gemeente Eindhoven
Beleidsplan met meerjarenbegroting zoom-zoog
Investeringsplan
Concernstaf Afdeling Financieel Economisch Beleid oktober 2001
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Colofon Uitgave gemeente Eindhoven Concernstaf/Financieel Economisch Beleid Datum oktober 2001
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Inhoudsopgave Beleidsplan 2002-2005 1 Inleiding 2 Beleidswijzigingen
15
3 Dekkingsplan en overige informatie 49
4 Investeringsplan
71
5 Meerjarenbegroting
87
Bijlage Van gulden naar euro: richtlijnen voor de afronding
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Hoofdstuk r
Inleiding
1.1 Algemeen Dit concept-Beleidsplan is opgesteld overeenkomstig de uitgangspunten, randvoorwaarden en richtlijnen, door de raad op 18 april 2001 vastgesteld in de Voorjaarsnota 2002-2005. In dit concept-Beleidsplan zijn de consequenties van de Voorjaarsnota 2002-2005 voor de Meerjarenbegroting verwerkt. Voorts is in onderhavig concept-Beleidsplan gelntegreerd het onderdeel Investeringsplan opgenomen. De hierin opgenomen (vervangings)investeringen geven een onderbouwing van de bijgestelde meerjarenbegroting in de planperiode en hebben derhalve een nauwe relatie met het Beleidsplan. In de Voorjaarsnota 2002-2005 is geconstateerd dat er op basis van de financiele positie geen ruimte was voor nieuw beleid. Anderzijds is geconstateerd dat er over vrijwel de gehele linie (alle portefeuilles) sprake was van een aantal ontwikkelingen/knelpunten die alle, meer of minder urgent om inzet van nieuw geld vroegen. De uitgangspositie (een sluitende meerjarenbegroting in combinatie met de geschetste financiele positie) heeft ertoe geleid dat alleen de bestuurlijk meest urgente onderwerpen worden gehonoreerd. Daarbij is nadrukkelijk ook bezien welke dekkingsmogelijkheden voorhanden zijn. Dit jaar is de indeling van het Beleidsplan ingrijpend veranderd. In hoofdstuk twee zijn alle begrotingsconsequenties per subfunctie verantwoord. Dit houdt in dat zowel het nieuw beleid, de budgettaire gevolgen van het voorgenomen beleid als de ombuigingen zijn verwerkt. Deze onderdelen komen overeen met de vroegere B1 tot en met B4. Reden voor deze verandering is dat de nieuwe opstelling overzichtelijker is, wat de leesbaarheid bevordert. Hoofdstuk drie van het Beleidsplan geeft het aanvullend dekkingsplan en overige informatie. Dit onderdeel komt overeen met de vroegere B5. De budgettaire consequenties zijn verwerkt in tabellen, die bestaan uit de volgende onderdelen:
Nieuweindeling
Indeling Beleidsplan oude stijl
Hoofdstuk 2: beleidswijzigingen
1. nieuw beleid
B1
2. Budgettaire gevolgen voorgenomen beleid
B2
3. Ombuigingen
B3 en B4
I-loofdstuk 3: dekkingsplan en overige informatie
B5
Het voorliggende Beleidsplan geeft voor de jaren 2002 t/m 2005 een financieel beeld waarin de invulling van nieuw beleid, alsmede enkele dekkingsmaatregelen conform de Voorjaarsnota 2002-2005 en de effecten van de septembercirculaire zijn verwerkt. Op basis hiervan is er in de planperiode over het geheel genomen sprake van een sluitende begroting. Voor de jaren na 2002 zijn de financiele uitkomsten nog globaal van karakter. Hieronder wordt een samenvatting gegeven van de belangrijkste onderdelen van het Beleids plan 2002-2005.
1.2 Samenvatting Zoals reeds kort is aangegeven geeft hoofdstuk twee de financiele consequenties ten aanzien van zowel het nieuw beleid, het voorgenomen beleid en de ombuigingen weer. In de Voorjaarsnota 2002-2005 zijn voor incidentele en structurele knelpunten totaalbedragen toegewezen. Omdat tijdens het schrijven van dit concept Beleidsplan nog geen bestuurlijke beslissing is genomen ten aanzien van de verdere invulling van de toegewezen bedragen, zijn in hoofdstuk twee voor de structurele knelpunten stelposten opgenomen (zie hiervoor subfunctie 6.922.1: Diverse stelposten).De incidentele knelpunten zijn opgenomen bij het onderdeel Saldireserve specifiek van het dekkingsplan (hoofdstuk 3). Het saldo van nieuw beleid, voorgenomen beleid en ombuigingen bedraagt in 2002 < 9.555.000 (f 21.052.000). Hiervoor wordt dekking gevonden in het dekkingsplan (hoofdstuk 3).
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Hoofdstuk 3 (dekkingsplan en de overige informatie) is opgebouwd uit de volgende onderdelen: Algemene Uitkering De Algemene Uitkering is berekend aan de hand van de mei-circulaire 2001, aangevuld met informatie uit de septembercirculaire. In deze circulaires zijn de laatste ontwikkelingen (o.a. accres) meegenomen. In de meerjarenraming zijn de gevolgen van de herwaardering OZB voor de Algemene Uitkering meegenomen. De raming van de Algemene Uitkering is verder aangepast aan de hand van eigen inschattingen omtrent de toekomstige ontwikkelingen.
Onroerende zaakbelasting De onroerende zaakbelasting is tevens een belangrijk dekkingsmiddel voor de gemeente. Het tarief voor de eigenarenbelasting voor woningen is vastgesteld op g 2,36 (f 5,19) en voor niet woningen op g 3,79 (f 8,35). Weliswaar is er naar aanleiding van de waardering per peildatum 01-01-1999 sprake van een forse stijging van de waarde voor de woningen en in mindere mate voor de niet woningen maar dit za I geen directe gevolgen hebben voor de opbrengst van de onroerende zaakbelastingen. Dit omdat er een compensatie heeft plaatsgevonden door aanpassing van de tarieven. Voor het jaar 2002 is een bedrag van < 39.958.000 (f 88.055.000) beg root.
Reserves en voorzieningen In het onderdeel reserves en voorzieningen komen de Saldireserve, Saldireserve specifiek, de reserve Specifieke Infrastructurele Werken en de beschikking over rente reserves en voorzieningen aan de orde. De reserve Specifieke Infrastructurele Werken kent per 1 januari 2001 een stand van E 84,6 miljoen (f 186,4 miljoen). Na aftrek van de verplichtingen is in 2002 < 76,8 miljoen (f 169,2 miljoen) besteedbaar. Inmiddels zijn ten aanzien van de mogelijke besteding van middelen reeds prioriteiten gesteld. De stand van het Eigen Kapitaal bedraagt per 01-01-2002 < 68,1 miljoen (f 150,2 miljoen). Hierin is dan naast de basis van het Eigen Kapitaal van < 11,3 miljoen (f 25 miljoen) een bedrag begrepen van < 56 8 miljoen (f 125 2 miljoen) dat
voortgekomen is uit diverse ombuigingen en overboekingen. Ten opzichte van het Beleidsplan 2001-2004 zijn de volgende mutaties verwerkt : voeding heeft plaatsgevonden door met name de verkoop aandelen Bouwfonds. Met de genoemde stand wordt ruimschoots voldaan aan de norm die Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant voor Eindhoven hanteren, te weten < 15 miljoen (f 33 miljoen). De rente van het (overig) eigen kapitaal bedraagt < 56,8 miljoen (f 125,5 miljoen) x 69b = < 3.408.000. Hiervan wordt < 520.000 (f 1.147.000) toegevoegd aan het Eigen kapitaal, ter voorkoming van een exploitatietekort door de verkoop van de aandelen Bouwfonds. Resteert + 2.888.000 (f 6.365.000) renteopbrengst ten gunste van de exploitatie. Met betrekking tot de Saldireserve kan worden opgemerkt dat de berekende stand hiervan, rekening houdend met een storting vanuit het rekeningresultaat van < 2,8 miljoen (f 6 miljoen), ongeveer < 3,7 miljoen (f 8,1miljoen) bedraagt. Dit bedrag is in principe beschikbaar voor het opvangen van tegenvallers casu quo tussentijdse wijzigingen van beleid.
prijsstijgingen De algemene prijsstijging voor de uitgaven-index is 2,5%o. In de begroting is bij de berekening van de personeelslasten 2002 op de diverse subfuncties rekening gehouden met 7,15%> stijging ten opzichte van het salarispeil januari 2001 (realisatie-effect 2001 en ingeschat effect 2002). Met betrekking tot tarieven (inkomsten-index) is een inhaalslag gemaakt. Dit leidt tot een stijging van 69b in 2002. Uitzondering op deze stijging is het tarief voor afvalstoffenheffing en reinigingsrechten (kostendekkende tarieven). Deze tarieven zijn gestegen met 2,496. De tarieven bouwleges worden bij de begrotingsopstelling dusdanig bepaald dat er eveneens sprake is van volledige kostendekking. Hoofdstuk drie geeft tevens informatie over de uitgaven- en inkomstenstelposten per vakdienst. Het laatste onderdeel van hoofdstuk drie betreft de aanvullende dekkingsmiddelen. Hier wordt aangegeven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
welke maatregelen getroffen worden om te komen tot een sluitende begroting. Hoofdstuk 4 betreft het Investeringsplan 2002-2005. Bij de gemeente worden tal van investeringen gedaan, Van investeringen in activa met een levensduur van meer dan 3 jaar worden de kapitaallasten opgenomen in de meerjarenramingen van het Beleidsplan. Het investeringsplan geeft een overzicht van de geplande investeringen in de planperiode en de belangrijkste inversteringen in de jaren daarna. Enkele belangrijke investeringen zijn de investeringen in automatisering en huisvesting en het jaarlijks algemene investeringsvolume (dienst SOB). De berekening van de rente en afschrijving van de investeringen vindt plaats op de binnen de gemeente Eindhoven gebruikelijke manier. Voor rente is uitgegaan van 6 9o in 2002 (omslagrente). Voor saldi in rekening-courant en voor kortgeld-financiering is voor 2002 uitgegaan van 4 9o. hoofdstuk 5 (meerjarenrarning) geeft de lasten en baten per subfunctie aan.
In het onderhavige Beleidsplan zijn nieuwe activiteiten/actualisering van activiteiten opgenomen. Activiteiten die eerst in 2003 aanvangen komen automatisch opnieuw ter discussie bij de Voorjaarsnota en Beleidsplan 2003-2006. Activiteiten die echter reeds voor 2002 zijn gepland kunnen na vaststelling van de Begroting 2002 in uitvoering worden genomen, tenzij afzonderlijke besluitvorming door de raad noodzakelijk is. Hierbij wordt met name gedoeld op de invulling van de diverse stelposten/volumeposten en onttrekkingen uit de reserve Specifieke Infrastructurele Werken.
1.3 Begrotingsbeeld 2002 1 De middelen van de gemeente en de wijze van besteding ervan naar zorggebied (voorafgaand aan de verwerking van de aanvullende dekkingsmiddelen) Saldo inkomsten x 1000 euro Uitgaven 35.531 5.571 41.102
0 Algemeen bestuur 1 Openbare orde en veiligheid 2 Verkeer vervoer waterstaat 3 Economischezaken 4 Onderwijs 5 Cultuur en recreatie 6 Soc.voorz. en maatsch. Dienstverlening 7 Volksgezondheid 8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 9 Financiering en alg. dekkingsmiddelen Totaal
x 1000 gulden 0 Algemeen bestuur 1 Openbare orde en veiligheid 2 Verkeer vervoer waterstaat 3 Economische zaken 4 Onderwijs 5 Cultuur en recreatie 6 Soc.voorz. en maatsch. Dienstverlening 7 Volksgezondheid 8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 9 Financiering en alg. dekkingsmiddelen Totaal
15.800 33.656 5.847 50.432 60.732 181.596 87.350 28.863 15.766
4.031
10.924 15.746 30.587 13.464 115.048 77.961 23.278 224.532
521. 142
521. 142
Uitgaven 90.576 34.818 74.167 12.886 111.137 133.835 400.186 192.493 63.605 34.743
inkomsten
1. 148.446
1. 148.446
12.277 8.883 24.073 34.700 67.404 29.671 253.533 171.803 51.299 494.803
11.769 22.732 -9.899 19.845 47.268 66.548 9.389 5.584 -208.766
saldo 78.299 25.935 50.094 -21.814 43.733 104.1 64
146.653 20.690 12.306 -460.060
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
concernbegroting 2002 uitgaven Financiering en alg. dekkingsmidd. 3%
Openbare orde en
Algemeen bestuur 8%
3% /
Ruimtelijke ordening en volkshuisv. 6%
Verkeer vervoer aterstaat 6%
Volksgezondheid
ische zaken
17%
1%
nderwijs 10%
Soc.voorz. en maatsch. die nstverl.
Cultuur en recreatie 12%
34%
concernbegroting 2002 inkomsten OPenbare orde en Verkeer vervoer
Algemeen bestuur veiligheid waterstaat / Financieri dekking 43
n recreatie 3%
ttqprz. en maatsch. die nstverl.
22% Rui
4%
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
2 De middelen van de gemeente en de wijze van besteding ervan verdeeld naar categorieen x 1000 euro 98.939 107.948 191.032
uitgaven a Personeelslasten b Kapitaallasten c Subsidies en overdrachten d Overig
1 23.224 521, 142
Totaal
inkomsten e Algemene uitkering gemeentefonds f Overige rijksbijdragen g Belastingen en heffingen h Overig
x 1000 eur o 168.110 138.719 93.874 120.439 521. 142
Totaal
x 1000 gulden 21 8.032
237.885 420.980 271.549 1. 148.446
x 1000 gulden 370.466 305.697 206.870 265.41 3 1. 148.446
concernbegroting 2002 uitgaven Personeelslasten Overig 38%
18o/
itaallasten 21%
concernbegroting 2002 inkomsten Overig
Algemene uitkering gemeentefonds
32%
Belastingen en heffingen 18% Overige rijksbijdragen 27%
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
3 Investeringen/financiering x 1000 euro
x 1000 gulden
Materiele en immateriele vaste activa Financiele vaste activa Vorderingen, liquide middelen en overlopende activa
242.705 550.075 228.082
1.21 2.205
Eigen kapitaal, reserves en voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden en overlopende passiva
435.915 465.127 119.819
960.631 1.025.005 264.047
Ba lans 31-12-2000
534.851
502.627
balans 31-12-2000 activa Materiele en immateriele vaste activa 18%
Vorderingen, liquide middelen en ’ overlopende activa 22%
Financiele vaste activa 54%
balans 31-12-2000 passiva Eigen kapitaal,
Kortlopende schulden en overlopende passiva
Ir Br Ivr o r II
voorzieningen 43%
12%
Langlopende schulden 45%
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
1.4 Recapitulatie Beleidsplan 2002-2005 Bedragen x 1.000
2002
2003
2005
2004
Saldi ongewijzigd beleid per vakdienst
Gemeente Brandweer
9.970 21.971
Dienst Alg. en Publiekszaken
Dienst Maatschappelijke Ontw. Dienst Werk, Zorg en Inkomen
Concernstaf
10.044 22.133
10.105 22.268 10.162 22.393
5.240 11.548
5.195 11.449 5.231 11.528
-1.588 -3.500
-2.629 -5.793
-3.176 -6.998 -3.569 -7.866
78.501 172.994
78.905 173.883
79.019 174.134 79.220 174.578
42.748 94.205
42.187 92.969
43.047 94.864 42.975 94.704
Gemeentelijke Gezondheidsdienst 5.201 11.461
-170.340 -375.381 -170.764 -376.314 -170.895 -376.603 -171.103 -377.062
Dienst Stedelijke Ontw. en Beheer 39.505 87.057
39.614 87.298
39.899 87.925 40.128 88.431
Van Abbemuseum
3.107 6.846
3.127 6.890
3.114 6.863 3.150 6.941
Totaal ongewijzigd beleid
7.104 15.653
5.724 12.614
6.308 13.902 6.194 13.647
Nieuwe activiteiten 2002-2005
2.134 4.700
2.496 5.500
2.496 5.500 2.496 5.500
Actualisering activiteiten
1.143 2.519
2.579 5.683
2.921 6.437 3.193 7.036
-760 -1.675
-828 -1.825
-1.917 -4.225 -1.917 -4.225
Ombuigingen 2002-2005
Actualisering ombuigingen
4.247 9.358
3.500 7.712 3.772 8.311
Totaal wijzigingen
2.517 5.544
Tekort
9.621 21.197
9.971 21.972
9.808 21.614 9.966 21.958
Aanvullende maatr.ldekkingsplan -9.621 -21.197
-9.921 -21.864
-9.954 -21.936 -9.985 -22.005
Begrotingsresultaat 2002-2005: Nadelig Voordelig
50 108 -146
-322
-19
-47
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Beleidsplan 2002-2005 wijzigingen per hoofdfunctie Pers.
Budgettaire consequenties (x 1.000,ÃćâĆňâĂİ ) in:
2003 2004
f. 6 f.
2002 f.
form.
2005 f.
6.0 Algemeen bestuur Nieuwe activiteiten 2002-2005
Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.0
116 255
655 1.444 640 1.410 628 1.384
116 255
655 1.444 640 1.410 628 1.384
00
0000 00
0,0
6.1 Openbare orde en veiligheid
Nieuwe activiteiten 2002-2005
Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.1
0,0
6.2 Verkeer, vervoer en waterstaat Nieuwe activiteiten 2002-2005
Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.2
467 1.030
785 1.730 876 1.930
967 2.130
-454 -1.000
-454 -1.000 -454 -1.000
-454 -1.000
13 30 331 730 422 930 513 1. 130
0,0
0000 00
0,0
6.3 Economische zaken
Nieuwe activiteiten 2002-2005
Actualisering activiteiten Ombuig ingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.3 6.4 Onderwijs Nieuwe activiteiten 2002-2005
Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.4
00 00
29 64 173 382 173 382
00
29 64 173 382 173 382
0,0
6.5 Cultuur en recreatie
Nieuwe activiteiten 2002-2005
Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.5
712 1.569 712 1.569
586 1.292
712 1.569
00
136 300
136 300 0 0
722 1.592
848 1.869 712 1.569 712 1.569 12
0,0
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Beleidsplan 2002-2005 wijzigingen per hoofdfunctie Pers.
Budgettaire consequenties (x 1.000,ÃćâĆňâĂİ ) in:
Totaal wijzigingen 6.6
f.
f.
f.
127 280 102 225
250 550
250 550
-261 -575
-851 -1.875
-851 -1.875
-5,8
-261 -575
229 505 -601 -1.325 -601 -1.325
-5,8
00 00
00 00
0,0
00 00
00 00
0,0
f.
6.6 Sociale voorzieningen en maatsch. dienstverlening Nieuwe activiteiten 2002-2005 Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen
form.
2005
2004
2003
2002
00
6.7 Volksgezondheid Nieuwe activiteiten 2002-2005 Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.7
6.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Nieuwe activiteiten 2002-2005 Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.8
6.9 Financiering en algemene dekkingsmiddelen Nieuwe activiteiten 2002-2005
2.134 4.700 2.496 5.500 2.496 5.500 2.496 5.500
Actualisering activiteiten Ombuigingen 2002-2005 Actualisering ombuigingen Totaal wijzigingen 6.9
1. 926 4.242 2. 153 4.746 2. 153 4.746 2.346 5. 171
0,0
Totaal generaal wijzigingen 2.516 5.544 4.245 9.358 3.499 7.712 3.771 8.311
-5,8
- = voordelig
-26 -58
270 596 270 596
463 1.021
-182 -400
-613 -1.350 -613 -1.350
-613 -1.350
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Hoofdstuk z Beleidswijzigingen 50100 Personeelslasten Dekkin verminderin ersoneel naar hoofdfunctie 6 WZI Binnen de totale productrange van de dienst WZI zoals deze is opgenomen in de productbegroting kennen we zogenaamde groei- en krimpproducten. Voorbeelden van groeiproducten zijn de producten in het kader van minimabeleid en WVG. Voorbeeld van een krimpproduct is Abw-levensonderhoud. In de maanden november en december 1999 en januari 2000 is binnen de dienst een arbeidskundig onderzoek uitgevoerd naar normtijden. De uitkomsten van dit onderzoek zijn inmiddels geanalyseerd. Hierover is een raadsvoorstel aangereikt, waarin de uitkomsten van het normtijdenonderzoek enerzijds en anderzijds de gevolgen van het dalende clientenaantal en de groei van andere productvragen voor de capaciteit zijn doorgerekend. In het raadsvoorstel is de veronderstelling bevestigd, dat in 2002 en volgende jaren als gevolg van het voornoemde structureel E 261.000 (f 575.000) minder aan personeelscapaciteit nodig zal zijn.
50100 (naar hoofdfunctie 6) Omschrijving
Personeel Vak-
2002
2003
2004
2005 Formatie
dienst Plan-
periode 3.1 Nieuwe ombuigingen 3.2 Eerder vastgestelde ombuigingen Dekking vermindering personeel (naar hoofdfunctie 6)
Totaal
WZI
01-04
-6 261.000 -f 575.000
-E 261.000 - f s7S.OOO
-f 575.000
-e 261.000
-6261.000
< 261.000
- f 575.000
-f 575.000
-f575.000
-< 261.000
-E 261.000 -f 575.000
-5,8
% 261.000 -f 575.000
-5,8
6.002.4 Stadsdeelkantoren Stadsdeelkantoren APZ De stadsdeelkantoren zijn een middel om het stadsdeelgerichte werken vorm te geven. Stadsdeelgericht werken betekent een directere vraag- en klantgerichte werkwijze van de gemeente. Dit in de eigen omgeving, mede op basis van de in het stadsdeel Tongelre opgedane ervaringen. Door dichterbij de burger te opereren werkt de gemeente aan verbetering van de dienstverlening en de beleidsvorming en beleidsuitvoering. Dit krijgt gestalte door een actieve rol te spelen in netwerken van bewoners, instellingen en bedrijven op buurt-, wijk- en stadsdeelniveau (netwerkfunctie), de samenwerking tussen de verschillende partijen te stimuleren bij de voorbereiding en uitvoering van programma’s en projecten (interactieve beleidsfunctie), door gemeentelijke diensten en producten dichterbij huis aan te bieden (publieksfunctie) en door op basis van maatwerk het dagelijks beheer en onderhoud van de openbare ruimte in het stadsdeel aan te bieden (uitvoeringsfunctie). Het wijkkantoor Tongelre is in oktober 1997 als pilot van start gegaan. Belangrijk uitgangspunt bij de opzet van het wijkkantoor Tongelre was de overstap van aanbodgericht naar klantgericht werken. Tongelre heeft per 1 april 2000 een doorstart gemaakt als stadsdeelkantoor. Een tweede kantoor Woensel-Zuid is oktober 2000 op locatie geopend. Strijp opende in april 2001 terwijl Gestel spoedig volgde. De overige 2 (Woensel-
Gemeente Eindhoven
15
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Noord en Stratum) zullen eveneens in 2001 worden geopend. Overigens zijn alle stadsdeelteams reeds
stadsdeelgericht operationeel vanaf 1 april 2000.
Uitgangspunt voor de invoering van stadsdeelkantoren is dat de operatie zoveel mogelijk binnen de bestaande middelen (personeel, geld) wordt opgevangen. Desondanks zijn op basis van 6 stadsdeelkantoren op locatie binnen de sector SDK bij een formatie van 90,5 fte extra middelen nodig, met name voor ICT en huisvesting. Bedoelde middelen zijn beschikbaar gesteld in de meerjarenramingen 2000-2003 (E 1,1 (f 2,5) miljoen) en 2001- 2004 (structureel (6 431.000 (f 950.000)). Vanaf 2003 dienen zodanige inverdieneffecten op te treden, dat geen aanvullende bijdrage meer noodzakelijk is.
Stadsdeelkantoren 2002 Vakdienst
2005 Formatie
2003
2004
E 431.0000 f 950.000
E 431.000 f 950.000
E 431.000 f 950.000
00
-E 431.000 -f 950.000
Plan-
periode
APZ
01-04
ALLE
01-04
-6 431.000 -< 431.000
-f 950.000 -f 950.000
6.003.0 Burgerzaken Le eso bren st Bur erzaken APZ In de loop van 2001 heeft zich een aantal ontwikkelingen in de taakstelling voortgedaan, welke doorwerken in de planperiode 2002-2005 te weten: de inwerkingtreding van de wet openstelling huwelijk; de openstelling van het Vreemdelingenloket; het opstarten van het project "Geboorte aangifte in het Catharinaziekenhuis". De legesopbrengsten en afdrachten worden in sterke mate beinvloed door de fluctuaties in de aantallen af te geven reispapieren en rijbewijzen. Aangezien de tarieven van de producten gebaseerd zijn op een gemiddeld aantal af te leveren producten over een periode van 10 jaar, ontstaat er elk jaar een voordelig dan wel nadelig saldo. Onderstaand overzicht geeft de verwachte aantallen van de producten reispapieren en rijbewijzen, alsmede de opbrengsten van het totale productenpakket van Burgerzaken. Aantallen 2001
2002 2003 2004 2005
Reispapieren 32.600 38.600 32.100 33.600 33.900
Leges (bedrag " 1.000) Rijbewijzen Opbrengst Afdracht < 2.328 6 717 24.400 6 2.314 < 819 12.400 < 2.108 6 721 11.400 < 2.135 E 732 11.400 6 2.132 6 718 12.400
Netto in< 4 1.611
6 1.495 < 1.387
< 1.402
4 1.414
Netto in gulden f 3.550 f 3.295 f 3.056 f 3.090 f 3.116
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.003.0
Burg erza ken
Omschrijving
Vak-
2004
2002
2003
C 116.000 f 255.000 6 116.000 f 255.000
E 224.000 f 494.000
< 209.000
< 224.000 f 494.000
E’209.000 f 460.000
dienst
2005 Formatie
Plan-
periode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Legesopbrengst burgerzaken
APZ
02-05
Totaal
f 460.000
E 197.000 f 434.000 6 197.000 f 434.000
6.120.1 Repressie Non-activiteitsre elin brandweer ersoneel NAR BRW In de Algemene Rechtspositie Verordening is bepaald, dat personeel in dienst van de brandweer en werkzaam in de uitrukdienst in de rang van brandwacht tot en met brandmeester, bij het bereiken van de leeftijd van 55 jaar van een non-activiteitregeling gebruik kunnen maken. Deze regeling loopt door tot aan het moment dat de betreffende medewerkers van de VUT-regeling gebruik kunnen maken. Door het invoeren van de FPU-regeling per 1 april 1997 is de VUT komen te vervallen. In 1998 is hierdoor onderzocht of de NAR-regeling niet vervangen moest worden door de FPU-regeling met aanvulling. Besloten is de huidige regeling vooralsnog te handhaven tot het jaar 2001. Momenteel vindt er een landelijke evaluatie plaats met betrekking tot de NAR-regeling. In samenwerking met het college Arbeidszaken, VNG, ABP en ministerie van Sozawe wordt bekeken of een NAR-regeling moet worden gehandhaafd. Aan het eind van 2001 wordt een Beleidsnota verwacht over de toekomst van de ouderenzorg van Brandweerpersoneel.
6.120.3 Deelneming in Regionale Brandweer Op basis van de op 18 maart 1999 door het Algemeen Bestuur van de Regionale Brandweer goedgekeurde kadernota 2000 wordt rekening gehouden met een stijging van het prijsniveau van de personele en materiele kosten. De bijdrage per inwoner stijgt van < 1,94 (f 4,28) naar < 2,00 (f 4,40). De bijdrage per wooneenheid stijgt van E 4,87 (f 10,73) naar E 4,99 (f 11,-). Daarmee komt het totaalbedrag voor Eindhoven op < 853.000 (f 1.880.000).
6.210.0 Wegen, straten en pleinen, algemeen Investerin svolume tot en met 2004 SOB Op basis van het Beleidsplan 2001-2004 was er een investeringsvolume beschikbaar van < 28,4 miljoen (f 62,5 miljoen) voor de jaren 1999 tot en met 2003 inclusief E 5,5 miljoen (f 12 miljoen) extra investeringsvolume uit de Reserve Specifieke Infrastructurele Werken. In 2000 is hier ongeveer E 13,5 miljoen (f 29,8 miljoen) op uitgegeven, terwijl er < 10,2 miljoen (f 22,4 miljoen) aan inkomsten werd geboekt. Deze totale investeringen inclusief 2004 ad E 28,7 miljoen (f 63,1 miljoen) zijn als volgt over de jaren verdeeld:
f
2001
2002 2003
16,1 35,3 5,4 1 1,8
3,6 8,0 3,663,1 8,0 Totaal 28,7
De lasten van deze investeringen zijn verwerkt in de meerjarenbegroting. Gemeente Eindhoven
17
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Investerin svolume 2005 SOB In eerdere Beleidsplannen is jaarlijks een investeringsvolume beschikbaar gesteld van < 3,6 miljoen (f 8 miljoen). Daarbij is aangegeven dat zo mogelijk ook voor volgende jaren investeringsvolumes beschikbaar zouden worden gesteld. Analoog aan vorige jaren is besloten voor 2005 wederom een bedrag van 6 3,6 miljoen (f 8 miljoen) beschikbaar te stellen.
Wegen, straten en pleinen, algemeen
Vakdienst 2002 2003
2004
2005 Formatie
Plan periode
SOB
01-04
< 45.000 < 136.000 C 227.000
6 318.000
f 100.000 f 300.000 f 500.000 f 700.000 e 45.000 6 136.000 6 227.000 <318.000 (1 00.000 f 300.000 f 500.000 f700.000
6.210.1 Wegen, straten, pleinen, onderhoud Als gevolg van het toegenomen areaal "niet-bebouwde ruimten" dienen de budgetten van SOB te worden verhoogd teneinde het bestaande voorzieningenniveau te handhaven (= uitgangspunt beleid). Voor de
bepaling van het autonoom accres wordt voor de subfuncties 62101/62103/62106/65602/65608/ 6.721.0 in principe gekeken naar het toetsingscriterium toename aantal woonruimten: 2002/2001= 104.000/102.665 = 1,396. Gelet op het voorgaande wordt voor 2002 ten opzichte van 2001 voor het autonoom accres gerekend met 1,3%. Naast dit algemeen accres kan sprake zijn van een specifiek accres. Dit dient dan met een raadsvoorstel expliciet te zijn aangegeven. Autonoom accres 2002: 1,39b van 6 6.117.000 (f 13.457.000) = 6 80.000 (f 175.000)
De gemeente heeft als opdrachtgever en initiatiefnemer van Civieltechnische Werken te maken met het vrijkomen van grond. Deze grond wordt zo mogelijk (bij technische geschiktheid) in werken verwerkt, en voor de rest afgevoerd naar de RAZOB. Het vergroten van hergebruik, al of niet na bewerking op een tussendepot of grondbank, zou tot vermindering van primaire grondstoffen (milieuwinst) alsmede een aanzienlijke kostenbesparing kunnen leiden. Vooralsnog wordt deze post PM meegenomen; bezien moet worden of dekking uit de projecten plaats kan vinden.
Onderhoud o enbare ruimte SOB Om knelpunten in het onderhoud van de openbare ruimte op te kunnen lossen en om het beheer in zijn algemeenheid naar een meer aanvaardbaar niveau te tillen zijn extra middelen nodig. Het gaat hierbij om alle sectoren: groen, grijs (wegen), blauw (water) en kunstwerken(bruggen, viaducten, etc). In de Voorjaarsnota 2000-2003 is vooralsnog een extra structureel bedrag 6 0,45 miljoen (f 1 miljoen) voor 2000, oplopend met< 0,23 miljoen (f 0,5 miljoen) per jaar tot <1,15 miljoen (f 2,5 miljoen) in 2003, beschikbaar gesteld.
We en straten en leinen onderhoud Balanso schonin SOB Met inzet van incidentele middelen vindt een sanering van de boekwaarden van onrendabele investeringen plaats. Hierbij komt een structurele ruimte vrij van 6 1,7 miljoen (f 3,7 miljoen) in 200’1, aflopend naar 6 1,4 miljoen (f 3,0 miljoen) in 2005.
