Programmabegroting 2015 Meerjarenbegroting 2016 – 2018
Inhoudsopgave Aanbiedingsbrief................................................................................3 Leeswijzer..........................................................................................................6
DE BELEIDSBEGROTING.....................................................................7 Het Programmaplan...........................................................................7 Programma 1 Vergunningverlening......................................................8 1.1 Wat willen we bereiken?.................................................................................8 1.2 Wat gaan we doen?........................................................................................9 1.3 Wat mag het kosten?....................................................................................10
Programma 2 Handhaving.................................................................11 2.1 Wat willen we bereiken?................................................................................11 2.2 Wat gaan we doen?......................................................................................11 2.3 Wat mag het kosten?....................................................................................13
Programma 3 Stelseltaak..................................................................14 3.1 Wat willen we bereiken?................................................................................14 3.2 Wat gaan we doen?......................................................................................14 3.3 Wat mag het kosten?....................................................................................17
De paragrafen.................................................................................18 Paragraaf Weerstandsvermogen.........................................................18 Paragraaf Financiering......................................................................19 Treasuryfunctie...........................................................................19 Risicobeheer...............................................................................19 Berekening Kasgeldlimiet.............................................................19 Paragraaf Bedrijfsvoering..................................................................20 Ontwikkel en resultaatplan OddV 2014-2015..................................20 Personeel en organisatie..............................................................21 Financieel beleid en beheer..........................................................22 Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen..............................................23 DE FINANCIËLE BEGROTING.............................................................24 Het overzicht van baten en lasten en de toelichting..............................24 Toelichting op begrotingsposten...........................................................................25
De uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting...................27 Bijlagen..........................................................................................31 Bijlage 1 Overheadbegroting...............................................................................31 Bijlage 2 Overzicht formatie en uurtarieven..........................................................33 Bijlage 3 Overzicht bijdragen deelnemers OddV.....................................................34
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
2
Aanbiedingsbrief Algemeen Hierbij ontvangt u de Ontwerpbegroting 2015 Omgevingsdienst de Vallei (OddV). Op grond van artikel 29 lid 2 van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst de Vallei dient vóór 1 april van het jaar volgend op het jaar waarvoor zij dient een ontwerpbegroting te worden toegezonden aan het Algemeen Bestuur. Uitgangspunten In het Algemeen Bestuur van 22 november 2013 zijn de begrotingsuitgangspunten 2015 vastgesteld. De belangrijkste uitgangspunten zijn: • De begroting 2015 heeft als vertrekpunt het bestaande beleid 2014. • Beleidswijzigingen die consequenties hebben voor de begroting 2014 (en volgende jaren), worden in de begroting 2015 verwerkt dan wel via de eerste begrotingswijziging 2015. Voorbeelden hierbij zijn de overgang van de afdeling Bouwen, Wonen en Milieu van de gemeente Ede naar de ODDV en de decentralisatie van de Wabo taken van de provincie naar de gemeenten. • De begroting 2015 wordt opgesteld, rekening houdend met een besparing van 4,5% op het primaire proces ten opzichte van de geïnventariseerde budgetten van de latende organisaties in 2012. Deze besparing wordt ook doorgevoerd naar de formatieve en materiële overhead. • De raming van het percentage voor de lonen en prijzen voor het jaar 2015 worden gebaseerd op de percentages van het CBP genoemd in de septembercirculaire van het jaar 2013. Voor de prijzen wordt het percentage voor de netto materiële overheidsconsumptie gehanteerd, voor de lonen de loonvoet voor de sector overheid. • Gemeenten hanteren de nullijn voor prijsstijgingen in de begroting. In diezelfde trant worden de toegekende prijsinflatiecorrectie vertaald naar extra taakstelling bovenop de bovengenoemde besparing van 4,5%. Taakopvatting Omgevingsdienst de Vallei is voor bedrijven en inwoners in de regio het aanspreekpunt voor veel zaken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving. In Omgevingsdienst de Vallei (OddV) werken de gemeenten Barneveld, Ede, Nijkerk, Scherpenzeel en Wageningen en de provincie Gelderland samen. De omgevingsdienst voert voor deze partners alle Wabo-taken uit. De wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) regelt de omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning is één geïntegreerde vergunning voor bouwen, monumenten, ruimte, natuur en milieu, die leidt tot: betere dienstverlening aan bedrijven en inwoners minder administratieve lasten voor bedrijven en inwoners kortere procedures voorschriften die op elkaar zijn afgestemd.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
3
Samenwerken Omgevingsdienst de Vallei werkt intensief samen andere omgevingsdiensten in Gelderland en met de brandweer. Ook de lijnen met de politie en hulpdiensten zijn kort. Omgevingsdienst de Vallei is één van de 7 omgevingsdiensten in Gelderland. Samen vormen zij het ‘Gelders Stelsel van omgevingsdiensten’. Visie Omgevingsdienst De Vallei zorgt voor een kwalitatief ingerichte, veilige en gezonde omgeving waarin mensen goed kunnen wonen, werken, leven en recreëren. Dit alles binnen de kaders van haar opdracht die ze krijgt van de gemeenten en provincie. Van wie zij hiervoor mandaat heeft gekregen. Dat doet Omgevingsdienst De Vallei door efficiënt, professioneel en tegen zo laag mogelijke kosten vergunning-, toezichten handhavingtaken (VTH) uit te voeren op het gebied van milieu en bouwen. De ODDV doet dit in samenwerking met partners. Stakeholders Per stakeholder heeft de omgevingsdienst de volgende toegevoegde waarde: • Maatschappij: Bijdragen aan veiligheid, gezondheid, leefbaarheid en duurzaamheid. Beperken van economische schade. Rekening houden en inspelen op bestuurlijk gevoelige ontwikkelingen. • Opdrachtgever: Een effectieve en efficiënte uitvoering van VTH-taken op het gebied van milieu en bouwen. • Bedrijven en inwoners: Bijdrage aan een kwalitatief ingerichte, veilige en gezonde omgeving waarin mensen goed kunnen wonen, werken, leven en recreëren. • Partners: Gezamenlijk stellen van prioriteiten. Goede informatie uitwisselen en samenwerking. • Organisatie en medewerkers: Professioneel werkgever die uitdagend werk, goede arbeidsvoorwaarden en ontplooiingskansen biedt. Voortdurend werken aan een innovatieve, creatieve organisatie met optimaal ingerichte werkprocessen en de focus op resultaat. De begroting 2015 van de omgevingsdienst bestaat uit drie beleidsarme programma’s ter uitvoering van de beleidskaders van de deelnemers. De begroting is samengesteld op basis van de financiële kaders van het bedrijfsplan met een verlaagde overheadbegroting door gebruikmaken van gastheerschap van huisvesting, ICT, advies en ondersteuning. Daarbij is ook het management en de staf zo beperkt mogelijk ingevuld bestaat voor het grootste deel uit personeel dat overkwam van de partnergemeenten. Daarmee is voldaan aan de opdracht van de deelnemers om een zo laag mogelijke overheadbegroting en een zo maximaal mogelijke beperking van de totale desintegratiekosten. Bouwleges De deelnemende gemeenten hebben te maken met een forse daling van de inkomsten van de bouwleges. De omgevingsdienst zal waar mogelijk zoveel mogelijk bijdragen aan de negatieve exploitatieresultaten van de deelnemende gemeenten door het resultaat op de flexibele schil zoveel mogelijk te maximaliseren en te anticiperen op de Woningwet, waarbij privatisering van het bouwtoezicht wordt verwacht. Op basis van een recent onderzoek blijkt ca 50.000 uren van de in totaal 140.000 uren toerekenbaar te zijn aan de bouwleges. In geld uitgedrukt is dat ca. €
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
4
3.5 mln. Tevens is er bij 2 deelnemers onderzoek gedaan naar de kostentoerekening van de bouwleges en daaruit komt het globale beeld dat 70% door de OddV wordt beïnvloed en ca 30% door de gemeenten. Ontwikkelingen Op basis van een voorzichtige inschatting zullen er als gevolg van de privatisering bouwtoezicht als onderdeel/voorloper van de Omgevingswet tussen de 7 en 11 FTE’s moeten afvloeien. De verwachting is dat dit in 3-5 jaar het geval zal zijn. Overigens is daarbij wel de verwachting dat de nadruk mee op handhaving zal liggen. Van belang is dat we daar tijdig op anticiperen, door o.a. omscholing en vergroting van de flexibele schil. Balie gemeente Ede De gemeente Ede heeft besloten dat de taken van de balie Bouwen, Wonen en Milieu ook overgaan naar de OddV. Dit betekent dat er per 1 januari 2014 nog 7 collega’s bij zijn gekomen. Ook is één van onze teammanagers getroffen door een ernstige ziekte waardoor hij zijn functie als teammanager niet meer kan vervullen. Dit heeft er toegeleid dat de organisatiestructuur medio 2014 gewijzigd wordt. Verwacht mag worden dat de teams Vergunningverlening worden samengevoegd. In de managementstructuur vervalt dan één teammanagersfunctie.
