1:1
one to one
inhoudstafel
film en educatie in het vertoningcircuit van Lessen in het Donker, in het kader van het festival Open Doek, een workshop ingericht door Jekino, een film in de klas, … Film kreeg een plaats in het lessenpakket van heel wat scholen en wij zorgen graag voor een goede programmatie en pedagogische omkadering. We maken jaarlijks een fijne selectie van een dertigtal films uit het afgelopen seizoen, richten op heel wat plaatsen vertoningen in en zorgen voor lesmappen die helpen bij een boeiende verwerking in de klas. Daarbij spelen we in op de eindtermen en ontwikkelingsdoelen. In elke lesmap wordt aandacht besteed aan een filmtechnische en inhoudelijke benadering van de film en leggen we de focus op één filmterm. We stimuleren jullie graag om de film met een frisse blik te bekijken.
•
filmfiche synopsis technische kaart vóór je naar de film vertrekt…
• • •
regie/productie de eerste reacties van de leerlingen verhaallijn en personages expositie: utopie van de architecten het verhaal van twee families een Deens gezin een Palestijns gezin overeenkomsten, verschillen en spanningen focus op het sociaal drama filmterminologie: focus op de cameravoering de illusie van film scène en shot cameravoering dogma95
• •
In deze lesmap vind je geen werkbladen voor de leerlingen. Het is de bedoeling om samen met hen, klassikaal of in kleinere groepjes, op zoek te gaan naar mogelijke antwoorden op de vragen. Je bent met hen niet op zoek naar dat ene juiste antwoord. Het gaat meer om het vormen en uiten van een eigen mening en het kunnen duiden en verantwoorden van die mening. De lesmap is geschikt voor leerlingen vanaf de 2de graad secundair onderwijs.
•
•�
feedback!
• •
We horen graag je reactie over de film, de bespreking en de lesmap. Surf even naar de site www.lesseninhetdonker.be om een evaluatieformulier in te vullen. Ook de leerlingen kunnen nadien hun reactie kwijt op de pagina van de film die ze zagen. Ga je de film bekijken tijdens het filmfestival Open Doek, dan kan je je mening kwijt op het kaartje dat je krijgt na de voorstelling. Alvast bedankt!
licht en setting acteren soundtrack ��������� de titel 'one � to one' extra’s De pers over 'one to one' Eed der Zuiverheid (dogmabeweging) bibliografie lesbrief
filmfiche synopsis
vóór je naar de film vertrekt…
Mie woont met haar moeder en broer in een overwegend allochtone voorstad van Kopenhagen. Het meisje vormt met haar Palestijnse vriend Shadi een mooi cross-cultureel stel. Op een avond wordt Per, de broer van Mie, op straat gevonden. Hij is lelijk toegetakeld en wordt in comateuze toestand afgevoerd naar het ziekenhuis. Niemand weet wat er precies gebeurd is en ook de politie, die zich vastbijt in de zaak, staat voor een raadsel. Ondertussen leven Mie en haar moeder in onzekerheid over de kansen van Per. Stilaan komt de geruchtenstroom op gang dat de daders van de aanslag twee jongeren van allochtone afkomst zijn.
ONE TO ONE wil aan de toeschouwer een realistisch beeld geven van het multiculturele leven in de voorsteden en de hieruit voortvloeiende conflicten. Hoewel regisseur Annette K. Olesen het niet schuwt om deze moeilijkheden bloot te leggen, doet ze dit zonder een bepaalde groep te beschuldigen. Integendeel, ONE TO ONE is gemaakt met veel respect voor iedere bevolkingsgroep en ieder standpunt. Dat is nu net het mooie van de film: want hoewel niet iedereen reageert op een correcte manier, zijn de reacties op zich wel begrijpelijk.
technische kaart One to one (oorspronkelijke titel: En til En) Denemarken/2005/91’/Nederlands ondertiteld. regie: Annette K. Olesen scenario : Kim Kupz Aakeson productie: Ib Tardini camera/fotografie: Kim Høgh muziek: Kåre Bjerkø casts: Shadi: Mohammed-Ali Bakier Mie: Joy K. Petersen Søs: Anette Støvelbæk oma: Helle Hertz Tareq: Subhi Hassan
ONE TO ONE speelt zich af in Kopenhagen en de voertaal is het Deens, wat in het begin misschien even wennen is. Annette K. Olesen heeft ervoor gekozen de film op te nemen met een hand-held camera. De camera staat niet – zoals dat meestal gebeurt – op een statief, maar wordt door de cameraman gewoon in de hand gehouden. Daardoor zit er constant een soort trilling, een lichte beweging, in het beeld. Als je er even op let, merk je meteen wat we bedoelen.
regie/productie de regisseur Annette K. Olesen Annette K. Olesen is een Deense filmmaakster. Ze werd geboren in Kopenhagen op 20 november 1965. In 1991 studeerde ze af aan de Deense Filmschool. Later gaf ze daar een tijdje les. Zoals de meeste beginnende filmmakers regisseerde ze verschillende kortfilms. Daarna maakte ze nog een aantal documentaires en reclamefilmpjes. In 2002 draaide ze haar eerste langspeelfilm MINOR MISHAPS, een tragikomedie over een heel eigenaardige familie. Deze film won de ‘Blue Angel Award’ op het filmfestival van Berlijn. Haar tweede film, IN YOUR HANDS gaat over een zwangere predikante in een vrouwengevangenis. In ONE TO ONE blijkt duidelijk het engagement van Olesen. Racisme, geweld en het onveiligheidsgevoel zijn pijnlijk actuele thema’s. De regisseur is opgegroeid in een buurt, gelijkaardig aan die in de film. Toch heeft ze voor het draaien van deze film nog veel research gedaan. “Ik moet er helemaal van overtuigd zijn dat we niet gewoon een verhaaltje verzinnen dat min of meer lijkt op de krantenkoppen. De meeste persberichten zijn ongelooflijk simplistisch. Het zijn die verhalen die de kloof creëren die we met deze film juist willen overbruggen.” Het idee om ONE TO ONE te maken, ontstond in de nasleep van de aanslagen in de Verenigde Staten (11 september 2001) en in Madrid (11 maart 2004). Oleson zag hoe de westerse wereld in die periode sterk veranderde en hoe de relatie met moslims verhardde. Bovendien werkte ze in de herfst van 2004 mee aan een theaterproject met ‘nieuwe Denen’. Tweede generatie-immigranten (de kinderen van inwijkelingen) mochten op een podium staan en het verhaal van hun eigen leven vertellen. Op die manier kwam ze in contact met jongeren uit verschillende culturen. Ook deze samenwerking inspireerde haar tot het maken van ONE TO ONE.
