OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE ONDERSTEUNINGSMAGAZIJN GEVORDERDE FASE 2 BEROEPSTAAK B EN C GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG
Albeda college Branche gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Crebo: 95 Versie: BC BRANCHE GGZ 1415 Fase: gevorderd 2 Naam student:………………….
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
BEROEPSTAAK B en C Ondersteuningsmagazijn School
Overzicht activiteiten school Beroepstaak B en C
01. Stemmingstoornissen Activiteiten VP 1.01 Depressie op diverse leeftijden VP 1.02 Verplegen van oudere zorgvragers met een depressie VP 1.03 Verpleegplan van een zorgvrager met een depressie VP 1.04 Monitoren van een depressie VP 1.05 Depressie versus Dementie versus Delier VP 1.06 Oriëntatie bipolaire stoornis VP 1.08 Zorgvrager met bipolaire stoornis: van opname tot ontslag [keuze uit 7 verschillende activiteiten] VP 1.09 Simulatie ontslag-of overplaatsingsgesprek in de GGZ (Coördinatie van zorg) PSP 1.10 Psychopathologie: Kennistaak depressie PsP 1.11 Psychopathologie: manie (bipolaire stoornis) VDL 1.12 Praktijkopdracht ondervoeding en gezonde voeding in de GGZ VDL 1.13 Praktijkopdracht overgewicht in de GGZ C1.01 Psycho educatie individueel (GGZ) C2.01 Begeleiden van zorgvragers tijdens een simulatie 02. Suïcide Activiteiten VP 2.1 Orientatie op suïcide VP 2.2 Omgaan met suïcidaal gedrag PsP 2.3 Psychopathologie: Suïcidaal gedrag: kennis C2.02 Begeleiding: de suïcidale zorgvrager C2.03 Een gesprek voeren met een suïcidale zorgvrager 03. Psychotische stoornissen en schizofrenie Activiteiten PsP 3.1 Psychotische stoornissen: ziektebeelden VP 3.2 Psychotische stoornissen verpleegkundige zorg 1 VP 3.3 Psychotische stoornissen verpleegkundige zorg 2 C2.04 Begeleiding: werken vanuit rehabilitatie C2.05 Begeleiding: rehabilitatieplan opstellen C2.06 Begeleiding: werken met de Liberman modules C2.07 Actuele ontwikkelingen in de GGZ
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
2
Gevorderd 2
K/V V K V K V V V
Tijd 2 ----2 ------2 2 4
Blz. 5 7 8 9 10 13 15
K
-----
19
V V K
4 4 ------
20 21 22
K V K
-----4 ----
24 26 27
K/V V V V V V
Tijd 2 2 4 2 2
Blz. 30 31 32 33 34
K/V V V V V V K V
Tijd 4 2 2 3 3 ---3
Blz. 35 37 39 40 41 42 43
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
BEROEPSTAAK B en C Ondersteuningsmagazijn school
Overzicht activiteiten school Beroepstaak B en C
04. Angststoornissen Activiteiten VP 4.1 Oriëntatie op angststoornissen VP 4.2 Herkennen en benoemen van angst VP 4.3 Verpleegplan opstellen bij angststoornissen VP 4.4 Simulatie coördineren in het praktijklokaal VP 4.5 Simulatie overleg PsP 4.6 Angststoornissen 05. Somatoforme stoornissen Activiteiten VP 5.1 Orientatie somatoforme stoornissen VP 5.2 Verpleegplan opstellen somatoforme stoornis VP 5.3 Ketenzorg PsP 5.4 Somatoforme stoornissen PsP 5.5 Psychofarmaca 06. Persoonlijkheidsstoornissen Activiteiten VP 6.1 Oriëntatie op persoonlijkheid I VP 6.2 Oriëntatie op persoonlijkheidsstoornissen II VP 6.3 Verpleegplan opstellen persoonlijkheidsstoornissen VP 6.4 Multidisciplinair overleg [coördinatie van zorg) VP 6.5 Simulatie MDO (coördinatie van zorg) PsP 6.6 Persoonlijkheidsstoornissen C2.08 Verpleegkundige houdingsaspecten en begeleiding bij persoonlijkheidsstoornissen C2.09 Begeleiding en benadering borderline stoornis C2.10 Het voeren van een helpend gesprek met een zorgvrager met borderline persoonlijkheidsstoornis 07. Verslavingsproblematiek Activiteiten VP 7.1 Oriëntatie op verslaving VP 7.2 Verpleegplan opstellen bij verslavingsproblematiek VP 7.3 Dubbeldiagnose VP 7.4 Het syndroom van Korsakov PsP 7.5 Verslaving VDL 7.6 Voeding verslavingszorg C2.11 Begeleiding van de verslaafde zorgvrager [Cirkels van verslaving] C2.12 Verpleegkundige houdingsaspecten en begeleiding bij verslavingsproblematiek C3.01 Psycho educatie geven aan groepen in de GGZ C3.02 Voorlichting geven aan groepen in de GGZ
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
3
Gevorderd 2
K/V V V V K V V
Tijd 2 2 2 -----2 4
Blz. 44 45 47 49 51 52
K/V V V K V V
Tijd 2 2 ----4 4
Blz. 54 55 56 57 58
K/V V V V V V V V
Tijd 2 2 2 2 4 4 2
Blz. 63 64 66 67 68 69 71
V V
2 3
72 73
K/V V V V V V V V
Tijd 2 2 2 2 4 3 3
Blz. 74 76 77 78 79 82 84
V
2
85
V K
4 -----
86 87
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
BEROEPSTAAK B en C Ondersteuningsmagazijn school
Overzicht activiteiten school Beroepstaak B en C
08. Acute opname Activiteiten VP 8.1 Acute opname in de GGZ VP 8.2 Simulatie opnamegesprek in de psychiatrie VP 8.3 Omgaan met agressie, separeren CFB 8.4 CFB en dé-escalerend handelen, omgaan met agressie VP 8.5 Reflectie op agressie-intervisie VP 8.6 Protocol: opvang na een agressie-incident C2.13 Begeleiden gedragsproblemen: begeleidingsgesprek C2.14 Slecht nieuwsgesprek C2.15 Omgaan met kritiek van familie 09. Zorgvrager met een aandoening naar keuze Activiteiten VP 9.1 Chronisch psychiatrische zorgvrager oriëntatie 9.1 Chronisch psychiatrische zorgvrager verpleegkundige VP zorg PsP 9.3 Psychopathologie: Chronisch psychiatrische zorgvrager metabool syndroom C2.16 Gesprek met een zorgvrager met een psychiatrisch ziektebeeld C2.17 Chronisch psychiatrische zorgvrager omgaan met verlieservaringen. VP 9.4 Zorgvrager in de ambulante zorg I VP 9.5 Zorgvrager in de ambulante zorg II C2.18 Motiverende gesprekstechnieken in de GGZ VP 9.6 Discussie over eetstoornissen PsP 9.7 Eetstoornissen VDL 9.8 Verdiepingsopdracht eetstoornissen C2.19 Eetstoornissen begeleidingsgesprek VP 9.9 Zorgvrager met een aandoening naar keuze VP 9.10 Aandoening naar keuze; specifieke doelgroepen
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
4
Gevorderd 2
K/V V K V V
Tijd 2 ---2 2
Blz. 88 89 90 91
K V V V V
---2 3 3 4
93 94
K/V K
Tijd ----
K
----
Blz. 100 101
K
-----
103
K
------
104
K
-----
105
K K K K K V K K K
-------------------3 -------
106 108 110 111 112 113 115 116 119
95 97 98
BC BRANCHE GGZ 1415
1.1
Gevorderde fase 2
Depressie op diverse leeftijden
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft kennis opgedaan over depressie op kinderleeftijd, adolescentie en bij ouderen Zorg dat je beschikking hebt over theorieboek “Verplegen van geriatrische zorgvragers” en het boek “Verplegen in de GGZ”. Deze boeken kun je vinden in de mediatheek Hoofdstukken boek over stemmingsstoornissen/ depressie Internet: http://www.depressie.org/ http://www.depressie.nl http://www.trimbos.nl/onderwerpen/psychischegezondheid/depressie http://www.psychischegezondheid.nl/depressiecentrum Theorielokaal/ studieruimte Bespreek je antwoorden met de inhoudsdeskundige 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt verpleegplan op K vakdeskundigheid toepassen verplicht
Activiteit 1 Beschrijf de verschillen tussen een depressie op jongere leeftijd en op oudere leeftijd m.b.v. onderstaande tabel.
Symptomen/ Uitingsvorm Psychisch
Basisschool en pubers
Adolescenten
Sociaal
Somatisch
Vanuit de persoon zelf (ook biologisch)
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
5
Ouderen
BC BRANCHE GGZ 1415
Uitlokkende factoren
Gevorderde fase 2
Basisschool en pubers
Adolescenten
Ouderen
Vanuit omgevingsfactoren
Vanuit levensloop
Activiteit 2 Kijkopdracht: Bekijk de DVD “Oud zeer, deel 3: een pilletje voor de eenzaamheid (606.3) en beantwoord de vragen Beantwoord de volgende vragen –vooral de vragen 1 en 2 dienen uitgebreid te worden beantwoord- n.a.v. de dvd en verwerk de antwoorden in een verslagje (A4-tje). Lever dit verslagje in bij de docent. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Wat valt je op in het gedrag (houding, motoriek, geuite klachten, …) van mevrouw gedurende de gehele aflevering? Welke gevolgen heeft haar depressie + angststoornis voor zowel het individueel als het sociaal functioneren van mevrouw? Wat voor soort fobische klachten heeft mevrouw? Hoe zou je de relatie tussen mevrouw en haar vriend willen typeren? Welke factoren hebben vermoedelijk bijgedragen tot het ontstaan van de depressie bij mevrouw? Hoe ontwikkelen haar klachten zich gedurende de opname in het psychiatrisch centrum? Waardoor knapt mevrouw uiteindelijk op?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
6
BC BRANCHE GGZ 1415
1.2
Gevorderde fase 2
Verplegen van oudere zorgvragers met een depressie
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie
Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft kennis over de verpleegkundige zorg bij oudere zorgvrager met een depressie Neem je boek mee, zorg dat je een computer tot je beschikking hebt Boeken: “Verplegen van geriatrische zorgvragers”, “Verplegen in de GGZ”; hoofdstuk verplegen van zorgvragers met een depressie Plezierige activiteitenlijst voor ouderen op (www.ouderenpsychiatrie.nl) Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. Maak gebruik van het antwoordmodel van het boek
1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) Keuze
Activiteit 1 Maak de vragen die bij praktijksituatie 1,2 en 3 staan in de geriatrische zorgvrager met een depressie. Maak de vragen die bij de praktijksituaties staan in de psychiatrische zorgvrager met een depressie Kijk de vragen na met behulp van de antwoordmodellen van de boeken
Activiteit 2
Maak een dagindeling voor een oudere depressieve zorgvrager en motiveer deze. Hou hierbij rekening met : gezondheidsbedreigende factoren, bejegening, structuur stimuleren van zelfwerkzaamheid.
Activiteit 3 Heb je in de praktijk al kennis gemaakt met een depressieve zorgvrager? Zo ja, welke symptomen heb je herkend? Ga na welke verpleegkundige interventies werden getroffen. Komen deze overeen met de theorie? Leg uit waarom wel/niet.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
7
BC BRANCHE GGZ 1415
1.3
Gevorderde fase 2
Verpleegplan van een zorgvrager met een depressie
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces Competentie
Keuze/verplicht
De student heeft een verpleegplan gemaakt m.b.v. een casus over een zorgvrager met depressie Neem je boek mee en zorg voor een computer. Zorg dat je beschikt over de gezondheidspatronen van GORDON en het zakboek verpleegkundige diagnosen Boek: verzorgen van geriatrische zorgvragers; hoofdstuk verplegen van zorgvragers met een depressie. Theorielokaal, studieruimte , thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. Maak gebruik van het antwoordmodel van het boek. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit: Maak de competentieopdracht ‘een verpleegkundige diagnose stellen en een verpleegplan maken’ bij het hoofdstuk verplegen van zorgvragers met een depressie. (gaat over de situatie van mevr. Snoeijer) Maak hiervoor gebruik van het onderstaande model 1. Analyseer de gegevens uit de casus en vul onderstaand schema in:
2. Orden de gegevens en stel de verpleegkundige diagnoses. Maak hiervoor gebruik van de patronen van Gordon. 3. Zet de actuele verpleegproblemen op een rijtje. 4. Kies de meest urgente en werk deze uit tot een verpleegkundige diagnose ( volgens de PES) 5. Formuleer aansluitend een verpleegdoel volgens de RUMBA 6. Formuleer minimaal 4 verpleegkundige interventies per doel. 7. Maak een product en proces evaluatie.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
8
BC BRANCHE GGZ 1415
1.4
Gevorderde fase 2
Monitoren van een depressie
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft m.b.v. een casus een zorgvrager gemonitord en hiervoor gebruik gemaakt van de MADRS-schaal Neem je boek mee, zorg dat je een computer tot je beschikking hebt. Boek: “verplegen van geriatrische zorgvragers”; hoofdstuk verplegen van zorgvrager met een depressie, de MDARS-schaal Op internet: http://www.ouderenpsychiatrie.nl: Klik op praktijk; meetinstrumenten Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent.
1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) Keuze
Activiteit 1 De Montgomery Asberg Depression Rating Scale (MADRS) is de meest gebruikte schaal in de ouderenpsychiatrie om de ernst en het beloop van een depressie bij iemand die nietdementeert vast te leggen. Een score hoger dan 20 duidt op lichte depressiviteit en een score hoger dan 30 op ernstige depressiviteit.
