Verslag Lerend Netwerk 18 februari ‘Participatie doorheen de uitvoering van je plannen’
1.Luik 1 Toelichting van de cases door de 4 gemeentebesturen die worden begeleid door BBL en Ecolife. Zie presentaties.
2.Luik 2 Bespreking per case van de uitdagingen en drempels.
A. Asse: straat met het beste klimaat 1. Hoe de resultaten en de eventuele besparing per wijk meetbaar maken? Het moet mogelijk zijn om de ‘ecologische voetafdruk’ per wijk visueel te maken. Een soort nulmeting per wijk (aantal wagens/inwoners, kg vlees/inwoner, isolatie per inwoner,…). Dit laat toe om de de resultaten van de inspanningen te communiceren. Op deze manier kan je getuigenissen opbouwen, die ander inwoners en wijken kunnen inspireren en engageren. Opletten: een strikte competitie vraagt strikte criteria en dit kan ten koste gaan van de sfeer en het doel van de wedstrijd. Beter is om alles in een ludieke sfeer te houden. Eventueel kunnen de wijken prijzen winnen in verschillende categorieën (meest CO2 bespaard, meest groen, meest origineel,…). Iedereen wint! 2. Hoe krijg je de wijk mee? ●
Financiële incentive (100 euro steun voor het buurtfeest)
●
Logistieke ondersteuning
●
Wedstrijdelement, beste wijk krijgt gratis optreden,….
●
Een miniconvenant per wijk opstellen
3. Hoe andere inwoners inspireren en aanspreken ●
Linken leggen met thematische organisaties binnen de gemeente
●
Het klassieke middenveld betrekken
●
Het wijkfeest zelf aangrijpen om inwoners aan te spreken
●
Wijken zoveel mogelijk hun ervaringen met elkaar laten uitwisselen. Iedereen wint van iedereen, iedereen kan iets leren van elkaar, tijdens een tussenstand met alle straten
4. Hoe efficiënt aanpakken vanuit de gemeente? ●
Zorg voor een goed draaiboek en begeleiding. Zoek de juist partner voor de juiste activiteit. Zorg dat de goede informatie beschikbaar is. Gebruik de getuigenissen om andere te overtuigen.
●
Peterschap: een straat kan peter worden van een nieuwe straat en deze ondersteunen.
●
Communicatie: belangrijk is om de initiatieven visueel/tastbaar te maken in het straatbeeld.
●
Eventueel kan de provincie de aanpak van Asse in een startpakket gieten en dit aanbieden aan de andere gemeenten.
B. Vilvoorde: wijkrenovatie ‘Broek’ 1. Hoe kunnen we zoveel mogelijk inwoners engageren in de wijkrenovatie? ●
Eerst enkele vaststellingen
○ het is een heterogene wijk, ○ lage opkomst op eerdere communicatiemomenten, ○ er is veel onzekerheid over de toekomst van de wijk vanwege onwetendheid ●
Is deze wijk wel de goede startwijk in Vilvoorde om met collectieve renovaties te beginnen? Het lijkt ons niet echt. Te specifiek, te weinig cohesie, te moeilijk als eerste case. Maar dat neemt niet weg dat deze wijk ook in aanmerking moet komen voor collectieve renovatie.
●
Wijkwerking is net gestart! Daar moet blijvend in geïnvesteerd worden! Zoiets duurt jaren. Het vertrouwen van de bewoners moet gewonnen worden.
●
Sowieso ook iedereen individueel aanspreken voor renovaties.
●
Zoeken naar trekkers in de wijk. Wonen er bouwprofessionelen? Wonen er handige harry’s? Zijn er die op dit moment willen verbouwen (te checken bij stedenbouwkundige dienst)
●
Het oplossen van de bouwschade aangrijpen als startpunt van de collectieve renovatie. Zo maak je van iets negatiefs iets positiefs.
●
Organiseer een enquête in de wijk, om te weten te komen wie wil renoveren, of
wie zijn woning wil aanpakken. ●
Probeer de opwaardering van de wijk te visualiseren!
C. Leuven: De energids bus 1. Op welke manier kunnen we met de bus de aandacht van de voorbijgangers trekken op publieksvenementen? ●
Op voorhand aankondigen dat de bus er gaat staan.
