Lerend netwerk Financiering lokale klimaatplannen Verslag
Bijeenkomst
Datum:
11/02/2015
Datum:
Auteur:
Sarah Bogaert
Nummer:
Documentreferentie:
09/02/2015
Plaats: Antwerpen
Bestandsnaam:
Verslag werkgroepvergadering Korte Termijn 09 02 2015
Status:
Ontwerp Goedgekeurd
☒ ☐
Onderwerp: Werkgroepvergadering ‘Korte Termijn’
Aanwezigen: Maarten Van Leest (LNE), Jonas Van Meirvenne (CAPLO), Caroline Van der Steen (Brugge), Liselotte Vandoorne (Londerzeel), David Olivier (Aalst), Olivier De Ryckere (Vlaams-Brabant), Nele Stas (Limburg), Nathalie Erbout (West-Vlaanderen), Goedele De Vos (Oost-Vlaanderen), Thijs Defever (Woonwijzer Meetjesland), Frederik Serroen (Kenniscentrum Vlaamse Steden), Diana Collinet (Triodos), Koen Panis (Loyens&Loeff), Kris Moonen (OksigenLab), Jan Aerts (Futureproofed/DuWoBo Transitiearena), Luc Wittebolle (SuMa Consulting), Dieter Cuypers (VITO), Sarah Bogaert (VITO) Verontschuldigd: Stefan Kempeneers (Interleuven), Mike Desmet (BBL), Peter Vos (Stad Genk), Maarten De Groote (VEA), Hilde Pootemans (Stad Hasselt), Barbara Maes (Bonheiden), Geert Van den Berge (Igemo), Francis Hayen (Belfius)
1.
Inleiding Dit verslag geeft enkele punten mee van de discussies die gevoerd warden in de eerste werkgroepvergadering van de werkgroep ‘Korte Termijn’. Op de agenda stond: -
9:30 – 9:45 Verwelkoming: toelichting doel en werking van de werkgroep (Sarah Bogaert - VITO)
-
9:45 – 10:15
-
10:15 – 11:00 Financiering collectieve renovatie – wat leert ons de praktijk? (Dieter Cuypers - VITO)
-
11:00 – 11:45 Aanvullingen, eigen ervaringen, vragen en opmerkingen vanuit de werkgroepleden
-
11:45 – 12:15 Gezamenlijke selectie van initiatieven voor nadere analyse
-
12:15 – 12:45 Voorstel en bespreking aanpak analyse
-
12:45 – 13:00 Volgende stappen
Tour de table
2.
Voorstellingsronde Elke participant heeft zich voorgesteld; hieronder enkele specifieke projecten die zijn aangehaald: -
Londerzeel wil een participatieproject renovatie opstarten via de lokale verenigingen die werken rond samenaankoop. Daarnaast wordt gekeken naar een mogelijke rol voor het OCMW om de financieel zwakkere burgers te ondersteunen die geen interesse kunnen opbrengen in energiemaatregelen. Men wil proberen om ook huisvestingsmaatschappijen te betrekken. Actie: Londerzeel zit deze week samen met de dienst Stedebouw om de opstart te bespreken. Lotte houdt Sarah op de hoogte van de uitkomst.
-
Het Steunpunt Duurzaam Wonen en Bouwen van de Provincie Oost-Vlaanderen heeft een project lopen samen met de Gezinsbond rond collectieve renovatie
-
Provincie Limburg heeft een renovatieproject lopen om particuliere woningen te renoveren (‘Werfgoed - Limburg renoveert’/Dubolimburg)
-
Het Kenniscentrum Vlaamse Steden bereidt een Interreg 2C project dossier voor met o.m. 3 Vlaamse steden (Antwerpen, Mechelen, Oostende), Nederlandse steden (o.m. Breda, Rotterdam), Enexis e.a. partners. Project is niet gericht op deep renovation, maar op low hanging fruits (10 à 12 jaar terugverdientijd bv. dakisolatie, verwarmingsketel). Frederik is ook geïnteresseerd in het identificeren van relevante investeerders.
