bijlage
11 agendapunt
7
Vergadernotitie voor de Drechtraad op 16 juni 2010
datum
28 mei 2010 steller
J. van Dijk doorkiesnummer
Onderwerp
Begroting GR Drechtsteden 2011
078 6398513 e-mail
[email protected]
Bijlagen - Begroting 2011 - Advies van de commissie WZI Gevraagde beslissing Vaststellen van de begroting 2011 en de meerjarenraming 2012 – 2014. Verdere procedure Na vaststelling door de Drechtraad wordt de begroting aangeboden aan de provincie Zuid-Holland. Communicatie nvt Financiële consequenties Zie begroting Toelichting Begroting 2011 is een staand beleid begroting. Gezien het tijdstip waarop de primaire begroting moet worden vastgesteld, bevat de begroting geen financiële consequenties van nieuw beleid en beleidswijzigingen. Inhoudelijke uitwerking van nieuw en gewijzigd beleid en de bestuurlijke besluitvorming daarover vinden separaat plaats, en zullen vervolgens als begrotingswijzigingen worden ingebracht. De financiële begroting 2011 is gebaseerd op de geactualiseerde begroting 2010, zoals vastgesteld in de Drechtraad van december 2009. Voor de begroting 2011 zijn de uitgangspunten gehanteerd die zijn opgenomen in de financiële kadernota, die in december 2009 door de Drechtraad is vastgesteld. Zoals in de financiële kadernota is vastgelegd vindt eind 2010 een actualisering van de begroting 2011 plaats. Bij deze actualisering komen in elk geval de volgende onderwerpen, inclusief hun financiële consequenties, aan de orde: - actualisering van de gehanteerde percentages voor de kostenstijgingen, op basis van de ramingen van het CPB van september 2010; - structurele doorwerking van de rekeningresultaten 2009; - concretisering van de financiële taakstellingen en de resultaten van de brede doorlichting; - uitwerking van het principe van “trap op en trap af”: afwegen van de (verdere) bijdrage van de GRD aan de financiële krapte bij de gemeenten; - voorstellen voor nieuw beleid en beleidsintensivering en –extensivering; - verwerken van de structurele componenten van het budget “netwerkontwikkelingen” in de reguliere begrotingsprogramma’s, inclusief een dekkingsvoorstel.
pagina 2,
De actualisering van begroting 2011 wordt in de vorm van een begrotingswijziging ter vaststelling aangeboden aan de Drechtraad van december 2010.
CONCEPT - BEGROTING 2011
INHOUDSOPGAVE
1 1.1 1.2 1.3
Inleiding Bestuur Budgettaire kaders en uitgangspunten Financiële uitkomsten
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Programma's Bureau Drechtsteden Manden maken Sociale Dienst Drechtsteden Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden
6 6 17 18 28 31 40 44
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Verplichte paragrafen Weerstandsvermogen Bedrijfsvoering Financiering Onderhoud kapitaalgoederen
48 48 50 52 53
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Financiële begroting Recapitulatie programmabegroting en meerjarenraming Algemene dekkingsmiddelen Resultaatbestemming Begrotingskaders en uitgangspunten Verdeelsleutels Overzicht personele sterkte en personeelskosten
54 54 55 55 56 57 58
5
Vaststelling
59
Bijlage: Bijdragen per gemeente
3 3 3 5
60
Versie dd 26 mei 2010
1
2
1.
INLEIDING
1.1 Bestuur De primaire begroting 2011 wordt opgesteld op het moment waarop een nieuwe bestuursperiode is gestart. Op 31 maart 2010 is de nieuwe Drechtraad geïnstalleerd. Aan de voorzitter is een formatieopdracht gegeven voor het samenstellen van een nieuw Drechtstedenbestuur, voor het doen van voorstellen over het functioneren van het Drechtstedenbestuur, en voor het formuleren van een aanzet voor een nieuw regionaal meerjarenprogramma voor 2010 – 2014. De overdrachtsdocumenten en het rapport van de commissie Meijdam zijn daarbij belangrijke inspiratiebronnen. Het nieuwe regionaal MJP wordt naar verwachting in december 2010 door de Drechtraad behandeld, en zal op dat moment leiden tot een inhoudelijke en financiële aanpassing van de begroting 2011. Begroting 2011 volgt de afspraken uit de financiële kadernota, die is vastgesteld in de Drechtraad van december 2009. Dat betekent dat de begroting 2011 geen voorstellen voor nieuw beleid bevat. Inhoudelijke uitwerking van nieuw en gewijzigd beleid en de bestuurlijke besluitvorming daarover dient derhalve nog plaats te vinden. Dit vindt zijn uitwerking in een actualisering van de begroting die wordt behandeld in de Drechtraad van december 2010. Op dat moment is ook meer inzicht in het (nieuwe) Rijksbeleid en de financiële en beleidsmatige consequenties die daaruit voortvloeien voor het Drechtsteden-netwerk, en kunnen afspraken worden gemaakt over de doorwerking naar de GR Drechtsteden.
1.2 Budgettaire kaders en uitgangspunten In de Drechtraad van december 2009 is de financiële kadernota 2011 vastgesteld. Deze kadernota geeft de financiële uitgangspunten en budgettaire kaders voor de primaire begroting 2011. De begroting is opgebouwd uit begrotingsprogramma’s, waarbij elk onderdeel van de GRD zijn eigen programma kent. De financiële positie van elke GRD-dochter is daarmee herkenbaar. In de begroting zijn alle bedragen in duizenden euro’s tenzij anders aangegeven. Waar in de overzichten bedragen van begroting 2010 zijn opgenomen betreft dat de gegevens uit de geactualiseerde begroting die in december 2009 door de Drechtraad is vastgesteld. Bij de Sociale Dienst is tevens de begrotingswijziging zoals vastgesteld in de Drechtraad van juni 2010 verwerkt. Indexering staand beleid Met de financiële kadernota is besloten in 2011 kostenbudgetten en gemeentelijke bijdragen aan te passen aan de reële verwachte kostenstijgingen. Er is dus geen koppeling (meer) aan de ontwikkeling van het accres van het Gemeentefonds. Verder is besloten de primaire begroting 2011 te baseren op de prognoses van die kostenstijgingen van september 2009, en de begroting 2011 te actualiseren in de Drechtraad van december 2010, op basis van de prognoses uit september 2010. In de financiële kadernota is vastgelegd dat de budgetten en gemeentelijke bijdragen aldus met 1,48% stijgen ten opzichte van de primaire begroting 2010. In hoofdstuk 4.4 is een specificatie van de stijgingspercentages opgenomen. Deze algemene stijgingspercentages zijn integraal gehanteerd voor de volgende begrotingsprogramma’s: o Bureau Drechtsteden o Sociale Dienst Drechtsteden o Servicecentrum Drechtsteden o GemeenteBelastingen Drechtsteden o Onderzoekcentrum Drechtsteden Bij het Ingenieursbureau Drechtsteden volgt de begroting van de lasten de algemene uitgangspunten. De baten zijn gelijk aan de te verwachten omzet.
3
Doorlichting en taakstellingen In de financiële kadernota is vastgelegd dat de GR Drechtsteden een werkwijze van doorlichting en taakstelling kent. Doelstelling daarbij is financiële ruimte te vinden, hetzij om gemeenten tegemoet te komen bij de tegenvallende ontwikkeling van de uitkering uit het Gemeentefonds, hetzij om de financiering van nieuw beleid of beleidsintensiveringen mogelijk te maken. In 2009 is gestart met het vorm en inhoud gegeven aan het project voor de organisatiebrede doorlichting, met een bijbehorende financiële taakstelling voor 2010 en verder. Deze taakstelling bedraagt voor 2010 € 1,5 miljoen, voor 2011 € 2,0 miljoen, en voor 2010 € 3,5 miljoen structureel. Inmiddels is de doorlichting van de GRD gebracht binnen het bredere kader van het Regionaal Innovatie Programma. De brede doorlichting bij de GRD leidt via businesscases tot besparingen die vervolgens in de successievelijke begrotingsprogramma’s worden verwerkt. De uitwerking van de businesscases in nog niet zover gevorderd dat die vertaling naar de individuele begrotingsprogramma’s al mogelijk is. De taakstelling van € 2,0 miljoen voor 2011 blijft dan ook op GRD-niveau gehandhaafd. Bij de actualisering van de begroting in december 2010 zal een nadere invulling worden gegeven. In de financiële kadernota is als uitgangspunt voor 2011 opgenomen dat de opbrengst van de brede doorlichting er toe leidt dat de gemeentelijke bijdragen aan de GRD voor het bestaande beleid (per saldo) niet stijgen ten opzichte van die van 2010. Van de totale gemeentelijke bijdragen van bijna € 200 miljoen, volgt € 78 miljoen de kostenindexering (de overige bijdragen zijn de doeluitkeringen van de Sociale Dienst voor participatie, bijstandsverlening en huishoudelijke verzorging, en de bijdragen aan de exploitatie ven de Waterbus). De kostenindexering met 1,48% leidt daarmee tot een stijging van de gemeentelijke bijdragen met € 1,14 miljoen. Om te voldoen aan het genoemde uitgangspunt uit de financiële kadernota wordt in de primaire begroting een stelpost opgenomen van € 1,14 miljoen, waarmee de gemeenten worden gecompenseerd voor de hogere bijdragen. De compensatie is terug te vinden in de bijlage met de gemeente bijdragen. Naast de GRD-brede taakstelling van € 2,0 miljoen, kennen de Sociale Dienst en het Servicecentrum nog een afzonderlijke taakstelling voor 2011. Voor de Sociale Dienst betreft dat het opvangen van de efficiencykorting voor de samenwerking met het UWV in de keten werk en inkomen. Voor 2011 betreft dat een bedrag van € 1,1 miljoen. Deze ketenkorting is in de begroting 2011 als stelpost opgenomen, zodat de gemeentelijke bijdragen dalen. In het begrotingsonderdeel van de Sociale Dienst is dit nader toegelicht (zie pagina 25). Voor het Servicecentrum geldt dat in 2011 de begrotingspost onvoorzien wegvalt. Deze post is in 2010 nog € 1,4 miljoen waarmee transitiekosten worden gedekt. Van die kosten heeft € 1,0 miljoen een structureel karakter, die met name samenhangen met een noodzakelijke verhoging van de formatie voor ICT-beheer. Door het wegvallen van de post onvoorzien moet nu binnen de SCD-begroting dekking worden gevonden voor die structurele kosten. Het SCD realiseert deze taakstelling via het VIP-programma (Voortdurend Inventief Presenteren). Het wegvallen van de post onvoorzien is in begroting 2011 verwerkt, en leidt tot een daling van de bijdragen van de deelnemers. In het begrotingsonderdeel van het SCD (hoofdstuk 2.5) is een nadere toelichting te vinden. Investeringsfonds Manden Maken/ Pieken Ontwikkelings- en uitvoeringsprojecten worden gefinancierd vanuit het regionaal investeringsfonds Drechtsteden. Dit is gekoppeld aan het begrotingsprogramma Manden Maken. Aangezien het nog niet duidelijk is in welke mate in 2011 nog een financieel beroep op het investeringsfonds wordt gedaan zijn hiervoor in begroting 2011 geen baten en lasten opgenomen. Als die duidelijk zijn wordt dit via een begrotingswijziging ingebracht. Datzelfde geldt voor de investeringsagenda die wordt opgesteld uitvloeisel van de piekenbenadering.
4
1.3 Financiële uitkomsten Samenvattend ontstaat het volgende financiële beeld per GRD-onderdeel. Bureau Drechtsteden De algemene inwonerbijdrage en de specifieke bijdragen stijgen met 1,48%. Voor de uitvoering van de deelprogramma’s wordt € 510.000 ontrokken aan het vrije gedeelte van de BWSbestemmingsreserve. Onderdeel van het begrotingsprogramma Bureau Drechtsteden is het budget van € 1,3 miljoen voor de netwerkontwikkelingen. Sociale Dienst Drechtsteden - Benodigde budgetten voor de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand, Wet Maatschappelijke Ondersteuning – huishoudelijke verzorging, en de budgetten op basis van de Wet Participatiebudget (voor re-integratie, inburgering, educatie en beroepsonderwijs). Gemeenten betalen de desbetreffende rijksvergoedingen door, zodat de SDD de desbetreffende wetten hiermee kan uitvoeren. - Benodigde budgetten voor WMO – hulpmiddelen (ex - WVG), en schuldbemiddeling en budgetadvies. De kosten worden op nacalculatiebasis met de deelnemende gemeenten verrekend. Het budgetrisico ligt dus bij de gemeenten. - Benodigde budget voor minimabeleid. Het budget voor 2010 is hiervoor het uitgangspunt geweest, waarop de indexering zoals aangegeven in de kadernota is toegepast. Risico van een eventuele budgetoverschrijding ten gevolge van de harmonisatie van het minimabeleid ligt bij de SDD. - Budgetten voor de bedrijfsvoering van de SDD. De apparaatskosten stijgen met 1,48% en worden bij de deelnemende gemeenten in rekening gebracht op basis van het vijfjaars voortschrijdend klantaantal WWB, IOAW en IOAZ. Waar mogelijk worden apparaatskosten gedekt uit programmabudgetten. Ingenieursbureau Drechtsteden De begroting is conform de uitgangspunten. Met ingang van 2011 heeft het IBD geen winstdoelstelling meer. In plaats daarvan worden de in rekening te brengen uurtarieven zodanig verlaagd dat de omzet daalt tot het niveau dat nodig is om de kosten te dekken. Servicecentrum Drechtsteden Budgetten en bijdragen van de deelnemers stijgen met 1,48%. Het SCD budget is verlaagd met de post onvoorzien van € 1,4 miljoen, die in 2010 nog wordt gebruikt voor het dekken van de resterende transitiekosten. Gemeentebelastingen Drechtsteden De begroting van GBD is gebaseerd op de primaire begroting 2010. Budgetten en bijdragen van de deelnemende gemeenten stijgen met 1,48%. Per 1 juli 2011 daalt de tijdelijke formatie van GBD met 2,5 fte. Dit leidt tot een daling van budget en bijdragen. Onderzoekcentrum Drechtsteden De begroting van het OCD is gebaseerd op de primaire begroting 2010. Budgetten en bijdragen van de deelnemers stijgen met 1,48%. Algemene dekkingsmiddelen In 2011 bestaan de algemene dekkingsmiddelen uit het Algemene renteresultaat. De Algemene rente wordt gevormd door: - De calculatorische rente op de geactiveerde investeringen. Conform de financiële kadernota wordt hiervoor gerekend met 5% rente. - Opbrengst van uitgezette liquide middelen. De liquide middelen hangen samen met gevormde reserves en de vooruit ontvangen/ nog niet bestede subsidies. - Rentelasten van opgenomen leningen. Het algemene renteresultaat wordt voor 2011 begroot op € 0,6 miljoen. De algemene rente blijft vooralsnog binnen de begroting als algemeen dekkingsmiddel beschikbaar.
5
2.
PROGRAMMA’S
2.1
Bureau Drechtsteden
Bureau Drechtsteden hangt direct onder het Drechtstedenbestuur en Drechtraad als het procesen programmabureau voor ondersteuning van het bestuur en het totaal van de netwerkorganisatie (én daarmee de gemeenten). Het gaat dan om advisering aan het Drechtstedenbestuur en de Drechtraad en samenhangend daarmee het coördineren van het Regionaal Meerjaren Programma, inclusief de regie op de voortgang daarvan. De verschillende beleidsvelden van Bureau Drechtsteden worden in deze paragraaf als deelprogramma toegelicht. De toelichting is een doortrekking van de werkzaamheden tot en met 2010 naar 2011. In de nieuwe bestuursperiode zal moeten blijken of het Drechtstedenbestuur en de Drechtraad dit patroon willen blijven volgen. In deze begroting zijn de kosten voor bovenregionaal personeel ten behoeve van de versterking van de lobby en subsidie-activiteiten nog niet verwerkt. In de afgelopen jaren hebben de Drechtsteden laten zien met extra inzet financiële middelen bij andere overheden aan te kunnen boren. Het uitvoeren van een lobby- en subsidiestrategie vergt aan de voorkant een langdurige inspanning voordat daadwerkelijk resultaat kan worden ingeboekt. De inzet die de Drechtsteden hebben gepleegd zal de komende jaren moeten worden voortgezet.
Deelprogramma Bestuur en communicatie Algemeen Bij het opstellen van de primaire begroting is er nog geen Meerjarenprogramma door de Drechtraad vastgesteld. De verwachting is dat het regionaal programma in december 2010 in de Drechtraad op de agenda staat. Vanwege het aantreden van een nieuwe Drechtraad en een nieuw Drechtstedenbestuur zal naar verwachting eind 2010 een actualisatie van de begroting worden voorgesteld. De vergadering in december lijkt daarom vooralsnog het moment om algemene beschouwingen te houden. Communicatie Vanuit communicatie wordt een actieve bijdrage geleverd aan de Pieken in de Drechtsteden (zie hieronder). Ook de projecten uit het Meerjarenprogramma 2010-2014 worden waar nodig voorzien van communicatieadvies en uitgevoerd. Pieken in de Drechtsteden Na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart 2010 en de daaropvolgende formatie van het Drechtstedenbestuur, werken we toe naar het regionaal Meerjarenprogramma 2010 – 2014. Dit regionaal Meerjarenprogramma wordt in december 2010 behandeld door de Drechtraad. Een belangrijke bouwsteen van het regionaal Meerjarenplan zijn de Pieken in de Drechtsteden zoals in de afgelopen bestuursperiode besproken. De Pieken in de Drechtsteden zijn in de laatste vergadering van de vorige Drechtraad als overdrachtsdossier aangemerkt voor de nieuwe Drechtraad. Daarbij heeft de oude Drechtraad het verzoek gedaan om de pieken een onderdeel te laten zijn van het nieuw regionaal Meerjarenprogramma, alsook binnen de pieken te komen tot een nog sterkere focus door prioritering en fasering. Tevens is – als gevolg van de economische crisis – gevraagd om binnen het investeringsprogramma ‘Pieken in de Drechtsteden’ een financiële bandbreedte aan te brengen. Netwerkontwikkeling Het budget netwerkontwikkeling is met ingang van het begrotingsjaar 2009 onderdeel van het begrotingsprogramma van Bureau Drechtsteden. Het budget hiervan is € 1,3 miljoen voor 2011, wat met uitzondering van indexering gelijk is aan 2010. Er is nog geen (structurele) dekking voor de kosten van de netwerkontwikkelingen. Bij de actualisering van de begroting in de Drechtraad 2010 zullen hier voorstellen voor worden gedaan.
6
Deelprogramma economie, bereikbaarheid en Toerisme Economie De Drechtsteden hebben van oudsher een bijzondere positie in de maritieme sector. Ruim 8% van de werknemers in de Nederlandse maritieme sector bevindt zich in de Drechtsteden. Ook heeft de regio een vooraanstaande rol in de ‘deltatechnologie’ en de ‘natte logistiek’. Trends als het groeiende energieverbruik, de groeiende wereldhandel, de bevolkingsgroei en de klimaatverandering bieden grote kansen voor het maritieme cluster en dus ook voor de economische ontwikkeling van de Drechtsteden. Wat willen we bereiken? De hoofddoelstelling voor de regionale samenwerking op het gebied van economie is het realiseren van een duurzame economische groei in de Drechtsteden. Daarvoor werken we aan het verbeteren van de economische concurrentiepositie, het vergroten van de werkgelegenheid en het versterken van de regionale economische structuur. Wat gaan we daarvoor doen? • Vitaliteit van het maritieme cluster versterken Enerzijds door te investeren in het contact met de bedrijven. Anderzijds door de (ruimtelijke) condities te scheppen waar binnen de bedrijven kunnen ondernemen en investeren. Daarom nemen we uitvoeringsprogramma bedrijventerreinen gezamenlijk met partners met kracht in uitvoering. • Positionering van de Drechtsteden verbeteren De maatregelen uit de kadernota Economische Promotie en Acquisitie nemen we in uitvoering. • Kennis en innovatie stimuleren De Drechtsteden participeren onder andere in de Proeftuin Maritieme Innovatie en streven naar een kenniscentrum binnenvaart. Ook verbinden en versterken we kennisinstituten zoals het topinstituut EcoShape. Tot slot werken we aan het verbeteren van de aansluiting van het maritieme cluster op het onderwijs en de arbeidsmarkt. • Netwerkvorming en strategisch samenwerken De lobbyinspanningen beginnen nu duidelijke vruchten af te werpen en vragen om blijvende inzet vanuit de Drechtsteden. Daarnaast participeren we actiever in bestaande en nieuwe netwerken. • Koopkrachtbinding van de detailhandel vergroten De huidige Structuurvisie Detailhandel en Horeca Drechtsteden (SDH) heeft een aantal beperkingen en vraagt om actualisatie. Deze actualisatie wordt in 2011 uitgevoerd. Vertrekpunt zijn de conclusies en aanbevelingen uit de evaluatie. Hoe gaan we dat meten? Via de regionale monitor Economie en de crisismonitor. Bereikbaarheid Wat willen we bereiken? De planvoorbereiding van de projecten waarvoor door rijk, provincie, Dordrecht en de Drechtsteden financiële toezeggingen zijn gedaan, wordt in 2010 grotendeels voorbereid. Uiterlijk in 2011 komen deze plannen naar verwachting in uitvoering. Het betreft de aanpassingen van de aansluitingen A16-N3, A16-Mijlweg en A15-N3 en die voor het Hoogwaardig Openbaar Vervoer. Ook de projecten uit het meerjarenprogramma verkeersveiligheid en die voor toegankelijke bushaltes worden uitgevoerd. De uitvoering staat daarmee in 2011 voor een groot deel centraal. In 2011 wordt ook een nieuw regionaal uitvoeringsprogramma voor de kortere en langere termijn voorbereid. Dit regionale uitvoeringsprogramma vloeit voort uit het in 2010 vast te stellen regionale mobiliteitsplan. De regionaal beschikbare middelen van de BDU worden gericht voor de uitvoering ingezet.
