bijlage
4 agendapunt
6
Vergadernotitie
Datum
voor de Drechtraad op 16 juni 2010
28 mei 2010 Steller
J. van Dijk doorkiesnummer
Onderwerp
078 6398513
Jaarrekening GR Drechtsteden 2009
e-mail
[email protected]
Bijlagen -
Jaarrekening 2009 Managementletter interim-controle Rapport van bevindingen accountantscontrole Reactie Drechtstedenbestuur op rapport van bevindingen (wordt nagezonden) Advies Auditcommissie (wordt nagezonden) Advies commissie WZI
Gevraagde beslissing 1. Vaststellen van de jaarrekening 2009 2. Vaststellen van de voorgestelde resultaatbestemming Verdere procedure Na vaststelling door de Drechtraad wordt de jaarrekening naar de toezichthouder, de provincie Zuid-Holland gestuurd. Financiële consequenties Zie voorstellen voor resultaatbestemming Toelichting De jaarrekening sluit met een negatief saldo van ruim € 1,2 miljoen, dat als volgt per GRD-dochter is opgebouwd:
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Ingenieursbureau ServiceCentrum Gemeentebelastingen Onderzoekcentrum Algemene dekkingsmiddelen Totaal
Bedrag x € 1.000 0 - 845 + 512 +9 + 40 - 100 - 877 -1.261
Het saldo bij de Sociale Dienst wordt hoofdzakelijk gerealiseerd op de WMO-huishoudelijke hulp. In de 2e marap 2009 was op dat onderdeel een positief resultaat van € 4,0 miljoen geprognotiseerd. Het uiteindelijke positieve resultaat blijkt echter € 2,9 miljoen te zijn, waardoor bij de jaarrekening een negatief saldo van € 1,1 miljoen wordt gepresenteerd. De SDD heeft verder een positief
pagina 2
resultaat op het onderdeel Inburgering van € 0,4 miljoen en een negatief resultaat op de apparaatskosten van € 0,2 miljoen. Bij het Ingenieursbureau was de realisatie van de winst ongeveer € 200.000 lager dan verwacht bij de tweede marap. De lagere winst wordt veroorzaakt door het opnemen van oud verlof 2008 en een terugloop in de omzet 2009. Het Servicecentrum en de Gemeentebelastingen laten allebei een klein positief resultaat zien. Voorgesteld wordt om dit voor beide in de exploitatiereserve van deze dochters te storten. Het Onderzoekcentrum laat een tekort zien. Dit was reeds aangekondigd bij de tweede marap. Het negatief resultaat bij de Algemene dekkingsmiddelen is in hoofdzaak veroorzaakt door incidentele lasten die voorvloeien uit de afspraken over het oplossen van de discussiepunten rondom de vorming van het SCD, die in de jaarrekening 2008 als risico zijn benoemd. Daarnaast is er een verdere aanvulling in de voorziening Landsbanki gedaan. De specificatie van het resultaat is als volgt:
Oplossen discussiepunten SCD Voorziening Landsbanki Onderschrijding gemeenschappelijke kosten Renteresultaat Totaal
Bedrag x € 1.000 - 621 - 350 + 71 + 23 - 877
Bij de verdere voorstellen voor resultaatbestemming is als uitgangpunt genomen hetgeen in de bijdrageverordening is vastgelegd, en de aanvullende financiële afspraken over de SDD.
pagina 3
Voorstellen resultaatbestemming Programma
Bedrag
Bestemming
Toelichting
(x € 1.000)
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Drechtsteden
€0 € 332 Toevoegen aan reserve inburgering € 50 Resultaat inburgering uitkeren aan gemeenten - € 2.883 Onttrekking aan reserve WMO-HH ivm Punt 1 bereiken maximum € 3.930 Resultaat WMO-HH uitkeren aan Punt 2 gemeenten - € 174 Resultaat apparaatskosten; onttrekken aan exploitatie-reserve SDD - € 2.100 Onttrekking aan reserve WMO-HH ivm nog te verwachten kosten 2009
Ingenieursbureau Drechtsteden Service Centrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen
Punt 3
€ 512 Uitkeren aan gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht € 9 Toevoegen aan exploitatiereserve € 40 Toevoegen aan exploitatiereserve - € 100 Extra bijdrage van deelnemers - € 877 Extra bijdrage van deelnemers € 1.000 Vormen voorziening packagedeal ZHZ
Punt 4
- € 1.000 Extra bijdrage van gemeenten voor de vorming van de voorziening packagedeal ZHZ Totaal bestemmingsvoorstellen
- € 1.261
Toelichting bij de voorstellen WMO huishoudelijke hulp Punt 1 De stand van de reserve Huishoudelijke hulp was per 1 januari 2009: € 3,9 miljoen. Bij de 2e marap 2009 is aan de reserve € 4,0 miljoen toegevoegd in verband met het verwachte positieve resultaat, waardoor de stand € 7,9 miljoen werd. Het vastgestelde maximum van de reserve is echter € 5,0 miljoen, zodat nu voorgesteld wordt € 2,9 miljoen te onttrekken. Punt 2 Oorspronkelijk werd over 2009 een extra positief resultaat van € 1,0 miljoen gerapporteerd. Samen met de € 2,9 miljoen uit de reserve leidt dat tot een bedrag van € 3,9 miljoen waarvan nu wordt voorgesteld dit aan de gemeenten uit te keren. Punt 3 Aan het eind van de accountantscontrole bleken zorgaanbieders met hogere einddeclaraties (ten opzichte van hun reguliere bevoorschotting) te komen, voor een bedrag van € 2,1 miljoen. Voorgesteld wordt deze nagekomen last te dekken door een extra onttrekking aan de reserve. Dit resulteert in een stand van de reserve van € 2,9 miljoen (€ 5,0 miljoen minus € 2,1 miljoen). De verwachting is dat dit voldoende is om de toekomstige risico’s op te vangen.
pagina 4
Toelichting bij de voorziening packagedeal ZHZ Punt 4 Sinds eind 2008 loopt er discussie tussen de Regio Zuid-Holland Zuid en het SCD (formeel de GR Drechtsteden) over dienstverlening (omvang, kwaliteit, mismatch), samenloop met deelprogramma 1B van het programma Informatisering, Processen & Automatisering (IP&A) en verschuldigde bijdragen, mede in relatie tot de garantieafspraken. Op dit moment worden gesprekken gevoerd die moeten leiden tot een packagedeal met ZHZ, waarbij langs een aantal sporen tot een voorstel voor het oplossen van de discussiepunten wordt gekomen. Onderdeel van de packagedeal wordt een financiële bijdrage van de GRD aan de financiële problematiek. Die financiële bijdrage wordt nu geschat op € 1,0 miljoen. Vanuit het voorzichtigheidsprincipe wordt voorgesteld hiervoor een voorziening van € 1,0 miljoen te vormen. De voorziening wordt gevormd door een extra bijdrage van de gemeenten op basis van de inwoneraantallen.
Afrekening van het rekeningresultaat met gemeenten:
Bedragen x € 1.000
Resultaat
Bestemming Mutaties Reserves
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Reintegratie Kinderopvang Inburgering WWB-inkomen Minimabeleid WMO HH WMO hulpmiddelen Schuldhulpverlening Apparaatskosten Subtotaal SDD Bureau Leerplicht Ingenieursbureau Servicecentrum Gemeentebelastingen Onderzoekcentrum Algemene dekkingsmiddelen Subtotaal Package deal ZHZ TOTAAL
0
0
0 0 382 0 0 -1.053 0 0 -174 -845
0 0 50 0 0 3.930 0 0 0 3.980
2
34
1
2
3
8
281
1.769
387
474
357
662
283
1.803
388
476
360
0 512 9 40 -100 -877
-5 -63
-42 -397
-6 -83
-10 -106
-7 -80
-1.261
215
1.709
299
360
670
Overig
T o ta a l g e m e e n te n
Z w ijn d re c h t
S lie d re c h t
P a p e n d re c h t
H I A m bacht
D o rd re c h t
A lb la s s e rd a m
Uitbetalen aan gemeenten
332
-4.983
-174 -4.825
0
9 40
-12 -149
0 512 0 0 -82 -877
273
676
3.533
-4.776
-18
-4.776
-18
345
167
-1.000
-71
-453
-95
-120
-91
-170
-1.000
-2.261
144
1.257
204
240
183
506
2.533
-18
Concept - Jaarrekening 2009
INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding ........................................................................................................... 3 2. Programma’s..................................................................................................... 5 2.1 Bureau Drechtsteden ..................................................................................... 5 2.2 Manden Maken.............................................................................................18 2.3 Sociale dienst Drechtsteden...........................................................................19 2.4 Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten.................................................36 2.5 Ingenieursbureau Drechtsteden .....................................................................39 2.6 Service Centrum Drechtsteden.......................................................................44 2.7 Onderzoekcentrum Drechtsteden ...................................................................47 2.8 Gemeentebelastingen Drechtsteden................................................................50 2.9 Algemene Dekkingsmiddelen .........................................................................54 3. Verplichte paragrafen ........................................................................................56 3.1 Weerstandsvermogen ...................................................................................56 3.2 Bedrijfsvoering ............................................................................................58 3.3 Onderhoud kapitaalgoederen .........................................................................66 3.4 Financiering.................................................................................................67 3.5 Rechtmatigheid............................................................................................68 4. Jaarrekening ....................................................................................................71 4.1 Resultaatbestemming ...................................................................................71 4.2 Balans ........................................................................................................74 4.3 Programmarekening .....................................................................................76 4.4 Toelichtingen ...............................................................................................77 5. Accountantsverklaring .......................................................................................86 6. Vaststelling ......................................................................................................89 BIJLAGEN ............................................................................................................90
Versie dd 25 mei 2010
2
1. Inleiding Bestuur en organisatie De financiële crisis heeft in 2009 in de Drechtsteden grote effecten gehad op sociaaleconomisch terrein: oplopende werkloosheid, een groter aantal faillissementen, en een inzakkende woningmarkt. Binnen de GRD-organisatie merken vooral de Sociale Dienst, door een groter beroep op de voorzieningen, en Bureau Drechtsteden, als het gaat om noodzakelijke beleidsaanpassingen, die effecten. De economische teruggang leidt ook tot financiële krapte bij de gemeenten. De verbondenheid in het Drechtsteden-netwerk heeft er toe geleid dat (ook) de GR Drechtsteden haar verantwoordelijk neemt, en een financiële taakstelling heeft en krijgt, om een bijdrage te geven aan die krapte. De taakstelling wordt ingevuld met een proces van brede doorlichting waarbij systematisch gekeken wordt naar maatregelen waarbij door verbetering van efficiency, effectiviteit en kwaliteit kosten kunnen wordt beperkt en opbrengsten vergroot. In 2009 is een vergelijkbaar traject gestart op het niveau van het Drechtsteden-netwerk, in de vorm van een Regionaal Innovatieprogramma. Deze aanpak toont die verbondenheid in het netwerk en moet daardoor bezuinigen door innovatie mogelijk maken. Een dergelijke oplossing kan alleen in een netwerkconstructie worden gezocht. Bestuurlijk is in 2009 de voorbereiding van de nieuwe bestuursperiode gestart, door een evaluatie van het regionaal Meerjarenprogramma, en een evaluatie van de bestuurlijke samenwerking door de commissie Scholten II. De commissie Meijdam heeft inmiddels ook haar advies gegeven over de verdere ontwikkeling van de regionale samenwerking. Organisatorische ontwikkeling is dat Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten per 1 juli 2009 is overgegaan naar de GR Regio Zuid-Holland Zuid. Bureau Leerplicht voert inmiddels taken uit voor nagenoeg alle gemeenten uit de regio ZHZ, zodat de overgang naar regio ZHZ voor de hand lag. Financiële uitkomsten De rekening sluit met een negatief saldo van ruim € 1,2 miljoen, dat als volgt per GRDdochter is opgebouwd.
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Ingenieursbureau ServiceCentrum Gemeentebelastingen Onderzoekcentrum Algemene dekkingsmiddelen Totaal
Bedrag X € 1.000 0 - 845 + 512 +9 + 40 - 100 - 877 -1.261
In de jaarrekening is per onderdeel een toelichting en analyse opgenomen, en een voorstel voor bestemming van het resultaat. Het saldo bij de Sociale Dienst wordt hoofdzakelijk gerealiseerd op de WMOhuishoudelijke hulp. In de 2e marap 2009 was op dat onderdeel een positief resultaat van € 4,0 miljoen geprognotiseerd. Het uiteindelijke positieve resultaat blijkt echter € 2,9 miljoen te zijn, waardoor bij de jaarrekening een negatief saldo van € 1,1 miljoen wordt gepresenteerd. De SDD heeft verder een positief resultaat op het onderdeel Inburgering van € 0,4 miljoen en een negatief resultaat op de apparaatskosten van € 0,2 miljoen.
3
Bij het Ingenieursbureau was de realisatie van de winst ongeveer € 200.000 lager dan verwacht bij de tweede marap. De lagere winst wordt veroorzaakt door het opnemen van oud verlof 2008 en een terugloop in de omzet 2009. Het Servicecentrum en de Gemeentebelastingen laten allebei een klein positief resultaat zien. Voorgesteld wordt om dit voor beide in de exploitatiereserve van deze dochters te storten. Het Onderzoekscentrum laat een tekort zien. Dit was reeds aangekondigd bij de 2e marap. Het negatief resultaat bij de algemene dekkingsmiddelen is in hoofdzaak veroorzaakt door incidentele lasten die voorvloeien uit de afspraken over het oplossen van de discussiepunten rondom de vorming van het SCD, die in de jaarrekening 2008 als risico zijn benoemd. Daarnaast is er een verdere aanvulling in de voorziening Landsbanki gedaan. De specificatie is als volgt:
Oplossen discussiepunten SCD Voorziening Landsbanki Onderschrijding gemeenschappelijke kosten Renteresultaat Totaal
Bedrag x € 1.000 - 621 - 350 + 71 + 23 - 877
Een samenvatting van de voorstellen voor bestemming van het rekeningresultaat 2009 is opgenomen in hoofdstuk 4.1. Leeswijzer Deze jaarrekening is volgens hetzelfde stramien opgebouwd als de jaarrekening over 2007 en 2008. Na deze inleiding volgen in hoofdstuk 2 de beleidsinhoudelijke programma’s. Elke GRD-dochter heeft haar eigen begrotingsprogramma. In hoofdstuk 3 zijn de verplichte paragrafen terug te vinden. Hoofdstuk 4 bevat de financiële jaarrekening met toelichtingen.
4
2. Programma’s 2.1 Bureau Drechtsteden De gevolgen van de financiële en economische crisis waren in de Drechtsteden in 2009 goed merkbaar. In de raadscarrousel van 15 april 2009 heeft de Drechtraad hier uitgebreid bij stilgestaan. Die avond zijn de eerste zichtbare trends van de economische crisis gepresenteerd en bediscussieerd. Om meer gevoel te krijgen op de gevolgen voor de Drechtsteden, is de behoefte uitgesproken aan een periodieke rapportage. Wat zijn de gevolgen voor de werkloosheid en de afzet van nieuwbouwwoningen? Maar ook: zijn er al tekenen van herstel? Deze vragen zijn mede aanleiding geweest voor het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) te komen met een crisismonitor. Zo kan uit de eerste monitor worden geconcludeerd dat de werkloosheid in 2009 flink is opgelopen en het aantal werkzoekenden flink is gestegen. Vooral in de tweede helft van 2009 zakte het aantal vacatures flink in. De woningmarkt heeft ook aantoonbaar geleden onder de crisis. Zowel het aanbod van woningen als de gemiddelde verkooptijd zijn flink gestegen. Behoudens enkele uitschieters is ook sprake van een relatief lage verkoop van nieuwbouwwoningen. Aan de hand van periodieke monitoren wordt de ontwikkeling op de arbeidsmarkt, woningmarkt en het bedrijfsleven nauwlettend gevolgd. De verschillende beleidsvelden van Bureau Drechtsteden (BDS) zijn ondergebracht in één programma. De verschillende beleidsvelden worden in dit document als deelprogramma toegelicht. Deelprogramma Bestuur (Bestuur en communicatie) Evaluatie bestuurlijke samenwerking door cie. Scholten II De commissie Scholten II heeft in 2009 aan haar rapportage gewerkt op basis van een consensusgerichte bespreking, waarbij de leden van de commissie zonder last of ruggespraak hebben deelgenomen aan de besprekingen. De commissie Scholten II zoekt met de rapportage nadrukkelijk de positieve confrontatie met andere trajecten in het kader van de evaluatie van de GR Drechtsteden en de daarbij betrokken organen. De commissie Scholten II roept met de presentatie van dit rapport op tot een intensieve en dynamische bespreking van het politieke en bestuurlijke functioneren van de Drechtsteden, gericht op een krachtige voortzetting van de samenwerking. Na bestudering van de resultaten van de enquête met bijbehorende verdiepingsgesprekken met raadsleden en bestuurders heeft de commissie een tussenrapportage opgesteld. Op basis van ‘scharnierpunten’ is toen uitvoerig gerapporteerd over de opbrengsten van de evaluatie. Het eindrapport van de commissie bouwt voort op de tussenrapportage. De commissie stelt vast dat de huidige bestuurlijke hoofdstructuur goed functioneert, maar dat op onderdelen verbeteringen te realiseren zijn. Onderstaande punten zijn daarbij van belang: Betrokkenheid. Het creëren van mogelijkheden voor gemeenteraadsleden, burgemeesters en wethouders om regionaal meer betrokken te zijn bij de onderwerpen van hun keuze; Inhoud centraal en daaromheen een meer flexibel regionaal bestuursmodel organiseren; Het versterken van de regionale duale verhoudingen en een scherper onderscheid tussen informeel (informatie, inspiratie & opinie) en formeel (besluitvorming) overleg. Verschillende fases van besluitvorming vragen om verschillende breedtes van betrokkenheid. Opinie en debat voor vertegenwoordigers en bestuurders die willen, besluitvorming voor hen die daarvoor zijn aangesteld.
5
Forse verbeterslag op ‘van buiten naar binnen’ werken. Intensiveren van de samenwerking met maatschappelijke partners en andere overheden. Kwalitatieve verbetering van de organisatie van het regionale democratisch proces (zoals agendasetting, kwaliteit en tijdigheid van stukkenstroom). De complete rapportage van de commissie Scholten II is in de Drechtraad van februari 2010 geagendeerd en overgedragen aan de nieuwe Drechtraad. Evaluatie Meerjarenprogramma 2007-2010 Na het document 1+1=3 is de afgelopen jaren gewerkt aan de hand van het Meerjarenprogramma waarin de ambities van de Drechtsteden als regionaal netwerk staan beschreven. Dit programma is eind 2009 geëvalueerd. Naast verantwoording over het gevoerde beleid worden in de evaluatie in de vorm van speerpunten, tevens aanbevelingen gedaan voor de komende raadsperiode. De evaluatie van het Meerjarenprogramma is in de Drechtraad van februari 2010 geagendeerd als bouwsteen voor de nieuwe periode overgedragen aan de volgende Drechtraad. Communicatie Thema voor de communicatie is dit jaar het zoeken naar het evenwicht tussen lokaal en regionaal. Centrale vraag daarbij is steeds wie over welk onderwerp communiceert (Het Drechtstedenbestuur of de individuele gemeentebesturen). Uitgangspunt is daarbij ook om de betrokken partijen voldoende informatie te bieden over het reilen en zeilen van de Drechtsteden. Dit thema komt ook in de evaluatie Scholten II terug. Daarnaast is in het kader van de Pieken in de Drechtsteden is in 2009 een succesvolle ‘Dordrecht Ontdekdag’ georganiseerd. Inwoners konden via een aantrekkelijk programma kennismaken met de binnenstad van Dordrecht. Pieken in de Drechtsteden In december 2008 heeft de Drechtraad de startnotitie ‘Pieken in de Drechtsteden’ vastgesteld. In 2009 is gestart met de uitwerking van de Pieken tot een strategische investeringsagenda. De piek ‘water: maritieme technologie, innovatie en binnenvaart’ is nader uitgewerkt via een SWOT-analyse. Op basis van deze analyse wordt geconstateerd dat het maritieme cluster een aanzienlijke economische meerwaarde heeft voor Drechtsteden. Het is van belang om de vitaliteit in dit cluster te behouden, ons goed in Nederland te positioneren met dit cluster en te komen tot een betere aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt in het maritieme cluster. De piek landschap is uitgewerkt in een ambitiedocument ‘Samen het unieke landschap ontsluiten’. De piek benadrukt de unieke landschappen in onze regio, maar constateert tegelijkertijd dat de toegankelijkheid van en verbinding tussen deze landschappen nog verbeterd kan worden. In het ambitiedocument wordt een aantal voorstellen gedaan om de reeds kwalitatief hoogwaardige groenstructuur in de Drechtsteden verder te versterken. In de piek binnenstad in 2009 de dialoog centraal. Via een ronde langs de raden van de Drechtsteden-gemeenten is de agenda van de binnenstad verder aangescherpt. De inwoners van de Drechtsteden hebben via de ‘Dordrecht Ontdekdag’ en een daaropvolgende avond de binnenstad van Dordrecht ‘opnieuw ontdekt’. De inbreng van de raden als zowel de inwoners van de Drechtsteden wordt meegenomen in de doorontwikkeling van de binnenstad. De belangrijkste aandachtspunten die genoemd zijn, zijn de verbinding tussen de centra van Zwijndrecht, Dordrecht en Papendrecht, het voorzieningenniveau en de doorontwikkeling van het drierivierenpunt.
6
De pieken staan op een stevig fundament. Het fundament heeft gestalte gekregen door de uitvoering van het regionaal MJP. In 2009 is – in het kader van het fundament – de maatschappelijke agenda ontwikkeld. Met de pieken en het fundament hebben we in 2009 de Drechtsteden een profiel gegeven en focus aangebracht in het bestaande regionale beleid. Vanuit de pieken zijn regionale prioriteiten benoemd waar in de komende periode het accent op komt te liggen. In de Drechtraad van 17 februari 2010 heeft de Drechtraad de ‘Pieken in de Drechtsteden’ aangemerkt als overdrachtsdossier voor het nieuwe Drechtstedenbestuur en de Drechtraad. De Drechtraad heeft daarbij aangegeven om in het perspectief van de economische crisis de pieken te voorzien van een financiële bandbreedte, alsook nadrukkelijk partners te betrekken bij de realisatie van de pieken. Deelprogramma economie, bereikbaarheid en toerisme Economie De hoofddoelstelling voor de regionale samenwerking op het gebied van economie is het realiseren van een duurzame economische groei in de Drechtsteden. Daarvoor werken we aan het verbeteren van de economische concurrentiepositie van de Drechtsteden en het vergroten van de werkgelegenheid. Daarnaast wordt gewerkt aan het versterken van de regionale economische structuur en het vergroten van de koopkrachtbinding. Om deze doelstellingen te kunnen bereiken, zijn in 2009 diverse activiteiten ontplooid. Bedrijventerreinen Begin 2007 heeft de Drechtraad de bedrijventerreinenstrategie voor de Drechtsteden vastgesteld. Deze strategie is in 2008 en 2009 doorvertaald in de Uitvoeringsstrategie Bedrijventerreinen (USB). Een relatief groot deel van de voorraad bedrijventerreinen bestaat uit watergebonden kavels. Daarom is, naast de USB, ook een specifieke uitvoeringsstrategie voor de Natte Bedrijventerreinen (USN) ontwikkeld. Beide strategieën zijn door de Drechtraad vastgesteld op 17 juni. De kosten van beide producten zijn gespreid over de jaarrekeningen 2008 en 2009. In de tweede helft van het jaar is een start gemaakt met het uitwerken van een Uitvoeringsprogramma Bedrijventerreinen. Op basis van de USN en USB wordt een samenhangend maatregelenpakket opgesteld. Het Uitvoeringsprogramma is mede gefinancierd door de provincie en de Kamer van Koophandel. Omdat het product begin 2010 wordt afgerond, zijn de kosten verdeeld over de jaren 2009 een 2010. Kantoren Als uitwerking van de vastgestelde Regionale Kantorenstrategie (2007) is in 2009 een start gemaakt met de Regionale Monitor Kantoren. Deze monitor wordt een onderdeel van de Monitor Economie, welke het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) jaarlijks uitvoert. Daarnaast is in samenwerking met marktpartijen gewerkt aan een digitale vastgoedkaart. Tot slot is in 2009 gestart met een onderzoek naar de leegstand van kantoren. In dit kader wordt zowel de huidige problematische leegstand in kaart gebracht als ook de potentiële probleemlocaties. Dit onderzoek wordt afgerond in 2010. Detailhandel In 2009 is de Structuurvisie Detailhandel en Horeca Drechtsteden (SDH) geëvalueerd. Onderzocht is of deze visie het gewenste kader heeft geboden en of het toekomstbeeld nog realistisch is. Uit de evaluatie blijkt dat de SDH een aantal beperkingen heeft en om actualisatie vraagt. In combinatie met de ontwikkelingen als “Pieken in de Drechtsteden” en “Hollands Glorie” zijn er veel mogelijkheden om de groei van de regionale detailhandel te stimuleren. De Drechtraad heeft in december 2009 de evaluatie vastgesteld. Daarbij is besloten de SDH in 2010 te actualiseren, op basis van de conclusies en aanbevelingen uit deze evaluatie.
7
Maritiem Medio 2008 is de regio ingesprongen op de actuele vraag rondom de komst van een containertransferium in de regio. Dit transferium is een van de maatregelen in het kader van Randstad Urgent. Medio 2009 hebben de Drechtsteden overeenstemming bereikt met het Rijk, de provincie, het Havenbedrijf Rotterdam en de gemeente Rotterdam, over de bouw van een transferium in Alblasserdam. Doordat het onderhandelingsproces in 2009 langer doorliep dan in eerste instantie verwacht, zijn ook de begeleidingskosten vanuit de regio hoger uitgevallen dan oorspronkelijk begroot. Gezamenlijk met Werkgevers Drechtsteden en de Kamer van Koophandel is gewerkt aan het opzetten van een portal/website voor het maritieme cluster. In 2009 is een potentiële exploitant geselecteerd. Om het aanlooprisico te beperken heeft de exploitant verzocht om een eenmalige financiële ondersteuning vanuit de initiators. Deze bijdrage wordt voldaan in 2010, op het moment dat de portal is gerealiseerd. Als uitvloeisel van het Manden Maken project 't Plaatje', heeft de gemeente Sliedrecht in 2007 het initiatief genomen tot het versterken van de innovatie in het maritieme cluster. Dit initiatief is in de loop van 2009 vertaald in een businesscase. De kosten van deze case zijn gefinancierd door de Drechtsteden. Aan de hand van de businesscase zijn diverse instellingen (onderwijs, overheid en ondernemers) benaderd voor een bijdrage aan het project. De businesscase gaat uit van een projectbegroting van € 1,5 miljoen over 3 jaren. Het Drechtstedenbestuur heeft eind 2009 in principe ingestemd met een projectbijdrage van € 300.000 voor de duur van het project. In de eerste helft van 2010 moet er definitief duidelijkheid zijn over de overige financiële bijdragen, waaronder een EFROsubsidie en co-financiering van de provincie. Zodra die duidelijkheid er is, gaat het project van start. De Drechtsteden hebben van oudsher een bijzondere positie in de maritieme sector. Daarom zijn de Drechtsteden lid van de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens. Promotie en Acquisitie Samen met de ROM-D is de Drechtsteden in 2009 opgetreden als hoofdsponsor van de jaarlijkse “Industriedag” van Werkgevers Drechtsteden. Daarnaast is in de tweede helft van 2009 gestart met het opstellen van de kadernota regionale economische promotie en acquisitie. Met deze nota hebben de Drechtsteden een beleidsmatig kader om, met ingang van 2010, de ROM-D een gerichte promotie- en acquisitieopdracht te kunnen geven. Het eindconcept van de nota is in 2009 opgeleverd. Bestuurlijke besluitvorming over dit concept vindt plaats in de eerste helft van 2010. De ambities en maatregelen uit de kadernota vragen om meerjarige investeringen van de Drechtsteden, ROM-D én overige partners. In het meerjarenprogramma 2010-2014 van de Drechtsteden moet hiervoor financiële ruimte gereserveerd worden. ROM-D In 2009 is de beslisnotitie ROM-D aangescherpt en de businesscase geactualiseerd. Parallel heeft de directie van de ROM-D het bedrijfsplan uitgewerkt. Op 14 oktober 2009 heeft de Drechtraad deze nieuwe contouren voor de ROM-D vastgesteld. Voor het opstellen van de drie notities is gebruik gemaakt van externe expertise. Deze kosten worden gezamenlijk gedragen door ROM-D en Drechtsteden. Bereikbaarheid Herziening mobiliteitsplan In 2009 is op basis van de regionale verkeers- en milieukaart een kwantitatieve analyse gemaakt en inzicht verkregen in de regionale knelpunten voor het autoverkeer. Tijdens een workshop op 16 december 2009 zijn samen met vertegenwoordigers van belangen-
8
groeperingen de thema’s verkend (fiets, verkeersveiligheid, auto en openbaar vervoer) die aan de basis staan van het nieuwe mobiliteitsplan. Het nieuwe plan moet een beperkt aantal prioriteiten opleveren als regionaal uitvoeringsprogramma voor de komende jaren. Samenwerkingsagenda Zuidvleugel Op 11 september 2009 is door het rijk, de provincie en de gemeente Dordrecht het convenant ondertekend voor de uitvoering van de aansluitingen A16 – N3, A16 – Mijlweg, en A15 – N3. Hiermee is officieel een start gemaakt met de voorbereiding van de uitvoering van de desbetreffende projecten. Waterbus Tijdens een feestelijke bijeenkomst zijn op 4 december 2009 overeenkomsten ondertekend ter bevestiging van de nieuwe periode van aanbesteding van de waterbus. De rechten en plichten tussen provincie en Drechtsteden zijn vastgelegd. Ook is de kwaliteit van de voorzieningen bij de diverse halte-eigenaren bezegeld en zijn de afspraken tussen provincie en vervoerder verankerd. Hiermee is een solide basis gelegd voor de periode van aanbesteding van 2010 tot 2022. HOV-D In 2009 zijn de voorlopige ontwerpen van de projecten voor de tweede fase nader uitgewerkt, begroot en voorzien van de financiële rechten en plichten aan de gemeenten aangeboden. Overeenkomstig de met de provincie op 14 november 2008 gesloten bestuursovereenkomst, hebben de gemeenten toegezegd de projecten uiterlijk in 2011 in uitvoering te nemen. Stedenbaan In 2009 is vooral gewerkt aan de volgende zaken: Participatie in het traject Programma Hoogfrequent Spoorvervoer vanwege de belangen voor zowel reizigers- als goederenvervoer. Kennisontwikkeling rondom ketenmobiliteit (relaties fiets - OV en P&R - OV) en knooppuntontwikkeling (verbinding met Maasterras). Mogelijkheden voor verdere verbetering informatievoorziening op en rondom de bestaande stations Zwijndrecht en Dordrecht. Mogelijkheden realisatie verschoven station Copernicusweg en nieuw station Leerpark. Toegankelijkheid OV Ook in 2009 zijn door de gemeenten voor een groot aantal haltes plannen ingediend voor het (in 2010) toegankelijk maken van de OV haltes. De provinciale subsidieregeling maakt het mogelijk eerder uitgesproken ambities in concrete plannen te vertalen. Verkeersveiligheid In 2009 is met succes verder gewerkt aan de uitvoering van het meerjarenprogramma 2008 – 2010. Dit MJP vormt een belangrijk instrument voor te realiseren projecten op het gebied van gedragsbeïnvloeding. Toerisme Met het (meerjaren)programma Hollands Glorie willen de Drechtsteden zich inzetten voor de ontwikkeling van een duurzaam toeristisch-recreatief kwaliteitsproduct, waarmee de regio cultureel en toeristisch op de (inter)nationale kaart wordt gezet. Hiermee wordt beoogd een belangrijke bijdrage te leveren aan: het versterken van de lokale en regionale economie en werkgelegenheid; een prettiger woon- en leefklimaat voor huidige en nieuwe inwoners; een gunstiger vestigingsklimaat voor ondernemingen; de marketing van de regio Drechtsteden. M.b.t. het programmajaar 2009 zijn onder meer de volgende mijlpalen te noemen.
