Gemeente Purmerend Vastgesteld in december 2007
2
Inhoudsopgave Pagina
Inleiding
5
Ontwikkelingen Landelijk Provinciaal Purmerend
6 6 7 8
Kunsteducatie in het basisonderwijs Huidige situatie Evaluatie Uitgangspunten
9 9 10 10
Kunsteducatie in het voortgezet onderwijs Huidige situatie Evaluatie Uitgangspunten
11 11 12 13
Kunsteducatie binnen de volwasseneneducatie Huidige situatie Evaluatie Uitgangspunten
13 13 14 14
Bijlage 1
15
3
4
Inleiding Op 26 april 2007 heeft de gemeenteraad de nota 360° Cultuur vastgesteld. Deze nota bevat de culturele kaders voor de komende jaren. De ambities van de gemeente zijn: - versterking van het culturele voorzieningenniveau - het maken van verbinding met andere maatschappelijke ontwikkelingen - het stimuleren van een cultureel klimaat. De stap die in onderhavige nota voor de kunsteducatie1 wordt gemaakt, is deze ambities vertalen in een concrete uitwerking van beleid voor de kunsteducatie in het onderwijs. Kunsteducatie is het leren beoordelen van kunst, ervan genieten en het zelf beoefenen. Het doel van kunsteducatie is niet alleen het verwerven van kennis over kunst. Het gaat ook over reflectie van kunst op de werkelijkheid, het bewonderen van kunst en het laten verwonderen door kunst en het zelf maken van kunst. Door kunsteducatie in het onderwijs krijgen kinderen de kans om in aanraking te komen met verschillende kunstdisciplines. Deze binnenschoolse kunsteducatie is meer dan een afwisselend aanbod van verschillende kunstdisciplines verdeeld over meerdere leerjaren. Gestreefd wordt naar een doorgaande leerlijn gericht op kennismaking met en oriëntatie op alle kunstdisciplines. In de buitenschoolse kunsteducatie, zoals de muzieklessen op Muziekschool Waterland, kunnen kinderen zich (dan) verdiepen en specialiseren in de verschillende kunstdisciplines. Muziekschool Waterland en het Kunstencentrum Wherelant zijn de twee algemene instellingen voor kunsteducatie. De Openbare Bibliotheek Waterland, het Purmerends Museum en Museum Waterland verzorgen ook educatieve programma s, bijvoorbeeld binnen het Cultuurtraject en het Kunstplan of ten dienste van CKV, zoals het leerlingenlab van het Purmerends Museum. De NKT Theaterschool richt zich heel specifiek op theaterlessen aan 8 tot 18 jarigen. Een goede verbinding tussen binnenschoolse en buitenschoolse kunsteducatie is belangrijk. Zo kunnen jeugdigen en jongeren die op school enthousiast zijn geworden, gemakkelijker hun weg vinden bij Wherelant, het NKT, muziekschool of een amateurkunstvereniging. De brede school of de naschoolse opvang kan ook een toegankelijk aanbod van kunstzinnige activiteiten bieden voor een brede doelgroep2 Naast een inhoudelijke visie, zijn goede culturele voorzieningen van belang. Van de culturele instellingen wordt verwacht dat zij in samenwerking met het onderwijs, hun educatieve aanbod verder ontwikkelen en uitbreiden. Op basis van het onderzoek van LAgroup naar de cultuurclustering is er voor gekozen om het educatiecluster in de directe nabijheid van de PSG (de campus havo/vwo) te realiseren. Dit moet nog verder uitgewerkt worden. De uitwerking van beleid waarin de gemeentelijke uitgangspunten zijn opgenomen voor de twee instellingen voor kunsteducatie en de uitgangspunten voor het nieuwe Centrum voor de
1 2
Kunsteducatie, media-educatie en erfgoededucatie zijn onderdelen van cultuureducatie. Kunsteducatie, een beleidshandreiking 2006
5
Kunsten3 (het cultuureducatiecluster bij de Hoornselaan) zullen aan bod komen in een aparte deelnotitie.
