Vastgoedstrategie TU Delft op 22 oktober 2013
‘Van visie tot strategie’ 22 oktober 2013
1
Inhoudsopgave Inhoudsopgave .................................................................................. 2 1 Inleiding ..................................................................................... 3 1.1 Campusvisie ........................................................................... 3 1.2 Kader vastgoedstrategie .......................................................... 4 1.3 Leeswijzer .............................................................................. 5 2 Huisvestingsbeleid ........................................................................ 6 2.1 FMVG .................................................................................... 6 2.2 Ambities en doelstellingen ........................................................ 6 2.3 Resultaat huisvesting 2013 – 2022 .......................................... 12 2.3.1 Kerntaken ....................................................................... 13 2.3.2 Community ..................................................................... 13 3 Vastgoedstrategie en ingrepen huisvesting .................................... 14 3.1 Vensters vastgoedstrategie .................................................... 14 3.2 Vastgoedstrategie venster 2013 – 2016 .................................... 15 3.2.1 Projecten in uitvoering ..................................................... 15 3.2.2 Spoedig te starten ingrepen .............................................. 16 3.2.3 Vastgoedstrategie venster 2013 – 2022 .............................. 17 Bijlage 1 Toelichting Huisvestingsplannen......................................... 18 Bijlage 2 Processchema vastgoedstrategie ....................................... 22 Bijlage 3 Financiële consequenties ................................................... 23 Bijlage 4 Planning (separaat toegevoegd) Bijlage 5 Richtlijnen communicatie campusvisie en vastgoedstrategie (separaat toegevoegd)
22 oktober 2013
2
1 Inleiding Eind 2009 besloot het College van Bestuur van de Technische Universiteit Delft tot essentiële wetenschappelijke en facilitaire vernieuwing (en ook om uit de rode cijfers te komen). De herijking werd gestart. De faculteiten, het OTB en de ondersteunende directies hebben in 2010 keuzes voorgesteld die moesten leiden tot het structureel beschikbaar komen van financiële middelen. De vrijkomende middelen zet de universiteit in om de essentiële vernieuwing van de universiteit mogelijk te maken.
functioneren van de campus als gemeenschap voor studenten, onderzoekers, bedrijven en ondersteunende medewerkers. De campusvisie brengt deze thema’s samen tot een kaderstellende visie op de ontwikkeling van de campus in de komende tien tot vijftien jaar. De campusvisie is daarmee de leidraad voor het vastgoedbeleid en de huisvestingsplannen van de TU Delft. Inhoudelijk is de campusvisie op hoofdlijnen samengevat in figuur 1 en aangevuld met enkele mogelijke huisvestingsplannen. In dit figuur komen de volgende onderdelen samen: de kerntaken weergegeven in het blauw, in het oranje de universiteitsbrede thema’s en in het geel de relatie met de stad en de regio.
De TU Delft meent dat nu het moment is om deze vrijgekomen middelen te investeren. Investeren is noodzakelijk om de topprestaties van de TU Delft te kunnen garanderen. De universiteit wil daarom onder meer investeren in de hoognodige vernieuwing van de campus, zoals omschreven in de campusvisie. Het vernieuwen van de gehele campus en het uitvoeren van alle ambities van de faculteiten binnen tien tot vijftien jaar is voor de TU Delft onbetaalbaar. Nu niet investeren leidt echter tot zeer hoge kosten voor de vastgoedportefeuille en een prestatievermindering van de universiteit. Deze notitie stelt een strategie voor waarmee de TU Delft richting geeft aan het oplossen van dit dilemma.
1.1 Campusvisie Op 9 juli 2013 stemde het College van Bestuur (CvB) in met de campusvisie en de hoofdlijnen van de vastgoedstrategie. De directie Facilitair Management en Vastgoed (FMVG) heeft dit sindsdien verder uitgewerkt en het document ‘TU Delft, de visie op de campus op 15 juli 2013’ uitgebracht. Dit zal in de komende maanden met ondersteuning door FMVG binnen de TU Delft en aan externe stakeholders worden toegelicht.
Figuur 1 Samenvatting thema’s en ingrepen huisvesting
De campusvisie geeft een overzicht van de ambities met betrekking tot voorzieningen van de TU Delft: onderwijs, onderzoek en valorisatie in een ‘Living Campus’ omgeving. In de campusvisie wordt een aantal thema’s geïdentificeerd die bepalend zijn voor de kwaliteit van het
22 oktober 2013
3
Het transformeren van de huisvesting is een zaak van ‘een lange adem’ hebben. De ontwikkeling van de huidige gebouwenvoorraad naar hoogwaardigere functies en voorzieningen, zoals omschreven in de campusvisie, gaat decennia vergen. Ondertussen blijft het nodig de huidige functionaliteit en bedrijfszekerheid van de huisvesting te bewaken en aan projecten te werken om de veiligheid, gezondheid en bruikbaarheid op de campus te kunnen garanderen. De vastgoedstrategie vormt een richtlijn voor de ontwikkeling van de campus. Het geeft het kader weer waarbinnen deze ontwikkeling moet plaatsvinden en vertaalt de ambities en doelstellingen uit de campusvisie in concrete huisvestingsplannen. De relatie tussen de campusvisie, de vastgoedstrategie en de huisvestingsplannen is in de volgende paragraaf verder uiteengezet.
1.2 Kader vastgoedstrategie In het huisvestingproces is het van belang om drie onderdelen te onderscheiden: de Campusvisie (de leidraad bij het kiezen van vastgoedinterventies), de Vastgoedstrategie (het totale programma van vastgoedinterventies voor de komende tien tot vijftien jaar) en de Huisvestingsplannen 2013-2016 (de projecten die tussen 2013 en 2016 zullen worden uitgevoerd). Campusvisie – De campusvisie is een uitwerking van de strategische doelen en ambities (Roadmap TU Delft 2020) voor de TU-campus en wordt door het CvB vastgesteld. Deze wordt door het CvB samen met FMVG in een ‘Roadshow’ breed gepresenteerd aan en besproken met belanghebbende partijen. Doel van deze ‘Roadshow’ is het bevorderen van draagvlak bij (bestuurlijke) stakeholders van de TU Delft. Zo zullen na vaststelling van de campusvisie door het CvB, de Groepsraad en het Directeurenteam nu de afzonderlijke decanen en directeuren worden geconsulteerd. Ook de Studentenraad en OR zullen regelmatig worden geïnformeerd. Ook externe partijen die formeel instemming moeten verlenen op onderdelen (w.o. het college van B&W en de gemeenteraad van Delft) zullen worden betrokken. Door middel van deze roadshow moet actieve medewerking worden verkregen van alle doelgroepen die onmisbaar zijn voor een succesvolle
uitvoering van de campusvisie en de daaruit volgende planning. Begrip en draagvlak is belangrijk, dat wil zeggen een positieve houding bij relevante publieksgroepen zowel intern bij de TU Delft, als extern; in het bijzonder bij doelgroepen die een adviserende taak hebben en bevorderen dat zij die steun uitdragen (beïnvloeders en belangengroeperingen) Om dit te bereiken is het een voorwaarde dat doelgroepen hun beeld- en meningsvorming baseren op voldoende en correcte informatie. Zij moeten dus over voldoende kennis beschikken van campusvisie, en de daarbij behorende achtergronden en argumenten. Vastgoedstrategie 2013–2022 – De vastgoedstrategie is de concretisering van de doelstellingen en ambities voor huisvesting uit de campusvisie. De strategie geeft aan welke mogelijke huisvestingsplannen er momenteel bestaan om de campus de komende tien tot vijftien jaar te transformeren tot de campus die is omschreven in de campusvisie. Het bepalen van de volgorde van enkele grote ingrepen (EWI, CiTG en TN) is hierbij van belang. Het is belangrijk de consequenties hiervan op het meerjarig onderhoudsprogramma in kaart te brengen, omdat uitstel van renovatieprojecten een hoger (en duurder) onderhoudsniveau vraagt. De uitwerking vindt plaats per deelgebied, zodat interventies in gebouwen en in het buitengebied op elkaar zijn afgestemd. Ook hierin zullen de verschillende stakeholders worden betrokken zodat deze hun beeld- en meningsvorming baseren op voldoende en correcte informatie en over voldoende kennis beschikken over de gemaakte keuzes, en de daarbij behorende achtergronden en argumenten. Concrete huisvestingsplannen 2013–2016 – Huisvestingsplannen geven een concrete invulling van een project voor de transformatie van een gebouw of terrein. FMVG stelt in deze vastgoedstrategie voor om een aantal projecten uit te voeren in de periode 2013–2016. Het gaat om projecten waarover reeds eerder besluitvorming door het CvB heeft plaatsgevonden en een aantal projecten waarvan FMVG meent dat uitstel niet verstandig zou zijn, omdat zonder deze interventies de bedrijfscontinuïteit niet gegarandeerd kan worden (zie hoofdstuk 3). FMVG dient voor deze projecten spoedig een projectvoorstel in. Tegelijkertijd wordt op de achtergrond doorgewerkt aan de huisvestingsplannen voor de langere termijn (periode t/m 2022).