9
Voorbereidingen zijn in gang gezet voor de realisatie van een aantal toeristische voorzieningen in de regio zoals: afmeervoorzieningen voor de watertaxi, infozuilen, camperplaatsen, toeristische overstappunten (TOP’s) en steigers. De betrokkenheid van de ondernemers bij Hollands Glorie is toegenomen. De promotie en marketing van het regiotoerisme is met kracht voortgezet. Er is een programmatische koppeling gelegd met “Pieken in de Drechtsteden”. Daarbij richt Hollands Glorie zich in aansluiting op de piek landschap (knooppunten en verbindingen) vooral op de toeristische producten en de marketing. Samen met de provincie is het initiatief genomen voor de ontwikkeling van een regionaal beeldverhaal als drager van de toeristische identiteit van de regio. De Drechtsteden zijn met andere partijen een partnerschap aangegaan voor de verdere realisatie van Haven Zuid en een Royal House of Holland in Alblasserdam. In overleg met “Dutch Delta Design” in Rotterdam zijn de mogelijkheden verkend om daarbij voor de attractie Holland Experience aan te haken. Ter ontwikkeling van de vierde icoon “Delta” is zowel gewerkt aan het hierbij betrekken van strategische partners als aan het productaanbod. Er is een 0-meting uitgevoerd om de effecten van het programma te meten m.b.t. bezoekersaantallen, verblijfsduur, imago en economische betekenis. In
samenhang hiermee zijn de volgende projectactiviteiten uitgevoerd. Uitvoeren locatie-onderzoek voor camperplaatsen. Realisatie afmeervoorzieningen voor watertaxi’s. Plaatsing toeristische infozuilen bij haltes van de waterbus Realisatie mediashow watermanagement in het Wisboomgemaal (Kinderdijk). Realisatie steigervoorzieningen bij Haven Zuid en Kinderdijk. Realisatie toeristische overstappunten (TOP’s). Uitgave digitale Hollands Glorie-nieuwsbrief voor ondernemers en overheden. Organisatie kennis- en netwerkbijeenkomsten voor ondernemers. Organisatie van promotie- en marketing-activiteiten. Aanbieding dag-arrangementen met de waterbus. Promotie fluisterend varen in de regio. Ontwikkeling regionaal beeldverhaal Drechtsteden. Ontwikkeling van de vierde icoon “Delta”. Realisatie beeldenroute drierivierenpunt. Publicatie 0-meting Hollands Glorie. Project ‘Dutch Delta Design 2012”. Project “QR-tags’' (codeblokjes).
Deelprogramma Fysiek (wonen& stedelijke vernieuwing, Groen, water & milieu en RO) Wonen en Stedelijke Vernieuwing Actualisering Woonvisie Op 16 december 2009 heeft de Drechtraad ingestemd met de woonvisie: Spetterend wonen in de Drechtsteden. De belangrijkste veranderingen t.o.v. de woonvisie 2004 zijn: Er ligt nog meer nadruk op kwaliteit. Meer nadruk wordt gelegd op de bestaande voorraad, en daar worden ook instrumenten voor aangedragen. De sturing is verder uitgewerkt. Zoals gezegd, ligt nog meer dan in de vorige versie de nadruk op het voorzien in kwaliteit. In samenhang met de aanpak van ‘Pieken in de Drechtsteden’ moet ook vanuit wonen worden bijgedragen aan het verhogen van de kwaliteit en aan een beter vestigingsklimaat. Ingezet wordt daarom op aantrekkelijke woonmilieus.
10
Gezien de kwaliteit van de bestaande woningvoorraad en de relatie met de aanwezige bevolking ligt de nadruk van het bouwprogramma op duurdere woningen. Daarnaast wordt ingezet op herstructurering. Ook in de bestaande wijken en de bestaande woningvoorraad zijn verbeteringen nodig om ze aan te passen aan de veranderde woningbehoeften. Meer dan in de vorige woonvisie is uitgewerkt hoe de regio denkt te gaan sturen op de woonvisie. Niet alleen de kwantitatieve programma’s worden benoemd. Juist de gewenste kwaliteit is van belang. Jaarplan Wonen en Stedelijke Vernieuwing Drechtsteden Het Jaarplan Wonen en Stedelijke Vernieuwing 2009 is op 28 mei 2009 door het DSB vastgesteld. Het Jaarplan is een bundeling van de volgende beleidsvoorstellen: Uitwerking 2009 Prestatieafspraken Lange Termijn; Voorstel indicatief woningbouwprogramma 2010-2020, nader uit te werken met de actualisering van de Woonvisie Drechtsteden Opdracht geven voor nadere uitwerking van het kwaliteitsaspect, zoals uitgewerkt in de woonvisie Voorstel voor betere uitwerking van de taakstelling in de woonvisie voor woningen in particulier opdrachtgeverschap per gemeente; Instemmen met de opdrachten voor onderzoek naar mogelijkheden voor bijsturing van het programma: Zoeken naar mogelijkheden voor beperking van de gevolgen van de crisis. Task Force Woningbouw Drechtsteden In 2009 zijn door de TFWD de volgende taken uitgevoerd: Toetsen haalbaarheid woningbouwplanningen op kwantiteit en programma. Beoordelen opname nieuwe projecten conform vastgestelde randvoorwaarden. Bewaken voortgang projecten en rapportages aan PFO en DSB (eindrapportage over de periode 2005-2010 en rapportage over de definitieve planning 2010-2020). Het reëel inplannen van het woningbouwprogramma 2010-2020. Onderzoeken/analyseren mogelijkheden halen planningen (versnelling?) en advisering daarover (projecten na 2009). Actief signaleren en analyseren van knelpunten en advisering daarover en/of ondersteuning daarbij (projecten na 2009). Ondersteuning regionale portefeuillehouder met zijn werkzaamheden t.b.v. project Noordoevers Idem bij knelpunten binnen projecten. Idem t.b.v. afronden problematiek LFG in de Volgerlanden (m.n. financiën) Bijdragen aan de netwerkorganisatie leveren op het gebied van Wonen en Stedelijke Vernieuwing Stimuleren van deelname aan de cursussen/workshops “Planning” en “Risicomanagement” in 2009. Bijdrage leveren aan het ketenoverleg fysieke projecten. Adviseren en implementeren van bredere sturing op fysieke projecten binnen Bureau Drechtsteden vanaf 2010. ISV2-programma In 2009 stonden de volgende activiteiten centraal: Vervolgafspraken maken over verantwoording, inclusief SISA Herverdeling ISV geluidssubsidie, Bijwonen provinciale bijeenkomsten Wegwerken van de werkvoorraad. voorbereiden aanvraag MOP ISV3
11
Woningbouwsubsidies BLS Conform de overeenkomst Locatiegebonden Subsidies Drechtsteden van 13 december 2007 heeft in 2009 de administratieve afwikkeling plaatsgevonden.(programma per gemeente, per regeling, per jaar en per subsidiecategorie) Kwaliteitsbeleid In 2009 is verder onderzocht of we de huidige regionale checklist kwaliteitseisen moeten evalueren en al dan niet aanpassen of moeten gaan kiezen voor een ander systeem. Globaal hebben de volgende activiteiten plaatsgevonden: Onderzoek is verricht naar de verschillende mogelijkheden en deze zijn besproken met betrokken organisaties (ontwikkelaars, woningcorporaties en belangengroeperingen). Voorstellen zijn gedaan voor aansluiting bij een ander kwaliteitssysteem; GPR Gebouw. PALT In 2009 is gewerkt aan de volgende producten en/of acties: regie is gevoerd over het volgen van de gemaakte afspraken in werkgroep- en stuurgroepvergaderingen. De jaarlijkse invulling (voorheen: PAKT) zijn in het Jaarplan Wonen opgenomen. er is een PALT conferentie gehouden waarin één of meerdere praktijkcases zijn besproken, bedoeld om van elkaar te leren. Tijdens de jaarvergadering, zijn afspraken en prestaties aan de hand van het Jaarplan Wonen besproken. Op basis van de nieuwe Woonvisie, het ‘bod’ van de corporaties en de verstedelijkingsafspraken zijn in 2009 eerste verkenningen gedaan voor nieuwe PALT afspraken voor de periode 2010-2015. Woonpromotie Op zaterdag 10 oktober 2009 heeft de jaarlijkse Woondag plaatsgevonden op het leerpark in Dordrecht. Ten behoeve van de Woondag is de woonkrant Drechtsteden onder 250.000 huishoudens verspreid. Voor het eerst is het woonmagazine ‘Dit is’ uitgebracht. De woondag trok ongeveer 1100 bezoekers. Verstedelijkingsafspraken Drechtsteden 2010-2020 Het voornemen om te komen tot verstedelijkingsafspraken tussen rijk, provincie en de Drechtsteden heeft vertraging opgelopen. Het in 2008 op verzoek van VROM opgestelde basisdocument Verstedelijkingsafspraken DS 2010-2020 vormt hiervoor nog steeds de basis. Woonruimteverdeling In april 2009 is het combinatiemodel woonruimteverdeling ingevoerd door Stichting Woonkeus in de Drechtsteden. De woningcorporaties hebben, ondersteund door de Drechtsteden, de afgelopen jaren gewerkt aan de ontwikkeling van het combinatiemodel, dat beter inspeelt op de ontwikkelingen in de woningmarkt en beter tegemoet komt aan de wensen van woningzoekenden. Daarnaast is in 2009 de Voorrangsregeling Woonruimteverdeling (sinds 2005 in werking) geactualiseerd. Groen, water en milieu Proactieve milieu-aanpak Op diverse fronten is gewerkt aan afstemming en integratie tussen het milieuprogramma en de sectorale programma’s en projecten van de Drechtsteden. Doel hiervan is in een vroegtijdig stadium de milieucomponent daarin een plaats te geven. Voorbeelden hiervan zijn de geluidszonering op industrieterreinen, de regionale verkeers- en milieukaart, het mobiliteitsmanagement, duurzaam bouwen en duurzame bedrijfsterreinontwikkeling. Een
12
belangrijk nieuw instrument voor het milieu-inclusieve denken wordt het milieubeleidsplan Drechtsteden, dat in 2009 in voorbereiding is genomen. Versterken groenblauwe kwaliteiten In het kader van het uitvoeringsprogramma groenblauw netwerk Drechtsteden 20082013 is een uitgebreide bestuurlijke consultatieronde gehouden onder de Drechtstedengemeenten en omliggende regio’s. Doel was de gezamenlijke ambities vast te stellen, samenwerkingsmogelijkheden te verkennen, en de uitvoering van groenprojecten te versnellen. Op basis van de opbrengst is in januari 2010 een regionale groenconferentie gehouden. De resultaten hiervan worden verwerkt in een herijking van het groenprogramma en een aantal op uitvoering gerichte actiepunten. Water op de regionale kaart zetten Op basis van de kadernotitie “Water op de kaart” is het Waterforum Drechtsteden opgericht, met gemeenten en waterschappen als belangrijkste deelnemers. Het Waterforum heeft gewerkt aan de uitvoering van de in de kadernotitie voor 2009 opgenomen actiepunten. Een belangrijke activiteit was de organisatie van een regionaal watersymposium op 24 september 2009. Hieruit is een voorstel van het Waterforum voortgekomen voor de wateragenda 2010-2014, met als belangrijkste thema’s: het actief participeren in de grote waterdossiers, en water in relatie tot wonen, werken en recreëren. Verbeteren van de leefomgevingskwaliteit Het programma luchtkwaliteit 2006-2015 is in uitvoering. Tot de regionale maatregelen die in onderzoek/uitvoering zijn behoren: vervoersmanagement Drechtsteden; Drechtwarmtenet; walstroomvoorzieningen binnenvaart; publiekscampagne “Milieu leeft”; HOVDrechtsteden; Project schone brandstoffen. M.b.t. het vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, water en spoor zijn de bestuursondersteuning, de lobby-activiteiten en het uitdragen van de kernboodschap voortgezet. Tevens zijn de monitoring/lobby-activiteiten geïntensiveerd. Het project voor de duurzame ontwikkeling van bedrijfsterreinen in de Drechtsteden (pilot Groote Lindt/De Geer in Zwijndrecht) is afgesloten. Ook het project ter beperking van de geluidsproblematiek op een aantal gezoneerde bedrijfsterreinen in de regio Drechtsteden kon worden afgerond. Het jaarlijkse stand van zaken-bericht “Milieu in de Drechtsteden”, met de rapportage over het jaar 2008 en actiepunten voor 2009, is verschenen. De uitwerking van de verkenning klimaatbeleid in een regionaal energieprogramma kan naar verwachting begin 2010 ter besluitvorming worden voorgelegd. Het jaarplan 2010 voor natuur- en milieueducatie Drechtsteden is medio 2009 vastgesteld. Tevens is het jaarverslag 2008 verschenen. Wat hebben we daarvoor gedaan? In 2009 zijn de volgende projectactiviteiten voor groen, water, milieu uitgevoerd. Inventarisatie t.b.v. het op te stellen regionaal milieubeleidsplan; Coördineren/uitvoeren programma groenblauw netwerk Drechtsteden; Voorbereiding kadernotitie water en uitvoeren wateragenda 2010; Coördineren/uitvoeren activiteiten programma luchtkwaliteit; Uitvoeren fase 1 publiekscampagne luchtkwaliteit; Project schone bandstoffen: rijden op aardgas; Project walstroomvoorzieningen voor de binnenvaart; Bestuursondersteuning externe veiligheid; Monitoring/lobby externe veiligheid; Project zonebeheer industrieterreinen; Project duurzaam ondernemen (pilot Zwijndrecht); Opstellen verkenning klimaatbeleid; Stand van zaken-bericht “Milieu in de Drechtsteden 2008”
13
Ruimtelijke Ontwikkeling In 2006 heeft de Drechtraad het Ruimtelijk kader ‘Ruimte geven’ vastgesteld. Daarmee zijn de ruimtelijke ambities van de regio voor de langere termijn vastgelegd. In 2008 is deze visie verder uitgewerkt in een zogeheten Realisatiestrategie; daarin is de visie vertaald in concrete acties. Deze nota is op 19 maart 2008 door de Drechtraad vastgesteld. Eind 2008 heeft het Drechtstedenbestuur vervolgens ingestemd met het voorstel voor het sturen op kwaliteit, het principe van nadere prioritering en met de voorgestelde vervolgstappen, waarna deze punten vervolgens zijn uitgewerkt. In 2009 is het Ruimtelijk Programma geactualiseerd, heeft een Quickscan inzake de uitwerking van de Assen uit de Realisatiestrategie plaatsgevonden en is een Werkboek ruimtelijk toetsingskader Drechtsteden opgesteld. Deze stukken zijn in december 2009 door de Drechtraad geaccordeerd (actualisering, Quickscan), respectievelijk is door de Drechtraad hier kennis van genomen (Werkboek). Naast het hoofdonderwerp Realisatiestrategie Ruimte geven hebben de Drechtsteden geparticipeerd in het (provinciale) project Merwedezone, zowel op ambtelijk (projectgroep) als op bestuurlijk niveau (Stuurgroep Merwedezone). De Transformatievisie is op 8 mei 2009 door de Stuurgroep Merwedezone vastgesteld. Daarmee is de Stuurgroep er toch nog, zij het met aanzienlijke vertraging, in geslaagd dit project af te ronden. Als vervolg op de Transformatievisie wordt een Uitvoeringsprogramma opgesteld. In de Transformatievisie is hiervoor een eerste opzet opgenomen, die in 2010 verder zal worden ingevuld. Voor de Drechtsteden zal hierbij een sterke koppeling worden aangebracht met lopende trajecten als de uitwerking van de As A15 uit de Realisatiestrategie en het Uitvoeringsprogramma GroenBlauw Netwerk. De regio Drechtsteden heeft voorts, teneinde een optimale aansluiting op het ruimtelijk beleid van de Drechtsteden te bereiken, een inbreng geleverd bij de voorbereiding van de Provinciale Structuurvisie. Dit proces is afgesloten met het opstellen van een zienswijze op de Ontwerp-structuurvisie, waarin de laatste puntjes op de i zijn gezet. Deze is in december 2009 door het Drechtstedenbestuur vastgesteld. Activiteiten die doorlopen over de jaargrens heen zijn deelname in het overleg met de andere Zuid-Hollandse regio’s over de bestuurlijke taakafbakening relatie van de regio´s in relatie tot de provincie en de betrokkenheid bij de uitvoering van de Provinciale Structuurvisie. Een activiteit op het grensvlak van Merwedezone en Provinciale Structuurvisie betreft het volledig laten doorklinken van de vastgestelde Transformatievisie Merwedezone in de Provinciale Structuurvisie. Dit vraagt nadere en vrij intensieve actie omdat de provincie alsnog niet bereid bleek om de resultaten van de (door de provincie ingestelde) Stuurgroep Merwedezone ongewijzigd over te nemen. Deze actie is in 2009 gestart en loopt door in 2010. Op structuurvisie-niveau is het beleid erop gericht dat binnen de Drechtsteden de gemeentelijke structuurvisies passen binnen het regionale kader “Ruimte geven”. Ook wordt op structuurvisie-niveau overlegd met de aangrenzende regio’s Hoeksche Waard en Alblasserwaard-Vijfheerenlanden teneinde de ontwikkelingen zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. Tot slot hebben de Drechtsteden op het vlak van de ruimtelijke ordening in 2009 op bovenregionaal niveau geparticipeerd in Zuidvleugelkader, Deltapoort, MIRT-VAR en de Rijn-Scheldedelta.
14
Deelprogramma Sociaal Sociaal De voornaamste financiering van het deelprogramma sociaal komt van de provincie in het kader van de Regionale Agenda Samenleving (RAS). In 2009 zijn de RAS gelden in afwijking van voorgaande jaren alleen bestemd voor jeugd en cultuurparticipatie (zie paragraaf Sport en Cultuur). In 2009 is voor Jeugd in totaal € 878.000 van de provincie ontvangen. Bij Jeugd gaat het vooral om de inkoop van directe uren hulpverlening voor jeugdigen en hun ouders. De inzet van deze uren is door Drechtstedengemeenten gezamenlijk bepaald. Daarnaast worden deze middelen ingezet voor de afstemming in de Drechtsteden t.a.v. de Individuele Jeugd Gezondheidszorg (IJGZ) in relatie tot de Cirkels/Centra voor Jeugd en Gezin, de afstemming met het onderwijs en de jongerensite in de Drechtsteden. De wijziging van het beleid van de provincie t.a.v. de RAS leidde ertoe dat een aantal projecten dat eerder vanuit de provinciale middelen werden betaald, met ingang van 2009 is stopgezet. Van andere projecten is de financiering overgenomen door de gemeenten, zoals de Regiegroep WMO en de ondersteuning vrijwilligerswerk d.m.v. een gezamenlijke vacaturesite. De financiële consequenties van de wijziging van de RAS en de ontwikkeling van het programma ‘Pieken in de Drechtsteden’ waren aanleiding voor een herbezinning op het programma Sociaal in de Drechtsteden. Onder de noemer ‘de maatschappelijke agenda in het fundament’ is geïnventariseerd welke zaken de Drechtsteden de komende jaren op de maatschappelijke agenda wil zetten. In december 2009 is de maatschappelijke agenda vastgesteld door de Drechtraad. Samen met de evaluatie van het MJP 2006-2010 levert het de vulling voor het in 2010 op te stellen RMJP 2010 – 2014. Sport en Cultuur Met ingang van 2009 is het Actieprogramma Cultuurbereik opgevolgd door het Programma Cultuurparticipatie. Vanuit de provincie ontvangt de regio tot 2012 jaarlijks € 113.000. In dit bedrag zit naast de provinciale ook de rijksbijdrage voor de regio. De gemeente Dordrecht ontvangt als 90.000+ gemeente de middelen rechtstreeks van het rijk. Om dit geld te ontvangen is de regio verplicht tot co-financiering. De middelen hiervoor, ad € 69.000 zijn structureel opgenomen in de Drechtstedenbegroting. In 2009 ontvingen we voor cultuurparticipatie eenmalig € 27.000 van de provincie, omdat de middelen in andere regio’s niet besteed werden. Het plan ‘Cultuurparticipatie Drechtsteden 2009-2012’ op basis waarvan de subsidie van de provincie is toegekend is door de provincie zeer lovend ontvangen. Als enige RASregio heeft de Drechtsteden een coherente visie wat men met cultuurparticipatie wil. De uitvoering van het programma 2009 is naar verwachting gelopen. Op het gebied van sport is eind vorig jaar een onderzoek gedaan naar mogelijkheden om samen te werken op dit terrein. Om budgettaire redenen is echter halverwege dit jaar afgezien van verdere actie naar aanleiding van dit onderzoek. Het enige dat er op sportgebied gebeurd op dit moment is de Drechtstedenloop. Aangezien het eerste jaar was van het RAS-convenant 2009 – 2012 en de provincie pas in mei 2009 de formele beschikking stuurde voor de middelen jeugd en cultuurparticipatie, mogen wij een onderbesteding van de RAS-middelen 2009 tot 25% meenemen naar 2010. In de hiernavolgende jaren zal dit slecht 10% zijn. Op beide terreinen is de onderbesteding beduidend kleiner dan 25%
15
Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is het resultaat weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Bureau Drechtsteden
Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008 Lasten 24.437
Baten 21.577
24.437
21.577
begroting 2009 na wijziging
Saldo -2.860 0 -2.860
Lasten 14.319 5.081 19.400
Baten 13.153 6.247 19.400
Realisatie 2009
Saldo -1.166 1.166 0
Lasten 11.517 4.422 15.939
Baten 14.729 1.210 15.939
Saldo 3.212 -3.212 0
resultaatanalyse Het resultaat over de periode bedraagt € 0. De financiële realisatie wijkt af van de begroting. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. In de tabel wordt tevens weergegeven of er sprake is van een begrotingsonrechtmatigheid. Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
LASTEN Loonkosten Doorberekeningen Programmalasten Bovenregionaal Inhuur derden Kosten 2008 Lagere kosten pieken Lagere kosten netwerkontwikkeling
405 91
Subtotaal
576
Inc.
Totaal
Struct.
5712880
300987749-
BATEN Provincie Detacheringen Algemene rente
Subtotaal
Nadelen
Struct.
-
483-
226-
133-
128-
12891 130-
91 130-
-
57128220987749405 91
91
130-
128-
167-
613-
354-
300-
TOTAAL VOOR BESTEMMING
576
91
Mutaties reserves
300
-
TOTAAL NA BESTEMMING
876
91
613-
354-
300
Analyse verwijzing
Onrechtmatig
A B C D E F
nee nee ja ja ja nee nee nee
G
H I J
nee nee ja
K
nee
-
toelichting A. Het verschil van € 57.000 is veroorzaakt door een langdurig zieke van Bureau Drechtsteden. Hierdoor was er de noodzaak iemand in te huren die de werkzaamheden van deze persoon tijdelijk kon waarnemen. B. € 128.000 zijn de hogere doorbelastingen vanuit het SCD. Bij het opstellen van de begroting is uitgegaan van lagere doorbelastingen. C. In de primaire begroting is als uitgangspunt genomen dat alle geplande projecten ook daadwerkelijk uitgevoerd zouden worden in 2009. Bij het opstellen van de 2e marap is de inschatting geweest dat een aantal projecten niet volledig tot uitvoer zouden komen, waardoor € 300.000 lagere programmalasten in de begroting zijn aangepast. Het blijkt dat een aantal projecten wel tot uitvoer zijn gekomen. Hierdoor heeft het Bureau € 220.000 van de ingeleverde € 300.000 kunnen realiseren. D. Deze bovenregionale personeelskosten ad € 98.000 zijn gemaakt ten behoeve van de versterking van de lobby en subsidie-activiteiten. De afgelopen jaren heeft de Drechtsteden laten zien met extra inzet financiële middelen bij andere overheden
16
E. F. G. H.
I.
J. K.
aan te kunnen boren. Het uitvoeren van een lobby- en subsidiestrategie vergt aan de voorkant een langdurige inspanning voordat daadwerkelijk resultaat kan worden ingeboekt. De inzet die de Drechtsteden hebben gepleegd zal de komende jaren moeten worden voortgezet. De dekking van deze activiteiten is niet formeel vastgelegd, waardoor deze lasten ten koste komen van de reguliere begroting van Bureau Drechtsteden. Voor de inhuur van derden is voor een bedrag van € 77.000 uitgegeven waarbij in de begroting geen rekening mee is gehouden. In 2009 is nog voor een bedrag van € 49.000 aan kosten betaald die betrekking hadden op 2008. De kosten voor pieken zijn € 405.000 lager dan begroot en voor netwerkontwikkelingen € 91.000 lager dan begroot. In voorgaande jaren is voor de bestuursondersteuning van de provincie € 128.000 ontvangen. Deze subsidie is vervallen per 2008, maar was nog wel als opbrengst opgenomen in de begroting 2009. Sinds 2009 hebben we voor personeelsleden die werkzaamheden bij andere gemeenten uitgevoerd hebben duidelijkere afspraken gemaakt, waardoor meer opbrengsten (€ 91.000) gegenereerd konden worden. De dekking vanuit de algemene rente is € 130.000 lager De begrote toevoeging aan de algemene rente van € 300.000 is achterwege gebleven, aangezien de geprognostiseerde onderschrijding van de lasten is uitgebleven. De algemene reserve blijft hierdoor negatief. Bij de 1e marap 2010 zal een nieuw voorstel voor het aanvullen van de algemene reserve worden gedaan.
17
2.2 Manden Maken Met de inzet op de pieken en de doorvertaling van de pieken naar een investeringsagenda is het van belang Manden maken af te hechten. De afwikkeling zal in de komende periode zijn beslag krijgen. Het gaat om onder meer de verantwoording die voortvloeit uit de provinciale ASV-systematiek en ons eigen regionaal investeringsfonds. De provincie geeft blijkens het PS-besluit van september 2005 een financiële injectie van € 15 miljoen. In eerste instantie is besloten € 11,2 miljoen bij te dragen aan de uitvoering van de programma’s en projecten. De provincie heeft aangegeven dat gezien de voortgang van Manden maken daar nog eens € 3,8 miljoen bijkomt. Het overleg hierover loopt. De provincie heeft er in een eerder stadium voor gekozen haar bijdrage niet in ons regionaal investeringsfonds te storten. Zij geeft (deels) op programmaniveau beschikkingen af, waarop de Algemene Subsidieverordening van de provincie van toepassing is. Dit betekent dat de normale daarmee samenhangende risico's door de provincie binnen het Manden maaksysteem zijn gebracht. Daarnaast zal de provincie (onder voorwaarden) bijdragen aan de ROM-D ten bedrage van € 10 miljoen ter versterking van het eigen vermogen van de ROM-D. De definitieve vormgeving van de provinciale bijdrage kan tot gevolg hebben dat een herallocatie van middelen vanuit het regionaal investeringsfonds moet plaatsvinden. Op dat moment zullen daar in regionaal verband nadere afspraken over moeten worden gemaakt. In 2009 bestaan de kosten voor Manden maken grotendeels bestaan uit uitvoeringskosten voor een bedrag van circa € 10 miljoen. Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is het resultaat weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Programma Manden maken Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008 Lasten 4.769 4.769
Baten 609 4.159 4.768
Saldo -4.160 4.159 -1
begroting 2009 na wijziging Lasten 9.720 280 10.000
Baten 280 9.720 10.000
Saldo -9.440 9.440 0
Realisatie 2009 Lasten 9.849 400 10.249
Baten 11 10.238 10.249
Saldo -9.838 9.838 0
resultaatanalyse De financiële realisatie is nagenoeg gelijk aan de begroting.
18
2.3 Sociale dienst Drechtsteden Doelstellingen Doel
Realisatie 2008
Realisatie 2009
1
De daling van het aantal WWB klanten is 3% gunstiger dan het landelijke gemiddelde.
Gedurende 2008 is het aantal klanten gedaald van 4.644 per 1 januari naar 4.266 per 31 december = 378. Dit is 8,14%. Het onderzoeksbureau APE rapporteert een landelijke daling van 5%. De SDD presteert dus 3,14% beter dan landelijk gemiddeld.
Gedurende 2009 is het klantenaantal met 6,35% gestegen, gezien de eindejaarstand van 4.537 klanten. Het CBS prognoticeert een landelijke stijging van de bijstand met 8,5%. Op basis van de huidige gegevens, hebben wij 2,15% beter gepresteerd dan het landelijke gemiddelde.