●
Ludieke slogan of baseline -> bv. enige gratis bus.
●
Demonstraties geven buiten aan de bus.
●
De bus continu in de stad zetten op zichtbare plaatsen, los van evenementen. -> bv. aan het stadskantoor. Evt. samen met afscheurbare contactgegevens. ’s Nachts lichtkrant gebruiken.
●
‘Teasers’ uitsturen om de bus al aan te kondigen vóór ze effectief komt -> bv. “Busje komt zo…”
●
Zorgen voor een officiële lancering van het energieloket.
●
Klein marktkraampje aan de bus hangen?
●
Soort ‘stootkar’ om rond te gaan op de markt en publiek naar de bus te lokken.
●
De bus pimpen om ze aantrekkelijker te maken. Bv. de lichten wimpers geven zodat de aandacht van kinderen gelokt wordt.
2. Hoe kunnen we intermediairen overtuigen van de meerwaarde van de bus op hun evenement/locatie? ●
Proberen ‘deals’ voor meerdere momenten af te sluiten met bv. VOKA.
●
Bus on tour, vb. mee op locatie met de Bibliobus. Linken aan OHL?
●
Ruim en flexibel aanbod van de bus communiceren naar intermediairen. Brainstormen met intermediairen over het meest gepaste aanbod op de bus tijdens hun evenement.
●
Leren uit de speed date van de Dienst Economie: is er koppeling mogelijk.
●
Bus koppelen aan de bijeenkomst ivm de speelstraten.
●
Bus opnemen in de uitleendienst van de stad?
3. Hoe kunnen we mensen die naar de bus komen, aanspreken/prikkelen rond energiebesparing (gedragsverandering, kleine en grote investeringen)? ●
Gratis gadgets uitdelen. Bv. sticker voor op lichtschakelaars.
●
Maximaal aansluiten bij leefwereld van de doelgroep. Bv. thermografische foto.
●
Verplicht parcours doorheen de bus afleggen. Cf. uitklapbare, overdekte entrée.
4. Varia ●
Chauffeur en energieconsulent combineren in één persoon.
D. Hoegaarden: korte keten in Hoegaarden 1. Hoe bouw je een (vertrouwens)relatie op met de landbouwraad en de landbouwers rond duurzame voeding? ● Vaststelling: complexe thematiek rond opstarten korte keten initiatieven. Een grote drempel is de wetgeving ivm thuisverkoop of korte keten). ●
Het is zinvol om steun te zoeken bij andere initiatieven in de regio. Er zijn bondgenoten (op deelterreinen) aanwezig: Regionale landschappen, andere gemeenten, …
●
Samenwerking zoeken in de gemeenten over de diensten heen: betrek bv dienst streekontwikkeling of toerisme, of …
●
Goed idee om zelf een coöperatieve op te starten: deze heeft als taak de individuele landbouwers te ontlasten met het administratieve werk, evenals informatie leveren en ondersteuning aanbieden. Aansluiten bij voedselteamverkooppunt in Hoegaarden? Zie opmerking Bart Thoelen (voedselteams): mogelijks om op do avond ook andere hoeveproducten t verkopen…
●
Draagvlak creëren is langzaam proces
●
Samenwerken met (familiale) boeren die wel geïnteresseerd zijn in de korte keten… of samenwerken met jonge (bio)boeren die bv CSA boerderij willen opstarten… Hoegaarden heeft de troef dat er nog veel landbouwgrond is binnen de gemeente.
●
Informeer je goed via publicaties van de BB en andere boerensyndicaten (bv landbouwleven): dan weet je welke standpunten en ideeën er leven bij de ‘gangbare’ landbouw.
●
Zoek ook naar initiatieven rond du voeding die tegemoet komen aan noden aan de vraagzijde (consument). Veel Vlamingen vinden ‘eten’ belangrijk. Kwaliteit is hierbij belangrijk. Deze troef kan je goed uitspelen bij de promotie van de korte keten (verse, seizoensproducten uit eigen regio). Als de vraag nog duidelijker en groter is, volgt het aanbod wellicht makkelijker.
