GEMEENTE HILVERSUM RAADSVERGADERING VAN 11 en 12 NOVEMBER 2009 (verslag) Voorzitter: de heer J.J.M. Coenen (PvdA). Aanwezig zijn de leden: mevrouw F. Baldewpersad Tewarie-Abdoelhak (VVD), de heren R.C. Benschop (Leefbaar Hilversum), E. van den Berg (D66), E. de Braber (SP), J.F.W. Cornielje (CDA), J.P. van Damme (GroenLinks), A.L. Decker (Leefbaar Hilversum) en H. van Dijk (PvdA), mevrouw F.F. van Drooge (PvdA), de heren J.P.H.M. van Gilse (VVD), H. Haselager (PvdA), W.P.C. Hendrikx (PvdA), P.H.A. Hermans (PvdA), J.C.M. van der Heyden (PvdA), A.W. Iwema (SP), W.M. Jaeger (D66) en D.J. Klees (Leefbaar Hilversum), mevrouw M.G. Kooloos (Leefbaar Hilversum), de heren J.A.M. Lankreijer (VVD), J.W.A. Meddens (SP) en B.M. Moojen (VVD), mevrouw E. Mulder-Hillen (CDA), de heren F. van Osch (VVD), J. van Otterloo (SP) en B. Paauw (VVD), mevrouw A. Polat (GroenLinks), de heren E.C.N.G. Reijn (CDA) en J.B. van Rooijen (PvdA), mevrouw L. Sazias (DLPH), de heren B. Smit (D66) en J. de Wit (ChristenUnie) en de dames E.M. Zeeuw van der Laan (VVD), I.E.J. Zielhorst (PvdA) en A. Zijlstra-van Galen (CDA). Griffier: de heer K.E. Driehuijs. Wethouders: de heren E. Boog, J.H. Landsaat en J.J.M.P. Rensen en mevrouw K.J. Walters-Vos. Burgemeester: de heer E.C. Bakker (12 november 2009). Afwezig zijn de leden: mevrouw H.C.L. Logtenberg (GroenLinks) en de heer J.F. Spaans (Leefbaar Hilversum),. mevrouw F. Baldewpersad Tewarie-Abdoelhak (VVD) (12 november 2009) en de heer A.L. Decker (Leefbaar Hilversum) (12 november 2009). De VOORZITTER opent de raadsvergadering om 19.30 uur en heet allen welkom. Bericht van verhindering is ontvangen van mevrouw Logtenberg en de heer Spaans. 1
VASTSTELLEN RAADSAGENDA De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
LEGESVERORDENING 2010 VERORDENING HAVENGELD 2010 VERORDENING PARKEERBELASTINGEN 2010 VERORDENING PRECARIOBELASTINGEN 2010 VERORDENING AFVALSTOFFENHEFFING 2010 VERORDENING GRAFRECHTEN 2010 VERORDENING HONDENBELASTING 2010 VERORDENING ONROERENDE ZAAKBELASTINGEN 2010 VERORDENING RIOOLHEFFING 2010 PROGRAMMABEGROTING EN PRODUCTENRAMINGEN 2010 (De agendapunten 2 tot en met 11 worden gezamenlijk behandeld.)
De heer HASELAGER merkt op dat de laatste begrotingsbehandeling in de huidige raads- en collegeperiode plaatsvindt en constateert dat het college niet over haar politieke graf heen regeert, wat hij in meerdere opzichten ook verstandig vindt. Diverse partijen vonden dat het college een voorschot had moeten nemen op de sombere tijden, maar daarover oordeelt hij wat voorzichtiger en hij vindt dat dat aan de partijen is die in maart zullen gaan besturen. Positief is hij over de inzet met betrekking tot het bestrijden van hondenpoep en de investeringen in sport. Hij is blij dat de inburgering goed verloopt, in tegenstelling tot in andere
gemeenten in het land. Ook is hij verheugd over de extra impuls om bouwplannen vlot te trekken en ook is er eindelijk gestart in Hilversum-Noord. Wel moet het college zich nog concentreren op de actuele problemen in het basisonderwijs, waar nog sprake is van uitdagingen. Er zijn knelpunten in Hilversum-Zuid en Kerkelanden en hij herinnert daarbij aan de situatie bij de Lorentzschool en de Da Costaschool. Daarnaast heeft hij gevraagd om een koppeling met de naschoolse opvang, waarop het college tot en met maart maximale inzet kan plegen. Vervolgens is spreker van mening dat de raad voor de gemeenteraadsverkiezingen een locatieonderzoek voor De Cocon moet bespreken, waarbij er in ieder geval een dialoog tussen de raad en de wethouder moet plaatsvinden over het verantwoorden van het locatieonderzoek. Daarbij kan de wethouder uitleggen waarom geen van de 87 locaties voldoet aan het met de Bloemenbuurt-Noord gesloten convenant. In een commissievergadering heeft de PvdA gepleit voor het met spoed voortzetten van het integratieplan ‘Stel je voor’, juist omdat dat een aantal elementen bevat waarbij bezien kan worden in hoeverre integratie zal lukken. Voorts is hij van mening dat de wethouder het procesvoorstel voor Lieven de Key met de raad moet bespreken en herinnert hij de wethouder aan de gemaakte afspraak over het peuterspeelzaalbeleid. Bijzonder teleurstellend vindt de heer Haselager de gang van zaken met betrekking tot de Wmo, die eigenlijk niet meer inhoudt dan het bespreken van het uurtarief, waarbij hij vreest dat veel daarvan ten goede komt aan het management. Het stelt hem teleur dat de raad zich in de afgelopen raadsperiode zich enkel heeft geconcentreerd op de prijs. Het gaat echter ook over zaken als kwaliteit, het CIZ en vereenzaming. De heer VAN OTTERLOO memoreert aan het in februari 2009 aannemen van een motie over een kostprijsonderzoek, waarbij ook criteria zijn genoemd om de kwaliteit van de thuiszorg te verbeteren. Het gaat dus niet alleen om geld, maar de kwaliteit van de dienstverlening is wel afhankelijk van de hoeveelheid geld. De belangstelling van de heer Haselager voor de Wmo ontroert hem overigens. De heer HASELAGER is van oordeel dat de bijdrage van de SP in deze raadsperiode aan de Wmo de kwaliteit van de Wmo niet heeft verhoogd. De raad is namelijk niet in staat om rustig over de Wmo te praten vanwege de allergische reactie van de SP daarop. Hij raadt daarom de SP aan bij zelfreflectie over de omgang met de Wmo na te denken. De heer VAN OTTERLOO doet dat ook en beaamt dat de bijdragen van de SP niet tot enige verbetering van de uitvoering van de Wmo in Hilversum hebben geleid. Wel wijst hij erop dat hij daarover constant strijd heeft moeten leveren met drie verschillende wethouders die niet van zijn partij afkomstig waren. De heer HASELAGER herinnert aan monologen van de SP over het uurtarief en vraagt zich af of de kwaliteit toeneemt als het uurtarief stijgt. Verder vraagt hij zich af of niet een te groot deel van het uurtarief bij managers terecht komt die toch al meer dan de Balkenende-norm verdienen. Als de SP concludeert niets te hebben bereikt wat betreft de Wmo vindt hij dat triest, omdat het dan wel over zorg om de hoek, indicatiestelling en wachtlijsten had moeten gaan. De SP heeft volgens hem mede de discussie onmogelijk gemaakt. De heer VAN OTTERLOO attendeert erop dat de SP door middel van een motie om een kostprijsonderzoek heeft gevraagd, welke motie niet door de PvdA werd gesteund. Hij vraagt wat de PvdA wel heeft gedaan om de kwaliteit te waarborgen en wat dat betreft heeft de PvdA de SP nooit gesteund. De heer HASELAGER daagt de SP uit om zich in de komende maanden te concentreren op andere aspecten van de Wmo dan de prijs.
Hij is enorm blij dat het Stationsgebied eindelijk zal worden ontwikkeld en hoopt dat het college in de komende maanden nog een oplossing zal vinden voor El Amal. Voorts is hij benieuwd of het in deze raadsperiode nog zal lukken om verder te komen met de jongerenwoningen bij De Vorstin. Ten aanzien van het bestrijden van zwerfvuil is hij benieuwd of de wethouder daarvoor sinds de discussie twee weken geleden nog een plan heeft bedacht. De wethouder Werk en Inkomen wordt om een extra impuls gevraagd voor het bestrijden van jeugdwerkloosheid en hij is blij over wat zij daarover in de discussie heeft toegezegd. Minder blij is hij over het voornemen om met buurtconciërges te stoppen, omdat het een uniek re-integratieproces voor moeilijk bemiddelbare mensen. Vanuit Sociale Zaken schijnt het moeilijk te zijn om mensen buurtconciërge te laten worden. Hij hoopt dat de wethouder burgerparticipatie nog een aantal stappen kan zetten. De PvdA heeft al meerdere malen een pleidooi gehouden met betrekking tot de moeilijkheden van de huisartsen en hij is benieuwd welke impulsen de wethouder naar aanleiding daarvan bereid is te geven. Er zijn behoorlijke problemen in Oost en sommige huisartsen nemen geen patiënten meer aan. Daarom noemt hij het belangrijk in de komende drie maanden oplossingen te zoeken voor de eerstelijns zorg. Vervolgens dient hij de volgende motie in: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009 ter behandeling van de Begroting 2010; overwegende: - dat het succesvolle project buurtconciërges gestopt gaat worden per 1 januari 2010; - dit project moeilijk bemiddelbare re-integranten helpt die ver van de arbeidsmarkt staan; - er moeizaam wordt omgegaan met het toewijzen van re-integranten aan dit project; - dit een einde van een werkgelegenheidsproject betekent in een tijd waarin de werkloosheid weer oploopt; - maatschappelijk gezien zeer nuttig werk wordt verricht in de buurten en wijken van Hilversum; - veel maatschappelijke stageplaatsen voor volgend jaar vervallen indien dit project wordt stopgezet; spreekt als zijn mening uit: - het onverstandig en onwenselijk is om het project buurtconciërges te beëindigen; - er met de dienst Sociale Zaken afspraken gemaakt moeten worden om te zorgen voor een goede toestroom van re-integranten; verzoekt het college: - om in overleg met Versa Welzijn te zorgen dat het project buurtconciërges gecontinueerd gaat worden; en gaat over tot de orde van de dag.” (motie M09/28 van de PvdA-fractie) De VOORZITTER constateert dat de motie voldoende is ondertekend en mede onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen. De heer MOOJEN vindt de begrotingsbehandeling bij uitstek het moment om na te gaan hoe Hilversum er voor staat op dit moment en voor de langere termijn. In een periode met een SPwethouder op Financiën loopt de gemeentelijke schuld per inwoner op van € 1.550,- naar € 2.370,-. Lenen kost geld en daardoor verdubbelen de gemeentelijke rentebetalingen in vier jaar tijd van € 94,naar € 184,- per inwoner. Van elke Hilversumse belastingeuro gaat 96 cent op aan rente, terwijl dat in 2006 56 cent was, wat hij ook al aan de ruime kant vindt. Het deert wethouder Walters van de SP volgens hem allemaal niets en zij pocht over investeringen in Hilversum. In de discussie van 28 oktober vermeldde zij investeringen in bijvoorbeeld scholen, de Vorstin, de fietstunnel, het stadskantoor, de brandweerkazerne, de sporthal in Oost en de wegwerkzaamheden, maar zij heeft
volgens hem niet in de gaten dat de schulden harder zijn opgelopen dan wat de investeringen überhaupt hebben gekost en bovendien vraagt ze zich niet af of de gedane investeringen voldoende rendement zullen opleveren. De Vorstin blijft naar zijn mening een dubieus dossier en het is de vraag of er elk jaar niet veel geld bij moet en dat is ook het geval bij wegwerkzaamheden. Hij vraagt zich af wat er gebeurt als investeringen een bodemloze pot blijken te zijn. Wethouder mevrouw Walters vindt zijns inziens dat het niet uitmaakt, zo lang de gemeente de schuldenlast maar kan dragen. Op de lokale televisiezender RTI heeft zij een vergelijking gemaakt met een hypotheek: zolang men de aflossingen kan betalen is er niets aan de hand. Hilversum is straks als het gezin dat dik in de schulden, droog brood etend, in de kou in een veel te duur huis naar een groot plasmascherm zit te kijken. Vervolgens gaat hij in op de situatie van de gemeente Hilversum op de wat langere termijn. Bij behandeling van de Zomernota op 25 juni 2009 antwoordde wethouder mevrouw Walters op vragen van de heer Haselager als volgt: “Mevrouw Walters merkt op dat ze de raad een tussenstand geeft. Na de zomer komt ze met een integrale visie van het college.” De heer Haselager verwachtte daarop dat het college aan het werk zou gaan en met de raad zou discussiëren over taakstelling. Niets van dat alles is echter gebeurd, er is geen integrale visie en er wordt niet gediscussieerd over taakstellingen. In plaats van het nemen van verantwoordelijkheid en het anticiperen op kortingen op de rijksuitkeringen krimpen de budgetten. Wethouder mevrouw Walters ontloopt dus volgens hem verantwoordelijkheid en schuift de onvermijdelijke gevolgen ervan naar de toekomst en in de schoenen van een volgend college. De begroting is er dus naar zijn oordeel een voor vier maanden. De VVD vindt dat de gemeente terugmoet naar een prudent en degelijk financieel beleid, dat er voor zorgt dat schulden stap voor stap worden afgebouwd, zodat ook Hilversum belastinggeld weer nuttig besteed zal kunnen worden. De heer KLEES wil verder vooruitkijken dan 2010 en wil ook voor de komende vier jaar goede plannen maken om financieel weer gezond te worden. Daarvan ziet hij de aanzet niet. De begroting mag dan boekhoudkundig sluitend zijn, maar het gaat erom om als gemeente meer rendement te kunnen maken. Leefbaar Hilversum blijft zich bijvoorbeeld zorgen maken over de grondexploitaties. Tot zijn genoegen constateert hij dat het inhuren van externe krachten met € 2,5 miljoen wordt beperkt, maar Leefbaar Hilversum is niet per se tegen inhuur, omdat men daardoor meer flexibel kan omgaan met budgetten. De gemeente gaat nu 20 fte creëren en hij vraagt zich af wat daarmee zal gebeuren als de werkloosheid is afgenomen. Hij maakt zich zorgen over de jarenlange uitdijing. Leefbaar Hilversum heeft ooit het initiatief voor Perspectief voor de Toekomst genomen, wat effect heeft gehad. Het streven daarbij was om tot 450 arbeidsplaatsen te komen, maar dat aantal is intussen al opgelopen tot 650. Het aantal inwoners is nagenoeg gelijk gebleven, maar spreker merkt niet dat de dienstverlening van de gemeente evenredig is verbeterd. Hij stelt voor om in 2010 een onafhankelijke instantie een onderzoek naar de effectiviteit van de gemeentelijke processen te laten doen. Wellicht leidt dat tot een vacaturestop en hij is ervan overtuigd dat processen verbeterd kunnen worden door het toepassen van betere middelen, zoals ICT en het effectief inzetten van het huidige personeel. Hij meent nog altijd dat het lukt om met minder mensen beter werk te verrichten. De heer VAN OTTERLOO is het niet per se met de heer Klees oneens, maar vindt dat die grote stappen zet. Hij vraagt of de heer Klees uitgebluste ambtenaren kent. De heer KLEES praat niet over personen, maar vindt het voor een gemeentelijke organisatie die jarenlang niets heeft gedaan aan de effectiviteit van gemeentelijke processen altijd verstandig om daaraan aandacht te besteden. De heer VAN OTTERLOO concludeert dat de vermoedens van de heer Klees niet op feiten zijn gebaseerd. De heer KLEES verduidelijkt dat het toepassen van betere middelen altijd in het algemeen leidt tot vitalere mensen. Dat geldt niet specifiek voor Hilversum, maar hij pleit daar wel voor, omdat het de Hilversumse organisatie ten goede komt. Het zal volgens hem vast gaan lukken om met minder mensen beter werk te verrichten.