Ontwikkelingen Landelijk In haar net verschenen rapport 'Innoveren, Participeren' noemt de Raad voor Cultuur de kennis van kunst en cultuur en de deelname daaraan geen luxe meer of vrije tijdsbesteding, maar een maatschappelijke noodzaak voor het goed functioneren van de multiculturele samenleving.4 De Raad vindt dat de vorming van culturele burgers het hoofddoel van het overheidsbeleid moet worden op het gebied van kunst en cultuur. Dit sluit aan bij het uitgangspunt van het rijksbeleid dat versterking plaats moet vinden van de culturele factor in de verschillende sectoren van het maatschappelijk leven, waarbij als voorbeeld extra aandacht voor cultuur in het onderwijs wordt genoemd.5 De raad voor Cultuur en de Onderwijsraad hebben in hun gezamenlijke advies 'Onderwijs in Cultuur'6 een aantal aanbevelingen gedaan om cultuureducatie te versterken . De raden beschouwen cultuureducatie als een gezamenlijk verantwoordelijkheid van het onderwijs, de cultuursector en de overheid. Daarbij gaat het niet alleen om geld, maar ook om kennisuitwisseling, onderling overleg en samenwerking. Deelname aan cultuur op jonge leeftijd verhoogt de deelname de waarde die mensen op latere leeftijd toekennen aan de aanwezigheid van cultuur in de stad7. Vanaf 1997 loopt het project Cultuur en School. Doel is een structureel aanbod van culturele activiteiten op de scholen. Van 1997 - 2003 richtte het project zich vooral op het voortgezet onderwijs. Sinds 2003 richt de aandacht zich ook op het Primair Onderwijs. Via de regeling Versterking cultuureducatie in het Primair Onderwijs ontvangen steeds meer basisscholen vanaf het schooljaar 2004 - 2005 een schoolgebonden budget voor cultuureducatie van 10,90 per leerling8. De doelstelling van deze regeling is dat alle scholen in het primair onderwijs in 2007 hun visie op de plaats van kunst- en cultuureducatie in het onderwijsprogramma hebben geformuleerd. Deze beleidsvisie moet opgenomen worden in het schoolplan. De financiering van de scholen zal na het schooljaar 2007/2008 opgaan in de lumpsum financiering van de scholen. De nadruk wordt daarom momenteel gelegd op meer organisatorische elementen (beleidsvisie, netwerken) in de verwachting dat de cultuureducatie ook na 2008 door de scholen gecontinueerd zal worden. De afgelopen jaren heeft de rijksoverheid geïnvesteerd in flankerend beleid om op lokaal en regionaal niveau de samenwerkingsrelaties tussen onderwijs en cultuur in te vullen. Hoe deze samenwerkingsmaatregelen na 2008 gecontinueerd worden en of provincies en gemeenten deze verantwoordelijkheid overnemen is onduidelijk. Met de vaststelling van de nota 360° 3
De Kunstconnectie, de branchevereniging voor kunsteducatie en kunstbeoefening, spreekt van een Centrum voor de Kunsten als het gaat om een gezamenlijke organisatie/ gebouw activiteiten van de muziekschool en een centrum zoals Wherelant. 4
5
Raad voor Cultuur Innoveren, Participeren! , 2007
Rijksnota Meer dan de som der delen 2005 - 2008 Raad voor Cultuur/Onderwijsraad 'Onderwijs in Cultuur', 2006 7 Atlas voor gemeenten 2007 8 Het primair onderwijs kende al een rijksbijdrage van ongeveer expressieactiviteiten (Londo-norm). 6
6
3,82 per leerling voor
