Sociaal Pedagogische Hulpverlening Deeltijd
Studiegids 2011 – 2012 Vastgesteld in de CvB Stenden Hogeschool vergadering van 29 augustus 2011
Stenden hogeschool Rengerslaan 8 Postbus 1298 8900 CG Leeuwarden
Algemeen Telefoon : (058) 244 14 41 E-mail :
[email protected]
2
STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Opleiding Telefoon : (058) 244 16 07 Telefax : (058) 244 14 80
Voorwoord Wat wil je worden, Wie wil je zijn. Wat wil je bereiken, Wat is jouw doel, Wat is jouw uitdaging. Wat wil je leren. Dit zijn kernvragen die als een rode draad door ons leven lopen. Jij hebt na een oriëntatie op deze vragen, de keuze gemaakt voor de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH). Na het Voortgezet Onderwijs (VO) of Middelbaar Beroeps Onderwijs (MBO) wil je een bachelor diploma voor de zorg- en hulpverleningssector behalen. Samen met het docententeam van SPH heb je hiermee de verantwoordelijkheid op je genomen op zoek te gaan naar nieuwe uitdagingen. Je eigen handelen kritisch te bekijken en te werken aan jouw toekomstige rol als professional in de zorg- en hulpverlening. Een grote verantwoordelijkheid voor de opleiding, docent en student. Immers, aan het einde van de opleiding wachten mensen in een kwetsbare positie op jouw professionele interventies. Deze cliënten verwachten geen “zesje”, maar minimaal een “acht”. Bij SPH is leren “een zoektocht” en tijdens deze reis verwacht de Stenden hogeschool een positieve en onderzoekende houding van haar medewerkers en studenten. Wij vinden het belangrijk dat je deze verantwoordelijkheid beseft en zin hebt in nieuwe uitdagingen; dat je veel leert en dat je veel plezier hebt tijdens de opleiding. Belangrijk is dat je bereid bent daar offers voor te brengen die vereist zijn om te komen tot een volwaardige SPH professional. Colleges kunnen soms samenvallen met de werktijden van jouw bijbaan. In het belang van jouw toekomstige cliënt verwachten wij dat je bij de colleges aanwezig bent! Wij bieden je een opleiding die aansluit bij de huidige eisen van de zorg- en hulpverlening met een vakbekwaam docententeam, een veilige leeromgeving en goede leermethoden. De studiegids kun je als een routebeschrijving voor de zoektocht zien. Een nieuwe opleiding, een nieuwe leeromgeving, nieuwe docenten en nieuwe studenten. Best spannend ……toch? Zijn het vriendelijke mensen. De locatie: kan ik er eten? Is dat duur? Zijn de docenten; streng? Jong? Saai? Met humor? Is het flexibele structuur? Sluit het openbaar vervoer goed aan? Op bovenstaande vragen zul je de antwoorden voornamelijk zelf moeten ontdekken. Het doel van de studiegids is het studeren gemakkelijker te maken. Daarnaast om je duidelijkheid te geven in wat de rechten en plichten van de opleiding en van de student zijn. Lees het goed door zodat je weet hoe je moet handelen in bepaalde situaties en wat de wederzijdse verwachtingen zijn. Immers, je volgt nu het Hoger Beroeps Onderwijs en daar hoort een portie eigen verantwoordelijkheid bij. SPH hecht er veel waarde aan dat studenten gedurende hun opleiding in aanraking komen met internationale en multiculturele aspecten. We zijn er trots op dat de opleiding SPH deel uitmaakt van een internationale hogeschool met vestigingen in Zuid Afrika, Qatar, Thailand en Bali. Binnen de opleiding SPH kom je voornamelijk Nederlandse en Duitse studenten tegen. Binnen de hogeschool een verscheidenheid van nationaliteiten. Anticiperend op jouw rol als SPH professional, vinden wij het belangrijk rekening te houden met de verschillende achtergronden. Samenwerken, aanpassen, respect en geduld zijn veel gehanteerde kernwoorden in onze opleiding. Wij achten het van belang dat docenten en studenten oprechte belangstelling voor elkaar hebben. Communiceren met elkaar draagt er mede toe bij dat we voor een ieder, ondanks verschillende achtergronden, het onderwijs meer toegankelijk kunnen maken. Binnen SPH ben je verantwoordelijk voor je eigen leerproces. Dat betekent niet dat je deze verantwoordelijkheid alleen draagt. Er staat een deskundige docentenstaf achter je die je graag een hand toereikt. Vraag hierom. Vanzelfsprekend volgen wij jouw leerontwikkelingen op de voet. Wij zijn een opleiding die grote waarde hecht aan preventie. Studentenparticipatie is van groot belang. Wij staan open voor feedback. De studenten in de Studentenraad (Stura) en opleidingscommissie (OC) volgen de onderwijsprocessen op de voet en hebben regelmatig overleg met het managementteam (MT) Je zult zien dat het voortijdige studie uitval kan voorkomen.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD
3
Studeren aan een hogeschool in een nieuwe omgeving is spannend. Daar zijn we ons van bewust en daarom zijn we er voor jullie! Voel je welkom en weet ons te vinden. Heel veel succes met deze mooie studie toegewenst. Namens het docententeam, Alie Schokker Head of School Social Work and Arts Therapies
4
STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Inhoudsopgave Leeswijzer bij de inhoudsopgave Het is voor de aspirant professional in het kader van o.a. zelfmanagement van groot belang te weten wat er in de studiegids beschreven wordt. Kennis van de studiegids voorkomt onnodig zoeken naar informatie. In hoofdstuk 1 wordt algemene informatie gegeven over de opleiding SPH, de structuren van de opleiding, inspraak openingstijden secretariaat, de examencommissie, de toetscommissie en de wijze van communiceren. In hoofdstuk 2 komt de visie op de inhoud van het curriculum, de onderwijsinhoud alsmede de te behalen studiepunten aan de orde. Hoofdstuk 2 behandelt ook het examenreglement deel 2 en het moduul tentamenreglement. Hoofdstuk 3 behandelt de Stenden hogeschool voorzieningen voor studenten. Hoofdstuk 4 behandelt regelingen over ziekte en bijzondere omstandigheden. Aan het begin van het studiejaar ontvangen alle studenten een (beknopt) overzicht van de belangrijkste informatie van het betreffend jaar. Let op: Dit vervangt niet de informatie van de studiegids!
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD
5
Voorwoord 3 Inhoudsopgave
6
1. Inleiding 9 1.1 De opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) 9 1.1.1 Visie op onderwijs binnen de Stenden hogeschool 12 1.1.2 Voltijdopleiding en Deeltijdopleiding SPH 12 1.1.3 Onderwijsinhoud 13 1.1.4 Onderwijsvormgeving 13 1.1.5 Praktijk 14 1.1.6 Competentiebegeleiding (CB) (zie ook H.2) 14 1.2 Organisatiestructuur en onderwijsorganisatie 14 1.2.1 Deelmedezeggenschap 15 1.2.2 Opleidingscommissie 15 1.2.3 Teamvergaderingen 15 1.2.4 Studentenraad (Stura) 15 1.2.5 Examencommissie 15 1.2.6 Toetscommissie 16 1.2.7 De curriculumcommissie 16 1.2.8 Adviesraad 16 1.3 Kwaliteitszorg 17 1.4 Internationalisering 17 1.5 Contractactiviteiten 18 1.6 Dienstverlening 18 1.7 Het secretariaat SPH 18 1.8 Frontdesk (zie hoofdstuk 3) 19 1.9 Interne communicatie / ELO (zie ook H.3) 19 1.10 Ziekmelding (zie ook H.4) 19 1.11 Studenten afkomstig uit het buitenland (w.o. Duitse studenten) 2
19
Onderwijs- en examenregeling van de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Leeuwarden 21 2A Onderwijsbeleid (Basis; onderwijsbeleidsdocument SPH) 21 2A.1 Omschrijving van het beroep waartoe opgeleid wordt 21 2A.2 Verantwoording van het onderwijs 22 2A.3 Opvattingen over leren en onderwijzen 23 2A.4 Onderdeel Curriculum 26 2A.5 Lestijden (voor deeltijd op vrijdag) 35 2A.6 Studeerbaarheid 35 2A.7 (Bindend) StudieAdvies (BSA) 35 2A.8 Veranderen van opleiding binnen het Instituut en de Stenden hogeschool 37 2A.9 Kosten 37 2A.10 Vrijstellingsbeleid: Elders Verworven Competenties (EVC) en accreditation of prior learning and experience (aple) 38 2A.11 Vrijstellingen 38 2A.12 Studiebelasting 39 2B De opleidingsexamenregeling opleiding SPH 2011/2012 40 3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7
6
Voorzieningen voor Studenten 47 Informatievoorzieningen Leeuwarden i study 47 SMC & IRC international 47 Het decanaat 48 Handicap & studie 48 Vertrouwenspersoon ongewenst gedrag Het roosterbureau 49
STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
47
49
3.8 3.9 3.10 3.11 3.12 3.13 3.14 3.15 3.16 3.17 3.18 3.19 3.20 3.21 3.22 3.23 3.24 4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
Information & Registration Centre 49 Registratie Studieresultaten 49 Toetsen 50 ICT & Media 50 Intranet 50 Blackboard (ELO) 50 The Library 51 Stenden shop 51 Het Alumni Netwerk 51 EHBO, noodplan 52 Bedrijfsrestaurant Canteen, IF; restaurant.nl Randstad uitzendbureau 52 Teach-Inn kapsalon 52 ABN- Amro bank 53 Expect locatie Leeuwarden 53 Leeuwarden Studiestad 53 Voordelig spierpijn! 54
52
Regelgeving rond ziekte en andere bijzondere omstandigheden 55 Regeling van de opleiding in geval van ziekte of andere bijzondere omstandigheden 55 Niet behalen van de norm van het (bindend) studieadvies 55 Studievertraging 55 Bijzondere omstandigheden 56 Basisvoorzieningen voor studenten met een functiebeperking 56 Regeling medische verklaring in geval van ziekte 58 Studeren en RSI (CANS) 58
5 Adressenlijst 60
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD
7
Hoofdstuk 1
8
STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 1
1.
Inleiding "Deze studiegids bevat informatie over de opleiding SPH-deeltijd aan de Stenden hogeschool en geeft een beschrijving van de opbouw van de studie en van de ondersteunende faciliteiten. U kunt hier o.a. informatie vinden over de studiebegeleiding en de onderwijs- en examenregeling. De studiegids heet formeel: „Het studentenstatuut deel 2‟. In het studentenstatuut deel 1 vindt u informatie die niet alleen voor uw opleiding geldt, maar voor de hele hogeschool. U vindt daarin regelingen waarin de rechten en plichten van studenten zijn vastgelegd, zoals: het Inschrijfreglement, de Regeling studieadvies, het Centrale Examenreglement, de Medezeggenschapsreglementen, de Huisregels, de Klachtenregeling, het Reglement van het College van beroep etc. Deel 1 en 2 kunt u vinden op intranet”.
1.1
De opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) De opleiding SPH telt ±550 studenten en ±25 docenten werkveldspecialisten). De opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening, kent twee varianten; Voltijd opleiding SPH Deeltijd opleiding SPH
(exclusief
De opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening behoort tot het Hoger Sociaal Agogisch onderwijs (HSAO). SPH is een brede opleiding zowel onderwijsinhoudelijk als ten aanzien van de doelgroepen. U wordt opgeleid om te kunnen werken met jongeren, volwassenen, ouderen en voor werkplekken die liggen in het gebied tussen voorlichting, preventie en gesloten residentiële voorzieningen op uitvoerend HBO niveau en staf- en/of managementniveau. De opleiding bestaat uit twee teams van docenten. 1. Het team “SPH voltijd” 2. Het team “SPH deeltijd”. (docentenvergadering op vrijdag) Deze teams verzorgen de uitvoering en vernieuwing van het onderwijs. De Stenden hogeschool kent één onderwijsmodel voor de gehele hogeschool, namelijk thematisch geïntegreerd onderwijs met probleemgestuurd onderwijs als grondvorm. Daarnaast zijn er verwante onderwijsvormen gekozen voor de tweede fase van de opleidingen binnen SPH die recht doen aan het zelfstandiger studeren van de student. Daar waar mogelijk, vindt er samenwerking plaats tussen de opleidingen Creatieve Therapie (CT) en SPH. Op landelijk niveau participeert de opleiding SPH in verschillende overlegvormen tussen andere vergelijkbare opleidingen. Derhalve sluit de opleiding nauw aan bij ontwikkelingen die ook landelijk in gang gezet worden.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD
9
Hoofdstuk 1
Lectoraten School Social Work and arts Therapies De lectoraten Social Work and Arts Therapies, Mens en Organisatie, Change management en Leadership vormen vanaf dit jaar een onderdeel van de School Social Work and Arts Therapies. Doel van de lectoraten is om onderzoek te verrichten vanuit een relevante missie, die nauw aansluit bij de missie van de opleidingen SPH en CT en gericht is op het bereiken van maatschappelijke effecten. De lectoraten willen met onderzoek een bijdrage leveren aan de missie van de opleidingen SPH en CT: Een bijdrage leveren aan het realiseren van innovaties ter verbetering van de positie van de kwetsbare mens in de samenleving. De lectoraten helpen de onderzoeksvaardigheden van docenten en studenten vergroten en leveren daarmee een bijdrage aan de wetenschappelijke fundering van de beroepsopleidingen. Stenden hogeschool wil als internationale hogeschool met een lector verdere professionalisering van beide studierichtingen een krachtige stimulans geven. De inhoudelijke onderzoekslijn van de School richt zich op het ontwikkelen van innovaties c.q. verbeteringen in de behandeling van cliënten en in de organisatie van hulpverleningsprocessen, door onderzoek te verrichten naar: - de relatie tussen netwerk, behandeling en welbevinden van het individu; - de netwerkbenadering in de behandeling; - de aantoonbaarheid en effectiviteit van behandelingen; - de netwerkbenadering met betrekking tot de (hulpverlening)organisaties, de wijze van organiseren, leiderschap. Uitgangspunt daarbij is dat ieder mens in staat is om zijn eigen leven en toekomst te beïnvloeden door ontwikkeling en keuzen (persoonlijk leiderschap) en dat elk mens onderdeel uitmaakt van een sociaal netwerk.
Kennisinnovatie kring Social Work & Arts Therapies De Lector Social Work and Arts Therapies, Marinus Spreen, is al een aantal jaren nauw verbonden aan de opleidingen SPH en CT. Hij begeleidt een kennisinnovatie kring Social Work & Arts Therapies bestaande uit docenten SPH en CT en deskundigen uit het werkveld. Deze legt zich daarbij vooral toe op de vergroting van de kennis over organisatie en beleid van de (gezondheids)zorg, het bevorderen van wetenschappelijk onderzoek en de begeleiding van studenten en docenten. Het lectoraat draagt ertoe bij dat de Stenden hogeschool hooggekwalificeerde beroepsbeoefenaren in de zorgverlening aflevert. Wat kan het lectoraat voor jou als student betekenen? In het SPH en CT lesprogramma 2010-2011 zijn modules opgenomen gericht op het vergroten van je onderzoeksvaardigheden. Naast dit reguliere programma heb je in het schooljaar 2010-2011 de mogelijkheid om als student mee te werken aan interessante onderzoeksprojecten in het werkveld. Als je op zoek bent naar een uitdagende (afstudeer)opdracht en gemotiveerd bent om naast je hulpverleningsvaardigheden ook je onderzoeksvaardigheden te ontwikkelen, is het zeker aan te raden om contact op te nemen met de lector of de leden van de kennisinnovatie kring, zij hebben namelijk op meerdere gebieden expertise in huis. Daarnaast vormt het lectoraat ook een schakel naar het werkveld. De meeste kenniskringleden zijn één of meerdere dagen per week verbonden aan een hulpverleningsorganisatie. Onderzoeksdomeinen van het schooljaar 2010-2011: - De ontwikkeling van praktische N=1 analyse technieken - Systeemgericht werken, voorbeelden van aandachtsgebieden: De invloed van het netwerk bij voorkoming schooluitval De invloed van het netwerk bij de hulp aan jonge ouders
10 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 1
-
De invloed van het netwerk op gezondheidsleefstijlen Sociale netwerk benaderingen in de Forensische Psychiatrie Loyaliteit van kinderen naar hun ouders Herhaling van geweldspatronen door generaties Ouderenhulpverlening Verstandelijke beperkingen Internationalisering binnen CT ICT in de buurten
Indien jouw onderzoeksresultaten geschikt zijn voor publicatie kan het lectoraat jou ook helpen bij het leren schrijven van een (wetenschappelijk) artikel voor een SPH gerelateerd tijdschrift. Dit is zeer leerzaam als je bijvoorbeeld het voornemen hebt om als SPH‟er of CT er op termijn een beleidsfunctie te bekleden of als je van plan bent om verder te studeren.
Lectoraat Leadership and Changemanagement Het Lectoraat Leadership & Change Management richt zich op de rol van functie van leiderschap bij veranderingen in organisaties. Het Lectoraat is in 2008 ingesteld als een Stenden breed Lectoraat. De kenniskring (research group) bestaat dan ook uit een brede vertegenwoordiging binnen Stenden. Alle leden van de kenniskring volgen een individueel promotie traject. Zij doceren, doen onderzoek, verzorgen lezingen op nationale en internationale congressen en publiceren. Naast de vijf vaste leden van de kenniskring worden een aantal Masters studenten en Phd studenten, allen docenten aan Stenden door leden van de kenniskring begeleid bij het doen van onderzoek. Hiermee ondersteunt het Lectoraat de academisering van Stenden. Leiderschap is een breed thema dat op verschillende manieren kan worden bestudeerd en beschreven. De onderzoeks- en leeropdracht van dit Lectoraat richt zich vooral op „waarden gedreven leiderschap‟. Hierbij staat niet de economische of productieve organisatie, maar de mens als medewerker en leidinggevende in de organisatie centraal. Naast de brede belangstelling voor allerlei soorten organisaties, zoals onderwijs, zorg en de hotelwereld van de leden van de kenniskring, richt het lectoraat een belangrijk deel van haar aandacht op de opleiding SPH/CT. De lector, Gabriël Anthonio is part time verbonden aan Stenden. Hij studeerde o.a. agogisch- en maatschappelijk werk en pedagogiek en heeft een functie bestuurder in de jeugdzorg. Hierdoor liggen er natuurlijke verbanden tussen het Lectoraat en de opleiding SPH/CT. De lector verzorgt een aantal gastcolleges en is betrokken bij de minor jeugdzorg.
