K
r e t t e n
INHOUDSTAFEL
FILM EN EDUCATIE... .. in het vertoningscircuit van Lessen in het Donker, in het kader van het festival Open Doek, een workshop ingericht door Jekino, een film in de klas... Film kreeg een plaats in het lessenpakket van heel wat scholen, en wij zorgen graag voor een goede programmatie en pedagogische omkadering. We maken jaarlijks een fijne selectie van een 30-tal films uit het afgelopen seizoen, richten op heel wat plaatsen vertoningen in en zorgen voor kant en klare lesmappen voor een boeiende verwerking in de klas. Daarbij spelen we in op de eindtermen en ontwikkelingsdoelen. In elke lesmap wordt aandacht besteed aan een filmtechnische en inhoudelijke benadering van de film en leggen we de focus op één filmterm. We stimuleren jullie graag om de film met een frisse blik te bekijken.
De film is geprogrammeerd voor de 2e en 3e graad LO. www.lesseninhetdonker.be www.opendoek.be www.jekino.be
Feedback
FILMFICHE - Synopsis - Technische fiche - Festivalprijzen - Inleiding
4
REGIE & PRODUCTIE
6
REACTIES VAN de leerlingen PERSONAGES & ACTEURS
9 11
INHOUDELIJKE THEMA’S - Manisch depressief - Nog meer ernstige thema’s
19
BEELDTAAL - Focus op: Production design, kleur & sfeer - Werken met een olifant
22
BIJLAGE - Interview met Martin Koolhoven (regisseur KNETTER) - Interview met Jesse Rinsma (Bonnie) & Tom van Kessel (Koos)
28
FICHE VOOR DE LEERLINGEN
We horen graag je reactie over de film, de bespreking en de lesmap. Surf snel even naar de site www.lesseninhetdonker.be om een evaluatieformulier in te vullen. Ook de leerlingen kunnen hun reactie kwijt op de pagina van de film die ze zagen! Alvast bedankt!
34
Kopieer de filmfiche op pg. 4-5 voor je leerlingen. Zo zijn ze meteen goed voorbereid op de voorstelling! Ook voor je collega’s die de leerlingen vergezellen kan het een handige leidraad zijn!
FILMFICHE Synopsis
Inleiding
Bonnie komt uit een ‘olifantenfamilie’. Ze woont bij haar moeder en haar oma en allen zijn ze dol op olifanten. Moeder is ‘een beetje raar’: een ‘hollenof-stilstaan-moeder’. Soms is ze vrolijk en door het dolle heen, maar meestal ligt ze in bed en moet oma voor alles zorgen. Tot oma er op een dag niet meer is... Bonnie moet nu alles zelf doen in huis en moeder kijkt nauwelijks naar haar om. Bonnie is het beu! Ze klimt op het dak en wil er niet meer afkomen, tot de brandweer eraan te pas komt. Zelfs als moeder héél goed haar best doet, loopt alles verkeerd. Zo staat er op een dag een olifant in de tuin...
KNETTER is hartveroverend, grappig en vlot. Volgens regisseur Martin Koolhoven ‘een vrolijke, lieve film… maar hij gáát ergens over.’ Over een sterk meisje dat zich staande houdt met moeder als blok aan haar been. Toch klinkt Bonnie geloofwaardig wanneer ze zegt: ‘Mijn moeder is de allerliefste van de wereld. En ik weet heel zeker: ik wil nooit bij haar weg.’
Technische Fiche Regie Martin Koolhoven Scenario Mieke de Jong Producenten Leontine Petit & Joost de Vries (Lemming Film) Co-Producenten België Jean-Claude van Rijckeghem & Mieke de Wulf (A Private View) Camera Menno Westendorp Originele Muziek Dirk Brossé
Met o.a. Bonnie Koos Lis Puch Cees Oma
Jesse Rinsma Tom van Kessel Carice van Houten Frieda Pittoors Daan Schuurmans Leny Breederveld
In Nederland werden de voorbije jaren al zoveel mooie jeugdfilms gemaakt en KNETTER is een nieuw en volwaardig exemplaar uit de Nederlandse school, met een debuterende actrice in de hoofdrol. Jesse Rinsma is 11 jaar en ze doet het verschrikkelijk goed. Ze werd door regisseur Martin Koolhoven goed begeleid en amuseerde zich enorm op de filmset, zelfs al moest ze haar vriendin/collega voor de camera een klap geven!
Een kind moet zorgen voor haar zieke moeder… voor je het weet zit je met een triestige, donkere film. Maar dat is niet zo. Overal in de film zitten kleine brokjes vrolijkheid verborgen: in de heldere kleuren, de grappige taferelen, de zomerse omgeving. Maar de grootste pret valt er natuurlijk te beleven wanneer er een olifant ‘uit de mouw wordt geschud’. Voor de jonge acteurs was dat dolle pret: ze mochten op z’n rug zitten en aan z’n slagtanden hangen. Sindsdien wil Jesse Rinsma nog maar één ding: ook een olifant in haar achtertuin!
Nederland–België, 2005 / Duur: 84 minuten Originele Nederlandstalige versie / www.knetterdefilm.nl
Festivalprijzen KNETTER werd in Nederland voorgesteld tijdens het Cinékid Festival in Amsterdam en won er de Publieksprijs. Op 19 februari was KNETTER de openingsfilm op het Europees Jeugdfilmfestival Vlaanderen in Antwerpen / Brugge (www.jeugdfilmfestival. be).
REGIE & PRODUCTIE In Nederland worden er jaarlijks een heleboel jeugdfilms gemaakt en altijd zitten er enkele pareltjes bij. Er waren een hele resem Annie M.G. Schmidtverfilmingen (ABELTJE, MINOES, PLUK VAN DE PETTEFLET…), filmversies van beroemde jeugdboeken (PIETJE BELL, KRUIMELTJE, DE KAMELEON) en nieuwe, originele films (zoals LANG LEVE DE KONINGIN, IN ORANJE, LEPEL, HET PAARD VAN SINTERKLAAS,...). En nog was men niet tevreden! Er werd een fonds opgericht: Cinema Junior moest zorgen voor méér nieuwe kinderfilms. Er kwam een scenario-wedstrijd aan te pas en KNETTER is daarvan het eerste resultaat. Het duurde een hele poos voor de film een toepasselijke titel had. Eerst zou het MAMS, MIJN OLIFANT EN IK worden, later GEEN BABY of NOOIT VERGETEN (omdat een olifant een goed geheugen heeft en nooit iets vergeet). Regisseur Martin Koolhoven beloofde een fles champagne aan de bedenker van een originele titel. Uiteindelijk werd het KNETTER. Was Koolhoven daarmee tevreden? “Mams, Mijn Olifant & Ik vond ik te kinderachtig. Maar het woord ‘knetter’ zorgde vooral bij jullie voor problemen. In Nederland betekent het ‘gek op een vrolijke manier’, maar in Vlaanderen was er naar verluid een veeleer negatieve conotatie.”
Martin Koolhoven –een wandelende filmencyclopedie– werd in 1969 geboren en deed filmstudies in Nederland én België. Hij regisseerde kortfilms, videoclips en ook speelfilms: AMNESIA, DE GROT, HET ZUIDEN en de hilarische ‘multi-culti’-komedie HET SCHNITZELPARADIJS. In KNETTER maakt hij een korte cameo (een blitz-optreden in zijn eigen film) als kaartjesverkoper in het circus. Martin Koolhoven kan goed met acteurs overweg. Hij geeft hen veel vrijheid om te improviseren en hij weet hoe je kinderen moet aanpakken. Hoofdactrice Jesse Rinsma: “Martin zei nooit: ‘Dat was slecht. Overnieuw!’. Hij gaf commentaar op een vriendelijke manier: ‘We doen het nog een keer en ditmaal wordt het geweldig!’.”
