Stichting Het Zuid-Hollands Landschap
Jaarverslag 2010
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Algemene informatie
Missie
In elke provincie is een organisatie actief die zich richt op aankoop en beheer van natuurgebieden in die provincie. In Zuid-Holland is dat de Stichting Het Zuid-Hollands Landschap. Het Zuid-Hollands Landschap heeft als (statutair) doel: veiligstellen van natuur en waardevol landschap in Zuid-Holland, met in het verlengde daarvan het bieden van recreatiemogelijkheden en het behouden van monumenten op haar terreinen. Zij doet dit door gebieden aan te kopen en zorgvuldig te beheren. Ook voorlichting, belangenbehartiging en fondsenwerving behoren tot de structurele taken. Het Zuid-Hollands Landschap – met ruim 52.000 donateurs – beheert bijna 4.000 hectare in de provincie Zuid-Holland, verdeeld over ruim 100 natuurgebieden.
De Stichting Het Zuid-Hollands Landschap streeft naar een duurzaam evenwicht tussen mens en natuur, door voor beide rust en ruimte te creëren. Om dit te bereiken, stelt de stichting natuur en (cultuur)landschap veilig middels aankoop, beheer en ontwikkeling van natuurterreinen binnen de provinciegrenzen. De stichting geeft hierover voorlichting en doet aan belangenbehartiging ten behoeve van natuur en landschap.
2
Het Zuid-Hollands Landschap heet formeel Stichting Het Zuid-Hollands Landschap en is gevestigd te Rotterdam. Het beleid en de bijbehorende activiteiten zijn nader uitgewerkt in het Meerjarenbeleidsplan 2010-2014, welke beschikbaar is op de website www.zuidhollandslandschap.nl.
Dit jaarverslag is vastgesteld in de vergadering van het Bestuur van 30 maart 2011.
Inhoudsopgave 4
2010: missie, passie, realisatie en evaluatie
5
6.1.8 Bekendheid en waardering
29
6.1.9 Excursies
29
6.1.10Gastheerschap
29
6.2
29
Evenementen
1
Verwerven
8
6.2.1 Wereldbiodiversiteitsdag
29
1.1
Krimpenerwaard
8
6.2.2 Regiobijeenkomsten
29
1.2
Landgoed Ockenburgh
9
6.2.3 Open Monumentendag
29
1.3
Holle Mare - Derryvliet
9
6.2.4 Natuurwerkdag
30
1.4
Diefdijk
9
6.3
30
1.5
Zouweboezem
9
6.3.1 Veenweidelessen
30
1.6
Grasweggebied
10
6.3.2 Bezoekerscentrum Tenellaplas
30
1.7
Kedichem
6.3.3 Heemtuin Tenellaplas
30
6.3.4 Folders en informatiepanelen
30
31
10z
Voorlichting en educatie
2
Inrichten en herstellen
11
2.1
Hooge Boezem achter Haastrecht
11
7
Fondsenwerving
2.2
Molenrestauratie Haastrecht
12
7.1
Aantal beschermers
31
2.3
Sophiapolder
12
7.2
Wervings- en zichtbaarheidscampagne
31
2.4
Crezéepolder
12
7.3
Contributiemailing
32
2.5
Inrichting Bolswaard
12
7.4
CBF en ANBI
32
2.6
Weidevogel plas-dras de Nesse
12
7.5
Nationale Postcode Loterij
32
2.7
Kijkpunt eendenkooi De Zouwe
13
7.6
Sponsoring
32
2.8
Kleistee
13
2.9
Preekhilpolder
13
8
Organisatie
33
8.1
Bestuur en toezicht
33
3
Beheren
14
8.2
Management
34
3.1
Veenweiden
14
8.3
Organisatie en personeel
34
3.2
Eilanden
14
8.4
Kwaliteitsborging
35
3.3
Kuststreek
15
8.5
Ondernemingsraad
35
3.4
Algemene terreinvoorzieningen
16
3.5
Recreatie
16
9
Vrijwilligers
36
3.6
Toezicht
17
3.7
Gebouwen
17
10
Toekomst
38
3.8
Beheerplanning
18
10.1 Verwerving
38
3.9
Beheeradministratie
18
10.2 Aantal beschermers
38
19
10.3 Ecologische Hoofdstructuur
38
10.4 Cultureel erfgoed
39
10.5 Beheer en vrijwilligers
39
Bijlage 1 Flora en fauna
40
Bijlage 2 Terreingebonden activiteiten en resultaten
44
Bijlage 3 Overleggen
45
Bijlage 4 Regiobijeenkomsten 2010
46
3.10 Natuurwetenschappelijke Commissie
4
Flora en Fauna
20
5
Opkomen voor natuur en landschap
22
5.1
Overleg ‘Den Haag’
22
5.2
Veenweidepact Krimpenerwaard
23
5.3
Oranjebuitenpolder
23
5.4
Buijtenland van Rhoon
24
5.5
Zandmotor
24
5.6
Klimaatvisie
25
5.7
Extern beheer
25
5.8
Compensatiebeginsel
25
5.9
Samenwerking en overleg
25
Bijlage 5 Organisatie
47
6
Communicatie
27
Bijlage 6 Verantwoordingsverklaring
48
6.1
Communicatiemiddelen
27
Bijlage 7 Organigram
50
Bijlage 8 Natuurgebieden
51
6.1.1 Tijdschrift
27
6.1.2 Nieuwsbrief Het Buijtenland Dichtbij
28
6.1.3 Nieuwe recreatiekaart ‘Krimpenerwaard, Russst’
28
6.1.4 Advertenties Algemeen Dagblad
28
6.1.5 Website
28
6.1.6 Klachten
28
6.1.7 Media
28
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Voorwoord
3
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Voorwoord
4
Het jaarverslag en de jaarrekening geven aan hoe de Stichting Het Zuid-Hollands Landschap het afgelopen jaar heeft gepresteerd. De organisatie legt daarmee verantwoording af aan diverse doelgroepen zoals beschermers, vrijwilligers, subsidieverstrekkers zoals de provincie Zuid-Holland en de rijksoverheid, diverse gemeenten en waterschappen, fondsen zoals de Nationale Postcode Loterij en het VSBfonds en veel andere belangstellenden. Persoonlijk ervaar ik als voordeel dat het jaarverslag en de jaarrekening zorgen voor evaluatie en reflectie. 2010 is voor mij een jaar om met een gevoel van trots op terug te kijken. Er is veel werk verzet en er is veel bereikt. We hebben ons areaal kunnen uitbreiden, onder meer door het in beheer nemen van het Haagse landgoed Ockenburgh, er zijn in verschillende natuurgebieden natuurherstelprojecten uitgevoerd en tijdens enkele drukbezochte regiobijeenkomsten is de band met onze beschermers versterkt. Dit alles was niet mogelijk geweest zonder de gepassioneerde inzet en steun van onze medewerkers, vrijwilligers, beschermers en instanties die ons financieel steunen, zoals de Nationale Postcode Loterij. Grote dank hiervoor. Ondanks diverse inspanningen, hebben we niet kunnen voorkomen dat het aantal beschermers in 2010 is afgenomen. In 2011 zullen beschermers dan ook nog meer aandacht krijgen. Met name het werven van nieuwe beschermers is een punt van aandacht. Het hebben van veel beschermers is nodig om het belang van natuur en landschap in het politieke debat stevig in te kunnen brengen. Ons streven is een duurzaam en kwalitatief evenwicht tussen mens en natuur te bereiken. Natuur dichtbij voor de inwoners van Zuid-Holland dus.
Het Zuid-Hollands Landschap streeft er continu naar om efficiënter te werken en effectiever haar werk te doen. Gezien de aankomende bezuinigingen is die noodzaak extra aanwezig. De aandacht richt zich zowel op interne processen, zoals beheersing van de beheerkosten, als externe kansen. Wij zoeken in dat kader actief de samenwerking met het Erfgoedhuis Zuid-Holland en Landschapsbeheer ZuidHolland. Natuur, landschap en cultuurhistorisch erfgoed zijn immers nauw met elkaar verweven. Ik zie vooral kansen op het gebied van de inzet door vrijwilligers, het beheer van de landgoederen en de communicatie met de inwoners van Zuid-Holland. Deze samenwerking biedt voor Het Zuid-Hollands Landschap prima perspectieven. Wij zijn maatschappelijk en politiek in een bijzondere tijd beland, maar de ervaring van 76 jaar geeft ons de kracht om door te gaan en nieuwe kansen te verzilveren. Betrokkenheid van diverse partijen en samenwerking zijn daarvoor cruciaal. Ik zie de toekomst waar natuur en landschap wel bij varen, met vertrouwen tegemoet gezien de prachtige resultaten die wij in 2010 hebben weten te bereiken. Ik wens u dan ook veel leesplezier toe!
ir. M.R. Houtzagers Directeur Stichting Het Zuid-Hollands Landschap
De missie van het Zuid-Hollands Landschap is in 2010 nog altijd actueel: streven naar een duurzaam, kwalitatief evenwicht tussen mens en natuur, door voor beide rust en ruimte te creëren. De stichting doet dit, inmiddels al 76 jaar, door het aankopen en zorgvuldig beheren van natuurgebieden. De terreinen vormen de basis en inspiratiebron voor de voorlichting en belangenbehartiging ten behoeve van natuur en landschap in Zuid-Holland. Eind 2010 beheerde de stichting 100 natuurgebieden met een totale oppervlakte van bijna 4.000 hectare, inclusief negen landgoederen en meer dan 50 gebouwen met deels monumentale status.
Energie om door te gaan Het realiseren van de missie van het Zuid-Hollands Landschap is een zaak van lange adem. Dat neemt niet weg dat het van belang is om regelmatig stil te staan bij de vraag waar de stichting nu staat. Hiervoor maakt het Zuid-Hollands Landschap bijvoorbeeld gebruik van tevredenheidsmetingen onder haar achterban, maar ook van relevant beleidsonderzoek. Zo rapporteert het Planbureau voor de Leefomgeving jaarlijks over de toestand van natuur, milieu en leefomgeving in Nederland. In de ‘Balans voor de Leefomgeving 2010’ is te lezen dat de biodiversiteit in ons land verder is achteruitgegaan, ondanks alle inspanningen. Een lichtpuntje is dat de algemene, minder kritische planten en dieren al wel weten te profiteren van de nieuwe natuurgebieden en de licht verbeterde milieuomstandigheden. Voor de meer kwetsbare natuur is de milieudruk (verdroging, verzuring en vermesting) nog steeds te hoog en zijn de natuurgebieden nog te versnipperd. De effecten van klimaatverandering komen daar nog bovenop. Bij deze berichten is het voor de stichting buitengewoon bemoedigend om te ervaren wat er gebeurt als er
‘De graafmachines waren amper uit de nieuw aangelegde duinvallei vertrokken of de eerste bontbekplevier kwam in Spanjaards Duin tot broeden. Schep de voorwaarden en de rest komt vanzelf. Die veerkracht, dat vind ik het mooie van de natuur.’
Ton van Schie, vrijwillige vogelteller
letterlijk rust en ruimte wordt gecreëerd, bijvoorbeeld in het duinontwikkelingsgebied Spanjaards Duin in de gemeente Westland waar in 2010 een bontbekplevier broedde. Deze zeldzame kustvogel heeft het moeilijk in Nederland omdat er door de drukte op de stranden nog maar weinig broedgelegenheid is. De goede resultaten in de eigen terreinen geeft het Zuid-Hollands Landschap de energie om door te gaan met het vergroten en verbinden van de natuur.
Meer natuur dichtbij huis Uit dezelfde Balans voor de Leefomgeving blijkt dat de mogelijkheden om dichtbij huis te kunnen wandelen en fietsen in de natuur het kleinst zijn in de Randstad. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de bewoners van de grootste steden ontevreden zijn over het groen om de stad. In Zuid-Holland zijn de inwoners van Rotterdam het minst tevreden. De stichting behartigt de belangen van de inwoners van Zuid-Holland door voortdurend te werken aan meer natuur dichtbij. Vaak tegen de stroom in. Want hoewel iedereen het nut van groen rond de stad inziet, blijkt het daadwerkelijk realiseren ervan een lastige opgave. Dit heeft enerzijds te maken met de grote bestuurlijke drukte in Zuid-Holland en anderzijds met de vele tegenstrijdige
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
2010: missie, passie, realisatie en evaluatie
5
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
6
belangen. “Er zijn twee manieren om een volksopstand te creëren, dat is een boom kappen in de stad en een boom planten in het landelijk gebied”; een uitspraak die de stichting met instemming kan citeren. Al jaren werkt het Zuid-Hollands Landschap samen met diverse partijen aan een 600 hectare groot landschapspark direct ten zuiden van Rotterdam. Akkerbouw maakt hier plaats voor natuur en recreatie. Deze omvorming stuit op verzet bij sommige omwonenden, agrariërs en de gemeente Albrandswaard. De buurgemeente Rotterdam, die groot belang heeft bij meer groen voor haar inwoners, zit echter niet aan de tafel waar de beslissingen vallen. Gevolg is een jarenlange vertraging, terwijl de aan de aanleg van het landschapspark gekoppelde Tweede Maasvlakte allang is gestart.
Economische crisis In het afgelopen jaar is een nieuw kabinet aangetreden en zijn er politieke keuzes gemaakt om de economische crisis te lijf te gaan. Natuurbehoud had daarbij helaas geen hoge prioriteit. Zo wil het kabinet meer dan 60 procent korten op natuur en landschap; in totaal gaat het om 300 tot 400 miljoen euro per jaar. Dit heeft grote gevolgen voor de mogelijkheden om grond aan te kopen. Grond is letterlijk de basis om de noodzakelijke leefruimte te bieden aan planten en dieren en biedt tevens mogelijkheden voor recreatie. Bovendien kan er via grondverwerving meer ‘natuur dichtbij’ worden gerealiseerd. Dat is allereerst natuurlijk in het belang van de inwoner van de stad, maar zeker ook voor de zichtbaarheid van de stichting en de werving van nieuwe beschermers. Met het kabinetsvoornemen is het onzeker geworden of en in hoeverre de stichting haar kerndoelstellingen nog kan realiseren. Niettemin is het Zuid-Hollands Landschap er met de in beheername van 165 hectare grond het afgelopen jaar nog goed uitgesprongen. Voor de toekomst hangt veel af van de wijze waarop de provincie Zuid-Holland de bezuinigingstaakstelling gaat uitwerken. Daarom hebben het ZuidHollands Landschap, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer de handen ineen geslagen en een gezamenlijk manifest opgesteld voor de provincie. De drie terreinbeheerders begrijpen dat bezuinigingen nodig zijn, maar pleiten ervoor om dan in ieder geval het beheerbudget overeind te houden, lopende groenprojecten bij de stad af te ronden en de beschikbare middelen voor aankopen bij voorrang in te zetten voor de unieke natuur in de Delta en het Groene Hart.
Passie voor natuur en landschap Een positieve kant van de crisis is dat zij ook kansen biedt. Meer dan voorheen wordt de stichting namelijk uitgedaagd om haar passie voor natuur en landschap breed uit te dragen. Jac. P. Thijsse wees er al op dat natuurbescherming geen zaak moet zijn van een klein aantal ‘wetenschappelijke ijveraars’, maar dat natuur het welzijn van iedereen hoort te dienen. Daar hoort ook bij het meer dan voorheen
leggen van verbindingen met andere maatschappelijke doelen, zoals klimaatbescherming, recreatie en gezondheid. De stichting onderschrijft deze gedachte en heeft het afgelopen jaar haar Klimaatvisie op Zuid-Holland gepresenteerd. De stichting is tevens actief betrokken bij een innovatief project voor de bescherming van de Delflandse Kust, de Zandmotor genaamd. Veiligheid, natuur en recreatie gaan hier hand in hand.
Evaluatie van beleid Het jaar 2010 was de start van de nieuwe planperiode in het kader van het Meerjarenbeleidsplan 2010-2014. Ten behoeve van dit plan is in 2009 vooraf een evaluatie opgesteld van de strategie en het beleid van de voorgaande planperiode. Ook is een analyse gemaakt van de belangrijkste belanghebbenden en van de externe kansen en bedreigingen en de interne sterkten en zwakten. Zowel de evaluatie als de genoemde analyses zijn (inclusief de bijbehorende verbeter- en actiepunten) binnen de werkorganisatie en het managementteam besproken en vervolgens vastgesteld door het bestuur. Op basis hiervan zijn de strategische beleidsdoelstellingen nader uitgewerkt. Zie voor verdere informatie het Meerjarenbeleidsplan op de website van het Zuid-Hollands Landschap. De drie hoofddoelstellingen voor de komende jaren zijn als volgt verwoord: 1 Meer verwerven De stichting wil jaarlijks 100 hectare grond verwerven. Het ZuidHollands Landschap wil hiermee zoveel mogelijk grote aaneengesloten natuurgebieden realiseren. Grote natuureenheden hebben een relatief hogere natuurkwaliteit en kunnen tegen lagere kosten beheerd worden. Bovendien is robuuste natuur klimaatbestendiger en biedt zij ruimte voor rustige recreatie. 2 Goed beheren Een goed en kosteneffectief beheer is het visitekaartje van de stichting. Alle natuurterreinen van het Zuid-Hollands Landschap worden volgens een kwaliteitsborgingssysteem beheerd. Tevens wordt ingezet op beheerkostenreductie (van € 653,-/ha in 2008 naar € 600,-/ha in 2014), alsmede een evenwichtige en duurzame financiering van het beheer. 3 Beschermers binden Het maatschappelijk draagvlak wordt verbreed door in te zetten op een netto groei van 10.000 beschermers in de planperiode. Een flinke achterban vergroot de legitimiteit van het Zuid-Hollands Landschap bij gesprekken over natuurbescherming en versterkt de financiële onafhankelijkheid van de stichting.
Dit overzicht geeft de drie hoofddoelstellingen weer uit het Meerjarenbeleidsplan, de vertaling daarvan in het Werkplan 2010 en de realisatie daarvan. In de vervolghoofdstukken van dit jaarverslag worden de werkzaamheden nader toegelicht.
Meer verwerven
Doelstelling Meerjarenbeleidsplan
Doelstelling Werkplan 2010
Realisatie in 2010
• Jaarlijkse verwerving van minimaal
• 100 ha grond, waarvan:
• 165 ha grond, waarvan:
100 ha grond voor de Ecologische Hoofdstructuur (EHS)
– 85 ha EHS via doorlevering van reeds door de overheid aangekochte gronden aan de
– 123 ha EHS via doorlevering, en – 42 ha zelfstandig door de stichting aangekocht/in beheer genomen
stichting (m.n. Krimpenerwaard, Deltanatuur) – 15 ha zelfstandig door de stichting aangekocht
Goed beheren
• Alle terreinen van de stichting worden
• Beheerplannen voor 8 terreinen
• Beheerplannen voor 6 terreinclusters
beheerd volgens een
• Beheerevaluaties voor 5 terreinen
• Beheerevaluaties voor 6
kwaliteitsborgingssysteem
• Monitoring planten en broedvogels in 35 terreinen
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Realisatie in 2010 van de hoofddoelstellingen uit het Meerjarenbeleidsplan 2010-2014
terreinclusters • Monitoring planten en broedvogels in 42 terreinen
• Beheerkostenreductie: van € 653,-/ha
• Beheerkosten verlagen
• Beheerkosten € 663,-/ha
• Reserve Duurzaam Beheer laten
• Reserve Duurzaam beheer
in 2008 naar € 600,-/ha in 2014
7 • Evenwichtige en duurzame financiering van het beheer
stijgen van € 76.000,- eind 2008 naar
€ 1.495.000,- eind 2010
€ 2.000.000,- de komende jaren (geen streefjaar genoemd in Werkplan)
Meer beschermers
• Groei aantal beschermers tot 67.000 eind 2014
• Groei aantal beschermers tot 58.500 eind 2010
• Aantal beschermers 52.652 eind 2010
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
1 Verwerven 8
Eén van de meest vooraanstaande doelstellingen van het ZuidHollands Landschap is het door verwerving uitbreiden en aaneenschakelen van natuurgebieden. Grotere natuurgebieden die onderling verbonden zijn met andere natuurgebieden blijken meer verschillende planten- en diersoorten te herbergen dan kleine geïsoleerde gebieden. Soorten in geïsoleerde gebieden zijn bovendien kwetsbaar bij ‘calamiteiten’ zoals overstroming, verstoring of voedseltekort. In 1967 beschreven MacArthur en Wilson deze ‘Theorie van eilandbiogeografie’ al. In 1990 werd in het Natuurbeleidsplan van het toenmalige ministerie van LNV het natuurbeleid op deze theorie gebaseerd. Sindsdien wordt in Nederland gewerkt aan de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) om de afname van de biodiversiteit af te remmen. De EHS is als het ware de ruggengraat van de Nederlandse natuur. Zuid-Holland is één van de meest drukke provincies, waar vele functies ruimte vragen zoals wonen, bedrijvigheid en verkeer. Juist in Zuid-Holland is daarom minimaal de EHS nodig om tegenwicht te bieden aan andere ruimte vragende ontwikkelingen. Niet alleen voor de overlevingskansen van planten- en diersoorten die in Zuid-Holland voorkomen, maar ook voor het behoud van typisch Zuid-Hollandse landschappen zoals de veenweiden, het benedenrivierengebied en de kuststreek. Deze oer-Hollandse landschappen herbergen vaak cultuurhistorische elementen zoals forten, landgoederen en molens. Veiligstelling van natuur betekent hier dus ook behoud van landschap, cultureel erfgoed en recreatief aantrekkelijke gebieden. Dit heeft een positieve invloed op ons welbevinden en onze gezondheid.
Grondaankopen binnen de EHS worden door de provincie ZuidHolland gesubsidieerd. Hiermee wordt immers provinciaal natuurbeleid geëffectueerd. Bij de verwervingsactiviteiten onderhoudt het Zuid-Hollands Landschap intensieve contacten met de provincie. Dit heeft als doel om de natuurbegrenzing te behouden en te optimaliseren. Bijvoorbeeld om afrondingsaankopen mogelijk te maken, zodat aaneengesloten natuurgebieden met logische grenzen ontstaan. Om de realisatie van de EHS in 2018 te kunnen voltooien wilde de provincie Zuid-Holland in het verslagjaar 350 hectare EHS aankopen (en daarna overdragen aan de eindbeheerder). Hiervan ligt 25 procent (ongeveer 85 hectare) in de invloedssfeer van het Zuid-Hollands Landschap. Naast deze overheidsaankopen heeft het Zuid-Hollands Landschap de ambitie om jaarlijks 15 hectare zelf aan te kopen. Dit resulteert samen in een jaarlijkse verwervingsdoelstelling van 100 hectare die het Zuid-Hollands Landschap zich in het Meerjarenbeleidsplan ten doel heeft gesteld. Dit is een robuuste en inspirerende taakstelling, die tegelijkertijd ook haalbaar is. Het verslagjaar 2010 was een succesvol jaar waarin als beloning voor de extra inspanningen in totaal 165 hectare werd verworven. Per 31 december 2010 beheert de stichting 3.966 hectare natuurgebied.
