Nota voor burgemeester en wethouders Onderwerp
SEC/AFD: RMW/BWT
Werkdocument Asbest Sloop - Overijssel 2- Bestuursorgaan
1- Notagegevens Notanummer
2006.04536
b B&W c d e f g
Datum
14-3-2006
c Raad d e f g
Portefeuillehouder Weth. Adema
c OR d e f g College van B & W - Burgemeester - Weth. Adema - Weth. Doornebos - Weth. Fleskes - Weth. Hiemstra - Weth. Berkelder
Weth. Berkelder
Besluitenlijst c Agenda d e f g
Routing
d.d. b Akkoordstukken c d e f g
d.d.
28-3-2006
par. b adj.secr. c d e f g
Sectorhoofd
b gem.secr. c d e f g
wethouder Adema Wethouder Berkelder
c Vertrouwelijk d e f g
d.d.
Afdelingshoofd BB/BB
28-3-2006
BIS n i openbaar n j k l m j besloten n k l m j Vertrouwelijk k l m (paraaf adjunct-secretaris)
adjunctsecretaris Gemeentesecretaris BB/BB Bijlagen WAS - Werkdocument Asbestsloop Overijssel (Project Handhaving asbesthoudende sloopobjecten) B & W d.d.: 28-3-2006 Besloten wordt: 1. WAS-Overijssel vast te stellen en te implementeren in de organisatie
Financiële aspecten: In te vullen door de initiërende dienst Financiële gevolgen voor de gemeente?
j Ja n k l m n i Nee j k l m
Voorstel openbaarmaking b De nota en het besluit openbaar maken c d e f g c De nota en het besluit openbaar maken vergezeld van (bijgaand) persbericht d e f g c De nota en het besluit openbaar maken nadat d e f g c De nota en het besluit openbaar maken, behalve… d e f g c Het besluit, maar niet de nota openbaar maken d e f g c De nota en het besluit niet openbaar maken, d e f g
Communicatie over vervolg j Communicatie niet van toepassing k l m n i Communicatie verloopt anders, namelijk j k l m n
Ten behoeve van het project is er een persprotocol opgesteld. Het Seph is in samenspraak met bestuurlijk trekker (Hof van Twente) verantwoordelijk. Een persbericht wordt verspreid door bestuurlijk trekker (Hof van Twente). j Communicatieplan bijvoegen k l m n
ADVIESRADEN: In te vullen door de initiërende dienst Moet een van de adviesraden gehoord worden of op de hoogte gesteld?
j Ja n k l m n i Nee j k l m
Toelichting en overwegingen Inleiding In het kader van het Samenwerkingsprogramma Overijssel is het Werkdocument Asbestsloop Overijssel (WAS-Overijssel) opgesteld. Deze voorziet in eenduidige lijn ten aanzien van de procedure voor afgifte van sloopvergunningen met asbest en de handhaving hiervan. Beoogd resultaat Provinciebreed wordt op dezelfde manier omgegaan met vergunningverlening en handhaving in het kader van slopen met asbest.
Kader In het handhavingswerkprogramma 2006 Milieu, Bouw- en Woningtoezicht, Brandweer afdeling Preventie is aangegeven dat door één of meerdere partners zal worden deelgenomen aan provinciale projecten. In ieder geval zal worden deelgenomen aan het project Handhaving asbesthoudende sloopobjecten. Het WAS-Overijssel komt voort uit dat project Argumenten In Nederland wordt met grote regelmaat asbest aangetroffen in puingranulaat en in de bodem. Dit asbest is een probleem voor de volksgezondheid en het milieu. Dit asbest komt steeds weer opnieuw in het milieu omdat het vaak op een ondeskundige wijze wordt verwijderd bij de sloop. Het aantal sloopobjecten waarin asbest is verwerkt is aanzienlijk. Draagvlak De gemeenten in Overijssel hebben geen eenduidig beleid ten aanzien van de vergunningverlening en het toezicht ten aanzien van het slopen van (asbesthoudende) objecten. Zowel de sloopvergunningen als de controle op de uitvoering van de sloopwerkzaamheden komen in veel gevallen voor verbetering in aanmerking. Dit heeft tot gevolg dat de uitvoer van sloop(sanering)projecten in sommige gevallen niet of onvoldoende volgens de huidige wetgeving wordt uitgevoerd. Hierdoor wordt de volksgezondheid en het milieu onnodig belast. Oorzaak van het probleem moet vooral worden gezocht in de complexe wetgeving op dit gebied en het feit dat het niet naleven van de voorschriften uit kostenoogpunt vaak interessant is. Financiële consequenties geen
Aanpak/uitvoering De projectgroep heeft binnen het project 'Handhaving asbesthoudende objecten' het WAS-Overijssel ontwikkeld. Het WAS-Overijssel is een document waarin beleid ten aanzien van de aanvraag, verlening, toezicht en handhaving zijn opgenomen. Daarnaast bestaat het WAS-Overijssel uit een deel “werkdocumenten”. In deze werkdocumenten is het beleid vertaald naar checklisten en stroomschema’s die gemakkelijk te gebruiken zijn in de dagelijkse praktijk. Onderdeel van het project is de daadwerkelijke uitvoer van sloopcontroles waarbij asbest gesaneerd wordt. Voor de projectdeelnemers is er de mogelijkheid om enkele controles samen met een deskundige van een gecertificeerd bedrijf (BME) uit te voeren. Door deze controles worden de toezichthouders bekend gemaakt met de praktijk.
Project Handhaving asbesthoudende sloopobjecten WAS - Werkdocument Asbestsloop Overijssel
Februari 2006
Samenwerking milieuhandhaving Overijssel Bron : Samenwerkingsprogramma 2005 Opdrachtgever : Bestuurlijk Provinciaal Handhavingsoverleg (BPHO) Bestuurlijk verantwoordelijke : Martin Verbeek, wethouder gemeente Hof van Twente Uitvoering : Gemeenten, provincie, VROM-inspectie, arbeidsinspectie, politie, OM Projectleider : Arjan Tichelaar, gemeente Hof van Twente Programmamanager : Marieke Broekhuis, Seph Informatie : Servicepunt milieuhandhaving Overijssel (SMO), Postbus 10078, 8000 GB Zwolle, tel: 038-425 25 11, e-mail: ml.broekhuis@prv- overijssel.nl, www.liminfo.nl/smo
Inhoud
Deel A. Beleidsnotitie
1
1.
Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Gevolgde werkwijze 1.3 Afstemming met andere beleidstukken 1.4 Leeswijzer
3 3 3 3 3
2.
Organisatie van de handhaving 2.1 Gemeenten 2.2. Inspectie VROM 2.3 Arbeidsinspectie 2.4 Politie en OM 2.5 Certificatie 2.6 Samenwerking tussen overheden 2.7 Afstemming tussen overheden
5 5 5 5 5 5 6 6
3.
Beschrijving van het proces 3.1 Meldingsplichtige slopen 3.2 Vergunningsplichtige slopen 3.2.1 De sloopvergunning 3.2.2 Het toezicht en de handhaving
7 7 7 7 7
4.
Aanvraag en verlening sloopvergunning 4.1 Controlepunten m.b.t. asbest 4.2 Toezicht bij vergunningverlening
9 9 9
5.
Toezicht 5.1 Melding aanvang sloop 5.2 Toezicht op het werk 5.3 Administratief toezicht
11 11 11
6.
Handhaving 6.1 Optredingen die leiden tot strafrechtelijk en bestuursrechtelijk optreden/sanctie 6.1.1 Bestuursrechtelijke handhaving 6.1.2 Strafrechtelijke handhaving 6.1.3 Overijsselse handhavingsstrategie 6.2 Overtreding waarbij Arbeidsinspectie gewaarschuwd wordt 6.3 Samenwerking met politie 6.4 Informatie
13 13 13 14 14 14
7.
Communicatie
15
8.
Capaciteit en kosten
17
13 13
Deel B. Werkdocumten
19
1. 2a.
21 25
Standaard Sloopvergunning Toetsingsformulier aanvraag sloopvergunning
2b. 3. 4. 5. 5a. 6. 7. 8. 9a. 9b. 10. 11.
Controlelijsten Checklist vergunningverlening asbest en sloop Checklist rapport Asbestinventarisatieonderzoek Stroomschema controle asbestsloop Beoordeling gelijkwaardige oplossing slopen Meldingsformulier aanvang sloopwerkzaamheden Bezoekrapport slooplocatie Meldingsformulier einde sloopwerkzaamheden Stroomschema handhaving Toelichting stappenschema handhavingsstrategie Kernvoorschriften Meldingsformulier overtreding kernvoorschriften
Geraadpleegde documenten
27 29 31 33 35 37 39 41 42 45 51 53
55
1
Deel A.
Beleidsnotitie
2
3
1.