Bezuinigen is hard nodig, omdat in een jaar tijd de vaste schuld per inwoner is gestegen met € 455,- naar € 1.740,-, waardoor meer rente betaald moet worden en dat geld is dan niet beschikbaar voor het doen van investeringen. Ook stelt hij daarom voor om in de komende vier jaar de hand wat meer op de knip te houden. Alleen de strikt noodzakelijke bouwprojecten behoeven uitgevoerd te worden. Men kan gebruik maken van bestaande gebouwen en scholen en ouderenwoningen flexibel bouwen. Met spanning wacht hij wat dat betreft de conclusies en aanbevelingen van de Rekenkamercommissie af. Als het college niet zo halsstarrig had vastgehouden aan 37% sociale woningbouw waren er volgens hem meer woningen gebouwd en waren de exploitatiecijfers in elk geval rooskleuriger geweest. In Hilversum staan veel panden leeg, buurten verloederen en aldaar wordt de leefbaarheid geweld aangedaan. Daarom wil hij dat het college leegstaande panden in kaart zal brengen en actief zal bijdragen aan het vinden van de juiste bewoners voor de juiste panden. Daardoor hoeft er minder gebouwd te worden, kunnen kunstenaars, creatieve ondernemers en jongeren beter gehuisvest worden en ook is dat beter voor de economie, de openbare ruimte en een leefbare sfeer. Uit een recent landelijk rapport bleek dat de financiële reserves van scholen erg hoog zijn en hij gaat er vanuit dat dat in Hilversum niet anders is. Daarom vraagt hij zich af waarom gemeenschapsgeld wordt opgepot. De gemeente moet naar zijn mening terughoudend zijn met het toekennen van lokale subsidies voor onderhoud of huisvesting. Ouderen maken onderhand een kwart van de Hilversumse bevolking uit en dat is aanmerkelijk meer dan het landelijk gemiddelde. Leefbaar Hilversum wil ook voor die groep opkomen en hun belangrijkste wens is zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen, waarop de ouderenzorg wel veel beter afgestemd moet worden. Ouderen moeten daarom de mogelijkheid krijgen om hun te grote woning in te ruilen voor een passende woning dicht bij die zorg. De samenwerkende bonden van ouderen in Hilversum hebben daarover goede ideeën en zij willen daarover met alle belangenbehartigers in gesprek gaan om concreet beleid te maken. Hilversum had in het verleden een wethouder Ouderenbeleid en hij vraagt zich af of het weer tijd wordt om die nu weer te benoemen. Wellicht wordt er een vast percentage van 37 bepaald voor het bouwen van woningen voor ouderen. Ouderen moet men niet verbannen naar seniorengetto’s, maar in plaats daarvan moet er sprake zijn van een juiste mix van bewoners in alle wijken, zo ook in het Stationsgebied. Ouderen zijn namelijk zeer gebaat bij een centrale locatie, vlak bij het openbaar vervoer, winkels en zorg. Wat betreft De Cocon staat hij onderzoek naar een locatie aan de rand van Hilversum voor en verder roept hij op de opbrengst van de hondenbelasting ook daadwerkelijk te gebruiken voor het opruimen van hondenpoep. De heer HASELAGER vraagt of het college eerst verantwoording moet afleggen voor de oorspronkelijke opdracht met betrekking tot De Cocon. Ook kan men onderzoeken wat het betekent als De Cocon op de huidige locatie gevestigd blijft. Een onderzoek hoeft dus niet beperkt te blijven tot één aspect. Hij vraagt of de heer Klees al dan niet kiest voor een brede opdracht. De heer KLEES wenst een evaluatie. Er zijn toezeggingen aan de Bloemenbuurt gedaan en die moet de gemeente volgens hem gestand doen. Hij spreekt zich niet tegen een brede opdracht uit, waarbij ook een plek in aanmerking moet komen die nooit grote problemen heeft opgeleverd. De heer HASELAGER stelt dat daarbij ook de optie van GroenLinks meegenomen moet worden. De heer VAN DAMME vraagt of de heer Klees openstaat voor het idee om De Cocon in de Bloemenbuurt te behouden. De heer KLEES vindt dat het voor de geloofwaardigheid van de politiek niet goed is om na een uitputtende discussie daarop uit te komen. De heer HASELAGER heeft evenals Leefbaar Hilversum het uitgangspunt dat de gemeente het convenant moet nakomen. Bij het geven van een vervolgopdracht aan de wethouder moet de raad zich dan daarover uitspreken.
De heer KLEES is het met die stelling eens. De heer VAN DAMME meent dat het convenant inmiddels achterhaald is, omdat de daarin genoemde termijnen niet zijn gehaald. De afspraken met de Bloemenbuurt zijn dus al eerder geschonden. Op grond daarvan vindt hij dat het convenant opnieuw met de Bloemenbuurt besproken moet worden. De heer HASELAGER erkent dat veel afspraken uit het convenant niet zijn nagekomen. Wel moet men bezien hoe de gemeente het convenant wel kan nakomen. De heer KLEES vervolgt dat over de hondenbelasting en hondenpoepbestrijding in de komende vier jaar een goede kosten-batenanalyse nodig is. De specifieke uitgaven aan hondenpoepbestrijding wil hij laten berekenen en het aantal hondenbelastingbetalers laten kwantificeren, zodat een kostendekkende premie vast te stellen is. De opbrengst van de hondenbelasting wil hij daarom niet ten goede laten komen aan de algemene middelen en in plaats daarvan uitgaan van het principe ‘de vervuiler betaalt’. Hilversum ziet hij alleen maar vuiler worden, terwijl de gemeente op het opruimen van zwerfvuil € 40.000,- bezuinigt, wat hij niet goed te rijmen vindt. Hij concludeert dat Hilversum zich in zwaar weer bevindt en te weinig kijkt naar kostenreductie. Het college mag niet langer voor Sinterklaas spelen en verder vreest hij voor claims in verband met het niet doorgaan van het Lieven de Key project. Daarnaast beschikt de raad niet over alle benodigde informatie, omdat het college weigert alle vragen van de raad te beantwoorden. Alleen al daarom keurt hij de voorliggende begroting niet goed. Mevrouw MULDER-HILLEN maakt zich ernstig zorgen over de economische ontwikkelingen en het verhogen van lasten voor het bedrijfsleven zou in dat kader het afgeven van een verkeerd signaal zijn. Het extra verhogen van het ozb-tarief voor niet woningen past volgens haar daarom niet. Zowel de raad en het college beogen met de Economische Visie om de Hilversumse en regionale economie te versterken en een meerwaarde te geven. Hilversum is nog altijd een van de goedkoopste gemeenten als het om de ozb gaat en die situatie zou men zoveel mogelijk moeten proberen te behouden. Voor bedrijven die zien dat de lasten jaarlijks toenemen wordt de aantrekkelijkheid om zich te vestigen in Hilversum of gevestigd te blijven in de gemeente steeds minder groot. De gevolgen van de crisis moeten zoveel mogelijk beperkt blijven en daarnaast is het wrang dat ook kerken en sportclubs worden getroffen door het verhogen van het ozb-tarief voor nietwoningen. Daarom dient zij het volgende amendement in: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders in de Begroting 2010 betreffende de verhoging van ozb niet-woningen alsmede het stuk ‘context en achtergrond’ in de begroting bij programma 8, Economische Zaken, waarin een zorgwekkend beeld geschetst wordt van de huidige status van het lokale bedrijfsleven; overwegende: - dat de categorie niet-woningen al eerder met een extra verhoging bovenop het inflatiepercentage is belast; - dat zowel raad als college zich duidelijk heeft uitgesproken over het belang van het ondersteunen van de lokale economie, vormgegeven in de Economische Visie; - dat deze maatregel wringt met de Economische Visie en de genoemde toelichting bij programma 8 in de begroting; - dat het gehele bedrijfsleven, zowel de grote als de kleine ondernemer, van belang is om een evenwichtige economie te behouden en verder te ontwikkelen; - dat de wethouder Economie tijdens het vragenuur in de discussie van 23 september jongstleden naar aanleiding van vragen van het CDA bevestigd
-
heeft dat het op dit moment extra verhogen van de lasten voor het bedrijfsleven een verkeerd signaal zou zijn; dat daarnaast ook sportclubs, verenigingen, kerken, zorginstellingen en meer ook vallen binnen de categorie niet-woningen;
besluit: -
voor de niet-woningen de stijging van de ozb te beperken tot de inflatiecorrectie van 1,1% in plaats van 4,97%; - de Verordening ozb 2010 als volgt aan te passen: ‘artikel 5. 1. Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage bedraagt voor: A. Gebruikersbelasting 0,1098% B. Bij de eigenarenbelasting: 1. voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen 0,0766%; 2. voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,1370%.’ - de mindere opbrengst, € 252.000,-, ten laste te brengen van het positieve meerjarige begrotingssaldo; - de begroting c.a. op de aangewezen plaatsen hierop tekstueel aan te passen.” (amendement A09/08 van de CDA-fractie) De VOORZITTER constateert dat het amendement voldoende is ondertekend en mede onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen. Mevrouw ZIJLSTRA-VAN GALEN dankt alle ambtenaren die hebben bijgedragen aan de duidelijke en transparante begroting, die weinig verrassingen bevat en waarbij de gemeente eerst naar de eigen uitgaven heeft gekeken. De begroting bevat amper lastenverhogingen voor de Hilversummers en heeft een positief eindsaldo op de reguliere exploitatie. Er is zelfs ruimte voor nieuw beleid. Op haar vragen heeft het CDA een bevredigend antwoord gekregen, zoals het bezien of handhaving van het hondenbeleid in de avonduren mogelijk is, het niet automatisch verhogen van de parkeertarieven in 2013 en het eerder bediscussiëren daarvan en het bewaken van het tijdpad met betrekking tot het aanvragen en afhandelen van subsidies. De fractie ontvangt nog graag een antwoord op de vraag over de evaluatie van het traject voor particuliere woningverbetering. Het inschakelen van de Rekenkamer bij verschillende onderwerpen vindt zij een goede zaak, omdat het niet alleen tot duidelijkheid en transparantie leidt, maar ook een richting aangeeft over hoe er in de toekomst kan worden gewerkt en hoe de diverse grote projecten financieel bewaakt kunnen worden. In het algemeen heeft het college veel opgepakt, maar er zijn ook nog veel zaken te doen. Op het gebied van onderwijs zijn er enerzijds positieve geluiden te horen over de onderwijsontwikkeling, de brede scholen, de plusklassen, het aanpassen van de schooltijden en naschoolse opvang, maar anderzijds zijn er zorgen over onderwijshuisvesting en de kosten die dat met zich meebrengt. Gelukkig kunnen er plannen gemaakt worden voor de Aloysiuslocatie, maar ook stagneert het Lieven de Key project, wat haar zorgen baart. Zij betreurt het dat dat project in de huidige vorm niet zal doorgaan. Het is namelijk een goed concept waarbij ouderen en jongeren elkaar kunnen vinden, waarbij scholen elkaar versterken, waar er voor de buurt mogelijkheden zijn voor het versterken van de zorg en waar woningen gebouwd kunnen worden, maar waartegen helaas de buurt en een deel van de raad te hoop liepen. De wethouder komt nu met een nieuw voorstel. Bij het knippen van het voorstel vindt zij het noodzakelijk om de scholen eerst te bouwen, maar er moet ook een eenheid op het terrein ontstaan. Het zal een lastig project worden, maar dat kan voor de wethouder een uitdaging zijn. Wat betreft het Museum Hilversum is sprake van een nieuwe wending, met een drive en nieuwe initiatieven. Voor Hilversummers en mensen van buiten blijft de bereikbaarheid een belangrijke frustratie. Als na omleidingen een deel van de wegen of kruispunten weer open zal zijn wacht volgens haar een aangename verrassing: het wordt mooi en er is doorstroming. Zij complimenteert de wegwerkers in de meest brede zin van het woord. Zij zorgen ervoor dat de
omleidingen kloppen en doen hun werk zonder commentaar. Het IBP reikt tot 2020 en zij vraagt daarom een visie voor daarna en zij vraagt op welke wijze het college momenteel daaraan werkt. Gezien de aandacht in de media besteedt zij ook aandacht aan het HOV en dringt zij er bij de wethouder erop aan om vooral de insteek met tunnels te onderzoeken, waarbij ook een tunnel waar de trein van Hilversum-Sportpark tot en met Bussum doorheen kan rijden. Bij burgerparticipatie worden soms de meest elementaire zaken vergeten, wat veel ergernis teweeg brengt bij betrokkenen, wat tot schade leidt. Er komt een nieuwe nota voor ‘Hilversum in gesprek’ maar naar haar mening is er met een checklist ook goed te werken. Ook De Cocon baart haar zorgen, waarvoor nu de buitengebieden in beeld zijn. Zij wil daarover zo spoedig mogelijk geïnformeerd worden, waarbij zij geen tussentijdse oplossingen voorstaat, maar definitieve huisvesting. Liever zoekt en onderhandelt men iets langer, dan dat er voor de toekomst onduidelijkheid ontstaat. Verder wijst zij op het belang van communicatie met alle betrokkenen. Vervolgens gaat zij in op het ziekenhuis en veel Hilversummers denken dat dat verdwijnt. Ook huisartsen verkeren in onzekerheid en daarom verzoekt zij het college daarover een goed signaal af te geven. Spreekster adviseert alle inwoners per brief en RTI te informeren. Het zou logisch lijken om een persbericht in de Gooi en Eembode te laten opnemen, maar de ervaring leert dat dat bericht lang niet alle huishoudens bereikt. Uit de brief moet duidelijk blijken dat er geen misverstand is over het handhaven van het ziekenhuis in Hilversum. Ook is er duidelijkheid nodig over de functieverandering die een regionale verbetering tot gevolg kan hebben. Zij is benieuwd of het college die suggestie wil overnemen. Zij hoopt ten slotte op een goede verkiezingscampagne waarbij er respect is voor eenieder. De heer VAN OTTERLOO herinnert zich dat de voorgaande begrotingen van het college zich vooral richtten op het herverdelen van middelen. De eerste jaren waren de meeste inspanningen gericht op ombuigingen, waarbij minder geld besteed werd aan stenen en asfalt en