Cultuur heeft de gemeente Purmerend besloten om de wegvallende middelen vanuit de provincie voor cultuureducatie te compenseren ( 25.000 per jaar). Het voortgezet onderwijs beschikt over CKV-vouchers waarmee scholieren kunst- en cultuurinstellingen kunnen bezoeken. Voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn er CKV-vouchers à 5,75 per leerling per jaar. Deze moeten klassikaal worden gebruikt. Voor de leerlingen in de tweede fase vmbo, havo en vwo zijn CKV-vouchers à 22,50 per leerling beschikbaar gedurende één schooljaar. De bedoeling van deze bonnen is dat ze individueel besteed worden ten behoeve van het verplichte vak CKV voor het bezoeken van culturele instellingen of het deelnemen aan culturele activiteiten. Vanaf het schooljaar 2008 2009 worden de CKV-vouchers vervangen voor een bredere cultuurpas voor jongeren. Het is de bedoeling dat deze digitale cultuurchip een open systeem wordt zodat ook andere partijen zoals gemeenten, private sponsors of ouders het tegoed kunnen opwaarderen9. Bij het Actieplan Cultuurbereik werken rijk, provincies en gemeenten samen aan de ontwikkeling en financiering van vierjaren programma s om het bereik van cultuur te vergroten en te verbreden. De centrale doelstelling in het huidige Actieplan Cultuurbereik 2005-2008 is om het cultureel bewustzijn van burgers te versterken door het vergroten van zowel het publieksbereik als van de actieve participatie in kunst en cultuur. Voor jongeren gaat het zowel om activiteiten op school als in de vrije tijd. Het ministerie van OCW stelt voor de provincies en de Actieplangemeenten tot en met 2008 jaarlijks 0,79 per inwoner beschikbaar. Het Actieplan krijgt na 2008 een andere invulling. De commissie Cultuurbereik constateert in haar rapport van Van stolling naar stroming10 dat er enige beweging in het culturele veld is gekomen. Thema's als diversiteit en de ondersteuning van de amateurkunst zijn echter minder tot ontwikkeling gekomen. Er lijkt ook minder beweging te zijn in nieuwe laagdrempelige circuits, in festivals en in wijken, maar veel minder binnen de 'gevestigde' orde van culturele instellingen. Een van de aanbevelingen van de commissie is om het Actieplan cultuurbereik voort te zetten, waarbij het actieplan dan aangepast moet worden op de actuele ontwikkelingen. Dit zou geïnterpreteerd kunnen worden dat cultuureducatie, cultuurbereik en amateurkunst, hoog op de agenda blijven, maar dat de huidige rijksbijdrage op een andere wijze zal worden ingezet.
Provinciaal De provincie sluit in haar nota Cultuur Verbindt,Cultuurnota 2005 - 2008 aan op het rijksbeleid: toegankelijkheid van cultuur voor iedereen, met bijzondere aandacht voor de schoolgaande jeugd en daarmee op de cultuureducatie en de verdere verbinding en integratie van cultuur met andere beleidsterreinen. Daarmee wordt prioriteit gegeven aan cultuureducatie en culturele planologie. In de nota Actieplan cultuurbereik 2005 - 2008 geeft de provincie aan dat de provincie in deze periode: in samenwerking met gemeenten er zorg voor draagt dat scholen in het primair onderwijs in hun stad of regio worden aangemoedigd tot en ondersteund bij het ontwikkelen van een eigen visie op cultuureducatie; 9
De kunstconnectie Cultuureducatie de kracht van lokaal en provinciaal beleid', 2006
10
Van Stolling naar stroming, Rapport Commissie Cultuurbereik, maart 2007
7
in overleg met gemeenten culturele instellingen aanmoedigt om een aantrekkelijk, goed op de vraag toegesneden cultuureducatief aanbod te verzorgen voor het primair en voortgezet onderwijs; gemeenten stimuleert tot het ontwikkelen van een cultuureducatiebeleid of dit beleid te verdiepen; cofinanciering met de gemeenten op het gebied van de Rondjes Cultuur en de Jongerentheaterdagen voortzet en uitbreidt. Dit om de implementatie van cultuureducatie in het gemeentelijk beleid verder te bevorderen.