7
Wat gaan we daarvoor doen? • De planuitwerking van de aansluitingen van de A16 (N3 en Mijlweg) en A15-N3 wordt in 2010 voorbereid. Het streven is erop gericht in 2011 met de uitvoering te starten. • Het vast te stellen regionale mobiliteitsplan omvat een beperkt uitvoeringsprogramma. Een op te stellen “position paper” dient als bestuurlijk onderhandelingsdocument bij andere overheden. • Ook in 2011 zal op basis van een nieuw meerjarenprogramma worden gewerkt aan de verbetering van de verkeersveiligheid. • De projecten Hoogwaardig Openbaar Vervoer fase 2 komen (uiterlijk)in 2011 in uitvoering. • Na de succesvolle aanbesteding van de waterbus blijft de komende jaren de “effectiviteit” van de waterbus (dienstregeling en diensttijden) aandachtspunt. • De komende jaren wordt ingezet op mobiliteitsmanagement. Bij zogenoemde “koploperbedrijven” en andere geïnteresseerde ondernemingen worden mogelijkheden onder de aandacht gebracht om samen 5% minder autoverkeer tijdens de spits te realiseren. • Ook in 2011 wordt verder gewerkt aan het programma Stedenbaan. In het traject tussen Leiden en Dordrecht worden de mogelijkheden verder uitgewerkt voor intensivering van ruimtelijke programma’s rondom bestaande en nieuwe stations alsmede het verbeteren tot “metrokwaliteit”van de lijnvoering op het spoor. Hoe gaan we dat meten? Na vaststelling van het nieuwe meerjarenprogramma Drechtsteden 2010 -2014 moet, samen met het OCD worden bepaald op welke wijze ook voor bereikbaarheid een regionale monitor kan worden opgesteld. Toerisme Wat willen we bereiken? De Drechtsteden willen zich inzetten voor het ontwikkelen van een duurzaam toeristischrecreatief kwaliteitsproduct. Hiermee wordt de regio cultureel en toeristisch op de (inter)nationale kaart gezet. Hiermee wordt niet alleen een belangrijke bijdrage geleverd aan het versterken van de economie en de werkgelegenheid maar ook aan een prettiger woon- en leefklimaat. De concrete effecten die we nastreven zijn: • het aantal bezoekers stijgt met 10%; • de omvang van de bestedingen neemt met 10% toe; • de verblijfsduur van bezoekers aan de regio stijgt substantieel; • tenminste 50 ondernemers verbinden zich met Hollands Glorie; • 30% van de inwoners kent Hollands Glorie. Wat gaan we daarvoor doen? Het programma Hollands Glorie voeren we uit. Productontwikkeling • Het realiseren en verbeteren van verbindingen, routes, voorzieningen en knooppunten. • Het opwaarderen van de bestaande attracties (met name de drie iconen Kinderdijk, de binnenstad van Dordrecht en de Hollandse Biesbosch). • Het opwaarderen van het vervoer over water tussen deze iconen en met de aangrenzende regio’s (Rotterdamse regio, Hoeksche Waard, Alblasserwaard). • Het toevoegen van nieuwe grootschalige voorzieningen en attracties (Haven Zuid/Royal House of Holland, Dutch Delta Design 2012, Hofkwartier, Energiehuis). • Het samenstellen van arrangementen die het totale Hollands Glorie-concept versterken. • Het toegankelijk en beleefbaar maken van de maritieme sector (scheepsbouw; baggerindustrie), en het maritiem erfgoed (de zgn. 4e icoon “Delta”). • Het informeren van en betrekken van ondernemers bij Hollands Glorie. Promotie en marketing Het in de markt zetten van Hollands Glorie als koepel voor het totale aanbod van regionale attracties en bezienswaardigheden: herkenbaar, aantrekkelijk en gevarieerd, met hetzelfde beeldmerk en gelijkwaardige kwaliteit. Hiertoe zal een breed pakket van promotie- en marketingactiviteiten worden ontwikkeld en uitgevoerd.
8
Hoe gaan we dat meten? • Hollands Glorie-monitor: meting van de effecten van het Hollands Glorie-programma op doelstellingenniveau: toeristisch-recreatief bezoek (aantal bezoekers en verblijfsduur), het toeristisch-recreatief imago en de economische betekenis. • Monitor Vrije Tijd Drechtsteden: Publicatie van kerncijfers op het gebied van vraag en aanbod van vrijetijdsvoorzieningen in de Drechtsteden. Dit zijn voorzieningen op het gebied van toerisme/recreatie, evenementen, sport, kunst/cultuur en horeca.
Deelprogramma Fysiek (wonen & stedelijke visie, groen, water & milieu en Ruimtelijke Ontwikkeling) Wonen en stedelijke vernieuwing Wat willen we bereiken? Ondanks de economische crisis, die direct zijn weerslag heeft op de woningbouw, blijft het gewenst om vast te houden aan de koers die is uitgezet in de woonvisie “Spetterend wonen in de Drechtsteden 2”: • Er ligt nog meer nadruk op kwaliteit. • Meer nadruk wordt gelegd op de bestaande voorraad, en daar worden ook instrumenten voor aangedragen. • De sturing is verder uitgewerkt. Nog meer dan in de vorige versie ligt de nadruk op het voorzien in kwaliteit. In vergelijking met andere regio’s hebben de Drechtsteden een matige woningvoorraad. De regio wordt doorsneden met zware infrastructuur. Met veel verouderde bedrijfsterreinen wekt de omgeving een verrommelde indruk. Gezien de kwaliteit van de bestaande woningvoorraad en de aanwezige inwoners ligt de nadruk van het nieuwbouwprogramma op duurdere woningen. Met nieuwbouw en nieuwe woonmilieus alleen lukt het niet om de kwaliteit te verbeteren. Juist ook in de bestaande wijken zijn verbeteringen nodig om deze aan te passen aan de veranderde woningbehoefte. Naast herstructurering in de verouderde wijken is aandacht nodig voor de jongere kwetsbare wijken. Hoe de regio denkt te sturen op het programma is verder uitgewerkt in de woonvisie. Niet alleen de kwantitatieve programma’s worden benoemd. Juist de gewenste kwaliteit - het gewenste programma - is van belang. Wat gaan we daarvoor doen? Teruglopende subsidiestromen van rijk en provincie en vermindering van inkomsten bij de gemeenten zijn van invloed op de mogelijkheden om het gewenste programma te kunnen realiseren. Voor de periode 2010 - 2014 is geen nieuwe BLS subsidie meer beschikbaar terwijl de ISV middelen voor stedelijke vernieuwing in diezelfde periode sterk zijn verminderd. De met rijk en provincie te maken verstedelijkingsafspraken voor de periode 2010-2020, hebben dan ook meer het karakter om (indien mogelijk) belemmeringen bij integrale gebiedsontwikkeling te verminderen. Onder dit nieuwe gesternte wordt in 2011 ook uitvoering gegeven aan de in 2010 te maken nieuwe PALT afspraken met de woningcorporaties. Vaste producten en diensten • Task Force Woningbouw Drechtsteden * • (uitwerking) Verstedelijkingsafspraken 2010 - 2020 • ISV3 programma 2010 - 2014 • Woningbouwsubsidies BLS na 2010 (?) • Jaarplan Wonen en Stedelijke Vernieuwing * • Woonruimteverdeling • Voorrangscommissie • Klachtencommissie • Kwaliteitsbeleid • PALT effectueren afspraken na 2010 • Platform Drechtsteden bouwt • Woonmonitor * * bundeling rapportages tot “jaarplan nieuwe stijl”
9
Project • woonpromotie Hoe gaan we dat meten Via de woonmonitor. Ook hiervoor geldt dat wordt bezien of het anders en beter kan, zowel wat betreft inhoud als frequentie. Groen, Water & Milieu Drechtsteden Wat willen we bereiken? Algemeen en communicatie M.b.v. de monitor milieu- en leefomgevingskwaliteit zullen de resultaten van het milieubeleid worden gemeten. Een nieuw milieubeleidsplan moet bijdragen aan een samenhangende aanpak van het milieubeleid en aan de externe integratie van dit beleid. In het milieujaarverslag worden de behaalde resultaten aan de doelstellingen van het milieubeleidsplan getoetst, en worden beleidsconclusies getrokken. Om milieubewust gedrag te stimuleren zal de regio de natuur- en milieu-educatie als instrument inzetten en ondersteunen en zal gericht worden ingezet op specifieke projectcommunicatie. Versterken groenblauwe kwaliteiten Met een samenhangend stelsel van groenblauwe gebieden in en rond het stedelijk gebied wil de regio een plezierige en gezonde leefomgeving voor inwoners en bezoekers tot stand brengen. Meer specifiek gaat het om het volgende speerpunten: • Behoud en ontwikkeling van groenblauwe gebieden met een ecologische/recreatieve functie. • een samenhangend netwerk tussen deze gebieden, bestaande uit ecologische zones en recreatieve verbindingen over water en land. • meer recreatieve knooppunten en voorzieningen binnen deze gebieden. • Een betere ontsluiting van deze gebieden voor de stedelijke recreant. Water op de regionale kaart zetten De Drechtsteden willen het water een meer centrale rol geven bij de stedelijke gebiedsontwikkeling. Via een gezamenlijke visie-ontwikkeling zal de wateropgave op een goede manier verbonden moeten worden met de ruimtelijke plannen en projecten van de regio, zodat een win-win-situatie ontstaat. Voor de Drechtsteden zijn als thema’s vooral van belang de waterveiligheid, water en ruimte, innovatie, communicatie en deskundigheid. Verbeteren van de leefomgevingskwaliteit De Drechtsteden zetten in op het verbeteren van de milieukwaliteit in combinatie met een duurzame ruimtelijk-economische ontwikkeling van de regio. In de eerste plaats wordt gewerkt aan het oplossen van de bestaande milieuproblemen, door: • Verbetering van de luchtkwaliteit (minder CO2, NO2 en fijnstof). • Vermindering van de geluidsoverlast door verkeer en bedrijfsmatige activiteiten. • Vermindering van de risico’s bij het bij het vervoer van gevaarlijke stoffen. • Vermindering van de risico’s bij het verwerken van gevaarlijke stoffen. • Terugdringing van het aantal locaties met bodemverontreiniging. Een tweede component in het regionaal milieubeleid is gericht op het pro-actief bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van de Drechtsteden. Wat gaan we daarvoor doen? Algemeen en communicatie • Uitvoeren programma voor natuur- en milieu-educatie 2011. • Uitvoeren milieubeleidsplan Drechtsteden 2010-2014. • Uitgave monitor Milieu in de Drechtsteden 2010/jaarverslag 2010. • Deelname aan de “Nacht van de nacht”.
10
Versterken groenblauwe kwaliteiten • Uitvoeren uitvoeringsprogramma Groenblauw netwerk Drechtsteden 2008-2013. • Inzet m.b.t. groenblauwe structuren op het bovenregionale schaalniveau. Water op de regionale kaart zetten • Uitvoeren van de wateragenda Drechtsteden 2010-2014. Verbeteren van de leefomgevingskwaliteit • Uitvoeren programma luchtkwaliteit Drechtsteden 2006-2015. • Project restwarmte Drechtsteden. • Project schone brandstoffen: rijden op aardgas. • Project walstroomvoorzieningen binnenvaart. • Project “Brug open; motor af”. • Inzet met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke stoffen. • Uitvoeren energieprogramma 2010-2013. Hoe gaan we dat meten? • Via de jaarlijkse monitor “Milieu in de Drechtsteden”. Ruimtelijke Ontwikkeling (RO) Wat willen we bereiken? • Versterken leefbaarheid en regionale concurrentiekracht door het bevorderen en prioriteren van de uitvoering van een aantal projecten die essentieel zijn voor de regio. • Drechtsteden sterker in positie brengen binnen de Randstad door participatie in een aantal essentiële bovenregionale lobbytrajecten, overlegstructuren en projecten. Wat gaan we daarvoor doen? • Positie Drechtsteden blijven versterken via deelname in bovenregionale overlegkaders en lobbytrajecten (uitvoeringsstrategie Provinciale Structuurvisie, Zuidvleugeltraject, RijnSchelde Delta, Deltapoort, MIRT). • Verdere uitwerking Realisatiestrategie via doorontwikkeling regionale programmasturing, prioritering, kwaliteitsdebat, uitwerking gebiedsopgaven (Assen), knooppunten Assen en regionale projecten. • Vervolgen van de in 2010 opgestarte uitwerking van de Assen A16 (Dordrecht en Zwijndrecht) en A15 (in de vorm van een ontwikkelplan Regiopark Merwede via actieve deelname in de verdere uitwerking van het project Merwedezone). • Verder doorontwikkelen van de As Rivier en Land, mede in relatie tot de Wateragenda. • Leveren (ruimtelijke) basis voor bovenregionale overleg- en lobbytrajecten. • Bevorderen en bewaken ruimtelijke kwaliteit (“Drechtoevers”). • Trends en Visie-ontwikkeling Lange Termijn, mede als bouwsteen voor onze inbreng in het Deltaprogramma, deelprogramma Rijnmond-drechtsteden (vervolg rapport Commissie Veerman). Hoe gaan we dit meten? Aangezien het bij Ruimtelijke ontwikkeling niet zozeer gaat om het realiseren van concrete doelen en projecten maar om het ontwikkelen van beleid en lobbytrajecten, zijn de bereikte resultaten moeilijk op de korte termijn meetbaar. Wel kan de voortgang gemonitord worden d.m.v. regelmatige projectvoortgangsrapportages van de opdrachtnemer (i.h.a. het IKC)
Deelprogramma Sociaal Wat willen we bereiken? Sociaal beleid gaat om het verhogen van de sociale kwaliteit van de samenleving. Ons streefbeeld is een regio met een breed aanbod aan voorzieningen op het gebied van onderwijs, werk, welzijn, zorg, cultuur en sport waar bewoners en bezoekers aanbod van hun gading vinden.
11
De doelstelling van het regionaal sociaal beleid is: Deelname aan het maatschappelijk verkeer en samenhang in de samenleving bevorderen en partijen (burgers, organisaties) in staat stellen daarbij de eigen verantwoordelijkheid te nemen door het bieden van een basisinfrastructuur, en hen ook op die verantwoordelijkheid aanspreken. Het uitgangspunt bij het formuleren van regionaal sociaal beleid is dat het, ten opzichte van gemeentelijk sociaal beleid, meerwaarde heeft. Om dit te bepalen zijn de volgende criteria geformuleerd: • Het doel van het thema spoort met de genoemde regionale doelen van sociaal beleid. • Er is sprake van regionale problematiek, hetzij in oorzaak, manifestatie dan wel in oplossing. • Een regionale aanpak levert (schaal)voordelen, in efficiëntie, deskundigheid. • Er sprake van versterking van bestaand, regionaal of lokaal, beleid. Wat gaan we daarvoor doen? Als opmaat naar het MJP 2011-2014 is op sociaal gebied de regionale maatschappelijke agenda geformuleerd en door de Drechtraad vastgesteld op 16 december 2009. In deze maatschappelijke agenda, die bestaat uit de domeinen ‘onderwijs&jeugd’, ‘zorg&welzijn’, ‘werken’, ‘cultuur&sport’ en ‘wonen&leven’, worden de volgende ambities aangegeven. In 2010 worden deze als onderdeel van het nieuwe MJP uitgewerkt tot een uitvoeringsagenda: • De kennisinfrastructuur Drechtsteden biedt het beste beroepsonderwijs van het land. Uitgangpunt hierbij is talentontwikkeling en het stimuleren van ondernemerschap bij jongeren. Bij de uitwerking wordt de leerling/student centraal gesteld en is er een focus op de vraag op de arbeidsmarkt. Nodig is dat onderwijs, ondernemers, overheid en onderzoek (de 4 O’s) afspraken maken over de realisering van het “Het beste beroepsonderwijs van Nederland”. • Voor de jeugd bestaat een sluitend toegankelijk hulpaanbod met Centra voor Jeugd en Gezin, de integrale jeugdgezondheidszorg en plusscholen als centrale partners. Inzet op ontwikkelthema’s zoals het verbeteren van de Nazorg voor jongeren die uit de geindiceerde jeugdzorg komen en de Centra Jeugd en Gezin in relatie tot de IJGZ. Daarnaast het bestaande systeem Zorg voor jeugd verbeteren en het proces Route 41, de samenwerking t.a.v. passend onderwijs in het onderwijs, ondersteunen, zodat ouders en kinderen beter en makkelijker de juiste hulp en het juiste onderwijs vinden. Op het gebied van jeugd zullen ook in 2011 als onderdeel van het convenant met de provincie Zuid Holland directe uren hulpverlening voor jeugd worden ingezet in Drechtstedenverband. • De regionale arbeidsmarkt creëert kansen aan de bovenkant en biedt maatwerk voor de onderkant. Werkgelegenheid regionaal bevorderen en een aantrekkelijk vestigingsklimaat bevorderen. Inzet op kennisintensieve industrie en maritieme sector (relatie Piek Maritiem). Versterking midden- en bovenkant arbeidsmarkt, verbetering mogelijkheden onderkant, in partnership overheid en werkgevers. Het Werkplein verder ontwikkelen als intermediair voor alle doelgroepen, behalve het topsegment. Maatwerk voor klanten. In de rol van werkgever leveren gemeenten een bijdrage in het creëren van werk aan de onderkant Toepassing van SROI (Social Return of Investment) door alle Drechtsteden. • Participatie, zowel maatschappelijk als in arbeid wordt bevorderd met inzet van alle mogelijke middelen en partners. Participatie (werk, maatschappij) op maat ondersteunen vanuit brede visie op werk, inburgering en educatie. Koppeling met schuldhulpverlening, minimabeleid, WMO, WSW en zorg. Re-integratie voor meest kwetsbaren verbeteren in samenwerking bedrijfsleven. Sluitend netwerk tot 27 jaar. Vroegsignalering en outreachende benadering. Afnemend Educatiebudget (als onderdeel van Participatiebudget) : De beschikbare middelen voor educatie in 2009 waren € 3,2 miljoen voor de Drechtsteden. Daarmee werden opnieuw meer dan 1100 mensen geschoold in de Drechtsteden. Vanaf 2010 is er echter veel minder educatiebudget beschikbaar door een landelijke structurele uitname van 50 miljoen uit het educatiebudget voor extra taal- en reken-onderwijs voor leerlingen van het ROC (deltaplan rekenen en taal) en in 2011 en daarna zal er door een rijksbezuiniging van structureel 35 miljoen nog minder educatiebudget resteren. Omge-
12
•
•
•
rekend resteert er in 2010 nog 2,5 miljoen en in 2011 nog 1,9 miljoen voor de uitvoering van de WEB in de Drechtsteden. Iedere inwoner van de Drechtsteden, die ondersteuning nodig heeft op het terrein van welzijn, wonen en zorg krijgt in samenwerking met woon- en zorgpartners een kwalitatief goed aanbod dat aansluit op de behoefte. Op het terrein van zorg & welzijn zijn gemeenten en maatschappelijke partners al langer met elkaar in gesprek over hoe te komen tot “een sluitend aanbod van wonen-zorgwelzijn”. In 2011 wordt de samenwerking voortgezet om informatie en ondersteuning op het gebied van wonen, zorg en welzijn actief te verbeteren, vraaggerichter en efficiënter in te richten. Op het vlak van Maatschappelijke Zorg bestaat op Drechtstedenniveau het ‘convenant gespreide huisvesting en zorg bijzondere groepen’ in 2007 gesloten tussen 21 partijen (gemeenten, corporaties, zorginstellingen). Op dit terrein wordt de samenwerking op Drechtstedenschaal voortgezet. Op het gebied van cultuur en sport wordt de participatie bevorderd, talent ontwikkeld en slim (samen)gewerkt ten aanzien van voorzieningen. In 2011 wordt de samenwerking voortgezet ten aanzien van programmering Cultuur- participatie en netwerk Cultuureducatie. De regio heeft hierbij de taak om de middelen voor cultuurparticipatie van rijk en provincie voor de kleinere gemeenten, na matching, te besteden. Deze taak is opgenomen in de Bestuursovereenkomst Regionale Agenda Samenleving 2009 -2012 met de Provincie Zuid Holland. De specifieke afspraken voor 2011 worden tijdens het Bestuurlijk Overleg RAS nader vastgelegd Op regionaal niveau delen we kennis op het gebied van leefbaarheid en wijkgericht werken en maken we gebruik van goede voorbeelden. In dit domein gaat het om 3 zaken: Het versterken van de sociale cohesie in de wijk, het verbeteren van leefbaarheid en veiligheid in de wijk en het op regionaal niveau delen van kennis over interventies en hun effecten. Veel van zaken in dit domein spelen zich af op lokaal niveau. Voor de regio is vooral een rol weggelegd op het gebied van kennisdeling
Hoe gaan we dit meten? In het werkprogramma 2011 wordt per project aangegeven welke resultaten en prestaties bereikt moeten worden. In de Marap en aan het eind van een project wordt dit resultaat geëvalueerd. Daarnaast vindt in het kader van het totale Drechtstedenprogramma monitoring door het OCD plaats. Wat gaat dat kosten? Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
15.939
15.939
0
12.862
12.862
0
7.050
7.050
0
Toelichting • De prijsindexering van 1,48% heeft geresulteerd op een verhoging van de lasten en baten met € 38.000. • Voor 2011 is door het Drechtstedenbestuur in december 2009 vastgesteld dat voor de exploitatie van de walstroomvoorzieningen gedurende 3-5 jaren € 0,29 per inwoner in rekening zal worden gebracht. De totale exploitatie hiervan bedraagt € 77.000. • Tevens zal voor de SLOK-uitkeringen ten behoeve van het energieprogramma een specifieke bijdrage per gemeenten in rekening worden gebracht zoals vastgesteld door het Drechtstedenbestuur in februari 2010. De totale exploitatie hiervan bedraagt € 127.000.