meer aan mensen. Dat is volgens hem goed gelukt, omdat veel meer mensen de weg weten te vinden naar gemeentelijke regelingen die hen kunnen helpen om de eindjes aan elkaar te knopen. Door bijvoorbeeld de succesvolle bijeenkomst in het kader van Rondkomen te houden heeft het college de kans gezien om een moeilijk bereikbare doelgroep te vinden. Daarbij is het echter niet gebleven. De regelingen die bedoeld zijn om mensen met lagere inkomens te helpen zijn, waar dat kon, ook nog eens uitgebreid. Ook uit andere zaken blijkt het sociale gezicht van het college, zoals het gratis busvervoer, dat een kans biedt om ouderen uit hun isolement te halen en bijdraagt aan een beter milieu in de binnenstad. Ook wijst hij op de verbeterde voorzieningen voor fietsers en de wijze van het uitvoeren van het IBP. Enkele weken geleden hebben overstekende voetgangers een duidelijke overwinning behaald op automobilisten bij de Diependaalselaan, waar er extra oversteekplaatsen komen. Voor een sociaal gezicht is het ook nodig dat mensen op een betaalbare manier in Hilversum kunnen wonen, op welk gebied het college volgens hem te weinig successen heeft geboekt. In de praktijk heeft het uitgangspunt van 37% betaalbare woningen in bouwplannen nog maar weinig betaalbare woningen opgeleverd en de hoeveelheid betaalbare woningen is de afgelopen vier jaar zelfs afgenomen, met name door de stadsvernieuwing in Noord en de verkoopdrift van de corporaties. Het college worstelt met de effecten van de Wmo, maar Hilversummers zijn ook op dit gebied beter af dan met een ander college. Wel moet het naar zijn mening nog beter. Sinds mei 2009 heeft hij het over het aanpassen van tarieven en het bijstellen van kwaliteitseisen. De voorliggende begroting is anders dan alle andere. Het gaat niet meer om herverdeling en teruglopende bijdragen van het Rijk maken bezuinigingen noodzakelijk. Met deze begroting laat het college volgens hem zien dat het ook daarmee uit de voeten kan. Er worden lastige keuzes gemaakt en in veel ervan kan de SP-fractie zich vinden, maar op onderdelen moet het volgens hem anders. Het college gaat uit van een verhoging van het ozb-tarief voor bedrijven, waarmee hij kan leven. Die verhoging heeft ook gevolgen voor kleine ondernemers in buurten en wijken, die het nog tientallen jaren moeilijk zullen hebben. De SP is aan hen gehecht, omdat ze een belangrijke bijdrage leveren aan de sociale structuur en de leefbaarheid van wijken en buurten. De ozb-verhoging valt voor kleine ondernemers echter mee. Gratis openbaar vervoer vindt hij belangrijk en dat wil hij uitbreiden. Daarover dient hij samen met de D66-fractie een motie in, die als volgt luidt:
“De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009 ter behandeling van de Begroting 2010; overweegt: - dat met ingang van 1 januari 2011 geen geld meer is opgenomen in de meerjarenraming ten behoeve van een project met betrekking tot gratis openbaar vervoer; - dat uit de meest recente evaluatie van het huidige project rond gratis openbaar vervoer – Voor Nixx met de Bus – een hoge mate van waardering door de Hilversummers blijkt en dat het gebruik van het openbaar vervoer daardoor ook is gestegen; - dat het stimuleren van het openbaar vervoer een belangrijk onderdeel is van het verkeer- en vervoerbeleid in Hilversum; spreekt als zijn mening uit: - dat het schrappen van gelden voor een project met betrekking tot gratis openbaar vervoer, zoals Voor Nixx met de Bus onwenselijk is; verzoekt het college: - bij de volgende budgetrapportage een voorstel te doen om in de meerjarenraming vanaf 2011 opnieuw gelden te reserveren voor een project met betrekking tot gratis openbaar vervoer, zoals Voor Nixx met de Bus; en gaat over tot de orde van de dag.” (motie M09/29 van de fracties van de SP en D66) Hij is verheugd over de lagere gemeentelijke bijdrage aan het gewest, omdat dat kostenverhogend werkt en moeilijk controleerbaar is. Verder betreurt hij het dat het niet is gelukt om een voorstel te doen dat leidt tot een meer eerlijke verdeling van de rioollasten. Opvallend is volgens hem de keuze van het college om het huurteam niet structureel in de begroting te maken, omdat dat een belangrijke rol kan spelen bij de renovatie- en onderhoudsproblematiek in Bloemenbuurt-Noord. Daarover dient hij de volgende motie in: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009 ter behandeling van de Begroting 2010; overweegt: - dat met ingang van 1 januari 2011 geen geld meer is opgenomen in de meerjarenraming ten behoeve van het huurteam; - dat het huurteam een belangrijke bijdrage levert aan het betaalbaar houden van woningen in Hilversum; - dat het huurteam zorgt voor een grotere rechtszekerheid bij die Hilversummers die het vaak toch al moeilijk hebben; spreekt als zijn mening uit: - dat de financiering van het huurteam een structureel karakter moet krijgen; verzoekt het college: - bij de volgende budgetrapportage een voorstel te doen om in de meerjarenraming vanaf 2011 structureel geld te reserveren voor het laten voortbestaan van het huurteam; en gaat over tot de orde van de dag.” (motie M09/30 van de SP-fractie) Het valt hem op dat het college bij de Wmo zaken heen en weer schuift en op basis van allerlei aannames reserveringen doet en aannames maakt. Concrete plannen daarvoor mist hij en het is de vraag wat de gemeente betaalt voor de thuiszorg, wat er gebeurt met de sociale ondersteuningsstructuur en de dagbesteding, hoe de gemeente omgaat met indicaties en wat dat kost. Het wordt daarom hoog tijd dat er een compleet overzicht komt met de wijze waarop de gemeente
zorg voor Hilversummers organiseert en financiert. Daarbij hoort ook dat het college de belofte om na te denken over alternatieve vormen van indicatie inlost, waarbij hij pleit voor indiceren via huisbezoeken. Ook de Tweede Kamer denkt daaraan en hij stelt voor dat het college nu het goede voorbeeld geeft. Wat betreft het ziekenhuis vindt hij het beschamend dat de wethouder Zorg in de discussie daarover niet verder kwam dan op te merken dat de kwestie haast heeft. Hij vraagt wat de wethouder zal doen en erger is dat het bij het college ontbreekt aan een idee over de wijze waarop zorg voor Hilversummers geregeld zou moeten zijn. De SP is ontevreden over de behaalde resultaten met betrekking tot het realiseren van betaalbare woningen en hij is dan ook blij met de pogingen van de wethouder om een aantal langlopende projecten vlot te trekken. De heer HASELAGER vindt het bij het ziekenhuis te gemakkelijk om de wethouder de schuld te geven. Bij het ziekenhuis ging het namelijk om een onderzoek van de raad zelf en de opdracht die de raad aan het college zou geven. De wethouder heeft nu gezegd met de kwestie aan de slag te zullen gaan. De heer VAN OTTERLOO repliceert dat de wethouder diens visie op zorg op geen enkel moment met de raad heeft gedeeld en daarop spreekt hij hem aan. Die visie moet de wethouder volgens hem wel hebben. De heer HASELAGER vindt het logisch dat de wethouder nog geen visie heeft, omdat de raad het over het onderwerp nog niet eens was. Hij is van mening dat de raad inhoudelijk over de zorg moet discussiëren, waaruit een opdracht naar de wethouder moet voortkomen. De heer VAN OTTERLOO vond het ongepast dat de wethouder Economie met vertegenwoordigers van het ziekenhuis sprak en de wethouder Zorg dat niet deed. Ook toen heeft hij al gepleit voor het nemen van verantwoordelijkheid door de wethouder Zorg. De heer HASELAGER lijkt het voor een wethouder moeilijk een opdracht uit te voeren als de raad het daarover nog niet eens is. Het lijkt hem niet goed om een ander een gebrek aan inhoud te verwijten. De heer VAN OTTERLOO juicht het toe dat het college ook andere plannen wil vlot trekken en hecht aan het bouwen van betaalbare woningen in Hilversum, juist in een tijd dat het voor mensen steeds moeilijker wordt om een betaalbare woning te vinden. Hij zal zich inzetten voor het verhogen van het aantal betaalbare woningen per project. Plannen die leiden tot minder dan 37% betaalbare woningen kunnen niet op zijn steun rekenen en die verwacht hij ook niet, omdat dat niet in het Collegeprogramma staat. Ten slotte informeert hij of wethouder Roerig nog voor de gemeenteraadsverkiezingen zal terugkeren. De VOORZITTER constateert dat de moties M09/30 en M09/29 voldoende zijn ondertekend en mede onderwerp uitmaken van de beraadslagingen. De heer JAEGER stelt vast dat ook Hilversum ook niet ontkomt aan de crisis en het is de vraag of de raad politiek in staat zal zijn om antwoord te geven op uitdagingen en om heldere keuzes te maken. In eerste instantie moet men daarbij stil staan bij mensen die hun baan verliezen en in dat verband pleit hij voor een sterkere verbinding tussen economie en sociale zaken. De koppeling tussen het bedrijfsleven en werkzoekenden kan beter, zodat de resultaten van re-integratie resultaatgericht bekeken kunnen worden. Hij heeft daarbij een resultaatgerichte insteek en pleit voor het houden van de regie in één hand. Het college vaart een relatief stabiele financiële koers, waarbij lasten voor de burgers niet extra worden verzwaard. Ook voert het college een specifiek financieel beheer, waarbij het hele grote plannen heeft noch vooruit kijkt naar hele grote bezuinigingen, wat gezien de verkiezingen over drie
maanden juist lijkt. Hij is van mening dat de ambitie van het college over inhuur beslist beter moet. De bezuinigingen daarop worden gehaald door het vergroten van het ambtelijk apparaat. Hij is een groot voorstander van het aantrekken van kwaliteit, maar hij wijst ook op de capaciteiten in de bestaande organisatie. De uitbreiding van het personeel ondersteunt hij, mits dat leidt tot verminderen van de inhuur, maar daarnaast zijn er ook echt bezuinigingen nodig. Hij raadt het college aan om daarnaar kritisch te kijken en het CMT daarop taakgericht aan te sturen. Ambities worden vaak afgedaan met megalomanie, maar ambitie is ook inspiratie, wat ook nodig is in deze tijden. Ook zijn er verbindingen nodig tussen mensen onderling, tussen de gemeente en de bevolking en tussen instellingen om elkaar te versterken. In de afgelopen jaren zijn er veel zaken bereikt. Er waren ambities op het gebied van sport, cultuur en monumenten. Keuzes werden gemaakt en verbindingen zijn gelegd. Er ligt een aansprekende Sportnota met de ambitie om meer kinderen te laten sporten. Gekozen is voor het investeren in accommodaties en er worden verbindingen gelegd tussen scholen en de sport. Daarnaast is er ook een sterke toename van de sportende jeugd te zien. De ambitie voor het versterken van het culturele klimaat werd gevolgd door keuzes voor nieuwe uitvoeringen, het leggen van verbindingen tussen instellingen en culturele instellingen. Bereikbaarheid was ook gestoeld op de ambitie van het optimaliseren van de doorstroming zonder een weg over de heide. Alle opbrekingen zijn relatief goed opgevangen door de bevolking door goed te communiceren. Op het gebied van welzijn en zorg spreekt hij zijn bezorgdheid uit en hij vraagt zich af welke ambitie er op dat gebied is. Hij roept de wethouder op om met betrekking tot De Cocon uit te leggen waarom bepaalde keuzes gemaakt zijn en om te komen met een oplossing. Het lijkt erop alsof de gemeente welzijnsinstellingen wil behouden, zonder dat duidelijk is wat ze bijdragen, wat het welzijnsbeleid vatbaar maakt voor bezuinigingen. Het beste bewijs dat het daarbij ontbreekt aan ambitie is het feit dat alle indicatoren gaan over wat er wordt gedaan, maar niet wat er wordt bereikt. De heer HASELAGER informeert naar de opvatting van de heer Jaeger over De Cocon. De heer JAEGER wil het convenant met de Bloemenbuurt uitvoeren, heeft geconstateerd dat de wethouder de twee voorgelegde opties afwijst en wil daarvoor de redenen vernemen. Hij vindt het echter te gemakkelijk om geen alternatief te bieden. De heer HASELAGER stelt dat de raad moet aangeven wat er moet gebeuren met De Cocon. De heer JAEGER constateert dat twee locaties zijn uitgekozen die niet in aanmerking komen voor huisvesting van De Cocon, zodat er een alternatief moet komen. De heer VAN OTTERLOO concludeert dat D66 het convenant wil naleven en daklozenopvang niet overal tijdelijk wil laten vestigen, wat hem een goed uitgangspunt lijkt. De wethouder zou vervolgens met alternatieve voorstellen voor een locatie moeten komen. De heer JAEGER stelt vast dat zorg en welzijn in de begroting gekoppeld zijn. Een prachtig en volledig geëquipeerd ziekenhuis op het innovatieve zorgpark Monnikenberg moet de ambitie zijn en daarvoor moet zijns inziens nu ruimte gereserveerd worden. Ook zijn er verbindingen nodig met andere zorgpartijen, zoals huisartsen en revalidatie- en behandelcentra. De ambities op het gebied onderwijs gaan voor D66 nog niet ver genoeg wat betreft onderwijshuisvesting en het aantrekken van een hogeschool. Investeren in onderwijs moet volgens hem, omdat de continuïteit van de samenleving het beste geholpen is door goed onderwijs. Investeringen in het onderwijs mogen daarom niet door de crisis aangetast worden. Wat betreft de te maken keuzes pleit hij voor het vestigen van de Lorentzschool inclusief naschoolse opvang op het Philipsterrein. Voor de Mulock Houwerschool is een vestiging mogelijk op het terrein van de Diependaalselaan. De Donnerschool moet volgens hem niet midden in de woonwijk Kerkelanden komen. Wat betreft de Da Costaschool vindt hij dat eerst die school er moet komen en dan pas de rest van het Lieven de Keyplan uitgevoerd moet worden. Stapeling van functies of mensen staat hij niet voor en daarnaast is hij voorstander van het direct verbinden van de buitenschoolse opvang met de scholen, sport en muziek.