Aan KNETTER werkte hij écht met hart en ziel en hij was erg trots op het resultaat. Martin Koolhoven: “Het regisseren van KNETTER was geweldig. Er waren veel complicerende factoren (olifanten, kinderen, een beperkt budget, etc.), maar ik heb vanaf de eerste minuut geweigerd de lat lager te leggen. Dit maakte KNETTER voor mij de zwaarste shoot die ik ooit deed, maar tevens de meest bevredigende. Alles leek te kloppen. Het was een genot om Jesse, Carice en Leny samen te zien. Ze waren een familie. Tom en Jesse waren vriendjes. Het huis, de kleren, de muziek, alles viel op zijn plaats."
"Hoewel duidelijk was dat KNETTER een jeugdfilm zou worden, zag ik niet in waarom ik een toon zou moeten aanslaan alsof ik door mijn knieën aan het zakken was. Ik wilde dat zowel jong als oud zich verbonden zou voelen met Bonnie. Ik wilde met de film in de huid van een jong meisje kruipen en was ervan overtuigd dat dat niet alleen voor kinderen interessant zou zijn. Scenariste Mieke de Jong had zo’n mooi personage geschreven (dat mij tot op het bot raakte) dat ik mijn best wel moest doen deze liefde aan de kijker over te brengen. De film werd al in de scenariofase voor mij steeds persoonlijker en tijdens het draaien voelde het alsof Bonnie mijn eigen dochter was. Maar ook Lis, de moeder van Bonnie, werd een persoon van vlees en bloed voor me. Het is moeilijk uit te leggen hoe trots ik ben op de
REACTIES VAN de leerlingen rol van Carice. Onlangs lieten we de film zien aan een zaal vol kinderen en ik kan me niet herinneren ooit zo trots op iets van mijzelf geweest te zijn, toen ik merkte hoe betrokken de kinderen bij haar waren. Ik heb geprobeerd om van KNETTER een warme, menselijke film te maken, die ook nog eens ergens over gaat. Ik had echt het gevoel dat een lichtere aanpak veel meer op zijn plaats zou zijn en ik zou het zelfs niet over mijn hart gekregen hebben om deze personages een minder positief einde te geven. Dit einde verdienden ze.” KNETTER was een Nederlands-Belgische coproductie: de film werd in Nederland gemaakt, maar met Belgische ondersteuning van producent A Private View. Dat bedrijf wordt stilaan de uitgelezen partner voor kinder- en jeugdfilms in de Lage Landen. Ze maakten zelf o.a. al DE BAL en SCIENCE FICTION en werkten mee aan ERIK OF HET KLEIN INSECTENBOEK. Je ziet in KNETTER ook enkele Vlaamse acteurs aan het werk, o.a. Frieda Pittoors als buurvrouw Puch. Van de blitz-verschijning van Luc d’Heu als brandweerman onthouden we vooral de snor. Eva van der Gucht speelt de moeder van Koos. En de muziek werd geschreven door de veel gevraagde componist Dirk Brossé. Hij voegt aan de film een mooi, zacht muzikaal kleurenpalet toe.
KNETTER mag dan al een opgewekte film zijn, hij zal ongetwijfeld indruk maken op het jonge publiek. Er wordt in de film een heleboel thema’s aangeraakt, en met sommige ervan zal het publiek nauwelijks vertrouwd zijn. Geef hen daarom zo snel mogelijk na de voorstelling de kans om vragen af te vuren. Om de film na afloop eenvoudig met het publiek te reconstrueren, is het handig om het verhaal nog een keer met hen te overlopen. Wie kan het verhaal bondig samenvatten in 5 lijnen? KNETTER vertelt in de eerste plaats over ‘mensen en hoe die met elkaar omgaan’. Daarom kan het handig zijn om deze reconstructie ‘op te hangen’ aan de belangrijkste personages uit de film, via eenvoudige vragen.
Wie is dit personage en wat is zijn/haar rol in het verhaal: • Bonnie • Moeder Lis • Oma • Cees • Buurvrouw Pugh • Koos • Jorien van Jeugdzorg
PERSONAGES & ACTEURS In KNETTER maken we kennis met een heleboel mensen. De meeste zijn aardig en allemaal willen we ze graag beter leren kennen. Je kan pas van KNETTER genieten als je oprecht houdt van al die personages. Daar was een stelletje beresterke acteurs voor nodig, die je kunnen meeslepen in het verhaal. En de meest opvallende is ongetwijfeld debutante Jesse Rinsma: ze doet het ontzettend goed.
Teken een lange lijn op het bord; die lijn stelt de hele film voor. Laat op de lijn in verschillende kleuren aanduiden waar de belangrijkste personages precies in het verhaal voorkomen. • De lijn van Bonnie en Lis loopt natuurlijk over de gehele lengte. • Oma verdwijnt na een tijdje uit de film. • Cees komt maar een poosje in de film voor. • Buurvrouw Pugh wordt belangrijker naarmate de film vordert. • Koos verdwijnt een poosje uit de film (hij wil/mag niet meer met Bonnie spelen) • Jorien van Jeugdzorg komt en gaat; ze duikt nu en dan op in de film en verdwijnt dan weer.
Bonnie
Laat de leerlingen over elk personage zeggen wat ze er leuk / niet leuk aan vonden. In KNETTER zit geen uitgesproken ‘slechterik’; over elk personage kan wel iets positiefs verteld worden, ook over bv. Cees (hij vrolijkt moeder op en ziet er best knap uit) of Jorien (ze is terecht bezorgd over de familie). Bonnie en Lis zijn de centrale personages in dit verhaal; zij zijn ‘de motor van de film’. Hoe verhouden zij zich tot elkaar? Wat gebeurt er tussen hen? Is alles wat er gebeurde ook geloofwaardig? Waarom / waarom niet? ‘Aangepast’ en ‘onaangepast’ zijn belangrijke tegenstellingen in deze film. Laat de kinderen eventueel op een rijtje zetten: • Op welk vlak is Bonnie’s familie ‘anders’ dan doorsnee? • Op welk vlak zijn ze net zoals elk ander gezin?
10
Bonnie is een vrolijk meisje van 9 jaar dat veel van olifanten houdt. Ze woont in een gezellig oud huis met haar oma en haar moeder Lis. Bonnie houdt veel van Lis, die wel een lieve, maar geen gewone moeder is. Wanneer oma doodgaat, verandert Bonnie’s leven. Lis ligt de hele dag in bed. Eigenlijk is het Bonnie die meer voor haar moeder zorgt dan andersom. Bonnies grootste angst is dat Jeugdzorg haar weghaalt uit huis. Tegenover haar vriendjes schaamt Bonnie zich voor Lis, maar toch moet ze er niet aan denken om bij haar weg te zijn! Bonnie is sterk; ze kan tegen een stootje. Waar komt haar kracht vandaan? Volgens actrice Jesse Rinsma is het “omdat ze altijd voor haar moeder heeft gezorgd. Zij is ‘een moeder voor haar moeder’. Kinderen die altijd geholpen worden, kunnen zichzelf minder goed redden.”