18
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.210.1
Omschrijving
Wetten, straten en pleinen, onderhoud 2003 2002 Vakdienst
2004
2005 Formatie
Plan periode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid
SOB
ÃćâĆňâĂİ Accres
02-05
6 80.000 f 175.000
6 80.000 f 175.000
< 80.000
f 175.000
6 80.000 f 175.000
ÃćâĆňâĂİ Grondbank
02-05
pm
pm
pm
pm
- onderhoud openbare ruimte
00-03
6 227.000 f 500.000 6 307.000 (675.000
6 454.000 f 1.000.000
6 454.000 f 1.000.000
6 454.000 f 1.000.000
< 534.000 (1. 175.000
c 534,000
< 534.000
(1. 175.000
(1. 175.000
Totaal
6.210.3 Straatreiniging Stortver oedin N.V. RAZOB SOB Op dit moment zijn de storttarieven voor veegvuil voor 2002 nog niet bekend. Accres/kwantiteiten SOB
Voor algemene omschrijving wordt verwezen naar subfunctie 6.210.1 Autonoom accres 2002: 1,3%o van 6 4.835.000 (f 10.636.000) = < 63.000 (f 138.000)
6.210.3
Omschrijving
Straatreini ing Vakdienst
2005 For-
2002
2003
2004
6 63.000 f 138.000
6 63.000 f 138.000
< 63.000
< 63.000
f 138.000
f 138.000
< 63.000
663.000 6 63.000 < 63.000 (138.000 l 138.000 (138.000
matie
Planperiode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid - Accres
SOB
02-05 Totaal
(138.000
6.210.6 Wegen, straten en pleinen, projecten Voor algemene omschrijving wordt verwezen naar subfunctie 6.210.1 Autonoom accres 2002: 1,3% va n 6 4.080.000 (f 8.975.000) = < 53.000 (f 117.000)
6.210.6
Omschrijving
Wegen, straten en pleinen, projecten
Vakdienst 2002 2003
2004
2005
6 53.000 f 117.000
6 53.000 f 117.000
Plan periode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid - Autonoom accres
SOB
02-05 Totaal
Gemeente Eindhoven
6 53.000 f 117.000
< 53.000
f 117.000
653.000 t 53.000 653.000 e 53.000 19
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
(117.000 (117.000 (117.000 (117.000 6.214.0 Parkeren Parkeerbedri’f verho en inkomsten SOB : In vergelijking met andere steden behoort een verhoging van de inkomsten uit parkeren (parkeertarieven, tijden en areaal) tot de mogelijkheden. In de eerste jaren zullen de extra inkomsten nodig zijn ter dekking van de weggevallen opbrengsten door het verdwijnen van tijdelijk voor parkeren ingerichte terreinen. Bedoelde inkomstenverhoging zal gefaseerd plaatsvinden. Vanaf 2002 wordt uitgegaan van een uiteindelijk netto verhoging van 20%o. Dit resulteert in extra inkomsten in 2001 van < 0,45 miljoen (f 1 miljoen) en vanaf 2002 E 0,9 miljoen ( f 2 miljoen). Teneinde deze ombuiging te realiseren, wegvallende inkomsten te compenseren en tevens nog te voorzien in extra tariefsverhoging van 109(r uit het Program van Samenwerking is een aantal maatregelen genomen: Verhoging uurtarief naar E 1,36 (f 3,-) per 1/1/2000 in Centrum-Noord. Abusievelijk was in het BRW-dossier van 24 maart 1999 de opbrengsten uit deze verhoging over de totale parkeeropbrengsten berekend terwijl de tariefstijging alleen betrekking heeft op Centrum-Noord. De verwachte meeropbrengsten zijn E 0,7 miljoen (f 1,5 miljoen) i.p.v. 6 0,9 miljoen (f 2 miljoen). Invoering betaald parkeren in winkelcentrum Woensel (afhankelijk van de herontwikkelingsplannen) is uitgesteld tot oktober 2003, Door de vertraging in de herontwikkeling winkelcentrum Woensel en de daarmee samenhangende invoering van betaald parkeren aldaar zullen de meeropbrengsten ten opzichte van 2000 minder bedragen dan eerder was aangegeven. 6.21 4.0
Omschrijving
Parkeren Vakdienst
2002
2003
2004
2005 Formatie
Plan periode
3.1 Nieuwe ombuigingen 3.2 Eerder vastgestelde ombuigingen ÃćâĆňâĂİ parkeerbedrijf
SOB
99-02
Totaal
ÃćâĆňâĂİ 6 455.000 ÃćâĆňâĂİ 6 455.000 - E 455.000 - < 455.000
-f 1.000.000 -f 1.000.000 -f 1.000.000 -f 1.000.000
- 6455.000 - <455.000 - 6455.000 - 6455.000 -(1.000.000 -(1.000.000 -(1.000.000 -(1.000.000
6.310.2 Stadsbank
Ontwikkelin nadeli saldo APZ De Stadsbank heeft eind 2000 een totaalbedrag van E 10 miljoen (f 22 miljoen) aan kredieten uitstaan. per 1-7-2001 is het door de invoering van de wet fido niet meer toegestaan commerciele kredieten te verstrekken. De dalende tendens van de afgelopen jaren zal zich nu versterkt voortzetten. De commerciele portefeuille zal binnen drie jaar grotendeels ingelost zijn. Met de aan Stadsbanken toebedeelde kredietverstrekkingen als zijn publieke taak kan naar verwachting een uitstaand saldo van uiteindelijk E 4,5 miljoen (f 10 miljoen) in stand worden gehouden. Het rijk keert een toereikende afkoopsom uit om de winstderving als gevolg van omzetverlies gedurende 3 jaar te compenseren. Vanaf 2004 moet er derhalve rekening gehouden worden met structurele consequenties. De brutomarge tussen betaalde en ontvangen rente bedraagt gemiddeld 5 fo, Tegenover het uiteindelijke verlies aan rentemarge over E 5,4 miljoen (f 12 miljoen), te weten+ 6 272.000 (f 600.000), staan uiteindelijk ook besparingen waarna eerste onderzoek wordt
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
gedaan. Na afronding hiervan zullen de uiteindelijke financiele consequenties met de hierbij te nemen maatregelen afzonderlijk ter besluitvorming worden voorgelegd.
6.420.1 Openbaar onderwijs (bevoegd gezag)
Verzelfstandi in o enbaaronderwi’s MO Blijkens een brief aan de Tweede Kamer is er wetgeving in de maak over de mogelijkheid tot volledige verzelfstandiging van het openbaar onderwijs. Onderdeel van de aangekondigde regelgeving is het meegeven van een afkoopsom voor de ABB-kosten (kosten administratie bestuur en beheer). Bij volledige verzelfstandiging zal de uitvoering van de administratie openbaar onderwijs bij de gemeente verdwijnen (n.b.: dit heeft slechts betrekking op de administratie van COBSO; COVO voert reeds een zelfstandige administratie). De per saldo financiele effecten van een dergelijke operatie kunnen op voorhand niet worden aangegeven. Het onderwerp wordt daarom PM als aandachtspunt opgenomen. 6.420.1
Omschrijving
Oenbaar onderwijs (bevoegd gezag)
Vakdienst 2002 2003
2004
2005 Formatie
Plan periode
3. Ombui in en 3.1 Nieuwe ombuigingen 3.2 Eerder vastgestelde ombuigingen Verzelfstandiging openbaar onderwijs
MO
01-04
Totaal
PM
PM
PM
PM
PM
PM
PM
6.480.0 Onderwijsbegeleiding c.a. Binnen de brede school ontstaan samenwerkingsverbanden tussen school, ouders, kinderdagopvang peuterspeelzaal, na ÃćâĆňâĂİ en buitenschoolse opvangvoorzieningen, welzijnswerk sport - en
cultuurvoorzieningen, gezondheidszorg, volwasseneneducatie, jeugdhulpverlening, schoolmaatschappelijk werk en politie. Deze samenwerking is gericht op sociaal-pedagogische en programmatische afstemming met bijbehorende activiteiten. De gemeente regisseert deze samenwerking vanuit haar verantwoordelijkheid voor onderwijs - en preventief jeugdbeleid. Inmiddels zijn projectgelden ter beschikking gesteld voor de uitvoering van brede scholen in Tongelre/Tafelbergplein en Stratum/Heezerweg. Fellenoord/Hemelrijken en Woensel-West. In het beleidsplan 2001-2004 is dit onderwerp pm geraamd. Dit omdat ten tijde van de opstelling van het Beleidsplan, de financiele gevolgen per Brede School nog onvoldoende in beeld waren. Inmiddels is duidelijk dat voor de structurele inbedding van bovengenoemde brede scholen, na de projectperiodes, aanvullende middelen noodzakelijk zijn waarvoor momenteel geen dekking aanwezig is. Het gaat hier om: Tongelre/Tafelbergplein: vanaf 2003 6 29.000 (f 64.000) Fellenoord/Hemelrijken: vanaf 2004< 65.000 (f 144.000) Woensel-West: vanaf 2004 < 79,000 (f 174.000)
Momenteel wordt een voorstel ontwikkeld, inclusief de hiervan afgeleide financiele consequenties, met betrekking tot de beheersopzet en de exploitatie-uitwerking van gebouwen met een meervoudig/multifunctionele gebruiksmogelijkheid zoals de Brede Scholen.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.480.0
Omschrijving
Onderwijsbegeleiding c.a.
Vakdienst 2002
2003
2004
2005 Forrnatie
Planperiode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Brede school
MO
E 29.000 < 173.000 6 173.000
00-03
f 64.000 f 382.000 f 382.000 629.000 6 173.000 < 173.000 (64.000 f 382.000 f 382.000
Totaal
6.540.0 Muziekcentrum Vervan in sinvesterin en Muziekcentrum MO De vervangingsinvesteringen, waarvoor nog geen structurele regeling is, vragen extra aandacht. Nagegaan zal worden voor wiens rekening en risico de gehuurde installatiedelen in stand worden gehouden. Vooralsnog wordt dit onderwerp PM opgenomen.
6.540.0
Omschrijving
Muziekcentrum Vakdienst Planperiode
2002
2003
2004
2005 Formatie
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Vervangingsinvesteringen MO
Muziekcentrum 01-04
Totaal
PM
PM
PM
PM
PM
PM
PM
6.540.5 Kleine podia De benodigde investeringen voor de (ver)nieuwbouw van cultureel centrum De Effenaar netto 6 9,1 miljoen (f 20 miljoen) worden betrokken bij de prioriteitsafweging van de Reserve Specifieke infrastructurele Werken. Naast de investering heeft de (ver)nieuwbouw tevens consequenties voor de exploitatie als gevolg van hogere personeelslasten en huur. De in het Beleidsplan 2000-2003 opgenomen 6 91.000 (f 200.000) is, gezien de bijstelling van het schetsplan, niet voldoende. In het Beleidsplan 2001-2004 is een bedrag van 6 68.000 (f 150.000) voor het jaar 2002 opgenomen. Vanaf 2003 is een bedrag van E 136.000 (f 300.000) begroot voor extra structureel hogere lasten. Het subsidiebedrag aan de Effenaarvoor het jaar 2002 is E 384.000 (f 847.000). Dit is exclusief de verhoging van E 159.000 (f 350.000).
In de raadsvergadering van 17 april 2001 is besloten voor de nieuwbouw een krediet beschikbaar te stellen van 612.554.000 (f 27.665.000), waarbij afgezien is van de bouw van een toren op de nieuwbouw van De Effenaar. De bouw zal worden uitgevoerd op basis van Turn-Key. De nieuwbouw van de Effenaar brengt tevens hogere exploitatielasten met zich mee. Er was reeds rekening gehouden met een structurele verhoging van 6 91.000 (f 200.000) vanaf 2002. Via de Voorjaarsnota 20012004 is dit bedrag vanaf 2003 structureel verhoogd met f 300.000. Voor 2002 is < 68.000 (f 150.000) extra
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
geraamd. De financiele gevolgen van het nieuwe veel grotere gebouw voor de exploitatie moeten nog worden doorgerekend. Duidelijk is dat meer geld nodig zal zijn voor groot onderhoud en personeel. Hiertegenover staan substantieel hogere inkomsten via recettes en horecaomzet.
Huisvestin Po -Ei MO Reeds lange tijd is bekend dat de huisvestingssituatie van Stichting Pop Ei aan de Zoutstraat slecht is. Om die reden is een aantal jaren geleden bij de start van de voorbereiding van de herontwikkeling/nieuwbouw van De Effenaar onderzocht of Stichting Pop-Ei wellicht naast De Effenaar zou kunnen worden gehuisvest. Om financiele redenen is daarvan afgezien. Vanuit de gedachte op korte termijn een oplossing te realiseren voor de huisvestingssituatie van Stichting Pop-Ei is in de raadsvergadering van 21 mei 2001 besloten in te stemmen met het programma van eisen voor de vernieuwbouw van het pand Zoutstraat 2 en kennis te nemen van de totale kosten voor de verbouwing van het pand aan de Zoutstraat 2 voor een bedrag van 6 1.361.341. (f 3.000.000,-). Tevens is BTW verzocht een voorstel inzake de definitieve kredietverstrekking, inclusief dekking van de totale kosten in roulatie te
brengen. Dit voorstel, waarin aangegeven is dat er geen additionele middelen voor financiering van het tekort ic. C 982.887,95 (f 2.166.000,ÃćâĆňâĂİ ) voorhanden zijn, is inmiddels in roulatie gebracht. Voorgesteld wordt het tekort
te dekken via de incidentele middelen, die gedurende de planperiode beschikbaar komen. 6.540.5
Kleine Podia
Omschrijving
Vakdienst
2002
2005 For-
2003
2004
E 136.000 f 300.000
E 136.000 f 300.000
E 136.000 f 300.000
E 91.000 f 200.000
E 91.000 f 200.000 e 227.000 f 500.000
matie
Plan periode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Exploitatie Effenaar
MO
01-04
Huisvesting Effenaar
E 68.0000 f 150.000
MO
00-03
Totaal
< 91.000
< 91.000
f 200.000 6 159.000 f 350.000
f 200.000 6 227.000 f 500.000
6227.000 f 500.000
6.541.2 Van Abbemuseum Realisatie vernieuwd Van Abbemuseum ABBE Op 2 februari 1998 heeft de raad besloten akkoord te gaan met het definitief ontwerp voor de vernieuwing en uitbreiding van het Van Abbemuseum. Op 5 april 2000 werd gestart met de bouwwerkzaamheden. inmiddels hebben een aantal exogene factoren een vertraging veroorzaakt en extra kosten met zich meegebracht. Ondanks deze vertraging is de oplevering van het gebouw voorzien voor de eerste helft van 2002 en zal het nieuwe museum in november 2002 haar deuren openen voor publiek. In totaal bedraagt de laatst vastgestelde investering E 28,3 (f 62,3 miljoen). Op 7 februari 2000 is de raad akkoord gegaan met de herziene exploitatie prognose van het vernieuwde Van Abbemuseum. De exploitatie vernieuwd Van Abbemuseum is te splitsen in de onderdelen : onvermijdbaar verbonden aan de uitbreiding van het gebouw, en uitbouw van beleid middels nieuwe activiteiten (Beleidsplan Abbe). De totale kosten, gesaldeerd met de beschikbare dekking (meerinkomsten en aanpassing onderhoudsnorm) voor onvermijdbare kosten bedragen E 18.000 (f 40.000) in 2001 oplopend naar E 170.000 Gemeente Eindhoven
23
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
(f 374.000) in 2004. De kosten verbonden aan het Beleidsplan Abbe bedragen, gesaldeerd met beschikbare dekking vanuit het Beleidsplan 2000-2003, bedragen E 50.000 (f 111.000)in 2001 oplopend naar < 279.000 (f 614.000) in 2004. Het exploitatieplan 2000-2003 dient te zijner tijd te worden opgevolgd door een nieuw ondernemingsplan voor de periode na 2003, waarin de beleids- en exploitatieopzet van het nieuw museum wordt geevalueerd en bijgesteld waar nodig. Tevens zal in dit plan een voorstel worden uitgewerkt tot verzelfstandiging van het museum.
6.541.2
Omschrijving
Van Abbemuseum Vakdienst Planperiode
2002
2003
2004
6 169.000 f 372.000
< 156.000
6 156.000 f 344.000
6 168.000 f 370.000
< 238.000
6 337.000 f 742.000
2005 Formatie
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Realisatie vernieuwd Van Abbemuseum
Onvermijdbare kosten
ABBE
01-04
Beleidsplan Van Abbe ABBE 01-04 Totaal
f 344.000
6 156.000 f 344.000
f 525.000
6 238.000 f 525.000
6 238.000 f 525.000
6 394.000 f 869.000
6 394.000 (869.000
< 394.000
f 869.000
6.560.2 Groen en recreatie Voor algemene omschrijving: zie subfunctie 6.210.1 Autonoom accres 2002: 1,39(r van < 6.795.000 (f 14.949.000) = < 88.000 (f 194.000)
Jon erenontmoetin s lekken SOB Het betreft de kosten van beheer en onderhoud die in de planperiode voor 1999 worden geraamd op < 7.000 (f 16.000) oplopend met 6 4.000 (f 8.000) per jaar naar 6 18.000 (f 40.000) vanaf 2002.
6.560.2
Omschrijving
Groen en recreatie Vakdienst Planperiode
2002
2003
2004
2005 Formatie
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid - accres
SOB
02-05
Totaal
E’ 88.000 E. 88.000 6 88.000 < 88.000 f 194.000 f 194.000 f 194.000 f 194.000
6 88.000 6 88.000 6 88.000 <88.000 f 194.000 f 194.000 (194.000 f 194.000
24
Gemeente Erndhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.560.7 Buitengebied Beheer lan ecolo isch waardevolle ebieden SOB Naar verwachting zal in het 3’ kwartaal 2001 het Groen Beleidsplan, waarin opgenomen het onderdeel Ecologisch waardevolle gebieden, vastgesteld worden door de raad. Hieruit voortvloeiende uitvoeringsprogramma’s zullen gerelateerd worden aan beschikbare volumes c.q. volgende Voorjaarsnota’s.
6.560.8 Groen en recreatie, projecten Voor algemene omschrijving wordt verwezen naar subfunctie 6.210.1. Autonoom accres 2002: 1,3% van < 212.000 (f 467.000) = 6 3.000 (f 6.000)
6.560.8
Omschrijving
Groen en recreatie, projecten
Vakdienst 2002
2003
2004
2005 Formatie
Plan periode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid - accres
SOB
02-05 Tor aal
63.000 <3.000 <3.000 E3.000 f 6.000 f 6.000 f 6.000 f 6.000 6 3.000 63.000 <3.000 t 3.000 l 6.000 (6.000 (6.000 (6.000
6.580.0 ’t Karregat
Het college heeft besloten om de bezuiniging op’t Karregat vang 0,14 miljoen (f 0,3 miljoen) uit te stellen tot 1 januari 2000. De bezuiniging is echter op korte termijn niet haalbaar. Besluitvorming hierover dient nog plaats te vinden. In de Voorjaarsnota 2002-2005 is hier rekening gehouden met uitstel tot 2004.
6.580.0
’t Karregat
Omschrijving
Vakdienst
2002
2003
E 136.000 f 300.000
E 136.000 f 300.000
6 136.000 (300.000
c 136.000 (300.000
2004
2005 Formatie
Plan periode
3.2 Eerder vastgestelde
ombuigingen MO
Uitstel bezuiniging Totaal
02-05
6.610.5 Uitkeringen
Algemeen De prognose van het aantal uitkeringsgerechtigden voor de periode 2001
Abw loaw6.346 506 6.070 450 Gemiddeld per jaar Begr. 2001 Begr. 2002
loaz 35 200 30 Bbz240 20 30 Wik Dak- en thuislozen 50 80 Gemeente Eindhoven
25
ÃćâĆňâĂİ 2005 ziet er als volgt uit:
Begr. 2003 Begr. 2004
5.920 5.770
450 450
30 30 30 30 250 250 80 80
Begr. 2005
5.620 450 30 30 225 80
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Abw Vanaf 1 januari 2001 is de financieringsstructuur van de Algemene bijstandswet, de IOAW en de IOAZ gewijzigd. Samen met een aantal wijzigingen in de WIW vormt deze wijziging de kern van het Fonds voor Werk en Inkomen; een omvangrijke operatie met belangrijke financiele en beleidsgevolgen voor gemeenten.
Doelstelling van het nieuwe financieringssysteem is het verschaffen van een financiele impuls om clienten uit te laten stromen. Gemeenten hebben een budget toegekend gekregen voor de uitkeringslasten van de Abw, IOAW en IOAZ. Dit budget dient ter dekking van 259o van de uitkeringslasten. De overige 759o worden gedeclareerd bij het Rijk. In het geval gemeenten overhouden op het budget vanwege effectief uitstroombeleid, dan kan dit overschot naar eigen inzicht worden besteed in het verlengde van de wet. Daar staat tegenover dat een tekort op het budget, tot een bepaald plafond, voor eigen rekening blijft. Op de tweede plaats zijn de verschillende deelbudgetten binnen de WIW gebundeld, ontschot en gedereguleerd en mogen overschotten in het scholings- en activeringsbudget in de WIW worden meegenomen naar het volgend jaar. In 2001 zijn de middelen in het FWI gebaseerd op de historische uitgaven. In 2002 wordt de helft van de middelen toegekend op basis van historische uitgaven en de andere helft op basis van een objectief verdeelmodel. Vanaf 2003 vindt verdeling geheel plaats op basis van een objectief verdeelmodel.
Debiteurenontvan sten WZI Vanaf 1 januari 1999 mochten gemeenten een groter deel van de debiteurenontvangsten houden. In plaats van de voorheen geldende 10% mochten gemeenten boven het berekende drempelbedrag 759o houden. Ingeschat werd dat invoering van het drempelbedrag minimaal een gemeentelijk voordeel van < 454.000 (f 1.000.000,-) zou opleveren. Door onzekerheden omtrent de invoering van het Fonds Werken Inkomen (FWI) werd vanaf 2003 uitgegaan van een lagere geschatte opbrengst van 6 91.000 (f 200.000,-). Met de invoering van het Fonds Werken Inkomen in 2001 is deze regeling inmiddels vervallen. De financiele consequenties maken onderdeel uit van de (nog aan te leveren) begrotingswijziging.
6.610.9 Voorziening gehandicapten De invoering van het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer en de contracten met vaste leveranciers voor rolstoelen en andere hulpmiddelen hebben geleid tot een kostendaling . Hierdoor zijn de uitgaven Wvg in 2000 binnen het beschikbare budget gebleven. Op basis van een clienttevredenheidsonderzoek zal in 2001 Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
meer bekendheid zijn omtrent de tevredenheid van de clienten over het huidige voorzieningenniveau van de Wvg. Met instemming van de commissie voor Maatschappelijke Ontwikkeling is in 2000 een proces in gang gezet om de indicatie Wvg onder verantwoordelijkheid van het Regionaal Indicatieorgaan te brengen. Als voorwaarde is gesteld behoud en waar mogelijk versterking van de kwaliteit van dienstverlening. De financiele en organisatorische gevolgen hiervan zijn op dit moment niet bekend. De laatste ontwikkelingen omtrent CVV (conform BlliW besluit van 22 mei 2001) luiden als volgt: Een nieuw tijdelijk contract. De verwachte meer kosten hiervan bedragen 6 0,7 miljoen a < 0,9 miljoen (f 1,5 a f 2 miljoen). Dit is op te vangen binnen het budget WVG en een storting in egalisatiereserve WVG van de meeropbrengst Algemene Uitkering 2000 voor WVG ad. 6 492,000 (f 1.085.000) (via reservering in de Jaarrekening 2000).
6.611.0 Sociale Werkvoorziening WSW
Afloo bi’dra e Er on WZ! In de meerjarenraming is een bedrag van 6 953.000 (f 2,1 miljoen) opgenomen als bijdrage voor Ergon tot en met het jaar 2003. Op basis van het bedrijfsplan kan de bijdrage komen te vervallen. Het is nog nodig een fasering aan te brengen teneinde effecten voor Eindhoven in verband met de verzelfstandiging (overgang van Ergon naar een schap) op te kunnen vangen. Vanaf 2004 valt de totale E 953.000 (f 2,1 miljoen) vrij,
6.611.0
Omschrijving
Sociale werkvoorziening WSW 2003 2002 Vakdienst
2004
2005 Formatie
Plan-
periode
1. O mbui in en 1.1 Nieuwe ombuigingen 1.2 Eerder vastgestelde ombuigingen Afloop bijdrage Ergon
WZI
01-04 Totaal
-E 953,000 -f 2.100.000
< 953.000 -f 2.100.000
< 953.000
-6 953.000 -(2.100.000
-f 2. 100.000
6.611.1 Individuele trajectbegeleiding 6.611.2 Gesubsidieerde arbeid Beleidstaak: uitstroombevorderin ontwikkelin en WZI Centrum voor Werk en Inkomen (CWI)
Vanaf 1 januari 2002 is de wet Structuur Uitvoering Werk en Inkomen (SUWI) van kracht. In deze wet wordt de nieuwe organisatiestructuur van de uitvoering van de sociale zekerheid geregeld, In de wet SUWI is onder
meer geregeld de gezamenlijke uitvoering van taken door de gemeenten, arbeidsvoorziening en de op te richten uitvoeringsorganisatie voor werknemersverkeringen (samenvoeging van GAK, Cadans, SFB, USZO en GUO) in het CWI. Het CWI doet de intake van klanten, bepaalt de afstand tot de arbeidsmarkt, verzorgt
publieke informatie- en adviestaak. Het CWI komt onder aansturing te staan van de landelijke CWI-organisatie. De gemeente moet met het CWI zogenaamde service-level-agreements afsluiten over de dienstverlening aan de dienst WZI.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
In de regio Zuidoost Brabant zal in 2001 een regionaal platform worden opgericht voor de coordinatie en afstemming van het regionaal arbeidsmarktbeleid. Daarnaast zal in de gemeente Eindhoven een lokale SER worden opgericht die deze taak zal uitvoeren voor Eindhoven en haar randgemeenten. De gemeente wordt als gevolg van de wet SUWI en de opsplitsing van Arbeidsvoorziening vanaf 2002 verantwoordelijk voor de reintegratie van niet-uitkeringsgerechtigden. Fonds IVerk en Inkomen (F Iilrl)
De gemeente krijgt vanaf 2001 een bijdrage uit het Fonds Werk en Inkomen. In dit fonds worden de middelen voor de bijstandsuitkeringen en de inschakeling van werkzoekenden gebundeld. Het gemeentelijk aandeel in de uitkeringslasten van de Abw wordt verhoogd van 109o naar 259(. Geld dat de gemeente overhoudt in het uitkeringsdeel (door bijvoorbeeld succesvol uitstroombeleid uit de bijstand) moet uiterlijk in het volgende jaar worden ingezet ten behoeve van scholing en activering. Alleen tegenvallers als gevolg van economische ontwikkelingen worden door het Rijk gecompenseerd. Daarnaast is er een risicobeperking voorzien voor individuele gemeenten. Indien de uitgaven meer bedragen dan het definitieve budget (259b) geldt een maximaal risico van 1596 van het budget of f 15 per inwoner. Overschrijden de uitgaven deze grens dan wordt het meerdere alsnog door het rijk vergoed. Bij wijze van "ingroei" in het nieuwe systeem wordt in het begin aangesloten bij de lasten in het verleden (historisch verdeelmodel). Daarna wordt geleidelijk overgeschakeld op een verdeling op grond van objectieve factoren, zoals demografische ontwikkelingen en specifieke arbeidsmarktkenmerken. Naast de gelden voor de Wet inschakeling werkzoekenden, de gemeentelijke middelen voor de reintegratie van arbeidsgehandicapten en voor de sluitende aanpak, zullen ook op termijn de I/O-regeling en het prestatiebudget Arbvo aan het werkdeel toegevoegd gaan worden. Het gehele scholings- en activeringsbudget WIW zal ongeoormerkt worden toegevoegd aan het werkdeel van FWI.
ESF 2000-2006
In de periode 2000-2006 krijgt de gemeente opnieuw de beschikking over ESF-3 middelen. Deze zullen verdeeld worden over de volgende vijf prioriteiten: Activerend arbeidsmarktbeleid Preventie van langdurige werkloosheid (sluitende aanpak voor nieuwe instroom) Bestrijding van langdurige werkloosheid Verbetering van de ’employability’ van werkenden door scholing Een Leven Lang Leren (individueel beroepsonderwijs) De nieuwe richtlijnen zijn medio 2001 nog niet bekend. Hoewel enkele projecten reeds zijn ingediend is niet duidelijk of de ESF-subsidie met terugwerkende kracht ingezet kan worden.
Coordinerend arbeidsmarktbeleid Gemeenten kunnen sinds de invoering van de Wiw per 1 januari 1998 kiezen voor de inzet van instrumenten om hun bijstandsgerechtigden toe te leiden naar de arbeidsmarkt: trajectbegeleiding, scholing, kinderopvang, ed. Voor arbeidsgehandicapten met een bijstandsuitkering bestaan sinds juli 1998 de zogenaamde Rea- plaatsingsbudgetten en werknemersvoorzieningen. De instrumenten kunnen gelijktijdig of achtereenvolgend voor een client worden ingezet. De regiefunctie ten aanzien van het uitstroom- en activeringsbeleid ligt uitdrukkelijk bij de dienst WZI. Op basis van een (globale) diagnose van de client worden bij verschillende reintegratiebedrijven en Pl-
instellingen trajecten ingekocht. De behoeften van de client vormen het uitgangspunt. Daarbij vormt de fasering (afstand tot de arbeidsmarkt) van de client een eerste indicatie voor het in te kopen traject. Bij fase 1 is de afstand klein en bij fase 4 is de afstand groot.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Steeds meer wordt actief gestuurd op concrete doelen en resultaten: duurzame plaatsing, afronden van een activeringstraject of deelname aan vrijwilligerswerk. De contactpersoon van de client bewaakt het met de client uitgezette traject. De aanhoudend krappe arbeidsmarkt in de regio Eindhoven heeft de afgelopen jaren geleid tot een afroming van het uitkeringsbestand.
Fase 12425 171 Fase 52 368 58 186 Fase 3 635 627 756 Fase4’ 5.721 5.629 4.926 Fase December 1999 April 2000 Maart 2001
Totaal 6.833 6.682 6.039 ’ Van het fase 4 bestand is ongeveer 639o niet arbeidsplichtig: een redelijk stabiele groep van+ 600 alleenstaande ouders met een of meer kinderen jonger dan 5 jaar en+ 1600 personen ouder dan 57,5 jaar.
Werkgelegenheidsproject Duurzaam De Hurk In samenwerking met Ondernemerskontakt De Hurk en Fontys Hogescholen heeft de gemeente Eindhoven het Werkgelegenheidsproject Duurzaam De Hurk opgezet. Centraal in dit project staan het behoud en de versterking van werkgelegenheid. De werkzoekenden worden binnen dit project persoonlijk begeleid en kunnen, indien nodig, scholing volgen.
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Eindhoven In de gemeente Eindhoven is het initiatief genomen om met een aantal vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, maatschappelijke instanties en de gemeente op dit terrein te gaan samenwerken en hun maatschappelijke betrokkenheid te vertalen in gezamenlijk uit te voeren projecten op lokaal en regionaal niveau.
Algemeen Activeringstrajecten In het kader van het uitstroombeleid voor clienten fase 4 worden activeringstrajecten ingekocht, uiteenvallend in arbeidsactivering, sociale activering en maatschappelijke zorg. Tot nu toe worden deze ingekocht bij de instellingen voor welzijn, zorg en educatie uit het particulier initiatief (Pl-instellingen). Arbeidsactiverende trajecten worden ingezet als er tekorten zijn in de sociale (beroeps)vaardigheden(motivatie, orientatie, arbeidshouding, arbeidsritme et cetera) van een client en zijn sterk gericht op uiteindelijke uitstroom naar werk. Trajecten gericht op sociale activering dienen uitkeringsgerechtigden voor wie de afstand tot de arbeidsmarkt (nog) onoverbrugbaar is, te stimuleren tot maatschappelijke participatie. Enerzijds als doel op zich ter voorkoming en doorbreking van sociaal isolement, anderzijds als middel om de afstand tot de arbeidsmarkt op de lange termijn te verkleinen. Clienten die gezien persoonlijke problematieken als verslaving, dakloosheid, psychiatrische problemen, schulden etc. nog niet in staat zijn deel te nemen aan maatschappelijk nuttige activiteiten, worden zo mogelijk toegeleid naar zorgtrajecten (maatschappelijke zorg). Het fase 4 clientenbestand van WZI neemt nog steeds af. Dit zal de komende jaren van invloed zijn op het volume van de inkoop van activeringstrajecten. Ook de aard van het fase 4 clientenbestand verandert, de dienst is inmiddels beland bij de zogenoemde ’harde kern’. Dit heeft gevolgen voor de inhoud van de activeringstrajecten en zal naar verwachting leiden tot een verdere accentverschuiving van arbeidsactivering naar sociale activering en zorg, waardoor ook nieuwe partners voor WZI in beeld komen. Ten aanzien van de activeringstrajecten is een duidelijke scheiding gemaakt tussen regie en uitvoering. De regiefunctie berust bij WZI terwijl de uitvoering in handen is gelegd van derden, veelal de Pl-instellingen.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Eerder heeft de gemeenteraad ingestemd met de invoering van een marktconforrne werkwijze bij de aanbesteding van activeringstrajecten bij de Pl-instellingen. In zorgvuldig overleg met de instellingen is hieraan vanaf 1998 vormgegeven. Inmiddels is de overgangsperiode voorbij en worden activeringstrajecten vanaf 2001 door middel van onderhandse aanbesteding ingekocht. Deze inkoop heeft in 2001 voor het eerst geleid tot contracten met andere aanbieders dan de Pl-instellingen. Vanaf 2002 zullen de arbeidsreintegratietrajecten via semi-openbare aanbesteding worden ingekocht. Activerings- en zorgtrajecten zullen ook in de toekomst worden ingekocht via onderhandse aanbesteding. Vanaf 2001 zal de inkoop van activeringstrajecten naar verwachting niet langer uitsluitend bij de Plinstellingen plaatsvinden. Er zijn inmiddels meer aanbieders op de markt zodat ook commerciele aanbieders in staat worden gesteld te offreren. De gunning vindt plaats op basis van prijs, kwaliteit en leveringsvoorwaarden .
6.611.1 Individuele trajectbegeleiding Individueletra’ectbe eleidin fase 2/3 WZI Ook in 2001 wordt gestreefd naar een sluitende aanpak voor arbeidsplichtige clienten in fase 2 en 3. Dat betekent dat voor alle clienten die zich inschrijven bij Arbeidsvoorziening c.q. het CWI (nieuwe instroom), een
relntegratietraject wordt ingekocht. Ook clienten die langer dan een jaar een uitkering ontvangen en nog geen reintegratieplan hebben, worden (gefaseerd) opgeroepen voor toeleiding naar arbeid. Clienten zonder arbeidsplicht (alleenstaande ouders met kinderen onder de 5 jaar en personen van 57,5 jaar en ouder) kunnen op vrijwillige basis deelnemen aan een traject. Doel van het reintegratietraject is duurzame plaatsing op een reguliere arbeidsplaats. De uitvoeringsorganisaties worden middels een "no cure, less pay systeem" afgerekend op resultaat. Zij ontvangen voor de diagnose en het opstellen van een plan een standaardbedrag en bij duurzame plaatsing een standaard bedrag. Gestreefd wordt naar een plaatsingspercentage van 609o voor clienten in fase 3 en 7096 voor clienten in fase 2.
Arbeidsactiverin fase 4 WZI Ook voor clienten in fase 4 wordt gestreefd naar een sluitende aanpak. Binnen een jaar werkloosheid wordt, voor arbeidsplichtige clienten, een activeringsplan opgesteld. Ook het zittende bestand wordt (gefaseerd) opgeroepen voor toeleiding naar een arbeidsactiveringstraject, gericht op basiseducatie en sociale (beroeps)vaardigheden, zoals motivatie, orientatie arbeidshouding en arbeidsritme.
6.611.2 Gesubsidieerde arbeid In- en doorstroombanen WZI In- en doorstroombanen (ID-banen) zijn volledig gesubsidieerde banen in de collectieve en non-profit sector voor langdurig werklozen. Per 1 januari 2000 is de gemeente ook verantwoordelijk voor de ID-banen in de zorgsector. Tot en met 2002 kunnen in totaal 1.096 ID-banen worden gerealiseerd:
1998 1999 2000 banen
500 587 898 ’
2001 996
2002 1.096
’ Inclusief 214 oude zorgbanen.
Door de concurrentie op de arbeidsmarkt wordt het steeds moeilijker om kandidaten te vinden voor de bestaande ID-banen. Daarom is in 2000 gestart met een meer aanbodgerichte aanpak: vanuit de individuele
30
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
kandidaat wordt een passende ID-baan gezocht. Dit om te voorkomen dat vacatures langdurig openstaan, terwijl in andere sectoren wel plaatsingsmogelijkheden zijn. Vanaf 2000 wordt aan ID-werknemers die doorgestroomd zijn naar een reguliere baan en daar ten minste 6 maanden werkzaam zijn, een uitstroompremie van 6 1.815,12 (f 4.000,-) netto uitgekeerd. Voor de ID-banen wordt een door- en uitstroombeleid ontwikkeld. Op rijksniveau wordt gestreefd naar het stroomlijnen van de ID-regeling en de WIW-dienstbetrekkingen.
