Werkplan 2016 NIVEL Zorgregistraties eerste lijn Webversie 25 januari 2016 Inhoud 1
2
3
Achtergrond ..................................................................................................................................... 2 1.1
Doel van NIVEL Zorgregistraties ............................................................................................ 2
1.2
Middelen .................................................................................................................................. 2
1.3
Kernactiviteiten ........................................................................................................................ 2
1.4
Beleidscyclus ........................................................................................................................... 4
Omgevingsanalyse........................................................................................................................... 5 2.1
Ontwikkelingen in de zorg ....................................................................................................... 5
2.2
Ontwikkelingen in ICT, datamanagement en privacy............................................................ 10
Plannen NIVEL Zorgregistraties voor 2016.................................................................................. 13 3.1
Website .................................................................................................................................. 13
3.2
ICT ......................................................................................................................................... 16
3.3
Omvang en samenstelling van deelnemers ............................................................................ 22
3.4
Governance ............................................................................................................................ 27
3.5
Feedback ................................................................................................................................ 27
4
Conclusie en beleidsvoornemens .................................................................................................. 28
5
Bijlagen ......................................................................................................................................... 30 5.1
Een stukje geschiedenis: Van monodisciplinaire zorgregistraties naar één multidisciplinaire zorgregistratie ........................................................................................................................ 30
5.2
Overzicht gegevensaanvragen 2014-2015 ............................................................................. 31
5.3
Overzicht publicaties 2014-2015 ........................................................................................... 40
5.4
Beschrijving dataset ............................................................................................................... 44
5.5
Overzicht softwareleveranciers .............................................................................................. 44
5.6
Overzicht tabellen/documenten op de website 2015 (gegevensjaar 2014, tenzij anders vermeld) ................................................................................................................................. 45
1
1 Achtergrond 1.1 Doel van NIVEL Zorgregistraties In dit werkplan beschrijven we de voorgenomen activiteiten voor het jaar 2016, uitgaande van de doelen, de middelen en ontwikkelingen in de omgeving. Doel van NIVEL Zorgregistraties eerste lijn is een landelijk representatieve onderzoek infrastructuur in stand te houden daarmee kerncijfers te genereren over het vóórkomen van ziekten en aandoeningen, het gebruik van zorg en de kwaliteit van die zorg in de gehele eerste lijn, en de gegevensbron gebruiken voor aanvullend onderzoek. De infrastructuur van NIVEL Zorgregistraties maakt het mogelijk om patiënten door verschillende segmenten van de zorg te kunnen volgen, niet alleen binnen de eerste lijn, maar ook van de eerste naar de tweede lijn en weer terug. Uitgangspunt voor NIVEL Zorgregistraties is primair gebruik te maken van gegevens die routinematig in verschillende disciplines in de eerste lijn worden verzameld. Gegevens die routinematig in de zorg worden vastgelegd worden gebruikt voor onderzoek en voor spiegelrapportages aan de deelnemers. Via dit onderzoek en spiegelrapportages komen de verzamelde gegevens weer de zorg ten goede. NIVEL Zorgregistraties draagt op deze manier bij aan de totstandkoming van een learning health care system.
1.2 Middelen Om de doelstellingen te kunnen realiseren en daarbij in te kunnen spelen op de beschreven ontwikkelingen, beschikt NIVEL Zorgregistraties over een multidisciplinair team van:
onderzoekers met verschillende achtergronden, verantwoordelijk voor de wetenschappelijke output; research medewerkers, verantwoordelijk voor het verwerken van gegevens en het realiseren en beheren van de onderliggende infrastructuur; relatiebeheerders, verantwoordelijk voor het onderhouden van contacten met deelnemende zorgpraktijken.
NIVEL Zorgregistraties is niet de enige partij die zich bezig houdt met het verzamelen en verwerken van routine zorgdata, maar onderscheidt zich van veel anderen door de beschikbaarheid van expertise over de gehele keten van data registratie, tot aan de berekening van uitkomstmaten. Deze kennis en ervaring is van cruciaal belang om te komen tot betrouwbare en valide uitkomsten. De financiering van NIVEL Zorgregistraties maakt deel uit van de activiteitenbegroting die het NIVEL afspreekt met het ministerie van VWS en is gefixeerd in meerjarenafspraken die lopen tot 2017..
1.3 Kernactiviteiten Voor het behalen van de genoemde doelen van NIVEL Zorgregistraties vinden de volgende activiteiten plaats.
2
Voor het beschikbaar hebben van onderzoeksdata: 1) Het verzamelen van routine zorgdata uit de automatiseringssystemen van zorgpraktijken (XISsen); 2) Het verzamelen van aanvullende gegevensverzameling bij deelnemende zorgpraktijken en patiënten; 3) Het onderhouden van contacten met Deelnemers (zorgpraktijken); 4) Het onderhouden van contacten met relevante softwareleveranciers; 5) Integratie van verschillende gegevensbronnen per zorgdiscipline in één database waarbij we gegevens uit diverse databases onderling kunnen koppelen; 6) Het verwerken van ruwe gegevens tot onderzoeksgegevens door middel van: a) Kwaliteitschecks, opschoning en selectie van gegevens; b) Het samenstellen van onderzoeksbestanden en informatieproducten voor onderzoekers. Voor het (helpen) realiseren van onderzoeksdoelen van het NIVEL:
1) Het belangrijkste (eind)product van NIVEL Zorgregistraties is de website met kerncijfers www.nivel.nl/zorgregistraties. De website heeft als doel informatie te verstrekken aan (potentiële) deelnemers en andere geïnteresseerden over: a) Het voorkomen van ziekten; b) Surveillance: wekelijkse signalering van het optreden van infectieziekten of andere acute veranderingen in morbiditeit; c) Gebruik van zorg; d) Kwaliteit van de zorg. Een overzicht van alle tabellen/documenten op de website van NIVEL Zorgregistraties staat in bijlage 0. De website is continue in ontwikkeling. Periodiek vindt actualisatie van jaarcijfers plaats.
2) Rapportage in de vorm van wetenschappelijke artikelen, factsheets en rapporten; 3) Het doen van onderzoek op eigen initiatief en/of in samenwerking met anderen; 4) Verstrekken van informatie en/of gegevens over het vóórkomen van ziekten en aandoeningen en het zorggebruik in de bevolking ten behoeve van: a) Het RIVM (Nationaal Kompas Volksgezondheid; Zorgbalans; monitoring infectieziekten; Kosten van Ziekten; Volksgezondheid Toekomst Verkenningen); b) Nationaal Influenza Centrum, European Center for Disease Control en WHO; c) Het CBS (Statline en Gezondheid en Zorg in Cijfers); d) De vraag-aanbod analysemonitor (VAAM) (www.nivel.nl/vaam); e) Actuele kennisvragen VWS/vragen van de Tweede Kamer.
3
Deze activiteiten vinden plaats in het kader van de VWS activiteitenbegroting. Extra activiteiten dienen aanvullend gefinancierd te worden via projectsubsidies, via interne en externe opdrachten en bijdragen vanuit koepel- en beroepsorganisaties. Dat laat echter onverlet dat de infrastructuur op eventuele extra activiteiten moeten kunnen inspringen. Idealiter is er sprake van een wisselwerking, waarbij extra activiteiten leiden tot verbeteringen in de infrastructuur of in uitbreiding van de expertise, die ook weer ten goede komt aan NIVEL Zorgregistraties. Bijvoorbeeld een onderzoek naar de kwaliteit van routinezorgdata voor een externe opdrachtgever, moet leiden tot verbeteringen in de infrastructuur van NIVEL Zorgregistraties, waardoor in de toekomst de mogelijkheden van NIVEL Zorgregistraties nog beter benut kunnen worden.
1.4 Beleidscyclus NIVEL Zorgregistraties kent een eigen beleidscyclus, die past binnen de beleidscyclus van het NIVEL. Die beleidscyclus is gebaseerd op het Werkplan en de Begroting. 2016 is het tweede jaar waarvoor een werkplan wordt opgesteld. De procedure ten aanzien van het werkplan staat beschreven in het Governance document. Het belangrijkste daaruit is dat een eerste concept van het werkplan wordt opgesteld door het NIVEL, en vervolgens besproken in Kamers, Privacycommissie, Adviesraad en Stuurgroep, waarna het wordt vastgesteld. Het eerste kwartaal van 2016 vindt de evaluatie van het Werkplan 2015 plaats. De scope van dit werkplan is in eerste instantie wat we met de beschikbare middelen willen realiseren. Zijdelings gaan we echter ook in op de vraag waar en hoe NIVEL Zorgregistraties nog meer kan en zou moeten worden ingezet en wat daar wat betreft de infrastructuur voor nodig is.
4
2 Omgevingsanalyse In dit werkplan kijken we zowel naar relevante ontwikkelingen in het zorgveld als in de wereld van informatiesystemen, databasemanagement en privacy. Deze ontwikkelingen worden hieronder geschetst, waarbij steeds in cursief staat aangegeven wat de betekenis van de betreffende ontwikkeling is voor het werkplan van NIVEL Zorgregistraties. Dit overzicht is zeker niet uitputtend. Doel van dit overzicht is primair om ontwikkelingen te schetsen die van belang zijn voor de infrastructuur en niet om een compleet overzicht te maken van alle onderzoeksthema’s waarvoor NIVEL Zorgregistraties kan worden gebruikt.
2.1 Ontwikkelingen in de zorg Dat de zorg volop in beweging is hoeven we hier niet uit te leggen. Wel willen we hieronder een aantal specifieke thema´s aankaarten die bij uitstek relevant zijn voor NIVEL Zorgregistraties. 2.1.1 Substitutie Het landelijk beleid is er op gericht een beweging tot stand te brengen van zorg in de tweede lijn, naar zorg in de eerste lijn, van zorg gericht op ziekte naar zorg gericht op gezondheid en van zorg door professionals naar mantelzorg en zelfmanagement. Binnen die context is een goede informatievoorziening uit de eerste lijn zeer van belang en NIVEL Zorgregistraties zou hieraan een belangrijke bijdrage kunnen en moeten leveren, hetzij via aanvullende projecten, hetzij via de rapportages op de website van NIVEL Zorgregistraties. Een belangrijke uitdaging is op welke wijze en in welke mate een sterke eerste lijn geld bespaart in de tweede lijn. Dit geldt zowel voor eerstelijnsdisciplines afzonderlijk als voor het geheel van de eerste lijn. Bespaart een huisarts die zelf veel doet in plaats van verwijst geld in de tweede lijn? Leidt een toename aan inzet van een fysiotherapeut tot (kosten)effectieve uitstel van heupvervanging bij artrose? Wat zijn de gevolgen van een toename aan inzet van diëtistes op latere zorgconsumptie? Voorkomt een goede medicatiebewaking spoedopnames? Leidt inzet van een Praktijkondersteuner GGZ tot minder verwijzingen naar de gespecialiseerde GGZ? Ook binnen de eerste lijn spelen veel substitutievragen, in feite zijn het vragen in hoeverre de eerste lijn efficiënter en effectiever kan werken. Leidt de inzet van een verpleegkundig specialist tot werklastreductie voor de huisarts en wat heeft het voor gevolgen voor de kwaliteit en de integraliteit van de zorg? In welke gevallen is verwijzing naar een diëtist aan te bevelen en in welke gevallen kan de POH voedingsadviezen geven? Wat zijn de gevolgen van de vrije toegang tot paramedici voor het werk van de huisarts? Is er een verband tussen de mate van toegankelijkheid van de huisartsenpraktijk en bezoek aan de huisartsenpost. Is effectief sprake van een ‘stepped care benadering’ waarbij eerst goedkope zorgvormen worden uitgeprobeerd alvorens zwaarder geschut in stelling te brengen? En tenslotte speelt de vraag in hoeverre het beleid om mensen meer zelf te laten doen, doorwerkt in de eerstelijnszorg. Wat zijn de effecten op het zorggebruik bij de huisarts als ouderen langer thuis wonen, wat zijn de effecten op mantelzorgers en hun zorggebruik. Kunnen mantelzorgers het nog wel aan, kan de huisartsenvoorziening het nog wel aan? Voornemens 2016: NIVEL Zorgregistraties kan zeer relevante gegevens leveren voor het beantwoorden van substitutievragen. De investering die gepleegd is om verwijsgegevens van Zorgdomein binnen NIVEL Zorgregistraties te krijgen werpt nu zijn vruchten af. Zorgdomein wordt door veel huisartsenpraktijken gebruikt om het verwijsproces te faciliteren. In 2015 konden we 5
daardoor voor het eerst weer betrouwbare cijfers leveren over verwijzingen naar de tweede lijn, zowel op de website als in de feedback aan huisartsenpraktijken. Huisartsenpraktijken geven aan deze nieuwe informatie zeer te waarderen, omdat het inzicht geeft in het eigen verwijsgedrag. De complexiteit van de materie en de diepgang van de benodigde analyses als het gaat om substitutie maakt het echter nodig aanvullende financiering te werven voor projecten over substitutie. Deels gebeurt dat al. Zo loopt er nu een onderzoek waarbij gegevens van NIVEL Zorgregistraties gekoppeld worden aan gegevens van Vektis. Een belangrijk probleem hierbij is dat de Vektis gegevens in de tijd aanzienlijk achter lopen. Ook daarom is de recente uitbreiding van NIVEL Zorgregistraties met verwijsdata van Zorgdomein zeer belangrijk; deze gegevens komen namelijk wekelijks binnen. In dit kader (substitutie) passen ook de pogingen van het NIVEL en RIVM om financiering van het ministerie te verkrijgen voor een Nationale Studie van de eerste lijn. Hoofddoel van deze studie is de gevolgen van de verschillende transities voor de eerste lijn in kaart te brengen en in de tijd te volgen. 2.1.2 Ontwikkelingen rond de AWBZ, WMO We zien hier een verschuiving van intra- naar extramuraal, waarbij de aanspraken op vergoeding voor intramurale zorg wordt beperkt tot diegenen die dat strikt nodig hebben. Bovendien is in 2015 een groot deel van de extramurale onderdelen uit de AWBZ gehaald en overgeheveld naar de WMO, onder verantwoordelijkheid van gemeenten. Deze overheveling van taken geldt met name voor de zorg aan ouderen en gehandicapten als aan de jeugdzorg. Dit heeft gevolgen voor de eerste lijn, bijvoorbeeld in een toename van de zorgvraag van mensen met een complexe zorgbehoefte. Er spelen risico’s van afwenteling tussen zorgverzekeraars en gemeenten, die ertoe kunnen leiden dat patiënten tussen de wal en het schip zullen vallen. Monitoring van de ontwikkeling van zorgvraag en zorgzwaarte is daarom van groot belang. Voornemens 2016: NIVEL Zorgregistraties is bij uitstek geschikt om de ontwikkelingen in zorgvraag en zorgzwaarte in de eerste lijn te monitoren. Op dit moment loopt er een onderzoek in opdracht van LHV en VWS naar ontwikkelingen in zorggebruik bij kwetsbare ouderen. Daarnaast zal op de website meer aandacht worden besteed aan trends in het zorggebruik van bepaalde doelgroepen, waaronder (kwetsbare) ouderen. Dit laatste zal plaatsvinden binnen de bestaande NIVEL Zorgregistraties financiering. Ook de eerder genoemde Nationale Studie is bij uitstek relevant voor dit thema. 2.1.3 Wijkverpleging De wijkverpleging is niet onder verantwoordelijkheid van de gemeente komen te vallen. Interessant is hoe deze exercitie zal verlopen, met name hoe de aansluiting met de huisartsenvoorziening gestalte zal krijgen. Komen er zelfstandige verpleegkundigenpraktijken of wordt de zorg door verpleegkundigen geïntegreerd in de huisartsenvoorziening? Hoe zal de taakafbakening met de POH zijn en met de huisarts als verpleegkundigen ook mogen voorschrijven? Een belangrijk aandachtspunt hierbij is het meetbaar maken van de ontwikkelingen. Er worden wel dossiers bijgehouden door wijkverpleegkundigen, maar in hoeverre deze gebruikt kunnen worden voor onderzoek is een onbeantwoorde vraag. Voornemens 2016: Aanhaken van een registratie van wijkverpleegkundige zorg aan NIVEL Zorgregistraties is wenselijk, maar kan niet gerealiseerd worden binnen de bestaande financiële kaders. In 2015 heeft het NIVEL actie ondernomen richting het ministerie van VWS om hiervoor –
6
tegelijk met de financiering voor de Nationale Studie van de eerste lijn - aanvullende financiering te verkrijgen. We hopen hier in 2016 een begin mee te maken. 2.1.4 Ontwikkelingen in bekostiging In 2013 zijn proeftuinen voor populatiebekostiging van start gegaan. De proeftuinen verschillen onderling sterk in opzet, inhoud en tempo, maar terugkerende sleutelwoorden zijn ‘triple aim’ en ‘shared savings’. Het RIVM heeft een Landelijke Monitor Populatiemanagement opgezet om de ontwikkelingen te volgen. Daarnaast is de bekostiging van de huisartsenzorg in 2015 veranderd. In de nabije toekomst zullen meer veranderingen worden doorgevoerd, al is nog niet geheel duidelijk hoe en wat. Voornemens 2016: Binnen de reguliere subsidie van NIVEL Zorgregistraties is diepgaand onderzoek naar bekostigingsvragen niet goed mogelijk, maar proberen we wel om met de infrastructuur op dergelijk onderzoek voorbereid te zijn. Gegevens van NIVEL Zorgregistraties zijn zeer geschikt om zicht te krijgen op effecten van verschillende bekostigingsmodellen. Op dit moment loopt er bijvoorbeeld een onderzoek in opdracht van de NZa naar differentiatie van het inschrijftarief. Er is veel meer mogelijk als we er in slagen regio´s waarin bepaalde experimenten lopen aan te sluiten aan NIVEL Zorgregistraties. In 2016 zullen we blijven proberen hier projecten op binnen te halen en de dataverzameling uit te breiden in gebieden waar bekostigingsexperimenten lopen. 2.1.5 Ontwikkelingen rond GGZ In 2014 zijn er in de GGZ belangrijke veranderingen doorgevoerd. Extramuralisering betekent ook hier verschuiving van complexe zorgvraag naar de eerste lijn. Een belangrijke rol is toegedicht aan de basis GGZ die in de huisartsenvoorziening is gelokaliseerd en waarin huisarts en POH GGZ de voornaamste spelers zijn. Die huisarts verwijst op basis van geëxpliciteerde verwijscriteria naar de generalistische basis GGZ (GBGGZ) en Gespecialiseerde GGZ. Andere vernieuwingen die zich op dit gebied aftekenen zijn experimenten met een POH jeugd GGZ. Parallel aan bovengeschetste ontwikkelingen, is er ook in de beschikbaarheid van gegevens over de eerstelijns GGZ het één en ander veranderd. Sinds gegevensjaar 2014 komen de data van eerstelijnspsychologen niet meer via het zogenaamde LVE-codeboek binnen, en moeten andere wegen bewandeld worden. Voor een deel van de praktijken worden de gegevens die in het LVE-codeboek stonden nu verzameld door DIS, het landelijke DBC-informatiesysteem van de NZa. Of het NIVEL over deze gegevens zal kunnen beschikken is nog niet duidelijk. Voornemens 2016: In 2016 zullen we blijven proberen gegevens over de generalistische basis GGZ te verkrijgen en de gestopte gegevensstroom weer op gang te brengen. Tot die tijd is het niet goed mogelijk om cijfers over de generalistische basis-GGZ te actualiseren. Wat wel kan worden gerealiseerd is het inzichtelijk maken van het gebruik van geestelijke gezondheidszorg binnen de huisartsenvoorziening. Het is in principe mogelijk om periodieke rapportages te vervaardigen over het zorggebruik voor GGZ problemen (net als bij de infectieziekten), maar binnen de bestaande financieringskaders is dit niet mogelijk; er is aanvullende financiering voor nodig. Doordat de infrastructuur aanwezig is, kunnen de kosten hiervan relatief laag blijven.