Inleiding
1.1
Aanleiding
Dit Werkdocument Asbest Sloop Overijssel (WAS Overijssel) is opgesteld omdat het toezicht door gemeenten op asbesthoudende sloopwerkzaamheden tekort schiet. Tevens liggen de gemeenten niet op één lijn ten aanzien van de procedure voor afgifte van sloopvergunningen en de controle en handhaving hierop. Naar aanleiding van deze problematiek is in 2005, binnen de Samenwerking Milieuhandhaving Overijssel, het project “Handhaving asbesthoudende sloopobjecten” opgestart. De projectgroep heeft er voor gekozen om een standaard document voor de afhandeling, controle en handhaving van asbesthoudende objecten op te stellen. Dit werkdocument is daar het resultaat van. Tekort aan toezicht op sloopwerkzaamheden speelt niet alleen in de provincie Overijssel. Door de samenwerkende handhavingspartners in de provincie Gelderland is een Toezicht en Uitvoerings Methodiek (TUM) Asbestsloop ontwikkeld die in 2003 is gepresenteerd. Het WAS- Overijssel is gebaseerd op de Gelderse methodiek en de daar uit voortkomende ervaringen. Het WAS bestaat uit twee delen, zo wordt er in deel A ingegaan op de algemene (beleids) onderdelen terwijl deel B een praktijkhandleiding is die als leidraad voor controle en handhaving op de slooplocatie dient. Het WAS is opgezet om het toezicht op sloopwerkzaamheden waarbij asbest vrij komt te verbeteren en te uniformeren, maar het spreekt voor zich dat de werkwijze zoals vastgelegd in het WAS ook op asbestvrije sloopwerken toepasbaar is. 1.2
Gevolgde werkwijze
Zoals hierboven aangegeven is voor het WAS- Overijssel het Gelderse TUM project als uitgangspunt genomen. De WAS is bijgewerkt volgens de laatste ontwikkelingen op het gebied van wet en regelgeving. Tevens is de WAS aangepast aan de omstandigheden in Overijssel, met het oog hierop is ten aanzien van de het onderdeel handhaving de Overijsselse handhavingstrategie geïmplementeerd. 1.3
Afstemming met andere beleidstukken
Bij het samenstellen van de WAS is geprobeerd zo veel mogelijk aan te sluiten bij andere projecten op het gebied van asbestsloop en de handhaving daarop. Ten aanzien van de handhaving is daarom de “Handhavingsstrategie voor gecombineerde handhaving in de provincie Overijssel (versie 2005)” in de WAS geïmplementeerd. Het WAS sluit tevens aan bij landelijke ketenprojecten Asbest en Sleutelbedrijven bouw en sloopafval uit het Landelijke handhavingsprogramma 2005 en de daarin ontwikkelde interventiestrategieen Asbest en Bouw en sloopafval. Vooral Hoofdstuk 4 van de interventiestrategie Asbest is voor het WAS project van belang. In dit hoofdstuk wordt stapsgewijs de gehele vergunning/ uitvoeringsprocedure beschreven, dit komt in grote mate overeen met de procedure zoals in de WAS- Overijssel is vastgelegd. 1.4
Leeswijzer
De WAS- Overijssel bestaat uit twee delen. In deel A is omschreven wat de opzet en de voorwaarden zijn voor het toetsen, controleren en handhaven van asbesthoudende sloopobjecten. Dit gedeelte zal na opstarten van project vooral als naslagwerk gebruikt worden. Deel B bevat de werkdocumenten waarin de wijze van toezicht houden, controleren en handhaven zijn vastgelegd. Deze documenten kunnen worden gebruikt bij de uitvoering van toezicht- en controle op de sloopobjecten. Het is de bedoeling dat de, aan het project “Handhaving asbesthoudende sloopobjecten” deelnemende gemeenten, de WAS vaststellen en de voorgestelde wijzigingen doorvoeren in standaardprocedures, in de sloopvergunning en in de wijze waarop het toezicht is georganiseerd. Dit proces zal worden gemonitored vanuit de projectgroep handhaving Asbesthoudende Sloopobjecten Overijssel.
4
(Het aanpassen van de bouwverordening zal in de praktijk waarschijnlijk niet nodig zijn aangezien de verwachting is dat in de komende (landelijke) wijziging de benodigde aanpassingen al zijn doorgevoerd.) Binnen het project Handhaving Asbesthoudende sloopobjecten zal deel B van de WAS worden gehanteerd als handboek bij de uitvoering van de toezicht- / controle-acties in het kader van dit project.
5
2.
Organisatie van de handhaving
Bij de handhaving van de asbestregelgeving zijn diverse overheden betrokken, ieder vanuit een eigen wettelijke verantwoordelijkheid. Hieronder worden in het kort de betrokken overheden en instanties genoemd die een taak hebben bij de handhaving van sloopwerkzaamheden waarbij asbest vrij komt. 2.1
Gemeenten
De gemeenten zijn belast met het toezicht en de handhaving van de bouwverordening, Hieronder valt ook het slopen/verwijderen van asbest uit bouwwerken. Binnen de gemeente is deze verantwoordelijkheid meestal ondergebracht bij de afdeling belast met het bouw- en woningtoezicht. Primaire focus van de gemeente is de juiste verwijdering en afvoer van asbest uit een bouwwerk en de veiligheid van derden (niet zijnde werknemers). 2.2
Inspectie VROM
De Inspectie is belast met het de eerstelijnshandhaving van het Asbestverwijderingsbesluit waar het gaat om objecten. Primaire focus is de juiste verwijdering van asbest uit het object en de veiligheid van derden (niet zijnde werknemers). Daarnaast is de Inspectie op basis van de Woningwet belast met het tweedelijnstoezicht op de (gemeenten) voorschriften uit de bouwverordening voor het slopen van asbest uit bouwwerken 2.3
Arbeidsinspectie
De Arbeidsinspectie is belast met de handhaving van de Arbeidsomstandighedenwet. De Arbeidsinspectie controleert op basis van meldingen, die verplicht bij hen worden ingediend als asbestwerkzaamheden uitgevoerd worden. Primaire focus van de Arbeidsinspectie is de arbeidsveiligheid voor werknemers. 2.4
Politie en Openbaar Ministerie
De politie beschikt over algemene opsporingsbevoegdheid en kan optreden tegen overtredingen van de bouwverordening. Voor het Asbestbesluit Arbeidsomstandighedenwet is de Arbeidsinspectie belast met de strafrechtelijke opsporing. De politie heeft een zelfstandige bevoegdheid om op te treden tegen overtredingen. Het doel van dit optreden is om het ongewenste gedrag te bestraffen, terwijl het doel van het bestuursrechtelijke optreden is om het ongewenste gedrag of de ongewenste situatie te beëindigen. Optreden van de politie is vaak complementair aan dat van de overheden. Het Openbaar Ministerie is belast met de strafrechtelijke vervolging van overtredingen. 2.5
Certificatie
Bedrijven die asbestonderzoeken (BRL 5052) of verwijderen (BRL 5050) dienen Komo-gecertificeerd te zijn. Het toezicht op deze bedrijven gebeurt door de Certificerende Instellingen, die op hun beurt weer onder toezicht staan de Raad voor de Accreditatie. De certificatieregeling wordt aangepast zodat het Ministerie van SZW een belangrijkere rol gaat spelen.
2.6
Samenwerking tussen de overheden
6
De gemeenten, VROM Inspectie, Arbeidsinspectie, politie en het Openbaar Ministerie hebben veel raakvlakken bij de handhaving van de bouwverordening, het Asbestverwijderingsbesluit en het Asbestbesluit Arbeidsomstandigheden. In deze notitie wordt uitwerking gegeven aan de samenwerking bij het toezicht en opsporing, bij het slopen van bouwwerken waarin asbest is verwerkt. 2.7
Afstemming tussen de overheden
Tijdens de uitvoering van dit Werkdocument Asbestsloop Overijssel is het van belang dat betrokken organisaties goed afstemmen (externe afstemming1). In sommige gevallen zal ook sprake zijn van interne afstemming, tussen de afdelingen bouwen en milieu (bijvoorbeeld bij de verwijdering van afval vanaf de slooplocatie). Het lokale (milieu)handhavingsoverleg (LHO) is hiervoor een prima plek. In het LHO zitten vertegenwoordigers van de afdeling Milieu, Bouwen (soms), Politie en OM (soms). Eventuele andere betrokken instanties zouden voor dit onderdeel kunnen worden uitgenodigd. In het kader van het project zullen de resultaten van de uitgevoerde acties worden gerapporteerd naar de projectgroep (kerngroep) Handhaving Asbestsloop Overijssel. In deze terugrapportage kan de afstemming met betrokken instanties worden geborgd.
1 In Hoofdstuk 6 van deze beleidsnotitie wordt weergegeven op welke manier de handhaving zou moeten plaatsvinden. Er is ook aangegeven wanneer met politie, OM en Arbeidsinspectie moet worden afgestemd.
7
3.