Decentralisatie Wabo taken van provincie naar gemeenten Per 1 januari 2014 is er een wetswijziging van kracht, als gevolg waarvan de bevoegdheid van een deel van het provinciale bedrijvenbestand Wabo over gaat naar gemeentelijke bevoegdheid. Deze taken zijn onderdeel van het zogenaamde basistakenpakket en worden uitgevoerd door de Omgevingsdiensten. Dit was reeds voorzien bij de invoering van de Wabo, met de introductie van de vvgb-constructie. Deze vvgb-constructie zou vervallen bij een landelijk systeem van Omgevingsdiensten. Er heeft een financiële vereffening plaatsgevonden van provinciefonds en gemeentefonds. Deze mutatie had gevolgen voor de bijdragen van de gemeenten en de provincie aan de Omgevingsdienst de Vallei. Per saldo is het totale volume van de inputfinanciering gelijk gebleven conform de eerdere afspraken over een stabiele financiering van de Omgevingsdienst de Vallei.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
5
Leeswijzer In hoofdstuk 2 is de inhoudelijke beschrijving van de concrete voornemens van de Omgevingsdienst de Vallei per programma opgenomen. In dit hoofdstuk zijn ook de lasten en baten per programma vermeld. Hoofdstuk 3 bevat de financiële begroting met een toelichting op de uitgangspunten, de lasten en de baten. In hoofdstuk 4 staan de verplichte paragrafen beschreven. In de bijlagen zijn voorgeschreven bijlagen opgenomen en de voorschotbijdragen per deelnemer.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
6
DE BELEIDSBEGROTING
Het Programmaplan Het programmaplan van de Omgevingsdienst is opgebouwd uit de volgende drie programma’s: • Programma 1 Vergunningverlening; • Programma 2 Handhaving en toezicht; • Programma 3 Stelseltaken. Door de directeuren en de controllers van de Omgevingsdiensten in Gelderland is na de totstandkoming van de eerste begroting 2013 en de meerjarenbegroting 20142017 geconstateerd dat de begrotingen van de Gelderse Omgevingsdiensten (te)veel van elkaar verschillen. Daarnaast werden verschillende uurtarieven gehanteerd en aan elkaar gefactureerd. Daarom is, ter bevordering van de uniformiteit en de transparantie, afgesproken vanaf 2014 een begroting op te stellen met tenminste de hierboven aangegeven indeling in programma’s. Ook is een afspraak gemaakt hoe uurtarieven uniform worden opgebouwd. Per programma wordt invulling gegeven aan de drie W-vragen: Wat willen wij bereiken, wat gaan wij doen en wat mag het kosten? De begroting 2015 en de meerjarenbegroting 2016-2018 volgt deze afgesproken ontwikkeling en wijkt daarmee af van de vorige begroting. Het programma Algemene Dekkingsmiddelen komt daarom niet meer voor. Daarnaast is in het kader van lean gekozen voor een boekwerk waarin zowel de begroting 2015 als de meerjarenbegroting 2016-2018 is verwerkt.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
7
Programma 1 Vergunningverlening 1.1 Wat willen we bereiken? Doel Vergunningaanvragen moeten binnen de wettelijke termijnen worden afgehandeld en meldingen moeten beoordeeld worden op juistheid en volledigheid. Beide procedures moeten geïntegreerd worden behandeld in het kader van de WABO, waarbij aansluiting moet zijn met de loketten van gemeenten en provincie Ontwikkelingen De wet- en regelgeving zijn dynamisch. De OddV speelt tijdig in op veranderingen en brengt deze ook voor de partners in beeld. Voor wat betreft wetgeving is het wachten op de vervanger van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: de Omgevingswet, ofwel de Herziening van het omgevingsrecht. Met deze herziening wil het Kabinet het stelsel van het omgevingsrecht eenvoudiger en beter maken, voor bedrijven, burgers en overheden. De stelselherziening is meer dan een wetswijziging. Het Kabinet beoogt naast een vereenvoudiging en verbetering van de regelgeving, ook een cultuurverandering in de benaderingswijze van projecten in de fysieke leefomgevingruimte te geven. Minder regels, meer eigen verantwoordelijkheid voor burgers en bedrijven. Meer ruimte voor initiatieven en innovatie door degenen die daar het beste in zijn: degenen die in het fysieke domein zelf aan het werk zijn. Dit past bij de trend van een kaderstellende overheid die maatschappelijk gewenste activiteiten van burgers en bedrijven faciliteert. Tegelijkertijd zijn juist dan waarborgen voor de kwaliteit van de leefomgeving van belang. De nieuwe wet regelt: • het versnellen en verbeteren van besluitvorming in het brede fysieke domein • de integratie van plannen en toetsingskaders • het vergroten van bestuurlijke afwegingsruimte • het doelmatig uitvoeren van onderzoek. Naar verwachting zal het wetsontwerp in het voorjaar van 2014 naar de Tweede Kamer worden gezonden. Afhankelijk van de voortgang van de behandeling in zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer streeft het kabinet er naar, met het oog op inwerkingtreding in 2018, dat het wetsvoorstel in 2016 in het Staatsblad gepubliceerd wordt. Ondertussen wordt gewerkt aan de uitvoeringsregels. Voor met name vergunningen zijn er ontwikkelingen waarbij meer vergunningvrij mogelijk is. Werkzaamheden verschuiven al gaandeweg van vergunningverlening naar toetsing van meldingen c.q. handhaving en toezicht. Wat vergund moet worden zal meer maatwerk vragen en daarmee ook meer tijd. Vanuit de locale brandweerorganisatie wordt specialisme ingebracht t.a.v. brandveiligheid bij de vergunningverlening en handhaving. Vanaf 1-1-2014 zal toelevering plaatsvinden vanuit de regionale brandweer. Nadere contractafspraken worden hierover gemaakt.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
8
Door de introductie van private kwaliteitsborging verandert de traditionele taak van de gemeente als bevoegd gezag voor de bouwkwaliteit. Er kan worden volstaan met een beperkte omgevingsvergunning. Het bevoegde gezag verleent deze vergunning indien een bouwplan voldoet aan de voorschriften van het bestemmingsplan, aan welstand en als blijkt dat het bouwproject geen gevaar oplevert voor de directe omgeving. Onderdeel van de vergunning is tevens een bij het bouwplan passend instrument voor private kwaliteitsborging. Is de vergunning verkregen dan mag met de bouw worden gestart. Er vindt dus geen toetsing van het bouwplan aan het Bouwbesluit meer plaats door de gemeente en de gemeente houdt ook geen toezicht meer op de bouwtechnische kwaliteit tijdens de bouw. De minister streeft er naar dat het nieuwe wettelijke stelsel voor private kwaliteitsborging in 2015 in werking zal treden.
1.2 Wat gaan we doen? Kernactiviteiten
Op basis van de productie in voorgaande jaren, de bedrijvenbestanden en scherpe kengetallen levert de OddV een aantal producten. In deze kengetallen is onder andere rekening gehouden met gestroomlijnde processen (lean). Er wordt een diversiteit aan producten wordt geleverd: • Omgevingsvergunningen: regulier en uitgebreid betreffende bouwen (incl. monumenten), milieu, aanleggen en alles wat verder onder de Wabo valt. • Afhandeling meldingen: milieu (o.a. activiteitenbesluit), slopen. • Adviezen m.b.t. milieuaspecten bij ontwikkeling ruimtelijke plannen. • Adviezen in het kader van ontwikkeling bouwprojecten (toepassing Bouwbesluit, aanpasbaar bouwen, EPC etc.).
In de verschillende opdrachten van dienstverlening (dvo’s) wordt o.a. vastgelegd welke advisering er over en weer tussen de OddV en de verschillende partners plaatsvindt. Belangrijke stromen van advisering zijn: • van partners naar OddV: adviezen over planologische afwijkingen/strijdigheden bij aanvragen om vergunning • van OddV naar partners: milieuadviezen (bodem, lucht, geluid, geur) in kader ontwikkeling ruimtelijke plannen. De hoofdlijn van de dienstverlening over en weer is: de OddV levert aan de partners expertise m.b.t. het RO-proces. De partners leveren expertise m.b.t. het VTHproces. De meeste specialisten blijven bij de partners zitten en gaan niet mee naar
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
9
de OddV. Meest in het oog springende gegevensstromen zijn: • gegevens t.b.v. legesinning – van OddV naar partners • informatie t.b.v. BAG en WOZ - van OddV naar partners • up to date houden van ruimtelijke plannen die nodig zijn voor toetsing – van partners naar OddV • up to date houden van kaders voor uitvoering – van partners naar OddV • Daarnaast heeft de OddV de zorg voor het verzamelen van productiegegevens t.b.v. monitoren en (jaar-) verslaglegging. Wijze van uitvoering De vraag om producten wordt centraal geregistreerd en vervolgens ter afhandeling aan de afdelingen aangeboden. Aanvragen worden geheel digitaal behandeld en afgedaan. De processen zijn zoveel als mogelijk geoptimaliseerd, waarmee wordt bereikt dat de producten ruim binnen de (wettelijke) termijnen worden geleverd. De inzet van menskracht en deskundigheid is zodanig gepland dat producten met kwaliteit en integraal tot stand komen. Bij dat alles staat het klantgericht werken centraal.
