Schoolgids WereldKidz Palet Schooljaar 2015-2016
WereldKidz Palet Buitenweg 310 3602 ZK Maarssen t 0346 556163 w palet.wereldkidz.nl
pagina 1
1. De school 1.3 Samenstelling van het team
Locatie Zandweg Oostwaard groep 1-2 groep 1-2 groep 1-2 groep 3 Groep 3 groep 4-5 groep 5-6 groep 6 groep 7 groep 8
Claudia Hollak Charlotte Londen Gonnie van den Broek Evelyn Klein Schiphorst Gerdie Hofland Els Bunte Wilna Quakkelaar Marijke Spraakman Marjan de Weerdt Richard Kommer
Annie Spilker
Aafke van Eijl Marjolein Mansheijm Tine van Caspel Jaqueline van Well Rolinka van der Hoeven
Nannette Pakkert Linda Bouterse Marjolein Mansheijm Barbara Keijzers Nannette Pakkert
Edith van Walbeek Margriet de Heer Ben Negerman Diana Picauly Femke Burgers Hester Eising
Nanja van Vlaanderen Nanja van Vlaanderen Gerda Broers Hester Eising Gerda Broers
Jolanda van Wijngaarden Bea van der Hagen Shelagh Aniba Monique Theunissen Ad van den Broek Marjan Langhorst
Locatie Bolenstein groep 1-2 groep 1-2 groep 1-2 groep 3 groep 4 groep 4-5 groep 5 groep 6 groep 7 groep 7/8 groep 8
Directeur Schoolleider Zandweg Schoolleider Bolenstein
Jantina Verwaal Jolanda van Wijngaarden Barbara Keijzers
Intern Begeleider Leerkracht adviesteam Officemanager
Ida Tabbers Catelijne Messing Anca Liedmeijer
Op WereldKidz Palet werken 31 leerkrachten, een schoolleiders, een intern begeleider en de directeur.
pagina 2
2. Waar WereldKidz Palet voor staat 2.1 Missie Visie Missie WereldKidz Palet Op WereldKidz Palet wordt het onderwijs aan onze kinderen zo georganiseerd dat ieder kind zich elke dag optimaal kan ontwikkelen om zo als een volwaardig individu in onze maatschappij te kunnen functioneren. Een professionele leerkracht heeft hierbij de sleutelrol en het zich welbevinden van een kind is voorwaardelijk voor het gehele proces. Het geheim van goed onderwijs ligt besloten in onderstaande missie:
“Een kind komt opgewekt naar school en een kind gaat weer naar opgewekt huis”
In deze missie is onze school een leerinstituut voor kinderen. Een voorwaarde voor dit leren is het zich welbevinden van een leerling. Daarom staat in onze visie op onderwijs een "eerst-dan" redenering: Visie WereldKiz Palet Voor die veilige omgeving is het als eerste van belang dat de basis wordt gelegd voor fundamenteel vertrouwen in jezelf, de mensen om je heen en de wereld. Vervolgens is het van belang dat er een goede band bestaat met de mensen om je heen, de sociale omgeving. De ze omgeving fungeert als ´oefenplaats´ voor het ontwikkelen van sociaal gedrag in de samenleving waarbij er sprake is van waardering voor jezelf en voor anderen. Een kind kan vervolgens optimaal leren als het onderwijs zo veel mogelijk op maat wordt aangeboden in een gevarieerde leeromgeving. Optimaal leren houdt in dat een kind toekomt aan volledige ontplooiing van zichzelf, toekomt aan ontplooiing van het reeds aanwezige talent. Het onderwijs voor elke leerling is daarom pro-actief gestructureerd en handelingsgericht. Een team van professionele leraren heeft in het gehele proces de sleutelrol. Aan het einde van hun schooltijd op WereldKidz Palet voelt een kind zich competent, kan hij keuzes maken, weet zijn mogelijkheden en zijn beperkingen, kent zijn rechten en plichten, is autonoom en is in staat een actief burger te zijn. Hij weet zijn kansen voor de komende periode optimaal te benutten. Om "opgewekt " heen en weer te gaan creëert de school elke dag een veilige schoolomgeving en creëert de school elke dag een leeromgeving met haalbare doelen. Met nadruk is de integratie van ICT in deze leeromgeving van doorslaggevend belang. 2.2 Werken vanuit zes ambities Om resultaatgericht, ontwikkelingsgericht en toekomstgericht onderwijs te geven en het kind centraal te stellen in zijn wereld hebben wij op schoolniveau zes ambities geformuleerd .
(zie ook het SchoolOndernemingsPlan)
Deze ambities zijn besproken met de teamleden en tevens hebben we gezamenlijk de doelen vastgesteld. ambitie 1: we willen Kansrijk onderwijs geven in onze visie ambitie 2: we willen Aansluiten bij een (inter)nationale kenniseconomie ambitie 3: we willen Kwaliteit leveren en laten zien ambitie 4: we willen Leren met en van elkaar ambitie 5: we willen Een uitnodigend werkklimaat realiseren ambitie 6: we willen Samenwerken
pagina 3
De ambities zijn ook omschreven in taal die meer bij de de kinderen aansluit
ambitie 1: ambitie 2: ambitie 3: ambitie 4: ambitie 5: ambitie 6:
Op WereldKidz Palet voel ik me veilig en fijn en mag ik mijn talenten laten zien De wereld en ik Op ’t Palet laten we zien wat we kunnen Je leert van elkaar en met elkaar Onze school is heel leuk om naar toe te gaan Je werkt samen met heel veel andere mensen
2.3 Paletino en Paletconcept een sluitend plan Om met de leerlingen in gesprek te komen over de schoolambities en wat dat concreet in de klas betekent is er bij elke ambitie een kleurige Paletino ontworpen, een beeldmerk. Zo kunnen we allemaal met alle leerlingen in gesprek over onze ambities doelen en acties op basis van deze Paletino.
Zes ambities en zes Paletino's
De samenhang en ontwikkeling tussen Strategisch Beleid, onze ondernemende school en de bijdrage van elk persoonlijk individu hebben we visueel weergegeven in het Paletconcept.
Om de vertaling van de ambities concreet vorm te geven in een dynamische werkomgeving gebruiken wij een motto:
Denk in Dromen,
Denk in Doelen,
Denk in Daden,
Denk in Dagen
Dit motto gaat over onze kerntaak Onderwijs aan kinderen Dit motto sluit aan bij onze school met Passie voor onderwijs Dit motto maakt het volgende mogelijk Denken en Doen gaat samen Dit motto helpt de lijn duidelijk te houden tussen collectieve ambities op bestuursniveau en individueel gedrag van. Dit motto sluit aan bij ons team.
