INTERNATIONAAL INSTITUUT VOOR
SOCIALE GESCHIEDENIS
JAARVERSLAG 1959
INTERNATIONAAL INSTITUUT VOOR
SOCIALE GESCHIEDENIS
JAARVERSLAG J
959
KEIZERSGRACHT 264 - AMSTERDAM
JAARVERSLAG OVER 1959 1. B e s t u u r en D i r e c t i e In de loop van dit verslagjaar overleed de bekende sociaal-historicus G. D. H. Cole, hoogleraar te Oxford en sinds 1939 lid van het bestuur van het Instituut. Toen het naderend oorlogsgevaar het wenselijk maakte, het belangrijkste bezit van onze instelling, de archieven, naar Engeland over te brengen en daartoe een depot te Oxford te vestigen, heeft de heer Cole het Instituut met raad en daad terzijde gestaan, zoals hij later, gedurende de bezettingsjaren, krachtige steun verleend heeft aan de beheerder van dit depot, de heer A. Lehning, die door het verbreken der verbindingen in isolement en daardoor in een zeer moeiüjke positie kwam te verkeren. Ons bestuur stelt het op prijs, op deze plaats de voortreffelijke geleerde, die Prof. Cole was, te mogen herdenken en zijn waardering voor en erkentelijkheid jegens hem tot uitdrukking te brengen. Op 9 juli 1959 vierde Dr. Friedrich Adler, lid van het bestuur sedert 1947, zijn 80ste verjaardag. De directeur van onze instelling mocht te Zürich de huldiging van Dr. Adler, die wegens de gezondheidstoestand van de jubilaris een intiem karakter droeg, bijwonen, waarbij hij de gelegenheid had, de grote verdiensten van Dr. Adler voor ons Instituut te belichten en de warme dank van ons bestuur uit te spreken. Het college was op 31 december 1959 als volgt samengesteld: Ir. H. Vos, te Wassenaar, voorzitter, vertegenwoordigend De Centrale Arbeiders-Verzekeringsbank N V . Prof. Dr. A. J. C. Rüter, te Haarlem, secretaris Dr. Fr. Adler, te Zürich J. Braunthal, te Londen Prof. Dr. I. J. Brugmans, te Amsterdam, vertegenwoordigend het Nederlandsch Economisch-Historisch Archief Dr. L. Brummel, te 's-Gravenhage, vertegenwoordigend het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen Dr. H. A. Enno van Gelder, te 's-Gravenhage, vertegenwoordigend de Koninklijke Akademie van Wetenschappen Prof. Mr. W. F. de Gaay Fortman, te 's-Gravenhage Mr. H. Hardenberg, te 's-Gravenhage, vertegenwoordigend het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen Prof. Dr. P. Kuin, te Wassenaar, vertegenwoordigend De Centrale Arbeiders-Verzekeringsbank N V .
JAARVERSLAG OVER I959
4
Prof. Dr. J. M. Romein, te Amsterdam, vertegenwoordigend de Faculteit van Letteren en Wijsbegeerte der Universiteit van Amsterdam Mr. A. de Roos, te Amsterdam, vertegenwoordigend de gemeente Amsterdam Dr. P. A. J. M. Steenkamp, te Uithoorn. Over de voorziening in de vacature, ontstaan door het overlijden van Prof. Cole, zal het bestuur zich nader beraden. De directie werd gevoerd door Prof. Dr. A. J. C. Rüter. 2. A l g e m e n e
beschouwingen
Versnelde ontwikkeling -gift Ford Foundation Uit een reeks van verslagjaren springt 1959 in het oog doordat de ontwikkeling van het Instituut in dit jaar een bijzonder krachtige stimulans tot activiteit ontving. Die stimulans gold niet de acquisitie, die zich op nagenoeg gelijk niveau als in 1958 bewoog. Het Instituut verwierf archieven en collecties documenten van Nederlandse en niet-Nederlandse oorsprong. Onder de eerste bevond zich, zoals nog nader blijken zal, een tweetal zeer belangrijke. De collecties van niet-Nederlandse oorsprong zijn van goede kwaliteit, maar niet van uitzonderlijk belang; archieven van dit laatste gehalte geraken steeds meer in vast bezit en worden daardoor moeilijker te verwerven. Gedrukte werken van recente en oudere datum — periodieken, boeken en brochures - kwamen in brede, gezien de huisvesting wel zeer brede stroom binnen. Evenmin gold eerder bedoelde stimulans de wetenschappelijke arbeid van het Instituut, al verschenen dit jaar naast de International Review of Social History als vrucht van arbeid in vorige jaren een drietal publikaties en konden nieuwe projecten aangevat of in studie genomen worden. De stimulans was een gift van de Ford Foundation ad ƒ 1.300.000.—, geschonken met een drieledig doel, dat in ongeveer vijf jaar verwezenlijkt dient te worden. In de eerste plaats stelt deze gift het Instituut in staat, zijn bezit aan boeken en brochures, voor zover dit nog niet geschied is, te systematiseren en catalogiseren, in de tweede plaats zijn archieven en collecties documenten, eveneens voor zover nog niet bewerkt, te ordenen en te inventariseren, in de derde plaats zijn documentatie op enkele zeer belangrijke punten te completeren. Onze instelling en haar bezoekers kunnen de Ford Foundation voor deze zeer bijzondere geste niet dankbaar genoeg zijn. In de vijfjaar van zijn bestaan voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was het het Instituut ten enen male onmogelijk, de massa's binnenkomend materiaal naar de eis te
JAARVERSLAG OVER I959
5
systematiseren, catalogiseren, ordenen en inventariseren, al is al het mogelijke gedaan om de verzamelingen op eenvoudige wijze toegankelijk te maken. Gedurende de oorlog ging wat aan catalogus bestond alsmede de systematische ordening der bibliotheek teloor, terwijl vele archieven in wanorde, soms in de grootste wanorde geraakten. Na de bevrijding is het tijdrovende werk, dat tot volledige toegankelijkheid en gemakkelijke bruikbaarheid moest leiden, weer ter hand genomen, maar de beschikbare financiën waren veel te gering om voldoende medewerkers voor deze immense arbeid aan te stellen. Dat de Ford Foundation de middelen ter beschikking stelde om deze primaire taak van het Instituut te volbrengen, stemt tot grote erkentelijkheid: op het ogenblik, dat de verzamelingen volledig en naar de eis toegankelijk zullen zijn, zal een drukkende last van bestuur, directie en medewerkers vallen. Ook al is er zo duidelijk overmacht, of beter financiële onmacht in het spel: wie verzamelingen beheert en deze niet volledig toegankelijk weet, behoudt iets van een kwaad geweten. Financiering Komend tot een beschouwing van de financiële situatie van het Instituut is het wenselijk er de aandacht op te vestigen, dat de gift van de Ford Foundation louter bestemd is voor het verrichten van arbeid die anders ongedaan zou zijn gebleven - wat juist haar grote belang is - , en dus streng gescheiden dient te worden gedacht van de financiering van het Instituut als bedrijf in engere zin of als instelling van wetenschappelijk onderzoek. De financiering van de arbeid van het Instituut op wetenschappelijk gebied leverde ook dit jaar, gegeven de veelheid van subsidiegevers, veel werk, maar ook niet geringe vruchten op. De Rockefeller Foundation en de Deutsche Forschungsgemeinschaft stonden belangrijke bedragen toe, respectievelijk voor de voorbereiding en de voorbereiding en uitgave van publikaties. Zeer in het bijzonder dient hier echter de Nederlandse Organisatie voor ZuiverWetenschappelijk Onderzoek vermeld te worden die ook in dit verslagjaar het wetenschappelijk werk van het Instituut op brede wijze financieel heeft gesteund. Zoals de dank van het Instituut hiervoor uitgaat naar het bestuur van deze organisatie, zo voelt de directeur van onze instelling zich bijzonder verplicht aan zijn collega van Z.W.O. en diens staf. Reeds in een vorig jaarverslag werd vermeld, hoeveel begrip voor de moeilijke financiële positie hij van de directeur van Z.W.O. en zijn medewerkers mocht ondervinden; dit geldt zo mogelijk in versterkte mate voor dit verslagjaar, waarvan de financiële moeilijkheden zeer waarschijnlijk en in ieder geval hopelijk die van een overgangsperiode zullen blijken te zijn, maar daarom niet minder stringent waren. De „vaste" subsidiegevers, het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Weten-
6
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
schappen, de gemeente Amsterdam en De Centrale Arbeiders-Verzekeringsbank, verhoogden hun bijdrage, allereerst om de periodieke verhoging van salarissen mogelijk te maken; het Ministerie maakte thans bovendien de gevolgen van de bestedingsbeperking in 1958 ongedaan. Terwijl de Ford Foundation de mogelijkheid schiep tot het inhalen van een bedenkelijke achterstand, konden op de boven omschreven wijze de normale werkzaamheden gefinancierd worden op een niveau, dat voor dit ogenblik bevredigend mag heten. Daartoe diende de steun verworven te worden van welgeteld acht subsidiërende instellingen: drie „vaste" en vijf incidentele, tot welke laatste ook het Nederlands Instituut voor Internationale Culturele Betrekkingen gerekend mag worden, dat de aankoop van een collectie Russische boeken mogelijk maakte. Het behoeft nauwelijks betoog, dat deze wijze van financiering veel aandacht en tijd vroeg van de directeur en enkele van zijn medewerkers. Al mogen dan de wijze en het niveau van financiering voor dit ogenblik, voor een overgangstijd, bevredigend zijn, dat geldt zeker niet voor de toekomst. In de eerste plaats kan het geen gunstige ontwikkeling heten, dat het aandeel der „incidentele" subsidiegevers in de financiering zo snel en aanzienlijk groeit ten aanzien van de bijdrage der „vaste" subsidiegevers. Op een dergelijke basis laat zich in de toekomst voor een instituut als het onze geen vaste politiek gronden. Bovendien, wil het Instituut bij een overmatig groeiende internationale belangstelling als Nederlandse instelling zijn plaats handhaven, dan is uitbreiding in personeel en ruimtelijk opzicht en stijging van personele en materiële lasten onafwendbaar. Zelfs indien de omvang der verzameling en de activiteit dezelfde bleven, zou verhoging der uitgaven niet te voorkomen zijn, omdat de prijzen stijgen en de positie der medewerkers nog altijd niet is zoals zij redelijkerwijs behoort te zijn. De taak zelf van het Instituut impliceert groei der collecties, die om ruimte, verzorging en wetenschappelijke bewerking vragen. De belangstelling voor en het gebruik van het Instituut neemt toe, wat meer dienstbetoon en, weer, meer ruimte vergt. De directie schrikt er op het ogenblik voor terug, in het buitenland ruimer bekendheid aan het Instituut en zijn collecties te geven, uit vrees het groeiend aantal bezoekers niet naar eis te kunnen ontvangen. Ten slotte dient het Instituut bij alle waardering voor en betoonde bereidheid tot internationale samenwerking zijn aandeel te behouden in de wetenschappelijke arbeid door het doen verschijnen van monografieën, maar vooral door het op verantwoorde wijze toegankelijk maken van de meest belangrijke bronnen door publikatie. Dat eist medewerkers en, andermaal, ruimte. Het is bijzonder verheugend dat buitenlandse instellingen door aanzienlijke subsidies oog tonen te hebben voor de diensten, die onze instelling de wetenschap bewijst, maar het zou buitengewoon te betreuren zijn,
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
7
indien daardoor aan Nederlandse kant het besef geringer werd, dat het Instituut een gezonde, vaste financiële basis dient te hebben, die het in eigen land vinden moet. In het jaarverslag over 1958 werd vermeld, dat de directeur met het oog op de directe en toekomstige financiële behoeften van het Instituut onderhandelingen voerde met instanties in binnen- en buitenland. Die met buitenlandse instellingen hebben tot de hiervoor beschreven resultaten geleid. Die met Nederlandse instanties worden voortgezet. Ruimteprobleem Naast de financiering vroeg het ruimteprobleem voortdurend en dringend de aandacht, veel dringender nog dan in 1958. In het verslag over dat jaar werd er reeds met klem op gewezen, dat het gebouw aan de Keizersgracht geen ruimte meer bood voor aanwas der verzamelingen en nauwelijks voor groei van de staf, hoewel een deel van het bezit reeds verspreid was over een drietal depots. Dit laatste werd ongewenst genoemd, omdat deze decentralisatie het beheer niet gemakkelijker maakte en een enkel van deze depots verre van brandveilig was. Sedertdien is het gebouw aan de Keizersgracht niet gegroeid en zijn de depots niet elastisch gebleken, maar zijn de verzamelingen wel in omvang toegenomen en laat het zich aanzien, dat grote collecties, archieven van organisaties, verworven kunnen worden. Het op gang komen van het Ford-project schiep vervolgens medio 1959 een volstrekt onhoudbare situatie, doordat het aantal medewerkers met bijna 75% toenam en vervolgens nog verder toenemen moest. Ook thans hielp de gemeente Amsterdam ons, als zovele malen, uit de nood door het Instituut een viertal schoollokalen in de Balboastraat ter beschikking te stellen; zij verklaarde zich bovendien in beginsel bereid, door enkele kleine verbouwingen in het gebouw Keizersgracht de ruimte doelmatiger te verdelen en zo plaats voor medewerkers te winnen. Niettemin bleken nog andere voorzieningen nodig. De afdeling catalogiseren van het Ford-project kon in de Balboastraat, los van het hoofdgebouw, niet goed functioneren, wat het noodzakelijk maakte op de Keizersgracht ruimte voor tien tot twaalf medewerkers te vinden. Hiertoe bleef het Instituut geen andere weg open dan een verzoek te richten tot het bestuur van het Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging en wel om instemming met het tijdelijk overbrengen van deze instelling naar de Balboastraat, om de ruimten, die het I.A.V. op de Keizersgracht ter beschikking stonden, voor eigen doeleinden te kunnen gebruiken. Het bestuur hoopt van harte een gunstig antwoord op dit verzoek te ontvangen. Hoe remmend deze moeilijkheden ook op de vlotte gang van zaken werkten, zij hadden deze goede zijde, dat ze de volstrekte urgentie van het ruimte-