De heer VAN OTTERLOO begrijpt dat de heer Jaeger functies in horizontale zin wil verbinden en vraagt hoe hij zich dat moet voorstellen. Als men scholen en sportvelden ver van elkaar plaatst kan er volgens hem van een verbinding nauwelijks sprake zijn. De heer JAEGER had het over het in communicatieve zin verbinden van instellingen, terwijl het stapelen van functies ging over de fysieke situatie. Als voorbeeld noemt hij naschoolse opvang en de Lorentzschool op het Philipsterrein. De heer VAN OTTERLOO vindt de verbinding van functies ook van belang, maar ziet een risico in de plannen van de heer Jaeger, omdat hij voorstelt eerst de scholen en dan de rest te realiseren. De heer JAEGER begrijpt die angst niet en wil na het gedurende jaren plannen maken starten met het uitvoeren. Hij trekt de start van scholen voor. De heer HASELAGER constateert dat de heer Jaeger bij Lieven de Key meteen aan de slag wil met het bouwen van scholen, terwijl het verwijt daar was dat ontwikkelingen niet in overleg met de buurtbewoners hebben plaatsgevonden. Hij wijst op het belang van burgerparticipatie, waarmee men geen rekening houdt als de helft van het terrein al wordt ingevuld. De heer JAEGER memoreert dat 14 jaar lang het Lieven de Keyplan is besproken en nu wil hij daarmee aan de slag gaan, om te beginnen met de scholen. Natuurlijk wil hij rekening houden met burgerparticipatie, maar die werkt naar zijn mening niet omdat dat 14 jaar duurt. De heer HASELAGER repliceert dat D66 het Collegeprogramma met daarin de plannen voor Lieven de Key heeft ondertekend en daarna in de Gooi en Eemlander heeft laten optekenen dat die plannen niet deugen. Hij constateert dat D66 op dat gebied drie tot viermaal van koers is gewijzigd. De heer JAEGER reageert dat hij iets wil bereiken. De heer HASELAGER stelt dat de heer Jaeger chaos bereikt die hij de PvdA verwijt. De heer VAN OTTERLOO erkent dat D66 voor Lieven de Key heeft gestemd. De heer JAEGER beaamt met het Lieven de Keyproject te hebben ingestemd, maar constateert dat er na vier jaar nog niets is gebeurd. Hij wil minder complex, realistischer, in een veel hoger tempo en met veel betere communicatie met de burger bouwen. Ambitie betekent visie en gaat behalve over de bouwhoogte ook over uitstraling, duurzaamheid, diversiteit en functiestapeling. Naast ambitie zijn er ook keuzes te maken en het verheugt hem dat het college daarmee hard bezig is, wat hij ook wil stimuleren. Er is namelijk een probleem dat de gemeente werknemers nauwelijks meer kan huisvesten. Er moet dus op dat gebied iets gebeuren. De participatieladder duurt te lang en daarom streeft hij naar het maken van tempo. Op een bepaald moment moet men kiezen voor doorgaan of stoppen. Hij adviseert de gemeente op bepaalde locaties borden te plaatsen met wat aldaar de ambitie is. Bij bouwprojecten moet de buurt twee keer per jaar op de hoogte worden gebracht van de stand van zaken. Hij vat samen dat een sterkere focus nodig is op het arbeidsmarktbeleid, het bestrijden van de jeugdwerkloosheid, een verbinding met Sociale Zaken en een resultaatgerichte insteek. Verder wil hij geen bezuinigingen op het openbaar vervoer en onmiddellijke actie op het gebied van onderwijs. Tevens wil hij omgaan met welzijn en zorg. Wonen in Hilversum moet minder complex, praktisch, realistisch en gefaseerd aangepakt worden en daarover moet worden gecommuniceerd met burgers. Politiek bedrijven is volgens hem een zaak van ambitie, keuzes maken en verbinden. Ten slotte dient hij mede namens de SP-fractie de volgende motie in:
“De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009, gelet op de actualisatie van de onderwijshuisvesting: overwegende: - dat Hilversum een regionale verantwoordelijkheid heeft als het gaat onderwijsinstellingen voor speciale doelgroepen; - dat sinds vele jaren de Mulock Houwerschool tijdelijk wordt ondergebracht op locaties die na een beperkte periode altijd weer voor andere doelen worden ingezet; - dat de provincie middels een subsidie een permanente huisvesting voor de Mulock Houwerschool tracht te stimuleren; verzoekt het college een plan te ontwikkelen voor de plaatsing van de Mulock Houwerschool op een deel van het terrein aan de Diependaalselaan.” (motie M09/31 van de fracties van D66 en de SP) De VOORZITTER constateert dat de motie voldoende is ondertekend en mede onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen. De heer VAN DAMME concludeert dat het college volledig is uitgespeeld en alle keuzes die het college dacht gemaakt te hebben worden overruled en teruggedraaid. Er is volgens hem geen sprake van beleid en ambitie. De Begroting 2010 is naar zijn mening niet sluitend, omdat risico op risico wordt gestapeld en echte keuzes niet worden gemaakt, wat hij overigens betreurt. De raad had goed kunnen nadenken over de situatie na 2011. Hij betreurt het dat de komende maanden niet constructief zullen worden ingezet om na te denken over hoe de gemeente de komende jaren moet doorkomen. GroenLinks wil investeren in duurzaamheid in de brede zin: people, planet, profit. De gemeente heeft ambities uitgesproken en hij wil die waarmaken, ook om juist minder kansrijke mensen te ondersteunen. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om jongeren zonder startkwalificatie, schooluitval, bijstandsgerechtigden die moeilijk aan de slag komen en daklozen. Zij behoeven steun en een goede plek krijgen. De gemeente moet actief werken aan maatschappelijke stages, zodat ze een actieve participatie in de samenleving kunnen benutten. Ook wil hij investeren in energiebesparing en duurzaamheid verder ontwikkelen, bijvoorbeeld met ondernemers en woningcorporaties. De heer VAN OTTERLOO vraagt wat GroenLinks precies extra wil doen voor bijstandsgerechtigden en waar het geld voor investeringen vandaan moet komen. De heer VAN DAMME wil investeringen niet direct vertalen in geld, maar het gaat daarbij ook om aandacht en bijvoorbeeld het verbinden van partijen. Men kan nadenken over het betrekken van ondernemers bij het oplossen van problemen. De gemeente zou partijen bij elkaar kunnen brengen om bijstandsgerechtigden aan de slag te kunnen helpen. Jongeren zonder startkwalificatie kan men helpen om in het schoolsysteem te blijven en een kwalificatie te halen. In de komende periode is sprake van een economisch slechter klimaat, waarin een aantal mensen niet meer aan de slag zal komen. De heer VAN OTTERLOO vraagt welke aanvullende maatregelen de heer Van Damme daarvoor precies voorstelt. De heer VAN DAMME wil veel sterker controleren op het voorkomen van schooluitval en het handhaven van leerlingen in het schoolsysteem. De gemeente moet daar actief achteraan gaan. De heer VAN OTTERLOO informeert naar de mate van schooluitval in 2006 in vergelijking tot nu en waar dat cijfer in 2010 en 2014 zou moeten uitkomen. De heer VAN DAMME spreekt de ambitie uit om uit te gaan van een schooluitval van nul leerlingen, wat wellicht niet haalbaar is.
De heer VAN OTTERLOO vraagt zich af wat hij met een dergelijke ambitie moet. De heer VAN DAMME wil de komende jaren een klimaattop in Hilversum organiseren, omdat hij ondernemers, de gemeente en particulieren met elkaar laten nadenken over energiebesparing, kennisuitwisseling, het beter benutten van subsidies en het terugkoppelen van signalen naar het ministerie toe. De gemeente kan daarbij een faciliterende en stimulerende rol spelen en daartoe dient hij de volgende motie in: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009 ter behandeling van de Programmabegroting 2010; overwegende dat: - de gemeente Hilversum een belangrijke rol speelt bij het realiseren van klimaatdoelstellingen als honderdste millenniumgemeente; - de gemeenten in het ‘Klimaatakkoord gemeenten en Rijk 2007-2011’ de taak op zich nemen om energietransitie te zullen bevorderen; - de gemeente Hilversum moet weten waar ondernemers, coöperaties en particulieren tegenaan lopen en partijen wil stimuleren door een aanjagersfunctie in te nemen; - door samenwerking snellere, betere en efficiëntere resultaten geboekt kunnen worden; - het bij elkaar brengen van verschillende partijen in een klimaattop stimuleert om met klimaatbeleid verder aan de slag te gaan; draagt het college op: om voor juni 2010 een Hilversumse klimaattop te organiseren voor ondernemers, coöperaties en andere partijen waarbij tussen partijen nadere afspraken worden gemaakt over samenwerking; op de klimaattop worden afspraken gemaakt over hoe partijen met elkaar en de gemeente Hilversum gaan samenwerken om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen én de commitment van alle deelnemende partijen wordt vastgelegd in een verklaring; en gaat over tot de orde van de dag.” (motie M09/32 van de GroenLinks-fractie) De gemeente Hilversum heeft geld uitgetrokken voor een proef met openbaar vervoer, waarover GroenLinks kritisch was, omdat het daarbij niet ging om het vullen van bussen, maar om de bereikbaarheid van Hilversum en het laten vooruit gaan van het centrum. De daarover ingediende motie van de SP en D66 ondersteunt hij. Het college geeft over dat onderwerp naar zijn mening verkeerde signalen af, omdat het enthousiast is over de proef, maar voor de periode daarna geen extra middelen reserveert. De wethouder Grondzaken heeft aangegeven dat geen exploitaties geopend zouden moeten worden, wat hem een goed idee lijkt, zodat de gemeente zich kan concentreren op het tot een goed einde brengen van de huidige exploitaties. Daaraan zal GroenLinks meewerken, maar dat betekent niet dat exploitaties overhoop gehaald kunnen worden. Het is namelijk belangrijk om consistent te blijven en na te denken over welke resultaten men wil bereiken en voor welke mensen er gebouwd word. Hij signaleert dat het aanpassen van de bouwplannen met name ten koste gaan van jongerenhuisvesting, terwijl het juist belangrijk is dat de gemeente zich concentreert op het bouwen van woningen voor jongeren. De wethouder heeft toegezegd een dwarsdoorsnede te willen maken van alle plannen en grondexploitaties om te bezien in welke mate het bijstellen van plannen ten koste gaat van jongerenhuisvesting. Nu geld verdienen is daarom volgens hem op termijn geld verliezen, omdat jongeren in Hilversum hard nodig zijn. Het zomaar wijzigen van bouwprogramma’s ten koste van jongerenhuisvesting vindt hij daarom geen goed idee. Wellicht geldt dat ook in andere segmenten, zoals ouderenhuisvesting en het aanleunen bij zorg. Bijzondere aandacht vraagt hij voor de woonzorgcentra, omdat zij de basis moeten vormen voor de zorginfrastructuur. Daarbij gaat het niet alleen om de huisartsen, maar ook om de ondersteunende en faciliterende zorginstellingen. Ouderen moeten langer zelfstandig kunnen wonen, maar daarbij is wel passende huisvesting nodig en het faciliteren van zorg om de hoek. GroenLinks stelt dat het college uitgespeeld en failliet is en dat de
gemeente op zoek naar een nieuw college. Hij constateert dat de voorliggende begroting een groot voorbehoud is, vanwege gemaakte keuzes die vervolgens door collegepartijen erin gefietst worden. Wat betreft bouwplannen is er sprake van bouwplannen die geëvalueerd worden en opnieuw opgestart worden. De heer JAEGER vraagt wat de heer Van Damme bedoelt met ‘erin fietsen’. De heer VAN DAMME licht toe dat het daarbij gaat om het ontbreken van budget voor gratis openbaar vervoer na 2010, ondanks een positieve pilot en bemoedigende resultaten. De heer JAEGER wijst in dat verband op het duale systeem, waarbij college en raad een eigen verantwoordelijkheid hebben. De heer HASELAGER wijst erop dat motie M09/31 van de SP en D66 over de Mulock Houwerschool relateert aan een geheime agenda en daardoor geen onderdeel zou kunnen zijn van de openbare beraadslagingen van de raad. De heer VAN OTTERLOO stelt voor die school te bouwen op een grasveld aan de Diependaalselaan. De VOORZITTER ziet geen reden om motie M09/31 geen onderdeel te laten uitmaken van de beraadslagingen. De heer HASELAGER wijst op de geheime grondexploitaties, waarin ook de Diependaalselaan is vermeld. Als de betreffende motie onderdeel uitmaakt van de openbare beraadslagingen, wil hij ook in het openbaar de voor- en tegenargumenten daarvan vernemen. De heer JAEGER licht toe dat om een plan is gevraagd om de Mulock Houwerschool op een deel van het terrein van de Diependaalselaan te bouwen. De VOORZITTER constateert motie M09/32 voldoende is ondertekend en mede onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen. Mevrouw SAZIAS is blij met het door het college oppakken van de voor- en vroegschoolse educatie. De begroting lijkt sluitend, maar bevat een enorme schuld die tot meer dan € 1.000,- per inwoner is opgelopen. Het college heeft gewaarschuwd voor risico’s, maar geeft geen richting naar de toekomst aan. Er zijn maatregelen nodig om de grote rentelast te drukken, maar dat laat het college over aan haar opvolgers. Het college maakt geen nieuw beleid meer en dat terwijl het crisis is. Zij hamert op de benodigde regie van het lokale bestuur, omdat steeds meer rijksbeleid wordt gedelegeerd naar het gemeentelijke bestuur. Spreekster vraagt zich af of de gemeente goed is ingericht op de snelle en digitale servicemaatschappij van vandaag, zoals met betrekking tot het aanbestedingsbeleid en bouwplannen. Wat betreft bezuinigingen kunnen er nog slagen gemaakt worden. Voor structureel werk kan de gemeente mensen in dienst nemen. De bezuiniging op het inhuren van derden kan volgens haar echter groot zijn. In programma 6 mist zij een boven alles uitspringende inzet om de rekeningen van de energiekosten van gemeentelijke gebouwen drastisch te verminderen, omdat een besparing van 3% in deze tijd volgens haar veel te laag is. De wethouder Financiën heeft in de krant laten optekenen de voorzichtig opkrabbelende economie niet te willen frustreren, waarmee zij het eens is, maar in dat kader begrijpt zij het laten stijgen van de ozb voor niet-woningen met bijna 5% niet. Daardoor zullen kleine winkeltjes en bedrijven nog verder onder druk komen te staan en het winkelklimaat in Hilversum is al niet te best. De huren in het centrum zijn namelijk heel erg hoog, terwijl vooral leuke kleine winkeltjes een winkelstad zo aantrekkelijk maken. Een stijging van 1,1% vindt zij daarom verantwoord, ook voor