1.3 Wat mag het kosten? Programma
1 Vergunningverlening
Werkelijk 2013 9 mnd 3.247.560
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
Begrotng 2014 5.867.508
Begroting 2015 5.840.310
Meerjarenbegroting 2016 5.766.225
2017 5.692.235
2018 5.692.235
10
Programma 2 Handhaving 2.1 Wat willen we bereiken? Doel De Omgevingsdienst De Vallei zet zich ervoor in om te komen tot een zodanige naleving van de wettelijke voorschriften dat de kwaliteit van de leefomgeving (veiligheid, leefbaarheid en duurzaamheid) optimaal wordt bevorderd. Daartoe houdt de Omgevingsdienst De Vallei geprogrammeerd toezicht en handhaaft de relevante wet- en regelgeving. Onder toezicht wordt verstaan het verzamelen van informatie over het feit of een activiteit is toegestaan en/of wordt voldaan aan de van toepassing zijnde wet- en regelgeving (incl. voorschriften in vergunningen e.d.). Bij een overtreding wordt de sanctiestrategie gevolgd en waar nodig een sanctiemiddel toegepast. Heldere en waar mogelijk standaardprocedures en goede afstemming met handhavingspartners moeten onnodige administratieve lasten voorkomen. Ontwikkelingen Wat betreft de ontwikkelingen wordt verwezen naar wat is geschreven bij het Programma 1 Vergunningverlening.
2.2 Wat gaan we doen? Kernactiviteiten Milieu De OddV houdt toezicht op de naleving van de milieuregelgeving. Hiertoe worden inrichtingen in de zin van de Wet Milieubeheer gecontroleerd aan de hand van een omgevingsvergunning of een melding ingevolge het Activiteitenbesluit. Indien er voor de betreffende activiteit geen vergunning is verleend of wanneer er geen melding is ingediend, wordt erop toegezien dat dit alsnog gebeurt. Bij de controles wordt uitgegaan van prioriteiten en frequenties welke zijn gebaseerd op het door de partners afzonderlijk vastgestelde handhavingsbeleid. Wanneer een inrichting niet voldoet aan de geldende regels vinden er hercontroles plaats om de drijver van de inrichting in de gelegenheid te stellen de overtreding alsnog te beëindigen. Verder neemt de OddV door burgers en/of bedrijven ingediende milieuklachten in behandeling en geeft daar een vervolg aan. Voor het indienen van klachten is de OddV goed bereikbaar. Er is gebiedsgericht toezicht op de naleving van de milieuregelgeving (inclusief het bodemtoezicht) en het inrichtingenbestand wordt actueel gehouden.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
11
Bouw/RO De OddV houdt toezicht op de uitvoering van bouwplannen waarvoor een omgevingsvergunning is verleend. Bouwlocaties worden tijdens de bouw bezocht, waarbij een toezichtsprotocol wordt gehanteerd. De frequentie van het toezicht alsmede de prioriteiten die hierbij worden gehanteerd liggen vast in het afzonderlijke handhavingsbeleid van de partners. Indien hiertoe aanleiding bestaat wordt steekproefsgewijs of themagericht toezicht gehouden op de bestaande bebouwing. De OddV houdt gebiedsgericht toezicht op illegale bouw en op naleving van de gebruiksvoorschriften uit het bestemmingsplan. Voorts is er toezicht op de naleving van voorschriften welke betrekking hebben op het slopen van bouwwerken (incl. asbestverwijdering), het kappen van houtopstanden, het aanbrengen of plaatsen van reclame-uitingen, het realiseren van aanleg-vergunningplichtige werken en het aanleggen van uitwegen. Indien het toezicht niet leidt tot het beoogde resultaat wordt de naleving van de regels met gebruikmaking van bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten afgedwongen. De afhandeling van de in dit kader ingediende bezwaar- en beroepschriften wordt eveneens door de OddV verzorgd, voor zover deze taak door de partners is ingebracht. Gezien het voorgaande levert de OddV in het kader van toezicht en handhaving een scala aan diensten en producten aan de deelnemers, zoals: • Milieucontroles (inclusief hercontroles) • Afhandeling milieuklachten inclusief bereikbaarheidsdienst • Gebiedsgericht toezicht milieuregelgeving • Bouwcontroles nieuwbouw en bestaande bouw • Gebiedsgericht toezicht illegale bouw en bestemmingsplanregelgeving • Controles in het kader van slopen, kappen, reclame, aanleggen en uitwegen • Vooraankondigingen en aanschrijvingen bestuursrechtelijke handhaving Wijze van uitvoering De OddV draagt bij aan de ontwikkeling van het lokale handhavingsbeleid, ook wordt er elk jaar een jaarverslag en een uitvoeringsprogramma opgesteld. In 2014 is er voor het eerst met een uniform uitvoeringsprogramma gewerkt. Daarnaast
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
12
wordt er gewerkt met uniforme en geoptimaliseerde werkprocessen. Er wordt zoveel mogelijk digitaal gewerkt, waarbij er ook naar wordt gestreefd om controles zoveel mogelijk digitaal uit te voeren.
2.3 Wat mag het kosten? Programma
2 handhaving
Werkelijk
Begroting
2013 9 mnd 3.225.113
2014 4.641.914
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
Begroting 2015 4.620.397
Meerjarenbegroting 2016 4.561.787
2017 4.503.252
2018 4.503.252
13
Programma 3 Stelseltaak 3.1 Wat willen we bereiken? Doel Met het Programma Coördinatie/kwaliteit in het Gelders Stelsel zorgt de OddV dat zaken of processen op elkaar afgestemd zijn. Vertaald naar het Gelderse stelsel betekent dit dat de verschillende onderdelen (7 omgevingsdiensten, de specialistische of stelsel taken) op elkaar afgestemd zijn en blijven. Elke individuele omgevingsdienst is verantwoordelijk voor het realiseren van haar doelstelling en de uitvoering van haar takenpakket. De OddV is een van deze omgevingsdiensten. M.b.t. de coördinatie taak is de OddV de “eerste onder zijns gelijken” ofwel de “primus inter pares”. Dit betekent dat de OddV dezelfde rechten en plichten heeft als alle anderen, maar wel extra taken gericht op coördinatie van het Gelders stelsel.
3.2 Wat gaan we doen? Kernactiviteiten In Gelderland hebben gemeenten en provincie gekozen voor een samenhangend stelsel van omgevingsdiensten waarin nabijheid, samenhang, kwaliteit en efficiency belangrijke uitgangspunten zijn. Goede dienstverlening is het leidende principe. De keus om zo veel mogelijk in regionale organisaties te blijven werken, maakt samenwerking tussen de omgevingsdiensten nodig en gewenst. Nodig omdat: de taken voor risicovolle bedrijven (BRZO) in Gelderland en Overijssel aan de omgevingsdienst voor de regio Nijmegen (ODRN) zijn opgedragen niet elke regio in staat is voor iedere taak te voldoen aan de kwaliteitseisen, die Rijk, IPO en VNG hebben vastgesteld. De omgevingsdiensten in de regio’s Arnhem en Nijmegen zullen de taken uitvoeren waarvoor de andere omgevingsdiensten niet robuust zijn de omgevingsdienst Veluwe en IJssel de taak portaal en kenniscentrum en de omgevingsdienst Rivierenland de taak ketentoezicht voor het hele stelsel hebben. In 2013 is afgesproken dat omgevingsdienst Achterhoek de Personele taken die we conform Gelders Sociaal Plan gezamenlijk ontwikkelen uitvoert en dat omgevingsdienst Noord Veluwe de BSBm coördineert.