22 oktober 2013
4
Gedurende de uitvoering van projecten monitort FMVG de voortgang van de ontwikkeling van de campus en rapporteert zij hierover aan het CvB, de Groepsraad en het Directeurenteam (en waar gewenst aan de Ondernemingsraad). FMVG vertaalt de ingrepen in de huisvesting naar de thema’s uit de campusvisie. Voor onderzoek, onderwijs en valorisatie meet zij de hoeveelheid en kwaliteit van de voorzieningen (zoals studieplekken, laboratoria en ruimte voor bedrijven), zowel de voorzieningen die beschikbaar zijn, als de voorzieningen die worden gecreëerd.
1.3 Leeswijzer De uitgangspunten die ten grondslag liggen aan de vastgoedstrategie, vormen de doelstellingen en ambities voor de huisvestingsplannen. Deze staan beschreven in hoofdstuk 2. Het hoofdstuk sluit af met een samenvatting van de doelstellingen en een voorlopig beeld van de opbrengsten van de voorgenomen huisvestingsplannen zoals deze nu bekend zijn. Hoofdstuk 3 beschrijft de strategie waarmee de TU Delft deze doelstellingen wil bereiken. In dit hoofdstuk worden ook per thema, enkele huisvestingsplannen verkend om dit te bereiken. Deze huisvestingsplannen worden in bijlage 1 nader toegelicht. Bijlage 2 gaat in op het afstemmen van de vastgoedstrategie met stakeholders. De afstemming met Finance is verder uitgewerkt in de separaat toegevoegde bijlage 4. Dit document sluit af met de conclusie en de vervolgstappen in het proces.
22 oktober 2013
5
2
Huisvestingsbeleid
De TU Delft is tegelijkertijd eigenaar, ontwikkelaar en gebruiker van het vastgoed. Het managen van dit vastgoed focust zich op de prestatie van onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie in relatie tot de middelen die aan huisvesting worden gespendeerd. Het is een continu proces dat het aanbod en de vraag op elkaar afstemt, afgeleid van de beleidsdoelstellingen en het primaire proces. Dit hoofdstuk beschrijft deze beleidsdoelstellingen en wie er binnen de TU Delft verantwoordelijk is voor het te behalen resultaat.
2.1 FMVG FMVG is verantwoordelijk voor een goede leef- en werkomgeving in en rondom de gebouwen op de campus. Vanuit de kennis van de primaire processen binnen de TU Delft en de deskundigheid op het gebied van facilitair management en vastgoed, blijft de directie FMVG zich voortdurend ontwikkelen. Kortom, ze streeft ernaar om FMVG zet in op excellente voor zowel studenten als medewerkers en voorzieningen en bedrijven - een aangename studie-, ondersteuning voor het onderzoek- en werkomgeving te creëren.
primaire proces van de TU Delft als geheel, en daarbinnen van alle faculteiten. Het thema duurzaamheid vormt hierin een belangrijk onderdeel.
FMVG biedt een breed palet aan producten en diensten. De medewerkers van de directie houden zich bezig met het ontwikkelen en realiseren van nieuwbouwprojecten en renovaties, maar ook met het beheer en onderhoud van gebouwen en terreinen inclusief de infrastructuur zoals groen, wegen en fietspaden. Uiteraard behoort het leveren van energie en facilitaire producten en diensten ook tot de verantwoordelijkheden van de directie. Het doel hiervan is het zorgen voor bedrijfscontinuïteit en de functionaliteit van het vastgoed en het gebied. Ondersteunend daaraan is een hogere verblijfskwaliteit en het creëren van plaatsen die inspireren en
ontmoetingen faciliteren, zowel in de universiteitsgebouwen als op de campus. Die campus faciliteert het soort ontmoetingen en interactie dat nodig en gewenst is voor eigentijds onderwijs, onderzoek en kennisvalorisatie.
