Reg.nr:Z.05732 INT.05752
GEMEENTE NUTH
Raad: Agendapunt: RTG:
Pagina 1 van 8
16 december 2014 3 december 2014
AAN DE RAAD Onderwerp:
Vaststelling diverse verordeningen ingevolge de Participatiewet /WWB
1. Samenvatting
Bijgaand ontvangt u ter vaststelling de volgende (concept)verordeningen: 1. Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 2. Afstemmingsverordening 2015 3. Handhavingsverordening 2015 4. Verordening Individuele Studietoeslag 2015 5. Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015, 6. Participatieverordening 2015 7. Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 8. Verordening loonkostensubsidie Participatiewet 2015 9. Verordening Cliëntparticipatie 2015 Voorts komen de volgende verordeningen per 1.1.2015 te vervallen (intrekkingen door uw raad): a. Verordening maatschappelijke participatie (MPSK) b. Verordening Langdurigheidstoeslag De volgende verordening komt per 1.7.2015 te vervallen (intrekking door uw raad): c. Bijstandverordening toeslagen en verlagingen Tenslotte komt per 1.1.2015 de volgende beleidsregel te vervallen (intrekking door DB-Kompas): d. Categoriale regeling voor chronisch Zieken, Gehandicapten en Ouderen CZGO 2. Doelstelling / Beoogd effect
Per 1 januari 2015 treedt de Participatiewet in werking. Om tijdig uitvoering hieraan te kunnen geven, dienen onder meer de verordeningen gereed te zijn. Hoofddoel van verordeningen is altijd duidelijkheid scheppen over wat de burger mag verwachten van de gemeente en wat niet. Tevens scheppen de verordeningen duidelijkheid voor de uitvoering dan wel in het kader van de rechtsbescherming. Vier verordeningen zijn geheel nieuw. Ze hebben te maken met de uitvoering van de tegenprestatie, loonkostensubsidie, individuele studietoeslag en de individuele inkomenstoeslag. Vijf verordeningen zijn aangepast aan de wijzigingen die met de Participatiewet worden ingevoerd en/of zijn aangepast vanwege de gewijzigde naam van de wet, namelijk van Wet Werk en Bijstand naar Participatiewet en verwijzingen naar artikelnummers. Het betreft dan de “Afstemmingsverordening”, “handhavingsverordening”, “verordeningen verrekening bestuurlijke boete bij recidive”, “Participatieverordening” en de “Verordening cliëntenparticipatie”. Deze verordeningen worden vastgesteld onder gelijktijdige intrekking van “de voorgaande versie”. Dat is per verordening in één van de slotartikelen opgenomen, waardoor met de vaststelling van de verordening tevens is bepaald dat de voorgaande verordening is ingetrokken. Afzonderlijke intrekkingsbesluiten zijn dan ook niet noodzakelijk. De hierboven onder 1 a t/m c genoemde verordeningen komen volledig te vervallen. Met de komst van de Participatiewet gebeurt dat van rechtswege en is expliciete intrekking eigenlijk niet nodig. Maar voor de duidelijkheid naar de burger wordt geadviseerd om deze verordeningen toch bij besluit in te trekken. Dat geldt ook voor de onder d. genoemde beleidsregel.