Lectoraat Mens en Organisatie Dit lectoraat Mens en Organisatie richt zich op mens en organisatieontwikkeling met daarbij speciaal aandacht voor leiderschap- en gemeenschapsontwikkeling. Het gaat daarbij om vraagstukken van leiderschap en zingeving, het zoeken en onderzoeken van veranderprocessen, van mens en organisatieontwikkeling. De community speelt daarin een grote rol evenals de innerlijke zieletaal die daarbij gesproken wordt in organisatiecontexten. Het lectoraat werkt met de methodologie van de evidentie. Deze staat in relatie tot constructivisme, ontwikkelingstheorien, appreciative inquiry en 4th generation evaluation. Het lectoraat is breed opgesteld en beoogt alle opleidingen te voeden methodologische gezichtspunten omtrent persoonlijke leiderschapsontwikkeling.
STENDEN hogeschool
met
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 11
Hoofdstuk 1
Daartoe organiseert het lectoraat masterclasses en een minor. In het kader van de minor en stages kun je als student deelnemen aan onderzoeken in het kader van dit lectoraat. De kenniskring Mens en Organisatie doet onderzoek in eigen praktijk naar het vraagstuk van leiderschap, gemeenschap en zingeving. Daarover publiceert de lector regelmatig artikelen en boeken. Dit lectoraat draagt bij aan de vernieuwing van de methodologie voor onderzoek in het sociale.
1.1.1
Visie op onderwijs binnen de Stenden hogeschool Binnen de Stenden hogeschool staat de student centraal. Van de student wordt verwacht dat hij in hoge mate zelf verantwoordelijkheid draagt voor zijn leerproces. Hij geeft in het licht van zijn beroepsperspectief op zelfstandige wijze vorm aan zijn studie. De student wordt daarom aangesproken als “aspirant professional”. Het is de verantwoordelijkheid van de opleiding de condities te realiseren, waarbinnen de student de gewenste beroeps- en studievaardigheden kan ontwikkelen, zoals: reflecteren, leervragen formuleren, probleemoplossend handelen, informatie verwerven en verwerken, plannen, evalueren, samenwerken, communiceren en effectief studeren. Het is de bedoeling dat de student vooral betekenis- en toepassingsgericht kennis en inzicht verwerft. Van de docent wordt verwacht dat hij de student op effectieve wijze stuurt en ondersteunt in zijn ontwikkelingsproces naar beroepsbeoefenaar. Dat betekent dat de docent meer een begeleider van leerprocessen is, dan iemand die kennis overdraagt. De opleiding SPH heeft het onderwijsprogramma opgebouwd vanuit de landelijk vastgestelde beroeps- en opleidingsprofielen. In hoofdstuk 2 wordt hier inhoudelijk op in gegaan. De Stenden hogeschool werkt volgens studentgecentreerd onderwijs met Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) als grondvorm. Het studieprogramma wordt zo beschreven dat het duidelijk is welke competenties de student moet bereiken en welke studiebelasting daarmee gepaard gaat. Zoveel mogelijk worden theorie en praktijk gekoppeld. Verdere vormgeving van leerbedrijven, dienstencentra, duale routes en andere praktijkcomponenten is daarvoor belangrijk. Deze visie op onderwijs is vastgelegd in het Onderwijs Concept.
1.1.2
Voltijdopleiding en Deeltijdopleiding SPH De in deze studiegids opgenomen informatie en regelgeving is van kracht voor studenten die de SPH deeltijdvariant volgen. De opleiding SPH wordt zowel in een voltijd als een deeltijdvariant aangeboden. In beide gevallen doorloopt u een vierjarig traject. Voor de opleiding SPH is het mogelijk om in bepaalde gevallen vrijstelling te verkrijgen. Daartoe wordt het systeem van Eerder Verworven Competenties (EVC, zie index) gehanteerd. Wanneer u studievertraging oploopt, is het programma zo geconstrueerd dat die vertraging tot een minimum beperkt kan blijven door o.a. verschillende instapmomenten van de onderscheiden programmaonderdelen en een geringe volgtijdelijkheid in het curriculum. In het kader van de Bachelor-Master structuur, zult u, indien u de opleiding met goed gevolg hebt afgerond, een bachelor diploma krijgen. De titel voor SPH is "Bachelor of Social Work". Na een bacheloropleiding kunt u doorstromen in de master-opleiding. De deeltijdopleiding SPH is een afgeleide van de voltijdopleiding, waarbij de eigen praktijk ervaring nog meer verwerkt is in het curriculum. Afstand onderwijs, praktijkleren, (zelf)management zijn nader uitgewerkte accenten in de deeltijd opleiding.
12 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 1
De onderwijsvorm van deeltijd is gebaseerd op het zogenaamde concurrency onderwijs. Dit is een onderwijsvorm waarbij het leren op de eigen werkplek (binnen de eigen baan) een grote rol speelt. De student verwerft bepaalde competenties door het (regelmatig) verrichten van bepaalde taken en de reflectie op deze taakverrichting. Concurrency onderwijs is gericht op het bewust maken van de leerervaring op de werkplek. Naast het bovenstaande concurrency model voor het deeltijdonderwijs SPH, staat hogeschoolbreed de constructivistische visie, het door de student actief construeren van kennis in een inspirerende leeromgeving centraal.
1.1.3
Onderwijsinhoud Het curriculum gaat uit van een geactualiseerd beroepsprofiel, waarvan het opleidingsprofiel is afgeleid. De opleidingsprofielen zijn geformuleerd in termen van competenties. Het begrip “beroepscompetentie” wordt als volgt gedefinieerd: “het gestructureerd en geïntegreerd vermogen tot het adequaat verrichten van arbeidshandelingen en het oplossen van arbeidsproblemen.”. Op basis van landelijk onderzoek binnen het Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs zijn er voor de opleiding SPH basiscompetenties vastgesteld waar gedurende de studietijd aan gewerkt wordt. Deze competenties zijn: Anticiperen, Communiceren, Samenwerken, Methodisch handelen, Innoveren, Conceptueel en Normatief handelen, Leiding geven, Zelfhantering. Deze competenties worden naar de beroepscontext vertaald aangeleverd. Voor de opleiding SPH geldt dat de opleiding contact heeft met andere SPH opleidingen in het land omtrent de invulling van het curriculum. Via het HSAO (h)erkend product heeft de opleiding zich gecommitteerd aan de voorwaarde dat 85% van het eigen SPH, dezelfde opleidingscompetenties zullen bevatten als de andere opleidingen in het land. 15% van het curriculum mag naar eigen wens ingevuld worden en is bedoeld voor het onderscheiden van andere opleidingen. SPH heeft haar visie op hulpverlening verwoord in het onderwijsbeleidsdocument.
1.1.4
Onderwijsvormgeving In de Stenden hogeschool wordt gewerkt met negenweekse modulen (inclusief de studieweek, zijn dit 10 weken). Bij de inrichting van het onderwijs gelden de uitgangspunten: Modulaire structuur; studenten kunnen zich op een bepaald onderwerp concentreren en worden regelmatig getentamineerd Thematisch interdisciplinaire aanpak; de inhoud van onderwijs sluit aan bij de situatie in het werkveld Studentgecentreerd onderwijs met PGO of aan PGO verwante vormen als grondvorm; gericht op het “leren” van studenten Integratie van theorie en praktijk; de nadruk van het beroep ligt op praktische en bruikbare kennis. De deeltijdopleiding werkt volgens concurrency methode waarbij de beroepspraktijk geldt als onderdeel van de leeromgeving van de student. Internationale oriëntatie als voorbereiding op een multiculturele samenleving en een Verenigd Europa Studeerbaar programma; zodat studenten geen onnodige belemmeringen ondervinden bij het volgen van het onderwijsprogramma.
1.1.5
Praktijk Beroepsgerichtheid is een onderwijskenmerk dat belangrijk wordt gevonden door HBO instellingen. De opleiding SPH-deeltijd geeft daar op eigen wijze vorm aan. Het Probleem Gestuurd Onderwijs is een onderwijswerkvorm die past binnen de constructivistische visie op onderwijs. Dat is niet de enige onderwijswerkvorm
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 13
Hoofdstuk 1
diepast binnen de constructivistische uitgangspunten. Werkvormen waarin de actief lerende student centraal staat zijn: work based learning en projectonderwijs. In de loop van uw opleiding zullen er steeds meer vaardigheden van u gevraagd worden, totdat u aan het einde van de opleiding de competenties hebt van een beginnend beroepsbeoefenaar. In de opleiding, worden ook andere praktijkleervormen op hun waarde getoetst voor de opleiding, zoals case study, action learning, ervaringsleren en leerbedrijven. Een andere vorm van werken met en in de praktijk is de afstudeerscriptie in het vierde leerjaar.
1.1.6
Competentiebegeleiding (CB) (zie ook hoofdstuk 2) De opleiding SPH is in 2005/2006 gestart met het systeem Competentiebegeleiding, toen nog leerprocesbegeleiding genaamd. Dit systeem gaat er van uit dat de student, de eerst verantwoordelijke is voor eigen studie en loopbaan, maar dat hij/zij daarin ondersteunend wordt door een leerprocesbegeleider. De competentiebegeleider kent de volgende doelen: De student ondersteunen bij persoonlijke ontwikkeling; De student stimuleren om de voortgang van het eigen leerproces af te zetten tegen de ontwikkelingslijnen en eindtermen; De student stimuleren om zich een steeds duidelijker beeld van de toekomstige functie en de (leer)route hiertoe te vormen; Eerstelijns opvang bij persoonlijke problemen en/of verwijzing naar decanaat (zie hoofdstuk 3) voorkomen ongewenste uitval. Er wordt onder meer gewerkt aan persoonlijke ontwikkelplannen en er vinden gesprekken plaats tussen studenten en competentiebegeleider op basis van door de student verzameld materiaal, waarin de voor de student essentiële ervaringen verwerkt zijn. Dit materiaal, ook wel portfolio genoemd, wordt gebruikt om de ontwikkeling van de student tijdens de studie in kaart te brengen.
1.2
Organisatiestructuur en onderwijsorganisatie De opleiding SPH wordt geleid door de Dean. Samen met twee teamleiders is zij verantwoordelijk voor de beleidsmatige ontwikkeling binnen de opleiding en voor de bedrijfsvoering. De Dean is eindverantwoordelijk, de teamleiders hebben gedelegeerde bevoegdheden. In het management wordt gedacht vanuit synergie. Het management krijgt ondersteuning van een gecentraliseerde staf. Overlegvormen Overleg Deelnemers Management Team (MT) Dean en teamleiders Teamleideroverleg Teamleiders Teamvergadering SPH Teamleden SPH en teamleider Teamvergadering SPH Teamleider en teamleden SPH deeltijd deeltijd Expertiseteam vt Specialisten Head of School Academic dean a.i. Teamleiders Team SPH deeltijd Team SPH voltijd
1.2.1
Mw. A. Schokker Dhr. R. Kuipers Mw. I. Smit Dhr. C. van Heerewaarden
Deelmedezeggenschap De opleiding heeft een deelraad. In de deelraad hebben zowel medewerkers als studenten zitting. De Dean is ervoor verantwoordelijk dat de leden van de medezeggenschapsraad tijdig worden geïnformeerd over het beleid binnen de
14 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 1
opleiding. In het reglement van de deelraad (DMR) is vastgesteld over welke zaken de deelraad instemmingsrecht heeft en over welke zaken adviesrecht (zie Studentenstatuut deel I).
1.2.2
Opleidingscommissie Deze commissie heeft tot taak advies uit te brengen over de onderwijs- en examenregeling, het beoordelen van de wijze van uitvoeren van deze regeling en het desgevraagd of uit eigen beweging advies uitbrengen aan de dean over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de opleidingen SPH. De samenstelling van de Opleidingscommissie bestaat uit studenten en docenten. Opleidingscommissie SPH Docentleden: de heer J. v.d. Zwaag, mevr. B.Huitema. Naast de docentleden zitten er studenten in de opleidingscommissie.
1.2.3
Teamvergaderingen De teamvergadering heeft een platformfunctie. Naast actuele onderwijszaken worden eveneens veranderingen op het gebied van onderwijsinhoud en organisatie voorgelegd ter advisering. Daarnaast kent de opleiding onderwijsdebatten en kenniskring bijeenkomsten.
1.2.4
Studentenraad (Stura) De studentenraad behartigt de belangen van studenten. Deze belangen kunnen zowel de onderwijsinhoud, de onderwijsorganisatie als de randvoorwaarden betreffen. De Hogeschoolraad, de DMR en de Opleidingscommissie zijn wettelijk voorgeschreven in de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek; het instellen van een Studentenraad (een Stura) is een serviceverlening aan de studenten door de opleidingen zelf (zie voor nadere informatie hieromtrent ook het Studentenstatuut deel 1). De Stura heeft een eigen postbakje. De Stura heeft een eigen statuut. De Stura organiseert ook de SSW, klachtenspreekuur en feesten.
1.2.5
Examencommissie De Examencommissie van de School Social Work and Art Therapies is verantwoordelijk voor alle zaken die het opleidngsexamenreglement betreffen (zie deel 1 studentenstatuut). De Examencommissie stelt de examenresultaten vast, brengt het studieadvies uit (zie ook BSA) en stelt vast welke studenten geslaagd zijn voor respectievelijk het propedeusegetuigschrift en het CT-diploma. In geval van vrijstellingen (zie ook EVC) dient de Examencommissie toestemming te geven voor de vrijstellingen en een eventuele aangepaste studieroute. De examencommissie ziet toe op de kwaliteit van de toetsing en het niveau. Op ELO, onder „Examencommissie‟ staan de vergaderdata en belangrijke mededelingen van de Examencommissie. Ook staat hier de informatie voor correspondentie met de examencommissie. De Examencommissie is bereikbaar onder:
[email protected] Per 1 juli 2011 kennen we een Examencommissie voor de opleidingen Sociaal Pedagogische Hulpverlening (voltijd en deeltijd) en Creatieve Therapie (voltijd en verkort) gezamenlijk. Deze gezamenlijke commissie voert de werkzaamheden uit zoals vastgelegd in het Studentenstatuut deel 1 en deel 2 van de School Social Work and Arts Therapies. De Examencommissie is als volgt samengesteld: Voorzitter, onafhankelijke rol Rommy Schaap Deskundige opleiding SPH Pieter van Bentum Deskundige opleiding CT Ton Turkenburg Lid met juridische expertise Saskia Polak
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 15
Hoofdstuk 1
Secretaris/ambtelijke ondersteuning Adviseurs
1.2.6
Toetscommissie
vacature Pieter Looze Hannie van der Gijp
De toetscommissie is in opdracht van de examencommissie verantwoordelijk voor de samenstelling, uitvoering en controle van alle toetsen binnen de opleiding SPH. Klachten over toetsen worden door de examencommissie voorgelegd aan de toetscommissie voor advies. Ook stelt deze commissie het toetsrooster samen. Per module staan twee toetsmomenten (data) vermeld. Bij deelname aan één of meer van deze toetsen is het raadzaam goede nota te nemen van het moduultentamenreglement van het instituut (zie 2D in dit Studentenstatuut deel 1). Voor alle toetsen geldt dat u zich minimaal twee weken van tevoren via Progress moet aanmelden. De toetsen in het eerste leerjaar worden weliswaar drie keer aangeboden, maar u mag er maar twee van benutten. Voor de toetsen in jaar twee, drie en vier geldt dat er twee kansen zijn waar gebruik van kan worden gemaakt. Voor verzoeken, uitzonderingen, etc. dient u zich schriftelijk te wenden tot de Examencommissie van SPH (zie 2A.15 in dit Studentenstatuut deel 1).Zie voor de voorwaarden het onderwerp “examencommissie”. Legitimatie Iedere student dient zich op verzoek te allen tijde door middel van de collegekaart te legitimeren. In beginsel is deelname aan een toets uitgesloten, indien de student de voor het betreffende studiejaar geldige collegekaart niet bij zich heeft. In uitzonderingsgevallen kan deelname aan de toets echter worden toegestaan, wanneer een student zich én op andere wijze kan legitimeren én zich binnen vijf werkdagen persoonlijk komt legitimeren met zowel het vervangende legitimatiebewijs als de geldige collegekaart bij een lid van de examencommissie SPH dan wel een door de examencommissie aan te wijzen persoon. Eerst wanneer deze laatste handeling verricht is, heeft de student recht op uitslag van de toets (zie MTR 16.a). (Zie ook hfdst. 3)
1.2.7
De curriculumcommissie De curriculumcommissie SPH werkt in opdracht van het managementteam (MT). De taken van de curriculumcommissie zijn: het bijsturen, bewaken en (laten) bewerken van de moduleblauwdrukken en moduleboeken, erop gericht dat het curriculum voldoet aan de accreditatie-eisen. Zij doet dit gevraagd en ongevraagd. Uitsluitend na schriftelijke instemming van deze commissie kan een moduleboek aangeboden worden aan studenten.
1.2.8
Adviesraad De opleiding hecht grote waarde aan actualisering van het opleidingsprofiel. De Adviesraad speelt daarbij o.a. een rol. De Adviesraad is een orgaan dat samengesteld is uit vertegenwoordigers van verschillende, voor de opleiding SPH en CT relevante, werkvelden en maatschappelijke organisaties. Een belangrijke doelstelling van de Adviesraad is de wisselwerking tussen opleiding en werkveld te intensiveren en het management gevraagd en ongevraagd te adviseren voor wat betreft beleid, organisatie en uitvoering van het onderwijs. Periodiek wordt overleg met de Adviesrad gevoerd omtrent zaken als onderwijsvernieuwing, aansluiting van de opleiding op het werkveld, beroepsgerichtheid van de opleiding, etc.