Vul de MADRS-schaal (beschreven in het boek) in voor dhr. Hensen uit de casus aan het eind van het hoofdstuk verplegen van zorgvragers met een depressie. Wat is je conclusie?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
9
BC BRANCHE GGZ 1415
1.5
Gevorderde fase 2
Depressie versus Dementie versus Delier
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student een analyse gemaakt van het ziektebeeld Delier en Dementie. De student kan binnen de symptomen van de depressie, dementie en delier verschillen en overeenkomsten herkennen. Zorg dat je beschikt over een computer en onderstaande boeken Theorieboek: “verplegen van geriatrische zorgvragers”. Het hoofdstuk over het verplegen van patiënten met een delier , hoofdstuk over dementie en hoofdstuk over depressie. Boek: “Verplegen in de GGZ” (mediatheek) Theorie op internet: - http://geriatrie.venvn.nl/LinkClick.aspx?fileticket=zcdu3J22jbI% 3D&tabid=3923 - http://www.ouderenpsychiatrie.nl: - http://www.depressie.org/ - http://www.delirant.info/DreamHC/Pagina11.html - http://www.umcutrecht.nl/subsite/valpreventie/Richtlijnen/Richtli jn-acute-verwardheiddelier/ - http://www.mcl.nl/Ik-ben-pati-nt/De-specialismen/Klinischegeriatrie/Ziektebeelden-geriatrie/Delier-acute-verwardheid-/ OLC, thuis, leslokaal Samen met medestudent; bespreken met inhoudsdeskundige. Inleveren van activiteit 3 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt verpleegplan op K vakdeskundigheid toepassen Verplicht
Ria vertelt: ‘Eergisteren heb ik een oude mevrouw opgenomen met een ontregelde diabetes en een open been. Bij het opnamegesprek konden we gewoon met elkaar praten en vertelde ze wat er gebeurd was. En nu, twee dagen later, herkent ze me niet meer. Ze zit maar voor zich uit te staren en suft weg. Ik snap er niets van, ze kwam zo vitaal over’.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
10
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 1 Analyseer het ziektebeeld: acute verwardheid/delier en vul onderstaand schema in
Activiteit 2 Analyseer het ziektebeeld: dementie en vul onderstaand schema in
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
11
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 3 Analyseer het ziektebeeld: depressie bij ouderen en vul onderstaand schema in
Activiteit 4 Vul in onderstaand schema de verschillen in tussen delier, dementie en depressie Delier Dementie Depressie Begin Duur symptomen Reactie op symptomen Bewustzijn en aandacht Oriëntatie Concentratie Stemming Geheugen Slapen Spraak Angsten Ziekte inzicht Reactie op medicijnen Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
12
BC BRANCHE GGZ 1415
1.6
Gevorderde fase 2
Oriëntatie bipolaire stoornis
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich georiënteerd op de bipolaire stoornis, waaronder de manie Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.platformggz.nl Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent.
1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) Verplicht
Activiteit 1 Oriënteer je op het begrip stemming en emotie door onderstaande vragen te beantwoorden. Vergelijk jouw antwoorden met een medestudent en bespreek eventueel onduidelijkheden met de docent. Heb je wel eens dat je heel erg vrolijk bent, of extreem druk bent? Dat je wel eens veel meer koopt dan je geld hebt en dan bedenkt: “ach, het komt wel goed”. Bedenk eens goed of er een aanleiding voor was? Voelde het goed, of vond je het juist vervelend? Hoe waren de reacties uit je omgeving? Hoe vond je die reacties? Bespreek in een groepje jouw antwoorden en stel met elkaar een lijst op met verschillen en overeenkomsten. Bespreek in je groepje het verschil tussen een emotie en stemming.
Activiteit 2 Oriënteer je op de bipolaire stoornis. Kijk de DVD: BNN “ je zal het maar hebben” manie. Vul daarna onderstaand schema in. Vergelijk jouw antwoorden met een medestudent en bespreek eventueel onduidelijkheden met de docent.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
13
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
bekijken en het schema invullen.
Als je veel tijd hebt kun je ook de DVD Manische symptomen
Depressieve symptomen
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
14
BC BRANCHE GGZ 1415
1.7
Gevorderde fase 2
Zorgvrager met bipolaire stoornis: van opname tot ontslag
Resultaat Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competentie
De student heeft een standaardverpleegplan opgesteld voor een zorgvrager met een bipolaire stoornis Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een verslaving School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je verpleegplan met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M)
1.2
Verplicht/keuze
Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.8 Coördineert de zorgverlening Verplicht
Activiteit 1 Maak de onderstaande workshop welke bestaat uit 7 activiteiten. Deze workshop “volgt” een manische zorgvrager van opname tot ontslag. Lees de casus aandachtig door Casus: Joep van Meteren wordt met de ambulance opgenomen op de gesloten PAAZ afdeling van het Binnenhofziekenhuis. Joep is 25 jaar en woont nog bij zijn ouders. De afgelopen weken was Joep anders dan anders. Volgens zijn ouders sliep Joep steeds minder, was hij ’s nachts bezig met Bijbelse teksten. Joep at niet meer mee, hij had er geen tijd voor want hij was bezig met allerlei sms, msn, hyves en chatsites. Hij was op zijn werk met een conflict weggegaan en zijn ouders kregen niet duidelijk wat de oorzaak was. In de straat waar Joep woont was hij alle buren langsgegaan om hen te waarschuwen voor wat komen zou. Eerst alleen bij die buren die wilde luisteren, maar het nam steeds extremere vormen aan. Afgelopen nacht belde hij bij iedereen aan en diegenen die niet open deden kregen een steen door de ruit. Met een megafoon liep hij rond en zong hij onverstaanbare liedjes. Naar zijn ouders en naaste buren die hem naar binnen wilde halen reageerde hij dreigend en agressief. De gealarmeerde politie had Joep tenslotte overmeestert en meegenomen. Via de politiearts is de acute dienst ingeschakeld die Joep liet opnemen met een IBS -
Bespreek in een groepje waar je op zou letten als je verpleegkundige zou zijn op de afdeling waar Joep van Meteren opgenomen wordt. Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
15
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
-
Stel met elkaar observatiecriteria met betrekking tot de opname op. Waar zou je tijdens het opname gesprek op letten. Wat zou je vragen en waarom? Wat doe je wel en wat doe je niet? Maak eventueel gebruik van de opdrachten psychische functies uit de beginnersfase. Neem een opnameformulier vanuit je eigen instelling. Vul een opnameformulier in voor Joep van Meteren. Zie ook: http://www.pvp.nl/teksten/brochure-gedwongen-opname.htm Activiteit 2 Maak een rapportage voor een manische zorgvrager. -
Schrijf een rapportage (die voldoet aan de richtlijnen) over de vervolg casus van Joep van Meteren.
Vervolg casus: Joep is op de afdeling erg onrustig. Hij klampt ook hier iedereen aan over zijn missie op aarde en het naderend einde van de wereld. De medepatiënten worden hier angstig van en gaan Joep uit de weg. Joep laat zich daardoor echter niet weerhouden en gaat ze achterna, loopt ongevraagd hun kamers op en houdt ze ook gewoon letterlijk vast. Dit heeft al bijna tot een handgemeen geleidt. Joep zijn zelfzorg laat erg te wensen over; hij heeft kleding aan met veel vlekken, waar hij dag en nacht in loopt. In de 24 uur dat hij nu op afdeling is, is het niet gelukt hem onder de douche te krijgen of maar zijn tanden te laten poetsen. Hij zegt steeds dat hij het zal gaan doen, maar maakt ondertussen alleen een chaos van zijn kamer. Die nacht lukt het Joep niet om op bed te blijven. Gelukkig blijft hij wel op zijn kamer maar is dan met allerlei krantenknipsels bezig, die hij uitscheurt. Eten en drinken gaat tussendoor, met veel geknoei, want ook dan doet Joep meerdere dingen tegelijk. De verpleegkundigen en medepatiënten zien een spoor van ravage waar Joep langs is geweest: Overal krantenknipsels, snippers, tijdschriften, lijm, bekertjes, gemorste vloeistoffen, etenswaren, alle lichten aan, muziek luid, TV aan. -
Draag je rapportage schriftelijk en mondeling over aan de leden van je subgroep. Bedenk met elkaar verpleegkundige acties om het gedrag en de onrust van Joep te structureren. Verwerk dit in een dagprogramma voor Joep. Motiveer elk onderdeel uit het dagprogramma.
Activiteit 3 Maak een standaard verpleegplan. -
-
Zoek vijf standaard verpleegkundige diagnoses bij een manische zorgvrager. Bespreek met klasgenoten in hoeverre deze standaarden van toepassing zijn op Joep van Meteren. Bedenk met elkaar voor elke verpleegkundige diagnose 10 verpleegkundige interventies. Ga met zijn allen na of het alleen verpleegkundige interventies moeten zijn of dat jullie ook in het verpleegplan andere disciplines in moeten schakelen en waarvoor. Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
16
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 4 Verdieping kennis medicatie manie: Vervolg casus Joep van Meteren weigerde zijn medicatie. Gevaar voor uitputting dreigde en tevens werd hij een gevaar voor zijn omgeving. Medepatiënten werden onrustig en enkele zorgvragers met schizofrenie werden weer psychotisch. Joep is daarop gesepareerd. Deze separatie duurde 2 weken, waarna Joep aan de hand van een fase programma weer langzaam aan gemobiliseerd is naar de afdeling. Ondertussen heeft Joep medicatie gekregen. Eerst onder dwang sedativa en neuroleptica i.m. Later wilde Joep dit wel per os innemen en kreeg hij er een stemmingsstabilisator bij. Dat is nu 4 weken geleden en Joep is inmiddels 2 weken op spiegel. Joep is rustig aanwezig, zelfs een beetje teruggetrokken. Joep is vriendelijk in contact en coöperatief. In gesprek komt het regelmatig terug op zijn manische periode. Joep schaamt zich hier enorm voor. Aanstaand weekend mag hij voor het eerst weer naar huis; hij ziet er als een berg tegenop op om zijn buren onder ogen te moeten komen. -
Zoek voor de genoemde medicatie uit wat de werking en bijwerkingen zijn en geef bij elke groep 2 voorbeelden (merknaam en stofnaam). Zoek naar specifieke aandachtpunten bij de gevonden medicatie. Vergelijk de antwoorden met elkaar en vul je eigen gegevens aan met nieuwe informatie van je klasgenoten. Orden voorgaande vragen in je zak repertorium. Bespreek de uitkomsten klassikaal met de docent.
Activiteit 5 Gesprek aangaan met een manische zorgvrager. Maak tweetallen en verdeel de rollen voor onderstaande opdrachten: -
-
-
Ga een individueel gesprek met Joep over zijn angst/schaamte. De anderen observeren en geven feedback (gebruik daarvoor feedbackformulieren uit ondersteunende materialen). Maak met Joep een programma voor zijn verlofdag. De anderen observeren en geven feedback (gebruik daarvoor feedbackformulieren, zie ondersteunende materialen). Pas met elkaar het verpleegplan aan op de uitkomsten van dit gesprek. Bespreek klassikaal de bijzonderheden van beide opdrachten na.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
17
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 6 Verpleegkundige benadering. Maak onderstaande vragen Hoe moet je je als verpleegkundige nou opstellen?. Aan de ene kant is het jouw taak de veiligheid te bewaken door het stellen van grenzen en structuur te bieden. Maar in de acute fase is de zorgvrager daar niet coöperatief in. Zijn stemming wisselt snel. Hij kan ad rem en gevat zijn, seksueel getinte opmerkingen naar jou maken, maar hij kan ook ineens boos of zelfs agressief naar jou toe zijn. Escalaties en separaties zijn een reëel risico bij manisch gedrag. Er gebeurt vaak veel tijdens zo’n opname. Wanneer zijn stemming dan uiteindelijk weer gestabiliseerd is het belangrijk om een goed contact te hebben. Vooral het stukje schaamte, zelfbeeld en toekomstperspectief hebben veel aandacht nodig. -
Ga bij jezelf na wat het gedrag van een manische zorgvrager bij jou op zou roepen? Wat zijn de sterke punten van jou in deze bejegening, waar zie je tegenop, of denk je meer moeite mee te hebben. Bespreek de uitkomsten in je subgroep en adviseer elkaar hoe met je eigen kwaliteiten en uitdagingen om te gaan ten aanzien van een manische zorgvrager. Formuleer een leerdoel m.b.t. de bejegening van een manische zorgvrager voor je POP op je stageplaats. Verwerk in je PAP de aanpak hiervan.