8
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
probleem nog eens nadrukkelijk onderstreepten. Zij gaven bovendien een ander gezicht op de omvang daarvan, zeker in een nabije toekomst. Deze kwestie vormde daarom een punt van nieuw overleg in staf en bestuur en met de hierbij betrokken gemeentelijke instanties. Een oplossing zal steeds geruime tijd vergen, maar er zou al veel gewonnen zijn, indien in de loop van dit jaar een beslissing kon worden genomen, die voor een alleszins redelijke periode voldoende depot- en werkruimte garandeert. Het probleem is zo urgent, dat het niet verantwoord is, om de kwestie heen te draaien: dat besluit dient dit jaar genomen te worden, eenvoudig omdat er geen reserve aan ruimte meer is en verdere spreiding van het bedrijf tot desintegratie leiden moet. Werkzaamheden Wat de werkzaamheden van het Instituut betreft, kan in de eerste plaats worden vastgesteld, dat de resultaten der acquisitie alleszins bevredigend waren. Als gewoonlijk leverde de Review het Instituut een groot aantal boeken van goede kwaliteit. Instellingen en particulieren schonken oude en nieuwe gedrukte werken, soms in groot getal, een enkele maal een ganse bibliotheek, zoals de Stichting BEDA, Centraal bureau voor algemeen vredeswerk, die het Instituut een collectie van 1500 titels afstond. Het Instituut verzamelde met ijver brochures en periodieken en rondde door aankoop van nieuwe en antiquarische werken alsmede van microfilms zijn bezit verder af. Goede relaties werden onderhouden met instellingen of organisaties, die het Instituut hun archivalia ten geschenke of in bewaring gaven, zoals het Ferdinand Domela Nieuwenhuisfonds, de Association pour la Conservation des Valeurs Culturelles Russes, de Socialist International en het Internationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen. Met andere organisaties werden besprekingen ingeleid, die wellicht tot soortgelijke relaties kunnen leiden. Afgezien hiervan ontving het Instituut ook dit jaar een zeer bevredigend aantal collecties documenten in origineel, microfilm of fotokopie. Zoals reeds eerder betoogd werd, is het, gegeven de schaarste en de groeiende internationale belangstelling, moeilijk geregeld verzamelingen van uitzonderlijk internationaal belang te verwerven, maar collecties van goede kwaliteit verwierf het Instituut wel. Onder de Nederlandse waren er dit jaar echter twee van ongemeen belang: het archief van de Stichting van de Arbeid en dat van de Algemene Nederlandse Diamantbewerkers Bond over de jaren 1914-1940. Met deze laatste aanwinst beschikt het Instituut thans over het volledig archief van dit prototype der moderne Nederlandse vakbeweging sedert zijn oprichting tot het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Mevrouw A. Adama van Scheltema-Kleefstra en de heer J. Braunthal gingen voort het Instituut bij de acquisitie hun niet genoeg te waarderen diensten te bewijzen, terwijl ook de
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
9
heer A. Lehning onze activiteit in het afgelopen jaar krachtig steunde. Het binden c.q. restaureren van gedrukte werken vond ook dit jaar voortgang; de speciaal voor dit doel bestemde gift van het Provinciaal Bestuur van Noordholland werd thans geheel uitgeput. Ernstige zorgen baarden veel gebruikte maar fragiele oudere gedrukte werken, in het bijzonder periodieken, en vooral vele documenten die, meestal door inferieure kwaliteit van het papier, in slechte staat verkeren. Wil uniek materiaal niet verloren gaan, dan zullen er met spoed maatregelen genomen moeten worden. Het bleek noodzakelijk dit jaar reeds een begin te maken - hoewel er geen post op de begroting voor uitgetrokken was - , maar dit is slechts een druppel op een gloeiende plaat. Twee maatregelen dienen op korte termijn overwogen te worden: restauratie van documenten en zeldzame gedrukte werken enerzijds, tot behoud van het materiaal, en het vervaardigen van microfilms of microkaarten van zeldzaam, teer en veel gebruikt materiaal anderzijds. Dit laatste om de documenten of gedrukte werken zelf aan het gebruik te onttrekken en voor achteruitgang te bewaren. De catalogisering der gedrukte werken en de inventarisering en beschrijving der archieven kregen een even onverwachte als krachtige stimulans door het Fordproject. Onafhankelijk daarvan was het resultaat van de arbeid van de reeds aan het Instituut verbonden catalogiseersters dit jaar groter dan vorige jaren. Het gebruik der collecties werd ook in 1959 naar vermogen gestimuleerd. Het contact met de Raad van Advies droeg hiertoe bij, maar ook onze relaties met Nederlandse organisaties, die op sociaal gebied arbeiden. De directeur nam gaarne een uitnodiging aan om een kadervergadering van het C.N.V. voor te lichten over de mogelijkheden, die onze instelling ook juist deze organisaties biedt. Propaganda in het buitenland werd, om de reeds uiteengezette redenen, niet gemaakt, wat de komst van vele geïnteresseerde en deskundige buitenlanders overigens niet belette. Publikaties De wetenschappelijke arbeid van het Instituut vond goede voortgang, waarbij bronnenpublikaties weliswaar de hoofdzaak bleven, maar toch meer aandacht aan monografieën geschonken werd dan tot nu toe het geval was. Deze arbeid viel in de volgende onderdelen uiteen: a. De International Review of Social History ging zijn vierde jaargang in. Onze doelstelling getrouw streefde de redactie naar spreiding der onderwerpen, zo wat periode als onderwerp en wijze van beschouwing betreft. Het ligt in de bedoeling nog meer dan voorheen het onderzoek dezerzijds te stimuleren door het verlenen van opdrachten. De resultaten van deze uitgave stemden tot
IO
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
tevredenheid: de Review krijgt internationaal meer en meer bekendheid, die veelal waardering insluit, het aanbod van kopij is ruim voldoende en het aantal abonnementen stijgt voortdurend, zij het ons inziens in een te traag tempo. b. In de reeks Quellen und Untersuchungen zur Geschichte der deutschen und österreichischen Arbeiterbewegung verscheen thans het tweede deel: Moses Hess' Briefwechsel, bewerkt door Prof. Dr. E. Silberner met medewerking van de heer W. Blumenberg. Gezet werden in dit verslagjaar de autobiografie van Karl Kautsky, die onder de titel Erinnerungen und Erörterungen door Dr. Benedikt Kautsky voor uitgave werd gereedgemaakt, en de omvangrijke bibliografie van Karl Kautsky, bewerkt door de heer W. Blumenberg. Beide delen zullen in 1960 verschijnen. Wilhelm Liebknechts Briefwechsel mit Marx und Engels werd door de bewerker, Prof. Dr. G. Eckert, in eerste redactie opgeleverd, terwijl Dr. G. Kotowski goede voortgang maakte met de voorbereiding voor publikatie van Wilhelm Dittmanns Erinnerungen; redelijkerwijs mag verwacht worden, dat laatstgenoemde het manuscript in 1960 oplevert. De heer W. Blumenberg zette de bewerking van Engels' Briefwechsel mit Bebel gestadig voort. De publikatie van andere manuscripten werd overwogen. Zeer tot onze spijt moesten wij daarbij, mede op advies van Prof. Dr. E. Barnikol, afzien van de uitgave van de studie, die Prof. Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga aan Bruno Bauer heeft gewijd. Het manuscript, door de erfgenamen van deze goede vriend van het Instituut met veel ander materiaal aan onze instelling geschonken, bleek in een te vroeg stadium van bewerking te verkeren dan dat publikatie verantwoord kon worden geacht. De arbeid voor de uitgave van de verslagen der Sozialdemokratische Reichstagsfraktion 1912-1919, die het Instituut met de Kommission für Geschichte des Parlamentarismus und der Politischen Parteien voorbereidt, werd voortgezet. c. In de reeks Studies on Social History verscheen als tweede deel de Franse vertaling van Dr. B. W. Schaper's biografie van Albert Thomas onder de titel Albert Thomas, Trente ans de réformisme social. Een eerste begin is thans gemaakt met de voorbereiding van een bronnenpublikatie over de zo belangrijke conferenties van Zimmerwald, Kienthal en Stockholm 1915-1917, waartoe op dit ogenblik de hulp verkregen is van de heren J. Braunthal en Dr. H. Lademacher. Het materiaal, zeker het belangrijkste, is goeddeels in het bezit van het Instituut; pogingen worden aangewend het te completeren. Hiermee is tot de uitvoering van een werk van lange adem maar van groot gewicht besloten.
JAARVERSLAG OVER 1959
II
De publikatie van andere manuscripten is in studie, waarbij ook het oog gericht werd op Zuid-Oost-Azië. d. Voor de Russische reeks zette het hoofd der Russische afdeling, Dr. J. M. Meijer, met hulp van de heren Ch. B. Timmer, A. Voogd en A. F. Zweers de voorbereiding van een publikatie over de Russische sociale geschiedenis na 1917 voort. Verwacht mag worden, dat het eerste deel in 1960 in manuscript gereed zal komen. De voorbereiding van de uitgave van de correspondentie van Herzen met zijn westerse correspondenten door Sir Isaiah Berlin werd zeer vertraagd door het wachten op onontbeerlijk materiaal. De heren A. Lehning en Dr. P. Scheibert zetten hun arbeid ten behoeve van de publikatie van manuscripten van Bakoenin voort. Het vergt niet geringe inspanning om het nodige materiaal bijeen te brengen, maar het laat zich aanzien, dat binnen afzienbare tijd het manuscript van een of twee delen tegemoet gezien kan worden. e. In de Nederlandse reeks, die onder de titel Sociaal-historische Studiën verscheen, zag dit jaar als eerste deel het licht de biografie van H. P. G. Quack van de hand van Prof. Mr. Dr. J. Barents. Het manuscriptvan de Geschiedenis der Twentse Textielnijverheid 1918-195 5 geraakte in zijn laatste fase van bewerking, en een derde deel in deze reeks werd ons in uitzicht gesteld door de mededeling van Prof. Dr. W. J. Wieringa, dat hij bereid was een studie te schrijven over Dr. A. Kuyper als sociaal emancipator. De publikatie van andere manuscripten was in overweging. Het verheugt het bestuur bijzonder, dat deze reeks, lang een zorgenkind, zo onverwacht tot ontwikkeling lijkt te komen. Nu zoveel werken van internationaal karakter in bewerking zijn, lijkt aanvulling van lacunes in de beschrijving van de Nederlandse sociale geschiedenis plicht. 3. M e d e w e r k e r s Van de medewerkers, inzonderheid van de bibliothecaresse en de wetenschappelijke staf, werd dit jaar veel gevergd. De groei van onze instelling en de zorgen voor de huisvesting thans en in een nabije toekomst stelden hun eisen. De wetenschappelijke arbeid van het Instituut deed hetzelfde, niet alleen ten aanzien van de uitgaven, die in het Instituut door de leden van de wetenschappelijke staf worden verzorgd, maar ook voor de publikaties, die door anderen voor onze instelling werden bewerkt. De collatie van transcripties, de controle van de bewerking en de druktechnische verzorging betekenden thans reeds een zo zware last, dat bij verdere uitbreiding speciale maatregelen noodzakelijk zullen blijken.