13
Algemene inwonerbijdrage De algemene inwonerbijdrage is bestemd voor de exploitatie van Bureau Drechtsteden. De algemene inwonerbijdrage stijgt conform de financiële kadernota 2011 met 1,48%. De opbouw is als volgt:
Primaire begroting 2010 Bij: kostenindexering Begroting 2011
Ontwikkeling % 100,00 % 1,48 %
Inwonerbijdrage € 9,75 € 0,14 € 9,89
De algemene inwonerbijdrage per gemeente voor 2011 is daarmee als volgt:
Gemeente Alblasserdam Dordrecht H.I. Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Totaal
Aantal inwoners per 1 juli 2009 18.960 118.579 26.441 31.743 23.988 44.345
Inwonerbijdrage (x € 1.000) 188 1.173 262 314 237 439
264.056
2.612
Begrotingsanalyse Het verschil tussen de begroting 2011 en geactualiseerde begroting 2010 is € 5,8 miljoen. Bedragen € 1.000 LASTEN Loonkosten Doorbelastingen concern BLS Div. programma's Programmalasten Subtotaal
x Voordelen Inc. Struct.
Totaal
236 214
236 214 6.01784161-
450
5.812-
84 83
316 6.0178456 83-
84 161 6.017
245
-
316 6.017 56
-
Analyse verwijz.
Struct.
6.017
BATEN Detacheringen BLS Div. programma's Alg. inwonerbijdrage Overige
Subtotaal
Nadelen Inc.
372
6.017
167
5.812-
Totaal voor bestemming
6.017-
127
6.017
283-
-
Totaal na bestemming
6.017-
127
6.017
283-
-
14
A B C D
A/B C D F G
Toelichting A. De afwijking van de personeelslasten wordt veroorzaakt doordat meer medewerkers via BDS gedetacheerd worden bij derden. Hierdoor zijn zowel de loonkosten als de opbrengsten uit de detacheringen hoger. B. Dit zijn verhoogde niet-beïnvloedbare doorbelastingen vanuit de GRD-concern. C. In de begroting 2011 is bij de lasten en baten de afrekening van het BLS-fonds niet opgenomen. Dit is opgenomen in de begroting van 2010. D. Van de programma’ s Walstroom, Energieprogramma, RPV en de Waterbus zijn zowel de uitgaven als de ontvangsten € 84.000 meer ten opzichte van 2010. E. Wijziging algemene inwonerbijdrage conform de kadernota 2011. Brede doorlichting Binnen de GRD is ervoor gekozen gericht te zoeken naar maatregelen die de efficiency bevorderen en de kosten besparen, en maatregelen te nemen die de effectiviteit en kwaliteit verbeteren en opbrengsten te verhogen. Bij Bureau Drechtsteden betreft de taakstelling voor 2011 € 300.000. De wijze van invulling van deze taakstelling zal bij de actualisering van begroting 2011 worden uitgewerkt. Personeel Bezetting ultimo 2009
Formatie 2010
Formatie 2011
25,6 fte
24,5 fte*
26,9 fte*
* Waarvan 7,96 fte gedetacheerd in 2011 en in 2010 3,6 fte. Dit houdt in dat 7,96 fte bij derden (bv. Rom-D) werkzaam zijn en bij Bureau Drechtsteden op de loonlijst zijn opgenomen, waar een 100%-dekking tegenover staat. Ziekteverzuim 2009
4,0%
Geraamd
Geraamd
ziekteverzuim 2010
ziekteverzuim 2011
4,0%
4,0%
Bedrijfsvoering Doorontwikkeling Bureau Drechtsteden Bureau Drechtsteden heeft zich tot nu toe ontwikkeld als een bijzonder organisatieonderdeel binnen de GRD. Onder het logo “regisseur in samenwerking” kent het meerdere gezichten. Enerzijds is er de ontwikkeling en uitvoering van het meerjarenprogramma, dat per raadsperiode wordt opgesteld. 2011 staat dus vooral in het teken van de start van de realisatie van het nieuwe meerjarenprogramma 2011-2014. Reeds in voorgaande jaren is aangegeven, dat de ambities binnen de Drechtsteden terecht hoog zijn, maar dat de beschikbare middelen hiermee geen gelijke tred houden. De spanning tussen deze ambities en de beschikbare financiële middelen loopt met het jaar op. Beschouwen we het meerjarenbeleidsprogramma als het fundament van de beleidsontwikkeling en de Pieken als het verder versterken van wat al sterk is, dan is het van belang deze spanning tijdig te onderkennen en maatregelen te nemen, opdat onder de Pieken geen te beperkt fundament gaat ontstaan. Anderzijds levert het Bureau Drechtsteden in toenemende mate strategische en operationele bestuursondersteuning (zoals coördinatie van bestuurlijke processen, strategische advisering en
15
communicatie), zowel richting het Drechtstedenbestuur als voor de Drechtraad. De voorstellen uit de Commissie Scholten II leiden eveneens tot een verdere intensivering van de bestuursondersteuning vanuit Bureau Drechtsteden, met als doel een extra kwaliteitsimpuls. De sturing en beheersing van de bij het Bureau Drechtsteden ondergebrachte taken kan verder verbeterd worden. In 2011 zullen de activiteiten van het bureau meer inzichtelijk worden uitgewerkt en in het op te stellen jaarplan (bestuur) en bedrijfsplan (management & medewerking) worden uitgewerkt. Ook de verbetering van de integrale kwaliteit van de advisering staat dominant op de ontwikkelagenda. En de vertaling van begroting en jaarplan naar uitvoering en realisatie zal nog sterker dan voorheen worden gevolgd. Dit alles laat onverlet dat veel aandacht gegeven zal worden aan behoud en versterking van de “kleine kwaliteit”, zodat het bestuur zich comfortabel kan voelen. Tenslotte zijn binnen het Bureau diverse activiteiten van de GRD-moederorganisatie ondergebracht, ondermeer advisering en managementondersteuning van de Netwerkdirectie, GRD-directie en diverse GRD-activiteiten (zoals centrale Ondernemingsraad, uitvoerende Arbo-coordinatie, etc.). Voortzetting activiteiten bovenregionale zaken, lobby en subsidies Bureau Drechtsteden draagt procesmatig en inhoudelijke zorg voor de afstemming van samenwerking en samenwerkinginitiatieven in de regio, vanuit de rollen in de processen van de bestuurlijke ondersteuning, de realisatie van het regionaal Meerjarenprogramma en het leggen en stimuleren van verbindingen binnen en buiten het netwerk van onze gemeenten. In toenemende mate zijn in de afgelopen jaren de grenzen van het terrein zowel ambtelijk als bestuurlijk opgezocht, om zo verbindingen te leggen – of te versterken- met Provincie, Rijk en Europa. Het betreft dan ambtelijke inzet en heeft vooral als doel: lobby & dossieropbouw, invloed nemen op bovenregionale agenda- en planvorming, alsmede het aanboren van mogelijkheden voor bijdragen en subsidies bij andere overheden. In de afgelopen jaren is deze inzet voor bovenregionale zaken, lobby en subsidies in toenemende mate succesvol gebleken en zijn de kosten hiervan door Dordrecht en Bureau Drechtsteden gezamenlijk gedragen, terwijl het rendement (subsidies, e.d.) bij de Drechtsteden-gemeenten zijn binnenkomen. Gelet op de substantiële voordelen voor de gemeenten verdient het aanbeveling de inzet, zelfs nog verder dan nu het geval is, te intensiveren. Echter de daaraan verbonden kosten kunnen niet langer binnen de huidige begroting van Bureau Drechtsteden worden opgevangen. Rechtmatigheid Bureau Drechtsteden ontvangt meerdere subsidies voor het realiseren van projecten. De bestede gelden van deze subsidies dienen achteraf verantwoord te worden aan de subsidiegever. In voorgaande jaren was een risico dat door onvolledige dossiervorming en het op diverse wijzen kunnen interpreteren van de regelgeving een situatie kon ontstaan dat de rechtmatigheid van de bestede gelden niet toetsbaar was. Het risico hierbij is dat een accountant geen oordeel kan geven over de ontvangen subsidie en hierdoor gelden terugbetaald dienen te worden aan de subsidiegever. Bureau Drechtsteden heeft de intentie in 2011 vooraf duidelijke afspraken gemaakt te hebben met de accountant en de subsidiegever om voornoemd risico te minimaliseren. Tevens is er de intentie beter samen te werken met andere Drechtsteden zodat efficiënter gewerkt kan worden aangaande subsidies.
16
2.2
Manden Maken
Met de inzet op de pieken en de doorvertaling van de pieken naar een investeringsagenda is het van belang Manden maken af te hechten. De laatste afwikkelingen zullen in de komende periode zijn beslag krijgen. Het gaat om onder meer de verantwoording die voortvloeit uit de provinciale ASV-systematiek en ons eigen regionaal investeringsfonds. Wat gaat dat kosten? Programma Manden maken (bedragen x € 1.000) Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
Lasten
baten
saldo
10.249
10.249
0
4.000
4.000
0
0
0
0
Mutaties in de reserve vinden plaats via het begrotingsprogramma Manden maken. Eind 2009 had het investeringsfonds nog een saldo van € 4 miljoen. Mutaties die 2011 plaatsvinden worden door middel van een begrotingswijziging ingebracht.
17
2.3
Sociale Dienst Drechtsteden
Wat willen we bereiken? Bij de Sociale Dienst Drechtsteden gaan we ervan uit dat mensen zelfstandig willen zijn. Mensen willen de regie over hun eigen leven. Wanneer dat minder of niet lukt, dan ondersteunen wij hen om zo snel mogelijk weer zelfstandig te zijn. Dit doen wij met activiteiten op het gebied van reintegratie op de arbeidsmarkt, inburgering, inkomensondersteuning, schuldhulpverlening en zorgvoorzieningen (woon- of vervoersvoorzieningen, huishoudelijke hulp). Met het nieuwe bestuur dat na de verkiezingen van 3 maart 2010 aantreedt, en de nieuwe Drechtraad zal een meerjarenbeleidsplan worden opgesteld. Als onderdeel daarvan zal een beperkt aantal doelen worden vastgesteld waarop de SDD bij de uitvoering van zijn activiteiten stuurt. Die doelen vervangen de doelen die tot en met 2010 zijn gehanteerd. In de huidige beleidsarme begroting 2011 kunnen daarom nog geen doelen worden benoemd. Wat gaan we daarvoor doen? De mate waarin mensen in staat zijn zelfstandig hun weg te vinden verschilt. Dat betekent dat ook onze mate van ondersteuning verschilt. De ene klant kan met een korte training of een inburgeringcursus aan het werk, de andere klant heeft langdurig inkomensondersteuning of huishoudelijke hulp nodig. Wij ondersteunen mensen vanuit de uitvoering van de wetten Wet Werk en Bijstand, Wet Inburgering, Wet Maatschappelijke Ondersteuning, Wet Kinderopvang en daarop gebaseerde regionale verordeningen. De SDD onderhoudt nauwe relaties met de gemeenten waarvoor zij werkt. Afstemming over beleid vindt plaats in het Breed Account Overleg. Beleidsmedewerkers van gemeenten en de SDD hebben geregeld contact. In de klankbordgroep financiën SDD en in het regionaal controllersoverleg vindt afstemming plaats over de financiering van de SDD. De mensen die aankloppen bij de SDD hebben vaak een meervoudige vraag. Om deze klanten te helpen werkt de SDD nauw samen met partners in de keten van Werk en Inkomen, waaronder UWV, werkgevers, opleidingsinstituten en re-integratiebedrijven. Ook het WSW bedrijf Drechtwerk is een van onze ketenpartners. Maar het netwerk van organisaties waarmee de SDD samenwerkt is veel breder. Genoemd kunnen onder andere worden de GGZ, woningcorporaties, voedselbanken, zorgaanbieders. Het belang van goede samenwerking is groot en zal ook in 2011 weer leiden tot nauwe contacten. De begroting van de SDD is sinds 2010 stevig onder de druk komen te staan. Voor de begroting 2011 is dat niet anders. De belangrijkste redenen daarvoor zijn: - De recessie, met toenemende klantenaantallen bij met name re-integratie, daaraan gekoppelde tijdelijke inkomensondersteuning en schuldbemiddeling; - Verlaging van budgetten vanuit het Rijk; - Doorwerking van de financiële problematiek bij gemeenten naar de GRD (Brede doorlichting GRD / Netwerkdoorlichting Drechtsteden). De SDD realiseert zich dat ze voor de deelnemende gemeenten een niet te verwaarlozen aandeel in de jaarlijkse uitgaven vormt. Wij zijn ons ook goed bewust van de moeilijke financiële situatie waarin de gemeenten terecht zijn gekomen. Onze inspanningen zijn erop gericht om binnen de SDD zoveel mogelijk besparingen te realiseren en alternatieve dekkingen/nieuwe inkomstenbronnen te zoeken, voorstellen te ontwikkelen voor bijstelling van beleid en pas daarna de gemeenten te vragen bij te dragen. De rek is er echter wel uit bij de SDD. De formatie voor Werk en Inkomen is sinds de oprichting alleen maar gekrompen, terwijl de klantenaantallen na 2 jaar van daling sinds 2009 wederom stijgen. Hoe gaan we dat meten? In de bestuurlijke rapportages en de jaarrekening van de GR Drechtsteden leggen we verantwoording af over de behaalde resultaten. De SDD is tevens deelnemer aan een aantal benchmarks.
18
Wat zijn de kosten? In de financiële kadernota 2011 staan de stijgingspercentages voor de begroting 2011 ten opzichte van de primaire begroting 2010: • loonkosten +2,00% • prijzen +0,25% • gemiddeld +1,48% Deze indexeringen zijn in de hier gepresenteerde begroting toegepast. Recapitulatie kosten Programma Sociale Dienst Drechtsteden (bedragen x € 1.000) Realisatie 2009 Begroting 2010 lasten Totaal
baten
184.079 183.234
Uitsplitsing programma Participatie 38.814 Kinderopvang 620 Bijstandsverlening Minimabeleid WMO Schuldbemiddeling en Budgetbeheer Apparaatskosten
saldo
lasten
baten
-845 184.367 184.367
Begroting 2011
saldo 0
lasten
baten
184.617 184.617
saldo 0
39.196 620
382 0
39.399 508
39.399 508
0 0
39.399 516
39.399 516
0 0
69.534
69.534
0
70.435
70.435
0
70.435
70.435
0
5.939
5.939
5.717
5.717
0
5.810
5.810
0
40.699
39.646
0 1.053
39.000
39.000
0
39.214
39.214
0
84
84
0
70
70
0
71
71
0
28.389
28.215
-174
29.238
29.238
0
29.172
29.172
0
In de hierna volgende productpresentatie wordt telkens onder het kopje “Wat zijn de kosten?” een nadere specificatie van de kosten van het betreffende product gepresenteerd. De SDD wil hiermee meer en meer vorm geven aan een transparante weergave van productkosten, die per product bestaan uit programmakosten & apparaatlasten.
Participatie en educatie Wat willen we bereiken? We zetten in op een toekomst waarin niemand meer een beroep doet op een uitkering, maar op het eigen niveau werkzaam is op de arbeidsmarkt. Daar werken we stapsgewijs naartoe via mensgerichtheid, maatwerktrajecten, een werkgeversbenadering die gefundeerd is op de principes van werken naar vermogen. We richten ons actief op preventie en directe plaatsing van clienten bij werkgevers. Als dat niet lukt, zetten we korte ontwikkeltrajecten in. Daarvoor gaat de SDD de komende jaren een veel actievere rol spelen op de arbeidsmarkt. De regie op de uitvoering van de WSW zal in 2011 ook door de SDD worden uitgevoerd. Daardoor kan een meer integrale sturing op de onderkant van de arbeidsmarkt worden bereikt. Wat gaan we daarvoor doen? De SDD heeft de opdracht om werkzoekenden (WWB en Nuggers) waar nodig toe te leiden naar werk en zo nodig maximaal te ondersteunen met een re-integratievoorziening. De arbeidsmarkt kent door de recessie en de demografische ontwikkelingen nieuwe kansen en vraagstukken. Op de korte termijn (2011) heeft de SDD te maken met de gevolgen van de huidige recessie. De
19
economische groei is in 2009 omgeslagen in een economische krimp van ongekende omvang, en bedrijven in bepaalde branches zijn genoodzaakt te reorganiseren. De prognoses van het CPB (september 2009) geven aan dat het aantal mensen dat is aangewezen op de bijstand in 2011 nog hoog zal zijn. De economie is dan echter al wel weer aangetrokken, al zal het herstel nog niet volledig zijn. In 2011 zal er dan ook fors geïnvesteerd worden (in volume en in maximale voorkoming instroom in de bijstand) uit het participatiebudget op directe inpassing van werkzoekenden op de arbeidsmarkt, en indien dat niet direct mogelijk is, op toeleiding naar werk. Op de middellange termijn zal – als gevolg van de vergrijzing- het aantal aangeboden vacatures het aanbod van beschikbaar personeel ruimschoots overtreffen. De vraag naar arbeid blijft daar groot. De SDD heeft in 2010 haar re-integratiebeleid herzien. Dit nieuwe re-integratiebeleid stelt werk centraal, is vraaggericht (behoefte branches staat centraal), biedt veel mogelijkheden voor maatwerk en geeft de klant en de medewerker meer verantwoordelijkheid om het gewenste resultaat na te streven. In 2011 zullen we de uitvoering van het herziene re-integratiebeleid stapsgewijs naar een steeds groter aantal klanten uitbreiden. De arbeidsmarkt en de beschikbare financiële middelen zullen het tempo waarin dit gebeurt bepalen. De re-integratie wordt uitgevoerd in het Werkplein dat in 2010 haar deuren heeft geopend. In het Werkplein werken SDD en UWV Werkbedrijf nauw samen. Op het Werkplein staat werk centraal, voor zowel werkgevers als werkzoekenden. Het Werkplein Drechtsteden biedt een virtuele en fysieke plaats voor alle partijen die zich op de arbeidsmarkt bewegen. Realisatie van regievoering op de Sociale werkvoorziening door de SDD. De nieuwe wetgeving Sociale werkvoorziening (NSW, invoering 2008) legt een duidelijker opdrachtgeverschap voor de SW bij de gemeenten dan voorheen. De gemeenten worden opdrachtgever en bepalen de doelen en kwaliteit van de realisatie van de SW. Zij koppelen daaraan de middelen die zij beschikbaar hebben door dit doel. Nieuw in deze rol en taak is dat er meerdere partijen (waaronder marktpartijen) een rol kunnen spelen in het realiseren van de SW opdracht die gemeenten hebben. De functie wordt ook wel de regievoering SW genoemd. De SDD vindt deze rol en taak goed passen bij haar (toekomstige) rol als regisseur op de onderkant van de arbeidsmarkt. Hierbij wordt geen onderscheid meer gemaakt naar regelingen maar wordt de dienstverlening aan mensen die behoren tot deze doelgroep, geharmoniseerd. Om deze reden heeft de SDD gesteld dat het vormgeven van de regietaak SW volledig geïntegreerd zal worden in de bestaande organisatie. Gedurende het jaar 2010 vindt besluitvorming plaats over de aansturing van Drechtwerk. Om een inschatting te maken qua financiële impact op de begroting SDD is het op het moment van opstellen van deze begroting 2011 nog te vroeg. Dit zal in een later stadium worden verwerkt in de actualisatie van de begroting 2011 SDD. Het inburgeringbeleid voor 2011 wordt bepaald door de in de tweede helft van 2010 aan te bieden vernieuwde inburgeringagenda. Ook hier is het te prematuur om begrotingstechnisch aanpassing te maken. Op een later moment vindt hier binnen de begroting 2011 aanpassing op. Het educatiebeleid en de inzet van middelen ten behoeve van de Web zijn een verantwoordelijkheid van het Drechtstedenbestuur. De beschikbare middelen voor educatie in 2009 waren € 3,2 miljoen voor de Drechtsteden. Daarmee werden opnieuw meer dan 1.100 mensen geschoold in de Drechtsteden. Vanaf 2010 is er echter veel minder educatiebudget beschikbaar door een landelijke structurele uitname van € 50 miljoen uit het educatiebudget voor extra taal- en reken-onderwijs voor leerlingen van het ROC (deltaplan rekenen en taal) en in 2011 en daarna zal er door een rijksbezuiniging van structureel € 29 miljard nog minder educatiebudget resteren. Omgerekend resteert er in
20
2010 nog € 2,5 miljoen ook in 2011 zal er een inkrimping zijn op deze budgetten. Voor als nog is de exacte afname niet bekend en wordt 2010 als basis gehanteerd. Hoe gaan we dat meten? In de bestuurlijke rapportages zullen wij u rapporteren over de behaalde resultaten. Wat zijn de kosten? Uit het participatiebudget worden de kosten gedekt voor educatie, inburgering, participatie en reintegratie naar de arbeidsmarkt. Het totale participatiebudget 2011 bedraagt naar huidige inzichten voor de Drechtsteden gemeenten € 39,4 miljoen. Dit is inclusief de onttrekking uit de “meeneemregeling”. Product Participatie Bedragen x € 1.000 Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
38.814
39.196
382
39.399
39.399
0
39.399
39.399
0
Het re-integratiebudget 2011 is € 23,9 miljoen. Overschrijding van dit jaarbudget (door extra inzet om zoveel mogelijk mensen naar werk toe te leiden dan wel direct in te passen) zal worden gefinancierd uit de reserveringsregeling 2010. Budget en reserveringsregeling zijn aanmerkelijk lager dan voorgaande jaren. Kinderopvang Wat willen we bereiken? In 2011 willen we de kinderopvang zo snel en efficiënt mogelijk regelen. Er is in 2011 daarom voor de klantmanager naast een informerende en verwijzende rol, ook een bemiddelende rol in de aanvraag kinderopvang en contacten met de diverse kinderopvangcentra. Wat gaan we daarvoor doen? De beschikbaarheid van kinderopvang voor mensen die een re-integratie of inburgeringstraject volgen is cruciaal. De SDD zet zich dan ook continu in om voldoende plaatsen beschikbaar te hebben. Op dit moment wordt er gewerkt aan het inkopen van kindplaatsen waardoor er voor de doelgroep alleenstaande ouders geen belemmering meer is voor het volgen van trajecten richting werk. Inzet op doelgroep alleenstaande ouders zal niet van invloed zijn op de bij gemeenten in rekening gebrachte kosten kinderopvang omdat financiering zal plaatsvinden uit het participatiebudget. De kosten SMI worden op basis van nacalculatie met uw gemeenten afgerekend. Hoe gaan we dat meten? In de bestuurlijke rapportages zullen wij u rapporteren over de behaalde resultaten. Wat zijn de kosten? Product kinderopvang Bedragen x € 1.000 Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
620
620
0
508
508
0
516
516
0
Voor 2011 verwacht de SDD een blijvend groot beroep op kinderopvang, zowel die ten laste van het Participatiebudget als die niet ten laste van het participatiebudget gebracht kan worden (mensen met studiefinanciering, WIA of andere voorliggende voorzieningen). Dit betreft een
21
doorwerking van de rekening 2009 en prognoses 2010 in de begroting 2011, waarbij de dekkingsmogelijkheden van het participatiebudget ten opzichte van dekking uit gemeentelijke middelen optimaal zijn benut. Een alternatieve dekking van de kosten die nu nog ten laste van de gemeenten worden gebracht is niet aanwezig. De verruiming van de regels Participatiebudget zijn in de bovenstaande “wat zijn de kosten “volledig benut. Het niet toekennen van vergoeding kinderopvang op grond van de WKO is niet aan de orde; het gaat hier om een wettelijk recht. Mogelijkheden om de vergoedingen te beperken zijn er evenmin; de hoogte van de vergoeding waarop mensen recht hebben is landelijk vastgelegd. Bijstandsverlening Wat willen we bereiken? Inkomensondersteuning is in principe altijd tijdelijk. Wie afhankelijk wordt van de bijstand, wordt begeleid naar werk. In de periode dat dat nog niet is gelukt, of niet volledig, zorgt de SDD voor inkomen op grond van de WWB, IOAW, IOAZ of BBZ. Wat gaan we daarvoor doen? Uitkeringen worden op tijd en conform wet- en regelgeving (rechtmatig) uitgekeerd. Het aanvraagproces is ondergeschikt aan het werkaanbod. Besluiten over aanvragen levensonderhoud en bijzondere bijstand ontvangen burgers binnen 20 werkdagen in de bus. Het handhavingsbeleid van de sociale dienst is gericht op het vergroten van het nalevingsgedrag van uitkeringsgerechtigden en het daarmee voorkomen en bestrijden van misbruik van voorzieningen en uitkeringen. De sociale dienst besteedt daarbij evenwichtige aandacht aan de vier aspecten: voorlichting, dienstverlening, vroegtijdige detectie en sanctionering. Met blijvende aandacht voor repressie wil de sociale dienst wel meer vooraan in het proces de handhaving inzetten, waardoor regelovertreding kan worden voorkomen dan wel vroegtijdig kan worden opgespoord. Met meer aandacht aan de voorkant worden de nadelige gevolgen van regelovertreding – bijvoorbeeld grote fraudevorderingen - voor zowel de klant als de overheid beperkt. Signaal- en risicosturing blijven daarbij belangrijk. De sociale dienst werk daarom verder aan de professionalisering van de analysefunctie. Hoe gaan we dat meten? We meten de resultaten in de bestuurlijke rapportages die twee keer per jaar worden opgesteld. In de handhavingsmonitor, die ten minste jaarlijks verschijnt, benoemen we alle handhavingstaken binnen de sociale dienst, met bereikte resultaten en ingezette middelen. Wat zijn de kosten? Product bijstandsverlening Bedragen x € 1.000 Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
69.534
69.534
0
70.435
70.435
0
70.435
70.435
0
Door de recessie zullen de uitgaven bijstandsverlening in 2011 hoog blijven. De beschikbare budgetten voor Inkomensverstrekking 2011 zijn nog niet bekend. In deze begroting nemen we de laatst bekende budgetten 2010 op, vermeerderd met begrote debiteurenopbrengsten van € 3 miljoen. We hebben nog geen zicht op budgetten en klantenaantallen 2010. Om die reden nemen we dit product budgettair neutraal op in de begroting. Begin 2011 zullen we conform standaard gebruik een prognose maken van het resultaat 2011 op dit product.