1.1
Krimpenerwaard
Met de realisering van 2450 hectare nieuwe natuur is de Krimpenerwaard het grootste natuurproject van Zuid-Holland. Al sinds 1993 wordt hier aan gewerkt. Het natuurherstel wordt gecombineerd met agrarische structuurversterking, duurzaam waterbeheer en extra mogelijkheden voor recreatie, toerisme en vernieuwend ondernemerschap.
‘De geschiedenis laat zien dat het waardevolle landschappen door een natuurbeschermingsorganisatie de beste garantie biedt dat deze ook duurzaam behouden blijven.’
Jan de Jong, hoofd Beleid en Verwerving
Den Haag. Het betrof een ingewikkelde overdracht, omdat er behalve over het beheer ook afspraken gemaakt moesten worden over de renovatie en uitbreiding van het inliggende landhuis Ockenburgh tot luxe hotel en de daarmee samenhangende grote opknapbeurt van het landgoed als geheel. Door de erfpachtovereenkomst kan Ockenburgh nu samen met het reeds door het Zuid-Hollands Landschap beheerde aangrenzende Hyacintenbos als één landgoed worden beheerd. Dit komt het beheer en de cultuurhistorische uitstraling van het gebied ten goede.
Eigendom door verwerving (in ha.) door het Zuid-Hollands Landschap in de Krimpenerwaard sinds 1993. 1200
1000
800
600
400
1.3
200
2010
2009
2008
2007
2006
2005
2004
2003
2002
2001
2000
1999
1998
1997
1996
1995
1994
1993
0
Eveneens in de Krimpenerwaard heeft het Zuid-Hollands Landschap haar terrein Commissarissenlanden ten oosten van Berkenwoude met zes hectare kunnen uitbreiden. De aankoop sluit in oostelijke richting aan op de vier hectare hooiland dat het Zuid-Hollands Landschap twintig jaar geleden in beheer kreeg. Als gevolg van de geïsoleerde ligging en moeilijke bereikbaarheid heeft het perceel altijd al een zeer extensief beheer gekend. Hierdoor zijn er met name in de slootkanten nog tal van bijzondere planten te vinden. Het perceel krijgt dan ook een botanische doelstelling.
Dankzij de bijeengebrachte giften van de beschermers van het ZuidHollands Landschap kon een 400 meter lange graskade ten noorden van Stolwijk in de Krimpenerwaard verworven worden. Hiermee is de laatste populatie wilde kievitsbloemen in de Krimpenerwaard veiliggesteld. Hopelijk kan deze Rode-Lijstsoort zich uitbreiden op de flauwe slootoevers die er zijn aangelegd.
1.2
Landgoed Ockenburgh
Na meer dan tien jaar overleg heeft het Zuid-Hollands Landschap het landgoed Ockenburgh (24 ha) in erfpacht gekregen van de gemeente
Holle Mare - Derryvliet
Langs de oude kreekrestanten Holle Mare en Derryvliet op Voorne, beheert het Zuid-Hollands Landschap zo’n 20 hectare water, rietlanden en graslanden. Ondanks de beperkte grootte laat het gebied veel potentie zien door de aanwezigheid van bijzondere planten- en diersoorten waaronder orchideeën, moerasvogels en de Europees beschermde Noordse woelmuis. Dit was de reden om voor het gebied een natuurontwikkelingsplan op te stellen dat voorziet in oppervlaktevergroting, onderlinge verbinding en kwaliteitsverbetering. De provincie Zuid-Holland heeft voor de grondaankoop subsidie toegekend aan het Zuid-Hollands Landschap. In eerdere jaren werden twee percelen aangekocht en werd een derde perceel geruild. De stichting wil de komende jaren meer gronden verwerven en probeert de subsidietermijn van de provincie, die eind 2010 afliep, verlengd te krijgen.
1.4 Aan het einde van het verslagjaar droeg de provincie Zuid-Holland 5 hectare grasland ten oosten van de Elserkade te Berkenwoude voor een symbolisch bedrag over aan het Zuid-Hollands Landschap. Op kosten van de provincie zal dit grasland als dotterbloemhooiland worden ingericht en beheerd. Hiermee wordt een deel van het verlies aan natuurwaarden ten gevolge van de geplande aanleg van de Zuidwestelijke Randweg Gouda, gecompenseerd.
Diefdijk
Langs de Diefdijk in Leerdam beheert het Zuid-Hollands Landschap de vier natuurgebieden Schaayk, Sonsbrug, Schoonrewoerdse Wiel en De Waai. Om het gevarieerde landschap te behouden en de vier natuurgebieden onderling te verbinden is het Zuid-Hollands Landschap samen met het VSBfonds gestart met een grondverwervingsproject. Inmiddels zijn vijf aankopen gerealiseerd. Op de valreep van 2010 werd overeenstemming bereikt over een zesde aan te kopen perceel, waarvan de overdracht in januari 2011 zal plaatsvinden. Een belangrijk resultaat werd ook behaald in planologische zin. De provincie Zuid-Holland bracht 26 extra hectare van het plangebied onder de EHS in de Provinciale Structuurvisie.
1.5
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
aankopen van natuurterreinen en
In het verslagjaar heeft de stichting 112 hectare grasland in de Krimpenerwaard overgedragen gekregen. De verworven graslanden liggen met name in Polder Middelblok, Polder Veerstalblok en Kadijk West. De nieuwe percelen sluiten vrijwel allemaal aan op bestaande graslandreservaten van het Zuid Hollands Landschap. Het is voor het eerst in vele jaren dat het Zuid-Hollands Landschap er in de Krimpenerwaard in één keer ruim honderd hectare grasland bij kreeg. Eind 2010 beheert de stichting 1.100 hectare nieuwe natuur in de Krimpenerwaard. Met de uitbreidingen wordt het beheer van de veenweidennatuur efficiënter en kan met aanvullende inrichtingsmaatregelen beter worden afgestemd op de planten- en diersoorten die in het typische veenweidenlandschap thuishoren. Ook kan beter rekening gehouden worden met de wensen van de recreant.
Zouweboezem
De Zouweboezem is grotendeels in eigendom bij het Zuid-Hollands Landschap. Het is met de grootste purperreigerkolonie van Nederland een bijzonder moerasgebied en geniet daarom ook Europese bescherming in het kader van Natura 2000. De stichting tracht
9
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
“De provincie Zuid-Holland heeft de Diefdijk in de Vijfheerenlanden aangeduid als ‘kroonjuweel cultureel erfgoed’, wat betekent dat de Diefdijk tot de dertien meest bijzondere landschappen van heel Zuid-Holland behoort. Als beheerder van verschillende natuurgebieden in dit eeuwenoude gebied, zijn we daar best trots op.”
Jan van Dijk, projectleider Verwerving en Inrichting
geduldig om de laatste percelen ook aan te kopen, zodat het beheer in één hand is. Dit is niet alleen goed voor een kosteneffectief beheer, maar maakt het voor de overheid ook makkelijker om afspraken te maken over het beheer van het Natura 2000-gebied. In de Zouweboezem werden in het verslagjaar 2010 vier percelen water en rietland aangekocht met een gezamenlijke oppervlakte van 2,3 hectare. Tevens is drie hectare grasland verworven.
1.6
Aangekochte percelen (rood) in de Zouweboezem
Ameide
Grasweggebied
Als allerlaatste verwerving in 2010 werd op 23 december met de gemeente Hellevoetsluis een erfpachtovereenkomst gesloten voor ruim 7 hectare waterrijk natuurgebied aan de Grasweg. Vrijwilligers van de Stichting Natuurlijk Grasweggebied stelden het natuurontwikkelingsplan op dat vervolgens door de gemeente werd uitgevoerd. Het resultaat is een afwisselend gebied met open water, eilandjes, kreken, en bloemrijke graslanden.
10 1.7
Kedichem
De voorgenomen aanleg van een fietspad bij Kedichem leidt tot verstoring van weidevogels. De provincie wil dit compenseren en heeft daartoe vijf hectare grond aangekocht. Aan de stichting is gevraagd dit compensatiegebied in beheer te nemen. Voorafgaand aan de definitieve inrichting en eigendomsoverdracht heeft het ZuidHollands Landschap het grasland in het verslagjaar in beheer genomen.
Meerkerk
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
2 Inrichten en herstellen Het woord ‘inrichten’ lijkt soms vreemd in de context van natuurgebieden. De natuur zorgt immers zelf wel voor de groei van plantensoorten en de huisvesting van diersoorten. Het gaat dan ook eigenlijk meer om het scheppen van de randvoorwaarden zodat de natuur haar werk kan doen. In 2010 zijn in een groot aantal nieuwe of bestaande natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap inrichtings- of natuurherstelwerkzaamheden verricht.
2.1
Hooge Boezem achter Haastrecht
De Hooge Boezem achter Haastrecht heeft als 15e eeuwse bergboezem de eer om de oudste tweetrapsbemaling van Nederland te zijn. Hier werd met zeven windmolens water vanuit de Vlist tijdelijk op het land opgeslagen wanneer het door hoge waterstanden op de Hollandse IJssel niet kon worden geloosd. Wanneer het peil van de Hollandse IJssel weer gezakt was, kon het opgeslagen water vanuit de Hooge Boezem via twee spuisluizen alsnog op deze rivier worden geloosd.
In 2003 is voor dit cultuurhistorisch waardevolle gebied samen met Stichting Gemaal de Hooge Boezem, provincie Zuid-Holland, Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden en Gemeente Vlist een inrichtingsvisie gemaakt. Voor het onderdeel ‘Fietspad Oost-Vlisterdijk-Haastrecht’ werd in het verslagjaar de planvorming en besteksvoorbereiding afgerond en werd het werk aanbesteed in opdracht van de provincie Zuid-Holland. De uitvoering zal in 2011 plaatsvinden. Voor het deelproject ‘natuurontwikkeling’ heeft de Dienst Landelijk Gebied eind 2010 een aanvang gemaakt met het uitwerken van een gedetailleerd inrichtingsplan. Het Zuid-Hollands Landschap verwacht in 2011 voldoende financiering te kunnen vinden om een start te kunnen maken met de uitvoering.
Schema tweetrapsbemaling
11
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
‘De eerste spade ging al bijna de grond in en toen wilde het kabinet
2.2
Eén van de meest in het oog springende deelprojecten van de visie voor de Hooge Boezem achter Haastrecht is de restauratie van de Boezemmolen nr. 6. Vanaf de aankoop van de molen in 2005 is veel energie gestoken in het zoeken naar de financiering. Dit is grotendeels gelukt en daardoor op 6 april 2010 gestart worden met de restauratie. Allereerst werd de fundering vernieuwd met een betonnen ring die rust op heipalen zodat de molen niet verder kan verzakken. Vervolgens werd door een bouwkundig restauratiebedrijf gewerkt aan het herstellen van het metselwerk en het vernieuwen van de verrotte kozijnen, vloeren en balken. Ondertussen werd er in de werkschuur van een molenmaker gewerkt aan het maken van de kap. Deze werd in oktober 2010 in onderdelen aangevoerd en met een hijskraan op de molenromp geplaatst, waar het verder in elkaar werd gezet. Kort daarna zijn in november 2010 ook de roeden (wieken) weer op de molen aangebracht. Het wiekenkruis heeft een ‘vlucht’ (diameter) van 30 meter en is daarmee het grootste van alle ruim 200 molens in Zuid-Holland. Eind januari 2011 zal deze eerste fase van de restauratie worden opgeleverd. Het uiteindelijke doel is om de Molen achter Haastrecht de functie terug te geven die het ooit gehad heeft: namelijk het malen van water uit de Vlist naar de Hooge Boezem achter Haastrecht. Bezoekers van de molen kunnen dit bemalingssysteem dan in werking zien. Hiervoor moet wel de resterende financiering alsnog bijeen worden gebracht.
2.3
12
Molenrestauratie Haastrecht
Sophiapolder
In de rivier de Noord bij Hendrik-Ido-Ambacht ligt het 77 hectare grote eiland Sophiapolder. Begin december 2010 is hier het startsein gegeven voor de herinrichting van deze polder tot zoetwatergetijdennatuurgebied. Het natuurontwikkelingsplan dient onder meer als compensatie voor de Betuweroute die middels een spoortunnel onder het eiland doorloopt. Daarnaast wordt het project gefinancierd door het ministerie van Infrastructuur en Milieu, provincie Zuid-Holland/Deltanatuur, Wereld Natuur Fonds, VSBfonds en toekomstig beheerder het Zuid-Hollands Landschap.
de herinrichting van de Crezéepolder nog eens kritisch bekijken, met vertraging als gevolg. Dit is een tegenvaller, maar tegelijkertijd een uitdaging voor het Zuid-Hollands Landschap om de unieke waarde van zoetwatergetijdennatuur de komende tijd actief uit te dragen.’
Jan van Dijk, projectleider Verwerving en Inrichting
2.4
2.5
Bron: Uit het boek ‘Grenzeloze Natuur’, KNNV Uitgeverij
Inrichting Bolswaard
In 2008 verwierf het Zuid-Hollands Landschap een circa 6 hectare groot perceel in de Lekuiterwaarden ten noorden van Lexmond. In het verslagjaar zijn hier alle rasters vervangen. Dit is zodanig uitgevoerd, dat ruig broedbiotoop achter het raster kon worden gehandhaafd ten bate van soorten als patrijs, graspieper en gele kwikstaart. Tegen de teen van de dijk was een natte verlande laagte aanwezig, waarin een populatie van de zeldzame moerassprinkhaan is gevestigd. Deze laagte is deels weer opengemaakt en uitgebreid zodat het leefgebied voor de soort is vergroot. Ook de aanwezige knotwilgen hebben onderhoud gekregen. Hierin wordt de steenuil aangetroffen. Het geheel is afgerond met een openbaar toegankelijk gedeelte waar de recreant vanaf een uitkijkpunt met picknickbank het geheel kan beleven. Deze werkzaamheden zijn mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van de Nationale Postcode Loterij.
2.6
Zoetwatergetijdennatuur in Nederland
Crezéepolder
In het verslagjaar 2010 heeft de Dienst Landelijk Gebied in opdracht van Deltanatuur de laatste hectare grond in de Crezéepolder, op de grens van Hendrik-Ido-Ambacht en Ridderkerk verworven. Dit was een bijzondere mijlpaal na een periode van bijna tien jaar planvorming en pogingen tot grondverwerving in verband met de realisatie van getijdennatuur. Direct na dit succes heeft de Dienst Landelijk Gebied een aanvang gemaakt met het opstellen van een uitvoeringsbestek. Het Zuid-Hollands Landschap neemt actief deel aan het projectteam voor de inbreng van kennis en het bevorderen van de voortgang. De planning was dat het werk in het eerste kwartaal van 2011 zou worden aanbesteed en vanaf dat moment in uitvoering zou gaan. Eind 2010 werd echter duidelijk dat het kabinet nieuwe inzichten heeft over nut en noodzaak van Deltanatuur en dat zij de projecten, waaronder de Crezéepolder, nog eens kritisch wil laten bekijken.
Weidevogel plas-dras de Nesse
Rondom de beheerboerderij aan de Schaapjeszijde in Ouderkerk aan den IJssel verblijven nog veel weidevogels. In het gebied ontbrak het echter nog aan een goede vestigingsbiotoop. In het najaar van 2010 is daarom een zogeheten plas-dras gerealiseerd. Daar kunnen de weidevogels vanaf eind februari bijkomen van hun reis naar het noorden. Van achter een vogelkijkscherm zijn weide- en watervogels van nabij te beleven tijdens de op de beheerlocatie georganiseerde activiteiten en excursies. Dit project is gefinancierd met een bijdrage van de Nationale Postcode Loterij.
Kijkpunt eendenkooi De Zouwe
Al vele jaren bestond de wens om recreanten een kijkje ‘achter de schermen’ van eendenkooi De Zouwe te bieden. In het najaar van 2010 is deze wens in vervulling gegaan met het plaatsen van een kijkscherm aan de noordzijde van de kooiplas tegen de Zouwedijk. Vanaf een recreatiesteunpunt met picknickbank kunnen geïnteresseerden de kooiplas van de eendenkooi overzien en de vele eenden van dichtbij bekijken. Ook hier was de Nationale Postcode Loterij de financier.
2.8
Kleistee
In de winter en het vroege voorjaar van 2010 is het perceel in de Kleistee in Ouddorp dat eind 2009 werd verworven, ingericht. Er is een mooie toegang gemaakt voor zowel de wandelaar als voor het beheer. Ook is er een groot deel overbodig geworden raster weggehaald. Met de huidige inrichting sluit het nieuwe perceel mooi aan op het bestaande deel van de Kleistee.
2.9
Preekhilpolder
In mei 2010 is de natuurinrichting van de Preekhilpolder gereedgekomen en feestelijk afgerond. Dit project is een samenwerking tussen een particulier en het Zuid-Hollands Landschap. Uitgangspunt bij de herinrichting van agrarisch gebied naar natuurgebied zijn de doelstellingen vastgelegd in het provinciale natuurgebiedsplan, n.l. vochtige tot natte schraalgraslanden. De aanleiding van de samenwerking tussen beide partijen was het feit dat het Zuid-Hollands Landschap ook een perceel in de Preekhilpolder had verworven. Beide partijen hadden de intentie om te komen tot een gezamenlijke inrichting en op termijn gezamenlijk beheer.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
2.7
13
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
3 Beheren 14
Het beheer van haar terreinen is een kernactiviteit van het ZuidHollands Landschap. Ruim de helft van de medewerkers is er in 2010 direct mee bezig geweest. Beheersubsidies blijken helaas onvoldoende om het door de stichting gewenste, kwalitatief hoogwaardige natuurbeheer te financieren. Daarom wordt een deel van de beschermerinkomsten aanvullend ingezet voor het beheer. De stichting streeft tegelijkertijd naar een efficiënter beheer, onder andere door de verwerving, waardoor aaneengesloten natuurgebieden ontstaan. De beheerskosten per hectare zijn in 2010 uitgekomen op € 663,- per hectare. In het Meerjarenbeleidsplan 2010-2014 is een streefbedrag van € 600,- per hectare opgenomen. Het Zuid-Hollands Landschap staat de komende jaren voor de uitdaging om de beheerkosten te reduceren en desondanks mooie natuurresultaten te boeken.
3.1
Veenweiden
De veenweiden vormen een prachtig cultuurlandschap met hoge natuur- en landschapswaarden. Met name de samenhang tussen deze elementen maken de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap uniek. Inherent aan een cultuurlandschap is beheer. Gras maaien, beweiden, wilgen knotten, griend hakken, riet snijden, sloten schonen en baggeren maken hier een belangrijk onderdeel van uit. Ook in het verslagjaar is hieraan weer veel aandacht besteed. Zo werd ruim 150 kilometer sloot van bagger ontdaan en meer dan 1.100 kilometer oever geschoond om het dichtgroeien van de sloten te voorkomen. Helaas heeft het beheer hiervan er mede toe geleid dat de beheerkosten hoger dan begroot zijn uitgevallen. Vermeldenswaardig binnen het reguliere beheer zijn de rietlanden. Deze konden mede
dankzij de vorstperioden dit jaar goed beheerd worden. Circa 30 hectare rietland werd gemaaid. Daarnaast werden honderden knotbomen geknot en vele honderden meters houtkaden gezaagd. Een jaarlijks terugkerend, intensief beheer is die van de grienden. In dit jaarverslag wordt dan ook wat dieper ingegaan op het griendbeheer.
3.2
Eilanden
Ook dit jaar is weer het nodige aan maaiwerk uitgevoerd. Dat ‘nodig’ zijn heeft alles te maken met de doelstelling van het betreffende gebied of terreindeel. Maaiwerk heeft in vrijwel alle gevallen met een botanische doelstelling te maken. Een voorbeeld is een willekeurige natte duinvallei op Voorne. Zou de vallei niet gemaaid worden, dan groeit die al heel snel dicht met opslag van elzen, berken, kruipwilg etc. Dit gaat ten koste van de bijzondere, bij een duinvallei horende planten zoals parnassia, moeraswespenorchis, vleeskleurige orchis en armbloemige waterbies. Ditzelfde geldt ook voor de drogere duingraslanden. In de praktijk betekent dit dat er jaarlijks zo’n 70 hectare gemaaid wordt, waarbij het maaisel wordt afgevoerd. Vanwege de natte zomer en herfst moest het maaisel voor een deel met de hand afgevoerd worden. Een andere, algemene beheersmaatregel is begrazing. Begrazing kan in het groeiseizoen plaatsvinden, zoals in de Westduinen in Ouddorp. Hier worden op seizoensbasis ongeveer 70 runderen ingezet om het schrale en open karakter te behouden. Toch is begrazing in dit gebied niet overal gewenst: rond de drie belangrijkste groeiplaatsen van de herfstschroeforchis zijn tijdens de bloei- en zaadzettingsperiode
Griendbeheer in de praktijk
Griendhakken is een kostbare aangelegenheid. Het hakken van een hectare griend kost al gauw rond de € 2.000,- tot € 2.500,- per hakbeurt. Door de griendhak aan te besteden, te anticiperen op de markt en zorg te dragen voor een grote kennis bij de eigen medewerkers met betrekking tot griendbeheer en het gebruik van griendhout kunnen de kosten worden bewaakt.
“Het is ons in 2010 wederom gelukt om het gehele areaal van 50 hectare aan griend wat aan een hakbeurt toe was ook
Dit cultuurhistorische beheer is dankzij de inzet van vrijwilligers gerealiseerd. Op het Groene Strand hebben de eilandjes in de Lagune en het grote vogeleiland na het broedseizoen de jaarlijkse ‘behandeling’ gehad. Omdat daar kustbroedvogels moeten kunnen broeden, moet de begroeiing open en laag zijn. In Kasteelgaarde Rhoon is de berceau, de ‘tunnel van perenbomen’, weer gesnoeid en aangebonden. De grote essen, die op de grens met particuliere tuinen staan, hebben een flinke onderhoudsbeurt gekregen. In Klein Profijt is veel werk verzet door vrijwilligers, in zowel de eendenkooi als het overige terrein. Al het werk dat bij een eendenkooi hoort zoals de rietschermen, de vangpijpen, de beschoeiingen etc. is weer op orde gebracht. In het overige terrein zijn een deel van de knotwilgen geknot en zijn er veel omgevallen bomen uit sloten en kreken gehaald. Daarnaast er ook riet gemaaid. In Klein Profijt werd ongeveer 7 hectare gemaaid met als doel de zomerklokjes in stand te houden. De nieuw aangelegde getijdengeul in de Visserijgriend heeft inmiddels natuurlijke vormen aangenomen. Het strakke en duidelijk gegraven karakter heeft plaatsgemaakt voor een natuurlijke, enigszins kronkelende kreek met, in het voorjaar, spindotterbloemen.