1.3
Kwaliteitszorg De kwaliteitszorg binnen richt zich o.a. op het evalueren van het primaire proces; het onderwijs. Dit met het doel om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen en te verbeteren. Evalueren moet hierbij gezien worden als een onderdeel van het
16 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 1
totale proces van kwaliteitszorg, waaronder ook aspecten als personeel en organisatie vallen. Tijdens het evalueren worden gegevens over het onderwijs verzameld, verwerkt en gerapporteerd. Aanvullende informatie wordt verkregen door panelgesprekken, waarin studenten op diverse onderdelen mondeling hun mening kunnen toelichten en suggesties ter verbetering kunnen aandragen. De uitkomsten van de verschillende evaluatieonderdelen worden meegenomen in revisies van het onderwijsprogramma en de ontwikkelingen rondom de onderwijsvernieuwing. Studenten worden gestimuleerd betrokken te zijn bij dit proces van kwaliteitsbewaking en -verbetering van hun opleiding. Bij de evaluatie van het primaire proces wordt rekening gehouden met opleidingsspecifieke kenmerken. Op hogeschoolbreed niveau heeft het Instituut deelgenomen aan een interne positiebepaling volgens het EFQM-model (European Foundation for Quality Management). Doel van het EFQM-traject is met vertegenwoordigers uit diverse geledingen van een opleiding vast te stellen in welke fase de het instituut zich bevindt op weg naar totale zorg voor kwaliteit. Hierbij wordt gekeken naar negen aandachtsgebieden voor een onderwijsorganisatie, waaronder beleid en strategie, waardering door personeel, waardering door klanten (studenten) en eindresultaten. De rapportage van deze positiebepaling geeft verbeterpunten aan die de opleiding verwerkt in haar plannen voor verbetering.
1.4
Internationalisering Uitgangspunten De opleiding SPH is internationaal georiënteerd. Redenen daarvoor zijn: de multiculturele context van onze samenleving, een toenemende internationale arbeidsmarkt (binnen Europa), toenemende migratie en toenemende internationale communicatiemogelijkheden via bijvoorbeeld internet, waarvoor een Engelstalig begrippenkader van het vakgebied een eerste vereiste is. De opleiding sluit daarmee aan bij het Stenden hogeschool brede streven naar internationalisering zoals dat o.a. in het onderwijsconcept van de Hogeschool wordt verwoord en in het ondernemingsplan van de Hogeschool. Een aantal voorbeelden: Vanaf 2003/2004 maken (kleine) groepen SPH-studenten gebruik van de campus in Zuid-Afrika, Port Alfred, voor hun stages en vanaf 2006 middels de minor Humanitarian Hospitality. De opleiding kent een toenemende instroom van Duitstalige studenten. Ter ondersteuning van het Nederlandstalig lesprogramma wordt er door de Stenden hogeschool direct bij binnenkomst een cursus Nederlands aangeboden. (NT2) De opleiding sluit samenwerkingscontracten in het kader van student- en docentuitwisseling met opleidingen in Finland, Zweden en Duitsland. De opleiding heeft (stage)contacten in het buitenland, zowel binnen de EG als daarbuiten Bezoek van groepen Duitse studenten aan onze opleiding Mede door het openstellen van de grenzen binnen Europa en de afstemming tussen de opleidingen, is één systeem van studiepunten, het ECTS (European Credit Transfer System) ingevoerd. Daarbij staat 1 E.C. voor 28 studie-uren. In 2007 is er een samenwerkingscontract afgesloten met een Duitse opleiding in Velbert voor bachelor doorstroming naar Stenden hogeschool. Internationalisering en interculturalisatie is in elk moduul een onderdeel van de lesstof. Studenten worden gestimuleerd gebruik te maken van (onderdelen) van de Grandtour van de hogeschool. Geregeld gaan docenten naar het buitenland om internationale samenwerking te verbreden en te verdiepen met name in Zuid-Afrika en Duitsland.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 17
Hoofdstuk 1
De opleiding SPH vindt het van belang dat haar studenten de Engelse taal beheersen in woord en geschrift. Zo nodig kunnen studenten zelf hun vaardigheden verbeteren door gebruik te maken van het Language Centre van Stenden.
1.5
Contractactiviteiten Het Instituut Service Management (ISM) verzorgt samen met de SPH de dienstverlening aan het beroepenveld. Bij de opzet van het Instituut Service Management staat een wisselwerking tussen onderwijs en werkveld voorop. Deze keus is gebaseerd op de overtuiging dat er binnen het hoger beroepsonderwijs sprake moet zijn van een koppeling tussen theorie en praktijk. Het uitvoeren van contractactiviteiten door docenten en de begeleiding van studenten bij het uitvoeren van deze activiteiten ten behoeve van het werkveld worden gezien als normale onderwijsactiviteiten. Voor de SPH gaat het wat betreft de instellingen die gebruik maken van de diensten van het Instituut Service Management, bijv. om zorg- en hulpverleningsinstellingen, gemeentes, politie, cliëntenbelangen en GGZ. Via deze projecten wordt vorm gegeven aan de wisselwerking tussen opleiding en werkveld, terwijl het voor u als student een mogelijkheid biedt om ervaring op te doen in het deelnemen aan een vorm van toegepast onderzoek. Naast deze vorm van onderzoek is er nog de mogelijkheid om via de afstudeerscriptie onderzoek te verrichten naar specifieke vragen uit het werkveld.
1.6
Dienstverlening In Progress kunt u de resultaten lezen die u behaald hebt in het afgelopen jaar (zie hoofdstuk 3). Via het netwerk kunt u zich inloggen op Progress en daarmee regelmatig uw studieresultaten controleren. Er zijn afspraken gemaakt binnen de opleiding: a. in de regel worden de studieresultaten van een moduul bekend gemaakt, uiterlijk drie weken na afloop van het moduul; b. docenten van de opleiding SPH-deeltijd voeren de uitslagen in in Progress. SPHdeeltijd c. staan er onjuistheden in de uitslaglijsten dan moet u als student als eerste naar de betreffende vakdocent. Zijn er verdere problemen of onduidelijkheden, dan neemt u contact op met de moduulcoördinator. d. Progress maakt iedere week een update voor de studenten zodat iedereen zo actueel mogelijk op de hoogte is van de stand van zaken. NB: De studieresultaten kunt u via het netwerk lezen. Controleer als student regelmatig de studieresultaten.
1.7
Het secretariaat SPH Het secretariaat heeft taken op het gebied van financiën en ondersteuning. Het secretariaat is tussen 11.00 en 12.00 uur en tussen 14.00 en 15.00 uur geopend voor vragen van studenten, b.v. voor zaken als aanmelding, uitschrijving, adreswijziging, toetsing, e.d. Secretaresse van de opleiding is Mw. R. Pool.
1.8
Frontdesk (zie hoofdstuk 3) In het grote trappenhuis op de eerste etage is de frontdesk van SPH. De frontdesk heeft als doel de communicatie en informatievoorziening naar medewerkers, studenten en gasten van de Stenden hogeschool te optimaliseren. De frontdesk wordt afwisselend bemenst door studenten die onder leiding van een praktijkbegeleider stage lopen. U kunt bij de frontdesk tussen 08.30 en 17.00 uur terecht voor algemene vragen over het academisch jaar, de faciliteiten van de Stenden hogeschool, vragen
18 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 1
omtrent roosters, roosterwijzigingen, puntenadministratie, herkansing en de aanof afwezigheid van docenten. De inlevertijden voor werkstukken zijn van 13.00 t/m 17.00uur. Ziekt- en betermelding melden bij de frontdesk vóór 08.30 uur op (058)-2441335. (zie hoofdstuk 4)
1.9
Interne communicatie / ELO (zie hoofdstuk 3) Binnen de Stenden hogeschool en SPH worden verschillende middelen gebruikt voor de communicatie tussen docenten en studenten, zoals Bello, het CHnet en de Stenden|Times. ELO wordt gebruikt voor onderwijsgerelateerde zaken per moduul. Op het Intranet, het Chnet, staat nieuws en algemene informatie over Stenden hogeschoolbrede aangelegenheden. Daarbinnen heeft de opleiding SPH een eigen pagina waarop ook informatie te vinden is voor studenten en medewerkers. In de Stenden|Times worden opleidingsoverschrijdende zaken beschreven. Roosters, roosterwijzigingen en groepsindelingen vind u op intranet. De aan- en afwezigheidslijsten van docenten en andere medewerkers staan vermeld op Bello. Het is aan te raden om iedere dag zowel ELO als intranet te raadplegen.
1.10
Ziekmelding (zie ook H.4) Voor veel onderwijsactiviteiten geldt een verplichte aanwezigheid; bent u ziek dan dient u dit te melden bij het Frontdesk. Hiervan wordt een notitie gemaakt. De Frontdesk geeft geen ziekmeldingen door, aan docenten, tutoren, supervisoren, coördinatoren, e.d., maar zij kunnen de notities van ziekmelding inzien bij het Frontdesk. Als u weer beter bent, geeft u dat ook aan de Frontdesk door. Ziekmelden voor 08.30 uur. (Zie ook hfdst. 3)
1.11
Studenten afkomstig uit het buitenland (w.o. Duitse studenten) De laatste jaren kent de opleiding SPH een toename van instroom van buitenlandse studenten (anderstalig) met name afkomstig uit Duitsland. De opleiding SPH heeft specifieke aanpassingen ontwikkeld ter voorkoming van ongewenste schooluitval. In maart 2008 is hiervoor een projectplan vastgesteld door het managementteam SPH, in overleg met het projectteam “buitenlandse studenten”. Aanpassingen zijn: Taalondersteuning door een student gericht op: controle taal hij inleveren werkstukken/spreekvaardigheid. Speciale bijeenkomsten voor buitenlandse studenten met de coördinator 1e jaar. Eigen aanspreekpunt voor buitenlandse studenten in de opleiding SPH.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 19
Hoofdstuk 1
20 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
2
Onderwijs- en examenregeling van Pedagogische Hulpverlening Leeuwarden
de
opleiding
2A
Onderwijsbeleid (Basis; onderwijsbeleidsdocument SPH)
2A.1
Omschrijving van het beroep waartoe opgeleid wordt
Sociaal
De opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening is een vierjarige HBO-opleiding en leidt op voor beroepen in het brede veld van de psychosociale hulpverlening op uitvoerend, coördinerend en beleidsniveau. In de opleiding leert de student werken met de verschillende doelgroepen in de hulpverlening. Het kan gaan om: Kinderen en jongeren met een beperking, jeugdigen die met justitie in aanraking zijn gekomen of een ontwikkelingsprobleem hebben; Volwassenen die problemen hebben bij het opvoeden van hun kinderen, in psychische of sociale nood verkeren, gehandicapt zijn of in aanraking met justitie zijn gekomen; Ouderen met lichamelijke en psycho-sociale klachten of met de wens zo lang mogelijk thuis te blijven wonen (ambulant werk wordt steeds belangrijker).
SPH heeft landelijke afspraken met zeven werkvelden welke zijn vastgelegd in de Creatieve Professional. De zeven werkvelden zijn: Gehandicaptenzorg, ouderenzorg, maatschappelijke opvang, psychiatrie, justitie en asielzoekerscentra. De student doet ervaring op met de verschillende vormen van hulpverlening, namelijk (semi-residentieel en ambulant). Aan de hand van thema‟s die ontleend zijn aan de praktijk wordt de student opgeleid tot professioneel hulpverlener. Dat wil zeggen dat hij/zij kennis van zaken heeft, beschikt over de juiste competenties en een adequate beroepshouding heeft. In het eerste jaar gaat het om oriëntatie op het beroep van Sociaal Pedagogische Hulpverlener. In het tweede jaar ligt de focus op methodisch werken: de uitvoering staat centraal. Het derde jaar is gericht op beleid. De Sociaal Pedagogisch Hulpverlener is de intermediair tussen het beleid en de uitvoering: de operationele hulp- en zorgverlening. In het vierde jaar staat leiderschap centraal en de afstudeerscriptie. De Stenden hogeschool kent één onderwijsmodel voor de gehele hogeschool, namelijk thematisch geïntegreerd onderwijs met probleemgestuurd onderwijs als grondvorm. Daarnaast zijn er verwante onderwijsvormen gekozen voor de tweede fase van de opleiding die recht doen aan het zelfstandiger studeren van de student. Van de student wordt verwacht dat hij in hoge mate verantwoordelijkheid draagt voor het eigen leerproces.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 21
Hoofdstuk 4
2A.2
Verantwoording van het onderwijs De Stenden hogeschool wil zich de komende jaren ontwikkelen tot een „New University‟, een internationaal erkende onderwijsinstelling voor hoger onderwijs met een oriëntatie op de beroepspraktijk (New University. Journey to the future, Stendenhogeschool, 2009). Op de hogeschool is aandacht voor de persoonlijke inspiratiebronnen en oog voor de menselijke maat en behoeften. Vanuit deze missie en visie kiest de hogeschool, naast het zorgen voor kwaliteit van de onderwijs- en kennisdiensten, voor het verdiepen en versterken van het profiel van de Stenden hogeschool aan de hand van de aspecten de volledige mens, meesterschap, waarden, ondernemend en intercultureel. Deze aspecten vormen in hun samenhang het profiel van de hogeschool (Wereldwijs Onderwijs, Leven leren leiden, Stenden Onderwijsvisie, 2009). Wij vinden het essentieel dat de hulpverlener de problematiek van de cliënt integraal benadert. Dat hangt samen met onze mensvisie. De mens is een eenheid van soma en psyche, die in voortdurende in wisselwerking staat met de omgeving (gezins- en maatschappelijke factoren) en waaraan een levensverhaal is voorafgegaan (cultureelhistorische perspectief). Ook de levensbeschouwelijke aspecten vormen een belangrijke component. Een centraal uitgangspunt bij de behandeling is het stimuleren en respecteren van de eigen verantwoordelijkheid van de cliënt. Wij leiden hulpverleners op die een cliënt kunnen zien als een mens met eigen mogelijkheden en doelen. We vragen respect voor de eigenheid van de cliënt en inzicht in zijn beperkingen. Beroepsprofiel De gezamenlijke opleidingen SPH hebben in samenspraak met het werkveld het beroepsprofiel van een sociaal pedagogische hulpverlener geformuleerd. (De creatieve Professional – met afstand het meest nabij, 2009) Het betreft het opleidingsprofiel en de opleidingskwalificaties Sociaal Pedagogische Hulpverlening. Deze omschrijving van het beroependomein vormt de basis van de opleidingsinhouden. Het is de missie van de sociaal pedagogisch hulpverlener om cliënten volwaardig en menswaardig te laten functioneren in hun primaire leefsituatie en sociale omgeving, juist met en voor mensen die niet in staat zijn om hieraan zelfstandig en autonoom vorm te geven. Om dit te bereiken is hij nabij en aanwezig in de primaire leefsituatie en in de sociale omgeving van de cliënt(en), benut hij professioneel en op creatieve wijze hart, hoofd en handen. Hij streeft duidelijke, vastgelegde doelen na, is altijd uit op menselijke waardigheid, waarbij verantwoordelijkheid en zelfregulatie fundamenteel zijn ( De creatieve professional, 2009, pag. 19). De SPH‟er werkt doorgaans in teamverband en neemt de hulpvraag van de cliënt en diens specifieke situatie als uitgangspunt. In het beroepsprofiel van een SPH‟er worden drie niveaus van handelen onderscheiden: Segment 1 : hulpverlening aan en ten behoeve van cliënten Segment 2 : het werken binnen en vanuit een hulpverleningsorganisatie Segment 3 : het werken aan professionalisering Deze drie niveaus van handelen zijn met elkaar verbonden. De vormgeving van de hulpverlening in segment 1 wordt sterk bepaald en/of ingekaderd door beslissingen uit segment 2 en 3. In de opleiding SPH wordt de student opgeleid om op de drie bovengenoemde niveaus adequaat te kunnen functioneren. Competenties en opleidingskwalificaties Binnen het onderwijs is sprake van ontwikkelingen die samenhangen met trends in de samenleving. Ontwikkelingen als Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) en internationalisering dragen daaraan bij. In het onderwijs wordt op deze ontwikkelingen gereageerd door het ontwikkelen van „levenslang leren‟, „leren leren‟ en verwante begrippen te benadrukken. In samenhang met deze ontwikkelingen zien we dat de meeste beroependomeinen aan sterke verandering onderhevig zijn. We zien ook dat
22 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
functies sneller komen en verdwijnen. Beroepen verbreden zich, zodat beroepsbeoefenaren beter zijn toegerust om te kunnen functioneren in verschillende beroepscontexten en op een arbeidsmarkt waarin de eisen meer divers worden en aan verandering onderhevig zijn. Dit leidt tot de behoefte aan een brede bekwaamheid die functioneel is in een beroepscontext die aan grote verandering onderhevig is. Competenties SPH heeft van daaruit gekozen voor het formuleren van opleidingskwalificaties in de termen van competenties: het gestructureerd en geïntegreerd vermogen tot het adequaat verrichten van arbeidshandelingen en het oplossen van arbeidsproblemen. Competenties betreffen de persoon van de beroepsbeoefenaar* en benadrukken per definitie de persoonlijke wijze waarop deze aan de kwalificaties voldoet. In het onderwijs staat dan ook het leren omgaan met kernproblemen van het beroep en het leren oplossen van beroepsproblemen in praktijksituaties centraal. De kerntaak van de SPH-er is hulp bieden aan personen die structurele problemen ondervinden in hun ontwikkeling en functioneren in de woon- en/of leefomgeving. Het gemeenschappelijke kenmerk van alle cliëntsystemen is dat ze zodanig in hun ontwikkeling of bestaan worden bedreigd dan wel voor anderen een bedreiging vormen, dat hulp en zorg geboden moet worden. * Wij verwijzen naar “De creatieve professional: met afstand het meest nabij” (2009) welke op de boekenlijst staat vermeld.
2A.3
Opvattingen over leren en onderwijzen Studentgecentreerd onderwijs De opleiding gaat er bij het onderwijs vanuit, dat het leerproces van de student centraal staat. De onderwijzende docent functioneert daarbij als begeleider van dit leerproces. De student wordt daarbij intensief begeleid bij het verwerven van kennis, inzichten en vaardigheden die vereist zijn voor de therapeutische toepassingen. Daarnaast is het ontwikkelen van een professionele attitude een belangrijk opleidingsdoel. Veel persoongerichte begeleiding van de student leidt ertoe, dat deze inzicht krijgt in de eigen mogelijkheden én grenzen.
