Pool Baggerwerken en milieu ▶ p.14 Uitstekend jaar voor het residentieel vastgoed
Een nieuwe pool binnen de CFE-groep : Spoor & Wegeninfra
Onze medewerkers verdienen het allerbeste
▶ p. 3
▶ p. 12
▶ p. 26
Het Verslag
CFEB
LISTED NYSE
EURONEXT SM
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
▲ Elektrische werken in de chemische industrie - Gent
Sterke stijging van het orderboek
• +20% Omzetcijfer bedraagt
• 1.898
De financiële soliditeit van de groep is vandaag versterkt Ondanks de moeilijke economische context in 2012 bedraagt het nettoresultaat van CFE (aandeel van de groep) bijna 50 miljoen euro en is het bedrijfsresultaat vergelijkbaar met dat van 2011.
De synergieën tussen de polen en de complementariteit tussen de verschillende vakgebieden in de groep bewijzen meer dan ooit hun doeltreffendheid en relevantie.
miljoen euro
Bedrijfsresultaat bedraagt
• 81,4
miljoen euro
Stijging van het EBITDA met
• 10%
Editoriaal~ Renaud Bentégeat Gedelegeerd bestuurder Philippe Delaunois Voorzitter van de Raad van Bestuur
Dankzij het vertrouwen van de beleggers, die op minder dan een uur tijd ingetekend hebben op de obligatielening van 100 miljoen euro, is de financiële soliditeit van de groep vandaag versterkt.
acquisitie van REMACOM) en Vastgoedontwikkeling en -beheer presteerden prima. De pool Multitechnieken is versterkt met een nieuwe competentie dankzij de aankoop van het Limburgse ARIADNE.
Het orderboek blijft goed gevuld en laat op internationaal vlak zelfs een flinke stijging optekenen, wat de daling in West- en Oost-Europa compenseert. We mogen dus stellen dat 2013 onder een goed gesternte is begonnen.
De pool Baggerwerken en Milieu heeft een aanzienlijk aantal opdrachten kunnen binnenhalen. En met de uitgave van een obligatielening van 200 miljoen euro op zes jaar heeft ook DEME, begin 2013, een belangrijke financiële operatie met succes afgerond.
Vooral de polen Spoor & Wegeninfra (opgericht in 2012 en uitgebreid met de
▲ Liefkenshoekspoortunnel - Antwerpen
Ze bewijzen dat de organisatie en de werking van de groep, met grote aandacht voor de menselijke aspecten, stevig verankerd is. Het is dan ook geen toeval dat CFE in 2012 twee keer bekroond is voor zijn personeelsbeleid. De groep heeft namelijk zowel het diversiteitslabel van het Brussels Gewest gekregen
als de titel Top Employer, voor zijn ernst en engagement op personeelsvlak. Deze beroepsernst en dit engagement vormen ook de basis van alles wat de groep verwezenlijkt voor zijn klanten, om telkens weer oplossingen aan te reiken die optimaal overeenstemmen met hun be-
hoeften. Enkel op die manier kunnen we vandaag en morgen het vertrouwen van onze vele klanten verdienen en kunnen we langetermijnrelaties opbouwen tussen CFE en al wie ons overal ter wereld zijn vertrouwen schenkt.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
2
Pool PPS-Concessies
België
In België bestudeerde de pool PPS-Concessies diverse grote projecten, waaronder de Missing Link A11-snelweg ten noorden van Brugge In het bijzonder onderzocht de pool hoe het lange termijn onderhoud van de bouwwerken op lange termijn te optimaliseren en de totale life-cycle kosten te beperken.
Geprequalificeerd voor een nieuw gevangeniscomplex
• 1.200 gedetineerden • Bebouwde oppervlakte van ongeveer
100.000 m²
• de grootste gevangenis van het land
Het toekomstige politiegebouw
• 22 verdiepingen • Jean Nouvel • Dit architecturale
ontwerp werd bekroond met een Futura Award tijdens MIPIM 2012
Rent-A-Port-Energy
• 3
Activiteiten voor het ontwerp, de bouw, de financiering en het onderhoud (DBFM) van bouwwerken Twee grote projecten ter studie, waaronder de grootste gevangenis van België De pool PPS werkte in 2012 aan de studie van een nieuw gevangeniscomplex dat in de loop van 2017 in Brussel zal openen. Met 1.200 gedetineerden en een bebouwde oppervlakte van 110.000 m² wordt dit de grootste gevangenis van het land. Dit DBFM (Design, Build, Finance en Maintain)-project kadert binnen een publiek-private samenwerking, uitgeschreven door de Regie der Gebouwen in april 2012. Als aanbestedende overheid werken ze nauw samen met de FOD Justitie, die zal instaan voor de uitbating van de gevangenis. De nieuwe gevangenis wordt gebouwd op een industriële site van 18 ha in de gemeente Haren, in het noorden van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en zal op termijn de gevangenissen van Sint-Gillis, Berkendael en Vorst vervangen. Het consortium SPC Brussels Prison, specifiek gevormd voor dit project, werd op basis van zijn eerste prijsofferte weerhouden voor de eindfase, samen met twee concurrenten. De aanbestedende overheid zal de voorkeursbieder in april 2013 aanduiden op basis van de technische en financiële offertes die eind februari 2013 werden ingediend. Het architecturaal ontwerp, dat door CFE en zijn partners verdedigd wordt, is geconcipieerd vanuit een ‘gevangenis met een menselijk gelaat’. Uitgaande van de belangrijke impact die de ruimtelijke vormgeving heeft op de mentale
offshore windmolenprojecten
•
900
Megawatt
•
▲ PPP Schulen Eupen
toestand van de gedetineerden en het personeel, benadert het ruimtelijke concept van de gevangenis die van een stadswijk met open ruimtes, met bomen en straten tussen de werkplekken en de gebouwen. Het andere grote project waaraan de pool PPS meewerkte, dat van de A11, maakt deel uit van het plan van het Vlaamse Gewest om de bestaande wegeninfrastructuur in Vlaanderen te verbeteren door de aanleg van de ‘Missing Links’. Eind 2012 werd evenwel een concurrerend consortium door de aanbestedende overheid Via-Invest aangeduid als voorkeursbieder. Projecten in uitvoering in Eupen, Charleroi en Antwerpen Er zijn tevens grote projecten in uitvoering, zoals het bouw- en renovatieproject van 5 scholen in Eupen. In december 2010 ondertekende de Duitstalige Gemeenschap een DBFM-contract met het consortium ‘PPP Schulen Eupen SA’, een onderneming voor 19% in handen van CFE. De bouwwerken worden uitgevoerd door een 50/50 joint venture van CFE en een Duitse partner. Het contract omvat ook het onderhoud van de gebouwen en het facility management. Het project slaat op vier scholen (van lager tot hoger onderwijs) op een totale oppervlakte van ongeveer 64.000 m2, waarvan 46.000 m2 nieuwe passiefgebouwen. Een eerste gebouw werd opgeleverd in 2012, in aanwezigheid van de minister van Onderwijs Olivier Paash. De andere zullen eind 2013 voltooid zijn. In Charleroi heeft het toekomstige politiegebouw al veel inkt
▲ Artist impression van het nieuwe politiegebouw te Charleroi
Meerdere projecten voor groene energie op de Noordzee
Rent-A-Port-Energy bekleedt een belangrijke rol bij de onderhandelingen met Elia over het project ‘Stopcontact op zee’ (PLUG), dit wil zeggen de engineering en de organisatie van de twee grote offshore installaties voor een optimalisatie van het ontwerp van de hoogspanningskabels onder de zeebodem tussen de windparken op zee en de Belgische kust. Hiermee wordt België een van de Europese pioniers inzake hoogspanningskabels en megatransformatoren op zee, een vernieuwend technologisch domein.
Marc Stordiau CEO Rent-A-Port
doen vloeien. In 2011 kende de stad Charleroi CFE NV een DBFM-contract toe voor het ontwerp, de bouw, de financiering en het onderhoud van het nieuwe politiegebouw voor de stad en voor de uitbreiding van het complex “Charleroi Danses”. Het project voor de politiegebouwen omvat de renovatie van twee grote vleugels van de “Cavalerie”, de voormalige ruitersafdeling van de politie en de bouw van een nieuwe ellipsvormige toren volgens het passief-bouwen-principe met 22 verdiepingen en met een ondergrondse parking in 3 niveau’s. Het architecturale ontwerp, uitgewerkt onder leiding van les Ateliers Jean Nouvel en uitgevoerd door MDW Architecture, werd in 2012 bekroond met de prestigieuze MIPIM-award. De bouwwerken werden opgestart in april 2012 en worden volledig in synergie uitgevoerd door entiteiten van de
CFE-groep: CFE Brabant, BPC Hainaut, Druart SA en Nizet Entreprises SA. De oplevering is voorzien voor eind oktober 2014, waarna een onderhoudsperiode van 25 jaar start. Deze zal worden beheerd door de pool PPS–Concessies, met in onderaanneming diverse entiteiten van de groep. In het kader van de werken voor de nieuwe Liefkenshoekspoorverbinding, volgt de pool in samenwerking met haar partners de goede uitvoering van de werken op. Tegelijkertijd voert ze in synergie met Locobuw, de bouwpartner onder penvoering van MBG, optimalisaties door om de totale lifecycle kost tijdens de 38-jarige onderhoudsperiode maximaal te beperken.
Activiteiten in havenontwikkeling en -beheer De activiteiten op het vlak van havenontwikkeling en -beheer worden verzorgd door de onderneming Rent-A-Port en situeren zich vooral op internationaal niveau. We zien in België echter ook een opleving van de activiteiten van de zusteronderneming van Rent-A-Port, de NV RentA-Port-Energy. Deze bezit op dit moment een aanzienlijk aandeel in drie offshore windmolenprojecten langs de Belgische kust, voor een totaal van 900 MW.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
3
Pool Vastgoedontwikkeling en -beheer
België
Uitstekend jaar voor het residentieel vastgoed
appartementen verkocht in 2012
In 2012 hield in België de residentiële sector zeer goed stand, wat heeft bijgedragen tot de resultaten van deze pool. Zowel in Antwerpen als Brussel vonden de projecten vlot hun weg naar kopers, wat bepaalde geruchten over een overwaardering van het Belgische residentiële vastgoed ontkracht. 2012 was bijgevolg een uitstekend jaar voor de verkoop van residentieel vastgoed. Binnen de kantoormarkt blijft de situatie wel bijzonder kalm. Toch heeft CFE geen enkele onverkochte vierkante meter in portefeuille. Het is trouwens niet uitgesloten dat deze sector in 2013 een heropleving kent. Omdat er al enige tijd maar weinig nieuwe kantoorgebouwen werden opgetrokken, is het erg waarschijnlijk dat investeerders binnenkort terugkeren naar deze markt.
Projectontwikkeling en -beheer In België werden de activiteiten op het vlak van projectontwikkeling voortgezet in zowel Vlaanderen als Brussel. De appartementen in aanbouw vonden snel een koper, ondanks een financiële context die weinig gunstig was voor de toekenning van kredieten, zowel voor professionelen als particulieren. Daarnaast startte BPI-CFE Immo met een beleid voor het overdragen van niet-strategische projecten waarvoor bouwrechten werden verkregen. Residentieel vastgoed: over het hele land nieuwe projecten in de pijplijn Van de projecten in het Brussels Gewest en in Brabant werd de derde fase van het project Les Hauts Prés in Ukkel opgeleverd. 85% van de appartementen was op dat moment verkocht. Het project Belview in de Leopoldwijk werd geconfronteerd met een beroep tot nietigverklaring, maar de werken konden worden voortgezet en meer dan een derde van de 174 vrije woningen werd al verkocht. Er werd met een investeerder een voorakkoord afgerond voor de 'geconventioneerde’ woningen. In Leuven werd de laatste fase, ’t Rood Huys, van het project Barbarahof in 2012 opgeleverd. Hiermee werd een programma voor stadsrenovatie in het hart van Leuven met succes afgerond. In Antwerpen, waar het project Lichttoren bijna volledig verkocht is, is BPI-CFE blijven voortzoeken naar nieuwe projecten. Dit leidde tot de afronding van een partnerschap voor de herontwikkeling van een parking in het stadscentrum tot residentieel vastgoed.
Aan de kust loopt de verkoop van het project La Réserve, maar deze vordert langzamer dan verwacht door de impact van de economische context op de markt van tweede verblijven. In Oostende werden uiteindelijk met een kleine vertraging twee vergunningen afgeleverd in het kader van het project Oosteroever. De werken voor deze beide fasen, die betrekking hebben op 104 woonheden, zullen begin 2013 van start gaan.
Jacques Lefèvre Gedelegeerd bestuurder BPI Directeur CFE Immo
▲ Belview - Brussel
Gebouwenbeheer
▲ Lichttoren - Antwerpen
Ten slotte verwierf het bedrijf, in partnership, de Bavière-site in Luik, voor de ontwikkeling van een gemengd project van bijna 100.000 m². Kantoren en gemengde projecten: een nieuw leven voor meerdere Brusselse wijken De activiteiten van BPI-CFE Immo met betrekking tot kantoorprojecten en gemengde projecten situeerden zich in 2012 hoofdzakelijk in Brussel, waar meerdere stadsontwikkelingsprojecten worden bestudeerd of uitgevoerd. In de Europese wijk vordert de bouw van het hoger vermelde kantoorproject Belview. Voor dit gebouw werd een voorakkoord afgesloten met een investeringsfonds. Voor het emblematische project Victor wordt momenteel de bouwvergunning behandeld. De effectenstudie werd in de loop van het boekjaar afgerond en de definitieve vergunningen mogen normaal in 2013 worden verwacht. Dit ambitieuze project met woningen, handelszaken en kantoren bevindt zich aan het Hortaplein, naast de TGV-terminal van het Zuidstation, op een site die wordt ontwikkeld door CFE en Atenor. Voor Elsene wordt voortgewerkt aan de studie voor de herbestemming van
482
▲ Beheer van een kantoorgebouw voor een informaticabedrijf - Brussel
de historische Solvay-site. Er werden al akkoorden afgerond met een uitbater van een rusten verzorgingstehuis (rvt). De aanvragen voor de bouwvergunningen zullen vermoedelijk in de loop van dit boekjaar worden ingediend.
van de vestiging van Google en de installatie van farmabedrijf Ely Lilly in het gebouw Marquis. De onderneming staat ook in voor het beheer van de bouw en de inrichting van de nieuwe vestiging van Gates in Erembodegem.
Daarnaast vermelden we dat de vergunning voor de bouw van het winkelcentrum van Sterpenich, in de buurt van Aarlen, werd geweigerd. Aangezien de argumentatie voor de weigering weinig gegrond is, werd een beroep bij de Raad van State ingediend.
Goede verkoop en veelbelovende ontwikkelingen voor de toekomst
Sogesmaint-CBRE, dat hoofdzakelijk actief is op het vlak van gebouwenbeheer, beschikt tevens over een cel Project Management die instaat voor het projectbeheer voor eindgebruikers. In 2012 verzorgde de onderneming in Brussel het projectbeheer voor de uitbreiding
De vooruitzichten voor de verkoop in België blijven gunstig. Deze verloopt immers tegen een goed ritme aangezien BPI-CFE Immo beschikt over een mooie portefeuille die de interesse van investeerders blijft wekken. Daarnaast hoopt de onderneming in 2013 bouwvergunningen te ontvangen voor meerdere projecten in ontwikkelingsfase. De impact in termen van omzet hiervan zal tijdens de volgende boekjaren verder vorm krijgen.
In 2012 werden met verschillende eigenaren meerdere contracten voor gebouwenbeheer met succes verlengd. Deze onderhandelingen hadden betrekking op in totaal 175.000 m2: een record voor Sogesmaint-CBRE dat deze activiteit binnen de pool verzekert. Deze onderhandelingen hadden betrekking op punten zoals de herziening van de prijzen, de aanpassing van het basispakket, de toevoeging van nieuwe diensten enz. Daarnaast werden nieuwe contracten afgesloten met Belgische en buitenlandse investeerders, hoofdzakelijk voor kantoorgebouwen (ongeveer 100.000 m2). De onderneming is echter ook actief binnen andere segmenten: parkings, kleine commerciële centra, residentiële gebouwen en logistieke panden. Bij de portefeuille die in 2012 werd beheerd, vinden we in het bijzonder het gemengde project Up-Site van Atenor (100.000 m2), het project met kantoren en handelszaken Vander Elst van Ghelamco in Leuven (21.000 m2), de seniorie Les Hauts Prés in Ukkel en het kantoorgebouw van Ethias in Brussel (17.700 m²). Nieuwe afdelingen en diensten Naast zijn hoofdactiviteit gebouwenbeheer legde Sogesmaint-CBRE in 2012 ook het accent op de ontwikkeling van de diensten ‘Company Management’ en ‘Letting Coordination’. Deze nieuwe activiteiten zouden in de toekomst moeten bijdragen tot hogere marges. Tijdens het laatste kwartaal ging de aandacht van de afdeling Beheer verder in het bijzonder naar twee projecten, het project ‘Pampering’ waarmee men steeds ruimere diensten aanbiedt aan huurders, alsook naar het project ‘Premier Properties’ dat een vijfsterrenservice aanbiedt voor het gebouw en de huurders.
Brussels Gewest en in Brabant
•
Oplevering van de derde fase van het project Les Hauts Prés in Ukkel
• 85% appartementen verkocht
Antwerpen
•
‘Lichttoren’
94% verkocht
Oostende
•
Oosteroever 2 vergunningen verworven
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
4
Pool Bouw
België
Technische directie in permanente symbiose met de bedrijven van de groep
Certificaten
De technische directie van de pool Bouw bezit diverse competenties die van onschatbare waarde zijn binnen de studieafdeling, binnen de onderneming BENELMAT voor logistiek en materieel en ten slotte binnen de diensten voor kwaliteit, veiligheid, gezondheid en milieu.
OHSAS 18001
• VCA-P • ISO 14001 • VCA** • ISO 9001 • ISO 14064 •
De ingenieurs van de afdeling legden zich ook toe op waterzuiveringsinstallaties. In 2012 deden ze uitvoeringsstudies voor een slibgistingstank in Moeskroen, voor de waterzuiveringsstations van Bricniot en Naninne en voor de renovatie (in aanbesteding) van de waterzuiveringsinstallaties van Brussel-Zuid, in samenwerking met MBG, CFE EcoTech, CFE Brabant, Nizet en VINCI Environnement. CFE Internationaal
uitbreiding van haar competenties voor de integratie van het BIM-model (Building Information Modelling), waarmee een nieuwe dimensie voor de visualisering van bouwwerken wordt geïntroduceerd.
BENELMAT, de onmisbare bondgenoot voor de werven van de groep
De diensten voor kwaliteit, veiligheid, gezondheid en milieu dragen bij tot een optimalisatie van de CFE-kwaliteitsstrategie Dankzij de efficiënte assistentie van de diensten kwaliteit, veiligheid, gezondheid en milieu behaalden of verlengden de bedrijven van de polen Bouw, Multitechnieken, Spoor & Wegeninfra en Baggerwerken en milieu tal van certificaten. Binnen de pool Bouw bijvoorbeeld, behaalden CFE Brabant en BAGECI dit jaar het OHSAS 18001-certificaat. Aannemingen Van Wellen behaalde het VCA-P-certificaat voor zijn divisie Petrochemie en implementeerde de ISO 14001-norm (milieumanagement) voor zijn divisie Bouw en voor de hoofdzetel. Meerdere entiteiten van de pool (BAGECI, CFE Brabant, CLE, CFE Nederland, MBG, BENELMAT, BPC) werden aan het einde van het jaar geauditeerd voor het behalen van het ISO 14001-certificaat. Meerdere entiteiten stonden op het punt om dit te behalen terwijl andere (BPC en Amart) startten met het implementatieproces. MBG, BENELMAT en BPC verlengden hun VCA**-certificatie. BPC eveneens zijn ISO 9001-certificaat.
UP-SITE
•
42
verdiepingen
• hoogste woontoren in België
•
Liefkenshoekspoortunnel DBFM
•
aannemingscontract
680
miljoen euro
•
onderhoudsperiode
38 jaar •
16
km
spoorverbinding
projecten, ondertussen boven de 10%, blijft stijgen. Afsluitend vermelden we een bijzonder vernieuwende ervaring: de proefinstallatie van de eerste lage-energiecontainers (prototypes) eind november 2012, op de werf van Aannemingen Van Wellen voor het Rode Kruis in België. Deze proefinstallatie kadert in een plan om dit type containers uit te breiden naar alle werven.
▲ Waterzuiveringsstation en slibgistingstank te Moeskroen
Studieafdeling: tal van complexe studies voor de afdelingen Bouw en Burgerlijke bouwkunde Naast de dagelijkse technische bijstand op de werven en de medewerking voor aanbestedingen van de pool Bouw en de pool Multitechnieken, werkte de studieafdeling ook intensiever samen met bepaalde entiteiten van de groep. Voor MBG rondde de afdeling de grootschalige uitvoeringsstudie af voor de Liefkenshoekspoortunnel en verzorgde ze de detailengineering voor de LNG-stijger in Zeebrug-
ge. Daarnaast werkte de afdeling mee aan aanbestedingen voor het DBFM-project van de A11 in Brugge en van de tunnel voor de luchthaven van Deurne. Voor CFE Brabant bestudeerde de afdeling de graafwerken voor het gebouw van Groupe 5 en verzorgde ze de detailengineering voor het Treinmuseum. Daarnaast konden ook diverse Design & Build-projecten rekenen op de expertise van de afdeling: het residentieel project “les Capucins”, een school in Schaarbeek, de gevangenis van Haren …
deed eveneens een beroep op de studie-afdeling, in het bijzonder voor de stabiliteitsstudie voor het kantoorgebouw van BNP Paribas in Algiers, voor het ontwerp van een brug in Bizerte in Tunesië, alsook voor nog andere projecten in Nigeria, in Sri Lanka en Vietnam. Het was bijgevolg een druk jaar voor het team. 2013 kondigt zich even intens aan, met op het menu onder meer een deelname aan meerdere voorontwerpen, aanbestedingen en nieuwe infrastructuurwerken. De afdeling zal daarnaast investeren in de
Ook in 2012 heeft BENELMAT op diverse manieren hulp verleend voor werven voor gebouwenprojecten en werken van burgerlijke bouwkunde: voorbereiding van de werven, ondersteuning bij de keuze en de levering van bekisting, assistentie bij de keuze van materieel en de verhuring en/of verkoop van materieel. Na een gestage toename van de omzet gedurende 8 jaar bleef de onderneming in 2012 op eenzelfde niveau. Globaal bleef de activiteit constant ten opzichte van 2011, maar de omzet voor buitenlandse
Binnen de pool Multitechnieken behaalde CFE EcoTech het OHSAS 18001-certificaat en onderging het een audit met het oog op het behalen van het ISO 14001-certificaat, terwijl VMA en Nizet zich voorbereiden voor het behalen van een ISO 9001-certificatie. Louis Stevens & Co, binnen de pool Spoor & Wegeninfra, is VCA-gecertificeerd. Ten slotte ontwikkelde de pool Baggerwerken en milieu een nieuw geïntegreerd managementsysteem op basis van de ISO 9001, ISO 14001 en OHSAS 18001 normen. De volledige organisatie van Dredging International, dochterondernemingen inbegrepen, werd gecertificeerd (multisite certificaat) door Lloyd’s Register Quality Assurance (LRQA), dat ook de volledige DEME-groep controleerde voor de ISO 14064, een norm voor het berekenen en controleren van broeikasgassen. Ten slotte behaalde DEME het certificatieniveau 3 voor CO2-uitstoot voor de bedrijven die actief zijn in Nederland.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
5
Pool Bouw
België
Een toenemende activiteit binnen de bouwsector In België werd 2012 gekenmerkt door de bijzonder sterke ontwikkeling van de bouwsector, waardoor de daling binnen de sector van de burgerlijke bouwkunde kon worden gecompenseerd. Deze laatste sector hangt immers af van de overheidsbestellingen door de federale overheid, de gewesten en de lokale gemeenschappen. De budgetbeperkingen hadden in 2012 een impact op de orderboekjes en activiteiten. Deze situatie zal ook in 2013 aanhouden. Het sombere klimaat bij de burgerlijke bouwkunde wordt gelukkig gecompenseerd door een uitstekende dynamiek binnen de residentiële bouwsector.
De pool Bouw haalde daarnaast tijdens het afgelopen jaar voordeel uit een grotere rationalisatie van zijn activiteiten, met als gevolg dat BPC, dat binnen Brussel al actief was binnen de bouwsector, nu ook in Wallonië aanwezig is. Deze rationalisatie gebeurde door het opnemen van de bouwactiviteiten van BAGECI en beantwoordt aan de wens om op lokaal niveau veel dichter bij de klanten te staan. Om die reden werden in 2012 nieuwe merken gecreëerd: BPC Liège, BPC Hainaut en BPC Namur. Deze drie antennes van BPC Brabant hebben volwaardige gedecentraliseerde winstcentra in Luik, Charleroi en Namen. De activiteiten van de pool Bouw in België worden uitgeoefend door meerdere bedrijven in de verschillende regio’s van het land. De meeste van deze bedrijven zijn actief in de sector van de bouw, industriële constructies en renovatie. Dat is het geval voor Amart, Aannemingen Van Wellen, BPC, CFE Brabant, Leloup Entreprise Générale, MBG en de Groep Terryn. Twee entiteiten, BAGECI en MBG, zijn actief binnen de sector van de burgerlijke bouwkunde. De structuur van de pool onderging dit jaar meerdere wijzigingen. Naast de hierboven vermelde overname van de activiteiten Gebouwen van BAGECI door BPC, werd de afdeling Wegen van Aannemingen Van Wellen overgedragen van de pool Bouw naar de nieuwe pool Spoor & Wegeninfra. Daarnaast werd ook Leloup Entreprise Générale opgenomen binnen de CFE-groep, binnen de divisie CFE Brabant.