zijn, proberen we alles krampachtig onder controle te krijgen. In het beste geval is angst een instinct dat ons in staat stelt te overleven. In het slechtste geval is het een kanker die zich verspreidt en die omgezet wordt in een verstikkende paniek. Deze film gaat over angst. Ik wilde dit verhaal van persoon tot persoon vertellen; 1 to 1. “Er waren mensen die een fatsoenlijk leven wilden. Er waren politieke leiders, architecten en een samenleving die zich wilden inzetten om het juiste kader daarvoor te creëren. Maar toen bleek het échte leven iets heel anders in petto te hebben voor die mensen en hun idealen.”
actualiteit! ONE TO ONE ging in première op het Filmfestival in Berlijn, precies in de periode van de Deense cartoon-rel. In een Deense krant verschenen toen spotprenten van Mohammed, de profeet van de islam. Moslims over de hele wereld reageerden furieus. Omdat zowat de hele wereld toen in het teken stond van dit gegeven, zag men ook de film ONE TO ONE in die context. Annette K. Olesen sprak zich expliciet uit tégen de cartoons. Ze zei dat de Denen de eerste steen gegooid hadden naar een minderheid en dat ze zich schaamde voor haar samenleving die de moslimminderheid op die manier aanviel.
Annette K. Olesen: “Wanneer de wereld die wij kennen verandert, maakt ons dat onzeker. Wanneer we onzeker zijn, vrezen we te verliezen wat we nog hebben. Wanneer we daar bang voor
verhaallijn en personages
eerste reacties Een film maakt bij iedereen weer andere emoties los. Vraag naar de indrukken die ONE TO ONE maakte op de jongeren van jouw klas. Kort reflecteren zorgt voor een eerste ontlading van de emoties.
mogelijke vragen - Wat vond je van de film? Kan jij je vinden in één of meer van volgende woorden? Waarom wel/niet? aangrijpend
interessant
romantisch
belerend
moeilijk
slaapverwekkend
confronterend
mooi
spannend
eigentijds
onbegrijpelijk
tragisch
geloofwaardig
onrealistisch
traag
gewelddadig
overdreven
verwarrend
herkenbaar
racistisch
- Welke scène uit deze film heeft je het meest geraakt? Waarom? - Zou je deze film aanbevelen aan je vrienden of ouders? Waarom wel/niet?
expositie: de utopie van de architecten De regisseur laat ons in ONE TO ONE als eerste kennismaken met de setting, met het decor waartegen het verhaal zich zal afspelen. In de jaren ’50 en ’60 wilden architecten en stadsontwikkelaars vol goede moed ideale woongemeenschappen opbouwen. Veel mensen zouden kunnen samenwonen in groene woonzones aan de stadsrand. In alle noden van een gezin zou voorzien worden binnen wandelafstand: genoeg parkeerplaats, parken waar de kinderen kunnen spelen, genoeg ontspannings- en sportmogelijkheden in de buurt enzovoort. Dit citaat vat de naïviteit van de architecten samen: “We zullen alles doen om de fouten van het verleden te vermijden. De zon zal schijnen en het verkeer zal het gefluit van de vogeltjes niet verstoren.” Men dacht door middel van een moderne architectuur met hoogbouw de samenlevingsproblemen te kunnen oplossen. De werkelijkheid besliste daar helaas anders over. Tijdens de crisis in de jaren ‘70 raakten veel mensen hun job kwijt en vielen veel gezinnen in armoede. Tegelijkertijd werd de klassieke gezinssamenstelling doorbroken: er waren veel alleenstaanden en éénoudergezinnen. Veel van die mensen konden hun huur niet meer betalen. Daardoor moest de overheid ingrijpen. Veel van zulke woonprojecten werden aantrekkingspolen voor sociale problemen. Ook veel immigranten kwamen in deze wijken wonen. Een montage (opeenvolging van geknipte beeldfragmenten) aan het begin van de film geeft een overzicht van de situatie in deze woonzone. Beelden van de plannen, de bouw van de flats, vrolijke beelden van mensen toen het pas gebouwd was en beelden van huidige bewoners wisselen elkaar af. In voice-over (een stem ‘buiten beeld’ die commentaar geeft of een verhaal vertelt) horen we de architecten enthousiast hun utopie verkondigen.