Jesse Rinsma speelt Bonnie Scenariste Mieke de Jong: “Voor de rol van Bonnie hadden we een uitgesproken type in gedachten: een ondeugend meisje met donker of rood haar, staartjes en sproeten. Maar de selectieronde leverde weinig geschikte kandidaten op en Jesse was de enige die uitblonk. Dus moesten we de uiterlijke verwachtingen wat bijsturen. Jesse had lang blond haar en om haar een beetje stoerder te maken, moest er een stuk af. Een groot stuk! Met veel tranen tot gevolg. Een dag lang heeft Jesse getreurd, maar nu draagt ze d’r haar nog steeds op dezelfde lengte als in de film, dus blijkbaar vond ze het zelf ook mooi. Oef.” Ook Martin had Jesse’s talent in de gaten. “Ik wist ook dat de film enkel goed zou kunnen worden als we een heel bijzonder meisje vonden om Bonnie te spelen. Al snel was me duidelijk dat Jesse de gedroomde Bonnie was. Een intelligent meisje dat zowel kwetsbaar als stoer is. Ze wist me al op de eerste screentest te ontroeren en ze bleek een natuurtalent, zoals je ze niet vaak tegenkomt.”
11
Koos Koos is Bonnie’s beste vriend. Hij komt uit een groot gezin. Koos heeft een wilde fantasie en Bonnie is dol op zijn verhalen vol moord en bloed. Samen met Bonnie verbergt Koos zich soms in de boomhut. Ze begluren buurvrouw Puch want ze denken dat ze mensenvlees eet. Alles wat met de buurvrouw te maken heeft, doet Koos’ verbeelding zwaar op hol slaan. Hij bespaart ons geen enkel bloederig detail!
Jesse (11) vertelt enthousiast over de opnames van KNETTER. Of ze het niet vervelend vinden om tijdens de vakantie nog tekst van buiten te leren? ‘We mogen helemaal niks van buiten leren! Dan zou het net zijn alsof je voor de camera een briefje voorleest. Nee, de regisseur legt ons uit wat er gaat gebeuren en dan zegt hij wat wij moeten zeggen. Dat is helemaal niet lastig want je weet zelf wel dat als er iemand tegen je zegt ‘ze is dood’, dat je dan niet moet lachen. Dat gaat vanzelf. Gelukkig was Martin erg aardig en geduldig, het was heel leuk om met hem te werken.’ Misschien klinken de dialogen daarom zo kinderlijk spontaan en regelrecht uit het leven gegrepen.
Tom van Kessel speelt Koos
Het steeds weer overdoen van shots vond ze het lastigste. “Soms zijn er teveel wolken in beeld of is het geluid niet goed of maakt de camera een verkeerde beweging... Je bent verwonderd als het ‘s wél goed is.” Hoewel er kinderen op school zijn die wel eens flauwe opmerkingen maken – ‘ze willen denk ik zelf filmster worden’ – vinden al haar klasgenoten het leuk dat Jesse de hoofdrol in een film speelt. En ze hoefde geen les te missen, want er werd gedraaid tijdens de zomervakantie: stralend weer, heerlijk zonnetje, maar wespen! Honderden!! Op de set werd er duchtig op los gemept. Jesse kreeg er steevast een lachbui van. Dat ze in de film haar ‘nieuwe mama’ een klap moest geven, daar kon ze niet om lachen. “Dat wou ik helemaal niet; ik vond het stom. Ik schoot heel goed op met Carice. Martin schreeuwde de hele tijd: ‘Harder, harder!’. Pas toen ik mocht oefenen op zijn gezicht, durfde ik hard genoeg slaan.”
12
Tom (10) had al ervaring in jeugdtheater en musicals, maar ook voor hem was KNETTER het speelfilmdebuut. ‘We gingen er met de hele klas naar kijken in de bioscoop.’ De kinderen keken vreemd, want Tom –blond!– onderging een ware gedaanteverandering. Hij moest zo’n zeven of acht keer zijn haar laten bijkleuren, want het rood groeide er behoorlijk snel uit. ‘Ik mocht kiezen of Koos een rare bril had, flaporen of rood haar. Rood haar leek me het minst erg en de regisseur vond het ook het beste idee.’ Afgezien van het rode haar vindt Tom best dat hij op Koos lijkt qua karakter. Tom zelf heeft meer vrienden dan vriendinnen, maar Jesse is wel een goeie vriendin geworden. ‘We logeren wel eens bij elkaar en we bellen vaak.’ De opnames vond Tom geweldig. ‘Iedereen was heel erg aardig. De regisseur vooral. Ik vond het ook leuk om het Daan Schuurmans en Carice van Houten te spelen. Nu zie ik ze op tv en dan denk ik: ze zijn eigenlijk heel normaal.’ En werken in de zomervakantie vond hij helemaal niet zwaar: ‘Mijn ouders en ik waren met onze camper vlakbij de opnames, dus eigenlijk voelde het nog best als een vakantie ook!’
Lis Lis, Bonnie’s moeder, is een ‘hollen-of-stilstaan-moeder’. Soms ligt ze weken in bed met een deken over haar hoofd en dan plots heeft ze weer energie voor honderd en kun je echt met haar lachen. Lis heeft pillen, maar die slikt ze niet graag. Wanneer ze zich goed voelt, is de ze leukste moeder ter wereld. Maar ze kan geen maat houden. Dat ze geen perfecte moeder is, weet ze
13
zelf ook wel. Bonnie zorgt beter voor haar dan andersom. Het is Bonnie die tegen moeder zegt: “Kom, we gaan naar bed.” En oma beweert keer op keer: “Als je zo’n moeder hebt als jouw mama, moet je zelf leren nadenken.” Bonnie heeft veel begrip voor haar moeder. Tot het haar te veel wordt en ze Lis een klap geeft. Dat blijkt veel kinderen te shockeren. Martin Koolhoven: “Kinderen schrikken ervan; dat vond ik mooi. Lis voldoet niet aan het ‘ideale moeder’-beeld. Ik was bang dat het publiek zich tegen haar zou keren, haar zou veroordelen. Maar kinderen hebben veel sympathie voor haar. Wanneer Bonnie streng is, vinden ze moeder heel zielig en hebben ze medelijden.”
Carice van Houten speelt Lis Bij het grote publiek brak Carice door als juffrouw MINOES. In LEPEL schittert ze als strenge winkeleigenaresse met een klein hartje. Maar in KNETTER krijgen we, na de mantelpakjes, voor het eerst haar slonzige kant te zien. Martin Koolhoven: “Ze heeft echt een hulpeloze uitstraling. Ze roept bij iedereen vaderlijke gevoelens op. Daarom kozen we voor haar. We hadden ‘compassie’ nodig; het publiek mocht zich niet van haar afkeren.” Carice van Houten is ontzettend goed als de labiele Lis: soms suf en slaperig, soms furieus (tegen Cees of tegen de kaartjesverkoper in het circus). Daarom klinkt Bonnie heel geloofwaardig wanneer ze, ondanks alles, beweert: “Mijn moeder is misschien niet de beste, maar wel de allerliefste moeder van de wereld. En ik weet heel zeker: ik wil nooit bij haar weg.”
Cees Cees, een schoenenverkoper, pakt Lis met z’n gladde praatjes helemaal in. Lis vindt hem in eerste instantie geweldig en hij Lis ook, maar Bonnie vindt hij een lastpak. Hij wordt aan ons voorgesteld in een prachtige scène: hij is volop op dreef als schoenenverkoper, maar heeft geen idee hoe hij moet reageren wanneer de kinderen botweg vertellen: “Haar oma is dood. Daarom heeft ze nieuwe schoenen nodig.” Dan valt Cees compleet uit z’n rol.
14
Daan Schuurmans speelt Cees Daan Schuurmans is in Nederland een echte vedette. Hij deed mee in populaire tv-series, was een hartenbreker in de film/tv-serie COSTA! maar was ook te zien in diverse jeugdfilms: PIPO EN DE P-P-PARELRIDDER, FLORIS en POLLEKE. Met deze laatste film wint hij alom prijzen op internationale jeugdfilmfestivals.
