GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN ‘SPORT– EN LANDSCHAPSPARK HOF VAN RIEMEN’ Memorie van toelichting – Ontwerp december 2013 Opdrachtgever: Gemeente Heist-op-den-Berg
KWALITEIT
DOCUMENTGESCHIEDENIS Titel
Memorie van toelichting
Versie
Datum
Opdrachtgever
Gemeente Heist-op-den-Berg
Schetsontwerp
17/03/2011
Contactpersoon opdrachtgever
Veerle De Belser
Voorontwerp
08/12/2011 03/01/2012
Opdrachtnemer
TECHNUM
Vooroverleg
6/06/2013
011/28 86 00
Plenaire vergadering
3/10/2013
Contactpersoon opdrachtnemer
Vera Peeters/Christel Verheyen
Ontwerp
20/12/2013
Datum
21/05/2013
Openbaar onderzoek
Versienummer
1
Definitief ontwerp
Projectnummer
P.002501
Ilgatlaan 23 - 3500 Hasselt
Opmerkingen
Dossier voor voorlopige vaststelling
GEMEENTE HEIST-OP-DEN-BERG GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN (GEMRUP) ‘LANDSCHAPS- EN SPORTPARK HOF VAN RIEMEN’ Op basis van artikel 2.2.13 e.v. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
MEMORIE VAN TOELICHTING Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van ............................. De Secretaris,
Opgesteld door TECHNUM – Spatial Planning & Design Hasselt,
Vera Peeters, Ruimtelijk Planner opgenomen in het register BVR 05.05.2000, gewijzigd 07.07.2000, 07.11.2003, 23.04.2004 en 23.06.06.
De Voorzitter van de gemeenteraad
Het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek op het gemeentehuis werd neergelegd van ……………… tot ……………… De Secretaris,
De Burgemeester
Gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van De Secretaris,
De Voorzitter van de gemeenteraad
3.10 Vergunningen ______________________________________ 25
INHOUD 1.
2.
Inleiding
3
3.12 Landbouw _________________________________________ 31
1.1
Doelstelling van het gemeentebestuur ____________________ 3
3.13 HAG-gebieden _____________________________________ 34
1.2
Relatie met het ruimtelijk structuurplan ___________________ 3
3.14 Biologische waarderingskaart _________________________ 35
1.3
Dossiersamenstelling _________________________________ 3
3.15 Habitatrichtlijn- en vogelrichtlijngebieden________________ 36
1.4
Aanpassingen in functie van plenaire vergadering __________ 3
3.16 VEN – gebieden ____________________________________ 37
Het plangebied in beeld
3.17 Erfgoed ___________________________________________ 38
6
2.1
Situering in de regio __________________________________ 6
2.2
Situering en bestaande ruimtelijke structuur van het plangebied __________________________________________ 6
2.3 3.
3.11 Watertoets ________________________________________ 27
3.18 Archeologische sites _________________________________ 41 3.19 Landschapsatlas ____________________________________ 42 3.20 Atlas van de buurtwegen _____________________________ 42
Fotoreportage _______________________________________ 9
Randvoorwaarden uit planningscontext
13
3.21 Waterwegen _______________________________________ 43 4.
Gewenste Ruimtelijke Structuur
44
3.1
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) _______________ 13
4.1
Sportfaciliteiten ____________________________________ 46
3.2
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan ____________________ 13
4.2
Zachte recreatie ____________________________________ 47
3.3
Het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg ______________ 16
4.3
Natuur, cultuurgroen en water ________________________ 48
3.4
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan ___________________ 18
4.4
Wonen ___________________________________________ 52
3.5
Mobiliteitstoets _____________________________________ 21
4.5
Mobiliteit __________________________________________ 53
3.6
Gewestplan ________________________________________ 23
4.6
Mober ____________________________________________ 57
3.7
BPA’s en RUP’s _____________________________________ 24
4.7
Conceptschets _____________________________________ 58
3.8
Verkavelingen ______________________________________ 24
3.9
Verordeningen ______________________________________ 25
5.
Ruimtelijk UitvoeringsPlan 5.1
70
Grafisch plan en de stedenbouwkundige voorschriften _____ 71
P.002501| Memorie van toelichting
2
5.2
Ruimtebalans_______________________________________ 73
5.7
Register planbaten/planschade ________________________ 79
5.3
Op te heffen bepalingen ______________________________ 73
5.8
Watertoets ________________________________________ 82
5.4
Ligging binnen het HAG ______________________________ 74
5.9
Milieutoets ________________________________________ 83
5.5
Onteigeningsplan ___________________________________ 76
5.6
Voorkooprecht ______________________________________ 77
P.002501| Memorie van toelichting
2
1. 1.1
INLEIDING Doelstelling van het gemeentebestuur
De opmaak van het RUP Landschaps- en sportpark Hof Van Riemen komt voort uit de doelstellingen van het GRS Heist-op-den-Berg. Hier wordt binnen de open ruimte structuur een concept voorzien voor de uitbouw van een landschappelijk geïntegreerde zone voor spel- en sportterreinen. De uitbreiding van de bestaande sportinfrastructuur, aansluitend bij het Hof van Riemen, in relatie met de kern van Heist-op-den-Berg, is hierin voorzien. Het groene kader krijgt een belangrijke rol waarbij de natuurlijke uitloop in een stadspark met landschapecologische waarde wordt nagestreefd. Het RUP Landschaps- en sportpark Hof Van Riemen heeft als doel de uitbouw van het sportpark en het stadspark juridisch te verankeren en de inplantingmogelijkheden van de sportinfrastructuur in het gebied vast te leggen. Recent werd een nieuwe sporthal ingeplant op de plaats van de voormalige voetbalvelden, verder werd ook een uitbreiding van de bestaande tribune gerealiseerd. Door deze ingrepen is er nood aan een herschikking van heel het recreatiegebeuren aan de Lostraat. Om een totaalconcept uit te werken en het gebied te herstructuren werd een onderzoek gedaan naar alle bestaande recreatieve voorzieningen binnen het gebied. In dat kader werd gesteld dat het bestaande zwembad niet meer voldoet aan de huidige normen en volledig aan vervanging toe is. Door de beperkte beschikbare ruimte op de plaats van het bestaande zwembad en de nood aan parkeergelegenheid aansluitend bij de sporthal en de voetbalinfrastructuur gaf het gemeentebestuur de opdracht om een locatie onderzoek uit te voeren voor de inplanting van een nieuw zwembadcomplex.
Dit locatieonderzoek wordt in bijlage bij de Screening van de plan-MERplicht verzoek tot raadpleging gevoegd om te onderbouwen waarom voorliggende locatie de voorkeur verkrijgt.
1.2
Relatie met het ruimtelijk structuurplan
In het bindend deel hoofdstuk 3.6. Strategische projecten wordt verwezen naar het versterken van groengebieden met o.a. het stadspark. De versterking van de groengebieden, waaronder het stadspark, wordt aanzien als een strategisch project.
1.3
Dossiersamenstelling
Het dossier omvat:
1.4
Plan bestaande toestand; juridische toestand Plan bestaande toestand; feitelijke terreintoestand Grafisch plan Register mogelijke planbaten- planschade Memorie van toelichting Stedenbouwkundige voorschriften Screening van de plan-MER-plicht verzoek tot raadpleging met locatie-onderzoek MOBER
Aanpassingen in functie van plenaire vergadering
Het verslag van de plenaire vergadering (dd 3/10/2013) werd op 15 oktober aan alle betrokken besturen overgemaakt. Enkel de provincie Antwerpen gaf bijkomende opmerkingen. Zowel het verslag als de opmerkingen worden bij het dossier toegevoegd.
P.002501| Memorie van toelichting
3
In het kader van de adviezen werden volgende aanpassingen aan het dossier doorgevoerd;
Memorie van toelichting:
Paragraaf 3.11 Watertoets werd aangevuld met info over afvloeiing hemelwater aan de zuidzijde van het spoor en met richtlijnen aangegeven in het advies van de Provincie Antwerpen. Het luik ‘landbouw’ werd aangevuld conform de gegevens van de milieuscreening De gewenste ruimtelijke structuur werd op vraag van de Provincie Antwerpen verder uitgewerkt. Verder werden referentiebeelden toegevoegd om het tekstuele gedeelte te ondersteunen. Paragraaf 5.4 Ligging binnen het HAG werd aangevuld om latere onduidelijkheden betreffende de ruil recreatie/landbouw te vermijden. Paragraaf 5.5 Onteigeningsplan werd toegevoegd. De motivatie werd gegeven op basis van algemeen nut, noodzaak tot onteigenen en hoogdringendheid. Paragraaf 5.6 Voorkooprecht wordt toegevoegd.
Stedenbouwkundige voorschriften:
De Algemene Bepalingen werden aangevuld met 1.11 Monumenten en beschermde landschappen In de Algemene Bepalingen werd 1.15 Terminologie, aangevuld met de omschrijving ‘Draagkracht’ en ‘Gastenkamers’. In verband met de nevenbestemming ‘Gastenkamers’ werden aanvullingen gedaan in de Artikels 1, 2, 4 en 21. Aansluitend hierbij werd de aandacht op het parkeerbeleid aangevuld in de toelichtende kolom. Binnen Art 4 werd de inplanting van de parkeerzone in de bindende kolom opgenomen.