pagina 4
Droom: We willen iets – we hebben ambitie Doel: We houden van concrete plannen – we hebben een doel Daad: We zijn pragmatisch – we houden van doen Dag: We beginnen graag direct – vandaag en morgen
3 De organisatie van het onderwijs
3.1 De groepen organisatie In samenspraak met het managementteam wordt jaarlijks de groepsindeling vastgesteld. Dit gaat zoveel als mogelijk in overleg met de leerkrachten. Uitgangspunt hierbij is om iedereen op een zo goed mogelijk plek te laten werken. Er wordt gekeken naar de behoeften van een groep, naar wensen en naar specifieke deskundigheid. Het school- leerlingenbelang heeft altijd prioriteit. De klassenorganisatie is afhankelijk van de aanname van onze leerlingen. Op WereldKidz Palet is er een model ontwikkeld om te komen tot stabiele opbouw. Deze aanname en opbouw staat vermeld in ons aannamebeleid. In een grote organisatie zoals WereldKidz Palet (met twee locaties) zijn de taken duidelijk verdeeld. Als u vragen of opmerkingen heeft over uw kind, dan zijn de leerkrachten uw eerste aanspreekpunt. De schoolleiders zijn voor ouders vooral het eerste aanspreekpunt als het gaat om zaken die de locatie betreffen. De directeur is eindverantwoordelijk. Houdt u er echter wel rekening mee dat schoolleiders een deel van de week ook nog een lesgevende taak hebben. De niet-lesgebonden tijden zijn de beste momenten om afspraken te maken. Kerngedachte bij de begeleiding van kinderen is dat het pedagogisch klimaat op school zodanig is, dat de kinderen zich veilig voelen; de kinderen moeten zich er geborgen weten en zich tevens ervan bewust zijn dat er resultaten moeten worden behaald. Onderwijskwaliteit geldt op WereldKidz Palet dus voor alle kinderen en in het bijzonder voor hen die meer specifieke hulp nodig hebben. Dit kunnen kinderen zijn met extra aandacht voor concentratie, gedrag, lezen, hoogbegaafdheid etc. De aanpak van deze kinderen heeft een structureel karakter en is ingebed in de pedagogische context. Natuurlijk willen de leraren weten hoe ze het beste kunnen aansluiten bij specifieke behoeften van de kinderen. Hiertoe wordt nauwkeurig bijgehouden wat een kind in school doet en wat de leraar van die prestaties vindt. Ook worden landelijk genormeerde toetsten gebruikt. Voor dit doel is een meerjarenregistratie ontwikkeld. Ook worden de kinderen in hun dagelijkse werk bekeken en beoordeeld. Als een kind extra opvalt, in gedrag of qua prestaties, dan worden maatregelen getroffen die gericht zijn om verdere groei van het kind mogelijk te maken. Door zoveel mogelijk het onderwijs op de behoefte af te stemmen, kunnen zowel kinderen met leeren/of gedragsproblemen als kinderen die erg veel in hun mars hebben, worden begeleid. De eigen groep is dan ook de plek waar de extra aandacht voor uw kind plaats vindt. Blijkt de leraar extra steun nodig te hebben om uw kind zo goed mogelijk te begeleiden, dan kan de intern begeleider worden geraadpleegd. Zij ondersteunt en adviseert. Palet heeft geen remedial teachers. Natuurlijk vindt er dan frequent overleg plaats met de ouders over de aanpak en de resultaten van hun kind. pagina 5
Mocht het noodzakelijk zijn, dan wordt in onderling overleg met ouders en leraar afgesproken om extra hulp van 'buitenaf' in te roepen. Deze hulp kan gegeven worden door een begeleidingsdienst, de GGD, een logopedist(e) etc. Ondanks alle energie van kinderen, ouders en leraren komt het een enkele keer voor dat een kind een plaats krijgt in het speciaal basisonderwijs. 3.2 Passend onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 is er de wet ‘Passend Onderwijs’. Binnen het onderwijs werken reguliere basisscholen en scholen voor speciaal (basis) onderwijs nauwer samen met als doel passende ondersteuning te bieden zodat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen. Passend Onderwijs is een andere manier van denken waarbij mogelijkheden voorop staan in plaats van beperkingen. Niet de vraag: ‘wat heeft dit kind?’, maar: ‘wat heeft dit kind nodig?’ staat centraal. Met Passend Onderwijs wordt ook de ‘zorgplicht’ voor schoolbesturen ingevoerd. Elke school heeft de plicht te onderzoeken of zij kinderen met intensieve onderwijsbehoeften een passend onderwijsaanbod kunnen bieden. Wanneer dit niet op de school van aanmelding te realiseren is, zoekt de school gezamenlijk met ouders naar een passende school. School kan hierbij ondersteuning vragen bij de coördinator van Passenderwijs. Samenwerkingsverband Passenderwijs De Stichting Passenderwijs, kortweg Passenderwijs, is de naam van het 'weer samen naar school' samenwerkingsverband primair onderwijs regio Woerden, Stichtse Vecht en Ronde Venen. Passenderwijs stelt zich ten doel voor elk kind een zo thuis nabij mogelijk passend aanbod te bieden. Om dit te realiseren zijn afspraken gemaakt over het niveau van ‘basisondersteuning’ en ‘extra ondersteuning’. Alle scholen dienen de vastgestelde basisondersteuning te bieden, Passenderwijs zal de komende jaren de scholen hierin blijven ondersteunen. Passenderwijs doet dit door de inzet van meerpartijenoverleggen en consultaties op scholen, de leeskliniek en trainingen. Een aanmelding hiervoor kan gedaan worden bij het Loket van Passenderwijs, middels het Groeidocument. Een kind met intensievere onderwijsbehoeften dan in de basis op de school wordt geboden, kan in aanmerking komen voor ‘extra ondersteuning’. De ‘extra ondersteuning’ wordt binnen Passenderwijs vormgegeven middels arrangementen. Scholen kunnen zich melden bij het Loket van Passenderwijs indien ‘extra ondersteuning’ gewenst is. De manier van werken en het ondersteuningsaanbod van Passenderwijs is beschreven in het Ondersteuningsplan en beschikbaar op de website www.passenderwijs.nl. Schoolkeuze, aanmelding en toelating Als ouder kiest u zelf een school voor uw kind, ook als uw kind extra ondersteuning nodig heeft. U bepaalt zelf waar u uw kind aanmeldt. Informatie over de ondersteuning die een school biedt, kunt u vinden in het ondersteuningsprofiel van de school (op school aanwezig). In geval van aanmelding bij één van de bij Passenderwijs aangesloten scholen, waarbij de school niet aan de onderwijsbehoeften van het kind kan voldoen, zal de procedure worden gehanteerd welke binnen het samenwerkingsverband is vastgesteld. Deze procedure is als bijlage opgenomen in het ondersteuningsplan van Passenderwijs. Verwijsindex Risicoleerlingen (VIR) en meldcode Een verwijsindex risicoleerlingen (VIR) is een informatiesysteem waarin professionals zoals leraren, hulpverleners en begeleiders kunnen aangeven dat zij zich zorgen maken over een jeugdige tot 23 jaar. Sinds 1 januari 2010 is de invoering van een verwijsindex landelijk verplicht. Er zijn veel instellingen die zich inzetten voor het welzijn van kinderen. Maar soms weten deze instellingen niet van elkaar wat ze doen. Leraren, hulpverleners en begeleiders moeten meteen kunnen zien wie contact heeft met een kind in geval van problemen. Zo kunnen zij snel met elkaar overleggen over het kind. De VIR zorgt ervoor dat de professionals van elkaar weten wie er betrokken is bij het kind en het gezin. Het gebruik van de VIR zorgt voor vroegtijdige signalering van zorgen bij kinderen en jongeren tot 23 jaar. Ook zorgt de VIR voor overzicht, samenwerking en pagina 6
goede afspraken tussen de verschillende instellingen. Samenwerking tussen professionals en met ouders is heel belangrijk omdat dan de problemen van een kind of jongere goed kunnen worden begeleid en uiteindelijk verholpen. Sinds 1 juli 2013 zijn beroepskrachten verplicht een meldcode te gebruiken bij vermoedens van geweld in huiselijke kring. Een meldcode beschrijft in een aantal stappen wat de professionals moeten doen bij vermoedens van huiselijk geweld.
3.3
Arbobeleid
De leer- en leefomgeving van onze school voldoet aan de Arbo-eisen. Het buitenspeelmateriaal en het binnenspeelmateriaal wordt regelmatig gecontroleerd en voldoet aan de veiligheidseisen. De school is in het bezit van een ontruimingsplan, dat regelmatig getest en geëvalueerd wordt door de BHV-ers. Deze medewerkers volgen jaarlijks een her- en bijscholingscursus. Naar aanleiding van de RI&E een projectgroep ingericht die zich bezig houdt met bovenstaande BHV zaken. Het Arbobeleid staat periodiek op de agenda van het management en de MR.
4 Het Onderwijs aan onze kinderen 4.1 Kansrijk Onderwijs Vanuit onze visie en missie willen wij kansrijk onderwijs bieden aan al onze leerlingen, zoveel mogelijk passend bij elk kind, in een doorgaande ontwikkelingslijn. Wij hechten veel waarde aan het recht doen aan talenten in een goed pedagogisch klimaat en een veilige, aantrekkelijke leeromgeving, waarin de ontwikkeling van zelfvertrouwen, zelfstandigheid en zelfredzaamheid van leerlingen wordt gestimuleerd. Daarbij willen wij kwaliteit leveren en laten zien door opbrengstgericht te werken, d.w.z. systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van prestaties, waarbij wij hoge verwachtingen hebben van al onze leerlingen. In het verleden werden oorzaken van leer- of gedragsproblemen vaak uitsluitend in kindkenmerken gezocht, dit noemt men wel het “medisch model”. Daar komt de term “zorgleerling” ook vandaan. Voortschrijdend inzicht maakt duidelijk dat deze manier van omgaan met belemmeringen in leren of gedrag niet effectief, en ook niet wenselijk is. Het is beter om te spreken van onderwijsbehoeften en kansen , dan van onderwijsproblemen en beperkingen. Op WereldKidz Palet gaan wij uit van het handelingsgerichte model, dat geldt voor alle leerlingen. Onze onderwijsstructuur, die in paragraaf 4.3 wordt beschreven, is vanuit deze visie en missie vormgegeven. Een uitgebreide versie kunt u lezen het Onderwijswijsplan 2011-2015.
pagina 7
4.2 De Onderwijskwaliteit Om onze kwaliteit te borgen en in ontwikkeling te blijven is het belangrijk om na te gaan wat de resultaten zijn van ons onderwijs: doen wij de goede dingen en doen wij de goede dingen goed. Belangrijk hierbij is dat we ons samen verantwoordelijk voelen voor de resultaten en dat stappen die worden genomen om de kwaliteit te verbeteren door iedere betrokkene wordt gedragen. Kwaliteit is hiermee geen toeval. WereldKidz Palet werkt met de PDCA-cirkel
• P: PLAN Dit omvat het plan van aanpak • D: DO Het plan wordt uitgevoerd zoals is beschreven. • C: CHECK Controlemiddelen en evaluatie • A: ACT Dit is de fase van het vieren van het succes en de bijstelling. We onderscheiden vier kwaliteiten op WereldKidz Palet: Kwaliteit die moet
De kwaliteit die beschreven wordt in de kerndoelen. De onderwijsinspectie voert hier controle op uit. Kwaliteit die hoort De kwaliteit die kenmerkend voor onze school en/of voor de verschillende locaties. We spreken hier van onze school- en/of locatie-cultuur. Kwaliteit die kan De kwaliteit in onze organisatie die mogelijk is doordat individuele leerkrachten hun talenten inzetten. Kwaliteit die toevoegt De kwaliteit in onze school die voorkomt uit samenwerking met partners.