2
Wij realiseren dat minimaal 35% van het aantal mensen dat deelneemt aan onze trajecten uitstroomt naar werk.
In totaal zijn 578 van de 2.147 klanten op traject uitgestroomd naar regulier werk of op basis van een individuele loonkostensubsidie aan de werkgever. Dit is 27%. Nb. Wanneer hierbij de verloningstrajecten worden opgeteld, is het percentage 38%.
1.166 van de klanten op traject zijn uitgestroomd naar regulier werk (incl. 589 door middel van verloning/arbeidspool werkgever). Dit is 22,26%.
3
100% van onze WWBklanten met een arbeidsplicht zit op een traject.
2.594 van de 2.856 klanten zonder ontheffing zitten op traject. Dit is 91%.
3.243 van de 3.441 klanten met een arbeidsplicht zitten op traject. Dit is 94,25%.
4
80% van de aanvragen WWB levensonderhoud 58% WWB levensonderhoud zijn binnen 20 dagen 80,29% Bijzondere bijstand 69% afgehandeld. Bijzondere bijstand WMO 73% 91,68% WMO 82,71%
5
De budgetten voor minimabeleid komen volledig terecht bij de mensen voor wie deze budgetten bestemd zijn.
98,85% van de beschikbare 100,20% van het budget is gelden voor het reguliere besteed. minimabeleid (exclusief 50 euro actie) is besteed ten behoeve van de aangewezen doelgroepen.
6
Van de door ons in behandeling genomen aanvragen voor schuldbemiddeling leidt 50% tot een regeling.
22% van de door ons in behandeling genomen aanvragen hebben tot een schuldbemiddeling geleid.
Van de 295 ingediende aanvragen, hebben er 155 tot een schuldregeling geleid. Dit is 52,54%.
19
7
Van de fraudeonderzoeken leidt 60% tot wijziging of beëindiging van de uitkering.
8
Onze klanten waarderen onze dienstverlening met minimaal een 7.
9
Onze uitgaven voldoen aan de rechtmatigheidnormen van het Rijk.
10 In 2009 zijn 700 personen gestart met een inburgeringcursus.
406 van de 761 uitgevoerde fraudeonderzoeken hebben tot beëindiging of wijziging van de uitkering geleid. Dit is 53%.
67,81% (436 van de 643 afgehandelde fraudeonderzoeken) heeft geleid tot een wijziging of beëindiging van de uitkering.
Gedurende dit jaar heeft er De klanttevredenheidsongeen integraal onderzoek naar derzoeken leveren een geonze dienstverlening plaatsgemiddelde waardering op van vonden. Uit het jaarlijkse, lan7,3. delijke klanttevredenheidsonderzoek (KTO) WMO blijkt dat onze klanten de WMO dienstverlening waarderen met een 7,5. Onze telefonische dienstverlening kreeg eveneens een 7,5. IC rapportage toont aan dat Het oordeel van de accounhet doel is gehaald. tant wordt afgewacht.
Gedurende 2008 zijn 470 mensen met een inburgeringcursus gestart.
Tot en met 31 december zijn er 877 personen met een inburgeringcursus gestart.
Producten, activiteiten en resultaten Participatie Re-integratie, Inburgering (met uitzondering van de inburgeringsmiddelen van Dordrecht) en Educatie worden vanaf 2009 gefinancierd uit het Participatiebudget. Het Participatiebudget is een doeluitkering, waarvan jaarlijks het overschot of tekort tot maximaal 25% (G31 31,25%) overgeheveld mag worden naar het volgende jaar (de zogenaamde meeneemregeling). Grotere overschotten dan het maximum moeten aan het Rijk worden terugbetaald; grotere tekorten moeten uit gemeentelijke middelen worden aangevuld. Educatie vormt hierop een uitzondering. Overschotten die niet zijn besteed bij ROC’s moeten worden terugbetaald aan het Rijk. Het vanuit het Rijk toegekende Participatiebudget dat de SDD in 2009 ter beschikking stond was bijna € 30,1 miljoen. Daarnaast was het overgehevelde overschot uit 2008 € 17,1 miljoen. Omdat dit bedrag feitelijk gekenmerkt moet worden als vooruit ontvangen rijksmiddelen die jaarlijks aan het Rijk worden verantwoord, is het overschot uit 2008 niet in zijn geheel in de exploitatiebegroting van de SDD opgenomen. Op Prinsjesdag werden de gemeenten geconfronteerd met een bezuinigingsmaatregel op het Participatiebudget. Enerzijds werden de budgetten voor de termijn 2010 – 2012 gekort, anderszijds is de meeneemregeling teruggebracht van 60% naar 25% (G31 van 75% naar 31,25%). Deze inperking van de meeneemregeling betekende voor de Drechtsteden dat het maximaal uit 2009 naar 2010 mee te nemen overschot in een klap afnam van € 21,1 naar € 8,8 miljoen. Dit heeft in de laatste 2 maanden van 2009 grote impact gehad. Wij hebben gezocht naar manieren om de budgetten zo maximaal mogelijk te benutten, en zo het aan het Rijk terug te betalen bedrag tot een minimum te beperken. De grootste “winst” is gevonden in het zo optimaal mogelijk benutten van de mogelijkheden die de wet sinds
20
2009 biedt om ook participatievoorzieningen aan niet-inwoners aan te bieden, het zogenaamde loslaten van het woonplaatscriterium. Loslaten woonplaatscriterium Het Participatiebudget biedt de mogelijkheid om het budget in te zetten buiten de grenzen van een gemeente Het samenwerkingsverband Sociale Dienst Drechtsteden werkt vanuit de regiogedachte. Wij voelen ons gezamenlijk verantwoordelijk voor het reintegreren en integreren van onze klanten. De budgetten zijn zo optimaal mogelijk ingezet zonder klanten uit één van de zes gemeenten te benadelen. Dit heeft als resultaat dat de gemeente Dordrecht € 3,7 miljoen en de gemeente Sliedrecht € 265.000 hebben gefinancierd voor klanten buiten de gemeentegrenzen, natuurlijk wel binnen de Drechtsteden gemeenten. Door deze actie zijn wij voor 2010 verzekerd van het maximale uit 2009 mee te nemen bedrag voor participatie van € 8,8 miljoen. Daarnaast hebben wij een aantal éénmalige acties ingezet en reïntegratieactiviteiten van de gemeente Dordrecht uit het participatiebudget gedekt. Concreet gaat het om een overeenkomst met het Da Vinci College voor preventie van schooluitval, en daarmee verlaging van het risico op bijstandsafhankelijkheid (bijdrage ten laste van 2009 € 290.274), en projecten zoals Wielwijk Werkt, Routecoaches en Crabbehof Werkt ad. € 502.841. De terugbetalingsverplichting van de gemeente Dordrecht ad € 3,4 miljoen (BC december 2009) is door deze acties beperkt tot € 2,3 miljoen. De andere 5 gemeenten hoeven geen participatiemiddelen terug te betalen aan het Rijk. Kinderopvang In 2009 zijn vanwege sterk oplopende wachtlijsten voor kinderopvang acties uitgezet om uitbreiding van zowel de dagopvang als de buitenschoolse opvang (BSO) te realiseren. Echter deze acties hebben niet geleid tot uitbreiding van de beschikbare plaatsen. De reden hiervoor is dat simpelweg geen adequate ruimtes aanwezig zijn, en daarbij de ruimtes die wel beschikbaar zijn niet voldoen aan huidige milieueisen. De stijging van de benodigde kinderopvangplaatsen staat ook landelijk in de belangstelling. Door overschrijding van beschikbaar gestelde budgetten heeft het Rijk de spelregels om toegelaten te worden als gastoudergezin voor 2010 fors aangescherpt. De wettelijke uurvergoedingen worden voor de gastouder naar beneden bijgesteld en worden de functionele eisen van de gastouder gelijk getrokken met die van de kinderopvanginstellingen. Middels zogenaamde arrangementen bij het Werkgeversservicepunt (WSP) worden mogelijkheden gecreëerd waarbij werkzoekenden als gastoudergezin aan de slag kunnen, waardoor geen beroep hoeft te worden gedaan op een bijstandsuitkering. Onderzoek toont aan, dat met name in de gemeenten Zwijndrecht, Papendrecht en Hendrik-IdoAmbacht de vraag naar kinderopvang fors het aanbod overstijgt. De SDD zal in overleg met verschillende marktpartijen proberen meer dagopvang en BSO plekken in de Drechtsteden te realiseren. Kinderopvang op basis van een Sociaal Medische Indicatie (SMI), waarbij de GGD een adviesrol vervult, dient als tijdelijke basis om een acuut probleem op te lossen als het gaat om zowel ouders als het kind/de kinderen. Door de tijdelijkheid nadrukkelijk vast te leggen in de verordening wordt het vinden van structurele oplossingen gestimuleerd. Inburgering Vanuit de inburgeringsagenda heeft de SDD zich ten doel gesteld om in 2009 700 inburgeraars te plaatsen op een inburgeringtraject. In september werd duidelijk dat wij de realisatie van deze doelstelling niet zouden halen, zonder hiervoor extra inspanningen te verrichten. Wij hebben actie ondernomen, door het organiseren van groepsintakes, het draaien van extra individuele intakes en op het orde brengen van de benodigde personele capaciteit
21
klantmanagement externe inhuur. Tevens hebben wij volop ingezet op de werving van vrijwillige inburgeraars. Dit alles heeft ertoe bijgedragen dat wij onze doelstelling ruimschoots hebben bereikt. In 2009 zijn 875 mensen met een inburgeringtraject gestart. Inkomensondersteuning Een van de kerntaken van de SDD is het op een juiste wijze verstrekken van uitkeringen op grond van de WWB, IOAW, IOAZ en BBZ aan mensen die daar recht op hebben. Daarbij dient 80% van de aanvragen afgehandeld te worden binnen een termijn van 20 dagen. Aan de voorwaarde, op juiste wijze verstrekken van een uitkering in overeenstemming met wet- en regelgeving, is voldaan! Ook de afhandeling van aanvragen binnen 20 dagen is in 80,29% van de aanvragen gerealiseerd. In 2008 was dit nog 58% van de gevallen. Dit alles in een jaar waarin de instroom van klanten sterk is toegenomen. Consequente en gerichte aandacht voor afhandelingtermijnen en de vernieuwde intake procedure hebben bijgedragen aan het behalen van deze doelstelling. Naast de inzet op dienstverlening (20 dagen-doelstelling) is een bijdrage geleverd aan de beperking van het bijstandsvolume, vanuit de poortwachtersfunctie, door zorgvuldig en consequent onderzoek van aanvragen, en signaal- en risicogestuurde bestandsonderzoek. Er is hierbij ingezet op de gespreksvoering, bestandsvergelijking, huisbezoeken en themacontroles. Doelstelling hierbij is alleen die mensen een uitkering te verlenen die daarop recht hebben. De doelstelling dat minstens 60% van de gestarte fraudeonderzoeken leidt tot beëindiging of verlaging van de uitkering is met 67,81% ruimschoots gehaald. Het gaat om 436 van de 643 onderzoeken. Hierbij lag het accent vooral op de bestuursrechtelijke afhandeling en nauwelijks nog op de strafrechtelijke afhandeling. Het opmaken van een (strafrechtelijk) proces-verbaal is pas aan de orde bij benadelingsbedragen boven € 10.000 en dus vooral bij langdurige fraudesituaties. De SDD is dus steeds beter in staat fraude te voorkomen of vroegtijdig te detecteren. Dit heeft tot gevolg dat de strafrechtelijke handhavingstaak niet langer noodzakelijk door de SDD zelf hoeft te worden uitgevoerd. In 2009 zijn de voorbereiding getroffen om tot uitbesteding van deze taak per 1 januari 2010 aan de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) over te gaan. Tevens is geïnvesteerd in de verdere professionalisering van de risicoanalyse, integraal handhaven (grijswerk) en innovatieve onderzoekmethode (internetonderzoeken). Bij handhaving is meer en meer – vooral bij de twee laatstgenoemde zaken - niet alleen gekeken naar de rechtmatigheid van de uitkering, maar ook naar de kansen en mogelijkheden om een klant weer zelfstandig/aan het werk te krijgen. Met ruim € 4,5 miljoen aan debiteurenontvangsten, op te brengen door ongeveer 4.865 debiteuren terugvordering en 1.209 verhaalsplichtigen, hebben we in 2009 de doelstelling voor dat jaar voor het debiteurenbeleid, namelijk € 4,6 miljoen net niet bereikt. De oorzaak hiervoor ligt waarschijnlijk in de kredietcrisis. Opvallend is dat het openstaande debiteurensaldo nauwelijks is gewijzigd en het aantal betalende debiteuren is gestegen. Meer mensen betalen met elkaar dus minder terug. In 2009 is de 4e tranche van de Algemene Bestuurswet in werking getreden. Deze wet regelt de invordering van bestuursrechtelijke vorderingen. Dit heeft een verlenging van (wettelijke) betaaltermijnen tot gevolg. Wettelijke invordering vindt vanaf nu plaats bij een door de dienst uit te vaardigen dwangbevel. Ook is in 2009 speciale aandacht gegeven aan debiteuren in het buitenland. Generaal Pardon De SDD heeft in 2009 het project Generaal Pardon opgeleverd. Sinds 2007 voerde de SDD de regie over de integrale afhandeling van de Pardonregeling (afwikkeling nalaten-
22
schap oude Vreemdelingenwet). Door nauwe samenwerking met externe partners hebben we deze groep burgers een warm onthaal op de gebieden van huisvesting, inburgering, werk en inkomen kunnen geven. Uiteindelijk hebben 343 huishoudens (545 personen, waarvan 154 kinderen) een verblijfstitel ontvangen. 475 personen zijn in de Drechtsteden van huisvesting voorzien. Hiervan zijn 175 personen aan het werk, 19 personen studeren, 170 personen ontvangen WWB. De financiële afwikkeling van het project tot en met 31 december 2008 met de gemeenten heeft in 2009 plaatsgevonden. De definitieve (eind) afrekening tot en met 31 december 2009 ad € 279.581 vindt plaats in het 1e halfjaar van 2010. Dit is een incidenteel voordeel dat de SDD in 2010 realiseert voor de Drechtstedengemeenten en dat bijdraagt aan het lenigen van de financiële problematiek 2010, vooruitlopend op meer structurele oplossingen. Het structureel bij de SDD beleggen van de uitvoering van taken voor asielzoekers kan zo’n oplossing zijn die nader onderzocht zou moeten worden. Minimabeleid Bij de besluitvorming rond de Langdurigheidstoeslag is vastgelegd dat in 2009 een evaluatieonderzoek naar het Minimabeleid in de Drechtsteden zou plaatsvinden. Bureau RadarAdvies uit Amsterdam heeft gedurende de zomermaanden een onderzoek uitgevoerd. Het rapport ‘Weg met de scherpe kantjes’ is in het najaar van 2009 in de bestuurlijke fora aan de orde geweest. Heel kort samengevat is het rapport op basis van materiaalonderzoek en gesprekken met klanten en medewerkers van de dienst, positief over het Minimabeleid in de Drechtsteden en geeft aan dat er nog wel mogelijkheden voor verdere verbetering zijn. Het rapport gaat daarom in op de mogelijkheden voor herijking van het Minimabeleid in de Drechtsteden. De inzet was daarbij te zoeken naar mogelijkheden om ook binnen het Minimabeleid burgers meer regie op hun eigen situatie en omstandigheden te kunnen geven. Concrete voorstellen op dit gebied zullen in de loop van 2010 worden uitgewerkt. In de Drechtsteden zijn ongeveer 9.600 huishoudens met een inkomen niet hoger dan 110% van het minimuminkomen. De landelijke € 50 actie in december 2008 heeft ervoor gezorgd dat het aantal huishoudens dat actief met minima-producten kan worden benaderd, is toegenomen tot 7.800. Het bereik is daarmee licht gestegen tot ongeveer 81% van de doelgroep. In het verslagjaar tekenden ongeveer 500 nieuwe verzekerden in op de IZA Cura zorgpolis, terwijl 200 verzekerden opzegden wegens verhuizing buiten de regio. De netto aanwas bedroeg daardoor circa 8%, een percentage dat bijna driemaal zo hoog ligt als het landelijk gemiddelde. Voor circa 60% bestond de nieuwe instroom uit niet-klanten. Een belangrijke steunpilaar van het Minimabeleid is de collectieve zorgpolis. Met de IZA Cura Drechtstedenpolis is een goede verzekering voor huishoudens met een laag inkomen beschikbaar. Op grond van de polisvoorwaarden kunnen verzekerden veelal zonder eigen bijdrage op allerlei vergoedingen aanspraak maken. Vooral het gegeven dat geen of nauwelijks eigen bijdragen gelden scheelt veel minima de gang naar de Sociale Dienst. Dat is niet alleen makkelijker, het blijkt dat mensen ook eerder iets claimen op grond van hun polis, dan dat voor dezelfde kosten vergoeding via de Sociale Dienst wordt gevraagd. Zo wordt effectief onderbenutting bestreden. Het SMS-kinderfonds was ook in 2009 een succesrijk onderdeel van het Minimabeleid. De verstrekkingen voor School-, Muziek- en Sportactiviteiten voor kinderen uit gezinnen met een minimuminkomen namen in 2009 met € 139.000 toe, dat is 36% meer dan in 2008. De bestaande klantvriendelijke ‘1-loket’ regelingen voor de maaltijdvergoeding aan ouderen en het Peuterwerk zijn ook in 2009 ongewijzigd voortgezet. De bestedingen bedroe-
23
gen in 2009 voor de maaltijdenvergoedingen € 212.000 en voor het Peuterwerk € 101.000. In Dordrecht is er gemeentelijk voor gekozen met ingang van 2009 niet langer het locale ouderenwerk zelf de bezorgde maaltijden te laten bereiden. Goede samenwerking tussen Dinamo, de nieuwe maaltijdleverancier en de SDD heeft er voor gezorgd dat de overgang soepel verlopen is. Opvallend is dat in 2009 € 926.000 aan leenbijstand voor inrichtingskosten is uitgegeven. Niet alleen het aantal verstrekkingen maar ook het gemiddelde bedrag zijn behoorlijk gestegen: de bestedingen bedroegen in 2008 € 682.000 (exclusief de uitgaven in verband met het Generaal Pardon). In 2009 zijn de uitgaven met 35% gestegen. Brochures over de Minimaregeling geven in begrijpelijke taal informatie over mogelijke vergoedingen. Het boekje Extra! is in 2009 opnieuw geredigeerd en ruim verspreid bij klanten, samenwerkingspartners en intermediairen. De grotere bekendheid van regelingen heeft gezorgd voor meer gebruik. Bij elk bezoek voor een WMO voorziening is ook aandacht besteed voor het eventuele recht op de Minimaregeling. Dit geldt ook voor alle overige huisbezoeken die worden afgelegd. In het najaar van 2009 heeft een succesvolle bijeenkomst met de regionale voedselbanken plaatsgevonden. Niet alleen konden de verschillende regionale banken met elkaar en met elkaars werkwijze kennis maken, ook konden ervaringen worden gewisseld. Afgesproken is dat de Dienst twee keer per jaar het initiatief neemt om een dergelijk overleg te organiseren. WMO Hulpmiddelen De WMO is een wet, die zich richt op het ‘meedoen’ van alle burgers aan de samenleving. Een deel van de wet richt zich op individuele voorzieningen voor burgers die niet of onvoldoende mee kunnen doen in de samenleving vanwege een beperking of handicap. Bij de individuele voorzieningen gaat het om hulp bij het huishouden, vervoer-, rolstoel-, en woonvoorzieningen. Dit onderdeel van de brede WMO voert de SDD uit. Wij ondersteunen burgers zodat ze zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en mobiel blijven. Burgers kunnen een WMO voorziening aanvragen bij het Service/ WMO loket in hun gemeente, maar kunnen ook telefonisch, per post, fax, of via het e-loket, rechtstreeks bij ons een aanvraag doen. In 2009 hebben ca. 19.000 inwoners van de Drechtsteden ons weten te vinden, die één of meer WMO voorzieningen nodig hebben. Het totale aantal WMO voorzieningen in 2009 was 33.000. De meest gevraagde voorziening is een vervoerspas voor de Drecht- of Sliedrecht Hopper. Circa 13.000 inwoners hebben een vervoerspas voor één van de Hoppers. Een overzicht van het totale aantal Wmo voorzieningen ziet er als volgt uit: Aantal voorzieningen Soort voorziening
Vervoer (*) Hulp bij het huishouden Rolstoelen Wonen Totaal
2008
17.400 8.150 3.900 3.150 32.600
2009
17.800 8.400 3.850 3.150 33.200
(*) Hoppers plus individuele voorzieningen zoals scootmobielen en vergoedingen taxikosten
24
In 2009 is zowel het aantal voorzieningen als het aantal klanten ten opzichte van 2008 licht gestegen. Onze verwachting is dat door de ‘vergrijzing’, het langer zelfstandig blijven wonen en overdracht van taken vanuit de AWBZ het aantal inwoners dat een beroep doet op de WMO de komende jaren blijft stijgen. In 2009 hebben wij daarom opnieuw een aantal maatregelen genomen om de kosten te beheersen. Wij hebben de contracten van de Hoppers en de leveranciers van hulpmiddelen met hun relatief gunstige tarieven ten opzichte van de huidige marktprijzen kunnen verlengen. Ook besparen wij kosten door het invoeren van een winterstalling voor scootermobielen. De kosten van de Hulp bij het huishouden hebben wij weten te beperken zonder dat dit nadelige gevolgen voor de klant heeft gehad. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om slimmere oplossingen voor bijvoorbeeld boodschappen doen, maaltijden en ondersteuning vanuit de sociale omgeving of vrijwilligers. Hierdoor is het aantal geïndiceerde uren per klant dit jaar gedaald. Als laatste is er sprake van een verdere verschuiving van de verhouding tussen de lichtere en goedkopere hulp, HH 1, en de wat zwaardere, HH 2. Was bij de overgang van AWBZ naar WMO in de Drechtsteden in 2007 nog sprake van een verhouding HH 1 – HH 2: 25% - 75%, in 2009 is deze HH 1 – HH 2: 54% - 46%. We zijn er trots op dat we ook de doelstelling “80% van de WMO aanvragen zijn binnen 20 dagen afgehandeld” met 82,71% hebben gehaald. We hebben dit jaar veel werk gehad aan een wetswijziging van de WMO. De wetswijziging heeft vooral betrekking op de Hulp bij het huishouden. De zogenoemde alfahulp constructie is vanaf 2010 niet meer toegestaan. Dit betekende dat ruim 3.000 klanten met een alfahulp een keuze moesten maken voor ‘hulp in natura’ of een PGB. Schuldhulpverlening & Budgetadvies De doelstelling “van de door ons in behandeling genomen aanvragen voor schuldbemiddeling leidt 50% tot een schuldregeling, minnelijk of wettelijk” hebben we dit jaar kunnen realiseren. Lag dit slagingspercentage in januari nog op 37%, in juni kropen we met 51% uit de rode cijfers en over heel 2009 zijn we uiteindelijk uitgekomen op 52%. Het jaar 2009 kende twee hoofdthema’s: de uitvoering van de vorig jaar ingezette beleidswijzigingen en de kredietcrisis. De belangrijkste beleidswijziging, ingegaan op 1 december 2008, was de invoering een voortraject op de schuldregeling (de stabilisatiefase) binnen het minnelijke traject. De eerste helft van het jaar stond in het teken van het goed neerzetten van deze nieuwe werkwijze. Dit is gebeurd en van het geplande aantal van 400 stabilisatietrajecten hebben we er 385 kunnen realiseren. De kredietcrisis had en heeft veel impact op de financiële positie van velen. Het aantal mensen met schuldproblemen steeg snel en er klopten “nieuwe” doelgroepen aan. Binnen de Drechtsteden steeg het aantal hulpvragen van 1.200 naar 1.865 (36%; landelijk geschat op 25%) en de capaciteit was ontoereikend om aan deze sterk toegenomen vraag te voldoen. Hierdoor liep de wachtlijst op tot twaalf weken. Met behulp van de extra rijksmiddelen hebben we in november de capaciteit op de vraag kunnen afstemmen. Daarmee is de wachtlijstproblematiek in 2009 nog niet opgelost maar wordt hij wel snel ingelopen. We streven ernaar dat de wachttijd uiterlijk 1 juli 2010 is teruggebracht tot 20 dagen conform de nieuwe Top 10 doelstelling voor 2010. Zeker in tijden van crisis is het belangrijk zoveel mogelijk te voorkomen dat schulden ontstaan. De vraag om voorlichting is groot en groeiende. In het kader van preventie, vroegsignalering en doorverwijzing hebben wij onze contacten met woningcorporaties en zorginstellingen geïntensiveerd. Ons preventieteam geeft voorlichting en past haar producten voortdurend aan zodat ze goed aansluiten bij de vraag.
25
Het afgelopen jaar hebben zij 142 (in 2008 waren dat er 134) voorlichtingen gegeven op scholen voor basis- en voortgezet onderwijs en aan nieuwkomers, tienermoeders, schoolverlaters, 65-plussers en intermediairs. In totaal werden hiermee 1.982 personen bereikt. Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is het programmaresultaat uitgesplitst op producten weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Sociale Dienst Drechtsteden Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming Uitsplitsing: Participatie Kinderopvang Inburgering Inkomensondersteuning Minimabeleid WMO totaal Schuldbemiddeling & B. Apparaatskosten
Lasten Baten 169.607 175.377 200 502 169.807 175.879
Realisatie 2008 Saldo 5.770 302 6.072
begroting 2009 begroting 2009 na wijziging oorspronkelijk Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo 161.389 160.989 -400 180.286 181.176 890 400 400 4.000 3.110 -890 161.389 161.389 0 184.286 184.286 0
Lasten 180.079 4.000 184.079
Baten 181.394 1.840 183.234
Saldo 1.315 -2.160 -845
29.673 29.389 549 549 5.673 5.424 67.162 70.560 5.308 4.962 32.903 37.376 28 52 28.511 27.567 169.807 175.879
-284 0 -249 3.398 -346 4.473 24 -944 6.072
27.704 422 3.691 68.234 5.047 32.448 60 23.783 161.389
36.232 620 2.582 69.534 5.939 40.699 84 28.389 184.079
36.232 620 2.964 69.534 5.939 39.646 84 28.215 183.234
0 0 382 0 0 -1.053 0 -174 -845
27.704 422 3.691 68.234 5.047 32.448 60 23.783 161.389
0 0 0 0 0 0 0 0 0
38.038 497 2.362 70.660 5.927 38.518 93 28.191 184.286
38.038 497 2.362 70.660 5.927 38.518 93 28.191 184.286
0 0 0 0 0 0 0 0 0
Realisatie 2009
resultaatanalyse Het resultaat over 2009 is € 845.000 negatief. Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
LASTEN Participatie Kinderopvang Inburgering Inkomensondersteuning Minimabeleid WMO totaal Schuldbemiddeling & B. Apparaatskosten
Subtotaal BATEN Participatie Kinderopvang Inburgering Inkomensondersteuning Minimabeleid WMO totaal Schuldbemiddeling & B. Apparaatskosten
Subtotaal TOTAAL VOOR BESTEMMING Mutaties reserves TOTAAL NA BESTEMMING
Nadelen
Struct.
Inc.
Totaal
Struct.