●
Speel je troeven uit: bv het feit dat er landbouwgronden zijn: bekijk hoe je die kan vrijwaren van projectontwikkelaars (criteria opstellen, xx % voorzien voor pioniers of CSA-initiatieven). Nodig de Landgenoten uit zodat je hun werking en hun behoeften leert kennen zodat je kan samenwerken…
Bijkomende opmerkingen a) welke rol kan je als gemeente spelen bij het creëren van andere landbouwmodellen? Want daar komt het wel op neer: je stapt af van een productie die vorm krijgt binnen een markteconomie gericht op hoge productie en efficiëntie vaak ten koste van de leefomgeving en de band met de consument. b) Is vraag en aanbod wel op elkaar afgestemd op lokaal vlak? Als je in de gemeente vooral teelt hebt van tarwe, suikerbieten, aardappel, fruit (in mindere
mate). En de bevolking wil vooral groenten? Belangrijk om dit thema van korte keten op iets ruimere schaal te bekijken. 2. Hoe werk je aan het intern draagvlak rond het thema voeding? Wie betrek je? Op welke manier engageer je andere diensten? ● Andere diensten kan je betrekken en engageren door aan te tonen dat de ‘burger’ (dit zijn de kiezers bij de volgende verkiezingen) vragende partij is voor een vlotte toegang tot hoeveproducten uit eigen streek. ●
Alle diensten kunnen een steentje bijdragen in dit proces waarbij vraag en aanbod op elkaar moeten afgestemd worden. (dienst communicatie, dienst streekontwikkeling of ruimtelijke ordening…)
●
Zoek naar initiatieven die de burger sensibiliseren: toon de producten, laat mensen proeven, doe wedstrijdjes …
3. Hoe zorg je dat dit event geen éénmalige gebeurtenis is maar wel een aanzet om op verder te werken. ● Stel een actieplan op over verschillende jaren ●
Betrek hierbij de stakeholders (= maak een voorzet die je bespreekt met hen)
●
Onderzoek de piste van het oprichten an een coöperatieve (die jij als gemeente faciliteert, maar die verder zelfstandig werkt).
4. Wat is een goede aanpak om de stakeholders blijvend te engageren rond dit thema zodat je als gemeente je rol als facilitator kan opnemen in de toekomst. (zie antwoorden bij vraag 3)
3.Luik 3 Even de gedachten losgooien: wat ging er goed, wat kon er beter wat betreft participatie de voorbije maanden.
Hoera! ●
Sociale cohesie concretiseren door participatie
●
Participatie zo vroeg mogelijk betekent meer draagvlak en minder obstakels in latere fase van uitwerking. Zo veel mogelijk in rekening brengen is beste voorbereiding.
●
Een participatieproces gebruiken is als het maken van goede wijn. Het heeft wijn nodig, dus doet ontwikkelingen trager op gang komen, maar het eindresultaat is beter, gerijpter, geeft meer draagvlak. Communiceer in persoon zo veel mogelijk op kritieke momenten.
●
Innovatie geeft goesting.
●
Gedragsverandering ontstaat niet door affiches en flyers. Acties losmaken door participatieve sfeer?
●
Los van voor-of nadelen is participatie gewoon een pure noodzaak. 20% CO2
reductie bereik je niet alleen. Je hebt grote aantallen inwoners nodig. ●
Randanimatie maakt de samenkomsten ludieker. Streekbieren, hapjes, optreden, prijsuitreiking. Een externe locatie werkt.
●
Actiefiches van Asse delen!
●
MAR neemt zelf initiatief om klimaatraad op te starten voor uitwerking.
●
Jeugd heel gemotiveerd en veel ideeën. Ook out of the box ideeën.
●
Out of the box denken!
●
Massale opkomst infosessies dubo (door illegale mails te sturen)
●
Tijdwinst op lange termijn!
●
Groot deel van de jeugdige mensen is een beetje gemotiveerd.
●
Er zijn meetinstrumenten om kwantitatieve gegevens te verzamelen.
●
Velen ervaren een klimaatprobleem.
●
5 a 10% van de bevolking wil deelnemen met enthousiasme en financiële inspanning
●
Participatie: mensen eigenaar maken van plannen en projecten. Het is van ons.