3.3
Kuststreek
Afgelopen jaar is het graslandbeheer in de regio Kuststreek verder uitgewerkt en uitgevoerd. Er is meer werk uitbesteed aan aannemers en er is meer maaisel als hooi afgevoerd naar agrariërs in plaats van maaisel naar de compostering. Dit heeft tijd en geld bespaard. Op Huys Te Warmont is in de winter veel aandacht besteed aan het herstellen van de waterafvoerende sloten in een kenmerkend rabattenpatroon. Vooral de bosvakken hadden veel last van wateroverlast. Door te baggeren en overhangend hout te verwijderen is de waterafvoer hersteld.
daadwerkelijk gehakt te krijgen.”
René Garskamp, terreinbeheerder
rasters geplaatst. Of het alleen door deze maatregel komt, is niet geheel zeker, wel zeker is dat er meer dan 5.000 orchideeën geteld zijn! Ook zijn er vijf poelen geschoond. Niet alleen voor het vee vervullen zij een rol, ze zijn ook onontbeerlijk bij de levenscyclus van zowel amfibieën als van bepaalde insecten zoals libellen en juffers. Begrazing kan ook gedurende het hele jaar: in de Duinen van Oostvoorne lopen het jaarrond ongeveer vijftien IJslandse pony’s en Galloway-runderen rond. Tevens is als proef gestart met schapenbegrazing. Al deze dieren zorgen vooral op de niet gemaaide plaatsen voor de afvoer van het overtollige gewas, voor structuren in de vegetatie en voor de karakteristieke openheid. Cultuurhistorische elementen worden overigens niet vergeten: knotelzen, die op diverse plaatsen in de duinen staan, zijn geknot. De rijen knotelzen markeren de plekken waar in het verleden tuinderijtjes hebben gelegen.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
In de Vijfheerenlanden heeft het Zuid-Hollands Landschap circa 575 hectare in beheer. Ruim 60 hectare betreft griend, waarvan 50 hectare eenmaal in de drie jaar wordt gehakt. Grienden horen bij het cultuurlandschap van de Vijfheerenlanden. Rond het midden van de vorige eeuw waren hier honderden hectaren griendpercelen. Het gebied herbergde het grootste binnendijkse griendareaal van ons land. Door de opkomst van kunststoffen en het beëindigen van de deltawerken liep de vraag naar griendhout sterk terug. De grienden werden steeds vaker niet meer gehakt en ontwikkelde zich tot natuurlijke bossen of werden ingepland met populieren. Toen middels de ruilverkaveling Vijfheerenlanden vele grienden in eigendom kwamen bij het Zuid-Hollands Landschap is de keuze gemaakt een deel van deze fraaie elementen te herstellen en behouden. De grienden worden gehakt en waar nodig worden nieuwe wilgenstekken geplant om de grienden voldoende begroeid te houden. Greppels worden onderhouden voor de waterhuishouding. Een door slechte ontwatering natte griend groeit niet goed en is moeilijk te beheren. Uiteraard worden ook de sloten langs de grienden geschoond en gebaggerd, vaak in het jaar dat de griend gehakt is.
Er is dit jaar vroegtijdig gestart om het slootwerk in diverse terreinen op orde te krijgen en uit te voeren. Dit is geen overbodige luxe geweest, gezien het natte jaar. Alles is op tijd uitgevoerd met een minimum aan rijschade in de terreinen. Door de natte omstandigheden heeft de stichting wel extra moeten letten op de draagkracht van de terreinen. Waar nodig is speciaal materieel ingezet. Dit heeft extra kosten met zich meegebracht. Als eerste aanzet om het bosbeheer beter in kaart te brengen zijn de bossen visueel geïnspecteerd op stormgevoelige bomen. Na het broedseizoen is gestart met het verwijderen van diverse gevaarlijke bomen en overhangend hout langs gebiedsgrenzen en langs paden. Vooral in het Staelduinse Bos is er een aantal forse ingrepen gepleegd. Desondanks was het nodig om na zwaar stormweer in september diverse gevallen bomen of bomen met stormschade te verwijderen. Veel inzet is er dit jaar gepleegd in de damhertenproblematiek rondom de Amsterdamse Waterleidingduinen van Waternet. Het ZuidHollands Landschap heeft hier twee terreinen tegenaan liggen: De Blink en Langeveld. Deze ondervinden direct effect van aanwezigheid van de damherten. Er is veel tijd besteed aan overleg met de betrokken partijen om tot een oplossing te komen voor de schade en overlast die uittredende herten veroorzaken in de Bollenstreek. Een eerste oplossing is het aanbrengen van een damhertwerend hekwerk om het gebied. In juni is hierover overeenstemming bereik en eind november is gestart met de voorbereiding voor de plaatsing.
15
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
“Begrazing in de duinen zorgt voor structuur in de vegetatie. Dit is gunstig voor insecten en kleine zoogdieren, vanwege de beschutting.”
Joop Westerveld, terreinbeheerder
3.5
Recreatie
Het Zuid-Hollands Landschap wil recreanten graag laten genieten van de natuur. Daarom zijn nagenoeg alle terreinen van het Zuid-Hollands Landschap opengesteld of in ieder geval te overzien of worden er speciale voorzieningen voor recreanten getroffen.
Eind 2010 is er een faunabeheerplan Damherten opgesteld door faunabeheereenheden Zuid- en Noord-Holland. Het Zuid-Hollands Landschap heeft aangegeven dat samen met de andere betrokken terreinbeherende organisaties zal worden meegewerkt aan de uitvoering van het plan. In april heeft de regio Kuststreek een aantal gebieden (Voorofsche Polder, Spijkerboorsche Kade, Geriefhoutbos Waarder en Elfenbaan) overgenomen van regio Veenweiden. Het bestaande beheer is geprolongeerd, maar het heeft wel extra tijd en aandacht gekost om de gebieden te leren kennen.
3.4
16
verschillende bruggen hersteld of vervangen. Bij Huys Te Warmont is de draaibrug volledig vervangen door een nieuwe brug, inclusief brughoofden en draaipunt. Daarnaast is de monumentale hefbrug nagelopen op houtrot en diverse houten verbindingsstukken hersteld.
Algemene terreinvoorzieningen
Achter een mooi natuurgebied gaat een arsenaal aan terreinvoorzieningen schuil. De voorzieningen hebben op het eerste gezicht misschien niet direct met natuurbeheer te maken, maar zonder duikers en dammen zouden verschillende natuurgebieden onder water staan of juist veel te droog zijn. Bij ondeugdelijke rasters breekt vee zoals schapen en koeien uit of blijven ongewenste ‘gasten’ niet buiten het gebied. Zonder degelijke beheerpaden is het niet mogelijk de terreinen goed of veilig te bereiken en te beheren. In het verslagjaar is in de regio Veenweiden speciale aandacht besteed aan de hekken. Alleen al in de Krimpenerwaard staan circa 850 hekken. Bij een gemiddelde levensduur van 10 jaar moeten er jaarlijks een kleine 100 hekken worden vervangen en nieuwe hekken geplaatst op de nieuw verworven percelen. Er wordt bewust gekozen voor houten hekken passend in het cultuurhistorisch landschap. De komende jaren zijn veel hekken in de Vijfheerenlanden aan vervanging toe.
Onderhoud van recreatievoorzieningen is een wekelijks terugkerende werkzaamheid in de regio Veenweiden. Paden maaien, banken schilderen, panelen onderhouden etc. zijn slechts enkele van de activiteiten. Naast onderhoud is er ook gekeken waar de voorzieningen uitgebreid kunnen worden. In 2010 zijn, veelal projectmatig, extra mogelijkheden voor recreatief medegebruik in de gebieden polder Den Hoek, polder Achterbroek, polder De Nesse, polder Middelblok, Schaayk en eendenkooi De Zouwe gerealiseerd. In de regio Eilanden is doorgegaan met de zorg voor een veelheid aan afvalbakken, zitbanken, picknicksets, informatiepanelen, routepaaltjes, recreatiesteunpunten, een kampeerterrein, enkele parkeerterreinen en verschillende uitkijkpunten. Al deze voorzieningen zijn bedoeld om de bezoekers van de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap een prettig en ontspannen verblijf te bieden en hen volop van de natuur en het landschap te laten genieten. Een terugkerend probleem blijft het afval dat uit de gebieden komt. Per jaar komt dit neer op ruim 100 m3 aan afval. In de regio Kuststreek zijn in 2010 twee nieuwe routes aangelegd. Bij Vinetaduin is in samenwerking met Landschapsbeheer Zuid-Holland, Deelgemeente Hoek van Holland en het Atlantikwall Museum een route langs Vinetaduin ontwikkeld. In het Keukenhofbosch is een route en een nieuwe entree ontwikkeld in samenwerking met Landschapsbeheer Zuid-Holland en de Gemeente Lisse. Op
“De noordrand van het Groene Strand is in 2010 weer gekarteerd op broedvogels. De natuur-
In de regio Eilanden kost het reguliere onderhoud van de aanwezige 30 km afrasteringen, 90 hekken, 20 bruggen, 50 duikers, 2 pompinstallaties, 1 km beschoeiing, 10 slagbomen, 4 stuwen, enkele (halfverharde) beheerswegen en enkele veeroosters, behoorlijk wat tijd. Daarnaast is er een afrit aan de Hollemaarse dijk, langs natuurterrein de Holle Mare, opgeknapt. In de Duinen van Oostvoorne, rond terreindeel Zeeburg, is ruim 450 meter raster vervangen, inclusief de benodigde twee toegangshekken. Tevens zijn drie halfverharde wegen opnieuw voorzien van een flinke laag gerecycled puin. In de Westduinen is het veekerende raster over een lengte van circa 225 meter vervangen, inclusief een toegangshek.
herstellingrepen die in 2007 zijn uitgevoerd, hebben positief doorgewerkt. Kluten, bontbekplevieren en visdiefjes bezetten samen 62 broedterritoria en bij ieder nest werden twee tot drie jongen gesignaleerd. De broedende kokmeeuwen op dezelfde eilandjes zorgen door hun assertiviteit tegen indringers voor extra ‘bescherming’ van deze verstoringsgevoelige vogel-
In de regio Kuststreek zijn weliswaar door de veelal aanwezige zandgrond minder terreinvoorzieningen nodig, maar desondanks is hier veel aandacht aan besteed. Hekwerken en toegangspoorten zijn vervangen door robuuste eikenhouten hekken. Daarnaast zijn
soorten.”
Niek Koppelaar, assistent regiohoofd Eilanden en Kuststreek
“Alleen al in het duingebied op recreatieafval uit de afvalbakken. Daarnaast ruimen we ook regelmatig dumpingen van allerhande materiaal uit de natuur en verzamelen we afval tijdens schoonmaakacties met scholieren en vrijwilligers. Het is al met al veel werk, maar een natuurgebied zonder afval is ook heel wat waard.”
Hans Visser, regiohoofd Eilanden
“Door het herstellen van waterafvoerende sloten op Huys Te Warmont hebben we de wateroverlast, ondanks de natte zomer, tot een minimum weten te beperken. De komende jaren gaan we ook in andere natuurgebieden de waterhuishouding op
handboeien. Onze toezichthouders dragen overigens geen vuurwapens om geweld met vergaande gevolgen te voorkomen. Er zijn dit jaar elf aangiftes gedaan bij de politie. Dit betroffen vooral aangiftes in verband met schade aan eigendommen van het ZuidHollands Landschap ten gevolge van vernielingen en aangiftes in verband met diefstal van eigendommen. De totale schadepost bedroeg ongeveer € 15.000,-.
vergelijkbare wijze verbeteren.”
3.6
Maarten van der Valk, regiohoofd
3.7
Kuststreek
Naast bossen, duinen, graslanden en waterplassen beheren wij meer dan 50 gebouwen. Deze zijn onder te verdelen in vier categorieën: cultuurhistorisch waardevolle gebouwen waarvan er veertien de status van Rijksmonument hebben, gebouwen met een recreatieve of educatieve functie en opstallen ten behoeve van het beheer.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Voorne halen we zo’n 75 kuub
verschillende plaatsen zijn oude banken en afvalbakken vervangen. In het Staelduinse Bos zijn de toegangshekken bij de entree vervangen. In Nieuw Leeuwenhorst is het oude kijkscherm vervangen. Dit scherm is vervangen door de deelnemers van het Vrijbuitenskamp van de ANWB. Veel van de vervangingen zijn gebeurd met eikenhout uit eigen terrein. Dode of valgevaarlijke laanbomen uit het terrein Huys Te Warmont zijn verzaagd tot planken en balken. Dit hout is gebruikt bij het maken van hekken, toegangspalen en het kijkscherm. Er blijft in de terreinen overigens voldoende staand en liggend dood hout over voor de aanwezige flora en fauna (biodiversiteit).
Gebouwen
Toezicht
In het toezicht- en handhavingwerk spreken de toezichthouders zeer veel mensen aan. Veel lichte overtredingen worden afgehandeld met een gesprek, waarin de achterliggende gedachte van de toegangsregels worden toegelicht. Daarnaast wordt er in voorkomende gevallen aan mensen een officiële waarschuwing gegeven. Het is helaas soms ook nodig om en bekeuring te geven. In totaal zijn 265 processen verbaal uitgeschreven. Het betreft overtredingen zoals loslopende honden, illegale bevissing, mountainbikers die door de natuurgebieden crossen, verstoring van beschermde dieren, illegaal berijden van fietspaden of stort van afval. Onvermoeibaar is ook in dit jaar door de toezichthouders veel energie gestoken in het toezicht en de handhaving binnen het Natura-2000 gebied Slikken van Voorne. De Slikken van Voorne zijn voor een zeer groot deel in beheer bij het Zuid-Hollands Landschap en vormen een zeer waardevol vogelrustgebied. Loslopende honden en kitesurfers verstoren hier regelmatig de rust. Er hebben verschillende gezamenlijke acties plaatsgevonden met terreinbeherende organisaties, gemeenten en politie. Een steeds groter wordend probleem is de agressiviteit van de aangesproken overtreders. In 2010 zijn er drie ernstige bedreigingen van toezichthouders geweest, waarvan er één tot het mishandelen van een toezichthouder heeft geleid. Dit voorval is adequaat afgehandeld door de politie, maar heeft er wel toe geleid dat de betreffende toezichthouder enkele weken uit de roulatie is geweest. Dit is een van de redenen waarom de toezichthouders uitgerust zijn met zogenaamde geweldsmiddelen zoals pepperspray, wapenstok en
Het budget voor het onderhoud wordt jaarlijks besteed aan regulier onderhoud en aan incidentele reparaties. Omdat het ontbrak aan een meerjarenplanning voor het opstallenonderhoud werd er relatief ad hoc onderhoud van de opstallen uitgevoerd. In 2010 heeft een bureau bouwtechnische opnames en meerjarenonderhoudsplannen voor de opstallen gemaakt. Deze zullen in 2011 gebruikt worden voor de begroting van 2012 en het verder uitwerken van het opstallenbeleid. In 2010 is al een eerste aanzet hiertoe gegeven middels een notitie Financiering Beheer Opstallen. Begin 2010 is de horecagelegenheid de Meidoorn gesloopt en de voormalige huurder heeft een nieuw gebouw opgericht. Het pand is zodoende niet meer in eigendom bij het Zuid-Hollands Landschap, de ondergrond is aan de voormalige huurders van de Meidoorn in erfpacht uitgegeven. Hiervoor is gekozen om de steeds verder oplopende onderhoudskosten niet meer te hoeven dragen. In 2010 is er op verschillende plekken onderhoud gepleegd aan woningen en opstallen. Naast het reguliere schilderwerk zijn er verschillende lekkages verholpen. Het is in 2010 helaas niet gelukt al het achterstallig onderhoud weg te werken. Dit is nog steeds een ongewenste situatie omdat het in stand houden van monumentale gebouwen op de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap deel uitmaakt van de statutaire doelen van de stichting. Tot nu toe blijkt het vinden van financiering voor dergelijke kostbare restauratieprojecten lastig. Monumentenzorg beschikt helaas over te weinig financiële middelen om de landelijke restauratieachterstand weg te werken.
17
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
“Veel recreanten vinden het prettig
18
om in onze natuurgebieden toezichthouders tegen te komen. Ze maken graag een praatje met ons of stellen een vraag over een plant, dier of een route. Zo kunnen wij onze rol van ‘gastheer’ goed vervullen. Natuurlijk zien wij er ook op toe dat de mensen in onze terreinen zich aan de regels houden.”
Govert Vroegindeweij, toezichthouder
Het blijft de komende jaren het streven om het onderhoud van de opstallen in verhouding te brengen met de inkomsten uit de opstallen. Het opstallenfonds zal daarvoor aangevuld moeten worden door vrijkomende opstallen te verkopen en de ondergrond in erfpacht uit te geven. Momenteel kost het onderhoud nog steeds meer dan dat er aan inkomsten binnen komt.
3.8
Beheerplanning
In onze drukke provincie is natuurontwikkeling en –behoud geen vanzelfsprekendheid. Door (eenmalige) inrichtingsmaatregelen maar vooral beheeractiviteiten uit te voeren worden terreinomstandigheden optimaal gemaakt voor natuur en landschap. Dit beheer vindt bij het Zuid-Hollands Landschap op planmatige wijze plaats, in de vorm van een beheerplan. De circa 100 terreinen van het Zuid-Hollands Landschap zijn op basis van geografische ligging samengevoegd tot 45 ‘clusters’. Voor iedere cluster wordt elke zes jaar een beheerplan opgesteld. In het beheerplan wordt eerst vastgesteld welke natuur- en landschapswaarden in een terrein aanwezig zijn en hoe het met de ontwikkeling van deze waarden gesteld is. Ook de omgeving van het natuurgebied en het beleid van de overheid worden in het beheerplan beschreven, want deze kunnen grote invloed hebben op de natuur in de terreinen. Met deze kennis kan vervolgens worden vastgesteld wat er moet gebeuren om natuur te behouden of de kwaliteit ervan te verhogen. Hiervoor worden in het beheerplan natuur- en landschapsdoelen vastgesteld en worden de maatregelen beschreven die binnen de planperiode van zes jaar genomen moeten worden, eenmalig of doorlopend, en waar en wanneer deze plaats moeten vinden. In 2010 zijn er zes van de acht geplande beheerplannen opgesteld. Het beheerplan voor het terreinencomplex Solleveld te Den Haag werd uitgesteld in verband met het in erfpacht krijgen van landgoed Ockenburgh dat deel uit maakt van dit complex. Het plan voor het terrein D’Onlanden werd opgenomen in het beheerplan voor het terreinencluster D’Onlanden/de Schans/Pitweije dat in de omgeving van Ouddorp gelegen is. In het beheerplan worden eenmalige acties en doorlopende beheeractiviteiten beschreven. De acties variëren van eenmalige beheer- of inrichtingsingrepen en externe beleidsbeïnvloeding tot het opstellen van nieuwe of gewijzigde aanvragen voor beheersubsidies. Sinds enige jaren loopt de aanwijzingsprocedure voor de zogeheten Natura 2000-gebieden. Onderdeel van de aanwijzing is de vaststelling van natuurdoelen (in een door het ministerie van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie te nemen Aanwijzingsbesluit) en het opstellen van beheerplannen. Van het door de het Zuid-Hollands Landschap beheerde areaal valt maar liefst vijftig procent onder Natura 2000. De overheden belast met het opstellen van de Natura 2000-beheerplannen benaderden in 2010 de regiohoofden en medewerker Belangenbehartiging intensief voor informatie en advies en organiseerden daarnaast diverse bijeenkomsten. Het Zuid-Hollands Landschap is al in 2005 begonnen met het herzien van haar eigen beheerplannen van terreinen die onder Natura 2000 vallen. Hierdoor kunnen de wensen van de stichting voor de betreffende terreinen actueel, concreet en goed onderbouwd ingestoken worden in het op te stellen beheerplan voor het gehele Natura 2000 gebied. In 2010 is voor het terreinencomplex Oudelandse Zeedijk/Preekhilpolder, dat deel uitmaakt van het Natura 2000-gebied ‘Grevelingen’ een beheerplan opgesteld.
3.9
Beheeradministratie
De beheeradministratie is wellicht niet de meest spannende tak van het Zuid-Hollands Landschap, maar zeker een niet onbelangrijke activiteit. In de beheeradministratie wordt onder andere de eigendommenadministratie bijgehouden, die de basis is voor de jaarlijkse subsidie vanuit de provincie voor de activiteiten die niet direct tot het uitvoerende natuurbeheer kunnen worden gerekend. Denk hierbij onder andere aan beheerplanning en monitoring. De financiering van het uitvoerende natuurbeheer is ook bij de provincie ondergebracht in de Provinciale Subsidieregeling Natuurbeheer, ook wel Programma Beheer genaamd. Vrijwel al de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap worden middels deze regeling van beheersubsidie voorzien. Ook de administratie van deze subsidie is bij beheeradministratie ondergebracht. Het jaar 2010 was in het licht van de subsidie voor het uitvoerende terreinbeheer een bijzonder jaar. Per 2011 treedt er een nieuwe subsidieregeling in werking: de Subsidieregeling Natuur en Landschap. De voorbereidingen voor de aanvraag hiertoe hebben in 2010 een aanzienlijke hoeveelheid werk opgeleverd. In de periode 15 november 2010 tot en met 14 januari 2011 konden de subsidieaanvragen ingediend worden. Echter, het systeem ‘wie het eerst komt wie het eerst maalt’ wordt gehanteerd wanneer het subsidieplafond wordt bereikt. Omdat het landelijk de verwachting is dat dit al snel het geval zou zijn, was het zaak om de aanvraag op 15 november 2010 ingediend te hebben. Dit is gelukt. Nu is het wachten op de
“Ik ben verantwoordelijk voor het beheer van 50 gebouwen, waarvan 14 Rijksmonumenten. Om mijn taken nog beter uit te kunnen voeren heb ik in 2010 de opleiding tot Rentmeester met succes afgerond.”
Erik Buijserd, coördinator Beheer en Opstallen
“In de zes beheerplannen die in ondernemen acties beschreven die door zes verschillende medewerkers zullen worden uitgevoerd. Hieruit blijkt dat een beheerplan een allround document is, dat breed binnen de organisatie wordt gebruikt.”
van het beheeradministratiesysteem. Het huidige systeem voldoet niet meer aan de eisen van deze tijd. Zodoende is er een samenwerking aangegaan om met de grote terreinbeherende organisaties gezamenlijk een nieuw systeem te (laten) ontwikkelen. Dit verslagjaar stond in het teken van de verkennende fase, de komende jaren zal het nieuwe systeem ontwikkeld worden en het huidige systeem ook daadwerkelijk vervangen worden.
