Essaywedstrijd FACULTEIT DER LETTEREN
Samengesteld door Ingrid Stassen
Juni 2015
Radboud Universiteit Nijmegen
1
2
INHOUD
Voorwoord Prof. dr. Odin Dekkers
5
‘Smartphonesmart’ Anne Simon
7
De rolstoelpianist Fedde Hoekstra
11
De hulpvaardige holbewoner Iris van den Heuvel Beter dan Roy Donders, maar ook beter voor de geestelijke gezondheid? Stijn van Nuland Afhankelijk van een appel of zwarte bes Justine Post
15 20 25
Alice in Smartphoneland Lonnika Brienesse
29
Smarthphone of ‘Phonesmart’? Emma Sloot
34
Smartphones: een lesje in futurologie Rutger van de Wijngaard
38
Don’t be stupid with your smartphone Julian Strik
42
Revolutionair of ordinair? Thom Boonstra
46
3
4
VOORWOORD Beste lezer,
Na hoeveel keer wordt iets een traditie? Het is lastig om op die vraag een eenduidig antwoord te geven, maar ik durf wel te beweren dat we met de essaywedstrijd van het Pre-University College Humanities inmiddels een aardig eind op weg zijn. Dit jaar hebben we de essaywedstrijd voor de derde keer georganiseerd, en maar liefst 440 leerlingen van 25 scholen zijn aan de slag gegaan met het onderwerp Smartphone of ‘phonesmart’. En opnieuw hebben ze de tienkoppige jury niet teleurgesteld, met bijdragen die gemiddeld van uitstekende kwaliteit waren. De universiteit mag zich verheugen op de toestroom van scholieren onder wie zoveel schrijftalent te vinden is. De tien scholieren in wie de juryleden op grond van hun inzending het meeste talent zagen, zien hun essay gepubliceerd in deze bundel. Net als de vorige twee jaar bestond de jury uit tutoren van het Academisch Schrijfcentrum Nijmegen en leraren in opleiding van de Radboud Docenten Academie. En ook dit jaar hadden zij de moeilijke taak in drie rondes de tien essays te selecteren die u hier kunt lezen. De auteurs van de drie essays die hun hoofd het verst boven het maaiveld hebben uitgestoken zullen op vrijdag 12 juni tijdens de – inmiddels ook traditionele – feestelijke uitreiking bekend worden gemaakt. De jury van schrijfexperts (Margot van Mulken, Peter-Arno Coppen en Ingrid Stassen) is niet te benijden, want het is geen eenvoudige opgave om uit zo’n sterk deelnemersveld drie winnaars te selecteren. Maar aan de andere kant zal de taak van de juryleden een stuk verlicht worden door de opbeurende gedachte dat de moeilijkheid van hun taak de kwaliteit van de inzendingen juist onderstreept. 5
Als universiteit vinden wij het van groot belang om nauwe banden te onderhouden met het middelbaar onderwijs en waar mogelijk ook een zinnige inhoudelijke bijdrage te leveren. Deze essaywedstrijd past naadloos binnen deze gedachte. Dat er volgende jaar dus weer een vervolg moet komen staat dan ook buiten kijf. Prof. dr. Odin Dekkers
Onderwijsdirecteur Faculteit der Letteren &
Directeur Pre-University College Humanities
6
‘Smartphonesmart’ Op een zonnige zondagochtend, medio maart, wordt Ivo wakker en knijpt zijn ogen dicht tegen het felle licht. Vroeger zou hij hebben
genoten van de warme stralen van de opkomende zon die op zijn gezicht vielen, maar nu voelt Ivo zich al snel rusteloos. Hij heeft
behoefte aan iets. Slaapdronken rekt hij zich uit en reikt naar zijn belangrijkste vriend die in zijn bed ligt. Met trillende handen ontgrendelt hij het touch screen van zijn smartphone en checkt zijn
Facebook, WhatsApp en vervolgens zijn mail. De hevige steken in zijn
schouders en nek die hem al langer kwellen, negeert hij. Waarom zouden zijn ouders en de dokter het recht hebben die pijnen aan zijn zogenaamde overmatige mobieltjesgebruik te wijten?
Ontkennen is niet meer mogelijk, de maatschappij van het heden kan
niet meer functioneren zonder de alleswetende telefoon. Agenda, routebeschrijver, videochatter, haarscherpe camera plus flitser en
zoom, alle functies van de smartphone worden gebruikt voor ons dagelijks leven. Het apparaatje zit sinds een aantal jaren aan ons vast
als een verlengde van het lichaam. Zodra dit nieuwste ‘orgaan’ uitvalt,
begint de paniek, treden ontwenningsverschijnselen op, ontstaat er
sociaal isolement en nog veel meer ongemak bij het slachtoffer. Meteen wordt er naar de telefoonzaak gerend en diezelfde dag nog loopt de
bezitter van een gloednieuw model smartphone gerustgesteld de winkel uit.
7
Dat deze verslaving van de eenentwintigste eeuw psychologisch gezien veel invloed heeft op de gebruikers ervan, is dus duidelijk. Niet alleen is de hedendaagse mens afhankelijk van het apparaat, overmatig gebruik veroorzaakt zelfs serieuze verslavingseffecten. Volgens journalist Mayke Calis en verslavingsdeskundige Herm Kisjes geeft het constant checken van je smartphone, in het bijzonder de social media
waar de telefoon vooral voor dient, een mentale boost net zoals het
gebruiken van speed of heroïne dat kan doen. Zoals een junkie totaal de weg kwijt kan zijn wanneer de drugs even buiten beeld zijn, zo kan de
gemiddelde mens zich niet meer concentreren zonder zijn of haar geliefde smartphone.
Niet alleen zijn de effecten van het voortdurend toegeven aan de
verleiding van het onmisbare apparaatje op de mens psychologisch nadelig. Steeds vaker komen smartphonegebruikers met lichamelijke klachten die het gevolg zijn van hun technologieverslaving bij de
huisarts. Van alle jongeren tussen de 8 en 18 jaar heeft tegenwoordig
ongeveer 40 procent de rugkwaliteit die bij een 50-jarige hoort, zo concluderen Finse onderzoekers. Dit dramatisch verval van de
kinderlichaampjes is vooral een gevolg van het urenlang gebogen
lopen met de belangrijkste gadget van de mens, de smartphone. Als ik
om mij heen kijk op straat, waan ik me tussen allemaal Quasimodo’s, gebochelde wezentjes met een door hun telefoon verlicht gezicht. Als
we niet uitkijken, loopt de mens over een paar eeuwen weer krom zoals die dat deed miljoenen jaren geleden. 8
Wanneer ik door de gangen van mijn school loop en om mij heen kijk, kan ik de poster die in ieder lokaal hangt onmogelijk over het hoofd
zien. Een afbeelding van het wezen Gollum uit Lord of the Rings, met in dikke letters “My precious, inleveren!” eronder. Een grappige toespeling op het meer obscure feit dat wij, kinderen maar ook
volwassenen, inderdaad lichamelijk en geestelijk een transformatie
hebben doorgemaakt onder de invloed van de smartphone. Leraren en leerlingen kunnen zich door de voortdurende aanwezigheid van de
mobieltjes niet meer concentreren op het doel van studeren. Kennis paraat hebben voor wanneer er geen alleswetende gadget tot je
beschikking staat is immers toch niet meer nodig! Als je iets wilt weten, google je het toch gewoon op je telefoon? Pas wanneer over de
hele wereld de stroom uitvalt en we weer over moeten gaan op
informatie opzoeken in boeken, is er een reden voor wanhoop. Al zou
de wereld vergaan, wij zouden het waarschijnlijk niet eens doorhebben. Een stel zombies blijft dan achter, hun blik op het schermpje gevestigd.
Als ik nadenk over al die kwalen die deze belangrijkste uitvinding van
de afgelopen eeuw met zich meebrengt, krijg ik de neiging mijn eigen smartphone (jazeker, ik als jongere ben ook in het bezit van de multifunctionele Samsung Galaxy S4 mini) uit het raam te gooien en te
verdwijnen voor alle sms’jes, Appjes en mails die door de lucht gaan.