Gebouwen, industriële constructies en renovaties MBG werkte in 2012 met succes aan tal van projecten, met een portefeuille die wordt gekenmerkt door een ruime diversiteit met zowel projecten
voor de residentiële markt, de zorgsector, cultuur en vrije tijd, openbaar nut en de industrie. Het bijzonder goed gevulde orderboek voor 2013 vertoont eenzelfde variëteit. Meerdere grote residentiële projecten werden met succes afgerond. In Gent werden de nieuwe residenties Park View en Waterfront, met respectievelijk 48 en 34 appartementen sleutelop-de-deur opgeleverd. In Brugge werd het door BPI opgestarte en vernieuwende residentiële project op de site van de voormalige brouwerij De Gouden Boom eveneens afgerond. De atypische architectuur vormde een heuse, maar zeer geslaagde uitdading op deze historische site. Het is een gemengd standingvol project dat zich in het bijzonder onderscheidt door de verbouwing van een authentieke mouterij, een overblijfsel van de vroegere brouwerij. In Blankenberge bundelden MBG en Aannemingen Van Wellen hun talenten voor de realisatie van Royal Gardens, een complex met 93 woningen dat water- en winddicht werd opgeleverd. Daarnaast raakten meerdere andere werven in 2013 op kruissnelheid: op de terreinen van de voormalige feestzaal ‘Oude Kaars’ in Wijnegem realiseert MBG een A-tot-Z project, van aan de afbraak tot de assistentie van de klanten-kopers. Het betreft een volledig nieuw sleutel-op-de deur project met 133 woningen en ondergrondse parking. In Gent vorderen het gemengde project Lievehof, met 41 appartementen, kantoren en handelszaken, alsook het complex Canal View met 88 appartementen. In Antwerpen werkt MBG voort aan de bouw van een groot woningencomplex op de site van het voormalige militair hospitaal (Groen Kwartier) en werd gestart met nieuwe projecten, waaronder de derde toren aan het Kattendijkdok en het gebouw Quercus in Boom, op de site van de voormalige brandweerkazerne.
▲ De Grote Post - Oostende
Amart: kwaliteit voorop We benadrukken dat heel wat van onze klanten en/of onze architecten terugkeren voor nieuwe projecten, waardoor er grote eisen worden gesteld bij de realisatie van de geleverde werken en voor de totale tevredenheid van de klant.
Steven Luyckx Bernard Palange Algemeen directeur
2011 verdubbelde en opnieuw winstgevend is. Deze evolutie is het resultaat van verschillende maatregelen en beslissingen tijdens de vorige jaren: de integratie van nieuwe technische competenties, van een studiedienst en een aankoopcentrale binnen het bedrijf, een verbeterde budgetcontrole, een intensifiëring van de commerciële activiteiten, in het bijzonder op het vlak van zichtbaarheid enz.
▲ Up-Site, de hoogste woontoren te Brussel
Binnen de zorgsector bouwt MBG het grootste project ooit in de regio van Eeklo: het ziekenhuis AZ Alma, een globale investering van 220 miljoen euro, waarvan 42 miljoen voor MBT. In Antwerpen (Mortsel) is het rusthuis Mayerhof in aanbouw, in samenwerking met VMA (pool Multitechnieken) voor de elektriciteit. Voor de sector vrije tijd vermelden we het prestigieuze aquapark met sportcentrum en jeugdhuis Duinenwater dat in Knokke zijn deuren opende voor het publiek. Dit sleutelop-de-deur project dat in juni vorig jaar door MBT werd opgeleverd, integreert bijzonder mooi in de omgeving en heeft de meest ecologische en duurzame zwembaden van het land. Nog steeds aan de kust, in Oostende, werd het voormalige centrale postgebouw gerenoveerd en verbouwd tot cultureel centrum
De Grote Post. Hierbij werd nieuwbouw gecombineerd met een respectvolle renovatie van het geklasseerde gebouw, binnen zeer korte deadlines. De grootste uitdaging was de montage van de stalen buizen boven de patio. MBG voltooide ook de werken voor de bouw van twee ondergrondse parkings (Ganzendries en de Wollemarkt in Mechelen, in opdracht van VINCI Park) en werkt voort aan de langverwachte parking aan de Hopmarkt in Aalst (305 plaatsen voor Interparking). MBG heeft bovendien niet stilgestaan bij de industriële activiteiten, met opdrachten voor bedrijven als BASF, Total, Pfizer, Elia en Ineos. 2012 werd tevens gekenmerkt door een grote diversiteit voor de afdeling Gebouwen van Aannemingen Van Wellen, die zijn omzet ten opzichte van
Binnen de residentiële sector leverde de onderneming, samen met MBG, het Royal Gardens complex in Blankenberge op. Daarnaast startte of vervolgde de onderneming meerdere projecten in Antwerpen, waaronder de bouw van De Lichttoren voor BPI en zijn partners, de omvorming van een oud gebouw tot appartementen (Residentie Diamond) en ook van de Residentie Henri. De onderneming is ook aanwezig in Brussel, met de bouw van het Clos du Miroir, in Jette. Binnen de sector van de sociale woningbouw werkte Aannemingen Van Wellen voort aan het project voor Rupelstreek Goed Wonen in Boom en startte met de bouw van een jongerencentrum voor het begeleidingstehuis Home Philippe Speth in Kapellen.
In Mechelen werd ook gestart met een kantoorproject voor het Vlaamse Rode Kruis. In Antwerpen werden de werken voor het kantoorgebouw Onyx voortgezet. De onderneming bouwde opnieuw twee scholen, in Burcht en Zele, een sportcomplex in Zandhoven en een tribune voor 3.246 toeschouwers in de Ethias Arena (Grenslandhallen) in Hasselt. Ten slotte startte de onderneming in 2012 met een project voor de bouw en renovatie van serviceflats voor Onze-Lieve-Vrouw in Antwerpen. In 2012 was CFE Brabant zeer actief en dit binnen de verschillende sectoren van de bouwsector, in het bijzonder scholen, kantoren, industriële gebouwen, ziekenhuizen, residentiële gebouwen, metrostations, rusthuizen en musea, en dat zowel voor private klanten als de openbare sector. Bij de grote projecten vermelden we de vierde Europese School van Laken (52.000 m2) die in synergie met VMA werd gerealiseerd voor rekening van de Regie der Gebouwen.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
6
Pool Bouw
België
▲ Kantoorgebouwen Pole Star (links) en North Light (rechts) - Brussel
Dit project werd opgeleverd binnen een zeer korte termijn, om klaar te zijn voor de start van het schooljaar in september. Dit project had als bijzonderheid dat een moderne architectuur harmonieus werd gecombineerd met historische gebouwen (de voormalige kadettenschool). Tegelijkertijd werd ook de werf voor het Orban-kantoor (36.500 m² - BREEAM label Very Good) voor rekening van AG Real Estate, binnen een recordtermijn gerealiseerd. Andere projecten die in 2012 met succes werden opgeleverd zijn de Ambassade van Singapore in Brussel, het nieuwe Travel Center van het station Brussel-Noord, het appartementencomplex ‘t Rood Huys in Leuven, het Gemeentedepot in Sint-Lambrechts-Woluwe, de renovatie van de kazerne van Hemptinne in Heverlee, de water- en winddichte ruwbouw van het ziekenhuis St-Anne St-Rémi voor CHIREC en de ruwbouw van de villa Napoléon in Ukkel. Bij de grote werven die eind 2012 nog lopende waren, vermelden we de passieftoren voor de politie van Charleroi door architect Jean Nouvel, een werf waaraan ook BPC, Nizet en Druart meewerken, alsook het Pole Star kantoortoren met BREEAM label Very Good voor rekening van AG Real Estate. Andere projecten waren de renovatie van het metrostation Kunst-Wet voor rekening van Beliris, de bouw van het gemengde project Belview in opdracht van Allfin/ BPI (met BPC), de renovatie van woningen voor het project aan de Coenraetsstraat in opdracht van het Woningfonds van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de bouw van een rusthuis aan de Heizel voor rekening van het OCMW van Brussel en van een passiefgebouw voor de huisvesting van de administratie
van Elia in Brussel, alsook de renovatie van het appartementsgebouw in de wijk Leuven, eveneens voor het OCMW van Brussel.
CFE Brabant integreert Leloup Entreprise Générale
Daarnaast werden in 2012 ook meerdere projecten opgestart, in het bijzonder de bouw van twee appartementsgebouwen voor Le Foyer Laekenois, de renovatie (in samenwerking met BPC) van het Eastman-gebouw voor het toekomstige Museum van de Europese Geschiedenis, de bouw van een nieuw ziekenhuis voor het UZ Brugmann, de bouw van het Nationaal Spoorwegmuseum te Schaarbeek voor Eurostation en de uitbreiding van het UZ Sint-Pieter in Brussel, samen met Terryn. Voor CFE Brabant was 2012 het jaar van de talrijke interne synergieën binnen de CFE-groep.
In februari 2012 nam CFE Brabant het handelsfonds over van Leloup Entreprise Générale. De onderneming trad toe tot de structuur van CFE Brabant, om mee te werken aan de ontwikkeling van de cel voor de kleinere projecten. CFE Brabant heeft de teams van Leloup overgenomen om zijn klanten een nog ruimer productaanbod te bieden. Aangezien de geest en de waarden van de beide ondernemingen sterk vergelijkbaar waren, en de activiteiten complementair, verliep deze samenvoeging erg natuurlijk.
BPC onderging in 2012 een sterke transformatie op het moment dat BAGECI Bouw bij de onderneming werd gevoegd. De integratie van de bedienden vond officieel plaats op 1 juli 2012, die van de arbeiders op 1 januari 2013. BPC dekt voortaan heel Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zowel voor de privémarkt als overheidsopdrachten. Er werden vier filialen opgericht: BPC Brabant, BPC Hainaut, BPC Namur en BPC Liège. Begin januari 2013 namen BPC Hainaut en BPC Liège hun intrek in hun nieuwe lokalen in Gosselies en Bierset. Met het oog op het bevorderen van deze nieuwe algemene en lokale identiteit, gaf BPC zijn imago een frisse dynamiek met nieuwe logo’s. Deze samenvoeging heeft de activiteiten van BPC uiteraard niet afgeremd. De onderneming had een gevuld orderboekje in bouwteam voor grote projecten. BPC rondde in 2012 meerdere werven af: een appartementsgebouw
Christophe Van Ophem Algemeen directeur CFE Brabant
▲ Bouw van een kunstgalerij en overdekt zwembad in houtskeletbouw - Brussel
(Jardins de la Source – fase 1) in Louvain-la-Neuve, een gebouw met passiefappartementen in Elsene, een ander aan La Sablière (vierde gebouw in Ukkel Kalevoet voor BPI). Daarnaast waren er nog de projecten Boléro in Bousval, Brichart en Hélios in Rochefort en de sociale woningen in Ghlin en La Louvière.
In Luik werd de Olympische schaatsbaan officieel ingehuldigd (samenwerking met Terryn). Er lopen nog meerdere grote werven waaronder het PPS-project voor de hoger al aangehaalde politietoren van Charleroi, het PPS-project voor de bouw van scholen in Eupen, het gemengde project Belview voor Allfin en
BPI (met CFE Brabant) en het Up-Site project voor Atenor in Brussel. Dit project omvat in het bijzonder de hoogste woontoren in België (42 verdiepingen). In 2012 werden ook diverse andere projecten (Brusilia, Congrégations, Shape…) voortgezet. Het voorbije jaar werden ook verschillende nieuwe werven opgestart: sociale woningen in Jemappes, fase 2 van het project Jardins de la Source in Louvain-la Neuve, de residentie Park Lane in Elsene, het Museum van Europa (Eastman-instituut) in het Leopoldpark in Brussel (met CFE Brabant), doorgangsgebouwen in Tubeke, het hotel Midi in Brussel, CMI in Seraing, het project Meuse Campus in Luik, het PWTC-project in Gosselies en de start van de renovatie/heropbouw van het project Chambon (voormalige hoofdzetel van de ASLK voor Allfin). In de loop van 2012 vonden er bij Amart heel wat wijzigingen plaats. Gedelegeerd bestuurder Ivan De Wilde werd door de CFE-groep gevraagd om de leiding van het PPS-project voor de scholen van Eupen te verzorgen. Als gevolg daarvan hebben Steven Luyckx en Bernard Palange de algemene leiding van het bedrijf op zich genomen. Amart, dat in 2012 een goedgevuld orderboekje had en zijn omzet sterk zag stijgen, verhuisde zijn kantoren naar Evere. In 2012 bouwde Amart het project Faubourg d’Egmont, een mooi residentieel passiefgebouw in de Kernstraat in Brussel, dat ondertussen ook werd opgeleverd. De onderneming stond ook in voor de verbouwing van een gebouw voor de opvang van mensen met een handicap in Lasne (l’Essentiel). Het bedrijf verbouwde ook een voormalige mouterij tot woningen voor Bree-
vast, richtte de kantoren voor Google in, bouwde een gemengd complex in de wijk Fort Jaco in Ukkel (Au Petit Village) en verbouwde de Renault-site in Drogenbos. Er lopen nog meerdere projecten en een aantal andere staan op het punt om te worden opgestart. Een ervan is de grote werf Bataves Housing en een tweede bestelling van Redevco voor de nieuwe ontwikkeling van hun site in Jumet. In Brussel zal Amart instaan voor de nieuwe vestiging van de Vlerick Business School in het gebouw Manhattan Center. In Gent, in de Veldstraat, op een boogscheut van de werf Glaszwaan voor Prowinko, kreeg Amart een bestelling voor een gemengd project met handelszaken en woningen door een private investeerder. De onderneming verwierf ook een werf voor Athelean in Luik. De groep Terryn omvat de ondernemingen Korlam, Spanbo, Ecotimber, Terryn Hout in Moorslede en Lamcol in Marche-en-Famenne. De groep, die gespecialiseerd is in de verwerking en valorisatie van hout, kreeg in 2012 af te rekenen met een te lage vraag, zowel in België als in het buitenland. De activiteiten voor industriële houtconstructies zetten betere resultaten neer dan deze voor de levering van houtproducten. De rentabiliteit van de groep verbeterde in 2012 licht. De groep kan ook terugblikken op enkele zeer mooie realisaties zoals het dak van de nieuwe hal van de Foire de Libramont en dat van de Olympische schaatspiste van Luik. De onderneming werkte ook mee aan de bouw van de showroom van CNH (Fiat-groep) en het zwembad van Rozebroeken te Gent.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
7
Pool Bouw
België
Terryn zet in op projecten met een hoge toegevoegde waarde De crisis binnen de bouwsector heeft ons ertoe aangezet om onze kostenstructuur opnieuw van nabij te onderzoeken. We zijn er geleidelijk in geslaagd om de rentabiliteit te verbeteren en tegelijkertijd het accent op projecten met een hoge toegevoegde waarde te leggen. Op die manier slagen we er beter in om de competenties van ons studiebureau en de kwaliteit van ons gespecialiseerde machinepark te valoriseren.
Stefaan Terryn
Door de onzekerheden van 2013 nemen de bedrijven diverse maatregelen: een gerichtere keuze van de projecten met het oog op een betere rentabiliteit, een interne reorganisatie, de versterking van synergieën binnen de groep, de oplevering van kwalitatieve werven en binnen de voorziene termijnen en budgetten, het versterken van de commerciële inspanningen binnen bepaalde geografische regio’s, een verbeterde flexibiliteit en efficiëntie van de onderneming, de fidelisering van klanten, of ook nog de ontwikkeling van sectorale activiteiten, van 'groene’ projecten enz. Daarnaast wordt ook het accent gelegd op veiligheid, met als doelstelling te komen tot een ‘zero accident' omgeving, en op kwaliteit en milieu, in het bijzonder gelinkt met het behalen van het ISO 14001-certificaat voor meerdere entiteiten.
De synergieën tussen de divisies Burgerlijke bouwkunde en Gebouwen en industriële constructies hebben in 2012 opnieuw bijgedragen tot het succes van MBG. Onze medewerkers kunnen binnen diverse disciplines worden ingezet, rekening houdende met hun wensen, talenten en ambities. Het samenbrengen van de algemene diensten en het uitwisselen van competenties en middelen stimuleren deze synergieën. Terwijl de divisie Burgerlijke bouwkunde haar megaprojecten in schoonheid afrondde, zagen we bij de divisie Gebouwen en industriële constructies een mooie reeks successen binnen diverse markten, zowel publieke als private, met werven die gingen van kleine industriële projecten tot grote complexen voor residentieel gebruik of openbaar nut.
Patrick Verswijvel Algemeen directeur MBG Directeur Burgerlijke bouwkunde België en Luxemburg
Filiep Terryn Gedelegeerd bestuurder Groep Terryn
Wat belooft 2013 voor de bouwsector?
MBG: ja aan synergieën!
Burgerlijke bouwkunde en infrastructuren Met het oog op een optimalisatie van de synergieën werden de activiteiten op het vlak van burgerlijke bouwkunde in België en Luxemburg opnieuw onder een algemene directie geplaatst, onder leiding van Patrick Verswijvel, bijgestaan door Jean-Pierre Dewulf. Het betreft jonge en gemotiveerde teams die actief worden gecoacht en door hun leidinggevenden worden ondersteund bij het beheer van de werken en bij beslissingsprocessen. In 2012 hadden de activiteiten van BAGECI hoofdzakelijk betrekking op twee types van markten: enerzijds de sanering en de verwerking van afvalwater via de bouw van waterzuiveringsinstallaties, pompstations, collectoren, enz.; anderzijds de renovatie van bestaande constructies door hydro-afbraak en gunnitering, zoals voor de tunnel van Biereau. De onderneming zag ook het waterzuiveringsstation van Sclessin ingehuldigd alsook de afronding van
▲ Bouw van een zeesteiger voor Fluxys - Zeebrugge
BPC: de juiste persoon op de juiste plaats Meer dan ooit in deze periode van crisis is het belangrijk elkaar te helpen en elke misser of uitschuiver te voorkomen, door steeds de juiste persoon op de juiste plaats te zetten, op het juiste moment. Dit houdt in dat we elkaar goed moeten kennen zodat elke eenheid zich kan ontwikkelen en ontplooien ten voordele van de volledige groep. Om die reden zetten we alles in het werk voor het vergemakkelijken van de integratie van onze nieuwe medewerkers. Het is precies tijdens een crisisperiode dat kansen en talenten aan de oppervlakte komen. We hebben alle talenten nodig voor het behoud van onze competitiviteit binnen een context die wordt gekenmerkt door een afbouw van het aantal grote kantoorprojecten en weinig positieve vooruitzichten op macro-economisch niveau. Op die manier kunnen we de sterke groei die we 2012 kenden, beheersen en bestendigen.
Frédéric Claes Gedelegeerd bestuurder BPC
de werf met de Vortex-eenheden in Namen. Deze leveren een bijdrage voor de sanering van het afvalwater alvorens het in de Maas wordt geloosd. Binnen deze activiteitssectoren werden
tevens meerdere nieuwe projecten binnengehaald, waaronder het pompstation van Jemeppes, het waterzuiveringsstation van Bousval, of ook nog de renovatie van de spuien van de Zenne in
Brussel. Daarnaast zijn er ook kunstwerken in aanbouw. We vermelden in het bijzonder de Bowstring brug in Auvelais en de omlegging van de spuien van de Lasne in Genval. Ten slotte werden er heel wat biedingen ingediend voor de bouw van verschillende stormbekkens in Brussel. Hiervoor wacht de onderneming nog op de resultaten.
GEKA. In 2012 werd ook het startsein gegeven voor de werf van de watertoren van Beersel, een werf die in de loop van 2013 afgerond zal zijn. In Mechelen werd in januari 2013 gestart met de eerste fase voor de aanleg van de stationsomgeving met een grote ondergrondse parking (60 miljoen euro, in tijdelijke handelsvennootschap).
Voor de afdeling Burgerlijke bouwkunde van MBG was in 2012 de Liefkenshoekspoortunnel de belangrijkste werf. Het DBFM-project ter waarde van 680 miljoen euro werd eind 2008 opgestart. Het gedeelte werken zal halverwege 2013 afgerond zijn, waarna een onderhoudsperiode van 38 jaar aanvangt. De werfteams leveren al vier jaar grote inspanningen om de termijnen te respecteren, met succes. De tweede en belangrijkste deadline, namelijk de terbeschikkingstelling op 21 januari 2013, werd gehaald.
Het menu voor de afdeling burgerlijke bouwkunde in 2013: grote dossiers op de studietafel en opvolging van werven
De bouw van deze spoorverbinding van 16 kilometer tussen de linker- en de rechteroever van de Schelde hield meerdere technische uitdagingen in, met als belangrijkste de boringen onder de Schelde en onder de haven van Antwerpen op 40 meter diepte. Dit gebeurde met 2 gronddrukschilden. De expertise van de vier partners, waaronder VINCI Construction Grands Projets (VCGP), vormde een troef voor het welslagen van deze werf. 2012 betekende ook het einde voor de grote Diabolo-werf in Zaventem (320 miljoen euro), die in juni officieel werd ingehuldigd in aanwezigheid van Koning Albert. Alles samen was dit een grote uitdaging die met brio werd aangegaan. De werf voor de tweede steiger (jetty) op de site van Fluxys in Zeebrugge werd in december 2012 afgerond. De maritieme werkzaamheden werden uitgevoerd in samenwerking met
Voor burgerlijke bouwkunde bestaat de belangrijkste doelstelling erin om het orderboek te vernieuwen. De onderneming zal prioritair aandacht besteden aan de opvolging van studies voor diverse projecten die ruim 100 miljoen euro vertegenwoordigen, zoals de Limburgse Noord-Zuidverbinding, de tweede fase voor de heraanleg van de leien in Antwerpen (Brabo 2), de Leopold II-tunnel in Brussel of nog het waterzuiveringsstation van Brussel-Zuid. De meeste van deze werven zullen pas eind 2013 of in de loop van 2014 opstarten.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
8
Pool Multitechnieken
België
2012 was een intens jaar met de reorganisatie van de pool Multitechnieken 2012 was een intens jaar met de reorganisatie van de pool Multitechnieken en in het bijzonder de overname van Ariadne, de transfer van Louis Stevens & Co en ENGEMA naar de pool Spoor & Wegeninfra, de efficiënte toenadering tussen Vanderhoydoncks en VMA, de geslaagde integratie van ETEC of nog de ontwikkeling van Brantegem. Later in het jaar waren er nog andere toenaderingen, de resultaten hiervan zullen in 2013 merkbaar worden. Prioriteit voor het integratieproces en de uitbreiding van de nationale dekking
Acquisitie
• ARIADNE • gespecialiseerd in de automatisering
• Waterzuiveringsstation Sclessin
• 150.000 I.E. •
Het jaar was weliswaar moeilijk maar de globale omzet van de pool blijft stabiel ondanks een lichte daling binnen bepaalde entiteiten. Daarnaast kan de pool ook bogen op een solide orderboek. Hoewel er in 2013 enkele overnames gepland zijn, zal de pool prioriteit verlenen aan het integratieproces van de ondernemingen onderling. Dit moet de efficiëntie ervan nog verbeteren. Daarnaast zullen ook de synergieën nog verder versterkt worden, in het bijzonder voor PPS-projecten. Verder zal de pool zijn dekking binnen het land uitbreiden, door het versterken van zijn aanwezigheid binnen regio’s waar deze momenteel minder actief is.
De bedrijven van de pool Multitechnieken in 2013 In België omvat de pool Multitechnieken nu de volgende ondernemingen:
Vallée du Hain
VMA, Nizet Entreprise (met daarbij verbonden CFE EcoTech dat milieugebonden projecten verzorgt), Vanderhoydoncks, Van De Maele Multi-Techniek en Ariadne zijn gespecialiseerd in algemene elektriciteit en industriële automatisering;
I.E.
Brantegem, Druart en zijn dochteronderneming Prodfroid zijn gespecialiseerd in HVACtechnieken;
90.000
ETEC is gespecialiseerd in openbare verlichting en het plaatsen van netwerken;
Synergieën
binnen de pool en de groep nog nooit zo sterk
be.Maintenance staat in voor het onderhoud en de speciale technieken van gebouwen; Voltis beschikt over verkooppunten voor verlichting, materiaal voor elektrische installaties, gereedschap, domotica, verwarming, klimaatregeling en huishoudtoestellen.
Elektriciteit De expertise van de CFE-groep op het vlak van elektriciteit en elektrotechniek werd in 2012 opnieuw bevestigd binnen de meest diverse sectoren, gaande van residentieel en tertiair vastgoed tot ziekenhuizen, scholen, de industrie en infrastructuren. Daarbij komt dat de synergieën binnen de pool en de groep nog nooit zo sterk waren als vandaag. Na anderhalf jaar voorstudie en ontwikkeling rondde de afdeling ‘Infra’ van VMA dit jaar de studie af van het engineeringssysteem voor de tunnels van Delft en werd de uitvoering van deze ongeveer 2,2 kilometer lange werf voorbereid. Het is een mooi voorbeeld van synergie met CFE Nederland. Naast het KAM kantoorgebouw in Brugge voor Eurostation en de werf Lak-VMM in SintDenijs-Westrem voor Interbuild, verzorgde de onderneming in 2012 ook de elektrische installatie voor de vierde Europese school, een prestigieus project in samenwerking met CFE Brabant. Een ander voorbeeld van synergie is het kantoorgebouw Pole Star in Brussel. Dit werd gerealiseerd in samenwerking met Nizet en CFE Brabant, aansluitend op het project North Light. Samen met Brantegem werkte de onderneming ook aan een vernieuwend project, voor Elia, en maakte hiervoor gebruik van zijn softwareprogramma VMA Information Control System (VICS) waarmee een geïntegreerd beheer van alle technische uitrusting van een gebouw mogelijk is, samen met een bijzonder strikte opvolging van het energiegebruik. Daarnaast kreeg VMA twee bijzonder belangrijke bestellingen binnen de ziekenhuissector toegewezen, beiden in Gent, in het bijzonder het AZ Jan Palfijn en het AZ Maria Middelares. Dit betekende een stevige uitdaging door het hoogtechnische karakter van de projecten, de noodzaak om de ziekenhuizen operationeel
▲ HVAC-installaties - hoofdzetel Elia - Brussel
te houden tijdens de renovatie, in combinatie met een zeer korte uitvoeringstermijn, in het bijzonder voor het AZ Jan Palfijn. VMA start 2013 met een goed gevuld orderboek, en met kwaliteitsdoelstellingen voor zowel het prestatieniveau als het rendement, de veiligheid en de werkomstandigheden in het algemeen. Daarnaast zal bijkomende aandacht gaan naar opportuniteiten op internationaal niveau. Het in Limburg gevestigde Ariadne dat in 2012 werd overgenomen om het aanbod voor elektriciteit te versterken, is gespecialiseerd in elektrische automatisering. De onderneming realiseerde in 2012 de automatisering van productielijnen, machines en logistieke systemen binnen de automobiel-, voedings- en drankensector,
almaar grotere projecten het bedrijf om bijkomende financiële middelen aan te trekken. Door de integratie binnen de CFEgroep profiteert Ariadne nu van de kracht en de financiële soliditeit van de groep en van de synergieën binnen de pool, waardoor de onderneming zich kan concentreren op zijn kernactiviteit en opnieuw verder kan groeien.
alsook voor de productie van consumentengoederen. De onderneming installeerde ook fotovoltaïsche panelen en plaatste meerdere elektrische installaties binnen de papierindustrie en bij producenten van bouwmaterialen. Enkele van de klanten die in 2012 voor een automatiseringsoplossing een beroep deden op Ariadne zijn Norbert Dentressangle (specialist diepvriesproducten), Limelco Zonhoven (zuivel) en Lear Corporation Genk (testinstallatie voor autostoelen).