Oma Oma is de spil in huis. Ze zorgt voor Bonnie en is streng voor Lis wanneer dat nodig is. Ze is de baas in huis. Eigenlijk net als bij olifantenfamilies; daar is ook altijd het oudste vrouwtje de baas. Op een heel mooie manier toont KNETTER hoe oud en jong met elkaar kunnen omgaan; oma is er één uit de duizend: ze is gek genoeg om ’s nachts met haar kleinkind naar olifanten op tv te kijken, bezorgd genoeg om niets te vergeten (Bonnie’s boterhammentrommel én ‘kijk goed uit bij ’t oversteken’) en lief genoeg om taart te bakken. “Gelukkig heb ik m’n oma. Die is voor moeder nog strenger dan voor mij.” Als een soort ‘eerbetoon’ wordt ‘postuum’ oma’s cake met slagroom opgegeten. Een verrassend waardig gebaar.
Buurvrouw Puch Puch is een onopvallende, beetje norse en stuurse buurvrouw. Ze lijkt onaardig maar ze is vooral verlegen. Wanneer oma sterft, houdt ze onopvallend een oogje in het zeil. Puch is eenzaam, ze heeft geen familie en is te verlegen om vrienden te maken. Als het erop aankomt, overwint ze haar verlegenheid en neemt de touwtjes in handen: een verlegen reddende engel.
De Meester De meester van Bonnie en Koos is een grote man met een klein hartje en een enorme maag. Hij neemt het op voor Bonnie wanneer ze het moeilijk heeft. De hele film lang
15
INHOUDELIJKE THEMA’S zie je hem snoepen; zijn snoepgedrag wordt een grap doorheen de film (een zgn. ‘running gag’). Martin Koolhoven: “De meester vond ik echt geweldig; zo’n meester wil jij toch ook hebben? Eerst vond ik hem wat saai. Maar daar heeft Mieke de Jong werk van gemaakt. Ze liet hem helemaal groeien, tot hij een ‘Groot Kind’ werd.” Maar hij pakt Bonnie wel erg goed aan. Tijdens het schoolreisje merkt hij hoe alleen ze is; hij maakt tijd voor een gezellig onderonsje en krikt haar humeur helemaal op.
Leg volgende uitspraken uit: • “Mijn moeder is een hollen-of-stilstaan moeder” • Eigenlijk is het Bonnie die meer voor haar moeder zorgt dan andersom. KNETTER mag dan al een vrolijke film zijn, toch raakt het verhaal enkele heel ernstige onderwerpen aan. Het meest opvallende is de ziekte van Lis. Want ze is wel degelijk ‘ziek’; daarom moet ze ook pilletjes innemen. Ze lijdt aan ‘manische depressie’.
Jorien Jorien werkt bij Jeugdzorg; ze is een vrouw van orde en regelmaat. Ze bedoelt het goed, maar ze vergeet hoeveel Bonnie van haar moeder houdt. Toch is Jorien nog de kwaadste niet. Martin Koolhoven: “We wilden helemaal geen sneer geven aan de Dienst Jeugdzorg, maar scenario-technisch hadden we een ietwat nare persoon nodig. Die mevrouw maakt zich niet onterecht zorgen over het gezin; ze gaat er alleen erg onhandig mee om.”
Vragen
Welke zin uit deze lijst ‘uitspraken’ past bij welk personage (Bonnie, Koos, Moeder, Oma, Cees, de meester, Jorien van Jeugdzorg, buurvrouw Puch)? • Hij is een ‘Groot Kind’, maar tijdens de schoolreis doet hij enorm z’n best. • Net als bij olifantenfamilies is het oudste vrouwtje de baas. • Hij heeft een wilde fantasie; zijn verhalen zitten vol moorden en bloed. • Ze maakt zich zorgen over de familie, maar weet ze niet goed aan te pakken. • Je kan op haar niet rekenen, maar er is niemand van wie Bonnie meer houdt dan van haar. • Ze zorgt meer voor haar moeder dan andersom. • Ze lijkt onaardig, maar eigenlijk is ze vooral verlegen. • Hij vindt Lis leuk, maar Bonnie vindt hij een lastpak.
16
17
Manisch depressief Lis is ‘een beetje raar’; “Mijn moeder is een hollen-of-stilstaan moeder. Zo is ze nou eenmaal geboren.” Soms is ze door het dolle heen en lijkt het leven rooskleurig. Maar soms is ze dagenlang depressief. “Dan blijft ze in bed liggen met een deken over haar hoofd en vindt ze er allemaal niks meer aan.” De zorgen voor Bonnie en het huishouden laat ze grotendeels aan oma over. Moeders onverschilligheid is pijnlijk schrijnend: ze kijkt niet naar de tekeningen die Bonnie voor haar maakt, ze proeft niet van de zelfgebakken frietjes. Bonnie heeft veel begrip voor de situatie en bekijkt de zaak met nuchtere blik. Tot het haar teveel wordt, zozeer dat ze moeder een klap geeft. Hoewel de kinderen de film haar goed lijken te begrijpen, schrikken ze hier erg van: hoe kan een dochter haar moeder slaan?
Wat is ‘manische depressie’? (overgenomen uit www.psychologie-online.nl)
Omschrijving Deze vorm van depressie is een bipolaire stoornis. Dat wil zeggen dat de stemming van de persoon erg verschillend kan zijn: er zijn depressieve periodes, maar ook manische, wanneer de persoon juist heel erg opgewekt en hij of zij erg veel energie heeft. Normaal Iedereen heeft wisselende buien. De ene dag zijn we vrolijker dan de andere. Soms hebben we veel zin om te werken en soms juist helemaal niet.
Tegen moeders ziekte bestaan wel pilletjes, maar die genezen niet echt; ze helpen je enkel beter te functioneren. Maar Lis wil helemaal geen pilletjes; met pilletjes ‘raak je jezelf kwijt’: “Het is net alsof ze een stukje van je afknippen, van boven en van onder. Ik kan niet meer echt verdrietig zijn. Ik kan niet meer echt vrolijk zijn.”
Afwijkend De verschillen tussen de buien van iemand met deze stoornis zijn extreem groot. Vaak zijn er erg lange periodes van depressie. Soms kan er plotseling een korte periode zijn waarin de persoon extreem vrolijk is. Omstanders vinden deze omschakeling erg opvallend. De vrolijkheid kan zo doorslaan, dat er onverantwoorde risico’s worden genomen en niet reëel meer gedacht wordt. Iemand kan in zo’n periode bijvoorbeeld al zijn geld over de balk gooien, gekke beleggingen doen, een zaak opstarten of een massa nutteloze aankopen doen.
Bonnie is een ontzettend sterk meisje dat er zowaar in slaagt het huishouden draaiende te houden met moeder als blok aan haar been. Maar door de loop der dingen dreigt ze in de marge te belanden. Ze wordt uitgelachen vanwege haar gekke ma, Koos keert haar de rug toe en er is een schoolreisje met een dramatisch verloop. Wanneer moeder haar op het einde van de dag komt afhalen, verschijnt ze in pyama op de afspraak. “Waarom heb ik geen gewone mama zoals andere kinderen? Waarom staat mijn moeder in pyama aan de schoolpoort?” Bonnie schaamt zich dood. Ze klimt op het dak en schreeuwt dat ze er pas weer afkomt als moeder zich weer normaal gedraagt! Zelfs al komt de brandweer er aan te pas. Zoveel opgekropte bitterheid in zo’n klein meisje.