7
2.1.6 Ontwikkelingen rond fysiotherapeutische zorg Twee koepelorganisaties van fysiotherapeuten hebben elk hun eigen dataverzameling opgezet: de landelijke database fysiotherapie van het KNGF en de Stichting Keurmerk Fysiotherapie. Hoe deze twee zich tot elkaar zullen gaan verhouden is op dit moment nog niet duidelijk. Wel is het duidelijk dat het de bereidheid tot deelname aan NIVEL Zorgregistraties niet ten goede zal komen. Voornemens 2016: Het NIVEL spreekt met zowel het KNGF als de Stichting Keurmerk Fysiotherapie om de dataverzameling bij fysiotherapeuten voor NIVEL Zorgregistraties in ieder geval veilig te stellen en zo mogelijk uit te breiden door middel van samenwerking. 2.1.7 De economische crisis Andere meer universele ontwikkelingen zijn de aan vergrijzing gerelateerde zorgkostenstijging en de economische crisis. Veel mensen ervaren nu de gevolgen van genomen maatregelen ten aanzien van eigen bijdragen, en de omvang van het verzekerde pakket. Enerzijds kunnen deze maatregelen verspilling en onnodig zorggebruik tegengaan, anderzijds kan het er toe leiden dat mensen afzien van noodzakelijke zorg, waardoor op de langere termijn juist hogere zorgkosten het gevolg kunnen zijn. Voornemens 2016: In 2016 zal op de website specifiek aandacht zijn voor de zorg aan sociaal economisch zwakkeren in de samenleving. Daarnaast is er in 2015 (met financiering van het ministerie van VWS) een project gestart dat zich richt op het mijden van zorg door sociaal economisch zwakkeren. 2.1.8 Gezondheidseffecten van (lokale) rampen en milieufactoren Een trend van een wat andere orde maar wel van belang voor NIVEL Zorgregistraties is die voor de effecten van lokale rampen/milieufactoren op gezondheid. Er is een toenemende publieke ongerustheid als het gaat om exogene factoren die de gezondheid mogelijk beïnvloeden, of het nu gaat om straling, luchtvervuiling, lawaai of intensieve veehouderij. De eerste lijn en met name het huisartsendossier is bij uitstek een plaats waarin in de directe omgeving van mensen de mogelijke effecten kunnen worden gemonitord zonder belastende extra onderzoeken. Voornemens 2016: Binnen de financiële kaders van de VWS activiteitenbegroting is het niet mogelijk om specifiek onderzoek te verrichten naar de relatie tussen omgeving en gezondheid. Wel wordt getracht op dit terrein projecten te werven. De infrastructuur van NIVEL Zorgregistraties leent zich hier beter voor dan ooit, gezien de hoge dekkingsgraad van huisartsenpraktijken en huisartsenposten, die in dit type onderzoek van groot belang is. In 2015 is bijvoorbeeld een onderzoek gestart naar de gezondheidseffecten van het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de landbouw. Een ander voorbeeld is de monitor krimpgebieden, waarvoor gegevens van NIVEL Zorgregistraties worden gebruikt. In 2016 start tevens een onderzoek naar de relatie tussen omgevingskenmerken en het voorkomen van ADHD bij kinderen. De mogelijkheden zijn hiermee zeker niet uitgeput. 2.1.9 Schaalvergroting en toenemende organisatiegraad van de eerste lijn We zien steeds grotere zorgpraktijken en steeds meer organisatievormen die een groot aantal praktijken en verschillende disciplines omvatten. In de farmaceutische zorg is de ketenvorming al langer gaande. Bij de huisartsen zijn er de huisartsendienstenstructuren en de zorggroepen voor de keten-DBC’s. In het Zorgakkoord eerste lijn heeft de georganiseerde eerste lijn een stevige positie, die naar verwachting verder zal worden uitgebouwd. Zo zullen de zorggroepen ook een belangrijke rol spelen in de contractering van de basis-GGZ. Andere eerstelijnsdisciplines zoals bijvoorbeeld 8
fysiotherapeuten organiseren zich ook meer en meer op regionaal niveau, alleen al om onderhandelingspartner voor de zorggroepen te kunnen zijn. Die toenemende organisatiegraad leidt tot een grotere informatiebehoefte, zowel voor interne sturing in de steeds complexer worden eerstelijnsorganisaties als voor externe verantwoording voor verzekeraars. Zorgverzekeraars vragen in toenemende mate om transparantie. Alleen laten zien dat zorg heeft plaatsgevonden in de vorm van een consult is steeds minder voldoende, steeds vaker wordt gevraagd om proces- en uitkomstindicatoren. Bij uitkomstindicatoren is toenemende aandacht voor Patiënt Reported Outcome Measures (PROMs). Dit soort ontwikkelingen zien we eigenlijk bij alle disciplines in de eerste lijn, bijvoorbeeld in de keten DBC’s in de huisartsenzorg, de pluspraktijken in de fysiotherapie en de contractering van de farmaceutische zorg. Daarbij is standaardisatie op indicatoren van groot belang zodat niet elke zorgverzekeraar net andere gegevens gaat vragen. Het Kwaliteitsinstituut speelt hierin een belangrijke rol. Door deze ontwikkelingen in schaalgrootte en vormen van organisatie houden beroepsgroepen in de eerste lijn zich in toenemende mate met ‘datamanagement’ bezig. Landelijke databases komen tot ontwikkeling waarmee de beroepsgroepen de kwaliteit van zorg willen borgen en verbeteren en antwoord willen geven op de maatschappelijke vraag om transparantie. Binnen de Fysiotherapie bijvoorbeeld zijn zowel het KNGF als de Stichting Keurmerk Fysiotherapie databases aan het ontwikkelen, en de apothekers verzamelen al langer gegevens via de Stichting Farmaceutische Kengetallen. Voornemens 2016: NIVEL Zorgregistraties probeert op twee manieren in te springen op de geschetste ontwikkelingen. Ten eerste door samenwerkingsverbanden aan te gaan met nieuwe dataverzamelende partijen en afspraken te maken over het gebruik van de gegevens ten behoeve van landelijke monitoring. Daarnaast probeert NIVEL Zorgregistraties aan te haken bij de toegenomen behoefte aan managementinformatie. De bestaande feedback (www.nivel.nl/mijnpraktijk-demo) is daar een voorbeeld van, maar deze kan verder worden uitgebouwd. Binnen de bestaande financiële kaders zijn de mogelijkheden daartoe echter beperkt. Daarom zal getracht worden om samenwerkingsverbanden van zorgpraktijken en grotere gezondheidscentra te interesseren voor feedback waarin zowel gegevens van huisartsenpraktijken als gegevens van andere disciplines zijn verwerkt. NIVEL Zorgregistraties is voor zover bekend als enige in staat om bijvoorbeeld te laten zien hoeveel patiënten van een praktijk of gezondheidscentrum de huisartsenpost bezoeken, of hoeveel patiënten met een bepaalde aandoening worden verwezen in vergelijking met andere praktijken en centra. Het verkrijgen van financiering voor uitbreidingen in de feedback staat in 2016 hoog op de agenda. In dat kader past ook de samenwerking met een aantal regionale ondersteuningsorganisaties (ROSsen) die in 2015 startte. 2.1.10 Datakwaliteit, vergelijkbaarheid De kwaliteit van gegevens in elektronische patiëntendossiers wordt steeds belangrijker. Ten eerste omdat uitwisseling van informatie tussen zorgverleners steeds belangrijker wordt, maar ook omdat deze gegevens in toenemende mate worden gebruikt voor het berekenen van kwaliteitsinformatie. Voor het meten van kwaliteit van gegevens in het huisartsendossier heeft het NIVEL de EPDscan ontwikkeld. Huisartsenpraktijken die deelnemen aan NIVEL Zorgregistraties krijgen hierover ook spiegelinformatie. De expertise die het NIVEL op dit terrein heeft ontwikkeld is ook buiten NIVEL Zorgregistraties bruikbaar. Met name partijen die geïnteresseerd zijn in kwaliteitsinformatie en daarbij het gebruik van routinematig bijgehouden gegevens uit de zorg voor ogen hebben, bijvoorbeeld zorgverzekeraars, het Zorginstituut en de NZa. 9
Data kwaliteit zal in 2016 een belangrijk aandachtspunt binnen NIVEL Zorgregistraties blijven. De expertise die wij hierop hebben ontwikkeld is uniek in Nederland en daarbuiten. Deze expertise wordt voortdurend gevoed, enerzijds uit projecten waarvoor aanvullende financiering is verkregen, anderzijds ook met financiering uit NIVEL Zorgregistraties zelf. In 2015 is een samenwerking met het Zorginstituut gestart die moet bijdragen aan de vergelijkbaarheid van ‘kwaliteitsindicatoren op basis van routine zorgdata’. Deze samenwerking willen we in 2016 voortzetten en uitbreiden. NIVEL Zorgregistraties draagt ook bij aan landelijke ontwikkelingen op het gebied van data kwaliteit. Zo wordt onze expertise gebruikt voor de totstandkoming van een uniform extractie format van gegevens uit huisartsinformatiesystemen (in samenwerking met het NHG). Dit lijkt triviaal, maar het ontbreken van een dergelijk format is een belangrijke bron van variatie tussen zorgpraktijken in scores op kwaliteitsindicatoren. 2.1.11 Jaar van de transparantie Het ministerie heeft 2015 bestempeld als het jaar van de transparantie. Vindbaarheid en vergelijkbaarheid van kwaliteitsinformatie is daarbij een belangrijk aandachtspunt. In dit kader heeft het Ministerie een lijst van 30 aandoeningen opgesteld waarvoor het vergroten van transparantie met voorrang zou moeten worden aangepakt. Het gaat om aandoeningen als borstkanker, darmkanker, chronisch nierfalen, prostaatkanker, maar ook om geboortezorg en heup- of knievervanging. Voor deze aandoeningen wordt ingezet op een permanente planmatige verbetercyclus, waarbij onder andere richtlijnontwikkeling, implementatie van richtlijnen, kwaliteitsregistratie, zorginkoop en zorgevaluatie kritisch onder de loep worden genomen en aangescherpt. Voornemens 2016: In 2016 zal er op de website van NIVEL Zorgregistraties specifiek aandacht besteed worden aan de lijst van dertig aandoeningen. Voor zo veel mogelijk van deze aandoeningen zal in beeld worden gebracht wat het zorggebruik is in de eerste lijn, het aantal verwijzingen, en eventuele co-morbiditeit.
2.2 Ontwikkelingen in ICT, datamanagement en privacy 2.2.1 ICT landschap Er zijn tientallen monodisciplinaire informatiesystemen in omloop en daar dwars op staan keteninformatiesystemen. Deze systemen werken niet altijd even goed samen. Het is onwaarschijnlijk dat dit op korte termijn zal veranderen. De ervaringen met het landelijk EPD hebben de neiging van de overheid om centraal regie te voeren op de ICT geminimaliseerd. Daarbovenop is er versnippering in de partijen die XIS-leveranciers voor elk hun eigen onderzoeksdoeleinden bevragen. Dit speelt het sterkst in de huisartsenzorg: huisartseninstituten, netwerken die vooral onderzoek doen voor de farmaceutische industrie, regionale datacentra. De doeleinden van deze partijen zijn grotendeels verschillend, maar wat zij vragen aan de HIS-leveranciers verschilt niet zoveel. Samenwerking tussen partijen vindt nog op beperkte schaal plaats. De versnippering leidt er ook toe dat er bijvoorbeeld verschillen optreden in berekende kwaliteitsindicatoren, die voortkomen uit verschillen in onderliggende extractieprogrammatuur en/of verschillen in berekeningswijze, een voor huisartsen hoogst ongewenste situatie. Voornemens 2016: De afdeling automatisering van het NHG is in 2015 een project gestart om te komen tot meer uniforme gegevensextracties. NIVEL Zorgregistraties draagt daar aan bij (zie ook paragraaf 2.1.10).
10
2.2.2 Koppelmogelijkheden, Big Data Er worden steeds meer gegevens geregistreerd in de zorg en daarbuiten. Dat creëert nieuwe kansen. Er ontstaan steeds meer mogelijkheden om gegevens uit verschillende bronnen, via pseudoniemen op persoonsniveau aan elkaar te koppelen. Hier is onderzoeksmatig veel winst te behalen. Algemeen heerst het gevoel dat het combineren van gegevens snel zal leiden tot nieuwe inzichten. Bijvoorbeeld over de samenhang tussen de werkzaamheid van geneesmiddelen en de genetische kenmerken van een individu, of de samenhang tussen sociaaleconomische kenmerken en gezondheid. Voornemen 2016: De koppelmogelijkheden van NIVEL Zorgregistraties worden steeds meer benut in aanvullende projecten, met name de koppeling met CBS gegevens. In 2016 willen we de mogelijkheden op dit vlak binnen de basissubsidie verder benutten, door meer aandacht te besteden aan het zorggebruik van specifieke doelgroepen. 2.2.3 Informatiebeveiliging, privacy bescherming Steeds meer organisaties houden zich bezig met het verzamelen van in potentie privacygevoelige gegevens. Privacybescherming staat mede daarom sterk in de belangstelling. Op Europees niveau lijkt de wetgeving te worden verscherpt, met mogelijk vergaande gevolgen voor het type onderzoek dat we doen. Informatiebeveiliging wordt steeds belangrijker. Voornemens 2016: In 2014 zijn voorbereidingen gestart voor het verkrijgen van NEN7510 certificering (en de Europese variant ISO 27001). De verwachting is dat het certificaat begin 2016 zal worden toegekend. Daarnaast blijven we inzetten op verdere uitbreiding van de pseudonimisering aan de bron, met behulp van de trusted third party (in casu ZorgTTP). Nog niet alle softwareleveranciers maken gebruik van de technische mogelijkheden die NIVEL Zorgregistraties hiervoor heeft geschapen. De techniek hiervoor wordt bij de huisartsenposten en paramedische softwarepakketten al gebruikt, maar nog niet bij alle HIS pakketten (huisartsen informatiesysteem) is dit het geval. In 2014-15 is op dit terrein echter wel veel vooruitgang geboekt. TetraHIS, MIRA (CGM huisartsen), MicroHIS, OmniHIS hebben de pseudonimiseringssoftware nu geïmplementeerd of staan op het punt dat te doen. In 2016 hopen we dit ook van de andere HIS leveranciers te kunnen melden. We zijn echter afhankelijk van de medewerking van de softwareleveranciers. Daarnaast zal worden ingezet op het beter faciliteren van het opt-out systeem. Dit was ook in 2015 een voornemen. Met name huisartsenposten hadden te kennen gegeven dat de procedure omslachtig was. In 2015 is getracht hierin verbetering te brengen, maar er zijn betere oplossingen denkbaar. Uit de privacycommissie is het idee naar voren gebracht om een opt-out register op te zetten, dat gemakkelijk voor patiënten toegankelijk is en waaruit ZorgTTP informatie kan aftappen die er uiteindelijk voor zorgt dat gegevens van een bepaalde patiënt niet worden doorgestuurd naar het NIVEL 2.2.4 Data delen, informatieberaad Ogenschijnlijk haaks op de toenemende aandacht voor privacybescherming staat de trend dat met publiek geld verzamelde gegevens zoveel mogelijk dienen te worden gedeeld, de trend naar zogenoemde ‘open data’. De bereidheid tot het delen van data wordt bijvoorbeeld subsidievoorwaarde voor het verkrijgen van ZonMw- subsidies. In de wetenschappelijke wereld wordt het in het kader van de repliceerbaarheid steeds meer vereist dat de onderzoeksgegevens worden meegeleverd aan het wetenschappelijk tijdschrift. Hierbij dient zodanige documentatie meegeleverd te worden dat buitenstaanders de gegevens kunnen begrijpen.