12
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
Naast deze verzwaring van de taak kwam dit jaar bovendien, onverwacht, de zorg voor het Ford-project. Zoals reeds bleek moest ook hier weer ruimte voor gevonden worden, een moeilijkheid die overigens toch nog veel gemakkelijker op te lossen was dan het op korte termijn vinden van tien medewerksters voor de catalogisering en zeven wetenschappelijk geschoolde krachten voor de ordening en inventarisering der verzamelingen. Waarbij aangetekend dient te worden, dat deze benoemingen pas de eerste stap waren op de weg naar het vormen van een volledige formatie voor dit project. Nu de ordening en inventarisering definitief en op betrekkelijk korte termijn voltooid leken te worden, drong zich bovendien de noodzaak op, de systemen van systematisering der boekerijen en ordening der archieven nog eens kritisch te bezien en zoveel mogelijk te unificeren. Hieraan werd door vaste en tijdelijke staf veel tijd besteed; de resultaten werden in vergaderingen van beide besproken en vastgelegd. Het is natuurlijk volkomen juist, dat het Ford-project de mogelijkheid opende, voor al deze nieuwe werkzaamheden medewerkers aan te trekken. De moeilijkheid was en bleef echter, geschikte krachten te vinden - op 31 december was de formatie nog niet voltallig - en deze in te werken in de zeer gespecialiseerde arbeid van het Instituut, nadat hun gelegenheid om te werken was verschaft en de regels van dat werk waren opgesteld. Dat kon niet zonder bij voortduring een krachtig beroep te doen op bibliothecaresse, wetenschappelijke staf, administratrice en andere medewerkers. Het organiseren van dit alles vergde veel van de tijd van de directeur. Hierbij deden zich bovendien duidelijk de weerstanden gevoelen, die nu eenmaal eigen zijn aan de groei van betrekkelijk klein naar betrekkelijk groot instituut. De directeur heeft ons bestuur bij verschillende gelegenheden de knelpunten getoond en de wenselijkheid van verder doorgevoerde organisatie bepleit. Ons bestuur heeft hem gaarne volmacht gegeven de nodige maatregelen voor te bereiden, wat bij deze zo plotseling versnelde ontwikkeling en de moeilijkheid, niet alleen geschikte maar ook wetenschappelijk en organisatorisch enigermate ervaren krachten te vinden, overigens niet zo gemakkelijk blijkt. Men zal dit proces zonder twijfel zijn tijd moeten gunnen. Het zal na het bovenstaande niet bevreemden, dat het bestuur zijn grote erkentelijkheid tot uil drukking wenst te brengen voor wat dit jaar door de medewerkers van alle rangen in het belang van onze instelling werd verricht. Het betrekt daarin ook gaarne het drietal werkloze hoofdarbeiders, die bij het Instituut werkzaam waren. Het wenst deze betuiging van erkentelijkheid te besluiten met het uitspreken van de hoop, dat de bijzondere geest van saamhorigheid en persoonlijke verbondenheid met het Instituut, die onze staf van medewerkers steeds gekenmerkt heeft, onverminderd zal blijven bestaan bij
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
13
de groei van onze instelling. Het is voor een niet gering deel aan deze geest te danken, dat het Instituut in de afgelopen jaren vele moeilijkheden heeft kunnen overwinnen, en ons bestuur is overtuigd, dat het de bestaande moeilijkheden, die aan de groei inherent zijn en daarom opwekkender van aard, in deze zelfde geest overwinnen kan. De heren J. P. Klootwijk en A. Voogd, beiden verbonden aan de wetenschappelijke staf, verlieten respectievelijk per 31 augustus en 15 december de dienst van het Instituut. Ons bestuur brengt hun gaarne dank voor de arbeid, die zij ten bate van onze instelling verrichtten. Per 1 april werd de heer Ch. B. Timmer aan de wetenschappelijke staf verbonden. Terwijl de bezetting van de wetenschappelijke staf zo betrekkelijk stabiel bleef, was dit, jammer genoeg, met andere functies minder het geval. Vermeld dient hier te worden, dat mejuffrouw J. H. Wiersum per 10 augustus in dienst trad als typiste en de heren R. Wolf en Th. D. Warmerdam respectievelijk per 13 mei en 1 augustus als magazijnbedienden. Deze benoemingen voorzagen in een sterk gevoelde behoefte. 4. B i b l i o t h e e k Door de Review, door aankoop of schenking ontving het Instituut in 1959 2351 recente publikaties tegen 2203 in 1958. Oudere werken verwierf het Instituut dit jaar in groten getale door schenking of koop. Een volledige lijst van deze acquisities volgt hierna, maar enkele mogen hier om hun belang in het bijzonder worden vermeld. De Stichting BEDA, Centraal bureau voor algemeen vredeswerk te Amsterdam, schonk het Instituut haar bibliotheek van 1500 gedrukte werken, zijnde geschriften over de vredesbeweging in het algemeen dan wel publikaties van antimilitaristische en pacifistische groeperingen en acties. Mevrouw Margaret Cole te Oxford stond een grote collectie boeken, brochures en artikelen af, alle van de hand van wijlen Prof. Dr. G. D. H. Cole, Prof. Dr. J. M. Romein een verzameling boeken en periodieken alsmede een 200-tal brochures, waaronder van de hand van Trotzky, Zinovjev, Rosa Luxemburg en Wijnkoop. Ons bestuurslid Dr. Friedrich Adler schonk de jaargang 1887 van de zeer zeldzame, te Zürich verschenen Sozialdemokrat. Als voorbeelden van antiquarisch verworven gedrukte werken mogen genoemd worden de Allgemeine Zeitung (1848), de Daily Herald en de Herald (38 delen, 1911-1927), een in 1917 verschenen pamflet van Lenin en Trotzky, An die deutschen Soldaten, alsmede een collectie anarchistische brochures en Mercier's Bonnet de Nuit (1784). Het Instituut ging voort met het systematisch aanvullen van lacunes in zijn
14
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
krantenverzameling. Verworven werden microfilms van de Pravda en Izvestija van 1920-1922, van Das Westphalische Dampfboot van 1846-1848, van Das Volk van 1859 en van Der Social-Demokrat van 1865-1867. De discotheek werd met enkele platen uitgebreid. Ook dit jaar stelden vele personen en instellingen het Instituut materiaal ter beschikking. De ruilrelaties werden onderhouden en uitgebreid. Op deze wijze ontving het Instituut, vooral uit Oosteuropese landen, materiaal, dat het op andere wijze moeilijk of niet verkregen zou hebben: de acquisitie van Oosteuropees materiaal blijft een moeilijk punt. Bijzondere vermelding verdient het feit, dat de Poolse regering ons wederom dertien kisten materiaal deed toekomen, die tijdens de Duitse bezetting naar Polen waren gevoerd. De kisten bleken, behalve een kleine collectie archivalia die nog nader zullen worden vermeld, voornamelijk gedrukt materiaal te bevatten: een groot deel van de verloren gegane collectie anarchistische periodieken, een belangrijke collectie utopica alsmede geschriften over verschillende Amerikaanse communities. Het is zeer verheugend dat het Instituut dit materiaal terug mocht ontvangen en het bestuur voelt zich hiervoor aan de Poolse regering zeer verplicht. In dit verslagjaar werd met kracht de ordening ter hand genomen van de grote collectie efemeer gedrukt materiaal - strooibiljetten, kleine affiches, gedrukte of gestencilde oproepen en circulaires - , dat naar zijn aard noch bij de boeken noch bij de brochures noch bij de periodieken in te delen valt en moeilijk toegankelijk te maken is. Het werd, voor zover nog niet bewerkt, naar land, jaar en herkomst ingedeeld en per groep op kaart gebracht. Op deze wijze werd getracht dit weerbarstig materiaal, dat ondanks zijn efemeer karakter vaak verrassende informaties biedt, voor het onderzoek bruikbaar te maken. De ordening en registratie der Nederlandse vakbonds- en politieke bladen werd voortgezet. Voor de meest dringende restauratie van fragiel gedrukt materiaal en documenten kon de bibliothecaresse in de loop van dit verslagjaar een oplossing vinden door een overeenkomst met de Stichting A. G. W. O., die het Instituut een ervaren binder ter beschikking stelde. Mejuffrouw Hunink had het voorrecht Dr. S. Hart, hoofdarchivist van het gemeentearchief van Amsterdam, bereid te vinden advies te geven over de technische problemen van het bewaren der collecties, van conservatie en restauratie, terwijl op een enkel punt de raad ingewonnen werd van de Stichting Instituut voor Grafische Techniek T.N.O. Dr. Hart maakte het bovendien mogelijk, dat bovenbedoelde binder door praktische werkzaamheid op het gemeentearchief zijn kennis verruimde. Op deze wijze kon het kostbare en vaak broze gedrukte materiaal van de collectie Eerste Internationale op verantwoorde wijze gerestaureerd worden
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
15
evenals een collectie documenten, prenten en oude kranten, die geselecteerd waren voor expositie op de tentoonstelling F. Domela Nieuwenhuis en met het oog hierop in betere staat dienden te worden gebracht. Ongeveer 1450 boeken, brochures en periodieken werden gebonden. Al deze, alsmede de sub 5, 6 en 8 genoemde werkzaamheden stonden onder de actieve leiding van de bibüothecaresse, mejuffrouw M. Hunink, van wier energie dit jaar veel werd gevergd. 5. C a t a l o g i s e r i n g Naast de catalogisering in het kader van het Ford-project verrichtte ook de eigen afdeling catalogiseren van het Instituut, dit jaar niet geremd door langdurige vacatures, haar arbeid. De titelbeschrijving van de bibliotheek van F. Domela Nieuwenhuis, waaronder een 200 brochures, werd voltooid. De collectie Internationale Arbeiders-Associatie 1864-1876 werd gecatalogiseerd, wat problemen meebracht, omdat het Instituut nog geen ervaring had met de catalogisering van een collectie, die grotendeels uit strooibiljetten, circulaires en pamfletten bestaat. Daarnaast werden de nieuwe aanwinsten in de catalogus opgenomen en de enkele honderden boeken, die uit Polen terugkeerden, in de collecties ingevoegd. De collecties Joegoslavië en Polen werden door voorlopige beschrijving toegankelijk gemaakt. 6. T o e z e n d i n g
periodieken
In 1959 ontving het Instituut 1431 periodieken tegen 1393 in 1958. Wederom bewees de Review zijn dienst als ruilmiddel voor dit belangrijke en vaak kostbare materiaal. Gespecificeerd naar landen ontvangt het Instituut thans: Land Australië België Bulgarije Canada Ceylon China Denemarken Duitsland Engeland Finland Frankrijk Hongarije Ierland
Dagbladen Week- en Maandbladen Land
5 2
i i
4 68 4 8 2
6 8
7 6
151
-
2
4
212
"7
i
14
-
1
Dagbladen
India Indonesië
Israël Italië Japan Joegoslavië Luxemburg Mexico Midden-Amerika Nederland Nieuw-Zeeland Nigeria Noord-Afrika
Week- en Ma
1
J
3 5 5
17 2
9 5
4i
-
6
1
14
1
2
-
4 4 303
1
5
-
2 1
4
i6 Land
JAARVERSLAG OVER 1959 Dagbladen
Noorwegen Oostenrijk Polen Portugal Roemenië Rusland Singapore Spanje Tsjechoslowakije
Weck- en Maandbladen Land
3
4 46
2
20
-
2
1
2
6
6
15
2
1
Dagbladen
Turkije Verenigde Staten 5 Viet-Nam 2 Zuid-Afrika Zuid-Amerika Zweden 1 Zwitserland 4
Week- en Maandbladen 1
105 2 11
16 23 51
1 11
77
1354
7. A r c h i e v e n Voor zover hun overige werkzaamheden dit toelieten, hebben de wetenschappelijke medewerkers de ordening en inventarisering der archieven voortgezet. Het Instituut ontving: 1. Van de Algemene Nederlandse Diamantbewerkers Bond te Amsterdam, die als zelfstandige vakbond ophoudt te bestaan en die wordt opgenomen in de Algemene Nederlandse Metaalbewerkers Bond, het archief tot 1940. Deze omvangrijke collectie werd begin december aan het Instituut overgedragen en blijkt, bij een eerste oppervlakkige beschouwing, te bevatten: a. brievendossiers met ingekomen post, b. notulenboeken van bondsvergaderingen, c. dossiers circulaires en strooibiljetten, d. delen van het archief van Betsalel, de bond van joodse diamantbewerkers. Hierbij o.a. een notulenboek van een ondersteuningsfonds, in 1875 op initiatief van de opperrabbijn opgericht, e. het kaartsysteem waar alle leden van de Bond in zijn opgenomen en waarin perioden van werkloosheid b.v. tot 1940 minitieus zijn aangegeven; een soortgelijk kaartsysteem van de leerlingen, en de administratie van de loonafspraken met de verschillende werkplaatsen en fabrieken. Daarnaast ontvingen wij gebonden jaargangen van het weekblad van de A.N.D.B., exemplaren van periodieken der verschillende sub-verenigingen, van het leerlingenblad „Jong Leven", jaarverslagen, zowel van de A.N.D.B. als van het Wereldverbond van Diamantbewerkers, statuten enz. Ten slotte een 400 boeken over sociale onderwerpen van meer algemene aard, zoals de verslagen van de enquête-commissie 1892 en werken van Bymholt, Domela Nieuwenhuis, Polak, Schaper, Troelstra, Vliegen. 2. Van de heer B. Andreas te Genève fotocopieën van een brief van Karl Marx aan Arnold Ruge. 3. Van Antiquariaat E. J. Bonset te Amsterdam een briefkaart van Henriëtte Roland Holst aan mevrouw Van Hille Garthé 1930.
JAARVERSLAG OVER I959
17
4. Van mevrouw Gertrud Danneberg te Londen, door bemiddeling van de heer J. Braunthal, het archief Robert Danneberg. Dit archief van de Oostenrijkse socialist, die zich o.m. zeer verdienstelijk heeft gemaakt voor de socialistische jeugdbeweging, bevat behalve een kleine kranten- en fotoverzameling vooral brieven aan zijn vrouw, geschreven in het concentratiekamp. Deze brieven geven niet alleen een goed beeld van de persoonlijkheid van Robert Danneberg, maar werpen ook een helder licht op de socialistische samenwerking en activiteit onder Hitler. 5. Van de heer Chr. A. van Doorn te Bergen op Zoom, door bemiddeling van de heer E. Vermeer, een 9-tal brieven van H. Spiekman en W. H. Vliegen uit het begin van de negentiger jaren uit de nalatenschap van de heer W. van Doorn. 6. Van Dr. L. Frank te Zürich, door bemiddeling van mevrouw A. Adama van Scheltema-Kleefstra, het archief van de Internationale Studentenbond en 2 foto's van Friedrich Adler. 7. Van de Göteborgs Stadsbibliotek, door bemiddeling van de heer T. Lindbom, een fotocopie van het manuscript Unsterblicher Marx van Robert Grimm. 8. Van de heer Daniel Guérin te Parijs een uitgebreide collectie aantekeningen, excerpten en voorontwerpen voor zijn boek La lutte des classes sous la Première République; bourgeois et 'bras nus' (1793-1797)9. Van de heer F. Horrabin te Londen, door bemiddeling van de heer J. Braunthal, het archief van het Reformers Yearbook, bevattende een 25-tal brieven uit de jaren 1895-1905, o.a. van Havelock Ellis, Ch. v. Dilke, E. Belfort Bax, Robert Blatchford, Keir Hardie en Sidney Webb; voorts een 40-tal Engelse strooibiljetten 1885-1891, uitgegeven door de Socialist League, een exemplaar van de statuten en reglementen van de Socialist League 1885 en enige brochures van de hand van William Morris. 10. Van Prof. Dr. F. W. N. Hugenholtz te Bilthoven een brief van P. J. Troelstra aan zijn grootvader, P. H. Hugenholtz, 1898. 11. Van het Instituut voor Marxisme-Leninisme te Moskou fotocopieën van 2 brieven van Friedrich Engels aan Wilhelm Liebknecht. 12. Van het Internationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen te Brussel een aanvulling op eerder gezonden materiaal, die de collectie completeert tot 1958. 13. Van mejuffrouw E. van Kaathoven te Bilthoven het handschrift van een cyclus gedichten van Henriëtte Roland Holst.