-
Triodos biedt kredieten aan voor particulieren, waarbij de rente afhangt van het energiepeil dat bekomen wordt met de renovatie
-
Kris Moonen begeleidt in het kader van DuWoBo tegen voordelig tarief social coaching projecten/participatietrajecten/opzetten van business case die ingezet kunnen worden bij o.m. energy performance contracting, energie-armoede, opschaling van projecten.
-
Koen Panis heeft een concept voorgesteld voor de juridische structurering van financiering via een coöperatieve vennootschap voor zowel inwoners, investeerders, gemeentes en banken (zie verder).
-
Luc Wittebolle verwijst naar de FLK piloot m.b.t. het opzetten van een financieringsvehikel voor de financiering van lokale klimaatplannen op basis van het financieringsmodel dat voor Gent en Antwerpen werd ontwikkeld. In het kader van deze piloot zal een projectportefeuille (van circa 300 miljoen euro) worden samengesteld met projecten die binnen 1 à 1,5 jaar financieringsrijp kunnen gemaakt worden. Deze portefeuille zal dan in de volgende fase van de piloot als testcase gebruikt worden. Projecten rond collectieve renovatie komen eveneens in aanmerking.
-
Brugge heeft verschillende projecten lopen, o.m. een groot participatietraject “Toekomst van Brugge”. 600 ideeën van burgers zijn ingezameld, waaruit bleek dat de bevolking wenst dat in Brugge meer gebeurt rond duurzaamheid en energie-efficiëntie. Hieruit is nog geen concreet project gevloeid, maar men vindt het concept van coöperatieve vennootschap interessant in dit kader.
-
In Aalst worden de prikkelprojecten gekoppeld aan o.m. FRGE leningen.
3.
Algemeen Volgende algemene punten werden aangehaald: -
Link met het renovatiepact. Olivier De Ryckere (prov. Vlaams-Brabant) & Annick Gommers (Technum) zullen in de werkgroep financiering zitten. Er zullen zeker linken zijn naar deze werkgroep.
-
Het wordt belangrijk geacht om in financieringsprojecten de verbinding met het lokale niveau aan te houden. Daarnaast moet getracht worden om de zwakkeren mee te krijgen (bv. noodkopers).
4.
Presentaties
4.1.
Dieter Cuypers praktijkvoorbeelden + discussie De focus van de presentatie is op de technische kant van collectieve renovatie die gefinancierd wordt. Beslissingen worden niet enkel rationeel-economisch genomen. Gedragspsychologie, het gevoel iets “samen” te doen is een even belangrijke trigger. Koen haalt voorbeeld aan van project waarbij een blog tot dezelfde oplossing kan als een technisch comité, los van elkaar. Wederkerigheid kan nuttig zijn bv. iemand komt aan het gemeenteloket voor een waterprobleem, en de ambtenaar grijpt de kans om het energieprobleem voor te leggen en meteen te vragen of mogelijks anderen in de wijk hetzelfde probleem kunnen hebben, waarna men komt tot de identificatie van wijken met potentieel tot collectieve renovatie. “ESCO” wordt beter niet gebruikt voor verwijzing naar Energy Performance Contracting, aangezien het bij een ESCO gaat om een leverancier van energiediensten. We prefereren de term “derde partijfinanciering”. Het begrip ‘collectieve renovatie’ is een containerbegrip, het dekt vele verschillende ladingen. Het kan vanuit verschillende oogpunten ingevuld worden: -
-
Voorwerp van de renovatie: hier ligt de focus op de gelijktijdigheid/het gezamenlijk renoveren van een groep gebouwen. Maar ook hierbinnen is heel wat variatie mogelijk in functie van: o
de homogeniteit of heterogeniteit van de te renoveren gebouwen (enkel publieke of private woningen van een bepaald type of ook in combinatie met andere types private of publieke gebouwen, e.g. scholen?)
o
de aard van de renovatie: van oppervlakkige tot diepe renovatie
o
de standaardisatie van de renovatie: van standaard tot grote keuzevrijheid
o
de locatie van de gebouwen: locatiegebonden (straat, aaneensluitende gebouwen of in zelfde wijk) of niet locatiegebonden
Financiering van de renovatie: hier ligt de focus op de samenwerking op het vlak van financiering. Hier wordt de financiering samen georganiseerd (bundeling van financiering), waarna de individuele renovatie gelijktijdig of op een verschillend tempo kan plaatsvinden.