In het kader van een eventuele uitbreiding met een derde spoor, werd een aanvulling gedaan binnen Art 1 voor de woningen aan de Lostraat parallel met de spoorweg. In het kader van inplanting van garages/carports in de zijgevelzone: gezien de algemene bepalingen (SBV) van de goedgekeurde verkavelingen in de gemeente Heist-op-den-Berg reeds 10 jaar het akkoord van de aangrenzende eigenaar inschrijft wordt dit vergunningenbeleid ook binnen het RUP verankerd. Er is een aanvulling gedaan binnen de Artikels 1 en 2, in het kader van een beperkt openbaar onderzoek. In het kader van de draagkracht van het gebied werd binnen Artikel 3 de bestemming ‘HORECA’ verder omschreven als bed&breakfast, vakantiewoning, gastenkamers, café/restaurant. Een hotel is bijgevolg niet toegelaten. Artikel 6 Zone voor recreatie: Binnen dit artikel werd de inrichtingsstudie in de toelichtende kolom opgenomen. Verder werd ten opzichte van de Paul van Roosbroecklaan een achteruitbouwstrook van min 8 m voorzien. In de zone voor sport en spel (Art 7) werd naar aanleiding van het advies van RO de toegelaten bestemming verankerd met de paardensport en de agrarische functie. Art 8 Zone voor buffer: in relatie met de overdrukken werden aanvullingen gedaan in het kader van doorbrekingen van de buffer. Art 10 en 11: In het kader van de opmerking van NMBS Holding werden randvoorwaarden ingeschreven voor de inplanting van hoogstambomen. Art 11 Zone voor landschapspark - ondersteunende recreatieve functie: het toelichtend gedeelte werd aangevuld conform de gewenste ontwikkeling. Verder werden een aantal aspecten aangevuld in de verordenende kolom. Omdat de ligging van een aantal langzaam verkeerverbindingen reeds bepaald werden (in overleg met de omwonenden/eigenaars) worden ze ook hard ingetekend als Art 13 zone voor paden. In de
P.002501| Memorie van toelichting
4
voorschriften wordt een artikel bijgevoegd onder de categorie Lijninfrastructuur. Er werd een opsplitsinggemaakt tussen de functionele fietsroute (art 15) en de langzaam verkeer overdrukken (art 16). De overddruk wordt ook aangevuld in de betreffende artikels (grondbestemmingen). De overdruk beekbegeleidende zone werd hoofdzakelijk behouden. De landschappelijke integratie van de waterloop is namelijk een essentieel onderdeel van de inrichting van het park. Gezien één van de oevers verplicht wordt ingeschakeld voor de ruiming van de waterloop en gezien de waterloopbeheerder verplicht dient geraadpleegd te worden zijn er voldoende garanties ingeschreven voor het onderhoud van de waterloop.
Plannen: Grafisch plan:
Naar aanleiding van het advies van de provincie Antwerpen werd het noordelijke deelgebied herbekeken en aangepast aan de gewestplanbegrenzing Het plangebied werd beperkt; het gedeelte van perceel 439H dat binnen woongebied valt werd uit het plan gelaten. Waar mogelijk is de zone non aedificandi (ruimingszone) aangevuld. Op plaatsen waar de landschappelijke structuren belangrijk zijn blijven echter de voorschriften van de overdruk beekbegeleidende zone van kracht. Gezien de machtiging van de waterloopbeheerder werd opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften, zijn er voldoende garanties bij de inrichting van het gebied die de ecologische waarde ondersteunen zonder het waterbergend vermogen en het onderhoud van de waterloop te belemmeren. Na overleg met de omwonenden/eigenaars werd het westelijk deel van de recreatiezone tussen de spoorweg en Lostraat (insteek)
omgezet naar Art 11 zone voor landschapspark met ondersteunende recreatieve functie. Omdat de ligging van het de langzaam verkeer verbindingen in de zone rond de Neleshoeve reeds bepaald werden (in overleg met de omwonenden/eigenaars) worden ze ook hard ingetekend als Art 13 zone voor paden. Er werd een opsplitsinggemaakt tussen de functionele fietsroute (art 15) en de langzaam verkeer overdrukken (art 16). De ontsluiting van de site rond de sporthal, via de rotonde, werd geschrapt.
Onteigeningsplan:
Het onteigeningsplan werd, na overleg met de omwonenden, aangepast. Ook het recht van voorkoop werd herbekeken op basis van de ontwikkelingsmogelijkheden van de bestemmingszones.
Planbaten - planschade: Het Register van percelen waarvoor planbaten, planschade, kapitaalschade of gebruikersschade kan verschuldigd zijn werd aangepast. Om tegenstellingen uit te sluiten werd het plan aangepast en werden alle zones waar bestemmingswijzigingen planbaten of planschade tot gevolg KUNNEN hebben aangeduid. De rechtbank zal later beslissen of er vorderingen dienen te gebeuren. In de memorie van toelichting zullen de verschillende percelen wel uitvoerig besproken worden zodat latere motivatie kan gebeuren.
P.002501| Memorie van toelichting
5
2. 2.1
HET PLANGEBIED IN BEELD Situering in de regio
gebeurt via de N10. In de andere richting wordt Heist-op-den-Berg via de N10 ontsloten richting het kleinstedelijk gebied Aarschot en de E314. De spoorweg Antwerpen – Aarschot zorgt voor een extra verbinding met de omliggende steden: Lier, Aarschot, Antwerpen, Mechelen, … Ten noorden ligt de vallei van de Grote Nete en de bossen van Averegten. Een groot deel van de omgeving van Heist-op-den-Berg is herbevestigd agrarisch gebied en agrarisch gebied met een hoge natuurwaarde.
2.2
Situering en bestaande ruimtelijke structuur van het plangebied
Heist-op-den-Bergt ligt centraal tussen de steden Mechelen, Aarschot, Herentals en Lier, aan een van de getuigenheuvels van de Zuiderkempen en centraal in het gebied tussen de E313, E19 en E314. Het gebied ten westen van Heist, de as Antwerpen-Brussel is sterker verstedelijkt dan het gebied ten oosten van Heist. De ontsluiting naar de E19 en het regionaal stedelijk gebied Mechelen gebeurt via de N15. De ontsluiting naar het kleinstedelijk gebied Lier, het Economisch netwerk Albertkanaal en het grootstedelijk gebied Antwerpen
Snede luchtfoto AGIV met aanduiding plangebied
P.002501| Memorie van toelichting
6
De huidige sportzone leunt aan bij het centrum van Heist-op-den-Berg, waar de voetbalinfrastructuur samen met het groengebied rond Hof van Riemen de overgang vormen tussen het stadsweefsel en de open ruimte in het oosten. Diverse functies zijn reeds aanwezig binnen het plangebied en bepalen mee het karakter van het gebied; wonen, landbouw, natuur, sport en recreatie.
De vallei van de Klein Veldekensloop bezit fragmenten met een hogere natuurwaarde (rietvelden en natte weiden) en vormt de zuidwestelijke rand van het plangebied, parallel met de spoorweg. De vallei van de Loop van Riemen ontspringt aan de ringgracht van de Hof van Riemen en loopt ten zuiden van de huidige sportzone in de richting van de Lostraat. De waterloop volgt in zuidelijke richting het tracé van de Lostraat tot op de kruising met de Klein Veldekensloop net voor de spoorweg overgang.
Naast de natuurlijke structuren zijn ook twee duidelijke evenwijdig lopende lijnstructuren herkenbaar in het landschap:
De Liersesteenweg (N10) provinciale drager stedelijk netwerk. De spoorweg Antwerpen – Aarschot met station in Heist-op-denBerg. De spoorweg vormt de directe grens tussen het gebied en de aangrenzende bedrijvenzone in het zuiden.
De Lostraat vormt de structurele drager van het stadspark en staat dwars op deze lijnstructuren met aantakking op de Liersesteenweg. Een fijnmaziger netwerk van wegen; Ter Hagen, Orshagenstraat, Boektestraat, … takt via de Paul van Roosbroecklaan aan op de Lostraat. Een aantal wegen zijn structuurbepalende lanen; waaronder parallellopende laan naar Hof van Riemen en de Orshagenstraat.
Snede topografische kaart 2008 schaal 1/10 000 met aanduiding plangebied
De omgeving wordt gekenmerkt door twee beekvalleien ten zuiden van de “Berg”; de beekvallei van de Kleine Veldekensloop en de beekvallei van de Loop van Riemen. Ze vormen de natuurlijke structuur.
de
Het wonen aan de Lostraat varieert van gesloten bebouwing, in de zone onmiddellijk aansluitend bij de spoorwegovergang, naar half open en open bebouwing, in het noordelijke weggedeelte en in het gebied aansluitend bij de spoorweg. Het bouwlint is ononderbroken vanaf de spoorwegovergang tot aan de T-kruising met de Tiendestraat en in het weggedeelte parallel met de spoorweg. Van af de T-kruising, richting rotonde, is het lint gefragmenteerd door de weidepercelen die vanuit het westelijk gelegen gebied doorlopen tot tegen de weg. De huiskavels zijn ruim, het groen karakter overheerst. Dit laatste wordt versterkt door de aanwezige
P.002501| Memorie van toelichting
7
doorkijken tussen de bebouwing en door de aanwezigheid van het opgaand groen in het achterliggend parkgebied.
geflankeerd door tribunes en stadiongebouw. De andere velden zijn oefenvelden waarvan er één in kunststofgras is uitgevoerd.