krantenartikel over idealistische stadsontwikkeling Het succes van een non-beleid Commentatoren in zowat alle media wijzen met een beschuldigende vinger naar urbanisten en architecten uit de jaren vijftig en zestig, die de mensen naar hun zeggen als ‘biomassa’ in hoogbouw stouwden. Ze merken op, daartoe gedwongen door de harde feiten, dat in die onpersoonlijke woonwijken nu problemen ontstaan. Hoogbouw, rechtlijnigheid en orde, precies uitgekiende stadsontwikkeling: in de jaren vijftig en zestig werden ze beschouwd als de credo’s van de moderne en gezonde manier van samenleven. Appartementsblokken waren efficiënt: de gebouwen hadden een hoog rendement en resulteerden in een lage kost per woning. Tot hun eigen verbazing blijkt nu dat die efficiëntie in hoogbouwwijken eigenlijk flink overroepen is. Enerzijds omdat die efficiëntie hooguit op korte termijn bestaat. De urbanisatie van toen kan de tand des tijds amper een paar decennia lang doorstaan. Velen zijn het erover eens dat men de projecten van toen maar beter met de grond gelijk kan maken. Het gebrek aan duurzaamheid heeft kennelijk ook zijn prijs. Blijkt bovendien dat de mens als soort nood heeft aan een dicht en complex stedelijk weefsel en dat onze negentiende-eeuwse gemeentekernen een veel hogere bevolkingsdichtheid toelaten, zonder vervreemding en verregaande verloedering als resultaat. Daar had men al helemaal niet bij stilgestaan. In een arme Brusselse gemeente als Sint-Joost wonen drie keer zoveel mensen per vierkante kilometer als in Clichy-sous-Bois. Toch biedt datzelfde Sint-Joost de aanblik van een opgeschoten dorp, de kantoren van de Noordwijk en wat chique hotels in dezelfde buurt niet te na gesproken. Het zou al te simplistisch zijn de problemen in de Parijse voorsteden in de schoenen te schuiven van architecten en urbanisten. Hun
10
oplossingen waren voor hun tijd niet eens zo slecht. Alleen hielden ze te weinig rekening met de pleinvrees van de mens, dachten ze wellicht te veel na over de structuur van de omgeving en te weinig over de menselijke natuur. Historici kunnen getuigen dat de eerste verstedelijking, toch al bijna tienduizend jaar geleden, een verregaand organisch proces was, met weinig organisatie en veel improvisatie. De huizen werden letterlijk boven op het puin van de vorige gebouwd. Meer volk leidde in eerste instantie naar een hogere woondensiteit. Als het ten slotte te gortig werd, brak een stad uit haar grenzen en palmde ze haar periferie in. Maar de schaal bleef dezelfde: de mensen wilden lekker dicht bij elkaar wonen. Brussel kan, met zijn steegjes en straatjes en zijn dorpachtige aanblik, als bewijs gelden dat een gebrek aan stedenbouw misschien zo slecht nog niet is. De mens zoekt bescherming in een stad die groeit op zijn maat. Politici misbruiken die toevalstreffer om aan te tonen dat hun beleid - lees: hun gebrek aan beleid en visie - al bij al zo slecht nog niet is. ‘Bij ons zijn Parijse toestanden niet mogelijk’, klinkt het optimistisch. De fundamenten van de sociale problemen van achterstelling en discriminatie zijn nochtans ook bij ons reëel, ondanks het politieke discours. Ook in Brussel heerst frustratie en woede over kansloosheid onder allochtone jongeren. Als puntje bij paaltje komt, is de oplossing voor dat probleem eigenlijk kinderlijk eenvoudig. Een vriendin vatte het in één zin samen: we moeten de allochtonen simpelweg als medemensen zien, zoals ik, zoals jij, als brave buren en niet als problematische indringers. Ik denk dat ze gelijk heeft. Het Nieuwsblad 14/11/2005- Frans STEENHOUDT
11
het verhaal van twee families
actualiteit! Tijdens de rellen in de Parijse voorsteden (najaar 2005) waren er verschillende deskundigen die de oorzaak van het geweld deels zagen in de architectuur: hoogbouw, veel verschillende mensen wonen op een kleine oppervlakte, min of meer afgesloten van de rest van de wereld. Er zou in die buurten geen sociaal netwerk zijn, waardoor men elkaar gaat beschouwen als last of zelfs als bedreiging.
mogelijke vragen De film begint en eindigt met beelden van het bouwplan en een luchtfoto van de buurt. Waarom denk je dat de regisseur hiervoor gekozen heeft? Blijkbaar is de omgeving volgens haar van cruciaal belang, maar waarom?
een Deens gezin Met z’n drie wonen ze in een appartement in een voorstad van Kopenhagen: Søs de moeder, Per de zoon en Mie de dochter. Op een vrijdagavond wordt Per in elkaar geslagen op straat. Hij komt in een coma terecht en ligt de hele film lang in het ziekenhuis. We leren Per alleen kennen via de filmpjes die Mie thuis met haar cameraatje gedraaid heeft. Hij is negentien jaar en absoluut niet tevreden met de plaats waar hij woont en met wat er op straat gebeurt. In een ruzie met zijn moeder horen we hem zeggen: “Er lopen hier zoveel bruin mannen rond dat je niet eens je eigen reet nog kunt zien.” Zijn moeder wijst hem onmiddellijk terecht en zegt dat ze zo’n racistische opmerkingen niet wil horen in haar huis. Søs, de moeder, is sociaal werkster. Zij heeft er bewust voor gekozen in deze buurt te blijven wonen, ook toen de Denen plaats ruimden voor de allochtonen. Dat heeft tot gevolg dat haar gezin nu eigenlijk een buitenbeentje is in hun buurt. Dit komt heel duidelijk naar voor wanneer ze na een heftige discussie met haar moeder op straat komt en allemaal allochtonen rondom zich ziet. Søs is heel idealistisch ingesteld, wil allesbehalve meegaan in het racisme rond haar. Ze verwelkomt dan ook met een zekere opgetogenheid het Palestijnse vriendje van haar dochter Mie.