-
De organisatie van de aanbodzijde van de renovatie (aannemers / leveranciers): hier ligt de focus op het gelijktijdig/gemeenschappelijk aanbieden van op elkaar afgestemde of zelfs geïntegreerde diensten.
Uiteraard kunnen deze onderscheiden invullingen in verschillende combinaties voorkomen. Gevaar voor lock-in, zowel op technisch vlak (installateurs), op financieel vlak (gebruiker investeert in voor de hand liggende renovatiemaatregelen omdat daarvoor de kredietrisicoberekening makkelijker te collectiviseren is versus deep renovation), maar ook op beleidsniveau (focus op energierenovatie versus andere beleidsproblemen). Schaal: Er moet gezocht worden naar een optimale combinatie van financiële haalbaarheid (bv. in termen van min. investeringsbedrag) en van organisatorische haalbaarheid (bv. max. 300 gebouwen). Anderzijds is de transactiekost voor de inschatting (en afdekken van) het risico mogelijks lager indien we een grote groep woningen collectief gaan renoverenomdat in dergelijk geval statistisch materiaal gebruikt kan worden om het krediet- en operationele risico in te schatten. Dit is veel moeilijker voor een klein aantal woningen. In die zin kan er onderzocht worden of het zinvol /mogelijk is om het financieringsluik van de collectieve renovatie die gebaat is bij grote volumes (gedeeltelijk) los te koppelen van de organisatie van de operationele/activiteiten van de collectieve renovatie (die gebaat is met kleinere volumes e.g. tot 300 gebouwen). Vraag is ook wie de begunstigden zijn van het schaalvoordeel. Bv. binnen Blok voor Blok projecten wordt van de 20% economisch schaalvoordeel 7% afgehouden voor transactiekosten, wat een 13% netto rendement oplevert dat geheel of gedeeltelijk doorgegeven kan worden aan de eindgebruiker. De hoogte van de transactiekosten en de mate waarin deze doorgerekend worden aan de eindgebruiker kan een belangrijk knelpunt vormen cfr. Tilburg. In de VS worden de banken veeleer ingezet als intermediair tussen de investeerders en de gebruikers; dergelijk model zal hier in de toekomst naar verwachting ook steeds meer ingang vinden.
4.2.
Koen Panis – coöperatieve vennootschap + discussie Het concept geeft de constructie weer hoe gefinancierd kan worden aan de hand van een coöperatieve vennootschap (CV). De juiste aanwending van de structuur zal afhankelijk zijn van de grootte van de projecten. De CV zou fungeren als (i) financieringsvehikel en ESCO versus de gebruikers/afnemers en (ii) als investeringsvehicle voor de gebruikers en/of afnemers.
Product voor gebruiker Uiteindelijk is het opzet dat de gebruiker voor de aankoop of plaatsing van energiebesparende producten, zijn aankoop/plaatsing kan spreiden in de tijd, met een investeringscomponent op de prestaties van de CV. Bv. In plaats van EUR 100 te betalen op dag 1 voor deze producten, ‘betaalt’ de gebruiker EUR 90 als volgt: •
•
EUR 60 dag 1, o
waarvan EUR 20 wordt aangewend tot aankoop van een aandeel in de CVBA en waarop de gebruiker een rendement kan krijgen tot maximum 6%. Eventueel kan dit aandeel ook apart worden aangekocht door derden.
o
waarvan 40 effectief een voorafbetaling van de aankoop van het product is.
EUR 30 over een termijn van 5/10 jaar. In casu doet men een nulmeting op voorafgaand aan de installatie, waarbij het verschil in energiebesparing (bv. EUR 60 over 10 jaar) 50/50 wordt verdeeld, waardoor elk jaar de gebruiker EUR 3 aan de CV terugbetaalt.