Hieronder zal hier kort op worden ingegaan.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
14
Ad 1 en 2. Complexe Vergunningverlening en Handhaving Per 1 januari 2014 zijn er een aantal niet complexe bedrijven, die tot die datum onder bevoegd gezag van de provincie vielen, onder bevoegd gezag van de betrokken gemeenten gekomen. Het betreft 28 bedrijven, voornamelijk autodemontage bedrijven. Tot 1-1-2014 werd handhaving en toezicht voor die bedrijven verricht door de ODRA. Omdat het niet-complexe bedrijven betreft vindt de handhaving en toezicht vanaf die datum door de ODDV plaats. Voor 2015 wordt op dezelfde aantallen gerekend. Omdat de Vallei niet robuust is voor vergunningverlening en handhaving van complexe – en BRZO bedrijven worden de volgende “Vallei” taken door ODRN en ODRA verricht. Voor 2015 wordt gerekend op de volgende aantallen Bevoegd gezag Provincie BRZO bedrijven Provincie complexe bedrijven Gemeente BRZO bedrijven Gemeente complexe bedrijven
ODRN 3 15 6 24
ODRA 15 24
Naar verwachting doet de ODRN voor de provincie als bevoegd gezag uitvoering van vergunningverlening en handhaving voor 3 BRZO bedrijven en 15 complexe bedrijven. Van de 15 complexe bedrijven zijn 9 bedrijven zgn TOP-bedrijven1. De ODRA voert voor de provincie als bevoegd gezag de handhaving uit voor 15 complexe bedrijven in de regio De Vallei. De ODRN doet voor de Vallei-gemeenten als bevoegd gezag uitvoering van vergunningverlening en handhaving voor 6 BRZO bedrijven en de uitvoering van vergunningverlening voor 24 complexe bedrijven. De ORA verzorgt voor de Vallei-gemeenten de uitvoering van de handhaving voor dezelfde 24 complexe bedrijven. Programmatische taken Om het Gelders stelsel van zeven omgevingsdiensten blijvend, op een kwalitatief goed niveau te laten functioneren is het van groot belang om duurzaam met elkaar in gesprek te zijn. De Omgevingsdienst De Vallei zal daarover de regie voeren en de agenda ten behoeve van dat gesprek coördineren. Jaarlijks bepalen de omgevingsdiensten samen op grond van welke indicatoren de kwaliteit wordt gemonitoord. Om binnen het stelsel op een goede manier met elkaar om te gaan en samen te werken en om het nakomen van gezamenlijke afspraken te waarborgen is een sturingsfilosofie noodzakelijk. Die sturingsfilosofie geeft onder andere aan op welk onderwerpen er wordt samengewerkt, welke spelregels daarbij gelden en welke rollen en ver1
TOP-bedrijven zijn, exclusief de categorie 5.5 van de IPPC-richtlijn, alle IPPC en BRZO bedrijven, waar GS bevoegd
voor is. Deze bedrijven hebben voor wat betreft vergunningverlening een hogere actualiseringsfrequentie nml 1x 7 jaar i.p.v. 1x 10 jaar.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
15
antwoordelijkheden daarvoor zijn belegd. Voor deze sturingsfilosofie zijn de volgende uitgangspunten benoemd: • regierol werkende weg ontwikkelen • kwaliteitsmodel voor het Gelders stelsel van omgevingsdiensten met indicatoren • escalatie via Omgevingsdienst-directeurenoverleg en overleg bestuurders • verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de omgevingsdiensten blijft bij bevoegd gezag • provincie en Rijk hebben rol als bestuurlijk toezichthouders • alle regio's dragen bij in de kosten Naast deze programmatische taak (Kwaliteit en Coördinatie Stelsel) van De Vallei, hebben nog drie omgevingsdiensten een programmatische taak, te weten Rivierenland (Ketentoezicht), Veluwe en IJssel (Portaal en Kenniscentrum) en Achterhoek (Personeel en Organisatie). Alle omgevingsdiensten in Gelderland dragen financieel bij aan de taken van deze omgevingsdiensten. Wijze van uitvoering De complexe vergunningverlening en handhaving is opgenomen in de formatie van de OddV. De directeur zal deze formatie niet invullen en aanhouden als flexibele schil. Vanuit deze flexibele schil zal de directeur de vergunningverlening en handhaving opdragen aan de omgevingsdiensten in Nijmegen en Arnhem. Voor de programmataken stellen de omgevingsdienst-directeuren jaarlijks een programma op met onderwerpen en thema’s die zij vanuit de stelselverantwoordelijkheid samen zullen oppakken. De omgevingsdienst de Vallei is verantwoordelijk voor de totstandkoming en uitvoering van het programma voor de regie over het stelsel. Daarover pleegt de directeur regelmatig overleg en stemt af met de collega-directeuren. De voorzitters van de besturen van de omgevingsdiensten bekrachtigen het programma en zien toe op de uitvoering. De dienst is daarmee het boegbeeld van het Gelderse stelsel naar buiten. De directeur van de omgevingsdienst de Vallei zorgt voor tijdige agendering van inhoudelijke en randvoorwaardelijke thema’s in een jaarlijkse vergadercyclus. Bovendien neemt hij het initiatief om de kwalitatieve monitoring van de werking van het stelsel te organiseren. Daarvoor is de inzet van verschillende instrumenten denkbaar, bijv. kwalitatieve prestatie-indicatoren en benchmarks. De omgevingsdienst de Vallei legt de resultaten van de monitoring vast in een verslag. Dat biedt zij aan alle omgevingsdiensten in Gelderland en nog te bepalen partners aan en bespreekt dat met hen. Dit leidt tot aanbevelingen en voorstellen aan de omgevingsdiensten en de partners over de te leveren kwaliteit. Stelseltaken versus primaire taken: De ambitie is dat de expertgroep kwaliteit inzichtelijk kan maken wat de kwaliteit is waarop de OD's hun betreffende stelseltaak uitvoert. Het directeurenoverleg wil over eventuele tekortkomingen en verbetering dwingende afspraken maken. Ook is de verwachting dat de expertgroep kwaliteit de performance van de individuele OD's in onderling vergelijk in beeld brengt. De scoop moet nadrukkelijk breder zijn
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
16
dan het primair proces. Dus ook beleid, strategie, middelen, klant en medewerkers tevredenheid, etc. De directeuren willen het INK-model als carrier gebruiken. Kwaliteitscriteria: De directeuren verwachten dat de expertgroep kwaliteit zich ook bezig houdt met het inzichtelijk maken en vergelijken van zelfevaluaties en verbeterplannen. Ook wordt verwacht dat samenwerking wordt gezocht mbt de uitvoering van verbeterplannen. In bovenstaande tekst noem ik nadrukkelijk de expertgroep kwaliteit. Zij zijn het gremium dat de activiteiten uitvoert (met zonodig externe ondersteuning). De rol van de adviseur kwaliteit stelsel is het coördineren van dit geheel. In een vaste vergadercyclus spreken de bestuursvoorzitters van de regio’s over de werking van het stelsel. Zij doen dat op hoofdlijnen en bewaken bestuurlijk de uitgangspunten. Zij vormen bij gerezen problemen ook het definitieve escalatieniveau. Zij spreken af op welke manier gerezen problemen opgelost worden. Dat kan uiteraard afhankelijk van de gerezen casuïstiek verschillen.
3.3 Wat mag het kosten? Programma
Werkelijk
Begroting
Begroting
2014
2015
2016
2017
2018
2013 9 mnd
Meerjarenbegroting
3 Stelseltaken Lasten
171.208
273.604
277.024
277.024
277.024
277.024
Baten
91.886
108.885
110.246
110.246
110.246
110.246
Saldo
79.322
164.719
166.777
166.777
166.777
166.777
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
17
De paragrafen In het besluit Begroting en Verantwoording zijn zeven verplichte paragrafen opgenomen voor provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen. Deze zijn niet allemaal relevant voor de Omgevingsdienst De Vallei. Om die reden zijn de paragrafen Lokale heffingen, Grondbeleid en Verbonden partijen achterwege gelaten.
Paragraaf Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is de buffer om tegenvallers op te vangen. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. Onder weerstandscapaciteit worden de middelen en de mogelijkheden verstaan waarover de OddV beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. Deze paragraaf dient, conform de BBV, tenminste de volgende drie onderwerpen te bevatten: - Een inventarisatie van de weerstandscapaciteit; - Een inventarisatie van de risico’s; - Het beleid omtrent de weerstandscapaciteit en de risico’s. Weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, op te kunnen vangen. Tot de aanwezige weerstandscapaciteit van de omgevingsdienst slechts twee posten kunnen worden gerekend: Reserves Post onvoorzien De omgevingsdienst De Vallei beschikt nog niet over reserves. Daarmee is de weerstandscapaciteit gelijk aan de post onvoorzien. Vrij aanwendbare reserves (middelen) behorend tot weerstandscapaciteit Reserves Onvoorzien Totale weerstandscapaciteit
1 januari 2014 €0 100.000 100.000
Na uitnutting van deze capaciteit is de omgevingsdienst op de bijdrage van de deelnemers aangewezen. De gekwantificeerde risico’s dienen op de weerstandscapaciteit in mindering te worden gebracht.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
18
In de nota Weerstandsvermogen die wordt behandeld in uw vergadering van 14 maart 2014 wordt ingegaan op bovengenoemde drie onderwerpen en wordt er een voorstel tot opbouw gedaan. Zo wordt er inzicht gegeven in de actuele risico’s die de OddV loopt. Vooralsnog treffen de deelnemers van de OddV zelf maatregelen die noodzakelijk zijn om risico’s bij de OddV te kunnen afdekken.