2.2 Ambities en doelstellingen De ambities en doelstellingen op het gebied van huisvesting, die zijn afgeleid van de campusvisie, worden in deze paragraaf beschreven. Ze worden aangevuld met voorwaarden, zoals financiële kaders. Deze paragraaf bevat de doelstellingen per thema en de tools waarmee TU Delft deze bepaalt en monitort. Onderwijs - De TU Delft leidt internationaal erkende, hoogwaardige ingenieurs (bachelor, master en PhD) op. De doelstelling is het onderwijs meer te laten excelleren, mede door te zorgen voor voldoende en kwalitatief hoogwaardige faciliteiten voor het geven van colleges en het doen van zelfstudie. • College - De TU Delft heeft ruim 19.000m² onderwijszalen met 13.000 plekken in de zalenpool, waarvan het overgrote deel kwalitatieve aanpassingen vereist. De gewenste aanpassingen bepaalt FMVG samen met de gebruikers (docenten, studenten en ondersteuning) met als doel alle poolzalen te optimaliseren. Kwantitatief is er een ‘mismatch’ tussen de huidige zalen en het gewenste aanbod. Om de huidige knelpunten op het gebied van roostering op te lossen, streeft de TU Delft voorlopig naar een capaciteitsuitbreiding van 10% van de onderwijszalen. Dit is een aanname die FMVG verder analyseert in de taskforce Onderwijszalen, samen met de portefeuillehouder Onderwijs en de directie Onderwijs & Studentenzaken. Met behulp van roostering, studentenprognoses en ruimtebehoeftemodellen wil de TU Delft de toekomstige behoefte aan onderwijsruimten (onderwijszalen, practicaruimten etc.) bepalen. Op basis van de resultaten van deze analyse wordt het programma van onderwijsruimten bijgesteld om het aanbod te laten matchen met de huidige en toekomstige vraag. • Zelfstudie - De TU Delft wil de voorzieningen op en rondom de studieplekken verbeteren, zodat de studenten deze beter kunnen benutten. Samen met de faculteiten, diensten en studenten wordt
22 oktober 2013
6
onderzocht welke voorzieningen nodig zijn. Dit wordt geïmplementeerd in de verschillende huisvestingsplannen en leeromgevingen. Onderzoek – Op de TU Delft verrichten wetenschappers toponderzoek dat leidt tot oplossingen voor grote maatschappelijke problemen. Maatschappelijke problemen verschuiven echter voortdurend. De TU Delft investeert daarom fors in onderzoek om deze ontwikkelingen in de maatschappij te kunnen volgen. De universiteit investeert in twee typen onderzoeksfaciliteiten, namelijk: • Laboratoria – De TU Delft heeft ruim 36.000m² laboratoriumruimte bestaande uit ‘lowtech’, ‘hightech’ en ‘special’ laboratoria. De TU Delft zal altijd investeren in laboratoria op de campus die direct voorwaardelijk zijn voor het uitvoeren van onderzoek, bijvoorbeeld ten gevolge van het aanwenden van onderzoeksgelden. Er is daarnaast behoefte aan een structurele uitbreiding van het aantal chemische laboratoria. Aangenomen wordt dat de capaciteit met 10% moet toenemen om aan de behoefte te voldoen. FMVG zal samen met de portefeuillehouder Onderzoek de behoefte verder analyseren. In deze analyse wordt de ambitie meegenomen om flexibelere laboratoriumconcepten te realiseren waarmee de veranderingen in onderzoek beter kunnen worden opgevangen. • Overige onderzoeksruimten – De TU Delft heeft naast laboratoria nog andere onderzoeksruimten, zoals werkplaatsen. De doelstelling is om de huidige hoeveelheid ruimte te continueren. Investeringen vinden alleen plaats om de omgeving veilig, gezond en functioneel te houden. Valorisatie – De TU Delft vindt het belangrijk kennis maatschappelijk toegankelijk te maken en deze kennis te kunnen laten gebruiken door bedrijven en instellingen. Daarom hecht de universiteit veel belang aan samenwerkingsverbanden met het bedrijfsleven en kennisinstellingen. De doelstelling is een aantrekkelijker vestigingsklimaat te creëren voor spinoff, Research & Development (R&D)-bedrijven en overige samenwerkingsverbanden, waardoor de hoeveelheid bedrijven en instellingen op de campus toeneemt. Dit doet de TU op de volgende wijzen: • Spin-off - Mede door het succes van YES! Delft, is er een directe behoefte aan doorstroomruimte voor ‘accellerators’ en
•
•
•
laboratoriumruimte voor startende ondernemers vanuit de TU Delft. De universiteit wil daarom voorzien in 6000m² extra ruimte voor deze doelgroepen. Bedrijven – Het sciencepark Technopolis heeft een belangrijke rol in het vestigingsklimaat voor bedrijven. Met succes is de TU Delft hierin al relaties aangegaan met onder andere Exact Software B.V., YES! Delft, Deltares en Applikon (60.000 m²). Ook de nieuwe hoofdvestiging van 3M is op dit moment in dit gebied in ontwikkeling. De TU Delft streeft naar 460.000m² bruto vloeroppervlak (bvo) voor bedrijven en instellingen (verkavelingsplan sciencepark Technopolis). Een randvoorwaarde is dat de investeringen worden gedekt uit onder andere de huurinkomsten en ze daardoor op termijn kostendekkend zijn. Kennisinstellingen – In samenwerking met grote opdrachtgevers in de bouwsector wordt op de campus (gebouw Van der Burghweg 1) de Bouwcampus gevestigd. Hierin zullen de belangrijkste kennisinstellingen in de bouwsector samen worden gehuisvest. Studentenprojecten – De Dream Teams zijn een bijzondere samenwerkingsvorm vanuit onderwijs, onderzoek en valorisatie. De universiteit blijft deze teams stimuleren door het bieden van een gezamenlijke voorziening, centraal op de campus.
Living Campus – Het hebben van voldoende hoogwaardige voorzieningen voor onderwijs, onderzoek en valorisatie alleen, is niet voldoende om een topuniversiteit te zijn. Tussen de voorzieningen is openbare ruimte als sociale laag noodzakelijk om de gemeenschap te binden, inspireren en verbinden. Ingrepen in de openbare ruimte van een universiteitscampus hebben tot doel de interactie tussen studenten, onderzoekers, docenten, bedrijven en bezoekers te stimuleren. Het is de gemeenschappelijke landschappelijke drager waar ontmoeten, inspireren, leren, wonen en recreëren centraal staan. Een representatief campuslandschap draagt in hoge mate bij tot de kwaliteit van de universiteit als geheel. Daarnaast stimuleert deze de menselijke interactie die aan de basis ligt van kwalitatief universitair onderwijs én onderzoek. De TU Delft werkt daarom aan:
22 oktober 2013
7
•
•
•
Wonen – In de MER (2010) hebben de TU Delft en de gemeente Delft vastgelegd dat er op de campus plaats is voor 3000 extra studentenwoningen. De invulling van deze studentenwoningen zal plaatsvinden op de volgende plekken: o Circa 600 woningen realiseert projectontwikkelaar Bes de Blaay & Partners op het voormalig terrein van Deltares aan de Stieltjesweg o Circa 1100 woningen realiseert DUWO op TU MiddenWest o Circa 500 woningen realiseerde DUWO reeds aan de Balthasar van de Polweg en de Leeghwaterstraat Hoewel de TU Delft de woningen niet zelf ontwikkelt, heeft ze wel taak de aansluiting van deze plannen op de campus te bewaken. Daarnaast draagt zij zorg voor de gronduitgifte, bouwrijp maken en de openbare ruimte. Binden - De ontwikkeling van de openbare ruimte is gericht op het maken van een herkenbare landschappelijke onderligger die het platform vormt waarop de universiteitsgebouwen zich presenteren. Dit campuslandschap voegt zich naar de stedelijke en landschappelijke context. Op het sciencepark Technopolis zal het duidelijk herkenbare Nederlandse polderlandschap de basis vormen van het campuslandschap. In het centraal gelegen deel van de campus zal een verbindend en eenduidig en representatief campuslandschap ontstaan gestoeld op bestaande kwaliteiten en een gemeenschappelijke groene onderligger. De opgave voor de TU Delft bestaat uit het herinrichten van circa vijftig hectare openbare ruimte (exclusief Technopolis en TU Noord). Ontmoeten - Ontmoetingsplekken worden met name gekoppeld aan entrees van gebouwen in zogenaamde ‘hotspots’. Hier zal ruimte zijn voor spontane en geregisseerde interactie tussen onderzoeker, docent, student en bezoeker. Gedegen ontworpen ontmoetingsplekken tussen gebouw en campuslandschap – rekening houdend met onder andere bezonning, uitzicht en sfeer – zullen de campus van de TU Delft verlevendigen. Een voorbeeld van een hotspot is zichtbaar in figuur 2. In het totaal zijn 30 plekken op de campus aangewezen als potentiële ruimte voor hotspots. De exacte ligging van de hotspots en de uitwerking ervan bepaalt FMVG samen met de gebruikers per deelgebied.