Beschrijving van het proces
Als een burger of bedrijf voornemens is om een opstal te slopen, dan is de eerste stap om zich te melden bij de balie van de gemeente. Daar krijgt men informatie en een aanvraagformulier. Vervolgens wordt de vergunning aangevraagd en al dan niet verleend door de gemeente. Het sloopverzoek kan, vergunningvrij, meldingsplichtig of vergunningplichtig zijn. Het onderscheid hiertussen is voor de gemeenten een bekende zaak en behoeft geen verdere toelichting. In deel B is hieromtrent een toetsingsformulier opgenomen: werkdocument 2. 3.1
Meldingsplichtige slopen
Bij meldingsplichtige sloopwerkzaamheden handelt het vaak om de verwijdering van asbesthoudend tapijt of asbestgolfplaten. Deze melding wordt geregistreerd en de melder krijgt de voorwaarden mee waaronder de werkzaamheden uitgevoerd mogen worden. De meldingsplichtige sloopwerkzaamheden worden in deze notitie niet meegenomen, omdat gefocust wordt op de grote sloopwerkzaamheden. 3.2
Vergunningplichtige slopen
Vanaf het moment dat het initiatief tot slopen is genomen tot en met het daadwerkelijk gesloopt zijn van een opstal, worden de volgende fases onderscheiden: de procedure van de sloopvergunning (hoofdstuk 4), het toezicht op de sloopwerkzaamheden (hoofdstuk 5) handhaving bij overtredingen (hoofdstuk 6). 3.2.1 De sloopvergunning • Rondom de sloopvergunning spelen de volgende aspecten: • Voornemen tot sloop • Voorlichting (aan de balie) • Vergunningaanvraag • Beoordelen van ontvankelijkheid • Wettelijke procedure • Vergunningverlening • Bezwaar en beroep 3.2.2
Het toezicht en handhaving
Toezicht en handhaving betreft: • Melden aanvang sloop • Controle uitvoeren sloop • Administratieve controle (afvoer afvalstoffen) • Informatie • Communicatie
8
9
4.
Aanvraag en verlening sloopvergunning
4.1
Controlepunten m.b.t. asbest
Het is belangrijk dat de aanvrager van een sloopvergunning zowel mondeling als schriftelijk informatie krijgt over de asbestregelgeving. Deze wordt verstrekt bij het afgeven van het aanvraagformulier. Het is zaak meteen te registreren dat het voornemen bestaat tot sloop van een bepaald pand. Mocht geen aanvraag worden ingediend omdat de aanvrager mogelijk is afgeschrikt door de eisen, dan kan daar in het toezicht rekening mee gehouden worden. De toetsing van de aanvraag van de sloopvergunning dient kritisch te gebeuren. In deel B is hiertoe een checklist opgenomen: werkdocument 3. Belangrijke aspecten zijn: Wordt het meest recente aanvraagformulier van de VNG gebruikt. Of zijn de laatste wijzigingen verwerkt in het eigen model. Is de aanvraag volledig ingevuld en zijn de noodzakelijke onderzoeken verricht Bij de aanvraag is bij voorkeur een foto van het te slopen pand gevoegd Is er een asbestinventarisatierapport en is dit volledig uitgevoerd (denk aan desk-research/historisch onderzoek, zie deel B: werkdocument 4) Wordt er gesloopt door een gecertificeerd bedrijf. Blijft er twijfel over de juistheid van de aanvraag dan controle ter plaatse uitvoeren. Wellicht ten overvloede: als de aanvraag niet naar tevredenheid is ingediend, dan wordt de aanvrager vier weken de tijd gegeven om aanvullende gegevens aan te leveren, anders blijft de aanvraag buiten behandeling. De aanvrager krijgt hiervan uiteraard bericht. Mocht de aanvraag uitblijven dan wordt extra toezicht uitgeoefend. Als de gegevens naar behoren aangeleverd zijn, dan wordt de procedure gestart tot vergunningverlening. In de vergunning worden goed handhaafbare voorschriften opgenomen. In deel B is hiervoor een standaard sloopvergunning opgenomen: werkdocument 1.
4.2
Toezicht bij vergunningverlening
In de fase van vergunningverlening speelt toezicht een beperkte rol. Het is aan te bevelen om steekproefsgewijs de juistheid van een vergunningaanvraag diepgaander te controleren. Dit kan gebeuren door zelfstandig een historisch onderzoek te doen (eigen archief) of ter plaatse het te slopen bouwwerk te bekijken.
10
11
5.
Toezicht
In hoofdstuk 5 wordt de wijze van toezicht per stap beschreven in de vorm van werkinstructies. Het bijbehorende stroomschema,is opgenomen in deel B: werkdocument 5. 5.1
Melding aanvang sloop
Belangrijk startpunt voor het toezicht en de handhaving is de melding dat met het sloopwerk wordt begonnen. Nu komt het nog regelmatig voor dat de sloop niet gemeld wordt of dat een melding wordt ingediend zonder dat de exacte datum wordt vermeld. Hierdoor is het nagenoeg onmogelijk om toezicht te houden op de uitvoering van het werk. De melding moet juridisch ook goed geregeld zijn om tegen het niet melden strafrechtelijk te kunnen optreden. De procedure is als volgt: In de bouwverordening is opgenomen dat de melding schriftelijk (mag ook per fax) wordt ingediend op een daartoe vastgesteld formulier2. Een standaard meldingsformulier is opgenomen in deel B: werkdocument 6. Deze schriftelijke melding wordt voor akkoord door het bevoegde gezag getekend en teruggestuurd (gefaxt). Hiermee heeft de melder het bewijs in handen dat legaal met het werk gestart kan worden. Door deze werkwijze kan later succesvol proces-verbaal opgemaakt worden bij overtreding. Deze melding dient minimaal zeven dagen voor aanvang werk bij de gemeente ingediend te worden3. Dit geeft de mogelijkheid om het bezoeken van de sloop in te plannen, (eventueel in samenwerking met de Arbeidsinspectie). Niet melden kan leiden tot het opmaken van een proces-verbaal door de politie of een Boa (ambtenaar van de gemeente met bijzondere opsporingsbevoegdheid) van de gemeente. 5.2
Toezicht op het werk
Nu wordt nog slechts sporadisch gecontroleerd op de slooplocatie. Ook de Arbeidsinspectie komt steekproefsgewijs alleen bij bedrijfsmatige werkzaamheden (werkgever/werknemer) een controle uitvoeren. Hierdoor vindt de uitvoering van het werk nagenoeg zonder toezicht plaats met als gevolg dat nog veel asbest verdwijnt in het afgevoerde puin en terecht komt in het puingranulaat. In de toekomst wordt structureel gecontroleerd bij sloopwerkzaamheden en wordt handhavend opgetreden bij overtredingen. Een standaardbezoekrapport is als werkdocument 7 opgenomen in deel B. De handhavingstrategie (sanctiestrategie) wordt in hoofdstuk 6 uitgebreider behandeld. 5.3
Administratief toezicht
Nadat de werkzaamheden zijn afgerond dient de sloper/asbestverwijderaar een meldingsformulier einde sloop in: werkdocument 8: meldingsformulier einde sloopwerkzaamheden. De melding is voorzien van de opgave van de totale hoeveelheid asbest die vrij is gekomen bij de sloopwerkzaamheden. Ook worden de stortbonnen of afgiftebewijzen overlegd. Door de behandelende ambtenaar wordt een vergelijking gemaakt met de aanvraag. Als de afgevoerde hoeveelheid asbest niet conform de aanvraag is dan zal dit nader onderzocht worden. Als deze gereedmelding en/of de stortbonnen niet worden aangeleverd, dan krijgt de vergunninghouder éénmaal een herinnering om aan deze verplichting te voldoen. Bij het niet voldoen wordt een dwangsom opgelegd. Als de stortbonnen niet worden ingeleverd, dan zijn er mogelijk/waarschijnlijk ook andere overtredingen gepleegd. Hierover wordt overleg gevoerd met de politie.
2 In het formulier dient opgenomen te zijn de volledige NAW van de sloper en van het asbestverwijderingsbedrijf inclusief certificaatnummer.
Het kan zijn dat in de bouwverordening al een termijn is opgenomen. Als dit het geval is dan kan deze aangepast worden bij de eerst volgende wijziging van die verordening. 3
12
13
6.
