Hbo-master Educational Leadership Penta Nova
11 juni 2010 NVAO Toets Nieuwe Opleiding
Paneladvies
Inhoudsopgave
pagina 2
Inhoudsopgave
2
1
Samenvattend advies
3
2
Inleiding en verantwoording 2.1 Werkwijze panel 2.2 Opbouw paneladvies
5 5 5
3
Beschrijving van de opleiding 3.1 Algemeen 3.2 Profiel instelling 3.3 Profiel opleiding
7 7 7 8
4
Beoordeling per onderwerp 4.1 Doelstellingen opleiding 4.2 Programma 4.3 Inzet van personeel 4.4 Voorzieningen 4.5 Interne kwaliteitszorg 4.6 Condities van continuïteit
9 9 12 16 18 20 22
5
Overzicht advies
25
Bijlage 1: Samenstelling panel
26
Bijlage 2: Programma locatiebezoek
27
Bijlage 3: Overzicht van bestudeerde documenten
28
Bijlage 4: Lijst met afkortingen
29
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
1 Samenvattend advies De Marnix Academie heeft op 2 februari 2010 bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) een aanvraag ingediend voor toetsing van de nieuwe opleiding hbo-master Educational Leadership namens de hogescholen die zich hebben verenigd in Penta Nova. Penta Nova is een samenwerkingsverband van vijf hogescholen, met name: Hogeschool INHolland, Den Haag; Driestar Educatief, Gouda; P.c. Hogeschool Marnix Academie, Utrecht; Christelijke Hogeschool Ede en de Gereformeerde Hogeschool Zwolle. De NVAO heeft een panel van deskundigen een beoordeling laten uitvoeren van de kwaliteit van de opleiding. De opleiding Educational Leadership is een masteropleiding van 60 ECTS die als deeltijdse variant zal worden aangeboden op de verschillende locaties van het samenwerkingsverband, alsook in company kan worden georganiseerd. Het dossier behorend bij deze aanvraag is zorgvuldig uitgewerkt en bevat een sterke en degelijke onderbouwde theoretische achtergrond. Op basis van het aanvraagdossier en de gesprekken tijdens het locatiebezoek heeft het panel een positief advies geformuleerd. Het panel is van oordeel dat de eindkwalificaties van de opleiding prima aansluiten op de beroepsprofielen van de koepelorganisaties en aansluiting hebben op de stevige Angelsaksische traditie. Dit is volgens het panel evenwel een ietwat eenzijdige invalshoek omdat er een extreme klemtoon wordt gelegd op leerlingresultaten, in het dossier „opbrengstgericht werken‟ genoemd. De eindkwalificaties zijn een stevige weerspiegeling van het niveau van een professionele master. Het programma voldoet aan de criteria voor een hbo-master. Er is een sterke ontwikkeling via actuele vakliteratuur. De opleiding krijgt wel het advies van het panel om de rijke praktijkervaring bij de studenten goed didactisch te activeren. Ook dient de opleiding in de toekomst extra aandacht te besteden aan het mbo. De beoogde doelstellingen en de inhoud van het programma sluiten op elkaar aan. Wel dient de opleiding nog werk te maken van een duidelijke normering bij beoordelingen, zodat het onderscheid tussen voldoende en onvoldoende scherp gesteld wordt. Het programma is samenhangend. De verticale samenhang is, doordat de studenten deze zelf dienen te realiseren via het portfolio, kwetsbaar. Dit vereist van de opleiding extra aandacht. De studielast en de duur van het programma voldoen aan de gestelde eisen van het toetsingskader. Het panel stelt vast dat de masteropleiding Educational Leadership wordt gedragen door een gekwalificeerd hoogstaand en gedreven docententeam. De opleiding heeft de profielen van de verschillende functies duidelijk neergeschreven en een selectieprocedure georganiseerd. Het panel doet de suggestie om ook een paar goede rolmodellen als gastdocenten aan bod te laten komen in de opleiding. De opleiding kan op alle locaties gebruik maken van geschikte huisvesting en prima voorzieningen. Er is een goede begeleidingsstructuur uitgewerkt en de informatievoorzieningen zijn zeker toereikend. De master maakt gebruik van één kwaliteitszorgsysteem voor alle locaties waar de opleiding georganiseerd wordt. De centrale terugkoppeling en opvolging van de resultaten
pagina 3
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
staan garant voor het borgen van de kwaliteit op de verschillende locaties. Alle stakeholders worden actief betrokken bij de kwaliteitszorg. Wat het afnemend beroepenveld betreft, kan dit nog actiever worden aangepakt, aldus het panel. De samenwerkingsovereenkomst tussen de vijf hogescholen die deze master organiseren omvat afspraken omtrent financiële en personele middelen. Deze samenwerkingsovereenkomst loopt over een periode van acht jaar, wat maakt dat de studenten die deze opleiding starten, ze ook volledig kunnen doorlopen. De voorziene investeringen en financiële voorzieningen laten toe deze opleiding op een kwalitatief hoogstaand niveau te organiseren. Het panel adviseert de NVAO om positief te besluiten ten aanzien van de kwaliteit van de nieuwe opleiding Educational Leadership van Penta Nova.
Den Haag, 11 juni 2010 Namens het panel ter beoordeling van de toets nieuwe opleiding Educational Leadership van Penta Nova,
Marc Vermeulen (voorzitter)
pagina 4
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Ann Van Neygen (secretaris)
2 Inleiding en verantwoording 2.1
Werkwijze panel Op 2 februari 2010 heeft de NVAO van Penta Nova het verzoek ontvangen voor toetsing van de nieuwe hbo-master Educational Leadership. De NVAO heeft voor de beoordeling van de aanvraag op 2 maart 2010 een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende volgende samenstelling: – Prof. Dr. Marc Vermeulen, voorzitter van het panel; – Prof. Dr. Geert Devos, panellid; – Dhr. Arie De Bruin, panellid; – Mevr. Geri Wijnen, student-lid. Het panel heeft voorafgaand aan het locatiebezoek het informatiedossier doorgenomen en de eerste bevindingen, samen met de vragen voor het locatiebezoek doorgestuurd naar de procescoördinator. Op 11 mei 2010 heeft het panel een bezoek gebracht aan de opleiding op de locatie van de Marnix Academie te Utrecht. Voorafgaand aan de gesprekken besprak het panel zijn bevindingen ten aanzien van de aanvraag en werden de vragen ten aanzien van de verschillende gespreksgeledingen doorgenomen. Het panel spreekt zijn waardering uit over de goed voorbereide en hartelijke ontvangst en de constructieve gedachtewisseling met de verschillende gesprekgeledingen tijdens het locatiebezoek. Tijdens dat bezoek is gesproken met vertegenwoordigers van de instellingsbesturen, het opleidingsmanagement en de kwaliteitscoördinator, vertegenwoordigers van het werkveld en het docententeam. Zie voor meer informatie bijlage 2. Programma locatiebezoek. De secretaris van het panel heeft een conceptadviesrapport opgesteld. De criteria uit het Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs van de NVAO d.d. 14 februari 2003 liggen ten grondslag aan dit advies. Dit rapport is gebaseerd op het informatiedossier van de opleiding en op de informatie die tijdens het locatiebezoek is gegeven. De oordelen van het panel over deze informatie zijn in dit rapport verwerkt. In het advies zijn aan de hand van de uitkomsten per facet beargumenteerde oordelen per onderwerp gegeven. Het concept is voorgelegd aan de panelleden en hun commentaar is in de definitieve versie verwerkt. De definitieve tekst is vastgesteld op 11 juni 2010.