12
13
Søs is tegelijk ook introvert en kan nooit echt in contact treden met haar omgeving. In tegenstelling tot haar moeder (oma), maakt Søs bijvoorbeeld nooit echt contact met Per, ze spreekt niet tegen haar zoon die in coma ligt. De moeder van Søs, oma, komt enkele dagen bij het gezin logeren om hen wat te steunen. Zij wordt geïntroduceerd als een bijzonder lieve, goedmenende oude dame. Ze is heel bezorgd om haar familie, maar uit dat op een manier die Søs en Mie niet kunnen accepteren. Oma wil namelijk dat Søs met haar gezin verhuist. Zij vindt het onverantwoord dat haar kleinkinderen ‘s nachts rondlopen in deze ‘gevaarlijke’ buurt. In feite beschuldigt ze Søs zelfs van wat er met Per gebeurd is. Ook de relatie van Mie met Shadi vindt ze twijfelachtig. Mie is de dochter van het gezin, een zestienjarig Deens meisje. Met Shadi, haar Palestijnse vriend, beleeft zij een romantische tijd. Ze staat dus heel erg open voor mensen met een andere achtergrond. Maar dan wordt Mie’s broer Per in elkaar geslagen op straat. De politie en Pers vrienden – vooral Benji – uiten meteen hun verdenkingen naar de allochtone gemeenschap. Benji insinueert dan ook al snel dat Shadi iets zou kunnen weten over de aanslag op Per. Mie wil eerst helemaal niks weten van die verdachtmakingen. Maar als ze na een tijdje merkt dat Shadi zich vreemd gedraagt, vertrouwt ze hem niet meer. Daardoor verliest ze degene die ze in deze moeilijke periode net zo erg nodig heeft. Net als haar moeder, lijkt Mie vaak onderkoeld te redeneren. Het is maar op enkele momenten dat ze
14
‘breekt’ en haar emoties de vrije loop kan laten. een Palestijns gezin In dezelfde buurt woont een Palestijns gezin op een klein appartement. Vader is taxichauffeur, moeder zorgt voor het huishouden en voor haar drie kinderen. De ouders van dit gezin spreken alleen Arabisch. Zij vormen in deze film de ‘eerste generatie’ allochtonen. Zij zijn uit hun land weggetrokken en hebben hard moeten werken om in hun nieuwe land overeind te blijven en hun gezin te onderhouden. Hun drie kinderen zijn in Denemarken geboren (tweede generatie). Die zijn tweetalig en spreken dus ook perfect Deens. Thuis leven zij met de gebruiken en de taal van hun Palestijnse familie. Het is echter ook duidelijk hoezeer de kinderen de westerse, Deense cultuur in het huis binnenbrengen. De jongere dochter is bijvoorbeeld voortdurend aan het sms’en. Shadi heeft zelfs een Deense vriendin, Mie. Hun relatie komt echter in het gedrang nadat Per in elkaar geslagen is. Op de avond van dat incident heeft Shadi zijn broer Tareq namelijk gezien in hun badkamer. Daar zag hij hoe Tareq snel wat bloed uit het gezicht van zijn vriend probeerde te wassen. Hoe langer hoe meer worden zijn vermoedens sterker: waarschijnlijk heeft Tareq Per in elkaar geslagen die nacht. Shadi beslist echter te zwijgen om zijn eigen familie te beschermen. Daardoor vertrouwt Mie hem na een poosje niet meer en weigert ze nog met hem te spreken. Shadi komt door de hele situatie in een moeilijke positie, gewrongen tussen zijn familie en zijn vriendin. De vermoedens die Shadi heeft tegen Tareq zijn niet geheel verwonderlijk. Hij blijkt nogal een vechtersbaas te zijn. Meestal komt Tareq heel stoer en vrij agressief over. Net als zijn broer traint hij regelmatig in de boksring. Hij is breedgeschouderd, begint snel te
15
roepen en te slaan en wil vaak baas spelen over zijn jongere zus. Toch wordt hij geregeld ook heel kwetsbaar getoond. In een gesprek met zijn vader zegt hij bijvoorbeeld, bijna met tranen in de ogen: “Wij willen behandeld worden met respect en tederheid. Dat is wat ik nodig heb.” overeenkomsten, verschillen en spanningen Deze twee gezinnen hebben dus twee verschillende culturele achtergronden. Toch is hun situatie erg vergelijkbaar. Ze wonen allebei in dezelfde ‘achtergestelde’ buurt in een relatief klein appartement. Ouders maken zich altijd zorgen om hun kinderen en er zullen overal wel conflicten voorkomen. Er zijn duidelijke verschillen tussen de verschillende generaties. De jongere generatie zou je kunnen omschrijven als ‘multicultureel’. De jongeren zijn opgegroeid tussen andere nationaliteiten. Hoewel dat niet altijd zonder conflicten gebeurt, zijn zij het omgaan met andere culturen toch meer gewoon. Shadi is ingeburgerd in de buurt, kent de taal en gaat in Denemarken naar school. Bovendien heeft hij een relatie met de Deense Mie. Dat durft hij echter niet tegen zijn ouders vertellen. Blijkbaar zouden zij zoiets afkeuren. Zij spreken ook alleen Arabisch en leven in nauw contact met hun familie en hun thuisland. Ook in het Deense gezin zijn er verschillen tussen de generaties in hun houding tegenover andere culturen. Zoals gezegd heeft Mie een crossculturele relatie, maar daarover maakt haar oma zich ongerust: “Je hoort zoveel over de manier waarop de allochtonen hun meisjes behandelen…Maar natuurlijk zijn ze niet allemaal hetzelfde. En ze hebben het ook niet gemakkelijk.” Zij wordt niet voorgesteld als een echte racist, maar heeft toch duidelijk vooroordelen over allochtonen, hoewel ze zelf nooit direct contact met hen heeft. Op die manier ontstaan er voortdurend spanningen tussen deze oma en haar dochter Søs. Die laatste leeft namelijk wél in de realiteit, als sociaal werkster in deze buurt. Over haar zou je dan weer kunnen zeggen dat ze de realiteit niet onder ogen wil zien, dat ze té idealistisch is waardoor ze de echte problemen op straat ontkent.
16
ONE TO ONE toont een kluwen van frustraties, vooroordelen, misverstanden en geweld. Een bende autodieven overvalt een blanke jongeman en slaat hem in het ziekenhuis. Enkele Palestijnse jongeren (Tareq en Wisam) raken in een gevecht verzeild met Turkse jongens. Dan volgen er allerlei vermoedens en verdachtmakingen. Uiteindelijk slaat een blanke bende (die rond Benji) een onschuldige Palestijnse jongen in elkaar omdat ze vermoeden dat hij één van hen kwaad deed. Bovendien eindigt de film wanneer Shadi met een bloedneus en een zere lip in het ziekenhuis zit. Vlak in de buurt moet Per ergens bewusteloos liggen. Op dat ogenblik komt Wisam binnen, hij slaat met zijn vuist tegen de muur en zegt: “Ik bel de anderen op!” Zo ontstaat een spiraal van geweld zonder dat iemand er nog de werkelijke oorzaak van kent.