18
19
Wat zijn de gevolgen van moeders gedrag voor Bonnie? • Ben jij elke dag even vrolijk? Heb jij elke dag evenveel zin om er in te vliegen? Scenariste Mieke de Jong: “We wilden niet absoluut een film maken over manischdepressiviteit. Tijdens het ontwikkelen van het script bedachten we allerlei mogelijke ziektes voor de moeder. Maar welke paste het beste in het verhaal? Welk ziektebeeld kon ook door kinderen begrepen worden? Uiteindelijk kozen we voor ‘manisch–depressief’. Tijdens de research kwamen we terecht bij een student die een eindwerk had geschreven over het onderwerp. Hij wou zijn kennis graag met ons delen. Hij had zelf aan de ziekte geleden en was voor ons de ervaringsdeskundige. Martin, Carice en ik gingen hem vaak opzoeken met onze vragen. We hebben veel gelezen en gepraat met mensen die aan de ziekte lijden. Zij vonden de meeste situaties herkenbaar.”
Bonnie heeft veel geduld met haar moeder. Tot het haar te veel wordt. Ze geeft moeder zelfs een klap! • Schrok je toen ze moeder een klap gaf? Waarom deed ze dat? • Had je medelijden met Lis? Vond je dat ze dat verdiend had? • Kan jij je indenken je ouders een klap te geven? Kan dat? Mag dat? Vertel wat je hier over denkt? T egen moeders ziekte bestaan wel pilletjes, maar die genezen niet echt. Lis wil geen pilletjes; met pilletjes ‘raak je jezelf kwijt’: “Het is net alsof ze een stukje van je afknippen, van boven en van onder. Ik kan niet meer echt verdrietig zijn. Ik kan niet meer echt vrolijk zijn.” Verklaar.
Nog meer ernstige thema’s Martin Koolhoven: “Misschien verwachten de mensen een sombere probleemfilm en dat is KNETTER hoegenaamd niet! Het is een vrolijke, lieve film… maar het gáát wel ergens over. Dat vind ik net zo goed. Die hoogtes en laagtes van een manische depressie zijn voor iedereen herkenbaar. (…) Zo’n ‘bi-polaire afwijking’ (zoals dat correct genoemd wordt) is haast bij iedereen latent aanwezig. Ik ben ook wel eens onderhevig aan extreme stemmingen: soms ben ik mateloos bedroefd zonder dat ik precies weet waarom. Maar niet in die mate dat het mij belemmert om te functioneren.”
Met oma’s dood doen nog enkele ernstige thema’s hun intrede in het verhaal: sterven, schuld, rouw,... “Het lijkt wel alsof niemand me hardop durft zeggen dat m’n oma dood is.” Maar alles wordt prachtig gecounterd in een heel mooie, delicate scène bij oma’s opgebaarde lichaam. Je ziet Bonnie’s twijfels... tot ze naast oma in slaap valt, net zoals een olifant zou doen, want “olifanten hebben écht verdriet”. Martin Koolhoven: “Die scène sprong er uit. Ik was enorm ontroerd door de manier waarop Bonnie met de dood omgaat: aanraken, tasten… Hartverscheurend mooi.”
Vragen
Vragen
Bonnie’s oma sterft. Dat komt voor Bonnie hard aan. Maar in haar grote verdriet doet ze iets heel bijzonders: ze kruipt bij haar dode oma in bed. Wat vond jij daarvan? Wat denk je dat ze toen voelde?
Moeder Lis lijdt aan een ziekte die heet ‘manische depressie’. • Wat deed moeder wanneer ze depressief was? Wat deed ze wanneer ze manisch (extreem uitbundig) was? • Wanneer ze depressief was, had moeder weinig aandacht voor Bonnie. Wat deed ze NIET? • Waarom schaamt Bonnie zich voor haar moeder?
• Hoeveel oma’s en opa’s heb jij nog? • Hoe vaak zie je hen? Wat doen ze bij jou in huis? Vergelijk hun rol met die van Bonnie’s oma. • Wie heeft er een oma of opa die gestorven is? Herinner je je nog de dag dat het gebeurde? Wie vertelde jou het nieuws?
20
21
BEELDTAAL Er is niet enkel dood, er is ook ‘nieuw leven’. Koos houdt niet van babies (“Babies zijn stom. Ze zijn er altijd, ook als je het niet wilt”) maar Bonnie speelt graag voor oppas. Ze doet er alles aan om mama tot gezinsuitbreiding te overhalen en probeert een leuke man voor haar te vinden. Later herziet ze haar mening onder invloed van ‘Jeugdzorg’ en wil ze per se voorkomen dat moeder met een man in bed belandt. Dat leidt tot een grappige, heerlijk gemonteerde scène. Want ook in haar relaties is moeder het hollen-ofstilstaan-type. Bovendien toont de film overduidelijk hoe sterk kinderen kunnen zijn, terwijl volwassenen er zo vaak een knoeiboel van maken. Grote mensen kunnen zo stuntelig zijn; daarvan vind je in KNETTER een heleboel voorbeelden: de gladde Cees, de vereenzaamde buurvrouw en ook Jorien van Jeugdzorg. Geen van allen zijn ze in staat om normaal met hun medemensen om te gaan.
Vragen
Focus op: PRODUCTION DESIGN, KLEUR & SFEER Een kind moet zorgen voor haar zieke moeder; de situatie is in essentie erg triest. Voor je het weet zit je met een deprimerende, donkere film. Dus werd er geprobeerd om het evenwicht te bewaren: het filmdecor is vrolijk en kleurrijk, de tinten zijn fel en helder, de zon schijnt altijd, het is volop zomer. Vooral Bonnie is steeds uitgedost in vrolijke kleuren en zelfs Koos’ haar past als gegoten in dit decor. Martin Koolhoven: “We hebben natuurlijk veel aan het design te danken. De hele film lang is het alsof je door een zonnebril naar een zonovergoten wereld kijkt. Ik hou van ‘vertellen met kleuren’. Kleine facetten voegen iets toe aan het verhaal. Bv. op het moment dat oma sterft, verdwijnt al het blauw uit de film. Daar is de kijker zich niet van bewust, maar toch verandert het beeld van de film. De verlegen buurvrouw Puch draagt altijd kledij in de kleuren van haar omgeving. ‘Het Grote Niets’ van de Jeugdzorg is altijd uitgedost in het grijs. De kleuren van moeder veranderen simultaan met haar gemoedstoestand. Ik hou van zo’n extreme vormgeving.” Koolhoven noemt het ‘verhevigd realisme’: de gebeurtenissen zijn geloofwaardig en realistisch, maar je overgiet ze met een ‘saus’ (regie, design,…) om ze extra in de verf te zetten.
KNETTER toont dat kinderen heel ‘sterk’ kunnen zijn. Maar ook dat grote mensen zo stuntelig kunnen zijn. - Waarom is Cees stuntelig? - Waarom is Puch stuntelig? - Waarom is Jorien van Jeugdzorg stuntelig?
De thematiek is ernstig: een kind met een manisch-depressieve moeder leert haar eigen boontjes doppen. Maar kleine brokjes vrolijkheid zitten overal: in de heldere kleuren, de grappige taferelen (moeder en dochter in dezelfde pyama), de doeltreffende muziek van Dirk Brossé,... Door de manier waarop het verhaal verteld wordt, het gebruikte kleurenpalet, het ‘design’ van de film… Martin Koolhoven: “Dit zware onderwerp moest een lichte aanpak krijgen. De scenariste begreep mijn visie op het verhaal heel goed. We probeerden humor en dramatiek goed te doseren en we verlichtten elke zware scène met kleine grapjes.”
22
Vooral bij het begin van de film is het belangrijk om meteen de juiste toon te treffen. De openingsscènes van KNETTER brengen de kijkers heel doeltreffend in de juiste sfeer voor ‘de rest van de rit’: de stem van Bonnie schetst in ‘voice-over’ (geen dialogen, maar de stem van het meisje die ons informatie meegeeft) in enkele korte scènes de gezinssituatie (Koolhoven: “Die subjectieve vertelstijl vanuit Bonnie’s standpunt wordt de hele film consequent aangehouden”) terwijl op de achtergrond een supervrolijk muziekje alle droefheid verjaagt en alle ellende relativeert.