sport- en culturele verenigingen. Het amendement dat het CDA daarover heeft ingediend ondersteunt zij. Juist in tijden van crisis moeten mensen geïnspireerd worden en vertrouwen krijgen. Als de overheid al wegduikt, praat over somberheid en niet met ideeën komt, is het de vraag waar gewone mensen het vertrouwen vandaan moeten halen. Als een van de belangrijkste onderwerpen van het afgelopen jaar noemt zij de ontwikkelingen rondom Tergooi ziekenhuizen. De vraag is hoe de eerstelijns zorg voor alle Hilversummers toegankelijk blijft en het beantwoorden daarvan kan niet wachten tot de verkiezingen. Er zijn nieuwe en kleinschalige initiatieven nodig die niet per se hoeven te vallen onder de paraplu van Tergooi ziekenhuizen. De woondienstencentra vindt zij daarvoor een goed uitgangspunt, maar zij moeten niet massaal zijn. De voorziene wijze van bouwen in Lieven de Key heeft geen draagvlak in de samenleving terwijl er snel iets aan de Da Costaschool moet gebeuren. Er is veel verzet tegen en onvrede over het bouwregime in Hilversum. Er is gebrek aan een integrale visie en bovendien is het verliesgevend. Zij meent dat veel Hilversummers verontwaardigd zijn over wat er gaat gebeuren op het Stationsplein en dat het college zich daarvan zo weinig aantrekt neemt zij het college bijzonder kwalijk. Er is behoefte aan onderbouwing van en prognoses voor een huisvestingsplan: wat is er nodig voor de toekomst, voor wie en in welke aantallen. Dat weet het college niet en daarom moet beleid met de natte vinger gemaakt worden. De heer VAN OTTERLOO vraagt of mevrouw Sazias op de hoogte is van de Woonvisie en de Regionale Woonvisie en waarover die gaan. Mevrouw SAZIAS kent die stukken en heeft daarin geen goede cijfermatige onderbouwing kunnen vinden van de benodigde woningaantallen. Jongeren vallen keer op keer buiten de boot, terwijl het belangrijk is dat zij woningen toegekend krijgen. Straks zullen jongeren namelijk in de zorg voor ouderen moeten zorgen en daarnaast is er jong mediatalent nodig. Zij hamert ook op de noodzaak van mediaonderwijs en begrijpt niet dat de Media Entertainment Academie zich in Haarlem en Rotterdam bevindt, terwijl de studenten ervan in Hilversum stage komen lopen. In Hilversum is er vooral behoefte aan een combinatie van woon-werkruimten voor kleine bedrijfjes en zzp’ers. In plaats daarvan worden in Hilversum woonkazernes gebouwd en de ambitie ontbreekt om daarvan iets leuks te maken voor de Hilversummers en de bezoekers. Een integrale woonvisie zou er volgens haar voor Hilversum echt moeten komen en daarin moet jongerenhuisvesting een speerpunt zijn. Met het overzicht van leegstaande panden is niets gebeurd, en daarin zouden jongeren en kunstenaars gehuisvest kunnen worden, evenals in het leegstaande GAK-gebouw. Eindelijk zal de raad praten over ‘Hilversum in gesprek’. Een rapport daarover heeft waarschijnlijk € 100.000,- gekost en als de raad geen debat had aangevraagd, zou dat rapport waarschijnlijk onderin een la terecht zijn gekomen. Andere gemeenten die te maken hebben met hetzelfde probleem kijken ook naar Hilversum en zij raadt aan meer vertrouwen te hebben in de inwoners. Het rapport over ‘Hilversum in gesprek’ komt overigens niet terug in de begroting, maar wel een bedrag van € 84.000,- voor Hilversum als millenniumgemeente. Hilversum is de honderdste millenniumgemeente geworden, maar daar doet de gemeente volgens haar verder niets mee. Het is de kunst om hoge doelen kleinschalig te maken, zodat ze praktisch gerealiseerd kunnen worden. Zij raadt aan eerst te inventariseren wat de gemeente in dat kader al doet en van daaruit verder te gaan. Als voorbeeld noemt zij de Stichting Wereldouders, die zich bezighoudt met weeskinderen in ZuidAmerika en Stichting Omboe. Daarnaast noemt zij het uitvoeren van het Poverty Requiem op 17 oktober door alle koren en muziekverenigingen in Hilversum in samenwerking met de Wereldomroep. Misschien is er een werkgroep nodig vanuit de raad die nagaat op welke wijze Hilversum als millenniumgemeente verder vormgegeven kan worden. De heer DE WIT vindt de begroting steeds meer helder en overzichtelijker worden, maar voor een aantal posten is het wel nodig in de productenraming ver door te bladeren. De woonlasten van huurwoningen stijgen met 3% en voor koopwoningen met 2,5%, wat meer is dan de meeste mensen er in 2010 aan loon bij krijgen. De totale uitgaven van de gemeente stijgen tot circa € 240 miljoen. Het Sociaal Akkoord van 25 maart 2009 vermeldt dat lonen slechts met inflatie mogen stijgen om
werkgelegenheid te behouden, wat alleen kan als de koopkracht niet verslechtert. Inhoudelijk gezien vindt hij de begroting niet verkeerd, maar het lijkt wel op een eindfeestje van het college op kosten van Hilversum. Uit de stukken blijkt dat de financiële bijdrage vanuit het Rijk vanuit 2012 substantieel lager zal zijn, wat voor Hilversum een jaarlijkse korting van € 15 miljoen kan betekenen. Hij vraagt zich af of goed is gekeken of uitgaven hier en daar minder kunnen. Hij is blij met de toezegging van wethouder mevrouw Walters dat de gemeente Hilversum zal meedoen aan een benchmarkonderzoek en is voorstander van het aanscherpen van de bewustwording op alle uitgaven door het doorvoeren van een efficiencykorting van enkele procenten op alle posten. 2% tot 3% lijkt hem mogelijk, maar hij wil beginnen met 1%, waarover hij het volgende amendement indient: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders betreffende ‘tweede budgetrapportage 2009/Programmabegroting 2010’ d.d. 13 oktober 2009; besluit - dat aan punt B.1 van het voorgestelde besluit zal worden toegevoegd: ‘met dien verstande dat alle uitgavenposten verlaagd worden met een efficiencykorting van gemiddeld 1%, waarbij het college tot een taakstellende bezuiniging van € 2,4 miljoen komt’; - aan het voorgestelde besluit toe te voegen punt 6, luidende: ‘De in punt B1 genoemde bezuinigingsopbrengst wordt gestort in een bestemmingsreserve ‘krappe tijden’.; overwegingen: - de komende jaren dient er stevig bezuinigd te worden;’ - in de conceptbegroting van 2010 is daar slechts beperkt rekening mee gehouden; - wij willen onze verantwoordelijkheid nemen en niet wachten met bezuinigingen tot na de verkiezingen; - de efficiencykorting dwingt tot extra alertheid op onnodige uitgaven; - de bezuinigingsopbrengst wordt voorlopig ondergebracht in een bestemmingsreserve, waaruit geput kan worden in toekomstige krappe tijden, tussen 2011 en 2016. (amendement A09/09 van de ChristenUnie-fractie) De burgemeester heeft op verzoek van de ChristenUnie toegezegd dat er in maart 2010 bij de collegeonderhandelingen overzichten beschikbaar zullen zijn waaruit kan worden afgeleid op welke posten het mogelijk is om technisch te bezuinigen. Die cijfers wil hij echter beschikbaar hebben voor de gehele raad. Hij wil een stabiel en betrouwbaar bestuur, duidelijkheid naar de burgers en beloften nakomen, ook al kunnen die pijn doen. Als voorbeeld noemt hij De Cocon waarbij een afspraak met de buurt is gemaakt over gedeeltelijke verplaatsing, die hij wil laten nakomen. Ook zijn kaders gesteld voor een nieuwe locatie die zijn losgelaten, waarmee hij grote moeite heeft. Hilversum is een regiogemeente en dergelijke casussen moeten daarom geregeld worden. Hilversum zou daarom ook een plek moeten bieden aan mensen die het minder goed hebben. De ChristenUnie heeft wat betreft de Centra voor Jeugd en Gezin aangedrongen op daadkracht en hij wil het tweede en derde centrum graag in 2010 geopend zien. Dat pas in de loop van 2010 met het inzamelen van kunststof afval begonnen wordt vindt hij een slechte zaak, terwijl dat een verplichting is per 1 januari 2010. Vorig jaar is een flinke slag gemaakt met het opstellen en uitvoeren van het duurzaamheidsbeleid en hij moedigt het college aan om daarmee door te gaan. Hij is blij met de motie van D66 en de SP over het gratis openbaar vervoer, ook omdat de proef daarmee mede een initiatief was van de ChristenUnie. Het IBP wordt in de komende jaren afgerond en er is ook een visie daarna nodig, zodat daarmee in 2010 begonnen moet worden. Wat betreft de Wmo breekt hij een lans voor het voor elkaar klaar staan van mensen, zoals in een sociaal netwerk, waardoor het niet altijd nodig is om professionele hulp in te huren. De Stichting
Hulp In Praktijk (HIP) is mede op initiatief van de ChristenUnie opgericht en helpt alle Hilversummers die dat nodig hebben. Dergelijke initiatieven vindt hij ook belangrijk. Het project Particuliere woningverbetering Over ’t Spoor wordt beëindigd en hij vraagt het college of die wijk er beter aan toe is of dat de aanpak niet heeft gewerkt. Wellicht moet daaraan nog een discussie gewijd worden. Bij het maken van prestatieafspraken met woningcorporaties is het belangrijk niet meer woningen te verkopen aan woningcorporaties dan er worden bijgebouwd. De VOORZITTER constateert dat amendement A09/09 voldoende is ondertekend en mede onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen. De heer JAEGER wijzigt motie M09/31 als volgt: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009, gelet op de actualisatie van de onderwijshuisvesting: overwegende: - dat Hilversum een regionale verantwoordelijkheid heeft als het gaat onderwijsinstellingen voor speciale doelgroepen; - dat sinds vele jaren de Mulock Houwerschool tijdelijk wordt ondergebracht op locaties die na een beperkte periode altijd weer voor andere doelen worden ingezet; - dat de provincie middels een subsidie een permanente huisvesting voor de Mulock Houwerschool tracht te stimuleren; verzoekt het college het terrein aan de Diependaalselaan als één van de plekken voor mogelijke plaatsing van de Mulock Houwerschool in onderzoek mee te nemen.” (motie M09/31A van de fracties van D66 en de SP) De VOORZITTER constateert dat motie M09/31A voldoende is ondertekend, mede onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen en dat motie M09/31 is ingetrokken. Vervolgens schorst hij de vergadering. Schorsing. De VOORZITTER heropent de vergadering op 12 november om 19.30 uur. De heer RENSEN (wethouder) legt uit dat het afstemmen van de opbrengst van de hondenbelasting op de uitgaven voor het bestrijden hondenpoep niet zal lukken omdat veel kosten die worden veroorzaakt door honden niet te kapitaliseren zijn. Het is juist nu aantrekkelijk voor ontwikkelaars om betaalbare woningen te bouwen. GroenLinks heeft gesteld dat het aanpassen van woningbouwplannen ten koste gaat van jongerenhuisvesting, maar dat is volgens hem niet zo. In het algemeen worden levensloopbestendige woningen gebouwd, met uitzondering van een flat in Kerkelanden, die specifiek voor ouderen is bestemd. Woningbouwcorporatie Gooi en Omstreken wil 65-plussers uit Kerkelanden daarvoor het eerst in aanmerking laten komen en vervolgens 65-plussers uit Hilversum en daarna 65-plussers uit de regio. Het GAK-gebouw bevindt zich in particulier eigendom en als het mogelijk zou zijn daarin 50 jongerenwoningen te realiseren zou die eigenaar dat plan hebben opgepakt. Dat heeft de eigenaar echter niet gedaan, ook omdat het niet zo eenvoudig is om 50 woningen in een kantoorgebouw te situeren. De raad komt binnenkort overigens wel te praten over leegstand. Wethouder Roerig heeft onlangs laten weten dat zijn revalidatie zich niet volgens planning verloopt, waardoor zijn terugkomst iets langer duurt, maar hij verwacht hem wel omstreeks Sinterklaas of Kerst weer bij de gemeente terug te zien. De heer BOOG (wethouder) handhaaft zijn toezegging over het peuterspeelzaalwerk, waarvan de voor- en vroegschoolse educatie een belangrijk onderdeel is. Voor- en vroegschoolse educatie moet
