HAN Jaarverslag
2014
HAN Jaarverslag 2014 | HAN Jaarverslag
Inhoud
0. Inleiding College van Bestuur
5
1. Instellingsbeleid Missie en visie Koers en profiel Professionele leergemeenschappen Centres of expertise Valorisatie Internationalisering
8 9 10 11 11 12 12
2. Onderwijs Prestatieafspraken onderwijs Kwaliteitszorg onderwijs Studentvoorzieningen Bureau Klachten en Geschillen Profileringsfonds Internationalisering en studentenmobiliteit
13 14 18 20 22 23 23
3. Onderzoek Kwaliteitszorg onderzoek Verbinding met centres of expertise/ ontwikkeling minoren en masters
25 27
4. Beroepspraktijk en regio Valorisatie en ondernemerschap Werken en leren Masteropleidingen
29 31 35 36
2
28
HAN Jaarverslag 2014 | HAN Jaarverslag
5. Kwaliteit is mensenwerk Kwaliteitscultuur Personeel en organisatieontwikkeling Professionalisering en professionele cultuur
38 40 41 42
6. Operational excellence Informatievoorziening/ICT Huisvesting Facilitaire zaken Compliance
44 45 45 46 46
7. Governance De organisatie van de HAN Planning en control Branchecode goed bestuur hogeschool College van Bestuur Raad van Toezicht Verslag Raad van Toezicht Medezeggenschapsraad Horizontale en verticale verantwoording Risicomanagement Financiële instrumenten Publiek-Privaat Toetsing regelgeving inschrijving en bekostiging Notitie Helderheid
47 48 49 49 50 53 54 56 57 58 60 61 62 63
8. Financiën Verkorte jaarrekening Financiering Treasury Continuïteitsparagraaf Exploitatierekening 2014 t/m 2017 Balans 2014 t/m 2017
64 67 70 71 71 73 75
3
HAN Jaarverslag 2014 | HAN Jaarverslag
Bijlagen77
A. Prestatieafspraken: overzicht resultaten op prestatie-indicatoren
78
B. Opleidingenaanbod
80
C. Instroom en inschrijvingen per faculteit
84
D. Overzicht van lectoraten en lectoren E. Internationale mobiliteit, cijfers en trends
86
F. Organisatie en kerncijfers HAN
4
92 108
HAN Jaarverslag 2014
Inleiding College van Bestuur
5
HAN Jaarverslag 2014 | Inleiding College van Bestuur
Eind 2012 hebben wij als HAN-bestuur het thema ‘kwaliteitscultuur’ gelanceerd. Daarmee bedoelen wij een cultuur die zich kenmerkt door een sterke, collectieve, inhoudelijke ambitie op het gebied van onderwijs en onderzoek; een atmosfeer van vertrouwen en inspiratie; en een hoog verantwoordelijkheidsbesef onder medewerkers en studenten. Ook in 2014 hebben wij stappen gezet in de ontwikkeling van deze kwaliteits cultuur. Het gaf en geeft veel positieve energie binnen de HAN én met resultaat. De realisatie van onze prestatieafspraken ligt op schema en de desbetreffende midterm review verliep vlekkeloos. Uit de accreditaties en visitaties blijkt dat ook de kwaliteit van het onderwijs substantieel verbetert, want naast ‘voldoendes’ scoren wij ook steeds meer een ‘goed’. Dat is, naast een stabiele studenttevredenheid, een belangrijk winstpunt. Verder zien wij dat het kwaliteitsbewustzijn steeds sterker wordt: maar liefst tien van onze opleidingen kregen in de Keuzegids Hbo het predicaat ‘top-opleiding’. En aan het begin van het seizoen 2014-2015 is de HAN door Elsevier voor de tweede maal aangewezen als de beste grote hogeschool. Ook hebben HAN-studenten in 2014 diverse landelijke prijzen gewonnen en stond een boek van een van onze lectoren geruime tijd in de managementboeken-top tien. Diverse grote projecten, zoals de invoering van een nieuw studentinformatiesysteem, zijn uitstekend verlopen. En met betrekking tot onze instroom en financiën, in combinatie onze levensader, kunnen wij niet minder dan tevreden zijn. Last but not least hebben we het nieuwe onderkomen van onze Faculteit Educatie geopend; een bijzonder gebouw, want het meest duurzame onderwijsgebouw van Nederland. Wij zijn als bestuur dan ook dankbaar voor deze resultaten en over de wijze waarop de atmosfeer binnen de hogeschool zich ontwikkelt. Deze was goed zicht- en voelbaar tijdens de HAN-Parade, een feestelijke manifestatie tijdens de opening van het seizoen 2014-2015, waarin tal van medewerkers hun kunnen etaleerden, gelardeerd met muziek en cabaret. We weten nu al dat deze parade een traditie gaat worden binnen de HAN.
6
HAN Jaarverslag 2014 | Inleiding College van Bestuur
Helaas werden we in 2014 ook geconfronteerd met zeer trieste gebeurtenissen. Wat dit laatste betreft, zegt dat ene vluchtnummer genoeg. Ook leden van onze gemeenschap werden direct of indirect getroffen door het noodlottige ongeval met de MH17. Het staat in ons collectieve geheugen gegrift. Het jaarverslag geeft een beeld van wat er in 2014 in en rondom de HAN allemaal is gebeurd. Is alles goed gegaan in 2014? Nee, dat niet. Diverse opleidingen kunnen en moeten beter, de organisatie van ons onderzoek vraagt om een nieuwe configuratie en we kampen met werkdruk onder medewerkers. Ook 2015 zal niet zonder tegenvallers en onvolkomenheden zijn. Die kunnen wij niet voorkomen. We kunnen ze wel óverkomen, wanneer wij ons telkens maar weer richten op het doel waarom wij er zijn als HAN: mensen opleiden en vormen voor het leven. Daarop willen, moeten en mogen we aanspreekbaar zijn. Dat geldt ook voor ons als bestuurders. Wij zijn zeer gemotiveerd om de HAN te helpen zich verder te ontwikkelen als kwaliteitshogeschool, waar onze mensen graag werken en waar studenten met trots hun diploma in ontvangst nemen. Allen die ook in 2014 hieraan hebben meegewerkt (onderwijsgevenden, onderzoekers, ondersteuners, leidinggevenden en al onze externe relaties) danken wij hartelijk voor hun inzet.
Het College van Bestuur, Kees Boele, Diana de Jong en Frank Stöteler
7
HAN Jaarverslag 2014
Instellingsbeleid
8
HAN Jaarverslag 2014 | 1. Instellingsbeleid
De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) behoort tot de grootste hogescholen van Nederland. Met ruim 3.000 medewerkers verzorgt de HAN vanuit de campussen in Arnhem en Nijmegen voor bijna 33.000 studenten meer dan 80 bachelor- en masteropleidingen in de varianten voltijd, deeltijd en duaal. Daarnaast biedt de HAN 7 associate degrees en circa 300 cursussen en trainingen aan. Ook legt de HAN zich met onder andere 37 lectoraten en 8 centres of expertise toe op onderzoek en kennisinnovatie. De synergie tussen ons onderwijs en onderzoek, beroepenveld en maatschappij heeft de afgelopen jaren geleid tot hoge tevredenheidscores, een sterke groei en een toegenomen binding met onze omgeving. Kwaliteit en een goede reputatie, dat is de kracht van de HAN. Het onderhouden van deze basiskracht is doelstelling nummer één.
Missie en visie Onze maatschappelijke opdracht is helder: studenten op een hoog niveau opleiden en beantwoorden aan de vraag naar hooggeschoolde, innovatieve en ondernemende mensen. Dit doel is het beste gediend met wat wij ‘professionele leergemeenschappen’ noemen. We willen ons onderwijs meer en meer organiseren in voor de studenten herkenbare entiteiten, en in gebouwen en een omgeving die de identiteit uitstralen van het beroep waarvoor we opleiden. Dat gaat het best in een cultuur van eigenaarschap met docenten en medewerkers die een hoog kwaliteitsbewustzijn hebben. Onze onderwijsprogramma’s zijn zo ingericht, dat als onze studenten ‘afzwaaien’, ze met kennis en kunde toegerust zijn om zichzelf als onderzoekende, ondernemende beroepsbeoefenaren een mooie toekomst te bezorgen én innovatieve bijdragen te leveren aan de economische en maatschappelijke ontwikkeling van de samenleving. Om die reden zoeken we voortdurend een uitdagende wisselwerking met studenten en nodigen we onze medewerkers uit het beste uit zichzelf te halen. We bieden onderwijs dat studenten een optimale kans geeft op een mooie
9
HAN Jaarverslag 2014 | 1. Instellingsbeleid
toekomst, doordat we daar met werkgevers goed over gesproken hebben. We vragen van studenten inzet, eigen verantwoordelijkheid en de wil om boven zichzelf uit te stijgen. Het onderzoek is praktijkgericht, innovatief en draagt bij aan de kwaliteitsverbetering van ons onderwijs. Het is een continue wisselwerking: onderzoek verbetert de beroepspraktijk en dat levert ‘materiaal’ voor verbetering van het onderwijs aan de toekomstige beroepsbeoefenaren. Boven op een brede basis van goed bacheloronderwijs ontwikkelen we selectieve concentraties van onderzoek, minoren en masteropleidingen. We gaan daarbij uit van onze eigen kracht én van datgene waar de samenleving behoefte aan heeft.
Koers en profiel De HAN heeft haar opleidingen verdeeld over twee campussen, met elk een eigen profiel. De campus Arnhem is hoofdzakelijk technisch en economisch. Nijmegen profileert zich vooral op gezondheid, sport, gedrag & maatschappij en educatie. Beide campussen bieden breed economisch onderwijs en een lerarenopleiding primair onderwijs. Ze hebben ook beide een internationaal profiel. De HAN wil haar stevige positie in de markt van leren voor werkenden verder versterken met een selectiever, hoogwaardig aanbod van haar deeltijd- en duale onderwijs. Dit onderwijs moet voldoen aan de drie criteria van maatschappelijke (toegevoegde) waarde, voldoende schaal en bovengemiddelde kwaliteit. De ontwikkeling van professional masters en van het praktijkgerichte onderzoek in verbinding met het onderwijs heeft prioriteit. Op deze wijze ontwikkelt de HAN zich verder tot een university of applied sciences (UAS).
10
HAN Jaarverslag 2014 | 1. Instellingsbeleid
Professionele leergemeenschappen De professionele leergemeenschappen van de HAN zijn verder versterkt door de ontwikkeling van een kwaliteitscultuur en door het eigenaarschap voor het onderwijs bij docenten en medewerkers te leggen. Studenten en toekomstige werkgevers verdienen immers het beste. Om die reden heeft de HAN naast de verplichte prestatieafspraken (voorwaardelijke financiering) met de overheid ook intern een aantal stevige prestatieafspraken en streefwaardes vastgelegd. Al deze afspraken vormen de basis van haar instellingsplan. Daarnaast wordt ook in een meer praktische zin gewerkt aan het zichtbaar maken van de leergemeenschappen: de HAN-gebouwen stralen meer en meer de identiteit uit van het beroep waarvoor wordt opgeleid. Een goed voorbeeld daarvan is het nieuwe I/O-gebouw (Input/Output) van de Faculteit Educatie, dat in 2014 is opgeleverd.
Centres of expertise Boven op het palet van bacheloropleidingen en de verbinding van het onderzoek met het onderwijs zijn speerpunten ontwikkeld: synergetische concentraties van hoogwaardig onderzoek, uitstekende masteropleidingen en minoren. Met deze speerpunten - bekend als centres of expertise - wil de HAN van betekenis zijn voor de omgeving en de sociaal-economische ontwikkeling van de regio. Om dit te bevorderen, kennen de centres of expertise een publiek-private of een publiek-publieke samenwerking. De centres beogen ook een bijdrage te leveren aan de Human Capital Agenda, die is opgesteld voor de (regionale) economische topsectoren. Zo ontwikkelt SEECE, het centre of expertise voor duurzame elektrische energie, in samenwerking met elektriciteitsbedrijven zoals Alliander en Tennet, diverse opleidingsarrangementen om tegemoet te komen aan de vraag naar hoger opgeleiden op het gebied van duurzame energie. En het Centre of Expertise Sneller Herstel ontwikkelt samen met Thermion (gezondheidscentrum, stagewerkplek, opleiding en onderzoek ineen) een leerwerkplaats voor studenten om specifieke competenties te ontwikkelen die passen bij de veranderingen in de zorg. 11
HAN Jaarverslag 2014 | 1. Instellingsbeleid
Valorisatie Voor een instelling als de HAN, die zo diep geworteld is in de beroepspraktijk, is de maatschappelijke en economische benutting van kennis een vanzelfsprekende kernopdracht. Daarbij gaat het bij modern beroepsonderwijs om valorisatie naar twee kanten: enerzijds die van ontwikkelde kennis naar de beroepspraktijk, anderzijds die van kennis uit de beroepspraktijk naar het onderwijs.
Internationalisering In het beleid van de HAN speelt internationalisering een belangrijke rol en geldt deze als een voorwaarde voor de kwaliteit van onderwijs en onderzoek. Een groot aantal opleidingen heeft inmiddels een internationale dimensie en het streven is om elke opleiding hiervan te voorzien. De vorm en mate waarin dat gebeurt, hangen uiteraard af van het beroep waar de opleiding zich op richt. Daarbij is er veel aandacht voor het behouden en verder uitbouwen van het internationale netwerk van de HAN.
12
HAN Jaarverslag 2014
Onderwijs
13
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
De kwaliteit van het onderwijs bij de HAN blijft stijgen: bij de accreditaties zijn er steeds meer opleidingen die een ‘goed’ scoren op één of meer standaarden. Daarnaast is er een goede studenttevredenheid (een stabiele 7,3), waarmee de HAN in Elsevier opnieuw als de beste grote hogeschool uit de bus kwam. We zien een toenemend kwaliteitsbewustzijn binnen de hogeschool. Om het deeltijdonderwijs toekomstbestendig te maken, wordt er flink in geïnvesteerd, ook vanwege de positieve spin-off op het voltijdonderwijs. Het masteronderwijs verdient de aandacht; door intensieve werving probeert de HAN de instroomdaling om te buigen naar groei. De HAN is een van de vijf grootste hbo-instellingen van Nederland en kent een breed aanbod aan opleidingen en een grote variëteit aan opleidingsvormen. Net als vorig jaar heeft de HAN binnen het eigen opleidingsportfolio bij de instromers in het bacheloronderwijs een marktaandeel van 10,8%. Er studeren 32.953 studenten, van wie 31.817 in het bacheloronderwijs en 1.136 in het masteronderwijs. In 2014 zijn er 10.341 nieuwe studenten gestart, van wie er 8.830 voor een voltijd- en 1.119 voor een deeltijd- of duale bacheloropleiding kozen. In het masteronderwijs startten 392 nieuwe studenten. Van de studenten volgt het merendeel een studie aan de Nijmeegse campus en 30% studeert aan de campus in Arnhem. (Voor een totaaloverzicht van opleidingen zie bijlage B en voor het instroomoverzicht zie bijlage C.)
Prestatieafspraken onderwijs Tijdens de midterm review beoordeelde de Reviewcommissie Hoger Onderwijs de voortgang bij de HAN positief. De conclusie is dat bij de differentiatie van het onderwijs, de herordening van het opleidingsaanbod en de zwaartepuntvorming (de centres of expertise) de ontwikkelfase voor een deel al is gepasseerd. We kunnen gaan consolideren en het zwaartepunt- en profileringsprogramma uitbreiden. Met de afspraken over de onderwijskwaliteit (voorwaardelijke financiering) ligt de HAN
14
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
op koers. Alleen het rendement bij de bacheloropleidingen blijft achter. Een overzicht van de stand van zaken bij de realisatie van de prestatieafspraken staat in bijlage A van dit jaarverslag.
Studiesucces Het percentage herinschrijvers en switchers na één jaar in het voltijdonderwijs is vrij stabiel. Het beleid van de HAN is erop gericht om de juiste student zo vroeg mogelijk op de juiste plaats te krijgen door het versterken van de voorlichting, aansluiting, studieloopbaanbegeleiding, matching en selectie in het eerste jaar. Het diplomarendement van het voltijdonderwijs laat een dalende trend zien door een toename van het aantal studenten met studievertraging. Hierbij spelen enkele factoren een rol. Ten eerste leidt de aanscherping van het niveau en de toetsing in de afstudeerfase ertoe dat een groeiende groep studenten meer moeite heeft met het behalen van het diploma. Zij doet er niet alleen langer over, maar valt ook eerder uit in de eindfase van de opleiding. Hierdoor komt het diplomarendement onder druk te staan. Ten tweede speelt de afschaffing van de langstudeerdersboete een rol; deze heeft - zoals algemeen wordt aangenomen - een negatief effect op het diplomarendement, doordat de financiële druk is afgenomen om binnen de gestelde termijn af te studeren. Ten derde is er een gestaag toenemend percentage studenten dat na één jaar nog geen propedeusegetuigschrift op zak heeft. Het gevolg hiervan is dat veel studenten met een achterstand en dus onvoldoende voorbereid aan de hoofdfase beginnen. De opgelopen achterstand wordt door een grote groep niet meer ingehaald tijdens de studie. Daarnaast blijft het aantal studenten dat na twee jaar de HAN zonder propedeusegetuigschrift verlaat, aan de hoge kant. Om de negatieve trend in het diplomarendement te keren, zijn er maatregelen genomen. De begeleiding van studenten in de afstudeerfase is geïntensiveerd en er wordt een project uitgevoerd om binnen de opleidingen de studievoortgang goed te kunnen monitoren en tijdig en gericht te interveniëren. Daarnaast wordt kritisch bekeken wat de ophoging van de norm voor het bindend studieadvies kan bijdragen aan
15
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
het voorkomen van vermijdbare studievertraging. Het effect van deze maatregelen zal echter pas over enkele jaren tot uiting komen in het diplomarendement.
Studenttevredenheid De gemiddelde studenttevredenheid heeft zich het afgelopen jaar gestabiliseerd tot 7,3. Hiermee zit deze inmiddels op de streefnorm voor 2016. Studenten zijn tevreden over de inhoud, docenten, vaardigheden, onderzoek, voorbereiding op de beroepsloopbaan en de groepsgrootte. Minder tevreden zijn studenten over de informatie over de opleiding en de roosters. Dit beeld is vrij stabiel. In de prestatieafspraken staat dat alle opleidingen qua tevredenheid minimaal een 7,0 moeten scoren. Omdat de streefnorm achterblijft bij de master- en de deeltijd-bachelor opleidingen zijn er maatregelen getroffen. Deze zijn onder andere gestoeld op gesprekken met studenten over waar hun ontevredenheid ligt. De uitvoering van de maatregelen wordt met verscherpte aandacht gevolgd in het kader van specifieke managementafspraken die het College van Bestuur en de betrokken directies hierover hebben gemaakt.
Contacttijd Voor alle voltijdse opleidingen geldt de eis dat er in het eerste en tweede jaar minimaal 15 uren contacttijd gemiddeld per onderwijsweek zijn geprogrammeerd (buiten de stageperiode). Op één na voldoen alle opleidingen aan deze eis.