WIW-werkervarin s laatsen WZI Een werkgever die een langdurig werkloze aanneemt op een WIW-werkervaringsplaats ontvangt van de gemeente een bedrag van maximaal < 8.485,69 (f 18.700,-) voor loonkosten, scholingskosten en uitstroompremie. De uitvoering van deze regeling is neergelegd bij een vijftal organisaties: de WIW-organisatie, Randstad/Nieuw Werk, RIB Arbeidsvoorziening, Samen Werken en ASV. In 2001 wordt gestreefd naar het creeren van 100 werkervaringsplaatsen en een doorstroom van 709o naar regulier werk.
WIW-detacherin en WZI Langdurig werklozen die (vooralsnog) niet op de reguliere arbeidsmarkt aan de slag kunnen, komen in dienst van de gemeente en worden gedetacheerd bij werkgevers in de markt- en collectieve sector. Uitgangspunt is dat de werkervaring binnen de WIW leidt tot uitstroom naar een reguliere baan binnen 2 jaar. Een WIWdienstbetrekking voor onbepaalde tijd is alleen mogelijk in het geval de kandidaat blijvend is aangewezen op de WIW.
Door ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en het uitkeringsbestand neemt het aantal clienten dat is aangewezen op een WIW-detachering af. Met name het aantal jongeren is enorm afgenomen. Door de toenemende complexiteit van de problematieken moet steeds vaker een voortraject ingezet worden als voorbereiding op plaatsing bij een werkgever.
Vanaf januari 2001 heeft de gemeente de uitvoering van de WIW-detacheringen verzelfstandigd en ondergebracht bij Pluspunt Eindhoven b.v. In 2001 zal, ingegeven door de veranderende samenstelling van het Abw-bestand, en de veranderende economische conjunctuur, een herijking plaatsvinden met betrekking tot de inzet van het instrumentarium van gesubsidieerde arbeid.
Arbeids ehandica ten WZI In de periode 2000-2001 koopt de gemeente diensten in bij Argonaut en Maatwerk, twee partijen die een strategische alliantie zijn aangegaan voor de medische advisering en uitplaatsing van bijstandsgerechtigden met een medische belemmering. Van de ongeveer 400 kandidaten die door de dienst WZI aangeleverd worden, zullen er naar schatting 140 geplaatst worden op een passende arbeidsplaats. De werkgever kan daarbij gebruik maken van het Rea-plaatsingsbudget van ( 10.890,73 (f 24.000,ÃćâĆňâĂİ ) verdeeld
over drie jaar. Er zal een voorstel in procedure gaan voor het uitbreiden van de subsidiemogelijkheden aan werkgevers middels een pakket op maat.
6.620.3 Sociale activering Sociale activerin fase 4 WZI Onder sociale activering wordt verstaan: het stimuleren van uitkeringsgerechtigden in een (vrijwel) kansloze arbeidsmarktsituatie tot deelname aan maatschappelijk nuttige activiteiten. Enerzijds is het een doel op zich ter voorkoming en doorbreking van sociaal isolement en maatschappelijke uitsluiting. Anderzijds kan het een middel zijn om de afstand tot de arbeidsmarkt op de lange termijn te verkleinen.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Clienten die gezien hun persoonlijke achtergrond (verslaving, dakloosheid, psychiatrische problematiek, schulden, etc.) nog niet in staat zijn om deel te nemen aan maatschappelijk nuttige activiteiten, worden zo mogelijk toegeleid naar zorgtrajecten (maatschappelijke zorg) die ook gericht zijn op maatschappelijke participatie. Inmiddels is duidelijk dat een steeds groter deel van het bestand aangewezen zal zijn op sociale activering en maatschappelijke zorg. Middels de aanbestedingsprocedure voor het contract 2001 zal dan ook expliciet meer en wellicht ook andere dienstverlening op het terrein van sociale activering ingekocht worden.
6.630.2 Professioneel Sociaal Cultureel Werk Ex loitatie D namo MO Medio 1999 heeft de gemeenteraad ingestemd met nieuwbouw van Dynamo aan de Smalle Haven. Het huidige pand voldoet niet meer aan de eisen. Als gevolg van de nieuwbouw zullen de structurele huisvestingslasten van Dynamo toenemen. In het Beleidsplan 2001-2004 is E 127.000 (f 280.000) in het jaar 2003 en een structurele verhoging vanaf 2004 van < 250.000 (f 550.000) verwerkt. 6.630.2
Omschrijving
Professioneel Sociaal Cultureel Werk
Vakdienst 2002 2003
2004
2005 Formatie
Planperiode
1. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Exploitatie Dynamo
MO
01-04 Totaal
4 127.000 E 250.000 E 250.000 f 280.000 f 550.000 f 550.000 6 127.000 6 250.000 6 250.000
l 280.000 f 550.000 /550.000
6.630.3 Sociaal Cultureel Werk Vrijwilligers De pilot Jongerenpanels in Tongelre is opgestart. Momenteel vindt evaluatie plaats van deze pilot. Als uit de evaluatie van Tongelre blijkt dat het een succes is, zal worden voorgesteld om Jongerenpanels ook in de andere stadsdelen in te voeren. Het dossier omtrent de evaluatie zal in oktober in roulatie worden gebracht. De kosten worden geraamd op 6 23.000 (f 50.000) in 2001,< 45.000 (f 100.000) in 2002 en vanaf 2003 < 68.000 (f 150.000). Dekking kan worden gevonden binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen in het kader van het Stedelijk Ontwikkelings Programma.
6.630.3
Omschrijving
Sociaal Cultureel Werk Vrijwilligers
Vakdienst 2002 2003
2004
2005 Formatie
Plan periode
1. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Jongeren panels
MO
01-04 Dekking SOP
E 23.000 E 45.000 f 50.000 f 100.000 -E 23.000 -6 45.000 -f 50.000 -f 100.000
Totaal
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.710.0 Algemene Gezondheidszorg (AGZ) Markttaken TBC-bestri’din GGD GGD is reeds gestart met de invoering van de productbegroting. De komende jaren zal daaraan verder vorm gegeven worden. Met name de tarieven voor de diensten uit de productgroepen ’Sociaal Medische Advisering’, ’Reizigersvacc ina tic’ en ’Forensische Geneeskunde’ (ma rktta ken) zullen a ls gevolg daarvan op een kostendekkende basis worden opgezet, tenzij dit uit een oogpunt van marktwerking niet wenselijk is.
Budgetruimte die ontstaat als gevolg van bovenstaande activiteiten zal in eerste instantie aangewend worden ter dekking van de afname van de baten inzake TBC-bestrijding als gevolg van de beeindiging van de overeenkomst met de GGD ZO-Brabant. In de loop van 2001 zal de begroting en formatie inzake deze productgroepen aan de realiteit worden aangepast.
6.710.3 Hulpverlening aan verslaafden Multifunctionele eenheden MO Novadic is momenteel in overleg met de centrumgemeenten en zorgverzekeraars over de realisatie van Multi Functionele Eenheden (MFE) in Eindhoven en "s-Hertogenbosch. De structurele exploitatielasten van het ambulante gedeelte van een MFE in Eindhoven worden geraamd op E 363.000 (f 800.000). De gemeente Helmond heeft een toezegging gedaan voor gedeeltelijke financiering. Na aftrek van de reeds bestaande begrotingspost resteert voor de gemeente Eindhoven uiteindelijk een tekort van E 93.000 (f 204.000) vanaf 2002. Dit tekort kan worden gedekt uit het Stedelijk Ontwikkelings Programma. 6.710.3
Omschrijving
Hulpverlening aan verslaafden
Vakdienst 2002
2003
2004
2005 Formatie
Plan periode
2. Bud ettaire evol en voor enomen beleid Multifunctionele
MO
eenheden
01-04
Dekking SOP
< 47.000
f 104.000
E 47.000 f 104.000
-< 47.000 < 47.000 -f 104.000 -f 104.000
Totaal
6.711.1 Ambulancehulpverlening (AHV) De afdeling Ambulancehulpverlening (AHV) werkt reeds nauw samen met de andere vervoerders in de regio (GGD ZO-Brabant en Ambulancedienst van Gompel) en de CPA (meldkamer). Op grond van rninisteriele voorschriften dient uiterlijk per 1 januari 2003 deze samenwerking uit te monden in de vorming van een Regionale Ambulance Voorziening (RAV) als zelfstandig rechtspersoon. In 2001 is daartoe een gemeenschappelijke regeling ’Hulpverleningsregio ZO-Noord Brabant’ opgericht, die zowel voor de regionale brandweer als de regionale ambulancehulpverlening verantwoordelijk is. De wethouder voor Maatschappelijke Ontwikkeling heeft zitting in de bestuurscommissie Regionale Ambulancevoorziening, ressorterend onder het bestuur van de genoemde gemeenschappelijke regeling.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Ambulancehulpverlening wordt bekostigd uit vergoeding (door verzekeraars) voor gereden ritten tegen een vastgesteld tarief welk gebaseerd is op een door het College Tarieven Gezondheidszorg (CTG) toegekend budget. Met ingang van 2000 is een nieuw budgetsysteem van kracht, op grond waarvan binnen enkele jaren een forse achteruitgang dreigt van het beschikbare budget. Hiertegen is formeel bezwaar ingediend bij het CTG; na afwijzing van dit bezwaar is beroep aangetekend bij het College van beroep voor het bedrijfsleven, In afwachting van de uitkomsten van een landelijk onderzoek naar het beschikbare macro-budget voor ambulancehulpverlening is de budgetafname door het CTG vooralsnog bevroren. Daarnaast ontwikkelen ook Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant initiatieven om tot verhoging van het budget te komen.
6.721.0 Afvalverwijdering en ÃćâĆňâĂİ verwerking
Afvalstoffenheffin en reini in srechten SOB De raad heeft in december 1999 alsmede in september 2000 en december 2000 een aantal besluiten
genomen betreffende de kwaliteitsverbetering in de afvalverwijdering van huishoudelijke afvalstoffen. Met betrekking tot het eindperspectief afvalverwijdering is besloten: a. te kiezen voor invoering van een systeem van Diftar zodra dit technisch- en fiscaaljuridisch mogelijk is; b. tot containerisatie in de laagbouw; c. te kiezen voor containerisatie in de hoogbouw en het bestuur van CURE te verzoeken eind 2001 een implementatieplan via het college van Burgemeester en Wethouders aan de raad voor te leggen; d. burgemeester en wethouders met betrekking tot het flankerend beleid een aantal onderzoeken te laten uitvoeren gericht op een nog beter hergebruik van huishoudelijke afvalstromen. Daarnaast is besloten met ingang van juni 2001 het restafval in de hoogbouw wekelijks in te zamelen onder gelijktijdig stopzetten van de wekelijkse zomerinzameling GFT in de laagbouw. Ook is om doelmatigheidsredenen besloten de GFT inzameling bij de hoogbouw stop te zetten. De stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van deze besluiten is als volgt: Ad.a. de invoering van een systeem van Diftar kan, onder de gestelde randvoorwaarden, eerst ingevoerd worden indien de laagbouw is voorzien van mini-containers- en de hoogbouw van ondergrondse containers met toegangsregistratie. Eind 2001 zal aan de hand van het implementatieplan hoogbouw duidelijk worden wanneer een systeem van Diftar ingevoerd kan worden; Ad.b. de door CURE gevoerde aanbestedingsprocedure voor de minicontainers (inclusief chips, containermanagementsysteem e.d.) is afgerond; medio 2001 worden de eerste minicontainers wijk voor wijk uitgezet. De reeds bij de burger aanwezige GFT container wordt gelijktijdig met het uitzetten "bechipt". Ad.c. overeenkomstig een eerder genomen besluit eindigt eind 2001 de proef met een zestal ondergrondse- en enkele bovengrondse afvalcontainers met toegangsregistratie in de Offenbachlaan en een proef met ondergrondse containers in de binnenstad (Straturnseind). De resultaten hiervan worden meegenomen bij de voorstellen voor de ondergrondse containerisatie van de gehele hoogbouw. Ad. ter uitwerking van de nota flankerend beleid vindt in 2001/2002 een verdere verbetering plaats van de inzamelmogelijkheden voor glas, papier, KCA en textiel; de uitbreiding van de bestaande milieustraat tot een grootschalige milieustraat in de Lodewijkstraat is concreet in voorbereiding. De ontwikkeling van de grootschalige milieustraat te Acht start nadat ter plaatse de benodigde grond is verworven. Dit laatste heeft al geruime tijd bijzondere aandacht.
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
In december 2000 is het grootschalig kringloopbedrijf Het Goed regio Eindhoven gestart aan de Meerenakkerweg op industrieterrein de Hurk. Ontwikkelingen met betrekking tot de Ni/RAZOB
Het dagelijks bestuur van het 5RE en de Aandeelhoudersvergadering NV RAZOS hebben in beginsel besloten tot overdracht van de NV RAZOB aan de PNEM-MEGA Groep/Essent. De uitwerking van dit traject is in volle
gang en wordt zowel bestuurlijk als ambtelijk intensief door vertegenwoordigers van regiogemeenten begeleid. Voor wat betreft de facilitaire dienstverlening die thans door de NV RAZOB verricht wordt is voor de toekomst een organisatiestructuur ontwikkeld die gekenmerkt wordt door de volgende aspecten: transparante kostenstructuur; marktconforme tarieven; kostentoerekening daar waar ze gemaakt worden; ruimte voor gemeentelijk beleid. Uitvoering facilitaire taken door Nl/RAZOB De hiervoor genoemde nieuwe afvalverwijderingsstructuur zal in de toekomst gefinancierd worden op basis van het systeem dat bij een gemeente alleen die kosten in rekening gebracht worden die voor die gemeente gemaakt zijn. Naar verwachting levert dit nieuwe kostensysteem een aanzienlijke structurele besparing voor de gemeente Eindhoven op van 6 0,9 miljoen ( f 1,9 miljoen) structureel en E 0,6 miljoen (f 1,4 miljoen) incidenteel in 2001 ten gunste van het egalisatiefonds afvalstoffen.
Investeringen CURE In de begroting van CURE 2002 e.v. is rekening gehouden met de investeringen die zijn/worden gedaan met betrekking tot de minicontainers en toebehoren (chips, containermanagementsysteem e.d) en de vervanging van het verouderde wagenpark door ca.15 nieuwe inzamelauto’s met een modern geautomatiseerd zijbeladingssysteem. Door dit gemechaniseerd systeem wordt CURE minder afhankelijk van de krappe arbeidsmarkt en wordt het reeds eerder gesignaleerde P-90 norm (belastingsnorm voor huisvuilbeladers) opgelost.
Tarieven 2002
De verhoging van de tarieven afvalstoffenheffing en reinigingsrechten voor 2002 bedraagt 2,4 9o, ongeveer gelijk aan de gemeentelijke prijscompensatie (2,5 fo).
5tortkosten Wat betreft de toename van de hoeveelheid restafval ten opzichte van de begrote hoeveelheid in 2001 wordt rekening gehouden met een stijging van circa 8 9b. Kwij tscheldingsbeleid In de voorjaarsnota 1999-2002 is besloten om het kwijtscheldingsbeleid niet meer te dekken uit de armoedebeleid. De kosten van kwijtschelding komen daarmee volledig ten laste van de afvalstoffenheffing. Kw anti tei ten 2002
Restafval: 38.000 ton
GFT : 19.000 ton Uitgangspunten In dit beleidsplan heeft ten opzichte van het vorige plan de volgende actualisering plaatsgevonden: Groei van stortkosten restafval naar verbrandingsniveau:
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
1997 1998 1999 2000 2001 2002
f 180 220 300 300 307 315
82 100 136 136 140 143
Een opslag van Razob van E 90 (f 198) per ton restafval ter dekking van extra taken waaronder de regionale opzet van de milieustraten.
Overige uitgangspunten voor begrotingssamenstelling 2002:
Prijscornpensatie: 2,5 9o
Accres: 1,3 fo
Aantal aansluitingen: eenpersoonshuishoudens: 31.000 meerpersoonshuishoudens: 58.400
reinigings rechten: 6.800 Tarieven NV RAZOB 2002
Begroot 2002
Begroot Werkelijk Begroot
Begroot 2001
Werkelijk
136 114
139 88
250
227
90 233
66
68
70
145
150 154
66
68
70
145
150 154
2001
RESTAFVAL
Stortta rief incl. Milieuheffing Toeslag milieustr. Totaal afgerond
143
2001 2001
2002
300 307 252 193 552 500
315 198 513
GFT-AFVAL
Storttarieven Milieuheffing Toeslag milieuheffing Totaal afgerond
f
Recapitulatie van de uitgaven 2002:
f 4.429.000 10.198.000 536.000 3.157.000 829.000 19.149.000
9.760,000 22.474.000 1.181.000 6.958.000 1.827.000 42.200.000
Overige inkomsten Kwijtschelding Correctie reserve (i.v.m. afronding)
4.431.000 13.966.000 1.330.000 347.000 -932.000 7.000
Totaleinkomsten
19. 149.000
9.765.000 30.777.000 2.931.000 764.000 -2.053.000 16.000 42.200.000
Inzameling Verwerking Kapitaallasten Overhead SOB/APZ/SRE en doorbelasting
Storting in egalisatiereserve Totale uitgaven(incl. storting in reserve)
Recapitulatie van deinkomsten 2002:
f Eenpersoonshuishoudens (31.000"E 143,ÃćâĆňâĂİ (f 315,ÃćâĆňâĂİ ))
Meerpersoonshuishoudens (58.400"6 239,ÃćâĆňâĂİ (f 527,-)) Reinig ings rechten (6800"6 195,ÃćâĆňâĂİ (f 431-))
oktober 2001 Beleids plan 2002-2005
Tari efs ophou w 2002
Tarief 2001 ongedifferentieerd Verhoging inzamelkosten (incl Kringloopbedrijf) Verhoging stortkosten Verlaging kapitaallasten Extra tariefverhoging Efficiencyvoordeel a.g.v. stijging aantal aansluit. Overige Totaal
201,22 7,04 0,45 -1,78 9,98 -14,01 3,10 206,00
0,99 -3,93 22,00 -30,88 6,83 453,97
2001 f 303 515
2002 f 315 527
421
431
443,44 15,53
Gedifferentieerde tarieven 2001
20016 Eenpersoonshuishoudens Meerpersoonshuishoudens Reinigingsrechten
137
234 191
2002 6 143 239 195
Stand van de egalisatiereserve Bedragen " 1.000
f Stand van de reserve op 31-12-2000 (jaarrek. 2000) Perceptiekosten 2000, abusievelijk niet verwerkt in 2000 Incidenteel voordeel 2001 (compensatie te veel bet. aan Razob) Gewijzigd aantal aanslagen 2001:
-1.702 -3.751
-371 -818
+635 +1 400 +1.167 +2.572
Een persoons huishoudens +6 255 (f 563) Meerpersoonshuishoudens +6 329 f 724)
Reinigingsrechten +< 583 (f 1.285) Gewijzigde tarieven 2001 (begr.wijz. aanpassing tarieven)
-1.910
-4.210
+440 +59 -227
+970 +130
+408 -35 +891
+900 -78 +1.964
-1.125
-2.480
Eenpersoonshuishoudens 473 (-f 1.043) Meerpersoons huishoudens -< 1.311 (-f 2.889)
Reinigingsrechten 126 (-f 278) Correctie op storting reserve n.a.v. begrotingswijziging 2000-20 Besparing op kosten a.g.v. de verbeteracties 2001 Kapitaallasten investeringen Cure niet opgenomen in begr. 50B Resultaat kapitaallasten agv investeringen door Cure ipv SOB Nog te betalen subsidie aan ecoteams in 2000 en 2001 Prijsverschil stortkosten 2001
Restafva I +< 933 (f 2.057) GFT 42 (f 93)
Hoeveelheidsverschil stortkosten 2001 Restafva I
-6 1.143 (f 2.520)
GFT
+< 18 (f 40)
Resultaat rente fonds
Extra tariefsverhoging 2001 voor dekking negatief fonds Stand reserve 31- 12-2001
-500
-318
-700
+1.057 -1.031
+2.330 -2.271
Hiervoor is tot een bedrag van 6 829.000 (f 1.827.000) dekking opgenomen in de tarieven van 2002.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.722.0 Riolen, rioolgemalen, rioolrechten GRP ontwikkelin en reserve riolen SOB Bij het GRP 2000-2003 zijn, met het volgen van het "waterkwaliteitsspoor" maatregelen benoemd, die de waterkwaliteit van de Dommel verbeteren. De maatregelen, voornamelijk gericht op het afkoppelen van verhard oppervlak met een beperkte rioolvergroting en de aanleg van een bergbezinkbassin, kennen een looptijd tot 2010. In 2000 is gestart met de uitvoering hiervan. In de tweede helft van 2001 wordt een tussenrapportage opgesteld dat inzicht geeft in de voortgang van de invulling van het GRP. In de planperiode (t/m 2003) worden een aantal activiteiten gezamenlijk met waterschap De Dommel verricht, als invulling van het GRP. Het belangrijkste ten aanzien van beleidsontwikkeling is het waterplan.
Het gemeentelijk waterplan wordt in 2001 opgesteld. In 2000 is hiertoe reeds een intentieverklaring ondertekend door de 4 betrokken partijen (gemeente, waterschap De Dommel, provincie Noord-Brabant en de Waterleidingmaatschappij Oost-Brabant). Bij deze intentieverklaring is ook een plan van aanpak opgenomen dat als leidraad dient bij de totstandkoming van het waterplan. Doelstelling van het waterplan is om door samenwerking met de betrokken partijen te komen tot een duurzaam watergebruik tegen de laagst mogelijke maatschappelijke kosten. Duurzaam watergebruik heeft hierbij betrekking op alle onderdelen van de waterketen (drinkwater, riolering, afvalwater) en het watersysteem (regenwater, grondwater, oppervlaktewater). Het waterplan schetst de kansen en knelpunten van het watersysteem, stelt prioriteiten voor de korte en lange termijn acties en geeft duidelijkheid over de vraag wie welke verantwoordelijkheden heeft. Het vormt een basis voor een overeenkomst die tussen de partijen zal worden gesloten. Vanaf 2002 zal het waterplan derhalve de basis zijn voor het waterbeleid in de gemeente, daar waar het gaat om zowel de visie, de programma’s alsook de projecten. Onderdeel hiervan vormen in ieder geval de beleidsuitvoerende activiteiten die in het GRp 2000-2003 zijn benoemd, te weten: Het vanaf 2001 uitvoeren van een meetprogramma aan het oppervlaktewater en de riooloverstorten. Voor de mogelijkheden van verbetering van de oppervlaktewaterkwaliteit door sturing in het rioolstelsel, de rioolwater zuivering en zo mogelijk de stelsels van de omliggende gemeenten die zijn aangesloten op de zuivering Eindhoven, is door de gemeente in samenwerking met het waterschap een studie uitgevoerd. Op basis hiervan worden dit jaar concrete maatregelen uitgewerkt die een significante bijdrage kunnen leveren aan een schonere Dommel. Het rioolrecht wordt doorgelicht op de aspecten fiscaal kostenbegrip, methodiek van kostentoerekening en heffingsgrondslag. De wijze waarop de inzet van personeel ten laste van het rioolfonds worden gebracht wordt onderzocht; bekeken wordt of de productgerelateerde toekenning van taken een goede opzet is. Hierbij dient tevens zorgvuldig gekeken te worden naar de noodzakelijke versus beschikbare menskracht. Hetzelfde geldt voor de perceptiekosten van de afdeling Belastingen. Op basis van deze activiteiten wordt een voorstel gemaakt met de rioolrechtenontwikkeling voor de langere termijn. De tarieven voor de rioolrechten en de wijze van heffing voor de periode vanaf 2002-2005 is afhankelijk van voornoemde onderzoeken. In afwachting van de hiervoor genoemde onderzoeken worden de tarieven 2002 voorlopig verhoogd met 6 9b. De investeringsruimte 2002 wordt dan hiervan afgeleid.
6.821.0 Vernieuwing en beheer uitvoering stadsbeheerprogramma Uitvoerin stadsbeheer ro ramma SOB Het MeerjarenPlanStadsvernieuwing (MPS) 1999-2005 is het nu nog geldende Meerjarenplan. Het MPS zal in de loop van 2000 opgaan in het lnvesteringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV), wat deel uit maakt van het Stedelijk Ontwikkelings Plan (SOP). Inmiddels wordt er door verschillende diensten gewerkt aan het gestalte 38
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
geven van de activiteiten voor het SOP, en daarmee voor het ISV en MPS. Daarnaast zullen delen van budgetten uit het huidige MPS door de dienst APZ worden uitgezet. Ook hierover moeten nog nadere afspraken gemaakt worden. Een actualisering van het MPS is door deze ontwikkelingen voor 2000 dan ook niet gemaakt. In verband met de ontwikkelingen in het gemeentelijke apparaat, de overgang naar het ISV, de restant jaarschijf 1999 maar ook de wens om nogmaals kritisch naar de verplichtingen te kijken, zal in de komende maanden worden gewerkt aan een herijking van de financiele vertaling van de programmapunten uit het MPS 1999 ÃćâĆňâĂİ 2005, mede gelet op de overgang naar het ISV, voor de resterende jaren. Hierover zal in
het 3’ kwartaal van 2001 een apart dossier in procedure worden gebracht. 1otaal 2002-2005
2001
Uitvoering Stadsbeheerprogramma Bestedingen (lasten/uitgaven) 1. Grondproductiekosten wonen/niet wonen
750
113
250
1.634 3.600
1.634
3.600
340
2. Aankopen t.b.v. stadsvernieuwing 2.1 Woningen 2.2 Bedrijven
3. Woningen 3.1 Verbetering eigen woningen 3.2 (niet ingrijpende) verbetering particuliere huurwoningen 3.3 Verbouw van woningen 3.4 Storting gelden in andere reserves/voorzieningen
4. Monumenten 4.1 Restauratie van rijkswege geschermde monumenten en/of panden in beschermd stads/dorpsgezicht 4.2 Gemeentelijke monumenten
5. Proceskosten
307 677
6. Verbetering woonomgeving 7. Infrastructuur 8. Bedrij ven steun
2.584
5.695
851 1.875
488
1.075
192 423
10. Welzijn 11. Aflossen van leningen
590 1.299
1.368 3.015
68 150
9, Milieuhinderlijke bedrijven
113
250
5.522
12.169
3.833
8.446
12. Overig
4. 760 10.490
13. Totale stadsvernieuvvi ngsui tgaven
Ontvangsten/reserve Stadsbeheer 14. Saldo reserve Stadsbeheer per 31 dec. Voorafgaand jaar 15. Toegevoegde bespaarde rente 16. Storting in reserve stadsbeheer lopend jaar
5.156 11.362
181 398
16.1 Waarvan uit rijksbijdragen
3.256 7.176
1.689 3.723
Totaal ontvangsten
8.593 18.936
5.522 12.169
17. Onttrekking reserve stadsbeheer in lopend jaar 18. Saldo reserve stadsbeheer per 31 dec. Lopend jr
4.760 10.490
5.522 12.169
3.833 8.446
Gemeente Eindhoven
39
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.822.1 Bouwtoezicht Le es bouwver unnin en SOB Uitgangspunt over de raming van de legesopbrengsten en de hieraan ten grondslag liggende legestarieven, is dat deze volledig kostendekkend zijn. Dit betekent dat de raming van de legesopbrengsten wordt gerelateerd aan de directe en indirecte kosten van de uitvoering van de bouwaanvraagprocedure. Voor de bepaling van de hoogte van de feitelijke legestarieven, die vereist zijn om de geraamde opbrengst te realiseren, wordt als hulpmiddel gebruik gemaakt van een door de afdeling BIO ontwikkelde ramingsystematiek Deze systematiek is gebaseerd op het feit dat ongeveer 7,59o van de bouwaanvragen goed is voor globaal 75% van de legesopbrengst. Dit betekent dat de raming met name dient te worden geconcentreerd op het beperkte aantal grote projecten, daarbij gebruik makend van kengetallen/ prognoses die bij SOB aanwezig moeten zijn. Door SOB wordt onderscheid gemaakt in:
woningcomplexen; kantoren; bedrijfsgebouwen; overig. Uit de aldus verkregen informatie moet worden geconstateerd dat de legesopbrengsten ondanks de meer structurele onderbouwing via kengetallen /prognoses een onzekere factor blijft, waarbij voortdurend bijsturing van de prognose nodig is. Naar verwachting zal het aantal bouwaanvragen tot 2001 nog stijgen. In 2001 zal het werkaanbod zich gaan stabiliseren. Vanaf 2002 wordt verwacht dat het aantal bouwaanvragen zal dalen tot het niveau van 1998. Deze daling betreft kleine aanvragen (= weinig leges opbrengsten, zie 1’ alinea). Als gevolg van de nieuwe gemeentelijke dienstenstructuur zijn de uitgangspunten voor de kostentoerekening aangepast. Door een nog te kiezen inzet van instrumenten, zoals verhoging van de bouwkosten, wijziging bouwvolumes en eventueel aanpassing tarieven, zal de kostendekkendheid van de tarieven ook in 2002 zijn gewaarborgd. Overzicht leges
2002
2004
2003
x 1.000 Kosten SOB Kosten Brandweer
f
f
6.090 13.420
6.087 1 3.41 3
Subtotaal
6.180 13.619
Leges logeerinrichtingen Leges sloopvergunningen Subtotaal
Legesvrije bouwplannen Leges
2005
f 6.111 13.466
6.134 13.517
6. 178 13.613
6.201 13.665
6.224 13.716
125 275
125 275
125 275
125 275
152 334
152 334
152 334
152 334
5.937 13.085
5.935 13.079
5.958 13.131
5.981 13.182
90 199
27 59
91 200
91 200
27 59
91 200
90 199
27 59
91 200
f
90 199
27 59
91 200
bouwvergunningen
6.830.0 Bouwgrondexploitatie: Financiele ositie Grondbedri’f en relatie met de reserve "5 ecifieke Infrastructurele Werken" SIW SOB Algemeen (=a//e gebieden, exclusief Stationsdistrict en Meerhoven). In het Beleidsplan 2000-2003 werd over het jaar 2000 een "boekwinst" (positieve cashflow) verwacht van < 23,6 miljoen (f 52 miljoen). De realisatie geeft het volgende beeld:
40
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Verwerving en Bouwrijpmaken Beheerskosten e.d.
Raming 6 6,8 7,3
Grondverkopen
0,9 -38,6
Jaarresultaat 2000 (" winst 1
-23,6
Waarvan ten gunste van subfunctie 6.810.1 Jaarresultaat 2000
Werkelijk 6 0,9 9,3 -0,2 -26,6 -16,6 0,5 -16,1
Raming f
Werkelijk f
15,0
1,9
16,0 2,0
20,4 -0,4 -58,5 -36,6
-85,0 -52,0
1,2
-35,4
(= positieve cashflow)
Het bedrag van 6 16,1 miljoen (f 35,4 miljoen) is per 31-12-2000 gestort in de reserve Specifieke Infrastructurele Werken. Vooral de grondverkopen zijn achtergebleven, terwijl de kosten voor werken juist
wel hoger zijn uitgevallen. Opgemerkt moet worden, dat er geen sprake is van uitvallen van projecten, maar een verschuiving over de boekhoudkundige grens heen van 31-12-2000. Het bedrag van 6 7,5 miljoen (f 16,6 miljoen), zijnde < 23,6 miljoen (f 52,0 miljoen)-< 16,1miljoen (f 35,4 miljoen), wordt gerealiseerd in het jaar 2001.
De opbrengstverwachtingen voor 2001 en de volgende jaren zijn vooral afgeleid van de restant-prospecties voor de 10 grotere gebieden van het Grondbedrijf Algemeen. In de overige gebieden zullen zeker transacties, zowel kosten als opbrengsten worden gerealiseerd, doch de realisatie heeft een sterk individueel karakter en is zeer afhankelijk van de mogelijkheden tot uitgifte (beschikbaarheid terrein, bestemmingsplansituatie en belangstelling derden/kopers). Daar de realisatie zo sterk afhankelijk is van vaak externe oorzaken wordt bij het beleidsplan een mogelijke positieve cashflow voor dergelijke transacties buiten beschouwing gelaten (zie ook hierna onder strategische verwervingen).
Het grondbedrijf kent een eigen bedrijfsvoering binnen door de raad en college vastgestelde kaders waarvan het resultaat afgestort wordt in de reserve specifieke infrastructurele werken (RSIW). Deze bedrijfvoering gaat met enige onzekerheden gepaard voor wat betreft momenten van verkoop en mogelijkheden tot (strategische) verwervingen. De besluitvorming rond de besteding uit de RSIW is gebaat bij een zo groot mogelijke zekerheid rond de af te storten cash flow. Immers uitvoering van projecten ten laste van de RSIW mogen pas uitgevoerd worden nadat de opbrengst daadwerkelijk is gerealiseerd. Vandaar dat er, vanuit het voorzichtigheidsprincipe en het zoveel mogelijk elimineren van schommelingen, voor gekozen is de restantprospecties buiten beschouwing te laten. Resultaten op de restant-prospecties zullen uiteindelijk, met in achtneming van het bovenstaande, gestort worden in de RSIW. De 10 grotere gebieden vertonen in totaliteit per 1 januari 2001 nog de volgende restant-prospecties:
Verwervingen Werken Grondverkopen Saldo positieve cashflow
5,4
11,8
30,8 -94,3
67,7 -207,5 -128,0
-58,1
oktober 2001 Beleidsplan 2002-200S
In de periode van 2001 tot en met 2005 zal naar verwachting een cashflow worden gerealiseerd van 6 49 miljoen (f 108,0 miljoen). Gemiddeld leidt dit per jaar tot een bruto cashflow van E 9,8 miljoen (f 21,6 miljoen), opgebouwd als volgt:
2,4
Verwervingen Werken
Grondverkopen Saldo 10 gebieden Saldo beheerslasten" Saldo positieve cashflow
5,2 -16,1
-9,8
11,4
-35,4 -2 1,6 Bruto 2,6
1,2
-8,6
-19,0 netto
" De beheerslasten en -opbrengsten van het onderdeel grondbedrijf bestaan uit de tijdelijke exploitatie van eigendommen (bebouwd en onbebouwd), de zakelijke lasten over de eigendommen/grondvoorraden en overhead c.q. apparaatskosten van het ambtelijk apparaat. Op basis van deze ramingen zal dus een bedrag van 6 8,6 miljoen (f 19,0 miljoen) per jaar vanaf 2001 worden afgestort in de Reserve Specifieke Infrastructurele Werken tot een totaal van < 43,2 miljoen (f 95,0 miljoen). Nadrukkelijk wordt gesteld dat deze ramingen gebaseerd zijn op doorgaande economische groei. Gezien de recente tekenen van stagnatie moeten deze cijfers nadrukkelijk als zeer globaal worden gekenschetst en kunnen alleen op basis van gerealiseerde transacties bestedingen worden ingepland ten laste van bedoelde reserve. 5 trategi sche verwervi ngen.