22
Minimabeleid Wat willen we bereiken? Voor mensen die met weinig inkomsten moeten rondkomen zijn extra middelen beschikbaar. Bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar kinderen en mensen die langdurig op een minimumniveau leven. Wat gaan we daarvoor doen? We verwachten in 2010 voorstellen te doen voor een vernieuwd minimabeleid, met minder verschillende regelingen en meer zelfstandigheid voor de rechthebbenden. Het nieuwe beleid zal meer mogelijkheid bieden tot budgetbeheersing en in principe binnen het bestaande budget passen. In 2011 zal het dan vastgestelde beleid worden uitgevoerd. Hoe gaan we dat meten? We meten de resultaten in de bestuurlijke rapportages die twee keer per jaar worden opgesteld. Wat zijn de kosten? Product Minimabeleid Bedragen x € 1.000 Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
5.939
5.939
0
5.717
5.717
0
5.810
5.810
0
Wmo Wat willen we bereiken? Wij ondersteunen burgers zodat ze zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en mobiel blijven. Wat gaan we daarvoor doen? We voeren een deel van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) uit, namelijk de individuele voorzieningen, en de daarbij behorende informatie- en adviesfunctie. Inwoners van de zes Drechtsteden gemeenten, met lichamelijk en/of geestelijke beperkingen, kunnen bij ons terecht voor een individuele voorziening die past bij hun behoefte. Het gaat dan bijvoorbeeld om een woningaanpassing, een vervoerspas voor de Hoppers, een rolstoel of hulp bij het huishouden. Hierdoor ondersteunen we mensen die dat nodig hebben om zelfstandig te kunnen wonen en mobiel te blijven. We leveren hiermee een bijdrage aan de algemene doelstelling van de Wmo: het meedoen van inwoners van de Drechtsteden aan de samenleving. We zorgen dat inwoners in hun eigen gemeente bij ons serviceloket terecht kunnen voor een aanvraag en informatie- en advies over een individuele voorziening. Ons serviceloket is onderdeel van het Wmo-loket van de gemeente. We zorgen er voor dat de vraag van de klant wordt doorgestuurd en niet de klant zelf. Hiervoor werken we met een goed georganiseerde backoffice, waarbij we sluitende afspraken hebben met andere instellingen en organisaties die op het terrein van de Wmo actief zijn. Onze dienstverlening is gericht op voldoende keuzevrijheid, vraagsturing, goede kwaliteit, hoge klanttevredenheid, en beheersing van de kosten. Hoe gaan we dat meten? In de Bestuurlijke rapportages wordt melding gemaakt van de behaalde resultaten. Daarnaast doen we mee aan een jaarlijks klanttevredenheid onderzoek, in opdracht van het ministerie van VWS.
23
We doen mee aan de WMO benchmark. We kennen een unieke doorlopende monitor van de tevredenheid van Wmo cliënten door middel van de zogenoemde klant reactiekaarten. Wat zijn de kosten? Product WMO Bedragen x € 1.000 Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
40.699
39.646
-1.052
39.000
39.000
0
39.214
39.214
0
Schuldbemiddeling en budgetadvies Voor burgers van de Drechtsteden die kampen met schulden bieden wij toegankelijke dienstverlening van goede kwaliteit, gericht op het oplossen van de schuldsituatie. Wat willen we bereiken? Naar verwachting wordt in 2010 een wettelijke regeling voor schuldbemiddeling ingevoerd. Schuldbemiddeling wordt daarmee een wettelijke taak van gemeenten. De SDD voert deze wet op een effectieve, efficiënte en klantvriendelijke wijze uit. De wachttijd en het percentage geslaagde schuldbemiddelingen is goed. De beschikbare financiële middelen zijn daarin een begrenzende factor. Wat gaan we doen? De SDD is het centrale meldpunt voor alle inwoners van de zes Drechtsteden die schulden hebben, ongeacht de hoogte van het inkomen. Ons aanbod bestaat uit het stabiliseren van een schuldsituatie, het opzetten van een schuldregeling en de afgifte van een WSNP -verklaring. Deze producten zijn al dan niet gekoppeld aan budgetbeheer. Uitgangspunt is dat de klant als eerste verantwoordelijk blijft voor de eigen situatie en we verwachten van hen een actieve houding. Omdat we willen voorkomen dat schulden ontstaan, blijven we inzetten op preventie. Dit doen we door het geven van voorlichting aan risicogroepen, het trainen van intermediairs en het aanbieden van een lespakket aan scholen. Ook maken we afspraken met partners in de regio voor een tijdige signalering van schulden bij hun klantgroepen en een gerichte doorverwijzing naar ons. Onze speciale aandacht blijft uitgaan naar uitkeringsgerechtigden omdat bij hen de kans om in de schulden te raken relatief groot is. Schuldhulpverlening wordt zonodig gekoppeld aan een reintegratietraject. Hoe gaat we dat meten? In de Bestuurlijke rapportages wordt melding gemaakt van de behaalde resultaten. Daarnaast voeren we tweejaarlijks een klanttevredenheid onderzoek uit. Wat zijn de kosten? Product schuldbemiddeling en budgetadvies Bijdragen x € 1.000 Realisatie 2009 Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
84
84
0
70
70
0
71
71
0
24
Apparaatskosten De apparaatskosten van de Sociale Dienst Drechtsteden staan incidenteel en structureel ernstig onder druk. De belangrijkste redenen daarvoor zijn: - de gevolgen van de recessie in relatie tot de systematiek van formatienormering SDD; - de ketenkorting Werk en Inkomen. Daarnaast levert de SDD een bijdrage te leveren aan de brede doorlichting GRD. Deze budgettaire ontwikkelingen hoeven niet noodzakelijkerwijs opgevangen te worden binnen het bestaande apparaat SDD; de bezuinigingen kunnen ook gevonden worden in het innoveren van de uitvoering (efficiënter en effectiever), de programmabudgetten door bv. ombuiging van beleid, het realiseren van inkomsten uit andere bronnen. In 2010 zal de SDD voorstellen doen voor een nieuwe formatienormering voor de onderdelen van de organisatie die gerelateerd zijn aan WWB klantenaantallen. Deze voorstellen kunnen gevolgen hebben voor de begroting 2010 en 2011. Het Rijk heeft in haar regeerakkoord 2008-2012 een efficiencykorting opgenomen voor de keten van werk en inkomen. Deze korting is gelijk verdeeld over de partijen CWI, UWV en de gemeenten. De redenering voor deze korting was tweeledig: a. door de vorming van Werkpleinen zal er een efficiëntere dienstverlening geboden kunnen worden doordat de dienstverlening aan werkzoekenden door zowel CWI, UWV als de gemeente, integraal wordt aangeboden. b. bij een groeiende economie en vergrijzing zal er sprake zijn van een dalend aantal mensen dat een beroep doet op werk en inkomen. Beide redeneringen blijken, vooralsnog, niet reëel. De economische ontwikkelingen laten een stijgend beroep zien op werk en inkomen en de integrale dienstverlening aan werkzoekenden kan vooralsnog niet worden gerealiseerd door belemmeringen in o.a. ICT en regelgeving. De efficiency korting die het Rijk de gemeenten oplegt bedraagt voor de Drechtsteden (meicirculaire 2008): Uitkering 2009 -€ 444.946
Uitkering 2010 -€ 800.903
Uitkering 2011 -€ 1.085.668
Uitkering 2012 -€ 1.139.061
Het gaat om een oplopende reeks die vanaf 2012 structureel ruim € 1,1 miljoen is. Omdat deze efficiency- of ketenkorting niet via realisatie van het Werkplein kan worden gevonden, heeft de SDD in het kader van de brede doorlichting GRD voorgesteld de korting te realiseren via andere wegen. Hierbij wordt gedacht aan: • ombuiging van beleid; • efficiëntere uitvoering door innovatie; • efficiëntere uitvoering door overname van taken van gemeenten; • financieel technische mogelijkheden; • aantrekken van andere financieringsbronnen. De ketenkorting 2011 is als stelpost verwerkt in de begroting van de SDD. In de uitwerking van voorstellen die in het kader van de Brede Doorlichting GRD/ Netwerkdoorlichting Drechtsteden zijn gedaan, zal moeten blijken hoe deze korting daadwerkelijk met maatregelen kan worden belegd. Alleen als voorstellen die op dit moment worden voorbereid in het kader van de Brede Doorlichting GRD concreet tot uitvoering worden gebracht, kan de korting worden gerealiseerd! De lastenvermindering waartoe een aantal van de voorstellen leidt zal overigens niet altijd alleen neerslaan bij de SDD. Sommige voorstellen leiden alleen tot lastenverlichting bij gemeenten, en andere door een combinatie van effecten bij SDD en gemeenten. In die gevallen zal een begrotingswijziging bij (SDD en) gemeenten moeten volgen.
25
Wat zijn de kosten? Apparaatskosten Bedragen x € 1.000 Realisatie 2009
Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
28.389
28.215
-174
29.238
29.238
0
29.172
29.172
0
Bedrijfsvoering De SDD heeft te maken met een relatief hoge gemiddelde leeftijd van het personeel. Leeftijdsbewust personeelsbeleid, aandacht voor werving en opleiding zijn om die reden belangrijke onderwerpen voor de SDD. De profilering van de Drechtsteden als een aantrekkelijke werkgever, maar ook Drechtsteden breed beleid om goed personeel te ontwikkelen en te binden, moet worden ontwikkeld. Personeel moet goede doorgroeimogelijkheden binnen de Drechtsteden worden geboden om hen te behouden voor de regio. De dienstverlening door de SDD aan zijn klanten is in hoge mate afhankelijk van de beschikbaarheid en kwaliteit van ICT voorzieningen. Een betrouwbare infrastructuur is daarbij een voorwaarde. De samenwerking die de SDD meer een meer opzoekt, en moet opzoeken, met zijn partners in de ketens van Werk, Inkomen en Zorg stelt eisen aan de infrastructuur, die daarop zal moeten blijven aansluiten. De SDD heeft de opdracht om de dienstverlening zo te organiseren dat burgers die een beroep op ondersteuning doen zo snel mogelijk weer zelfstandig verder kunnen. De dienstverlening is zo ingericht dat de klant weet wat hij van de SDD kan verwachten. De SDD geeft duidelijke antwoorden, komt afspraken na en zet zo veel mogelijk één contactpersoon in voor alle vragen die de klant stelt. De mate waarin de SDD hierin succesvol is hangt af van de kwaliteit van de processen, producten en diensten. De kwaliteitszorg is dan ook gericht op het constant verbeteren hiervan. Klantgerichtheid, kwaliteitsbewustzijn en bezieling zijn aspecten die de SDD hoog in het vaandel heeft. Bezwaar en beroep Net als in 2010 zal ook in 2011 het beslissen op bezwaarschriften binnen de wettelijke termijn een belangrijk speerpunt voor de SDD. Het vlot, adequaat en klantgericht afhandelen van bezwaarschriften draagt bij de aan de kwaliteit van de dienstverlening. Daarbij is differentiatie in afhandelwijze en belangrijk uitgangspunt. Klachtenafhandeling Goede klachtafhandeling draagt in belangrijke mate bij aan kwaliteitsbeleving van de klanten van de SDD. Slechte ervaringen blijven nu eenmaal langer hangen en beïnvloeden de beeldvorming over de SDD. Bij een persoonlijke of telefonische klacht wordt geprobeerd om de klacht direct op te lossen en de cliënt tevreden te stellen. Als dat niet lukt wordt de cliënt op de mogelijkheid gewezen om een formele klacht in te dienen bij de directeur van de SDD. Een belangrijk speerpunt van de SDD is om alle klachten binnen de wettelijke termijn van 6 weken af te handelen. Communicatie De communicatie met onze klanten (incl. de werkgevers) blijft een essentieel onderdeel van ons werk. Goede communicatie met onze klanten is een voorwaarde voor succesvolle dienstverlening. Onze aandacht zal tevens gericht zijn op het goed en tijdig informeren van onze bestuurders en de lokale raden. Daarnaast heeft ook de interne communicatie onze aandacht. Rechtmatigheid De rechtmatigheid van de uitgaven, ontvangsten etc. wordt primair geborgd door een stelsel van interne controle maatregelen. In het kader van verantwoording en toezicht vinden controles
26
plaats ter aanvullende zekerheid, dat zal worden voldaan aan de wettelijke tolerantiegrenzen. Deze verbijzonderde interne controles zijn ook dienstig aan voorgeschreven accountantscontroles, die leiden tot afgifte van een verklaring bij de jaarrekening. Via tussentijdse maraps wordt de rechtmatigheid gevolgd en de resultaten gerapporteerd. Risico’s De SDD kent beperkte voorzieningen voor het opvangen van risico’s. Risicobeheersing bij de SDD vindt plaats door goede monitoring van resultaten en budgetten. In financiële termen staan tegenover de risico’s een aantal reserves (bedrijfsreserve; diverse programmareserves). De crisis betekent voor de SDD een groter financieel risico. De uitgaven voor bijstandsverlening stijgen in hoog tempo. Daar staat tegenover dat de SDD sinds zijn oprichting steeds in staat is gebleken een gunstiger ontwikkeling van het klantenbestand te realiseren dan het landelijke gemiddelde. Als gevolg hiervan bieden de budgetten die het Rijk verstrekt voor de bijstandsverlening enige, zij het beperkte, ruimte om een negatieve ontwikkeling op te vangen. De reserve Inkomensondersteuning is echter in verhouding tot het budget waarover risico wordt gelopen uiterst beperkt. De kosten van re-integratie en participatie ziet de SDD eveneens sterk stijgen. Daar komt bij dat het Rijk bezuinigt op het macro-budget voor re-integratie, en dat de zogenaamde meeneemregeling is ingeperkt, als gevolg waarvan minder budget van het ene jaar kan worden overgeheveld naar het volgende. Het nieuwe re-integratiebeleid dat in 2010 wordt ingevoerd bevat voldoende monitor- en stuurmogelijkheden om tijdig bij te sturen als budgetoverschrijding dreigt. Inkomensondersteuning en re-integratie hangen nauw met elkaar samen, ook in financiële zin. De SDD heeft de overtuiging dat het vernieuwde re-integratiebeleid vanaf eind 2010 zal leiden tot hogere uitstroom, en daarmee betere resultaten op de budgetten voor inkomensondersteuning. Wanneer wij de investeringen in re-integratie afhankelijk maken van de grenzen van het participatiebudget, zijn wij binnen de Drechtsteden niet optimaal bezig met het oog op maatschappelijk en financieel rendement. Het inzetten van (toekomstige) positieve resultaten op de inkomensondersteuning, maar ook van andere financieringsstromen (WMO, Welzijn), kan daarom vanaf 2011 of in de jaren daarna een serieus te overwegen optie worden. De kostenstijgingen in de WMO worden nauwlettend in de gaten gehouden. Een risico van budgetoverschrijding doet zich hier voorlopig niet voor (huishoudelijke hulp), of wordt gedragen door de gemeenten (hulpmiddelen en hoppers). De SDD heeft fors geïnvesteerd in het strikter monitoren van de kosten van de eigen organisatie. Zowel de kosten van eigen en ingehuurd personeel als van overige organisatieposten zijn inmiddels goed in beeld en worden maandelijks gevolgd. Risico’s op dit onderdeel worden gevormd door de kosten van afkoop van niet-functionerend personeel, en de kosten van vervroegd uittreden. Maar belangrijker nog is het risico dat de inzetbare capaciteit in kwantitatieve en kwalitatieve zin niet voldoende snel kan aanpassen aan de omvang van de maatschappelijke vragen die op de SDD afkomen. Dit risico zien we op meerdere terreinen: participatie, inkomensondersteuning, schuldhulpverlening. De effectiviteit en efficiency van de uitvoering komen dan onder druk. De financieringsafspraken voor de apparaatskosten van de SDD zijn een beperkende factor in de wendbaarheid van de organisatie.