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 2 van 8
3. Eerdere besluitvorming
Niet van toepassing 4. Argumenten / Alternatieven c.q. opties / Toelichting
Alvorens in te gaan op de hoofdlijnen van de diverse verordeningen, staan we stil bij het proces dat aan de oplevering van de verordeningen is voorafgegaan. Het proces. In de beleidsnotitie “Arbeidsmarktbeleid Parkstad Limburg, beleidskaders 2014 – 2015” (door uw raad vastgesteld op 28 oktober jl.) is als uitgangspunt opgenomen dat verordeningen en beleidsregels gewestelijk (Parkstad) worden afgestemd. Om binnen de regio gezamenlijk aan de slag te gaan met de verordeningen en beleidsregels, is aansluiting gezocht bij een bestaande structuur. Want al meerdere jaren werken wij regionaal samen op het gebied van sociale zaken, arbeidsmarktbeleid en WSW. Twee bestaande regionale werkgroepen bestaande uit medewerkers van de (intergemeentelijke) Sociale Diensten Kompas, BOL, Heerlen en Kerkrade stemmen beleid op elkaar af, waaronder verordeningen. Dit zijn de werkgroepen “re-integratie” en “inkomen & zorg”. Bijgaande verordeningen zijn dan ook door deze werkgroepen opgesteld en afgestemd. Daarnaast is er een juridische werkgroep geformeerd, bestaande uit een vijftal juristen van de gemeenten Heerlen, Brunssum, Landgraaf, Kerkrade en van ISD Kompas. Deze werkgroep heeft de verordeningen zoals opgeleverd door de twee andere werkgroepen juridisch getoetst. Tenslotte was een Werkgroep Verordeningen en Doelgroepen verantwoordelijk voor de voortgang/het proces. Deze laatste bestaat uit een manager van de gemeente Landgraaf, gemeentelijk beleidsadviseurs, beleidsadviseurs van de (I)SD-en, en één vertegenwoordiger per werkgroep Re-integratie, Werk & Inkomen, en Juristen.
Werkgroep Verordeningen en Doelgroepen Procesverantwoordelijk Procesverantwoordelijk P
Werkgroep re-integratie
Werkgroep Inkomen & Zorg
Participatieverordening Verordening tegenprestatie Verordening loonkostensubsidie Verordening Cliëntparticipatie
Verordening Individuele Inkomenstoeslag Afstemmingsverordening Verordening Handhaving Verordening Individuele Studietoeslag Verordening verrekening bestuurlijke boete Verordening Cliëntparticipatie
Werkgroep Juristen Juridische toets alle verordeningen
In eerdergenoemde beleidsnota “Arbeidsmarktbeleid Parkstad Limburg, beleidskaders 2014 – 2015” is eveneens bepaald dat de verordeningen beleidsarm zijn; zij beperken zich tot de hoofdlijnen. Nadere uitwerking van de verordeningen vindt veelal plaats in beleidsregels die door Dagelijks Bestuur (DB) worden vastgesteld. Hiermee wordt beoogd: 1. dat we binnen de regio uniforme verordeningen hebben (ze zijn beleidsarm, dus weinig stof tot discussie), 2. dat we mede daardoor aan onze verplichtingen voldoen om tijdig verordeningen vast te stellen, 3. dat het DB/het college van B&W beleidsregels kan vaststellen en wijzigen. Daardoor is maatwerk per gemeente mogelijk. Bovendien is de procedure voor toekomstige bijstellingen korter dan wanneer de beleidsregels vastgesteld/gewijzigd worden door de raad.
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 3 van 8
Naast bijgevoegde verordeningen zijn ook de beleidsregels door de regionale werkgroepen in concept opgesteld, met daarbij de mogelijkheid voor lokale inkleuring. In het proces dat aan de vaststelling van de beleidsregels door het college is voorafgegaan, is uw raad betrokken middels informatiebijeenkomsten. Nieuwe/gewijzigde vast te stellen verordeningen. Hieronder geven wij een toelichting per verordening. Deze bestaat uit een algemene toelichting (doel van de verordening) en specifieke informatie zoals aandachtspunten/high-lights. Wij beperken ons hierbij tot de hoofdlijnen. Het voert te ver om hier artikelsgewijs alle wijzigingen te noemen. Overigens is al iedere verordening voorzien van een algemene toelichting en een artikelsgewijze toelichting.
Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015
Algemeen: deze verordening bepaalt dat er recht bestaat op een individuele toeslag als iemand langdurig een laag inkomen heeft, geen in aanmerking te nemen vermogen heeft, en geen zicht heeft op inkomensverbetering. De hoogte van de toeslag wordt eveneens in deze verordening genoemd. Binnen Parkstad zijn de bedragen regionaal afgestemd. Specifiek: deze regeling vervangt de bestaande langdurigheidstoeslag (de Verordening Langdurigheidstoeslag komt dan ook van rechtswege te vervallen). Het verschil zit in het feit dat de langdurigheidstoeslag categoraal (iedereen die voldoet aan de voorwaarden) werd verstrekt, hetgeen nu niet meer kan/mag. De individuele toeslag wordt dan ook individueel beoordeelt. Zo worden o.a. de krachten en bekwaamheden van de klant beoordeelt alsmede diens inspanningen om tot inkomensverbetering te komen.
Afstemmingsverordening 2015
Algemeen: hierin worden o.a. regels opgenomen over het opleggen van een maatregel (verlaging van de uitkering), omschrijving van gedragingen die daartoe zouden kunnen leiden, samenloop van gedragingen en recidive. Specifiek: in de Participatiewet zijn gedragingen (arbeidsverplichtingen waar men zich aan moet houden) beschreven en ook de maatregelen die kunnen volgen als men zich niet daaraan houdt. Voorheen moest dat in de verordening geregeld worden. Omdat dit nu wettelijk geregeld is, is dit geschrapt uit de verordening. De maatregel betreft een verlaging van 100% van de uitkering gedurende ten minste 1 tot maximaal 3 maanden. Dus volledig uitsluiten van een uitkering, en dat is een behoorlijke sanctie. Wij hebben er daarom voor gekozen om de minst zware sanctie in de verordening op te nemen: bij een eerste keer niet naleven van de arbeidsverplichting: verlaging van de uitkering met 100% gedurende 1 maand. Bij wederom niet naleven: 100% verlaging gedurende 2 maanden.
Handhavingsverordening 2015
Algemeen: hierin is bepaald dat de gemeenteraad een (meerjarig) handhavingsbeleidsplan vaststelt, met daarin opgenomen de te voeren aanpak op het gebied van handhaving, bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. In de verordening is opgenomen wat zo’n plan in elk geval omvat. Specifiek: weinig verandering t.o.v. voorgaande verordening. Alleen is de term WWB vervangen door Participatiewet.
Verordening Individuele Studietoeslag 2015
Algemeen: dit is een studieregeling voor arbeidsbeperkte studerenden. De individuele studietoeslag is een vorm van bijzondere bijstand. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor mensen van wie is vastgesteld dat ze niet in staat zijn om tijdens het studeren het minimumloon te verdienen met een bijbaan. Mensen met een arbeidshandicap hebben volgens de regering een extra steuntje in de rug nodig als het gaat om studeren. Voor hen is de drempel om te lenen namelijk een stuk hoger, omdat de kans op een baan later lager is. Ook biedt het een financiële compensatie voor het feit dat het voor deze groep vaak moeilijk is om de studie te combineren met een bijbaan.
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 4 van 8
Specifiek: het verstrekken van de studietoeslag is op grond van de Participatiewet een bevoegdheid van de gemeente (een zogenoemde “kan-bepaling”). De gemeente kan er derhalve voor kiezen om de studietoeslag wel of niet te verstrekken. Wij kiezen ervoor om een studietoeslag wél op te nemen, en qua hoogte daarvan hebben wij aansluiting gezocht aan de hoogte van de toeslagen die gelden voor de Individuele Inkomenstoeslag omdat de aard van deze regeling gelijkenissen vertoond met de studietoeslag.
Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015
Algemeen: deze verordening bepaalt dat het college een recidiveboete verrekent met de algemene bijstand. De maandelijkse verrekening bedraagt ten hoogste 100 procent van de toepasselijke bijstandsnorm. Specifiek: In de oude verordening verrekenden wij maximaal 50% van de norm gedurende maximaal 3 maanden. Men hield dus nog een inkomen van 50% over. We hadden toen ook al de bevoegdheid om 100% te verrekenen, maar daarvan maakten wij geen gebruik (i.v.m. mogelijk negatieve consequenties zoals oplopen van schulden, uithuiszettingen e.d.). Met ingang van 1 januari 2015 zijn in artikel 18, vierde lid, van de Participatiewet geüniformeerde arbeidsverplichtingen opgenomen. Voor het schenden van deze verplichtingen geldt dat de bijstand in beginsel moet worden verlaagd met 100% gedurende 1 tot 3 maanden. Bij een eerste gedraging is dit 100% gedurende 1 maand, bij recidive 2 maanden en bij herhaalde recidive 3 maanden. Bij het schenden van de inlichtingenplicht wordt bij een eerste gedraging de bestuurlijke boete verrekend tot de beslag vrije voet (10% van de bijstandsnorm). Bij recidive staat het gemeenten vrij om de hoogte van de verrekening te bepalen tot een maximaal van 100% van de bijstand gedurende 3 maanden. Om het schenden van de verplichtingen in het kader van arbeidsinschakeling niet zwaarder te laten bestraffen dan fraude wordt de hoogte van de maatregel voor zowel recidive bij het schenden van de inlichtingenplicht en het zeer ernstig misdragen jegens ambtenaren 100% van de toepasselijke bijstandsnorm.
Participatieverordening 2015
Algemeen: Indien noodzakelijk, kan de klant rekenen op onze ondersteuning bij (zijn weg naar) arbeidsparticipatie. Doelstelling van de Participatiewet is immers om zoveel als mogelijk mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te helpen. Deze ondersteuning kan bestaan uit werkstage, sociale activering, detacheringsbaan, scholing, participatieplaats, beschut werk; ondersteuning bij leer-werk traject, persoonlijke ondersteuning, no-risk polis, loonkostensubsidie en uitstroompremie. Specifiek: de Participatieverordening komt in de plaats van de huidige re-integratieverordening die van rechtswege komt te vervallen. De participatieverordening c.q. diens beleidsregels kent een aantal instrumenten ter ondersteuning die we ook al in de re-integratieverordening kenden. Alle bestaande instrumenten uit de voormalige re-integratieverordening blijven dus bestaan. Daarnaast zijn nieuw: beschut werk (was voorheen geregeld in de WSW), loonkostensubsidie, ondersteuning bij leer-werktrajecten en persoonlijke ondersteuning.
Verordening Tegenprestatie Participatiewet 2015
Algemeen: op basis van deze verordening kan het college onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, die additioneel van aard zijn, inzetten als tegenprestatie. Voor de klant is dat dan een opgelegde verplichting. Die werkzaamheden mogen niet zijn gericht op toeleiding tot de arbeidsmarkt, niet zijn bedoeld als re-integratie instrument, niet worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid in de organisatie waarin ze worden verricht, en niet leiden tot verdringing. Specifiek: de nadere uitvoering wordt geregeld in de beleidsregels. Daarin worden o.a. duur, omvang en inhoud van een tegenprestatie geregeld. Mantelzorgers (mits noodzakelijk) hoeven geen tegenprestatie te leveren.
Verordening Loonkostensubsidie Participatiewet 2015
Algemeen: een werkgever betaalt een werknemer ten minste het wettelijk minimum loon, maar het kan zijn dat de loonwaarde van de werknemer lager is. Via deze verordening kan de gemeente dat verschil via een loonkostensubsidie aan de werkgever compenseren. Is het caoloon hoger dan het wettelijk minimum loon, dan betaalt de werkgever dat verschil.
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 5 van 8
Specifiek: in deze verordening is enkel aangegeven dat het de gemeente is die bepaalt wie tot de doelgroep behoort, en dat zij daarvoor advies kan inwinnen bij een externe organisatie. Ook bepaalt de gemeente de loonwaarde-methodiek. Wie nu feitelijk tot de doelgroep behoort, en voor welke methodiek wordt gekozen wordt in beleidsregels vastgesteld.