Activiteit 7 Verdieping terugvalpreventie. Maak onderstaande vragen en hou een posterpresentatie
Het ontslag van Joep van Meteren zit eraan te komen. Hij is 6 weken geleden van de gesloten unit naar de open unit overgeplaatst en de stijgende lijn heeft zich doorgezet. De verloven verlopen goed, maar in afgelopen 6 weken heeft Joep erg hard aan zijn herstel gewerkt. Vooral aan het stukje schaamte, zelfbeeld en toekomstperspectief. Natuurlijk zijn hier ook de ouders van Joep bij betrokken geweest. Vooral ook omdat Joep nog bij zijn ouders thuis woont. Dit gebeurde in de vorm van psycho-educatie. -
Zoek in de literatuur, op internet naar therapieonderdelen die in het kader staan van terugval preventie, zoals psycho-educatie. Geef bij elk onderdeel een korte uitleg en maak daar een posterpresentatie van. Neem hierin in ieder geval psycho-educatie vast mee. Presenteer de posters klassikaal aan elkaar. Elke subgroep kiest van de posterpresentaties 1 therapieonderdeel die hij uitwerkt aan de hand van de casus van Joep. Als de casus te weinig gegevens biedt mag je natuurlijk alle andere gegevens gebruiken die binnen het ziektebeeld zelf passen.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
18
BC BRANCHE GGZ 1415
1.8
Gevorderde fase 2
Simulatie ontslaggesprek-overplaatsingsgesprek
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces competentie Verplicht/keuze
Je kunt tijdens een simulatie een ontslaggesprek en/of overplaatsingsgesprek uitvoeren Verzamel informatie Boek De zorgverlening coördineren en evalueren Thema 3 Overdracht van zorg School Aan de hand van de checklist ontslaggesprek krijg je na het voeren van het gesprek feedback van je medestudenten en de docent. Gebruik de feedback om jezelf te verbeteren. 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Keuze
Activiteit Voorbereiding en simulatie van een ontslaggesprek op school. Evaluatie en reflectie. Werkwijze Kies een praktijksituatie of een casus van een zorgvrager in de GGZ. Bereid aan de hand van de casus het ontslag/overplaatsing voor van deze zorgvrager. Verzamel de benodigde materialen voor het uitvoeren van het ontslaggesprek/overplaatsingsgesprek. Voer het ontslaggesprek/overplaatsinggesprek uit. Ontslaggesprek in de GGZ 1. Bereid het gesprek voor aan de hand van de volgende vragen. 2. Welke gesprekstechnieken heb je nodig om een ontslaggesprek te voeren? 3. Welke voorbereidingen moet je treffen als je een ontslaggesprek gaat voeren? 4. Welke formulieren heb je nodig voor een ontslaggesprek? 5. Welke kennis heb je nodig over het ziektebeeld uit de casus? 6. Je ontvangt feedback aan de hand van de checklist van medestudenten en eventueel de docent. Evalueer en reflecteer na afloop van het ontslaggesprek. Overplaatsingsgesprek in de GGZ 1. Bereid het gesprek voor aan de hand van de volgende vragen. 2. Welke gesprekstechnieken heb je nodig om een overplaatsingsgesprek te voeren? 3. Welke voorbereidingen moet je treffen als je een overplaatsingsgesprek gaat voeren? 4. Welke formulieren heb je nodig voor een overplaatsingsgesprek? 5. Welke kennis heb je nodig over het ziektebeeld uit de casus? 6. Je ontvangt feedback aan de hand van de checklist van medestudenten en eventueel van de docent. Evalueer en reflecteer na afloop van het gesprek.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
19
BC BRANCHE GGZ 1415
1.9
Gevorderde fase 2
Psychopathologie / kennistaak depressie
Resultaat
Praktische voorbereiding
Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft beschreven wat een depressie is, welke vormen depressie er zijn, wat mogelijke oorzaken en behandel mogelijkheden zijn. Neem je boeken mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Zorg dat je informatie hebt gelezen over zorgvragers met een depressie. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg”; hoofdstuk verplegen van zorgvragers met een depressie websites: http://www.depressie.org/ http://www.depressie.nl http://www.trimbos.nl/onderwerpen/psychischegezondheid/depressie http://www.psychischegezondheid.nl/depressiecentrum Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt verpleegplan op K vakdeskundigheid toepassen Verplicht
Activiteit 1 Beantwoord vragen over depressie algemeen.
1.
2. 3.
4.
Schrijf (nog eens) de diagnostische criteria op voor de depressieve episode. Je kunt hierbij gebruik maken van de DSM-IV (mediatheek), de DSM-IV-TR of indien uitgegeven al uit de DSM-V Er zijn verschillende vormen van depressies. Ga na welke vormen er zijn. Er zijn verschillende theorieën over het ontstaan van depressies. Vaak is er niet 1 oorzaak, maar is er sprake van multicausaliteit. Geef uitleg aan onderstaande theorieën met betrekking tot het ontstaan van depressies: * genetische factoren * sociale/ omgevingsfactoren * biologische/ chemische ontregeling/ hormonale ontregeling * cognitieve factoren Beschrijf welke verschillende behandelvormen er zijn voor depressies.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
20
BC BRANCHE GGZ 1415
1.10
Gevorderde fase 2
Psychopathologie manie (bipolaire stoornis)
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich verdiept in de psychopathologie en kan de bijhorende begrippen benoemen en uitleggen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” en bijbehorende antwoordmodel www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl Mindmap: http://www.hoedoe.nl Boek: DSM-IV-TR Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op K. Vakdeskundigheid toepassen Verplicht
Activiteit 1 Beantwoord onderstaande vragen in een mindmap en vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Stel je vragen aan de docent. Maak een mind-map van: 1. Symptomen van de manie, waarin je een verdeling maakt tussen psychologische, somatische en sociale aspecten. 2. Mogelijke oorzaken van de manie. 3. Uitleg van de begrippen manie, hypomanie en maniform, Cyclothyme stoornis, bipolaire I stoornis, bipolaire II stoornis 4. 3 verschillende soorten therapieën/ behandelingswijzen voor een manie. 5. Zet tegenover de symptomen van de manie; de andere uiterste van de depressie.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
21
BC BRANCHE GGZ 1415
1.11
Gevorderde fase 2
Praktijkopdracht ondervoeding en gezonde voeding in de GGZ
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces Competenties Verplicht/keuze
De student heeft de beroepsopdracht uitgevoerd over ongezonde voeding en gezonde voeding in de ggz Stel op vast op welke moment jij deze praktijkopdracht gaat uitvoeren en maak evt. afspraken met collega’s Je mag allerlei bronnen (naar keuze) raadplegen BPV-instelling Evalueer deze opdracht met je werkbegeleider Neem de uitwerking van deze opdracht mee naar de voedingsles 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) keuze
Activiteit 1 Voer de praktijkopdracht uit over ondervoeding en ongezonde voeding bij psychiatrische zorgvragers op je stageplek. Verwerk de gegevens in een verslag en bespreek deze met je werkbegeleider Vragen aan collega’s (stel minimaal 3 vragen naar keuze): 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.
Is er op jouw werkplek van elke zorgvrager bekend of die goed gevoed is of niet? Ja of nee? Kun je namen noemen van zorgvragers die ondervoed zijn? Werden de zorgvragers gemeten en gewogen toen ze voor het eerst kwamen? Wordt er daarna nog vaker gewogen of niet meer? Hoe houd je in de gaten of een zorgvrager voldoende eet? Hoe houd je in de gaten of een zorgvrager voldoende drinkt? Wie is er volgens jou verantwoordelijk voor het eten en drinken van de zorgvrager? Kun je medicatie noemen waarbij de eetlust van zorgvrager afneemt (misselijk, vieze smaak, diarree)? Kun je ziektebeelden noemen waar de zorgvragers geen rust nemen om te eten of te drinken Wordt er in de instelling een screening methode gebruikt voor gezonde voeding? Zo ja welke, en zo nee waarom niet? Wordt er in de instelling een screening methode gebruikt voor gezonde voeding? Zo ja welke, en zo nee waarom niet? Wordt er in de instelling een screening methode gebruikt voor ondervoeding? Zo ja welke, en zo nee waarom niet? Heb je wel eens een klinische les gevolgd over gezonde voeding of ondervoeding in de instelling? Zou je verbeterpunten kunnen noemen voor de zorg rondom voeding en vocht bij de zorgvragers in deze instelling
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
22
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Vragen bij bestudering van verpleegkundige dossiers en protocollen: 15. Kun je meet- en weeg gegevens terug vinden in het verpleegkundig dossier? 16. Kun je in het verpleegkundig dossier gegevens vinden over het eten en drinken van de zorgvrager? 17. Kun je in het verpleegkundig dossier van zorgvragers een aantekening over de voedingstoestand terug vinden? 18. Als er in de instelling gescreend wordt op ondervoeding, neem dan de screening methode mee (SNAQ, MUST, BMI) 19. Bestudeer 1 protocol dat betrekking heeft op problemen met eten en drinken. Voeg het protocol bij. Denk hierbij aan voedsel weigering, voedselaversie, eetverslaving, slecht stoelgang, ondervoeding (anorexia), etc. 20. Kun je merken dat er in de praktijk ook volgens dit protocol wordt gewerkt? Waar zie je verschillen en waar overeenkomsten. Vragen over de uitvoering van het voedingsbeleid: 21. Hoe vind jij dat er wordt omgegaan met eten en drinken in de instelling? Noem 3 zaken die heel goed gaan en benoem drie verbeterpunten. 22. Schrijf van een zorgvrager op alles wat deze heeft gegeten en gedronken op een dag. 23. 22. Beoordeel of deze zorgvrager op die dag voldoende heeft gegeten en gedronken. Activiteit 2 Schrijf naar aanleiding van deze opdracht en de feedback die je erop gekregen hebt een reflectieverslag Activiteit 3 Formuleer naar aanleiding van deze opdracht en de feedback die je erop gekregen hebt een praktijkleerdoel voor je de komende periode op je stageplek
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
23
BC BRANCHE GGZ 1415
1.12
Gevorderde fase 2
Praktijkopdracht overgewicht in de GGZ
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces Competenties Verplicht/keuze
De student heeft de beroepsopdracht uitgevoerd over zorgvrager met overgewicht in de GGZ Stel op vast op welke moment jij deze praktijkopdracht gaat uitvoeren en maak evt. afspraken met collega’s Je mag allerlei bronnen (naar keuze) raadplegen BPV-instelling Evalueer deze opdracht met je werkbegeleider Neem de uitwerking van deze opdracht mee naar de voedingsles. 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) keuze
Activiteit 1 Voer de praktijkopdracht uit over psychiatrische zorgvrager met overgewicht bij op je stageplek. Verwerk de gegevens in een verslag en bespreek deze met je werkbegeleider Vragen aan een collega: 1. Kun je namen noemen van zorgvragers die overgewicht hebben? 2. Werden de zorgvragers gemeten en gewogen toen ze voor het eerst kwamen? 3. Wordt er daarna nog vaker gewogen ? Zo ja hoe vaak, zo nee waarom niet? 4. Wie is er volgens jou verantwoordelijk voor het eten en drinken van de zorgvrager? 5. Is er een protocol voor obesitas in de instelling aanwezig? Zo ja waar en wordt het gebruikt? Zo nee waarom niet? 6. Heb je wel eens een klinische les gevolgd over obesitas in de instelling? 7. Kan een zorgvrager met overgewicht ook ondervoed zijn? 8. Werken jullie met een multidisciplinaire eetcontrole programma voor zorgvragers met overgewicht? Zo ja wie nemen daar dan aan deel? Zo nee, waarom niet? 9. Hebben de zorgvragers met obesitas een dieet? Zo ja, wordt dit gevolgd? Zo nee waarom niet? 10. Heb je wel een voorlichting over leefstijl (voeding, beweging etc.) gegeven aan een zorgvrager met obesitas? Hoe verliep dat? 11. Kun je zorgsituaties noemen waar je als verpleegkundige merkt dat de zorgvrager met overgewicht zelf veel hinder ondervindt van dat overgewicht? 12. Kun je medicatie noemen die negatief werken op overgewicht? 13. Zijn er voor zorgvragers met overgewicht mogelijkheden om te bewegen? 14. Zou je verbeterpunten kunnen noemen voor de zorg rondom obese zorgvragers in de instelling?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
24
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Vragen over de uitvoering van de zorg bij obesitas: 15. Kun je meet- en weeg gegevens terug vinden in het verpleegkundig dossier? 16. Kun je in het verpleegkundig dossier gegevens vinden over het eten en drinken of dieet van de zorgvrager? 17. Vind je dat zorgvragers die door gebruik van antidepressiva, antipsychotica of stemmingsstabilisatoren overgewicht krijgen, moeten afvallen? Geef minimaal 3 argumenten. 18. Vind jij dat de zorg gegeven aan zorgvragers met obesitas in de instelling voldoende is aangepast? Noem 3 zaken die heel goed gaan en benoem drie verbeterpunten Maatschappelijk vragen met betrekking tot obesitas: 19. Vind je dat het ziekenhuis de risicovolle operaties als: maagbandje en dunne darm bypass en kaaksslot moeten uitvoeren om het overgewicht van zorgvragers te verminderen? Geef minimaal 3 argumenten 20. Vind jij dat obesitas maatschappelijk voldoende geaccepteerd is of is de druk (te) hoog om leefgewoontes aan te passen? Geef minimaal 3 argumenten. 21. Vind je dat overheid, werkgevers of verzekeraars mogen ingrijpen met gewichtsreducerende maatregelen bij mensen met overgewicht? Geef minimaal 3 argumenten. Activiteit 2 Schrijf naar aanleiding van deze opdracht en de feedback die je erop gekregen hebt een reflectieverslag Activiteit 3 Formuleer naar aanleiding van deze opdracht en de feedback die je erop gekregen hebt een praktijkleerdoel voor je de komende periode op je stageplek
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
25
BC BRANCHE GGZ 1415
C1.1
Gevorderde fase 2
Psycho educatie individueel (GGZ)
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
Je kunt psycho educatie voor een psychiatrische zorgvrager voorbereiden en uitvoeren Kiezen van een onderwerp Verdiepen in het onderwerp Voorlichtingsplan (5 stappenplan) en criteria presentatie Boek voorlichting, advies en instructie School/thuis Feedback op de psycho educatie middels feedbackformulier 1.6 Geeft voorlichting, advies en instructie aan een zorgvrager Competentie I: Presenteren Competentie L: Materialen en middelen inzetten. Verplicht
Activiteit Bereid een voorlichtings- of adviesgesprek voor met een psychiatrische zorgvrager en geef de voorlichting in een gesimuleerde situatie. Werkwijze: 1. Kies een onderwerp waarover je een zorgvrager gaat voorlichten. 2. Schrijf een voorlichtingsplan volgens de stappen van voorlichting 3. Probeer in overleg met de docent een acteur te regelen voor de voorlichting of kies een groepsgenoot uit die je gaat voorlichten 4. Voer de voorlichting uit en zorg voor feedbackformulieren voor je groepsgenoten. 5. Feedback wordt zowel mondeling als schriftelijk gegeven Mogelijke onderwerpen: - Het specifieke ziektebeeld van de zorgvrager - Toekomstscenario’s - Medicatie - Leefwijzen - Onderhouden van het sociale netwerk - Het leren omgaan met beperkingen - Verlieservaringen - Risicogedrag - Werken met een Rehabilitatieplan
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
26
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.1
Gevorderde fase 2
Begeleiden van zorgvragers tijdens een simulatie
Resultaat Theorie Praktische voorbereiding Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
Je hebt de begeleiding uitgevoerd van een aantal zorgvragers tijdens een simulatie Boek : ‘’Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Maak met elkaar een indeling, wie speelt en wie observeert. School Feedback van medestudenten, acteurs en docent 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) keuze
Activiteit: Je gaat zorgvragers begeleiden tijdens een simulatie. Werkwijze : 1. lees de onderstaande instructie. Je gaat de aan de hand van een casus in een oefensituatie een gesprek aan van maximaal 10 minuten met een psychiatrische zieke zorgvrager met - een angststoornis (Mevrouw Bos) - een depressie (Mevrouw Smith) - psychotische belevingen (Mevrouw Timmerman) De afdeling Je werkt op een woonafdeling in een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Op deze afdeling verblijven 10 zorgvragers. De bedoeling is om de zorgvragers een zo volwaardig mogelijke woonsituatie te beiden, waarbij de zelfstandigheid en regie in eigen handen van de individuele zorgvrager centraal staat. In de begeleiding ligt de nadruk op het leren omgaan op het leren omgaan met de handicap en het aanspreken van het aanwezige functioneren van de zorgvrager. Het verblijf op de afdeling is doorgaans langdurig van aard en richt zich op orde en regelmaat, middels dagstructuur en activiteiten als arbeids- en creatieve therapieën. Daarnaast is er ook veel aandacht voor het verbeteren van communicatieve vaardigheden en zelfredzaamheidtraining. Alle zorgvragers worden geacht deel te nemen aan huishoudelijke activiteiten, zoals beschreven staan in de corveelijst bijvoorbeeld koffie en thee verzorgen, tafel dekken, dagelijks onderhoud van de woonkamer en de slaapkamer. Het uitgangspunt van de verpleging is niet verzorgen of behandelen, maar onderhandelen 2. Je gaat in tweetallen een casus kiezen, de opdracht voorbereiden en uitvoeren. Het is van belang om je als eerste te oriënteren op de woonafdeling. Je zult moeten weten op wat voor soort afdeling verblijven de bewoners, wat kenmerkt het leefmilieu en wat betekent dit voor de verpleegkundige houding en begeleiding.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
27
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Oriënteer je op de woonafdeling: - Op wat voor soort afdeling verblijven de zorgvragers? - Wat zijn de kenmerken van het leefmilieu van deze afdeling? - Welke houdingsaspecten van de verpleegkundige leveren een positieve bijdrage aan dit leefmilieu? - Welke houdingsaspecten leveren van de verpleegkundige leveren een negatieve bijdrage aan het leefmilieu ? - Welke verpleegkundige houding en begeleiding past het beste bij de zorgvragers, die op deze woonafdeling verblijven ? 3.