Kim Bevington, medewerker Beheerplanning
beschikkingen die, gezien de massale overstap van natuurbeherend Nederland naar deze regeling, naar alle waarschijnlijkheid pas medio 2011 te verwachten zijn. Wanneer de Subsidieregeling Natuur en Landschap positief beschikt zal worden, dan wordt de lopende beheersubsidie ook gelijk in één keer afgerekend. Dit brengt op haar beurt juist een lastenverlichting qua werk met zich mee. Bij deze vervroegde afrekening is er geen eindrapportage, gebaseerd op monitoringsgegevens, nodig en is het niet nodig om per terrein een formeel verzoek tot afrekening in te dienen. Daarnaast is de verwachting dat de administratieve last van de nieuwe subsidieregeling aanzienlijk lager zal zijn. In het verslagjaar zijn er verschillende bijeenkomsten bijgewoond waarin verschillende Landschappen, De12Landschappen, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer werkten aan een opvolger
3.10
Natuurwetenschappelijke Commissie
De Natuurwetenschappelijke Commissie (NWC) is een onafhankelijke commissie van externe deskundigen. De commissie adviseert het bestuur en de directeur over het verwerven, inrichten en beheren van (potentiële) natuurterreinen en hieraan gekoppelde beleids- en beheerzaken. De NWC heeft in 2010 vijf maal vergaderd. Daarnaast is er een terreinbezoek gebracht aan de Westduinen en D’Onlanden op Goeree. Er zijn over de in het verslagjaar opgestelde beheerplannen adviezen uitgebracht. Dit betrof o.a. terreinen op Goeree, in het Westland, op IJsselmonde en in de Krimpenerwaard. Discussiepunten hierbij waren het ontwikkelen van de natuurwaarden van bestaande gebieden en het nieuw aangelegde terrein Spanjaards Duin en het versterken van de bestaande cultuurhistorische waarden. Verder heeft de commissie geadviseerd over de begrazing van de Heveringen, samenstelling van de graasdieren in de Duinen van Oostvoorne en het waterpeilbeheer van het Oostvoornse Meer in relatie tot de groeiplaats van groenknolorchis (Natura 2000-soort).
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
2010 zijn opgesteld staan 85 te
19
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
4 Fauna en flora 20
In het werkplan van 2010 was gepland om in 18 terreinen de broedvogels te inventariseren. Dit aantal is met 20 geïnventariseerde gebieden ruimschoots gerealiseerd. Verder zijn er plantenkarteringen uitgevoerd, zijn de meetsoorten van Programma Beheer vastgelegd en zijn er 95 vegetatieopnamen gemaakt. Er zijn 28 terreinen op planten geïnventariseerd, tegen 15 gepland. Alle inventarisaties zijn volgens de standaardmethoden uitgevoerd zoals voorgeschreven in de subsidievoorwaarden. Verder zijn er veldwaarnemingen verricht van o.a. wintervogels, vleermuizen, kleine zoogdieren, amfibieën, vissen en reptielen, vlinders en libellen. Ook dit jaar hebben enthousiaste vrijwilligers een belangrijk deel van het verzamelen van de waarnemingen voor hun rekening genomen. Veel vrijwilligers verzamelen op een intensieve manier hun gegevens waardoor er veel informatie beschikbaar komt (een uitgebreid verslag van de flora en fauna in de natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap is als Bijlage 1 in dit jaarverslag opgenomen). Deze gegevens zijn gebruikt bij het opstellen van de beheerplannen en -evaluaties van de terreinen. In deze plannen zijn de ontwikkelingen van de natuurwaarden beschreven en is getoetst of het uitgevoerde beheer tot de gewenste resultaten heeft geleid zoals in de beheerdoelstellingen is vastgelegd. Dit is het afgelopen jaar het geval geweest. Het is belangrijk om dit vast te kunnen stellen, want de evaluaties zijn de basis voor de beheerplanning in de komende planperiode. In totaal zijn er voor zes clusters beheerevaluaties opgesteld.
“In 2010 hebben we in totaal 40 vergunningen verstrekt voor het uitvoeren van inventarisaties in de terreinen door vrijwilligers en voor diverse onderzoeken door verschillende instituten en universiteiten. De verzamelde gegevens helpen ons bij het maken van beheerplannen en het evalueren van het beleid. De inventariseerders zijn voor ons dan ook van onschatbare waarde.”
Anny Beckers, medewerker Ecologisch beleid en Monitoring
“Ik heb in de poelen langs de
weidevogelkerngebied van polder
Diefdijk veel kamsalamandereitjes
Middelblok in de Krimpenerwaard
geteld, maar weinig larven. De
heeft een positief effect gehad op
aanwezigheid van stekelbaars in
de aantallen kritische weide-
veel poelen is hier waarschijnlijk
vogels. Het aantal broedparen
de oorzaak van. De vissen zijn dol
grutto en tureluur is in 2010
op de amfibieëneitjes en -larven.”
gestegen van 16 naar 25, ten
André van den Berg, vrijwillige
opzichte van het jaar 2009. Het
amfibieënonderzoeker
weidevogelvriendelijk inrichten en beheren van graslanden werkt!”
Rudi Terlouw, regiohoofd Veenweiden
“In het Staelduinse Bos bij Hoek
“In Scharperswijk krijgen
van Holland heb ik samen met
sommige percelen de vorm van
enkele vrijwilligers voor de 25ste
een badkuip. Dit is nadelig voor
keer de jaarlijkse vleermuistelling
zeldzame plantensoorten. Ik heb
uitgevoerd. Deze speurtocht
de mogelijke oorzaken in 2010 op
leverde 134 overwinterende
een rijtje gezet. De komende
vleermuizen op. Een afname van
periode gaan we de uit de
negen exemplaren ten opzichte
monitoring voortgekomen
van de vorige wintertelling.
gegevens nader bekijken en
Grootoor- en watervleermuis
nadenken over mogelijke
namen af, de baardvleermuis nam
oplossingsrichtingen.”
toe met vijf stuks. De bunkers in
Dick Kerkhof, medewerker
het gebied blijven van groot belang
monitoring
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
“De uitbreiding van het
voor deze soorten.”
Kees Mostert, Stichting Zoogdierwerkgroep Zuid-Holland
21
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
5 Opkomen voor natuur en landschap 22
In deze drukke provincie kunnen terreinbeheerders niet volstaan met het goed beheren van de eigen natuurgebieden. Als er plannen zijn voor de aanleg van een autoweg of voor verlaging van het waterpeil is het de taak van een natuurbeschermingsorganisatie om op te komen voor de belangen van de natuur. Ook bij plannen die gunstig uitpakken voor de natuur, zoals het realiseren van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), is de inbreng van een natuurbeschermingsorganisatie noodzakelijk. Het realiseren van de EHS is een zaak van lange adem, met vele betrokkenen met elk een eigen belang. Aangezien planten en dieren niet voor zichzelf kunnen opkomen, voelen terreinbeherende organisaties zoals het Zuid-Hollands Landschap de plicht om die belangen te behartigen. Geduld is daarbij een schone zaak, zoals de twee paar veldleeuweriken laten zien die in 2010 in de nieuw aangekochte percelen in de Oranjebuitenpolder hun jongen grootbrachten. Het broedsucces komt 20 jaar na het presenteren van de door de stichting opgestelde visie Hollandse Hoek: een 300 hectare groot natuur- en recreatiegebied die het Staelduinse Bos met de Oranjeplassen verbindt. Onderstaande tijdlijn laat zien dat er maar liefst 14 overheidsplannen (!) aan te pas komen om te zorgen dat het dan voor elkaar komt. Bij alle plannen zat de stichting aan tafel om de natuurambities overeind te houden. 1993 1996 1999 1999 2000
Beleidsconvenant ROM Rijnmond Streekplan Rijnmond Provinciaal begrenzingenplan Inrichtingsplan Regionaal Structuurplan
2003 2005 2005 2006 2007 2009 2009 2010 2011
Natuurgebiedsplan Streekplan RR 2020 Uitvoeringsprogramma Regionaal Structuurplan 2 Masterplan Oranjebuitenpolderr Herziening Masterplan Oranjebuitenpolder 2e Herziening Masterplan Oranjebuitenpolder Uitvoeringsovereenkomst Inrichtingsplan Herziening inrichtingsplan
Het einde van de plannenfabriek is overigens nog niet in zicht. Wel is het motiverend voor onze beleidsmedewerker om te zien dat de jarenlange inzet uiteindelijk wel de aankoop mogelijk heeft gemaakt van 7 hectare grond, gelijktijdig met het ondertekenen van de uitvoeringsovereenkomst in 2009. De beheerder heeft het stokje nu overgenomen met de inrichting van het aangekochte perceel. De Oranjebuitenpolder oogt hiermee al een klein beetje groener.
5.1
Overleg ‘Den Haag’
In 2010 is een regeerakkoord uitgekomen van het nieuwe kabinet dat verstrekkende gevolgen kan hebben voor natuur en landschap. Het kabinet heeft in het regeerakkoord aangegeven dat de verantwoordelijkheid voor de inrichting van het landelijk gebied wordt gedecentraliseerd naar de provincie en dat het natuurbudget met ruim 40 procent wordt gekort. In het regeerakkoord staat o.a. vermeld dat er geen rijksbijdrage meer beschikbaar is voor de Groene Verbindingen. Daarnaast wordt het RODS-beleid (Recreatiegebieden Om De Stad) afgeschaft en de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) herijkt. Dat betekent dat de EHS op een zodanige wijze moet worden
“In 2010 zijn de politieke partijen schrijven van de verkiezingsprogramma’s voor de Provinciale Statenverkiezingen in maart 2011. Het Zuid-Hollands Landschap, Natuurmonumenten, en
Na veel overleg en inspraak hebben Provinciale Staten van ZuidHolland in juli 2010 de Provinciale Structuurvisie (PSV) vastgesteld. Het Zuid-Hollands Landschap heeft samen met Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer, flink gelobbyd om natuur- en landschapswaarden planologisch veilig te stellen. Het Zuid-Hollands Landschap is redelijk tevreden met het uiteindelijke resultaat. Op een aantal belangrijke punten werd de PSV aangescherpt, waardoor de natuurgebieden, landgoederen, provinciale en nationale landschappen nu beter zijn beschermd. Op een belangrijk punt kregen de natuurorganisaties helaas niet hun zin, van de 900 beoogde hectaren ecologische verbindingen is bijna de helft geschrapt. De provincie doet hier een flinke stap terug. Het Zuid-Hollands Landschap heeft gereageerd op het nieuwe provinciale Natuurbeheerplan. In het Natuurbeheerplan staan alle natuurgebieden (het betreft de gehele EHS en ecologische verbindingen) opgenomen die in aanmerking komen voor provinciale subsidie m.b.t. aankoop, inrichting en beheer. De provincie heeft in nauw overleg met de natuurorganisaties, zoals het Zuid-Hollands Landschap, overlegd over de natuurdoelen en de gewenste inrichting en het beheer van de natuurgebieden. Op verzoek van het ZuidHollands Landschap is aanvullend een aantal gebieden begrensd. Het betreft o.a. en aantal natte graslanden westelijk langs de Diefdijk en bloemdijken op de Zuid-Hollandse Eilanden. Door de begrenzing kan de stichting deze gebieden met provinciale subsidie aankopen, inrichten en beheren. In 2010 is er regelmatig contact geweest met leden van de Provinciale Staten. Er is met de statenleden onder meer gesproken over de economische crisis en bezuinigingen en de mogelijkheden voor behoud en versterking van natuur en landschap. Het ZuidHollands Landschap wil voorkomen dat door bezuinigingen het succesvolle beleid van de Ecologische Hoofdstructuur wordt afgebroken. De provincie is bij uitstek de partij om het voortouw te nemen, prioriteiten te stellen en de regie te voeren. In aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen in maart 2011 zijn er met de statenleden gesprekken gevoerd over de mogelijkheden om de provincie groener, duurzamer, soortenrijker, veiliger en aantrekkelijker te maken. Tevens is er tijdens een excursie met statenleden aandacht besteed aan de Groene Ruggengraat, de ecologische verbinding tussen de moeraskernen Nieuwkoopse Plassen en Biesbosch. De statenleden konden daar ervaren dat de realisering van de Groene Ruggengraat niet alleen mogelijkheden biedt om (inter)nationale natuurwaarden te versterken, maar dat het ook mogelijkheden biedt voor waterconservering en waterberging. Tevens kan door de geplande vernatting de bodemdaling in het Groene Hart worden vertraagd. De recreatieve toegankelijkheid van het landelijk gebied kan worden vergroot: koppelingen zijn mogelijk met routestructuren voor fietsen, wandelen en kanoën en met plaatselijke initiatieven met verbrede landbouw.
Staatsbosbeheer hebben het initiatief genomen de belangrijkste ‘groene punten’ voor de komende vier jaren aan de politieke partijen toe te sturen. Verschillende van onze suggesties zijn overgenomen in de groenparagrafen in de verkiezingsprogramma’s.”
Albert Aartsen, medewerker Belangenbehartiging
5.2
Veenweidepact Krimpenerwaard
Het Zuid-Hollands Landschap heeft zich in 2010 ingezet om de afspraken uit het Veenweidepact Krimpenerwaard over natuurdoelen, waterbeheer, agrarische structuurversterking en recreatie concreet uit te werken in een uitvoeringsplan, MER en bestemmingsplan. Er is een planning gemaakt om de komende jaren ongeveer 400 hectare natuurgebied in te richten. Gestart is met de inrichtingsplannen voor de polder De Nesse, polder Middelblok en polder Kattendijksblok. Eind oktober dit verslagjaar besloten de gemeenten echter om de inzageprocedure van het voorontwerp bestemmingsplan Natuurgebieden Veenweidepact tot nader order in te trekken vanwege de ontstane onzekerheid over de financiële stand van zaken. In het regeerakkoord staat namelijk vermeld dat er geen rijksbijdrage meer is voor de Robuuste Verbindingen en dat de EHS voor niet meer dan 90 procent wordt afgerond in 2018. Wat hiervan de gevolgen zijn voor het Veenweidepact was eind 2010 nog niet duidelijk,Maar begrijpelijkerwijs leidt dit tot onzekerheid bij de betrokkenen. Desondanks hebben de partijen van het Veenweidepact wel besloten door te gaan met de uitvoering van het Veenweidepact. Er zijn namelijk nog vele miljoenen beschikbaar voor de uitvoering. Zo is de inrichtingsMER voor inspraak vrijgegeven en gingen de onderhandelingen die al liepen met grondeigenaren in het gebied, gewoon door. Evenals kavelruilen, inrichtingsplannen voor natuurgebieden en de aanleg van dorpsparken. Het Zuid-Hollands Landschap zet de komende tijd met name in om samen met agrariërs alsnog de gewenste doelen te realiseren.
5.3
Oranjebuitenpolder
Dit jaarverslag is de stichting in de Oranjebuitenpolder begonnen met de inrichting van de zeven hectare grond die in 2009 was gekocht. Zo ontstaat een bloemrijk grasland met moeraszones langs de voormalige kreek (het Spui). Vogels zoals de veldleeuwerik wisten direct te profiteren van het nieuwe leefgebied in het verder drukke Westland. Ondanks deze goede start bleken er toch weer tegenslagen te zijn bij de realisatie van het gehele project. Er was namelijk te weinig budget aanwezig om het gehele project (270 ha) te realiseren. De betrokken bestuurders van de provincie, Stadsregio Rotterdam, de gemeente Rotterdam en het Hoogheemraadschap Delfland hebben afgesproken voorlopig alleen de eerste fase van het project te realiseren. Het Zuid-Hollands Landschap heeft haar kennis
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
aan de slag gegaan met het
aangepast dat het minder geld kost. Diverse terreinbeherende organisaties zoals het Zuid-Hollands Landschap en Natuurmonumenten hebben via brieven, publiciteit en acties laten weten dat dit een onevenredig grote bezuiniging is.
23
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
24
ingebracht bij het opstellen van een versoberd inrichtingsplan voor 32 hectare groengebied en 88 hectare Ecologische Hoofdstructuur.
5.4
Buijtenland van Rhoon
Het kabinet legde in 2006 in een Planologische Kernbeslissing afspraken vast over de uitvoering van het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR). Dit project heeft als ‘dubbeldoelstelling’ om de economische betekenis van Rotterdam als mainport te verbeteren en tegelijkertijd de leefbaarheid in de regio Rijnmond te vergroten. Voor de Rotterdamse stedelingen is een belangrijk onderdeel van het PMR de ontwikkeling van 750 hectare natuur- en recreatiegebied, waarvan 150 hectare aan de noordrand van de stad en 600 hectare aan de zuidkant, op Midden-IJsselmonde. De ontwikkeling van deze 600 hectare wordt uitgevoerd door de provincie Zuid-Holland onder de projectnaam Buijtenland van Rhoon (voorheen Landschapspark Buytenland). Een belangrijke taak voor het Zuid-Hollands Landschap is om beleidsmakers en bestuurders te blijven attenderen op de noodzaak van een spoedige realisatie van het Buijtenland van Rhoon. In het verslagjaar heeft het Zuid-Hollands Landschap op constructieve wijze deelgenomen aan de visie- en planvorming voor de inrichting van het Buijtenland en de planologische verankering daarvan. Onder meer werd deelgenomen aan projectgroepen, workshops en discussiebijeenkomsten met belanghebbenden. Ook heeft het Zuid-Hollands Landschap contact onderhouden met de
bewoners van de streek. Zo is er een speciale nieuwsbrief over het Buijtenland van Rhoon uitgegeven en is er een informatiebijeenkomst gehouden waar de standpunten van het Zuid-Hollands Landschap en de provincie. Tijdens deze avond war er ook ruimte voor discussie. Als bijdrage aan de planvorming publiceerde het Zuid-Hollands Landschap in augustus het rapport ‘Natuurakkerplan Buytenland’. Hierin wordt een visie gegeven op de te behalen hoogwaardige natuurdoelen in samenwerking met agrariërs in een deel van het plangebied, de Molenpolder. Ook heeft het Zuid-Hollands Landschap ideeën uitgewerkt over het deel van het plangebied waar kreken, rietlanden en ruige graslanden worden gerealiseerd. Het ZuidHollands Landschap brengt haar visie in bij het opstellen van een Inrichtings- en Beheerplan waarmee onder regie van de provincie Zuid-Holland in oktober 2010 een start is gemaakt.
5.5
Zandmotor
Bij het project Zandmotor wordt tussen Ter Heijde en Kijkduin ter hoogte van natuurgebied Solleveld een grote hoeveelheid zand voor de kust aangebracht en groeit de kust door de drijvende kracht van wind, golven en zeestroming op natuurlijke wijze aan. In plaats van het benodigde zand voor kustonderhoud periodiek (om de 5 jaar) aan te brengen, wordt dit bij de Zandmotor, een initiatief van de provincie Zuid Holland, in één keer aangebracht voor een periode van 20 jaar. Niet alleen is dit kostenefficiënter, ook biedt een brede kustzone meer veiligheid en kansen voor natuur en recreatie.
“Het Zuid-Hollands Landschap wil klimaatbestendige provincie is. Bij de maatregelen die in dit kader genomen worden, zullen we streven naar het meekoppelen van kansen voor natuur en recreatie. Veiligheid, meer natuur en recreatief aantrekkelijke gebieden moeten in onze provincie hand in hand gaan.”
Michiel Houtzagers, directeur
Om de doelstellingen te waarborgen is het belangrijk dat de Zandmotor een professionele natuurbeheerder heeft. Hoewel de Zandmotor zich ten behoeve van de wetenschappelijke waarde zoveel mogelijk vrij moet kunnen ontwikkelen, gestuurd door natuurlijke processen, zijn er diverse beheertaken. Te denken valt aan het aanbieden van recreatieve voorzieningen (bv. wandelroutes), voorlichting en educatie, bieden van ontwikkelingskansen voor planten- en diersoorten, monitoring, overleg met betrokken organisaties etc. Het Zuid-Hollands Landschap heeft op verzoek van de provincie een eerste visie gegeven op het beheer van de Zandmotor, inclusief een offerte voor de beheertaken. De stichting hoopt begin 2011 uitsluitsel te krijgen over de beheeropdracht.
5.6
Klimaatvisie
Op 18 maart 2010 presenteerde het Zuid-Hollands Landschap in het kader van haar 75-jarig jubileum de visie ‘Flamingo’s in de Delta’ over de Zuid-Hollandse natuur in een veranderend klimaat. Een belangrijk thema, want juist de Zuid-Hollandse kust-, rivieren- en veenweidennatuur is hiervoor gevoelig. In deze provincie zijn bovendien extra maatregelen nodig voor veiligheid en waterberging. Door het maken van de klimaatvisie geeft de stichting, aan, samen met bestuurders en beleidsmakers, voor de taak te staan om ZuidHolland bestand te maken tegen klimaatveranderingen. De natuur kan daarbij een belangrijke bondgenoot zijn, als we gebruik maken van natuurlijke processen en op zoek gaan naar combinaties van ruimtegebruik. De visie werd gepresenteerd aan tal van bestuurders en andere geïnteresseerden tijdens een bijeenkomst in de Zeetoren in Hoek van Holland. Aan de presentatie van de klimaatvisie was het symposium ‘ZuidHolland in een veranderend klimaat’ gekoppeld. Op een prachtige, toepasselijke locatie, de Zeetoren in Hoek van Holland, konden de gasten de toelichting van Jaap van Duijn op de visie van de Deltacommissie beluisteren. Marc Schepers gaf uitleg over de Klimaatbuffers. Na de pauze was het de beurt aan het Zuid-Hollands Landschap om haar nieuwe klimaatvisie te presenteren. Erik van Heijningen, gedeputeerde voor milieu van de provincie Zuid-Holland was een enthousiaste dagvoorzitter en gespreksleider.
5.7
Extern beheer
Allerlei ontwikkelingen, zoals vermesting, verzuring en verdroging kunnen invloed hebben op de natuurwaarden in natuurterreinen. Het Zuid-Hollands Landschap houdt deze ontwikkelingen goed in de gaten en probeert deze indien nodig bij te sturen. Uiteraard heeft de
stichting zelf haar ogen en oren in het veld, maar krijgt zij ook veel brieven en e-mails van beschermers, bewoners en belangengroepen over aantastingen van natuur en landschap. Het afgelopen jaar kwamen bijna 200 bezorgde reacties binnen over bijvoorbeeld de aanleg van wegen, bedrijventerreinen, woningen en de kap van bomen. Al met al is het Zuid-Hollands Landschap bij meer dan de helft van de 100 natuurterreinen betrokken geweest bij plannen van derden, zoals provinciale en gemeentelijke structuurplannen, Natura 2000-beheerplannen, gebiedsvisies, bestemmingsplannen, waterbeheerplannen en MER-procedures (zie Bijlage 2 voor een tabel waarin een aantal terreingebonden activiteiten beschreven zijn, inclusief het resultaat van de inspanningen van het Zuid-Hollands Landschap).
