepskrachten begeleiden ouders en jongeren, beantwoorden vragen van gezinnen en schakelen waar nodig specialistische hulp in. De transitie en transformatie van de jeugdzorg gaat gepaard met bezuinigingen. Pas in de meicirculaire gemeentefonds 2014 wordt bekend gemaakt wat het definitieve budget voor 2015 voor de gemeente is. De verwachting is dat dit bedrag lager zal zijn dan het in de meicirculaire gemeentefonds 2013 genoemde bedrag. Hierin zit een structureel risico voor de gemeente.
Het CJG-ML bekijkt samen met het gezin wat de hulpvraag is. Zo wordt gekeken wat het gezin zelf kan, al dan niet met behulp van het eigen netwerk (familie, buren etcetera) en wat vervolgens hierbij het meest passende hulpaanbod is. Daar waar nodig wordt specialistische hulp ingeschakeld. Gewerkt wordt via de methodiek 1 Gezin 1 Plan (1 Regisseur).
In het najaar van 2013 hebben alle gemeenten een
Kinderen die op 31 december 2014 gebruik
51
plan voor de transitie van de Jeugdzorg gepresenteerd. Het arrangement is ingeleverd bij de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd. Het arrangement geeft inzicht in de manier waarop een regio werkt aan het: x Realiseren van de continuïteit jeugdzorg; x Borgen van de benodigde infrastructuur; x Beperken van de frictiekosten, die door de transitie ontstaan. Uitgangspunt is dat voor kinderen en gezinnen die in 2014 al zorg ontvangen, is geregeld dat zij in 2015 zorg blijven krijgen van dezelfde aanbieder. Educatie Binnen Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) richten we ons op ouderparticipatie en opvoedingsondersteuning met als doel het versterken/stimuleren van de rol en positie van opvoeder. Hierbij wordt nadrukkelijk uitgegaan van de talenten en eigen kracht van de opvoeder. Tevens wordt er een nieuwe uitvoeringsnota VVE en onderwijsachterstandenbeleid voor de periode 20152019 vastgesteld conform de uitgangspunten van de welzijnskoers.
maken van Jeugdzorg waren en waarvan de indicatie in 2015 doorloopt, wordt de zorg in 2015 gecontinueerd. Dit tot de einddatum van de indicatie, echter uiterlijk tot 31-12-2015 (zogenoemde zorgcontinuïteit).
In het kader van voorkomen voortijdig schoolverlaten zal KEC Werkt (Kennis en Expertise Centrum) verder worden uitgebouwd tot een voorziening waarin partners op het gebied van onderwijs, zorg en arbeid samenwerken met als doel dat kwetsbare jongeren uitstromen op een voor hen hoogst haalbaar niveau, dat wil zeggen een startkwalificatie, een leerwerktraject en/of een arbeidsmarkttraject. Het inhoudelijk plan van aanpak voor het KEC Werkt zal, na bespreking met de daarbij betrokken, definitief worden vastgesteld. Naar verwachting kan dan begin 2014 met deze voorziening worden gestart.
In het kader van voorkomen voortijdig schoolverlaten is het KEC (Kennis en Expertise Centrum) verder uitgebreid met KEC Werkt. KEC Werkt is sinds begin 2014 operationeel. In 2014 zijn 25 jongeren in KEC Werkt ingestroomd.
Met de realisering van nieuwbouw voor het Regionaal Kennis- en Expertisecentrum, waaraan de gemeenteraad bij besluit van 21 februari 2013 financiële medewerking heeft verleend, zal begin 2014 worden gestart. Ingebruikname van de nieuwbouw is voorzien op 1 augustus 2015. Eveneens zal begin 2014 worden gestart met de verbouwing en uitbreiding van het schoolgebouw Herkenbosscherweg 22. Na afronding van de werkzaamheden, ook voorzien op 1 augustus 2015,
De realisatie van nieuwbouw voor het Regionaal Kennis- en Expertisecentrum is in augustus 2014 gestart. Ingebruikname van het gebouw is voorzien op 1 augustus 2015. De start van de verbouwing en uitbreiding van het schoolgebouw Herkenbosserweg 22 is vertraagd, vanwege juridische procedures in het kader van de aanbesteding. Ingebruikname van het gebouw is nu voorzien bij aanvang van het schooljaar 2016- 2017.
52
Voor de periode 2016-2020 wordt er een nieuwe uitvoeringsnota VVE en onderwijsachterstandenbeleid vastgesteld conform de uitgangspunten van de welzijnskoers. In 2015 zal het ingezette beleid gecontinueerd worden en daar waar nodig zal een accentwijziging plaatsvinden. Ook zal hierin de financiële structuur opnieuw bekeken worden.
zullen in dit gebouw de basisschool St. Alfonsus en de speciale basisschool De Balans worden gehuisvest. Ook zal in begin 2014 met de uitbreiding van de huisvestingscapaciteit van de basisschool Neel op de locatie Dominicushof worden gestart.
Ook is inmiddels gestart met de uitbreiding van de basisschool Neel.
Voor de VMBO school Swalmen wordt gestreefd naar het behoud van het gebruik van de aula. Bij eventuele verkoop wordt de opbrengst ingezet ten behoeve van jeugd en onderwijs (bij voorkeur in Swalmen). Integratie Binnen het integratiebeleid is een koerswijziging doorgevoerd door een verschuiving van doelgroepenbeleid naar algemeen inclusief beleid. Dat wil zeggen dat de overheid niet langer aparte projecten en activiteiten (laat) organiseren, maar uitgaat van een algemeen aanbod. In dat algemene aanbod wordt wel rekening gehouden met de verschillen tussen mensen of doelgroepen. Wij zullen in 2014 dit verder vorm en inhoud geven, door integratie te vervlechten in de transitieopgaven. Integratieaspecten zijn namelijk verweven in alle leefdomeinen (onder andere sociale participatie, in wonen, in gezondheid, inkomen en werk etc.) en dan met name in de schil 'sociale netwerk' en 'collectieve voorziening' van de welzijnskoers.
Het gebruik van de VMBO school Swalmen door het onderwijs is verlengd tot 1 augustus 2016.
Per 1 januari 2013 geldt de gewijzigde Wet inburgering. De Dienst Uitvoering Onderwijs is verantwoordelijk voor uitvoering van deze wet. Een aantal doelgroepen heeft een steuntje in de rug nodig om aansluiting te vinden en om vervolgens ook verantwoordelijkheid te kunnen nemen. In september 2012 heeft het college hiertoe de beleidsregel voor subsidieverlening Nederlandse taal voor volwassenen vastgesteld. Uitgangspunt is het organiseren van een aanbod aan participatieactiviteiten gecombineerd met Nederlandse taal voor burgers uit Roermond. De gemeente heeft nog wel een taak in het overgangsrecht van de oude Wet inburgering. Vanuit de oude Wet inburgering en het innovatietraject wijkgerichte inburgering dat in de jaren 2009, 2010 en 2011 onder andere in de Donderberg is uitgevoerd zijn vele burgers gestart met een inburgeringstraject. Voor deze mensen geldt dat zij in 2014 nog begeleid worden in het behalen van het inburgeringsexamen. Wijkvoorzieningen
Deze beleidsregel subsidieverlening Nederlandse taal voor volwassenen is met ingang van 1 januari 2015 beëindigd. Er zijn nog slechts enkele lopende inburgeringstrajecten, waarvan de meeste in de afrondende fase.
53
Bij het vorm en inhoud geven van drie decentralisaties is als uitgangspunt gehanteerd dat de aanbieders in hun aanbod rekening houden met de verschillen tussen mensen en doelgroepen.
Het accommodatiebeleid zal bijdragen aan de participatie van burgers binnen het sociale domein. De gemeente Roermond is de afgelopen jaren doende met een kwaliteitsverbeteringsslag en het (terug) nemen van de regierol op het gebied van accommodatiebeleid. Met het nieuwe accommodatiebeleid “Herijking Hart van de wijk” is een grote stap gezet om de gemeenschapshuizen meer voor en door de bewoners van de wijk te laten functioneren. Er zijn verschillende trajecten gestart om randvoorwaarden te creëren op het gebied van accommodatiebehoefte voor onder andere de accommodaties ’t Trefpunt, de Duup en de sociaal maatschappelijke voorzieningen in Leeuwen. Dit is maatwerk. Deze trajecten kijken niet alleen naar de fysieke realisatie van accommodaties maar er wordt ook samen met de verschillende betrokken partijen bekeken hoe burgers maximaal kunnen participeren.
Binnen de gemeente Roermond heeft er de afgelopen jaren een kwaliteitsverbeteringsslag plaatsgevonden, waarbij de gemeente de regierol op het gebied van accommodatiebeleid nadrukkelijker op zich heeft genomen. Er is onder meer inzichtelijk gemaakt welke accommodaties kunnen worden aangemerkt als wijkaccommodatie en welke beheersrollen er binnen de accommodaties worden ingevuld. Er zijn verschillende trajecten gestart om randvoorwaarden te creëren op het gebied van accommodatiebehoefte voor onder andere de accommodaties: ’t Trefpunt, de Duup en de sociaal maatschappelijke voorzieningen in Leeuwen. Hierbij is er uitdrukkelijk gekeken naar de beheersrollen die de verschillende hebben. Ook burgers hebben de mogelijkheid om (delen van) het beheer en de exploitatie voor hun rekening te nemen.
Binnen het Wijkontwikkelingsplan Donderberg wordt het programma van jaarschijf 2014 uitgevoerd. De eerste fase van dit plan loopt tot en met 2016. Goed nieuws is dat de betrokken woningcorporaties Wonen Zuid en Wonen Limburg hun inbreng in deze fase kunnen continueren. In 2014 zijn onder meer de verplaatsing van het jongerencentrum Gotcha!, de bouw van een Gezondheidscentrum aan de Donderbergweg, de verdere vormgeving van het plein bij het winkelcentrum en de sociaal economische maatregelen in Duurzaam Verbinden II van belang. In Swalmen zal de Dorpsraad starten met de uitvoering van het wijkplan Swalmen.
Binnen het Wijkontwikkelingsplan Donderberg is het programma van jaarschijf 2014 grotendeels uitgevoerd. De verplaatsing van Gotcha naar het nieuwe Jeugd- en jongerencluster is gerealiseerd, de voorbereidingen voor de renovatie van de Vincent van Gogh school zijn van start gegaan en op basis van een bewonersinitiatief is een verzoek gedaan voor de realisatie een Cruyffcourt. Daarnaast zijn diverse projecten uit het sociaaleconomisch programma voortgezet en/of gestart, zoals work4all, examentraining (bewonersinitiatief), woonzorgbrigade (bewonersinitiatief), ontmoetingsruimte in de Donderie (bewonersinitiatief), kleur je wijk (bewonersinitiatieven). In 2015 zal een aantal projecten verder doorlopen dan wel worden uitgebreid (zoals de examentraining met een extra groep) en zal worden aangevangen met de uitvoering van de openbare ruimte in het centrumplan, verdere realisatie van het Jeugd- en jongerencluster en de openbare ruimte in de Sterrenberg. Ook het Kennis- en Expertisecentrum dat gerealiseerd wordt in de Kastelenbuurt zal in augustus 2015 in gebruik worden genomen.
54
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Hoe gaan we het meten?
Meeteenheid
Wat is het beoogd resultaat? maximaal 112
Realisatie
Het bieden van op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen van opvoeden, uitgedrukt in een maximaal aantal schoolverlaters in schooljaar 2013/2014. Het bieden van op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen van opvoeden, uitgedrukt in een (al dan niet) toename van het aantal jongeren dat deelneemt aan activiteiten van het jongerenwerk ten opzichte van 2013. Het bieden van op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen van opvoeden, uitgedrukt in een toename van het aantal contacten (digitaal, telefonisch en fysiek) van het CJG ten opzichten van 2013. Het bieden van op preventie gerichte ondersteuning aan opvoeders door het versterken van hun eigen kracht en positie als opvoeder, uitgedrukt in het aantal ouders dat in 2014 deelneemt aan de cursus VVE Thuis. Het verminderen van de uitkeringsafhankelijkheid, uitgedrukt in een maximale toename van het aantal uitkeringen als gevolg van de aanhoudende economische crisis. In het kader van het bevorderen van een sluitend net aan wijkvoorzieningen binnen de verschillende Roermondse wijken, scoort Roermond boven het landelijk gemiddelde op het in de leefbarometer opgenomen indicatoren binnen het thema voorzieningenniveau. Vanuit het streven naar het realiseren van een optimaal kwaliteitsniveau van de wijkaccommodaties met name gericht op laagdrempeligheid en toegankelijkheid
Limburgse Jeugdmonitor
Aantal
Welzijnsinstelling
Ja/nee
meer dan 2013
Ja
jaarrapportage CJG
Percentage
10 %
14%
Stichting Kinderopvang Roermond
Aantal
Minimaal 50
68
Intern rapport
Percentage
maximaal 5%
8%
Leefbarometer BZK
Ja/nee
Ja
Ja, 8
Klanttevredenheidsonderzoek
Percentage
80 %
84%
6
105
6
Als gevolg van de aanhoudende economische crisis en de taakstelling huisvesting statushouders is het aantal uitkeringen met 131 toegenomen tot 1.743 per 31 december 2014.
55
dient minimaal een bepaald percentage van de verschillende gebruikers van Roermondse wijkaccommodaties tevreden te zijn.
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-41 - Zorgbeleid D-42 - Sociale voorzieningen D-43 - Educatie D-44 - Integratie D-45 - Wijkvoorzieningen TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-41 - Zorgbeleid D-42 - Sociale voorzieningen D-43 - Educatie D-44 - Integratie D-45 - Wijkvoorzieningen TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: D-42 - Sociale voorzieningen D-43 - Educatie TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-41 - Zorgbeleid D-42 - Sociale voorzieningen D-43 - Educatie D-44 - Integratie D-45 - Wijkvoorzieningen TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
4.001 43.316 6.291 739 1.240 55.587
4.495 49.249 6.914 859 1.290 62.806
3.821 45.895 6.822 721 1.264 58.522
674 3.354 92 138 26 4.284
-7 -23.935 -2.091 -167 -759 -26.960 28.627
-7 -27.444 -3.107 -205 -759 -31.523 31.284
-154 -27.985 -3.154 -188 -603 -32.085 26.438
147 540 47 -17 -156 562 4.846
124 170 294
124 170 294
2.924 170 3.094
-2.800 0 -2.800
-98 -946 -511 -143 -35 -1.733 -1.439 27.188
-623 -2.542 -511 -266 -85 -4.027 -3.733 27.551
-155 -1.664 -511 -162 -68 -2.559 535 26.973
-468 -878 0 -104 -18 -1.468 -4.268 578
56
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 4. Roermond: Sociale stad Omschrijving Product 41. Zorgbeleid Centrum jeugd en gezin Door de regionale samenwerking met de gemeenten Echt-Susteren, Maasgouw en Roerdalen te optimaliseren, zijn per saldo de kosten lager uitgevallen. Met de bijdrage van de andere gemeenten van € 153.000 was in de begroting geen rekening gehouden. Maatschappelijk werk -Informele buurtnetwerken welzijnszorg (ESSV) Het project "informele buurtnetwerken welzijnszorg" is gekoppeld aan de pilot zorgteam. De pilot is per 1 januari 2015 gestart en hiermee ook het project informele buurtnetwerken welzijnszorg. De middelen zijn derhalve in 2014 niet ingezet. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Verbinden in zorg (ESSV) De landelijke afstemming (sectorgelden, extra middelen kabinet voor hulp in de huishouding), provinciale en regionale initiatieven maken het project complex. Zorg aan Zet gaat mobiliteitscentrum inrichten in de zorg en gaat hiervoor begin 2015 een subsidieaanvraag indienen. De middelen zijn derhalve in 2014 niet ingezet. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Ondersteuning kinderopvang Op 21 februari 2013 heeft de raad besloten (RB2013/001/2) tot: nieuwbouw Expertisecentrum, renovatie en uitbreiding schoolgebouw Herkenbosscherweg 22 en uitbreiding schoolgebouw Dominucushof 5. De middelen van de DU ad € 98.035 worden vanaf 2016 ingezet ter gedeeltelijke dekking van dit raadsbesluit. In een eerder voorstel met betrekking tot huisvesting van zowel de Alfonsusschool en de Balans in het gebouw Lief Vrouweveld is rekening gehouden met inzet van deze middelen. Het plan is in deze vorm niet doorgegaan, omdat de Alfonsusschool conform bovengenoemd raadsbesluit gehuisvest wordt op Herkenbosscherweg 22. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. In de 2e burap is dit reeds aangegeven. Kinderopvang Als gevolg van o.a. de verminderde inzet van re-integratietrajecten en de gewijzigde regelgeving via de Belastingdienst wordt minder gebruik gemaakt van kinderopvang. Hierdoor is er een incidenteel overschot van € 85.000. In 2015 zal de regelgeving wijzigen. In de 2e burap is dit reeds aangegeven. Overig Totaal product 41. Zorgbeleid Product 42. Sociale voorzieningen
57
578 Lasten
Baten
Reserve
I/S
-8
153
0
I
100
0
-100
I
160
0
-160
I
128
0
-98
I
90
-5
0
I
204 674
-1 147
-110 -468
I
Omschrijving
Lasten
Baten
Reserve
I/S
Uitkering Wet BUIG Het definitieve budget 2014 is door het Ministerie van SZW uiteindelijk vastgesteld op € 24.864.782. In 2014 is het aantal uitkeringen met 8% toegenomen tot 1.743. Doordat de stijging van het aantal uitkeringen vanaf medio 2014 is gestabiliseerd betekent dit dat er een overschot is van € 316.000. Dit overschot gaat naar de Egalisatiereserve Wet Buig. Projectplan bedrijfsvoering 3 D's Door de bijdragen in de kosten van de Midden Limburgse gemeenten zijn de kosten lager uitgevallen dan geraamd. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden.
316
31
-347
I
-85
292
-207
I
WMO uitvoering Als gevolg van de "keukentafelgesprekken" worden er minder WMOvoorzieningen verstrekt. Het betreft dan met name Hulp bij de Huishouding. Het totale overschot van € 2.361.000 wordt toegevoegd aan de egalisatiereserve WMO. In de burap is dit al deels gemeld. Jeugd- en jongerenwerk - Versterken eigen kracht (ESSV) Voor de uitbreiding en verlenging van de "Pilot Generalisten" (€ 225.000) zijn de kosten betaald uit provinciaal subsidie, DU Jeugdzorg en DU CJG. De beleidsregel "versterken weerwaarheid van jongeren en kinderen" (€ 100.000) is grotendeels in 2014 uitgevoerd met een uitloop naar 2015. De middelen zijn derhalve in 2014 niet ingezet. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Innovatie zorgstructuur (ESSV) In het kader van een efficiënte aansluiting met de zorg(infra)structuur op scholen in het kader van passend onderwijs en het gedwongen kader (bijv veiligheidshuis) zijn er twee grootstedelijke ZAT's in het leven geroepen. Deze omslag heeft met zich meegebracht dat BJZ binnen de stedelijke ZAT's de voorzittersrol heeft vervuld, waarvoor men subsidie heeft aangevraagd bij de gemeente. De overige gelden zijn niet uitgegeven, omdat het integraal ontwikkelen en implementeren van nieuwe werkwijzen binnen bestaande overleggen, de andere houding van professionals binnen deze overleggen, het effectiever en efficiënter inrichten van bestaande overleggen en het vormgeven van nieuwe structuren geen financiële gevolgen met zich meebrengt. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Overig De overige afwijkingen zijn omvangrijk en bestaan uit een aantal budgetten met een afwijking die lager is dan de rapportagegrens van € 100.000. Vanwege deze omvangrijke post ‘overige afwijkingen’ worden deze afwijkingen kort genoemd: kinderen en armoede (€ 83.000), diensten bij wonen met zorg (€ 87.000, cultuur- en sportzorgarrangementen (87.000) en begeleiding gezinnen en jongeren (€ 55.000). De hiermee gemoeide onttrekking uit de reserves (€ 312.000) heeft niet plaatsgevonden. Daarnaast bedraagt de afwijking op WMO ondersteuning begeleiding psycho-sociaal € 48.000.
2.361
6
-2.367
I
249
0
-249
I
-91
I
-417
I
58
91
422
211
Omschrijving Totaal product 42. Sociale voorzieningen
Lasten
Product 43. Educatie Leerlingenvervoer Op basis van een nieuwe aanbesteding en de nadere uitwerking hiervan zal er in 2014 een overschrijding plaatsvinden bij Leerlingenvervoer. De overschrijding bedraagt € 103.000. De laatste jaren is het budget Leerlingenvervoer niet geïndexeerd, terwijl er op basis van de contracten wel een jaarlijkse indexering plaatsvindt. In de 2e burap is dit reeds aangegeven. Huisvesting speciaal onderwijs Het budget is mede bestemd voor tijdelijke huisvesting van scholen. De afgelopen periode zijn deze kosten lager geweest dan geraamd. Er is minder aanspraak gemaakt op vergoeding voor tijdelijke huisvesting. Na realisatie van het Regionaal Kennis- en Expertise Centrum kan budget opnieuw worden vast gesteld. Overig Totaal product 43. Educatie Product 44. Integratie Overig Totaal product 44. Integratie Product 45. Wijkvoorzieningen Wijkontwikkelplan Donderberg Dit betreffen diverse inkomsten voor het wijkontwikkelplan Donderberg die lager zijn, omdat ook de kosten in 2014 lager zijn geweest. Derhalve valt dit nadeel weg ten opzichte van lagere kosten die in andere programma's staan (bv. veiligheid). Overig Totaal product 45. Wijkvoorzieningen Totaal Programma
59
Baten
Reserve
I/S
3.354
540
-3.678
-104
1
0
I
116
6
0
I
80 92
40 47
0 0
I
138 138
-17 -17
-104 -104
I
-31
-106
0
I
57 26
-50 -156
-18 -18
I
4.284
561
-4.268
60
Programma 5 Roermond: Economisch sterke stad
In 2014 is volop gewerkt aan de reconstructie van de Singelring. Hiermee wordt geïnvesteerd in de bereikbaarheid van de stad.
61
62
Programma 5. Roermond: Economisch sterke stad Dit programma is gericht op het minimaal vasthouden, maar bij voorkeur nog verbeteren en verbreden van de economische kracht en sterke punten van Roermond, de werkgelegenheid, bereikbaarheid en toegankelijkheid door inzet van een breed en gericht scala aan instrumenten en maatregelen.
Strategische visie Roermond 2020 Roermond is een economisch sterke stad met zeer veel werkgelegenheid, voor haar eigen inwoners en voor mensen van (ver) daarbuiten. Dat willen we graag zo houden. Dit betekent wel dat daarin geïnvesteerd moet worden.
Beleidskaders x x x x x x
Ontwikkelingsvisie Noordelijke en Oostelijke Stadsrandszone (vastgesteld in 2006), met daarin de visie op de detailhandelstructuur Nota integraal horecabeleid gemeente Roermond (vastgesteld in 2007) Mobiliteitsplan Roermond 2020 (vastgesteld in 2009) Visienota Werken naar vermogen in Midden Limburg (vastgesteld in 2012) Nota Regionaal Arbeidsmarktbeleid Midden Limburg (vastgesteld in 2012) Uitvoeringsagenda Arbeidsmarktbeleid Midden Limburg 2013 – 2014 (vastgesteld in 2012)
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma Werkgelegenheid is een van de belangrijkste voorwaarden om te kunnen blijven bouwen aan een sociale stad: welvaart financiert welzijn. Variatie in economisch perspectief en een gedifferentieerd arbeidsaanbod zijn het uitgangspunt. Koopstad en maakindustrie vormen daarvoor de basis. Om onze ambities te verwezenlijken moet het voor bedrijven aantrekkelijk zijn én blijven om zich in Roermond te vestigen. De Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg (OML) vervult daarbij een voortrekkersrol, onder meer voor wat betreft de ontwikkeling en het beheer van bedrijventerreinen. Voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat is het tevens van belang dat Roermond goed bereikbaar en toegankelijk is. Wij blijven daarop focussen. Een ingrijpende systeemwijziging van de sociale zekerheid en het arbeidsmarktbeleid komt steeds dichterbij. In dit kader is een centrale rol weggelegd voor gemeenten en met name de centrumgemeenten in de regio’s. Roermond is genoemd als centrumgemeente in de arbeidsmarktregio Midden Limburg. Wij zullen deze rol voortvarend oppakken en op de wijzigingen adequaat inspelen. Ons uitgangspunt is en blijft: wie kan werken moet werken. Bestrijding van jeugdwerkloosheid heeft in de periode 2010-2014 hoge prioriteit. In dat kader moet het Actieplan Jeugdwerkloosheid Noord- en MiddenLimburg slagvaardig en versneld uitgevoerd worden. Op de arbeidsmarkt moeten vraag en aanbod met elkaar in evenwicht zijn. Kwalitatief goed onderwijs op zoveel mogelijk niveaus is daarbij een onmisbare schakel en maakt een ‘levenlang’ leren mogelijk. In de retailsector worden in de toekomst (meer) knelpunten voorzien in de personeelsvoorziening. Daarom ontwikkelen wij samen met het bedrijfsleven en het onderwijs een Retail & Business Academy Roermond. Ook in 2014 zullen verschillende vormen van social return worden ingezet om voor meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werkzaamheden te reserveren.
63
Beleidsvoornemen begroting 2014 Grondexploitatie Een uitgebreide toelichting is opgenomen in de paragraaf grondbeleid. Economische Ontwikkeling Lerend van de successen die in het verleden zijn behaald en rekening houdend met een gewijzigde economische situatie waarbij relevante ontwikkelingen en trends een belangrijke basis vormen, geven wij uitvoering aan het in 2013 geactualiseerde detailhandelsbeleid. Hierin zijn deze ontwikkelingen en trends verwerkt en wordt de Roermondse ambitie op dit gebied en de aanpak herijkt en wordt richting gegeven anno 2020. De inzet van Citymanagement, Starterscentrum Kamer van Koophandel, Retail & Business Academy, BIZ, OPET, BAC en overige samenwerkingsverbanden en overlegorganen is daarbij van belang. Specifieke relevante thema’s die van toepassing zijn op Roermond als koopstad en de detailhandelsstructuur komen aan bod waaronder: leegstand, het nieuwe winkelen, webwinkels, supermarkten, wijkeconomie, vergrijzing binnen de detailhandel enz.
Realisatie per 31-12-2014
Er vindt monitoring plaats op de winkelmarkt. Ook vindt structureel overleg plaats met Citymanagement, KVK alsmede de BIZZ’en in diverse overlegorganen. Vervolgens waakt ook de Roermondse Branche Adviescommissie waar mogelijk door middel van haar advisering op het uitblijven van duurzame ontwrichting met als gevolg de beperking van leegstand. Niet te vergeten blijven leegstandsinitiatieven als "Etalarte" actief omtrent het aankleden van lege etalages. Er vindt overleg plaats door de gemeente met marktpartijen omtrent leegstand en wellicht mogelijke transformatie op de kantorenmarkt naar ander gebruik (indien van toepassing) waarbij het initiatief voornamelijk bij de markt zelf ligt. Tevens vindt overleg plaats met andere gemeenten en Provincie. De gemeente heeft veelal een faciliterende rol en marktpartijen blijven in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor een goed functionerende vastgoedmarkt.
De resultaten/analyses van de monitoring van de winkelmarkt (d.m.v. provinciale Rapportages (E.til) en gegevens van adviesbureau BRO) zijn gebruikt ten behoeve van het opstellen van het ruimtelijke detailhandelsbeleid. Het onderwerp leegstand en de beperking hiervan blijft een aandachtspunt in diverse overlegorganen, waarbij de gemeente probeert optimaal te faciliteren. Uiteraard blijven marktpartijen in beginsel zelf verantwoordelijk voor een goed functionerende vastgoedmarkt.
In de economische uitvoeringsagenda (Keyport 2020) zijn de speerpunten van het economisch beleid opgenomen. Het arbeidsmarktbeleid sluit hierop aan.
De economische uitvoeringsagenda van Keyport 2020 focust zich op 5 speerpunten: maakindustrie, agribusiness, logistiek, leisure
64
Een uitgebreide toelichting is opgenomen in de paragraaf grondbeleid. In 2014 is gestart met de analysefase van de Roermondse detailhandel. De uitkomsten hiervan zijn besproken met stakeholders en de commissie Ruimte. Op basis hiervan zijn de uitgangspunten voor het ruimtelijke detailhandelsbeleid vastgesteld door het college. Op basis van de uitkomsten van de analysefase en de vastgestelde uitgangspunten wordt in het eerste kwartaal van 2015 het ruimtelijke detailhandelsbeleid verder vormgegeven en ter vaststelling aangeboden aan de raad.
Binnen het arbeidsmarktbeleid streven we een versterking van de verbindingen tussen overheid, ondernemer en onderwijs (triple helix) na. In de voor onze regio belangrijke sectoren waar in de toekomst knelpunten in de personeelsvoorziening voorzien zijn, wordt extra aandacht besteedt aan deze verbindingen. Ook zal bekeken worden in welke vorm de Retail & Business Academy Roermond zal worden voortgezet alsmede het opzetten van een project om te verkennen of een warmtenet binnen de gemeente Roermond haalbaar is. Voor de sector zorg zal bezien worden op welke wijze de versterking van de structuur wordt vormgegeven.
en retail en zorg. Dwars door de speerpunten loopt het speerpunt onderwijs-arbeidsmarkt. Het Algemeen Bestuur van Keyport 2020, dat bestaat uit vertegenwoordigers van de drie O’s (overheid, ondernemers, onderwijs- en kennisinstellingen), is verantwoordelijk voor het realiseren van de economische uitvoeringsagenda. De gemeente Roermond is bestuurlijk vertegenwoordigd in het Dagelijks en het Algemeen Bestuur. Ambtelijk is de gemeente vertegenwoordigd in het Kernteam. In 2014 zijn diverse projecten binnen de speerpuntsectoren gehonoreerd met Keyport 2020 middelen zoals: Agribusiness in beeld, de Greenbrains voucherregeling, die innovaties ondersteunt op het gebied van agro en food en aanverwante bedrijvigheid en het onderzoek naar de mogelijkheden van een warmtenet in het zuid-oosten van de gemeente Roermond. Aandachtspunt is het meer onder de aandacht brengen van Keyport 2020 bij het bedrijfsleven. Het bestuur van de Retail & Business Academy Roermond evalueert momenteel het project. Besluitvorming zal begin 2015 plaatsvinden.
Wij ondernemen actie om binnen de gehele gemeente bedrijven te mobiliseren om een bijdrage te leveren aan het Citymanagement.
Het mobiliseren van bedrijven om een bijdrage te leveren aan Citymanagement is een van de opdrachten die wij bij Citymanagement hebben neergelegd. Daarnaast heeft Citymanagement activiteiten ontplooid op het gebied van: het nieuwe winkelen, leegstand, evenementen, citymarketing en -promotie, werkzaamheden voor de BIZ Binnenstad en participatie in diverse werkgroepen. Als concrete voorbeelden van activiteiten worden genoemd de WIFI-hotspots, de Roermond city app, de aankleding en het opknappen van etalages van leegstaande winkelpanden, DOG Parade, de ‘Roermond open’ actie naar aanleiding van de asbestbrand, Winterbreak, Kerst met de zandtovenaar en de coördinatie van de kerst- en bloemendecoraties. Ook bij de organisatie van de Landelijke sportweek en het Heksenjaar was Citymanagement betrokken.
Met betrekking tot het Horecabeleid zal 2014 vooral in het teken staan van de invoering en de implementatie van het te actualiseren horecabeleid.
Met betrekking tot het horecabeleid is gekozen om eerst de wettelijke verplichtingen vanuit de nieuwe Drank- en Horecawet te implementeren.
65
Het te actualiseren horecabeleid zal nader worden bekeken in het licht van de op te stellen economische visie. De Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg (OML) heeft een herstructureringsagenda opgesteld waaruit de herstructureringsopgave voor de komende jaren blijkt. Zowel voor OML als voor de Limburgse Herstructureringsmaatschappij Bedrijventerreinen (LHB) is hier een belangrijke taak weggelegd. Na onder andere de vestiging van Action in de regio en de uitbreiding van UPS in Roermond, dienen er slagen gemaakt te worden die van belang zijn voor de regionale arbeidsmarkt.
Met betrekking tot herstructurering heeft OML in het ondernemingsplan voorstellen gedaan. Het ondernemingsplan is in de aandeelhoudersvergadering van 28 augustus 2014 vastgesteld. In dat plan is met betrekking tot de herstructurering van bedrijventerreinen de volgende strategische opgave voor de komende 4 jaar opgenomen: x
x x
x
Arbeidsmarktbeleid Wij streven ernaar werkplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te vergroten. Een belangrijk instrument hiervoor is social return. Wij zetten in op het creëren van werkplekken voor mensen bij opdrachten die door de gemeente worden verstrekt. In 2013 zijn ervaringen opgedaan met verschillende vormen van social return. Deze ervaringen zullen in 2014 gebruikt worden om de effecten van social return te verbeteren en het aantal mensen dat door sociale return uit de uitkering stroomt te vergroten. Tevens zal ook in 2014 gebruik worden gemaakt van de verschillende mogelijkheden die onder social return gecreëerd worden. Roermond voert samen met de gemeenten Weert, Nederweert, Echt-Susteren, Roerdalen, Leudal en Maasgouw regionaal arbeidsmarktbeleid. In 2014 zal de regionale samenwerking verder worden geïntensiveerd. De Uitvoeringsagenda regionaal arbeidsmarkt Midden Limburg biedt hiervoor een goede basis. De Participatiewet zal naar aanleiding van het nieuwe sociaal akkoord verder vorm krijgen. De inwerkingtreding is voorzien per 1 januari 2015. 2014 zal daarom in het teken staan van de
66
Inzet van (onbetaalde) menskracht in voorbereidende processen om te komen tot herstructureringsprojecten. Reservering van specifieke gronden in het kader van de herstructurering. Kaders vaststellen, uitvoeringsmodellen opstellen en beleidsafspraken maken met gemeenten, LHB en provincie Limburg. Actief (Europese) subsidiemogelijkheden onderzoeken en inzetten in de herstructurering.
Social Return maakt inmiddels standaard deel uit van de gemeentelijke aanbestedingsprocedures. In voorkomende gevallen wordt social return ingezet om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te begeleiden naar regulier werk. Ervaringen uit 2013 en 2014 laten zien dat het verbreden van verschillende vormen van Social Return (bv. scholing, stage) tot betere resultaten leidt.
In 2014 is de regionale samenwerking op het gebied van arbeidsmarktbeleid verder geïntensiveerd. Zo zijn de voorbereidingen en besluitvorming op het gebied van de Participatiewet op regionaal niveau geïmplementeerd. Tevens is een onderzoek gedaan naar de fusie van Westrom en Risse. In de eerste helft 2015 zal besluitvorming omtrent de fusie Risse en Westrom plaatsvinden.
voorbereiding en de implementatie van de Participatiewet. In dit kader zullen de mogelijkheden van een intensievere samenwerking tussen de werkbedrijven Westrom en Risse verder onderzocht worden. De werkgeversbenadering wordt regionaal verder uitgewerkt tot het werkgeversservicepunt. Een eenduidige benadering door de gemeenten, UWV wordt aangevuld met de aansluiting van de onderwijspartners in de regio Midden Limburg.
De voorbereiding voor de regionale werkgeversbenadering is in 2014 opgestart met als doel een invoering hiervan in 2015. Vooralsnog wordt uitgegaan van een samenwerking met de regiogemeenten, beide Wsw-bedrijven en het UWV.
Bestrijding van jeugdwerkloosheid heeft in 2014 prioriteit. Binnen de bestrijding van jeugdwerkloosheid is de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarktbeleid van belang. Specifieke aandacht is er om te voorkomen dat jongeren die kwetsbaar zijn definitief de aansluiting met de arbeidsmarkt dreigen mis te lopen. Om dit te bereiken zal een verdere samenwerking worden aangegaan met onderwijspartners, UWV en gemeenten. Er is, onder regie van de stuurgroep regionaal arbeidsmarktbeleid Midden Limburg, een regionaal plan van aanpak jeugdwerkloosheid opgesteld dat in 2014 zal worden uitgevoerd. Verkeer & Vervoer Om de bereikbaarheid van Roermond nu en in de toekomst te garanderen worden in 2014 diverse infrastructurele projecten voorbereid en uitgevoerd. De meest in het oog springende projecten zijn de herinrichting van de Singelring, de aanleg van een fietspad door het Roerdal en de opwaardering van de N280 West tussen Roermond en Weert met het Roermondse wegvak in het bijzonder. Tevens zal door het instellen van éénrichtingsverkeer en het vervangen van de verkeersregelinstallaties op de oostelijke Singelring de doorstroming aanzienlijk verbeterd worden. Daarnaast zullen objecten in de openbare ruimte worden verbeterd. Hierbij moet worden gedacht aan onder andere vervanging van bebording, markering en kleine verkeersmaatregelen om de verkeersveiligheid te verbeteren.
Het regionale plan jeugdwerkloosheid is in 2014 uitgevoerd. Door deze aanpak is het werkloosheidspercentage jeugd in 2014 9,2%. Daarmee is de doelstelling van 12% ruimschoots behaald. Begin 2015 wordt de landelijke aanpak jeugdwerkloosheid afgesloten. Regionaal wordt nu bezien of en zo ja op welke wijze initiatieven geborgd kunnen worden.
In 2014 wordt het verkeersbeleid verder geactualiseerd met het implementeren van het nieuwe parkeerbeleidsplan en de nieuwe parkeerorganisatie. Samen met de regio worden projecten op het gebied van landbouw- en
In december heeft de gemeenteraad de begin 2014 ingevoerde parkeermaatregelen geëvalueerd, dit heeft geleid tot een aantal aanpassingen Samen met de provincie en Rijkswaterstaat zijn we gestart met een studie
67
De reconstructie singelring oost is in 2014 uitgevoerd inclusief vervanging van alle verkeersregelinstallaties vanaf de Andersonweg tot en met de Venloseweg. In 2015 volgt de aanschaf van de nieuwe verkeerscentrale en het parkeerroute-informatiesysteem. Het fietspad door het Roerdal is gereed en in september opengesteld. De samenwerkingsovereenkomst inzake de uitvoering van het project Ontwikkelas Weert – Roermond (N280-West) is getekend in 2014 door Provincie Limburg, de Gemeenten EchtSusteren, Leudal, Maasgouw, Roermond, Weert en Rijkswaterstaat. De voorbereidingen lopen door in 2016 en de start van de uitvoering is voorzien in 2017.
fietsverkeer opgepakt. Voor het landbouwverkeer wordt gezocht naar betere routes en minder overlast voor het overig verkeer. Voor het stimuleren van het fietsgebruik wordt met name ingezet op een sterke Noord-Zuid verbinding voor fietsers tussen Sittard en Venlo via Roermond. Daarnaast zal meer aandacht worden besteed aan duurzame mobiliteitsmaatregelen welke mede geïnitieerd zullen worden door de publiek-private samenwerking in het eind 2013 opgerichte Mobiliteitsfonds Roermond. In 2013 is ingezet op het verminderen van het aantal borden in de openbare ruimte. Deze trend zal de komende jaren worden doorgezet. Ook bij nieuwe projecten wordt ingezet op een duurzame inrichting van de openbare ruimte.
om Roermond bereikbaar te houden voorafgaand en tijdens de werkzaamheden aan de N280. De aanbevelingen van deze studie worden in het voorjaar van 2015 aan het college voorgelegd. In 2014 is de N570 tussen de Keulsebaan en Koninginnelaan opengesteld voor landbouwverkeer. Ook is gestart met de voorbereiding voor de aanleg van het fietspad Slachthuisstraat, als onderdeel van de NoordZuid fietsroute tussen Sittard en Venlo In de wijken Kitskensberg, Maasniel en Swalmen zijn verkeersborden weggehaald en ongeveer 30 verkeerspalen uit het straatbeeld verwijderd. Onder andere in de singelring en de Wilhelminalaan is het straatbeeld duurzaam veilig ingericht.
Door het eind 2013 opgerichte Mobiliteitsfonds Roermond zal aandacht besteed worden aan duurzame mobiliteitsprojecten. Deze publiek-private samenwerking heeft vorm kunnen krijgen door een structurele financiering vanuit de verhoging van de parkeeropbrengsten en bijdragen vanuit private partijen. Door samenwerking en co-financiering bij duurzame mobiliteitsmanagementprojecten wordt een bijdrage geleverd aan de bereikbaarheid van Roermond en haar economische kernen en wordt een breed draagvlak gecreëerd voor deze projecten.
In het eerste kwartaal van 2014 is het convenant Mobiliteitsfonds ondertekend. De belangrijkste projecten die in 2014 uitgevoerd zijn: het implementeren van voetgangersbewegwijzering voor de binnenstad en het opzetten van een publiekscampagne om inwoners op de 'Duitse dagen' op een andere wijze dan met de auto, naar de stad te laten reizen.
Het Station Roermond blijft een belangrijk regionaal mobiliteitsknooppunt. Sinds eind 2012 is het aantal Intercity’s verdubbeld naar 4 Intercity’s per uur richting Sittard en de Randstad. In 2013 zijn door ProRail en NS in samenwerking met de gemeente Roermond een aantal "quick wins" gerealiseerd, die het verblijfsklimaat op en in de directe omgeving van het station Roermond ten goede komen. Voorts is NS Stations bezig met een plan voor een upgrading van het Stationsgebouw, waarbij ook wordt bezien hoe het wachten kan worden veraangenaamd (inclusief (beperkte) horecavoorziening). Dit plan zou in 2014 zijn beslag moeten krijgen. Ook initiatieven voor opwaardering van de Maaslijn en een stoptreinverbinding via Baexem en Haelen richting Weert worden ondersteund. De wens blijft om de stationsomgeving op te knappen en het station te voorzien van een oostelijke entree.
Het Station Roermond blijft een belangrijk regionaal mobiliteitsknooppunt. Initiatieven voor opwaardering van de Maaslijn en een stoptreinverbinding via Baexem en Haelen richting Weert zijn ondersteund. Met direct betrokkenen (ProRail, NS, Provincie, gemeente) is gezocht naar een praktische- en efficiënte wijze van samenwerken om eind 2015 de stationstunnel en omgeving op te waarderen.
68
Bij het niet realiseren van een oostelijke ingang van het station zal nader onderzoek gepleegd worden met betrekking tot de upgrading van de Stationtunnel van de Oranjelaan. Voor de verkeerseducatie vindt een verdere verschuiving van de verantwoordelijkheden van de gemeente naar het onderwijs en seniorenverenigingen plaats. In 2014 zetten wij daar verder op in.
Dit jaar is een nieuwe organisatie van het verkeersexamen opgezet, waarbij de trekkersrol bij de scholen is komen te liggen. Veilig Verkeer Nederland heeft hierbij professioneel ondersteund. Seniorenverenigingen hebben een belangrijke rol gespeeld als het gaat om (opfris)cursussen voor ouderen in het verkeer.
Met het invoeren van het nieuwe parkeerbeleid zal het parkeren in de binnenstad ingrijpend gaan veranderen. In het nieuwe parkeerbeleid zal met name het flitsparkeren in de binnenstad een belangrijkere rol gaan spelen. Parkeertarieven en inrichting van de openbare parkeerplaatsen worden hierop aangepast.
Het parkeerbeleid in de binnenstad is veranderd. Het flitsparkeren in de binnenstad is begin 2014 geïmplementeerd. Uit de evaluatie van de raad in december 2014 van de parkeernota is gebleken dat het flitsparkeren in de binnenstad geen toegevoegde waarde had. Deze parkeerplaatsen zijn derhalve per 1 maart 2015 opgenomen in het totaal parkeerareaal. De parkeertarieven en de parkeerplaatsen zijn op het nieuwe beleid aangepast.
In 2014 onderzoeken wij of de (2 stuks) rijwielstallingen op een andere wijze kunnen worden geëxploiteerd.
Door het vertrek van een van de teamleiders in 2014 is het onderzoek naar een andere exploitatie van de rijwielstalling(en) in 2014 niet verricht. Dit onderzoek zal in 2015 alsnog worden opgepakt. In de doorontwikkeling worden ontstane vacatures ingevuld door medewerkers van de Westrom (WSW-ers). Momenteel is het merendeel van het personeel van de Westrom afkomstig.
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Hoe gaan we het meten?
Meeteenheid
Het stimuleren van arbeidsparticipatie van de beroepsbevolking, waarbij het werkloosheidspercentage onder een bepaald percentage blijft. Het stimuleren van arbeidsparticipatie van bijstandsgerechtigden, waarbij van de totale uitstroom (800) uit de bijstand een minimum aantal personen uitstroomt naar regulier werk.
Intern rapport
Intern rapport
7
Realisatie
Percentage
Wat is het beoogd resultaat? 10 %
Aantal
150
173
Nb
7
We kunnen niet meer refereren naar de cijfers uit de begroting omdat de cijfers niet meer gepubliceerd worden. De nieuwe indicator met het aantal WW-uitkeringen is echter 6.8%
69
Het verminderen van de jeugdwerkloosheid, waarbij deze maximaal een bepaald percentage van de totale werkloosheid bedraagt. Het creëren van werkgelegenheid, waarbij het aantal arbeidsplaatsen meer groeit dan de landelijke trend. Het in stand houden dan wel bevorderen van de aantrekkingskracht van Roermond, uitgedrukt in een minimum toename van het aantal inwoners (Begroting 2013: 320)
Intern rapport
Percentage
12 %
9,2%
S.E.V.
Ja/nee
Ja
Nee
Aantal inwoners
Aantal
meer dan 320
39
8
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-51 - Grondexploitatie D-52 - Economische ontwikkelingen D-53 - Arbeidsmarktbeleid D-54 - Verkeer en vervoer TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-51 - Grondexploitatie D-53 - Arbeidsmarktbeleid D-54 - Verkeer en vervoer TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: D-51 - Grondexploitatie D-54 - Verkeer en vervoer TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-51 - Grondexploitatie D-52 - Economische ontwikkelingen D-53 - Arbeidsmarktbeleid D-54 - Verkeer en vervoer TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
11.528 445 19.968 7.339 39.280
11.276 766 21.609 4.619 38.270
3.509 485 20.882 4.749 29.625
7.767 280 727 -130 8.645
-10.900 -16.489 -3.422 -30.811 8.469
-10.807 -17.882 -3.280 -31.969 6.301
-3.252 -18.857 -2.968 -25.077 4.548
-7.555 975 -313 -6.893 1.752
528 3 531
264 3 267
530 530
-266 3 -263
-653
-244 -363 -715 -325 -1.646 -1.379 4.921
-298 -63 -166 -301 -828 -298 4.250
54 -300 -549 -24 -819 -1.082 669
-408 -2.986 -4.048 -3.516 4.953
8
De groei van het aantal arbeidsplaatsen blijft achter bij de landelijke trend. In Nederland en in Roermond is er geen sprake van groei, maar van een afname van het aantal arbeidsplaatsen. Landelijk is de daling van het aantal arbeidsplaatsen 1% en in Roermond 3%.
70
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 5. Roermond: Economisch sterke stad Omschrijving Product 51. Grondexploitatie In de jaarverantwoording grondexploitaties 2014 wordt in een toelichting per grondexploitatie ingegaan op de afwijkingen ten opzichte van de geraamde budgetten. Paragraaf 7 (grondbeleid) bevat een nadere toelichting. Belangrijkste verschillen worden veroorzaakt doordat grondverkopen in 2015 hebben plaatsgevonden welke geraamd waren in 2014. In de burap is dit al deels gemeld. Totaal product 51. Grondexploitatie Product 52. Economische ontwikkelingen Ondersteuning startende ondernemers en kleine ondernemers in de problemen. (ESSV) Naar aanleiding van een startbijeenkomst met stakeholders in de dienstverlening aan ondernemers wordt nog een aantal verdiepende gesprekken gevoerd. Die input wordt gebruikt in het projectvoorstel, dat in voorbereiding is. Plan van aanpak is medio 2015 gereed. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Overig Totaal product 52. Economische ontwikkelingen Product 53. Arbeidsmarktbeleid Sociale werkvoorziening WSW: Op het budget van de WSW is een overschot van € 390.000. Zoals in de raadsinformatiebrief over de bijgestelde begroting Westrom (2014/UIT/57917) reeds is vermeld, zal de bijdrage aan de Westrom lager zijn dan begroot. Dit wordt onder andere veroorzaakt door doorgevoerde kostenreductie en doordat de rijkssubsidie per wswplaats hoger is dan ten tijde van het opstellen van de begroting werd verwacht. In de 2e burap is dit reeds aangegeven. Op het budget van Arbeidsmarktbeleid (ter financiering van regionaal arbeidsmarktbeleid) is € 144.000 niet uitgegeven, omdat eerst de middelen uit het Participatiebudget zijn gebruikt. Hiermee is voorkomen dat gelden door het rijk worden teruggevorderd. Op het budget Voorbereidingskosten ESF is een bedrag van € 83.000 minder gerealiseerd dan gebudgetteerd. Dit houdt verband met het feit dat de ESF-aanvraag pas eind 2014 is ingediend. Hierdoor zijn de kosten pas laat gemaakt. Dit is een regionaal budget om de ondersteuning ten behoeve van de ESF aanvraag voor de arbeidsmarktregio en voor het onderwijs (Voortgezet Speciaal onderwijs en Praktijk onderwijs) te financieren. De ESF aanvraag is lopende en er is onlangs een beschikking ontvangen van het Agentschap ESF. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden.
71
669 Lasten
Baten
Reserve
I/S
I
7.767
-7.555
-212
7.767
-7.555
-212
300
0
-300
I
-20 280
0 0
0 -300
I
618
0
-227
I
Omschrijving
Lasten
WWB werkdeel activering In 2014 zijn meer re-integratiemiddelen ten behoeve van uitstroombevorderende maatregelen ingezet dan was voorzien. Dit leidt tot een overschrijding van € 103.000. Als gevolg van o.a. detachering van personeel zijn inkomsten ontvangen van derden. Dit heeft geleid tot extra inkomsten van € 90.000. Hierdoor ontstaat een tekort van € 13.000 op het Wwb-werkdeel activering. Dit tekort wordt onttrokken uit het Participatiebudget. DU jeugdwerkloosheid Voor de uitvoering van aanpak jeugdwerkloosheid is € 195.000 minder uitgegeven dan gebudgetteerd. Het betreft een regionale taak. Vanwege de afstemming in de regio zijn de werkzaamheden pas laat gestart. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Vrijval voorziening meeneemregeling participatiebudget Door gewijzigde regelgeving dient een deel van de voorziening reserveringsregeling Participatiebudget vrij te vallen. Overig Totaal product 53. Arbeidsmarktbeleid Product 54. Verkeer en vervoer Parkeeropbrengsten en -producten De sluiting van parkeerterreinen (Knevelsgraafstraat en Akcros) heeft geleid tot een structurele afname van inkomsten ten opzichte van de begroting (€ 245.000). Het wegvallen van parkeercapaciteit tijdens de reconstructie Oostelijke Singelring en het gratis parkeren in de binnenstad vanwege stimulerende maatregelen als gevolg van de asbestbrand in december hebben geleid tot een incidentele afname van de parkeerinkomsten. In de burap is dit al deels gemeld. Beheer verkeersvoorzieningen Wegens noodzakelijke vervanging van verkeersborden zijn er € 10.000 meer lasten dan begroot. Tevens is er een incidentele tegenvaller van € 118.000 als gevolg van de afwikkeling uit 2012 voor de vervanging van ANWB bewegwijzering in Swalmen. Dit is reeds gemeld in de burap. Overig Totaal product 54. Verkeer en vervoer Totaal Programma
72
Baten
Reserve
I/S
-103
103
0
I
195
0
-195
I
0
771
0
I
17 727
100 975
-127 -549
I
0
-345
0
I-S
-128
0
0
I
-1 -129
32 -313
-20 -20
I
8.645
-6.893
-1.081
Programma 6 Roermond: Prachtige stad
De Roermondse Markt vormde in december 2014 het decor voor het muzikaal kerstspektakel Kerst met de Zandtovenaar. Klaas van Kruistum vertelde het kerstverhaal uit de Bijbel in Gewone Taal. Met indrukwekkende zandtekeningen van zandtovenaar Gert van der Vijver kwam het verhaal van de geboorte van Jezus tot leven.
73
74
Programma 6. Roermond: Prachtige stad Dit programma is gericht op het ten volle benutten van de in ruime mate aanwezige kwaliteiten en potenties van Roermond met het oog op het behouden en waar mogelijk verbeteren van de aantrekkingskracht, de belevingswaarde en de leefbaarheid van de stad voor inwoners, bedrijven en bezoekers.
Strategische visie Roermond 2020 Burgers en bedrijven verwachten ook steeds meer op thema’s als leefbaarheid en duurzaamheid. Willen wij onze goede uitgangspositie behouden en onze hoge ambities waarmaken, dan is ook een extra kwaliteitsimpuls in deze richting noodzakelijk.