Om deze kwaliteit te meten maken wij gebruik van diverse instrumenten kwaliteitszorg. In het bovengenoemde onderwijsplan staan deze beschreven. 4.3 Onze onderwijsstructuur Om ons onderwijs zo veel mogelijk op maat te kunnen aanbieden, werken wij op WereldKidz Palet handelingsgericht, met interne en externe partners, in vijf onderwijsniveaus: van het algemene onderwijsaanbod voor alle leerlingen in de groep tot en met individuele begeleiding of verwijzing. De uitgangspunten voor deze structuur en de uitwerking ervan zijn hieronder aangegeven. De 1-onderwijsroute beschrijft per onderwijsniveau wie, waar, wanneer verantwoordelijk is voor het bieden van een passend onderwijsaanbod aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften; in de groep, in de school en bovenschools.
pagina 8
4.4 De vijf Onderwijsniveaus Hieronder wordt per onderwijsniveau aangegeven wat de inhoud en werkwijze is. Een schematisch overzicht is opgenomen als bijlage In elk niveau blijft de leerkracht degene die verantwoordelijk is voor het onderwijs aan alle leerlingen in zijn of haar groep. Ouders worden bij elk onderwijsniveau op de hoogte gebracht en gehouden door de groepsleerkracht. niveau 1 : Algemene begeleiding in de groep
groepsbespreking ( 2 x per jaar) tussen leerkracht en intern begeleider (IB)
Voor alle leerlingen. Het handelen van de leerkracht staat centraal. De leerkracht maakt een groepsoverzicht van alle leerlingen waarop van elke leerling wordt vermeld, wat positieve factoren zijn en wat de leerling nodig heeft m.b.t. uitleg en oefening (onderwijsbehoeften en aandachtspunten). Het groepsoverzicht wordt gebruikt bij de groepsbespreking met de IB, bij de overdracht naar het volgende leerjaar, en bij het opstellen van een groepsplan. Alle leerlingen worden in de groepsbespreking besproken. Groepsplannen worden voor tenminste twee vakgebieden opgesteld: taal (lezen, spelling, begrijpend lezen of woordenschat) en rekenen, zodat planning van het onderwijsaanbod (preventief en proactief) mogelijk is op verschillende niveaus. Ouders worden geïnformeerd over de voortgang van hun kind in de rapportgesprekken door de leerkracht. niveau 2 : Extra begeleiding in de groep
eventueel collegiale consultatie door IB
Kinderen voor wie de begeleiding in niveau 1 onvoldoende is, krijgen extra ondersteuning in de groep. Dat kan zijn in de vorm van extra uitleg en herhaling in een kleinere subgroep, extra ondersteuning op sociaal-emotioneel gebied, of in de vorm van het aanbieden van meer uitdaging en extra werk. De werkwijze en aanpak worden opgenomen in het groepsplan, waarna de leerkracht de ouders van de leerlingen uit de subgroepen hierover schriftelijk informeert. De extra begeleiding wordt gedurende zes tot acht weken geboden en daarna door de leerkracht geëvalueerd , hetgeen wordt besproken met de ouders. Vervolgens komt de leerling weer in niveau 1, tenzij de geboden hulp onvoldoende heeft opgeleverd. niveau 3 : Speciale begeleiding in samenwerking met de intern begeleider
leerlingbespreking met locatieteam en IB
Kinderen voor wie de begeleiding in niveau 2 onvoldoende is , worden door de leerkracht aangemeld voor een leerlingbespreking. Die bespreking is met het locatieteam en de intern begeleider. De leerkracht geeft van tevoren aan wat de hulpvraag is en wat er al is geboden aan extra hulp. niveau 4 : Speciale begeleiding met advies van externe deskundigen
betrokkenen : leerkracht , ouders, IB,directeur, externe deskundigen
Voor kinderen voor wie de begeleiding in niveau 3 onvoldoende is, wordt advies gevraagd aan deskundigen buiten de school. Dat kan zijn : - GiralisOpdidakt (schoolbegeleidingsdienst) - Samenwerkingsverband Passenderwijs 26.04 - Auris (dienstencentrum cluster 2) - CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) niveau 5: Individuele begeleiding op Palet of verwijzing naar een andere school
betrokkenen : ouders, leerkracht, IB ,directie, PCL/CvI , REC / ambulante begeleiders, Remedial Teachers (RT) van het Palet Adviesteam
Voor kinderen, voor wie de gegeven hulp in niveau 4 onvoldoende blijkt, zijn er drie mogelijkheden voor een passend onderwijsaanbod, waaruit de ouders in overleg met de school kiezen. 1.Verwijzing naar speciaal basisonderwijs ( bijvoorbeeld Het Klaverblad). Dit gaat in samenwerking met ouders en ons samenwerkingsverband Passenderwijs 26.04. 2.Extra hulp op de eigen school met behulp van een “arrangement” pagina 9
Vanuit ons smenwerkingsverband Passenderwijs of via Auris als het leerlingen met spraak/taal of gehoorbelemmeringen betreft. “Rugzakken” kunnen per 1-8-2014 (invoering passend onderwijs) niet meer worden aangevraagd, voor bestaande rugzakken is er een overgangsregeling. Meer informatie vind u op de site www.passenderwijs/nl 3. Verwijzing naar een school voor speciaal onderwijs (SO). -spraakmoeilijkheden, slechthorende leerlingen, leerlingen met ASS (autisme spectrum stoornissen) waarbij moeite met communicatie de belangrijkste onderwijsbelemmering is gen met ernstige motorische stoornissen Het belang van de leerling staat daarbij voorop; een andere belangrijke factor is : welke mogelijkheden hebben de school, de leerkracht en de groep ? Vanaf niveau 4 kan een ontwikkelingsperspectiefplan worden opgesteld, dit wil zeggen een eigen leerlijn. 4.6 Naar het voortgezet onderwijs Een goede overstap van het primair naar het voortgezet onderwijs is van groot belang voor een succesvolle schoolcarrière. Daarom hebben de gezamenlijke VO-schoolbesturen in Utrecht en Stichtse Vecht afspraken gemaakt over het proces van aanmelding en inschrijving op een school voor voortgezet onderwijs. De afspraken zijn een praktische vertaling van de wettelijke criteria en hebben als doel er voor te zorgen dat leerlingen zo goed mogelijk de overstap maken van het PO naar VO. Deze afspraken zijn vastgelegd in de POVO-procedure. Alle VO-scholen in de gemeente Stichtse Vecht werken volgens de afspraken van de POVO-procedure. De informatie over de overstap naar het VO is te downloaden via www.sterkvo.nl/povo of op de site van ons samenwerkingsverband www.passenderwijs.nl. Het schooladvies wordt gebaseerd op de ontwikkeling in toetsresultaten van groep 6 t/m groep 8 in combinatie met de kindkenmerken. Kindmerken zijn ondermeer: motivatie, concentratievermogen, zelfstandigheid en (zelf)discipline. Kindkenmerken zijn ondermeer: motivatie, concentratievermogen, zelfstandigheid en (zelf)discipline. De centrale eindtoets groep 8 is 2015 verplicht gesteld voor alle basisscholen in Nederland. De centrale eindtoets wordt in april afgenomen. WereldKidz heeft gekozen voor de centrale eindtoets van Cito. De centrale eindtoets is bedoeld als zogenoemd ‘objectief tweede gegeven’ in aanvulling op het schooladvies. De toetsscore van een leerling op de centrale eindtoets ondersteunt als het goed is het gegeven schooladvies. Is de toetsscore van de leerling hoger, dan moet de school het advies in overleg met de ouders opnieuw bekijken (heroverwegen) en kan de school het schooladvies eventueel aanpassen. Dit hoeft dus niet. Als de toetsscore lager is dan het gegeven schooladvies dan mag de basisschool het schooladvies niet aanpassen. Onze leerlingen hebben op de centrale eindtoets van april 2015 een schoolscore behaald van 540,3 (locatie Bolenstein) en 535,6 (locatie Zandweg). Van de in totaal 75 leerlingen in groep 8 in het schooljaar 2014-2015 hebben 71 leerlingen de eindtoets volgens verwachting of beter dan verwacht gemaakt. Deze resultaten zijn passend bij de gegeven schooladviezen.