De woonbebouwing aan de Lostraat stopt tegen het voetbalveld en gaat over in het grootschalig volumes van De sporthal en het zwembad, die zijn ingeplant op de splitsing van de Lostraat en de Paul van Roosbroecklaan. De zone rond de sporthal en het zwembad is ingericht als parking, waar zowel een toegang is voorzien via de Lostraat als via de Paul van Roosbroecklaan. De overige woningen, binnen het plangebied, zijn gelegen binnen de open ruimte die wordt omsloten door de spoorweg en de bebouwing van de Lostraat, de Orshagenstraat en het centrumgebied van Heist-op-den-Berg. De kruising van de Boektestraat met de Orshagenstraat wordt geaccentueerd door de statige bebouwing van Hof van Riemen met omringende gracht. Verder loopt de weg in zuidelijke richting het open gebied binnen. Hier ligt, aan de oostzijde van de weg, een aaneengesloten cluster van woningen in open bouwvorm in ruime groene huiskavels. Tussen de Boektestraat en de Lostraat loopt, parallel, de zijtak van de Orshagenstraat als dreef uit op het perceel van het Neleshof. Taverne Neleshoeve ligt in een rustig en groene gebied, er is een ruime parking, een terraszone en een kleine speeltuin. De overige bebouwing in het gebied bestaat uit vier zonevreemde woningen en enkele verspreid liggende volumes van de voetbalinfrastructuur in het gebied aansluitend bij de sporthal, en een wooncluster op de insteek van de Lostraat aansluitend bij de zone rond de Boektestraat. Het grondgebruik van de niet bebouwde zones varieert van beboste percelen naar ruigtes en open weides met sporadisch een akkerperceel. De zone onmiddellijk aansluitend bij de sporthal is ingericht als sportzone. De sportinfrastructuur bestaat uit 4 voetbalterreinen, trapveld en parkeerzones, alles gevat binnen de lijnvormige groenstructuren aan de rand van het gebied. Het centrale voetbalterrein betreft het wedstrijdveld
P.002501| Memorie van toelichting
8
2.3
Fotoreportage
P.002501| Memorie van toelichting
9
Lostraat A
B
C
D
E
F
G
H
J
K
L
Hof Van Riemen I
P.002501| Memorie van toelichting
10
Cuperuslei/ Ter Hagen/ Boektestraat M
N
O
P
Q
R
S
T
V
W
X
Sportcentrum U
P.002501| Memorie van toelichting
11
Bedrijventerrein AA
BB
CC
DD
FF
GG
HH
JJ
KK
LL
Manège EE
Vogelroedestraat II
P.002501| Memorie van toelichting
12
3. 3.1
RANDVOORWAARDEN UIT PLANNINGSCONTEXT Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)1
Heist-op-den-Berg is geselecteerd als kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau. In de ruime omgeving van Heist bevindt zich nog het regionaalstedelijk gebied Mechelen en de de structuurondersteunende kleinstedelijke gebieden Aarschot, Herentals en Lier. Tot nu toe is er in de gemeentelijke structuurplanning ervan uitgegaan dat Heist-centrum en Hallaar samen het stedelijk gebied zullen vormen. De stedelijke gebieden moeten multifunctionele locaties worden; men moet trachten de verschillende functies te stimuleren en te concentreren: onder andere door de gemeenschaps- en nutsvoorzieningen en de kleinhandel te concentreren in de stedelijke gebieden en de kantoren te concentreren op belangrijke knooppunten van openbaar vervoer (stations). De woningvoorraad moet verbeterd en gedifferentieerd worden. Herwaardering van openbare ruimte is een voorwaarde voor deze stedelijke vernieuwing; de stedelijke natuurelementen en Randstedelijke groengebieden moeten behouden en ontwikkeld worden. Voor toeristische en recreatieve voorzieningen staat medegebruik voorop. In de omgeving van Heist zijn twee stedelijke netwerken geselecteerd: het stedelijk netwerk op internationaal niveau Vlaamse Ruit en het stedelijk netwerk op Vlaams niveau Kempische As.
1
Het RSV werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 23.09.119, gedeeltelijk herzien en definitief vastgesteld door de Vlaamse regering op 12.12.2003.
Alle stedelijke gebieden zijn ook economische knooppunten. Naast de stedelijke gebieden in de omgeving is er in de omgeving van Heist ook het economisch netwerk van het Albertkanaal aangeduid. In de ruime omgeving is Duffel nog geselecteerd als economisch knooppunt. In de omgeving van Heist-op-den-Berg selecteert het Vlaams Gewest A1 (E19), A2 (E314) en A13 (E313) als hoofdwegen. R6 (Mechelen Noord), R12 (Mechelen Zuid), R16 (Lier) en R25 (Aarschot) worden gelecteerd als primaire weg II. Dichter bij Heist zijn in het RSV geen wegen gecategoriseerd. De spoorlijn Antwerpen-Lier-Aarschot-Hasselt behoort tot het net van de verbindingen van Vlaams niveau. Het Albertkanaal wordt als hoofdwaterweg geselecteerd.
3.2
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan 2
Er zijn twee invalshoeken voor het ruimtelijk structuurplan van de provincie: deelruimten en deelstructuren. Deelruimten zijn intern samenhangende gebieden binnen de provincie. De provincie is opgedeeld in vier grote hoofdruimten, die zelf nog eens afzonderlijk opgedeeld worden in kleinere deelruimten. Deelstructuren beschrijven de samenhang binnen de provincie tussen ruimten van dezelfde soort (natuur, nederzetting, economie, verkeer en landschap). Voor relevante uitspraken over Heist dient dan zowel gekeken te worden naar de deelruimte(n) waarbinnen Heist valt als naar al de deelstructuren. De gemeente Heist-op-den-Berg bevindt zich grotendeels in de deelruimte Mechels rasterlandschap, onderdeel van de Antwerpse fragmenten en in de deelruimte gebied van de Grote Nete, onderdeel van het Netegebied.
2
RSPA goedkeuringsbesluit van de Vlaamse Regering van 10.07.2001, de partiële herziening werd bij MB van 4 mei 2011 goedgekeurd.
P.002501| Memorie van toelichting
13
De provincie ziet het Mechels rasterlandschap als een stedelijk-agrarisch gebied met verweven tuinbouw en open ruimten. Het grootste deel van het gebied wordt gezien als een gemengd woon- en tuinbouwraster met grote soms verbonden open kamers: -
-
Aan de randen zijn sterke stedelijke gebieden Mechelen, Lier, Heist en Aarschot als nadrukkelijke verdichtingspunten gesitueerd. Gave en te vrijwaren valleigebieden waaronder Grote Nete fungeren als grens. Een stedelijk netwerk van provinciaal niveau Lier-Aarschot wordt verdicht ter vrijwaring van het binnengebied met infrastructuren N10 en spoorweg, regionale bedrijventerreinen in Lier, Heist en Aarschot, Van Hool in Koningshooikt, allerlei voorzieningen, kleinstedelijke gebieden, hoofddorp Berlaar en Putte en open ruimte corridors tussen de kleinstedelijke gebieden en tussen Lier en Antwerpen. De kleinstedelijke gebieden worden verbonden door de tot provinciale drager stedelijk netwerk op te waarderen N10. Deze heeft een uniform en krachtig beeld. Lintvorming hierlangs wordt tegengegaan.
Ook de spoorlijn Lier-Aarschot is een verbinding. Stationsomgevingen kunnen nog worden geoptimaliseerd. De natuurlijke structuur Het systeem van de beide Netes heeft een grote dichtheid aan natuurverbindingsgebieden. Geheel de vallei van de Grote Nete is aangeduid als natuurverbindingsgebied. Stroomopwaarts van Heist vervult de huidige structuur reeds die functie. Stroomafwaarts is het beleid gericht op het behoud van de openheid van de vallei, ruimte te geven aan de rivierdynamiek en de ontwikkeling van valleigebonden levensgemeenschappen. De gewenste nederzettingstructuur
De gewenste nederzettingstructuur onderscheidt: -
-
-
Het stedelijk netwerk van provinciaal niveau met de kleinstedelijke gebieden Lier, Heist en Aarschot: dit gebied moet de groei opvangen om de open ruimte van het ommeland te vrijwaren. Ook Berlaar speelt hierin een rol als hoofddorp. Het tuinbouw-woonraster met open kamers tussen Mechelen, Lier en Aarschot: de kansen voor de intensieve tuinbouw worden gevrijwaard, de open ruimtekamers in het raster open gehouden en nieuwe functies als beheerder van de open ruimte worden gezocht. Het gebied met dorpenbanden N10 en de dorpenband tussen N10 en E313: een beleid ter bescherming van de open ruimte wordt hier gevoerd.
Het Vlaams ruimtelijk beleid voor de kleinstedelijke gebieden op provinciaal niveau is erop gericht de bestaande stedelijke morfologische en functionele structuur terug voldoende economische, sociale en ruimtelijke draagkracht te geven. Dit is slechts mogelijk door enerzijds een doorgedreven kernversterkend beleid met alle prioriteit naar inbreiding en het valoriseren van de bestaande stedelijke potenties en anderzijds door een complementair beleid in de aangrenzende goed uitgeruste kernen van het buitengebied. Veel aandacht moet gaan naar de kwalitatieve verbetering van het woningpatrimonium, de stedelijke voorzieningen en de stedelijke economische structuur veeleer dan naar een ruimtelijke ontwikkeling met alleen een kwantitatieve uitbreiding die opnieuw de stedelijke kern beconcurreert. De gewenste ruimtelijk-economische structuur Conform het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen duidt de gewenste ruimtelijk-economische structuur duidt Heist als economisch knooppunt aan, aanleunend bij het kleinstedelijk gebied en het stedelijk netwerk op provinciaal niveau.
P.002501| Memorie van toelichting
14
De Antwerpse fragmenten is een provinciaal economisch verwevingsgebied. Het betreft in het bijzonder alle stedelijke gebieden. Ook in verschillende open ruimte gebieden vindt men economische functies, in het bijzonder landbouw en recreatie. Structuurbepalende elementen hieraan verbonden zijn onder andere het gebied tussen Grote Nete en E313 en de Mechelse tuinbouwstreek als landbouwgebieden.
Kleinhandelszaken De kleinhandel langs N10 in Heist behoort tot de categorie kleinhandelsconcentraties in ontwikkeling die vermoedelijk ruimtelijk samenhangen met een stedelijk gebied. De afbakening van het kleinstedelijk gebied bepaalt het ontwikkelingsperspectief. Indien de concentratie niet behoort tot het stedelijk gebied dan komt de zone niet in aanmerking voor ontwikkeling….
De ruimtelijke drager is de grondgebonden melken rundveehouderij. Grondloze veehouderij ontwikkelt zich als nevenproductierichting en komt verspreid voor. Het serreland van Sint-Katelijne-Waver maakt deel uit van de deelruimte 'Mechels rasterlandschap'. De ontwikkeling van de tuinbouw neemt daarin een belangrijke positie in. Het gebied behoudt een kleinschalige tot zeer kleinschalige perceelsstructuur en een gesloten landschap. De agrarische activiteiten richten zich op de tuinbouwveiling in Sint-Katelijne-Waver.
De toeristisch-recreatieve structuur Het stedelijk gebied van Heist is een gebied van primair toeristisch-recreatief belang, aangeduid binnen en nabij de vallei van de Grote Nete als gebundeld netwerk en als strategisch rustgebied.
Dergelijke kleinhandelsconcentraties dienen geherstructureerd te worden. Herstructurering wordt hier opgevat als intern optimaliseren van het gebied in functie van de bestaande activiteiten. De kans is groot dat sommige van deze gebieden binnen een stedelijk gebied vallen na de afbakening daarvan. In dat geval komen zij in een andere categorie terecht en wijzigt bijgevolg hun ontwikkelingsperspectief. Het betreft bijvoorbeeld Liersesteenweg in Heist-op-den-Berg.
Strategische rustgebieden worden aangeduid als grotere gebieden waar de recreatieve uitbouw wordt beperkt tot een minimum. Zij hebben als eenheid of complex een grotere natuur- of landschapswaarde dan een recreatieve. Het gebundeld netwerk is een geheel van bundels van toeristischrecreatieve verkeersassen de drager van de toeristisch-recreatieve bewegingen. Het gebundeld netwerk is de drager om kleinere lokale netwerken en routes aan op te hangen.