Figuur 2: Voorbeeld hotspot , Basketbar Utrecht (http://www.orgul.nl)
•
Verblijven en recreëren – Belangrijke voorwaarden voor een Living Campus, zijn voorzieningen om te kunnen verblijven en recreëren. De TU Delft vult deze twee voorwaarden op de volgende manier in: o Recreëren vindt plaats op de ontmoetingsplekken in de openbare ruimte, maar ook binnen de unit Sport en Cultuur. Sport en Cultuur speelt een belangrijke rol als (ver)bindingsfactor voor studenten, onderzoekers en medewerkers. De behoefte aan sportfaciliteiten is groeiende en daarom investeert de TU Delft in het uitbreiden van de Sport en Cultuur-faciliteiten. o De TU gemeenschap heeft naast sport en cultuur behoefte aan algemene faciliteiten zoals horeca, winkels en kinderopvang. Veel van deze faciliteiten zijn op loop-/fietsafstand in de omgeving van de campus beschikbaar. De universiteit investeert niet zelf in deze faciliteiten om ze ook op de campus te realiseren. Wel ondersteunt zij initiatieven van derden die op een natuurlijke
22 oktober 2013
8
wijze de concurrentie aan willen gaan met de faciliteiten in de omgeving.
daarbij de verkeersveiligheid van met name voetgangers in gevaar komt.
Bereikbaarheid – De TU Delft investeert in het toegankelijker maken van de campus, omdat bij het dagelijks gebruik van de campus Bereikbaarheid een belangrijk thema is voor de bewoners, medewerkers en bezoekers. De TU Delft wil daarom een campus die uitstekend toegankelijk en bereikbaar is voor het bestemmingsverkeer van de TU Delft.
•
•
•
•
Openbaar vervoer – Een groot deel van de gemeenschap bereikt de campus dagelijks met het openbaar vervoer. De doelstelling is om de bereikbaarheid te vergroten. HTM, Stadsgewest Haaglanden, de gemeente Delft en de TU investeren daarom gezamenlijk in de aanleg van de tramlijn/busbaan over de “as” van de campus. Auto - Eén van de belangrijkste uitgangspunten bij het transformeren van de huidige versnipperde en rommelige openbare ruimte naar een inspirerend campuslandschap, is het verkleinen van de impact van geparkeerde auto’s. Het centraliseren van de huidige ruim 3000 parkeerplaatsen langs de ‘Campusring’ is een vereiste om de openbare ruimte van de campus terug te geven aan de belangrijkste campusgebruikers: voetgangers. Het totaal aantal parkeerplaatsen dat op de campus nodig is en de loopafstand tot de gebouwen is vastgelegd in een overeenkomst met gemeente. FMVG werkt dit per deelgebied verder uit in de campusatlas. Fiets en voetganger - Het teruggeven van de campus aan de voetganger zorgt voor een aantrekkelijker verblijfsgebied met volop mogelijkheden voor interactie, ontmoeting en inspiratie. Daarnaast vormen fietsers een belangrijke gebruiker op deze typisch Nederlandse campus. Veiligheid – Een veilige fietsomgeving met verzorgde, goed gelegen fietsparkeervoorzieningen zijn een vereiste om de openbare ruimte te doen slagen. In de toekomstvisie wordt uitgegaan van een campuslandschap waarin de verkeerstructuren zijn geordend volgens het Shared Space-principe (zie figuur 3). Hiermee wordt een verkeersysteem bedoeld dat gericht is op het bundelen van diverse weggebruikers op één rijloper, waarbij de voetganger en fietser de hoofdrol spelen. Incidenteel gebruik door motorvoertuigen (waaronder laden-lossen en mindervalidenparkeren) blijft mogelijk, zonder dat
Figuur 3: voorbeeld shared space, Karres en Brands landschapsarchitecten, 2013
Werkomgeving ondersteunend personeel – De nieuwbouw van TNW en de mogelijke renovatie een aantal grote gebouwen zoals CiTG en TN biedt kansen om de werkomgeving van het wetenschappelijk en ondersteunend personeel te verbeteren. De doelstelling is een kantooromgeving te realiseren die hun werkprocessen optimaal ondersteunt en die uitwisselbaar is met verschillende faculteiten en diensten. Deze omgeving moet aansluiten bij de individuele behoeften van de persona’s, die de TU Delft onderscheidt binnen het ondersteunend en wetenschappelijk personeel. De universiteit investeert echter niet in het grootschalig upgraden van de kantooromgeving binnen de gehele vastgoedportefeuille. Wel investeert de universiteit in groot onderhoud om de werkomgeving veilig, gezond en functioneel te houden. De TU Delft voegt ruim 6000m² nuttig oppervlak (NO) ‘state of art’- kantooromgeving toe en upgrade ruim 17.500m² NO. Bij toepassing van de zgn.
22 oktober 2013
9
rijkswerkpleknorm (12.25m² NO per plek) zijn dit in potentie bijna 2000 ‘state of art’- werkplekken. In de huisvestingsplannen werkt FMVG samen met de gebruikers de werkomgeving verder uit. FMVG onderzoekt daarnaast de mogelijkheden om de overruimte in de portefeuille te verminderen, door onder andere multifunctionele ruimten en eenduidige normeringen. Veilige, gezonde en bruikbare omgeving – De bedrijfscontinuïteit van de universiteit wordt mede bepaald door de huisvesting. Indien het vastgoed niet veilig, gezond en functioneel is, dan is dat een risico voor de continuering van het primaire proces. Om de bedrijfscontinuïteit te borgen, investeert de TU Delft continu in het onderhoud van haar vastgoed. De doelstelling, naast bedrijfscontinuïteit, is geldverspilling te voorkomen door het afstemmen van het onderhoudsprogramma op het huisvestingsprogramma. Dit houdt onder andere in dat de TU Delft groot onderhoud aan gebouwen combineert met grootschalige renovaties en het onderhoud minimaliseert voor gebouwen die ze gaat afstoten. Het investeringsprogramma biedt kansen om het vastgoed dat tot de kernvoorraad van de TU behoort, op het conditieniveau ‘GOED’ (NEN2767) te brengen en te houden. Het niveau ligt daarmee iets onder het niveau van nieuwbouw. Hiervoor investeert de TU Delft, als eigenaar, in het verhuurdersonderhoud van met name het casco en de installaties. Faculteiten zijn als “huurder” verantwoordelijk voor een groot deel van de afwerking binnen het gebouw en het bereiken van het gewenste conditieniveau in het huurdersonderhoud. Duurzaamheid – Duurzaamheid is een belangrijk thema bij de ontwikkeling van de campus. Bij het ontwikkelen van een duurzaamheidsbeleid voor de campus worden de volgende speerpunten gehandhaafd, met als hoofddoelstelling een reductie van de CO 2 -footprint met 25% in 2020 ten opzichte van 2013. Dit bereikt de universiteit op de volgende manier:
•
•
•
uit de geothermische bron. Op de lange termijn zal dit volume worden gemaximaliseerd. Energie - Op energiegebied neemt de TU Delft sinds 1998 deel aan de MJA WO/HBO. Deze meerjarenafspraak (MJA3) kent een besparingsdoelstelling van 2% per jaar, te bereiken via technische, organisatorische en gedragsmaatregelen en geborgd in een energiezorgsysteem. Als onderdeel hiervan wordt de haalbaarheid van het plaatsen van zonnepanelen onderzocht. WKO – De warmte- en koudevoorziening in sciencepark Technopolis gebied wordt door de TU Delft in eigen beheer ontwikkeld en geëxploiteerd. Op dit gebied rust een milieudoelstelling van 30% CO 2 emissiereductie t.o.v. een referentiesituatie. Vooralsnog is de meest betrouwbare duurzame technologie hiervoor de opslag van warmte- en koude in de bodem. Aan de kant van de opwekking wordt op die manier 17% van de doelstelling gehaald. De rest wordt via het gebouw bereikt.