Beleidskaders x x x x x x x x x x x x x
Ruimtelijke structuurvisie Roermond 2001 en Toekomstvisie Swalmen 2014 (vastgesteld in 2004) Natuurvisies Roermond Oost (2000) en Roermond West en natuurbeleid heel Roermond (vastgesteld in 2004) Nota Monumentenzorg en Archeologie, terugblik en planning 1990-2008 (vastgesteld in 2006) Nota Archeologie 2011 (vastgesteld in 2011) Groenstructuurplan Roermond (vastgesteld in 2006) Verbreed gemeentelijk rioleringsplan 2009 - 2013 (vastgesteld in 2008) Milieubeleidsplan Roermond 2013-2017 (vastgesteld in 2013) Inrichtingsplan Roermond - Oost Asenray (vastgesteld in 2010) Nota beeldkwaliteit 2010 (vastgesteld in 2010) Structuurvisie kwaliteitsbijdrage gemeente Roermond (vastgesteld in 2012) Regionale Woonvisie 2010-2014 (vastgesteld in 2010) Dassenbeleidsplan (vastgesteld in 2013) Speelruimteplan (vastgesteld in 2013)
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma De gemeente Roermond heeft prachtige natuur binnen haar grenzen. Een betere ontsluiting door wandelen fietsroutes is wenselijk. We gaan verder met handhaving en uitbreiding van groenstroken en ecologische verbindingszones. Wij gaan voor optimale benutting van onze unieke waterfronten, zowel om te recreëren als om te wonen. We kiezen voor het behoud van de kwaliteit van het buitengebied. Dit laat onverlet dat extra bebouwing mogelijk moet zijn. De gemeente is verantwoordelijk voor een woningaanbod dat aansluit op de vraag en bepaalt wat waar wordt gebouwd, uiteraard in samenwerking met andere partijen. Differentiatie binnen wijken staat daarbij voorop, evenals duurzaam, aanpasbaar en levensloopbestendig bouwen. Wij spannen ons zoveel mogelijk in om leefbaarheid en voorzieningen in onze kernen te behouden. Onze gemeente kent een rijke historie. Wij koesteren onze historie en daarmee het behoud van onze historische gebouwen. Appendix Coalitieakkoord Leegstand moet zoveel mogelijk worden tegengegaan; het voorkomen van onnodig en ongewenst gebruik van ruimte en vernietiging van natuur en kapitaal krijgen in het kader van duurzaamheid extra aandacht. Het nieuwe woningaanbod kan beter worden afgestemd op de vraag, waarbij bijzondere aandacht uitgaat naar huisvesting voor ouderen, jongeren / starters, alleenstaanden en woningen in het midden en lagere segment. Een goede balans tussen de meer grootschalige stadsfuncties en kleinere
75
kernen wordt nagestreefd. Millenniumstad Terecht constateert het coalitieakkoord 2010 – 2014 dat burgers en bedrijven steeds meer verwachten op thema’s als leefbaarheid en duurzaamheid. De raad van de gemeente Roermond heeft zelf ook initiatieven genomen en aan het college een uitwerkingsplan voor de realisatie van een aantal millenniumdoelen voorgesteld. Op dit punt zijn nieuwe impulsen gewenst.
Beleidsvoornemen begroting 2014 Ruimtelijke Ordening De structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving, de opvolger van de regionale woonvisie 2010-2014, wordt begin 2014 afgerond. In het kader van de structuurvisie hebben we aandacht voor: x verbreding met betrekking tot wijk- en dorpsvernieuwing, zorg en woonomgeving, mede in relatie tot demografische ontwikkelingen; x de benodigde kernvoorraad sociale huurwoningen; x verlaging van de verwachte toename van de woningvoorraad in verband met de huidige economische omstandigheden (verlaging van 250 naar 175 woningen). x duurzaam (energiezuinig en zo mogelijk energieneutraal) bouwen, het in overleg met relevante partijen stimuleren daarvan. Volkshuisvesting Wij blijven projecten ten behoeve van huisvesting van starters en studenten voortvarend in procedure nemen. Met betrekking tot de woningvoorraad wordt leegstand gemonitord. De planvoorraad voor woningbouw wordt in het kader van de regionale woonvisie 2010-2014 afgestemd op de behoefte. In specifieke gevallen kan bij leegstaande panden functiewijziging aan de orde zijn met het oog op een duurzaam gebruik.
Realisatie per 31-12-2014 De structuurvisie is eind 2014 vastgesteld. Er is rekening gehouden met demografische ontwikkelingen en de benodigde kernvoorraad sociale huurwoningen. In de structuurvisie zijn de planvoorraad voor woningbouw en de verwachte huishoudengroei op elkaar afgestemd.
In 2014 zijn 34 woningen voor starters gerealiseerd.
De regionale woonvisie 2010-2014 is vervangen door de Structuurvisie wonen, zorg en woonomgeving. De in de regionale visie opgenomen afspraak dat de planvoorraad over de periode 1-1-2010 tot 1-1-2014 met 720 wordt verminderd is gerealiseerd. In 2014 is als opvolger van de regionale woonvisie de regionale Stuctuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving vastgesteld. De planperiode hiervoor is 2014-2018. De leegstand per 1-1-2014 is gedaald ten opzichte van een jaar eerder (van 5,6% naar 4,4%). In het kader van ESSV is er 100.000 euro
76
beschikbaar gesteld voor de stimulering van woningbouwprojecten. Hiervan is 55.000 euro beschikbaar gesteld voor het project 't Parcje. Aanwending van de resterende middelen zal naar verwachting in 2015 plaatsvinden. In 2014 is de vaststelling van het geactualiseerde bestemmingsplan Roermondse Veld voorzien. De voorbereidingen van de Campinalocatie en locatie Emmalaan – Prins Bernhardstraat, worden voortgezet.
Het bestemmingsplan Roermondse Veld is vastgesteld en onherroepelijk. De bebouwing op de Campinalocatie is gesloopt. Wonen Zuid is bezig met de planontwikkeling. Uitvoering is voorzien in 2016. De locatie Emmalaan - Prins Bernardstraat volgt daarna.
In het project Roerdelta starten we met de aanleg van het stadspark en met het stedenbouwkundig kader voor fase 2: het contact tussen de Roer en de Maas.
De aanleg van het stadspark is gestart. Voor fase 2 is een samenwerkingsovereenkomst gesloten en wordt gestart met planvoorbereiding.
In Asenray zijn diverse woningbouwontwikkelingen in voorbereiding. De eerste fase (16 woningen) van het bouwplan aan de Ridder van Asenrodeweg wordt in 2014 voltooid.
Bij het plan Ridder van Asenrodeweg zijn 14 woningen gebouwd. Tevens is een plan van 9 woningen in voorbereiding. Geconstateerd is dat een aantal overige plannen weinig of nauwelijks voortgang kent.
De daadwerkelijke verplaatsing van het woonwagencentrum Witte Koeweg, staat gepland voor 2014, na het doorlopen van de vereiste procedures. Met de woningcorporaties zijn afspraken vastgelegd over hun bijdrage en de overname van de nieuwe locatie.
De gesprekken met de bewoners zijn gevoerd en hebben in 2015 geleid tot overeenstemming. Het ontwerp-bestemmingsplan heeft in 2014 ter inzage gelegen. De procedure wordt in 2015 voortgezet. Na het doorlopen van de benodigde procedures kan de uitvoering starten.
Voor wat betreft de plannen van de Odgerusstraat (inbreidingslocatie) is een intentieovereenkomst gesloten met een partij.
Het voorontwerpbestemmingsplan heeft ter inzage gelegen. Een realiseringsovereenkomst is in voorbereiding en moet uiterlijk voor de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan worden gesloten.
Begin 2014 wordt het bestemmingsplan Jazz City door de gemeenteraad vastgesteld. Daarna starten de bouwvoorbereidende werkzaamheden voor de eerste fase van de uitbreiding van het DOC en de bouw van circa 85 appartementen aan de Schippershaven. In 2014 wordt voorts de opening van Roermond Yumble, een indoor entertainmentpark, voorzien. Tenslotte wordt een begin gemaakt met de aanleg van de ontsluitingsweg langs de havens.
Het bestemmingsplan is vastgesteld in 2014. . In 2015 is het bestemmingsplan onherroepelijk geworden. De bouwvoorbereidende werkzaamheden voor de uitbreiding van het DOC en de eerste fase van de woningen starten in de loop van 2015. De bijbehorende (tijdelijke) infrastructuur wordt dan eveneens gerealiseerd. Het beeldkwaliteitsplan is in 2015 vastgesteld. Het indoor entertainmentpark Yumble is in 2015 geopend.
77
Wij streven ernaar minimaal het huidige monumentenbestand in stand te houden en het verantwoordelijkheidsbesef van eigenaren te bevorderen om monumenten ook in de toekomst in goede staat te houden. Natuur, woon- en leefruimte In aansluiting op het convenant tussen Rijk en provincie Limburg over de demografische ontwikkeling in Limburg hebben betrokken partijen een dialoogtafel georganiseerd met als doel: x
de demografische ontwikkeling in MiddenLimburg te analyseren; x een diagnose vast te stellen; x te bezien welke opgaven hieruit voortkomen en x op welke wijze deze opgaven aangepakt kunnen worden. De dialoog wordt voortgezet met als doel de gevolgen van de demografische ontwikkeling van met name leefbaarheid en voorzieningen in beeld te brengen. De ontwikkeling van een visie op demografische ontwikkelingen zal zijn gebaseerd op de vervolgresultaten van de regiodialoog.
Verdere ontwikkeling van Leisure en (water)sport dragen bij aan het wegwerken van de onbalans in het Maasplassengebied, zoals beschreven in de Regiovisie 2008-2028. We zetten in op concentratie van intensieve vormen van leisure en watersport in Roermond. De komst van de Cartoonstudio naar Roermond is daar een goed voorbeeld van, maar ook het opwaarderen van ons havenfront ten behoeve van de rondvaart en riviercruises. De Leisurevisie Midden-Limburg (2013) en het Nautisch programma van eisen zijn de belangrijkste kaders voor ondersteuning van nieuwe initiatieven. Meer toeristisch recreatieve bestedingen en meer werkgelegenheid wordt nagestreefd.
78
Er zijn in 2014 meerdere subsidies verleend waarbij het subsidieplafond bereikt is. Tevens zijn extra gemeentelijke middelen ingezet ten behoeve van het verkrijgen van provinciale subsidie. In 2014 is het proces voortgezet met het opstellen van een transitieatlas. Hiervoor hebben een een viertal regionale bijeenkomsten plaatsgevonden over de gevolgen van demografische ontwikkeling inzake respectievelijk zorg en welzijn, sport, cultuur, primair onderwijs, gevolgd door een afrondende bijeenkomst. Het resultaat van de bijeenkomsten is beschreven in het ‘Eindrapport Transitieatlas’, dat eind 2014 ter kennis is gebracht van de gemeenteraden. Daarbij is ook het vervolgtraject aangegeven. Onderdeel daarvan is een uitwerking van de transitieatlas per gemeente. Voor Roermond wordt voorgesteld deze te betrekken bij de op te stellen ruimtelijke structuurvisie. Voor de 2e tranche van de provinciale motie ‘Leisure’ lift Roermond mee met het project Cultuurgeschiedenis van het Grenspark MaasSwalm Nette. Eind 2014 is het programma van eisen en wensen voor het project riviercruiseterminal vastgesteld en het aanbestedingstraject gestart. De attractie Yumble (cartoonstudio) richt zich voornamelijk op gezinnen en een jong publiek, uniek in heel Europa. De organisatie verwacht jaarlijks 300.000 à 400.000 bezoekers. De gemeente Roermond is binnen de provinciale motie Leisure in 2014 voor het project “Haalbaarheidsonderzoek Elk-weer voorzieningen & Evenementen” aangewezen als projecttrekker. Doel van het project is om van Midden-Limburg een elk-weer gebied te maken door één of twee beeldbepalende bovenregionale trekkers toe te voegen die aansluiten op de kwaliteiten en uitdagingen van de regio. Tevens wordt bekeken of er grotere evenementen het hele jaar-rond geprogrammeerd kunnen worden om extra bezoekers naar de regio te trekken. In 2015 start het project. In 2014 is uit het budget van het nautisch programma van eisen à 3 miljoen
euro, een substantieel gedeelte beschikbaar gesteld voor projecten van het Roermondse bedrijfsleven, variërend van de herinrichting van een jachthaven tot de introductie van elektrisch varen. De recreatieve ontsluiting van het gebied aan de oostzijde van Roermond verdient aandacht. Door de ontwikkeling van recreatieve routestructuren wordt Roermond sterker verbonden met Nationaal Park de Meinweg. Ook de ontwikkeling van een ruiternetwerk staat op de agenda. De fietsbrug over de Roer wordt in 2014 gerealiseerd. Het fietsroutenetwerk wordt hiermee uitgebreid.
Een definitief ontwerp voor het wandel- en ruiterknooppuntensysteem is vastgesteld. Hiermee wordt onder andere de verbinding met de Meinweg verbeterd. De uitvoering vindt plaats in 2015 en versterkt de verbinding met het Nationaal Park de Meinweg.
Het streven van de gemeente Roermond is om het leefgebied van specifieke diersoorten, zoals de vlinder, de eekhoorn en de das te behouden en waar mogelijk te versterken. In 2014 zullen maatregelen uit het dassenbeleidsplan worden uitgevoerd.
Het leefgebied van de vlinder is verbeterd. Kwalitatieve slechte beplanting is omgevormd naar toekomstbestendige beplanting . Daarbij zijn veel bloemrijke planten gebruikt die nuttig zijn voor de vlinder en andere insecten. Daarnaast zijn er op verschillende locaties in Roermond vaste plantenborders gerealiseerd die een kwaliteitsimpuls leveren en eveneens een grote meerwaarde hebben voor de vlinder.
De fietsbrug over de Roer is gerealiseerd en op 1 september 2014 geopend.
Begin 2014 is een aanvang gemaakt met het plaatsen van dassentunnels en overige maatregelen uit het dassenbeleidsplan. De definitieve oplevering van deze maatregelen zal in 2015 plaatsvinden. In 2014 zal in de groenvoorzieningen onderhoud worden uitgevoerd aan de hand van nieuw aanbestede onderhoudscontracten. Wij zullen bij het groenbeheer onze taken anders gaan uitvoeren. In de nieuwe bestekken is nog nadrukkelijker social return (inzet werklozen) opgenomen. Tevens zal de eigen verantwoordelijkheid van onze inwoners worden gestimuleerd waarbij wij ervoor zullen waken dat het onderhoudsbeeld van de openbare ruimte niet verslechterd. In de huidige contractperiode (20132014) van de groenaannemers is voorzien in de plaatsing van bladkorven.
In 2014 zijn de groenvoorzieningen onderhouden op basis van de kwaliteit die afgesproken is in de aanbestede onderhoudscontracten. In deze contracten is social return ingezet. Eigen verantwoordelijkheid op het gebied van groen wordt gestimuleerd middels groenadoptie en opschoonacties. In 2014 zijn bladkorven geplaatst.
Natuur is en blijft zoveel als mogelijk toegankelijk voor iedereen. Openstelling wordt behouden en bij bestemmingsplanwijzigingen wordt gestreefd naar behoud van natuur. Bij verkoop van gronden wordt
Met het nieuwe recreatieve knooppuntensysteem worden natuurgebieden met elkaar verbonden. Groen voor groen compensatie heeft plaatsgevonden in de vorm
79
rekening gehouden met de ecologische hoofdstructuur en wordt groen voor groen gecompenseerd bij voorkeur in hetzelfde gebied. Er wordt gewerkt aan een notitie stadslandbouw waarin aandacht wordt besteed aan braakliggende terreinen en leegstaande gebouwen.
van mitigatie en compensatie. Voorbeelden hiervan zijn dasvriendelijke aanplant bij de herinrichting van de Holleweg en aanplant van onderdelen van het landschapsplan StraatMaalbroek in het kader van compensatie project Stadsweide. Bij het opstellen van de notitie stadslandbouw is besloten de mogelijkheden voor een pilotproject te onderzoeken. Daartoe wordt onder andere informatie uit gemeenten waar stadslandbouw wordt toegepast gebruikt. Er is gezocht naar een potentiele locatie voor de pilot en is contact gelegd met mogelijke initiatiefnemers voor de stadslandbouw. Het is de bedoeling in 2015 een pilot- project te starten.
Afvalverwijdering Vanuit het nieuwe huishoudelijk afvalstoffenplan / grondstoffenplan zal verder worden gezocht naar nieuwe uitgangspunten (duurzaamheid, hergebruik etc.) en efficiency ten aanzien van afvalverwijdering.
Milieu In 2013 is het milieubeleidsplan 2008-2011 geëvalueerd en geactualiseerd. In dat geactualiseerde plan (2013-2017) zijn onder andere de millenniumdoelstellingen geïmplementeerd. Dit betekent dat bij uitvoering van de acties, voortvloeiend uit het milieubeleidsplan, die uitvoering tevens bijdraagt (op velerlei gebied) aan de realisatie van de millenniumdoelstellingen.
In januari 2014 is gestart met de inzameling van plastic verpakkingsafval aan huis. Het ESSV project ‘recycling drankenkartons in de regio’ gestart eind 2013, heeft in 2014 verder vervolg gekregen. Er zijn diverse proeven uitgevoerd in het kader van de recycling en er hebben overleggen plaatsgevonden met diverse betrokken partijen. Van Houtum onderzoekt of zij gaat investeren om drankenkartons op grote schaal te kunnen recyclen. Eind 2013 is het milieubeleidsplan geactualiseerd en begin 2014 in de commissie Ruimte besproken. Verdere besluitvorming heeft niet plaatsgevonden met het oog op de in het coalitieprogramma opgenomen duurzaamheidsvisie en de mogelijkheid het milieubeleidsplan daarin te integreren. In 2015 zal e.e.a. mogelijk in samenhang met de duurzaamheidsvisie worden vastgesteld.
Warmtenet Roermond. In het kader van ons milieubeleid, met duurzaamheid als rode draad, onderzoeken we in samenwerking met diverse relevante partijen de mogelijkheden tot realisatie van een Roermonds warmtenet (hergebruik van industriële restwarmte onder andere in de woningsector).
In 2014 is duidelijk geworden dat de warmtenetvariant in het zuidoosten van Roermond momenteel geen haalbare kaart is. Uiteraard zal de gemeente andere alternatieven voor een warmtenet blijven faciliteren.
Duurzaamheid, het verduurzamen van onze maatschappij, was en blijft ook naar de toekomst
De inhoud hiervan wordt meegenomen in de duurzaamheidsvisie, die in 2015 wordt
80
toe een van onze speerpunten. We richten ons daarbij op de drie p’s (people, planet en profit). De uitvoering van de motie (13M09) waarin opgeroepen wordt om de gemeentelijke eigendommen energetisch te verbeteren is daarvan een concreet voorbeeld.
ontwikkeld.
De RUD (regionale uitvoeringsdienst) LimburgNoord voert het basistakenpakket uit. In 2014 wordt het ingezette traject om te komen tot structurele kwaliteitsverbetering en efficiencywinst voortgezet en de onderlinge samenwerking geoptimaliseerd. In 2015 wordt de samenwerking conform de opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu geëvalueerd.
De werkzaamheden van de RUD LimburgNoord zijn gestart op 1 januari 2013. Binnen de afdeling Midden (Peel en Maas, Venlo, Beesel en Roermond) heeft een herverdeling van taken plaatsgevonden, waardoor de partners werkzaamheden voor elkaar uitvoeren. Dit gebeurt zo veel mogelijk budgetneutraal. Daarnaast zijn verzoektaken voor andere partners uitgevoerd, waarmee de taakstelling is aangevuld. De taakstelling is nagenoeg gehaald. In 2014 heeft een evaluatie plaatsgevonden van de drie netwerk-RUD's (Twente, Ijsselland en Limburg-Noord). Op de meeste punten scoort de netwerkorganisatie RUD Limburg-Noord ruim voldoende. De landelijke evaluatie van alle RUD's vindt in 2015 plaats.
Infrastructurele werken Aan wegonderhoud wordt vanuit de diverse beheerplannen de singelring-oost volledig heringericht (inclusief riolering, bomen en verkeersstructuur). Daarnaast wordt via de reparatieprogramma's onderhoud aan wegen uitgevoerd.
De Reconstructie Singelring-oost en de diverse reparatieprogramma's aan wegen zijn conform planning uitgevoerd in 2014. Het onderhoud aan hoofdstructuurwegen wordt ingepast met overige werken. Zo is in 2014 in samenhang met de reconstructie singelring-oost gewerkt aan de Oranjelaan.
Vanuit de ombuigingen van het Kerntakenboek zijn ten aanzien van de straatreiniging de frequenties aangepast over de gehele gemeente.
De huidige frequentie van de straatreiniging heeft niet geleid tot meer meldingen van overlast.
In 2014 wordt onderhoud uitgevoerd aan de wegen en de riolering in de wijk Tegelarijeveld en enkele hoofdstructuurwegen. Daarnaast zullen de voorbereidingen voor onderhoud in de wijken Groene Kruisbuurt en Stationsbuurt (Swalmen) worden opgestart. Ondergrondse infrastructuur Ter uitvoering van het landelijke Bestuursakkoord Water en het in het verlengde daarvan afgesloten Convenant Samenwerken in de Afvalwaterketen Noord Limburg en de samenwerking Limburgse Peelen gaan we in 2014 verder op de ingeslagen weg
De uitvoering van het groot onderhoud Tegelarijveld is gestart in 2014 en wordt afgerond medio 2015. De voorbereidingen voor het groot onderhoud in Swalmen zijn opgestart.
81
In het verlengde van het landelijke Bestuursakkoord Water heeft de gemeente in een tweetal samenwerkingsverbanden met andere gemeenten en Waterschappen gewerkt. Vanuit deze samenwerkings-
om door samenwerking met andere gemeenten en waterschappen te komen tot kostenbesparingen, kwaliteitsverbetering en vermindering van kwetsbaarheid. Samen met de andere partijen in de afvalwaterketen wordt via uitvoering van gezamenlijk gekozen en geprioriteerde projecten gestreefd naar ombuiging van een (landelijk) voorziene stijging van de kosten.
verbanden is een studie naar maatregelen aan riooloverstorten vanuit de Kader Richtlijn Water uitgevoerd en worden gezamenlijk werkzaamheden uitgevoerd. Dit heeft geleid tot kostenbesparingen in de uitvoering van maatregelen en verhoging van de kwaliteit
In 2014 starten de voorbereidingen voor de renovatie van de overkluisde Maasnielderbeek (deel Leeuwen).
De voorbereiding voor het onderhoud aan de overkluisde Maasnielderbeek in Leeuwen is gestart.
In Reubenberg wordt gestart met de ombouw van het bestaande gemengde riool naar een gescheiden riool om het oppervlaktewater minder te verontreinigen.
De ombouw van het gemengde rioleringsstelsel van Reubenberg naar een gescheiden stelsel is niet nodig gebleken naar aanleiding van de uitkomst van een studie naar belasting van het oppervlaktewater via overstorten. De scope van dit project is gewijzigd naar het oplossen van hemelwaterknelpunten in combinatie met aanpassing van de riolering in verband met bedrijfsuitbreiding.
Binnen de gemeente Roermond dienen voor in totaal negen riooloverstorten maatregelen genomen te worden om te voldoen aan de waterkwaliteitseisen van de Europese Kader Richtlijn Water (KRW). In 2014 wordt een KRW maatregel gerealiseerd (groene berging) voor de riooloverstort in het bemalingsgebied Schoolbroek-Middelhoven te Swalmen.
Vanuit het samenwerkingsverband Limburgse Peelen heeft een onderzoek naar de gemeentelijke overstorten plaatsgevonden. Aan de hand van deze studie is gebleken dat in 3 van de 9 locaties geen maatregelen in het kader van de KRW noodzakelijk zijn. Voor het rioolstelsel in het bemalingsgebied Schoolbroek- Middelhoven is de benodigde maatregel in beeld gebracht. Voorbereiding en realisatie van de groene berging in het bemalingsgebied SchoolbroekMiddelhoven zal plaatsvinden in 2015 en 2016.
Begraafplaatsen Bij de zoektocht naar een locatie voor de natuurbegraafplaats in Swalmen wordt terdege rekening gehouden met bereikbaarheid en omvang en de consequenties daarvan voor het gebied.
82
Bij de zoektocht naar een locatie voor een natuurbegraafplaats in Swalmen zijn de mogelijkheden hiervoor niet haalbaar gebleken. Met name vanwege het hierbij te realiseren gebouw in de Ecologische Hoofd Structuur. Nieuwe alternatieven zijn vooralsnog niet voorhanden.
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Het versterken van de woonfunctie, uitgedrukt in het minimum aantal nieuwbouwwoningen (cijfer als langjarig gemiddelde). Het versterken van de woonfunctie, uitgedrukt in het minimum aantal nieuwbouw grondgebonden koopwoningen (cijfer als langjarig gemiddelde). Het versterken van de woonfunctie, uitgedrukt in het minimum aantal nieuwbouw nul-trede woningen (cijfer als langjarig gemiddelde). Het versterken van de woonfunctie, uitgedrukt in het minimum aantal nieuwbouw sociale huurwoningen (cijfer als langjarig gemiddelde). Het herstructureren van de woningvoorraad en het verbeteren van de woon- en leefomgeving, uitgedrukt in het minimum aantal op te leveren grondgebonden koopwoningen. Het herstructureren van de woningvoorraad en het verbeteren van de woon- en leefomgeving, uitgedrukt in het minimum aantal op te leveren huurwoningen. Het herstructureren van de woningvoorraad en het verbeteren van de woon- en leefomgeving, uitgedrukt in het minimum aantal te slopen woningen. Voldoende groen in de gemeente, uitgedrukt in minimum aantal m² groen per inwoner. Het bevorderen van de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval, waarbij de hoeveelheid gescheiden ingezameld huishoudelijk afval tenminste een bepaald percentage bedraagt van de totale hoeveelheid ingezameld huishoudelijk afval.
Hoe gaan we het meten?
Realisatie
Aantal
Wat is het beoogd resultaat? 175
Intern rapport
Aantal
80
46
Intern rapport
Aantal
60
20
Intern rapport
Aantal
25
20
Intern rapport
Aantal
0
0
Intern rapport
Aantal
8
24
Intern rapport
Aantal
28
24
Intern rapport
Aantal
36,2
43,8
Intern rapport
Percentage
minimaal 60 %
62%
9
Meeteenheid
82
9
Naast de nieuwbouw zijn er ook woningen toegevoegd door splitsing en door functiewijziging. Dit betreft in totaal (inclusief nieuwbouw) 128. Wordt daar de sloop bij opgeteld dan is de netto toename van de woningvoorraad 101.
83
Het waar mogelijk en doelmatig afkoppelen van hemelwater van het gemengd rioolstelsel, uitgedrukt in een minimum aantal m² verhard oppervlak dat wordt afgekoppeld van het rioolstelsel.
Intern rapport
Aantal
5.000 m²
230.000 10 m2
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-61 - Ruimtelijke ordening D-62 - Volkshuisvesting D-63 - Natuur, woon- en leefruimte D-64 - Afvalverwijdering D-65 - Milieu D-66 - Infrastructurele werken D-67 - Ondergrondse infrastructuur D-68 - Begraafplaatsen TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-61 - Ruimtelijke ordening D-62 - Volkshuisvesting D-63 - Natuur, woon- en leefruimte D-64 - Afvalverwijdering D-65 - Milieu D-66 - Infrastructurele werken D-67 - Ondergrondse infrastructuur D-68 - Begraafplaatsen TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: D-63 - Natuur, woon- en leefruimte D-64 - Afvalverwijdering D-66 - Infrastructurele werken D-67 - Ondergrondse infrastructuur TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-61 - Ruimtelijke ordening D-62 - Volkshuisvesting
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
2.268 3.913 4.395 5.527 1.848 15.586 4.616 526 38.680
2.755 5.264 5.356 5.407 1.830 14.471 4.561 526 40.168
3.294 4.360 4.540 5.201 1.787 12.931 4.580 512 37.205
-539 904 816 206 43 1.539 -20 14 2.963
-48 -1.231 -23 -6.188 -2 -446 -4.810 -238 -12.985 25.694
-48 -2.227 -23 -6.301 -62 -462 -4.809 -238 -14.170 25.998
-1.090 -2.228 -77 -6.523 -60 -372 -4.875 -165 -15.391 21.814
1.042 1 54 222 -2 -90 66 -73 1.221 4.183
-184 -389 -87 -46 -706 -477 -854
0
55 120
184 455 87 101 826
-717
-492 -1.072
-16 -218
65
10
In totaal is dit jaar 230.000m2 van het rioolstelsel afgekoppeld. Dit betreft de gehele Ringweg op het bedrijventerrein Roerstreek-Noord waar dit jaar een volledig regenwaterriool van het rioolstelsel is losgekoppeld en afgevoerd wordt naar een infiltratievoorziening.
84
Bedrag * €1.000
D-63 - Natuur, woon- en leefruimte D-64 - Afvalverwijdering D-65 - Milieu D-66 - Infrastructurele werken D-67 - Ondergrondse infrastructuur TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
-537 -208 -80 -8.648 0 -10.191 -10.191 15.503
Rekening 2014
-1.475 -40 -1 -7.559 0 -10.639 -10.519 15.479
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging -617 -40 0 -1.612 0 -3.600 -4.306 -122
-857 -1 -5.947 -7.039 -6.213 15.602
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 6. Roermond: Prachtige stad Omschrijving Product 61. Ruimtelijke ordening Planschades Dit betreft een afwijking als gevolg van uitgekeerde planschadevergoedingen (lasten) welke door derden op basis van afspraken worden vergoed (extra baten) Dorpsplan Swalmen Voor het Dorpsplan Swalmen zijn de totale middelen in de begroting 2014 opgenomen. In 2014 hebben beperkt uitgaven plaatsgevonden. De hiermee gemoeide onttrekking uit de reserve heeft in gelijke mate plaatsgevonden. Overig Totaal product 61. Ruimtelijke ordening Product 62. Volkshuisvesting Provinciale taken Vergunningen Toezicht Handhaven (VTH) Vanaf 2014 komen toezichtstaken over van de provincie naar de gemeente. De gemeente heeft hiervoor via het gemeentefonds een decentralisatieuitkering ontvangen. In 2014 zijn hierover werkafspraken gemaakt. Medio 2015 worden deze taken overgeheveld en veroorzaken ze kosten. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Stimulering woningbouw (ESSV) Voor stimulering woningbouw is er uit de reserve economisch stimulerend een bijdrage geraamd. De uitgaven hebben nog niet plaatsgevonden en de hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Woonwagens De uitvoering van het project Witte Koeweg heeft vertraging opgelopen. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben
85
-122 Lasten
Baten
Reserve
I/S
-1.020
1.020
0
I
476
0
-476
I
5 -539
22 1.042
-1 -477
200
0
-200
I
45
0
-45
I
594
0
-594
I
Omschrijving daarom niet plaatsgevonden. WABO Als gevolg van de recessie zijn het aantal bouwvergunningsplichtige initiatieven nog steeds niet toegenomen en in het verlengde daarvan is het aantal verzoeken voor welstandadviezen evenals de controles van constructieve gegevens afgenomen. Grote bouwvoornemens (verwacht in de tweede helft 2014) vonden geen doorgang, waardoor de uiteindelijke opbrengst bouwleges lager is dan de geschatte opbrengst. Overig Totaal product 62. Volkshuisvesting Product 63. Natuur, woon- en leefruimte Natuur- en landschapsbeheer Het betreft nog lopende projecten binnen de uitvoering van het inrichtingsplan Roermond Oost-Asenray. Deze projecten lopen door in 2015. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Groenbeheer De lagere uitgave binnen groenbeheer wordt grotendeels veroorzaakt, doordat de restant afkoopsom voor compensatie van bomen in Spoorlaan Noord nog niet volledig is besteed. Daarnaast heeft in verband met de weersomstandigheden in het najaar de uitvoering van het bomenprogramma niet volledig kunnen plaatsvinden. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Aanleg en onderhoud speelterreinen Het aanpassen van speelvoorzieningen is deels uitgevoerd. Uitvoering van de overige locaties is gepland gedurende het hele jaar 2015. Voor een aantal locaties moet nog worden gestart met de voorbereiding. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Overig Totaal product 63. Natuur, woon- en leefruimte Product 64. Afvalverwijdering Afvalverwijdering Als gevolg van een gunstig aanbestedingsresultaat dalen de kosten van afvalinzameling. Daarnaast zijn er meer inkomsten ontvangen uit het afvalfonds. Per saldo leidt dit tot een storting in de reserve afval. Totaal product 64. Afvalverwijdering Product 65. Milieu Overig Totaal product 65. Milieu Product 66. Infrastructurele werken
86
Lasten
Baten
Reserve
I/S
0
-59
0
I
65 904
58 -1
-15 -854
I
389
32
-392
I
218
-7
-127
I
298
0
-301
I
-89 816
29 54
19 -801
I
206
222
-429
I
206
222
-429
42 42
-2 -2
0 0
Omschrijving
Lasten
Openbare verlichting Het vervangen van de masten en armaturen loopt vanwege levertijden en weersomstandigheden door in 2015. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Openbare verlichting Dit betreft het saldo van lagere kosten energie en hogere structurele kosten onderhoud van de openbare verlichting. Dit laatste is reeds aangegeven in de burap. Onderhoud van wegen algemeen Het tekort op onderhoud wegen is het gevolg van een toename van het aantal asfaltreparaties van schade uit eerdere vorstperiodes en schade aan bermen en halfverharde wegen als gevolg van het natte najaar. Naast regulier onderhoud aan de bermen zijn grasbetonstenen gelegd waar de weg niet meer veilig te gebruiken is. Vanwege een correctie van de heffing uit 2013 is er een naheffing reinigingsheffing van het waterschap geweest. Projecten infrastructuur De mindere onttrekking in 2014 uit reserves is het gevolg van besparingen en verschuivingen in de uitvoering van projecten. De belangrijkste afwijkingen hadden betrekking op de herinrichting N280, wijkgericht onderhoud Tegelarijeveld en het voorbereiden van de renovatie van de Stationstunnel. Voor gedetailleerde informatie wordt u verwezen naar de kredietrapportage. Overig Totaal product 66. Infrastructurele werken Product 67. Ondergrondse infrastructuur Overig Totaal product 67. Ondergrondse infrastructuur Product 68. Begraafplaatsen Overig Totaal product 68. Begraafplaatsen Totaal Programma
87
Baten
Reserve
I/S
132
0
-132
I
131
0
0
I/S
-165
0
0
I
1.405
0
-1.518
I
36 1.539
-90 -90
-49 -1.699
I
-20 -20
66 66
-46 -46
I
14 14
-73 -73
0 0
I
2.962
1.218
-4.306
88
Programma 7 Roermond: De Gemeente
In juni 2014 zette de gemeente Roermond voor alle basisscholen de deuren open met het interactieve spel Democracity. Een onderdeel van het programma is een gesprek met een 'echte politici'. Met Democracity zetten kinderen uit groep 7 en 8 van het basisonderwijs de eerste stappen in het stadhuis en maken kennis met democratische besluitvorming door samen een stad te bouwen.
89
90
Programma 7. Roermond: De Gemeente Dit programma is gericht op het zo goed mogelijk van dienst zijn van inwoners, instellingen, verenigingen en bedrijven in Roermond, onafhankelijk van het kanaal dat zij hiervoor (willen) gebruiken. Daarbij rekening houdend met het juiste evenwicht tussen individuele en collectieve belangen.
Strategische visie Roermond 2020 De gemeente Roermond wil een goed bestuurde gemeente blijven en ook investeren in een excellente dienstverlening.
Beleidskaders x x x x x
Inventarisatienota communicatie gemeente Roermond (vastgesteld in 2005) Nota kaders voor burgerparticipatie (vastgesteld in 2005) Nota vaste activabeleid gemeente Roermond 2014, nota reserves en voorzieningen Roermond 2014 en de nota rentebeleid 2014 (vastgesteld in 2013) Treasurystatuut (vastgesteld in 2009) Financiële verordening gemeente Roermond 2014 (2013)
Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Slagvaardig en Spaarzaam, Verantwoordelijk en Verbindend” en College Uitvoeringsprogramma Gemeenten worden front office voor de gehele overheid. Het klantcontactcentrum (KCC) van de gemeente wordt in 2015 een herkenbare ingang waar burgers, bedrijven en instellingen terecht kunnen met al hun vragen aan de overheid. Zij krijgen snel het juiste antwoord op hun vraag (ongeacht het gebruikte kanaal). Om dat te kunnen realiseren zal eerst geïnvesteerd moeten worden, voornamelijk in ICT maar ook in scholing en training (verandertraject met het oog op servicegerichtheid). Op termijn zal een succesvolle implementatie echter leiden tot verdergaande kostenreductie, een afgeslankte organisatie en betere dienstverlening. Op termijn (2016) verwachten we op de bedrijfsvoering € 3.200.000 structureel te kunnen besparen (onder meer het natuurlijk verloop biedt daarvoor ruimte). Verdergaande bezuinigingen vragen om de Kerntakendiscussie die in het begin van deze inleiding is aangekondigd. Vooruitlopend op deze discussie is terughoudend personeelsaannamebeleid (vacatureluwte) gewenst. De moderne mens leeft bij informatie en communicatie. Een op de toekomst gerichte stad zet dan ook, om succesvol te kunnen zijn, in op transparant bestuur en het optimaliseren van burgerparticipatie. Aan het model van ‘de regisseur’ moet kleur worden gegeven, waarbij met name het faciliteren van het eigen initiatief centraal staat. Een eigentijdse gemeente gebruikt immers de kracht, energie en creativiteit van haar burgers. Belangrijk daarbij is dat de omslag naar meer openheid en burgerschapszin wordt (uit)gedragen door de bestuurders, zodat zij daarmee de burgers uitnodigen zich weer meer actief betrokken te voelen bij elkaar en bij hun stad. Appendix coalitieakkoord: Financiële situatie Het financiële kader voor de komende periode is de begroting 2013 en de meerjarenbegroting 201420156, zoals unaniem vastgesteld door de gemeenteraad op 8 november 2012. Dat wil zeggen, dat de focus zal blijven liggen op de realisatie van de taakstellingen uit het Kerntakenboek. Voor (nieuwe) beleidsvoornemens, die structureel budget vergen, zal dekking gevonden moeten worden door aanvullende (structurele) ombuigingen. De incidentele prioriteiten, zoals die in het coalitieakkoord 2010-2014 en het daarop gebaseerde college
91
uitvoeringsprogramma zijn opgenomen (bijlage 7 en 8 begroting 2011) zullen conform eerdere besluitvorming worden uitgevoerd en gedekt uit de reserve CUP, met dien verstande dat het project van Acker vanaf 2013 wordt stopgezet. Het regeerakkoord van het kabinet Rutte II heeft verstrekkende gevolgen voor de gemeentelijke financiën. Op basis van de nadere uitwerking van dit regeerakkoord door het kabinet zullen de consequenties daarvan voor de gemeente Roermond in kaart worden gebracht. Daarop vooruitlopend zal intern een nadere oriëntatie plaatsvinden op de onderbouwing van de budgetten in de begroting en de daaraan ten grondslag liggende activiteiten, het project zero based budgetting. De huidige economische crisis, de (nieuwe) rijksbezuinigingen en andere in- en externe ontwikkelingen leiden tot veel veranderingen binnen het gemeentelijke beleid en de gemeentelijke organisatie. Veranderingen die op hun beurt weer leiden tot onzekerheden en risico’s. De doelstelling van de door de gemeenteraad vastgestelde nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen is om bewuster om te leren gaan met risico’s, deze meer schematisch in beeld te brengen en waar mogelijk beter te beheersen. Met het vaststellen van de nota is een eerste stap gezet. De komende tijd zal de nadruk liggen op de verdere doorontwikkeling van risicomanagement en de koppeling met de bestaande planning- en controlcyclus. Moderne stad De moderne mens leeft bij informatie en communicatie. Een op de toekomst gerichte stad zet dan ook, om succesvol te kunnen zijn, in op het transparant bestuur en het optimaliseren van burgerparticipatie. Aan het model van ‘de regisseur’ moet kleur worden gegeven, waarbij met name het faciliteren van het eigen initiatief centraal staat. Een eigentijdse gemeente gebruikt immers de kracht, energie en creativiteit van haar burgers. Belangrijk daarbij is dat de omslag naar meer openheid en burgerschapszin wordt (uit)gedragen door de bestuurders, zodat zij daarmee de burgers uitnodigen zich weer meer actief betrokken te voelen bij elkaar en bij hun stad. Beleidsvoornemen begroting 2014 Communicatie De kernwaarden in het communicatiebeleid van de gemeente Roermond zijn: transparant, toegankelijk, excellent en betrouwbaar. De gemeente Roermond wil midden in de Roermondse samenleving staan en samen met burgers en organisaties bouwen we aan de stad Roermond. De gemeente Roermond wil daarbij burgers actief betrekken bij de totstandkoming en uitvoering van beleid. De burger heeft recht op informatie van de overheid zodat ze het beleid van de overheid kunnen beoordelen en beïnvloeden. Informatie moet dan ook makkelijk toegankelijk zijn.
92
Realisatie per 31-12-2014 In december 2014 hebben wij besloten de nieuwe communicatievisie voor overleg door te leiden naar de commissie BS. In deze visie zijn de volgende kernwaarden voor onze communicatie opgenomen: toegankelijk zijn, open zijn en open staan, transparant zijn, proactief zijn, duidelijk en eenduidig zijn, samenwerkingsgericht zijn en snel en zorgvuldig zijn. Verder staat de doorontwikkeling naar een communicatieve organisatie centraal, mede om de krachten van de samenleving en de medewerkers beter te kunnen benutten. Communicatie speelt een hoofdrol in het realiseren van daadwerkelijke interactie, kennisdeling en het leren van elkaars ervaringen. De verbetering van het klantgericht schrijven in zijn algemeenheid wordt hierin meegenomen. In de visie is opgenomen dat de tekstuele ‘toon’ meer nadruk krijgt en dat we de
aandacht richten op een eenvoudige, goed te begrijpen schrijfstijl op B1-taalniveau voor onze publiekscommunicatie en beleidsdocumenten. Bij de uitwerking van de visie betrekken we onze inwoners. Dit gebeurt door middel van het inmiddels ingezette communicatieonderzoek. Via een campagne willen wij de inwoners en betreffende organisaties informeren over en enthousiasmeren voor de veranderende rol van de gemeente. Deze rol zal zich onder meer zichtbaar manifesteren door een aantal ingrijpende veranderingen in het sociale domein.
In 2014 is de campagne Om!...Naar nieuw samenleven voortgezet, waarbij de focus heeft gelegen op de ontwikkelingen in het sociale domein.
We willen open en transparant communiceren. Gemeente Roermond publiceert alle collegevoorstellen en -besluiten van de openbare besluitenlijst op de website www.roermond.nl, te vinden onder de link ‘college van B&W’. Door de publicatie verwachten we ook de betrokkenheid van de burgers te bevorderen. Iedereen kan nu direct over de gewenste informatie beschikken.
Reeds in augustus 2013 zijn wij gestart met het publiceren van collegevoorstellen en –besluiten op onze website.
Op communicatiegebied krijgen verder in 2014 onderstaande thema's bijzondere aandacht::
Bekendmakingen worden per 1 januari 2014 digitaal gepubliceerd. Daarvoor is aangesloten op de gemeenteschappelijke voorziening overheidspublicaties. Op de Gemeentepagina in de Trompetter staat mede ter uitvoering van ombuigingen in het kader van de kerntakendiscussie - nog slechts een summiere opsomming van alle bekendmakingen. Voor inwoners die het lastig vinden om met digitale media om te gaan, wordt een papieren kopie van het Elektronisch Gemeenteblad ter inzage gelegd in het stadskantoor, het stadhuis en een aantal wijkaccommodaties/gemeenschapshuizen (17 locaties).
x
x
x
x
Digitaal bekendmaken. Gemeenten worden per 1 januari 2014 verplicht bekendmakingen digitaal te publiceren en te archiveren op een door de wetgever voorgeschreven wijze. Om aan deze wettelijke verplichting te kunnen voldoen zal de gemeente Roermond (via het samenwerkingsverband Dimpact) aansluiten bij de GVOP (gemeenteschappelijke voorziening overheidspublicaties). Doorontwikkeling digitale nieuwsbrief. In de communicatienota wordt ingezet op doorontwikkeling van de digitale nieuwsbrief. Het verbeteren en verfijnen van de techniek vergt investeringen. Actieve inzet en monitoring van sociale media. Professionele monitoring van het gebruik van sociale media (webcare) draagt bij aan een beter beeld van wat er leeft in de maatschappij, beeldvorming en opinievorming. Om dit professioneel ter hand te nemen is de inzet van professionele monitoringtools nodig. Wij zullen ons hierop nader oriënteren. Klantgericht schrijven voor het internet. Het
93
De 2-wekelijkse digitale nieuwsbrief is in 2014 doorgegroeid naar een communicatiemedium van betekenis met bijna 10.000 abonnees. Daarnaast is er in 2014 (op pilotbasis) een specifieke variant van de digitale nieuwsbrief ontwikkeld, genaamd buurtpost. Buurtpost is een e-mailservice die gekoppeld is aan de postcode van de abonnee (in Roermond). Daarmee is het mogelijk om serviceberichten en andere informatie te sturen die specifiek
x
veranderende medialandschap vraagt om een andere benadering van informatie. We kunnen ons via de digitale media nu immers rechtstreeks tot de doelgroep richten. Verbeterprojecten communicatie digitale dienstverlening. Communicatie over onze (digitale) dienstverlening is van groot belang om klanten ook onze excellente dienstverlening te laten ervaren. Extra communicatieinspanningen zijn daarnaast nodig om de klant te verleiden om meer gebruik te maken van ons digitale kanaal. Zo maakte in mei 2013 nog minder dan 45% van de klanten gebruik van de mogelijkheid om digitaal een afspraak te maken en dus zullen we extra inspanningen leveren om dit percentage substantieel te verhogen. Om dat te bereiken zullen we over de grenzen van de eigen organisatie heen moeten kijken. Dus niet alleen focussen op onze eigen website, maar anticiperen op het veranderende mediagebruik en het (online) gedrag van de klant. Alleen met een vernieuwende aanpak kunnen we de digitale dienstverlening dichter bij de klant brengen.
Burgers en dienstverlening Ook in 2014 ligt de nadruk op het steeds meer verbeteren van onze dienstverlening. We zullen met minder mensen minimaal hetzelfde moeten blijven doen. Speerpunt in 2014 zal daarbij zijn de verdere digitalisering van de gemeentelijke bedrijfsvoeringsprocessen, waardoor deze efficiënter en effectiever uitgevoerd kunnen worden. Met behulp van de digitalisering krijgen onze klanten steeds meer mogelijkheden om zaken zelf te regelen. Bestuur Het jaar 2014 staat in het teken van de raadsverkiezingen. Aan het nieuwe college de uitdaging om samen met uw Raad aan burgers, bedrijven, verenigingen, instellingen, etcetera uit te leggen wat de regierol van de gemeente inhoudt en wat de decentralisaties betekenen voor met name de burgers. Extra aandacht dus ook voor de gevolgen én
94
gerelateerd zijn aan de wijk, buurt of straat van de abonnee. Buurtpost is in december 2013 gelanceerd en heeft inmiddels ruim 4.500 abonnees (allen binnen de gemeente Roermond). In 2014 zijn ongeveer 50 buurtpostberichten verspreid, soms in een ‘oplage’ van enkele tientallen in een straat tot enkele duizenden in verschillende wijken. Het toenemend gebruik van sociale media is onder andere terug te zien in de toename van het aantal volgers van de gemeente Roermond op Twitter en Facebook in 2014. Om het gebruik te monitoren zijn in 2014 verschillende systemen gebruikt en getest. In 2015 zal de gemeente een keuze maken welk systeem hiervoor structureel ingezet zal worden. In 2014 zijn extra communicatie-inspanningen geleverd om onze klanten te verleiden meer gebruik te maken van ons digitale kanaal. Enkele voorbeelden zijn extra verwijzingen op sociale media en meer explicietere verwijzingen in uitgaand e-mailverkeer. Het toenemend gebruik van het digitale kanaal is het duidelijkst terug te zien bij het maken van afspraken met de gemeente. Maakte in 2013 nog minder dan 45% van onze klanten gebruik van de mogelijkheid om digitaal een afspraak te maken, inmiddels is ruim 55% Naast zaakgericht werken, waarbij alle post digitaal wordt verwerkt, zijn de voorbereidingen voor het digitaal verstrekken van parkeerabonnementen afgerond. De implementatie van dit digitale product is per 1 juli 2014 gerealiseerd.
In mei 2014 is het coalitieakkoord 2014-2018 Mensen maken onze stad gepresenteerd. Dit coalitieakkoord is vertaald in de begroting 2015 die op 13 november 2014 is vastgesteld door uw raad. In navolging op het coalitieakkoord zijn daarin als verbindende schakels opgenomen: de wijk als bindmiddel, duurzaam en innovatief
kansen van de decentralisaties, die mogelijk dusdanig van omvang zijn dat een mogelijke 2e kerntakendiscussie niet uitgesloten moet worden geacht.
en samenwerking. Ten aanzien van deze laatste schakel is geconstateerd dat binnen de samenleving veel kennis en expertise aanwezig is. Die kennis gaat de gemeente dan ook maximaal benutten. De rol van regisserende overheid wordt verder uitgewerkt en opgepakt. Bestuur en organisatie van de gemeente Roermond zijn integer en transparant en werken constructief samen (in co-creatie) met inwoners, ondernemers en maatschappelijke partners: inwoners en partners worden in een zo vroeg mogelijk stadium betrokken bij de ontwikkeling van beleid en de uitvoering daarvan. Op het gebied van de decentralisaties is in 2014 extra ingezet op communicatie om zo duidelijk als mogelijk en bekend aan te geven wat de decentralisaties betekenen voor onze inwoners. Gezien de financiële situatie en het uitgangspunt is dat de overgedragen rijksmiddelen (op termijn) voldoende moeten zijn om de taken die in het kader van de decentralisaties naar de gemeente (zijn) over(ge)komen uit te voeren, is een tweede kerntakendiscussie vooralsnog niet aan de orde. Wel zal in 2015 op verzoek van uw raad worden bezien hoe om te gaan met eventuele negatieve gevolgen van de kerntakendiscussie uit 2011.
Financiën en gemeentelijke heffingen De uitkomsten van de meicirculaire gemeentefonds 2013 voor de hoogte van de uitkering uit het gemeentefonds zijn in een afzonderlijk voorstel aan u voorgelegd. De gevolgen hiervan zijn reeds in de meerjarenbegroting verwerkt. Het kabinet heeft aangekondigd vanaf 2014 verder te gaan bezuinigen (€ 6 miljard). Welke effecten dit heeft op de uitkering van het gemeentefonds hangt af van de inhoud van de bezuinigingsmaatregelen. De inhoudelijkheid bepaalt of de maatregel direct dan wel indirect (via de trap op, trap af systematiek) doorwerkt naar het gemeentefonds. Zodra de uitkomsten van de septembercirculaire gemeentefonds 2013 voor onze gemeente bekend zijn, zullen wij u daarvan op de hoogte brengen.
In de loop van 2014 is de gemeenteraad meerdere malen op de hoogte gesteld van de ontwikkelingen in de uitkering uit het gemeentefonds. De meicirculaire 2014 heeft zijn vertaling gekregen in de begroting 2015. De uitkomsten van de septembercirculaire zijn voorafgaande aan de begrotingsbehandeling via een raadsinformatiebrief aan u kenbaar gemaakt. De formele besluitvorming daarover heeft plaatsgevonden in de raadsvergadering van 18 december. Eind 2014 hebben wij nog een zogenaamde decembercirculaire ontvangen. De uitkomsten daarvan zijn via een afzonderlijk voorstel in april 2015 aan uw gemeenteraad worden voorgelegd.
Aan de hand van een herziening van het meerjarenonderhoudsplan, dat gebaseerd is op de conditiemetingen, die in 2013 zijn uitgevoerd, wordt de noodzakelijke omvang van de voorziening groot
Aan de hand van een herziening van het meerjarenonderhoudsplan, dat gebaseerd is op de conditiemetingen, die in 2013 zijn uitgevoerd, is het beheerplan vastgesteld.
95
onderhoud gebouwen in de tweede helft van 2013 opnieuw bepaald. Daarnaast zal invulling worden gegeven aan het beleidsvoornemen om de afschrijvingstermijnen van gebouwen, daar waar verantwoord, te verlengen van 40 naar 50 jaar. Het betreffende voorstel daarover komt in december bij de herijking van de financiële verordeningen naar uw raad. De verlenging kan met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013 worden ingevoerd, waardoor de taakstelling voor dit jaar naar verwachting kan worden gerealiseerd.
Daarnaast zijn de afschrijvingstermijnen van gebouwen verlengd van 40 naar 50 jaar. De verlenging is met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013 ingevoerd. Waardoor de taakstelling is gerealiseerd (€ 425.000).
De parlementaire behandeling van het Wetsvoorstel Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF) is nog niet afgerond. Ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel is er een aantal wijzigingen aangebracht, dat de toepassing van de wet minder ingrijpend maakt voor de investeringsmogelijkheden van decentrale overheden. Niettemin zullen er ook voor onze gemeente gevolgen verbonden zijn aan deze wet. Deze zullen we in kaart brengen en daar vervolgens de commissie Bestuur en Middelen van in kennis stellen.
De Wet HOF is met ingang van 1 januari 2014 in werking getreden. De consequenties voor onze gemeente zijn beperkt.
De werkpakketten voor het meerjarenonderhoudsplan zijn samengesteld. Het werkpakket schilderwerk is uitgevoerd in 2014, de overige werkpakketten worden in 2015 uitgevoerd.
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Hoe gaan we het meten?
Meeteenheid
Het in stand houden van het niveau van het aanbieden van producten en diensten waarbij de kwaliteit, continuïteit, flexibiliteit en snelheid van de dienstverlening zoveel mogelijk centraal staan, waarbij als criterium geldt dat de bezoekers van de stadswinkel Roermond na het maken van een afspraak (digitaal dan wel telefonisch) binnen 3 werkdagen in de stadwinkel terecht kunnen. 1.02.b Verschuiving van kanaalgebruik door meer digitale afspraken te verkrijgen en minder telefonische. De verschuiving moet er toe leiden dat een bepaald minimum percentage van de klanten een digitale afspraak maken.