Voorbereiding simulatie in tweetallen ( casussen in ondersteunend materiaal) Ga de opdracht voorbereiden en maak een plan van aanpak. Oriënteer eerst je op vragen als: Wie is deze zorgvrager? Wat heeft deze zorgvrager? Hoe moet ik rekening houden met het ziektebeeld van de zorgvrager? Wat is het verpleegkundig probleem, wat is er aan de hand? Wat wil ik bespreken, met welk doel en hoe ga ik dit aanpakken Wat kan ik beter wel/niet doen? In je boek kun je informatie vinden over het ziektebeeld en de verpleegkundige zorg
Oefen het gesprek met behulp van je plan van aanpak. Geef elkaar feedback en tips.
Spreek af wie het gesprek uitvoert in de simulatie en wie observeert.
4.
Uitvoering van de gesprekken; Gesprek 1 Voorbespreken Deelnemer voert gesprek met acteur Stoom afblazen, feedback geven en nabespreking Gesprek 2 etc. Afronding : wat is er geleerd?
Simulatie: De cliënten in het kort Mevrouw Timmerman, mevrouw Smith en mevrouw Bos zijn cliënten van de rehabilitatieafdeling. Mevrouw Timmerman Mevrouw Timmerman heeft last van psychotische belevingen, die toenemen als zij zichzelf geen rust gunt. Opvallend gedrag (voortekenen): zij gaat slecht slapen (=zonde van mijn tijd), is met van alles tegelijk bezig, maar maakt niks af, vertelt haar eigen verhaal zonder naar de verpleegkundige te luisteren en heeft moeite met adequaat reageren als de verpleegkundige haar iets vraagt. Jij bent de verpleegkundige begeleider van mevrouw . Opdracht: Ga een gesprek met mevrouw Timmerman en kom in overleg met haar tot een dagprogramma met voldoende rust.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
28
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Mevrouw Smith Mevrouw Smith is al enige jaren chronisch depressief. Ze heeft moeite om uit zichzelf tot activiteiten te komen, zoals dagelijkse zelfzorgactiviteiten en groepsactiviteiten (gezamenlijke maaltijden, koffie drinken). Ze zit altijd voor het raam en verzucht regelmatig “dat iedereen het goed heeft, behalve zij”. Twee dagen geleden heeft mevrouw te kennen gegeven ook wel iets te willen doen. Jij bent de verpleegkundige begeleider van mevrouw . Opdracht: Ga een gesprek aan met mevrouw Smith en kom in overleg met haar tot een weekprogramma met activiteiten Mevrouw Bos Mevrouw poetst als het ware haar zorgen weg. Zij is de hele dag met schoonmaken bezig, het is nooit schoon genoeg en het werk is nooit klaar. Mevrouw wil niet stilzitten, omdat ze bang is een paniekaanval te krijgen. Mevrouw wil wel op andere manier met haar angst om leren gaan, is hiervoor ook in behandeling geweest, maar ze heeft veel moeite om de geleerde strategieën toe te passen. De laatste tijd wordt het haar allemaal te veel, ze heeft een pijnlijke rug, haar handen zijn ruw en pijnlijk. Toch weerhouden de klachten haar er niet van om te minderen met het schoonmaken. Jij bent de verpleegkundige begeleider van mevrouw . Opdracht: Ga een gesprek aan met mevrouw Bos en kom in overleg met haar tot een dagprogramma met minimaal twee activiteiten, die niets met de huishouding te maken hebben.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
29
BC BRANCHE GGZ 1415
2.1
Gevorderde fase 2
Oriëntatie op suïcide
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft zich georiënteerd op suïcide. Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ Thema Verplegen van mensen met suïcidaal gedrag theorielokaal Bespreek de uitkomsten van de vragen plenair of in een groepje.
1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) verplicht
Activiteit 1: Lees de casus en beantwoord de vragen Pieter was een begaafde jongen. Hij studeerde economie. Hij had een lief vriendinnetje en speelde fanatiek Hockey. Hij zag er goed uit en kon daarom als bijbaantje regelmatig wat modellenwerk doen. En nu is Pieter dood. Hij is gesprongen van : de Hoge Wiek” een studentenflat aan de Maasboulevard in Rotterdam. Die ochtend ging hij nog naar college, stuurde hij zijn vriendin nog een lief sms-je en belde hij zijn ouders om de eetafspraak van die avond te bevestigen. Toen pakte hij zijn fiets, reed naar de flat en pakte de lift naar de 15e verdieping.. Daar stapte hij op het dakterras uit, liep naar de reling, klom erover heen en sprong naar beneden. Aan de hand van zijn collegekaart in zijn portemonnee werd hij geïdentificeerd en werden zijn ouders ingelicht. Zijn ouders bleven achter vol vragen en schuldgevoel. Zij hebben nooit geweten dat Pieter zich depressief zou hebben gevoeld, hij klaagde wel eens over zijn studielast en twijfelde wel eens over zijn relatie of studiekeuze, maar lachte dit tegelijkertijd altijd weer weg. 1. 2. 3. 4.
Beschrijf de gevoelens die deze casus bij je oproept. Welke mening heb jijzelf ten aanzien van het gedrag van Pieter? Kun je bedenken of er aanleiding was voor Pieter om tot deze suïcide te komen? Kun je in het algemeen motieven en omstandigheden bedenken waarom iemand tot zelfdoding zou kunnen komen? Schrijf er 5 op. 5. Kun je psychiatrische ziektebeelden bedenken die een verhoogd risico geven tot zelfdoding? Schrijf er 4 op en motiveer hierbij ook je antwoord 6. Kun je uit de casus gedragingen van Pieter herkennen die zouden kunnen wijzen op suïcide gedrag? 7. Kun je zelf nog signalen bedenken die zouden kunnen wijzen op suïcide? 8. Welke mening heb jijzelf ten aanzien van het gedrag van Pieter? 9. Bespreek je antwoorden na onder begeleiding van een docent. . Activiteit 2 Lees de competentieopdracht en beschrijf de verpleegkundige interventies. Wissel je antwoorden uit met een medestudent en vervolgens plenair.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
30
BC BRANCHE GGZ 1415
2.2
Gevorderde fase 2
Omgaan met suïcidaal gedrag
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
De student heeft de verpleegkundige zorg en begeleiding voor een zorgvrager met suïcidaal gedrag in kaart gebracht. Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en bestudeer theorie over het verplegen van mensen met suïcidaal gedrag Thema Verplegen van mensen met suïcidaal gedrag Theorielokaal Bespreek de uitkomsten van de vragen plenair of met een groepje van 3-4 studenten
1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) verplicht
Activiteit: Je gaat de verpleegkundige zorg in kaart brengen van de zorgvrager met suïcidaal gedrag Lees praktijksituatie 2 en beantwoord de vragen : 1. Beschrijf specifiek de signalen van een dreigende suïcide. 2. Welke fasen zijn te herkennen bij een zorgvrager die suïcidaal is. 3. Welke houdingsaspecten van de verpleegkundige zijn belangrijk? 4. Wat maakt het moeilijk om met een suïcidale zorgvrager om te gaan ? 5. Wat zijn de valkuilen? 6. Welke acties ga jij ondernemen? Hoe creëer jij een veilige situatie? 7. Beschrijf de relevante verpleegkundige zorg voor een suïcidale zorgvrager. 8. Welke mogelijkheden, maar ook onmogelijkheden heb je als verpleegkundige? 9. Hoe kun je werken met de suïcide – intensieschaal bij deze zorgvrager? Jij begeleidt een zorgvrager na een tentamen suïcide. De meest voorkomende verpleegkundige diagnoses na een suïcidepoging zijn : 1. Inadequate stresscoping 2. Gevoel van falen (suïcide is niet gelukt) 3. Opnieuw in de groep komen 4. Begeleiden van familie 5. Vrijheden / mobiliteit / zelfverantwoordelijkheid 6. Medicatie en medicatietrouw 7. Daginvulling Sluit je aan bij een subgroep en zet de antwoorden op een flap. Schrijf bij deze verpleegkundige diagnoses zo veel mogelijk interventies op.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
31
BC BRANCHE GGZ 1415
2.3
Gevorderde fase 2
Psychopathologie: Suïcidaal gedrag: kennis
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de verschillende vormen van suïcidaal gedrag bestudeerd en beschreven. Zorg dat je beschikt over het boek “verplegen in de GGZ” Thema Verplegen van mensen met suïcidaal gedrag theorielokaal Bespreek de uitkomsten van de vragen plenair of met een groepje van 3-4 studenten 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt verpleegplan op K vakdeskundigheid toepassen verplicht
Activiteit Je maakt een samenvatting van de theorie over de verschillende vormen van suïcidaal gedrag. 1.
Lees in je boek het hoofdstuk dat gaat over het verplegen van mensen met suïcidaal gedrag. Maak een samenvatting uit dit hoofdstuk waarin de onder beschreven begrippen in ieder geval uitgelegd worden: o Suïcide o Tentamen suïcide o Suïcidaal gedrag o Suicide-ideatie
2.
Bekijk samen met medestudenten een video waarin suïcide besproken wordt. Formuleer per subgroepje 3 vragen of observaties die je klassikaal na wil bespreken.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
32
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.2
Gevorderde fase 2
Begeleiding: de suïcidale zorgvrager
Resultaat Theorie Praktische voorbereiding Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
Je hebt een begeleidingsgesprek uitgevoerd in een rollenspel Boek: ‘Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Bestudeer theorie over suïcidaliteit School Feedback op rollenspel 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) verplicht
Activiteit: Je gaat een begeleidingsgesprek voeren met een suïcidale zorgvrager tijdens een rollenspel
Werkwijze: In 3 tallen 1. Lees de aandachtspunten mbt. het begeleiden van de suïcidale zorgvrager nog eens goed door. 2. Kies een casus uit de reader. Je mag ook een casus uit de eigen praktijk nemen. 3. Bereid het gesprek voor, wat wil je gaan bespreken en welke gesprekstechnieken zijn daarbij belangrijk? 4. Wat is voor jou belangrijk om te oefenen? 5. Oefen met verschillende casuistieken. 6. Geef elkaar feedback op de volgende punten: - is ODAT toegepast? - de gesprektechnieken luisteren, samenvatten en doorvragen - OMA thuislaten - reageerde de verpleegkundige empatisch ? - werd de suïcidaliteit benoemd door de verpleegkundige? - werden er afspraken gemaakt? Casus Anja , 38 jaar, is opgenomen vanwege een ernstige depressie en gevaar voor suïcide. Het valt je op dat ze erg stil is en vaak allen op haar kamer zit of op bed ligt. Ze zoekt geen contact met medezorgvragers en ook de verpleging krijgt nauwelijks contact. De avond ervoor had ze tegen een collega verteld dat ze zich in een donkere tunnel bevond en maar dit zou dit binnenkort over zijn, verder wilde ze er niets over zeggen.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
33
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.3
Gevorderde fase 2
Een gesprek voeren met een suïcidale zorgvrager
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft in een rollenspel een gesprek geoefend met een suïcidale zorgvrager Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en bestudeer theorie over het verplegen van mensen met suïcidaal gedrag Thema Verplegen van mensen met suïcidaal gedrag theorielokaal Bespreek de uitkomsten van de vragen plenair of met een groepje van 3-4 studenten
1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) verplicht
Activiteit: Je gaat tijdens een rollenspel een gesprek voeren met een suïcidale zorgvrager 1.
Beschrijf de belangrijkste aandachtspunten tijdens de gespreksvoering met een suïcidale zorgvrager.
2. Oefenen met gesprekken in 3 tallen : Degene die de zorgvrager speelt kiest uit : niet meer suïcidaal denkt nog steeds aan suïcide is nog erg suïcidaal en heeft een plan, is bijv. tabletten aan het sparen Als je het gesprek gaat voeren geef je vooraf aan waar je feedback op wilt hebben van de observant. Je oefent met de onderstaande situaties waarbij je de rol meer inhoud kunt geven door de casus aan te vullen. bijv. heb je een baan/partner/conflicten/verlof/kinderen/de achterliggende reden/etc. 1.