Hoewel, niet nadat ik met mijn omgeving heb gedeeld dat ik niet langer meedoe aan deze gekte. Als je me wilt bereiken, lees ik met veel plezier je bericht in een zelfgeschreven brief. Een brief in een mooie envelop 9
die ik dan rustig op een zonnige maandagochtend van de mat heb
geplukt. Of ik dan ooit nog iets hoor van mijn 273 vrienden op Facebook, is wel de vraag. Met wangen rood van schaamte verlang ik toch weer naar mijn smartphone en ik geef toe aan de verleiding. Want daar, zo voor het oprapen tussen het gras en de krokussen, ligt mijn geliefde mobieltje…
Door: Anne Simon, Het Baarnsch Lyceum Docent: K. Bax
10
De rolstoelpianist De fietser door de regen die niets ziet, de madame achter het glas die naar, maar niet door, het glas staart en ook de concertpianist die uren
achter de computer zit te oefenen. Het is een wereld in een wereld. Een schone doch aparte wereld en dan vooral weerzinwekkend; de manier waarop je de hele dag maar deels aanwezig bent, voor de helft
verdwenen in je telefoon of computer 1. In haar blinde drang tot innovatie heeft de mens een wereld geschapen waar we ons maar al te graag wanen. Zo handig en leuk en praktisch is de smartphone en de
sociale media. Toch is dit net als de plek waar je ingelokt wordt en dan opgegeten; het smartphone gebruik is het leven (van velen) zó gaan bepalen dat men zijn/haar afhankelijkheid en (gevoel over) realiteit verliest. Er blijft, wanneer iemand zijn onafhankelijkheid verliest weinig meer menselijk van hem/haar over en het is dus absoluut noodzakelijk dat men zich niet laat strikken door de sirenes van de smartphone.
Vanaf het moment dat Spartacus, 2000 jaar geleden, als slaaf opstond tegen de romeinen vecht men al voor onafhankelijkheid. Deze
menselijke drang naar vrijheid lijkt nu echter verslagen te zijn door
onze gemakslust (ofwel luiheid) en zo draagt men stukje bij beetje haar onafhankelijkheid af aan derden en dan vooral aan de smartphone. Een enkeling is er nog die vertrouwend op zijn richtingsgevoel veilig
aankomt; bijna niemand kan meer zonder mapsapplicatie zijn weg
1
In vele sprookjes en verhalen wordt een dergelijke wereld besproken; een plek die je lokt met al haar lekkerheden om je dan levend te verorberen.
11
vinden en dan ook nog op tijd komen. De smartphone is tevens ook de wekker, het opnameapparaat en talloze andere essentiële dingen en is
een enorm efficiënt apparaat; maar alles handig samen betekent ook dat alles samen weg is als ‘de Phone’ toevallig in het water valt. Deze afhankelijkheid bindt mensen meer aan hun telefoon dan nodig is; in
plaats van een steun wordt de smartphone een rolstoel en een verzorger in één. Wanneer men hierdoor bepaalde delen van hun hersenen geen verbanden meer laten leggen verdwijnt het menselijke bewustzijn van bepaalde zaken en daarmee haar grip op de realiteit.
‘De realiteit van een persoon wordt bepaald door hoe zij/hij de wereld
ziet.’ De logica van deze uitspraak wordt door bijna iedereen gezien en
toch begrijpt maar een heel kleine groep mensen de gevolgen van deze
uitspraak. Zo neemt bijna eenieder blind aan dat wat zij leest op haar telefoon juist is 2 en ziet een jongere thuis soms meer Facebook dan
huis. Het vaak tijddodende gedrag dat voortkomt uit een gewoonte om op je telefoon te zitten maakt het dat je blik op de omgeving als je via je
smartphone in de online-world kijkt significant anders is dan wanneer je dat niet zou doen. Je zit als het ware deels in een andere wereld te kijken waar je gedachten in blijven hangen; je loopt niet meer zonder
enige gedachten door de stad, met enkel een glimlach op je gezicht, maar zit door nutteloze flarden van nutteloze informatie te spitten die
je daarvoor hebt opgedaan in een even nutteloze, verstand-op-nul,
internet-surf-sessie. De obsessie van velen om continu zichzelf te 2
Denk aan het voorbeeld van J. Bisschop in artikel 4; telefoon provider Optus verzet per ongeluk de tijd op de telefoons en niemand die er aan twijfelt.
12
bevredigen met een kans op online aandacht maakt als het ware een
gevangene van je hersenen die nog maar weinig tijd overhouden om zelf over dingen na te denken.
Onze tendens om zoveel mogelijk van ons denkwerk af te schuiven naar de computer en de telefoon heeft de mens ook veel ruimte gegeven om aan andere dingen te werken. Zo is het niet meer nodig om
precieze data uit je hoofd te kennen omdat het toch binnen een seconde op te zoeken is en hoeft men niet uren in de bibliotheek door te brengen om onderzoek te doen over een obscuur onderwerp. Het
gevaar ontstaat echter dat je zoveel kennis aan het internet overlaat
dat je iemand wordt die een taal alleen kan spreken als hij/zij er ook een woordenboek bij kan gebruiken. Het missen van algemene kennis
om je begrip van zaken aan op te hangen en vooral het kwijtraken van je innerlijke nieuwsgierigheid om dingen zelf uit te zoeken (het internet weet immers toch alles) zijn de grootste verliezen. Het
internet (op je smartphone) is dus zeker handig maar het is belangrijk om bewustzijn te hebben van de mate waarin het je hersenen gaat vervangen.
Dat een samenleving zo duidelijk ontbonden wordt om elkaar dan elders (op het web) weer samen te komen heeft de mens niet eerder meegemaakt. Onze gemakslust heeft voor groeiende afhankelijkheid
gezorgd maar ons ook de kans gegeven onze hersenen van dodende taken als dingen onthouden af te houden. Ideaal gezien zou men de
opkomst van het internet en de smartphone aangrijpen om juist haar 13
begrip van de wereld te vergroten door de extra tijd die een mens
krijgt nu zij niet alles hoeft te onthouden gericht te besteden. Nu al kan je echter zien wat voor velen de realiteit is van het toegenomen gemak;
men blijft ongeïnteresseerd in persoonlijk, fysiek contact binnen en leeft in een sleur waarin tijd doden en zelfbevrediging de grootste bezigheden zijn. Maar wie ben ik om deze mensen te bekritiseren en te
doen of ik boven hen staan, want zoals de Engelsen zeggen: ‘Ingnorance is bliss’.
Door: Fedde Hoekstra, Het Amsterdams Lyceum Docent: M. Beukenkamp
14
De hulpvaardige holbewoner Onweer komt door ontevreden goden in de hemel, vuur is magie en
Isaac Newton was een heks. In de loop van de geschiedenis zijn al deze
opvattingen universeel geaccepteerd geweest. Nu lachen we tijdens onze geschiedenislessen smakelijk om de kolder die die malle,
goedgelovige en bovenal innovatie vermijdende middeleeuwers uitkraamden. Hadden wij in die tijd geleefd, dan hadden we het nóóit voor zoete koek geslikt wanneer de een of andere wetenschapper had
beweerd dat de aarde plat was. Nee, wij hadden wel beter geweten. Wij hadden alle wetenschappelijke misstappen die de revue passeerden er
makkelijk uitgepikt door zelf na te denken over de logica achter de
beweringen. We zijn immers moderne wereldburgers met een prima functionerend brein, niet bang voor vernieuwingen.
Toch is de moderne mens vaak net zo bang voor vernieuwing als de gemiddelde holbewoner. Waar laatstgenoemde zijn grotgenootje neer
knuppelde omdat hij een enge, hete, lichtgevende boomstronk die zojuist door een mysterieuze flits uit de hemel was geraakt de grot in had gesleept, daar vertelt de gemiddelde ouder op feestjes maar al te
graag over het gevaar van facebookdepressies en whatsappvingers. Smartphones zijn gevaarlijk, is de algemene opvatting. Het gebruik
ervan moet gereduceerd worden, of de volgende generatie zal eraan
onderdoor gaan.
Wat echter vergeten wordt, is dat er al vaker vals alarm is geweest
waar het over nieuwe technologische bevindingen gaat. Neem de 15
opkomst van de trein rond 1800. Critici van het nieuwe vervoermiddel
konden maar geen genoeg krijgen van alle kwalen die men ontwikkelde door zich in een trein te wagen. Vooral de rug was het
grote slachtoffer van treinreisjes, doordat dat de trillingen van de trein te veel druk zou uitoefenen op de ruggengraat. Er kwam zelfs een aparte term voor de door treinreizen veroorzaakte rugkwalen: een
railway spine. Wat bleek jaren later, toen men eenmaal gewend was aan de snelheid en trillingen van het voertuig: de kwalen waren
veroorzaakt door pure desoriëntatie. Men was zo verward door deze compleet andere manier van reizen dat ze er spontaan nerveuze klachten van kregen, en rugpijn is er daar één van.