Intern rapport
Percentage
Intern rapport
Percentage
96
Wat is het beoogd resultaat? 100 %
Realisatie
meer dan 55 %
58%
95%
Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: D-71 - Communicatie D-72 - Burgers D-73 - Bestuur D-74 - Financiën en gemeentelijke heffingen TOTAAL LASTEN Baten - waarvan: D-72 - Burgers D-74 - Financiën en gemeentelijke heffingen TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: D-74 - Financiën en gemeentelijke heffingen TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: D-71 - Communicatie D-74 - Financiën en gemeentelijke heffingen TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
769 2.578 4.009 3.278
786 2.578 3.976 4.091
790 2.715 4.087 4.580
-4 -138 -111 -489
10.634
11.431
12.172
-742
-1.064 -77.504
-1.064 -80.290
-1.046 -81.611
-18 1.321
-78.568 -67.934
-81.354 -69.923
-82.657 -70.484
1.303 561
2.054
5.841
5.981
-139
2.054
5.841
5.981
-139
-4 -350
-4 -3.529
-4 -3.392
0 -137
-354 1.699 -66.234
-3.534 2.307 -67.616
-3.396 2.584 -67.900
-137 -277 284
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo programma 7. Roermond: De Gemeente Omschrijving
284 Lasten
Product 71. Communicatie Overig Totaal product 71. Communicatie Product 72. Burgers Paspoorten Omdat de rijksafdracht voor paspoorten met ingang van 9 maart 2014 procentueel fors zijn gestegen zijn de lasten € 150.000 hoger uitgevallen. Dit is reeds gemeld in de burap. In de begroting 2015 zijn deze aanpassingen als autonome ontwikkeling meegenomen.
97
Baten
Reserve
I/S
-4 -4
0 0
0 0
I
-128
-26
0
S
Omschrijving
Lasten
Overig Totaal product 72. Burgers Product 73. Bestuur Raadsonderzoek ECI De raad heeft opdracht gegeven tot het raadsonderzoek ECI, hiervoor is destijds geen financiële dekking aangegeven. Vandaar dat dit heeft geleid tot een financieel nadeel. Overig Totaal product 73. Bestuur Product 74. Financiën en gemeentelijke heffingen Onroerende zaakbelasting De opbrengst van de onroerende zaakbelastingen was € 220.000 hoger dan begroot. Met name de opbrengst van de niet-woningen kwam door de heffing over voorgaande jaren hoger uit. Daarnaast werd in de begroting uitgegaan van de netto-opbrengst (na aftrek van de oninbare posten), terwijl in de jaarverantwoording de oninbare posten als afzonderlijke last zijn verantwoord (zie ook de toelichting onder "Oninbare posten"). Gemeentefonds Op basis van de decembercirculaire gemeentefonds, die niet meer in een begrotingswijziging kon worden verwerkt, kwam de uitkering uit het gemeentefonds € 290.000 lager uit dan begroot. Van die lagere uitkering werd bovendien € 130.000 meer ontvangen op basis van een decentralisatie-uitkering. Omdat de beleidslijn van de raad is om de decentralisatie-uitkeringen te reserveren, was voeding van de reserves € 130.000. Over voorgaande jaren werd nog een bedrag aan uitkering ontvangen van € 162.000. Gronden en landerijen Dit betreft de aan- en verkoop van een stuk grond aan de Keulsebaan-St. Wirosingel (locatie Moskee, cnf. Collegebesluit uit 2012) en de raming van de saneringskosten Heidebaan conform raadsbesluit december 2014 welke gedekt wordt uit een bijdrage uit de algemene reserve. Opbrengsten deelnemingen Als gevolg van de verkoop van de aandelen Attero Holding is er in 2014 een incidentele boekwinst gerealiseerd van € 306.000. De structurele inkomstenderving van dividend bedraagt ca. € 11.500 per jaar en is in de begroting 2015 reeds verwerkt. Daartegenover werd aan overige dividenden minder ontvangen. Dit is reeds gemeld in de burap. Diverse saldoposten In de begroting werd een stelpost opgenomen voor voorziene loonstijgingen tot een bedrag van € 165.000. De realisatie op de loonkosten vindt u terug op de paragraaf bedrijfsvoering en niet op deze post. In de vergelijking geeft dit op deze plaats een voordeel, maar feitelijk vormt dit een correctie op de vergelijking in de paragraaf bedrijfsvoering. Daarnaast was er een incidentele inkomst van € 169.000 vanwege het vervallen van een opgenomen terugbetalingsverplichtingen
98
Baten
Reserve
I/S
-10 -138
8 -18
0 0
I
-95
0
0
I
-16 -111
0 0
0 0
I
0
220
0
I-S
13
-128
-130
I-S
-155
250
-114
I
-7
239
0
I
152
178
0
I
Omschrijving uit voorgaande jaren, die niet zijn opgevraagd. Saldo kostenplaats kapitaallasten De netto rentelasten zijn € 1 miljoen lager uitgevallen dan begroot. De rentelasten over de kortlopende financieringsmiddelen en de langlopende geldleningen samen waren € 970.000 lager dan begroot, enerzijds vanwege de extreem lage rentestand gedurende 2014, anderzijds vanwege achterblijvende investeringsuitgaven. Daarnaast was er een voordeel op het renteresultaat (€ 52.000), voornamelijk vanwege een hogere doorberekening aan grondexploitaties. In de tweede burap werd een rentevoordeel van € 400.000 gemeld. Borgstelling Nederstroom BV De gemeente is in de loop van 2014 aangesproken voor de borgstelling op een langlopende geldlening, verstrekt aan Nederstroom BV voor een langlopende geldlening, die is verstrekt door het Restauratiefonds. Nederstroom BV is niet meer in staat aan haar betaingsverplichtingen te voldoen en er is geen zicht op een structurele verbetering van de financiële positie. Conform de voorschriften is het aandeel, waarvoor de gemeente aangesproken wordt, ten laste van de exploitatie 2014 in een voorziening gestort. De financiële transactie is in februari 2015 afgewikkeld. Oninbare posten Voorheen werden de belastingopbrengsten bruto verantwoord, dat wil zeggen onder aftrek van de posten die niet invorderbaar bleken te zijn. Na de overdracht van de belastingtaken aan de BsGW worden deze apart zichtbaar gemaakt en onder de lasten verantwoord. Bij de belastingen leidt dit tot een hogere opbrengst, terwijl daar op deze plaats een overschrijding van de lasten tegenover staat (in 2014 € 131.000). Zie ook de toelichting onder de post Opbrengst onroerende zaakbelastingen. Daarnaast diende voornamelijk als gevolg van de afronding van het project 'invordering oude jaren' door de BsGW een extra bedrag in de voorziening te worden gestort van € 169.000 voor dubieuze debiteuren. Daar staat tegenover dat uit hoofde van vorderingen op sociale uitkeringen een bedrag van € 113.000 uit de voorziening kon vrijvallen. Saldo kostenplaatsen Het saldo van de kostenplaats bedrijfsmiddelen geeft het verschil weer tussen de werkelijke lasten en baten van de bedrijfsvoering (personeel, facilitaire zaken en informatievoorzening) en de geraamde bedragen. In 2014 is er, per saldo, sprake van een nadelig verschil van € 515.000. De inhoudelijke toelichting vindt u terug in de paragraaf bedrijfsvoering. Deze post betreft een administratieve verrekening met een tegenboeking van hetzelfde bedrag op de paragraaf bedrijfsvoering. Overig Totaal product 74. Financiën en gemeentelijke heffingen Totaal Programma
99
Lasten
Baten
Reserve
I/S
0
1.022
0
I-S
-450
0
0
I
-298
113
0
I
278
-793
0
I-S
-21 -488
220 1.321
-33 -277
I
-741
1.303
-277
100
Paragrafen
101
102
Paragrafen In het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is voorgeschreven dat in de begroting en het jaarverslag een aantal paragrafen opgenomen moet worden. Deze paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de financiële aspecten van de jaarrekening. Het gaat met name om de beleidslijnen voor beheersmatige aspecten die grote financiële gevolgen kunnen hebben en/of van belang zijn voor het realiseren van de programma’s. Deze informatie komt in de jaarrekening veelal versnipperd voor en is daardoor minder inzichtelijk voor de gemeenteraad. Het is de bedoeling van de paragrafen dat de raad de juiste en integrale informatie krijgt om zijn kaderstellende en controlerende rol ook op de beheersmatige aspecten waar te maken. Volgens het BBV dient de jaarrekening tenminste de volgende paragrafen te bevatten: lokale heffingen; weerstandsvermogen en risicobeheersing; onderhoud kapitaalgoederen; financiering (treasury); bedrijfsvoering; verbonden partijen en participaties; grondbeleid. In deze jaarrekening is de bovenstaande volgorde aangehouden. De fondsbeheerders (ministerie van Binnenlandse Zaken) vragen gemeenten die via de krimpmaatstaf een vergoeding ontvangen om in hun begroting en jaarstukken een nieuw paragraaf op te nemen: een krimpparagraaf. Onze gemeente behoort niet tot die gemeenten. Desondanks is met ingang van 2011 een paragraaf over krimp en vergrijzing opgenomen. Vanaf 2012 wijden wij daarnaast een paragraaf aan de Kerntakendiscussie en de uitvoering daarvan. In deze paragraaf wordt uiteengezet hoe het Kerntakenboek verwerkt is in de programma’s en de (overige) paragrafen. Tenslotte is een paragraaf Economisch Stimulerend en Sociaal Verbindend (ESSV) opgenomen in lijn met hetgeen hierover in de begroting is geschreven.
103
104
Paragraaf 1. Lokale heffingen In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op: de visie van de gemeente Roermond ten aanzien van lokale heffingen; ontwikkelingen op het gebied van lokale heffingen; tarieven; belastingopbrengsten; kwijtschelding.
Visie lokale heffingen De gemeente Roermond is er al jaren in geslaagd de belastingdruk relatief zeer laag te houden. Volgens het belastingoverzicht 2014 van de provincie Limburg, heeft onze gemeente in 2014, evenals in 2013, op drie na de laagste lastendruk voor de gemeentelijke heffingen (onroerende zaakbelastingen, afvalstoffenheffing en rioolheffing) in onze provincie. In het coalitieakkoord 2014-2018 “Mensen maken onze stad” is als algemeen uitgangspunt geformuleerd, dat de lasten voor de burgers zo laag mogelijk worden gehouden. Verhoging van de lokale lastendruk is daarom alleen aan de orde als er geen adequate alternatieven voorhanden zijn. De gemeente Roermond heft de volgende belastingen (op basis van de Gemeentewet): x onroerende zaakbelastingen; x hondenbelasting; x toeristenbelasting; x reclamebelasting; x parkeerbelasting; x precariobelasting. Daarnaast heft de gemeente afvalstoffenheffing op grond van de Wet Milieubeheer. Kenmerk van deze belastingen is dat het een verplichte bijdrage van de burgers, bedrijven en instellingen aan de gemeente betreft. Hier hoeft geen rechtstreekse individuele tegenprestatie tegenover te staan. Anders is dit voor de zogenaamde retributies, vergoedingen die door de gemeente worden gevraagd voor concrete bewezen diensten, zoals lijkbezorgingsrechten, rioolheffing, markt- en havengelden. Daarvoor hanteert onze gemeente als algemeen uitgangspunt dat de tarieven kostendekkend dienen te zijn. Dat geldt ook voor leges, vergoeding voor administratieve diensten door de gemeente verricht, zoals leges voor (omgevings)vergunningen, leges burgerlijke stand, identiteitsbewijzen en rijbewijzen. In het Kerntakenboek uit 2011 is als richtinggevend kader meegegeven, dat de belastingdruk voor de OZB zich op termijn begeeft richting het (huidig) Limburgs gemiddelde. Om de verhoging te kunnen realiseren is er een relatie gelegd met de afvalstoffenheffing, die op termijn verlaagd kan worden. De verlaging in de afvalstoffenheffing zou gerealiseerd kunnen worden door te besparen op de kosten van de afvalinzameling en –verwerking. De opgaven op het gebied van belastingheffing uit het Kerntakenboek zijn bij de uitwerking daarvan vertaald naar financiële taakstellingen. Bij de discussie over de vaststelling van het Kerntakenboek in de gemeenteraad van juni 2011 is nog eens expliciet aangegeven, dat het bij de OZB gaat om de afwijking ten opzichte van het provinciaal gemiddelde uit 2011.
105
Op basis van het Kerntakenboek is bij de vaststelling van de tarieven voor 2014 rekening gehouden met de volgende meeropbrengsten voor de OZB, bovenop inflatiecorrectie en volumegroei: 2012 € 350.000
Meeropbrengst OZB Kerntakenboek
2013 € 875.000
2014 en verder € 1.389.000
Bij de bepaling van de tarieven voor de afvalstoffenheffing is rekening gehouden met onderstaande besparingen op de kosten van afvalverwijdering en -verwerking: 2012 €0
Besparingen afvalverwijdering en -verwerking
2013 - € 175.000
2014 en verder - € 475.000
Op basis van bovenstaande uitgangspunten was de voorziene stijging van de belastingdruk voor 2014 1,25%. Dit percentage lag beneden de verwachte prijsontwikkeling van 1,75%. Zoals hierboven aangegeven scoort Roermond provinciaal gezien bijzonder goed. In 2014 heeft Roermond de op drie gemeenten na de laagste woonlasten van Limburg. Een vergelijking met de duurste en goedkoopste gemeenten in Limburg levert het volgende beeld op: Gemeente:
Lastendruk:
Verschil:
Gemeente:
Lastendruk:
Verschil:
Beesel
€ 504
€ 85- Valkenburg a/d geul
€ 665
€ 76
Roerdalen
€ 571
€ 18- Heerlen
€ 673
€ 84
Maasgouw
€ 572
€ 17- Weert
Roermond
€ 589
Leudal
€ 592
Kerkrade
€ 636
Echt-Susteren € 3 Venlo € 47 Onderbanken
€ 690
€ 101
€ 694
€ 105
€ 710
€ 121
€ 809
€ 220
Uit bovenstaand overzicht is af te lezen dat het verschil in lokale lastendruk tussen Roermond en de goedkoopste Limburgse gemeente in 2013 -€ 85 is. Het verschil met de duurste Limburgse gemeente is € 220. Ten opzichte van het gemiddelde van alle Limburgse gemeente heeft Roermond een lastendruk die € 78 per woning lager is.
Ontwikkelingen Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) De Wet WOZ bepaalt dat van alle onroerende zaken (WOZ-objecten) periodiek moet worden vastgesteld welke waarde ze hebben op een bepaald moment. Dat moment wordt de waardepeildatum genoemd. De WOZ-waarde 2014 is gebaseerd op de waardepeildatum 1 januari 2013. De waardeontwikkeling kwam voor de periode tussen 1 januari 2012 en 1 januari 2013 uit op -3,4% voor woningen en -1,8% voor niet-woningen. Ten tijde van het opstellen van de begroting 2014 werd nog uitgegaan van een daling van 5,7% voor woningen en 4,4% voor niet-woningen. Bij de vaststelling van de belastingtarieven in december 2013 werd uitgegaan van de bijgestelde prognoses. In de tweede helft van 2013 is BsGW samen met de gemeente op aandrang van het toezichthoudend orgaan, de Waarderingskamer, een verbetertraject gestart ten aanzien van de onderbouwing van de taxatiewaarden. Aan het begin van het belastingjaar moesten nog een aantal controlemaatregelen worden uitgevoerd. In overleg met de Waarderingskamer is toen besloten om deze controleslagen uti te voeren alvorens tot aanslagoplegging over te gaan. Dit heeft geleid tot een vertraging van een maand in de aanslagoplegging van de gecombineerde aanslag gemeentelijke belastingen.
106
Afvalstoffenheffing en reinigingsrecht De tarieven voor de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten worden jaarlijks zodanig aangepast dat ze in beginsel kostendekkend blijven. De kosten van afvalinzameling en afvalverwerking werden in de begroting 2014 taakstellend verlaagd met € 475.000. De verwachting was, dat deze kostenverlaging kon worden gerealiseerd uit de besparingen die voortvloeien uit de aanbesteding van de inzamelcontracten. Achteraf bleek het voordeel zelfs groter te zijn (ruim € 600.000). In 2014 werd er een bedrag van circa € 455.000 in de reserve afvalverwijdering gestort. Oorspronkelijk was een onttrekking begroot van € 208.000. Als gevolg van een gunstige aanbesteding voor het inzamelen van huisvuil kon dit in de loop van het jaar worden omgezet naar een storting van € 65.000. Per saldo werd er daarmee € 390.000 meer aan de reserve toegevoegd dan begroot. Vanaf het jaar 2015 is sprake van een kostendekkend tarief zonder inzet van de reserve. Rioolheffing Ook voor de rioolheffing geldt dat deze in principe kostendekkend behoort te zijn. In de begroting 2014 was sprake van een kostendekkend tarief zonder toevoegingen of onttrekkingen aan reserves. In werkelijkheid werd een bedrag toegevoegd aan de reserve van € 176.000, zijnde het voordelig verschil op de exploitatie. Bedrijven Investeringszones (BIZ) Met ingang van 2011 zijn op verzoek van de Roermondse ondernemers diverse Bedrijven Investerings Zones ingesteld. In 2012 zijn daar nog enkele BIZ zones aan toegevoegd. De bijbehorende heffing heeft het strikte karakter van een belasting. De gegenereerde inkomsten worden in de vorm van een subsidie weer terugbetaald aan de BIZ-stichtingen. Door middel van een BIZ kunnen de investeringen in de kwaliteit van de bedrijfsomgeving verdeeld worden over alle ondernemers in het aangewezen gebied. De gemeente faciliteert (zij heft, int en behandelt de bezwaar- en beroepszaken) en de ondernemers bepalen zelf of ze een BIZ willen en waar deze voor wordt ingezet. De wet BIZ heeft een experimenteel karakter. Vooralsnog loopt op grond van de ingestelde verordeningen de heffing tot en met 2015. Kwijtschelding Inwoners met inkomen rond het bijstandsniveau zonder vermogen komen mogelijk in aanmerking voor (gedeeltelijke) kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen. Kwijtschelding is onder voorwaarden mogelijk voor: onroerende zaakbelastingen; rioolheffing; afvalstoffenheffing. Het uitvoeren van het kwijtscheldingsbeleid is sterk gebonden aan de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990. Lokale overheden hebben op een aantal onderdelen een beperkte beleidsvrijheid, waarbij door de raad keuzes gemaakt dienen te worden. Eén van die keuzes betreft het percentage waarmee gerekend wordt in de betaalcapaciteit. De gemeente Roermond hanteert voor de kosten van bestaan sinds 2009 een percentage van 100% van het bijstandsniveau. In het kader van harmonisatie van belastingwetgeving door de deelnemers in de gemeenschappelijke regeling BsGW (zie hierna) zal ook worden gekeken naar aanpassingen op het bestaande kwijtscheldingsbeleid. Dit heeft in 2014 niet tot een aanpassing geleid. In de onderstaande tabel wordt inzicht gegeven in het aantal aanvragen, toekenningen, afwijzingen en de geraamde lasten op basis van het huidige beleid.
107
Omschrijving Aantal vorderingen/aanvragen Toekenningen (geheel en gedeeltelijk) Afwijzingen Bedrag kwijtschelding
Realisatie 2014 2.725 2.213 377 € 515.100
Begroting 2014 1.600 1.200 400 € 280.000
Uitvoering belastingheffing en –inning en Wet Waardering Onroerende Zaken In de vergadering van 20 december 2012 heeft de gemeenteraad besloten toe te treden tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen en de heffing en invordering van de gemeentelijk belastingen en de uitvoering van de Wet Waardering Onroerende Zaken aan deze gemeenschappelijke regeling op te dragen.
Tarieven De tarieven van de OZB werden berekend op basis van de gewenste totale opbrengst onroerend zaakbelasting en de waarde van de objecten. De uitgangspunten daaromtrent zijn hierboven beschreven. De tarieven van de rioolheffing en afvalstoffenheffing bedroegen in 2014 respectievelijk € 162,48 en € 202,32. Deze tarieven bleven ongewijzigd ten opzichte van 2013. De tarieven van de hondenbelasting werden, conform de afspraken in de kadernota, in 2014 verhoogd met een prijscorrectie van 1%. In de raadsvergadering van 10 november 2011 is een motie ingediend tegen de voorgestelde verhoging in 2012 van de tarieven op de toeristen-, watertoeristenbelasting. Naar aanleiding hiervan heeft het college een voorstel gedaan voor het gefaseerd verhogen van de tarieven van de toeristen- en watertoeristenbelasting. Op basis van dit voorstel werd de belasting op het verblijf op kampeerterreinen in 2012, 2013 en 2014 gehandhaafd op € 0,54. De belasting op overnachtingen in hotels werd verhoogd van € 1,12 in 2012 naar € 1,30 in 2013 en € 1,48 in 2014. Daarnaast werd de watertoeristenbelasting verhoogd van € 0,64 in 2012 naar € 0,74 in 2013 en € 0,85 in 2014. Het haven- en kadegeld, de leges en de lijkbezorgingsrechten werden aangepast aan de prijsontwikkeling. Voor 2014 betekende dit een verhoging van de tarieven met 1%. Belastingsoort OZB eigenaren woningen OZB eigenaren niet woningen OZB gebruik niet-woningen Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2014 0,1388% van de woz-waarde 0,1663% van de woz-waarde 0,1409% van de woz-waarde € 202,32 € 162,48
108
2013 0,1289% van de woz-waarde 0,1548% van de woz-waarde 0,1324% van de woz-waarde € 202,32 € 162,48
Belastingopbrengsten Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de belastingopbrengsten Programma 7 6 6
Belastingsoort (bedragen x € 1.000) Onroerende zaakbelastingen Afvalstoffenheffing Rioolheffing
5 6 7 7 7 7 6 div.
Parkeerbelasting Leges omgevingsvergunningen Leges publiekszaken BIZ-belasting Hondenbelasting Toeristenbelasting Havengelden Overig Totaal
109
Realisatie 2014 12.231 5.515 4.841 22.587 1.865 849 1.101 529 349 398 327 395
Raming 2014 12.012 5.438 4.753 22.203 2.214 903 1.110 598 355 317 390 470
Realisatie 2013 11.200 5.409 4.735 21.344 2.034 614 958 554 338 311 312 665
28.400
28.560
27.130
110
Paragraaf 2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Deze paragraaf gaat in op het gemeentelijk weerstandsvermogen en de onderliggende beheersing van risico’s. De term weerstandsvermogen heeft betrekking op de weerstandscapaciteit van de gemeente in relatie tot het totaal aan (financiële) risico’s die de gemeente loopt. Hierdoor heeft de gemeente inzicht in de mate waarin financiële tegenvallers kunnen worden opgevangen zonder dat dit onmiddellijk leidt tot ombuigingen. Hierbij is een onderscheid te maken in tegenvallers (risico’s) met een eenmalig of een structureel karakter. Om de gemeentelijke financiële huishouding gezond te houden zijn met name risico’s met een structurele doorwerking naar de begroting relevant. Voorafgaand aan het bepalen van het gemeentelijke weerstandsvermogen is een tweetal stappen doorlopen, hierbij is van belang: - risicobewustzijn; weten welk risico de gemeente loopt en hiermee bewust omgaan. Dit speelt onder andere bij het stellen van gemeentebrede beleidskaders en de uitvoering hiervan. Ook externe ontwikkelingen zoals nieuwe wetgeving, zijn hierbij relevant; - risicobeheersing: door welke maatregelen kunnen de negatieve gevolgen van de risico’s worden verkleind of weggenomen. De paragraaf bestaat uit de volgende onderdelen: - het gemeentelijke beleid inzake de weerstandscapaciteit en de risico’s; - een inventarisatie van de weerstandscapaciteit; - een inventarisatie van de risico’s. De basis voor Paragraaf 2 Weerstandsvermogen ligt opgesloten in de Nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen (raad 2012/080/1). Bij het stellen van de kaders voor de nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen heeft de raad uitgesproken dat de gemeente geen risicomijdende gemeente mag zijn; het risico moet aanvaardbaar zijn voor het doel waarvoor het wordt gelopen. Op basis van dit uitgangspunt ligt bij de doorontwikkeling van risicomanagement de focus op risicobewustzijn en het (waar mogelijk) beheersen van de gevolgen van deze risico’s.
Gemeentelijk beleid inzake weerstandscapaciteit en risico’s Voor het financieel toezicht van de provincie op de gemeente is het Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader ‘Zichtbaar Toezicht’ (GTK) van toepassing. De kern van het GTK is dat vanuit de toezichthouder geen norm meer geldt voor de omvang van de algemene reserve. Mocht de raad geen beleid en norm voor de algemene reserve hebben vastgesteld dan houdt de provincie in beginsel vast aan de minimale norm van 10% van het genormeerde uitgavenpatroon voor de algemene reserve. Bij de vaststelling van de Nota Passivabeleid gemeente Roermond 2014 (raad 19 december 2013) heeft de raad de beleidslijn vastgesteld dat de omvang van de algemene reserve wordt bepaald door twee componenten: 1. buffer ter dekking van algemene risico’s; 2. buffer ter dekking van de risico’s grondexploitaties; waarbij de minimale positie van de algemene reserve een omvang heeft van € 10 miljoen. Bij de Kadernota 2015 heeft een herijking van de algemene reserve plaatsgevonden. Na deze herijking blijkt dat de minimale omvang van de algemene reserve € 10,65 miljoen dient te bedragen. Dit bedrag is als volgt te splitsen; algemene risico’s € 6,4 miljoen en grondexploitatie € 4,25 miljoen. Vooruitlopend op de komende decentralisaties heeft in de begroting 2014, ter versterking van de algemene reserve, een
111
ophoging plaatsgevonden van € 2,5 miljoen. De gehele algemene reserve is beschikbaar voor het afdekken van risico’s en is derhalve meegenomen bij de inventarisatie van de weerstandscapaciteit.
Inventarisatie weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen die kunnen worden ingezet om financiële tegenvallers op te vangen. Naast de reserves, waaronder de algemene reserve, zijn dit onder andere de onbenutte belastingcapaciteit en de vrije begrotingsruimte. Bij de berekening van de weerstandscapaciteit kan onderscheid worden gemaakt in incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Met incidentele weerstandscapaciteit wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van het gemeentelijk beleid. Eenmalige tegenvallers worden veelal opgevangen ten laste van de gemeentelijke reserves (al dan niet via de gemeentelijke jaarrekening). Structurele weerstandscapaciteit heeft betrekking op middelen die permanent kunnen worden ingezet om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van het gemeentelijk beleid. Om de robuustheid van de begroting te toetsen is vooral de structurele weerstandscapaciteit van belang. Op 7 november 2013 heeft uw raad de Vertrekregeling voor ouder personeel (60 + regeling) vastgesteld. Ten behoeve van de voorfinanciering van deze regeling is een uitname gedaan uit de algemene reserve van € 6,8 miljoen. Ten tijde van deze besluitvorming werd verwacht dat de algemene reserve tijdelijk onder het afgesproken minimumniveau van de algemene reserve zou uitkomen. Deze situatie heeft zich niet voorgedaan, in de begroting 2014 bedroeg de algemene reserve € 14,5 miljoen. De totale weerstandscapaciteit is als volgt opgebouwd: Omschrijving (x € 1.000) Incidentele weerstandscapaciteit: Algemene reserve (incl. geplande stortingen bovenwijkse voorzieningen) Af: claims op de algemene reserve waarvoor geheel of gedeeltelijk verplichtingen zijn aangegaan (o.a. ECI) Bij: incidenteel saldo begroting 2014/ Resultaat jaarrekening 2014 Beschikbare middelen na besluitvorming raad Bij: beschikbare middelen vrij beschikbare reserves (schatting) Af: claims op de bestemmingsreserves waarvoor geheel of gedeeltelijk externe verplichtingen zijn aangegaan Totale incidentele weerstandscapaciteit Structurele weerstandscapaciteit: Ruimte in begroting 11 Ongebruikte belastingcapaciteit
11
Begroting 2014
Jaarrekening 2014
14.479
13.743
-541
-2.170
2.281
3.255
13.599 PM
23.389 PM
29.818
38.217
0 1.689
0 1.309
De onbenutte belastingcapaciteit is de ruimte die de gemeente heeft om de onroerende zaakbelastingen (OZB) te verhogen. De
gemeenteraad kan in principe de tarieven “onbeperkt” verhogen. Landelijk geldt echter voor de OZB een macronorm. Dit is een norm waarbinnen alle gemeenten tezamen moeten blijven. Deze is ingesteld ter voorkoming van een onevenredige stijging van de collectieve lastendruk. Uit de meicirculaire 2013 blijkt dat de macronorm voor 2014 is gesteld op 3%. Het bedrag in de tabel is de ruimte tussen de voorgenomen verhoging in Roermond en de norm. Voor de berekening van de onbenutte belastingcapaciteit wordt
112
Omschrijving (x € 1.000)
Begroting 2014 1 1.690
Jaarrekening 2014 1 1.310
Post onvoorziene uitgaven Totale structurele weerstandscapaciteit Totaal weerstandscapaciteit 31.508 39.527 In bovenstaande opstelling zijn ook de claims op de algemene reserve opgenomen, de belangrijkste hiervan is het raadsbesluit met betrekking tot de ECI Herstart (raad februari 2015). Incidenteel Ten opzichte van de begroting 2014 en de jaarrekening 2013 is de incidentele weerstandscapaciteit verbeterd, deels omdat het aantal incidentele risico’s is verminderd. Het grootste vervallen risico heeft betrekking op de ECI Herstart. De besluitvorming in de gemeenteraad op 12 februari 2015 is gericht op het mogelijk maken van een herstart om zo te komen tot een toekomstbestendige ECI Cultuurfabriek. Het bestaande beleid Bijzondere Bijstand liep in 2014 af. Het hiermee samenhangende financiële risico van budgetoverschrijding is als gevolg hiervan vervallen. Als laatste wordt de borgstelling Nederstroom BV genoemd. Hierop is de gemeente in 2014 aangesproken, de afwikkeling hiervan is in de jaarrekening 2014 verwerkt. In verschillende sessies met een vertegenwoordiging van de gemeenteraad (Klankbordgroep P&C en raadsbijeenkomsten) is gesproken over de evaluatie van het Kerntakenboek. Hierbij is gesproken over ongewenste effecten van het Kerntakenboek en de (nog) niet gerealiseerde taakstellingen. De invoering van de 60+ regeling vloeide voort uit de onmogelijkheid om binnen de termijn van het Kerntakenboek (2012-2015) alle taakstellingen te realiseren. Aldus is een situatie ontstaan waarbij vanaf 2017 een financieel voordeel ontstaat, terwijl op korte termijn als gevolg van de taakstellingen een tekort blijft bestaan. De evaluatie van het Kerntakenboek vormt een onderdeel van de Kadernota nieuwe stijl 2016, hierover vindt op 9 juli 2015 besluitvorming plaats. Omdat nog geen formele besluitvorming heeft plaatsgevonden is het (nog) niet gerealiseerde (meerjarige) deel van de taakstellingen als incidenteel risico opgevoerd. Dit verklaart de stijging van de benodigde weerstandscapaciteit. Als deze post buiten beschouwing wordt gelaten ontstaat een nog positiever beeld. Onder incidentele risico’s is ook het risico grondexploitatie ad € 4,25 miljoen opgenomen. Structureel De structurele weerstandscapaciteit is ten opzichte van de begroting 2014 maar ook ten opzichte van de jaarrekening 2013 verminderd. De belangrijkste oorzaak hiervan is de beperking door het Rijk van de gemeentelijke (maximale) belastingcapaciteit. Omdat het aantal structurele risico’s eveneens is afgenomen, heeft deze maximalisering niet negatief doorgewerkt in het gemeentelijk weerstandsvermogen. De effecten van de herijking (groot onderhoud fase 1) van het verdeelmodel van het gemeentefonds zijn verwerkt in de begroting. In 2016 start fase 2 groot onderhoud van het gemeentefonds. Door een overgangsregeling is het effect hiervan voor 2016 beperkt tot € 250.000, vanaf 2017 wordt een nadeel verwacht van jaarlijks € 500.000. Deze lagere uitkering is meegenomen bij de voorbereidingen van de Kadernota nieuwe stijl 2016.
gerekend met het OZB-tarief dat gemeenten moeten heffen om in aanmerking te komen voor een artikel 12-bijdrage. Voor 2014 is dat 0,1672%. De tarieven voor overige heffingen en leges zijn in principe kostendekkend in de begroting meegenomen. Er is hier geen sprake van ongebruikte belastingcapaciteit.
113
Inventarisatie van risico’s Tegenover de weerstandscapaciteit staat een aantal risico’s, welke niet (geheel) gedekt zijn en van substantieel belang (kunnen) zijn om de (meerjarige) financiële positie van de gemeente te kunnen beoordelen. Reguliere risico’s, waarvoor verzekeringen zijn af te sluiten of voorzieningen zijn gevormd, maken doorgaans geen deel uit van de risico-inventarisatie. Bij de uitgevoerde risico-inventarisatie zijn deze risico’s wel betrokken, gericht op het bepalen van een eventueel restrisico. Dit restrisico is vervolgens opgenomen in de confrontatie tussen de benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De gemeentelijke risico’s worden als volgt onderverdeeld. Omschrijving (bedragen in euro’s) Grondexploitatie Gemeentelijk vastgoed Leningen, garanties en borgstellingen Rampen en Veiligheid Ombuigingstaakstellingen Gemeentelijke inkomsten Subsidierelaties Totaal
Incidenteel 4.250.000 50.000 335.000 3.338.500 125.000 8.098.500
Structureel 217.800 25.000 140.000 175.000 557.800
Conclusie ratio weerstandscapaciteit: Om een goed inzicht te geven is bovenstaand de opbouw en de samenstelling van de weerstandscapaciteit (als onderdeel van het weerstandsvermogen) onderverdeeld in incidentele en structurele componenten. De geïnventariseerde risico’s zijn eveneens onderverdeeld naar incidentele en structurele risico’s. Incidentele risico’s zijn risico’s welke een éénmalige last tot gevolg kunnen hebben. Structurele risico’s hebben betrekking op risico’s welke leiden tot structurele lasten en zijn daarom meerjarig van aard. Omschrijving (bedragen in miljoenen euro’s) Beschikbare weerstandscapaciteit (2014)
Incidenteel 38,2
Structureel 1,3
Benodigde weerstandscapaciteit op basis van risicoprofiel
8,1
0,6
Weerstandsvermogen
4,7
2,2
Uitgaande van een minimaal gewenste ratio van 1,0 (verhouding beschikbare en benodigde weerstandscapaciteit) blijkt uit bovenstaande tabel dat de incidentele en structurele weerstandscapaciteit voldoende is om de incidentele en structurele risico’s af te dekken. Onderstaand zijn de voornaamste specifieke en materiële risico’s, gerangschikt naar programma, opgenomen. Een volledig overzicht van alle geïnventariseerde risico’s ligt ter inzage.
Programma 1. Roermond: Levende stad Subsidie VSB De afwikkeling van de investeringssubsidie van het VSB fonds loopt nog en de Stichting ECI is in afwachting van een definitieve reactie van het fonds. De ECI wordt hierbij ondersteund door de gemeentelijke organisatie.
114
Programma 4. Roermond: Sociale stad Ontwikkelingen sociale zekerheid Per 1 januari 2015 zijn de decentralisaties van de WMO, Jeugd en Participatie een feit geworden. In een volgende fase wordt landelijk een ander verdeelmodel ingevoerd. Het gemeentelijk nadeel na invoering van deze objectieve verdeelmodellen zal voor Jeugdhulp en WMO ongeveer € 3,3 miljoen bedragen. De landelijke besluitvorming over deze verdeelmodellen nog moet plaatsvinden, bij de invoering zal tevens sprake zijn van een ingroeiregeling gedurende een aantal jaren. Op basis van de vastgestelde raadskaders zal dit binnen het sociale domein moeten worden opgevangen. Naast de eerder vermelde ophoging van de algemene reserve zijn binnen de gemeente ook andere reserves vanuit ESSV (zachte landing en vangnet) als ook de egalisatiereserves WMO en Wet Buig beschikbaar.
Programma 5. Roermond: Economisch sterke stad Grondexploitaties Grondexploitaties kenmerken zich door het feit dat in een vroeg stadium investeringen worden gedaan, waarbij inkomsten en dus de dekking van de exploitatie – soms – veel later kunnen worden ingeboekt. Grondexploitaties zijn per definitie meerjarig en zijn daarmee risicovol. Conform de Nota Grondexploitaties voert de gemeente Roermond over het algemeen een faciliterend grondbeleid. Dit betekent, dat de realisering van projecten wordt overgelaten aan marktpartijen, die ook de financiële risico’s dragen. Overeenkomstig de in de Nota Grondexploitaties Gemeente Roermond 2011 opgenomen uitgangspunten is voor de jaarrekening 2014 het weerstandsvermogen voor de grondexploitaties bepaald en opgenomen. Exploitatie parkeergarage Stationspark In de aangepaste business case (door uw raad vastgesteld op 3 juli 2009) is rekening gehouden met het later bouwen van de kantoren. Aan de voorwaarden voor een rendabele exploitatie, zoals die genoemd zijn in de rapportage "waardering parkeergarage Stationspark", is nog niet geheel voldaan. Vanaf 2017 zal, met name vanwege het achterblijven van opbrengsten kantoor- en bedrijfs-abonnementen, bezoekers van de kantoren en het P+R-parkeren, de exploitatie van de parkeergarage negatief worden beïnvloed.
Programma 6. Roermond: Prachtige stad Regionale uitvoeringsdienst (RUD) In 2015 wordt de samenwerking conform de opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu geëvalueerd. Voldoet de RUD Limburg-Noord niet aan het vereiste kwaliteitsniveau, dan kan het Rijk alsnog via een wettelijke verplichting een fysieke RUD opleggen. Afhankelijk van deze ontwikkeling kunnen beleidsmatige, personele en financiële consequenties optreden. Milieuverontreiniging In december 2014 is Roermond getroffen door een grote brand waarbij asbest is vrijgekomen. Primair is de eigenaar verantwoordelijk voor de opruimingskosten.
Programma 7. Roermond: De Gemeente Dividenduitkeringen In de begroting zijn ramingen opgenomen voor dividenduitkeringen van deelnemingen. Vanwege de aanhoudende economische crisis staan de resultaten van een aantal van de partijen (waaronder OML BV) en daarmee de hoogte van de dividenduitkeringen, onder druk.
115
Algemene uitkering Het verdeelmodel welk ten grondslag ligt aan de algemene uitkering wordt in fases aangepast. Eerdere effecten van de herijking (groot onderhoud fase 1) zijn verwerkt in de begroting. In 2016 start fase 2 groot onderhoud van het gemeentefonds. De financiële effecten hiervan voor de jaren 2016 en verder worden meegenomen bij de voorbereidingen van de Kadernota nieuwe stijl 2016 Exploitatie vastgoed Met ingang van 2016 heeft Essent de huur van het kantoor Kazernevoorterrein opgezegd. De gemeente is eigenaar van dit gebouw en beziet andere bestemmingsmogelijkheden. Aangaande eventuele fiscale gevolgen (in het verleden is geopteerd voor belaste verhuur) zal fiscaal advies worden ingewonnen. Taakstellingen In 2014 is via de tweede bestuursrapportage en een raadsinformatiebrief (92570-2014) gemeld dat de realisatie van de opgelegde taakstellingen zoals opgenomen in het Kerntakenboek onder druk staan. In structurele zin is vanaf 2018 de totale ombuigingstaak-stelling (nagenoeg) financieel ingevuld. In de tussenliggende periode zijn wel nog aanzienlijke bedragen te realiseren. In het voorjaar 2015 vindt overleg plaats met uw raad over de evaluatie van het Kerntakenboek. De wijze waarop met de resterende taakstelling om wordt gegaan vormt hiervan een onderdeel.
116
Paragraaf 3. Onderhoud kapitaalgoederen Beheer en onderhoud van de openbare ruimte In deze paragraaf worden de volgende onderdelen besproken: - onderhoud verhardingen; - onderhoud riolering; - onderhoud havens en waterpartijen; - onderhoud civieltechnische kunstwerken; - onderhoud openbare verlichting; - onderhoud groenvoorzieningen en reiniging Artikel 12 van het Besluit Begroting en Verantwoording schrijft expliciet voor dat van de kapitaalgoederen de volgende zaken worden omschreven: - het beleidskader; - de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties; - vertaling van deze financiële consequenties naar de begroting. In deze paragraaf wordt het beleidskader beschreven en de daaruit voortvloeiende consequenties met betrekking tot de grotere kapitaalgoederen in onze gemeente. Onder kapitaalgoederen verstaan we in dit kader “ duurzame productiemiddelen”. Het betreft met name grote goederen die meerdere jaren meegaan en veel waarde hebben, zoals de kosten voor het in stand houden van wegen, verlichting, riolering, groen, havens, civieltechnische kunstwerken, bossen, etc. Een groot deel van het “vermogen” van de gemeente ligt in de grond of in het openbaar gebied. Over dit vermogen dient zorgvuldig beheer te worden gevoerd. Om hieraan invulling te geven heeft de gemeente beheerplannen opgesteld waarin de hoeveelheden, kwaliteitsniveaus en de kosten zijn omschreven voor instandhouding van deze objecten. In de raadsvergadering van 11 april 2013 heeft een evaluatie en een bijstelling van de beheerplannen plaatsgevonden. In deze vergadering zijn de beheerplannen van Swalmen en Roermond samengevoegd en zijn kwaliteitsniveaus conform kerntakenboek en recente aanbestedingen bijgesteld.
Programma 6: Beheer en onderhoud verhardingen Doel Het op een sobere en doelmatige wijze in stand houden van de openbare verharding, zodanig dat wordt voorkomen dat het onderhoud onder het minimum onderhoudsniveau (heel, schoon en veilig) komt. Beleidskader In raadsbesluit ‘Op weg naar beter beheer’ (raadsbesluit 2007/82/2) is tot en met 2017 een wijkgerichte onderhoudsplanning opgenomen, waarbij is aangegeven dat deze planning in de komende jaren zal worden verfijnd. In raadsbesluit 2013/24/02 is voorzien dat wijkgericht onderhoud in de komende jaren curatief zal plaatsvinden in de wijken Tegelarijeveld, Groene Kruisbuurt en Stationsbuurt. Financiële consequenties en vertaling in de jaarrekening Voor het onderhoud aan de verhardingen zijn in 2014 in programma 6 de volgende bedragen besteed.
117
Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
Rekening 2014
Afwijking
Regulier onderhoud verhardingen
1.291
1.456
- 165
Vervangingsinvestering verhardingen
1.220
545
675
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2014 In 2014 is gestart van het curatief onderhoud in de wijk Tegelareijeveld. De uitgave van de reservering groot € 175.000 voor 2014 vallen hierbij grotendeels in 2015. De komende jaren zal curatief onderhoud worden uitgevoerd in de wijken Groene Kruisbuurt en Stationsbuurt. De niet heroverweegbare reservering groot € 500.000 voor de uitvoering van de herinrichting van de N280-west is mee verplaatst met de verschuiving van de geplande uitvoering. Aan een groot aantal wegen is kleinschalig onderhoud uitgevoerd ter voorkoming van verkeersonveilige situaties en het voorkomen van een toename van vorstschades. In het najaar zijn meer werkzaamheden uitgevoerd aan half verharde wegen en hoog water paden. Er zijn projectmatig werkzaamheden aan de verhardingen uitgevoerd aan de Singelring- oost, fietspad Roerdal en diverse kleinere projecten.
Programma 6: Beheer en onderhoud riolering Doel Het beheer en onderhoud van de riolering heeft de volgende doelen: doelmatige inzameling en transport van stedelijk afvalwater; doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater, voor zover dit redelijkerwijs niet door een perceel eigenaar kan worden gedaan; treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van grondwater te voorkomen, voor zover doelmatig. Hoeveelheden riolering Omschrijving hoeveelheid Kolken 25.160 Gemalen 168 Vrijvervalriolering 368 Persleiding 32
eenheid st st km km
Beleidskader Op 26 september 2013 heeft de raad het rioleringsbeleid en het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 20132016 vastgesteld. De beleidskaders zijn uitgewerkt in concrete taken voor uitvoering van het beheer en onderhoud van het kapitaalgoed riolering. Bij vaststelling van de beheerplannen 2007 - 2017 zijn middelen beschikbaar gesteld om achterstallig onderhoud weg te werken in een wijkgerichte onderhoudsplanning (raadsbesluit 2007/82/2). In raadsbesluit 2013/24/02 is voorzien dat wijkgericht onderhoud in de komende jaren curatief zal plaatsvinden in de wijken Tegelarijeveld, Groene Kruisbuurt en Stationsbuurt. Financiële consequenties en vertaling in de jaarrekening Voor het onderhoud aan de riolering zijn in 2014 in programma 6 de volgende bedragen besteed.
118
Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
Rekening 2014
Afwijking
Regulier onderhoud riolering
1.072
1.053
19
Vervangingsinvestering riolering
1.942
404
1.538
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2014 In het verlengde van het landelijke Bestuursakkoord Water heeft de gemeente in een tweetal samenwerkingsverbanden met andere gemeenten en Waterschappen gewerkt. Vanuit deze samenwerkingsverbanden is een studie naar maatregelen aan riooloverstorten vanuit de Kader Richtlijn Water uitgevoerd en worden gezamenlijk werkzaamheden uitgevoerd. Voor 2014 was circa € 1,3 miljoen aan investeringen voorzien vanuit de Kader Richtlijn Water, waaronder aanleg van een gescheiden rioolstelsel bij Reubenberg en een aantal bergingen. Vanwege de duur en uitkomst van de studie zijn de in 2014 voorziene investeringen vanuit de Kader Richtlijn Water op basis van de studie met forse besparingen gewijzigd en naar achter verschoven. Zo hoeft in Reubenberg geen gescheiden stelsel aangelegd te worden en zijn 3 van de 9 voorziene groene bergingen komen te vervallen. De voorbereiding voor het onderhoud aan de Overkluisde Maasnielderbeek in Leeuwen is gestart. In het Tegelarijeveld en in de oostelijke singelring zijn werkzaamheden aan het riool uitgevoerd. In het Tegelarijeveld is met kostenbesparing en behoud kwaliteit het riool van binnenuit gerenoveerd, de in 2014 voorziene uitgaven hiervoor, groot € 175.000, vallen grotendeels in 2015. In de Groene Kruisbuurt en Stationsbuurt wordt in de komende jaren achterstallig onderhoud aan het riool weggewerkt.
Programma 6: Beheer en onderhoud havens en waterpartijen Doel Het beheer en onderhoud van de havens en waterpartijen heeft de volgende doelen: - Het in stand houden van de industrie- en jachthavens en waarborgen van de bereikbaarheid van de aan de industriehaven gevestigde bedrijven via het water; - het in stand houden van de waterpartijen binnen de gemeente Roermond voor recreatie en doorstroming. Beleidskader In 2007 is de nota “Op weg naar beter beheer” en het beheerplan havens en waterpartijen vastgesteld door de gemeenteraad. Hierin is een nulmeting van de onderhoudstoestand en de aanwezige baggerspecie opgenomen. Het kwaliteitsniveau in het beheerplan is erop gericht om voldoende diepgang in de havens te behouden, voldoende doorstroming in de waterpartijen en de aanwezige objecten op een sober en doelmatige wijze te onderhouden. Financiële consequenties en vertaling in de jaarrekening Voor het onderhoud van de havens en waterpartijen zijn in 2014 in programma 6 de volgende bedragen beschikbaar. Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
Regulier onderhoud havens en water Vervangingsinvesteringen havens en water
119
Rekening 2014
Afwijking
107
132
- 25
--
--
--
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2014 In de stedelijke waterpartijen zijn maaiwerkzaamheden uitgevoerd. Er zijn onderhoudswerkzaamheden aan de beschoeiingen uitgevoerd.
Programma 6: Beheer en onderhoud kunstwerken Doel Het beheer en onderhoud van kunstwerken is er op gericht om een basis kwaliteitsniveau van de onderhoudstoestand van civieltechnische kunstwerken te waarborgen. Beleidskader In 2007 is nota “Op weg naar beter beheer” en het beheerplan kunstwerken vastgesteld. Daarin is geconstateerd dat er achterstallig onderhoud is bij de kunstwerken. Landelijk is er veel discussie geweest wat precies verstaan wordt onder het begrip kunstwerk en in het verlengde daarvan over het areaal en het kwaliteitsniveau. Naar aanleiding hiervan heeft er een nieuwe inventarisatie plaatsgevonden van de kunstwerken. Financiële consequenties en vertaling in de jaarrekening Voor het onderhoud van kunstwerken zijn in 2014 in programma 6 de volgende bedragen beschikbaar. Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014 Rekening 2014
Regulier onderhoud kunstwerken Vervangingsinvesteringen kunstwerken
Afwijking
39
37
2
200
50
150
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2014 Naar aanleiding van de landelijke discussie over kunstwerken heeft een nadere inventarisatie van de gemeentelijke kunstwerken plaatsgevonden. Hieruit zijn de grootste knelpunten naar voren gekomen, waarop inmiddels al actie is ondernomen. In de Pastoor Pinckersstraat is een vangrail vervangen. Gestart is met het herstel van de brug bij de ECI waarbij het uitvoeringskrediet voor € 200.000 gedekt is uit de Vervangingsinvesteringen kunstwerken 2014, uitvoering en afrekening van de ECI brug vallen deels in 2015. Daarnaast zijn diverse bruggen over de Swalm verbeterd. Op basis van de uitgevoerde inventarisatie en de data die hierbij verzameld is, is het areaal verwerkt in het Geïntegreerd Beheer Informatiesysteem (GBI). De komende jaren worden de areaalgegevens kunstwerken met behulp van technische inspecties verder bijgewerkt.
Programma 6: Beheer en onderhoud openbare verlichting Doel Het beheer en onderhoud van de openbare verlichting heeft als doelstelling een veilig gebruik van de openbare ruimte in de nachtelijke uren. Voorzieningen (masten en armaturen) hiervoor dienen aan een sober en doelmatig kwaliteitsniveau te voldoen om deze functie te kunnen garanderen. Beleidskader In 2007 is voor de gemeente Roermond een beheerplan openbare verlichting vastgesteld door de gemeenteraad. Hierin zijn de minimale eisen van de Nederlandse stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV) als uitgangspunt genomen. Voor de binnenstad is aanvullend een masterplan openbare verlichting vastgesteld dat naast functionele aspecten een hoger ambitieniveau voor de verlichting van en binnen de Singelring vastlegt.
120
Financiële consequenties en vertaling in de begroting Voor het onderhoud van de openbare verlichting zijn in 2014 in programma 6 de volgende bedragen beschikbaar. Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
Regulier onderhoud en energie verlichting
Rekening 2014
Afwijking
1.016
886
130
212
210
2
Vervangingsinvesteringen verlichting
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2014 Op diverse locaties in de gemeente (in Swalmen, Boukoul, de Voorstad St. Jacob en het Lief Vrouweveld) is de verouderde verlichting vervangen. De verlichting op de oostelijke Singelring zijn als onderdeel van de Reconstructie Singelring-Oost vervangen.
Programma 6: Beheer en onderhoud openbaar groen en reiniging Doel Het gemeentelijk openbaar groen en de stedelijke reiniging sober en doelmatig onderhouden op een kwalitatief acceptabel niveau waarbij behoud en waar mogelijk versterking van leefbaarheid en een aantrekkelijk woon- en leefklimaat belangrijk zijn. Kengetallen: Omschrijving Bos inclusief natuurterreinen Beplanting openbaar groen Gras/openbaar groen, excl. bermen buitengebied
Hoeveelheid 257 ha. 719.301 m² 943.710 m²
Beleidskader Het openbaar groen en de stedelijke reiniging zijn belangrijke onderdelen van het stedelijk woon- en leefklimaat. Om zowel de visueel / ruimtelijke, gebruik- als ecologische functie te kunnen waarborgen wordt het groen zo goed en efficiënt mogelijk (sober en doelmatig) onderhouden met behoud van zijn verschillende functies zoals afscherming, aankleding, en verkeersgeleiding In 2007 zijn de beheerplannen 2007 - 2017 groen en reiniging vastgesteld door de gemeenteraad. De raad heeft in april 2013 besloten het onderhoudsniveau en de reiniging van het openbaar groen aan te passen op basis van het kerntakenboek en de in het voorjaar 2013 gehouden aanbestedingen. In het promenadegebied van de binnenstad is een hoger kwaliteitsniveau in de beheerplannen vastgesteld. Financiële consequenties en vertaling in de jaarrekening Voor het onderhoud van de groenvoorzieningen en de stedelijke reiniging zijn in 2014 in programma 6 de volgende bedragen beschikbaar. Bedragen x € 1.000,-
Begroting 2014
Regulier onderhoud groen en reiniging Vervangingsinvesteringen groen
Rekening 2014
Afwijking
2.719
2674
45
--
--
--
Stand van zaken planuitvoering en programma begrotingsjaar 2014 Aan de hand van de in 2013 aanbestede onderhoudsbestekken is afgelopen jaar het onderhoud van de groenvoorzieningen en de reiniging uitgevoerd. Deze bestekken kunnen nog twee keer één jaar worden
121
verlengd. In de oostelijke Singelring zijn bomen en groen vervangen. In de jaarlijkse groenprogramma’s is groen in de wijken aangevuld en vervangen. Aan een deel van de bomen is de tweejaarlijkse controle volgens de Visual Tree Assessment (VTA) methode uitgevoerd. Hieruit voortvloeiende gebreken zijn weggewerkt.