2.2
Opbouw paneladvies Kern van het voorliggend advies is hoofdstuk 4, waarin de neerslag van de feitelijke toetsing is vastgelegd. Het panel heeft de opleiding getoetst aan de hand van de zes onderwerpen en de negentien facetten uit het Toetsingskader nieuwe opleidingen. Per facet geeft het panel een korte samenvatting van de informatie die door de opleiding is aangeleverd ('Bevindingen'), gevolgd door de visie van de panelleden op dit facet ('Overwegingen'). De overwegingen monden uit in een conclusie, waarin het panel aangeeft of het facet in kwestie voldoende of onvoldoende is vormgegeven door de opleiding. Daarnaast geeft het panel een samenvattend oordeel per onderwerp. In hoofdstuk 5 is bovendien een schematische weergave van de beoordeling opgenomen. Hoofdstuk 4 wordt voorafgegaan door een algemene beschrijving van de opleiding en de instelling in hoofdstuk 3. Tot slot is aan het advies een aantal bijlagen toegevoegd met
pagina 5
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
onder meer informatie over de samenstelling van het panel, het programma van het locatiebezoek, een overzicht van de bestudeerde documenten en een lijst met afkortingen.
pagina 6
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
3 Beschrijving van de opleiding 3.1
Algemeen Land Instelling
Opleiding Niveau Oriëntatie Locaties Varianten Sector
3.2
Nederland Hogeschool INHolland, Driestar Educatief, P.c. Hogeschool Marnix Academie, Christelijke Hogeschool Ede, Gereformeerde Hogeschool Zwolle, verder Penta Nova genoemd Educational Leadership Master Hbo Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, Haarlem, Gouda, Utrecht, Ede, Zwolle Deeltijd Gedrag en Maatschappij
Profiel instelling Penta Nova is een samenwerkingsverband van vijf hogescholen die gezamenlijk managementopleidingen verzorgen voor het primair, het voortgezet en het mbo/bve onderwijs, met name: Hogeschool INHolland, Den Haag; Driestar Educatief, Gouda; P.c. Hogeschool Marnix Academie, Utrecht; Christelijke Hogeschool Ede; Gereformeerde Hogeschool Zwolle. Penta Nova heeft als vestigingsplaats voor administratie en management de Marnix Academie te Utrecht. Penta Nova hanteert een integrale visie op leiderschap in het onderwijs. De opleidingen van Penta Nova zijn gericht op de praktijk, met name op het ontwikkelen van onderwijskundig, transformationeel en moreel leiderschap. Onderzoek speelt een belangrijke rol in deze opleidingen. Steeds meer wordt van leidinggevenden gevraagd in te kunnen spelen op veranderingen: in de school, maar ook in onze samenleving. Ook worden scholen en leidinggevenden meer en meer afgerekend op resultaten van hun onderwijs. Niet voor niets zijn scholen steeds vaker bezig met opbrengstgericht werken. In de opleidingen van Penta Nova komt dit tot uiting in onderzoeksopdrachten. Om deze ontwikkelingen te borgen heeft Penta Nova per 1 september 2009 een lector Leiderschap in het onderwijs aangesteld met als specialisatie „onderzoeksmatig leiderschap‟. Penta Nova biedt vier opleidingen aan: Master Educational Leaderschip; Opleiding Directeur Primair onderwijs; Basisvaardigheden Onderwijsmanagement; Master-upgradeprogramma. De eindverantwoordelijkheid voor Penta Nova ligt bij de stuurgroep. Elke hogeschool heeft een gemandateerde afgevaardigde op directeur/CvB niveau afgevaardigd in de stuurgroep. Naast de stuurgroepleden heeft ook de opleidingsmanager van Penta Nova zitting in de stuurgroep. Op uitvoeringsniveau heeft elke hogeschool een locatiecoördinator die de zorg draagt voor de uitvoering van de opleidingen op de eigen locatie.
pagina 7
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
De opleiding Educational Leadership zal worden aangeboden op volgende plaatsen: Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, Haarlem (Hogeschool INHolland), Gouda (Driestar Educatief), Utrecht (P.c. Hogeschool Marnix Academie), Ede (Christelijke Hogeschool), Zwolle (Gereformeerde Hogeschool). Daarnaast wordt op vraag van besturen ook de mogelijkheid geboden om de opleiding incompany te organiseren.
3.3
Profiel opleiding De master Educational Leadership is een tweejarige hbo-master die is ontwikkeld om schoolleiders met ten minste enige jaren ervaring in het primair, voortgezet en middelbaar onderwijs verder te professionaliseren. Het doel van de master is schoolleiders op te leiden die hun school kunnen leiden naar een toekomst waarin de school een centrale positie in de schoolomgeving inneemt en waarin leerlingen op een effectieve wijze leren. De schoolleiders ontwikkelen competenties die noodzakelijk zijn om een school te leiden in een steeds sneller veranderende omgeving. De onderzoeksmatige schoolleider die in de school een onderzoekende cultuur creëert met als doel de leerling-resultaten te verbeteren, staat centraal. Onderzoek is immers een belangrijk middel om veranderingen in het onderwijsproces te onderbouwen en te realiseren. De opleiding is verdeeld in vier semesters. Elk semester heeft een eigen thema. In het eerste semester staat het thema “Educational Leadership” centraal of het geven van sturing met behulp van verschillende leidersschapsstijlen. In de module “Organisatie en innovatie” in het tweede semester ontwikkelen de masterstudenten inzicht en vaardigheden om hun school en het daar gegeven onderwijs zo te organiseren en te innoveren dat het leidt tot optimale leerling-resultaten. In het derde semester wordt in de module “School en context” op zoek gegaan naar manieren waarop scholen succesvol kunnen opereren in een sterk aan verandering onderhevige samenleving. Het vierde semester is voorbehouden voor het uitwerken van de masterthesis. Daarnaast wordt in elk semester aandacht besteed aan de persoonlijke ontwikkeling van de studenten en aan de ontwikkeling van het eigen onderzoeksmatig leiderschap. De persoonlijke lijn en de onderzoekslijn lopen als rode draden door het masterprogramma heen. De opleiding is competentiegericht opgezet en doet een beroep op de vaardigheden zelfstandig en collegiaal leren. Nieuwe opleiding De master Educational Leadership met als insteek de onderzoeksmatige schoolleider is nieuw voor het Nederlands Hoger Onderwijs. Variant De opleiding kent enkel de deeltijdse variant. Studieomvang De masteropleiding Educational Leadership is een 2-jarige opleiding met een omvang van 60 ECTS.
pagina 8
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
4 Beoordeling per onderwerp In dit hoofdstuk toetst het panel de aanvraag aan de hand van de zes onderwerpen en negentien facetten uit het toetsingskader. Per facet is telkens de letterlijke omschrijving ervan uit het toetsingskader overgenomen. Daarna volgen eveneens per facet een summiere samenvatting van de informatie verstrekt door de instelling, en de overwegingen en het oordeel van het panel. Tot slot geeft het panel per onderwerp een samenvattend oordeel.
4.1
Doelstellingen opleiding Voor de beschrijving van de doelstellingen wordt verwezen naar het voorgaande hoofdstuk.