27
2.4
Ingenieursbureau Drechtsteden
Wat willen we bereiken? Het Ingenieursbureau Drechtsteden is naast een traditioneel ingenieursbureau voor civiele techniek en bouwkunde ook een adviesbureau voor gebouwenbeheer, een (min of meer kleinschalig) ontwerpbureau voor architectuur, ruimtelijke ordening en landschapsarchitectuur en daarnaast een onderhoudsdienst voor overheidsgebouwen. Het Ingenieursbureau Drechtsteden kent als geen ander de regionale markt. De wensen van de opdrachtgever zijn leidend voor het ingenieursbureau, waarbij maatschappelijke betrokkenheid, belangen van burgers en bedrijven en kennis van de regio belangrijke inspiratiebronnen zijn. De medewerkers van het ingenieursbureau werken voortdurend op innovatieve en doelmatige wijze aan verbetering van producten en dienstverlening. IBD zal zich in eerste instantie richten op haar opdrachtgevers uit de Drechtsteden en slechts in geringe mate (<10%), voor zover dit aansluit bij deze doelgroep, op activiteiten voor derden. Positie De strategische ontwikkelingen in 2011 zijn sterk afhankelijk van de keuze die over de positie van het IBD wordt gemaakt in 2010. De activiteiten, het realiseren van infrastructurele en bouwkundige projecten en het beheren en onderhouden van gebouwen, blijven de kernactiviteit. In de doorloop van fysieke projecten zal het IBD zich meer naar voren, naar de initiatief- en planvormingfase, begeven. De adviesrol van het IBD wordt daarmee flink verzwaard en dit vergt andere competenties van de organisatie. Ook de beleidsmatige ontwikkelingen in 2011 zijn sterk afhankelijk van de keuze die over de positie van het IBD wordt gemaakt in 2010. Vanwege de verzwaarde adviesrol zal de ontwikkeling van medewerkers op zowel technisch als persoonlijk vlak veel aandacht krijgen. Interne productieprocessen dienen kwalitatief sterk verbeterd te worden. Aan verbetering van het imago van het IBD zal structureel gewerkt worden, waarbij vooral met oude beelden afgerekend dient te worden. Profilering Het IBD zal zich qua organisatie op haar opdrachtgevers moeten richten. De opdrachtgevers wensen graag met ingenieursbureaus uit de vrije markt samen te werken. IBD zal zich met marktpartijen moeten kunnen meten. Via bench-marking kan dit elk jaar gemeten worden. Daarnaast zal het IBD zich echter aan de opdrachtgevers moeten aanpassen, zodat er bij opdrachtgevers geen behoefte meer bestaat om met marktpartijen in zee te gaan. Er zal dus veel geïnvesteerd moeten worden in de relaties met onze vaste opdrachtgevers. Personeel Voor 2011 zullen op basis van de 75 fte die voor het IBD zijn vastgesteld circa 80.000 productieve en declareerbare uren worden uitgevoerd. Naar verwachting zal er echter een groter werkaanbod zijn en daarom worden er naar schatting 10 extra medewerkers op projectbasis ingehuurd. Totaal worden er 95.000 productieve en declareerbare uren begroot. Klantverwachting Onze klanten verwachten dat het IBD zich, voor wat betreft kwaliteit, service en prijs, kan meten met marktpartijen. Om de positie bij de klant te handhaven zal het IBD beter dan de gemiddelde marktpartij moeten opereren. Waardevol voor onze klanten is vooral datgene waarin we ons van marktpartijen onderscheiden: kennis van werken binnen de overheid, plaatselijke kennis (geografisch, sociaal, bestuurlijk) en een netwerk van leveranciers, aannemers etc. De kwaliteit hiervan dient steeds verbeterd te worden Wat gaan we daarvoor doen? In 2011 zal het Ingenieursbureau zich inspannen om ook vanuit de andere Drechtsteden een meer continue stroom van opdrachten te verwerven. Ook worden incidenteel opdrachten uitgevoerd
28
voor derden zoals woningbouwverenigingen, waterschappen en energiebedrijven, maar dit blijft tot 10% beperkt. Personeel Het IBD biedt gemiddeld drie afstudeerders en drie stagiaires van HBO en MBO niveau stageplaatsen aan met het doel deze na afstuderen te laten instromen. Er wordt naar gestreefd om met alle medewerkers in de eerste helft van het jaar een voortgangsgesprek (functioneringsgesprek) te voeren. In de tweede helft wordt met alle medewerkers een jaargesprek (beoordelingsgesprek) gevoerd. Hoe gaan we dat meten? Het Ingenieursbureau houdt klanten- en medewerkers tevredenheidonderzoeken waaruit blijkt of de geformuleerde ambities ten aanzien van de te leveren toegevoegde waarde en de ontwikkeling van de medewerkers ook daadwerkelijk worden bereikt. De betrokken gemeentelijke diensten leggen in hun - in het kader van de beleids- en beheerscyclus op te stellen - jaarplannen vast hoeveel opdrachten (in Euro’s) zij aan het ingenieursbureau dan wel derden zullen verstrekken. Het Ingenieursbureau monitort per kwartaal of de opdrachtverlening vanuit de gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht in lijn is met de overeengekomen omzetgarantie. De jaarrekening biedt uiteraard inzicht in de afgegeven omzetgarantie en of de beoogde financiële resultaten ook daadwerkelijk worden gerealiseerd Monitoring Het IBD beschikt over een degelijk geheel van managementinformatie, wat als betrouwbaar stuurinstrument dient. Trends worden in dit systeem gevolgd en maandelijks levert dit een betrouwbare managementrapportage op. Om te komen tot een solide basis voor de begrotingen en prognoses dienen onze klanten een jaarprogramma aan te leveren. Wat zijn de kosten? De exploitatiebegroting 2011 is gebaseerd op de bezetting van vast en ingeleend personeel van 1 januari 2010. Er wordt niet meer uitgegaan van een winstafdracht van € 500.000, maar van een nul-begroting. De raming van de productieve uren per medewerker vormt de basis voor de totstandkoming van de begroting; een omzetgestuurde begroting (kenmerkend voor een bedrijf), in tegenstelling tot een budgetgestuurde begroting van de overige dochters van de GRD. De begroting 2011 bouwt voort op de gesignaleerde ontwikkelingen die opgenomen zijn in de financiële kadernota 2011. Voor de samenstelling van de primaire begroting 2011 is een prijsstijging van 0,75% op de materiële uitgaven en 2,0% op de personele lasten doorgevoerd ten opzichte van de begroting 2010. Programma Ingenieursbureau Drechtsteden (bedragen x € 1.000) Realisatie 2009 Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
9.802
10.314
512
8.830
9.330
500
8.973
8.973
0
Het saldo van de begroting 2011 wijkt af van dat van begroting 2010, als gevolg van het gewijzigde beleidsuitgangspunt. Bewust is voor 2011 gekozen voor een nul-begroting. Er wordt niet meer gestreefd naar een winst, welke aan het eind van het jaar weer wordt verdeeld naar de 2 aandeelhouders. In plaats daarvan is er voor gekozen de uurtarieven zodanig te verlagen dat de omzet daalt tot het niveau dat nodig is om de kosten te dekken. De stijging van de lasten in de begroting 2011 ten opzichte van de primaire begroting 2010 is 1,48 %, conform de richtlijnen zoals deze zijn vastgesteld in de financiële kadernota 2011. Exploitatiereserve De gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht betalen voor de kosten van de te ontvangen dienstver-
29
lening voorschotten. Na afloop van het jaar worden de voorschotten afgerekend. IBD is een dienstverlenende organisatie waarbij het financiële resultaat in belangrijke mate wordt bepaald door de beschikbaarheid van opdracht, de capaciteitsinzet van de medewerk(st)ers en de beheersing van de (personeels)kosten. Aangezien de orderportefeuille jaarlijks fluctueert, zal het exploitatieresultaat schommelen. Indien voor een stabiel prijsniveau van dienstverlening wordt gekozen, waardoor verliezen niet direct tot forse tariefsverhogingen leiden, is het verstandig om een eventueel overschot tijdelijk in reserve te houden.
30
2.5
Servicecentrum Drechtsteden
Wat willen we bereiken? Na de ‘big-bang-start’ in 2008 is met grote inzet gewerkt aan het opzetten van het Servicecentrum Drechtsteden (SCD). Vanuit de ‘overlevingsfase’ zijn we nu in de consolidatiefase gekomen. Er is op onderdelen al sprake van doorontwikkeling. Het gaat inmiddels redelijk goed met het SCD. We zetten nu in op de verdere ontwikkeling van het SCD, naar een organisatie die: zorgt dat de partners zich kunnen richten op de taken die zij vervullen voor de bewoners, bedrijven en instellingen in de regio; de afgesproken variëteit biedt aan ondersteunende diensten van goede kwaliteit en met een eerlijke prijs; professioneel en flexibel is, waar het prettig (mee samen) werken is. Kortom, een organisatie die een sterke service voor de regio biedt. Om dit te verwezenlijken, gaan we tot en met 2011 hard werken aan: 1. een verbetering van de dienstverlening en een aanscherping van het productenaanbod; 2. een verandering van houding en gedrag: van reactief naar pro-actief; 3. het realiseren van de financiële opgave.
Wat gaan we daarvoor doen? Dienstverlening en productenaanbod De dienstverlening moet verbeterd worden en het productenaanbod moet aangescherpt worden. In deze paragraaf wordt beschreven hoe we hieraan concreet gestalte (willen) geven. De beschrijving is geenszins volledig, maar geeft wel inzicht hoe ook in 2011 voortdurend aan verbetering wordt gewerkt. Basis op orde Tevreden partners vinden wij belangrijk, daarom zorgen wij ervoor dat eerst onze basis op orde is. Daartoe worden in de meeste afdelingen de werkprocessen onder de loep gelegd. De ‘basis op orde’ is overigens meer dan alleen het op orde krijgen van een aantal werkprocessen die rechtstreeks onze klanten raken. Natuurlijk, er mag geen twijfel bestaan over de kwaliteit van terugkerende administratieve en beheersmatige activiteiten van het SCD. Daar wil je als klant blindelings op kunnen vertrouwen. Die dienstverlening moet geen ergernissen meer opleveren en bovendien zo efficiënt zijn dat er ruimte komt voor advisering over de onderliggende processen aan klantzijde. Zo ontstaat er meerwaarde voor de klantorganisatie. Aanbod producten Click-Call-Face is en blijft ons dienstverleningsconcept voor standaard dienstverlening. Het Virtuele Serviceplein is daarbij de eerst ingang. Belangrijk is dat op dit plein een helder en compleet aanbod te vinden is. Belangrijk is ook dat het productenaanbod helder en concreet beschreven is. Daarmee kunnen we ook de verwachtingen over en weer beter op elkaar afstemmen. Via de projecten optimalisatie VSP en aanscherping Producten en dienstencatalogus willen we het productenaanbod verder aanscherpen en gaan we in 2010 en 2011 ‘click-call-face’ effectiever inzetten. De 'click' willen we aantrekkelijker maken door slimmere en eenvoudiger formulieren en een snellere afhandeling. Daarnaast willen we de 'call' en de 'face' waar mogelijk toegankelijker maken. Een directe(re) bereikbaarheid en persoonlijk contact zijn belangrijk om problemen effectief op te kunnen lossen. Dit kan onder andere door het werk ook regelmatig op locatie te doen. Werken aan kwaliteit en transparantie We willen aan de hand van het INK model en de Balance Scorecard in 2011 verder gericht werken aan kwaliteitsverbetering.
31
Voortdurend Inventief Presteren Via het programma Voortdurend Inventief Presteren (VIP) wordt hard gewerkt aan kwaliteitsverbetering en het realiseren van de financiële taakstelling. In 2011 moeten omvangrijke opbrengsten worden gerealiseerd. In 2011 en daarna zullen we voorts doorgaan met het zoeken naar innovaties. De belangrijkste mogelijkheden voor het snel realiseren van efficiency zullen dan al zijn uitgeput. Die zijn met name te vinden in het verbeteren en automatiseren van werkprocessen. Daarna zullen besparingsmogelijkheden vooral liggen in het optimaliseren van standaardisatiemogelijkheden, op verzoek van partners oppakken van nieuwe taken, het verfijnen van werkprocessen en het zoeken naar een optimale verdeling tussen zelf doen en uitbesteden. Daar waar de markt mogelijkheden en perspectief biedt op meer efficiëntie of betere kwaliteit, worden businesscases uitgevoerd om uitbesteding te onderzoeken. Met name als het gaat om de administratieve en beheersprocessen wil het SCD ‘lean en mean’ zijn en blijven. Inmiddels zijn ook bij onze partners meerjarige doorlichtingsoperaties gestart. Hieraan willen wij ook in 2011 graag onze bijdrage leveren. Zo gaan we met nieuwe ideeën komen voor betere kwaliteit en besparingen voor de regio. Wij denken voor 2010 en 2011 aan het uitbreiden van de dienstverlening van GEO aan alle partners. Verder aan aanbesteding van de inhuur van externen, aan een regionale bezwarencommissie, aan het centraliseren van alle materiële budgetten, aan de doorontwikkeling van de afdeling inkoop etc. Een ander voorbeeld is het in dienst nemen van professionals zoals trainers/coaches/organisatieadviseurs door het SCD, zodat veel voorkomende inhuur van externe bureaus vermeden kan worden. Wanneer, bijvoorbeeld in het kader van de Brede Doorlichting, de regio nieuwe pools georganiseerd zou willen zien (denk aan projectleiders, expertisepools) is het SCD van harte bereid om dit te organiseren. Ontwikkeling adviesdiensten Bij de adviesdiensten zullen in 2010 en 2011 de volgende punten centraal staan in de doorontwikkeling: - het creëren van een flexibele schil voor additionele ondersteuning; - het waar mogelijke verbreden van ‘plusdienstverlening’ naar alle klanten (bv Financieel Advies); - het op een slimme manier te schuiven tussen adviescapaciteit en ondersteunende capaciteit; - het meer inzetten van adviseurs op competentie/expertise; dit betekent concreet een flexibelere inzet van adviseurs (dus minder direct gerelateerd aan één bepaalde klant); - adviesprojecten meer vanuit regionaal perspectief oppakken: bv communicatie rond verkiezingen vanuit één draaiboek organiseren met lokale uitvoeringsprogramma’s. Houding en gedrag ‘De basis op orde’ is meer dan afspraken en werkprocessen. Het gaat ook over houding en gedrag. Wij verwachten van alle SCD-ers dat zij een aantal basisprincipes in hun optreden hanteren; afspraak is afspraak, je zegt wat je doet en doet wat je zegt, iedereen is mede-eigenaar van het SCD. De klant die een vraag stelt moet zich niet hoeven afvragen of hij bij het juiste loket is. Ieder loket is goed, wij zorgen voor de coördinatie erachter. Voor alle werknemers geldt dat ze energie uitstralen, vakinhoudelijk sterk zijn, de partner(wensen) kennen, pro-actief zijn, klant- en netwerkgericht zijn. Medewerkers worden effectief gefaciliteerd, zodat zij zelfstandig hun werk zo goed mogelijk uit kunnen voeren. Onze medewerkers zoeken zelfstandigheid en kunnen dit aan. Er is een verschil in accent bij het type werknemer dat veel of minder contact heeft met partners. Bij medewerkers met minder contact met partners ligt het accent er op dat ze betrouwbaar en zakelijk zijn, omdat ze vooral bezig zijn met het zo goed mogelijk produceren en uitvoeren van ondersteunende, operationele zaken. Het accent bij medewerkers die veel contact hebben met partners, ligt vooral op de adviesvaardigheid en partnergerichtheid. Ze denken met de partners mee, niet alleen wanneer het gevraagd wordt, maar ook pro-actief.
32
We realiseren ons wel dat zo’n cultuur in onze organisatie niet zomaar ontstaat. Hierop moet iedere dag weer worden gestuurd. We gaan daarom, gekoppeld aan de bovenstaande opgave, in 2011 investeren in het management via een managementontwikkelingsprogramma. Het realiseren van de financiële opgave In 2010 wordt een aantal kosten gedekt uit de beschikbaar gestelde post onvoorzien van € 1,4 miljoen. Hierin zitten structurele kostenposten van in totaal € 1,015 miljoen. Dit betreft met name extra formatie voor ICT-beheer. Met ingang van 2011 is de post onvoorzien vervallen, de SCD-begroting daalt dan ook met dat bedrag. De structurele kosten van € 1,015 miljoen moeten dan ook binnen dat verlaagde budget worden opgevangen. Om deze taakstelling te realiseren worden VIP-projecten uitgevoerd. Daarnaast wordt in 2010 al extra maatregelen genomen om eventuele vertraging van VIP-projecten in 2011 op te kunnen vangen. In de paragraaf ‘wat zijn de kosten’ wordt ingegaan op de financiële stand van zaken voor 2011.
Hoe gaan we dat meten? Het SCD is met de eigenaren in gesprek gegaan over de kwaliteit van de diensten die het levert. Onderdeel hiervan is dat het SCD in zijn sturing werkt met een balanced scorecard. Als hulpmiddel om de organisatie te ontwikkelen en prestaties zichtbaar te maken. De balanced scorecard van het SCD wordt in 2010 verder ontwikkeld. 1. Financiën/Eigenaar Kritische succesfactor (KSF): financiële beeld Prestatie-indicator Norm Werkelijk
Vermoedelijk beloop *Uitputting personeelsbudget *Uitputting IP&A 1B *Uitputting overige Aantal vacatures Aantal werkplekken Aantal blackberry's
100% 100% 100% 100% 600 60
2. Klant Kritische succesfactor (KSF): klanttevredenheid Prestatie-indicator Norm Werkelijk Klantprestatie-indicatoren graaf 3) KTO -
(para7
3. Medewerker Kritische succesfactor (KSF): medewerkerstevredenheid Prestatie-indicator Norm Werkelijk
4. Vernieuwing Kritische succesfactor (KSF): medewerkerstevredenheid Prestatie-indicator Norm Werkelijk
Ziekteverzuim MTO
*Aanpakken knelpunten *VIP-projecten
5,4% 7
Medio 2010 ontwikkelen we voor de interne sturing ook meer gedetailleerde balanced scorecards op clusterniveau.
33
Wat zijn de kosten? Programma Servicecentrum Drechtsteden (bedragen x € 1.000) Realisatie 2009 Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
46.179
46.188
9
41.989
41.989
0
40.964
40.964
0
Toelichting: Voor de begroting van 2011 wordt uit gegaan van de primaire begroting 2010 met een uitzettingspercentage van 1,48%. Daarnaast is de begroting op basis van staand beleid op twee punten aangepast. Ten eerste is voor 2011 de post onvoorzien (€ 1,4 miljoen) komen te vervallen. Ten tweede is op de ICT component conform de nota “Beeld ICT –kosten 2009 en verder” een verlaging van € 288.000 toegepast. Per saldo daalt hiermee de begroting 2011 ten opzichte van 2010 met ruim € 1 miljoen. Begrotingsanalyse In de tabel hieronder worden de verschillen van 2011 met 2010 in beeld gebracht. Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
Nadelen
Struct. Inc.
LASTEN Personeel Materiële lasten ICT (IP&A 1B) Indexering
1.423 288
Subtotaal
1.711
Totaal
Struct.
685
-1.423 A1 -288 B1 +685 C1
685
-1.025
BATEN Basispakket Opbrengst werkplektarief (IP&A 1B) Indexering
685
Subtotaal
685
1.711
1.025
2.396
2.396
0
0
0
2.396
2.396
TOTAAL VOOR BESTEMMING
1.423 288
Resultaatbestemming TOTAAL NA BESTEMMING
Analyse verwijzing
1.423 A2 288 B2 -685 C2
0 0
De verwijzingen A1 (lasten) en A2 (baten) hebben te maken met het vervallen van de post onvoorzien in 2010. Deze post is in 2010 ingezet voor transitie. De verwijzingen B1 (lasten) en B2 (baten) hebben te maken met de ICT component conform de nota “Beeld ICT –kosten 2009 en verder” die leidt tot een verlaging van de begroting. De verwijzingen C1 (lasten) en C2 (baten) betreffen de indexering van de budgetten en bijdragen met 1,48% ten opzichte van de primaire begroting.