pagina 10
In onderstaand schema ziet u de doorstroompercentages naar het voortgezet onderwijs van de afgelopen jaren. Locatie Bolenstein: Voortgezet Schooljaar onderwijs 2012-2013 %lln
Schooljaar 2013-2014 %lln
Schooljaar 2014-2015 % lln
Vmbo k/b
5
3
3
Vmbo TL
22
27
31
Havo
27
31
49
Vwo/ Gymnasium
46
39
17
Schooljaar 2013-2014 %lln
Schooljaar 2014-2015 % lln
Locatie Zandweg: Voortgezet Schooljaar onderwijs 2012-2013 %lln Vmbo k/b
8
17
17
Vmbo TL
32
32
31
Havo
17
17
21
Vwo/ Gymnasium
43
34
31
pagina 11
Beoordeling van de opbrengsten Uitgaande van hoge verwachtingen van kinderen streeft ons team ernaar de opbrengsten van het onderwijs te spiegelen aan de normering van de inspectie van het basisonderwijs. De inspectie monitort doorlopend de opbrengsten van het onderwijs. Zij richt zich op het beoordelen van de basisvaardigheden (technisch en begrijpend lezen en rekenenwiskunde), de leerprestaties van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en de sociale competenties van leerlingen. De inspectie onderscheidt zeven opbrengstindicatoren. Deze betreffen de leerresultaten aan het eind van de basisschool, de scores op tussentijdse toetsen uit het leerlingvolgsysteem en de doorstroming van leerlingen binnen de school. Daarnaast bevat het twee indicatoren die de adviezen voor en het functioneren in het vervolgonderwijs betreffen. De inspectie beoordeelt: De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht; De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht; De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar; Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden; De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht; De adviezen van de leerlingen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie; De leerlingen functioneren naar verwachting in het vervolgonderwijs. 4.8 Engels – EarlyBird school WereldKidz Palet is een EarlyBird school ! In de huidige (onderwijs)maatschappij zien we steeds meer dat de Engelse taal een grotere plek inneemt. Uit onderzoeken is gebleken, dat niet de kinderen van groep 7 en 8, maar juist kleuters het meest taalgevoelig zijn. Kinderen die twee of meertalig opgevoed worden leren spelenderwijs de aangeboden talen zonder er moeite voor te hoeven doen. Vanuit het ministerie is daarom in juli 2013 een plan van aanpak opgesteld. In het plan wordt onder andere voorgesteld dat er een wetswijziging moet komen die basisscholen toestaat 15% van hun onderwijstijd in het Engels les te geven. WereldKidz Palet is in 2011 begonnen met de invoering van EarlyBird. www.earlybirdie.nl In het model van EarlyBird is er sprake van een doorlopende leerlijn Engels. Wie in groep 1 en 2 gaat beginnen met het leren van die taal, gaat daar gedurende zijn gehele verblijf van acht jaar mee door. In juni 2013 zijn wij door de auditcommissie geaccrediteerd als “EarlyBird school in ontwikkeling”. Naast allerlei andere adviezen is het duidelijk dat internationaliseren onze ‘next step’ is. De kleuterleeftijd is de meest “gevoelige periode” voor het aanleren van vreemde talen. Deze golden age is met name gunstig voor uitspraak en attitude. Juist oudere kinderen in het basisonderwijs, kinderen in het Voortgezet Onderwijs en volwassenen leren een vreemde taal op een andere manier. Jonge kinderen verwerven een taal (=onbewust en spontaan leren) en vanaf ongeveer het 10 e jaar gaan we een taal bewust leren (=expliciet leren). Zie ook: Omdat WereldKidz Palet ervan overtuigd is dat kinderen een betere uitspraak krijgen wanneer zij zoveel mogelijk aan native klanken worden blootgesteld, gebruiken de leerkrachten tijdens de lessen veel CD’s, beeldmateriaal en andere digitale middelen. Dit zelfde geldt ook voor authentiek leesmateriaal.
pagina 12
De leerkrachten beginnen met Engels in groep 1. Omdat de groepsleerkrachten de Engelse lessen/ activiteiten gaan verzorgen is het belangrijk dat zij op vaste tijden en in voor kinderen duidelijk herkenbare situaties te werk gaan. Tijdens de lessen worden de kinderen aangemoedigd Engels te gebruiken. De leerkracht spreekt Engels en probeert het gebruik van het Nederlands tijdens de Engelse les zo minimaal mogelijk te houden (door b.v. een kind te laten vertalen daar waar het nodig is). Routines en herhaling zijn erg belangrijk bij het verwerven van een vreemde taal. Daarom zullen we bepaalde routines elke les voor een bepaalde periode herhalen, b.v. elkaar begroeten, het weer bespreken, het behandelen van de kalender, etc.
Taalfouten worden aanvankelijk niet expliciet gecorrigeerd. Het maken van taalfouten hoort bij taalverwerving, b.v. ‘He walk’ is een normale fout die bij alle beginnende sprekers van Engels wordt gemaakt, ongeacht wat hun eerste taal is. Wel is het goed in zo’n geval te antwoorden met ‘Yes, he walks.’ en zo de kinderen het goede model te presenteren. Op latere leeftijd, met name groepen 6-8, kan er explicieter worden gewerkt aan een correcte grammatica.
Content and Language Integrated Learning [CLIL] is een ander element van het programma. Door het aanbieden van een zekere inhoud in de doeltaal wordt het leren van de doeltaal gestimuleerd. Dit kan door b.v. een gymles of een handvaardigheidsles in het Engels te geven. Ook kan in de bovenbouw worden gedacht aan projecten in het Engels. Alle leerkrachten zijn/worden opgeleid door EarlyBird om het certificaat Classroom English te halen.
4.9 Werken met 21st Century Skills De kinderen van nu leven in de maatschappij van de 21 eeuw. Internationalisering is een belangrijk uitgangspunt en tevens de aansluiting zoeken bij de huidge netwerksamenleving. Behalve kennis worden ook kwaliteiten verlangd als kunnen samenwerken, communiceren, flexibel zijn, creatieve oplossingen kunnen bedenken, als persoonlijkheid sterk in je schoenen staan en respect hebben voor anderen. Op school wordt uw kind begeleid op weg naar een mondiale burger. Kennisoverdracht door de leerkracht gaat samen met kennisconstructie door de leerlingen. De school wil de kinderen bovendien leren om orde en structuur aan te brengen in een wereld die aan grote veranderingen onderhevig is en waarin de ontwikkelingen elkaar zeer snel opvolgen, een wereld die de leerlingen straks zelf vorm geven. Wij werken daarom nauw samen met Kennisnet en gebruiken ook het model met de zeven skills dat samen met de universiteit van Twente is ontwikkeld. Wilt u hier meer in detail over lezen dan is het schoolondernemingsplan van WereldKidz Palet een bron. U kunt deze vinden op de website van de school. Veel actuele informatie over 21st Century Skills is te vinden op www.kennisnet.nl Snappet Vanaf het schooljaar 2015-2016 werken alle leerlingen in de groepen 4 t/m 6 met een eigen tablet van het bedrijf Snappet. Snappet is een onafhankelijke aanbieder van tablets met software die aansluit op de door ons gebruikte lesmethodes. De leerkracht geeft de instructie, de verwerkingsopdrachten maken de leerlingen op hun tablet. Er volgt per opgave direct feedback, zodat pagina 13
de leerling én de leerkracht meteen weten welke onderdelen nog extra uitleg nodig hebben. Als een leerling klaar is met de basisstof, volgt automatisch oefening op eigen niveau.
5 Expertise en ontwikkeling van leerkrachten
Onderwijs is een dynamisch proces waarin elke nieuwe dag anders is dan gisteren en morgen. Het gaat om het ontwikkelen en vernieuwen van methoden, toetsen en leerstrategieën. De leerling en het leren staat centraal. De nadruk in onze school ligt op het samen leren, het spreken van een gezamenlijke taal en het hebben van gedeelde waarden en normen. Samen leren is leerzaam én samen leren is vooral ook leuk! Om goed op de hoogte te blijven van de nieuwste onderwijsontwikkelingen en overwogen keuzes te maken, staat professionalisering van ons team centraal. In ons schoolondernemingsplan 2012-2016 hebben we in een meerjarenschema de speerpunten per schooljaar aangegeven. Elk jaar evalueren we aan de hand van het meerjarenschema ons onderwijs en stellen we met elkaar een ontwikkel- en verbeterplan op teamniveau op. Binnen de cyclus van funtionering- en beoordelingsgesprekken wordt de individuele ontwikkelingsbehoefte van de leraren bepaald. Rondom de concrete activiteiten in het meerjarenschema zijn op basis van de eigen interesses en kwaliteiten van de leraren ontwikkelgroepen geformeerd. De individuele kwaliteiten van de leraren worden zo maximaal benut en leiden tot intrinsieke motivatie in het behalen van organisatiedoelen. Een ontwikkelgroep heeft één projectleider die volledig verantwoordelijk is, leiding geeft aan de ontwikkelgroep en verantwoording aflegt aan de directeur. Elke groep heeft een eigen projectplan. De ontwikkelgroepen zorgen voor de communicatie met en de scholing van het team. Ontwikkelgroepen: - Ontwikkelgroep - Ontwikkelgroep - Ontwikkelgroep - Ontwikkelgroep - Ontwikkelgroep - Ontwikkelgroep
groep 1 & 2 Burgerschap, Sociaal-emotioneel ICT-geletterdheid leerarrangementen Engels verdiept arrangement
Naast de teamontwikkeling aangestuurd vanuit de ontwikkelgroepen vindt er ook teamontwikkeling plaats onder begeleiding van externe deskundigen. Voor het schooljaar 2015-2016 krijgen we begeleiding (scholing en klassenconsultaties) op het gebied van taal- lezen (o.a. Nieuwsbegrip XL en begrijpend luisteren), rekenen (referentieniveaus SLO) en Snappet.