Een depressieve zorgvrager, 45 jaar, mw. Zwart, is opgenomen vanwege een suïcidepoging met pillen. Ze is nu een week op de afdeling en het lijkt beter met haar te gaan. Ze is actiever met het verzorgen van zichzelf en maakt regelmatig een praatje met de andere zorgvragers. Ze vraagt aan jou of ze even naar buiten mag voor een wandeling.
2.
Een zorgvrager met borderline - problematiek , 25 jaar, mw. Zager, is van het balkon gesprongen en heeft een gebroken enkel. Ze kan nog niet goed uit de voeten loopt met krukken, en ligt veel op bed. Ze vraagt aan jou om pijnstillers, ze heeft nog veel pijn aan haar voet.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
34
BC BRANCHE GGZ 1415
3.1
Gevorderde fase 2
Psychopathologie; Psychotische stoornissen ziektebeelden
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft de verschillende psychotische stoornissen in kaart gebracht. Bestudeer literatuur uit je boek en bezoek sites. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Theorielokaal Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (J, K, M) verplicht
Activiteit : Je gaat de verschillende soorten psychotische stoornissen beschrijven 1. -
Beantwoord de volgende vragen: beschrijf de verschillende subtypen van schizofrenie van welk type is er in de volgende casus sprake?
Een 24 jarige man had lopen tobben over zijn leven. Hij beweerde dat hij zich niet goed voelde, maar kon zijn nare gevoelens niet verklaren. Toen hij was opgenomen had hij aanvankelijk contact met mensen gezocht, maar enkele dagen later werd hij in een starre houding aangetroffen, met zijn benen merkwaardig verwrongen. Hij weigerde met iemand te spreken en deed alsof hij niet kon zien of horen. Zijn gezicht was een uitdrukkingsloos masker. Enkele dagen later begon hij te spreken, maar zijn spraak bestond alleen uit het dwangmatig naspreken van anderen ( echolalie). De vraag “hoe heet je”? beantwoordde hij bijvoorbeeld door te zeggen ”Hoe heet je”?. Hij kon zichzelf niet verzorgen en moest worden gevoed. 2.
Vul de onderstaande tabel in en vergelijk je antwoorden met een medestudent:
Stoornis Korte psychotische stoornis
Verschijnselen
Schizofreniforme stoornis
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
35
BC BRANCHE GGZ 1415
Stoornis Waanstoornis 6 typen
Gevorderde fase 2
Verschijnselen 1.
2.
3.
4.
5.
6.
Schizoaffectieve stoornis
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
36
BC BRANCHE GGZ 1415
3.2
Gevorderde fase 2
Psychotische stoornissen verpleegkundige zorg 1
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft de verpleegkundige zorg voor een zorgvrager met psychotische klachten beschreven. Bestudeer literatuur uit je boek en bezoek sites. Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Theorielokaal Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de nabespreking.. 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) verplicht
Activiteit: Je gaat de verpleegkundige zorg voor de zorgvrager uit de casus beschrijven. Lees de casus en beantwoord de vragen. Vergelijk je antwoorden met een medestudent. Jan is een man van midden in de zestig. Hij komt uit een gezin met 4 kinderen. Tot zijn 60ste werkte hij als grondwerker bij een bedrijf. Dit werk ging hem redelijk af. Hij was altijd op tijd op zijn werk en was nooit te beroerd om wat extra’s te doen. Jan woont bij zijn moeder. Door zijn omgeving wordt hij als abnormaal beschouwd en wordt hij gepest. Op het werk had Jan tot zijn 45 ste geen problemen. Hij deed zijn best en er gebeurde weinig opzienbarends. Op een gegeven moment veranderde hij geleidelijk. Hij verscheen soms te laat op zijn werk, maakte zijn werk niet af of werkte juist door in de pauze. De blik in zijn ogen veranderde en soms leek het of hij ergens bang voor was. Hij begon zich steeds meer terug te trekken. Thuis ging hij vaak al om negen uur naar bed, terwijl hij voorheen om elf uur naar bed ging. Hij werd steeds stiller en als zijn moeder hem vroeg wat er aan de hand was, viel hij tegen haar uit. Toen Jan weer eens op zijn werk werd gepest, werd hij vreselijk boos, pakte een mes en wilde iemand te lijf gaan. Zijn collega’s konden hem met moeite overmeesteren en hem in bedwang houden. Een paar dagen later liep Jan ’s nachts ongekleed over straat. Hij vloekte en tierde en zei dat hij door de duivel was bezeten. Hierna werd hij opgenomen op een psychiatrische afdeling. Therapieën hielpen niet en hij ging zich steeds vreemder gedragen. Hij uitte vreemde klanken, maakte vreemde gebaren, vloekte en spraak steeds over de duivel. Soms was hij heel stil. Hij trok zich dan terug op het toilet en zei dagenlang niets. Hij liet zijn baard groeien en niemand mocht aan hem komen. Uiteindelijk belandde hij op een afdeling voor langdurige zorg en behandeling.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
37
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Jan verblijft nu 3 jaar in het gesloten gedeelte van deze afdeling. Hij gaat zijn eigen gang en leeft in zijn eigen wereld. Als hij praat heeft hij het vaak over de duivel en lacht daar vreemd bij. Hij kijkt je niet aan en reageert niet op wat je zegt. Hij eet normaal en neemt geen medicijnen in. Hij is niet gevaarlijk voor zichzelf of voor anderen. Als hij niet in het gesloten gedeelte verblijft loopt hij weg. Onlangs kwam zijn 90 jarige moeder op bezoek. Jan schreeuwde en schold haar uit, trok zich de haren uit zijn hoofd en zei dat ze de duivel was. Nadien was hij weer rustig. Op zijn broer reageerde hij wel rustig. 1. Welk gedrag/verschijnselen vallen je op in de casus? 2. Welke verpleegkundig diagnosen vermoed je en welke aanwijzingen heb je hiervoor? Beschrijf deze volgens de PES. 3. Welke aanvullende informatie heb je nog nodig om de vermoedelijke verpleegkundige diagnosen te bevestigen? 4. Beschrijf de verpleegdoelen. Let op haalbaarheid. 5. Beschrijf de verpleegkundige interventies. Leg uit waarom je deze geschikt vindt. 6. Van welke stoornis is hier vermoedelijk sprake en waarom ? 7. Welke therapeutische benadering lijkt je geschikt en waarom ?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
38
BC BRANCHE GGZ 1415
3.3
Gevorderde fase 2
Psychotische stoornissen verpleegkundige zorg 2
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft de verpleegkundige zorg voor zorgvragers met psychotische klachten beschreven. Bestudeer literatuur uit je boek en bezoek sites. Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Theorielokaal Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de nabespreking. 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) verplicht
Activiteit: Beschrijf de verpleegkundige zorg en aandachtspunten van de zorgvragers uit de casussen. Casus 1. Hein zit met de andere zorgvragers aan tafel voor de maaltijd. Hij eet niet, zit voor zich uit te staren. Snuift in de lucht, buigt zich voorover en ruikt aan de melk die hij heeft ingeschonken. Daarna kijkt hij nadrukkelijk naar het brood dat hij gesmeerd heeft, ruikt en proeft voorzichtig, Hij trekt een vies gezicht: “Ammoniak”……..het eten is overstuur”, zegt hij fel tegen jou . Hij schuift de boterhammen en de melk van zich af. Een angstige uit drukking lijkt over zijn gezicht te trekken. Hij schuift zijn stoel achteruit en loopt weg van tafel. Casus 2. Gert loopt onrustig door zijn slaapkamer. Het is midden op de dag, maar hij heeft de gordijnen dicht. Zo nu en dan doet hij de handen op zijn oren. “Hoor je dat” ?zegt hij half in zichzelf, half tegen jou. “Helikopters……. Wat een herrie!!!. Hoe kan ik zo tot rust komen? “Ik wordt er gek van straks vallen ze aan!!!!!” Casus 3. Bas komt met grote, opengesperde ogen naar je toe lopen en zegt: “Jullie praten via de krant over mij, toch? Jullie hebben me vannacht ook ingestraald, dat heb ik gevoeld. ” Hij kijkt je wantrouwend aan. Casus 4. René loopt in zijn witte kleren te pronken over de afdeling. Een brede glimlach. Tijdens de maaltijd vertelt hij je dat hij binnenkort de loterij gaat winnen en vervolgt: “Dan ga ik een dikke Jaguar kopen en bij mijn broer werken die ook miljonair is. Hij heeft een platenmaatschappij en ook ga ik een cd opnemen, want ik ben een superstar, ik ben Jezus.” Casus 5. Ben komt terug op de afdeling. Het eerste wat hij tegen je zegt is : ‘De zwarte jas is weg”. En inderdaad het klopt. De zwarte jas , van een andere zorgvrager Kees, die altijd aan de deur hangt is weg. Ben vervolgt: “Dit heeft voor mij kwade gevolgen , ik weet het zeker, ik ben bang’
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
39
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.4 Begeleiding; werken vanuit rehabilitatie Resultaat Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Verplicht/keuze
Je hebt kennis over het werken met de zorgvrager vanuit rehabilitatie Boek : verplegen in de geestelijke gezondheidszorg School Nabespreking met docent 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) Verplicht
Activiteit Je gaat theorie bestuderen over het werken vanuit rehabilitatie
Beantwoord de volgende vragen: 1. Zoek de verschillende definities van rehabilitatie op. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen. 2. Wat houdt de visie in? 3. Wat staat centraal in deze visie? 4. Er worden 3 verschillende benaderingen beschreven; leg uit wat hiermee bedoeld worden. Geef voorbeelden. - de milieugerichte benadering - de probleemgerichte benadering - de ontwikkelingsgerichte benadering 5. Voor welke zorgvragers en bij welke problematiek wordt er vanuit rehabilitatie gewerkt? 6. Wat is het belang ervan voor de zorgvrager met schizofrenie? 7. Wat zijn de gevolgen voor het werken als verpleegkundige? 8. Wat zijn de voordelen en de nadelen voor de zorgvrager en de verpleegkundige? 9. Welke randvoorwaarden moeten aanwezig zijn als je volgens rehabilitatie wilt werken?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
40
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.5
Gevorderde fase 2
Begeleiding : rehabilitatieplan opstellen
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces/competenties
Verplicht/keuze
De student: - heeft zich georiënteerd op het werken met een rehabilitatieplan - heeft een rehabilitatieplan opgesteld Bestudeer theorie over rehabilitatie Boek: Verplegen van zorgvragers in de GGZ School Nabespreking met medestudent en klassikale uitwisseling van de rehabilitatieplannen. 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit : Je gaat oefenen met het opstellen van een rehabilitatieplan Werkwijze : 1. Beantwoord de volgende vraag : - Wat doe je als de zorgvrager geen doel heeft wat hij wil bereiken? - Wat wordt bedoeld met doelvaardigheid van de zorgvrager? - Hoe kun je de doelvaardigheid van de zorgvrager ontwikkelen? 2. Zoek in de literatuur of op internet verschillende modellen van een rehabilitatieplan. 3. Vergelijk deze voorbeelden met elkaar. Kies het model uit wat je het meest aanspreekt of maak zelf een ontwerp. 4. Vanuit de casus ga je oefenen met het schrijven van een dergelijk plan. Neem vervolgens een casus uit je stage. Wissel je plan uit met een medestudent en geef elkaar feedback. 5. Vergelijk de uitgewerkte plannen tijdens de klassikale nabespreking Stappen rehabilitatie (samen met de zorgvrager!) 1. inventariseren wensen en behoeften 2. inventariseren mogelijkheden en beperkingen bij het realiseren van de wensen en behoeften van de cliënt 3. doelstelling formuleren (doelgedrag)-ik-vorm - aansluiten op wensen en behoeften - RUMBA 4. planning - stappenplan opstellen (een begeleidingsplan) 5. uitvoeren en begeleiden Piet, 56 jaar, woont sinds 2 jaar op een verblijfsafdeling. Het is de bedoeling dat hij verder geresocialiseerd wordt de komende tijd. Hij heeft echter aangegeven dat hij liever op de afdeling blijft wonen, maar dit is niet mogelijk. Het gaat erg goed met Piet, dit is vastgesteld door zijn behandelaar, hij moet echt toewerken naar een doorplaatsing naar een begeleide woonvorm. Piet ziet het allemaal niet zitten, hij denkt dat hij niet zelfstandiger kan gaan wonen. Hij heeft al zo lang niet meer voor zichzelf gekookt of kleding gekocht. Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
41
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.6
Gevorderde fase 2
Begeleiding ; werken met de Liberman modules
Resultaat Theorie Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
Je hebt kennis over het werken met de zorgvrager vanuit de Liberman modules Internet/boeken/etc. School Presentatie aan medestudenten en feedback van docent. 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) keuze
Activiteit Je gaat onderzoeken wat de Liberman modules inhouden en hoe je hier mee kunt werken
1. 2. 3. 4. 5.
Zoek op wat wordt bedoeld met de Libermann modules. Wat is de doelstelling deze werkwijze? Welke onderwerpen worden in de modules uitgewerkt ? Voor welke doelgroep zijn de modules geschikt ? Kijk op je stage of er met de modules gewerkt wordt en neem indien dit mogelijk is een module mee om aan medestudenten te laten zien. 6. Doe indien dit mogelijk is met een aantal medestudenten een oefening uit een module.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
42
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.7
Gevorderde fase 2
Actuele ontwikkelingen in de GGZ
Resultaat
De student heeft zich op de hoogte gesteld van de actuele ontwikkelingen in de GGZ en de gevolgen ervan voor de begeleiding van de zorgvrager. Zoek informatie over actuele ontwikkelingen in de GGZ Internet, krant, tijdschriften etc. School Nabespreking met de docent. 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) Verplicht : uitwerking schriftelijk of een presentatie
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces/competenties Verplicht/keuze Activiteit
Je gaat onderzoeken wat de actuele ontwikkelingen zijn in de ggz Werkwijze : Maak een keuze uit de volgende onderwerpen of neem een eigen onderwerp. 1. Bemoeizorg 2. ACT/FACT 3. Rouw en herstelzorg 4. Empowerment 5. “Schizofreniestraten” 6. Eigen onderwerpen Kijk op internet of in de vaktijdschriften naar de laatste ontwikkelingen in de ggz. In overleg met de docent presenteer je je bevindingen aan medegroepsgenoten of kies je voor een schriftelijke uitwerking.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
43
BC BRANCHE GGZ 1415
4.1
Gevorderde fase 2
Oriëntatie op angststoornissen
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich georiënteerd op angststoornissen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) Verplicht
Activiteit 1 Beantwoord individueel onderstaande vragen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
In welke situaties ben jij wel eens angstig geweest? Welke gevoelens en gedachten riep dat bij je op? Hoe ben je ermee omgegaan? Heb je er anderen bij betrokken? Heb je wel eens iemand geholpen die angstig was? In welke situaties vond jij het gevoel van angst prettig? Welke gevoelens kreeg je daar dan bij?