Landbouw
Gewenste Ruimtelijke verkeers- en vervoersstructuur
Heist behoort tot de deelgebieden Neteland (land van Lier – Heist-op-denberg) en serreland van Sint-Katelijne-Waver.
Heist-op-den-Berg ligt centraal tussen twee luwe gebieden met een diffuus streekeigen netwerk tussen Mechelen en Heist en tussen Heist en Herentals. Het middengebied van een luw gebied wordt gekenmerkt door een streekeigen lokaal netwerk dat de sterke randen kan bevoorraden en voeden. Heist is een multimodaal knooppunt van interregionaal niveau. N10 en spoor van Lier tot Aarschot vormt een provinciale bundel. Voor de N10 als drager van het stedelijk netwerk zal de provincie een straatbeeld opmaken. In de gewenste openbaar vervoerstructuur is Heist aangeduid als
De landbouwtoekomst in het Neteland wordt als volgt omschreven: Het Neteland als landbouwgebied stemt in belangrijke mate overeen met de deelruimte 'Grote Nete'. Landbouw in het gebied behoudt een kleinschalige perceelsstructuur en blijft de belangrijkste beheerder van de open ruimte.
P.002501| Memorie van toelichting
15
openbaar vervoerknoop van IR-niveau. Van en verschillende lijnen van het verbindend streekvervoer.
naar
Heist
lopen
De randpolen worden goed ontsloten zowel via de weg als met openbaar vervoer. Een vraagafhankelijk openbaar vervoer en/of fietsnetwerk ter bediening van deze polen wordt uitgebouwd.
3.3
Het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg 3
De afbakening van het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg wordt opgemaakt als uitvoering van het ruimtelijk structuurplan van de provincie Antwerpen (RSPA). De studieopdracht heeft tot doel het kleinstedelijk gebied van Heist-op-den-Berg af te bakenen en een invulling te geven aan het gewenste aanbodbeleid. Dit impliceert het aanduiden van gebieden waar een beleid van groei, concentratie en verdichting van toepassing is. De juridische vertaling gebeurt later door de opmaak van één of meerdere ruimtelijke uitvoeringsplannen. Binnen deze afbakening wordt in het kader van voorliggend RUP de gewenste rol van Heist-op-den-Berg in de regio aangegeven als; Heist-opden-Berg wordt beschouwd als een belangrijk stedelijk knooppunt in de Zuiderkempen met een sterke autonome ontwikkeling en relaties met Lier, Aarschot en Mechelen. Het openbaar vervoer kan hierin een belangrijkere rol spelen door het versterken van het openbaar vervoer (vooral richting Mechelen) en het stimuleren van ontwikkelingen in de nabijheid van het station. Als economisch knooppunt moet Heist-op-den-Berg ruimte bieden aan groeiende bedrijven uit de streek. Ook het bieden van uitbreidingsmogelijkheden aan reeds aanwezige regionale en lokale
3
http://www.provant.be/binaries/HeistopdenBerg_voorstudie_eindrapport_2010_tekst_tg_tc m7-159137.pdf Grontmij Eindrapport voorstudie november 2010
bedrijvigheid vormt een uitdaging. Bij de ruimtelijk-economische ontwikkeling van Heist-op-den-Berg moet rekening gehouden worden met de draagkracht van het verkeerssysteem (zie verder). Bepaalde grootschalige voorzieningen (b.v. ziekenhuis, hoger onderwijs,…) worden omwille van de schaal niet in het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg uitgebouwd, maar zijn terug te vinden in nabijgelegen gebieden als Mechelen, Leuven, Lier,… Anderzijds wordt voorgesteld om een concentratie van de dynamiek uit de regio in Heist-op-den-Berg op te vangen; ‘Om de verdere versnippering van de openruimte tegen te gaan, wordt in het kleinstedelijk gebied Heist-opden-Berg een ruimtelijk beleid gevoerd dat gericht is op het opvangen en concentreren van de dynamiek die aanwezig is in de regio. Dit beleid van concentratie en verdichting moet leiden tot een sterke aantrekkingskracht voor wonen, werken en recreëren binnen de grenzen van het kleinstedelijk gebied.’ Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen worden afgestemd op de draagkracht van het verkeersysteem. Dit betekent o.a. dat er een aangepast ruimtelijk beleid moet gevoerd worden en dat bijv. de hoogdynamische voorzieningen op vlak van recreatie, onderwijs, cultuur en welzijn worden geconcentreerd in het stedelijk gebied. In het verkennend onderzoek wordt Hof van Riemen en bijhorend sportcentrum genoemd als structuurbepalend stedelijk groen- en recreatiegebied. Op stedelijk niveau wordt gestreefd naar een samenhangend beleid. De eigenheid van de verschillende groen- en recreatiegebieden wordt versterkt en hun complementariteit vergroot. Hierbij kunnen de hardere vormen van sport en recreatie hun plaats vinden in de omgeving van het Sportcentrum – Hof van Riemen. Ook de stedelijke landbouw kan hier een plaats hebben. De ruimtelijke link met het Hof van Riemen creëert mogelijkheden op vlak van culturele evenementen. De ontwikkeling van het gebied is te bekijken in relatie met de ontwikkeling van stedelijke voorzieningen.
P.002501| Memorie van toelichting
16
Voor het landschapspark Hof van Riemen wordt gesteld: Er is nood aan een nieuwe polyvalente sporthal. Ook het zwembad is toe aan nieuwbouw, hiervoor moet een nieuwe locatie gezocht worden omdat er op de huidige locatie te weinig ruimte is. Beide activiteiten interfereren met elkaar zowel ruimtelijk (beschikbare ruimte) als functioneel (gemeenschappelijk gebruik van parkings, …). Het gebied tussen de Lostraat, de spoorlijn, de woonwijken aan Ter Hagen en het Hof van Riemen wordt als een landschapspark uitgebouwd. Hierbij gelden volgende principes:
Concentratie van dynamische sportvoorzieningen en gebouwen aan de Lostraat: o nieuwe sporthal en gemeenschappelijk onthaalgebouw naast huidig zwembad (is ondertussen gerealiseerd) o bouw van nieuw zwembad ten zuiden van voetbalstadion; o Optimalisatie van ontsluiting en inrichting van parkings zo dicht mogelijk bij Lostraat: centrale groene parking tussen Sportcentrum en Hof van Riemen enkel als overloopparking en evenementenweide voor culturele evenementen; sportvoorzieningen in open lucht cf. RUP Sportcentrum uitbouw hoofdroute voor langzaam verkeer aan noordzijde van spoorlijn Nieuwe fiets-en wandelverbindingen doorheen het gebied; selectief toegankelijk in natuurgebied Landschapszorg: versterken kleine landschapselementen, dreven, beekbegeleide begroeiing,… Waterberging en natuurontwikkeling aan westzijde Mogelijkheden voor stedelijke en –hobbylandbouw (manège, paardenweides, volkstuintjes, …
Vanuit de afbakening van het stedelijk gebied geniet een inplanting van deze hoogdynamische voorzieningen binnen het landschapspark Hof van Riemen de voorkeur. Het gemeentebestuur wenst voor de inplanting van het nieuwe zwembad ook inplantingsmogelijkheden te bekijken ten oosten van de Lostraat (bvb. terrein ten noordoosten van rotonde aan zwembad). Door de gemeente werd een trajectbegeleider aangesteld ten einde de inplanting van het zwembad te bestuderen. Dit locatie onderzoek is ondertussen afgerond, de
keuze voor de uiteindelijke inplanting van het zwembad wordt in voorliggende nota verder besproken. Volgende ruimtelijke aandachtspunten wordt aangegeven voor de invulling van het woongebied aan Ter Hagen:
Enkel eengezinswoningen Voldoende afstand bewaren ten opzichte van de beek Inrichtingsvoorschriften opleggen in functie van landschappelijke inpassing (bouwhoogte, inplanting gebouwen, perceelsafsluiting, materiaalgebruik).
Deze visie vertaalt zich in volgende bestemmingen:
noordoostelijk deel blijft zone voor recreatie cf. RUP Sportcentrum woongebied Ter Hagen blijft woongebied met verfijning van bestemmings- en inrichtingsvoorschriften rest van gebied: gemengd openruimtegebied
P.002501| Memorie van toelichting
17
3.4
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan4
Open ruimte structuur Bij het ontwikkelen van een gewenste ruimtelijke structuur voor de open ruimte in Heist-op-den-Berg wordt uitgegaan van het principe dat de structuurbepalende elementen en processen die aan de basis liggen van de natuurlijke structuur, grotendeels moeten worden behouden en versterkt. De gewenste ruimtelijke structuur wordt dus niet beperkt tot de huidige toestand, maar benut de potenties die worden geboden door de aanwezige structuur. Netevallei, een multifunctionele ruggengraat van de open ruimte in Heist De Grote Netevallei heeft een betekenis voor natuur, landschap, recreatie en landbouw. Enkel binnen de agrarische deelstructuur is het winterbed van de vallei niet van levensbelang, binnen de overige open ruimte-deelstructuren is ze dat wel. De ecologische waarde wordt in het RSV onderkend. De afbakening wordt op gewestelijk niveau bepaald en aangezet in een gemeentelijk RUP open ruimte. De beekvalleien vervullen een belangrijke rol als verbindingsfunctie voor inheemse fauna en flora tussen grotere natuurgebieden of kleinere bossen. Tevens dient er bijzondere aandacht besteed aan de rol van waterberging en eventueel kleinschalige waterzuivering. De breedte bepalen van de zone non-aedificandi langs beken (in functie van de ecologische waarde van de omgeving / breedte van de beek (cfr. atlas waterlopen) te differentiëren. Het behoud van de aanwezige KLE langs de
4
Het Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Heist-op-den-Berg is definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 juni 2001.