Excellentieprogramma’s De HAN heeft diverse trajecten voor studenten die meer willen en kunnen. Er zijn intra- en extracurriculaire excellentieprogramma’s en speciale opleidingstrajecten voor excellente studenten. Naast de acht al bestaande programma’s startte in 2014 het traject Top Team Techniek voor studenten van het Instituut Engineering. En een nieuw excellentietraject voor studenten aan de Faculteit Economie en Management start per februari 2015. Daarnaast is de HAN in 2014 gestart met de ontwikkeling van drie excellentieprogramma’s voor studenten van de instituten Applied Sciences, Built Environment en Sport en Bewegingsstudies.
16
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
Vwo Wat betreft de realisatie van driejarige (honours- of excellentie)programma’s voor vwo’ers ligt de HAN achter op schema. Veranderde regelgeving van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is hieraan debet: driejarige trajecten mogen alleen met 180 EC worden aangeboden. Dit is problematisch voor opleidingen die met BIG-registratie te maken hebben (zoals Verpleegkunde) en die daarom ook een forse vaardigheidscomponent kennen. De HAN wil daarom driejarige trajecten van 240 EC aanbieden, hetgeen ook reeds succesvol gebeurt. Wij hebben de Reviewcommissie Hoger Onderwijs laten weten dat deze veranderde regelgeving van OCW sterk in ons nadeel (en dat van de werkgevers) is. Er lopen nog gesprekken met de Vereniging Hogescholen en het ministerie van OCW om tot een oplossing te komen.
Studiekeuzebegeleiding, intake en switchen De HAN streeft ernaar om haar huidige positie op het studiesucces van de voltijd-bachelor te vergroten en uitval te verminderen. Een goede studiekeuzevoorlichting, zoals ‘Studie in cijfers’, draagt hieraan bij. Er is hard gewerkt aan het doorontwikkelen en uitvoeren van intakegesprekken. Ook is sinds april 2014 de studiekeuzecheck aan duizenden aanmelders bij de HAN aangeboden. Met deze check konden ze zich optimaal voorbereiden en een voor hen zo passend mogelijke studie kiezen. Dit was dusdanig succesvol, dat besloten is de studiekeuzecheck verplicht te stellen voor alle bachelorstudenten, die zich voor 2015/2016 aanmelden. Voor zittende studenten die willen of moeten switchen, zijn de faciliteiten van de studiewisselpunten in 2014 uitgebouwd. Zoals elk jaar koppelt de HAN het studiesucces van eerstejaars terug aan toeleverende scholen en worden activiteiten op het gebied van studiekeuzebegeleiding en voorlichting met deze scholen afgestemd. Hierdoor verbetert de aansluiting en neemt de uitval af. Een bestuurlijk convenant met Quadraam-scholen, dat leidde tot intensievere samenwerking op het gebied van studiekeuzebegeleiding en aansluiting, is in 2014 vernieuwd en wordt voortgezet.
17
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
Decentrale selectie De HAN wil haar opleidingen zo toegankelijk mogelijk houden en terughoudend omgaan met het gebruik van decentrale selectie. Aan de andere kant moet gewaakt worden voor de kwaliteit van de opleidingen, die door een (te) grote toestroom in het geding kan komen. De onverwacht grote toeloop van studenten in 2014 was de reden dat meer voltijdbacheloropleidingen dan gepland in 2014 een decentrale selectie hadden: Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek; Chemie; Ergotherapie; Fysiotherapie; Lerarenopleiding Engels; Lerarenopleiding Geschiedenis; Medische Hulpverlening; Mondzorgkunde; Sport- en Bewegingseducatie; Sport, Gezondheid en Management; Toegepaste Psychologie; Voeding en Diëtetiek; en Verpleegkunde.
Kwaliteitszorg onderwijs Accreditatie In 2014 heeft de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) voor twaalf opleidingen een nieuw positief accreditatiebesluit genomen. In een aantal gevallen vroeg de NVAO om aanvullende informatie. Bij de bachelor Small Business en Retail Management was dit de afsluiting van een herstelperiode. De bachelors Technische Bedrijfskunde en Opleidingskunde en de master Leraar Nederlands kregen een herstelperiode toegekend op basis van een door een panel van deskundigen goedgekeurd herstelplan. Tijdens visitaties hebben panels onderstaande oordelen gegeven: (voor de bachelor Small Business en Retail Management betrof het een herbeoordeling van standaard 3 en voor de master Leraar Nederlands betrof het een herbeoordeling van standaard 2 en 3.)
18
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
Opleidingen
Oordeel per standaard I
II
III
Totaal oordeel
1.
M Automotive Systems
G
V
V
V
2.
M Human Resource Management
V
V
V
V
3.
M Physician Assistant
V
V
V
V
4.
M Control Systems Engineering
G
G
G
G
5.
B Small Business en Retail Management
V
V
V
V
6.
B Elektrotechniek
V
G
V
V
7.
M Advanced Nursing Practice
G
G
G
G
8.
B HBO-Rechten
V
G
G
G
9.
B Bio-Informatica
G
G
G
G
10.
B Logopedie
G
G
V
V
11.
B Opleiding tot leraar Basisonderwijs
G
G
V
V
12.
M Leraar Nederlands
V
V
V
V
13.
B Informatica
G
G
V
V
14.
B Technische Informatica
G
G
V
V
15.
B Business IT & Management
G
G
V
V
G=goed, V=voldoende In 2014 is 23 maal goed gescoord bij 15 visitaties tegenover 10 maal goed op 14 visitaties in 2013.
In mei 2014 heeft de HAN bij de Inspectie van het Onderwijs overtuigend aangetoond hoe de examencommissies bij de opleiding Werktuigbouwkunde zijn versterkt en geborgd. Dit was het sluitstuk van een traject dat in 2011 begon, toen de Inspectie de opleiding het predicaat ‘zorgelijk’ toekende nadat zij een aantal tekortkomingen had vastgesteld. Eind mei sprak de Inspectie haar vertrouwen in de opleiding uit en trok zij het bewuste predicaat in. De Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs heeft eind 2014 de aanvraag om bij de Faculteit Techniek vijf associate degree-programma’s te starten goedgekeurd, te weten: Bouwtechnisch medewerker, Communication & Multimedia Design, Elektrotechniek, Embedded Systems Engineering en HBO-ICT. Inmiddels zijn de programma’s ingediend bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie.
19
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
In 2014 is de lijn voortgezet om de aanbevelingen te implementeren die de commissie Bruijn deed in haar rapport Vreemde ogen dwingen. Externe validering is als kwaliteitseis in zowel het toetsbeleidsplan als kwaliteitszorgplan van de HAN opgenomen en als zodanig ook geëffectueerd: in de examencommissies zijn nu externe leden benoemd, zoals professionals uit het werkveld, en er wordt gebruikgemaakt van externe examinatoren en toezichthouders.
Studentvoorzieningen Campusdecanaat Ruim tien procent van de HAN-studenten doet een beroep op het campusdecanaat (vier decanen) en dit aantal is stijgend. Indicator hiervoor is dat de wachttijd voor een afspraak met een decaan sinds de zomer is opgelopen van één week naar drie weken. Om deze reden wordt de formatie van het decanaat in 2015 uitgebreid. De financiële crisis lijkt ook zijn sporen na te laten bij onze studenten. Ruim de helft van de vragen heeft betrekking op financiële kwesties. Daarnaast is er een toename te zien in de vraag van studenten met een functiebeperking naar extra voorzieningen.
Studeren met een functiebeperking Zo’n 3.000 HAN-studenten hebben door een functiebeperking en/of chronische ziekte te maken met belemmeringen in hun studie. Voor hen worden indien nodig en mogelijk aanpassingen en voorzieningen getroffen. Richtinggevend hiervoor is het beleidsplan ‘Studeren met een functiebeperking’. Het beleidsplan, de resultaten van de Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK) en signalen van de afgelopen jaren uit verschillende gremia van de HAN (decanaat, studiewisselpunt, tentamenbureaus) laten zien dat er veel gebeurt op het gebied van ondersteuning en kennis. Tegelijkertijd wordt ingezet op het vergroten van de kennis over de diversiteit van de beperkingen en de kansen op de arbeidsmarkt van deze groep studenten. Specifieke aandacht gaat daarbij uit naar de transitie van leren naar werken.
20
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
Ombudsman Er is voor studenten een ombudsman. Deze is er voor melding van klachten waarvoor geen andere voorziening voorhanden is of wanneer de afhandeling van een klacht niet tot het gewenste resultaat heeft geleid. De soort klachten en/of bezwaren die de ombudsman in 2014 behandeld heeft, kunnen grofweg tot drie thema’s worden herleid: a) de communicatie over de veranderende eisen aan het afstudeerniveau (waardoor studenten in de problemen kunnen komen) en de ondersteuning die de HAN biedt om toch tot het gewenste niveau te komen, liet in enkele gevallen te wensen over; b) studenten hebben een onevenwichtigheid ervaren als het gaat om afspraken die voor hen verregaande consequenties hebben maar niet voor de opleidingen; c) opkomen voor het eigenbelang en het leveren van kritiek op onderdelen van de opleiding of op medewerkers, kan bij studenten een loyaliteitsprobleem opleveren tussen studieloopbaan en hun gevoel van vrijheid.
Studieondersteuningscentrum Het Studieondersteuningscentrum (SOC) biedt crisismanagement, intake, indicatiestelling, begeleiding, verwijzing en crisisopvang van studenten, aansluitend bij de kaders van het Nederlands Instituut Psychologen. Ook hier is sprake van een toenemende vraag vanuit de studenten en daarom zijn er inmiddels twee studentenpsychologen aangesteld. Om tot een meer efficiënte samenwerking tussen ondersteunende diensten voor studenten te komen, wordt, aanvullend op het SOC, in 2015 een Studie-expertisecentrum (SEC) ingericht. Het doel is om de student snel bij het juiste loket te krijgen en daarnaast de deskundigheid van docenten en studieloopbaanbegeleiders te bevorderen op het gebied van vroegtijdige signalering van studieproblemen.
21
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
Bureau Klachten en Geschillen Bureau Klachten en Geschillen van de HAN ontvangt klachten, bezwaren en beroepen van studenten en zorgt voor een correcte doorgeleiding, zodat de behandeling daarvan ter hand wordt genomen. In 2014 zijn er 165 klachten en bezwaar- en beroepschriften ontvangen (tegenover 144 in 2013). Deze zijn doorgeleid en conform een vastgestelde procedure in behandeling genomen. Behalve genoemde klachten, bezwaren en beroepen ontving het bureau ook korte e-mailberichten met vragen over eventueel te volgen procedures en/of vragen en klachten die formeel (nog) niet als klacht, bezwaar of beroep zijn aangemerkt. De vragen en klachten uit deze laatste categorie zijn voorgelegd aan het desbetreffende organisatieonderdeel en adequaat beantwoord of opgelost. In onderstaand overzicht staat de verdeling van de ingediende klachten/bezwaren/beroepen die in 2014 formeel in procedure zijn gebracht. Verdeling van de ingediende klachten/bezwaren/beroepen in 2014 die formeel in procedure zijn gebracht 2014 (n=165)
2013 (n=144)
College van Beroep voor de Examens
51
60
Geschillenadviescommissie
13
12
Klachtenprocedure
37
25
Examencommissie
36
27
Klachten Grensoverschrijdend Gedrag
2
6
Beroepscommissie Personele Aangelegenheden
2
3
24
11
Voorprocedure/anders
22
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
Profileringsfonds Het Profileringsfonds biedt financiële ondersteuning aan studenten die als gevolg van bijzondere omstandigheden studievertraging oplopen. In 2014 zijn er in totaal 95 aanvragen ingediend (tegenover 80 in 2013). Bij 80 aanvragen ging het om bijzondere omstandigheden zoals ziekte, handicap, bijzondere familieomstandigheden, zwangerschap, topsport, inrichting opleiding en overige omstandigheden. In verband met een bestuurlijke functie kwamen 15 aanvragen binnen. Van de 80 aanvragen ‘bijzondere omstandigheden’ zijn 77 aanvragen toegekend, 1 aanvraag afgewezen en de overige zijn nog in behandeling. De totale aanspraak op het Profileringsfonds bedroeg in 2014 € 338.752 (in 2013: € 249.725). Dit is inclusief de aanspraken op dit fonds vanuit toekenningen in voorgaande jaren en inclusief vergoedingen voor de OV-kaart. Evenals vorig jaar ging het uitsluitend om EER-studenten, conform de hiervoor geldende wet- en regelgeving.
Internationalisering en studentenmobiliteit Internationale en interculturele competenties zijn gezien de huidige maatschappelijke en economische ontwikkelingen geen luxe maar noodzaak. Dat geldt ook voor HAN-studenten die gedurende hun gehele studie in Nederland blijven. De HAN heeft dan ook de prestatieafspraak gemaakt om vóór 2016 in alle opleidingen een internationale dimensie te realiseren. In 2014 zijn hierin stappen gezet, zoals de jaarlijkse organisatie van de International Week door het Instituut Sociale Studies. Deelname van studenten aan de International Week (en daarmee het krijgen van kwaliteitspunten) is verplicht en een voorwaarde om de professionele leerlijn met een voldoende te kunnen afsluiten. Andere voorbeelden zijn Internationalisation@home, een leeromgeving die studenten en medewerkers de mogelijkheid biedt om internationale en interculturele competenties te ontwikkelen, evenals de invoering van de module Internationalisering in het vierde jaar van de opleiding Small Business en Retail Management.
23
HAN Jaarverslag 2014 | 2. Onderwijs
De HAN wil de kwaliteit van haar internationale partnerwerk verhogen door meer focus aan te brengen in de partnerkeuze. Een kleiner, kwalitatief sterker internationaal netwerk is ook nodig om efficiënter en effectiever internationale subsidiekansen te kunnen benutten, en om de kwaliteit van het onderzoek te verhogen. De faculteiten maakten in 2014 een start met de formulering van hun strategisch partnerbeleid; een HAN-breed strategisch partnerbeleid krijgt in 2015 verder zijn beslag. Een stevige instroom van internationale studenten is een belangrijk onderdeel van de internationale dimensie van de HAN. Om de werving van internationale studenten in de toekomst meer massa en focus te geven, is afgelopen jaar besloten om per 1 januari 2015 één centrale internationale wervingsunit voor de hele instelling in te richten, voor zowel de bachelor- als de masterprogramma’s. De inkomende en uitgaande mobiliteit van uitwisselingsstudenten laten beide een groei zien. De uitgaande mobiliteit groeide in 2014 met 19% tot 391 uitgaande studenten, de inkomende mobiliteit groeide met 4% tot 279 inkomende studenten. Daarnaast vertrokken 334 HAN-studenten naar het buitenland voor een stage en 51 voor hun afstudeeropdracht. In 2014 zette de trend van een dalend aantal binnenkomende internationale diplomastudenten zich voort: een intake van 558 tegenover een intake van 718 studenten in 2013. Dit is vooral het gevolg van het dalende aantal Duitse studenten bij het Instituut Sociale Studies. Het totaal aantal internationale studenten bij de HAN daalde met 12% van 2.425 in 2013 tot 2.127 studenten in 2014. (Zie ook de paragraaf Uitwisseling in hoofdstuk 7 en bijlage E, met daarin ook een overzicht van de partnerinstellingen met gedetailleerde cijfers van binnenkomende en uitgaande studenten.)
24
HAN Jaarverslag 2014
Onderzoek
25
HAN Jaarverslag 2014 | 3. Onderzoek
Het onderzoek van de HAN is praktijkgericht, innovatief en draagt bij aan de kwaliteitsverbetering van het onderwijs en de beroepspraktijk. Het onderzoek vindt plaats in netwerken met interne en externe stakeholders en is vaak multi- en interdisciplinair van aard. Het genereert kennis, inzichten en producten die bijdragen aan de ontwikkeling van de beroepspraktijk en aan de opleidingen van de HAN. De inhoudelijke prestaties bij het praktijkgerichte onderzoek stemmen tot grote tevredenheid. Op het gebied van de organisatie van het onderzoek liggen verbeterkansen. (Voor de hieronder genoemde prestatieafspraken verwijzen wij naar bijlage A) In 2016 wil de HAN voor alle opleidingen een inhoudelijk dekkend aanbod aan (associate) lectoren gerealiseerd hebben. Het onderzoek van de HAN maakt deel uit van de kwaliteitsagenda voor het onderwijs. De prestatieafspraak in dit kader betreft de implementatie van de leerlijn onderzoek in 100% van de opleidingen in 2016. De HAN ligt op schema met de realisatie hiervan: eind 2014 heeft 84,7% van de opleidingen een leerlijn onderzoek. Over heel 2014 waren er 41 lectoren en 10 associate lectoren bij de HAN werkzaam. Door het jaar heen vond er een aantal mutaties plaats in de vorm van benoemingen, vertrek en verandering van functie. Een overzicht van de stand van zaken op 31 december 2014 staat in bijlage D. Drie lectoren hielden hun intreerede en werden bij die gelegenheid door het College van Bestuur geïnstalleerd: dr. E. de Vries (Innovatie in de Publieke Sector), dr. A.H. de Lange (Human Resource Management) en dr. ir. M. Mohammadi (Architecture in Health). In de desbetreffende prestatieafspraak staat dat het aantal fte voor onderzoek in 2016 op 135 komt. Dit aantal wordt ruimschoots gehaald en stond eind 2014 op 147 fte. Het College van Bestuur reserveert jaarlijks een bedrag voor onderzoek. Daarnaast wordt een deel van de beoogde groei van het onderzoek gefinancierd uit externe middelen. Hier geldt
26
HAN Jaarverslag 2014 | 3. Onderzoek
de prestatieafspraak dat in 2016 elke faculteit per fte lector minimaal € 150.000 uit externe (tweede, derde en vierde) geldstromen verwerft, met een streven naar een (HAN-breed) gemiddelde van € 200.000 per fte lector. In 2014 slaagden drie van de vier faculteiten om de ondergrens van € 150.000 per fte lector te behalen, en slaagden zij er ook in om met een gemiddelde van € 204.077 per fte lector het streefbedrag te halen.
Kwaliteitszorg onderzoek In 2014 vonden er externe evaluaties plaats van de kenniscentra Revalidatie, Arbeid, Sport (RAS) en Publieke Zaak (PZ). De oordelen zijn als volgt: Onderwerp
Oordeel KcRAS
Oordeel KcPZ
Missie
Voldoende
Goed
Onderzoeksprofiel
Voldoende
Voldoende
Werkprogramma en portfolio
Goed
Goed
Inbedding en positionering in de HAN
Goed
Voldoende
Samenwerkingsverbanden en interne relaties
Voldoende
Voldoende
Omvang van de onderzoekseenheid
Voldoende
Goed
Kwaliteit van de onderzoekers
Goed
Goed
Kwaliteitszorg van de onderzoekseenheid
Goed
Voldoende
Publicaties, presentatie en andere producten van onderzoek
Goed
Goed
Output, impact waardering
Goed
Goed
Het Kenniscentrum Revalidatie, Arbeid, Sport heeft naar aanleiding van deze externe evaluatie een plan opgesteld om tot verdere verbetering te komen. Het Kenniscentrum Publieke Zaak is daar op dit moment mee bezig. Ook een vijftal lectoraten van het Kenniscentrum Technologie & Samenleving ontving een extern evaluatiepanel. Het rapport naar aanleiding hiervan verschijnt in 2015. Vier onderzoekseenheden ondergingen een midterm review, drie jaar nadat zij voor het eerst extern zijn geëvalueerd. Het gaat om de
27
HAN Jaarverslag 2014 | 3. Onderzoek
Automotive- en ICA-lectoraten van de Faculteit Techniek en de kenniscentra Kwaliteit van Leren en HAN Sociaal. Opvallend in de resultaten is dat men over de hele breedte het oordeel ‘goed’ gaf voor wat betreft de kwaliteit van de onderzoekers, de werkprogramma’s en de publicaties.