5.8
Compensatiebeginsel
Het Zuid-Hollands Landschap streeft ernaar om in een zo vroeg mogelijk stadium plannen zodanig te beïnvloeden dat ze geen, of liefst een positief effect hebben op de natuur- en landschapswaarden. Helaas lukt dat niet in alle gevallen en moet in ieder geval de aantasting van beschermde gebieden worden gecompenseerd. Zo wordt de aanleg van de N207 Zuidwestelijke Randweg Gouda door de polder Veerstalblok en door de Veerstalblokboezem gemitigeerd en gecompenseerd. Mitigerende maatregelen zijn de aanleg van vier faunapassages en natuurvriendelijke oevers op de randen van percelen en een zuiveringsmoeras. Het Zuid-Hollands landschap heeft in totaal een halve hectare natuurgebied verkocht en krijgt daar vier hectare weidevogelgebied en vijf hectare dotterbloemhooiland voor terug. Minder gunstig was de natuurcompensatie in verband met de realisatie van de Overslagterminal Alphen a/d Rijn (OTA) in het natuurgebied De Elfenbaan, de enige ecologische verbinding tussen de binnenduinrand en de Reeuwijkse Plassen. In het compensatieplan waren afspraken gemaakt over aanleg van een functionerende ecologische verbinding die gelijktijdig met de OTA gereed zou komen. In het verslagjaar is het bedrijventerrein feestelijk geopend. De natuurcompensatie is echter nog niet rond. Geheel onverwacht besloot de gemeenteraad van Alphen a/d Rijn in 2010 om de natuurcompensatie niet uit te voeren overeenkomstig het compensatieplan, maar alleen te voldoen aan de wettelijke compensatieverplichting. Er ontstaat nu geen functionerende aaneengesloten ecologische verbinding. Onder protest van het ZuidHollands Landschap ging de provincie met dit besluit akkoord. In dit verslagjaar is ook de natuurcompensatie van de verbreding van de snelweg A2 afgerond. Mede dankzij jarenlang lobbywerk van het Zuid-Hollands Landschap zijn er nieuwe natuurgebieden en een ecoduct ter hoogte van Bolgerijen/Autena aangelegd. Eén van de nieuwe natuurgebieden (Scharperswijk) ligt in Zuid-Holland en is in eigendom en beheer overgegaan naar het Zuid-Hollands Landschap.
5.9
Samenwerking en overleg
Het Zuid-Hollands Landschap werkt zowel op provinciaal als lokaal niveau samen met actieve natuur- en milieuorganisaties. Door samen te werken kunnen terreinoverstijgende belangen van natuur en landschap effectiever behartigd. Overheden kunnen een gezamenlijke
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
dat Zuid-Holland in 2050 de eerste
25
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
26
inbreng van meerdere natuurorganisaties nu eenmaal minder makkelijk terzijde leggen dan individuele, van elkaar afwijkende reacties. Afstemming met collega terreinbeheerders Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Groenservice Zuid-Holland en Landschapsbeheer Zuid-Holland vond plaats in het Natuur- en Landschapsoverleg. Daarnaast werd samengewerkt met partijen zoals Zoogdiervereniging (provinciale atlas), Amvest (beheer landgoed Beresteijn), Stichting Kasteel Keukenhof, de Zeetoren (Stichting Ark), gemeente Rotterdam, gemeente Den Haag, gemeente Gouda, de vijf Krimpenerwaardgemeenten, Dunea, Stichting Volkskracht, Stichting Duinbehoud, Milieufederatie Zuid-Holland en verschillende lokale verenigingen
zoals de Natuur en Vogelwacht ‘De Vijfheerenlanden’, Natuur en Vogelwacht Alblasserwaard en de Haagse Vogelbescherming. Bijlage 4 geeft een overzicht van alle overheidsgerelateerde overleggen waaraan het Zuid-Hollands Landschap in 2010 deel nam. In 2010 zijn bovendien gesprekken gevoerd met het Erfgoedhuis Zuid-Holland en Landschapsbeheer Zuid-Holland over een mogelijk intensievere samenwerking in de toekomst. Bij de restauratie van de Molen achter Haastrecht is al samengewerkt met het Erfgoedhuis Zuid-Holland en op de wederzijdse websites kan naar elkaar doorgelinkt worden. Het uiteindelijke doel is elkaar te versterken op het gebied van landschap, cultuurhistorie en vrijwilligersbeleid.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
6 Communicatie Het Zuid-Hollands Landschap heeft communicatie opgenomen als kerntaak in haar missie. Dit geeft de waarde aan die de stichting hecht aan een heldere en structurele communicatie. Met verschillende middelen en activiteiten werkt het Zuid-Hollands Landschap aan haar zichtbaarheid, draagvlak en zorgt zij ervoor dat zoveel mogelijk mensen kunnen genieten van natuur en landschap in de provincie. Met de in 2009 vastgestelde missie, visie en kernwaarden maakt het Zuid-Hollands Landschap een omslag in haar communicatie. De missie en kernwaarden krijgen een centrale plaats en de middelen worden nog beter afgestemd op de behoeften van de doelgroepen.
27
“De in 2010 uitgevoerde tijdschriftenquête had een zeer hoge respons van 4.244 reacties, dat is 7,9 procent van alle beschermers. Dit is voor ons een teken dat de beschermers zich zeer betrokken voelen bij het tijdschrift. In het algemeen waren de respondenten zeer enthousiast over ons kwartaalblad.”
6.1
Communicatiemiddelen
Marie-Louise Govers, medewerker Communicatie en Fondsenwerving
6.1.1 Tijdschrift Het tijdschrift van het Zuid-Hollands Landschap wordt vier maal per jaar aan haar beschermers verzonden. Ook is het tijdschrift verstuurd aan verschillende relaties zoals gemeenten, VVV’s en bibliotheken. In 2010 heeft redactielid Bente Zijdeveld-Aasestrand afscheid genomen van de redactie. Bente heeft jarenlang een waardevolle bijdrage geleverd aan de totstandkoming van het tijdschrift. Om nog beter inzicht te krijgen in de wensen van de lezers van het tijdschrift, is een enquête gehouden. Verschillende tips uit de enquêtes zijn bruikbaar en zijn in de vormgeving en inhoud van het tijdschrift verwerkt. Zo is er een start gemaakt met het plaatsen van locatiekaartjes bij de artikelen over terreinen. Dit was een veelvoorkomend verzoek van de lezers. Ook het verzoek om meer
aandacht voor cultuurhistorie wordt meegenomen in de uitbreiding van de redactieraad. In 2010 zijn drie wandelroutes bij het tijdschrift uitgegeven. De Wandelroute tussen Hollandsche IJssel en Lek, de Purperreigerroute en de Wielewaalroute. De vierde folder die met het tijdschrift is uitgegeven is een beschrijving van een route door de heemtuin Tenellaplas.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
28
6.1.2 Nieuwsbrief Het Buijtenland Dichtbij
6.1.5 Website
Het gerichter communiceren naar omwonenden van een natuurgebied of regio heeft ook in het verslagjaar vervolg gekregen. De nieuwsbrief Het Buijtenland Dichtbij is verstuurd aan 400 beschermers in en rond Rhoon. Deze nieuwsbrief informeert de beschermers over de planvorming, de inrichting en het beheer van Het Buijtenland van Rhoon. Over hetzelfde onderwerp heeft de stichting in april 2010 ook een informatiebijeenkomst georganiseerd. Hier kwamen 90 geïnteresseerden op af. Het draagvlak voor de natuurplannen is aanzienlijk hoewel deze stem zelden wordt gehoord.
Het aantal bezoekers van de website steeg in 2010 naar 212.500 (190.000 bezoekers in 2009). Deze toename wordt hoofdzakelijk toegeschreven aan de tijdschriftenquête waarbij ook de mogelijkheid werd geboden online te reageren. Daarnaast heeft de advertentie in het Algemeen Dagblad meer bezoekers opgeleverd. Ook de regionale beschermersdagen en diverse persberichten zorgden voor piekmomenten in het aantal bezoekers van de website.
6.1.3 Nieuwe recreatiekaart ‘Krimpenerwaard, Russst’ De nieuwe recreatiekaart is het resultaat van een samenwerking tussen het Natuur- en Recreatieschap Krimpenerwaard, het Veenweidepact Krimpenerwaard en Stichting Het Zuid-Hollands Landschap. Deze unieke kaart laat zien dat er in de Krimpenerwaard vele mogelijkheden zijn om te recreëren. De recreatiekaart is gratis te verkrijgen.
6.1.4 Advertenties Algemeen Dagblad De twaalf provinciale Landschappen en het Algemeen Dagblad werken samen om natuur dichtbij veilig te stellen. Het AD heeft een jaar lang iedere zaterdag een fiets- of wandelroute van een provinciaal Landschap geplaatst. Het Zuid-Hollands Landschap heeft in 2010 drie advertenties geplaatst met wandel- en fietsroutes in de regio’s Kuststreek, Veenweiden en Eilanden. Deze routes zijn ook te downloaden op de website van het Zuid-Hollands Landschap.
6.1.6 Klachten In het verslagjaar zijn 30 klachten behandeld. De klachten en reacties hadden onder meer betrekking op voorzieningen in de terreinen, afvaldumping in de terreinen, proces-verbalen van toezichthouders en standpunten van het Zuid-Hollands Landschap in gebiedsprocessen.
6.1.7 Media Bijna 150 persberichten, persuitnodigingen en excursieaankondigingen zijn in het verslagjaar verzonden. De lokale pers maakte ook dit jaar weer volop melding van de activiteiten van het Zuid-Hollands Landschap. Opvallende berichten waar veel aandacht voor was, was de opening van de kijkhut op het Groene Strand, de diverse regiobijeenkomsten, de begrazing door schapen rondom bezoekerscentrum Tenellaplas, diverse verwervingen en het bezoek van HKH Prinses Irene aan de Duinen van Oostvoorne tijdens de Wereldbiodiversiteitsdag.
“De doelstelling om met beschermers en omwonenden bij
De jaarlijks uitgevoerde Charibarometer, een onderzoek naar de bekendheid van goede doelen in Nederland, publiceerde ook de resultaten van 2010. Het Zuid-Hollands Landschap heeft een bekendheidsindex van 28 procent (32 in 2009). De waardering is licht gestegen ten opzichte van 2009 naar 74 procent (72 in 2009). Het Zuid-Hollands Landschap streeft ernaar zowel haar bekendheid als waardering te vergroten en te verhogen.
het werk van onze stichting te betrekken is zeker behaald. Zo’n 3.000 bezoekers wisten deze regiodagen te vinden. In 2011 gaan we ermee door.”
Eline Decker, hoofd Communicatie en Fondsenwerving
6.1.9 Excursies Excursies zijn een middel om in contact te komen met het publiek (beschermers en niet-beschermers) en de missie, visie en kernwaarden van het Zuid-Hollands Landschap uit te dragen en hiermee de naamsbekendheid en positionering te versterken. Door middel van excursies wil de stichting uitdragen op welke wijze zij natuur en landschap beschermt en beheert en welke middelen hiervoor nodig zijn.
6.2
6.2.1 Wereldbiodiversiteitsdag
In samenwerking met vrijwilligers en collega-organisaties organiseerde het Zuid-Hollands Landschap ook dit jaar weer zo’n 280 excursies en activiteiten waaraan ruim 6.000 bezoekers deelnamen. Het Zuid-Hollands Landschap heeft het aantal aangevraagde (groeps)excursies, bedrijfsuitjes en het aantal deelnemers aan georganiseerde excursies zien afnemen. Een oorzaak kan zijn dat steeds minder bedrijven in de huidige economische situatie budget vrijmaken voor bedrijfsuitjes en vergaderingen op locatie. Ook de gesubsidieerde kinderactiviteiten van Stichting Ark op het Eiland van Brienenoord zijn gestopt waardoor beduidend minder kinderen op het eiland zijn geweest. Het Zuid-Hollands Landschap heeft het aantal bezoekers van haar evenementen (o.a. de nieuwe regiobijeenkomsten) juist sterk zien toenemen. 2009
2008
2007
Natuurgebied
2010
Duinen van Oostvoorne
4.922
4.557
5.413
5.296
4.954
Eiland van Brienenoord
288
1.365
1.603
1.716
1.354
2006
Eendenkooi Bakkerswaal
743
824
936
928
935
Landgoed Te Werve
348
397
752
680
896
Klein Profijt
111
267
325
296
281
Regiobijeenkomsten (geschatte opkomst) Totaal
Evenementen
4.500
nvt
nvt
nvt
nvt
10.912
7.410
9.029
8.916
8.420
6.1.10 Gastheerschap Een gastheer/vrouw is een medewerker of vrijwilliger van het ZuidHollands Landschap die mensen ontvangt namens de stichting. Het gastheerschap heeft als doelstelling het contact tussen de buitenwereld en de organisatie te onderhouden en te verstevigen. De gastheren ontvangen bezoekers, geven excursies en voorlichting, begeleiden groepen en zijn fysiek zichtbaar in de terreinen. Het ZuidHollands Landschap heeft in 2010 haar gastheerschapbeleid vastgesteld en is in dit kader gestart met gastheerschapworkshops. In de gastheerschapworkshops staat het omgaan met bezoekers in het veld en deelnemers aan excursies centraal met als doelstelling het werven en binden van beschermers.
HKH Prinses Irene was op zaterdag 22 mei te gast bij het ZuidHollands Landschap. In het kader van de Wereldbiodiversiteitsdag bracht ze een bezoek aan de Duinen van Oostvoorne. De beschermvrouw van de Coalitie Biodiversiteit 2010 vroeg met het bezoek aandacht voor het internationale Jaar van de Biodiversiteit. Het doel is de bewustwording van het belang van biodiversiteit bij mensen te vergroten. Prinses Irene liep samen met kinderen en hun ouders een spannende ‘Speurtocht Biodiversiteit’.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
regiobijeenkomsten lokale
6.1.8 Bekendheid en waardering
6.2.2 Regiobijeenkomsten In 2010 heeft het Zuid-Hollands Landschap besloten haar jaarbijeenkomst voortaan regionaal te organiseren. Met als doelstelling de lokale beschermers te betrekken bij regionale plannen en ontwikkelingen. Het Zuid-Hollands Landschap wil op deze manier concreet invulling geven aan natuur dichtbij en het contact met (potentiële) beschermers versterken. De regiobijeenkomsten worden in de drie regio’s van het Zuid-Hollands Landschap georganiseerd. Met deze aanpak hoopt de stichting beschermers en omwonenden nauwer te betrekken bij haar activiteiten. In het verslagjaar zijn de Veenweidendag op 12 juni, de Duinendag op 19 september en de Boswachtersdag op 12 december georganiseerd (zie Bijlage 4 voor een omschrijving van de regiobijeenkomsten).
6.2.3 Open Monumentendag Het Zuid-Hollands Landschap stelde tijdens de ‘Open Monumentendag’ het normaal niet vrij toegankelijke Fort Penserdijk bij Brielle en Fort Noorddijk bij Hellevoetsluis open voor publiek. Scouting Brielle en medewerkers van het Zuid-Hollands Landschap waren ter plekke om geïnteresseerden informatie te verstrekken. In totaal kwamen zo’n 240 mensen op de monumenten af. Een onbekend aantal bezocht zelfstandig De Schans bij Ouddorp. De Biber Bunker in de Duinen van Oostvoorne werd door 80 geïnteresseerden bezocht.
6.2.4 Natuurwerkdag Zaterdag 6 november organiseerde Landschapsbeheer Nederland de tiende Natuurwerkdag. Het Zuid-Hollands Landschap deed op verschillende locaties mee aan deze dag en ontving vele vrijwilligers. Zo kon men elzenscheringen knotten in de Duinen van Oostvoorne en meewerken op landgoed Ockenrode en landgoed Beresteijn.
29
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
30
6.3
Voorlichting en educatie
6.3.1 Veenweidelessen De leerlingen van twee basisscholen uit Berkenwoude kregen een buitenles over het Veenweidepact Krimpenerwaard. Tijdens de les gingen kinderen in het natuurgebied Berkenwoudse Driehoek op expeditie. Ze onderzochten wat veen is en welke omstandigheden weidevogels nodig hebben om eten te zoeken en nesten te maken. De expedities zijn ontwikkeld in opdracht van het Veenweidepact en het Zuid-Hollands Landschap. Bedoeling is de kinderen bekend te maken met de natuur dichtbij huis en met de opgaven waar alle partijen in het Veenweidepact samen voor staan. De pilot wordt geëvalueerd en daarna kijken partijen hoe de buitenles nog verder verbeterd kan worden. Daarna kan de les aan meer scholen in de Krimpenerwaard aangeboden worden. De lessen zijn ontwikkeld met behulp van de giftenactie Kind en Natuur en dragen bij aan de doelstelling ‘ieder kind een kans op een natuurbeleving’.
6.3.2 Bezoekerscentrum Tenellaplas Het bezoekerscentrum Tenellaplas van het Zuid-Hollands Landschap heeft een goed jaar achter de rug. Het hele jaar door was er voldoende aanloop en werden weer vele duizenden mensen door de baliemedewerkers ontvangen en op weg geholpen. Twee grote evenementen werden in en rond het bezoekerscentrum georganiseerd. De trouwe groep vrijwilligers heeft er ook dit jaar
weer voor gezorgd, dat de bezoekers van de Duinen van Oostvoorne enthousiast ontvangen werden en met veel informatie naar buiten gingen. Het bezoekerscentrum is voor het eerst tijdens de vakanties ook op maandagmiddag geopend geweest, waardoor het bezoekerscentrum bijna de hele week open was. Een geslaagd experiment wat navolging krijgt. Samen met het IVN werden er zeven kindermiddagen georganiseerd. Deze middagen zijn altijd volgeboekt en een groot succes. In het bezoekerscentrum is de tentoonstelling aangepast aan de actualiteit met een expositie over biodiversiteit en Natura 2000. Tevens is een in bruikleen zijnde opgezette zeehond tentoongesteld. Opvallend in 2010 is het terugvallen van de vraag naar excursies en bedrijfsbijeenkomsten in en vanuit het bezoekerscentrum. Waarschijnlijk is dat het gevolg van de economische crisis. Gelukkig werd het bezoekerscentrum wel weer veel gebruikt voor bijeenkomsten van onder andere regionale politie-eenheden waar de Buitengewoon Opsporings Ambtenaren van de stichting mee samenwerken en jaarlijkse BOA-trainingen voor collega-organisaties als Groenservice Zuid-Holland, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Daarnaast is in het bezoekerscentrum een IVN natuurgidsencursus gestart. Tweeëntwintig deelnemers volgen deze cursus met als doel zich later in te zetten voor o.a. het Zuid-Hollands Landschap bij excursies, kindermiddagen en als baliemedewerker. Verder heeft de KNNV-afdeling Voorne-Putten-Rozenburg het bezoekerscentrum als thuisbasis. Hun 80-jarig jubileum werd in 2010 vanuit het bezoekerscentrum vormgegeven met een estafetteexcursie van ’s morgens 6.00 uur tot ’s nachts 2.00 uur.
6.3.3 Heemtuin Tenellaplas Een belangrijke klus in de heemtuin was het verwijderen van overbodige hekwerken. De natuurlijke uitstraling is hierdoor verbeterd. Met de productie van een nieuwe heemtuinfolder, ook verspreid via het tijdschrift van het Zuid-Hollands Landschap, is de toegangsregeling tot de heemtuin veranderd. Het bezoeken van de unieke heemtuin is tegenwoordig gratis. Het Zuid-Hollands Landschap verwacht hierdoor een toename van het aantal bezoekers. De gevolgen hiervan voor flora en fauna worden nauwkeurig in de gaten gehouden.
6.3.4 Folders en informatiepanelen In het verslagjaar heeft het Zuid-Hollands Landschap een aantal wandelfolders geactualiseerd en opnieuw uitgebracht zoals de Groene Strandroute, Vogelboulevardroute en Scholeksterroute. Op landgoed Mildenburg is in de hoogstamboomgaard een informatiepaneel geplaatst over onder andere het cultuurhistorische herstel en belang van de moestuinmuur en de boomgaard. Het paneel bij het Groene Strand is vervangen in verband met het nieuwe uitkijkpunt.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
7 Fondsenwerving 7.1
31
Aantal beschermers
Uit tellingen van Vara Vroege Vogels blijkt dat de totale aanhang van natuur- en milieuorganisaties in 2010 gedaald is. De financieeleconomische crisis wordt genoemd als oorzaak maar ook een afname van aandacht voor natuur en milieu in de maatschappij. Een zorgelijke ontwikkeling die ook door het Zuid-Hollands Landschap gevoeld wordt in haar beschermersachterban. De dalende trend van het aantal beschermers is helaas in 2010 voortgezet. Aanleiding aanmelding nieuwe beschermers in 2010: Percentage Actie 40% Direct mailing 21% Website 19% Spontaan 9% TNT Verhuisservice 8% Cadeaubeschermers 2% Dunea i.v.m. aanvraag passe partout 1% Via bezoekerscentrum 100% Eind 2010 telde de stichting 52.652 beschermers, een afname van 2.280 beschermers ten opzichte van het jaar ervoor. De stichting heeft te maken met een stabiel aantal opzeggingen per jaar, hierin is geen stijging geconstateerd. Het probleem is met name het werven van nieuwe beschermers en donateurs. Het Zuid-Hollands Landschap heeft baat bij een stabiele achterban en heeft zichzelf als doel gesteld het aantal jaarlijkse opzeggingen terug te brengen en het aantal nieuwe beschermers te laten toenemen zodat er uiteindelijk weer een netto groei ontstaat.