Financiële kaders – De vrijgekomen middelen die de TU Delft investeert hebben financiële consequenties voor de exploitatie. Ze zorgen voor een toename van de jaarlijkse huisvestingslasten. Er zijn nu voldoende middelen om te investeren, maar de TU waakt ervoor dat dit binnen de financiële kaders blijft. De consequenties van de investeringen rekent de directie Finance door met behulp van het Simulatiemodel FinanciëleMeerjarenRaming (FMR-model). In het FMR-model worden tevens enkele risico’s meegenomen, zoals veranderingen in de overheidsfinanciering. De uitkomsten worden getoetst aan vastgestelde financiële normen van de TU Delft om te bepalen of de universiteit de investeringen en de daaruit voortvloeiende exploitatielasten kan dragen. Deze normen zijn strenger dan de normen die de overheid en banken voorzien voor een financieel gezonde onderwijsinstelling.
Warmte - Door het geschikt maken van gebouwen voor verwarming op een temperatuur van 80°C uit het blokverwarmingsnet, ontstaat de mogelijkheid om dit traditioneel “hoge temperatuurnet” (130°C) om te vormen tot een hybride net met middentemperatuur: 80°C. Dit combineert de universiteit met een geothermiebron. De doelstelling is op korte termijn (vanaf 2016) circa 30% van de warmte op te wekken
22 oktober 2013
10
Het investeringsprogramma wordt twee keer per jaar doorgerekend, omdat het investeringsprogramma een dynamisch karakter heeft. In het FMRmodel hanteert de universiteit normen voor: • • •
Solvabiliteit (weerstandsvermogen, berekend door eigen vermogen te relateren aan balanstotaal). Liquiditeitsratio (de mate waarin de organisatie in staat is om aan haar direct (op korte termijn) opeisbare verplichtingen te kunnen voldoen). Debt Service Coverage Ratio (geeft aan in hoeverre de organisatie in staat is om aan de rente- en aflossingsverplichtingen te voldoen vanuit haar vrije kasstroom).
22 oktober 2013
11
2.3 Resultaat huisvestingplannen 2013 – 2022 In de voorgaande paragrafen is per thema een aantal doelstellingen gesteld. In het nevenstaande schema zijn de concrete meetbare doelstellingen samengevat per onderdeel Kerntaken, Community en Local Systems. De doelstelling bedrijfsruimte komt hierin dubbel voor, omdat deze zowel tot de kerntaken behoort als de local systems ondersteunt. De termijn waarop de TU Delft de doelen wil bereiken bedraagt tien tot vijftien jaar. Onder de doelen zijn per faculteit, algemeen TU en universiteitsdiensten, de resultaten vanuit de voorlopig voorgenomen huisvestingsplannen gezet. Op hoofdlijnen denkt de universiteit aan de volgende huisvestingsplannen: • Nieuwbouw en renovatie voor Technische Natuurwetenschappen • Realisatie van een Learning Environment • Renovatie CiTG gebouw • Aanpassing van de openbare ruimte • Realisatie van ruimte voor bedrijven • Duurzaamheidsprojecten WKO, warmtenet en • Programma kwaliteitsimpuls onderhoud • Nieuw programma voor upgrading onderwijszalen • Verschillende “kleine” functionele gebruikerswensen In 2.3.1. en 2.3.2 zijn deze plannen grafisch weergegeven op een overzichtskaart van de campus. Per huisvestingsplan zal in de voorbereidingsfase nog nader bepaald worden of de resultaten ook daadwerkelijk haalbaar zijn.
22 oktober 2013
12
2.3.1 Kerntaken
2.3.2 Community
Onderstaand figuur geeft een overzicht van de opbrengsten op het gebied van onderwijs, onderzoek en valorisatie per faculteit.
Onderstaand figuur geeft een overzicht van de opbrengsten op het gebied van bereikbaarheid, Living Campus, werkomgeving, duurzaamheid en onderhoud per deelgebied.
22 oktober 2013
13
3 Vastgoedstrategie en ingrepen huisvesting
“Projecten in uitvoering”(3.2.1) en de vastgoedingrepen die FMVG spoedig voorstelt “Spoedig te starten ingrepen” (3.2.2). Daarna wordt ingegaan op het investeringsprogramma waarvan de uitvoering na 2016 gereed is (3.2.3).
3.1 Vensters vastgoedstrategie In de vastgoedstrategie hebben we de komende 10 jaar globaal in drie ‘windows’ verdeeld, namelijk: • korte termijn (1-3 jaar) ; • middellange termijn (4-6 jaar); • lange termijn (7-10 jaar).
Figuur 2: Windows vastgoedstrategie
De huisvestingsplannen die de TU uitvoert in het window 2013-2016 worden spoedig als projectvoorstel ter besluitvorming aangeboden, voor zover deze nog niet heeft plaatsgevonden. Voor de huisvestingsplannen in de windows 2013-2022 waarvan de uitvoering pas na 2016 gereed is, geldt dat FMVG ze voorbereidt. In de volgende paragrafen staat weergegeven welke ingrepen in de huisvesting gepland staan in het window 2013-2022 en hun relatie tot de campusvisie. Deze zijn verdeeld in de reeds vastgestelde vastgoedingrepen
22 oktober 2013
14
3.2 Vastgoedstrategie venster ”korte termijn”
Thema
3.2.1 Projecten in uitvoering Tussen 2010 en nu heeft het CvB besloten over een groot aantal projecten die tussen 2013 en 2016 in uitvoering gaan. FMVG bereidt de projecten samen met de gebruikers voor en begeleidt de uitvoering. Op hoofdlijnen bestaat het programma uit de volgende huisvestingsprojecten: • Nieuwbouw van de faculteit TNW op TU Zuid, oplevering gepland in 2016; • Technische aanpassingen aan Bouwkunde, oplevering gepland in 2015; • Diverse civiele werken op het sciencepark Technopolis, oplevering tussen 2013 en 2016 gekoppeld aan de uitgifte van bouwkavels; • Diverse ‘kleine’ functionele gebruikerswensen; • Kwaliteitsimpuls onderhoud.
Onderwijs KERNTAKEN
Onderzoek Valorisatie
COMMUNITY
TOTAAL Living campus Werkomgeving Bereikbaarheid TOTAAL Onderhoud & m2
EXPLOITATIE
Duurzaamheid TOTAAL
Kosten en opbrengsten 7 nieuwe poolzalen in 3mE 8 computerzalen in IO +8.000m2 labruimte in TNW 1000m2 labruimte TN +23.000 m2 bedrijfsruimte Bijeenkomstruimte Science Centre 90mln. +1100 woningen 7000m2 nieuwe werkomgeving in TNW Wayfinding 40mln. -15.000m2 vastgoed 46.000m2 op conditieniveau gebracht - 5.000 ton CO2 uitstoot 30 mln.