4.1.1
Domeinspecifieke eisen (facet 1.1) De beoogde eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Bevindingen De opleiding heeft in het dossier haar eindkwalificaties op eenduidige wijze beschreven. Deze eindkwalificaties sluiten aan bij de eisen die qua breedte en diepte gesteld worden door het afnemend beroepenveld in het betreffende domein. De opleiding baseert zich voor de bepaling van de eindkwalificaties op een beroepsprofiel voor schoolleiders, dat werd geformuleerd op basis van wetenschappelijk onderzoek in opdracht van de vo-raad. De basiscompetenties vo zijn generiek geformuleerd en kunnen tevens dienen als competenties voor schoolleiders po. Samen met de Nederlandse Schoolleiders Academie werd de set competenties voor vo en voor po tot één geheel gemaakt. Deze competenties liggen momenteel bij de po-raad ter bespreking. De eindkwalificaties hebben ook aansluiting op de Angelsaksische traditie die een stevige klemtoon legt op leerlingresultaten. Op basis van een analyse van actuele literatuur op het terrein van Educational Leadership is de opleiding nagegaan welke eindkwalificaties voor schoolleiders in het buitenland (Educational leadership policy standards, USA, 2008) worden gehanteerd en hoe deze zich verhouden tot de Nederlandse basiscompetenties voor schoolleiders. Dit heeft geresulteerd in een framework Educational Leadership, wat sterk overeenkomt met de door de vo-raad geformuleerde competenties. In een afzonderlijke bijlage bij het dossier worden de competenties Educational Leadership gesitueerd ten aanzien van de internationale en nationale literatuur. Op basis hiervan is het framework aangescherpt en zijn de competenties verder geoperationaliseerd. Dit heeft geleid tot de competenties die zijn gebruikt bij de ontwikkeling van het programma en de modules voor de Master Educational Leadership, met name: visiegerichtheid, omgevingsbewustzijn, leiderschapsstrategieën, organisatiebewustzijn, hogere orde denken. Overwegingen Het panel is van oordeel dat de eindkwalificaties van de opleiding prima aansluiten op de beroepsprofielen van de koepelorganisaties. De aansluiting van de eindkwalificaties op de Angelsaksische traditie is volgens het panel evenwel een ietwat eenzijdige invalshoek omdat er een extreme klemtoon wordt gelegd op leerlingresultaten, in het dossier
pagina 9
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
„opbrengstgericht werken‟ genoemd.Het panel geeft in overweging ook andere invalshoeken aan bod te laten komen. Het panel stelt vast dat deze master breed inzet en zich met name ook op het mbo wil richten. Het mbo is evenwel nagenoeg afwezig in het dossier. Het panel vraagt zich dan ook af of het realistisch is zo breed in te zetten en raadt de opleiding aan zich in deze ontwikkelperiode nog niet te richten op het mbo, maar deze specialisatie eerst grondiger uit te werken. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 1.1 „Domeinspecifieke eisen‟ als voldoende. 4.1.2
Bachelor (facet 1.2) De beoogde eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een master. Bevindingen De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van de professionele master. De opleiding heeft in het dossier de relatie gelegd tussen de Dublin descriptoren en de competenties van de master, alsook de modulen van de master. Daarbij wordt duidelijk aangegeven dat de eindkwalificaties van de opleiding de Dublin descriptoren dekken. In de opleiding staat de onderzoeksmatige schoolleider centraal. Dit weerspiegelt zich in de eindkwalificaties. Overwegingen Het panel heeft vastgesteld dat de vooropgezette eindkwalificaties van de opleiding aansluiten bij de algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een hbo-master en is van oordeel dat hier een stevige hbo-master wordt neergezet. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 1.2 „Bachelor‟ als voldoende.
4.1.3
Oriëntatie hbo (facet 1.3) De beoogde eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de volgende beschrijving van een master in het hbo: – De beoogde eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepencompetenties. – Een hbo-master heeft de kwalificaties voor het niveau van zelfstandig en/of leidinggevend beroepsbeoefenaar in een beroep of spectrum van beroepen, dan wel het niveau van functioneren in een multidisciplinaire omgeving waarvoor een hbo-opleiding vereist is of dienstig is. Bevindingen Zoals reeds aangegeven, zijn de competenties van de master Educational Leadership afgeleid van de landelijk vastgestelde vo-competenties en de erkende competenties van de Nederlandse Schoolleiders Academie. De eigen visie op leren is beschreven bij de didactische uitgangspunten van de master en sluit nauw aan bij de geformuleerde competenties.
pagina 10
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Het beroepsprofiel en de visie op opleiden en leren wordt gedeeld met werkveldvertegenwoordigers en vakgenoten. De verbinding met het veld is gelegd via veldraadplegingen op de diverse locaties. Uit het dossier blijkt dat de veldraadplegingen ertoe geleid hebben dat de aanvankelijke set competenties aangepast is. De hbo-master heeft tot doel om actieve schoolleiders op te leiden tot onderzoeksmatige schoolleiders. Centraal staat het creëren van een onderzoekende cultuur met als doel de leerling-resultaten te verbeteren. In de gesprekken komt ook het soort leiderschap aan bod dat men met deze opleiding voor ogen heeft: een leidinggevende in een identiteit gedreven organisatie heeft de verantwoordelijkheid om data te interpreteren en om te zetten in acties. Beleid wordt immers niet alleen gemaakt vanuit zachte aannames, ook vanuit cijfers. Opbrengstgericht leiderschap is op dit moment te weinig aanwezig in de scholen, terwijl recht doen aan kinderen betekent dat men met de gegevens die worden verzameld omtrent hun ontwikkeling ook daadwerkelijk iets doet. Overwegingen Het panel heeft wat vragen bij de mate waarin de eindkwalificaties die door de vo-raad zijn opgesteld zomaar over te nemen zijn door het po. De directe relatie die leidinggevenden van basisscholen moeten onderhouden met ouders en opvoeders maken dat de schoolleider ook een sterke pedagoog moet zijn en een centraal figuur voor de kinderen. Dit is wel terug te vinden in de competenties van de Nederlandse Schoolleiders Academie waarop de eindcompetenties eveneens gebaseerd zijn. Toch zou dit nog explicieter aan de orde kunnen komen dan dit nu het geval is. Uit de verslagen van de veldraadplegingen en de samenvattende notitie kan het panel afleiden dat de eindkwalificaties door middel van veldraadplegingen in iedere locatie zijn besproken met het werkveld en er naar aanleiding van deze besprekingen wijzigingen zijn doorgevoerd. Daar waar de suggesties van het werkveld niet werden op gevolgd, wordt dit door de opleiding voldoende gemotiveerd. Deze veldraadplegingen zijn wel beperkt in aantal, waardoor het panel zich de vraag stelt in hoeverre ze voldoende representatief zijn. Het panel kan na de verduidelijking tijdens de gesprekken met het opleidingsmanagement en de docenten de expliciete keuze van de opleiding voor het onderzoekend leiderschap en het opbrengstgericht leren bijtreden, alsook de gevolgen hiervan voor de opleiding. Managementvaardigheden en instrumentele vaardigheden worden voorzien in andere opleidingen en worden verondersteld verworven te zijn bij aanvang van deze master. (Zie ook 4.2.5. Instroom) Conclusie Het panel beoordeelt het facet 1.3 „Oriëntatie hbo‟ als voldoende. 4.1.4
pagina 11
Samenvattend oordeel onderwerp 1 Doelstellingen opleiding De drie facetten die betrekking hebben op de doelstellingen van de opleiding vindt het panel voldoende. De beoogde eindkwalificaties sluiten aan bij de eisen van de vakgenoten en de beroepspraktijk en bij de algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een master op hbo-niveau. Het onderwerp „Doelstellingen opleiding‟ wordt daarmee als positief beoordeeld. Het panel raadt de opleiding aan de toepassing naar het mbo verder uit te werken.
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
4.2
Programma Voor de beschrijving van het programma wordt verwezen naar het voorgaande hoofdstuk.
4.2.1
Eisen hbo (facet 2.1) Het beoogde programma sluit aan bij de volgende criteria voor het programma van een hboopleiding. – Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en of (toegepast) onderzoek. – Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied/de discipline. – Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Bevindingen Deze opleiding is gebaseerd op een degelijke kennisbasis waarbij van de studenten een grondige literatuurstudie wordt vereist. In de studieprogramma‟s wordt inzichtelijk gemaakt hoe recente nationale en internationale literatuur wordt ingezet in het programma. Zoals reeds weergegeven in het vorige hoofdstuk staat in elk semester één thema centraal. Daarnaast wordt in elk semester aandacht besteed aan de persoonlijke ontwikkeling van de studenten en aan de ontwikkeling van het eigen onderzoeksmatig leiderschap. De studenten brengen daarbij hun actuele praktijk binnen in de opleiding: de opleiding veronderstelt dus reeds een aantal beroepsvaardigheden aanwezig bij de instroom. In de persoonlijke ontwikkelingslijn denken studenten bewust na over het eigen handelen. In de onderzoekslijn ontwikkelen zij hun onderzoeksvaardigheden die hen in staat zullen stellen om hun taak als schoolleider opbrengstgericht vorm te gaan geven. Overwegingen Het panel is van oordeel dat de ontwikkeling via vakliteratuur in deze opleiding uitermate sterk is: de vakliteratuur is actueel en sluit aan bij de huidige trends in het onderwijs. Het panel raadt de opleiding aan te waken over een te trendgevoelige invulling en geeft ook als suggestie mee het kader te verrijken met filosofische, maatschappelijke en pedagogische vorming. Momenteel is er nog een gebrek aan samenwerking met een universiteit. De opleiding erkent dat dit een toekomstig werkpunt is. Op dit moment wordt het onderzoek geborgd via de kenniskringen in de respectievelijke hogescholen. Ook de individuele curricula van de docenten getuigen van samenwerking met universiteiten. De verbanden met de actuele beroepspraktijk worden gelegd door het feit dat de studenten van deze opleiding ervaren schoolmanagers zijn die beschikken over een rijke praktijkervaring. Een gedeelte van hen heeft bovendien reeds de opleiding voor schoolopleider gevolgd. Het panel wijst er op dat het van belang is deze rijke ervaring bij de deelnemers goed didactisch te activeren om het beroepsgerichte karakter van de opleiding te garanderen en te borgen. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 2.1 „Eisen hbo‟ als voldoende.