11
Het Informatieberaad is in 2014 ingericht door het ministerie van VWS. Naast een vertegenwoordiging vanuit VWS zelf hebben bestuurders van zorgkoepels, ZN en NPCF zitting in het Beraad. Het Informatieberaad wil sturing en regie bieden op het gebied van de informatievoorziening in de zorg. Dit gaat deels om de uitwisseling van informatie tussen zorgverleners onderling en met de patiënt; deels ook gaat het om het verzamelen van informatie ten behoeve van sturing en transparantie. Rond het informatieberaad heeft het RIVM in opdracht van VWS een zogenoemde community van data experts opgezet. Deze heeft als doel het informatieberaad te adviseren en om vanuit de bestaande registraties en datasets bij te dragen aan het tot stand komen van een duurzaam informatiestelsel in de zorg en eenduidige informatie voor beleid. In dit kader past ook de totstandkoming van een consortium van RIVM, CBS en NIVEL dat zich richt op eenduidigheid van cijfers over het voorkomen van ziekten en aandoeningen in de bevolking: het “morbiditeitsconsortium”. De door het NIVEL in 2015 ontwikkelde nieuwe methode om betrouwbare en valide morbiditeitscijfers uit huisartsengegevens te destilleren wordt in dit consortium nog verder verfijnd. Voornemens 2016: NIVEL Zorgregistraties speelt een actieve rol in de community of data experts van RIVM en VWS en in het morbiditeitsconsortium en draagt zo bij aan de totstandkoming van valide, betrouwbare en vergelijkbare gegevens over zorg en gezondheid. In 2016 zal het verbeteren van meta-informatie bij de gegevens een belangrijk aandachtspunt zijn.
12
3 Plannen NIVEL Zorgregistraties voor 2016 3.1 Website 3.1.1 Gebruiksvriendelijkheid In 2015 is de huidige website geëvalueerd met als belangrijkste conclusie dat verbetering gewenst is in de gebruiksvriendelijkheid van de website. Een aantal kleine verbeteringen is direct al doorgevoerd. De verbeteringen die eind 2015/begin 2016 worden doorgevoerd hebben betrekking op:
De gebruiker eerder het overzicht geven van wat er is op de website; De gebruiker duidelijker laten zien waar hij zich bevindt op de website; Vermindering van het aantal keer klikken dat nodig is om bij een ‘eindtabel’ te komen; Het toevoegen van hyperlinks tussen verschillende pagina’s; Het op meer dan één plaats publiceren van tabellen als ze inhoudelijk onder meerdere thema’s vallen; Het beperken tot eenvoudige, door een breed publiek te begrijpen resultaten; Het meer uitnodigend maken om gebruik te gaan maken van de gegevens van NIVEL Zorgregistraties. 3.1.2 Wekelijkse surveillance Van een deel van de huisartsenpraktijken krijgt het NIVEL wekelijks gegevens binnen. Deze worden traditioneel gebruikt voor het monitoren van infectieziekten. Deze activiteit wordt in 2016 onverminderd voortgezet. Het aantal praktijken dat wekelijks gegevens levert zal in verschillende regio’s met een lage dekkingsgraad nog worden uitgebreid. 3.1.3 Farmaceutische zorg Op de website van NIVEL Zorgregistraties wordt nu gerapporteerd op basis van apotheekgegevens over het aantal verschillende verstrekkingen, de meest voorkomende verstrekkingen en de gezondheidsproblemen bij die verstrekkingen. Zie bijlage 0. In 2016 zal meer samenhang worden aangebracht in de pagina’s over farmaceutische zorg (prescripties bij de huisarts en op de huisartsenpost, verstrekkingen door de apotheek) door op de verschillende pagina’s links beschikbaar te maken naar andere relevante pagina’s over farmaceutische zorg binnen de NIVEL Zorgregistraties pagina’s, maar ook daar buiten zoals naar de therapietrouwmonitor. 3.1.4 Acute zorg De website toont het zorggebruik in 2013, van 30 huisartsendienstenstructuren (HDS’en), met een gezamenlijk verzorgingsgebied van ruim 11 miljoen inwoners. Qua leeftijd en geslacht vormt de populatie in het verzorgingsgebied van de deelnemende HDS’en een goede afspiegeling van de Nederlandse bevolking. In 2015 zijn de cijfers met betrekking tot de acute zorg niet geactualiseerd. De ruwe gegevens over 2014 zijn wel bij het NIVEL aanwezig, maar binnen de budgettaire kaders van de VWS activiteitenbegroting was het in 2015 niet mogelijk om deze ook te verwerken tot informatie op de website. In 2016 is wel een update met gegevens uit 2015 gepland. Verder staat in 2016 een uitbreiding met gegevens over de triage gepland, maar dit is nog afhankelijk van aanvullende financiering. Hiervoor wordt samengewerkt met de Stichting NTS. Tevens verkennen
13
we de mogelijkheden om ook triage-gegevens van meldkamers ambulancezorg toe te voegen aan NIVEL Zorgregistraties. 3.1.5 Paramedische zorg De huidige website omvat de gezondheidsproblemen en het zorggebruik bij fysiotherapeuten, oefentherapeuten, diëtisten en logopedisten. In 2016 worden de jaarcijfers over de fysiotherapie, oefentherapie en diëtetiek geactualiseerd met gegevens over 2015. De trendbeschrijving in tabellen en grafieken gaat daarmee de periode van 2011 tot en met 2015 omvatten. Het ligt niet in de verwachting dat begin 2016 reeds voldoende gegevens over de logopedie worden verzameld om ook voor deze discipline de website te actualiseren met gegevens over 2015. 3.1.6 Zorg voor psychische en sociale problemen De huidige website geeft kerncijfers over gezondheidsproblemen gepresenteerd bij eerstelijnspsychologen in 2013. Deze informatie kon helaas niet worden geactualiseerd met data uit 2014. In 2016 zullen we in ieder geval over psychische zorg bij de huisarts rapporteren, de basis GGZ. In 2016 hopen we gegevens over de generalistische basis GGZ te ontvangen. 3.1.7 Huisartsenzorg Op de website wordt nu gerapporteerd over omvang van het zorggebruik, geneesmiddelen voorschriften, verwijzingen naar de tweede lijn, en kwaliteitsindicatoren over het jaar 2014. De informatie zal in 2016 worden geactualiseerd met gegevens van 2015. De GGZ-zorg verleend door de huisarts zal speciale aandacht krijgen in het onderdeel zorg voor psychische problemen. 3.1.8 Gezondheidsproblemen De website geeft informatie over het voorkomen van ziekten en aandoeningen op basis van gegevens van huisartsenpraktijken en huisartsenposten. Enerzijds gebeurt dat door middel van jaarprevalenties en incidenties. Anderzijds in de vorm van de wekelijkse surveillance over specifieke gezondheidsproblemen die snel kunnen veranderen, met name infectieziektes als griep, mazelen, kinkhoest, gastro-enteritis. En ten derde gebeurt dat via jaarlijkse rapportages over rubrieken van de Peilstations. In 2016 zullen de cijfers geactualiseerd worden. Aanvullend zullen in 2016 trendcijfers worden berekend over meerder jaren, om beter zicht te krijgen op ontwikkelingen in de volksgezondheid. 3.1.9 Patiëntengroepen uitgelicht Kerneigenschap van NIVEL Zorgregistraties is de mogelijkheid om de eerstelijnszorg samenhangend in beeld te kunnen brengen. Dat komt op de website tot uitdrukking in overzichten van gebruik van de hele eerstelijnszorg bij alle disciplines, en overzichten van het eerstelijnszorggebruik van mensen met bepaalde aandoeningen: diabetes, depressie, artrose, rugpijn, COPD, hart- en vaatziekten. Binnen de financiële kaders van de VWS activiteitenbegroting was het in 2015 niet mogelijk om deze cijfers te actualiseren. Actualisering zal in 2016 wel plaatsvinden. Daarbij zal specifiek aandacht worden besteed aan de eerder genoemde 30 aandoeningen uit de ‘transparantiebrief’ van de minister (zie paragraaf 2.1.11). 14
Deze rapportages zullen vaak de vorm van een factsheet krijgen, in plaats van een serie tabellen.
15
3.2 ICT 3.2.1 Algemeen Om zorgregistratiegegevens te ontsluiten voor onderzoek zijn in drie fasen activiteiten noodzakelijk: Fase
Activiteiten
1. Pre-NIVEL
Extractie: opstellen specificaties, contact met leveranciers, contact met Application Service Providers, testen proefextracties. Pseudonimisatie: opstellen specificaties, contact met Trusted Third Party, contact met leveranciers, testen proefextracties, operationaliseren gegevensstroom.
2. Bewerking
Ontvangst/routering: automatiseren ontvangst via datapoort/Data Routing Monitoring & Management, File Transfer Protocol-download, automatiseren routering, automatiseren voortgangsrapportage. Verwerking: opstellen specificaties, ontwikkelen/onderhouden verwerkingsapparatuur, beheren van verwerkingsstraten, documentatie, versiebeheer.
3. Beschikbaarheid
Opslag: ontwikkelen/onderhouden databases. Koppelen: opstellen specificaties, koppelen datasets, herpseudonimiseren. Ontsluiten: ontwikkelen, onderhouden en beheren van datasets, informatieproducten en rapportages. Communicatie: ontwikkelen/onderhouden van faciliteiten om ‘terug naar de patiënt’ te kunnen, operationaliseren en beheren van deze faciliteit. Beschikbaar stellen aan onderzoekers.
Om deze fasen te kunnen doorlopen bouwen we voortdurend aan een onderliggende infrastructuur, waarbij we; - Snel kunnen inspringen en reageren op veranderingen in de geleverde gegevens naar aanleiding van wijzigingen in wet- en regelgeving; - robuuste programmatuur en databases ontwikkelen om de alsmaar groeiende hoeveelheid gegevens te kunnen verwerken zonder in te boeten op performance; - Beveiliging van informatie, integriteit van medewerkers, kwaliteit en transparantie van de processen voorop stellen; - De tijdigheid en kwaliteit van de output en gevraagde producten leidend laten zijn voor de manier waarop we organiseren, plannen en uitvoeren. Voor de aanlevering van gegevens werken we samen met een groot aantal leveranciers van XISsen (de software die zorgaanbieders gebruiken voor hun registraties; zie bijlage 8.4). In het benaderen van leveranciers wordt samengewerkt met de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde van de Radbouduniversiteit van Nijmegen. Doel van de samenwerking is afstemming van het extractieformat en samen optrekken naar de leveranciers om daarin een sterkere positie te verkrijgen. In dit kader past ook de samenwerking met het NHG om te komen tot een NHG extractiespecificatierichtlijn, met als doel te 16
komen tot vergelijkbaarheid van uitkomsten. Het format waarin de data worden geleverd verschilt namelijk vaak tussen de leveranciers en veel energie gaat zitten in het integreren van al die verschillende databronnen in één database (semantische integratie). Het onderhouden van relaties met de verschillende softwareleveranciers is een belangrijke taak voor het ICT team van NIVEL Zorgregistraties. Voor de ICT werkzaamheden binnen NIVEL Zorgregistraties is een gedetailleerd werkplan opgesteld. Hieronder vindt u de belangrijkste punten daaruit. 3.2.2
Extracties en verwerkingsprogramma’s
Huisartsenpraktijken-reguliere extracties De extracties van gegevens uit huisartsenpraktijken leveren op dit moment weinig problemen op. Het afgelopen jaar is het verschillende huisartsinformatiesystemen waarvan we data kunnen verwerken uitgebreid met TetraHIS. Een verdere uitbreiding van het aantal HISsen wordt op dit moment niet zinvol geacht, omdat daar maar weinig praktijken gebruik van maken. Huisartsenpraktijken-wekelijkse/dagelijkse extracties De surveillance van NIVEL Zorgregistraties voorziet in een ‘near real-time’ signalering van het optreden van infectieziekten (bijv. ten gevolge van influenza, zoonosen) of andere acute veranderingen in morbiditeit. Medio 2015 leveren ca. 300 huisartsenpraktijken wekelijks data aan, waarmee uitspraak kan worden gedaan over een populatie van ca. 1,2 miljoen personen (7% van de Nederlandse bevolking). Geautomatiseerde wekelijkse extracties zijn mogelijk gemaakt bij drie HIS-en. In situaties van acute grote epidemieën of incidenten kunnen dagelijkse in plaats van wekelijkse surveillance rapportages gewenst zijn. In 2015 zijn de mogelijkheden en onmogelijkheden hiervoor in kaart gebracht. Vervolgens is een werkgroep gestart voor de realisering van de (mogelijkheid tot) dagelijkse rapportage van surveillance gegevens. Deze werkgroep wordt in 2016 voorgezet. Verwijsgegevens via Zorgdomein Door onze samenwerking met ZorgDomein hebben we momenteel over de afgelopen zes maanden van ongeveer 170 praktijken verwijsgegevens naar de tweedelijn ter beschikking. Er is een analyse gedaan van de ZorgDomein gegevens die we ontvangen en de conclusie is dat dit voor veel praktijken een valide en betrouwbare aanvulling is op de gegevens die uit het HIS geëxtraheerd worden. Deze gegevens zijn onmisbaar om onderzoek te kunnen doen naar de relatie tussen eerste en tweedelijns zorggebruik. Ook is er een pilot voorzien waaruit moet blijken in hoeverre verwijsinformatie in het HIS wordt geregistreerd. Rubrieken Peilstations De gegevensverzameling voor rubrieken van de Peilstations is het afgelopen jaar geheel bij het NIVEL ondergebracht (deze was tot voor kort ondergebracht bij de Radbouduniversiteit). Gewerkt wordt aan het verder automatiseren van de processen. Vanaf 1-1-2015 worden de vragenlijsten digitaal aangeboden aan de huisartsen. Hiermee is de kwaliteit van de registratie verbeterd en zal de werklast voor het NIVEL op termijn verminderen. Door het automatiseren is het proces voor de huisarts minder arbeidsintensief geworden. Bovendien is de kwaliteit van de registratie verhoogd (denk aan het afdwingen van volledigheid en een geldige invoerwaarde ten opzichte van een papierenformulier). Het is ook een noodzakelijke stap om nadat pseudonimisering heeft plaatsgevonden patiëntvragenlijstgegevens te kunnen koppelen aan de informatie van de huisarts. Door voortdurend de stabiliteit van de Peilstations programmatuur te verbeteren en kwaliteitscontroles en mechanismen in de dataflow te implementeren, hebben we de doorlooptijd van het kunnen opleveren van de wekelijkse rapportages met één dag kunnen verkorten. We hebben meer tijd om in te 17