Verbinding met centres of expertise/ ontwikkeling minoren en masters In de prestatieafspraken geeft de HAN aan te streven naar een uitbouw van het assortiment van professionele masteropleidingen en unieke minoren, in lijn met haar keuzes voor speerpunten/centres of expertise. Dit streven is in 2014 voortgezet. In 2014 ging het om de betrokkenheid bij negen masterprogramma’s en ruim twintig minoren. De centres of expertise slaagden erin bedrijfsleven en instellingen een voorname rol te geven in het onderwijs, door ze in te zetten bij de inhoudelijke ontwikkeling, projecten, gastcolleges en het aandragen van casuïstiek. Sommige programma’s laten daarboven reeds de gewenste ontwikkeling richting een internationaal speelveld zien, door Engelstalig onderwijs aan te bieden en door een internationaal partnerbeleid te voeren. De komende jaren wil de HAN deze ontwikkeling doorzetten. Naast unieke minoren en masters ontwikkelt een aantal centres ook specifieke bacheloropleidingen (zoals leerwerktrajecten voor de energiesector) en honoursprogramma’s. Dit alles in het kader van de Human Capital Agenda’s van de desbetreffende sectoren. Eén van de uitgangspunten van het kennisdisseminatie- en publicatiebeleid van de HAN is Open Access publiceren: het online beschikbaar stellen van onderzoeksresultaten. In 2014 is besloten tot deelname aan de Stichting Open Access Publication Services (OPuS). Tal van Nederlandse kennisinstellingen participeren in deze stichting om kennis te delen en gezamenlijke activiteiten te ontwikkelen.
28
HAN Jaarverslag 2014
Beroepspraktijk en regio
29
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
Onderwijs en praktijkgericht onderzoek zijn onlosmakelijk verbonden met de beroepspraktijk. De HAN richt zich hierbij in eerste instantie op de brede regio, inclusief de Euregio Rijn-Waal. Ook in 2014 werd deze verbinding verder geïntensiveerd. De HAN is ervan overtuigd dat kennis(circulatie) de motor is van maatschappelijke en economische ontwikkeling. Dit heeft geleid tot de keuze voor negen speerpunten, ook wel centres of expertise genoemd: Faculteit Techniek –– ACE Automotive Centre of Expertise –– SEECE Sustainable Electrical Energy Center of Expertise –– HAN Biocentre, Centre of Expertise in Biotechnology & Analysis Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij –– CoE Sneller Herstel –– CoE Krachtige Kernen –– CoE Sport- en Beweegtalent Faculteit Educatie –– CoE Leren met ICT Faculteit Economie en Management –– CoE Ondernemen en Ondernemerschap in oprichting –– CoE Logistiek (in samenwerking met vijf collega-hogescholen) In 2014 is bij zeven centres of expertise die de HAN heeft ingericht, en waarvoor een investeringsfonds beschikbaar is van € 10 miljoen, een sterkte-zwakteanalyse uitgevoerd. Enkele conclusies: Wat goed gaat: Alle centres of expertise bevinden zich in de transitie van fase 1 (start) naar fase 2 (ontwikkelen) of zelfs fase 3 (valideren), hetgeen past bij het ontwikkelingsstadium. Er zijn vele projectpartners en de diverse activiteiten worden positief gewaardeerd.
30
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
Wat beter kan: Centres of expertise zijn in het algemeen nog te bescheiden en te sterk regionaal gericht. De landelijke en internationale profilering kan beter en is ook verantwoord. Het merendeel van de centres legt de nadruk op projecten, consultancy en contractonderzoek. Verbinding met het onderwijs (Human Capital Agenda) is nog vaak te beperkt, terwijl daar juist vanuit de doelstelling van profilering de belangrijkste kansen liggen. Het verdienmodel is vaak nog te onduidelijk of te beperkt. Op basis van deze analyse en van de goedgekeurde voortgangsrapportages en jaarplannen 2015 van de centres is de toekenning van financiële middelen uit het investeringsfonds voor 2015 gecontinueerd. Voor alle centres geldt wel dat in 2015 extra aandacht nodig is voor de ontwikkeling van duurzame verdienmodellen en voor versterking van de interne en externe profilering.
Midterm Review De Reviewcommissie Hoger Onderwijs heeft in 2014 onze door het ministerie van OCW erkende centres of extertise SEECE (Sustainable Electrical Energy Centre of Expertise) en Logistiek (midterm) beoordeeld. De commissie oordeelde dat bij beide centres een solide basis is gelegd die voldoende vertrouwen biedt voor een duurzame financiële en inhoudelijk zelfstandige publiek-private samenwerking in 2016 en verder. Op basis van deze adviezen is de financiële bijdrage van OCW voor de jaren 2015 en 2016 aan deze centres verzekerd.
Valorisatie en ondernemerschap Om de versnippering van valorisatieactiviteiten binnen de HAN tegen te gaan, is in maart 2014 het Centrum voor Valorisatie en Ondernemerschap (CvVO) gestart. Het centrum bundelt alle kennis en ervaring op het gebied van ondernemen en ondernemerschap als onderdeel van het curriculum; kennisbenutting door bedrijven en instellingen; bouwen
31
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
van allianties en het verzilveren van subsidiekansen. Het CvVO vormt hierdoor een verbindende schakel naar de valorisatiecoördinatoren, die per faculteit zijn aangesteld om de verworvenheden van het project Gelderland valoriseert! te verankeren.
Kennisvalorisatie (Voor de hieronder genoemde prestatieafspraken verwijzen wij naar bijlage A.) De HAN intensiveert haar beleid om kennis beschikbaar te stellen en geschikt te maken voor economische en maatschappelijke benutting. Behalve lectoren, onderzoekers en docenten, leveren ook studenten daaraan een belangrijke bijdrage. Een goed functionerend en succesvol instrument vormen de zogenoemde innovatiehubs. Het kenmerkende van zo’n innovatiehub is dat de vertrekkende studenten vervangen worden door andere studenten (continuïteit). Een ander kenmerk is dat de innovatiehub wordt aangestuurd door een hubmanager (een afgestudeerde hbo’er). In 2014 kwamen er twee hubs bij: Senefelder/Misset in Doetinchem en InnoDinx in Dinxperlo, bestaande uit de bedrijven Bribus, SABA, Metaalgaasweverij Dinxperlo en Envelopprint. In totaal zijn er nu acht innovatiehubs. Allianties zijn bewezen effectief voor kennisvalorisatie. Door te participeren in consortia kunnen kennisinstellingen hun intellectueel kapitaal direct omzetten in toegevoegde waarde. De interactie met consortiumpartners levert daarnaast mogelijkheden voor onderzoek, onderwijs en bredere verkenning van carrièremogelijkheden voor studenten en andere betrokkenen. Om studenten en ondernemers uit het mkb-netwerk te verbinden en kennis te laten delen over maatschappelijke ontwikkelingsvraagstukken, heeft de HAN in 2014 expertbijeenkomsten georganiseerd. Dit heeft onder andere geresulteerd in de bouw van een Demowoning op het Industriepark Kleefse Waard in Arnhem. De woning werd neergezet in het kader van ‘Fit the future’, een leer- en inspiratieproject voor duurzame
32
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
(senioren)bouw. Binnen het project werken studenten samen met het bedrijfsleven aan een concept waarin ecologische en sociale aspecten van duurzaamheid samengaan. Deze woning is een concreet resultaat van samenwerking tussen ondernemers, het Lectoraat Architecture in Health en het Innovatielab Duurzaam Bouwen. De impact van de door de HAN geïnitieerde Zorgalliantie als regionaal kennis- en leernetwerk voor zorg en welzijn neemt alsmaar toe. Dankzij de inbreng van praktijkgerelateerde vraagstukken van de participerende zorginstellingen en woon- en welzijnstichtingen, wordt het steeds duidelijker wat de participanten beweegt, welke belangen er meespelen en hoe kennisontwikkeling rondom maatschappelijke vraagstukken kan worden gestimuleerd. Het project Gelderland valoriseert! loopt van 2012 tot en met 2017 en is dus eind 2014 halverwege. De HAN is penvoeder en College van Bestuur-lid F.H.J. Stöteler was in 2014 voorzitter van de stuurgroep. Er zijn in totaal 24 partners bij betrokken. De doelen van het project zijn intensivering van de ondersteuning aan startende, innovatieve ondernemingen binnen de sectoren energie, creatieve industrie en chemie; versterking van het innovatieve vermogen en de groei van bestaande en nieuwe ondernemingen en werkgelegenheid in deze sectoren; binnen de kennisinstellingen een adequate structuur en organisatie voor valorisatie met een passend instrumentarium op te zetten. De kritische prestatie-indicatoren (kpi’s) van dit project zijn in de nu volgende tabel weergegeven.
33
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
Kpi’s Gelderland valoriseert!
Totaal
Realisatie
Norm
Doel 2012 t/m 2017
2012 t/m 2014
% t/m 2014
% t/m 2014
1.181
887
50%
75%
Aantal innovatielab-projecten
66
74
50%
112%
Aantal bootcamps
51
64
50%
125%
Aantal innovatieve starters
90
101
50%
112%
Aantal toegekende financieringen
28
59
75%
211%
Bedrag toegekende financieringen
€ 3.100.000
€ 2.912.565
75%
94%
Stand per 31-12-2014 Aantal leads
De visitatiecommissie van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland heeft Gelderland valoriseert! bezocht en bracht een positief advies uit aan de minister van Economische Zaken, die dit advies heeft overgenomen. Als vervolg op het rapport Een levenlang trots op de HAN - over het wederzijdse nut van een duurzame relatie tussen de HAN en haar alumni - is in het voorjaar van 2014 een voorstel voor alumnibeleid ontwikkeld. Uitgangspunt is dat alumnibeleid vooral vanuit de faculteiten georganiseerd moet worden. Er komt dan ook geen centraal alumnibureau, maar wel op onderdelen een gezamenlijke aanpak, zoals de jaarlijkse organisatie van een HAN-alumnidag en een systeem voor customer relationship management (CRM).
Ondernemerschap (Voor de hieronder genoemde prestatieafspraken verwijzen wij naar bijlage A.) ‘De HAN wil meer koersen op ondernemerschapsonderwijs, mede omdat het werkveld en de regio daar expliciet om gevraagd hebben als zijnde een sterk punt van de HAN.’1
1
Uit: Advies prestatieafspraken Reviewcommissie Hoger Onderwijs aan de minister, september 2012
34
Realisatie
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
In de prestatieafspraken zijn drie afspraken opgenomen over de omvang van het ondernemerschapsonderwijs in het opleidingsaanbod. Twee afspraken hebben betrekking op de major en één op het minordeel van het onderwijs. De voortgang van de afspraken met betrekking tot de major is in 2013 in kaart gebracht met een nulmeting. Hieruit kwam naar voren dat de helft van de opleidingen ondernemerschapsonderwijs heeft opgenomen in de major. Dat is vooral geconcentreerd in het eerste en tweede leerjaar, gericht op bewustwording en leren ondernemen Verdeeld over de semesters 2013/2014 en 2014/2015 hebben in totaal 488 studenten een van de minoren Ondernemen, Ondernemen & Innovatie en Adviseren gevolgd. Het percentage afgestudeerden dat een minor Ondernemen of Ondernemen & Innovatie volgde, bedroeg 3,6%. Dit is boven de streefwaarde voor 2016 (1%). Vooral afgestudeerden in de domeinen Techniek en Economie & Management volgen deze minoren. Per september 2014 zijn binnen diverse opleidingen dertig HAN-Student Companies gestart. Met een gemiddeld aantal studenten van zes per Student Company, leren dus weer veel studenten dit studiejaar de ins en outs van het ondernemerschap.
Werken en leren De externe omgeving van het deeltijdonderwijs is dynamisch en moeilijk voorspelbaar. De private aanbieders van geaccrediteerde opleidingen dringen al langer aan op een ‘level playing field’ en treden nadrukkelijk op de voorgrond. De HAN leverde een actieve bijdrage aan het landelijk debat over de experimenten met vraagfinanciering voor het deeltijdonderwijs. Het is inmiddels duidelijk dat de minister wil experimenteren met vraagfinanciering in bepaalde sectoren. De HAN kiest hierbij een proactieve strategie, maar wel onder bepaalde condities en aansluitend bij het standpunt van de Vereniging Hogescholen.
35
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
Het onderwijs voor werkenden is bij de HAN gericht op het behalen van een diploma. De wensen van doelgroep en werkveld hebben geleid tot een flexibele, gemodulariseerde opzet en een uitwerking van een afgewogen combinatie van contactonderwijs, online leren en leren op de werkplek. In 2014 zijn de ontwikkeling en implementatie hiervan versneld ingezet, zodat in het studiejaar 2015/2016 een groot aantal opleidingen in de vernieuwde opzet kan starten. Ontwikkelingen als blended learning en flexibilisering, maar ook de voorgenomen verandering in de bekostiging beperken zich niet tot het deeltijdonderwijs. Ook het voltijdonderwijs is er direct en indirect bij betrokken. De meer bedrijfsmatige aspecten, zoals het verdienmodel voor de deeltijd, hebben ook effecten op de voltijdopleidingen. De sterke profilering van de private en enkele bekostigde aanbieders noopt tot anticiperen op deze ontwikkelingen. In 2015 is het streven gericht op een toenemende belangstelling voor de HAN-opleidingen voor werkenden.
Masteropleidingen In het instellingsplan zijn concrete resultaten opgenomen die in de periode tot 2016 worden gerealiseerd. Deze afspraken concentreren zich rondom het verhogen van de instroom en het bieden van kwalitatief hoogstaand onderwijs. Er is onvoldoende zicht op de studentenaantallen bij andere masteraanbieders om te kunnen beoordelen of er sprake is van een landelijk dalende trend qua instroom. Feit is dat er in de verschillende sectoren waarvoor de HAN opleidt, diverse factoren een rol spelen die een verklaring vormen voor de daling van studentenaantallen (onder andere bezuinigingen in de gezondheidssector, krimpende opleidingsbudgetten in het bedrijfsleven en een dalend aantal hbo-docenten dat nog een master moet volgen). Voor een overzicht van de instroom- en inschrijfgegevens van de HAN-masteropleidingen verwijzen we naar bijlage C.
36
HAN Jaarverslag 2014 | 4. Beroepspraktijk en regio
De behoefte aan meer flexibiliteit in het aanbod neemt toe. Bij tien masteropleidingen lopen momenteel ontwikkelprojecten om de opleidingen in de toekomst die flexibiliteit te laten bieden, onder meer door blended learning en mogelijkheden tot inschrijving per module. Doelstelling is de opleidingen voor een bredere groep studenten aantrekkelijk te maken en zodoende meer studenten te werven. Ook wordt er gewerkt aan een versneld traject voor vwo’ers en excellente studenten bij de paramedische opleidingen en aan een masteropleiding Duurzaam Bouwen.
37
HAN Jaarverslag 2014
Kwaliteit is mensenwerk
38
HAN Jaarverslag 2014 | 5. Kwaliteit is mensenwerk
De maatschappelijke opdracht en ambities van de HAN zijn de ene kant van het verhaal. De wijze van invulling en realisering ervan is de andere. Een geprofileerde kennisinstelling kan zich alleen ontwikkelen dankzij een stevige organisatie van geïnspireerde professionals. Om die reden blijft de HAN haar reputatie van goed werkgeverschap waarmaken. De doorontwikkeling naar een university of applied sciences en de kwaliteitsverbetering van zowel onderwijs als onderzoek vragen om een continue deskundigheidsbevordering, professionalisering en bezieling van onze mensen. De kwaliteit en het persoonlijk succes van elke HAN-medewerker is bepalend voor het leveren van toponderwijs en relevant praktijkgericht onderzoek. Persoonlijke ontwikkeling en professionalisering dragen hieraan bij. Om die reden is er, naast een groot aantal docenten dat nog bezig is met een masteropleiding, ook fors geïnvesteerd in gerichte professionalisering van docenten op het gebied van onderzoeksvaardigheden, het gebruik van moderne (ICT-)middelen in het onderwijs en didactische vaardigheden. Tevens is er een handboek ontwikkeld met alle voorkomende docentrollen in combinatie met de daarvoor vereiste bekwaamheden. Dit initiatief krijgt in 2015 een vervolg door de ontwikkeling van een gecertificeerd opleidingsaanbod voor elk van deze rollen. Hiermee anticipeert de HAN op het docentenregister dat voor de hbosector naar verwachting in 2017 verschijnt.
De dynamische omgeving waarin de HAN opereert, vraagt een grote mate van wendbaarheid. Veranderende eisen vanuit het werkveld, digitalisering, wensen van studenten, demografische ontwikkelingen en wijzigingen in wetgeving maken flexibiliteit een thema dat hoog op de agenda staat, nu en in de komende jaren. Belangrijk daarbij zijn investeringen in intensieve betrokkenheid van het werkveld bij de onderwijs- en onderzoekscapaciteiten van de HAN en ook de zorg voor een verbreding van de inzet van HAN-medewerkers. Hierdoor kan sneller en effectiever worden ingespeeld op een voortdurend veranderende personeelsbehoefte. In 2014 zijn de eerste initiatieven hiertoe genomen.
39
HAN Jaarverslag 2014 | 5. Kwaliteit is mensenwerk
Een wezenlijke ontwikkeling is het ontstaan van professionele leergemeenschappen. Deze ontwikkeling van ‘klein binnen groot’ organiseren, draagt bij aan de door de HAN beoogde kwaliteitscultuur en komt tot stand op decentraal initiatief, al wordt deze natuurlijk centraal gestimuleerd en gefaciliteerd.
Kwaliteitscultuur In 2014 is er een stevig begin gemaakt met de ontwikkeling van een nieuw strategisch instellingsplan voor de periode 2016-2020, waarin kwaliteit vanzelfsprekend een grote rol speelt. Omdat een breed draagvlak hiervoor binnen de HAN cruciaal is, zijn er enkele initiatieven ontplooid, zoals rondetafelgesprekken en een essaywedstrijd. Een mooie mijlpaal in het traject dat de HAN is ingegaan ter versterking van de kwaliteitscultuur, was de HAN Parade. Tijdens dit tweedaagse evenement aan de vooravond van de opening van het studiejaar 20142015 kregen we fraaie manifestaties te zien van onze collectieve, inhoudelijke ambities. In totaal waren er circa 700 bezoekers. De HAN Parade is voor herhaling vatbaar en verdient het om door nog veel meer HANmedewerkers en -studenten te worden bezocht. Op basis van ingediende suggesties van medewerkers om belemmeringen in hun dagelijkse werk weg te nemen, zijn drie op korte termijn te realiseren quick wins uitgewerkt: 1) het verbeteren van kennisdeling door etalagebijeenkomsten, voor en door docenten, over verschillende thema’s; de opbouw van een netwerk voor en door studieloopbaanbegeleiders; de opbouw van een kennisdelingsnetwerk voor examen- en opleidingscommissies; 2) bij de opening van het studiejaar is het HAN Voorstellen Systeem gelanceerd. Dit is bedoeld om het genereren van goede ideeën in de HAN-gemeenschap te stimuleren, te waarderen en te belonen. De beloning bestaat dan onder andere uit een krachtige (financiële) impuls in de uitvoering. De jury en pitches zijn ingericht en vanaf 2015 kunnen studenten en docenten hun
40
HAN Jaarverslag 2014 | 5. Kwaliteit is mensenwerk
ideeën indienen; 3) het verminderen van kleine ergernissen, bijvoorbeeld door een buddy voor elke nieuwe medewerker aan te wijzen en het verminderen van bureaucratie in de formulierenstroom.