Een sterke aanwezigheid binnen de ziekenhuissector
Ondanks een herhaald uitstel van bestellingen voor Ford Genk was 2012 voor Ariadne een goed jaar dankzij de uitbreiding van het werkdomein naar andere sectoren dan de automobielsector. De laatste jaren verplichtten de noden door de voorfinanciering van
2012 was geen gemakkelijk jaar voor Nizet dat niettemin de verwachte omzet realiseerde en daarbij een licht positieve marge wist te behouden. Ingevolge de terugval binnen de kantoormarkt verzorgde de afdeling tertiaire projecten van de onderneming de elektrische installaties
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
9
Pool Multitechnieken voor de muziekacademie van Braine-l’Alleud, de Renault showroom in Drogenbos voor Amart en het shoppingcenter van Nijvel. Daarnaast lopen er nog een aantal projecten: de scholen van de Duitstalige gemeenschap in Eupen, de kantoren van de Espace Solvay in Luik en het Pole Star gebouw (kantoren van GDF Suez) in Brussel voor de tijdelijke handelsvennootschap CFE/ Interbuild. Nizet bevestigde daarnaast zijn knowhow binnen de ziekenhuissector. In 2012 werden meerdere werven opgeleverd: het ziekenhuis Jolimont (Blok D), het Brugmannziekenhuis in Brussel, het OCMW in Doornik en het Louis Caty-ziekenhuis in Baudour. Daarnaast werden de werken voortgezet aan het St. Nikolaus-Hospital in Eupen, het Erasmus- en het SintJansziekenhuis in Brussel en het Centre Hospitalier Régional van Huy. Er worden ook meerdere mooie bestellingen voor 2013 binnengehaald: de scholen van het militair NAVO-hoofdkwartier SHAPE in Bergen, het CHWAPI-ziekenhuis in Doornik, de politietoren in Charleroi en het ziekenhuis van Dinant. De activiteit voor het plaatsen van fotovoltaïsche panelen kreeg het moeilijk door het wegvallen van subsidies in Vlaanderen en het niet op gang raken van de markt in Wallonië en Brussel. Enkele werven werden afgerond, waaronder de overdekte markt
▲ Elektriciteitswerken - Dreamland - Tongeren
MABRU en een beschermde werkplaats in Brussel, de hanger voor het voedingsbedrijf Catoul in Luik alsook de eigen vestiging van het bedrijf. Tegelijkertijd lijdt de afdeling Infra sterk onder de teruggelopen investeringen. Ondanks een teleurstellende omzet boekte het bedrijf toch een mooi resultaat. In 2012 werkte het onder meer aan de elektrificatie van het zuiveringsstation van de Hain-vallei in Braine-le-Château, in associatie met CFE Brabant, BAGECI, CFE EcoTech en Druart, van het pompstation in Tihange en van de Vortex-eenheden in Namen. De Infrabel-werf in Luik, in een tijdelijke handelsvennootschap met BPC, loopt nog. De afdeling Ateliers, fabrikant van elektrische kasten en borden voor midden- en laagspanning, had het hele jaar een goed gevuld orderboek. Enkele van hun klanten waren het Centre Hospitalier Régional van Huy, BNP Fortis in Hareng en de Valdor-site van de Cliniques de l'ISoSL in Luik. Het Limburgse bedrijf Vanderhoydoncks, dat met succes nauwer ging samenwerken met VMA, realiseerde elektrische installaties binnen zeer uiteenlopende sectoren. Ook hier waren er meerdere belangrijke werven binnen ziekenhuisomgevingen. Grote werven waren het Heilig Hart-ziekenhuis in Leuven, blok 8 van Sint-Trudo in Sint-Truiden en het Algemeen Ziekenhuis Heilige Familie in Reet in het kader van de renovatie van het operatiekwar-
België tier. Daarnaast werden ook werken uitgevoerd in nog andere ziekenhuizen in Antwerpen, Genk, Melsbroek en Diest. Binnen de industriële sector realiseerde de onderneming elektrische installaties voor de nieuwe kantoren en productiehallen van Roba Metals in Genk alsook voor onder meer Scania in Opglabbeek, Pietercil in Tessenderlo, Isola in Tongeren en Nike in Laakdal. Er waren eveneens teams van Vanderhoydoncks aan de slag binnen de retailsector, in het bijzonder voor elektriciteitswerken in meerdere winkels van Colruyt, Dreamland en Okay, alsook binnen de tertiaire sector met bijvoorbeeld de kantoren van De Vijver in Vilvoorde en C-Mine CBI&O in Genk. Ten slotte was het bedrijf actief voor de openbare sector (Foyer in Genk, Fluxys, Regie der Gebouwen, …). Het bedrijf is vastbesloten om in 2013 voort te gaan op de in 2012 ingeslagen weg van groei en met het huidige orderboek durft het nu al bijna inzetten op een hogere omzet. Ook voor Van De Maele Multi-Techniek betekende 2012 een nieuwe mijlpaal. CFE besliste immers om de resterende 35% aandelen die nog in handen waren van de voormalige eigenaar, integraal over te nemen. De overname werd effectief in januari 2013. Van De Maele Multi-Techniek is in het bijzonder trots op de werf voor het Thon Hotel Europe. Het bedrijf verzorgde de volledige elektrische installatie en verlichting
van dit gebouw in het hart van de Europese wijk in Brussel. Het werd tegen 1 april 2012 volledig gerenoveerd en verbouwd tot een viersterrenhotel. Een ander mooi project is het nieuwe gebouw voor het chirurgisch dagcentrum van het AZ Sint-Blasius in Dendermonde. Van De Maele Multi-Techniek verzorgde er de volledige elektrische installatie, met inbegrip van de hoogspanningsinstallatie, de algemene verlichting en de noodverlichting, de netwerken voor data en telefonie, de oproepsystemen en de systemen voor muziekverspreiding, de toegangscontrole, de camera's, interfonie enz. Daarnaast realiseerde de onderneming, in co-aanneming met MBG, de elektrische installatie van het nieuwe culturele centrum in de voormalige Grote Post in Oostende. De onderne-
ming zal ook de volgende 5 jaar instaan voor het onderhoud van de elektrische installaties van alle gebouwen van de universiteit Gent. Ten slotte vordert het project in Harelbeke: de eerste fase zal in 2013 worden afgerond en de tweede is gepland voor 2015.
HVAC Al meerdere jaren biedt de groep activiteiten op het vlak van HVAC-technieken aan. Terwijl deze activiteiten zich voorheen vooral in Brussel en Wallonië concentreerden, werden deze het afgelopen jaar versterkt in het noorden van het land, in het bijzonder dankzij de overname van Brantegem uit Aalst. De participatie van de CFEgroep in de onderneming en de
Exportgericht werken is een andere manier om de uitdagingen voor 2013 aan te gaan ! De activiteiten van de pool Multitechnieken zullen zich in 2013 verder ontwikkelen. De meeste entiteiten hebben vertrouwen in de toekomst omwille van reële opportuniteiten, zelfs bij een moeilijke context. Ten slotte zullen ook de strategieën van de verschillende bedrijven - onder meer de diversificatie van klanten en activiteitsdomeinen, gerichtere offertes alsook een versterking van de teams en commerciële inspanningen - bijdragen tot de gezondheid van de pool in 2013.
Bernard Cols Directeur generaal van de pool Multitechnieken
kapitaalsverhoging brachten bij Brantegem een positieve dynamiek voor de groei van het bedrijf in 2012 op gang. De investeringen in human resources in 2011 werden voortgezet en hebben hun vruchten afgeworpen. Ze legden de basis voor verdere ontwikkelingen binnen de groep en bijgevolg een sterke omzetstijging. Hoewel de marges binnen de sector onder druk blijven, is Brantegem actief binnen een groeimarkt die wordt gekenmerkt door een voldoende grote vraag naar middelgrote installatiebedrijven met engineeringcapaciteit. De onderneming stond in voor een veertigtal HVAC-projecten, waaronder voor de hoofdzetel van Elia in Schaarbeek, het Pius X-college in Zele, de woningen aan de Coenraetsstraat (een project van de CFE-groep), het cultureel centrum Bellekouter in Affligem en de Kazerne de Hemptinne (CFE) in Heverlee. Ariadne, dat hoofdzakelijk actief is op het vlak van elektriciteit, ontwikkelde en optimaliseerde een specifiek softwarepakket voor HVAC-technieken, in het bijzonder voor de besturing en visualisatie van clean rooms en industriële koelinstallaties. Van De Maele Multi-Techniek uit het West-Vlaamse Meulebeke rondde met succes meerdere engineeringprojecten af, waaronder de elektrische besturing van de HVAC-technieken van het nieuwe zwembad voor het Duinenwater-project in Knokke-Heist,
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
10
Pool Multitechnieken
België de volledige regelsystemen van het project Eurostation fase 2 en die van het H&M-gebouw in Ghlin. Van De Maele Multi-Techniek verzorgt momenteel ook de regelsystemen en de luchtgroepen van het O.L.V. Van Lourdes Ziekenhuis in Waregem. De nog jonge afdeling Ventilatie moest zijn kwaliteiten nog bewijzen, door op de eerste werven onberispelijk werk af te leveren. Deze opdracht werd met brio volbracht, met eerste mooie resultaten en een veelbelovend orderboek. De onderneming werkte onder meer mee aan de eerste fase van het project Hof Ter Linden in Leupegem, met een collectief ventilatiesysteem voor 50 appartementen. In de 41 appartementen van het Lievehof worden momenteel individuele D-systemen geïnstalleerd, net als in de 90 appartementen voor het renovatieproject Ter Dompel in Waregem. De afdeling Ventilatie haalde daarnaast een in 2013 uit te voeren bestelling binnen voor het Regata-project in Oostende. Bij de activiteit Mechanical & Piping leverde Van De Maele Multi-Techniek de eerste fase op voor de leidingswerken voor Pinguin-Lutosa, dat investeert in de optimalisatie van zijn productielijnen. De volgende fase moet van start gaan in 2013. Daarnaast rondde de onderneming ook de plaatsing af van een volledig persluchtnet en een vacuümnet voor het bedrijf Melexis, waar ook nog andere werven (HVAC, sanitair…) lopen.
Speciale technieken voor de kunst- en gezondheidssector Voor Druart, een van de twee Waalse eenheden in Henegouwen, startte 2012 moeilijk omdat enkele werven werden uitgesteld. De situatie keerde echter in gunstige zin en uiteindelijk werden voor ruim 34 miljoen euro aan bestellingen binnengehaald. De onderneming heeft dus niet stilgezeten en verzorgde onder meer de HVAC-technieken in de gebouwen van het nieuwe universitair ziekenhuis Marie Curie (600 bedden) in Lodelinsart in opdracht van de intercommunale ISPPC, alsook voor het kunstdepot in Bergen (Franse gemeenschap), het winkelcentrum Meiser (CAMAX) in samenwerking met CFE Brabant, en de site van Reibel in Brussel. Druart werkt(e) ook mee aan de lopende renovatiewerken van het NotreDame de Grâce-ziekenhuis in Gosselies, de bouw van de politietoren van Charleroi (met meerdere bedrijven van de groep), alsook de bouw van passiefwoningen in Bousval, samen met BAGECI. En hoewel de omzet voor 2012 uiteindelijk iets lager uitviel ten opzichte van een jaar eerder, kan op basis van het resterende orderboek op 31 december 2012 voor de omzet van 2013 een stijging worden verwacht. De groep lanceerde zich dit jaar in de kunstwereld van Henegouwen, met de belangrijke taak om zeer precies de temperatuur en de luchtvochtigheid te garande-
▲ Plaatsen van een volledig persluchtnet en een vacuümnet - Ieper
ren voor een optimale conservatie van de kunstwerken die in het Palais des Beaux-Arts van Bergen getoond zullen worden. Dankzij de kwaliteit van het geleverde werk en de spitstechnieken haalde Prodfroid het contract binnen voor de regeltechnieken en de aanvoer van koelgas voor de aircosystemen van het museum. De indienstneming van de installatie is voorzien voor eind januari 2013. Binnen de farmaceutische sector heeft de samenwerking tussen Prodfroid en bepaalde grote installateurs in de loop der jaren geleid tot mooie resultaten, met koelruimtes die in bepaalde gevallen meteen van bij de eerste tests gevalideerd worden. In 2012 waren er opnieuw succesvolle samenwerkingen, op de werf Rix 229 van GSK, met de klimaatregeling van kantoren en batterijvoedingen voor ventilatiegroepen, alsook
bij de uitbreiding van Pfizer in Louvain-la-Neuve waar Prodfroid, in samenwerking, een werf realiseerde voor de klimaatregeling van de kantoren en van de koelingsuitrusting. De onderneming stond onder meer ook in voor de klimaatregeling van de informaticazalen in opdracht van AG en nam deel aan de werf Shape G-Wing, in synergie met Druart. Verder verzorgde ze de klimaatregeling/ verwarming van een verdieping bij GSK Rixensart en werkt ze mee aan een lopende werf voor InBev in Hoegaarden. Druart, waarvan het team in 2012 werd uitgebreid, verhuist begin 2013 zijn exploitatiezetel naar de gebouwen van BAGECI in Naninne. 2013 moet ook een jaar worden van bijkomende ontwikkeling, in eerste instantie in Vlaanderen, in synergie met andere entiteiten van de pool Multitechnieken.
Openbare verlichting Sinds eind 2011 worden de activiteiten van de groep op het vlak van openbare verlichting en het plaatsen van ondergrondse netwerken binnen de pool Multitechnieken verzorgd door ETEC, dat ook actief is in de sectoren elektriciteit, water, aardgas en telecom. In 2012 werkte ETEC voor de intercommunale voor gas en elektriciteit ORES in het kader van raamcontracten voor de plaatsing van ondergrondse kabels en leidingen, de plaatsing van bovengrondse bekabeling voor laag- en middenspanning, openbare verlichting, particuliere aansluitingen op het elektriciteits- en gasnet alsook interventies bij defecten en lekken voor elektriciteit, gas en telecom. Verschillende van deze raamcontracten lopen eind
2013 af. De contracten voor middenspanningsnetwerken worden uitgevoerd via een tijdelijke handelsvennootschap met onder meer ENGEMA en ETEC. De activiteiten voor Belgacom kaderen binnen het raamcontract voor de uitvoering van grondwerkzaamheden, de plaatsing van kabels, de installatie van computerkasten (type ROP) en Optical Works. Daarnaast bevestigde het bedrijf de knowhow op het vlak van optische vezels met de toekenning van grootschalige installatiewerken, en zijn aanwezigheid binnen de markt voor de plaatsing van koperkabels. Hiervoor werd een specifiek team opgericht. ETEC zal het contract in 2013 voortzetten, met de intentie om zijn positie als belangrijke aannemer voor Belgacom te consolideren.
De onderneming, met onder haar klanten ook de intercommunales TECTEO en IECBW, voerde in 2012 ook meerdere contracten uit met betrekking tot openbare verlichting voor de Service Public de Wallonie (SPW), op de ring rond Bergen (Fase 2), de rotonde in Hove en de verkeerslichten voor het stadswegennet (RESI III) in Bergen. Ten slotte stond ETEC in voor de openbare verlichting aan de voormalige suikerfabriek van Frasnes-Lez-Anvaing, een verkaveling in Boum-Walcourt en de rue Valenciennoise in Bergen.
Onderhoud en distributie De groep verzekert tevens een dienst voor het onderhoud en het beheer van technische installaties voor gebouwen,
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
11
Pool Multitechnieken
België plexe Vortex-project in Namen. In 2012 werden immers twee grote waterzuiveringsstations in dienst gesteld, dat van Sclessin (150.000 inwonersequivalenten) en dat van de Hain-vallei (90.000 inwonersequivalenten), het resultaat van een belangrijke synergie binnen de groep omdat ook de entiteiten CFE Brabant, BAGECI, Nizet en Druart meewerkten aan dit project. CFE EcoTech rondde in 2012 ook de montage af van de elektromechanische uitrusting voor de anaerobe afbraak van het slib van het zuiveringsstation van Moeskroen. Daarnaast werkte het bedrijf voort aan de indienststelling van de Vortex-eenheden in Namen. Er waren tevens enkele belangrijke inschrijvingen op aanbestedingen, zowel in België (aanpassing van de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) van Brussel-Zuid) als internationaal. De belangrijkste evolutie van CFE EcoTech in 2012 was overigens de opstart van de exportactiviteiten, met twee lopende contracten, in Vietnam en in Sri Lanka. 2013: globaal positieve vooruitzichten
▲ Plaatsen van openbare verlichting - Mons
gaande van het eenvoudige preventieve onderhoud tot langetermijncontracten met resultaatsverplichting en totaalgarantie. Deze contracten omvatten dan de werking en het toezicht van de installaties, naast depannages, herstellingen en renovaties van de technische installaties. Deze dienst wordt verzekerd door be.Maintenance dat in 2012 zijn tweede werkingsjaar had. Het werd een bemoedigend jaar omdat het oorspronkelijke financiële plan perfect werd gevolgd. Het bedrijf be.Maintenance groeit op een gestructureerde manier en de diensten evolueren mee met de behoeften van de klanten. De hoofdzetel van be.Maintenance is gevestigd in Anderlecht, maar in 2012 werden twee regionale vestigingen geopend, in Le Roeulx in Henegouwen en in Wilrijk.
Er werden enkele aanzienlijke contracten binnengehaald. Voorbeelden zijn het onderhoud van de speciale technieken voor het gebouw Nysdam in Terhulpen, aangevuld met een totaalgarantie voor een periode van 10 jaar (via Sogesmaint-CBRE), het technische onderhoud en een klusjesdienst voor de Nederlandse ambassade en verschillende aanpalende residenties én het volledige onderhoud voor de Poolse ambassade in de Stevinstraat in Brussel (een contract dat werd afgesloten met de hulp van CFE Polska). be.Maintenance boekte ook een mooie vooruitgang binnen de hotelsector, met onderhoudscontracten voor ‘The Hotel' (het vroegere Hilton) en voor het volledig nieuwe hotel Park Inn (by Radisson) in Leuven. Dit contract versterkt de aanwezigheid bij deze klant die al de Radisson Blu Royal van Brussel en de Radisson Blue
Balmoral in Spa had toevertrouwd. De groep ziet ook een groei van het aantal onderhoudsactiviteiten in Vlaanderen, waar be.Maintenance in synergie met VMA een mooi contract verwierf voor de Vlaamse Gemeenschap, voor de Jacob Van Maerlant site in Brugge. De bank ING vertrouwde be.Maintenance het onderhoud van een veertigtal kantoren in Vlaams Brabant en Brussel toe. Nog steeds in Brussel bleef de onderneming ook in 2012 het onderhoud verzekeren van het gebouw van de Federale Politie en van de sites Méridien en Botanique van het Sint-Jansziekenhuis, en dit voor de HVAC-installaties en elektriciteit. De activiteit Distributie van de groep wordt verzorgd door twee Voltis-winkels in Waterloo en Louvain-la-Neuve waar particulieren en professionelen
terecht kunnen voor een groot assortiment producten in de domeinen elektriciteit, verlichting, klimaatregeling, domotica, gereedschap en huishoudtoestellen. De beide winkels organiseerden met succes hun traditionele opendeuracties in september en oktober, en in mei werd in Louvain-la-Neuve een nieuwe showroom voor verlichting ingehuldigd. De economische context liet zich echter voelen en de omzet liep iets terug ten opzichte van 2011. Niettemin verbeterden de marges dankzij een beter aankoopbeleid en voorraadbeheer. Voor 2013 streven we bijgevolg naar een verbeterde werking en hogere aantrekkelijkheid voor de verkooppunten.
Milieu De CFE-groep ontwikkelde een algemeen erkende knowhow op het vlak van waterzuivering en -behandeling, zowel voor de publieke sector als voor de industrie. Deze knowhow omvat de methanisatie en de energetische valorisatie van vloeibaar organisch afval, de behandeling van gassen en lucht alsook de optimalisatie en renovatie van bestaande installaties. Deze activiteiten worden verzorgd door de entiteit CFE EcoTech, die zowel in België als internationaal actief is. Het bedrijf, dat in 2012 werd opgenomen binnen de pool Multitechnieken, kende het voorbije jaar een sterke activiteit met een voorlopige oplevering van meerdere werven in België en de indienststelling van het com-
De activiteiten van de pool Multitechnieken zullen zich in 2013 verder ontwikkelen. De meeste entiteiten hebben vertrouwen in de toekomst omwille van reële opportuniteiten, zelfs bij een moeilijke context. De wil om uitdagingen aan te gaan is zeer duidelijk aanwezig. Deze vertaalt zich in het bijzonder in het zoeken naar synergieën. Enkele van de talrijke voorbeelden: Ariadne ziet nieuwe opportuniteiten in de synergie met VMA, en deze laatste streeft naar een betere efficiëntie door het versterken van de samenwerking met VMA Polen en meerdere andere bedrijven van de pool. Van De Maele Multi-Techniek zal ook nauwer samenwerken met VMA (elektriciteit) en Brantegem (ventilatie, piping en HVAC) terwijl CFE EcoTech zal worden opgenomen in de afdeling Infra van Nizet door de talrijke synergiën en grote complementariteit. Ten slotte werken meerdere entiteiten van de pool samen aan de PPS-dossiers van de groep en hun aantal zal nog toenemen. Exportgericht werken is een andere manier om de uitdagingen voor 2013 aan te gaan: de Nederlandse markt voor Ariadne, die van Polen, Marokko en Tsjaad voor Nizet en de Turkse markt voor VMA zijn slechts enkele van de mogelijke internationale pistes. Ten slotte zullen ook de strategieën van de verschillende bedrijven - onder meer de diversificatie van klanten en activiteitsdomeinen (ETEC), gerichtere offertes (Brantegem, be.Maintenance…) alsook een versterking van de teams en commerciële inspanningen bijdragen tot de gezondheid van de pool in 2013.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
12
Pool Spoor & Wegeninfra
België
Weldra internationaal ! Na een sterk eerste jaar, moet de pool Spoor- & Wegeninfra nu verder groeien. De ambitie van deze nieuwe pool is duidelijk internationaal verder uit te breiden, zoals de strategie van de gehele groep. Wij beschikken over alle nodige competenties om een antwoord te bieden aan de vragen van onze klanten met betrekking tot spoor- en wegenisprojecten.
Yves Weyts Directeur generaal van de pool Spoor- & Wegeninfra
Een nieuwe pool binnen de CFE-groep: Spoor & Wegeninfra De pool Spoor & Wegeninfra die in 2012 werd opgericht, is gespecialiseerd in spoorwegwerken (bovenleidingen, seininrichting, aanleg van sporen), energietransport (hoog- en laagspanningsnetten), infrastructuur-, wegenis- en asfalteringswerken. De pool is actief binnen heel België. In 2012 werkte ENGEMA ook mee aan een uitzonderlijke opdracht in Frankrijk, in samenwerking met VINCI.
waardoor 2013 met vertrouwen tegemoet wordt gezien, zelfs met marges die sterk onder druk staan.
Spoorwerken: grote werven en synergieën De drie bedrijven die gespecialiseerd zijn in spoorwerken verzekerden een sterke aanwezigheid in het volledige land, en in het bijzonder Vlaanderen en Brussel.
(waaronder onder meer BAGECI). Het betreft de bouw van kunstwerken en daarnaast diverse spoorweggebonden diensten aan bedrijven als ENGEMA, Louis Stevens & Co of Aannemingen Van Wellen. Deze missies illustreren dat REMACOM, dat in 2012 toetrad tot de CFE-groep, duidelijk evolueert naar grotere werven, en dit binnen een context met een steeds sterkere concurrentie. De synergie met de andere bedrijven van de groep betekent in dit
onderhoud en de aanpassingswerken aan de 3kV-bovenleidingen voor het district Noord-Oost van Infrabel, hoofdzakelijk in Limburg. De werken voor de elektrificatie van de bundels R en G van het station van Schaarbeek in Brussel werden opgeleverd. ENGEMA haalde ook twee belangrijke bestellingen binnen voor de afdeling Rail Bovenleiding: de elektrificatie van de lijn 15 tussen Herentals en Mol en die van de Liefkenshoektunnel in Antwerpen.
▲ Aanleg spoorwegsignalisatie - Lokeren
REMACOM, dat in 2012 werd opgenomen binnen de CFEgroep, is gespecialiseerd in de aanleg en het onderhoud van treinsporen.
werd beslist een gemeenschappelijke pool tot stand te brengen. Deze beslissing sluit ook aan bij de marktlogica, waar we steeds meer gemengde dossiers zien, met zowel wegeniswerken als spoorwerken. Alvorens dit project te kunnen concretiseren, ontbrak enkel nog de overname van een bedrijf gespecialiseerd in de aanleg van spoorwegen, de enige spoorweggebonden competentie die ontbrak binnen de CFE-groep. Na deze vaststelling werden de nodige contacten gelegd. Deze mondden in februari 2012 uit in de overname van REMACOM en kort daarna de oprichting van de pool Spoor & Wegeninfra.
Waarom de oprichting van de pool Spoor & Wegeninfra?