i8
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
14. Van Dr. B. Kautsky te Wenen, door bemiddeling van de heer J. Braunthal, een cahier met het ontwerp in handschrift van Iphigenie auf Tauris (frei nach Goethe bearbeitet), geschreven door Karl Kautsky. 15. Van de heer S. Linder te Bronx 2 documenten: Spanish impression of 1933 van Max Nettlau en een brief van Pierre Ramus van 29 maart 1939 aan een anarchistische organisatie in Engeland; voorts een 13-tal brieven en 2 briefkaarten van Peter en Sophie Kropotkin aan Janovskij en L. Nadel 18961914. 16. Van Dr. David Stark Murray te Londen, door bemiddeling van de heer J. Braunthal, een aantal boeken en brochures alsmede een collectie zeldzame brochures en een 30-tal brieven, verzameld door zijn vader, Robert Murray, één van de leiders der Schotse coöperatieve beweging. Zo een nummer van Chartist Circular 1840-1841; Transactions of the Co-operative League 1852; Fabian Tract, no. 1, 1887, naast een reeks andere oude Fabian Tracts; Labour Laws of Moses, een van de eerste socialistische brochures; de derde editie van Bellamy's Looking Backward 1892; The Impeachment of the House of Brunswick van Charles Bradlaugh; Trial and Selfdefence of Alexander Campbell 1835; voorts enkele nummers van de oudste Engelse arbeidersbladen en het tijdschrift Medicine to-day and to-morrow, uitgave van de Socialist Medical Association of Great Britain, vanaf het eerste nummer oktober 1937. De brieven zijn o.a. van Keir Hardy, Ramsay MacDonald, H. G. Wells en R. Blatchford. 17. Een microfilm van de Sorge-papers, te weten brieven van Marx en Engels aan Sorge en andere Amerikaanse socialisten, die berusten in de New York Public Library. 18. Van de heer B. Ram te Amsterdam 12 brieven van F. Domela Nieuwenhuis aan de heer J. A. Bergmeyer 1882-1899; een brief van P. J. Troelstra aan Bergmeyer 1899; van later datum brieven van Luise Kautsky, J. v.d. Kieft, M. Mendels, W. H. Vliegen en W. de Vos van Steenwijk; verder een aantal foto's, illustraties en brochures betreffende de Nederlandse arbeidersbeweging. 19. Van de heer J. F. Schultink te Amsterdam het archief van de arbeidsgemeenschap Door Arbeid Welvaart 193 8-1941, hoofdzakelijk van de afdeling Hoorn, bevattende het notulenboek, ledenlijsten, circulaires en correspondentie. 20. Door bemiddeling van de heer D. Goulooze te Amsterdam de schriftelijke nalatenschap van de heer A. Soep, bestaande uit uittreksels en manuscripten van studies en artikelen en een aantal boeken. 21. Van de Sozialdemokratische Partei Deutschlands te Bonn een aantal
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
T
9
fotocopieën van documenten betreffende de Dampfer-Subventionsstreit 1885, zijnde verklaringen van de Sozialdemokratische Reichstagsfraktion, van de C.A.B, te Londen en van sociaal-democratische organisaties in Barmen, Mannheim en München. 22. Van de Stichting van de Arbeid te 's-Gravenhage het archief. 23. Van mevrouw B. J. van Zutphen-Greger te Hilversum een aanvulling op het archief Jan van Zutphen, bestaande uit brieven van W. Drees, A. H. Gerhard, C. Huysmans, H. van Kol, J. Oudegeest, H. Polak, W. H. Vliegen, K. Vorrink e.a.; kleine dossiers over het Koperen Stelen Fonds, Zonnestraal, Weezenzorg en een aanvulling op het dossier Comité van Verweer 1903; statuten, reglementen en jaarverslagen van de A.N.D.B. alsmede een 50-tal brochures en boeken; enige foto's, o.a. van de eerste steenlegging van het Troelstra-oord. Voorts door bemiddeling van mevrouw van Zutphen het grootste deel van het archief van Jan van Zutphen dat bewaard werd in Zonnestraal; dit bevat naast vele brochures, verslagen en jaargangen van tijdschriften de correspondentie van Jan van Zutphen uit de begintijd van de Diamantbewerkers Bond, met oud-patiënten van Zonnestraal en met leden van de vele commissies en verenigingen, waarvan hij lid was: Domela Nieuwenhuis, Mendels, Polak, Troelstra, Vliegen e.a. Nog zij vermeld, dat zich onder de uit Polen teruggekeerde collecties een aantal dossiers bevond, die afkomstig zijn uit het archief van F. van der Goes; de collectie brieven van P. J. Troelstra is van bijzonder belang. Zoals bekend maakte het archief deel uit van de collecties, die door de Duitse bezetter naar Polen werden gevoerd; het eerste en overgrote deel keerde reeds in 1956 terug. In verband met de acquisitie van archieven en de eisen, die dit personeel en materieel stelt, dient ten slotte gewezen te worden op een ontwikkeling, die in een nabije toekomst het Instituut voor moeilijke beslissingen en problemen stellen kan. Zoals bekend, heeft de directeur getracht organisaties, die in Nederland op sociaal terrein arbeiden, te wijzen op de mogelijkheden die het Instituut hun biedt. Het blijkt thans, dat er organisaties zijn, die hun archieven aan het Instituut in eigendom of bewaring willen afstaan. Anderen zijn hen trouwens reeds voorgegaan: het Instituut verwierf de archieven van de A.N.D.B., de S.D.A.P. en de Stichting van de Arbeid alsmede van enkele buitenlandse organisaties. Het is duidelijk dat anderer volgen op deze weg het Instituut voor moeilijke problemen zou plaatsen. De archieven van persoonlijke herkomst zijn veel minder omvangrijk en meestal gemakkelijker, althans betrekkelijk gemakkelijker te ordenen dan de massale verzamelingen archivalia van moderne organisaties. Wil het Instituut op deze weg voortgaan, dan
JAARVERSLAG OVER 1959
20
zal het zich nog krachtiger dienen te beraden op kwesties van schifting en vernietiging, conservatie, beheer en ruimte dan het thans reeds doet. 8.
Ford-project
Bij schrijven van i april 1959 deelde de Ford Foundation mede bereid te zijn gelden ter beschikking te stellen, om in een periode van ongeveer vijf jaar de volgende werkzaamheden te financieren: a. de systematisering en catalogisering der collectie gedrukte werken, voor zover dit niet geschied was b. de ordening en inventarisering der archieven, voor zover dit nog geschieden moest i. de completering van de documentatie op bepaalde belangrijke punten. De voorzieningen, die in de eerste plaats dienden te worden getroffen, waren de huisvesting en het aanstellen van voldoende medewerkers. Zoals reeds werd vermeld slaagde het Instituut er dank zij de beproefde welwillendheid van het gemeentebestuur van Amsterdam in, een viertal lokalen in een school in de Balboastraat te huren, die vervolgens werden ingericht. Dat de niet geringe afstand tussen Balboastraat en Keizersgracht tot moeilijkheden in leiding en beheer leidden, werd reeds opgemerkt; maatregelen om deze op te heffen werden genomen en andere voorbereid. Het werven van medewerkers verliep boven verwachting vlot, zodat tussen juli en september van dit verslagjaar het project op gang kon worden gebracht en aldra beschikte over een staf van negen catalogiseersters onder leiding van mevrouw C. J. M. Eyken-Kok en een achttal wetenschappelijke medewerkers. De formatie was hiermee nog geenszins volledig, maar het bleek enerzijds niet mogelijk en anderzijds niet wenselijk direct meer competente krachten aan te trekken, omdat eerst een systeem van werken gevonden en een vlotte samenwerking tussen „oude" en „nieuwe" staf bereikt moest worden en vervolgens met dit systeem van werken, op advies en met steun van de oude staf, moest worden geëxperimenteerd. Terwijl nu de bibliothecaresse er zorg voor droeg, dat de afdeling catalogiseren aangepast werd aan de methode van werken van het Instituut en zo goed mogelijk werd ingeschakeld in het bedrijf, trachtten de oude en de nieuwe staf met de bibliothecaresse onder leiding van de directeur in voortdurende besprekingen te komen tot een vast schema van systematisering der gedrukte geschriften - de ordening der brochures eiste een afzonderlijk systeem - en tot een uniform stelsel van ordening der archieven. Met dit schema en stelsel werd vervolgens geëxperimenteerd, waarna de resultaten besproken werden en verbeteringen aangebracht.
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
21
De moeilijkheden, die hierbij re2en, onderstreepten de wenselijkheid, de formatie beperkt te houden totdat meer tekening in de werkzaamheden was verkregen. Zij noopten bovendien tot een herziening van de opzet van de arbeid, die aanvankelijk gekozen was, en wel in tweeërlei zin. In de eerste plaats werd besloten alle aandacht op de systematisering en catalogisering der gedrukte werken en de ordening en inventarisering der archieven te richten en voor de completering der documentatie voorshands slechts voorbereidende maatregelen te treffen, wat gelukkigerwijs in overeenstemming te brengen viel met de ingediende aanvragen. In de tweede plaats werd besloten de ordening der archieven wel ter hand te nemen, maar voorshands de nadruk te leggen op de systematisering der gedrukte werken, om, door schifting, de catalogiseer sters onnut werk te besparen en anderzijds hun arbeid door toevoer van voldoende materiaal geregelde voortgang te doen vinden. Geleidelijk zal dan voor de arbeid van de wetenschappelijke staf de nadruk worden verschoven naar de ordening der archieven tot hij daar geheel op valt. Op het eind van dit verslagjaar was de ordening en beschrijving van de archieven van Georg von Vollmar en Jan van Zutphen in volle gang en werden voorbereidende maatregelen getroffen voor het archief der Socialist League. Gesystematiseerd werden de boeken van de Italiaanse sectie, de boeken en brochures van de Zwitserse, terwijl de Amerikaanse brochures geheel, de Engelse gedeeltelijk werden ingedeeld en de systematisering van de Duitse, reeds vroeger aangevangen, verbeterd en voltooid werd. De volledige systematisering van de belangrijke maar moeilijk te bewerken collecties gedrukte werken van internationale organisaties van allerlei aard, eveneens reeds eerder aangevangen, werd voortgezet. De afdeling catalogiseren beschreef de titels van de ongeveer 5000 Duitse brochures, van de boeken der Italiaanse sectie en van een deel der Amerikaanse brochures. 9. N e d e r l a n d s - E n g e l s - A m e r i k a a n s K a b i n e t 1 De aard van de collecties in dit kabinet brengt mee, dat op de werkzaamheden van de medewerkster, mejuffrouw J. Dommisse, een ander accent ligt dan op die van haar" collega's. In deze afdeling komt geregeld zeer veel materiaal binnen, vooral ook Nederlands, terwijl een groot aantal bezoekers advies en hulp vraagt, mede voor andere doeleinden dan wetenschappelijk onderzoek. Een aanzienlijk deel van de tijd van de medewerkster werd dan 1
Dit kabinet omvat behalve de in de titel genoemde verzamelingen de collecties betreffende Afrika, Azië, België en de Scandinavische landen. De medewerkster beheert bovendien de afdelingen geschiedenis, economie, sociologie en politieke -wetenschappen der bibliotheek.
22
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
ook in beslag genomen door ordening en invoeging van binnenkomend materiaal. Ingevoegd werd ook de collectie Engelse gedrukte werken, die in 1956 uit Polen terugkeerde. Ordening van kleinere collecties, die daarvoor in abstracto niet in de eerste plaats in aanmerking kwamen, werd ter hand genomen om bezoekers gemakkelijker en doelmatiger van dienst te kunnen zijn. Zo leidde, om een voorbeeld te noemen, de groeiende belangstelling voor de verzameling illustratiemateriaal ertoe, de voor portretten reeds bestaande ordening thans ook door te voeren voor het overige deel der collectie. Op deze wijze konden niet alleen gegadigden worden geholpen aan illustraties, maar ook de televisie, zoals nader blijken zal, aan karikaturen en foto's. Evenals van de andere medewerkers werd van mejuffrouw Dommisse veel aandacht gevraagd voor advies aan en overleg met de staf van het Ford-project, terwijl zij mede voorbereidingen hielp treffen tot het uitbreiden van de onder haar kabinet ressorterende Oostaziatische afdeling. Voorts hield zij zich, in hoofdzaak vóór het op gang komen van het Ford-project, bezig met de aan haar zorgen toevertrouwde archivalia. Het door haar voorganger opgezette kaartsysteem der tot dit kabinet behorende archieven werd bijgehouden, de notulenboeken der S.D.A.P. werden naar afdelingen gegroepeerd en de brieven van de collecties Jung en Sorge geïnventariseerd. Ten slotte werd de collectie gedrukte werken van en over de Eerste Internationale geordend overeenkomstig richtlijnen, in gemeenschappelijk overleg met de Commission Internationale d'Histoire des Mouvements Sociaux et des Structures Sociales opgesteld, waarbij de heer A. Lehning zeer waardevolle adviezen gaf. Een voorlopige bibliografie van het materiaal der Nederlandse sectie van de Eerste Internationale werd gereedgemaakt. Beide werkzaamheden werden verricht als bijdrage van het Instituut tot een bibliografie van de geschriften van en over de Eerste Internationale, die onder auspiciën van eerder genoemde commissie in internationale samenwerking wordt voorbereid. Voor artikelen en monografieën, scripties en dissertaties over de volgende onderwerpen verstrekte het kabinet materiaal: De sociale grondtrekken in het Labadisme; De Engelse vakbeweging van 1920 tot 1926; Frank van der Goes; J. de Bosch Kemper; De fusie van de A.N.W.V. en V.D.B.; De geschiedenis van de weduwen- en wezenverzekering; De houding van de N.H. Kerk tegenover stakingen en crisis; F. M. Wibaut; De huidige ontwikkeling van de vakbeweging in Nederland; De Poor Law; P. J. M. Aalberse en P. J. Troelstra; Henriëtte Roland Holst en Anton Pannekoek gedurende de Eerste Wereldoorlog; De houding van de S.D.A.P. tegenover het koloniale vraagstuk; Het communisme in Indië; Hendrik de Man; De loon- en prijsindex tussen 193 7 en heden; De Balkan in de Tweede Internationale.