Paragraaf Financiering De wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) verplicht gemeenschappelijke regelingen om richtlijnen vast te stellen voor het beheer van de geldstromen en de risico’s die daaraan verbonden zijn. Hiervoor heeft het Algemeen Bestuur op 20 december 2012 een Treasurystatuut vastgesteld. Treasuryfunctie De treasuryfunctie maakt onderdeel uit van de ondersteunende financiële diensten die de gemeente Ede voor de Omgevingsdienst De Vallei verricht. Risicobeheer De OddV heeft een eenvoudige rol op treasurygebied. De behoefte is: het aantrekken van langlopende geldleningen voor investeringen ten behoeve van de bedrijfsvoering; het overbruggen van de mate van bevoorschotting door de deelnemers. Zodra grotere investeringen in de bedrijfsvoering worden gedaan ontstaat behoefte aan een langlopende financiering. Om de risico’s eenvoudig te beheersen zal de OddV overtollige liquide middelen op de eigen bankrekening bij de Bank Nederlandse Gemeenten storten. De gemeente Ede faciliteert via de gastheerschap-DVO op het gebied van Personeel, Financiën en Ict in het feitelijk beheer van de bankrekening. Berekening Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet geeft aan in welke mate in de financiering van investeringen mag worden voorzien in de vorm van kortlopende middelen. Volgens de Wet FIDO bedraagt de kasgeldlimiet 8,2% van het totaal van de (primitieve) begroting en dat is voor 2015 € 0,87 miljoen. Er is op 23 november 2012 een treasurystatuut opgesteld voor de omgang met liquide middelen. Het uitgangspunt daarbij is dat met een nader te bepalen bank een overeenkomst hiertoe wordt gesloten. Geleend wordt -indien nodig vanwege het ontbreken van weerstandsvermogen- alleen voor kapitaaluitgaven die de reguliere bedrijfsvoering betreffen. Vanwege de afspraken over gastheerschap bij de deelnemers zullen de eigen kapitaaluitgaven vrijwel nihil zijn. Het verloop van de kasgeldlimiet over de kwartalen is opgenomen in de volgende tabel: Kwartaal Kwar- Kwartaal Kwartaal taal (bedragen x € 1.000) 1 2 3 4 Omvang begroting 2013
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
10.627
10.627
10.627
10.627
19
1 Toegestane kasgeldlimiet (8,2%)
871
871
871
871
2 Omvang vlottende korte schuld Schuld in rekening courant 3 Vlottende middelen
n.v.t. 2.500
2.500
2.500
2.500
4 Totaal netto vlottende schuld (2-3)
2.500
2.500
2.500
2.500
Ruimte (+) Overschrijding (-) (1-4)
3.371
3.371
3.371
3.371
T egoeden in rekening-courant
Paragraaf Bedrijfsvoering Ontwikkel en resultaatplan OddV 2014-2015. Binnen de bedrijfsvoering van de OddV zijn de volgende speerpunten voor de komende 2 jaren benoemd. Dit zijn: • Introductie en implementatie Valleiwerken 1.0: Dit is een vorm van Het nieuwe werken en resultaat gericht werken met als doel modern werknemer- en werkgeverschap om sneller te kunnen anticiperen op ontwikkelingen om ons heen. • Kwaliteitscriteria 2.1: Door het uitvoeren van de zelfevaluatie en opstellen en uitvoeren van een verbeterplan om te voldoen aan de KPMG kwaliteitscriteria 2.1 per 1 januari 2015. • Ouputfinanciering: Komende 2 jaren zal er veel aandacht zijn om samen met de partners te komen tot een outputbegroting 2017 waar ook overeenstemming over is. • Privatisering bouwtoezicht: Nadrukkelijk zal er door het management worden gestuurd om te kunnen anticiperen op toekomstige ontwikkelingen zoals privatisering bouwtoezicht. Dit betekent o.a. dat de flexibele schil moet groeien naar ca. 20% van de formatie. • Specialisatie energie en agrarisch: Binnen de OddV is er al veel kennis op het gebied van energie en agrarische specialismen. Het doel is om ons binnen Gelderland meer te profileren op dit terrein. • Communicatie Komende 2 jaren zal de communicatie zich moeten ontwikkelen naar een 2richtingen verkeer, waarbij mee gecheckt dient te worden of de boodschap is geland. • Externe oriëntatie, zichtbaarheid De verbinding met onze zakelijke partners dient te worden verbeterd. • Medewerkers Tevredenheid Onderzoek (MTO) De wens is om een realistisch beeld te hebben van de tevredenheid en betrokkenheid van de medewerkers. • Verbetering ondersteuning primair proces door informatievoorziening:
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
20
O.a. door het ontmantelen van de VTH systemen van de partners en koppelingen met informatiesystemen van de partners realiseren. • Inregelen uniforme werkprocessen met bijbehorende PDCA: Medewerkers werken conform de uniforme werkprocessen en er is aandacht voor het doorlopend verbeteren van de processen. Deze speerpunten moeten primair leiden tot verbetering van de bedrijfsvoering met als doel kwaliteitsverbetering. Personeel en organisatie De OddV maakt voor de uitvoering van personeelsbeleid en de salarisadministratie gebruik van de ondersteuning door de gemeente Ede in een gastheerconstructie. De medewerkers van de OddV vallen onder de CAR-UWO en de rechtspositionele afspraken uit het GSP (Gelders Sociaal Plan) Het personeelsbestand per 1 februari 2014 was: Fte’s Management Staf Handhaving Noord Vergunningverlening Noord Handhaving Zuid Vergunningverlening Zuid Balie Wonen en Milieu Totaal
Aantal medewerkers
Aantal mannen
Aantal vrouwen
parttimers
4 6,2 22,8 25
4 7 25 28
3 4 18 18
1 3 7 10
3 7 7
19,5 19,5
22 22
15 14
7 8
8 8
6
7
4
3
4
103
115
76
39
37
De formatie van de OddV is opgebouwd uit een vaste bezetting en een flexibele schil. Bij uitstroom van een medewerker komt zijn formatieplaats in principe in de flexibele schil terecht, tenzij zwaarwegende belangen het noodzakelijk maken om de functie opnieuw vast in de vullen. De flexibele schil wordt niet uitgedrukt in fte’s maar in euro’s. De flexibele schil bedraagt op dit moment zo’n € 600.000. Door de ziekte van de Teamleider Vergunningverlening Zuid is er een vacature ontstaan voor afdelingshoofd. In afwachting van een door het Algemeen Bestuur in 2014 door te voeren organisatiewijziging is besloten deze vacature vooralsnog niet in te vullen. Het voorstel is door te gaan met 3 teammanagers met 3 teams, waarbij het onderscheid tussen Vergunningverlening Zuid en Noord wordt losgelaten. De belangrijkste overwegingen hierbij zijn de introductie van het Valleiwerken, waarbij de medewerkers meer zelf verantwoordelijk zijn voor zijn ontwikkeling en het organiseren van zijn werk, zelf verantwoordelijk is voor zijn klant en zijn collega’s om met elkaar het gewenste resultaat te behalen. De manager doet een stapje terug en faciliteert slechts de medewerkers om hun opdracht waar te kunnen maken. Een andere ontwikkeling die hierbij ook een rol speelt is de introductie van de nieuwe
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
21
Omgevingswet, waarbij over 3-5 jaren de vergunningverlening zal afnemen en privatisering van het bouwtoezicht zijn intrede zal doen. Schematisch zou de hoofdstructuur er dan als volgt uitzien.
Financieel beleid en beheer Meegegeven taakstelling: Bij de oprichting van de Omgevingsdienst de Vallei is bepaald dat de taakuitvoering efficiënter gaat plaatsvinden dan de som van de huidige taakuitvoering per einde van 2012. Concreet houdt dit in dat er na 5 jaar een besparing op de uitvoering van de primaire taken is gerealiseerd van 7,5% ten opzichte van de inbreng bij de oprichting van de omgevingsdienst. In werkelijkheid wordt gestreefd naar 10% besparing, waarbij 2,5% wordt geherinvesteerd in kwaliteit. In de begroting 2015 is dan ook rekening gehouden met een besparing van 4,5% ten opzichte van taakuitoefening ultimo 2012. Hierdoor wordt t/m 2016 een besparing vanaf de nulsituatie gerealiseerd van € 1,4 miljoen. Daarmee zijn de projectkosten terugverdiend. Het structurele besparingseffect vanaf afgerond € 500.000 kan worden aangewend voor gedeeltelijke dekking van de korting op de algemene uitkering vanwege de vorming van de Regionale Uitvoerings Diensten. Zoals reeds is aangegeven komt hier bovenop een taakstelling ter grootte van de prijsinflatiecorrectie over 2014 en 2015 In de bijlage is een overheadbegroting opgenomen om de deelnemers inzicht te verschaffen in de aanwending van de overhead. Voor de formatieve overhead wordt uitgegaan van het percentage van 37,5 % over de totale formatie, voor de materiële overhead wordt uitgegaan van het percentage van 15% over de primaire formatie. Btw en Vennootschapsbelasting:
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
22
De OddV is, net als alle andere Gelderse omgevingsdiensten, in het kader van de Btw-heffing fiscaal ondernemer. Hierover zijn op Gelders niveau en met de Belastingsdienst afspraken gemaakt. Het kabinet heeft kenbaar gemaakt dat zij in 2014 wetgeving gaat vaststellen, die erop is gericht dat overheidsbedrijven, die economische activiteiten uitoefenen, op dezelfde wijze als private bedrijven aan vennootschapsbelasting zullen worden onderworpen. Het te ontwikkelen wetsvoorstel zal naar verwachting per 1 januari 2015 tot wet worden verheven en treedt een jaar later inwerking. Nog onduidelijk is wat dit voor de Omgevingsdienst De Vallei betekent. Echter, het is waarschijnlijk dat dit ook gevolgen heeft. De ontwikkelingen op dit terrein zullen nauwlettend worden gevolgd.