Personeel en organisatieontwikkeling (Voor de hieronder genoemde feiten en cijfers verwijzen wij naar bijlage F) De omvang van het personeelsbestand nam ten opzichte van 2013 met 5,6% toe (van 2.471 naar 2.609 fte). In aantal medewerkers betekende dat een stijging van 3.180 naar 3.364. Het aandeel van de tijdelijke aanstellingen steeg van 18,1% (2013) naar 21,6%. Deze groei wordt grotendeels veroorzaakt door de vrijstelling (twee dagen per week bij een voltijdaanstelling) van de grote groep docenten die op dit moment een masteropleiding volgt. Het thema flexibilisering staat hoog op de agenda. Door de nieuwe Wet Werk en Zekerheid en het aangescherpte toezicht van de Belastingdienst op de inzet van zelfstandigen (zzp’ers) in het onderwijs, zullen alternatieve vormen van flexibele inzet moeten worden gebruikt. Bij de HAN werkten in 2014 meer vrouwen dan mannen: 1.986 (59%) vrouwen, 1.378 (41%) mannen. Vooral bij het onderwijsbeheerpersoneel (OBP) zijn de vrouwen sterk vertegenwoordigd, de verhouding is hier ruim 2:1. Bij het onderwijspersoneel (OP) is de verhouding ongeveer gelijk (1:1). Dat laatste geldt inmiddels ook voor het aantal vrouwen (39) in managementfuncties ten opzichte van dat van mannen (41). Die verhouding was 10 jaar geleden nog 1:4. Met een OP/OBP-verhouding (in fte) van 64/36% hebben we onze begrotingsdoelstelling van 2014 gehaald en liggen we op koers voor het realiseren van de geformuleerde prestatieafspraak van 65/35% (zie ook bijlage A).
41
HAN Jaarverslag 2014 | 5. Kwaliteit is mensenwerk
Professionalisering en professionele cultuur (Voor de hieronder genoemde prestatieafspraken verwijzen wij naar bijlage A) De HAN voert een stimulerend professionaliseringsbeleid ter realisatie van de prestatieafspraak over het aantal gepromoveerde docenten. Die prestatieafspraak houdt in dat in 2016 72% van de docenten een mastergraad heeft en 8% een doctorsgraad. Zo wordt de werving en selectie van gepromoveerden aangemoedigd en worden de ruim vijftig medewerkers die aan het promoveren zijn, naar vermogen ondersteund. Onder hen zijn 28 docenten die, onder vastgestelde voorwaarden, in 2014 gebruik konden maken van de promotiebekostigingsregeling van de HAN. In totaal is hiervoor € 459.166 beschikbaar gesteld. Onder de 28 promovendi waren er acht startend en zes van wie de gefinancierde termijn afliep. Vijf docenten rondden hun proefschrift af met een promotie. De verwachting is dat vier trajecten aflopen in 2015, elf in 2016 en zeven in 2017 of later. Plaatsen die beschikbaar komen, worden opgevuld door nieuwe promovendi. Het percentage gepromoveerde docenten was eind 2014 8,1%. Op het gebied van management development zijn leidinggevenden aan de slag gegaan met persoonlijke ontwikkeling in diverse individuele en/ of gezamenlijke ontwikkeltrajecten. De professionaliseringsuitgaven van 10,8% voor 2014 blijven achter bij onze begrotingsdoelstelling van 11,5%, maar overstijgen ruimschoots de prestatieafspraak van ten minste 5% van de loonsom van de HAN. Vooral de verhoogde facilitering van onderwijsvrijstelling voor docenten die een masteropleiding volgen (van 0,2 naar 0,4 fte bij een voltijdaanstelling) heeft geleid tot een sterke toename van de professionaliseringskosten. In 2014 hebben medewerkers en leidinggevenden van de HAN zich in totaal 2.885 keer ingeschreven voor een training aan de HAN Academy. Het aanbod wordt positief gewaardeerd.
42
HAN Jaarverslag 2014 | 5. Kwaliteit is mensenwerk
Bij de helft van de eenheden van de HAN is het ziekteverzuim gestegen, bij de andere helft gedaald. Over het geheel is het verzuimpercentage van 4,5% gelijk aan vorig jaar. Daarmee is het behalen van de prestatieafspraak in het instellingsplan van 2016 (4%) niet dichterbij gekomen. In 2014 is extra ondersteuning ingezet voor twee organisatieonderdelen met een stijgend en bovengemiddeld verzuim. Een van deze onderdelen laat een daling van ruim een half procent zien, de andere een stijging van 0,2%. De extra ondersteuning wordt doorgezet op basis van nadere analyse van deze ontwikkeling. Begin 2014 is binnen de HAN een onderzoek naar duurzame inzetbaarheid uitgevoerd. Doel van dit onderzoek was inzicht te krijgen in vraagstukken die samenhangen met de vitaliteit, het werkvermogen en de employability van HAN-medewerkers. Aan dit onderzoek werkte 45,3% van de totale HAN-populatie mee. De rapportage met de resultaten wordt in 2015 binnen de faculteiten besproken. In de bespreking zal de nadruk liggen op (geobjectiveerde oorzaken van) ervaren werkdruk. In het kader van de WW en de BWW (bovenwettelijke uitkering) draagt de HAN het risico voor de uitkeringen na ontslag. Met betrekking tot goed werkgeverschap en ter beheersing van de uitkeringslasten, wordt aan voormalig werknemers van de HAN begeleiding geboden bij het traject van werk naar werk. In 2014 bedroegen de kosten voor WW en BWW in totaal € 1.307.650. In 2014 zijn de vakcentrales en de HAN driemaal bij elkaar geweest in het Arbeidsvoorwaardenoverleg. Onderwerpen waren de ontwikkelingen rondom het Centrum voor Valorisatie en Ondernemerschap, het jaarverslag 2013, het onderzoek naar duurzame inzetbaarheid en de besteding van de middelen voor decentrale arbeidsvoorwaarden. Alle bestedingen binnen de Decentrale Arbeidsvoorwaardenmiddelen zijn in principe meerjarig. De bestedingsdoelen zijn in 2014 niet gewijzigd. In het kader van de promotie van gezondheid zijn de medewerkers op beide locaties van de HAN gedurende diverse maanden in de gelegenheid geweest hun gezondheid te laten checken in de health bus. (Zie overzicht in bijlage F.) 43
HAN Jaarverslag 2014
Operational excellence
44
HAN Jaarverslag 2014 | 6. Operational excellence
Een grote hogeschool als de HAN is een complexe, professionele organisatie met een uitdagende maatschappelijke opdracht. Een goede bedrijfsvoering ten dienste van onderwijs en onderzoek is dus essentieel. Het gaat om operational excellence: het bereiken van een hoog niveau van betrouwbaarheid en samenhang in de verschillende ondersteunende diensten en processen binnen de faculteiten en het Service Bedrijf. Hierdoor kunnen onze docenten meer tijd besteden aan (de verdere professionalisering van) hun kerntaken. Kerntaken die het hart van de HAN vormen: onderwijs verzorgen en onderzoek doen.
Informatievoorziening/ICT De vraag naar ICT-voorzieningen blijft groeien. Door consequent gebruik te maken van de mogelijkheden binnen de Europese Aanbestedingswet, worden investeringen succesvol in de markt gezet. De ICT-kosten per student zijn mede daardoor wederom afgenomen. In 2014 is een aantal belangrijke wijzigingen in de basisdienstverlening doorgevoerd, zoals de (gefaseerde) uitrol van het nieuwe studenteninformatiesysteem Alluris en van Microsoft Office 2013. Het platform Sharepoint 2013 is begin 2015 beschikbaar voor Flexibel Deeltijdonderwijs; we zijn begonnen met de implementatie van een applicatie voor inzetplanning van docenten en de integratie van vaste en mobiele telefonie is afgerond. Eind 2014 is het project afgerond voor de vernieuwing van de college- en medewerkerskaart en de bijbehorende betaal- en afdrukfaciliteiten.
Huisvesting De Faculteit Educatie heeft de fraaie nieuwbouw in Nijmegen volledig in gebruik genomen. En door het vertrek van het Instituut Leraar en School (ILS) uit het Gymnasion was er een zeer grote verhuisbeweging in en tussen de HAN-gebouwen in Nijmegen. Inmiddels is de rust wedergekeerd.
45
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Op de Arnhemse campus zijn drie zones verbouwd voor flexwerken. De medewerkers van het Service Bedrijf die op de Beverweerdlaan werkzaam waren, zijn verhuisd naar deze zones.
Facilitaire zaken Het afgelopen jaar is aandacht besteed aan de doorontwikkeling van het inkoopproces en het inventariseren van de regels rond Europese aanbestedingen en de toepassing binnen de HAN. Er is een brede werkgroep samengesteld om het HAN-inkoopbeleid te implementeren.
Compliance De vorig jaar ingezette ontwikkeling van het ‘terugleggen’ van het eigenaarschap en van het monitoren en verder verbeteren van de compliance in het hart van het onderwijs, is doorgezet. Er gebeurt minder centraal en meer decentraal, waarbij de faculteiten zelf de verantwoordelijkheid nemen voor de compliance, de controle daarop en het organiseren van de ondersteuning die daarbij nodig is. Hierbij blijkt de juridische toets als onderdeel van de interne auditsystematiek van duidelijke meerwaarde. Dat geldt ook voor de scholing en professionalisering van medewerkers in de juridische kwaliteitsaspecten van het onderwijs. Ook de manier waarop per faculteit is gekeken naar de eigen stand van zaken bij de (wettelijk voorgeschreven) studielast in de deeltijdopleidingen - naar aanleiding van de landelijke bevindingen op dit punt van de onderwijsinspectie - bleek goed. Dit gebeurde door onderzoek en verbeterplannen van (direct bij het onderwijs) betrokkenen zelf, met ondersteuning door ‘centraal’.
46
HAN Jaarverslag 2014
Governance
47
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
De HAN is een maatschappelijke organisatie en wil zich daarom open en transparant verantwoorden over doelstellingen, werkwijze en prestaties. Dit jaarverslag is daar een voorbeeld van. Het jaarverslag, de managementrapportages, het instellingsplan, de corporate governance- en organisatiestructuur en veel andere informatie zijn te vinden op www.han.nl.
De organisatie van de HAN De pijlers van de HAN als organisatie zijn de vier faculteiten: Educatie; Gezondheid, Gedrag en Maatschappij; Economie en Management en Techniek. Elke faculteit omvat een cluster van verwante instituten. Deze instituten zijn de organisatorische eenheid en het ‘huis’ van hun bacheloropleidingen. Binnen de faculteiten bevinden zich ook de lectoraten: zo kan er optimale uitwisseling plaatsvinden van kennis en kunde op het desbetreffende vakgebied. De lectoraten zijn geclusterd in kenniscentra. Om een goede synergie te bewerkstelligen tussen onderwijs en praktijk zijn de contractactiviteiten eveneens zoveel mogelijk binnen de faculteit georganiseerd. De masteropleidingen van de HAN zijn ondergebracht in het interfacultaire instituut HAN Masterprogramma’s. De ondersteunende diensten van de HAN zijn onderdeel van het Service Bedrijf (Facilitaire Zaken; Financieel Economische Zaken; Informatie en Communicatietechnologie; Marketing, Communicatie en Voorlichting; Human Resources; Studentzaken; Onderwijs & Onderzoek; Juridische Zaken; Kwaliteitszorg en Informatiemanagement). Sommige activiteiten zijn apart georganiseerd, zoals het Centrum voor Valorisatie en Ondernemerschap en Control. Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor het bestuur van de gehele HAN en legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht en de Medezeggenschapsraad. (Voor het organogram zie bijlage F.)
48
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Planning en control In de jaarlijkse Kaderbrief geeft het College van Bestuur de (financiële) kaders aan voor de jaarlijkse begrotingen en managementcontracten van de faculteiten en het Service Bedrijf. Het College van Bestuur stelt de geconsolideerde HAN-begroting vast, na voorafgaande goedkeuring van de Raad van Toezicht. Op basis van de goedgekeurde begroting vindt tweemaal per jaar interne, schriftelijke en mondelinge managementrapportage plaats, waarin de faculteiten en het Service Bedrijf de voortgang op de realisatie van de doelstellingen toelichten. De managementrapportage van de HAN en het jaarverslag bespreekt het College van Bestuur met de Raad van Toezicht. Het College van Bestuur stelt de jaarrekening en het jaarverslag vast, na vooraf verkregen goedkeuring door de Raad van Toezicht.
Branchecode goed bestuur hogeschool De HAN conformeert zich aan de branchecode goed bestuur hogescholen. In 2014 zijn mede op basis van de branchecode de interne regelingen over governance herzien. Het gaat om de statuten van de stichting, het bestuurs- en beheersreglement, het reglement van de Raad van Toezicht, de integriteitscode, de klokkenluidersregeling, de regeling ongewenst gedrag en de klachtenregeling. Deze en andere wettelijk verplichte en in de branchecode benoemde regelingen en gedragscodes zijn eveneens te vinden op de website van de HAN. De HAN heeft een aantal aspecten uit de branchecode met redenen (nog) niet toegepast: De hogeschool werkt op zeer veel manieren samen met andere kennisinstellingen, bedrijven en andere organisaties. Een centraal beleid of statuut voor deze samenwerkingsverbanden zal worden opgesteld aansluitend op het nieuwe instellingsplan dat momenteel in ontwikkeling is.
49
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
De hogeschool draagt zorg voor een goede horizontale dialoog (zie de paragraaf hierover verderop in dit hoofdstuk). Ook hier geldt dat er specifiek beleid zal worden geformuleerd dat aansluit op het nieuwe instellingsplan. De Raad van Toezicht toetst op basis van de statuten van de stichting, het bestuurs- en beheersreglement en de reglementen van de Raad van Toezicht en diens commissies en voert overleg over de manier waarop hij invulling geeft aan zijn toezichthoudende functie. Een apart toetsingskader is daarom niet nodig. De interne (financiële) rapportages, zoals de managementrapportages, worden niet gecontroleerd door de accountant. Deze rapportages worden beschouwd als interne aangelegenheden.
College van Bestuur Het College van Bestuur bestond in 2014 uit de volgende leden: –– Dr. C.P. Boele, voorzitter benoemd tot 1 december 2016. –– Drs. K.F.B. Baele, lid en tevens plaatsvervangend voorzitter tot 1 april 2014. –– Dr. ing. D.M. de Jong, lid vanaf 1 november 2014 en benoemd tot 1 november 2018. –– F.H.J. Stöteler, lid benoemd tot 1 januari 2018.
50
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
De opbouw van de beloning van de bestuurders in 2014 De HAN conformeert zich aan de sectorale bezoldigingsmaxima voor bestuurders in het hbo, conform de Bezoldigingscode bestuurders hogescholen en het bezoldigingsmaximum van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Bezoldiging College van Bestuur 2014 in euro’s Naam
Bruto jaarsalaris*
Dr. C.P. Boele
164.674,48
Belastbare onkostenvergoeding
Werkgeversbijdrage pensioen
Bijtelling lease-auto
Totale bezoldiging
–
27.677,16
7.062,24
199.413,88
Drs. K.F.B. Baele
46.609,26**
–
6.244,32
1.108,26
53.961,84
Dr. ing. D.M. de Jong
17.749,88
–
3.297,68
118,55
21.166,11
127.263,75
–
22.176,00
F.H.J. Stöteler
8.023,50***
157.463,25
* Het bruto jaarsalaris is het salaris genoten gedurende de maanden dat de bestuurders in functie waren. ** De Raad van Toezicht heeft mevrouw Baele over 2013 op grond van bijzondere inspanningen een gratificatie ter grootte van € 5.382 toegekend. Deze is uitgekeerd in 2014 en opgenomen in dit overzicht. *** Bij de benoeming van de heer Stöteler als lid College van Bestuur per 1 januari 2014 is uitgegaan van een fiscale bijtelling van € 8.938,80. Medio 2014 is de fiscale bijtelling verlaagd. Het verschil in de verlaagde fiscale bijtelling over 2014 ad € 915,30 is nabetaald in januari 2015.
De declaraties van de bestuurders in 2014* in euro’s
Dr. C.P. Boele
Drs. K.F.B. Baele
Dr. ing. D.M. de Jong
F.H.J. Stöteler
-
-
-
-
Reiskosten binnenland
268,06
-
-
-
Reiskosten buitenland
-
-
-
-
Overige kosten
708,75
-
-
-
Totale bezoldiging
976,81
-
-
-
Representatiekosten
* Voor een aantal specifieke onkosten kent het College van Bestuur nog een vaste, netto onkostenvergoeding van € 265,46.
51
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Nevenfuncties De voorzitter en de leden van het College van Bestuur hadden in 2014 onderstaande nevenfuncties: Dr. C.P. Boele –– Lid bestuur Vereniging Hogescholen (onbezoldigd). –– Voorzitter Bestuurscommissie Onderwijs, Vereniging Hogescholen (onbezoldigd). –– Lid Bestuur Stichting Fondsbeheer Gelderland valoriseert! (onbezoldigd). –– Lid Raad van Toezicht Christelijk-Sociaal Congres (onbezoldigd). –– Lid Economische Raad Nijmegen (onbezoldigd). –– Lid directienetwerk Arnhem (onbezoldigd). –– Lid VNO NCW midden (onbezoldigd). F.H.J. Stöteler –– Voorzitter van de stuurgroep Gelderland Valoriseert! (onbezoldigd). –– Voorzitter van Stichting Kennisinnovatieve Organisaties Gelderland (onbezoldigd). –– Lid College van Bestuur van de stichting Hope XXL (onbezoldigd). –– Voorzitter Raad van Advies Zorgalliantie (onbezoldigd). –– Lid Algemeen Bestuur Health Valley (onbezoldigd). –– Lid Raad van Commissarissen SSHN (bezoldigd), tot 31 december 2014. Drs. K.F.B. Baele (tot 1 april 2014) –– Voorzitter van de stuurgroep Gelderland valoriseert! (onbezoldigd). –– Lid raad van advies KIEMT, Kennis en Innovatie in Energie en Milieutechnologie (onbezoldigd). –– Voorzitter Raad van Advies Zorgalliantie (onbezoldigd). –– Geassocieerd lid Onderwijsraad (onbezoldigd). –– Lid Bestuurscommissie Onderzoek Vereniging Hogescholen (onbezoldigd). –– Lid Raad van Advies Nuffic (onbezoldigd). –– Lid landelijke adviescommissie VSB-beurzen (bezoldigd).
52
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Dr. ing. D.M. de Jong (vanaf 1 november 2014) –– Lid Advisory board Geografie, Planologie en Milieu van de Radboud Universiteit (onbezoldigd). –– Lid bestuur Stichting Nationale Landschappen (onbezoldigd). Uiteraard vermijden de HAN en het College van Bestuur elke vorm en schijn van belangenverstrengeling. Mede om deze reden is de heer Stöteler teruggetreden als lid Raad van Commissarissen van de SSHN. Dit jaar zijn er geen besluiten genomen of vonden er geen transacties plaats waarbij tegenstrijdige belangen spelen die van materiële betekenis zijn voor de hogeschool of leden van het College van Bestuur.
Raad van Toezicht De Raad van Toezicht ziet toe op de uitvoering van de werkzaamheden en de uitoefening van bevoegdheden door het College van Bestuur. De Raad van Toezicht is werkgever van het College van Bestuur en adviseert het college.