●
Door participatie te organiseren rond bepaalde acties (trage wegen, thermografische kaart) vind je mensen die je ook voor andere duurzame projecten kan motiveren.
●
Interne participatie is cruciaal zodat andere diensten initiatieven nemen voor de uitvoering van de klimaatdoelstellingen. Zo ben je niet alleen.
●
Ga naar de mensen toe: dorpsvergadering in de wijken zelf, is drempelverlagend.
●
Feedback over wat je doet met participatie. Ook als je er voorlopig niets mee doet (vb. waarom dat zo is)
●
Participatie kan cocreatie worden. Gemeente stimuleert dit.
●
Steeds een uitdaging om een substantiële groep mensen te bereiken, maar de mensen die er op afkomen, zijn wel acht actief en geëngageerd.
Bwaah ●
90% van de bevolking wil nog niet zelf meewerken. Verwacht wel veel van overheid en wetenschap.
●
Moeilijk om intern actie tweeg te brengen.
●
Beleid, overheid beschikt niet over de centen (of wil niet).
●
Provinciale actie rond gewestwegen N2, N26.
●
Zeer moeilijk om met info en communicatie mensen te overtuigen.
●
Scholen, bedrijven wachten nog af.
●
Tijdrovend op korte termijn.
●
Op elk participatiemoment krijg je steeds dezelfde mensen die al actief en geëngageerd zijn.
●
Hoe kom je tot echte participatie en krijg je iedereen rond de tafel, niet alleen de usual suspects.
●
Moeilijk om iedereen mee te krijgen.
●
Geen reactie op oproepen in infoblad voor klimaatideeën.
●
Gemiste kansen van collega’s, diensten om klimaat, duurzaamheid in hun project te willen verwerken
●
Geen traditie of know-how binnen de administratie hoe participatie aan te pakken. Van nul vertrekken of aanbesteden dan maar (duur)
●
Verwachtingen van de burger soms in tegenspraak met concept: informatiemoment - consultatie - participatie - cocreatie.
●
Inwoners overtuigen van de voordelen
●
Veel voorzichtigheid, achterdocht, bang voor het nieuwe
●
Tijdens participatiemomenten soms omslag naar klaaguurtje
●
Moeilijk om veel inwoners te bereiken.
●
Participatie vs individualisme. Participatie wordt misbruikt voor eigen belang.
●
Te weinig tijd of middelen om deftig te laten participeren.
●
Soms verkeerde verwachtingen van de bevolking, soms argwaan van de politiek.
●
Nood aan meer communicatie en marketing. We moeten het willen en durven verkopen. Beelden ipv woorden.
●
Participatie vertraagt realisatie en sense of urgency.
●
Participatie als schaamlapje. Er wordt niet altijd iets mee gedaan achteraf of participatie wordt maar informatie.
●
Gebrek aan participatie kan negatieve vibes creëren.
●
Moest ik de tijd die ik steek in participatieve momenten (waar geen kat naar toe komt) gebruiken voor huis aan huis bezoeken dan had ik al veel meer bereikt qua CO2 reductie.
●
Hoe kan er maatregelen geboden worden aan verschillende doelgroepen. Infomomenten soms niet toegepast genoeg waardoor opkomst uitbleef of discussies langs elkaar liepen.
●
Vaak als bijkomende uitdaging: oude vooroordelen en conflicten worden meegesleurd in opstart van participatieproces rond nieuwe projecten. Neem voldoende tijd om vooroordelen uit de weg te ruimen. Gebruik professionele begeleiding.
●
Om te kunnen participeren moeten burgers eerst interesse krijgen in het thema. Uitlokken om stil te staan bij energie besparen kan een eerste stap zijn voor participatie.
4.Luik 4 We selecteren relevante vragen voor het vervolg en we bedenken alvast enkele oplossingen waarmee we verder kunnen.
Hoe engageer je burgers? ●
Opmerking van de aanwezigen: dit is een hele algemene vraag, waar je dagen over zou rond de tafel kunnen zitten. Niet gemakkelijk dus om op een uur tijd zinvol hierrond te werken.
●
Eigenaarschap creëren.
●
Expliciteren wat men erbij kan winnen.