pagina 12
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
4.2.2
Relatie tussen doelstelling en programma (facet 2.2) Het beoogde programma, het didactisch concept, de werkvormen en de wijze van toetsing weerspiegelen de te bereiken eindkwalificaties van de opleiding. De te bereiken eindkwalificaties zijn aantoonbaar vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het beoogde programma. Bevindingen In het document „Inhoud jaar 1 in relatie tot competenties en Dublin descriptoren‟ zijn de competenties per studieonderdeel vertaald naar leerdoelen. De leerdoelen van de afzonderlijke programma-onderdelen vormen gezamenlijk een afspiegeling van de eindkwalificaties qua breedte en diepgang. In de studiehandleidingen van semester 1 en 2 wordt een uitgebreide beschrijving gegeven van de dagprogramma‟s. Daarin zijn vanuit het didactisch concept van het competentiegericht leren de werkvormen, de opdrachten, de te bestuderen literatuur, de wijze van toetsing en de beoordelingcriteria beschreven. Het is voor iedere student helder welke bijdrage het volgen van een onderdeel heeft de ontwikkeling van de competenties. Het didactisch concept van de master is gebaseerd op een sociaal-constructivistische definitie van leren en innoveren. Daarbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: leren is een sociaal proces, waarin lerenden door middel van dialoog en interactie samen kennis creëren; zij doen dit door aan concrete ervaringen betekenis te verlenen of bestaande betekenissen te herstructureren; dit proces verloopt in hoge mate zelfsturend; de lerenden zijn actief en zelfregulerend. In het toetsplan van de opleiding wordt het toetsbeleid van de opleiding beschreven. Ook wordt gedetailleerd weergegeven welk toetsinstrument wordt gebruikt voor welke inhoud en met welke functie. De toetsing is afgestemd op het didactisch ontwerp van de master. Overwegingen Het programma van deze opleiding zit stevig in elkaar. Het panel leidt dit af uit de gedetailleerde studiehandleidingen. Een student weet exact wat hem te wachten staat, hoe hij zich erop kan voorbereiden en hoe hij zal geëvalueerd worden. Het panel stelt vast dat er beoordelingsschema‟s zijn, maar dat er geen normering is aangebracht en bijgevolg het onderscheid tussen voldoende en onvoldoende niet duidelijk is. In de gesprekken komt aan bod dat dit nog verder moet uitgewerkt worden. Zeker in het kader van een gelijke behandeling van de studenten op de verschillende locaties waar de opleiding zal worden georganiseerd, is het aangeven van een heldere normering een must. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 2.2 „Relatie tussen doelstelling en programma‟ als voldoende.
4.2.3
Samenhang programma (facet 2.3) Het beoogde programma is inhoudelijk samenhangend. Bevindingen De tweejarige opleiding is verdeeld in vier semesters. Elk semester heeft een eigen thema: Educational Leadership; organisatie en innovatie; de school en haar contexten; onderzoek:
pagina 13
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
het „masterpiece‟. Naast deze inhoudelijke lijn loopt er in ieder programma ook een persoonlijke lijn en een onderzoekslijn. Er is een voortdurende wisselwerking tussen de inhoudelijke modulen, de persoonlijke lijn en de onderzoekslijn. De horizontale samenhang is hierdoor geborgd. In het dossier wordt gesteld dat het curriculum qua inhoud en fasering een samenhangend geheel is. De persoonlijke ontwikkelingsplannen van studenten en de begeleiding door de tutor daarvan waarborgen het gericht en in samenhang verwerven van competenties. De verticale samenhang in het programma is dus verbonden met de eigen beroepspraktijk van waaruit de student onderzoek verricht. De student maakt zelf deze samenhang inzichtelijk via het portfolio. Overwegingen Het panel stelt vast dat er door middel van de drie lijnen in het programma een stevige horizontale samenhang wordt gerealiseerd. De verticale samenhang is evenwel sterk afhankelijk van de student en ontwikkelt zich in het gesprek tussen student en tutor. Dit is een kwetsbare situatie indien onvoldoende bewaakt. Het panel raadt de opleiding aan om de eisen op dit punt nog meer te verduidelijken. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 2.3 „Samenhang programma‟ als voldoende. 4.2.4
Studielast (facet 2.4) Het beoogde programma is studeerbaar doordat factoren die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Bevindingen Het dossier vermeldt dat de opleiding van in totaal 60 ECTS verdeeld is in vier semesters van elk 15 ECTS. Deze ECTS zijn opgebouwd uit voorbereidingstijd, contacturen, opdrachten en toetsing. In de opzet van het toetsplan is de studeerbaarheid in acht genomen. Als indicatoren voor studeerbaarheid hanteert Penta Nova de volgende aspecten: goede programmering; een goede planning en organisatie van de toetsing; inzicht in de studievoortgang; adequate begeleiding en personal coaching en een samenhangende programmering. Penta Nova biedt bovendien voldoende mogelijkheden voor de student om het programma te versnellen of te vertragen. Hierbij speelt de tutor die de student begeleidt en adviseert een belangrijke rol. Er wordt gewerkt vanuit geformuleerde doorstroomnormen en rendementsnormen. In de bijlagen is voor het eerste en tweede semester een overzicht uitgewerkt van de studieuren voor de gemiddelde student: per programma-onderdeel is aangegeven hoeveel uren een student nodig heeft om te stukken te lezen, te verwerken, te bespreken. Door deze overzichten hebben studenten een heel duidelijk zicht op wat er van hen wordt verwacht en hoeveel tijd ze hier gemiddeld zullen aan spenderen. Er wordt van een student verwacht 20 uur per week bezig te zijn met zijn opleiding: één dag per week verblijft hij 8 uur op de opleiding, de overige 12 uren worden besteed aan zelfstudie. Overwegingen Uit de minutieus uitgewerkte overzichten van de studielast kan het panel heel goed afleiden wat de studielast is voor deze opleiding en komt het tot de conclusie dat er veel gevraagd wordt van deze studenten. Alle studenten combineren deze opleiding immers met een
pagina 14
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
drukke baan als schoolleider. De opleiding geeft in de gesprekken toe dat dit een maximum is, maar stelt tegelijk dat er van de respectievelijke werkgevers verwacht wordt dat zij meer faciliteren dan alleen de collegegelden. Het panel is van oordeel dat het programma studeerbaar is wanneer de betrokken studenten het op een goede wijze integreren in hun werk. Uit de gesprekken komt ook naar voren dat in de begeleiding van de studenten hiervoor voldoende aandacht is. Toch meent het panel dat dit een belangrijk aandachtspunt is dat de opleiding goed moet bewaken. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 2.4 „Studielast‟ als voldoende.