Een snelle travelling door het huis geeft een boel informatie: we zien de familie samen aan de tv ‘gekluisterd’ midden in de nacht en in een flits begrijpen we: dit is geen gewone familie! Het decor klopt; er is langdurig nagedacht over het huis en het interieur (de foto’s aan de muur, de miniolifantjes overal, exotisme, foto’s van over-over-grootvader-de-boswachter-
23
in-Afrika,...). De grappige, geanimeerde olifantengeneriek zwengelt de vrolijkheid verder aan. Het begin van de film straalt een enorme levenslust en een vrolijk optimisme uit.
DISCREET
Alle details moeten kloppen. Het huis is een fijn en prettig decor, een mooie plek waar het leuk wonen lijkt. Onze ogen slurpen gretig alle details op. Tot oma er niet meer is: stap voor stap gaat het huis ten onder: afwas en wasgoed stapelen zich overal torenhoog op.
Het is niet eenvoudig om zo’n zwaar onderwerp lichtvoetig in beeld te brengen. Het draait niet enkel om vrolijkheid en opgewekte kleuren, er is nog iets anders nodig om de opdracht waardig af te ronden en dat is… discretie.
Vragen
Op de juiste momenten wordt de nodige afstand bewaard. We mogen alles weten over Bonnie, over hoe ze zich voelt en wat er in haar omgaat. Maar soms trekt de camera zich terug, neemt afstand, beslist om iets niet te tonen. Daarin moeten de juiste keuzes gemaakt worden. Want om in een film zinvol om te gaan met ‘de dood’ kan je soms beter wat afstand nemen. We zien hoe oma wordt aangereden, maar de gevolgen van het ongeval (oma dood op de weg) krijgen we enkele vanuit de hoogte te zien, op grote afstand (long shot). En wanneer moeder op school aan Bonnie het slechte nieuws komt vertellen, zien we ze weliswaar in een mooi beeld elkaar omhelzen, maar dan trekt de camera zich discreet terug. In een lange travel verwijderen we ons door de gangen uit het schoolgebouw en nemen afstand. We willen er niet met onze neus boven op staan wanneer Bonnie het slechte nieuws verwerkt. Is het laf om verdriet niet voluit in beeld te brengen? Nee, het is een discrete en wijze beslissing: soms is verdriet te groot om in beelden te vatten en is het beter om de invulling aan de verbeelding van de kijker over te laten.
In het begin van de film kom je veel te weten over de hoofdpersonages. De camera toont ons in snel tempo de woonkamer van het huis. Wat kom je daardoor te weten over de familie die er woont? • Wat zag je allemaal in de huiskamer? Wat weet je nog van dat decor? Welke details waren er te zien? Wat vertellen ze je over de bewoners? • Lijkt het je een leuk huis om in te wonen? Waarom? • Wat vertelt een huis over de mensen die er wonen? Wat vertelt jullie huis over jullie familie? Stel je voor: een camera gaat in snel tempo door jullie huiskamer… wat krijgen we te zien? Wat komen we daardoor over jullie gezin te weten? • Teken een huiskamer met veel details en bedenk een familie die er woont. Het mag een héél vreemde familie zijn! Met héél rare trekjes… maar wel met een échte huiskamer. Toon de tekening aan je klasgenoten. Wat komen zij te weten over het gezin? Hebben ze je tekening goed bekeken / begrepen?
24
25
met de olifant moet ontegensprekelijk het hoogtepunt van de film vormen en moest er –ondanks het kleine budget- echt bovenuit springen’. Mieke de Jong: “We hebben op alles bespaard, maar niet op de scènes met de olifant: geen trucage; alle opnames zijn écht.” Het plezier spat er zichtbaar af bij moeder, kind en olifant, terwijl het beest de halve achtertuin kaalvreet.
OP DE SET Uit het verslag van een bezoek aan de opnames van KNETTER (‘op de set’): “Vandaag wordt het shot opgenomen waarin Cees voor de school komt aangereden met mams in de wagen. De Alfa Romeo Spider is een eerder laag bij de grond hangend gevalletje. Cees (oftewel Daan Schuurmans) komt met gierende banden aangereden en stopt. Mams (oftewel Carise van Houten) roept wat naar haar dochter achter het raam (in werkelijkheid zit Jesse zich te amuseren in de speelzaal) en ze stuiven weer weg. Duur van de scène: hooguit 1 minuut. Duur van de opname: 65 minuten. De 1e keer was eigenlijk om te oefenen, de 2de keer was niet goed. Bij de 3de opname was Carice heel goed, maar de auto stond in neutraal en trok niet op... Dan moet Daan in razende vaart een bocht nemen om de speelplaats op te scheuren. Het lukt. Maar de 2de keer wordt er een stuurfoutje gemaakt en de onderkant van de Spider raakt een drempeltje in de schoolpoort. KNAL doet het en de opnames liggen stil. Achter ons slaakt de fiere eigenaar van Alfa een bezorgde zucht...”
Martin Koolhoven: “Olifanten zijn rare, heerlijke beesten. Er was een circus waar ze 3 olifanten hadden, maar die wilden enkel in groep komen. Als je er eentje vroeg, bleven de 2 andere treurig achter. Onze olifant kwam uit Duitsland. Echt een karaktertje; een beest met sterallures. Als ik te veel aandacht aan de acteurs gaf, werd ze jaloers. Er was een scène waarin ze twijgen uit een boom moest eten. Toen ze niet genoeg aandacht kreeg, wandelde ze uit beeld en ging een eindje verderop staan eten. De boodschap was: ‘ik heb wel begrepen wat je me vroeg, maar ik vertik het te doen als je me niet in de watten legt’. We polsten of we haar water konden laten spuiten, maar dat was uitgesloten. Als je haar eenmaal de kans geeft, zijn alle remmen los; dan blijft ze de rest van de dag iedereen nat spuiten.”
Vragen
Eigenlijk vertelt KNETTER een ernstig verhaal. Maar toch is het een vrolijke film. ‘Kleine brokjes vrolijkheid zitten overal.’ Wat maakte de film zo vrolijk? De kleuren in de film zijn helder en vrolijk. Wat herinner je je over… • De kleur van de kledij? • De kleur van het landschap? • De kleuren in huis?
Maar Jesse en Tom vonden het heerlijk. Tom mocht aan z’n slagtanden hangen en Jesse zat op het rug van Boeba, een Duitse circusolifant. Jesse Rinsma: “Super! Ze was heel lief. Sindsdien zijn olifanten mijn lievelingsdieren. Ik wil er ook wel eentje in de achtertuin, zeker weten!”
Vragen
Werken met een olifant Op een dag staat er een olifant in de tuin. Hilariteit verzekerd bij het jonge publiek, al zijn die scènes op het randje van het geloofwaardige. De passage
26
Er deed zelfs een olifant mee in de film. Want Bonnie komt uit ‘een olifantenfamilie’. • Lijkt het je leuk om samen met een olifant in een film te spelen? Waarom? • Stel dat jij de hoofdrol mocht spelen in een film, welk dier moet er dan in jouw film zitten? Waarom? • Een olifant op de set gaf een heleboel problemen. Welke problemen zou ‘jouw dier’ op de filmset zoal veroorzaken? Hoe zou je die oplossen?
27
BIJLAGE: GENERIEK SPRAK MET MARTIN KOOLHOVEN (Regisseur KNETTER) Behalve het Oscar-comité wil niemand films zien over zieke mensen.