Een eerste maar zeer veelbelovend jaar
De CFE-groep overwoog sinds twee jaar de oprichting van een pool voor de vakgebieden wegen en spoorwegen. Enerzijds omdat deze entiteiten dicht bij elkaar liggen en door de aard van hun activiteiten: werken aan transportbanen, met machines en mensen, met vaak nacht- en weekendwerk. Anderzijds omdat de afdeling Wegen van Aannemingen Van Wellen niet echt op zijn plaats zat binnen de pool Bouw, net zomin als de bedrijven ENGEMA en Stevens binnen de pool Multitechnieken. Daarop
Tijdens het eerste werkingsjaar boekte de pool reële successen, zowel qua omzet en resultaten als voor het integratieproces van de verschillende entiteiten. De vier bedrijven hebben meerdere dossiers samen bestudeerd, waardoor potentiële synergieën konden worden opgespoord. Het werd een jaar waarin de teams ook op menselijk vlak dichter bij elkaar kwamen. De medewerkers leerden elkaar kennen en ontdekten ieders competenties. Daarnaast wist de pool een mooi orderboek bij elkaar te brengen,
De groep omvat vier entiteiten: Aannemingen Van Wellen (afdeling Wegen) heeft een ruim aanbod wegenis- en asfalteringsactiviteiten. Het bedrijf baat twee asfaltcentrales uit, deze bevinden zich in Schoten en in Doel, in het Antwerpse havengebied. ENGEMA en Louis Stevens & Co zijn onder meer actief binnen de vakgebieden elektrificatie en spoorwegseininrichting, naast energietransport.
Acquisitie
•
REMACOM aanleg en onderhoud van sporen
• E19
• 22.000 T asfalt in 10 dagen
•
REMACOM werkte immers mee aan de vernieuwing van de Wagelwater-brug over het kanaal Brugge-Oostende (lijn 51, tussen Brugge en Blankenberge) en stond in voor de vernieuwing van belangrijke stukken spoorweg in het noordwesten van het land. Deze werken omvatten onder meer het verwijderen en vervangen van spoorbalken en spoorstaven, de behandeling tegen roest, het afregelen van de spanning van de spoorlijnen, de realisatie van aluminothermisch lassen, het onderhoud van snelheidsseinen, enz. In totaal betreft het een grote werf van 550 kalenderdagen. Daarnaast werd ter hoogte van de vertakking Blauwe Toren ook een 'Engelse aftakking' gerealiseerd. Een andere belangrijke werf zijn de werken op de lijn 51B, tussen Dudzele en Knokke, in het bijzonder ter hoogte van de wisselverbindingen 81A/81B en 82A/82B. In Brussel en in Brabant hadden de opdrachten van REMACOM betrekking op de vernieuwing van de perronsporen in Schaarbeek, de vervanging of verwijdering van spoorstaven en wissels en kruisingen in het station van Beveren en de vernieuwing van de perronsporen in het station van Louvain-la Neuve. Het bedrijf verrichtte daarnaast diverse spoorwerken in het volledige land voor algemene aannemers
opzicht een groot voordeel voor de onderneming. ENGEMA (afdeling Rail Seininrichting) werkt sinds drie jaar mee aan de realisatie van de installaties voor het Europese seininrichtingssysteem voor spoorwegen ETCS niveau 1, in het kader van een contract tussen Siemens en Infrabel. De finale oplevering van deze werken is voorzien voor 2013. Daarnaast rondt de afdeling de werkzaamheden af voor de seininrichting voor de RER SUD en de lijn Leuven - Waver - Ottignies en werd gestart met grote werven over meerdere jaren in Dendermonde, Schellebelle, Lier-Kontich en Gent-Sint-Pieters. ENGEMA ontving verder een nieuwe bestelling, in associatie met Louis Stevens & Co, voor het ETCS-conformiteitsproces niveau 1 van het spoorwegennet van het district Noord-Oost van Infrabel. De afdeling Rail Bovenleidingen van ENGEMA verzorgde, met grote tevredenheid van klant Infrabel, de renovatie van de grote bovenleidingsportieken van de bundelkop van het station Brussel-Noord. Deze afdeling verzorgde ook de aanpassingswerken aan de 3kV-bovenleidingen in Dudzele, in de omgeving van Zeebrugge. Daarnaast rondde ENGEMA de werf af voor het
Louis Stevens & Co, dat al sinds 2008 deel uitmaakt van de CFE-groep, heeft een positief jaar achter de rug, wat zich vertaalde in een lichte groei van de organisatie en een gezonde marge. De onderneming leverde in het bijzonder het Diaboloproject op. Hiervoor verzorgde ze de volledige seininrichting en een deel van de middenspanningsaansluitingen en werkte ze mee aan het veiliger maken van de Belgische spoorwegen door de plaatsing van ETCS-bakens. Daarnaast stond Louis Stevens & Co ook in voor de concentratie van seinhuizen en diverse seininrichtings- en/of verlichtingswerken in Denderleeuw, Aalst, Schellebelle, alsook in de zone Noord-West Dendermonde (Londerzeel, Lokeren, SintNiklaas…) en in de zone Zuid-West Charleroi (Châtelet, Tamines…). Ten slotte stond Louis Stevens & Co ook in voor de uitbreiding van bestaande industriële seinposten, in het bijzonder in de Waaslandhaven, Charleroi en Lanaken.
Energietransport: gediversifieerde activiteiten Energietransport is een van andere competenties van de Pool Spoor & Wegeninfra, en in het bijzonder van de entiteiten ENGEMA en Louis Stevens & Co.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
13
Pool Spoor & Wegeninfra
België
▲ Heraanleg van de Paleisstraat - Antwerpen
In 2012 sloot Louis Stevens & Co voor Limburg Win(d)t een windmolenpark aan op het elektriciteitsnet. De verschillende werken op de luchthaven van Zaventem omvatten onder meer de aansluiting van een reeks gebouwen op het middenspanningsnet. ENGEMA haalde heel wat nieuwe raamcontracten binnen met Ores, voor zijn afdeling Lignes die gevestigd is in Lavacherie in de Ardennen en die zo zijn posities binnen de traditionele markten consolideert. De afdeling stond in 2012 in voor de werken voor een gemengde ondergrondse plaatsing van kabels en goten voor glasvezelkabels voor Belgacom en Ores. Daarnaast stond de afdeling samen met een ander bedrijf in voor de plaatsing van nieuwe 70kV-masten en het demonteren van 15kV-lijnen in de provincie Luik. De afdeling ENGEMA Montage vervolgde in 2012 de onderhoudswerken voor de bovengrondse gasleidingen van het Belgische Fluxysnetwerk en demonteerde voor Elia de 70kV-lijn Mechelen-Muizen. Daarnaast verving de afdeling een bliksemdraad en uitrusting op de 70kV-lijn Auvelais-Champion en verzorgde ze ten slotte interventiewerken voor het district Villeroux. De afdeling Montage diversifieerde met aanpassingswerken aan koppen van zendmasten voor Infrax in de provincie Limburg. Ten slotte exporteerde de afdeling, in synergie met de groep VINCI, zijn competenties naar onze zuiderburen, met werken voor Omexom Centre, in Chambéry, in de Savoie.
Deze activiteiten, net als deze voor de spoorwegsector, hebben ervoor gezorgd dat ENGEMA een uitstekend jaar achter de rug heeft en in de toekomst kan werken aan een consolidatie van zijn resultaten.
Wegen en infrastructuur: autosnelwegen, lokale wegen en havens De wegenactiviteit binnen de pool is hoofdzakelijk actief in het noorden van het land, waar de geografische dekking nog verder werd uitgebreid. De afdeling Wegen van Aannemingen Van Wellen heeft in 2012 zijn activiteiten geografisch verder uitgebreid, met werken in de drie grote zeehavens van Zeebrugge, Gent en Antwerpen, en tal van wegenwerken in de provincies Oost- en West-Vlaanderen en Antwerpen. Zo werd de vernieuwing (met om en bij de 22.000 ton asfalt!) van de E19 tussen Loenhout en de Nederlandse grens voor het Agentschap Wegen en Verkeer gerealiseerd in 10 kalenderdagen. Daarnaast installeerde de onderneming een mobiele centrale binnen de Gentse Kanaalzone, met het oog op een nabijere verankering binnen deze regio. Tal van gemeenten (Aartselaar, Antwerpen, Ranst, Hemiksem, Malle …) deden ook een beroep op de onderneming om vóór de verkiezingen nog werken uit te voeren, terwijl het Vlaams Geweest (Agentschap Maritieme Toegangen) het bedrijf de vernieuwing van de Ronselaan in Zeebrugge toevertrouwde. Bij de andere opdrachten voor Aannemingen Van Wellen vermelden we de renovatie van de N106 in Wilrijk en de N474 in Zelzate, alsook
Een pool met vertrouwen in zijn toekomst
kades en private terreinen in de haven van Antwerpen (pour PSA, Katoen Natie…) en wegen voor het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. In Antwerpen zelf verzorgde de onderneming de gevel-tot-gevelrenovatie voor meerdere grote lanen: De Bruynlaan, VII-Olympiadelaan, Beatrijslaan… Ten slotte rondde Aannemingen Van Wellen aan het begin van het jaar zijn bijdrage aan het Diabolo-project ten noorden van Brussel af.
De bedrijven van de pool zien de toekomst met vertrouwen tegemoet, ondanks de moeilijke macro-economische vooruitzichten. Bij Aannemingen Van Wellen moet de campagne waarbij derden worden uitgenodigd om asfalt af te nemen bij de beide productiecentrales bijdragen tot
Orderboek op 31 december (in miljoenen EUR)
2012
Omzet
2011
2012
2011
Pool Spoor- & Wegeninfra
65,8
76,0
99,3
91,8
Aannemingen Van Wellen (wegen)
19,4
22,2
52,6
53,5
ENGEMA
26,6
29,6
22,8
20,5
Louis Stevens & Co
15,8
24,2
18,6
17,9
REMACOM
4,1
-
5,3
-
-
-
-0,1
-0,1
Eliminaties intra pool
Deze activiteiten geven aan dat Aannemingen Van Wellen in 2012 niet alleen zijn geografische werkgebied gevoelig uitbreidde, maar ook zijn klantenkring kon diversifiëren: gemeenten, Vlaams Gewest, havenbedrijven, private klanten … Deze dubbele evolutie droeg bij tot een comfortabelere omzet en een goede voorbereiding voor 2013.
een hogere productie en bijgevolg een relatieve verlaging van de vaste kosten. Daarnaast heeft het bedrijf zich kunnen plaatsen als laagste bieder voor meerdere openbare aanbestedingen einde 2012. Bovendien wordt een verlaging van de energiekost verwacht dankzij diverse maatregelen die in 2012 werden genomen. Verder hoopt de onderneming in 2012 het aantal havenklanten uit de privésector te verhogen.
Louis Stevens & Co overweegt een uitbreiding van zijn activiteiten, buiten de spoorwegwerken waarin het traditioneel actief is. De eerste stappen werden al gezet binnen de domeinen van de hernieuwbare energie, de beveiliging van sites en van elektriciteitscentrales. Deze trend zal in 2013 nog worden versterkt. REMACOM heeft de intentie om via een uitstekende dienstverlening aan zijn klanten zijn marktaandeel te behouden binnen een steeds agressievere concurrentiële omgeving. Ten slotte blijven bij ENGEMA, dat een goed 2012 achter de rug heeft, alle afdelingen van het bedrijf optimistisch voor 2013.
Veiligheid op de werf centraal binnen de pool Spoor & Wegeninfra De ondernemingen hebben op elk niveau veiligheidssystemen geïmplementeerd, materiaalaanpassingen doorgevoerd, veiligheidstrainingen georganiseerd voor de verschillende functies bij wegenis- en spoorwerken en/ of voor nieuwe medewerkers, gesensibiliseerd voor de naleving van veiligheidsvoorschriften en nieuwe persoonlijke beveiligingsmiddelen aangeschaft.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
14
Pool Baggerwerken & milieu
Internationaal
DEME zet zijn ontwikkeling verder In deze snel veranderende wereld biedt DEME totaaloplossingen binnen de domeinen infrastructuurprojecten op zee, bescherming tegen de stijging van het zeeniveau, energie en ontginning. DEME heeft in 2012 de laatste hand gelegd aan zijn beleid inzake kwaliteit, gezondheid, milieu, veiligheid en deontologie om een duurzame verdere ontwikkeling mogelijk te maken.
Alain Bernard CEO DEME
In deze snel veranderende wereld biedt DEME totaaloplossingen binnen de domeinen infrastructuurprojecten op zee, bescherming tegen de stijging van het zeeniveau, energie en ontginning In deze snel veranderende wereld biedt DEME totaaloplossingen binnen de domeinen infrastructuurprojecten op zee, bescherming tegen de stijging van het zeeniveau, energie en ontginning. CFE heeft 50% in handen van DEME, net als de andere aandeelhouder, de Antwerpse groep Ackermans & van Haaren. Algemene stabilisatie van de omzet en verdubbeling van de groei wat betreft maritieme en offshore bouwprojecten
INNOVATION I
• kraan van 1.500 T • laadcapaciteit
8.000 T Veiligheidsprijs IADC
2012 • project
'CHILD' Power@Sea
•
Rental Seastar Mermaid
•
900
Megawatt
Het jaar 2012 werd gekenmerkt door een duidelijke vertraging van de economische groei in tal van regio's overal ter wereld. Binnen deze uitdagende context wist DEME een zekere veerkrachtigheid aan de dag te leggen, maar toch werd de onderneming geconfronteerd met het uitstellen of afbouwen van grootschalige projecten in Australië en het Midden-Oosten. 2012 stond in het teken van het consolideren van de positie en de omzet van de onderneming op de nationale en internationale markten dankzij een gevuld orderboek en een strategie van geografische diversifiëring van de activiteiten. Dit alles werd nog eens versterkt door een multidisciplinaire aanpak van de markten en klanten.
Leverancier van totaaloplossingen Dankzij een multidisciplinaire aanpak, synergieën die kenmerkend zijn voor heel wat van hun projecten en een geïntegreerde bedrijfsstructuur, is DEME geëvolueerd tot een 'leverancier van totaaloplossingen'. De onderneming pakt uit met een totaalpakket aan nieuwe activiteiten binnen de domeinen van maritieme bouwprojecten, energie en ontginning, en is bezig met het ontwikkelen van vernieuwende en duurzame oplossingen. Deze nieuwe activiteiten zijn op lange termijn erg veelbelovend en banen voor de groep de weg naar nieuwe mogelijkheden en perspectieven. De gespecialiseerde zakelijke activiteiten op het vlak van maritieme en offshore bouwprojecten zoals GeoSea en Tideway kenden een snelle groei als gevolg van de sterke expansie van de markt van de hernieuwbare energie en andere evoluties binnen de olie- en gassector op meerdere continenten. DEME kan totaaloplossingen voorstellen voor complexe projecten als de oprichting van offshore windmolenparken en de verbinding
ervan met de kust. Naast activiteiten inzake windenergie bouwt DEME in Europa ook initiatieven uit voor de productie van 'blauwe energie', waarbij energie wordt opgewekt uit bewegingen van golven en uit de getijden. Wat zijn kernactiviteit betreft, krijgt DEME te maken met een omgeving waar de concurrentie steeds scherper wordt. Om het hoofd te kunnen bieden aan toekomstige uitdagingen binnen deze kernactiviteit, werden verschillende actieplannen (bv. D.R.I.V.E en LESS IS MORE) uitgewerkt met het oog op een aanhoudende verbetering van de efficiëntie- en productiviteitsniveaus.
Een veelbelovend orderboek met een grote geografische diversiteit Belangrijke projecten zoals de containerterminal London Gateway in het Verenigd Koninkrijk en meerdere grote offshore windmolenparken in de Noordzee hebben gezorgd voor een betere omzet binnen Europa. Daarnaast werd het orderboek aangevuld met nieuwe projecten op alle andere continenten. De geografische diversifiëring van het orderboek en de bijdrage van alle gespecialiseerde activiteiten van DEME zijn veelbelovend voor de activiteiten van de groep in 2013. Naast een groei van de activiteiten op de West-Europese thuismarkt kon DEME ook rekenen op een toename van de activiteiten in Afrika, Latijns-Amerika, het Midden-Oosten, het Indiase subcontinent en Australië. Verschillende uitermate belangrijke contracten op het vlak van haven-, olie en gasinfrastructuur in Australië en in de Golf werden toegevoegd aan de portefeuille. Deze contracten bevestigen de prominente positie van DEME op die markt en openen tal van nieuwe mogelijkheden voor de toekomst.
Duurzame en doorgedreven activiteiten inzake ecologisch herstel
▲ Megasleephopperzuiger Congo River - project London Gateway (UK)
DEME behoudt een sterke aanwezigheid op de markt van de sanering en opwaardering van het milieu. DEC-Ecoterres, de milieutak van de groep, heeft in heel wat Europese landen nieuwe activiteiten opgezet alsook brownfieldsaneringsprojecten, grond- en slibsaneringswerken en recyclagewerken uitgevoerd. Dankzij onder meer partners als Terrenata, een onderneming gespecialiseerd in brownfield development, en Purazur, een onderneming die zich bezighoudt met de verwerking van industrieel afval, legt de milieupool de grondslagen voor een nieuwe strategische ontwikkeling van de activiteiten.
Mens en milieu: dagelijkse prioriteiten DEME heeft in 2012 de laatste hand gelegd aan zijn beleid inzake kwaliteit, gezondheid, milieu, veiligheid en deontologie om een duurzame verdere ontwikkeling mogelijk te maken. De te volgen lijnen en de fundamentele waarden van DEME werden uitgezet in meerdere handvesten, waaronder het handvest Kwaliteit, het handvest Gezondheid en Veiligheid, het handvest Milieu,
het handvest Duurzame ontwikkeling en het Integriteitsbeleid van DEME. Veiligheid staat centraal in alle zakelijke activiteiten. De onderneming hecht dan ook veel belang aan het principe van 'zero accidents' op het werk, en dit elke dag en op elke site. In 2012 heeft de onderneming duidelijk voorrang gegeven aan het signaleren van risicovolle handelingen, gevaarlijke situaties en net vermeden ongevallen. Als gevolg daarvan lag de frequentie van ongevallen met tijdverlies gevoelig lager in vergelijking met 2011. Vorig jaar heeft de raad van de IADC de veiligheidsprijs voor 2012 toegekend aan DEME voor het implementeren van zijn nieuwe veiligheidssensibiliseringsprogramma 'CHILD' (Colleagues Help Injuries to Leave DEME). Dit ambitieuze veiligheids- en preventieproject heeft als doel het uitwerken van een betere sensibilisering op het vlak van risicosituaties en veilig gedrag op het werk, en het radicaal wijzigen van de veiligheidsmentaliteit en -cultuur van de onderneming.
Bovendien doet DEME er alles aan om ervoor te zorgen dat de zakelijke activiteiten een zo laag mogelijke impact op het milieu uitoefenen. In 2012 heeft DEME de nadruk gelegd op het in kaart brengen van zijn koolstofuitstoot. De grootste uitdaging voor de onderneming is het verlagen van de CO2-uitstoot van de maritieme installaties. De nieuwe programma's inzake broeikasgassen en energie van DEME zijn met name gericht op de kwantificering en vermindering van broeikasgassen, en betreffen voornamelijk het verbruik van brandstoffen en de daaruit voortvloeiende CO2-uitstoot. Na een audit uitgevoerd in oktober 2012 kregen meerdere ondernemingen binnen de groep DEME het certificaat Niveau 3 op de prestatieschaal Lloyds Register Quality Assurance, wat getuigt van de geleverde inspanningen voor het verminderen van de CO2-uitstoot.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
15
Pool Baggerwerken & milieu
Internationaal
Baggerwerken en landwinning
▲ Baggerwerken - Tanger (MAR)
In België In België werd er verder gewerkt aan de activiteiten die het vorige jaar werden gestart In België ging het onderhoudsbaggerwerkencontract langs de Schelde en in de toegangsgeulen tot de Antwerpse sluizen zijn laatste jaar in (het contract is afgesloten voor een periode van zeven jaar). Daarnaast werd er ook verder gewerkt aan het onderhouden van de zeevaartroutes voor de Belgische kust en in de havens van Oostende en Blankenberge. Aan het begin van 2012 werd dit contract met vijf jaar verlengd. De onderhoudsbaggerwerken in de haven van Brussel zijn voltooid, en de werken in het kanaal Gent-Terneuzen, waarbij verontreinigde baggerspecie wordt behandeld door DEC, worden voortgezet. Belangrijke bagger- en waterbouwprojecten werden bovendien uitgevoerd in Antwerpen, Kruibeke, Gent, Oostende, Zeebrugge en Dilsen-Stokkem. In de haven van Antwerpen zijn Dredging International (DI) en DEC gestart met de exploitatie van AMORAS, een mechanische ontwateringsinstallatie voor baggerslib. Dankzij de gezamenlijke activiteiten van meerdere DEME-entiteiten zijn de werken aan het offshore windmolenparkproject C-Power in 2012 goed gevorderd. De plaatsing van 30 windmolens van 6,15 MW en de onderlinge verbinding ervan werd met succes afgerond. In 2013 worden de 18 laatste windmolens geplaatst. Daarnaast lopen er ook nog tal van andere projecten, waaronder de aanleg van een Sigma-dijk van 4,5 km en de rehabilitatie van belangrijke vochtige zones stroomafwaarts van Antwerpen, de versteviging van kaaimuren en het voorbelasten van de terreinen voor het REBO-plan (Renewable Energy Base Ostend), en de onderhoudsbaggerwerken op diverse binnenwateren in Wallonië.
In Europa Ondanks de economische en financiële crisis waarmee Europa af te rekenen krijgt, heeft DEME toch een groot aantal opdrachten binnengehaald in deze belangrijke zone Op de Nederlandse markt is DEME actief via zijn filialen de Vries & van de Wiel, de Vries & van de Wiel Kust en Oeverwerken en D.I. Netherlands. De werkzaamheden voor de bouw van de tweede
▲ Baggerwerken - Montevideo (URY)
Coentunnel in Amsterdam werden afgerond. In samenwerking met GEKA Bouw heeft DEME een 'design & build'-herstelcontract afgesloten voor vijf hectaren, met als doel het vergroten van het Botlek-oliedepot (BTA) in de haven van Rotterdam. Er werden ook nog heel wat andere baggeropdrachten en dijk- en oeverwerken aan de binnenwateren uitgevoerd in Nederland, evenals civieltechnische werken, onderhoudsbaggerwerken (in Eemshaven en in de Waddenzee), steenbestortingen (Oosterschelde), saneringsbaggerwerken en zandaanvoer voor nieuwe routes. Met het grote London Gateway-containerterminalproject langs de Theems speelden de activiteiten van DEME zich nog steeds voornamelijk af in het Verenigd Koninkrijk. In Duitsland slaagde de groep er niet in om dezelfde recordomzet te behalen als in 2011. In Frankrijk boekte DEME een kleine heropleving, met niettemin een achteruitgang van de activiteit op het vlak van grote projecten. De offshore hernieuwbare energie brengt op die markt echter enkele interessante perspectieven aan het licht. In Litouwen heeft DEME de tweede fase van het Palanga-project tot een goed einde gebracht. DEME is er in Rusland in geslaagd zijn sterke positie als baggeraar voor strategische havenuitbreidingswerken te behouden en te bestendigen, met meer bepaald belangrijke werken in de nieuwe bouwzone in de haven van Taman aan de Zwarte Zee, en in Sotchi waar een nieuwe ferry- en cruiseterminal wordt gebouwd voor de volgende Olympische Winterspelen in 2014. Daarnaast laat DEME in samenwerking met een Russische partner een nieuw dieplepelbaggertuig bouwen, wat zorgt voor extra groeipotentieel in de regio. Belangrijke Europese projecten die momenteel worden uitgevoerd of opgestart, zijn onder meer de verdieping van de toegangsgeul en het bekken van de petroleumterminal van Tuapse in Rusland, en meerdere werven in Italië, waaronder het bouwen van een besloten ruimte voor de verwijdering van vervuilde sedimenten te Livorno, milieubaggerwerken in Tarento en waterbouwkundige werken in Molfetta en Cagliari. DEME werkt eveneens mee aan de uitbreiding van de haven van Iskenderun in Turkije en aan het bouwen van een petroleumkaai in Cyprus. Meer noordelijk voert DEME onder-
Een ultramoderne en krachtige vloot DEME heeft zijn ambitieuze investeringsprogramma voor bedrijfsmaterieel (2008-2012) afgerond met de lancering van zeven nieuwe grootse units: -
het dieplepelbaggertuig 'Peter the Great';
-
het DP2-hefeiland 'Neptune';
-
de 'Ambiorix', de meest geavanceerde rotscutterzuiger ter wereld voor gebruik op grote diepte met een geïnstalleerd vermogen van 28 000 kW;
-
de 'Innovation I', 's werelds meest gesofisticeerde hoogtechnologische hefeiland;
-
twee snelle hulpschepen, de 'Arista' en de 'Aquata';
-
het diepzeebaggerschip 'Amazone' met een geïnstalleerd vermogen van 12 860 kW.
-
DEME beschikt vandaag over een van de meest moderne, performante en polyvalente vloten. Aan het begin van 2012 werd in mede-eigendom een nieuwe drijvende kraan van 4000 ton besteld. In 2014 zal deze kraan toegevoegd worden aan de vloot.
▲ Baggerwerken - nieuwe methaanterminal van Cuyutlan (MEX)
houdsbaggerwerken uit in de Seine, in de haven van Duinkerke en te Bayonne in Frankrijk, en in het Medway-kanaal en aan de sluis van Chatham in het Verenigd Koninkrijk. Tot slot worden ook werken uitgevoerd in de Elbe, het Nord-Ostseekanal en in de Rijn in Duitsland, waar bovendien de baggerwerken voor de noordelijke verlenging van pier III in Rostock werden beëindigd.
In Afrika In 2012 was DEME sterk aanwezig in zowel Noord-Afrika, met werken aan de nieuwe Marokkaanse haven TangerMed II, als in sub-Saharaans Afrika, waar verschillende grote werven werden opgestart In de haven van Marokko werd de Ambiorix, de nieuwe rotscutterzuiger voor gebruik op grote diepte, voor het eerst ingezet tijdens baggerwerken in rotszones. In sub-Saharaans Afrika heeft DEME verschillende grote projecten tot een goed einde gebracht: baggerwerken, onderhoudsactiviteiten, civieltechnische werken en milieuprojecten. Belangrijk waren onder meer de afwerking van de eerste twee ontwikkelingsfases van het EKO Atlantic City-project in Lagos, Nigeria. In Ghana werden werken voor kusterosiebescherming en ecologisch herstel uitgevoerd. Daarnaast werd er ook een belangrijk contract afgesloten voor de bescherming van een bijkomende tien kilometer lange kuststrook. In de Democratische Republiek Congo werd er een tweede onderhoudscampagne uitgevoerd aan de benedenloop van de Congo-rivier. Ook in Nigeria en Ivoorkust werden verdiepings- en onderhoudsbaggerwerken uitgevoerd. Enkele andere lopende opdrachten die zeker het vermelden waard zijn: de verdieping van de toegang tot een maritieme installatie voor lossen in zee in de ertshaven van Kamsar in Guinea, en baggerwerken in Nigeria en Angola.