In 2010 is een test gestart met het werven van beschermers door middel van direct mail. De resultaten van de testmailing zijn positief en in 2011 wordt de wervingsactie voortgezet. In 2011 wordt actief ingezet op het benaderen van beschermers die hebben opgezegd. De opzegredenen in 2010: 36% Geen opgave 18% Cadeaulidmaatschap eindigt 16% Wanbetaler 9% Overleden 6% Financieel 5% Verhuizing 10% Overig
7.2
Wervings- en zichtbaarheidscampagne
Het werven van beschermers wordt ook voor het Zuid-Hollands Landschap steeds lastiger. In het verleden heeft het Zuid-Hollands Landschap goede resultaten geboekt met telemarketingacties. Door de aangepaste telecommunicatiewet is het ‘koud’ benaderen van potentiële beschermers bijna niet meer mogelijk. Daarnaast is de publieke opinie ten aanzien van telemarketing negatiever geworden. Het Zuid-Hollands Landschap zet haar fondsenwervende acties in met een regionale focus. Rondom de terreinen in Leiden en in de Bollenstreek is de zichtbaarheid verhoogd met driehoeksborden, regionale advertenties, een regionale radiocommercial, artikelen in huis-aan-huis bladen, bijzondere excursies en een regiobijeenkomst. Gelijktijdig is naar een groot aantal adressen een direct mailing
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
“De jaarlijkse giftenactie onder de beschermers van onze stichting
verstuurd met daarin de vraag om beschermer te worden met de keuze uit een aantal welkomstcadeaus. Deze werving- en zichtbaarheidcampagnes had een mooi aantal beschermers als resultaat en ook het aantal bezoekers tijdens de regiobijeenkomst was boven verwachting.
bijzondere aankoop te realiseren. De Sijghkade, tussen Gouda en Stolwijk, is over een lengte van 400 meter in ons eigendom gekomen. Hiermee is de laatste
7.3
Contributiemailing
Het Zuid-Hollands Landschap is in 2010 gestart met een andere opzet van haar contributiemailing. De jaarlijkse beschermerspas wordt verzonden naar alle beschermers met een verzoek om betaling. Helaas betaalt een deel van de geadresseerden niet of niet op tijd. Om dit betalingsgedrag beter in kaart te krijgen, is de mailing op verschillende manier verzonden. De resultaten hiervan worden in de mailing van 2011 verwerkt met als doel het aantal wanbetalers en herinneringen te reduceren.
7.4
CBF en ANBI Het CBF-Keurmerk werd in het verslagjaar gecontinueerd. Het beleid van de stichting is om ruim onder de 25 procent CBF-norm toegestane kosten voor fondsenwerving te blijven. In 2010 kwam de stichting uit op 15,45 procent. Het percentage inkomsten besteed aan de doelstelling, zoals natuurbeheer, aankopen, monitoring en belangenbehartiging, is 87 procent.
7.5
32
bracht genoeg geld bijeen om een
Nationale Postcode Loterij
Het Zuid-Hollands Landschap ontving in 2010 een bijdrage van de Nationale Postcode Loterij. Het bedrag van € 937.500,- werd projectmatig besteed aan zo’n 35 projecten. Belangrijke projecten die in 2010 door de Nationale Postcode Loterij zijn gefinancierd, zijn grondverwerving langs de Diefdijk, beschermerswerving en zichtbaarheid regio Kuststreek, ontwikkeling presentatiemateriaal, belevingspunt bij eendenkooi De Zouwe, Herinrichting Recht van ter Leede en Loosdorp, recreatieve inrichting Fort Noorddijk en het verbeteren van de entree bij bezoekerscentrum Tenellaplas. Nationale Postcode Loterij Bedankt!
7.6
Sponsoring
In 2010 heeft het Zuid-Hollands Landschap haar contacten onderhouden met het bedrijfsleven. Het totaal ontvangen bedrag is € 24.626,-. Met deze structurele en incidentele steun heeft de stichting weer vele projecten kunnen realiseren. Zo is met steun van particulieren een aantal banken geplaatst, onder andere in het Staelduinse Bos en op het Eiland van Brienenoord. Van de Gasunie ontving het Zuid-Hollands Landschap 35 verrekijkers voor educatieve doeleinden. Van Mondial Movers mocht het ZuidHollands Landschap een cheque ontvangen waarbij de stichting was voorgedragen door een trouwe beschermer. Met de steun van een organisatie die anoniem wil blijven, ontving het Zuid-Hollands Landschap een ruime bijdrage om recreatieve voorzieningen zoals picknicktafels, bankjes en informatiepanelen aan te leggen. Met de jaarlijkse kerstdonatie van HD Projectrealisatie kan de stichting vier Galloway-runderen aanschaffen voor de begrazing in
groeiplaats van de wilde kievitsbloem in de hele Krimpenerwaard veiliggesteld.”
Jan de Jong, hoofd Beleid en Verwerving
de Duinen van Oostvoorne. Van een anonieme particuliere stichting mocht het Zuid-Hollands Landschap € 50.000,- ontvangen. Hiermee kunnen de boomgaard en de oude tuinmuur op landgoed Mildenburg hersteld worden en educatieve materialen ontwikkeld worden. Overzicht Vrienden van het Zuid-Hollands Landschap 2010 AKZO Nobel BP Raffinaderij Rotterdam dS+V Gemeente Rotterdam Ertsoverslagbedrijf Europoort C.V. Europe Container Terminals (ECT) Gemeente Noordwijk Gemeente Westland Gemeente Westvoorne HD Projectrealisatie Shell Het Zuid-Hollands Landschap heeft het Bedrijfssponsoringplan uit 2009 in 2010 uitgewerkt en start in 2011 een vriendennetwerk op waarin al haar huidige vrienden en sponsoren een gewaardeerde plek zullen innemen.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
8 Organisatie 8.1
Bestuur en toezicht
Per 1 januari 2010 is de nieuwe bestuursstructuur van kracht geworden. De aangepaste stichtingsstatuten, het bestuursreglement, het directiereglement en het huishoudelijk reglement zijn eind 2009 aangepast en door het bestuur vastgesteld. Met de wijziging wordt beoogd dat het bestuur en de uitvoering operationeel en functioneel meer van elkaar zijn gescheiden. De bestuursinzet is verminderd door het afschaffen van een dagelijks bestuur en het meer delegeren van bevoegdheden aan de directeur. Het bestuur heeft anderzijds haar toezichtrol op de werkorganisatie conform de maatschappelijke ontwikkelingen verder versterkt, onder meer door instelling van een Financiële Commissie. De leden van het bestuur treden af volgens een jaarlijks vastgesteld rooster van aftreden. Indien één of meer bestuursvacatures openstaan wordt een advertentie geplaatst in het tijdschrift. Na een sollicitatieprocedure draagt het bestuur geschikte kandidaten voor, die worden benoemd in de jaarlijkse Vergadering van Beschermers. Voor bestuursleden is statutair een zittingsduur bepaald van vijf jaar, met de mogelijkheid voor herbenoeming voor een tweede termijn van eveneens vijf jaar. In het verslagjaar is mevrouw E. Bijleveld statutair afgetreden. Mevrouw C. van Laar is in verband met een verhuizing afgetreden. Op voordracht van de selectiecommissie zijn mevrouw C. Prak en de heer H. Letschert voorgedragen en benoemd. De bestuurders ontvangen geen vergoeding voor hun werkzaamheden. Desgewenst kunnen de bestuursleden aanspraak maken op een onkostenvergoeding. De bestuurskosten bestaan in
hoofdzaak uit de kosten van het vergaderen op externe locaties waarbij veelal een (nieuw verworven) gebied wordt bezocht en reiskosten van de bestuursleden. Het bestuur vergaderde in het verslagjaar vijf maal, waarvan één in combinatie met de Vergadering van Beschermers en één in combinatie met de Natuurwetenschappelijke Commissie. Er is daarbij een bezoek gebracht aan de Westduinen op Goeree. Belangrijke punten op de agenda in 2010 waren de vaststelling van het Jaarverslag en de Jaarrekening 2009, diverse aankopen en erfpachtovereenkomsten, Begroting en Jaarplan 2011, het Wervingsen Bindingsplan, het opstallenbeleid, financiële rapportages en Treasury Statuut, voortgang Meerjarenbeleidsplan en majeure projecten door middel van gestandaardiseerde bestuursrapportages. Het bestuur heeft de werkorganisatie verzocht om aan te geven hoe, gezien de landelijke politieke ontwikkelingen op het gebied van natuur- en landschapsbeheer, eventuele bezuinigingen opgevangen kunnen worden. Het bestuur heeft hiermee structureel toezicht gehouden op de uitvoering van het beleid zoals onder meer vastgelegd in het Meerjarenbeleidsplan. In december 2009 is besloten de omvang van het bestuur op termijn terug te brengen tot zeven leden. Dit past binnen de statuten, die voorzien in een bestuur van minimaal zeven en maximaal negen leden. In verband met het statutair aftreden van de voorzitter en de penningmeester in 2011 is, om de continuïteit te waarborgen, besloten het aantal bestuursleden nog niet te verminderen. In de laatste bestuursvergadering heeft het bestuur conform het nieuwe bestuursreglement een zelfevaluatie uitgevoerd waaraan
33
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
“In het Jaarverslag is een heldere koppeling gemaakt tussen het
vertegenwoordigers van de werkorganisatie, waaronder de directeur, ten behoeve van de objectiviteit niet hebben deelgenomen.
Werkplan en de uiteindelijke realisering. Dat geeft het het
In het verslagjaar heeft er eenmaal overleg plaatsgevonden tussen bestuur en Ondernemingsraad. Tevens heeft een functioneringsgesprek tussen bestuur en directeur plaatsgevonden.
bestuur een prima basis om de doelen,de prestaties en de doelmatigheid van de werkorganisatie te evalueren.”
De Financiële Commissie, bestaande uit de heer Blok en de heer Van Duijn heeft tweemaal vergaderd in aanwezigheid van het hoofd Financiën en de directeur. Tevens heeft digitaal overleg plaatsgevonden. Belangrijke onderwerpen waren het Treasury Statuut, Handboek Administratieve Organisatie en Interne Beheersing, jaarrekening, conceptbegroting 2011, compensatie pensioenen, interim controle door een accountant en uitwerking eventuele bezuinigingen. Bij de bespreking van de Jaarrekening in het bestuur was de accountant aanwezig die zijn visie gaf op het niveau dat de stichting administratief heeft bereikt en wat dat betekent voor de controle. Ook werden de bevindingen bij de controle toegelicht. Voorts werden vragen beantwoord. Om aan de regelgeving van het CBF te blijven voldoen, volgt de organisatie de periodieke wijzigingen van het CBF-Keur nauwkeurig. Het Jaarverslag en de Jaarrekening 2009 hebben niet tot opmerkingen van het CBF geleid.
8.2
34
Meerjarenbeleidsplan, het
Management
De dagelijkse leiding van de werkorganisatie was in handen van de directeur, ondersteund door de afdelingshoofden, de drie regiohoofden en de coördinator Beheer en Opstallen. Samen vormen zij het managementteam (MT). Het managementteam heeft het beleid uitgevoerd binnen de kaders die het bestuur heeft vastgesteld. Het MT kwam in 2010 wekelijks bijeen en heeft aan de hand van een agenda en stukken besluiten genomen. Het MT heeft tevens de bestuursstukken voorbereid. De periodieke financiële rapportages zijn volgens schema in het MT met alle budgethouders besproken. Hierbij is nagegaan waar er moet worden bijgestuurd om afwijkingen van de begrote inkomsten en uitgaven te voorkomen en er voor te waken dat de geplande activiteiten worden uitgevoerd. De beloning van alle werknemers van het Zuid-Hollands Landschap, inclusief de directeur, volgt de beloningsstructuur van de RaamCAO Bos en Natuur ondernemingsdeel De Landschappen. De bruto beloning van de directeur bedroeg € 91.843,- (€ 120.454,- incl. werkgeverslasten).
8.3
Organisatie en personeel
Aan het einde van het verslagjaar telde het Zuid-Hollands Landschap in totaal 37 medewerkers. De formele formatie betrof (28,9 fte). In het verslagjaar is één medewerker minder gaan werken en heeft één medewerker gebruik gemaakt van de VUT-regeling. In het verslagjaar zijn twee medewerkers in dienst getreden: een assistent regiohoofd en een terreinmedewerker. Gedurende het verslagjaar zijn twee vakantiewerkers actief geweest. In 2010 is verder gewerkt aan het in 2009 gestarte missie, visie en kernwaardentraject. Om de positie van het Zuid-Hollands Landschap
Ton Dorresteijn, voorzitter bestuur
de komende jaren verder te versterken moet de toegevoegde waarde van de Stichting het Zuid-Hollands Landschap op een heldere manier duidelijk gemaakt kunnen worden. De kernwaarden zijn de basisprincipes van de organisatie waarin het handelen en omgaan met relaties, beschermers en collega’s herkenbaar zijn. De komende jaren zal met name ingezet worden op het veiligstellen en versterken van natuur en waardevol landschap, aankoop en beheer van natuurterreinen, voorlichting en belangenbehartiging ten behoeve van natuur en landschap. De kernwaarden zijn: betrouwbaar, professioneel, resultaatgericht, praktisch, visionair en betrokken/enthousiast. Het ziekteverzuim onder het personeel was in het verslagjaar 0,79 procent; in 2009 was dit 1,49 procent. Zwangerschapsverlof is in dit percentage niet meegenomen. De stichting is sinds december 2006 officieel erkend als VGMgecertificeerd bedrijf. (Veiligheid Gezondheid en Milieu). Met dit certificaat bevordert de stichting dat de werkzaamheden in haar terreinen op een veilige manier worden uitgevoerd. Om het VGMcertificaat te behouden, worden maandelijks werkplekinspecties en toolboxmeetingen gehouden. Ook hebben medewerkers de (herhalings)cursussen gevolgd voor Bedrijfshulpverlening De VCAerkenning (Veiligheids Checklist Aannemers) is in 2010 op basis van een geslaagde audit met drie jaar verlengd. Verschillende medewerkers hebben in 2010 een opleiding of cursus gevolgd of afgerond. Het gaat hierbij om een opleiding Rentmeesterschap, een cursus Managementvaardigheden en een cursus VCA voor leidinggevenden. Ook de toezichthouders hebben aan deskundigheidsbevordering gedaan. Tenslotte heeft een student onderzoek gedaan naar de beheer- en inrichtingsaspecten van natuurakkers en kreekgebieden bij collegabeheerders. Dit als input voor de planvorming in Buijtenland van Rhoon. In het verslagjaar heeft een student van het MBO Helicon Velp stage gelopen bij de stichting. Hij verleende assistentie bij het opstellen van de beheerplannen Oranjeplassen/Oranjebuitenpolder/Zeven Gaten en Kasteelgaarde Rhoon. Tevens werkten twee studenten op tijdelijke parttime basis aan de beheerplannen Geriefbos Waarder en Eiland van Brienenoord en verleenden assistentie bij het archiveren van natuurwetenschappelijke gegevens.
“Een belangrijk hulpmiddel om is het Handboek Administratieve Organisatie en Interne Beheersing. In dit boek beschrijven we onder andere de procedures die gevolgd moeten worden binnen de ruim 80 projecten waar het Zuid-Hollands Landschap aan werkt. “
Martin van Eijsden Hoofd Financiën
Er was binnen de werkorganisatie onduidelijkheid over het toekomstperspectief van het loongebouw bij promotie en de betekenis van de Persoonlijke Toeslagen zoals toegekend bij de invoering van de CAO uit 2005. In dit kader is extern advies ingewonnen bij Commissie Sociale Zaken Bosschap. Met betreffende medewerkers wordt nu gezocht naar een passende oplossing. In 2010 is overeenstemming bereikt met OR en personeel over een overgang pensioenregeling van eindloon naar midloon per 1 januari 2011. Medewerkers die daar in de toekomst nadeel van ondervinden, zijn op basis van een berekening door het pensioenfonds uit 2009 hiervoor volledig gecompenseerd.
8.4
Kwaliteitsborging
Jaarlijks vinden functioneringsgesprekken plaats aan de hand van een vastgestelde functioneringscyclus. Deze cyclus is bedoeld om de medewerkers actief te begeleiden en te stimuleren in hun dagelijks functioneren. In het begin van het jaar wordt een Individueel Activiteitenplan (IAP) opgesteld. Medio het jaar vindt een functioneringsgesprek plaats waarin de uitvoering van de activiteiten van het IAP wordt nagelopen en besproken wordt of er knelpunten zijn in het functioneren. Aan het einde van het jaar is er een beoordeling over de kwantiteit en kwaliteit van het uitgevoerde werk en een toetsing aan de planning. Het IAP wordt gebaseerd op het functieprofiel. In 2010 is onder begeleiding van externe expertise en de OR een start gemaakt met het ontwikkelen van een nieuwe functionerings- en beoordelingscyclus dat een breed draagvlak in de organisatie moet krijgen. In gesprekken zullen naast het maken van werkafspraken ook competenties, ambities en gedrag besproken worden. Begin 2011 zal dit traject afgerond en direct ingevoerd worden. In 2010 zijn voorbereidingen getroffen om conform de CAO een functiewaarderingsprocedure in te stellen. Doel van deze procedure is om de functieprofielen van het Zuid-Hollands Landschap af te stemmen met die van andere provinciale Landschappen inclusief bijbehorende inschaling. De procedure bestaat onder meer uit een functiewaarderingcommissie en een bezwarencommissie waar zowel de OR als het kader van de organisatie in vertegenwoordigd zijn. De procedure voorziet tevens in het actualiseren van de functieprofielen en de bijbehorende inschaling. Verwachting is dat de procedure begin 2011 ingevoerd zal zijn. Een belangrijk hulpmiddel om financiële processen te beheersen is het Handboek Administratieve Organisatie en Interne Beheersing (AO/IB). De AO/IB beschrijft de procedures die gevolgd moeten worden bij financiële processen van de 80 projecten (met een omzet van zo’n € 8.500.000,-) waar het Zuid-Hollands Landschap aan werkt. Hiermee wordt de functiescheiding vastgelegd en de bevoegdheden
en verantwoordelijkheden van de budgethouders en de medewerkers op de Financiële Administratie. Het handboek wordt jaarlijks aangepast aan de veranderde omstandigheden. Op advies van de accountant zijn er procedures voor aanbesteding van werk en de verplichtingenadministratie toegevoegd. Het Handboek AO/IB is bij de interim-controle van de accountant in 2010 beoordeeld en voldoende bevonden. Ook is geconstateerd dat volgens de voorgeschreven procedures wordt gewerkt. In 2010 is gestart met een interne audit om een extra controle in te bouwen op de naleving van de financiële functiescheiding binnen de eenheid Financiën. De interne audit is conform AO/IB uitgevoerd wat geen substantiële afwijkingen heeft opgeleverd. Vanaf 2011 zal dit minimaal twee maal per jaar gedaan worden. De leden van het managementteam hebben budgetverantwoordelijkheid voor hun producten/projecten. In het MT zijn de periodieke financiële rapportages besproken. Tevens zijn afspraken gemaakt in het kader van budgetbewaking. In 2010 heeft een organisatieaanpassing plaatsgevonden. Het Stafbureau in gesplitst in een eenheid Financiën en een eenheid Bestuurs- en Algemeen secretariaat. Taken en verantwoordelijkheden zijn hierdoor beter verdeeld en de werkprocessen worden gestroomlijnd. Deze organisatieaanpassing is met de OR besproken en wordt in 2011 geëvalueerd.
8.5
Ondernemingsraad
De Ondernemingsraad van het Zuid-Hollands Landschap heeft in 2010 een intensief jaar gehad. Vele onderwerpen passeerden de revue. Aanpassing pensioenregeling, invoering van een nieuwe beoordeling- en ontwikkelingscyclus en de regeling functiebeschrijving en waardering zijn behandelde onderwerpen. De Ondernemingsraad heeft vertegenwoordigers vanuit alle afdelingen en is daarmee een platform voor overleg tussen bestuur, directeur en werkorganisatie. Een belangrijke taak is het volgen van de personeelsbelangen binnen een gezonde werkorganisatie.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
financiële processen te beheersen
Zoals elke organisatie maakt de stichting kosten voor (interne) beheersing en administratievoering om haar taken te kunnen uitvoeren, zoals financiële administratie, secretariaat, automatisering, verzekeringen, huisvesting en personeelszaken. In het verslagjaar waren de doorberekende kosten voor beheer en administratie 23,9 procent; dit valt nog net binnen de door de stichting gehanteerde norm van 25 procent. Deze norm komt voort uit het Meerjarenbeleidsplan en is gebaseerd op realistische ervaringscijfers.
35
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
9 Vrijwilligers 36
Het vrijwilligersbeleid van het Zuid-Hollands Landschap is erop gericht om de vrijwilligers een duidelijke en gewaardeerde positie te geven binnen de organisatie en om het maatschappelijk draagvlak voor het Zuid-Hollands Landschap te versterken. Alle vrijwilligers zijn verzekerd, ontvangen desgewenst een basisuitrusting aan werkkleding en kunnen indien nodig beschikken over veiligheidskleding.
“In 2010 ben ik actief geworden als vrijwilliger bij het Zuid-Hollands Landschap. Ik voel een grote verbondenheid met de natuur, omdat ik
De vrijwilligers zijn in het verslagjaar wederom heel actief geweest voor het Zuid-Hollands Landschap. Tijdens alle drie de regiobijeenkomsten waren zij een onmisbare spil in de organisatie. Bemensen van stands, begeleiden van activiteiten, verkeer regelen, excursies leiden, dankzij de inzet van de vrijwilligers waren de regiodagen zeer succesvol. Naast de extra activiteiten waren de vrijwilligers ook actief met hun reguliere werkzaamheden. Deze werkzaamheden zijn de ‘plus’ op het beheer van het Zuid-Hollands Landschap. Naast de werkzaamheden die zij oppakken waar anders geen budget voor is, zorgen zij ook voor zichtbaarheid in de terreinen en verhogen zij de kwaliteit van de natuur en het landschap. Veertig vrijwilligers waren actief als inventariseerder. Ook hun werk is voor de stichting van groot belang, want de planten en dieren zijn belangrijke graadmeters om de ontwikkelingen van de natuurwaarden in de ruim 100 natuurgebieden te kunnen volgen. De vrijwilligers van het Zuid-Hollands Landschap, soms ook gelieerd aan organisaties als het IVN, de KNNV en RAVON kregen allemaal een vergunning. Hierdoor mogen zij, indien noodzakelijk, van de paden af en hebben ze toestemming om bepaalde diersoorten te vangen (en daarna weer vrij te laten).
in de binnenduinrand woon. Ik volg ook de IVN natuurgidsencursus. Tijdens de Duinendag stond ik bij de stand over ‘begrazing’. Het was heel leuk om mensen te vertellen over de rol van de grazers in de duinen. In 2011 hoop ik de IVN-cursus af te ronden en excursies te gaan leiden.”
Monique Wyfker, vrijwilligster op Voorne
De grootste groep vrijwilligers is actief in het bezoekerscentrum Tenellaplas in Rockanje. Het team is weer op volle sterkte en in het verslagjaar zijn dan ook weer vele activiteiten georganiseerd en is het bezoekerscentrum volgens planning open geweest. Voor volgend jaar staat een training gastheerschap voor de baliemedewerkers gepland. Baliemedewerkers hebben een zeer belangrijke rol als het gaat om het contact tussen het Zuid-Hollands Landschap en haar bezoekers.