beken dient ten alle tijden nagestreefd (versteviging van de oevers door wortelgestel van de bomen/struiken). Uitbreiding van netwerk KLE dient nagestreefd door de beheerder van de waterloop. Slechts één oever dient vrij te zijn voor de uitvoering van onderhoudswerken. Gedifferentieerde landbouw met ruimte voor sierteelt, moestuinen, tuinbouw, grootschalige en kleinschalige-landbouw De differentiatie van het agrarisch landschap in Heist wordt verder bestendigd. De toebedeling gebeurt op basis van de agrarische geschiktheid. Uitbouw van bosfragment tot bosband en bosgordel Heist is arm aan bosgebieden. Toch zijn er her en der nog bosfragmenten aanwezig. Bedoeling is om deze fragmenten met elkaar in relatie te brengen. De bosgebieden op het gewestplan zijn een aanknopingspunt. Het is aangewezen om streekeigen bebossing te stimuleren in het stadspark Hof van Riemen. Verlanen van lineaire ruimtelijke elementen Ten gevolge van het niet steeds even oordeelkundig ingrijpen van de mens is de open ruimte in Heist vervlakt. De ruilverkaveling van Wiekevorst is hiervan een voorbeeld. Bedoeling is om terug een rijk open ruimte karakter te geven aan de huidige te verschraalde open ruimte. De beken en de beekoevers worden als één ruimtelijk samenhangend geheel erkend. Begroeiing van de beekoevers, het voorzien van bomenrijen langs de beken, geven deze een landschappelijke meerwaarde. Landbouw- en ook andere wegen komen in aanmerking voor verlaning. De her en der nog aanwezige dreeffragmenten in Heist (vaak bij hoven) kunnen als inspiratie dienen. Bij uitbreiding zou de lintbebouwing over zijn volledige dwarsdoorsnede
P.002501| Memorie van toelichting
18
verlaand kunnen worden, dus ook de voortuin- en eventueel de achtertuinstrook. Spel- en sportterreinen landschappelijk integreren aan de rand van de woonkernen Infrastructuren voor spel en sport sluiten aan op het bebouwd weefsel van de kernen. Zo zijn ze voor iedereen goed bereikbaar, sluiten aan bij bestaande infrastructuur (sanitair scholen...) en kan er toch geprofiteerd worden van de nabije open ruimte. Een uitbreiding van het sportcentrum aan de Lostraat, aansluitend bij het Hof van Riemen ligt voor de hand. Parking kan in combinatie worden aangelegd. De relatie met de kern moet verduidelijkt worden (dreef ?) Aansluitend zou een stadspark met landschapsecologische waarde kunnen uitgebouwd worden met een gradatie van activiteiten en landschappen die rustiger en natuurlijker worden naar het zuidwesten (de spoorweg) toe. Een verbinding met de schaatsbaan is mogelijk. Een uitbouw van de zaalsportaccommodatie lijkt ook noodzakelijk. Een combinatie met de schoolsportvoorzieningen is gunstig door zijn complementariteit in tijdsbesteding en verhoging van de kwaliteit. De relatie met het centrum wordt hierdoor versterkt. De parkingfaciliteiten kunnen ‘dubbel’ dienst doen. De renbaan en hal aan ‘De Lichten’ vereisen een ‘stedenbouwkundige’ integratie. De auto-ontsluiting vanuit de Kleine Steenweg met parking (voor de paardentransporten) moet bestudeerd worden. Een voet-fietspad naar het centrum van Booischot en Pijpelheide (via deels bestaande paden) en een pad naar het stadspark Lostraat ( via het spoor) legt verbanden en koppelt de sportvoorziening aan de bestaande verrasterde nederzettingstructuur.
De zonevreemde recreatieterreinen worden beoordeeld volgens hun aard en ligging tov de kwetsbare gebieden en de gewenste ruimtelijke structuur. Hun toekomstperspectief wordt daaraan gekoppeld. Uitbouw van zachte recreatie-netwerken Een goed uitgebouwd zacht recreatie-netwerk nodigt uit tot wandelen, fietsen, paardrijden,… Daarvoor is het noodzakelijk dat dit netwerk continu, fijnmazig, goed leesbaar, voorzien van voldoende rustpunten (bv. picknickplaatsen, cafés) en ruimtelijk ecologisch geïntegreerd is. Het moet niet volledig verhard zijn. De talloze landbouwwegen, die fijnmazig aanwezig zijn, vormen een goed stramien. De knooppunten moeten samenvallen met bakens in het landschap of attractiepunten. Door het gedifferentieerde landschap goed te benutten kunnen aangename wandel- en fietsroutes uitgestippeld worden met afwisseling van rivierlandschap, open landbouwgebied tot bos, en dorpskernen. Aansluiting moet gezocht worden met hardere vormen van mobiliteit voor een gerichte overstapmogelijkheid. Dit betekent niet enkel de aanwezigheid van parkeerruimtes bij het netwerk, maar ook en vooral een complementair radiaal netwerk gericht op het station van Heist-centrum. Exemplarische uitwerking van ontwikkelingsperspectieven voor elementen van de open ruimte Deze ontwikkelingen zijn niet prioritair van het gemeentebestuur. Ze worden niet aan directe acties gekoppeld. Stadspark De zone tussen Hof van Riemen, Lostraat en spoorweg wordt als stadspark voorzien. Het is goed gelegen, niet ver van het centrum van het stedelijk gebied. De hovengordel, die hoven bij het industriegebied en het Hof van Riemen onderling verbindt, sluit aan bij het stadspark.
P.002501| Memorie van toelichting
19
Het gebied is met ongeveer 40 ha voldoende groot om verschillende parkactiviteiten in onder te brengen. Aan de Lostraat kan de huidige sportinfrastructuur verder ontwikkeld worden. Op andere plekken is er ruimte voor bos, natuur, vijvers en ruimtelijk extensievere zachte sporten.
naar open ruimte functies. Andere beter gelegen woonuitbreidingsgebieden in het buitengebied zullen veeleer als reserve worden beschouwd.
Parkeren gebeurt aan de harde rand van het sportgebied van Lostraat. Zachte recreatienetwerken lopen door het gebied.
Conditionering houdt in ‘voorwaarden opleggen aan iets’. Wonen op bepaalde ruimtelijk minder gunstig gelegen plekken kan juridisch toch toegelaten zijn. Om dit minder gunstig karakter te verzachten worden er condities opgelegd. Het is de bedoeling gebouwen gelegen ver van gemeenschapsvoorzieningen of openbaar vervoer en langs niet volledig uitgeruste wegen te integreren in hun landelijke omgeving.
Nederzettingstructuur Voor het stedelijk gebied worden een doordachte groei van het aantal inwoners door natuurlijke aangroei, van het aantal woningen door de gezinsverdunning en van beide door een beheerste inwijking en ingeperkte uitwijking wenselijk geacht. In heel Vlaanderen (ruimtelijk structuurplan Vlaanderen) wordt geopteerd om de stedelijke gebieden te versterken en de stadsvlucht af te remmen. Ook Heist-op-den-Berg neemt hierin zijn taak ten aanzien van de omliggende regio op. De aangroei houdt rekening met de ruimtelijke draagkracht van het stedelijk gebied als geheel en van specifieke wijken en plekken. Een doordachte kwaliteitsvolle groei betekent het gefaseerd vrijmaken van de meest geschikte bouwmogelijkheden voor de verschillende types van projecten en van woningen, het realiseren van kleinschalige projecten, het stellen van hoge kwaliteitseisen op vlak van architectuur, het inpassen in en leveren van meerwaarde voor de omgeving (zeker voor projecten op strategische plekken in de gemeente). Daarbij moet er gestreefd worden naar hogere dichtheden dan nu veelal voorzien worden. In het buitengebied worden in eerste instantie de dorpskernen versterkt. De verspreide bebouwing zou best ingeperkt worden. Slecht gelegen woonuitbreidingsgebieden in het buitengebied worden best herbestemd
Conditionering
Ruimtelijk economische structuur In de ruimtebalans van de economische gebieden van het RSV 27 wordt gesteld dat er een tekort aan bedrijventerreinen binnen de provincie Antwerpen bestaat. Op dit moment beschikt de gemeente Heist nog over een voldoende voorraad niet ingevuld industriegebied op het gewestplan. Een uitbreiding van de industriezones in vergelijking met het gewestplan is binnen de lopende planperiode niet wenselijk, omwille van de nog beschikbare voorraad en zolang de verbindingsmogelijkheden via de N10 niet verbeteren. Het buitengebied van Heist behoort niet tot het economisch knooppunt. De economische rol voor het buitengebied in Heist is beperkt. Bijkomende bedrijvigheid in het Heistse buitengebied kan enkel op de schaal van en aansluitend bij de kernen. Deze bedrijvigheid omvat zuiver lokale bedrijven en ambachten. Verkeer– en vervoersstructuur De invulling van de ruimte heeft een directe weerslag op de mobiliteit. Een doordachte ruimtelijke ordening verlaagt de behoefte tot mobiliteit. Er mag echter verwacht worden dat de mobiliteit in de komende periode op zich
P.002501| Memorie van toelichting
20
reeds gaat toenemen. Het belang van een goede ruimtelijke ordening neemt er enkel nog door toe. Het verhogen van de verkeersveiligheid is een minimumdoelstelling. Dit omvat onder andere het verminderen van het aantal verkeersongevallen en de ernst daarvan, het verhogen van het veiligheidsgevoel, het verlagen van onaangepaste rijsnelheden, de bescherming van de zwakke weggebruiker. Doelstellingen met betrekking tot het verbeteren van de verkeersleefbaarheid zijn: het beperken van verkeershinder door het zoeken naar een evenwicht tussen verkeers- en verblijfsgebieden, het verminderen van ongewenst verkeer in lokale wegen en straten voor bestemmingsverkeer, het aangenaam en leefbaar maken van straten en pleinen door toepassing van de juiste typologie (doortocht, hoofdstraat, zone 30, woonerf, …), het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit van het openbaar domein. Een verkeersingreep mag niet als een ingreep op zich worden beschouwd, maar moet deel uit maken van een totaalontwerp van het openbaar domein. Een derde element is het verbeteren van de mobiliteit en bereikbaarheid. Een gedifferentieerde bereikbaarheid omvat méér dan autobereikbaarheid, maar schept evenwichtige kansen voor zowel fietsers, voetgangers, openbaar vervoergebruikers als automobilisten, voor zowel ‘sterke’ als 'zwakke' groepen (gehandicapten, kinderen, ouderen enz.). Door een evenwicht tussen gemotoriseerd en niet-gemotoriseerd verkeer na te streven wordt aan iedereen de mogelijkheid geboden om zich op een milieuvriendelijke en sociale manier te verplaatsen. Dit wordt onder andere bereikt door het afstemmen van de verkeersstructuur op de globale ruimtelijke structuur, door concentratie van activiteiten, door integratie van de verschillende vervoerswijzen (auto, fiets, te voet gaan, openbaar vervoer (aandacht voor overstapmogelijkheden, voor en natransport enz.), door stimuleren van gebruik van de fiets en van het openbaar vervoer.