Ten behoeve van strategische verwervingen zijn geen specifieke bedragen geraamd. De vastgoedmarkt is zodanig, dat de mogelijkheden voor de gemeente zeer beperkt zijn om in concurrentie met de markt te kunnen opereren. Eventuele mogelijkheden, die zich voordoen zullen telkens geval voor geval worden beoordeeld. Daar in de planperiode geen positieve cashflow is geraamd voor mogelijke transacties buiten de 10 grotere exploitatiegebieden biedt dit de mogelijkheid om eventuele strategische verwervingen met de hieruit vrijvallende cashflow te financieren, zodat dit geen invloed heeft op de geraamde cashflow van 6 8,6 miljoen (f 19,0 miljoen) per jaar voor de jaren 2001 tot en met 2005. De uiteindelijke resultaten op deze restantprospecties worden, zoals gebruikelijk, gestort in de RSIW. In 2000 is b.v. in de diverse grondbedrijf locaties verspreid over de stad een positieve cashflow gerealiseerd van ongeveer E 9,6 miljoen (f 21 miljoen). Dit bedrag is begrepen in de totale cashflow van E 16,1 miljoen (f 35,4 miljoen). Hierbij moet worden opgemerkt, dat deze incidentele verkoopmogelijkheden steeds beperkter worden (minder voorraad). In 2001 wordt een inventarisatie opgestart, waardoor er vanaf 2002 meer duidelijkheid ontstaat met betrekking tot de grondvoorraadsituatie en de hierin aanwezige
opbrengstmogelijkheden. GDC-Noord
Er wordt geen rekening gehouden met een cash flow voor deze locatie. Naar verwachting zullen ontwikkelingen vooral via exploitatieovereenkomsten worden gerealiseerd. Direct ten noorden van de Mispelhoefstraat wordt thans via een exploitatieovereenkomst een ontwikkeling gerealiseerd. In samenhang met de daarbij behorende kosten voor uit te voeren werken wordt geen positieve cashflow gerealiseerd. De verwachting bestaat, dat verder binnen dit gebied voor het gedeelte, dat bestaat uit vervuilde grond (voormalige stort), een eventuele ontwikkeling zeker niet zal leiden tot een positieve cashflow. Eerder zal rekening moeten worden gehouden met een negatieve cashflow. Het is nu niet mogelijk hieromtrent een uitspraak te doen. 42
Gemeente Emdhoven
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Verplichtingen Grondbedrijf/Reserve Specifieke infrastructurele Werken. Uit het voorgaande blijkt, dat de reserve tot en met einde 2005 zal worden gevoed met de positieve resultaten (positieve cashflow) vanuit het grondbedrijf algemeen. Bij de beoordeling of bestedingen kunnen plaatsvinden ten laste van deze reserve, za I telkens moeten worden bekeken of dit in relatie tot de (restant-)verplichtingen en risico’s van het Grondbedrijf mogelijk is. Deze verplichtingen van het Grondbedrijf bestaan met name uit de naijlende afrondingen in de sfeer van bouw- en woonrijpmaken. Voortdurend wordt gestreefd naar een verbetering van de inzichten, waarbij de resultaten van de opgestarte inventarisatieronde straks meer informatie zullen verschaffen. Voor ultimo 2005 worden deze (restant-)verplichtingen globaal geschat op 6 6,8 miljoen (f 15 miljoen).
Plangebied Stationsdistrict. Het in 1995 vastgestelde ontwikkelingsplan wordt momenteel herijkt. Naar verwachting zal ten behoeve van het volgende jaarverslag meer informatie beschikbaar zijn. Binnen dit gebied valt ook de bouwgrondexploitatie voor de ontwikkeling van het KBC. De binnen deze exploitatie te verwachten positieve cashflow wordt primair ingezet voor financiering en dekking van reeds uitgevoerde werken (verlegging zuidelijke rijbaan Fellenoord en tijdelijke inrichting 18 Septemberplein) en planontwikkelingskosten voor dit district. Daarnaast zal het saldo dienen als vangnet voor de mogelijke risico’s verbonden aan de realisatie van de parkeergarage. Dit zal met name nodig zijn indien de Reserve afdekking risico’s strategische projecten onvoldoende van omvang is voor de dekking van deze risico’ s. Plangebi ed Aieerhoven. In de raad van september 2000 is de herijkte exploitatieopzet vastgesteld. Inclusief een aantal geplande bestedingen ten laste van de verwachte positieve cashflow is sprake van een sluitende exploitatie. Gezien de hoge investeringen/boekwaarden en de lange doorlooptijd van de grondexploitatie is er met name een fors renterisico. De verwachtingen voor de gronduitgifte-mogelijkheden worden nog steeds positief ingeschat. In de loop van 2001 zal de grondexploitatie ten aanzien van de (restant-)prospectie opnieuw worden geactualiseerd en bijgesteld.
6.922.1 Diverse algemene stelposten
1. Voorgestelde nieuw beleid Voor lopende knelpunten bij diensten zijn in de Voorjaarsnota 2002-2005 totaalbedragen toegewezen. Deze bedragen zijn bedoeld voor enerzijds primair eenmalig afgedekte prioriteiten (besluiten), die structureel voortzetting vragen en anderzijds intensiveringen. Binnen deze middelen dient nadere prioriteitsstelling plaats te vinden op basis van urgentie, hetgeen betekent dat voor een aantal ontwikkelingen/activiteiten geen ruimte zal zijn. De in de Voorjaarsnota toegewezen bedragen zijn aangepast aan het inpassen in de financiele positie (sluitend maken van de begroting). Na de behandeling in de vakcommissies van 28 augustus 2001 tot en met 3 september 2001 zullen definitieve keuzes worden gemaakt.
Voor verdere ontwikkeling van ICT binnen de gemeente, zowel ten aanzien van de interne bedrijfsvoering als extern voor Kenniswijk, zijn extra impulsen nodig. Binnen de huidige context wordt hiervoor 6182.000 (f 0,4 miljoen) vrijgemaakt, in het besef dat dit minimaal is. De aandacht zal zich met deze beperkte middelen naar verwachting dan ook grotendeels richten op het verder op orde brengen van de eigen (interne) bedrijfsvoering.
Gemeente Eindhoven
43
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Handhavin /veili beid BRI/I/APZ SOBen/I/IDRE
Het thema handhaving/veiligheid is momenteel erg actueel en urgent. Op dit gebied zal eveneens een afweging moeten worden gemaakt ten aanzien van inzet van middelen. De opgenomen 6 590.000 (f 1,3 miljoen) is bedoeld voor alle gemeentelijke initiatieven/activiteiten op dit gebied. Daarbij kan worden gedacht aan taken van Brandweer, APZ, SOB en MDRE. Een integraal voorstel ten aanzien van de inzet van deze middelen zal nader worden uitgewerkt.
Totaalbedra en diensten Div. In de Voorjaarsnota 2002-2005 zijn extra middelen opgenomen om reeds in gang gezette zaken te kunnen afmaken in de vorm van het oplossen van knelpunten en aanpakken van achterstandssituaties. Bij de behandeling van het Beleidsplan 2002-2005 zijn de toegewezen extra middelen aangepast aan het inpassen in de definitieve positie (het sluitend maken van de begroting). Het gaat om de volgende totaalbedragen: "APZ: +MO:
"WZI: "SOB:
C 227.000 (f 0,5 miljoen) 4 454.000 (f 1,0 miljoen) 6 362.000 (f 0,8 miljoen), (voortzetting schuldhulpverlening). C 681.000 (f 1,5 miljoen)
2. stelpasten vanuit eerdere Beleidsplannen Welzi’nsvoorzienin en Meerhoven MO De Welzijnsvoorzieningen Meerhoven leiden, naast de investering, tevens tot extra exploitatielasten. Deze worden als volgt geraamd: 2002:E 89.000 (f 197.000), 2003: E 386.000 (f 851.000), 2004: E 386.000 (f 851.000), 2005: E 579.000 (f 1.276.000). In de Voorjaarsnota 2001-2004 is over deze periode een bedrag gehonoi eerd
van < 953.000 (f 2,1 miljoen). Na de planperiode bedraagt de exploitatielast, op basis van de huidige inzichten, ongeveer 6 590.000 (f 1,3 miljoen) structureel. In volgende cycli dienen derhalve aanvullend
benodigde bedragen meegenomen te worden. Vanwege de verscheidenheid van de diverse voorzieningen is deze post vooralsnog opgenomen onder Diverse algemene stelposten. Voor de realisatie van deze welzijnsvoorzieningen in Meerhoven is een investeringsvolume geraamd van 6 13,2 miljoen (f 29 miljoen). De hiervoor benodigde middelen zijn reeds afgedekt. Onder invloed van de specifieke bouweisen in Meerhoven en de temporisering van bouwwerkzaamheden in relatie tot de huidige bouwprijzen, zal duidelijk moeten worden of en in welke mate aanvullend investeringsvolume noodzakelijk Is.
Alternatieve bezuini in MO De oorspronkelijke ombuiging van < 182.000 (f 400.000) kwam voort uit een andere manier van werken en minder subsidieverstrekking, waardoor een formatievermindering van 5 fte’s zou kunnen worden geeffectueerd. Deze ombuiging blijkt binnen de huidige capaciteitsplanning niet mogelijk. In de Voorjaarsnota 2000-2003 is de bezuiniging uitgesteld tot 2002. De taakstelling 6 182.000 (f 400.000) blijft echter dienstbreed staan.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Stedeli’kOntwikkelin s Pro ramrna SOP CS De Stadsvisie 2010 is de basis voor het Stedelijk Ontwikkelings Programma 1999-2003/4 (SOP). In dit
programmadocument zijn de ambities van Eindhoven voor de komende jaren vastgelegd in relatie tot de beschikbaar gekomen respectievelijk komende geldstromen vanuit rijk, regio, provincie en EU. Het is uitdrukkelijk een programma van de stad Eindhoven, dat wil zeggen de gemeente, maatschappelijke partners en private partners. Op 20 december 1999 hebben het kabinet Kok II en het college van Eindhoven hun handtekening gezet onder het stadsconvenant Eindhoven, waarmee Eindhoven zich verplicht heeft al het mogelijke te doen om uitvoering te geven aan het SOP 1999-2003/4. Met het programma zijn 45 rijksregelingen gemoeid, tot een totaalbedrag van ongeveer E 188,8 miljoen (f 416 miljoen). Daarnaast zijn Eindhovense gelden aangewezen ter cofinanciering, komt er regionaal en provinciaal geld beschikbaar, zijn er vanuit de EU programmagelden beschikbaar (Doelstelling II Stedelijk Luik, Focus en Stimulus III phasing out) en wordt een substantiele inzet verwacht van maatschappelijke en private partners. Duidelijk is wel dat van de beschikbare rijksgelden al een groot deel vastligt in lopende verplichtingen, hetgeen de beleidsvrijheid beperkt. Tot op heden is deze materie nog steeds in beweging en wordt van rijkszijde bekeken of nog meer regelingen gelabeld kunnen worden aan het Grote Stedenbeleid. De geldstromen zijn in beeld gebracht en er is op hoofdlijnen bezien welke verplichtingen er reeds liggen ten aanzien van bestaande geldstrornen. De voorgestane systematiek ten aanzien van het verwerken van de beschikbare middelen in de (meerjaren)begroting is de volgende. Aan de hand van de vastgelegde regelingen worden de bestaande budgetten uit de begroting gelicht en gecombineerd met nieuwe geldstromen (rijk, provincie, regio en EU). Deze gelden worden gerubriceerd in 4 stelposten: een stelpost economische pijler, een stelpost ruimtelijke pijler, een stelpost sociale pijler en een stelpost bestuurlijke pijler. Aan de hand van de bekende verplichtingen (bijv. ID-banen) kan een aantal budgetten vervolgens weer in de begroting worden opgenomen, voorzien van een code waarmee duidelijk is dat het hier geoormerkte SOP-middelen betreft. Dat laatste is nodig om de verantwoording op een adequate wijze te kunnen doen plaatsvinden. Het restant van de middelen (nog niet verplicht) blijft in de stelposten totdat via besluitvorming over projecten (projectformats) middelen worden toegewezen. Ook hiervoor geldt dat deze middelen met een code herkenbaar in de begroting moeten worden opgenomen ten behoeve van de verantwoording. Ten aanzien van de uitwerking van het SOP naar projecten zijn per domein (subdeel van pijlers) coordinatoren vanuit de vakdiensten aangewezen. Ook is daarbij een verantwoordelijke bestuurder aangewezen. Wel blijft het van belang "over de grenzen heen te kijken", om zodoende een samenhangend geheel van projecten in de vorm van een programma te kunnen bewaken. Deze taak ligt bij de wethouder van Grote Stedenbeleid, ondersteund door het programmamanagement bij de Concernstaf. Qua systematiek is bepaald dat drie keer per jaar beoordeling van de ingediende projecten door het college plaatsvindt, op advies van de wethouder GSB. De projecten worden ingediend volgens een vastgesteld projectformat, waarbij een belangrijke functie is weggelegd voor de domeincoordinatoren. In dat kader wordt momenteel gewerkt aan een adequaat instrumentarium (door middel van een "Handboek financiele aspecten SOP") om de beleidsinhoudelijke en procesmatige voortgang te kunnen monitoren ("beleidscontrol"), naast het volgen van de financiele voortgang. Dit aspect neemt een belangrijke plaats in de verantwoording aan het rijk, Provincie en EU.
Gemeente Eindhoven
45
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Diverse algemene steiposten 2002 Vakdienst
2003
2004
6 227.000 f 500.000
6 227.000 f 500,000
2005 Formatie
Pia n periode APZ
02-05 MO
02-05
6 227.000 f 500.000
< 454.000 6 454.000 6 454.000 < 454.000 f 1.000.000 f 1.000.000 f 1.000.000 f 1.000.000
WZI
02-05 APZ (SB)
CS
Div.
02-05
6 45.000 f 100.000
f 100.000
02-05
02-05
6 272.000 f 600.000
< 45.000
< 45.000
MO (MWE)
02-05
6 272.000 f 600.000
f 100.000
02-05
SOB
6 227.000 f 500.000
6 45.000 f 100.000
< 272.000
< 45.000
f 100.000 < 45.000
f 100.000
< 681.000 <681.000 < 681.000 < 681.000 f 1.500.000 f 1.500.000 f 1.500.000 f 1.500.000
6 182.000 < 182.000
< 182.000
f 400.000 f 400.000
f 400.000
6 182.000 f 400.000
6 590.000 6 590.000 6 590.000 6 590.000 f 1.300.000 f 1.300.000 f 1.300.000 f 1.300.000
MO
-< 26.000 6 270.000
01-04
-f 58.000 f 596.000
< 270.000 < 463.000 f 596.000 f 1.021.000
CS
02-05
MO
8-01
PM
PM
PM
-6 182.000 -6 182.000
-6 182.000 -f 400.000
-< 182.000
PM
-f 400.000 -f400.000
6,0
f 600.000
-f 400.000
6 1.926.000 <2.584.000 62.584.000 <2.777.000 (4.242.000 f 5.696.000 f 5.696.000 f 6.121.000
1,0
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
6.922.2 Diverse resultaten Lokaal Vitaliteitsfonds Grote Stedenbeleid Eindhoven im uls CS Structurele voeding van Lokaal Vitaliteitsfonds vindt plaats door: a. Structurele storting van < 318.000 (f 0,7 miljoen) vanaf 1-1-1997 gemeentelijke middelen volgens Beleidsplan 1997-2000; b. Structurele voeding van E 136.000 (f 0,3 miljoen) vanaf 1-1-1997 volgens Beleidsplan 1998-2001 (oorspronkelijke storting reserve Sociale Vernieuwing Algemeen). Uit deze structurele voeding worden de volgende posten gedekt: 4 projectleiders (Stadsdeelkantoren) Programmamanager en medewerkers GSB-bureau Werkbudget. Met betrekking tot de geldstromen GSB in het kader van SOP wordt verwezen naar subfunctie 6.922.1. Overigens is het de intentie om een gedeelte van de GSB geldstromen voor het Stedelijk Ontwikkelprogramma wederom te bundelen in een "Centrale reserve Grote Stedenbeleid" als opvolger van het Lokaal Vitaliteitsfonds GSB (zie Handboek financiele aspecten SOP). De totaalevaluatie GSB eerste fase (1996-1999) en GSB tweede fase (1999-2003/4) is uitgevoerd door middel van de "Zelfanalyse 2001". Momenteel lopen er vanuit de eerste fase nog circa 40 projecten en in het kader van de tweede fase circa 100 projecten.
47
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Hoofdstuk 3 Dekkingsplan en overige informatie 1. Algemene Uitkering (Subfunctie 6.921.0) De raming van de Algemene Uitkering 2002 en volgende jaren is op basis van de mei-circulaire 2001 geactualiseerd. Verwerking van de actualisering en enkele stelposten geeft het volgende beeld (bedragen x < 1.000):
2001 2002 2003 2004 2005
Raming Au obv mei-circulaire 2000 incl. stelposten (=prim.begr.2001-2004)
152.780 153.098 153.086 152.587
a. Cluster al emene mutatjes 320
Ontw. Land. Uitkeringsbasis
967
973
b. Cluster soc. dienst/bi’stand correctie korting FWI
terugboeken vreemdelingenwet RBH vangnetregeling huursubsidie
c. Su letje-uitkerin 2001-2004 Doorwerk jn maatr. Voor . Jaren + afr. Raming AU obv sept circ. 2000 (i nel. stelposten ")
471
471
471
471
-145
-177
-183
-163
-71
-71
-71
-71
739
616
411
205
-12
d. Cluster zor vervallen soc.vervoer AWBZ-instellingen Raming AU obv dec.circ.2000 (incl. stelposten ")
e. Aan assin formules f. Aan assin basis e evens Eindhoven OZB
Overige basisgegevens Cluster al .mutaties
-2
153.774 154.257 154.669 154.000 -283 153.491
-147 -47 -52 153.076 -150
154.110 -158
154.622
153. 948
-158
-151
-151
-1.951
-1787
-1.625
-481
-471
-1.467 -540
-1. 773
-248
3.681
3.681 28
3.681
3.681
49
68
-182
-182
-182
-182
1.225
1.225
1.225
1.225
accres 2002 (obv mei-circ. 2000) Doorwerking maatr.voorg.jaren+afr.
271
h. Cluster zor stelp. Herverdeling huisv. Onderwijs
i. Cluster al .mutaties stelp.aanp.accres 2001+2002 obv sept.circ 2000 Raming AU begr.ongevv.bel. 2002-2005
726
150.408 156.408 157.127 156.563 156.216
Cluster al emene mutaties ontw. Landelijke uitk. Basis
-303
herverdeling huisvesting onderwijs aanp.accres 2001 (van meicirc 00 naar meicirc 01) aanp.accres 2002 (van meicirc 00 naar meicirc 01) teru gdr. stelp.aan p. accres 2001+2002 (sept. circ.00)
3.485 726
-764 -307 3.485 614 -1.225
-1.229 -307 3.485 614 -1.225
-1.544 -307 3.485 614 -1.225
-921
-307 3.485
614 -1.225
k. Cluster soc.dienst/bi’stand Correctie korting FWI Aanp. RBH/vangnetreg.huursubsidie Vreemdelinge nwet Cluster zor
15 5
55
15
15
15
38 55
38 55
38 55
38 55
17 23 182
40
40
40
23 182
23 182
23 182
58
58
33
33
58 33
15
As jelzoekers/GBA
Leerlingenvervoer SBO
Herverdeling onderwijs/nieuwe verdeelsleutels Terugdringen stelp. Herverdeling onderwijs m. Cluster bestuursor anen Brutering onkostenvergoeding Dualisering lokaal bestuur
58
58 25
n. Cluster f sick milieu Nieuwe maatstaf ISV (-pm) Doorwerking maatr. Voorg.jaren+afr. Raming AU obv mei-circ. 2001 incl. stelp ") "")
30 73 100 111
C 154.449 C 158.654 4 158.982 C 158.130 < 158.417
f 340.361 f 349.621 f 350.346 f 348.471 f 349.105
Aanvullende dekkin :
Inzet 25% behoedzaamheidsreserve 726 Effecten septembercirculaire 2001 1.700
") raming is na aftrek nog te verwerken begr.wijz. FWI ad -C 7.029 (f 15.490) miv 2001 "") incl. 75% behoedzaamheidsreserve M 2.178 (f 4.800)
726 1.700
726 1. 700
726 1.700
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Informatie algemeen
Maatscha eli’ke rioriteiten Het Kabinet vindt dat er voor 2001 en 2002 sprake is van ruime reele accressen. Het Kabinet wil daarom samen met VNG en IPO plannen uitwerken voor een verdere inzet van gemeenten en provincies rond de
Rijksbeleidsprioriteiten onderwijs, zorg en veiligheid. Hier speelt echter een conflict met de vrije besteedbaarheid van de Algemene Uitkering, de vraag ’wat is reeel?’ (gemeenten hebben de accressen nodig voor compensatie van loon- en prijsontwikkelingen) en de gemeentelijke autonomie. Hierover zal nader overleg plaatsvinden met de VNG. Evaluatie E 45 ÃćâĆňâĂİ f 100 ÃćâĆňâĂİ maatre el
De huidige regelgeving voor de lokale lastenverlichting blijft voor 2002 ongewijzigd van kracht. Het Kabinet bereidt echter een ’verkenning belasting- en premieheffing’ voor. Hierin worden ook mogelijke alternatieven voor de E 45,ÃćâĆňâĂİ (f 100,-) maatregel bezien. Deze alternatieven zullen onderwerp zijn van nader overleg tussen het Rijk en de VNG.
Evaluatie normerin smethode De normeringsmethode (= de koppeling van de groei van het Gemeentefonds aan de groei van de rijksuitgaven) zal worden geevalueerd. De uitkomsten van de evaluatie zullen een rol spelen bij de besluitvorming over de inrichting van de normering in de komende kabinetsperiode. Ad a. Cluster algemene mutaties (september-circulaire 2000) Ontwikkelin landeli’ke uitkerin sbasis Ten opzichte van de mei-circulaire 2000 zijn de ramingen van de landelijke basisgegevens (aantallen inwoners, woonruimten e.d.) bijgesteld.
Ad b. Cluster sociale dienst/bijstand (september-circulaire 2000) Fonds Werk en Inkomen De korting op het Gemeentefonds in verband met de invoering van het Fonds Werk en Inkomen (FWI) is herberekend en valt met 6 398,9 miljoen (f 879,1miljoen) hoger uit dan de raming van 6 388,9 miljoen (f 857 miljoen) van de mei-circulaire 2000. Doordat ook de verdeelsleutels zijn aangepast pakt de korting voor Eindhoven ruim E 0,45 miljoen (f 1 miljoen) lager uit dan volgens de mei-circulaire 2000.
Vreemdelin enwet Het is niet mogelijk gebleken om de nieuwe Vreemdelingenwet op de aanvankelijk geplande datum van 1 januari 2001 in te voeren. In afwachting van definitieve besluitvorming over het werkelijke invoeringstijdstip wordt het eerder aan de Algemene Uitkering toegevoegde bedrag van E 8,1 miljoen (f 17,9 miljoen) bij de september-circulaire 2000 weer uitgenomen. De binnen de gemeente voor dit onderwerp gevormde uitgavenstelpost wordt eveneens terug gedraaid.
RBHNan netre elin huursubsidie De Vangnetregeling individuele huursubsidie van het ministerie van VROM leidt volgens het Rijk tot besparingen op de woonkostentoeslag van de bijzondere bijstand. Eerder werden daarvoor bedragen van E 3,2 miljoen (f 7 miljoen) en < 4,6 miljoen (f 10,2 miljoen) uit het gemeentefonds genomen. Bij de evaluatie
van de Vangnetregeling is gebleken dat de besparingen op de woonkostentoeslag nog groter zijn dan de tussentijdse ramingen aangaven. Om die reden wordt met ingang van 2001 nogmaals E 4,5 miljoen (f 10 miljoen) uit het gemeentefonds gelicht.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Ad c. Suppletie-uitkering 2001-2004 (overgangsregeling bij herijking 2001)(september-circulaire 2000) De suppletie-uitkering (de overgangsregeling bij de herijking 2001) zal definitief worden gebaseerd op de bevoorschottingsgegevens van februari 2000. Dit betekent, dat Eindhoven de in de mei-circulaire 2000 aangekondigde suppletie-uitkering ÃćâĆňâĂİ die vooralsnog door Eindhoven pm was geraamd - kan opnemen in
haar raming van de Algemene Uitkering.
Ad d. Cluster zorg (december-circulaire 2000) Sociaal vervoer AWBZ-instellingen De minister van SZW heeft zijn eerdere voornemen om de middelen voor het sociaal vervoer AWBZinstellingen over te hevelen naar het Gemeentefonds ingetrokken. De minister heeft wegens de grote herverdeeleffecten en mede met het oog op de derde evaluatie WVG besloten de huidige bijdrageregeling AWBZ-gemeenten met een jaar te verlengen. Dit betekent dat het eerder aan de Algemene Uitkering toegevoegde bedrag komt te vervallen. De binnen de gemeente voor dit onderwerp gevormde uitgavenstelpost wordt eveneens teruggedraaid.
Ad e. Aanpassing formules (actualisering begroting ongewijzigd beleid 2002-2005) In verband met de herijking 2001 zijn bij de verdeelsleutels enkele formules nog enigszins bijgesteld.
Ad f. Ontwikkeling basisgegevens Eindhoven (actualisering begroting ongewijzigd beleid 2002-2005) De in de Voorjaarsnota aangegeven ontwikkeling van aantallen inwoners, woonruimten, bijstandsgerechtigden is verwerkt. Tevens zijn de overige verdeelmaatstaven op basis van actuele gegevens aangepast. De nieuwe OZB-waarden (peildatum 1-1-1999) zijn de basis voor de heffing van OZB in de jaren 2001 tot en met 2004 en voor de negatieve verdeelsleutel (aftrekpost) in de Algemene Uitkering. In het Beleidsplan 20012004 was in de raming van de Algemene Uitkering de aftrekpost verwerkt op basis van een eerste prognose van de nieuwe OZB-waarden. Dit leverde een financieel effect op van: Bedragen " 1.000 2004 2003 2005 2002 2001
f
f
f
f
-1.071 -2.360
-1.11 2 -2.450
-1.165 -2.567
-1.220 -2.688
F
-1.220
-2.688
Daarmee leken de gevolgen voor Eindhoven mee te vallen. Ze werden op dat moment ook gecompenseerd door grote meevallers op het accres 2000. Er is daarom in de beleidsperiode 2001-2004 niet besloten tot compensatie via verhoging van de OZB-tarieven. Voor de beleidsperiode 2002-2005 is de raming van de Algemene Uitkering geactualiseerd en is hierin de meest recente prognose verwerkt van de nieuwe OZB-waarden voor de gemeente Eindhoven. Dit heeft naast het effect dat reeds is verwerkt een extra negatief effect tot gevolg van: Bedragen " 1.000 2004 2003 2002 2001 2005 f f f f f -1.467 -3.232 -1.625 -3.582 -1.787 -3.939 -1.773 -3.908 -1.951 -4.299 Hierdoor is via de actualisering van de Algemene Uitkering gemiddeld 6 ’l,6 miljoen (f 3,6 miljoen) minder beschikbaar dan in voorgaande jaren als dekking tegenover de aanpassing van de budgetten voor loon- en prijsontwikkelingen. (N.b.: in de nieuwe raming van de Algemene Uitkering is obv de september-circulaire 2000 een normaal behoorlijk accres 2002 verwerkt van afgerond E 4,9 (f 10,8) miljoen.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Ad g. + ad i. Cluster algemene mutaties (actualisering begroting ongewijzigd beleid 2002-2005) Accres 2002 mei-circulaire 2000 Het accres 2002 is volgens de mei-circulaire 2000 geraamd op landelijkE 271,6 (f 598,5) miljoen. Effect voor de gemeente Eindhoven < 3,7 (f 8,1) miljoen. Het accres 2002 wordt nu voor het eerst in de gemeentelijke raming opgenomen. De raming wordt daarmee gebracht op het loon- en prijspeil 2002.
Stel pst aan assin accres 2001 se tember-circulaire 2000 Het indicatief accres 2001 komt in de september-circulaire 2000 met een landelijk bedrag van 6 450,8 (f 993,5) miljoen 6 76 (f 167,4) miljoen lager uit dan de raming van E 526,8 (f 1.160,9) miljoen uit de meicirculaire 2000. Hoewel bij de september-circulaire de raming van de Algemene Uitkering officieel niet wordt aangepast voor de veranderingen in de accressen heeft Eindhoven de verlaging ÃćâĆňâĂİ via een stelpost ÃćâĆňâĂİ wel
verwerkt in de raming van de Algemene Uitkering.
Stel ost aan assin accres 2002 se tember-circulaire 2000 Het indicatief accres 2002 komt in de september-circulaire 2000 met een landelijk bedrag van E 417,6 (f 920,2) miljoen < 146 (f 321,7) miljoen hoger uit dan de raming van 6 271,6 (f 598,5) miljoen uit de meicirculaire 2000. Hoewel bij de september-circulaire de raming van de Algemene Uitkering officieel niet wordt aangepast voor de veranderingen in de accressen heeft Eindhoven de verhoging ÃćâĆňâĂİ via een stelpost ÃćâĆňâĂİ wel
verwerkt in de raming van de Algemene Uitkering.
Ad h. Cluster zorg (actualisering begroting ongewijzigd beleid 2002-2005) Op basis van het rapport ’lokaal verdeeld’ heeft Eindhoven via een stelpost reeds rekening gehouden met een aangekondigde herverdeling van de gelden voor onderwijshuisvesting binnen de Algemene Uitkering. Ad j. Cluster algemene mutaties (mei-circulaire 2001)
Ontwikkelin landeli’ke uitkerin sbasis Ten opzichte van de september-circulaire 2000 zijn de ramingen van de landelijke basisgegevens (aantallen inwoners, woonruimten e.d.) bijgesteld. In het effect van de uitkeringsbasis 2002 zit tevens het negatief effect verwerkt van de herziene verdeling van de middelen voor onderwijshuisvesting. (Effect Eindhoven W 307.000 (-f 676.000).(N.b.: het positief effect van deze herverdeling voor Eindhoven ad 6 23.000 (f 51.000) is verwerkt onder ad I. Cluster zorg.)
Aan assin accres 2001 mei-circulaire 2001 Het accres 2001 is ten opzichte van de mei-circulaire 2000 met 6 261.4 (f 576) miljoen bijgesteld naar < 788,2 (f 1.736,9) miljoen. Effect voor Eindhoven E 3.485.000 (f 7.680.000). Eindhoven had op basis van de september-circulaire 2000 reeds voor ÃćâĆňâĂİ < 726.000 (f 1.600.000) op dit effect geanticipeerd. Deze stelpost
wordt nu in ruil voor het werkelijke effect teruggedraaid. De toename van het accres 2001 blijkt vooral het gevolg van de intensiveringen van de rijksuitgaven, die in de Rijksvoorjaarsnota voor het jaar 2001 zijn voorzien. De intensiveringen hebben met name betrekking op de drie Rijksbeleidsprioriteiten onderwijs, zorg en veiligheid.
Aan assin accres 2002 mei-circulaire 2001 Het accres 2002 is ten opzichte van de mei-circulaire 2000 met 6 58,2 (f 128,3) miljoen bijgesteld naar 6 329,8 (f 726,8) miljoen. Effect voor Eindhoven 6 614.000 (f 1.352.000). Eindhoven had op basis van de septembercirculaire 2000 reeds voor E 1.951.000 (f 4.300.000) op dit effect geanticipeerd. Deze stelpost wordt nu in ruil voor het werkelijke effect teruggedraaid. Het hogere accres 2002 is evenals het accres 2001 het gevolg van de uitgavenimpuls van het Rijk met name voor de Rijksbeleidsprioriteiten onderwijs, zorg, veiligheid en arbeidsmarktknelpunten in de collectieve sector.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Ad k. Cluster sociale dienst/bijstand (mei-circulaire 2001) Fonds Werk en Inkomen De korting op het Gemeentefonds in verband met de invoering van het Fonds Werk en Inkomen (FWI) is voor het onderdeel ’onderzoekskosten levensvatbaarheid bedrijven zelfstandigen’ gecorrigeerd met E 0,9 (f 1,9) miljoen naar E 398,1 (-f 877,2) miljoen (de korting was eerst E 398,9 (-f 879,1) miljoen). Effect voor Eindhoven + 6 15.000 (f 32.000).
RBH/Van netre elin huursubsidie Over de evaluatie van de Regeling bijdrage huurlasten (RBH)(=vangnetregeling huursubsidie) is overleg gevoerd tussen de staatssecretaris van VROM en de VNG. De bij de september-circulaire 2000 toegepaste korting op het Gemeentefonds ivm besparingen op de woonkostentoeslag van de bijzondere bijstand is nu door de staatssecretaris van VROM gedeeltelijk teruggedraaid en definitief vastgesteld op structureel ÃćâĆňâĂİ E 2,1
(-f 4,6) miljoen. Effect Eindhoven E 71.000 (-f 157.000) bij de september-circulaire 2000 en+ 6 38.000 (f 83.000) bij de mei-circulaire 2001. Per saldo effect W 34.000 (- f 74.000).
Vreemdelin enwet De nieuwe Vreemdelingenwet is ingevoerd per 1 april 2001. De wet houdt onder meer in dat de huidige verblijfstitels, waaronder de voorlopige vergunning tot verblijf (vvtv) komen te vervallen. Daarvoor in de plaats komt een verblijfstitel voor bepaalde tijd (vbt). Daarmee vervalt voor de gemeente ook de tot op heden ontvangen vvtv-uitkering, waaruit onder meer de persoonlijke uitkering aan de vvtv-er, de gemeentelijke uitvoeringskosten en de kosten van woninginrichting werden betaald. Alle nieuwe vbt-ers zullen onmiddellijk onder de Abw vallen. Ter compensatie van de extra uitvoeringskosten bijstand en bijzondere bijstand die de gemeenten maken vanwege de overgang op de vbt-status en het vervallen van de vvtv-status worden middelen aan het gemeentefonds toegevoegd. Voor de gemeente Eindhoven zullen de financiele en organisatorische effecten nog in beeld worden gebracht. In afwachting daarvan zijn de via het gemeentefonds beschikbaar gestelde middelen op een uitgavenstelpost van E 55.000 (f 121.000) gezet.