spelen op onverhoopte incidenten of om extracties alsnog te includeren als deze worden nageleverd. Ook dit werkt kwaliteitsverhogend voor de registratie en uitkomsten. Door voortdurend de stabiliteit van de Peilstations programmatuur te verbeteren en kwaliteitscontroles en mechanismen in de dataflow te implementeren, hebben we de doorlooptijd van het kunnen opleveren van de wekelijkse rapportages met één dag kunnen verkorten. We hebben meer tijd om in te spelen op onverhoopte incidenten of om extracties alsnog te includeren als deze worden nageleverd. Ook dit werkt kwaliteit verhogend voor de registratie en uitkomsten. Naast het digitaliseren van de vragenlijsten, is ook de programmatuur voor de verwerking van de verzamelde data volledig herzien. De inproductiename staat gepland op eind 2015. Hiermee wordt de Peilstations programmatuur robuuster en beter onder houdbaar. Peilstations blijft een kwetsbare groep, eventuele fouten werken relatief flink door wegens de geringe aantallen. Ook is de P-module (aanroepen van een pop up scherm van de NIVEL webserver) een vreemde eend in de bijt voor leveranciers, hetgeen nog wel eens voor incidenten zorgt (een update door een leverancier, waardoor de P-module niet meer werkt). Huisartsenposten De levering van gegevens uit huisartsenposten levert op dit moment weinig problemen op. Wel missen we een deel van de triage-gegevens (we krijgen alleen ingangsklacht en de uiteindelijke urgentiescores). Plannen zijn daarom uitgewerkt om in samenwerking met de Nederlandse Triage Stichting (NTS) ook de overige triagegegevens te gaan extraheren. Eerstelijnspsychologen Zoals gezegd krijgt het NIVEL sinds gegevensjaar 2014 geen data meer via het ‘codeboek’ van de Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen. In 2016 zullen we activiteiten voortzetten om de gegevens via de andere route te kunnen ontvangen. Er lopen in dat kader gesprekken met de LVVP om de gegevensverzameling binnen NIVEL Zorgregistraties te kunnen continueren. Paramedici Groei van het aantal deelnemers, met name fysiotherapie en logopedie, is te realiseren door het laten aanhaken van softwarepakketten die door veel ‘slapende deelnemers’ gebruikt worden. In 2016 zullen de activiteiten worden gecontinueerd om de leveranciers van deze pakketten te ondersteunen bij het realiseren van werkende extractiemodules. Testbestanden van deze leveranciers worden beoordeeld en terugkoppeling daarop wordt gegeven. Daarnaast zullen de mogelijkheden geïnventariseerd worden om de extracties meer te uniformeren. Het gaat daarbij zowel om uniformering van extracties van verschillende leveranciers binnen een discipline als om het verminderen van de verschillen in de extracties van de vier paramedische disciplines. Opnemen nieuwe databronnen in NIVEL Zorgregistraties ICT-activiteiten die benodigd zijn voor de opname van nieuwe databronnen in 2014-15 zijn: Onderzoek naar de mogelijke meerwaarde van uitbreiding van de ZorgDomein extractie met meetwaarden uit laboratoria. Het testen van proefextracties van de logopedie zodat ook de gegevens van logopedisten kunnen worden toegevoegd aan NIVEL Zorgregistraties; Verwerkingsprogrammatuur voor triagegegevens van huisartsenposten moet worden gemaakt; Eerstelijnspsychologen vormen geen nieuwe databron, maar de levering van gegevens over 2014 en 2015 zal anders zijn. Doel is om in 2016 gegevens te kunnen ontvangen via een nieuwe route en 18
deze nieuwe route moet gerealiseerd en ondersteund worden. Omdat DIS sinds mei 2015 onderdeel is van NZa, is de beoogde gegevenslevering via de route DIS onzeker geworden. NIVEL is samen met de LVVP nog steeds in gesprek met DIS om de gegevenslevering tot stand te brengen, maar inventariseert samen met de LVVP ook de andere mogelijkheden om GGZ-gegevens te kunnen verzamelen. 3.2.3 Extractiekosten Extractiekosten (de kosten die softwareleveranciers ons in rekening brengen voor het extraheren van gegevens) maken een belangrijk deel uit van de materiële kosten voor NIVEL Zorgregistraties. Omdat de kosten voor extracties oplopen is besloten dat we uitsluitend nog gericht huisartsenpraktijken werven in gebieden waar dat nodig is (bijvoorbeeld Limburg, Zeeland), of in gebieden waar zich bijzondere kansen voordoen (bijvoorbeeld proeftuinen voor populatiebekostiging). Voor de paramedici (diëtetiek, logopedie, oefentherapie en fysiotherapie) en voor de HAPs geldt deze beperking niet. Op langere termijn zijn de toenemende kosten van extractie een bron van zorg voor de exploitatie van NIVEL Zorgregistraties. 3.2.4
Pseudonimisering, TTP
Pseudonimisering algemeen In het verleden werden in LINH gegevens verzameld op basis van een anoniem praktijknummer en een patiëntnummer (dat alleen binnen de context van een bepaalde praktijk verwijst naar een bepaalde patiënt). Daarnaast werden geboortedatum, geslacht en 4 cijfers van de postcode (PGG) geëxtraheerd en gebruikt voor waarschijnlijkheidskoppelingen aan bijvoorbeeld gegevens van het CBS, aan de gegevens van de Stichting Farmaceutische Kengetallen en aan de opnamegegevens van de LMR. Dit is aan de ene kant suboptimaal omdat ‘slechts’ zo’n 80% kan worden gekoppeld. Aan de andere kant wordt het gebruik van PGG privacy technisch in toenemende mate als onwenselijk beschouwd ondanks het feit dat intern uitgebreid maatregelen zijn genomen dat alleen databasebeheerders die daar bij moeten kunnen er ook bij kunnen. Daarom en ook omdat binnen NIVEL Zorgregistraties juist het koppelen zo centraal staat wordt waar mogelijk overgeschakeld naar koppeling op basis van een gepseudonimiseerd BSN (burgerservicenummer). Het echte BSN blijft daarbij in de praktijk en komt niet bij het NIVEL. Samengewerkt wordt daarbij met ZorgTTP (de organisatie die ook TTP is voor de belangrijkste partners van NIVEL zoals Vektis, CBS, DIS) die voor het NIVEL programmatuur heeft ontwikkeld, de zogeheten Privacy Verzend Module (PVM). Wat vervolgens moet gebeuren is dat de softwareleveranciers de PVM inbouwen in hun pakket. De pseudonimisering van gegevens verloopt goed binnen NIVEL Zorgregistraties. Alle aanleveringen van diëtisten, logopedisten, oefentherapeuten, fysiotherapeuten en huisartsenposten vinden gepseudonimiseerd plaats. Ook veel leveranciers van huisartsinformatiesystemen maken nu gebruik van de beschikbare pseudonimiseringssoftware. Het beleid om deze leveranciers voortdurend te wijzen op de noodzaak hiervan werpt nu vruchten af. De doelstelling voor 2016 is om pseudonimisering bij alle huisartsinformatiesystemen geïmplementeerd te krijgen. Wij blijven echter afhankelijk van de medewerking van HIS leveranciers. Communicatiefaciliteit Voor onderzoek is het soms nodig om patiënten te vragen deel te nemen aan aanvullend onderzoek. Dit kan alleen via de eigen zorgverlener, doorgaans de huisarts. Dit is van belang voor de koppelingen met het consumentenpanel en het consumentenpanel chronisch zieken (zie ook paragraaf 3.3.2).
19
NIVEL Zorgregistraties faciliteert dit door middel van een communicatiedatabase. Deze communicatiedatabase bevat alleen een pseudoniem en het patiëntnummer waaronder de betreffende patiënt in een bepaalde praktijk bekend is. Dit pseudoniem kan onder voorwaarden - via een trusted third party - worden gekoppeld aan een identifier waarmee via de zorgverlener de betreffende patiënt kan worden achterhaald, voor de huisarts is dit het zogenaamde HIS nummer, het nummer waaronder de betreffende patiënt door de huisarts en binnen de context van het huisartsinformatiesysteem kan worden geïdentificeerd. Buiten de context van het huisartsinformatiesysteem is het HIS-nummer betekenisloos. De communicatiefaciliteit is conceptueel gereed, maar nog niet gebruikt. Voornemens 2016: de communicatiefaciliteit zal in 2016 voor het eerst worden gebruikt bij de koppelingen met consumentenpanel en panel chronisch zieken. Deze ervaring zal worden opgedaan terwijl de communicatiefaciliteit nog binnen de muren van het NIVEL staat. Op de langere termijn is het de bedoeling de communicatiefaciliteit buiten het NIVEL te plaatsen, bij een trusted third party. 3.2.5 Datakwaliteit NIVEL Zorgregistraties maakt gebruik van gegevens die routinematig worden vastgelegd in zorgpraktijken. Deze gegevens worden dus voor een ander doel vastgelegd dan waar ze nu voor worden gebruikt. Dat maakt het noodzakelijk om voor iedere onderzoeksvraag opnieuw te bekijken in hoeverre de gegevens daadwerkelijk geschikt zijn voor het beoogde onderzoeksdoel. In veel gevallen moeten daarvoor selecties gemaakt worden van praktijken die aan bepaalde kwaliteitscriteria voldoen. Sinds 2015 zijn er additionele geautomatiseerde kwaliteitschecks toegevoegd in het proces van de ontvangst en de verwerking van Huisartsen Diensten Structuur en huisartsenpraktijken gegevens (waaronder ook de data die verzameld wordt voor de Surveillance). Hiermee is een grote stap gezet in het voorkomen van data die missen, onvolledig zijn dan wel onbruikbaar zijn voor onderzoek en is er een reductie in het aantal benodigde filters voordat een datasets geschikt is voor onderzoeksdoeleinden. Momenteel wordt er gewerkt aan het realiseren van een staging database voor data van de huisartsenpraktijken. HIS leveranciers die conform de nieuwe extractiespecificaties aanleveren (MIRA, OmniHis, TetraHis, MicroHis verwacht per augustus/september 2015) worden zo ruw mogelijk ingespoeld in een database. Voorheen werden de bestanden direct verwerkt en semantisch geïntegreerd. Door middel van de staging database kunnen analyses met betrekking tot datakwaliteit plaatsvinden en hierover adviezen uitgebracht worden ter verbetering van de data kwaliteit. Binnen NIVEL Zorgregistraties wordt continu gewerkt aan verbetering van de gegevenskwaliteit door het standaard geven van feedback aan praktijken, door middel van de EPDscan (huisartsen) en door voortdurend alert te zijn op het optimaal en adequaat gebruik van de gegevens. Daarnaast draagt NIVEL Zorgregistraties bij aan de gegevensregistratie in zorgpraktijken in het algemeen door landelijk of regionaal initiatieven te ondersteunen of zelf te initiëren op dat terrein (EPDscans, onderzoek effecten variabiliseringsgelden). Documenteren van werk voor overdraagbaarheid is in gang gezet. Indien mogelijk wordt ook met terugwerkende kracht documentatie opgesteld (zoals voor de Surveillance) om continuïteitsrisico’s te beperken en overdraagbaarheid en onderhoudbaarheid te vergroten. Door werkdruk (die nog altijd aan de orde is overigens) is documentatie jaren lang kind van de rekening geweest. Voor nieuwe projecten wordt standaard documentatie opgesteld (zoals een Functioneel Ontwerp, alwaar in 2014 door ICT een template voor ontwikkeld is). Voor documentatie moeten wel de benodigde uren beschikbaar zijn, hier
20
wringt vaak de schoen. Het verdient meer aandacht en tijd dan tot nu toe gebruikelijk is (bij zowel onderzoekers als ICT’ers). Doelstelling 2016 is te blijven werken aan kwaliteitsverbeteringen van de data door optimalisatie van verwerkingsprogrammatuur en verbeteringen in de berekening van uitkomsten. Ook het werken conform de protocollen en werkinstructies van het NIVEL Zorgregistraties Kwaliteitshandboek draagt bij aan de borging van kwaliteit. 3.2.6 Informatiebeveiliging Het wordt steeds belangrijker om aan de buitenwereld te kunnen laten zien dat het NIVEL Zorgregistraties informatiebeveiliging serieus neemt. NEN7510 en ISO27001 Doelstelling is om op korte termijn te gaan voldoen aan NEN7510 en ISO27001. De verwachting is dat dat niet veel moeite zal kosten omdat het NIVEL al een uitgebreid informatiebeveiligingsbeleid heeft en binnen NIVEL Zorgregistraties al vele maatregelen zijn genomen om de privacy te waarborgen. OTAP In het kader van de informatiebeveiliging past ook de invoering van een OTAP (Ontwikkel, Test, Acceptatie en Productie) omgeving voor softwareontwikkeling is in wording. Hardware matig zijn de specificaties opgesteld en worden hiervoor voorzieningen getroffen tijdens de in Q3/Q4 op stapel staande vernieuwing van de NIVEL infrastructuur. NIVEL zet in op gescheiden OT(A) en P omgevingen, zodoende risico’s op incidenten (in de productieomgeving) te minimaliseren en stelt ons beter in staat te testen.
21
3.3 Omvang en samenstelling van deelnemers Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal praktijken dat per september 2015 gegevens over 2014 heeft aangeleverd, het aantal gecontracteerde praktijken en ten slotte het beoogde aantal praktijken dat in 2016 gegevens zal leveren over het jaar 2015.
# praktijken met data over 2014*
gecontracteerde praktijken*
Beoogd aantal praktijken dat levert over 2015
436
516
450
Huisartsenpraktijken peilstations**
38
38
38
Wekelijkse gegevens
323
383
400
Met registratie van verwijzingen via zorgdomein
150
200
200
16
16
16
Huisartsenposten
28
28
30
Fysiotherapie
40
93
70
Oefentherapie
38
61
50
Diëtetiek
42
73
60
Logopedie
0
46
25
Eerstelijnspsychologie***
0
n.v.t.
100
165
185
300
Huisartsenpraktijken Waarvan:
Met patiënten die deelnemen aan consumenten panel
Apotheek**** * **
Stand van zaken in september 2015; Deze praktijken verrichten extra registratie-activiteiten bovenop de routineregistratie en ontvangen hiervoor een vergoeding. *** Tot 2014 zijn gegevens via het LVE-codeboek aangeleverd. Aanlevering van gbGGZ-gegevens is beoogd te verlopen via DIS, het landelijke DBC-informatiesysteem van de NZa. Voorwaarde is wel dat de tijdelijke opschorting van gegevensuitlevering door de NZa wordt opgeheven. **** Via Stichting Farmaceutische Kengetallen.
22
3.3.1 Werving van nieuwe deelnemers Hieronder wordt per discipline beschreven welke acties worden ondernomen om deelnemers te werven. Huisartsenpraktijken Ongeveer 10% van de Nederlandse huisartsenpraktijken levert nu gegevens ten behoeve van NIVEL Zorgregistraties. Dat is voldoende om op landelijk niveau te kunnen rapporteren over het voorkomen van ziekten, zorggebruik en kwaliteit van zorg. Het aantal praktijken hoeft voor dit doel niet te groeien. Het aantal praktijken dat wekelijks gegevens aanlevert zou nog wel mogen groeien voor een voldoende regionale dekking ten behoeve van surveillance onderzoek. Landelijk is de dekking ongeveer 5%, maar in sommige gebieden is dit nog te ver daar onder. Groei van het aantal huisartsenpraktijken is ook nog wenselijk in gebieden waar zich bijzondere onderzoeksmogelijkheden voordoen, zoals experimenten met zelfmanagement of verschillende bekostigingsmodellen. Het aantal peilstationspraktijken zal stabiel rond 40 blijven (50fte). Het feit dat deze praktijken een financiële vergoeding krijgen (naast feedback) staat geen verdere uitbreiding toe binnen het bestaande budget. Dit zijn praktijken die voor bepaalde patiëntencategorieën en/of gezondheidsproblemen iets extra’s doen (vragenlijsten, lichaamsmateriaal). Het aantal praktijken dat gegevens over verwijzingen levert via Zorgdomein zal in 2016 verder groeien. Najaar 2015 krijgen alle praktijken de vraag voorgelegd of ze toestemming willen geven voor het verzamelen van hun verwijsgegevens via zorgdomein. Groei van het aantal huisartsen-deelnemers kan ook nog op een andere manier plaatsvinden. Dit zal echter budget neutraal moeten gebeuren. In toenemende mate wordt in onderzoek gebruik gemaakt van routine zorggegevens, en de expertise van het NIVEL om gegevens te extraheren, semantisch te integreren en beschikbaar te maken voor onderzoek. Dit maakt het NIVEL een aantrekkelijke onderzoekspartner. In zo’n samenwerkingsproject proberen we met deelnemende praktijken af te spreken dat de gegevens ook voor het berekenen van kerncijfers op de website van NIVEL Zorgregistraties mogen worden gebruikt. De ICT en governance van NIVEL Zorgregistraties laat hiervoor voldoende ruimte. In 2016 zullen we dit beleid voortzetten. Eerstelijnspsychologen Tot 2014 was deelname van eerstelijnspsychologen geregeld via hun lidmaatschap van de Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen (LVE). De LVE is eind 2014 echter opgegaan in een nieuwe vereniging, de Landelijke Vereniging van Vrijgevestigde Psychologen en Psychotherapeuten (LVVP). Bovendien zijn er veranderingen in de financiering van de GGZ die gevolgen hebben voor de dataverzameling. Levering via het zogenaamde ‘codeboek’ is hierdoor niet mogelijk voor gegevens vanaf 2014. Gegevens over de generalistische basis-GGZ en de gespecialiseerde GGZ worden verzameld door DIS, het landelijke DBC-informatiesysteem, onderdeel van de NZa. Er wordt regelmatig gesproken met de LVVP en DIS om te borgen dat de gegevens daaruit voor NIVEL Zorgregistraties beschikbaar komen. Tot dusver heeft dat nog niet geleid tot het gewenste resultaat. In 2016 zullen we blijven proberen om via DIS de gewenste gegevens te verkrijgen. Daarnaast zal worden onderzocht of andere bronnen, wellicht tijdelijk, bruikbare gegevens kunnen bieden.