Ook tijdens het jaarlijkse VOBULA-kamp verrichtten de deelnemers veel werkzaamheden zoals het schonen van sloten en greppels en het onderhoud van recreatieve voorzieningen in de Duinen van Oostvoorne.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Het Zuid-Hollands Landschap heeft ook mensen als eenmalige vrijwilliger actief. Zo heeft het bedrijf Centocor een dag lang werkzaamheden verricht op Huys Te Warmont. Geocachers uit Hoogvliet en omgeving hebben vuil geruimd op de Ruigeplaat. Roteb in Hoogvliet heeft grote hoeveelheden afval afgevoerd. Amvest heeft met eigen medewerkers een grote schoonmaak gehouden op landgoed Beresteijn. De ANWB ging aan de slag in de Langevelderslag en vrijwilligers en leden van de Knotgroep Voorne ruimden vuil op het strand van Oostvoorne. De Lions Club Rhoon Oude Maas hielp tijdens een schoonmaakactie in Klein Profijt.
37
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
10 Toekomst 38
De bereikte resultaten in 2010 geven aanleiding tot zowel tevredenheid als zorg. Zorg is er onder andere om de dalende trend in het aantal beschermers. Tevredenheid omdat aankoop en beheer, ondersteund door belangenbehartiging en communicatie, wederom een ijzersterke combinatie is gebleken om natuur en landschap in Zuid-Holland te behouden en te herstellen.
10.1
Verwerving
We kijken terug op meer natuur dichtbij om van te genieten, zoals Landgoed Ockenburgh, en toenemende weidevogelaantallen tegen de landelijke trend in. Hierdoor maakt het Zuid-Hollands Landschap het verschil in de samenleving. Ook de jarenlange investeringen in de belangenbehartiging beginnen zich uit te betalen in een stevige positie in het provinciale beleidsveld en in gebiedsgerichte projecten zoals Buijtenland van Rhoon en Delflandse Kust. Dit maakt, samen met de andere grote grondverwervingopgaven de Krimpenerwaard, de Oranjebuitenpolder, de Sophiapolder en de Crezéepolder, dat we verwachten ook het aankoopdoel van 100 hectare in 2011 te realiseren.
10.2
Aantal beschermers
De gehoopte vertaling in toenemende aantallen beschermers is echter nog niet bewaarheid. Het Zuid-Hollands Landschap heeft te maken met een afname van het aantal beschermers, een trend die ook zichtbaar is bij collega milieu- en natuurorganisaties. Werving en binding van beschermers zal in 2011 dan ook extra aandacht krijgen, waarbij de natuurterreinen het uitgangspunt vormen voor de communicatie. Regionale wervingsacties, contactdagen met beschermers en de verdere ontwikkeling van medewerkers en
vrijwilligers als gastheren en ambassadeurs staan hierbij centraal. Het doel is om de ingezette daling van het aantal beschermers om te buigen in een groei van 53.000 eind 2010 naar 55.000 aan het einde van 2011. Hoewel dit lager is dan de taakstelling van het vorige jaarplan, gaat het nog steeds om een behoorlijke opgave. Om in financieel opzicht minder afhankelijk te zijn van beschermers en overheden werkt de stichting aan een vriendennetwerk om samen met bedrijven de doelstellingen en projecten te kunnen realiseren. Naast een financiële bijdrage zorgt een robuust vriendennetwerk voor maatschappelijke verankering en steun in de regio. Bij het beheer van gelden in fondsen en reserves zal het ZuidHollands Landschap ook in 2011 de VFI-richtlijn ‘Reserves Goede Doelen’ volgen.
10.3
Ecologische Hoofdstructuur
Een andere ontwikkeling is de discussie over de toekomst van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), die naar verwachting in 2011 zijn beslag zal krijgen. Het Zuid-Hollands Landschap is hier samen met Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer actief bij betrokken. De terreinbeheerders proberen de overheid te bewegen zich in te blijven zetten voor een aaneengesloten natuurnetwerk dat zoveel mogelijk bijdraagt aan de Zuid-Hollandse biodiversiteit. Dan nog blijft het de vraag of er voldoende politieke wil is om de huidige praktijk van volledige subsidiëring van natuuraankopen te continueren. Daarom zal de stichting in de komende periode actief verkennen op welke wijze via alternatieve manieren toch gewerkt kan worden aan natuuruitbreiding.
“De in 2011 te voltooien
Cultureel erfgoed
Bij alle - overigens zeer terechte - aandacht voor de EHS de afgelopen jaren, leken landschap en cultuurhistorie wat minder in de schijnwerpers te staan bij de stichting. Toch is het Zuid-Hollands Landschap vanouds een organisatie die zich steeds heeft ingezet voor landschap en cultureel erfgoed. Niet alleen door de bescherming van landschapselementen, maar ook door de veiligstelling van landgoederen en waardevolle gebouwen. Zo zijn maar liefst 6 van de 19 eendenkooien die Zuid-Holland rijk is, in veilige handen bij de stichting. Ook is het Zuid-Hollands Landschap sinds de aankoop van Huys Te Warmont in 1960 tot op de dag van vandaag bezig met herstel, inrichting en beheer van dit prachtige landgoed. Dit steeds vanuit de gedachte dat natuur, landschap en cultureel erfgoed in elkaars verlengde liggen. Het Zuid-Hollands Landschap wil zich meer dan voorheen nadrukkelijker inzetten als hoeder van het landschap en cultureel erfgoed. Gezien de kennis en expertise van Landschapsbeheer Zuid-Holland en Erfgoedhuis Zuid-Holland zal de komende tijd gekeken worden of en hoe samenwerking met deze organisaties leidt tot een meerwaarde voor natuur, landschap en cultureel erfgoed.
10.5
Beheer en vrijwilligers
Een van de kerntaken van het Zuid-Hollands Landschap is het beheren van haar natuurgebieden. Middels een uitgekiend beheer streeft de stichting er naar de huidige natuurwaarden en de cultuurhistorische waarden van de terreinen te behouden. Helaas zijn in verschillende terreinen de terreinomstandigheden (zoals het waterpeil) nog niet optimaal voor een verdere ontwikkeling van de natuur. Het beheer is dan gericht op het in stand houden van, gezien de dan actuele terreinomstandigheden, zo hoog mogelijke natuurwaarden. Ondertussen wordt door overleg met overheden
Haastrecht maakt treffend duidelijk dat het behoud van cultureel erfgoed voor ons van groot belang is. Net als bijvoorbeeld onze inspanningen om ontbrekende delen van Landgoed Keukenhof aan te kopen. Dergelijke inzet leidt ook tot extra belangstelling en waardering vanuit de samenleving.”
Michiel Houtzagers, directeur
nagestreefd om de terreinomstandigheden zoals het waterpeil te optimaliseren. Met het oog op de in 2011 gewenste reductie van de beheerkosten per hectare zal er blijvende aandacht zijn voor efficiënte uitvoeringsmethoden van het beheer, voor mogelijkheden om het beheer te extensiveren, voor prijsvergelijkingen en offertes. In de regio Eilanden zal aan de hand van de ervaringen in de deelregio Voorne actief gezocht worden naar mogelijkheden voor het opzetten van een vrijwilligersgroep in de deelregio IJsselmonde. De regio Kuststreek zal het bestaande vrijwilligersapparaat verder verbeteren en versterken. In de regio Veenweiden wordt in 2011 een uitbreiding van het aantal vrijwilligers in het terreinbeheer als doel gesteld. Alle plannen voor 2011 en de bijbehorende begroting zijn terug te vinden in de Begroting (bijlage 3 in de Jaarrekening 2010) en het Werkplan 2011 welke op 18 september 2010 zijn vastgesteld door het bestuur.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
restauratie van de Molen achter
10.4
39
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Bijlage 1 Flora en fauna
40
In 2010 zijn weer geen groot aantal inventarisaties en bijzondere waarnemingen gedaan in de natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap. In deze bijlage wordt hier nader op ingegaan.
Vogels De totale biodiversiteit van de broedvogels staat onder druk. In ZuidHolland betekent het dat de weidevogels en de kust- en duinvogels het moeilijk hebben. De effecten van de klimaatverandering werken door: de buitendijkse broedplaatsen zijn voor de broedvogels steeds onveiliger omdat de kans op hoge vloeden gedurende het broedseizoen toenemen. Ook de snelle grasgroei en het steeds vroeger maaien betekent dat het gehoopte herstel van de grutto achterblijft. Het aangepaste beheer in de natuurterreinen compenseert slechts gedeeltelijk de negatieve ontwikkelingen in het intensief beheerde boerenland. Het Zuid-Hollands Landschap heeft het afgelopen jaar opnieuw sterk ingezet op het scheppen van goede overlevingsmogelijkheden in alle fases van de levenscyclus van de weidevogels. Dit betekent dat het beheer gericht is op een voldoende breed voedselaanbod zoals slikranden die rijk zijn aan bodemleven en kruidenrijke graslanden met veel insecten. Een rijke graslandstructuur draagt bij aan nestelplaatsen, vluchtmogelijkheden en bescherming tegen predatie. Bij de landschappelijke inrichting is ook met deze factoren zoveel mogelijk rekening gehouden door openheid na te streven en kerngebieden te realiseren die niet/nauwelijks worden doorsneden door wegen, bosjes en bomenrijen e.d..
De beheersmaatregelen zijn gericht op hoge waterstanden, aangepaste graasdruk, uitgestelde maaidata en een lage mestgift. In tegenstelling tot de weidevogels hebben de ganzen, zwanen en smienten duidelijk geprofiteerd van de intensivering van het boerenbedrijf. In de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap is deze trend ook zichtbaar. Ook heeft de inrichting van de rietmoerassen bijgedragen tot een positieve ontwikkeling van de riet- en moerasvogels. In polder Kattendijk zijn er overwegend positieve ontwikkelingen: van de Rode Lijstsoorten zijn slob-, krak- en kuifeend fors (70 procent) toegenomen, graspieper heeft zich meer dan verdubbeld, tureluur profiteerde ook, terwijl grutto terugviel met 12 procent. Het effect van het uitleggen van nestvlotjes voor de zwarte stern was dit jaar weer succesvol. Dit project dat al jarenlang met de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard loopt, heeft een positieve invloed gehad op de omvang van de broedende zwarte stern in de Krimpenerwaard. In de terreinen van het Zuid-Hollands Landschap werden 105 vlotjes uitgelegd waarvan er uiteindelijk 25 werden bezet. Afspraken over het beheer van de aangrenzende weilanden zodat er ruime stroken kruidenrijke (en dus insectenrijke) oeverstroken blijven staan, hebben positief doorgewerkt. Ook buiten de vlotjes werden nog nesten ontdekt op drijvend plantenmateriaal en verborgen in plasoevers. De opgaande lijn van riet- en struweelvogels werd vastgesteld in verschillende terreinen in de Krimpenerwaard. In de
Zoogdieren
Het oude cultuurlandschap langs de Diefdijk is voor verschillende vogels een aantrekkelijk broedbiotoop; het Schoonrewoerdse Wiel met hoogstamboomgaarden bood aan drie steenuilpaartjes een geschikt broedbiotoop. Deze Rode Lijstsoort heeft het moeilijk in het geïntensiveerde agrarisch landschap. Dit geldt ook voor de boerenzwaluw die hier ook enkele territoria bezette. De populierenbossen in de Vijfheerenlanden zijn nog altijd een favoriet broedhabitat voor groene specht en wielewaal, beide Rode Lijstsoorten. Ook bosuil die de oude populierenbossen opzoekt, is honkvast en heeft zich gehandhaafd.
In het kasteelbos van Rhoon zijn dit jaar ruige en gewone dwergvleermuizen en een rosse vleermuis foeragerend waargenomen. Een vervolgonderzoek moet gaan uitwijzen of de rosse vleermuis ook gebruik maakt van de (laan)bomen in het parkbos. In de zomermaanden zijn in Nieuw Leeuwenhorst een vijftal verblijfplaatsen van de rosse vleermuis vastgesteld en een laanboom met watervleermuizen. Het bos biedt ook nog foerageergelegenheid aan laatvlieger, gewone dwerg- , grootoor- en ruige dwergvleermuis. In de bunkercomplexen op Voorne, Hoek van Holland en Nieuw Leeuwenhorst zijn door verschillende vrijwilligersgroepen weer honderden vleermuizen geteld die de winter doorbrengen in de vorstvrije ruimtes. Op Voorne werden de bunkercomplexen in de duinen, langs de boulevard bij het Groene Strand, Mildenburg en Reigersnest op overwinterende vleermuizen doorzocht. Het beheer is steeds gericht op het zorgvuldig afsluiten van de bunkers zodat er geen verstoringen kunnen optreden en het aanbrengen van goede vleermuisvoorzieningen zoals invliegopeningen. Ook dit jaar werden weer nieuwe ruimtes ontdekt in de complexen waar vleermuizen verbleven. De populatie vleermuizen op geheel Voorne is erg stabiel: er zijn soms verplaatsingen tussen de bunkercomplexen; ruim 110 vleermuizen overwinteren in de bunkercomplexen in de terreinen van de stichting, waarvan enkele exemplaren in fort Noorddijk. Het zijn overwegend watervleermuizen, ruim 70 stuks, gevolgd door grootoorvleermuis, ca. 35 stuks, en een klein aantal baard- en dwergvleermuizen.
Het schurvelingenterrein de Kleistee ten westen van Ouddorp is kenmerkend voor het oude cultuurlandschap op Goeree. Door de afwisseling van zandwallen, bosjes en graslandjes broedde er weer een verscheidenheid aan vogels: twintig soorten hadden hier hun broedterritorium o.a. groene specht (Rode Lijstsoort) en grote bonte specht. Wielewaal (Rode Lijstsoort) was bij de vorige inventarisatieronde in 2004 wel aanwezig maar was nu verdwenen. De sperwer liet zijn sporen achter door zogenaamde plukplaatsen van zijn buit. Zijn nest, ergens langs de rand van de Kleistee, kon niet precies worden vastgesteld. In de Westduinen op Goeree werden elf soorten gekarteerd die in totaal 45 broedterritoria bezetten. Vooral het aantal veldleeuweriken (8 broedparen) en graspiepers (11 broedparen), beiden op de Rode Lijst omdat ze landelijk al jarenlang een grote afname laten zien, was verheugend. Tijdens de trekperiode werden hier in april groepen regenwulpen en foeragerende watersnippen aangetroffen. In de Duinen van Oostvoorne zijn de broedvogels met veel enthousiasme door de Vogelwerkgroep afdeling Voorne van de KNNV geïnventariseerd. Langs de binnenduinrand zijn er de afgelopen vijf jaar verschuivingen opgetreden in de broedvogelbevolking, maar het aantal soorten en aantal broedparen is beperkt gewijzigd: het aantal zwartkoppen en zanglijsters is fors gestegen, maar groene specht, kneu en boerenzwaluw (alle drie Rode Lijstsoorten) werden hier niet (meer) waargenomen. Dit jaar werd ook het telgebied ten noorden van de Tenellaplas (bezoekerscentrum) gekarteerd. Net zoals in de vorige ronde (2005) werd de Rode Lijstsoort matkop waargenomen terwijl de koekoek deze keer ook binnen het telgebied werd waargenomen. Veel hoge populieren zijn hier geveld waardoor de wielewaal er is verdwenen. In het nieuw aangelegde gebied Spanjaards Duin kwam de pionierssoort bontbekplevier tot broeden. Het verschijnen van deze Rode Lijstsoort is zeker als een succes aan te merken omdat het een volkomen nieuw aangelegd gebied betreft en er in de directe omgeving een behoorlijke strandrecreatiedruk is.
Op Goeree zijn in de rietlanden van de inlage De Oude Val dit jaar Noordse woelmuizen waargenomen. Noordse woelmuis is een prioritaire soort van de Habitatrichtlijn en is ook opgenomen op de Rode Lijst van Zoogdieren. In voorgaande jaren is de soort in de omgeving aangetroffen; de inventarisatie in dit verslagjaar heeft aangetoond dat het soortgerichte beheer hier succesvol is geweest. Ook de waterspitsmuis, een Rode Lijstsoort, is in de rietlandjes langs de N57 aangetroffen.
Ook op landgoed Nieuw Leeuwenhorst zijn de vleermuizen aan het begin van het verslagjaar in de bunkers geteld. Er waren drie soorten aanwezig met in totaal 22 exemplaren: watervleermuizen namen de helft voor de rekening en daarnaast franjestaarten en grootoorvleermuizen. In het Vinetaduin bleken enkele bunkers door vandalen weer toegankelijk te zijn gemaakt, waardoor de vleermuizen waren vertrokken. In totaal werden ruim 50 watervleermuizen enkele grootoor- en 1 exemplaar baardvleermuis geteld. Bijzonder was de overwinterende meervleermuis, een eerste waarneming in dit complex sinds de eerste telling in de jaren zeventig.
Amfibieën en reptielen Voor de kamsalamander langs de Diefdijk was 2010 een jaar met twee gezichten. In april werden vrij veel eitjes gevonden. Verheugend daarbij was dat er in vier nieuwe poelen de aanwezigheid van de kamsalamander is vastgesteld. In totaal werden in het verslagjaar elf poelen gebruikt door de kamsalamander. Met name de aanwezigheid van de soort in de meest zuidelijke poelen, geeft aan dat de verspreiding van de kamsalamander langs de Diefdijk goed doorzet. Ondanks de succesvolle eiafzetting zijn uiteindelijk slechts weinig
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Commissarissenlanden werd in 2004 geen enkele rietzanger vastgesteld terwijl de inventarisatieronde in dit verslagjaar maar liefst 19 territoria opleverde. De struweelvogels zitten landelijk in de lift en dit werd in de terreinen weerspiegeld. In de Krimpenerwaard kwamen naast de algemene soorten ook Rode Lijstsoorten als matkop, grauwe vliegenvanger en spotvogel in vrijwel elk geschikt bosje voor. In de Vijfheerenlanden is de laatste soort een stuk schaarser en vergeleken met de vorige inventarisatieronde in 2004 is deze ook fors gedaald.
41
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
42
larven groot gekomen, zodat het voortplantingsresultaat toch matig tot slecht genoemd moet geworden. De ringslang in de Krimpenerwaard rukt flink op. Steeds vaker wordt dit reptiel in de natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap waargenomen. De stichting neemt jaarlijks maatregelen om de leefomgeving voor de ringslang te verbeteren. Heel belangrijk is het aanleggen en onderhouden van broedhopen waar de ringslang haar eieren in kan leggen. Ook de zandhagedis is een soort waarmee het goed gaat. Dit reptiel profiteert van de stukken kaal zand die door begrazing in de duinen ontstaan. In het verslagjaar heeft het Zuid-Hollands Landschap in Vinetaduin bij Hoek van Holland een flink stuk verruigd grasland tot op het kale zand afgegraven. Hierdoor zijn plekken ontstaan waar de zandhagedis haar eieren kan leggen.
ogentroost. De jaarlijks gemaaide moerasstrook in de inlage bij de Oudelandse Zeedijk, waar al in 2008 teer guichelheil werd ontdekt, bleek nu ook moeraswespenorchis en blauwe knoop (gevoelig) te huisvesten. Heel verheugend is de uitbreiding van moerasgamander in de Duinen van Oostvoorne. Kwam deze lipbloem daar vroeger op drie plaatsen voor (en voor 1950 ook op zeven plekken in het rivierengebied), na 1995 was hij alleen nog waargenomen in de Gamandervallei. De enige groeiplaats dus in Nederland, en daarom nogal kwetsbaar. In 2010 bleken zich echter ook enige tientallen exemplaren gevestigd te hebben in de Gentianenvallei, anderhalve kilometer noordelijker, waardoor deze plant nu weer van twee plekken in Nederland bekend is. Wellicht zijn de planten in de Gentianenvallei terechtgekomen via de hoeven of de vacht van pony s of Galloway-runderen, die beide plekken kunnen bereiken.
Flora De vegetatieontwikkeling in de afgegraven delen van D’Onlanden en Pitweije op Goeree verloopt voorspoedig. In D’Onlanden heeft brede orchis (kwetsbaar) zich spectaculair uitgebreid. Nieuw voor het gebied waren bijenorchis, klavervreter (bedreigd), gewone vleugeltjesbloem (gevoelig) en dwergbloem (bedreigd). De lijst van nieuwe soorten is voor Pitweije nog aanzienlijk langer. Hier verschenen onder meer parnassia (kwetsbaar), vleeskleurige orchis (kwetsbaar), rietorchis, moeraswespenorchis (kwetsbaar), teer guichelheil (kwetsbaar), zilt torkruid (kwetsbaar) en kleverige
Het nieuwe terrein De Zeven Gaten in het Westland bleek botanisch waardevol. Merkwaardig is de populatie van de zoutplant zulte oftewel zeeaster, die in één van de percelen voorkomt op het talud van een omringende kade. In een ander perceel werd trosdravik (kwetsbaar) ontdekt, die in het westen van Zuid-Holland erg zeldzaam is geworden, terwijl kamgras en veldgerst (beide gevoelig) in meer percelen werden gezien.
Het oostelijke deel van de Oudelandse Zeedijk op Goeree (ten westen van de jachthaven) was in 2005 duidelijk veel productiever en minder soortenrijk dan de andere delen die bij het Zuid-Hollands Landschap in beheer zijn. Om een schralere bodem te krijgen, is vanaf 2005 het beheer van dit deel geïntensiveerd: tweemaal per jaar hooien in plaats van eenmaal. Dit bleek in 2010 goede resultaten te hebben opgeleverd. Bijna alle meetsoorten van botanisch pluspakket Bloemdijk zijn toegenomen en bovendien zijn bijenorchis, klavervreter en brede orchis, die verder westelijk al eerder present waren, nu ook op dit deel van de dijk verschenen.
Doorgaans verloopt de ontwikkeling van dotterbloemhooilanden en natte kamgrasweiden in de Vijfheerenlanden voorspoedig – voor veel percelen is dan ook een pluspakketovereenkomst afgesloten. In Scharperswijk blijken in sommige percelen toch problemen te ontstaan. Ze krijgen steeds meer de vorm van een ondiepe badkuip, waardoor in de winter langdurig zuur regenwater op het perceel stagneert. Hierdoor nemen gewenste graslandsoorten, zoals trosdravik, kamgras, kleine klaver en echte koekoeksbloem duidelijk af. Mogelijke oorzaken van de badkuipvorming zijn: – Verminderde kweldruk als gevolg van de naburige waterwinning, waardoor in de zomer het veen te veel uitdroogt. – Het lagere peil in het aangrenzende agrarische gebied, waardoor mogelijk te veel water uit het reservaat wegzijgt. – Het deponeren van te veel bagger op de oevers langs de sloten, waardoor deze worden opgehoogd.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
De populatie melkviooltje (bedreigd) in Polder Achthoven vertoont weer een opwaartse trend. Nadat in 2001 een deel van de voormalige boomgaard ontgrond was, verschenen hier vele tientallen exemplaren. Na het sluiten van de vegetatie nam het aantal weer af tot minder dan 10, maar in 2010 werden toch weer bijna 30 planten geteld. Moeraskartelblad (kwetsbaar) neemt hier ook toe, en voor het eerst werd in het ontgronde deel een exemplaar Spaanse ruiter (kwetsbaar) gevonden. Dat biedt goede hoop op de ontwikkeling van nieuw blauwgrasland, waarvoor melkviooltje en Spaanse ruiter kenmerkend zijn.