1.806 62220-
62-
1.126 635
2.100-
12716-
9 174-
2.941
635
62 602
62
2.556-
790-
1.486-
2031.128 8-
1.190
1.697-
3.643
1.825
4.253-
-
-
1.270-
3.643
1.825
5.523-
790790-
Onrechtmatig
A B C D E F G H
nee nee nee nee nee nee nee nee
A B C D E F G H
nee nee nee nee nee nee nee nee
231
1.486123 602 20338 1.128 8-
38
702
1.806 1232201.126 122.1819 174-
Analyse verwijzing
194 425 1.270845-
26
A. Participatie (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Re-integratie Reserve Inburgering Educatie Totaal
33.319 0 1.519 3.200 38.038
32.919 400 1.519 3.200 38.038
Realisatie 2009 lasten
-400 400 0 0 0
baten
32.973 0 0 3.259 36.232
saldo
32.893 80 0 3.259 36.232
-80 80 0 0 0
Resultaat op de lasten re-integratie: € 346.000 (realisatie < begroot) De uitgaven re-integratie worden op hoofdlijnen begroot. Er is € 346.000 minder aan reintegratietrajecten uitgegeven. Dit is een afwijking op de lasten van 1%. Resultaat op de lasten educatie: € 59.000 (realisatie > begroot) De afrekening met Da Vinci is ruim € 59.000 hoger dan begroot. De totale kosten Educatie 2009 (SDD en Gemeente Dordrecht Grotestedenbeleid) zijn ca € 3.2 miljoen. De meerkosten zitten voornamelijk in de prijsaanpassing van 3,22%. Door middel van de productenovereenkomst is met Da-Vinci afgesproken dat zij deze prijscompensatie of bijstelling rijksbudget afgerekend krijgen. Wij hebben een positieve bijstelling ad. € 53.000 budget Educatie 2009 van het Rijk ontvangen. Een bedrag ad € 41.199 moet als niet bestede educatiegelden (Educatie Grotestedenbeleid buiten beschouwing gelaten) terugbetaald worden aan het Rijk. Resultaat op de lasten inburgering: € 1.519.000 (realisatie < begroot) Het jaar 2009 is voor de niet-G31 gemeenten voor wat betreft de verantwoording een overgangsjaar. De methodiek zoals deze geldt voor onder de Wet inburgering verstrekte Rijksbijdragen voor de cohorten 2007 en 2008, blijft onveranderd. In verband met landelijk achterblijvende resultaten zijn niet alle middelen voor deze cohorten besteed. De minister van WWI heeft besloten dat niet-G31 gemeenten dezelfde ruimte krijgen als de G31 gemeenten. Als gevolg van dit besluit mogen niet bestede rijksbijdragen voor de cohorten 2007 en 2008 worden aangewend voor de inburgering van het cohort 2009. De lasten voor inburgering 2009 worden dus niet gedekt uit het participatiebudget. Het rijksbudget voor inburgering moet daarom grotendeels (€ 1.423.355) = na afrekening van de reserveringsregeling) worden terugbetaald aan het Rijk. Voor de verantwoording van de uitgaven inburgering verwijzen wij u naar de hierna volgende tabel, waaruit het resultaat van de baten en lasten blijkt, welke door de Sociale Dienst Drechtsteden gefinancierd zijn uit WI-middelen 2007-2008. Resultaat op de baten re-integratie, educatie en inburgering In de begroting 2009 is het voorlopige Rijksbudget opgenomen. Door de financieringssystematiek, doeluitkering Rijk met meeneemregeling, zijn de baten gelijk gesteld aan de lasten. B. Kinderopvang (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Kinderopvang
497
497
Realisatie 2009 lasten 0
620
baten 620
saldo 0
27
De uitgaven voor kinderopvang worden voor zover mogelijk gedekt uit het Participatie en voor het overige uit gemeentelijke middelen. In dit begrotingsprogramma worden de baten en lasten verantwoord van de kinderopvang die uit gemeentelijke middelen worden gedekt. Voor dit onderdeel geldt de afspraak dat de werkelijke lasten op basis van nacalculatie met de gemeenten worden verrekend, waardoor het rekeningsaldo van baten en lasten op dit programma per definitie nul is. Resultaat op de lasten kinderopvang: € 123.000 (realisatie > begroot) De bijdragen die op voor-calculatorische basis zijn verkregen van de gemeenten zijn niet toereikend om de volledige lasten te dekken. In de financieringsafspraken tussen gemeenten en SDD is afgesproken dat de kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie niet op voorcalculatorische basis bij de gemeenten in rekening wordt gebracht. Dit verklaart de € 82.000 aan meeruitgaven kinderopvang. Daarnaast is er € 42.000 meer aan kinderopvang doelgroep WKO (ouders met studiefinanciering) uitgegeven. Er wordt door alleenstaande ouders meer beroep gedaan op kinderopvang ten behoeve van het volgen van een studie. Op basis van nacalculatie wordt door de SDD voor de 6 gemeenten tezamen voor kinderopvang (WKO) € 42.000 afgerekend en voor de kinderopvang op grond van Sociaal medische indicatie (SMI) € 82.000. Resultaat op de baten kinderopvang: € 123.000 (realisatie > begroot) Als gevolg van de gekozen financieringssystematiek van dit programma (financiering op basis van nacalculatie) wordt het resultaat op de baten verklaard door het resultaat op de lasten en is daaraan gelijk. De resultaten hebben een deels structureel en deels incidenteel karakter. Voor de totale uitgaven kinderopvang SDD is overigens € 643.000 ten behoeve van de doelgroep Participatie (uitkeringsgerechtigden, nuggers en inburgeraars) ten laste van het Participatiebudget gebracht. Het gaat om iets meer dan 50% van de totale uitgaven voor kinderopvang die op deze wijze kunnen worden gedekt. C. Inburgering (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Inburgering
2.362
2.362
Realisatie 2009 lasten 0
2. 582
baten 2.964
saldo 382
Resultaat op de lasten overige inburgeringsregelingen: € 220.000 (realisatie > begroot) Het resultaat op de lasten wordt verklaard doordat bij de begroting van de lasten alleen is uitgegaan van de lasten voor de gemeente Dordrecht. De lasten voor de niet-G31 gemeenten zouden tot uitdrukking komen bij het participatiebudget. Echter, nu de minister de mogelijkheid heeft gegeven om niet bestede rijksbijdrage voor de cohorten 2007 en 2008 aan te wenden voor de inburgering van het cohort 2009, is van deze mogelijkheid gebruikgemaakt. Hiermee was bij de begroting op voorhand nog geen rekening gehouden. Resultaat op de baten overige inburgeringsregelingen: € 602.000 (realisatie > begroot) De (voordelige) resultaten op de baten worden eveneens verklaard doordat bij de begroting van de baten voor de niet G31 gemeenten geen rekening is gehouden met aanwending van de niet bestede middelen cohorten 2007 en 2008. Het overzicht geeft een positief resultaat op de gerealiseerde baten en lasten van €382.000. Dit resultaat wordt verklaard door prijsvoordeel op de inkoop van de inburge-
28
ringtrajecten. Het saldo wordt middels een voorstel tot resultaatbestemming toegevoegd aan de inburgeringreserve. D. Inkomensondersteuning (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Inkomen Reserve Totaal
70.660 0 70.660
68.160 2.500 70.660
Realisatie 2009 lasten
-2.500 2.500 0
baten
69.534 0 69.534
saldo
67.957 1.577 69.534
-1.577 1.577 0
Het jaar 2009 heeft geleid tot een tekort op het programma Inkomensondersteuning van € 1.577.000, bestaande uit een tekort van € 2.233.000 op de regeling WWB 65- en overschotten op de regelingen WWB 65+ van € 220.000, IOAW van € 315.000, IOAZ van € 59.000 en BBZ van € 62.000. Conform het uitvoeringsbesluit financiële bijdrage SDD wordt het gehele negatieve resultaat 2009 ad € 1.577.000 per balansdatum 31 december 2009 gedekt uit de programmareserve Inkomensondersteuning. Hiervoor is in de Drechtraad van 16 december 2009 tot een maximum van € 2.500.000 reeds toestemming verleend. Resultaat op de lasten: € 1.126.000 (realisatie < begroot) De gerealiseerde lasten Inkomensondersteuning zijn lager dan de totale begrote lasten, waarbij bij de laatste begrotingswijziging 2009 € 2.500.000 werd begroot als onttrekking aan de reserve. De bestandsdaling in de maand december, de jaarlijkse fiscale herberekening van de uitkeringen en de herwaardering van het uitstaande debiteurensaldo, liggen aan het minder ongunstige resultaat dan verwacht ten grondslag. Ondanks dat we het gedurende 2009 beter hebben gedaan dan landelijk gemiddeld, moeten we toch een onttrekking doen aan de programmareserve Inkomensondersteuning. De oorzaak voor het negatieve resultaat op dit programma is gelegen in de afspraak in het bestuursakkoord op basis waarvan het macrobudget WWB I-deel pas aangepast wordt als de ontwikkeling van het landelijke aantal bijstandshuishoudens meer dan 12.500 afwijkt van de meerjarig vastgelegde prognose. Blijft de landelijke ontwikkeling binnen die bandbreedte, dan is het risico volledig voor de gemeenten. Resultaat op de baten: € 203.000 (realisatie < begroot) Het resultaat op de baten laat zich als volgt verklaren: - Minder inkomsten terugvorderingen ad € 120.000 door overgang WWB 65+ naar SVB. - Minder inkomsten rijksvergoedingen (declarabele kosten) IOAW, IOAZ en BBZ als gevolg van lagere uitkeringslasten dan begroot voor deze regelingen ad € 185.000. - Hogere inkomsten rijksvergoedingen (vaste budgetdelen) WWB, IOAW, IOAZ en BBZ door aanpassing van de definitieve SoZaWe budgetten 2009 ad € 41.000. - Incidenteel voordeel op de herwaardering van het debiteurensaldo per 31 december 2009 ad. € 61.000. E. Minimabeleid (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Minimabeleid Reserve Totaal
5.927 0 5.927
5.717 210 5.927
-210 210 0
Realisatie 2009 lasten 5.939 0 5.939
baten 5.755 184 5.939
saldo -184 184 0
29
Het jaar 2009 heeft geleid tot een tekort op het programma Minimabeleid van € 184.000. Conform het uitvoeringsbesluit financiële bijdrage SDD wordt het negatieve resultaat 2009 ad € 184.000 per balansdatum 31 december 2009 gedekt uit de programmareserve Minimabeleid. Hiervoor is in de Drechtraad van 16 december 2009 tot een maximum van € 210.000 reeds toestemming verleend. Resultaat op de lasten: € 12.000 (realisatie > begroot) De gerealiseerde lasten Minimabeleid zijn hoger dan de totale begrote lasten. De voornaamste reden daarvoor zijn de verstrekkingen Langdurigheidstoeslag. De extra middelen die de SDD van de gemeenten heeft ontvangen voor de Langdurigheidstoeslag bedroegen in 2009 € 670.000. De bestedingen voor de langdurigheidstoeslag beliepen een bedrag van € 1.009.000. Voor een groot deel kon hiervoor in het reeds beschikbare budget Minimabeleid dekking worden gevonden. Resultaat op de baten: € 38.000 (realisatie > begroot) Het resultaat op de baten bestaat uit hoger dan geraamde inkomsten uit terugvordering bijzondere bijstand en aflossing leenbijstand. Door de stijging van het aantal verstrekkingen leenbijstand, 35% ten opzichte van het jaar 2008, is ook het bedrag aan aflossingen leenbijstand in 2009 gestegen. Sinds de start van de SDD zien we een van jaar op jaar toenemend beroep op de minimaregelingen. Het nu gerealiseerde negatieve resultaat is dan ook geen toeval. Er is sprake van een structurele ontwikkeling. Ook voor 2010 verwachten we een overschrijding op het budget voor het minimabeleid. Met andere woorden: het resultaat heeft een structureel karakter. F. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Huishoudelijke hulp Reserve Hulpmiddelen Totaal
21.717 4.000 12.801 38.518
25.717 0 12.801 38.518
0 0 0 0
Realisatie 2009 lasten 23.182 4.000 13.517 40.699
baten
saldo
26.129 0 13.517 39.646
-1.052 0 0 -1.052
Resultaat op de lasten huishoudelijke hulp: € 2.535.000 (realisatie < begroot) Het resultaat op de lasten wordt verklaard doordat in de laatste begrotingswijziging, vastgesteld door de Drechtraad in december 2009 een toevoeging aan de reserve WMO HH was voorzien van € 4 miljoen, waarmee de reserve zou overlopen en een uitkering aan de gemeenten (ad € 3,9 miljoen) zou plaatsvinden. Achteraf gezien is de toevoeging aan de reserve naar aanleiding van de tweede marap echter te ruim geweest. De feitelijke uitgaven blijken hoger uit te vallen dan geprognosticeerd bij de tweede marap 2009, maar ver achter te blijven bij de budgetten. Oorzaken van lagere lasten: Door scherper indiceren heeft een verschuiving plaatsgevonden van zogenaamde dure zorg (HH2) naar goedkopere zorg (HH1). Betere controle door de SDD op juistheid van de door de zorgaanbieders gedeclareerde zorguren heeft geleid tot lagere uitgaven (rechtmatigheid). Hogere lasten worden veroorzaakt door: De gehanteerde systematiek van bevoorschotting en de late feitelijke afrekening van geleverde zorg. Dit heeft het maken van goede prognoses gedurende 2009 bemoeilijkt. De afrekening 2009 vond pas ver in 2010 plaats. Dit verklaart het verschil tussen tweede marap en jaarrekening 2009.
30
Resultaat op de baten huishoudelijke hulp: € 412.000 (realisatie > begroot) Het resultaat op de baten wordt verklaard door dat er meer ontvangsten uit eigen bijdragen door het CAK zijn geïnd dan aanvankelijk was begroot. De hoogte van de maandelijkse CAK-ontvangsten loopt sterk uiteen. Dit maakt het moeilijk om vooraf een goede inschatting te maken van de te ontvangen bijdragen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden omtrent omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen. De gemeenten, en als voorloper daarop de GRD, zullen deze onzekerheid in de jaarrekening adequaat moeten toelichten. De resultaten hebben grotendeels een structureel karakter. In 2010 zal de SDD om die reden komen met een voorstel voor aanpassing van begrotingssystematiek voor de WMO huishoudelijke hulp. De stand van de programmareserve WMO lijkt hoog in relatie tot het risisco dat wordt gelopen. Bij de voorstellen voor resultaatbestemming over 2009 die de SDD doet wordt een voorschot genomen op het verlagen van die programmareserve. Resultaat op de lasten WMO hulpmiddelen: € 716.000 (realisatie > begroot) De gerealiseerde lasten zijn hoger dan begroot. Een deel van de overschrijding wordt veroorzaakt door dat er duurdere woningaanpassingen hebben plaatsgevonden dan begroot. Daarnaast is er sprake van een toename van het aantal gereden zones binnen de Drechtsteden, een lichte indexering van de kostprijs per zone en is de incentive in verband met het behalen van prestatieafspraken over 2008 uitbetaald. Resultaat op de baten WMO hulpmiddelen: € 654.000 (realisatie > begroot) Doordat bij de begroting geen rekening is gehouden met inkomsten uit debiteuren ontvangsten en eigen bijdrage Hoppers (zgn. debiteurenontvangsten), is er sprake van een resultaat van € 654.000 op de baten. Als gevolg van de gekozen financieringssystematiek van dit programma (financiering op basis van nacalculatie) wordt het resultaat op de baten verklaard door het resultaat op de lasten en is daaraan gelijk. De resultaten hebben een grotendeels structureel karakter. G. Schuldbemiddeling en budgetadvies (bedragen x € 1.000) Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo Schuldbemiddeling en budgetadvies
93
93
0
Realisatie 2009 lasten 84
baten
saldo
84
0
Resultaat op de lasten: € 9.000 (realisatie < begroot) De lasten zijn lager uitgevallen dan begroot doordat ketenpartner minder aanspraak maakten op subsidie dan waarmee in de begroting rekening was gehouden.
31
Resultaat op de baten € 9.000 (realisatie < begroot) De gerealiseerde baten zijn gelijk aan de gerealiseerde lasten, dit komt door de financieringswijze (afrekening met gemeenten o.b.v. nacalculatie). De resultaten hebben een incidenteel karakter. H. Apparaatskosten (bedragen x € 1.000)
Salariskosten Secundaire personeelskosten Kosten ingehuurd personeel Doorbelaste kosten GRD Organisatiekosten Bijdragen gemeenten Bijdrage programmabudget DVO's en detacheringen Totaal
Begroting 2009 na wijzigingen lasten baten saldo 16.018 -16.018
Realisatie 2009 lasten 15.323
baten
saldo -15.323
403
-403
1.200
-1.200
2.823 5.344 3.603
5.464 5.357 2.411
24.488
-2.823 -5.344 -3.603 24.488
24.497
-5.464 -5.357 -2.411 24.497
3.056 647 28.191
3.056 647 0
-1.366
2.996 722 28.215
4.362 722 -174
28.191
28.389
Resultaatanalyse Het saldo bedraagt € 174.000 negatief. Bij de 3e marap is een verwacht tekort gepresenteerd van € 125.000. Hierop is toen voorgesteld geen begrotingswijziging te maken. De SDD wilde zich ongeacht de economische crisis en de impact die dit op de organisatie heeft, maximaal inspannen om het tekort terug te dringen. Desondanks moeten we nu constateren dat de ambitie om binnen de bestaande budgetten te blijven en tegelijkertijd de dienstverlening voor een toenemende klantengroep op peil te houden, te hoog is geweest. Het negatieve saldo van € 174.000 bestaat uit een aantal diverse posten, welke grotendeels tegen elkaar weglopen. Een voordeel van € 695.000 op de salariskosten. Dit voordeel is ontstaan uit het feit dat niet alle formatieplaatsen bezet waren gedurende het gehele jaar, door verloop is er sprake van het feit dat niet elke formatieplaats het gehele jaar bezet is geweest. Daarnaast is er voor gekozen om voor een aantal formatieplaatsen mensen in eerste instantie via een pay-roll constructie “in dienst” te nemen, dit om het risico van een mismatch te voorkomen. De mensen die via een pay-roll constructie in dienst zijn geweest worden verantwoord onder ingehuurd personeel. Een nadeel van € 797.000 op de secundaire personeelskosten (personeel gerelateerde kosten niet zijnde salaris), welke veroorzaakt worden door hogere opleidingskosten dan begroot en meerkosten voor huisbezoeken. Aan externe inhuur is meer uitgegeven dan begroot met een bedrag van € 2.641.000 De inhuur vond plaats ten behoeve van projecten waarvoor de SDD geen reguliere capaciteit beschikbaar heeft (o.a. kwaliteitsverbetertraject Project1, projecten gericht op uitstroom en uitvoering van de inburgeringsopgave), benodigde specialistische kennis, interim-management, tijdelijke invulling van vacatures en vooral als gevolg van de crisis. Om de wachtlijsten niet op te laten lopen en om mensen zo snel mogelijk weer uit de uitkering te laten gaan is hierop geanticipeerd, en middels inhuur getracht om de gevolgen te beperken. De dekking kon grotendeels gevonden worden in de meeropbrengsten vanuit het participatiebudget. Aangezien dit een tijdelijke financieringsbron is, is er bewust voor gekozen om de benodigde capaciteit niet met vast personeel in te vullen. Gedurende het jaar is er strak gestuurd om deze kosten niet meer te laten worden dan de ruimte op overige budgetten toeliet.
32
Het voordeel op de overige apparaatskosten € 1.192.000 wordt veroorzaakt door onder andere lagere kapitaallasten dan begroot, snijden in alle niet noodzakelijke kosten (van kantoormiddelen tot representatiekosten en facilitaire kosten), en een lagere afname van diensten van het SCD. De afname van diensten van het SCD is gedurende het jaar begrotingstechnisch aangepast, de meevaller die is ontstaan bestaat uit lagere kosten voor communicatie en minder druk- en portokosten. Deze “meevaller” was het gevolg van bewuste keuzes in het communicatiebeleid. De bijdrage vanuit de programmabudgetten bestaat voornamelijk uit opbrengsten welke ten laste van het participatiebudget gebracht kunnen worden. Dit geeft dekking van € 1.306.000 voor de kosten van de externe inhuur. Om dit als dekking voor externe inhuur te kunnen gebruiken zijn er gedurende het jaar diverse mogelijkheden onderzocht om de opbrengsten te vergroten, dit heeft mede geleid tot de stijging van de opbrengst vanuit het participatiebudget. Het voordeel op de DVO’s en detacheringen ontstaat door het afsluiten van een nieuwe DVO’s zoals het project ex-gedetineerden, en het langer dan begroot doorlopen van een aantal detacheringscontracten. Ketenkorting Voor het jaar 2009 was er belegd bij de SDD een taakstelling in het kader van de “ketenkorting” van groot € 445.000. De haalbaarheid van deze taakstelling was voor het jaar 2009 geen realistische. De recessie die als gevolg heeft dat het klantenbestand, in tegenstelling tot voorgaande jaren, alleen maar toe neemt vraagt om een grotere inzet van middelen om de explosieve stijging van het bestand in de perken te houden. Dit conflicteert per definitie met het realiseren van een dergelijke taakstelling. Ook de op start en de fase waarin we regionaal verkeren in het kader van ketensamenwerking vergt eerder in diepte investering dan direct oplevering van een besparing. Ook hier is het behalen van een dergelijke taakstelling niet realistisch te noemen. Natuurlijk is er gekeken naar een alternatieve invulling qua dekking, echter het tijdsbestek van slechts een jaar maakt ook dit onrealistisch in realisatie. Deze feitelijkheden hebben geresulteerd in het niet invullen van de opgelegde taakstelling 2009. In het begrotingsjaar 2010 wordt aan de realisatie van de ketenkorting gewerkt. In de begroting van 2010 ziet u dan ook een taakstelling staan van € 801.000, Deze is opgebouwd uit de taakstelling 2009, ad € 445.000 en de taakstelling 2010 ad € 356.000. Uiteindelijk zal worden toegewerkt naar een totale reductie van kosten, in het kader van deze ketenkorting, van € 1,1 miljoen in 2012.
33
Voorstellen voor resultaatbestemming 2009 Sociale dienst WMO Huishoudelijke Hulp Bedrag x € 1.000
Programmareserve WMO Stand per 1 januari 2009 Begrote toevoeging conform 2e marap Stand na begrote toevoeging Maximum Voorgestelde onttrekking
€ € € € €
3.883 4.000 7.883 5.000 2.883 (punt 1)
Oorspronkelijk resultaat Voorgestelde uitbetaling aan gemeenten
€ €
1.053 3.930 (punt 2)
Voorgestelde onttrekking aan reserve ivm nog te verwachten kosten 2009 €
2.100 (punt 3)
Toelichting Punt 1 De stand van de reserve Huishoudelijke hulp was per 1 januari 2009: € 3,9 miljoen. Bij de 2e marap 2009 is aan de reserve € 4,0 miljoen toegevoegd in verband met het verwachte positieve resultaat, waardoor de stand € 7,9 miljoen werd. Het vastgestelde maximum van de reserve is echter € 5,0 miljoen, zodat nu voorgesteld wordt € 2,9 miljoen te onttrekken. Punt 2 Oorspronkelijk werd over 2009 een extra positief resultaat van € 1,0 miljoen gerapporteerd. Samen met de € 2,9 miljoen uit de reserve leidt dat tot een bedrag van €3,9 miljoen waarvan nu wordt voorgesteld dit aan de gemeenten uit te keren. Punt 3 Aan het eind van de accountantscontrole bleken zorgaanbieders met hogere einddeclaraties (ten opzichte van hun reguliere bevoorschotting) te komen, voor een bedrag van € 2,1 miljoen. Voorgesteld wordt deze nagekomen last te dekken door een extra onttrekking aan de reserve. Dit resulteert in een stand van de reserve van € 2,9 miljoen (€ 5,0 miljoen minus € 2,1 miljoen). De verwachting is dat dit voldoende is om de toekomstige risico’s op te vangen. Voorstel terugbetaling o.b.v. verdeelsleutel inwonersaantal per 1 januari 2009 Alblasserdam Dordrecht Hendrik Ido Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Totaal
€ 281.443 € 1.768.934 € 386.644 € 474.024 € 356.975 € 661.991 € 3.930.011
34
Inburgering Bedrag x € 1.000
Programmareserve Inburgering Stand per 1 januari 2009 € 468 Voorstel toevoeging aan de reserve € 332 Stand na resultaatbestemming € 800 Dit is het maximum conform de nota reserves en weestandsvermogen Resutaalt Inburgering Voorstel toevoeging aan de reserve Voorstel uitkering aan gemeenten
€ € €
382 332 50
Aan de Drechtraad wordt voorgesteld € 50.000 uit te keren aan de gemeenten op basis van de verdeelsleutelaantal gerealiseerde inburgeringstrajecten.
Apparaatskosten Te bestemmen resultaat 2009: Onttrekking resultaat apparaatslasten 2009 (tekort) uit bedrijfsrisicoreserve Bedrijfsrisicoreserve Sociale Dienst Drechtsteden Stand per 1 januari 2009 Onttrekking resultaat apparaatslasten 2009 (tekort) Maximum volgens nota reserves en weerstandsvermogen (Drechtraad december 2007)
€ 173.864
€ 394.000 € 173.864 € 220.136 € 710.000
Op de apparaatskosten heeft de SDD een negatief resultaat geboekt van € 173.864. In de resultaat analyse leest u de onderbouwing hiervan. De SDD stelt u voor dit tekort via de bedrijfsrisicoreserve SDD te dekken. Dit conform de notitie “uitvoeringsbesluit financiele bijdrage SDD”. Hierin wordt gesteld dat tekorten op het apparaat worden verrekend met de bedrijfsrisicoreserve SDD. Na deze resultaatbestemming zal de bedrijfsrisico reserve zijn groot € 220.000. Het karakter van dit resultaat op de apparaatskosten kan worden bestempeld als structureel. De aanhoudende effecten van de recessie op het klantenbestand van de SDD, de innovatie op het gebied van ketensamenwerking, o.a. het werkplein, de bezuinigingen van het Rijk op programmabudgetten de komende jaren, geven een krapte op de inzet van middelen ten behoeve van het apparaat van de SDD. De combinatie van o.a. hier bovengenoemde ontwikkelingen zullen eerder een structureel effect op toekomstige tekorten hebben dan dat er gesproken kan worden van een incidenteel karakter. Werkplein Innovatiereserve Begrote onttrekking 2009 Werkelijke onttrekking 2009 Restant innovatiereserve eind 2009
€ 400.000,€ 80.070,€ 319.930,-
Voorgesteld wordt om conform eerdere besluitvorming het restant van de innovatiereserve in te zetten ter dekking van lasten die ontstaan uit de doorontwikkeling van het Werkplein.
35
2.4 Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten BLVS was tot 1 juli 2009 onderdeel van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD). Op die datum is BLVS ondergebracht bij de Gemeenschappelijke Regeling ZuidHolland Zuid (GRZHZ). Deze eindverantwoording betreft derhalve een periode van zes maanden. Doelstellingen De doelstelling van Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten, zoals opgenomen in het bedrijfsplan 2009-2010, luidt: ‘wij willen een actieve bijdrage leveren aan een ononderbroken schoolloopbaan voor iedere jongere in de regio, gericht op het behalen van een passende startkwalificatie. Alle jongeren volgen onderwijs en als dat niet zo is, weten wij waar ze zijn en waarom zij geen onderwijs volgen”. Het bureau voert de Leerplichtwet en de RMC functie in samenhang uit en combineert dit met opdrachten die samenhangen met het terugdringen van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. Producten, activiteiten en resultaten In 2009 zijn er diverse projecten geweest. Voor deze projecten ontvangt het bureau projectgelden, waardoor de projecten niet op de basistaak Leerplicht en RMC drukken. Hieronder wordt kort de stand van zaken weergegeven. Product
Activiteit/beoogd resultaat
Project de Overstap
opdracht gemeente Dordrecht, Grote Steden Beleid, voortijdig schoolverlaten Alle 4 VMBO leerlingen die in het schooljaar 2008-2009 eindexamen hebben gedaan zijn benaderd met de vraag wat zij het volgende schooljaar zouden gaan doen. Eind oktober 2009 zijn de resultaten bekend van de interventies van BLVS.
Project de Volgende Stap
RAS gelden provincie Zuid-Holland Leerlingen die woonachtig zijn binnen de Drechtsteden en eindexamen 4 vmbo hebben gedaan zijn gedurende het schooljaar 2008-200 9 bevraagd door het AOB wat zij het volgende schooljaar van plan zijn te gaan doen. Deze bestanden zijn aangeleverd bij Bureau Leerplicht. In september 2009 wordt gecontroleerd of leerlingen daadwerkelijk op hun bestemming zijn aangekomen. Leerlingen die nog geen beroepskeuze hadden gemaakt zijn in een eerder stadium opgepakt. Daarnaast wordt een groep jongeren begeleid door twee schoolcoaches. Hiervoor hebben medewerkers van het bureau een post HBO opleiding gevolgd om als gecertificeerd schoolcoach jongeren met een verhoogd risico voortijdig hun opleiding te stoppen tijdens de overstap van VMBO naar MBO te begeleiden.
Convenant aanval op de uitval
Op 6 maart 2008 tekenden alle deelnemers in de RMC regio 30 een convenant met het ministerie van onderwijs om in de jaren 2008 t/m 2011 het aantal voortijdig schoolverlaters in het schooljaar met 10% terug te dringen ten opzichte van schooljaar 2004-2005. BLVS ontvangt hiervoor geen extra middelen, de middelen van dit convenant komen rechtstreeks terecht bij de scholen die een resultaat voor dit convenant hebben gehaald. Het ministerie van OCW houdt toezicht op de resultaten van de
36
scholen voor VMBO en MBO in de regio Zuid-Holland Zuid gedaan. Het ROC da Vinci is aanvrager voor de extra gelden die voor dit convenant als programma gelden beschikbaar zijn.
Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Bureau Leerplicht VS
Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008
begroting 2009 na wijziging
Lasten 2.536
Baten 2.556
Saldo 20
Lasten 1.342
2.536
2.556
20
1.342
Baten 1.239 103 1.342
Realisatie 2009
Saldo -103 103 0
Lasten 1.442
Baten 1.244 197 1.442
1.442
Saldo -197 197 0
resultaatanalyse De financiële realisatie wijkt af van de begroting. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. In de tabel wordt tevens weergegeven of er sprake is van een begrotingsonrechtmatigheid.
Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
LASTEN Automatiseringslasten Huisvestingslasten Overig Afrekening met ZHZ Subtotaal
Nadelen
Struct.
Inc.
Totaal
Struct.
41-
4165 85 38-
65 85 38150
-
79-
-
58
Subtotaal
58
-
130-
-
208
-
208-
-
-
-
-
-
-
TOTAAL VOOR BESTEMMING Mutaties reserves TOTAAL NA BESTEMMING
208
-
208-
Onrechtmatig
A B C
nee nee nee nee
D E
nee nee
72
BATEN RMC-middelen Overige inkomsten
58 130-
130-
Analyse verwijzing
72-
toelichting A. B.
C. D.
In verband met het realiseren van het LBA-project binnen de leerplichtapplicatie, is er in 2009 extra op automatisering uitgegeven. In het laatste kwartaal van 2009 heeft de verhuizing plaatsgevonden m.b.t. de locatie Dordrecht. Dit is later dan begin dit jaar verwacht, waardoor deze lasten nog niet in het eerste half jaar van 2009 zijn gerealiseerd. Het restant budget is overgedragen aan de regio ZHZ. Afrekening met Regio ZHZ Naast een lagere indexering op alle RMC-middelen, zijn er Kwalificatieplichtmiddelen uit voorgaande jaren opgenomen ter dekking van de extra automatiseringslasten.