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
23
10. F r a n s K a b i n e t 1 Naast de ordening van het regelmatig binnenkomende materiaal verzorgde de medewerker, Mr. B. van Tijn, de herordening van de afdeling utopieën, zulks in verband met de terugkeer van een groot aantal werken, die tot deze afdeling behoren. In bescheiden mate hield hij zich bezig met de voorbereiding der catalogisering van delen van zijn kabinet, terwijl hij assistentie verleende bij het opstellen van een schema tot ordening van de Italiaanse afdeling in het kader van het Ford-project. Evenals in vorige jaren werd een belangrijk deel van zijn tijd in beslag genomen door het verstrekken van mondelinge en schriftelijke inlichtingen. De honderdste terugkeer van de geboortedag van Jean Jaurès bracht mede, dat het op diens tijd betrekking hebbend materiaal in dit jaar door een aantal bezoekers werd geraadpleegd. Verschillende keren werd zowel uit Nederland als uit het buitenland op het kabinet een beroep gedaan voor het geven van uitvoerige inlichtingen en suggesties in verband met het organiseren van herdenkingen. Wederom zochten verschillende studenten in de verzamelingen van dit kabinet materiaal voor scripties, o.a. over: De rol van de C.N.T. in de Spaanse Burgeroorlog; Het Millerandisme; De Parijse Commune in het bewustzijn harer voormannen; Aspecten van de sociale ontwikkeling van Brazilië. Het materiaal van het kabinet werd door een Duitse onderzoeker benut voor een omvangrijke studie van de ontwikkeling der Franse socialistische partij in het bijzonder in het eerste kwart van de twintigste eeuw. Een Franse onderzoekster zette, met gebruikmaking van de anarchistische archieven, haar breed opgezette bestudering van de Spaanse sociale bewegingen voort. Een Amerikaanse geleerde benutte het Guesde archief voor bestudering van de controverse Jaurès-Guesde en van de verhouding van buitenlandse socialisten tot de Franse socialistische beweging. Dit laatste onderwerp, in het bijzonder de verhouding van Oosteuropese socialisten, met name Poolse en Roemeense, tot het Franse socialisme in verschillende perioden, werd ook door andere buitenlandse bezoekers in studie genomen. 11. D u i t s K a b i n e t 2 Evenals vorige jaren was ook dit jaar het Duitse kabinet zwaar belast. De belangstelling voor het Duitse materiaal groeit nog steeds, wat tot gevolg heeft, dat vele bezoekers zich tot deze afdeling wenden met verzoek om advies. 1 Dit kabinet omvat behalve de Franse en anarchistische verzamelingen de afdelingen utopieën, Spanje, Portugal, Italië, Midden- en Zuid-Amerika. 2
Dit kabinet omvat de Duitse, Oostenrijkse en Zwitserse verzamelingen.
24
JAARVERSLAG OVER I959
Het verstrekken van deze hulp en het beantwoorden van schriftelijke verzoeken om inlichtingen namen veel tijd in beslag. Naast het normale organisatorische werk vergde ook de organisatie van het Ford-project aandacht, omdat vele der ter hand genomen werkzaamheden de Duitse afdeling betroffen. Daarnaast stond nog het wetenschappelijk werk der afdeling. De heer W. Blumenberg zette de bewerking van Engels' briefwisseling met Bebel voort, terwijl Dr. H. Lademacher zich vooral aan de archivalia van het kabinet wijdde en voorbereidingen trof voor een bronnenpublikatie over de conferenties van Zimmerwald, Kienthal en Stockholm. De heer Blumenberg had bovendien zeer intensieve bemoeiingen met de voorbereiding der overige delen die in bewerking zijn voor de reeks Quellen und Umersuchungen zur Geschichte der deutschen und österreichischen Arbeiterbewegung: hij stond bewerkers, directeur en uitgever in deze met raad en daad terzijde. Het verdient onder deze omstandigheden vermelding, dat de medewerkers er niettemin in slaagden, de archieven van J. Ph. Becker en R. Grimm te ordenen. Evenals vorig jaar trok ook dit jaar inzonderheid de geschiedenis van de S.P.D. in haar verschillende tijdperken de aandacht van de bezoekers. Voor de volgende onderwerpen werd materiaal verstrekt: De geschiedenis van de Zwitserse sociaal-democratie 1900-1907; Mehring als historicus; De S.P.D. tijdens de socialistenwet; De Rijksdagbrand; De illegale arbeidersbeweging in Duitsland tijdens Hitler; Het leven van Eduard Bernstein; Eisner en Kautsky; De cultuurpolitiek van de S.P.D. in de Republiek van Weimar; De socialistische beweging in Oost-Pruisen; De ideologische ontwikkeling van de S.P.D. van 1875-1890; De linkse groeperingen in de Zweedse sociaal-democratie; Lassalle en de Duitse arbeidersbeweging; Bibliografie van Rosa Luxemburg; De Berlijnse arbeidersbeweging in de Republiek van Weimar; De theorie van het socialisme tijdens de Republiek van Weimar; De invloed van Rosa Luxemburg op de theorie van de sociaal-democratie; Bebel en Liebknecht bij de Rijksdagverkiezingen in de periode 1878-1884. 12. R u s s i s c h K a b i n e t 1 De voorbereiding van bronnenpublikaties en de steun aan de directeur op organisatorisch gebied verleend, legden dit jaar beslag op een groot deel van de tijd van de medewerker, Dr. J. M. Meijer. In verband met deze voorbereiding verbleef hij een maand in Londen voor onderzoekingen in het British Museum. De heren A. Voogd en A. F. Zweers verleenden hem voor dit werk assistentie, terwijl hij sedert 1 april hulp op velerlei gebied genoot van de heer Ch. B. Timmer. 1
Dit kabinet omvat behalve de Russische verzameling de collecties betreffende Hongarije, Polen, Tsjechoslowakije en de Balkanlanden.
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
25
De ruimere personeelsformatie, waarover het Instituut in dit verslagjaar, althans in een groot deel ervan, beschikte, maakte het mogelijk de achterstand, die in het vorig jaarverslag werd vermeld, goeddeels in te halen. Zo werd het ingekomen materiaal nagenoeg geheel ingevoegd. De vele herplaatsingen, die vroeger en ook thans nog door ruimtegebrek noodzakelijk waren, en het feit dat de niet-Russische afdelingen van dit kabinet nog niet gecatalogiseerd zijn, eisten maatregelen ter wille van de overzichtelijkheid. Daartoe werd voor deze afdelingen een nieuwe opstelling beproefd en een voorlopige cartotheek aangelegd. De tijdschriften werden, ook door nieuwe opstelling, gemakkelijker toegankelijk gemaakt; de voorlopige cartotheek van deze collectie kon, zij het eveneens voorlopig, afgesloten worden. In dit verband dient erop gewezen te worden, dat het kabinet thans geen ruimte voor uitbreiding meer biedt. De acquisitie van nieuwe Russische boeken, een zorgenkind, was bevredigend, al bleek dit jaar een groter percentage dan in 1958 niet meer leverbaar. De ruil bleef een belangrijk middel tot verwerving, maar was zeer tijdrovend. Langdurige onderhandelingen met de Lenin-bibliotheek te Moskou bleven zonder resultaat omdat geen overeenstemming kon worden bereikt over de ruilvoet. Met de Fundamentele Bibliotheek van de Academie van Wetenschappen te Moskou kon de ruil echter worden uitgebreid. In de loop van dit verslagjaar werd een overeenkomst gesloten, die in beginsel voorziet in de ruil van Nederlandse tegen Russische publikaties tot een totaal van ruim 80.000 pagina's. Zo werd reeds een groot aantal nummers van de tijdschriften Russkij Archiv en Russkaja Starina ontvangen. Tijdschriften konden ook verworven worden door een incidentele ruil met de Universiteitsbibliotheek te Helsinki. De ruil met de Fundamentele Bibliotheek werd mogelijk gemaakt door een subsidie van het Nederlands Instituut voor Internationale Culturele Betrekkingen tot aankoop van Nederlands materiaal. De acquisitie uit de andere landen, die onder dit kabinet ressorteren, stak hierbij ongunstig af: het Instituut ontving slechts incidenteel boeken. Voor de volgende dissertaties, scripties en andere studies werd materiaal uit het Russische kabinet gebruikt: IwanAksakow; De geschiedenis van de Bund; De geschiedenis van de Mensjewiki; Plechanow; Het tijdschrift Vpered; Peter Struve; Socialisme in de Balkan; Socialisme in Polen. 13.
Review
Ook van de vierde jaargang van de Review verzorgde de heer F. Kool in overleg met de wetenschappelijke staf de redactie, bijgestaan door de heer A. P. N. Nauta. Voor de administratie en correspondentie werd de heer Kool
26
JAARVERSLAG OVER I959
geassisteerd door mevrouw J. E. Mulder-Nova en mejuffrouw M. van Veen. In de drie nummers, die in 1959 verschenen, werden in totaal 802 boeken in de bibliografie opgenomen, welk aantal bij de bestaande omvang van het tijdschrift als een maximum moet worden beschouwd. De redactie ontving bovendien nog 64 kleinere geschriften, die in de rubriek „Shorter Writings" werden vermeld. Er is naar gestreefd, bij een zich handhavend bevredigend aanbod van manuscripten, een relatief groter aantal in het Duits en het Frans geschreven artikelen te publiceren. Het ligt echter in de verwachting, dat het Engels de overhand zal houden, wat, gezien de omvang der verschillende taalgebieden, nauwelijks bevreemden kan. De drie afleveringen hadden de volgende inhoud: No. 1, verschenen in mei, bevat een studie van Dr. Casimir Marti over de oorsprong van socialisme en arbeidersbeweging te Barcelona en vooral over de situatie in 1868-1869; dit artikel vormt een gewijzigd hoofdstuk van een dissertatie waarop de auteur aan de Gregoriaanse Universiteit te Rome promoveerde. Vervolgens bevat dit nummer het eerste deel van een bijdrage van Dr. Royden Harrison over de persoonlijke verhouding tussen de Engelse positivist Prof. E. S. Beesly en Karl Marx, waarin licht wordt geworpen op de bijzondere plaats, die Beesly onder de positivisten innam. De derde bijdrage in dit nummer is van Prof. Stanislaw Schwann en behandelt, na een inleiding over de Neue Oder-Zeitung, Karl Marx' medewerking aan dit blad als Londens correspondent in 1855. Een artikel van Prof. Dr. W. den Boer over voorstellingen en werkelijkheid van het leven der oude Grieken, in het bijzonder in Athene, en een discussie tussen Prof. H. Pelling en Dr. K. S. Inglis besluiten het aan de artikelen gewijde gedeelte van dit nummer, waarin 238 boekbesprekingen werden opgenomen. No. 2, verschenen in september, bevat, behalve het tweede gedeelte van het artikel van Harrison, een beschouwing over de rol die Rusland in de motiveringen van de standpunten in de Duitse sociaal-democratie tijdens de Eerste Wereldoorlog speelde, van de hand van Prof. Dr. William Maehl. Een korte studie van Dr. M. S. Wilkins is gewijd aan de niet-socialistische oorsprong van de Social-Democratic Federation en in het bijzonder aan Hyndman's ideologische ontwikkeling. De tweede medewerker van het Duitse kabinet, Dr. Horst Lademacher, behandelt enkele aspecten van de geschiedschrijving der Duitse sociaal-democratie van 1863-1878 en Dr. J. E. S. Hayward de ontwikkeling van de solidariteitsidee in het politieke en sociale denken van het negentiende-eeuwse Frankrijk. Er verschenen 297 boekbesprekingen.