17
mogelijke vragen
actualiteit!
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen het gezin van Shadi en dat van Mie? Waarom verdenkt Shadi zijn broer Tareq zo snel? En waarom verdenkt de politie twee allochtone jongeren? Waarom denk je dat Tareq niet gelooft dat de relatie tussen Shadi en Mie nooit zal blijven duren? Begrijp je de houding van de verschillende personages? - dat Mie Shadi niet meer vertrouwt - dat Søs’ moeder vindt dat het gezin moet verhuizen, weg van die ‘gevaarlijke’ buurt? - Steekt Søs haar kop in het zand, wil zij de werkelijke problemen niet zien? Kan je de volgende stellingen over ONE TO ONE uitleggen? Welke vind jij zelf de meest passende? - Dit is een film over angst. - Dit is een film over setting. - Dit is een film over de botsing tussen idealisme en realiteit. - Dit is een film over samenleven. - Dit is een film over families. - Dit is een film over verschillende generaties. - Dit is een film over vooroordelen en beeldvorming.
18
Bertel Haarder – lid van de rechts-liberale partij Venstre – is de Deense minister van vluchtelingen, immigratie en integratie. Op 12 februari 2005 schreef Fabian Lefevere het volgende over hem en zijn visie in de krant De Morgen: “Een kleine bloemlezing van Haarders recepten: geen gezinshereniging onder de 24, scheiden de partners binnen de zeven jaar dan worden ze beiden uitgewezen, een borgstelling van 6.800 euro voor wie een importpartner liet overkomen, allochtonen die tot twee jaar cel veroordeeld worden, moeten na hun straf het land verlaten en, misschien nog het spraakmakendst van allemaal, een koppeling tussen het migratiebeleid en ontwikkelingssamenwerking.”
mogelijke vragen In Nederland gaan er stemmen op om punten uit dit strenge immigratiebeleid over te nemen. Wat vind je daarvan?
19
focus op het sociaal drama een moeilijke onderneming
ONE TO ONE kun je qua genre best indelen bij het sociaal drama.
thematiek Precies zoals Annette K. Olesen het wilde, is ONE TO ONE een heel realistische film geworden. De filmmaker wilde zo dicht mogelijk bij de échte mensen staan en een bepaalde problematiek naar buiten brengen. Het verhaal speelt zich af in een milieu waar mensen het materieel en sociaal moeilijker hebben. Typische thema’s die in een sociaal drama wel eens aan bod komen zijn bijvoorbeeld tienerzwangerschap, armoede of drugs. In ONE TO ONE wordt vooral gefocust op het samenleven met andere culturen, racisme en geweld.
Het sociaal drama wordt vaak beschouwd als een ‘gevaarlijk’ genre. Aan de ene kant wil men namelijk een goed verhaal vertellen, op een cinematografisch interessante manier. Aan de andere kant wil men via dat verhaal de realiteit tonen, wil men iets aanklagen. Als filmmaker is het dan lastig om een evenwicht te vinden tussen ‘een verhaal vertellen met mooie beelden’ en ‘een boodschap overbrengen’. Het gevaar is dat de film heel belerend overkomt, dat de filmmaker téveel boodschap heeft willen verpakken in een té zwak verhaal. Zo’n film wordt al snel saai en oninteressant. Soms resulteert het willen overbrengen van een boodschap bovendien in een zwartwit voorstelling van de realiteit. In ONE TO ONE is Annette K. Olesen er heel mooi in geslaagd dit evenwicht te vinden. Ze neemt een standpunt in tegen racisme, maar steekt geen beschuldigend vingertje uit. Het verhaal slaagt er ook in te blijven boeien.
stijl De filmstijl (de vormelijke aspecten van de film: cameravoering, belichting, acteerwerk, kadrering, setting, …) van een sociaal drama is bijna zoals in een documentaire. Precies omdat men de werkelijkheid wil tonen, beperkt men de kunstmatige toevoegingen. Er zijn bijvoorbeeld geen speciale effecten en de belichting is onopvallend. Vaak zijn de acteurs van de straat geplukt en zijn het geen professionele acteurs. De camera is meestal hand-held zodat het op een homevideo lijkt.
20
21
focus op cameravoering de illusie van film Als je naar een film kijkt, geef je je al gauw over aan alles wat daar getoond wordt. Je leeft je in in de personages. Sommige toeschouwers huilen zelfs wanneer er iemand sterft op het scherm. Natuurlijk weten wij allemaal dat het maar een film is en toch vergeten we dat heel snel. De meeste filmkijkers vinden dat ook juist leuk, dat je even weg bent uit je eigen realiteit. In feite is het ook heel mooi dat mensen zich zo kunnen inleven.
worden Søs en Granny nooit samen in beeld gebracht. Zij staan hier tegenover elkaar, steeds apart in beeld (afb. 2 en 3). We zien Søs wel over de schouder van Mie. Die twee staan dus samen aan dezelfde kant, tegenover oma. Tot slot zien we enkel nog Mie. (afb. 4) een opeenvolging van shots in dit gesprek: afb.1 Establishing shot: de hele situatie wordt geschetst .
Toch is het goed af en toe van een iets grotere afstand naar een film te kijken, om te zien hoe filmmakers hun film zó maken dat ze de kijkers kunnen meeslepen en manipuleren. Een film toont nooit gewoon de werkelijkheid, een film toont altijd een bepaalde visie op de werkelijkheid!