Samenstelling Raad van Toezicht in 2014 –– Mr. R.L.M. Hillebrand, voorzitter eerste benoeming 1-4-2012 tot en met 31-3-2016. –– Dr. ir. C.C. Krijger, lid en tevens vicevoorzitter tweede benoeming 1-1-2013 tot en met 31-12-2016. –– Prof. dr. C.W.P.M. Blom, lid tweede benoeming 1-3-2012 tot en met 29-2-2016. –– Prof. dr. H. Maassen van den Brink, lid tweede benoeming 1-1-2013 tot en met 31-12-2016. –– Dr. A.G.J.M. Hanselaar, lid eerste benoeming 1-12-2011 tot en met 30-11-2015. –– Drs. H.P.M.G. Steeghs, lid tweede benoeming 1-6-2014 tot en met 31-5-2018.
53
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
De Raad van Toezicht ziet erop toe dat er geen tegenstrijdige belangen spelen die van materiële betekenis zijn voor de hogeschool of leden van de raad. De leden van de Raad van Toezicht voldoen aan de onafhankelijkheidscriteria uit de branchecode. Mevrouw Maassen van den Brink is lid van de Reviewcommissie Hoger Onderwijs. Ter voorkoming van elke vorm en schijn van belangenverstrengeling zijn afspraken gemaakt over haar rol en handelingswijze bij de behandeling van de prestatieafspraken van de HAN in de Raad van Toezicht. De HAN conformeert zich aan de sectorale bezoldigingsmaxima voor toezichthouders in het hbo, conform de Bezoldigingscode bestuurders hogescholen, die is gebaseerd op de WNT. De vergoedingen van de leden van de Raad van Toezicht in 2014 Vergoeding (excl. btw)
Naam
Rol
Commissie
Mr. R.L.M. Hillebrand
Voorzitter
Remuneratiecommissie
€ 12.098,00
Dr. ir. C.C. Krijger
Lid, vicevoorzitter
Remuneratiecommissie
€ 9.452,00
Prof. dr. C.W.P.M. Blom
Lid
Onderwijscommissie vanaf 01-08-2014
€ 8.948,00
Prof. dr. H. Maassen van den Brink Lid
Auditcommissie tot 01-08-2014 Onderwijscommissie vanaf 01-08-2014
€ 9.452,00
Dr. A.G.J.M. Hanselaar
Lid
Auditcommissie vanaf 01-08-2014
€ 8.948,00
Drs. H.P.M.G. Steeghs
Lid
Auditcommissie
€ 9.452,00
Verslag Raad van Toezicht De remuneratiecommissie is in 2014 twee keer bijeen geweest. Daarnaast begeleidde de remuneratiecommissie de werving en benoeming van mevrouw dr. ing. D.M. de Jong en voerde de commissie functioneringsgesprekken met de leden van het College van Bestuur. Verder is onder andere gesproken over het remuneratierapport, de doelstellingen en de arbeidsvoorwaarden van het College van Bestuur, de
54
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
herbenoeming van de heer drs. H.P.M.G. Steeghs, de evaluatie van de Raad van Toezicht, de vergoeding van de Raad van Toezicht en de hoofdlijnen van management development. De externe accountant heeft het accountantsverslag 2013 en de management letter 2013 naar aanleiding van de interim-controle 2014 aan de auditcommissie toegelicht. De auditcommissie, vier keer bijeen in 2014, schonk aandacht aan de resultaatontwikkeling zoals opgenomen in de viermaandelijkse managementrapportages, de jaarrekening 2014 en de begroting 2015 inclusief de daarbij horende risicomatrix. Tevens zijn de voortgangsrapportages over grote ICT- en huisvestingsprojecten, centres of expertise en testen van ‘back-up en recovery procedures’ besproken. In 2014 besloot de Raad van Toezicht tot het oprichten van een onderwijscommissie naast de bestaande twee voorbereidende commissies (auditcommissie en remuneratiecommissie). De nieuwe commissie is het afgelopen kalenderjaar nog niet bijeen geweest. De Raad van Toezicht vergaderde in 2014 viermaal, in het bijzijn van het College van Bestuur. De belangrijkste onderwerpen waren: • in het kader van onderwijs: kwaliteitscultuur en accreditatie resultaten; • in het kader van toezicht op planning & control: de goedkeuring van het jaarverslag 2013, de jaarrekening 2013 en de begroting 2015, het bespreken van de bestuurlijke rapportages van januari tot en met april en van mei tot en met augustus; • in het kader van werkgever: het vaststellen van het remuneratierapport, de doelstellingen voor het College van Bestuur, de werving en benoeming van mevrouw dr. ing. D.M. de Jong, de bezoldiging en overige arbeidsvoorwaarden van het College van Bestuur; • in het kader van governance: het vaststellen van diverse, geactualiseerde interne regelingen, waaronder het reglement declaraties College van Bestuur, de statuten van de stichting, het bestuurs- en
55
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
beheersreglement, het profiel van de Raad van Toezicht en het reglement Raad van Toezicht; • in het kader van strategie: de bespreking van het proces om tot een nieuw instellingsplan te komen en het bespreken van de strategie voor deeltijdonderwijs; • in het kader van de Raad van Toezicht: de herbenoeming van de heer drs. H.P.M.G. Steeghs, het vaststellen van het rooster van aftreden en het instellen van een onderwijscommissie. De Raad van Toezicht overlegt tweemaal per jaar in aanwezigheid van het College van Bestuur met de Medezeggenschapsraad. Deze overleggen hebben een constructief en open karakter. De voorzitter van de Raad van Toezicht en de voorzitter van het College van Bestuur hebben met enige regelmaat overleg. Tevens heeft de Raad van Toezicht na elke vergadering een informeel gesprek met een of meerdere medewerkers van de HAN over een actueel onderwerp.
Medezeggenschapsraad De Medezeggenschapsraad is in 2014 gekend in tal van voorgenomen besluiten van het College van Bestuur. Een aantal daarvan in de vorm van instemmingsbevoegdheid, in andere gevallen in de vorm van een voorafgaand advies. Door middel van adviezen en initiatiefvoorstellen vertaalt de Medezeggenschapsraad de mening van studenten en medewerkers richting het College van Bestuur. De raad richt zijn activiteiten aan de hand van een aantal jaarlijkse beleidsprioriteiten. In 2014 hield de raad zich onder andere bezig met het raamleerwerkplan voor het deeltijdonderwijs, de wens om tot nieuwe kaders voor de taaktoedeling te komen en de ontwikkelingen op het gebied van digitalisering, zoals eHRM, Alluris en het elektronisch bestellen. Ook in 2014 was het College van Bestuur bij vrijwel elke vergadering van de Medezeggenschapsraad aanwezig voor een algemeen voortgangsverslag en nadere toelichting of overleg over specifieke onderwerpen.
56
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Daarnaast hadden het dagelijks bestuur van de raad en de collegevoorzitter iedere maand regulier overleg. Ook dit jaar verliep het overleg tussen Medezeggenschapsraad en College van Bestuur constructief en plezierig.
Horizontale en verticale verantwoording De HAN legt verticale verantwoording af aan haar toezichthouders. Dit zijn onder andere de Raad van Toezicht (intern) en het ministerie van OCW, de NVAO en de Arbeidsinspectie als externe toezichthouders. De HAN legt ook horizontale verantwoording af. Zo gaat de HAN met enige regelmaat in gesprek met studenten, docenten en medewerkers, onder andere over het opstellen en uitvoeren van het aangeboden onderwijs. Deze gesprekken vinden ad hoc plaats en/of met de regelmaat van periodieke overleggen van medezeggenschapsorganen en opleidingscommissies. Het College van Bestuur bezoekt elk jaar een grote hoeveelheid opleidingen, instituten en service units (ondersteunende afdelingen) om te bespreken hoe het gaat. De HAN stemt als maatschappelijke organisatie het onderwijs, het onderzoek en de kennisvalorisatie af op de behoeften van de omgeving. De inhoud komt tot stand met het beroepenveld en met werkgevers, onder meer in de vorm van opleidingscommissies, beroepenveldcommissies en soms een Raad van Advies. Er is ook regelmatig bestuurlijk overleg met de gemeenten Arnhem en Nijmegen, de provincie Gelderland, de Radboud Universiteit, andere hogescholen en universiteiten, de belangrijkste werkgevers uit de regio en andere relevante organisaties. De HAN werkt op veel fronten strategisch samen met kennisinstellingen, bedrijven en andere organisaties voor het realiseren van de missie en doelstellingen op het gebied van onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie. Zo zijn we in 2014 ook te werk gegaan bij de ontwikkeling van het nieuwe instellingsplan voor 2016-2020. 57
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Risicomanagement De HAN heeft risicomanagement zoveel mogelijk geïntegreerd in de planning- en controlcyclus. Risicomanagement is gericht op het beperken van de risico’s op het niet realiseren van prestatieafspraken, op het voldoen aan de eisen van wet- en regelgeving en op de continuïteit van de bedrijfsvoering. De risicomatrix, die de realisatie van de doelstellingen uit het instellingsplan meet, wordt geactualiseerd bij het beschikbaar komen van nieuwe meetwaarden. Dit loopt in principe gelijk op met de managementrapportages. De risicomatrix wordt gebruikt bij de duiding van de voortgang van de doelstellingen, zoals opgenomen in de management rapportages gericht op realisatie van de prestatieafspraken. De geaggregeerde uitkomst van deze metingen staat in bijlage A. Uit de tabel blijkt dat de HAN bij de realisatie van de prestatieafspraken over rendement risico loopt. Het ministerie van OCW heeft afspraken die betrekking hebben op de voorwaardelijke financiering (realisatie van de prestatieafspraken, 5% rijksbijdrage) over drie boxen verdeeld (kwaliteit en excellentie; studiesucces; maatregelen). Per box betekent niet-realisatie een korting van 1/3 x 5% rijksbijdrage per jaar over de periode 2017-2020 (€ 3,2 miljoen minder rijksbijdrage per jaar op basis van de huidige rijksbijdrage).
Daarnaast stelt de HAN als onderdeel van de begrotingscyclus een risicomatrix op met een duiding van de top vijf van risico’s die de HAN bedreigen (gesplitst naar impact, kans en beïnvloedbaarheid). De uitkomst bespreekt het College van Bestuur met de Raad van Toezicht. Het belangrijkste risico dat voor de begroting van 2015 is gesignaleerd is niet-realisatie van prestatieafspraken (impact groot; vermindering rijksbijdrage 2017-2020). Met uitzondering van rendement wordt de beïnvloedbaarheid hiervan als groot ingeschat.
58
De (financiële) impact van invoering van een voucherstelsel voor de bekostiging van deeltijdonderwijs kan groot zijn. Dit is echter moeilijk te kwantificeren doordat de politieke besluitvorming hierover nog niet is afgerond. De HAN beïnvloedt het effect door te investeren in de verbeterplannen voor het deeltijdonderwijs. De demografische ontwikkeling - naar verwachting daalt vanaf 2020 de instroom van studenten - heeft twee mogelijke effecten: versnelde afwaardering van niet meer benodigde gebouwen (impairment) en personele overcapaciteit. Met beide (lange termijn)effecten wordt rekening gehouden bij de actualisatie van het strategische huisvestingsplan en het strategisch personeelsplan. In overleg met de externe accountant worden de technische effecten van versnelde afwaardering (omvang en opvang via eigen vermogen) besproken. Aanscherping van de regels voor zzp’ers leidt hierbij tot minder flexibiliteit in de personele sfeer. De personeelsontwikkeling op lange termijn lijkt zich door natuurlijk verloop (pensionering) ongeveer synchroon te bewegen met de na 2020 verwachte daling van de studentaantallen. Het effect van het niet behalen van een opleidingsaccreditatie kan groot zijn - afhankelijk van de omvang van de opleiding en reputatieschade - maar de kans hierop is klein. Wel vragen opleidingen die in zogenoemde hersteltrajecten zitten extra aandacht, mede met het oog op passende externe communicatie. De accreditatieresultaten worden beter. Ieder jaar moet echter een aantal opleidingen tijdens de voorbereiding voor de visitatie nog veel reparaties uitvoeren. Ten aanzien van de kwaliteit van onderzoek en onderwijs vinden halverwege de accreditatiecyclus interne audits plaats van de afzonderlijke opleidingen en van kenniscentra. Over de voortgang van verbeterplannen op basis van de uitkomsten van de audits vindt rapportage plaats aan de faculteitsdirecties. Bij de interne audits van opleidingen is er ook aandacht voor compliance met de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Het College van Bestuur bespreekt de resultaten met de faculteitsdirecties.
59
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Over de personele en financiële ontwikkelingen is er maandelijks een voortgangsrapportage (inclusief prognose van het jaarresultaat). De HAN stuurt conform het treasurystatuut op voldoende liquiditeit en solvabiliteit. De HAN maakt geen gebruik van financiële instrumenten zoals derivaten en heeft haar vreemd vermogen aangetrokken bij het ministerie van Financiën en de gemeente Arnhem.
Financiële instrumenten Algemeen De HAN maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van financiële instrumenten die de HAN blootstelt aan markt- en/of kredietrisico’s. Deze financiële instrumenten betreffen posten die in de balans zijn opgenomen, zoals vorderingen en schulden. De HAN handelt niet in deze financiële instrumenten en past ook geen afgeleide financiële instrumenten (derivaten) toe. De HAN hanteert procedures en gedragsrichtlijnen om de omvang van het kredietrisico bij tegenpartijen te beperken.
Kredietrisico De vorderingen uit hoofde van debiteuren betreffen vorderingen op studenten en vorderingen op overige debiteuren. Deze vorderingen zijn over het algemeen beperkt van omvang, evenals het kredietrisico op deze vorderingen.
Renterisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen leningen. De HAN heeft twee langlopende leningen uitstaan. De rentevaste periode van de lening van de gemeente Arnhem loopt tot 31 december 2023 (einde contract) en bedraagt 2,12%. De rentevaste periode van de lening van het ministerie van Financiën loopt tot juli 2020. De interest bedraagt tot die tijd 3,09% per jaar. De HAN heeft als beleid om geen afgeleide financiële instrumenten te gebruiken om (tussentijdse) rentefluctuaties te beheersen.
60
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Liquiditeitsrisico De onderneming bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitsbegrotingen. Het management ziet erop toe dat voor de onderneming steeds voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen en dat tevens voldoende financiële ruimte onder de beschikbare faciliteiten beschikbaar blijft om steeds binnen de gestelde leningconvenanten te blijven.
Publiek-Privaat De HAN is een hogeschool met een publieke oriëntatie en geeft daardoor geen prioriteit aan commerciële activiteiten. Het is wel de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de hogeschool om een selectief aanbod (na)scholingsfaciliteiten te bieden die het werkveld en deelnemers financieren en waarin private partijen niet voorzien. Naast dit contractonderwijs, vormen ook contractonderzoek en het uitvoeren van consultancy-/advieswerkzaamheden onderdeel van de private activiteiten van de HAN. De HAN besteedt haar door het Rijk bekostigde onderwijs niet uit aan private organisaties. Ook de ontvangen rijksbijdrage wordt niet besteed aan investeringen in private activiteiten. Alle commerciële activiteiten moeten passen binnen de doelstellingen van de HAN en hebben als begrotingsdoelstelling een minimaal kostendekkende exploitatie. Bewaking op realisatie van de positieve resultaatdoelstelling vindt plaats door middel van de managementrapportages aan het College van Bestuur. Deze worden besproken in het bestuurlijk overleg tussen College van Bestuur en faculteitsdirecties, en waar nodig vindt bijsturing plaats. Daarnaast hebben alle lectoren een minimale inverdiendoelstelling. (Zie hoofdstuk 3 Onderzoek en bijlage A.) De opbrengsten en kosten worden zoveel mogelijk toegerekend aan de desbetreffende door de overheid bekostigde onderwijsactiviteiten of de overige vanuit de markt gefinancierde activiteiten. Financieel-admini stratief is de HAN in staat om de scheiding tussen publieke en private
61
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
activiteiten goed te waarborgen. In de externe financiële verslaglegging is scheiding aangebracht tussen resultaat op publieke en private activiteiten, waarbij de private activiteiten expliciet een positieve resultaatsdoelstelling hebben. Bij onverhoopt tegenvallende resultaten worden er passende maatregelen genomen om hetzij de winstgevendheid te herstellen, hetzij de activiteiten te beëindigen of - indien mogelijk - over te dragen aan een andere partij.
Toetsing regelgeving inschrijving en bekostiging De HAN heeft een intern systeem van toetsing en afstemming op interpretatie van ministeriële regelgeving voor inschrijving en bekostiging. Een apart ingestelde Toetscommissie Inschrijving en Bekostiging (TIB) is belast met advisering rondom benodigde interpretatie van de desbetreffende regelgeving in bijzondere gevallen. In 2014 is geadviseerd over een overeenkomst tot maatwerk van bekostigd onderwijs, over de status van minoren als onderdeel van de opleiding, over financiële vergoedingen voor diensten die de HAN en/of een student geleverd heeft in het kader van de uitvoering van initieel (bekostigd) onderwijs, over de wettelijke kaderstellingen voor versnelde trajecten voor vwo’ers en over de grenzen aan onderwijs buiten de vestigingsplaats. De HAN kent verder één centrale ‘Studenten Inschrijf Administratie’, met eenvormig gehanteerde instructies en procedures. Ten slotte voert de externe accountant jaarlijks een onderzoek uit naar de juistheid van de bekostigingsgegevens. Hij geeft daarover een afzonderlijk assurancerapport af.
62
HAN Jaarverslag 2014 | 7. Governance
Notitie Helderheid Voor de uitvoering in 2014 van de punten uit de Notitie Helderheid in de bekostiging van het Hoger Onderwijs geldt onverkort, dat de HAN ervoor zorgt dat het initiële onderwijs niet uitbesteed wordt aan andere (bekostigde of onbekostigde) organisaties. Ook zijn er geen publieke middelen geïnvesteerd in private activiteiten.
Maatwerktrajecten Er is een maatwerkovereenkomst Ad Civiele Techniek-PVR gesloten met CIVILION B.V. voor 30 studenten.
Uitwisseling In 2014 had de HAN 286 bilaterale uitwisselingscontracten met hoger onderwijsinstellingen wereldwijd. De bilaterale overeenkomsten zijn bij het International Office van de HAN in te zien. (Zie bijlage E voor een overzicht van het aantal studenten dat heeft gestudeerd bij buitenlandse partners waarmee een overeenkomst is gesloten en hoeveel buitenlandse studenten van partnerinstellingen aan de HAN hebben gestudeerd.)