Wie lichamelijke klachten als gevolg van een beetje verwarring
overdreven vindt, moet dit maar eens bedenken: de overgang van een paardenkar naar een trein zou voor ons vergelijkbaar zijn met de overgang van een oude Fiat naar een spaceshuttle. Één ding is zeker:
als je een willekeurige Nederlander in een spaceshuttle parkeert, zal hij
ook misselijk worden, maar zouden we daar dan ook meteen het stempel ‘spaceshuttle nausea’ op moeten plakken?
De mens is dus altijd tot op zekere hoogte innovatieschuw geweest, en
zal dat naar alle waarschijnlijkheid ook altijd blijven. Vandaag de dag is
dat vooral te merken aan de reacties van critici op smartphones. Wanneer je alle onderzochte smartphonekwalen op een rijtje zou
zetten, zou je een lijst krijgen waar je u tegen zegt. Ingegroeide
vingernagels, veroorzaakt door veelvuldig blackberrygebruik. Wii16
knieën, veel voorkomend bij mensen met een slechte conditie die zich
niet willen laten kennen door een verdomd spelletje en zich er net iets
te fanatiek in storten. Een smartphonerug, te wijten aan de ingezakte houding
die
aangenomen
wordt
tijdens
smartphone-
en
gameboygebruik. Maar dat is niet alles, want naast fysieke kwalen heeft de mentale gesteldheid van uw kwetsbare kroost ook te lijden
onder smartphones en social media. Infobesitas, een teveel aan informatie. Het fantoom-vibratiesyndroom, zo gewend zijn aan de informatiestroom dat je je telefoon voelt trillen wanneer dit niet zo is. De lijst van gevaren en valkuilen is eindeloos.
Is de komst van de brandende tak dan meteen de reden om in paniek
te raken en ons grotgenootje tegen de grond te meppen, of kunnen we er juist ons voordeel mee doen? Aan nieuwe technologie kleven nadelen, dat is zo. De eerste auto’s kwamen de hoek nog niet om en de
uitvinder van de röntgenscan stierf aan kanker van de dodelijke straling. Kortom, de uitvindingen waren uiterst gebrekkig, maar dat heeft niemand ervan weerhouden ze te verbeteren tot de gebreken zo
goed als weggewerkt waren. Nu kun je binnen een dag van Amsterdam
naar Parijs met de auto, en röntgenfoto’s hebben vele levens gered. Als de knappe koppen van deze wereld rustig doorgaan met sleutelen aan smartphones, waar ze ruim baan voor krijgen als je naar de enorme
investeringen van bijvoorbeeld Microsoft en Apple in tech-opleidingen
kijkt,
zullen de whatsappvingers en blackberrynagels binnen de
kortste keren tot de verleden tijd behoren. 17
Denk ook nog eens terug aan de fantoomkwalen die zogenaamd veroorzaakt werden door treinreizen, maar later aan de desoriëntatie van grote veranderingen te wijten bleken te zijn. Mentale kwalen zullen waarschijnlijk ook wegtrekken zodra het menselijk brein wat
meer went aan de constante informatiestroom. Dan zal men selectiever
kunnen denken en in staat zijn uit de grote lappen informatie alleen de bruikbare delen te filteren.
Innovaties zijn nieuw, onbekend en ontzettend eng. We hebben geen
enkel idee of de nieuwste iPhone in ons gezicht ontploft wanneer hij aan wordt gezet, maar dat risico zijn we bereid te nemen. Gelukkig maar,
anders
zou
de
ontwikkeling
van
nieuwe
en
betere
technologische middelen onmiddellijk stagneren. Laat die grotgenoot dus lekker leven, help hem een warm kampvuurtje te maken, en een
paar duizend jaar later zal je kunnen genieten van centrale verwarming.
Door: Iris van den Heuvel, Theresialyceum Tilburg Docent: M. van Beljouw
18
Bronnen:
“Het nieuwe moderne kwaaltje: de smartphone-nek” - De Volkskrant,
20 november 2014
“Socialbesitas” – NRC, 2 oktober 2013 “De helft van de jongeren verdwaalt zonder smartphone” Financieele dagblad, 25 januari 2015
19
Het
Beter dan Roy Donders, maar ook beter voor de geestelijke gezondheid? Het is half zeven in de avond als mijn moeder tijdens het eten begint
over een verhaal dat ze die dag had gehoord. Het verhaal ging over een
jong stel met een kindje van ongeveer een jaar oud. Het kindje groeide
goed, at en sliep goed en was al hard op weg om zijn eerste stapjes
door de woonkamer te zetten. Er was echter één ding in het verhaal
dat mijn moeder als minder normaal beschouwde. De moeder van het
jongetje vertelde namelijk vol trots aan iedereen die op bezoek kwam dat haar zoon er al in slaagde om het eerste level van een bekend
computerspelletje op de Ipad uit te spelen. Mijn moeder wist niet wat
ze meemaakte toen ze dat hoorde. Een kind dat nog niet eens goed kan lopen, is dus in deze tijd al wel in staat om goed overweg te kunnen met een tablet en in plaats van buiten te rollen in het gras met zijn leestijdsgenoten, speelt hij vrolijk verder op zijn lichtgevende, van een
werkgeheugen van vier gigabyte voorziene, vriend. Net als zij vraagt de
wereld zich momenteel dan ook af of al die nieuwe techniek wel goed is voor de gezondheid van de mens. Als zeventienjarige scholier en fervent gebruiker van technisch vernuft denk ik dat de huidige
techniek echt niet zal zorgen voor grote problemen voor de mens. Mijn argumenten voor dit standpunt maak ik hieronder duidelijk.
In de laatste jaren zijn er stapels artikelen geschreven over het wel en
wee rondom de, relatief nieuwe, digitale snelweg en de apparaten die over die snelweg ‘rijden’. Als we de onderzoeken mogen geloven, 20
zorgen apparaten als de computer, de tablet en de Smartphone voor een groot aantal nieuwe kwalen en aandoeningen die voorheen nog niet bestonden. De waslijst met de namen van deze kwalen past
nauwelijks op een USB-stick van drie gigabyte: de Wii-knie, de
whatsappvinger, de blackberryduim, Socialbesitas en ga zo maar door (1). Wetenschappers vragen zich dus sterk af hoe deze kwalen zich
verder gaan ontwikkelen in de komende jaren. Sommige van hen
beweren dan ook dat de huidige technische uitrusting van Jan Modaal en zijn gezin slecht is voor zijn geestelijke gezondheid.
Laten we eens teruggaan naar de tijd waarin Sokrates leefde, een van ’s werelds grootste filosofen. In zijn tijd begonnen hij en een aantal
anderen met het stellen van kritische vragen. De jeugd, die vaak geïnteresseerd is in nieuwe ontwikkelingen, luisterde naar Sokrates en
ging zijn manier van vragen stellen overnemen. De oudere generatie
sprak er schande van. Zij vonden het stellen van die vragen ongezond
voor de jeugd en precies dat argument gebruikten zij ook toen Sokrates veroordeeld werd tot het drinken van de gifbeker: ‘Sokrates heeft de jeugd verpest.’ Ook tegenwoordig zijn het vooral de mensen
die zijn opgegroeid in de tijd dat de postbode nog overuren maakte en
de computers nog evenveel geluid maakten als Sugar Lee Hooper tijdens het zingen van haar grootste hit ‘de Wandelclub’ die
commentaar hebben op de huidige techniek en de kwalen die die met
zich meebrengt. Zij hebben de verandering van de jeugd gezien en zien
die verandering daarom meteen als slecht. Naar mijn mening is die verandering niet slecht. Kijk maar naar de leerlingen van Sokrates: 21
Tegenwoordig houden we ons allemaal bezig met het stellen van kritische vragen en niemand vindt dat raar. Wie vernieuwing wil
accepteren moet zelf ook willen geloven in de kracht van die vernieuwing en niet alleen de slechte aspecten ervan willen zien.