Puntentoekenning ECTS studiepunten Sinds schooljaar 2004/2005 gebruikt de Stenden hogeschool het European Credit (Transfer System) (ECTS). De invoering van EC is een gevolg van de invoering van het bachelor-master stelsel (BaMa). Alle hogescholen en universiteiten in Nederland gebruiken per 1 september 2004 dit systeem. Doel hiervan is een uniform systeem in heel Europa, zodat uitwisseling van studieresultaten tussen internationale hogescholen en universiteiten eenvoudiger wordt. Een studiejaar telt 60 EC studiepunten. Een EC studiepunt is gelijk aan 28 studiebelastingsuren. Een vierjarige bacheloropleiding in het hbo heeft dus een omvang van in totaal 240 EC. De SPH-deeltijdstudent ontvangt voor de beroepspraktijk (minimaal 16 uur per week gedurende het hele jaar) op jaarbasis 24 EC.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 23
Hoofdstuk 4
Studiebegeleiding/competentiebegeleiding Organisatie Vanaf de start van de opleiding krijgt iedere student een opleidingsdocent toegewezen als studiecoach. In het vierde studiejaar is de scriptiebegeleider tevens studiebegeleider/studiecoach. Er vinden bijeenkomsten in groepsverband plaats, gericht op de persoonlijke ontwikkeling van de student(en). Daarnaast vinden individuele gesprekken plaats met de studiecoach. De competentiebegeleiding is een verplicht onderdeel van de opleiding. Aan de start van een studiejaar wordt het programma voor het komende jaar doorgesproken. Het programma en opdrachten staan vermeld op Bello en/of in het moduulboek. De student heeft een werkbegeleider die de student vanuit de werkplek begeleidt. Student, werkbegeleider en studiecoach ondertekenen de Praktijkovereenkomst. In het eerste en tweede leerjaar vindt, verplicht, een gesprek plaats door de studiecoach met de werkbegeleider op de werkplek van de student. Aanwezig zijn de competentiebegeleider, student en werkbegeleider. In het derde en vierde jaar kan dit gesprek ook plaats vinden op de Stenden hogeschool. Indien nodig kan op andere momenten tijden de opleiding een gesprek plaats vinden tussen werkbegeleider, studiecoach en student. Propedeuse De belangrijke hoofdfuncties van de propedeuse zijn: Oriëntatie, selectie en verwijzing. Oriëntatie betekent dat de student de gelegenheid krijgt zich goed te oriënteren op Beroep en werkveld Het geheel van de opleiding (wat moet ik kennen, kunnen en weten) Het eigen studiegedrag en studievaardigheden. Selectie van studenten vindt plaats via zelfselectie (bijv. door het actief bewust worden van de eigen studie en het realistisch inschatten van de eigen capaciteiten) en via de opleiding door daartoe ingerichte toetsingen: niveau op het gebied van cognitieve kwaliteiten. Verwijzen betekent dat de opleiding gericht advies geeft en begeleidt bij verwijzen (al of niet via het bureau studentzaken/ decanaat) naar eventuele andere opleiding(en). De studiecoach speelt hierbij een belangrijke rol in de zin van bespreken van de actuele opleidingssituatie met de student en deze van gerichte adviezen voorzien. Zie verder het onderdeel: studie-/competentiebegeleiding Practica In de opleiding SPH worden practica en trainingen aangeboden, waarin het aanleren van beroepsvaardigheden en een professionele attitude centraal staan. Er wordt in de opleiding veel belang gehecht aan attitudevorming, omdat professioneel hulpverlenen hoge eisen stelt aan de persoon van de hulpverlener. Omdat de hulpverlener zelf een instrument is in de hulpverlening is het noodzakelijk dat de student naar zichzelf leert kijken en zicht heeft op eigen gevoelens en blokkades. Belangrijke eisen die gesteld worden aan de attitude van een student zijn empathie, respect en openheid. Van studenten wordt verwacht dat ze inzicht krijgen in eigen mogelijkheden en onmogelijkheden en daarmee kunnen en durven omgaan. In practica en in supervisiebijeenkomsten worden studenten gestimuleerd om een evenwicht te vinden tussen betrokkenheid en distantie. In het derde leerjaar vindt supervisie plaats. Supervisie is een manier van leren waarbij de student op basis van theoretische kennis en praktijkervaring een vergroting en verdieping van vakkennis en vakkundigheid
24 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
nastreeft. De opleiding supervisievorm.
hanteert
in
het
kader
van
persoonlijke
begeleiding
de
Uitgangspunten voor de inrichting en opbouw van het onderwijs Bij het inrichten van het onderwijs is gekozen voor een thematische modulaire indeling van de leerstof, met daarbij in de eerste studiejaren Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) als grondvorm. Het betreft work based learning. In de modulen staat daarbij de integratie van PGO met de practica, literatuurstudie, moduulopdrachten, e.d. centraal. PGO In de PGO-groep werkt de student aan verschillende soorten taken (probleemtaken, discussietaken, toepassingstaken). Studenten kunnen hun werkervaring inbrengen in het onderwijsaanbod, waarbij men gebruik maakt van elkaars ervaringen. De student wordt geconfronteerd met authentieke taken die de toekomstige beroepscontext weerspiegelen. De student vervult in de groep ook verschillende soorten rollen. Zo functioneert de student als voorzitter, notulist, bordschrijver. Van iedere student wordt een actieve participatie verwacht tijdens de bijeenkomsten. Dit alles is gericht op het perspectief van de toekomstige beroepsuitoefening. Dit betekent dat het onderwijs de student stimuleert eigen oplossingstrategieën te ontwikkelen voor situaties, zoals ze zich in de praktijk kunnen voordoen. Projectonderwijs/of leerbedrijf SPH In het derde jaar van de SPH-opleiding is gekozen voor de onderwijsvorm: projectonderwijs. Vertrekpunt voor het leerproces wordt gevormd door een relatief open probleem, gekoppeld aan de werksituatie van de student, en een omvangrijke studiebelasting van de student vergt. De studenten werken als groep op systematische – projectmatige - wijze aan het probleem. Het project wordt gekenmerkt door een structuur met afspraken over: probleem, groep, begeleiding, voorzieningen en een indeling in fasen. Kennis, inzicht en vaardigheden worden toegepast, waarbij een integratie vanuit verschillende vakgebieden plaatsvindt. Daarnaast worden verbanden gelegd met de beroepspraktijk en de maatschappelijke context van het probleem. De studenten beheren het project door mensen en middelen binnen een bepaald tijdsbestek (een moduulperiode) op elkaar af te stemmen. De docent zorgt, als begeleider van het project, voor terugkoppeling op het leerproces en de geleverde producten. Afstudeerscriptie Het vierde studiejaar vindt, naast het onderwijsaanbod, het afstudeeronderzoek plaats. De eerste drie jaren van de opleiding zijn voorbereidend op zoveel mogelijk facetten welke de student zal tegenkomen tijdens het uitvoeren van dit onderzoek en het schrijven van de scriptie. De rol en verantwoordelijkheid van de docent Vanuit de gedachte dat niet de onderwijzende docent, maar de lerende student centraal staat in het onderwijs, kan de algemene houding van de docent omschreven worden als stimulerend en uitnodigend tot onderzoek en oplossing van problemen. De docent faciliteert door het ontwerpen van onderwijs het leren van de student. De rol en verantwoordelijkheid van de student In de visie op onderwijs waarin de student centraal staat, is de contacttijd tussen docenten en studenten bedoeld om de kern van de leerstof te behandelen om studenten instructies te geven voor zelfstandige studie- en werktaken. Het onderwijs is zodanig ingericht dat 1x per 14 dagen er contacttijd is (lesdag op vrijdag). In de week dat de student niet op de opleiding is, werkt de student middels zelfstudie aan opdrachten (acht uur zelfstudie). Dat betekent dat er een groot beroep op de zelfstandigheid en dus ook op de planningsvaardigheid van de student gedaan wordt.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 25
Hoofdstuk 4
Groepsindeling Ten aanzien van de groepsindeling heeft de opleiding een aantal uitgangspunten geformuleerd. Hier kunt u als student geen rechten aan ontlenen maar als opleiding trachten we zoveel mogelijk de uitgangspunten na te leven. Eventueel ontstane wijzigingen zullen tijdig worden gepubliceerd via intranet. Groepsgrootte Een PGO-groep bestaat uit maximaal 12 studenten; Trainingen en practica worden in de PGO-groep van maximaal 12 studenten aangeboden; Werkcolleges bestaan uit twee PGO-groepen; Hoorcolleges worden zoveel mogelijk voor de gehele jaargroep gegeven.
2A.4
Onderdeel Curriculum Programma SPH-deeltijd De toetsmomenten worden bekend gemaakt in het toetsrooster op Bello en/of intranet. Bij het gereedkomen van de studiegids is er een aantal modules waarbij de ontwikkeling nog gaande is. Er is in dit overzicht een korte inleiding op de module gegeven, daarentegen is het moduleboek richtinggevend voor de inrichting van de module. De moduul wordt vormgegeven door leerlijnen met daaraan gekoppelde studiepunten (EC). Algemene- en vrije studiepunten kunnen onderdeel zijn van een leerlijn en/of moduul. Op ELO kan de nadere uitwerking hiervan worden bekeken onder “examencommissie”.
Wijzigingen voorbehouden: Moduul 1.1Beroepsoriëntatie deeltijd Moduulcoördinato Dhr. T. Willemsen, dhr. H. v.d. Ven r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld voor de verschillende leerlijnen) Instapvoorwaarde Toelating tot de opleiding SPH van jaar 1 Aangeboden in Periode 1 en na periode 4 voor de februariinstroom Moduulinhoud Sociaal Pedagogische Hulpverlening op HBOniveau (= bachelor) niveau. Er wordt ingegaan op competentiegericht leren, SPH kern- en bachelorcompetenties, studieen schrijfvaardigheden, muzisch werken, praktijkgericht onderzoek, muzisch agogisch werken,, taken van de SPH‟er en het werkveld van SPH. Werkvormen Literatuur Toetsvormen
PGO, hoorcolleges, muzisch en agogisch practicum, begeleiding moduulopdracht, competentiebegeleiding Staat in het moduulboek aangegeven Actieve participatie pgo, moduulopdracht(en), schriftelijke opdrachten, opdrachten trainingen,
26 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Toetsmomenten
opdrachten competentiebegeleiding en praktijk Tijdens het moduul; staat nader aangegeven in moduulboek.
Moduul 1.2Levensloop deeltijd Moduulcoördinato Dhr. T. Willemsen en Dhr. H. v.d. Ven r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Geen Aangeboden in Periode 2 en na periode 4 voor de februariinstroom Moduulinhoud De ontwikkeling van de mens staat centraal. Dat houdt in: de sociale psychologie en de ontwikkelingspsychologie. Werkvormen PGO, hoorcolleges, werkcolleges, practicum (agogisch), opdrachten competentiebegeleiding. Literatuur Staat in het moduulboek aangegeven. Toetsvormen Theorietoets, moduulopdrachten, trainingen, actieve participatie PGO, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk. Toetsmomenten Tijdens het moduul; staat nader aangegeven in moduulboek Moduul 1.3De cliënt en zijn hulpvraag deeltijd Moduulcoördinato Dhr. T. Willemsen en r dhr. H. v.d. Ven Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC Instapvoorwaarde Geen Aangeboden in Periode 3 Moduulinhoud Centraal in deze periode: De diagnostiek in de hulpverlening. In gegaan wordt op het diagnostisch proces: de intake, de hulpvraag, gegevensverzameling t.b.v. de beeldvorming van cliënt en cliëntsysteem. Werkvormen PGO, hoorcolleges, werkcolleges, practica (muzisch en agogisch), begeleidingsvormen. Literatuur Staat in het moduulboek aangegeven Toetsvormen Moduulopdrachten, theorietoets, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk, muzisch en agogische practica Toetsmomenten Tijdens het moduul; staat nader aangegeven in moduulboek Moduul 1.4Methodisch werken deeltijd Moduulcoördinato Dhr. T. Willemsen en dhr. H. v.d. Ven r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC Instapvoorwaarde Geen.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 27
Hoofdstuk 4
Aangeboden in
Periode 4
Moduulinhoud
Centraal in deze periode staat het beantwoorden van de hulpvraag middels methodisch werken. Daarbij wordt ingegaan op de systeemtheoretische benadering, cognitiefgedragsmatige benadering en muzischagogische benadering.
Werkvormen
PGO, hoorcolleges, werkcolleges, practica, begeleidingsvormen Staat in het moduulboek aangegeven Moduulopdrachten, theorietoets, opdrachten muzisch-agogisch en agogisch practicum, competentiebegeleiding en praktijk Tijdens het moduul; staat nader aangegeven in moduulboek
Literatuur Toetsvormen Toetsmomenten
Studenten met de vooropleiding SAW niveau 4 starten met een apart MBO-SPW studieprogramma in het 2e jaar, de zgn. hoofdfase. Zij ontvangen op grond van hun vooropleiding 60 EC en stromen in het tweede jaar van de SPH deeltijdopleiding in. (Door de examencommissie geaccordeerd). Zij ontvangen geen propedeuse verklaring. Dit geldt eveneens voor studenten die via een EVC-traject (erkennen van verworven competenties) instromen in het tweede leerjaar. Moduul 2.1Methodisch werken I deeltijd Moduulcoördinato Mw. J. van der Heide, Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld) Instapvoorwaarde Propedeuse SPH, afgeronde MBO-SPW opleiding, niveau 4 of vergelijkbaar niveau Aangeboden in Periode 1 of na periode 4 voor de februariinstroom Moduulinhoud Centraal staat in deze periode: het methodisch handelen gerelateerd aan de plancyclus, de methoden die een Sociaal Pedagogisch Hulpverlener tot zijn beschikking heeft, een studie van het methodisch handelen op de werkplek, trends in de hulpverlening, hulpverleningsgesprekken en planmatig werken met zorgplannen. Werkvormen PGO, hoorcolleges, werkcolleges, practica, begeleidingsvormen Literatuur Staat in het moduulboek aangegeven Toetsvormen Actieve participatie PGO, actieve participatie en opdrachten practica, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk, theorietoets Toetsmomenten
In moduulboek aangegeven
Moduul 2.2Methodisch Werken II deeltijd Moduulcoördinato Mw. J. van der Heide, Mw. L. Scheltinga r
28 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Studiebelasting Studiepunten
420 sbu 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld) Instapvoorwaarde Propedeuse SPH, Afgeronde MBO-SPW opleiding, niveau 4 of vergelijkbaar niveau Aangeboden in Periode 2 of na periode 4 voor de februariinstroom Moduulinhoud Centraal in deze periode staat het volgende: Toepassing van de opgedane kennis in moduul 2.1 (Methodisch Werken I). Aan de hand van casuïstiek wordt het hulpverleningsproces gevolgd. Hoe kan kwaliteit van leven voor de cliënt bevorderd worden? Iedere behandeling is gebaseerd op een theoretisch uitgangspunt: aan de orde komen verschillende theoretische stromingen die menselijk gedrag verklaren. Tevens wordt met de training 7 eigenschappen van effectief leiderschap begonnen. Werkvormen PGO, hoorcolleges, werkcolleges, practica, begeleidingsvormen Literatuur Literatuur opgenomen in het moduulboek. Toetsvormen Toetsmomenten
Actieve participatie PGO, actieve participatie en opdrachten practicum, moduulopdrachten, theorietoets op basis van colleges en PGO. Wordt nog nader bekend gemaakt in het toetsrooster
Moduul 2.3 Normatieve professionaliteit deeltijd Moduulcoördinato Mw. J. v.d. Heide en Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld). Instapvoorwaarde Praktijkleren 2a of MBO vooropleiding Aangeboden in Periode 3 Moduulinhoud De student maakt kennis met verschillende ethische visies en wordt zich bewust van de eigen visie op het conceptueel-ethisch handelen in de beroepspraktijk. Tijdens het moduul wordt aan de hand van casuïstiek gewerkt aan de volgende thema‟s: zelfbeschikking, respectvolle bejegening, gedwongen hulpverlening, omgaan met verschillen, dilemma‟s in de jeugdzorg, waardevolle organisatie en meldplicht vs. vertrouwen. Tevens wordt verder gegaan met de training 7 eigenschappen van effectief leiderschap en een training Gesprekvaardigheden. Werkvormen PGO, hoorcolleges, werkcolleges, practica, begeleidings-vormen Literatuur Staat in het moduulboek aangegeven Toetsvormen Actieve participatie PGO, opdrachten practicum, moduulopdrachten, ethische
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 29
Hoofdstuk 4
Toetsmoment
reflectie. praktijk Wordt nog nader bekend gemaakt in het toetsrooster
Moduul 2.4 Professionalisering en actualiteit deeltijd Moduulcoördinato Mw. J. v.d. Heide en Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420sbu Studiepunten 15 EC Instapvoorwaarde Geen Aangeboden in periode 4 Moduulinhoud De inhoud en de organisatie van de hulpverlening wijzigt zich steeds. In deze moduul ligt de nadruk op segment 2 het werken in en vanuit de organisatie en de wijzigingen nu en in de toekomst. Hoe denkt u over deze veranderingen, waar ziet u mogelijkheden en beperkingen. Kunt u kritisch kijken naar een organisatie? Waar is de hulpverlening over vijf jaar? Hierover worden colleges gegeven en debatteert u samen met anderen: professionalisering, kwaliteitszorg, beleidsplannen en praktijkgericht onderzoek. Ter afronding presenteert u een beleidsplan. Qua werkvormen wordt een overstap gemaakt van pgo naar projectonderwijs Werkvormen hoorcolleges, practicum, PGO/projectonderwijs Literatuur zie moduulboek Toetsvormen Theorietoets, actieve participatie PGO, moduulopdrachten, opdrachten practica, opdrachten competentiebegeleiding, praktijk Toetsmomenten Aangegeven in het moduulboek Moduul 3.1Projectmoduul “Preventie I” deeltijd Moduulcoördinato Dhr. P.G. Nicolay, Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420 sub Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Behaalde propedeuse/opgedane kennis en ervaring van het 2e jaar SPH Aangeboden in Periode 1 Moduulinhoud
Dit moduul dient (ook) als voorbereiding op de scriptie die in het 4e jaar individueel wordt uitgevoerd. Het is een complexe onderzoeksopdracht die door een groep studenten moet worden uitgevoerd, met een terughoudende vorm van begeleiding. Het thema is preventie: preventie in de sociaal pedagogische hulpverlening. In 3.1 gaat het om een onderzoeks/adviesproject. De start ligt bij een vraag of probleem en het project wordt afgesloten met de beantwoording of oplossing
30 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Werkvormen Literatuur Toetsing
daarvan. Daarnaast wordt supervisie gegeven en een training presentatietechnieken Projectonderwijs, practica, begeleidingsvormen Verhaar, Projectmatig werken en literatuur aangegeven in het moduulboek Projectverslag, individueel verslag, presentatie project, opdrachten practica en opdrachten competentiebegeleiding, praktijk
Moduul 3.2Projectmoduul “Preventie II” deeltijd Moduulcoördinato Dhr. P.G. Nicolay, Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Behaalde propedeuse/opgedane kennis en ervaring van het 2e jaar SPH Aangeboden in Periode 2 Moduulinhoud
Werkvormen Literatuur Toetsing
Dit moduul dient (ook) als voorbereiding op de scriptie die in het 4e jaar individueel wordt uitgevoerd. Het is een complexe onderzoeksopdracht die door een groep studenten moet worden uitgevoerd, met een terughoudende vorm van begeleiding. Het thema is preventie: preventie in de sociaal pedagogische hulpverlening. In 3.2 gaat u aan de slag met een ontwikkelproject: projectmatig werken vanuit de ontwikkeling van een idee tot een concreet product. Daarnaast komt arbeidsparticipatie aan de orde, conflicthantering en de WMO. Projectonderwijs, practica, begeleidingsvormen Verhaar, Projectmatig werken en andere opgegeven literatuur Projectverslag, presentatie project, individueel verslag, opdrachten practica, opdrachten competentiebegeleiding, supervisie en praktijk
Moduul 3.3Projectmoduul “Systeemgericht Werken I ” deeltijd Moduulcoördinato Dhr. P.G. Nicolay en Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Behaalde propedeuse/opgedane kennis en ervaring van het 2e jaar SPH Aangeboden in Periode 3 Moduulinhoud
Dit moduul dient (ook) als voorbereiding op de scriptie die in het 4e jaar individueel wordt uitgevoerd. U gaat zelfstandig als systeemdeskundige een bijdrage leveren aan de systeemgerichte benaderingen binnen uw organisatie. U gaat met de kennis, opgedaan in
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 31
Hoofdstuk 4
Werkvormen Literatuur Toetsing
moduul 3.1 en 3.2 in de rol van projectmanager aan de slag om de theorie in praktijk te brengen. In moduul 3.3 is er vooral aandacht voor de cliënt, het gezin, het primaire systeem en de hulpverlener. E-learning maakt onderdeel uit van de module. Projectonderwijs, practica, begeleidingsvormen Verhaar, Projectmatig werken en andere opgegeven literatuur Projectverslag, presentatie project, individueel proces verslag, opdrachten practica, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk.