In Latijns-Amerika In 2012 behield DEME een sterke aanwezigheid op verschillende markten en werd de vloot opnieuw ingezet In Panama werden de baggerwerken voor het Pacific Access Channel naar de nieuwe sluizen in het Panamakanaal voortgezet en werden de verdiepingswerken in het Gatun-meer afgewerkt. De klant vroeg om een verdieping van het Panamakanaal om de doorgang tussen de twee oceanen mogelijk te maken voor grotere schepen. In Brazilië heeft DEME dringende baggerwerken uitgevoerd te Imbituba. Daarnaast heeft Dragabras boor- en springprojecten en aanvullende baggerwerken uitgevoerd in de navigatiegeul van de haven van Santos. De doorbraak van het jaar ervoor in Mexico met grote baggerwerken voor de nieuwe methaanterminal van Cuyutlan heeft geleid tot aanhoudende activiteiten waarbij een beroep werd gedaan op tal van baggerschepen. Daarnaast heeft DEME in het tweede semester van 2012 een contract binnengehaald voor de uitbreiding van een bekken in de haven van Lázaro Cárdenas. In Uruguay werden in 2012 het project Montes del Plata in de Rio de la Plata en de baggerwerken in de haven van Montevideo tot een goed einde gebracht. Tot slot kreeg DEME opnieuw voet aan wal in Colombia met het project Las Brisas voor het uitbaggeren van de toegangsgeul tot de toekomstige haven.
In het Midden-Oosten In 2012 werden de activiteiten van de Middle East Dredging Company (MEDCO), een joint venture tussen DEME, UDC en Qatar Holding, gedreven door twee grote, complexe projecten in Abu Dhabi en Qatar In Abu Dhabi bouwde de joint venture tussen Dredging International en MEDCO verder aan twee kunstmatige eilanden voor rekening van ADMA-OPCO, een samenwerkingsverband tussen ADNOC (Abu Dhabi National Oil Company), BP, Total en JODCO (Japan Oil Development Company). Deze eilanden, die 120 km voor de kust van Abu Dhabi liggen, moeten steun bieden aan de boor-, productie-, verwerkings- en distributie-installaties in het offshore olieveld van Satah Al Razboot. Het project voorziet ook in de bouw van een werkhaven op elk van deze eilanden. In Qatar werd in 2012 een andere belangrijke kaap gerond. De Qatarese overheid heeft de groep een contract toegekend voor het uitbaggeren van de toegangsgeul tot de nieuwe haven in het zuiden van Doha, tussen de stad Al Ouakrah en de industriële olie- en gashaven van Mesaieed. In het kader van dit project zal er meer dan 40 miljoen kubieke meter slib gebaggerd worden en is de sanering voorzien van een naburige industriële zone en een eiland dicht bij de kust waar de nieuwe marinebasis van Qatar gevestigd zal worden.
In het Indiase subcontinent DEME opereert als ISD (International Seaport Dredging) in Chennai. In India heeft het nieuwe team in Chennai aanzienlijke baggerwerken uitgevoerd voor de bulkcarrierterminal van Essar te Salaya. Daarnaast werden de eerste onderhoudsbaggerwerken in de haven van Mormugao (Goa) voltooid. In Colombo, Sri Lanka heeft DEME projecten voor het winnen van zeezand en het aansluitend storten ervan op land uitgevoerd. Deze werken kaderen binnen drie campagnes, waarvan de eerste twee beëindigd zijn en de derde in 2013 van start gaat. Tot slot werden in Pakistan onderhoudsbaggerwerken uitgevoerd in een kanaal van 45 km lang in de haven van Qasim. Het is nu al de zesde keer dat DEME deze jaarlijkse opdracht voor zijn rekening neemt.
▲ Installatie van windmolens door de DP2 hefeilandschepen Neptune en Vagant op de Thornton Bank - Noordzee
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
18
Pool Baggerwerken & milieu
Internationaal
In Azië en Oceanië DEME heeft nog steeds een toonaangevende aanwezigheid in Singapore en Maleisië en heeft daarnaast zijn positie in Australië aanzienlijk versterkt De uitdagende uitbreidingswerken voor de haven van Singapore werden in 2012 voortgezet. Het project betreffende de uitbreiding rond Jurong Island en Tuas B vordert.. DEME stond ook in voor het storten van zand afkomstig uit Singaporese wateren en zand dat door externe partners werd aangevoerd uit landen als Cambodja, Vietnam, Myanmar en de Filippijnen. De onderneming ondertekende bovendien een contract inzake de zandaanvoer voor de containerterminal van Pasir Panjang en doopte ook zijn nieuwe cutterzuiger 'Amazone'. Tideway DI SDN BHD heeft ook de werkzaamheden voortgezet aan Tanjung Bin in Maleisië en heeft een baggeren landwinningsproject voltooid voor het PMIP-industrieterrein, uitgevoerd voor rekening van Seaport. Daarnaast heeft Tideway DI SDN BHD aan het einde van het jaar een contract binnengehaald voor baggerwerken en zandaanvoer. De pool baggerwerken heeft eveneens een geslaagde comeback gemaakt in Vietnam met het binnenhalen van een contract voor baggerwerken in het kader van het Soai Rap-project (fase 2), dat zal zorgen voor een betere toegang tot de haven van Ho Chi Minhstad en tot het nieuwe havencomplex van Hiep Phuoc. Dankzij de aanhoudende wereldwijde vraag naar energie- en minerale bronnen heeft DEME zijn positie in Australië aanzienlijk kunnen verstevigen. In Gladstone, Queensland voerde DI Australia de drie belangrijkste baggercontracten voor de oprichting van een methaan- en steenkoolterminal verder uit. In 2012 werd ook het Wheatstone-project in het westen van Australië in de wacht gesleept, een prestigieus contract van Chevron/Bechtel betreffende nieuwe installaties voor de LNG-terminal (het project 'Wheatstone Downstream'). Hiertoe heeft DEME nooit eerder geziene voorbereidende werken uitgevoerd op het vlak van milieu en veiligheid met als doel het simuleren van meerdere combinaties van gebeurtenissen en het effect ervan op de omgeving. De synergieën hebben eens te meer hun nut aangetoond: Tideway heeft in het kader van een joint venture balastopdrachten en maritieme bouwprojecten binnengehaald voor het project 'Wheatstone Upstream'. GeoSea voert dan weer een contract uit in Hay Point (Queensland), waar twee havenhoofden worden gebouwd. Tot slot heeft DEME belangrijke ecologische baggerwerken voortgezet in Papoea-Nieuw-Guinea langs de Fly River in de buurt van Bige, waar de groep al sinds 1998 actief is.
▲ Baggerwerken - Gladstone (AUS)
Offshore hernieuwbare energie en olie-, gasen mijnbouwondernemingen
▲ Valpijpschip Flintstone - Noorwegen
De activiteiten op het vlak van engineering en bouwprojecten voor de olie- en gassector en voor offshore hernieuwbare energie werden met succes voortgezet door diverse ondernemingen, met name Tideway, GeoSea en Scaldis Salvage & Marine Contractors, en in 2012 eveneens HGO InfraSea Solutions en de spin-off High Wind. Tideway is gespecialiseerd in steenbestortingen, aanlandingsprojecten en het plaatsen van kabels. De twee valpijpschepen van Tideway, de 'Seahorse' en de 'Flintstone', voerden in Europa steenbestortingen uit ter bescherming van pijpleidingen en elektrische kabels en stabilisatiewerken in opdracht van grote offshore pijpleidingbouwers en olie- en gasmaatschappijen. Klanten van Tideway zijn onder meer Statoil, BP, Shell, Subsea 7/Total, Allseas/Total en RWE, ABB en Cal Dive/Pemex. Daarnaast werd het valpijpschip 'Rollingstone' ingezet voor offshore windmolenprojecten in de Golf van Mexico en voor meerdere erosiebeschermingswerken in Europese windmolenparken, meer bepaald voor Dong en RWE. In 2012 werden belangrijke contracten toegekend aan Tideway door Technip/ExxonMobil, ABB/ENI en in het kader van het offshore windmolenparkproject Northwind. Bovendien werden in Thailand twee zeebagger- en aanlandingsprojecten uitgevoerd voor Allseas (Tamar-Noble-werf) en IRPC. In het kader van het offshore windmolenproject op de Thornton Bank installeerde Tideway een ondergrondse transmissiekabel van 150 kV van 38 km lang tussen de offshore transformatorstations (OTS) van de Thornton Bank en Oostende. Daarnaast werden ondergrondse kabels van 25x33 kV geïnstalleerd voor het onderling verbinden van de windmolenfunderingen in subzone A. Een andere kabelinstallatie is voorzien voor 2013 tussen het platform Q13 en het strand van Scheveningen in Nederland (30 km), en voor de Belgische kust zullen 72 ondergrondse verbindingskabels geïnstalleerd worden voor het Northwind-windmolenpark. Tot slot zal de 'Rollingstone' terugkeren naar Mexico voor het repareren van barsten in een pijplijn. GeoSea kende in 2012 opnieuw een aanzienlijke groei. Dankzij de interesse gewekt door de offshore windmolenparken en de terminals voor de export van minerale producten, bekleedt deze onderneming die gespecialiseerd is in bouwtechnieken voor offshore en nearshore funderingen nu ook een leiderspositie op de wereldmarkten. Bovendien heeft GeoSea zijn vloot uitgebreid met twee pronkstukken die tal van concurrentievoordelen zullen opleveren dankzij hun omvang, hun vermogen en het gebruik van vernieuwende technologieën: het DP2-hefeiland 'Neptune' en het hefeiland met groot laadvermogen 'Innovation'. Deze laatste wordt uitgerust in mede-eigendom met Hochtief Solutions.
GeoSea heeft zich dit jaar toegespitst op de uitwerking, de plaatsing en het onderhoud van offshore windmolenparken in Noordwest-Europa. De onderneming heeft de Deloitte-prijs 'Technology Fast50 2012' in de wacht gesleept voor zijn aanzienlijke technologische competenties en werd daarnaast genomineerd voor de 'Gazelle'-prijs voor grote ondernemingen, uitgereikt door Trends. Naast andere krachttoeren voltooide GeoSea in uiterst moeilijke winterse omstandigheden de plaatsing van funderingspalen in het offshore windmolenpark van West-Borkum en in het noorden van Duitsland. Voor de Belgische kust startte de onderneming met de plaatsing van 30 windmolens voor het offshore windmolenparkproject Thornton van C-Power. Daarnaast zorgde de 'Innovation' voor de plaatsing van 30 driepootsfunderingen (tripods) van meer dan 800 ton in de baai van Helgoland. GeoSea heeft bovendien twee andere offshore windmolenparkprojecten in de wacht gesleept voor 2013: het offshore windmolenpark Baltic 2 (80 windmolens) ten noorden van het Duitse eiland Rügen (een joint venture tussen GeoSea en Hochtief AG) en het Northwind-project (Aspiravi/Colruyt) voor de Belgische kust. Verder werden er drie offshore geotechnische campagnes uitgevoerd in België, het Verenigd Koninkrijk en in de buurt van Saint-Brieuc in Frankrijk, waar Iberdrola en RES bezig zijn met het bouwen van een groot offshore windmolenpark. GeoSea heeft er zijn hefeiland 'Goliath' ingezet om het hoofd te kunnen bieden aan de uitdagende omgeving, met meer bepaald een getijdenverschil dat kan oplopen tot 13 m en uitermate sterke stromingen. Wat betreft het bouwen van havenhoofden voerde GeoSea via een joint venture verder de boor- en bouwwerkzaamheden uit aan de pijlers in Hay Point, Queensland. In totaal werden voor dit project vijf hefplatformen afgewerkt. De algemene contractant hiervoor is Bechtel en de boorwerkzaamheden worden uitgevoerd voor rekening van BHP-Mitsubishi Alliance (BMA). HGO InfraSea Solutions, een 50/50 joint venture tussen Hochtief Solutions en GeoSea, heeft in 2012 zijn intrede gedaan op de markt als ontwikkelaar en operator van hefeilanden met een groot laadvermogen voor de constructie en het onderhoud van offshore installaties. HGO InfraSea Solutions heeft de 'Innovation' in bedrijf gesteld, een hefeiland met een groot laadvermogen dat opvalt door zijn uitzonderlijke kenmerken, met name een kraan van 1500 ton en een laadcapaciteit tot 8000 ton.
High Wind is een spin-off die belast is met de ontwikkeling van een technologie voor het plaatsen van offshore windmolens ongeacht de weersomstandigheden. Het beoogde resultaat: een verbetering van de exploitatietijd van de schepen en aanzienlijke besparingen wat betreft tijd, kosten en betrouwbaarheid voor de plaatsing van volledige offshore structuren. Deze nieuwe technologie zal normaal in de loop van 2013 afgewerkt zijn. Scaldis Salvage & Marine Contractors (voor 50% in het bezit van DEME), een onderneming gespecialiseerd in zware maritieme hefopdrachten, heeft in 2012 meegewerkt aan het windmolenparkproject Thornton Bank. Daarnaast werden er tal van structuren, boten en objecten behandeld in verschillende havenzones. Begin 2012 bestelde Scaldis de 'Rambiz 4000', een unieke drijvende kraan met een hefcapaciteit van 4000 ton. Hiermee beoogt de onderneming een verdere diversifiëring van zijn diensten, meer bepaald de plaatsing van offshore infrastructuren en diepwaterontmantelingswerven. Op 21 november slaagde het kraanschip voor zwaar hijswerk 'Rambiz' erin een boortoren te plaatsen aan boord van het diepzeeschip 'Noble Globetrotter II'. De onderhoudsactiviteiten voor de olie- en gasindustrie en voor offshore energie werden actief voortgezet door OWA, die tijdens de zomer in partnership ook Flidar oprichtte. Offshore & Wind Assistance (OWA), de onderneming die verantwoordelijk is voor het onderhoud, heeft de 'Aquata' en de 'Arista' in ontvangst genomen, twee snelle schepen die in Oostende gedoopt werden door Belgisch zeilkampioene Evi Van Acker. Beide schepen worden voor verschillende doeleinden ingezet in offshore windmolenparken: transport van personeel, bevoorrading, personeelswissels en onderzeese exploratie. OWA is bovendien gestart met het voorzien van schepen voor het transporteren van personeel en bevoorrading, evenals schepen voor grote onderhouds- en herstellingswerken in het kader van een tienjarig onderhoudscontract voor rekening van REpower op de Thornton Bank in België. De onderneming heeft daarnaast onderhoudsopdrachten uitgevoerd in verschillende offshore windmolenparken en zware hijswerken voor verschillende turbines in de Noordzee en de Ierse Zee. Tot slot werd tijdens de zomer Flidar nv opgericht, een dochter van OWA. Flidar is een 50/50 joint venture tussen DEME en 3E, een bedrijf gespecialiseerd in engineering. De onderneming heeft een drijvende Lidar-boei in dienst gesteld in de Ierse Zee in het windmolenpark Gwynt y Môr. Deze drijvende Lidar wordt gebruikt voor het uitvoeren van tal van tests in het kader van een experimenteel project dat gefinancierd wordt door het Carbon Trust in het VK.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
19
Pool Baggerwerken & milieu
Internationaal
Omgeving (bodem, slib & water) DEC, de Vries & van de Wiel, Ecoterres en Extract-Ecoterres maken deel uit van de Ecoterres Holding, de milieupool van DEME. In 2011 boekten deze ondernemingen bevredigende resultaten in een uitermate concurrentiële en uitdagende omgeving.
DEC-Ecoterres was vooral actief in Europa, met een zwaartepunt in het Verenigd Koninkrijk en de Benelux. Enkele langlopende opdrachten zorgen voor continuïteit. TerraSea Environmental Solutions Llc, een joint venture tussen DEC en GLDD, de grootste Amerikaanse baggeronderneming, is actief op de Amerikaanse markt.
In België D.I.-DEC heeft in het kader van een samenwerkingsverband het eerste exploitatiejaar van de AMORAS-installatie afgerond: een Design-Build-Operate-contract van 15 jaar voor een behandelings- en opslaginstallatie voor slib in de haven van Antwerpen. De grond- en slibrecyclagecentra van DEC in Kallo, Heusden-Zolder, Zwijndrecht, Ruisbroek, Zeebrugge, Desteldonk en Zwijnaarde deden het uitstekend. Ten noorden van Gent, op de site 'Terranova' (140 hectaren die volledig omgevormd zullen worden), werden de werken voortgezet. Het ging hier meer bepaald over de afgraving en behandeling van verontreinigde grond en het ontwikkelen van grondwaterzuiveringsinstallaties. Hier is Ecoterres als partner voor de saneringswerken op de sites toegewezen aan Terrenata, een onderneming die gespecialiseerd is in brownfield development en werd opgericht door BPI (CFE) en Extensa (Ackermans & van Haaren). Deze beide ondernemingen hebben een oude industriële site van zeven hectare verworven te Oisquercq, die omgevormd zal worden tot een ecologisch-residentiële zone. DEC heeft eveneens een akkoord gesloten met Eandis voor het aanpakken van zes grote verontreinigde sites, die eveneens door DEC gesaneerd en aangepast zullen worden om er residentiële zones van te maken.
De activiteiten van 'Purazur', een filiaal van DEC, zijn gericht op de hoogtechnologische behandeling van industrieel afvalwater. In 2012 heeft het team van Purazur SRC Ruisbroek gerealiseerd, een verwerkingscentrum voor de biologische zuivering en fysico-chemische behandeling van afvalwater. Purazur was daarnaast verantwoordelijk voor de ontwikkeling en inbedrijfstelling van de microfiltratie-installatie voor het saneringsproject Hoedhaar te Lokeren en heeft de procesgegevens van de fabriek die instaat voor de behandeling van afvalwater op de site AMORAS geanalyseerd. Ecoterres zette in 2012 zijn activiteiten in Wallonië voort op het vlak van grond- en slibrecyclage. Meer dan 300 000 ton materiaal werd behandeld in de centra te Tubeke (Vraimont), Charleroi, Luik (Filterres) en Farciennes (Sedisol), deze laatste in samenwerking met Solvay SA. Andere projecten die in 2012 in België werden uitgevoerd, zijn onder meer de mechanische ontwateringsinstallatie voor slib voor Nyrstar te Balen, het bouwen van erosievoorkomingsinrichtingen te Kruibeke, de in-situbodemsanering en ex-situsanering van industriële sites en het bouwen van een slibrecyclagecentrum te Obourg.
In Europa De verwachte heropleving van de markt in het Verenigd Koninkrijk bleef uit. Niettemin slaagde DEC erin even actief te blijven als tijdens het jaar 2011. Het project Coke Avenue in de buurt van Chesterfield is nog steeds de kernactiviteit en zal dit ook gedurende de twee volgende jaren blijven. In het kader van het project Abberton Reservoir heeft DEC dan weer via een joint venture gezorgd voor de inbedrijfstelling van het grootste Open Stone Asphalt-apparaat voor erosievoorkoming dat ooit in
▲ Heraanleg van de site Terranova te Gent
het Verenigd Koninkrijk in gebruik werd genomen. Daarnaast werkte de onderneming fase 1 af van een groot in-situsaneringsproject te Glasgow. Dit contract werd binnengehaald na tests die het vorige jaar werden uitgevoerd met een alternatieve, door DEC ontwikkelde oplossing voor het behandelen van bodems die verontreinigd zijn met chroom(VI). In het zuiden van Zweden werd een Design-Build-contract afgesloten voor de sanering van de fjord Valdemarsvik. De werken hiervoor werden ondertussen gestart. In Italië werden bodemsaneringscontracten afgesloten of uitgevoerd in Ravenna en Tarento. In Nederland voerde DEC-Ecoterres enkele bodem- en slibsaneringsprojecten uit via de
Vries & van de Wiel. Tot slot boekt Extract-Ecoterres in Frankrijk een duurzame groei en blijft de onderneming marktleider inzake milieubaggerwerken, de behandeling van verontreinigde baggerspecie en de reiniging van industriële of stedelijke waterbehandelingsinstallaties. In 2012 behandelde het bedrijf verontreinigde sedimenten afkomstig van de haven van Parijs en voltooide het meerdere grond- en grondwaterverwerkingsprojecten, milieubaggerwerken en saneringsopdrachten, waarvoor er twee slibrecyclagecentra worden uitgebaat.
Offshore ontginning van aggregaten & mineralen Twee DEME-entiteiten zijn actief binnen uitermate specifieke domeinen: de ene is gespecialiseerd in de extractie van mariene aggregaten en de andere in offshore minerale extractie
DEME Building Materials (DBM) is gespecialiseerd in het winnen, verwerken en verkopen van mariene aggregaten voor de bouwsector, afkomstig uit verschillende zand- en grindconcessies op zee. Hiervoor worden twee hoogtechnologische grindhopperzuigers gebruikt. De activiteiten en leveringen vinden plaats in verschillende havens in Frankrijk, Nederland, Polen en het Verenigd Koninkrijk. De twee belangrijkste installaties van DBM voor de behandeling van mariene aggregaten bevinden zich in Vlissingen en Amsterdam. Langetermijnraamovereenkomsten werden
afgesloten met grote industriële partners in België, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland. De onderneming beschikt over belangrijke aggregaatreserves (200 miljoen ton) die geografisch goed verspreid zijn. Daarnaast heeft de Groupement Manche Orientale, een groepering van SDI, DBM en lokale grindleveranciers, in 2012 van de Franse overheid de finale goedkeuring gekregen voor het uitbaten van een grindconcessie in het oostelijke deel van het Kanaal. DBM mag alle aggregaten leveren voor de constructie van de nieuwe zeesluis 'Waaslandsluis' in de
▲ Grindhopperzuiger Victor Horta - project London Gateway (UK)
haven van Antwerpen. Daarnaast heeft DBM zijn installatie te Vlissingen gemoderniseerd en geïnvesteerd in een nieuwe installatie voor de behandeling van aggregaten in Amsterdam.
OceanflORE is een 50/50 joint venture tussen IHC Merwede en DEME die zich toespitst op het aanreiken van oplossingen voor offshore minerale extractie. De onderneming past innoverende oplossingen toe voor een efficiënte, rendabele en duurzame ontginning van de zeebodem met een zo klein mogelijke ecologische voetafdruk.
In 2012 heeft OceanflORE zijn O&O toegespitst op meerdere domeinen: afgraving van afzettingen, oppervlaktevervoer, stroomvoorziening, verwerking aan boord enz. Voor verschillende zeldzame of beperkt aanwezige mineraalsoorten werden veelbelovende projecten uitgewerkt. OceanflORE heeft contact opgenomen met verschillende mijnbouwgroepen
en overheidsinstanties om te brainstormen over synergieën inzake de exploitatie van zeldzame aardmineralen en andere mineralen.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
20
Pool Baggerwerken & milieu
Internationaal
Ontwikkeling van projecten & concessies
Mariene diensten en diensten aan terminals
In 2012 heeft DEME er alles aan gedaan om stroomopwaarts mee te werken aan de ontwikkeling van nieuwe projecten via de uitwerking van concessieakkoorden en PPA-overeenkomsten (publiek-private aanbesteding).
Combined Marine Terminal Operations Worldwide (CTOW) biedt geïntegreerde professionele diensten voor de exploitatie van gespecialiseerde mariene terminals en daaraan gekoppelde mariene diensten. Twee contracten in Angola betekenen meteen de start van de activiteiten van CTOW en vormen de basis van hun toekomstige opdrachten. Voor CTOW, een joint venture met Herbosch-Kiere en Multraship, was 2012 een doorslaggevend jaar. In Angola voltooide de onderneming de maritieme engineering in het kader van de inbedrijfstelling van een tijdelijke aanlegsteiger voor hulpschepen in de aardgasterminal. Hiervoor heeft
CTOW in Nigeria een schip omgebouwd zodat het beantwoordt aan de vereisten van het project. Daarnaast heeft het bedrijf in de lente van 2012 twee andere reusachtige schepen van Europa naar Angola gesleept. Ter plaatse werden er aanpassingswerken uitgevoerd, en de aanlegsteiger werd in november
2012 in bedrijf genomen. Dit project zet de unieke synergie tussen de CTOW-spelers in de verf. Daarnaast werd er een tweede contract afgesloten met Angola Exploration Mining Resources S.A. (AEMR). Dit contract betreft meer bepaald een zeestudie die gericht is op het waarborgen van aanmeeroperaties. Op basis van deze studie werd er een gedetailleerde analyse van de aanmeerinrichtingen uitgevoerd met het oog op het definiëren van de juiste specificaties voor de installaties die op de aanlegsteiger moeten worden geplaatst. Tot slot werd er ter plaatse een grondige risicoanalyse uitgevoerd, gevolgd door een specifieke opleiding voor het plaatselijke personeel van AEMR en Sonangol.
▲ CTOW ponton voor LNG Terminal te Soyo - Angola
Blauwe energie en offshore mineralen DBE (DEME Blue Energy) ontwikkelt zowel projecten voor getijde- als golfenergie, waarbij gebruik wordt gemaakt van meer beproefde technologieën.
▲ Hoogtechnologisch hefeiland, Innovation I
Offshore windmolenparken
kabel om het OTS te verbinden met het net enz. De plaatsing van de 18 resterende turbines zal zoals voorzien afgewerkt worden in 2013.
Binnen het segment van de offshore windmolenparken heeft DEME in verschillende Europese landen initiatieven uitgewerkt via zijn concessiespecialist Power@Sea, die nu al een partner is in het kader van het Belgische project C-Power
In Polen heeft Power@Sea de goedkeuring gekregen voor de ontwikkeling van het offshore windmolenpark C-Wind in de Poolse Baltische Zee. Dit park bevindt zich ter hoogte van Gdansk en zal een geïnstalleerd vermogen hebben van minstens 200 MW. Power@Sea biedt een totaaldienst voor het helpen verkrijgen van milieuvergunningen, het uitwerken van de aanbestedingsprocedures en het leveren van bijstand in verband met wetgeving, aanbestedingen, bouw, distributie, exploitatie en life cycle maintenance. De onderneming is dan ook actief op zoek naar stroomopwaartse interventieopportuniteiten in offshore energieprojecten in Frankrijk en Duitsland.