Purmerend Volgens het collegewerkprogramma 2006 - 2010 zal geïnvesteerd moeten worden in voorzieningen voor het groeiende aantal inwoners van Purmerend. Purmerend is zó groot geworden dat we op het gebied van sport, cultuur en educatie forse stappen vooruit moeten zetten. Het realiseren van een scholencampus aan de Hoornselaan van havo-vwo scholen in combinatie met het cultuureducatiecluster is hierbij als één van de doelstellingen genoemd. De structuurvisie 2005 - 2020 spreekt over het behouden en versterken van de culturele voorzieningen in Purmerend. Culturele instellingen zijn cruciaal in het worden van een complete stad en het versterken van de positie als centrum van Waterland. Bij het ontwikkelen van brede schoolcampussen kan een campus een stedelijke knoop worden als er cultuureducatieve voorzieningen aan worden toegevoegd. Door menging van functies vermindert het risico dat de grote schoolcampussen geïsoleerd in de stad komen te liggen en na vijf uur doodse terreinen worden. De nota 360° Cultuur noemt ook de versterking van het culturele voorzieningenniveau. Voor wat betreft de kunsteducatie wordt ingezet op: versterking van het culturele voorzieningenniveau: het verder ontwikkelen van een educatief en museaal cluster en daarbij bereid zijn tot investeringen in inhoud en ruimte; het blijven stimuleren van diversiteit in het culturele aanbod. het maken van verbinding met andere maatschappelijke ontwikkelingen: het garanderen van een goed educatief aanbod door de lokale culturele instellingen voor het Purmerendse onderwijs; het bundelen van krachten en maken van een integrale afstemming in beleidsontwikkeling en uitvoering van aanverwante sectoren als toerisme, zorg en jeugdbeleid. De instellingen voor de kunsteducatie en de uitgangspunten voor het nieuwe cultuureducatiecluster/ het Centrum voor de Kunsten blijven in deze notitie verder buiten beschouwing. In de nota 360° Cultuur wordt het ontbreken van een structurele organisatorische basis genoemd voor educatieve projecten binnen het onderwijs en de culturele instellingen. Nodig voor bemiddeling, afstemming en een centraal punt tussen de scholen en de instellingen om de kunst- en cultuureducatie, en de rol die de lokale instellingen hierin vervullen, te kunnen blijven garanderen. Een ander aandachtspunt is, dat kunst- en cultuureducatie blijft aansluiten op nieuwe onderwijsmethoden en de belevingswereld van de leerlingen. Er moet dus ook ruimte zijn voor innovatie. 8
Het basisonderwijs werkt met het Kunstplan, waarin leerlingen elk jaar een culturele of kunstzinnige activiteit ondernemen. Hierover wordt in de nota 360° Cultuur opgemerkt dat er vanuit het culturele veld een aanbod nodig is dat aansluit op de vraag. Uitgewerkt moet worden hoe kunst- en cultuureducatie zich in Purmerend verder kunnen ontwikkelen, wat de rol van de instellingen en het onderwijs hierbij is en welke infrastructuur hiervoor nodig is.
Kunsteducatie in het basisonderwijs Huidige situatie Sinds 1992 voorziet het Kunstplan in een aanbod van culturele activiteiten voor deelnemende basisscholen, gericht op muziek, drama/dans, cultureel erfgoed, literatuur en film. Elke leerling brengt in een schooljaar minstens één bezoek aan een voorstelling of tentoonstelling. Leerlingen kunnen op deze manier met diverse disciplines van cultuur en lokale culturele instellingen kennismaken. Het programma wordt ieder jaar samengesteld door de Culturele commissie (Fluxus, afvaardiging van leraren uit het basisonderwijs en gemeente). Voorstellingen worden altijd voor twee groepen georganiseerd.