63
HAN Jaarverslag 2014
Financiën
64
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Om investeringen in kwaliteitscultuur, speerpunten uit het instellingsplan en verdere ontwikkeling van deeltijdonderwijs mogelijk te maken, is het financieel beleid van de HAN gericht op een gezonde bedrijfsvoering op korte en lange termijn. De belangrijkste financiële kengetallen van de HAN staan in onderstaande tabel. x € 1.000, tenzij anders vermeld
2014
2013
2012
2011
288.102
273.102
263.066
256.919
Saldo baten en lasten bedrijfsvoering
9.246
6.890
3.480
6.637
Resultaat
7.511
4.781
1.077
5.210
Solvabiliteit (eigen vermogen/totale vermogen)
40,3%
37,1%
34,3%
35,1%
0,6
0,6
0,8
0,9
Baten
Liquiditeit
De belangrijkste kenmerken van het financiële jaar 2014 zijn: hogere baten dan begroot, in mindere mate hogere lasten bedrijfsvoering en daardoor een hoger financieel resultaat dan begroot. Het resultaat over 2014 bedraagt € 7,5 miljoen en is toegevoegd aan de reserves. Het eigen vermogen is daarmee toegenomen van € 86 miljoen naar € 93 miljoen. De solvabiliteit (hoe goed is de HAN in staat om op langere termijn aan zijn financiële verplichtingen te voldoen) is in 2014 uitgekomen op 40,3% en ligt daarmee boven de minimumeis van 35% die wordt gehanteerd door de commissie Smits. De liquiditeitspositie (hoe goed is de HAN in staat om op korte termijn aan zijn financiële verplichtingen te voldoen) ligt onder de hbo-norm van 1,0 maar op de signaleringsgrens van 0,5. De Inspectie van het Onderwijs heeft in de periode september 2014 tot en met maart 2015 een onderzoek verricht naar de financiële positie van de HAN. Aanleiding voor het onderzoek was dat het bestuur van de HAN in de toekomstparagraaf bij de jaarverslaglegging 2013 aangaf dat
65
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
de financiële kengetallen liquiditeit en rentabiliteit in de eerstkomende jaren onder de signaleringsgrenzen zouden komen die de inspectie voor deze kengetallen hanteert (liquiditeit <0,5 en meerjarig negatieve rentabiliteit). Dit kwam naar voren tijdens de risicoanalyse die de inspectie jaarlijks maakt aan de hand van de jaarstukken van instellingen in het hoger onderwijs. Op basis van de HAN-jaarrekening 2014 vóór accountantscontrole en de HAN-begroting 2015 en de daarin opgenomen meerjarenraming komt de inspectie in haar concept ‘Rapport van bevindingen financieel continuïteitstoezicht bij de Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen’ tot de volgende bevindingen (besproken met het College van Bestuur op 18 maart 2015): ‘Zowel de rentabiliteit als de liquiditeit begeven zich in de jaren 2015 en 2016 onder de signaleringsgrenzen. De oorzaak van de negatieve ontwikkeling van de rentabiliteit is de investering in de kwaliteit van de opleidingen aan de HAN, waaronder het onderwijzend personeel, waartoe het bestuur van de HAN zich genoodzaakt ziet. Het betreft hier een bewuste keuze van het bestuur van de HAN. Ook de negatieve ontwikkeling van de liquiditeit vloeit mede voort uit een bewuste (strategische) keuze van de instelling. De HAN hanteert een streefwaarde van € 6 miljoen (ongeveer 3% van de Rijksbijdrage) als ondergrens aan liquide middelen. Het bestuur van de HAN verwacht overigens niet dat de liquide middelen in de periode tot en met 2018 beneden de € 14,7 miljoen uitkomen. Overigens beschikt de HAN daarnaast nog over een ruime kredietfaciliteit bij de schatkist. Het aantal studenten dat bij HAN is ingeschreven is de afgelopen jaren toegenomen. Ook voor het studiejaar 2014-2015 kent de HAN een lichte stijging van ingeschreven studenten. Het bestuur van de HAN verwacht dat het aantal studenten de eerstkomende jaren nog licht zal stijgen, maar verwacht dat vanaf 2020 een structurele daling in het aantal studenten inzet. In de meerjarenbegroting blijft de rijksbijdrage naar verwachting van het bestuur dan ook op het niveau van 2014.
66
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Wel merkt de inspectie op dat de meerjarenbegroting vanaf 2016 nog grotendeels beleidsarm lijkt te zijn. Dat vloeit voort uit het feit dat de HAN nog bezig is met het ontwikkelen van haar beleidsplan voor de periode 2016-2020; in verband daarmee is er ook nog geen actueel strategisch huisvestingsplan beschikbaar. De mogelijke gevolgen van vaststelling van dit beleid inclusief huisvesting kan daarmee financieel nog niet worden doorvertaald in de meerjarenbegrotingen.’
Verkorte jaarrekening De financiële overzichten in dit hoofdstuk zijn ontleend aan de geconsolideerde jaarrekening 2014, waarbij een goedkeurende accountantsverklaring is afgegeven. Geconsolideerde staat van baten en lasten ontleend aan de jaarrekening 2014 x € 1.000 Baten Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Collegegelden Baten werk in opdracht van derden Overige baten Totaal baten
Realisatie 2014
Begroting 2014
Realisatie 2013
192.892 3.826 58.715 20.200 12.469 288.102
181.373 4.241 57.834 18.833 8.849 271.130
183.362 4.325 55.016 20.379 10.020 273.102
217.874 11.634 17.008 32.340 278.856
213.316 11.876 15.272 33.803 274.267
206.690 10.686 15.874 32.962 266.212
9.246
-3.137
6.890
-1.735
-1.956
-2.109
7.511
-5.093
4.781
Lasten Personele lasten Afschrijvingslasten Huisvestingslasten Overige instellingslasten Totaal lasten Saldo baten en lasten Saldo financiële baten en lasten Nettoresultaat
67
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
In 2014 waren de baten € 17 miljoen hoger dan begroot, vanwege een extra rijksbijdrage van € 11,5 miljoen en twee eenmalige baten, namelijk vrijval van de tweede tranche van de Stichting Waarborgfonds HBO van € 1,3 miljoen en de kwijtschelding van de liquiditeitsbijdrage OCW van € 2,7 miljoen. Daarnaast waren er overige baten van € 1,5 miljoen. De lasten zijn € 4,6 miljoen hoger dan begroot, met name door hogere personele lasten (meer ingezette fte’s en hogere dotaties aan de personele voorzieningen) en hogere huisvestingslasten (veel uitgevoerd onderhoud in 2014 en een hogere dotatie aan de voorziening groot onderhoud). De financiële baten en lasten zijn € 0,2 miljoen lager dan begroot, dankzij een lager dan begroot rentepercentage van een lening. Onderstaande tabel geeft de financiële splitsing tussen de publieke en marktactiviteiten van de HAN in 2014 weer: Markt
Publiek
Totaal
Totale baten
14.345
273.757
288.102
Totale lasten
14.081
264.775
278.856
0
-1.735
-1.735
264
7.247
7.511
x € 1.000
Financiële baten en lasten Resultaat
Bij marktactiviteiten is het totale resultaat van € 0,3 miljoen net zo groot als begroot bij een iets lagere (€ 14,3 miljoen ten opzichte van € 14,9 miljoen) omzet dan begroot.
68
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Geconsolideerde balans ontleend aan de jaarrekening 2014 31-12-2014
31-12-2013
195.880
189.007
0
0
195.880
189.007
177
116
7.180
7.091
0
0
Liquide middelen
28.513
35.671
Totaal vlottende activa
35.870
42.878
231.750
231.885
Eigen vermogen
93.489
85.978
Voorzieningen*
15.711
13.051
Schulden op lange termijn
57.196
62.861
Schulden op korte termijn*
65.354
69.995
231.750
231.885
Na resultaatbestemming x € 1.000 Activa Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden Vorderingen Effecten
Totaal activa Passiva
Totaal passiva
* De cijfers van 2013 zijn aangepast. De verplichting aan medewerkers (uitkering bij ontslag) is verantwoord bij schulden op korte termijn; vorig jaar was deze verantwoord onder voorziening sociaal beleid.
De materiële vaste activa zijn ten opzichte van 2013 toegenomen met € 6,9 miljoen, vooral door de investeringen in de nieuwbouw van de Faculteit Educatie. De liquide middelen zijn afgenomen met € 7,2 miljoen. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door de investeringen in gebouwen. De voorzieningen (reserveringen voor toekomstige uitgaven) zijn per saldo toegenomen met € 4,6 miljoen.
69
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Onderstaand overzicht geeft de voorzieningen en de mutaties op de desbetreffende voorziening weer: 31-12-2013
Saldo Mutaties
31-12-2014
6.546
1.887
8.433
363
-118
245
Wachtgelden
2.811
744
3.555
Jubileumuitkering
1.366
123
1.489
WAO/WIA
1.560
356
1.916
405
-332
73
13.051
2.660
15.711
x € 1.000 Overige voorzieningen Groot onderhoud Afstudeerfonds Personeelsvoorzieningen*
Verlieslatende projecten Totaal voorzieningen
* De cijfers van 2013 zijn aangepast. De verplichting aan medewerkers (uitkering bij ontslag) is verantwoord bij schulden op korte termijn; vorig jaar was deze verantwoord onder voorziening sociaal beleid.
De twee grootste dotaties betreffen de dotatie aan de voorziening groot onderhoud gebaseerd op het meerjaren-onderhoudsplan.
Financiering 2014
2013
Kasstroom uit operationele activiteiten
14.242
11.324
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
-18.507
-26.396
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
-2.893
-2.893
Mutatie liquide middelen
-7.158
-17.965
x € 1.000
De kasstroom uit operationele activiteiten is positiever dan begroot als gevolg van het positieve resultaat 2014 van € 7,5 miljoen. De negatieve kasstroom uit investeringsactiviteiten is hoofdzakelijk het gevolg van investeringen in de nieuwbouw van de Faculteit Educatie. En de ne-
70
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
gatieve kasstroom uit financieringsactiviteiten is een combinatie van kwijtschelding van de liquiditeitsbijdrage OCW en de reguliere aflossingen op leningen door de HAN.
Treasury De HAN heeft een treasurystatuut waarin richtlijnen zijn opgenomen inzake risicobeheer en gebruik van financiële instrumenten. Het statuut volgt de minimumeisen uit de Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010 (ministerie van OCW). Het treasurybeleid waarborgt de financiële continuïteit van de HAN en minimaliseert de financiële risico’s en financieringslasten. De HAN houdt als minimum liquiditeitsniveau 3% van de rijksbijdrage (de omvang van de flexibele schil in de begroting) aan. Overtollige middelen worden volledig risicomijdend belegd. Het lange termijn vreemd vermogen van de HAN is aangetrokken via de gemeente Arnhem en via het ministerie van Financiën (schatkistbankieren). De HAN maakt geen gebruik van derivaten.
Continuïteitsparagraaf De overzichtstabellen en de toelichting zijn gepresenteerd conform de handreiking continuïteitsparagraaf sector Hoger Onderwijs. De ‘prognose’ is ontleend aan de begroting 2015 en de daarin opgenomen meerjarenraming van de HAN. De begroting 2015 is in december 2014 vastgesteld, dus vóór de afronding van het boekjaar 2014. Dit betekent dat voor de balansposities geen een-op-een-aansluiting bestaat met de balansposities zoals opgenomen in de jaarrekening 2014 (opgesteld in februari 2015).
71
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Personeel en studentaantallen 2014 t/m 2017 Kengetal stand 31/12
Werkelijk
Prognose
2014
2015
2016
2017
78
78
78
78
1.661
1.777
1.772
1.770
870
873
870
872
2.609
2.728
2.720
2.720
31.817
32.436
32.565
33.059
Personele bezetting in fte Management/directie Onderwijzend personeel Overige medewerkers Totaal Studentenaantallen (BA)
Toelichting op de kengetallen Personele bezetting De door de Belastingdienst ingezette aanscherping van het beleid met betrekking tot zzp-docenten heeft ertoe geleid dat de inhuur daalt terwijl het personeel in dienst van de HAN toeneemt. Daarnaast zijn er door de hogere rijksbijdrage en collegegelden meer middelen beschikbaar gekomen die onder andere zijn ingezet voor het verminderen van de werkdruk (meer personeel). Ten aanzien van de verhouding OP/OBP (onderwijspersoneel/onderwijsbeheerpersoneel) verwacht de HAN de in de prestatieafspraken verwachte verhouding te kunnen realiseren, waarbij scherpe sturing op het aantal OBP belangrijk blijft. Studentenaantallen De instroom studiejaar 2014/2015 is ongeveer even groot als de instroom 2013/2014. Waarschijnlijk wordt dit veroorzaakt door de invoering van het sociaal leenstelsel. Op basis van de demografische ontwikkeling is de verwachting dat het aantal ingeschreven studenten tot 2020 ongeveer stabiel blijft en dat de HAN in de jaren daarna door de demografische ontwikkeling met daling van de instroom en daarmee met krimp van het aantal ingeschreven studenten te maken krijgt.
72
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Huisvesting In de begroting 2015 en gedeeltelijk in 2016 is, vooruitlopend op de uitwerking van het strategisch huisvestingsplan en het strategisch ICTplan, bijna € 11 miljoen aan investeringen in huisvestings- en ICT-projecten opgenomen. De investeringen in huisvesting (€ 9 miljoen) betreffen vooral verbouwingen en herinrichtingen. De ICT-investeringen (€ 1,8 miljoen) betreffen uitbreidingen en investeringen in nieuwe systemen. Momenteel schrijft de HAN aan haar Instellingsplan 2016-2020. Van dit instellingsplan zullen het geactualiseerde strategische huisvestingsplan en ook het geactualiseerde strategische ICT-plan worden afgeleid. Bij de uitwerking zal naast de inhoudelijke component ook rekening worden gehouden met de demografische ontwikkeling (huisvesting) en de mogelijkheden om de uitvoering van de plannen te financieren.
Exploitatierekening 2014 t/m 2017 Werkelijk 2014
x € 1.000 Baten
Prognose 2015
2016
2017
192.892
197.645
195.715
196.455
3.826
4.433
4.196
4.644
Collegegelden
58.715
60.952
62.916
64.464
Baten werk in opdracht van derden
20.200
19.597
20.529
21.423
Overige baten
12.469
9.998
10.787
11.043
Totaal baten
288.102
292.625
294.143
298.029
217.874
231.606
228.353
228.311
Afschrijvingslasten
11.634
14.036
14.449
14.283
Huisvestingslasten
17.008
15.987
15.884
15.662
Overige instellingslasten
32.340
40.494
39.685
37.846
278.856
302.123
298.371
296.102
Saldo baten en lasten
9.246
-9.498
-4.228
1.927
Saldo financiële lasten
-1.735
-1.576
-1.497
-1.417
7.511
-11.074
-5.725
510
Rijksbijdragen OCW Overige overheidsbijdragen
Lasten Personele lasten
Totaal lasten
Nettoresultaat
73
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
In de meerjarenraming wordt ervan uitgegaan dat de prestatieafspraken in voldoende mate worden gerealiseerd en dat de rijksbijdrage 2017-2020 daarmee op peil blijft. Het beleid van de HAN is gericht op realisatie van de prestatieafspraken waarbij rendement echter moeilijk beïnvloedbaar is. Daarnaast is het op het moment van schrijven van dit jaarverslag nog niet duidelijk of en per wanneer de bekostiging van het deeltijdonderwijs verandert en wat daarvan de mogelijke (negatieve) financiële consequenties zijn. De HAN voert momenteel investeringen uit om het deeltijdonderwijs kwalitatief te verbeteren en meer flexibel in te richten, mede om daarmee voorbereid te zijn op een eventuele wijziging in de bekostiging. De begrotingen van de diverse bedrijfsonderdelen (normale bedrijfsvoering) laten een sluitende exploitatie zien over de periode 2015-2017. De investeringen in de strategische thema’s, de speerpunten, het masterfonds en de verbeterplannen rondom het deeltijdonderwijs worden gecontroleerd door middel van een verlieslatende begroting onder directe verantwoordelijkheid van het College van Bestuur ten laste van de reserves gebracht. Deze investeringen ten laste van de reserves hebben een in de tijd begrensd karakter, waardoor de exploitatie vanaf 2017 weer een positief resultaat laat zien. De HAN bewaakt, ook bij de verlieslatende begrotingsjaren, dat liquiditeit en solvabiliteit op aanvaardbaar niveau blijven.
74
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
Balans 2014 t/m 2017
Werkelijk
Prognose
2014
x € 1.000
2015
2016
2017
Activa
Vaste activa
195.880
197.692
187.714
177.693
0
0
0
0
195.880
197.692
187.714
177.693
35.870
21.855
23.541
29.780
231.750
219.547
211.255
207.473
Passiva
Eigen vermogen
Algemene reserve
90.988
81.603
75.898
76.321
Bestemmingsreserve publiek
327
614
446
267
Bestemmingsreserve privaat
2.174
2.407
2.555
2.821
Bestemmingsfonds publiek
0
-
-
-
Bestemmingsfonds privaat
-
-
-
-
93.489
84.624
78.899
79.409
Voorzieningen
15.711
13.586
15.170
14.451
Schulden op lange termijn
57.196
54.257
51.294
48.308
Schulden op korte termijn
65.354
67.080
66.192
65.305
231.750
219.547
211.555
207.473
Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totaal vaste activa Vlottende activa Totaal activa
Totaal eigen vermogen
Totaal passiva
Het werkelijke resultaat van 2014 van € 7,5 miljoen is € 2,7 miljoen lager dan het in de begroting 2015 opgenomen prognoseresultaat voor 2014. Daardoor zijn zowel de vermogenspositie als de stand van de liquide middelen lager dan in de begroting aangenomen. Bij het opstellen van de begroting is uitgegaan van het prognoseresultaat. Dit betekent voor de jaren 2015-2017 dat de in de begroting en meerjarenraming opgenomen vermogenspositie, ceteris paribus, ook € 2,7 miljoen lager zou moeten zijn. Ook hierop gecorrigeerd blijft de solvabiliteit boven de hbo-richtlijn (commissie Smits) van 35%.
75
HAN Jaarverslag 2014 | 8. Financiën
De liquiditeit ligt lager dan de hbo-norm (current ratio) van 1,0 conform het door de HAN in haar treasury policy opgenomen beleid om niet meer dan noodzakelijke liquiditeiten aan te houden. Doordat de belangrijkste inkomsten (rijksbijdrage) en uitgaven (personele last) in de tijd een gelijklopend karakter hebben, is de noodzaak om extra liquide middelen aan te houden beperkt. De HAN houdt als minimum 3% rijksbijdrage aan (de omvang van de flexibele schil in de begroting). De liquiditeitsratio daalt in 2015 naar 0,3 (en komt daarmee ook onder de signaleringsgrens van 0,5 van de Inspectie van het Onderwijs). Handhaving van een liquiditeitsratio van 0,5 betekent dat de HAN € 11,7 miljoen extra liquide middelen in 2015 zou moeten aanhouden. Dit betekent dat de begroting 2015 licht positief zou moeten zijn. We kiezen echter ervoor om in 2015 met een verlieslatende begroting te werken. Dit wordt veroorzaakt door (eenmalige) investeringen in verbetering van de kwaliteit van het onderwijs, conform het verzoek van het ministerie van OCW over investeringen van het hoger onderwijs vooruitlopend op het sociaal leenstelsel. Doordat de investeringen (en daarmee de verlieslatende begroting) vanaf 2016 lager worden en er vanaf 2017 weer een positieve begroting is, stijgt de liquiditeitsratio van 0,4 in 2016 naar 0,6 in 2018. Bij het opstellen van de balans is rekening gehouden met de nu bekende investeringen in huisvesting en ICT. Van het instellingsplan voor de jaren 2016-2020 dat momenteel wordt opgesteld, worden het lange termijn huisvestingsplan en het ICT-beleid afgeleid. Met eventueel daaruit voortvloeiende investeringen is in de huidige meerjarenraming nog geen rekening gehouden. Bij uitwerking van de plannen wordt er rekening gehouden met de financiële speelruimte van de HAN en de mogelijkheden die er zijn om tot eventuele aanvullende financiering te komen. Het huidige lange termijn vreemd vermogen is aangetrokken via een lening bij de gemeente Arnhem en via een lening bij het ministerie van Financiën.