Handhaving
6.1
Overtredingen die leiden tot strafrechtelijk en bestuursrechtelijk optreden/sanctie
Het toezicht wordt uitgevoerd met een standaard bezoekrapport annex checklist: werkdocument 7 in deel B. Hierop zijn de belangrijkste controleaspecten vermeld, die bij overtreding leiden tot bestuursrechtelijk en/of stafrechtelijk optreden. Er wordt ten aanzien van de te hanteren methodiek aangesloten bij de Overijsselse handhavingstrategie. Het Werkdocument 9: Stappenplan handhavingstrategie geeft aan welke stappen bij handhaving moeten worden doorlopen (zie ook 6.1.3.) 6.1.1 Bestuursrechtelijke handhaving Bij bestuursrechtelijk optreden wordt vaak het werk stil gelegd. Bij stillegging wordt door de ambtenaar afgewogen of de maatregel in verhouding staat tot de geconstateerde overtreding. Stel dat de aannemer er voor zorgt dat binnen twee uur een afdoend hekwerk is geplaatst, dan duurt de stillegging niet langer dan die twee uur. Ook als het werk nagenoeg klaar is en het stilleggen geen effect meer sorteert wordt daarvan afgezien. Stillegging geeft tevens de tijd om de politie of arbeidsinspectie te informeren en ter plaatse te komen. Zij beoordelen of een proces-verbaal opgemaakt moet worden. Overtredingen van de asbestregelgeving zijn zodanig ernstig (volksgezondheid), dat deze onder de kernbepalingen van het Openbaar Ministerie vallen en tot sanctionering leiden. De bevoegdheid om een sloop stil te leggen is voorbehouden aan het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente. Het is een vorm van bestuursdwang. Om van deze bevoegdheid efficiënt en snel gebruik te kunnen maken, is het noodzakelijk dat deze bevoegdheid naar een operationeel niveau in de organisatie gemandateerd wordt. Dit betekent in de praktijk dat het college de bevoegdheid mandateert naar het management van de betrokken afdeling of naar de toezichthoudende ambtenaren. Aandachtspunt is dat deze mandatering daadwerkelijk met een besluit van het college plaats vindt of heeft plaatsgevonden. Voor 1998 bestond in de Woningwet namelijk een eigenstandige bevoegdheid van de toezichthoudende ambtenaar. 6.1.2 Strafrechtelijke handhaving Om met succes proces-verbaal op te kunnen maken is het noodzakelijk dat de bouwvergunning aangepast is aan de recente inzichten en de sloopvergunning goed handhaafbare voorschriften kent. De vervolgbare kernbepalingen zijn opgenomen in deel B: werkdocument 10: Kernbepalingen. Tevens is het bij doormelding aan de politie van belang dat een meldingsformulier overtreding kernvoorschriften is ingevuld: deel B: werkdocument 11. 6.1.3 Overijsselse handhavingstrategie De te volgen methodiek bij het handhaven is gebaseerd op de Overijsselse handhavingstrategie. Het doel van deze Overijsselse strategie is om op provinciaal niveau de te volgen stappen bij handhaving te uniformeren. Tevens bevorderd de strategie de samenwerking tussen bestuurs- en strafrechtelijke handhavers waardoor er een uniforme benadering van (milieu) overtredingen ontstaat. De basis van deze strategie wordt gevormd door een stappenplan, Deel B: werkdocument 9a. Op basis van een aantal stappen wordt hierin bepaald welke sanctie wordt toegepast, en welke vervolgstappen volgen als deze sanctie niet tot het gewenste resultaat leidt. In dit stappenplan is het begrip “kernbepaling” belangrijk. De vraag of een geconstateerde overtreding een “kernbepaling” schendt geeft richting aan wat een passende reactie is op een geconstateerde overtreding. Onder het begrip kernbepaling verstaan: Een bepaling die de kern vormt van de bescherming van de belangen waartoe een regeling of vergunning strekt.
14
Met andere woorden, een kernbepaling moet rechtstreeks te herleiden zijn tot het belang waarvoor de regel of vergunning gesteld is. De essentie van het gebruik van de term ‘kernbepaling’ is dan ook gelegen in het onderscheidende effect op de stappen die volgen op het constateren van een overtreding ervan. Anders gezegd: overtreding van kernbepaling leidt tot strenger optreden – tenzij van verzachtende omstandigheden sprake is. De kernvoorschriften die van belang zijn bij de handhaving van asbestsloop projecten worden in werkdocument 10 van deel B genoemd. Over het werken met het stappenplan wordt in deel B: werkdocument 9b een uitgebreide uitleg gegeven. 6.2
Overtreding waarbij de Arbeidsinspectie gewaarschuwd wordt
De Arbeidsinspectie wordt geïnformeerd in de volgende situaties: • Op de slooplocatie is geen werkplan aanwezig • De asbestsaneerder (de uitvoerende persoon ter plaatse) is niet gecertificeerd • Ter plaatse is geen DTA-er aanwezig • Er is geen beschermende uitrusting voor het werkende personeel • Er zijn geen ontsmettingsvoorzieningen aanwezig • Er zijn geen bronmaatregelen getroffen om emissies van asbestvezels naar de lucht tegen te gaan, waar dit wel nodig en mogelijk is. 6.3
Samenwerking met politie
Samenwerking met de politie is voor de afdeling BWT nog niet gebruikelijk. Er wordt aangesloten bij het reguliere overleg dat al met de politie bestaat over de handhaving van milieuregelgeving (locaal handhavingoverleg). De samenwerking zal hierdoor verder groeien. 6.4
Informatie
Overtredingen worden voortaan schriftelijk vastgelegd (Bezoekrapport : werkdocument 7 deel B en Meldingsformulier overtreding kernvoorschriften: werkdocument 9, deel B) en het betreffende bedrijf wordt daarover schriftelijk geïnformeerd. Afschriften van deze brieven gaan naar de certificerende instantie, de Raad voor de Accreditatie, de locale politie en het Openbaar Ministerie. Hiervan gaat een preventieve werking uit naar het betreffende bedrijf.
15
7.
Communicatie
Voor het succes van de toezicht- / controle-acties is het van groot belang dat de WAS Overijssel (WAS) goed bekend is bij de projectdeelnemers én binnen de organisatie van de deelnemers. Voorafgaand aan de acties dient de WAS allereerst te worden voorgelegd aan de beleidsafdelingen van de gemeenten. Zij moeten een eerste slag maken als voorbereiding op de handhavingsacties. Bestaande vergunninghouders (burgers en bedrijven) worden tijdig op de hoogte gebracht van de veranderingen. Deze communicatie dient vanuit iedere organisatie zelfstandig opgepakt te worden De pers kan ondersteunend worden ingezet voor informatie-overdracht naar burgers en bedrijven. Persaandacht vooraf kan een preventieve werking hebben en het aantal meldingen bevorderen. Publiciteit achteraf kan worden ingezet om zichtbaar te maken dat de overheid haar handhavingstaak serieus neemt. Daarnaast komen ook de concrete controleresultaten in beeld. Deze perscommunicatie dient voornamelijk vanuit iedere organisatie zelfstandig opgepakt te worden. Het college van B&W dient hierover een afweging te maken. In zaken waar ook strafrechtelijk wordt opgetreden dient de berichtgeving zodanig geanonimiseerd te zijn dat de dader niet herkenbaar is voor het lezende publiek. Als tot een persbericht wordt overgegaan, worden de communicatiemedewerkers van de betrokken overheden en Openbaar Ministerie hierbij betrokken, zodat een uniform bericht wordt opgesteld. Voor de uitvoering van deze communicatie-aanpak is een afzonderlijk communicatieplan ontwikkeld. Daarnaast zullen een aantal hulpmiddelen voor de communicatie van het WAS, zoals formats voor een interne adviesnota, folder en persberichten worden toegevoegd aan deel B. Werkdocumenten van deze WAS.
16
17
8.
Capaciteit en kosten
Met het invoeren van het WAS Overijssel zijn hoofdzakelijk mensuren gemoeid. Deze zijn onder te verdelen in eenmalige en structurele capaciteit. Eenmalig zal de procedure van vergunningverlening aangepast dienen te worden en de daarbij behorende formulieren en voorschriften. Deze actie is ongeveer 4 uur, afgezien van de procedurele afhandeling. Daarnaast zullen eenmalig de ambtenaren die belast zijn met het toezicht een cursus asbesthandhaving moeten volgen, waarin tevens deze handhavingmethodiek en de regelgeving worden behandeld. Daarnaast wordt voortaan structureel gecontroleerd bij sloopobjecten waarbij asbest in het geding is of kan zijn. Uit ervaring blijkt dat zo’n controle gemiddeld twee uur kost. Dit betekent gezien de beperkte hoeveelheid te controleren objecten een geringe extra belasting van het ambtelijke apparaat.
18
19
Deel B.
Werkdocumenten
20
21
Werkdocument 1.