Groep 1/2 Groep 3/4 Groep 3/4 Groep 5/6 Groep 7/8 Groep 7/8
Muziekvoorstelling (Liedjes & Co) Film (Beestenboot) Museum (Maarten Oortwijn) Dramavoorstelling (Win) Dansvoorstelling (Shakespeare Shuffle) Literair (Schrijver in de bibliotheek)
Kunstplan 2006 / 2007 Alle voorstellingen en tentoonstellingen zijn voorzien van begeleidend materiaal, zodat de voorstelling met behulp van een lesbrief door de leerkracht in de klas kan worden voorbereid. Voor verdieping van het onderwerp is maatwerk mogelijk op aanvraag. Bijna alle basisscholen uit Purmerend doen mee met in totaal ruim 7000 kinderen. Voor deelname aan het Kunstplan sluiten de basisscholen een contract voor drie jaar af met Fluxus. De huidige contractperiode loopt van 2007 tot en met 2010. Met ingang van 2007 kunnen scholen Kunstplanplus-activiteiten afnemen. Dit is een aanvulling op de Kunstplanactiviteiten. Dit is bijvoorbeeld een kunstenaar in de klas, een korte verdiepingscursus voor leerkrachten of een uitleenkist met materiaal waarmee op school kan worden gewerkt rondom de voorstelling. Met deze extra activiteiten kan een school verdere invulling geven aan het eigen cultuureducatie leerplan (de beleidsvisie zoals opgenomen in het schoolplan). Ter promotie is deelname aan de activiteiten in 2007 gratis. Daarna moet de school voor deze extra activiteiten betalen.
9
Naast de coördinatie van het Kunstenplan biedt Fluxus op verzoek ondersteuning van de leerkrachten bij kortlopende activiteiten. Ook worden themakisten/materiaalkisten uitgeleend. Verder verzorgen zij de training van de interne cultuur coördinator (ICC) op de basisscholen. Financiën De inkomsten voor het Kunstplan bestaan uit: 3,17 per leerling in de contractperiode 2007 2010; een gemeentelijke bijdrage van maximaal 16.100 een provinciale bijdrage voor duurdere voorstellingen. Met ingang van 2008 moeten de scholen dit zelf aanvragen. Voor afstemming van het Kunstplan op het Cultuurtraject en het verkrijgen van een meer interactief karakter wordt met ingang van 2008 een gemeentelijke bijdrage van 20.000 beschikbaar gesteld.
Evaluatie 1. Er is geen afstemming tussen het Kunstplan en het Cultuurtraject dat in het voortgezet onderwijs plaatsvindt. Ook op dit onderdeel is een doorgaande leerlijn van belang. In het basisonderwijs kan dan de basis voor het voortgezet onderwijs worden gelegd. 2. Naast deze afstemming wordt in de nota 360° Cultuur uitgesproken om het Kunstplan een meer actief karakter te geven. Het Kunstplan is nu vooral receptief. De ontwikkeling van de Kunstplanplus-activiteiten biedt mogelijkheden voor deze actie. Ook moet er aandacht en ruimte zijn om in te kunnen spelen op vernieuwingen binnen de kunsteducatie. 3. Fluxus is de tweedelijns instelling voor de kunst- en cultuureducatie in het basisonderwijs. De versterking van de kunsteducatie die voorgestaan wordt binnen het onderwijs vereist afstemming en samenwerking tussen de eerstelijns instellingen en Fluxus. 4. Een goede verbinding tussen binnenschoolse en buitenschoolse kunsteducatie is belangrijk. Kunstzinnige activiteiten in de brede school en de naschoolse opvang bieden mogelijkheden voor een toegankelijk aanbod voor een brede doelgroep. 5. De inkomsten dekken de kosten van de uitvoering van het Kunstplan. Als de provinciale subsidie wegvalt, zullen duurdere voorstellingen niet meer mogelijk zijn of zal een hogere bijdrage per leerling nodig zijn (in de volgende contractperiode).