een belangrijke plek krijgen in het peuterspeelzaalwerk en de ambities wil het college wat dat betreft veel hoger leggen. Ook hij complimenteert de mensen die het IBP uitvoeren en erkent dat de gemeente ook moet kijken naar de periode na het uitvoeren van het IBP. Dat moet gebeuren in samenhang met andere beleidsterreinen in een integrale aanpak. Bereikbaarheid maakt daarom een belangrijk onderdeel uit van de op te stellen Structuurvisie. De provincie zal binnenkort een voorstel doen voor een vervolg van de HOV-discussie. Hij is tevreden met de tussentijdse resultaten van het gratis openbaar vervoerproject en is voornemens om bij succes de raad volgend jaar voor te stellen dat experiment voort te zetten, eventueel structureel. Hij kan zich daarom vinden in de door de SP en D66 daarover ingediende motie. Dat voorstel zal worden gedaan bij de behandeling van de Zomernota. De inhoud van het voorstel zal echter afhankelijk zijn van de evaluatie, die begin 2010 zal plaatsvinden. Motie M09/29 neemt het college over. Mevrouw ZIJLSTRA-VAN GALEN vraagt wat er gebeurt als de cijfers van de proef tegenvallen. De heer BOOG (wethouder) antwoordt dat de cijfers van de tussentijdse resultaten aangeven dat de proef succesvol is en daarmee spreekt hij de intentie uit om het project voort te zetten. De heer VAN OTTERLOO trekt motie M09/29 in. Motie M09/29 maakt, ingetrokken zijnde, geen onderwerp meer uit van de beraadslagingen. De heer BOOG (wethouder) vervolgt dat waarschijnlijk een tweede Centrum voor Jeugd en Gezin in het Van Riebeeckkwartier mogelijk zal zijn. Een derde centrum streeft hij wel na, maar hij weet nog iet of dat te realiseren zal zijn. Binnenkort kondigt hij aan de centra voor Jeugd en Gezin inhoudelijk met de raad te zullen bespreken. De heer LANDSAAT (wethouder) kondigt zo spoedig mogelijk en waarschijnlijk begin januari 2009 een voorstel aan over De Cocon, waarbij de keuze zal worden verantwoord om niet op de twee geselecteerde locaties te bouwen. Tegelijkertijd zal een discussie over de voorgestelde nieuwe criteria op gang komen met wellicht ook bijpassende locaties. Het uitgangspunt voor het college blijft ‘afspraak is afspraak’ met betrekking tot het met de buurt gesloten convenant. Het project ‘Stel je voor’ loopt inmiddels en het plan van aanpak komt zoals beloofd in november 2009 naar de raad toe. Het project Lieven de Key getuigde van ambitie en er zal nog een procesvoorstel volgen in december/januari 2009. Een voorstel over jongerenhuisvesting aan de Schoolstraat/Koninginneweg komt zeer snel naar de raad toe, waarbij zelfs meer gebouwd zal worden dan aanvankelijk het plan was. Het college onderzoekt momenteel waar al het zwerfvuil vandaan komt en zal een voorstel daarover doen. Op het verwijderen van zwerfvuil wordt echter niet bezuinigd en het geraamde bedrag is hetzelfde als in 2009. De discussie over het ziekenhuis en de huisartsen vindt al plaats en inmiddels hebben al twee bijeenkomsten plaatsgevonden. Hij hoopt in januari 2010 een voorstel kunnen doen over de aanpak, zodat er over de eerstelijns- en tweedelijns zorg een duidelijk beeld komt in een plan van aanpak voor gezondheidszorgproducten ten gunste van de inwoners van Hilversum. Met betrekking tot Lieven de Key komen er volgens hem geen claims op de gemeente af en in plaats daarvan zitten alle partijen nog om de tafel. Het tijdpad ten aanzien van subsidies houdt hij in de gaten en er is een evaluatie aanstaande van het project particuliere woningverbetering, aan de hand waarvan nieuwe plannen gemaakt zullen worden met betrekking tot het verbeteren van particuliere eigendommen. De evaluatie van het huurteam geeft een positief beeld te zien en het college neemt daarom motie M09/30 van de SP over. Het college stelt structureel € 25.000,- voor het huurteam beschikbaar. De heer VAN OTTERLOO trekt motie M09/30 in.
Motie M09/30 van de SP maakt, ingetrokken zijnde, geen onderwerp meer uit van de beraadslagingen. De heer LANDSAAT (wethouder) vindt het niet juist om vast te stellen dat het college geen ambities heeft op het gebied van welzijn en zorg, zoals D66 deed. In de besluitvorming rondom De Cocon heeft het college geconstateerd dat er in adviezen vanuit de buurten er geen enkele compassie bleek. Hij begrijpt de discussie over de noodzakelijke grip op welzijn, maar dat is al jaren een punt van aanpak en hij meent dat ten aanzien van een aantal aspecten, en zeker op het gebied van zorg, zeker resultaten worden geboekt. De heer JAEGER vraagt of vanwege het gebrek aan compassie vanuit de buurten de gekozen locaties voor De Cocon niet juist zijn. De heer LANDSAAT (wethouder) heeft dat niet gezegd, maar heeft het element compassie gemist in de overwegingen en de adviezen. Als men het aspect duidt komt er wel een antwoord en zijn buurten bereid mee te denken over het lokaliseren van opvang op een andere plek. De heer JAEGER meent dat het nimby-syndroom (not in my backyard) pas ontstaat als de politiek daarvoor ruimte biedt. De politiek heeft een zelfstandige verantwoordelijkheid en het recht van de buurten is om zich op een bepaalde manier op te stellen. Nimby is pas aan de orde als de politiek daarvoor wijkt. De heer VAN OTTERLOO stelt dat het aan de politiek is om keuzes te maken. De heer HASELAGER memoreert dat D66 altijd voorstander was van overleg met de buurt bij vestiging van De Cocon. De heer JAEGER beaamt dat en daarna moet de uiteindelijke afweging door de raad gemaakt worden. De heer LANDSAAT (wethouder) meent dat het college behoorlijk actief is met het willen realiseren van woningbouw, maar dat er daarbij sprake is van problemen. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) merkt op dat het college werkt aan het basisonderwijs in Hilversum-Zuid en Kerkelanden en de Lorentzschool. In december kondigt zij daarover informatie aan. Over de Da Costaschool komt die informatie in januari 2010. Een impuls om jeugdwerkloosheid tegen te gaan acht zij zeker nodig en daarbij vermeldt zij dat een sectorarrangement is afgesloten voor het creëren van leerlingbouwplaatsen. Ook heeft het college besloten om in bestekken voor de bouw van scholen en wegen leerlingbouwplaatsen op te nemen. Het buurtconciërgeproject is geëvalueerd. Het toezichthoudersproject wordt vooral gefinancierd door welzijnsgeld. Het buurtconciërgeproject leunt vooral op het aanbieden van reintegratiemensen, wat heel moeizaam lukt, omdat men na het zijn van buurtconciërge eigenlijk geen kans heeft op een reguliere baan. Daardoor verkeert het project in lastig vaarwater en daarom wordt het project omgevormd tot een wijkproject gericht op sociale cohesie. Motie M09/28 van de PvdA wil zij overnemen als het dictum daarvan zou luiden dat het buurtconciërgeproject of een ander vergelijkbaar project gecontinueerd zal worden. De heer HASELAGER vindt het niet juist mensen thuis te laten zitten om reden dat ze in het buurtconciërgeproject geen kans hebben op een reguliere baan. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) constateert dat mensen die doorstromen naar werk dat doen via een ander project dan een buurtconciërgeproject, zodat dat niet kan worden
gekwalificeerd als een re-integratieproject. Het college wil nu een nieuw initiatief aan de raad voorleggen. De heer HASELAGER begrijpt die redenering, maar stelt vast dat andere projecten ook niet veel uitstroom genereren. De heer VAN OTTERLOO vindt motie M09/28 sympathiek en constateert dat het college het buurtconciërgeproject wil voortzetten, maar niet als re-integratieproject. De heer HASELAGER beluistert dat het college nog geen alternatief heeft voor het buurtconciërgeproject. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) ziet dat het buurtconciërgeproject als reintegratieproject niet goed draait en zoekt daarom naar een vervolgvorm. De VVD heeft gewezen op de oplopende gemeentelijke schuld en de ineffectieve investeringen, zoals in De Vorstin. De raad heeft echter besloten dat De Vorstin een nuttige investering is. Ook is er een bestemmingsreserve voor De Vorstin. De meerderheid van de raad vindt ook het IBP een goede investering. Als men zich over de schulden en investeringen zorgen maakt raadt zij aan om het bij de volgende zomernota te hebben over de investeringen, omdat investeringen leiden tot schulden. Zij vindt derhalve dat het college een prudent en degelijk beleid voert door een sluitende begroting voor te leggen, waarin ook in belangrijke mate is bezuinigd. Leefbaar Hilversum stelde dat de gemeente op de inhuur van derden € 2,5 miljoen bezuinigt, maar dat is onjuist. In plaats daarvan is € 2,5 miljoen als inhuurkosten aangegeven en dat bedrag is flexibel. Volgend jaar zal daarop € 100.000,- structureel bezuinigd worden, welk bedrag oploopt naar € 300.000,-. Wat betreft de dienstverlening en de effectiviteit van de gemeentelijke processen merkt zij op dat de termijn voor het afhandelen van bezwaarschriften op woonlastennota’s is verkort en ook de afhandeling van kwijtscheldingsverzoeken is verkort van anderhalf jaar naar een half jaar. Het CDA wil het ozb-tarief voor niet-woningen niet extra verhogen. De bezuinigingslijst is echter zodanig opgesteld dat iedereen daaraan zijn of haar steentje bijdraagt. Mevrouw MULDER-HILLEN wil een signaal afgeven en constateert dat kleine ondernemingen harder worden getroffen, omdat ze moeten vechten tegen grote ketens. Het opleggen van een ozb-verhoging is voor de gemeente een inkomstenverhoging en betreft volgens haar geen bezuiniging. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) kan geen onderscheid maken tussen kleine en grote ondernemingen. De heer HASELAGER wijst op de kleine ondernemer, zoals een groenteboer met een inkomen net boven het minimuminkomen. De heer VAN OTTERLOO attendeert erop dat Hilversum nog steeds een van de goedkoopste gemeenten is wat betreft ozb voor niet-woningen. Mevrouw SAZIAS bevreemdt het dat de normale ozb slechts met de inflatie wordt verhoogd en de ozb voor niet woningen met bijna 5%. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) reageert dat Hilversum wat betreft het ozb-tarief voor woningen zich in een middenpositie bevindt. Het ozb-tarief voor niet-woningen is al enkele jaren met een extra procent verhoogd, maar Hilversum is op dat gebied nog steeds de goedkoopste grote gemeente. Zij vraagt zich af waarom Hilversum de goedkoopste gemeente moet zijn. Mevrouw MULDER-HILLEN pleit voor het zo laag mogelijk houden van de lasten.
Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) vervolgt dat de dekking van amendement A09/08 niet klopt, omdat de meerjarenraming niet positief is. Het college ontraadt daarom dat amendement. Mevrouw SAZIAS is voorstandster van het gefaseerd verhogen van het ozb-tarief en stelt voor een lagere ozb-verhoging te dekken uit het verminderen van de inhuur van derden. De heer VAN OTTERLOO wijst erop dat het gaat om het faseren van een ozb-verhoging van € 5,- per maand. De heer HASELAGER informeert naar het principe van het college: het voorkomen van een financieel probleem of de positie op de ranglijst van de gemeente Hilversum. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) gaat het erom dat ook het bedrijfsleven een steentje bijdraagt aan de kosten van investeringen in Hilversum. Het college heeft bezuinigingen zo goed mogelijk proberen te verdelen. Met het pleidooi van D66 over resultaatgerichte re-integratie is zij het eens en zij wijst op een benchmark met betrekking tot re-integratie en het rekenkameronderzoek, die zullen leiden tot handvatten daarvoor. Over het laten doen van werkzaamheden en projecten door ambtenaren in plaats van derden denkt het college ook na. Het college heeft zojuist een subsidieregeling voor duurzame energie en duurzame verbouwingen goedgekeurd. Het idee van een klimaattop ondersteunt zij niet, omdat er al allerlei sessies en burgerbijeenkomsten daarover zijn gehouden, waaruit ideeën zijn voortgekomen. Er moet nu aan de slag worden gegaan en daarom ontraadt zij motie M09/32 van de GroenLinks-fractie. De heer VAN DAMME weet uit reacties van ondernemers dat zij behoefte hebben om nog meer te doen. Hij wil voorkomen dat de gemeente alles moet doen in het kader van duurzaamheid. Ondernemers, woningcorporaties en burgers willen op dat gebied veel meer en kunnen bij elkaar gebracht worden, wat kan leiden tot een structurele uitwisseling van kennis. Voorts wil hij voorkomen dat de gemeente wat betreft duurzaamheid in zichzelf keert. De heer HASELAGER constateert dat GroenLinks een dag wil laten organiseren over het milieu en raadt het college aan om motie M09/32 van GroenLinks over te nemen. De heer VAN OTTERLOO is van mening dat het klimaat door het houden van een klimaattop niet beter zal worden. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) reageert dat het Duurzaamheidsplan in een discussie is besproken, waarop is aangegeven dat er een communicatieplan moet komen. Een klimaattop vindt zij niet passend. In het kader van de millenniumgemeente zal het college bezien wat de gemeente met fair trade en de Wereldomroep kan doen. Zij kondigt daarover een voorstel aan. Mevrouw SAZIAS wil meedenken bij het maken van een voorstel. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) kondigt aan met een startnotitie te zullen komen. In 2008 was sprake van extra teruggave van de afvalstoffenheffing, zodat de woonlasten ten opzichte van dat jaar iets meer stijgen. Het toepassen van een efficiencykorting van 1% wil het college juist niet, ook omdat sprake is van vaste contracten en vaste lasten. De heer DE WIT stelt dat een bezuiniging in 2011 en 2012 helemaal moeilijk te realiseren zal zijn als een bezuiniging van 1% al niet mogelijk is. De heer MOOJEN vraagt of het gaat om een bezuiniging van gemiddeld 1%.