scène en shot scène = een opeenvolging van shots. Deze shots groeperen één handeling of gebeurtenis en zijn allemaal op dezelfde locatie en in dezelfde tijd opgenomen. shot = één ononderbroken filmopname
afb.2 Oma is geïsoleerd
De manier waarop de regisseur een scène opdeelt in shots is niet neutraal. Enerzijds moet hij die opdeling gewoonweg maken om alles te kunnen tonen wat nodig is. Anderzijds kiest de regisseur ook bepaalde camerastandpunten om dingen te benadrukken. Als voorbeeld bekijken we een gesprek aan tafel tussen Søs, Mie en oma. Eerst beginnen ze heel onschuldig te praten over de paaskaartjes die ze maken. Dan krijgen we de hele tafel in beeld, heel evenwichtig samen rond de tafel. (afb. 1) . Maar geleidelijk aan evolueert het gesprek naar een confrontatie tussen Søs en Mie enerzijds en oma anderzijds: ze discussiëren over de onveiligheid in de buurt. Søs en Mie wonen graag in deze buurt, maar oma wil dat ze naar een andere plek verhuizen omdat het volgens haar te gevaarlijk is hier op straat. De regisseur van ONE TO ONE wil deze tegenstelling niet alleen duidelijk maken door wat de personages zeggen, maar ook door de manier waarop ze hen in beeld brengt. Tijdens deze discussie
22
23
camera die op een statief vastzit. Daardoor staat de camera zeer stabiel en krijg je een vast beeld. De camera kan wel gekanteld of met een wagentje verplaatst worden, maar de bewegingen zijn dan altijd perfect gecontroleerd en heel geleidelijk. Door de camera met de ‘losse’ hand te hanteren (zoals men dat in ONE TO ONE heeft gedaan), creëer je een sfeer die vergelijkbaar is met een homevideo: het beeld beeft altijd een beetje en op sommige momenten zijn er vrij bruuske camerabewegingen. Als je een personage wil filmen dat wandelt, wandel je daar als cameraman gewoon achteraan. Daardoor lijkt de camera heel direct betrokken bij wat zich voor zijn lens afspeelt. En aangezien de kijker volledig geleid wordt door de blik van de camera, voelt hij zich ook dichter betrokken bij het verhaal van de personages. Deze filmtechniek (die van de hand-held camera) heeft geleid tot uiteenlopende reacties. Voorstanders vinden dat de techniek bijdraagt tot de intimiteit in de film en dat je zo als publiek het gevoel krijgt zelf midden in de actie te staan. Tegenstanders zeggen dat de film door een hand-held minder helder is.
afb.3 Søs gefilmd over Mie’s schouder: Mie en Søs staan nu tegenover oma
afb.4 Mie
mogelijke vragen Had je gemerkt hoe de camera voortdurend beefde? Vond je dit storend?
cameravoering De manier waarop men de camera positioneert, bepaalt voor een groot deel de sfeer die een film uitstraalt en de indruk die de film maakt op de kijkers.
hand-held camera Je hebt misschien opgemerkt dat het beeld in ONE TO ONE de hele tijd lijkt te beven. Dat komt doordat deze film helemaal werd opgenomen met een hand-held camera. De camera werd door de cameraman de hele tijd met de ‘losse’ hand vastgehouden. Dat is een groot verschil met veel andere films. Meestal filmt men met een
24
25
Dogma95 Films die met een hand-held camera zijn opgenomen, worden vrij snel ‘dogma’ genoemd. De Dogma-beweging (of Dogma95) stelde een ‘Eed van zuiverheid’ op. Dit is een reeks van voorwaarden waaraan een film volgens hen moet voldoen. Het is een visie op film die door Vinterberg en Von Trier in een manifest is gegoten. Films die het label ‘Dogma’ willen krijgen, moeten voldoen aan 10 criteria.
De Eed van Zuiverheid: “Ik zweer mij te onderwerpen aan de volgende regels, opgesteld en bevestigd door Dogma95: De film moet op bestaande locaties gedraaid worden zonder toevoeging van props en rekwisieten. Geluid moet direct samen met het beeld worden opgenomen, dus muziek moet op de set ten gehore worden gebracht. De camera moet hand-held zijn. De film moet in kleur zijn zonder toevoeging van extra licht. Optische nabewerking en het gebruik van filters zijn niet toegestaan. De film mag geen fictieve actie bevatten zoals moorden of gebruik van namaakwapens. De film moet zich in het hier en nu afspelen. De film mag geen genrefilm zijn. Het beeldformaat moet het zogenaamde Academy-formaat zijn 1:1,33 en 35 mm. De regisseur mag geen credit op de aftiteling krijgen. Vervolgens zweer ik als regisseur me te onthouden van persoonlijke smaak. Ik ben niet langer een artiest. Ik zweer me te onthouden van het maken van een ‘werk’, omdat ik meer waarde hecht aan het ogenblik dan aan het geheel. Mijn belangrijkste doel is om de waarheid te forceren uit mijn personages en omgeving. Ik zweer dit te doen met alle beschikbare middelen en ten koste van alle goede smaak en alle esthetische overwegingen. Aldus maak ik mijn eed van zuiverheid.” Kopenhagen, maandag 13 maart 1995.
26
“Dogma noemde zichzelf een reddingsactie! Een protest tegen wat film geworden was. Dogma ging in tegen alles wat film was geworden in de laatste decennia. De ultieme taak van filmmakers is geworden om het publiek voor de gek te houden. Film is te cosmetisch geworden; een communicatie van illusies. Niets om trots op te zijn, want de film schuilt achter de illusies die mogelijk gemaakt worden door nieuwe technologieën. Voor dogma was de film geen illusie. Dogma protesteert, tart en daagt de moderne film uit met een set regels waaraan film moet voldoen: de Eed van Zuiverheid.” Hoewel ONE TO ONE géén Dogma-film is, vinden we de ziel van Dogma wél terug in deze film. Het werd een realistische film op échte locaties en zonder opvallende filmische toevoegingen. De film wil met de neus op de realiteit zitten.
mogelijke vragen Bekijk even de Eed van Zuiverheid van de dogmabeweging. Waarom is ONE TO ONE geen dogmafilm? Op welke manier vinden we wel de ziel van het dogma-ideaal terug in deze film?