Ad I. Cluster zorg (mei-circulaire 2001) Asielzoekers/GBA Asielzoekers die in een opvangcentrum verblijven worden sinds 1 juni 2000 reeds na een half jaar ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie (GBA) in de plaats van na een jaar. In verband hiermee is de specifieke uitkering die gemeenten ontvangen op grond van het Faciliteitenbesluit opvangcentra neerwaarts gecorrigeerd. Doel van de wijziging is het voorkomen van een dubbele tegemoetkoming: enerzijds een specifieke uitkering, anderzijds via de Algemene Uitkering. De middelen die vrijkomen door de correctie van de specifieke uitkering worden ter compensatie toegevoegd aan het Gemeentefonds.
Leerlin envervoerSBOen ehandica teleerlin en De bekostiging van het leerlingenvervoer voor leerlingen van het speciaal basisonderwijs (SBO) behoorde tot 1 augustus 1998 tot de gemeentelijke taken. Daarna viel het op grond van de Wet Reintegratie arbeidsongeschikten ( Wet Rea) onder het GAK. Per 1 augustus 2002 wordt dit type leerlingenvervoer weer een gemeentelijke taak. Het is de bedoeling dat de vergoedingen dan gehandhaafd zullen blijven op het niveau van de Wet Rea. Dit niveau ligt in het algemeen hoger dan de in het verleden door de gemeenten verstrekte vergoedingen. Voor de extra kosten van deze ruimere vergoedingen wordt op jaarbasis 6 3,6 miljoen (f 7,9 miljoen) toegevoegd aan het gemeentefonds. Effect Eindhoven op jaarbasis+< 40.000 (f 88.000).
N.b.: de minister van BZK is van mening dat de gemeenten in de periode 1 augustus 1998 - 1 augustus 2002 ten onrechte via het gemeentefonds een vergoeding zijn blijven ontvangen voor dit leerlingenvervoer, terwijl de betreffende taak ergens anders lag. Hij wil over een eventuele verrekening beslissen na overleg hierover met de VNG. Tevens speelt hier een rol het voornemen om per 1 augustus 2002 ook het
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
schoolvervoer van gehandicapte leerlingen die regulier onderwijs volgen naar de gemeenten over te brengen. Over de financiele aspecten van dit voornemen vindt nog overleg plaats.
I-Ierverdelin onderwi’s/nieuwe verdeelsleutels De verdeling van de middelen voor onderwijs is aangepast ten gunste van groeigemeenten en van kleinere gemeenten met streekscholen. Effect voor Eindhoven + E 23.000 (f 51,000) bij het cluster Zorg en A 307.000 (-f 676.000) bij het Cluster algemene mutaties. Eindhoven had in de begroting ongewijzigd beleid 2002-2005 reeds voor ÃćâĆňâĂİ E 182.000 (f 400.000) op dit effect geanticipeerd. Deze stel post wordt nu in ruil voor het
werkelijke effect teruggedraaid. Ad m. Cluster bestuursorganen (mei-circulaire 2001)
Bruterin onkostenver oedin De onkostenvergoeding voor gemeentebestuurders is in verband met aangescherpte belastingwetgeving per 1-1-2001 aangepast. Enkele kostensoorten worden nu rechtstreeks ten laste gebracht van de bedrijfsvoering. De resterende kostensoorten zijn gebruteerd. De gemeenten worden voor de extra kosten van de brutering gecompenseerd via een toevoeging van E 11,8 (f 26,1) miljoen aan het Gemeentefonds. In de Eindhovense begroting 2002-2005 zijn de kosten van de brutering reeds verwerkt.
Dua liserin lokaalbestuur In verband met hogere uitgaven als gevolg van de voorgenomen ontvlechting van raadslidmaatschap en wethouderschap in het wetsvoorstel dualisering gemeentebestuur, wordt per 1 april 2002 op jaarbasis E 15 (f 33) miljoen toegevoegd aan het gemeentefonds. Effect Eindhoven op jaarbasis E 33.000 (f 72.000). Dit bedrag is in afwachting van de voortgang van het wetsvoorstel en nadere invulling door de gemeente op een uitgavenstelpost gezet. Ad n. Cluster fysiek milieu (mei-circulaire 2001) Nieuwe maatstaf ISV De verdeelmaatstaf stadsvernieuwing zal worden herzien. De maatstaf stadsvernieuwing is destijds ingesteld in verband met de eigen bijdrage van gemeenten aan de stads- en dorpsvernieuwing (kop-op-kosten). Daarom is de sleutel afgeleid van de verdeling van het Stadsvernieuwingsfonds. Inmiddels is dit fonds opgegaan in het Investeringsfonds Stedelijke Vernieuwing (ISV). Om die reden wordt de maatstaf herzien. De nieuwe verdeelsleutel zal worden afgeleid van de stadsvernieuwingsmiddelen binnen het ISV. Doel van de maatstaf blijft stadsvernieuwing in enge zin en de kop-op-kosten. De omvang van stadsvernieuwing in enge zin binnen het ISV is echter sterk gedaald ten opzichte van het voormalige Stadsvernieuwingsfonds. Daarom zal er minder geld via de herziene verdeelsleutel verdeeld worden. Het restant zal vrijvallen. Voor herverdeeleffecten komt er zo nodig een overgangsregeling. In de september-circulaire 2001 zullen voorstellen worden gepresenteerd over de nieuwe verdeling van de middelen voor de stadsvernieuwing in enge zin en over de uit de verdeelmaatstaf vrijvallende middelen.
Ad o. Aanvullende dekkingsmiddelen Voor toelichting zie paragraaf 3.6: aanvullende dekkingsmiddelen. Ad p. Uitgaven/inkomstenstelposten Het is gebruikelijk binnen de gemeente Eindhoven om ÃćâĆňâĂİ indien mogelijk- voor omvangrijke nieuwe
beleidsontwikkelingen, een met de mutatie in de Algemene Uitkering corresponderend bedrag op te nemen als uitgavenstelpost. Dit, in afwachting van de concrete invulling van dit beleid ÃćâĆňâĂİ middels invullingsdossiersÃćâĆňâĂİ
waarbij de werkelijk benodigde uitgaven blijken. Bij de concrete invulling van nieuw beleid moet ermee rekening worden gehouden dat een uitgavenstelpost voor een ’cluster’ betrekking heeft/kan hebben op meerdere beleidswijzigingen.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
N.b.: Uit het Beleidsplan 2001-2004 zijn de uitgavenstelposten voor bijzondere bijstand en klassenverkleining (gedeeltelijk) nog niet ingevuld. Een overzicht van de uitgaven/inkomstenstelposten is te vinden op pagina 65 van dit Beleidsplan. Bedragen ’ 1.000 2002 2003 2001
2004 2005
Uitgavenstelposten Vreemdelingenwet Asielzoekers/GBA
Leerlingenvervoer SBO Dualisering lokaal bestuur
(E 55 (f 122)) 6 55 (f 122) (6 75 (f 166)) 6 62 (f 136)
< 55 (f 122)
< 55 (f 122) < 55 (f 122)
6 47 (f 104)
6 33 (f 72) 6 33 (f’ 72)
617 (f 37)
6 40 (f 88)
640 (f 88) <40 (f 88)
6 25 (f 54)
633 (f 72)
< 33 (f 72) < 33 (f 72)
2. Onroerende Zaakbelastingen (Subfunctie 6.920.0 bij APZ) Bij raadsbesluit van 12-03-2001 (dossiernr. 110.305) zijn de tarieven voor het belastingjaar 2001 alsvolgt vastgesteld. Het tarief voor de gebruikersbelasting voor woningen is vastgesteld op 6 1,89 (f 4,16) en voor niet woningen 6 3,03 (f 6,68). Het tarief voor de eigenarenbelasting voor woningen is vastgesteld op 6 2,36 (f 5,19) en voor niet woningen op 6 3,79 (f 8,35). Weliswaar is er naar aanleiding van de waardering per peildatum 01-01-1999 sprake van een forse stijging van de waarde voor de woningen en in mindere mate voor de niet woningen maar dit zal geen directe gevolgen hebben voor de opbrengst van de onroerende zaakbelastingen. Dit omdat er een compensatie heeft plaatsgevonden door aanpassing van de tarieven. Rekening houdend met de jaarlijkse autonome groei, is in meerjarenperspectief sprake van de volgende ontwikkelingen:
bedragen x I.000
WOZ-waarde woningen
WOZ-waarde niet woningen
Opbrengsten ongewijzigd beleid
Tariefsverhoging 69b
2002 6 11.912.780 f 26.252.312
2003
2004 2005
< 12.067.646 f 26.593.592
6 12.224.525 C 12.383.444 f 26.939.308 f 27.289.519
6 5.531.394 f 12.189.588
f 12.348.052
6 5.676.145 f 12.508.577
6 5.749.934 f 12.671.188
6 37.696
< 38.186
f 83.071
f 84.151
6 38.682 f 85.245
6 39.185 f 86.353
6 2.262 f 4.984 6 39.958 f 88.055
< 2.291
< 2.321
< 2.351
f 5.049
f 5.115 41.003 f 90.360
6 41.536 f 91.534
< 5.603.302
6 40.477 f 89.200
f 5.181
Voor het jaar 2003 wordt verwacht dat er een wettelijke verplichting zal komen waarbij de waardebeschikking in het kader van de WOZ en de aanslag OZB zullen worden verenigd op een beschikking. De bepaalde WOZ waarde zal wel voor vier jaar blijven gelden. Weliswaar zal dit niet direct leiden tot een hogere opbrengst van de OZB maar wel tot beleidsmaatregelen omtrent het tijdig vaststellen van waarden om deze vervolgens te koppelen aan aanslagen.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
3. Reserves en voorzieningen (Subfunctie 6.922.3, CS)
3.1 Saldireserve F
De Saldireserve bedraagt per 01-01-2000 Resultaat 1999 Resultaat 2000 tussentijdse besluiten Resultaat rekening 2000 Onttrekkingen t.b.v. Correctie reserve WVG Inzet incidentele middelen
Algemene reserve Overheveling per 31-12-2000 Stand per 01-01-2001 Onttrekkingen in 2001 (t/m 1-7)
Geraamde stand per 31-12-2001
998.000 7.001.000 -3.284.000
2.200.000 15.428.000 -7.238.000
2.773.000 7.488.000
6.114.000 16.504.000
-3.808.000 3.680.000
-8.391.000
1 1.895.000
-1.407.000 -6.807.000 -908.000
8.113.000
De geraamde stand per 31-12-2001 bedraagt derhalve ongeveer E 3,7 miljoen (f 8,1 miljoen). Gezien de beschikkingen casu quo toevoegingen als gevolg van tussentijdse voorstellen wordt geen rekening gehouden met rente-opbrengsten van de Saldireserve. Voor zover in de realisatie door een positieve stand van de Saldireserve rente-opbrengsten resulteren worden deze in principe via het rekeningresultaat toegevoegd aan de Saldireserve.
3.2 Saldireserve Specifiek Daarnaast zijn enige bedragen afgezonderd waarvoor de bestemming wel is aangegeven maar waarvoor financiele afdracht nog niet heeft plaatsgevonden. In deze "Saldireservespecifiek" zijn opgenomen: F
Middelen Actieplan Regio Eindhoven Reeds aangewend tot 01-07-2001 Voorziening onderwijs Mobiliteit personeel Bailystok/Minsk Beleidsplan 2000-2003 dekking 2001 Millennium/Euro
Invoering Euro (aanvulling) Reeds aangewend tot 01-07-2001 Achterstallig onderhoud vrijetijdsaccommodaties Vervangingsinvesteringen Muziekcentr. 2000-2002 Muziekcentrum viltproblematiek Uitbouw pilot Intra net pilot elektronische gemeentelijke dienstverlening Pilot aanbieden geografische informatie Pilot documentmanagement Gemeentebrede Intranetvoorziening Ingang intranetvoorziening Totaal Saldireserve-specifiek per 01-01-2002
2.074.000 -527.000 2.064.000 18.000 25.000 454.000 335.000 454.000 -37.000 615.000 1.721.000 98.000 23.000 1 36.000 1 59.000 1 82.000 1 36.000
57.000 7. 987.000
4.571.000 -1.161.000 4.549.000 39.000 54.000 1.000.000 738.000 1.000.000 -81.000 1.355.000 3.792.000 215.000 50.000 300.000 350.000 400.000 300.000 125.000 17.596.000
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Inzet incidentele middelen Vanuit diverse bronnen is er sprake van het beschikbaar komen van incidentele middelen. Het gaat daarbij om opbrengst van de aandelen Bouwfonds, een deel van het jaarresultaat 2000, restant van de Reserve Specifieke Infrastructurele Werken (FISW) en een bijdrage vanuit het Financieringsschap. De opbrengst uit de verkoop van de aandelen NRE/GRE blijft als gevolg van het uitblijven van ministeriele besluitvorming voorlopig PM geraamd. Onderstaand overzicht geeft aan dat het in totaal gaat om een bedrag van 6 48,5 miljoen (f 107 miljoen). Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar de Voorjaarsnota 2002-2005. Beschikbare overige incidentele middelen incl. restant RSIW (geactualiseerd beeld) 2001 2002 2003 2004 2005 Omschrijving /jaar
Totaal Totaal
inf
Bedragen x rnln.
Bouwfonds RS I W (re sta nt)
Res. 2000 (2)
0,5
0,2
1 8,3
3,9 0,4 -0,1 5,6
8,4
6,8
PM PM
Winstuitkering Ekkersrijt
PM
Totaal beschikbaar cumulatief
29,1
52,9 15,0
PM
PM
PM
NRE/GRE
Financieringsschap (2001) PM Totaal beschikbaar
1 3,2
24,0 6,8
4,5
0,2 30,1 3,8 6,0 0,2 30,3 34,1 40,1
8,4
PM
4,5
10,0
48,5
107,0
48,5
(2) Resultaat 2000: in de Voorjaarsnota is deze opgenomen in de jaarschijf 2002. Deze is reeds per september 2001 beschikbaar.
Het ter beschikking komende bedrag van < 48,5 (f 107) miljoen wordt gefaseerd gestort in de Saldireserve specifiek. 6 36,8 (f 81) miljoen wordt ingezet om de navolgende activiteiten te kunnen uitvoeren (zie Voorjaarsnota 2002-2005).
ICT-ontwikkeling Om aan ICT-ontwikkeling een extra impuls te geven, wordt hiervoor een bedrag van 1,1 miljoen (f 2,5 miljoen) ingezet. Zie ook de tekst onder structurele inzet. Grote 5 teden Beleid (GS B)
Nu de vormgeving van het Stedelijk Ontwikkelingsprogramma vorm begint te krijgen, blijkt de noodzaak tot de beschikbaarheid van gemeentelijke middelen om aangedragen initiatieven te kunnen ondersteunen. Deze ruimte is slechts zeer beperkt aanwezig. Additioneel wordt nu 6 1,1 (f 2,5) miljoen toegewezen.
Impuls bedrijfsvoering Ontwikkelingen zoals Kenniswijk, nieuwe vormen van dienstverlening door overheden en GoGo stellen andere, nieuwe eisen aan de kwaliteit van de bedrijfsvoering. Naast deze noodzakelijke vernieuwingen moet op meerdere terreinen nog achterstallig onderhoud worden gepleegd. De komende jaren zal daarom fors geinvesteerd moeten worden in bedrijfsvoering. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar paragraaf 3.3 van de Voorjaarsnota 2002-2005. Als impuls wordt nu 6 908.000 (f 2,0 miljoen) incidenteel ingezet. Vrijetj idsaccammodaties (VTA’s) Op het gebied van achterstallig onderhoud VTA’s is voor de planperiode< 2,3 (f 5) miljoen benodigd.
Topzwembad Het college heeft een plan van aanpak t.b.v. het onderzoek naar de haalbaarheid van een topzwembad aan de commissie voorgelegd. Het rijk heeft voor deze ontwikkeling < 4,5 (f 10,0) miljoen beschikbaar gesteld. Ook van de zijde van de gemeente zal een bijdrage noodzakelijk zijn. Als wij uitgaan van een gelijke bijdrage
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
als het rijk dan is tegelijk helder dat andere mogelijkheden voor cofinanciering nader moeten worden onderzocht. Ten aanzien van structurele exploitatiekosten die realisatie van een topzwembad met zich meebrengt, is ons college van mening dat deze bij realisatie van een topzwembad binnen de sportsector opgevangen dienen te worden.
Onderwijshuisvesting Ten aanzien van bestaande knelpunten binnen onderwijs wordt voor de planperiode 6 11,3 (f 25) miljoen voorzien. Het gaat hierbij om onderwijshuisvesting in brede zin. Dit betekent naast oplossen van "oude" knelpunten tevens honoreren van additionele investeringsvragen vanuit de brede scholen. Onderhoud openbare ruimte In het kader van onderhoud openbare ruimte ligt, zoals eerder aangegeven, een forse opgave. Met een incidentele impuls van 6 2,3 (f 5,0) miljoen wordt beoogd ruimte te scheppen voor een inhaalslag.
Achterstanden jopschonen Bij SOB is er sprake van achterstanden op het gebied van het Grafisch Informatiesysteem (GIS), dat van groot belang is in het kader van ondersteuning van het primaire proces. Daarnaast wordt de forse projectenportefeuille vanuit de oude diensten DSO en DOW opgeschoond, hetgeen een omvangrijke inspanning vraagt. Voor beide onderwerpen samen wordt < 0,91 (f 2) miljoen toegewezen. Verkeer De beleidsopgave voor verkeer is eveneens aanzienlijk. De groei van de economische activiteit in stad en regio belast het wegennet aanzienlijk. Ook op het gebied van veiligheid zullen aanvullende investeringen benodigd zijn. In zal de gemeente deze forse investeringen zeker niet alleen kunnen opbrengen. Vooralsnog wordt vanuit gemeentelijke middelen voor de planperiode een bedrag van 6 11,3 (f 25) miljoen ingeschat.
Activerings- en scholingstrajecten inhaalslag sluitende aanpak De activering van de fase 4-clienten vergt, mede vanuit de "marktvraag", een inhaalslag waarvoor extra inkoop van activerings- en scholingstrajecten benodigd is. Het betreft een eenmalige inhaalslag waarvoor naar verwachting 6 0,9 (f 2) miljoen nodig zal zijn. In een later stadium wordt verwacht dat de reguliere budgetten toereikend zijn. Inachtnemend de laatste prognoses (Van Abbe 6 0,9 (2,0) miljoen en Stadsschouwburg -< 3,3 (f 7,3) miljoen) ten aanzien van de ontwikkeling van incidentele middelen en de reeds geprioriteerde uitgaven resteert aan het eind van de planperiode (2005) nog 6 11.80 (f 26.0) min. Hierbij is nog geen rekening gehouden met de renteopbrengsten uit het RSIW. Deze worden geraamd op minimaal f 2.3 (f 5.0) min. voor de planperiode. Belangrijk punt van aandacht blijft dat de middelen eerst nog verdiend dienen te worden en voor wat betreft de geraamde renteopbrengst geldt dat deze sterk afhankelijk is van de opbrengsten, datum van doen van de uitgaven en het werkelijke rentepercentage. Per saldo is derhalve (planmatig) nog beschikbaar: 6 14.1 (f 31.0 min. (f 26.0+ f 5.0 )). Aanvullend op de reeds opgenomen posten doen zich nog de volgende urgente zaken voor (voor uitgebreidere informatie wordt verwezen naar het betreffende (evt. nog op te stellen) dossier)): Kenniswij k (CS)
De Kenniswijkmotor zal in het begin mede gefinancierd moeten worden met publieke middelen. De regio zal bijdragen in de helft van de kosten. Voor de periode tot en met 2004 bedragen de kosten maximaal 6 2,3 miljoen (5,1 miljoen) (afhankelijk van de bijdrage van overige partijen).
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Pop-ei (MO)
Dit betreft een kredietverstrekking van 6 1 miljoen (f 2,2 miljoen) ten behoeve van de verbouwing van het huidige pand Zoutstraat 2 van de stichting Pop-ei. WOZ (A PZ)
Door de wijziging van het "uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken met betrekking tot de verrekening van de waarderingskosten" worden de kosten voor de uitvoering van de wet Woz voor de Gemeenten duurder. De wijziging houdt in dat de gemeenten 45 % van de kosten bijdragen in plaats van de 409o (betreft lastenverhoging van 12,59o). Daarnaast is de vangnetregeling vanaf 2003 niet meer van toepassing. Door een aantal taken te verschuiven is het mogelijk dat de kosten van deze taken in 2001en 2002 nog onder de vangnetregeling vallen waardoor de benodigde middelen beperkt blijven tot circa E 0,95 miljoen (f 2.1 miljoen).
Technologiefesti val (APZ) Een technologiefestival op de kaart zetten past uitstekend in het uitgangspunt dat Eindhoven vooroploopt in technologie en in de stelling dat een goed evenement altijd welkom is in deze stad ( I 0,7 (f1,5) miljoen).
Weerstandsvermogen Loket W De nieuwe welzijnsinstelling Loket W start met een negatief vermogen. Voor een gezonde bedrijfsmatige start wordt voorgesteld om in 2 tranches van 6 227.000 (f 500.000) het eigen vermogen van Loket W aan te zuiveren en een reserve te vormen voor het opvangen van mogelijke toekomstige incidentele knelpunten. Totaalbedrag incidenteel: 6 0,45 miljoen (f 1,0 miljoen). jizeren man (MO)
Dit betreffen twee naheffingsaanslagen ontvangen voor de Belasting op Grondwater in verband met het oppompen van grondwater ten behoeve van de Ijzeren Man(< 0,05 (f 0,01) miljoen). Bijzondere bijstand (WZ/)
Van de uitgavestelpost wordt ten behoeve van het sluitend maken van de begroting voorgesteld om deze te laten vrijvallen. Deze post was bedoeld voor de invulling van beleid ten aanzien van bijzondere bijstand en armoedebeleid. Voorgesteld wordt om ten laste van de incidentele middelen eenmalig 6 1,4 miljoen (f 3,0 miljoen) te reserveren.
Handhaving Voor handhaving wordt voorgesteld om incidenteel nog < 1,1 (f 2,5) min. te reserveren. MO
Bij de totstandkoming van de nieuwe invulling van de structurele volumes wordt voor een aantal posten van MO voorgesteld om deze met incidentele middelen een impuls te geven, totaal < 454.000 (f 1,0 miljoen).
muziekcentrum 6 227.000 (f 0,5 miljoen) Stadshobbycentrum 6 23.000 ( f 50.000) Communicatiebudget 6 23.000 ( f 50.000)
R&D budget 6 182.000 (f 0,4 miljoen) Voor acquisitie sportevenementen wordt 6 90.000 (f 0,2 miljoen) uitgetrokken, te dekken uit de reserve economische ontwikkeling.
In het kader van incidentele maatregelen voor onder andere groenbeleidsplan wordt voorgesteld om het reeds bij de Voorjaarsnota 2002-2005 voor onderhoud genoemde bedrag te verhogen met 6 0,7 miljoen (f 1,5 miljoen).
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Recapitulatie
Omschrijving (bedragen x I miljoen) 2001 2002 2003 2004 2005 Totaal Totaal FI
1,1
Impuls bedrijfsvoering
0,1
VTA’s
Topzwembad Onderwijshuisvesting Onderhoud openbare ruimte GIS/P8rC SOB
0,8
Verkeer Activering/scholing sl. Aanpak Kenniswijk Pop-ei huisvesting
0,9
0,8 0,5
0,5
0,9 0,5
2,5
1,1
2,5 2,0
0,9
45
0,5
0,7
0,5 4,5
5,0
1 1,3
0,7
2,4
2,0
1 1,4
25,0 2,0
0,5
0,9 2,3 1,0 1,0 0,7 0,5
0,05
0,05
0,1
1,5
3,0
1,1
1,1
2,5
0,5 0,2
0,5
1,0
0,6
1,5
2,3 0,9
2,3
2,3
1,2
0,8
0,3
1,0
Technologiefestival Weerstandsvermogen Loket W Ijzeren Man Bijzondere bijstand Handhaving MO diversen
5,0 10,0 25,0 5,0
0,9
0,1
1,0 0,7
WOZ
Onderhoud Totaal uit aven
1,1
0,9 2,4 4,5
1,1
ICT-ontwikkeling GSB
0,5
0,5 0,5 0,2
0,2
45
5,1
2,2 2,1
1,5 1,0
0,8 14,65 6,5 9,0 15,2 46,15 101,0
De genoemde posten kunnen derhalve worden meegenomen in de prioritering van de incidentele middelen.
De geprognosticeerde incidentele middelen zijn met bovengenoemde voorstellen nagenoeg geheel ingepland. Uiteraard geldt dat over een periode tot en met 2005 niet alle onzekerheden en risico’s overzien kunnen worden (denk aan tegenvallen opbrengsten grondbedrijf, tegenvallers in de projectkosten, onvoorziene urgente andere ontwikkelingen, e.d.). Omdat ook het merendeel van de middelen nog verdiend moet worden is de "buffer" voor onvoorziene tegenvallers slechts een "papieren buffer". Met bovenstaande is dan ook het absolute maximum bereikt om te prioriteren!
3.3 Reserve Specifieke Infrastructurele Werken De reserve Specifieke Infrastructurele Werken (RSIW) wordt jaarlijks gevoed met de opbrengst ("jaarresultaat") van het Grondbedrijf. Jaarlijks is in het Beleidsplan een uitgebreide beschrijving gegeven van stortingen en onttrekkingen ten aanzien van het RSIW vanaf het moment van instelling van deze reserve. In het Beleidsplan wordt volstaan met de meest actuele informatie ten aanzien van stand, verplichtingen en verwachte ontwikkeling van de reserve. Voor informatie inzake eerdere stortingen en onttrekkingen wordt verwezen naar vorige Beleidsplannen.
2000 Het RSIW kende per 1 januari 2000 een stand van 6 73,6 (f 162.2) miljoen. In 2000 hebben de volgende mutaties plaatsgevonden:
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Onttrekkingen:
10,35 min
2,4 min 4,0 min 16,4 min 0,1 min 22,9 min
16,1 min 0,9 min 4,4 rnln 21,4 min
35,4 min 2,0 min 9,6 min 47,0 min
1,10 min 1,80 min 7,40 min 0,05 min
Voorbereidingskrediet nieuwbouw WZI Reserve mobiliteit SOB
Bijdrage 1999 aan het Financieringsschap Afwikkeling Multimediale Bibliotheek Totaal onttrekkingen
Vermeerderingen: Resultaat g rondbedrijf 2000 Bijdrage 1999 uit het Financieringsschap/Multimediale Bibliotheek Rente bijschrij vin g
Totaal vermeerderingen
Deze mutaties hebben geleid tot een stand per 31 december 2000 van 6 84,6 miljoen (f 186,4 miljoen).
Verplichtingen: F
Restant herontwikkeling Stadsschouwburg (deze wordt overgeheveld naar een aparte reserve) Bijdrage regiofonds 2000 Aanvullend investeringsvolume SOB
6,0 min
13,2 min
5,0 min 5,4 min
11,0 min 12,0 min 36,2 min
16,4 min
Voorts dient er rekening te worden gehouden met het feit dat het Grondbedrijf aan het einde van de planperiode aan zijn verplichtingen van < 6,8 (f 15) miljoen moet kunnen voldoen. Ontwikkelingen
Uitgaande van de ramingen van het Grondbedrijf voor de planperiode ontwikkelt de reserve zich positief. Wel dient benadrukt te worden dat het hier ramingen betreft; indien de resultaten van het Grondbedrijf in de realisatie achterblijven ontstaat een ander beeld. Met betrekking tot de ramingen voor de komende periode is er sprake van grove ramingen; bovendien is de omzet conjunctuurgevoelig. Op basis van de aanname ontwikkeling Grondbedrijf ontstaat het volgende beeld: Bedragen " 1 min
2002
2001
Stand reserve 1-1
2003
2004 2005
f
f
f
84,6 186,4
93,2 205,4
f 101,8 224,4
164 36 2
164 36 2
164 362 164 362
76,8 169,2
85,4 188,2
94,0 207,2 102,6 226,2
Verplichtingen
164 362
Besteedbaar 1-1
68,2 150,2
Prognose resultaat 2005 Besteedbaar tim 2005
110,5 243,4 119,1 262,4
8,6 19,0 111,2 245,2
(n.b.:resultaat over 2005 komt cash-flow technisch pas in 2006 beschikbaar)
Bestedin smo eli’kheden In het Program van Samenwerking (convenant) zijn ten aanzien van mogelijke besteding van middelen reeds prioriteiten gesteld. Deze prioriteiten blijven onverkort van kracht. In de Voorjaarsnota 2002-2005 is een en
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
ander ingeschat in volumeposten maar nog niet uitgewerkt in een tijdpad. Daarbij dient nadrukkelijk te worden gesteld dat middelen eerst uitgegeven kunnen worden als er sprake is van gerealiseerde opbrengsten Grondbedrijf (met andere woorden als de stand van FSIW dat toelaat). De volgende prioriteitstelling casu quo tijdpad is ten aanzien van de benoemde projecten opgenomen (geactualiseerd beeld) :
F
ÃćâĆňâĂİ Trainingshal/uitwijk
Breedtesport -Overkapping Kunstijsb. (netto) -18 septemberplein/Catharinaplein - Idem, fietsvoorzieningen - Welzijn svoorz. Meerhoven - Brandweerkazerne Meerhoven - Huisvesting WZI
-Dynamo - Effenaar - Transferium
f
7,7 1 7,0
2,7 6,0
F
F
2,2 5,0
1,5 3,3 3,2 7,0
3,2 7,0
1,8 4,0
13 2 290
1,8 4,0 64 141
1,1 2,5
5,6 1 2,4
45 100 45 100
10,3 22,6 10,3 22,6
86 189
9,1 20,0
8,6 1 8,9
9,1 20,0
2,2 5,0
2,2 5,0
1,8 4,0 1,8 4,0 10,3 22,6 10,3 22,6 -9,7 -21,4
-Verplichtingen Grondbedrijf Totaal
F
5,0 1 1,0
2,2 5,0
-Bijdrage uit Fin.schap CVA
-Bijdrage Fin.schap 2001
F
0,9 2,0 09 20
-5malle haven -CVA tunnelbak -2’fase duurzaam veilig -Van Abbe
Bedragen " 1 rnln 2004 2005
2003
2002
2001
Totaal
- Nieuwe koers mobliteit - Middenzaal schouwburg
-9,7 -21,4
1,8 4,0 3,6 8,0 74 163
1,8 4,0
6,8 15,0
68 150
3,6 8,0 74 163
87,3 192,3 41,1 90,6 26,9 59,2 13,7 30,1 5,6 12,4
Over de hiervoor genoemde posten dient in alle gevallen besluitvorming door de Raad plaats te vinden (qua toewijzing), indien dat nog niet is geschied. Gezien de aangegeven prioriteitsstelling in relatie tot de verwachte ontwikkeling van de reserve dient jaarlijks te worden bezien in hoeverre aanvullend ruimte besteedbaar is.
Financieringsschap Strategische Projecten: De bijdrage aan het financieringsschap wordt jaarlijks ten laste gebracht van het RSIW. De tegemoetkoming uit het financieringsschap voor 2000 bedraagt 6 9,7 (f 21.4)miljoen. die ten gunste zijn gebracht van het oorspronkelijk gereserveerde bedrag voor de CVA/tunnelbak ad 6 10,3 (f 22,6) miljoen, zodat voor de CVA in het RSIW per saldo nog < 545.000 (f 1,2 miljoen). staat gereserveerd. Voor 2001 wordt verwacht dat het resterend bedrag voor de CVA via het financieringsschap gedekt kan worden. De overige projecten die voor (mede-)dekking uit het financieringsschap zijn aangemeld, hebben geen relatie met de projecten uit het RSIW. Het is te verwachten dat de regeling voor 2002 wederom verlengd zal worden. Daartoe zal uit het RSIW een bijdrage geraamd dienen te worden van ca 6 6,8 (f 15,0) miljoen. Bij de veronderstelling dat de opbrengst uit het financieringsschap betrekking zal hebben op een project wat zijn dekking vindt in het RSIW, kan ook de opbrengst ten gunste van het RSIW worden gebracht. In dat geval is het begrotingseffect neutraal.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
3.4 Beschikking over rente reserves en voorzieningen
a. Stel ost rente Voor de hierna genoemde reserves/voorzieningen wordt in de begroting geen rekening gehouden met een reguliere renteopbrengst; de rente wordt p.m. geraamd. Reden hiervoor is dat de standen van deze reserves/ voorzieningen nogal kunnen fluctueren. Gebleken is dat deze reserves/ voorzieningen een behoorlijke stand vertonen. Daarom wordt voor 2002 een stelpost opgenomen van 6 454.000 (f 1.000.000); voor volgende jaren wordt nu niets opgenomen. Afhankelijk van de ontwikkeling van de reserves en voorzieningen zal bij het samenstellen van het Beleidsplan 2003-2006 bezien worden welk bedrag voor 2003 in aanmerking komt als algemeen dekkingsmiddel. Het betreft de volgende reserves/ voorzieningen: de Saldireserve specifiek de Saldireserve algemeen de Voorziening algemeen risico garanties en geldleningen de Voorziening afdekking risico’s strategische projecten
b. Rente voorzienin en en bestemmin sreserves MO Op grond van de gewijzigde comptabiliteitsvoorschriften per 1-1-’95 mag rente niet meer worden bijgeschreven op voorzieningen. De rente is derhalve beschikbaar als algemeen dekkingsmiddel. Voor de bestemmingsreserves van MO geldt eveneens dat geen rente wordt bijgeschreven en dat de rente beschikbaar is als algemeen dekkingsmiddel. Deze rentes zijn verwerkt in de meerjarenbegroting ongewijzigd beleid. Jaarlijks wordt bij de opstelling van het Beleidsplan bezien in hoeverre er bijstelling van de (meerjaren)ramingen dient plaats te vinden als gevolg van mutaties in genoemde voorzieningen en reserves.
c. Rente Ei enka itaal basis De basis van het Eigen Kapitaal bedraagt De rente over het Eigen Kapitaal wordt als algemeen dekkingsmiddel aangewend. Voor de basis van het Eigen Kapitaal resulteert een renteopbrengst van 69b x 6 11,3 miljoen (f 25 miljoen) = < 681.000
f 1 1.345.000
25.000.000
(f 1.500.000)
d. Rente Ei enka itaal overi Het Eigen kapitaal (overig) bedraagt per 01-01-2001
f 31.183.000
68.71 8.000
22.535.000 1.409.000 9.056.000
49.660.000
Bij:
Boekwinst verkoop aandelen Bouwfonds Rente-opbrengst Bouwfonds Overhev. Eigen Verm.bezit aandelen Bouwfonds ivm Verkoop Afroming voorziening risico’s werkgelegenheidsprojecten i.h.k.v. BOOM
3.1 05.000
19.957.000
2.269.000
5.000.000
2.421.000 6.807.000 408.000
1 5.000.000
Af:
Storting in voorziening post-actieven Storting in stimuleringsfonds volkshuisvesting Onttrekking t.b.v. incidentele knelpunten 2001 Stond Eigen Kapitaal (overig) per 31-12-2001 De rente van het (overig) Eigen kapitaal bedraagt 6 56,8 miljoen
5.335.000
900.000
56.816.000 125.204.000
(f 125,2 miljoen) x 6% = E 3.408.000 (f 7.512.000). Hiervan wordt
< 520.000 (f 1.147.000) toegevoegd aan het Eigen Kapitaal, ter
voorkoming van een exploitatietekort door de verkoop van de aandelen Bouwfonds. Resteert 6 2.888.000 (f 6.365.000) renteopbrengst ten gunste van de exploitatie
Stand Eigen Kapitaal per 01-01-2002 totaal
68.161.000 150.204.000
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Stimulusbi’dra e65 22 f11 50 Voor de 3e tranche Stimulus (2000-2005) zijn opnieuw co-financieringsmiddelen benodigd. Op basis van < 5,22 (f 11,50) per inwoner gaat het dan om een jaarlijkse bijdrage van < 1 miljoen (f 2,3 miljoen) gedurende 3 jaar. Op grond van de ontwikkeling van de exploitatie-resultaten van Ekkersrijt heeft in 1999 een winstuitkering van 6 1,8 miljoen (f 4 miljoen) plaatsgevonden. In 2000 heeft opnieuw winstuitkering plaatsvinden E 1,6 miljoen (f 3,5 miljoen). Deze middelen zijn in de Saldireserve Specifiek gestort en dienen ter dekking van de Eindhovense bijdrage.