Deze cijfers zijn puur speculatief. Het is de bedoeling dat door de bundeling van krachten de CV beter prijzen zou kunnen verkrijgen, waardoor de producten niet 100 maar 70 kosten (zijnde 40 + 30). De 20 is equity voor nieuwe investeringen, zodat er een continue equity basis blijft voor verdere financieringen. Zonodig kan de gemeente een beperkte garantie voorzien. CV als Esco De CV zal optreden als aankoper van de producten, gefinancierd door hogervermeldde equity en bankfinanciering. De CV kan, doch hoeft niet, projecten in eigendom te nemen. Bij renovatieprojecten zal de eigendom eerder bij de gebruiker liggen. De nieuwe pandwet van 11 juni 2013, welke in principe in werking treedt tegen 1/1/2017, voorziet in enkele innovaties die een leasingstructuur met eigendom binnen de CV mogelijk maken. Tot dan zal de bank eerder op een portfoliobenadering naar de gebruikers kredietrisico kijken.
CV als vennootschap Deze vennootschap wordt opgericht met een deel vast kapitaal (ingebracht door bv. gemeenten, grote kapitaalinvesteerders die A-aandelen ontvangen) en een deel variabel kapitaal (inwoners of gebruikers die een B- aandeel kopen). De statuten zullen voor de nodige remmen voorzien om het continue aandeelhouderschap van de A- aandeelhouders te garanderen. Gewoonlijk is er ook een lock-up voorzien waarbij gebruikers hun B-aandeel de eerste 6 jaar dienen aan te houden. Verschillende aandelenklassen kunnen worden gecreëerd, naargelang de noden en in functie van het risico dat ze bereid zijn te nemen. Voor echte durfkapitaalinvesteerders levert de mogelijks te weinig rendement op, doch dit is niet echte driver van de CV. Uiteindelijk dient de CV iets meer dan break-even te draaien, met een maximaal volume aan klanten. Het doel van een coöperatieve vennootschap is immers voordeel creëren voor haar leden. Incentives •
het goedkoper aankopen van een product via de CV, dan op individuele basis.
•
voorfinanciering van 30% van de aankoop (cfr. 30 euro);
•
investering in een interessant beleggingsproduct, wat ook de gemeenschap en het milieu ten goede komt;
•
fiscaal interessant (vrijstelling van eerste schijf van dividendbelasting) (http://economie.fgov.be/nl/ondernemingen/leven_onderneming/oprichtin g/structuur/vennootschapsvormen/Cooperatieve_vennootschappen/Erkenn ing/Voordelen/#.VNtr-p0VEyE )
•
vrijstelling van de prospectus tot 5 miljoen euro onder voorwaarden, hetgeen de opstartkosten kan beperken.
•
Community building: mogelijkheid tot betrokkenheid door de gebruikers via aandeelhoudersvergaderingen, bestuur, blogs, enz.
Aandachtspunten/verdere uitwerking •
Wat precies met een dergelijke constructie gefinancierd worden, kan sterk uiteenlopen.
•
Transactiekosten (juridische kosten, financiële modellellering, beheerkosten van het lopend fonds) vs size projecten.
•
Volgende WGvergadering: becijfering
De opmerking wordt gemaakt dat dergelijke constructie heel wat voorbereiding vereist, wie gaat initiatief nemen en een dergelijk proces structureren? Dit kan niet verwacht worden van de gemeenten. Het lijkt ook een instrument dat minder geschikt is voor kleinere gemeenten, maar eerder voor steden.
4.3.
Volgende stappen -
Koen stuurt een samenvatting rond van het concept.
5.
-
Het zou nuttig zijn om dit concept eens toe te passen op concrete projecten die al wat vorm hebben. De participanten zullen een korte beschrijving van hun lopende/geplande projecten rondsturen (tegen eind februari).
-
Op basis van de ingestuurde projecten, bekijken de trekkers samen met Koen, Diana en Luc het potentieel en identificeren ze een aantal interessante investeerders om uit te nodigen voor de volgende WGvergadering op 31 maart.
Bijlagen -
Presentatie Dieter – collectieve renovatie
-
Fiche projecten
-
(klad) rekenvoorbeeld