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
27
No. 3 opent met een korte bijdrage van Herbert Rothover„Labour Churches" in Nieuw-Zeeland. Daarop volgen het tweede gedeelte van het artikel van de heer Lademacher en een bijdrage van Casimir Marti over de Eerste Internationale te Barcelona en Bakoenin's invloed (i 868-1870). Prof. Leo A. Loubère belicht de achtergronden van het Franse Jacobijnse socialisme (o.m. Louis Blanc), te onderscheiden van het Jacobijnse communisme (Blanqui) en het christelijk socialisme. Dr. R. B. Rosé behandelt de Jacobijnse prijsbeheersing tegen de achtergrond van de achttiende-eeuwse opvattingen en bewegingen tegen hoge broodprijzen. Dr. H. R. C. Wright analyseert de positie van de opium-verbouwers in Benares aan het eind van de achttiende eeuw, en Prof. Thomas W. Africa bespreekt de vraag in hoeverre de Spartaanse landverdeling in de tweede helft van de derde eeuw v. Chr. (Agis IV en Cleomenes III) mede te verklaren zou zijn uit de filosofische systemen der Stoicijnen en Cynici. Onder de mededelingen is een verslag van mevrouw D. Fauvel-Rouif over een internationale conferentie, georganiseerd door de Commission Internationale d'Histoire des Mouvements Sociaux et des Structures Sociales (Straatsburg, maart 1958) opgenomen. Het nummer bevat 267 boekbesprekingen en 64 titels in de rubriek „Shorter Writings". 14. C o r r e s p o n d e n t te Parijs Van onze correspondent te Parijs ontvingen wij dit jaar meer materiaal dan in 195 8. Het betrof: De eerste verkiezingen van de Vijfde Republiek in november 1958; Gemeenteraadsverkiezingen in Frankrijk in maart 1959. Voorts stuurde de correspondent plakkaten en een collectie brochures, uitgegeven door de S.F.I.O., materiaal over het oprichtingscongres van de Parti Socialiste Autonome, materiaal over vluchtelingenorganisaties te Parijs, een documentatie over het jeugdfestival te Wenen in 1959 en uitgaven van Italiaanse linkse partijen. 15. B e z o e k a a n h e t I n s t i t u u t Het aantal bezoekers steeg van 2450 in 1958 tot 2508 in dit verslagjaar. De kleine studiezaal maakt het moeilijk, vooral in maanden als september, de bezoekers van dienst te zijn, in het bijzonder indien zij op grond van hun werk speciale behoeften hebben dan wel microkaarten of microfilms moeten gebruiken. 16. T e n t o o n s t e l l i n g e n en a n d e r e
manifestaties
Het Instituut verleende met groot genoegen zijn medewerking aan het F. Domela Nieuwenhuisfonds bij de voorbereiding van de aan Domela Nieuwen-
28
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
huis gewijde tentoonstelling, die van 18 december 1959 tot 24 januari 1960 in het Museum Fodor te Amsterdam werd gehouden. Mejuffrouw Dommisse had namens het Instituut zitting in de commissie van voorbereiding, terwijl ook de bibliothecaresse en andere leden van de staf assistentie* verleenden. Een woord van gelukwens tot het F. Domela Nieuwenhuisfonds is hier op zijn plaats: de tentoonstelling, die voorbeeldig was ingericht op technische aanwijzingen van de heer D . Elffers, was fraai en aantrekkelijk en oogstte, met veel bezoekers, een groot succes. Het Instituut stelde voorts een kleine collectie samen, die het C.N.V. ter gelegenheid van zijn jubileum exposeerde, zond materiaal naar Parijs en La Chaux-de-Fonds voor exposities tot herdenking van Jaurès en naar Bad Godesberg voor een partijcongres van de S.P.D. Nieuw was de medewerking van het Instituut voor televisie-uitzendingen. Tot dit doel bracht het kleine collecties - manuscripten, kranten, karikaturen en foto's — bijeen voor uitzendingen over Jaurès, de viering van de eerste mei, arbeidsvoorwaarden rond de eeuwwisseling en de eerste jaren van het C.N.V. 17. I n t e r n a t i o n a a l C o n t a c t Wat in het vorig jaarverslag werd gezegd over de groei van de internationale belangstelling voor de sociale geschiedenis en voor het marxisme en leninisme in het bijzonder alsmede over de activiteit op dit gebied van geleerden, commissies en instellingen gold ook onverminderd voor dit jaar, al waren er iets minder bijeenkomsten. Het Instituut poogde zo goed mogeüjk op de hoogte te blijven, relaties te onderhouden of aan te knopen en mogeUjkheden tot samenwerking te onderzoeken. Het stemt tot tevredenheid, dat, mede door de wetenschappelijke werkzaamheid van onze instelling de positie van het Instituut in het internationale gedrang meer werd erkend en daardoor bevestigd. Tot het versterken van het internationale contact werden buitenlandse bezoeken gebracht en ontvangen. De heer J. Braunthal ondernam reizen in het belang der acquisitie, terwijl mevrouw A. Adama van Scheltema-Kleefstra in het belang van het Instituut oude relaties bezocht, waarvoor wij haar gaarne onze dank betuigen. Dr. J. M. Meijer reisde naar Londen, Dr. H. Lademacher naar Brunswijk ter gelegenheid van een daar gehouden conferentie van Duitse en Joegoslavische historici. De heren Meijer en Lehning namen gezamenlijk deel aan een conferentie belegd door de Commission Internationale d'Histoire des Mouvements Sociaux et des Structures Sociales om te komen tot het vaststellen van regels voor de uitgave van deel II van het Répertoire international des Sources pour 1'Étude des Mouvements sociaux aux XlXe et XXe Siècles, dat handelen zal over de geschriften van en over de Eerste Internationale. Reeds eerder werd op de bijdrage van het Instituut aan deze publikaties gewezen. De
JAARVERSLAG OVER I959
29
heer Lehning ondernam bovendien reizen in het belang van de publikatie Archives de Bakounine, waarbij hij tevens relaties voor het Instituut onderhield. De directeur ten slotte verbleef in januari in de Verenigde Staten, waar hij onderhandelingen met de Ford Foundation en andere stichtingen voerde en zich kon oriënteren over de sociaal-historische studiën aan Harvard University, Columbia University, de State University of California te Berkeley en Stanford University. Hij bracht bovendien een tweetal bezoeken aan Zwitserland in het belang der acquisitie. Van de vele bezoekers van het Instituut worden hier vermeld mevrouw E. A. Stepanova, tot voor kort onder-directrice van het Instituut voor MarxismeLeninisme te Moskou, een drietal Poolse geleerden, mevrouw M. Watle, Dr. A. Kochanski en Dr. F. Tych, alsmede Dr. H. Lötzke, directeur van het Zentralarchiv I te Potsdam. Hun bezoeken hadden overleg tot doel over de mogelijkheid van uitwisseling van materiaal dan wel het over en weer verlenen van faciliteiten. 18. C o n t a c t m e t de U n i v e r s i t e i t e n De Raad van Advies, waarin de onderscheidene academische docenten in de geschiedenis, de sociologie, de sociografie, de sociale psychologie, de politieke wetenschappen, onderdelen der rechtswetenschap, de economie en de culturele antropologie zitting hebben, fungeerde ook dit jaar als de zozeer wenselijke schakel tussen de universitaire wereld en het Instituut. De uitgave van de Mededelingen der Directie voor de Raad van Advies, opgezet om het contact te versterken, werd voortgezet. In een van deze Mededelingen werd in dit verslagjaar een lijst van onderwerpen voor scripties en dissertaties opgenomen, waarvoor het Instituut het materiaal verschaffen kan. Ook dit jaar had in december een vergadering van de Raad van Advies plaats, die druk bezocht was en een geanimeerd verloop had. Na afloop werd de bezoekers in een expositie het in 1959 verworven materiaal getoond. Het Instituut verschafte het materiaal voor een werkcollege over verschillende aspecten der politieke ontwikkeling van Frankrijk in verband met de sociale verhoudingen, welk college gehouden werd aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. De Amsterdamse Universiteits Vereniging organiseerde een bezoek aan het Instituut, ter gelegenheid waarvan een kleine expositie werd ingericht. 19. C o n t a c t m e t h e t I n t e r n a t i o n a a l A r c h i e f v o o r de V r o u w e n beweging Uit de van het I.A.V. ontvangen inlichtingen blijkt, dat het Archief behalve aan de zorg voor de verzamelingen en de hulp aan bezoekers zijn aandacht
30
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
vooral aan publikaties wijdde. Het verzorgde ook dit jaar het driemaandelijks tijdschrift Endeavour, information about women in the Netherlands, uitgegeven op verzoek van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Het resultaat van de goede samenwerking met de Vereniging voor Vrouwenbelangen is o.a., dat het Archief het belangrijkste nieuws uit de ontvangen tijdschriften alsmede boekbesprekingen in het maandblad van deze Vereniging publiceert. In september deed het Archief zijn boekenlijst 1959 verschijnen. Het een met het ander geeft het I.A.V. groter bekendheid. Tegenover een kleiner getal schenkingen stond een ruimer aanschaf van boeken. 20. S o c i a a l - h i s t o r i s c h e
Studiekring
Het contact met de Sociaal-historische Studiekring was ook dit jaar voortreffelijk. De bijeenkomsten van de Kring werden wederom in het gebouw van het Instituut gehouden. 21.
Gebouw
Na wat in de algemene beschouwingen over het ruimteprobleem gezegd werd, moge hier volstaan worden met de mededeling, dat het bestuur van de urgentie van voorzieningen doordrongen is en in deze diligent blijft. Het spreekt gaarne zijn dank uit voor het begrip en de hulpvaardigheid ten deze van het gemeentebestuur van Amsterdam en van de verschillende ambtelijke instanties ondervonden. Ten aanzien van het onderhoud van het gebouw kan vermeld worden, dat het dak van het achterhuis een reparatie onderging. Plannen voor enkele kleine interne verbouwingen werden in studie genomen. 22. M e u b i l a i r en
kantoormachines
Aangeschaft werden een elektrische telmachine en een schrijfmachine, een pers, snij machine en werkbank ten behoeve van de restauratiewerkzaamheden, alsmede enig meubilair.
JAARVERSLAG OVER 1959
31
SCHENKING VAN GEDRUKTE WERKEN Van instellingen en organisaties werden ontvangen:
VAN T H E ALGERIAN FRONT OF NATIONAL LIBERATION, N E W YORK
een 7-tal publikaties. VAN DE AMBASSADE DE FRANCE AUX PAYS-BAS, AMSTERDAM
de jaargangen 1953-1958 van Express;het boek Documents diplomatiques francais,ie série,tome XV. VAN DE ASIAN SOCIALIST CONFERENCE, DJAKARTA
enkele publikaties. VAN DE STICHTING BEDA, CENTRAAL BUREAU VOOR ALGEMEEN VREDESWERK, AMSTERDAM
de uit ongeveer 1500 titels bestaande bibliotheek. VAN DE BIBLIOTHEEK DER STATEN-GENERAAL, 'S-GRAVENHAGE, EN DOOR BEMIDDELING VAN DE KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK
Decisions and Orders of the National Labor Relations Board, dl. CXIX en CXX; 2jrd Annual Report of the National Labor Relations Board for the Fiscal Year ended June 20, 1958; Digest of Decisions of the National Labor Relations Board, July 1, 1957 through June 30, 1958; Digest of Decisions of the National Labor Relations Board, Annual Supplement, July 1, 1956 - June 30, 1957. VAN DE BUNDESZENTRALE FÜR HEIMATDIENST, BONN
25 publikaties. VAN HET DEPARTMENT OF LABOUR, OTTAWA
een 1 o-tal publikaties. VAN DE DEUTSCHER GEWERKSCHAFTSBUND, DÜSSELDORF
een aantal publikaties, waaronder jaarverslagen en protocollen uit de jaren 1950-1956. VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL, LUXEMBURG
geregeld haar publikaties. VAN DE FOREIGN LANGUAGES PRESS, PEKING
een 32-tal publikaties, o.a. verslagen van de Communistische Partij China. VAN HET GEWESTELIJK ARBEIDSBUREAU, AMSTERDAM
de jaargangen 1917-1921 en 1925-1928 van de Socialistische Gids; de jaargangen 1932-1935 van De Strijd; de jaargangen 1935-1940 van de Kroniek der Arbeidsvoorwaarden; een 80-tal jaarverslagen. VAN HET INTERNATIONAAL VERBOND VAN HANDELS- EN KANTOORBEDIENDEN, AMSTERDAM
ongeveer 650 boeken en brochures, waaronder veel materiaal van de internationale vakbeweging (WFTU, ICFTU, e.a.), I.L.O. en Verenigde Naties en een groot aantal publikaties uit Engeland, Scandinavië en Oostenrijk, vnl. de vakbeweging, de positieve „White-collar-workers" en het communisme betreffende; daarnaast nog een aantal tijdschriftnummers, o.a. gebonden jaargangen van Scandinavische bladen.
3
2
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
VAN DE JAPAN FEDERATION OF EMPLOYERS' ASSOCIATIONS, TOKIO
een aantal publikaties, waaronder enkele Japanse kranten. VAN HET KONINKLIJK INSTITUUT VOOR DE TROPEN, AMSTERDAM
verscheidene nummers van de bladen Kengpo, Waspada en Merdeka uit de jaren 1956-1958 ter completering van onze collectie Indonesische dagbladen. VAN KONZENTRATION G M B H . , INTERESSENGEMEINSCHAFT SOZIALISTISCHER
WIRTSCHAFTSUNTER-
NEHMUNGEN, BONN
een 5-tal publikaties, waaronder Standort-Verzeichnis der sozialdemokratischen Presse Deutschlands. VAN DE LABOUR PARTY, LONDEN
geregeld pamfletten en brochures. VAN HET MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN VOLKSGEZONDHEID, 'S-GRAVENHAGE
o.a. een aantal nummers van de tijdschriften Le Mouvement Syndical International, 1927-1928 en Die Zukunft der Arbeit, 1929-1930. VAN DE MOUVEMENT POPULAIRE DU 13 M A I , SECTION ALGÉRIE-SAHARA, ALGIERS
een brochure en een aantal pamfletten. VAN HET NEDERLANDS CENTRUM VOOR ONDERWIJS EN OPVOEDING, AMSTERDAM
een 15-tal boeken en brochures, o.a. redevoeringen van Bulganin en Chroesjtsjow. VAN HET NEDERLANDS VERBOND VAN VAKVERENIGINGEN, AMSTERDAM
enkele verslagen. VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH-HISTORISCH ARCHIEF, 'S-GRAVENHAGE
enkele publikaties; een zending vakbondsbladen uit 1957. VAN DE NEDERLANDSCHE HEIDEMAATSCHAPPIJ, ARNHEM
een 25-tal boeken en brochures, waaronder enkele publikaties van de Young Farmers' Club. VAN DE NEDERLANDSE PERSBIBLIOTHEEK, AMSTERDAM
12 brochures, waaronder Oorlog, Volkenbond en Sankties, van Bart de Ligt, en Het A.B.C, van het Naziregiem, spotprentjes geteekend door H. A. Vos. VAN DE OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK, AMSTERDAM
geregeld pakketten kranten, vnl. vakbonds- en politieke bladen. VAN DE PARTI COMMUNISTE FRANCAIS, PARIJS
een 5-tal publikaties. VAN DE PARTI SOCIALISTE S.F.I.O., PARIJS
enkele brochures en rapporten; geregeld hun uitgave Fiches, Arguments et Ripostes. VAN DE PARTIJ VAN DE ARBEID, AMSTERDAM
een aantal publikaties, waaronder jaarverslagen 1956-1958 en een Beschrijvingsbrief voor het 7e congres van de Partij van de Arbeid; verder 3 foto's, o.a. van de begrafenis van Troelstra.