Power@Sea heeft samen met de andere Otaryleden nieuwe concessies in de wacht gesleept voor drie Belgische offshoreprojecten (Rentel, SeaStar en Mermaid) met een gezamenlijke capaciteit van meer dan 900 MW. In 2012 werd er voortgewerkt aan het windmolenproject C-Power op de Thornton Bank voor de Belgische kust, en aan het einde van het jaar waren er al 36 turbines in bedrijf. Het gaat hier om opmerkelijke synergieën waarbij de activiteiten telkens werden uitgevoerd door ondernemingen van DEME: het plaatsen van 30 windmolens, van het offshore transformatorstation (OTS), van de tweede reeks verbindingskabels, van een tweede
Orderboek op 31 december (in miljoenen EUR) aan 100% DEME
2012 3.317
Omzet
2011 2.404
2012 1.915
2011 1.766
Binnen het domein van de getijde-energie ontwikkelt DBE sites in samenwerking met het Ierse DP Marine Energy (DPME). Ter hoogte van de County Antrim, in Fair Head, Noord-Ierland, heeft het consortium DBE-DPME een 'Agreement for Lease' verkregen van Crown Estate voor een getijdeproject van 100 MW. Daarnaast heeft DBE-DPME te Islay in Schotland een 'Agreement for Lease' verkregen voor een totaal geïnstalleerd vermogen van 30 MW. Deze twee projecten zijn goed voor een aanzienlijk energiepotentieel en maken deel uit van de bronnen van de noordelijke zone van het Kanaal. Wat betreft golfenergie werkt DBE mee aan FlanSea (elektriciteit van maritieme oorsprong bestemd voor Vlaanderen), een onderzoeksproject voor de conversie van golfenergie naar elektriciteit. Naast DBE maken de Universiteit Gent en vijf plaatselijke industriële partners (Cloostermans, Spiromatic, Contec, de haven van Oostende en Electrawinds) deel uit van deze groep. De voornaamste doelstelling is het bepalen van de totale hoeveelheid energie die gewonnen kan worden uit een gemiddelde golf. In 2012 werd er in de haven van Oostende een eerste test uitgevoerd met een vereenvoudigd model. De proeven die met dit model op zee werden uitgevoerd, zijn essentieel voor de uitwerking en constructie van de FlanSeagolfconvertor.
DBE is bovendien ook een partner van REBO, een onderneming die logistieke diensten uitwerkt voor maritieme projecten inzake hernieuwbare energie. REBO heeft een concessie in de wacht gesleept in de Oostendse voorhaven. Tot slot werkt DBE ook mee aan de samenwerkingsovereenkomst Eleanore die gesloten werd tussen zeven Europese ondernemingen die actief zijn binnen de elektriciteitstransportsector met het oog op de ontwikkeling van toekomstige infrastructuren voor het offshore netwerk.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
21
Pool PPS-Concessies
Internationaal
Havenontwikkeling en -beheer kent sterke groei Rent-A-Port, voor 45% in handen van CFE, staat in voor het luik 'havenactiviteiten' en omvat hiervoor drie afdelingen: havenengineering (hoofdzakelijk elektromechanica), investeringen en opstart van green field projecten en havenexploitatie en -beheer. In 2012 zagen we een zeer sterke verbetering van de resultaten, vooral voor de activiteiten havenbeheer en management van industriële zones in de omgeving van de havens.
Sterproject in Vietnam Het sterproject van Rent-A-Port in 2012 was het project Dinh Vu (Hai Phong) in Vietnam. De onderneming werd door meerdere Japanse investeerders gekozen omwille van de ernst waarmee de verwachtingen voor inklinking op één jaar werden berekend voor de alluviale en sponzige bodem van de delta van de Rode Rivier. Het ministerie van Planning en Buitenlandse investeringen (M.P.I.) riep de zone in 2012 uit tot een van de vijf beste industriële gebieden van Vietnam.
DVIZ, de investeringsvennootschap van Rent-A-Port in Vietnam waarin ook de stad Hai Phong voor 25,1% participeert, onderhandelt op dit moment over twee uitbreidingen die, indien deze (in 2013 of 2014) worden verkregen, de oppervlakte van de concessies voor haven- en industriezones in Vietnam zal verdrievoudigen. Daarnaast kondigt ook de samenwerking met een Indiase groep in Hai Phong zich veelbelovend aan op het vlak van ‘High Tech utilities’ in een van de industrieparken in de omgeving van de haven.
Contract van dertig jaar in Oman
2013 kondigt zich veelbelovend aan !
Ook in 2013 liggen er heel wat studieprojecten op tafel. Via de studie en de opvolging van grote projecten wil de pool PPS bijdragen aan de ontwikkeling van tal van ondernemingen van de groep, binnen de verschillende disciplines: burgerlijke bouwkunde, bouw, spoorwegen en wegen, multitechnieken. Daarnaast willen we tevens werken aan een optimale synergie tussen de entiteiten van de groep en het langetermijnonderhoud verder ontwikkelen.
Diane Zygas Directeur PPS-Concessies
dokwerkers in Oman werd door de Omaanse autoriteiten als een echt succes gezien. Eind 2012 werd door de Omaanse regering het beheer van de haven voor dertig jaar toevertrouwd aan het Consortium Antwerp Port CAP (Haven van Antwerpen en Rent-A-Port). De ondertekening van het contract vond plaats in aanwezigheid van vicepremier Didier Reynders. Het Consortium beoogt de export van de Belgische knowhow op het vlak van havenbeheer en wil via gemeenschappelijke standaarden banden tussen de Haven van Antwerpen en de Haven van Duqm tot stand brengen. Bovendien start in Duqm binnenkort de bouw van een nieuwe raffinaderij die de activiteiten van een petrochemische cluster rond de nieuwe haven nog zal versterken en die tevens nieuwe haventrafiek zal creëren.
Uitstekende vooruitgang in Qatar en in Nigeria
▲ Marina te Bizerte - Tunesië
In Oman, waar de Haven van Duqm wordt beheerd in samenwerking met de Haven van Antwerpen, werden in 2012 meerde-
re grootschalige havenoperaties tot een goed einde gebracht. In het bijzonder de opleiding van loodsen in Antwerpen en van de
In Qatar betreffen de activiteiten van Rent-A-Port hoofdzakelijk zuivere engineeringsactiviteiten. De contracten betreffende de technische bijstand voor 'bulkcement' en ‘betonaggregaten’ voor het staatsbedrijf QPMC zijn in 2012 goed opgeschoten en in december werd een nieuw consultancycontract binnengehaald.
In de O.K. Free Trade Zone van Nigeria zijn ook de engineeringsactiviteiten en het financieringsdossier voor het ‘Single Point Mooring’ (losinstallatie voor petroleumproducten) en de Tankfarm (tankpark voor brandstofopslag) goed gevorderd, wat tegen medio 2013 zou moeten kunnen leiden tot een ‘financial close’.
Tunesië: de concessie in Bizerte CFE participeert voor 25% in het bedrijf Bizerte Cap 3.000, dat in Bizerte een langetermijnconcessie bezit. De werken voor de bouw van deze marina met ruim 700 aanlegplaatsen werden voortgezet in 2012 en zullen in 2013 gedeeltelijk worden opgeleverd.
Nederland : Coentunnel Naast de andere aandeelhouders uit Frankrijk, België en Nederland, is CFE aandeelhouder voor 18,5% en DEME voor 5% in de concessie van de Coentunnel. De werken aan de eerste tunnel worden in april 2013 beëindigd, zodat in mei 2013 de Tweede Coentunnel officieel in gebruik kan genomen worden. Aansluitend zullen de renovatiewerken aan de bestaande tunnel starten zodat ze beeindigd kunnen worden in 2014.
Pool Vastgoedontwikkeling en -beheer
Hoofdzakelijk in het Groothertogdom Luxemburg en Polen De CFE-groep is eveneens internationaal actief als vastgoedontwikkelaar en -beheerder, hoofdzakelijk in twee landen, met name het Groothertogdom Luxemburg en Polen. De lopende projecten verlopen op een bevredigend niveau, en het orderboek is goed gevuld. Op dit ogenblik zijn er geen plannen om het aantal internationale vestigingen voor deze activiteit verder uit te breiden. In het Groothertogdom ontwikkelt CLi projecten en staat Sogesmaint-CBRE in voor het gebouwenbeheer. In Polen worden de activiteiten op het vlak van vastgoedontwikkeling van de groep verzorgd door BPI-CFE Immo. Ten slotte is de pool ook aanwezig in de Maghreb.
Grand-duché de Luxembourg 2012 was een zeer actief jaar voor CLi en meerdere langlopende dossiers werden afgerond. Bij het residentiële vastgoed
startte in maart 2011 de bouw van het project Greenhill dat werd ontwikkeld door CLi en Immobel, in samenwerking met het architectenkantoor Bauer et Associés. Het betreft een complex met 174 laagenergie-appartementen verdeeld over 14 gebouwen. Eind 2012 werden drie gebouwen opgeleverd, met in totaal 51 appartementen. Daarnaast werd tijdens het afgelopen jaar voor zes andere gebouwen de verkoop en de bouw gestart. In totaal zijn er van de 164 appartementen in de verkoop al 128 gereserveerd of verkocht. Daarnaast verkreeg
▲ Greenhill - Dommeldange (LU)
CLi de bouwvergunning voor Eden Green, een complex met 72 serviceflats in Bettembourg. De werken starten tijdens de eerste helft van 2013. De residentie zal over een BBB-certificering beschikken dankzij een zeer goede isolatie en een dubbele ventilatiestroom (Architecten: R. Bouschet en Beng). Binnen de sector van de kantoren en gemengde projecten werd het gebouw Serenity, in Luxemburg het eerste gebouw met een HQE-certificering, in 2012 definitief opgeleverd. CLi verzorgde hiervan de projectontwikkeling voor Fidentia Real Estate. Het project Boulevard Royal, waarvoor een voorafgaande bouwvergunning werd verkregen, werd door CLi doorverkocht aan Sicafi Leasinvest. De onderneming won ook de prijsaanvraag voor de
Sales & Rent Back operatie voor de kantoren en werkplaatsen van G4S in Gasperich. Deze operatie voor het ontwerp, het indienen van de bouwaanvragen en de bouw van nieuwe kantoren werd door CLi meteen doorverkocht aan L’Intégrale, waarbij CLi echter het ontwikkelingsrisico behoudt. Ten slotte realiseerde de onderneming een nieuwe studie voor de site van Ham, voor de ontwikkeling van een gemengd project met handelszaken, kantoren en een hotel. Dit ontwerp zou beter moeten zijn afgestemd op de vragen van de markt en omvat bovengronds 23.000 m². In december 2012 tekende CLi met 2 andere partners het contract voor de herontwikkeling van de Galérie Kons tegenover het station van Luxemburg. Er werd een langetermijnhuurcontract ondertekend
met de bank ING die er zijn nieuwe Luxemburgse vestiging zal onderbrengen. De site, die in de jaren 1930 werd gebouwd, heeft een grondoppervlakte van 4.400 m². Ze biedt ruimte aan diverse functies (kantoren, handelszaken, woningen en parkings) en deze zullen bij de herontwikkeling van het project behouden blijven.
In Polen In Gdansk zat de verkoop voor het Ocean’s Four-project in 2011 op een bevredigend niveau, maar in 2012 vertraagde de verkoop door de crisis. Bijgevolg heeft BPI Polska het programma voor de tweede fase volledig herzien. De werf zou moeten starten in 2013. Na het verwerven van de bouwtoelatingen is nu ook de fase van voorverkoop gestart voor het Obozowa-project in Warschau. Dit omvat handelszaken en 164 woningen. Ten slotte zitten er voor 2013 nog meerdere nieuwe projecten in de pijplijn. Toch zal 2013 een neutraal jaar blijven, de impact van deze nieuwe ontwikkelingen zal pas merkbaar zijn vanaf 2014.
In de Maghreb In Marokko en Tunesië is de pool Vastgoedontwikkeling en -beheer actief via CME, CMM en CMT. In Marokko verloopt de ontwikkeling van de windmolenprojecten via de Compagnie Marocaine des Energies (CME), een onderneming die in 2010 werd opgericht ingevolge een samenwerking met de Belgische groep Windvision, een producent van hernieuwbare energie. CME heeft de taak om opties op terreinen te bestuderen, te selecteren en eventueel te nemen. Het beheer van deze projecten wordt toevertrouwd aan CMM, een adviesbureau in Tanger dat zijn diensten aanbiedt voor het ontwerp, de ontwikkeling, het leiden en de verkoop van projecten binnen de domeinen vastgoed, toerisme en duurzame ontwikkeling. CMT biedt vergelijkbare adviesdiensten aan in Tunesië. CMT, waarvan de zetel en de kantoren in Tunis gevestigd zijn, is afgevaardigd bouwheer voor het geheel van het project ‘Marina Bizerte’ dat momenteel in aanbouw is.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
22
Pool Bouw
Internationaal
Steeds verder !
Orderboek op 31 december (in miljoenen EUR)
De CFE-groep is historisch internationaal aanwezig in Nederland en het Groothertogdom Luxemburg, buurlanden van België, maar ook in Centraal-Europa waar de groep al ruim vijftien jaar vestigingen heeft met activiteiten in Polen, Hongarije, Slowakije en Roemenië. In dat laatste land was het belangrijkste feit voor 2012 het binnenhalen van het project voor een ziekenhuis in Boekarest. In het kader van zijn strategie streeft CFE er nu naar om aanwezig te blijven in deze landen die deel uitmaken van zijn core business en waar de entiteiten en de mensen – grotendeels locals – volledig geïntegreerd zijn binnen de groep.
Daarnaast geeft de groep duidelijk blijk van zijn intentie om zijn activiteiten uit te breiden buiten Europa. Deze beweging is al meerdere jaren geleden ingezet. Na een eerste ervaring in
Tsjaad werden in 2012 nieuwe contracten ondertekend voor de bouw van een hotel en van het ministerie van Financiën, en in 2013 zullen deze contracten ten volle bijdragen aan het resultaat.
Pool Bouw
2012
Activiteit
2011
2012
2011
964,2
983,2
645,2
655,5
Amart
19,7
27,1
31,2
25,4
BAGECI
57,0
100,8
50,4
44,9
BPC
144,5
128,9
89,7
50,1
CFE Brabant
145,4
184,7
114,8
101,7
CFE Hungary
22,9
19,7
12,5
17,9
CFE International
164,4
115,3
52,9
59,7
CFE Nederland
100,6
127,0
51,9
62,1
CFE Polska
17,4
4,9
7,0
30,5
CFE Romania
37,8
-
-
-
CFE Tunisie
3,4
2,0
1,2
1,1
CLE
52,6
65,2
38,8
28,4
GEKA
26,7
6,4
31,3
42,3
MBG
119,7
143,7
117,8
148,2
Aannemingen Van Wellen (gebouwen)
41,9
45,6
28,5
13,8
Groep Terryn
10,2
11,8
24,2
26,3
-
-
-7,0
3,1
▲ Universiteit van Toukra - N'Djamena (TCD)
In Algerije verwierf CFE in 2012 het contract voor de bouw van de hoofdzetel van BNP-Paribas en in Nigeria een belangrijk contract voor een lokale bouwpromotor. Buiten in Tunesië is CFE dus ook actief in nog drie andere Afrikaanse landen. Steunend op deze specifieke operaties wil de groep overheden en lokale investeerders via de kwaliteit van zijn werven overtuigen om bijkomende werven aan CFE toe te vertrouwen. 2012 betekende ook een nieuwe stap voor de pool Bouw. Deze trad buiten zijn traditionele Europese en Afrikaanse grenzen en veroverde een positie in Sri Lanka, met een groot project dat recent werd gestart, en in Vietnam, via CFE EcoTech.
De groep heeft goede hoop om er in 2013 of 2014 nieuwe contracten binnen te halen. In Europa is de pool Bouw actief via CFE Nederland en GEKA Bouw in Nederland, CLE in het Groothertogdom Luxembourg, CFE Hungary, CFE Romania, CFE Slovakia, en ten slotte CFE Polska. Buiten Europa is CFE Internationaal aanwezig in het Midden-Oosten, via CFE Middle East en in meerdere landen van Sub-Saharisch Afrika en in Azië. In Tunesië is de pool actief via CFE Tunisie.
Diversen
Bouw, industriële constructies en renovatie Europa In Nederland leverde de afdeling Bouw en industriële constructies van CFE Nederland op 12 oktober het zwembad Het Hofbad op bij de Haagse autoriteiten. Dit zwembad werd gerealiseerd in samenwerking. Daarnaast werd het MARIN-project afgerond, dit betrof de renovatie en aanpassing van de technische structuren voor het Nederlands Instituut voor maritiem onderzoek. De onderneming renoveerde eveneens een crematorium en bouwde de funderingsstructuren voor Villa Flora. CFE Nederland, dat moet afrekenen met een markt die allesbehalve veelbelovend is voor de bouwsector, zal in principe in 2013 zijn activiteit op de klassieke bouwmarkt onderbreken, om zich toe te leggen op industriële constructies. In de praktijk echter zal CFE de markt aandachtig opvolgen op basis van de competenties bouw van MBG. Het is precies binnen dit domein van de industriële constructies dat GEKA, de andere Nederlandse entiteit, in 2012 heel wat projecten realiseerde, hoofdzakelijk binnen het Rotterdamse havengebied en voor bedrijven die actief zijn binnen de gas- en oliesector. Bij de gerealiseerde projecten vermelden we in het bijzonder de uitbreiding van de tankterminals voor Rubis Terminal en voor Koole Pernis. Daarnaast voerde GEKA belangrijke funderingswerken uit voor sites van Suiker Unie in Dinteloord en Groningen. Verder huldigden GEKA en CFE Nederland in september in Dordrecht een nieuw
kantorencomplex in dat door de beide bedrijven werd gebouwd. Na een moeilijk 2011 kende CLE in het Groothertogdom Luxemburg een heropleving. De residentiële en industriële bouw vulden de leemte bij de kantoorbouw, een sector waar de activiteit sinds de start van de financiële crisis beperkt is. Als gevolg hiervan vertegenwoordigde de residentiële sector in 2012 een derde van de bouwactiviteit van CLE. Voor het sterproject Greenhill, een geheel van 14 residenties, werden de eerste drie opgeleverd. Binnen de kantoormarkt leverde CLE in november de nieuwe kantoren op voor het Europese Rekenhof en werd er aan het einde van het jaar een nieuw contract afgesloten voor een gemengd gebouw met kantoren en woningen. In 2012 werd ook voortgebouwd aan de ‘Park & Ride’ van het station van Belval. Er werden daarnaast meerdere openbare projecten opgeleverd, waaronder de afwerking van het Centre Polyvalent de l’Enfance van de nieuwe Europese school van Mamer, die in september werd opgeleverd. In Polen, waar CFE Polska de voorbije jaren een sterke groei had gekend, werd 2012 een jaar met een zeer sterke daling van de activiteit. Deze was het gevolg van de crisis die sterk heeft toegeslagen binnen de bouwsector, met in het bijzonder de annulering of het uitstel van bestellingen door meerdere klanten. CFE Polska leverde niettemin diverse projecten op, waaronder de uitbreiding (5.000 m2) van de fabriek van Saint Gobain Sekurit in Zary,
CFE Nederland: staande blijven in moeilijke tijden Wanneer men een moeilijke periode doormaakt is het belangrijk om staande te kunnen blijven en te kunnen doorgaan. Het feit dat we tot een multidisciplinaire groep behoren met activiteiten op internationaal niveau én een solide financiële basis hebben, geeft onze medewerkers de nodige positieve energie die meer dan ooit motiveert om onze klanten sterk doordachte projecten voor te leggen.
Lode Franken Directeur CFE Nederland Adjunct directeur generaal van de pool bouw het logistieke centrum voor Merida in Wrocław, het kantoorgebouw Epsilon van 6.500 m2 voor Vantage Development in Wrocław alsook een productie- en opslaghal en kantoren voor de Belgische onderneming Desotec in Gdansk, een ‘design & build’-project. Daarnaast werden er ook meerdere contracten getekend, waaronder een voor het optrekken van een kantoorgebouw voor GreenWings Offices in Warschau en een ander voor de renovatie van de ‘Amber Office’ kantoren in het historische centrum van Gdansk, voor Domotel. Voor deze beide projecten werden de werken al opgestart. Daarnaast werden er nog twee andere contracten ondertekend, voor een ‘design & build’-project van een fabriek en kantoren voor Rector in Mszczonow, in de buurt van Warschau, en voor de uitvoering van een eerste fase (een parking) van een uitbreiding van het winkel-
centrum Galeria Copernicus in Torun, voor klant Atrium Real Estate. In de andere landen van Centraal-Europa laat de crisis zich nog sterker voelen. Toch hebben de lokale filialen meerdere realisaties op hun actief. CFE Hungary realiseerde het kantoorgebouw Atenor, de school van Szigetszentmiklos en de Amerikaanse ambassade in Boedapest. CFE Slovakia leverde het residentiële project Green Park in Bratislava op, maar omdat het orderboek niet verder aangevuld werd, heeft het bedrijf zijn activiteiten moeten afbouwen. CFE Romania haalde aan het einde van het jaar de bestelling binnen voor het ziekenhuis van Boekarest met 274 bedden en 10 operatiezalen.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
23
Pool Bouw
Internationaal
Afrika en Midden-Oosten In Nigeria is de groep aanwezig op de werf van Eko Tower in Lagos, via de onderneming COBEL die door CFE werd opgericht in associatie met een lokale partner. De Eko Tower is een ambitieus project voor de petroleumgroep Total. Het betreft een toren van 27 verdiepingen met een zakencentrum, een medisch centrum, een ontspanningscentrum en parkings. In Tsjaad start de tweede fase voor de universiteit van Toukra, na oplevering van de eerste fase door CFE Tchad. Het betreft een groot project op een site van ongeveer 300 hectare ten zuiden van N’Djaména voor het ministerie van Hoger onderwijs. CFE Tchad, dat ook de presidentiële villa opleverde, startte in 2012 met twee andere grote werven voor de overheid. Enerzijds het Grand Hôtel, een luxehotel in het centrum van N’Djaména, langs de rivier Chari, waarvoor de werken in juni van start gingen en tegen oktober 2014 afgerond zouden moeten zijn. Anderzijds een groot kantoorcomplex waar op ruim 35.000 m2 de verschillende diensten van het ministerie van Financiën worden ondergebracht. De bouw hiervan zou ook tegen eind 2014 afgerond moeten zijn. In Algerije verwierf CFE International het contract voor de hoofdzetel van BNP Paribas in Algiers, in de nieuwe zakenwijk Bab Ezzouar. In Tunesië ten slotte, kreeg de bouwactiviteit zware klappen door de revolutie en in 2012 vertraagde het investeringsritme aanzienlijk. CFE Tunisie heeft de bouw van de residentie Le Nautilus voor het Marina-project van Bizerte weer aangevat. Het betreft een prachtig gebouw met 278 appartementen in de vorm van een golf en biedt een uitzonderlijk zicht op de zee en de haven. Daarnaast leverde CFE Tunisie de opbreiding op van de wetenschappelijke pool van het Franse Lyceum in Tunis.
▲ Bouw van de hoofdzetel van BNP Paribas te Algiers
CLE koestert mooie verwachtingen
Een gevuld orderboek voor CFE International
De start van de trendomkeer op de Luxemburgse vastgoedmarkt vertaalt zich in een lichte verwachte groei voor CFE, dat na drie moeilijke jaren met een sterke terugval van zijn activiteiten, nu minder donkere wolken aan de hemel ziet. Hiervan getuigen het afsluiten van het contract in bouwteam voor het project Aire (gemengd project met kantoren en woningen), een teken van de heropleving van de sector van de vastgoedontwikkeling in het Groothertogdom.
Patrick Van Craen Gedelegeerd bestuurder CLE
Met een gevuld orderboek voor de volgende twee jaar start 2013 onder een beter gesternte dan 2012. De omvang van het orderboek moet ons niettemin brengen tot een grote waakzaamheid voor de verwezenlijking van onze doelstellingen.
Youssef Merdassi Directeur CFE International
Burgerlijke bouwkunde een contract voor een nieuwe stijger in Klapeida in Litouwen. Deze is bestemd voor een nieuwe LNG-tanker.
Europa In Nederland hadden de activiteiten van CFE Nederland voor de ‘Tweede Coentunnel’ in Amsterdam het voorbije jaar hoofdzakelijk betrekking op viaducten, geluidsschermen, gronden wegeniswerken, signalisatie en de technische installaties van de tunnels. Zowel op technisch vlak als voor de termijnen is alles vlot verlopen. Dat geldt ook voor de andere grote werf, die van de spoortunnel in Delft, waar de meest riskante werken, technisch gezien, tegen het einde van het jaar werden afgerond. In het kader van dit project ontving de aannemerscombinatie CrommeLijn de prijs voor het ‘Funderingsproject 2012’, voor de werken waarbij de bekende molen De Roos gedurende de bouw van de tunnel werd opgevijzeld. Tijdens de maand september werd de Uyllanderbrug (3.000 ton) over het Amsterdam-Rijnkanaal op betonnen pijlers geplaatst. Deze spectaculaire plaatsing vond een maand voor de definitieve oplevering van het project Wester IJDock in Amsterdam plaats. In november werden de werken aan de N209 ten noorden van Rotterdam aan CFE gegund.
▲ Coentunnel - Amsterdam (NL)
Deze verschillende projecten getuigen tevens van de nog steeds sterke synergie tussen GEKA en CFE Nederland. In 2012 werkten de beide entiteiten samen aan zowel de spoortunnel van Delft als de Coentunnel, de Uyllanderbrug en het project Wester IJDock. De Nederlandse bouwmarkt is echter moeilijker geworden en het aspect concurrentie weegt er zwaarder door. Voor CFE Nederland was 2012 niet alleen een jaar met de hierboven aangehaalde grote infrastructuurwerken, maar ook een jaar waarin het moeilijker werd om nieuwe contracten binnen te halen. Door het ontbreken van grote infrastructuurwerken zijn in het bijzonder de activiteiten binnen de sector van de industriële constructies erg welkom. Deze activiteit, in samenwerking met GEKA, zal de volgende jaren nog verder worden ontwikkeld.