Verordening Cliëntenparticipatie 2015
Algemeen: In de Participatiewet worden gemeenten opgedragen bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop de doelgroep of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijk beleid. De leden van de cliëntenraad worden ondersteund en gefaciliteerd door de gemeente. Specifiek: op grond van de huidige WWB hebben wij al een verordening cliëntenparticipatie en hebben wij ook een functionerende “Cliëntenraad Kompas”. De verordening is tekstueel aangepast aan de Participatiewet. Naast de Cliëntenraad Kompas, kennen we ook de Wsw-raad. De Kompasgemeenten hebben weliswaar geen eigen WSW-raad, maar de in onze drie gemeenten wonende Wsw-werknemers zijn vertegenwoordigd in de WSW-raad Heerlen. In 2015 zullen wij met hen en de Cliëntenraad Kompas aan tafel gaan om te bezien of en hoe zij zouden kunnen gaan samenwerken. Omvorming tot één cliëntenraad voor Participatiewet én WSW is een optie waarvoor beide partijen openstaan. In het geval dat de bestaande cliëntenraden voor de Wwb en de Wsw in de loop van 2015 besluiten één gezamenlijk inspraakorgaan te willen gaan vormen, dan wordt bijgaande Verordening Cliëntenparticipatie hierop aangepast. Vervallen verordeningen
Verordening Langdurigheidstoeslag. De nieuwe Individuele Inkomenstoeslag vervangt de bestaande Verordening
Langdurigheidstoeslag. Deze verordening komt dan ook van rechtswege te vervallen. Zie eerder hierboven onder Verordening Individuele Inkomenstoeslag.
Re-integratieverordening.
De instrumenten die wij de klant bieden ter ondersteuning vonden we terug in de reintegratieverordening. Nu vermelden we die in de Participatieverordening, waarbij de bestaande instrumenten zijn aangevuld met de nieuwe. De “oude” re-integratieverordening komt dan ook van rechtswege te vervallen. Zie eerder hierboven onder Participatieverordening.
Bijstandsverordening toeslagen en verlagingen.
Per 1.1.2015 wordt de WWB vervangen door de Participatiewet. Door de rijksoverheid worden een aantal wijzigingen doorgevoerd. O.a. wordt een kostendelersnorm ingevoerd. De kostendelersnorm is van toepassing op personen van 21 jaar en ouder die een woning delen met een of meer meerderjarige personen. Het aantal kostendelers bepaalt de hoogte van de uitkering. De ingangsdatum is 1 januari 2015. Voor cliënten met een bestaande bijstandsuitkering geldt een overgangsperiode van een half jaar, derhalve ingang 1 juli 2015. De verplichting van de gemeenteraad om een toeslagen-/verlagingenverordening vast te stellen, vervalt met ingang van 1 januari 2015. De Bijstandsverordening toeslagen en verlagingen blijft gelden tot 6 maanden na de dag van inwerkingtreding (1 juli 2015) op grond van artikel 8a Participatiewet (artikel 78z lid 6 Participatiewet). Wel zullen er beleidsregels geformuleerd worden ter invulling van artikel 27 (verlaging wegens lagere woonkosten) en 28 (schoolverlatersverlaging) van de Participatiewet.
De regeling “Categoriale regeling voor chronisch Zieken, Gehandicapten en Ouderen” (CZGO).
Per 1.1.2015 wordt de WWB vervangen door de Participatiewet. Door de rijksoverheid wordt een aantal wijzigingen doorgevoerd. Categoriale bijzondere bijstand is alleen nog mogelijk voor een collectieve aanvullende zorgverzekering of een tegemoetkoming in de premie van zo’n verzekering. De categoriale bijzondere bijstand in de vorm van de CZGO wordt dus per 1-1-2015 afgeschaft. Deze was bedoeld als tegemoetkoming in de verborgen kosten die te maken hebben met een chronische ziekte, handicap of het ouder worden.
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 6 van 8
De “regeling maatschappelijke participatie WWB schoolgaande kinderen” (MPSK).