Standaard Sloopvergunning
Concept Sloopvergunning Gemeente Datum Datum verzending Nummer Burgemeester en wethouders van de gemeente XXX; gezien het verzoek ingediend door: adres: te gedagtekend datum en jaar en ingekomen op datum en jaar; waarbij een sloopvergunning wordt gevraagd voor het slopen van XXX op het perceel, kadastraal bekend gemeente XXX, sectie XXX, nummer(s) XXX, plaatselijk gemerkt XXX te XXX; overwegende: dat door de aan de vergunning verbonden voorschriften in voldoende mate nadelige gevolgen voor het milieu kunnen worden voorkomen; en gelet op het bepaalde in artikel 8, lid 2, sub d en h, van de Woningwet en 8.1.1 t/m 8.4.1 van de Bouwverordening gemeente XXX; besluiten: aan naam aanvrager de gevraagde sloopvergunning te verlenen overeenkomstig de bij dit besluit behorende, door of namens hen gewaarmerkte bescheiden; aan de vergunning de volgende voorwaarden te verbinden: Voorschriften sloopvergunning nummer ….., d.d. Algemeen 1. De aanvangsdatum van de daadwerkelijke sloop moet minimaal 7 werkdagen voor de start er van worden gemeld aan de toezichthoudend medewerker van …... Dit kan uitsluitend door bijgevoegde formulier volledig ingevuld en ondertekend terug te sturen. 2. De datum van beëindiging van de sloop dient binnen 14 na beëindiging van die sloop, middels bijgaand meldingsformulier, te worden gemeld, bij …….. Hierbij dienen de stortbewijzen en andere documenten die betrekking hebben op de afvoer en of verwerking van afvalstoffen, en de vrijgaveverklaring na asbestsanering te worden overlegd. 3. Op het sloopterrein moeten de sloopvergunning of de aanschrijving tot het slopen aanwezig zijn en op verzoek aan de toezichthoudende medewerker van ….. ter inzage worden gegeven. 4. Het slopen moet worden uitgevoerd volgens de bepalingen van hoofdstuk 8, paragraaf 3 van de bouwverordening. 5. Mondelinge aanwijzingen in verband met milieu, hinder of veiligheid, de verkeers- en brandveiligheid daaronder begrepen, door of namens het bouwtoezicht, de politie of de brandweer gegeven, moeten direct worden opgevolgd. 6. Als tijdens de sloop gevaarlijk afval of asbest wordt aangetroffen moeten de werkzaamheden onmiddellijk worden stilgelegd en de toezichthoudende medewerker van ….. direct worden ingelicht.
22
7.
Als tijdens de (sloop)werkzaamheden (mogelijke) historische vondsten worden aangetroffen moeten de werkzaamheden onmiddellijk worden stilgelegd en de toezichthoudend medewerker van …. direct worden ingelicht.
Veiligheid 8. Het slopen en het verrichten van alles wat daarmee in verband staat moet geschieden op veilige wijze, onder meer zodanig dat de nodige veiligheidsmaatregelen zijn genomen ten behoeve van de weg en de in de weg gelegen werken en de weggebruikers en ten behoeve van naburige bouwwerken, open erven en terreinen en hun gebruikers. 9. Tijdens de sloopwerkzaamheden dient het sloopterrein door middel van een deugdelijk hekwerk afgesloten te worden. 10. Hinder, waaronder stofvorming, door de sloopwerkzaamheden voor omwonenden en voorbijgangers dient zoveel mogelijk te worden voorkomen. 11. Voor de aanvang van de sloop dient overleg met de nutsbedrijven plaats te vinden, voordat gas-, water- en elektriciteitsmeters, leidingen of schakelkasten en dergelijke worden verwijderd. Afval 12. Afval dat ontstaat door sloopwerkzaamheden dient ten minste te worden gescheiden in de navolgende fracties: • gevaarlijke afvalstoffen, als bedoeld de EURAL; Stcr. 17 augustus 2001, nr. 158, blz. 9; • steenachtig sloopafval, zonder inbegrip van gips; • bitumineuze en teerhoudende dakbedekking; • met PAK’s verontreinigde materialen (denk ook aan schoorsteenkanalen); • asfalt; • asbest; • dakgrind; • TL.-buizen, armaturen en rookmelders • overig afval 13. Het bewaren van afvalstoffen dient zodanig te geschieden dat het afval zich niet buiten het sloopterrein kan verspreiden. 14. Gevaarlijk afval dient binnen twee dagen na afsluiting van de sanering te worden afgevoerd naar een inrichting (bedrijf) met de daarvoor vereiste milieuvergunning. 15. Ander sloopafval moet, om hergebruik mogelijk te maken, worden afgevoerd naar een inrichting (bedrijf) met de daarvoor vereiste milieuvergunning. 16. Het is verboden afvalstoffen ter plaatse te bewerken of te verbranden, met uitzondering van het mobiel breken van puin indien is voldaan aan de eisen die daarvoor gesteld zijn in de AMVB-mobiel breken van bouw- en sloopafval. Asbest 17. Het schriftelijke werkplan als genoemd in artikel 4.54 van het Arbeidsomstandighedenbesluit moet minimaal 4 weken voor de aanvang van de sloop worden overgelegd aan de toezichthoudend medewerker van …… 18. Minimaal twee weken voordat met het slopen van de asbesthoudende materialen wordt begonnen moet hiervan schriftelijk mededeling worden gedaan aan de Arbeidsinspectie Regio ….. 19. De sloop, betrekking hebbend op asbest, moet uitgevoerd worden met inachtneming van de artikelen 4.54 en 4.55 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. 20. De sloop mag alleen worden uitgevoerd door een deskundig bedrijf dat volgens de nationale beoordelingsrichtlijn BRL 5050 gecertificeerd is. 21. Voordat met het verwijderen van asbesthoudende materialen wordt gestart, moet een kopie van het certificaat van het bedrijf dat met de werkzaamheden wordt belast worden overgelegd aan de toezichthoudend medewerker van ….. 22. Asbest moet worden verwijderd, verzameld, opgeslagen en afgevoerd volgens de in paragraaf 3 van het Asbestverwijderingsbesluit en de in de nationale beoordelingsrichtlijn BRL 50505 opgenomen bepalingen. 23. In aanvulling op de bepalingen van het Asbestverwijderingsbesluit moet in het bouwwerk aanwezige asbest als eerste verwijderd worden. Het is verboden te starten met de overige sloopwerkzaamheden zolang er nog verpakt of onverpakt asbest op het sloopterrein aanwezig is.
23
24. Asbest moet binnen twee dagen na voltooiing van de asbest-sanering worden afgevoerd naar een erkende verwerker als bedoeld in artikel 10.45 of 10.48 van de Wet milieubeheer. 25. Nadat de verwijdering van asbest volgens de geldende voorschriften is uitgevoerd en de gemeente toestemming heeft gegeven kunnen de sloopwerkzaamheden worden voortgezet P.s..Indien u tevens een bouwvergunning heeft aangevraagd, houdt verlening van de sloopvergunning niet automatisch in dat er tevens een bouwvergunning zal worden afgegeven. Burgemeester en Wethouders van XXX, namens dezen, Naam medewerker Afdeling
Tegen de vergunningverlening kan binnen zes weken na de datum waarop de vergunning aan u is toegezonden een bezwaarschrift worden ingediend bij burgemeester en wethouders. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en dient ten minste te bevatten: naam en adres van de indiener; de dagtekening; omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht; de gronden van het bezwaar. De indiening van een bezwaarschrift houdt de werking van het besluit niet tegen. Als u van mening bent dat u door de onmiddellijke uitvoering van het besluit onevenredig in uw belang wordt getroffen, kunt u – alleen als u een bezwaarschrift bij de gemeente hebt ingediend - de voorzieningenrechter van de rechtbank in Zwolle ( sector bestuursrecht, Postbus 1067, 8000 GB Zwolle) om een voorlopige voorziening vragen. Informatie over de procedures kunt u verkrijgen bij XXXXX Indien een bezwaarschrift door een derde belanghebbende is ingediend en de vergunninghouder wenst te slopen vooruitlopend op de behandeling van het bezwaarschrift dan wordt er op gewezen dat dit slopen voor rekening en risico is van de vergunninghouder. Aangeraden wordt dan ook om na afloop van de bezwaarschriftentermijn te informeren of een bezwaarschrift is ingediend tegen de verleende sloopvergunning. Burgemeester en wethouders kunnen deze vergunning bij een met redenen omkleed besluit intrekken in de gevallen, genoemd in artikel 59 van de Woningwet.
24
25
Werkdocument 2a.
is er meer dan 10 m3 sloopafval te verwachten
Toetsingsformulier aanvraag sloopvergunning
ja
nee
sloopvergunning vereist
nee aanvraag ontvankelijk conform controlelijst B
bevat het te slopen bouwwerk asbest
ja
sloopmeldingplichtig conform controlelijst A
asbestverklaring conform controlelijst C nee ja
sloopwerk valt onder vrij te slopen
aanvraag valt onder sloopmelding
beschikken op aanvraag
26
27
Werkdocument 2b.
Controlelijst A.
Controlelijsten
Meldingsplichtige sloopwerkzaamheden
• niet gelijmde asbest bevattende vloertegels of vloerbedekking; • geschroefde hechtgebonden asbest bevattende bouwmaterialen, toegepast aan de buitenzijde van een bouwwerk en bestaande uit platen tot een maximum van 35 m2.
Controlelijst B: compleetheid en ontvankelijkheid • • • • •
formulier volledig ingevuld; formulier ondertekend; formulier in vier-voud; situatietekening met duidelijk aangegeven de te slopen objecten; indien de aanvraag door een gemachtigde is ondertekend dan moet een machtigingsverklaring bij de aanvraag worden ingediend. Dit is een verklaring waarin de opdrachtgever verklaart dat een ander namens hem/haar de aanvraag indient en ondertekent.
Controlelijst C: gemotiveerde verklaring van wel of geen asbest • bouwwerk gebouwd na 1993 (verklaring), geen rapportage noodzakelijk; • bouwwerk voor 1993 in principe asbestinventarisatierapport conform BRL 5052; NB.: deze lijst dient in elke gemeente aangepast te worden aan de daar geldende regels
28
29
Werkdocument 3.