Bestemmin sreserve Extra Inkomsten Ka itaal EIK Op 21 december 1998 heeft de raad besloten tot belegging van de bestemmingsreserve Eigen Ka pitaal (EIK) ad f 100 miljoen. Hiervoor wordt in de rneerjarenbegroting een opbrengst geraamd van 7,5%. Het verschil tussen de raming en de jaarlijkse uitkering van E 1,5 miljoen (f 3,3 miljoen) wordt opgevangen via de egalisatiereserve renteverschillen. Per 31 december 2000 bedraagt de portefeuillewaarde 6 42,9 miljoen (f 94,5 miljoen). Gecorrigeerd voor het koersresultaat van de obligatie, wat geen invloed heeft op het uiteindelijk rendement, bedraagt het rendement op jaarbasis momenteel 3,38%o. Gezien het feit dat de belegging nog 8 jaar loopt, wordt de raming niet bijgesteld.
4. Tariefsverhogingen (Diverse subfuncties, diverse diensten) Onderstaand tabel geeft de budgettaire consequenties weer van de tariefsverhoging per 1 januari 2002. De budgettaire consequenties zijn het resultaat van de vergelijking tussen de raming 2002 ongewijzigd beleid en de raming 2002 inclusief de tariefswijziging. Een voorbeeld: Subfunctie 6.003.0 Burgerzaken:
Raming 2002 ongewijzigd beleid E 2.513.000 Raming 2002 incl. tariefswijziging 6 2.664.000 Budgettaire consequentie (verschil) - < 151.000
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Tariefsv erhoging 1-1-20 02 Vak-
Budgettaire cons equenties (x 1.000,-) in: 2003 2002
2004
2005
dienst 6.003.0 6.120.2 6.210.0 6.212.1 6.214.0 6.221.0 6.310.0 6.320.1 6.530.0 6.530.7 6.530.8 6.541.2 6.710.0
Burgerzaken Brandweerrechten
APZ
Leges vergunningen Staanplaatsen autobussen Parkeren Kanaalrechten Marktgelden Dichtstraten sleuven
APZ
-151 -332
-138 -305 -140 -309 -140 -309
BRW
-26
-57
-26
-57
-26
-57
-26
-57
APZ SOB
-227 -500
APZ
APZ SOB
Sport bedrijf de Ka r pen
MO
Sportcomplex Ehv Noord Genneper Parken Toegangsgelden Vergoeding vaccinaties
MO
MO
-27
-7 -60
-69 -152 -49 -108 -59 -129 -161 -355
ABBE
-3
GGD
-36
-227 -500 -227 -500 -227 -500 -27
-7 -60
-69 -152 -49 -108 -59 -129
-27
-60
-69 -152 -49 -108 -59 -129
-3
-7
-27
-60
-69 -152 -49 -108 -59 -129
-161 -355 -161 -355 -161 -355 -3
-80
-36
-80
-36
-80
-36
-80
etc.
6.721.0 Afvalstoffenheffing en
APZ
reinigingsrechten 6.721.2 6.722.0 6.724.0 6.822.1 6.822.1 6.822.1 6.920.0 6.920.1 6.920.2 6.920.3 6.920.3
Ontsmetting en
Rioolrechten
Begraafplaatsrechten Leges bouwvergunningen Leges logeerinrichtingen Leges sloopvergunningen Onroerende zaakbelasting Precariorechten Hondenbelasting Toeristenbelasting Baatbelasting Totaal
SOB
APZ APZ
-837 -1.844 -28
-62
-837 -1.844 -837 -1.844 -837 -1.844 -28
-62
-28
-62
-28
-62
SOB
-3
SOB
-16
SOB APZ APZ APZ APZ
-16
-16
-16
-2.262 -4.984 -2.291 -5.049 -2.321 -5.115 -2.351 -5.181 -22 -38 -16
-48 -84 -36
-22 -38 -16
-48 -84 -36
-22 -38 -16
-48 -84 -36
-22 -38 -16
-84 -36
APZ
-4.028 -8.873 -4.044 -8.911 -4.076 -8.981 -4.106 -9.047
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Onderstaand volgt een overzicht van de betreffende heffingen, waarbij is aangegeven de verwachte opbrengst in 2002 op basis van de nu geldende tarieven en de verwachte opbrengst uitgaande van een tariefsverhoging van 69o incl. 69o Raming 2002 Raming 2002 Vak- Raming in gulden dienst 2001 Ongew.beleid Tariefstijging 6.003.0 6.120.2 6.210.0 6.212.1 6.214.0 6.221.0 6.310.0 6.320.1
6.530.0 6.530.1 6.530.2 6.541.2 6.710.0 6.721.0 6.721.2 6.722.0 6.724.0 6.822.1 6.822.1 6.822.1 6.920.0 6.920.1 6.920.2 6.920.3 6.920.3
Burgerzaken B randweerrechten
APZ
leges vergunningen Staanplaatsen autobussen Parkeren Kanaalrechten
APZ
Marktgelden Dichtstraten sleuven
APZ
Sportbedrijf De Karpen Sportcomplex Eindhoven N oord Genneper Parken Toega n gsgelden Vergoeding vaccinaties etc.
MO
Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Ontsmettingen Rioolrechten Begraafplaatsrechten Leges bouwvergunningen Leges logeerinrichtingen Leges sloopvergunningen Onroerende zaakbelasting Precariorechten
Hondenbelasting Toeristenbelasting Baatbelasting Totaal
BRW
APZ SOB
APZ SOB
2.328.000 64.000 66.000 10.000 6.226.000 53.000 498.000 1.151.000 819.000 977.000 2.683.000 48.000 605.000 19.720.000
2.51 3.000
2.1 52.000
64.000 431.000 10.000 6.634.000 53.000 453.000
819.000 977.000 2.683.000 48.000 605.000
65.000 566.000 11.000 6.861.000’ 56.000 480,000 1.228.000 868.000’ 1.036.000’ 2.844.000’ 50.000 642.000
1.1 51.000
4.743.000 144.000 1.248.000 24.000 15.12P.PPP"
1 24.000
1.058.000 2.707.000 1.91 2.000
1 9.720.000
1 9.727.000’
2.282.000 6.268.000 111.000 1.414.000 43.473.000
SOB
11.000
11.000
APZ
1 3.943.000
1 3.943.000
APZ
468.000 4.540.000 25.000 118.000 37.212.000 452.000 637.000 272.000
468.000 5.938.000 25.000 37.696.000 361.000 637.000 272.000
1.000
1.000
11.000 14.769.000 451.000 5.938.000’ 27.000 125.000 39.958.000’ 383.000 675.000 288.000 1.000
25.000 32.546.000 993.000 13.085.000 59.000 275.000 88.055.000 843.000 1.487.000 636.000 3.000
MO MO ABBE
GGD APZ
SOB SOB SOB
APZ APZ APZ
APZ APZ
11 8.000
92.927.000 95.631.000
99.212.000 218.635.000
Opmerkingen l. o.b.v. dossier tariefstijging parkeren 2002 ( Bedrag is incl. ombuiging). 2. Voor 6.530 sportsector zijn de inkomsten geraamd exclusief de vergoedingen van onderwijs. Bij de berekening van deze vergoedingen is uitgegaan van Londo-normen, waarin een index is verdisconteerd. Een en ander is in ongewijzigd beleid meegenomen. 3. Zie elders in het Beleidsplan bij de betreffende subfuncties.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
5. Stelposten Op subfunctie 6.922.1 (Diverse algemene stelposten) zijn de volgende bedragen verwerkt:
Slotdossier GGD APZ
Nader toe te wijzen ICT-middelen Eindhoven Eigen Dualisering lokaal bestuur
2005
2004
2003
2002
f.
f.
f.
324 715 324 715
324 715
324 715
386 850 386 850
386 850
386 850
25 54 33 72
33 72
33 72
-182 -400 -182 -400
-182 -400
-182 -400
f.
Uitgavenstelposten (bedragen x 1.000,ÃćâĆňâĂİ )
GGD
71 156
71 156
71 156
MO
Alternatieve ombuiging maatsch. werk Sociale vernieuwing Asielzoekers/GBA Leerlingenvervoer SBO Kapitaallasten onderwijs Ontwikkeling aantal leerlingen Welzijn Meerhoven Klassenverkleining (RA) WZI
Vreemdelingenwet CS
Informatietechnologie Inverdieneffecten Stadsdeelkantoren Seniorenmaatregelen 0,1 % personeelskosten l&A op een hoger plan Cafetariamodel 0,3 9b personeelskosten ICT ontwikkelingen Gratificaties e.d.
Indexering, boventalligen, pm-posten e.d. Voortzetten Eindhoven impuls
165 364 165 364
62 136 47 104
17 37 40 88
69
165 364
33 72 40 88
165 364
33 72 40 88
318 700
476 1.050
635 1.400
-62 -136
331 729 359 791 362 577
332 731 359 791 262 577
153 359 791 262 577
55 122 55 122
55 122
55 122
141 310 141 310
141 310
141 310
-431 -950
-431 -950
-431 -950
100 220 100 220 95 210 100 220 295 650 295 650
100 220 105 231 295 650
100 220 105 231 295 650
565 1.245 565 1.245 454 1.000 454 1.000 1.360 2.996 635 1.400
565 1.245 454 1.000 635 1.400
565 1.245 454 1.000 635 1.400
295 650 295 650
295 650
295 650
-468 -1.032 -468 -1.032
-468 -1,032
-468 -1.032
-454 -1.000 -454 -1.000
-454 -1.000
-454 -1.000
Inkomstenstel posten (bedragen x 1.000,-) MO
Sociale vernieuwing CS
Correctie kapitaallasten vanwege trager investeringstempo
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
Bij de Voorjaarsnota 2002-2005 is een besluit genomen voor toekenningen van structurele middelen aan diensten (toewijzing volumes). Hierbij is afgesproken dat voor de invulling van de bedragen concrete voorstellen zullen worden aangeleverd. Deze voorstellen zullen in de periode van 28 augustus t/m 3 september 2001 in de verschillende vakcommissies worden besproken, waarna definitieve toewijzing kan plaatsvinden. Vooralsnog zijn de bedragen bij de vakdiensten als stelposten in de begroting 2002-2005 opgenomen. De bedragen zijn aangepast aan het inpassen in de financiele positie (het sluitend maken van de begroting). Voor verdere toelichting wordt nog verwezen naar subfunctie 6.922.1 in het Beleidsplan.
2005
2004
2003
2002
f.
f.
f.
APZ
227 500
227 500
227 500
227 500
APZ Handhaving (gemeentebreed)
590 1.300 454 1.000
590 1.300 454 1.000
590 1.300 454 1.000
590 1.300 454 1.000
182 400
363 800 182 400
363 800 182 400
363 800 182 400
681 1.500
681 1.500
681 1.500
f.
Bedragen x 1.000,ÃćâĆňâĂİ
MO
WZI (incl. APZ en MO)
CS ICT-ontwikkeling
681 1.500
SOB
2.134 4.700
Totaal
2.497 5.500 2.497 5.500 2.497 5.500
6. Aanvullende dekkingsmiddelen De volgende maatregelen zijn getroffen om te komen tot een sluitende begroting:
1. de uitkering van de behoedzaamheidsreserve wordt momenteel in de ramingen voor 25 ’Ko meegenomen. Gezien de ontwikkelingen in de afgelopen jaren wordt het verantwoord geacht dit percentage te verhogen naar 50 96; 2. het laten vrijvallen van de uitgavenstelpost "bijzondere bijstand" (wzi). Deze post bestaat sinds het jaar 2000, maar is voor het merendeel nog niet concreet ingevuld (alleen voor het "brugpiepersproject" en "bewindvoerderschap wnsp"). Bovendien bestaat er op het bestaand budget ook onderuitputting van ca f 0.8 tot f 0.9 miljoen. Om het risico te beperken wordt ten laste van de incidentele middelen < 1.36 miljoen (f 3.0 miljoen) te gereserveerd;
3. de voorgestane inzet voor nieuw beleid wordt bijgesteld tot’ 2.5 min.. Per dienst was een bedrag toegekend dat totaliseerde tot 6 3.3 (f 7.3) min.. De nieuwe toedeling luidt als volgt: Algemeen/ICT
Handhaving APZ MO SOB
WZI
was f 0.5-> wordt f 0.4
f 1.5 -> x 1.3 f f f f
1.0-> 1.5-> 2.0-> 0.8->
f 0.5 f 1.0 f 1.5 j’ 0.8
effect: f -0.1 min. f -0.2 f -0.5 f -0.5 f -0.5
f-
4. de verhoging van de parkeertarieven met 6% is verwerkt. De tariefsverhoging komt voort uit de bij de Voorjaarsnota 2002-2005 vastgestelde indexering voor loon- en prijscompensatie.
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
5. Aan de inkomstenkant wordt de Algemene Uitkering bijgesteld op basis van de septembercirculaire" ten bedrage van 61,7 (f 3,7) miljoen. Dit is een afwijking ten aanzien van de methodiek zoals gehanteerd in andere jaren. De septembercirculaire is ook geen officieel bijstellingsmoment; zij geeft slechts indicatief effecten aan, waarvan definitieve vaststelling (en ook bijstelling) plaatsvindt in de meicirculaire. Bijstelling nieuw beleid naar aanleiding van behandeling vakcommissiesr De behandeling in de vakcommissies heeft niet geleid tot bijstelling van de invulling voor nieuw beleid. Een en ander leidt tot het volgende beeld: Bedragen x 1 miljoen Euro (tussen haakjes in miljoenen guldens) 2002
2003
2004
2005
3,20 ( 7,0)
3,34 ( 7,3)
Bijstelling behoedzaamheidsreserve Stelpost bijzondere bijstand Bijstelling nieuw beleid Effect verhoging parkeertarieven
-0,73 (-1,6)
-0,73 (-1,6)
-0,73 (-1,6)
-0,73 (-1,6)
-0,50 (-1,1)
-0,50 (-1,1)
-0,82 (-1,8)
-0,82 (-1,8)
-0,50 (-1,1) -0,82 (-1,8)
-0,50 (-1,1) -0,82 (-1,8)
met 6% (min. euro)
-0,23 (-0,5) -0,23 (-0,5) -0,23 (-0,5) -0,23 (-0,5)
Tekorten "Beleidsplan"
Bijstelling algemene Uitkering/septembercirculaire
Bijgesteld begrotingsbeeld
2,60 ( 5,7)
3,40 ( 7,4)
-1,70 (-3,7) -1,70 (-3,7) -1,38(-3,0) -0,58 (-1,3)
-1,70 (-3,7) -1,70 (-3,7) -0,77 (-1,7) -0,64 (-1,4)
Overigens is de stelpost Fonds Werk en Inkomen E 1,4 miljoen (f 3,0 miljoen) reeds in de cijfers verwerkt.
Conclusie: de bij de aanbieding van het ontwerp-beleidsplan aan de Begrotingscommissie opgenomen stel post "Bijstelling algemene Uitkering/overige resultaten" van 6 0,4 (f 0,8) miljoen kan nu vervallen. Zoals eerder toegelicht is de septembercirculaire in principe geen bijstellings moment voor de accressen. Het hogere accres 2002 wordt met name veroorzaakt door hogere veronderstellingen omtrent lonen en prijzen. Naar onze mening is de raming daarmee reeler dan de mei-circulaire. Wij hebben daarom de raming van de Algemene Uitkering op het peil van de september-circulaire gebracht. Het bijgesteld beeld geeft een positief saldo in alle jaren. Eerder is bij meevallende effecten van de septembercirculaire de mogelijkheid genoemd om de "korting" op nieuw beleid (deels) ongedaan te maken. Wij zijn echter van mening dat het noodzakelijk is een aantal knelpunten aan te pakken met de nu ontstane ruimte.
Voorgesteld wordt derhalve om de volgende lijn te volgen:
+ Boventalligen In diverse rapportages wordt melding gemaakt van een aantal boventalligen. Diverse oorzaken waaronder de GoGo-operatie zijn daar debet aan. Daarvan is op dat moment ook melding gemaakt. Inmiddels zijn maatregelen genomen om actief beleid te voeren op dit punt, zodat het bestand van boventalligen naar verwachting zal teruglopen. Hiertoe wordt een plan van aanpak opgesteld. PM-posten Voorjaarsnota. In de Voorjaarsnota waren 3 pm-posten genoemd; WOZ-kostenverdeling, Stadsbank en Fonds Werk en Inkomen. Slechts in een enkel geval, WOZ, wordt voldoende duidelijkheid geboden. Voor WOZ is een eenmalig bedrag opgenomen (zie hierna). De effecten van de gevolgen van de wet FIDO voor de Stadsbank (geen commerciele kredieten meer) en van de circulaire Fonds Werk en Inkomen zijn
oktober 2001 Beleidsplan 2002-2005
momenteel nog onvoldoende duidelijk. Prijsindexering In het voorgaande is reeds aangegeven dat de reele prijsstijgingen hoger liggen dan de in de ramingen verwerkte percentages. Het huidige beeld geeft op dit moment onvoldoende ruimte om hier op dit moment substantieel iets aan te doen. Duidelijk is wel dat bij de Voorjaarsnota 2003-2006 sprake zal zijn van een aanzienlijk hoger indexpercentage dan in vorige jaren. Structureel sluitende begroting Met de genoemde maatregelen aangaande de behoedzaamheidsreserve (extra 2596 opnemen) en het opnemen van de bijstelling septembercirculaire (6 1,7 min.) worden twee maatregelen getroffen die afwijkend zijn ten opzichte van de tot heden gevolgde lijn. Daarmee komt de financiele ruimte ook hoger uit. Beide effecten dienen nog geeffectueerd te worden, hetgeen wel een mate van risico inhoudt. Het college wil ook de mogelijkheid (financieel enige ruimte) behouden voor het oplossen van (mogelijke) knelpunten bij de uitvoering van het bestaande beleid (wat we doen, doen we ook goed). Wel geldt dat slechts onder stringente voorwaarden en na besluitvorming door de raad, hiervan gebruik zal worden gemaakt.
Met bovengenoemde maatregelen aangaande de invulling van de ontstane ruimte (op grond van de effecten van de septembercirculaire), is in de begroting een juiste afweging tussen "nieuw beleid" en een structureel sluitende begroting gevonden. Op basis van het voorgaande resteert het volgende meerjarenperspectief:
Bijgesteld begrotingsbeeld Boventalligen PM-posten voorjaarsnota Prijsindexering Saldo raming
2002 -1,38 (-3,0)
2003 -0,58 (-1,3)
2004 - 0,77 (-1,7)
2005 - 0,64 (-1,4)
+1,38 (+3,0) +0,64 (+1,4) +0,64 (+1,4) +0,64 (+1,4)
0,0 0,0 +0,06 (+0,1) - 0,13 (-0,3) 0,0 ( 0,0)
In het jaar 2002 is meer ruimte dan aan het einde van de planperiode in 2005. Dit betekent dat in 2002 voor maximaal aan < 0,64 (f1,4) miljoen aan structurele maatregelen genomen kan worden. De overige toewijzing kan alleen een incidenteel karakter hebben.
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Hoofdstuk 4 Investeringsplan 4.0 Algemeen Bij de gemeente worden tal van investeringen gedaan. Van investeringen in activa met een levensduur van meer dan 3 jaar worden de kapitaallasten opgenomen in de meerjarenramingen van het Beleidsplan. Het Investeringsplan geeft een overzicht van de geplande investeringen in de planperiode en de belangrijkste investeringen in de jaren daarna.
Overzicht belangrijke investeringen in de planperiode Hieronder volgt een overzicht van de grotere investeringen, welke zijn opgenomen in het activa-systeem, Voor "grotere investeringen" is vooralsnog de maatstaf genomen: groter dan E 0,5 miljoen (f 1,1 miljoen) in enig jaar van de planperiode. Subfuncti e
(x<1 mijloen)
50200 APZ/FB 50200 APZ/FB 50400 APZ/FB
Algemeen Huisvesting Automatisering Automatisering Automatisering Automatisering Repressie Wegen, straten, pleinen
50400 APZ 50400 CS 50400 SOB 6.120.1 BRW 6.210.1 SOB 6.530.0 MO 6.530.7 MO 6.530,8 MO 6.540.3 MO 6.711.1 GGD
Sportbedrijf de Karpen Sportcomplex Eindhoven Noord Genneper Parken Stadsschouwburg Ambulancehulpverlening Totaal +
Totaal f
2002 2003 2004 2005
1,0 0,4 3,6 1,1 1,7 0,1 0 0,2 1,4 3,0 1,3 1,6 0,8 0,5 0,4 0,1 0,1 0 1,0 0 0,2 0,8 0,2 0,2 0,8 0 0 0,6 2,0 3,6 3,6 3,6 0,5 0,9 0,7 0,5 0,3 0,3 0 0,7 0,2 1,3 2,0 0,5 0,6 0 0,7 0 0,2 0,2 0,2 0,7
9,8 11,1 13r 7 9,8 21,6 24,4 30,1 21,6
Ontwikkelingen huisvesting Door het oprichten van het Facilitair Bedrijf is de exploitatie van de dienstgebouwen voor rekening en risico van het Facilitair Bedrijf gekomen. Dit betekent dat gestuurd wordt op efficient en daardoor kostenbewust ruimtegebruik door de diensten. Huisvestingsvragen en behoeften van de diensten worden door het Facilitair Bedrijf binnen de financiele- en ruimtelijke kaders afgehandeld en gerealiseerd. Uiteraard in nauw overleg met de betrokken vakdiensten. In 2000 is een nieuwe huisvestingssituatie ontstaan als gevolg van de reorganisatie. De betrokken diensten zijn opnieuw in de gebouwen ingedeeld. Tevens wordt het college met directe ondersteuning gehuisvest in het stadskantoor vanwege de renovatie van het stadhuis. Begin 2002 ontstaat een nieuwe situatie omdat dan het college terug gaat naar het stadhuis. Daardoor zal het stadskantoor opnieuw ingedeeld worden, omdat tot die tijd de afdelingen krap gehuisvest zijn geweest en niet op alle plaatsen aan de arbo normen voor de werkplek voldaan is. Tevens wordt gewerkt aan het realiseren van de huisvesting voor de stadsdeelkantoren. Afhankelijk van de voortgang wordt hierdoor ruimte gemaakt in het stadskantoor. In mei 2002 loopt de eerste huurperiode van 10 jaar af voor het TD-gebouw. Besloten is de huur te verlengen voor een periode van 5 jaar. Het gebouw van de dienst Werk, Zorg en Inkomen aan de Deken van Somerenstraat komt eind 2002 vrij, wanneer de dienst verhuist naar de nieuwbouw aan de Smalle Haven. Voor die tijd dient een visie ontwikkeld te zijn voor de herbestemming van het gebouw c.q. de locatie Door het in gebruik nemen van de nieuwbouw WZI komt tevens het gehuurde pand Begijnenhof vrij.
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Ontwikkelingen rond gemeentelijke herindeling kunnen verder invloed hebben op de huisvestingssituatie van het bestuur en het ambtelijke apparaat. In 2002 wordt opnieuw de balans opgemaakt over de huisvestingssituatie van het bestuur en het ambtelijke apparaat.
Ontwikkelingen l&A In 1997 zijn projecten opgezet rond werkplekstandaardisatie, stroomlijnen van het netwerk, nieuwe kantoorautomatiseringsprogrammatuur en elektronische post. Aangezien voor automatiseringsinvesteringen momenteel een afschrijvingstermijn wordt gehanteerd van 5 jaar, zien we de effecten van deze ontwikkelingen terug in 2003. In totaal wordt in 2003 vervanging automatisering voorzien tot een bedrag van < 5,7 miljoen (f 12,5 miljoen).
De komende jaren zal een verdere intensivering van investeringen op het informatievoorzieningsgebied aan de orde zijn. Enerzijds omdat veel belang wordt gehecht aan de verdere innovatieve inzet van informatietechnologie in bedrijfsvoering en dienstverlening, anderzijds vragen initiatieven als Kenniswijk en de Superpilot om een grotere inspanning op dit gebied. Dit staat overigens los van de bijdrage die aan de gemeente gevraagd wordt ter financiering van de activiteiten van de Kenniswijk serviceorganisatie. Voor de periode 2001 ÃćâĆňâĂİ 2004 heeft dit al geleid tot het centraal beschikbaar stellen van < 0,9 miljoen (f 2
miljoen) structureel en ruim < 1,8 miljoen (f 4 miljoen) incidenteel om verdere stappen te zetten. In de Voorjaarsnota 2002 ÃćâĆňâĂİ 2005 is aanvullend < 0,2 miljoen (f 0,5 miljoen) structureel en < 0,9 miljoen (f 2 miljoen)
incidenteel beschikbaar gesteld. Op een aantal gebieden zullen investeringen gedaan worden: om de organisatie gereed te maken voor een volledige integratie van digitale dienstverlening in de reguliere processen moeten de fundamenten in de bedrijfsvoering gelegd worden in de komende jaren, zodat op termijn (medio 2002 e.v.) ook meer gefntegreerde en geavanceerde diensten mogelijk zijn. Daarnaast is de komende jaren is een belangrijke innovatieslag te maken in de gemeentebrede informatievoorziening. Dit wordt enerzijds gedreven door de nieuwe eisen die gesteld worden in het kader van de digitalisering van de dienstverlening (gedreven door Rijksbeleid en Kenniswijk), anderzijds stelt de omgeving steeds hogere eisen aan de overheid ten aanzien van transparantie, integrale aanpak van zaken, stadsdeelgericht werken en de eventuele herindeling. Om adequaat in te kunnen spelen op de elkaar steeds sneller opvolgende veranderingen in de taken en werkwijze van de gemeente is een dergelijke innovatieslag onontkoombaar. De innovatie heeft met name betrekking op de domeinen document management, intranet, beveiliging, informatievoorzieningen rondom beleids- bestuurs- en managementprocessen, alles met bijbehorende (nieuwe) ICT-infrastructuren. Gezien de ambities in relatie tot de beschikbare ruimte zal zoveel mogelijk naar maximale synergie-effecten gezocht worden. Hiertoe zullen de investeringsplannen op het 1&A-beleidsterrein nadrukkelijk op basis van visie en programma’s ontwikkeld bestendigd worden.
Ontwikkelingen project Meerhoven De dienst MO zal vanuit haar disciplines voor een belangrijk deel vorm gaan geven aan de nieuwbouwwijk Meerhoven. Inmiddels heeft een inventarisatie van benodigde voorzieningen plaatsgevonden. De huidige plannen gaan uit van 3 kinderdagverblijven, 3 peuterspeelzalen, een vrijetijdsaccomodatie, 3 scholen voor primair onderwijs, 1 sportzaal en 1 gymlokaal. Voor het voortgezet onderwijs is nog niet duidelijk of, waar, wanneer en welke voorzieningen noodzakelijk zijn. De geplande investeringen vinden gespreid plaats over drie jaar, analoog aan de geplande oplevering van het woningarsenaal. In het jaar 2003 en 2004 zijn op basis van huidige inzichten respectievelijk de volgende investeringsbedragen gepland: < 6,4 miljoen (f 14,1 miljoen) en < 5,6 miljoen (f 12,4miljoen). Aangezien het om nieuwe voorzieningen gaat en niet om vervangingsinvesteringen is in het Investeringsplan 2002-2005 geen rekening gehouden met de noodzakelijke investering. Deze is meegenomen in de prioriteitsstelling voor onttrekkingen uit de reserve Specifieke Infrastructurele Werken.
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Stadsvisie 2010 In de Stadsvisie 2010 zijn drie speerpunten genoemd, waarop Eindhoven zich wil richten en waar de stad zijn beleid op wil uitzetten en toetsen: Eindhoven als innovatief kenniscentrum met het accent op technologie; Eindhoven als stad met een aantrekkelijk stads hart; Eindhoven als plaats waar men zich thuisvoelt als individu en in zijn sociale omgeving. Het Stedelijk Ontwikkelingsprogramma 1999-2003/4 is bepalend voor de concrete inzet van middelen.
Overzicht niet geactiveerde investeringen Diverse grote investeringen zijn niet in het activasysteem opgenomen. Deze investeringen worden niet geactiveerd, maar komen ten laste van een fonds. Ze hebben derhalve ook geen vrijvallende ruimte als gevolg. Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste investeringen in de planperiode:
Verbouwin Van Abbemuseum Geplande investeringen;
< 28,3 miljoen (f 62,3 miljoen)
Voor meer toelichting zie Hoofdstuk 2, subfunctie 6.541.2. Riolen
In het Gemeentelijk rioleringsplan 2000-2003 (subfunctie 6.722.0) zijn opgenomen het meerjarenuitvoeringsplan in het kader van de uitwerking van het bestuursakkoord met Waterschap de Dommel en het rioleringsbeheerplan inclusief rioolvervanging en riooluitbreidingsplannen, afgestemd op andere herinrichtings- en reconstructieplannen. De investeringen bedragen jaarlijks gemiddeld < 11,4 miljoen (f 25 miljoen). De afschrijvingstermijn is 80 jaar. De jaarlijkse lasten, alsmede de rioolopbrengsten, worden vereffend met de reeds geactiveerde kosten.
Reserve 5 ecifieke Infrastructurele Werken FSIW faserin ro’ecten: < 26,9 miljoen (f 59,2 miljoen) < 13,7 miljoen (f 30,1 miljoen) < 5,6 miljoen (f 12,4 miljoen)
Geplande investeringen 2002: Geplande investeringen 2003: Geplande investeringen 2004: Voor meer toelichting zie Hoofdstuk 3. Reserve Stadsbeheer
Geplande investeringen 2001 Geplande investeringen 2002 tot en met 2005 Voor meer toelichting zie Hoofdstuk 2 subfunctie 6.821.0.
< 4,8 miljoen (f 10,5 miljoen) E 5,5 miljoen (f 12,1 miljoen)
Stimulus Tot en met 1999 zijn er in SRE-verband afspraken gemaakt over de co-financiering van het Stimulus-2 programma, waaraan de gemeente Eindhoven jaarlijks < 5,23 (f 11,50) per inwoner bijdraagt. Ook voor de periode 2000-2002 wordt deze regeling verlengd, waarvoor Eindhoven eveneens < 5,23 (f 11,50) per jaar per inwoner bijdraagt.
Financieringsschap De gemeenschappelijke regeling Financieringsschap heeft als taak het toekennen van middelen uit het Regiofonds aan deelnemende gemeenten ten behoeve van de ontwikkeling en realisering van projecten met tenminste stadsregionale betekenis. Het maatschappelijk effect van deze regeling is gelegen in het stimuleren van de economische ontwikkeling van de regio en daarmee ook het stimuleren van de werkgelegenheid. De gemeenschappelijke regeling is een tijdelijke regeling die naar verwachting voor 2002 verlengd zal worden. Vanuit het Financieringsschap is een bedrag voor de gemeente Eindhoven beschikbaar
Gemeente Eindhoven
73
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
van 6 8 miljoen (f 17,7 miljoen) over het jaar 2001. Volgens de raming van het Financieringsschap is de bijdrage van de gemeente Eindhoven aan het Financieringsschap over het jaar 2001 < 6,8 miljoen (f 15 miljoen). De volgende projectbijdragen zijn toegekend over het jaar 2001: (x 1 miljoen) 0,6
Restant Centrale Verbindingsas Fietsroute Technische Universiteit Eindhoven
0,5
Fysieke ontsluiting Philips High Tech Campus Nog in te delen projecten
3,2
3,6
Comptabiliteitsvoorschriften 2002 De financiele verslaglegging van gemeenten gaat bij de wijziging van de comptabiliteitsvoorschriften per 2002 steeds meer lijken op de financiele verslaglegging van bedrijven. Toch hebben activa van gemeenten deels een ander karakter dan de activa in het bedrijfsleven. Dit wordt aangeduid als eigenheid van gemeenten. Activa in het bedrijfsleven hebben meerjarig een economische waarde: ze genereren opbrengsten gedurende meerdere jaren. Een deel van de activa van gemeenten heeft een economische waarde, omdat gemeenten prijzen en tarieven voor diensten kunnen vragen (bijvoorbeeld voor het zwembad en de riolering). Activa waarvoor prijzen en tarieven gevraagd kunnen worden zijn tenminste gedeeltelijk rendabel. Echter een groot deel van de activa van gemeenten is niet rendabel; ze leveren geen bijdrage op. Deze activa leveren gedurende meerdere jaren wel een bijdrage aan het maatschappelijk nut. Wegen zijn daarvan een belangrijk voorbeeld. Insteek voor toekomstig beleid kan zijn deze activa niet langer te activeren. Momenteel wordt bekeken wat hiervan de consequenties zijn. Het volgende investeringsplan (2003-2006) zal hierover meer duidelijkheid geven.