5.2 Wijze van vervanging WereldKidz Palet kent uiteraard ziekteverzuim. Het komt voor dat een leerkracht wordt vervangen. Vervangingen worden geregeld via de invalpool van onze Stichting Soms gebeurt het dat collega's met een duobaan in springen bij een noodsituatie. Indien vervanging niet mogelijk is kan het zijn dat de leerlingen worden verdeeld over andere groepen. In uiterste gevallen kan het gebeuren dat groepen naar huis worden gestuurd. De directie beslist hierover en de school biedt altijd opvang. De directie zorgt er voor dat in een jaarrooster de extra verlofdagen voor scholing en studiedagen zijn vermeld zodat de ouders deze vaste momenten tijdig weten.
pagina 14
5.3 ARBO-, Verzuim- en Reintegratiebeleid Het Arbo-, Verzuim- en Re-integratiebeleid (AVR-beleid) van de WereldKidz berust op twee peilers, te weten arbeidsrisico (preventie) en verzuim en re-integratie (curatief). Onze visie op AVR houdt integraal rekening met preventie, verzuim en re-integratie. In ons beleid staat preventie voorop, maar ook voor verzuim en noodzakelijke re-integratie hebben wij beleid opgesteld. Het motto dat gehanteerd wordt binnen WereldKidz is: “Hard on the matter, soft on the person”. Dit houdt in dat er een evenwicht gevonden dient te worden tussen het behartigen van het organisatiebelang (inzetbaarheid medewerker) enerzijds en het aansluiten bij en het behartigen van de belangen en behoeften van de medewerker (vertrouwen, acceptatie, bevorderen genezing) anderzijds. In dit kader speelt de schooldirecteur een centrale rol in het voorkomen en terugdringen van verzuim op haar/zijn school. Hij wordt daarbij professioneel ondersteund door verschillende adviseurs (b.v. de arbodienst en de Stafmedewerker P&O van WereldKidz).
6 De ouders Onze school hecht veel waarde aan een goede samenwerking met ouders. Onderzoek naar ouderbetrokkenheid heeft aangetoond dat een goede samenwerking de kans van kinderen op schoolsucces aantoonbaar vergroot. Wij betrekken ouders constructief bij onze school als partners en deskundigen. Op dit moment zijn er al veel activiteiten gericht op ouderbetrokkenheid. Er wordt gezocht naar activiteiten om ouders meer inhoudelijk te betrekken bij schoolactiviteiten. Een van de concrete activiteiten is het onderwijscafé. Ouderbijdrage Voor het organiseren van activiteiten op de school heeft de oudervereniging geld nodig. Van de ouders wordt een (vrijwillige) ouderbijdrage gevraagd. Voor het schooljaar 2015-2016 vraagt de oudervereniging een vrijwillige bijdrage van 30 euro per kind op locatie Zandweg en 35 euro per kind op locatie Bolenstein. Daarnaast wordt een aparte bijdrage gevraagd voor de schoolreis. De oudervereniging int en beheert dit geld. De ouderbijdrage wordt besteed aan activiteiten zoals de sinterklaas- en kerstviering, het lentefeest en de sportdag. Tijdens de jaarvergadering legt het bestuur van de oudervereniging verantwoording af aan de ouders over het gevoerde ( financiële) beleid. De jaarvergadering vindt plaats in de maand oktober. Er bestaat de mogelijkheid gebruik te maken van een U-pas. De U-pas is een kortingspas voor gezinnen met een laag inkomen voor de inwoners van Utrecht, Houten, De Bilt, Nieuwegein, IJsselstein en Stichtse Vecht . Meer informatie over deze pas kunt u krijgen op 030-2865050 of www.u-pas.nl. Deze pas is aan te vragen bij de gemeente en geeft ouders de mogelijkheid om extra kosten aan schoolactiviteiten (zoals excursie, ouderbijdrage, schoolreis) te kunnen declareren. U kunt bij de schoolleider terecht voor meer informatie.
pagina 15
6.1 Toelatingsprocedure Toelatingsbeleid kinderen met een indicatie Het team van WereldKidz Palet is van mening dat alle kinderen toegelaten moeten kunnen worden die behoren tot het normale voedingsgebied van de school. Onder alle kinderen rekenen wij vanzelfsprekend ook kinderen met een handicap. Bij aanmelding van: ● een leerling met een positieve beschikking van een commissie van indicatiestelling (de zogenaamde leerlingen met een “rugzakje”) ● een leerling met een positieve beschikking van de Permanente Commissie Leerlingenzorg van het samenwerkingsverband Passenderwijs ● een leerling die wordt aangemeld vanuit een medisch kinderdagverblijf of die op de peuterspeelzaal extra begeleiding heeft gehad ● of een leerling die wordt teruggeplaatst van een speciale school worden de onderwijskundige behoeften zorgvuldig bekeken. Er wordt een afweging gemaakt of de school kan voldoen aan de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van de leerling. Het besluit over de toelating wordt door de directeur genomen, op advies van de intern begeleider. De intern begeleider van WereldKidz Palet neemt deel aan het intakegesprek met ouders, neemt contact op met de vorige school, peuterspeelzaal of medisch dagverblijf en voert een observatie uit. Als een leerling met een zogenaamd rugzakje (LGF) wordt aangenomen, wordt er in samenwerking tussen de intern begeleider van WereldKidz Palet en de ambulant begeleider van een school voor speciaal onderwijs een handelingsplan en een begeleidingsplan opgesteld. Deze beide plannen worden met de ouders doorgenomen. Regelmatig en structureel vindt er overleg plaats tussen alle personen die te maken hebben met de desbetreffende leerling. Er wordt besproken welke aanpassingen er voor de komende periode nodig zijn. De betreffende leerling moet zich verder kunnen ontwikkelen, zich veilig voelen binnen de school en sociale contacten hebben met de medeleerlingen. Ook wordt bekeken of er voor het betreffende kind voldoende mogelijkheden op onze school aanwezig zijn. Mocht dit niet langer het geval zijn, dan gaan we samen met de ouders en de ambulant begeleider op zoek naar een alternatief. De extra gelden die beschikbaar worden gesteld voor geïndiceerde leerlingen worden gebruikt voor het aanschaffen van aangepaste methodes en leermiddelen. De extra formatie wordt gebruikt voor gerichte onderwijsactiviteiten ten behoeve van de betreffende leerlingen.
6.2 Klachtenprocedure Het is voor de school belangrijk dat de kinderen en de ouders/verzorgers tevreden zijn over de kwaliteit van het onderwijs. Toch komt het ook op onze school voor dat u als ouder/verzorger niet tevreden bent over de begeleiding van uw kind of van uzelf. Lukt het niet om in het overleg met de groepsleerkracht en/of de directeur uw probleem op te lossen of te bespreken, dan kunt u een klacht indienen. Het betreft formele klachten over: * (Seksuele) Intimidatie; * (digitaal) Pesten; * Mishandeling; * Onheuse bejegening; * Inbreuk op privacy; * Didactische aanpak; * Pedagogische aanpak; * Organisatorische aanpak.