Moduul 3.4Projectmoduul “Systeemgericht Werken II ” deeltijd Moduulcoördinato Dhr. P.G. Nicolay en Mw. L. Scheltinga r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Behaalde propedeuse/opgedane kennis en ervaring van het 2e jaar SPH Aangeboden in Periode 4 Moduulinhoud
Werkvormen Literatuur Toetsing
Dit moduul dient (ook) als voorbereiding op de scriptie dat in het 4e jaar individueel wordt uitgevoerd. U gaat zelfstandig als systeemdeskundige een bijdrage leveren aan de systeemgerichte benaderingen binnen uw organisatie. U gaat met de kennis, opgedaan in moduul 3.3 in de rol van projectmanager aan de slag om de theorie in praktijk te brengen. Systeemgericht werken op mesoen macroniveau komen in moduul 3.4 aan de orde. E-learning maakt onderdeel uit van de module. Projectonderwijs, practica, begeleidingsvormen Verhaar, Projectmatig werken en andere opgegeven literatuur Projectverslag en presentatie project, individueel procesverslag, opdrachten practica, opdrachten competentiebegeleiding, supervisie en praktijk
Moduul 4.1Maatschappelijke Professionaliteit deeltijd Moduulcoördinato Mw. I. Smit en Mw. T. Boomsma r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld.
32 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Instapvoorwaarde Opgedane kennis en ervaring van het 3e jaar SPH Aangeboden in Periode 2 Moduulinhoud
Werkvormen Literatuur Toetsing
Dit moduul is opgezet tegen de achtergrond van historische, maatschappelijke en organisatorische ontwikkelingen in de zorg, zoals: het proces van vermaatschappelijking. In colleges wordt aandacht besteed aan tijdsbeeld en toekomstverkenning en loopbaan. De student schrijft een essay en een groepsgesprek over het door hem gekozen onderwerp, heeft een gesprek over het loopbaanpracticum. Werken hoorcolleges, practica, begeleidingsvormen Zie moduulboek Schrijven van essay, opdracht loopbaanpracticum, en eindgesprek over beide producten, opdrachten practica, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk
Moduul 4.2Leiderschap deeltijd Moduulcoördinato Dhr. Mw. I. Smit en Mw. T. Boomsma r Studiebelasting 420 sbu Studiepunten 15 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Opgedane kennis en ervaring van het 3e jaar SPH Aangeboden in Periode 3 Moduulinhoud
Werkvormen Literatuur Toetsing
U gaat de visie met betrekking tot leiderschap in praktijk brengen. Input daartoe is het begrip empowerment, de training 7 eigenschappen van effectief leiderschap, hooren werkcolleges. U gaat 3e jaars SPH-studenten voltijd begeleiden bij het projectmatig werken. Deze studenten gaan een muzisch agogisch product ontwikkelen voor een bepaalde doelgroep. U begeleidt hen daarbij. practica, begeleidingsvormen, werken hoorcolleges Zie moduulboek Maken van opdrachten en presentatie, opdrachten practica, themadag, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk
Moduul 4.3 en Afstudeeronderzoek en scriptie 4.4 deeltijd (Contractwerkstuk) Moduulcoördinato Dhr. J. Offereins, Mw. I. Smit en Mw. T. r Boomsma Studiebelasting 840 sbu
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 33
Hoofdstuk 4
Studiepunten
30 EC (in het moduulboek wordt de verdeling vermeld. Instapvoorwaarde Jaar 1,2, en 3 en modules in jaar 4 Aangeboden in Periode 4 Moduulinhoud
Werkvormen Literatuur Toetsing
De afstudeerscriptie in het vierde jaar van de opleiding SPH deeltijd vormt een integrerend bestanddeel van het eindexamen. De afstudeerscriptie geeft uitdrukking aan de identiteit van het beroep van de sociaal pedagogisch hulpverlener. De student verricht zelfstandig praktijk gericht onderzoek. Het betreft toepassingsgericht onderzoek dat handvatten geeft of producten oplevert die inzetbaar zijn in de hulpverleningspraktijk. Praktijkgericht onderzoek, themadag bewust bekwaam, opdrachten CB Zie moduulboek Werkplan, afstudeerscriptie, presentatie, opdrachten competentiebegeleiding en praktijk
Toetsing Bij deelname aan één of meer van deze toetsen is het raadzaam goede nota te nemen van het moduul-tentamenreglement van het instituut (zie 2D in dit Studentenstatuut deel 1). Voor alle toetsen geldt dat u zich minimaal twee weken van tevoren moet aanmelden bij de moduulcoordinator Voor het eerste jaar worden toetsen weliswaar drie keer aangeboden, maar u mag er per studiejaar maar twee van benutten. Voor leerjaar twee t/m 4 worden de toetsen twee keer aangeboden. Voor verzoeken, uitzonderingen, etc. dient u zich schriftelijk te wenden tot de Examencommissie van SPH (zie 2A.15 in dit Studentenstatuut deel 1).Zie voor de voorwaarden het onderwerp “examencommissie”. Tenzij anders wordt aangegeven op het uitgereikte toetsformulier, mag je niets anders op je tafel hebben tijdens de toets dan de toets zelf, de collegekaart, de schrapkaart, een potlood en een gum (zie MTR 16a.1). Legitimatie Iedere student dient zich op verzoek te allen tijde door middel van de collegekaart te legitimeren. In beginsel is deelname aan een toets uitgesloten, indien de student de voor het betreffende studiejaar geldige collegekaart niet bij zich heeft. In uitzonderingsgevallen kan deelname aan de toets echter worden toegestaan, wanneer een student zich én op andere wijze kan legitimeren én zich binnen vijf werkdagen persoonlijk komt legitimeren met zowel het vervangende legitimatiebewijs als de geldige collegekaart bij een lid van de examencommissie SPH dan wel een door de examencommissie aan te wijzen persoon. Eerst wanneer deze laatste handeling verricht is, heeft de student recht op uitslag van de toets (zie MTR 16.a). (Zie ook hfdst. 3)
34 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
2A.5
Lestijden (voor deeltijd op vrijdag) 09.15 – 09.30: inloop 09.30 uur – 10.15 uur 10.15-10.30 uur: pauze 10.30 uur – 11.15 uur 11.15 uur – 12,00 uur 12.00 uur – 12.45 uur 12.45 uur – 13.30 uur 13.30 uur – 14.15 uur 14.15 uur – 15.00 uur: pauze 15.00 uur – 15.45 uur Docentenoverleg: 16.00 – 17.15 uur Inloopkwartier voor studenten: 16.00 – 16.15 uur Wanneer er aandachtspunten zijn t.a.v. onderwijs en organisatie die de groepen betreffen, kunnen studenten gebruik maken van het „inloopkwartier‟. Jaarplanning Deze wordt op Bello geplaatst.
2A.6
Studeerbaarheid De opleiding streeft er naar om studievertraging tot een minimum te beperken. a. Daarom zijn er voor de modulen zo weinig mogelijk instapeisen. b. Voor alle theorieonderdelen heeft de student in jaar 2 t/m 4 twee toetskansen; in het eerste jaar zijn er drie toetsmogelijkheden, waarvan twee te gebruiken. c. Een belangrijk instrument ter voorkoming van studievertraging is de competentiebegeleiding waar de student terecht kan voor gerichte advisering en het decanaat van de Stenden hogeschool d. Een student kan zich in het individuele geval ook richten tot de examencommissie om beargumenteerd een extra toetskans aan te vragen. e. In geval van ziekte, persoonlijke (bijzondere) omstandigheden e.d, moet u als student dit melden bij de studiecoach en direct contact opnemen met de examencommissie en/of decanaat om de ontstane situatie in de studie door te spreken.
2A.7
(Bindend) StudieAdvies (BSA) De hogeschool hanteert het Bindend Studieadvies (BSA). Het BSA heeft met name consequenties voor het vervolg van de studie wanneer u niet aan de voorwaarden voldoet voor een (voorwaardelijk) positief studieadvies. In dat geval krijgt u namelijk een negatief advies mét afwijzing. Dat wil zeggen dat u de opleiding niet aan onze hogeschool kunt vervolgen. Zie voor de exacte voorwaarden Regeling Studieadvies in Studentenstatuut deel 1. Studenten voltijd en deeltijd SPH die zonder vrijstelling op 1 september zijn gestart met de studie. Alle studenten in de propedeutische fase krijgen in juli een bindend studieadvies. De voorwaarde voor een positief studieadvies is: De propedeuse behalen (doel van het propedeuse jaar) Aan het eind van het tweede jaar moet de propedeuse behaald zijn. Als u niet in het eerste jaar minimaal 40 EC behaalt, dan krijg u aan het einde van uw eerste studiejaar een negatief studieadvies mét afwijzing. Bij meer dan 40 EC in het eerste jaar, krijgt u een voorwaardelijk positief studieadvies en moet u in het tweede
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 35
Hoofdstuk 4
studiejaar de propedeuse halen. Anders wordt aan het einde van uw tweede studiejaar het studieadvies omgezet in negatief studieadvies mét afwijzing. Studenten SPH voltijd en deeltijd die de vooropleiding SPW niveau 4 hebben behaald ontvangen 60 EC vrijstelling voor het 1e studiejaar. Zij ontvangen geen propedeuseverklaring en vallen niet onder het BSA (Bindend Studieadvies). Zij worden in de hoofdfase van het 2e jaar toegelaten. Studenten voltijd en deeltijd SPH die nà 1 september met de opleiding starten Indien u na de eerste moduulperiode start met de opleiding, worden er met u aparte afspraken gemaakt over het aantal studiepunten dat u moet behalen. Dit wordt ter vaststelling voorgelegd aan de examencommissie. U krijgt een aangepast BSA. Studenten voltijd en deeltijd SPH die individueel vrijstellingen hebben gekregen Met deze studenten worden apart afspraken gemaakt omtrent de norm waaraan zij voor de propedeuse dienen te voldoen (zie ook Vrijstellingsbeleid 2A.13). Deze worden ter vaststelling voorgelegd aan de examencommissie. Bijzondere omstandigheden Als er bijzondere omstandigheden zijn waardoor u niet voldoet aan de voorwaarden voor een positief advies, kan hiermee rekening worden gehouden. Maar dat gebeurt alleen als u de bijzondere omstandigheid hebt gemeld aan uw competentiebegeleider en aan een studentendecaan en als u vóór 1 juni bij de examencommissie een schriftelijk verzoek hebt ingediend om rekening te houden met de bijzondere omstandigheid. (zie hoofdstuk 4) De student heeft in de competentiebegeleidingsgesprekken (studievoortgangs-gesprek) de mogelijkheid om de eigen resultaten en voortgang in te brengen. De adviezen worden via een waarschuwingsbrief (rond april) en een uiteindelijk advies eventueel met ontbindende clausule (uiterlijk 31 juli) uitgebracht. De precieze regeling over het bindende studieadvies vind je in het studentenstatuut deel 1 en er zullen extra informatiebijeenkomsten georganiseerd worden door het decanaat bij aanvang van de studie. Zie voor de exacte voorwaarden Regeling Studieadvies in Studentenstatuut deel I, art. 9A. Hoofdfase De postpropedeuse (2e fase) bestaat een normatieve studieduur van 3 jaren. Zij omvat het 2e, 3e en 4e studiejaar. In deze fase vindt verdieping en specialisatie in het beroepshandelen plaats. Het 4e jaar is het jaar welk bestaat uit modules 4.1 en 4.2 en het maken van het „Contract werkstuk‟ (scriptie/CWS). In alle modules van de opleiding SPH deeltijd geldt dat de student minimaal 16 uur werkzaam is in een voor SPH relevante setting. Daartoe wordt een Praktijkovereenkomst getekend. De studiebelasting van de hoofdfase is 5040 uren en is 180 EC. De totale studiebelasting van de opleiding is 6720 uren en is 240 EC. Het (afsluitend) SPH certificaat is behaald wanneer alle onderdelen van de hoofdfase zijn behaald. Ten behoeve van het bindend studieadvies (BSA) en de studievoortgang hier nog eens extra de zaken op een rijtje: Minder dan 42 na het 1e jaar voltijd/deeltijd zonder vrijstellingen Ontvangt u in juli van het lopende studiejaar een negatief studieadvies met ontbindende clausule omdat je de 42 EC nog niet behaald heeft, dan wordt u nog wel in de gelegenheid gesteld (zie dan de toetsmomenten op het jaartoetsrooster) om alsnog voor 1 september van dit lopende studiejaar de 42 EC te behalen. Hebt u vervolgens op 1
36 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
september alsnog minder dan 42 EC behaald dan ontvangt u een negatief studieadvies dat bindend is; u kunt de studie niet voorzetten. 42 EC of meer en minder dan 60 EC Is deze situatie per 31 juli of 1 september op u van toepassing, dan ontvangt u van de examencommissie een voorwaardelijk positief studieadvies en bent u verplicht gedurende het tweede studiejaar alsnog de propedeuse in zijn geheel (=60 EC) te behalen. Lukt u dat niet dan ontvang u alsnog aan het eind van het tweede studiejaar een negatief studieadvies met afwijzing. Met 42 EC kunt u al wel starten met uw studie in de hoofdfase van de opleiding; u start dan met het tweede studiejaar. Voor uw organisatie en planning betekent het evenwel dat u goed het jaartoetsrooster e.d. in de gaten moet houden/ moet controleren wanneer de verschillende toetsmomenten zijn van de ontbrekende propedeuseonderdelen die je nog moet behalen. 60 EC Heeft u per 31 juli of 1 september 60 EC behaald, dan geldt voor u dat u aan alle onderdelen van de propedeuse hebt voldaan, u bent geslaagd voor de propedeuse en u ontvangt een positief studieadvies. Studenten met de vooropleiding SPW niveau 4 worden geplaatst in de hoofdfase (2e jaar). Het BSA is niet van toepassing. Zij ontvangen geen propedeuse-verklaring.
2A.8
Veranderen van opleiding binnen het Instituut en de Stenden hogeschool SPH en CT Indien de student is ingeschreven bij de opleiding Creatieve Therapie en besluit om de opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening te gaan volgen dan geldt: De examencommissie SPH beoordeelt of er aanvullende eisen aan de student gesteld worden. Indien een student, ingeschreven bij de opleiding SPH besluit zich aan te melden voor de opleiding Creatieve Therapie dan geldt voor die student wel dat eerst voldaan moet worden aan de preselectie tot de opleiding. Indien de student, ingeschreven bij de opleiding SPH, besluit een andere opleiding binnen de Hogeschool te gaan volgen dan gelden voor die student de toelatingsregels van de betreffende opleiding. De student dient zich daarvan zelf op de hoogte te stellen en kan gebruik maken van het bureau Istudy (hoofdstuk 4).
2A.9
Kosten Aan het volgen van de opleiding SPH zijn (bij benadering) de volgende jaarlijkse kosten verbonden: Kosten (globaal): Collegegeld € 1.713,- per jaar. (met eenmalig € 13,60 administratiekosten bij keuze betaling in termijnen) Voor boeken bent u gedurende de gehele opleiding ongeveer € 400, – € 500,-- kwijt. Daarnaast werkt u uit moduulboeken die u op de hogeschool kunt kopen. In periode 1 kunt u deze in gedrukte versie aanschaffen. Dat geldt eveneens voor de februari-instroom in periode 3. Voor de overige moduulboeken geldt dat deze op de elektronische leeromgeving worden geplaatst. Opgemerkt wordt dat u als deeltijdstudent geen recht op studiefinanciering. U kunt gespreid betalen. Studenten die al een master-of bacheloropleiding hebben gevolgd en derhalve zelf hun instellingscollegegeld moeten betalen moeten voor de opleiding € 4.950,00 betalen. NB. Kosten mediumonderwijs:
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 37
Hoofdstuk 4
Muzische vakken: materialen voor gebruik tijdens lessen worden beschikbaar gesteld door de opleiding. Materialen die echter gebruikt worden voor: uitvoeren van moduulopdrachten, opdrachten uit andere practica als medium en methodiek moet de student zelf aan schaffen. De kosten zijn afhankelijk van het „eigen beleid‟ van de student.