34
Bedrijfsvoering De professionalisering op het gebied van Bedrijfsvoering is in 2010 zichtbaar geworden. Bedrijfsvoering heeft zich het afgelopen jaar gefocust op het inrichten van de P&C-cyclus in afstemming met de P&C-cyclus van de GRD. In 2011 zal er een verfijning plaatsvinden op basis van de opgedane ervaringen. Rechtmatigheid blijft hierbij de aandacht krijgen om te waarborgen dat een en ander goed verloopt. In 2010 zijn de rollen en taken, die sinds de opstart van het SCD door bedrijfsvoering werden opgepakt, meer belegd in de organisatie. Dit betreft o.a. de administratie en de gehele factuur afhandeling. Hierdoor is meer ruimte vrijgekomen om de dienstverlening als klant van ons zelf beter invulling te geven en verdere standaardisering door te voeren. Risico´s Voor 2011 staat het SCD voor een grote bezuinigingsoperatie van € 1,0 miljoen. Dit is een hele forse financiële opgave. De afgelopen periode heeft het MT SCD uitvoerig stilgestaan bij mogelijkheden om de taakstellingen te realiseren. Daarbij hebben we als het ware de hele organisatie doorgelicht. We hebben daarbij de volgende conclusies getrokken: a. De mogelijkheden om te bezuinigen, zijn met name te vinden in de p-kosten van het basispakket. Deze mogelijkheden concentreren zich in het administratieve en facilitaire cluster. Te denken valt aan het stroomlijnen van processen, slimmer werken en processen vooral geautomatiseerd te laten verlopen. In het adviescluster is dit lastiger omdat we werken met adviesuren. We zien daar wel mogelijkheden om op een slimme manier te schuiven tussen adviescapaciteit en ondersteunende capaciteit. Daarnaast willen we adviseurs meer op competentie/expertise in gaan zetten. Al deze mogelijkheden worden binnen het programma Voortdurend Inventief Presteren (VIP) uitgewerkt. Met dit programma moet het mogelijk zijn om structureel € 1,3 miljoen te besparen, waarvan een deel in 2011 en een deel vanaf 2012. b. Bij de afdeling Financiële Administratie & Grootboek (FAG) is het niet mogelijk om de transitiekosten terug te dringen. We hebben moeten vaststellen dat nieuwe eisen waar het gaat om rechtmatigheid maken dat daar versterking nodig is. Om de kwaliteit van de dienstverlening te borgen, is er ten opzichte van de toegestane formatie een uitbreiding nodig met 4,7 fte incidenteel in 2011 (kosten: € 305.000) en 3,7 fte structureel vanaf 2012 (kosten: € 240.000). c. In de notitie "Beeld ICT-kosten 2009 en verder" is aangegeven dat op de langere termijn vanaf 2013 wel besparingsvoordelen zullen ontstaan binnen het ICT-domein. Dit omdat migraties binnen één infrastructuur beduidend goedkoper zullen zijn dan de opgave waar we nu voor staan, namelijk een migratie van negen infrastructuren naar één infrastructuur. De werkplekkosten dalen dan van gemiddeld € 7,1 miljoen (exclusief meerwerk dat naar klant organisaties moet worden doorbelast voor aantallen werkplekken en applicaties) naar gemiddeld € 5,25 miljoen (dit is het totaal van exploitatie en kapitaallasten). Het werkplektarief daalt hiermee aanzienlijk: van € 1.978 nu naar op termijn € 1.573. ICT blijft verder één van met de belangrijkste risico’s. Eventuele vertraging van het IP&Aproject zou leiden tot een latere afbouw van de oude ICT-infrastructuur en daarmee tot hogere kosten. d. Het realiseren van de financiële taakstelling op de p-kosten van het basispakket betekent concreet een afbouw van de formatie in 1 jaar tijd met ca 30 fte ten opzichte van de situatie nu. Het risico is dat de hiermee gepaard gaande kosten als uitvloeisel van het sociaal plan aanzienlijk zullen zijn en dat deze nog redelijk lang een beslag zullen leggen op de begroting van het SCD. Dit is een forse managementopgave die een behoorlijk financieel risico in zich draagt. e. Mozaïek vervult een cruciale rol in zowel de dienstverlening als de bedrijfsvoering van de Drechtsteden. Vooralsnog ziet het er naar uit dat we nog een periode van ongeveer 3,5 jaar met deze suite zullen werken, voordat een gewenste oplossing door een marktpartij ingezet kan worden. Er is echter een aantal problemen welke de continuïteit van Mozaïek ernstig bedreigen. Allereerst zijn het applicatiebeheer en de ontwikkelfunctie belegd bij externen en bovendien zijn deze lasten financieel (geschat op € 150.000) niet afgedekt. Verder gaat Mozaiek in de loop van 2010 over naar de nieuwe GRID omgeving. Om dit te kunnen realiseren is een onderzoek nodig naar de te ondernemen acties om de bedrijfszekerheid van Mozaïek, met
35
f. g.
inachtneming van de levensduurverwachting, op peil te houden. Ook moet daarbij gekeken worden naar de te verwachten groei van het systeem en het gebruik ervan (geschatte kosten € 25.000). Tenslotte is er naar huidige inschatting € 10.000 nodig om de documentatie van het systeem op peil te brengen, alsmede te komen tot vastgestelde procedures, richtlijnen en standaarden. Zo kan overdracht aan nieuwe beheerders en transitie naar een ander systeem in de toekomst, soepel verlopen. Op dit moment wordt bezien hoe deze kosten gedekt worden. Mogelijk wordt in de actualisatie van de begroting in het najaar hier op teruggekomen. In 2010 zal het SCD een nieuw functiewaarderingstraject ingaan. Dit kan leiden tot hogere personeelskosten. Of dit zich inderdaad voordoet moet in het najaar blijken Om de forse taakstelling in 2011 te realiseren, is het noodzakelijk dat er een ontwikkelbudget en een investeringskrediet beschikbaar komt. Het SCD is lean en mean opgezet. Alle middelen zijn geoormerkt voor te leveren diensten. Echter, de ontwikkelingen gaan door en de omgeving is dynamisch. Er is tijd noch geld om hierop in te kunnen springen en nieuwe initiatieven op te pakken en verbetertrajecten en projecten te begeleiden. Zo is er geen budget voor: -
-
(organisatie-)adviescapaciteit om projecten zoals VIP c.q. de effecten van dit programma op personeelsafbouw en organisatie-inrichting te begeleiden en om te komen met voorstellen voor verdergaande bezuinigingen (zoals radicale innovaties, efficiencymaatregelen en uitbestedingen): Investeringen voor het uitrollen van VIP-projecten, waarbij de ‘kost voor de baat gaat’:
€ 100.000
structureel
€ 1.500.000
Incidenteel, afschrijven in 5 jaar.
Op de genoemde risico-punten zijn wij extra waakzaam, zonodig wordt bijgestuurd. Bij de actualisatie van de begroting 2011 in het najaar van 2010, worden deze en andere punten, voor zover niet via andere maatregelen opgelost, meegenomen in de begroting 2011.
Bijdrage per deelnemer (bedragen x €1.000) Deelnemer Alblasserdam Dordrecht H.I. Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Regio ZHZ * GR Drechtsteden Totaal
Basispakket 1.167 9.277 1.266 2.225 1.426 2.766 5.360 4.951 28.438
Pluspakket
1.418
Additioneel pakket
1.598
177 41 80 1.719
1.595
IP&A 1B 271 2.116 399 429 305 745 1.332 2.269 7.866
Totaal 1.438 14.409 1.664 2.654 1.731 3.688 6.733 7.300 39.617
* De bijdragen van Regio Zuid-Holland Zuid zijn inclusief Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten, voor 26,9 fte en 38 werkplekken. BLVS is per 1 juli 2009 overgegaan naar de regio ZHZ. De bijdrage van Regio Zuid-Holland Zuid aan het basispakket is inclusief de verlaging omdat de regio niet hetzelfde basispakket afneemt, conform het afgesloten financieel arrangement.
36
Toelichting: de bijdrage aan het basispakket is gebaseerd op de formatieaantallen van de deelnemers per 1 januari 2009 Deelnemer Alblasserdam Dordrecht * H.I. Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Regio ZHZ ** GR Drechtsteden ** Totaal
Fte per 01-01-2010 104,20 827,06 114,35 201,20 129,81 245,69 566,01 450,00 2.638,32
* Het fte-aantal van gemeente Dordrecht is nog inclusief 29,5 fte voor Aquapulca dat medio 2010 wordt geprivatiseerd ** Het fte-aantal van regio Zuid-Holland Zuid is nog van 2009, en is inclusief 26,9 fte van Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten *** Het aantal fte bij de GRD is exclusief het Servicecentrum 374,38 fte; het SCD betaalt geen bijdrage aan het eigen basispakket. In de bijdrage aan het basispakket is de extra bijdrage voor de kosten van de salarisgaranties opgenomen (bedragen x € 1.000) Deelnemer Bijdrage salarisgaranties Alblasserdam 41 Dordrecht 339 H.I. Ambacht 30 Papendrecht 51 Sliedrecht 23 Zwijndrecht 111 Regio ZHZ GR Drechtsteden 87 Totaal
683
In de bijdragen aan het basispakket is nog niet verwerkt het effect van de lagere kosten die samenhangen met het lagere niveau van dienstverlening aan de Regio ZHZ – DVO’s (Brandweer en IVH). De bijdragen aan het IP&A deelprogramma 1B zijn gebaseerd op de telling van het aantal werkplekken per september 2009 Deelnemer / werkplekken IP&A plan September 2008 2009 Alblasserdam 90 125 Dordrecht 1.059 977 H.I. Ambacht 146 184 Papendrecht 160 198 Sliedrecht 130 141 Zwijndrecht 270 344 Regio ZHZ 512 577 GR Drechtsteden 963 1.533 Totaal
3.330
37
4.079
Bijdragen aan IP&A 1B (bedragen x € 1.000) Deelnemer
Alblasserdam Dordrecht H.I. Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Regio ZHZ GR Drechtsteden Totaal (1)
Bijdrage basis (2) 231 1.807 340 366 261 636 1.137 2.045
Bijdrage additioneel (3) 40 309 58 63 45 109 194 223
6.824
1.041
Bijdrage totaal 271 2.116 399 429 305 745 1.332 2.269 7.866
Toelichting 1. Het basisbudget 1B voor 2011 is verhoogd met 1,48% ten opzichte van de primaire begroting 2010. De bijdrage additioneel is conform de notitie "beeld ICT-kosten 2009 en verder" van oktober 2009. 2. Door te belasten kosten worden verdeeld op basis van het aantal werkplekken volgens de telling van september 2009. a. In de bijdrageverordening is opgenomen dat de kosten verdeeld worden op basis van het aantal werkplekken per 1 januari van het jaar ervoor. Hier wordt echter de stand per september 2009 genomen. b. De extra werkplekken van het SCD (389) worden niet meegenomen. Dit is bedoeld om het rondrekenen van kosten te voorkomen. 3. De extra kosten van € 1.041.000 worden via het werkplektarief doorberekend aan de klanten. a. De verdeling is naar rato van het aantal werkplekken. b. Het SCD krijgt geen kosten doorberekend: de dienstverlening die het SCD verricht wordt niet aan het SCD zelf toegerekend. Opmerking: De extra kosten door meerafname werkplekken en bedrijfsapplicaties zijn niet opgenomen in deze begroting De extra personeelskosten en de kapitaallasten van het migreren en installeren van meer werkplekken en applicaties worden pas als additionele dienstverlening doorberekend indien er daadwerkelijk meer applicaties en werkplekken zijn. Een deel van de kosten zullen direct per 1 januari 2011 worden gemaakt, omdat het aantal werkplekken nog niet is teruggebracht. Aansluiting begroting en de staat bijdragen per deelnemer (bedragen x €1.000) Bestanddeel Bijdragen staat (totaal) Aanvullende opdrachten Materiële voorzieningen ZHZ aanpassing DVO Totaal begroting 2011
Bedrag 39.617 1.036 896 -585 40.964
38
Overzichten personeel Bezetting ultimo 2009
Formatie 2010
Formatie 2011
400,14 fte
374,4 fte
374,4 fte
Ziekteverzuim 2009
Geraamd
Geraamd
ziekteverzuim 2010
ziekteverzuim 2011
5,4%
5,4%
6,91%
39
2.6
Gemeentebelastingen Drechtsteden
Wat willen we bereiken? Gemeentebelastingen Drechtsteden (GBD) draagt vanaf 1 juli 2008 zorg voor het verwerven van belastingopbrengsten voor de gemeenten Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. Primair is het zaak de geprognosticeerde belastingopbrengsten per belastingsoort per deelnemende gemeente zoveel als mogelijk in te vorderen. Daarbij wordt gestreefd naar het optimaliseren van de betalingsbereidheid. Voor zowel de deelnemende gemeenten als belastingplichtigen is GBD een dienstverlenende organisatie, die wegwijs biedt in de rechten en plichten op het gebied van de lokale heffingen en de Wet waardering onroerende zaken (WOZ). Wat gaan we hiervoor doen? Om dit te bereiken worden de volgende activiteiten ondernomen: - doelmatig, duidelijk en tijdig bepalen van de WOZ-waarden van de in de gemeenten gelegen onroerende zaken; - het waarborgen van een volledige, juiste en rechtmatige toepassing en uitvoering van alle verordeningen op het gebied van heffing en invordering, behoudens grafrechten, marktgelden, havengelden, leges en eventueel andere met de deelnemende gemeenten overeengekomen uitzonderingen; - behandelen van verzoeken om kwijtschelding; - behandelen van bezwaar- en beroepschriften; - invorderen van opgelegde aanslagen - formuleren en bewaken van dienstverleningsnormen; - degelijke informatieverstrekking verzorgen over lokale heffingen. Naast deze activiteiten zal Gemeentebelastingen Drechtsteden volgens wettelijk voorschrift tijdig correcte en volledige levering van WOZ-data verzorgen naar de rijksbelastingdienst, het CBS, het Waterschap Hollandse Delta en het Waterschap Rivierenland. GBD verzorgt tevens gevraagd en ongevraagd de advisering aan de deelnemende gemeenten over belastingaangelegenheden in brede zin. Hoe gaan we dit meten? GBD heeft op het gebied van belastingopbrengsten als financiële prestatie-indicatoren de opbrengsten per belastingsoort zoals die zijn opgenomen in de begrotingen van de deelnemende gemeenten. De verantwoording hierover geschiedt via inbreng van deze opbrengsten in de reguliere planning- en controlcyclus van de desbetreffende gemeenten. Voor 2011 gaat het hier, op basis van een voorlopige raming, om een totale opbrengst van circa € 84 miljoen. De raming hiervan per belastingsoort wordt tijdig ingebracht in het begrotingsproces van de deelnemende gemeenten. De geprognosticeerde opbrengsten in de gemeentebegrotingen normeren vervolgens de productiedoelstelling voor Gemeentebelastingen Drechtsteden. Zoals met de opbrengsten worden ook de verzending van de aanslagen, de afdoening van bezwaarschriften, afdoening voor verzoeken om kwijtschelding en dergelijke per gemeente afgesproken. Gemeentebelastingen Drechtsteden hanteert hierbij voor alle gemeenten de volgende normen.
40
Product Verzenden gecombineerde aanslagen/WOZbeschikkingen 2011
Prestatie-indicator 95% voor 1 maart 2011 97% voor 1 april 2011 99% voor 1 mei 2011 100% voor 1 juni 2011 overeenkomstig termijnen DVO 99% binnen 3 maanden na indiening 100% binnen 6 maanden na indiening 25% binnen 3 maanden na indiening 100% binnen de wettelijke termijn
Verzenden overige aanslagen Afdoen verzoeken om kwijtschelding Afdoen bezwaarschriften
Wat zijn de kosten? Programma Gemeentebelastingen Drechtsteden (bedragen x € 1.000) Realisatie 2009 begroting 2010 Lasten
Baten
5.125
Saldo
5.165
lasten
40
5.249
Baten
saldo
5.249
Begroting 2011
Lasten
0
5.220
baten
saldo
5.220
0
Toelichting Per saldo verlaagt Gemeentebelastingen Drechtsteden haar begroting met € 29.000. Bedragen x € 1.000
Voordelen Inc.
Totaal
Nadelen
Struct. Inc.
LASTEN Personeel Indexering
107
Subtotaal
107
Struct.
78
BATEN Gemeentelijke bijdragen Subtotaal TOTAAL VOOR BESTEMMING Resultaatbestemming TOTAAL NA BESTEMMING
78
Analyse verwijzing
-107 A +78 B -29
29
29 C
0
29
29
107
107
0
0
0
107
107
0 0
A. Lagere kosten door de vermindering van de ontwikkelformatie met 2,5 fte per 1 juli 2011. B. Hogere kosten vanwege de indexering met 1,48%. C. Per saldo lagere gemeentelijk bijdragen
41
De GBD raamt aan eigen inkomsten € 300.000. Het gaat hierbij vooral om te vorderen aanmanings- en invorderingskosten. De totale lasten van € 5,220 miljoen minus de eigen inkomsten geeft de totale bijdrage van de gemeenten weer, te weten € 4,920 miljoen. De verdeelsleutel voor het berekenen van de bijdragen van de gemeenten is het aantal aanslagregels. Volgens de financiële kadernota wordt voor de begroting 2011 het aantal aanslagregels 2009 gehanteerd. Het gaat hier om het totaal van de aanslagregels die in dit jaar zijn aangemaakt.
Deelnemer Dordrecht H.I. Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
Aanslagregels 2009 230.129 44.912 41.084 44.752 71.710
Totaal
432.587
Verdeling % 53,19% 10,38% 9,50% 10,35% 16,58% 100,00%
Bijdrage 2011 x € 1.000 2.617 511 467 509 816 4.920
Voor Alblasserdam is geen bijdrage opgenomen. Zowel onder lasten en baten is nog geen rekening gehouden met de belastingtaken voor Alblasserdam. In september 2009 zijn gesprekken gestart met de gemeente Alblasserdam over toetreding tot de GBD. In 2010 is een eerste stap gezet door het op basis van een dienstverleningsovereenkomst (DVO) verrichten van specifieke taken voor deze gemeente, zoals het ondersteuning leveren voor het opstellen van de paragraaf lokale lasten en bij de verwerking en analyse van de belastingopbrengsten. Ook andere onderwerpen op fiscaal-juridisch gebied kunnen tot de DVO gaan behoren. In 2011 wordt verder gesproken over de verwachte toekomstige deelname. Bedrijfsvoering en Brede Doorlichting De ambities, ontwikkelingen en nieuwe bedrijfsvoeringaspecten komen ook in 2011 tot uitdrukking in de vijf speerpunten zoals de GBD die al in haar jaarplan 2009 heeft opgenomen. Standaardisering en bundeling van werkprocessen dienen zorg te dragen voor verbetering van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het werk van Gemeentebelastingen Drechtsteden. Effecten van deze speerpunten zijn in 2009 ingebracht in het proces van de zogeheten Brede Doorlichting van de Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden. Het project, genaamd GBD2, heeft tot doel concrete uitvoering te geven aan de vijf speerpunten zoals die hierna zijn weergegeven. In het najaar van 2009 zijn in vijf businesscases de speerpunten beoordeeld op realiteitsniveau en uitvoerbaarheid. Daarnaast zijn zij beoordeeld op het ‘verwachte winstdrieluik’ kwaliteit, bezuiniging en innovatie. In 2012 wordt een besparing beoogd van € 0,5 miljoen euro, waardoor de bijdrage van de deelnemers met circa 10% zal afnemen. De vijf speerpunten zijn als volgt geformuleerd: Convergeren belastingsysteem Eind 2009 is overgegaan naar één belastingsysteem in plaats van vijf systemen op lokale ICTomgevingen. In 2010 moet dit systeem volledig operationeel zijn. De aanslagen en WOZbeschikkingen worden vanaf 2010 uit het samengevoegde belastingpakket verzonden. Synchroniseren taxatieondersteunende software Bij de start van de GBD werd gebruik gemaakt van zeven softwarepakketten voor drie soorten waarderingen (woningen, courante niet-woningen en incourante objecten). Die pakketten zijn in 2009 teruggebracht tot drie, ingericht naar soort. Samengebundeld vormen zij één logisch geheel. Met ingang van 2010 is die software volledig in gebruik genomen.
42
Synchroniseren werkprocessen De werkprocessen zijn bij de opstart gebaseerd op vijf belastingsystemen en zeven softwarepakketten voor het waarderen van onroerende zaken. Met de komst van één belastingpakket en één samengebundelde taxatiesystematiek ontstaat de mogelijkheid de werkprocessen te synchroniseren. De voorbereidingen zijn daartoe in 2009 getroffen. De uitvoering vindt in 2010 plaats. Vaststellen Leidraad Invordering De Leidraad die een gestructureerd invorderingsproces waarborgt, wordt in 2009/2010 vastgesteld. Implementatie vindt plaats vanaf 2010. Verkorten afhandeltermijnen bezwaarschriften Tot de grootste uitdagingen behoort het verkorten van de afhandeltermijnen van bezwaarschriften. In 2009 zijn daartoe de eerste stappen gezet. Door de komst van één belastingsysteem kunnen in 2011 verdere verkortingsslagen worden gemaakt. Tevens wordt via premediation (bellen bij bezwaar) getracht het aantal bezwaarschriften te verlagen. Met de uitwerking van de vijf speerpunten is in 2009 gestart. Fasegewijs moeten die leiden tot het ‘verwachte winstdrieluik’ kwaliteit, bezuiniging en innovatie. Personeel Het ziekteverzuim bij Gemeentebelastingen Drechtsteden over 2009 bedroeg 3,89 %. Het streefpercentage was 4 %. Dit percentage wordt ook voor 2011 worden gehanteerd. Per 1 januari 2011 is de toegestane formatie 53,0 fte. Op 1 januari 2010 was deze 55,5 fte.
43
2.7
Onderzoekcentrum Drechtsteden
Wat willen we bereiken? Het Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD) is de vanzelfsprekende ‘partner voor beleid’ voor de Drechtsteden gemeenten en de andere organisatieonderdelen van de GR Drechtsteden. Het OCD ondersteunt deze gemeenten en organisatieonderdelen bij hun beleid met onderzoek, informatie en advies. Het OCD levert relevante informatie voor het algemene beleid en voert beleidsonderzoek op maat uit voor specifieke vragen. Daarnaast heeft het OCD een signalerings- en adviesfunctie. De kwaliteit van de dienstverlening van het OCD is hoog en haar medewerkers beschikken over veel kennis en expertise. Het OCD is klantgericht in haar dienstverlening, toegankelijk en flexibel, en we zijn een betrouwbare onderzoekspartner. Het OCD houdt haar kennis en methoden ‘up to date’ en bevindt zich bij nieuwe ontwikkelingen vaak in de voorhoede. De bedrijfsvoering van het OCD is efficiënt en kosteneffectief. Onze producten zijn toegesneden op de informatiebehoefte van gemeenten en worden gebruikt bij het maken, bijstellen of evalueren van beleid. Wat gaan we daarvoor doen? Het OCD biedt de Drechtsteden gemeenten een pakket aan producten die samen een basis bieden voor structurele ondersteuning van het algemene beleid van gemeenten. Het betreft basisinformatie, kennisoverdracht, panels en monitoren. Deze producten leveren kerncijfers op betreffende de huidige stand van zaken binnen een gemeenten/organisatieonderdeel en brengen trends en ontwikkelingen in kaart. Deze producten worden verder ontwikkeld in samenspraak met de gemeenten. In onderstaande tabel staan de producten uit het basispakket voor 2011 weergegeven met een doorkijkje naar de jaren 2012 t/m 2014. Basispakket OCD wat?
voor wie?
frequentie?