37
In verband met de overgang van BLVS naar de Regio ZHZ is een overdrachtsdocument opgesteld, waarin de financiële afrekening is opgenomen. Rekeninghoudende met transitorische posten etc is er een financieel resultaat per 30 juni 2009 van € 38.000 positief. Dit resultaat is verrekend met de Regio ZHZ. In onderstaand tabel is de afrekening opgenomen. Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Begroting 2009 actueel Lasten Baten Saldo
Prognose 2009 Afwijking januari-juni Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten
1.342
1.342
-
1.206
1.244
38
135-
97-
38
Resultaat voor bestemming
1.342
1.342
-
1.206
1.244
38
135-
97-
38
Verrekening saldo Algemene reserve met regio ZHZ
-
-
-
197
197
-
-
-
38
1.342
1.342
-
1.442
Verrekening batig saldo 2009 met regio ZHZ Resultaat na bestemming
-
197
-
38-
1.442
0
38 100
197
100
-
380
38
2.5 Ingenieursbureau Drechtsteden Wat willen we bereiken? Het Ingenieursbureau Drechtsteden is naast een traditioneel ingenieursbureau voor civiele techniek en bouwkunde ook een adviesbureau voor gebouwenbeheer, een (min of meer kleinschalig ontwerpbureau) voor architectuur, ruimtelijke ordening en landschapsarchitectuur en daarnaast een onderhoudsdienst voor overheidsgebouwen. Het Ingenieursbureau Drechtsteden kent als geen ander de regionale markt in het algemeen, de complexe nieuwe opgaven in het bijzonder en de bestuurlijke context daarvan. De wensen van de opdrachtgever zijn leidend voor het ingenieursbureau, waarbij maatschappelijke betrokkenheid, belangen van burgers en bedrijven en kennis van de regio belangrijke inspiratiebronnen zijn. De medewerkers van het ingenieursbureau werken voortdurend op innovatieve en doelmatige wijze aan verbetering van producten en dienstverlening. IBD zal zich in eerste instantie richten op haar opdrachtgevers uit de Drechtsteden en slechts in geringe mate (<10%), voor zover dit aansluit bij deze doelgroep, op activiteiten voor derden. IBD richt zich op groei tot een ingenieursbureau dat alle bij de G.R. Drechtsteden aangesloten ingenieursdiensten omvat. Wat hebben we bereikt? Begin 2009 is er voor gekozen te onderzoeken hoe het IBD het beste kan aansluiten op de ontwikkelingen bij de Drechtsteden. Een eerste onderzoek heeft geleid tot een voorstel tot verdere aanpassing van de organisatie. Het Drechtstedenbestuur heeft vervolgens opdracht gegeven om een nieuw organisatiemodel en vier businesscases voor aansluiting van Alblasserdam, H-I-Ambacht, Papendrecht en Sliedrecht te ontwikkelen. Eind 2009 was dit nog in uitvoering. De gebruikelijke activiteiten hebben tijdens deze organisatieonderzoeken gewoon doorgang gevonden, maar verbetertrajecten zijn vanwege de mogelijke organisatieaanpassing uitgesteld. Verwachte positie eind 2009 Het IBD werkt in eerste instantie voor alle Drechtsteden. Daarnaast zal er in 2009, afhankelijk van de keuzes die het Drechtstedenbestuur in 2008 maakt, serieus gewerkt worden aan het toevoegen van de ingenieursbureaus (of delen van afdelingen met die activiteit) van Papendrecht, Sliedrecht, Hendrik Ido Ambacht en Alblasserdam. Werkelijke Positie eind 2009 Het onderzoek naar de organisatie-aanpassing en de aansluiting van Alblasserdam, H-IAmbacht, Papendrecht en Sliedrecht loopt nog steeds. Het onderhandelen met bestuurders bij deze gemeenten blijkt veel meer tijd te kosten dan in eerste instantie verwacht werd. Profilering Het IBD zal zich qua organisatie op haar opdrachtgevers moeten richten. De opdrachtgevers wensen graag met ingenieursbureaus uit de vrije markt samen te werken. IBD zal zich met marktpartijen moeten kunnen meten. Via bench-marking kan dit elk jaar gemeten worden. Daarnaast zal het IBD zich echter aan de opdrachtgevers moeten aanpassen, zodat er bij opdrachtgevers geen behoefte meer bestaat om met marktpartijen in zee te gaan. Er zal dus veel geïnvesteerd moeten worden in de relaties met onze vaste opdrachtgevers.
39
In 2009 zijn de volgende acties uitgevoerd Gerichte acties voor wat betreft de profilering van het IBD zijn in afwachting van de organisatie-aanpassing niet uitgevoerd. Verwachte personele groei Er van uit gaande dat op termijn alle Drechtsteden deel nemen aan het IBD, dient het beleid voor de wat langere termijn gebaseerd te zijn op een gestage groei tot 120-140 medewerkers en een omzet van ongeveer € 15 miljoen. Omdat de beschikbaarheid van technici in de toekomst alleen maar slechter wordt, dienen we medewerkers waar mogelijk vast aan ons te binden. Hierdoor houden we de beschikking over een basisbezetting voor de door onze opdrachtgevers te realiseren projecten. Huisbureau zijn betekent dat je de klanten altijd moet kunnen bedienen. Werkelijke personele groei Mede door de verwachte organisatieverandering heeft het IBD in 2009 terughoudend gereageerd in het opvullen van bestaande vacatures. De bezetting is dan ook met 1 fte toegenomen tot 66,59 fte eind 2009. Maatschappij In de eerste plaats dienen we maatschappelijk verantwoord te ondernemen, vooral waar dat het milieu betreft. Duurzaam bouwen, hergebruik van materialen, toepassing van milieuvriendelijke materialen, voldoen aan energieprestatie-doelstellingen, enz. zijn al ver doorgevoerd, maar blijven onderhevig aan vernieuwing. Van belang is ook dat het kennisnetwerk van het IBD wordt uitgebreid. Nauwer contact met collega-ingenieursbureaus, het onderwijs, belangengroepen enz. brengt onze deskundigheid op een hoger niveau. Het IBD gaat ook actiever aan studenten van technische opleidingen stageplaatsen aanbieden. Personeel Om het kennispeil van het IBD omhoog te brengen dienen medewerkers regelmatig getraind en bijgeschoold te worden. Dit stimuleert medewerkers ook in hun persoonlijke ontwikkeling. Maar ook binnen de dagelijkse activiteiten dient voortdurend bekeken te worden of medewerkers zich verder kunnen ontwikkelen door het hen toekennen van meer verantwoordelijkheden. Carrière maken door van werkgever te veranderen moet niet meer nodig zijn. Het IBD moet talent ook kansen bieden en zal zich daar actief op moeten richten. Kijkend naar de toekomst zullen we ook in stagiaires en schoolverlaters moeten investeren. Ook het geven van verantwoordelijkheid, vrijheid en vertrouwen zal sterk tot de verdere ontwikkeling van medewerkers bijdragen. We moeten ons realiseren dat de kans bestaat dat een medewerker het vertrouwen zal schaden. In dergelijke gevallen zullen we misbruik hard moeten afstraffen. Maar aan de andere kant moeten we ook de mogelijkheid scheppen om medewerkers die excelleren extra te belonen. Hoe gaan we dat meten? Het Ingenieursbureau houdt klanten- en medewerkers tevredenheidonderzoeken waaruit blijkt of de geformuleerde ambities ten aanzien van de te leveren toegevoegde waarde en de ontwikkeling van de medewerkers ook daadwerkelijk worden bereikt. De betrokken gemeentelijke diensten leggen in hun - in het kader van de beleids- en beheerscyclus op te stellen - jaarplannen vast hoeveel opdrachten (in euro’s) zij aan het IBD dan wel derden zullen verstrekken. Het Ingenieursbureau monitort per kwartaal of de opdrachtverlening vanuit de gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht in lijn is met de overeengekomen omzetgarantie. De jaarrekening biedt uiteraard inzicht in de afgegeven omzetgarantie en of de beoogde financiële resultaten ook daadwerkelijk worden gerealiseerd
40
Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is de stand van zaken weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Ingenieursbureau Drechtsteden Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008 Lasten 8.430
Baten 9.253
Saldo 823
8.430
9.253
823
begroting 2009 begroting 2009 na wijziging oorspronkelijk Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo 8.370 8.870 500 9.475 10.225 750 0 8.370 8.870 500 9.475 10.225 750
Realisatie 2009 Lasten 9.802
Baten 10.314
9.802
10.314
Saldo 512 0 512
resultaatanalyse Het resultaat ten opzichte van de gewijzigde begroting (conform 2e marap) is ca €240.000 lager. Deze verlaging wordt veroorzaakt door hogere personeelslasten (eindejaarsuitkering en levensloopbijdrage). Daarnaast is er meer ingehuurd dan vooraf was gedacht. Normaliter staat er tegenover meer inhuurlasten ook meer omzet (opbrengsten). Deze extra opbrengst is echter teniet gedaan door een omzetverlies. Dit is veroorzaakt door inloop op het saldo oudverlof en de leegloop van uren (2e halfjaar bij onderdeel bouwkunde). Vanuit bedrijfsvoeringsoogpunt is een verlaging van het saldo oudverlof een positieve zaak. Dit betekent dat het risico van omzetverlies in de toekomst lager wordt. Het ontstaan van leegloop binnen het Ingenieursbureau (totaal over het gehele jaar €120.000) baart ons wel zorgen. Vooral het 2e halfjaar is er een toename bij het bedrijfsonderdeel Bouwkunde. Geconcludeerd kan worden dat het volume van de lasten en baten hoger is dan de gewijzigde begroting. Dit komt, doordat er vaak kosten worden verantwoord die 1 op 1 worden doorberekend naar de opdrachtgevers. Dit geldt vooral voor de materiaalkosten van de Onderhoudsdienst. Bij civieltechnische projecten worden regelmatig milieu-, grond-, grondwater-, en overige onderzoeken door het ingenieursbureau voorgefinancierd en doorberekend naar de opdrachtgever. Bovenstaande zaken hebben geen enkele consequentie voor het resultaat 2009. In het resultaat zit een balanspost opgenomen voor het onderhandenwerk 2009 van €923.000. Doordat het ingenieursbureau projectmatig werkt vindt de verrekening vaak plaats naar afronding van een fase en bij fixed price projecten via een termijnfacturering. Dit betekent dat dus niet alle kosten van 2009 zijn gefactureerd. Inkomsten worden dan als balanspost opgenomen. Toelichting resultaat t.o.v primaire begroting Het resultaat 2009 komt nagenoeg overeen met het resultaat van de primaire begroting Gelukkig kan geconstateerd worden dat het omzetverlies, als gevolg van leegloop en opname oud verlof (samen € 140.000) en de extra lasten als gevolg van de organisatieontwikkeling, teniet is gedaan door een hogere omzet. Deze hogere omzet is een gevolg van een lager ziekteverzuim dan begroot. Begroot ziekteverzuim is 6%, werkelijk 3,86%. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. In de tabel wordt tevens weergegeven of er sprake is van een begrotingsonrechtmatigheid.
41
B ed ra g en x € 1 .0 0 0
V o o rd e len In c.
N a d e len
S tru ct.
L A S T EN Person eelslasten Inh u ur
S u btotaa l
In c.
-
1 18 -
BATEN O m zetv erlies v ast p erso neel: - O m zetverlies - ou d v erlof - O m zetverlies leeg loop Extra om zet d oor extra in hu ur
60
S u btotaa l
60
-
1 40 -
T O T A A L V O O R B E S T E M M IN G
60
-
258-
T O T A A L N A B E S T E M M IN G
40-
401 18 -
40-
1 58 -
1 18 -
-
M u taties reserves
T o ta a l
S tru ct.
A n a ly se ve rw ijzin g
O n re ch tm a tig
A B
nee nee
C D E
nee nee nee
201 20 -
60
-
258-
201 20 60
4040-
80238238-
Toelichting A. Extra lasten eindejaarsuitkering en levensloopregeling ten opzichte van de primaire begroting. B. Extra lasten door extra vraag civieltechnische werken. C. Minder omzet op vast personeel als gevolg van het opnemen van oud verlof uit 2008. Het saldo oud verlof 2009 is hierdoor lager dan het saldo oud verlof 2008. D. Omzetverlies door leegloop bij onderdeel bouwkunde (architecten). E. Extra omzet op inhuur onder B. Voorstel resultaatbestemming 2009 Ingenieursbureau De afdracht aan beide aandeelhouders wordt gebaseerd op werkelijke omzet (= bestede uren 2009 x tarief). De beide aandeelhouders hebben de volgende omzet gerealiseerd (bedragen x € 1.000): Gemeente
werkelijke omzet
gegarandeerde omzet
%
Dordrecht
4.672
5.955
78%
Zwijndrecht
2.264
1.195
189%
Totaal
6.936
7.150
42
De afdracht van de werkelijke winst aan de aandeelhouders wordt gebaseerd op de verhouding van de gerealiseerde omzet (bedragen x € 1.000) Gemeente
werkelijke omzet
winstafdracht
%
Dordrecht
4.672
345
67%
Zwijndrecht
2.264
167
33%
totaal
6.936
512
Gekozen is om het totale resultaat 2009 uit te keren aan de aandeelhouders. Het is noodzakelijk dat beide aandeelhouders een deel van dit bedrag reserveren. In het resultaat van 2009 zit een verwachte opbrengst, die misschien niet gerealiseerd wordt. Het betreft een groot project dat uitgevoerd wordt in opdracht van één van de Drechtsteden gemeenten. Thans is er een risico dat de desbetreffende gemeente niet aan zijn verplichtingen wil voldoen. Dit kan betekenen dat er voor 2010 een verliespost kan ontstaan van tussen de € 100.000 en € 200.000.
43
2.6 Service Centrum Drechtsteden Na de ‘big-bang-start’ in 2008 is in 2009 met grote inzet gewerkt aan het opzetten van het Servicecentrum Drechtsteden (verder te noemen SCD). Vanuit de ‘overlevingsfase’ zijn we nu in de consolidatiefase gekomen. Er is op onderdelen al sprake van doorontwikkeling. Het gaat inmiddels redelijk goed met het SCD. In 2009 heeft de nadruk gelegen op verdere inregeling en standaardisering van werkwijzen en werkprocessen. Zo is samen met klantorganisaties hard gewerkt aan het sneller betalen van facturen en het oplossen van knelpunten. Enerzijds is proactief ingespeeld op klachten en is er alles aan gedaan om die zo snel mogelijk op te lossen. Anderzijds is er ook vooruitgekeken naar wat beter kan in de interne organisatie en de dienstverlening. In dit kader is een aantal maatregelen genomen om knelpunten meer fundamenteel aan te pakken. Tevens is in 2009 gefocust op het verder vorm geven van de SCD-cultuur waarin klantgerichtheid voorop staat, op het uitwerken van de opdrachtgeveropdrachtnemerrelatie en op het optimaliseren van de inrichting van de organisatie. Het algehele beeld is dat er veel werk is verzet en dat het SCD op schema zit. Dit neemt niet weg dat er meer in het bijzonder ten aanzien van het ICT-domein, belangrijke aandachtspunten waren. Als managementteam is eind 2009 ingezet op de verdere ontwikkeling van het SCD die moet leiden tot een organisatie die: zorgt dat de partners zich kunnen richten op de taken die zij vervullen voor de bewoners, bedrijven en instellingen in de regio; de afgesproken variëteit biedt aan ondersteunende diensten van goede kwaliteit en met een eerlijke prijs; professioneel en flexibel is, waar het prettig (mee samen) werken is. Kortom, een organisatie die een sterke service voor de regio biedt. Doelstellingen Het servicecentrum Drechtsteden heeft in 2009 een eerste aanzet gemaakt in het meten van haar prestaties. Hieronder worden de eerste resultaten weergegeven. Klantprestatie-indicatoren (kpi’s) Het SCD is eind 2009 gaan werken met klantprestatie-indicatoren (KPI’s). Daardoor kunnen we een beter beeld geven aan de eigenaren/klanten over het niveau en de ontwikkeling daarin van de dienstverlening. Bovendien bevorderen dergelijke indicatoren de interne sturing op de dienstverlening. Inmiddels zijn er indicatoren opgesteld die de komende maanden verder worden uitgewerkt. Voor 2009 geven deze het volgende beeld:
44
Klantgerichte Prestatie-Indicatoren SCD Taakveld
Product
Prestatie-indicator
Betalen
Registratie
5 kalenderdagen na 1e ontvangst bij SCD
Realisati e *Nog niet bekend.
KO: Coderen en accor-deren % gecodeerd en geaccordeerd 20 kalenderdagen na ontvangst door klantorganisaties van SCD Fiatteren en betalen % facturen betaald 5 kalenderdagen na terugontvangst bij SCD
Inkoop PA
Norm 90%
81%
SCD+KO: betalen facturen
% facturen betaald 30 kalenderdagen na 1e ontvangst bij SCD
Inkopen
% besparingen uitgevoerde aanbe-stedingen (t.o.v. oude inkoopbedragen)
Stoplicht
90%
Oranje Oranje
77%
90%
*Nog niet bekend.
90%
8%
3%
Groen
Personeelsadministratie
% mutaties verwerkt op tijd
81%
95%
Oranje
Melding ziekteverlof
% meldingen op tijd
85%
95%
Oranje
Beter meldingen
% meldingen op tijd
83%
95%
Oranje
JKC
Bezwaarprocedures
40%
90%
Oranje
Werving en selectie ICT
Werving
% besluiten geleverd binnen afge-sproken termijn (met hoorzitting/bezwaarcie's) % aantal afgewikkelde vacatures jaar t /aantal afgewikkelde vacatures jaar t-1
86%
100%
Oranje
Incidenten
% gedurende een maand binnengekomen meldingen/afgehandelde meldingen
94%
100%
Oranje
Wijzigingsverzoeken
% gedurende een maand binnengekomen/afgehandeld
84%
90%
Oranje
DIV
% dossiers binnen 24 uur uitgeleverd
68%
90%
Oranje
Beheer FM
% tijdig afgehandelde werkorders
39%
90%
Oranje
FM Legenda: Rood
ruim slechter dan norm; negatieve afwijking van 5 % of meer
Oranje
iets slechter dan norm; negatieve afwijking tot 5%
Groen
op of beter dan norm
Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is het resultaat weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Service Centrum Drechtsteden Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008 Lasten 33.881 33.881
Baten 33.501 379 33.880
begroting 2009 na wijziging
Saldo -379 379 0
Lasten 46.045
Baten 45.845 200 46.045
46.045
Realisatie 2009
Saldo -200 200 0
Lasten 46.179 46.179
Baten 45.988 200 46.188
Saldo -191 200 9
resultaat Het resultaat over de periode bedraagt € 9.000. De financiële realisatie wijkt enigszins af van de begroting. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. begroot 2009
realisatie 2009
verschil
33.173
33.339
-166
Huisvesting
2.292
2.300
-8
Diverse apparaatskosten
1.788
1.581
207
Rekencentrum
1.057
1.127
-70
IPA 1B
6.935
6.889
46
800
800
0
46.045
46.036
9
Personeel
Voorgeschoten kosten Totaal
Toelichting Het financiële overschot is het resultaat van een tekort op het personeelsbudget van €166.000 en een overschot op het materiële budget verdeeld over verschillende posten
45
van € 175.000. Het tekort op het personeelsbudget is het gevolg van het incidenteel niet realiseren van alle geraamde DVO-opbrengsten. De reden hiervoor is dat de uren van de mantel niet altijd zijn volgeschreven, terwijl wel DVO’s zijn afgesloten. Voor het afsluiten van deze DVO’s waren veelal specifieke redenen (specifieke kwaliteit die was ingehuurd, piekbelasting e.d.). In enkele gevallen bleek dit echter niet terecht. Daarnaast waren er enkele verschillen tussen de realisatie op DVO’s en de gemaakte afspraken. Het overschot op het materiële budget komt met name doordat de kapitaallasten voor IP&A deelprogramma 4b in 2009 lager waren dan oorspronkelijk geraamd. Verder vindt er met enkele klantorganisaties nog overleg plaats over hun ICT-declaraties. Afgezien hiervan is het financiële beloop conform datgene wat in de 2e marap is geschetst. resultaatanalyse In de tabel hieronder wordt het resultaat van het Servicecentrum Drechtsteden op het programma niveau uitgesplitst weergegeven. De weergegeven bedragen zijn de afwijkingen t.o.v. de begroting. Bedragen x € 1.0 00
Voordelen Inc.
LASTEN Basis-additioneel, pluspakket Aanvullende overeenkom sten (DVO) Standaardwerkplek
Subtotaal BATEN Basis-additioneel, pluspakket Aanvullende overeenkom sten (DVO) Standaardwerkplek
Nadelen
Stru ct.
Inc.
Totaal
Struct.
408-
408371 96-
371 96-
371
-
504-
-
452 143
Subtotaal
595
-
452-
-
142
TOTAAL VO OR BESTEM MING
966
-
956-
-
9
Mutaties reserves TOTAAL NA BESTEM M ING
966
-
956-
-
Onrechtm atig
A B C
nee nee nee
A1 B1 C1
nee nee nee
133-
452 452143
452-
Analyse verw ijzin g
9
Toelichting: A en A1: Basis-, additioneel,pluspakket De verschillen op de uitgaven en inkomsten ontstaan op programma niveau doordat meer kosten zijn gemaakt voor de drukkerij en frankeer. Deze kosten zijn overigens ook doorberekend aan de klantorganisaties. B en B1: Aanvullende overeenkomsten (DVO) Naast de standaard pakketten hebben de klantorganisaties de mogelijkheid om extra diensten af te nemen. In de 2e marap waren de extra uitgaven en inkomsten opgenomen, deze zijn echter bij beide lager dan geprognosticeerd. Het verschil 82 (N) (uitgaven 371(V) en inkomsten 452 (N)) ontstaat doordat de uren van de mantel niet altijd zijn volgeschreven, terwijl wel DVO’s zijn afgesloten. Voor het afsluiten van deze DVO’s waren veelal specifieke redenen (specifieke kwaliteit die was ingehuurd, piekbelasting e.d.). In enkele gevallen bleek dit echter niet terecht. Daarnaast waren er enkele verschillen tussen de realisatie op DVO’s en de gemaakte afspraken. C en C1: Standaardwerkplek In het algemeen kan gesteld worden dat de hogere uitgaven en de inkomsten dan begroot het gevolg zijn van extra printer / werkplekkosten bij klantorganisaties, die ook bij de klantorganisatie in rekening zijn gebracht.
46
2.7 Onderzoekcentrum Drechtsteden Doelstellingen Het OCD heeft voor 2009 als belangrijkste doelstellingen geformuleerd: 1. regionaliseren van twee monitoren 2. opzetten van een toegankelijke digitale database met relevante kerncijfers 3. opstellen van een onderzoeksprogramma voor de komende 4 jaar (start 2009, doorloop 2010) 4. doorlichten twee monitoren (binnenstad en leefbaarheid & veiligheid) 5. verder opzetten kwaliteitssysteem (implementatie 1e half jaar 2010) Producten, activiteiten en resultaten Product/activiteit/project
Beoogd resultaat
Stand van zaken
regionaliseren twee monitoren
eind 2009 afgerond
afgerond
opzetten digitale database met kerncijfers
eind 2009 afgerond
schuift door naar 1e helft 2010
opstellen onderzoeksprogramma
start in 2009, doorloop in 2010
doorlichten twee monitoren
eind 2009 afgerond
voor beide monitoren is nieuwe opzet en aanpak uitgewerkt en besproken met relevante betrokkenen; uitvoering monitoren deels in 2010
nieuw programma is aangeschaft, kerncijfers zijn verzameld – programma wordt maart 2010 geïnstalleerd, waarna kerncijfers ingevoerd kunnen worden schuift door naar 1e helft 2010 start in 2010 in kader brede doorlichting afgerond voor één monitor, schuift door naar 2010 wordt verbreed naar doorlichting hele pakket basisproducten in kader brede doorlichting
vervolg opzetten kwaliteitssysteem
eind 2009 afgerond
afgerond in 2010 volgt nog een laatste doorlichting van wat er nu ligt en een systematiek voor borging gebruik
In 2009 hebben de medewerkers van het OCD vooral gewerkt aan de monitoren. De gegevensverzameling voor een aantal grootschalige regionale monitoren heeft in deze periode plaatsgevonden. Dit heeft extra (materiële) kosten met zich meegebracht die buiten het normale basisbudget vallen.
47
Daarnaast heeft het OCD aan additionele onderzoeksprojecten gewerkt voor Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht, Bureau Drechtsteden en de Sociale Dienst Drechtsteden. In de loop van 2009 heeft het OCD te maken gehad met een toegenomen vraag naar onderzoeksopdrachten bij de regiogemeenten. Daarnaast heeft het OCD in beperkte mate onderzoek uitgevoerd voor externe opdrachtgevers. Wat heeft het gekost? programmaresultaat Hieronder is het resultaat weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Onderzoeks Centrum Drechtsteden Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008 Lasten 1.292
Baten 1.537
Saldo 245
1.292
1.537
245
begroting 2009 begroting 2009 na wijziging oorspronkelijk Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo 1.440 1.440 0 1.626 1.502 -124 0 124 124 1.440 1.440 0 1.626 1.626 0
Realisatie 2009 Lasten 1.752 24 1.776
Baten 1.551 124 1.676
Saldo -201 100 -100
resultaatanalyse Het resultaat over 2009 bedraagt een tekort van € 100.000. De financiële realisatie wijkt af van de begroting. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. In de tabel wordt tevens weergegeven of er sprake is van een begrotingsonrechtmatigheid. Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
Nadelen
Struct.
Inc.
Totaal
Struct.
LASTEN Personele Kosten Kosten t.b.v. extra onderzoek Doorberekening van uit GRD Dienstverlening SCD Vrijval budgetoverheveling 2008
24
Subtotaal
24
BATEN Inkomsten externe opdrachten
49
Subtotaal
49
-
-
-
49
TOTAAL VOOR BESTEMMING
73
-
73-
76-
76-
Mutaties reserves
-
-
24-
-
24-
TOTAAL NA BESTEMMING
73
-
97-
76-
22511561-
-
73-
76-
2251156124
Analyse verwijzing
Onrechtmatig
A B C D F
nee nee nee nee nee
E
nee
F
nee
125-
49
100-
Toelichting afwijking A. De afwijking van de personeelslasten wordt o.a. veroorzaakt door extra vorming en opleiding, reiskosten en inhuur. Bij de 2e marap werd een afwijking van € 44.000 verwacht, dit is terug gebracht naar € 22.000 door minder inhuur. B. De afwijking van € 51.000 bestaat uit incidentele kosten. Hiervan is € 39.000 voor extra opdrachten gemeenten en externe opdrachten, dit wordt gedekt door € 49.000 aan extra inkomsten (zie E). Verder werd er in 2009 extra materiële kosten gemaakt in verband met de uitvoering van een aantal grootschalige regionale monitoren, waarvoor informatie bij de bevolking wordt verzameld via enquêtes. Dit houdt verband met de cyclus van de monitoren die is afgestemd op de vierjaarlijkse cyclus van de collegeperiode. Het jaar voor de verkiezingen verzamelt het OCD zoveel mogelijk actuele informatie die van belang is voor het gemeentelijke en regionale beleid. Deze extrakosten zijn voor € 124.000 gedekt uit de bestemmingsreserve. Bij de 2e marap is de begrotingswijziging voor de mutatie uit de bestemmingsreserve vast gesteld.
48
C. D. E.
F.
De afwijking bestaat voor € 15.000 uit structurele en niet beïnvloedbare kosten. Dit betreft de doorberekening van de GRD-moeder aan het OCD. De afwijking bestaat voor € 61.000 uit structurele en niet beïnvloedbare kosten. Dit betreft de Dienstverlening van het SCD, basis- en additioneel pakket. De afwijking van € 49.000 zijn incidentele inkomsten voor extra opdrachten. Het betreft opdrachten van de gemeenten voor € 33.000, van de GRD-zusters voor €3.000 en van externen voor € 13.000. De mutaties in de reserves bestaat uit de vrijval budgetoverheveling 2008.
Dekkingsvoorstel negatief resultaat Onderzoekscentrum Drechtsteden Voorgesteld wordt, het tekort van het Onderzoekcentrum Drechtsteden, te dekken door een extra bijdrage van de deelnemers, volgens onderstaande tabel.
Deelnemer
fte
%
extra bijdrage x €1.000
Alblasserdam
104,30
5,3
5
Dordrecht
831,03
42,2
42
Hendrik Ido Ambacht
114,89
5,8
6
Papendrecht
186,07
9,5
10
Sliedrecht
138,23
7,0
Zwijndrecht
231,77
11,8
12
GR Drechtsteden
362,80
18,4
18
Totaal
1.969,09
100,0
7
100
49
2.8 Gemeentebelastingen Drechtsteden Dit is de eerste volledige jaarrekening van Gemeentebelastingen Drechtsteden. De jaarrekening 2008 betrof immers alleen de zes laatste maanden van dat jaar. Het tempo waarin Gemeentebelastingen Drechtsteden inmiddels vorm krijgt, is hoog. Het verslagjaar 2009 wordt enerzijds gekenmerkt door grote stappen voorwaarts als het gaat om de doorontwikkeling van de organisatie en het bundelen van de verschillende gemeentelijke werkprocessen. Zo is in november 2009 de systeemconversie van de vijf gemeentelijke systemen naar één regionaal systeem afgerond. Ook de operationalisering van het geautomatiseerd ontheffen is een feit geworden. Tevens is in 2009 de methode van de woningtaxaties voor de afzonderlijke deelnemende gemeenten verder gestandaardiseerd. Ten slotte is de definitieve aansluiting gemaakt met het landelijke bevolkingsregister. Het raadplegen van de afzonderlijke gemeentelijk registers is overbodig geworden. Hierdoor was het mogelijk het aantal werkplekken in de toekomst drastisch te verminderen. Er zijn er ook tegenslagen te melden. Zo heeft de aanslagoplegging in 2009 achterstand opgelopen. Een aantal kohieren dat in 2009 is gepland, zal eerst in 2010 worden opgelegd. Dat is vooral te wijten aan de kwaliteit van de verschillende bronbestanden waarvan Gemeentebelastingen Drechtsteden gebruik heeft gemaakt. Veel van deze bestanden misten de juistheid, volledigheid en actualiteit om direct ingelezen te worden in de nieuwe enkelvoudige database. Er is meer tijd gestoken in het opwerken van deze data dan gepland. Ook de daardoor noodzakelijke scherpere controle op uitgaande kohieren heeft vertragingen opgeleverd in de productie. Een verbetering van de aansturing van het waarderings- en het heffingsproces was noodzakelijk. Deze verbetering is inmiddels operationeel. Hierdoor is het perspectief op de noodzakelijke inhaalslag geborgd. Gemeentebelastingen Drechtsteden heeft tevens bijgedragen aan de Brede Doorlichting. Budgettair betekent deze operatie ruim 10% bezuinigen op de lasten. De gevolgen hiervan zullen eerst in 2010 in de begroting zichtbaar worden. In de Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden is bepaald dat met ingang van 1 juli 2008 belastingtaken voor de gemeenten Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht door Gemeentebelastingen Drechtsteden (GBD) worden uitgevoerd. De gemeente Alblasserdam is voorlopig vrijstelling verleend deze taken over te dragen. De gesprekken met de gemeente Alblasserdam hebben in ieder geval geleid tot dienstverlening op het gebied van de inhoudelijke ondersteuning (verordeningen en begrotingsparagraaf). In 2010 zullen de gesprekken worden voortgezet.