De heer DE WIT bevestigt dat. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) stelt vast dat in dat geval sprake is van een taakstelling van € 2,4 miljoen, wat volgens haar een slag in de lucht is. Uiteindelijk gaat het erom met elkaar te bespreken waarop al dan niet bezuinigen mogelijk is. De heer JAEGER concludeert dat het gaat om een taakstellende bezuiniging van € 2,4 miljoen, waarbij het gaat om beleidskeuzes, waarbij hij de raad wil laten betrekken. De heer DE WIT wil nadenken of het mogelijk is of op bepaalde posten al bezuinigingen mogelijk zijn. De heer JAEGER stelt vast dat het college wordt opgeroepen om te laten zien waar er efficiencymaatregelen getroffen kunnen worden. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) ontraadt amendement A09/09 van de ChristenUniefractie. De heer RENSEN (wethouder) neemt motie M09/31A van de fracties van de SP en D66 over de Mulock Houwerschool over. De heer JAEGER trekt motie M09/31a in. Motie M09/31A maakt, ingetrokken zijnde, geen onderwerp meer uit van de beraadslagingen. De VOORZITTER schorst de vergadering op 11 november 2009 om 23.55 uur. Schorsing. De VOORZITTER heropent de vergadering op 12 november 2009 om 19.30 uur. De heer HASELAGER wijst op de financiële taakstelling van omstreeks € 15 miljoen voor het volgende college en de volgende raad, die naar zijn mening alleen maar vervuld kan worden als politieke partijen daaronder samen hun schouders zetten. In vergelijking daarmee stelt de huidige begroting volgens hem niets voor. Het amendement A09/09 van de ChristenUnie-fractie over de efficiencykorting vindt hij in dat kader te vroeg en te wild, omdat er nog niet is gesproken over het al dan niet uitvoeren van taken en het maken van keuzes. Hij dankt het college voor het door het college overnemen van motie M09/28 over het project buurtconciërges, maar hij vraagt daarbij om de toezegging dat er een overgang moet zijn tussen het huidige en het komende project dat volgens het college beter zal werken. Als het college die toezegging wil doen, trekt hij motie M09/28 in. In motie M09/32 van de GroenLinks-fractie over het houden van een klimaattop kan hij zich vinden en daarmee zou wethouder Roerig na diens terugkeer kunnen beginnen. Amendement A09/08 van de CDA-fractie vindt hij sympathiek, maar daarvan wacht hij de dekking af. De heer MOOJEN vat zijn bijdrage in eerste termijn samen dat de rentelasten zijn geëxplodeerd, de gemeente in de goede jaren vergeten is om te sparen, het tafelzilver is verkocht en niet is geanticipeerd op kortingen van rijksuitkeringen en bezuinigingen. In een brief heeft de VVD gevraagd om de vrij besteedbare ruimte en hij verwacht daarover binnenkort te worden geïnformeerd. Amendement A09//08 van de CDA-fractie steunt hij niet, omdat er geen positief meerjarensaldo is. Dat is kunstmatig positief gemaakt door de reserves uit te putten. Wel steunt hij amendement A09/09 van de ChristenUnie-fractie, omdat het een goed begin is van de enorme taakstelling die de gemeente wacht. Hij wacht het antwoord van de wethouder over motie M09/28 van
de PvdA-fractie af. Ten slotte gaat hij niet akkoord met motie M09/32 van de GroenLinks-fractie en volgt daarin de redenering van de wethouder. De heer KLEES vindt het hoog tijd om de wijze van discussiëren goed tegen het licht te houden. Met motie M09/28 van de PvdA-fractie gaat hij akkoord. Motie M09/32 van de GroenLinksfractie over een klimaattop vindt hij sympathiek, ook gezien het feit dat Nederland op het gebied van klimaatbeleid op de 17e plaats staat. Amendement A09/09 van de ChristenUnie-fractie vindt hij sympathiek en het is vooral een idee om op een andere manier te denken. Het idee van een efficiencykorting schijnt moeilijk uit te voeren zijn, maar moet wel tussen de oren komen, zodat hij daarvan een voorstander is. Wat betreft amendement A09/08 van de CDA-fractie blijkt dat de gemeente Hilversum voor niet-woningen op het gemiddelde ozb-niveau zit en de gemeente de hand op de knip moet houden, zodat hij daarmee niet instemt. De motie van de SP over het huurteam steunt hij niet, hoewel het college die motie al heeft overgenomen. Mevrouw ZIJLSTRA-VAN GALEN herhaalt haar vraag om bewoners zo snel mogelijk en het liefst voor de verkiezingen te informeren over het ziekenhuis door middel van een open brief. Het amendement A09/09 van de ChristenUnie-fractie vindt zij sympathiek, omdat bezuinigingen tussen de oren moet komen. Het bezuinigen van 1% lukt niet bij alle posten, zodat zij de heer De Wit vraagt om dat amendement te wijzigen. Met de aangepaste motie M09/28 van de PvdA-fractie over buurtconciërges stemt zij in. Met motie M09/32 van de GroenLinks-fractie over een klimaattop geeft de gemeente een signaal af, maar zij waarschuwt om niet te vrijblijvend te blijven en de motie zodanig uit te voeren dat er ook iets uitrolt. Mevrouw MULDER-HILLEN was verbaasd over de opmerking van het college dat de dekking van amendement A09/08 niet klopt en vraagt het college om te bevestigen dat de provincie toetst op het totaaloverzicht. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) beaamt dat de provincie toetst op de onderste regel en beoordeelt of daarin nog ruimte zit. Bij elke begroting en jaarrekening kijkt zij echter naar het reguliere exploitatieresultaat, omdat de gemeente dat kan beïnvloeden. Daarop stuurt zij en dat moet zij sluitend krijgen. De heer MOOJEN begrijpt niet wat de wethouder bedoelt, omdat zij het op 11 november met de VVD eens was dat er geen sprake was van een positief meerjarensaldo. Hij vraagt hoe dat zich verhoudt tot haar melding van zojuist. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) verwijst naar de tabel op bladzijde 7 van de programmabegroting, met daarin vermeld mooie winsten, die ontstaan door verkopen van niet strategisch bezit en winsten op grondexploitaties. Het college stuurt echter op de reguliere eindstand, vermeld op bladzijde 8, waaruit blijkt of sprake is van een sluitende begroting. Voor 2010 is een overschot vermeld van € 587.000,-, maar in 2011 is dat overschot slechts € 48.000,-, waarvan € 25.000,- wordt besteed aan het huurteam. De heer MOOJEN attendeert op het gestelde op bladzijde 281. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) repliceert dat die bladzijde dezelfde cijfers vermeldt. Mevrouw MULDER-HILLEN wijzigt amendement A09/08 als volgt: “De raad van de gemeente Hilversum, in vergadering bijeen op 11 november 2009; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders in de Begroting 2010 betreffende de verhoging van ozb niet-woningen alsmede het stuk ‘context en achtergrond’ in de begroting
bij programma 8, Economische Zaken, waarin een zorgwekkend beeld geschetst wordt van de huidige status van het lokale bedrijfsleven; overwegende: - dat de categorie niet-woningen al eerder met een extra verhoging bovenop het inflatiepercentage is belast; - dat zowel raad als college zich duidelijk heeft uitgesproken over het belang van het ondersteunen van de lokale economie, vormgegeven in de Economische Visie; - dat deze maatregel wringt met de Economische Visie en de genoemde toelichting bij programma 8 in de begroting; - dat het gehele bedrijfsleven, zowel de grote als de kleine ondernemer, van belang is om een evenwichtige economie te behouden en verder te ontwikkelen; - dat de wethouder Economie tijdens het vragenuur in de discussie van 23 september jongstleden naar aanleiding van vragen van het CDA bevestigd heeft dat het op dit moment extra verhogen van de lasten voor het bedrijfsleven een verkeerd signaal zou zijn; - dat daarnaast ook sportclubs, verenigingen, kerken, zorginstellingen en meer ook vallen binnen de categorie niet-woningen; besluit: - voor de niet-woningen de stijging van de ozb te beperken tot de inflatiecorrectie van 1,1% in plaats van 4,97%; - de Verordening ozb 2010 als volgt aan te passen: ‘artikel 5. 1. Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage bedraagt voor: A. Gebruikersbelasting 0,1098% B. Bij de eigenarenbelasting: 3. voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen 0,0766%; 4. voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,1370%.’ - de mindere opbrengst ten laste te brengen van het positieve meerjarige begrotingssaldo en het college op te dragen hiervoor compensatie te vinden in verhoging van de post efficiëntere inhuur; - de begroting c.a. op de aangewezen plaatsen hierop tekstueel aan te passen.” (amendement A09/08A van de CDA-fractie) De VOORZITTER stelt vast dat het gewijzigde amendement A09/08A onderwerp uitmaakt van de beraadslagingen. De heer VAN OTTERLOO gaat in op de thuiszorg, waarbij de raad al sinds mei 2009 praat over een mogelijke verhoging van de tarieven en het verbeteren van de kwaliteit, wat volgens hem niet erg opschoot. Wat hem trof in de bijdrage van de heer Haselager was dat die ervan overtuigd was dat het uurtarief met € 2,- of € 3,- zou moeten stijgen. Dat biedt blijkbaar ruimte om de kwaliteit van de thuiszorg te verbeteren en ook hij vraagt daarom al langer dan een jaar. Hij is benieuwd hoe ver het college is gevorderd met de onderhandelingen, welke effecten de Wet Bussemaker heeft, wat het heeft gedaan met de kwaliteitseisen uit de motie van februari 2009 die raadsbreed is aangenomen en of dat heeft geleid tot een betere kwaliteit. Verder wil hij informatie hebben over de wachtlijsten, de dagbesteding en de maatschappelijke ondersteuning die het college nog dit jaar zou regelen. Ook heeft hij geen antwoord gekregen op de vraag of indicaties door middel van huisbezoeken moeten plaatsvinden. Wat betreft het ziekenhuis zou hij ook wensen dat dat geen verkiezingsitem zou worden als hij het standpunt daarover van het CDA huldigde.
Met betrekking tot amendement A09/08A van de CDA-fractie wacht hij het standpunt van het college af. Amendement A09/09 van de ChristenUnie ondersteunt hij niet. Over motie M09/28 van de PvdA-fractie over buurtconciërges wacht hij het antwoord van het college af. Over motie M09/32 van GroenLinks over een klimaattop is hij niet enthousiast. Mevrouw ZIJLSTRA-VAN GALEN wil met betrekking tot het ziekenhuis duidelijkheid creëren voor de burger, wat de SP klaarblijkelijk niet wil. De heer VAN OTTERLOO wenst ook duidelijkheid daarover en vindt dat het ziekenhuis in Hilversum open moet blijven. De plannen van het ziekenhuis beschouwt hij als een vertrek van het ziekenhuis uit Hilversum. Mevrouw ZIJSTRA-VAN GALEN concludeert dat de heer Van Otterloo mensen in onzekerheid laat. De heer VAN OTTERLOO vermeldt dat de wethouder aangaf dat hij enkele goed lopende gesprekken met het ziekenhuis heeft gevoerd en hij vraagt waarover die zijn gegaan. De heer SMIT is in het algemeen tevreden over het beantwoorden van vragen door het college, maar betreurt het dat wethouder Landsaat niet wat steviger heeft gereageerd op opmerkingen van D66 over het welzijnsbeleid. Hij vindt dat het niet goed zichtbaar is welke de doelen er daarbij zijn, wat het onderwerp vatbaar maakt voor bezuinigingen. Hij is van mening dat de gemeente bewoners geen informatie over het ziekenhuis zou moeten geven, omdat die informatie vanuit het ziekenhuis zou moeten komen. Informatie moet volgens hem gedetailleerd zijn en die informatie kan de gemeente volgens hem niet geven. Als de gemeente toch informatie aan de bevolking geeft, kan dat zijns inziens door de moties uit te werken in een notitie, waaruit dan blijkt wat de gemeente wil met het ziekenhuis. Het amendement A09/09 ondersteunt hij niet, vanwege de kaasschaafmethode die daaruit blijkt. In plaats daarvan moeten er keuzes gemaakt worden. De door het college gewijzigde motie M09/28 van de PvdA lijkt hem een goed idee, waarbij hij een vloeiende overgang van projecten bepleit. Een klimaattop, zoals voorgesteld in motie M09/32 van GroenLinks, lijkt hem aardig, maar dat is ook een bezigheid die zo vaak plaatsvindt. Het college zou in plaats daarvan goed moeten inzetten op wat is afgesproken op het gebied van duurzaamheid. Daarom stemt hij niet met motie M09/32 in. Wat betreft amendement A09/08A is hij niet blij, omdat de gemeente grote opgaven krijgt op het gebied van financiën in de komende jaren. Hij wacht daarom de reactie van het college af. De heer VAN DAMME vraagt om een voortgangsrapportage met betrekking tot jongerenhuisvesting en het aantal in 2009 opgeleverde en in 2010 op te leveren wooneenheden voor jongeren. Wellicht is het voor de komende tijd ook een goed idee om voorlopig geen nieuwe grondexploitaties te openen en zich te concentreren op de lopende projecten. Het gebaar van het CDA vervat in amendement A09/08A vindt hij niet in het tijdsbeeld passen, omdat iedereen moet bijdragen, ook het bedrijfsleven. Mogelijk zijn er ook andere opties denkbaar en hij steunt dat amendement niet. De ChristenUnie wil nadenken over bezuinigingen in de komende tijd. Het gaat in amendement A09/09 om een signaal voor een krimpscenario wat hij een goede zet vindt. De bestemmingsreserve ‘krappe tijden’ mag wat hem betreft sociaal en duurzaam ingezet worden. Wat betreft motie M09/28 van de PvdA-fractie gaat hij akkoord met het omvormen van het project, maar niet met het stopzetten ervan. Hij constateert dat niet elk re-integratietraject leidt tot regulier werk. Een goede participatie aan de samenleving hoeft echter niet altijd tot werk te leiden. Hij spreekt zich voor motie M09/28 uit. Wat betreft motie M09/32 over de klimaattop gaat het om bevlogenheid en betrokkenheid bij inwoners en daaraan voldoet wethouder Roerig nu niet.