GEKA, dat in 2012 een eerste internationale opdracht binnenhaalde, wist in het algemeen zijn resultaten op een goed niveau te houden, ondanks een algemene terugval van de activiteiten. In Noord-Frankrijk, in Duinkerken, realiseert de Nederlandse onderneming een zeesteiger voor de nieuwe LNG-terminal, samen met EMMC (100% filiaal VINCI). De onderneming rondde eveneens de werken aan de nieuwe LNG-terminal door MBG in Zeebrugge af. Daarnaast leverde het bedrijf de nieuwe stijger (jetty) en de nieuwe kademuur en het damwandscherm op voor de werf voor de uitbreiding van de ETT-petroleumterminal fase 3 in Rotterdam. Het bedrijf ontving van Vervater een nieuwe opdracht, namelijk de nieuwe stijger (jetty) voor de binnenvaart met kademuur voor de Argos Terminal Rotterdam in Hoogvliet. Ten slotte haalde GEKA de prekwalificatie voor
In het Groothertogdom Luxemburg rondde CLE de laatste werken af aan de Pont d’Alsace en wordt samen met BAGECI voortgewerkt aan de bouw van het Viaduc de Pulvermühle, twee kunstwerken voor de Luxemburgse spoorwegen. In Sri Lanka startte een eerste project voor CFE International, begeleid door CFE EcoTech. Het betreft een project voor de aanvoer van water. Hierbij worden in Kolonna en Balangoda, in de bergachtige streek van het land, twee installaties gebouwd voor het drinkbaar maken van water. Het project omvat het winnen van het water, de behandeling en de verdeling ervan via een netwerk van ongeveer 40 km over de verschillende naburige dorpen. In Qatar leverde CFE Middle East, een filiaal van CFE International, de elektrische substations op van Doha Nord voor Keppel Seghers alsook deze van Ezdan en Garafa voor ABB. Ingevolge de bijzonder sterke concurrentie in Qatar werd voor CFE Middle-East echter een herstructurering doorgevoerd.
De vooruitzichten voor 2013 Binnen de Benelux zet de toenemende prijsdruk bedrijven er toe aan om steeds selectiever te zijn bij hun keuzes en om in te zetten op synergieën binnen de CFE-groep, zowel binnen de pool Bouw als met andere entiteiten zoals de pool PPS-Concessies voor de DBFM-projecten. Er blijft ook onzekerheid bestaan over het toekomstige volume grote infrastructuurwerken door de overheden, wat bedrijven als CFE Nederland bijvoorbeeld aanzet om het domein met werken van kleinere omvang sterker te ontwikkelen. Doemdenken is vandaag echter niet aan de orde: GEKA heeft een goedgevuld orderboek en rekent op een gunstige afloop voor meerdere lopende offertes en CLE verwacht dat het zijn activiteiten voor de sector van de burgerlijke bouwkunde op hetzelfde niveau kan houden. Buiten Europa zet CFE Tunisie, dat krijgt af te rekenen met een terugval van de vastgoedinvesteringen, in op de ontwikkeling van activiteiten voor de bouw van logistieke depots, en versterkt het de inspanningen voor het binnenhalen van diverse contracten voor burgerlijke bouwkunde. Daarnaast wordt een sterke activiteit en bijkomende ontwikkelingen verwacht in Nigeria en in Sri Lanka, waar de CFE-groep al aanwezig is binnen de bouwsector en waar activiteiten op het vlak van burgerlijke bouwkunde in de pijplijn zitten.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
24
Pool Multitechnieken
Internationaal
2012 was een jaar waarin de internationale ontwikkeling van bepaalde filialen van de CFE-groep binnen de pool Multitechnieken op gang kwam of werd versterkt In het bijzonder CFE EcoTech ging voort op de ingeslagen weg met bijkomende export. Door de integratie van CFE EcoTech binnen de afdeling Infra van Nizet zal ook deze laatste actief worden op de internationale markt. VMA, dat al aanwezig was binnen de automobielsector in Turkije, Slowakije en Hongarije, en voor de productie van elektrische borden en kasten in Polen, zal zijn activiteiten dankzij de samenwerking met Ariadne nog uitbreiden naar andere landen.
Elektriciteit Met de komst van Ariadne breidt de groep zijn activiteiten binnen de sectoren elektriciteit en automatisering uit naar nieuwe exportmarkten. Tot voor kort steunden de activiteiten voor elektriciteit van CFE op internationaal niveau bijna uitsluitend op VMA. Deze kreeg al de bestelling voor de automatisering van montagelij-
nen in de autofabriek van Ford Otosan in Turkije. De initiële bestelling werd sterk verhoogd en inmiddels werkt VMA mee aan de productie van verschillende modellen van de Transit. Dit succes is in het bijzonder te danken aan de sterke dagelijkse betrokkenheid van de medewerkers van VMA ter plaatse. Dit heeft bijgedragen tot het succesvolle verloop van deze opdracht binnen een cultureel verschillende omgeving.
water, maar ook de distributie ervan naar een reeks dorpen.
In Hongarije is VMA aanwezig bij Audi in Gyor, waar de teams onder meer de productielijn bouwen voor de deuren van de Audi A3. Deze lijn behoort tot de meest complexe installaties. In totaal werd de lijn geautomatiseerd met niet minder dan 150 robotten en dat met een zeer korte opleveringsdatum, die niettemin kon worden nageleefd. Een echte wedren tegen de tijd! Tijdens de tweede fase in 2013 zal opnieuw een vijftigtal robotten worden geïnstalleerd. Ariadne breidt de activiteiten op het vlak van elektriciteit van de groep uit naar andere regio’s van de wereld, te beginnen met Zweden waar de onderneming verschillende automatiseringsprojecten realiseerde voor Volvo Cars Torslanda, in het bijzonder door het voorstellen van handlingoplossingen voor de nieuwe productielijn van de Fender. In Kosovo stond Ariadne in voor de optimalisatie van een automatische galvaniseringslijn (na in 2011 de volledige automatisering te hebben opgeleverd). In de D.R. Congo wordt momenteel een schrootinstallatie geautoma-
In Vietnam werd een eerste contract van kracht na de ondertekening van het financieringscontract in maart 2012, naar aanleiding van de prinselijke economische missie. Het aan CFE EcoTech toevertrouwde project, dat de stad Hanoi moet beschermen tegen overstromingen, heeft betrekking op het ontwerp, de levering en het toezicht op de montage van de elektromechanische uitrusting van drie pompstations.
▲ Bouw van een drinkwaterstation in de bergen - Kolonna (Sri Lanka)
tiseerd in een nieuwe brouwerij in Kinshasa. Dichter bij ons bewees Ariadne zijn knowhow in Nederland, in het kader van een installatie voor de productie van biogassen voor Attero in Wijster.
Milieu De groep zette zijn eerste stappen in Azië, waar CFE EcoTech in 2012 twee grote projecten
opstartte. In Sri Lanka verwierf CFE EcoTech, in associatie met CFE International, het contract voor een project voor de zuivering en de aanvoer van water. Het betreft de bouw, in de bergachtige streek van het land, van twee installaties voor het drinkbaar maken van water, in Kolonna en Balangoda. Het project heeft niet enkel betrekking op de opvang en de behandeling van het
In 2013 zet het bedrijf zijn commerciële inspanningen voort voor de export naar landen waar het al vertegenwoordigd is (Vietnam, Sri Lanka), alsook naar Centraal-Europa waar er contacten lopen.
Orderboek op 31 december
▲ Automatisering van een montagelijn
Omzet
(in miljoenen EUR)
2012
2011
2012
2011
Pool Multitechnieken
165,6
112,7
156,3
149,8
Ariadne
0,6
-
1,1
-
be.Maintenance
1,2
0,8
4,4
3,6
Brantegem
11,0
7,1
8,5
3,7
CFE EcoTech
19,6
4,5
8,0
11,9
Druart
23,8
9,1
21,3
23,4
ETEC
15,7
15,4
15,8
4,6
Nizet Entreprise
26,2
16,9
28,7
35,7
Prodfroid
0,5
0,6
1,9
2,0
Van De Maele Multi-Techniek
14,6
19,4
13,9
17,4
Vanderhoydoncks
8,2
5,9
10,6
7,5
VMA
44,2
33,0
37,1
37,9
Voltis
-
-
8,2
8,6
Eliminaties intra pool
-
-
-3,2
-7,0
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
25
Kruiswoord
Sudoku Vul het diagram zo in dat in elke rij, elke kolom en elk vierkant van 3 bij 3 vakjes alle cijfers van 1 tot en met 9 precies één keer voorkomen.
1
7 4
4
9
5 3
2 7
9
1
2
5
4
3
1
8
5
9 6
3
6 4
7
1
8
horizontaal 1 modern 7 door vuil overwoekerd 13 Indonesisch eiland 14 plaatsnaam van het PPPproject voor de Duitstalige gemeenschap 15 merkteken voor de scheepvaart 17 OudRomeinse munt 18 touwkleurig 20 luchtig gebak 22 mij 23 Japans dansmeisje 25 vieze geur 28 plaaggeest 30 sturen 31 uitgave 32 leest 34 viseter 37 door erfenis verkregen 39 Bijbelse figuur 40 veel gereisd hebbende 42 jaartelling 43 grondsoort 45 zwaardwalvis 46 maatschappij binnen de pool multitechnieken 48 grappig 49 water (Latijn) 50 veehouder 51 voetbalterm 53 kegelvormig 55 verschoten 57 rivier in Duitsland 60 administratie 62 beenbekleding 65 Europeaan 66 architect die het nieuwe Hôtel de Police in Charleroi ontwierp 69 oogziekte 70 slecht, verachtelijk 72 bestuurder 73 voornemen 74 onstuimig 76 welpenleidster 79 lange rij 81 niet even 82 punt van een begroting 83 nijdig 84 bolgewas 85 plaats in Portugal 87 referentieaandeelhouder 89 jeugdig 91 overall 92 boos. verticaal 1 loog 2 dun 3 brandstof voor auto's 4 lange gedachteuithaal 5 lidwoord 6 kostuum 7 grondstof voor turf 8 voegwoord 9 zeer gulzig 10 Spanje en Portugal 11 muzieknoot 12 schaakstuk 13 kleine geldsom 16 dag waarop men naar de kerk gaat 19 veiligheidsprogramma bij DEME 21 rij gelijksoortige voorwerpen 24 heldendicht van Homerus 25 roofvis 26 bedrijf van een toneelstuk 27 christelijk feest 29 gereedschap 33 vrucht 35 automodel dat door VMA in Hongarije zal worden gebouwd 36 nagerecht 38 speelgoed 40 bosvrucht 41 discussie 44 sluiskolk 45 sportterm 47 deel van een trui 48 tijdstip 51 binnenplaats van een klooster 52 stripfiguurtje 54 Italiaanse deegwaar 56 slagader 58 plaats waar de nieuwe schaatsbaan door BPC en groep Terryn werd gebouwd 59 het werkelijk menend 61 streek 63 deel van een bureau 64 strijkinstrument 67 overvloedig maal 68 gelegde eieren 70 gedommel 71 vrouwelijk kind 75 Bijbelse reus 77 klanknabootsing 78 waarnemend (in samenst.) 80 stommeling 86 noot 87 familielid 88 hip 90 voorzetsel.
© DENKSPORT PUZZELBLADEN
1
2
3
4
5
13
6
7
18
23
19
20 25
24
33
34
26
27
35
46
53 61 67
54
55
62
47
68
56 64 70
77
78
58
59
65 71
79
82
91
57
69
76
86
48
73
75
85
42
63
72
81
38
50
52
60
74
29
37
49
66
22
41
45
44
51
12 16
21 28
36
40
43 954 621 378 285 463 197 546 712 839
11
31
39
678 493 215 139 527 864 381 956 742
10 15
30
231 875 649 467 918 523 792 384 156
9
14
17
32
8
80
83 87
88
84 89
90
92 © DENKSPORT PUZZELBLADEN
De groep CFE is steeds op zoek naar enthousiaste medewerkers die houden van een uitdaging www.cfe.be
De oplossingen vind u op volgende website http://publications.cfe.be
B A G A T E L P A N D H O F
B IJ D E T A L I I S E C R E I S H A L E I D A I L L E V A D O S S O C A Q U A S S T D M R O U V E L R E G E E F T I G N P O S A R O E K E T E L
26
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
een sociale en verantwoordelijke groep
Onze medewerkers verdienen het allerbeste CFE heeft in 2012 een voorbeeldig personeelsbeleid gevoerd. Dit heeft de groep op nationaal niveau voor de tweede keer de titel Top Employer opgeleverd. Tevens heeft het Brussels Gewest CFE het diversiteitslabel toegekend. Algemeen genomen is het personeelsbestand stabiel gebleven, maar heel wat doorgewinterde professionals en net afgestudeerde jongeren zijn aan de slag gegaan bij de groep, ter compensatie van de medewerkers die met (vervroegd) pensioen vertrokken. Deze nieuwe krachten zijn vandaag en morgen van onschatbare waarde.
CFE Top Employer 2012
Stabiliteit van het personeelsbestand
De titel Top Employer wordt toegekend na analyse door een onafhankelijke jury, die zich buigt over de volgende aspecten: de tewerkstellingsvoorwaarden (alle financiële en niet-financiële voordelen, de extralegale voordelen en de arbeidsvoorwaarden), de opleidings- en ontwikkelingsmogelijkheden, de mogelijkheden om intern carrière te maken en de bedrijfscultuur. De jury is van mening dat CFE een ernstige werkgever is die zijn woord gestand doet tegenover de medewerkers en hun een correct loon en interessante evolutiemogelijkheden biedt, ook op internationaal niveau. De jury was ook lovend over het feit dat de medewerkers heel wat verantwoordelijkheden krijgen.
In totaal is het personeelsbestand in 2012 stabiel gebleven (van 3.691 eind 2011 naar 3.733 eind 2012). Het aantal bedienden is met een kleine 100 medewerkers toegenomen en het aantal arbeiders is met ongeveer evenveel medewerkers gedaald. De toename van het aantal bedienden heeft vooral te maken met de ontwikkeling van de internationale activiteiten van de groep, en dan vooral met de start van een project in Sri Lanka en de toename van de bouwactiviteiten in Algerije en Nigeria, waar de in 2011 gestarte opdrachten nu op kruissnelheid zitten. In mindere mate is de toename van het aantal bedienden ook gekoppeld aan de acquisitie van enkele nieuwe ondernemingen. Wat de vermindering van het aantal arbeiders betreft, is de oorzaak vooral te zoeken in de pool Bouw. Het heeft te maken met een verplaatsing van de omzet naar het buitenland en een grotere concurrentie tussen de Belgische aannemers, gekoppeld aan de massale aanwezigheid van onderaannemers afkomstig uit andere landen van de Europese Unie. Deze daling van het aantal arbeiders is op sociaal bevredigende manier verlopen, hoofdzakelijk door een keuze voor vervroegd pensioen. Bepaalde markante feiten van 2012 hadden overigens direct betrekking op een gedeelte van het personeel van de groep: de transfer naar BPC van de activiteit Gebouwen van BAGECI en de creatie van de nieuwe pool Spoor & Wegeninfra, die de ondernemingen Louis Stevens & Co, REMACOM, en ENGEMA bundelt, plus de afdeling Wegen van Aannemingen Van Wellen.
Diversiteit: bij aanwervingen moet competentie het enige criterium zijn Op 14 december 2012 kreeg CFE het diversiteitslabel toegekend van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat op die manier onze inspanningen op dat vlak beloont. Diversiteit is dan ook een bijzonder belangrijk element voor de groep. Wat de verhouding mannen-vrouwen betreft, leveren we continu inspanningen om het aantal vrouwen in operationele functies te vergroten. In 2012 zijn op dat vlak vorderingen gemaakt, waardoor CFE vandaag steeds meer vrouwelijke projectingenieurs, projectverantwoordelijken en werfleiders telt. Ook in de directiecomités van de ondernemingen van de groep zijn steeds meer vrouwen aanwezig. Op alle niveau’s zijn personen van vreemde herkomst terug te vinden. Uiteraard past CFE hierop ook het principe van competentie als enig criterium toe. Als onderneming die actief is in een sector waar ervaring van groot belang is, blijft de groep ook doorgewinterde medewerkers aanwerven, ongeacht hun leeftijd. Zo hebben we in 2012 meerdere 55-plussers aangeworven, die net als de jongere medewerkers opleidingen zullen krijgen. Algemeen gesproken was er in 2012 een lichte stijging in de aanwervingen van 45-plussers. De aanwezigheid van deze oudere leeftijdscategorieën is zeer belangrijk. Het doorgeven van de kennis van ervaren medewerkers aan de jongere generaties is immers een grote uitdaging. De ervaring die jongeren nodig hebben is immers niet in boeken of lessen terug te vinden. Een vlotte interactie tussen de jongere en oudere generaties is met andere woorden cruciaal. Er is een akkoord gesloten met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en Actiris dat ondersteuning biedt voor de aanwerving van deze anders valide medewerkers. Verder heeft CFE een project uitgewerkt om haar algemene diversiteitsplan met het Brussels Gewest en de sociale partners te consolideren. Dit project gaat van start tijdens de periode 2013-2014.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
27 een sociale en verantwoordelijke groep
Voortzetting aanwervingen in 2012 De groep heeft meer dan 250 medewerkers aangeworven met een bediendenstatuut, hoofdzakelijk in de pool Multitechnieken en de pool Bouw, en wat deze laatste pool betreft hoofdzakelijk voor de internationale activiteiten. We gaan door op het elan van vorig jaar wat betreft de interne tranfers. We gaan eerst na of er binnen de onderneming iemand geïnteresseerd is in een andere functie of een andere geografische locatie. We moedigen steeds een mobiliteit aan van de Benelux naar het buitenland, zodat de bedrijfscultuur van de groep ingang kan vinden in de diverse buitenlandse entiteiten. Ook het beleid voor interne promotie hebben we actief voortgezet. Zo maakten in 2012 bijvoorbeeld zestien arbeiders de overstap naar een bediendenstatuut. Ondanks de crisis is de groep jonge, net afgestudeerde ingenieurs en jongeren van technische scholen blijven aanwerven. Dit vers bloed is welgekomen ter vervanging van de generatie van net na de oorlog, die op dit moment met (vervroegd) pensioen gaat. Deze jongeren hebben nog geen praktijkervaring en moeten binnen de entiteiten
Opleiding en ontwikkeling vormen een belangrijk aspect van het HR-beleid van de groep CFE. Dit neemt diverse vormen aan. Zo zijn er algemene opleidingen die belangrijk zijn voor de strategie van de onderneming, bijvoorbeeld financiën voor niet-financiële medewerkers of crisiscommunicatie en leadership & coaching voor managers. Deze opleidingen worden intern georganiseerd, zodat de medewerkers van verschillende polen met elkaar kennis kunnen maken en ervaringen kunnen uitwisselen. Daarnaast zijn er diverse opleidingen gewijd aan specifieke competenties, zoals communicatie, onderhandelen enz. De groep organiseert overigens ook een waaier aan technische opleidingen voor de verschillende vakgebieden, en opleidingen op het vlak van veiligheid. Bovendien kunnen er individuele opleidingen voorgesteld worden tijdens de jaarlijkse evaluatiegesprekken. Het belang van deze opleidingen is groot, doordat innovatie cruciaal is in onze vakgebieden. Dat geldt niet alleen op technisch vlak, maar ook voor alle aspecten die te maken hebben met de werking van de onderneming. Het is belangrijk om na te denken hoe dingen beter, anders of goedkoper kunnen. De
ze. Daarnaast zijn er algemene opleidingen die de managers herinneren aan de basisprincipes en het belang van veiligheid of die gericht zijn op eerste hulp bij ongevallen of interventie in geval van brand.
waren. De doelstelling van deze debatten bestond erin na te gaan welke wijzigingen mogelijk waren om de veiligheid te verbeteren. Een ander feit dat duidelijk wijst op het grote bewustzijn rond veiligheid is dat een gedeelte van de bonussen voor de medewerkers bepaald wordt door de resultaten op het vlak van veiligheid.
Bij de technische opleidingen vinden we heel wat cursussen en bijscholingen voor wie werkt met zware machines, zoals gebeurt in de polen Bouw en Spoor & Wegeninfra (bij CFE, Aannemingen Van Wellen, ENGEMA, DEME enz.). Daarnaast zijn er ook heel wat cursussen en bijscholingen
Binnen de groep worden twee types veiligheidsopleidingen georganiseerd. Er worden specifieke technische opleidingen georganiseerd die de nadruk leggen op een zo veilig mogelijke werkwij-
Sociale indicatoren Medewerkers per pool Groep & Concessies
Spoor- & Wegeninfra
Multitechnieken
Bouw
DEME 100%
Vastgoed
Totaal CFE (DEME 50%)
2008
71
2.600
910
0
86
3.632
5.483
2009
79
2.299
977
0
84
3.668
5.273
2010
82
2.212
943
0
75
3.824
5.224
2011
84
2.305
1.232
0
70
4.080
5.731
2012
88
1.955
1.036
588
66
4.080
5.773
Verdelers arbeiders/bedienden 2012
Arbeiders
Bedienden
Groep & Concessies
2
86
88
1.058
897
1.955
Multitechnieken
702
334
1.036
Spoor- & Wegeninfra
429
159
588
0
66
66
DEME 100%
1.942
2.138
4.080
Totaal CFE (DEME 50%)
3.162
2.611
5.773
Bouw
Mooie carrièremogelijkheden voor net afgestudeerde jongeren Wanneer de groep een jonge ingenieur aanwerft, bijvoorbeeld in de pool Bouw of de pool Multitechnieken, start hij of zij bij de dienst ‘aanbesteding’ of meteen op een werf als projectingenieur. De ingenieur kwijt zich van de planning, de onderaannemers of de leverancier en kan zo ervaring opdoen. Wanneer de projectingenieur er klaar voor is, wordt hij of zij benoemd tot projectleider voor een kleine opdracht. Wie geen werf wil managen, kan zich bijvoorbeeld specialiseren bij de afdeling ‘Methoden’ of ‘Studies’, de aanbestedingsdienst of bij PPS-Concessies. Mogelijke verdere stappen zijn de functies verantwoordelijke voor een groot project, operationeel directeur of zelfs directeur van een businessunit. Er zijn dus volop mogelijkheden om carrière te maken, en dat zowel in België als in het buitenland!
een opleiding krijgen in alles wat niet op school aangeleerd werd. Deze opleidingsinspanning vormt een belangrijke investering voor de toekomst.
Een nauwlettende follow-up van de medewerkers De medewerkers van de groep krijgen heel wat autonomie, maar worden ook van nabij gevolgd. Naast het jaarlijkse evaluatiegesprek tussen de medewerker en zijn directe manager komen directie en human resources ook jaarlijks samen om op gestructureerde manier de competenties en het potentieel van elke medewerker door te nemen. Tijdens deze bijeenkomsten worden niet alleen de prestaties besproken, maar ook de verwachtingen van de medewerkers op loopbaanvlak. Wanneer iemand potentieel heeft, is het immers belangrijk om die persoon voldoende kansen te geven en te ondersteunen.
Bijzondere aandacht voor opleidingen
opleidingen dragen ertoe bij dat er vraagtekens worden geplaatst bij onze werking, wat een gezonde situatie is. Bovendien spelen ze een rol in het behoud van talent: de medewerkers merken immers dat ze zich binnen de groep zowel persoonlijk als professioneel kunnen ontwikkelen, vooruitgang boeken en hun competenties voortdurend kunnen optimaliseren.
Totaal
Vastgoed
Medewerkers per type van arbeidsovereenkomst Contract van onbepaalde duur
Contract van bepaalde duur
Werk & studie
Totaal
2008
5.112
366
5
5.483
2009
4.909
361
3
5.273
2010
4.829
389
6
5.224
2011
5.297
427
7
5.731
2012
5.313
452
8
5.773
Leeftijdspiramide 2008
2009
2010
2011
2012
< 25
561
487
438
482
410
26-30
805
761
767
814
811
Veiligheid blijft een prioriteit
31-35
758
722
719
803
832
Veiligheid is een van de cruciale waarden in de organisatie van de groep. CFE neemt ook om het andere jaar deel aan de Innovatieprijzen van VINCI, dat een aantal prijzen uitreikt voor innovaties inzake techniek, veiligheid, materiaal enz. binnen de groep VINCI. Dit jaar ging de prijs voor de veiligheid naar CFE, dankzij een film over de gevoelens van slachtoffers na een arbeidsongeval. Tijdens de voorgaande editie van de prijzen had de groep een toneelstuk gecreëerd waarin veiligheid eveneens centraal stond. In het kader van de voorstelling vond een hele reeks groepsdebatten plaats waarbij in totaal 1200 medewerkers betrokken
36-40
810
767
735
786
762
41-45
792
777
752
821
834
46-50
629
616
663
754
785
51-55
583
585
577
632
630
56-60
426
422
437
472
534
> 60
119
136
136
167
175
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
28 een sociale en verantwoordelijke groep over hoogtewerken (stellingen) bij de polen Bouw, Multitechnieken en Spoor & Wegeninfra, opleidingen op het vlak van elektriciteit (CFE, ENGEMA, Aannemingen Van Wellen, Nizet enz.).
thema veiligheidsbeheer. Deze opleiding wordt gegeven door externe specialisten en zal hoofdzakelijk focussen op het gedrag en de voorbeeldfunctie van operationeel verantwoordelijken.
De groep houdt ook bewustmakingsacties om het besef en de verantwoordelijkheid op het vlak van veiligheid te verbeteren. Dit gebeurt onder meer aan de hand van Toolboxmeetings, affichecampagnes en andere communicatiemiddelen. Bovendien voeren de directie en de leidinggevenden regelmatig niet-aangekondigde veiligheidsbezoeken uit. Een groot aantal ondernemingen heeft in 2012 bijzondere inspanningen geleverd op het vlak van persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkledij (CFE, BPC, ETEC, Stevens …). Een andere trend die we dit jaar hebben vastgesteld is de organisatie van een opleidingsdag (of halve dag) voor alle medewerkers rond specifieke veiligheidsaspecten.