De totale omvang van de investering voor de korte termijn is circa € 160 miljoen. Projecten, waarvoor door het CvB alleen een voorbereidingskrediet ter beschikking stelde, zijn hierin niet opgenomen. De kosten en de opbrengsten van het programma 2013 – 2016 zijn per thema weergegeven in nevenstaande tabel en gevisualiseerd in de plattegrond. Van projecten die voor 2013 zijn gestart, zijn alleen de resterende kosten in de periode van 2013-2016 weergegeven. De nieuwbouw van de faculteit TNW heeft een grote positieve bijdrage aan de kwaliteit en kwantiteit van onderzoek(sfaciliteiten). De consequentie van de nieuwbouw is dat TNW een aantal gebouwen in TU Noord verlaat, met als gevolg dat herbestemming van deze gebouwen (al dan niet door de TU Delft) aan de orde komt.. Valorisatie krijgt een impuls door de aankoop van Van der Burghweg 1 en de ontwikkeling door 3M op het sciencepark Technopolis. De aanpassing van de warmtekrachtcentrale zorgt voor veel opbrengsten op het gebied van duurzaamheid.
Het staat vast dat de TU Delft deze projecten gaat uitvoeren, en ook de invulling van de huisvestingsplannen is vastgelegd door besluitvorming over het project(voorstel) door het CvB.
Tabel 1 en Figuur 4: Overzicht programma “korte termijn” vastgestelde projecten
22 oktober 2013
15
Thema
3.2.2 Spoedig te starten ingrepen FMVG stelt voor om het programma voor periode 2013 – 2016 aan te vullen met een aantal interventies, die nodig zijn om de bedrijfscontinuïteit te garanderen. Het aanvullende programma is samengesteld op basis van de volgende uitgangspunten: • Huisvestingsplannen direct nodig zijn voor primair proces; • Huisvestingsplannen die voorwaardelijk zijn voor het uitvoeren van projecten CiTG en TN (o.a. Drebbelweg en learning environment); • Huisvestingsplannen veilig, gezond en functioneel vastgoed; • Huisvestingsplannen met vastgelegde afspraken (politiek, gemeente en bedrijven); • Huisvestingsplannen met een sluitende businesscase; • Huisvestingsplannen voor de leefbaarheid op de campus. De ingrepen in EWI, de Drebbelweg en Learning Environment leveren onderwijsruimten en studieplekken op, die voorwaardelijk zijn voor de renovatie van CiTG en TN. Voor EWI wordt ingezet op levensduurverlenging tot en met 2022. In het kader van de Herijkingsagenda van de TU Delft wordt gestreefd naar de inrichting van een TU-breed instituut op het gebied van Procestechnologie en Stromingsleer. Deze is nu voorzien in 3mE. De investeringskosten in sport en cultuur worden op termijn terugverdiend met onder andere huurinkomsten en leveren de voor het primaire proces noodzakelijke tentamenfaciliteiten. De investeringen in de tramlijn, de bouwcampus en de kavels in TU Midden West (woningen) en Holland PTC liggen vast door afspraken met stakeholders. De TU Delft wil haar jaarlijkse exploitatiekosten reduceren door het afstoten van overtollige gebouwen die door de nieuwbouw van TNW worden verlaten.
Onderwijs KERNTAKEN Onderzoek Valorisatie TOTAAL Living campus COMMUNITY
Werkomgeving Bereikbaarheid TOTAAL Onderhoud & m2
EXPLOITATIE
Duurzaamheid TOTAAL
Kosten en opbrengsten 4 Nieuwe onderwijszalen Drebbelweg 8 Practicazalen in EWI 19.000m2 onderwijspoolzalen vernieuwen 1.200 nieuwe studieplekken in learning environment Nieuwe tentamenruimte met 600 plekken 12 laboratoria a 3.000m2 in 3mE 1.000m2 labruimte in EWI +16.000 m2 t.b.v. Bouwcampus 80mln. Upgrading 14ha openbaar gebied westzijde campus Nieuwe zaal sport en cultuur Realisatie 20 hotspots Nader te bepalen Ondersteuning aanleg tramlijn Infrastructuur in gebieden 3, 4 en 5 50mln. -55.000m2 vastgoed Exploitatiekosten -3,8mln. - 5.000 ton CO2 uitstoot 20 mln.
Het staat vast dat de TU Delft deze projecten moet uitvoeren, echter de exacte invulling van de huisvestingsplannen vindt nog plaats met de gebruikers (faculteiten, diensten en bedrijven). In tabel 2 staat het programma weergegeven waarin per thema de kosten en opbrengsten zijn opgenomen. De concrete huisvestingsplannen worden in bijlage 1 verder toegelicht.
Tabel 2 en Figuur 5: Overzicht programma “korte termijn” spoedig te starten projecten
22 oktober 2013
16
3.2.3 Vastgoedstrategie venster ”lange termijn” Een deel van het investeringsprogramma loopt door na 2016. In dit deel van het investeringsprogramma zitten huisvestingsplannen waarvan de scope nog niet is vastgesteld. De universiteit heeft echter wel de intentie om ze uit te voeren. Naast deze projecten zit in dit deel ook de renovatie van TN en CiTG. Deze projecten zijn momenteel al wel in voorbereiding, echter de uitvoering zal doorlopen in het venster 2016-2022. Onderhoud alleen aan de gebouwen van CiTG en TN is namelijk niet meer voldoende om ze veilig, gezond en functioneel te houden. Om continuering van het primaire proces te garanderen is daarom renovatie van deze onderwijs- en onderzoeksfaciliteiten noodzakelijk. Daarnaast verlaagt de TU Delft de exploitatielasten verder door het afstoten van nog eens 15.000m 2 en haar activiteiten verder te concentreren. De gebieden aan de oostzijde van de campus (rondom TN, CiTG) vormen de laatste onderdelen voor de centreren van ruim 3000 parkeerplaatsen en het upgraden van het landschap. Hieronder valt ook de inbedding van ‘shared space’ waarmee de gewenste veiligheid voor fietsers en voetgangers verbetert.
Thema Onderwijs
KERNTAKEN
Onderzoek Valorisatie TOTAAL
Werkomgeving Bereikbaarheid TOTAAL Onderhoud & m2 EXPLOITATIE
Duurzaamheid TOTAAL
Kosten en opbrengsten 7 vernieuwde onderwijspoolzalen CiTG + 1.600m2 onderwijsruimte met 680 plekken + 750m2 studieruimte met 360 plekken Vernieuwing>70 laboratoria a 12.000m2 in CiTG en TN +6.000 m2 bedrijfsruimte vdBurghweg 130mln. Upgrading 31ha gebied oostzijde Realisatie 10 hotspots Nader te bepalen Concentratie >3000 parkeerplaatsen Realisatie Shared Space 75mln. -70.000m2 vastgoed Exploitatiekosten -5,8mln. - 3.000 ton CO2 uitstoot 55 mln.
Het staat vast dat de TU Delft deze projecten wil uitvoeren, echter de exacte invulling van de huisvestingsplannen vindt nog plaats met de gebruikers (faculteiten, diensten en bedrijven). Uitzondering vormen echter de renovatie van TN en CiTG. Deze projecten moeten zo snel mogelijk in uitvoering gaan als aan de voorwaarden van (tijdelijke) huisvesting elders is voldaan en de scope (o.a. programma van eisen) vast ligt. Bij het uitwerken van de vastgoedstrategie zal deze lijst van ingrepen de basis vormen voor onder andere het overleg met de gebruikers en het bepalen van de financieringsbehoefte. Het doel is uiteindelijk tot een weloverwogen volgorde van de projecten te komen
Tabel 3 en Figuur 6: programma “lange termijn” voorgestelde huisvestingsplannen
22 oktober 2013
17
Bijlage 1 Toelichting Huisvestingsplannen
Bouwcampus – Dit huisvestingsplan bestaat uit het renoveren van een deel van het VandenBurgh-gebouw ten behoeve van de vestiging van de bouwcampus op de campus van de TU Delft. Dit leidt tot een toename van de verhuurbare ruimte aan bedrijven (valorisatie) van 6000m².