43
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Bijlage 2 Terreingebonden activiteiten en resultaten In onderstaande tabel staat een aantal terreingebonden activiteiten beschreven, inclusief het resultaat van de inspanningen van het ZuidHollands Landschap. Wat
Natuurgebied
Inzet ZHL
Resultaat
Ontwerp bestemmingsplan
Dyck en Burgh/Nieuw Leeuwenhorst
Geen aantasting landgoed, EHS
Ontwerp bestemmingsplan bevat positieve ontwikkelingen voor zowel het landgoed als de Ecologische Hoofdstructuur
Vergunningaanvraag fietspad
Vinetaduin/Spanjaards Duin
Kapittelduin
Meerwaarde voor natuur en recreatie
Aanvullende inrichtingsmaatregelen
Geen aantasting Natura 2000 doelen
en beheer Gebied komt in beheer bij ZHL
Natura 2000-beheerplannen
22 ZHL-terreinen gelegen in
Bijdrage aan natuurdoelen, beheer en
Oude Maas, Grevelingen (Oudelandse
Natura 2000-gebieden
toezicht
Zeedijk /Preekhilpolder) Kop van Goeree, Westduinen, Voornes duin, Solleveld/Kapittelduin, Beheertypen, natuurdoelen en bestaand gebruik zijn opgesteld Zouweboezem, Diefdijk/Lingedijk, onderzoek naar natuurdoelen, waterbeheer Aanwijzingsbesluiten en beheerplannen zijn vertraagd door kabinetsbesluit om aanpak stikstof nader te onderzoeken
44
MER Stadionpark
Eiland van Brienenoord
Geen aantasting van natuurwaarden
Voorkeursalternatief houdt rekening met natuurwaarden
Uitvoering maatregelen
50 ZHL natuurgebieden
waterbeheerplannen van 6
Waterkwaliteit en peilbeheer
Overleggen zijn gestart
optimaliseren
waterschappen en provincie MER dijkversterking Maas
De Zaag
Geen aantasting natuurwaarden
Wordt meegenomen in afweging
MER Zandmotor
Spanjaards Duin
Geen aantasting natuurwaarden.
Voorwaarden in MER opgenomen.
Professioneel beheer Meerwaarde
ZHL is beoogd beheerder
voor natuur en recreatie Uitvoering verbreding A2
Bolgerijen/Autena
Ecoduct en natuur aantasting
Ecoduct gerealiseerd en
compenseren nabij Scharperswijk
compensatieplan opgesteld voor 10 ha compensatiegebied
Verbreding A27
Zouweboezem
Faunapassage en aantasting natuur
Is opgenomen in de MER
compenseren Verleggen N210
Den Hoek
Optimale faunapassage otter, bever,
Faunapassage is gerealiseerd
ringslang Verzuring en vermesting door bedrijven Maasvlakte
Voornes Duin
Verminderen verzurende en
Uitvoering maatregelen convenant
vermestende stoffen, mitigeren van
ondertekend door Havenbedrijf en
effecten
provincie. Financiële bijdrage van havenbedrijf voor maatregelen in Voornes Duin
Bijlage 3 Overleggen
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Natuur- en Landschapsoverleg van de natuurbeheerorganisaties Ambtelijk en bestuurlijk Terreinbeheerders Overleg met provincie Klankbordgroep Greenport Ontwikkelingsmaatschappij Bollenstreek/Rijnstreek Gebiedsplatform en Kernteam Vijfheerenlanden/Alblasserwaard Adviesgroep Uitvoering Veenweidepact Krimpenerwaard Werkgroep Integrale Inrichting Veenweidepact Krimpenerwaard Voorbereidend Pactpartnersoverleg Veenweidepact Krimpenerwaard Pactpartners Overleg Veenweidepact Krimpenerwaard Raad van Beheer en Exploitatie Krimpenerwaard Buitengebied Werkgroep Zandmotor Delflandse Kust Projectgroep Bonnenpolder Projectgroep Masterplan Oranjebuitenpolder Aansturingsteam Monitoring Oostvoornse Meer Tafel van Borging PMR Klankbordgroep en projectgroep Natura 2000 Voornes Duin Klankbordgroep en projectgroep Natura 2000 Goeree Klankbordgroep en projectgroep Natura 2000 Solleveld/Kapittelduin Klankbordgroep en projectgroep Natura 2000 Zouweboezem Klankbordgroep en werkgroep Natura 2000 Diefdijk/Lingedijk Werkgroep Natura 2000 Oude Maas Werkgroep Natura 2000 Grevelingen
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Overzicht overleggen waar het Zuid-Hollands Landschap in 2010 aan deelnam (vaak wordt de stichting door de verantwoordelijke overheden gevraagd hieraan deel te nemen. )
45
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Bijlage 4 Regiobijeenkomsten 2010
46
Veenweidendag en Vergadering van Beschermers Het Zuid-Hollands Landschap organiseerde op 12 juni de Veenweidendag in de Krimpenerwaard. Tijdens deze eerste regionale dag voor beschermers en niet-beschermers kon men meer te weten komen over het beheer van de natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap en de plannen die in het kader van het Veenweidepact in de Krimpenerwaard worden uitgevoerd. Bij de beheerboerderij aan de Schaapjeszijde in Ouderkerk aan den IJssel vertelden verhalenvertellers oude streekverhalen, verzorgde de Harmonie Dagorkest Krimpenerwaard een optreden en presenteerden lokale natuurclubs zich. Kinderen konden zich laten schminken en waterdiertjes vangen. Speciaal voor de Veenweidendag was de eendenkooi Kooilust eenmalig opengesteld. Tijdens de Veenweidendag is ook de Vergadering van Beschermers gehouden.
Duinendag Rondom bezoekerscentrum Tenellaplas organiseerde het ZuidHollands Landschap haar regiobijeenkomst de Duinendag op 19 september. Er was een nieuwe spannende doeroute voor kinderen. Helen van Vliet, illustratrice van de doeroute en het prentenboek van
het Zuid-Hollands Landschap gaf een toegankelijke workshop ‘Hoe teken je de natuur’ voor kinderen van alle leeftijden. Tijdens de Duinendag kwam ook de herder met zijn schapen weer terug, een echte publiekstrekker. Het openluchtmuseum De Duinhuisjes was geopend en restaurant De Meidoorn had een speciale lunchaanbieding. Vanuit het bezoekerscentrum werden tijdens deze dag verschillende excursies georganiseerd.
Boswachtersdag Op 12 december organiseerde het Zuid-Hollands Landschap haar eerste Boswachtersdag op landgoed Nieuw Leeuwenhorst. In winterse sferen was van alles te zien en doen zoals kerststukjes maken, een kudde schapen, trekpaarddemonstratie, verkoop van haardhout en diverse kraampjes. Op het landgoed was een goed gemarkeerde wandelroute uitgezet langs verschillende informatieposten en demonstraties. Boswachters, vrijwilligers en samenwerkende organisaties lieten zien hoe het Zuid-Hollands Landschap bossen beheert en welke effecten dit heeft op de bomen, planten en dieren.
Bijlage 5 Organisatie
drs. A.H. Dorresteijn (voorzitter), Rotterdam Relevante (neven)functies: – bestuur Stichting N.N.B.F. (N.V.D. – Natuurbeschermings Fonds) – bestuur Stichting Ark mw. mr. F.M. Konijnenberg (secretaris), Rotterdam Relevante nevenfuncties – geen opgave drs. S.A. Blok (penningmeester), ’s-Gravenhage Relevante (neven)functies: – Lid Tweede Kamer voor de VVD
5.2 Samenstelling Managementteam (ultimo 2010)
– – – –
ir. M.R. Houtzagers, directeur Relevante (neven)functies: Raad van Toezicht Stichting Bodembeheer Krimpenerwaard Lid van de provinciale adviescommissie Leefomgevingkwaliteit (PAL) voor G.S. en P.S. Zuid-Holland zitting in de Raad voor Plantenrassen (LNV), afdeling bomen en struiken Regiobestuurder Zuid-Holland van Water Natuurlijk! ir. J. de Jong, Hoofd Beleid en Verwerving, tevens plaatsvervangend directeur ir. H.A. Buijserd, Coördinator Beheer en Opstallen
ing. B. Baan, Molenaarsgraaf Relevante (neven)functies: – geen opgave
mw. E.D. Decker, Hoofd Communicatie en Fondsenwerving dhr. R.J.S. Terlouw, Regiohoofd regio Veenweiden
mw. ir. I.M. Bakker, Rotterdam Relevante nevenfuncties: – geen opgave
dhr. M. van der Valk, Regiohoofd regio Kuststreek
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
5.1 Samenstelling Bestuur (ultimo 2010)
dhr. J. Visser, Regiohoofd regio Eilanden dr. J.J. van Duijn, Maassluis Relevante (neven)functies: – geen opgave drs. H.B.R. Letschert, Gouda Relevante (neven)functies: – geen opgave
5.3 Samenstelling Natuurwetenschappelijke Commissie (ultimo 2010) drs. A.B.M. Orléans (voorzitter), Leiden
47 drs. A.M.M. van Haperen, Koudekerke
mw. K.T.L. Prak AVB, Berkenwoude Relevante (neven)functies: – geen opgave
dr. P. Hörchner, Berkenwoude ir. J.L. Koolen, Dordrecht
drs. J.M. Rodenburg, Oegstgeest Relevante (neven)functies: – geen opgave
drs. H. Krantz, Leiden dr. Th. C.P. Melman, Overveen
Voorzitter, secretaris en penningmeester vormen tevens het Dagelijks Bestuur.
ing. P.C. Pieters, Zwijndrecht prof. dr. K.V. Sýkora, Wageningen dr. ir. J.E. Vermaat, Gouda
5.4 Samenstelling Ondernemingsraad (ultimo 2010) dhr. N. Koppelaar (voorzitter) mw. E.D. Decker dhr. F. Spreen
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Bijlage 6 Verantwoordingsverklaring 2010
48
– Onderscheid de functies toezicht houden, besturen en uitvoeren – Optimaliseer de effectiviteit en efficiency van bestedingen – Optimaliseer de omgang met belanghebbenden
Het functioneren van de medewerkers onder de rang van directeur wordt door de directeur en leidinggevenden geëvalueerd conform de gehanteerde beoordelingssystematiek. Het functioneren van de directeur wordt door de voorzitter en de secretaris geëvalueerd. Het bestuur legt door middel van het jaarverslag en de jaarrekening verantwoording af aan de beschermers en de subsidieverstrekkers. In het jaarverslag worden de bereikte resultaten getoetst aan het Meerjarenbeleidsplan.
Onderscheid toezicht, besturen en uitvoeren
Effectiviteit en efficiency van bestedingen
Het Zuid-Hollands Landschap is een stichting met een bestuur en een directie. Het bestuur bestaat uit zeven tot negen leden en heeft een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De overige bestuursleden zijn algemene leden. Het bestuur vergadert vier tot vijf maal per jaar door middel van een daartoe uitgeschreven vergaderingen. Belangrijke taken van het bestuur zijn het vaststellen van algemeen beleid en het toezicht houden op de directeur en daarmee de werkorganisatie. Het bestuur is onder meer verantwoordelijk voor het Meerjarenbeleidplan, de begroting, het jaarverslag, de jaarrekening, grondaankopen en het Treasury Statuut. Het bestuur oefent toezicht uit op basis van schriftelijke stukken, die in de bestuursvergaderingen in aanwezigheid van de directeur worden besproken. De Financiële Commissie bestaande uit twee bestuursleden, de directeur en het Hoofd Financiën en houdt specifiek toezicht op de financiële huishouding van de organisatie waarover de penningmeester in de bestuursvergaderingen rapporteert.
Door het vaststellen van het Meerjarenbeleidsplan en meerjarenbegroting en de daar uit voortvloeiende jaarplannen en begrotingen geeft het bestuur richting aan de doelstellingen van de Stichting Het Zuid-Hollands Landschap. In het Meerjarenbeleidsplan staan richtinggevende doelstellingen geformuleerd. In de jaarlijkse werkplannen worden per product doelstellingen geformuleerd. Deze worden doorgevoerd in het Individuele Activiteiten Plan per medewerker.
Het bestuur van de Stichting Het Zuid-Hollands Landschap onderschrijft de Code Goed Bestuur voor Goede Doelen en handelt overeenkomstig. In deze verantwoordingsverklaring legt het bestuur verantwoording af over drie algemeen geldende principes:
De taken en bevoegdheden van bestuur, directie en werkorganisatie zijn eind 2009 geactualiseerd waarbij de toezichthoudende rol van het bestuur nadrukkelijker is geformuleerd. De taken en bevoegdheden staan helder omschreven in de aangepaste statuten, het bestuursreglement, het directie reglement en het huishoudelijk reglement. De voorwaarden vanuit het CBF keurmerk en de AMBI status zijn daarin nadrukkelijk verwerkt. De stichting streeft naar een zo breed en optimaal mogelijk samengesteld bestuur. Hiermee worden opvattingen over natuur, landschap en de publieke opinie vertegenwoordigd en wordt voeling gehouden met wat er maatschappelijk leeft. De bestuursleden treden af conform een rooster van aftreden. Nieuwe bestuursleden worden geworven aan de hand van een advertentie in het tijdschrift Het Zuid-Hollands Landschap. Deze advertentie bevat een omschrijving van de gewenste kwaliteiten van de beoogde bestuurder. Op basis van schriftelijke reacties selecteert het bestuur geschikte kandidaten waar vervolgens gesprekken mee plaats vinden. Het bestuur beslist in één van haar vergaderingen welke nieuwe bestuursleden worden voorgedragen in de jaarlijkse Vergadering van Beschermers. De Vergadering van Beschermers wordt verzocht met de nieuwe bestuursleden in te stemmen die vervolgens worden benoemd. Indien de Vergadering van Beschermers niet instemt met de voorgedragen kandidaten, worden andere kandidaten door het bestuur aangedragen. De Vergadering van Beschermers heeft de mogelijkheid om een tegenkandidaat aan te dragen mits aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Voor bestuursleden is statutair een zittingsduur bepaald van vijf jaar, met een mogelijkheid voor een tweede termijn van eveneens vijf jaar.
Het monitoren en evalueren van de uitvoering van processen en activiteiten vindt plaats door een kritische beoordeling van het jaarverslag door het bestuur waarbij het jaarverslag ook getoetst wordt aan het Meerjarenbeleidsplan en de -planning. Het management team volgt en evalueert de uitvoering van activiteiten en processen van het personeel met behulp van de beoordelingscyclus: het startgesprek of IAP, de persoonlijke gesprekken (PO’s) de functioneringsgesprekken en het beoordelingsgesprek. De financiële processen worden door middel van een management rapportage volgens een van tevoren opgesteld schema regelmatig gevolgd en waar nodig bijgestuurd. Er wordt daarbij zowel gestuurd op producten conform het jaarplan als individuele projecten. De organisatie werkt daarnaast met een tijdschrijfsysteem waarmee zowel inzicht ontstaat in de belasting van de afzonderlijke projecten als de werkdruk voor de medewerkers. De Administratieve Organisatie en Interne Beheersing (AO/IB) wordt jaarlijks geactualiseerd en getoetst door de accountant. De penningmeester stelt jaarlijks de AOIB vast. De accountant voert een interim controle uit en doet daar verslag van in zijn managementletter. De resultaten van deze managementletter worden besproken in het management en in de Financiële Commissie. De financiële functiescheiding wordt gewaarborgd door een interne audit systematiek door de Coördinator Beheer en Opstallen waarvan de resultaten in het managementteam worden besproken.
Omgang met belanghebbenden De Stichting Het Zuid-Hollands Landschap streeft naar een open dialoog met belanghebbenden die zijn onder te verdelen in vrijwilligers en medewerkers, beschermers, schenkers, relaties, bedrijven, overheden, particulieren, natuur- en milieuorganisaties en andere betrokkenen. De inhoud en kwaliteit van de verstrekte informatie wordt door de leidinggevenden gewaarborgd. De specifieke doelgroepen worden met diverse communicatiemiddelen zoals het kwartaalblad, het jaarverslag en de samenvatting van het jaarverslag, de website, persberichten en door deelname aan diverse overlegorganen en samenwerkingsverbanden geïnformeerd.
diverse algemene communicatie-uitingen zoals het kwartaalblad, de folders en de website ondergebracht bij de afdeling Communicatie en Fondsenwerving. De middelen worden ingezet om elkaar te versterken. Belanghebbenden kunnen op één telefoonnummer en één algemeen e-mailadres terecht.
De informatieverstrekking vindt door de verantwoordelijke afdelingen plaats via verschillende uitingen gericht op de relevante doelgroep zoals beleidsnota’s, publicaties, overleggen met overheden, deelname aan netwerken en overlegorganen. Om daarnaast goed te kunnen voorzien in de informatiebehoeften van de belanghebbenden, zijn de
De stichting beschikt over een vastgelegde procedure om eventuele klachten correct af te handelen. Tijdens de jaarlijkse Vergadering van Beschermers bestaat de mogelijkheid tot het indienden van schriftelijke vragen. Daarnaast wordt voeling gehouden met belanghebbenden door middel van enquêtes en evaluaties.
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Het communicatiebeleid van de stichting is erop gericht om optimale relaties te hebben met belanghebbenden en hen gericht te informeren, bijvoorbeeld over natuur- en landschapsbelangen en de activiteiten van de stichting, de ontwikkelingen in de natuurgebieden en de besteding van de ontvangen gelden.
49
STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Bijlage 7 Organigram werkorganisatie 2010
MANAGEMENTTEAM • Medewerker Belangenbehartiging
Hoofd Beleid en Verwerving
• Medewerker Ecologisch Beleid en Monitoring • Medewerker Beheerplanning • Medewerker verwerving • Medewerker Monitoring • Projectleider Verwerving en Inrichting
• Secretaresse • Medewerker Archief
Hoofd Communicatie en Fondsenwerving
Hoofd Bestuurs- en Algemeen secretariaat
• Medewerker Communicatie en Fondsenwerving • Medewerker Beschermers • Beheerder Bezoekerscentrum
Directeur
Coördinator Beheer en Opstallen
• Assistent Regiohoofd • Financieel Medewerker
Hoofd Financiën
Regiohoofd Eilanden
• Toezichthouder • Terreinbeheerder • Terreinmedewerker
• Assistent Regiohoofd
Regiohoofd Kuststreek
• Toezichthouder • Terreinbeheerder
50 • Assistent Regiohoofd
Regiohoofd Veenweiden
• Toezichthouder • Terreinbeheerder • Terreinmedewerker • Administratief medewerker
Bijlage 8 Natuurgebieden STICHTING HET ZUID-HOLLANDS LANDSCHAP – JAARVERSLAG 2010
Overzicht van de natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap (ultimo 2010), in totaal 3966 hectare.
51 1
Achthovense Uiterwaarden
28 Grasweggebied
55 Langeveld
82 Preekhilpolder
2
Berkenwoudse Boezem
29 Groene Strand
56 Middelblokboezem
83 Quakernaak
3
Bilwijk
30 Haarlemmer Trekvaart
57 Mildenburg
84 Recht van ter Leede
4
Blanke Waal
31 Heemtuin Krimpen a/d IJssel
58 Nespolder
85 Rhijngeest
5
Bolswaard
32 Hillenhoek
59 Nieuw Leeuwenhorst
86 Ruigeplaat
6
Buitenlanden Ammerstol
33 Hoenderwiel
60 Ommeloop
87 Schaayk
7
Buitenlanden Bergambacht
34 Holle Mare
61 Oostpuntgriend
88 Scharperswijk
8
Commissarissenlanden
35 Hooge Boezem Achter Haastrecht
62 Oranjebuitenpolder
89 Schoonrewoerdse Wiel
9
De Blink
36 Huys Te Warmont
63 Oranjeplassen
90 Slikken van Voorne
10 De Elfenbaan
37 Hyacintenbos
64 Oudeland
91 Sonsbrug
11 De Huibert
38 Kaapduin
65 Oudelandse Zeedijk
92 Spanjaards Duin
12 De Kouwe Grond
39 Kadijk Oost
66 Over-Boeicop
93 Spijkerboorse Kade
13 De Schans
40 Kadijk West
67 Overbosch
94 Staelduinse Bos
14 De Snakkert
41 Kasteelgaarde Rhoon
68 Over-Heicop
95 Stolwijkse Boezem
15 De Waai
42 Kattendijk Mosterdpot
69 Pitweije
96 Stormpoldervloedbos
16 De Zeven Gaten
43 Kattendijksblokboezem
70 Polder Achterbroek
97 Veerstalblokboezem
17 Derryvliet
44 Kedichem
71 Polder Achthoven
98 Vinetaduin
18 D’Onlanden
45 Kersbergsrak
72 Polder Berkenwoude
99 Visserijgriend
19 Duinen van Oostvoorne
46 Keukenhofbosch
73 Polder De Nesse
100 Visschersplaat
20 Ecozone Keukenhof Oost
47 Klein Profijt
74 Polder Den Hoek
101 Voorofsche Polder
21 Eendenkooi Bakkerswaal
48 Kleine Beer
75 Polder Het Beijersche
102 Waalhoek
22 Eendenkooi De Zouwe
49 Kleine Zaag
76 Polder Kattendijksblok
103 Wassergeest
23 Eiland Van Brienenoord
50 Kleistee
77 Polder Lakerveld
104 Westduinen
24 Elserkade
51 Koolwijk
78 Polder Lexmond
105 Weverwijk
25 Fort Noorddijk
52 Korte Zand
79 Polder Middelblok
106 Zouweboezem
26 Fort Penserdijk
53 Landgoed Ockenburgh
80 Polder Veerstalblok
27 Geriefbos Waarder
54 Landgoed Te Werve
81 Polders Poelgeest
Colofon © Stichting Het Zuid-Hollands Landschap Rotterdam, maart 2011 Teksten uit dit jaarverslag kunnen worden overgenomen met bronvermelding
Vormgeving Jan van Waarden, RAMvormgeving.nl
Fotoverantwoording De foto’s in dit jaarverslag zijn gemaakt door: Diny Buisman, Jan van Dijk, Harry Fiolet, Christiaan van der Hoeven/IUCN NL, Dick Kerkhof, Idde Lammers, Rogier Mos en Hans Visser.
Stichting Het Zuid-Hollands Landschap Nesserdijk 368 3063 NE Rotterdam (010) 27 222 22
[email protected] www.zuidhollandslandschap.nl