pagina 16
De bedoeling van de klachtenregeling is om samen te zoeken naar een oplossing en om gevoelens van ongenoegen en frustratie zo veel mogelijk weg te nemen. Ingediende klachten stelt de school bovendien in staat om maatregelen te treffen die het onderwijs verder kunnen verbeteren. De school heeft een klachtenreglement dat is af te halen bij de directeur. In dit reglement staat uitgebreid beschreven hoe u een klacht kunt indienen bij een teamlid, de directeur of bij het college van bestuur en hoe deze klacht wordt afgehandeld. Er is op elke school een interne contactpersoon die u kan helpen bij het procedureel afhandelen van uw klacht of u verwijst naar de externe vertrouwenspersoon. De interne contactpersoon is een persoon die binnen de school of schoolnabij aanwezig is om mensen met vragen over het hoe om te gaan met (het indienen van ) een klacht de juiste weg te wijzen en te zorgen voor de eerste opvang van de klager. De interne contactpersonen voor onze school zijn Richard van Kommer en Claudia Hollak. Claudia Hollak is bereikbaar op werkdagen tot 21.00 uur via schoolnummer of via 0346 570896 Richard van Kommer is bereikbaar op werkdagen tot 21.00 uur via schoolnummer of 030 2967236 Zij zullen u over de te volgen procedure informeren, u wat dat betreft adviseren en u verwijzen naar de externe vertrouwenspersoon. Het college van bestuur heeft een externe vertrouwenspersoon aangewezen die ter zake deskundig is bij het afwikkelen van een eventuele klacht. De externe vertrouwenspersoon is mevrouw Yvonne Kamsma. Zij is telefonisch bereikbaar op 088 093 1888 of via de e-mail
[email protected]. De externe vertrouwenspersoon wordt benaderd door de interne vertrouwenspersoon, het college van bestuur of rechtstreeks door de klager. Deze vertrouwenspersoon draagt zelfstandig zorg voor de eerste opvang van slachtoffers van ongewenst gedrag en gaat samen na welke vervolgstappen mogelijk zijn, zoals verwijzing naar instanties die gespecialiseerd zijn in opvang en nazorg. Jaarlijks vindt afstemming plaats tussen de externe vertrouwenspersonen en het college van bestuur over het resultaat van het beleid ten aanzien van de klachtenregeling. Voor de goede orde: Zowel de interne- als de externe vertrouwenspersonen hebben een geheimhoudingsplicht, waardoor privacy van de klager volledig is gegarandeerd. Bij (een vermoeden van) seksueel misbruik is een school wettelijk verplicht contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur. Met klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, discriminatie, radicalisering, ernstig fysiek geweld of grove pesterijen kunt u ook contact opnemen met een vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs. De inspecteur behandelt de klachten niet zelf. Hij geeft advies en biedt begeleiding bij het indienen van een klacht of het doen van aangifte. Hij onderneemt geen actie zonder uw instemming. De klachtenprocedure in het kort 1. Indien een ouder/verzorger een klacht heeft over een dienst van de school dan zal hij/zij de klacht in eerste instantie met het betrokken teamlid en eventueel met behulp van de directeur dienen op te lossen. 2. Indien de klacht niet met het betrokken teamlid kan worden opgelost, of indien het een klacht betreft die niet is terug te brengen op het individuele teamlid, dan zal klager zijn/haar klacht op schrift stellen en deze zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen een 14 dagen, aan de directeur doen toekomen. 3. De directeur zal binnen 14 dagen na indiening van de schriftelijke klacht zijn/haar standpunt schriftelijk aan klager kenbaar maken. Een afschrift van de beslissing wordt tevens aan het teamlid toegezonden. pagina 17
4. Indien klager met het standpunt van de directeur niet instemt, dan kan hij/zij zich wenden tot het college van bestuur van WereldKidz, Postbus 344, 3700 AH Zeist of via de e-mail
[email protected]. 5. Informatie over de klachtenprocedure zal door de directeur worden verstrekt. Deze klachtenprocedure acht de school wenselijk, wat niet wegneemt dat de klager zich te allen tijde rechtstreeks kan wenden tot de interne contactpersoon, de externe contactpersoon of de landelijke klachtencommissie. Het college van bestuur is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie: Geschillencommissie, t.a.v. de klachtencommissie, Postbus 85191, 3508 AD Utrecht, tel: 030 – 2809590, e-mail:
[email protected]. De landelijke klachtencommissie neemt, ter bescherming van de belangen van alle direct betrokkenen, de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht bij de behandeling van een klacht. De leden van de klachtencommissie zijn verplicht tot geheimhouding van alle zaken die zij in die hoedanigheid vernemen. Deze plicht vervalt niet nadat betrokkene zijn taak als lid van de klachtencommissie heeft beëindigd. Het jaarlijkse schriftelijk verslag van de klachtencommissie is na te zien op www.onderwijsgeschillen.nl. Indien er sprake is van zeer ernstige klachten bijvoorbeeld bij seksuele intimidatie of discriminerend gedrag, agressie of geweld dan wordt door de klager het college van bestuur van WereldKidz altijd schriftelijk benaderd. Bij seksuele agressie of geweld door een medewerker van de stichting wordt te allen tijde aangifte bij justitie gedaan. Indien er een klacht binnen komt gericht aan het college van bestuur van de stichting, dan treedt de volgende procedure in werking. - Binnen 5 werkdagen bericht van ontvangst van de klacht - Mededeling aan klager, aangeklaagde - Binnen 14 dagen na ontvangst klacht een hoorzitting; - Binnen 14 dagen na hoorzitting advies aan het college van bestuur; - Binnen 14 dagen neemt het college van bestuur een besluit op basis van het advies en meldt dit aan klager, aangeklaagde en de directie van de school. Het college van bestuur van WereldKidz voldoet hiermee aan de wettelijke verplichting betreffende de klachtenregeling. Bovendien wil zij met een goede uitwerking van deze regeling bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van het pedagogisch klimaat op haar scholen. 6.3 Sponsoring Op WereldKidz Palet wordt geen geld verworven via sponsoring. Het bevoegd gezag staat niet positief ten opzichte van sponsoring. Bij de formulering van eventueel beleid dient rekening te worden gehouden van de MR Momenteel is op WereldKidz Palet geen aanvullend beleid geformuleerd. Schoolverzekering voor leerlingen WereldKidz Palet heeft een collectieve verzekering afgesloten voor de kinderen en begeleiders. Deze verzekering houdt in dat de kinderen verzekerd zijn als zij onder schooltijd activiteiten ondernemen. Bijvoorbeeld tijdens excursies, projectactiviteiten, het zomerfeest of de werkweek.
pagina 18
7. Schooltijden 7.1 Schooltijden Benutting van de verplichte onderwijstijd Maatregelen preventie schoolverzuim In het kader van preventie schoolverzuim wordt u verzocht, wanneer uw kind niet op school kan komen, dit voor schooltijd telefonisch of persoonlijk, te melden. Wanneer uw kind onder schooltijd naar een dokter of een tandarts moet, dient u dit schriftelijk, of persoonlijk aan de leraar door te geven. Elke leraar houdt een administratie bij van afwezige kinderen. Het is niet toegestaan om buiten de vakantietijden extra vakantie voor uw kind(eren) op te nemen.
Schooltijden 2015-2016 groepen 1 t/m 4:
groepen 5 t/m 8:
maandag 08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
dinsdag 08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
woensdag 08.30 uur tot 12.15 uur
08.30 uur - 12.15 uur
donderdag 08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
vrijdag 08.30 - 12.00 uur / middag vrij
08.30 - 12.00 uur / 13.15 - 15.15 uur
7.2 Vakantietijden en studiedagen Vanuit de landelijke overheid bestaan richtlijnen voor de vakantiespreiding. Daarnaast vindt binnen de stichting overleg plaats over de planning van de overige vakantieperiodes. Hierbij wordt rekening gehouden met de planning van de plaatselijke gemeente en de gemeente Utrecht. In de plaatselijke pers en bij de afdeling voorlichting van de gemeente wordt de vakantieregeling vroegtijdig bekend gemaakt. Herfstvakantie Kerstvakantie Krokusvakantie Goede vrijdag/2de Paas Meivakantie Pinkstermaandag Zomervakantie
19-oktober-2015 21-december-2015 22-februari-2016 25-maart-2016 25-april-2016 16-mei-2016 11-juli-2016
25-oktober-2015 1-janurai-2016 26-februari-2016 28-maart-2016 6-mei-2016 19-augustus-2016
De definitieve vakantieplanning verschijnt ook op de website van de school en op www.wereldkidz.nl. Studiedagen (leerlingen vrij): 7 oktober, 9 december, 18 en 19 februari, 16 maart, 13 april, 20 en 21 juni. 7.4 Verlof pagina 19
In principe is het niet mogelijk om buiten de vastgestelde vakantieregeling verlof op te nemen. Er zijn enkele uitzonderingssituaties: - Het voldoen aan een wettelijke verplichting voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; - Bij verhuizing; - Bij huwelijk van bloed- en aanverwanten t/m de vierde graad; - Bij overlijden van bloed- en aanverwanten t/m de vierde graad; - Indien de werkgever de werknemer verplicht buiten de schoolvakanties vakantie op te nemen; - Bij bevalling van moeder/verzorgster/voogdes; - Bij ambts/huwelijksjubileum van bloed-en aanverwanten t/m de vierde graad (25-40-50-60 jaar). In deze situaties dient een schriftelijk verzoek ruim van te voren bij de directie te worden ingediend. De directie houdt een verzuimadministratie bij en is verplicht om ongeoorloofd verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaar zal bij ongeoorloofd verzuim een proces verbaal geven.