Activiteit 2 Bespreek in een groepje de antwoorden op de vragen uit activiteit 1. Beantwoord daarna gezamenlijk de onderstaande vragen. Vraag gericht feedback aan de docent. 1. Bedenk uit je hoofd allerlei spreekwoorden, uitdrukkingen en gezegdes die met angst te maken hebben. Maak daarvan een lijst. 2. Zoek op internet verder en vul je lijst aan. 3. Is er een verschil tussen angst en vrees? 4. Vul onderstaande tabel in met enerzijds de positieve kanten van angst en anderzijds de negatieve kanten van angst. Positieve aspecten van angst
Negatieve aspecten van angst
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
44
BC BRANCHE GGZ 1415
4.2
Gevorderde fase 2
Herkennen en benoemen van angst
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Keuze/verplicht
De student kan angst herkennen en benoemen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg”. Hoofdstuk met betrekking tot “ verplegen van cliënten met een angststoornis” Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) Verplicht
Activiteit 1 Vul individueel het onderstaande schema in. Vergelijk dit met een klasgenoot. Vraag gerichte feedback aan de docent. Lichte angst
Matige angst
Zichtbaar gedrag
Psychologische Symptomen
Lichamelijke Symptomen
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
45
Hevige angst
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2 Maak praktijk 1 uit het hoofdstuk verplegen van cliënten met een angststoornis. Deze praktijksituatie gaat over De heer de Groot, Stefanie en Christel. 1. Maak de vragen bij de praktijksituatie. 2. Bespreek je antwoorden met een klasgenoot. 3. Controleer de antwoorden met behulp van het antwoordmodel “verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” van ThiemeMeulenhoff 4. Stel je overgebleven vragen aan de docent.
Activiteit 3 Zoek in de mediatheek Dvd’s die gaan over angststoornissen. Deze kun je zoeken in de serie van BNN “je zal het maar hebben”. Als je meer tijd hebt is een aanrader de DVD: “angststoornissen” van de VPRO. Ook zou je zelf op zoek kunnen gaan naar de speelfilm: “As good as it gets” met Jack Nicholson uit 1997. Beantwoord bij het kijken naar de film onderstaande vragen: 1. Welke symptomen van angst herken je? 2. Welk gedrag zie je daarbij? 3. Om welke stoornis zou het gaan? 4. Hoe gaat de persoon er zelf mee om?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
46
BC BRANCHE GGZ 1415
4.3
Gevorderde fase 2
Verpleegplan opstellen bij angststoornissen
Resultaat Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competentie
Verplicht/keuze
De student heeft een verpleegplan opgesteld voor een zorgvrager met een angststoornis aan de hand van een casus Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een angststoornis School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je verpleegplan met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit 1 Stel een (verpleegkundige) diagnose voor een zorgvrager met een angststoornis aan de hand van een casus. Maak de competentieopdracht die beschreven is aan het eind van het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een angststoornis. In deze opdracht is de casus van mevrouw de Groot beschreven: 1. 2. 3. 4.
Maak het verpleegplan volgens de opdracht Zet de interventies in volgorde van belangrijkheid Vergelijk jouw volgorde met die van een klasgenoot Beargumenteer jouw volgorde
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
47
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2 Begeleiden van een zorgvrager Maak onderstaande vragen. 15/07/'09 Mensen kunnen angst echt ruiken bij anderen. Het geurtje roept angstgevoelens en medelijden bij anderen op. Dat blijkt uit een Duits onderzoek. Tijdens het onderzoek kregen 50 mensen een T-shirt met sportzweet en eentje met 'angstzweet' om aan te ruiken. Tezelfdertijd werd ook de hersenactiviteit van de proefpersonen gemeten. Daaruit bleek dat de hersenen na het ruiken van sportzweet niet reageerden, maar het ruiken van angstzweet leidde tot een hevige reactie. "Dat houdt in dat angst, als dat geroken wordt, besmettelijk werkt en medeleven oproept", besluit onderzoekster Betinna Pause.
1. Welke beroepshoudingsaspecten zijn met name van belang bij angststoornissen? 2. Motiveer waarom en bedenk een voorbeeld. 3. Is er een verschil per stoornis? 4. Welke gesprekstechnieken zul je specifiek bij angststoornissen toepassen? 5. Motiveer waarom en bedenk een voorbeeld.
Activiteit 3 Begeleiden van een zorgvrager Maak onderstaande opdracht met een groepje klasgenoten. Wissel klassikaal de benaderingswijzen en gesprekstechnieken uit.
1. Ga met je subgroep bij elkaar zitten en vergelijk elkaars punten en argumentatie met betrekking tot de houding van de verpleegkundige. 2. Zet op papier wat jullie als subgroep het meest moeilijk vinden. 3. Zet per subgroep een casus uit de praktijk (of als je geen ervaring hebt, een eigen bedachte casus) op papier voor een rollenspel. Formuleer een vraag of opdracht waarbij een verpleegkundige een gesprek aan moet gaan met een zorgvrager met een angststoornis. 4. Wissel de casus met een andere subgroep en speel het rollenspel uit. 5. Geef elkaar feedback over de benadering en gebruikte gesprekstechnieken. Doe dit in de vorm van een sandwich; eerst een top, dan een tip, dan weer een top. 6. Inventariseer klassikaal benaderingswijzen en gesprekstechnieken die een positief resultaat hadden.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
48
BC BRANCHE GGZ 1415
4.4
Gevorderde fase 2
Simulatie coördineren in het praktijklokaal
Resultaat Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
Activiteit 1
Je kunt de zorg in simulatie coördineren aan de hand van een zelf ontworpen script Overleg met de docent over de aanpak van de simulatie en de voorbereiding Bestudeer uit je boek De zorgverlening coördineren en evalueren Thema 2 De zorg coördineren. Maak daarna de kennisopdracht. Kijk tenslotte de vragen na met behulp van het antwoordmodel. Boek De zorgverlening coördineren en evalueren. Thema 2 De zorg coördineren. School, praktijklokaal Op proces en product 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Keuze
Literatuurstudie
Bestudeer uit je boek De zorgverlening coördineren en evalueren Thema 2 De zorg coördineren. Maak daarna de kennisopdracht. Kijk tenslotte de vragen na met behulp van het antwoordmodel.
Activiteit
Simulatie voorbereiden en uitvoeren
Organiseer een simulatie in het praktijklokaal Maak een patiënten zaal met vier zorgvragers en coördineer met elkaar de verpleegkundige zorgverlening Voorbereiding: Organiseer in overleg met je docent een simulatie in het praktijk lokaal. Maak eerst een plan van aanpak: Op de patiënten zaal worden vier “zorgvragers” verpleegd. Je hebt dus vier acteurs nodig. Overleg of dit medestudenten zijn uit je groep of dat het docenten/acteurs zijn. Zorg voor 3 zorgverlener rollen: 2 verpleegkundigen, 1 behandelaar (arts/fysiotherapeut/psychiater, afhankelijk van de setting) Verdeel de groep in vier subgroepen. Iedere subgroep schrijft een patiënten rol. Stem vooraf met elkaar af welke categorie zorgvragers jullie gaan verplegen. Maak zoveel mogelijk gebruik van je praktijkervaring. Gebruik gefingeerde namen!! Zorg ervoor dat de rol herkenbaar is voor de acteur en dat deze “speelbaar” is Vraag feedback aan de docent wat betreft de geschreven patiënten rollen Verdiep je daarna in de rollen en de ziektebeelden van de andere zorgvragers.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
49
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Uitvoering: Organiseer in de simulatie een overdracht van nacht- naar dagdienst. Voer daarna de verpleegkundige zorgverlening uit gedurende ongeveer 10 minuten, draag daarna de zorg over aan de volgende spelers. Criteria: 1. Je hebt in de simulatie minimaal één keer overleg met een arts. Je hebt regelmatig overleg met je collega over de zorg. 2. Verpleegtechnische handelingen behoeven niet te worden uitgevoerd. Ze kunnen wel onderdeel zijn van de afspraken die je maakt. 3. De zorg van de vier zorgvragers is op elkaar afgestemd (geen overlap in de zorg/geen hiaten in de zorg) 4. De stappen van het verpleegkundig proces zijn zichtbaar in de simulatie 5. Maak gebruik van een verpleeg dossier als middel om te coördineren Evaluatie: Zorgvrager: was hij/zij tevreden over de geboden zorg? Was het duidelijk wat er ging gebeuren? Hoe was de bejegening etc. Verpleegkundige: hoe heb je je rol ervaren? Wist je wat je moest doen? Welke knelpunten/moeilijke momenten kwam je tegen? Observatoren: Zijn criteria behaald? Wat heb je gezien? Wat vond je goed gaan? Wat minder?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
50
BC BRANCHE GGZ 1415
4.5
Gevorderde fase 2
Simulatie overleg
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
Je kunt tijdens een simulatie een overleg voeren met familie, naasten, mantelzorgers of wettelijke vertegenwoordigers van een zorgvrager in de geestelijke gezondheidszorg Verzamel informatie Boek De zorgverlening coördineren en evalueren. Thema 2 De zorg coördineren (coördinatie en continuïteit van zorg) School Aan de hand van de observatielijst krijg je feedback van je medestudenten en de docent. 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Verplicht
Activiteit Voorbereiding en simulatie van een overleg met familie/naasten van een zorgvrager. Evaluatie en reflectie. Werkwijze Kies een situatie op je werk die je kunt gebruiken om een overleg te voeren met je groepsgenoten. Bepaal met elkaar wat je gaat bespreken en hoe je dit gaat aan pakken. Daarnaast bedenk je waar de grenzen liggen in het gesprek, wanneer ga je doorverwijzen en naar wie. Gebruik bij de voorbereiding de observatie lijst. Overleg met je docent over het gebruik van een acteur of andere docent voor de simulatie. Voer de simulatie uit in de groep. Naar aanleiding van de observatielijst krijg je feedback van je medestudenten en de docent. Evalueer en reflecteer op de simulatie.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
51
BC BRANCHE GGZ 1415
4.6
Gevorderde fase 2
Psychopathologie angststoornissen
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich verdiept in angststoornissen Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” DSM IV TR http://www.nationaalkompas.nl http://www.ggzrichtlijnen.nl ; www.psyq.nl www.trimbos.nl ; www.cbo.nl http://www.hoedoe.nl Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent.
1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (K) Verplicht
Activiteit 1 Vul het onderstaande schema in. Vergelijk het met een klasgenoot. Vraag gerichte feedback aan de docent.
Symptomen DSM IV TR
Ontstaan
Prevalentie Man vrouw
1.Gegeneraliseerde angststoornis
2.Paniekaanval (beschrijf hier wat het is)
3.Agorafobie (beschrijf hier wat het is)
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
52
Therapie
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Symptomen DSM IV TR
Ontstaan
Prevalentie Man vrouw
Therapie
4.Sociale fobie (beschrijf hier wat het is)
5.Obsessiefcompulsieve stoornis (beschrijf hier wat het is)
6.Posttraumatische stress stoornis (beschrijf hier wat het is)
Activiteit 2 Nu je de theorie hebt uitgezocht kun je vast een mindmap (zie website hoedoe.nl) maken van de antwoorden op onderstaande vragen. Mocht je de vragen niet kunnen beantwoorden zul je weer verder moeten zoeken naar theorie. Maak een mindmap waarin je antwoord op onderstaande vragen een plekje geeft: 1. Welke symptomen heeft elke angststoornis? 2. Hoelang duurt paniek? 3. Wat is anticipatieangst? 4. Noem 4 verklaringsmodellen voor angst? 5. Noem 3 behandelwijzen die bij angst gebruikt kunnen worden? 6. Wat is het verschil tussen obsessies en compulsies? 7. Wat is exposure in vivo? 8. Wat is responspreventie? 9. Wat is EMDR?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
53
BC BRANCHE GGZ 1415
5.1
Gevorderde fase 2
Oriëntatie somatoforme stoornissen
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich georiënteerd op somatoforme en nagebootste stoornissen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) Keuze
Activiteit Onbegrepen lichamelijke klachten komen zeer veel voor. Ongeveer 80% van de Nederlandse bevolking heeft minstens 1 onbegrepen lichamelijke klacht per week. Toch is er lang niet in al deze gevallen sprake van een somatoforme stoornis. Vaak gaan de klachten weer over zonder dat mensen zich daar bewust van zijn. Beantwoord onderstaande vragen en bespreek ze met een mede student.
1. Ga bij je jezelf eens na of jij wel eens pijn hebt gehad zonder duidelijke oorzaak of vaste diagnose van een arts. 2. Bedenk ook eens een situatie waarin jij pijnklachten naar voren bracht omdat je ergens geen zin in had. Bijv. een feestje waarbij je het bij voorbaat al niet leuk vond om te gaan maar gezegd heb te komen om je ouders of partner niet teleur te stellen. Of die dag dat je geen zin had om naar je werk te gaan, vanwege een conflict met een collega. Welke klachten ervaarde jij of heb jij toen naar voren gebracht? Schrijf dit eens op en vergelijk dit eens met een groepsgenoot. 3. Heb je wel eens pijn heeft gehad waarvan je later kan zeggen: “ Ik zat toen in een zeer vervelende periode en had veel stress, of zat niet goed in mijn vel.” 4. Misschien kun je een voorbeeld geven van zorgen die je je wel eens maakt als je ergens een pijntje voelt/ een ander symptoom van een ziekte denkt te herkennen. Bijvoorbeeld omdat het je doet denken aan die ene patiënt, of die les over appendicitis? Heb je daar ook actie op ondernomen? 5. Hoe zijn bovenstaande situaties weer veranderd/ over gegaan??