"Het is een vrolijke, lieve film… maar het gáát wel ergens over" Martin Koolhoven heeft uitnodigingen op zak voor festivals in Egypte, Canada, GB, Noorwegen,… Maar hij zakt graag af naar Antwerpen, waar het festivalpubliek in de wolken is over zijn film KNETTER. Martin Koolhoven is een tevreden man. Martin Koolhoven: “2005 was een onwaarschijnlijk goed jaar. Ik draaide 2 speelfilms die goed scoorden in de bioscopen, bij de pers en op festivals. Momenteel heerst er een algeheel ‘Hosannah-gevoel’.”
Als student woonde je één jaar in Brussel. Dat maakt jou –als kenner van ‘de cultuurkloof’- uitstekend geplaatst om een prognose te doen over het succes van KNETTER in Vlaanderen. Koolhoven: “Dat ligt erg moeilijk. Met Nederlandse films in Vlaanderen gaat het net zoals Vlaamse films in Nederland: de cijfers in eigen land zijn totaal geen indicatie voor de kansen in het buurland. Er is geen enkele reden waarom Vlamingen KNETTER niet leuk zouden vinden, maar je moet ze wél zo ver krijgen dat ze een kaartje kopen. In mijn jeugd (Koolhoven werd geboren in 1969, nvdr) groeiden Vlaamse kinderen massaal op met Nederlandse tv-shows en kinderprogramma’s. De komst van de Vlaamse commerciële televisie heeft de kloof veel groter gemaakt.”
KNETTER kwam bijna gelijktijdig in de bioscoop met jouw film SCHNITZELPARADIJS. Hoe verdeelde je het werk? Koolhoven: “Ik begon aan SCHNITZELPARADIJS toen KNETTER bijna klaar was. Maar bij SCHNITZELPARADIJS was de tijdsdruk groter. Dat verliep heel natuurlijk; het is nooit een schizofrene situatie geweest.”
Het duurde een poos voor de knoop over de titel werd doorgehakt. Had jij inspraak? Koolhoven: “De werktitel ‘Mams, Mijn Olifant & Ik’ vond ik te kinderachtig. Maar het woord ‘knetter’ zorgde vooral bij jullie voor problemen. In Nederland betekent het ‘gek op een vrolijke manier’, maar in Vlaanderen was er naar verluid een veeleer negatieve conotatie.”
28
Koolhoven: “Misschien verwachten de mensen een sombere probleemfilm en dat is KNETTER hoegenaamd niet! Het is een vrolijke, lieve film… maar het gáát wel ergens over. Dat vind ik net zo goed. Die hoogtes en laagtes van een manische depressie zijn voor iedereen herkenbaar. Met enige uitvergroting is dat de angst van ons allemaal: dat kinderen het slachtoffer zullen worden van de gemoedstoestand van hun ouders. Zo’n ‘bi-polaire afwijking’ (zoals dat politiek correct genoemd wordt) is haast bij iedereen latent aanwezig. Ik ben ook wel eens onderhevig aan extreme stemmingen: soms ben ik mateloos bedroefd zonder dat ik precies weet waarom. Maar niet in die mate dat het mij belemmert om te functioneren.”
Moest je extra uitkijken om ‘correct’ te zijn? Hadden jullie een ‘medisch adviseur’? Koolhoven: Scenariste Mieke de Jong en ik hebben veel gelezen en gepraat met mensen die aan de ziekte lijden. Zij vonden de meeste situaties herkenbaar. Wij wilden geen sociaal realistisch medisch drama maken, maar we lieten ons wel inspireren door de realiteit.”
Bonnie heeft veel begrip voor haar moeder. Tot het haar te veel wordt en ze Lis een klap geeft. Dat blijkt veel kinderen te shockeren. Koolhoven: “Kinderen schrikken ervan; dat vond ik erg mooi. Lis voldoet niet aan het ‘ideale moeder’-beeld. Ik was bang dat het publiek zich tegen haar zou keren, haar zou veroordelen. Maar kinderen hebben veel sympathie voor haar. Wanneer Bonnie streng is, vinden ze de moeder heel zielig en hebben ze medelijden.”
Sommige volwassenen komen er bekaaider vanaf: de mevrouw van de Jeugdzorg, de meester… Koolhoven: “We wilden helemaal geen sneer geven aan de Dienst Jeugdzorg, maar scenario-technisch hadden we een ietwat nare persoon nodig. Die mevrouw maakt zich niet onterecht zorgen over het gezin; ze gaat er alleen erg onhandig mee om. De meester vond ik echt geweldig; zo’n meester wil jij toch ook hebben? Eerst vond ik hem wat saai. Maar daar heeft Mieke de Jong werk van gemaakt. Ze liet hem helemaal groeien, tot hij een ‘Groot Kind’ werd.”
29
Het verhaal is de hele tijd ‘op het randje’ en toch slaag je erin alles perfect geloofwaardig te houden, zelfs een olifant in de achtertuin. Koolhoven: “ Orson Welles zei ooit: ‘The highest form of drama is when something is not real but yet true.’ De gebeurtenissen in dit verhaal zijn realistisch, maar dankzij ‘de saus’ (regie, aankleding,…) krijg je een soort ‘verhevigd realisme’. En heel belangrijk: de beweegredenen en motivaties van de personages blijven altijd eerlijk en integer.”
In een mooie, niet evidente scène valt Bonnie in slaap bij oma’s dode lichaam. Koolhoven: “Die scène sprong er uit bij de lezing van het script. Ik was enorm ontroerd door de manier waarop Bonnie met de dood omgaat: aanraken, tasten… Hartverscheurend mooi.”
Ondanks het ernstige thema zitten er overal in de film kleine brokjes vrolijkheid verborgen. Hoe heb je daarop toegezien? Koolhoven: “We probeerden humor en dramatiek goed te doseren en we verlichtten elke zware scene met kleine grapjes. We hebben natuurlijk veel aan het design te danken. De hele film lang is het alsof je door een zonnebril naar een zonovergoten wereld kijkt. Ik hou van ‘vertellen met kleuren’. Kleine onopgemerkte facetten voegen iets toe aan het verhaal. Bv. op het moment dat oma sterft, verdwijnt al het blauw uit de film. Daar is de kijker zich niet van bewust, maar toch verandert het beeld van de film. De verlegen buurvrouw Puch draagt altijd kledij in de kleuren van haar omgeving. ‘Het Grote Niets’ van de Jeugdzorg is altijd uitgedost in het grijs. De kleuren van moeder veranderen simultaan met haar gemoedstoestand. Ik hou van zo’n extreme vormgeving.”
Iedereen vraagt je ongetwijfeld naar die scènes met de olifant… Het spijt me: je zal je verhaal nog een keer moeten doen… Koolhoven: “Het zijn rare, heerlijke beesten. Er was een circus waar ze 3 olifanten hadden, maar die wilden enkel in groep komen. Als je er eentje vroeg, bleven de 2 andere treurig achter. Onze olifant kwam uit Duitsland. Echt een karaktertje; een beest met sterallures. Als ik te veel aandacht aan de acteurs gaf, werd ze jaloers. Er was een scène waarin ze twijgen uit een boom moest eten. Toen ze niet genoeg aandacht kreeg, wandelde ze uit beeld en ging een eindje verderop staan eten. De boodschap was: ‘ik heb wel begrepen wat je me vroeg, maar ik vertik het te doen als je me niet in de watten legt’. We polsten of we haar water konden laten spuiten, maar dat was uitgesloten. Als je haar eenmaal de kans geeft, zijn alle remmen los; dan blijft ze de rest van de dag iedereen nat spuiten.”