8 BELANGRIJKE ADRESSEN WereldKidz Postbus 344 3700 AH Zeist Telefoon 030 6969100 E-mail:
[email protected] Bezoekadres : Laan van Vollenhove 3279 (ingang D), 3706 AS Zeist Vereniging Openbaar Onderwijs Postbus 60182 1320 AE Almere tel: 036-5331500
[email protected] www.voo.nl Inspectie van het Onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 1113111 Passenderwijs http://www.passenderwijs.nl/
[email protected] Sterk VO http://www.sterkvo.nl/ GGD regio Utrecht http://www.ggdmn.nl/
Colofon pagina 20
Uitgegeven door de directie van WereldKidz Palet in samenwerking met de Medezeggenschapsraad. Redactie: directie WereldKidz Palet
pagina 21
Bijlage 1: Protocol schorsen en verwijderen van leerlingen Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht of waarbij verbaal geweld aan de orde is. Tevens kan tot schorsing/verwijdering worden overgegaan indien de school van mening is dat het niet kan voldoen aan het aanbieden van de noodzakelijke onderwijszorg. Onder ongewenst gedrag verstaat de school: - voortdurend, storend agressief en/of grensoverschrijdend gedrag van de leerling; - bedreigend, agressief, grensoverschrijdend en/of voortdurend storend gedrag van ouders/verzorgers van de leerling. Van belang hierbij is dat gegronde vrees bestaat voor de veiligheid van personeel of andere leerlingen of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs. De schoolleiding kan hiertoe aangifte doen bij de politie. Indien sprake is van een ernstig incident of indien handelingsverlegenheid ontstaat zal overleg plaatsvinden tussen de contactpersoon van de school en de directeur. De directeur zal na dit overleg een besluit voor de te volgen procedure nemen. Deze procedure is vastgelegd door het college van bestuur waarbij ook het mandaat van de betreffende directeur is geregeld. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van de school heeft volgens artikel 12 punt i op deze procedure haar instemming verleend. Er worden 3 vormen van maatregelen genomen: • Time-out • Schorsing • Verwijdering
Time-out Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: • In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd. De schoolleiding ziet erop toe dat de leerling door ouders/ verzorgers wordt opgehaald en dat leerling in geen geval alleen naar huis gaat. Verantwoordelijkheid voor de leerling eindigt na ophalen bij schooldeur. Ouders moeten dit schriftelijk ondertekenen. • Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out schriftelijk gemotiveerd op de hoogte gebracht. ( zie noot 1). • De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst voor maximaal 1 week. In beide gevallen dient de school vooraf of – indien dat niet mogelijk is – zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders. • De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de leraar en een lid van de directie van de school aanwezig. • Van het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. (zie noot 2) • De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school. • De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk gemeld aan het bevoegd gezag.
pagina 22
Schorsing
Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar* onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: • Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. • Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden. (zie noot 3) • De schorsing bedraagt maximaal 3 weken en kan hooguit 2 maal worden verlengd. (zie noot 4) • De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen. • Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. • Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: o Het bevoegd gezag; o De ambtenaar leerplichtzaken; o De inspectie van het onderwijs. Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep.
Verwijdering Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar* onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: • Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag. • Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de ouders voor gezien wordt getekend. • Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar: o De ambtenaar leerplichtzaken o De inspectie onderwijs • Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. • De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen. • Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. • Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. • Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen. Noot 1: Als veiligheid voorop staat, en dat zal regelmatig het geval zijn, moet de time-out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met ouders. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders niet te bereiken zijn. Eventueel is het verwijderen uit de klas en opvang elders nog een oplossing?
pagina 23
Noot 2: de time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij het herstellen van de rust binnen de school: het is principieel geen strafmaatregel maar een ordemaatregel in het belang van de school; daarom geen aantekening van de time-out maar van het incident in het dossier van de leerling. Noot 3: Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen (denk aan cito-entree of eindtoetsen) wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren. Noot 4: wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is; zij mag geen verkapte verwijdering worden; de termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele verwijderingsbeslissing op zorgvuldige wijze voor te bereiden.
pagina 24
Bijlage 2 Omgangs protocol Op WereldKidz Palet vinden wij het van belang dat wij goed met elkaar omgaan. Vanuit onze ambitie om een uitnodigend werkklimaat te realiseren nemen wij daarom maatregelen als we een verstoring zien van dat goede omgaan met elkaar Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus willen aanpakken. Daar zijn wel enkele voorwaarden aan verbonden.
Pesten op school. Hoe ga je ermee om?
Voorwaarden. Pesten zien we als probleem met alle direct betrokken partijen: leerlingen (gepeste kinderen, pesters en de zwijgende groep), leerkrachten en de ouders/verzorgers (hierna genoemd ouders). De school wil pestproblemen voorkomen. Los van het feit of pesten wel of niet aan de orde is, willen we het onderwerp pesten met de kinderen bespreekbaar maken, waarna de regels worden vastgesteld. Als pesten optreedt, moeten de leerkrachten (in samenwerking met de ouders) dat kunnen signaleren en duidelijk stelling nemen. Wanneer pesten ondanks alle inspanningen toch weer de kop opsteekt, moet de school beschikken over een directe aanpak. Wanneer het probleem niet op de juiste wijze wordt aangepakt of de aanpak niet het gewenste resultaat oplevert, dan is de inschakeling van een vertrouwenspersoon nodig. De vertrouwenspersoon kan het probleem onderzoeken, deskundigen raadplegen en het bevoegd gezag adviseren. Op onze school is een vertrouwenspersoon aangesteld.
Het probleem dat pesten heet:
De piek van het pesten ligt tussen 10 en 14 jaar, maar ook in lagere en hogere groepen wordt er gepest. Een pestproject alleen is niet voldoende om een eind te maken aan het pestprobleem. Het is beter om het onderwerp regelmatig aan de orde te laten komen, zodat het ook preventief kan werken.
Hoe willen wij daar mee omgaan ? Onderwerpen als veiligheid, omgaan met elkaar, rollen in een groep, aanpak van ruzies komen in kringgesprekken aan de orde. Andere werkvormen zijn ook denkbaar, zoals spreekbeurten, rollenspellen, regels met elkaar afspreken over omgaan met elkaar en groepsopdrachten. Het voorbeeld van de leerkrachten (en thuis de ouders) is van groot belang. Er zal minder gepest worden in een klimaat waar duidelijkheid heerst over de omgang met elkaar, waar verschillen worden aanvaard en waar ruzies niet met geweld worden opgelost, maar uitgesproken. Agressief gedrag van leerkrachten, ouders en de leerlingen wordt niet geaccepteerd. Leerkrachten horen duidelijk stelling te nemen tegen dergelijke gedragingen. Een effectieve methode om pesten te stoppen of binnen de perken te houden is het afspreken van regels voor de leerlingen. Signalen van pesterijen kunnen o.a. zijn: Altijd een bijnaam, nooit bij eigen naam noemen. Zogenaamde leuke opmerkingen maken over een klasgenoot Een klasgenoot voortdurend ergens de schuld van geven. Briefjes doorgeven. Beledigen. Opmerkingen maken over kleding. pagina 25
Isoleren. Buiten school opwachten, slaan of schoppen. Op weg naar huis achterna rijden. Naar het huis van het slachtoffer gaan. Bezittingen afpakken. Schelden of schreeuwen tegen het slachtoffer. Deze lijst kan nog verder worden uitgebreid: je kunt het zo gek niet bedenken of volwassenen en dus ook leerlingen hebben ze bedacht. Leerkrachten en ouders moeten daarom alert zijn op de manier waarop kinderen met elkaar omgaan en duidelijk stelling nemen wanneer bepaalde gedragingen hun norm overschrijden.
Regel 1:
Een belangrijke stelregel is dat het inschakelen van de leerkracht niet wordt opgevat als klikken. Vanaf de kleutergroep brengen we kinderen dit al bij : Je mag niet klikken, maar….. als je wordt gepest of als je ruzie met een ander hebt en je komt er zelf niet uit dan mag je hulp aan de leerkracht vragen. Dit wordt niet gezien als klikken.
Regel 2:
Een tweede stelregel is dat een medeleerling ook de verantwoordelijkheid heeft om het pestprobleem bij de leerkracht aan te kaarten. Alle leerlingen zijn immers verantwoordelijk voor een goede sfeer in de groep.
Regel 3:
Samenwerken zonder bemoeienissen: School en gezin halen voordeel uit een goede samenwerking en communicatie. Dit neemt niet weg dat iedere partij moet waken over zijn eigen grenzen. Het is bijvoorbeeld niet de bedoeling dat ouders naar school komen om eigenhandig een probleem voor hun kind op te lossen. Bij problemen van pesten zullen de directie en de leerkrachten hun verantwoordelijkheden moeten nemen en indien nodig overleg voeren met de ouders. De inbreng van de ouders blijft bij voorkeur beperkt tot het aanreiken van informatie, tot het geven van suggesties en tot het ondersteunen van de aanpak van de school.