Hoofdstuk 2 gaf weer welke doelstellingen de TU Delft heeft ten aanzien van haar huisvesting. Om deze doestellingen te bereiken, is het nodig om door middel van een aantal ingrepen de huisvesting te transformeren. Deze ingrepen werkt de TU uit in verschillende huisvestingsplannen en worden als projectvoorstel voorgelegd aan het CvB en medezeggenschap. Deze bijlage geeft weer aan welke mogelijke huisvestingsplannen de TU Delft momenteel denkt om de campus de komende 10-15 jaar te transformeren tot de campus omschreven in de campusvisie. Indikken van EWI & realiseren onderwijsruimte Drebbelweg – Dit plan richt zich op het indikken van EWI waardoor de extra benodigde onderwijsruimte in de Drebbelweg beschikbaar komt. Het realiseren van een hoogwaardige Sustainable Power Lab (combi laboratorium) in de Hoogspanningshal (figuur 7, A). Het inrichten van de VEEMhal voor EWI practica (figuur 7, B). Onderhoud in de laag- en hoogbouw van EWI. De grootschalige renovatie wordt doorgeschoven na 2020. Tegelijkertijd met de werkzaamheden voor EWI wordt het gebouw aan de Drebbelweg (figuur 7, C) omgevormd tot een gebouw met onderwijszalen. Dat kan, omdat de practicumzalen verplaatst worden naar de VEEMhal. De TU Delft creëert daarmee bijna 200 extra onderwijsplekken. Dit project moet vooruitlopend op andere projecten uitgevoerd worden. Het voegt extra onderwijsruimte aan de zalenpool toe, die zeker nodig is wanneer gebouwen als CiTG of TN gerenoveerd worden. De plattegrond in figuur 7, geeft de relatie weer tussen de projecten EWI combilab , EWI – VEEMhal en de Drebbelweg. In het figuur is tevens zichtbaar dat de Drebbelweg en de Aula (figuur 7, D) gebruikt kunnen worden voor het opvangen van de vraag naar onderwijsruimte wanneer CiTG en TN gerenoveerd worden.
Figuur 7: schuifbewegingen ten behoeve van TN en CiTG
22 oktober 2013
18
Sport en cultuur – Sport en cultuur bevat het uitbreiden van de huidige voorzieningen middels een sportzaal en enkele aanvullende voorzieningen. Voorgesteld wordt het complex in twee fasen uit te breiden en upgraden. Om het groeiende aantallen bezoekers te kunnen faciliteren is het in fase 1 onder andere noodzakelijk een derde sporthal (tevens tentamenhal voor 600 studenten), een aantal sportzalen en alle daarbij behorende ruimten te bouwen. Door de unit Sport & Culuur is een lange termijn visie en een businessplan 2012-2016 opgesteld. Deze toont aan dat de investering op termijn wordt gedekt door de toenemende inkomsten. Indien deze businesscase sluitend is, zal de TU Delft de uitbreiding ondersteunen.
beschikbaar hebben geeft echter een impuls aan valorisatie (minimaal 6000m² verhuurbare ruimte extra), omdat bedrijven zich ook daadwerkelijk op de campus kunnen vestigen. Momenteel wordt onderzocht of beide gebouwconcepten voorlopig in één gebouw gerealiseerd kunnen worden. De doelstellig is een sluitende businesscase waardoor de investeringskosten worden terugverdiend uit de (huur)inkomsten.
Inrichting openbare ruimte – De openbare ruimte van een universiteitscampus heeft tot doel de interactie tussen studenten, onderzoeker, docenten en bezoekers te stimuleren. Het is de gemeenschappelijke landschappelijke drager waar ontmoeten, inspireren, leren en rusten centraal staan. Een representatief campuslandschap draagt in hoge mate bij tot de kwaliteit van de universiteit als geheel. Daarnaast stimuleert deze de menselijke interactie die aan de basis ligt van kwalitatief universitair onderwijs én onderzoek. Het openbaar gebied wordt aangepakt in deelgebieden. In de periode 2013-2016 werkt de TU voornamelijk aan het opleveren van EWI, 3mE / IO en het Kluyverpark. In de periode 2013-2022 werkt de universiteit aan het opleveren van: Aula /Library, TN, CiTG, Sport en cultuur. In het totaal zal 49 ha worden getrasformeerd en zullen op dertig locaties, potentiële hotspots, verspreid over de campus worden gerealiseerd. Energieprojecten W&K voorziening en WKO – Samenwerking wordt aangegaan in het aanwenden van geothermische warmte en omschakeling naar middentemperatuur verwarming (‘smart grid’) fase 1 en 2. In een later stadium worden fase 3 en 4 uitgevoerd, gekoppeld aan de renovatie CiTG, EWI en TN. In sciencepark Technopolis is gekozen voor WKO infrastructuur (Suenso). Dit leidt tot een afname van onze CO 2 -footprint van 5000 ton per jaar. Valorisatie: doorstroomgebouw en biotechverzamelgebouw - Beide gebouwen zullen (deels) op risico ontwikkeld moeten worden. Het
Learning Environment Aula, Library en IO – Het creëren van extra studieplekken voor zelfstudie, projectruimten voor projectonderwijs en daarbij horende voorzieningen in de gebouwen Aula, Library en IO; Het creëren van een Learning Environment in de Aula wordt gecombineerd met de renovatie van de resterende delen van het gebouw. De uitvoering van de ingrepen heeft een toegevoegde waarde voor onderwijs en zijn voorwaardelijk voor het uitvoeren van de renovatie van TN en CiTG. Renovatie CiTG en TN – De huisvestingsplannen voor CiTG en TN betreffen een grootschalige renovatie van de huidige gebouwen. Met de renovatie wordt de technische en functionele levensduur voor een periode van dertig jaar zekergesteld. Zonder grootschalige renovatie kan de bedrijfscontinuïteit niet worden gewaarborgd. Renovatie van beide grote gebouwen biedt ook kansen om een groot gedeelte van de onderzoeks- en
22 oktober 2013
19
onderwijsruimte in de portefeuille te upgraden en centraal op de campus, voorzieningen en een universele werkomgeving te creëren. Sciencepark Technopolis – Het continueren van de investeringen, zoals opgenomen in de grondexploitatie. Het gaat om de inrichting van het gebied en benodigde infrastructuur, zodat de uitgifte van kavels aan bedrijven door kan gaan. Voorts worden in 2014 voorzieningen gerealiseerd voor de vestiging van HollandPTC.
15.384 m 2 bvo
Gebouw 44:
9.248 m 2 bvo
Gebouw 65:
Gebouw 17:
359 m 2 bvo
Gebouw 22 (deels)
Aanpak Onderwijszalen – De werkzaamheden aan de onderwijszalen zijn geborgd via een aantal financiële budgetten (via investeringsplan en onderhoudsbegroting). Samen met de directie Onderwijs & Studentenzaken (roostering) wordt een planning bepaald om beschikbaarheid van de zalen voor het primaire proces te garanderen. Het Plan van Aanpak wordt in het najaar voor ter besluitvorming aan het CvB voorgelegd. De doelstelling is alle onderwijszalen technisch van voldoende kwaliteit te maken.