Het bevorderen van het fietsgebruik vereist echter meer dan alleen een goede fietsinfrastructuur. De ontplooiing van een fietsnetwerk zal daarom gekaderd moeten worden binnen een actief fietsbeleid. Openbaar vervoer De Lijn werkt momenteel aan de uitbouw van een geslaagde netstructuur in heel de provincie. Naast een netwerk van snelle interstedelijke vervoerassen wordt gedacht aan een belbussysteem dat oppervlakte-ontsluitend werkt. De rijtijden van de bussen moeten waar mogelijk worden verkort. Dit kan door het nemen van selectieve maatregelen zoals busbanen of beïnvloeding van verkeerslichten. In een gemeente als Heist-op-den-Berg zijn deze ingrepen echter niet meteen evident en kunnen dergelijke maatregelen slechts zeer selectief worden gehanteerd. ‘De steenweg’, N10 tussen Lier en Aarschot De N10 heeft als hoofdfunctie een verzamel- en verbindingsfunctie. Het toegang verlenen is slechts aanvullend. De hoofdfuncties, verzamelen en verbinden, moeten terug geherwaardeerd worden.
3.5 3.5.1
Mobiliteitstoets Mobiliteitsplan
De gemeente Heist-op-den-Berg beschikt over een mobiliteitsplan van 2002 (mobiliteitsplan eerste generatie). De algemene gemeentelijke beleidsvisie rond verkeer en mobiliteit die in dit mobiliteitsplan is uitgedragen, geldt momenteel nog altijd. Naar aanleiding van de sneltoets die in 2007 rond het mobiliteitsplan is doorgevoerd, is gekozen voor een verbreding en verdieping van dit plan. Dit betekent dat bepaalde mobiliteitsthema’s, of verder worden geanalyseerd, P.002501| Memorie van toelichting
21
of aan het plan worden toegevoegd. Momenteel is het planproces rond deze updating van het plan nog lopende. De verkenningsfase is goedgekeurd door PAC. Het openbaar onderzoek is afgelopen. Het dossier gaat wordt voor definitieve goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. In de beleidsvisie van het mobiliteitsplan anno 2002 zijn binnen de functionaliteit van het autonetwerk de volgende (in relatie tot voorliggend project) wegenselecties doorgevoerd: -
-
-
-
De N10 (waar de Lostraat in het zuiden op aansluit) wordt in het provinciaal structuurplan gecatalogeerd als “drager van provinciaal stedelijk netwerk”. In het streefbeeld dat voor deze N10 is opgemaakt, is deze definitie vertaald naar een gangbare wegcategorie, nl. een secundaire weg. De N15 (waar de Lostraat in het noorden op aansluit) is in het mobiliteitsplan gecatalogeerd als lokale weg type I (lokale verbindingsweg). Naar de toekomst is voorzien om vanaf de N15 een oostelijke rondweg door te connecteren naar de Herentalseweg (continuïteit van de lokale weg type I). De Lostraat heeft in het mobiliteitsplan 2002 een tweeledige functie gekregen. Het zuidelijk deel (tot aan de spoorweg) is gecatalogeerd als een lokale weg type I (lokale verbindingsweg), en loopt tot aan het industriepark. Het noordelijk deel (waar voorliggend project op aansluit) is gecatalogeerd als lokale weg type II (lokale gebiedsontsluitingsweg); deze functie loopt de Lostraat over de N15 heen naar het centrum van Heist-op-den-Berg. De Orshagenstraat is een lokale weg type III (lokale erftoegangsweg)
-
De N10 wordt gezien als een secundaire weg type I+ De N15, de oostelijke rondweg en overgaande in de Herentalsweg worden in totaliteit gezien als een secundaire weg type II De Lostraat wordt nu integraal voorzien als een lokale weg type I
Vanuit de voornoemde (bestaande, maar ook voorgestelde) wegenselecties mag gesteld dat het projectgebied waarin o.m. een aantal hoogdynamische voorzieningen zitten (cfr. sportvelden, sportcentrum, zwembad, …) een goede ontsluiting voor het autoverkeer kent. Binnen het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk is een hoofdroute (fiets-o-strade) geselecteerd langs het spoor Lier-Aarschot. Daarnaast heeft de Lostraat de status van functionele route. De Paul Van Roosbroecklaan vormt in dit bovenlokale netwerk een alternatieve fietsroute. Aansluitend op dit bovenlokaal net, zijn er binnen de gemeente een aantal lokale fietsroutes geselecteerd, en die de fietsbereikbaarheid van het projectgebied verzekeren. Inzake openbaar vervoer wordt de Lostraat bediend door een aantal buslijnen, nl. : -
Lijn 160: Aarschot-Pijpelheide-Heist o/d Berg; Lijn 527: ·Heist o/d Berg – Tremelo; Ook behoort de Lostraat tot het dekkingsbied v/d belbus.
Op de bijgaande figuur wordt het netwerk aangegeven; belangrijk is dat net aan de huidige cluster van sportvoorzieningen (sportvelden, zwembad) het openbaar vervoer een halte heeft (halte Oudestraat).
In de in herwerking zijnde beleidsvisie (nog niet officieel goedgekeurd) gelden een aantal wijzigingsvoorstellen inzake categorisering (zie ook figuur uit nieuwe mobiliteitsplan), in die zin dat vooral aangestuurd wordt op een upgrading van bepaalde schakels in het netwerk :
P.002501| Memorie van toelichting
22
Het meest noordelijke recreatiegebied, aan de Paul van Roosbroecklaan, wordt momenteel ingenomen door weides met kleine landschapselementen. De bestaande functies sluiten aan bij de functies van het omliggende agrarisch gebied.
3.6
Gewestplan
De gemeente Heist-op-den-Berg vindt men op het gewestplan Mechelen terug, met uitzondering van de deelgemeente Wiekevorst die tot het gewestplan Herentals-Mol behoort. Het plangebied wordt hoofdzakelijk ingekleurd als agrarisch gebied, de diverse woonlinten zijn gelegen in landelijk woongebied. Verder zijn er nog drie zones aangegeven als recreatiegebied. Het gebied, palend aan de Lostraat, omvat het huidige zwembad met aansluitend de voetbalinfrastructuur. De recreatiezone op de hoek van de Heuvelstraat met de Oudestraat omvat de manege. Beide gewestplanbestemmingen stemmen overeen met de bestaande functies.
Snede gewestplan met aanduiding van plangebied
P.002501| Memorie van toelichting
23
In het zuiden wordt het plangebied begrensd door de spoorweg Antwerpen – Aarschot met aansluitend het industriegebied. In het noorden van het plangebied ligt het rood woongebied van het centrum van Heist-op-den-Berg en het groengebied (parkgebied) rond Hof van Riemen.
3.7
BPA’s en RUP’s
Aan de noordzijde grenst het RUP aan het BPA nr 5 Hof van Riemen (17/05/2000) (blauwe begrenzing). Bij de goedkering van dit BPA is een gedeelte uitgesloten waardoor voor deze zone de gewestplanbestemming rood woongebied behouden blijft (blauwe cirkel). Het RUP gemeentelijk sportcentrum Lostraat (rode begrenzing) goedgekeurd dd. 02/06/2005 wordt volledig gevat binnen de contour van het voorliggend RUP (rode stippellijn). RUP gemeentelijk sportcentrum Lostraat
3.8
Verkavelingen
In het projectgebied, aan de Lostraat en de Boektestraat, zijn een aantal verkavelingen gesitueerd ze zijn aangegeven op het plan bestaande toestand. - Verkaveling V 1965/37 D (042/140) - Verkaveling V68/06 D (042/224) - Verkaveling V1976/15 D (042/399) Het verkavelingsontwerp (M2011) in de zijstraat van de Lostraat – ook genaamd Lostraat – is eveneens aangeduid op het plan bestaande toestand.
P.002501| Memorie van toelichting
24
Deze verkaveling vult een zone voor landelijk woongebied verder in. De verkavelingprocedure loopt nog.
3.10
3.9
Verordeningen
De gemeente beschikt sinds april ’66 over een verkavelingsreglement. Daarin wordt bepaald dat de gronden die de nieuwe straten vormen, na goedkeuring van het stratentracé door de gemeenteraad, kosteloos worden afgestaan door de verkavelaar aan de gemeente. De straten moeten volledig ten laste van de verkavelaar, onder controle van het gemeentebestuur uitgerust worden. Recent is er een evolutie op het vlak van de interpretatie van het begrip “uitgerust”. Riolering wordt nu ook tot de uitrusting van de weg gerekend. Door de verspreide bebouwing is een aansluiting op het rioleringsnet niet voor iedereen weggelegd. Toch is de rechtstreekse lozing van huisafvalwaters in de bodem niet langer meer aanvaardbaar. Daarom eist men bij verkavelingsaanvragen de realisatie van een waterzuiveringsinstallatie, te keuren door een erkend keuringsorganisme. Aangezien de vergunninghouder in het verleden weinig of geen gevolg gaf aan het verplicht aanleggen van groenschermen, werd (sinds ’96) een bankwaarborg voor groenschermen ingesteld. Er werd duidelijk voor streekeigen groen geopteerd omdat dit sneller groeit, een langere levensduur heeft en beter bestand is tegen ons klimaat en allerhande streekeigen ziektes en plagen. Streekeigen groen zou overigens goedkoper zijn. In de beplantingsschema’s maakt men onderscheid tussen bomenrijen als laan en als scherm, gesloten schermgroen en bloeiendbesdragend schermgroen. Het subsidiereglement voor natuurgebieden (1995-2000) stimuleert de natuurlijke ontwikkeling van biologische waardevolle gronden, die voor de landbouw ongeschikt zijn. Ze blijven beperkt publiek toegankelijk en er wordt een beheersplan opgesteld.