Gebouwen Onderhoud gebouwen Het onderhoud van gebouwen is als volgt gerealiseerd: Bedragen x € 1.000,Onderhoud gebouwen
Begroting 2014 1.243
Rekening 2014 332
Afwijking 911
Preventief onderhoud Het in 2014 geplande onderhoudsvolume is gedeeltelijk uitgevoerd en bestaat in hoofdzaak uit schilderwerken. Het nog uit te voeren onderhoud van 2014 wordt meegenomen in de werkpakketten van 2015 met als bijkomend voordeel een efficiëntere wijze van aanbesteding en uitvoering van de werkzaamheden. Vervangingsinvesteringen (>100.000) In 2014 zijn enkele grote vervangingsinvesteringen in voorbereid zoals de vervanging van de luchtbehandelingskast op zwembad de Roerdomp en de chloordoseerinstallatie wordt vervangen door een zoutelectrolyse-installatie. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd in 2015. Ver- of nieuwbouwprojecten In 2013 zijn een aantal grote en middel grote projecten opgestart, onder andere verbouw en uitbreiding voormalige Basisschool Sint Alfonsus de synergie school) en de uitbreiding Basisschool Neel. De uitvoering van deze projecten start in 2015. Daarnaast is in 2014 ‘de modernisering van de wijkaccomadatie ‘de Duup’ uitgevoerd. Legionellabeheer in gemeentelijke gebouwen De gebouwgebonden legionellabeheerplannen zijn uitgevoerd door de beheerders/ gebruikers van de gemeentelijke eigendommen
122
Paragraaf 4. Financiering (treasury) Deze paragraaf gaat in op de wijze waarop onze gemeente zo adequaat mogelijk omgaat met de fnancieringsbehoefte en hoe daarin zo goed mogelijk kan worden voorzien. Hiertoe gelden niet alleen wettelijke kaders en regels, zoals vastgelegd in onder andere de wet FiDo (Financiering Decentrale Overheden) en RUDDO (Regeling Uitzettingen Derivaten Decentrale Overheden), maar hiervoor gelden ook interne richtlijnen; deze interne richtlijnen zijn vastgelegd in het treasurystatuut; het treasurystatuut wordt periodiek herzien en uw gemeenteraad heeft het ‘Treasurystatuut 2015’ vastgesteld in de vergadering van 18 december 2014. Het treasurystatuut geeft de kaders aan waarbinnen de gemeente het financieringsbeleid uitvoert, alsmede de wijze waarop de gemeente met voorkomende financieringsrisico’s omgaat. Naast de financieringsfunctie is ook het optimaliseren van het betalingsverkeer één van de speerpunten van het te voeren treasurybeleid en in 2014 werd het huisbankierschap dan ook opnieuw aanbesteed. In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op: x externe en interne ontwikkelingen; x de rentevisie; x financiering, waarbij onder meer aandacht wordt besteed aan het risicobeheer, waaronder de kasgeldlimiet en de renterisiconorm alsmede de verhouding waarin vaste activa gefinancierd zijn met vreemd en eigen vermogen.
Externe en interne ontwikkelingen Externe ontwikkelingen Schatkistbankieren In de Begroting meldden we dat het Schatkistbankieren met ingang van 15 december 2013 van kracht werd. Schatkistbankieren houdt in dat overtollige tegoeden aangehouden dienen te worden in de Nederlandse schatkist: 'overtollig' verwijst naar alle middelen die decentrale overheden niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak. Aan de verplichting tot het aanhouden van overtollige liquide middelen in de schatkist is een ondergrens verbonden, namelijk 0,75 % van het begrotingstotaal; voor onze gemeente betekent dat, dat (bij een huidig begrotingstotaal ad € 167 miljoen voor 2014) overschotten slechts in de schatkist aangehouden dienen te worden, zodra deze minimaal € 1.257.000 (gemiddeld tegoed gedurende een heel kalenderkwartaal) bedragen. Aangezien onze gemeente een 'netto lenende' gemeente is en geen overtollige liquiditeiten heeft, is deelname aan het schatkistbankieren voor Roermond in de dagelijkse praktijk niet aan de orde. Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF): De Eerste Kamer stemde op 10 december 2013 in met de Wet Hof, die op 1 januari 2014 in werking is getreden: ook Nederland moet zijn begrotingstekort terugdringen en daar zijn de Rijksoverheid en de decentrale overheden (gemeenten, provincies en waterschappen) gezamenlijk verantwoordelijk voor. ln Europa zijn regels afgesproken over de overheidsfinanciën en deze Europese begrotingsregels staan in het Stabiliteits- en Groeipact (SGP). Zij bepalen de normen voor het begrotingstekort (EMU-saldo) en de overheidsschuld (EMU-schuld). De Europese regeringsleiders hebben afgesproken om de eisen uit het SGP vast te leggen in nationale wetgeving. Nederland heeft dat gedaan dat met de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF).
123
De regels gelden voor de gehele collectieve sector, dus ook voor de decentrale overheden, zoals gemeenten en provincies. Op 18 januari 2013 hebben zij een Financieel Akkoord bereikt. Hierin is afgesproken hoeveel het tekort van de decentrale overheden maximaal mag bedragen: voor de huidige kabinetsperiode hebben zij afgesproken het begrotingstekort geleidelijk terug te brengen van 0,5% van het bruto binnenlands product in 2013, naar 0,2 % in 2017. ln dit kader rapporteren decentrale overheden in de begroting over de stand en ontwikkeling van het EMU-saldo. Ontwikkeling economie en rente In de begroting gaven wij aan slechts zeer beperkt rekening te houden met een aantrekkende economische situatie; een van de indicatoren hiervoor was de daling van de officiële rentetarieven, die zich ook in 2013 verder doorzette: in mei en november van dat jaar daalde de ECB herfinancieringsrente twee maal met 0,25 % tot 0,25 %. De ECB heeft zich enorme inspanningen getroost om de Europese economie weer leven in te blazen, maar twee verdere renteverlagingen (in juli en september 2014) naar 0,05 % droegen slechts zeer beperkt bij aan een toenemende economische groei. De inflatie zakte in 2014, met name door enorm gedaalde energieprijzen, tot een dieptepunt en dreigde zelfs negatief te worden. Positief was dat in 2014 de binnenlandse investeringen weer aantrokken, evenals de particuliere consumptie. Een sterke groei van de wereldeconomie in combinatie met een zwakker wordende euro waren de basis voor een toenemende uitvoer. Bovenstaande lichte tekenen van economisch herstel leiden in Nederland dan ook tot een stabilisering van de werkloosheid. Voor wat betreft Europa lijkt de rust en daarmee het vertrouwen teruggekeerd en de rente daalde dan ook over de hele linie, behalve in Griekenland waar geruchten over een vertrek uit de Euro de ronde blijven doen. Onderstaande twee grafieken laten de ontwikkeling van de korte rente zien: 1 - de herfinancieringsrente van de ECB werd in twee stappen (juni en september 2014) verlaagd tot 0,05 % 2 – de 2-weeks euribor is de rente waartegen banken elkaar geld uitlenen en die als basis geldt voor de rente op de geldmarkt; de euribor volgt de herfinancieringsrente en is in 2013 tot nieuwe laagtepunten gedaald
Normaliter presenteren wij in bovenstaande grafieken de 3-maands euribor, doch dit maal hebben wij de twee weeks-euribor gepresenteerd, omdat hierin zichtbaar wordt dat de rente op de Nederlandse geldmarkt in 2014 zelfs negatief was. De twee-weeks euribor is de basisrente, die banken in rekening brengen voor kortlopende lenignen.
124
De uiterst lage inflatie en economisch groei in Europa, zorgt voor dalende rentes, ook voor langlopende leningen en omdat Duitsland en Nederland tot de meest kredietwaardige landen van Europa behoren, laten deze de laagste rentetarieven zien. In de navolgende twee grafieken is de ontwikkeling van de lange rente aangegeven; van de meest recente 10-jaars staatslening is de ontwikkeling weergegeven gedurende de afgelopen decennia (linker grafiek) alsook gedurende het afgelopen jaar. Samen met rentetarieven voor o.a. ons land.
Interne ontwikkelingen De rentekosten zijn de afgeleide van de totale rentedragende financieringsbehoefte; deze laatste wordt bepaald door de exploitatie van de gemeente, maar hangt natuurlijk ook sterk af van het investeringsvolume, alsmede de herfinancieringsbehoefte uit hoofde van aflossingen op bestaande leningen. Een en ander leidt tot een portefeuille van aangetrokken gelden en de te betalen rente. De daadwerkelijke rentelasten vielen beduidend lager uit dan begroot in 2014: enerzijds daalden de rentetarieven (waartegen de gemeente gelden aantrekt) tot een historisch laag niveau, vielen voorgenomen investeringen lager uit dan gepland. Leningenportefeuille Vertrekpunt bij de analyse van onze liquiditeitspositie en de daaruit voortvloeiende financieringsbehoefte is de bestaande leningenportefeuille. Teneinde het risico van (een hoge rente net op het moment van) herfinanciering te beperken, hebben wij de afgelopen jaren gewerkt aan een nivellering van de jaarlijkse herfinancieringsbehoefte (als gevolg van rente- en aflossingsverplichtingen). Onze leningenportefeuille kent dan ook een zeer goede spreiding van de netto rente- en aflossingsverplichtingen Opgenomen leningen opgenomen geldleningen (o/g) stand per 1 januari 2014 reguliere aflossingen extra (vervroegde) aflossingen nieuw opgenomen leningen stand per 31 december 2014
Bedrag Rente-% € 94.035.410 3,49% € 7.390.495 € 382.815 € 5.000.000 € 91.262.100 3,30%
In 2014 werd één nieuwe lening aangetrokken in het kader van de totaalfinanciering; de nieuwe lening kent een looptijd van 10 jaar met lineaire aflossing en de rente is gedurende looptijd vast op 0,89 %. Één lening werd vervroegd afgelost: zie hierna bij ‘Verstrekte leningen’.
125
Verstrekte leningen verstrekte geldleningen (u/g) stand per 1 januari 2014 reguliere aflossingen extra (vervroegde) aflossingen nieuw verstrekte leningen stand per 31 december 2014
Bedrag Rente-% € 7.591.556 4,28% € 1.046.666 € 384.165 €0 € 6.160.725 4,32%
In 2014 werden géén nieuwe leningen verstrekt; naast de reguliere aflossingen werd één lening vervroegd (boetevrij) afgelost (deze lening was door ons één op één aangetrokken en door-verstrekt, en daarom hebben wij de aangetrokken lening eveneens (vervroegd) boetevrij geheel afgelost). Per ultimo 2014 laat de (opgenomen en verstrekte) leningenportefeuille van de gemeente de navolgende rente- en aflossingsverplichtingen voor de komende jaren zien:
Voor een specificatie van de (opgenomen en verstrekte) leningenportefeuille verwijzen wij naar graag het bijlagenboek.
Rentevisie Rente In de begroting meldden wij, dat wij voor het jaar 2014 rekenden met een korte rente van 0,75 % en 3,50 % voor de lange rente. Voor wat betreft de kortlopende financieringsbehoefte maakten wij zo optimaal mogelijk gebruik van de toelaatbare kasgeldlimiet en in de financieringsbehoefte werd dan ook in 2014 zoveel als mogelijk met kasgeldleningen voorzien. Qua langlopende leningen hoefden wij ook slechts één lening (ad € 5.000.000) aan te trekken, waarvan het percentage voor de gehele looptijd op 0,89 % kon worden vastgelegd. Door de lagere rente in combinatie met een lagere dan geprognosticeerde financieringsbehoefte wordt er voor 2014 een flinke besparing op de rentelasten gerealiseerd.
126
Liquiditeitsprognose, Financieringspositie en Renteresultaat Een periodieke liquiditeitsprognose ligt ten grondslag aan de renteprognose van het betreffende begrotingsjaar. Op basis van de verwachte geldstromen (zoals rente- en aflossingsverplichtingen, investeringen, salarissen, maar ook de gehele overige gemeentelijke exploitatie) wordt de financieringsbehoefte per begrotingsjaar geprognosticeerd. Vervolgens wordt een verwacht rentepercentage aan deze voorspelde financieringsbehoefte gekoppeld, waarmee aldus de renteprognose voor de komende begrotingsjaren ontstaat. Ervaring leert, dat onze (met name ‘investerings’-)plannen groter zijn dan dat we realiseren en daarom houden wij ook in de begroting van de liquiditeits- en renteprognose rekening met een zekere mate van onderuitputting; zo is twee derde van de investeringsplanning meegenomen in de prognose. Achteraf bezien komt het investeringsniveau nog iets lager uit, zowel voor 2013 als voor 2014: hierdoor kwam de financieringsbehoefte lager uit dan verwacht en hoefden geen leningen te worden aangetrokken in 2013. Er is in 2014 een kleine lening aangetrokken van € 5.000.000 op 30 december 2014. In de volledige financieringsbehoefte van de gemeente kon door middel van de bestaande kredietfaciliteit in rekening courant worden voorzien; de rentetarieven voor deze kortlopende leningen zakten tot historisch lage niveau’s, waarbij zelfs negatieve renteniveaus voorkwamen ! In de begroting voor 2014 werd een bedrag aan rentelasten begroot ad in totaal € 4.111.500; door bovenstaande ontwikkeling kwamen de totale rentelasten voor 2014 aanzienlijk lager uit, namelijk op € 3.142.000, waarmee resulteert er een positief resultaat ad € 969.500; hiervan werd een bedrag ad € 400.000 in de tussentijdse bestuursrapportage gemeld.
Financiering Kasgeldlimiet: de rentetypische looptijd van leningen als maatstaf De Wet Financiering Decentrale Overheden (FiDo) bepaalt dat in de financieringsparagraaf informatie opgenomen dient te worden over de liquiditeitspositie van de gemeente in relatie tot de kasgeldlimiet. De korte rente is momenteel lager dan de lange rente, waardoor gemeenten zouden kunnen neigen naar het zo veel mogelijk financieren door middel van kortlopende leningen; hieraan kleeft echter het gevaar, dat wanneer de rente gaat stijgen, gemeenten geconfronteerd worden met hogere rentelasten. Om dit te voorkomen, stelt de wetgever maxima aan kort aangetrokken financieringsmiddelen, de zogenaamde kasgeldlimiet. Deze limiet is afgeleid van het begrotingstotaal en bedraagt 8,5 % hiervan. Het begrotingstotaal van onze gemeente bedroeg voor 2014 € 167 miljoen waarmee de kasgeldlimiet uitkwam op een bedrag ad € 14 miljoen. In de begroting gaven wij aan, dat onze gemeente streeft naar een zo optimaal mogelijke benutting van de toegestane kasgeldlimiet, maar dat structurele overschrijdingen niet zijn toegestaan en zullen worden voorkomen, hetgeen uit de navolgende opstelling blijkt:
Stappen (1 - 4)
Kasgeldlimiet (1) Vlottende schuld
(2) Vlottende midddelen
(1) - (2) = (3) 1e kwartaal 2014 2e kwartaal 2014 3e kwartaal 2014 4e kwartaal 2014
€ 10.280.093 € 716.441 € 10.285.689 € 440.801 € 8.687.262 € 1.975.179 € 11.669.537 € 904.654 Gemiddelde netto vlottende schuld (5) Kasgeldlimiet (KGL) (6a) = (5 > 4) Ruimte onder de kasgeldlimiet (6b) = (4 > 5) Overschrijding van de kasgeldlimiet Berekening kasgeldlimiet (5) (7) Begrotingstotaal (8) Percentage regeling (5) = (7) x (8) Kasgeldlimiet
127
(3) Netto vlottend (+) of overschot middelen (-) € € € € € € € €
9.563.652 9.844.888 6.712.083 10.764.883 9.221.377 14.247.785 5.026.409 -
€
167.621.000 8,50% 14.247.785
€
Renterisiconorm: de opbouw van de leningenportefeuille als maatstaf In de wet FIDO wordt de renterisiconorm gehanteerd als norm voor de samenstelling van de ‘lange leningen’-portefeuille: jaarlijks mogen de renterisico’s uit hoofde van renteherziening en herfinanciering niet hoger zijn dan 20 % van het begrotingstotaal. Het doel is op deze wijze afdoende spreiding aan te brengen in de rentetypische looptijden van de leningenportefeuille waardoor jaarlijks slechts een gedeelte van de leningenportefeuille aan renteherziening (tegen de op dat moment geldende rente) toe is. Eerder in deze paragraaf schetsten wij al, dat onze leningenportefeuille een zeer goede spreiding laat zien voor wat betreft rente- en aflossingsverplichtingen en ook in de begroting gaven wij al aan, dat onze gemeente ruimschoots binnen de grenzen van de renterisiconorm blijft. RENTERISICONORM EN RENTERISICO’S VAN DE VASTE SCHULD (Bedragen x EUR 1.000)
Renterisico op vaste schuld 1a. Renteherziening op vaste schuld o/g 1b. Renteherziening op vaste schuld u/g 2. Netto renteherziening op vaste schuld (1a - 1b) 3. te betalen netto aflossingen (o/g -/- u/g) 4. Renterisico op vaste schuld (2 + 3) Renterisiconorm 5. Stand van de vaste schuld per 1 januari 6. Begrotingstotaal toegestaan percentage 7. Renterisiconorm Toets Renterisiconorm 7. Renterisiconorm 4. Renterisico op vaste schuld Ruimte (+) / Overschrijding (-/-) Renterisiconorm (7 - 4)
Jaarrekening 2014 450 451 -1 6.201 6.200 94.035 167.621 20% 33.524 33.524 6.200 + 27.324
Verhouding vaste activa gefinancierd met vreemd vermogen en eigen vermogen In de navolgende tabel is weergegeven in hoeverre de vaste activa van de gemeente gefinancierd zijn met eigen financieringsmiddelen of met vreemd vermogen. Uitgangspunt is dat de gemeente in eerste instantie eigen financieringsmiddelen inzet om de vaste activa te financieren. In de tabel is naast de in de begroting geprognosticeerde stand ook de realisatie per 31 december 2014 weergegeven.
In de begroting werd uitgegaan van een behoorlijke toename van de vaste activa, wat zou resulteren in een hoge resterende financieringsbehoefte. Door lager dan verwachte investeringen en een hoger eigen vermogen, blijft de extra financieringsbehoefte beperkt.
128
Paragraaf 5. bedrijfsvoering In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op ontwikkelingen met betrekking tot: x x x x
visie ontwikkelingen indicatoren en streefwaarden lasten en baten van de paragraaf
Visie De gemeente Roermond wil een goed bestuurde gemeente blijven, en blijven investeren in een excellente dienstverlening aan burgers, bedrijven, instellingen, etc. Het klantencontactcentrum (KCC) dat in mei 2012 vorm heeft gekregen in het kantorencomplex Kazerneplein wordt een herkenbare ingang waar burgers, bedrijven en instellingen terecht kunnen met al hun vragen aan de overheid. Door extra inzet van middelen in ICT, scholing en training zal op termijn kostenreductie gerealiseerd worden en zal met een afgeslankte organisatie betere dienstverlening geborgd worden. Met als uitgangspunt de in 2011 vastgestelde strategische HRM-visie is in 2012 een nieuw generiek functiebeschrijvings en –waarderingsysteem (HR21) geïntroduceerd. Na de afronding van HR21 in het laatste kwartaal van 2013 zal competentiemanagement en resultaatgericht werken opgepakt worden. Terzake zijn notities in voorbereiding die het er toe moeten brengen dat in 2013 een start gemaakt kan worden met resultaatgericht werken. Met de vaststelling van het Kerntakenboek heeft Roermond gekozen voor een andere nieuwe rolopvatting van de gemeente, namelijk de gemeente als regisseur. De gemeente Roermond gaat zich nadrukkelijker opstellen als regisseur binnen de gemeenschap. Dus als regisseur in het netwerk dat wordt gevormd door onze inwoners, verenigingen, bedrijven en instellingen binnen onze gemeentegrenzen. Deze nieuwe rolopvatting vraagt ook het nodige van onze ambtelijke organisatie. Het Kerntakenboek zegt daarover: “Van onze medewerkers verwachten we dat ze minder plannen schrijven en meer generalistisch werken. We verwachten vooral dat ze in staat zijn anderen in beweging te krijgen en te houden. Het worden dus echte regisseurs. De werkzaamheden worden daarmee ook anders van karakter”. En ook: “De gevolgen voor de gemeentelijke organisatie zijn groot. Een deel van de uitvoering en ondersteuning kan worden afgestoten. Sommige functies worden juist belangrijker. Ook de manier waarop wij intern werken en zijn georganiseerd passen wij aan deze nieuwe taakopvatting aan. We combineren deze operatie met het toepassen van nieuwe organisatie-inzichten”. De organisatie zal in het licht van bovenstaande ontwikkelingen omgevormd worden naar een nieuw organisatiemodel. Uitgangspunt daarbij is de vraaggestuurde organisatie, een organisatie die is ingericht op basis van dominante vraagpatronen: de vraag van het bestuur, van de collectieve klant, van individuele burgers en bedrijven en van de interne klanten. Ook integraliteit is een belangrijk uitgangspunt. Beleidsvoornemen begroting 2014 Optimatisatie planning en controlcyclus (P&Ccyclus) De verbetering van de P&C producten is een continu proces dat in samenspraak met de klankbordgroep Planning & Control uit de
Realisatie per 31-12-2014
De planning van de P&C-producten 2014 is vastgesteld in de raadsvergadering van 19 december 2013. In de raadsvergadering van 20
129
gemeenteraad wordt ingevuld. Onderdeel van het project Zero Based Budgetting, dat in 2013 is gestart, is het beter inzichtelijk maken van de relatie tussen doelstellingen, beleid, prestaties en budgetten. Met het opzetten van deze doelenboom wordt als het ware een 'plattegrond' van de begroting gemaakt. Dit is de basis voor een verdere discussie over de opzet en inrichting van de begroting. De begroting 2014 wordt gepresenteerd op basis van de huidige indeling. Na de gemeenteraadsverkiezingen kan er dan, in aanloop naar de begroting 2015, van gedachten worden gewisseld over gewenste aanpassingen. In de raadsvergadering van december zullen wij u de planning van de P&C-producten voor 2014 ter vaststelling aanbieden. Op basis van het overleg met de klankbordgroep zullen wij daarbij uitgaan van handhaving van de huidige P&Cproducten. Artikel 213a doelmatigheid- en doeltreffendheidsonderzoek Artikel 213a van de Gemeentewet schrijft voor dat het college periodiek onderzoek verricht naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door hem gevoerde beleid. De (toenmalige) staatssecretaris van BZK heeft in haar brief “de staat van de dualisering” van 11 december 2008 aangekondigd dat de verplichting tot het plegen van doelmatigheidsonderzoeken uit de Gemeentewet kan worden geschrapt. De aankondiging van de staatssecretaris heeft (nog) niet geleid tot een aanpassing van de Gemeentewet. Op basis hiervan worden in 2014, evenals in 2011, 2012 en 2013 geen nieuwe 213a onderzoeken gestart. Deze beleidslijn wordt door veel collega-gemeenten gevolgd. Taakstelling bedrijfsvoering De noodzaak tot bezuiniging heeft ook gevolgen voor de ambtelijke organisatie. Uw raad heeft bij de begroting 2011 al ingestemd met een vermindering van de uitgaven in relatie tot de bedrijfsvoering van € 3.200.000. Daarenboven brengt de Kerntakendiscussie een verdergaande bezuiniging op de bedrijfsvoering met zich mee van € 2.700.000. Deze bezuiniging dient onder andere gevonden te worden door slimmere inkoop, regionale samenwerking en een heroriëntatie op de inrichting van de organisatie. Tenslotte zal het anders uitvoeren van taken een besparing van € 450.000 op de personele kosten moeten opleveren. Acties die moeten leiden tot het uiteindelijk kunnen inboeken
130
februari 2014 is het plan van aanpak voor herstel van meerjarig begrotingsevenwicht aan de orde geweest. De daarin opgenomen onderdelen worden vanaf die datum uitgewerkt. Daarnaast heeft het college besloten om het traject Zero Based Budgetting verder door te zetten. Een onderdeel daarvan betreft de inrichting van een nieuwe programmastructuur. De voorstellen hiervoor zijn geland in de begroting 2015.
Zoals aangekondigd, is in 2014 geen 213a onderzoek gestart.
Begin 2014 is de tiende voortgangsrapportage kerntakendiscussie uitgebracht. Daarna is besloten de rapportage over de taakstellingen onderdeel te laten zijn van de 'reguliere' P&Ccyclus. In de tweede bestuursrapportage is een update gegeven van de voortgang van de diverse taakstellingen. De discussie over de haalbaarheid van de taakstellingen wordt samen met de raad gevoerd. Hiervoor wordt verwezen naar de paragraaf kerntakenboek.
van voornoemde taakstellingen op de bedrijfsvoering zijn inmiddels in gang gezet. Via de voortgangsrapportages over de kerntakendiscussie wordt periodiek aan uw raad gerapporteerd over de stand van zaken. Doorontwikkeling Risicomanagement In de vergadering van de klankbordgroep Planning & Control van 22 mei 2013 is een eerste aanzet gedaan voor de evaluatie van de nota risicomanagement, zoals die door de gemeenteraad in november 2012 is vastgesteld. Tijdens dit overleg zijn de eerste ervaringen met de nota besproken en is stilgestaan bij de wijze waarop risicomanagement verder wordt doorontwikkeld. De risico's worden gevolgd, regelmatig geactualiseerd en voorzien van passende beheersmaatregelen. De methodiek wordt de komende jaren verder verfijnd. De klankbordgroep heeft geconcludeerd dat de nota vooralsnog geen aanpassing behoeft en dat binnen het vastgestelde kader kan worden ingezet op een verdere doorontwikkeling. Verwezen wordt ook naar de paragraaf weerstandsvermogen in deze begroting.
Energiebesparende maatregelen In 2013 is het geactualiseerde milieubeleidsplan vastgesteld door het college. Een van de thema's daarin is "Klimaat en Energie". Binnen dit thema is aangegeven dat in 2013 een energienota (sectoraal beleid/uitvoeringsplan) wordt vastgesteld, waarvan de implementatie voorzien is voor 2014. Een en ander moet zorg dragen voor een betere borging van het energiebeheerproces binnen de organisatie en is de basis voor de uitvoering van het toekomstig energiebeheer. Daarnaast komt er in 2014 in samenwerking met de inkoopadviseur een inkoopnotitie energie waarin onder andere de diverse
131
Sinds 2013 worden belangrijke ontwikkelingen rondom nieuwe en/of bestaande risico’s opgenomen in de periodieke Bestuursrapportage met een verankering in de interne P&C cyclus. De leverancier van Navigus is gevraagd om dit ook softwarematig te implementeren. Veel bestaande risico’s, inclusief bijbehorende maatregelen, zijn relatief stabiel en worden door het management actief gevolgd. De risico’s samenhangend met de decentralisaties daarentegen zijn erg dynamisch. In de aanloop naar de grote decentralisaties per 1 januari 2015 is onderscheid gemaakt tussen de periode tot 1 januari 2015, deze periode is gericht op de voorbereiding van de decentralisaties en de periode na 1 januari 2015 waarna operationalisering plaatsvindt. De verdere ontwikkeling van beleid en de implementatie van deze nieuwe uitvoeringsprocessen zal eveneens om aandacht vragen. Alle geïnventariseerde risico’s zijn opgenomen in het risicoregister en waar mogelijk voorzien van beheersmaatregelen. Gelet op het dynamische karakter van de 3 D risico’s wordt hiervoor een dashboard opgesteld aan de hand waarvan de belangrijkste risico’s en de ontwikkeling ervan kunnen worden gevolgd. Vooruitlopend op de inkoopnotitie en energiebesparingsplan is gewerkt aan het doorvoeren van verbeterpunten in de bedrijfsvoering energie. Deze zijn verwoord in een nota ‘Van Energiebeheer naar Energiemanagement’. In deze nota is opgenomen dat er een inkoopnotitie energie en een energiebesparingsplan worden gemaakt. Beide notities zijn voorzien in 2015.
inkoopstrategiën worden geformuleerd Ook komt er in 2014 een uitvoeringsplan energiebesparing, waarin naast het benoemen van concrete maatregelen, monitoring van de resultaten en de financieringsmogelijkheden van deze maatregelen een plek krijgen. Facilitaire zaken In het kader van de kerntakendiscussie is in 2013 een pilot gestart om te komen tot regiosamenwerking op het gebied van inkoop met de gemeenten Nederweert, Weert, Leudal en Roermond, met als resultante een door uw Raad vastgesteld gezamenlijk inkoop- en aanbestedingsbeleid. Aan de hand van de uitkomsten van deze pilot zal voor het jaar 2014 een gezamenlijk inkoopaktieplan worden opgesteld. 2013 heeft in het licht gestaan van de tot standkoming van een zogenaamde lichte regeling voor de ICT-samenwerking Noord en Midden Limburg (Venlo-Weert-Roermond) en gezamenlijke aanbestedingen voor de inrichting en het beheer van een gezamenlijke technische ICT-infrastructuur. In 2014 zal de focus liggen op de verdere implementatie en de uitbreiding met andere gemeenten van dit samenwerkingsverband.
Eind 2013 heeft er een evaluatie van de inkoopsamenwerking tussen de deelnemende gemeenten Leudal, Nederweert, Weert en Roermond plaatsgevonden. Op basis van de evaluatie van de inkoopsamenwerking tussen deze deelnemende gemeenten is een voorstel gemaakt hoe aan deze samenwerking verder vorm kan worden gegeven. Er is een gezamenlijk inkoopaktieplan opgesteld waarbij het uitgangspunt was minimaal 4 aanbestedingen regionaal te organiseren. Uiteindelijk zijn er 7 aanbestedingen gezamenlijk in de markt gezet. Daarnaast werd er een voorstel voorbereid om te komen tot het samenvoegen van de inkoopadviesfuncties van de deelnemende gemeenten. Hiervoor zal er begin 2015 een stappenplan met tijdsplanning worden opgesteld en aan de deelnemende gemeenten ter goedkeuring worden voorgelegd. In het kader van deze regionale inkoopsamenwerking zal begin 2015 eveneens afstemming met de MER-gemeenten worden gezocht. Daarnaast is in het kader van de decentralisaties in het (nieuwe) Sociale Domein samengewerkt op Midden-Limburgse schaal (Echt-Susteren, Maasgouw, Roerdalen, Roermond, Leudal, Nederweert en Weert). Nadat in 2013 de ICT-samenwerking Noord en Midden Limburg (Venlo-Weert-Roermond) in de vorm van een zogenaamde lichte regeling tot stand is gekomen, heeft in 2014 de focus voornamelijk gelegen op de aanbestedingen van de lease en de dataverbindingen en op de implementatie van de technische infrastructuur. Personeelsbijeenkomsten en workshops zijn georganiseerd waarbij aandacht is besteed aan de verschillende onderwerpen die voor een verdere doorontwikkeling van de samenwerking
132
noodzakelijk zijn o.a. Financiën, Organisatie en Plaatsing, Sturing. De hiervoor samengestelde werkgroepen zijn in 2014 van gestart gegaan en zullen begin 2015 toegespitste uitwerkingen opleveren zodat de doorontwikkeling van het samenwerkingsverband verder vorm kan worden gegeven. In de 1e helft van 2015 wordt bezien hoe het huidige samenwerkingsverband met andere gemeenten (Bergen, Leudal, Nederweert) kan worden uitgebreid. Inrichting ambtelijke organisatie In 2013 zijn ambtelijk voorstellen ontwikkeld voor een organisatiewijziging die mede moet bijdragen aan diverse taakstellingen op het gebied van de bedrijfsvoering, voortvloeiende uit de kerntakendiscussie. Wij hebben opdracht gegeven om gefaseerd hieraan invulling te geven, waarbij in eerste instantie vorm moet worden gegeven aan de versnelde doorontwikkeling van het Klanten Contact Centrum (KCC), de vorming van een eenheid Strategie en het lean maken van onze processen. Begin 2014 zal dit verder vorm gegeven worden, waarna besluitvorming zal plaatsvinden over de andere reorganisatievoorstellen. In 2013 is het HRMbeleid verder vormgegeven en is de nieuwe landelijke functiebeschrijving en waarderingssystematiek HR21 geïmplementeerd. In het verlengde daarvan zal in 2014 de uitvoering van het in de HRM-visie verwoorde mobiliteitsbeleid (onderdeel van het HRM-beleid) ter hand worden genomen en zullen wij op grote schaal competentiemanagement en resultaatgericht werken introduceren en implementeren.
In 2014 heeft de eenheid Strategie en Beleid vorm gekregen en de eenheid KCC heeft qua productbehandeling nog geen uitbreiding gekregen, maar de maar de centralisatie van de kanaalingangen heeft meer vorm gekregen. Dit betekent dat klantvragen via telefoon, mail, post, balie en internet steeds meer door het klantcontactcentrum in behandeling wordt genomen. In 2014 zijn competentiemanagement en resultaatgericht werken geïntroduceerd, de verdere uitrol en implementatie zal plaatsvinden in de maanden januari en februari 2015.
Indicatoren en Streefwaarden Wat zijn de doelstellingen?
Hoe gaan we het meten?
Meeteenheid
De kwaliteit van de dienstverlening verdient continue aandacht en de verbetering daarvan dient middels externe onderzoeken (zoals de eerder gehanteerde -Staat van de gemeente -) vastgesteld en gewaardeerd te worden. Dit wordt uitgedrukt in een rapportcijfer (op een schaal van 1 tot 10) gegeven door de burgers (als klant) aan de gemeentelijke organisatie.
Waarstaatjegemeente
Punten uit 10
12
Kwaliteit van dienstverlening wordt nu op andere wijze gemeten.
133
Wat is het beoogd resultaat? 7,5
Realisati e Geen deelname 12 2014
Het in 2011 opgezette traineeprogram voor 7 trainees, dat doorloopt tot begin 2014, beoogt een bijdrage te leveren aan de verjonging van het personeelsbestand. De doelstelling hierbij is een minimaal aantal vaste dienstverbanden per ultimo 2013. Inzicht in vertrekmotieven, door het voeren van een exitinterview, uitgedrukt in een minimum percentage van de vertrekkende medewerkers die een ambtelijke aanstelling hadden, waarmee een exitinterview is gevoerd. Het voeren van een loopbaangesprek met een bepaald minimum percentage van het aantal medewerkers in vaste dienst. het registreren van de loopbaanwensen van de medewerkers (onder andere vanuit de gevoerde loopbaangesprekken) alsmede het inbedden daarvan in de selectie- en herplaatsingsprocedures als onderdeel van ons mobiliteitbeleid. Het inzetten op een maximum percentage ziekteverzuim onder de medewerkers in vaste dienst. Het implementeren van de wettelijk verplichte werkkostenregeling binnen de huidige financiële kaders en de wettelijk voorgeschreven termijn. Lasten en baten van het programma Bedrag * €1.000
Lasten - waarvan: DOORB - Doorbelasting FZ - Facilitaire zaken IV - Informatievoorziening KL - Kapitaallasten PERS - Personeel TOTAAL LASTEN
Aantal vaste dienstverbanden
Aantal
3
4
registratie exitgesprekken
Percentage
98 %
26%
13
registratie loopbaangesprek ken registratie loopbaanwensen
Percentage
90 %
51%
14
Percentage
100 %
100%
registratie ziekteverzuim
Percentage
4,3 %
4,6%
Startdatum
Datum
01-01-2014
1-1-2014
Begroting 2014 voor wijziging
5.183 3.038 11.340 32.164 51.725
13
Begroting 2014 na wijziging
441 4.817 2.959 10.111 31.920 50.248
Rekening 2014
0 4.691 2.612 10.163 33.484 50.950
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging 441 126 347 -52 -1.564 -702
In 2014 zijn in totaliteit 31 medewerkers uit dienst getreden. De redenen voor uitdiensttreding variëren van: pensioen, arbeidsgeschil en eigen verzoek. In totaal is met een 8-tal medewerkers een mondeling exit gesprek gehouden of de medewerker heeft het "exit formulier" schriftelijk aangeleverd. Procentueel gezien heeft 26% gereageerd. Voor degene die gebruik hebben gemaakt van de 60+ regeling is afgesproken dat deze een schriftelijk exit-interview kunnen invullen. De praktijk is dat hier weinig gebruik van gemaakt is waarmee het lage % grotendeels verklaard is. 14 Er zijn loopbaangesprekken gevoerd in het 1e kwartaal 2015 en zijn derhalve niet in dit cijfer meegenomen. Daarnaast hebben afdelingshoofden gesprekken gevoerd om invulling te geven aan de nieuwe gesprekscyclus.
134
Bedrag * €1.000
Baten - waarvan: DOORB - Doorbelasting FZ - Facilitaire zaken IV - Informatievoorziening KL - Kapitaallasten PERS - Personeel TOTAAL BATEN GEREALISEERD TOTAAL BATEN EN LASTEN Stortingen in reserves - waarvan: TOTAAL STORTINGEN RESERVES Onttrekkingen aan reserves - waarvan: FZ - Facilitaire zaken IV - Informatievoorziening PERS - Personeel TOTAAL ONTTREKKINGEN RESERVES TOTAAL MUTATIE RESERVES GEREALISEERD RESULTAAT
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Verschil rekening 2014 versus begroting na wijziging
-38.629 -1.084 -1 -11.340 -423 -51.478 248
-38.278 -1.059 -1 -10.111 -293 -49.742 505
-38.353 -1.194 -10.163 -963 -50.673 276
74 135 -1 52 671 931 229
0
0
0
0
-19 -183 -47 -248 -248 0
-19 -347 -140 -505 -505 0
-19 -233 -25 -276 -276 0
0 -114 -115 -229 -229 0
Verschillenverklaring Toelichting (bedragen x€1.000) Saldo Paragraaf bedrijfsvoering Omschrijving
0 Lasten
Product Doorbelasting Doorbelasting kostenplaatsen Dit betreft de administratieve tegenboeking van de baten en lasten van bedrijfsvoering met programma 7, product 7.4. Totaal product Doorbelasting Product Facilitaire zaken Beheer gemeentelijke gebouwen en facilitaire services Betreft voornamelijk leges en ontvangen inkomsten/huren Aureool. Deze laatste zullen in 2015 door de beeindiging van het huurcontract Aureool komen te vervallen. Daarnaast betreft het een samenstelling van een aantal kleinere posten t.w. Servicepunt Swalmen en uitgestelde investering Kazerneplein. Overig Totaal product Facilitaire zaken Product Informatievoorziening Ontwikkeling KCC/Dimpact Enkele projecten (Website, scan-straat en document management
135
Baten
Reserve
I/S
I
441
74
0
441
74
0
122
136
0
I
4 126
-1 135
0 0
I
114
0
-114
I
Omschrijving systeem migratie) van de voor 2014 geplande projecten en activiteiten binnen het Programmaplan Excellente Dienstverlening zijn, om verscheidende redenen, niet opgepakt en zijn derhalve doorgeschoven naar 2015 en latere jaren. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. ICT samenwerking De regionale samenwerking is later van start gegaan dan gepland als gevolg van de aanbestedings procedures. Hierdoor zijn de investeringen later op gang gekomen en de financiële bijdrage aan de regio samenwerking lager dan geraamd. Dit betreft grotendeels een incidenteel voordeel. Overig Totaal product Informatievoorziening Product Kapitaallasten Overig Totaal product Kapitaallasten Product Personeel Wethouderspensioenen De voorziening pensioenen bleek bij het opstellen van een hernieuwde berekening te hoog. Taakstellingen Dit betreffen niet gerealiseerde taakstellingen bedrijfsvoering. Zie ook de paragraaf kerntakendiscussie. Vertrekregeling en herbezetting In 2014 zijn minder financiële middelen noodzakelijk geweest voor de vertrekregeling (€ 73.000) en zijn minder herbezettingsgelden (€ 206.000) ingezet. De hiermee gemoeide onttrekkingen uit de reserve hebben daarom niet plaatsgevonden. Salariskosten Op een totale salarisbegroting van 33 miljoen euro zijn er meerdere kleine afwijkingen die leiden tot een totale voordelige afwijking van circa € 100.000. Overige personeelskosten Om medewerkers uit te rusten voor de nieuwe competenties in relatie tot de te wijzigen organisatie en veranderende omgeving , waren extra opleidingen geraamd. Doordat besluitvorming over de organisatieverandering is vertraagd en de participatiesamenleving/regisserende gemeente in relatie tot de ontwikkeling van andere vaardigheden van medewerkers een geleidelijk proces is, zijn deze kosten niet gemaakt. Verder zijn er hogere baten ontvangen vanwege detachering van medewerkers van de gemeente Roermond. Overig Totaal product Personeel Totaal Paragraaf bedrijfsvoering
136
Lasten
Baten
Reserve
I/S
184
0
0
I
49 347
-1 -1
0 -114
I
-52 -52
52 52
0 0
I
0
146
0
I
-1.635
0
0
I-S
279
0
-100
I
-57
173
-15
I
-126
337
0
I
-25 -1.564 -702
15 671 931
0 -115 -229
I
Paragraaf 6. Verbonden partijen en participaties In deze paragraaf worden conform artikel 15 BBV de relaties beschreven met rechtspersonen waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. De gemeente heeft een bestuurlijk belang als ze een zetel heeft in het bestuur, of als ze stemrecht heeft. De gemeente heeft een financieel belang, als zij middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van een faillissement of als financiële problemen bij de betreffende rechtspersoon verhaald kunnen worden op de gemeente. De gemeente Roermond heeft bestuurlijke en financiële belangen in diverse verbonden partijen. Deze zijn uitgesplitst in gemeenschappelijke regelingen en deelnemingen. Alle taken die wij samen met anderen beter, efficiënter en/of effectiever kunnen doen dan alleen, komen in principe voor samenwerking in aanmerking. Samenwerking is mogelijk op het gebied van gezamenlijke beleidsontwikkeling, als overlegplatform of voor uitvoerende taken. In 2013 heeft de RKC het onderzoek Verbonden Partijen gemeente Roermond afgerond. In dit onderzoek is de sturingsrelatie tussen de gemeente en de verbonden partijen beoordeeld op doeltreffendheid, doelmatigheid en de mate van risicobeheersing. Met name voor de grotere verbonden partijen is deze vraag relevant. Naar aanleiding van dit onderzoek is besloten een Nota Verbonden Partijen op te stellen. In het najaar 2014 is opnieuw gestart met het opstellen van deze nota In het overzicht van de verbonden partijen dient conform de geldende regelgeving ook aandacht te worden besteed aan de bekende risico’s. De risico’s voor zover bekend zijn opgenomen in de risicoparagraaf.
Gemeenschappelijke regelingen Het gemeentebestuur (raad en college) van twee of meer gemeenten kunnen afzonderlijk of tezamen een gemeenschappelijke regeling treffen van een of meer belangen van die gemeenten. Hierna wordt een korte toelichting gegeven bij de gemeenschappelijke regelingen: Naam Vestigingsplaats Betrokkenen
Doel
Bestuurlijk belang Financieel belang
Westrom Roermond. De raden en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Roerdalen en Roermond; ieder voor zover bevoegd. Het volledig uitvoeren van de Wsw (Wet sociale werkvoorziening) en de daaruit voortvloeiende en daarmee verband houdende voorschriften en regelingen, gericht op het realiseren van de doelstellingen van deze wet. Daarnaast besteden de deelnemende gemeenten, voor een percentage van 18%, hun re-integratiemiddelen uit aan de Westrom. Hiertoe nemen de deelnemende gemeenten producten en diensten af die aansluiten bij het beoogde gemeentelijk beleid inzake de Wwb (Wet werk en bijstand). In het algemeen bestuur zijn alle deelnemende gemeenten vertegenwoordigd. In programma 5 van deze jaarrekening is de Roermondse eigen bijdrage in 2014 van € 599.868 voor de Wsw opgenomen. Verder beschikt de gemeenschappelijke regeling over rijksbudgetten. Vanuit het participatiebudget (re-integratiemiddelen) wordt door Roermond een bedrag van 18% uitbesteed aan de Westrom.
137
Naam Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Westrom De Participatiewet wordt per 1 januari 2015 ingevoerd. De Wsw, Wwb en een gedeelte van de Wajong worden onder één regeling gebracht. De invoering gaat gepaard met forse bezuinigingen. De toegang tot de Wsw wordt afgesloten. Zittende mensen behouden hun Wsw plek, maar er komen geen nieuwe meer bij. Feitelijk komen de huidige Wsw bedrijven hiermee in een sterfhuisconstructie. De afbouw via het natuurlijk verloop is ongeveer 5% per jaar. 31 december 2013 € 3.206.062 31 december 2014 € 3.291.049 31 december 2013 € 4.971.220 31 december 2014 € 6.839.492 2013 : -/- € 1.487.884 2014 : € 394.805
Naam
Veiligheidsregio Limburg-Noord
Vestigingsplaats
Venlo.
Betrokkenen
De gemeenschappelijke regeling is aangegaan tussen alle gemeenten van Noord- en Midden Limburg.
Doel
De regio geeft vorm en inhoud aan intergemeentelijke samenwerking op de schaal van Noord- en Midden Limburg en heeft ten doel: de behartiging van de belangen van de gemeenten en hun ingezetenen op het gebied van de brandweerzorg, de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, de rampenbestrijding en crisisbeheersing, het bevorderen van de multidisciplinaire uitvoering van de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de bestrijding van zware ongevallen en van een samenhangend integraal veiligheidsbeleid in de regio; de behartiging van die taken die door de wet- en regelgeving aan gemeenten zijn toegekend op het gebied van collectieve preventie volksgezondheid en maatschappelijke zorg en waarvoor samenwerking tussen gemeenten op de schaal van de regio uit het oogpunt van verhoging van efficiency en effectiviteit wordt vereist.
Bestuurlijk belang
Het bestuur van de Veiligheidsregio Limburg-Noord wordt gevormd door de burgemeesters van de aangesloten gemeenten. Voor de besturing van de GGD Limburg-Noord (opgenomen in de Veiligheidsregio) is een bestuurscommissie ingesteld, bestaande uit de wethouders van de aangesloten gemeenten.
Financieel belang
De bijdrage van de gemeente Roermond aan de regio bestaat uit een aantal vaste componenten: voor GGD, GHOR (geneeskundige hulp bij ongevallen en rampen), Regiobureau Brandweer en voor TBV (tijdelijke bestuurscommissie verenigingsgebouw). Daarnaast kent de regio nog de mogelijkheid om in te tekenen op aparte taakopdrachten. Daarvoor is een afzonderlijk raadsbesluit nodig. De financiële bijdrage in 2014 bedroeg € 5,5 mln. Deze bijdrage is grotendeels opgenomen in programma 3 en gedeeltelijk in programma 4 van deze jaarrekening.
Ontwikkelingen
Per 1 oktober 2010 is de Wet op de Veiligheidsregio's in werking getreden.
138
Naam
Veiligheidsregio Limburg-Noord Hiermee werd de regionalisering van de brandweer een wettelijke plicht. Per 1 januari 2013 is het brandweerdistrict Roermond toegetreden tot de Veiligheidsregio. De harmonisatie van de diverse brandweerbegrotingen is in 2014 opgestart, maar het proces is in september 2014 opgeschort vanwege onder meer een discussie over het hanteren van de uitgangspunten waarmee het proces gestart moet worden. In september 2014 werd bekend dat de Veiligheidsregio LimburgNoord te maken heeft met forse financiële tekorten en dat de Veiligheidsregio niet ’ in control’ is. Een verbeterproject is eind 2014 ingezet.
Eigen vermogen
31 december 2013 € 4,9 mln 31 december 2014 € 4,3 mln
Vreemd vermogen
31 december 2013 € 48,9 mln 31 december 2014 € 45,2 mln
Financieel resultaat
2013 : € 416.997 2014 : € 9.061
Naam
Euregio Rijn-Maas-Noord
Vestigingsplaats
Mönchengladbach.
Betrokkenen
Van de Euregio Rijn-Maas-Noord maken 28 gemeenten en instellingen deel uit. In het Nederlandse deel van de Euregio zijn dat de tot de regio Limburg Noord behorende gemeenten Beesel, Bergen, Echt-Susteren, Gennep, Peel en Maas, Horst aan de Maas, Leudal, Maasgouw, Roerdalen, Roermond, Venlo, Venray, Weert (lidmaatschap opgezegd en eindigt per 31 december 2014). Aan Duitse zijde gaat het om de steden Mönchengladbach en Krefeld, het zuidelijk deel van de Kreis Kleve, de grensgemeenten Weeze, Brüggen, Niederkrüchten, Straelen, Geldern, Wegberg, Nettetal en Wassenberg, de Kreis Viersen, de Rhein-Kreis Neuss, de Industrie- und Handels-kammer Mittlerer Niederrhein Krefeld-Mönchengladbach-Neuss en de Niederrheinische Industrie- und Handelskammer in Duisburg.
Doel
De Euregio Rijn-Maas-Noord zet zich sinds 1978 in om de Europese integratie tastbaar te maken voor de burgers in dit gebied. De Euregio RijnMaas-Noord is een doelcorporatie ten behoeve van het stimuleren, ondersteunen en coördineren van de regionale grensoverschrijdende samenwerking tussen bovenstaande leden, in het bijzonder op de volgende gebieden: economische ontwikkeling, opleiding en onderwijs, menselijk potentieel, verkeer en vervoer, technologie en innovatie, ruimtelijke ordening, cultuur en sport, toerisme en recreatie, milieubescherming en afvalverwerking, natuurbehoud, rampenbestrijding, communicatie, openbare orde en veiligheid. De Euregio beheert tevens de verdeling van de subsidiemiddelen Interreg vierde planperiode.
Bestuurlijk belang
De gemeente Roermond is zowel in het dagelijks bestuur als in het algemeen bestuur vertegenwoordigd via een lid van het college.
Financieel belang
De bijdrage per zetel bedraagt € 3.440. De gemeente Roermond heeft vier zetels dus bedraagt de bijdrage voor 2014 € 13.760. Deze bijdrage is
139
Naam
Euregio Rijn-Maas-Noord opgenomen in programma 3 van deze jaarrekening.
Ontwikkelingen
In de Algemene Ledenvergadering van 19 december 2013 is de nieuwe Euregiovisie voor de planperiode 2014 – 2020 vastgesteld.
Eigen vermogen
31 december 2013 € 288.000 31 december 2014 € n.n.b.
Vreemd vermogen
31 december 2013 € 319.000 31 december 2014 € n.n.b.
Financieel resultaat
2013 : -/- € 36.000 2014 : € n.n.b.
Naam
Werkgemeenschap Grensland Kreis Heinsberg - Limburg (WG Grensland)
Vestigingsplaats
Kreisverwaltung Heinsberg.
Betrokkenen
Deze werkgemeenschap is aangegaan tussen de steden en gemeenten van de Kreis Heinsberg, de Regio’s Parkstad Limburg, Westelijke Mijnstreek en de gemeenten Echt-Susteren, Roerdalen en Roermond.
Doel
Bestuurlijk belang
De door de WG Grensland beoogde doelstellingen moeten, als aanvulling op de op hoger niveau geïnitieerde grensoverschrijdende activiteiten, praktisch en plaatsgericht worden georganiseerd. Doelen zijn: - netwerk: de WG Grensland ziet zichzelf als intermediair en netwerk tussen de burgers van de regio, tussen de besturen als ook tussen alle maatschappelijke groepen die grensoverschrijdende contacten willen initiëren, onderhouden of uitbreiden; - lobby en belangenbehartiging: de WG Grensland ziet zich als belangenbehartiger van haar leden. De infrastructuur van haar netwerk wordt ten gunste van de leden ingezet; - achterbancontacten: de grote kracht van de WG Grensland zijn de sinds 30 jaar geïnitieerde en bevorderde Duits- Nederlandse contacten met de achterban. Dit zal ook verder een kernopgave van de Werkgemeenschap blijven; - projectontwikkeling: voor de toekomst stelt de werkgemeenschap zich ten doel kleinschalige grensoverschrijdende projecten te ontwikkelen. Bijvoorbeeld door het begeleiden van projectideeën van de Duitse en Nederlandse gemeenten als ook door het ondersteunen van de deelnemende regio’s bij de aanvraag van Europese subsidiegelden (bijvoorbeeld Interreg). Aanvullend moeten de bestaande werkgroepen van de werkgemeenschap worden aangemoedigd om projectideeën te ontwikkelen voor wat betreft sport, cultuur en onderwijs. Het is te overwegen of de werkgemeenschap zich ook moet inzetten voor projectideeën van de themagebieden verkeer, milieu, planologie, economie en toerisme. Tenzij deze thema’s, door het werk van de beide Euregio’s en regio Aachen, al voldoende aan de orde komen. De taakuitvoering van de werkgemeenschap is opgedragen aan een bestuur dat bestaat uit drie vertegenwoordigers van Duitse en Nederlandse zijde. De burgemeester van Roerdalen vertegenwoordigt tevens de gemeenten Echt-Susteren en Roermond in dit bestuur.
140
Naam
Werkgemeenschap Grensland Kreis Heinsberg - Limburg (WG Grensland)
Financieel belang
In programma 3 van deze jaarrekening is de Roermondse bijdrage voor 2014 ad € 1.667 opgenomen.
Ontwikkelingen
Geen.
Eigen vermogen
31 december 2013 € 52.930 31 december 2014 € 68.700
Vreemd vermogen
N.v.t.
Financieel resultaat
2013 : € 9.694 2014 : € 15.770
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen
Grenspark Maas-Swalm-Nette Roermond. De gemeenten Beesel, Echt-Susteren, Leudal, Roerdalen, Roermond, Venlo en het Duitse Naturpark Schwalm-Nette. Het Openbaar Lichaam Duits-Nederlands Grenspark Maas-Swalm-Nette is in 2002 opgericht met als doel de grensoverschrijdende samenwerking te verbeteren. Het uiteindelijke doel is het realiseren van een regionale grensoverschrijdende identiteit, die gebaseerd is op de verscheidenheid van de natuur- en cultuurlandschappen binnen het Grenspark en het karakter van de mensen die hier leven. De gemeente Roermond is in het algemeen bestuur vertegenwoordigd via een lid van het college. In programma 3 van deze jaarrekening is de Roermondse bijdrage voor 2014 ad € 5.279 opgenomen. Eind augustus 2014 heeft de gemeente Echt-Susteren het lidmaatschap op het Openbaar Lichaam Duits-Nederlands Grenspark Maas-SwalmNette per 1 januari 2016 opgezegd. Het gevolg van uittreding van de gemeente Echt-Susteren is dat vanaf 2016 de bijdrage aan het Grenspark MSN van de gemeente Echt-Susteren naar verhouding over de resterende Nederlandse deelnemers wordt verdeeld. Voor Roermond betekent dit dat de bijdrage in 2016 € 6.407 wordt in plaats van € 5.279. 31 december 2013 € 23.180 31 december 2014 € 23.180 31 december 2013 € 84.669 31 december 2014 € 24.420 2013 : € 11.400 2014 : -/- € 39.417
Doel
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen
Doel
Stichting Waardevol Cultuurlandschap Midden-Limburg (Ons WCL) Roermond. De gemeenten Beesel, Echt-Susteren, Maasgouw, Roerdalen en Roermond werken samen met vertegenwoordigers van Provincie en de sectoren Landbouw, Beheer, Recreatie en Toerisme en Bosbouw. Belangrijkste taak is het initiëren, stimuleren en ondersteunen van projecten in het landelijk gebied. Via het gebiedsbureau worden alle ideeën en initiatieven, die door o.a. gemeente en particulieren worden ingediend, de weg gewezen naar subsidie en andere hulp. Het gebiedsbureau levert
141
Naam
Stichting Waardevol Cultuurlandschap Midden-Limburg (Ons WCL) o.a. ondersteuning bij het opzetten en fijn slijpen van projectvoorstellen en bijbehorende kostenramingen/begrotingen. Het gebiedsbureau Ons WCL functioneert als loket voor het verkrijgen van informatie op het gebied van plattelandsontwikkeling. Het gebiedsbureau onderhoudt een intensief netwerk met alle partijen in het buitengebied. Daarnaast heeft het gebiedsbureau kennis en ervaring met diverse subsidieaanvragen. Het gebiedsbureau Ons WCL levert ondersteuning aan de gemeenten o.a. ten aanzien van advisering met betrekking tot beleidsontwikkeling en bij actuele ontwikkelingen en initiatieven. Het gebiedsbureau Ons WCL draagt zorg voor een breed netwerk en goede relaties met de partijen in de regio. Zij organiseert hiervoor de bijeenkomsten van het Streekplatform WCL, waar de gemeenten de mogelijkheid geboden wordt om allerlei zaken af te stemmen en af te tasten bij de relevante partijen. Tijdig een breed draagvlak verwerven is, essentieel voor de uitvoering van vele projecten.