23
Huisartsenposten De wens blijft om meer huisartsendienstenstructuren in NIVEL Zorgregistraties te krijgen, maar omdat prioriteit wordt gegeven aan werving bij andere disciplines, staat actieve werving onder HDSsen in 2016 op een laag pitje. Bovendien is de dekking van de gegevensverzameling onder huisartsenposten al hoog: ongeveer tweederde van de huisartsenposten doet mee. Fysiotherapeuten Het aantal deelnemende fysiotherapeuten is groeiende, maar nog onvoldoende. In 2015 is vooral ingezet op het tot stand brengen van data-aanlevering door ‘slapende’ deelnemers, deelnemers van wie we om uiteenlopende redenen geen data kregen. Dit is ten eerste gedaan door softwareleveranciers te bewegen een extractiemodule te realiseren die aanlevering mogelijk maakt zonder dat dit de therapeut veel moeite hoeft te kosten. Ten tweede is dit gedaan door de ‘slapende deelnemers’ nog meer te ondersteunen bij een eerste gegevensaanlevering. De inzet op het tot stand brengen van dataaanlevering door ‘slapende’ deelnemers is succesvol. Het aandeel deelnemers dat ook daadwerkelijk gegevens aanlevert is flink gestegen. Nu, in september 2015, kunnen ruim 30 ‘slapende deelnemers’ echter nog geen gegevens aanleveren omdat de extractiemodule van een softwareleverancier nog niet goed werkt. Bijna wekelijks is er contact met deze leverancier. Dit contact met deze leverancier wordt, zo nodig, in 2016 voortgezet. Doordat de meeste softwareproblemen nu zijn opgelost en ‘slapende deelnemers’ gegevens zijn gaan aanleveren zal het logistieke team van NIVEL Zorgregistraties zich in 2016 weer meer gaan richten op het includeren van nieuwe praktijken. Tegelijkertijd worden contacten gelegd en uitgebouwd met het KNGF en de Stichting Keurmerk Fysiotherapie (die elk een eigen dataverzameling hebben opgezet), om te zien of gegevens gedeeld kunnen worden. Diëtisten In 2015 zijn geen acties uitgezet om nieuwe deelnemers te werven. Door spontane aanmeldingen is het aantal deelnemende diëtetiekpraktijken evenwel gegroeid. Deze spontane groei lijkt onvoldoende om het beoogde aantal leverende praktijken te kunnen behalen. Daarom worden actieve wervingsacties weer ingezet. Oefentherapeuten Oefentherapiepraktijken melden zich spontaan aan, mede dankzij de promotie van de VvOCM (Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck). Evenals bij de fysiotherapie is in 2015 minder energie gestoken in de werving van oefentherapeuten, want de focus lag bij de praktijken die wel deelnemer zijn, maar om diverse redenen nog geen gegevens aanleverden. In 2016 worden weer wervingsacties uitgezet. Samen met de spontane aanmeldingen moet dit leiden tot het beoogde aantal oefentherapiepraktijken dat gegevens aanlevert. Apotheken In 2014 vond een tweede wervingsronde plaats onder apotheken rondom huisartsen die deelnemen aan NIVEL Zorgregistraties. Werving verloopt via de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK). Daarnaast komt het een enkele keer voor dat een apotheek rond een deelnemende huisarts in NIVEL Zorgregistraties zichzelf aanmeldt. Het aantal deelnemende apotheken is daarmee uitgebreid naar 185. Pogingen om het aantal deelnemende apotheken in de nabijheid van bestaande huisartsenpraktijken te vergroten worden pas hervat als we deelname aantrekkelijker hebben kunnen maken door bijvoorbeeld gecombineerde feedback te kunnen aanbieden, waarin gegevens van zowel huisartsen als apotheken zijn verwerkt. Daarnaast hebben we met een patiëntenpopulatie van zo’n 200.000 patiënten van wie we zowel huisarts- als apotheekgegevens voldoende aantallen om onderzoek naar medicatiegebruik bij 24
veelvoorkomende aandoeningen uit te voeren. In 2016 zal de focus daarom liggen op gebruik van de gegevens van huisarts en apotheek en niet zozeer op werving van nieuwe deelnemers. Begin 2015 is de samenwerking met de SFK voor het verkrijgen van apotheekgegevens geëvalueerd. Deze samenwerking wordt de komende jaren voortgezet, waarbij aanvullende afspraken zijn gemaakt voor efficiënter verloop van de gegevensaanvraagprocedure bij de SFK. Logopedisten Met een startsubsidie heeft het Ministerie van VWS het in 2013 mogelijk gemaakt om de logopedisten aan te haken. De reguliere exploitatie van deze registratie wordt vanaf 2014 gefinancierd door de NVLF. De eerste logopediepraktijken zijn eind 2014 deelnemer geworden, en er is inmiddels een softwareleverancier die extractiesoftware gereed heeft. Enkele praktijken hebben eind 2015 een eerste aanlevering gedaan. In 2016 zullen we andere softwareleveranciers ondersteunen bij het realiseren van een werkende extractiemodule. Deelnemers die gebruik maken van software met een werkende extractiemodule gaan we helpen bij het aanleveren van gegevens. Daarnaast worden activiteiten gericht op het werven van nieuwe deelnemers . Wijkverpleging De wijkverpleging is sinds begin 2015 weer terug in de eerstelijns curatieve zorg. Hoe dit in de praktijk gestalte gaat krijgen is een belangrijk onderwerp van studie. Ook in de wijkverpleging worden gegevens geregistreerd die voor onderzoeksdoeleinden geschikt kunnen worden gemaakt. In 2015 heeft VWS ons plan voor een pilotstudie voor het opzetten van een registratienetwerk gehonoreerd. In 2016 wordt deze pilotstudie uitgevoerd die mogelijk op termijn kan uitmonden in structurele opname van de wijkverpleging in NIVEL Zorgregistraties. Andere disciplines Ook andere disciplines hebben belangstelling getoond voor deelname aan NIVEL Zorgregistraties, zoals de Ergotherapie en Optometrie. In de loop van 2016 zal blijken in hoeverre het mogelijk is om nieuwe disciplines te laten aansluiten. 3.3.2 Overlap en koppelingen Eén van de belangrijkste kenmerken van NIVEL Zorgregistraties is de mogelijkheid van het combineren van gegevens uit verschillende bronnen door middel van sleutelvariabelen met elkaar en met andere databases (bijvoorbeeld ziekenhuiszorg, DBCs, CBS gegevens). Individuele maar anonieme patiënten zijn daarmee door de zorg te volgen. Hieronder gaan we meer in detail in op de voorgenomen activiteiten in 2016. Koppelingen binnen NIVEL Zorgregistraties In theorie is koppeling mogelijk tussen alle disciplines die betrokken zijn in NIVEL Zorgregistraties. Echter de onderlinge overlap in termen van patiëntpopulaties is nog niet altijd groot genoeg om dit zinvol te kunnen doen. Dit is mogelijk voor wat betreft huisartsenpraktijken aan de ene kant en de huisartsenposten en apotheken aan de andere kant. Ruim de helft van de patiëntenpopulatie van de deelnemende huisartsen woont in een gebied dat wordt bestreken door één van de deelnemende huisartsenposten. Gekoppelde gegevens van huisartsenpraktijken en huisartsenposten zijn er van ongeveer 800.000 patiënten. Gekoppelde gegevens van huisartspraktijken en apotheken hebben betrekking op ten minste 200.000 patiënten.
25
De koppeling tussen huisartsenpraktijken en eerstelijnspsychologen omvatte in 2013 nog ruim 3500 patiënten. Echter, de gegevenslevering door eerstelijnspsychologen is in 2014 volledig tot stilstand gekomen (zie elders in dit werkplan). De via DIS beoogde nieuwe route van de gegevens van eerstelijnspsychologen stond gepland om in 2016 te realiseren. In het najaar van 2015 bleek echter dat het niet waarschijnlijk is dat gegevens via deze weg beschikbaar zullen komen. De overlap tussen huisartsenpraktijken en diëtisten groeit. Over 2013 en 2014 samen participeerden echter nog onvoldoende diëtetiekpraktijken met patiënten die ook in de gegevens van de huisartsenpraktijken voorkwamen om deze overlap te beschrijven. Hoewel het aantal patiënten waarover diëtetiekgegevens beschikbaar zijn sterk groeit is de verwachting dat pas in 2017 bruikbare koppelingen gemaakt kunnen worden. Ook voor de andere paramedische disciplines stijgt het aantal patiënten in NIVEL Zorgregistraties, maar we verwachten dat de overlap met de huisartsengegevens nog te gering is om in 2016 voor onderzoek te kunnen gebruiken. Patiëntenperspectief: NIVEL Patiëntenpanels NIVEL Zorgregistraties richt zich op gegevens die door zorgprofessionals worden geregistreerd. Dat levert inzicht in de zorg die geleverd wordt, gezondheidsproblemen en kwaliteit van zorg. Het patiëntenperspectief ontbreekt hierin. Het NIVEL beheert echter ook een aantal patiënten en consumentenpanels die juist in die informatie voorzien. Deze zullen in 2016 verder worden geïntegreerd. In 2013 is al een start gemaakt met het werven van deelnemers van het Consumentenpanel van het NIVEL. Het Consumentenpanel is een landelijk representatief panel van circa 6000 personen van 18 jaar en ouder dat periodiek wordt bevraagd over alle aspecten van onze gezondheidszorg. Door patiënten binnen NIVEL Zorgregistraties te werven wordt het mogelijk om de door de zorgverlener geregistreerde gegevens te koppelen aan patiëntervaringen. Gezien het steeds belangrijker worden van de positie van de patiënt (denk aan zelfmanagement en patiënt reported outcome measures) is dat strategisch van belang. In de afgelopen jaren zijn succesvol patiënten geworven voor het consumentenpanel vanuit huisartspraktijken die deelnemen aan NIVEL Zorgregistraties. Op dit moment gaat het om 4800 patiënten, uit 16 praktijken van wie er 3200 ook toestemming hebben gegeven voor koppeling van hun gegevens aan NIVEL Zorgregistraties-data. In 2016 willen we dat verder uitbreiden. Dit kan echter alleen met aanvullende financiering. In 2015 wordt een begin gemaakt met een koppeling aan het NPCG, het chronisch zieken panel, dat het NIVEL beheert. Daarbij worden patiënten op basis van bepaalde kenmerken in de database gemerkt. Deze worden vervolgens, via de huisartsenpraktijk gevraagd om deel te nemen aan dit panel. De genoemde koppelingen zijn van groot belang voor de voorgenomen Nationale Studie van de eerste lijn, waarin het patiëntenperspectief, het zorgaanbiedersperspectief en het zorggebruikperspectief samen moeten komen. Zorgaanbiedersperspectief: Koppeling met de beroepenregistraties De beroepenregistraties van het NIVEL voorziet al vele jaren in informatie over het zorgaanbod. Deze database wordt bijvoorbeeld gebruikt voor het maken van beroepskrachtenramingen en bevat onder andere informatie over praktijkvorm en bezetting van alle huisartsenpraktijken in Nederland. Koppeling tussen NIVEL Zorgregistraties en de beroepenregistraties heeft veel voordelen, maar kon niet tot eerder tot stand worden gebracht wegens verschillen in definitie van het begrip ‘praktijk’. In 2015 zijn deze problemen opgelost. In 2016 kunnen we dus ook onderzoeksprojecten faciliteren waarbij gedetailleerde informatie over het zorgaanbod nodig is.
26
Dit is bijvoorbeeld het geval met het eerder genoemde onderzoek naar differentiatie van het inschrijftarief huisartsen. Ook als de Nationale Studie van de eerstelijn doorgang vindt, zal deze koppeling nuttig zijn.
3.4 Governance Voor NIVEL Zorgregistraties is in 2014 een governance structuur opgezet, waarmee wordt geregeld wie beslissen over het gebruik van de gegevens. Deze leunt zwaar op de koepel- en beroepsorganisaties. Deelnemers delegeren beslissingen over het gebruik van de gegevens aan vertegenwoordigers van deze organisaties. De governance structuur is vastgelegd in het governance document, dat te vinden is op de website van NIVEL Zorgregistraties. Daarin is op globaal niveau vastgelegd hoe Kamers, Stuurgroep, Adviesraad en Privacycommissie met elkaar interacteren. In 2014 en 2015 zijn de eerste ervaringen opgedaan met de governance structuur en is de structuur verder concreet ingevuld. Momenteel vindt een evaluatie plaats van de governance structuur. De uitkomsten hiervan zijn nu nog onvoldoende duidelijk om eventuele implicaties te beschrijven.
3.5 Feedback Via een beveiligd webportal ontvangen alle deelnemers aan NIVEL Zorgregistraties zogenaamde feedback, aan de hand waarvan zij zich onderling kunnen vergelijken. Dit is voor veel zorgverleners een belangrijke reden om deel te nemen. Ze kunnen de cijfers bijvoorbeeld gebruiken voor hun jaarverslag. Feedback aan apotheken wordt gemaakt en geleverd door Stichting Farmaceutische Kengetallen. Dit valt daarom buiten dit werkplan. In 2014 en 2015 is er gewerkt aan volledige inhoudelijke vernieuwing van de huisartsen feedback. Deze omvat nu de onderdelen NHG Jaarverslag, productiecijfers, EPD-scan en kwaliteitsindicatoren. Onder de motorkap zijn veel vernieuwingen doorgevoerd, waardoor de feedback bedrijfszekerder is, betrouwbaarder en ook sneller geleverd kan worden. In 2015 is de feedback voor huisartsen en huisartsenposten geleverd op 1 april, dat is vroeger dan ooit. Dit was een beleidsvoornemen van eerdere jaren. Het is in 2015 nog niet gelukt om de vernieuwingen die bij de huisartsen en huisartsenposten zijn doorgevoerd, ook door te voeren bij de andere disciplines. In 2015 heeft een pilotstudie plaatsgevonden waarbij huisartsenpraktijken het zorggebruik in hun eigen praktijk konden vergelijken met het verwachte zorggebruik in het gebied waarin zij werkzaam waren. Het gaat hierbij om een combinatie van de ROS wijkscan en de feedback van NIVEL Zorgregistraties. Deze pilot verliep goed en zal in 2016 leiden tot verdere samenwerking. Enkele andere voornemens zijn in 2015 nog niet zo goed uit de verf gekomen, zoals vervaardigen van feedback voor al dan niet multidisciplinaire groepen van zorgverleners. Dit blijkt zonder aanvullende financiering maar in beperkte mate te realiseren. Wel zien we bij verschillende gezondheidscentra een toenemende behoefte aan informatie over ‘de zorgketen’. Door koppeling van gegevens binnen NIVEL Zorgregistraties is het mogelijk om op lokaal niveau antwoord te geven op de vraag: Hoeveel patiënten in mijn gezondheidscentrum zien een fysiotherapeut, gaan naar de huisartsenpost, en worden verwezen naar de tweede lijn? Uitbreiding van de feedback met deze informatie zal echter apart gefinancierd moeten worden. Voornemen is om via lokale ontwikkelings- en onderzoeksprojecten deze uitbreiding tot stand te brengen. Financiering hiervoor zal buiten de begroting van NIVEL Zorgregistraties gerealiseerd moeten worden.
27
4 Conclusie en beleidsvoornemens Binnen de reguliere VWS financiering zal NIVEL Zorgregistraties in 2016 zich – naast de projectverplichtingen genoemd in paragraaf 1.3 - richten op onderstaande activiteiten. Deze activiteiten richten zich op a) het in stand houden van de infrastructuur, zodanig dat kan worden voldaan aan de informatiebehoefte en de behoefte aan gegevens voor onderzoek en b) het in stand houden van een informatievoorziening met kerncijfers over gezondheid en zorg via de website van NIVEL Zorgregistraties.
Website o Verbetering gebruiksvriendelijkheid website. o Actualisering kerncijfers. o Verbeteringen in rapportage over farmaceutische zorg. o Basis GGZ (huisartsen-GGZ) opnemen onder kopje ‘psychische zorg’ o Meer inzoomen op doorsneden zorggebruik specifieke aandoeningen (de 30 aandoeningen van het ‘jaar van de transparantie’) en bevolkingsgroepen (jeugd, ouderen). o Uitbreiding van het aantal aandoeningen waarover wekelijks gerapporteerd wordt voor de surveillance van infectieziekten. Infrastructuur: o Data: Verkrijgen van gegevens generalistische basis-GGZ; Uitbreiding deelnemers paramedici; Uitbreiding surveillance praktijken in bepaalde regio’s. Koppelingen met patiëntenpanels uitbreiden; Uitbreiding wekelijkse gegevensstroom in gebieden met onderrapportage; Verder uitbouwen verwijsgegevens via Zorgdomein; Verkennen van mogelijkheden voor dagelijkse extracties ten behoeve van surveillance. o Privacy en informatiebeveiliging Opzetten van opt-out register; Verdere uitbreiding pseudonimisering aan de bron bij huisartsinformatiesystemen; Certificering NEN en ISO. o Inhoudelijk bijdragen aan eenduidigheid van kengetallen op basis van routine zorgdata via samenwerking en overleg met relevante partijen: Landelijk Overleg Huisartsenregistraties (LOHR), interuniversitair overleg huisartsennetwerken (IOH-N); Bijdragen aan standaardisatie berekening “kwaliteitsindicatoren op basis van routine zorgdata” via samenwerking met Zorginstituut/kwaliteitsinstituut; Morbiditeitsconsortium RIVM; Community of data experts en informatieberaad van VWS/RIVM.