Vrijvallende en nieuwe kapitaallasten Een belangrijk gegeven dat vanuit het activasysteem afgeleid wordt, is de vrijval van kapitaallasten. Dit zijn de middelen die vrijkomen door de afname van kapitaallasten van bestaande activa ten opzichte van de vorige periode. Bij lineaire afschrijving bestaat deze ruimte uit dalende rentelasten. Indien het actief na het verstrijken van de levensduur nog geen vervanging behoeft, is de vrijvallende ruimte hoger, omdat er niet meer wordt afgeschreven. In principe is de vrijvallende ruimte beschikbaar voor vervanging (bij gelijkblijvende activiteiten). Indien de vrijvallende ruimte hoger is dan benodigd voor vervanging, is het restant in eerste instantie bestemd voor saneringsinvesteringen. Een alsdan resterend bedrag kan aangewend worden voor nieuwe wensen. Indien de vrijvallende ruimte kleiner is dan benodigd voor de vervanging, zal dat de ruimte voor nieuwe wensen aantasten. Dit effect wordt jaarlijks meegenomen in de meerjarenraming en komt tot uitdrukking in de actualisering financiele prognose meerjarenbegroting van de Voorjaarsnota. In de systematiek van de gemeente Eindhoven wordt verondersteld dat de investering in de loop van het jaar plaatsvindt, gemiddeld op 1 juli. Het eerste jaar worden de kapitaallasten van de nieuwe investering derhalve voor de helft meegenomen. pas in het tweede jaar worden de kapitaallasten voor een vol jaar toegerekend. Daarnaast loopt een aantal investeringen achter op de planning. Met het temporiseringseffect (achterblijvende investeringen) is rekening gehouden door het opnemen van een stelpost in de meerjarenbegroting aan de inkomstenkant van < 0,45 miljoen (f 1 miljoen) in 2002. Een bijkomend effect wordt veroorzaakt door prijsstijgingen. Deze kunnen de verhouding tussen vrijvallende en nieuwe kapitaallasten negatief beinvloeden. In de planning wordt gerekend met het in de Voorjaarsnota vastgestelde rentepercentage van 69b. Een eventuele wijziging van dit percentage wordt in een volgend Investeringsplan verwerkt. Essentieel voor een bruikbaar investeringsplan is een goed gebruik van het activasysteem. Als bijvoorbeeld niet alle investeringen worden geactiveerd, maar in de exploitatie verantwoord, ontstaat op het moment van vervanging een budgettair probleem. Voor meer informatie omtrent definiering van investeringen wordt verwezen naar notitie 8 van het Handboek Deel 3 Notities.
oktober 2001 investeringsplan 2002-2005
Recapitulatie geactiveerde vervangingsinvesteringen Hieronder volgt een overzicht van de geactiveerde vervangingsinvesteringen per dienst (x < 1.000):
2002
2002
2003
BRW
1.278
668
255
GGD
250
222
206
681
APZ
4.810
3.995
5.327
2.936
MO
1.858
2.818
3.901
2.069
WZI
54
Dienst
CS
SOB ABBE
227
103
932
182
1.044
68
3.578
2004
5.647 211
5.288 70
4.866 219
TOTAAL<
11.999
13.561
1 6.31 8
11.885
TOTAALf
26.442
29.885
35.960
26.191
Investeringsplan 2001-2004: TOTAAL<
11.864
14.981
1 5.305
TOTAALf
26.144
33.014
33.727
Gemeente Eindhoven
75
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
4.1 Dienst Brandweer en Rampenbestrijding Geactiveerde investeringen 2002-2005 Door de dienst APZ is de meerjarenraming betreffende de vervangingsinvesteringen aangeboden, welke in 1997 is geactualiseerd. Onder huisvestingslasten zijn opgenomen onderhoud, inventaris en gereedschappen, met een afschrijvingstermijn varierend van 5 tot 20 jaar. De vervanging van hard- en software is gebaseerd op de periodieke vervanging van computers in de kantooromgeving. Bij Repressie zijn de bedragen naast gereedschappen en personenauto’s toe te schrijven aan de vervanging van redvoertuigen in 2002 < 0,5 miljoen (f 1,1 miljoen) en 2005 < 0,6 miljoen (f 1,2 miljoen) alsmede blusvoer-tuigen in 2002 < 0,3 miljoen (f 0,6 miljoen), met een afschrijvingstermijn van respectievelijk 15 en 10 jaar.
Recapitulatie
Sub- Omschrijving
functie
2002
2003
2004
2005
264
394
55
318
159
238
855
36
termijn
Geactiveerde investeringen
50200 Huisvesting
cl I V.
50400 Automatisering 5 6.120.1 Repressie
div.
TOTAAL <
1.278
TOTAAL f
2.816
668 I 1.471
75
45
125
569
255
932
562
2.054
4.2 Gemeentelijke Gezondheidsdienst Geactiveerde investeringen 2002-2005 De afwijkingen ten opzichte van het Investeringsplan 2001-2004 worden veroorzaakt door een gewijzigd vervangings schema inzake de ambulances en de overgang van de investeringen voor automatisering naar het Facilitair Bedrijf.
Recapitulatie
Sub- Omschrijving
functie
Termijn
Geactiveerde investeringen
9 27
50400 Automatisering 5
09
6.710.0 Alg gezondheidszorg div 6.710.1 Gezondheidsbevordering 5
16
6.710.2 Jeugdgezondheidszorg 5 227
6.711.1 Ambulancehulpverlening div TOTAAL <
[ 868[ 550
TOTAAL f
76
182
182
222
206
490
455
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
4.3 Dienst Algemene en Publiekszaken Geactiveerde investeringen 2002-2005 Facilitair Bedrijf Algemeen: In 2002 is < 0 8 miljoen (f 1,7 miljoen) gereserveerd voor werkplekken van de dienst WZI. In 2003 en 2004 staat de vervanging van de gecombineerde centrale voor spraak- en dataverkeer gepland voor respectievelijk < 0,2 miljoen (f 0,5 miljoen) en < 3,2 miljoen (f 7 miljoen). In 2005/2006 is vervanging van het meubilair stadskantoor gepland voor < 1,2 miljoen (f 2,6 miljoen). Huisvesting: Vanwege de leeftijd van de Stadhuis Laagbouw en de dringend noodzakelijke vervangingen aan onder andere de installaties, dient een renovatieplan te worden uitgevoerd. Er wordt gestreefd naar een hoogwaardige uitstraling en een aangename beleving in het gebouw. In juni 1998 heeft de gemeenteraad een krediet ter beschikking gesteld van < 14,6 miljoen (f 32 miljoen), waarbij in de dekking is voorzien, deels vanuit de algemene middelen en deels door te putten uit fondsen. De wijkunit van het stadsdeelkantoor Tongelre is in 2002 voor een bedrag van E 0,2 miljoen (f 0,5 miljoen) gepland. Automatisering: De opgenomen bedragen hebben betrekking op investeringen voor diverse vakdiensten. De kredieten hiervoor zijn door de diensten aan het Facilitair Bedrijf overgedragen. APZ
Automatisering: De opgenomen bedragen hebben onder meer betrekking op vervangingen afdeling Procesbeheersing, EFIS, PIV4U en l&A beleid. De vervangingsinvesteringen met betrekking tot spraak- en dataverkeer van stadsdeelkantoor Tongelre zijn in 2002 opgenomen (f 130.000).
Recapitulatie
Sub- Omschrijving
functie
Afschr. 2002 2003 2004 2005 termijn
Geactiveerde investeringen
50200 Algemeen (FB)
div
990
50200 Huisvesting (FB)
CI I V
1.647
50400 Automatisering (FB) 5
1.424
399 3.613 106
1.137
1 153
2.996 1.295 1.560
750
480 417 86
TOTAAL <
4.810
3.995 5.327 2.936
TOTAAL (
10.600
8.804 11.739 6 470
50400 Automatisering 5
15
6.210.0 Wegen, straten, pleinen 5
Investerin s lan 2001-2004 TOTAAL <
TOTAAL f
Gemeente Eindhoven
3.247 2.863 4. 173 7.155 6.310 9.196 I
77
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
4.4 Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling De dienst MO baseert de omvang van haar vervangingsinvesteringen grotendeels op door de dienst APZ aangeleverde planningen. In de APZ-planningen voor de dienst MO, hebben zich verschuivingen voorgedaan van (vervangings)investeringen, zowel binnen de beleidsplanperiode als ook temporiseringen naar een uitvoeringsjaar buiten deze beleidsplanperiode en omgekeerd. Dit heeft ertoe geleid dat de volumes voor vervangingsinvesteringen, ten opzichte van beleidsplanperiode 2001-2004 enkele wijzigingen hebben ondergaan.
Automatisering: De bedragen, zoals opgenomen in de investeringsplanning 2002-2005 betreffen een verdere uitvoering van het IE A-plan uit 1997, en betreffen met name investeringen in apparatuur en programmatuur. Sector 5 ort en Recreatie Op 12 maart 2001 is de raad akkoord gegaan met de reorganisatie sector Sport en Recreatie met terugwerkende kracht naar 1 januari 2001. Per 1 januari 2001 bestaat de sector Sport en Recreatie naast de beleidsafdeling uit 3 nieuwe gebieden, te weten: Sportbedrijf de Karpen; Sportcomplex Eindhoven Noord; Genneper Parken.
Sportbedrijf de Karpen: Binnen de sportparken bestaan de jaarlijkse investeringen voornamelijk uit de vervanging van kleedruimten. Daarnaast vindt er jaarlijks aanschaffing plaats van machines ten behoeve van cultuur/civiel technische werken. Tevens is er sprake van vervanging van beregeningsinstallaties in 2003 en het herstraten van parkeerterreinen in 2003 en 2006. Sportbedrijf de Karpen beheert 14 gymnastieklokalen. Binnen de gymnastieklokalen staan vervangingen gepland voor platdakbedekkingen, plafonds, sanitair, sportvloeren, binnenkozijnen, vloer-en wandtegels, cv-ketels, gevelrenovatie en luchtbehandelinginstallaties. De jaarlijkse investeringen voor sporthallen bestaan hoofdzakelijk uit de vervangingen van vloeren, inrichting en daken van de 8 sporthallen die onder sportbedrijf de Karpen vallen.
Sportcomplex Eindhoven Noord: Voor het lr. Ottenbad staan in de beleidsplanperiode vervangingen gepland voor hogedruk reinigingsinstallatie in 2002, luchtbehandelinginstallatie in 2003, binnenzonwering in 2004 en buitenglijbaan, 6 kruidenbaden en turkse tuin (6 stuks) in 2005. Vervangingsinvesteringen aan de Tennishal Eindhoven Noord zijn eerst pas in 2010 aan de orde. Voor het sportpark Woensel zijn vervangingen gepland voor een kleedruimte voor voetbal in 2002, een berging in 2003 en tevens een aantal investeringen voor cultuur/civiel technische werken.
Genneper Parken: Voor het IJssportcentrum is gedurende de beleidsplanperiode rekening gehouden met vervanging van de boarding op de 400m baan, vervanging vriesinstallaties en vervangingen op het gebied van luchtbehandeling. Voor de Tongelreep staan vervangingen gepland van solaria zonneweide in 2002, vervanging gevels en daken, 65m glijbaan, suisbuis en turbotol in 2003, tegelvloer 50m bad en strandstoelen/tafels in 2004 en buitenglijbaan (4delig), familie glijbaan en polyester figuren in 2005. Voor het Indoor Sportcentrum (bouwjaar 1993) is rekening gehouden met vervangingsinvesteringen voor tafels en stoelen in de vergaderruimte, renovatie mobiele tribune, toplaag sportvloer en de heftruck (allen in 2003), de bedrijfsauto in 2004 en een aantal investeringen in 2008. Voor het sportpark aan de Aalsterweg is een vervanging van de kassa-ruimte van EVV gepland in 2005 alsmede een aantal investeringen voor cultuur/civiel technische werken.
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Sector Kunst en Cultuur
Muziekcentrum: In het Beleidsplan 2001-2004 is een eenmalig investeringsbedrag van < 1,7 miljoen (f 3,8 miljoen) opgenomen voor vervangingsinvesteringen voor de periode 2000-2002. Vanaf 2003 is een jaarlijks bedrag voorzien. Stadsschouwburg: Voor de renovatie van de Stadsschouwburg is bepaald dat een plan dient te worden ontwikkeld binnen een investeringsraming van < 25,4 miljoen (f 56 miljoen). Dekking van dit bedrag is als volgt: (bedragen x 1 mil’oen) 33,0 8,0 10,0
15,0 3,7
Reserve Specifieke Infrastructurele Werken Uitgestelde vervangingsinvesteringen Sponsorinkomsten Voorziening Stadsschouwburg
4,5
2,5
1,1
Rente over gestort bedrag in RSIW Totaal
1,1
2,5
25,4
56,0
S ector Welzi’o:
Vrijetijdsaccomodaties: Voor vrijetijdsaccommodaties wordt een jaarlijks volume beschikbaar gesteld van < 90.756 (f200.000) voor kleine verbouwingen. Beschikkingen over dit volume vinden, passend binnen de vastgestelde criteria, middels separate voorstellen plaats. Sector Onderwi’s en Educatie
Meerjarenperspectief: Met ingang van 1 januari 1997 heeft het rijk een aantal taken op het gebied van huisvestingsvoorzieningen onderwijs gedecentraliseerd naar de gemeenten. Vanaf 1997 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de schoolgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs. De hiervoor bij het rijk beschikbare financiele middelen worden aan de gemeenten uitgekeerd via de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Uitgangspunt is dat het onderwijshuisvestingsbeleid deel uit gaat maken van het integrale beleid van de gemeente. Hiertoe dienen onder andere integrale huisvestingsplannen ontwikkeld te worden, op basis waarvan de gemeenteraad dan prioriteiten en benodigde budgetten vast kan stellen. De raad heeft hiertoe in haar vergadering van 12 maart 2001 het IHP van het (speciaal) basisonderwijs vastgesteld. De huisvestingsplannen voor het VO en WEC zijn echter nog in ontwikkeling en daardoor ontbreekt op dit moment het inzicht in de hiervoor benodigde financiele middelen voor de komende jaren op het gebied van nieuwbouw en vervangende huisvesting, uitbreiding van gebouwen en eerste inrichting van meubilair en leer- en hulpmiddelen. In de raadsvergadering van 1 februari 1999 is besloten het onderwijshuisvestingsbudget voor de periode 2000-2004 op basis van een technische berekening vast te stellen. Hierdoor is het mogelijk om de toegekende aanvragen op basis van de Verordening Huisvestingsvoorzieningen, te financieren. Recapitulatie (x f 1.000)
Sub- Omschrijving
functie
Geactiveerde investeringen
III
Afschr. 2002 2003 2004 2005
Termijn
50400 Automatisering 5
68
515
6.530.0 Sportbedrijf de Karpen div
122
923
146
722
536
6.530.7 Sportcomplex Eindh Nrd div
290
296
26
680
div
223
1.293
1.990
501
6.530.8 Genneper Parken
Gemeente Eindhoven
79
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Sub- Omschrijving
functie
Afschr. 2002
2002
Termijn
Geactiveerde investeringen
6.540.0 Muziekcentrum
20
6.540.2 Pop-Ei
20
65
6.540.3 Stadsschouwburg 20 6.540.5 Plaza Futura
6.540.6 Het Klein
611
20 20
6.540.8 Overige bijdragen KC 20 6.541.1 Museum Kempenland 20 6.541.5 Archeologie
20
6.580.0 ’t Karregat
20
25
55
6.630.0 Vrijetijdsaccomodaties 20
91
91
TOTAAL <
1.858
2.818
TOTAAL (
4.094
6.210
Investerin s lan 2001-2004
TOTAAL f
4.5 Dienst Werk, Zorg en Inkomen
Geactiveerde investeringen 2002-2004 In 2002 zal de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid een nieuw pand aan de Smalle Haven betrekken. Omdat er sprake is van nieuwbouw zullen op het gebied van bouwkundige investeringen en (bouw)technische investeringen vanaf dat jaar vervangingen voorlopig niet aan de orde zijn. pas in 2012/2013 zullen de eerste bedragen van de vervangingsinvesteringen ten tonele worden gevoerd. Voor de realisering van de nieuwbouw is eind 1998 een aparte investeringskostenbegroting aan de raad voorgesteld. De totale kosten van het nieuwbouwproject bedraagt ruwweg < 27,3 miljoen(f 60 miljoen). Uiteraard worden momenteel alleen de vervangingsinvesteringen uitgevoerd die onvermijdbaar zijn. De investeringen in automatisering zijn grotendeels overgedragen aan het Facilitair Bedrijf.
Recapitulatie 2002
2003
2004
2005
Geactiveerde investeringen
TOTAAL <
TOTAAL I’
s4[ s4[ >zo [
227
182
400
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Investeringsplan 2001-2004 TOTAAL <
1.381
1.257
903
TOTAAL f
3.043
2. 770
1. 990
4.6 Concernstaf Geactiveerde investeringen 2002-2004 De opgenomen bedragen hebben met name betrekking op vervang ingsinvesteringen met betrekking tot het Eindhovens Financieel Informatie Systeem (EFIS). In 2002 is een investering voorzien in het raadsinformatiesysteem.
Recapitulatie 2002
2003
2004
2005
Geactiveerde investeringen
t TOTAAL <
r
TOTAAL f
iso J
0 1.044 0 1.044 0 2.300
Investeringsplan 2001-2004 TOTAAL <
TOTAAL (
4.7 Dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer Geactiveerde investeringen 2002-2005 Automatisering: Voor automatisering is in de planperiode een bedrag voorzien voor vervanging van pc’ s. Ook zijn opgenomen de benodigde vervangingsinvesteringen in het interactief Grafisch Systeem (IGS). Het IGS is een systeem voor de vervaardiging van kaartmateriaal. Op de basiskaart van Eindhoven kunnen afzonderlijk (maar ook tegelijk) diverse componenten worden geprojecteerd als rioleringen, straatverlichting e.d.. Op het gebied van IGS zijn afspraken gemaakt om meer te komen tot een ideaalcomplex waardoor schokken in het investeringsschema zoveel mogelijk worden voorkomen.
Algemeen: Bij kostenplaatsen wordt in de jaren 2002, 2003 en 2004 jaarlijks een bedrag voor meubilair uitgetrokken. In de jaren 2003 en 2004 zijn eveneens bedrag opgenomen ter vervanging van de auto’s voor landmeetkunde en de vervanging van tachymeters. In 2002 zullen luchtfoto’s worden gemaakt. Hiervoor is een bedrag van < 113.000 (f 250.000) opgenomen.
Investeringsvolume: Met ingang van het Beleidsplan 1997-2000 wordt een jaarlijks (algemeen) investeringsvolume verstrekt van f 8 miljoen. Ook voor 2005 is besloten een nieuwe jaarschijf van f 8 miljoen beschikbaar te stellen. Als gevolg van het naar voren halen van de investeringen voor de Centrale Verbindingsas (CVA) is er een forse overschrijding op de planning die gecompenseerd wordt in de volgende
Gemeente Eindhoven
81
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
jaren. Het algemeen investeringsvolume wordt grotendeels ingevuld met de CVA, f 32 miljoen. Hierbij wordt een bijdrage derden voorzien van f 27,6 miljoen. Enkele andere grote projecten zijn: Aalsterweg, herinrichting Stationsplein, A. Fokkerweg, Tongelresestraat, Kanaaldijk Noord en Duurzaam veilig 2. Ook bij deze projecten worden bijdragen van derden voorzien. Het investeringsvolume verkeerswerken is samengevoegd met het algemeen investeringsvolume. Nieuwe investeringen zullen in het vervolg ten laste moeten komen van het algemeen investeringsvolume van DSOB. Wegen: Voor gladheidsbestrijding zijn vervangingen gepland; jaarlijkse volumes van < 318.000 (f 700.000) worden geraamd voor openbare verlichting. Verkeer: Voor de vervangingsinvesteringen verkeerslichten is een jaarlijks volume van < 340.000 (f 750.000) opgenomen, met uitzondering van 2003, waarin deze investeringsbehoefte niet langer onderbouwd leek. Vanaf 2004 is dit hersteld.
Parkeren: Vanwege de verwachte ontwikkelingen zijn de investeringen ten aanzien van parkeren de laatste jaren beperkt gebleven. Diverse investeringen dienen plaats te vinden in het kader van tariefstijgingen en de invoering van betaalkaarten (Chipper/Chipknip), alsmede de invoering van de euro. Hiervoor wordt in de jaren 2002, 2003 en 2004 een bedrag opgenomen van < 113.000 (f 250.000). In 2005 is dit verhoogd naar E 1 36.000 (f 300.000).
Overig: Voor de vervanging van de beschoeiing van het Beatrixkanaal zijn in 2002, 2003 en 2004 bedragen
opgenomen. Jaarlijkse volumes worden geraamd voor bomen van < 113.000 (f 250.000) en voor groen van < 54.000 (f 1 20.000).
Recapitulatie
2002 2003 2004 2005
Sub- Omschrijving
functie
Geactiveerde investeringen
50400 Automatisering
203
576 Algemeen
5/10
6.210.0 Wegen, straten, pleinen algemeen
40
821
169
230
123
101
45
2.042
3.630
3.630
409
418
386
340
340
113
113
6.210.1 Wegen, straten, pleinen onderhoud 6.211.1 Verkeerslichten
10/20
454
10
340
6.214.0 Parkeren
10
113
6.221.0 Beatrixkanaal
40
6.560.2 Groen en recreatie
20/30
136
113
406
3.630
406
167
167
167 167
TOTAAL <
3.578
5.647
5.288 4.866
TOTAAL f
7.885 12.444
11.653
10.723
Investeringsplan 2001-2004 t TOTAAL <
t
TOTAAL f
82
Gemeente Eindhoven
oktober 2001 investeringsplan 2002-2005
4.8 Van Abbemuseum Geactiveerde investeringen 2002-2005 De opgenomen bedragen hebben met name betrekking op vervangingsinvesteringen in automatisering. Daarnaast zijn bedragen voorzien voor de vervanging van audio visuele apparatuur en machines werkplaats.
Recapitulatie 2002
2003
2004
103
178
52
34
18
103 211 70 333 [
4ss [
154 I
Investeringsplan 2001-2004 TOTAAL <
150
TOTAAL f
Gemeente Eindhoven
83
2005
200 19
279 433 )
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
4.9 Tabel kapitaallastenberekeningen In onderstaande tabel worden de kapitaallasten berekend van een investering van < 100.000 (f 220.371) tegen een rente van 69b.
Afschrij vingstermijn
5jaar
10j aar
10.000
5.000
20jaar
Afschrijving Afschrijving 1e jaar
2.500
Afschrijving 2e jaar
20.000
10.000
5.000
Afschrijving 3e jaar
20.000
10.000
5.000
5.000
20.000
10.000
Rente 1 e jaar
2.850
2.925
2.963
Afschrijving 4e jaar
Rente
Rente 2e jaar
4.800
5.400
5.700
Rente 3e jaar
3.600
4.800
5.400
Rente 4e jaar
2.400
4.200
5.100
12.850
7.925
5.463
Kapitaallasten (rente en afschrijving) Kapitaallasten 1 e jaar
Kapitaallasten 2e jaar
24.800
15.400
10.700
Kapitaallasten 3e jaar
23.600
14.800
1 0.400
Kapitaallasten 4e jaar
22.400
14.200
10.100
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
4.10 Tabel afschrijvingstermijnen Levensduur
Omschrijving activum
Levensduur
Gereedschap
10
Gebouwen
50
Meubilair scholen
20
Gebouwen van hout
15
Leer- en hulpmiddelen
10
Sportparken
20
Eersteinrichting meubilair onderwijs
60
Sporthallen
40
Meubilair speciaal onderwijs
Grond
div
watersportaccomodaties
Leer- en hulpmiddelen speciaal onderwijs
Kunstijsbaan
Bedrij fswagens, tractie
Zwembaden en
Voorzieningen aan parkeerterreinen
10
Personenauto’ s, bestelauto’s
Voorzieningen aan overige
20
Ambulances
20
Brand weerwagens
30
6-10
t errei n en.
Openbaar groen
div,
Overige vervoermiddelen
Begraafplaatsen Scholen
40/60
Civieltechnische werken
Woningen
50
Verkeerssignalisatie
Kwekerijen, kassen
20
Openbare verlichting
20
Jongerencentra, gemeenschapshuizen
33
Parkeerrn eters
20
10
Voorzieningen aan gehuurde gebouwen
20
Container
12
Verbouwingen
20
Havens, kanalen
40
Achterstallig onderhoud sanering/ inventaris
10
Rioleringen
60
Installaties en inrichting van gebouwen
20
Kosten aanschaf en ontwikkeling automatiseringssystemen
Inventaris en meubilair
10
Research en overige immateriele activa
Machines
10
Activa huurkoop, financial lease
vrij etij dsaccomodaties
Computerapparatuur, electronische apparatuur
Gemeente Eindhoven
Financiering bijdragen woningverbetering
BS
dl V.