plotse breuk in de filmstijl Tijdens het hele verhaal is de filmstijl vrij onopvallend, onzichtbaar als het ware. Maar aan het eind is er een heel opvallende en plotse ommekeer in de manier van filmen. Eerst heb je het gesprek tussen Shadi en Tareq waarin zij elkaar eindelijk weer vertrouwen, wat op een prachtige, maar vrij onopvallende manier in beeld wordt gebracht. Maar dan volgt de scène waarin Shadi door Benji en zijn makkers stevig wordt aangepakt. Tijdens deze enorme spanningspiek wordt opeens gewerkt met freezing frames: het beeld lijkt op bepaalde momenten te bevriezen. De heftige agressie wordt telkens stilgelegd waardoor we de reacties van de personages even heel duidelijk in beeld zien: de agressie in de ogen van Benji en de
27
angst in die van Shadi. Door de opvallende filmstijl wordt aan de kijker heel duidelijk gemaakt dat hij naar een film kijkt en niet naar de realiteit.
andere aspecten
licht en setting
De sfeer die de wereld van ONE TO ONE uitstraalt is koel en grauw. Uiterst kwetsbare mensen lopen rond in de harde realiteit. Het is opvallend hoe vaak het buiten donker is. Zolang de mensen binnen blijven, zitten ze veilig tussen bekenden, aan een gezellig gedekte tafel met warm licht. De gordijntjes zijn vaak gesloten om de intieme sfeer van het gezin af te schermen van die bedreigende wereld daarbuiten. Er is dus een groot contrast tussen de sfeer binnen de appartementen en die erbuiten (in de gangen of op straat). Die sfeer wordt voor een groot deel bepaald door de belichting en het soort van decor. Hier zien we bijvoorbeeld Shadi in silhouet, in een koele ruimte die niets individueels heeft, met een grijs soort van licht, en met het panorama van de woonwijk op de achtergrond – het lijkt wel een gevaarlijke afgrond. De sfeer doet denken aan een gevangenis.
acteren De acteurs die Shadi en Mie spelen (respectievelijk MohammedAli Bakier en Joy K. Petersen), acteren voor het eerst. Allebei waren ze heel verlegen en Joy was zelfs niet erg blij toen ze de rol van Mie kreeg. Maar Annette K. Olesen heeft gekozen voor de sterke persoonlijkheden, het acteertalent en de integriteit van deze twee amateur-acteurs. Oorspronkelijk was het zelfs de bedoeling van de regisseur om alleen te werken met niet-professionele acteurs voor ONE TO ONE. Uiteindelijk bleek het echter té moeilijk om voor de complexe rol van Søs een geschikte amateur-actrice te vinden. In deze film gebruikte Annette K. Olesen een bepaalde improvisatiemethode om de karakters op te bouwen en de dialogen uit te werken. Vóór men de film begint op te nemen, improviseren de verschillende acteurs rond hun personage, zonder het hele verhaal te kennen. Zo leert men tegelijk zijn rol beter kennen en geeft men die als acteur ook zelf mee vorm. Stukken van de geïmproviseerde dialogen worden soms ook echt gebruikt in het uiteindelijke script. Deze methode noemt men ook wel de Mike Leigh methode – naar de bedenker ervan.
mogelijke vragen Begrijp je waarom sommige regisseurs liefst werken met nietprofessionele acteurs? Hoezo?
soundtrack Op kantelmomenten of tijdens emotionele scènes valt het scenische geluid soms volledig weg. Dan hoor je alleen nog maar de muziek. Dat heeft een eigenaardig effect. Het zorgt ervoor dat je als kijker elke voeling met de ‘realiteit’ van de film lijkt te verliezen. Misschien is dat wel precies hetzelfde gevoel als wat het personage tijdens zo’n ingrijpende gebeurtenis voelt; wat rondom je gebeurt, is zo overweldigend dat je dat niet kan verwerken. Soms gebeurt het dan
28
29
extra’s dat je besef van de buitenwereld min of meer verdwijnt. Misschien is het een overlevingsmechanisme dat op zulke momenten de overvloed aan indrukken afsluit om een ‘overstroming’ te voorkomen. Je wordt een beetje duizelig en weet niet meer wat er rond je gebeurt, je hoofd wordt helemaal vol van die gebeurtenis. Op zulke ‘duizelmomenten’ hoor je meestal een melodie op piano. Het is rustige, gevoelige muziek die toch een beetje gejaagd klinkt.
de titel De titel ONE TO ONE slaat tegelijk op minstens drie aspecten van de film. • in de vaktaal van architecten is 1:1 een schaalaanduiding. Het betekent dat iets is weergegeven op ware grootte. Deze film wil dus tonen hoe de toestand echt is; niet overdreven, maar ook niet onderschat. • 1:1 (one to one) betekent voor de meeste mensen waarschijnlijk direct contact tussen mensen. In deze film staan veel mensen 'tegenover' elkaar; in persoonlijke relaties of in harde conflicten. • 1:1 slaat volgens de regisseur ook op het feit dat zij de film wilde vertellen van persoon tot persoon, zonder veel poespas daartussen. De regisseur vertelt haar verhaal zo direct mogelijk aan de toeschouwer. Dat zie je ook aan de
de pers over ONE TO ONE Verdict: Idealism and reality Per doesn’t like blacks - or browns. He and his white friends like Benji detest the immigrants who’ve come to live amongst them. Per’s found dying in a pool of blood. Muslims Tareq and blood-spattered Wisam behave suspiciously. Tareq’s brother Shadi is in love with Per’s sister Mie - even Shadi thinks Tareq’s guilty. Looks like an open and shut case. Benji’s ready to pass the word around for gang warfare. It’s a council estate outside Copenhagen, but it could be France, Britain, Germany. It could be anywhere that’s desirable to live that doesn’t like outsiders much, but may be prepared to give them a chance. The film starts with the original 1960s architects describing estate at the time of its design. 1:1 in architects’ language means full-size, full-scale. To everyone else it’s direct contact between individuals. The film realises both. All the idealism of the architects suddenly, 40 years later, hits the reality of people separated by being different trying to work out if they can live together.
mogelijke vragen
Hoe zou je de titel van de film kunnen verklaren: One to One? Welke Nederlands titel zou jij de film geven? Waarom?