Voor deze regeling geldt hetzelfde als voornoemde CZGO; deze vorm van categorale bijzondere bijstand is per 1.1.2015 niet meer mogelijk. Op basis van deze regeling krijgt/kreeg een gezin een vergoeding per kind (tot 18 jaar), om te bereiken dat (schoolgaande) kinderen zo goed mogelijk kunnen/konden blijven participeren. Het vervallen van een aantal verordeningen kunnen de klanten “in de beurs voelen”. Zo krijgt men geen langdurigheidstoeslag meer, maar daar komt een individuele toeslag voor in de plaats (mits men daar op basis van de beleidsregels recht op heeft). Ook het vervallen van de CZGO en MPSK zal de klanten financieel treffen. In tegenstelling tot de langdurigheidstoeslag biedt de rijksoverheid hiervoor echter geen alternatief. Men zou dat kunnen interpreteren als “wegbezuinigd”. In de nota Armoedebeleid 2015 (vastgesteld door de raad op 16 december 2014) stellen wij dat dit keuzes zijn van de rijksoverheid. Het is niet aan de gemeenten als lokale overheid om rijksbeleid te doorkruisen en/of de negatieve gevolgen voor de burger daarvan (financieel) te compenseren, hetgeen daarom ook niet ons beleid is. Daarentegen delen wij de zorgen van de Kinderombudsman dat kinderen niet de dupe zouden moeten worden van een armoede- en/of schuldensituatie binnen het gezin. In het belang van de kinderen willen wij er voor waken dat zij toch zo optimaal als mogelijk kunnen blijven participeren in de maatschappij, dus op school, bij de sport, op kamp gaan, enzovoorts. Om de armoedeval zoveel als mogelijk tegen te gaan en om het “gat” dat vooral voor kinderen ontstaat als gevolg van het vervallen van de MPSK en CZGO, willen wij samenwerken met bepaalde private initiatieven die zich direct inzetten voor kinderen in armoede, of indirect door zich te richten op armoede binnen het gezin. 5. Past in strategische visie
ja/nee (waarom niet) en welk programma
Onze strategische visie bepaalt dat alle burgers de mogelijkheid moeten hebben om volwaardig te kunnen participeren in onze samenleving. De Participatiewet/bijgaande verordeningen bieden instrumenten om burgers daarbij eventueel te ondersteunen. 6. Relatie met bevolkingskrimp
Geen 7. Juridische aspecten / Wettelijk kader
WWB Participatiewet 8. Financiële aspecten
Aan de vaststelling van bijgaande verordeningen zijn geen financiële consequenties verbonden. Dit betekent echter niet dat de Participatiewet geen financiële gevolgen voor ons heeft. Wij hebben onderzoeksbureau Iroko opdracht gegeven een financiële doorrekening te maken waaruit het volgende blijkt: Op dit moment krijgen wij van de rijksoverheid twee budgetten: één Participatiebudget voor het W-deel (kort gezegd is dit budget bedoeld voor re-integratieactiviteiten ten behoeve van de klanten die een WWB-uitkering ontvangen) en een rijkssubsidie per Arbeidsjaar WSW. Vanaf 2015 verdwijnen deze schotten en worden deze samengevoegd tot één “ontschot P-budget”, maar niet nadat het Rijk hierop een fikse korting (bezuiniging) heeft toegepast. Zo wordt het gedeelte rijkssubsidie met € 500 per arbeidsjaar per WSW-er afgebouwd, van ± € 27.000 naar € 22.000 per arbeidsjaar. Het Rijk heeft besloten dat de zittende WSW-ers hun rechtspositie behouden; voor hen verandert er feitelijk niets. Gemeenten dienen de kosten voor die zittende WSW-ers te dekken uit dat “ontschot P-budget”. Iroko heeft berekend dat de kosten voor de zittende WSW-ers 100% van het totale ontschotte budget in beslag zullen nemen . Met andere woorden: we zijn verplicht om de zittende doelgroep WSW te blijven bedienen, maar die kosten zijn dusdanig hoog (c.q. het budget dat wij van de rijksoverheid krijgen is dusdanig laag) dat er