4.2.5
Instroom (facet 2.5) Het beoogde programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten voor de hbo-master: bachelor en eventueel (inhoudelijke) selectie. Bevindingen Het dossier leert dat studenten die zich aanmelden voor de master Educational Leadership worden geselecteerd op basis van de volgende criteria: - De student heeft ten minste een afgeronde hbo-opleiding; - De student heeft ten minste twee jaar ervaring als schoolleider, manager in het onderwijs (po-vo); - De student heeft de intakeprocedure positief afgerond. Tijdens de intake wordt door één van de lectoren of kerndocenten verbonden aan de opleiding vastgesteld of de student in principe toegerust is voor het volgen van deze opleiding teneinde het masterniveau van de opleiding te borgen. De kandidaat-student dient bij de formele inschrijving een analyse van zijn eigen positie en functioneren op de werkplek in. Aan de hand van de uitwerking van deze opdracht wordt in de bespreking nagegaan of de kandidaat het analytisch vermogen heeft om theoretische begrippen aan praktische situaties te koppelen. Wanneer de analyse niet van voldoende kwaliteit is, krijgt de kandidaat uitgebreid feedback, advies en nog een kans. Indien bij herkansing de analyse nog niet voldoet, wordt de student niet tot de master toegelaten. Met het verlenen van vrijstellingen wordt terughoudend omgegaan omdat het curriculum het resultaat is van een integrale benadering. Toch wordt rekening gehouden met de mogelijkheid dat de student tijdens de intakeprocedure aantoont dat bepaalde onderdelen van het curriculum voor betrokkene een onnodige herhaling inhouden. Daarvoor is een evcprocedure ontworpen. Deze procedure staat beschreven in de onderwijs- en examenregeling van de master. Overwegingen Het panel stelt op basis van het dossier en de bevraging hierover tijdens de gesprekken vast dat de opleiding een gedegen instroombeleid hanteert. Naast de formele criteria voor toelating doorloopt iedere kandidaat-student een intake die erop gericht is na te gaan of de kandidaten voldoende in staat zijn om hun kennis en ervaring uit hun actuele beroepspraktijk te koppelen aan het theoretisch gedeelte van het masterprogramma.
pagina 15
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Het panel is wel van mening dat de opleiding, die verder bouwt op de opleiding tot schoolleider, extra aandacht kan besteden aan de kandidaten die uit het vo en in het bijzonder uit het mbo komen. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 2.5 „Instroom‟ als voldoende. 4.2.6
Duur (facet 2.6) De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-master: minimaal 60 studiepunten. Bevindingen In het dossier staat te lezen dat de master Educational Leadership 60 ECTS bedraagt. Overwegingen Het panel heeft vastgesteld uit het basisdossier, alsook uit de bijlagen met betrekking tot de studiebelasting dat het programma van deze deeltijdse masteropleiding 60 ECTS bedraagt en daarmee voldoet aan de minimumeis van ten minste 60 ECTS voor een hbo-master. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 2.6 „Duur‟ als voldoende.
4.2.7
4.3 4.3.1
Samenvattend oordeel onderwerp 2 Programma Alle facetten van dit onderwerp zijn als voldoende beoordeeld. Het programma voldoet aan de criteria voor een hbo-master. De beoogde doelstellingen en de inhoud van het programma sluiten op elkaar aan. De samenhang van het programma, de studielast en de duur van het programma voldoen aan de gestelde eisen van het toetsingskader. Dat geldt ook voor de instroomeisen. Verder formuleert het panel enkele aanbevelingen die echter een positief eindoordeel over het onderwerp „Programma‟ niet in de weg staan. De opleiding wordt geadviseerd de rijke ervaring bij de studenten goed didactisch te activeren om het beroepsgerichte karakter van de opleiding te borgen. Ook maakt de opleiding best snel werk van een duidelijke normering zodat het onderscheid tussen voldoende en onvoldoende scherp gesteld wordt. Tot slot raadt het panel de opleiding aan om de eisen met betrekking tot de verticale samenhang in het programma, die door de student wordt neergelegd in het portfolio, nog meer te verduidelijken.
Inzet van personeel Eisen hbo (facet 3.1) De opleiding sluit aan bij de volgende criteria voor de inzet van personeel van een hboopleiding: het onderwijs zal voor een belangrijk deel worden verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Bevindingen De opleiding heeft in de bijlagen de profielen neergeschreven van de verschillende docentfuncties: kerndocent, expertdocent, tutor en onderzoeksdocent/onderzoeksbegeleider. Daarin komt ook de verbinding tussen de opleiding en de beroepspraktijk aan bod. De verbinding met de beroepspraktijk wordt tevens als vast agendapunt besproken en
pagina 16
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
bewaakt in de cyclus van de planning- en reviewgesprekken. Daarnaast gebruiken de hogescholen hun structurele contacten met het werkveld bij het realiseren van de opleiding en kunnen onder meer gastdocenten worden ingezet. Uit de curricula vitae blijkt dat alle medewerkers van de masteropleiding participeren in kenniskringen of kennisnetwerken waarin de beroepspraktijk het uitgangspunt vormt en/of zijn gepromoveerd op een wetenschappelijk onderzoek in de beroepspraktijk. Alle docenten werden door middel van een gedegen sollicitatieprocedure geselecteerd voor hun participatie aan de master. Overwegingen Uit de curricula vitae van de docenten blijkt dat zij allen veel ervaring hebben, in het bijzonder met het opleiden van schoolleiders. Dit is evenwel nog niet hetzelfde als het hebben van schoolleiderservaring. Op dit punt bevraagd, stellen de docenten dat de praktijkervaring in de eerste plaats door de studenten zelf wordt ingebracht. Dit is volgens het panel een krachtig argument. Toch wil het de opleiding aanbevelen om ook good practices aan bod te laten komen in de opleiding, bijvoorbeeld door het inzetten van gastdocenten die met hun beide voeten in de praktijk van het schoolleiderschap staan, en hierbij bijzondere aandacht te besteden aan het mbo. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 3.1 „Eisen hbo‟ als voldoende. 4.3.2
Kwantiteit personeel (facet 3.2) Er wordt voldoende capaciteit vrijgemaakt om de nieuwe opleiding te kunnen starten. Er wordt voldoende capaciteit vrijgemaakt om de nieuwe opleiding te kunnen continueren Bevindingen Op basis van de afspraken in de samenwerkingsovereenkomst die de vijf participerende hogescholen van Penta Nova hebben afgesloten leveren zij lectoren en docenten voor de ontwikkeling en uitvoering van het masterprogramma. Het dossier maakt ook melding van het feit dat de opleiding een eigen personeelsbudget heeft. Bij de start werkt de opleiding met een bestand van zestien docenten die volgende rollen voor hun rekening nemen: lector, kerndocent, onderzoeksdocent, onderzoeksbegeleider en tutor. Daarnaast zijn op afroep lectoren en gastdocenten beschikbaar. Voor de beoordeling van de afstudeertrajecten maakt de opleiding gebruik van schoolleiders uit het werkveld. De opleidingsmanager brengt jaarlijks de gegevens in beeld die van belang zijn voor de berekening van de inzet van personeel. Dit wordt in de begroting opgenomen, welke wordt besproken en vastgesteld door de stuurgroep van Penta Nova. Het systeem van personeelsplanning en toewijzing van jaartaken is operationeel binnen de deelnemende hogescholen. De jaartaakbelasting van medewerkers is een vast, terugkerend agendapunt tijdens planning en- reviewgesprekken (en voortgangsgesprekken) waardoor eveneens bijsturing kan plaatsvinden. Overwegingen De beoogde decentrale organisatie van de opleiding stelt hoge eisen aan de logistieke en materiële inzet. Toch is het panel van oordeel dat Penta Nova voldoende menskracht en middelen vrijmaakt om deze opleiding op een hoog kwalitatief niveau te verzorgen. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat in de ontwikkelfase ruimschoots overleg heeft plaatsgevonden tussen de verschillende geledingen en locaties en zorgvuldig is
pagina 17
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
omgesprongen met de selectie van het personeel. Het panel suggereert de opleiding om op die basis verder te werken. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 3.2 „Kwantiteit personeel‟ als voldoende. 4.3.3
Kwaliteit personeel (facet 3.3) Het in te zetten personeel is gekwalificeerd voor een inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma Bevindingen Penta Nova zet hoogwaardig gekwalificeerd personeel in voor haar opleidingen: 95% beschikt over een afgeronde wo-opleiding. Ongeveer 30% van de docenten is gepromoveerd. De docenten voor de opleiding Educational Leadership zijn allen werkzaam bij de participerende hogescholen. Penta Nova beschikt over een set van functiebeschrijvingen voor de docenten en hanteert heldere eisen gerelateerd aan de functie waarvoor geworven wordt. Penta Nova werkt met een vaste groep (kern)docenten, portfoliobegeleiders en gastdocenten voor de masteropleiding. De portfoliobegeleiders zijn voor een deel afkomstig van de hogescholen en voor een deel uit het werkveld. Deze laatsten zijn over het algemeen bovenschoolse directeuren uit het primair onderwijs. Overwegingen Het panel heeft kennis gemaakt met een bekwaam, betrokken en gedreven docententeam. De kwaliteit van het docententeam blijkt ook uit de werkervaring en de talloze publicaties die zijn vermeld in de curricula vitae. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 3.3 „Kwaliteit personeel‟ als voldoende.