30
31
Per (Jonas Busekist) is lying in hospital in a coma, stuffed with tubes and drips. His mother Søs (Anette Støvelbæk) is a social worker, a pretty woman in her middle years with a careworn face. Her career and private life give no break from reality, and it arrives hard in her house with the attempted murder of her son. Her well-meaning mother (Helle Hertz) comes to stay to look after her, but her only thought is to get her family away from where they are living - and the different-coloured people. Søs is determined to tough it out, and accept others. But she loves her son - should she stay or go? Security guard Ole (Brian Lentz) is a gentle bruiser who patrols compounds and listens to police broadcasts. It’s his dog Congo (Plys) who finds Pers, and Ole who initially saves Per’s life with first aide. Ole, Tareq (Subhi Hassan) and Shadi (Mohammed-Ali Bakier) go to the same gym, run by Mo (Mohammed Samhi). Mo won’t tolerate assault in the gym, but he’ll overlook violent Tareq’s previous trouble with the police because it took place outside. And because Tareq crammed full of anger and bulging with muscles - is the gym’s star hope for a forthcoming competition. It’s in the gym that Ole hears of Shadi’s suspicion about Tareq. Should Ole tell his police contact (Paw Henriksen)? Per’s sister Mie (Joy K Petersen) loves Shadi. But she suspects he knows something - and he won’t tell her. Her white friend Benji (Thomas Kirschner) is boiling with anger. But does that mean it’s really him that’s guilty? Should Mie give Benji the word to punish the Muslims? Umm Tareq (Rose Copty) - mother to Tareq, Shadi, and their sister Nura (Khadije Nasser) - tries her best to bring up her family in traditional Muslim ways. She’d be furious if she knew Shadi was having sex with a white woman. She can’t keep track on what both sons are doing. She interrogates Shadi about what Tareq gets up to. But Shadi keeps quiet - out of loyalty to Tareq, and fear of Tareq’s bullying violence. Tareq tells him, and his mother, and hard-working taxi-driver father Abu Tareq (Nassim Al-Dogom), that he’s innocent. Should Shadi tell Mie that he thinks that it is Tareq who tried to murder her brother? Should Shadi tell the police?
32
One To One is a taut study of the meeting of idealism and reality. There’s the idealism of the architects - drawing on a line of thinking on how to make life better for people that began with French architect/engineer Charles-Edouard Jeanneret, aka Le Corbusier (1887–1965), founder of the Modern Movement in architecture (in Britain it materialised in the Parker Morris Report 1961 ‘Homes For Today And Tomorrow’, the blueprint for subsequent council housing) - meeting a changed society. There’s the idealism of Søs, trying to put her belief in the universality of goodness into practice. And of Shadi, trying to balance family love with his belief in what is right. Annette K Olesen directs with a light touch and a deft feel for the most economical way of telling the story. Kim Fupz Aakeson’s script combines a strong story-line with layers of complex moral structures. Subtly it’s revealed that the Muslim family are Palestinian, adding a further layer. Unwanted immigrants swamping a country and driving out the people who live there? Palestine after World War Two? This family, exiled, now watches on TV the murder of children in the Gaza Strip by the people who currently occupy their homeland. And the family are not shown as morally 2-dimensional.
33
bibliografie bibliografie They are no more or less tolerant than their white neighbours. The suspected villain Tareq is complex too - it’s hard to think he could be other than guilty. He is an unloveable hypocritical thug who behaves as the worst kind of oppressive Muslim cariacature towards his sister. The script creates some stunning characters, who live and breathe - real humans. The warmth, and fallible stupidity, of Brian Lentz’s Ole is one; Mohammed-Ali Bakier’s good-hearted Shadi another; Anette Støvelbæk’s troubled idealist Søs another still. Jonathan Sydenham’s elegantly exact and carefully-edited sub-titles make the dialogue effortlessly understandable in English. One To One sparkles with Molly Malene Stensgaard’s lively editing. She cuts it exactly to the mood - moving fast where needed, and letting the pace slow to match impact and thought. Her opening sequence over the titles is a quiet delight. Her concluding sequence is quite brilliant, using a method that contrasts with the main film. The technique of this segment suits precisely the unexpected story it tells - and its dissolving of the present into what must inevitably become the future.
over ONE TO ONE • http://mvff.com/node/1915 • http://www.trust-film.dk/off_vis_film.asp?id=201 (hier kan je ook een trailer bekijken) • http://weekly.ahram.org.eg/2006/782/cu11.htm •��������������������������������������������������� http://www.fringereport.com/0610filmonetoone.shtml •��������������������������������������������������� http://www.taz.de/pt/2006/02/15/a0195.1/text.ges,1 over de dogmabeweging •�������������������������������������������� http://www.cultkanaal.nl/Film/dogma-95.html over de acteermethodes die Olesen gebruikte: •��������������������������������������������� http://www.taz.de/pt/2002/09/28/a0132.1/text
http://www.fringereport.com/0610filmonetoone.shtml
34
35
Annette K. Olesen: “Wanneer de wereld die wij kennen verandert, maakt ons dat onzeker. Wanneer we onzeker zijn, vrezen we te verliezen wat we nog hebben. Wanneer we daar bang voor zijn, proberen we alles krampachtig onder controle te krijgen. In het beste geval is angst een instinct dat ons in staat stelt te overleven. In het slechtste geval is het een kanker die zich verspreidt en die omgezet wordt in een verstikkende paniek. Deze film gaat over angst. Ik wilde dit verhaal van persoon tot persoon vertellen. 1 to 1”.
lesbrief Iedereen heeft bepaalde vooroordelen tegenover mensen of dingen in zijn omgeving. Je moet je daar eerst van bewust worden vóór je er iets aan kunt veranderen. Een film toont nooit de werkelijkheid, alleen een visie op de werkelijkheid. De hand-held camera zorgt voor een lichte beving in het beeld. Daarom lijkt de film een beetje op een homevideo.
Welke stelling vind jij de meest passende? - Dit is een film over angst. - Dit is een film over setting. - Dit is een film over de botsing tussen idealisme en realiteit. - Dit is een film over samenleven. - Dit is een film over families. - Dit is een film over verschillende generaties. - Dit is een film over vooroordelen en beeldvorming.