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
54
BC BRANCHE GGZ 1415
5.2
Gevorderde fase 2
Verpleegplan opstellen somatoforme stoornis
Resultaat
Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competentie Verplicht/keuze
De student heeft een verpleegplan opgesteld voor een zorgvrager met een somatoforme stoornis aan de hand van een casus Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een somatoforme of nagebootste stoornis School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je verpleegplan met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) Verplicht
Activiteit 1 Stel een (verpleegkundige) diagnose voor een zorgvrager met een somatoforme stoornis aan de hand van een casus. Maak praktijksituatie 1 over de casus Jonathan. Beschrijf hierbij in maximaal ½ A-viertje je diagnostische (klinische) redenatie. Bespreek jouw uitkomsten met enkele klasgenoten. Kijk de activiteit na met behulp van het antwoordmodel “ verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” van ThiemeMeulenhoff. Stel eventuele onbeantwoorde vragen aan de docent.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
55
BC BRANCHE GGZ 1415
5.3
Gevorderde fase 2
Ketenzorg (Geestelijke gezondheidszorg)
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
Presentatie over Ketenzorg Verzamel informatie over ketenzorg, en vorm een subgroep Boek De zorgverlening coördineren en evalueren. Thema 2 De zorg coördineren (coördinatie en continuïteit van zorg) School Feedback op de uitgevoerde presentatie 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Keuze
Activiteit Verschillende bronnen raadplegen, voorbereiding en presentatie over ketenzorg, samenwerkingsopdracht. Werkwijze Vorm een subgroep. Raadpleeg verschillende bronnen om de volgende vragen te kunnen beantwoorden. - Wat is Ketenzorg? Benoem een aantal voorbeelden van ketenzorg. - Wat is het belang van ketenzorg? Leg uit waarom kennis over ketenzorg voor jou als verpleegkundige relevant is. Naar aanleiding van de verzamelde informatie bereidt je met een subgroep een 10-15 minuten durende presentatie voor over dit onderwerp. Maak gebruik van voorbeelden, het liefst uit de praktijk. Gebruik ook hulpmiddelen bij de presentatie. In een aantal instellingen bestaat ketenzorg al, kies een zorgcategorie uit waarover je de presentatie zal gaan. Gebruik de volgende vragen om een richtlijn te hebben voor de opbouw van de presentatie. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Wie (instellingen/disciplines) vormen de door jou gekozen keten? Welke disciplines zijn erbij betrokken? Hoe is het project ontstaan? Welke doelen zijn er geformuleerd? Wat is het voordeel of de meerwaarde voor het project? Wat kan ketenzorg allemaal betekenen voor patiënten/ zorgvragers binnen de door jou gekozen keten? 7. Voer de presentatie uit voor de groep, geef de uitwerking van de theorie ook aan de docent. Je ontvangt feedback van medestudenten en docent aan de hand van criteria van het beoordelingsformulier.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
56
BC BRANCHE GGZ 1415
5.4
Gevorderde fase 2
Psychopathologie somatoforme stoornissen
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich verdiept in somatoforme en nagebootste stoornissen Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” DSM IV TR http://www.nationaalkompas.nl http://www.ggzrichtlijnen.nl www.trimbos.nl Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (J, K, M) Verplicht
Activiteit 1 Achter lichamelijke aandoeningen kunnen psychiatrische problemen schuilgaan. Er zijn 7 somatoforme stoornissen Benoem de 7 somatoforme stoornissen en beschrijf kort de symptomen. Activiteit 2 Beantwoord onderstaande vragen en bespreek ze met een mede student. Breng eventuele onduidelijkheden naar voren bij de docent. -
Wat zijn de 3 hoofdkenmerken van een nagebootste stoornis? Wat is het verschil tussen een nagebootste stoornis en somatoforme stoornissen Leg het ziektebeeld Munchhausen uit? Wat is dan Munchhausen by proxy?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
57
BC BRANCHE GGZ 1415
5.5
Gevorderde fase 2
Psychopathologie: Psychofarmaca
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de werking en bijwerkingen bestudeerd van de psychofarmaca en de indicaties aangeven die aanleiding vormen tot het voorschrijven van psychofarmaca. www.trimbos.nl, www.ggzrichtlijnen.nl, www.nvvp.net www.ypsilon.org., www.betrouwbarebron.nl theorielokaal Bespreek de uitkomsten van de vragen plenair of met een groepje van 3-4 studenten 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) verplicht
Activiteit: Je gaat de verschillende soorten psychofarmaca bestuderen.
Activiteit 1. Beantwoord de volgende vragen over psychofarmaca. Vergelijk je antwoorden met een medestudent. 1.
Psychofarmaca beïnvloeden de neurotransmitterevenwichten in de hersenen daarbuiten). a. Neurotransmitters, wat zijn dat voor stoffen? b. Beschrijf of teken op welke wijze neurotransmitters zorgen voor de communicatie tussen zenuwcellen. c. Noem vier verschillende neurotransmitters.
(en
Antipsychotica 2. 3. 4.
5.
6.
Wat doen de klassieke antipsychotica ten aanzien van de neurotransmitter dopamine? Op welke neurotransmitters grijpen de atypische antipsychotica aan? De klassieke antipsychotica (met uitzondering van clozapine) geven veel bijwerkingen op motorisch gebied: Parkinsonisme, acute dystonie, acathisie en tardieve dyskinesie. Beschrijf deze vier motorische bijwerkingen. Antipsychotica werken gunstig op psychotische verschijnselen. Ze worden dus voorgeschreven aan zorgvragers met een psychose. Welke andere indicaties (andere ziektebeelden, andere toestandsbeelden) zijn er voor antipsychotica? Een zorgvrager, bekend met clozapinegebruik, krijgt koorts. Bij hem wordt diezelfde dag nog bloed geprikt. Waarom?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
58
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Antidepressiva 7.
Vul in: Bij het verklaren van een depressie op medisch-biologische gronden spelen twee neurotransmitters de hoofdrol, te weten … en ….
8.
Is er een overschot of juist een tekort aan deze neurotransmitters op synapsspleetniveau (zie ook de afbeelding hiernaast)? 9. Hoe werken de a. tricyclische antidepressiva [TCAD]; b. selectieve serotine reuptake inhibitors [SSRI] en c. MAO-remmers ten aanzien van de neurotransmitters, genoemd bij vraag 7. Vul het volgende schema in over verschillen tussen TCAD en SSRI
9.
Kenmerken
TCAD
SSRI
-
-
Oud of nieuw?
Werkt t.a.v. de neurotransmitter … Bijwerkingen: veel of weinig? Effectief bij milde en/of ernstige depressie? Voorbeelden (namen)
10.
Antidepressiva worden niet alleen bij stemmingsstoornissen, maar ook bij andere psychiatrische ziektebeelden voorgeschreven. Noem enkele van die ziektebeelden.
Stemmingsstabilisatoren 11. 12. 13.
14.
Voor welke psychiatrische indicatie worden stemmingsstabilisatoren voorgeschreven? Vul in: De stemmingsstabilisatoren, anders dan de anti-epileptica, bevatten een zout, namelijk …. De stemmingsstabilisatoren dienen ter profylaxe (van het ziektebeeld uit vraag 12). Wat betekent dat, profylaxe? En wat is de consequentie voor de zorgvrager als het gaat om medicatietrouw? Voor een middel als Camcolit® geldt een smalle therapeutische breedte. Wat betekent dit in farmacologisch opzicht?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
59
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Anxiolytica 15. 16.
17.
Op welk deel (welke delen) van het centrale zenuwstelsel werken anxiolytica remmend? Wat zijn, naast wat er op het T-shirt hieronder staat, de effecten van anxiolytica? Geef een uitgebreid antwoord.
Tolerantie en onthoudingsverschijnselen kunnen in het kader van een bezodiazepineverslaving (afhankelijkheid) optreden. Beschrijf de cursief gedrukte termen.
Activiteit 2 ‘Google’ het maligne neurolepticasyndroom (= MNS). Het maligne neurolepticasyndroom doet zich heel soms voor als ernstige bijwerking bij zowel klassieke als atypische antipsychotica. De afbeelding laat een aantal middelen uit de laatste groep zien. Vat samen: - definitie/omschrijving - oorzaak/risicofactoren - symptomen - diagnostiek en - behandeling MNS
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
60
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 3 Hieronder staan tien (merk)namen van veel voorgeschreven psychofarmaca in willekeurige volgorde. Plaats die namen in het schema met omschrijvingen/steekwoorden/verwijzingen daaronder. Zyprexa®, Prozac®, Librium®, Priadel®, Parnate®, Nortrilen®, Ritalin®, Orap®, Effexor®, Largactil®.
Omschrijving/…
Naam
1. Ouderwetse MAO-remmer. Niet geregistreerd. Pas op met het nuttigen van tyraminerijk voedsel (in kaas, gistproducten, bier). Suïciderisico groot (veel tabletten ineens). Geleidelijk afbouwen. 2. Bekend vanwege gunstig effect op verschijnselen van ADHD. Populair in het drugscircuit. Sinds 2004 is er in Europa een alternatief op de medicijnmarkt: Concerta® (en andere med.) 3. Een vertrouwd TCAD-middel wat bij ouderen met een vitale depressie nog wel eens voorgeschreven wordt. Naast het antidepressieve effect werkt het middel ook licht sederend. 4. Dit middel is voor het eerst in 1952 in Nederland getest. De stofnaam is chloorpromazine. Het gebruik van psychofarmaca in die tijd leidde tot enthousiaste reacties. Fotodermatitis is een bijwerking. (‘zonneallergie’). 5. Lithiumbevattend medicijn. Behandeling en profylaxe van manischdepressieve stoornis. Hoe lithium werkt is onbekend. Lithiumoverdosering kan ernstige verschijnselen met zich meebrengen. Bloedspiegelcontrole vindt protocollair plaats. 6. Een atypisch antipsychoticum, effectief in het bestrijden van zowel positieve als negatieve verschijnselen van de ziekte schizofrenie. Verbetert ook de cognitie en heeft ten opzichte van de klassieke antipsychotica minder motorische bijwerkingen. 7. Een antidepressivum, niet behorend tot de TCAD en evenmin behorend tot de SSRI en MAO-remmers. Nieuw middel. Venlafaxine is de stofnaam. Ook effectief bij angststoornissen. 8. Een benzodiazepine, dus werkt anxiolytisch, kalmerend, slaapinducerend. Broertje van diazepam. Het bedoelde middel wordt ook ingezet bij het onderdrukken van een delirium tremens en tijdens de alcoholafkickperiode.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
61
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Omschrijving/…
Naam
9. Over dit SSRI middel zijn tal van boeken geschreven. Eén ervan is verfilmd. Aan dit middel kun je verslaafd raken. In de VS zijn er velen die aan dit middel een prestatieverhogende werking toeschrijven. 10. Deze letters geven de toedieningsweg (oraal) en het effect (antipsychotisch) weer. Is een klassiek neurolepticum. Pimozide is de stofnaam en al sinds 1969 op de markt.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
62
BC BRANCHE GGZ 1415
6.1
Gevorderde fase 2
Oriëntatie op persoonlijkheid I
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich georiënteerd op persoonlijkheid Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) Keuze
Activiteit 1 Ga op zoek naar het antwoord op onderstaande vragen, vergelijk ze daarna met een klasgenoot. 1. Wat wordt er verstaan onder persoonlijkheid? 2. Wat zijn persoonlijkheidsdimensies? (ook wel de “Big Five” genoemd)? 3. Wat wordt er bedoeld met “ karakter”? 4. Wat versta je onder identiteit? 5. Wat betekent dan temperament? Activiteit 2 Ga naar website 123test.nl en maak de Big Five persoonlijkheids test. Beantwoord daarna de vragen? 1. Herken je je in de uitslag? 2. Laat een ander ook de test voor je invullen. 3. Zijn er verschillen?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
63
BC BRANCHE GGZ 1415
6.2
Gevorderde fase 2
Oriëntatie op persoonlijkheidsstoornissen II
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich georiënteerd op persoonlijkheidsstoornissen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boek;: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.psy.nl www.nursing.nl Boek: DSM-IV-TR Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) Keuze
Activiteit 1 Persoonlijkheidsstoornissen kunnen verdeeld worden in 3 clusters. Vul onderstaand schema in Naam Cluster A Cluster B
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
64
Cluster C
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2 Elk cluster heeft zijn specifieke kenmerken. Zoek de grote gemeenschappelijke kenmerken per cluster. Bespreek deze met een mede student, stel je vragen aan de docent. Specifieke kenmerken
Cluster A
Cluster B
Cluster C
Activiteit 3 Bekijk de DVD “Girl, interrupted” met o.a. Winona Ryder en Angelina Jolie. Beantwoord daarna onderstaande vragen.
1. 2. 3. 4. 5.