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
33
VAN L E RÉVEIL - I L RISVEGLIO, GENÈVE
27 brochures, vnl. uit de jaren 1940 en 1943-1946. VAN HET RIJKSINSTITUUT VOOR OORLOGSDOCUMENTATIE, AMSTERDAM
een 100-tal foto's betreffende de Sowjet-Unie uit de 3oer jaren. VAN DE SOCIAL DEMOCRATIC PARTY OF JAPAN, TOKIO
18 publikaties en een aantal gestencilde rapporten. VAN DE SOCIALIST INTERNATIONAL, LONDEN
2 gebonden delen van Socialist International Information, Volume VIII, 1958: Bulletin of the International Council of Democratic Women, Volume IV; 2 dozen documenten Socialist International I958. V A N DE SOZIALDEMOKRATISCHE PARTEI DEUTSCHLANDS, BONN
geregeld Berichte über die Entwicklung in der Sowjetzone, Berichte über die Entwicklung in Polen, Berichte über die Entwicklung in der Sowjet-Union; een aantal brochures; 72 afleveringen van de Sopade-Rednerdienst. VAN DE SOZIALISTISCHE PARTEI ÖSTERREICHS, WENEN
een 13-tal publikaties en een aantal affiches. VAN HET SWARTHMORE COLLEGE, SWARTHMORE, PENNSYLVANIË
een grote partij tijdschriftnummers, boeken, brochures en pamfletten over de vredesbeweging, afkomstig uit de Peace Collection van genoemd College. VAN DE TOHOKU UNIVERSITY, SENDAI
een microfilm van het exemplaar van Karl Marx' boek Misère de la Philosophie, dat afkomstig is uit de bibliotheek van Karl Marx en voorzien van aantekeningen van hem. VAN VERLAG TRIBUNE, BERLIJN
een 21-tal publikaties. VAN DE UNITED NATIONS, N E W YORK
een aantal rapporten en brochures. VAN HET UNITED STATES DEPARTMENT OF LABOR, WASHINGTON
een 8-tal publikaties. V A N DE WAARHEID, AMSTERDAM
geregeld zendingen periodieken, brochures en statistisch materiaal. V A N DE WELTGEWERKSCHAFTSBUND, BERLIJN
een aantal publikaties, waaronder de protocollen van het 3 e en 4e Weltgewerkschaftskongress. VAN DE D R . H. B. WIARDI BECKMAN STICHTING, AMSTERDAM
enkele van haar publikaties, benevens een 50-tal brochures van o.a. Fr. Engels, Troelstra, Wibaut; een 1 oo-tal brochures uit de jaren twintig en dertig op het gebied van vakverenigingsleven en sociale problemen, het laatste ook in Indonesië.
34
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
VAN DE WORLD FEDERATION OF TRADE UNIONS, PRAAG
een 9-tal publikaties. VAN HET ZENTRALVERBAND POLITISCHER EMIGRANTEN AUS DER U D S S R E.V. (ZOPE), MÜNCHEN
4 Russische brochures. VAN DE ZIONIST ORGANIZATION, JERUSALEM
een 1 i-tal publikaties. VAN ZWI^LZEK BOJOWNIKÓW O WoLNoéc 1 DEMOKRACJE (ASSOCIATION DES COMBATTANTS POUR LA LIBERTÉ ET LA DEMOCRATIE), WARSCHAU
enkele publikaties, en het Informatiebulletin. Voorts ontving het Instituut gedrukte werken van de volgende personen: VAN MEVROUW B. ADAMA VAN SCHELTEMA, LAREN
een map politieke prenten, vnl. karikaturen uit de 2oer en 3oer jaren. VAN D R . FR. ADLER, ZÜRICH
jaargang 1887 van de uitermate zeldzame te Zürich verschenen Sozialdemokrat. VAN DE HEER H. W. ALINGS, AMSTERDAM, DOOR BEMIDDELING VAN DE D R . H. B. WIARDI BECKMAN STICHTING
een 60-tal brochures, o.a. van Wibaut, De Roode, Kleerekoper, Vliegen, uit de jaren 1915-1935. VAN DE HEER J. BRAUNTHAL, TEDDINGTON
een 1 oo-tal boeken en brochures, waarvan het grootste deel de voor- en nageschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, de toestand van de joden in Duitsland, concentratiekampen en de situatie in Oostenrijk behandelt; de collectie bevat voorts enige publikaties over Engeland van vlak na de oorlog, o.a. van de hand van G. D. H. Cole. VAN MEVROUW M. COLE, OXFORD, DOOR BEMIDDELING VAN DE HEER J. BRAUNTHAL
een groot aantal boeken en brochures, artikelen en voorwoorden van G. D. H. Cole bevattende. VAN D R . A. CONSTANDSE, HAARLEM, DOOR BEMIDDELING VAN DE HEER A. LEHNING
een ingebonden set van het anarchistische maandblad Alarm, 1922-1926. VAN DE HEER L. FUKS, AMSTERDAM
een album met foto's over Spanj e 19 3 7, als aanvulling op het archief Kuttner. VAN PROF. M R . W. F. DE GAAY FORTMAN, 'S-GRAVENHAGE
een aantal overdrukken uit de Nederlandse Staatscourant uit de jaren 1940-1943, enkele verslagen en notulen van de Hoge Raad van Arbeid over 5 2 vergaderingen uit de jaren 1919-1940. VAN DE HEER D. GOULOOZE, AMSTERDAM
een aantal boeken en brochures, waaronder de zeldzame brochure van Fr. Engels, Politisches Vermachtnis; enkele mappen krantenknipsels over de gebeurtenissen in Polen en Hongarije, oktober 1956; de jaargangen 1938-1940 van het blad Kwartaal. VAN DE HEER D . DE JONG, LEIDEN
een aantal oude kranten en bladen over het oorlogs- en ontwapeningsvraagstuk uit de jaren 1929-1935.
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
35
VAN DE HEER L. KRAMER, N E W YORK
een aanvulling op onze collectie Rudolf Rocker, bestaande uit een 12-tal brochures; verder door bemiddeling van de heer A. Lehning een aantal nummers van het C.N.T.-Boletin de Informacion, Barcelona, uit de jaren 1936-1938. VAN DE HEER E. KUPERS, BLOEMENDAAL
een aantal tijdschriftnummers 1958; boeken en brochures, o.a. over de I.L.O.; diverse verslagen en rapporten, o.a. van de P.v.d.A. en het I.V.V.V. VAN D R . H. LADEMACHER, AMSTERDAM
een aantal oude Duitse bladen, waaronder nummers van de Berliner Volks-Zeitung uit de jaren 1935-1941, verder nummers van de Berliner Zeitung, Berliner Lokal-Anzeiger, Berliner Morgenpost, Vorwarts, uit de jaren 1914 en 1916. VAN DE HEER A. LEHNING, AMSTERDAM
een collectie bladen uit de jaren 1940-1945, o.a. New Statesman, Spectator, Time, Tribune, Nederlandse Persberichten, Labour; verder een dossier Tien jaar Nationaal Socialisme in Duitsland; enkele boeken en brochures. VAN D R . A. J. S. VAN LIER, UTRECHT
enkele brochures van o.a. Vliegen en Troelstra, en 2 toespraken van Fr. van Eeden, 1898 en 1899. VAN MEVROUW DE MAREZ OYENS, AMSTERDAM
een grote partij boeken, waaronder werken van A. Pierson en R. Fruin. VAN MEVROUW VAN DER MEY, AMSTERDAM
een aantal jaargangen van oude bladen, o.a. De Notenkraker en De Vakbeweging, omstreeks 1920. VAN DE HEER R. POSTGATE, LONDEN, DOOR BEMIDDELING VAN DE HEER J. BRAUNTHAL
38 delen van de Daily Herald en de Herald 1911-1927. VAN MEVROUW M R . I. E. PRINS-WILLEKES MACDONALD, AMSTERDAM
een complete set van het orgaan van het genootschap Nederland-UdSSR, Nieuw Rusland, 1929-1934. VAN PROF. D R . J. M. ROMEIN, GROET (N.H.)
een 200-tal brochures, waarvan wij noemen: programma's en congresverslagen van de 4e Internationale, oproepen van de IAH ten behoeve van de Scotsboro Boys en Spanje, partijverslagen van de C.P.N, en van de K.P.D., publikaties van vooraanstaande communisten en socialisten: voor Rusland noemen wij Trotzky, Lenin, Zinovjev, voor Duitsland Rosa Luxemburg, Kautsky, Bebel, voor Nederland Gorter, Henriëtte Roland Holst, Wijnkoop; voorts de eerste 10 jaargangen van Grünbergs Archiv für die Geschichte des Sozialismus und der Arbeiterbewegung, enige jaargangen van de Nieuwe Tijd, Arbeiders-Jaarboekjes van de S.D.A.P., 1899-1914, een boek van E. Bernstein en Zeitschrift für Sozialforschung, 1938. VAN D R . B. SAPIR, N E W YORK
een aantal officiële Amerikaanse publikaties, o.a. rapporten o.d.t. World Strength of the Communist Party Organizations. VAN DE HEER J. H. SCHEPS, D E N DOLDER
een grote partij verslagen, rapporten, statistieken van diverse organisaties en instellingen, benevens een aantal boeken.
«
36
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
VAN DE HEER G. SILVER, PHILADELPHIA
een 1 o-tal boeken en brochures. VAN DE FAMILIE STEVENHAGEN, HAARLEM
de jaargangen 1-4 van De Notenkraker. VAN MEVROUW C. J. J. STOKVIS-COHEN STUART, DIEREN
een aanvulling op de collectie J. E. Stokvis, bestaande uit een 7-tal boeken en brochures. VAN DE HEER W. G. VERKRUISEN, AMSTERDAM
een 1 oo-tal, meest Nederlandse, brochures, die hoofdzakelijk vanuit het religieus-socialistisch en christelij k-politieke gezichtspunt verschillende vraagstukken uit de eerste helft van deze eeuw behandelen; verder een complete serie van De Koppeling, huisorgaan van het G.E.B, te Amsterdam, van 1945 tot heden. VAN MEVROUW I. H. E. VORRINK-BERGMEIJER, AMSTERDAM
een 30-tal boeken en brochures, waaronder Bakunin, La Commune de Paris, Almanach de la Question Sociale 1897, Almanak van de Socialisten-Bond 1897. VAN DE HEER J. W. WIEDEMAN, AMSTERDAM
enkele jaargangen van tijdschriften, o.a. De Socialistische Gids 1929-1933, De Vakbeweging 19301933, Het Kompas 1931-1932.
Ook van de hieronder genoemde instellingen werden pendingen ontvangen: Algerije: Bureau Nord-Africain du Congres Juif Mondial, Algiers; Gouvernement d'Algérie, Algiers; Union des Syndicats des Travailleurs Algériens, Parijs. Argentinië: Federacion Obrera Regional Argentina, Buenos Aires. België: Algemeen Christelijk Vakverbond, Brussel; Cahiers Bruxellois, Brussel; Centrale d'Education Ouvrière, Brussel; Centrale der Arbeiders van de Voedings- en Hotelbedrijven van België, Brussel; Centrale der Boek- en Papiernijverheid van België, Brussel; Katholieke Arbeidersjeugd, Brussel; Ministère du Travail et de la Prévoyance Sociale, Brussel. Bulgarije: Botschaft der Volksrepublik Bulgarien, Berlijn; Bulgarian Academy of Sciences, Sofia; Bulgarska Komunisticeska Partija, Sofia. Canada: The Canadian Labour Congress, Ottawa. Ceylon: Lanka Samasamaja Publications, Colombo.
JAARVERSLAG OVER 1 9 5 9
37
China: Freichina Informationsdienst, Bad Godesberg. Dominicaanse Republiek: Consulaat der Dominicaanse Republiek, Amsterdam. Duitsland (W.): Amt für Statistik und Wahlen, Braunschweig; Arbeitskreis für Ostfragen e.V., München; Bayerisches Statistisches Landesamt, München; Berliner Büro des Internationalen Bundes Freier Gewerkschaften, Berlijn; Berufsgenossenschaft der Feinmechanik und Elektrotechnik, Keulen; Berufsgenossenschaft für Strassen-, Privat- und Kleinbahnen, Hamburg; Bundesministerium für Gesamtdeutsche Fragen, Bonn; Carl-Sonnenschein-Kreis, Munster; Carolus-Verlag, Düsseldorf; Deutsche AngestelltenGewerkschaft, Hamburg; Deutsche Forschungsgemeinschaft, Bad Godesberg; Deutscher Paritatischer Wohlfahrtsverband, Frankfort am Main; Deutsches Industrie-institut, Keulen; Forschungsgesellschaft für Agrarpolitik und Agrarsoziologie, Bonn; Forschungsinstitut der Deutschen Gesellschaft für Auswartige Politik, Frankfort am Main; Gesellschaft der Freunde Mannheims und der ehemaligen Kurpfalz, Mannheim; Haus der Ostdeutschen Heimat, Berlijn; Industrie- und Handelskammer, Braunschweig; Industriegewerkschaft Bau, Sreine, Erden, Frankfort am Main; Industriegewerkschaft Bergbau, Bochum; Industriegewerkschaft Metall für die Bundesrepublik Deutschland, Frankfort am Main; Institut für Weltwirtschaft, Kiel; Institut zur Erforschung der UdSSR, München; Karl Marx Gesellschaft, München; Kulturinstitut der Stadt Worms und des Altertumsvereins Worms, Worms; Kultusministerium von Nordrhein-Westfalen, Düsseldorf; Niedersachsische Landeszentrale für Heimatdienst, Hannover; Ostfriesische Landschaft, Aurich; Presse- und Informationsamt der Bundesregierung, Bonn; Ukrainian Liberation Movement, Stuttgart; UngarischDeutscher Literarischer e.V., Keulen; Universitats- und Landesbibliothek Sachsen-Anhalt, Halle; Untersuchungsausschuss freiheitlicher Juristen, Berlijn; Verlag Die Brücke, München; Verlag Deutsche Polizei, Hamburg; Verlag Golos Naroda, München; Verlag Ukraine, München; Verlagsgesellschaft deutscher Konsumgenossenschaften, Hamburg; Werkgemeinschaft Christlicher Arbeitnehmer, München. Duitsland (O.) : Ausschuss für Deutsche Einheit, Berlijn; Deutsche Akademie für Wissenschaften, Berlijn; Dietz Verlag, Berlijn; Freier Deutscher Gewerkschaftsbund, Berlijn; Gesellschaft für Kulturelle Verbindungen mit dem Ausland, Berlijn; Karl-Marx-Universitat, Leipzig; Union-Verlag, Leipzig; Vogtlandisches Kreismuseum, Plauen. Engeland: Africa Bureau, Londen; Anglican Pacifist Fellowship, Londen; Barclays Bank D.C.O., Londen; Committee on Science and Freedom, Manchester; Co-operative Party, Londen; Co-operative Productive Federation, Leicester; Co-operative Union, Manchester; Egzekutywa Zjednogzenia Narodowego, Londen; Fabian Society, Londen; Friends Home Service Committee, Londen; Friends Peace Committee, Londen; Friends Service Council, Londen; Leicester University Press, Leicester; Movement for Colonial Freedom, Londen; National Peace Council, Londen; National Union of Printing, Bookbinding and Paper Workers, Londen; The Plough Publishing House, Bridgnorth; Royal Institute of International Affairs, Londen; Salvation Army, Londen; Skarb Narodowy Glówna Komisja, Londen; Socialist Union of Central-Eastem Europe, Londen; Soviet News, Londen; Soviet Survey, Londen; Syndicalist Workers' Federation, Londen; Trades Union Congress, London.