76
HAN Jaarverslag 2014
Bijlagen A. Prestatieafspraken: overzicht resultaten op prestatieindicatoren B. Opleidingenaanbod C. Instroom en inschrijvingen per faculteit D. Overzicht van lectoraten en lectoren E. Internationale mobiliteit, cijfers en trends F. Organogram en kerncijfers HAN
77
HAN Jaarverslag 2014
Prestatieafspraken: overzicht resultaten op prestatieindicatoren
78
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage A Prestatieafspraken: overzicht resultaten op prestatie-indicatoren
realisatie IP/ OCW
Indicator
2011 (nulmeting)
Onderwijs Survival (na één jaar inschrijving bij de HAN, bachelor)
Doelstelling
2013
2014
2015-16
op Prestatiekoers? afspraak
69% 72% 68% 66% 62% 70% 30% 11%
71% 75% 71% 63% 64% 64% 30% 11%
71%
70%
72% 79% 62% 61% 70% 28% 11%
74% 71% 70% 62% 71% ≤ 30% < 13%
nee nee nee nee nee nee ja HBO 1 ja HBO 2
2/-
Diplomarendement na 5 jaar (survivors, bachelor)
-/1
Uitval (na één jaar inschrijving HAN, bachelor)
-/2
Switch (na één jaar inschrijving HAN, bachelor)
vt dt du vt dt du vt vt
-/3
Diplomarendement (survivors, bachelor)
vt
66%
64%
63%
≥ 66%
ja HBO 3
3/4
Studenttevredenheid
vt dt du inst M
85% 74% 71% 7,2 7,4
95% 82% 86% 7,3 7,3
92% 71% 80%
100% 100% 100%
7,3 7,3
7,3 7,4-7,5
ja ja ja ja HBO 4 ja
vt vt
82% 51%
95% 89%
98% 100%
100% 100%
ja HBO 6 ja
inst vt
117 69%
140 77%
146 85%
134,2 fte 100%*
ja ja
Percentage faculteiten dat 2 150.000 aan externe middelen per fte lector inst verwerft
75%
75%
75%
100%
ja
Gemiddelde verwerving van externe middelen per fte lector
inst
€ 202.000
€ 214.800
€ 193.000
€ 200.000
ja
8/9
Beroepspraktijk en regio Personele inzet in valorisatie en ondernemerschap
inst
8,0%
8,7%
7,9%
8,0%
ja
9/10
Middelen voor valorisatie en ondernemerschap
5,5%
6,2%
6,2%
5,5%
ja
10/11
Omzet contractonderwijs
inst inst
6,0%
3,8%
5,5%
6,0%
ja
11/12
Deelname studenten aan ondernemerschapsonderwijs Percentage opleidingen met minimaal 1-3% ondernemerschapsonderwijs vt
—
nb
nb
65%
—
ja
vt
—
nb
ja
3,4%
30% 1,0%
—
3,8%
nb 3,6%
1/-
Percentage opleidingen met minimaal 7,0
Gemiddelde studenttevredenheid 4/5
Geprogrammeerde contacttijd Minimaal 15 uur in 1e jaar Minimaal 15 uur in 2e jaar
5/6
onderzoek Aantal fte voor onderzoek
6/7
Implementatie leerlijn onderzoek in curriculum
7/8
Middelen voor onderzoek
Percentage opleidingen met meer dan 3% ondernemerschapsonderwijs
Percentage afgestudeerden dat de minor Ondernemerschap heeft gevolgd inst 12/13
ja
kwaliteit is mensenwerk Docenten met een mastergraad/gepromoveerd Percentage docenten met ten hoogste een mastergraad
inst
57%
61%
64%
Percentage docenten met ten hoogste een doctorsgraad
inst
6%
8%
8%
13/14
Medewerkertevredenheid
inst
7,8
7,6
nb
min. 7,8
14/-
Ziekteverzuim
inst
4,4%
4,5%
Professionaliseringsutgaven
inst
5,6%
nnb
4,5% 10,8%
4,0% min. 5%
nee
15/15 16/16
Percentage onderwijspersoneel (in fte)
inst
61%
63%
64%
65%
ja HBO 7
Realisatie: 92,5% of meer 88,5% en < 92,5% 88,5% De signalering is gebaseerd op het verschil tussen de doelstellingen voor 2015/16 en de realisatie in 2014. In de doelstellingen wordt er onderscheid gemaakt tussen streefwaarden, prestatieafspraken en de verplichte prestatieafspraken met het ministerie van OCW. Voor de afspraken HBO 1, 2 en 3 is hier voor de signalering een prognose opgenomen. * Percentage is pas 100% als alle curriculumjaren van een opleiding van doorlopende leerlijn zijn voorzien vt voltijd inst instelling nb niet bekend dt deeltijd M master nnb nog niet bekend du duaal
79
ja HBO 5 ja HBO 5
76% —
ja ja
HAN Jaarverslag 2014
Opleidingenaanbod
80
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE B Opleidingenaanbod
HAN-bacheloropleidingen (B), -associate degree-opleidingen (Ad) en -masteropleidingen (M) per 31-12-2014 Opleiding
Voltijd
Deeltijd
Duaal
Taal
B Leraar vo 2e gr Aardrijkskunde
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Economie
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Biologie
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Duits
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Engels
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Frans
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Geschiedenis
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Natuurkunde
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Nederlands
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Pedagogiek
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Scheikunde
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Wiskunde
•
•
N
B Opleidingskunde
•
•
N
B Opleiding tot leraar Basisonderwijs
•
•
Techniek
B Autotechniek
•
•
N&E
Ad Systeemspecialist Automotive
•
N
B Elektrotechniek
•
•
N
B Embedded Systems Engineering
•
•
N
B Werktuigbouwkunde
•
•
N
•
N
Educatie
Ad Constructeur Werktuigbouwkunde
N
B Industrieel Product Ontwerpen
•
N
B Technische Bedrijfskunde
•
•
N
B Bouwkunde
•
•
N
B Civiele Techniek
•
•
•
N
•
•
N
Ad Civiele Techniek Projectvoorbereiding en –realisatie Ad Civiele Techniek Directievoering
•
•
N
B Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek
•
•
N&E
B Chemie
•
•
N
81
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE B Opleidingenaanbod
Opleiding
Voltijd
Deeltijd
Duaal
Taal
B Bio-informatica
•
N
B Technische Informatica
•
•
B Business IT & Management
•
•
B Informatica
•
•
N
B Communication and Multimedia Design
•
•
N
Gezondheid, Gedrag en Maatschappij
B Opleiding tot Fysiotherapeut
•
N
B Opleiding voor Ergotherapie
•
N
B Opleiding voor Logopedie
•
N & D (VT)
B Voeding en Diëtetiek
•
N
B Opleiding Mondzorgkunde
•
B Medische Hulpverlening
•
N
B Opleiding tot Verpleegkundige
•
•
•
N
B Leraar vo 2e gr Gezondheidszorg en Welzijn
•
N
Ad Onderwijsondersteuner Gezondheidszorg en Welzijn
•
N
B Management in de Zorg
•
•
N
•
•
N
Ad Management in de Zorg
N
N
N
B Sport, Gezondheid en Management
•
N
B Leraar vo 1e gr in Lichamelijke Opvoeding
•
•
N
B Sport- en Bewegingseducatie
•
N
B Maatschappelijk Werk en Dienstverlening
•
•
B Sociaal Pedagogische Hulpverlening
•
•
•
N & D (DT)
B Pedagogiek
•
•
N
B Culturele en Maatschappelijke Vorming
•
•
B Creatieve Therapie
•
•
N
B Toegepaste Psychologie
•
N
B Commerciële Economie
•
•
•
N
B Small Business en Retail Management
•
•
N
B International Business and Languages
•
B Food & Business
•
N
N & D (DT)
Economie , Management en Recht
82
N
N
Opleiding
Voltijd
Deeltijd
Duaal
Taal
B International Business and Management Studies
•
E
B Communicatie
•
•
•
N & E (VT)
B Logistiek en Economie
•
•
•
N & E (VT)
B Facility Management
•
•
•
N
B Bedrijfskunde MER
•
•
•
N
B Human Resource Management
•
•
N
B HBO – Rechten
•
•
N
B Accountancy
•
•
•
N
Ad Accountancy
•
•
•
N
B Bedrijfseconomie
•
•
N & E (VT)
B Fiscaal Recht en Economie
•
B Financial Services Management
•
•
M Control Systems Engineering
•
•
E
M Management & Innovatie in Maatschappelijke Organisaties
•
N
M Human Resource Management
•
N
M Master of International Business
•
•
E
M Advanced Nursing Practice
•
N
M Physician Assistant
•
N
M Molecular Life Sciences
•
E
M Pedagogiek
•
N
M Bedrijfskunde Zorg en Dienstverlening
•
N
M Social Work
•
N
M Leraar Algemene Economie
•
N
M Leraar Engels
•
N/E
M Leraar Nederlands
•
N
M Leraar Wiskunde
•
N
M Neurorevalidatie en Innovatie
•
N
M Master of Automotive Systems
•
•
N
M International Master of Arts Therapies
•
•
N/D
M Sport- en Beweeginnovatie
•
N
M Musculoskeletale Revalidatie
•
N
N N
Masteropleidingen
83
HAN Jaarverslag 2014
Instroom en inschrijvingen per faculteit
84
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE C Instroom en inschrijvingen per faculteit
Inschrijvingen
Studentaantallen 2014
Instroom
2014
Groei
2014
Groei
Faculteit Educatie
4.268
+3,6%
1.398
+12,1%
Voltijd
3.195
+4,8%
1.049
+15,7%
Deeltijd
1.073
+0,1%
349
+2,6%
Faculteit Economie en Management
9.178
+4,8%
3.129
-0,4%
Voltijd
8.441
+6,3%
2.949
-0,8%
Deeltijd
518
-13,4%
126
-0,8%
Duaal
219
-0,9%
54
+31,7%
Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij
11.945
-4,2%
3.283
-16,7%
Voltijd
10.444
-1,3%
2.971
-13,8%
Deeltijd
1.359
-20,9%
283
-38,6%
142
-18,9%
29
-17,1%
Faculteit Techniek
6.426
+7,5%
2.139
+5,5%
Voltijd
5.450
+10,0%
1.861
+7,5%
958
-3,1%
278
-5,8%
18
-45,5%
1.136
-2,1%
392
-7,8%
Voltijd
69
-4,2%
36
+56,5%
Deeltijd
719
+4,1%
235
-13,3%
Duaal
348
-12,3%
121
-7,6%
31.817
+1,5%
9.949
-3,9%
1.136
-2,1%
392
-7,8%
32.953
+1,4%
10.341
-4,1%
Duaal
Deeltijd Duaal HAN Masterprogramma’s
Bacheloropleidingen Masteropleidingen Totaal
NB Inschrijvingen en instroom aan de HAN op basis van interne definities; de waarden kunnen afwijken van landelijke publicaties.
85
HAN Jaarverslag 2014
Overzicht van lectoraten en lectoren (per 31-12-2013)
86
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE D Overzicht van lectoraten en lectoren (per 31-12-2014)
Faculteit Educatie Kenniscentrum Kwaliteit van Leren Beroepspedagogiek Lector prof. dr. L. Nieuwenhuis Innovatie van Leren in Organisaties Lector dr. J.M. Thölke Leren met ICT Lector dr. M.H. Kral Ontwerpen van Innovatieve Leerarrangementen Lector dr. B. de Vries (leading lector) Ontwikkelen van Competenties op de Werkplek Lector dr. R. Klarus Seksediversiteit in het Onderwijs Associate lector dr. G.M.T. Geerdink Toetsen en Beoordelen Associate lector dr. T.M.M.L. van Schilt-Mol
87
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE D Overzicht van lectoraten en lectoren (per 31-12-2014)
Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij Kenniscentrum Duurzame Zorg Acute Intensieve Zorg Lector dr. L.C.M. Vloet Associate lector dr. L. Verharen Associate lector dr. S. Berben Eerstelijnszorg Lector dr. R. van der Sande Innovatie in de Care Lector dr. M.J.M. Adriaansen Associate lector Top Care dr. E. Verschuur Organisatie van Zorg en Dienstverlening Lector dr. M. Laurant Bijzonder lector dr. ing. H.J.F.R. Hamers (leading lector) Associate lector Taakherschikking in de gezondheidszorg (vacant) Sociale en Methodische Aspecten van Psychiatrische Zorg Lector dr. B.W. Koekkoek
Kenniscentrum HAN Sociaal Levensloopbegeleiding bij Autisme Lector dr. J.P.W.M. Teunisse Lokale Dienstverlening vanuit Klantperspectief Lector dr. M.A.W. van Biene (leading lector) Associate lector dr. E.L. Jansen Werkzame Factoren in de Zorg voor Jeugd Lector dr. H.M. Pijnenburg Associate lector dr. M.J.C. van Hattum 88
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE D Overzicht van lectoraten en lectoren (per 31-12-2014)
Zorg voor Mensen met een Verstandelijke Beperking Bijzonder lector prof. dr. P.J.C.M. Embregts Associate lector dr. M. Hermsen
Kenniscentrum Publieke Zaak Goed Bestuur en Innovatiedynamiek in Maatschappelijke Organisaties Lector dr. F.J. de Vijlder (leading lector) Innovatie in de Publieke Sector Lector dr. E. de Vries
Kenniscentrum Revalidatie, Arbeid, Sport Arbeid & Gezondheid Lector dr. Y.F. Heerkens (leading lector) Lector dr. J. Engels Herkennen en Ontwikkelen van Sporttalent Lector dr. M.T. Elferink-Gemser Musculoskeletale Revalidatie Bijzonder lector dr. R. van Cingel Lectorspositie vervuld per 1 februari 2015 Neurorevalidatie Lector dr. B.J.M. de Swart Associate lector dr. E. Steultjens Voeding in relatie tot Sport en Gezondheid Lector dr. M.A.E. de van der Schueren Bijzonder lector prof. dr. L. van Loon
89
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE D Overzicht van lectoraten en lectoren (per 31-12-2014)
Faculteit Techniek Kenniscentrum Technologie en Samenleving Architecture in Health Lector dr. ir. M. Mohammadi Duurzame Energie Lector dr. P.J. Sonneveld Industriële Microbiologie Lector dr. B.C. Lokman (leading lector) Lean/World Class Perfomance Lector dr. V. Wiegel Lector dr. ir. J. Slomp Meet- en Regeltechniek Lector dr. ir. A.J. de Graaf Mens-Computer Interactie Lector drs. T.M.J. Lenior Mobiliteitstechnologie Lector dr. ir. J.P. Pauwelussen Model-based Information Systems Lector dr. S. Hoppenbrouwers Networked Applications Lector dr. ir. R.R. Bakker Voertuigmechatronica Lector dr. P.A. Veenhuizen
90
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE D Overzicht van lectoraten en lectoren (per 31-12-2014)
Faculteit Economie en Management Kenniscentrum Business Development & Co-Creation Financial Control Associate lector dr. J. van Wagensveld Human Communication Development Lector dr. E.C.M. van der Pool Human Resource Management Lector dr. A.H. de Lange Logistiek & Allianties Lector drs. S.J.C.M. Weijers Lean/World Class Performance Lector dr. V. Wiegel
91
HAN Jaarverslag 2014
Internationale mobiliteit, cijfers en trends
92
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Inkomende en uitgaande uitwisselingsstudenten Wereldwijd groeit het aantal studenten dat een deel van de studie in het buitenland volgt, zo ook bij de HAN. De uitgaande mobiliteit groeide in 2014 met 19% tot 391 uitgaande HAN-studenten; de inkomende mobiliteit groeide met 4% tot 279 inkomende internationale uitwisselingsstudenten.