Uitgangspunten 1. Meer aandacht voor coördinatie en kwaliteitsbewaking Er is behoefte aan afstemming, verdieping, verbreding en vernieuwing. Voor het voortgezet onderwijs is behoefte aan coördinatie en kwaliteitsbewaking. Deze taken liggen in elkaars verlengde. Deze taken zullen gekoppeld worden aan de onderwijscoördinator die voor het voortgezet onderwijs wordt ingesteld (zie verderop). Deze functionaris moet hiervoor dan voldoende tijd hebben. De combinatie van beide functies levert winst op. Dubbeling wordt voorkomen en de opgedane ervaring en deskundigheid kunnen voor het basis- en het voortgezet onderwijs worden ingezet. In de nota 360° Cultuur is voor de afstemming en het 10
verkrijgen van een meer interactief karakter 20.000 opgenomen. Hiervoor wordt 10.000 ingezet voor een urenuitbreiding van de onderwijscoördinator voor het Cultuurtraject/ kunsteducatie voor het voorgezet onderwijs en 10.000 ten behoeve van activiteiten in het kader van vernieuwing en interactie. Dit geld kan dan bijvoorbeeld gebruikt worden als koppelsubsidie voor het aanvragen van externe subsidies (bijv. bij de provincie of de Mondriaanstichting). 2. Meer aandacht voor inbedding kunsteducatie in het basisonderwijs De onderwijscoördinator heeft ook de tijd en kennis om het overleg met Fluxus te coördineren. Samen met de andere kunsteducatie-instellingen kan gewerkt worden aan het faciliteren van het basisonderwijs, zodat verdere inbedding van de kunsteducatie binnen het onderwijs plaats kan vinden. 3. Meer duidelijkheid over invulling doorgaande leerlijn voor kunst- en cultuureducatie De onderwijscoördinator kan in samenwerking met Fluxus en het BOVO11-overleg een gezamenlijke bijeenkomst beleggen met het onderwijsveld om de ingrediënten te bepalen die van belang zijn voor een doorgaande leerlijn voor de kunst- en cultuureducatie. Na uitwerking kan dit teruggelegd worden aan de betrokken scholen en culturele instellingen. Vanuit het culturele veld kan dan een aanbod komen dat aansluit op de vraag van de basisscholen.
Kunsteducatie in het voortgezet onderwijs Huidige situatie Het Cultuurtraject is ontwikkeld door de culturele instellingen, scholen voor voortgezet onderwijs en de gemeente en gestart in het schooljaar 2004 / 2005. Het doel van het Cultuurtraject is een actieve kennismaking van de leerlingen met het ontstaansproces van kunst vanuit de professionele makers, bedrijven en instellingen. Het Cultuurtraject bestaat uit tien programma s, die tot stand zijn gebracht onder de titel de VERLEIDING, het centrale thema van het Cultuurtraject. Het thema staat voor de verleidende kracht van kunst. Discipline Dans Muziek Animatie Theater Film Beeldende kunst Vormgeving
11
Project Literatuur in beweging Van woord naar klank Verleiding van animatie Verleiding van theatre Movie and music Hollands licht Het derde gezicht Verleiding van kunst Vormgeving en architectuur Verleiding vormgeven
Overleg basisonderwijs en voorgezet onderwijs
11
Het Cultuurtraject biedt de leerlingen in een programma van twee jaar de mogelijkheid het traject van de bron, via improvisatie en experiment naar het product zelf te ervaren. Professionals op de gebieden van beeldende kunst, muziek, theater, film, dans en vormgeving verzorgen de inhoudelijke activiteiten in het eerste jaar. Het doel is een actieve kennismaking met kunstdisciplines en/of actief deelnemen aan een kunstproductieproces. Dit vindt in principe plaats op school. In het tweede jaar staat de kennismaking centraal met het kunstbedrijf, waar de voltooide kunstproducten hun weg vinden naar het publiek. Dit vindt plaats bij de instelling die aansluit op het programma van het eerste jaar. Het Cultuurtraject biedt kennis en ervaring op het gebied van één kunstdiscipline of een combinatie van twee disciplines per project. De motivatie hiervoor is dat ontstaansprocessen in de kunsten in principe aan elkaar gelijk zijn. En verbreding van het programma vindt plaats in het derdejaars Rondje Cultuur. 12 Dit maakt geen deel uit van het Cultuurtraject, maar sluit hier wel bij aan. De leerlingen verzamelen informatie en programma s bij alle instellingen in Purmerend (kunstfietsroute) en bezoeken een voorstelling met daaraan gekoppeld een opdracht bij P3, Purmaryn (kleine zaal) en het filmhuis. Het Rondje Cultuur wordt gecoördineerd en gefinancierd door Fluxus. Fluxus ontvangt hiervoor een provinciale bijdrage. Dit loopt nog door tot 2009. Het Rondje Cultuur heeft een brugfunctie naar de CKV-vakken in de hogere klassen van het voortgezet onderwijs. Financiën Voor het eerste jaar worden de cultuurvouchers gebruikt ( 5,75 per leerling) en is er een aanvullende ouderbijdrage van 14. Voor het tweede jaar worden de vouchers gebruikt en een ouderbijdrage van 11.50. In het derde jaar kost het Rondje cultuur 9. De leerlingen van 3 VMBO betalen dat met 9 van de cultuurvouchers. 3 havo/vwo wordt betaald uit een ouderbijdrage van 9. De gemeente geeft een structurele bijdrage van 24.000 per jaar. De overige kosten werden betaald uit het Actieplan cultuurbereik. Omdat dit een eenmalige bijdrage betrof voor de eerste jaren van het Cultuurtraject, is de gemeentelijke bijdrage met ingang van 2007 opgehoogd met een bedrag van 25.000,- per jaar. Tevens is met ingang van 2007 een bedrag van 30.000 beschikbaar gesteld voor de coördinatie en kwaliteitsbewaking.