38
JAARVERSLAG OVER 1959
Estland: Estnischer Nationalfond, Stockholm. Finland: Sosialdemokraattinen Puoluetoimisto, Helsinki. Frankrijk: Anciens du Parti, Parijs; Comité de Coordination pour la Défense des Libertés et de la Paix, Clichy; Editions du Monde Ouvrier, Parijs; Editions Sociales, Parijs; Le Musée du Soir, Lallaing Nord; Parti Socialiste Autonome, Parijs. Griekenland: Ambassade Royale de Grèce, 's-Gravenhage. Guatemala: Ministerio de Educacion Publica, Guatemala. Hongarije: Légation d'Hongrie, 's-Gravenhage; Legation of the Hungarian People's Republic, Kensington. Ierland: Sinn Fein Publicity Committee, Dublin. India: Information Service of India, 's-Gravenhage. Israël: Ambassade van Israël, 's-Gravenhage; Bank Leumi Le-Israel B.M., Zürich; Communist Party of Israël, Tel-Aviv; Department for Child and Youth Immigration, Jerusalem; Hevrat Ovdim General Cooperative Association of Labour in Israël, Tel-Aviv; Ihud Olami, Tel-Aviv; Jewish Agency, Tel-Aviv; United Workers Party of Israël (Mapam), Tel-Aviv; Youth Aliyah, Jerusalem. Italië: Edizioni Avanti, Milaan; Edizioni RL - Volonta, Genua; Partito Comunista Italiana, Rome. Japan: All Japan Seamen's Union, Tokio; Embassy of Japan, 's-Gravenhage; General Council of Trade Unions of Japan (Sohyo), Tokio. Joegoslavië: Ambassade de la République Populaire Fédérative de Yougoslavie aux Pays-Bas, 's-Gravenhage; Centralna Biblioteka SRPSKE Akademije Nauka, Belgrado; Institut de 1'Histoire Nationale, Skopje; Institut za Izucavanje Radnickog Pokreta, Belgrado; Socialist Alliance of the Working People of Yugoslavia, Belgrado. Korea: Association des Travailleurs Scientifiques Démocratiques de Corée, Pyongyang.
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
39
Nederland: Afrika Instituut, Rotterdam; Algemene Nederlandse Bouwbedrijfsbond, Amsterdam; Algemene Nederlandse Grafische Bond, Amsterdam; Amsterdamse Bestuurdersbond, Amsterdam; Bibliotheek der Vrije Universiteit, Amsterdam; De Brug, Amsterdam; Centraal Bureau voor de Statistiek, 's-Gravenhage; Centraal Planbureau, 's-Gravenhage; Centraal Sociaal Werkgevers-Verbond, 's-Gravenhage; Centrale Arbeiders-Verzekeringsbank, 's-Gravenhage; Centrum voor Staatkundige Vorming, 's-Gravenhage; Christelijk Nationaal Vakverbond, Utrecht; Comité ter Bestudering van Ordeningsvraagstukken, Hengelo; Convent der Christelijk-Sociale Organisaties, 's-Gravenhage; Coöperatieve Verbruiks- en Productievereniging Cornea, Amsterdam; Dordrechts Museum, Dordrecht; Federatie der Werkgeversorganisatiën in het Boekdrukkersbedrijf, Amsterdam; Gemeentelijke Archiefdienst, Amsterdam; Gereformeerd Sociaal en Economisch Verband, Rotterdam; Gezins-BegrotingsTnstituut, Rotterdam; Hoofdbedrijfschap Ambachten, 's-Gravenhage; Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging, Amsterdam; Katholieke Arbeidersbeweging in het Bisdom Breda, Breda; Katholieke Bouwvakarbeidersbond St.-Joseph, Utrecht; Katholieke Vereniging van Werkgevers in de Metaalindustrie, Tilburg; Kerk en Vrede, Amsterdam; Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, Amsterdam; Koninklijke Nederlandse Zuivelbond, 's-Gtavenhage; Ministerie van Buitenlandse Zaken, 's-Gravenhage; Morele Herbewapening, 's-Gravenhage; Nationale Coöperatieve Raad, 's-Gravenhage; Nationale Landstorm Commissie, Amsterdam; Nationale Raad voor Maatschappelijk Werk, 's-Gravenhage; Nederlands Gesprekcentrum, Rotterdam; Nederlands Verbond van Middenstandsverenigingen, 's-Gravenhage; Nederlands Zuidafrikaanse Vereniging, Amsterdam; Nederlandsche Christelijke Boeren- en Tuindersbond, 's-Gravenhage; Nederlandse Christelijke Grafische Bedrijfsbond, Amsterdam; Nederlandse Emigratiedienst, 's-Gravenhage; Nederlandse Katholieke Arbeidersbeweging, Utrecht; Nederlandse Onderwijzers Vereniging, Amsterdam; Nederlandse Organisatie voor Zuiver-Wetenschappelijk Onderzoek, 's-Gravenhage; Nederlandse Stichting voor Culturele Samenwerking met Suriname en de Nederlandse Antillen, Amsterdam; Pegasus, Amsterdam; Politeia, Amsterdam; Prof. mr. B. M. Teldersstichting, 's-Gravenhage; Protestants Christelijke Bond van Vervoerspersoneel, Utrecht; Provinciaal Bestuur van Friesland, Leeuwarden; St. Adelbert-Vereniging, Utrecht; Sociaal-Economische Raad, 's-Gravenhage; Sociaal Historisch Centrum voor Limburg, Maastricht; Sociologisch Instituut van de Nederlands Hervormde Kerk, Utrecht; Stichting Ambachtspubliciteit, 's-Gravenhage; Stichting Het Nederlands Studenten Sanatorium, Amsterdam; Stichting Nederland-NoordEuropa Instituut, Rotterdam; Stichting Textielgeschiedenis, Hengelo; Uitgeversmaatschappij J. H. Kok N.V., Kampen; Unie van Vrouwelijke Vrijwilligers, Amsterdam; Unilever N.V., Rotterdam; Universitaire Pers, Leiden; Verbond van Protestants-Christelijke Werkgevers in Nederland, 's-Gravenhage; Vereniging „Nederland-Indonesië", Amstetdam; Vereniging voor de Staathuishoudkunde, Utrecht; De Vrije Gedachte, Amsterdam; Het Vrije Volk, Amsterdam.
Nederlandse Antillen: Bureau voor de Statistiek, Willemstad. Noorwegen: Royal Norwegian Ministry of Social Affairs, Oslo; Universitetsforlaget, Oslo. Oostenrijk: Hauptverband der Osterreichischen Sozialversicherungstrager, Wenen; Kammer für Arbeiter und Angestellte für Wien, Wenen.
4o
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
Polen: Ambassade van de Poolse Volksrepubliek, 's-Gravenhage; Ksiazka i Wiedza, Warschau; Poznanskie Towarzystwo Przyjaciól Nauk w Poznaniu, Posen; Towarzystwo Przyjaciól Nauk w Przemyélu, Przemyél; Western Press Agency, Posen; Wroclawskie Towarzystwo Naukowe, Wroclaw. Roemenië: Institutul Romtn Pentru Relatiile Culturale cu Strainatatea, Boekarest. Trinidad: The Caribbean Commission, Port-of-Spain. Tsjecbosloivakije: Statnl Nakladatelstvi Politieke Literatury, Praag; Zakladnl Knihovna Ceskoslovenské Akademie Vëd, Praag. U.S.S.R.: Ambassade van de U.S.S.R., 's-Gravenhage. Verenigde Staten: American Federation of Labor and Congress of Industrial Organizations, Washington; American Friends of Vietnam, New York; American Jewish Committee, New York; American Labor Education Service, Inc., New York; The Analyst A.C.S.E., Fullerton; Congress of Racial Equality, New York; The Fund for the Repubüc, New York; Institute of Ethnic Studies, Washington; Institute of Industrial Relations, Berkeley; Institute of Labor and Industrial Relations, Detroit; Jewish Agency, New York; Johns Hopkins Press, Baltimore; Labor-Management School of the University of San Francisco, San Francisco; Library of Congress, Washington; National Labor Service, New York; New York Labor News Company, New York; New York State School of Industrial and Labor Relations, Ithaca; New York University School of Law, New York; La Parola del Popoio, Chicago; Pioneer Publishers, New York; Railway Labor Executives' Association, Washington; Rockefeller Foundation, New York; Russian Research Center, Cambridge; Social Science Research Council, New York; Socialist Labor Party of America, German Committee, New York; Southeast Asia Program, Ithaca; The Taminent Institute and Library, New York; Ukrainian Congress Committee of America, New York; United States Information Service, 's-Gravenhage; United States Information Service, Londen. Viet-Nam(N.): Department for Cultural Relations with Foreign Countries, Hanoi; Viet-Nam Youth Federation, Hanoi. Zuid-Afrika: Ambassade van die Unie van Suid-Afrika, 's-Gravenhage; New Age, Johannesburg; South African Coloured People's Organisation, Cape Town; South African Congress of Democrats, Johannesburg; South African Institute of Race Relations, Johannesburg; South African Trade Union Council, Johannesburg. Zweden: Federativs Förlag, Stockholm; Frihetliga Bokgillet, Stockholm; Royal Ministry for Foreign Affairs, Stockholm; Swedish Central Bureau of Statistics, Stockholm.
JAARVERSLAG OVER I 9 5 9
41
Zwitserland: Büro Buchbinder, Zürich; Schweizerischer Verband des Personals öffentlicher Dienste, Zürich; Sozialdemokratische Partei der Schweiz, Zürich.
Internationaal: Assembly of Captive European Nations, London; Association Internationale des Juristes Démocrates, Brussel; Europese Beweging, 's-Gravenhage; Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, Brussel; Federation Graphique Internationale, Bern; Fourth International, Amsterdam; Free Europe Committee, München; Institut International pour 1'Etude des Problèmes Humains du Travail, Namen; International Commission of Jurists, Genève; International Federation of Industrial Organisations and General Workers' Unions, Amsterdam; International Federation of the Socialist and Democratie Press, Badhoevedorp; International Landworkers' Federation, Utrecht; International Society for Socialist Studies, Londen; International Transport Workers' Federation, Londen; International Union of Students, Praag; Internationaler Bund der Privatangestellten, Amsterdam; Internationales Schulbuchinstitut, Braunschweig; Nederlandsch-Belgisch-Luxemburgsche Douane Unie, Brussel; North Atlantic Treaty Organization, Parijs; Socialist International, Londen; United Nations, Genève, War Résisters' International, Enfield; Women's International Democratie Federation, Berlijn; World Federation of Democratie Youth, Boedapest.
Bovendien werden geschenken ontvangen van de volgende personen: mevrouw A. Adama van Scheltema-Kleefstra, Amsterdam; G. A. Aldred, Glasgow; mevrouw Alma, Amsterdam; Dr. I. Avakumovic, Winnipeg; Prof. Dr. W. Banning, Driebergen; J. Bettelheim, Amsterdam; H. D. Bloch, Washington; M. J. Broekmeyer, Amsterdam; Dr. J. Buisson, Mortain; J. Buttinger, New York; Prof. L. Dal Pane, Bologne; H. Day, Brussel; mej. J. Dommisse, Amsterdam; mevrouwT. Dommisse-Keestra, Nijmegen; A. Eberlein, Rostock i.M.; Dr. T. Eekman, Amsterdam; L. Evrard, Parijs; U. Fedeli, Ivrea; P. Ferrua, Genève; I. H. Flamm, Beverly Hills; Dr. D. Fricke, Berlijn; H. van Gelre, Nijmegen; Dr. H. A. Goedhart, 's-Gravenhage; Dr. H. Goldberg, Columbus; A. Gustafsson, Lund; Dr. E. Hallensleben, Braunschweig; H. Hoefnagels S. J., Nijmegen; Prof. Dr. R. Höhn, Hamburg; R. M. van der Horst, Amsterdam; B. J. in den Bosch, Amsterdam; Prof. Dr. Fr. de Jong Edz.. Amsterdam,; mej. E. van Kaathoven, Bilthoven; mevrouw M. Kircz-Tak&cs, Amsterdam; G. H. Kruger, Amsterdam; Prof. Dr. P. Kuin, Wassenaar; W. Kumpmann, München; Dr. J. C. F. Last, Amsterdam; M. Launay, Parijs; J. R. van der Leeuw, Amsterdam; A. J. Luikinga, Amsterdam; G. de Lusignan, Suresnes; B. Luteraan, Amsterdam; Dr. P. Lutz, Berlijn; H. van Lijmschoten, Amsterdam; R. Marcheti, Parijs; J. D. Neirinck, Brussel; Prof. A. Noland, New York; F. A. Olthofï, Amsterdam; E. Pasma, Nieuwendam; F. E. Peeters, St. Jans-Molenbeek; J. B. Prinsze, Wormerveer; E. Relgis, Montevideo; J. de Ronde, Amsterdam; Dt. R. Rosdolsky, Detroit; W. Runge, Hamburg; E. Schabracq, Amsterdam; A. Schiavi, Rome; F. Segura, Barcelona; Prof. K. Suzuki, Tokio; Dr. E. Thier, Friedewald; D. Tochitch, North Harrow; Prof. F. Venturi, Torino; Ds. H. A. Visser, Amsterdam; Dr. F. Wibaut, Amsterdam; mej. L. Wijnberg, Amsterdam; B. Yelensky, Miami; W. Zagórski, Londen.
1
VAN GORCUM-ASSEN