2A.10
Vrijstellingsbeleid: Elders Verworven Competenties (EVC) en accreditation of prior learning and experience) De opleiding SPH heeft inmiddels een lange geschiedenis met verkorte en aangepaste studieroutes. Zowel voor de voltijd als de deeltijd opleiding. Dit heeft geresulteerd in een vaste procedure waarlangs aspirant-studenten tot een verkorte of aangepaste studieroute toegelaten kunnen worden. Deze procedure is bedoeld voor studenten waarvoor nog geen standaardroutes zijn vastgesteld door de examencommissie. De volgende standaardroutes zijn wel door de examen-commissie vastgesteld. Aspirantstudenten die aan de voorwaarden voldoen kunnen na overlegging van de bewijslast direct toegelaten worden tot één van de volgende trajecten:
2A.11
Vrijstellingen Vrijstelling op grond van andere diploma's Indien de student op grond van officiële documenten kan aantonen, dat hij relevante onderdelen van het curriculum zich reeds heeft eigen gemaakt, kan hij een verzoek tot vrijstelling indienen bij de examencommissie van de opleiding. Beslissingen hierover worden op basis van een zorgvuldige afweging in elk individueel geval genomen op grond van het EVC-systeem (EVC= Erkennen van elders Verworven Competenties). EVC- Procedure Erkennen van elders Verworven Competenties/EVC bureau Inhoud Toelichting procedure (stappenplan) Stroomdiagram procedure Aanvraagformulier vrijstellingen Uitgangspunten Tabel met overzicht uitgangspunten Vrijstellingenformulier SPH Toelichting Procedure Erkennen van elders Verworven Competenties (EVC) Het initiatief tot het verkrijgen van vrijstellingen van modulen op basis van voorkennis en/of werkervaring ligt bij de aspirant-student. 2. Een lid van de intake-commissie neemt contact op met de aspirant-student en maakt een afspraak voor een gesprek. De aspirant-student zorgt voor bewijslast1 van voorkennis en/of werkervaring. Tijdens het gesprek licht de intaker de procedure toe. De aspirantstudent wordt gevraagd een toelichting op zijn verzoek en de meegebrachte bewijslast te geven. Voor studenten met een bepaalde vooropleiding geldt een vast aanbod van vrijstellingen. Wanneer het gaat om niet-reguliere vrijstellingen, gaat het er in de toelichting2 op de bewijslast niet zozeer om wat de aspirant-student heeft gedaan maar met name om wat de aspirant-student ervan heeft geleerd; in termen van vaardigheden, competenties, kennis. Vervolgens relateert de intaker met behulp van de aspirant-student deze verworven competenties aan het onderwijsprogramma (eindtermen, modulen). 3. In overleg met de aspirant-student wordt besloten om een voorstel voor vrijstellingen in te dienen bij de examencommissie. Zo ja, dan wordt in samenspraak een voorstel gemaakt voor vrijstellingen en het te volgen studietraject. 1.
1 2
de bewijslast kan bestaan uit: (gewaarmerkte kopie van) diploma, computeruitdraai van cijferlijsten, Studentenstatuut deel 2, werkgeversverklaringen, referenties, verslag functioneringsgesprek, ... Bij de beoordeling van de bewijslast wordt gelet op: authenticiteit, actualiteit, relevantie, kwantiteit, variatie
38 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
De examencommissie beoordeelt het voorstel voor vrijstellingen en het te volgen studietraject in samenhang met de bewijslast; de examencommissie keurt het voorstel goed of af. Het secretariaat van de examencommissie stelt de aspirant-student schriftelijk op de hoogte van de beslissing van de examencommissie. Indien het voorstel wordt goedgekeurd wordt een leerprocesbegeleider toegewezen; deze wordt geïnformeerd over het studietraject van de student. Verder geeft het secretariaat de vrijstellingen door aan het studentensecretariaat van de opleiding. Om de vrijstellingen in werking te zetten zorgt de student ervoor dat het studentensecretariaat de volledige bewijslast ontvangt in de vorm van (gewaarmerkte) kopieën. Zodra de bewijslast binnen is, wordt deze door het secretariaat overlegd met het lid van de intake-commissie. Na goedkeuring wordt de bewijslast in het dossier van de student bewaard en worden de vrijstellingen in Progress verwerkt. 5. De student neemt contact op met de leerprocesbegeleider om een afspraak te maken voor een gesprek over het opstarten van de studie, de begeleiding, over inpassing in het rooster, hoe de kennismaking met de opleiding en de groep zal worden georganiseerd en hoe de betrokken docenten worden geïnformeerd over het te volgen studietraject. 4.
Vrijstelling op basis van een toelatingsonderzoek Aspirant-studenten van 21 jaar en ouder kunnen verzoeken om toelating op basis van een toelatingsonderzoek. De opleiding SPH organiseert samen met de de opleiding HRM van Stenden hogeschool de 21+ toets, waarbij het niveau van de aspirant student wordt getoetst. Het toelatingsonderzoek behelst toetsing van schoolse kennis op het niveau van de middelbare school (Havo niveau). Evenzo kan de student van delen van het curriculum vrijgesteld worden, indien de inhoud van relevante werkervaring, de te verwachten leerervaring deze onderdelen dekt. De taaleis ligt op het Havo-eind niveau.
2A.12
Studiebelasting Alle onderwijsactiviteiten worden uitgedrukt in studiepunten. De totale studielast bedraagt dus 60 EC per jaar. Voor MBO-instroom is dit 3 jaar x 60 EC = 180 EC. Het onderwijsprogramma van de opleiding SPH bestaat uit onderwijseenheden van uiteenlopende aard. In de regel wordt gewerkt met modulen met een studiebelasting van 252 uur die behaald (kunnen) worden binnen een moduulperiode van 10 weken.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 39
Hoofdstuk 4
2B
De Opleidingsexamenregeling opleiding SPH 2011/2012 Informatie over het Examenreglement, het Protocol Toetscondities en het Protocol Plagiaat zijn te vinden in het Studentenstatuut deel 1 Deze opleidingsexamenregeling (hieronder afgekort als OER) geldt voor de opleidingen Sociaal Pedagogische Hulpverlening (voltijd en deeltijd) en is een verbijzondering van het Stenden hogeschoolexamenreglement 2011/2012 (hieronder afgekort als ER), dat in het geheel afgedrukt staat in het Studentenstatuut deel 1. Waar in het ER sterretjes staan bij een artikel(lid), wordt aan de opleidingen –binnen het gestelde kader- de mogelijkheid geboden het betreffende onderwerp te verbijzonderen in de opleidingsexamenregeling in de studiegids van de opleiding. Overal waar hieronder artikelnummers staan zónder de nadere specificatie OER, zijn de regels uit het Examenreglement uit Studentenstatuut deel 1 onverkort van toepassing. Doel: Het doel van de opleidingsexamenregeling is het regelen van de algemene gang van zaken met betrekking tot de tentamens en de voortgangscontrole.
Artikel 1 Begripsbepalingen CWS: Contractwerkstuk Moduulperiode: Periode van 9 weken (+1 week studieweek) In de stageperioden worden alle weken, inclusief de studieweken aangemerkt als schoolweken. Minor: Betreft dat deel van de opleiding dat gericht is op beroepsafgeleide competenties dan wel inhoudelijke verdieping. Een minor heeft minimaal een omvang van 15 EC. Voortgangstoets: Een toets op eindniveau van de opleiding met een verschillend niveau van slagen voor elk studiejaar. Artikel 2 Deelname aan het examen OER 2.1 Indeling van studenten in de te volgen modulen. Lid 1 De student wordt automatisch ingedeeld voor de regulier te volgen modulen. Aan het begin van het studiejaar kan de student de jaarplanning van de modulen vernemen uit het Studentenstatuut deel 2 van de opleiding. Lid 2 Een student die zich wil aanmelden voor een niet-behaald moduul dient dit te doen bij de moduulcoördinator. Lid 3 Een student dient zich tijdig voor de minor in het 3e jaar SPH aan te melden via het hogeschoolbrede aanmeldprogramma via intranet. Lid 4 Indien een student een keuze-onderwijseenheid volgt bij een andere opleiding dan waarvoor hij staat ingeschreven, hebben de regels vanuit het eigen Onderwijs- en Examenreglement voorrang boven die van de gastopleiding. OER 2.2 Als een student besluit zich tijdelijk uit een moduul terug te trekken, dan dient hij/zij dat schriftelijk kenbaar te maken aan de moduulcoördinator voorafgaand aan de moduultoets en andere toetsvormen van dat moduul ). Tevens dient de student de leerprocesbegeleider hieromtrent te informeren. Artikel 2A Benoeming opleidingsexamencommissie
40 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
OER 2A Het bevoegd gezag benoemt op schriftelijke voordracht van de head of school, gehoord de examencommissie van iedere bachelor- en masteropleiding de leden van de examencommissie Artikel 3 Taken en bevoegdheden van de examencommissie OER 3 Lid 1 De examencommissie heeft de volgende taken gedelegeerd aan de toetscommissie: Het vaststellen van het examenrooster/toetsrooster Behandeling van klachten over alle toetsvormen van de opleiding. Het uitbrengen van advies van de EC inzake alle toetsvormen. Het behandelen van bezwaren over toetsitems. Artikel 4 Toegang tot de hoofdfase Indien een student alle onderdelen van de propedeutische fase met goed gevolg heeft afgesloten, heeft hij het propedeutisch examen behaald. Indien een student alle onderdelen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd, heeft hij het examen behaald. Artikel 4a Het beoordelen en toekennen van een verplicht algemeen Studiepunt OER 4a.1 Lid 1 De opleiding SPH kent de verplichte algemene studiepunten, die leeractiviteiten omvatten binnen vrijwilligerswerk. Daarnaast kent de opleiding de overige algemene studiepunten, die gekoppeld aan de te behalen competenties, activiteiten omvatten van diverse aard, (zie ook Algemene Studiepunten op Bello) Lid 2 Anderstalige studenten die met goed gevolg de taalcursus Nederlands NT2 hebben afgerond, kunnen door de studiebegeleider 1 overige algemene studiepunt laten toekennen. (zie ER 4b.1) Artikel 5 Het verlenen van vrijstellingen Indien een student op basis van eerder verworven competenties in aanmerking wenst te komen voor vrijstellingen, dient hij voordat de moduul begint een schriftelijk en onderbouwd verzoek in bij de examencommissie. Artikel 6 Het aantal gelegenheden per studiejaar tot het afleggen van tentamens en examens MTR 6.1 Inschrijven bij toetsmogelijkheden Lid 1 De student heeft in de propedeutische fase voor het moduultentamen twee toetskansen. Lid 2 In de studiejaren volgend op het eerste studiejaar waarin de student voor een bepaald moduul is ingedeeld, heeft de student, voor het moduultentamen weer twee kansen. Deze herkansingen vinden plaats in de studieweken, mogelijk op avonden of op zaterdagen. Lid3 Voor deelname aan een toets dient een student zich tijdig in te schrijven via progresswww.nlLid 4 De examencommissie schrijft voor dat alleen studenten die zich hebben ingeschreven voor de toetsing van een moduultentamenonderdeel of herkansing, daaraan deelnemen. Inschrijven betekent een kans. Lid5 In geval een student deelneemt aan meerdere toetsen voor een bepaald moduul, telt de hoogste toetsscore. Lid6 Het jaartoetsrooster wordt bij aanvang van het studiejaar bekend gemaakt op intranet en/of ELO. OER 6.2 Het Moduultentamen Lid 1 In elk moduulboek wordt opgenomen: a. Het maximaal aantal punten dat voor de diverse onderdelen van het moduultentamen behaald kan worden, b. De berekening van de norm, die aangeeft wanneer het moduul met voldoende beoordeeld wordt. c. Dag en tijdstip waarop schriftelijke verslaglegging van moduultentamenonderdelen en de moduulopdracht dienen te worden ingeleverd. Lid 2 Toetsing van de verschillende moduultentamenonderdelen vindt plaats in de voorlaatste week van de moduul, tenzij anders aangegeven in het moduulboek.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 41
Hoofdstuk 4
OER 6.3 De Moduultoets Lid 1 Er kunnen verschillende toetsvormen voorkomen. Lid 2 Aanvullende regelgeving met betrekking tot een moduultoets wordt bekend gemaakt in het betreffende moduulboek. Lid 3 Alle inhouden die aan de orde zijn gekomen tijdens de moduul (PGO, practica, hoorcolleges, gastcolleges enz.) kunnen deel uitmaken van de toetsing OER 6.4 De Moduulopdracht Lid 1 Een moduulopdracht is een opdracht voortkomend uit het centrale moduulthema, bij voorkeur uitgevoerd in een groep studenten. Lid 2 Een groep die aan een moduulopdracht werkt en bij samenwerkingsproblemen hierover niet onverwijld contact opneemt met de moduulcoördinator, kan zich niet beroepen op die problemen bij een onvoldoende beoordeling. Lid 3 Tijdens de moduul wordt minimaal één keer de voortgang van de moduulopdracht, door de moduulcoördinator, de docent of de tutor met de studenten besproken. Lid 4 Een moduulopdracht is herkansbaar. Voorwaarde voor herkansing is dat de student, behoudens overmacht, volledig deelneemt aan alle onderdelen van de moduulopdracht tijdens de eerste kans toetsing. Lid 5 Tenzij anders in het moduulboek staat aangegeven dienen moduulopdrachten uiterlijk de laatste schooldag van een moduul ingeleverd te worden volgens het jaarrooster. Lid 6 De student is verplicht om van iedere opdracht die op schrift dan wel digitaal ingeleverd wordt, zelf een kopie te bewaren. OER 6.5 De Moduulpractica Lid 1 De wijze waarop de verschillende practica van een moduul getoetst worden staat beschreven in het betreffende moduulboek. Lid 2 Een moduulpracticum is herkansbaar. De eerste kans vindt in principe plaats in de voorlaatste week van de moduul, tenzij anders aangegeven in het betreffende moduulboek. De herkansing vindt plaats in de volgende, zie daarvoor het jaartoetsrooster. Toelichting: Indien de student gebruik maakt van de eerste kans en een onvoldoende beoordeling scoort, dan gebruikt de student de tweede kans als herkansing. Indien de student echter géén gebruik maakt van de eerste kans, dan verspeelt de student daarmee een kans en is de tweede toetskans de enig resterende. Bij onvoldoende beoordeling in die situatie heeft de student geen herkansingsmogelijkheid. (overeenkomstig ER Artikel 6.1) Lid 3 Opdrachten behorende bij de practica (zoals bijv. een reflectieverslag) dienen, voor de eerste kans ingeleverd te worden op de vrijdag van de voorlaatste week van de betreffende moduul, tenzij anders aangegeven in het betreffende moduulboek. Lid 4 Bij onvoldoende beoordeling van de eerste kans dient de student de opdrachten voor de herkansing in te leveren op de laatste schooldag in de week waarin de tweede toetsmogelijkheid van het moduultentamen wordt afgenomen. Zie daarvoor het jaartoetsrooster. Lid 5 In het studiejaar volgend op het studiejaar, waarin de student een onvoldoende beoordeling heeft ontvangen heeft de student wederom twee toetskansen op basis van het hierboven gestelde.
OER 6.6 Actieve participatie Lid 1 Voor onderwijsactiviteiten waarvoor participatiepunten worden verstrekt is een minimale aanwezigheid van 80% verplicht. Zie hiervoor het betreffende moduulboek. Lid 2 Onder actieve participatie wordt minimaal verstaan het leveren van een inhoudelijke bijdrage binnen het groepsproces. Nadere criteria staan vermeld in het moduulboek. Lid 3 Bij een deelname van minder dan 80% krijgt de student een onvoldoende beoordeling, dan wel bij het niet voldoen aan de criteria genoemd onder lid 2. Lid 4 Voorwaarde voor het in lid 3 gestelde is, dat de student door practicumdocent en/of tutor tijdig is gewaarschuwd, dat hij vanwege onvoldoende participatie een onvoldoende beoordeling zal krijgen. Deze waarschuwing wordt vastgelegd in de notulen van de pgo/projectbijeenkomst.
42 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Lid 5 In geval van overmacht bij afwezigheid is ER Artikel 14 van toepassing OER 6.7 Herkansing Participatie Lid 1 a. Bij het niet behalen van de participatiepunten dient de student in alle gevallen een gemotiveerd en door de tutor ondertekend verzoek in tot een compensatieopdracht bij de examencommissie. b. Compensatieopdrachten dienen in hetzelfde studiejaar te worden ingeleverd en nagekeken. c. De student die het niet eens is met de beoordeling van een compensatieopdracht dient de procedure te volgen zoals omschreven in MTR Artikel 17.1. OER 6.8 Contractwerkstuk (CWS) De regeling betreffende de beoordeling en herkansing van het CWS wordt vermeld in de CWS-gids (overeenkomstig ER Artikel 6.6) OER 6.9 Beoordeling praktijkmodulen en stages De regeling betreffende de beoordeling en herkansing van de praktijkmodulen en jaarstage wordt vermeld in de betreffende moduulboek(en)/stagegidsen (overeenkomstig ER Artikel 6.6) OER 6.10 In het geval een student een eerder niet-behaald moduul volgt en deelneemt aan de toets, anders dan de reguliere moduultoets, waarmee een gevolgd moduul wordt afgesloten, dan valt het onder de eigen verantwoordelijkheid van de student om na te gaan in hoeverre de leerstof en/of puntenstructuur van het moduul is gewijzigd. In dat geval gelden de actuele eisen van de moduul. Artikel 7
Geldigheidsduur examenonderdelen
Artikel 7a Intellectuele Eigendom (auteursrechten) Artikel 8
Mondelinge tentamens
Artikel 9 Bepaling resultaten OER 9.1 De correctie van de moduultoets Antwoorden op de door de student ingeleverde schrapkaarten zijn bepalend voor de eerste voorlopige vaststelling van de toetsscore OER 9.2 Mededelingen betreffende bijzonderheden rondom het moduultentamen worden gepubliceerd (zie ER Artikel 9.4) op ELO en/of intranet. OER 9.3 Lid 1 Na de bekendmaking van de uitslag van moduultentamenonderdelen heeft de student recht op inzage van alle moduultentamenonderdelen alsmede de beoordelingsformulieren. Lid 2 De voorlopige score voor de moduultentamenonderdelen kan op een eerder moment dan de definitieve moduultentamenuitslag door de moduulcoördinatoren bekend gemaakt worden. Lid 3 In beginsel wordt binnen 15 werkdagen na afloop van een moduulperiode of tenminste 10 werkdagen voorafgaand aan een eventuele herkansing, het resultaat vastgesteld en aan de student bekend gemaakt. OER 9.4 De uitslag van het gehele moduultentamen (het geheel van onderdelen van een moduul) wordt in principe 15 dagen na afloop van de moduul bekend gemaakt. Indien er omstandigheden zijn waardoor uitslagen pas later bekend gemaakt kunnen worden dan stelt de moduulcoördinator de studenten, via Bello daarvan op de hoogte. Artikel 9A Studieadvies/BSA
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 43
Hoofdstuk 4
. Lid 1 Ter aanvulling op het reglement: ER artikel 9A stelt de opleiding SPH als criterium voor een (voorlopig) positief studieadvies de kwalitatieve eis dat het assessment gehaald moet zijn. Artikel 10 Inzagerecht en termijn van bewaring OER 10.1 Voor de studenten geldt dat de uitgereikte toetsopgaven van de moduultoets niet mogen worden meegenomen OER 10.2 Lid 1 De voorlopige “antwoordensleutel” van de moduultoets wordt na afloop van de, in het jaartoetsrooster gestelde toetstermijn, bekend gemaakt . Lid 2 De normeringen, behorende bij de moduultentamens zullen, zoals deze vermeld worden in de overeenkomstige moduulboeken gezamenlijk met de tentamenopgaven worden bewaard.