In deze jaarrekening wordt verantwoording afgelegd van de kosten van de uitvoering van de opgelegde taken zoals uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken, heffing en invordering van gemeentelijke belastingen en taken aangaande bezwaar en beroep. Hierbij wordt tevens een overzicht gegeven van de verdeling van de uitvoeringskosten over de deelnemende gemeenten conform de vastgestelde verdeelsleutel. In deze rekening wordt geen verantwoording afgelegd over de belastingopbrengsten van de vijf gemeenten omdat deze geen onderdeel uitmaken van de begroting van de GBD. Dit vindt plaats in een afzonderlijke “Verantwoording belastingopbrengsten GBD 2009” welke voorzien wordt van een zogeheten consolidatieverklaring van de daarvoor aangewezen accountant.
50
Wat willen we bereiken en wat hebben we bereikt? Gemeentebelastingen Drechtsteden (GBD) draagt vanaf 1 juli 2008 zorg voor het verwerven van belastingopbrengsten voor de gemeenten Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. Primair is het zaak de geprognosticeerde belastingopbrengsten per belastingsoort per deelnemende gemeente zoveel als mogelijk in te vorderen. Daarbij wordt gestreefd naar het optimaliseren van de betalingsbereidheid. Voor zowel de deelnemende gemeenten als belastingplichtigen is GBD een dienstverlenende organisatie, die wegwijs biedt in de rechten en plichten op het gebied van de lokale heffingen en de Wet waardering onroerende zaken (WOZ). De verantwoording over de opbrengsten geschiedt separaat naar de deelnemende gemeenten. Een tweede hoofdtaak is de jaarlijkse waardering van objecten. In het Drechtstedengebied (exclusief Alblasserdam) gaat het hier om 126.402 objecten met een gezamenlijke waarde van bijna € 25 miljard. Op het terrein van de dienstverlening is het zakensysteem voor alle deelnemende gemeenten operationeel. De meldingen en vragen die niet door de front-offices verwerkt kunnen worden komen via dit systeem naar de backoffice van Gemeentebelastingen Drechtsteden ter afhandeling. In 2009 is er voor de verzending van de initiële aanslag een voorlichtingsbijeenkomst geweest met baliemedewerkers van de gemeenten over de inhoud van de aanslagen. Deze activiteit zal zeker ook in 2010 worden uitgevoerd. Daarbij wordt ook desgewenst voorzien in inloopavonden voor burgers van de deelnemende gemeenten. Tijdens deze inloopavonden kunnen vragen gesteld worden over de lokale heffingen. Producten, activiteiten en resultaten Om onze doelstellingen te bereiken zijn de volgende activiteiten ondernomen: doelmatig, duidelijk en tijdig bepalen van de WOZ-waarden van de in de gemeenten gelegen onroerende zaken; het waarborgen van een volledige, juiste en rechtmatige toepassing en uitvoering van alle verordeningen op het gebied van heffing en invordering, behoudens grafrechten, marktgelden, havengelden, leges en eventueel andere met de deelnemende gemeenten overeengekomen uitzonderingen; behandelen van verzoeken om kwijtschelding; behandelen van bezwaar- en beroepschriften; formuleren en bewaken van dienstverleningsnormen; degelijke informatieverstrekking verzorgen over lokale heffingen. Naast deze activiteiten heeft Gemeentebelastingen Drechtsteden volgens wettelijk voorschrift tijdig correcte en volledige levering van WOZ-data verzorgd naar de rijksbelastingdienst, het CBS, het Waterschap Hollandse Delta en het Waterschap Rivierenland. GBD heeft de advisering aan de deelnemende gemeenten inzake de verordeningen en beleidsregels conform de afspraken uitgevoerd. Dat geldt ook voor de basisteksten voor het foldermateriaal bij de aanslag 2009. Tevens zijn de voorbereidingen afgerond om de inhoud van de paragraaf “Lokale Heffingen” in de begrotingen en het jaarverslagen te standaardiseren. Ten slotte hebben wij in samenwerking met de gemeente Dordrecht voorbereidingen getroffen voor de extra heffing afvalstoffen in verband met de invoering van de mogelijkheid voor een extra minicontainer. Vanwege het feit dat dit niet via de bestaande kostensystematiek kan worden verrekend, zal dit in een aparte dienstverleningsovereenkomst worden geregeld. Deze activiteit wordt in het vervolg afzonderlijk in
51
de jaarstukken opgenomen. De voorbereidingskosten zijn reeds in deze jaarrekening meegenomen. In 2009 zijn er 10.268 mogelijke kwijtscheldingsverzoeken geregistreerd. In 2009 zijn er 10.780 bezwaren geregistreerd, deze bestaan naast de formele bezwaren ook uit ambtshalve correcties als gevolg van opwerking van data en meldingen van burgers. De afhandeling van de bezwaarschriften is op stoom gekomen. Afwikkeling binnen de wettelijke termijnen is realiseerbaar. Afhandeling van verzoeken om kwijtschelding geschiedt binnen 3 maanden na indiening van het verzoek. Vooral in het licht van de Wet Dwangsom blijft een strak gereguleerde afdoeningstempo in 2010 gehandhaafd. Wat heeft het gekost? programmaresultaat bedragen x € 1.000. Gemeentebelastingen Drechtsteden Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008
begroting 2009 na wijziging
Lasten 2.553
Baten 2.588
Saldo 35
Lasten 5.281
2.553
2.588
35
5.281
Baten 5.246 35 5.281
Realisatie 2009
Saldo -35 35 0
Lasten 5.125
Baten 5.130 35 5.165
5.125
Saldo 5 35 40
resultaatanalyse Het resultaat over de periode bedraagt € 40.000 positief. De financiële realisatie wijkt af van de begroting. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. In de tabel wordt tevens weergegeven of er sprake is van een begrotingsonrechtmatigheid.
Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
LASTEN personele lasten Inhuur vorming en opleiding overige goederen en diensten/int.verrekeningen directe uitvoeringskosten
Subtotaal
19 307 54-
326
Subtotaal
32
TOTAAL NA BESTEMMING
Totaal
232
403-
-
148-
358 358
232 232
Analyse verwijzing
Onrechtmatig
232 34919
A A B
nee nee nee
307 54-
A A
nee nee
C
nee nee nee
Struct.
349-
22 10
Mutaties reserves
Inc.
232
BATEN aanmaningen/dwangbevelen en rente opbrengsten producten bijdragen gemeenten
TOTAAL VOOR BESTEMMING
Nadelen
Struct.
156
14822 10
148-
-
116-
551-
-
40
-
-
-
40
551-
D
De uitvoering van de systeemconvergentie, waarbij veel uren zijn gestoken in de opwerking van de gemeentelijke bronbestanden, veroorzaakt een aanmerkelijk hogere inhuur.
52
Dit is ten laste gebracht van vacatures, ontwikkelformatie en geprognosticeerde inhuur. Vanaf 2010 zullen de ontstane kapitaallasten ad. €48.000 in de begroting worden opgenomen (5 jaar). De werkzaamheden rondom de systeemconvergentie hebben ook een daling in lasten overige goederen en diensten veroorzaakt In 2008 en 2009 is extra aandacht beteed aan vorming en opleiding van medewerkers van de nieuwe organisatie. In 2009 is dit genormaliseerd. Vanaf 2010 is het opleidingsbudget conform de norm ad. € 57.000. Het aantal aanmaningen en dwangbevelen is aanmerkelijk onder de prognose. Dit wordt vooral veroorzaakt door het nog niet volledig opwerken van de gemeentelijke bronbestanden. In 2010 voorzien wij hier een inhaalslag. Het verschil van € 10.000 wordt veroorzaakt door de extra kosten voor de ontwikkeling van een nieuwe heffing, de tweede minicontainer in Dordrecht.
53
2.9 Algemene Dekkingsmiddelen De algemene dekkingsmiddelen bestaan uit het algemene renteresultaat en de lasten, die niet zijn toe te rekenen aan één van de afzonderlijke begrotingsprogramma's. programmaresultaat Hieronder is het resultaat weergegeven. Alle bedragen luiden x € 1.000. Algemene middelen
Resultaat voor bestemming Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Realisatie 2008 Lasten 3.870
Baten 5.371
Saldo 1.501
3.870
5.371
1.501
begroting 2009 begroting 2009 na wijziging oorspronkelijk Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo 700 700 1.100 1.100 0 0 0 0 700 700 1.100 1.100 0
Realisatie 2009 Lasten 1.442 427 1.869
Baten 993 993
Saldo -450 -427 -877
resultaatanalyse Het resultaat bedraagt € 877.000 negatief. De financiële realisatie wijkt af van de begroting. In de volgende tabel wordt de cijfermatige analyse gegeven. In de tabel wordt tevens weergegeven of er sprake is van een begrotingsonrechtmatigheid. Het resultaat is als volgt opgebouwd: Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
LASTEN Vergoeding aan gemeente Dordrecht voor extra dienstverlening 1e kw 2008 Compensatie regio ZHZ over 2008 ivm garantieregeling Voorziening vordering Landsbanki Onderschrijding gemeenschappelijke kosten Rente
71 427
Subtotaal
498
Nadelen
Struct.
-
Subtotaal
23
-
521
-
TOTAAL NA BESTEMMING
521
400-
400-
221350-
22135071 427
23
Mutaties reserves
Totaal
Struct.
Analyse verwijzing
Onrechtmatig
nee
BATEN Rente
TOTAAL VOOR BESTEMMING
Inc.
971-
-
nee nee A
nee
B
473-
23
-
A
-
23
971-
-
450-
-
427-
-
427-
-
1.398-
-
877-
B
nee
B
toelichting A. Deze kosten zijn in de jaarrekening 2008 reeds gemeld als mogelijk risico en na te betalen in 2009. B. Rente (investeringen) In 2009 zijn alle investeringen gefinancierd uit de beschikbare liquide middelen. Het rentebestanddeel van de kapitaallasten wordt als baten in het renteresultaat opgenomen. Hiervoor wordt conform de financiële kadernota een rekenrente van 5% gebruikt. Aangezien de oplevering van een aantal activa, met name uit het IP&A programma is vertraagd, vallen de rentebaten uit de investeringen lager uit. Rente uitgezette gelden Door de economische crisis is het rentepercentage op uitgezette deposito’s zeer laag geweest. Daarom heeft GRD in 2009 geen gelden op deposito uitgezet.
54
Tot en met augustus 2009 zijn alle liquide middelen aangehouden op de reguliere bankrekening van de BNG. In de laatste maanden van 2009 is een beperkt bedrag uitgezet op een zakelijk spaarrekening bij de ABN-AMRO, wat een hogere rente oplevert. In 2009 is het saldo aan overliquiditeit sterk teruggelopen door (begrote) onttrekkingen aan reserves, besteding van vooruitontvangen bedragen/ subsidies, en investeringen. Daardoor is per 31 december 2009 het overschot aan liquide middelen omgeslagen in een tekort. De mutaties reserves bestaat uit rentetoevoeging 2009 aan de reserves Manden maken, BWS en BLS. Dit is als voordeel laten zien bij de lasten. Per saldo is dit € 0,00.
55
3. Verplichte paragrafen 3.1 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als het vermogen om niet-structurele financiële risico’s op te vangen. Het weerstandsvermogen bestaat uit de weerstandscapaciteit in relatie tot de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of verzekeringen zijn afgesloten. Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit het aanwezige eigen vermogen in de vorm van algemene reserves en bestemmingsreserves. De algemene reserve kent per 31-12-2009 een negatieve stand, die is veroorzaakt door de afwaardering van € 1,4 miljoen van de Landsbanki vordering in 2008. In 2009 is de algemene reserve voor € 500.000 aangevuld. Ook in 2010 vindt weer zo’n aanvulling plaats. Streven is de algemene reserve per 31-12-2010 weer geheel aangevuld te hebben. De algemene reserve kent een maximale omvang van € 500.000. In december 2007 is door de Drechtraad de nota reserves en weerstandscapaciteit vastgesteld. In de nota is het gewenst niveau van weerstandscapaciteit van de GR Drechtsteden aangegeven, waarbij de relatie is gelegd tussen de bij de GRD en de deelnemende gemeenten benodigde reserves. Uitgangspunt is daarbij dat elke GRD-dochter, naast de programmareserves, over een exploitatiereserve beschikt van 3% van de totale apparaatskosten, met een minimum van € 100.000. De exploitatiereserves worden gevormd en gevoed uit de exploitatieresultaten. Op GRD-niveau is daarnaast nog een beperkte algemene reserve. Bij de toelichting op de balans, in hoofdstuk 4.4.2 is een specificatie van de reservepostitie opegenomen, en een toelichting bij de reserves.
Risico’s Vordering Landsbanki GR Drechtsteden heeft sinds eind 2008 een vordering van € 7,0 miljoen bij Landsbanki in IJsland. Conform afspraken met de accountant en toezichthouder is in 2008 een voorziening gevormd van € 1,4 miljoen, ten laste van het resultaat 2008. In 2009 is er een aanvullende storting in de voorziening geweest van € 350.000. Het risico blijft dat die voorziening niet hoog genoeg blijkt. Bureau Drechtsteden De jaarlijkse schommelingen in het exploitatieresultaat worden normaliter opgevangen door toevoegingen of onttrekkingen aan de exploitatiereserve BDS. De omvang van die reserve is echter nihil. Een negatief exploitatieresultaat kan dus niet door een onttrekking uit de reserve worden opgevangen. Sociale Dienst Drechtsteden Het weerstandsvermogen van de SDD is verslechterd. De bedrijfsrisicoreserve zal na resultaatbestemming door de Drechtraad vrijwel zijn uitgeput. Dat is geen goede uitgangssituatie voor 2010 als we bedenken dat de SDD in zijn begroting voor dat jaar voor maar liefst € 1,7 miljoen te realiseren ombuigingen nog op stelpost heeft staan. De innovatiereserve bevat nog een mooi bedrag, maar moest in 2009 ook worden aangesproken. Tekorten op het minimabeleid en de inkomensondersteuning tasten de omvang van de bestemmingsreserves voor die beleidsterreinen aan. Alleen op het terrein van de WMO is het weerstandvermogen goed.
56
De economische crisis zal in 2010 nog aanhouden. Het beroep op de SDD zal voorlopig fors blijven. Een grote toeloop van klanten, in combinatie met een forse financiële taakstelling op de kosten van de eigen organisatie (€ 1,7 miljoen op een totaal budget voor apparaatskosten van ruim € 28 miljoen = 6%!), een zwakke reservepositie en de inhoudelijke noodzaak om beleid en uivoering aan te passen, maken van 2010 een jaar dat niet zonder risico’s is. Investeringen in personeel, processen, informatisering en huisvesting, om maar een paar zaken te noemen, zijn onvermijdelijk om blijvend effectief te zijn en klanten te ondersteunen naar zelfstandigheid. De middelen om dat te doen zijn echter zeer beperkt. Door inzet van een strakke sturingscyclus op output en financiën zal het management van de SDD in 2010 zorgdragen voor beheerste uitvoering, en tijdige signalering van afwijkingen. Ingenieursbureau Drechtsteden Het grootste risico voor het Ingenieursbureau is het aanbod van werk. De overhead moet gedekt worden door de omzet = productieve uren x tarief. Dit betekent dat er een omzetgarantie van onze aandeelhouders moet zijn om alle kosten te kunnen dekken. Indien de aandeelhouders niet aan hun omzetverplichtingen kunnen voldoen dan zal het Ingenieursbureau niet kostendekkend kunnen werken. Om het risico te voorkomen wordt maandelijks gemonitord en de gegevens verstrekt aan onze aandeelhouders. Service Centrum Drechtsteden De vertraging van de oplevering van de nieuwe ICT-infrastructuur met 5 maanden brengt met zich mee dat het afbouwen van de oude infrastructuur met dezelfde periode is vertraagd. Dit betekende tevens dat de afbouw van personele transitiekosten later plaats vindt. In de ICT-budgetten vanaf 2010 (het moment dat de uniforme werkplek is uitgerold) zijn aannames gedaan over de omvang en complexiteit van de infrastructuur met bijbehorende applicaties, maar in de praktijk blijken deze forse afwijkingen te vertonen. Zo zijn er meer werkplekken en applicaties dan aangenomen. Er moet flink op gestuurd worden door de klantorganisaties om deze extra kosten te reduceren door vermindering van werkplekken en/of applicaties. Waar dit niet mogelijk is, kan dit leiden tot structureel extra meerkosten voor de betreffende organisaties. De staat van de huidige ICT-infrastructuur blijkt op delen slechter te zijn dan verwacht als gevolg van uitgestelde investeringen. Incidenteel moest er nog geïnvesteerd worden om de huidige netwerken in de lucht te houden (performance, beschikbaarheid). Het aantal afspraken over aanvullende dienstverlening naast de basis-, additionele en pluspakketten is veel groter dan bij de inrichting van het SCD is ingeschat. Zowel de extra inspanningen die verricht moeten worden voor het inrichten en uitvoeren van deze dienstverlening, als de financiering ervan zorgden voor extra (financiële) risico’s. Huisvesting: de afdelingen van het SCD zijn op verschillende locaties gevestigd (Crownpoint, Noordendijk, Stadskantoor Dordrecht). Dit is vanwege de efficiency en onderlinge afstemming ongewenst. Binnen de regio zijn er ook de nodige huisvestingszaken. Afstemming/ bijstelling van het ‘grand design’ is gewenst om huisvestingswensen en verhuisbewegingen op elkaar af te stemmen. Er zijn geen middelen voor de voorinvesteringen in het VIP-programma, zowel geen middelen voor projectleiding als de te starten projecten. Ook is er geen regulier investeringsbudget voor aanpassingen. Het SCD heeft als taakstelling een structurele bezuiniging te realiseren van € 1,0 miljoen met ingang van 2011 door middel van het VIP-programma, en een extra € 0,3 miljoen met ingang van 2012 voor de brede doorlichting binnen de GRD. Er is een risico van aanvullende taakstellingen door noodzakelijke bezuinigingen bij gemeenten. Standaardisering en uniformering lukt nog onvoldoende. Enerzijds door het teveel ingaan op specifieke klantvraag, geen eenduidigheid bij de klantorganisaties, anderzijds door intern teveel focus op nieuwe zaken als VIP en klantvragen in plaats van beheer/inrichting van de ‘basis op orde’.
57
Met Regio ZHZ wordt een packagedeal nagestreefd, die ook de financiële problematiek omvat. Voorgesteld wordt voor de financiële bijdrage van de GR Drechtsteden aan die packagedeal een voorziening van € 1,0 miljoen te vormen. Risico is dat met regio ZHZ toch geen overeenstemming kan worden bereikt. Daarnaast is er met regio ZHZ nog een verschil in interpretatie bij de vaststelling van de compensatie volgens het financieel arrangement. Risico is dat dit leidt tot een hogere door GRD te betalen compensatie.
3.2 Bedrijfsvoering De paragraaf bedrijfsvoering geeft inzicht in de ontwikkelingen en de belangrijkste realisaties van de beleidsvoornemens op het gebied van bedrijfsvoering. De bedrijfsvoering bestaat uit alle beherende, verantwoordende en controlerende activiteiten die de organisatie in staat stellen de voorgenomen programma’s en prestaties zo effectief en efficiënt mogelijk te realiseren. Planning en control GRD-breed Begin dit jaar is door het bestuur besloten control en compliance voor het GRD-concern samen te voegen met de staf van regio Zuid-Holland Zuid en die activiteiten onder te brengen in de organisatie van regio ZHZ. Een onderliggende notitie vanuit het concern GRD om te komen tot verbetering van de planning en control in de GRD is daarbij ingebracht. Daarin voorgestelde concrete maatregelen ter versterking van C&C binnen het concern GRD zijn in de verdere besluitvorming daaromtrent meegenomen. In de praktijk zijn tussen GRD en de directeur van de Regionale Staf voor ZHZ, GRD en Veiligheidsregio zodanige afspraken gemaakt dat reeds in de praktijk uitgegaan kon worden van het bestaan van een gezamenlijke staf per 1 juli 2009. Inmiddels is het plaatsingsproces binnen deze stafeenheid afgerond, waarmee control en compliance een eigenstandige plek in de drie organisaties heeft gekregen. Betalingstermijnen Het gebruik van digifac draagt bij aan het op tijd betalen van facturen. Als alle klantorganisaties met digifac werken kan de afdeling DCB ook beter procesgericht werken. Op 10 december 2009 is de werkverdeling binnen de afdeling DCB volledig omgezet naar procesgericht werken. Op termijn zal dit tot meer efficiency en kwaliteit in de dienstverlening leiden. De eerste reacties zijn positief. We zijn inmiddels gestart met het onderzoeken van verbeterstappen na de invoering van digifac. Hierbij kijken we naar de mogelijkheden van OCR (optisch inlezen van facturen) en E-facturering (digitaal ontvangen en inlezen facturen), waardoor een efficiency- en kwaliteitsslag bij zowel het SCD als de klantorganisaties wordt bewerkstelligd. Deze innovaties zijn onderdeel van het VIP-programma. Deze twee projecten zijn o.a. om de werkzaamheden uit te kunnen voeren met de vastgestelde formatie. De verdere uitwerking van de ‘notitie betaaltermijnen’ is in gang gezet. Het uitdrukkelijke doel is om goed opgestelde en aangeboden facturen binnen 30 dagen na ontvangst te betalen. Van deze termijn krijgt het SCD 5 dagen voor de registratie, de klantorganisatie 20 dagen voor het coderen/accorderen en het SCD 5 dagen voor de feitelijke betaling. Uit de tabel met klantprestatie-indicatoren blijkt dat bij beide nog winst te behalen valt. Los van voorgaande acties zijn er in 2009 inmiddels diverse interne procedures verbeterd en worden de klantorganisaties van overzichten voorzien inzake openstaande facturen in omloop, waarmee zij hun deel van het betaalproces kunnen aansturen.
58
Overig Bij de GRD-dochters zijn eigen verbeteringen aangebracht in hun planning en control. Het Ingenieursbureau heeft met een nieuwere versie van de projectadministratie betere mogelijkheden voor budgetbewaking en planning van de totale capaciteit. Het SCD werkt sinds eind 2009 in de sturing met een balanced scorecard. Als hulpmiddel om de organisatie te ontwikkelen en prestaties beter zichtbaar te maken. De balanced scorecard van het SCD is nog in ontwikkeling. 1. Financiën/Eigenaar
2. Klant
Kritische succesfactor (KSF): financiële beeld
Kritische succesfactor (KSF): klanttevredenheid
Prestatie-indicator
Prestatie-indicator
Vermoedelijk beloop
Norm
Werkelijk
100%
99,9,%
Klantprestatie-indicatoren
*Uitputting personeelsbudget 100%
100,5%
KTO
*Uitputting IP&A 1B
100%
99,3%
*Uitputting overige
100%
97,5%
Aantal vacatures
-
7
Aantal werkplekken
600
789
Aantal blackberry's
60
80
Norm
Werkelijk
(B, paragraaf 1) 7
-
3. Medewerker
4. Vernieuwing
Kritische succesfactor (KSF): medewerkerstevredenheid
Kritische succesfactor (KSF): medewerkerstevredenheid
Prestatie-indicator
Norm Werkelijk
Prestatie-indicator
Ziekteverzuim
5,4%
MTO
7
6,9%
*Aanpakken knelpunten
6,4*
*VIP-projecten
Norm
Werkelijk
1. Aantal werkplekken en blackberry's worden nu teruggebracht 2. MTO van april 2009
In 2009 heeft de Gemeentebelastingen Drechtsteden gewerkt aan de vijf speerpunten van de Brede Doorlichting tw synchroniseren werkprocessen, synchroniseren taxatieondersteunende software (woningen), invoeren leidraad invordering, verkorten afhandelingstermijn bezwaarschriften en convergentie belastingsystemen. In het kader van de brede doorlichting kijkt het OCD naar mogelijkheden van een efficientere, effectievere en zomogelijk goedkopere uitvoering van haar basisproducten en onderzoeken (onder meer via onderzoeksprogrammering). Tegelijkertijd werkt het OCD via het kwaliteitssysteem aan het verbeteren van haar eigen efficiëntie en effectiviteit. Personeel Personeel & Organisatie Werken aan betrokken en gemotiveerde medewerkers De uitkomsten van het in het voorjaar van 2009 gehouden Medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) zijn input geweest voor de speerpunten van de HRM activiteiten in 2009. Uit het MTO is gebleken dat er binnen de GRD onvoldoende aandacht is voor de Arbo aangelegenheden. In dit kader is een Risico inventarisatie en evaluatie (RI&E) ronde gehouden binnen alle dochters van de GRD. De uitkomsten van deze RI&E vormen de basis
59
voor een nog op te stellen Arbo jaarplan en vervolgens een Arbo jaarverslag. Het betreft hier overigens voor een deel wettelijk verplichte Arbo activiteiten. Voorts is met de implementatie van het door het Drechtstedenbestuur vastgestelde Gezondheidsbeleid GRD een basis gelegd voor een gestructureerde en eenduidige aanpak van de zaken die het welzijn en de betrokkenheid van de medewerkers bevorderen. In het kader van de implementatie van het beleid Ongewenste omgangsvormen, een onderdeel van het Integriteitsbeleid GRD, heeft in 2009 de selectie en het opleiden van vier vertrouwenspersonen voor de GRD plaats gevonden. In 2010 zal verder vorm worden gegeven aan de uitwerking van het Integriteitsbeleid. Functiebouwwerk Door een stagnatie in de besluitvorming rond een regionaal functiebouwwerk voor de Drechtsteden is het in 2009 niet mogelijk gebleken de binnen de GRD aanwezige functies op een eenduidige wijze te ordenen en waar nodig te updaten. Er is veel energie gestoken in het bevorderen van de besluitvorming zodat in het eerste kwartaal van 2010 met de implementatie van een gezamenlijk functiebouwwerk kan worden begonnen. In het laatste kwartaal van 2009 is begonnen met de voorbereiding van deze implementatie. Formatie/bezetting (in fte's) formatie/bezetting 2009 450 400 350 300 250 200 150 100 50 0
BDS
SDD
BLVS
IBD
SCD
OCD
GBD
formatie
24,50
294,35
32,50
74,50
373,40
14,60
55,50
bezetting
25,60
272,10
28,89
66,59
400,21
14,52
46,10
Medezeggenschap Sinds april 2009 wordt binnen de Centrale Ondernemingsraad onder aansturing van een nieuw gekozen Dagelijks bestuur een andere werkwijze toegepast bij de behandeling van verschillende onderwerpen die aan de COR worden voorgelegd. Er wordt gewerkt met de commissies die zich steeds meer specialiseren in diverse onderwerpen. De bemensing van deze commissies vindt plaats op basis van interesse en kundigheid van de COR leden. Door het inrichten van de medezeggenschap zoals boven beschreven, kan met minder uren meer bereikt worden. De procedures tot besluitvorming worden korter. Ook de kwa-
60
liteit op dossiers waar het gaat om een instemming- of adviesrecht wordt verbeterd, omdat de commissies professioneler te werk gaan. Door de directie van de GRD en het Dagelijks bestuur van de Centrale Ondernemingsraad wordt veel aandacht besteed aan dit proces dat ook door de dochter directeuren wordt ondersteund. Deze vernieuwing moet leiden tot een efficiëntere en effectievere vorm van medezeggenschap binnen de GRD. Ziekteverzuim ziekteverzuim 2009 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% 0%
BDS
SDD
BLVS
IBD
SCD
OCD
GBD
norm
3,5%
7,0%
6,0%
6,0%
5,4%
4,5%
6,0%
werkelijk
4,0%
5,0%
5,8%
3,9%
6,9%
2,9%
4,8%
Overige zaken bedrijfsvoering Bureau Drechtsteden Programma's BDS In 2009 heeft de afwikkeling van het Meerjarenprogramma (MJP) veel aandacht gevraagd. Er is een spanning te constateren tussen het in de Drechtraad vastgestelde MJP en de bestuurlijke ambities enerzijds en de beschikbare middelen anderzijds. Dit wordt mede veroorzaakt door activiteiten die tussentijds op ons af komen, zoals de plannen voor het containertransferium. De wereld om ons heen staat immers niet stil en dat betekent continu inspelen op nieuwe ontwikkelingen en plannen, met een zo gering mogelijk effect op de voorgenomen projecten en capaciteit ten behoeve van het MJP. Dit betekende dan ook de nodige stuurmanskunst om de geplande projecten van het MJP ook daadwerkelijk en tijdig (binnen de reikwijdte van het MJP, dus t/m 2010) uit te voeren. In de aansturing en afstemming tussen Bureau Drechtsteden en het Intergemeentelijk Kenniscentrum (IKC) zijn onder andere tijdigheid van opdrachten en leveringen speerpunten gebleken, opdat de verschillen tussen planning en realisatie konden worden teruggebracht. De ingeslagen verbetering van de interne proceskwaliteit en het meer afstemmen van inhoud en middelen, samen met de doorontwikkeling van de aansturing van IKC door Bureau Drechtsteden, heeft hieraan bijgedragen. Het proces om te komen tot afronding van het bestuurlijk traject van de nieuwe ROM-D heeft aanmerkelijk meer inzet vanuit Bureau Drechtsteden gevraagd dan aanvankelijk geraamd. In het najaar heeft de Drechtraad besluitvorming plaatsvinden omtrent de nieuwe ROM-D afgerond. Vanuit de Drechtsteden is er capaciteit vrijgemaakt om de rollen vanuit de Drechtsteden - eigenaar/aandeelhouder en opdrachtgever - op een goede wijze te vervullen.