Checklist vergunningverlening asbest en sloop
1e contact aan de balie • Beoordeel of sloop meldingplichtig of vergunningplichtig is (zie bijlage 2). • Als vergunningsplichtig dan formulier uitreiken en specifiek aandacht voor asbest (voorlichting) • Noteer gegevens NAW, zodat vastgelegd is dat deze persoon is geïnformeerd. Mocht later geconstateerd worden dat zonder vergunning gesloopt is, kan dit gebruikt worden. Aanvraag vergunning (beoordelen ontvankelijkheid) • Is het formulier volledig ingevuld • Is asbestinventarisatierapport van gecertificeerd bedrijf bijgevoegd en volledig ingevuld. Let op historisch onderzoek/desk research. • Indien geen asbestinventarisatierapport: let op motivatie. Kritisch beoordelen of de motivatie voldoende is en overeenstemt met de bouwverordening. • Overige aspecten beoordelen en vastleggen in dossier. Steekproefsgewijze controle aanvraag • Steekproefsgewijs bij meer speciale gevallen zelf een controle uitvoeren ter plaatse of een eigen historisch onderzoek. Op deze wijze kan een beeld ontstaan van de betrouwbaarheid van de asbestinventarisatierapporten en mogelijke overtredingen/ foutieve informatie worden opgespoord. • Vastleggen bevindingen in dossier Procedure vergunningverlening • Vergunning wordt verleend onder voorschriften. Zijn deze voorschriften up-to-date? Zijn de voorschriften aangepast aan de handhaafbaarheid? • Meldingsformulier start sloop en einde sloop bijvoegen. • Vastleggen bevindingen in dossier
30
31
Werkdocument 4.
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Checklist rapport Asbestinventarisatieonderzoek
Bedrijf gecertificeerd en bekend bij stichting Bouwkwaliteit? rapportdatum adres en locatie ondubbelzinnig (plattegrond omgeving op schaal met noordpijl) eventueel kadastrale aanduiding en coördinaten onderzoek volgens opgave uitgevoerd conform BRL5052 samenvatting onderzoeksdatum aanleiding voor onderzoek doel onderzoek werkwijze historisch onderzoek historisch gebruik bouwjaar verleende bouwvergunningen/meldingen inventarisatie op locatie vindplaatsen per gebouw niet geïnventariseerde ruimten vermeld destructief/non-destructief onderzoek foto's monsters genomen? analysestaten per materiaaltype, sterlab plattegrondtekening met daarop grens vh onderzoeksgebied en plaats en richting van genomen foto's type asbest, hoeveelheid, wijze van voorkomen, bevestigingsmethode, kwaliteit vh materiaal conclusies
32
33
Werkdocument 5.
Stroomschema controle asbestsloop
melding aanvang sloop
mo voorbereiding controle (dossier)
voldoet
controle uitvoeren
voldoet niet
ja gelijkwaardig
nee nee
bezoekrapport invullen en archiveren
overtredingen
ja nee arbeidsinspectie waarschuwen bevoegheid gemeente
ja Informatie uitwisselen Doormelden naar politie. -Meldingsformulier (bijlage11) invullen/ opsturen.
Naar handhaving (werkdocument 9)
34
35
Werkdocument 5a. Dossiernummer : Inspecteur(s) : Telefoonnummer(s) : Faxnummer Email
Beoordeling gelijkwaardige oplossing SLOPEN
…………………………………………………………………………….….. …………………………………………………………………………….….. ………………………..………………………………………………………. : …………………………………………………………………………….….. : ………………………………………………………...……………………… ruimte voor stempel
Geconstateerde afwijking(en) / wijziging(en): ………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………… (Altijd de originele vergunningsstukken (tekening(en) / berekening(en)) bijvoegen !) Algemeen 9
De verleende sloopvergunning, inclusief alle tekening(en) en bijlage(n), zijn als basis voor de controle(s) gebruikt; Veranderingen in uitvoering tijdens de sloop zijn voor de uitvoering gemeld en/of overlegd met de inspecteur; Calamiteiten / ongevallen / bijzondere voorvallen (b.v. klachten van derden) zijn gemeld aan de inspecteur;
Overige punten 9
(voor zover van toepassing aankruisen)
Het betreft een ondergeschikte wijziging; Het betreft een wijziging die direct uit de sloopvergunning is af te leiden; Door de (uiterlijke) wijziging ontstaat geen “ernstige mate in strijd” met redelijke eisen van welstand; Er vindt geen vergroting van het oppervlak plaats; Het rechtens verkregen gebruik blijft gehandhaafd; Private belangen (van derden) worden niet geschaad; Aan de Bouwverordening is voldaan; Aan het Bouwbesluit is voldaan (inzake de van toepassingzijnde hoofdstukken); Door middel van berekeningen is aangetoond dat de gekozen / gerealiseerde oplossing een gelijkwaardige is; Door middel van (detail) tekeningen is de wijziging (ter beoordeling en archivering) vastgelegd; De wijziging is professioneel pragmatisch doorgesproken met Als vergunningsvrij (overeenkomstig art. 43 WW) is aangemerkt: ………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………….. ……
Bijlagen
Tekening(en) in . voud / berekening(en) in voud (gestempeld d.d. …….….…… ter parafering) (Digitale) foto’s ……...…. exemplaren / 9
AKKOORD VERGUNNINGVERLENING
9
AKKOORD TOEZICHT & HANDHAVING
naam en paraaf: naam en paraaf:
36
37
Werkdocument 6.
Meldingsformulier aanvang sloopwerkzaamheden
Bij deze deelt ondergetekende : Naam : ....................................................................................... Adres : ......................................................................................... Postcode : ................ Woonplaats : ........................................................ Tel. nr: ........................................................ U mede dat met de sloop van: ..................................................................................................................... Op het adres : ...................................................................................................... Wordt aangevangen op (datum): ........................................................................... Zal eindigen op (datum): ................................................................................ Sloopvergunning (nummer plus plus datum afgifte : ............................................... Sloop wordt uitgevoerd door : ............................................................................... (volledige gegevens NAW) Asbest wordt verwijderd door : .............................................................................. (Volledige NAW plus certificaarnr) Datum: .............................. Handtekening: ............................................. Alleen door de gemeente in te vullen. De melding is akkoord bevonden op ............. Functie : ................................
Gemeentestempel :
Handtekening : ................................ Dit meldingsformulier dient volledig ingevuld ten minste 7 dagen voordat met de werkzaamheden wordt begonnen ingediend te worden. U kunt pas met de sloopwerkzaamheden beginnen als u een schriftelijk akkoord heeft (dit ondertekende formulier).
38
39
Werkdocument 7.
Bezoekrapport slooplocatie
Tijdsbesteding Slooplocatie : Datum: Uitvoerder sloop: Uitvoerder asbest (ook certificaatnummer):
CONTROLE ASPECTEN
WEL OF NIET
DOORMELDEN
IN ORDE Vergunningen
ja/nee
Nee
ja/nee
Arbeidsinspectie (AI)
ja/nee
Nee
ja/nee
Arbeidsinspectie
ja/nee
Politie/Boa
ja/nee
Arbeidsinspectie
ja/nee
Politie/Boa
ja/nee
Politie/Boa
aanwezig Werkplan verwijdering asbest aanwezig Terrein voldoende
nee
afgezet Veiligheid op bouwterrein in orde Sloop door gecertificeerd bedrijf Sloop asbest door gecertificeerde uitvoerder (DTA-er) Selectief slopen van asbest Tijdens sloop asbest ontdekt. Doorgemeld aan
ja/nee
gemeente of AI Asbest wordt bewerkt
ja/nee
Politie/Boa en Arbeidsinspectie
ja/nee
Politie/Boa
ja/nee
Eventueel Politie/Boa
ja/nee
Nee
op sloopterrein Sloopafval
gescheiden
conform vergunning Asbest in speciale container en/of deugdelijk verpakt. Asbest als zodanig geëtiketteerd
40
CONTROLE ASPECTEN
WEL OF NIET
DOORMELDEN
IN ORDE Asbest afgevoerd naar
ja/nee
Provincie
ja/nee
Arbeidsinspectie
erkende verwerker Wordt conform het Arbeidsomstandighedenb eleid Asbest gewerkt
Opmerkingen en bijzonderheden
Afspraken
Voor akkoord: De toezichthouder
De uitvoerder sloop
De asbestsaneerder
Dit controlerapport is indien het is ingevuld en ondertekend tevens de schriftelijke vastlegging van de controle. U ontvangt geen afzonderlijk schrijven, tenzij overtredingen zijn geconstateerd waartegen de gemeente, politie en of Arbeidsinspectie formeel optreden. Als in dit rapport overtredingen zijn geconstateerd waarbij een termijn is gegund om de overtreding te herstellen, dan geldt dit rapport tevens als eerste formele waarschuwing. Bij het niet nakomen van de gemaakte afspraken of het niet herstellen van geconstateerde overtredingen, zal zonder nieuwe waarschuwing direct formeel tegen u worden opgetreden. Van dit rapport kunnen kopieën worden verstrekt aan andere overheidsinstanties en/of certificerende instanties.