Artikel 11 Verantwoordelijkheid tentamen(onderdelen)- en examengegevens Artikel 12 Registratie van de studieresultaten OER 12.1 Studenten kunnen tot uiterlijk vier schoolweken na de definitieve moduultentamenuitslag vragen stellen over de juistheid van de vastgestelde moduultentamenuitslag aan de moduulcoördinator van de betreffende moduul of bij diens afwezigheid aan de plaatsvervanger Artikel 13 Getuigschrift en verklaring OER 13.2 Lid 1 De student dient zelf een schriftelijke aanvraag in te dienen bij de Examencommissie voor het in behandeling nemen van zijn afstudeerverzoek. Een oproep hiertoe wordt op ELO gepubliceerd. Artikel 13a Cum Laude Studenten kunnen de Examencommissie bij het afstuderen verzoeken om een Cum Laude verklaring. Zie ER artikel 13 a. Artikel 14 Overmachtstregeling OER 14.1 De examencommissie is bevoegd bij de extra toets een andere toetsvorm aan te bieden. De extra toets dient gelijkwaardig te zijn aan de oorspronkelijke toets (zie ER Artikel 14.2b). OER 14.2 Overmacht bij verplichte onderwijsleeractiviteiten Lid 1 De student heeft de mogelijkheid om bij de examencommissie een verzoek in te dienen voor een compensatieopdracht n.a.v. gemiste, verplichte onderwijsleeractiviteiten als er sprake is van omstandigheden die niet aan de student kunnen worden toegerekend. Dit verzoek kan pas worden ingediend na de laatste verplichte onderwijsleeractiviteit van de betreffende moduul en moet uiterlijk 2 schoolweken na de laatste dag van de moduulperiode in het bezit zijn van de examencommissie. Lid 2 Bij het, in lid 1 van dit artikel genoemde verzoek dient de student de bedoelde omstandigheid met schriftelijke bewijzen te staven. Lid 3 Na toekenning door de examencommissie bepaalt de moduulcoördinator, eventueel in overleg met de betrokken docent/tutor, de inhoud en uitvoering van de compensatieopdracht. Lid 4 De compensatieopdracht dient het gemiste verplichte onderdeel inhoudelijk te vervangen en qua studiebelasting gelijkwaardig te zijn aan die van het gemiste verplichte onderdeel (zie ER Artikel 14.2b). Artikel 15 Studie en Handicap Dit wordt vastgelegd in een onderwijscontract (zie decanaat).
44 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Overeenkomstig artikel 15 kan een anderstalige student aanspraak maken op aanpassing van de wijze van toetsing. Dit geldt alleen voor toetsing in het eerste studiejaar. Studenten mogen een woordenboek gebruiken bij de toets. Gedurende de propedeuse mogen individuele opdrachten in het Duits of Engels worden aangeleverd. Studenten krijgen een half uur verlenging van de toetstijd. Artikel 16a Regels voor de goede gang van zaken met betrekking tot examens (voor studenten) Lid.1 Elke student dient zich te legitimeren met zijn/ haar geldige collegekaart. Bij ontbreken hiervan wordt de student de toegang geweigerd. Lid.2 Tenzij anders wordt aangegeven op het uitgereikte toetsformulier mag er zich op tafel waaraan de student zit tijdens de toets niets anders bevinden dan de uitgereikte toets, de collegekaart, de schrapkaart. Lid.3 Deelnemers aan de moduultoets zijn verplicht de schrapkaart van een schriftelijke toets volledig in te vullen (zie ER Artikel 16a.16, 21, 22). Artikel 16b
Onregelmatigheden
Artikel 17 Bezwaar en beroepsprocedure OER 17.1 Formele vereisten Lid 1 Verzoeken aan de examencommissie(s) dienen uiterlijk tien schooldagen vóór de vergaderdatum van de examencommissie in het bezit te zijn van de secretaris of bij diens afwezigheid bij het secretariaat van de opleiding. De vergaderdata van de examencommissie worden aan het begin van het cursusjaar bekend gemaakt op intranet en/of ELO. Lid 2 Verzoeken aan de opleidingsexamencommissie dienen getypt of geprint ingeleverd te worden voorzien van: naam adres, woonplaats telefoonnummer relatienummer naam van de moduul en studiejaar groepsnummer tutor en/of docent en/of moduulcoördinator en in geval van overmacht worden voorzien van de nodige bewijzen. Lid 3 Verzoeken dienen duidelijk geformuleerd en gemotiveerd te worden. OER 17.2 De moduultoets Lid 1 De student heeft recht op inzage van de toets en de antwoorden bij de moduulcoördinator of voorzitter van de toetscommissie. Lid 2 De student heeft het recht tegen toetsitems bezwaren in te dienen. Elk bezwaar tegen een toetsitem/tentamenvraag moet door de student toegelicht worden: a) er is een verwijzing naar de pagina in de literatuur waarop volgens de student de vraag betrekking heeft en b) aan de hand van a) verwoordt de student vervolgens wat onjuist of misleidend is aan de gestelde vraag/ het gegeven antwoord. Lid 3 Bezwaren tegen toetsitems dienen uiterlijk de vierde schooldag na de toets vóór 09.00 uur te zijn ingediend bij de voorzitter van de toetscommissie. Lid 4 Als voor een toets een van het toetsrooster afwijkend tijdschema geldt, wordt dat uiterlijk 1 schoolweek vóór de toets bekend gemaakt.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 45
Hoofdstuk 4
Lid 5 Na de sluitingsdatum voegt de voorzitter van de toetscommissie, in samenwerking met de desbetreffende docenten het commentaar toe aan de bezwaren en kan een bezwaar al dan niet gegrond verklaren. Indien een bezwaar gegrond verklaard wordt dan vervalt het toetsitem of wordt omgescoord. Lid 6.Bezwaren en commentaar op de toets zijn voor alle studenten vrij opvraagbaar bij de voorzitter van de toetscommissie. OER 17.3 De voortgangstoets Lid 1 Bezwaren tegen (de antwoorden op) de toetsvragen van een voortgangstoets moeten worden ingediend volgens de instructies op het toetsformulier. Lid 2 In het geval een toetsbezwaar wordt toegekend, is het gevolg een van de volgende mogelijkheden: a. Het antwoordformulier voor deze vraag wordt aangepast of b. De toetsvraag wordt geschrapt Lid 3 In het geval dat de toetsvraag wordt geschrapt, wordt zowel het minimum aantal goed beantwoorde vragen binnen een bepaalde discipline alswel het minimum aantal van het totale aantal goed beantwoorde vragen vermindert met één. Artikel 18 Hardheidsclausule Artikel 19 Onvoorziene omstandigheden Artikel 20 Overgangsbepaling Artikel 21 Invoeringsbepalingen en citeertitel OER 20.1 Deze opleidingsexamenregeling treedt in werking met ingang van 1 september 2001 en is aangepast op 8 juni 2005,29 mei 2006, 22 mei 2007,30 mei 2008, 29 mei 2009 en 1 juni 2010, 1 juni 2011. OER 20.2 Aangezien de opleiding SPH werkt aan onderwijsvernieuwing van de door haar aangeboden curricula kunnen er wijzigingen c.q. aanvullingen optreden t.a.v. deze opleidingsexamenregeling gedurende het studiejaar, welke vervolgens gepubliceerd zullen worden op Bello na vaststelling door de examencommissie. OER 20.3 Deze regeling kan worden aangehaald als "Opleidingsexamenregeling SPH, 2011/2012".
46 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
3
3.1
Voorzieningen voor studenten
Informatievoorzieningen Leeuwarden Informatie krijg je binnen Stenden via verschillende communicatiemiddelen. Het studentenstatuut en de studiegids maken deel uit van deze middelen. Ook de opleiding communiceert veel met de studenten. Stenden gebruikt voor algemene mededelingen de volgende media: Intranet www.istenden.com E-mail Magazine „GO‟ Announcements: per mail verstuurde mededelingen Publicatieborden Plasmaschermen Front Desks
3.2
i study Welkom @ i study Bij i study kun je terecht voor alles wat met de organisatie van het onderwijs te maken heeft. Je kunt hierbij denken aan informatie over: Jouw inschrijving/uitschrijving Studielink Progress- puntenregistratie Algemene informatie over opleidingen Studeren in het buitenland (International Office) Afspraken met het decanaat Reservering van ruimtes en lokalen Hulp bij het invullen van formulieren (OCW-duo)
Contactgegevens: i study kamer 0.30 (tegenover de receptie) Openingstijden: maandag t/m vrijdag van 8.30 tot 16.30 uur. Email:
[email protected] Tel: 058 244 11 00
3.3
SMC & IRC international (Leeuwarden) Binnen Stenden aanspreekpunt voor: studenten die vanuit het buitenland bij Stenden in Leeuwarden komen studeren (de zogenaamde „incoming student‟) studenten die vanuit hun studie bij Stenden in Nederland in het buitenland gaan studeren, werken of stage lopen (de zogenaamde „outgoing students‟). Waarvoor je terecht kunt bij SMC & IRC kun je vinden op de intranetsite www.istenden.com.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 47
Hoofdstuk 4
3.4
Het decanaat Bij het decanaat van Stenden kunnen studenten terecht voor informatie, advies, ondersteuning of begeleiding bij: studieloopbaanvragen (twijfels of je de juiste studie hebt gekozen, een tweede studie, doorstuderen, advies over stage en solliciteren) effectief studeren en studieplanning persoonlijke problemen (loskomen van thuis, faalangst, rouwverwerking, stress, relatieproblemen enzovoorts) studievertraging door bijzondere omstandigheden (profileringsfonds) + Individuele gesprekken en trainingen mogelijk financiële problemen (noodfonds) studiefinanciering het bindend studieadvies functiebeperking en dyslexie, opstellen onderwijscontract met voorzieningen en faciliteiten topsport conflicten, bezwaar en beroep beroepszaken Je kunt de complete informatie over de dienstverlening van het Decanaat locatie Leeuwarden (incl. contact-informatie) vinden op de intranetsite www.istenden.com onder de noemer Decanaat. Mailadres Leeuwarden:
[email protected].
3.5
Handicap & studie Binnen het decanaat zijn twee decanen ook contactpersoon handicap & studie. Wanneer je een functiebeperking hebt is het verstandig al voor het begin van je studie contact op te nemen. Meld het in ieder geval zodra je bent begonnen met studeren. Het is dan beter mogelijk om benodigde voorzieningen te realiseren. De contactpersonen handicap & studie zijn tevens het meldpunt voor opmerkingen en klachten, bijvoorbeeld over voorzieningen. Zie ook het Protocol Studie & Handicap in hoofdstuk 4 van het Stenden Studentenstatuut 2011/2012 deel I. De contactpersonen handicap & studie zijn Hermien Moning(Leeuwarden en Groningen) en Nynke Vink (Emmen, Meppel en Assen) zijn aanspreekpuntvoor studenten met een functiebeperking of handicap. Zij kunnen adviseren over mogelijke faciliteiten en de aanvraag daarvan. Eventueel kunnen zij hierbij bemiddelen.
48 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
3.6
Vertrouwenspersoon ongewenst gedrag Het kan voorkomen dat je op school of op je stageplek te maken krijgt met ongewenst gedrag (bijvoorbeeld pesten, intimidatie, seksuele intimidatie, discriminatie, racisme). Stenden heeft daarvoor een reglement opgesteld, en er is een externe vertrouwenspersoon die verantwoordelijk is voor opvang en advies van studenten en medewerkers die te maken hebben met ongewenst gedrag. Ook als je alleen ongewenst gedrag wilt melden, ben je daar welkom. De complete informatie over het reglement, wat we verstaan onder ongewenst gedrag, en de rol die de vertrouwenspersoon kan hebben in de opvang en begeleiding (incl. contactinformatie) is te vinden op de intranetsite locatie Leeuwarden www.istenden.com onder de noemer vertrouwenspersoon. In hoofdstuk 9 van het Stenden Studentenstatuut 2011/2012 deel I is het Reglement ter zake ongewenst gedrag Stenden opgenomen.
3.7
Het roosterbureau Leeuwarden Het Roosterbureau verzorgt de planning van onderwijsactiviteiten. Je kunt jouw rooster vinden op de roostersite op intranet www.istenden.com onder de noemer roosters. Tevens kun je jouw rooster vinden op schedules.stenden.com (zonder www). Bij „schoolname‟vul je alleen “stenden”in, vervolgens kun je daar ook je rooster bekijken (ook thuis).
3.8
Information & Registration Centre Het Information & Registration Centre beheert de persoonsgegevens van alle nationale en internationale Stenden-studenten van alle locaties. De studentenadministratie draagt onder meer zorg voor: in- en uitschrijving (via Studielink) inning collegegelden De complete informatie over de dienstverlening van het Centrum (incl. contactinformatie) is te vinden op de intranetsite (www.istenden.com).
3.9
Registratie Studieresultaten Leeuwarden Het Information & Registration Centre beheert de studieresultaten van alle Stenden studenten. Met het programma ProgRESS kan elke student zijn/haar studieresultaten online raadplegen www.progressww.nl/stenden (vanaf elke pc met internetaansluiting). Uitgebreide informatie over het raadplegen van studieresultaten staat vermeld op de intranetsite onder de noemer Information & Registration Centre. Rechtstreekse toegang tot ProgRESS krijg je via www.istenden.com.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 49
Hoofdstuk 4
3.10
Toetsen Wanneer en waar vinden toetsen plaats, hoe kan een student zich voor een toets inschrijven, wanneer kan er worden herkanst en hoe luiden de toetsuitslagen? Dit alles wordt door het IRC Toetsservicebureau verzorgd. De complete informatie over de dienstverlening van het Toetsservicebureau (incl. contactinformatie) is te vinden op de intranetsite (www.istenden.com).
3.11
ICT & Media Alles rond informatie- en communicatietechnologie en audiovisuele voorzieningen binnen Stenden gemeenschappelijk is georganiseerd binnen de afdeling ICT en Media. Hoe kom je aan een login, waar kan je printen, waar in het gebouw kan je een computer gebruiken, aan welke algemene regels moet je je als gebruiker van ICTvoorzieningen houden? Op deze en andere vragen geeft de intranetsite locatie Leeuwarden en Groningen www.istenden.com van ICT & Media het antwoord. ICT & Media (locatie Leeuwarden) geeft ook ondersteuning bij het gebruik van ICTvoorzieningen en verzorgt de audiovisuele voorzieningen. Deze laatste dienstverlening varieert van de uitleen van een digitale fotocamera tot assistentie bij het gebruik van mediawerkplekken als een montageruimte. Studenten kunnen mailen naar
[email protected] voor vragen over ICT en AVM gerelateerde zaken, of kunnen terecht bij de balie op locatie Leeuwarden.
3.12
Intranet Het intranet van Stenden is de centrale plaats waar alle relevante informatie voor studenten en medewerkers is te vinden en waar vandaan bijvoorbeeld de electronische leeromgeving en andere systemen te benaderen zijn. Zo vind je er onder andere roosterinformatie, nieuws en mededelingen van Stenden en van je opleiding. Je kunt zelf aangeven welke informatie en links voor jou belangrijk zijn. Het intranet is via je Stenden login toegankelijk (www.istenden.com).
3.13
Blackboard (ELO) Leeuwarden Blackboard is de digitale leeromgeving van Stenden hogeschool. Op Blackboard staat voornamelijk onderwijsmateriaal, maar via Blackboard kunnen studenten (en docenten) ook met elkaar in contact komen voor de uitvoering van een onderwijsopdracht. Blackboard is zowel van binnen als buiten de Stenden-locaties te bereiken via: https://elo.stenden.com. Blackboard is tevens te bereiken via de website van Stenden: www.stenden.com > MyStenden>.
50 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
3.14
The Library De Library is de centrale plaats op de verschillende Stenden locaties waar de bibliotheekvoorziening, de onderwijswerkplaats en de studievoorzieningen voor alle opleidingen van Stenden zijn samengebracht. Op de locaties Emmen en Leeuwarden beschikt de student over een grote studie- en ontmoetingsruimte in combinatie met de Library. In de Libraries kan de student gebruik maken van de uitleencollectie maar ook zelf studeren in de studiezaal en gebruik maken van de collectie welke niet uitgeleend wordt; zoals bijvoorbeeld de actuele tijdschriften. Op de locaties Assen, Meppel en Groningen kan de student gebruik maken van de Onderwijswerkplaatsen die wat betreft faciliteiten en dienstverlening gelijk staan aan de kwaliteit van de gehele hogeschool. Op de locaties zijn informatiespecialisten aanwezig voor vragen op het gebied van literatuur en naslag werken, tijdschriften, het informatie zoeken e.d. Alle voorzieningen voor studenten zijn ook beschikbaar voor de docenten en het overige personeel. Naast alle literatuur beschikt de Library over een eigen digitale bibliotheek die voor alle studenten óók met thuistoegang te benaderen is. Je vindt daarnaast de naslagwerken, woordenboeken en de kennisbanken voor de specifieke opleidingen. Meer informatie vind je op de Stenden website onder: http://www.stenden.com/nl/mystenden/studielandschapvhchn/ informatieoverhetstudielandschap/Pages/default.aspx.
3.15
Stenden shop Moduulboeken, readers, computerbenodigdheden, ringbanden, papier en andere kantoorartikelen zijn te verkrijgen in de Stenden shop (bij de ingang van het kennisplein, direct rechts, ruimte 0.26).