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen
De stichting heeft ten doel: - het geven van adviezen inzake projecten in het kader van inrichting en beheer van het landelijk gebied; - het zelfstandig uitvoeren van projecten alsmede het afmaken van lopende WCL-projecten; - het instandhouden van een netwerk van organisaties, overheden en instellingen die werkzaam zijn of belang hebben bij de inrichting en het beheer van het landelijk gebied. De gemeente Roermond is in het algemeen en het dagelijks bestuur vertegenwoordigd via een lid van het college. In programma 3 van deze jaarrekening is de Roermondse bijdrage voor 2014 ad € 39.500 opgenomen. Geen. 31 december 2013 € 363.108 31 december 2014 € 382.029 31 december 2013 € 146.638 31 december 2014 € 139.492 2013 : € 14.341 2014 : € 18.921 BsGW Roermond. Per 31-1-2014 werken 20 van de 33 Limburgse gemeenten en de twee Limburgse waterschappen samen in BsGW. Deelnemers in BsGW zijn de gemeenten Beek, Bergen, Brunssum, Echt-Susteren, Heerlen, Landgraaf, Leudal, Maasgouw, Maastricht, Nederweert, Nuth, Onderbanken, Peel en Maas, Roerdalen, Roermond, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Venlo, Voerendaal, het Waterschap Peel en Maasvallei en het Waterschap Roer en Overmaas. Een tiental gemeenten (Beesel, Eijsden-Margraten, Gennep, Gulpen-
142
Naam
Doel
Bestuurlijk belang Financieel belang
Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
BsGW Wittem, Kerkrade, Meerssen, Schinnen, Vaals, Valkenburg en Weert) trad per 1 januari 2015 toe. Slechts drie gemeenten nemen per 1 januari 2015 nog niet deel, t.w. Mook en Middelaar, Venray en Horst aan de Maas. BsGW is een zelfstandig opererende organisatie. Door de verzelfstandiging wordt beoogd een zo groot mogelijk maatschappelijk rendement te halen uit samenwerking tussen lokale overheden op het gebied van belastingheffing en –inning en uitvoering van de Wet Waardering Onroerende Zaken. De samenwerking werd aangegaan als groeimodel gericht op uitbreiding van de samenwerking met andere gemeenten, hetgeen per 1 januari 2015 in een zeer vergevorderd stadium is. In het algemeen bestuur zijn alle deelnemende gemeenten vertegenwoordigd. Voor de dienstverlening betaalt de gemeente jaarlijks een vergoeding. Voor 2014 bedraagt deze vergoeding € 928.000. Met ingang van 2013 is Roermond deelnemer aan de gemeenschappelijke regeling. Het balanstotaal van BsGW bedroeg per 1 januari 2013 € 3,4 miljoen, het eigen vermogen € 0,8 miljoen. Per 1-1-2015 werken 30 van de 33 Limburgse gemeenten en de twee Limburgse waterschappen samen in BsGW. In 2014 zijn 10 nieuwe gemeenten tot de BsGW toegetreden, waardoor de bijdrage van de van overige deelnemers lager werd. 31 december 2013 € 618.000 31 december 2014 € 583.000 31 december 2013 € 3.796.000 31 december 2014 € 5.881.000 2013 : -/- € 174.000 2014 : -/- € 35.000
Deelnemingen Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
Bestuurlijk belang
Financieel belang
BNG (N.V. Bank Nederlandse gemeenten) Den Haag (statutair). Overheden en instellingen op het gebied van volkshuisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, cultuur en openbaar nut (publieke sector). De vennootschap heeft ten doel de uitoefening van het bedrijf van bankier ten diensten van overheden. Met gespecificeerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. De burgemeester neemt als vertegenwoordiger van de rechtspersoon gemeente Roermond deel in de algemene vergadering van aandeelhouders en is als zodanig stemgerechtigd. De bank is een structuurvennootschap. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een hoogheemraadschap. De gemeente Roermond bezit 34.749 aandelen
143
Ontwikkelingen Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
Bestuurlijk belang
Financieel belang Ontwikkelingen Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen
Doel
Bestuurlijk belang
ad € 1,15 nominaal per stuk. In programma 7 van deze jaarrekening is het geraamde dividend ad € 44.000 opgenomen. Het dividend zal voor het boekjaar 2014 € 0,57 per aandeel bedragen. 31 december 2013 € 3.430 mln 31 december 2014 € 3.582 mln 31 december 2013 € 127.753 mln 31 december 2014 € 149.923 mln 2013 : € 283 mln 2014 : € 126 mln WML (N.V. Waterleiding Maatschappij Limburg) Maastricht. De provincie Limburg alsmede de Limburgse gemeenten. WML heeft ten doel te voorzien in de behoefte aan water in de provincie Limburg en aangrenzende gebieden. WML tracht het doel te bereiken door het winnen, het zuiveren, het opslaan, het inkopen, het distribueren en het leveren van water. Aandeelhouders zijn de provincie Limburg en in Limburg gelegen gemeenten. De gemeente Roermond is niet vertegenwoordigd in de raad van commissarissen, die 8 leden telt. De gemeente Roermond heeft 19 aandelen ad € 4.538 nominaal per stuk (totaal € 86.222). Geen. 31 december 2013 € 171,5 mln 31 december 2014 € n.n.b. 31 december 2013 € 401,6 mln 31 december 2014 € n.n.b. 2013 : € 11,6 mln 2014 : € n.n.b. OML B.V. Roermond. Aandeelhoudende gemeenten: Echt-Susteren (725 aandelen), Leudal (799), Maasgouw (533 aandelen), Roerdalen (463 aandelen), Roermond (1.713 aandelen). De Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg BV (OML) heeft tot doel een bijdrage te leveren aan de regionale economische ontwikkeling van MiddenLimburg. OML doet dit door het ontwikkelen, beheren en revitaliseren van bedrijfsterreinen. Daarnaast heeft OML tot doel te fungeren als intermediair tussen bedrijfsleven en overheidsorganisaties, het exploiteren van bedrijfs(verzamel)gebouwen, vooral voor starters, het uitvoeren van structuurversterkende projecten in de regio en het bevorderen en het invullen van de één-loket functie binnen de gemeenten. OML is een besloten vennootschap. De gemeente is op basis van het aandelenbezit vertegenwoordigd via de algemene vergadering van aandeelhouders. De raad van Commissarissen bestaat uit een drietal door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders benoemde leden.
144
Naam Financieel belang
Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen
Doel
OML B.V. Het aandeel van de gemeente Roermond in het geplaatste en gestorte kapitaal bedraagt 40,5%, dit is nominaal € 770.850 (1.713 aandelen van € 450). In 2013 heeft een emissie van 533 aandelen plaatsgevonden aan de gemeente Maasgouw. Door de aandeelhouders is bepaald, dat OML uiterlijk 1 januari 2017 hetzelfde aantal aandelen tegen dezelfde prijs (€ 1.984.000) van de gemeente Roermond zal inkopen. In de tussenliggende periode betaalt OML aan de gemeente Roermond over dat bedrag een rentevergoeding van 4%. Daarnaast hebben de aandeelhouders van OML zich voor in totaal € 1 miljoen garant gesteld voor een achtergestelde geldlening van de provincie. Voor Roermond bedraagt deze garantstelling € 405.000. Ook staan de aandeelhouders garant voor de rekening courant van OML tot een maximum van € 4 miljoen. Voor de gemeente Roermond bedraagt deze garantstelling € 500.000. In 2014 is door de aandeelhouders het Ondernemingsplan OML 2014-2017 vastgesteld. Dit plan is voor de komende jaren het kader waarbinnen OML uitvoering zal geven aan de doelstellingen. In 2014 heeft OML in totaal ongeveer 4 ha aan grondverkopen gerealiseerd. OML heeft in 2014 (over 2013) geen dividend uitgekeerd. Het resultaat 2013 is toegevoegd aan het eigen vermogen van de vennootschap. Over 2014 heeft OML een beperkt positief resultaat bereikt. Ook dat zal worden toegevoegd aan het eigen vermogen. 31 december 2013 € 15.768.145 31 december 2014 € 15.772.764 31 december 2013 € 29.400.473 31 december 2014 € 29.121.158 2013 : € 975.912 2014 : € 4.619 Enexis Holding N.V. Den Bosch Enexis Holding N.V. is een niet beursgenoteerde N.V. Diverse provincies (onder andere Limburg) en praktisch alle Limburgse gemeenten, waaronder de gemeente Roermond, zijn aandeelhouder. Als gevolg van de invoering van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) in Nederland is Essent in 2009 gesplitst in een Netwerkbedrijf en een Productie- en Levering Bedrijf. Het Productie- en Levering Bedrijf (PLB) is per 1 oktober 2009 verkocht aan RWE. Op basis van de wet werden de publieke aandeelhouders van Essent voor exact hetzelfde aandelenpercentage aandeelhouder van het nieuwe zelfstandig opererende netwerkbedrijf, dat vanaf 2010 Enexis (Holding N.V.) heet. Deze vennootschap heeft ten doel: Het (doen) distribueren en het (doen) transporteren van energie, zoals elektriciteit, gas, warmte en (warm) water. Het in stand houden, (doen) beheren, (doen) exploiteren en (doen) uitbreiden van distributie en transportnetten met annexen voor energie. Het doen uitvoeren van alle taken die ingevolge de Elektriciteitswet
145
Naam
Enexis Holding N.V. 1998 en de Gaswet zijn toebedeeld aan een netbeheerder zoals daarin bedoeld. Het binnen de wettelijke grenzen ontplooien van andere operationele en ondersteunende activiteiten.
Bestuurlijk belang
De burgemeester neemt deel aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Roermond bezit 0,18% van de aandelen in Enexis Holding N.V. Voor het totaal van de ondernemingen die aan Enexis gelieerd zijn is in programma 7 van deze jaarrekening een dividend gerealiseerd van afgerond € 216.000. Het risico voor de aandeelhouders is relatief gering omdat Enexis opereert in een gereguleerde (energie)markt, onder toezicht van de Energiekamer. Daarnaast is het risico gering in relatie tot de waarde van Enexis Holding N.V. Het nominaal aandelenkapitaal van deze vennootschap bedraagt ongeveer € 150 mln. Daarmee zijn op grond van de wet (art 2:81 BW) de verplichtingen en daarmee de aansprakelijkheid van de aandeelhouders in totaliteit jegens Enexis Holding N.V. ook beperkt tot dit bedrag. 31 december 2013 € 3.251 mln. 31 december 2014 € 3.383 mln. 31 december 2013 € 2.554 mln. 31 december 2014 € 2.593 mln. 2013:- € 239,1 mln 2014 : € 265,5 mln
Financieel belang
Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
Vordering Enexis B.V. Den Bosch Diverse provincies (onder andere Limburg) en praktisch alle Limburgse gemeenten, waaronder de gemeente Roermond, zijn aandeelhouder. Als gevolg van de invoering van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) in Nederland is Essent in 2009 gesplitst in een Netwerkbedrijf en een Productie- en Levering Bedrijf. Voorafgaande aan deze wettelijk verplichte splitsing, heeft Essent eind 2007 een herstructurering doorgevoerd waarbij het economische eigendom van de gas- en elektriciteitsnetten binnen de Essent-groep zijn verkocht en overgedragen aan Enexis tegen de geschatte fair market value. Omdat Enexis over onvoldoende contante middelen beschikte om de koopprijs hiervoor te betalen is deze onverschuldigd gebleven en omgezet in een lening van Essent Nederland B.V. In de Wet Onafhankelijk Netbeheer staat opgenomen dat het niet wenselijk is dat na splitsing financiële kruisverbanden blijven bestaan en omdat het op dat moment niet mogelijk was om de lening extern te financieren is derhalve besloten om de lening (vordering) in 2009 niet mee te verkopen aan RWE, maar over te dragen aan de aandeelhouders. Op het moment van overdracht bedroeg de vordering € 1,8 miljard. De aflossing hiervan is vastgelegd in een leningsovereenkomst, bestaande uit verschillende looptijden (tot en met 10 jaar). Het rentepercentage dat op deze lening wordt vergoed bedraagt gemiddeld ongeveer 4,65%. Op basis van de Aanwijzing van de Minister van Economische Zaken is een bedrag
146
Naam
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
Vordering Enexis B.V. van € 350 miljoen geoormerkt als achtergesteld ten behoeve van mogelijke toekomstige conversie naar het eigen vermogen van Enexis. De burgemeester neemt deel aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Roermond bezit 0,18% van de aandelen in Vordering Enexis B.V. De vordering is vastgelegd in een leningovereenkomst bestaande uit vier tranches (3, 5, 7 en 10 jaar). Dit houdt in dat de komende jaren een stabiele inkomstenstroom van rente zal ontstaan. Daarnaast zal Vordering op Enexis B.V. samen met Enexis Holding N.V. ernaar streven, mede afhankelijk van de condities op de kapitaalmarkt, waar mogelijk (een deel van) de vordering op Enexis te herfinancieren op de kapitaalmarkt, al dan niet via de uitgifte van obligaties. Inmiddels heeft een eerste herfinanciering begin 2012 plaatsgevonden. Inmiddels hebben twee herfinancieringen plaatsgevonden (begin 2012 en eind 2013). 31 december 2013 € 82.250 31 december 2014 € 65.629 31 december 2013 € 862 mln 31 december 2014 € 862 mln 2013 : -/- € 11.918 2014 : -/- € 16.621 CBL Vennootschap B.V. (CROSS BORDER LEASES) Den Bosch. Diverse provincies (onder andere Limburg) en praktisch alle Limburgse gemeenten, waaronder de gemeente Roermond, zijn aandeelhouder. De functie van deze CBL Vennootschap B.V. is dat zij de verkopende aandeelhouders zal vertegenwoordigen als medebeheerder (naast RWE, Enexis en Essent) van het CBL Fonds in eventuele andere relevante CBLaangelegenheden en zal fungeren als "doorgeefluik" voor betalingen namens aandeelhouders in en uit het CBL Fonds. Ter voorkoming van misverstanden: het CBL Fonds zelf is niets meer dan een bankrekening die zal worden aangehouden bij een gerenommeerde bank waarop het afgesproken bedrag zal worden gestort en aangehouden. Voor zover na beëindiging van alle CBL en de betaling uit het CBL Fonds van de daarmee corresponderende voortijdige beëindigingvergoedingen nog geld overblijft in het CBL Fonds, wordt het resterende bedrag weer in de verhouding 50%- 50% verdeeld tussen RWE en verkopende aandeelhouders. Naast het feit dat deelname in CBL Vennootschap B.V. de noodzakelijke randvoorwaarden creëert voor maximalisatie van de verkoopopbrengst van Essent en een optimale (financiële) risicoafdekking voor eventuele aansprakelijkheid van de publieke aandeelhouders, is het deelnemen door de verkopende aandeelhouders in CBL Vennootschap B.V. om de volgende redenen in het openbaar belang:
147
Naam
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
CBL Vennootschap B.V. (CROSS BORDER LEASES) - redenen waarom het medebeheer van het CBL Fonds en de vertegenwoordiging inzake CBL aangelegenheden door de verkopende aandeelhouders wordt gebundeld in CBL Vennootschap B.V. en niet individueel wordt gedaan door ongeveer 140 aandeelhouders zijn gelegen in argumenten van flexibiliteit, eenvoudiger coördinatie en beheersbaarheid. Het is in de praktijk vrijwel ondoenlijk om met ongeveer 140 separate partijen het (mede)beheer te voeren over een fonds. Ook in de context van communicatie over en besluitvorming met betrekking tot de onderliggende CBL’s zelf, is het efficiënter, sneller en goedkoper om met één partij van doen te hebben in plaats van ongeveer 140. Deze argumenten van eenvoudiger coördinatie en efficiëntie gelden niet alleen in de relatie tussen de aandeelhouders onderling, maar zijn ook aspecten die door Essent, Enexis en RWE als van wezenlijk belang voor de toekomstige verhouding worden beschouwd; - hoewel niet te maken hebbend met CBL Vennootschap B.V., maar met het CBL Fonds, is het openbaar belang ook bijzonder gediend met het bestaan van het CBL Fonds omdat dit a. het risico van de aandeelhouders jegens de wederpartijen van de CBL deels beperkt en; b. leidt tot een heldere en eenvoudige (namelijk 50% - 50%) aansprakelijkheidsverdeling (althans voor het bedrag dat in het CBL Fonds zit) van CBL risico’s tussen verkopende aandeelhouders en RWE. De burgemeester neemt deel aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Roermond bezit 0,18% van de aandelen in CBL Vennootschap B.V. (CROSS BORDER LEASES). In 2012 zijn alle CBL contracten vervoegd afgelost. Naar verwachting zal deze B.V. in 2015 worden ontbonden. 31 december 2013 $ 9,9 mln 31 december 2014 $ 9,8 mln 31 december 2013 € 103.732 31 december 2014 € 106.574 2013 : € 9,9 mln 2014 : -/- € 66.740 Verkoop Vennootschap B.V. Den Bosch. Diverse provincies (onder andere Limburg) en praktisch alle Limburgse gemeenten, waaronder de gemeente Roermond, zijn aandeelhouder. In het kader van de transactie met RWE hebben de verkopende aandeelhouders een aantal garanties gegeven aan RWE. Het overgrote merendeel van deze garanties is door de verkopende aandeelhouders op het moment van verkoop van Essent PLB aan RWE overgedragen aan deze deelneming, die vanaf het moment van oprichting dus ook aansprakelijk is mochten een of meer van deze garanties onjuist blijken te zijn. Ter verzekering van de betaling van eventuele schadeclaims heeft RWE bedongen dat een deel van de verkoopopbrengst door de
148
Naam
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Ontwikkelingen
Verkoop Vennootschap B.V. verkopende aandeelhouders gedurende een bepaalde tijd op een aparte bankrekening zal worden aangehouden (in jargon: in escrow zal worden gestort). Buiten het bedrag dat in escrow zal worden gehouden, zijn de verkopende aandeelhouders niet verder aansprakelijk voor inbreuken op garanties. Daarmee is de functie van Verkoop Vennootschap B.V. dus tweeërlei. Als vennootschap die vrijwel alle garanties onder de verkoopovereenkomst heeft overgenomen van de verkopende aandeelhouders zal zij eventuele garantieclaim procedures voeren tegen RWE. Daarnaast treedt Verkoop Vennootschap B.V. op als vertegenwoordiger van de verkopende aandeelhouders met betrekking tot het geven van instructies aan de escrow agent wat betreft het beheer van het bedrag dat in escrow wordt gestort. De burgemeester neemt deel aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Roermond bezit 0,18% van de aandelen in Verkoop Vennootschap B.V. De looptijd van deze B.V. is afhankelijk van de periode dat claims onder deze escrow kunnen worden ingediend en afgewikkeld. Op het beheerde geld van de tweede tranche van de General Escrow zal een rentevergoeding worden gerealiseerd en een eventueel overschot op het einde komt geheel ten goede aan de Verkopende aandeelhouders. 31 december 2013 € 347,3 mln 31 december 2014 € 363,3 mln 31 december 2013 € 98,1 mln 31 december 2014 € 80,0 mln 2013 : -/- € 62,1 mln 2014 : € 17,3 mln ATTERO HOLDING N.V. (VOORHEEN ESSENT MILIEU) De aandelen Attero Holding zijn in 2014 verkocht. Attero NV (voorheen Essent Milieu) is bij de verkoop van de aandelen Essent NV aan RWE in 2009 niet meeverkocht. Een beoogde verkoop tegen aanvaardbare condities bleek toen niet mogelijk. Derhalve zijn de aandelen destijds in handen gebleven van de toenmalige aandeelhouders van Essent NV, waaronder de gemeente Roermond. Op basis van de toekomststrategie heeft Attero in eerste instantie getracht een transitie in te zetten naar een publieke dienstverlener door de provinciale aandelen over te dragen naar gemeenten. Eind 2012 bleek hiervoor bij gemeenten onvoldoende draagvlak. Attero heeft zich vervolgens beraden op de ontstane situatie en geconcludeerd dat verkoop de beste optie was. De hoeveelheid te verwerken (huishoudelijk) afval loopt terug en Attero verwerkt steeds meer bedrijfsafval. De afname van afval leidt tot een overcapaciteit op de
149
Naam
ATTERO HOLDING N.V. (VOORHEEN ESSENT MILIEU) verbrandingsmarkt. Hierdoor is Attero steeds meer genoodzaakt te concurreren op de internationale markt. Een dergelijk profiel sluit minder aan op een eigendomssituatie met alleen publieke aandeelhouders. Na een zorgvuldig verlopen proces zijn onderhandelingen gevoerd met twee partijen die een bindende bieding hebben uitgebracht. Op basis van een beoordeling aan randvoorwaarden en toetsingskader heeft de aandeelhouderscommissie besloten de bieding van Waterland te accepteren. Met de overname is een bedrag van 170 miljoen euro gemoeid. De verkoop van de aandelen Attero (voorheen Essent Milieu) past binnen de gekozen richting van de gemeenteraad om de aandelen van Essent te verkopen. Gezien het voorliggend bod en de positieve adviezen wordt voorgesteld in te stemmen met verkoop van de aandelen Attero NV. Als gevolg van de verkoop van de aandelen Attero Holding is er in 2014 een incidentele boekwinst gerealiseerd van € 306.000. De structurele inkomstenderving van dividend bedraagt ca. € 11.500 per jaar en is in de begroting 2015 reeds verwerkt.
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
CSV Amsterdam B.V. Den Bosch. Diverse provincies (onder andere Limburg) en praktisch alle Limburgse gemeenten, waaronder de gemeente Roermond, zijn aandeelhouder. In februari 2008 zijn Essent en Essent Nederland B.V., met toestemming van de publieke aandeelhouders, een procedure begonnen tegen de Staat der Nederlanden waarin zij een verklaring voor recht vragen dat bepaalde bepalingen van de splitsing wetgeving onverbindend zijn. Als gevolg van deze, in de ogen van Essent, onverbindende splitsing wetgeving (en de als gevolg daarvan doorgevoerde splitsing) lijden haar aandeelhouders schade. Inmiddels heeft de Rechtbank te 's-Gravenhage de vordering van Essent afgewezen. Essent heeft tegen deze uitspraak hoger beroep aangetekend. Vanwege praktische moeilijkheden met betrekking tot de overdracht van deze procedure aan de individuele aandeelhouders van Essent N.V., hebben Essent en RWE afgesproken dat de onderliggende (declaratoire) procedure over de vraag of (delen van) de splitsingswetgeving onverbindend zijn, ook na afronding van de transactie met RWE door Essent gevoerd blijft worden. Essent en RWE zijn echter overeengekomen dat de eventuele schadevergoedingsvordering van Essent op de Staat der Nederlanden die zou kunnen ontstaan als de rechter inderdaad van oordeel is dat (delen van) de splitsingswetgeving onverbindend zijn, wordt gecedeerd aan de aandeelhouders (en dus niet achterblijft binnen de Essent groep), die deze vordering gebundeld zullen gaan houden via de deelneming (de "Claim Staat Vennootschap B.V.").
150
Naam
CSV Amsterdam B.V. In het kader van afronding van de verkoop van de aandelen in het kapitaal van Essent N.V. aan RWE wordt de Claim Staat Vennootschap B.V. verkocht en geleverd aan alle aandeelhouders in Essent N.V. die participeren in de verkoop van RWE, alsmede aan die aandeelhouders in Essent N.V. die hun aandelen in het kapitaal van Essent N.V. niet aan RWE verkopen, maar toch aandelen in het kapitaal van Claim Staat Vennootschap B.V. willen kopen. Naast het feit dat deelname in Claim Staat Vennootschap B.V. de noodzakelijke randvoorwaarden creëert voor maximalisatie van de verkoopopbrengst van Essent en een optimale (financiële) risicoafdekking voor eventuele aansprakelijkheid van de publieke aandeelhouders, is het deelnemen door de aandeelhouders in Claim Staat Vennootschap B.V. in het openbaar belang om redenen van flexibiliteit, eenvoudiger coördinatie en beheersbaarheid. Het spreekt voor zich dat het voor de aandeelhouders (en ook voor RWE) eenvoudiger, beter en goedkoper is om gezamenlijk via de band van Claim Staat Vennootschap B.V. te procederen dan dit ieder voor zich te moeten doen (met alle kosten en moeilijkheden die met de onderlinge afstemming dan gepaard zouden gaan). Inmiddels blijkt dat Essent beroep heeft ingesteld tegen de uitspraak van de Rechtbank.
Bestuurlijk belang
De burgemeester neemt deel aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Roermond bezit 0,18% van de aandelen in Claim Staat Vennootschap B.V. In 2010 heeft het Europese Hof in Den Haag uitspraak gedaan over een onderdeel de Wet Onafhankelijk Netbeheer en hierbij het groepsverbod onverbindend verklaard. Wat de consequenties (in financieel opzicht) zullen zijn voor Claim Staat Vennootschap B.V. is nog altijd onduidelijk.
Financieel belang Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen Doel
In 2014 is de naam van Claim Staat Vennootschap B.V. gewijzigd in CSV Amsterdam B.V. Tevens zijn de statuten aangepast in die zin dat de vennootschap bevoegd is de verkoop van de aandelen Attero Holding N.V. aan Waterland af te wikkelen en de gevormde escrow, namens de verkopende aandeelhouders te beheren. 31 december 2013 € 52.387 31 december 2014 € 8.541 31 december 2013 € 12.484 31 december 2014 € 36.057 2013 : -/- € 14.095 2014 : -/- € 43.846 Publiek Belang Elektriciteitsproductie B.V. Den Bosch. Diverse provincies (onder andere Limburg) en praktisch alle Limburgse gemeenten, waaronder de gemeente Roermond, zijn aandeelhouder. PBE B.V. heeft op 30 september 2011 de aandelen ERH en daarmee indirect het 50% belang in EPZ (kerncentrale Borssele) geleverd aan RWE. Daarmee is een einde gekomen aan de primaire opdracht van PBE, zijnde het behartigen van het 50%-belang in EPZ.
151
Naam
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Publiek Belang Elektriciteitsproductie B.V. PBE zal als tijdelijke vennootschap de resterende rechten en verplichtingen afwikkelen, in het bijzonder die rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het Convenant en aanvullend Convenant dat is overeengekomen met de Staat. De burgemeester neemt deel aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Roermond bezit 0,09% van de aandelen in Publiek Belang Elektriciteitsproductie B.V. N.v.t., de deelneming wordt aangehouden om aan formele rechten en verplichtingen jegens de Staat te voldoen. PBE zal derhalve vanaf 2013 nog slechts een praktisch lege B.V. zijn om een aantal zaken af te wikkelen. 31 december 2013 € 1,6 mln 31 december 2014 € 1,6 mln 31 december 2013 € 111.272 31 december 2014 € 107.847 2013 : -/- € 18.114 2014 : -/- € 18.535
Naam
Bodemzorg Limburg B.V
Vestigingsplaats
Maastricht Airport.
Betrokkenen
De gemeenten in de provincie Limburg.
Doel
Bodemzorg Limburg streeft er naar om de gesloten stortplaatsen een nuttige en verantwoorde bestemming te geven.
Bestuurlijk belang
De gemeente Roermond is aandeelhouder van Bodemzorg Limburg.
Financieel belang
De gemeente Roermond bezit 1.260 aandelen à € 0,45 nominaal. Dit is ca. 2,2% van het geplaatste aandelenkapitaal.
Ontwikkelingen
Bodemzorg Limburg is in gesprek met een aantal gemeenten voor de overname van een aantal gesloten stortplaatsen. Voor Roermond komt thans één locatie in aanmerking om onder beheer van Bodemzorg Limburg te komen. Onderhandelingen zijn gaande. Verder is in 2014 de bodemnazorg van het voormalige Shelldepot aan de Voorstad St. Jacob in beheer gekomen van Bodemzorg Limburg. Deze nazorg is overgenomen van de voormalige pachter Shell Nederland. 31 december 2013 € 2.052.908 31 december 2014 € 3.616.664 31 december 2013 € 81.703 31 december 2014 € 1.988.835 2013 : € 1.099.802 15 2014 : € 1.563.756
Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
Naam Vestigingsplaats Betrokkenen 15
N.V. Industriebank Limburgs Instituut Voor Ontwikkeling en Financiering (LIOF) Maastricht. LIOF werkt samen met provincie en gemeenten.
Bron Bodemzorg: Er heeft nog geen accountantscontrole plaats gevonden. Dit zijn de voorlopige cijfers.
152
Naam Doel
Bestuurlijk belang Financieel belang Ontwikkelingen Eigen vermogen Vreemd vermogen Financieel resultaat
N.V. Industriebank Limburgs Instituut Voor Ontwikkeling en Financiering (LIOF) De Industriebank LIOF is de Limburgse ontwikkelingsmaatschappij. De industrie en stuwende dienstverlening zijn de doelgroepen waarop LIOF zich richt. De vier kerntaken Acquisitie, Participatie, Ontwikkeling/Innovatie en Bedrijventerreinen hebben betrekking op respectievelijk het aantrekken van vestigingen van buitenlandse ondernemingen, het risicodragend participeren in perspectiefvolle Limburgse bedrijven, het ontwikkelen van programma’s en uitvoeren van projecten waarmee Limburgse bedrijven hun concurrentiekracht kunnen versterken en het actief optreden als procesbegeleider bij de totstandkoming van grootschalige/ bovenregionale bedrijventerreinen. De gemeente Roermond is andeelhouder van LIOF N.V. De gemeente Roermond heeft 75 aandelen. De huurgarantie is per 31-12-2013 beëindigd. 31 december 2013 € 97,2 mln 31 december 2014 € n.n.b. 31 december 2013 € 61,8 mln 31 december 2014 € n.n.b. 2013 : € 538.105 2014 : € n.n.b.
Overig Naam
ICT Samenwerkingsverband Noord en Midden Limburg
Vestigingsplaats
Venlo en Roermond.
Betrokkenen
De raden en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Venlo, Weert en Roermond; ieder voor zover bevoegd.
Doel
Het door middel van samenwerking efficiënter en effectiever kunnen inrichten en beheren van de in toenemende mate complexer wordende ICT infrastructuur.
Bestuurlijk belang
De gemeentesecretarissen van de deelnemende gemeenten vormen het directieberaad van deze samenwerking en leggen verantwoording af aan de portefeuillehouders ICT van de deelnemende gemeenten.
Financieel belang
Te realiseren bezuiniging in 2017: € 187.000
Ontwikkelingen
De gezamenlijke aanbestedingen voor de lease en de inrichting en het beheer van een gezamenlijke technische ICT-infrastructuur zijn succesvol afgerond. De focus heeft daarom in 2014 gelegen op de verdere implementatie van de infrastructuur en de doorontwikkeling van het samenwerkingsverband. Er zijn diverse (personeels)bijeenkomsten en workshops georganiseerd waarbij aandacht is besteed aan de onderwerpen die voor de verdere doorontwikkeling van de samenwerking wenselijk zijn o.a. Gemeenschappelijke Regeling, Financiën, Organisatie en Plaatsing, Sturing. De hiervoor samengestelde werkgroepen zijn in de loop van 2014 van gestart gegaan en zullen begin 2015 toegespitste uitwerkingen opleveren zodat de doorontwikkeling van het samenwerkingsverband verder vorm kan worden gegeven Begin 2015 zal worden bezien hoe de uitbreiding van dit
153
samenwerkingsverband met andere gemeenten (Leudal, Nederweert en Bergen) kan worden vormgegeven. Eigen vermogen
N.v.t
Vreemd vermogen
N.v.t.
Financieel resultaat
N.v.t.
Naam
RUD Limburg-Noord
Vestigingsplaats
Diverse.
Betrokkenen
De gemeenten in Noord- en Midden-Limburg en de provincie Limburg
Doel
De RUD Limburg-Noord is opgericht om de kwaliteit van de dienstverlening en het toezicht en handhaving bij de uitvoering van het milieudeel van de Wabo te verbeteren, dit minimaal voor zover het de taken uit het landelijk basistakenpakket betreft. De RUD is opgezet als een netwerk-organisatie die op innovatieve en kostenefficiënte wijze uitvoering geeft aan deze taken. De bestuurlijk-juridische verankering vindt plaats op basis van een bestuursovereenkomst en een jaarlijkse dienstverleningsovereenkomst (DVO). In de bestuursovereenkomst is onder andere het takenpakket en de wijze van be- en aansturing vastgelegd.
Bestuurlijk belang
Wethouder van openbare werken/stedelijk beheer, verkeer, infrastructuur, natuur, duurzaamheid, milieu en ruimtelijke ordening vertegenwoordigt de gemeente Roermond in het bestuurlijk overleg. De gemeentesecretaris vertegenwoordigt de gemeente Roermond in het platform van gemeentesecretarissen.
Financieel belang
In programma 6 van deze jaarrekening is de financiële bijdrage van de gemeente Roermond opgenomen. De bijdrage in 2014 bedroeg € 0,84 per inwoner.
Ontwikkelingen
In 2014 is o.a. het ingezette traject om te komen tot structurele kwaliteitsverbetering en efficiencywinst voortgezet en de onderlinge samenwerking geoptimaliseerd. Het zogenaamde basistakenpakket wordt uitgevoerd door de RUD Limburg-Noord. In 2015 wordt de samenwerking conform de opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu geëvalueerd.
Eigen vermogen
N.v.t.
Vreemd vermogen
N.v.t.
Financieel resultaat
N.v.t.
154
Paragraaf 7. Grondbeleid Visie gemeentelijk grondbeleid Het grondbeleid levert een bijdrage aan zowel grootschalige integrale ruimtelijke plannen als specifieke beleidsvelden die voor de gemeente Roermond belangrijk zijn, zoals wonen, werken, financiën, groen en verkeer. De doelstellingen die worden beoogd met de ruimtelijke plannen en specifieke beleidsvelden zijn verwoord in de verschillende programma’s uit de begroting. Hierbij gaat het dan vooral om de programma’s economie (economische ontwikkeling) en ruimte (woningbouw, herstructurering, wijkvoorzieningen, natuur-, woon- en leefruimte). De doelstellingen binnen deze thema’s worden voor een belangrijk deel gerealiseerd door de uitvoering van grondexploitatieprojecten, op basis van de prioritering of fasering zoals weergegeven in de relevante begrotingsprogramma’s. Op 15 december 2011 heeft de gemeenteraad de Nota Grondexploitaties Gemeente Roermond 2011 vastgesteld. In deze nota is de gemeentelijke visie over het grondbeleid vastgelegd. Daarnaast is de nota bedoeld om spelregels vast te leggen voor de financiële kaders van grondexploitatieprojecten en de reserves. Ook geeft de nota duidelijkheid over de besluitvorming, de wijze van informatieverstrekking en de te gebruiken methodieken (vaststelling grondprijzen). De gemeente voert een faciliterend grondbeleid bij locaties voor woningbouw, waarbij wordt uitgegaan van zelfrealisatie door marktpartijen. Voor de ontwikkeling van bedrijventerreinen is de Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg BV opgericht.
Overzicht grondexploitaties 2014 In exploitatie genomen (vastgestelde plannen met gemeentelijke investeringen):
Nog niet in exploitatie genomen (plannen in voorbereiding): Realiseringsovereenkomsten (projecten voor rekening en risico van externe partijen):
Oolder Veste, Noordelijke en Oostelijke Stadsrandzone, Merum-Zuid, De Wijher 2, Jazz City, Reubenberg, BosstraatZuid, Sportvelden Maastrichterweg, Zuidelijke Stadsrandzone, Roerdelta fase 1, Wijkontwikkelingsplan Donderberg, Van den Boschstraat, Tegelarijeveld-Oost, Melickerveld Kemp locatie 6, Moutfabriek/Breden Ars, Mathilde Haanstraat, Odgerusstraat, Roerdelta fase 2 Bedrijventerrein Oosttangent, Parkwijk, Bob Boumanstraat, Componistenbuurt Oost, Marktstraat-Merumerbroekweg, Ridder van Asenrodeweg
Af te sluiten grondexploitaties Locatie 6 De Kemp (071501) en Mathilde Haanstraat (070101) Voor beide locaties bestaat op dit moment onvoldoende zicht op ontwikkeling van deze beide locatie binnen afzienbare termijn. Voorgesteld wordt om beide grondexploitaties af te sluiten. Op basis van bestaand beleid worden overschotten en tekorten binnen de wijkontwikkeling De Kemp geboekt binnen de Reserve Wijkontwikkelingsplannen. De gemeente is conform de afspraken uit de samenwerking voor de wijkontwikkeling De Kemp en de met Wonen Zuid gesloten realiseringsovereenkomst voor het project Locatie 6 gehouden om de openbare ruimte ter plaatse van deze locatie aan te passen. Om die reden dient het saldo van de af te sluiten grondexploitaties binnen deze reserve, hiervoor beschikbaar te blijven.
155
Moutfabriek/Breden Ars (600101) Ook voor deze locatie bestaat op dit moment onvoldoende zicht op ontwikkeling binnen afzienbare termijn. Voorgesteld wordt om deze grondexploitatie af te sluiten. Na afsluiting van de grondexploitatie zullen de gronden worden opgevoerd als gemeentelijke eigendommen (niet voor de openbare dienst), welke op de lijst staan van de af te stoten eigendommen.
Bijdragen Bovenwijkse Voorzieningen Op 15 december 2011 heeft de gemeenteraad de Nota Bovenwijkse Voorzieningen vastgesteld. Conform deze nota worden de ontvangen bijdragen voor bovenwijkse voorzieningen gestort in de Algemene Reserve. In deze nota zijn de projecten N280 West en Reconstructie Singelring door de raad aangeduid als te realiseren bovenwijkse voorzieningen. In 2014 is conform dit beleid een bedrag van € 132.765,- gestort in de Algemene Reserve.
Boekwaarde per 31 december 2014 In de tabellen 1 tot en met 3 uit de bijlage grondexploitaties zijn de kosten en opbrengsten in 2014 per post inzichtelijk gemaakt. Tabellen 4 tot en met 6 uit de bijlage grondexploitaties biedt inzicht in de ontwikkeling van de boekwaarden per project. De ontwikkeling van de totale boekwaarde van de grondexploitaties is als volgt samengevat weer te geven:
Boekwaarde
Totale kosten
31-12-2013
2014
Totale
Saldo
opbrengsten
dienstjaar
2014
2014
Boekwaarde 31-12-2014
In exploitatie genomen plannen
6.818.142,73
2.715.008,31
2.021.731,52
693.276,79
7.511.419,52
Nog niet in exploitatie genomen plannen
1.416.998,24
391.716,44
108.293,01
283.423,43
1.700.421,67
-
-
-
-
-
8.235.140,97
3.106.724,75
2.130.024,53
976.700,22
9.211.841,19
Realiseringsovereenkomsten Totaal boekwaarde plannen
Per saldo waren de kosten in 2014 ongeveer 977.000 euro hoger dan de opbrengsten. Dat betekent dat de totale boekwaarde van alle grondexploitaties samen met dat bedrag is toegenomen.
Afwijkingen ten opzichte van de vastgestelde exploitatieopzet In de Jaarverantwoording Grondexploitaties 2014 (die met oplegging van geheimhouding bij deze jaarverantwoording is gevoegd) wordt in een toelichting per grondexploitatie ingegaan op eventuele afwijkingen ten opzichte van de vastgestelde exploitatieopzet en de daarop gebaseerde kredieten. Geconstateerd wordt dat de gerealiseerde kosten en opbrengsten over het algemeen binnen de totaal beschikbare meerjarige budgetten blijven. Bij de grondexploitatie Jazz City heeft de levering van het tweede en derde deelgebied van de door de gemeente binnen dit gebied verworven grond plaatsgevonden op 2 januari 2015. In de vastgestelde budgetten was deze levering voorzien in 2014. De verantwoording van deze grondverkoop vindt evenwel plaats ten gunste van het begrotingsjaar 2015.
156
Vanwege de marktomstandigheden en in sommige gevallen vertraging door planologische procedures blijft de voortgang van een aantal grondexploitaties achter bij de eerdere verwachtingen. Hierdoor heeft bij een aantal grondexploitaties een verschuiving van kosten en opbrengsten binnen de jaarschijven plaatsgevonden. Deze bijstellingen hebben met name betrekking op verschuivingen tussen de jaarschijven van reeds beschikbare budgetten. Het gaat dus om budgetten die bij begroting zijn vastgesteld. De geraamde bijdragen zullen dus later worden ontvangen. Aangezien deze verschuivingen geen gevolgen hebben voor de te verwachten saldi van deze grondexploitaties, heeft het college in het kader van de kwartaalrapportages besloten de in 2014 niet gerealiseerde budgetten door te schuiven naar volgende jaren. Als gevolg hiervan zal een aantal grondexploitaties niet kunnen worden afgesloten binnen de huidige looptijd. Voorgesteld wordt de looptijd van deze grondexploitaties te verlengen. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: x Bij de verlenging van de grondexploitaties waarbij het gaat om woningbouw is aansluiting gezocht bij de planning uit de regionale woonvisie. De voorgestelde verlengingen zijn gebaseerd op de geactualiseerde lijst van woningbouwplannen per 1 januari 2014, met de daarbij behorende planning. x Bij enkele grondexploitaties voor bedrijventerreinen is OML de ontwikkelende partij. In die gevallen is voor de verlenging aansluiting gezocht bij de verkoopverwachtingen van OML uit het Ondernemingsplan 2014-2017. Het gaat daarbij om de volgende grondexploitaties: x Componistenbuurt Oost: nog 110 grondgebonden woningen te realiseren, huidige einddatum 31 december 2017, voorgestelde verlenging tot 31 december 2018; x Bob Boumanstraat: 21 starterswoningen, huidige einddatum 31 december 2014, voorgestelde verlenging tot 31 december 2016; x Marktstraat-Merumerbroekweg: 7 grondgebonden woningen, huidige einddatum 31 december 2014 voorgestelde verlenging tot 31 december 2015; x Parkwijk: 49 grondgebonden woningen, huidige einddatum 31 december 2015, voorgestelde verlening tot 31 december 2016; x Melickerveld: 468 grondgebonden woningen, huidige einddatum 31 december 2023, voorgestelde verlenging tot 31 december 2024; x Bedrijventerrein Oosttangent: 14 ha bedrijventerrein, huidige einddatum 31 december 2021, voorgestelde verlenging tot 31 december 2024; x De Wijher 2: nog 2 bedrijfskavels met bedrijfswoning, huidige einddatum 31 december 2014, voorgestelde verlenging tot 31 december 2018; x Merum Zuid: nog 17 grondgebonden woningen, huidige einddatum 31 december 2014, voorgestelde velenging tot 31 december 2016; x Zuidelijke Stadsrandzone: 32 ha bedrijventerrein, huidige einddatum 31 december 2025, voorgestelde verlenging tot 31 december 2028; x Tegelarijeveld Oost: 177 grondgebonden woningen, huidige einddatum 31 december 2018, voorgestelde verlenging tot 31 december 2019. Als gevolg van de verlenging van deze grondexploitaties worden geraamde opbrengsten later ontvangen. Dat heeft gevolgen voor de omvang van het voor de grondexploitaties vereiste weerstandsvermogen. De omvang daarvan wordt immers voor een deel berekend aan de hand van de geraamde opbrengsten.
Parameters De parameters voor rentetoerekening en kosten- en opbrengstenstijgingen worden, conform de Nota Grondexploitaties Gemeente Roermond 2011, jaarlijks herijkt en opnieuw vastgesteld. Voorgesteld wordt
157
de volgende parameters vast te stellen: rente: 3,5%. kostenstijging: 2% opbrengstenstijging: 0%. Vanwege de onzekere ontwikkelingen in de markt is voorzichtigheid geboden en wordt uitgegaan van 0% opbrengstenstijging. In de herziene exploitatieberekeningen is met bovenstaande percentages rekening gehouden.
Verwachte exploitatieresultaten Aan de hand van de daadwerkelijke realisering in 2014 en de actuele verwachtingen heeft een herberekening van de grondexploitaties plaatsgevonden. Het resultaat daarvan is in de tabellen 4 tot en met 6 weergegeven. Ook geeft deze tabel aan wanneer het verwachte saldo zal worden gerealiseerd. Hierbij is rekening gehouden met de voorstellen om de looptijd van een aantal grondexploitaties te verlengen. Het totaalsaldo van de grondexploitaties heeft zich door de herberekening als volgt ontwikkeld:
Totaal
€
Saldo eerdere
Saldo actuele
berekeningen
berekeningen
4.000.948
€
4.010.927
Verschil €
9.979
De beperkte afwijking is met name een gevolg van de verlenging van de looptijd van een aantal exploitaties door de marktomstandigheden en de daarmee gepaard gaande verschuivingen van budgetten tussen jaarschijven.
Financiële risico’s De exploitatieberekeningen voor de in exploitatie genomen plannen zijn geactualiseerd. Uit deze actualisering blijkt, dat de gemeente bij de volgende drie grondexploitaties risico’s loopt die afhankelijk zijn van de huidige marktomstandigheden: Sportvelden Maastrichterweg: Op 27 juni 2013 heeft de gemeenteraad een kader vastgesteld voor de toekomstige invulling van deze locatie. Op basis daarvan is tevens een herziene exploitatieberekening vastgesteld, waarbij de looptijd is vastgelegd op 31 december 2019. De herziening van de exploitatieberekening sluit met een positief saldo, waarbij voor de opbrengst is uitgegaan van een worst-case scenario. De opbrengst is gebaseerd op de door de gemeenteraad vastgestelde mogelijke toekomstige functies. Indien binnen de looptijd van deze grondexploitatie geen feitelijke verkoop van de grond zal plaatsvinden, zal een afwaardering naar de nu geldende bestemming noodzakelijk zijn. Jazz City/Landtong bedrijventerrein Willem Alexander: In september 2012 heeft de gemeenteraad ingestemd met een ontwikkelingsvisie voor het gebied Jazz City. Daarmee heeft de raad de kaders vastgesteld voor de herontwikkeling van dit gebied. Met de ontwikkelaar is een overeenkomst gesloten tot doorlevering van de aangekochte gronden. Deze levering zal gefaseerd plaatsvinden. In 2013 heeft de levering van het eerste deelgebied plaatsgevonden. De levering van het tweede deelgebied heeft op 2 januari 2015 plaatsgevonden. Eind 2013 zijn realiseringsovereenkomsten gesloten met de ontwikkelende partijen. Het bestemmingsplan is op 20 februari 2014 vastgesteld door de gemeenteraad. Zolang de ontwikkelaars de afspraken uit de overeenkomsten blijven nakomen, loopt de gemeente geen risico. Een risico ontstaat op het moment dat (delen van) het project geen doorgang zullen vinden. Deze locatie is echter een zodanig strategisch gelegen ontwikkelgebied dat er naar verwachting andere gegadigden zullen zijn om de ontwikkeling in gang te gaan zetten.
158
Rekening houdend met de op 2 januari 2015 gerealiseerde overdracht van het tweede deelgebied, zal deze boekwaarde dalen naar ongeveer 2,5 miljoen euro medio 2015. De marktwaarde van de nog resterende gemeentegrond ligt daardoor medio 2015 hoger dan de boekwaarde. Hierdoor hoeft deze grondexploitatie verder niet meer meegenomen te worden in deze risicoanalyse. Tegelarijeveld Oost: Met de ontwikkelaar is een realiseringsovereenkomst gesloten, waarin opgenomen de verkoop van de gemeentegronden binnen dit gebied. Deze levering zal gefaseerd plaatsvinden. Zolang de ontwikkelaar de afspraken uit deze overeenkomst blijft nakomen, loopt de gemeente geen risico. Een risico ontstaat pas op het moment dat (delen van) het project geen doorgang zullen vinden. Indien dit aan de orde zou komen, zal een afwaardering naar de op dat moment geldende bestemming noodzakelijk zijn.
Op grond van de Nota Grondexploitaties Gemeente Roermond 2011 worden voorzieningen getroffen voor exploitaties met een te verwachten tekort, op het moment dat dit verlies onafwendbaar is. Op grond van de geactualiseerde exploitatieberekeningen kan worden geconcludeerd, dat dit bij geen van de grondexploitaties aan de orde is. In februari 2012 is een bijgewerkte notitie grondexploitaties gepubliceerd door de commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Deze bijgestelde notitie is een aanscherping van de eerdere notitie voor met name de nog niet in exploitatie genomen plannen, maar heeft geen gevolgen voor de wijze waarop de gemeente Roermond omgaat met risico’s en verliesnemingen binnen de grondexploitaties. In dit kader zijn door een extern taxateur de grondwaardes per december 2014 bepaald van de projecten die nog niet in exploitatie zijn. Uitgangspunt hierbij is een waarde conform de huidige bestemmingen. Indien de boekwaarde van deze projecten hoger wordt dan de marktwaarde, wordt een voorziening getroffen. In tabel 9 is een overzicht opgenomen van de huidige boekwaardes versus de marktwaarde van de betreffende gronden. Daaruit blijkt, dat er geen aanleiding bestaat tot een afwaardering en dat er dus geen voorziening nodig is. Bovendien blijkt uit de herziene grondexploitaties dat de geraamde kosten (met name rente en tijdelijk beheer) gedurende de komende jaren niet zullen leiden tot een boekwaarde die hoger ligt dan de markwaarde.
Weerstandsvermogen De omvang van het weerstandsvermogen in verband met onvoorziene tegenvallers binnen de grondexploitaties wordt conform de Nota Grondexploitaties Gemeente Roermond 2011 als volgt berekend:
10% van de boekwaarde van grondexploitaties met een positieve boekwaarde en waarbij een overeenkomst is gesloten:
10% van de geraamde inkomsten bij grondexploitaties waarbij een overeenkomst is gesloten: 20% van de boekwaarde van grondexploitaties met een positieve boekwaarde en waarbij nog geen overeenkomst is gesloten:
20% van de geraamde inkomsten bij grondexploitaties waarbij nog geen overeenkomst is gesloten:
Totaal:
€
337.276
€
1.281.495
€
1.465.258
€
1.153.871
€
4.237.900
Het deel van de Algemene Reserve dat bedoeld is voor de opvang van risico’s binnen de grondexploitaties bedraagt conform de begroting 2014 € 4.250.000. Gezien uitkomst van de herberekening kan dit bedrag gehandhaafd blijven.
159
Beheersing risico’s Conform de Nota Grondexploitaties voert de gemeente Roermond over het algemeen een faciliterend grondbeleid. Dit betekent, dat de realisering van projecten wordt overgelaten aan marktpartijen, die ook de financiële risico’s dragen. Gevolg hiervan is ook dat de gemeente relatief weinig eigen grondposities heeft. In realiseringsovereenkomsten met marktpartijen worden zekerheidsstellingen opgenomen in de vorm van een bankgarantie of concerngarantie. Deze garanties zijn met name bedoeld voor het geval de ontwikkelende partij de verplichtingen tot aanleg en herinrichting van de openbare ruimte niet meer kan nakomen. Ingeval van concerngaranties neemt het moederconcern de verplichtingen uit de overeenkomst over op het moment dat de ontwikkelaar deze niet meer kan nakomen. Alhoewel dit in alle gevallen kredietwaardige bedrijven zijn, valt niet helemaal uit te sluiten dat ook een dergelijk concern de verplichtingen niet kan nakomen. Omdat het gaat om kleinere projecten of grote projecten die gefaseerd worden gerealiseerd, zal het risico van de gemeente zich op dat moment beperken tot de afbouw van een of meer straten binnen het project. Daarnaast heeft de gemeente een aantal maatregelen genomen, die zijn vastgelegd in de in 2007 vastgestelde Leidraad Projectmatig Werken bij Grondexploitaties. Deze maatregelen zijn bedoeld om een juist inzicht te krijgen in de aan de grondexploitaties verbonden risico’s. Beslispunten Met betrekking tot de grondexploitaties worden de volgende beslispunten voorgesteld: de grondexploitaties Locatie 6 De Kemp, Moutfabriek/Breden Ars en M Haanstraat af te sluiten; het saldo van de grondexploitatie Locatie 6 De Kemp toe te voegen aan de reserve wijkontwikkeling, de boekwaarde van de grondexploitatie M Haanstraat ten laste te brengen van deze reserve, de binnen deze reserve voor deze locatie geraamde opbrengst af te ramen en het saldo daarvan binnen deze reserve beschikbaar te houden voor de nog te realiseren aanpassing van de openbare ruimte ter plaatse van de Locatie 6 De Kemp; de gronden binnen de grondexploitatie Moutfabriek/Breden Ars op te voeren als gemeentelijke eigendommen (niet voor de openbare dienst), welke op de lijst staat van de af te stoten eigendommen; de looptijd van de volgende grondexploitaties te verlengen en de nog niet gerealiseerde budgetten dienovereenkomstig door te schuiven: Componistenbuurt Oost: verlenging tot 31 december 2018; Bob Boumanstraat: verlenging tot 31 december 2016; Marktstraat-Merumerbroekweg: verlenging tot 31 december 2015; Parkwijk: verlening tot 31 december 2016; Melickerveld: verlenging tot 31 december 2024; Bedrijventerrein Oosttangent: verlenging tot 31 december 2024; De Wijher 2: verlenging tot 31 december 2018; Merum Zuid: verlenging tot 31 december 2016; Zuidelijke Stadsrandzone: verlenging tot 31 december 2028; Tegelarijeveld Oost: verlenging tot 31 december 2019; de herziene exploitatieberekeningen van de grondexploitaties conform de berekeningen uit de bijgevoegde tabellen 4, 5 en 6 vast te stellen en dienovereenkomstig de budgetten vast te stellen; de volgende parameters vast te stellen: rente: 3,5%; kostenstijging: 2%; opbrengstenstijging: 0%; de omvang van de beschikbare middelen binnen de Algemene Reserve voor de opvang van risico’s binnen de grondexploitaties voor het begrotingsjaar 2015 te handhaven op € 4.250.000,-.