2011
2012
2013
2014
Drechtsteden per gemeente en Drechtsteden bevolkingsprognose per gemeente en totaal
jaarlijks jaarlijks
x x
x x
x x
x x
kennisoverdracht informatie en advies werkgroepen lunch/borrelbijeenkomsten conferentie themarapportage
gemeenten/Drechtsteden gemeenten/Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden
continu continu continu 2-jaarlijks 2-jaarlijks
omnibusonderzoek/panels omnibusonderzoek
gemeenten/Drechtsteden
monitoren staat Drechtsteden wonen economie onderwijs vrije tijd leefbaarheid en veiligheid
Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden
participatie
Drechtsteden
basisinformatie bedrijvenregister kerncijfers gemeenten bevolkingsprognose
2-/4jaarlijks
2-jaarlijks jaarlijks jaarlijks jaarlijks 2-jaarlijks 2-/4jaarlijks 4-jaarlijks
44
x
x x x
x x x x x
x x x
x x x x x
x
x
x
x
x x x x x
x x x x
x x x x x x
x x x x
integratie beeld binnenstad milieu communicatie en bestuur
Dordrecht/Zwijndrecht Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden Drechtsteden
4-jaarlijks 5-jaarlijks jaarlijks jaarlijks 2-jaarlijks
x x x x
x x
x x x
x x x
Via regionale monitoren die we in 2011 uitvoeren actualiseren we belangrijke informatie op verschillende beleidsterreinen (o.a. wonen, economie, onderwijs en milieu). Daarnaast kan men een beroep doen op de kennis en expertise van de medewerkers. Wij participeren in werkgroepen op lokaal, regionaal en landelijk niveau, beantwoorden informatieve vragen en adviseren op basis van onderzoek. Naast dit basispakket aan producten en diensten kunnen gemeenten en de andere organisatieonderdelen van de GR Drechtsteden additionele onderzoeksopdrachten laten uitvoeren. Het OCD voert verschillende typen onderzoek uit. Een greep uit de mogelijkheden: beleidsevaluatie, opinieonderzoek, marktonderzoek, benchmarking, klanttevredenheidsonderzoek en medewerkertevredenheidsonderzoek. Aan kwaliteit werken wij door het opzetten en implementeren van een kwaliteitssysteem. In de loop van 2010 zal dit traject zijn afgerond. De medewerkers van het OCD zijn geschoold in kwantitatieve en kwalitatieve onderzoekstechnieken. Het OCD beschikt bovendien over brede inhoudelijke kennis en expertise wat betreft regionaal en gemeentelijk beleid. Wij werken voortdurend aan de verdere professionalisering van de medewerkers via cursussen, congresbezoek, participatie in werkgroepen en intercollegiale toetsing. Aan de bekendheid en toegankelijkheid van het OCD bij haar klanten werken we op verschillende manieren. We bezoeken hen actief om over ons aanbod te praten. Daarnaast brengen we een nieuwsbrief uit, schrijven artikelen, houden presentaties en werken we op andere manieren aan onze bekendheid. We hebben een toegankelijke website. In 2011 beschikken we over een toegankelijke digitale database met alle kerninformatie. Het OCD is een organisatie waar projectmatig wordt gewerkt. Efficiëntie van de bedrijfsvoering wordt ondersteund door een tijdschrijfsysteem. Het OCD werkt met een declarabele norm per functie. In het kader van de brede doorlichting zal het OCD in 2011 gaan werken met een slank, efficiënt en effectief pakket aan basisproducten. In dat jaar gaan we naar verwachting ook werken met een basis- en pluspakket en een daarop aangepaste financiering. En ten slotte staat de actualisering van het (meerjaren-)onderzoeksprogramma, dat we in 2010 gaan opzetten, in 2011 op de agenda van het OCD. Hoe gaan we dat meten? In een klankbordgroep van vertegenwoordigers van gemeenten en organisatieonderdelen bespreken we de producten van ons basispakket en de stand van zaken m.b.t. de onderzoeksopdrachten. Daarnaast zorgen we – als onderdeel van ons kwaliteitssysteem - voor feedback per onderzoeksopdracht. Dat geldt als een doorlopend klanttevredenheidsonderzoek. Wat de bedrijfsvoering aangaat hebben we de beschikking over managementinformatie op projectniveau en medewerkersniveau.
45
Personeel Bezetting ultimo 2009
Formatie 2010
Formatie 2011
14,52 fte
14,6 fte
14,6 fte
De regionalisering van de basisproducten en de toegenomen vraag vanuit de gemeenten en de GR Drechtsteden, leiden tot een toename van het onderzoekswerk. Tegelijkertijd kijken wij echter naar een efficiëntere organisatie en uitvoering van onze projecten en producten, waardoor we met dezelfde formatie dit werk kunnen uitvoeren. Waar nodig huren we extra ondersteuning in of besteden we (onderdelen) van onderzoek uit.
Ziekteverzuim 2009
Geraamd
Geraamd
ziekteverzuim 2010
ziekteverzuim 2011
4%
4%
2,9%
Het OCD werkt actief aan een laag ziekteverzuim door te zorgen voor goede arbeidsomstandigheden en reductie van stressbevorderende factoren. Dat beleid werpt zijn vruchten af. In 2009 was het ziekteverzuim laag. Voor 2010 en 2011 hanteren we een streefpercentage van 4%, omdat één langdurige zieke vanwege de geringe omvang van het OCD meteen veel invloed heeft op dit percentage. Wat zijn de kosten? Programma Onderzoekcentrum Drechtsteden (bedragen x € 1.000) Realisatie 2009 Begroting 2010
Begroting 2011
lasten
baten
Saldo
lasten
baten
saldo
lasten
baten
saldo
1.776
1.676
-100
1.538
1.538
0
1.563
1.563
0
Toelichting: Bij de begroting 2011 is een kostenindexering van 1,48% gehanteerd ten opzichte van de primaire begroting 2010. Bijdragen per deelnemer Deelnemer Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht GR Drechtsteden * Totaal
Fte per 01-01-2010 104,20 827,06 114,35 201,20 129,81 245,69 360.90
Verdeling % 5,25 41,70 5,77 10,15 6,55 12,39 18,20
Bijdrage X € 1.000 82 652 90 159 102 194 284
1.983,20
100,00
1.563
* Het fte-aantal van de GR Drechtsteden betreft alleen de GRD-dochters die diensten van het OCD afnemen, te weten BDS, SDD en GBD.
46
Begrotingsanalyse Bedragen x € 1.000
Afname t.o.v. begroting 2010 Inc. Struct.
LASTEN Personeelslasten Materiële lasten Apparaatslasten GRD Dienstverlening SCD Subtotaal
Toename t.o.v. begroting 2010 Inc. Struct.
Totaal
Analyse verwijzing
22
A
3 25
B 25
BATEN Bijdrage deelnemers Subtotaal
25 25
25
TOTAAL VOOR BESTEMMING
0
0
TOTAAL NA BESTEMMING
0
0
C
A – Toename loonkosten 2,00% t.o.v. de begroting 2010 B - Toename apparaatskosten zijn volledig toegerekend aan de dienstverlening van het SCD. C – Toename bijdrage Deelnemers 1,48 % ten opzichte van de primaire begroting 2010. Brede doorlichting Het OCD heeft voor de Brede Doorlichting twee voorstellen uitgewerkt die leiden tot een efficiëntere en effectievere werkwijze: 1. opstellen meerjaren onderzoeksprogramma en introductie basis- en pluspakket; 2. optimaliseren monitoren en onderzoeken. In het eerste voorstel is een financieringsstructuur uitgewerkt, waarbij gemeenten en de GRD een vaste bijdrage betalen voor het basispakket (standaard monitoren) en voor het pluspakket (individueel opdrachtonderzoek) per onderzoek betalen. De precieze juridische en financiële invulling hiervan moet nog worden uitgewerkt, maar het voorstel is om verrekening van opdrachtonderzoek achteraf te laten plaatsvinden op basis van uitgevoerde onderzoeken. Onderdeel van dit voorstel is ook de mogelijke uitbreiding van het aantal opdrachten voor externe opdrachtgevers (bijvoorbeeld Zuid-Holland Zuid). De doelstelling is een gegarandeerde financiering van 90% van het budget door de Drechtsteden. Het OCD moet dan 10% inverdienen bij externen. Wij gaan voor de Brede Doorlichting uit van ongeveer 7% externe opdrachten in 2010, oplopend tot 10% in 2012. Dit leidt tot een afname van de kosten voor de GRD van € 60.000 in 2010 (netto), € 100.000 in 2011 en € 140.000 in 2012. Om de onderzoeksbehoefte goed te plannen, ontwikkelt het OCD op basis van individuele gesprekken met gemeenten een meerjaren onderzoeksprogramma. Het doel van het tweede voorstel is het basispakket zo efficiënt en effectief mogelijk te organiseren door de inhoud, uitvoering, frequentie en rapportage van monitoren te optimaliseren. Ook zijn er op dit moment monitoren die specifiek voor één gemeente worden uitgevoerd. Deze monitoren worden uit het basispakket gehaald. Indien gewenst kunnen deze voor de betreffende gemeente als opdrachtonderzoek worden uitgevoerd.
47
3.
VERPLICHTE PARAGRAFEN
3.1 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als het vermogen om niet-structurele financiële risico’s op te vangen. Het weerstandsvermogen bestaat uit de weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of verzekeringen zijn afgesloten. Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit het aanwezige eigen vermogen in de vorm van algemene reserves en bestemmingsreserves (bedragen x € 1000):
Stand per 01-01 Algemene reserve
2011 toevoeging onttrekking
Stand per 31-12
0
0
0
0
Bestemmingsreserve BDS BWS BDS BLS BDS Manden Maken BDS RPV BDS Exploitatiereserve SDD WWB-inkomen SDD Minimabeleid SDD Inburgering SDD WMO HH SDD Innovatiereserve SDD Exploitatiereserve IBD Exploitatiereserve SCD Exploitatereserve GBD Exploitatiereserve OCD Exploitatiereserve
2.065 0 0 59 0 2.422 116 468 2.900 0 220 100 9 40 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
510 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
1.555 0 0 59 0 2.422 116 468 2.900 0 220 100 9 40 0
Totaal
8.399
0
510
7.889
Toelichting bij de reserves In december 2007 is door de Drechtraad de notitie reserves en weerstandsvermogen vastgesteld. Daarbij is het ondermeer het maximum van de te vormen reserves vastgelegd, alsmede de wijze waarop de reserves worden gevormd. Per GRD-dochter wordt een exploitatiereserve gevormd, die wordt gevoed uit positieve exploitatieresultaten. Algemene reserve GRD Het maximumniveau van de algemene reserve is vastgesteld op € 500.000. Bestemmingsreserve Besluit Woninggebonden Subsidies De reserve omvat door het Rijk aan de regio gedecentraliseerde middelen, die overeenkomstig de regels van het Rijk vrij besteedbaar zijn. De reserve wordt gevoed door de middelen die vrijkomen doordat er geen subsidieverplichting meer op rust. In de begroting is hiervoor vooralsnog geen bedrag opgenomen. Bij de besluitvorming over de diverse scenario’s voor de inzet van de BWS-reserve is besloten jaarlijks een onttrekking te doen ten gunste van de uitvoering van de deelprogramma’s van Bureau Drechtsteden. In 2011 wordt voor dit doel € 510.000 onttrokken. Voeding en onttrekking lopen beide via het begrotingsprogramma Bureau Drechtsteden.
48
Bestemmingsreserve Besluit Locatiegebonden Subsidies In december 2007 is de overeenkomst afgesloten over de herverdeling van de BLS-subsidies. In 2008 is het BLS-fonds, in de vorm van een bestemmingsreserve gevormd. De provinciale subsidies die de gemeenten ontvangen worden daarbij aan de GR Drechtsteden overgedragen en aan het BLS-fonds toegevoegd. Op basis van de feitelijke woningproducties ontvangen de gemeenten een uitkering uit het fonds. Volgens de planning vindt in 2010 de afrekening plaats, zodat het fonds in 2011 een nul-stand heeft. Reserve Manden Maken Vooralsnog wordt er van uitgegaan dat in 2010 de financiële afwikkeling van het investeringsfonds plaatsvindt. Mocht er toch een overloop van middelen naar 2011 zijn, wordt dat via een begrotingswijziging ingebracht. Reserve Regionaal Platform Verkeersveilgheid De reserve is bestemd voor de financiering van niet-gedekte activiteiten van het platform Bestemmingsreserve WWB Sociale Dienst Drechtsteden Voor inkomensvoorziening in het kader van de wet WWB is afgesproken om tekorten en overschotten regionaal te verevenen. De maximale omvang van de reserve is vastgesteld op € 4,5 miljoen. Bestemmingsreserve Minimabeleid De SDD voert regiobreed het geharmoniseerde minimabeleid uit. Het betreft een open eind regeling, aanvragen kunnen niet worden afgewezen vanwege een budgettair tekort. Om die reden is de reserve gevormd, met een maximum van € 300.000. Bestemmingsreserve Inburgering Sinds 1 januari 2007 is de Wet Inburgering (WI) van kracht. Voor het uitvoeren van de WI ontvangt de SDD financiële middelen van het Rijk. Aangezien het Rijk eerst op basis van prestaties afrekent met gemeenten, ontstaan er voor- en nadelen in de prijzen die uiteindelijk met de SDD worden verrekend. Voor het opvangen van deze financiële consequenties is deze reserve gevormd, met een maximum van € 800.000. Bestemmingsreserve WMO huishoudelijke verzorging De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) is sinds 1 januari 2007 van kracht. Voor de Drechtsteden is voor de huishoudelijke verzorging één verordening vastgesteld. Ook hier is sprake van een open eind regeling, waarbij het budgetrisico bij de SDD ligt. Om die reden is een reserve opgebouwd, met een maximale opvang van € 5,0 miljoen. Exploitatiereserve IBD Het Ingenieursbureau Drechtsteden is een dienstverlenende organisatie waarbij het financieel resultaat in belangrijke mate wordt bepaald door de beschikbaarheid van opdrachten, de capaciteitsinzet van de medewerkers en de beheersing van de kosten. De exploitatiereserve is bestemd voor het opvangen van schommelingen in het jaarlijkse exploitatieresultaat, en is gemaximeerd op € 100.000. Exploitatiereserve SCD De reserve wordt gevormd uit rekeningresultaten, om incidentele financiële tegenvallers op te vangen. De maximale omvang is € 1,2 miljoen, 3% van het begrotingstotaal. Exploitatiereserve GBD De reserve is gevormd om incidentele financiële tegenvallers te kunnen opvangen. Conform de notitie reserves en weerstandsvermogen is de maximale omvang € 150.000, 3% van het kostentotaal van het werkapparaat. Exploitatiereserve OCD De reserve is bedoeld om incidentele financiële tegenvallers te kunnen opvangen. Conform de notitie reserves en weerstandsvermogen is de maximale omvang € 100.000.
49
Risico’s Algemeen Kredietcrisis In 2008 is een bedrag van € 7,0 miljoen als deposito weggezet bij de IJslandse Landsbanki. Tijdens de kredietcrisis is die bank in de problemen geraakt, waardoor het bedrag niet is terugontvangen. Ten laste van de rekeningresultaten 2008 en 2009 is in verband hiermee een voorziening gevormd van € 1,75 miljoen. Er is een risico dat die voorziening onvoldoende blijkt te zijn en dat een groter deel uiteindelijk oninbaar blijkt. Manden Maken Er is nog geen zekerheid over de omvang van de bijdrage van de Provincie Zuid-Holland. De onzekerheid bedraagt een bedrag van € 10 miljoen. Hierdoor bestaat een risico voor de continuïteit van de uitvoering van het vastgestelde programma. Sociale Dienst Drechtsteden Door de economische teruggang zal een groter beroep worden gedaan op de Sociale Dienst, voor inkomensondersteuning, minimabeleid, schuldhulpverlening. Effecten hiervan voor 2011 zijn nog niet duidelijk en ook niet in de begroting opgenomen. Ingenieursbureau Drechtsteden Het resultaat van het Ingenieursbureau Drechtsteden wordt vooral bepaald door de hoogte van de omzet. Met de eigenaren, de gemeenten Dordrecht en Zwijndrecht, zijn over de omzet garantieafspraken. Daarnaast zijn de positie en vooruitzichten van het Ingenieursbureau gunstig, maar er is een risico dat het gunstige beeld zich niet voortzet. Servicecentrum Drechtsteden Het SCD heeft voor 2011 een bezuinigingstaakstelling van € 1,0 miljoen. Om hieraan te (kunnen) voldoen moet aan een aantal voorwarden worden voldoen. Anders bestaat het risico dat niet aan de taakstelling kan worden voldaan. Belangrijke risico’s bestaan binnen het ICT-domein. Vertraging bij de uitvoering van het IP&Aprogramma en een grotere klantvraag aan werkplekken en/of applicaties kunnen tot hogere kosten leiden. Een nadere toelichting van de risico’s bij de Sociale Dienst en het Servicecentrum is opgenomen in de afzonderlijke risicopragrafen bij de desbetreffende begrotingsprogramma’s.
3.2 Bedrijfsvoering Algemeen. Na de overgang van het Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten naar de regio Zuid-Holland Zuid, per 1 juli 2009, bestaat de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD) uit de volgende 6 organisatie-onderdelen (GRD-dochters): Bureau Drechtsteden, Sociale Dienst Drechtsteden, Ingenieursbureau Drechtsteden, Servicecentrum Drechtsteden, Gemeentebelastingen Drechtsteden en het Onderzoekcentrum Drechtsteden. Samenwerking. Bij de vormgeving van de GRD is en blijft het eigenaarschap van de gemeenten verankerd. De GRD blijft als organisatie dicht bij de gemeenten staan, waardoor de onderlinge verhoudingen en de samenhang tussen gemeenten en de GRD verder worden versterkt. Dit is ook te zien in de Netwerkdirectie Drechtsteden, die in de rol van het ambtelijk eigenaarschap van de GRD de primaire verantwoordelijkheid heeft voor het in goede samenhang doen functioneren van het gehele netwerk van de diverse gemeentelijke organisaties en de GRD (de zogenaamde 3e dimensie). Maar ook dieper in de organisaties vinden de ambtelijke vertegenwoordigers elkaar, bijvoorbeeld in afstemmingsoverleg tussen de concerncontrollers van GRD en gemeenten, in de vorming van een Georganiseerd Overleg met de vakbonden op niveau van het netwerk en het streven naar een vorm van medezeggenschap binnen het netwerk. In beide laatste voorbeelden heeft de oprichting van het SCD zijn nut al bewezen, door verschillende belangen en prioriteiten bijeen te kunnen brengen.
50
Planning en control. Het “in control” zijn van concern en organisatieonderdelen is een belangrijke doelstelling binnen de bedrijfsvoering. Hiermee worden het hebben en hanteren van goede informatievoorziening en sturingsmechanismen bedoeld, waarmee een goede uitvoering van de programma’s kan worden bereikt. Maar naast het “beheer op orde” is naleving van wetgeving, verordeningen en regelgeving van belang: compliance richt zich op actueel zijn, op borging van afspraken en op integriteit van bestuur en organisatie. Control en compliance zijn essentiële onderdelen van het te voeren kwaliteitsbeleid. De verdere uitwerking ervan krijgt in 2011 hoge prioriteit binnen de doorontwikkeling van de bedrijfsvoering. Om meer waarborgen te krijgen in kwaliteit, kwantiteit en continuïteit van de control- en compliancefunctie is in 2009 gezamenlijk met de regio Zuid-Holland Zuid een Regionale Staf gevormd. De Regionale Staf is ondergebracht bij de ZHZ-organisatie, en voorziet in de controltaken van de drie gemeenschappelijke regeling, Drechtsteden, Zuid-Holland Zuid en met ingang van 1 januari 2010, de Veiligheidsregio. De inrichting van de P&C-cyclus voor de GRD met zijn eigen wettelijke termijnen en - voor zover mogelijk en gewenst – het op elkaar laten aansluiten van de cycli van GRD en gemeenten is in volle gang. Sturing en beheersing bestaan uit (interne) regelgeving en verordeningen, borging en naleving ervan, alsmede uit informatie en verantwoording. In 2007 en 2008 zijn als basis voor een ordentelijk opereren diverse verordeningen en kaders vastgesteld, zoals de verordeningen 212 en 213, het financieringsstatuut, de nota reserves en weerstandsvermogen en de verordening bijdrageregeling gemeenten. Sinds 2008 zijn de 4- en 8-maandse Marap in de Drechtraad aanleiding tot het al dan niet bijstellen van beleid en middelen en zijn deze zogenaamde “afwijkingenrapportages” onderdeel van het rechtmatig handelen van de Gemeenschappelijke Regeling. Binnen de topstructuur van de GRD zijn inmiddels enkele aanvullingen aangebracht om mee te kunnen blijven bewegen met de in de afgelopen jaren sterk gegroeide GRD en de toenemende risico’s. Zo is ter versterking van de beheersing op concernniveau een concerndirecteur aan de GRD toegevoegd. In 2011 wordt het bij de GRD passende instrumentarium van planning en control verder uitgebouwd. Voor monitoren en bijsturen van de bedrijfsvoering wordt een sturingsmodel ontwikkeld met kengetallen en prestatie-indicatoren. Als voorbeeld hiervan geldt het instrument van de Pbudgettering. Daarnaast worden verbeteringen voorbereid in sturingsmechanismen en bijstellingen, waar gebruik gemaakt gaat worden van interne audits. Ook de verbetering van de informatie (meer dan cijfers alleen) in de P&C-documenten wordt onder de loep genomen, zodat binnen een beperkte capaciteit toch voldoende informatie voor bestuur beschikbaar kan komen. Personeel en organisatie. De uitkomsten van het in het voorjaar van 2009 gehouden Medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) zijn input geweest voor de speerpunten van de HRM activiteiten voor de komende jaren. Het MTO gaf aanleiding een forse verbeterslag in te zetten op de Arbo aangelegenheden binnen de GRD organisatie. Er is een Centrale Arbocommissie ingesteld die een coördinerende taak heeft bij het bewaken en bevorderen van de arbeidsomstandigheden. Voorts is met de implementatie van het door het Drechtstedenbestuur vastgestelde Gezondheidsbeleid GRD een basis gelegd voor een gestructureerde en eenduidige aanpak van de zaken die het welzijn en de betrokkenheid van de medewerkers bevorderen. In het kader van de implementatie van het beleid Ongewenste omgangsvormen, een onderdeel van het Integriteitbeleid GRD, zijn vier vertrouwenspersonen voor de GRD benoemd. In de loop van 2010/2011 zal verder vorm worden gegeven aan de uitwerking en implementatie van het Integriteitbeleid en gedragscode voor ambtenaren.