En het jongetje met de tablet dan? Die heeft wel degelijk minder sociaal
contact in zijn eerste levensjaren door het gebruik van ‘zo’n ding waar ge overheen moet woepen’ (2). Het feit dat er inderdaad slechte kanten zitten aan het gebruik van tablets en computers kan ik niet ontkennen, maar naar mijn mening is er bij het jongetje geen sprake van een kwaal
die is ontstaan door de opkomst van de moderne techniek. Integendeel, hier is gewoon sprake van een hartstikke ouderwetse, ordinaire verslaving. Vanaf mijn derde tot en met mijn zevende levensjaar leed ik
ook aan een verslaving: elke avond als ik ging slapen plakte ik een
stukje witte tape van de fysiotherapeut over mijn wijsvinger. Elke nacht opnieuw plakte mijn moeder verse stukjes tape op de rand van
mijn nachtkastje, zodat ik een nieuw stukje kon pakken als het oude niet meer zo lekker rook. Zonder tape, geen slaap. Stoppen met tape
heeft me zeker een jaar gekost. Zo is het ook met het jongetje en alle drugs- en alcoholverslaafden op de wereld. Zij zijn allemaal verslaafd en zullen dus van hun verslaving af moeten zien te komen. Het feit dat
het hier een nieuwe verslaving betreft maakt de verslaving niet meer of minder erg. Mijn mening is dat de ouders van het jongetje hier de schuldige zijn: zij moeten ervoor zorgen dat het jongetje niet al op zo’n jonge leeftijd met die tablet in aanraking komt. Volgens mij is het
helemaal niet zo gek om eens na te denken over een leeftijdsgrens voor 22
deze apparaten. Ik mag bijvoorbeeld geen biertjes drinken op festivals. Er zou volgens mij ook best een regel kunnen komen die kinderen onder de vier jaar verbiedt om tablets en computers te gebruiken.
Natuurlijk zijn op die manier nog niet alle problemen rondom de moderne techniek opgelost. Pubers die in de discotheek alleen nog
maar oog hebben voor hun Smartphone in plaats van Roy Donders die
zijn nieuwste hit staat te zingen, blijven ook nog bestaan na invoering
van bovenstaande regel. Dat mensen steeds minder met elkaar praten zónder hulp van telefoon of computer is naar mijn mening niet bepaald een voordeel van de opkomst van de moderne apparaten, maar toch
denk ik dat het een kenmerk is van deze tijd. Ieder tijdperk heeft zijn eigen eigenaardigheden. Als een lid van een groep jagers in 5000 voor Christus onderweg zijn enkel verzwikte en niet meer mee kon lopen
met de rest van de groep, dan liet de groep hem daar zonder omkijken
achter en liep door. Als ze dat niet deden dan konden ze niet voldoen aan hun eerste levensbehoeften, ofwel, de hertenbiefstuk voor die
avond zou anders voor hun neus wegrennen. Als je tegenwoordig een boswandeling gaat maken en je verzwikt je enkel, zullen je ouders je
echt niet zomaar op die plek in het bos achterlaten, maar misschien gaat de omgang tussen mensen zich in de komende jaren weer zo
ontwikkelen dat we ons ook weer zo gaan gedragen als de jagers in 5000 voor Christus. De Smartphone behoort immers momenteel ook
tot onze eerste levensbehoefte en dus kunnen we ook best een
familielid in de bossen achterlaten, omdat we anders zelf een kwartier 23
moeten wachten voordat we het nieuwste berichtje op www.nos.nl kunnen lezen.
Eigenlijk brengt dit ons weer bij mijn eerste argument. Smartphones en alle kwalen die daarbij horen zijn iets van deze tijd en zo hoort
Sokrates bij de klassieke tijd en Sugar Lee Hooper bij de jaren tachtig. Mijn conclusie luidt dan ook als volgt: Iedere generatie zal een essay
over dit vraagstuk anders vormgeven. Hoe jonger de generatie, hoe
minder negatief de mening over dit onderwerp. Mijn antwoord op het vraagstuk ‘Smartphone of Phonesmart’ luidt: Een Smartphone is prima,
maar gebruik ‘m met mate, raak niet verslaafd en kijk af en toe ook even achter je schouder of daar niet iemand ligt die zijn enkel heeft verzwikt.
Door: Stijn van Nuland, Gymnasium Bernrode Docent: H. Manders
Bronvermelding:
1. Anouk Eigenraam, Volkskrant, 2 oktober 2013.
http://www.volkskrant.nl/media/het-nieuwe-modernekwaaltje-de-smartphone-nek~a3794594
2. Oma Annie van Lanen, november 2014 24
Afhankelijk van een appel of zwarte bes Een doorn in het oog voor elke leraar. Smartphones. Hij doet zijn stinkende best om ervoor te zorgen dat iedereen in de klas het begrijpt. Elke dag weer. Met die vieze koffie adem waar ik altijd misselijk van
word. ‘Nee hoor meneer, u hoeft het niet uit te leggen. Ik vind het wel op Google.’ Als ik het niet zeg in de les, dan iemand anders wel.
Gelukkig heeft mijn slimme telefoon overal een antwoord op. Voor elke vraag waar ik niet uit kom, pak ik hem. Zonder mobieltje zijn we
tegenwoordig nergens meer, want het aan de leraar vragen is ook
gewoon écht niet cool. We zijn phonesmart, alleen slim met onze telefoon.Het zijn bijna onze hersenen geworden, die smartphones.
Google is onze beste vriend voor de antwoorden op al onze vragen en we slaan alles ook maar gelijk op. Oh en als het lukt ook maar even een
back-up in iCloud, gewoon voor de zekerheid. Hoeven we het niet nog een keer op te zoeken, mocht de telefoon gestolen worden. Steeds
meer zijn we voor informatie afhankelijk geworden van zo’n klein,
rechthoekig blokje met wat computerchips erin. Je gaat toch niet meer in zo’n dikke encyclopedie zitten bladeren, daar heeft niemand meer
tijd voor in deze drukke 21e eeuw. We moeten al zoveel dingen doen.
Ook zelf nadenken wordt tegenwoordig al een lastig verhaal. Stel je eens voor, zelf moeten bedenken hoeveel provincies we in ons land
hebben. We zijn erg gemakzuchtig geworden en kunnen onze tijd, vinden we, wel beter gebruiken.
25
Weliswaar wordt die tijd toch ook vaak op de telefoon besteed. Niet
alleen ons hele geheugen zit in die smartphone, ook ons sociale leven.
Twitter, Facebook, Instragram en WhatsApp. Ik vind het bijna een dagtaak om alles bij te houden en op de hoogte te blijven, al werkt het wel heerlijk rustgevend. In elke groep moet even een berichtje terug
gestuurd worden en ook mijn vriendinnen moet even weten dat ik
weer wakker ben, op de wc zit of ga slapen. Op Twitter laat ik
meerdere keren per dag weten wat ik op dat moment aan het doen ben, op Facebook onderhoud ik het contact met alle ‘vrienden’ waarvan ik de helft nog nooit gezien heb en op Instagram zet ik foto’s
om aan iedereen te laten zien wat voor een leuk en geweldig leven ik wel niet heb. Deze tijdsbesteding is toch stukken leuker, dan goed je
huiswerk maken en zelf nadenken. Dit is tenminste niet zo zwaar en ieder mens heeft ontspanning nodig, elke dag.
Af en toe besef ik me dat ik ook nog maar eens iemand in het echt moet
spreken, want dat is nu toch al wel erg lang geleden. Dus daar ga ik dan
op de fiets, met Google Maps in m’n hand want anders verdwaal ik. Kaart lezen kan ik niet, maar dat komt natuurlijk omdat ik een vrouw
ben en niet omdat ik met Google Maps ben opgegroeid. Gelukkig ben ik
niet de enige die verdwaalt zonder die geweldige digitale kaart, die je ook nog eens met een hele vriendelijk stem vertelt waar je precies
heen moet en wanneer je je bestemming hebt bereikt. Uit onderzoek
van Telenav is gebleken dat de helft van de jongeren verdwaalt zonder smartphone. Dit komt doordat onze hersenen niet meer gewend zijn informatie te onthouden en waardoor we dus niet meer weten langs 26
welke boom we moeten fietsen. Ons brein zit immers in onze telefoon, dus dat hoeft ook helemaal niet. Veel te veel moeite. Ik word al moe als ik er over nadenk.
Toch slaat onze smartphone wel erg veel informatie op. Zolang hij het aankan is er niks aan de hand natuurlijk. De vraag blijft wel, wat is echt
waar en wat is de grootste onzin die er bestaat. Vaak geloven we alles wat we vinden en kijken we er niet kritisch naar. We nemen het maar gewoon klakkeloos over. Vaak onschuldig en ongevaarlijk. Hebben we
een keer een 4 op een proefwerk aardrijkskunde, is dat niet het einde van de wereld. Soms kan het wel gevaarlijk worden. Zijn we een keertje ziek, gaan we onze symptomen Googlen en raken we helemaal
in paniek van wat er uitkomt. Gelukkig hebben we dan altijd nog ons kleine beetje algemene kennis waaruit we kunnen opmaken dat het
niet waar is wat er staat. En anders zitten we toch gewoon even gezellig bij de dokter, hebben we die ook weer gesproken.