Sourcing van ondersteunende functies: Met de partnergemeenten van de OddV zijn dienstverleningsovereenkomsten gesloten voor gebruik van de huisvesting, publieksruimten, catering, vergaderfaciliteiten, receptiediensten en PC-werkplekken. Met de gemeente Ede is daarnaast nog een specifieke dienstverleningsovereenkomst gesloten voor centrale I&A-faciliteiten, de financiële administratie, financieel advies, salarisadministratie, personeelsbeleid, bedrijfszorgpakket en communicatie. Dit betekent dat een beperkt aantal zaken nog door OddV zelf geregeld moet worden, zoals de controlfunctie die in eigen beheer is gehouden, maar ook documentaire informatievoorziening, applicatiebeheer Open-Wave en de kosten van bestuursondersteuning algemeen bestuur en dagelijks bestuur.
Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen heeft tot doel om aan te tonen hoe OddV de instandhouding van haar kapitaalgoederen waarborgt. Omdat de OddV er voor gekozen heeft om ondersteunende diensten via een DVO geleverd te krijgen door de partnergemeenten zijn er nog geen investeringen in kapitaalgoederen gedaan. OddV doet geen investeringen in huisvesting en heeft geen dienstauto’s. Kantoorruimte wordt gehuurd. Er zijn wel plannen om te gaan investeren in ICT wat buiten het gastheercontract valt, Echter het ziet er naar uit dat dit een leasecontract wordt voor de verdere ontwikkeling van Digitale checklisten. Voor het up to date houden van software zijn onderhoudscontracten gesloten met leveranciers maar vallen financieel gezien nagenoeg geheel binnen het gastheercontract. In deze (meerjaren)begroting is geen sprake van geplande investeringen. Er is daarom geen beleid voor onderhoud van kapitaalgoederen nodig totdat OddV eigen investeringen gaat doen in kapitaalgoederen.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
23
DE FINANCIËLE BEGROTING
Het overzicht van baten en lasten en de toelichting Inleiding In dit hoofdstuk wordt de financiële begroting van de omgevingsdienst De Vallei weergegeven. Deze is gebaseerd op de definitieve initiële inbreng per deelnemer. Voor de exploitatie van de omgevingsdienst De Vallei is een realistische maar zo scherp mogelijke begroting gemaakt. Alle mogelijke kosten voor de taakuitvoering zijn daarin opgenomen. Financiële begroting Salariskosten primair proces excl. inhuur Salariskosten management en staf Opleidingskosten Personeelskosten Mobiliteitskosten Inhuur
werkelijk 2013 9 mnd
6.953.357
6.844.326
6.735.295
6.735.295
574.162 29.727 93.030 75.172 509.364
880.344 157.111 157.111 78.555 258.971
891.348 156.894 156.894 78.447 210.068
891.348 154.713 154.713 77.357 206.067
891.348 152.533 152.533 76.266 202.058
891.348 152.533 152.533 76.266 202.058
271.250 885.000 11.279
26.342 352.987 1.254.610 101.500 100.000
26.281 352.161 1.265.722 103.148 100.000
25.705 344.443 1.264.746 102.765 100.000
25.141 336.891 1.263.771 102.383 100.000
25.141 336.891 1.263.771 102.383 100.000
8.374
289.702
290.936
286.375
281.815
281.815
87.084
150.594
152.476
152.476
152.476
152.476
-108.885 -110.246 -110.246 10.674.141 10.627.485 10.494.790
-110.246 10.362.265
-110.246 10.362.265
-91.886 7.481.472 -929.477 werkelijk 2013 9 mnd
Programma 1. Vergunningverlening Programma 2. Handhaving Programma 3. Stelseltaken Programma 3. Stelseltaken
Algemene dekkingsmiddelen
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
2018
6.975.198
Materiële kosten primair proces Bijdrage bovenregionaal stelsel en programmageld
Programmabegroting
Meerjarenbegroting 2016 2017
4.099.439
Huisvesting vergaderruimten Huisvesting werkplekken ICT, Advies en Ondersteuning Diverse kosten Onvoorzien
Baten bovenregionale taken incl. overhead Deelnemersbijdragen Resultaat voor bestemming
Actueel Begroting 2015 2014
3.247.560 3.225.113 171.208 -91.886
Actueel
Begroting
Meerjarenbegroting
2014
2015
2016
2017
2018
5.867.508 4.641.914 273.604 -108.885
5.840.310 4.620.397 277.024 -110.246
5.766.225 4.561.787 277.024 -110.246
5.692.235 4.503.252 277.024 -110.246
5.692.235 4.503.252 277.024 -110.246
-6.551.995 -10.674.141 10.627.485 10.494.789 -10.362.264 -10.362.264
24
Toelichting op begrotingsposten Personele kosten (salariskosten, opleidingskosten, personeelskosten) Onder de personele kosten zijn de salariskosten opgenomen gebaseerd op de inbreng exclusief het ingebrachte inhuurbudget. Op basis van de huidige inzichten ontstaat hierdoor een flexibele schil naast inhuur derden. Deze flexibele schil is nodig voor: • Inhuur van de omgevingsdiensten Nijmegen en Arnhem voor complexe vergunningverlening en handhaving • Realiseren van de efficiencytaakstelling • Flexibiliteit voor mutaties in de werkvoorraad De raming van de personele inbreng primair proces daalt vanaf jaar 1 met 1,5% per jaar tot 7,5%. In 2015 is er daardoor al 4,5% op gekort. Onder deze post zijn ook de personele kosten van het management en de staf opgenomen. Onderstaand geeft een beeld van de oorspronkelijke opzet en de daadwerkelijke invulling op dit moment (maart 2014): Management en Staf Directeur Afdelingshoofden Controller Centrale werkvoorraadbeheerder Medewerker Kwaliteit en Coördinatie Stelsel Medewerker Interne kwaliteitszorg Applicatiebeheerder ICT Secretariaat Totaal management en staf
1 4 1 1 1 0,5 2 3 13,5
Opzet FTE Invulling FTE 1 3 1 1 Ingehuurd 0,5 Ingehuurd 0,5 2 2,06 11,06
De omvang van management en staf is meteen laag ingezet en daalt daarna niet meer. Voor opleiding en algemene personeelskosten samen is gerekend met 4% van de directe loonkosten. Mobiliteitskosten Er is nog geen mobiliteitsbeleid. Vooralsnog worden de rechten en plichten van de latende organisaties overgenomen. Gelet op de ontwikkelingen die op de OddV afkomen is hier vooralsnog geen beleid ontwikkeld en blijven we zo veel mogelijk leunen op de oplossingen van de partners. Daarom is enkel een bedrag opgenomen ter hoogte van 1% van de directe loonkosten. Inhuur derden Dit budget betreft de ingebrachte huidige inhuurbudgetten voor onder meer archeologie, externe veiligheid en constructieve veiligheid. Huisvestingskosten Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
25
Onder de huisvestingskosten zijn de kosten opgenomen voor vergaderruimten (26.281 euro) en werkplekken (352.161 euro). Binnen het Opdrachtgeversoverleg OddV is afgesproken dat het totaalbedrag wordt verdeeld op basis van de inbreng van FTE’s. (minus de Provincie en inclusief de balie BWM van Ede). De volgende verdeling geldt dan: Gemeente Verhouding inbreng In rekening brengen Barneveld
28,96
€ 99.597
Nijkerk
19,34
€ 66.513
Ede + balie BWM
48,47
€ 166.695
Wageningen
8,80
€ 30.264
Schepenzeel
4,47
€ 15.373
Provincie Gelderland
4,63
Totaal
114,68
€ 378.442
ICT, Advies en ondersteuning Voor ICT, Advies en Ondersteuning wordt een contract gesloten met de gemeente Ede. Dit contract bedraagt in 2015 1,266 miljoen euro en daalt deels mee (voor variabele deel) met de afname van het personeel primair proces. Diverse kosten De raming voor diverse kosten is benodigd voor uitgaven die specifiek voor de OddV zijn zoals de accountantskosten, de kosten van een aansprakelijkheidsverzekering en bank- en K.v.k.-kosten. Onvoorzien De post onvoorzien is verplicht. Deze is geraamd op een bedrag van 100.000 euro. De begroting is zeer scherp begroot, daarom is een post onvoorzien van 1% minimaal. Dit geldt temeer omdat de OddV nog geen reserve heeft. Materiële kosten primair proces De materiële budgetten van het primair proces zijn geïnventariseerd bij de deelnemers en bedragen gemiddeld 5% op de loonkosten. Deze kosten zijn met name proceskosten en advieskosten. Voor de OddV is een percentage van 4% meegenomen omdat een besparing op advieskosten mogelijk lijkt. Kosten en baten bovenregionale taken In het Gelders stelsel van omgevingsdiensten (OD’s) zijn er programmatische bovenregionale taken die belegd zijn bij 4 omgevingsdiensten waaronder De Vallei. De Vallei is verantwoordelijk voor de taak Coördinatie en Kwaliteit van het stelsel van 7 OD’s in Gelderland. Hiervoor ontvangt De Vallei een bijdrage van de andere 6 OD’s. Daarnaast betaalt De Vallei een bijdrage aan de omgevingsdiensten Rivierenland, Veluwe en Ijssel en Achterhoek voor Portaal, Ketentoezicht en P&O. Bijdragen deelnemende gemeenten en provincie Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