25
oktober 2001 Investeringsplan 2002-2005
Hoofdstuk p Meerjarenbegroting
Gemeente Eindhoven
87
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
Lasten
2001 2002 2003 2004 2005 1.854 2.189 2.219 2.170 2.161
6.001.0 Raad en raadscommissies APZ
BAOV
6.001.0 Raad en raadscommissies CS
BAOV
161 191 190 188 190
6.001.1
BAOV
’i.703 1.920 1.934 1.897 1.900
College van burgemeester APZ en wethouders
6.001.2
Functionele commissies APZ
6.001.4
Samenwerkingsverband CS
BAOV
55
75 75
75
75
en dorps- en wijkraden BAOV
2.494 2.694 2.694 2.694 2.694
Regio Eindhoven (5RE)
6.002.0 Concerncontrol
CS
6.002.2
Algemene Ondersteuning APZ
6.002.2
Algemene Ondersteuning CS
CM
2.457 2.704 2.661 2.646 2.680
CM
4.968 5.360 5.298 5.318 5.335
CM
3.033 3.367 3.307 3.287 3.333
Bestuur
Bestuur
6.002.3 Onderzoek en Statistiek APZ
CM
6.002.4 Stadsdeelkantoren APZ
CM
6.002.7 Belastingen
APZ
CM
1.124 1.242 1.244 1.249 1.254 7.329 8.601 8.596 8.625 8.651 4.430 5.078 5.180 5.104 5.228
6.002.8
APZ
SOB
1.339 983 985 988 992
Beheer diverse eigendom- APZ
SOB
6.002.9
Advisering en beheer gebouwen
991 1.846 1.825 1.804 1.766
men
6.003.0 Burgerzaken
APZ
BAOV
6.120.0 Commando en staf
BRW
BAOV
4.832 4.853 4.755 4.770 4.781 1.473 1.699 1.674 1.710 1.722
6.120.1 Repressie
BRW
BAOV
6.620 7.216 7.309 7.331 7.373
6.120.2 Preventie
BRW
BAOV
Deelneming in regionale BRW
BAOV
454 489 490 491 824 853 853 853
BAOV
316 247 250 253
6.1 20.3
brandweer
6.120.4 Preparatie
BRW
6.120.5 Rampenbestrijding
BRW
6.120.6 Regionaal bureau
BRW
BAOV
6.140.0
MO
BAOV
Dierenopvangcentrum De Doornakker
BAOV
99 60 60
492 853
255
61 61
2.681 2.826 2.838 2.850 2.862 77
80
80 80 80
5aldo
Baten
2001 2002 2003 2004 2005 2001 2002 2003 2004 2005
67 67
67
67
67 1.787 2.122 2.152 2.103 2.094
14
14
14
14 1.689 1.907 1.921 1.883 1.886
00
14
0 161 191 190 188 190 55
75 75
75
75
0 2.494 2.694 2.694 2.694 2.694 11 2.446 2.692 2.650 2.635 2.668
0 4968 5360 5298 5318 5335 0 3.033 3.367 3.307 3.287 3.333
98 98
00
98
98 98 1.026 1.144 1.146 1.152 1.157 0 0 7.329 8.601 8.596 8.625 8.651
2.082 2.082 2.082 2.082 2.082 2.347 2.996 3.098 3.021 3.145 634 650 650 650 650 705 333 335 339 343
497 497 497 497
497 494 1.350 1.328 1.307 1.269
2.328 2.152 1.967 1.995 2.006 2.504 2.700 2.788 2.774 2.775 182 1.356 1.518 1.492 1.529 1.540 117 182 182 182
545 416 416
416 416 6.075 6.800 6.894 6.915 6.957
120 118 118 118 118 334 371 373 373 374
0 824 853 853 853 853 00 10 0 0 0 0 306 247 250 253 255 0 0 0 0 0 99 60 60 61 61
2.681 2.777 2.789 2.801 2.813
0 49 49 49 49
77
80
80 80
80
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
6.140.1 Stadswachten en overig APZ 6.140.2
Bestrijding veel voorko- MO
Lasten
CCCC
2001 2002 2003 2004 2005 BAOV
386 435 436 437 439
BAOV
1.370 1.548 1.547 1.472 1.481
mende criminaliteit
6.140.3 Fysieke veiligheid
APZ
6.210.0
Wegen, straten en pleinen APZ
6.210.0
Wegen, straten en pleinen SOB
6.21 0.1
Wegen, straten en pleinen APZ
BAOV
196 346 285 287
GSB/V&V
690 1.167 1.170 1.176 1.178
288
algemeen
GS B/VLV 4.281 3.603 3.836 4.137 4.433
algemeen
508
2.005 2.055 2.055 2.055 2.055
SOB
9.543 8.580 8.837 8.856 8.871
onderhoud 6.21 0.1
Wegen, straten en pleinen SOB onderhoud
6.21 0.3 Straatreiniging
APZ
SOB
115 118 118 118 118
6.21 0.3 Straatreiniging
SOB
SOB
5.612 5.828 5.831 5.832 5.835
6.210.5 Bewegwijzering
508
GSB/V&V
6.2 1 0.6
Wegen, straten en pleinen SOB
SOB
61 168 168 168
168
4.932 5.167 5.170 5.172 5.176
projecten
6.211.0 Verkeer, algemeen APZ
GSB/V&V
6.211.0 Verkeer, algemeen SOB
GSB/V&V
Verkeerslichten en -meu- SOB
GSB/V&V
6.211.1
343 352 352 352 685 666 661 663
352
666
1.180 1.412 1.399 1.389 1.375
bilair
6.211.3 Verkeersverlichting SOB 6.212.1
Overige aangelegenheden APZ
6.212.1
Overige aangelegenheden SOB
GSB/V&V
33 34
34
34 34
GSB/V&V
openbaar vervoer GSB/V&V
208 174 174 174 174 3.623 3.857 3.843 3.844 3.788
openbaar vervoer
6.214.0 Parkeren
SOB
GSB/V&V
6.214.1
SOB
GSB/V&V
Bewaakte rijwielstallingen
6.221.0 Waterbeheersing
APZ
SOB
6.221.0 Waterbeheersing
SOB
SOB
6.310.0 Straatmarkten
APZ
SEZ
48 49 49 49 49 685 420 442 475 501 588 589 591
491
590
Saldo
Baten
C66C66CC
2001 2002 2003 2004 2005 2001
2002 2003 2004 2005
117 109 109 109 109 269 326 327 329 330 278 369 369 292
0 61
292 1.092 1.179 1.178 1.179 1.188
0 0 0 196 285 285 287 288
316 831 831 831
831 374 335 339
708 751 751 751 751
344 347
3.573 2.852 3.085 3.386 3.682
329 430 430 430
430 1.676 1.625 1.625 1.625 1.625
543 556 556 556
556 9.001 8.024 8.281 8.301 8.316
0 115 118
118 118 118
1.173 1.128 1.128 1.128 1.128 4.439 4.700 4.703 4.704 4,707
0 61 168 168 168 168 0 4.932 5.167 5.170 5.172 5.176
0 343 352 352 352 352 0 685 666 661 663 666 0 1.180 1.412 1.399 1.389 1.375
0 33 10
34
34
34
24 24
24
34
11 -10 -11
150 150 150 150 150 59
24
6.226 6.861 6.861 6.861 6.861 -2.602 -3.004 -3.019 -3.018 -3.073
06
55
53 56 56 56 56 -5
55
-7
149 149 149 149 149 536 270 293 326 341 98 100 100 509 491 491 491 491 -8
97
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Lasten
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
6.310.2 Stadsbank
APZ
SEZ
6.310.3 Economische zaken, algemeen
SOB
SEZ
6.320.1 Werken voor derden SOB, SOB
SOB
C666C
2001 2002 2003 2004 2005
2.262 2.066 1.995 1.999 2.001
1.394 1.136 1.123 1.116 1.134
970 1.047 1.047 1.048 1.048
extern SOB
SEZ
6.320.3 Werken voor vakdiensten SOB
SOB
6.320.6 Telecommunicatie SOB
SEZ
6.330.6 Winstafdracht NV NRE CS
SEZ
6.330.7 Winstafdracht NV GRE CS
SEZ
6.320.2 Industrieschappen
6.340.0 Landbouwbedrijf
SOB
6.420.0
Openbaar basisonderwijs MO
6.420.1
Openbaar basisonderwijs MO
SOB
00
14 0 0 0 0
29.018
613 613 613 613 613
55
55
380 393 394 394 394 1.620 1.256 1.238 1.220 1.203
(lokaal gezag)
9.334 10.703 10.702 10.702 10.706
(bevoegd gezag)
6.421.0 Bijzonder basisonderwijs MO 6.430.0
MO
5.591 6.818 6.737 6.661 6.563
217 245 239 236 233
Openbaar speciaal onder- MO wijs (lokaal gezag)
6.430.1
Openbaar speciaal onder- MO
MO
979 1.065 1.065 1.065 1.065
MO
2.467 2.614 2.573 2.464 2.423
wijs (bevoegd gezag) 6.431.0
Bijzonder speciaal onder- MO Wij 5
6.440.0
Stedelijk College Eindhoven
MO
MO
10.033 9.830 9.829 9.828 9.828
6.441.0
Bijzonder voortgezet onderwijs
MO
MO
879 1.222 1.211 1.200 1.191
Bijzonder lager en mid- MO
MO
839 637 632 626
621
Brede Scholengemeenschap MO bijzonder onderwijs
MO
644 885 876 867
854
6.480.0 Onderwijsbegeleiding c.a MO
MO
Verplaatsbare lokalen en MO
MO
6.451.0
delbaar beroepsonderwijs 6.461.0
6.480.1
overige accommodaties
5.581 7.247 4.206 3.913 3.919
339 740 689 363
341
Saldo
Baten
C66666C
2001 2002 2003 2004 2005 2001 2002 2003 2004 2005 1.275
1.115 1.115 1.115 1.115 987 951 879 884 886
00
00
0 1.394 1.136 1.123 1.116 1.134
1.151 1.228 1.229 1.229 1.230 -182 -182 -182 -182 -182 66
14 0 0 0 0 0 0 0 0 0
29.01 8
5.972 5.972 5.972 5.972 5.972 -5.359 -5.359 -5.359 -5.359 -5.359 6.440 6.440 6.440 6.440 6.440 -6.436 -6.436 -6.436 -6.436 -6.436
481 500 500 500 500 -102 -107 -106 -106 -106
74 58
58 58
58 1.547 1.198 1.180 1.162 1.145
9.334 10.167 10.167 10.167 10.167 139
91
91
91
0 536
4 213 979 1.026 1.026 1.026 1.026 37
535 535 540
91 5.452 6.727 6.646 6.571 6.473
241 236 232 229
0 39
39
39 39
11 2.430 2.602 2.562 2.452 2.412
9.382 9.106 9.106 9.106 9.106
650 725 724 723
723
0 879 1.222 1.211 1.200 1.191
0 839
637 632 626 621
0 644
885 876 867 854
4.399 5.200 2.440 2.258 2.258 1.181 2.047 1.766 1.654 1.660
138 543 496 188 166
200 197 192 175 175
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
Lasten
C2001C2002C2003C2004 2005 2.360 2.384 2.378 2.378 2.379
6.480.2 Vervoer. schoolzwemmen MO en diverse bijdragen MO
4.572 4.785 4.744 4.744 4.746
6.510.0 Openbare bibliotheek MO
MO
4.599 4.756 4.756 4.756 4.757
6.511.2 Kunsteducatie
MO
3.147 3.342 3.342 3.342 3.343
6.482.0 Volwasseneneducatie MO
MO
6.511.3 Mondiaal bewustwordings- APZ
BAOV
739 804 803 803 803
werk MO
MO
801 779 779 779 779
6.530.0 Sportbedrijf de Karpen MO
MS
4.501 7.127 7.171 7.215 7.246
MO
MS
3.207
6.511.4 Emancipatie
6.530.1 Sportprojecten
56 56 56
0000
56
6.530.2 Gymnastieklokalen MO
MS
MO
MS
Bijdragen aan sportaange- MO legenheden
MS
1.046 944 982 871 874
MS
2.889 3.937 3.981 3.988 4.013
6.530.4 Kunstijsbaan 6.530.5
6.530.6
Centraaltechnische
698
2.081 0 0 0 0 458
MO
dienst MO 6.530.7
Sportcomplex Eindhoven MO Noord
6.530.8 Genneper Parken
MO
MS
5.266 9.368 9.396 9.544 9.662
6.540.0 Muziekcentrum
MO
MO
4.679 4.824 4.850 4.872 4.888
Kunstuitleen De Krabbedans
MO
MO
6.540.1
461 422 415 409 408
6.540.2 Stichting Pop-Ei
MO
MO
141 149 149 152 155
6.540.3 Stadsschouwburg
MO
MO
3.323 3.369 3.381 3.393 3.407
6.540.5 Kleine Podia
MO
MO
872 1.052 1.119 1.115 1.114
6.540.6 Het Klein
MO
6.540.7
Kunstbeoefening door MO
6.540.8
Overige bijdragen kunst MO
MO MO
179 182 180 179 432 451 451 451
179
452
a mateurverenigingen MO
1.320 1.362 1.360 1.360 1.366
MO
340 316 315 316 317
en cultuur
6.540.9 Reserves voor kunst en cultuur
MO
Saldo
Baten
2001 2002 2003 2004 2005 2001 2002 2003 2004 2005 C 6C6C6C 252 162 162 162 162 2 108 2 222 2 216 2 216 2 217 4.019 4.220 4.178 4.178 4.178
25
25
25
25
554 565 565 565
568
0 4.599 4.756 4.756 4.756 4.757 0 3.147 3.342 3.342 3.342 3.343 25 715 779 779 778 778
0 0 0 0 0 801 779 779 779 779 1.524 2.923 2.923 2.923 2.923 2.977 4.204 4.248 4.292 4.324 1.487
466 1.086 119
27
27 27 27 1.720
29 29 29
29
0 232
0 995 0 0 0 0
00
0 928 815
129 113
868 871 874
0 458 1.344 1.979 1.979 1.979 1.979 1.546 1.958 2.002 2.008 2.034
2.687 4.566 4.566 4.566 4.566 2.579 4.802 4.830 4.978 5.096 1.313 1.350 1.350 1.350 1.350 3.366 3.473 3.499 3.521 3.537
0 0 0 461 422 415 409 408
0 0 0 0 0 141 149 149 152 155 343 343 343 343
343 2.980 3.027 3.038 3.051 3.064
25 25
25
25 849 1.027 1.094 1.091 1.090
211 212 212 212
212 1.109 1.150 1.148 1.149 1.154
23 10
168 172 169 168 432 451 451 451
168
452
0 340 316 315 316 317
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie Opgenomen Vakcie functie in vakdienst
Lasten
C6C6C
2001 2002 2003 2004 2005
SOB
MO
6.541.1 Museum Kempenland
MO
MO
565 557 550 543 537 113 172 172 172 173 594 589 591 590 588
6.541.2 Van Abbemuseum
ABBE
MO
2.947 3.425 3.502 3.490 3.525
6.541.3 Tentoonstellingen
ABBE MO
6.541.0 Monumentenzorg 6.541.0 Monumentenzorg
APZ
MO
221 227 227 227 227
Van Abbemuseum
6.541.5 Oudheidkunde
MO
MO
6.560.2 Groen en recreatie
APZ
SOB
256 515 515 517 520 181 185 185 185 185 8.625 9.057 9.067 9.081 9.098
6.560.2 Groen en recreatie
SOB
SOB
6.560.3 Bijdrage aan VVV
SOB
SEZ
270
280
280
280
280
6.560.4 Stedelijke evenementen APZ
SEZ
478
722
722
743
743
6.560.4 Stedelijke evenementen MO
SEZ
366
186
185
163
6.560.5 Volkstuinen
SOB
SOB
75
77
76
74
73
6.560.7 Buitengebied
SOB
SOB
677
695
690
686
682
6.560.8 Groen en recreatie, projecten
SOB
SOB
307
293
294
294
294
165
6.580.9 Omroep
MO
MO
262 405 400 259 257 86 107 107 91 91
6.610.5 Uitkeringen
WZI
SEZ
90.970 88.475 87.065 85.436 83.581
SEZ
7.530 7.656 7.618 7.625 7.634
6.580.0 ’t Karregat
MO
6.610.6 Inkornensondersteuning WZI
MO
6.610.7 Budgetbegeleiding WZI
SEZ
6.610.8 Bevorderen participatie WZI
SEZ
6.610.9 Voorziening gehandicapten WZI
SEZ
6.611.0 Sociale werkvoorziening WZI
768 785 528 530
772 775 777 526 527 528
11.085 11.246 11.212 11.218 11.227
SEZ
698 606 513 97
CM
953 953 953
WSW
6.611.0 Sociale werkvooniening CS WSW
6.611.1 Individuele trajectbemiddeling
WZI
SEZ
5.478 5.674 5.655 5.658 5.663
Saldo
Baten
2001 2002 2003 2004 2005 2001 2002 2003 2004 2005
177 177 177 177 177 388 380
31 31 31 31
31 563 557
373 366 360 172 172 173 560 559 556
205 213 213 213
213 2.742 3.211
3.289 3.277 3.312
0 0 0 0 0 113 172 0 221
227
227 227 227
0 245 245
247 250
256
270
270
270
270
378
378
378
378
181 181 5 176 181 181 378 8.247 8.679 8.689 8.703 8.720
21
22
22
22
22
470
498
498
498
498
250
366
258
258
258
258
225
225
245
245
186
185
163
165
54
57
57
57
57
21
20
19
18
16
73
73
73
73
73
604
622
618
613
609
307
293
294
294
294
122 135 135 135 135
0 16
16 0 0
140 270 265 124 122 86 90 91 91 91
71.874 69.740 68.352 66.850 65.109 19.096 18.735 18.712 18.586 18.472
1.532 1.551 1.551 1.551 1.551 5.998 6.105 6.067 6.074 6.083
0 38
38
38
23
23
23
23
38 768 746 734 736 739 0 528 530 526 527 528 23 11.062 11.224 11.189 11.196 11.204
698 606 513 97 0 953 4.572 4.681 4.681 4.681 4.681
953 953
906 993 974 977 982
Concern meerj arenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
Lasten
2001 2002 2003 2004 2005 26.971 26.912 26.879 26.885 26.893
6.611.2 Gesubsidieerde arbeid WZI
SEZ
6.611.8 NV REDE
SOB
SEZ
331 344 344 344 344
6.620.0
MO
MO
2.400 2.860 2.811 2.668 2.669
Bijdrage aan Stichting Maatschappelijk Werk EHV
6.620.2 Opvang thuislozen
MO
MO
3.546 3.896 3.899 3.904 3.906
6.620.3 Sociale integratie
WZI
SEZ
3.418 3.396 3.364 3.370 3.378
6.620.4 Maatschappelijke zorg WZI
SEZ
6.620.5
Algemene maatschappelijke MO begeleiding
MO
6.620.6
Maatschappelijke begelei- MO
MO
59
89 87 87 88
39
108 108 108 108
3.443 3.436 3.434 3.435 3.435
ding ouderen 6.620.6
Maatschappelijke begelei- SOB
MO
75 78
78
78
78
572 400 399 399
400
ding ouderen 6.620.7
Maatschappelijke begelei- MO
MO
ding ov. spec. groepen 6.620.8
Opvang asielzoekers, vluchtelingen, immigranten
MO
6.620.9 Anti discriminatie MO 6.630.0 Vrijetijdsaccommodaties MO
GSB/V%V 5.039 5.061 5.050 4.997 4.997 BAOV MO
266 204 204 204
204
2.344 2.395 2.421 2.381 2.335 6.237 7.126 6.951 6.951 6.949
6.630.2
Professioneel sociaal cultureel werk
MO
6.630.3
Sociaal cultureel werk vrijwilligers
MO
MO
913 1.054 1.052 1.052 1.053
6.650.0
Kinderdagverblijven en MO
MO
6.611 8.314 6.552 6.522 6.514
MO
peuters peelzalen
6.710.0 Algemene Gezondheidszorg GGD
MO
6.710.1 Gezondheidsbevordering GGD
MO
1.557 1.981 1.987 1.991 1.994 1.702 1.374 1.379 1.384 1.387
6.710.2 Jeugdgezondsheidszorg GGD
MO
1.958 1.934 1.943 ’l.948 1.953
Hulpverlening aan verslaafden
MO
3.399 3.879 3.873 3.409 3.408
Subsidies en bijdragen GGD
MO
190 277 277 206 206
6.71 0.3
6.710.6
volksgezondheid
Saldo
Baten
2001 2002 2003 2004 2005 2001
2002 2003 2004 2005
26.330 24.866 24.866 24.866 24.866 641 2.046 2.013 2.019 2.027
0 0 0 0 0 331 344 344 344 344 0 278
278 135 135 2.400 2.582 2.533 2.533 2.534
261 2.536 2.536 2.536 2.536 3.284 1.360 1.363 1.368 1.370 2.040 2.077 2.077 2.077 2.077 1.378 1.320 1.288 1 294 1.301
59 89 87 10
10
87
88
39 108 108 108
108
10 10 3.443 3.426 3.424 3.425 3.425
75 78 0 572 400 4.628 4.924 4.913 4.876 4.876 91
78
78
399 399 400
411 137 137 121 121
0 0 0 0 175 204 204 204 204
211 221 221 221 324 535 449 330
221 2.133 2.174 2.201 2.160 2.115 330 5.913 6.591 6.502 6.621 6.619
0 913 1.054 1.052 1.052 1.053 1.537 2.964 1.323 1.300 1.300 5.074 5.350 5.228 5.222 5.214
840 891 891
891 891 717 1.090 1.096 1.100 1.103
278 244 244 244
16 30
244 1.424 1.129 1.135 1.139 1.143
30 30 30 1.942 1.905 1.913 1.918 1.923
2.440 2.765 2.765 2.324 2.324
959 1.114 1.108 1.085 1.085
0 190 277
277 206 206
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
6.711.1 Ambulance hulpverlening GGD 6.713.1 Geneeskundige hulpverle- GGD
Lasten
2001 2002 2003 2004 2005 MO MO
3.708 4.112 4.131 4.144 4.169
236 0 0 0 0
ning bij rampen
6.721.0 Afvalinzameling en verwerking
APZ
SOB
19.792 19.801 19.801 19.801 19.801
6.721.0 Afvalinzameling en verwerking
SOB
SOB
20.049 20.074 20.074 20.074 20.074
6.721.2 Ontsmetting en ongedier- SOB
SOB
101 105 105 105 105
SOB
14.377 15.214 15.214 15.214 15.214
tebestrijding
6.722.0 Riolen, rioolgemalen,
APZ
rioolrechten SOB
SOB
13.943 14.769 14.769 14.769 14.769
6.723.4 Milieu
SOB
MS
3.071 3.318 3.318 3.318 3.319
6.724.0 Begraafplaatsen
APZ
SOB
6.722.0
6.810.1
Riolen, rioolgemalen, rioolrechten
Ruimtelijke ordening en CS
SOB
468 512 511 507 508 454 454 454 454 454
SOB
1.946 2.295 2.276 2.286 2.297
SOB
660 1.019 1.005 1.010 1.014
SOB
583 371 365 360
stedenbouw 6.8’1 0.1
Ruimtelijke ordening en SOB stedenbouw
6.810.3
Bestemmingsplanontwik- SOB
6.820.2
Woningexploitatie voor APZ
keling
eigen risico
6.820.3 Sociale woningbouw SOB 6.821.0
Vernieuwing/beheer uit- APZ
GSBN&V
354
777 77
SOB
1.657 845 845 845 845
SOB
5.306 2.671 2.665 2.668 2.671
voering stadsbeheerprogr. 6.821.0
Vernieuwing/beheer uit- SOB voering stadsbeheerprogr.
45 0 0
00
6.821.3 Verbetering huurwoningen APZ
SOB
6.821.3 Verbetering huurwoningen SOB
SOB
6.821.4
GSBN&V
249 231 231 231 231
519 649 643 647 650
Bijdrage aan derden inge- APZ
0 143 143 142 143
volge rijksregelingen
6.822.0 Volkshuisvesting
SOB
GSB/V&V
6.822.1 Bouwtoezicht
BRW
SOB
86 90 91 90
90
Saldo
Baten
2001 2002 2003 2004 2005 2001 2002 2003 2004 2005
3.318 3.711 3.711 3.712 3.712 390 400 420 432 457 196
00
0 0 40 0 0 0
19.792 19.801 19.801 19.801 19.801
20.049 20.074 20.074 20.074 20.074 90
93
94
94
94
14.377 15.214 15.214 15.214 15.214
13.943 14.769 14.769 14.769 14.769
00
0 0 3.071 3.318 3.318 3.318 3.319
468 451 451 451 451
0 61
61 57 57
0 0 0 0 0 454 454 454 454 454
617 571 571 571
571 1.330 1.723 1.705 1.715 1.725
374 374 374 374
374 209
8 653 1.011 997 1.002 1.006
1.521
-9 -14 -20
777700000 709 709 709 709 136 136 136 136 136
4.514 1.874 1.874 1.874 1.874 791 797 790 794 797
00
45 45
45
45
45
0 98
00
98 97 98
249 231 231 231
0 519 649
0 86
90
231
643 647 650 91
90 90
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
6.822.1 Bouwtoezicht 6.822.4
SOB
Diverse bijdragen volks- APZ
Lasten
2001 2002 2003 2004 2005 SOB
GS BNA
4.688 6.090 6.087 6.111 6.134
264 223 223 223 223
huisvesting 6.822.4
454 454 454 454 454
Diverse bijdragen volks- SOB huisvesting
6.822.5
6.822.6
APZ
SOB
Handhaving regels volks- APZ
SOB
Exploitatie en beheer woonwagencentra
741 678 664 650 617 44
46
46 46 46
huisvesting/woonomgeving
6.830.0 Bouwgrondexploitaties SOB
SOB
9.673 12.135 12.109 12.118 12.126
6.830.1 Beheer Grondbedrijf SOB
SOB
1.793
6.830.2
In erfpacht uitgegeven SOB
00
00
SOB
125 125 125 125 125
CM
315 337 332 334
eigendommen 6.830.3
Gemeentelijk kadastraal SOB systeem
6.911.0 Kortgeldfinanciering
BRW
6.911.0 Kortgeldfinanciering
GGD
6.911.0 Kortgeldfinanciering
APZ
CM
6.911.0 Kortgeldfinanciering
MO
CM
6.911.0 Kortgeldfinanciering
CS
CM
6.911.0 Kortgeldfinanciering
508
CM
CM CM
6.920.0 Onroerende zaakbelasting APZ 6.920.1 Precariorechten
6.920.2 Hondenbelasting
854
58
58
58
58
CM
APZ
CM
6.920.3 Overige belastingen
APZ
CM
APZ
CM
CS
CM
6.921.0 Algemene uitkering
540 540 540 540
APZ
6.920.4
Kwijtscheldingen en oninbaar
233
CM
6.911.0 Kortgeldfinanciering ABBE 6.913.1 Beleggingen
CS
335
00 00
CM
1.511 1.525 1.525 1.525 1.525
Baten
Saldo
2001 2002 2003 2004 2005 2001
2002 2003 2004 2005
50000
4.683 6.089 6.087 6.110 6.133
336 318 318 318 318 -72 -95 -95 -95 -95 454 454 454 454 454 396 407 407 407 407 23
23
23
23
345 270 256 242 209
23 22
23 23
23
23
9.673 12.135 12.109 12.118 12.126 0 0 0 0 0
000 000000
1,793
264 264 264 264 264 -138 -138 -138 -138 -138 0 315
16 23
23 23
23
337 332 334 335
-15
-22
-22
-22
-22
233
540
540
540
540
16
327
327 308
308
308
308
222
222
222
222
222
327
327
327
-327
-327 -308
-308
-308
-308
-219
-219
-219
-219
-219
5.507 3.693 3.693 3.693 3.693 -4.653
-3.635
-3.635
-3.635
-3.635
-327
-327
-327
37.212 39.958 40.477 41.004 41.536 -37.212 -39.958 -40.477 -4’1.004 -41.536 452
383
383
383
383
-452
-383
-383
-383
-383
637
675
675
675
675
-637
-675
-675
-675
-675
274
290
290
290
290
-272
-289
-289
-289
-289
955
932
932
932
932
555
593
593
593
593
160.280 168.110 168.454 167.604 167.893 -160.280 -168.110 -168.454 -167.604 -167.893
Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Sub- Omschrijving subfunctie
Opgenomen Vakcie
functie
in vakdienst
6.922.0 Onvoorzien
CS
6.922.1 Diverse algemene stelpos- GGD
Lasten
2001 2002 2003 2004 2005 CM
MO
227 227 227 227 227 324 324 324 324 324
ten
6.922.1 Diverse algemene stelpos- APZ
CM
0 1.227 1.351 1.351 1.351
MO
1.797 585 1.447 1.983 2.143
SEZ
2. 763
CM
8.576 3.485 2.335 2.340 2.340
ten
6.922.1 Diverse algemene stelpos- MO ten
6.922.1 Diverse algemene stelpos- WZI
55 328 328
328
ten 6.922.1
Diverse algemene stelpos- CS ten
6.922.1
Diverse algemene stelpos- SOB
SOB
0 681 681 681 681
ten
6.922.2 Diverse resultaten
APZ
CM
6.922.2 Diverse resultaten
MO
CM
6.922.2 Diverse resultaten
WZI
6.922.2 Diverse resultaten
CS
CM
Beschikking over rente CS
CM
6.922.3
79 3.237 3.162 3.162 3.162 793 1.159 1.717 1.676 1.907
SEZ
-290
-381
-381
-381
voorzieningen en reserves
6.922.4 Kosten post-actieven APZ 6.990.0 Saldo van kostenplaatsen GGD
CM CM
6.990.0 Saldo van kostenplaatsen APZ
CM
6.990.0 Saldo van kostenplaatsen MO
CM
6.990.0 Saldo van kostenplaatsen WZI
CM
6.990.0 Saldo van kostenplaatsen CS
CM
6.990.0 Saldo van kostenplaatsen SOB
CM
Totaal
412 428 428 428 428
0 39
39 39 39
858 2.278 2.152 2.213 2.222
10 0 178 145 145 145 145 649 146 150 152 151 2.360
00
00
538.982 521.142 515.189 511.360 510.509
Saldo
Baten
2001 2002 2003 2004 2005 2001
2002 2003 2004 2005 C
0 227 227 0 324 324
227 227 227 324 324 324
0 1.227 1.351 1.351 1.351 2.743
468 468 468 468 -946 117 978 1.515 1.675 0 2.763
454 454 454 454
55 328 328
328
454 8.122 3.032 1.881 1.886 1.886
0 681 681 681 681 79 91
0 0 3.146 3.162 3.162 3.162 0 793 1.159 1.717 1.676 1.907
227
454
0 -227 0 0 0 0 0 -744 -381 -381 -381 -381
3.760 4.778 4.324 4 324 4 324 -3 760 -4 778 -4.324 -4 324 -4 324
0 412 428
428 428 428
00
39 39 39
39
4.083 3.822 3.847 3.839 3.848 -3.225
-1.544 -1.694 -1.626
-1.625
-39
0 49
1.399
0 178 0 649 0 961
538.982 521.142 515.140 511.506 510.530
00
145 145 145 146 150 152
0 49 -146
145 151
-21
Recapitulatie Concern meerjarenbegroting 2002-2005 (x 1.000,-)
Hoofd- Omschrijving
Lasten
functie 2004
2005
36.770 41.102 40.963 40.816
41.040
2001
0 Algemeen bestuur
2002
2003
14.496
15.800
15.824
15.825
15.906
2 Verkeer, vervoer en waterstaat
34.052
33.656
34.144
34.500
34.769
3 Economische zaken
35.221 5.847
5.765
5.765
5.785
4 Onderwijs
45.456 50.432 47.118 46.267
46.073
1 Openbare orde en veiligheid
5 Cultuur en recreatie
6 Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening
57.203
60.732
61.048
180.273 181.596
1 77.945
60.997
61.257
174.721 172.760
84.552
87.350
87.383
86.871
86.906
8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
29.610
28.863
28.765
28.800
28.816
9 Financiering en algemene dekkings middelen
21.349
1 5.766
16.234
16.798
17.197
7 Volksgezondheid
Totaal
538.982 521.142 515.189 511.359 510.509
Baten
Saldo
2001 2002 2003 2004 2005 2001 2002 2003 2004 2005 5.731 5.571 5.386 5.414 5.425 31.039 35.531 35.577 35.402 35.615 3.868 4.031 3.982 3.917 3.929 10.628 11.769 11.842 11.908 11.977 9.658 10.924 10.924 10.924 10.924 24.394 22.732 23.220 23.576 23.845
44.926 15.746 15.747 15.747 15.748 -9.705 -9.899 -9.981 -9.982 -9.963 28.758 30.587 27.738 27.249 27.226 16.698 19.845 19.380 19.018 18.846 1 2.427 1 3.464 1 3.448 13.318 13.318 44.775 47.268 47.600 47.679 47.938 114.122 115.048 111.830 109.589 107.751 66.151 66.548 66.115 65.132 65.009
75.729 77.961 77.961 77.521 77.520 8.823 9.389 9.422 9.351 9.386 24.708 23.278 23.250 23.282 23.313 4,902 5.584 5.515 5.518 5.502 219.056 224.532 224.875 224.544 225.374 -197.707 -208.766 -208.641 -207.746 -208.177
538.982 521.142 515.140 511.506 510.530
49 -146
-21
Bijlage Van gulden naar euro: richtlijnen voor de afronding Richtlijnen voor de gemeente Eindhoven na vaststelling door het college van Burgemeester en Wethouders op 22 augustus 2000.
inleiding De invoering van de euro heeft gevolgen voor iedereen, ook voor de gemeente Eindhoven. Alle voorkomende guldenbedragen dienen op 1 januari 2002 omgezet te zijn in eurobedragen. De wisselkoers van de euro is vastgesteld op f 2,20371. Uit het oogpunt van duidelijkheid, efficiency en werkbaarheid zijn deze richtlijnen opgesteld. De richtlijnen geven inzicht in de manier waarop de tarieven voor 1 januari 2002 moeten worden omgezet van gulden- naar eurobedragen.
Procedure Per dienst zal bekeken moeten worden of deze richtlijnen werkbaar zijn. De eventuele opmerkingen en aanvullingen van de diensten zullen verwerkt worden in de definitieve richtlijnen. De definitieve richtlijnen zullen samen met de (financiele) consequenties van de diverse afrondingsvoorstellen het dossier vormen dat voorgelegd wordt aan de gemeenteraad. De gemeenteraad stelt uiteindelijk de tarieven vast.
Uitgangspunten Uitgangspunt bij de omzetting van de tarieven in euro is het minimaliseren van de financiele gevolgen voor burgers en overheid. Voor beide groepen moet gekeken worden of de gevolgen van de afronding niet te groot zijn. Daarnaast geldt het uitgangspunt om de hele omzettingsoperatie zo veel mogelijk budgettair neutraal te voltrekken. Afrondingen naar boven zullen afrondingen naar onder waar mogelijk moeten compenseren. Eventuele nadelige budgettaire effecten zullen binnen de dienstbudgetten of t.l.v. de algemene middelen opgevangen moeten worden.
Munten en biljetten Met de komst van de euro verschijnen er ook nieuwe munten en biljetten op de markt. De vertrouwde stuivers, dubbeltjes, kwartjes, etc. zullen vervangen worden door de volgende euromunten: 1, 2, 5, 10, 20 en 50 eurocent, 1 en 2 euro. De volgende biljetten zullen ingevoerd worden: 5, 10, 20, 50, 100, 200 en 500 euro. Het kwartje verdwijnt dus, maar de cent is weer terug. Bij de omrekening zal hier rekening mee gehouden moeten worden voor zover sprake is van chartale betalingen.
Afrondingsregels De omrekening van gulden naar euro kan problemen opleveren. Hierbij moet vooral gedacht worden aan de afrondingsproblematiek. Om wat meer duidelijkheid te verschaffen, zijn de volgende richtlijnen door de projectgroep opgesteld:
Indexering en afronding 1. De huidige afrondingsregels na indexering blijven gehandhaafd. Binnen de gemeente Eindhoven komen veel geindexeerde tarieven voor. Jaarlijks dient nagegaan te worden of aanleiding bestaat voor een algemene verhoging. In het Beleidsplan 2000-2003 is bijvoorbeeld uitgegaan van een prijsstijging van 1,596 per jaar. Bij de vaststelling van de tarieven in 2001 kan al rekening gehouden worden met de omschakeling van de gulden naar de euro in 2002. Een te grote prijsstijging in 2002 moet voorkomen worden. Voorbeeld: het tarief voor het huren van een boek is in 2000 f 0,15. Omgerekend in euro is dit< 0,07. Dit is geen werkzaam bedrag. Afgerond zou dit < 0,10 worden. Dit omgerekend f 0,22. Dit is een verhoging van ongeveer 45% ten opzichte van het tarief in 2000. Om deze prijsstijging wat
geleidelijker te laten verlopen, kan er voor gekozen worden om het tarief van 2001 vast te stellen op f 0,20.
Een groot aantal tarieven wordt na indexatie afgerond op hele guldens. Deze tarieven worden afgerond op halve of hele euro. Dit geldt bijvoorbeeld voor de tarieven van sportgelegenheden en de tarieven van vaccinaties. Andere tarieven zijn mogelijk afgerond op een veelvoud van 5 of 10 gulden. Deze tarieven worden afgerond op een veelvoud van 2, 5 of 10 euro, al naar gelang hetgeen per onderdeel het meest neutraal uitpakt.
Grens- en drempelbedragen Drernpelbedragen waarboven of waaronder een bepaald recht of een bepaalde verplichting ontstaat, worden afgerond indien de uitvoeringspraktijk dit vergt en er geen nadelige financiele gevolgen van enige omvang voor burgers of bedrijven uit voortvloeien. Burgers mogen geen aanspraken verliezen door de overgang van gulden naar euro. Bij de afronding moet hier rekening mee gehouden worden. Een bedrag moet zo afgerond worden dat iemand die voor de omrekening recht had op bijvoorbeeld een subsidie, dit recht na de omrekening blijft houden. Voorbeeld: Bij een inkomen onder de f 10.000,- heeft men recht op een bepaalde subsidie. f 10.000,- = E 4.537,80. Stel dat dit bedrag naar beneden wordt afgerond naar E 4.500. Technisch omgerekend is dit f 9.916,70. iemand die nu een inkomen heeft tussen de f 9.916,70 en f 10.000,verliest nu zijn/haar recht op een subsidie. Een afronding op 6 4 540 of< 4 600 euro ligt meer voor de hand, maar daarbij moeten de budgettaire consequenties in beeld gebracht worden.
ln het geval van maximumbedragen wordt het huidige guldenbedrag door twee gedeeld. Op deze manier blijven de tarieven ronde bedragen waar makkelijk mee te rekenen is. De grens van het maximum ligt door deze omrekeningsmethode wel hoger, maar de gevolgen hiervan zijn te overzien, aangezien in veel gevallen bedragen toch onder het maximum liggen. Ook hiervan moeten de verwachte financiele gevolgen in beeld gebracht worden.
Hanteerbaarheid van kleine bedragen Kleine bedragen worden afgerond als dit noodzakelijk is voor de uitvoerbaarheid en de hanteerbaarheid in het maatschappelijk verkeer. Hier gaat het om het gemakkelijk kunnen communiceren over of rekenen met het bedrag in kwestie. Ook hier geldt als uitgangspunt dat de afrondingen niet tot nadelige financiele gevolgen van enige omvang voor burgers of bedrijven mogen leiden. Deze regeling geldt m.n. voor de producten/diensten die aan de balie verkocht worden en automaten en apparaten waar met pasgeld betaald moet worden. Hier kan bijvoorbeeld aan de verstrekking van paspoorten gedacht worden. Het tarief voor het afgeven van een nationaal paspoort is in 2000 f 99,-. Technisch omgerekend is dit E 44,92. Dit bedrag communiceert niet makkelijk en bovendien zorgt het voor praktische problemen bij chartale betaling. In dit geval zal het bedrag naar boven afgerond worden naar < 45.
Technische omzet ti ng 6. Als afronding niet wenselijk is, wordt een tarief technisch omgezet. Technisch omzetten wil zeggen omrekenen op basis van de officiele wisselkoers van 1 euro = f 2,20371 en afgerond op twee decimalen.
Hoe moet er nu te werk gegaan worden? Allereerst zullen de tarieven (en overige guldenbedragen) per dienst geinventariseerd moeten worden door de diensten zelf. Hiertoe is een checklist opgesteld met een aantal aspecten die van belang kunnen zijn bij de
Uitgewerkt voorbeeld gebruik checklist en omrekeningsscherna Checklist:
Dienst Afdeling Huidig Indexering Deelbaar Huidige Gewenste Ronde
tarief in ja/ nee afrondings afrondings bedragen
gulden methode methode wenselijk?
Nee Halve euro Ja GGD Reizigers Ja52(1,59o Hele
vaccinaties guldens per jaar)
Nee MCZ Eindhoven 6,25 Kwartjes < 0,10 Nee Noord
Omrekeningsschema: Naam
product
Tarief 2000 (f)
Vaccinatie 52 gele koorts
Tarief Tarief
Tarief 2002 Tarief 2002
2001 2002
technisch Afrondings verschil Objecten
(f) (f)
omgerekend voorstel
Afrondings Aantal
Totaal
effect (Afronding
(euro) (euro) x aantal) 52,78 = 53,79 = 24,41 24,50 6 0,09 6.000 E 540
53 54
Los kaartje 6,25
6,34 =
6,60 = 2,99
Ir Ottenbad
6,50
6,75
< 0,01 300.000 < 3.000
omrekening. De checklist met een toelichting is bijgevoegd. Deze gegevens zullen overzichtelijk in een bestand gevoegd moeten worden zodat het duidelijk is welke bedragen omgerekend moeten worden en op welke manier dit moet gebeuren. De volgende stap is dan ook het daadwerkelijk omrekenen van de tarieven. Dit omrekenen zal geschieden aan de hand van het schema dat is bijgevoegd. Tenslotte moeten de financiele consequenties in kaart gebracht worden. In het omrekeningsschema zijn hiertoe een drietal kolommen toegevoegd.
Checklist Ter voorkoming van moeilijkheden bij de omrekening, is het van belang om een aantal kenmerken van een tarief overzichtelijk op een rijtje te zetten. In de volgende checklist is een aantal onderdelen opgesomd die belangrijk zijn.
1. Naam product
2. Dienst 3. Afdeling 4. Huidig tarief (in gulden) 5. Centraal vastgestelde tarieven 6. Indexering ja/nee
7. Deelbaar 8. Huidige afrondingsmethode in gulden 9. Gewenste afrondingsmethode in euro 10. Ronde bedragen wenselijk? Toelichting: 1 t/m 3 De onderdelen naam product, dienst en afdeling behoeven geen toelichting.
4. Met huidig tarief wordt bedoeld de hoogte van het tarief per 1-1-2000. 5. Wanneer een tarief vastgesteld wordt door bijvoorbeeld het ministerie of de VNG, zal er volgens deze regels afgerond moeten worden.
6. Vervolgens is het van belang om te weten of het tarief jaarlijks geindexeerd wordt. Als dit het geval is kan bij de vaststelling van het tarief per 1-1-2001 al rekening gehouden worden met de omrekening naar euro in 2002.
7. Moet het tarief deelbaar kunnen zijn? Dit geldt bijvoorbeeld voor het tarief voor sporthallen. Een sporthal kan ook voor een kwart verhuurd worden. Het sporthaltarief moet dan door vier gedeeld kunnen worden.
8. Wanneer een tarief afgerond wordt, op welke manier gebeurt dit dan (op hele guldens, veelvouden van 5 of 10 gulden of op twee cijfers achter de komma).
9. Hoe zal het tarief na omrekening afgerond worden? De bestaande afrondingsmethode zal zoveel mogelijk gehandhaafd moeten worden.
10. Is het wenselijk dat het tarief een rond bedrag blijft? Omrekeningsschema tarieven Dit omrekeningsschema vergemakkelijkt het omrekenen van tarieven. De checklist dient ter ondersteuning bij het invullen van dit omrekeningsschema en moet er dan ook bij gehouden worden. Tarief 2000
Tarief
(f)
(f)
2001
Tarief 2002 (f)
Tarief 2002 Tarief 2002 Afrondings Aantal Totaal
Technisch Afrondings verschil Objecten effect
omgerekend voorstel (Afronding
(euro) (euro) x aantal)