Met extra financiering:
Infrastructureel: o Uitbreiding met gegevens wijkverpleging; o Uitbreiding huisartsenpostendata met triage-gegevens; 28
o Verder ontwikkeling van de feedback. Onderzoek: o Onderzoek naar substitutie, transities, en nieuwe bekostigingsmodellen.
29
5 Bijlagen 5.1 Een stukje geschiedenis: Van monodisciplinaire zorgregistraties naar één multidisciplinaire zorgregistratie Routinematig in de zorg vastgelegde gegevens vormen de basis van NIVEL Zorgregistraties. Het NIVEL kent een lange traditie in het gebruik van dit type gegevens. Eigenlijk begon de geschiedenis in 1970, met de continue morbiditeitsregistratie (CMR) Peilstations, waarbij huisartsenpraktijken door middel van papieren turflijsten registreerden hoe vaak patiënten specifieke aandoeningen (zoals de griep, euthanasieverzoeken) in de huisartsenpraktijk presenteerden. Daarna volgde in 1987/1988 de Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartsenpraktijk, waarin huisartsenpraktijken gedurende een beperkte periode consulten, verwijzingen, en geneesmiddelvoorschriften op papier vastlegden.
In 1992 werd een begin gemaakt met het gebruik van elektronische routinematig vastgelegde gegevens, met de oprichting van het Landelijk InformatieNetwerk Huisartsenzorg (LINH). Aanvankelijk werden alleen verwijzingen geregistreerd, maar uiteindelijk omvatte het ook de registratie van geneesmiddelenvoorschriften en alle in de huisartsenpraktijk geregistreerde morbiditeit. In 2001 vormde LINH de basis voor de Tweede Nationale Studie naar Ziekten en Verrichtingen in de huisartsenpraktijk. In de periode daarna werd gestart met een soortgelijke registratie bij fysiotherapeuten, oefentherapeuten Cesar/Mensendieck en diëtisten (Landelijke Informatievoorziening Paramedische Zorg; LIPZ), eerstelijnspsychologen (Landelijk Informatienetwerk Eerstelijnspsychologen; LINEP) en een pilotstudie met gegevens van de huisartsenpost (LINHAP). Naast LINH bleven de Peilstations noodzakelijk om specifieke gegevens die niet routinematig worden vastgelegd te registreren. Rond 2008 schakelden de Peilstations over op elektronische registratie conform LINH methodiek met de mogelijkheid om ICPC-getriggerd korte elektronische vragenlijsten af te nemen of de vraag te stellen een vragenlijst aan patiënten uit te reiken. De hierboven genoemde gegevensverzamelingen waren decennialang een rijke en veelgebruikte bron van informatie voor onderzoek en beleid. Alleen al uit LINH vloeiden honderden publicaties voort. Bovengenoemde initiatieven waren allemaal geconcentreerd op één zorgdiscipline. De afgelopen jaren bleek echter dat dit niet meer voldoende informatie opleverde voor beleid. De wisselwerking tussen huisartsenpost en huisartsenpraktijk kon niet goed worden geanalyseerd, de invloed van directe toegang tot paramedische zorg op het gebruik van zorg in de huisartsenpraktijk kon niet goed worden gemonitord; de opkomst van ketenzorginitiatieven maakte een multidisciplinaire benadering noodzakelijk. En bovendien bleken de mogelijkheden van routinematig verzamelde gegevens sterk toe te nemen door een grotere omvang en betere kwaliteit van de registratie. Dit alles was aanleiding voor een reorganisatie van de dataverzameling, waarbij koppeling van gegevens op patiëntniveau mogelijk zou worden, uiteraard met inachtneming van de privacywetgeving, zodat het pad van patiënten 'door de zorg' kon worden gevolgd. Dit is met een tijdelijke financiële investering van het ministerie van VWS gerealiseerd. Het resultaat is NIVEL Zorgregistraties eerste lijn. Na een aanloopfase van enkele jaren is per 1 januari 2014 de structurele fase van NIVEL Zorgregistraties ingegaan. 30
5.2 Overzicht gegevensaanvragen 2014-2015 5.2.1 Gegevensaanvragen 2014 Nummer Datum Organisatie ontvangen
Titel
Type data
NZR00314.001
28-jan-14 Erasmus Universiteit Rotterdam
Economische evaluatie van de optimum continence service specificatie
Huisartsen
NZR00314.002
24-jan-14 Stichting Koel
Project Cardiologie substitutie
Huisartsen
NZR00314.003
De vraag naar MDLartsen 16-jan-14 Gezondheidsraad ADHD Advies 3-feb-14 Erasmus MC Stepped care for skin cancer 10-feb-14 NIVEL/ Antibiotics in children: Universiteit guideline adherence and Utrecht primary non-adherence
Huisartsen
NZR00314.008
10-feb-14 NIVEL/RIVM
Evaluatie twee pakketmaatregelen (Benzodiazepines en Acetylcysteine)
Huisartsen
NZR00314.009
12-feb-14 NKI
Long-term risk of diabetes Huisartsen mellitus after Hodgkin lymphoma
NZR00314.010
12-feb-14 NIVEL
GP care for adults and children with LBP
Huisartsen
NZR00314.011
17-feb-14 NIVEL TRANSFoRm project
Huisartsen
NZR00314.012
21-feb-14 NIVEL TRANSFoRm project
Evaluatie TRANSFoRm: gebruik van routinematig verzamelde gegevens uit huisartsenpraktijken voor patiënten werving (1) Evaluatie TRANSFoRm: gebruik van routinematig verzamelde gegevens uit huisartsenpraktijken voor patiënten werving (2) Onderzoek rond de invoering Basis GGZ
Huisartsen en eerstelijnspsychologen
NZR00314.005 NZR00314.006 NZR00314.007
NZR00314.013
dec-13 NIVEL
7-mrt-14 NIVEL
Huisartsen Huisartsen Huisartsen en apotheken
Huisartsen
NZR00314.014
25-feb-14 NIVEL - VAAM VAAM (Vraag Aanbod Analyse Monitor)
Huisartsen, paramedici eerstelijnspsychologen
NZR00314.015
26-feb-14 Julius Centrum
Huisartsen
Antibioticagebruik kinderen
31
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie
NZR00314.016
20-mrt-14 Caransscoop
NZR00314.017
14-mrt-14 GGD Amsterdam
NZR00314.018
17-mrt-14 NHG
Titel
Type data
HIS koppeling ROS Huisartsen Wijkscan Rotterdam-Amsterdam: Huisartsen Ruimtelijk Onderzoek voor betere Advisering op het gebied van Milieu en gezondheid (ROAM). Antibioticagebruik bij Huisartsen acute keelpijn Does adherence to drug Huisartsen treatment depends on the organisation of care by the general practitioner and pharmacy?
NZR00314.019
1-apr-14 Universiteit Utrecht en NIVEL
NZR00314.020
4-apr-14 NIVEL
NZR00314.022
14-apr-14 NIVEL
NZR00314.023
15-apr-14 IVM
Voorschrijfgegevens t.b.v. Huisartsen handboek aposWerken met cijfers in het FTapos
NZR003.14.026
17-apr-14 NIVEL
Patiënt- and treatment characteristics of patients visiting a physiotherapist due to knee or ankle complaints
Fysiotherapeuten
NZR003.14.027
9-mei-14 NIVEL
Eerstelijn en infectieziektebestrijding
Huisartsen
Veehouderij & gezondheid Hittegolven & huisartsenconsulten
Huisartsen en huisartsenposten Huisartsen en huisartsenposten
NZR003.14.028 27-mei-14
NHG
Prevalentie traumatisch hoofdletsel op de hap
Huisartsenposten
NZR003.14.029 6-jun-14 NZR003.14.030 6-jun-14
AMC RIVM
Incidentie-trend dementie Aanvraag incidentie waterpokken en gordelroos i.v.m. jaarlijkse RVP-rapport
Huisartsen Huisartsen
NZR003.14.032 24-jun-14
NIVEL
Consumentenperspectief en hun zorggebruik
Huisartsen
NZR003.14.033 30-jun-14
NHG
cijfers oogheelkundige klachten bij de huisarts
Huisartsen
32
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie
Titel
Type data
NZR003.14.034 21-jul-14
NIVEL
Meerjarige monitoring van GGZ hulpvragen en verwijzingen
Huisartsen
NZR003.14.035 21-jul-14
Universiteit Maastricht
POH-GGZ detectie alcohol en drugs
Huisartsen
NZR003.14.036 24-jul-14
NIVEL
Patiënt ervaring in relatie tot zorginhoud in de fysiotherapiepraktijk
Fysiotherapeuten
NZR003.14.037 28-jul-14
NIVEL
Surveillance 2013
Huisartsen
NZR003.14.038 18-aug-14
RIVM/LUMC
Huisartsen
NZR003.14.039 18-aug-14
NIVEL
Lyme ziekte in de eerste lijn Maagzuurremmers: gevolgen van veranderingen in de vergoeding
NZR003.14.040 21-aug-14
RIVM
The individual level use of Huisartsen en antibiotics and the apotheken emergence of resistance
NZR003.14.041 1-sep-14
Alterra
Vitamin G revisited: distinguishing between types of local greenery
Huisartsen
NZR003.14.044 22-okt-14
RIVM
Ziektelast van ongunstige arbeidsomstandigheden
Huisartsen
NZR003.14.045 29-okt-14
Reade, centrum voor revalidatie en reumatologie
Musculoskeletale klachten, infecties en comorbiditeiten in huisartspraktijk registraties als predictor voor het ontstaan van reumatoïde artritis
Huisartsen
NZR003.14.046 24-okt-14
Novivex
Geïndiceerde preventieve Huisartsen vaccinatie bij hoog risicopatiënten op een pneumokokkenpneumonie in de Nederlandse huisartspraktijken
NZR003.14.047 4-nov-14
NIVEL
NZR003.14.048 13-nov-14
UMCU
Ambities van de huisartsen Joke Korevaar
Huisartsen
Huisartsen Fysiotherapeuten
33
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie
Titel
Type data
NZR003.14.050 17-nov-14
NIVEL
Haalbaarheidsonderzoek binnen NIVEL Zorgregistraties
HA en SFK
NZR003.14.051 21-nov-14
IQ Healthcare
Zorgconsumptie op de huisartsenpost van patiënten uit achterstandswijken
HA en HAP
NZR003.14.052
iMBG
03-12-14
16-dec-14
NIVEL
Huisartsen Mogelijkheden voor verbetering van het risicovereveningssysteem in de Zorgverzekeringswet.
HA en HAP
NZR003.14.053 Leidt terughoudend voorschrijven van antibiotica tot meer contacten met de huisartsenpost?
Peilstationrubrieken NZR003.HAG-084/1 NZR003.HAG-084/2 NZR003.HAG-084/3 NZR003.HAG-084/4
Rubriek GGD IJsselland
EPR
Huisartsen
RIVM
SOA
Huisartsen
RIVM
HIV-onderzoek
Huisartsen
VU Kinkhoest
Levenseinde Kinkhoest
Huisartsen Huisartsen
RIVM RIVM NIVEL, RIVM, Erasmus Parnassia RIVM NIVEL NIVEL NIVEL
Gastro-enteritis Pneumonie Griep
Huisartsen Huisartsen Huisartsen
Eetstoornissen Urineweginfecties Suïcide(poging) Palliatieve sedatie Euthanasieverzoek
Huisartsen Huisartsen Huisartsen Huisartsen Huisartsen
5.2.2 Gegevensaanvragen 2015 In 2015 zijn er 59 gegevensaanvragen ingediend. Hiervan zijn 57 aanvragen door het aansturingsteam van NIVEL Zorgregistraties goedgekeurd. Van deze 57 aanvragen zijn 9 aanvragen niet doorgegaan om verscheidene redenen. In drie van de gevallen werden de kosten te hoog gevonden. Tweemaal heeft een aanvrager er uiteindelijk voor een andere onderzoeksdatabase gekozen. Driemaal bleek NZR 34
data toch niet geschikt voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag (gewenste jaren niet beschikbaar, geen valide gegevens of niet vergelijkbaar met andere data). Eenmaal kwam het voor dat de aanvrager niks meer van zich heeft laten horen. Een uitgebreide evaluatie van gegevensaanvragen zal begin 2016 plaats vinden. Overzicht lopende en gehonoreerde aanvragen Nummer
Datum ontvangen
Organisatie aanvrager
Titel
Type data
NZR.003.15.001
12-1-2015
RIVM
Soa/hiv surveillance in Nederland, jaarrapport 2014
Huisartsen
NZR-003.15.002
15-1-2015
NIVEL
Urban neighbourhoods and health:
Huisartsen
NZR-003.15.003
15-1-2015
NIVEL
Monitor psychische hulpvraag 2014 c.q. POHGGZ: substitutie of nieuwe markt?
Huisartsen
NZR-003.15.004
20-1-2015
WODC
De integratie op lange termijn van asielmigranten
Huisartsen
NZR-003.15.005
1-1-2015
RIVM
Surveillance NIVEL - RIVM
Huisartsen
NZR-003.15.006
21-1-2015
Regionale Huisartsenpost Zutphen
Meetperiode Acute zorg
Huisartsenposten
NZR-003.15.007
26-1-2015
RIVM
Aanvullende analyse schaduwmonitor
Huisartsen
NZR-003.15.009
23-1-2015
NIVEL
Werkplan Surveillance en Peilstations
Huisartsen
NZR-003.15.012
9-2-2015
Universiteit Twente
Het effect van (point-of-care) diagnostiek in de 1e lijn op de behandeling en doorverwijzing naar de 2e lijn.
Huisartsen
35
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie aanvrager
Titel
Type data
NZR-003.15.015
11-2-2015
AMC
Diabetische wonden in de Nederlandse huisartsenpraktijk
Huisartsen
NZR-003.15.016
12-2-2015
UMCG/NIVEL
Consequences of polypharmacy and comorbidity on adherence of older depressed patients in general practice
Huisartsen en Apotheken
NZR-003.15.020
10-3-2015
NIVEL
Monitoring pilot Huisarts en Jeugdzorg, Gorinchem
Huisartsen
NZR-003.15.022
10-3-2015
NIVEL
Suïcide pogingen op de hap
Huisartsenposten
NZR-003.15.023
20-3-2015
IVM
Handboek werken met cijfers in het FTO
Huisartsen
NZR-003.15.024
20-3-2015
NIVEL
Vervolgstudie medicatieveiligheid (HARM project)
Huisartsen Huisartsenposten en Apotheken
NZR-003.15.025
24-3-2015
The influence of gender concordance on prescribing behavior
Huisartsen
NZR-003.15.026
24-3-2015
Afdeling Sociale Geneeskunde, AMC, Universiteit van Amsterdam NIVEL
Medicatiegebruik bij multimorbiditeit
Huisartsen
NZR-003.15.027
24-3-2015
RIVM
1. Aanvraag incidentie waterpokken en gordelroos i.v.m. jaarlijkse RVP-rapport
Huisartsen
2. Burden of infectious diseases in elderly.
Huisartsen
Predictors of mental health related quality of life among prostate cancer survivors and an age matched non-pc norm group Integrated Monitoring of Vaccines Effects in Europe (I-MOVE+)
Huisartsen
NZR-003.15.028
25-3-2015
UMC Utrecht
NZR-003.15.029
31-3-2015
NIVEL
Huisartsen
36
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie aanvrager
Titel
Type data
NZR-003.15.030
3-4-2015
RIVM
Acute zorg (op de website volksgezondheidenzorg.info)
Huisartsenposten
NZR-003.15.031
31-3-2015
NIVEL
Griepvaccinatiegraad 2014
Huisartsen
NZR-003.15.032
9-4-2015
Universiteit Utrecht & Arbeid, Milieu en NIVEL Gezondheid Onderzoek (AMIGO)
Huisartsen
NZR-003.15.033
16-4-2015
NHG
Morbiditeit NHG
Huisartsen
NZR-003.15.034
22-4-2015
Huisartsen Cooperatie Deventer en Omstreken (HDCO)
Aanvullende feedback cijfers ha zorg - 12 ATC codes
Huisartsen
NZR-003.15.035
4-6-2015
NIVEL
Inzicht op zorgmijden
Huisartsen
NZR-003.15.036
29-4-2015
RIVM
Bemonsteringsproces IAZ patiënten in de NIVEL Peilstations
Huisartsen Peilstations
NZR-003.15.037
30-4-2015
Erasmus MC
Atopische ziekte
Huisartsen
NZR-003.15.039
13-5-2015
RIVM
Construction of a determinant-disease population for impact calculations and policy support (DEDIPOP)
Huisartsen
NZR-003.15.040
13-5-2015
RIVM Centrum Immunologie van Infectieziekten en Vaccins
Werving van kandidaat deelnemers (alle leeftijden) voor de Immfact studie bij het RIVM
Huisartsen
NZR-003.15.041
8-6-2015
NIVEL
Improving mental health services in general practice/primary care
Huisartsen
NZR-003.15.042
9-6-2015
Radboud University Medical Centre
Huisartsgeneeskundig seksuologisch handelen bij vrouwen met candida
Huisartsen
NZR-003.15.043
10-6-2015
RIVM
Associatie van influenza met morbidity and mortality
Huisartsen
37
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie aanvrager
Titel
Type data
NZR-003.15.044
12-6-2015
NIVEL
Identificeren van oudere patiënten voor een medicatiebeoordeling op basis van routine zorggegevens van de huisarts
Huisartsen
NZR-003.15.045
12-6-2015
Erasmus MC
Oorzaken, voorkomen, behandeling en gevolgen van veel voorkomende aandoeningen bij kinderen in de eerste lijn
Huisartsen
NZR-003.15.046
15-6-2015
UMCG
Osgood Schlatter in de huisartspraktijk
Huisartsen
NZR-003.15.047
15-6-2015
LUMC
Is er een verband tussen het toenemend gebruik van voorlichtingen site Thuisarts.nl en het gebruik van eerstelijnszorg?