Verkleinen footprint – Afstoten van gebouwen die geen functionele bijdrage meer hebben en/of een forse onderhouds- of renovatiebehoefte hebben. Verminderen m²-footprint ook door slopen van gebouwen. Dit is vanuit functionele ruimtebehoefte mogelijk voor Stevin 4, Biotechnologie, Kramerslab, Gele Scheikunde, Iweb, Rotterdamseweg 145 en Kluyverweg 4-6 (zie mede nevenstaand overzicht). Dit leidt op termijn tot een reductie van de exploitatielasten van € 5,86 miljoen per jaar. Gebouw 5:
13.460 m 2 bvo
Gebouw 12:
27.957 m 2 bvo
Gebouw 15:
4.958 m 2 bvo
Gebouw 96:
4.025 m 2 bvo
Functionele gebruikerswensen – De functionele gebruikerswensen zijn onvoorziene projecten die in 2014, 2015 of 2016 uitgevoerd dienen te worden ten behoeve van onderwijs of onderzoek. De invulling wordt gedurende de periode bepaald, op basis van concrete aanvragen en de noodzaak voor de ingreep. Uiteraard zal steeds kritisch naar nut en noodzaak van de gevraagde investeringen worden gekeken.
22 oktober 2013
20
Onderhoud – In de gebouwen of gebouwdelen waar geen directe projecten plaatsvinden investeert de TU in groot onderhoud om het gewenste conditieniveau van ‘goed’ te bereiken. Onderstaand figuur geeft de totale onderhoudsbehoefte van de portefeuille weer om dit niveau te bereiken (2013) en te houden. De totale investeringsbehoefte is circa € 75 mln.
Figuur 8: Investering in onderhoud versus jaar
22 oktober 2013
21
Bijlage 2 Processchema vastgoedstrategie De vastgoedstrategie is een verdere uitwerking van de campusvisie en vormt de richtlijn voor het uitwerken van de huisvestingsplannen die momenteel leven op de universiteit. Het geeft een momentopname van de prognose voor het investeringsprogramma weer, van de huisvestingsplannen waaraan momenteel wordt gedacht binnen de TU Delft
Deze strategie stemt FMVG jaarlijks af met het CvB, de Raad van Toezicht, de groepsraad en de Medezeggenschap. Het eerstvolgende afstemmingsmoment is in het najaar van 2013. De exacte data zijn weergegeven in onderstaand schema. Het investeringsprogramma wordt elke maand besproken tussen de directies FMVG en Finance en wordt elk half jaar geactualiseerd voorgelegd aan het CvB. Definitieve besluitvorming vindt alleen plaats op projectniveau door het indienen van projectvoorstellen. De communicatie over de vastgoedstrategie wordt in lijn met de communicatiestrategie voor de campusvisie opgepakt. Ter informatie zijn richtlijnen voor communicatie over de campusvisie en vastgoedstrategie als separate bijlage toegevoegd.
22 oktober 2013
22
•
Bijlage 3 Financiële consequenties Om alle doelstellingen te bereiken en de TU Delft de topfaciliteiten te geven die bij een topuniversiteit horen heeft de TU een ambitieus investeringsprogramma samengesteld. Op hoofdlijnen ziet het programma in de periode 2013 – 2022 er momenteel als volgt uit: 1. 2. 3.
Vastgestelde investeringen 2013 – 2016 Voorwaardelijke investeringen 2013 – 2016 Uit te werken huisvestingsplannen 2013 – 2022
€ 160mln. € 150mln. € 260mln.
Tegenover deze uitgaven staan exploitatievoordelen ter grootte van € 40 miljoen (huuropbrengsten, subsidies, vermindering exploitatielasten door afstoten gebouwen, et cetera) voor de gehele periode. Belangrijke kanttekeningen die behoren bij het investeringsprogramma zijn: • De doorrekening is een momentopname. De huidige financiële positie van de TU Delft laat deze investeringen toe, echter FMVG en Finance blijven het programma twee keer per jaar doorrekenen en stellen het waar nodig bij aan gewijzigde omstandigheden (bijvoorbeeld ten gevolge van veranderende overheidsbijdragen of scopewijzigingen). • Het amoveren en afstoten van de gebouwen die overtollig worden door de nieuwbouw van TNW levert veel kansen voor de universiteit om de toekomstige exploitatielasten te verminderen. Hier houdt het huidige investeringsprogramma al rekening mee. • Het ingrijpen in de huisvesting biedt nog meer kansen om efficiënter en effectiever om te gaan met de beschikbare bedrijfsmiddelen waardoor de huisvestingslasten verminderen en het budget voor het primaire proces toeneemt (bijvoorbeeld door het concentreren van kantoorruimten en het afstoten van de daardoor vrijkomende ruimten). Samen met Finance analyseert FMVG de huidige lasten en zoekt zij naar kansen om de verhouding tussen huisvestingslasten en budget voor onderwijs en onderzoek te optimaliseren.
Er is geen financiële ruimte voor extra projecten die nu niet zijn opgenomen, met uitzondering van enkele functionele gebruikerswensen als ruimte voor onvoorziene onderwijs- en onderzoeksprojecten.
Navolgend wordt aangegeven welke exacte projecten/huisvestingsplannen momenteel zijn voorzien in de verschillende programmaonderdelen (1 t/m 3) ten behoeve van de doorrekening. Programma ”korte termijn” besloten projecten Herinrichting Vleugel E3 TN QC Laboratorium Stevin III Brandveiligheid CiTG Bouwcampus (aankoop) TU Midden West Aanpassing bd7 3mE Realisatie Comp. Bwl 10 in IO TNW Nieuwbouw totaal Bijeenkomstruimte SC BK City Stay fase 1 & 2 Technopolis Civiele werken Vervangen wkk Wayfinding Mekelpark Kwaliteitsimpuls onderhoud Totaal Programma ”korte termijn” spoedig te starten projecten Learning Environment Aula & Library Terrreininr. gebied Aula / TN / Library (gedeeltelijk) Renovatie Van der Burghweg t.b.v. de Bouwcampus Terreininr. gebied CiTG (deels) Combilab & VEEMhal Terreininrichting gebied EWI Macrolab Procestechnologie Learning Environment IO Terreininr. gebied IO/3mE (deels) Drebbelweg Upgrading Sport en Cultuur Terreininr. gebied Midden Zuid Terreininr. gebied Kluyverpark Technopolis Civiele werken
22 oktober 2013
23
Doorstroomgebouw & LabDelft Transitie W&K voorziening (fase 1 en 2) WKO voorziening Aanleg tramlijn, EMC en keerlus EWI - Levensduurverlenging Kwaliteitsimpuls onderhoud incl afstoten geb. 5, 12, 15, 17 en 96 Functionele gebruikerswensen Restauratieve voorzieningen Kinderopvang op de campus Totaal Programma “lange termijn” Huisvestingsplannen voorzien Renovatie TN (incl slopen twee vleugels) Terrreininr. gebied Aula / TN / Library (gedeeltelijk) Renovatie CiTG Terreininr. gebied CiTG (deels) Renovatie Van der Burghweg EWI - Opknappen entreehal en gebied collegezalen Entree TBM (vereenvoudigd) Terreininri. gebied IO/3mE (deels) Green Village Upgrading sport en cultuur (afronding) Civiele werken Transitie W&K voorziening (fase 1 en 2) WKO voorziening Kwaliteitsimpuls onderhoud (incl afstoten deel gebouw 22) Functionele gebruikerswensen Restauratieve voorzieningen Totaal
22 oktober 2013
24