Natuurlijk slaan we wel een beetje door in ons overmatige gebruik van smartphones. Het is allemaal leuk en aardig, zo’n geweldig sociaal
leven, nooit meer verdwalen en alle kennis altijd bij de hand hebben
maar het is wel slecht voor onze gezondheid. Door de smartphone zijn er opeens allemaal nieuwe kwaaltjes bij gekomen. Fomo, fear of
missing out, een Facebookdepressie, blackberry-nagel en de nieuwste
is de smartphone-nek. Ook zorgt het voor slechte prestaties op school,
want de concentratie is altijd ver te zoeken. Toch vindt de mobiele
generatie van tegenwoordig die risico’s het allemaal waard, want je 27
appel of zwarte bes in de gft-container gooien is echt geen optie. We
zijn namelijk al helemaal onthand als de batterij leeg is en er geen
oplader in de buurt is. Ik ben dan ook niet de enige die bang is dat anderen vinden dat ik dom ben, want zonder telefoon weet ik niks. Ik ben namelijk phonesmart, net zoals alle andere jongeren in Nederland. Door: Justine Post, Emelwerda College Emmeloord Docent: D. Verrips
28
Alice in Smartphoneland Iedereen die net als ik helemaal gek is op sprookjes, of dat vroeger is
geweest, die kent het wel: het sprookje van Alice in Wonderland. Een
heel gewoon, alledaags meisje, valt op een dag in een konijnenhol en bevindt zich vanaf dan in een heel andere wereld, vol met vreemde
wonderwezens. Ze verwondert zich over het gedrag van de gekke hoedenmaker, die in plaats van zijn verjaardag zijn ‘onjaardag’ viert en
over de haas, die een klok met zich meedraagt, die groter is dan hij en altijd maar denkt dat hij te laat is, zelfs al is hij uren te vroeg. Ze vindt
al deze gekke wezens grappig en vraagt zich af: ‘Op welke planeet ben ik nu weer beland?’ en ‘Wat doet iedereen hier raar!’
Het klinkt misschien gek, maar soms voel ik me net zo. En nee, dat is niet ’s nachts in mijn dromen, maar gewoon overdag, zodra ik de straat
opstap of naar school ga. Om precies te zijn voel ik mij niet echt een Alice in Wonderland, maar meer een Alice in Smartphoneland. Waar ik ook ga, wat ik ook doe, altijd word ik omgeven door van die rare
wezens, die met een lichtgevend schermpje in hun hand rondlopen, waar hun blik nog niet voor één seconde van wordt afgewend. Overal om me heen hoor ik geluiden van binnenkomende berichtjes en zie ik
handen naar telefoontjes grijpen, om ze vervolgens weer weg te leggen, en na dertig seconden weer opnieuw te pakken.
Ik als ‘niet-smartphonegebruiker’ verbaas en verwonder mij over deze
‘wezens’ en hun abnormale gedrag, en vind ik het soms zelf grappig om 29
te zien hoe de wonderwezens om mij heen niets doorhebben van hun eigen gekke gedoe.
Wat mij bijvoorbeeld opvalt is dat alle wezens hier in Smartphoneland een beetje krom lopen. Hun blik is altijd schuin naar beneden gericht,
en nooit kijken ze eens iemand aan. Dat is ook niet gek, want door al
dat turen naar dat malle schermpje, voelt het voor je rug na een poosje net zo, alsof je vier bowlingballen optilt met je nek! 3 En geloof me, zo
ziet het er ook uit, zo’n gebochelde, kromme houding nemen smartphonegebruikers aan als ze weer eens te lang naar hun
verslaving hebben lopen staren! Daardoor is het eigenlijk best vreemd dat iedereen hier raar kijkt naar de haas uit het sprookje van Alice, die
een veel te grote, zware klok met zich meezeult, omdat hij zich anders onthand voelt, want mensen, eigenlijk lijken jullie precies op hem, met
jullie vier bowlingballen zware last op je schouders, die je geen moment van de dag opzij durft te leggen!
En dat is zeker niet het enige punt waarop ik mijn telefoonverslaafde
wonderwezens kan vergelijken met de gestreste haas. Hij tovert
telkens zijn horloge tevoorschijn, om te kijken of hij echt niet te laat is.
En om mij heen zie ik precies datzelfde de hele tijd gebeuren: telkens maar weer de telefoon uit de zak, kijken: heb ik niks gemist, heb ik alweer een berichtje gekregen waar ik antwoord op moet geven… En
dat dan soms zo’n 600 keer per dag! 4 Als een echte neuroot grijpen ze 3
Redactie (20 november 2014) Het moderne kwaaltje: de smartphone-nek. De Volkskrant Anouk Eigenraam (2 oktober 2013) Socialbesitas: 600 WhatsApp berichten per dag en altijd je mobiel voelen trillen NRC
4
30
allemaal alsmaar weer naar de mobiel, en als ze hem even niet kunnen
vinden of hem een dagje niet bij zich hebben, raken ze in paniek alsof
er een ramp staat te gebeuren. Want ja, je zou maar de foto missen van het nieuwe jurkje van je beste vriendin, of het berichtje over de nieuwe hond van je tante! Dat is echt een ramp van wereldformaat, althans, voor de smartphoneverslaafde. Maar het leukste is, niemand heeft
door dat al dit gestress nergens op slaat, want ze denken net als de wezens in Wonderland dat wat zij doen volkomen normaal is!
Daar komt ook nog bij dat het hele leven hier in Smartphoneland op
zijn kop lijkt te staan wanneer de telefoons even niet doen wat ze eigenlijk horen te doen. Een mooi voorbeeld daarvan is iets wat kort geleden gebeurde in een ander deel van dit maffe land, namelijk
Australië. Een telecomprovider had hier per ongeluk de zomertijd ingeschakeld in een regio waar de zomertijd helemaal niet werd
toegepast. Blindelings vertrouwend op de tijd in het scherm van de ‘heilige’ mobiel vertrokken de domme wonderwezens in dit gebied een
uur te vroeg naar hun werk. Gelukkig woonde ook daar een Alice in
Smartphoneland, die niet de hele tijd bezig was met wat er op haar mobiel gebeurde. Ze merkte op dat ze even vroeg vertrok als anders en
toch in de file stond, terwijl haar dit normaal nooit overkwam. Toen ze
dit meldde, werd er al snel een oplossing gevonden voor het probleem,
31
maar dit zegt toch maar mooi dat iedereen veel en veel te afhankelijk is van zijn ‘holy’ smartphone! 5
Toch beschuldigen sommige smartphoneverslaafde wonderwezens mij er soms van dat ik, als ‘smartphoneloze’, een stuk minder sociaal kan
zijn dan zij. Geen Twitter, geen Facebook, geen WhatsApp, geen sociaal leven, zo stellen ze. Maar dat vraag ik mij af. Hun eigen sociale leven is
lang zo sociaal nog niet. Neem nu de pauze bij mij op school. Daar zit ik dan aan een tafel vol smartphonewezens en probeer ik met een paar
van hen een gesprekje aan te knopen. Mooi dat dat niet lukt! De een kijkt niet eens op van zijn scherm met ál die te beantwoorden berichten, de ander geeft een eenlettergrepig antwoord en verdiept
zich vervolgens weer in de Facebookbladzijde op haar mobiel. Lekker
sociaal bezig noem ik dat! Eigenlijk heb ik zelden zo’n asociaal wezen gezien als de smartphonegebruiker!
Nu je dit alles gelezen hebt, lijkt het je dan niet mooi om ook eens een Alice in Smartphoneland te zijn, en je te verbazen over de wezens om je heen, die als afhankelijke, gestreste, neurotische verslaafden de hele
dag door naar een schermpje turen, ook al doet dit ze pijn aan hun nek en rug en reduceert dit hun sociale vermogens tot een absoluut
minimum? Ik zou zeggen: probeer het eens uit! Leg je smartphone eens een dagje weg en kijk eens vol verwondering hoe anderen de hele dag
door bezig zijn met het sturen en beantwoorden van nutteloze berichtjes! Lach om deze rare, verslaafde wezens en geniet zelf van de 5
Joost Steins Bisschop (25 januari 2015) De helft van de jongeren verdwaalt zonder smartphone Het financiële dagblad
32
tijd die je overhoudt om andere dingen te doen dan met je mobiel bezig
te zijn. Je zult dan zien: het leven zonder smartphone is zo verkeerd
nog niet! Het is misschien zelfs beter dan het leven met!