Huisartsen
NZR-003.15.048
19-6-2015
NIVEL
Zorgzwaarte in de huisartsenpraktijk
Huisartsen
NZR-003.15.049
30-6-2015
NIVEL
Rapid Risk Assessment Zoönosen
Huisartsen
NZR-003.15.050
6-7-2015
NIVEL
Routinematig vastgelegde zorggegevens in de huisartsenpraktijk als bron voor kwaliteitsinformatie
Huisartsen
NZR-003.15.051
17-7-2015
NIVEL
Wijziging LINH gegevensaanvraag uit 2012: BMI-COPD (zie bijlage 2 en 3)
Huisartsen
NZR-003.15.052
23-7-2015
Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid
(Proactieve) coping en maatschappelijke uitkomsten
Nationale Studie 2
NZR-003.15.053
23-7-2015
Alzheimer Nederland
Prevalentiecijfers dementie, van huisartsenregistratie
Huisartsen
NZR-003.15.054
14-8-2015
NIVEL
Ambulance spoedritten in de regio Zuid-Holland Zuid
Huisartsenposten
38
Nummer
Datum ontvangen
Organisatie aanvrager
Titel
Type data
NZR-003.15.055
24-8-2015
NIVEL
Registratie van bijwerkingen in de huisartsenpraktijk
Huisartsen
Vóórkomen en behandeling van brandwonden in de eerste lijn
Huisartsen
Aanvullende gegevensverzameling onder peilstationhuisartsen in het kader van de rubriek levenseinde
Huisartsen Peilstations
NZR-003.15.056
NZR-003.15.057
25-8-2015 NIVEL
31-8-2015 Vumc
Huisartsenposten
39
5.3 Overzicht publicaties 2014-2015 5.3.1 • •
• • • • • • • • • • •
•
•
• •
• • • • •
Rapporten en factsheets NIVEL Zorgregistraties eerste lijn: website. www.nivel.nl: NIVEL, 2014. Aar, F. van, Koedijk, F.D.H., Broek, I.V.F. van den, Coul, E.L.M. Op de, Soetens, L.C., Woestenberg, P.J., Heijne, J.C.M., Sighem, A.I. van, Nielen, M.M.J., Benthem, B.H.B. van. Sexually transmitted infections, including HIV, in the Netherlands in 2013. Bilthoven: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, 2014. D.J. Barten, L. Verberne, L. Koppes. Zorg door de oefentherapeut: jaarcijfers 2013 en trendcijfers 2009-2013. www.nivel.nl, 2015, 33 p. D.J. Barten, L. Verberne, L. Koppes. Zorg door de fysiotherapeut: jaarcijfers 2013 en trendcijfers 20092013. www.nivel.nl, 2015, 31 p. Donker, G.A. Continue Morbiditeits Registratie Peilstations Nederland 2012. www.nivel.nl: NIVEL, 2013. Donker, G.A. Continuous Morbidity Registration Dutch Sentinel General Practice Network 2012. www.nivel.nl: NIVEL, 2014. Donker, G.A. NIVEL Zorgregistraties eerste lijn – Peilstations 2013. www.nivel.nl: NIVEL, 2014. G.A. Donker. NIVEL Primary Care Database - Sentinel Practices 2013. www.nivel.nl, 2015, 179 p. Flinterman, L., Hek, K., Korevaar, J., Dijk, L. van. Maagzuurremmers: gevolgen van de veranderingen in de vergoeding. Utrecht: NIVEL, 2014. L.E. Flinterman, D.H. de Bakker, R.A. Verheij. Differentiatie inschrijftarief huisartsenzorg. Deel 1: evaluatie van de huidige differentiatie van het inschrijftarief. Utrecht, 2015, 46 p. D. van Hassel, J. Korevaar, R. Batenburg, F. Schellevis. De Toekomstvisie Huisartsenzorg 2022, waar staat de huisartsenzorg anno 2014? Utrecht, 2015, 84 p. T. Jansen, L.L. Koppes, M. Reitsma-van Rooijen, R. Verheij. Elektronische gegevensuitwisseling in de zorg: ervaringen en opvattingen van zorgverleners en zorggebruikers. Utrecht, 2015, 56 p. Jong, J.C. de, Donker, G.A., Meijer, A., Lange, M.M.A. de, Hoek, W. van der, Rimmelzwaan, G.F., Osterhaus, A.D.M.E. Summary report of the influenza activity in the Netherlands in the 2013/2014 season, report of September 2014. Rotterdam/Bilthoven/Utrecht: Erasmus MC, Viroscience lab, RIVM, NIVEL, 2014. Jong, J.C. de, Rimmelzwaan, G.F., Meijer, A., Donker, G.A., Lange, M.M.A. de, Hoek, W. van der, Osterhaus, A.D.M.E. Summary report of the influenza activity in the Netherlands in the 2013/14 season, report of February 2014. Rotterdam/Bilthoven/Utrecht: Erasmus MC, Viroscience lab, RIVM, NIVEL, 2014. A.A.M. van Oeffelen, F. van Aar, I.V.F. van den Broek, E.L.M. Op de Coul, P.J. Woestenberg, J.C.M. Heijne, C. den Daas, S.H.I. Hofstraat, A.I. van Sighem, M.M.J. Nielen, B.H.B. van Benthem. Sexually transmitted infections, including HIV, in the Netherlands in 2014. Bilthoven, 2015, 188 p. M. Prins, K. Hek, L. Verberne, M. Nielen, G. Opperhuizen, R. Verheij. Zorg door de huisarts: Jaarcijfers 2014 en trendcijfers 2010-2014. www.nivel.nl, 2015, p. Soetens, L.C., Koedijk, F.D.H., Vriend, H.J., Coul, E.L.M. Op de, Aar, F. van, Sighem, A.I. van, Stirbu-Wagner, I., Benthem, B.H.B. van. Sexually transmitted infections, including HIV, in the Netherlands in 2012. Bilthoven: RIVM, 2013. Tol, J., Swinkels, I., Koppes, L. Zorg door de diëtist: jaarcijfers 2013 en trendcijfers 2009-2013. www.nivel.nl: NIVEL, 2014. Verberne, L.D.M., Swinkels, I.C.S., Veenhof, C. Logopedische zorg in kaart gebracht: jaarcijfers 2012 en trendcijfers 2008-2012. www.nivel.nl: NIVEL, 2014. 22 p. Verberne, L.D.M., Swinkels, I.C.S., Veenhof, C. Logopedische zorg in kaart gebracht: jaarcijfers 2012 en trendcijfers 2008-2012. www.nivel.nl: NIVEL, 2014. L. Verberne, L. Koppes. Zorg door de diëtist: jaarcijfers 2014 en trendcijfers 2010-2014. www.nivel.nl, 2015, 33 p. A.G. Zijlstra, G. Donker, W. Krol, J. de Wolf. Landelijke registratie gezondheidsklachten eikenprocessierups (EPR) bij huisartspraktijken: eindrapportage. Zwolle: Academische Werkplaats Milieu & Gezondheid, 2015, p.
40
•
5.3.2 •
•
•
•
• •
•
• •
•
•
•
•
•
•
•
Zwaanswijk, M. De kindcheck op de huisartsenpost: mogelijkheden voor het signaleren van kindermishandeling. www.nivel.nl: NIVEL, 2014
Internationale artikelen C. Baliatsas, J. Bolte, J. Yzermans, G. Kelfkens, M. Hooiveld, E. Lebret, I. van Kamp Actual and perceived exposure to electromagnetic fields and non-specific physical symptoms: an epidemiological study based on self-reported data and electronic medical records. International Journal of Hygiene and Environmental Health: jrg.: 2015, nr.218, p. 331-344 L. van den Block, L. Pivodic, K. Pardon, G. Donker, G. Miccinesi, S. Moreels, T. Vega Alonso, L. Deliens, B. Onwuteaka-Philipsen. Transitions between health care settings in the final three months of life in four EU countries. European Journal of Public Health: jrg.: 2015, p. E. Broberg, R. Snacken, C. Aldhoch, J. Beauté, M. Galinksa, D. Pereyaslov, C. Brown, P. Penttinen Start of the 2014/2015 influenza season in Europe: drifted influenza A(H3N2) viruses circulate as dominant subtype. Eurosurveillance: jrg. 20, 2015, nr. 4, p. Dijk, C.E. van, Korevaar, J.C., Koopmans, B., Jong, J.D. de, Bakker, D.H. de. The primary-secondary care interface: does provision of more services in primary care reduce referrals to medical specialists? Health Policy: 2014, 118(1), 48-55 Dorn, T., Ceelen, M., Buster, M., Stirbu, I., Donker, G., Das, K. Mental health and health-care use of detainees in police custody. Journal of Forensic and Legal Medicine: 2014, 26(aug), 24-28 Dungen, C. van den, Hoeymans, N., Akker, M. van den, Biermans, M.C.J., Boven, K. van, Joosten, J.H.K., Verheij, R.A., Waal, M.W.M. de, Schellevis, F.G., Oers, J.A.M. van. Do practice characteristics explain differences in morbidity estimates between electronic health record based general practice registration networks? BMC Family Practice: 2014, 15(176) Evans, N., Pasman, H.R.W., Donker, G.A., Deliens, L., Block, L. van den, Onwuteaka-Philipsen, B. End-of-life care in general practice: a cross-sectional, retrospective survey of ‘cancer’, ‘organ failure’ and ‘old-age/dementia’ patients. Palliative Medicine: 2014, 28(7), 965-975 Goenee, M.S., Donker, G.A., Picavet, C., Wijsen, C. Decision-making concerning unwanted pregnancy in general practice. Family Practice: 2014, 31(5), 564-570 Groot, M.C.H. de, Schuerch, M., Vries, F. de, Hesse, U., Oliva, B., Gil, M., Huerta, C., Requena, G., Abajo, F. de, Afonso, A.S., Souverein, P.C., Alvarez, Y., Slattery, J., Rottenkolber, M., Schmiedl, S., Dijk, L. van, Schlienger, R.G., Reynolds, R., Klungel, O.H. Antiepileptic drug use in seven electronic health record databases in Europe: a methodological comparison. Epilepsia: 2014 Hahné, S., Hooiveld, M., Vennema, H., Ginkel, A. van, Melker, H. de, Wallinga, J., Pelt, W. van, Bruijning-Verhagen, P. Exceptionally low rotavirus incidence in the Netherlands in 2013/14 in the absence of rotavirus vaccination. Eurosurveillance: 2014, 19(43) Heijden, A.A.W.A. van der, Bruijne, M.C. de, Feenstra, T.L., Dekker, J.M., Baan, C.A., Bosmans, J.E., Bot, S.D.M., Donker, G.A., Nijpels, G. Resource use and costs of type 2 diabetes patients receiving managed or protocolized primary care: a controlled clinical trial. BMC Health Services Research: 2014, 14(280) M.J. Heins, J.C. Korevaar, G.A. Donker, P.M. Rijken, F.G. Schellevis. The combined effect of cancer and chronic diseases on general practitioner consultation rates. Cancer Epidemiology: jrg. 39, 2015, nr. 1, p. 109-114 Ko, W., Miccinesi, G., Beccaro, M., Moreels, S., Donker, G.A., Onwuteaka-Philipsen, B., Alonso, T.V., Deliens, L., Block, L. van den. Factors associated with fulfilling the preference for dying at home among cancer patients: the role of general practitioners. Journal of Palliative Care: 2014, 30(3), 141-150 Lier, A. van, Erp, J. van, Donker, G.A., Maas, N.A.T. van der, Sturkenboom, M.C.J.M., Melker, H.E. de. Low varicella-related consultation rate in the Netherlands in primary care data. Vaccine: 2014, 32(28), 3517-3524 Kuchinke, W., Ohmann, C., Verheij, R.A., Veen, E.B. van, Arvanitis, T.N., Taweel, A., Delaney, B.C. A standardised graphic method for describing data privacy frameworks in primary care research using a flexible zone model. International Journal of Medical Informatics: 2014, 83(12) A. van Lier, A.K. Lugner, W. Opstelten, P. Jochemsen, J. Wallinga, F. Schellevis, E. Sanders, H. de Melker, M. van Boven. Distribution of health effects and cost-effectiveness of varicella vaccination are shaped by the impact on Herpes Zoster. EBioMedicine: jrg. 10, 2015, nr. 237, p.