4.3.4
4.4 4.4.1
Samenvattend oordeel onderwerp 3 Inzet van personeel De nieuwe masteropleiding Educational Leadership wordt gedragen door een gekwalificeerd en gedreven docententeam. Het beoordeelt alle facetten dan ook als voldoende, waarmee het onderwerp „Personeel‟ als geheel als voldoende wordt beoordeeld. Het panel geeft de opleiding de suggestie mee om een paar goede rolmodellen als gastdocenten aan bod te laten komen in de opleiding.
Voorzieningen Materiële voorzieningen (facet 4.1) De beoogde huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Bevindingen De uitvoering van de master Educational Leadership is mogelijk op de verschillende locaties van de deelnemende hogescholen. Al deze hogescholen beschikken over moderne en goed geoutilleerde gebouwen waarin geaccrediteerde hbo- en masteropleidingen verzorgd
pagina 18
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
worden. Studenten van de master kunnen gebruik maken van de mediatheekvoorzieningen van de deelnemende hogescholen. Zij worden er ook op gewezen dat het gewenst is om lid te worden van de nationale bibliotheek van Nederland, de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Ter ondersteuning van het onderwijsprogramma heeft Penta Nova een eigen elektronische leeromgeving die voor studenten en docenten overal bereikbaar is zodat plaats- en tijdonafhankelijk studeren mogelijk is. De elektronische leeromgeving wordt door studenten en medewerkers gebruikt om onderwijsdoelstellingen te realiseren via virtuele werkruimtes en projectruimtes. Hierin worden ook de digitale portfolio‟s door de studenten bijgehouden en door docenten beoordeeld. In het dossier wordt vermeld dat de opleiding ook „in company‟ kan georganiseerd worden op vraag van een bestuur. Uit de gesprekken blijkt dat voorafgaand aan de organisatie van een dergelijk traject er duidelijke afspraken worden gemaakt tussen beide partijen, met name Penta Nova en het lokaal bestuur. De opleiding kan enkel „in company‟ worden georganiseerd indien aan alle doelstellingen en kwaliteitseisen van Penta Nova wordt voldaan. De materiële voorzieningen maken bovendien vanzelfsprekend ook onderdeel uit van het door Penta Nova gehanteerde kwaliteitszorgsysteem. Overwegingen Het panel kon op basis van de accreditatierapporten van de betrokken hogescholen vaststellen dat de materiële voorzieningen overal in orde zijn. Bovendien is het panel van mening dat het goed uitgewerkte kwaliteitszorgsysteem (zie ook 4.5.1) garant staat voor de borging van kwaliteitsvolle voorzieningen op de locaties waar de opleiding „in company‟ wordt georganiseerd. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 4.1 „Materiële voorzieningen‟ als voldoende. 4.4.2
Studiebegeleiding (facet 4.2) Er is voorzien in personele capaciteit voor studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten die adequaat zijn met het oog op de studievoortgang. Bevindingen De opleiding stelt in het dossier dat de studieloopbaanbegeleiding ontwikkelingsgericht wordt opgevat en gedurende de studie overgaat van meer docentsturing naar meer zelfsturing door de student. Voor aanvang van de master is er een goede voorlichting en intake voor de aankomende studenten. In het eerste jaar zijn twee formele studievoortgangsgesprekken voorzien na afronding van ieder semester. Aan het einde van het eerste jaar vindt opnieuw een studievoortgangsgesprek plaats met de kerndocent, mede op basis van prestaties en resulterend in een studieadvies. Daarnaast voorziet de opleiding in een tutor die de student begeleidt bij de onderzoeksprojecten en regelmatig en intensief contact onderhoudt met de student. In de reguliere bijeenkomsten wordt ruimte voorzien voor het werken in tutorgroepen / leerkringen. Daarnaast heeft ook de kerndocent, die (deels) aanwezig is tijdens de contactdagen, een rol in de studiebegeleiding. Deze docent is tevens de contactpersoon tussen de opleiding en de school waarin de student werkzaam is. Op deze manier kunnen belemmeringen in de uitvoering van het praktijkproject wegens omstandigheden binnen de
pagina 19
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
school snel gesignaleerd en opgelost worden. De opleiding stelt ook dat het opzet en de uitvoering van het praktijkproject, met duidelijke tijdslijnen voor op te leveren opdrachten, ertoe bijdraagt dat er snel gereageerd kan worden op stagnatie in de voortgang van het studieproces van studenten. De informatievoorziening gebeurt via het afzonderlijk leerplatform van de opleiding. De administratieve processen van Penta Nova zijn ingebed in de processen van de Marnix Academie. Overwegingen De beschrijving van de studie(loopbaan)begeleiding enerzijds en de weergave van het aantal uren dat hiervoor door de opleiding wordt voorzien, laten het panel tot de vaststelling komen dat de begeleiding van studenten meer dan behoorlijk is. Er wordt bovendien gewerkt in een kleine groep waardoor iedere stagnatie in het studieproces niet alleen onmiddellijk zichtbaar wordt, maar ook automatisch bespreekbaar wordt gesteld. Het panel heeft kennis kunnen nemen van het elektronisch leerplatform van Penta Nova dat studenten op ieder moment de nodige informatie levert en waarmee ze ook met elkaar in contact kunnen komen. Gezien de dislocatie van de deze opleiding is dit een noodzakelijke tool, niet alleen voor een eenduidige informatievoorziening, ook voor consistentie in de uitwerking van het programma en de daarbij aansluitende begeleiding en beoordeling. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 4.2 „Studiebegeleiding‟ als voldoende. 4.4.3
4.5 4.5.1
Samenvattend oordeel onderwerp 4 Voorzieningen Het panel beoordeelt de materiële voorzieningen en de studiebegeleiding als voldoende. De opleiding kan op alle locaties gebruik maken van geschikte huisvesting en prima voorzieningen. Er is een goede begeleidingsstructuur uitgewerkt en de informatievoorzieningen zijn toereikend. Het onderwerp „Voorzieningen‟ krijgt als geheel een positieve beoordeling.
Interne kwaliteitszorg Systematische aanpak (facet 5.1) Er is voorzien in een systeem van interne kwaliteitszorg, waarbij mede aan de hand van toetsbare streefdoelen en periodieke evaluaties verbetermaatregelen worden getroffen. Bevindingen Het dossier toont aan dat voor de master Educational Leadership gebruik wordt gemaakt van het kwaliteitszorgsysteem van de Marnix Academie. Dit is primair gericht op verbetering en borging van de kwaliteit van de organisatie en de opleidingen en dus ook van de master. Hierbij zijn de gemaakte afspraken en toetsbare streefdoelen leidend. Binnen de Marnix Academie is het INK-model en de daarin verweven PDCA-cyclus richtinggevend voor de inrichting van de organisatie en het onderwijs. Processen die de master raken of specifiek hiervoor moeten worden opgesteld, worden in de planning meegenomen, aldus de inbeddingsnota van de master. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt
pagina 20
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
bij de betrokken proceseigenaren. Beheersing van de kwaliteit vindt ook plaats door gestructureerde overlegmomenten binnen de master, zoals blijkt uit de bijlage „Overlegvorm master Educational Leadership‟. De evaluatieprocedure is planmatig opgezet zodat de juiste aspecten bij de juiste betrokkenen onderzocht worden. Evaluatiegegevens worden geanalyseerd door de dienst kwaliteitszorg en teruggekoppeld, wat de master Educational Leadership betreft, naar de opleidingsmanager. Eventuele verbetermaatregelen worden met de opleidingsmanager en de locatiecoördinatoren vastgesteld. De analyses en het daarbij horende implementatieplan met verbetermaatregelen worden teruggekoppeld naar de bevraagde doelgroepen. Vervolgens worden deze gegevens met de stuurgroep besproken en vastgesteld. Overwegingen Het panel is van oordeel dat het kwaliteitszorgsysteem van de Marnix Academie dat wordt gehanteerd om de kwaliteit van de master te bewaken en te borgen een geschikt instrument is. Het is bovendien een pluspunt voor deze master die op uiteenlopende locaties wordt aangeboden, dat er één kwaliteitszorgsysteem wordt gehanteerd waarbij de resultaten van de evaluaties op de verschillende locaties worden teruggekoppeld naar de opleidingsmanager en mogelijke verbetermaatregelen ook centraal worden opgevolgd. Het panel, maar ook de opleiding, zo blijkt uit de gesprekken, heeft enige zorg rond het ontstaan van kwalitatieve verschillen op de diverse locaties. Het centraal aangestuurde kwaliteitszorgsysteem enerzijds, alsook de stevig uitgebouwde overlegstructuur binnen de opleiding zijn garanties voor het borgen van een gelijke kwaliteit op alle locaties. Het panel kan zich hierin vinden en meent dat de opleiding stevig genoeg uitgebouwd is om dit langdurig vol te houden. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 5.1 „Systematische aanpak‟ als voldoende. 4.5.2
Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld (facet 5.2) Bij de interne kwaliteitszorg zullen medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief worden betrokken. Bevindingen In het dossier wordt een overzicht gegeven van de wijze waarop de verschillende groepen worden ingezet bij de activiteiten op het gebied van kwaliteitszorg. Daarnaast is er ook een wetenschappelijke, onafhankelijke adviesraad die adviseert over de academische kwaliteit van het curriculum en haar bevindingen rechtsreeks aan de stuurgroep rapporteert. De gegevens die voortkomen uit het raadplegen van de stakeholders, met uitzondering van de bevindingen van de wetenschappelijke adviesraad, worden geanalyseerd door de afdeling kwaliteitszorg en vervolgens teruggekoppeld naar de opleidingsmanager. Overwegingen Het panel stelt op basis van het dossier vast dat de betrokkenheid van medewerkers, studenten en alumni bij de opleiding passend is. Deze stakeholders hebben voldoende mogelijkheden om zich te laten horen en actief te participeren in het bevorderen van de kwaliteit van de opleiding op de diverse locaties.