41
Werkdocument 8.
Meldingsformulier einde sloopwerkzaamheden
Bij deze deelt ondergetekende : Naam : Adres : Postcode : Woonplaats : Tel. nr: U mede dat met de sloop van : .............................................................................................................. Op het adres: .......................................................................................... Is geëindigd op (datum): ............................................................................ Sloop is conform vergunning uitgevoerd :
Ja/Nee
Eventuele toelichting: ............................................................................... ............................................................................................................... Welke afvalstoffen werden afgevoerd en in welke hoeveelheden : 1 2 3 4
................................................................................... ................................................................................... ................................................................................... ...................................................................................
Stortbonnen en/of afgiftebewijzen bijvoegen (LET OP : ERKENDE VERWERKER) Datum afvoer afvalstoffen: .............................. Handtekening : ............................................. Alleen door de gemeente in te vullen. De melding is ontvangen op (datum): ................... Naam medewerker en functie : ................................ Gemeentestempel : Handtekening : ................................ Dit meldingsformulier dient volledig ingevuld uiterlijk 14 dagen na het einde van de sloopwerkzaamheden ingediend te worden bij de gemeente.
42
Werkdocument 9a.
Stroomschema handhaving
43 Er wordt een overtreding geconstateerd Na eerste bezoek: ⇒
1
Handhavingsbeschikking (meestal bestuursdwang) direct van kracht en uitvoeren Opmaken proces-verbaal en eventueel l i t l
⇒
Na eerste bezoek: ⇒
Overtreding met acuut gevaar?
Handhavingsbeschikking conform Awbprocedure met hierin opgenomen de begunstigingstermijn Opmaken proces-verbaal
Ja ⇒
2 Na tweede bezoek: ⇒
Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
Nee
Overtreding kernbepaling* * Hulpmiddelen zoals - benoemde bepalingen in amvb - toezichtsplan - projectgewijs benoemde bepalingen - voorlopige lijst OM - de tafel van 7
Ja Ja •doelbewust of •geen kennelijk incident of
Nee Nee Na eerste bezoek: Handhavingswaarschuwing met hierin opgenomen de hersteltermijn ⇒ Kopie waarschuwing aan OM zenden ⇒ OM stuurt flankerende brief ⇒
3
Na tweede bezoek: Handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn ⇒ Opmaken proces-verbaal ⇒ Kopie beschikking aan OM zenden ⇒
⇒
Na derde bezoek: Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
Na eerste bezoek: Handhavingswaarschuwing met hierin opgenomen de hersteltermijn ⇒ Proces-verbaal opmaken ⇒
Niet gering van omvang of doelbewust of geen kennelijk incident, of Directe aantasting milieu of openbare orde of Aantasting geloofwaardigheid overheid of eerlijke concurrentie, of Belemmering i
4
⇒
Na tweede bezoek: Handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn
⇒
Na derde bezoek: Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
⇒
Na eerste bezoek: Bezoekrapport of brief met hierin opgenomen de hersteltermijn
Ja
Nee Na tweede bezoek: Handhavingswaarschuwing met hersteltermijn ⇒ Kopie waarschuwing aan OM zenden ⇒ OM stuurt flankerende brief ⇒
5
Na derde bezoek: Handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn ⇒ Opmaken proces-verbaal ⇒ Kopie beschikking naar OM ⇒
Na vierde bezoek: Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren U
⇒
44
45
Werkdocument 9b.
Toelichting stappenschema handhavingstrategie
Wanneer er een overtreding wordt geconstateerd moet de handhaver zich de vraag stellen of er sprake is van een overtreding met acuut gevaar.
Overtreding met acuut gevaar?
Ja
Het kan hier bijvoorbeeld gaan om milieugevaar, gevaar voor de volksgezondheid, veiligheid of flora en fauna. Als er sprake is van acuut gevaar dan wordt als volgt opgetreden.
1
Na eerste bezoek: ⇒ Handhavingsbeschikking (meestal bestuursdwang) direct van kracht en uitvoeren ⇒ Opmaken proces-verbaal en eventueel l i l
Als er sprake is van acuut gevaar dan is onmiddellijk optreden vereist. De samenwerking tussen het bestuursrecht en strafrecht is hier uitermate belangrijk. Dat betekent onmiddellijk een handhavingsbeschikking (meestal het toepassen van bestuursdwang) en het opmaken van een proces-verbaal en eventueel voorlopige maatregel (BLOK1)
Overtreding met acuut gevaar?
Nee
Indien geen sprake is van acuut gevaar, dient de vraag gesteld te worden of er sprake is van een overtreding van een kernbepaling: “gaat het om een bepaling die binnen de regeling of vergunning waarvan zij deel uitmaakt, de kern vormt van de bescherming van de belangen waartoe die regeling of vergunning strekt?”. Om deze vraag te beantwoorden zijn er een aantal hulpmiddelen voorhanden: • benoeming kernbepalingen in de betreffende amvb; • toezichtsplan, per inrichting of per branche; • projectgewijs vastgestelde kernbepalingen; • de tafel van 7 en de twee lijstjes van 6; • de voorlopige lijst van kernbepalingen. • Deze opsomming geeft ook een ordening aan: van specifiek naar algemeen, waarbij de specifieke vraag uiteraard het eerst gesteld wordt. Deze hulpmiddelen zijn opgenomen in een apart document dat op papier en via de website beschikbaar is, en dat regelmatig geactualiseerd wordt.
Overtreding kernbepaling
Ja
46
Als deze vraag met ja wordt beantwoord moet beoordeeld worden of de overtreding: • doelbewust is of; • geen kennelijk incident is of; • niet gering van omvang is;
•doelbewust en/of •geen kennelijk incident en/of •niet gering van omvang?
1.1.1. Als één of meer van deze vragen met ‘ja’ beantwoord moet worden dan is sprake van een ernstige overtreding, en volgt de volgende reactie.
2
Na eerste bezoek: ⇒ Handhavingsbeschikking conform Awb-procedure met hierin opgenomen de begunstigingstermijn ⇒ Opmaken proces-verbaal
Na tweede bezoek: ⇒ Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
Na het eerste bezoek volgt een handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn. Dit is de termijn die de overtreder gegund wordt om de overtreding ongedaan te maken zonder dat een dwangsom wordt verbeurd of bestuursdwang wordt toegepast. Daarnaast wordt proces-verbaal opgemaakt – door de handhaver met bevoegdheid als BOA, of door de politie die door de handhaver wordt ingeschakeld. Hier wordt nog opgemerkt dat het bevoegd gezag, voordat over wordt gegaan tot het vaststellen van een handhavingsbeschikking, in de meeste gevallen4 het voornemen om dit te doen aan de overtreder kenbaar maakt en de overtreder om een zienswijze op dit voornemen vraagt. De zienswijze wordt betrokken bij de verdere besluitvorming. Als de overtreding niet ongedaan is gemaakt wordt na het tweede bezoek de handhavingsbeschikking feitelijk uitgevoerd. Dit betekent bij een dwangsombeschikking dat gecontroleerd wordt of aan de last is voldaan. Is dit niet het geval dan leidt dit tot het van rechtswege verbeuren van een dwangsom. Bij een 4 Er zijn in de Algemene wet bestuursrecht uitzonderingen op de hoorplicht (zienswijze) neergelegd.
47
bestuursdwangbeschikking betekent het feitelijk uitvoeren van de handhavingsbeschikking dat bestuursdwang wordt toegepast op kosten van de overtreder.
•doelbewust of •geen kennelijk incident of •niet gering van
Nee
Wanneer het gaat om de overtreding van een kernbepaling die: • niet doelbewust is en; • een kennelijk incident is en; • gering van omvang is; dan volgen de volgende stappen: Na eerste bezoek: Handhavingswaarschuwing met hierin opgenomen de hersteltermijn ⇒ Kopie waarschuwing aan OM zenden ⇒ OM stuurt flankerende brief ⇒
3
Na tweede bezoek: Handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn ⇒ Opmaken proces-verbaal ⇒ Kopie beschikking aan OM zenden ⇒
⇒
Na derde bezoek: Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
Indien de overtreding niet doelbewust is én een kennelijk incident én gering van omvang dan wordt na een eerste bezoek volstaan met een handhavingswaarschuwing met hierin opgenomen de hersteltermijn en een flankerende brief van het Openbaar Ministerie. Hier kan men ook meenemen of de ondernemer meteen maatregelen heeft getroffen of dat hij overigens goed nalevend is. Indien de overtreding na de hersteltermijn doorgaat volgt een handhavingsbeschikking en een proces-verbaal (BLOK 3). Als de overtreding niet ongedaan gemaakt is wordt na het derde bezoek de handhavingsbeschikking feitelijk uitgevoerd.