61
Inmiddels is voor de gehele Drechtstedenorganisatie de zogenoemde Brede Doorlichting opgestart. Naast een herbezinning op de taken en activiteiten van de verschillende organisaties moet de Doorlichting ook leiden tot een bezuiniging. Voorzien is dat de opbrengst van de Brede Doorlichting ruim voldoende zal zijn om de extra kosten van de netwerkontwikkeling op te vangen. Dit jaar is zowel de bestuurlijke evaluatie van de Drechtstedensamenwerking als de interne evaluatie van het Meerjarenprogramma 2007-2010 opgestart. Deze activiteiten hebben veel van de capaciteitsinzet vanuit Bureau Drechtsteden gevraagd, waardoor de spanning met andere geplande activiteiten regelmatig is opgelopen. In het gehouden medewerkers-tevredenheidsonderzoek blijkt dan ook dat de werkdruk fors is toegenomen. Het gemis aan inkomsten vanuit de algemene inwonersbijdrage vanwege het uittreden van Binnenmaas uit de gemeenschappelijke regeling per 1 januari 2009 heeft geleid tot een vermindering van € 40.000 aan dekking in de begroting van BDS. In de staandbeleid-begroting 2009 (en 2010) is dit namelijk niet gecompenseerd door een hogere inwonerbijdrage van de overige Drechtstedengemeenten. Sociale dienst Drechtsteden Dienstverlening In 2009 zijn de verbeterpunten uit het klanttevredenheidsonderzoek (KTO) van 2008 opgepakt. Een belangrijk verbeterpunt op het terrein van de dienstverlening had betrekking op de telefonische bereikbaarheid en de bruikbaarheid van het antwoord aan de telefoon. Het team van medewerkers dat diensten draait in het Telefonisch DienstveleningsCentrum (TDVC) is in 2009 uitgebreid tot 74 personen. Het grotere aantal medewerkers had uiteraard zijn positieve invloed op de wachttijden aan de telefoon. Om de klant aan de telefoon zo volledig mogelijk te informeren is een kennissysteem ontwikkeld (het TDC-programma) dat is gekoppeld aan de verschillende applicaties die de SDD gebruikt. Daardoor kunnen bijvoorbeeld alle cliëntgegevens direct worden ingelezen. Dit systeem is ook gekoppeld aan de sociale kaart. Daarnaast zijn alle TDVC medewerkers getraind op de meest voorkomende vragen. Hiermee kan de klant zo volledig mogelijk worden geïnformeerd. In 2009 werden gemiddeld ongeveer 600-800 gesprekken per dag afgewikkeld, op piekdagen handelden we 1000 gesprekken af. Ook in 2009 is separaat onderzoek gedaan naar de tevredenheid over de telefonische dienstverlening onder klanten. Deze werd met een 7,5 gewaardeerd. Om de wachttijden bij schuldbemiddeling terug te brengen is extra (tijdelijk) personeel ingezet en zijn eind 2009 vacatures vervuld. Daarnaast zijn aanpassingen gepleegd in het werkproces om klanten efficiënter te bedienen. Door de economische crisis echter is het beroep op schuldbemiddeling zodanig toegenomen dat de genoemde maatregelen niet onmiddellijk hebben geleid tot kortere wachttijden. Een ander belangrijk verbeterpunt betreft een actievere benadering van de klant sinds mei 2009 aan de poort door nadrukkelijker in te zetten op werk, wat onder meer inhoudt dat elke klant een workshop (“Naar werk”) krijgt aangeboden. Belangrijkste elementen binnen deze workshop zijn empowerment, het maken van een cv en actief solliciteren. Daarnaast is sinds het najaar 2009 is de pilot Werkwijze® van start gegaan, met als opdracht een werkwijze te ontwikkelen waarbij de klant werk & inkomen snel en goed wordt geholpen, met enerzijds als doel kwaliteitsverbetering en anderzijds om een interne efficiencyslag te maken. Aan de poort vindt een uitgebreide integrale intake plaats door een klantmanager, die vanaf dat moment de rol van regievoerder heeft. Werk staat voorop, alle andere diensten zoals inkomen, WMO en schuldbemiddeling zijn ondersteunend. Alle relevante aspecten rondom de klant komen in dit eerste contact aan bod, waardoor meteen duidelijk wordt of de klant aan het juiste adres is, wat zijn vraag is / vragen zijn, de klantmanager de
62
visie van de SDD toelicht en vanuit de visie de klant een aanbod doet. Door deze aanpak zijn er minder overdrachtsmomenten en wordt de klant sneller geholpen. Op het terrein van de klachtafhandeling is een verbeterslag gemaakt in de tijdige afhandeling van klachten (zie hierna). Doorlooptijden De SDD stelt zich tot doel 80% van de aanvragen af te handelen binnen 20 dagen. In 2009 hebben we deze doelstelling gehaald. WMO aanvragen: Door een aantal aanpassingen van het werkproces, een aanscherping van de sturing op deze doelstelling en vooral een enorme inzet en betrokkenheid van de medewerkers is deze doelstelling in 2009 voor het eerst sinds de start van de SDD gerealiseerd. Over heel 2009 geldt dat 82,71% van het totale aantal aanvragen voor Wmovoorzieningen binnen de 20 dagen is afgehandeld. WWB aanvragen levensonderhoud en bijzondere bijstand: het aanbrengen van verbeteringen in de poortwachtersfunctie, de organisatie van het proces en het centraler stellen van de klant heeft ertoe geleid dat de doelstelling voor beide diensten is behaald. Voor de aanvragen levensonderhoud is de uitkomst 80,29% en voor de bijzondere bijstand 91,68%. Binnen 20 dagen. De leiding en de medewerkers hebben in 2009 hoge prioriteit aan deze doelstelling gegeven en het is voor het eerst in het bestaan van de SDD dat deze is bereikt. Klachten en bezwaarschriften Klachten Er is in 2009 beter gestuurd op de tijdige afhandeling van klachten. Over heel 2009 is 80% van de klachten binnen 6 weken afgehandeld. Dit is een aanzienlijke verbetering is t.o.v. 2008: toen was slechts 33% van de klachten binnen 6 weken afgehandeld. In 2009 zijn in totaal 86 klachten afgehandeld. Hiervan waren 46 klachten (53%) geheel of gedeeltelijk gegrond. Er wordt nog een afzonderlijk jaarverslag gemaakt over de klachtafhandeling in 2009. Dit jaarverslag bevat een nadere analyse over de aard van de klachten, en het afhandelresultaat daarvan. Bezwaarschriften Er zijn in 2009 1.027 bezwaarschriften ontvangen. Er zijn in totaal 1.184 bezwaarschriften afgehandeld. Van de afgehandelde bezwaarschriften is over 2009 het volgende resultaat te melden: Afgehandeld
Geheel of gedeeltelijk gegrond
Ongegrond
Niet-ontvankelijk
1.184
356
744
84
In 2008 was de situatie als volgt: Afgehandeld
Geheel of gedeeltelijk gegrond
Ongegrond
Niet-ontvankelijk
1.020
293
663
64
Door de SDD en de Bezwaarschriftencommissie wordt nog een afzonderlijk jaarverslag gemaakt, waarin het resultaat van de in 2009 behandelende bezwaarschriften uitvoeriger wordt toegelicht. Dit jaarverslag wordt separaat aan de bestuurscommissie ter kennisname aangeboden in het 1e kwartaal 2010.
63
Service Centrum Drechtsteden Personeel & Organisatie Service Centrum Drechtsteden Gebleken is dat door de opdeling van de personeelskolom in verschillende afdelingen de samenwerking en de eindverantwoordelijkheid voor verschillende processen of procesonderdelen soms niet meer optimaal is. Daarom hebben we in 2009 geconcludeerd dat het moment is aangebroken om onze werkprocessen opnieuw tegen het licht te houden. Hierbij zijn leidend: 1. raakvlak beheersing (ofwel het zorgdragen voor een duidelijke en goede knip tussen de verschillende werkzaamheden binnen een bepaald proces bij personeelszaken) 2. klantgerichtheid 3. efficiëntie 4. een uniforme werkwijze Daartoe is in 2009 besloten te starten met een VIP-project waarbij de processen binnen de personeelskolom opnieuw onder de loep worden genomen en verder worden geoptimaliseerd. Dit project heeft tot doel: Het verhogen van de kwaliteit van producten en diensten (minder fouten, betrouwbare levertijden, pro-activiteit) met als resultaat een hogere klanttevredenheid. Het verbeteren van de afstemming en samenwerking tussen verschillende personeelsafdelingen (beleid, advies en beheer) die werken aan hetzelfde product, waardoor zowel betrouwbaarheid en klantgerichtheid toeneemt, als de efficiëntie. Meer efficiëntie in de processen door slimmere inrichting, minder fouten, minder overbodige stappen, betere doorlooptijden, etc., waardoor met minder mensen hetzelfde werk kan worden gedaan. Ook hier geldt dat deze projecten nodig zijn om de afgesproken bezuinigingen te realiseren. Naast besparingen voor het SCD heeft het SCD businesscases uitgewerkt voor directe besparingen voor gemeenten (onder andere regionale aanbesteding inhuur externen, inhuur externen ICT in vaste dienst). Mogelijkerwijs worden deze ondergebracht in het regionale innovatieprogramma van de NDD. Voortgang ICT In overleg met de CIO Drechtsteden is in september 2009 een audit uitgevoerd naar het beheer van de ICT door het SCD (afdeling A&TB). De resultaten laten zien dat de procesmatige kant van ICT- beheer niet voldoende op niveau is en dat beheerwerkzaamheden nog niet op beheerste en routinematige wijze plaatsvinden. In overleg met de CIO Drechtsteden is besloten om tijdelijk managementcapaciteit toe te voegen aan A&TB. Deze manager heeft als opdracht het inrichten en implementeren van incidentenmanagement, change management en configuratiemanagement. Daarnaast zal hij adviseren over het beheer van de nieuwe infrastructuur en de doorvoering van wijzigingen vanuit het IP&A programma. Het PFO middelen overleg van 28 oktober 2009 heeft besloten dat de ICT dienstverlening beter moet worden genormeerd. Dit om een herhaling van de recente overschrijdingen door grotere klantvraag te voorkomen. Daartoe is eind 2009 een document opgesteld waarin het SCD beschrijft welke diensten en producten geleverd worden binnen de financiële kaders van het SCD onder het motto “waar voor je geld”. Bij meerverbruik zal op basis van transparante rapportages worden doorbelast. Dit zal bijdragen aan het beheersbaar houden van het ICT-verbruik in de regio. Het definitieve document zal eerst in het Coördinatieplatform IP&A en COB worden besproken, waarna we het aan de NDD+ zullen voorleggen ter besluitvorming. In 2009 werd de ICT-organisatie geconfronteerd met extra werk. Enerzijds omdat de nieuwe regionale infrastructuur (GRID) wordt geïmplementeerd en gelijktijdig de be-
64
staande, sterk verouderde systemen zoveel als mogelijk is moet worden ondersteund. Anderzijds omdat er aanzienlijke extra vraag naar ICT-producten was van klantorganisaties (telefonie, printers, werkplekken). Knelpuntenlijst dienstverlening In het najaar van 2009 heeft accountmanagement in samenspraak met de SCD afdelingshoofden en de contramallen een interne en externe knelpuntenlijst opgesteld. Het doel was om repeterende en langer lopende problemen te verhelpen. Daarom zijn naar aanleiding van de lijst diverse verbeterprocessen opgestart. Hierbij geven we prioriteit aan de verbeterprocessen die direct invloed hebben op de klanten. Opheldering van knelpunten leidt tot wederzijds begrip op diverse niveaus. Heldere communicatie van beide kanten over knelpunten en de oplossingen ervan heeft daarom prioriteit. (Verbijzonderde) interne controle In 2009 zijn we begonnen met het inrichten van de verbijzonderde interne controle functie. Daarbij gaat het voor 2009 om het proces ‘crediteuren’ en ‘debiteuren’. De focus lag op de processen in (met name) cluster I: Administratie en Gegevens Beheer. Het bovenstaande heeft geresulteerd in een opsomming van alle controle maatregelen binnen de bovenstaande processen en de wijze waarop de verbijzonderde interne controle is ingericht. De bevindingen worden vastgelegd in een dossier, waarop de accountant mede haar controle afstemt. Onlangs is gestart met het crediteuren proces. Het personeelsproces (groep 1) valt binnen de scope van het projectplan “auditing in het netwerk” (uitvloeisel “control in het netwerk”): de regio is trekker van het project. Bedrijfsvoering SCD is met afdeling P-beheer betrokken bij deze regionale personeelsaudit.
65
3.3 Onderhoud kapitaalgoederen De Drechtraad heeft in de vergadering van december 2008 de notitie activeren en afschrijving vastgesteld. In de notitie is vastgesteld wanneer activa worden gevormd en op welke wijze afschrijvingen plaatsvinden en met welke termijnen. GR Drechtsteden heeft kapitaalgoederen in de vorm van een investering in de kantoorpanden die worden gebruikt voor huisvesting van de dochters. GRD heeft voor die panden met de eigenaar, de gemeente Dordrecht, een huurcontract voor de periode van 15 jaar afgesloten. Voor de kantoorpanden is in de loop van 2009 een Meerjaren-OnderhoudsPlan opgesteld op basis waarvan preventief onderhoud zal plaatsvinden en de jaarlijkse onderhoudskosten kunnen worden vastgesteld en beheerd. De jaarlijkse kapitaal- en onderhoudslasten worden op basis van het aantal formatieplaatsen omgeslagen naar de gebruikers van de panden, en zijn dus opgenomen in de begrotingsprogramma’s van desbetreffende GRD-dochters. Daarnaast heeft de GRD ICT-activa, en investeert de komende jaren verder daarin. Het Service Centrum exploiteert de regionale ICT-infrastructuur en stelt deze beschikbaar aan de deelnemende gemeenten, de regio Zuid-Holland Zuid, en de GR Drechtsteden zelf. De jaarlijkse kapitaals- en onderhoudslasten zijn in het begrotingsprogramma van het SCD verwerkt. Voor onderhoud en vervanging worden planningen opgesteld. Verder heeft de GRD activa in de vorm van investering in de gebouwinrichting, zoals meubilair, en in software bij de Sociale Dienst, het Ingenieursbureau en Service Centrum Drechtsteden.
66
3.4 Financiering In december 2009 heeft de Drechtraad een nieuw financieringsstatuut vastgesteld. Het financieringsstatuut is in overeenstemming met de bepalingen van de Wet Financiering Decentrale Overheden (Fido). In het treasurystatuut zijn de doelstellingen van de financiële functie aangegeven en uitgewerkt: beheersen, beperken en spreiden van financiële risico’s; zorgdragen voor effectief en efficiënt kas- en saldobeheer; zorgdragen voor een goed relatiebeheer; opereren binnen de kaders zoals die zijn gesteld in de wet Fido; realiseren van gedegen informatiestromen. Financiële risico’s Renterisico’s kunnen worden onderscheiden in het renterisico van de vlottende schuld en dat van de vaste schuld. In de Wet Fido zijn normen gesteld voor kortlopende financieringsmiddelen en het renterisico op de vaste schuld. De gemeenschappelijke regeling is verplicht eens per kwartaal aan de toezichthouder (Provincie Zuid-Holland) een rapportage te verstrekken over de liquiditeitspositie. Kredietrisico’s Kredietrisico’s kunnen zich op twee manieren manifesteren. Ten eerste is er risico dat wordt gelopen op verstrekte leningen en uitgezette beleggingen. Deze risico’s worden door de Wet Fido ingeperkt door middel van te stellen voorwaarden aan marktpartijen en financiële producten. Alle in 2009 uitgezette gelden zijn gedaan bij financiële marktpartijen die aan de gestelde voorwaarden voldeden. Ook bij een deelnemende gemeente zijn gelden uitgezet. GR Drechtsteden verstrekt geen borgstellingen. Onvoorzien Niet van toepassing Incidentele baten en lasten Niet van toepassing
67
3.5 Rechtmatigheid In december 2009 is door de Drechtraad het controleprotocol 2009 financiële rechtmatigheid vastgesteld. Op basis van het controleprotocol zijn interne controles uitgevoerd die de accountant uit hoofde van zijn wettelijke taak heeft beoordeeld. Begrotingsrechtmatigheid Het normenkader bij het begrotingscriterium is als volgt: 1. Van begrotingsonrechtmatigheid is mogelijk sprake indien het totaal van baten of lasten per programma met minimaal € 100.000 is overschreden c.q. onderschreden. 2. Van begrotingsonrechtmatigheid is sprake indien het toegestane investeringsvolume per programma met minimaal € 100.000 of 10% is overschreden. Op de mutaties in verband met de inbreng van de boekwaarden per 1 januari 2007 is de rechtmatigheidscontrole niet van toepassing. Bij de overschrijdingen dient aangegeven te worden welke van de volgende 12 soorten van begrotingsonrechtmatigheid aan de orde is: I Onjuist programma, product, budget II Onjuist begrotingsjaar III Extra kosten gedekt door baten c.q. minder baten gecompenseerd door minder kosten. IV Extra kosten of minder baten, tijdig gesignaleerd V Extra kosten of minder baten, achteraf onrechtmatig (zoals mutaties algemene uitkering) VI Extra uitgaven door hogere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen VII Fout in de begroting VIII Extra kosten of minder baten, niet tijdig gesignaleerd. IX Extra kosten of minder baten, opzettelijk stil gehouden. X Extra investeringen, kosten komen later (afschrijvings- en financieringslast) XI Extra kosten door niet passende activiteiten. XII Minder kosten, maar te lage passende activiteiten. De oorzaken onder I tot en met VII genoemd zijn niet van invloed op de strekking van de accountantsverklaring. De oorzaken onder VIII tot en met XII genoemd zijn dat in principe wel en kunnen bij het vaststellen van de jaarrekening alsnog worden goedgekeurd. De tolerantie van onrechtmatigheid is door de Drechtraad bepaald op 1% van de totale lasten. Dit is een bedrag van ruim € 2,6 miljoen. Uit onderstaande tabel blijkt dat de GR Drechtsteden onder deze tolerantie blijft. Er wordt een financiële onrechtmatigheid geconstateerd van € 703.000. Omschrijving programma
Bureau Drechtsteden
Manden Maken
saldo invesonrechtexploitie teringen matig
0
0
toelichting
525 Een deel van de overschrijding wordt veroorzaakt door kosten uit 2008, doorberekening van de kostenplaats en een onterechte begrote opbrengst. Deze zijn niet onrechtmatig.
advies begrotingsrechtmatigheid
deels onrechtmatig
nvt
68
Sociale Dienst Drechtsteden Bureau Leerplicht en Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden
nvt
845
0 238
Service Centrum Drechtsteden
-9
Gemeentebelastingen Drechtsteden
-40
Onderzoekscentrum Drechtsteden
100
Algemene dekkingsmiddelen
877
nvt 178 Een deel van de overschrijding wordt veroorzaakt door kosten uit 2008 (oud verlof) en door een doorberekening vanuit de kostenplaats. Deze zijn niet onrechtmatig. nvt In 2009 zijn er investering gedaan, zonder dat hiervoor krediet beschikbaar was gesteld. Dit is gemeld bij de 2e marap.
676
nvt In 2009 is er investering gedaan, zonder dat hiervoor krediet beschikbaar was gesteld. Bij de 2e marap is gemeld dat een deel van de gemaakte kosten een te activeren investering betreft. in de 2e marap is gemeld dat er een tekort werd verwacht bij het OCD van € 198.000. Voorgesteld werd om bij de jaarrekening een dekkingsvoorstel te doen.
210
2.011
Geen onrechtmatigheid. Het betreft hier deels kosten uit het boekjaar 2008. Deze zijn reeds als risico gemeld in de jaarrekening 2008. Daarnaast betreft het hier de verdere aanvulling van de voorziening op de Landsbankivordering. (zie par 2.9) 886
deels onrechtmatig
rechtmatig
rechtmatig
rechtmatig
rechtmatig
703 tolerantie 1% van de 2.676 totale lasten
69
Bureau Drechtsteden Bureau Drechtsteden ontvangt meerdere subsidies voor het realiseren van projecten. De bestede gelden van deze subsidies dienen achteraf verantwoord te worden aan de subsidiegever. In voorgaande jaren was een groot risico dat door onvolledige dossiervorming en het op diverse wijzen kunnen interpreteren van de regelgeving een situatie kon ontstaan dat de rechtmatigheid van de bestede gelden niet toetsbaar was. Het risico hierbij is dat een accountant geen oordeel kon geven over de ontvangen subsidie en hierdoor gelden terugbetaald dienen te worden aan de subsidiegever. Bureau Drechtsteden heeft in de loop van 2009 meer contact gehad met de accountant betreffende de gang van zaken betreffende subsidies. Bureau Drechtsteden heeft tevens het initiatief genomen om gesprekken aan te gaan met subsidiebureau Dordrecht om efficiënter te werken aangaande subsidies. Sociale Dienst Drechtsteden De SDD voert voor de gemeenten een aantal regelingen uit. De accountant voert hierop een afzonderlijke controle uit en geeft per gemeente een accountantsverklaring over deze overgedragen regelingen. Dit wordt ook wel de consolidatieverklaring genoemd. De gemeenten gebruiken de accountantsverklaring voor de eigen jaarrekening en SISAverklaring. Aangezien de desbetreffende baten en lasten (ook) via de begroting van de GR Drechtsteden lopen hebben de bevindingen van de accountant ook consequenties voor het oordeel over de jaarrekening van de GRD. De accountant is tot een goedkeurend oordeel gekomen. Servicecentrum Drechtsteden Het SCD voert met ingang van 1 april 2008 een groot aantal financiële beheershandelingen uit voor de acht klantorganisaties. Uit het oogpunt van doelmatigheid heeft de accountant één controlesystematiek op deze beheershandelingen ontwikkeld. Specifiek betreft het de processen Personeel, Kosten, Administratie & Vastlegging, en Betalingen. Op basis van de controle geeft de accountant voor elke klantorganisatie een afzonderlijk rapport van bevindingen af. Dit wordt ook wel de systeemverklaring genoemd. De klantorganisaties gebruiken die voor de eigen rechtmatigheidstoets. Ook de GR Drechtsteden heeft als klantorganisatie een rapport van bevindingen over de financiële beheerbehandelingen bij het SCD ontvangen. Uit de bevindingen blijkt dat de desbetreffende financiële transacties rechtmatig zijn verwerkt. Gemeentebelastingen Drechtsteden Met ingang van 1 juli 2008 voert Gemeentebelasting Drechtsteden de belastingtaken uit voor de gemeenten Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. De accountant voert een afzonderlijke controle uit op de belastingopbrengsten en geeft per gemeente een accountantsverklaring af. De gemeenten gebruiken de accountantsverklaring voor de eigen jaarrekening. De accountant is tot een goedkeurende verklaring gekomen. Aangezien de belastingopbrengsten niet via de begroting van de GR Drechtsteden lopen, hebben de bevindingen van de accountant overigens geen consequenties voor de rechtmatigheids-positie van de GRD.
70
4. Jaarrekening 4.1 Resultaatbestemming Samengevat wordt de volgende resultaatbestemming per begrotingsprogramma voorgesteld. Programma
Bedrag
Bestemming
Toelichting
(x € 1.000)
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Drechtsteden
-€ € -
-€
Ingenieursbureau Drechtsteden Service Centrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen
€0 € 332 Toevoegen aan reserve inburgering € 50 Resultaat inburgering uitkeren aan gemeenten 2.883 Onttrekking aan reserve WMOHH ivm bereiken maximum 3.930 Resultaat WMO-HH uitkeren aan gemeenten € 174 Resultaat apparaatskosten; onttrekken aan exploitatiereserve SDD 2.100 Onttrekking aan reserve WMOHH ivm nog te verwachten kosten 2009 € 512 Uitkeren aan gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht € 9 Toevoegen aan exploitatiereserve
Hoofdstuk 2.3 Punt 1 Punt 2 Hoofdstuk 2.3
Punt 3
Hoofdstuk 2.4
- € 100 Extra bijdrage van deelnemers
Conform nota reserves en weerstandsvermogen Conform nota reserves en weerstandsvermogen Hofdstuk 2.7
- € 877 Extra bijdrage van deelnemers
Hoofdstuk 2.9
€ 40 Toevoegen aan exploitatiereserve
€ 1.000 Vormen voorziening packagedeal ZHZ - € 1.000 Extra bijdrage van gemeenten voor de vorming van de voorziening packagedeal ZHZ Totaal bestemmingsvoorstellen
Hoofdstuk 2.3
Punt 4
- € 1.261
Toelichting bij de voorstellen WMO huishoudelijke hulp Punt 1 De stand van de reserve Huishoudelijke hulp was per 1 januari 2009: € 3,9 miljoen. Bij de 2e marap 2009 is aan de reserve € 4,0 miljoen toegevoegd in verband met het verwachte positieve resultaat, waardoor de stand € 7,9 miljoen werd. Het vastgestelde maximum van de reserve is echter € 5,0 miljoen, zodat nu voorgesteld wordt € 2,9 miljoen te onttrekken.
71
Punt 2 Oorspronkelijk werd over 2009 een extra positief resultaat van € 1,0 miljoen gerapporteerd. Samen met de € 2,9 miljoen uit de reserve leidt dat tot een bedrag van € 3,9 miljoen waarvan nu wordt voorgesteld dit aan de gemeenten uit te keren. Punt 3 Aan het eind van de accountantscontrole bleken zorgaanbieders met hogere einddeclaraties (ten opzichte van hun reguliere bevoorschotting) te komen, voor een bedrag van € 2,1 miljoen. Voorgesteld wordt deze nagekomen last te dekken door een extra onttrekking aan de reserve. Dit resulteert in een stand van de reserve van € 2,9 miljoen (€ 5,0 miljoen minus € 2,1 miljoen). De verwachting is dat dit voldoende is om de toekomstige risico’s op te vangen. Toelichting bij de voorziening packagedeal ZHZ Punt 4 Sinds eind 2008 loopt er discussie tussen de Regio Zuid-Holland Zuid en het SCD (formeel de GR Drechtsteden) over dienstverlening (omvang, kwaliteit, mismatch), samenloop met deelprogramma 1B van het programma Informatisering, Processen & Automatisering (IP&A) en verschuldigde bijdragen, mede in relatie tot de garantieafspraken. Op dit moment worden gesprekken gevoerd die moeten leiden tot een packagedeal met ZHZ, waarbij langs een aantal sporen tot een voorstel voor het oplossen van de discussiepunten wordt gekomen. Onderdeel van de packagedeal wordt een financiële bijdrage van de GRD aan de financiële problematiek. Die financiële bijdrage wordt nu geschat op € 1,0 miljoen. Vanuit het voorzichtigheidsprincipe wordt voorgesteld hiervoor een voorziening van € 1,0 miljoen te vormen. De voorziening wordt gevormd door een extra bijdrage van de gemeenten op basis van de inwoneraantallen
72
Afrekening rekeningresultaat met gemeenten
Bedragen x € 1.000
Resultaat
Bestemming Mutaties Reserves
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Reintegratie Kinderopvang Inburgering WWB-inkomen Minimabeleid WMO HH WMO hulpmiddelen Schuldhulpverlening Apparaatskosten Subtotaal SDD Bureau Leerplicht Ingenieursbureau Servicecentrum Gemeentebelastingen Onderzoekcentrum Algemene dekkingsmiddelen Subtotaal Package deal ZHZ TOTAAL
0
0
0 0 382 0 0 -1.053 0 0 -174 -845
0 0 50 0 0 3.930 0 0 0 3.980
2
34
1
2
3
8
281
1.769
387
474
357
662
283
1.803
388
476
360
670
0 512 9 40 -100 -877
-5 -63
-42 -397
-6 -83
-10 -106
-7 -80
-1.261
215
1.709
299
360
-1.000
-71
-453
-95
-2.261
144
1.257
204
Overig
T o ta a l g e m e e n te n
Z w ijn d re c h t
S lie d re c h t
P a p e n d re c h t
H I A m bacht
D o rd re c h t
A lb la s s e rd a m
Uitbetalen aan gemeenten
332
-4.983
-174 -4.825
0
9 40
-12 -149
0 512 0 0 -82 -877
273
676
3.533
-4.776
-18
-120
-91
-170
-1.000
240
183
506
2.533
-4.776
-18
345
167
-18
73
4.2 Balans ACTIVA
per 31/12/09
per 31/12/08
Vaste activa Immateriële vaste activa - Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio - Kosten van onderzoek en ontwikkeling
0
0
55
24
0 38.453 0
0 29.795 0
0 0 0
0 0 0
0 0 0 5.518 0
0 0 0 5.603 0
0
0
44.027
35.421
0 0 0 903 0 0
0 0 0 0 0 0
18.884 0 0 9.878 0
17.846 0 0 487 0
0 2.491
0 35.380
172
0
12.740
19.635
Totaal vlottende activa
45.068
73.348
Totaal activa
89.096
108.769
Materiële vaste activa - Investeringen met een economisch nut - gronden uitgegeven in erfpacht - overige investeringen met een economisch nut - Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut Financiële vaste activa - Kapitaalverstekking aan: - deelnemingen - gemeenschappelijke regelingen - overige verbonden partijen - Leningen aan: - woningbouwcorporaties - deelnemingen - overige verbonden partijen - Overige langlopende leningen u/g - Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer - Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal vaste activa Vlottende activa Voorraden - Grond- en hulpstoffen: - niet in exploitatie genomen bouwgronden - overige grond- en hulpstoffen - Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie - Gereed product en handelsgoederen - Vooruitbetalingen Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter danéén jaar - Vorderingen op openbare lichamen - Verstrekte kasgeldleningen - Rekening-courantverhoudingen met niet-financiele instellingen - Overige vorderingen - Overige uitzettingen Liquide middelen - Kassaldi - Bank- en girosaldi Overlopende activa - Van Europese of Nederlandse overheden nog te ontvangen voorschotbedragen specifieke uitkeringennog te ontvangen bedragen europese en nederlandse overheid - Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen
74
PASSIVA
per 31/12/09
per 31/12/08
Vaste passiva Eigen vermogen - Algemeen reserve - Bestemmingsreserves - Nog te bestemmen resultaat
-847 25.595 -1.261
300 28.289 5.838
0 0 4
0 0 3.171
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
23.491
37.598
0 6.118 8.989
0 0 17.368
25.352 24.585
14.184 35.640
560
3.979
Totaal vlottende passiva
65.604
71.171
Totaal passiva
89.096
108.769
Voorzieningen - Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's - Onderhoudsegalisatievoorzieningen - Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer - Obligatieleningen - Onderhandse leningen van: - binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen - binnenlandse banken en overige financiële instellingen - binnenlandse bedrijven - overige binnenlandse sectoren - buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren - Waarborgsommen - Verplichtingen uit hoofde van financial lease-overeenkomsten waarborgsommen Totaal vaste passiva Vlottende passiva
Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter één dan jaar - Kasgeldleningen - Bank- en girosaldi - Overige schulden Overlopende passiva - Overlopende verplichtingen - Van Europese of Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden specifieke uitkeringen - Overige vooruitontvangen bedragen
75
Primaire begroting lasten baten saldo
Actuele begroting lasten baten saldo
lasten
Realisatie baten
saldo
lasten
Verschil baten
saldo
Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming
8.901 0 161.389 2.265 8.370 29.321 4.944 1.440 0 216.630
8.901 0 160.989 2.195 8.870 29.321 4.944 1.440 700 217.360
0 0 -400 -70 500 0 0 0 700 730
14.319 9.720 180.286 1.342 9.475 46.045 5.281 1.626 1.100 269.194
13.153 280 181.176 1.239 10.225 45.845 5.246 1.502 1.100 259.766
-1.166 -9.440 890 -103 750 -200 -35 -124 0 -9.428
11.517 9.849 180.079 1.442 9.802 46.179 5.125 1.752 1.442 267.188
14.729 11 181.394 1.244 10.314 45.988 5.130 1.551 993 261.355
3.212 -9.838 1.315 -197 512 -191 5 -201 -450 -5.833
2.802 -129 207 -100 -327 -133 156 -126 -342 2.007
-1.576 269 -218 -5 -89 -143 116 -49 107 -1.588
-4.378 398 -425 94 238 -9 -40 77 450 -3.595
Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Totaal mutaties reserves
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 400 70 0 0 0 0 0 470
0 0 400 70 0 0 0 0 0 470
5.081 280 4.000 0 0 0 0 0 0 9.361
6.247 9.720 3.110 103 0 200 35 124 0 19.539
1.166 9.440 -890 103 0 200 35 124 0 10.178
4.422 400 4.000 0 0 0 0 24 427 9.273
1.210 10.238 1.840 197 0 200 35 124 0 13.845
-3.212 9.838 -2.160 197 0 200 35 100 -427 4.572
659 -120 0 0 0 0 0 -24 -427 88
5.037 -518 1.270 -94 0 0 0 0 0 5.694
4.378 -398 1.270 -94 0 0 0 24 427 5.606
Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Totaal inclusief reserves
8.901 0 161.389 2.265 8.370 29.321 4.944 1.440 0 216.630
8.901 0 161.389 2.265 8.870 29.321 4.944 1.440 700 217.830
0 0 0 0 500 0 0 0 700 1.200
19.400 10.000 184.286 1.342 9.475 46.045 5.281 1.626 1.100 278.555
19.400 10.000 184.286 1.342 10.225 46.045 5.281 1.626 1.100 279.305
0 0 0 0 750 0 0 0 0 750
15.939 10.249 184.079 1.442 9.802 46.179 5.125 1.776 1.869 276.461
15.939 10.249 183.234 1.442 10.314 46.188 5.165 1.676 993 275.200
0 0 -845 0 512 9 40 -100 -877 -1.261
3.461 -249 207 -100 -327 -133 156 -150 -769 2.095
3.461 -249 1.052 -100 -89 -143 116 -50 107 4.106
0 0 845 0 238 -9 -40 100 877 2.011
Resultaat na mutatie reserves voor bestemming
216.630
217.830
1.200
278.555
279.305
750
276.461
275.200
-1.261
2.095
4.106
2.011
4.3 Programmarekening
Begrotingsprogramma
76
4.4 Toelichtingen 4.4.1 Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat Algemeen De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegelden verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting gevormd te worden. Vaste activa Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief. Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden afgeschreven in de looptijd van de betrokken geldlening Materiële vaste activa De GR Drechtsteden beschikt uitsluitend over materiële vaste activa met een economisch nu. Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Slijtende investeringen worden vanaf het eerstvolgende kwartaal van ingebruikneming annuïtair afgeschreven in de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. In het begrotingsjaar heeft een dergelijke vermindering overigens niet plaatsgevonden. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.