41
•
• •
•
•
•
•
•
• •
•
•
•
5.3.3 • • • •
• •
McDonald, S.A., Presanis, A.M., Angelis, D. de, Hoek, W. van der, Hooiveld, M., Donker, G., Kretzschmar, M.E. An evidence synthesis approach to estimating the incidence of seasonal influenza in the Netherlands. Influenza and Other Respiratory Viruses: 8, 2014, nr. 1, p. 33-41 Meijer, A., Benschop, K.S., Donker, G.A., Avoort, H.G. van der. Continued seasonal circulation of enterovirus D68 in the Netherlands, 2011-2014. Eurosurveillance: 2014, 19(42) Oostrom, S.H. van, Picavet, H.S., Bruin, S.R. de, Stirbu, I., Korevaar, J.C., Schellevis, F.G., Baan, C.A. Multimorbidity of chronic diseases and health care utilization in general practice. BMC Family Practice: 15, 2014, nr. 61 D. Opondo, S. Visscher, S. Eslami, R.A. Verheij, J.C. Korevaar, A. Abu-Hanna Quality of coprescribing NSAID and gastroprotective medications for elders in The Netherlands and its association with the electronic medical record. PLoS One: jrg. 10, 2015, nr. 6, p. e012951 A.G.M. van der Plas, K.C. Visser, A.L. Francke, G.A. Donker, W.J.J. Jansen, L. Deliens, B.D. Onwuteaka-Philipsen. Involvement of a case manager in palliative care reduces hospitalisations at the end of life in cancer patients: a mortality follow-back study in primary care. PLoS One: jrg. 10, 2015, nr. 7, p. e0133197 Prins, M.A., Verhaak, P.F.M., Smit, D., Verheij, R.A. Healthcare utilization in general practice before and after psychological treatment: a follow-up data linkage study in primary care. Scandinavian Journal of Primary Health Care: 2014, 32(3), 117-123 Roo, M.L. de, Miccinesi, G., Onwuteaka-Philipsen, B.D., Noortgate, N. van den, Block, L. van den, Bonacchi, A., Donker, G.A., Lozano Alonso, J.E., Moreels, S., Deliens, L., Francke, A.L. Actual and preferred place of death of home-dwelling patients in four European countries: making sense of quality indicators. PLoS One: 9, 2014, nr. 4, p. e93762 Scheele, J., Vijfvinkel, F., Rigter, M., Swinkels, I.C.S., Bierma-Zeinstra, S.M.A., Koes, B.W., Luijsterburg, P.A.J. Direct access to physical therapy for patiënts with low back pain in the Netherlands: prevalence and predictors. Physical Therapy: 944, 2014, nr. 3, p. 363-70 Smelt, A.F.H., Assendelft, W.J.J., Dijk, C.E. van, Blom, J.W. Triptan use after starting prophylactic migraine treatment: a retrospective cohort study in a primary care population. Cephalalgia: 2014 Slottje, P., Yzermans, C.J., Korevaar, J.C., Hooiveld, M., Vermeulen, R.C.H. The population-based occupational and environmental health prospective cohort study (AMIGO) in the Netherlands. BMJ Open: 2014, 4(e005858) Swinkels, I.C.S., Kooijman, M.K., Spreeuwenberg, P.M., Bossen, D., Leemrijse, C.J., Dijk, C.E. van, Verheij, R., Bakker, D.H. de, Veenhof, C. An overview of 5 years of patient self-referral for physical therapy in the Netherlands. Physical Therapy: 2014, 94(12), 1785-1795 Uiters, E., Maurits, E., Droomers, M., Zwaanswijk, M., Verheij, R.A., Lucht, F. van der. The association between adolescents’ health and disparities in school career: a longitudinal cohort study. BMC Public Health: 2014, 14(1104) J. Ursum, M.M.J. Nielen, J.W.R. Twisk, M.J.L. Peters, F.G. Schellevis, M.T. Nurmohamed, J.C. Korevaar. Cardiovascular diseases-related hospital admissions of patients with inflammatory arthritis. Journal of Rheumatology: jrg. 42, 2015, nr. 2, p. 188-192
Nederlandstalige artikelen Avendonk, M. van, Stirbu-Wagner, I., Korevaar, J., Wiersma, T. Huisartsenzorg in cijfers: meer kinderen met ADHD. Huisarts en Wetenschap: 2014, 57(11), 595 Bij, S. van der, Opperhuizen, G., Verheij, R. Registratie opnieuw verbeterd: onderzoek naar elektronische patiëntendossiers in de huisartsenpraktijk. Eerstelijns: 2014, 6(9), 42-43 Damen-van Beek, Z., Stirbu-Wagner, I., Bouma, M., Korevaar, J. Huisartsenzorg in cijfers: slapeloosheid. Huisarts en Wetenschap: 2014, 57(7), 362 Dijk, C.E. van, Sman-de Beer, F. van der, Tielen, J.T., Velden, P.G. van der, IJzermans, C.J. Zorggebruik na schietincident in Alphen aan den Rijn: gezondheid van getroffenen en niet-getroffen omwonenden 1 jaar na dato. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde: 2014, 158(A6986) C. van Dijk, J. Korevaar, F. Schellevis. Huisartsenzorg in cijfers: substitutie van zorg voor astma in 2008-2010. Huisarts en Wetenschap: jrg. 58, 2015, nr. 3, p. 159 Dijk, L. van, Dijk, C. van, Leufkens, B. Huisartsenzorg in cijfers: off-labelgebruik van de Diane-35-pil. Huisarts en Wetenschap: 2014, 57(6), 313
42
• • • •
•
• • •
•
• • •
•
• •
• •
• •
Donker, G., Dijk, C. van Huisartsenzorg in cijfers: delier en palliatieve sedatie. Huisarts en Wetenschap: 57, 2014, nr. 4, p. 194 Donker, G., Pelt, W. van, Enserink, R. Huisartsenzorg in cijfers: gastro-enteritis op het kinderdagverblijf. Huisarts en Wetenschap: 2014, 57(9), 477 G. Donker, E. Stobberingh. Huisartsenzorg in cijfers: antibioticagevoeligheid van streptokokken. Huisarts en Wetenschap: jrg. 58, 2015, nr. 8, p. 430 Donker, G.A., Slotman, F.G., Spreeuwenberg, P., Francke, A.L. Palliatieve sedatie in Nederlandse huisartspraktijken: dynamische cohortstudie van trends en redenen in de periode 2005-2011. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde: 158, 2014, nr. A7265 E. Feijen-de Jong, F.G. Schellevis, F. Baarveld, S. Jansen, S.A. Reijneveld. Zwangeren gaan ook naar de huisarts. Het gebruik van huisartsenzorg door zwangere en niet-zwangere vrouwen vergeleken. Huisarts en Wetenschap: jrg.: 2015, p. Goenee, M.S., Donker, G.A., Picavet, C., Wijsen, C. Beslissen over een ongewenste zwangerschap: wat is de rol van de huisarts? Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde: 2014, 158(A8243) Heijer, C.D.J. den, Dongen, M.C.J.M. van, Donker, G.A., Stobberingh, E.E. Diagnostiek van urineweginfecties bij mannen. Huisarts en Wetenschap: 2014, 57(8), 390-394 De Jong JC, Meijer A, Donker GA, Van der Hoek W, De Lange MMA, Rimmelzwaan G, Osterhaus ADME. Het influenzaseizoen 2013/2014 in Nederland: lage influenza-activiteit. Ned Tijschr Med Microbiol 2014;22(4):153-161. Korevaar, J., Heins, M., Donker, G., Rijken, M., Schellevis, F. Oncologie in de huisartsenpraktijk: een onderzoek. In: L. Bröker, J. Eekhof. Ontwikkelingen in de oncologie: klinische relevantie voor de huisarts. Houten, Bohn stafleu van Loghum, 2014. p. 9-16 M. Kurver, H. Gerritsen, M. Zwaanswijk, W. Opstelten. Huisartsenzorg in cijfers. Hoofdtrauma: verschil tussen eerste en tweede lijn. Huisarts en Wetenschap: jrg. 58, 2015, nr. 2, p. 89 Magnée, T., Verhaak, P., Koppes, L.L., Bakker, D. de. Inzet en achtergond van de POH-ggz. Eerstelijns: 2014, 6, 40-41 Mistiaen, P., Heins, M., Stirbu-Wagner, I., Korevaar, J., Verheij, R., Francke, A.L. Mensen met dementie zien de huisarts vaker: piek in contact met huisarts rond het stellen van de diagnose. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde: 158, 2014, nr. A6755 M. Reitsma, L. van Dijk, J.C. Korevaar, J.D. de Jong. Overhouden geneesmiddelen ook afhankelijk van huisarts. NIVEL: niet alleen patiënt speelt rol bij verspilling van medicatie. Pharmaceutisch Weekblad: jrg. 150, 2015, nr. 3, p. 16-19 F.G. Schellevis: Behandeling depressie bij somatische comorbiditeit. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde: jrg. 159, 2015, nr. A9069, p. Tol, J., Prins, M., Verheij, R. Welke eerstelijnszorg gebruiken mensen voor welke gezondheidsproblemen: nieuwe website NIVEL Zorgregistraties eerste lijn. Eerstelijns: 2014, 6(3), 3435 L. Verberne, R. Quak, R. Verheij. Monitoring substitutie: het belang van goede verwijsinformatie. Eerstelijns: jrg. 7, 2015, nr. 5, p. 36-37 Verhaak, P., Dijk, M. van, Zwaanswijk, M., Walstock, D. Geïntegreerd eerstelijns zorgpakket kinderen met psychosociale problemen: signalering, consultatie en behandeling gebundeld. Eerstelijns: 2014, 6(1), 44-45 R. Verheij, M. Zwaanswijk, R. Gebel. Het lerend gezondheidszorgsysteem in de praktijk: een spiegel voor de huisartsenpost. Eerstelijns: jrg.: 2015, nr. 5, p. 30-31 H.M. Vos, I.M.A. Adan, F.G. Schellevis, A.L.M. Lagro-Janssen. Preventie in de eerste lijn: van een individuele naar een systematische aanpak. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde: jrg. 159, 2015, nr. A9191, p.
43
5.3.4 •
Abstracts Y.W.H. Penders, L. van den Block, G.A. Donker, B. Onwuteaka-Philipsen. Comparing circumstances of end-of-life care for older people living at home and in a residential home in the Netherlands via a mortality follow-back study. Abstract. 14th World Congress of the European Association for Palliative Care: Building Bridges. 8-10 mei 2015, Copenhagen.
5.4 Beschrijving dataset Een specificatie van de datasets vindt u hier: • • • • • • •
Huisartsen Huisartsen Peilstations Fysiotherapeuten Diëtisten Oefentherapeuten Logopedisten Huisartsenposten
5.5 Overzicht softwareleveranciers Overzicht softwareleveranciers, bijgewerkt tot september 2015. # Discipline Leverancier 1 Huisartsenzorg Euroned/CGM 2 Huisartsenzorg ISoft/CSC 3 Huisartsenzorg Labelsoft Clinical IT 4 Huisartsenzorg OmniHIS 5 Huisartsenzorg PharmaPartners 6 Huisartsenzorg Promedico 7 Huisartsenzorg Promedico 8 Huisartsenzorg Tetra 9 Fysiotherapie World of Health 10 Fysiotherapie Monitored Rehab Systems 11 Fysiotherapie Curasoft/I&DT 12 Fysio- en oefentherapie Fairware 13 Fysio- en oefentherapie Intramed 14 Fysio- en oefentherapie Logic Data 15 Oefentherapie Winbase 16 Oefentherapie Prosoftware 17 Diëtetiek Ensemble 18 Diëtetiek Facet Novium 19 Logopedie Prosoftware 20 Acute zorg Labelsoft Clinical IT 21 Acute zorg Doktersdienst Groningen 22 Acute zorg PharmaPartners 23 Acute zorg Protopics 24 Ketenzorg VitalHealth Software 25 Overig ZorgDomein
Softwarepakket MIRA MicroHIS X WebHIS Zorgdossier OmniHIS Scipio Medicom Promedico-ASP Promedico-VDF TetraHIS FysioManager FysioRoadmap Curasoft Winmens Intramed FysioLogic Incura ZorgAdmin Evry Balans ZorgAdmin WebHIS Call Manager Adastra Hapicom Protopics HAP Vital ZorgDomein
44
5.6 Overzicht tabellen/documenten op de website 2015 (gegevensjaar 2014, tenzij anders vermeld) 2de niveau 3de niveau 4de niveau 0. Home 1. Gezondheidsproblemen in Nederland Wie heeft welke gezondheidsproblemen; Incidenties en prevalenties Wie behandelt welke gezondheidsproblemen Huisarts Huisartsenpost Eerstelijnspsycholoog Fysiotherapeut Oefentherapeut Diëtist Peilstations 2. Wekelijkse surveillance van gezondheidsproblemen 3. Zorggebruik per discipline Huisarts en huisartsenpost Huisarts Patiëntkenmerken Omvang zorggebruik Contacten huisartsenpraktijk Aantal patiënten ment minimaal 1 contact met de huisartsenpraktijk Aantal contacten naar ICPC-hoofdstuk Modernisering & Innovatie: aantal verrichtingen Modernisering & Innovatie: diagnoses 2012 Top-20 diagnoses bij contacten met de huisartsenpraktijk Top-20 diagnoses bij contacten met de huisartsenpraktijk naar geslacht Prescripties Aantal patiënten met 1 of meer prescripties Pr naar leeftijd en geslacht Top-10 prescripties, totaal en naar leeftijd Top-10 diagnose bij prescripties naar leeftijd Verwijzingen eerste lijn Verwijzingen tweede lijn Verwijzingen naar specialisme Verwijzingen naar geslacht en leeftijd Incicaties voor verwijzingen Kwaliteitsindicatoren (2013-gegevens) Diabetes mellitus Astma COPD Hart- en vaatziekten Huisartsenpost (2013-gegevens) Patiëntkenmerken Kenmerken inwoners verzorgingsgebied/gebruikers Omvang zorggebruik Aantal contacten naar type contact Aantal contacten naar leeftijd en geslacht Aantal contacten naar ICPC-hoofdstuk 45
Aantal contacten naar ICPC-cluster Aantal consulten naar leeftijd en geslacht Aantal telefonische consulten naar leeftijd en geslacht Aantal visites naar leeftijd en geslacht Aanmelding Urgentieverdeling van contacten Urgentieverdeling per contact Gezondheidsproblemen % gebruik ICPC-codering Top-5 ICPC-codes Prescripties Prescripties naar leeftijd en geslacht Prescripties naar geneesmiddelengroep Prescripties naar hoofddiagnose Top 10 van prescripties Eerstelijnspsycholoog (2013-gegevens) Patiëntkenmerken Geslacht en leeftijd Burgerlijke staat Opleidingsniveau Herkomst Vergoeding Werksituatie Omvang zorggebruik Aantal consulten Behandelduur Aanmelding Initiatief hulpvraag Belangrijkste aanmeldingsklacht Wachttijd Gezondheidsproblemen Diagnose DSM-IV as 1 Diagnose DSM-IV as 2 Diagnose DSM-IV as 3 Diagnose DSM-IV as 4 Diagnose DSM-IV as 5 Behandeling Cliëntsysteem Type aangeboden hulp Methodiek van behandeling Test- en medicatiegebruik Verwijzingen Doorverwijzingen Bericht aan verwijzer gestuurd Evaluatie Wijze beëindiging contact Reden voor afbreken contact Resultaat behandeling Fysiotherapie Patiëntkenmerken Geslacht en leeftijd Omvang zorggebruik Aantal behandelingen per kalenderjaar 46
Behandelduur per kalenderjaar Aanmelding Wijze van toegang Soort verwijzer Conclusie screening directe toegang Gezondheidsproblemen Top-10 gezondheidsproblemen (ICPC) Chronische lijst Duur gezondheidsprobleem Recidiviteit Ontstaanswijze Meetwaarden Meetinstrument Top-5 meetinstrumenten Behandeling Prestatiecodes Evaluatie Reden einde zorg Oefentherapie Patiëntkenmerken Geslacht en leeftijd Omvang zorggebruik Aantal behandelingen per kalenderjaar Behandelduur per kalenderjaar Aanmelding Wijze van toegang Soort verwijzer Conclusie screening directe toegang Gezondheidsproblemen Top-10 gezondheidsproblemen (ICPC) Chronische lijst Duur gezondheidsprobleem Recidiviteit Ontstaanswijze Meetwaarden Meetinstrument Top-5 meetinstrumenten Behandeling Prestatiecodes Evaluatie Reden einde zorg Diëtetiek Patiëntkenmerken Geslacht en leeftijd Opleidingsniveau Woonsituatie Omvang zorggebruik Aantal consulten per kalenderjaar Behandeltijd per kalenderjaar Aantal consulten per behandeling Behandeltijd per behandeling Duur per behandeling
47
Aanmelding Wijze van toegang Soort verwijzer Eerdere zorg Gezondheidsproblemen Voedingsgerelateerde aandoeningen Verwijsdiagnosen Overige gezondheidsproblemen Meetwaarden Ernst hoofdklacht Lichamelijke activiteit Body Mass Index Behandeling Behandeldoelen Verrichtingen Evaluatie Reden einde zorg Resultaat behandeling Apotheek Patiëntkenmerken Omvang zorggebruik Verstrekkingen Top-10 verstrekkingen Gezondheidsproblemen Chronische aandoeningen Logopedie (2012-gegevens) Patiëntkenmerken Geslacht en leeftijd Geslacht naar leeftijd Gezondheidsproblemen Top 5 diagnoses Top 3 diagnoses naar leeftijd Behandeling Aantal behandelingen Prestatiecodes behandelingen 4. Zorggebruik bij meerdere disciplines (2012-gegevens) Bij huisarts en huisartsenpost Bij huisarts en eerstelijnspsycholoog Bij huisarts en fysiotherapeut Bij huisarts en oefentherapeut Bij huisarts en diëtist Bij huisarts en apotheek Alle disciplines op een rij 5. Zorggebruik per aandoening Diabetes Hoe vaak komt diabetes voor en bij wie
Incidentie prevalentie (Adi1/2) Patiëntkenmerken Chronische aandoeningen top-3
48
Welke zorg gebruiken diabetespatiënten? Zorggebruik in de eerste lijn Huisarts Huisartsenpost Diëtetiek Apotheek Huisarts en Huisartsenpost Huisarts en Apotheek Depressie Hoe vaak komt depressie voor en bij wie Welke zorg gebruiken patiënten met depressie? Zorggebruik in de eerste lijn Huisarts Huisartsenpost Eerstelijnspsycholoog Apotheek Huisarts en Huisartsenpost Huisarts en Eerstelijnspsycholoog Huisarts en Apotheek Artrose Hoe vaak komt artrose voor en bij wie Welke zorg gebruiken diabetespatiënten? Zorggebruik in de eerste lijn Huisarts Huisartsenpost Fysiotherapie Oefentherapie Apotheek Huisarts en Huisartsenpost Huisarts en Apotheek Rugpijn Hoe vaak komt artrose voor en bij wie Welke zorg gebruiken diabetespatiënten? Zorggebruik in de eerste lijn Huisarts Huisartsenpost Fysiotherapie Oefentherapie Apotheek Huisarts en Huisartsenpost Huisarts en Apotheek COPD Hoe vaak komt COPD voor en bij wie Welke zorg gebruiken COPD-patiënten? Zorggebruik in de eerste lijn Huisarts Huisartsenpost Apotheek Huisarts en Huisartsenpost Huisarts en Apotheek
49
Hart- en vaatziekten Hoe vaak komen hart- en vaatziekten voor en bij wie? Welke zorg gebruiken patiënten met hart- en vaatziekten? Zorggebruik in de eerste lijn Huisarts Huisartsenpost Fysiotherapie Apotheek Huisarts en Huisartsenpost Huisarts en Apotheek 6. Over NIVEL Zorgregistraties Verantwoording Gezondheidsproblemen Peilstations Wekelijkse surveillance Kwaliteitsindicatoren Huisartsen Huisartsenposten Eerstelijnspsychologen Fysiotherapeuten Oefentherapeuten Diëtisten Apotheken Gegevenskoppeling Huisarts-Huisartsenpost Huisarts-Eerstelijnspsycholoog Huisarts-Apotheek Privacybescherming Governance Samenwerkingspartners 7. Informatie voor zorgverleners Spiegelinformatie Inloggen Huisarts - Spiegel (sub-pagina's) De NIVEL terugrapportage voor huisartsen Paramedicus - Spiegel (sub-pagina's) Inlog Eerstelijnspsycholoog - Spiegel (sub-pagina's) Spiegelinfo Mijn Praktijk Huisartsenposten - Spiegel (sub-pagina's) De NIVEL terugrapportage voor huisartsenposten Demo-versie Huisarts Paramedicus Eerstelijnspsycholoog Huisartsenpost Informatie deelnemers peilstations + inloggen deelnemers Registratie peilstationrubrieken (CMR) Influenza(-achtig ziektebeeld) Pneumonie Levenseinde onderzoek 50
Suïcide(poging) SOA Acute gastro-enteritis Kinkhoest Eikenprocessierups Screening mammacarcinoom Euthanasieverzoek Anorexia Nerosa, Bulimia Nervosa en de Eetbuistoornis Palliatieve sedatie Urineweginfecties 8. Informatie voor patiënten 9. Gegevens aanvragen Aanvraagformulier Overzicht van aanvragen 10. Begrippenlijst 11. Contact, wie is wie
51