26
De bijdrage van de deelnemers zijn opgebouwd uit vijf componenten: 1. Inbreng salarisbudget 2. Bijdrage overhead over salarisbudget 3. Inbreng inhuurbudget 4. Bijdrage materiële kosten 5. Bijdrage bovenregionale taken De provincie is in deze een bijzondere. Vanaf 1 januari 2014 zijn een groot deel van de Wabo taken gedecentraliseerd naar de gemeenten. Daartoe is de uitkering provinciefonds verlaagd en de uitkering gemeentefonds verhoogd. Binnen Gelderland is dit een budgettair neutrale operatie en is er niet specifiek gekeken wat voor werklast er mee gemoeid is. Omdat er sprake is van inputfinanciering is het noodzakelijk dat die extra uitkering van de gemeente als verhoging van de bijdragen aan de Omgevingsdienst De Vallei wordt meegenomen. Daarbij is het bijzondere dat de verhoging van de partners van de omgevingsdiensten niet synchroon lopen met de OD’s waar zij bij aangesloten zijn. Dit houdt o.a. in dat de deelnemers van de OddV meer moeten betalen om de tekorten van andere omgevingsdiensten op te vangen. Dit loopt dan via de provincie. Een ander opmerkelijk punt is dat de bijdrage van de provincie verlaagd is naar nul, terwijl zij nog wel bevoegd gezag zijn en blijven voor BRZO bedrijven wat weer is ondergebracht binnen het bovenregionaal stelsel bij de ODRA en ODRN. Op basis van het nog nader te bepalen uurtarief, kan per deelnemer worden berekend hoeveel uren de deelnemer hiervoor beschikbaar krijgt. Dat is niet automatisch meer gelijk aan het oude aantal uren omdat een ‘OddV-uur’ een gemiddelde is van alle deelnemers.
De uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting Uitgangspunten De programmabegroting is gebaseerd op de uitgangspunten van het bedrijfsplan. Onderstaand worden de belangrijkste hiervan toegelicht: Inbreng De begroting is gebaseerd op de oorspronkelijke inbreng per deelnemer met als basis de begroting 2012, waarbij inhuur is vertaald naar formatie: Deelnemer Provincie Gelderland Barneveld Ede Nijkerk Scherpenzeel Wageningen Totaal
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
FTE 4,63 28,96 42,61 19,34 4,47 8,80 108,82
Inbreng 2012 300.950 1.721.522 2.765.481 1.173.538 254.692 551.548 6.767.730
27
Uitgangspunten meerjarenbegroting: • De salariskosten zijn ten opzichte van de bijgestelde begroting 2014 verhoogd met een index van 1,25%; • Voor de overige budgetten is rekening gehouden met een prijsinflatiecorrectie van 2%. Deze prijsinflatie is vervolgens als taakstellende korting op het totale budget meegenomen en in mindering gebracht op de inhuurbudgetten; • Er is rekening gehouden met een besparing op het primair proces van 7,5%, te bereiken in 5 jaar, dit betekent dat er voor 2015 al rekening is gehouden met een korting van 4,5%; • De overgang van de afdeling Bouwen, Wonen en Milieu van de gemeente Ede naar de ODDV en de decentralisatie van de Wabo taken van de provincie naar de gemeenten per 1 januari 2014 zijn financieel vertaald en dus meegenomen; • Als overheadopslag op het primaire proces van de nieuwe organisatie is sprake van 45%, een aanzienlijk lager getal dan waarvan sprake was in het bedrijfsplan (52,5%). Een nadere toelichting hierop wordt gegeven in bijlage 1. • Er is geen rekening gehouden met een kostprijsverhogend BTW-effect. Er wordt uitgegaan van het in rekening brengen van BTW bij de deelnemers. • De programmatische bovenregionale taken van De Vallei zijn verwerkt op basis van de opgave van de provinciale regie. Dit betreft voor Kwaliteit en Coördinatie stelsel 1,0 FTE (salarisraming schaal 11). De eigen bijdrage van De Vallei is gebaseerd op de verdeelsleutel 1/7 (50%) en inwoners (50%). Op dezelfde verdeelsleutel is de bijdrage aan de RUD’s Rivierenland, Veluwe en Ijssel en Achterhoek - voor de taken Portaal, Kenniscentrum en Ketentoezicht (8 FTE) en P&O (1,33 FTE) verwerkt; • De materiële budgetten van het primair proces zijn geïnventariseerd bij de deelnemers en bedragen gemiddeld 5% op de loonkosten. Deze kosten zijn met name proceskosten, advieskosten en publicatiekosten. Voor de nieuwe RUD is een percentage van 4% meegenomen omdat een besparing op advieskosten mogelijk lijkt en omdat de publicatiekosten voor rekening van de deelnemers blijven (bevoegd gezag). • De kosten van huisvesting, ICT-applicaties, werkplekken, mobiliteitskosten, opleidingskosten, en repro, telefonie etc. behoren tot de materiële overheadkosten. • De post onvoorzien is verplicht. Deze is geraamd op een bedrag van 100.000 euro. De begroting is zeer scherp begroot, daarom is een post onvoorzien van 1% minimaal. Dit geldt temeer omdat de OddV nog geen reserve heeft. Bijdrage: eerst vast daarna outputgericht De OddV start met een inputbegroting. Er worden gegevens verzameld om naar een outputmodel te kunnen toewerken (uiterlijk in 2017). Een outputmodel houdt in dat de omgevingsdienst (zoveel mogelijk) op basis van geleverde prestaties en afgenomen producten wordt bekostigd (kostprijs per prestatie/product). Dus de eerste jaren geldt: wat er wordt ingebracht qua budget primair proces wordt vertaald in uren. Het is daarnaast gewenst dat de OddV een reservepositie opbouwt. Het is niet de bedoeling om de reserve op voorhand te vormen bovenop de inbreng, maar om de OddV-directeur de gelegenheid te geven de reserve op te bouwen. De reserve mag oplopen tot 5% van het totaal van de lasten in de jaarrekening met een maximum van € 500.000. In de begroting is geen opbouw van de reservepositie geraamd. Als
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
28
het voorstel bij de jaarrekening tot opbouw van een algemene reserve weerstandsvermogen wordt gevolgd, dan de begroting 2015 hierop worden aangepast De begroting legt feitelijk een lump sum voor de eerste vier jaar vast. In 2014 en 2015 zal de basis worden gelegd voor een outputsysteem. Enkele omgevingsdiensten in Nederland zijn ons voorgegaan en kunnen ons helpen in de ontwikkeling daarvan. Voor alle OddV-medewerkers geldt één uurtarief. Elke deelnemer krijgt een urenbudget op basis van zijn bijdrage. De bijdrage van elke deelnemer is gebaseerd op het ingebrachte formatiebudget met opslag voor overhead, inhuurbudget, bijdrage bovenregionale taken en directe uitvoeringskosten. De berekening van het uurtarief treft u aan in bijlage 2. De deelnemer (regiefunctionaris) overlegt elk jaar met de directeur van de OddV over de inzet van de uren t.b.v. de begroting. Elke partner gaat in overleg met de directeur van de OddV de beschikbare uren inplannen op basis van de prioriteitstelling van de betreffende partner. Zo ontstaan de handhavings- en vergunningenplannen. De OddV schrijft vervolgens per gemeente tijd zodat elke gemeente ‘waar voor zijn inbreng’ krijgt. In principe wordt aan de deelnemer vier jaar lang een vaste voorschotbijdrage in rekening gebracht. Dit wordt minus de efficiencybijdrage bevoorschot. Na een jaar uitvoering van de werkzaamheden wordt de jaarrekening opgemaakt (naast de tussentijdse rapportages). Doordat aan de deelnemers een bijdrage wordt gevraagd die gebaseerd is op voorcalculatie van uren, bestaat het jaarresultaat uit het resultaat op directe kosten. Dus: meer of minder salaris dan begroting, meer of minder directe uitgaven. Bij een positief resultaat gaat in principe het saldo naar de algemene reserve. Een negatief resultaat zonder reserve leidt tot een aanvullende bijdrage van de deelnemers.