Dus: Houd je verslaving (niet) in de hand, en waan je Alice in Smartphoneland!
Door: Lonnika Brienesse, Maaswaal College Wijchen Docent: A. Goddijn
33
Smartphone of ‘Phonesmart’? Het is weer zover! Bel de krant! Storm de studio voor het achtuurjournaal
binnen
en
breng
de
belangrijke
boodschap:
Smartphones zorgen voor ziektes. Meteen nadat je dat hebt gedaan kun je je Smartphone pakken en een status maken op Facebook, een
tweet versturen op Twitter of, als je ervan uitgaat dat de “Blackberrynagel” nog steeds bestaat, naar MySpace gaan om een bericht te plaatsen. We zien steeds meer krantenartikelen waarin staat hoe
ongezond Smartphones wel niet zijn en onderaan zo’n artikel zien we “Verzonden via de Iphone” staan. Als mobielverslaafde zestienjarige zou ik niet weten of mijn zere rug nu komt van het verkeerd kijken
naar mijn telefoon of de schooltas met tien boeken er in die ik elke dag naar school moet slepen terwijl deze boeken allemaal op een tablet
kunnen. Ik weet ook niet of mijn nagels afbreken vanwege het fanatiek typen op mijn Smartphone of omdat mijn nagel bestaat uit cellen die vroeg of laat toch afbreken. Misschien heb ik wel Fomo, maar of dat
komt door de huidige Social Media of omdat ik gewoon bang ben om buitengesloten te worden, wie zal het zeggen?
Om mijn eigen retorische vraag te beantwoorden: ik. Het grootste deel van de kwalen die nu worden toegeschreven aan de moderne
technologie zijn in werkelijkheid gewoon problemen die er altijd al zijn
geweest maar een nieuwe naam hebben gekregen zodat mensen kunnen zeggen dat Smartphones ongezond zijn. Als klein meisje was het niet de telefoon waar ik mijn zere rug aan te danken had, nee het 34
waren boeken. Vooral die ene serie van J.K. Rowling, Harry Potter is de naam, was volgens mijn vader de bron van mijn lichamelijke klachten.
Vroeger renden we naar buiten als we niet wilden studeren, nu pakken we onze mobiel. Vroeger lagen we alleen te piekeren over leven en
dood en sliepen hierdoor te kort, nu delen we onze zorgen via WhatsApp en worden we gerust gesteld. De klachten zijn er al langer, de oorzaak verschuift alleen constant. Dit lijkt mij geen reden om de
Smartphone meteen als een ‘duivels’ apparaat te beschouwen en alle positieve kanten te verwaarlozen. Als we onze dagelijkse hoeveelheid
kwalen niet krijgen van moderne technologie vinden we wel een andere manier.
Nu we het dus eens zijn over dit punt, of niet, kan ik verder met het volgende. De Smartphone is een makkelijke en snelle manier van het
opvragen van informatie. Of je een overload aan informatie binnenkrijg en “Infobesitas” ontwikkelt hangt af van hoe deze informatie gezocht
wordt. Er is ook een grote hoeveelheid eten beschikbaar in de eerste wereld maar daar kies je er zelf voor wat je naar binnen schrokt en
krijgt de ene persoon wel en de andere persoon geen obesitas. Het
verantwoord omgaan met informatie is een ‘must’. Mensen kunnen
niet zomaar alles wat ze op internet vinden geloven en weten dit over het algemeen ook. Ondertussen is het juist deze stroom van informatie
die wij via de Smartphone binnenkrijgen die het een goed iets maakt. De Smartphone zorgt ervoor dat wij op elk moment van de dag, als we een goede internetverbinding hebben, informatie binnen kunnen
krijgen en snel weten wat ons te doen staat. Weet je even niet meer 35
wat de precieze getallen voor je presentatie over de moderne technologie waren? Zoek ze op op internet en je bent klaar om je
presentatie te houden. Ben je in paniek omdat er net een ongeluk is gebeurd en vergeet je hierdoor het telefoonnummer voor de politie, brandweer of ambulance? Geef je mobiel via Siri of S-voice de opdracht
om het ‘emergency number’ te bellen en het probleem is opgelost. Als
men weet hoe ze moeten omgaan met de nieuwe dingen die bij een telefoon komen kijken is het de beste uitvinding van de eeuw, die overigens nog maar net begonnen is.
Als derde punt wil ik het hebben over hoe simpel het is om tegenwoordig contact te houden met vrienden en het maken van
nieuwe vrienden. Als ik geen Social Media, door middel van mijn Smartphone, tot mijn beschikking zou hebben zou ik een heleboel
vrienden die ik nu nog heb niet meer hebben. Ik ben als klein meisje in een klein dorp opgegroeid. Zodra de naam van mijn dorp valt vragen mensen vaak: “Is dat een ziekte?” Waarop ik elke keer opnieuw
antwoord dat het mijn woonplaats is maar dat het wel kan voelen als een ziekte. De school waar ik op zit is vijftien kilometer verderop en
mijn vrienden wonen ook ergens op die afstand. Zonder Social Media zou ik zoveel moeite moeten doen om mijn vrienden te behouden dat
ik het zelf al snel op zou geven. Ik heb ook twee goede vrienden via Hyves, dus al wel een paar jaar terug, leren kennen. Een van hen is al
een paar keer langs geweest. Dat er minder persoonlijk contact is maakt niet zoveel uit. Het is fijn dat ik contact kan hebben met iemand 36
die misschien wel mijn ‘soulmate’ is, ook al woont deze persoon aan de andere kant van de wereld.
Om alles even kort samen te vatten is hier de laatste alinea van mijn
verhaal. Ik ga niet ontkennen dat Smartphones een oorzaak van onze kwalen kunnen zijn. Ik zeg wel dat deze kwalen er zonder
Smartphones ook zijn. Infobesitas is een term die is verzonnen door
een journalist die leuk wou klinken maar ondertussen niet weet waar hij/zij het over heeft. We krijgen geen overload aan informatie als we leren de informatie te filteren. Vriendschappen veranderen met de tijd
mee. Nog belangrijker dan dit alles is dat we op de voordelen van
Smartphones, Social Media en andere nieuwe technologieën moeten
focussen. Het bestaat allemaal al en het gaat niet meer weg. Je kunt je niet verzetten tegen de veranderingen. Je gaat mee in de stroom of
verdrinkt tijdens het tegenspartelen. Smartphones zijn een onderdeel
van ons bestaan geworden en dit moeten wij accepteren. Terwijl de
journalisten de Smartphone zien als een middel om hun antiSmartphone propaganda mee te publiceren, ga ik de mijne gebruiken om informatie op te zoeken en echt goed onderbouwde argumenten te geven, met wat hulp van mijn vrienden via WhatsApp. Door: Emma Sloot, CSG Het Noordik Almelo Docent: R. Leppink
37
Smartphones: een lesje in futurologie Yes! Eindelijk heb ik iets aan school. Ik leerde daar namelijk – bij Bio,
niet bij Nederlands – wat een “Skinner-Box”is. Er was dus ooit eens een wetenschapper die Skinner heette. Hij had een rat in zo'n doosje... Weet je wat, je kunt vast een betere uitleg op het internet vinden. Met
je smartphone, welteverstaan. Ik zal het toch proberen. Rat, klein
doosje, hendel in het doosje. De rat krijgt eten, en voelt zich dus goed, als hij op het hendeltje drukt. Uiteindelijk drukt die rat constant op het
hendeltje. Ik probeer te zeggen dat zoiets ook gebeurt met
smartphones. Er is ook een versie met drugs en eten, en de rat koos voor de drugs tot hij stierf aan ondervoeding, maar die stond niet in
ons boek. Die paste waarschijnlijk beter bij mijn verhaal. Nogmaals, internet. Waar had ik het over?
Heel veel mensen hebben tegenwoordig een smartphone. De precieze details weet ik niet, maar het zijn er waarschijnlijk een paar miljard. Al
die mensen zijn verbonden met het internet, en hebben dus meteen toegang tot het laatste nieuws uit iedere hoek van de wereld, zelfs voordat het op TV of in de krant staat. Belangrijke onderwerpen, zoals terroristenaanvallen en een jurk. Ik ken mensen in Israël, dus ik weet
altijd een paar uur vóór de rest van Nederland af van een raketteninslag. Dat is goed, meer mensen hebben informatie uit alle
hoeken zodra het gebeurt! En ze weten ook dat Lisanne alwéér met een nieuwe jongen had zitten bekken, die slet. 38
Tja, nu weet iedereen het.