Intussen werd bekend dat je binnenkort KONING VAN KATOREN van Jan Terlouw gaat verfilmen. Koolhoven: “Binnenkort? Dat kan nog wel een poosje duren. Dat moet een grote film worden. Ik ben nog maar net met Jean-Claude Van Rijckeghem het scenario aan ‘t bespreken. Vermoedelijk zal OORLOGSWINTER, ook van Jan Terlouw, eerder klaar zijn. Die zit al in een ver gevorderd stadium.”
Voor het eerst krijgen we de slonzige kant van Carice van Houten te zien. Ze riep bij mij een enorme ‘ontfermingsdrang’ op: ‘ik zal wel voor jou zorgen…’ Koolhoven: “In het echte leven heeft ze ook die hulpeloze uitstraling. Ze roept bij iedereen vaderlijke gevoelens op. Daarom kozen we voor haar. We hadden ‘compassie’ nodig; het publiek mocht zich niet van haar afkeren. Men zei me vooraf: ze is te jong, te kinderlijk. Maar dat was net goed; dat maakt haar zo kwetsbaar.”
30
31
INTERVIEW MET
commentaar op een vriendelijke manier: ‘We doen het nog een keer en ditmaal wordt het geweldig!’.” Van Kessel: “Na afloop hadden we een feestje. Toen deden Jesse en ik een toneeltje waarin ik Martin naspeelde en Jesse was Maartje, de kleedster. Dat was lachen.”
JESSE RINSMA & TOM VAN KESSEL (Bonnie & Koos) Jesse Rinsma en Tom van Kessel bekijken het festivalcircus vanop een afstandje. Ze hebben ontegensprekelijk star quality en ambitie, maar blijven bescheiden onder alle aandacht: “De eerste keer vond ik het spannend om mezelf reuzegroot op het scherm te zien. Maar intussen vind ik het niet erg meer.”
Maar er waren ook minder leuke dingen. Ik hoorde over probleempjes met je haar... Rinsma: “Ik droeg m’n haar lang, tot op m’n ellebogen. Voor KNETTER moest er een stuk af. Daar was ik kapot van. Maar sindsdien draag ik het zo; ik vind het eigenlijk wel mooi.” Van Kessel: “Ik vond m’n knalrode haar ook leuk. Maar natuurlijk ga ik het niet zo houden.”
Je had in de film een andere mama... en die moest je zomaar een klap in d’r gezicht geven. Rinsma: “Dat wou ik helemaal niet; ik vond het stom. Ik schoot heel goed op met Carice. Martin, de regisseur, schreeuwde de hele tijd: ‘Harder, harder!’. Pas toen ik mocht oefenen op zijn gezicht, durfde ik hard genoeg slaan.” Tom van Kessel: “Ik zou jou wel een klap in je gezicht durven geven. Geen probleem!”
Waar haalt Koos al die enge verhalen vandaan? Van Kessel: “Zomaar, uit m’n duim gezogen. Ik dacht: ‘laat ik maar wat vertellen over lijken in de kelder en zo.’ Er stond niks op papier. Bij de opnames legde Martin telkens uit waarover de scène zou gaan en dan zei hij: ‘doe het nu maar zelf, in je eigen woorden’.”
Bonnie is erg sterk; ze kan tegen een stootje. Waar komt haar kracht vandaan? Rinsma: “Ze heeft altijd voor haar moeder moeten zorgen. Zij is ‘een moeder voor haar moeder’. Kinderen die altijd geholpen worden, kunnen zichzelf minder goed redden.”
Word je herkend op straat?
Rinsma: “Bij de opnames vond ik dat niet vreemd. Ze was niet echt dood; er lag gewoon iemand naast me. Maar toen ik de film voor het eerst in de zaal zag, moest ik bij die scène vreselijk huilen. Zo mooi vond ik het.”
Werken met een olifant was vast bijzonder. Van Kessel: “Dat was heel erg leuk. Ik mocht aan z’n slagtanden hangen.” Rinsma: “Super! Ik mocht op haar rug zitten en ze was heel lief. Sindsdien zijn olifanten mijn lievelingsdieren. Ik wil er ook wel eentje in de achtertuin, zeker weten!”
Jullie amuseerden je blijkbaar erg op de set. Welke draaidag vond je de leukste?
lay-out:
[email protected]
Het moment waarop jij naast je dode oma in slaap valt, vond ik misschien wel het mooiste uit de film.
Van Kessel: “Ja, ondanks dat rode haar. Dat vind ik wel sterk.” Rinsma: “Op school was het moeilijk. Ik werd gepest uit jaloezie. Dat was een stomme tijd. Ik ben wel bescheiden geworden. Als iemand me nu zegt: ‘hé, ik ken jou ergens van’ dan durf ik niet te vertellen dat het waarschijnlijk van de film is.” (Producent Joost de Vries van Lemming Film: “Dat houden we erg in de gaten. We beseffen dat er voor jonge acteurs nog een leven is na de film. We hoeven onze kinderacteurs niet zo veel te betalen, maar dat extra geld besteden we aan opvang en nazorg.”)
Heb je een lievelingsfilm? Rinsma: “THE PARENT TRAP is mijn favoriet.” Van Kessel: “Ik hou van de Harry Potter-films, van KING KONG (Rinsma: ‘Bah!’) en NAIRNA vonden we allebei cool.” Gert Hermans
Rinsma: “Alle dagen! Martin zei nooit: ‘Dat was slecht. Overnieuw!’. Hij gaf
32
33
FICHE VOOR DE LEERLINGEN Vang een glimp op van de film!
Ernstig of vrolijk?
Je kan de filmtrailer bekijken op de officiële site www.knetterdefilm.nl
Eigenlijk vertelt KNETTER een ernstig verhaal. Maar toch is het een vrolijke film. ‘Kleine brokjes vrolijkheid zitten overal.’ Wat maakte de film zo vrolijk?
KNETTER is een bijzonder mooie en ontroerende film. De regisseur zorgde voor een goed evenwicht in zijn film: een kleurrijk decor, hippe soundtrack en vele grappige scènes en dialogen. KNETTER werd in Nederland voorgesteld tijdens het Cinékid Festival in Amsterdam en won er de Publieksprijs.
Het was moeilijk om voor deze film een titel te bedenken.
De dood van oma Bonnie’s oma sterft. Dat komt voor Bonnie hard aan. Maar in haar grote verdriet doet ze iets heel bijzonders: ze kruipt bij haar dode oma in bed. Wat vond jij daarvan? Wat denk je dat ze toen voelde?
Eerst zou de film niet ‘Knetter’ heten, maar bvb. ‘Mams, Mijn Olifant & Ik’ of ‘Nooit Vergeten’ of ‘Geen Baby’. Uiteindelijk werd het ‘Knetter’. Een goede keuze? Wat vind jij de beste titel? Wat betekent ‘Knetter’ volgens jou?
Moeders ziekte
De eerste kennismaking
In het begin van de film kom je veel te weten over de hoofdpersonages. De camera toont ons in snel tempo de woonkamer van het huis. Wat kom je daardoor te weten over de familie die er woont? Wat zag je allemaal in de huiskamer? Wat weet je nog van het decor? Welke details waren er te zien en wat vertellen ze je over de bewoners?
34
Moeder Lis lijdt aan een ziekte die heet ‘manische depressie’. Op www.psychologie-online.nl vonden we deze verklaring: “Iedereen heeft wisselende buien. De ene dag zijn we vrolijker dan de andere. Soms hebben we veel zin om te werken en soms juist helemaal niet. De verschillen tussen de buien van iemand met manische depressie zijn extreem groot. Vaak zijn er erg lange periodes van depressie. Soms kan er plotseling een korte periode zijn waarin de persoon extreem vrolijk is.” Klopt dat met wat je in de film te zien kreeg?
35