Urenverschillen De deelnemers worden bevoorschot op de inbrengbijdrage. De directeur van de OddV heeft begrotingstechnisch feitelijk 3 opdrachten: • Uitvoeren van de taken binnen de budgetten van de begroting • De opdracht om de afgesproken urenproductie van de deelnemers te realiseren • De efficiencydoelstelling te behalen De flexibele schil van de OddV-directeur is de eerste vier jaar nodig voor het realiseren van de efficiencytaakstelling. De eerste vier jaar betalen de deelnemers een vaste bijdrage (lump sum). Urenverschillen die ontstaan (bijvoorbeeld door ziekteverzuim of zwangerschapsverlof) moeten door de directeur van de OddV in evenredigheid over de deelnemers worden verdeeld, dit kan ook over de jaren heen. De directeur zorgt dus voor evenredigheid over de deelnemers. Dat moet ook
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
29
inzichtelijk worden gemaakt in de rapportages. Echter vanwege de efficiencytaakstelling kunnen de eerste vier jaar de urenverschillen niet financieel worden verrekend. Na de eerste vier jaar is er voldoende informatie om dit wel te doen. Blijkt de flexibele schil groot genoeg te zijn en het realiseren van de taakstelling voorspoedig, dan kan dit ook eerder worden gerealiseerd. Dan moet echter wel een afspraak gemaakt worden over de toegestane fluctuatie.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
30
Bijlagen In de bijlagen treft u de volgende overzichten aan: 1. Overheadbegroting 2. Overzicht formatie en uurtarieven 3. Overzicht bijdragen deelnemers OddV
Bijlage 1 Overheadbegroting Overheadafspraken In het bedrijfsplan is een raming opgenomen voor de overheadkosten van 52,5%. In de inrichtingsfase is dit nader uitgewerkt. De omvang van management en staf is bepaald. De discussie over het gastheerschap is afgerond. Alle gemeentelijke deelnemers verzorgen de werkplekken van de OddV en de gemeente Ede verzorgt ICT, Advies en Ondersteuning voor de OddV. Voor dat laatste heeft Ede aangeboden in de eerste drie jaar het begrotingsvoordeel te betalen aan de OddV, waardoor de bijdrage van de andere deelnemers lager wordt. Na de eerste drie jaar deelt Ede mee in het voordeel van een lagere overheadbegroting. Zo compenseert de gemeente Ede de andere deelnemers (met ca. € 900.000) voor het voordeel dat zij minder desintegratiekosten heeft. Dit leidt tot de volgende overheadbegroting voor de OddV: De basis hiervoor is gelegd in de begroting 2013. Daaraan zijn ook onderstaande cijfers ontleend. 2013Begroting overhead
volledig
2014
2015
2016
2017
Management en staf minus staf I&P
844.518
844.518
844.518
844.518
844.518
Budgetten mobiliteit, personeel en opleiding
308.602
303.902
299.203
294.503
289.804
25.000
24.443
23.898
23.365
22.844
335.000
327.531
320.229
313.089
306.109
ICT, Advies en Ondersteuning (Ede)
1.180.000
1.167.500
1.155.000
1.155.000 1.155.000
Diverse kosten Totaal
75.000 2.768.120
75.000 2.742.894
75.000 2.717.847
75.000 75.000 2.705.475 2.693.274
Huisvesting vergaderruimten Huisvesting werkplekken
Omdat de bevoorschotting in 2013 op 9 maanden is, loopt de compensatieregeling van Ede t/m de eerste 3 maanden van 2016.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
31
Wat betalen de deelnemers nu precies als overheadpercentage? Er is een afspraak dat over inbreng van inhuur geen overhead wordt betaald. In de onderstaande tabel wordt zichtbaar dat in de periode 2013 t/m 2015 gastheer Ede een hoger overheadpercentage betaalt en dat vanaf 2016 dit voor alle deelnemers gelijk is. De basis hiervoor is gelegd in de begroting 2013. Daaraan zijn ook onderstaande cijfers ontleend. Deelnemersbijdrage Overhead Overhead Ede als % salaris
2013 55,2
2014 54,9
2015 54,6
2016 2017ev 44,1 44,6
Overhead Ede als % salaris en inhuur
53,7
53,4
53,1
42,9
43,4
Overhead overige deelnemers als % salaris
34,5
35,2
35,9
44,1
44,6
Overhead overige deelnemers als % salaris en inhuur
33,0
33,7
34,3
42,2
42,7
Dat betekent dat de OddV met een lage overheadbegroting werkt (de post onvoorzien is in deze berekening overigens niet meegenomen) en dat alle deelnemers profiteren van het gastheerschap van Ede. Het karakter van de gastheerafspraken Alle gemeentelijke deelnemers zijn gastheer voor de huisvesting van de OddV. De begroting is geraamd op aanzienlijk minder werkplekken dan thans het geval is én tegen de laagst mogelijke kosten. Daardoor is de deelnemersbijdrage lager dan in het bedrijfsplan. Daardoor worden de deelnemers wel geconfronteerd met hogere desintegratiekosten. Daarmee zijn dit communicerende vaten. Er is voorshands gekozen voor een zo laag mogelijke overheadbegroting voor de OddV. De gemeente Ede is gastheer voor ICT, Advies en Ondersteuning. Hierbij hoort geen dichtgetimmerd contract, maar veel meer een uitgeschreven samenwerkingsafspraak op hoofdlijnen. Vertrouwen, Verantwoording en Transparantie zijn uitgangspunten. Dat heeft een risico in zich voor beide zijden. Het is een meerjarige afspraak en Ede richt een deel van zijn organisatie in op de ondersteuning van de OddV waardoor er geen sprake is van een vrijblijvende afspraak.
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
32
Bijlage 2 Overzicht formatie en uurtarieven Onderstaand wordt een berekening van het uurtarief 2015 weergegeven. Deze is gebaseerd op de salariskosten van de formatie ultimo 2013 groot 97,75 FTE vermeerderd met de inbreng van de Balie Bouwen Wonen en Milieu van Ede, groot 5,96 FTE. Dit is weer onderverdeeld in primaire salariskosten en secundaire salariskosten (management en staf), waarbij de gemiddelde primaire salariskosten per FTE zijn bepaald. Vervolgens is de flexibele formatie bepaald door het budget van de flexibele schil te delen door de gemiddelde primaire salariskosten. Dit opgeteld met de reeds aanwezige formatie voor het primaire product komt op een totaal uit van 106,63 FTE. Rekening houdend met de onderlinge afspraak van de Gelderse omgevingsdiensten, waarbij uitgegaan wordt van 1350 productieve uren levert dat een uurtarief op van € 73,83.
Bepaling uurtarief 2015 Totale formatie Fte’s primair Fte’s overhead Salariskosten primair Salariskosten secundair Totale salariskosten
Fte's Fte's Fte's
117,19 106,63 10,56 € 7.207.422 € 847.351 € 8.054.773
Gemiddelde salariskst per Fte
€
Kosten materiële overhead Kosten formatieve overhead Totale kosten overhead
€ 2.038.248 € 1.239.586 € 3.277.834
Percentage materiële overhead Percentage formatieve overhead
65.459
28% 17%
Onvoorzien Bovenregionale taken
€ €
Totale begrote lasten
€ 10.627.486
Aantal productieve uren per Fte Berekend uurtarief begroting 2015
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
Fte's
100.000 42.230
1350 €
73,83
33
Bijlage 3 Overzicht bijdragen deelnemers OddV Het volgende overzicht kan worden gegeven van de deelnemersbijdragen:
Partners Barneveld Ede Nijkerk Scherpenzeel Wageningen Provincie Gelderland Te betalen aan andere OD's via provincie Te ontvangen van partners
werkelijk 2013 9 mnd 1.583.484 2.896.697 1.073.523 215.820 504.623 277.848
Begroting 2014 2.513.118 5.310.425 1.779.269 340.474 798.902 0
-6.551.995
-68.046 10.674.141
Programmabegroting 2015 OddV Meerjarenbegroting 2016-2018 OddV
Begroting 2015 2.509.460 5.272.158 1.776.661 339.574 797.677 0
Meerjarenbegroting 2016 2017 2018 2.569.212 2.573.742 2.573.742 5.012.922 4.872.106 4.872.106 1.817.140 1.819.719 1.819.719 344.159 343.245 343.245 816.174 817.393 817.393 0 0 0
-68.046 -64.818 -63.940 10.627.485 10.494.789 10.362.265
-63.940 10.362.265
34