Dat is het voordeel van smartphones; je weet alles. Er is ook een nadeel; je weet alles.
En je moet constant blijven checken, want anders weet je niet alles, en
dan loop je achter. “Hee, heb je al van die maffe jurk afgehoord? Nee? Echt? Het staat overal op het internet, man.” Niemand wil achterlopen,
want dan ben je niet meer relevant. Dus je moet constant checken. En als je niet kunt checken, dan word je bang. Dan kun je het hoofd niet
meer bij de les of het werk houden – stel nou dat Sami iets grappigs
postte op Facebook? Daar tegenover staat iets anders. Het voelt fijn om op dat hendeltje te drukken. Je voelt je mobiel trillen – dat is een berichtje, of een like of een retweet of een nieuwe volger. Je bent
relevant, yes! Je bent belangrijk! Terwijl je dat las, heb ik even de
hoeveel mensen met een smartphone opgezocht. Twee à drie miljard, zo ongeveer.
3 miljard grote ratjes in 3 miljard grote Skinner-Boxes. Of eerder, 3
miljard kleine Skinner-Boxes in de poten van 3 miljard grote ratjes. Is
dat erg? Geen flauw idee. Volgens mij moeten we wat meer perspectief krijgen. Ik ben een bètastudent, dus ik genoot geen geschiedenis op de middelbare school. Ik weet wel dat er in de afgelopen 1.800 jaar bar
weinig is gebeurd. Qua uitvindingen en concrete kennis, dan. Ik weet
dat Columbus op een boot zat, maar kom op. De Romeinen zaten in een kar met paarden ervoor, en de Victorianen zaten in een iets chiquere kar met paarden ervoor. Alles kwam pas echt op gang toen er betere 39
communicatiemethoden
beschikbaar
werden.
De
telefoon,
de
benzineauto, het vliegtuig. Ze waren allemaal zo belangrijk om
gegevens uit te wisselen, zowel voor informatie als voor goederen. Niet
alleen de snelheid en het gemak waarmee we gegevens uitwisselden groeide, maar ook de hoeveelheid mensen die de gegevens kunnen ontvangen. 500 miljoen mensen keken naar de maanlanding, 2.000
miljoen mensen keken naar Gangnam Style. Respectievelijk op de TV
en het internet.
En dat vind ik juist zo spannend. Iedereen heeft nu van de kleine
apparaatjes waarmee ze meteen de meeste actuele informatie kunnen oproepen. 100 jaar geleden kon niemand zich dat nog voorstellen. En
als je de data van ons gehele menselijke bestaan, zo'n 200.000 jaar afhankelijk van naar wie je luistert, neemt en die data extrapoleert, dan kun je toch alleen maar opgewekt worden?
Onze collectieve kennis, en ons vermogen om deze kennis te delen,
groeit exponentieel. Ik durf te wedden – over 10 jaar gaan we terugkijken naar smartphones en ons afvragen waarom we daar ooit
onze tijd mee verspilden. Dan hebben we namelijk allemaal smartbrillen, of smart-lenzen of smart-hersenimplantaties waarmee we zoveel info kunnen consumeren. Opvreten, eerder.
Ja,
er
zijn
klachten.
Problemen
met
concentratie,
rug-en-
nekproblemen. Ja, sommige mensen zijn angstig of hebben last van fantoomtrillingen. Dat zijn individuele klachten. Zijn die echt zo erg, vergeleken met al de enorme voordelen die de mensheid ervan 40
ervaart? Ik vind van niet, en eerlijk gezegd vind ik het absurd dat iemand iets anders zou denken.
Ik kan niet wachten op de toekomst, en hij komt sneller dan je denkt. Door: Rutger van de Wijngaard, Montessori College Nijmegen Docent J. Hermsen
41
Don’t be stupid with your smartphone Het veroorzaakt kanker, verpest je wervelkolom 6, maakt je duimen kapot en ruïneert je sociale contacten buiten alle Social Media. Jawel
dames en heren, pak je popcorn er maar bij want wij gaan het vandaag hebben over de meest destructieve kracht sinds de ontdekking van de atoombom: Je smartphone.
Oké oké, dat het kanker veroorzaakt is nooit bewezen, en het ‘de
meest destructieve kracht sinds de ontdekking van de atoombom’ noemen gaat ook misschien een tikkeltje over de grens. Maar toch zijn
er heel veel mensen die het kwaad zelve in deze ingenieuze doosjes zien. Zijn deze beschuldigingen eigenlijk wel terecht? Is alle drama
over het overmatig gebruik van smartphones niet gewoon een verschijnsel van de wantrouwigheid tegenover de steeds sneller vernieuwende techniek?
Veel kwalen die te wijten zijn aan de smartphone, zoals het zwaar belasten van je ruggengraat en het mogelijk maken om je Socialbesitas7
te voeden, liggen binnen je eigen verantwoordelijkheid. Als je niet met
deze verantwoordelijkheid kan omgaan, betekent het niet dat er iets
mis is met het middel, maar met jezelf. Mensen verwijten de TV ook niet dat je de hele dag op de bank zit of bier aan het feit dat je alcoholverslaafd bent. Alhoewel, dat doen ze wel , maar onterecht, het probleem ligt nu eenmaal bij hun zelf.
6
Redactie Volkskrant, Het nieuwe moderne kwaaltje: de smartphone-nek, volkskrant.nl, 20-11-14 Eigenraam, A, Socialbesitas: 600 Whatsapp-berichten per dag en altijd je mobiel voelen trillen, NRC.nl, 2-10-13 7
42
Ook is dit nu eenmaal een manier waarop de wereld reageert op techniek. Wetenschappers presenteren een concept dat totaal onbekend voor de mensen is, en voor de mensen is het dan compleet normaal om dat concept eerst met argusogen te bekijken voordat je het
met open armen onthaalt. Ons instinct zegt ons dat je dat nieuwe
concept maar eerst eens grondig moet gaan inspecteren voordat je er iets mee gaat doen. Dit was handig in de oertijd, om te zorgen dat je
niet vrolijk een grot inloopt waarin een beer zijn middagdutje doet, maar ook in het heden, aangezien wetenschappers niet altijd even secuur zijn op het vlak van veiligheid als ze zouden moeten zijn.
Dan heb je ook nog de mensen die het gewoon vertikken om met
nieuwe techniek om te gaan. Ze zien kwaad in alles wat nieuw is en
vinden dat alles van vroeger toch beter is. Ze zien het nut van een smartphone niet in, want: ‘Ik kom mijn vrienden vanzelf wel tegen, daar heb ik toch geen slimme telefoon voor nodig?’ Zij zijn tevens de
personen die de mars tegen techniek leiden, door dingen te zeggen zoals: ‘Smartphones veroorzaken kanker’ en ‘je zit constant op je smartphone, het maakt je sociale leven kapot’. Van het een komt het
ander en plotseling heb je hele groeperingen die strijden tegen smartphones.
Nu is het niet zo dat de smartphone allemaal rozengeur en maneschijn
is, er zitten ook echt wetenschappelijk bewezen nadelen aan. Zo is de kans op een ongeluk 25 zo groot 8 als je actief gebruikmaakt van je 8
Van Es, C, ‘Stop met appen op de fiets’, eenvandaag.nl, 23-09-14
43
smartphone op de fiets en gaan de prestaties van scholieren achteruit
doordat ze zich niet kunnen concentreren en slecht slapen. Ook zien
jongeren zelf in dat smartphone gebruik nadelen met zich meebrengt. Tussen deze nadelen bevinden zich onder andere een gebrek aan
persoonlijk contact en privacy, een tekort aan omgevingsbesef en de
druk om altijd beschikbaar te kunnen zijn 9. Tevens konden de jongeren ook voordelen noemen, zoals: Op de hoogte kunnen blijven, contact
onderhouden met vrienden en een bron van informatie tot je beschikking hebben. Ook zijn de nadelen hierboven genoemd allemaal voorbeelden van eigen verantwoordelijkheid.