●
Zichtbaarheid verhogen in de buurt, in de straat. Nu is het vaak niet zichtbaar wat mensen al allemaal doen hierover communiceren op een zichtbare manier met de buren. Stickers hangen, groene stoeptegel?
●
Hoe zal men het in zijn portemonnee voelen.
●
Sociale aspect is boeiender dan verslagen lezen en gegevens online invoeren.
●
Ludiek houden.
●
Vzw Metamorfose: ervaring met werken met doelgroepen. Bv. allochtonen organiseren zichzelf rond het brengen van afval naar het containerpark.
●
Burgers moeten zich persoonlijk aangesproken en geholpen voelen,
●
Suggestie: op voorhand brievenbus in de wijk zetten waar mensen een suggestie in kunnen steken vooraleer de bus ter plaatse staat.
●
Verwachtingen, verwezenlijkingen meer visualiseren
●
Minder het woord ‘klimaat’ gebruiken, wel comfort, gezondheid, fitheid, verkeersveiligheid, bereikbaarheid, …
●
We moeten het de mensen makkelijker maken
●
Burgers geraken misschien wel geïnspireerd door de klimaatpioniers (http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/milieu-en-natuur/vlaams-brabantklimaatneutraal/samen-met-jou-naar-een-klimaatneutrale-provincie/klimaattopvlaams-brabant/klimaatpioniers/index.jsp). Gemeenten kunnen deze pioniers opzoeken en ondersteunen.
●
Maak er een positief verhaal van en zoek naar raakvlakken: hoe vergroot hierdoor de leefbaarheid? Toon hoe je er financieel voordeel uit haalt, enz. Maak je verhaal of oproep tot actie concreet.
●
‘ontzorgen’: ondersteun je burgers. organiseer bv een samenaankoop. Verschillende gemeenten hebben hier goede resultaten mee. Samenaankoop rond isolatiematerialen of elektrische fietsen. Koppel hieraan ook sensibilisatie-acties . voorbeeld: de Fietsersbond organiseerde een demo waarin men proefritten kon maken met een elektrische fiets.
●
Maak je actie of initiatief zichtbaar: bv wijkaanpak rond energiebesparing /
isolatie. Toon goede voorbeelden. Dit is belangrijk naar de uitrol van deze proefprojecten op de middellange termijn. ●
Richt je op laaghangend fruit zodat je snel resultaten kan tonen.
●
Focus op een afgebakende doelgroep: werk gericht en probeer niet alle burgers te betrekken.
●
Sluit aan bij bestaande initiatieven (bv beweging.net die met hun ‘warming up party’ meteen 5 gezinnen bereiken rond het thema energiebesparing in je huis.
●
Doe méér dan sensibiliseren (bv rond duurzame mobiliteit: faciliteer autodeelprojecten of zorg voor cambio-parkeerplaatsen)
●
Zoek samenwerking met buurgemeenten rond openbaar vervoer. Op die manier ben je een gesprekspartner. De Lijn tekent nu regionetten uit; zoek naar mogelijkheden om hier bij aan te sluiten.
●
Integreer duurzaamheidscriteria in je vergunningenbeleid: bv maximumnormen voor parkeerplaatsen of minimium normen voor fietsen bij nieuwe app blokken of scholen , enz
Hoe betrek je bedrijven? ●
De organisatie van een samenkomst/klimaatontbijt voor de bedrijfsleiders van een bedrijventerrein
●
Inschakelen van de ambtenaar lokale economie. Laat deze het plan voorstellen
●
Duurzaam park management
●
Innovatieve bedrijven in de kijker zetten
●
Bedrijven aanspreken op medewerkers (vb coöperatie voor PV panelen op het dak van het bedrijf)
●
Samenwerking 11.11.11. rond duurzame winkelketens
●
Bereiken via Unizo/Voka/gouden Gids: altijd de juiste contactpersoon gebruiken
●
Concrete vragen stellen: Wat kunnen jullie zien, waarom doen jullie dit niet?