De heer VAN OTTERLOO stelt vast dat GroenLinks wenst dat wethouder Roerig elke dag naar Hilversum rijdt om aan een beter klimaat te werken. De heer VAN DAMME meent dat men het niet redt met het achter een laptop thuis werken aan duurzaamheid. Woningcorporaties, busmaatschappijen en particulieren kunnen aan elkaar worden gekoppeld. Mevrouw SAZIAS is blij dat het college met een voorstel komt voor het invullen van de campagne voor de millenniumgemeente en zij wil daarover meedenken. Het initiatief daarvoor kwam echter vanuit de raad. Amendement A09/08A van de CDA-fractie over het beperkt stijgen van het ozb-tarief voor niet woningen ondersteunt zij van harte en de dekking daarvoor had ook gevonden kunnen worden in het beperken van de kosten van inhuur van derden, omdat zij meent dat daarin nog ruimte genoeg zit. Wat betreft amendement A09/09 van de ChristenUnie-fractie staat zij daar in principe positief tegenover in verband met het afgeven van een signaal over de noodzakelijkheid van bezuinigingen. Definitief uitsluitsel daarover geeft zij echter nog niet, omdat zij de eventuele wijziging van de heer De Wit afwacht. Het idee van het houden van een klimaattop, zoals is voorgesteld in motie M09/32 van de Groenlinks-fractie, kan leiden tot krachtiger maatregelen en daardoor blijft het onderwerp onder de aandacht. Zij begrijpt dat het buurtconciërgeproject als re-integratiemaatregel niet werkt, maar zij vindt het project belangrijk en wil dat behouden, eventueel met de doelstelling om de cohesie in de buurt te bevorderen. De heer DE WIT ondersteunt motie M09/28 van de PvdA-fractie over buurtconciërges en motie M09/32 van de GroenLinks-fractie over een klimaattop, waarbij hij wil dat de 32 punten in het actieplan daarin een rol krijgen. Amendement A09/08A van het CDA vindt hij sympathiek, maar hij maakt bezwaar tegen de dekking ervan, zodat hij daarmee niet instemt. Wat betreft amendement A09/09 gaat het hem om het bezuinigingspercentage in plaats van het bedrag en hij wil laten nadenken over wat er met het geld gebeurt. Hij handhaaft dat amendement. De heer HASELAGER denkt daarover al na en vindt dat een efficiencykorting van 1% getuigt van niet nadenken en het afgeven van een verkeerd signaal. In plaats daarvan moeten duidelijke vragen en kaders geformuleerd worden, waarna gekozen wordt. De heer DE WIT stelt dat de besteedbare ruimte ook in beeld komt. De heer HASELAGER vindt dat duidelijk moet worden welke politieke keuzes al dan niet geld opleveren. De heer DE WIT is van oordeel dat het doorvoeren van een efficiencykorting van 1% dwingt tot extra alertheid op onnodige uitgaven. De heer HASELAGER is van mening dat die alertheid er al is. De heer RENSEN (wethouder) maakt zich zorgen over jongerenhuisvesting en wil meer woningen voor jongeren realiseren. GroenLinks stelde dat de vertraging bij de grondexploitaties met name nadelige invloed zou hebben gehad op jongerenhuisvesting, maar dat is volgens hem niet waar. De grondexploitatie van De Vorstin en de Schoolstraat laat een toename zien van jongerenwoningen. Bij de Stationstoren zijn betaalbare woningen beter toegankelijk geworden dan voorheen. Niettemin verklaart hij zich bereid om een overzicht te maken van woningen en voor welke doelgroepen die geschikt zijn, maar dat overzicht is wel arbitrair. Hij zal terughoudend zijn met het openen van een nieuwe grondexploitatie.
De heer LANDSAAT (wethouder) ziet dat met betrekking tot communicatie over gezondheidszorg heel goede gesprekken plaatsvinden over eerste-, anderhalve- en tweedelijns gezondheidszorg, waarbij de huisartsen zeer ernstig en positief betrokken zijn. Wat betreft communicatie zijn ook goede afspraken met het ziekenhuis gemaakt en het ziekenhuis realiseert zich ook dat daarbij fouten zijn gemaakt. Hij ontkent dat het ziekenhuis vertrekt uit Hilversum en het ziekenhuis zoekt nu uit hoe de aanwezigheid in de komende jaren in Hilversum kan worden gegarandeerd. Gesteld is dat er geen of nauwelijks aandacht is voor kwaliteitsontwikkeling op het gebied van de Wmo, waardoor hij zich getart voelt. Te veel wordt namelijk gesproken over de prijs van de huishoudelijke hulp. Daarvoor is een contract gesloten met zes leveranciers. Daarop is zoveel aandacht gevestigd dat dat aspect veel tijd vergt. Op dit moment is het college in zeer goed gesprek met thuiszorginstellingen en binnen twee tot drie weken kondigt hij een voorstel aan, dat de gemeente veel geld zal kosten en de gemeente zal beperken in alternatieve aanwendingen op het gebied van de Wmo. Hij raadt aan nu te stoppen met te discussiëren over geld. Daarnaast vinden er gesprekken plaats over wachtlijsten, ondersteunende en activerende begeleiding, huisbezoeken, indicatiestelling, sociale netwerken en ondersteuning in de wijken en opvang en advies. Bij maatschappelijke opvang gaat het niet alleen om De Cocon, maar ook om het introduceren van nieuwe producten die preventief werken in de Wmo en de gezondheidszorg. Wat betreft mantelzorg blijft de gemeente voorstander van het verbeteren van de kwaliteit van het ondersteunen van mantelzorg. Er gebeurt dus heel veel op het gebied van de Wmo en daaraan wil hij ook ruimte bieden. De heer VAN OTTERLOO zegt dat de wethouder het probleem niet beter had kunnen schetsen. De wethouder praat namelijk over heel veel zaken en dat hoort hij al vier jaar, maar hij ziet daarvan geen resultaten. Hij vraagt hoe de wethouder het gevoel kan geven dat die resultaten er binnenkort wel zullen zijn. De heer JAEGER erkent dat het uiteindelijk om de resultaten gaat en wil weten welke resultaten het college beoogt. De heer LANDSAAT (wethouder) kondigt resultaten in een notitie aan die aanstaande zijn. De heer VAN OTTERLOO wil weten wat de inzet van het college is. De heer HASELAGER verwijst naar de door de raad aangenomen motie naar aanleiding waarvan de wethouder handelt. De heer LANDSAAT (wethouder) zegt op korte termijn een overzicht van activiteiten en resultaten toe met bedragen daarin. Het zal een wat meer fundamentele uitwerking van het programma zijn. Mevrouw ZIJLSTRA-VAN GALEN vraagt op welke termijn het ziekenhuis of het college de stand van zaken aan de burgers zal communiceren. De heer LANDSAAT (wethouder) antwoordt dat communicatie een van de actiepunten zal zijn. Het ziekenhuis heeft inmiddels een krant uitgebracht om inwoners te informeren. In welke vorm het college de burgers zal benaderen weet hij nog niet, maar wel zal hij aandacht geven aan het bereiken van alle inwoners. De heer VAN OTTERLOO gaat er vanuit dat in de communicatie ook zal worden aangegeven dat de spoedeisende hulpafdeling gesloten zal worden, bevallen in het ziekenhuis in Hilversum niet meer mogelijk zal zijn, overnachten in het ziekenhuis van Hilversum niet meer zal kunnen en dat er geen huisartsenpost en apotheek meer zullen zijn. De heer LANDSAAT (wethouder) veronderstelt dat bij de communicatie de juiste informatie zal worden verstrekt.
Wat betreft grip op welzijn wijst hij op de taakstellende bezuiniging van € 300.000,-, welk bedrag gezocht moet worden in effectiviteit, prioritering en efficiency. Efficiency is nodig bij instellingen op het gebied van welzijn en sport. Effectiviteit is van belang bij prestaties en het maken van afwegingen. Ook moeten prioriteiten aangegeven worden, gezien het feit dat de gemeente moet omgaan met beperkte middelen. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) stelt vast dat de PvdA met het aanpassen van motie M09/28 akkoord gaat als er een overgang komt van het ene naar het andere project. Dat zegt zij toe, zodat er geen mensen tussen wal en schip zullen vallen. Motie M09/28 van de PvdA-fractie over buurtconciërges neemt zij over. De heer HASELAGER trekt motie M09/28 in. Motie M09/28 maakt, ingetrokken zijnde, geen onderwerp meer uit van de beraadslagingen. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) gaat in op amendement A09/08A van de CDA-fractie en vermeldt dat het college tot de ozb-tariefwijziging voor niet-woningen wijziging is gekomen, omdat het tarief 34% lager is dan in vergelijkbare steden als Almere en Amersfoort. Door het voorstel van het college zal het verschil 32% worden. Mevrouw MULDER-HILLEN wil een signaal afgeven en wijst erop dat het bedrijfsleven het ook lastig heeft. Daarom wil zij het ozb-tarief voor niet-woningen niet extra verhogen. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) geeft slechts de overwegingen van het college aan en stelt dat iedereen zijn of haar steentje moet bijdragen aan het aanhalen van de broekriem. Mevrouw SAZIAS vindt een stijging van bijna 5% te veel, waarbij een vergelijking met andere steden er volgens haar niet toe doet. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) herhaalt dat iedereen een steentje moet bijdragen aan het aanhalen van de broekriem. De heer HASELAGER wijst erop dat het CDA voor dekking heeft gezorgd. De heer MOOJEN blijft tegen amendement A09/08A omdat met die dekking de opbrengst van een potentiële bezuiniging wordt weggenomen. Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) constateert dat het CDA een extra taakstelling oplegt met betrekking tot de inhuur van derden. Het college heeft daarover echter een afgewogen voorstel voorgelegd en het verhogen van de taakstelling met € 250.000,- vindt zij onuitvoerbaar, zodat dus van een dekking van amendement A09/08A geen sprake is. De heer JAEGER vraagt aandacht voor de solidariteitgedachte en spreekt zich in verband daarmee tegen amendement A09/09A uit. De heer HASELAGER bevreemdt die redenering en stelt dat D66 de eerste lastenverhoging neerlegt bij kleine ondernemers. De heer JAEGER repliceert dat de opvatting van de heer Haselager een extra lastenverzwaring straks noodzakelijk maakt. De heer VAN OTTERLOO meent dat men niet voor amendement A09/09A kan stemmen als de dekking onuitvoerbaar is. Mevrouw MULDER-HILLEN vindt dat een keuze en wil een signaal afgeven.
Mevrouw WALTERS-VOS (wethouder) gaat in op motie M09/32 van GroenLinks over een klimaattop en wijst erop dat er al een duurzaamheidsprogramma en communicatietraject is, waaraan een klimaattop haars inziens niets wezenlijks toevoegt. Het verzoek van de DLPH om bij de startnotitie van het millenniumgemeenteproject ook ruimte voor inbreng van de raad te houden heeft zij ambtelijk doorgegeven. Het college maakt inzichtelijk wat de verplichte vaste lasten zijn. Heel veel taken gaan over medebewind, maar het is niet precies duidelijk welk bedrag daaraan uitgegeven moet worden. Zij zegt inzicht toe, maar dat is geen objectief oordeel. Het overzicht zal voor 1 februari 2010 klaar zijn en zal naar alle raadsleden toegezonden worden. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Legesverordening 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening havengeld 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening parkeerbelastingen 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening precariobelastingen 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening afvalstoffenheffing 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening grafrechten 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening hondenbelasting 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening rioolheffing 2010 besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt het amendement A09/08A van de CDA-fractie verworpen, onder aantekening dat de fracties van het CDA, de DLPH en de PvdA geacht wensen te worden te hebben voorgestemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Verordening onroerende zaakbelastingen 2010 besloten, onder aantekening dat de DLPH-fractie geacht wenst te worden daartegen te hebben gestemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt het amendement A09/09 van de ChristenUniefractie verworpen, onder aantekening dat de fracties van het SP, het CDA, de PvdA en de D66 geacht wensen te worden daartegen te hebben gestemd. De heer VAN OTTERLOO deelt mee dat zijn fractie in meerderheid voor motie M09/32 is, zodat de gehele SP-fractie zich daarvoor uitspreekt. Mevrouw ZIJLSTRA-VAN GALEN vindt motie M09/32 sympathiek, maar erkent dat alleen praten niet veel zoden aan de dijk zet, zodat zij die niet steunt. De heren HASELAGER en DE WIT spreken zich voor motie M09/32 uit.
Zonder hoofdelijke stemming wordt motie M09/32 van de GroenLinks-fractie aangenomen, onder aantekening dat de fracties van het CDA, D66 en de VVD geacht wensen te worden daartegen te hebben gestemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders bij de Programmabegroting en Productenramingen 2010 besloten, onder aantekening dat de fracties van de SP, het CDA, de PvdA en de SP geacht wensen te worden te hebben voorgestemd. De VOORZITTER sluit de vergadering om 21.15 uur. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 16 decmber 2009, De griffier,
de voorzitter,
Dhr. K.E. Driehuijs
Dhr. E.C. Bakker