Evaluatie 1. In de nota 360° Cultuur wordt geconstateerd dat er nog geen sprake is van een structurele organisatorische basis voor kunsteducatie, die bemiddelt, afstemt en het centrale punt in de organisatie vormt tussen de scholen en de instellingen. Benodigd om een kwalitatief goed kunst- en cultuureducatief aanbod in het onderwijs te kunnen blijven garanderen. Een onderwijscoördinator moet hier invulling aan gaan geven. Hiervoor is met ingang van 2007 een bedrag van 30.000 opgenomen voor formatie-uitbreiding. 2. Het is belangrijk dat kunst- en cultuureducatie blijven aansluiten op nieuwe onderwijsmethoden en de belevingswereld van de leerlingen. Er moet dus ook aandacht en ruimte zijn voor innovatie. Uitbreiding met actuele kunstvormen en aanhaken aan nieuwe 12
Cultuur Traject, het programma. Kunsteducatief traject ten behoeve van de basisvorming van het voortgezet onderwijs in Purmerend, juni 2006
12
ontwikkelingen in bijvoorbeeld de nieuwe media. Daarnaast is het belangrijk dat er een verdergaande aansluiting komt van de programma's op de verschillende vormen van onderwijs (speciaal onderwijs, beroepsonderwijs en algemeen onderwijs). 3. De subsidieregeling voor het rondje cultuur loopt nog door tot 2009. Gezien de positieve ervaringen die hiermee (landelijk) zijn, wordt er voorzichtig van uit gegaan dat dit ook na 2009 door zal lopen al dan niet in dezelfde vorm. 4. Het speciaal onderwijs behoort in principe niet tot de doelgroep van het Cultuurtraject. Wel is er interesse bij het speciaal onderwijs om mee te doen aan de programma s (in een aangepaste vorm). Onderzocht zal moeten worden hoe dit gefinancierd kan worden.
Uitgangspunten 1. De onderwijscoördinatie onder te brengen bij Kunstencentrum Wherelant Op grond van het bovenstaande moet de onderwijscoördinator zicht hebben op het culturele en het onderwijsveld; externe subsidies aan kunnen boren, verbindingen kunnen leggen, etc. Kortom de coördinatie en kwaliteitsbewaking van het Cultuurtraject uit kunnen voeren en de aansluiting kunnen maken met het kunstenplan in het basisonderwijs. Daartoe wordt deze functie ondergebracht bij Wherelant. Deze instelling speelt hierin nu ook al een grote rol. De afspraken hierover worden in de subsidieovereenkomst (SUO) vastgelegd. De taakomschrijving is opgenomen in bijlage 1. Naar verwachting zal de onderwijscoördinator de eerste twee jaar vooral bezig zijn met verdere stroomlijning van de logistiek en met de inbedding in het programma van de scholen. Daarna zou de aandacht verschoven kunnen worden naar hedendaagse ontwikkelingen binnen de vakgebieden. 2. De coördinatie van het Rondje Cultuur zonodig bij de onderwijscoördinator Als de provinciale middelen voor het Rondje Cultuur komen te vervallen, kan overwogen worden de organisatie hiervan neer te leggen bij de onderwijscoördinator. Wat dit voor (financiële en organisatorische) consequenties heeft, zal dan nog onderzocht moeten worden. 3. Subsidie aanvragen voor kunsteducatie voor mensen met een verstandelijke beperking Er wordt een methodiek ontwikkeld door Wherelant voor kunstzinnige vorming voor mensen met een verstandelijke beperking die aangepast kan worden voor het CT. Voorgesteld wordt om hiervoor subsidie aan te vragen bij de Nederlandse Stichting voor het Gehandicapte Kind (NSGK). De onderwijscoördinator kan hier het benodigde voorwerk voor doen.