pagina 21
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Ook het afnemend beroepenveld wordt betrokken bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding door middel van de veldcommissies. Het panel is evenwel van oordeel dat deze betrokkenheid intensiever zou mogen en ondersteunt dan ook het voornemen van de opleiding om een veldadviesraad in het leven te roepen. In deze veldadviesraad zal, zo wordt in het dossier gesteld, de kwaliteit van de master zowel op beleidsmatig als op uitvoerend niveau centraal staan. Het panel raadt de opleiding aan een dynamische en betrokken veldadviesraad uit te bouwen die de opleiding op regelmatige tijdstippen kritisch evalueert maar daardoor tegelijk ook mee in de markt zet. Zie ook 4.6.3. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 5.2 „Betrokkenheid‟ als voldoende. 4.5.3
4.6 4.6.1
Samenvattend oordeel onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg Het panel beoordeelt beide facetten met betrekking tot de kwaliteitszorg als voldoende. Het hanteren van één gemeenschappelijk kwaliteitszorgsysteem voor alle locaties van de opleiding en de centrale terugkoppeling en opvolging van de resultaten staat garant voor de kwaliteit van de opleiding op de verschillende locaties. Het onderwerp „Interne kwaliteitszorg‟ wordt als geheel beoordeeld als voldoende.
Condities van continuïteit Afstudeergarantie (facet 6.1) De instelling geeft aan studenten de garantie dat het programma volledig kan worden doorlopen. Bevindingen De vijf deelnemende hogescholen van Penta Nova hebben een samenwerkingsovereenkomst gesloten voor een periode van acht jaar waarin ook wederzijdse verplichtingen van financiële aard zijn vastgelegd. De geldigheidsduur van deze overeenkomst overtreft ruimschoots de geldigheidsduur van de te verkrijgen accreditatie en dus zeker de duur van de opleiding, waarmee de afstudeergarantie geborgd is. Overwegingen Het panel stelt vast dat in de samenwerkingsovereenkomst van Penta Nova onder andere krachtige financiële verplichtingen zijn vastgelegd voor een periode van acht jaar. Hiermee geven de betrokken instellingen aan de studenten de garantie dat zij het programma volledig zullen kunnen doorlopen. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 6.1 „Afstudeergarantie‟ als voldoende.
4.6.2
Investeringen (facet 6.2) De voorziene investeringen zijn toereikend om de opleiding (inclusief voorzieningen) tot stand te brengen. Bevindingen In de samenwerkingsovereenkomst van Penta Nova zijn eveneens krachtige wederzijdse verplichtingen vastgelegd van personele aard. Daarnaast beschikken de hogescholen van
pagina 22
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Penta Nova over een hoogwaardig niveau van voorzieningen en vinden er continu investeringen plaats teneinde deze op het hoge niveau te behouden en te verbeteren. De huisvesting, inrichting, automatisering, het studielandschap en de overige faciliteiten (onderwijsondersteunende middelen) worden als een wezenlijk onderdeel van de randvoorwaarden voor goede opleidingen gezien. Voor de masteropleiding betekent dit dat de benodigde faciliteiten beschikbaar zijn en dat er geen aanvullende investeringen hoeven plaats te vinden. Ontwikkeltijd en deskundigheidsbevordering in het kader van de master Educational Leadership zijn opgenomen in de meerjarenbegroting van de opleiding. Overwegingen Het panel kan aan de hand van de accreditatierapporten van de vijf betrokken hogescholen vaststellen dat de materiële voorzieningen op alle locaties aan de maat zijn. Daarnaast biedt de samenwerkingsovereenkomst tussen de vijf partners meer dan voldoende garanties dat deze materiële, alsook de personele voorzieningen op niveau zijn. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 6.2 „Investeringen‟ als voldoende. 4.6.3
Financiële voorzieningen (facet 6.3) De financiële voorzieningen voor de gecalculeerde negatieve resultaten zijn voldoende voor dekking van de aanloopverliezen. Bevindingen De begroting van Penta Nova wordt gegarandeerd door de vijf deelnemende hogescholen. Naast deze masteropleiding verzorgt Penta Nova de opleiding Directeur Primair Ondewijs en de opleiding Basisvaardigheden Onderwijsmanagement. Deze opleidingen zijn succesvol zodat er per jaar een percentage financiële middelen ter beschikking kan gesteld worden voor activiteiten op het gebied van onderwijsinnovatie. Voor de bepaling van de financiële meerjarenbegroting voor de master Educational Leadership heeft Penta Nova een instroom van 18 studenten in 2010 gehanteerd en daarna jaarlijks 36 studenten. Dit is het aantal benodigde studenten voor het behalen van een break-even resultaat. De samenwerkingsovereenkomst tussen de vijf hogescholen garandeert dat mogelijke verliezen door deze vijf hogescholen worden gedragen. Overwegingen Het panel stelt op basis van het dossier vast dat deze vijf financieel gezonde hogescholen in hun samenwerkingsovereenkomst harde financiële afspraken hebben gemaakt en dan ook perfect in staat zijn om aanloopverliezen te dekken, alsook om negatieve resultaten ten gevolge van een tegenvallende instroom op te vangen. Toch heeft het panel enige zorg omtrent de instroom van deze opleiding; de werving behoeft duidelijk aandacht. Het panel raadt Penta Nova aan om de opleiding beter in de markt te zetten door onder andere het beroepenveld meer te betrekken. Daarnaast realiseert het zich ook dat een mogelijk toekomstige schoolleidersbeurs de drempel naar deze opleiding aanzienlijk zou verkleinen. Conclusie Het panel beoordeelt het facet 6.3 „Financiële voorzieningen‟ als voldoende.
pagina 23
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
4.6.4
pagina 24
Samenvattend oordeel onderwerp 6 Condities van continuïteit Het panel heeft de afstudeergarantie, de voorziene investeringen en de financiële voorzieningen als voldoende gekwalificeerd. Daarmee krijgt het onderwerp „Condities van continuïteit‟ in zijn geheel de score voldoende toegekend.
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
5 Overzicht advies De onderstaande tabel geeft per onderwerp en per facet het oordeel van het panel uit hoofdstuk 4 weer.