160
Paragraaf 8. Uitwerking Kerntakendiscussie en Kerntakenboek Op 25 juni 2011 heeft de gemeenteraad van Roermond het Kerntakenboek (eindversie) vastgesteld inclusief ombuigingen voor een bedrag van ruim € 10,5 miljoen structureel. In deze paragraaf wordt gerapporteerd over de uitwerking van de Kerntakendiscussie en het Kerntakenboek in 2014 (inclusief realisatie van de ombuigingen). In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op: - de nieuwe rolopvatting: “de regisseur”; - de effectuering van de ombuigingen uit het Kerntakenboek.
De gemeente als regisseur Met de vaststelling van het Kerntakenboek heeft Roermond gekozen voor een andere nieuwe rolopvatting van de gemeente, namelijk de gemeente als regisseur. In het Kerntakenboek is op hoofdlijnen beschreven wat dit inhoudt en welke consequenties dit heeft voor onze inwoners, verenigingen, bedrijven en instellingen, maar ook voor gemeenteraad, college van burgemeester en wethouders en voor de ambtelijke organisatie. In 2014 is vervolg gegeven aan de trainingen die in 2013 zijn gestart en waarbij medewerkers worden opgeleid tot beleidsregisseur. De training van een tweede groep van ditmaal 14 medewerkers is opnieuw verzorgd door Stichting De Regisserende Gemeente. Via “train de trainer” en het olievlekprincipe wordt de nieuwe werkwijze verder in de organisatie geïmplementeerd. Concreet is in 2014 in het kader van deze opleiding een aantal trajecten volgens de regisseursmethode opgepakt. Het betreft: integraal veiligheidsplan 2015-2018, kadernota handhaving openbare ruimte in de binnenstad, reclamebeleid, schuldhulpverlening, standplaatsenbeleid, duurzaam toerisme en het verminderen van afval bij de containers. De opleiding is begin 2015 afgerond. Passende en tijdige communicatie, toegesneden op de verschillende doelgroepen, is belangrijk om deze bewust te maken van de huidige rolopvatting van de gemeente. De regisseursrol is aan de orde bij het brede palet van gemeentelijke taken, maar in het bijzonder en zeer actueel in het sociale domein. Besloten is dan ook deze opgaven in communicatieve zin in samenhang op te pakken. De decentralisatie in het sociale domein noodzaken de gemeente immers alleen nog maar meer om de kracht van de samenleving te mobiliseren. Communicatie is nodig om de samenleving te informeren over en vooral voor te bereiden op deze veranderingen. De noodzaak tot verandering moet daarbij helder voor het voetlicht komen, de geformuleerde ambities moeten breed gaan leven en in dialoog nader worden uitgewerkt. Dit vraagt om een cultuurverandering, zowel in- als extern, die overigens niet van de ene op de andere dag gerealiseerd zal zijn. In 2014 is voluit ingezet op communicatie rond de veranderingen in het sociaal domein. Via het communicatieprogramma “Om! … naar nieuw samenleven” is intern en extern toegewerkt naar begrip van en voor de nieuwe manier van werken. Dit gebeurde in toenemende mate ook in afstemming en samenwerking met de omliggende gemeenten.
161
Realisatie ombuigingen Kerntakenboek In het Kerntakenboek is (gefaseerd) een structurele ombuiging opgenomen van € 10,7 miljoen. Onderstaand is een totaaloverzicht van de stand van zaken ten aanzien van realisatie van de ombuigingen opgenomen. (bedragen x € 1.000)
Begroot Gerealiseerd Niet gerealiseerd Nog te realiseren
2014 8.503 6.982 1.521
2015 10.683 7.725
2016 10.683 7.760
2017 10.683 8.252
2018 10.683 10.113
2.958
2.923
2.431
570
In de tweede bestuursrapportage van 2014 hebben wij aangegeven, dat de realisatie van de taakstellingen voor 2014 onder druk stond en mogelijk een bedrag van € 1,5 miljoen niet gerealiseerd zou worden. In de aanloop van de behandeling van de begroting 2015 is de gemeenteraad via raadsinformatiebrief van 4 november 2014 (92570-2014) geïnformeerd over de voortgang van de taakstellingen uit het Kerntakenboek en hebben wij aangegeven hoe wij daar in de toekomst mee willen omgaan. Vanaf 2018 is de totale ombuigingstaakstelling (nagenoeg) financieel ingevuld. In de tussenliggende periode zijn wel nog aanzienlijke bedragen te realiseren, vooral omdat de bespaarde salariskosten op grond van de zogenaamde 60+-regeling de eerste jaren teruggestort worden in de algemene reserve. In het voorjaar van 2015 overleggen wij met uw raad hoe we tot een afronding van de taakstellingen uit het Kerntakenboek kunnen komen. In het overleg komt aan de orde een (korte) evaluatie van de reeds genomen ombuigingsmaatregelen en standpuntbepaling omtrent de nog te realiseren taakstellingen. Het niet gerealiseerde bedrag van € 1,5 miljoen in 2014 leidt tot een tegenvaller in de jaarrekening. Niet gerealiseerd in 2014 zijn taakstellingen op het gebied van markten en kermissen, evenementen en ambtelijke organisatie/bedrijfsvoering.
162
Paragraaf 9. Krimp en vergrijzing Algemeen Het aantal inwoners nam in 2014 licht toe van 56.980 tot 57.019, een groei van 39 inwoners. Deze beperkte groei is weliswaar duidelijk lager dan de groei van de afgelopen jaren, de trend blijft echter positief. In de prognoses van Etil met betrekking tot Roermond komt deze trend ook terug. In de medio 2014 door Etil opgestelde prognose wordt voorzien in een groei van de bevolking tot 2037, een prognose die in positieve zin afwijkt van eerdere prognoses. Midden-Limburg is door het Rijk als “anticipeerregio” aangewezen. Dit zijn regio’s die op (korte) termijn te maken krijgen met krimp en zich zouden moeten voorbereiden op een substantiële bevolkingsdaling. In dat kader is in 2011 onder voorzitterschap van dhr. Deetman gerapporteerd over bevolkingskrimp in Limburg (“Ruimte voor waardevermeerdering” februari 2011). Vervolgens hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de Provincie Limburg in mei 2012 een convenant gesloten over de demografische ontwikkeling in Limburg. De Midden-Limburgse gemeenten hebben in dat kader een ondersteuningsverklaring getekend, waarin is vastgelegd dat een dialoogtafel over de demografische ontwikkeling in Midden-Limburg wordt georganiseerd. Deze heeft in 2012 plaatsgevonden, waarna in 2013 een vervolg is voorbereid in de vorm van een transitieatlas. In 2014 heeft in dat kader een viertal regionale bijeenkomsten plaatsgevonden over de gevolgen van demografische ontwikkeling inzake respectievelijk zorg en welzijn, sport, cultuur, primair onderwijs, gevolgd door een afrondende bijeenkomst. Het resultaat van de bijeenkomsten is beschreven in het Eindrapport Transitieatlas, dat eind 2014 ter kennis is gebracht van de gemeenteraden. Het Eindrapport Transitieatlas geeft inzicht in en mogelijke oplossingsrichtingen bij de demografische ontwikkelingen en de gevolgen daarvan voor de voorzieningenstructuur in Midden-Limburg. Het Rijk heeft de regio ondersteund in de opstelling van de transitieatlas. In 2015 zullen vervolgstappen op de transitieatlas worden gezet, waarbij de gemeenteraden worden betrokken.
Wonen Volgens de huishoudenprognose van het Etil uit 2014 zal in Roermond tot 2014 groei van het aantal huishoudens plaatsvinden. De groei van het aantal huishoudens is bepalend voor de groei van de benodigde woningvoorraad. De Etil prognose uit 2014 laat een grotere toename van het aantal huishoudens zien dan eerdere prognoses. In de Structuurvisie wonen, zorg en woonomgeving, welke in 2014 door alle Midden-Limburgse gemeenten is vastgesteld, zijn afspraken gemaakt om de planvoorraad voor woningbouw af te stemmen op de toename van het aantal huishoudens. De verwachting, dat de nieuwbouwproductie als gevolg van de economische omstandigheden negatief wordt beïnvloed, is reel gebleken. In 2014 zijn ca. 80 nieuwbouwwoningen gerealiseerd, een kleiner aantal dan het aangehouden langjarig gemiddelde van 175.
Werkgelegenheid UWV publiceert geen regionale werkloosheidscijfers meer. Wel zijn er lokaal en regionaal cijfers bekend omtrent het aantal WW gerechtigden. Dit cijfer is dus niet hetzelfde als het werkloosheidscijfer, omdat hierbij ook het aantal bijstandsgerechtigden en het aantal werkloze werkzoekenden zonder uitkering dienen te worden opgesteld. Officiële (landelijke)werkloosheidscijfers worden gepubliceerd door het CBS op basis van een maandelijkse enquête. Het aantal mensen met een WW uitkering in Roermond steeg het afgelopen jaar van 1623 naar 1761, een stijging van 8,5%. Provinciaal bedroeg deze stijging 5,4% en
163
landelijk (slechts) 0,7%. Het aantal arbeidsplaatsen daalde in de periode 2013-2014 met -1200 naar 34.370, een daling van -3,4%.
Voorzieningen Volgens de laatste Etil prognose uit 2014 zet een ontwikkeling door, waarbij de bevolkingsomvang van de gemeente Roermond relatief toeneemt ten opzichte van de regio. Een positief aspect hiervan is dat een sterke stad met voorzieningen in regionaal verband perspectief kan bieden op behoud van voorzieningenniveau. De in 2014 opgestelde transitieatlas voorzieningen kan daarvoor een basis bieden.
164
Paragraaf 10. Economisch stimulerend en Sociaal verbindend Kadernota 2014 In de kadernota 2014 is de visie ‘economisch stimulerend en sociaal verbindend’ omschreven. De economische ontwikkeling van de stad wordt gezien als een van de belangrijke pijlers voor de toekomst. Er worden kansen gezien om op lokaal niveau initiatieven te ontwikkelen die bij kunnen dragen aan een verdere en versnelde verbetering. Daarnaast en tegelijkertijd wordt er bijzondere aandacht gegeven aan een ander accent uit het coalitieakkoord: het versterken van de sociale cohesie. Beide onderwerpen zullen elkaar versterken en bijdragen aan een nieuwe, evenwichtige sociaal-economische structuur. Om de doelstelling ‘verbinden’ en ‘stimuleren’ te realiseren zijn voor de jaren 2014, 2015 en 2016 maatregelen en projecten uitgewerkt. De bestemmingsreserves ‘Sociaal Verbindend’ en ‘Economisch Stimulerend’ zijn ingesteld om de voor die periode benodigde financiële middelen vrij te maken. Over de besteding van middelen uit deze reserves zijn wij, voor wat het jaar 2014 betreft, met separate voorstellen gekomen. Voor de daar op volgende jaren worden die verwerkt in de betreffende begroting. Voor de hier bedoelde maatregelen en projecten is het uitgangspunt dat zij aanvullend dan wel nieuw zijn, dat wil zeggen dat zij in beginsel geen verruiming van bestaand beleid zijn of compensatie van de in het Kerntakenboek vastgelegde taakstellingen. Begroting 2014 In de begroting 2014 is voor de uitvoering van het programma Economisch stimulerend en Sociaal verbindend € 9 miljoen beschikbaar gesteld. Voor economisch stimulerende projecten staat er € 1 miljoen op de investeringsplanning en is er € 3,5 miljoen gestort in de reserve economisch stimulerend. In de reserve Sociaal verbindend is € 4,5 miljoen gestort. Deze middelen zijn in principe gedurende drie jaar beschikbaar voor de uitvoering van projecten om de doelstelling verbinden en stimuleren te realiseren. In de jaarschijf 2014 is voor € 3,725 miljoen aan projecten opgenomen: € 1,925 miljoen voor economisch stimulerend en € 1,8 miljoen voor sociaal verbindend. In 2014 zijn de voorstellen nog niet verwerkt in de begroting maar zijn er met afzonderlijke raadsvoorstellen projecten uitgewerkt en middelen voor beschikbaar gesteld. Begroting 2014 Economisch stimulerend en sociaal verbindend Bijlage 3 rb 2013/091 (Bedragen x € 1.000) 2014 1 Economisch stimulerend 1.1 City-marketing 1.2 Stimulering bouw 1.3 Projecten gericht opduurzaam / groen / afval 1.4 Initiatieven samenwerking op economisch gebied SUBTOTAAL 2 Arbeidsmarkt 2.1 Ondersteunen kleine / startende ondernemers 2.2 Opleidings- / ontwikkelingstrajecten SUBTOTAAL 3 Sociaal verbindend 3.1 Zachte landing 3.2 Initiatieven samenwerking op sociaal gebied
165
200 775 300 350 1.625 300 350 650 600 500
3.3 Vangnet
350 SUBTOTAAL
TOTAAL
1.450
3.725
Economisch Stimulerend Bij het onderdeel stimulering bouw is er € 600.000,- bestemd voor de Cruiseterminal. Dit project wordt afgeschreven en gedekt uit de investeringsruimte. In 2014 is er reeds een voorschot genomen op de jaarschijf 2015 bij het vaststellen van het voorbereidingskrediet Stationstunnel ad € 60.000,- (rb 2014/003). Totaal bedraagt hierdoor de projectomvang € 1.985.000,-. Voor de projecten Economisch stimulerend is een bedrag ad € 1.135.000,- voorgelegd aan de raad om te besteden aan projecten. Het restant ad € 250.000 is nog niet voorgelegd aan de raad voor uitvoering (Citymarketing: € 100.000, Initiatieven samenwerking op economisch gebied € 150.000). De voorbereidingen voor de uitwerking van deze resterende projecten zijn gestart. De gedachte is om op basis van het thema 'Gastvrij Roermond' voorstellen te doen voor onderzoek en maatregelen. Doel daarbij is de economie een extra impuls te geven door het bevorderen en promoten van de Roermondse gastvrijheid en daarmee het imago van de stad (belevingsfactor) verder te versterken. Dit uitwerking hiervan is voorzien in 2015 om deze goed in lijn te brengen met relevante (beleids)trajecten, zoals het ruimtelijke detailhandelsbeleid, de binnenstadsvisie en flankerende maatregelen (verbinding binnenstadDOC). Over de inhoudelijke voortgang van de diverse projecten is en wordt afzonderlijk gerapporteerd. Financieel Van het in 2014 beschikbaar gestelde bedrag ad € 1.135.000 (€ 1.735.000 incl. cruiseterminal) is op 3112-2014 € 404.500 daadwerkelijk uitgegeven. Samen met de projecten waarvoor nog geen voorstel aan de raad is voorgelegd (€ 250.000, zie hierboven) is er over 2014 sprake van een (nog) niet besteed bedrag van € 980.000. De besteding van de middelen volgt over het algemeen pas na het maken van de plannen, de planvoorbereiding. De planvoorbereiding vergt in veel gevallen meer tijd dan voorzien door verschillende omstandigheden, zoals het overleg en het tot overeenstemming komen met externe partijen / stakeholders, en het beroep dat de planvoorbereiding doet op de beschikbare personele capaciteit. Sociaal Verbindend In het algemeen is binnen dit programma er voor gekozen om initiatieven, ideeën, projecten van onderop te laten ontstaan. Binnen de verschillende thema’s worden organisaties uitgenodigd om initiatieven te ontwikkelen binnen de door de gemeente geformuleerde doelstellingen. In een aantal gevallen hebben we er voor gekozen om beleidsregels op te stellen om het project ook toegankelijker te maken voor andere maatschappelijke initiatieven. In het algemeen betekent dit dat er veel tijd wordt besteed aan het stimuleren en enthousiasmeren van stakeholders, samenwerkingspartners en vrijwilligers. De afstemming met andere ontwikkelingen, zowel landelijk, provinciaal en lokaal, maken dat initiatieven niet alleen complex maar in de voorbereiding ook tijdrovend zijn. Zowel de gemeente als het maatschappelijk middenveld moeten duidelijk nog wennen aan de veranderende rol van de gemeente ( regisseren/faciliteren) en het maatschappelijk middenveld (initiëren/ontwikkelen). Zoals gezegd betekent dit in de praktijk dat niet alleen de planvoorbereiding in veel gevallen meer tijd vergt dan voorzien, maar dat ook blijkt dat initiatieven in de praktijk anders uitvallen. Omdat ze bijvoorbeeld als gevolg van andere ontwikkelingen inmiddels achterhaald en daardoor niet meer actueel zijn of dat blijkt dat er in de praktijk weinig draagvlak/ behoefte bestaat voor het initiatief. Op een aantal fronten zijn de middelen ingezet als “vangnet” en voorzien ze in een lacune die is ontstaan mede als gevolg van het wegvallen van reguliere (Rijks) middelen ( zachte landing).
166
Ten slotte hebben we een deel van de middelen aangewend voor het opstarten van een aantal pilots. Over de inhoudelijke voortgang van de diverse projecten is en wordt afzonderlijk gerapporteerd. Financieel Totaal bedraagt de projectomvang voor jaarschijf 2014 € 1.800.000,-. Voor de projecten Sociaal verbindend is een bedrag ad € 1.285.000,- (inclusief het raadsinitiatief “Ont-Moet-Bank” ad € 60.000) voorgelegd aan de raad om te besteden aan projecten. Het restant ad €515.000 is nog niet voorgelegd aan de raad voor uitvoering. Het betreft: arbeidsmarktbeleid € 90.000, vangnet € 220.000, zachte landing € 140.000 en initiatieven samenwerking op sociaal gebied € 65.000. Van het in 2014 beschikbaar gestelde bedrag ad € 1.285.000 is op 31-12-2014 € 237.677 daadwerkelijk uitgegeven. Samen met de eerder genoemde € 515.000 is er over 2014 sprake van een (nog) niet besteed bedrag van € 1.562.323.
167
168
Jaarrekening 2014
169
170
Het overzicht van baten en lasten
Programma Bedragen x € 1000 D-1 Roermond: Levende stad
Lasten / baten Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980)
D-1 Roermond: Levende stad D-2 Roermond: Veilige Lasten stad Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980) D-2 Roermond: Veilige stad D-3 Roermond: Regiostad
Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980)
D-3 Roermond: Regiostad D-4 Roermond: Sociale stad
Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Storting in reserves Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980)
D-4 Roermond: Sociale stad Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Storting in reserves Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980) D-5 Roermond: Economisch sterke stad D-6 Roermond: Prachtige stad
Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten
Prim. begroting
Begr. wijziging
Totaal begroting
Geboekt
Vrije ruimte
12.106 -2.058 10.048
1.026 -84 942
13.133 -2.143 10.990
13.251 -1.950 11.301
-118 -193 -311
-475 -475 9.573 7.224 -407 6.817
-1.094 -1.094 -152 -88 -13 -101
-1.569 -1.569 9.421 7.137 -421 6.716
-1.059 -1.059 10.242 6.631 -505 6.126
-510 -510 -821 506 84 590
-264 -264 6.553 4.113 -175 3.938
-307 -307 -408 1.136 0 1.136
-571 -571 6.145 5.250 -175 5.075
-238 -238 5.888 5.112 -262 4.850
-333 -333 257 138 87 225
-2.121 -2.121 1.817 55.587 -26.960 28.627
-1.136 -1.136 0 7.219 -4.563 2.656
-3.258 -3.258 1.817 62.807 -31.523 31.284
-3.162 -3.162 1.688 58.522 -32.084 26.438
-96 -96 129 4.285 561 4.846
294 -1.733 -1.439 27.188 39.280 -30.811 8.469
-2.294 -2.294 362 -1.010 -1.158 -2.168
294 -4.027 -3.733 27.551 38.270 -31.969 6.301
3.094 -2.559 535 26.973 29.625 -25.077 4.548
-2.800 -1.468 -4.268 578 8.645 -6.893 1.752
531 -4.048 -3.516 4.953 38.679 -12.985 25.694
-264 2.401 2.137 -31 1.488 -1.184 304
267 -1.646 -1.379 4.922 40.168 -14.170 25.998
530 -828 -298 4.250 37.205 -15.391 21.814
-263 -818 -1.081 669 2.963 1.221 4.184
171
Storting in reserves Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980) D-6 Roermond: Prachtige stad Programma D-7 Roermond: De Gemeente
Lasten / baten Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Storting in reserves Onttrekking uit reserves Mutatie reserve (F980)
D-7 Roermond: De Gemeente D-BV Paragraaf bedrijfsvoering
Lasten Baten Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten
-10.191 -10.191 15.503 Prim. begroting
Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Storting in reserves Onttrekking uit reserves Totaal reserves
Geboekt
-706 -3.600 -4.306 -122 Vrije ruimte
11.431 -81.354 -69.923
12.173 -82.657 -70.484
-742 1.303 561
2.054 -354 1.699 -66.235 51.725 -51.478 247
3.787 -3.179 608 -1.381 -1.478 1.735 257
5.841 -3.534 2.307 -67.616 50.247 -49.742 505
5.981 -3.396 2.584 -67.900 50.949 -50.673 276
-139 -137 -277 284 -702 931 229
-247 -247
-257 -257
-505 -505
-276 -276
-229 -229
D-BV Paragraaf bedrijfsvoering Baten
Totaal begroting
826 -7.039 -6.213 15.601
797 -2.786 -1.989
Mutatie reserve (F980) Lasten
Begr. wijziging
120 -10.639 -10.519 15.479
10.634 -78.568 -67.934
Onttrekking uit reserves
Totalen
120 -448 -328 -24
0
0
0
0
0
219.350 -203.443 15.907
9.091 -8.053 1.038
228.441 -211.496 16.945
213.469 -208.599 4.870
14.972 -2.897 12.075
2.879 -19.433 -16.554
3.643 -6.315 -2.672
6.523 -25.749 -19.226
10.431 -18.556 -8.125
-3.908 -7.193 -11.101
-647
-1.634
-2.281
-3.255
974
Totaal
Analyse resultaat Onderstaand is het gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten en gerealiseerd resultaat weergegeven. Het resultaat vóór bestemming is het resultaat exclusief mutaties in de reserves. In het gerealiseerd resultaat zijn de mutaties in de reserves wél opgenomen. Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Saldo conform begroting 2014
X € 1.000 -15.907
Geautoriseerde begrotingswijzigingen
-1.038
Begroot resultaat 2014
-16.945
Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten jaarverantwoording 2014
-4.870
Te verklaren verschil tussen begroot resultaat 2014 en het gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten jaarverantwoording 2014
-12.075
Gerealiseerd resultaat Saldo conform begroting 2014
647
Geautoriseerde begrotingswijzigingen
1.634
172
Begroot resultaat 2014
2.281
Gerealiseerd resultaat jaarverantwoording 2014
3.255
Te verklaren verschil tussen begroot resultaat 2014 en gerealiseerd resultaat jaarverantwoording 2014
974
Mutaties in reserves Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten jaarverantwoording 2014
-4.870
Storting in reserves
-10.431
Onttrekking uit reserves
18.556
Gerealiseerd resultaat jaarverantwoording 2014
3.255
Overzicht begrotingswijzigingen Begrotingswijzigingen gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Er is een saldo van afgerond € 1.038.000 aan begrotingswijziging doorgevoerd op het gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten. Deze wijzigingen hebben betrekking op de stortingen en onttrekkingen aan de reserves. De belangrijkste begrotingswijziging zijn hieronder weergegeven: Omschrijving (bedragen x € 1.000) Budgetten Centrumplan Swalmen Promotionele en toeristische activiteiten GOML Uitvoeringsbudget 3D Resultaatbestemming jaarrekening 2013 Raming budgetten ESSV Maatregelen herstel structureel begrotingsevenwicht Herijking budgetten ten laste van reserves Herijking budgetten investeringen Overig Totaal
Bedrag 257 280 602 650 901 2.278 -992 -1.002 -1.684 -252 1.038
Begrotingswijzigingen gerealiseerd resultaat In de programmarekening is aangegeven dat een saldo van € 1.634.000 aan begrotingswijzigingen heeft plaatsgevonden op het gerealiseerd resultaat. De belangrijkste begrotingswijzigingen kunnen als volgt worden ingedeeld: Omschrijving (bedragen x € 1.000) Circulaires algemene uitkering 2013 Circulaires algemene uitkering 2013 Kredietrapportage 2013 Maatregelen herstel structureel begrotingsevenwicht overig Totaal
Bedrag
-1.024 1.160 370 992 136 1.634
173
Begrotingswijzigingen die programma overstijgend zijn, vinden uitsluitend plaats na goedkeuring door de raad. Voor zover begrotingswijzigingen product overstijgend zijn, is instemming van het college noodzakelijk. Binnen het product is de budgethouder bevoegd om de begroting te wijzigen.
Mutaties in reserves Voor de belangrijkste mutaties in reserves wordt verwezen naar de toelichting op de balans. Verklaring verschillen De verschillen tussen het gerealiseerd resultaat volgens de begroting en het gerealiseerde resultaat 2014 worden per programma toegelicht in de jaarverantwoording. Hieronder is een overzicht van de verschillen per programma opgenomen: Programma 1 Roermond: Levende stad Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving
Lasten
Baten
Reserve
Evenementenbeheer
-98
-24
0
Toeristische projecten
76
0
-76
103
0
-103
Sportbeleid Breedtesport
-93
4
0
Sportaccommodaties
-184
-14
0
Zwemaccommodatie
-148
-236
0
120
0
-120
Cultuur Ontwikkeling ECI
301
0
-203
-195 -118
77 -193
-8 -510
Lasten
Baten
Reserve
Uitvoeren veiligheidsprogramma
224
-2
-235
Veiligheidsprojecten
273
11
-96
84
0
0
-75 506
75 84
-2 -333
Lasten
Baten
Reserve
-137
142
0
OML
127
-56
0
Overig Totaal programma 3 Roermond: Regiostad
148 138
1 87
-96 -96
overige Totaal programma 1 Roermond: Levende stad Programma 2 Roermond: Veilige stad Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving
Winkelstraatmanagement Overig Totaal programma 2 Roermond: Veilige stad Programma 3 Roermond: Regiostad Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving GOML/SML
174
Programma 4 Roermond: Sociale stad Toelichting (bedragen x € 1.000) Lasten
Baten
Reserve
-8
153
0
Maatschappelijk werk, informele buurtnetwerken welzijnszorg (ESSV)
100
0
-100
Verbinden in zorg (ESSV)
160
0
-160
Ondersteuning kinderopvang
128
0
-98
90
-5
0
Omschrijving Centrum Jeugd en gezin
Kinderopvang Uitkering wet BUIG
316
31
-347
Projectplan bedrijfsvoering 3 D’s
-85
292
-207
2.361
6
-2.367
249
0
-249
WMO uitvoering Jeugd- en jongerenwerk Innovatie zorgstructuur (ESSV)
91
0
-91
-104
1
0
Huisvesting speciaal onderwijs
116
6
0
Wijkontwikkelplan Donderberg
-31
-106
0
902 4.285
183 561
-649 -4.268
Lasten
Baten
Reserve
7.767
-7.555
-212
Ondersteuning startende ondernemers en kleine ondernemers in de problemen (ESSV)
300
0
-300
Sociale werkvoorziening
618
0
-227
-103
103
0
0
771
0
195
0
-195
0
-345
0
Leerlingenvervoer
Overig Totaal programma 4 Roermond: Sociale stad Programma 5 Roermond: Economisch sterke stad Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving Grondexploitatie
WWB werkdeel activering Vrijval voorziening meeneemregeling participatiebudget DU Jeugdwerkloosheid Parkeeropbrengsten en –producten Beheer verkeersvoorzieningen
-128
0
0
-4 8.645
133 -6.893
-147 -1.081
Lasten
Baten
Reserve
Overig Totaal programma 5 Roermond: Economisch sterke stad Programma 6 Roermond: Prachtige stad Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving Planschades
-1.020
1.020
0
Dorpsplan Swalmen
476
0
-476
Provinciale taken Vergunningen Toezicht Handhaven (VTH)
200
0
-200
45
0
-45
594
0
-594
0
-59
0
389
32
-392
Stimulering woningbouw (ESSV) Woonwagens WABO Natuur- en landschapsbeheer
175
Groenbeheer
218
-7
-127
Aanleg en onderhoud speelterreinen
298
0
-301
Afvalverwijdering
206
222
-429
Openbare verlichting
132
0
-132
Openbare verlichting
131
0
0
-165
0
0
Onderhoud van wegen algemeen Projecten infrastructuur
1.405
0
-1.518
Overig Totaal programma 6 Roermond: Prachtige stad
54 2.963
13 1.221
-92 -4.306
Lasten
Baten
Reserve
-128
-26
0
-95
0
0
0
220
0
13
-128
-130
-155
250
-114
-7
239
0
152
178
0
0
1.022
0
Programma 7 Roermond: De gemeente Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving Paspoorten Raadsonderzoek ECI Onroerendezaakbelasting Gemeentefonds Gronden en landerijen Opbrengsten deelnemingen Diverse saldoposten Saldo kostenplaats kapitaallasten Borgstelling Nederstroom BV
-450
0
0
Oninbare posten
-298
113
0
278
-793
0
-52 -742
228 1.303
-33 -277
Lasten
Baten
Reserve
Doorbelasting kostenplaatsen
441
74
0
Beheer gemeentelijke gebouwen en facilitaire services
122
136
0
Ontwikkeling KCC/Dimpact
114
0
-114
ICT samenwerking
184
0
0
0
146
0
-1.635
0
0
Saldo kostenplaatsen Overig Totaal programma 7 Roermond: De gemeente Paragraaf bedrijfsvoering Toelichting (bedragen x € 1.000) Omschrijving
Wethouderspensioenen Taakstellingen Vertrekregeling en herbezetting
279
0
-100
Salariskosten
-57
173
-15
Overige personeelskosten
-126
337
0
Overige Totaal paragraaf bedrijfsvoering
-24 -702
65 931
0 -229
Overzicht algemene dekkingsmiddelen Omschrijving bedrag x € 1.000 Lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is Algemene uitkeringen
176
Begroting 12.584 62.141
Begroting na wijziging 12.684 63.970
Realisatie 12.979 63.842
Dividend Overige algemene dekkingsmiddelen Totaal
492 0 75.217
472 0 77.126
260 0 77.081
Gebruik onvoorzien Het Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader geeft aan dat er geen verplichting meer is om een post onvoorzien in te stellen. Aangezien deze vrijwel nooit noemenswaardig ingezet wordt, is deze post geheel afgeraamd. Toelichting uit hoofde van de WNT Topfunctionarissen, gewezen topfunctionarissen en toezichthouders Naam orgaan
Aard van de
of instelling
functie
Omvang
vaste en
voorzieningen ten behoeve van
dienstverb
variabele
beloningen betaalbaar op termijn
and
wordt bekleed
onkosten-
(werkgeversaandeel
(in FTE)
vergoeding
pensioenpremie)
111.039
531
12.842
1,0
84.134
183
10.230
1,0
Secretaris
Geraedts JJTL
Griffier
Vervuurt HJB
Beloning
Werkgeversdeel van
waar functie
Gemeente
Naam
Belastbare
Roermond Gemeente Roermond
Ten aanzien van interim-functionarissen die geen topfunctie vervullen heeft de gemeente Roermond gebruik gemaakt van de mogelijkheid die paragraaf 6 van de Beleidsregels toepassing WNT biedt inzake de volledige openbaarmaking van deze functionarissen. Op basis van de Beleidsregels toepassing WNT (inclusief de wijziging van paragraaf 6 volgens besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 12 maart 2014, nr 2014 – 0000142706) kán en hoeft de gemeente Roermond niet volledig te voldoen aan de verplichting voor openbaarmaking van deze interim-functionarissen zoals voorgeschreven in artikel 4.2 lid 2c van de WNT (inclusief verwerking Aanpassingswet WNT).
177
Balans - Activa (bedragen x € 1.000) I. Vaste Activa Immateriële vaste Activa kosten sluiten van geldleningen en saldo van agio en disagio kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief Materiële vaste activa Investeringen met economisch nut Investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Investeringen met maatschappelijk nut In erfpacht Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen Leningen aan verbonden partijen Leningen aan woningbouwcorporaties Overige langlopende Leningen u/g Ov. uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal vaste activa: II. Vlottende activa Voorraden niet in exploitatie genomen bouwgronden overige grond- en hulpstoffen Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar Vorderingen op openbare lichamen Overige Vorderingen Liquide middelen Kas en bankaldi kortlopende leningen
31-12-2013
31-12-2014 11
0 11
68 0 68
159.726
158.755
103.974
103.621
38.969 16.608 175
39.455 15.504 175 8.875
7.389
945 1.533 4.792 1.266 6
932 1.533 3.366 1.261 6
333
291 168.612
166.212
8.213
9.234
1.417 12 6.784
1.701 22 7.511 21.738
12.682 9.056
26.714 13.065 13.649
1.985 1.985 0
Overlopende activa Totaal vlottende activa Totaal generaal
178
1.677 1.677 0
519 32.455
1.392 39.017
201.067
205.229
Passiva (bedragen x € 1.000) III. Vaste financieringsmiddelen Eigen Vermogen Algemene Reserve Bestemmingsreserves Saldo gerealiseerd resultaat
31-12-2013
31-12-2014
64.646 14.915 49.167 564
58.281 13.743 41.283 3.255
Voorzieningen
10.644
13.132
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer Obligatieleningen: Onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen
94.036
91.263
1
1
94.035
91.262
Totaal vaste passiva: II. Vlottende passiva Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar kasgeldleningen Banksaldi Overige schulden
169.326
162.676
11.403
21.552
0 5.461 5.942
0 13.334 8.218 20.338
Overlopende passiva Overlopende passiva art 44 Totaal vlottende passiva
21.001
13.573
13.858
6.765
7.143 31.741
42.553
Totaal generaal
201.067
205.229
Gewaarborgde leningen
237.639
240.331
179
Toelichting op de balans Activa Immateriële Vaste Activa Bedragen x € 1.000
Boekwaarde (Des-) Afschrijvingen Boekwaarde 1-1-2014 Investeringen 2014 31-12-2014 Kosten onderzoek/ontwikkeling 11 63 6 68 De afschrijvingen zijn reguliere afschrijvingen. Ten behoeve van het “Project Involve” is per saldo afgerond € 62.000 uitgegeven, De afrekening van de Europese bijdragen zal in 2015 plaatsvinden. P
Materiële Vaste Activa Bedragen x € 1.000
Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Vervoermiddelen Machines, apparaten en Installaties Overige materiële vaste activa In erfpacht gegeven terreinen Totaal
Boekwaarde 1-1-2014 11.723 81 79.880 19.479
(Des)Investeringen) Investe- Bijdrage Bijdrage ringen derden reserves 61 7
Afschrijvingen 2014
Boekwaarde 31-12-14
67 2 2.156 1.647
11.710 79 80.435 18.391
4.160 9.507
1.449 2.421
38.968
1.314
37
790
39.455
574 2.656
11 844
17
106 694
479 2.789
6.190 175 159.726
371 0 16.268
1.319
5.242 175 158.755
3.924
6.527
6.534
6.781
De belangrijkste mutaties in de (des)investeringen zijn: x De belangrijkste investeringen in de bedrijfsgebouwen zijn: x De bouw van het Expertisecentrum € 3,8 miljoen x Overige schoolgebouwen € 0,3 miljoen x Tegenover de investeringen staat de bijdragen van de provincie in het Expertisecentrum € 1,2 miljoen, bijdrage in de ECI-cultuurfabriek € 0,2 miljoen leidt tot een bijdrage van € 0,6 miljoen. x De investeringen in grond-, weg- en waterbouwkundige werken bedroegen afgerond € 9,3 miljoen. De grootste projecten waren Singelring-Oost (€ 5 miljoen afgerond) en de aanleg van het fietspad door het Roerdal (€ 1,8 miljoen). De overige investeringen met maatschappelijk nut bedroegen € 2,7 miljoen (diverse infrastructurele werken werkzaamheden N280/N271, Roerkade etc.) Aan bijdragen van derden (voornamelijk Provincie) is (afgerond) € 2,4 ontvangen. Ten laste van de reserves (voornamelijk maatschappelijk nut) is afgerond € 6,5 miljoen geboekt. x Het onderdeel Investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven neemt toe als gevolg van investeringen in rioleringen van € 1,3 miljoen. x De toename van het onderdeel machines, apparaten en installaties wordt voornamelijk veroorzaakt door investeringen in de software € 678.000 en machine en installaties € 165.000. x De overige materiële vaste activa nemen voornamelijk toe als gevolg van de aankoop van WMOhulpmiddelen (€ 361.000).
180
Financiële Vaste Activa Bedragen x € 1.000
Effecten Overige uitzettingen langer dan 1 jaar Kapitaalverstrekkingen deelnemingen Leningen aan verbonden partijen Leningen u/g Activa in eigendommen van derden (subsidies/krediet derden) Totaal
Boekwaarde 1-1-2014
(Des-) Investeringen
872
-13
Aflossingen/ Afschrijvingen 2014
Boekwaarde 31-12-2014 859
6 73
6 73
1.533 6.058
1.431
1.533 4.627
333
42
291
1.473
7.389
8.875
-13
De verminderingen op de leningen u/g hebben betrekking op reguliere aflossingen (€ 1 miljoen) en een vervroegde aflossing (€ 0,4 miljoen afgerond).
Voorraden Bedragen x € 1.000 Niet in exploitatie genomen bouwgronden Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie Overige grond- en hulpstoffen Totaal
1-1-2014 1.417 6.784 12 8.213
Mutatie 284 727 10 1.021
31-12-2014 1.701 7.511 22 9.234
De boekwaarde van niet in exploitatie genomen bouwgronden stijgt met € 284.000 euro als gevolg van rente- en beheerskosten, alsmede het afsluiten van een drietal grondexploitaties. De toename van de boekwaarde van het onderhanden werk met € 727.000 wordt veroorzaakt door geboekte rentekosten, kosten voor planontwikkeling, sloopkosten en ambtelijke kosten. Voor een getailleerd overzicht verwijzen we u naar de paragraaf Grondbeleid. Vorderingen Bedragen x € 1.000 1 Debiteuren particulier 2 Debiteuren bijstandszaken 3 Vordering op openbare lichamen 4 Nog te verhalen posten 5 Debiteuren gemeentelijke heffingen 6 Voorziening dubieuze debiteuren Totaal
1-1-2014
Mutatie
31-12-2014
3.101
1.161
4.262
7.226
214
7.440
11.087
1.978
13.065
457
966
1.423
2.361
592
2.953
-2.494
65
-2.429
21.738
4.976
26.714
Debiteuren particulieren Dit saldo neemt toe met € 1,2 miljoen ten opzichte van ultimo 2013. De toename wordt in hoofdzaak bij het onderdeel leveringen en diensten van derden. Debiteuren Bijstandszaken De afdeling Sociale Zaken is belast met de uitvoering van een aantal regelingen op het gebied van sociale zorg en werkgelegenheid. Het saldo neemt met € 214.000 en zijn uiteenlopend van aard.
181
Vorderingen op openbare lichamen Het betreft vorderingen op onder andere ministeries, belastingdienst en waterschappen. Ten opzichte van 2013 zijn deze vorderingen met bijna € 2 miljoen toegenomen. De grootste posten hebben betrekking op nog te ontvangen bijdrage in investeringen zoals het Expertisecentrum. In navolging van de richtlijnen van de Besluit Begroting en Verantwoording is de “voorziening vordering op Verloop Vennootschap BV” (in het kader van de Essent transactie) in mindering gebracht op de nominale waarde van deze vordering. Eventuele uitkering wordt ten gunste van de reserve maatschappelijk nut gebracht conform het raadsbesluit van 2009. Nog te verhalen posten Nog te verhalen posten zijn openstaande rechten (nog te ontvangen bedragen) over 2014. Deze neemt toe met bijna € 1 miljoen ten opzichte van ultimo 2013. Debiteuren gemeentelijke heffingen Op deze balanspost worden de opbrengsten gemeentelijke heffingen verantwoord. Het saldo neemt toe met € 0,6 miljoen opzichte van 2013. De invordering vindt plaats bij de BsGW. Voorziening dubieuze debiteuren Van alle posten is op individuele basis bepaald of ze dubieus zijn. Op basis van de benodigde stand op 31-12-2014 is de dotatie bepaald. Per saldo is er derhalve (afgerond) € 65.000 bijgestort. Aan oninbare vorderingen is een bedrag van in totaal € 242.000 afgeboekt, waarvan € 226.000 voor belastingdebiteuren en € 16.000 voor overige vorderingen. Voor het onderdeel dubieuze debiteuren sociale zaken is € 113.000 vrijgevallen als gevolg van een lager saldo ultimo 2014. Liquide middelen Kas- bank- en girosaldi De (debet) Kas- bank- en girosaldi nemen af met € 0,3 miljoen.
Overlopende activa Bedragen x € 1.000 Transitorische geldleningen u/g Vooruitbetaalde lasten Overig Totaal
1-1-2014 157 356 6 519
mutatie 16 777 80 873
31-12-2014 173 1.133 86 1.392
Onder de vooruitbetaalde lasten worden de kosten verantwoord die in 2014 betaald zijn, maar betrekking hebben op het boekjaar 2015 en/of volgende jaren. Deze neemt ten opzichte van 2013 toe met € 777.000, voornamelijk als gevolg van meer vooruitbetaalde subsidies.
182
Passiva Reserves De mutaties in de diverse reserves en voorzieningen zijn gedetailleerd opgenomen in het verloopoverzicht in bijlage vijf. Hieronder volgt een overzicht op hoofdlijnen. Onttrekkingen, dan wel stortingen in de reserves, vinden alleen plaats na goedkeuring door de raad. De gemeente Roermond kent op 31 december 2014 nog de volgende reserves met een saldo: Bedragen x € 1.000 Algemene reserve Bestemmingsreserves Saldo gerealiseerd resultaat Totaal
Stand per 1/1 14.915 49.167 564
Vermeerdering
Onttrekking
Onttrekking tgv krediet
1.284 9.710 3.255
2.456 11.098 564
6.495
64.646
14.249
12.625
6.495
Stand per 31/12 13.743 41.283 3.255 58.281
Algemene reserve Aan de algemene reserve is het rekeningresultaat 2013 ad € 0,6 miljoen toegevoegd. De rest van de vermeerdering, ad € 0,7 miljoen bestaat uit de vrijval van diverse claims uit bestemmingsreserves € 0,4 miljoen (herijking), de terug storting van de besparing van loonkosten als gevolg van de 60+ vertrekregeling € 0.2 miljoen en de stortingen van bijdrage in bovenwijkse voorzieningen van diverse grondexploitaties ad € 0.1 miljoen. De onttrekking ad € 2,5 miljoen bestaat onder andere uit de volgende onderdelen: x Conform het raadsbesluit van 3 juli 2014 is uit het voordelig rekeningresultaat € 0,7 miljoen ten gunste van de exploitatie 2014 gebracht en € 0,7 in de overige reserves gestort. x Ten behoeve van het projectplan bedrijfsvoering 3 decentralisaties is € 0,4 miljoen onttrokken (raadsbesluit 5 juni 2014). x Ten behoeve van de claim langdurigheidstoeslag is € 0,3 miljoen beschikt. x In het kader van de herijking is € 0,2 miljoen gestort in de reserve wijkaanpak verbinden Donderberg x Ten behoeve van de sanering Heidesteeg/Heidebaan is een bedrag van € 0,1 miljoen beschikt. x Ter aanvulling van de reserve maatschappelijk nut is € 0,1 miljoen beschikt
Bestemmingsreserves Voor een totaal overzicht verwijzen we u naar bijlage 3 De belangrijkste mutaties (groter dan € 250.000) in de bestemmingsreserves zijn: Stortingen in de: x egalisatiereserve WMO wegens voordelig resultaat uit de exploitatie van de uitvoering van de WMO € 2,5 miljoen en bestemming van het rekening resultaat 0,2 miljoen; x reserve maatschappelijk nut € 1,5 miljoen (reguliere storting € 1,4 miljoen) en stortingen in het kader van de herijkingen € 0,1 miljoen; x Decentralisatie uitkeringen circulaires gemeentefonds € 1,1 miljoen; x egalisatiereserve Wet Buig € 0,6 miljoen voordelig resultaat uit de exploitatie; x reserve “claims algemene reserve” € 0,6 miljoen (claim verordening langdurigheidstoeslag € 0,3 miljoen, diverse investeringsprojecten € 0,3 miljoen en overig € 0,1); x reserve egalisatie afvalstoffenheffing € 0,5 miljoen; x reserve onderhoudskosten areaaluitbreiding (herijking reserves € 0.8 miljoen); x In de reserve bedrijfsvoering (herijking reserves) € 0,7 miljoen;
183
x x
Reserve wijkontwikkelingsplannen € 0,3 miljoen (voornamelijk bijdrage locatie 6 De Kemp) Overige € 0,9 miljoen
Onttrekkingen De belangrijkste mutaties (groter dan € 250.000) in de bestemmingsreserves zijn: x overheveling naar andere bestemmingsreserves € 3,3 miljoen conform herijking en overige raadsbesluiten x Bijdragen in investeringen: x in maatschappelijk nut € 6.1 miljoen; x overige € 0,4 miljoen; x bijdrage bijdrage MIP 5 en 6 GOML € 3,2 miljoen; x uitgaven reserve claims € 0,8 miljoen; x uitgaven in het kader van decentralisatieuitkeringen € 0,5 miljoen; x Reserve onderwijshuisvesting € 0,5 miljoen; x uitvoering coalitieakkoord € 0,3 miljoen; x Dekking exploitatietekort parkeergarages € 0,3 miljoen; x Her-rubricering van de egalisatiereserves afvalstoffenheffing en rioolrecht naar de voorzieningen ad € 1,5 miljoen; x Overige € 2 miljoen.
Voorzieningen. Voor een totaal overzicht verwijzen we u naar bijlage 3. De belangrijkste mutaties in de onderhoudsvoorzieningen zijn: De storting in de onderhoudsvoorziening gebouwen bedroeg in 2014 € 0,5 miljoen (afgerond). Daarnaast is de ontvangen BRIM subsidies van een aantal eigendommen en de verkoopopbrengst in deze voorziening gestort (€ 0,3 miljoen). De onderhoudskosten bedroegen € 0,3 miljoen. In verband met gewijzigde voorschriften zijn de egalisatiereserves afvalstoffenheffing en rioolrecht ultimo 2014 verantwoord onder de voorzieningen. Overige voorzieningen De belangrijkste mutaties in de overige voorzieningen zijn: x Op grond van de actuariële berekening voor de wethouderspensioenen is in 2014 € 146.000 vrijgevallen. De uitkeringen voormalige wethouders bedroegen € 87.000; x Reguliere stortingen € 187.000; x De gemeente is in de loop van 2014 aangesproken voor de borgstelling op een langlopende geldlening, verstrekt aan Nederstroom BV voor een langlopende geldlening, die is verstrekt door het Restauratiefonds. Conform de voorschriften is het aandeel, waarvoor de gemeente aangesproken wordt, ten laste van de exploitatie 2014 in een voorziening gestort. x De ontvangen vergoeding voor maatregelen voor zwerfvuil, alsmede de decompensatiegelden voor de gekapte platanen aan het Stationspark zijn gestort in de voorzieningen (€ 136.000)
184
Vaste schulden Bedragen x € 1.000 Onderhandse leningen banken Totaal
1-1-2014 94.035 94.035
mutatie -2.772 -2.772
31-12-2014 91.263 91.263
De vaste schulden nemen per saldo af met € 2,7 miljoen, als gevolg van: x de reguliere geraamde aflossingen (€ 7,4 miljoen); x de vervroegde aflossing van een (door verstrekte) geldlening € 0,4.miljoen. x Een nieuwe lening ten bedrage van € 5 miljoen die in 2014 is opgenomen. De totale rentelast van de vaste schulden bedraagt voor 2014 € 3,1 miljoen (was € 3,3 miljoen ultimo 2013). De schuld in rekening courant neemt toe met afgerond € 8 miljoen, als gevolg van grotere financieringsbehoefte.
Overige schulden Bedragen x € 1.000 Crediteuren Crediteuren Werk en Inkomen Overig Totaal
1-1-2014 3.457 2.470 15 5.942
mutatie 2.704 -428 2.276
31-12-2014 6.161 2.042 15 8.218
Het crediteurensaldo is ultimo 2014 € 2,7 miljoen hoger ten opzichte van ultimo 2013. De grootste posten hebben betrekking op nog te betalen subsidie (1,6 miljoen). De rest is van uiteenlopende aard. De crediteuren werk en inkomen nemen af met 0,4 miljoen. Overlopende passiva Bedragen x € 1.000 Transitorische rente opgenomen geldleningen Pensioenbijdragen Afdracht loonheffing Vooruit ontvangen bedragen Nog te betalen lasten Overige Totaal
1-1-2014 1.635 463 3.230 21 8.144 80 13.573
mutatie -169 -59 -1.819 22 2.264 46 285
31-12-2014 1.466 404 1.411 43 10.408 126 13.858
In verband met het aflossen (regulier) van de leningen in 2014 is ook de transitorische rente (aan 2014 toe te rekenen rente welke in 2015 pas betaald wordt) afgenomen. De nog af te dragen pensioenpremie en loonheffing is lager ten opzichte van 2013 in verband met de in 2013 vervroegd uitgetreden werknemers in het kader de 60+ vertrekregeling.
185
Overlopende passiva (BBV artikel 49): In de balans worden onder de overlopende passiva afzonderlijk opgenomen: de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren. De gemeente Roermond kent op 31 december 2014 nog de volgende voorzieningen met een saldo die gerangschikt moeten worden onder de overlopende passiva: Bedragen x € 1.000 Regelingen sociale zaken Wwb participatiebudget Regionaal meld- en coördinatiepunt (RMC) Actieplan Jeugdwerkloosheid regio Limburg Retail & Business Academy Roermond Social Return & Investment regio M-Limburg Scholingsfonds werkloze werkzoekenden Regelingen welzijn Subsidie wet OKE Pilot toegang tot jeugdzorg Oost.Limburg Pilot zorg advies teams Oost.M.Limburg Project Nazorg Oostelijk Midden Limburg Prov.bijdrage graffitieproject Regelingen KC en veiligheid Camerabewaking Roerstreek V&J gelden Veiligheidshuis Project bijdrage WOP Donderberg Prov.bijdrage 70 jaar Bevrijding Begeleiden van ex-gedetineerden Bijdragen SML Overig Regelingen stedelijke ontwikkeling/infra ISV subsidie-regelingen Subsidie gebiedsontwikkeling Swalmen Regiofonds verkeer Midden Limburg Subsidie planstudie N280 Brug en route in het Roerdal Stimulering bouw subsidie Overig Totaal
186
Stand 1-1
Mutatie
Stand 31-12
1.067 414 309 101 68 0 1.959
-1.067 -9 -1 -68 185 -960
0 405 308 101 0 185 999
557 214
-512 -187
45 27
1 0 0 772
-1 0 45 -655
0 0 45 117
139 110
0 -53
139 57
0 0 0 0 38 287
1.862 5 25 132 45 2.016
1862 5 25 132 83 2.303
953 900 687 125 630 0 452 3.747 6.765
-406 0 407 100 -630 227 279 -22 378
547 900 1094 225 0 227 731 3.724 7.143
De belangrijkste mutaties (groter dan € 250.000) in de overlopende passiva zijn: x x x x x
Vanwege gewijzigde regelgeving is een bedrag van € 771.000 vrijgevallen uit het WWB Participatiebudget. Aan terugbetalingsverplichting aan het rijk is € 296.000 verantwoord. Uitgaven ten laste van de provinciale bijdrage voor de brug en route in het Roerdal Uitgaven Onderwijsachterstandenbeleid € 512.000 Terugbetaling provinciale subsidie ouderenhuisvesting voor de wijkontwikkeling van de Donderberg is € 3 miljoen als voorschot ontvangen. De onttrekking in 2014 bedroeg € 1,2 miljoen, zodat er nog € 1,8 miljoen resteert.