Kunsteducatie binnen de volwasseneneducatie Huidige situatie Het Regiocollege verzorgt al meer dan twintig jaar diverse cursussen op het gebied van kunst en muziek. Op het vlak van kunsteducatie bestaat het cursusaanbod uit kunstgeschiedenis, de museale wereld en een themacursus wereldsteden. Van de deelnemers is 79,2 procent ouder dan 50 jaar. Het overgrote deel 57,2 procent is zelfs boven de 65 jaar.
13
Voor het schooljaar 2007/2008 is er een ISW-bijdrage van in totaal maximaal 80.000 voor de vestigingen in Purmerend en Zaanstad. Met deze bijdrage kan de deelnemersbijdrage laag gehouden worden om wordt ingezet op het bereiken van de WMO-doelgroepen. Hiermee kunnen tussen de 175 en 225 cursisten geplaatst worden.
Evaluatie Het regiocollege richt zich in vergelijking met Wherelant meer op kunstbeschouwing, dus kunsteducatie als doel. Hierdoor organiseert Wherelant geen aparte cursussen kunstbeschouwing, maar past deze discipline wel toe in de projecten. Dus ondersteunend aan het product dat gemaakt gaat worden. De huidige subsidiestroom laat niet toe dat WEBmiddelen, waarmee de activiteiten op het Regiocollege worden gefinancierd, aan andere instellingen worden toegekend.
Uitgangspunten 1. Indien mogelijk kunstbeschouwingslessen bij Wherelant Als de aanvullende financiering voor de kunstbeschouwingslessen op het Regio-college/ Plaveia komt te vervallen, worden de mogelijkheden onderzocht om deze lessen onder de verantwoordelijkheid van Wherelant te laten verzorgen. De kunstbeschouwingslessen liggen namelijk in het verlengde van de activiteiten/ cursussen die Wherelant verzorgt.
14
Bijlage 1 Onderwijscoördinator Cultuur- en Kunsteducatie De onderwijscoördinator is verantwoordelijk voor de coördinatie en kwaliteitsbewaking van het Cultuurtraject (CT) in het voortgezet onderwijs en draagt zorg voor de aansluiting van het Cultuurtraject op het Kunstenplan in het basisonderwijs. Daarmee vervult de onderwijscoördinator een intermediaire rol tussen onderwijs en culturele instellingen. Dit houdt onder meer in: coördineren en begeleiden van de uitvoering van het eerste- en tweedejaars programma van het Cultuurtraject bij de culturele instellingen en het onderwijs; opstellen planning, begroting en zorgdragen voor de financiële administratie; verzorgen van inhoudelijke en financiële verslaglegging en zorgdragen voor jaarlijkse evaluatie; zoeken naar aanvullende financiële middelen om programma s te kunnen actualiseren informeren en instrueren van de mentoren en docenten van de school; stimuleren dat de kunsteducatie ingebed wordt in/ aansluit bij het curriculum van het onderwijs; stimuleren dat er doorgaande leerlijnen zijn van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs op het terrein van de kunsteducatie. Hiervoor wordt onder meer ingezet op aansluiting Kunstplan, Cultuurtraject en Rondje Cultuur; zorgdragen voor PR en documentatie; i.s.m. Fluxus het loket voor informatie en advies voor scholen, culturele instellingen en andere organisaties
15