Anciënniteit 2008
2009
2010
2011
2012
<1
988
586
788
807
975
1-5
2.091
2.225
1936
2.110
1.981
6-10
907
896
870
1.002
1.029
11-15
424
483
556
665
675
16-20
473
441
406
404
354
21-25
189
253
289
352
387
> 25
411
389
379
391
372
Mannen / vrouwen Mannelijke bedienden
Vrouwelijke bedienden
Arbeiders
Arbeidsters
2008
1.742
519
3.195
27
2009
1.708
532
3.008
25
2010
1.761
549
2.898
16
2011
1.910
599
3.200
22
2012
1.976
635
3.133
29
Opleiding In aantal uren per opleiding
Nog beter doen, met als doel 'nul ongevallen' Deze aanhoudende inspanningen werpen vruchten af. In vergelijking met het nationale gemiddelde voor de sector laat CFE uitstekende resultaten optekenen op het vlak van veiligheid. Voor de frequentiegraad in de bouw bijvoorbeeld bedraagt het nationale gemiddelde 51,81 en dat van de pool Bouw 17,23. De pool Multitechnieken kan dan weer bogen op een frequentiegraad van 16,59, terwijl het nationale gemiddelde voor Multitechnieken 31,34 bedraagt. De meeste ondernemingen van de groep hebben in 2012 overigens de certificatie VCA of OHSAS 18 001 behaald voor hun veiligheidsbeheersysteem, en bij de bedrijven die al over deze certificatie beschikten werd deze vernieuwd of uitgebreid. Enkele voorbeelden: CFE NV, CFE Nederland, Aannemingen Van Wellen, Stevens, Druart, Ariadne, BENELMAT, DEME … Ook op internationaal niveau hebben diverse dochters van CFE International OHSAS-certificaties behaald voor Kwaliteit, Veiligheid en Milieu (Algerije, Tsjaad, Qatar). CFE wil echter verder gaan en streeft naar een ongevallenvrije werking. Ondanks de opleidingen en diverse maatregelen lijken de resultaten echter een plafond te hebben bereikt. Daarom heeft de groep voor de periode 2013-2014 opleidingen voorzien voor ongeveer 600 operationele medewerkers afkomstig van alle niveaus, van directeur en projectverantwoordelijke tot werfleider, rond het
Pool Baggerwerken & milieu in de prijzen met het project ‘CHILD’ DEME is bekroond met de prijs van de IADC (International Association of Dredging Companies) voor zijn project CHILD (Colleagues Help Injuries to Leave DEME). Dit opleidingsproject omvat een seminarie over diverse veiligheidsaspecten: analyse van ongevallen, casestudy's, bewustmaking rond veiligheid, specifieke voorzorgsmaatregelen bij risicosituaties van het vak enz. Dit ambitieuze project is onder meer bedoeld om de aandacht te vergroten voor potentieel gevaarlijke situaties, om een correcte houding te bevorderen op het terrein, de bewustwording en initiatieven inzake veiligheid te stimuleren en algemeen een echte veiligheidscultuur tot stand te brengen binnen de onderneming.
Totaal 2011
Totaal 2012
Mannen
Vrouwen
Techniek
29.792,3
34.440,5
33.002,0
1.438,5
Hygiëne en veiligheid
49.722,0
42.432,4
39.705,7
2.726,7
485,0
1.323,3
1.254,4
68,9
Management
6.412,8
5.930,6
5.332,3
598,3
Informatica
6.077,5
4.353,4
3.297,4
1.056,0
Adm/boekh./beheer/jur.
3.494,0
3.474,1
2.332,7
1.141,4
Talen
3.556,3
3.148,1
2.444,1
704,0
213,0
44,0
36,0
8,0
3.087,8
5.526,6
4.546,8
979,9
102.840,5
100.673,1
91.951,4
8.721,7
Milieu
Diversiteit Overige Totaal
Absenteïsme 2008 Aantal dagen afwezigheid wegens ziekte Aantal dagen afwezigheid wegens arbeidsongeval Aantal dagen afwezigheid wegens ongeval op weg van/naar het werk Aantal dagen afwezigheid wegens beroepsziekte Aantal gepresteerde dagen Absenteïsmepercentage
2009
2010
2011
2012
50.009
49.675
62.108
60.260
73.136
8.036
7.585
7.923
7.594
6.300
269
340
611
667
386
306
0
0
0
0
1.217.943
1.239.392
1.398.377
1.513.669
1.627.676
4,81%
4,65%
5,05%
4,53%
4,9%
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
29 een sociale en verantwoordelijke groep
Meer dan 250 personen aangeworven Ondanks de ongunstige context hebben we meer dan 250 personen aangeworven met bediendestatuut, veelal om in te spelen op de behoeften van onze internationale expansie. CFE blijft niet alleen een belangrijke werkgever, maar ook een groep waar het goed werken is, zoals blijkt uit onze bekroning met de titel Top Employer 2012.
Gabriel Marijsse, Directeur Human Resources
CFE, partner van het Fonds VINCI in België voor sociale en professionele re-integratie De Fondation VINCI is in se een initiatief van de groep VINCI, de meerderheidsaandeelhouder van de groep CFE. VINCI heeft in 2012 het Fonds VINCI opgericht voor België, dat beheerd wordt door de Koning Boudewijnstichting. Dit Fonds focust met name op professionele re-integratie en heeft een dubbele doelstelling om iedereen de kans te bieden zijn of haar plaats in de samenleving te vinden: toegang tot werk en 'samen leven'. In dit kader worden in België initiatieven gesteund van organisaties die dezelfde doelstellingen nastreven. Voor de toegang tot werk gaat het om initiatieven die de professionele integratie bevorderen van kansarme personen en initiatieven die deze personen toegang tot opleidingen of mobiliteit bieden. Voor het aspect 'samen leven' steunt de Stichting initiatieven gericht op bewustmakingsacties voor jongeren rond burgerschap, sociale re-integratie van geïsoleerde personen of initiatieven die kansarmen toegang geven tot onderdak. In 2012 werden hiervoor 91 dossiers ingediend.
Opleidingen voor iedereen
Tabel frequentiegraad & ernstgraad Pool Bouw
Frequentiegraad
Ernstgraad
Frequentiegraad
Ernstgraad
Pool Multitechnieken
Het merendeel van de opleidingen bestaat uit specifieke technische cursussen voor de vakgebieden. Deze worden zowel georganiseerd voor kaderleden als voor bedienden en arbeiders. Veiligheid is het tweede belangrijke onderwerp voor arbeiders en bedienden, en voor deze laatste groep zijn ook taalcursussen belangrijk. Voor kaderleden komen opleidingen op het vlak van management, juridische aspecten, boekhouding en milieu op de tweede plaats, gevolgd door opleidingen op het vlak van veiligheid en talen. Voor 2013 staan opleidingen op het programma die specifiek gericht zijn op jonge werf- en projectleiders, plus een specifiek programma over de veiligheid op het terrein voor managers.
Pool Spoor- & Wegeninfra 39,39
Frequentiegraad
Ernstgraad
Pool Baggerwerken en milieu
0,11
Frequentiegraad
0,19
0,09
0,04
Ernstgraad
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
30 een sociale en verantwoordelijke groep
Het milieu, een absolute prioriteit voor CFE Pool Bouw
CFE doet meer dan praten over duurzame ontwikkeling alleen. De groep past een coherent milieubeleid toe met tal van concrete maatregelen die veel verder gaan dan de wettelijke verplichtingen ter zake. Elke dag opnieuw zoeken de medewerkers naar duurzame oplossingen voor projecten die worden ontwikkeld en geïmplementeerd in de verschillende entiteiten.
Aardgas kWh
Diesel liter
Elektriciteit kWh
CO2-emissie per omzet g eq CO2/EUR *
2009
7.682.173
4.393.545
12.783.440
17,70
2010
9.555.497
4.168.104
10.458.566
18,70
2011
9.625.822
4.704.162
16.420.395
21,10
2012
9.485.044
4.998.281
16.911.124
21.52
Pool Multitechnieken Aardgas kWh
Diesel liter
Elektriciteit kWh
CO2-emissie per omzet g eq CO2/EUR *
2009
863.764
715.128
787.238
20,00
2010
983.324
762.674
853.267
24,30
2011
918.981
732.096
892.022
18,90
2012
1.020.345
663.032
1.142.812
16,50
Pool Spoor- & Wegeninfra Aardgas kWh
Diesel liter
Elektriciteit kWh
CO2-emissie per omzet g eq CO2/EUR *
2009
1.994.922
1.271.985
1.301.341
72,20
2010
3.252.631
1.319.122
882.421
85,40
2011
3.044.951
1.328.247
963.576
76,90
2012
2.527.684
1.453.714
1.012.235
76,60
Pool Vastgoedontwikkeling- en beheer Aardgas kWh
Diesel liter
Elektriciteit kWh
CO2-emissie per omzet g eq CO2/EUR *
2009
1.050.898
35.690
1.303.246
31,44
2010
568.431
89.012
90.747
12,15
2011
344.878
130.572
246.797
30,02
2012
839.454
26.036
64.017
24,50
Pool Baggerwerken en milieu Aardgas kWh
Diesel liter
Elektriciteit kWh
▲ Houtconstructie met een hoge energetische waarde voor het OCMW van Brussel
Het respect voor onze leefomgeving vormt een integraal element van de langetermijnstrategie van de groep. CFE heeft dan ook een coherent milieubeleid uitgewerkt met vijf grote doelstellingen: de voortdurende verbetering van de milieuprestaties, het meten van de milieu-impact van de activiteiten, anticiperen op de evolutie van technologieën inzake milieuvriendelijk bouwen en de oplossingen die hieruit voortvloeien voor de verschillende vakgebieden, de preventie van incidenten en ongevallen en de implementatie van de vereiste structuren om te garanderen dat de factor milieu wordt meegerekend in alle activiteiten. Dit indrukwekkende programma heeft geleid tot diverse heel concrete initiatieven: de jaarlijkse milieurapportering, de beperking van het energieverbruik, de creatie en de acties van de cel duurzame ontwikkeling, de organisatie van opleidingen, initiatieven op het vlak van duurzame materialen …
CO2-emissie per omzet g eq CO2/EUR *
2009
0
9.370.741
5.853.492
758,55
Meten is weten
2010
0
6.491.221
4.060.095
481,19
De eerste stap naar meer duurzaamheid bestaat erin na te gaan hoe groot het verbruik is qua energie en grondstoffen, en deze elementen dus te meten. Sinds 2007 meet een jaarlijkse milieurapportering een groot aantal factoren om de totale ecologische voetafdruk van CFE te bepalen: naast het elektriciteits-, aardgas- en stookolieverbruik (niet hernieuwbaar) en de omzetting ervan in CO2-uitstoot houdt de rapportering rekening met de voornaamste afvalstoffen door te meten hoeveel afval gesorteerd en gerecycleerd wordt, met de productie van hernieuwbare energie binnen de groep (windturbines, fotovoltaïsch en pellets), met de verschillende milieucertificaties en hun dekking, de verschillende gelabelde projecten, het aantal uren milieuopleidingen, het aantal uren milieuonderzoek en de milieu-incidenten. Het rapport geeft onder meer aan dat CFE (zonder DEME) voor zijn energie (elektriciteit, aardgas, diesel) iets minder dan 1% van zijn omzet verbruikt.
2011
0
1.069.320
4.213.356
476,30
2012
235.808
1.427.815
4.653.842
506,80
Belangrijke opmerking Begin 2012 creëerde CFE een nieuwe activiteitenpool, de pool Spoor- & Wegeninfra.. Deze pool neemt de activiteiten over van ENGEMA (plaatsing van bovenleidingen en signalisatie voor spoorwegen), van Louis Stevens & Co (signalisatie spoorwegen) - activiteiten die voorheen waren ondergebracht bij de pool multitechnieken -,van de wegenactiviteit van Aannemingen Van Wellen alsook de activiteit van REMACOM, een bedrijf gespecialiseerd in de aanleg en het onderhoud van spoorwegen dat aan het begin van het jaar werd overgenomen. De milieuactiviteit van CFE (CFE EcoTech) werd overgedragen naar de pool multitechnieken.
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
31 een sociale en verantwoordelijke groep
‘Toward Zero Energy’, actueler dan ooit Het gebruik van niethernieuwbare energie verminderen in de projecten ontwikkeld door de groep vormt de kern van de adviserende activiteiten van de afdeling duurzame ontwikkeling. Elk project heeft zijn specifieke kenmerken.
Dit geldt ook voor de milieuvereisten, die verschillen van land tot land of in België zelfs van gewest tot gewest. In de praktijk komt het er niet alleen op aan om te anticiperen en te voldoen aan de Belgische normen
(nieuwe gebouwen zullen passief moeten zijn in 2015 of 2017, afhankelijk van het gewest) en Europese regels (nieuwe gebouwen zullen energetisch zelfbedruipend moeten zijn in 2020), maar ook om de vormgeving
van gebouwen financieel en qua duurzaamheid te herbekijken, duurzame en milieuvriendelijke materialen voor te stellen, prioriteit te geven aan technische en energieverslindende aspecten en een langetermijnvisie te ontwikkelen door alle potentiële besparingen te identificeren. Een enorme opdracht dus, die de wettelijke vereisten ruimschoots overstijgt! Alle geïdentificeerde potentiële verminderingen van het energieverbruik vatten we samen onder de doelstelling ‘Toward Zero Energy’, die gelanceerd werd in 2011 en in 2012 actueler was dan ooit.
Een geïndividualiseerde benadering voor elk project de aspect is een bij aannemers zeldzaam geworden gespecialiseerde knowhow vereist. Een andere troef is dat de groep beschikt over een databank met gegevens over gebouwenbeheer die een twintigtal jaar teruggaan, wat CFE een flinke voorsprong geeft op de concurrentie voor de beoordeling van het geïnstalleerde vermogen en de gebruikskosten op lange termijn.
CFE onderscheidt zich ook door zijn capaciteit om de kwestie van vermogensverminderingen aan te snijden. Voor dit door de meeste studiebureaus genegeer-
Onze gebouwen en Het belang werven in tijden van een juiste van duurzaamheid materiaalkeuze De inspanningen om het energieverbruik terug te dringen betreffen niet alleen de projecten, maar ook de eigen gebouwen van de groep en het energieverbruik op de werven. Een concreet voorbeeld is het energieverbruik voor het hoofdkantoor in Brussel, dat op vijf jaar tijd gedaald is met vijftig procent zonder zware investeringen. De groep beoogt ook een reductie met 20% van de CO2-uitstoot van het wagenpark tussen 2012 en 2014.
▲ Nieuwe olympische schaatsbaan - Liège
In 2012 is de groep zich er sterk van bewust geworden dat alle openbare aanbestedingen voor gebouwen passiefbouw of lage-energiebouw betreffen. Twee jaar geleden was dit absoluut nog niet zo en werd er zelfs nauwelijks over gepraat. Het resultaat van deze bewustwording is dat verschillende ondernemingen van de groep vandaag energiespecialisten hebben aangeworven, en dat is een bijzonder positief aspect.
Michel Guillaume, Directeur duurzame ontwikkeling
De cel heeft in 2012 onder meer deelgenomen aan de ontwikkeling van een groot PPS-project, de gevangenis van Haren, waarbij alle polen betrokken zijn en waaraan meerdere studiebureaus meewerken. De bijdrage van de cel bestond er hier in om het geïnstalleerde vermogen te trachten te verminderen. Voor het 110.000 m2 grote project werd het geïnstalleerde koelvermogen zo gereduceerd met bijna 30%, het verwarmingsvermogen met 35% en het totale jaarlijkse verbruik met meer dan 35%! Algemeen schat CFE dat vandaag de helft van al zijn projecten op energetisch en/of milieuvlak geoptimaliseerd wordt en dat telkens als dat mogelijk is (en de klant hiervoor de toestemming geeft) alternatieven worden voorgesteld (verwarming op biomassa, thermische en fotovoltaïsche panelen, geothermische sondes, warmtepompen …).
Ontwikkeling van interne knowhow op milieuvlak
Voor de kantoren op de bouwterreinen werd een studie uitgevoerd door de afdeling duurzame ontwikkeling en BENELMAT (dienst materieel) voor de volledige isolatie en vermindering van het gebruik van acht containers. Doelstelling: er ‘passiefcontainers’ van maken. Eind 2012 werden deze containers voor het eerst getest op de werf voor het Rode Kruis van Aannemingen Van Wellen in Mechelen. Wordt vervolgd in 2013!
De meest markante evolutie?
Voor zijn opdrachten inzake onderzoek, informatie en advies op milieuvlak voor de verschillende entiteiten beschikt de groep over een technische cel duurzame ontwikkeling die een hele reeks projecten bestudeert, wat wellicht uniek is in deze sector. Dit kleine team bestaat op dit moment uit drie ingenieurs en een assistente en neemt deel aan de verschillende inschrijvingen, studies en projectontwikkelingen (de bouw van een reeks passiefwoningen bijvoorbeeld), op vraag van de entiteiten. De medewerkers nemen aanbestedingen door, voeren initiële PEB- of PHPP-studies uit, zoeken naar de beste verhouding tussen kwaliteit en energieprijs, doen suggesties op energie- of duurzaamheidsvlak (materialen) enz.
CFE is ook bezig met de optimalisering van de gebruikte grondstoffen. Het principe is om zo veel mogelijk recycleerbare materialen te gebruiken, bij voorkeur 100%. Hiertoe maakt de groep gebruik van de Nederlandse NIBE-databank, die aan de belangrijkste materialen een basismilieuscore toekent, en van de met behulp van VINCI ontwikkelde tool EQUER (Ecoles des Mines Paristech), die de levenscyclusfactor van de materialen berekent. CFE neemt met het WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf) ook deel aan de creatie van een Belgische levens cyclusdatabank met milieu-indicatoren voor de materialen die worden gebruikt in de bouwsector, en dat voor de volledige levensduur van de gebouwen en inclusief hun toxische uitstoot. Tot slot is CFE ook medeoprichter en beheerder van Greenwin, de pool voor duurzame ontwikkeling van het Waals gewest, die universiteiten, onderzoekscentra en ondernemingen verenigt om milieuonderzoek te doen in de bouwsector.
De groep organiseert geregeld milieuopleidingen, met name in het kader van de tweejaarlijkse opleidingen voor zowat 180 kaderleden. Hier wordt toelichting gegeven bij nieuwe duurzame technologieën, het optrekken van passiefgebouwen, de BREEAM-certificatie enz. Eventueel wordt voor deze opleidingen een beroep gedaan op externe personen. Dit was onder meer het geval voor het jongste seminar rond multitechnieken, een initiatief dat door de pool tweejaarlijks wordt georganiseerd voor het personeel en waaraan ook de afdeling duurzame ontwikkeling meewerkt. Voor de financiële verantwoordelijken worden ook seminars georganiseerd over gegevensinzameling en milieurapportering. De algemene doelstelling van deze opleiding bestaat erin interne knowhow te ontwikkelen op milieuvlak. Via thematische overzichtsnota's en het intranet wordt bovendien heel wat informatie verspreid of ter beschikking gesteld voor alle medewerkers van de groep, en dan met name de werfteams (energie, dichtheid van gebouwen, passiefgebouwen, geothermie enz.).
Jaarverslag 2012 — 132e maatschappelijk boekjaar — www.cfe.be
32 een sociale en verantwoordelijke groep
Duurzaamheid duidelijk aanwezig op het terrein! De ondernemingen van de groep CFE houden steeds meer rekening met milieufactoren, en dat zowel op projectniveau als voor de eigen gebouwen en werking.
Binnen de pool Bouw hebben verschillende ondernemingen in 2012 of begin 2013 de certificatie ISO 14001 behaald (Aannemingen Van Wellen, CFE Brabant, MBG, BAGECI en CFE International voor Tsjaad en Algerije), terwijl andere volop bezig zijn met het certificatieproces (BPC, CLE, CFE Polska). Het resultaat van deze toenemende aandacht voor de milieuproblematiek is dat heel wat projecten de BREEAM-certificatie Very good hebben gekregen of zullen krijgen. Voorbeelden hiervan zijn onder meer, bij CFE Brabant, het politiekantoor van Charleroi, dat een referentie zal worden op het vlak van passiefhoogbouw, en de Brusselse kantoorgebouwen Orban, Pole Star en Elia (passief). Andere voorbeelden zijn de gebouwen Lichttoren en Onyx in Antwerpen (Aannemingen Van Wellen), Belview in Brussel (BPC-CFE Brabant), en het lopende project ‘Green Wings’ in Polen, waar CFE Polska overigens stichtend lid is van de PLGBC (Polish Green Building Council). Er werden ook meerdere passiefgebouwen opgetrokken, onder meer door Amart, dat voor het project Elimo ook gebruikmaakt van geothermie. BAGECI levert dan weer een rechtstreekse bijdrage aan de verbetering van het milieu door zijn betrokkenheid bij zuiverings- en pompinstallaties voor afvalwater. Deze aandacht voor het milieu is in de volledige pool ook duidelijk te merken aan het grotere belang dat wordt gegeven aan duurzaamheidsaspecten in de inschrijvingen, offertes enz. en aan een hele reeks initiatieven: een toegenomen sortering van afvalstoffen (wat CLE het Luxemburgse label ‘superdreckskëscht’ heeft opgeleverd), contracten voor de levering van groene stroom of biologisch afbreekbare olie, monitoring en/ of vermindering van het energieverbruik, opleidingen inzake duurzame ontwikkeling, rationeel papiergebruik enz. Daarbij komt nog de verdere optimalisering van de (reeds uitstekende) prestaties inzake CO2-uitstoot bij twee Nederlandse dochters, die allebei over de hoogst mogelijke Prorail-certificatie beschikken (niveau 5). In de pool Multitechnieken zijn bepaalde entiteiten van nature bezig met milieubescherming. Dit geldt bijvoorbeeld voor CFE EcoTech, dat gespecialiseerd is in de zuivering van afvalwater.
Dankzij de diverse technieken die ze toepassen spelen de ondernemingen van de pool echter een zeer concrete rol in de vermindering van het gebruik van niet-hernieuwbare energie en/of de productie van groene energie bij bouw- of renovatieprojecten. Hierbij denken we onder meer aan het politiekantoor van Charleroi, diverse passiefwoningen (Druart), het laboratorium en de kantoren van de Vlaamse Milieu Maatschappij in Gent en verschillende kantoorgebouwen in Brussel (VMA). Ook Nizet presteerde in 2012 prima met de installatie van meer dan een megawatt fotovoltaïsche energie op diverse daken (waaronder dat van Nizet zelf en dat van Stevens). Hetzelfde geldt voor Ariadne, dat het volledige elektrische gedeelte voor zijn rekening nam van een biogasinstallatie in Nederland. Hier komen nog de aanpassings- en bewustmakingsacties op het vlak van nieuwe technologieën bij van be.Maintenance, dat overigens ook milieuvriendelijke voertuigen heeft aangekocht. Algemeen gesproken gaan de ondernemingen van de pool steeds op zoek naar minder energieverslindende oplossingen in de aanbestedingen en de initiële haalbaarheidsstudies. Bij de pool Spoor & Wegeninfra heeft Aannemingen Van Wellen in 2012 tests uitgevoerd met geluidsarm asfalt, wat heel bevredigende resultaten heeft opgeleverd. De onderneming maakt zich overigens op om te investeren in een installatie om de branders van zijn asfaltcentrale in Doel op aardgas te laten werken in plaats van stookolie, wat een substantiële vermindering oplevert op het vlak van energieverbruik en CO2-uitstoot. Ballast recupereren, per schip transporteren (Aannemingen Van Wellen) en vervolgens recycleren en hergebruiken: dat is het proefproject waarmee REMACOM momenteel bezig is. Dit moet onder meer leiden tot een daling van het wegverkeer en een lager grondstoffenverbruik. Ook de andere ondernemingen van de groep blijven niet achter, met onder meer de elektrificatie van spoorwegen, contracten voor groene energie (ENGEMA), de ingebruikname van zonnepanelen op het gebouw van de onderneming en een beperking van de CO2-uitstoot van het wagenpark (Stevens).
▲ Bouw van een administratief passiefgebouw - Brussel
De pool Vastgoedontwikkeling en -beheer heeft verschillende keren de BREEAM-certificaties Very Good of Excellent behaald voor passiefconstructies of lage-energiegebouwen. De ontwikkelde projecten omvatten tevens de optimalisering van het verbruik op lange termijn en van de werkingskosten van de gebouwen. Sogesmaint-CBRE heeft in 2012 de nadruk gelegd op het meten en verminderen van het energieverbruik. De pool PPS-Concessies voegt aan zijn reacties op aanbestedingen steeds een grondige milieustudie toe, die uitgevoerd wordt in samenwerking met de cel duurzame ontwikkeling van CFE. Niet alleen het aantal criteria van de klanten blijft toenemen, ook de pool zelf
werkt nieuwe vereisten uit om de projecten een meerwaarde te geven. Wat de activiteiten betreft op het vlak van de havenontwikkeling, stellen we een toename vast op energievlak (Rent-A-Port Energy), met onder meer de deelname aan drie grote offshore windenergieprojecten voor de Belgische kust en de medewerking aan een vernieuwend project van Elia rond de optimalisering van onderzeese hoogspanningskabels tussen de offshoreparken en de Belgische kust (project Stopcontact op zee). De groep DEME, waarvan de ondernemingen de pool Baggerwerken vormen, beschikt over een ISO 14001-certificatie voor al zijn activiteiten. De doelstelling van de groep bestaat erin om in de mate van het mogelijke
de impact van de baggerwerkzaamheden op de fauna en flora te beperken. Hetzelfde geldt voor de niet-recycleerbare afvalstoffen, het niet-hernieuwbare energieverbruik en het waterverbruik. DEME is bovendien actief bezig met de productie van hernieuwbare energie via zijn participaties in windturbineparken in de Noordzee (C-Power) en de interne ontwikkeling van specifieke en wereldwijd erkende knowhow op dit domein (Power@ Sea en DEME Blue Energy). De groep is ook eigenaar van verschillende ondernemingen die actief zijn op het vlak van bodemsanering en herbehandeling van slib (DEC-Ecoterres, Terranata, Terra-Nova, Purazur, DBE, Power@Sea, CTOW).
Colofon AANNEMINGSMAATSCHAPPIJ CFE NV Opgericht te Brussel op 21 juni 1880 Maatschappelijke zetel : Herrmann-Debrouxlaan 42, 1160 Brussel - België Ondernemingsnummer 0400.464.795 RPR Brussel Telefoon : +32 2 661 12 11 Fax: +32 2 660 77 10 E-mail:
[email protected] Verantwoordelijke uitgever : Yves Weyts Redactieverantwoordelijke : Ann Vansumere Tel. +32.2.661.13.97
[email protected] Copyright van de foto’s en beelden in alfabetische volgorde: Ateliers Jean Nouvel - MDW Architecture Ariane Delacre DEME Philippe van Gelooven Tom D’Haenens Concept en realisatie : Antenno Marketing & Communicatie Cogels Osylei 19 BE 2600 Berchem Dit jaarverslag is verkrijgbaar in het Nederlands, Frans en Engels.