Dat brengt ons bij het volgende probleem, namelijk: Wie maken het meeste
gebruik
van
leeftijdscategorieën,
smartphones?
hebben
een
Jongeren.
tekort
aan
Wie,
van
alle
verantwoorde-
lijkheidsgevoel? Juist ja, jongeren. Daarom moet er aan jongeren
duidelijk gemaakt worden wat de nadelen zijn aan overmatig gebruik van je smartphone. Ze moeten beseffen dat, net zoals bij veel andere
dingen, teveel slecht voor je is. Dat besef is er nog niet omdat de smartphone nog relatief nieuw is voor ons allemaal. Het duurde ons
ook tot de late jaren ’70 om te ontdekken dat roken eigenlijk best wel slechte gevolgen voor je kan hebben, zoals doodgaan. Het ontdekken
van de kwalen gaat nu wel sneller, maar het duurt wel langer voordat de mensen ook echt beseffen dat er ernstige consequenties aan vastzitten. Ook moeten jongeren leren minder afhankelijk te zijn van
9
Eigenraam, A, Socialbesitas: 600 Whatsapp-berichten per dag en altijd je mobiel voelen trillen, NRC.nl,2-10-13
44
hun smartphone en meer voor zichzelf leren denken, anders kunnen ze er ook niet minder gebruik van maken. Volgens een onderzoek van
Telenav 10 weet namelijk de helft van alle jongeren niet meer wat ze
moeten doen als ze geen internet hebben, en dat internet hebben ze nodig voor hun smartphone.
Al om al is de smartphone nog niet zo’n kwaad ding. De kwalen die het
veroorzaakt hebben allemaal te maken met het overmatig gebruik ervan. Het is je eigen verantwoordelijkheid om te zorgen dat je het niet
te veel gebruikt, net zoals bij veel andere dingen als drugs, alcohol of zelfs gamen.
Dus don’t be stupid with your smartphone, leg ‘m weg en pak een boek,
maak een wandeling of ga iets gezelligs doen met je vrienden. Je telefoon gaat nergens heen, hij heeft geen pootjes (voorlopig ten minste).
Door: Julian Strik, Het Elzendaalcollege Boxmeer Docent: H. IJdema
Literatuurlijst:
Anouk Eigenraam Casper van Es
Joost Steins Bisschop Redactie volkskrant 10
Steins Bisschop, J, De helft van alle jongeren verdwaalt zonder smartphone, frankwatching.nl, 25-0115
45
Revolutionair of ordinair? Revoluties, vooral op technologisch gebied, zorgen in de eerste plaats altijd voor euforie onder het gewone volk. Zo ook met de smartphone.
Toch lijkt het alsof mensen met een smartphone in hun hand, op elk denkbaar tijdstip en op elke denkbare plaats, toch eerder ordinair dan revolutionair ogen.
De Nederlandse maatschappij is kuddevolk geworden. Rondtrekkend onder verschillende herders, onder de namen Apple en Samsung. Met
de ambitie om zoveel mogelijk schapen onder hun hoede te hebben, die ze niet eens op hoeven te sluiten binnen een paar hectare weiland. Dit
type schaap kan op een weiland van mondiaal niveau grazen. Met naar
voren gebogen hoofd, de smartphone-nek belastend, digitaal en bij voorkeur anoniem, naar zoveel mogelijk andere schapen de meest
actuele en urgente gebeurtenissen, zoals de nieuwste naaktfoto’s van Kim Kardashian blaten. Van dit alles is het meest unieke dat het vee de herders zelf betaalt voor het voer. Honderden euro’s voor een apparaat
dat er voor zorgt dat ze zich levenslang te goed kunnen doen aan de laatste foto’s, berichtjes en roddels. Keer op keer, totdat ze eindelijk
het herkauwen zat zijn en weer naar een betere voertransmitter smachten. De
lammetjes
van
de
kudde
hebben
helaas
een
laag
verantwoordelijkheidsgevoel meegekregen. Bij latere sollicitaties
kunnen acties die onmisbaar en verschrikkelijk leuk waren als
jongeling en simpelweg met de wereld gedeeld moesten worden, hun 46
nogal lelijk bij het nekvel/vacht grijpen. Dan maar weer verder zoeken naar
een
andere
beeldscherm.
baan.
Vanzelfsprekend
scrollend
over
het
Ikzelf ben helaas ook ten prooi gevallen aan de oprukkende, alles
onder zich meenemende digitale kudde. Al probeer ik dit zo streng mogelijk juist niet te zijn. Dit denkbeeld maakt me dan misschien een
klein beetje uniek, toch? Niets is waarschijnlijk minder waar. Ook al
willen mensen met hun gedachten in de realiteit en de echte wereld
blijven, ontsnappen uit het telecomweiland blijkt toch eerder gedacht dan gedaan.
Alles wordt met de telefoon gedaan. Van het luisteren naar muziek, immens urgente berichtjes ontvangen en versturen, tot het beteuterd checken van mijn rood staande bankrekening. Ach, ik kan altijd nog
testen hoe naïef de Nederlander is door een plaatje te googlen van de nieuwe Iphone 6, en deze voor maar €100,- aan te bieden via mijn
Marktplaats app. Het komt erop neer dat echt alles te doen is met die
paar kubieke centimeter in je broekzak. Als mijn vader me opbelt besef ik vaak weer dat je met een telefoon inderdaad ook gewoon nog kunt bellen.
Naast het kuddevolk heeft zich ook nog een ander dier ontwikkeld, de Catfish. Grootste talent: een dubbel leven leiden en anderen laten geloven dat het waanbeeld van je 2e, knappere, meer zelfverzekerde ik
je echte ik is. Er wordt simpelweg een foto van een onbekend Facebook profiel gepakt, deze wordt als profielfoto overgenomen en daarna 47
pretendeert de Catfish op een zo overtuigend mogelijke manier dat hij
deze persoon is. Grappig is dat deze aanpak vaak uiterst doeltreffend
is. Er zijn gevallen waarin bepaalde personen jarenlange relaties hebben gehad, maar elkaar door afstand of smoesjes van de Catfish nog
nooit hebben gezien. Één persoon daarvan komt hier op een bepaald moment natuurlijk achter, en heeft voor een groot deel van zijn leven romantische gevoelens gehad voor iemand die eigenlijk als leugen
leefde. Natuurlijk is een slachtoffer van een Catfish wel ietwat naïever dan ieder ander persoon. Ook zijn er gevallen waarin beide personen
zich voordoen als iemand anders; ‘Catfish meets Catfish’. In zo’n geval
zijn er dus twee ‘daders’ en twee gedupeerden. Smartphones, met apps als Whatsapp/Facebook kunnen in bepaalde relaties een vertekende
waarheid en/of verwarring overbrengen. Bij Catfishen is hier over
nagedacht, maar bij mensen die elkaar al jaren kennen kunnen berichtjes via de telefoon onbedoeld ook een verkeerd beeld geven. Dit
kan zijn omdat de ontvanger berichtjes vaak anders interpreteert dan
dat de afzender bedoeld heeft. Dit komt deels omdat je bij deze vorm van communicatie de emoties van een ander niet kunt zien. Bij een
Catfish is dit natuurlijk ook niet zo, maar deze personen hebben vaak precies uitgedacht wat ze moeten zeggen om een ander in te pakken.
Mensen hebben niet meer door wie of wat echt of nep is op het
internet. Tegenwoordig willen mensen niet eens de waarheid of betrouwbaarheid van iets op het internet checken. Ze geloven het
gewoon. Of willen dit liever geloven. Ze storten bijvoorbeeld al hun geheimen die voorheen niemand wist uit aan iemand die ze nog nooit 48
in vlees en bloed de hand hebben geschud. Daarom is online chatten met onbekende mensen ook zo tricky.
Het komt erop neer dat het Nederlandse kuddevolk, met hier en daar
een verdwaalde Catfish, te kampen heeft met een overload aan binnenkomende informatie. Deze is moeilijk te verwerken, en nog moeilijker te filteren op betrouwbaarheid. Deze informatiebom werkt
verslavend. Ondanks dat van alles dat we op onze telefoons
binnenkrijgen en opzoeken misschien 5% nuttige informatie bevat, blijven we toch steeds die beweging naar onze broekzak maken om
vervolgens ons hoofd weer richting het scherm naar beneden te buigen omdat we toch denken dat deze informatie van groot belang is. Dit is
een ernstig gevolg van het fomosyndroom (‘fear of missing out’) waar we als maatschappij aan lijden. Zo vloeide uit een revolutie dus een
mentale, deels negatieve, evolutie voort en staan de begrippen
revolutionair en ordinair omtrent smartphones toch wel erg dicht bij elkaar.
Door: Thom Boonstra, Bogerman Sneek Docent: P. de Haan
49