●
Inspelen op het groene imago
Hoe kunnen we interne diensten en de politiek beter betrekken? ●
invoeren van een klimaatchecklist
●
van klimaat een verkiezingsthema maken, maar daarvoor moet het onderwerp meer gemediatiseerd worden (kan een taak voor de provincie zijn)
●
vaststellen dat in kleine gemeenten de milieudiensten veelal onderbemand zijn en dat het aantal taken alleen maar toeneemt. Een duurzaamheidsambtenaar is meestal niet aanwezig.
●
zorg ervoor dat budgetten voor klimaatacties bij de verschillende diensten terecht komen. (dus verschillende codes )
●
wijs budgetten toe aan verschillende deeldomeinen zodat ze niet alleen onder de verantwoordelijkheid vallen van de milieudienst of de schepen voor milieu.
●
bouw (verder) aan de reflex om meer horizontaal te werken: zowel op vlak van college (tussen schepenen) als op vlak van de diensten (tussen de leidende ambtenaren)
●
Veel diensten zien dit als extra werk. Het komt er op aan om de voordelen duidelijk te maken, het belang duidelijk te maken en indien nodig te verplichten. Niet meer vrijblijvend maken. Druk op de politiek houden. Intern sensibiliseren (dagen zonder vlees, save@work). Interne richtlijnen opstellen, de gemeentesecretaris betrekken in de interne communicatie.
Wat kan een provincie nog doen? ●
Zorgen voor een meer globale aanpak, het gevoel leeft dat gemeenten te veel elk hetzelfde moeten doen.
●
Druk uitoefenen op het politieke niveau: burgemeesters en schepenen, neem jullie verantwoordelijkheid en zorg ervoor dat er dingen gebeuren!
●
Dit hele verhaal meer en aantrekkelijk onder de aandacht brengen, communicatiestrategie uitwerken en uitvoeren
●
Of een tip voor Vlaanderen: net zoals bij de samenwerkingsovereenkomst, iets tegenover het engagement stellen, een beloning, centen.
●
Soort Bol.com voor milieu-ambtenaren
●
Alfresco verbeteren, meer overzichtelijk en vooral duidelijker wat nieuw gepost en mogelijk interessant is.
●
Inspirerende voorbeelden:
○ Groenblauwnetwerk.com: visuele voorstelling van adaptatie, wie wat doet ○ Klimaatkaart: verder uitbouwen met meer informatie voor de mensen voor wie het bedoeld is. ●
MAO-DAO overleg:
○ Andere aanpak: korter, krachtiger, sneller en dynamischer. ○ Gemeente stellen om de beurt project van het klimaatplan voort, brengen een concreet praktijkvoorbeeld.
○ Alleen over de middag, tijdens een maaltijd, of bij het ontbijt. 1,5 u max. ○ Goede opsplitsing tussen milieu en duurzaamheid. ○ Experten uitnodigen rond bepaalde thema’s. ○ Cf. leerpunten uit werfvergaderingen van LKN. ●
Soort ‘roadtrip’/excursie, evt. met Interleuven. Het programma participatief programma opstellen samen met doelgroep (de ambtenaren).
●
Inspirerend voorbeeld:
○ Uitstap naar klimaatneutrale gemeente Beckerich in Luxemburg, ook op de bus werd druk genetwerkt. Heeft heel goed gewerkt. Gemengd publiek bereikt: milieu- en duurzaamheidsambtenaren, mobiliteitsambtenaren,
ook aantal leden MAR.
○ Warmtenetten en BEN-excursies. ●
Het zou helpen als de provincie de bestaande gemeente overschrijdende netwerken ondersteunt zoals het secretarissenoverleg, overleg met de ontvangers, de MAO-DAO’s maar dan ook voor de andere diensten (welzijn, communicatie, enz). Het is immers belangrijk dat zij ook ‘gevoed’ worden via dergelijke netwerken zodat de ‘call to action’ niet alleen van de gemotiveerde milieu of duurzaamheidsschepen moet komen.
●
Alfresco heeft nood aan een duidelijkere, gebruiksvriendelijkere mappenstructuur en een performante zoekfunctie.
●
In de kijker zetten: wie is goed bezig, wat is nieuw, per thema
●
De gemeenten zelf uitwisseling laten organiseren met de buurtgemeenten
●
Meer algemene campagne en sensibilisatie vanuit de provincie