Top tien van bestemmingen van uitgaande HAN-studenten:
United Kingdom France United States Spain China Germany Ireland Austria Belgium Finland Overige bestemmingen
51 39 32 25 22 21 20 18 17 14 132 0
30
60
90
120
Top tien van nationaliteiten van inkomende internationale uitwisselingsstudenten: Spain Finland United States France Austria Belgium United Kingdom China Germany Chech Republic
38 27 21 17 15 14 14 13 12 7 0
30
60
93
90
120
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Uitgaande en inkomende uitwisselingsstudenten per internationale partner instelling in het kalenderjaar 2014, zoals geregistreerd in de mobiliteitsdatabase MoveOn Land
Uitgaand
Inkomend
Argentina
4
2
Buenos Aires - Universidad del Salvador
4
2
10
5
Adelaide - University of South Australia
2
1
Brisbane - Griffith University
1
0
Melbourne - Victoria University
2
2
Perth - Curtin University of Technology
2
0
Sydney - University of Sydney
2
2
Wollongong - University of Wollongong
1
1
Austria
18
15
Dornbirn - Fachhochschule Vorarlberg
15
7
Wels - Fachhochschule Oberösterreich
0
3
Linz - Pädagogische Hochschule Oberösterreich
0
1
Graz - FH JOANNEUM - University of Applied Sciences
1
0
Salzburg - Pädagogische Hochschule Salzburg
1
1
Wien - Pädagogische Hochschule Wien
1
3
17
14
Antwerpen - Karel de Grote Hogeschool
7
0
Brussel - HUB-KAHO vzw
0
1
Bruxelles - Haute Ecole Francisco Ferrer
0
1
Gent - Arteveldehogeschool
9
7
Gent - Universiteit Gent
0
1
Gent - Hogeschool Gent
1
0
Kortrijk - VIVES University College Kortrijk-Roeselare-Tielt-Torhout
0
2
Leuven - Groep T - Internationale Hogeschool Leuven
0
1
Leuven - KU Leuven
0
1
Australia
Belgium
94
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
Brazil
1
1
São Paulo - Universidade de São Paulo
1
1
Canada
9
5
Edmonton - Grant MacEwan University
3
3
Halifax - Dalhousie University
1
0
Oakville - Sheridan Institute of Technology & Advanced Learning
3
2
Windsor - University of Windsor
2
0
Chile
4
0
Santiago - Universidad de Chile
2
0
Santiago - Universidad Andrés Bello
2
0
22
13
Beijing - University of International Business and Economics
5
1
Hong Kong - The Hong Kong Polytechnic University
4
1
Shanghai - Shanghai University of Finance and Economics
3
4
Shanghai - Shanghai University of International Business and Economics
5
6
Xiamen - Xiamen University
5
1
Czech Republic
7
7
Pardubice - Univerzita Pardubice
2
0
Zapadoceska Univerzita v Plzni
0
1
Praha - Vysoká Skola Ekonomická v Praze
5
6
10
1
Copenhagen - Erhvervsakademiet Copenhagen Business
3
0
København - Professionshøjskolen Metropol
2
0
Risskov - Via University College
1
0
Sorø - University College Zealand
2
0
Vejle - University College Lillebælt
2
1
China
Denmark
95
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
Estonia
0
1
Tallinn - Tallinna Ülikool
0
1
14
27
Helsinki - HAAGA-HELIA Ammattikorkeakoulu
6
9
Helsinki - Helsingin Yliopisto
1
3
Helsinki - Metropolia Ammattikorkeakoulu
2
6
Jyväskylä - Jyväskylän Ammattikorkeakoulu
4
1
Jyväskylä - Jyväskylän Yliopisto
2
1
Kauniainen - Humanistinen Ammattikorkeakoulu
1
5
Tampere - Tampereen Ammattikorkeakoulu
0
1
Turku - Turun Ammattikorkeakoulu - Åbo Yrkeshögskola
1
0
Vantaa - Laurea-Ammattikorkeakoulu
0
1
39
17
Angers - École Supérieure des Sciences Commerciales d’Angers (ESSCA)
5
2
Dijon - Université de Bourgogne
0
4
Caen - Université de Caen Basse-Normandie
4
0
Cergy-Pontoise - Université de Cergy-Pontoise
1
0
La Rochelle - Université de la Rochelle
1
0
Levallois-Perret - ESTACA - École Supérieure des Techniques Aeronautiques et de Construction Automobile
1
0
Lyon - Université Catholique de Lyon
1
2
Lyon - Université Jean Moulin Lyon 3
2
1
Marseille - Aix-Marseille Université
1
0
Montpellier - École Supérieure de Commerce (ESC) de Montpellier
4
2
Montpellier - Université Montpellier 2
4
0
Mont-Saint-Aignan - NEOMA Business School
5
0
Orléans - Université d’Orléans
4
0
Paris - École Supérieure du Commerce Exterieur
3
6
Paris - Institut des Hautes Etudes Economiques et Commerciales (INSEEC) Paris
2
0
Toulouse - Université de Toulouse II - Le Mirail
1
0
Finland
France
96
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
21
12
Berlin - Hochschule für Technik und Wirtschaft Berlin
5
0
Berlin - Katholische Hochschule für Sozialwesen Berlin
1
0
Duisburg and Essen - Universität Duisburg-Essen
1
0
Freiburg - Pädagogische Hochschule Freiburg
1
0
Hannover - Gottfried Wilhelm Leibniz Universität Hannover
1
0
Heidelberg - Ruprecht-Karls-Universität Heidelberg
1
1
Kleve - Hochschule Rhein-Waal
1
2
Mainz - Johannes Gutenberg-Universität Mainz
1
0
Mannheim - Hochschule Mannheim
0
1
München - Hochschule München
4
0
Münster - Westfälische Wilhelms-Universität Münster
1
0
Paderborn - Universität Paderborn
1
0
Pforzheim - Hochschule Pforzheim
2
0
Potsdam - Universität Potsdam
1
0
Sankt Augustin - Hochschule Bonn-Rhein-Sieg
3
5
Trier - Universität Trier
1
0
Weingarten - Pädagogische Hochschule Weingarten
0
1
Wildau - Technische Fachhochschule Wildau
0
2
Greece
0
3
Ioannina - Panepistimio Ioanninon
0
2
Patras - Panepistimio Patron
0
1
Hungary
4
3
Pécs - Pécsi Tudományegyetem
4
3
India
0
6
Bengaluru - Christ University
0
2
Chennai - SRM University
0
4
Germany
97
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
Indonesia
8
5
Jakarta - Binus University
4
3
Jakarta - STIKOM London School of Public Relations Jakarta (LSPR)
1
2
Yogyakarta - Universitas Gadjah Mada
2
0
Yogyakarta - Universitas Sanata Dharma
1
0
20
9
Dublin - Dublin Institute of Technology
5
0
Dublin - St Patrick’s College - Colaiste Phadraig
7
0
Limerick - Mary Immaculate College
2
6
Tallaght - Institute of Technology Tallaght
6
3
Italy
3
4
Castellanza - Università Carlo Cattaneo
3
2
Università degli Studi di Perugia
0
2
Japan
4
0
Akita - Akita International University
4
0
Kazakhstan
1
3
Almaty - Kazakhstan Institute of Management, Economics and Strategic Research
1
3
Korea, Republic of
3
3
Suwon - Ajou University
3
3
Kyrgyzstan
0
1
Bishkek - American University of Central Asia
0
1
Latvia
1
3
Riga - Latvijas Universitáte - LV RIGA01
0
1
Riga - Rîgas Starptautiskâ Ekonomikas un Biznesa Administrâcijas Augstskola
1
2
Ireland
98
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
Lithuania
2
3
Vilnius - Vilniaus Universiteto Tarptautinio verslo mokykla
2
0
Vilniaus University of Applied Sciences
0
3
Mexico
4
5
Guanajuato - Universidad de Guanajuato
2
2
Monterrey - Instituto Tecnológico y de Estudios Superiores de Monterrey (ITESM)
2
3
Netherlands antilles
2
0
Aruba, Oranjestad - University of Aruba
1
0
Curaçao, Willemstad - University of Curaçao
1
0
New Zealand
2
0
Auckland - Unitec New Zealand
2
0
Norway
8
5
Elverum - Høgskolen i Hedmark
0
2
Kristiansand - Universitetet i Agder
5
1
Molde - Høgskolen i Molde
2
1
Oslo - Høgskolen i Oslo og Akershus
1
1
Philippines
0
6
Cebu City - University of San Carlos
0
4
Manila - Ateneo de Manila University
0
2
Poland
3
1
Poznan - Uniwersytet Ekonomiczny w Poznaniu
3
1
Portugal
3
6
Porto - Instituto Politécnico do Porto
0
2
Lisboa - Instituto Politecnico de Lisboa
0
3
Lisboa, Beiras, Braga and Porto - Universidade Católica Portuguesa
3
1
99
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
Russian Federation
1
2
Moscow - Plekhanov Russian University of Economics
1
2
Slovakia
0
1
Nitra - Univerzita Konstantina Filozofa v Nitre
0
1
Slovenia
0
7
Ljubljana - Univerza v Ljubljani
0
7
South Africa
9
0
Bellville - Cape Peninsula University of Technology
1
0
Bellville - University of the Western Cape
3
0
Port Elizabeth - Nelson Mandela Metropolitan University
2
0
Pretoria - University of Pretoria
3
0
25
38
Barcelona - Universitat de Barcelona
3
9
Bilbao - Universidad de Deusto
4
5
Castellón - Universitat Jaume I
7
4
Madrid - Universidad Autónoma de Madrid
0
1
Madrid - Universidad Carlos III de Madrid
4
2
Madrid - Universidad Complutense de Madrid
2
5
Madrid - Universidad Pontificia Comillas, Madrid
0
3
Málaga - Universidad de Málaga
0
4
Mondragón - Mondragon Unibertsitatea
1
1
Sevilla - Universidad de Sevilla
3
3
Sevilla - Universidad Pablo de Olavide
0
1
Valencia - Universidad de Valencia
1
0
13
6
Göteborg - Chalmers tekniska högskola
1
0
Kalmar and Växjö - Linnéuniversitetet x
5
1
Karlstad - Karlstads universitet
2
2
Malmö - Malmö högskola
1
0
Stockholm - Karolinska Institutet
1
0
Umeå - Umeå universitet
3
3
Spain
Sweden
100
Land
Uitgaand
Inkomend
Switzerland
1
3
Brugg - FHNW Fachhochschule Nordwestschweiz
1
1
Kreuzlingen - Pädagogische Hochschule Thurgau
0
2
Taiwan
4
0
Kaohsiung - National Sun Yat-Sen University (NSYSU)
4
0
Thailand
7
0
Pathum Thani - Rangsit University
7
0
Turke y
4
1
Istanbul - Yeditepe Universitesi
1
0
Istanbul - Istanbul Universitesi
3
0
Mugla - Mugla Universitesi
0
1
51
14
Belfast - St Mary’s University College
1
0
Belfast - Stranmillis University College
2
3
Birmingham - Birmingham City University
4
0
Birmingham - Newman University
4
0
Brighton - University of Brighton
3
0
Cheltenham - University of Gloucestershire
4
0
Coventry - Coventry University
1
2
Dundee - University of Dundee
5
0
Glasgow - Glasgow Caledonian University
1
3
Huddersfield - University of Huddersfield
3
0
Hull - University of Hull
5
1
Kingston-Upon-Thames - Kingston University
3
1
Lancaster - University of Cumbria
2
0
Leicester - De Montfort University
8
0
Liverpool - Liverpool Hope University
2
1
Northampton - The University of Northampton
3
3
United Kingdom
101
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Land
Uitgaand
Inkomend
32
21
Albany - University at Albany, The State University of New York
1
0
Atlanta - Georgia State University
1
0
Greensboro - University of North Carolina at Greensboro
2
1
Greenville - East Carolina University
0
3
Indiana - Indiana University of Pennsylvania
1
1
Laredo, TX - Texas A&M International University
2
2
Mankato - Minnesota State University, Mankato
2
9
San Francisco - San Francisco State University
8
5
Stout - University of Wisconsin – Stout
2
0
West Hartford, Connecticut - University of Saint Joseph
3
0
Whitewater - University of Wisconsin – Whitewater
9
0
Wilmington - University of North Carolina at Wilmington
1
0
391
279
United States
Totaal
Stages in het buitenland Een tweede categorie mobiliteitsstudenten wordt gevormd door de HAN-studenten die een stage doen in het buitenland. In het studiejaar 2013-2014 waren dit er 517 (1 meer dan het studiejaar 2012-2013). Top vijf van stagebestemmingen in het buitenland Zuid-Afrika 55 Nederland overzee 52 Duitsland 32 China 31 Verenigd Koninkrijk 25 20
30
40
102
50
Internationale afstudeeropdrachten Een derde categorie mobiliteitsstudenten vormen de studenten die voor hun afstudeer opdracht naar het buitenland vertrekken. In het studiejaar 2013/2014 waren dit er in totaal 80 (97 in 2012/2013).
Verdeling van uitgaande mobiliteitsstudenten per faculteit en per categorie Uitgaande studentenmobiliteit 2013-2014 Educatie Pabo Leraar en School Opleidingskunde Totaal Educatie Economie en Management Financieel Management Bedrijfskunde & Rechten International Business & Communication Totaal Economie en Management Gezondheid, Gedrag en Maatschappij Paramedische Studies Sociale Studies Verpleegkundige Studies Sport en Bewegingsstudies Totaal Gezondheid, Gedrag en Maatschappij Techniek Automotive Engineering Applied Sciences Built Environment Informatica Communicatie Academie Totaal Techniek Totaal HAN studie en stage buitenland
Studie
Stage
Afstudeeropdracht
11 40 51
39 33 3 75
18
4
3
28 191 237
21 121 146
7 28 38
2 26 1 1 30
40 82 48 45 215
12 7 9 28
3 3 6 16 28
8 12 12 16 33 81
4 4 5 1 14
346*
517
80
* Dit totaal wijkt af van het totaal in de voorgaande tabel met totaal aantal mobiliteitsstudenten verdeeld naar partnerinstelling. Dit komt doordat de cijfers per instelling worden bijgehouden per kalenderjaar terwijl de cijfers per faculteit en studierichting worden geregistreerd per studiejaar. Dit zal in het komende jaar worden aangepast. Let wel: deze cijfers zijn gebaseerd op de registraties die bij het International Office zijn gedaan.
103
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Verdeling van inkomende mobiliteitsstudenten per faculteit en per categorie Inkomende studentenmobiliteit 2013-2014
Studie
Stage
Totaal
Educatie
EIP (Education in International Perspective, primary)
36
36
EIP (Education in International Perspective, secondary)
8
8
Totaal Educatie
44
0
44
Economie en Management
Arnhem Business School Exchange Course
145
145
Logistics Management (Economics)
7
7
Totaal Economie en Management
152
0
152
Gezondheid, Gedrag en Maatschappij
Paramedische Studies
9
5
14
Sociale Studies
1
2
3
1
1
Verpleegkundige Studies Creatieve Therapie
2
Minor International Sustainable Development Cooperation
2
2
2
14
Minor Creativity and Art at Work
14
Minor Sport Performance Enhancement
6
6
Minor Sport Tourism
1
1
Minor Sport and Nutrition
5
Totaal Gezondheid, Gedrag en Maatschappij
40
Techniek
5 8
48
Minor Automotive Dynamics and Testing
1
Minor Automotive Electronic Systems
4
4
Automotive Development and Engineering
7
7
Automotive Development and Design
1
1
Minor Participating in a Research Project Minor Wind Energy
10
Life Sciences
7
Minor Molecular Plant Biology
1
Discovery, Analysis and Production Biomolecules
1
Placement Buro 302 & Minor
1
20
20
10 7
1 1
9
9
3
Create a Rich Internet Application
3
Minor Create Audiovisuals for Internet
1
Minor Create a Game
10
10
Totaal Techniek
46
29
75
Totaal HAN studie en stage buitenland
282
37
319
104
1
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Internationale diplomastudenten In 2014 heeft de trend van een dalende intake van binnenkomende internationale diplomastudenten zich voortgezet. In 2013 kwamen er nog 718 internationale studenten binnen; in 2014 is dit verder gedaald naar 558 internationale studenten. Het totale aantal bij de HAN ingeschreven internationale studenten daalde hiermee in 2014 met 12% tot 2.127 studenten. Aantallen internationale diplomastudenten 5000 4364
2574
2513
2426
2500 2152
0
2010
2011
2012
2013
2014
Deze daling werd vooral veroorzaakt door een geringer aantal Duitse studenten, van 1.814 in 2013 tot 1.499 in 2014; een daling van 17%.
105
HAN Jaarverslag 2014 | Bijlage E Internationale mobiliteit, cijfers en trends
Onderstaand overzicht geeft aan waar de internationale diploma studenten vandaan komen: Aantallen internationale studenten per regio
Duitsland
2013: 1814 2014: 1499
Azië 304 O-Europa 121 W-Europa 48 Z-Europa 34 Z-Amerika 7 N-Amerika 4 Overige 110
De top vijf van landen waar onze internationale diplomastudenten vandaan komen:
Bulgarije 30 Vietnam 37 Indonesië 58 China 174 Duitsland 1499
106
De internationale studenten zijn als volgt verdeeld over de HAN-faculteiten en HMP (masterprogramma’s): Internationale studenten per faculteit
FTK 212 FED 62 FEM 522 FGGM 1329 HMP 2
N.B.: de internationale studenten bij de Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij zijn vrijwel geheel afkomstig uit Duitsland.
107
HAN Jaarverslag 2014
Organisatie en kerncijfers HAN
108
HAN Jaarverslag 2014 | BIJLAGE F
Organogram
Instituut Pabo Arnhem en Nijmegen
Instituut Paramedische Studies
Instituut voor Leraar en School
Instituut Verpleegkundige Studies Instituut Sport en Bewegingsstudies Instituut Sociale Studies
Kenniscentrum en lectoraten Educatie
Kenniscentra en lectoraten Gezondheid, Gedrag en Maatschappij
Instituut International Business and Communication
Instituut Engineering
Instituut Bedrijfskunde en Rechten
Instituut Applied Sciences
Instituut Financieel Management Instituut Werken en Leren Kenniscentrum en lectoraten Economie en Management
Instituut Automotive
Instituut Built Environment Informatica Communicatie Academie Kenniscentrum en lectoraten Techniek Cursussen en post-hbo
VDO Opleidings- en Adviescentrum Centrum voor Valorisatie en Ondernemerschap HAN Masterprogramma’s Faculteitsraad
Faculteitsraad
Faculteitsraad
Faculteitsraad
Faculteit Educatie
Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij
Faculteit Economie en Management
Faculteit Techniek
Service Bedrijf
Concerncontrol
Medezeggenschapsraad College van Bestuur
Raad van Toezicht
109
HAN Jaarverslag 2014 | Organisatie en kerncijfers HAN
Kerncijfers HAN per 31-12-2014 31.817
Aantal bachelorstudenten – van wie voltijd
27.530
– van wie deeltijd
3.908
– van wie duaal
379
Aantal masterstudenten
1.136
Studenttevredenheid
7,3
Aantal medewerkers
3.364
Aantal fte
2.609
Medewerkertevredenheid in 2013; niet gemeten in 2014
7,6
Aantal bacheloropleidingen
62
Aantal masteropleidingen
19
Aantal associate degree-programma’s Aantal lectoraten
7 37
Totale baten
€ 288,1 mln
– waarvan uit marktactiviteiten
€ 14,3 mln
110
HAN Jaarverslag 2014 | Organisatie en kerncijfers HAN
Personeel en organisatieontwikkeling Aantal FTE per organisatie-eenheid CvvO 15 (0%) CvB 19 (1%) HMP 45 (2%) Educatie 280 (11%) Techniek 431 (16%) FEM 473 (18%) Service Bedrijf 574 (22%) GGM 774 (30%)
Ontwikkeling personeelsbestand 2009-2014 3500 3186 3013
2984
3180
3364
3073
2609 2455 2278
2283
2471 Formatie in aantal
2361
Formatie in fte
2100 2009
2010
2011
2012
2013
2014
OP en OBP: mannen en vrouwen Man Onderwijspersoneel Onderwijsbeheerpersoneel Totaal
111
Vrouw
1.005
46%
1.192
54%
373
32%
794
68%
1.378
41%
1.986
59%
HAN Jaarverslag 2014 | Organisatie en kerncijfers HAN
Personeelsbestand in fte naar leeftijd <-25 25-29 29-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-65 66-70 0
50
Men
100
150
200
250
Women
De ontwikkeling van het ziekteverzuim in de afgelopen zes jaar 4,5% 4,5
4,4%
4,4%
HAN
4,3% 4,2%
4,2% 4,1%
4,0
4,1%
4,1%
2009
2010
2011
2012
112
4,5%
4,1%
2013
HBO totaal 2014
Redenen van uitstroom van personeel Redenen vertrek
Aantal
In %
82
25,9%
152
48,1%
24
7,6%
2
0,6%
Met wederzijds goedvinden
14
4,4%
Ontbinding kantonrechter
2
0,6%
35
11,1%
5
1,6%
316
Eigen verzoek Einde projectaanstelling FPU/keuzepensioen Invaliditeitspensioen
Ouderdomspensioen Overleden Totaal
Medewerkers naar salarisschaal
M
V
Totaal
In %
01 t/m 05
82
79
161
4,8%
06 t/m 08
132
433
565
16,8%
09 t/m 11
634
1.064
1.698
50,5%
12 t/m 13
472
371
843
25,1%
14 t/m 17
54
38
92
2,7%
vanaf 18
4
1
5
0,1%
1.378
1.986
3.364
100,00%
Totaal
113
HAN Jaarverslag 2014 | Organisatie en kerncijfers HAN
Decentrale arbeidsvoorwaardenmiddelen (in euro’s)
DAM-gelden
Begroting 2014
Uitputting 2014
781.937,26
Beschikbaar jaarbedrag 2.054.003,50
Totaal beschikbaar bedrag 2.835.940,76
540.000,00
558.553,25
Beschikbaar restant voorgaande jaar
1
Betaald ouderschapsverlof
2
Doelgroepenbeleid: kosten WIW
12.000,00
1.021,89-
3
Ouderenbeleid: schaal 1-5
50.000,00
10.654,08
4
Aanvullende fietsregeling 0-10 km
250.000,00
215.834,88
5
Premie kinderopvang
609.000,00
642.343,52
6
Bedrijfsfitness
200.000,00
195.933,40
7
Regeling tegemoetkoming gebruik ICT faciliteiten
50.000,00
47.872,94
8
Loopbaanbeleid
135.000,00
119.348,85
9
HAN Vitaal Health Checks bij de HAN
25.000,00
55.792,50
10
Parkeerkosten/reiskostenregeling
15.000,00
13.103,15
11
Onderzoek duurzame inzetbaarheid
18.800,00
18.880,00
12
IPAP gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid
368.000,00
332.552,77
13
Promo vitaliteit
15.000,00
Inzet health bus/Health Checks Arnhem
43.000,00
Administratief verdisconteerd in item 9
Totaal
2.330.800,0
2.209.847,45
Restant beschikbaar bedrag
505.140,76
626.093,31
114