Positie balans De positie van de balans kan als volgt worden geclassificeerd. Verloop netto schuld: Bedragen x € 1.000 Langlopende uitzettingen Voorraden Kortlopende vorderingen Liquide middelen (kas, bank) Overlopende activa Balanstotaal -/- vaste en immateriële vaste activa
31-12-2013 8.875 8.213 21.738 1.985 519 41.330
Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Overlopende passiva Balanstotaal - eigen vermogen Netto schuld Inwoners ultimo: Netto schuld per inwoner Exploitatietotaal (realisatie) Debtratio (Verhouding netto schuld tot de exploitatie):
Mutatie
31-12-2014
-1.486 1.021 4.976 -308 873 5.076
7.389 9.234 26.714 1.677 1.392 46.406
10.644 94.036 11.403 20.338 136.421
2.487 -2.773 10.150 663 10.527
13.131 91.263 21.553 21.001 146.948
95.091
5.451
100.542
56.986 1.669 150.076 61,4%
33 82
57.019 1.763 157.926 63,7%
Als stelregel geldt dat een ratio van 80% te hoog is. Het gemiddelde van alle gemeenten tezamen bedroeg ultimo 2013 nog 79%. De hoogte van de netto schuld hangt ook samen met de centrumfunctie die een gemeente vervult. Het gemiddelde van de gemeenten tussen de vijftig en honderdduizend bedroeg ultimo 2013 nog € 2.390 per inwoner. Schatkistbankieren 2014 was het eerste hele kalenderjaar dat decentrale overheden overtollige middelen moesten aanhouden in ’s Rijks schatkist;
187
De regeling ‘Schatkistbankieren’ beperkt zich enkel tot tegoeden en aldus is er geen sprake van een leenfaciliteit. Alvorens middelen in de schatkist aangehouden dienen te worden, is een drempelbedrag van toepassing: voor gemeenten met een begroting tot € 500 miljoen, bedraagt deze drempel 0,75 % van het begrotingstotaal, voor onze gemeente (met een begroting ad € 167.621.000) komt dit neer op een drempel van € 1.257.000. De drempel is een gemiddeld tegoed per kwartaal. Aangezien onze gemeente een ‘netto lenende’ is, streven wij ernaar zo optimaal mogelijk gebruik te maken van onze kasgeldlimiet, dat wil zeggen, dat binnen de kaders van de kasgeldlimiet (zie financieringsparagraaf), onze gemeente de vaste financieringsbehoefte opneemt middels kortlopende kasgeldleningen en slechts het fluctuerende gedeelte aangehouden wordt in de rekening courant (kredietfaciliteit). Structurele tegoeden op de rekening(en) courant worden vermeden en hoewel incidenteel een positief saldo voorkomt, is dit steeds beneden de voor onze gemeente geldende drempel gebleven. Door onze gemeente werden in 2014 dan ook geen overtollige liquide middelen in de schatkist aangehouden.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen De gemeente Roermond heeft meerjarige verplichtingen met externe partijen en heeft contracten afgesloten. In onderstaand overzicht zijn deze verplichtingen en contracten opgenomen. In dit overzicht zijn alleen de verplichtingen en contracten opgenomen die gelijk of groter zijn dan de grenzen die gehanteerd worden voor Europese aanbestedingen. Naam
Onderhoud verkeerslichten Roermond en Swalmen Raamcontract levering parkeerapparatuur Verwerken grof huishoudelijk afval Beheer milieupark Wmo- vervoerskosten Raamovereenkomst schoonmaakdienstverlening/glasbewa ssing Raamovereenkomst Postbezorging Brandverzekering (opstal) Energie- levering aardgas 2014-2015 Inzameling huishoudelijk en gft afval via duobak Wijkonderhoudsbestek perceel 1 Wijkonderhoudsbestek perceel 3 Maaien bermen Onderhoud sportvelden Civiele werken Onkruidbestrijding/ machinaal veegwerk Onderhoud bomen
Huidig jaarbedrag
Totale contractomvang
Rest. looptijd
Rest. contractomvang
84.699
84.699
0,5
42.350
172.500 121.467 207.994 561.000
345.000 242.933 207.994 4.488.000
0,9 1,5 1,5 2,0
158.125 182.200 311.991 1.122.000
233.669 100.000 218.434 500.000
1.168.343 300.000 655.301 1.000.000
2,2 2,0 1,0 1,0
506.282 200.000 218.434 500.000
1.050.741 872.227 647.000 124.137 73.400 194.000
7.355.187 3.488.908 2.588.000 496.548 293.600 776.000
5,0 2,0 2,0 2,0 2,0 2,0
5.253.705 1.744.454 1.294.000 248.274 146.800 388.000
342.500 81.250
1.300.000 243.750
2,0 2,0
685.000 162.500
188
Wijkonderhoudsbestek perceel 2 Maaien sportvelden Onderhoud begraafplaatsen Westrom WMO Hbh Voorzieningenovereenkomst & Communicatie-, Overleg- en Besluitvormingsovereenkomst Uitvoering Regiotaxi Wmo Levering electriciteit 2013-2015 Raamovereenkomst beveiligingsdiensten Aansprakelijkheidsverzekering GFT verwerking en bulktransport perceel 2 HRA bulktransport, verwerking en opslag perceel 1 Leerlingenvervoer perceel 6 / 7 Leerlingenvervoer perceel 3 / 4 / 5 Leerlingenvervoer Perceel1 / 2 Gym- en zwemvervoer Roermond
1.038.716 56.929 143.571
4.154.864 170.786 430.551
2,0 2,0 2,0
2.077.432 113.857 287.142
6.000.000 310.000 750.000
42.000.000 775.000 2.250.000
6,0 1,2 1,0
36.000.000 361.667 750.000
118.431 86.494
355.329 260.823
3,0 2,0
355.294 172.988
144.000
288.000
1,0
144.000
720.000 658.282 1.003.566 385.706 155.232
3.600.000 1.316.563 2.007.131 771.413 310.464
4,0 1,6 1,6 1,6 1,6
2.880.000 1.042.279 1.588.979 610.702 245.784
Het totaal van de gewaarborgde leningen per 31 december 2014 bedroeg € 240,3 miljoen (was € 237,6 miljoen per 1 januari 2014). Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de staat gewaarborgde geldleningen ( bijlage 6) behorende bij deze jaarrekening.
Gebeurtenissen na balansdatum N.v.t.
189
Colofon De jaarverantwoording 2014 is een uitgave van de gemeente Roermond. Telefoon: (0475) 359 999 E-mail:
[email protected] Internet: www.roermond.nl Fotografie: Gemeente Roermond Drukwerk: Gemeente Roermond
190
Jaarverantwoording
2014
Bijlagenboek
Bijlagenboek Jaarrekening 2014
1
2
Inhoudsopgave Bijlage 1: Realisatie 2014 versus 2e burap 2014 ......................................................................................... 5 Bijlage 2: Activa rekening per product 2014 ................................................................................................. 9 Bijlage 3: Staat van reserves en voorzieningen 2014 ................................................................................ 13 Bijlage 4: Verstrekte geldleningen .............................................................................................................. 17 Bijlage 5: Opgenomen geldleningen ......................................................................................................... 21 Bijlage 6: Gewaarborgde geldleningen ...................................................................................................... 23 Bijlage 7: Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling................................................................... 28 Bijlage 8: Kerngegevens............................................................................................................................. 30 Bijlage 9: SISA bijlage ................................................................................................................................ 31 Bijlage 10: Grondexploitaties ...................................................................................................................... 44 Bijlage 11: Overzicht incidentele baten en lasten ...................................................................................... 58 Bijlage 12: Kredietrapportage ..................................................................................................................... 62
3
4
Bijlage 1: Realisatie 2014 versus 2e burap 2014
5
(bedragen x € 1.000)
Jaarverantwoording 2014
Omschrijving
Lasten
Wijkeconomie, handel en ambacht
e
2 Burap 2014
Verschil
Baten Reserve Lasten Baten Reserve
-15
-83
-80
0
0
0
-178
-295
-245
-107
-113
-84
0
-450
94
0
-120
0
0
0
-26
Gemeentearchief
-14
1
0
0
0
0
-13
Museum
-66
55
0
0
0
0
-11
6
-19
0
0
0
0
-13
173
98
-203
0
99
0
-31
-117
-193
-510
-113
15
0
-722
28
0
0
0
0
0
28
421
88
-334
-40
-50
0
265
56
-2
0
0
0
0
54
2 Roermond: Veilige stad
505
86
-334
-40
-50
0
347
Bestuurlijke samenwerking
-16
142
-46
0
0
0
80
Economische samenwerking
146
-56
-50
0
-56
0
96
8
0
0
0
0
0
8
3 Roermond: Regiostad
138
86
-96
0
-56
0
184
Zorgbeleid
674
147
-468
238
0
-98
213
3.354
540
-3.678
3.980 -2.500
-1.500
236
Educatie
92
47
0
-100
0
0
239
Integratie
138
-17
-104
0
0
0
17
26
-156
-18
0
0
0
-148
4 Roermond: Sociale stad
4.284
561
-4.268
4.118 -2.500
-1.598
557
Grondexploitatie
7.767
-7.555
-212
0
-191
191
0
Economische ontwikkelingen
280
0
-300
0
0
0
-20
Arbeidsmarktbeleid
727
975
-549
368
0
0
785
Verkeer en vervoer
-129
-313
-20
-189
-87
0
-186
8.645
-6.893
-1.081
179
-278
191
579
-539
1.042
-477
-235
0
235
26
Volkshuisvesting
904
-1
-854
0
0
0
49
Natuur, woon- en leefruimte
816
54
-801
0
0
0
69
Afvalverwijdering
206
222
-429
-10
0
10
0
42
-2
0
0
0
0
40
1.539
-90
-1.699
210
-30
0
-70
-20
66
-46
0
0
0
0
14
-73
0
0
0
0
-59
Sport Culturele evenementen
Openbare bibliotheek Kunsteducatie en podia 1 Roermond: Levende stad Brandweertaken Veiligheid Stadstoezicht
Toerisme
Sociale voorzieningen
Wijkvoorzieningen
5 Roermond: Economisch sterke stad Ruimtelijke ordening
Milieu Infrastructurele werken Ondergrondse infrastructuur Begraafplaatsen
6
(bedragen x € 1.000)
Jaarverantwoording 2014
Omschrijving
Lasten
e
2 Burap 2014
Verschil
Baten Reserve Lasten Baten Reserve
2.962
1.218
-4.306
-35
-30
245
55
-4
0
0
0
0
0
-4
Burgers
-138
-18
0
-100
-90
0
34
Bestuur
-111
0
0
0
0
0
-111
Financiën en gemeentelijke heffingen
-488
1.321
-277
0
241
0
315
7 Roermond: De gemeente
-741
1.303
-277
-100
151
0
234
Doorbelasting
441
74
0
0
0
0
515
Facilitaire zaken
126
135
0
0
0
0
261
Informatievoorziening
347
-1
-114
0
0
0
232
Kapitaallasten
-52
52
0
400
0
0
-400
-1.564
671
-115
-350
0
0
-658
-702
931
-229
50
0
0
-50
6 Roermond: Prachtige stad Communicatie
Personeel Paragraaf bedrijfsvoering
7
8
Bijlage 2: Activa rekening per product 2014
9
Bijlage 2: Activa rekening per product 2014 Programma Bedragen x € 1.000
1. Roermond: Levende stad D-11 Wijkeconomie, handel en ambacht
Aanschaf waarde Uitgaven 1/1-
Bijdragen Derden
Bijdragen Reserves
Aanschaf Afschrij- Afschrij- Afschrijwaarde Ving ving ving 31/12 1-jan 31-dec
Boekwaarde 1-jan
Boekwaarde 31-dec
Rente
Kapitaallasten
9
11
-
-
20
9
-
9
-
11
-
-
14.997
51
-
-
15.048
5.412
431
5.843
9.585
9.205
-
431
384
-
-
-
384
108
36
144
276
240
-
36
D-16 Openbare bibliotheek
1.997
-
-
-
1.997
693
36
729
1.304
1.268
38
74
D-17 Kunsteducatie en podia
7.161
289
326
137
6.987
205
206
411
6.956
6.576
203
409
24.548
351
326
137
24.436
6.427
709
7.136
18.121
17.300
241
950
2.255
-
-
-
2.255
2.255
-
2.255
-
-
-
-
D-22 Veiligheid
115
-
-
-
115
87
14
101
28
14
-
14
D-23 Stadstoezicht
244
11
-
-
255
170
11
181
74
74
-
11
2.614
11
-
-
2.625
2.512
25
2.537
102
88
-
25
82
-
-
-
82
40
4
44
42
38
-
4
D-32 Economische samenwerking
777
-
6
-
771
-
-
-
777
771
-
-
D-33 Toerisme
154
-
-
-
154
153
1
154
1
-
-
1
1.013
-
6
-
1.007
193
5
198
820
809
-
5
D-12 Sport D-15 Museum
D-2 Roermond: Veilige stad D-21 Brandweertaken
D-3 Roermond: Regiostad D-31 Bestuurlijke samenwerking
10
Programma Bedragen x € 1.000
Aanschaf waarde Uitgaven 1/1-
Bijdragen Derden
Bijdragen Reserves
Aanschaf Afschrij- Afschrij- Afschrijwaarde Ving ving ving 31/12 1-jan 31-dec
Boekwaarde 1-jan
Boekwaarde 31-dec
Rente
Kapitaallasten
D-4 Roermond: Sociale stad 845
-
-
-
845
132
13
145
713
700
9
22
7.189
361
-
-
7.550
5.438
669
6.107
1.751
1.443
-
669
D-43 Educatie
56.323
4.115
1.248
-
59.190
21.832
1.277
23.109
34.491
36.081
1
1.278
D-44 Integratie
47
-
-
-
47
47
-
47
-
-
-
-
3.394
-
-
-
3.394
678
93
771
2.716
2.623
19
112
67.798
4.476
1.248
-
71.026
28.127
2.052
30.179
39.671
40.847
29
2.081
D-51 Grondexploitatie
205
1
-
-
206
205
-
205
-
1
-
-
D-52 Economische ontwikkelingen
909
-
-
-
909
227
46
273
682
636
-
46
D-53 Arbeidsmarktbeleid
2.250
-
-
-
2.250
1.815
18
1.833
435
417
3
21
D-54 Verkeer en vervoer
17.346
422
176
-
17.592
3.053
350
3.403
14.293
14.189
450
800
20.710
423
176
-
20.957
5.300
414
5.714
15.410
15.243
453
867
D-61 Ruimtelijke ordening
455
35
-
-
490
202
40
242
253
248
-
40
D-62 Volkshuisvesting
400
13
-
7
406
303
20
323
97
83
2
22
D-63 Natuur, woon- en leefruimte
751
2.676
1.830
563
1.034
660
21
681
91
353
-
21
1.435
17
1
-
1.451
612
55
667
823
784
29
84
D-41 Zorgbeleid D-42 Sociale voorzieningen
D-45 Wijkvoorzieningen
D-5 Roermond: Economisch sterke stad
D-6 Roermond: Prachtige stad
D-64 Afvalverwijdering D-65 Milieu
11
Programma Bedragen x € 1.000
Aanschaf waarde Uitgaven 1/1-
Bijdragen Derden
Bijdragen Reserves
Aanschaf Afschrij- Afschrij- Afschrijwaarde Ving ving ving 31/12 1-jan 31-dec
Boekwaarde 1-jan
Boekwaarde 31-dec
Rente
Kapitaallasten
92
-
-
-
92
85
1
86
7
6
-
1
D-66 Infrastructurele werken
39.192
6.513
332
5.827
39.546
21.549
1.343
22.892
17.643
16.654
-
1.343
D-67 Ondergrondse infrastructuur
48.346
1.296
37
-
49.605
9.309
833
10.142
39.036
39.463
1.363
2.196
306
-
-
-
306
236
1
237
70
69
-
1
90.977
10.550
2.200
6.397
92.930
32.956
2.314
35.270
58.021
57.660
1.394
3.708
86
-
-
-
86
52
17
69
34
17
-
17
171
-
-
-
171
155
3
158
16
13
-
3
74
-
-
-
74
74
-
74
-
-
-
-
23.350
54
6
-
23.398
8.679
1.756
10.435
14.672
12.964
32
1.788
23.681
54
6
-
23.729
8.960
1.776
10.736
14.222
12.994
32
1.808
25.231
146
-
-
25.377
4.629
636
5.265
20.602
20.112
597
1.233
4.150
360
17
-
4.493
3.108
326
3.434
1.042
1.059
-
326
169
-
-
-
169
66
5
71
103
98
-
5
29.550
506
17
-
30.039
7.803
967
8.770
21.747
21.269
597
1.564
260.891
16.374
3.979
6.534
266.751
92.278
8.260
100.538
168.612
166.212
2.745
11.005
D-68 Begraafplaatsen
D-7 Roermond: De Gemeente D-71 Communicatie D-72 Burgers D-73 Bestuur D-74 Financiën en gemeentelijke heffingen
D-BV Paragraaf bedrijfsvoering FZ Facilitaire zaken IV Informatievoorziening PERS Personeel
Totaal
12
Bijlage 3: Staat van reserves en voorzieningen 2014
13
Reserve/voorzieningen Bedragen x € 1.000
Stand 1/1
Vermeerdering Onttrekking
Onttrekking krediet
Saldo uitg. / inkomsten
Stand per 31/12
1. Algemene Reserve Algemene reserve
14.915
1.284
2.456
0
-1.172
13.743
14.915
1.284
2.456
0
-1.172
13.743
wijkontwikkelingsplannen
1.882
297
54
0
243
2.125
volkshuisv.aspect aanpak Donderberg
655
0
39
0
-39
616
1.042
168
341
0
-173
869
561
235
16
0
219
780
Wijkontwikkeling
4.140
700
450
0
250
4390
egalisatiereserve WWBinkomensdeel
3.519
554
207
0
347
3.866
egalisatiereserve WMO
2.289
2.780
73
0
2.707
4.996
decentralisatie uitkeringen circulaires
1.040
1.093
669
0
424
1.464
1
0
1
0
-1
0
6.849
4.427
950
0
3.477
10.326
803
455
1.258
0
-803
0
35
201
236
0
-35
0
Tariefegalisatie
838
656
1.494
0
-838
0
hoogwater
151
0
0
0
0
151
1.942
603
829
168
-394
1.548
2. Bestemmingsreserve
wijkaanpak duurzaam verbinden Donderberg Knelpunten Swalmen
meeneemregeling Participatiebudget Rijksregelingen egalisatie afvalstoffenheffing egalisatie rioolrecht
claims kleiner dan € 500.000 CUP 2007-2010
359
0
98
0
-98
261
1.235
0
1.061
0
-1.061
174
integrale veiligheid
198
0
66
0
-66
132
kerntakendiscussie
107
0
57
0
-57
50
3.992
603
2.111
168
-1.676
2.316
onderwijshuisvesting
667
170
499
0
-329
338
parkeergarage kazernevoorterrein
333
0
0
0
0
333
parkeergarage stationspark
880
0
263
0
-263
617
bereikbaarheid NS station Oost
1.214
0
0
0
0
1.214
Maatschap.Vastgoed
3.094
170
762
0
-592
2.502
Sociaal Verbindend
4.500
0
238
0
-238
4.262
Sociaal Verbindend
4.500
0
238
0
-238
4.262
coalitieakkoord 2010-2014
Claims < 500.000
14
Reserve/voorzieningen Bedragen x € 1.000
Stand 1/1
Vermeerdering Onttrekking
Onttrekking krediet
Saldo uitg. / inkomsten
Stand per 31/12
Economisch Stimulerend
3.500
0
243
62
-305
3.195
Economisch Stimulerend
3.500
0
243
62
-305
3.195
Roerdelta
2.959
0
244
0
-244
2.715
654
0
0
7
-7
647
Planontwikkeling
3.613
0
244
7
-251
3.362
claimreserve GOML
3.158
0
3.157
0
-3.157
1
Samenwerkingsverbanden
3.158
0
3.157
0
-3.157
1
natuurontwikkeling Groen voor Groen
1.404
126
6
156
-36
1.368
Natuurontwikkeling
1.404
126
6
156
-36
1.368
Bedrijfsvoering
0
719
233
0
486
486
Bedrijfsvoering
0
719
233
0
486
486
3.904
0
27
0
-27
3.877
147
0
80
0
-80
67
maatschappelijk nut
8.104
1.493
816
6.102
-5.425
2.679
Kapitaallasten invest.ec.nut
1.927
0
188
0
-188
1.739
0
816
102
0
714
714
Dekkingsreserve
14.082
2.309
1.213
6.102
-5.006
9.076
Totaal bestemmingsreserves
49.167
9.710
11.099
6.495
-7.884
41.283
6.780
848
333
0
515
7.295
119
27
0
0
27
146
6
10
16
0
-6
0
95
10
24
0
-14
81
Voorziening Begraafplaatsen
185
0
0
0
0
185
Voorziening herbezetting
197
4
18
0
-14
183
91
0
0
0
0
91
Verplaatsing woonwagencentrum Witte Koeweg
ECI vervallen baatbelastingen
Onderhoudskosten areaaluitbreiding
3. Voorzieningen Onderhoudsvoorziening Gebouwen Voorziening renovatie sportvelden Voorziening beelden, fonteinen en monumenten Voorziening onderhoud milieupark
Voorziening probleemjongeren (legaat)
15
Reserve/voorzieningen Bedragen x € 1.000
Stand 1/1
Vermeerdering Onttrekking
Onttrekking krediet
Saldo uitg. / inkomsten
Stand per 31/12
Voorziening bewegwijzering
13
0
0
0
0
13
Voorziening gladheidsbestrijding
74
37
34
0
3
77
Voorziening in- en doorstroombanen (ID)
97
0
17
0
-17
80
2.955
150
233
0
-83
2.872
29
0
1
0
-1
28
3
0
2
0
-2
1
Voorziening wethouderspensioenen Voorziening grondwatersanering Voorstad Sjacob81 Voorziening Structuurvisie kwaliteitsbijdrage Bijdrage Kerklocatie Hendriklaan
0
22
22
0
0
0
Borgstelling Nederstroom
0
450
0
0
450
450
Zwerfafvalvergoeding Nedvang
0
68
0
0
68
68
Compensatiegelden platanen Stationspark
0
68
0
0
68
68
afvalverwijd.- en verwerking
0
1.257
0
0
1.257
1.257
vervanging riolering
0
236
0
0
236
236
10.644
3.187
700
0
2.487
13.131
74.726
14.181
12.761
6.495
-6.568
68.158
Totaal
16
Bijlage 4: Verstrekte geldleningen
17
18
Nummer
Geldnemer
Looptijd
Aflossing
Betaaldatum
Initiële Hoofdsom
Aflossing < 1 jan 2014
Saldo per 1 jan 2014
Rente-%
Rente 2014
Aflossing in 2014
Rente & Aflossing 2014
Schuldrest 31 dec 2014
Verstrekte leningen Woningcorporaties 124
Won. St. Domus
30
ANN
1-nov-14
1.588
818
770
3,020%
23
76
99
694
127
Won. St. Domus
25
ANN
3-mei-14
976
672
304
1,150%
3
59
62
245
130
Won. St. Domus
36
ANN
1-nov-14
982
352
630
3,780%
24
29
53
601
131
Won. St. Domus
25
ANN
7-jan-14
1.225
774
451
4,540%
-
451
451
-
132
Won. St. Domus
20
ANN
15-dec-14
794
103
691
4,210%
28
691
719
-
133
Won. St. Domus
25
ANN
10-nov-14
1.724
1.064
660
4,320%
28
99
127
561
134
Won. St. Domus
20
ANN
16-jan-14
331
41
290
3,750%
11
5
16
285
144 Won. St. Domus 20 ANN 1-mrt-14 sub-totaal verstrekte geldleningen aan woningcorporaties
1.134 8.754
139 3.963
995 4.792
3,825%
38 155
16 1.426
54 1.581
979 3.366
1.214
-
1.214
4,700%
57
-
57
1.214
Verstrekte leningen (overige) Kantorencomplex Stationspark Roermond B.V.
5
FIX
1-jan-14
162
Cox
10
ANN
31-dec-14
15
11
4
5,000%
-
2
2
2
166
Enexis
7
FIX
30-sep-14
902
-
902
4,650%
42
-
42
902
FIX
30-sep-14
631
-
631
7,200%
45
-
45
631
ANN
12-dec-14
73 2.835
24 35
49 2.799
6,000%
3 147
3 5
6 152
46 2.794
11.589
3.998
7.591
302
1.431
1.733
6.160
72
167
Enexis 10 Turk.cult.ver (TCV) 155 21 sub-totaal verstrekte leningen (overige) Totaal generaal
19
20
Bijlage 5: Opgenomen geldleningen
21
Nummer
Geldnemer Bedrragen x € 1.000
11 ING Inv. Mgt. 8 Rabobank 10 BNG 12 BNG 22 Rabobank 48 BNG 49 BNG 53 BNG 54 BNG 55 BNG 56 BNG 58 BNG 66 BNG 68 Rabobank 69 BNG 70 BNG 71 Rabobank 73 BNG 74 BNG 75 BNG 76 NWB 77 NWB 78 BNG 79 BNG 80 BNG 81 BNG BNG (nieuw) 82 Totaal opgenomen geldleningen
Initiële Hoofdsom 794 982 1.225 1.724 1.134 1.380 750 1.361 1.500 1.500 1.500 1.500 5.000 5.000 6.103 9.000 10.000 10.000 5.000 9.000 9.445 9.150 4.000 7.000 5.000 5.000 5.000 119.048
Aflossing < 1 jan 2014
Saldo per 1 jan 2014
Opgenomen Rente%
toegerekende Rente 2014
106 354 775 1.066 142 614 450 653 1.100 1.350 1.100 720 2.500 500 1.831 1.800 900 3.595 458 20.014
688 629 450 658 992 766 300 708 400 150 400 780 2.500 4.500 4.272 7.200 10.000 10.000 5.000 8.100 5.850 8.692 4.000 7.000 5.000 5.000 94.035
4,090% 3,660% 4,490% 4,320% 3,725% 2,970% 1,100% 5,490% 5,370% 3,945% 4,410% 5,050% 5,125% 3,500% 4,235% 2,175% 2,920% 3,995% 3,980% 3,595% 3,440% 3,690% 3,520% 3,400% 2,900% 2,890% 5.000 0,890% 5.000
27 23 28 36 22 3 37 18 2 15 39 115 140 166 124 256 400 199 284 196 315 141 238 145 145 3.114
22
Aflossing in 2014
Rente & Aflossing 2014
688 30 450 98 16 76 59 54 100 150 100 60 500 500 610 1.800 1.250 450 325 457 -
715 52 450 126 52 98 62 91 118 152 115 99 615 640 776 1.924 1.506 400 199 734 521 773 141 238 145 145
7.773
10.887
Schuldrest per 31 dec 2014 599 560 976 690 241 654 300 300 720 2.000 4.000 3.662 5.400 8.750 10.000 5.000 7.650 5.525 8.235 4.000 7.000 5.000 5.000 5.000 91.262
Bijlage 6: Gewaarborgde geldleningen
23
No.
Naam van de geldnemer (Bedragen x € 1.000)
Oorspronk. bedrag
Stand 1-1-2014 o.b.v. % borg
Oorspronk. Bedrag
Door gemeente gewaarborgd % borg
Restant 01-01-2014
Stand 31-12-14
Restant 31-12-2014
Oorspronk. bedrag
213 Stichting Wonen Zuid
1.974
1.974
1.974
100%
1.974
1.974
1.974
227 Stichting Wonen Zuid
1.948
974
1.534
50%
767
745
1.490
228 Woningstichting Domus
2.190
1.095
1.613
50%
807
777
1.554
229 Woningstichting Domus
221
111
127
50%
64
60
119
230 Woningstichting Domus
1.223
612
949
50%
475
462
924
231 Stichting Wonen Zuid
1.472
1.472
1.158
100%
1.158
1.135
1.135
251 Stichting Proteion Zorgcentra
3.022
3.022
3.173
100%
3.173
3.022
3.022
252 Stichting Wonen Zuid
2.900
1.450
2.045
50%
1.023
983
1.965
254 Stichting Wonen Zuid
2.001
1.000
1.440
50%
720
692
1.383
859
825
1.650
2.381
1.191
1.718
50%
280 V.N.I. Adams
305
305
166
100%
166
155
155
281 Nederstroom B.V.
794
794
441
100%
441
415
415
304
245
245
255 Stichting Wonen Zuid
301 Woningstichting Domus
976
976
304
100%
303 Woningstichting Domus
1.588
1.588
770
100%
770
695
695
306 Woningstichting Domus
982
982
630
100%
630
601
601
307 Woningstichting Domus
1.225
1.225
451
100%
451
0
0
310 Woningstichting Domus
1.700
850
1.569
50%
785
774
1.547
311 Woningstichting Domus
1.121
561
1.042
50%
521
515
1.030
543
543
357
100%
357
340
340
314 Wonen Limburg
15.000
7.500
11.350
50%
5.675
5.425
10.849
315 Wonen Limburg
7.685
3.843
5.726
50%
2.863
2.732
5.463
316 Woningstichting Domus
3.131
1.566
2.419
50%
1.210
1.159
2.318
312 J.G.A. Ruijters
24
No.
Naam van de geldnemer (Bedragen x € 1.000)
Oorspronk. bedrag
Stand 1-1-2014 o.b.v. % borg
317 Woningstichting Domus
3.000
1.500
Oorspronk. Bedrag
Door gemeente gewaarborgd % borg
Restant 01-01-2014
Stand 31-12-14
Restant 31-12-2014
Oorspronk. bedrag
2.849
50%
1.425
1.414
2.827
899
892
1.784
318 Woningstichting Domus
1.900
950
1.798
50%
319 Woningstichting Domus
1.900
950
1.799
50%
900
893
1.785
320 Woonzorg Nederland
6.878
3.439
6.878
50%
3.439
3.439
6.878
5.000
0
0
323 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
324 Stichting Wonen Zuid
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
325 Stichting Wonen Zuid
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
326 Stichting Wonen Zuid
7.000
3.500
7.000
50%
3.500
3.500
7.000
327 Stichting Wonen Zuid
15.000
7.500
15.000
50%
7.500
7.500
15.000
328 Wonen Limburg
6.000
3.000
6.000
50%
3.000
3.000
6.000
330 Wonen limburg
15.000
7.500
15.000
50%
7.500
7.500
15.000
331 Wonen Limburg
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
332 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
333 Stichting Wonen Zuid
15.000
7.500
15.000
50%
7.500
7.500
15.000
334 Stichting Woongoed 2-Duizend
4.500
2.250
4.500
50%
2.250
2.250
4.500
335 Stichting Woongoed 2-Duizend
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
336 Stichting Woongoed 2-Duizend
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
64
58
116
337 Stichting Woongoed 2-Duizend
272
136
128
50%
338 Stichting Woongoed 2-Duizend
3.086
1.543
2.232
50%
1.116
1.073
2.146
339 Stichting Woongoed 2-Duizend
1.566
783
1.333
50%
667
652
1.304
7.059
6.960
13.920
344 Woningstichting Domus
15.000
7.500
14.118
50%
346 Stichting Wonen Zuid
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
347 Stichting Wonen Zuid
3.000
1.500
3.000
50%
1.500
1.500
3.000
25
No.
Naam van de geldnemer (Bedragen x € 1.000)
Oorspronk. bedrag
Stand 1-1-2014 o.b.v. % borg
348 Stichting Wonen Zuid
4.000
2.000
Oorspronk. Bedrag
Door gemeente gewaarborgd % borg
Restant 01-01-2014
Stand 31-12-14
Restant 31-12-2014
Oorspronk. bedrag
4.000
50%
2.000
2.000
4.000
4.000
4.000
8.000
349 Stichting Woongoed 2-Duizend
8.000
4.000
8.000
50%
350 Stichting Woongoed 2-Duizend
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
351 Stichting Woongoed 2-Duizend
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
7.500
7.500
15.000
352 Woonzorg Nederland
15.000
7.500
15.000
50%
353 Woonzorg Nederland
17.583
8.792
17.583
50%
8.792
8.792
17.583
354 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
0
0
355 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
356 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
357 Stichting Wonen Zuid
20.000
10.000
20.000
50%
10.000
10.000
20.000
358 Stichting Wonen Zuid
11.000
5.500
11.000
50%
5.500
5.500
11.000
359 Stichting Wonen Zuid
7.000
3.500
7.000
50%
3.500
3.500
7.000
360 Stichting Wonen Zuid
15.000
7.500
15.000
50%
7.500
7.500
15.000
362 Laurentius
10.000
5.000
6.804
50%
3.402
2.966
5.932
363 Laurentius
7.000
3.500
7.000
50%
3.500
3.500
7.000
364 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
365 Stichting Wonen Zuid
7.000
3.500
7.000
50%
3.500
3.500
7.000
5.000
5.000
10.000
366 Stichting Wonen Zuid 367 Stichting Woongoed 2-Duizend 369 Wonen Limburg
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
0
0
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
1.250
1.250
2.500
370 Woningstichting Domus
2.500
1.250
2.500
50%
371 Woningstichting Domus
2.500
1.250
2.500
50%
1.250
1.250
2.500
372 Stichting Wonen Zuid
7.000
3.500
7.000
50%
3.500
3.500
7.000
26
No.
Naam van de geldnemer (Bedragen x € 1.000)
Oorspronk. bedrag
Stand 1-1-2014 o.b.v. % borg
373 Stichting Wonen Zuid 374 Stichting Wonen Zuid
10.000
Door gemeente gewaarborgd
Oorspronk. Bedrag
5.000
% borg
Restant 01-01-2014
Stand 31-12-14
Restant 31-12-2014
Oorspronk. bedrag
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
7.500
7.500
15.000
15.000
7.500
15.000
50%
375 Stichting Woongoed 2-Duizend
6.000
3.000
6.000
50%
3.000
3.000
6.000
376 Woningstichting Domus
2.200
1.100
2.157
50%
1.079
1.056
2.112
405
405
405
377 OML BV
1.000
463
405
100%
378 OML BV
667
667
500
100%
500
500
500
379 Stichting Wonen Zuid
2.400
1.200
2.400
50%
1.200
1.200
2.400
380 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
10.000
50%
5.000
5.000
10.000
5.000
2.500
5.000
50%
2.500
2.500
5.000
382 Wonen Limburg
12.500
6.250
12.500
50%
6.250
6.250
12.500
383 Wonen Limburg
3.225
1.613
3.325
50%
1.663
1.663
3.325
384 Wonen Limburg
3.225
1.613
3.225
50%
1.613
1.613
3.225
385 Woningstichting Domus
1.100
550
1.100
50%
550
500
1.000
386 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
0
50%
0
5.000
10.000
387 Stichting Wonen Zuid
10.000
5.000
0
50%
0
5.000
10.000
388 Stichting Woongoed 2-Duizend
5.000
2.500
0
50%
0
2.500
5.000
389 Stichting Woongoed 2-Duizend
5.200
2.600
0
50%
0
2.600
5.200
390 Stichting Woongoed 2-Duizend
4.500
2.250
0
50%
0
2.250
4.500
391 Bankgaranties BNG - overig
59
59
59
100%
59
59
59
392 Bankgaranties BNG - overig
44
44
44
100%
44
44
44
393 Bankgaranties BNG - overig
75
75
75
100%
75
75
75
519.262
266.461
464.768
237.644
240.335
470.994
381 Stichting Woongoed 2-Duizend
Totaal
27
Bijlage 7: Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft. Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de historische kostprijs. De afschrijvingstermijnen zijn opgenomen in de tabel afschrijvingssoorten in bijlage 1 van de nota vaste activabeleid. Materiële vaste activa De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen aanschafwaarde of lagere marktwaarde. De afschrijvingen, de verkregen investeringssubsidies (desinvesteringen) en de eventuele beschikkingen over de reserves zijn mindering gebracht op de desbetreffende actiefpost. De waardering van de vaste activa is gebaseerd op de afschrijvingstermijnen in jaren, zoals vermeld in bijlage 1 van de nota vaste activabeleid. Financiële vaste activa Effecten De effecten zijn gewaardeerd tegen verkrijgingspijs Uitgezette geldleningen (leningen U/G) De leningen u/g zijn opgenomen voor het nominale openstaande saldo. Het openstaande saldo is niet verminderd met getroffen voorzieningen in verband met risico’s van oninbaarheid. Het kortlopende deel van de leningen (zijnde rente en aflossingen in het volgende jaar) wordt niet apart gerubriceerd als kortlopende vordering, maar opgenomen onder de financiële vast activa. Bijdragen aan activa in eigendom van derden De onder de financiële vaste activa in eigendom van derden opgenomen geactiveerde vaste activa worden conform het nuttigheidscriterium afgeschreven. Voorraden De aanwezige voorraden zijn gewaardeerd tegen inkoopprijs. Gronden in exploitatie De in exploitatie genomen gronden zijn gewaardeerd tegen de kostprijs verminderd met de reeds gerealiseerde verkoopopbrengsten en overige ontvangsten, onder aftrek van de hiervoor getroffen voorzieningen. Onder kostprijs wordt in dit verband verstaan: de verwervingskosten, sloopkosten, kosten van bouw- en woonrijp maken, rentekosten en diverse plankosten, eventueel vermeerderd met reeds tussentijds genomen winsten. Winsten op complexen worden opgenomen op het moment dat een positief resultaat op het complex gerealiseerd is. Gronden niet in exploitatie De gronden niet in exploitatie zijn opgenomen tegen verkrijgingsprijs.
28
Kortlopende vorderingen Kortlopende vorderingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. De op de balansdatum openstaande vorderingen zijn op hun volwaardigheid beoordeeld. Voor zover noodzakelijk zijn voorzieningen getroffen ter dekking van de risico’s van oninbaarheid Debiteuren belastingvorderingen De vorderingen inzake belastingen zijn gewaardeerd op basis van de nominale waarde (de opgelegde aanslagen) verminderd met de op de balans ingeschatte verplichtingen in verband met vermindering, kwijtschelding en oninbaarheid van belastingposten. Debiteuren en crediteuren bijstandszaken Zowel de kortlopende vorderingen als de vorderingen met een resterende looptijd van meer dan een jaar zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Liquide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Eigen vermogen Onder het eigen vermogen zijn opgenomen de algemene reserves en de bestemmingsreserves. De reserves zijn opgenomen tegen de nominale waarde. Voorzieningen Onder de voorzieningen zijn opgenomen voor: x de op het moment van opstellen van de jaarrekening voorzienbare verplichtingen, verliezen en of risico’ voor zover de omvang hiervan redelijkerwijs is in te schatten. x de egalisering van in de tijd onregelmatig gespreide kosten, zoals groot onderhoud. De voorzieningen zijn opgenomen tegen nominale waarde. Langlopende schulden Onder de langlopende schulden zijn begrepen schulden met een vervaltermijn langer dan een jaar. De langlopende schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Het kortlopende deel van de leningen (zijnde rente en aflossingen in het volgende jaar) wordt niet apart gerubriceerd als kortlopende vordering, maar opgenomen onder de langlopende schulden. Vlottende passiva De posten opgenomen onder de vlottende passiva zijn tegen nominale waarde gewaardeerd. Grondslagen voor bepaling van het resultaat Zowel de baten als de lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Subsidies, niet zijnde investeringssubsidies, worden in het resultaat verantwoord zodra waarschijnlijk is dat de betreffende subsidies zullen worden ontvangen. De afschrijvingen vinden plaats op basis van de verkrijgingsprijs. Niet afgeschreven wordt op: x Gronden en terreinen x In erfpacht gegeven terreinen De afschrijving wordt berekend per 1 januari van het jaar volgend op het moment dat het actief in gebruik wordt genomen.
29
Bijlage 8: Kerngegevens Kerngegevens
Rekening 2013
Begroting 2014
Rekening 2014
Grondgebied · Oppervlakte gemeente · Aantal kilometers verharding (1) · Aantal hectare openbaar groen (incl. buitengebied) · Aantal hectare binnenwater · Aantal woonruimten (b) · Aantal kilometers riolering Inwoners · Totaal aantal inwoners · Aantal uitkeringsgerechtigden · Aantal leerlingen Financiële structuur (* = bedragen x €1.000) (2) Totaal lasten* Per inwoner Reserves* Per inwoner Voorzieningen* Per inwoner Vaste geldleningen* Per inwoner Opbrengst belastingen en retributies* Per inwoner Algemene uitkering gemeentefonds* Per inwoner Rente in kapitaallasten 1)
Op basis van maatstaven algemene uitkering gemeentefonds
2)
Voor bestemming
30
7.110 ha 419 km 384 ha 167 ha 28.341 356,0 km
7.110 ha 418 km 387,9 ha 167 ha 28.487 354,0 km
7.110 ha 419 km 384 ha 167 ha 28.691 368,0 km
56.695 1.612 9.239
56.890 1.680 9.281
57.019 1.743 9.160
171.343 3.022 64.082 1.130 14.901 263 94.035 1.659 25.167 444 60.478 1.067 4%
167.621 2.946 52.783 928 11.804 207 114.497 2.013 26.346 384 62.143 1.092 3,5%
162.520 2.850 55.026 965 13.132 230 91.262 1.601 26.535 465 63.398 1.112 3,5%
Bijlage 9: SISA bijlage Specifieke uitkeringen van het Rijk worden verantwoord via Single Information and Single Audit (SiSa). De informatie hiervoor wordt in een speciale bijlage opgenomen, de SiSa-bijlage. In 2013 legt Roermond verantwoording af over 9 specifieke uitkeringen. Per regeling wordt in de bijlage aangegeven: x De afkorting voor de naam van het ministerie dat de specifieke uitkering verstrekt. x Het nummer van de regeling, per specifiek uitkering kunnen meerdere regelingen bestaan. x De naam van de specifieke uitkering. x De wettelijke basis voor het bestaan van de specifieke uitkering. x Het type overheid dat de specifieke uitkering ontvangt, in dit geval de gemeente. x De omschrijving van de indicator of tewel de verantwoordingsinformatie. Dit kan financiële en/of inhoudelijke informatie zijn. De blauwe rijen betreffen regelingen die de gemeente aan het Rijk verantwoord. De gele rijen zijn regelingen welke de gemeente aan de provincie Limburg verantwoord.
31
M&I
Indicatoren
Indicatoren
Ontvanger
Juridische grondslag
Nummer D9
Specifieke uitkering
Departement OCW
Onderwijsachterstandenbeleid Besteding (jaar T) aan 2011-2015 (OAB) voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid Gemeenten WPO)
E27B Brede doeluitkering verkeer en vervoer SiSa tussen medeoverheden
Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO)
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 01
Indicatornummer: D9 / 02
€ 1.520.321
€ 572.425
Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
Besteding (jaar T) ten laste van provinciale middelen
Provinciale beschikking en/of verordening Gemeenten en Gemeenschappelijke Regelingen Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 01
1 Reconstructie Singelring Fase 1; Wilhelminaplein - Stationsplein 2014/53474 2 Reconstructie Singelring Fase 2; Stationsplein - Willem II Singel 2013/40502 + 2014/53474 3 SAS-2014-01270 Kopie beschikkingsnummer
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 02
€ 200.000
€ 371.921
€ 200.000 Cumulatieve besteding ten laste van provinciale middelen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Aard controle n.v.t.
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E27B / 06
Indicatornummer: E27B / 07
32
Opgebouwde reserve ultimo (jaar T-1) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: D9 / 03
Indicatornummer: D9 / 04
€ 356.349
€ 556.787
Overige bestedingen (jaar T)
Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde bestedingen ten laste van provinciale middelen
Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde overige bestedingen
Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen
Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: E27B / 03
Indicatornummer: E27B / 04
Indicatornummer: E27B / 05
€ 2.551.160
€ 2.990.608
€ 1.628.267 Cumulatieve overige bestedingen tot en met (jaar T)
Toelichting
Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent dit dat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 08
Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 09 Indicatornummer: E27B /
10
33
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren Besteding (jaar T) aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO)
Indicatoren
Indicatoren
Ontvanger
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Nummer
Departement
1 Reconstructie Singelring Fase 1;
€ 200.000
Wilhelminaplein - Stationsplein 2014/53474
2 Reconstructie Singelring Fase 2;
€ 500.000
Stationsplein - Willem II Singel 2013/40502 + 2014/53474
3 SAS-2014-01270 I&M
E29
Tijdelijke regeling eenmalige uitkering stedelijke synergieprojecten Kaderrichtlijn Water
€ 200.000
Hieronder per regel één Besteding (jaar T) beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
Tijdelijke regeling eenmalige uitkering stedelijke synergieprojecten Kaderrichtlijn Water Gemeenten
Aard controle n.v.t.
Aard controle R
Indicatornummer: E29 / 01
Indicatornummer: E29 / 02
1 STE090000065U SZW
G1
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_gemeente 2014
€0
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners Volledig zelfstandige uitvoering van uw gemeente dat een Ja/Nee dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een Wet sociale dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, werkvoorziening (Wsw) eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (jaar T) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of er in (jaar T) geen, enkele of alle inwoners werkzaam waren bij Aard controle R Aard controle n.v.t. een Openbaar lichaam Indicatornummer: G1 / 01 Indicatornummer: G1 / 02 o.g.v. de Wgr. 0,00 Nee
34
Ja
€ 3.118.687
Ja
€ 1.628.267
Ja
Eindverantwoording Ja/Nee
Cumulatieve bestedingen tot en met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie
Nee
Aard controle n.v.t.