Indien geen de bepalen hoe
Overtreding kernbepaling
sprake is van overtreding van een kernbepaling dient de handhaver zich volgende vragen nog te stellen om te de overtreding afgedaan moet worden: Nee
48
• • • • • • •
Is de overtreding niet gering van omvang, of Is de overtreding doelbewust, of Is de overtreding geen kennelijk incident, of Is sprake van een directe aantasting milieu of openbare orde, of Is sprake van aantasting van de geloofwaardigheid van de overheid, of Is sprake van belemmering van overheidscontrole, of Is sprake van calculerende of malafide instelling?
Niet gering van omvang, of doelbewust, of geen kennelijk incident, of directe aantasting milieu of openbare orde, of aantasting geloofwaardigheid overheid, of eerlijke concurrentie, of belemmering overheidscontrole, of calculerende of malafide instelling?
Ja
Indien één of meer van de vragen met ja beantwoord moet worden, dan dient als volgt opgetreden worden. Na eerste bezoek: Handhavingswaarschuwing met hierin opgenomen de hersteltermijn ⇒ Proces-verbaal opmaken ⇒
4
⇒
Na tweede bezoek: Handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn
⇒
Na derde bezoek: Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
Na het eerste bezoek volgt gelijk een handhavingswaarschuwing met hierin opgenomen de hersteltermijn. Daarnaast wordt proces-verbaal opgemaakt, door de handhaver met bevoegdheid als BOA, of door de politie die door de handhaver wordt ingeschakeld. Als de overtreding niet ongedaan gemaakt wordt volgt na het tweede bezoek een handhavingsbeschikking. Na het derde bezoek wordt de handhavingsbeschikking feitelijk uitgevoerd (BLOK 4).
Niet gering van omvang of doelbewust of geen kennelijk incident, of Directe aantasting milieu of openbare orde, of Aantasting geloofwaardigheid overheid of eerlijke concurrentie, of Belemmering overheidscontrole , of Calculerende of malafide
Indien geen van de sanctiestrategie.
Nee
vragen met ja moet worden beantwoord dan volgt de lichtste variant uit de
49
5
⇒
Na eerste bezoek: Bezoekrapport of brief met hierin opgenomen de hersteltermijn
⇒ ⇒ ⇒
Na tweede bezoek: Handhavingswaarschuwing met termijn Kopie waarschuwing aan OM zenden OM stuurt flankerende brief
Na derde bezoek: Handhavingsbeschikking met hierin opgenomen de begunstigingstermijn ⇒ Opmaken proces-verbaal ⇒ Kopie beschikking naar OM ⇒
⇒
Na vierde bezoek: Handhavingsbeschikking feitelijk uitvoeren
Na het eerste bezoek volgt een bezoekrapport of brief met daarin opgenomen de hersteltermijn. Na het tweede bezoek volgt – bij het voortduren van de overtreding - dan een handhavingswaarschuwing met hersteltermijn en een flankerende brief van het Openbaar Ministerie. Pas bij het derde bezoek volgt een handhavingsbeschikking en een proces-verbaal (BLOK 5). Als na het vierde bezoek de overtreding niet ongedaan is gemaakt wordt de handhavingsbeschikking feitelijk uitgevoerd. Bij afdoening van veel voorkomende milieuzaken van relatief eenvoudige aard of met een vrij geringe inbreuk op de te beschermen belangen is lik-op-stuk-aanpak door politie en Openbaar Ministerie mogelijk. Lik-op-stukverbaal voor milieudelicten is mogelijk wanneer het: een eenvoudig feit betreft; 1. een op heterdaad geconstateerde overtreding betreft, dan wel 2. een overtreding waarbij de betrokkenheid van de verdachte te plaatse direct kan worden vastgesteld; een bekennende verdachte betreft die direct (in een geval als onder b1, dan wel onmiddellijk aansluitend (zoals situaties als onder b2 genoemd) kan worden gehoord.
50
51
Werkdocument 10.
Kernvoorschriften
Soort overtreding
Artikel MBV
1. Slopen zonder vergunning/
8.1.1, lid 1
zonder mededeling (melding)
en 2, 8.2.1
2. Slopen in afwijking van
8.1.1, lid 1
vergunning
en 2
3. In afwijking van vergunning
8.1.1, lid 4
afvoer asbest niet binnen termijn
4. Slopen in afwijking van
8.2.1, lid 9
voorschriften bij melding
*
5. Laten slopen door niet-
8.3.3, lid 1
deskundig verwijderingsbedrijf.
6. Geen overhandiging vergunning 8.3.3, lid 2 of onderzoekrapport aan
en 3
verwijderingsbedrijf. 7. Sloopwerkzaamheden niet melden 8.3.3, lid 4 aan inspectiedienst SZW
8. Sloopwerkzaamheden niet melden 8.3.4, lid 2 aan bouwtoezicht
9. Niet selectief slopen
8.3.5, lid 1
10. Niet toepassen bestaande
8.3.5, lid 2
technieken tegen verontreiniging van het milieu met asbest bij slopen. 11. Geen verpakking afval, afval 8.3.5, lid 4vermengd met ander afval
6
opgeslagen buiten of in open container. 12. Slechte verpakking afval,
8.3.5, lid 4-
afval gescheiden opgeslagen in
6
slecht afgesloten, voor derden toegankelijke container. 13. Geen of onjuiste etikettering 8.3.5, lid 7a van asbesthoudend materiaal.
52
14. Zodanig afvoeren dat milieu
8.3.5, lid 7b
wordt verontreinigd.
15. Niet op het sloopterrein
8.3.2
aanwezig zijn van vergunning of aanschrijving. 16. Bewerken asbest op
8.2.1, lid 10
sloopterrein (sloopmelding)
17. Onvoldoende veiligheid voor
8.3.1
derden op het sloopterrein, terreinafscheidingen en onveilige hulpmiddelen.
* De strafbaarheidstelling van artikel 8.2.1, lid 9, is geregeld in artikel 12.1 van de MBV.
53
Werkdocument 11.
Meldingsformulier overtreding kernvoorschriften
MELDINGSFORMULIER OVERTREDING KERNVOORSCHRIFT(EN) ASBEST REGISTRATIENUMMER: 1. Op welke locatie vond de overtreding plaats? Straat Postcode / plaats Gemeente 2. Op welke datum en welk tijdstip werd(en) de overtreding(en) van de asbestvoorschrift(en) geconstateerd? Datum (dag, maand, jaar)
Tijdstip
Op: ……………………………….. .
Omstreeks ……………….
Uur
3. Wie heeft de overtreding(en) geconstateerd? De toezichthouder van (organisatie):
Naam (toezichthouder):
4. Wie heeft de overtreding begaan? Behalve de uitvoerder sloop kan er ook een asbestsaneerder op de locatie werkzaam zijn!!
5. Is voor deze sloop een vergunning afgegeven? 0 Ja, op de datum:
0 Nee
6. Omschrijf per voorschrift waarom de aangetroffen situatie in strijd was met de verleende vergunning. Voorschrift nummer: Geconstateerd werd dat:
Voorschrift nummer: Geconstateerd werd dat:
Voorschrift nummer: Geconstateerd werd dat:
Voorschrift nummer: Geconstateerd werd dat:
54
7. Bewijsmateriaal met betrekking tot de overtreding(en): 0
Foto’s:
0
Anders, nl. :
8. Is het bedrijf eerder gewaarschuwd in verband met deze overtreding(en)? 0
Nee
Ja, dit bedrijf werd op de volgende wijze in een eerder stadium gewaarschuwd: (Evt. brieven beschikbaar bij ondergetekende)
9. Zijn er nog andere relevante omstandigheden? Nee Ja, namelijk
10. Is overleg gewenst voordat strafrechtelijk wordt opgetreden? Nee Ja, namelijk
11. Wat is het bestuurlijk vervolgtraject? Waarschuwingsbrief 0
Dwangsom / Bestuursdwang
12. Overige relevante opmerkingen
Verzoeke binnen 4 weken na dagtekening van dit formulier proces-verbaal op te maken Datum
:
Plaats Handtekening
: :
55
Geraadpleegde documenten
Lijst documenten t.b.v. WAS- Overijssel • • • • • • • • • • • • • •
Het Asbestverwijderingsbesluit Het concept Asbestverwijderingsbesluit (17 april 2002, Stcrt nr 74) Uitvoerings- en handhavingsbundel Asbest-verwijderingsbesluit, Inspectie milieuhygiëne (1996/108) 241 vragen over asbest, Infomil, 1997 (S 01 stoffen) 235 vragen over asbest, Infomil, 2002 (S 02 stoffen) Leidraad asbestonderzoek deel 2 VNG, 1998 Ketenproject asbesthoudende afvalstromen Twente, Arbeidsinspectie, maart 2001 Handhaving asbest in puingranulaat (basisrapport), provincie Gelderland 17 juli 2000 Strategienotitie Asbest in puingranulaat, provincie Gelderland, 17 juli 2001 Eindrapport Asbestproject Regio Achterhoek, maart 2001 Ontwerpstrategie Asbest, Arbeidsinspectie, 23 januari 2001 TUM- Gelderland Interventiestrategie LOM Handhavingstrategie voor gecombineerde handhaving in Overijssel (versie 2005)
November 2005