51
Om de inhoudelijke ambities van het HRM programma te realiseren is een verdere focus op ontwikkeling en professionalisering van de medewerkers noodzakelijk. Dit zal mede vorm worden gegeven door de intensivering van de personeelsgesprekken volgens een gezamenlijk GRD kader. Medezeggenschap en Georganiseerd overleg Sinds april 2009 wordt binnen de Centrale Ondernemingsraad onder aansturing van een nieuw gekozen Dagelijks bestuur een andere werkwijze toegepast bij de behandeling van verschillende onderwerpen die aan de COR worden voorgelegd. Er wordt gewerkt met de commissies die zich steeds meer specialiseren in diverse onderwerpen. De bemensing van deze commissies vindt plaats op basis van interesse en kundigheid van de COR leden. Door het inrichten van de medezeggenschap zoals boven beschreven, kan met minder inzet meer bereikt worden. De procedures tot besluitvorming worden korter. Ook de kwaliteit op dossiers waar het gaat om een instemming- of adviesrecht wordt verbeterd, omdat de commissies professioneler te werk gaan. Door de directie van de GRD en het Dagelijks bestuur van de Centrale Ondernemingsraad wordt veel aandacht besteed aan dit proces dat ook door de dochter directeuren wordt ondersteund. Deze vernieuwing moet leiden tot een efficiëntere en effectievere vorm van medezeggenschap binnen de GRD. De resultaten hiervan worden naar verwachting in 2011 zichtbaar gemaakt. Het versterken van de netwerkmedezeggenschap die tot doel heeft te komen tot een afstemming op regionaal niveau is voor de Centrale Ondernemingsraad van de GRD een van de belangrijke speerpunten voor de komende tijd. COR GRD is tevens bezig het samenwerkingsverband met de vakbonden en leden NGO vorm te geven. De doorontwikkeling van het NGO zal in 2011 voortgezet worden, waarbij de herziening van het Regionaal Sociaal Plan voor de Drechtsteden per 1 januari 2011, de positie en ontwikkeling van het Loopbaancentrum Drechtsteden en de completering van de uniforme rechtspositie voor de Drechtsteden belangrijke aandachtspunten zullen zijn. Voor specifieke bedrijfsvoeringsaspecten per GRD-dochter wordt verwezen naar de toelichting bij de desbetreffende begrotingsprogramma’s.
3.3 Financiering In december 2009 heeft de Drechtraad het vernieuwde financieringsstatuut vastgesteld. In het financieringsstatuut zijn de doelstellingen van de financiële functie aangegeven en uitgewerkt: • beheersen, beperken en spreiden van financiële risico’s; • zorgdragen voor effectief en efficiënt kas- en saldobeheer; • zorgdragen voor een goed relatiebeheer; • opereren binnen de kaders zoals die zijn gesteld in de wet Fido; • realiseren van gedegen informatiestromen. Financiële risico’s Renterisico’s kunnen worden onderscheiden in het renterisico van de vlottende schuld en dat van de vaste schuld. In de Wet Fido is een norm gesteld voor het maximum bedrag waarvoor kortlopende financieringsmiddelen, met een looptijd korter dan één jaar, aangetrokken mogen worden. Deze norm, de kasgeldlimiet, bedraagt 8,2% van het begrotingstotaal aan lasten vóór bestemming. Voor 2011 is de kasgeldlimiet derhalve 8,2% van € 249 miljoen, is € 20,4 miljoen. De gemeenschappelijke regeling is verplicht eens per kwartaal aan de toezichthouder (Provincie Zuid-Holland) een rapportage te verstrekken over de liquiditeitspositie. Ook voor het renterisico op de vaste schuld is in de Wet Fido een norm gesteld. Deze norm, de renterisiconorm, bedraagt 20% van de stand van de vaste schuld per 1 januari: het renterisico is aanvaardbaar in de tijd gespreid indien per saldo niet meer dan 20% van het bedrag aan opgenomen leningen in één jaar aan renteaanpassing onderhevig is. Dit heeft tot doel te voorkomen
52
dat bij de herfinanciering van leningen grote schokken in de hoogte van de rente ontstaan. Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden heeft nog geen kortlopende of langlopende financieringsmiddelen hoeven aan te trekken. De verwachting is dat dit wel in de loop van 2010 zal plaatsvinden. Kredietrisico’s Kredietrisico’s kunnen zich op twee manieren manifesteren. Ten eerste is er risico dat wordt gelopen op verstrekte leningen en uitgezette beleggingen. Deze risico’s worden door de Wet Fido ingeperkt door middel van te stellen voorwaarden aan marktpartijen en financiële producten. Het is de verwachting dat de GR Drechtsteden in 2011 geen overtollige liquide middelen zal uitzetten en/of leningen zal verstrekken. Kasbeheer De treasuryfunctie kasbeheer zorgt voor een efficiënte inrichting van de bankrekeningstructuur en maakt gebruik van de verschillende betaalinstrumenten. Op basis van een korte liquiditeitsplanning worden de liquiditeiten beheerd, waarbij met kasgeld en deposito’s het saldo naar nul wordt gestuurd. Financieringskosten De financieringskosten worden mede bepaald door de rentetypische looptijd en de beschikbaarheid van de leningen. Mogelijkheden voor alternatieve financiering worden onderzocht indien die tot lagere financieringskosten kunnen leiden. Van belang is dat de marktpartijen waar leningen worden opgenomen maatschappelijk aanvaard zijn. Relatiebeheer Het relatiebeheer heeft betrekking op het onderhouden van marktrelaties met banken en financiële instellingen, en is van belang om ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt te monitoren.
3.4 Onderhoud kapitaalgoederen De Drechtraad heeft in de vergadering van december 2008 de notitie activeren en afschrijving vastgesteld. In de notitie is vastgesteld wanneer activa worden gevormd en op welke wijze afschrijvingen plaats vinden en met welke termijnen. GR Drechtsteden heeft kapitaalgoederen in de vorm van een investering in de kantoorpanden die worden gebruikt voor huisvesting van Sociale Dienst, Ingenieursbureau, en Servicecentrum. GRD heeft met de eigenaar, de gemeente Dordrecht, een huurcontract afgesloten voor de periode van 15 jaar. Voor de kantoorpanden is in 2009 een MeerjarenOnderhoudsPlan opgesteld op basis waarvan preventief onderhoud zal plaatsvinden en de jaarlijkse onderhoudskosten kunnen worden vastgesteld en beheerd. Uit de MOP blijkt een schommeling in de jaarlijkse kosten van preventief onderhoud. De fluctuaties in die kosten blijken echter beperkt. Er is dan ook geen reden een onderhoudsvoorziening in te stellen. De jaarlijkse kapitaal- en onderhoudslasten worden op basis van het aantal formatieplaatsen omgeslagen naar de gebruikers van de panden, en zijn dus opgenomen in de begrotingsprogramma’s van desbetreffende GRD-dochters. Daarnaast heeft de GRD ICT-activa, en investeert de komende jaren verder daarin. Het Servicecentrum exploiteert de regionale ICT-infrastructuur en stelt deze beschikbaar aan de deelnemende gemeenten, de regio Zuid-Holland Zuid, en de GR Drechtsteden zelf. De jaarlijkse kapitaals- en onderhoudslasten zijn in het begrotingsprogramma van het SCD verwerkt. Voor onderhoud en vervanging worden planningen opgesteld. Verder heeft de GRD activa in de vorm van investering in de gebouwinrichting, zoals meubilair, en in software bij de Sociale Dienst en bij het Ingenieursbureau.
53
15.939
12.862
0
7.050
7.050
0
0
0
0
Manden maken
4.000
4.000
0
0
0
0
0
0
0
-845
184.367
184.367
0
184.617
184.617
0
0
0
0
10.314
512
8.830
9.330
500
8.973
8.973
0
0
0
0
46.179
46.188
9
41.989
41.989
0
40.964
40.964
0
0
0
0
Gemeentebelastingen Drechtsteden
5.125
5.165
40
5.249
5.249
0
5.220
5.220
0
0
0
0
Onderzoekcentrum Drechtsteden
1.776
1.676
-100
1.538
1.538
0
1.563
1.563
0
0
0
0
Algemene dekkingsmiddelen
1.869
993
-877
0
700
700
0
600
600
500
400
300
275.018
273.757
-1.261
258.835
260.035
1.200
248.387
248.987
600
500
400
300
0
1.261
1.261
1.200
0
-1.200
600
0
-600
-500
-400
-300
275.018
275.018
0
260.035
260.035
0
248.987
248.987
0
0
0
0
54
Resultaat voor bestemming Resultaatbestemming Resultaat na bestemming
15.939
0
12.862
10.249
10.249
0
184.079
183.234
9.802
Baten
Saldo
FINANCIËLE BEGROTING
Bureau Drechtsteden
Servicecentrum Drechtsteden
Baten
Saldo 2014
Lasten
Ingenieursbureau Drechtsteden
Lasten
Saldo 2013
Saldo
Sociale Dienst Drechtsteden
Saldo
Saldo 2012
4.
Baten
Begroting 2011
Recapitulatie programmabegroting en meerjarenraming (bedragen x € 1.000)
Lasten
Begroting 2010
4.1
Realisatie 2009
Programma
Mutaties in de reserves In de baten voor 2011 zijn de volgende bedragen opgenomen afkomstig van een onttrekking aan de reserves, Zie hiervoor ook het overzicht van de reserves in de paragraaf weerstandsvermogen in hoofdstuk 3. Programma
Bedrag x € 1.000
Bureau Drechtsteden
Reserve
510
Bestemmingsreserve BWS
Aan de bestemmingsreserve BWS wordt jaarlijks de middelen toegevoegd waarop geen bestedingsverplichting meer rust. Voor 2011 is dit nog niet in de begroting opgenomen. Incidentele baten en lasten De saldi van de meerjarenramingen worden niet beïnvloed door incidentele baten en lasten. In begroting 2011 zijn de volgende incidentele baten en lasten opgenomen: Programma
Incidentele baten (+) en lasten (-) x € 1.000
Algemene dekkingsmiddelen
Toelichting
+ 600
Algemeen renteresultaat
Niet opgenomen zijn incidentele lasten en baten die met elkaar samenhangen en elkaar compenseren.
4.2
Algemene dekkingsmiddelen
Het Algemene renteresultaat wordt in de begroting opgenomen als algemeen dekkingsmiddel.
Lasten
2011 Baten
0
600
bedragen x € 1.000 Renteresultaat
Saldo 600
Saldo 2012
Saldo 2013
Saldo 2014
500
400
300
De Algemene rente wordt gevormd door: - De calculatorische rente op de geactiveerde investeringen. Conform de financiële kadernota wordt hiervoor gerekend met 5% rente. - Opbrengst van uitgezette liquide middelen. De liquide middelen hangen samen met gevormde reserves en de vooruit ontvangen/ nog niet bestede subsidies. - Rentelasten van opgenomen leningen. De algemene rente wordt vooralsnog binnen de begroting beschikbaar gehouden als algemeen dekkingsmiddel.
4.3
Resultaatbestemming
Zoals uit de begrotingscijfers blijkt heeft de GRD een positief saldo, dat bestaat uit het Algemene renteresultaat. Het Algemene renteresultaat is vooralsnog beschikbaar als algemeen dekkingsmiddel.
55
4.4
Begrotingskaders en uitgangspunten
De Drechtraad heeft in december 2009 de financiële kadernota 2011 vastgesteld. Daarbij geldt dat voor begroting 2011 de reële verwachte kostenstijgingen worden gehanteerd voor de aanpassing van budgetten en gemeentelijke bijdragen. Sinds begroting 2009 is afgestapt van het principe om de ontwikkeling van het accres van het Gemeentefonds te volgen. In de financiële kadernota is vastgelegd dat voor begroting 2011 de ramingen uit september 2009 worden gebruikt. Vervolgens vindt eind 2010 een actualisering plaats op basis van de ramingen van september 2010. Deze actualisering wordt, in de vorm van een begrotingswijziging, ter vaststelling voorgelegd aan de Drechtraad van december 2010. Er zijn daarna geen aanpassingen meer; wijzigingen in de ramingen ná september 2010 leiden niet tot een wijziging van de begroting 2011. Conform de financiële kadernota zijn voor de primaire begroting 2011 de volgende uitzettingspercentages gehanteerd, ten opzichte van de primaire begroting 2010: - loonkostenstijging: 2,00 % - prijsstijging: 0,25% - gemiddelde stijging lonen en prijzen: 1,48% De gespecificeerde opbouw is als volgt Loonkostenstijging (loonvoet sector overheid)
Stijging 2009 Stijging 2010 Totaal nacalculatie
Primaire begroting 2010 4,25 % 1,75 %
CPB december 2009 4,00 % 2,00 % 2,00 %
Stijging 2011 * Primaire begroting 2011
Verschil
- 0,25 % + 0,25 % 0,00 % +2,00 % + 2,00 %
* voor het jaar 2011 wordt de CPB-raming voor 2010 gebruikt Prijsstijging (prijsontwikkeling BBP)
Stijging 2009 Stijging 2010 Totaal nacalculatie
Primaire begroting 2010 1,50 % 1,00 %
Septembercirculaire 2009 1,25 % 0,75 %
Stijging 2011 *
0,75 %
Primaire begroting 2011
Verschil
- 0,25 % - 0,25 % - 0,50 % + 0,75 % + 0,25 %
* voor het jaar 2011 wordt de raming voor 2010 gebruikt De budgetten zijn voor 70% loon- en voor 30% prijsgevoelig, zodat bij de primaire begroting 2011 de kostenbudgetten en gemeentelijke bijdragen per saldo met 1,48% stijgen ten opzichte van de primaire begroting 2010.
56
Inwoneraantallen De inwoneraantallen per 1 juli 2009 die zijn gehanteerd zijn als volgt (bron CBS):
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-Ido-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Totaal
4.5
Inwoneraantal 1 juli 2009 18.960 118.579 26.441 31.743 23.988 44.345 264.056
Verdeelsleutels
Voor de bijdragen van de gemeenten in de kosten van de GRD-onderdelen worden de volgende verdeelsleutels gehanteerd. Programma Onderdeel Bureau Drechtsteden Algemene inwonerbijdrage Regionaal Platform Verkeersveiligheid Waterbus Bijdrage wonen Voorrangscommissie Klachtencommissie Natuur en Milieu Educatie Bijdrage uitvoeringskosten Wet Educatie en Beroepsonderwijs Sociale Dienst Drechtsteden Participatie (Re-integratie, Inburgering, Educatie) Kinderopvang Bijstandsverlening Minimabeleid
WMO-huishoudelijke verzorging WMO- hulpmiddelen (ex-WVG) Schuldbemiddeling en budgetadvies Apparaatskosten
Ingenieursbureau Drechtsteden
Verdeelsleutel begroting 2010
Inwoneraantal per 1 juli 2009 Inwoneraantal per 1 juli 2009 Gemeentefonds uitkeringsjaar 2009 Inwoneraantal per 1 juli 2009 Inwoneraantal per 1 juli 2009 Inwoneraantal per 1 juli 2009 Inwoneraantal per 1 juli 2009 Inwoneraantal per 1 juli 2009
Rijksbudget Participatiebudget Voorcalculatie per gemeente met toepassing van kostenindexering Rijksbudgetten WWB-inkomen, IOAW, IOAZ, BBZ 5-jaars voorschrijdend gemiddelde WWBklantaantallen met toepassing van kostenindexering Rijksbudget huishoudelijke verzorging Voorcalculatie per gemeente met toepassing van kostenindexering Voorcalculatie per gemeente met toepassing van kostenindexering 5-jaars voorschrijdend gemiddelde WWBklantaantallen met toepassing van kostenindexering; tevens 68,21% van de doeluitkering gemeentefonds voor uitvoering WMO-huishoudelijke verzorging Afgenomen diensten
57
Service Centrum Drechtsteden Basispakket Pluspakket en additioneel pakket IP&A deelprogramma 1B
Aantal fte per 1 januari 2010 Dienstverleningsovereenkomst Aantal werkplekken
GemeenteBelastingen Drechtsteden
Aantal aanslagregels 2009
OnderzoekCentrum Drechtsteden
Aantal fte per 1 januari 2010
Manden Maken
Nvt
Algemene dekkingsmiddelen
Inwoneraantal per 1 juli 2009
Er is bij de hantering van de verdeelsleutels één afwijking ten opzicht van de financiële kadernota: het werkplektarief voor IP&A deelprogramma 1B van het SCD moet worden gebaseerd op het aantal werkplekken per 01-01-2010. Gebruikt zijn nu echter de aantallen werkplekken conform de inventarisatie die in september 2009 is afgerond. Mogelijk vindt bij de actualisering van de begroting 2011, in de Drechtraad van december 2010, nog een correctie plaats op basis van de uitkomsten van een meer actuele telling.
4.6
Personele sterkte en personeelskosten aantal fte
Bureau Drechtsteden Sociale Dienst Drechtsteden * Ingenieursbureau Drechtsteden Servicecentrum Drechtsteden Gemeentebelastingen Drechtsteden ** Onderzoekcentrum Drechtsteden Totaal
26,9 298,3 74,5 374,4 53,0 14,6 841,7
Personeelskosten x 1000 € 2.006 € 17.377 € 4.745 € 22.503 € 3.104 € 987 € 50.722
* Sociale Dienst: inclusief 6,8 fte tijdelijke formatie schuldhulpverlening ** Gemeentebelastingen: inclusief 2,5 fte tijdelijke formatie
58
Kosten per fte x1 € 74.600 € 58.200 € 63.700 € 60.100 € 58.600 € 67.600 € 60.300
5.
VASTSTELLING
Dagelijks Bestuur
Als ontwerpbegroting vastgesteld door het dagelijks bestuur op 22 april 2010.
Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden De secretaris,
De voorzitter,
Algemeen Bestuur
Vastgesteld door het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden op 16 juni 2010.
De coördinerend griffier,
De voorzitter,
59
Alblasserdam
Dordrecht
H.I. Ambacht
Papendrecht
Sliedrecht
Zwijndrecht
Totaal
Bijlage: Bijdragen per gemeente (bedragen x € 1.000)
188 4 43 5 4 28 4 4 5 -
1.173 25 380 31 23 172 28 23 34 64
262 5 57 7 5 38 6 5 8 13
314 7 72 8 6 46 8 6 9 15
237 5 57 6 5 35 5 7 12
439 9 108 11 9 64 10 9 13 23
2.612 55 718 68 51 383 57 51 77 127
Sociale Dienst Drechtsteden Participatie Kinderopvang Bijstandsverlening Minimabeleid WMO - Huishoudelijke hulp WMO - Hulpmiddelen Schuldbemiddeling en Budgetadvies WMO - uitvoeringskosten Apparaatskosten
1.067 11 2.811 209 1.689 1.134 1 62 1.028
22.137 384 45.353 3.434 10.688 6.672 24 395 16.847
745 2 1.628 122 1.297 958 1 48 598
1.604 9 4.076 303 2.195 1.265 2 81 1.489
1.283 27 3.638 255 2.332 1.168 2 86 1.253
3.761 82 9.205 627 4.260 2.156 4 158 3.078
30.597 516 66.710 4.951 22.461 13.353 35 830 24.292
Servicecentrum Drechtsteden Basispakket Pluspakket Additioneel pakket IP&A deelprogramma 1B
1.167 271
9.277 1.418 1.598 2.116
1.266 399
2.225 429
1.426 305
2.766 177 745
18.127 1.595 1.598 4.265
-
2.617
511
467
509
816
4.920
82
652
90
159
102
194
1.279
-60
-680
-63
-99
-78
-164
-1.144
Programma Bureau Drechtsteden Algemene inwonerbijdrage Regionaal Platform Verkeersveiligheid Waterbus Voorrangscommissie Klachtencommissie Bijdrage wonen Natuur en Milieu Educatie Wet Educatie en Beroepsonderwijs Walstroom Energieprogramma
Gemeentebelastingen Drechtsteden Onderzoekcentrum Drechtsteden Compensatie kostenindexering
Totaal
9.757 124.885
60
8.008 14.696 12.677 28.560 198.584