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E29 / 03
Indicatornummer: E29 / 04
€ 360.327
35
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren € 2.551.160
G1A Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_totaal 2013
Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de Wet sociale verantwoordingsinformatie voor die werkvoorziening (Wsw) gemeente invullen
Indicatoren
Indicatoren
Ontvanger
Juridische grondslag
Specifieke uitkering
Nummer
Departement SZW
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Alle gemeenten verantwoorden hier het inclusief totaal (jaar T-1). (Dus: deel openbaar lichaam deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel Aard controle n.v.t. Aard controle R gemeente uit (jaar T-1) Indicatornummer: G1A / 01 Indicatornummer: G1A / 02 regeling G1C-1) na controle door de gemeente. 1 60957 Roermond 580,06
36
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 03
15,96
37
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_gemeente 2014
Indicatoren
Indicatoren
Ontvanger
Juridische grondslag
Nummer G2
Specifieke uitkering
Departement SZW
Besteding (jaar T) algemene bijstand
Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Gemeente Gemeente Alle gemeenten verantwoorden hier het I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.1 Wet werk en bijstand (WWB) gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam Aard controle R Aard controle R opgericht op grond van de Indicatornummer: G2 / 01 Indicatornummer: G2 / 02 Wgr. € 23.553.208 Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigenGemeenteI.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
€ 349.249 Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigenGemeenteI.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 07
€ 94.909
Indicatornummer: G2 / 08
-€ 9.086
38
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren Besteding (jaar T) IOAW
Baten (jaar T) IOAW (exclusief Besteding (jaar T) IOAZ Baten (jaar T) IOAZ Rijk) (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 03
Indicatornummer: G2 / 04
Indicatornummer: G2 / 05
Indicatornummer: G2 / 06
€ 1.098.688
€ 916
€ 103.680
Baten (jaar T) WWIK (exclusief Volledig zelfstandige Rijk)GemeenteI.6 Wet werk en uitvoering Ja/Nee inkomen kunstenaars (WWIK)
€0
Aard controle R
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G2 / 09
Indicatornummer: G2 / 10
Ja
39
-€ 2.646
Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_gemeente 2014
Indicatoren
Indicatoren
Ontvanger
Juridische grondslag
Nummer G3
Specifieke uitkering
Departement SZW
Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004
Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 01
Indicatornummer: G3 / 02
Alle gemeenten verantwoorden hier het € 85.337 gemeentedeel over (jaar Baten (jaar T) Bob (exclusief T), ongeacht of de Rijk) gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
€ 223.586 Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 07
Indicatornummer: G3 / 08
€0
€0
40
Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) Bob
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G3 / 03
Indicatornummer: G3 / 04
Indicatornummer: G3 / 05
Indicatornummer: G3 / 06
€ 9.142
€ 86.924
€ 93.462
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3 / 09
Ja
41
€0
Indicatoren
Indicatoren
Ontvanger
Juridische grondslag
Nummer G5
Specifieke uitkering
Departement SZW
Wet participatiebudget (WPB)_gemeente 2014
Het aantal in (jaar T) bij een ROC ingekochte contacturen
Wet participatiebudget (WPB)
Let op: Dit is de enige gelegenheid om verantwoording af te leggen over deze taakuitvoering
Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
Let op: Deze verantwoording kan niet door een gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd, ongeacht de keuze van de gemeente bij indicator G5/07 Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 01
958 Besteding (jaar T) participatiebudget
Waarvan besteding (jaar T) van educatie bij roc's
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G5 / 02
Indicatornummer: G5 / 03
€ 3.604.026
42
€ 158.524
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s
Reservering besteding van educatie bij roc’s in jaar T voor volgend kalenderjaar (jaar T+1 )
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren Baten (jaar T) (niet-Rijk) participatiebudget
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee De zelfstandige uitvoering betreft de indicatoren G5/02 tot en met G5/06
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: G5 / 04
Indicatornummer: G5 / 05
Indicatornummer: G5 / 06
Indicatornummer: G5 / 07
€ 357.949
€0
€0
43
Ja
Bijlage 10: Grondexploitaties
44
Tabel 1: Inkomsten en uitgaven 2014 in exploitatie genomen plannen
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
1701 Oolderveste Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
6.307 6.731 -424
-35 0 -35
6.272 6.732 -460
5.899 6.714 -815
41 0 41
5.940 6.714 -775
332 17 315
214 6 208
36 6 30
36 6 30
47 47
368 -56
-1 -36
367 -92
406 -409
-14 26
392 -383
-25 290
-10 198 -184
-6 24 -160
-5 25 -135
-4 43 -92
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
1.240 275 965 -105 859 -2.629
1.858 275 1.583 37 -64 1.556 -1.073
2017
2018
5801 Noordelijke en Oostelijke Stadsrandzone Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
13.515 13.145 370 -562 -191 -
-583 -185 -398 136 -25 -287 -
12.932 12.960 -28 136 -586 -478 -
7.733 10.924 -3.191 -258 -3.450 -
45
82 82 -121 -39 -
7.815 10.924 -3.109 -379 -3.489 -
5.117 2.036 3.081 136 -207 3.010 -
1.323 275 1.048 53 -18 1.083 10
567 930 -363 35 -5 -334 -324
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
1703 Merum Zuid Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
1.569 1.619 -50 -46 -96 -
Huidige Exploitatie
7 7 -6 1 -
Mutatie Exploitatie
1.575 1.619 -43 -52 -95 -
Bijgestelde Exploitatie
1.531 1.579 -48 -43 -91 -
Boekwaarde 31-12-2013
7 2 5 -3 2 -
Geboekt in 2014
1.538 1.581 -43 -46 -89 -
38 38 0 -6 -6 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
5 5 -3 2 -87
2015
33 38 -5 -3 -8 -95
2016
-
2017
-
2018
1404 De Wijher 2 (Oosthoven) Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
1.874 2.563 -689 583 -106 -
36 49 -13 3 10 0 -
1.910 2.612 -702 3 593 -105 -
1.830 2.238 -408 577 169 -
46
10 10 6 16 -
1.840 2.238 -398 583 185 -
70 374 -304 3 10 -290 -
7 7 7 14 198
7 187 -180 0 4 -176 23
7 7 0 1 8 31
49 187 -138 3 -1 -136 -105
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
1.362 5.244 -3.882 141 -3.741 2.221
977 5.184 -4.207 20 5 -4.182 -1.961
254 192 63 10 -67 6 -1.956
2015
2016
2017
6101 Jazz City Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
22.986 27.203 -4.217 1.297 -2.919 -
Huidige Exploitatie
22 83 -60 118 -118 -60 -
Mutatie Exploitatie
23.008 27.285 -4.277 118 1.180 -2.980 -
18.962 14.137 4.824 1.144 5.968 -
197 413 -215 209 -6 -
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
19.159 14.550 4.609 1.353 5.962 -
3.849 12.735 -8.886 118 -173 -8.941 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
902 750 152 55 -65 142 -1.814
2018
6005 Bedrijventerrein Reubenberg Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
5.269 5.805 -536 385 -151 -
38 38 0 3 41 -
5.308 5.805 -498 0 388 -110 -
4.506 4.699 -193 348 155 -
47
28 28 5 34 -
4.534 4.699 -164 353 189 -
773 1.107 -334 0 35 -299 -
758 758 20 778 967
18 1.107 -1.089 0 15 -1.073 -110
-
-
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
6009 Bosstraat-Zuid Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
837 829 8 -20 -12 -
Huidige Exploitatie
-9 -9 -2 -10 -
Mutatie Exploitatie
828 829 -1 -22 -23 -
Bijgestelde Exploitatie
517 627 -110 -11 -121 -
Boekwaarde 31-12-2013
100 7 93 -4 89 -
Geboekt in 2014
617 634 -17 -15 -32 -
211 195 16 -6 10 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
-1 -1 -34
2015
18 18 -1 -1 -35
2016
46 -46 -2 -48 -83
2017
193 131 62 -2 60 -23
2018
0710 Sportvelden Maastrichterweg Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
2.700 4.179 -1.479 791 -688 -
369 -132 501 40 52 593 -
3.069 4.048 -978 40 844 -95 -
2.258 12 2.246 308 2.553 -
48
123 123 89 212 -
2.381 12 2.369 397 2.766 -
689 4.036 -3.347 40 447 -2.861 -
84 137 -53 96 43 2.808
72 137 -65 1 97 34 2.842
51 137 -86 2 98 14 2.856
157 157 10 103 269 3.126
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
6011 Roerdelta Fase 1 Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
9.214 9.214 -
Huidige Exploitatie
-1.031 -997 -35 34 1 -
Mutatie Exploitatie
8.183 8.218 -35 34 1 -
1.227 1.227 -
1.275 1.123 152 152 -
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
2.502 2.349 152 152 -
5.681 5.868 -187 34 1 -152 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
4.510 4.697 -187 2 -185 -32
2015
829 829 17 -1 16 -17
2016
169 169 7 -0 6 -10
2017
172 172 11 -0 10 -
2018
5802 Zuidelijke Stadsrandzone Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
1.954 2.092 -138 68 -70 -
24 24 2 38 65 -
1.978 2.092 -114 2 106 -6 -
701 581 119 35 154 -
49
80 75 5 5 11 -
780 656 125 40 165 -
1.198 1.436 -239 2 66 -170 -
53 40 13 6 19 184
42 30 13 0 7 20 203
56 44 12 0 7 20 223
66 61 5 0 8 13 236
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
0670 WOP Donderberg Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
5.785 5.824 -39 33 -7 -
Huidige Exploitatie
21 24 -4 32 -27 1 -
Mutatie Exploitatie
5.806 5.849 -43 32 6 -5 -
Bijgestelde Exploitatie
1.948 1.905 43 -0 43 -
Boekwaarde 31-12-2013
396 402 -6 1 -4 -
Geboekt in 2014
2.344 2.307 37 1 38 -
3.462 3.541 -80 32 5 -44 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
1.884 1.804 80 3 83 121
2015
1.577 1.738 -160 32 2 -127 -5
2016
-
2017
-
2018
5302 Van den Boschstraat Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
285 273 12 -10 1 -
-20 -20 -2 -23 -
264 273 -9 -13 -21 -
273 -273 -273 -
50
131 131 -10 121 -
131 273 -142 -10 -152 -
134 134 -4 130 -
134 134 -4 130 -21
-
-
-
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
4501 Melickerveld Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
-
Huidige Exploitatie
1.510 1.511 -1 1 -
Mutatie Exploitatie
1.510 1.511 -1 1 -
-
4 4 4 -
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
4 4 4 -
1.506 1.511 -5 1 -4 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
15 15 0 15 20
2015
471 491 -20 0 -20 -
2016
92 92 -
2017
99 99 -
2018
2001 Tegelarijveld Oost Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
1.837 2.991 -1.154 996 -158 -
160 124 35 123 158 -
1.997 3.116 -1.118 1.118 -
1.695 413 1.282 838 2.120 -
51
2 2 74 76 -
1.697 413 1.284 912 2.196 -
300 2.703 -2.402 206 -2.196 -
60 60 77 77 2.273
60 1.107 -1.047 61 -986 1.287
60 60 45 45 1.332
60 1.415 -1.355 23 -1.332 -
Tabel 2: Inkomsten en uitgaven 2014 Nog niet in exploitatie genomen plannen
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
0701 M Haanstraat Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
47 47 9 56 -
Huidige Exploitatie
-2 54 -56 0 -56 -
Mutatie Exploitatie
45 54 -9 9 -
Bijgestelde Exploitatie
45 45 7 52 -
Boekwaarde 31-12-2013
54 -54 2 -52 -
Geboekt in 2014
45 54 -9 9 -
-
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
-
2015
-
2016
-
2017
-
2018
0709 Odgerusstraat eo Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
223 223 50 272 -
-56 -56 2 14 -40 -
167 167 2 64 233 -
128 128 19 147 -
52
1 1 5 6 -
129 129 24 153 -
38 38 2 39 80 -
7 7 5 12 165
6 6 0 6 12 177
6 6 0 6 13 190
6 6 0 7 14 204
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
0715 Locatie 6 en 7 de Kemp Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
171 316 -145 -41 -186 -
Huidige Exploitatie
184 184 2 186 -
Mutatie Exploitatie
355 316 39 -39 -
Bijgestelde Exploitatie
58 316 -258 -29 -287 -
Boekwaarde 31-12-2013
297 297 -10 287 -
Geboekt in 2014
355 316 39 -39 -
-
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
-
2015
-
2016
-
2017
-
2018
1904 Roerdelta Fase 2 Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
1.373 67 1.306 351 1.657 -
282 282 8 137 426 -
1.655 67 1.588 8 488 2.083 -
1.456 67 1.389 64 1.453 -
53
44 44 51 95 -
1.500 67 1.433 115 1.548 -
155 0 163 8 373 535 -
26 26 55 80 1.631
25 25 1 58 83 1.715
26 26 1 60 88 1.802
26 26 2 64 91 1.893
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
6001 Moutfabriek/Brede Ars Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
42 42 14 56 -
-2 54 -56 -56 -
40 54 -14 14 -
40 40 12 52 -
54
54 -54 2 -52 -
40 54 -14 14 -
-
-
-
-
-
Tabel 3: Inkomsten en uitgaven 2014 Realiseringsovereenkomsten
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
1919 Parkwijk Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
276 276 -
Huidige Exploitatie
-
Mutatie Exploitatie
276 276 -
66 66 -
-
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
66 66 -
210 210 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
-
2015
210 210 -
2016
-
2017
-
2018
5703 Bedrijventerrein Oosttangent Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
605 605 -
-
605 605 -
65 65 -
55
-
65 65 -
541 541 -
-
120 120 -
15 15 -
192 192 -
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
6202 Bob Boumanstraat Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
35 35 -
Huidige Exploitatie
-
Mutatie Exploitatie
35 35 -
-
-
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
-
35 35 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
30 30 -
2015
4 4 -
2016
-
2017
-
2018
6203 Marktstaat/Merumerbroekweg Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
21 21 -
-
21 21 -
-
56
-
-
21 21 -
21 21 -
-
-
-
Huidige Exploitatie
Mutatie Exploitatie
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
2015
2016
2017
2018
6401 Componistenbuurt-Oost Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
858 858 -
Huidige Exploitatie
-
Mutatie Exploitatie
858 858 -
191 191 -
-
Bijgestelde Exploitatie
Boekwaarde 31-12-2013
Geboekt in 2014
191 191 -
667 667 -
BoekNog te waarde realiseren 31-12-2014
-
2015
-
2016
-
2017
667 667 -
2018
6501 Ridder van Assenrode Totaal kosten (1) Totaal opbrengsten (2) Nominaal saldo (1 -2) Kostenstijging Opbrengstenstijging Rente Saldo Saldo Cumulatief
487 487 -
-
487 487 -
264 264 -
57
-
264 264 -
223 223 -
-
223 223 -
-
-
Bijlage 11: Overzicht incidentele baten en lasten
58
Lasten
Baten
Reserves
Saldo
1. Roermond: Levende stad 1.1 Wijkeconomie, handel en ambacht: - ondersteuning evenementen grotendeels uit reserve
387
-
-289
98
- uitvoering motie toeristenbelasting uit resultaatbestemming 2013 1.2 Sport:
150
-
-150
-
29
-
-29
-
215
-
-215
-
- nationale sportweek uit reserve
25
-
-25
-
- meer bewegen voor ouderen
93
-
-
93
193
-
-
193
33
-
-33
-
28
-
-28
-
256
-
-256
-
1.409
-
-1.025
384
25
-
-25
-
120
-
-120
-
93
-
-93
-
238
-
-238
-
3.162
-
-3.162
-
137
-142
-
-5
3.299
-142
-3.162
-5
-
-153
-
-153
155
-
-155
-
- armoedebeleid uit reserve
501
-
-501
-
- lagere uitgaven WWB en WMO/ rijksbijdrage naar egalisatiereserve
646
-2.924
2.278
-
- actieplan Sport en bewegen uit reserve - impuls brede scholen / combifunctionarissen uit reserve
- incidenteel onderhoud sportaccommodaties - diverse reserveonttrekkingen sport uit reserve 1.4 Museum: - investeringen Cuypershuis uit reserve 1.7 Kunsteducatie en podia: - diverse kosten ECI uit reserve Saldo Programma 1
2. Roermond: Veilige stad 2.1 Brandweer: - effect regionalisatie uit reserve 2.2 Veiligheid : WOP Donderberg, Veiligheidsprogramma - diverse onttrekkingen reserve Veiligheidsprogramma - onttrekking uit reserve inzake WOP Donderberg Saldo Programma 2
3. Roermond: Regiostad 3.1 Bestuurlijke samenwerking : bijdrage GOML en SML - bijdrage GOML uit reserve - ontvangen middelen en uitgaven SML Saldo Programma 3
4. Roermond: Sociale stad 4.1 Zorgbeleid: - bijdrage regiogemeenten CJG - DU CJG en Jeugdhulp uit reserve 4.2 Sociale voorzieningen:
59
Lasten - aanloopkosten 3D's uit reserve
Baten
Reserves
Saldo
517
-
-517
-
- tekort leerlingenvervoer
104
-
-
104
- onttrekkingen uit en storting in reserve inzake onderwijshuisvesting 4.4 Integratie : inburgering
511
-170
-341
-
- kosten inburgering uit reserve
162
-
-162
-
68
-
-68
-
2.664
-3.247
534
-49
298
-530
232
-
63
-
-63
-
- kosten inzake DU jeugdwerkeloosheid uit reserve
44
-
-44
-
- kosten inzake DU werkgeversdienstverlening uit reserve
64
-
-64
-
103
-103
-
-
58
-
-58
-
-
-771
0
-771
- tegenvaller afwikkeling oude jaren verkeer
128
-
-
128
- aanloopkosten parkeergarage uit reserve
263
-
-263
-
38
-
-38
-
1.059
-1.404
-298
-643
1.020
-1.020
-
-
16
-
-16
-
75
-
-75
-
100
-
-100
-
43
-
-43
-
- bomenprogramma uit reserve
356
-
-356
-
- speelvoorzieningen uit reserve
226
-
-226
-
4.3 Educatie:
4.5 Wijkvoorzieningen : WOP Donderberg - kosten WOP Donderberg uit reserve Saldo Programma 4
5. Roermond: Economisch sterke stad 5.1 Grondexploitatie: - grondexploitaties zie paragraaf grondbeleid 5.2 Economische ontwikkelingen: - onttrekking uit reserve inzake regisseursrol 5.3 Arbeidsmarktbeleid:
- extra kosten reintegratie en hiervoor ontvangen inkomsten - diversen kosten uit reserve waaronder werkgeversarangementen - vrijval voorziening meeneemregeling participatiebudget 5.4 Verkeer en vervoer:
- kosten fiestsenstalling uit reserve Saldo Programma 5
6. Roermond: Prachtige stad 6.1 Ruimtelijke ordening: - extra lasten en baten planschades - overige uit reserves 6.2 Volkshuisvesting: - tijdelijke verlaging bouwleges uit reserve - subsidies monumenten uit reserve - diverse onttrekkingen uit reserve w.o. RUD, woonwagens 6.3 Natuur, woon- en leefruimte:
60
Lasten - diverse kleinere onderwerpen uit reserve
Baten
Reserves
Saldo
91
-
-91
-
- saldo exploitatie afval naar reserve
-
-455
455
-
6.5 Milieu
1
-1
-
6.4 Afvalverwijdering:
6.6 Infrastructurele werken: - infrastructurele projecten die in 2014 ten laste zijn gebracht van de reserve maatschappelijk nut zoals Singelring. Zie hiervoor ook kredietrapportage. - incidenteel onderhoud wegen
5.947
-
-5.947
-
165
-
-
165
-
-101
101
-
-1.576
-6.299
165
6.7 Ondergrondse infrastructuur - saldo rioolrecht naar reserve Saldo Programma 6
8.040
7. Roermond: De Gemeente 7.1 Communicatie
4
-
-4
-
7.2 Burgers
-
-
-
-
95
-
-
95
- borgstelling Nederstroom
450
-
-
450
- dubieuze debiteuren oude jaren
298
-
-
298
- stortingen gemeentefonds in DU-reserves
-
-993
993
-
- stortingen grondverkoop in reserves
-
-126
126
-
847
-1.119
7.3 Bestuur : onderzoek ECI - onderzoek ECI 7.4 Financiën en gemeentelijke heffingen:
Saldo Programma 7
1.115
843
Bedrijfsvoering Facilitaire zaken
19
-19
-
234
-234
-
-25
-327
Informatievoorziening : KCC andere overheid - KCC ontwikkeling uit reserve Personeel : personeelskosten - personeelskosten inkomsten detacheringen en tijdelijke inhuur - vrijval voorziening wethouderspensioenen
208
Saldo Paragraaf bedrijfsvoering
461
-656
-278
-473
18.017
-8.144
-9.651
222
Saldo
61
-510 -146
-146
Bijlage 12: Kredietrapportage
62
Algemeen De kredietrapportage heeft tot doel uw raad te informeren over: - de voortgang van de investeringen waarvoor krediet beschikbaar is gesteld; - de stand van zaken van de investeringsplanning. Op basis van deze rapportage worden kredieten afgesloten en waar nodig planningen aangepast. Tevens wordt de investeringsplanning geactualiseerd zonder dat daarbij nieuw beleid aan de orde komt. De ontwikkelingen in grondexploitaties zijn afzonderlijk in de jaarrekening opgenomen. e
In de 2 bestuursrapportage 2014 trof u reeds een tussenrapportage aan inzake de kredieten. Het hier voorliggende stuk actualiseert deze rapportage per ultimo 2014. 1. Stand van zaken van de investeringsplanning Investeringsplanning 2014 In de oorspronkelijke begroting was voor 2014 een totaal investeringsvolume opgenomen van afgerond € 6,9 mln. Op basis van enkele afzonderlijke raadsbesluiten en zero based budgetting (-€ 602.000), bij de kredietrapportage 2013 (€ 446.000) en bij de herijking van de investeringsplanning (€ 115.000) is dit volume uiteindelijk gelijk gebleven aan het oorspronkelijk begrote van € 6,9 mln. Van dit bedrag is in 2014 voor afgerond € 3,7 mln. aan kredieten aangevraagd. Dit is 53,6% van de aangepaste investeringsplanning 2014. Een aantal kredieten met een totaal investeringsvolume van € 3,2 mln. is uiteindelijk niet in 2014 opgevraagd. Hiervan wordt voorgesteld afgerond € 2,9 mln. door te schuiven naar de investeringsplanning 2015-2018. Het restantbedrag van afgerond € 0,3 mln. kan vervallen. Voor het grootste deel heeft dit te maken met investeringen in het kader van de automatisering welke uiteindelijk niet noodzakelijk waren. Actualisatie investeringsplanning 2015-2018 Naast het bedrag van € 2,9 mln. aan investeringsvolume dat van 2014 doorschuift naar 2015 e.v. is ook de investeringsplanning 2015-2018 geactualiseerd. Er zijn geen nieuwe investeringen opgenomen, deze komen aan de orde bij de begroting 2016. Wel is de planning van een beperkt aantal investeringen en de hierbij horende effecten op de kapitaallasten aangepast. Een voorbeeld van een grotere aanpassing is het doorschuiven van een aantal investeringen met betrekking tot rioleringsprojecten (€ 1,7 mln.) van 2014 naar 2015 (€ 0,8 mln.), naar 2016 (€ 0,7 mln.) en naar 2017 (0,2 mln.). In bijlage 3 ziet u op hoofdlijnen de aanpassingen in de investeringsplanning. De actualisering van de investeringsplanning heeft een voordelig effect op de kapitaallasten van afgerond € 576.000 voor 2014. Actualisatie investeringsplanning Bedragen x € 1.000 Effect op kapitaallasten
2015
2016
576
63
223
2017
2018
69
97
2. Voortgang van de investeringen waarvoor krediet beschikbaar is gesteld Er was tot einde 2014 in totaal voor € 42,8 mln. aan kredieten beschikbaar gesteld. Grotendeels zijn dit reeds lopende kredieten van voorgaande jaren en daarbij beschikbaar gestelde kredieten in 2014. Van deze kredieten was het de planning om € 23,7 mln. in 2014 af te ronden. Hiervan kan per einde 2014 voor € 3,9 mln. worden afgesloten (bijlage 1). Dit is 16,5% van het voorgenomen investeringsvolume. In de volgende paragraaf wordt hier nader op in gegaan. Voorgesteld wordt van de niet afgesloten kredieten een investeringsvolume van € 26,9 mln. door te schuiven conform bijlage 2. Er zijn eind 2014 voor € 9,2 mln. aan uitgaven gedaan in deze kredieten. De afsluitdatum van het merendeel van deze kredieten verschuift van 2014 naar 2015. Enkele voorbeelden van grotere kredieten waarvan de afsluitdatum verschuift van 2014 naar 2015 zijn: x
71305 Expertisecentrum (€ 11,2 mln.) In verband met de afhankelijkheid van diverse partijen is vertraging opgelopen. Met de bouw is in augustus 2014 gestart en het expertisecentrum zal eind augustus 2015 worden opgeleverd.
x
71304 Verplaatsing woonwagencentr. Witte Koeweg (€ 1,3 mln.) Als gevolg van vertraging in het bereiken van overeenstemming met de bewoners, belanghebbenden en woningcorporaties is de realisatie uitgesteld naar 2015.
Voor het totale overzicht wordt verwezen naar bijlage 2. Als gevolg van het verschuiven van de afsluitdata, en het hiermee later in afschrijving nemen van activa, ontstaan er afwijkingen in de kapitaallasten ten opzichte van de (meerjaren) begroting. In 2015 leidt het later afsluiten van kredieten tot een positief effect op het begrotingssaldo van afgerond € 343.000. Meerjarig bedraagt het effect: Voortgang kredieten Bedragen x € 1.000 Effect op kapitaallasten
2015
2016
343
2017
22
-/-42
2018
-/-116
Afsluiten van kredieten Zoals aangegeven in bijlage 1 worden kredieten met een begroot investeringsvolume van € 3,9 mln. per ultimo 2014 afgesloten. De af te sluiten kredieten sluiten enerzijds met een zeer gering nadelig resultaat, waardoor de kapitaallasten nagenoeg ongewijzigd blijven. Anderzijds is er bij de afgesloten kredieten circa € 144.000 minder onttrokken aan de reserve maatschappelijk nut. In totaal is derhalve circa € 285.000 minder uitgegeven aan afgeronde projecten dan geraamd.
64
In dit saldo is afgerond € 61.500 opgenomen voor WMO hulpmiddelen en sporthulpmiddelen 2014, waarop een tekort bestond. Dit tekort leidt tot hogere afschrijvingslasten die echter gedekt zullen worden uit de egalisatiereserve WMO, waardoor dit per saldo geen invloed heeft op de kapitaallasten. Voor een aantal kredieten is gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot afsluiting waarbij een voorziening wordt ingesteld voor nog te maken kosten. Deze voorzieningen zijn gevormd om kredieten tijdig af te kunnen sluiten en af te schrijven conform het geldende afschrijvingsbeleid. In totaal zijn voorzieningen opgevoerd met een totaalbedrag van afgerond € 71.000. Per saldo is het voordelige meerjarige budgettaire effect van het afsluiten van kredieten afgerond € 16.000. Afsluiten kredieten Bedragen x € 1.000
2014
2015
Effect op kapitaallasten
2
2016
16
2017
16
16
Resumerend kan worden geconcludeerd dat 16,5% van het voorgenomen investeringsvolume in 2014 is afgerond. Van het resterende investeringsvolume van € 26,9 mln. is in 2014 reeds € 9,2 mln. besteed. In totaal kan worden gesteld dat ruim 55,3% van het investeringsvolume in 2014 tot afronding is gekomen.
Totaaloverzicht In de onderstaande tabel zijn de financiële consequenties samengevat zoals deze hierboven zijn toegelicht: Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
Actualisatie investeringsplanning
576
223
69
97
Voortgang kredieten
343
22
-/-42
-/-116
2
16
16
16
921
261
43
-/-3
Afsluiten van kredieten
Totaal effect meerjarig saldo
De bovenstaande toelichting heeft een begrotingswijziging tot gevolg, die onderstaand in de toelichting op de middelen is uiteengezet. De effecten voor 2016 tot en met 2018 worden meegenomen in de kadernota 2016 waar afzonderlijke besluitvorming over plaatsvindt.
65
Toelichting op de middelen: Begrotingswijziging (x € 1000) Toelichting op financiële paragraaf Mutaties in de exploitatie Omschrijving
2014
2015
2016
2017
2018
Effect kapitaallasten
-
1.065
482
147
-/-8
Effect op tarief afval- en rioolheffing
-
-
-/-231
-/-114
-/-5
Mutatie gesloten exploitaties
-
-/-144
10
10
10
Effect meerjarig begrotingssaldo
-
921
261
43
-/-3
2014
2015
2016
2017
2018
Mutatie gesloten exploitaties
-
-/-144
10
10
10
Ten gunste van reserve afval
-
24
-
-
-
Ten gunste van reserve riolering
-
130
-
-
-
Ten gunste van egalisatiereserve Wmo
-
-/-12
-/-12
-/-12
-/-12
Ten gunste van bestemmingsreserve parkeergarage
-
2
2
2
2
Wijzigingen in reserves/voorzieningen Omschrijving
Voorgesteld wordt om de kredietrapportage 2014, de geactualiseerde investeringsplanning 2015-2018 en de bijbehorende bijlagen vast te stellen en de projecten conform deze rapportage aan te passen c.q. af te sluiten. Tevens wordt voorgesteld de begroting te wijzigen conform de toelichting op de middelen.
Bijlage(n): a. Afgesloten kredieten; b. Doorgeschoven kredieten; c. Gewijzigde investeringsplanning 2015-2018.
66
Kredietenoverzicht : Jaar 2014 Bijlage a: Afgesloten Kredieten
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
Sector
Afdeling
Kostenplaats
BS
Sociale Zaken
77206 - WMO hulpmiddelen 2014 LASTEN
280.000
357.692
Ruimte
Toelichting
-77.692 Als gevolg van de in 2013 ingevoerde “keukentafelgesprekken” is vanaf 2013 het aantal Wmo-voorzieningen substantieel afgenomen. Hierdoor is
BATEN
het Wmo-krediet voor 2014 verlaagd van € 800.000 naar € 300.000, waarvan € 20.000 is overgeheveld naar krediet 75043 Sporthulpmiddelen burgers met beperking. In 2014 zijn er ten opzichte 2013 meer Wmovoorzieningen verstrekt. Dit houdt verband met ondermeer de herindicaties Saldo
280.000
357.692
-77.692
Wmo die hebben geleid tot extra aanvragen Wmo-voorzieningen. Dit betekent dat er meer Wmo-hulpmiddelen aangeschaft moesten worden dan aanvankelijk was voorzien. Het betreft met name de duurdere voorzieningen zoals scootmobielen en elektrische rolstoelen. Het tekort kan gedeeltelijk verrekend worden met het krediet 75043.
BS
BS
BS
BS
Sport &
75038 - Aanschaf
LASTEN
Bewegen
polstokhoogspringmat De Wijher
BATEN
Sport &
75039 - Aansch. verrijdbare
Bewegen
overkapping De Wijher
1.490 De materialen zijn aangeschaft. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten.
16.640
15.150
LASTEN
18.235
19.724
1.490 -1.490 De materialen zijn aangeschaft. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten.
BATEN Saldo
18.235
19.724
14.556
14.496
75040 - Vervanging (14)
LASTEN
Bewegen
voetbaldoelen 2013
BATEN
75043 - Sporthulpmiddelen
15.150
Saldo
Sport &
Sport &
16.640
-1.490 60 De materialen zijn aangeschaft. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten.
Saldo
14.556
14.496
LASTEN
20.000
3.774
67
60 16.226 De materialen zijn aangeschaft. Het krediet is in 2014 afgesplitst van het
Sector
Afdeling
Kostenplaats
Bewegen
burgers met beperking
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
Ruimte
Toelichting
BATEN
krediet 77206 Wmo hulpmiddelen. Het krediet kan worden afgesloten en het restant krediet kan terugvloeien naar het krediet 77206 waar een tekort
BS
Welzijn
Saldo
20.000
3.774
76049 - Bouwk.vrz.BS de
LASTEN
51.492
51.492
Zonnewijzer/Velderij
BATEN
16.226 bestaat. 0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 2.184 getroffen voor afrondende werkzaamheden.
BS
BS
Welzijn
Welzijn
Saldo
51.492
51.492
76050 - Asbestsanering
LASTEN
15.757
15.797
muzieklokaal BC Broekhin
BATEN
76051 - Bouwk.werkz.BS de Zonnewijzer
BS /
Facilitaire Zaken 72248 - Kadernota ICT 2010
BMO
0 -40 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten.
Saldo
15.757
15.797
-40
LASTEN
32.038
33.006
-968 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten.
Saldo
32.038
33.006
-968
LASTEN
75.691
75.691
BATEN
0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 15.110 getroffen voor de implementatie van
BATEN
een tool op de mobile devices.
BS /
Facilitaire Zaken 72256 - Scanstraat
BMO
BS / BMO
Saldo
75.691
75.691
LASTEN
40.000
33.233
0 6.767 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten.
BATEN
Facilitaire Zaken 72722 - Inrichting tuinzaal
Saldo
40.000
33.233
LASTEN
90.000
94.683
6.767 -4.683 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten.
BATEN
68
Sector
BS /
Afdeling
Financiën
Kostenplaats
72407 - Upgrade Decade
BMO
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
Saldo
90.000
94.683
LASTEN
15.700
15.700
Ruimte
Toelichting
-4.683 0 Het project is gerealiseerd. Het krediet kan worden afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 1.757 getroffen voor de afrondende
BATEN
ondersteuningswerkzaamheden. Saldo
15.700
15.700
0
75.624
75.624
0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten.
75.624
75.624
0
BS /
Personeel,
72257 - Upgrade geïntegreerd
LASTEN
BMO
Organisatie &
begeersysteem GBI
BATEN
Informatie Saldo
RU
BATEN
0
0
Saldo
0
0
Beheer
70819 - Wijzigen openbare
LASTEN
15.000
12.244
Openbare
verlichting Broekveeweg
2.756 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten.
BATEN
-15.000
-12.244
-2.756
0
0
0
35.000
35.439
-439 De maaimachine is aangeschaft. Het krediet kan worden afgesloten.
Saldo
35.000
35.439
-439
12.000
11.266
734 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten.
Saldo
12.000
11.266
734
LASTEN
30.000
30.000
Ruimte Saldo RU
Beheer
70821 - Maaimachine John Deere LASTEN
Openbare
BATEN
Ruimte RU
Beheer
74609 - opwaardering
LASTEN
Openbare
stroomvoorz. Markt Roermond
BATEN
Ruimte RU
Beheer
75505 - Project BGT Roermond
Openbare
Leudal Nederweert Weert
0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet is reeds middels de bestuursrapportage afgesloten. Het tekort is verrekend met het
BATEN
Ruimte
uitvoeringskrediet project BGT (75506). Saldo
RU
Plannen &
77102 - Aanleg riviercruise
LASTEN
30.000
30.000
100.000
100.000
69
0 0 De voorbereidingsfase om te komen tot een programma van eisen en
Sector
Afdeling
Kostenplaats
Projecten
voorzieningen
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
BATEN
-50.000
-50.000
Ruimte
Toelichting 0 wensen is afgerond en de aanbestedingsprocedure is gestart. Voor de uitvoeringsfase is een nieuw krediet geopend. Het krediet kan worden
Saldo RU
Stedelijke
73009 - Via Verde inr.pl.R'mond
LASTEN
Ontwikkeling
Oost-Asenray
BATEN Saldo
RU
Voorbereiding & 70110 - voorb.plan ontwikkeling Realisatie
fietspad Roerdal
LASTEN BATEN Saldo
RU
Voorbereiding & 70114 - Restant 2de en 3de fase
LASTEN
Realisatie
BATEN
Roerstreek Noord
50.000
50.000
306.000
305.382
-306.000 -305.382 0
0
150.000
150.000
-150.000 -150.000 0
0
593.724
593.724
0 afgesloten. 618 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. -618 0 0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. 0 0 0 Uitvoering deelproject is afgerond. Dit kredietgedeelte kan worden afgesloten. Voor het (vervolg) project Randweg-De Meern, dat samen met de gemeente Roerdalen wordt opgepakt is een nieuw krediet 70316 geopend voor € 543.332. De voorbereiding en aanbesteding daarvan
RU
RU
Saldo
593.724
593.724
Voorbereiding & 70213 - rioleringswerkzaamh.
LASTEN
280.000
224.994
Realisatie
BATEN
Maas-, Broekstrt Ool
Voorbereiding & 70216 - Verv.openb.verlichting Realisatie
Zwartbroektunnel
280.000
224.994
LASTEN
167.000
166.650
Saldo RU
Voorbereiding & 70219 - vrv.openb.verlichting
LASTEN
55.006 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet is al bij de bestuursrapportage afgesloten.
Saldo
BATEN
0 vinden in 2015 plaats. De uitvoering staat gepland vanaf eind 2015 tot medio 2016.
-167.000 -166.650 0
0
140.000
140.000
70
55.006 350 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet is al bij de -350
bestuursrapportage afgesloten.
0 0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. Er
Sector
Afdeling
Kostenplaats
Realisatie
Swalmen 2013-2017
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
BATEN
-140.000 -140.000
Ruimte
Toelichting 0 wordt een voorziening ad € 5.067 getroffen voor afrondende werkzaamheden.
Saldo RU
Voorbereiding & 70416 - Voorb.reconstructie
LASTEN
Realisatie
BATEN
Singelring
Saldo RU
Voorbereiding & 70820 - Verlichting fietspad N271 Realisatie
Swalmen-Beesel
0
0
450.000
450.000
-319.286 -319.286
0 0 De voorbereidende werkzaamheden zijn afgerond. Het krediet kan worden 0 afgesloten. Er is een apart krediet 70420 voor de uitvoeringswerkzaamheden Singelring. 0
130.714
130.714
LASTEN
45.000
45.000
BATEN
-45.000
-45.000
0
0
0
0
0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 4.985 getroffen voor afrondende werkzaamheden.
Saldo RU
Voorbereiding & 70919 - Aanpassingen
LASTEN
95.000
95.000
Realisatie
BATEN
-95.000
-95.000
0
0
LASTEN
72.000
72.000
BATEN
-72.000
-72.000
0
0
157.000
157.000
speelvoorzieningen 2011
Saldo RU
Voorbereiding & 70922 - Aanpassingen Realisatie
speelvoorzieningen 2012
Saldo RU
Voorbereiding & 70925 - Boomprogramma 2013 Realisatie
LASTEN BATEN
-157.000 -157.000
0 De werkzaamheden bevinden zich in een afrondende fase, aanleg van het 0 trapveld Vrijveld vindt in voorjaar 2015 plaats. Het krediet kan worden afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 14.023 getroffen voor m.n. de 0 aanleg van het trapveld. 0 De werkzaamheden bevinden zich in een afrondende fase. Het krediet kan 0
worden afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 21.195 getroffen voor
renovatiewerkzaamheden aan een speelveld die in 2015 worden 0 uitgevoerd. 0 De werkzaamheden zijn in een afrondende fase. Het krediet kan worden 0
afgesloten. Er wordt een voorziening ad € 1.765 getroffen voor afrondende werkzaamheden (Markt Swalmen en nazorg).
Saldo RU
0
Voorbereiding & 70928 - Maatregelen
LASTEN
47.000
47.000
Realisatie
BATEN
-47.000
-47.000
0
0
190.000
85.961
Maasnielderbeek
Saldo RU
0
Voorbereiding & 74004 - Herinr. Pollartstraat,
LASTEN
71
0 0 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. Er 0 wordt een voorziening ad € 4.697 getroffen voor afrondende werkzaamheden (m.n. waterdicht maken van dassenduiker). 0 104.039 Dit krediet was bedoeld voor infrastructurele aanpassingen in de Heilige
Sector
Afdeling
Kostenplaats
Realisatie
Heilige Geeststraat
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
BATEN
-190.000
-85.961
Ruimte
Toelichting
-104.039 Geeststraat afhankelijk van de planontwikkeling voormalige maatschappelijke opvangvoorziening (MOV). Door langdurige onduidelijke
Saldo RU
Voorbereiding & 76119 - Rioolgemalen Realisatie
Dirksbergerweg en Ringweg
LASTEN
Voorbereiding & 77007 - Reconstr. vernieuwing Realisatie
infrastr. kunstwerken
LASTEN BATEN Saldo
RU
0
56.000
54.849
1.151 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten.
56.000
54.849
1.151
150.000
134.788
BATEN Saldo
RU
-150.000 -134.788 0
0
Voorbereiding & 77008 - Vangrail Pastoor
LASTEN
50.000
28.000
Realisatie
BATEN
-50.000
-28.000
0
0
Pinckersstraat
0 planontwikkeling MOV is het niet langer opportuun dit krediet te handhaven. Het krediet kan worden afgesloten.
0
Saldo
72
15.212 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. -15.212 0 22.000 De werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het krediet kan worden afgesloten. -22.000 Door een andere uitvoeringsmethode dan vooraf voorzien vallen de totale lasten aanzienlijk lager uit. 0
Kredietenoverzicht : Jaar 2014 Bijlage b: Doorgeschoven Kredieten
Afdeling
BS
Kostenplaats
Sport &
75027 - Elektrolyse
Bewegen
zwembad de Roerdomp
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
31-12-2014
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
31-12-
LASTEN
2015
BATEN
200.000
20.205
Ruimte Toelichting
179.796 De aanbesteding zoutelektrolyse is uitgevoerd en de gunning is aanstaande. De uitvoering van de werkzaamheden staat gepland in eerste helft van 2015.
BS
Sport &
75032 -
Bewegen
Toestellenberging
31-12-2014
Saldo
200.000
31-12-
LASTEN
100.000
2015
BATEN
sporthal Jo Gerris BS
Sport &
75034 -
Bewegen
Korfbalaccommodatie
31-12-2014
20.205
179.796 100.000 De inventarisatie van wensen en eisen heeft plaatsgevonden en de aanbesteding en realisatie zal in
100.000
100.000
31-12-
LASTEN
150.000
150.000 De inventarisatie van wensen en eisen heeft
2015
BATEN
plaatsgevonden. De invulling van de uitbreiding/wijziging accommodatie ten behoeve van korfbal (kunstgras) is
sportpark de Wijher
BS
Sport &
75041 -
Bewegen
Energiebesparende
2015 plaatsvinden.
Saldo
31-12-2014
Saldo
150.000
afgerond. Het project is gestart en de realisatie zal in 2015 150.000 plaatsvinden.
31-12-
LASTEN
257.000
257.000 De aanbesteding en gunning heeft inmiddels
2015
BATEN
plaatsgevonden. De realisatie zal in 2015 plaatsvinden.
maatr. Zwembad De Saldo
257.000
257.000
31-12-
LASTEN
168.000
168.000 Aanbesteding en gunning heeft inmiddels plaatsgevonden.
2015
BATEN
Roerdomp BS
Sport &
75042 -
Bewegen
Energiebesparende
31-12-2014
De realisatie zal in 2015 plaatsvinden.
maatr. zwembad De Saldo
Bosberg BS
Welzijn
71305 -
31-12-2014
31-12-
LASTEN
168.000 11.244.66
73
168.000 4.653.974 6.590.68 De uitvoering is in gang gezet en het Expertisecentrum
Afdeling
Kostenplaats
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
Expertisecentrum
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
2015
3 BATEN Saldo
BS
Welzijn
76047 - Vrv.
31-12-2014
hekwerk/poorten De
30-06-
LASTEN
2015
BATEN
Ruimte Toelichting
9 wordt eind augustus 2015 opgeleverd.
-1.950.000 -1.240.031 -709.969 9.294.663
3.413.943
25.921
18.948
5.880.72 1 6.973 De werkzaamheden zijn nog niet volledig uitgevoerd i.v.m. afstemmingsproblemen tussen de leverancier en de school.
Brink,Smedenerf
BS
Welzijn
76048 - Aankoop pand
De verwachting is dat het project in het 2e kwartaal 2015
31-12-2014
Zandstraat 5 scouting
Saldo
25.921
31-12-
LASTEN
50.000
2015
BATEN
18.948
6.973 wordt gerealiseerd. 50.000 Op dit moment vinden er gesprekken plaats om het scoutinggebouw in Leeuwen aan te kopen, waarna dit
Leeuw
BS /
Facilitaire Zaken 72254 - 2e fase
ingezet kan worden als een kleine wijkaccommodatie.
31-12-2014
implementatie
BMO
Saldo
50.000
31-12-
LASTEN
69.129
2015
BATEN
telefooncentrale BS /
Facilitaire Zaken 72255 - Investeringen
BMO
informatievoorziening
31-12-
LASTEN
2015
BATEN
35.960
33.169 De aanbesteding mobiele toestellen heeft plaatsgevonden. De koppelingen op de telefooncentrale worden in 2015
Saldo 31-12-2014
50.000
69.129
35.960
249.422
148.677
33.169
gerealiseerd.
100.745 De werkzaamheden zijn nog niet volledig uitgevoerd. Met name de migratie van Oracle 10 naar 11 en het realiseren van de koppelingen met de applicaties staat gepland voor
Saldo BS /
Personeel,
72258 - Modernisering
BMO
Organisatie &
GBA
31-12-2014
31-12-
LASTEN
2015
BATEN
Informatie BS /
Personeel,
72259 - Apparatuur
31-12-2014
31-03-
249.422
148.677
91.770
100.745 2015. 91.770 De doorontwikkeling van mGBA is doorgeschoven naar 2015 als gevolg van de vertraging in de
Saldo
91.770
LASTEN
50.000
74
91.770 15.809
softwareontwikkeling bij Dimpact.
34.191 In verband met een landelijke regeling dienen naast de
Afdeling
BMO
Organisatie &
Kostenplaats
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
raadsleden
2015
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
Ruimte Toelichting
BATEN
raadsleden ook de commissieleden van ICT-hulpmiddelen
Informatie
worden voorzien. De realisatie zal in het 1e kwartaal 2015 Saldo
BS /
Personeel,
72260 - Aanschaf tablets 31-12-2014
31-12-
LASTEN
BMO
Organisatie &
en mobile devices
2015
BATEN
50.000
15.809
240.000
49.422
Beheer
70822 - Vervanging
Openbare
openbare verlichting
Ruimte
2014
31-12-2014
Saldo
240.000
31-12-
LASTEN
150.000
2015
BATEN
-150.000
Saldo RU
Beheer
71402 -
Openbare
Dassenbeleidsplan
31-12-2014
RU
72100 - Kwaliteitsimpuls
Openbare
openbaar groen
31-12-2014
LASTEN
81.100
1.972
2015
BATEN
-81.100
-1.972
0
0
30-06-
LASTEN
50.000
15.000
2015
BATEN
-50.000
-15.000
0
0
213.041
16.835
Saldo
Beheer
75305 - DC-containers
Openbare
Swalmen/Wonen Zuid
31-12-2014
31-12-
LASTEN
2015
BATEN
kwartaal 2015. De uitlevering zal naar verwachting in het 2e 190.578 kwartaal 2015 plaatsvinden.
-150.000 eerste twee deelprojecten zijn in maart 2015 gerealiseerd. Het laatste deel zal medio 2015 worden gerealiseerd. 0
Ruimte
RU
190.578 De aanbesteding van deze materialen is in verband met de
150.000 De werkzaamheden bestaan uit drie deelprojecten. De
0
Saldo
Beheer
49.422
31-12-
Ruimte
plaatsvinden.
vernieuwde werkkostenregeling doorgeschoven naar het 1e
Informatie
RU
34.191
79.128 De voorbereidingen zijn nagenoeg afgerond. De uitvoering -79.128 zal in het voorjaar 2015 worden gerealiseerd. 0 35.000 De werkzaamheden worden in het voorjaar 2015 -35.000 gerealiseerd, zodra de asbestsanering heeft plaatsgevonden.
0
196.206 De aanschaf van de containers is in verband met de landelijke ontwikkelingen op het gebied van drankenkartons
Ruimte
uitgesteld. De vervanging van de containers zal in de eerste helft van 2015 worden gerealiseerd. Saldo
213.041
75
16.835
196.206
Afdeling
RU
Bouwtoezicht
Kostenplaats
71309 - Alfonsusschool
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
31-12-2015
31-12-
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
LASTEN
3.050.869
124.403 2.926.46 Tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, inzake het
2016
nieuwbouw
Ruimte Toelichting
6 kortgeding op het voornemen tot gunnen, is hoger beroep aangetekend. Als gevolg van dit hoger beroep is
BATEN
ingebruikname van het pand in augustus 2015 niet
RU
Bouwtoezicht
71310 - Alfonsusschool
31-12-2015
31-12-
Saldo
3.050.869
LASTEN
2.408.175
0 kortgeding op het voornemen tot gunnen, is hoger beroep BATEN
Saldo
Plannen &
70609 - Aanleg ECI brug 31-12-2014
Projecten
-500.000
1.908.175
Plannen &
71304 - Verplaatsing
Projecten
woonwagencentr. Witte
31-12-2014
-3.559 -496.441 aangetekend. Als gevolg van dit hoger beroep is ingebruikname van het pand in augustus 2015 niet haalbaar. De ingebruikname van de school staat gepland 1.831.33 voor medio 2016 (zie tevens krediet 71309). 76.836 9
31-12-
LASTEN
260.000
263.240
2015
BATEN
-260.000
-263.240
0
0
Saldo RU
31-12-
2.926.46 haalbaar. De ingebruikname van de school staat gepland 6 voor medio 2016 (zie tevens krediet 71310).
80.395 2.327.78 Tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, inzake het
2016
renovatie
RU
124.403
LASTEN
1.291.280
-3.240 De werkzaamheden zijn in uitvoering en de realisatie staat 3.240 gepland in het voorjaar 2015. De overschrijding van de kosten bedraagt circa € 60.000 en wordt gedekt door de 0 projectontwikkelaar.
38.425 1.252.85 Het ontwerp-bestemmingsplan heeft ter inzage gelegen. De 5 uitvoering is vertraagd als gevolg van het veelvuldig
2015
Koeweg BATEN
-1.291.280
- benodigd overleg met de bewoners, belanghebbenden en -38.425 1.252.85 de woningcorporaties. Zodra overeenstemming is bereikt en 5 de formele procedures zijn doorlopen, zal met de realisatie gestart worden. De realisatie staat gepland in 2015.
Saldo
0
76
0
0
Afdeling
RU
Kostenplaats
Plannen &
71700 - Mensgerichte
Projecten
natuur R'mond Oost
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
31-12-2014
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
31-12-
LASTEN
284.500
2015
BATEN
-284.500
Asenray
98.317
Ruimte Toelichting
186.183 Het grondwerk is deels uitgevoerd. Door te natte
-98.317 -186.183 terreinomstandigheden is de afwerking van de grondwerkzaamheden doorgeschoven naar de zomer 2015. De aanplant en inrichting van het gebied vindt zal in het
Saldo
RU
Plannen &
71800 -
Projecten
Bezoekerspavilj./uitkijktor
31-12-2014
0
31-12-
LASTEN
500.000
2016
BATEN
-500.000
0
0 najaar 2015 plaatsvinden.
500.000 Voor de benodigde riviercompensatie is overleg gevoerd -500.000 met Rijkswaterstaat en de betrokken partijen. Vanwege de complexiteit van de problematiek neemt een en ander meer
en Oolderplas
tijd in beslag. Het project zal derhalve gerealiseerd worden Saldo
RU
Plannen &
76120 - Aanleg
Projecten
riviercruisevoorziening
31-12-2015
31-12-
LASTEN
2016
BATEN
40.000
Stedelijke
73008 - Aanleg
Ontwikkeling
routestructuren fase 2
31-12-2014
20.891
19.109 De aanbesteding is in gang gezet. De uitvoering van de werkzaamheden zullen medio 2016 gerealiseerd worden.
Saldo RU
0 in 2015/2016.
0
40.000
20.891 152.178
31-12-
LASTEN
301.500
2015
BATEN
-301.500
Roermond Oost
19.109 149.322 Voor de uitvoering van een laatste deel is grondverwerving
-152.178 -149.322 noodzakelijk, daartoe wordt op korte termijn een voorstel ingebracht. Afhankelijk van het besluit van het college zal al dan niet de uitvoering plaatsvinden in de zomer 2015.
Saldo
RU
Voorbereiding & 70115 - Herinrichting Realisatie
N280 wegvak Roermond
31-12-2015
0
0
533.041
01-05-
LASTEN
1.500.000
2019
BATEN
-1.500.000
Saldo
0
77
0
966.959 Nadat de samwerkingsovereenkomst is getekend, is medio
-533.041 -966.959 2014 het projectplan bestuurlijk door de betrokken partijen vastgesteld. Voorafgaand aan het bestuurlijk vaststellen van 0 0
Afdeling
Kostenplaats
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
Ruimte Toelichting
het definitief schetsontwerp vindt in het voorjaar 2015 het overleg met de omgeving plaats. Inmiddels is een aanvang gemaakt met de bestemmingsplanprocedure, het aanvragen van de benodigde vergunningen en het opstellen van het uitvoeringscontract. De gunning voor de realisatie is voorzien in het najaar van 2016 en de start van de daadwerkelijke uitvoering in 2017. RU
Voorbereiding & 70116 - Aanp.infra Marie 31-12-2014
31-12-
LASTEN
355.000
264.644
90.356 De afrondende werkzaamheden aan m.n. de bebording zal
Realisatie
2015
BATEN
-355.000
-264.644
0
0
-90.356 in 2015 plaatsvinden, waarna ook de financiële afwikkeling van het project kan plaatsvinden. 0
Curieweg/Keulsebaan
Saldo RU
Voorbereiding & 70315 - Herinrichting Realisatie
RU
Maria Theresialaan
Voorbereiding & 70421 Realisatie
31-12-2014
31-12-2014
Voorbereidingskrediet
31-12-
LASTEN
404.000
397.301
2015
BATEN
-369.000
-362.625
Saldo
35.000
34.676
31-12-
LASTEN
60.000
60.000 De voorbereidingen zijn gecombineerd met projecten van
2016
BATEN
-60.000
-60.000 derden, waarbij een definitief plan in 2015 zal worden opgesteld voor de aanpassingen aan de stationstunnel en
Stationstunnel Saldo RU
Voorbereiding & 70926 - Aanpassingen Realisatie
31-12-2014
speelvoorzieningen 2013
RU
Voorbereiding & 71104 Realisatie
bergbezinkbassin
31-12-2014
01-07-
LASTEN
175.000
105.341
2015
BATEN
-175.000
-105.341
0
0
60.000
16.372
31-12-
LASTEN
2015
BATEN
-6.375 afrondende fase beland. De realisatie zal in het voorjaar 2015 plaatsvinden. 324
0 de stationsomgeving. De afronding van de werkzaamheden wordt in 2016 verwacht.
0
Saldo
6.699 De herinrichting van de Maria Theresialaan is in de
69.659 De twee resterende onderdelen Maasstraat Herten en -69.659 Mozartstraat zijn nog in voorbereiding. De realisatie zal in het voorjaar van 2015 plaatsvinden. 0 43.628 De voorbereidingen lopen door in 2015. Uit de variantenstudie moet een haalbare milieumaatregel riolering volgen, inclusief locatie. Voortgang en ontwerp zijn
Boukoul Saldo
60.000
78
16.372
43.628 vervolgens afhankelijk van eventueel benodigde aankoop van grond. De realisatie zal in 2015 plaatsvinden.
Afdeling
RU
Kostenplaats
Voorbereiding & 71108 - Aanleg Fietspad Realisatie
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
31-12-2014
Roerdal
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
31-12-
LASTEN
2015
BATEN
1.700.000
Ruimte Toelichting
1.811.231 -111.231 De aanleg bevindt zich in een afrondende fase, waarvoor
-1.700.000 -1.550.000 -150.000 nog werkzaamheden in uitvoering zijn. Deze zullen in het 1e kwartaal 2015 worden gerealiseerd. De overschrijding van
Saldo
0
de kosten zal geheel worden gedekt middels de toegekende 261.231 -261.231 BDU-subsidie ad € 200.000, waarmee het tekort wordt opgeheven.
RU
Voorbereiding & 71502 - Netwerkregeling Realisatie
31-12-2014
TopTrac Oranje-
31-12-
LASTEN
25.000
2015
BATEN
-25.000
Thersialn RU
Voorbereiding & 71505 - Verv.mobiele Realisatie
Saldo 31-12-2014
handhavingsapp afd.
31-08-
LASTEN
2015
BATEN
Stadstz RU
Voorbereiding & 76117 - Reconstructie Realisatie
ged Julianaplein Herten
Voorbereiding & 76118 - Aanleg Realisatie
31-12-2014
regenwaterstelsel
0
62.822
6.750
62.822
6.750 3.948
31-12-
LASTEN
162.000
2015
BATEN
-162.000
Saldo RU
0
31-12-
LASTEN
2016
BATEN
25.000 Dit krediet maakt onderdeel uit van het project reconstructie -25.000 Singelring-oost (70420). De uitvoering van deze werkzaamheden staat gepland in 2015. 0 56.072 De opdracht voor de aanschaf van de apparatuur is in februari 2015 verstrekt. De realisatie zal medio 2015
Saldo 31-12-2014
0
0
56.072
plaatsvinden.
158.052 Door een extra bijdrage van de stichting Stereac ter hoogte
-3.948 -158.052 van € 18.000 is het totale krediet verhoogd met € 22.000 tot een bedrag van € 184.000. De uitvoering van de 0
75.000
0 werkzaamheden staat gepland in de periode april tot en met augustus 2015. 75.000 Door nieuwe inzichten heeft een aanpassing van het oorspronkelijke projectplan plaatsgevonden, waardoor het project vertraging heeft opgelopen. Het onderzoek naar een
Reubenberg
geschikte infiltratielocatie loopt momenteel nog. Naar Saldo
verwachting zal een gedeeltelijke uitvoering tegelijkertijd 75.000 met de verplaatsing van de woonwagens langs de Witte
75.000
Koeweg plaatsvinden in 2015. De realisatie van de overige werkzaamheden staat gepland in 2016. RU
Voorbereiding & 76901 - Integr.aanp.
31-12-2014
31-12-
LASTEN
373.794
79
327.834
45.960 Als gevolg van de stagnatie in de sloop van de boerderij
Afdeling
Realisatie
Kostenplaats
Afsluit-
Nieuwe
datum uit
afsluit-
Decade
datum
voetbalaccommodatie
2015
Uitgaven/
Totaal
Geboekt
Inkomsten
begroting
t/m 2014
BATEN
-373.794
-327.834
0
0
Ruimte Toelichting
-45.960 Wolfhagen te Herten heeft de uitvoering van deze
R'mond VR
werkzaamheden vertraging opgelopen. De afronding van de Saldo
RU / BMO
JZE
72822 Heidebaan/saneringskost en Heidesteeg-baan
31-12-2014
31-12-
0
werkzaamheden zal in het voorjaar 2015 plaatsvinden.
LASTEN
382.500
382.500 De uitvoering van de werkzaamheden is vertraagd en is
BATEN
-204.500
afhankelijk van de uitslag van de gerechtelijke procedure. -204.500 De uitvoering dient uiterlijk 31-12-2016 plaats te vinden in
Saldo
178.000
2016
80
178.000 verband met de toegekende subsidie van de Provincie Limburg.
Investeringsplanning Bijlage c: Gewijzigde investeringsplanning 2015-2018
Investeringsplanning voor actualisatie
D-1 Roermond:
Uitgaven
D-12 Sport
2014
2015
2016
2017
2018
147.000
115.000
15.000
15.000
130.000
147.000
115.000
15.000
15.000
130.000
Levende stad
D-2 Roermond:
D-22 Veiligheid
243.500
243.500
Veilige stad D-23 Stadstoezicht
45.000 243.500
45.000
243.500
D-4 Roermond:
D-42 Sociale
100.000
400.000
400.000
400.000
Sociale stad
voorzieningen
100.000
400.000
400.000
400.000
D-5 Roermond:
D-54 Verkeer en vervoer
268.000
375.000
1.134.000
375.000
268.000
375.000
1.134.000
375.000
70.000
100.000
200.000
Economisch sterke stad
D-6 Roermond:
D-63 Natuur, woon- en
Prachtige stad
leefruimte D-64 Afvalverwijdering
123.000
75.000
895.000
D-65 Milieu
750.000 10.000
D-66 Infrastructurele
327.750
934.000
1.100.000
1.900.000
400.000
1.712.240
4.179.000
3.095.000
2.500.000
900.000
2.162.990
5.258.000
4.295.000
5.495.000
2.060.000
FZ Facilitaire zaken
150.000
627.000
392.000
275.000
100.000
IV Informatievoorziening
264.806
710.000
800.000
800.000
800.000
414.806
1.337.000
1.192.000
1.075.000
900.000
3.236.296
7.185.000
7.081.000
7.603.500
3.490.000
werken
D-67 Ondergrondse infrastructuur
D-BV Paragraaf bedrijfsvoering
Totaal
81
Mutaties
Vervallen
2014
2015
-147.000
147.000
2016
2017
2018
2014
Toelichting mutaties > € 100.000 Groot onderhoud voetbalveld Swalmen is een jaar uitgesteld.
-147.000
147.000
-243.500
243.500
-243.500
243.500
Investeringen in cameratoezicht binnenstad zijn een jaar verschoven.
-45.000 -243.500
243.500
-45.000
-268.000
452.000
-184.000
45.000 -243.500
288.500
Investeringen parkeervoorzieningen en verkeersregelinstallaties zullen te samen in 2015 worden uitgevoerd.
-268.000
452.000
-184.000
-102.000
64.000
19.000
-21.000
De investeringen in containers konden uitgesteld worden of zijn vervallen.
-327.750
152.750
175.000
Planmatig onderhoud kunstwerken is uitgesteld door prioritering aan risicovolle kunstwerken en wijkgericht onderhoud Tegelarijveld is uitgesteld tot 2017.
-1.712.240
-2.249.500
2.008.000
1.953.740
Enerzijds door vertraging en anderzijds door een nieuwe priorisering van de rioolvoorzieningen heeft een herplanning plaatsgevonden.
-2.141.990
-2.032.750
-150.000
150.000
2.027.000
2.128.740
-21.000 Door het uitstellen van de concern reorganisatie zijn de investeringen in de werkplekken een jaar verschoven. -264.806
De geplande investeringen in de automatisering zullen niet meer worden uitgevoerd.
-150.000
150.000
-2.950.490
-1.040.250
-264.806 1.798.000
1.885.240
288.500
82
-285.806
Investeringsplanning na actualisatie
D-1 Roermond: Levende
Uitgaven
D-12 Sport
stad D-2 Roermond: Veilige
D-22 Veiligheid
stad
D-23 Stadstoezicht
2015
2016
2017
262.000
15.000
15.000
130.000
262.000
15.000
15.000
130.000
243.500
243.500 45.000
243.500 D-4 Roermond: Sociale
D-42 Sociale
stad
voorzieningen
D-5 Roermond:
D-54 Verkeer en vervoer
Economisch sterke stad D-6 Roermond:
D-63 Natuur, woon- en
Prachtige stad
leefruimte D-64 Afvalverwijdering
288.500
100.000
400.000
400.000
400.000
100.000
400.000
400.000
400.000
827.000
950.000
375.000
827.000
950.000
375.000
70.000
100.000
200.000
139.000
19.000
895.000
D-65 Milieu D-66 Infrastructurele
2018
750.000 10.000
1.086.750
1.100.000
2.075.000
400.000
1.929.500
5.103.000
4.453.740
900.000
3.225.250
6.322.000
7.623.740
2.060.000
werken D-67 Ondergrondse infrastructuur
D-BV Paragraaf
FZ Facilitaire zaken
777.000
392.000
275.000
100.000
bedrijfsvoering
IV Informatievoorziening
710.000
800.000
800.000
800.000
1.487.000
1.192.000
1.075.000
900.000
6.144.750
8.879.000
9.488.740
3.778.500
Totaal
83