3.16
Het Alumni Netwerk Het Alumni Netwerk is een contactennetwerk voor laatstejaars studenten en afgestudeerden van alle Stenden-opleidingen. Het doel van het Alumni Netwerk is het onderhouden van structureel contact tussen afgestudeerden (alumni), de opleidingen en Stenden. Het Alumni Netwerk zorgt ervoor dat alumni op de hoogte worden gehouden van de meest recente ontwikkelingen binnen het werkveld, de opleiding en de (loopbaan)ontwikkelingen van andere alumni. Omgekeerd blijft Stenden op de hoogte van de loopbanen van alumni en de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Tevens is Stenden zo in de mogelijkheid feedback te krijgen op het onderwijsprogramma. Uitgebreide informatie over het Alumni Netwerk en de voorzieningen hiervan is te vinden op de website van Stenden, via http://http.stenden.com/alumni. voor vermelding studiegids IHM->www.alumninet.stenden.com)
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 51
Hoofdstuk 4
3.17
EHBO, noodplan Stenden kent een bedrijfsnoodplan. Hierin staan de uitgangspunten en handelswijzen beschreven in geval van brand, ongevallen en andere calamiteiten. Alle aanwijzingen hiervoor zijn te vinden op de intranetsite www.istenden.com over alarm, brand, BHV, EHBO en noodplan.
3.18
Bedrijfsrestaurant Canteen, IF; restaurant.nl (Leeuwarden) In voorjaar 2010 is Canteen geopend, het restaurant voor medewerkers en studenten van Stenden Leeuwarden. In Canteen is dagelijks een internationaal aanbod van snacks, gerechten, verse sappen en drankjes verkrijgbaar. Van uitsluitend natuurlijke ingrediënten, vanzelfsprekend 100% biologisch, zonder E-nummers of andere niet natuurlijke smaakmakers. Alles wordt op duurzame wijze bereid door middel van internationale kooktechnieken. Aan het concept van Canteen is jarenlang gewerkt. Stenden is de eerste hogeschool met een dergelijk concept en geeft daarmee invulling aan haar visie „Serving to make it a better World‟.
IFood & Drinks (IF), Leeuwarden De IF, is net als Canteen bedoeld voor studenten en medewerkers van Stenden Leeuwarden. Ook IF werkt volgens dezelfde uitgangspunten als Canteen.
Restaurant.nl, Leeuwarden Volgens de uitgangspunten van de Nieuwe Nederlandse Keuken startte in 2007 Restaurant.nl, het restaurant van het Stenden University Hotel bestemd voor de hotelgasten en andere externe gasten. Ook in dit restaurant wordt uitsluitend gebruik gemaakt van natuurlijke ingrediënten die vanzelfsprekend 100% biologisch zijn en geen E-nummers of andere natuurlijke smaakmakers bevatten.
3.19
Randstad uitzendbureau, Leeuwarden Binnen de muren van het Stenden-gebouw, op de begane grond tegenover de receptie locatie Leeuwarden, bevindt zich uitzendbureau Randstad. Randstad bemiddelt pas- en langer afgestudeerden. Ben je op zoek naar een (bij)baan? Dan kun je daar terecht.
3.20
Teach-Inn kapsalon Op de begane grond, ruimte 0.79 kun je terecht voor een afspraak bij de kapper. Deze kapsalon is een leerbedrijf voor MBO studenten. De openingstijden staan vermeld op de deur.
52 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
3.21
ABN-Amro bank Bij de ingang aan de Rengerslaan tref je, bij binnenkomst direct rechts een ABN-Amro bank aan (studentenshop). Hier kun je je bankzaken regelen en/of geld pinnen/chippen.
3.22
Expect locatie Leeuwarden Een student of een professional is niet iemand die alleen maar doet wat gezegd wordt dat er gedaan moet worden. Hij denkt zelf na, zoekt naar zin en betekenis en ontwikkelt een visie. Die visie is breed, persoonlijk maar niet zo maar gebaseerd op streven naar eigen belang. Het is ook voor je persoonlijke ontwikkeling goed je bezig te houden met het ontwikkelen van die brede visie, op jezelf, de mensen om je heen en op afstand en de (wereld)samenleving. Expect biedt activiteiten aan waar die zingeving aan de orde komt. Cursussen met aandacht voor ontmoetingen tussen culturen, ethische vragen in de praktijk, religie, mens- en maatschappijvisie. Daarnaast kun je je inzetten bij projecten, bijv. radioprogramma lokale omroep, expositie, informatiemarkt voor ontwikkelingsprojecten. Ook een aantal studiereizen staat op het programma. Door deelname aan een activiteit kun je na overleg vaak één of meerdere studiepunten verwerven. Expect is verbonden aan de plaatselijke kerken, maar ook breed georiënteerd en staat open voor iedereen die belangstelling heeft. Informatie: http://www.expect-leeuwarden.nl.
3.23
Leeuwarden Studiestad Heb je gekozen voor een opleiding bij Stenden in Leeuwarden? Dan kunnen we je feliciteren. Je hebt er namelijk voor gekozen om te gaan studeren in één van de leukste studentensteden van Nederland. In Leeuwarden vind je nog gemakkelijk een goedkope, ruime kamer, er is een erg breed aanbod van studentensporten, je kunt hier fantastisch uitgaan en heerlijk winkelen. Daarnaast is Leeuwarden één van de Nederlandse steden met het grootste aanbod van evenementen. Leeuwarden Studiestad is een stichting van de drie hogescholen die probeert om van Leeuwarden een nog betere studentenstad te maken. Bij Leeuwarden Studiestad kun je betaalbaar sporten, je wordt geholpen in je zoektocht naar een kamer en je kunt deelnemen aan één van de vele studentenevenementen die georganiseerd worden. Leeuwarden Studiestad werkt nauw samen met alle studentenverenigingen in de stad. Uitgebreide informatie over de studentenvoorzieningen in Leeuwarden vind je op de website www.leeuwardenstudiestad.nl.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 53
Hoofdstuk 4
3.24
Voordelig spierpijn! In Leeuwarden kun je als student tegen een laag tarief sporten. Leeuwarden Studiestad biedt je de mogelijkheid om alleen of in teamverband te sporten. Ook worden er regelmatig sportevenementen en workshops georganiseerd voor studenten met een sportpas. Hierbij kun je denken aan een voetbalcompetitie, badminton laddercompetitie, tennistoernooi, duikintroductie en het bekende voetbaltoernooi het LSV.
Wat is HBO Sport? HBO-Sport is een orgaan binnen Stenden, dat streeft naar het aanbieden van de beste mogelijke sportfaciliteiten voor studenten. Dit doen wij door middel van: vaste wekelijkse activiteiten zoals futsal en basketbal, volleybal vrije uren bij verschillende fitness centra (fitness, squash, tennis, aerobics, spinning, etc.) vrije zwemuren bij zowel het Aquarena als Parc Sandur toernooien in o.m. futsal en volleybal kortingen bij verschillende instanties (bowlen, sportzaken). Wil jij zelf een trainingsuurtje of een andere activiteit opzetten? Of zou je graag nog een extra toernooitje willen spelen? Mail naar
[email protected].
54 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
4
Regelgeving rond ziekte en andere bijzondere omstandigheden Hieronder wordt aangegeven wat je moet regelen als je door ziekte of andere bijzondere omstandigheden (tijdelijk) niet kunt deelnemen aan het onderwijs.
4.1
Regeling in geval van ziekte of andere bijzondere omstandigheden Als een student wegens ziekte of bijzondere omstandigheden niet aanwezig kan zijn bij een verplichte onderwijsactiviteit, moet dit diezelfde dag voor 17.00 uur gemeld worden bij de Front Desk (058 - 244 1335) van de opleiding. Als de student wegens ziekte of omstandigheden vertrekt terwijl er nog verplichte onderwijsactiviteiten op die dag zijn, moet dit worden gemeld bij de Front Desk. Als door ziekte of bijzondere omstandigheden studievertraging dreigt te ontstaan, is de student (voltijds en duaal) verplicht contact op te nemen met zijn of haar studiecoach/opleidingscoach en met het decanaat.
4.2
Niet behalen van de norm van het (bindend) studieadvies Als je denkt door ziekte of andere bijzondere omstandigheden (zie onder 4.4) niet te kunnen voldoen aan de norm van het bindend studieadvies in het eerste of tweede jaar, moet je bijzondere omstandigheid melden bij zowel je studie- of trajectbegeleider als bij een decaan. Verder moet je voor 1 juni (februari instroom voor 1 november) bij de examencommissie een schriftelijk verzoek indienen om bij het vaststellen van het studieadvies rekening te houden met de bijzondere omstandigheid. Voor verdere informatie: zie hoofdstuk 3 van deel 1 van het studentenstatuut, waarin ook is opgenomen de „Regeling studieadvies‟.
4.3
Studievertraging Als je door ziekte of andere bijzondere omstandigheden (zie onder 4.4) dusdanige studievertraging oploopt, dat je langer over je studie moet doen dan vier jaar, moet je de ziekte/bijzondere omstandigheid zowel melden bij je studie- of trajectbegeleider als bij een decaan. De decaan bespreekt de consequenties voor je studiefinanciering met je en kan je inlichten over het profileringsfonds. Om in aanmerking te kunnen komen voor een financiële bijdrage uit het profileringsfonds ben je verplicht de bijzondere omstandigheid zo spoedig mogelijk te melden aan de decaan te melden. Als je weet dat je een tijdje niet aan het onderwijs kunt deelnemen bijv. door een geplande ziekenhuisopname, moet je dat direct melden. Ook als je door bijzondere omstandigheden de kans loopt niet binnen de diplomatermijnvan 10 jaar het einddiploma te behalen, kun je terecht bij het
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 55
Hoofdstuk 4
decanaat. Voor verdere informatie zie hoofdstuk 6 van deel 1 van het Studentenstatuut 2011/2012, waarin de Regeling Afstudeersteun is opgenomen. Je kunt ook op het intranet locatie Leeuwarden www.istenden.com de site van het decanaat raadplegen.
4.4
Bijzondere omstandigheden Onder bijzondere omstandigheden, bedoeld onder 4.2 en 4.3 vallen de volgende omstandigheden: ziekte (ook psychisch) zwangerschap bijzondere familieomstandigheden (zoals bijv. een echtscheiding van je ouders, ernstige ziekte of overlijden in de directe familie) medezeggenschapsactiviteiten voor de hogeschool topsport bestuurslidmaatschap van bepaalde studentenverenigingen een „niet studeerbaar‟ studieprogramma
4.5
Basisvoorzieningen voor studenten met een functiebeperking Onder basisvoorzieningen verstaan we die voorzieningen die altijd aanwezig moeten zijn, onafhankelijk of er op dat moment studenten zijn die hiervan gebruik maken. Sinds 1 december 2003 bestaat de Wet Gelijke Behandeling op grond van handicap of chronische ziekte. De wet bepaalt dat wanneer een student met een functiebeperking aanpassingen nodig heeft van technische, onderwijskundige of begeleidende aard, om een opleiding te kunnen volgen en hij de instelling daarom verzoekt, de opleiding of instelling verplicht is die aanpassingen te realiseren. De aanpassingen moeten aan twee eisen voldoen: zij moeten geschikt zijn en noodzakelijk. Geschikt wil zeggen dat de aanpassing een belemmering moet wegnemen of verminderen, waardoor de zelfstandigheid van de desbetreffende student wordt vergroot. Noodzakelijk wil zeggen dat hetzelfde doel niet op een andere, goedkopere manier kan worden bereikt. Eén en ander voor zover de gevraagde aanpassingen voor Stenden geen onevenredige belasting betekenen als bedoeld in art. 2 van de Wet Gelijke Behandeling op grond van een handicap of chronische ziekte vormen. Eén van de decanen is contactpersoon handicap & studie (zie paragraaf 3.5 in hoofdstuk 3. Deze geeft informatie en advies over mogelijke aanpassingen en voorzieningen en bemiddelt bij het realiseren hiervan.
A materiële voorzieningen Gehandicaptentoiletten Parkeerplaatsen voor minder validen Geldautomaat bij restaurant op de hoogte van een rolstoelgebruiker Lage stacomputer voor rolstoelgebruiker Mobiele ringleiding op uitleenbasis bij audiovisuele dienst Laptop op uitleenbasis bij audiovisuele dienst
56 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
Readingpen Gebruik voorleessoftware
B onderwijskundige voorzieningen mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid mogelijkheid
tot verlenging van de toetstijd om apart te zitten bij een toets reader in vergroot lettertype (12 punts) te krijgen een aangepast lesrooster te krijgen tot aanpassing studieplanning tot een vervangende opdracht tot een aangepaste werkvorm tot aanpassing toetsvorm tot flexibele leerroute tot aangepaste stage in vorm en duur toets vergroot te krijgen op A3 formaat gebruik computer bij toetsen gebruik computer met spraak
C financiële voorzieningen vergoeding voor dyslexieonderzoek, (vergoeding van 400 euro maximaal) profileringsfonds voorzieningen op het gebied van studiefinanciering
Procedures Ad A materiële voorzieningen De meeste materiële basisvoorzieningen zijn zonder meer te gebruiken. Wanneer de student gebruik wil maken van de voorzieningen die onder beheer van de audiovisuele dienst vallen, dient hij via de contactpersoon handicap & studie/decaan een aanvraag in te dienen. Wanneer een voorziening (bijvoorbeeld een speciale stoel) op uitleenbasis wordt verstrekt wordt de aanvraag ingediend bij de contactpersoon handicap & studie en in een onderwijscontract vastgelegd. Ad B onderwijskundige voorzieningen Wanneer de student gebruik wil maken van bepaalde voorzieningen is het goed zo snel mogelijk een afspraak te maken met één van de contactpersonen handicap & studie/decaan. Soms is het raadzaam om dit al voor de studie te doen. Zij kunnen adviseren over mogelijke voorzieningen. In overleg met de coördinator studiebegeleiding kan besproken worden welke stappen ondernomen dienen te worden om de voorzieningen te realiseren. Voor bepaalde voorzieningen dient een aanvraag ingediend te worden bij de examencommissie. Een medische verklaring is gewenst. De afspraken en verantwoordelijkheden worden vastgelegd in een onderwijscontract „studeren met een functiebeperking‟. Het onderwijscontract geldt voor de gehele of bepaalde onderdelen van de opleiding en voor een bepaalde tijd. Studenten die willen beschikken over speciale toetsvoorzieningen dienen dit, indien mogelijk, minimaal 2 weken voor de toetsperiode te laten vastleggen bij de contactpersoon handicap & studie of de daarvoor verantwoordelijke decaan. Het toetsservicebureau zorgt voor de
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 57
Hoofdstuk 4
organisatie van de toetsvoorzieningen. Ad C financiële voorzieningen Wanneer de student of de opleiding het vermoeden heeft dat de student dyslexie heeft en de student ondervindt hiervan hinder in het onderwijs dan kan de student een dyslexieonderzoek laten doen. De contactpersoon handicap& studie/decaan bemiddelt bij de aanvraag voor een vergoeding hiervoor. De vergoeding bedraagt maximaal 400 euro. Wanneer de student studievertraging oploopt of zijn studie moet afbreken vanwege zijn functiebeperking zijn er verschillende financiële regelingen mogelijk, bijvoorbeeld 12 maanden extra studiefinanciering. De decaan bespreekt welke regeling op de situatie van de student van toepassing is en begeleidt de aanvraag. Contact Contactpersonen handicap & studie, Leeuwarden: voor de locaties Leeuwarden en Groningen mevrouw Hermien Moning,
[email protected] Afspraak kan gemaakt worden via i study Leeuwarden.
4.6
Regeling medische verklaring in geval van ziekte 4.6.1 Doel van de verklaring Indien een student: zich tijdens een studiejaar wil uitschrijven wegens ziekte; wegens ziekte een beroep doet op financiële ondersteuning uit het profileringsfonds; niet aan een examen(onderdeel) deelneemt wegens ziekte; en de examencommissie verlangt dat hij dit staaft met bewijzen moet hij een medische verklaring overleggen aan IRC(a), de commissie profileringsfonds (b), of de examencommissie van de opleiding (c).
4.6.2 Verkrijgen van de verklaring Je kunt een medische verklaring opvragen bij je huisarts of medisch specialist.
4.7
Studeren en RSI (CANS) Er zijn studenten die last hebben van pijn in de arm, nek, schouder, elleboog of pols. In eerste instantie wordt vaak gedacht dat het wel over zal gaan. Maar helaas is dat niet altijd het geval. De pijn die hier genoemd wordt kan duiden op RSI: Repetitive Strain Injury, ook welbekend als “muisarm”. Wanneer die eerste signalen niet serieus genomen worden, breiden de klachten zich meestal langzaam uit. Volgens een aantal betrokken beroepsgroepen heeft de term RSI een negatieve lading en geven sommige behandelaars (ten onterechte) de diagnose RSI. Daarom heeft men afgesproken de nieuwe term CANS (complaints of Arm, Neck and/or Shoulder) te gaan gebruiken. RSI is lastig vast te stellen, want de pijn kan meerdere oorzaken hebben. Omdat CANS nog een vrij nieuwe term is, blijven we in dit stukje voor alle duidelijkheid nog
58 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
Hoofdstuk 4
spreken over RSI. Bij RSI is er een duidelijke relatie tussen de manier waarop wordt gewerkt en de aanwezige klachten. Factoren die tot RSI kunnen leiden zijn: een verkeerde zithouding tijdens het werk repeterend werk weinig afwisseling in zowel houding als werkzaamheden stress Ook tijdens de studie kunnen er activiteiten zijn waarbij lang achter elkaar in dezelfde houding wordt gewerkt en/of dezelfde bewegingen worden gemaakt. Het beeldscherm neemt een belangrijke plaats in bij werkzaamheden, niet alleen op school maar vaak ook nog thuis. Bovendien nemen chatten, internetten en computerspelletjes ook een niet onaanzienlijk deel van de tijdsbesteding in beslag. RSI is grotendeels zelf te voorkomen. De belangrijkste tips hiervoor zijn: werk niet langer dan vijf à zes uur per dag aan een beeldscherm en niet langer dan twee uur aan een laptop! Genoemde tijden zijn inclusief chatten, e-mailen en spelletjes! neem bij beeldschermwerk ieder uur een korte pauze let op een goede zithouding voor het beeldscherm wissel beeldschermwerk af met ander werk zorg voor voldoende ontspanning naast de studie neem beginnende klachten (pijn, tintelingen, stijf gevoel) serieus en raadpleeg bijtijds je (huis-)arts Meer informatie over RSI kun je vinden op het intranet en het Internet. Onderstaande sites geven in ieder geval een goed overzicht: http://rsi.pagina.nl www.muisarm.nl Postbus 51 (www.postbus51.nl) geeft gratis de brochure „Veilig werken: RSI - informatie voor werknemers en werkgevers‟ uit.
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 59
Hoofdstuk 5
5
Adressenlijst De adressenlijst is te vinden op:
60 STUDIEGIDS - DEEL 2
2011/2012
elo.stenden.com
Index
STENDEN hogeschool
– SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING DEELTIJD 61