Regels die in alle groepen gelden:
Doe niets bij een ander kind, wat jezelf ook niet prettig zou vinden. Kom niet aan een ander als je dat zelf ook niet wil. We noemen elkaar bij de voornaam en gebruiken geen scheldwoorden. Als je kwaad bent ga je niet slaan, schoppen of krabben (je komt niet aan een ander). Probeer eerst samen te praten. Ga anders naar de juf of de meester. Niet: zomaar klikken. Wel: aan de juf of meester vertellen als er iets gebeurt wat je niet prettig of gevaarlijk vindt. Vertel de juf of de meester wanneer jezelf of iemand anders gepest wordt. Blijft de pester doorgaan dan moet dat aan de juf of de meester worden verteld. Als je gepest wordt praat er dan thuis ook over, je moet het niet geheim houden. Uitlachen, roddelen en dingen afpakken of kinderen buitensluiten vinden we niet goed. Niet aan de spullen van een ander zitten. Luisteren naar elkaar. Iemand niet op het uiterlijk beoordelen. Nieuwe kinderen willen we goed ontvangen en opvangen. Ze zijn ook welkom bij ons op school. Opzettelijk iemand pijn doen, opwachten buiten school, achterna zitten om te pesten is beslist niet toegestaan. Probeer ook zelf een ruzie met praten op te lossen. Na het uitpraten kunnen we ook weer vergeven en vergeten. pagina 26
De bovenstaande regels gelden op school en daarbuiten.
Toevoeging: Kinderen mogen in hun eigen groep een aanvulling geven op deze vastgestelde schoolregels, in overleg met de leerkracht. Die aanvulling wordt opgesteld, door en met de groep, dit zijn de z.g. groepsregels. Zowel schoolregels als groepsregels zijn zichtbaar in de klas opgehangen. Aanpak van de ruzies en pestgedrag in vier stappen: Wanneer leerlingen ruzie met elkaar hebben en/of elkaar pesten proberen zij en wij :
Stap 1 :
Er eerst zelf (samen uit te komen).
Stap 2:
Op het moment dat een van de leerlingen er niet uitkomt ( in feite het onderspit delft en verliezer of zondebok wordt ) heeft deze het recht en de plicht het probleem aan de meester of juf voor te leggen.
Stap 3:
De leerkracht brengt de partijen bij elkaar voor een verhelderingsgesprek en probeert samen met hen de ruzie of pesterijen op te lossen en (nieuwe) afspraken te maken. Bij herhaling van pesterijen/ruzies tussen dezelfde leerlingen volgen sancties ( zie bij consequenties)
Stap 4:
Bij herhaaldelijke ruzie/pestgedrag neemt de leerkracht duidelijk stelling en houdt een bestraffend gesprek met de leerling die pest/ruzie maakt. De fases van bestraffen treden in werking (zie consequenties). Ook wordt de naam van de ruziemaker/pester in de klassenmap genoteerd en er komt een omschrijving in het dossier. Bij iedere melding omschrijft de leerkracht de “toedracht”. Bij de derde melding in de map worden de ouders op de hoogte gebracht van het ruzie-pestgedrag. Leerkracht en ouders proberen in goed overleg samen te werken aan een bevredigende oplossing. De leerkracht biedt altijd hulp aan de gepeste en begeleidt de pester, indien nodig in overleg met de ouders en/of externe deskundige.
Consequenties. De leerkracht heeft het idee dat er sprake is van onderhuids pesten: In zo’n geval stelt de leerkracht een algemeen probleem aan de orde om langs die weg bij het probleem in de klas te komen. De leerkracht ziet dat een leerling gepest wordt (of de gepeste leerling komt het bij hem/haar melden). Vervolgens leveren stap 1 t/m 4 geen positief resultaat op voor de gepeste: De leerkracht neemt duidelijk een stelling in. De straf is opgebouwd in 5 fases; afhankelijk hoelang de pester door blijft gaan met zijn/haar pestgedrag en geen verbetering vertoont in zijn/haar gedrag:
Fase 1: Een of meerdere pauzes binnenblijven Nablijven tot alle kinderen naar huis vertrokken zijn. pagina 27
Een schriftelijke opdracht zoals een stelopdracht over de toedracht en zijn of haar rol in het pestprobleem. Door gesprek: bewustwording voor wat hij/zij met het gepeste kind uithaalt. Afspraken maken met de pester over gedragsverandering. De naleving van deze afspraken komen aan het einde van iedere week (voor een periode) in een kort gesprek aan de orde.
Fase 2:
Een gesprek met de ouders, als voorgaande acties op niets uitlopen. De medewerking van de ouders wordt nadrukkelijk gevraagd om een einde aan het probleem te maken.
Fase 3:
Bij aanhoudend pestgedrag kan deskundige hulp worden ingeschakeld, zoals IB’er, Giralis of de schoolarts.
Fase 4:
Bij aanhoudend pestgedrag kan er voor gekozen worden de leerling tijdelijk in een andere groep te plaatsen binnen de school.
Fase 5:
In extreme gevallen kan een leerling geschorst of verwijderd worden. Begeleiding van de gepeste leerling. Medeleven tonen, luisteren en vragen: hoe en door wie hij/zij wordt gepest. Nagaan hoe de leerling zelf reageert, wat doet hij/zij voor, tijdens en na het pesten. Zoeken en oefenen van een andere reactie: bijvoorbeeld je niet afzonderen. Het gepeste kind laten zien waarom een kind pest. Nagaan welke oplossing het kind zelf wil. Sterke kanten van de leerling benadrukken. Belonen (schouderklopje) als de leerling zich anders / beter opstelt Praten met de ouders van de gepeste leerling en de ouders van de pester. Het gepeste kind niet overbeschermen, bijvoorbeeld naar school brengen of ik zal de pester wel eens gaan vertellen..Hiermee plaats je het gepeste kind in een uitzonderingspositie waardoor het pesten zelfs nog kan toenemen. Begeleiding van de pester. Praten; zoeken naar de reden van het ruzie maken/pesten (baas willen zijn, jaloezie, verveling, buitengesloten voelen) Laten inzien wat het effect van zijn/haar gedrag is voor de gepeste Excuses laten aanbieden. In laten zien welke sterke/leuke kanten de gepeste heeft. Pesten is verboden in en om de school: wij houden ons aan deze regel : straffen als het kind wel pest- belonen (schouderklopje) als kind zich aan de regels houdt. Kind leren niet meteen kwaad te reageren, leren beheersen, de stop-eerst- nadenken-methode o.i.d. Contact tussen ouders en school: elkaar informeren en overleggen. Inleven in het kind: wat is de oorzaak van het pesten? Zoeken van een sport of club, waar het kind kan ervaren dat contact met andere kinderen wel leuk kan zijn. Inschakelen hulp: Sova-training, schoolarts.
Oorzaken van pestgedrag kunnen zijn : Een problematische thuissituatie Voortdurend gevoel van anonimiteit (buitengesloten voelen) Voortdurend in een niet-passende rol worden gedrukt Voortdurend met elkaar de competitie aangaan pagina 28
Een voortdurende strijd om macht in de groep of in de buurt.
Adviezen aan de ouders van onze school. Ouders van gepeste kinderen: Houd de communicatie met uw kind open, blijf in gesprek met uw kind. Als pesten niet op school gebeurt, maar op straat, probeert u contact op te nemen met de ouders van de pesters om het probleem bespreekbaar te maken. Pesten op school kunt u het best direct met de leerkracht bespreken. Door positieve stimulering en z.g. schouderklopjes kan het zelfrespect vergroot worden of weer terug komen. Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport. Steun uw kind in het idee dat er een einde aan het pesten komt.
Ouders van pesters; Neem het probleem van uw kind serieus. Probeer achter mogelijke oorzaken te komen. Maak het kind gevoelig voor wat het anderen aan doet. Besteed extra aandacht aan uw kind. Stimuleer het kind tot het beoefenen van een sport. Corrigeer ongewenst gedrag en benoem het goede gedrag van uw kind. Maak uw kind duidelijk dat u achter de beslissing van de school staat.
Alle overige ouders: Neem de ouders van het gepeste kind serieus. Stimuleer uw kind om op een goede manier met andere kinderen om te gaan. Corrigeer uw kind bij ongewenst gedrag en benoem goed gedrag. Geef zelf het goede voorbeeld. Leer uw kind voor anderen op te komen. Leer uw kind voor zichzelf op te komen. Het pestprotocol heeft als doel: Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen Door regels en afspraken zichtbaar te maken kunnen kinderen en volwassenen, als er zich ongewenste situaties voordoen, elkaar aanspreken op deze regels en afspraken. Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen, stellen we alle kinderen in de gelegenheid om met veel plezier naar school te gaan!
pagina 29