Vergunningen Op de percelen K 191A en K 192A rust een PV dd. 03/03/2011 nr. ME.66.67.000992/2011 aangaande een bouwmisdrijf, met name reliëfwijziging/ophoging percelen. Deze zone is aangeduid op het plan bestaande toestand / vergunningsplan. De zone ligt aan de Oudestraat, net buiten de afbakening van het plangebied.
Voor de zonevreemde gebouwen vergunningstoestand weergegeven:
binnen
het
RUP
wordt
de
De woning en het bijgebouw Lostraat 56 kadastraal gekend: 1/K/536A 2, als "vergund geacht". De uitbreiding van het bijgebouw kadastraal gekend: 1/K/536A 2, als "niet vergund geacht" te beschouwen
De woning en het afzonderlijk bijgebouw Lostraat 58,kadastraal gekend: 1 IKI 536B 2, als "vergund geacht" beschouwen.
woning: Lostraat 60, kadastraal gekend: 1/K/538R, als "vergund geacht" beschouwen Hierbij wordt geen uitspraak gedaan over het bijgebouw op het perceel.
woning met achterbouw Lostraat 62, kadastraal gekend als 1/K/538S; vergund geacht
Lostraat 82a (sectie K nr. 324/h/2) : bouwvergunning legkippenstal (vergunning Deputatie d.d. 21/06/1984), bouwvergunning functiewijziging van landbouwloods naar opslagplaats (vergunning 26/02/08), PV d.d. 31/01/1987 voor voedersilo. -> vergund met uitzondering van de voedersilo
woning en een deel van de stalling met afmetingen 25,46 meter x 12,00 meter, Lostraat 94, kadastraal gekend: 1 IKI 338X, als "vergund geacht" beschouwen
P.002501| Memorie van toelichting
25
woning Lostraat 96,kadastraal gekend: 1/K/335B 2, als "vergund" te beschouwen tot een bouwdiepte van 17,20 meter en als "vergund geacht" opnemen. De aanbouwen dieper dan 17,20 meter en het afzonderlijke bijgebouw, gelegen Lostraat 96 als "niet vergund geacht" te beschouwen.
gebouw Lostraat 106, kadastraal gekend: 1/K/331 D 2, als "hoofdzakelijk vergund geacht". Deze woning is geen zonevreemde woning, ze ligt in het achterste gedeelte van de 50m zone.
de woning en landgebouw Lostraat 108, kadastraal gekend: 1 IKI 331 F 2 en 1/K/331 P, als "vergund geacht" beschouwen
de woning Boektestraat 2, kadastraal gekend: 1/K/492C, als "vergund geacht"beschouwd. Hierbij wordt geen uitspraak gedaan over de bijgebouwen en het zwembad op het perceel
Boektestraat 4 : vergunning 13/01/2004 : regularisatie van aanbouw bij zonevreemde woning, vergunning 07/09/04 voor renoveren eengezinswoning. PV 26/09/2005 voor verharden wegenis (storten steenpuin), vonnis d.d. 04/06/1970 voor oprichten van diverse bijgebouwen
Boektestraat 6 : vergunning 27/04/1993 voor plaatsen gevelsteen, isolatie en slopen bergplaatsen. PV 21/04/1999 : niet gebouwd cfr. vergunning van 27/04/1993. Vergunning d.d. 19/07/2000 afgeleverd door Minister voor verbouwen woning. Conclusie : vergund.
Orshagenstraat 9 (sectie K nr. 519/r): vergund voor gebouw (oorspronkelijk gebouw opgericht voor 1962, bouwvergunning 25/06/91 voor het verbouwen van woning tot taverne.) Geen vergunning gekend voor de parking.
Orshagenstraat 11 (sectie K nr.514/d) : onvergund (bouwvergunning 29/04/1990 voor stallingen, Bouwovertreding en PV d.d. 24/08/1999 (strijdig gebruik, bestemmingswijziging van stal naar opslagplaats, stal niet opgericht conform vergunning, overbouwen afdak zonder
vergunning, opslag 13/01/2012.
afval)
Bekrachtiging
en
stakingsbevel
d.d.
P.002501| Memorie van toelichting
26
3.11
Watertoets
Overstromingsgevoelige gebieden
Snede watertoetskaart AGIV overstromingsgebieden 2011 met aanduiding plangebied
Binnen het plangebied zijn er enkele overstromingsgevoelige gebiedjes aanwezig. Een effectief overstromingsgevoelig gebied is gelegen aan de westzijde van de Lostraat, tegenover de Tiendestraat, ter hoogte van de Loop van Riemen.
Eerste waterstroom van hoger gelegen gebied (vanuit N-zijde) Tweede waterstroom vanuit plangebied en vanuit Hof van Riemen (vanuit NW-zijde)
Figuur rechts geeft weer hoe de stroming van het oppervlaktewater verloopt na hevige regenval. Hieruit blijkt dat een gedeelte van de mogelijke overstroming wordt veroorzaakt door opstuwend water ter hoogte van de inbuizing van de Hof van Riemenloop aan de Lostraat.
Derde waterstroom vanuit NO-zijde Probleem van opstuwing van water op het laagst gelegen punt, te kleine inbuizing Hof van Riemenloop
Een mogelijk overstromingsgevoelig gebied is gelegen in de oksel van de spoorweg Antwerpen – Aarschot en de Cuperuslei, in het noordelijk deel van het plangebied. Het betreft een laaggelegen gebied dat een kom vormt die aansluiting vindt bij de Kleinveldekensloop. Verder komt er water van het P.002501| Memorie van toelichting
27
RWA-riool van de Kasteelstraat via de onderboring van de spoorweg om aan te sluiten op de noordelijke bergingsgracht. Dit heeft invloed op de waterhuishouding van de Klein Veldekensloop en de Bergebeek. Ten zuiden van de Oudestraat, aan de manege, is er een tweede gebied dat is aangegeven als mogelijk overstromingsgevoelig. Het betreft een paardenweide die aansluit bij de buitenpiste van de manege. De waterlopen binnen het plangebied hebben een beperkte breedte en diepte. Ze lopen hoofdzakelijk door niet bebouwde zones, het tracé wordt hoofdzakelijk begeleid door opgaand groen. .
Infiltratiegevoelige gebieden Een gedeelte van het plangebied (rand) is infiltratiegevoelig. Het centrale deel (rond de Boektestraat) en het gebiedje ten zuiden van de Oudestraat, zijn echter niet infiltratiegevoelig. Reden hiervoor is de hoge grondwater tafel. Het grondwater bevindt zich in het plangebied op een geringe diepte vanaf ca. 0,5 m onder het maaiveld. Hierdoor lijkt een infiltratievoorziening niet aangewezen en zal er worden geopteerd voor een buffer met vertraagde afvoer.
Hof van Riemenloop Snede watertoetskaart AGIV infiltratiegevoelige gebieden met aanduiding plangebied
P.002501| Memorie van toelichting
28
Grondwaterstromingsgevoelige gebieden
Winterbedkaart
Het plangebied is matig gevoelig voor verstoring van de grondwaterstroming. Enkele afzonderlijke locaties zijn zeer gevoelig voor grondwaterstroming. De locatie ten zuiden van de Cuperuslei, ten zuiden van de Oudestraat en ter hoogte van het kruispunt Lostraat – Paul Van Roosbroecklaan.
Snede watertoetskaart AGIV Winterbedkaart met aanduiding plangebied
Het plangebied hoort niet tot het winterbed van de grote rivieren.
Snede watertoetskaart AGIV plangebied
grondwaterstromingsgevoelige
gebieden
met aanduiding
P.002501| Memorie van toelichting
29
Hellingenkaart Het plangebied situeert zich op een vrij vlak terrein met overwegend hellingen van minder dan 0,5% en van 0,5% tot 5%. Enkel de spoorweg Antwerpen – Aarschot ligt op een talud met een steilere helling (5%-10%).
Erosiegevoeligheid Het plangebied is gelegen in een zone die weinig gevoelig is aan erosie.
Snede watertoetskaart AGIV erosiegevoeligheid met aanduiding plangebied Snede watertoetskaart AGIV hellingenkaart met aanduiding plangebied
Conclusie: Mogelijke schadelijke effecten zouden kunnen ontstaan door een wijziging van het overstromingsregime, aangezien er een toename zal zijn van de verharde oppervlakte bij de uitvoering van het plan. Door het oprichten van constructies en door ophogingen wordt overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen overstromingswater geborgen kan worden en het gevaar voor wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te verergeren, moet het verlies van waterbergingsruimte dan ook vermeden worden of in de onmiddellijke omgeving effectief gecompenseerd worden, dus met minimum hetzelfde overstromingsvolume. Het verlies in waterbergingsruimte kan gecompenseerd worden door een oppervlakkige afgraving op het terrein
P.002501| Memorie van toelichting
30
(afgravingen onder het grondwaterniveau zijn echter niet effectief) en/of met een overstroombare kruipkelder onder de gebouwen. Een eventuele ophoging is enkel toegelaten ter hoogte van de gebouwen zelf; het omliggende terrein mag in geen geval opgehoogd worden. De grondbalans van het perceel moet neutraal zijn: iedere ophoging moet gecompenseerd worden door een afgraving.
gebruikt voor voedergewassen, akkerbouw en grove groenten of aardappelen. De economische waarde van de percelen wordt als gemiddeld tot laag ingeschat.
Gezien de ligging in valleigebied en in de nabijheid van enkele (kleine) overstromingszones moet bij het inrichten van de zone
de bebouwing worden ingeplant op de hoger gelegen gedeeltes
de waterloop gevrijwaard blijven en ruimte krijgen om te meanderen
het terrein zodanig worden gemoduleerd dat het water gestuurd kan worden, zodat in de zones aansluitend bij de beek en in de lager gelegen vochtige gedeeltes, ruimte voorhanden is om bovengrondse waterbuffering te voorzien. De functies van deze gronden moeten hoge waterstanden kunnen verdragen. Concreet betekent dit dat een speelweide, een picknickzone, een kleinschalige speeltuin,.. ook daadwerkelijk bij frequente regenval onder water kan komen te staan.