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 7 van 8
niets meer over blijft voor andere mensen uit de doelgroep. Dus niets meer voor de zittende WWB-ers, en ook niet voor de nieuwe instroom WWB en arbeidsgehandicapten (de voormalige Wajong en WSW). Wij zullen dus als gemeente geld moeten bijleggen om alle doelgroepen te kunnen bedienen. Binnen onze meerjarenbegroting voorzien we daarin middels aanwending van onze Egalisatiereserve. De uitvoering van de Participatiewet wordt door Kompas uitgevoerd. Uiteraard zal Kompas op de gebruikelijke wijze financiële verantwoording afleggen (begrotingen, tussentijdse rapportages, jaarrekeningen, beleidsplannen). 9. Communicatie en Burgerparticipatie
Via Kompas is de cliëntenraad betrokken. 10. Risico’s
De verordeningen zijn regionaal afgestemd en dus in principe in de gemeenten identiek. Er is in theorie een mogelijkheid dat in enige gemeente een raad anders besluit. Maar dat betekent dan niet dat wij als gemeente Nuth niet verder zouden kunnen, maar dat zou wel jammer zijn voor de afstemming / integraliteit binnen de regio. Aangezien de verordeningen beleidsarm zijn verwachten wij dat de kans op majeure afwijkingen minimaal is. 11. Planning
Hoewel formeel gesproken de verordeningen voortvloeiende uit de Participatiewet uiterlijk 1 juli 2015 gereed dienen te zijn is het voor de burgers en de uitvoering van groot belang dat de verordeningen in januari 2015 voor iedereen kenbaar zijn. De VNG adviseert dan ook om alle verordeningen vóór 1.1.2015 vast te stellen. 12. Evaluatiemomenten / Rapportages aan raad
Geen 13. Bijlage(n)
Alle onder “1. Samenvatting” genoemde verordeningen, zoals ontvangen van Kompas op 14 oktober 2014 met begeleidend schrijven met kenmerk Z.05932/INK.04792. 14. Ter inzage liggende stukken
Geen 15. Voorstel College
1. Het college van B&W stelt voor om de volgende verordeningen vast te stellen: 1. Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 2. Afstemmingsverordening 2015 3. Handhavingsverordening 2015 4. Verordening Individuele Studietoeslag 2015 5. Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015, 6. Participatieverordening 2015 7. Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 8. Verordening loonkostensubsidie Participatiewet 2015 9. Verordening Cliëntparticipatie 2015 2. Het college stelt voor om de volgende verordeningen per 1-1-2015 in te trekken: a. Verordening maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen (MPSK) b. Verordening Langdurigheidstoeslag
Reg.nr:Z.05732 INT.05752
Pagina 8 van 8
3. Het college stelt voor om de volgende verordeningen per 1-7-2015 in te trekken a. Bijstandverordening toeslagen en verlagingen Burgemeester en wethouders van Nuth, de secretaris,
de burgemeester,
Drs. H.M.J. van Mierlo
D.H. Schmalschläger
16. Besluit Raad
1. De raad besluit om de volgende verordeningen vast te stellen: 1. Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 2. Afstemmingsverordening 2015 3. Handhavingsverordening 2015 4. Verordening Individuele Studietoeslag 2015 5. Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015, 6. Participatieverordening 2015 7. Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 8. Verordening loonkostensubsidie Participatiewet 2015 9. Verordening Cliëntparticipatie 2015 2. De raad besluit de volgende verordeningen per 1-1-2015 in te trekken: a. Verordening maatschappelijke participatie b. Verordening Langdurigheidstoeslag 3. De raad besluit de volgende verordening per 1-7-2015 in te trekken: a. Bijstandverordening toeslagen en verlagingen Aldus besloten door de raad van de gemeente Nuth in de openbare vergadering van 16 december 2014 de griffier,
de voorzitter,
Dhr. P.J.M. Boyen
Mevr. D.H. Schmalschläger