Onderwerp 1 Doelstellingen opleiding
2 Programma
3 Inzet van personeel
4 Voorzieningen
5 Interne kwaliteitszorg
6 Condities van continuïteit
Oordeel V
V
V
V
V
V
Facet 1.1 Domeinspecifieke eisen
V
1.2 Master
V
1.3 Oriëntatie hbo
V
2.1 Eisen hbo
V
2.2 Relatie doelstellingen - programma
V
2.3 Samenhang programma
V
2.4 Studielast
V
2.5 Instroom
V
2.6 Duur
V
3.1 Eisen hbo
V
3.2 Kwantiteit
V
3.3 Kwaliteit
V
4.1 Materiële voorzieningen
V
4.2 Studiebegeleiding
V
5.1 Systematische aanpak
V
5.2 Betrokkenheid
V
6.1 Afstudeergarantie
V
6.2 Investeringen
V
6.3 Financiële voorzieningen
V
V = voldoende O = onvoldoende
pagina 25
Oordeel
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Bijlage 1: Samenstelling panel Het panel dat de Toets Nieuwe Opleiding voor de hbo-master Educational Leadership (aanvraag #4148) van Penta Nova voorbereidt, is als volgt samengesteld: Voorzitter Prof. Dr. Marc Vermeulen Marc Vermeulen is hoogleraar onderwijssociologie aan de Universiteit van Tilburg en de Open Universiteit. Hij is directeur van het aan de Universiteit van Tilburg gelieerde onderzoeksinstituut IVA en academic director van de opleiding Strategisch onderwijsmanagement bij de Tias Nimbas Business School van de universiteiten van Tilburg en Eindhoven. Marc Vermeulen is betrokken bij beleidsonderzoek en –advies op het gebied van onderwijs. Hij heeft internationale werkervaring op het vlak van onderwijsstelselen organisatievraagstukken. Panellid Prof. Dr. Geert Devos Geert Devos is doctor in de sociale wetenschappen. Hij is hoofddocent aan de vakgroep onderwijskunde van de Universiteit Gent, aan de vakgroep educatiewetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel en aan het Instituut voor Onderwijs- en Informatiewetenschappen van de Universiteit Antwerpen. Hij heeft de leiding van de onderzoekgroep „Onderwijsbeleid en onderwijsmanagement‟ van de vakgroep Onderwijskunde van de Universiteit Gent. Hij heeft talloze publicaties op zijn naam in binnen- en buitenland, onder andere over de professionele ontwikkeling van schoolleiders en schoolmanagement. Panellid Arie de Bruin Arie de Bruin is voorzitter van het college van bestuur van de Stichting Kind en Onderwijs Rotterdam, een stichting voor christelijk primair onderwijs met 28 scholen in RotterdamNoord. Hij studeerde pedagogiek en heeft diverse directiefuncties in het onderwijs bekleed, zowel in het primair onderwijs als in het hbo. Eerder was hij docent onderwijskunde en pedagogiek en trainer bij managementopleidingen.
Student-llid Geri Wijnen Geri Wijnen behaalde in 2007 haar wo-bachelor Bouwkunde en volgt momenteel de womaster Real Estate Management and Development aan de Technische Universiteit Eindhoven. Zij vervulde een aantal student-assistentschappen en nam deel aan het project „Van Onderwijsvisie naar Huisvestingsconcept‟.
Secretaris en procescoördinator Ann Van Neygen, beleidsmedewerker NVAO
pagina 26
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Bijlage 2: Programma locatiebezoek Het panel heeft een bezoek gebracht aan de locatie op 11 mei 2010 voor de toetsing van de nieuwe opleiding Educational Leadership – Penta Nova, locatie Marnix Academie, Vogelsanglaan 1, 3571 ZM Utrecht. Tijd 09.00-11.00
Activiteit Ontvangst en besloten paneloverleg
Deelnemers Prof. Marc Vermeulen Prof. Geert Devos Drs. Arie de Bruin Geri Wijnen Ann Van Neygen
Functie(s) Voorzitter Panellid Panellid Student-lid Procescoördinator
11.00-11.30
Gesprek met vertegenwoordigers instellingsbesturen en onderwijsinstituten
Dr. Kees Boele Drs. Barbara de Kort Drs. Rens Rottier Drs. Jacob Schaap
Christelijke Hogeschool Ede Marnix Academie Driestar Gereformeerde Hogeschool Zwolle Hogeschool INHolland
Dr. Joke Snippe 11.30-12.30
12.30-13.30 13.30-14.15
Gesprek met opleidingsmanagem ent (ontwikkelaars) en vertegenwoordigers kwaliteitszorg Lunch en paneloverleg Gesprek met het werkveld
Drs. Peter Dijkxhoorn Dr. Meta Krüger Drs. José Kersbergen Panelleden Drs.Gernand Ekkelenkamp (PO) A.De Haan (PO/VO)
Drs. Theo Segers (PO) Rikus Renting (PO/VO) 14.15-15.15
Gesprek met docententeam
Drs. Schelte Beltman Drs. Cor van den Berg Mw. Els Geurten Dr. Meta Krüger Drs. Andries Nicolaï
15.15-17.00
pagina 27
Besloten paneloverleg
Opleidingsmanager Penta Nova Lector Adviseur kwaliteitszorg
Panelleden
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Algemeen directeur PCBO Duin- en Bollenstreek Hoofd HRM Gereformeerde Scholengemeenschap Groningen Algemeen directeur PCPO Krimperenwaard Directeur Opleidingen PCOU Utrecht Onderzoeksdocent INHolland Kerndocent - Gereformeerde HS Zwolle Tutor – INHolland (Gast)docent, lector – Penta Nova Inhoudelijk docent – Christelijke Hogeschool Ede
Bijlage 3: Overzicht van bestudeerde documenten Informatiedossier opleiding met volgende bijlagen: – Samenwerkingsovereenkomst Penta Nova – Inbeddingsnota master Educational Leadership binnen de Marnix Academie – Dublin descriptoren – Schoolleiders competenties VO raad – Competenties NSA – Samenvatting en analyse veldraadpleging – Competenties master Educational Leadership – Competenties PO en VO – Competenties Educational Leadership in de internationale en nationale literatuur – Inhoud jaar 1 in relatie tot competenties en Dublin descriptoren – Beschrijving persoonlijke ontwikkeling – Beschrijving onderzoekslijn – Beschrijving internationale studiereis – Studiehandleiding semester 1 – Studiehandleiding semester 2 – Studiehandleiding semester 3 in ontwikkeling – Toetsplan – Didactisch ontwerp master ste de – Studiebelasting 1 en 2 jaar – Bijlage studiebelasting – Onderwijs- en examenregeling master Educational Leadership studiejaar 2010-2011 – Inzet en Curricula Vitae medewerkers – Profielen docentfuncties – Overlegvorm master Educational Leadership – kwaliteitsborging curriculum – Reglement opleidingscommissie – Meerjarenbegroting master Educational Leadership 2010-2014 Documenten beschikbaar gesteld tijdens locatiebezoek – Jaarverslag 2008 Christelijke Hogeschool Ede – Jaarverslag 2008 Driestar Educatief Gouda – Jaarverslag 2008 Hogeschool INHolland Den Haag – Jaarverslag 2008 Gereformeerde Hogeschool Zwolle – Jaarverslag 2008 Marnix Academie Utrecht – Accreditatiebesluiten van de betrokken opleidingen – Verslagen veldraadplegingen
pagina 28
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Bijlage 4: Lijst met afkortingen
pagina 29
ba
bachelor
ECTS
european credit transfer system
evc
elders (of eerder) verworven competenties
hbo
hoger beroepsonderwijs
ict
informatie- en communicatietechnologie
ma
master
mbo
middelbaar beroepsonderwijs
NVAO
Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie
oer
onderwijs- en examenreglement
pdca
plan do check act
po
primair onderwijs
vo
voortgezet onderwijs
wo
wetenschappelijk onderwijs
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |
Het paneladvies is tot stand gekomen in opdracht van de NVAO met het oog op toetsing van de nieuwe opleiding hbo-master Educational Leadership van Penta Nova. Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) Parkstraat 28 Postbus 85498 | 2508 CD DEN HAAG T 31 70 312 23 30 F 31 70 312 23 01 E
[email protected] W www.nvao.net
Aanvraagnummer
pagina 30
#4148
NVAO | Hbo-master Educational Leadership Penta Nova | 11.06.2010 |