3.12
Landbouw5
Op onderstaande kaarten wordt het landbouwgebruik van 2000 - 2010 weergegeven, evenals de economische waarde van de percelen (Bron: Departement Landbouw en Visserij). De meeste percelen in gebruik voor landbouw doen dienst als wei- of hooiland. De overige percelen worden
5
Landbouwgebruik 2000 – 2010
Screening van de plan MER plicht tot raadpleging / geïntegreerd advies Tritel
P.002501| Memorie van toelichting
31
Het plangebied (3 zones) heeft een totale oppervlakte van ca. 58 ha, waarvan ca. 21 ha (ca. 35%) in gebruik is als landbouwgrond. In het gebied zijn 8 landbouwers geregistreerd. De betrokkenheid van de verschillende landbouwers wordt weergegeven op onderstaande grafieken. Hieruit kan worden afgeleid dat 6 landbouwers slechts beperkt getroffen worden (0 – 10%) (Bron: Landbouw en Visserij).
Economische waardering
P.002501| Memorie van toelichting
32
De kavel aan de Lostraat, die momenteel wordt gebruikt voor de kweek van groenten, wordt tijdelijk gevrijwaard. Wanneer de exploitant over een beperkte periode met pensioen gaat kunnen ook deze gronden herbestemd worden in functie van de uitbouw van het recreatiegebied. Het effectieve gebruik als recreatie wordt voorlopig uitgesteld. De meeste landbouwers in het plangebied zijn beroepslandbouwers. Aangezien echter de betrokkenheid van de overige landbouwers eerder beperkt is (minder dan 10 %), worden deze niet significant getroffen.
Een oppervlakte van ca. 1 ha aan weidegebied, opgenomen binnen het plangebied, omvat de gronden aan de noordzijde van de manege. Gezien deze activiteit ook binnen de bestemming zone voor sport en spel kan blijven functioneren, dient dit bijgevolg niet als negatief te worden beoordeeld, aangezien de herbestemming geen hypotheek legt op de uitbating van de manege.
Volgens de Landbouwimpactstudie 2010 wordt binnen het aspect ‘Landbouwimpact’ een gedeelte van de gronden aangeduid met de waardering ‘belangrijkst’. Eerder werd echter reeds aangehaald dat het de gronden betreft van de landbouwer op rust, zonder opvolging.
De zwaarst getroffen landbouwer heeft 50 – 60 % van zijn percelen in het plangebied, met een totale oppervlakte van ca. 13,4 ha. Het betreft het bedrijf, waarvan de bedrijfszetel gelegen is in het plangebied, insteek aan de Lostraat. De meeste percelen sluiten aan op de bedrijfszetel. Deze landbouwer is sinds korte tijd met pensioen en heeft geen opvolging. Ongeveer de helft van deze percelen, met een totale oppervlakte van ca. 6,5 ha, zijn gelegen in de centrale zone, met als bestemming ‘Zone voor landschapspark (art 11)’. Hier blijft kleinschalig landbouwgebruik in de toekomst mogelijk. Ook het gebruik als paardenweide in relatie met stalling in het voormalige agrarisch gebouw worden in deze bestemmingszone niet uitgesloten. Volgens het oorspronkelijk inrichtingsplan van het plangebied werden de percelen aansluitend aan de bedrijfszetel echter doorkruist door een langzaam-verkeer-verbinding. Dit zou een negatieve impact hebben op de bewerkbaarheid en de verkoopbaarheid van de percelen. Daarom wordt de langzaam-verkeersas herlegd zodat de betreffende gronden en het voormalig landbouwbedrijf één geheel blijven P.002501| Memorie van toelichting
33
3.13
HAG-gebieden
Enkel de twee kleine deelzones worden gevat binnen de contour van het herbevestigd agrarisch gebied. Het betreft het HAG Regio Neteland, Deelruimte 7 Zuiderkempen van Lier en Heist-op-den-Berg.
2 1
HAG met aanduiding van het RUP.
Alhoewel de twee zones volgens het gewestplan geheel (N) en gedeeltelijk (Z) gelegen zijn binnen recreatiegebied, zijn ze toch opgenomen binnen de contour van het HAG.
P.002501| Memorie van toelichting
34
Op het perceel in recreatiegebied aan de Heuvelstraat, het zuidelijke deel van zone 1, werd in 2012 de manege gebouwd. Het grondgebruik van de aanpalende gronden, in het noorden, is buitenruimte bij de manege onder de vorm van inlooppiste en weide. Ze zijn verbonden met de uitbating van de manege en zijn dus geen onderdeel van de grootschalige landbouwstructuren.
3.14
Biologische waarderingskaart
Snede AGIV BWK
Het noordelijke plangedeelte, deelzone 2, eveneens gelegen in recreatiegebied, wordt ingenomen door weiden afgeboord met KLE’s. Deze zone gaat naadloos over in het achtergelegen weidegebied (W) en wordt in het noorden en zuiden gevangen door de bebouwing van woningen aan de Westerlosesteenweg en het zonevreemd bedrijf aan de Vogelroedestraat.
In de oksel van de Cuperuslei met de spoorweg worden de percelen als biologisch zeer waardevol gekarteerd. Het betreft een grote zeggenvegetatie (mc) met natte ruigte met o.a. Moerasspirea (hf) en Wilg (sal). Centraal in het gebied worden de percelen gekarteerd als biologisch waardevol. Het betreft soortenrijk cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden (hp+). Enkele percelen worden gekarteerd als een complex van biologisch minder waardevolle, waardevolle en zeer waardevolle elementen. Het betreft hier soortenarm permanent cultuurgrasland (hp), soortenrijk permanent cultuurgrasland (hp+) met relicten van halfnatuurlijke graslanden en houtkanten met dominantie van Wilg (khs) en Zomereik (khq). P.002501| Memorie van toelichting
35
Richting Lostraat neemt het aandeel percelen die als biologisch waardevol worden gekarteerd af. Ter hoogte van het Hof van Riemen worden de percelen gekarteerd als een complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen. Het betreft een park (kp) en soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden (hp+). Ten zuiden van de Oudestraat, aan de noordzijde van de manege, worden de percelen gekarteerd als biologisch waardevol. De waarde wordt bepaald door soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden en de aanwezigheid van grazige bermen.
3.15
Habitatrichtlijn- en vogelrichtlijngebieden
Het plangebied ligt niet in habitatrichtlijngebied –en vogelrichtlijngebied.
P.002501| Memorie van toelichting
36
3.16
VEN – gebieden
Het plangebied is niet gelegen in VEN-gebied. Het VEN – gebied “Vallei van de Grote Nete Benedenstrooms” situeert zich ten noordoosten van het plangebied.
P.002501| Memorie van toelichting
37
3.17
Erfgoed6
3.17.1 Beschermingsbesluiten: monumenten dorpsgezichten, landschappen
en
van XV werd vermoedelijk een nieuwe stenen residentie in traditionele baken zandsteenstijl gebouwd; tussen de keuken en de zogenaamd "blauwe kamer" modo "pronkkamer" bleef een bakstenen muur bewaard met roze mortelspecie en drie gotische mazieren, mogelijk een overblijfsel van de gesloopte constructie.Het landschap wordt gekenmerkt door cultuurland bestaande uit elementen als poelen, grasland en lanen. Delen van het afgebakend beschermd landschap liggen in het plangebied. Het Hof van Riemen zelf met toegangspoort en brug is een beschermd monument (9/07/1976, ID: 6852). Het overlappend gedeelte wordt momenteel ingenomen door een grasveld met hoogstambomen, dat wordt doorsneden door een laan als ontsluiting van het zuidelijk gelegen woonperceel. Aan de rand is het gebied afgeboord met een opgaande beplanting.
Binnen het plangebied liggen geen beschermde monumenten en het plangebied ligt ook niet in een beschermd dorps- of stadsgezicht. In het noorden overlapt het plangebied wel het beschermde landschap ‘Omgeving Hof van Riemen’ (Beschermingsbesluit 9/07/1976, ID: 79) (licht groene aanduiding). Het betreft het landschap rond het hoevecomplex Hof van Riemen, een middeleeuws leengoed eertijds mogelijk bestaande uit een omwalde versterking met opperhof en een neerhof met dienstgebouwen; benaming voor het eerst voorkomend in 1468. In de loop
6
http://onroerenderfgoed.ruimte-erfgoed.be/
Overlapping RUP – beschermd landschap Omgeving Hof van Riemen
3.17.2 Inventaris bouwkundig erfgoed7 In en aan de rand van het plangebied zijn een aantal sites opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed, ze zijn op het plan bestaand toestand aangegeven.
7
http://inventaris.vioe.be/dibe/relict/zoeken
P.002501| Memorie van toelichting
38
Het betreft in het gebied: 2876: Lostraat Nr 52: Voormalige molenaarswoning met aansluitend haaks bedrijfsgebouw, uit begin XX, ingeplant op omhaagd terrein. Ten Z.W. werd in 1853 een molen opgericht die afkomstig was van de Dam te Antwerpen, hij werd verkocht in 1919 en in 1925 heropgericht in Kasterlee. Verankerde bakstenen gebouwen onder haakse zadeldaken (Vlaamse pannen), resp. lijstgevel van vijf trav. en puntgevel van drie traveeën Sobere steekbogige muuropeningen, in het bedrijfsgedeelte deels rechthoekige onder ijzeren I-balk of houten latei.
P.002501| Memorie van toelichting
39
2877 Langgestrekte hoeve: Lostraat Nr. 106. Iets achterin gelegen langgestrekte hoeve met bakstenen lijstgevel van zes trav. en één bouwl. onder zadeldak (n // straat, golfplaat), uit XX a. Typische verwerking van gesinterde baksteen voor o.m. muurbanden en borstweringen. Steekbogige muuropeningen en opkamer in Z.W.-hoek (482).
Net buiten het gebied zijn aangegeven:
2897 Langgestrekte hoeve: Oudestraat Nr. 5. Leegstaande en deels vervallen, langgestrekte hoeve, ingeplant op omhaagd terrein en mogelijk opklimmend tot XVIII. Gekasseid erf met verankerde bakstenen constructie ten N.O. Beschilderd woongedeelte. Lijstgevel van zeven trav. met r. lager aanbouwsel van twee trav., beide onder zadeldak (n // straat, mechanische pannen). Rechth. vensters met arduinen latei en recentere bovenlichten onder houten latei; eenvoudig rondboogdeurtje en eveneens rechth. poorten onder houten latei (505). 2888 Hof van Riemen hoevecomplex Orshagenstraat
P.002501| Memorie van toelichting
40