77
Investeringen lager dan € 10.000 worden in het jaar van aanschaf ten laste van de exploitatie gebracht. De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren: Gronden en terreinen
n.v.t.
Huisvesting
15
Gebouweninrichting, meubilair
15
Technische infrastructuur
10
Personen- en bedrijfsauto's
5
Hardware en software
3-5
Financiële vaste activa Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingprijs, zal afwaardering plaatsvinden. Vlottende activa Voorraden De grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen historische inkoopprijzen. De als “onderhanden werken” opgenomen producten zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals het aantal bestede uren tegen integrale kostprijs). Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid van debiteuren bij de Sociale Dienst is een voorziening opgenomen. Vaste en vlottende passiva Reserves, voorzieningen en kortlopende verplichtingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
78
4.4.2 Toelichting op de balans (Alle bedragen luiden in € 1.000) Vaste activa Immateriële vaste activa De specificatie en het verloop van de immateriële vaste activa kan als volgt worden weergegeven. Immateriële vaste activa
Boek waarde 01/01/09
Investeringen
Desinvesteringen
Afschrijvingen
Bijdragen van derden
Afwaarderingen
Boek waarde 31/12/09
Kosten onderzoek en ontwikkeling
24
47
0
0
15
0
55
Totaal
24
47
0
0
15
0
55
Materiële vaste activa De materiële vaste activa betreffen activa met een economisch nut. Het verloop van de boekwaarden van de materiële vaste activa is als volgt. Investeringen economisch nut
Boek waarde 01/01/09
Investeringen
Desinvesteringen
Afschrijvingen
Bijdragen van derden
Afwaarderingen
Boek waarde 31/12/09
Bedrijfsgebouwen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa
11.278 413 18.104
0 961 11.316
0 0 107
544 36 1.780
7 1.144
0 0 0
10.734 1.330 26.388
Totaal
29.795
12.277
107
2.360
1.152
0
38.453
De investeringen in de bedrijfsgebouwen bestaan uit aanpassingen van kantoorpanden in Dordrecht waarin GRD-onderdelen zijn gehuisvest. De investeringen van de overige materiële activa bestaan grotendeels uit investeringen vanuit het programma IP&A. Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen opgenomen, die direct gerelateerd zijn aan de investering. Onder de afwaarderingen staan de afwaarderingen vermeld wegens duurzame waardeverminderingen. De belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen (> € 50.000) staan in onderstaand overzicht vermeld. De investeringen van Bureau Leerplicht zijn per 30 juni 2009 overgeheveld naar de GR Regio Zuid-Holland Zuid. Een specificatie van de investeringen 2009 t.o.v. de kredieten is opgenomen in bijlage 1. Financiële vaste activa Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2009 wordt in onderstaand overzicht weergegeven. Overige langlopende leningen
Boek waarde 01/01/09
Investeringen
Desinvesteringen
Bijdragen Aflossingen van derden
Afwaarderingen
Boek waarde 31/12/09
Overige langlopende leningen Overige uitzettingen met looptijd > 1jr
3 5.600
385
0 0
98 21
0 0
0 350
289 5.229
Totaal
5.603
385
0
119
0
350
5.518
De gedupeerde overheden hebben Deloitte ingehuurd voor bijstand in de procedures met betrekking tot Landsbanki. In dit verband is Deloitte gevraagd een inschatting te maken van de mogelijke opbrengst uit de vorderingen op Landsbanki ten behoeve van de waardering in de jaarrekeningen. Deloitte komt na onderzoek op een schatting van 74% tot 79% op basis van de bezittingen van Landsbanki en de (preferente) positie van onze vordering. De bij de gedupeerde overheden controlerende accountants hanteren deze
79
bandbreedte voor de waardering van de vordering in de jaarrekening. Een hogere waardering (dan 79%), op basis van de beschikbare informatie, als foutief aangemerkt in het kader van een getrouw beeld. Op grond van bovenstaand inzicht hebben wij in de jaarrekening de vordering afgewaardeerd van 80% (jaarverslag 2008) naar 75%, ofwel naar een waardering binnen de door de accountants gehanteerde bandbreedte. Dit betekent een afwaardering van 5%, ofwel € 350.000, ten laste van de jaarrekening 2009. De afwikkeling van de vordering duurt naar verwachting nog enige jaren. Vlottende activa Voorraden Saldo 31/12/09
Saldo 31/12/08
Grond- en hulpstoffen Onderhanden werk Gereed product/handelsgoederen
0 903 0
0 0 0
Totaal
903
0
Het onderhanden werk betreft opdrachten van het Ingenieursbureau. Uitzettingen korter dan 1 jaar De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van één jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden. Uitzettingen < 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen Verstrekte kasgeldleningen Rek. courantverh. met niet financiele instellingen Overige vorderingen Overige uitzettingen < 1 jaar Totaal
Saldo 31/12/09 18.884 0 0 9.878 0
Saldo 31/12/08 17.846 0 0 487 0
28.762
18.333
Overlopende activa Binnen de post overlopende activa kan het volgende onderscheid worden gemaakt. Saldo 31/12/09 172 975 11.765
Nog te ontvangen bedragen Europese en Nederlandse overheid Vooruitbetaalde bedragen Overige nog te ontvangen bedragen Totaal
Saldo 31/12/08 0 19.635 0
12.912
19.635
Specificatie nog te ontvangen bedragen Europese en Nederlandse overheid Saldo per 01/01/09 Nog te ontvangen bedrag Walstroom
Toevoeging
0 0
172 172
Vrijgevallen
Saldo per 31/12/09
0
172 172
80
Reserves Het verloop van de reserves is in onderstaand overzicht weergegeven. saldo per 01/01/09
eigen vermogen algemene reserve GRD algemene reserve BDS totaal algemene reserve Reserve Inkomensdeel WWB Exploitatie reserve SDD Bestemmingsreserve Wet Inburgering Innovatiereserve SDD Bestemmingsreserve WMO Bestemmingsreserve Minimabeleid
300 0 300 3.998 710 468 400 1.383 300
toevoeging 500 0 500
onttrekking
bestemming 2008
rente 2009
0
0
-1.647 0 -1.647
-1.577 -316 0 -80 4.000
2.500 -184
saldo 31/12/09 -847 0 -847 2.422 394 468 320 7.883 116
Bestemmingsreserve BWS subsidiebel. Investeringsfonds Manden Maken Bestemmingsreserve RPV Bestemmingsreserve BLS Exploitatie reserve IBD Exploitatie reserve SCD Exploitatie reserve BLVS Bestemmingsreserve GBD Bestemmingsreserve RMC/LVS Bestemmingsreserve OCD totaal bestemmingsreserves
531 13.945 59 6.017 100 201 0 0 176 0 28.289
3.477 400
-1.010 -10.238
77 209
10
445
-200
141
28
24 8.346
-200 -21 -35 -176 -124 -13.845
427
100 2.378
3.075 4.326 59 6.431 100 1 0 0 0 0 25.595
totaal
28.588
8.846
-13.845
427
731
24.748
21 35
Onder “Bestemming resultaat” staan de toevoegingen of onttrekkingen vermeld uit hoofde van de bestemming van het resultaat van het voorgaande boekjaar. Toelichting reserves Algemene reserve GRD De algemene reserve kent per 31-12-2009 een negatieve stand, die is veroorzaakt door de afwaardering van € 1,4 miljoen van de Landsbanki vordering in 2008. In 2009 is de algemene reserve voor € 500.000 aangevuld. In begroting 2009 was nog een verdere aanvulling met € 300.000 opgenomen, ten laste van het begrotingsprogramma Bureau Drechtsteden. Bij de realisatie bleek daarvoor echter onvoldoende ruimte op dat begrotingsprogramma, zodat deze verdere aanvulling achterwege is gebleven. In 2010 vindt een verdere aanvulling met € 500.000 plaats ten laste van het vrije gedeelte van de bestemmingsreserve BWS. Streven is de algemene reserve per 31-122010 weer geheel aangevuld te hebben. De algemene reserve kent een maximale omvang van € 500.000. Exploitatie reserves dochters In de nota reserves en weerstandsvermogen is vastgelegd dat elke GRD-dochter beschikt over een exploitatiereserve voor het opvangen van incidentele financiële tegenvallers. De exploitatiereserve wordt gevoed uit het exploitatiesaldo van de desbetreffende GRDdochter. Bestemmingsreserve BDS Aangezien de jaarlijks de kosten van de bedrijfsvoering kunnen fluctueren, is om financiele stabiliteit te krijgen, reservering noodzakelijk. Bestemmingsreserve Besluit Woninggebonden Subsidies De reserve omvat door het Rijk aan de regio gedecentraliseerde middelen, die overeenkomstig de regels van het Rijk vrij besteedbaar zijn. De reserve wordt gevoed door de middelen die vrijkomen doordat er geen bestedingsplicht meer op rust. In de begroting is hiervoor vooralsnog geen bedrag opgenomen. Bij de besluitvorming over de diverse scenario’s voor de inzet van de BWS-reserve is besloten jaarlijks een onttrekking te doen ten gunste van de uitvoering van de deelprogramma’s van Bureau Drechtsteden.
81
Bestemmingsreserve Besluit Locatiegebonden Subsidies In december 2007 is de overeenkomst afgesloten over de herverdeling van de BLSsubsidies. In 2008 is het BLS-fonds, in de vorm van een bestemmingsreserve gevormd. De provinciale subsidies die de gemeenten ontvangen worden daarbij aan de GR Drechtsteden overgedragen en aan het BLS-fonds toegevoegd. Op basis van de feitelijke woningproducties ontvangen de gemeenten een uitkering uit het fonds. Reserve Regionaal Platform Verkeersveiligheid De reserve is bestemd voor de financiering van niet-gedekte activiteiten van het platform. Investeringsfonds Manden Maken Niet bestede middelen maar ook de rentebaten dienen volgens de verordening voor Manden Maken te worden gereserveerd. Voor Manden Maken wordt een aparte projectadministratie bijgehouden en een renteberekening opgesteld. De bestemmingsreserve Manden Maken blijft voorlopig bestaan omdat de financiële afwikkeling van Manden Maken nog enkele jaren in beslag neemt. Reserve inkomensdeel WWB Sinds het invoeren van de WWB in 2005 ligt het financiële risico voor de bijstandsverstrekking bij gemeenten. De WWB is een zogenaamd open eind regeling waardoor de financiële consequenties onzeker en in mindere mate beïnvloedbaar zijn. Op grond van de wet en verordening is het aanvragen van bijstand een recht en aansluitend het toekennen op basis van verordening een plicht. Om te voorkomen dat gemeenten in ernstige problemen komen, blijft het risico voor gemeenten beperkt tot 10% van het beschikbaar gestelde budget. Bestemmingsreserve wet inburgering Sinds 1 januari 2007 is de Wet Inburgering (WI) van kracht. Voor het uitvoeren van de WI ontvangt de SDD financiële middelen van het Rijk. Aangezien het Rijk eerst op basis van prestaties afrekent met gemeenten, ontstaan er voor- en nadelen in de prijzen die uiteindelijk met de SDD worden verrekend. Bestemmingsreserve WMO huishoudelijke verzorging De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) is sinds 1 januari 2007 van kracht. Voor de Drechtsteden is voor de huishoudelijke verzorging één verordening vastgesteld. Ook hier is sprake van een open eind regeling, waarbij het budgetrisico bij de SDD ligt. Bestemmingsreserve Minimabeleid De SDD voert regiobreed het geharmoniseerde minimabeleid uit. Het betreft een open eind regeling, aanvragen kunnen niet worden afgewezen vanwege een budgettair tekort. Voorzieningen In onderstaand overzicht is het verloop van de voorzieningen weergegeven. In de kolom “Vrijval” zijn de bedragen weergegeven die ten gunste van de rekening van baten en lasten zijn vrijgevallen. Saldo 31/12/09
Saldo 31/12/08
Voorzieningen voor verplichtingen en risico's Voorziening ter egalisatie Voorzieningen bijdragen derden
0 0 4
0 0 3.171
Totaal
4
3.171
82
Het verloop wordt in de onderstaande tabel per onderdeel weergegeven.
voorzieningen
saldo per 01/01/09
voorziening regio zhz totaal voorziening verplicht. en risico's
0 0
voorziening renterisico BWS voorziening Fonds Roell voorziening giften clienten BSHV totaal voorziening bijdragen derden
3.161 9 2 3.172
totaal
3.172
t.g.v. exploitatie vrijgevallen
toevoeging
aan-wending
0 0
0 0
4
-3.161 -11
4 4
saldo 31/12/09
0 0
0 0
-3.172
0
0 1 2 4
-3.172
0
4
Voorziening renterisico BWS Deze voorziening is bedoeld van het opvangen van het verschil in te betalen rente op de subsidiegelden en daarop ontvangen rente. Bij de tweede marap is besloten om deze voorziening vrij te laten vallen ten gunste van het reserve BWS. Voorziening Fonds Roell Dit is een particulier fonds waarover de sociale dienst het beheer voert. Voor dit fonds geldt dat de hulpverlening stopt als het fonds leeg is. Voorziening giften cliënten BSHV Het betreft bij deze voorziening giften van derden die specifiek besteed moeten worden. Indien de giften besteed zijn eindigt de financiële hulp. Vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar nvt Kortlopende schulden De kortlopende schulden kunnen als volgt worden gespecificeerd. Saldo 31/12/09 Kasgeldleningen Bank- en girosaldi Overige schulden Totaal
Saldo 31/12/08
0 6.118 8.989
0 0 17.368
15.107
17.368
Overlopende passiva De specificatie van de overlopende passiva is als volgt. Saldo 31/12/09
Saldo 31/12/08
Overlopende verplichtingen Vooruitontvangen bedragen Europese en Nederlandse overheid Overige vooruitontvangen bedragen
25.352 24.585 560
14.184 35.640 3.979
Totaal
50.497
53.803
83
Specificatie vooruitontvangen bedragen Europese en Nederlandse overheid Saldo per 01/01/09 Vooruitontvangen WWB-werkdeel Drechtsteden Vooruitontvangen BLS subsidie Vooruitontvangen RAS subsidie Vooruitontvangen bedragen Wmo Vooruitontvangen subsidie risico-gezinnen Vooruitontvangen bedragen WEB Vooruitontvangen bedragen HOV-D Vooruitontvangen bedragen Verkeer Vooruitontvangen bedragen Cultuurprofiel Vooruitontvangen bedragen Sociaal beleid Vooruitontvangen bedragen Luchtkwaliteit Vooruitontvangen bedragen NME Vooruitontvangen bedragen Recr. Routes Vooruitontvangen wet Inburgering 2007 Dordrecht Rijksbijdr.Wet inburg. samenwerk.verband Drechtst. Vooruitontvangen bedragen Deelprogramma 2 IPA Vooruitontv. ESF-subsidies Vooruitontvangen bedragen Deltapoort Voorontvangen bedragen Hollands Glorie
20.923 88 181 402 21 173 2.481 8 16 15 1.656 7 57 5.360 3.616 306 0 150 180 35.640
Toevoeging
1.635 1.385 1.450
85 162 148 44 36
Vrijgevallen
13.755 1.473 1.127 137 21 92 121 170 132
2.995
302 2 14 47 989 1.158
8.738
150 104 19.793
798
Saldo per 31/12/09 8.802 0 505 265 0 166 2.360 0 32 59 1.390 5 43 6.112 2.627 2.143 0 0 77 24.585
84
4.4.3 Niet uit de balans blijkende posten Waarborgen en garanties nvt Lease- en meerjarige verplichtingen De GRD is gebonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende financiële verplichtingen. De belangrijkste zijn: aanbestedingsverplichtingen in het kader van de wet WMO huurovereenkomsten dienstengebouwen Noordendijk, Hellingen en Montessorilaan 5 (BLVS) met de gemeente Dordrecht huurovereenkomst met St. De Grote Rivieren voor gebouw Touwbaan in Gorinchem (tot 31 aug. 2010) operational leasecontract Personal Car-lease, auto's t.b.v. SDD-Sociale Recherche (looptijd tot 1 januari 2011, bedrag € 93.500 per jaar) lease-overeenkomst met Cisco en Océ voor ICT-apparatuur huurovereenkomst met de gemeente Dordrecht voor het gebouw Regiokantoor en SCD-gebouw Noordendijk Dordrecht Voorziening renterisico BWS In het verleden is bij de regio Zuid-Holland Zuid, de rechtsvoorganger van Bureau Drechtsteden, een bedrag van € 795.000 aan de daar aanwezige renterisicoreserve onttrokken. Het destijds onttrokken bedrag zal in de komende jaren bij de regio ZuidHolland Zuid stapsgewijze weer aan de reserve worden toegevoegd. In het kader van de ontvlechting is een deel van de renterisicoreserve naar de GR Drechtsteden overgegaan, en staat daar als voorziening renterisico BWS op de balans. In 2015 draagt regio ZHZ het bedrag van € 795.000 weer over aan GR Drechtsteden.
85
5. Accountantsverklaring
86
87
88
6. Vaststelling Dagelijks bestuur Als ontwerpjaarrekening vastgesteld door het dagelijks bestuur op 22 april 2010. Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden De secretaris,
De voorzitter,
Algemeen bestuur Vastgesteld door het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden op 16 juni 2010. De coördinerend griffier,
De voorzitter,
89
BIJLAGEN 1. overzicht kredieten 2. SISA-bijlage 3. eliminatie interne verrekeningen
90
bijlage 1 Staat van investering
bedragen x € 1.000
Uitgaven Nr.
Kredietomschrijving
0 1 2 3 4
Landsbanki Lening Breedband Overname activa 1-1-2007 Huisvesting panden Hellingen en Noordendijk 248 Inrichting SCD gebouwen IP&A DP 4 Informatiseringsprojecten SCD IP&A DP 1A Regionaal Rekencentrum en ontsluiting Drechtnet Meubilair SDD Leerplichtapplicatie BLVS IP&A DP 1B jaartranche 2008+2009 Overname IP&A activa IP&A DP 2 incl. voorber.krediet Rioleringssoftware IBD Meubilair IBD Autocad IBD 2009 Huisvesting Service Centrum Drechtsteden Huisvesting Sociale Dienst Drechtsteden Aanpassing uitkeringssysteem SDD Glasvezelnetwerk BLVS Voorbereiding werkplein SDD Conversie belastingsysteem 5-1 Huisvesting Bureau Drechtsteden overig
5 6 7 8 9 10 11 13 14 15 16 17 18 19 20 99
Beschikbaar gesteld
Lopend/ Afgesloten
Investering 2009
Krediet
Vermindering Aflossing/afw 2009 aardering
A L A L
11.548 3.900 2.350 6.240
dec. 2007 dec. 2007 juni '08 / dec. '09 juni 2008 sept. 2008 sept. 2008 sept. '08 / dec. '09 dec. 2009 dec. '08 / dec. '09 dec. 2008 dec. 2008 dec. 2008 dec. 2009
A A L A L A A A L L L A L A A A
672 202 11.900 2.600 3.500 25 55 28 600 328 200 110 300
mrt. 2009
TOTAAL UITGAVEN
382 385 877
-17
173 7.110 2.220 0 18 28 263 15 103 38 210
103
500 676 45.058
12.709
Overhevelen naar 2010
21 nvt 74 nvt 24 nvt
350 35 juni 2007 okt. 2007 okt. 2007 dec. 2007
Restant krediet
0
378
0 265 -11 428
0 0 0 0 265 0 428
0 0 674 0 -16 0 4 0 68 167 200 0 262 -210 500 -676
0 0 674 0 -16 0 0 0 68 167 200 0 262 0 0 0
1.654
2.047
0 0 0 -146 2
0 0 0 0 -146 2
Inkomsten (bijdrage derden) 6 9 14 15 18
Landsbanki Leerplichtapplicatie BLVS IP&A DP 2 incl. voorber.krediet Huisvesting Service Centrum Drechtsteden Huisvesting Sociale Dienst Drechtsteden Voorbereiding werkplein SDD TOTAAL INKOMSTEN TOTAAL-GENERAAL
dec. 2007 sept. 2008 dec. 2008 dec. 2008 dec. 2009
A L L L L
153 0
-1.158 -7 -2
0
0
-1.167
153
-145
-145
45.058
12.709
1.167
225
1.799
2.192
91
bijlage 2 SISA
VROM 20B Nationaal Provinciale beschikking Samenwerkingsprogramma en/of verordening Luchtkwaliteit (NSL)
52 Voorbereidingstraject participatiebudget
Deltaplan inburgering
VenW 59B Brede doeluitkering verkeer Provinciale beschikking en/of verordening en vervoer
A a r d C o n tr o le (2 0 )
E in d v e r a n tw o o r d in g J a /N e e (1 9 )
T o e lic h tin g a fw ijk in g (1 8 )
O v e r ig e (1 7 )
T e v e rre k e n e n m e t P ro v in c ie / W g r (1 6 )
T e v e r r e k e n e n m e t h e t R ijk (1 5 )
O v e r ig e b e s te d in g (1 4 )
Gemeenten en Besteed bedrag 2009 gemeenschappelijke regelingen (Wgr) (SiSa Hieronder per regel één tussen medeoverheden) beschikkingsnummer invullen en in de kolommen erna de verantwoordingsinformatie voor die beschikking. 1 PZH-2009-136897025
WWI
B e s te e d t.l.v . p r o v in c ia le o f W g r + m id d e le n (1 3 )
B e s te e d t.l.v . r ijk s m id d e le n (1 2 )
O v e r ig e o n tv a n g s te n (1 1 )
O n tv a n g e n v a n R ijk (1 0 )
B e g in s ta n d 2 0 0 9 (9 )
R e a lis a tie (8 )
A fs p ra a k (7 )
In d ic a to r e n (6 )
O n tv a n g e r (5 )
J u r id is c h e g r o n d s la g (4 )
S p e c ifie k e u itk e r in g (3 )
N u m m e r (2 )
D e p a rte m e n t (1 )
SiSa-verantwoordingsbijlage 2009 voor uitkeringen van alle departementen excl. EZ versie (1.4) 13-4-2010
Gemeenten en gemeenschappelijke regeling (Wgr)
Nee
R
Besteed bedrag 2009 uit eigen middelen
€0
Nee
R
Besteed bedrag 2009 uit bijdragen door derden (niet rijk, provincie of gemeente)
€0
Nee
R
Besteed bedrag 2009 uit de door gemeente ontvangen rente opbrengsten op door provincie verstrekte bijdrage NSL
€0
Nee
R
Besteed bedrag t/m jaar 2009
€ 28.809
€ 215.419
R
Gemeenten (SiSa Besteed bedrag 2009 tussen medeoverheden) Hieronder per regel één beschikkingsnummer invullen en in de kolommen erna de verantwoordingsinformatie voor die beschikking. 1 PZH-2009-227408
€ 337.287
€0
Nee
Nee
R
92
Primaire begroting lasten baten saldo
Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming inclusief reserves
8.901 0 161.389 2.265 8.370 29.321 4.944 1.440 0 216.630
Interne verrekeningen 2009 SCD Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Totaal interne verrekeningen 2009 SCD
Actuele begroting lasten baten saldo
8.901 0 161.389 2.265 8.870 29.321 4.944 1.440 700 217.130
0 0 0 0 500 0 0 0 700 500
19.400 10.000 184.286 1.342 9.475 46.045 5.281 1.626 1.100 278.555
-498 0 -4.445 -395 -1.126 -791 -888 -240 0 -8.383
0 0 0 0 0 -8.383 0 0 0 -8.383
498 0 4.445 395 1.126 -7.592 888 240 0 0
Interne verrekeningen 2009 OCD Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Totaal interne verrekeningen 2009 OCD
-42 0 -183 0 0 0 -40 0 0 -265
0 0 0 0 0 0 0 -265 0 -265
Resultaat geschoond met interne verrekeningen Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Algemene dekkingsmiddelen Totaal
8.361 0 156.761 1.870 7.244 28.530 4.016 1.200 0 207.982
Resultaat na mutatie reserves voor bestemming
207.982
lasten
Realisatie baten
saldo
lasten
Verschil baten
saldo
3.461 -249 207 -100 -327 -133 156 -150 -769 2.095
3.461 -249 1.052 -100 -89 -143 116 -50 107 4.106
0 0 845 0 238 -9 -40 100 877 2.011
19.400 10.000 184.286 1.342 10.225 46.045 5.281 1.626 1.100 279.305
0 0 0 0 750 0 0 0 0 750
15.939 10.249 184.079 1.442 9.802 46.179 5.125 1.776 1.869 276.461
15.939 10.249 183.234 1.442 10.314 46.188 5.165 1.676 993 275.200
0 0 -845 0 512 9 40 -100 -877 -1.261
-498 0 -4.445 -395 -1.126 -791 -888 -240 0 -8.383
0 0 0 0 0 -8.383 0 0 0 -8.383
498 0 4.445 395 1.126 -7.592 888 240 0 0
-498 0 -4.445 -395 -1.126 -791 -888 -240 0 -8.383
0 0 0 0 0 -8.383 0 0 0 -8.383
498 0 4.445 395 1.126 -7.592 888 240 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
42 0 183 0 0 0 40 -265 0 0
-42 0 -183 0 0 0 -40 0 0 -265
0 0 0 0 0 0 0 -265 0 -265
42 0 183 0 0 0 40 -265 0 0
-42 0 -183 0 0 0 -40 0 0 -265
0 0 0 0 0 0 0 -265 0 -265
42 0 183 0 0 0 40 -265 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
8.901 0 161.389 2.265 8.870 20.938 4.944 1.175 700 208.482
540 0 4.628 395 1.626 -7.592 928 -25 700 500
18.860 10.000 179.658 947 8.349 45.254 4.353 1.386 1.100 269.907
19.400 10.000 184.286 1.342 10.225 37.662 5.281 1.361 1.100 270.657
540 0 4.628 395 1.876 -7.592 928 -25 0 750
15.399 10.249 179.451 1.047 8.677 45.388 4.197 1.536 1.869 267.813
15.939 10.249 183.234 1.442 10.314 37.805 5.165 1.411 993 266.551
540 0 3.783 395 1.638 -7.583 968 -125 -877 -1.261
3.461 -249 207 -100 -327 -133 156 -150 -769 2.095
3.461 -249 1.052 -100 -89 -143 116 -50 107 4.106
0 0 845 0 238 -9 -40 100 877 2.011
208.482
500
269.907
270.657
750
267.813
266.551
-1.261
2.095
4.106
2.011
93
bijlage 3 interne verrekeningen De commissie BBV is van mening dat vanaf 2009 verrekeningen tussen onderdelen binnen één organisatie onderling dienen te worden geëlimineerd. De reden daarvoor is dat de commissie vindt dat door zowel de kosten bij de ene dochter als de opbrengsten bij het andere dochter op te nemen in de begroting en realisatiecijfers de financiële stand van zaken onnodig wordt opgeblazen. De eliminatie geldt in het geval van de GR Drechtsteden alleen voor het SCD en het OCD. Zij verrekenen namelijk kosten met hun zusters.
Begrotingsprogramma
Door de eliminatie toe te passen ontstaat het volgende programma-overzicht van deze onderdelen.
(bedragen x € 1.000)
Staat van baten en lasten geschoond voor interne verrekeningen