Welke symptomen van een borderline persoonlijkheidsstoornis herken je bij Suzanne? Zijn er bij de andere vriendinnen Daisy en Lisa symptomen te herkennen? Zijn deze symptomen verschillend? Zou je aan een andere persoonlijkheidsstoornis denken? Waar denk je aan?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
65
BC BRANCHE GGZ 1415
6.3
Gevorderde fase 2
Verpleegplan opstellen persoonlijkheidsstoornissen
Resultaat
Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competentie Verplicht/keuze
De student heeft een verpleegplan opgesteld voor een zorgvrager met een persoonlijkheidsstoornis aan de hand van een casus Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een persoonlijkheidsstoornis School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je verpleegplan met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit 1 Maak een verpleegplan voor een zorgvrager met een persoonlijkheidsstoornis aan de hand van casus van Sanne of een casus uit de eigen praktijk. Casus Sanne Sanne had veel woede in zich als jonge meid van 15, voelde weinig begrip van buitenaf. Ze had weinig zelfrespect en kon moeilijk vriendschappen aangaan. Ze voelde zich vaak machteloos alsof ze nergens controle over had. Om het idee dat ze ergens controle over kreeg, begon ze in haarzelf te snijden. Ze had op die manier iets onder controle, haar eigen pijn. Huidige situatie van Sanne: Het is nu drie maanden geleden dat Sanne is opgenomen. Sanne is zeer op zichzelf, en maakt geen tot weinig contact met andere lotgenoten of het personeel. Sanne heeft met een aantal verpleegkundigen juist opvallend veel contact. Ze zoekt hun bijzijn op en laat zich nauwelijks door andere verpleegkundigen begeleiden. Sanne trekt zich vaak terug. Op bepaalde momenten neemt het automutileren toe. Bijvoorbeeld als familieleden op bezoek zijn geweest of als er onrust is in de patiëntengroep. Als de verpleegkundigen iets van Sanne verwachten reageert ze vaak kwaad en is moeilijk te corrigeren. Jij besluit dat het zo niet langer kan, en wil haar verpleegplan bijstellen.
Ga na welke verpleegkundige diagnosen de hoogste prioriteit heeft. Motiveer waarom. Formuleer de PES Stel een doel dat voldoet aan de RUMBA eisen Formuleer zoveel mogelijk activiteiten als nodig om het doel te behalen Evalueer product en proces Bespreek jouw verpleegplan met een klasgenoot Analyseer de verschillen en overeenkomsten Stel je overgebleven vragen aan de docent
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
66
BC BRANCHE GGZ 1415
6.4
Gevorderde fase 2
Multidisciplinair overleg.
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
Je kunt uitleggen wat een MDO is, uitgangspunten en voordelen benoemen. Verzamel informatie Boek De zorgverlening coördineren en evalueren. Thema 2 De zorg coördineren (coördinatie en continuïteit van zorg) School Kennis over MDO 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Verplicht
Activiteit Samenwerkingsopdracht, literatuurstudie, vragen beantwoorden. Werkwijze Lees uit het boek De zorgverlening coördineren en evalueren. Thema 2 De zorg coördineren (coördinatie en continuïteit van zorg). Raadpleeg zo nodig ook andere bronnen. Beantwoord de volgende vragen: Wat is het MDO? Wat is een zorgvrager bespreking? Wat is het doel van beide vormen van overleg? Wat zijn de voordelen van het MDO? Wat zijn nadelen/knelpunten bij een MDO? Benoem de belangrijkste uitgangspunten bij een MDO/zorgvragerbespreking? Na het beantwoorden van de vragen ga je in de subgroep praktijkervaringen uitwisselen over het MDO en de zorgvragerbespreking. Bespreek zowel positieve als negatieve ervaringen met elkaar. Als MDO niet plaatsvindt op je afdeling bespreek dan met elkaar waarom het wenselijk is dat een MDO georganiseerd. Onderbouw je mening met goed argumenten. Antwoorden worden plenair besproken.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
67
BC BRANCHE GGZ 1415
6.5
Gevorderde fase 2
Simulatie MDO
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
Je kunt tijdens een simulatie actief deelnemen aan een MDO Verzamel informatie Boek De zorgverlening coördineren en evalueren. Thema 2 De zorg coördineren (coördinatie en continuïteit van zorg) School Aan de hand van de observatielijst krijg je feedback van je medestudenten en de docent. 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Keuze
Activiteit Deelname en actieve bijdrage aan simulatie van een MDO Werkwijze Kies met elkaar uit de casussen voor de simulatie een zorgvrager voor de simulatie. Verdeel met elkaar de verschillende rollen van deelnemers aan het overleg. Bespreek eventueel van te voren in subgroepjes wat het doel van de persoon met de rol moet zijn. Voer de simulatie met elkaar uit. Naar aanleiding van de observatielijst krijg je feedback van je medestudenten en de docent. Evalueer en reflecteer op de simulatie.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
68
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
6.6 Psychopathologie persoonlijkheidsstoornissen Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich verdiept in de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.psy.nl www.nursing.nl DSM-IV-TR Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H,J, K, M) Keuze
Activiteit 1 Beantwoord onderstaande vragen en vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Als algemene definitie van elke persoonlijkheidsstoornis wordt gesproken over een duurzaam patroon van innerlijke ervaringen en gedragingen die duidelijk binnen de cultuur van betrokkene afwijken van de verwachtingen. 1. Leg in eigen woorden uit wat hiermee bedoeld wordt? Dit patroon van wordt zichtbaar op verschillende terreinen zoals: a. Cognities b. Affecten c. Functioneren in contact met anderen d. Beheersing van de impulsen 2. Zoek uit wat bovenstaande terreinen betekenen en zoek naar een voorbeeld hiervan. 3. Wat wil het zeggen als een duurzaam patroon “star” is?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
69
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2 Geef in onderstaand schema aan wat het duurzame patroon per persoonlijkheidsstoornis is en geef hiervan de symptomen.
Persoonlijkheidsstoornis
Duurzaam patroon in
Symptomen daarvan
Antisociale Persoonlijkheidsstoornis
Cluster….. Borderline Persoonlijkheidsstoornis
Cluster….. Theatrale Persoonlijkheidsstoornis
Cluster….. Narcistische Persoonlijkheidsstoornis
Cluster…..
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
70
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.8 Verpleegkundige houdingsaspecten en begeleiding bij persoonlijkheidsstoornissen Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie
De student heeft zich verdiept in de verpleegkundige begeleiding van zorgvragers met een persoonlijkheidsstoornis, in de drie verschillende clusters Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een persoonlijkheidsstoornis School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je bevindingen met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent
Werkproces Competentie
1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R)
Verplicht/keuze
Verplicht
Activiteit 1 Geef per cluster (A,B en C) de belangrijkste verpleegkundige houdingsaspecten en benaderingswijze weer. Doe dit door onderstaande vragen te beantwoorden. Bespreek je uitwerkingen met een klasgenoot. Stel eventuele vragen aan de docent. 1. Zoek per cluster welke houdingsaspecten van belang zijn. 2. Zoek per cluster welke benadering je zou toepassen. Beargumenteren waarom jij dit vindt en het waarom in relatie met hun stoornis en specifieke kenmerken. 3. Geef per cluster welke vooroordelen je verpleegkundige houdingsaspecten zouden kunnen beïnvloeden. 4. Zoek per cluster naar maatschappelijke voorbeelden. 5. Geef per cluster je verpleegkundige kwaliteiten in de benadering en je valkuilen aan. 6. Maak hiervan een sterkte/ zwakte analyse.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
71
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.9 Begeleiding en benadering borderline stoornis Resultaat
Praktische voorbereiding
Theorie
Locatie Evaluatie
De student heeft inzicht in begeleiding en benadering van een cliënt met een borderline stoornis en kan dit in een gesimuleerde situatie toepassen. Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel. Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met persoonlijkheidsstoornissen. www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.psy.nl www.nursing.nl School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je verpleegplan met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent
Werkproces Competentie
1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R)
Verplicht/keuze
Verplicht
Activiteit 1 Competentieopdracht; het maken van een verpleegplan ter voorbereiding en het maken van een videofilm. Zie daarvoor verplegen in de GGZ; hoofdstuk verplegen van cliënten met een persoonlijkheidsstoornis. 1. Brainstorm met elkaar hoe te handelen binnen deze beschreven situatie. 2. Maak ter voorbereiding met elkaar een verpleegplan voor deze casus. 3. Maak een rol verdeling, een plan van aanpak en geef advies aan degene die de hulpverlener speelt. 4. Neem het geheel op met de camera. 5. Laat de film aan klasgenoten zien en vraag feedback volgens het feedback formulier “gespreksvoering in de GGZ” uit ondersteunend materiaal.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
72
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.10 Het voeren van een helpend gesprek met een zorgvrager met borderline persoonlijkheidsstoornis Resultaat Theorie Praktische voorbereiding Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
De student heeft geoefend met het voeren van een helpend gesprek met een zorgvrager tijdens een rollenspel Ondersteunend materiaal Eigen casuïstiek School 3 Feedbackformulieren van medestudenten en 1 van de docent 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit: Je gaat oefenen met het uitvoeren van een helpend gesprek Werkwijze : 1. Bestudeer de theorie van het helpend gesprek 2. Formeer 3 tallen en oefen met de verschillende casuistieken. Geef feedback d.m.v. het feedbackformulier. 3. Wissel van rollen en oefen zo vaak als nodig is. 4. Formuleer eventueel een leerdoel en verwerk dit in je POP/werkplanning Casus Laurie : Laurie verblijft op een afdeling voor jonge mensen met borderline problematiek Laurie zit vaak alleen op haar kamer en maakt geen tot weinig contact met andere zorgvragers of het verplegend personeel. Ze heeft vaak last van stemmingswisselingen een enkele keer is haar stemming overdreven uitbundig, maar dat kan vanwege de geringste aanleiding weer helemaal ‘omslaan’. Het komt voor dat Laurie haar armen bekrast met een schaar, bijvoorbeeld naar aanleiding van spanningsvolle momenten, bijvoorbeeld na het groepsgesprek. Laurie voelt zich tijdens jou avonddienst erg gespannen en vraagt om een gesprek. Jij gaat met haar in gesprek via de stappen van het helpend gesprek. Casus Jannie : Jannie Veen is een vrouw van 27 jaar met een borderline persoonlijkheidsstoornis. Ze is opgenomen vanwege depressieve klachten en neiging tot overmatig alcoholgebruik. De afspraak is dat zij gedurende 3 maanden zou werken aan haar vaardigheden voor het omgaan met haar stemmingswisselingen. Verder is het de bedoeling dat ze elk weekend naar huis gaat. Ze woont zelfstandig maar brengt de weekends bij haar vriend door. Gisteren is haar vriend op bezoek geweest en dit liep uit op een behoorlijke ruzie. Jannie had de afdeling met slaande deuren verlaten en kwam pas na 12 uur weer terug. Ze wil een gesprek met jou over “ het feit dat ze helemaal weer terug bij af is, haar vriend begrijpt haar niet en zo kan ze niet met weekend verlof” . Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
73
BC BRANCHE GGZ 1415
7.1
Gevorderde fase 2
Oriëntatie op verslaving
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
De student heeft zich georiënteerd op verslaving Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” http://verslaving.startpagina.nl
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Verplicht
Activiteit 1 Oriënteer je op het begrip verslaving; bekijk de DVD: afkicken op TV. Beantwoord daarna onderstaande vragen. Vergelijk jouw antwoorden met een medestudent en bespreek eventueel onduidelijkheden met de docent. Andere DVD’s ter oriëntatie kunnen zijn: Sneeuwwitje, junkievrouwen. 614.7Kierewiet van nederwiet, 606.86Satire; Vrije verstrekking, 30 minuten, Arjan Ederveen 1. Wat is verslaving volgens jou? 2. Wanneer zou jij spreken van verslaving? Bijvoorbeeld als je elke dag een biertje/wijntje neemt, of juist als je elk weekend dronken wordt? 3. Hoe zou je verslaafd kunnen worden? Welke aspecten spelen hierbij een rol denk je? 4. Aan welke middelen/dingen kun je verslaafd raken? Kun je deze indelen in groepen? Is koopzucht bijvoorbeeld ook een verslaving? 5. Heb je zelf een verslaving (gehad)? Is roken ook een verslaving? 6. Wat zijn persoonlijke gevolgen van verslaving? 7. Wat zijn lichamelijke en sociale gevolgen van verslaving?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
74
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2 Ga met de klas in discussie over onderstaande stellingen. Doe dit stelling voor stelling. Verdeel daartoe eerst de klas in voor- en tegenstanders. Ga met de groep waartoe je ingedeeld bent eerst van gedachten wisselen om argumenten te verzamelen. Formuleer aan het eind een conclusie met betrekking tot de stellingen. Hanteer de regels voor het voeren van een discussie. Deze kun je opzoeken in ondersteunende materialen. Neem deze voor aanvang eerst nog even met elkaar door. Wijs 1 groepsgenoot aan als discussie leider. Stellingen: - Verslaving is een ziekte - Verslaving is een teken van zwakte - Verslaving is een maatschappelijk probleem; het wordt veroorzaakt door de maatschappij en is daarom een verantwoordelijkheid van de maatschappij - Alleen kwetsbare mensen krijgen een verslaving - Iemand die van zijn verslaving af wil; kan er altijd mee stoppen Activiteit 3 Maak een folder waarin je een antwoord geeft op onderstaande vragen mbt wetgeving en vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Stel je vragen aan de docent. -
Welke wetten zijn er voor drugs en cannabis Wat is legaliseren Wat zijn de argumenten voor en tegen legaliseren Wat is gedogen? Wat is de Opiumwet? Welke geneesmiddelen vallen onder de Opiumwet? In welke beroepssituaties krijg je als verpleegkundige te maken met de Opiumwet? Beschrijf drie beroepssituaties Wat betekent deze Opiumwet voor de verpleegkundige beroepsuitoefening?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
75
BC BRANCHE GGZ 1415
7.2
Gevorderde fase 2
Verpleegplan opstellen bij verslavingsproblematiek
Resultaat Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competentie Verplicht/keuze
De student heeft een standaardverpleegplan opgesteld voor een zorgvrager met een verslavingsproblematiek Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een verslaving School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je verpleegplan met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Verplicht
Activiteit 1 Je gaat een standaardverpleegplan opstellen voor een zorgvrager met een heroïneverslaving. Verwoord welke zelfzorgtekorten een zorgvrager met een afhankelijkheid aan heroïne kan hebben. Inventariseer bij elk patroon van Gordon wat de mogelijke verpleegproblemen kunnen zijn. Stel bij elk verpleegprobleem een RUMBA doel en geef een opsomming van bijbehorende interventies. Activiteit 2 Maak praktijk 1, over de casus van Olivier en beantwoord daarna onderstaande vragen. Vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Stel je vragen aan de docent. Deze vragen horen bij praktijk: Olivier heeft onthoudingsverschijnselen Kies vier verpleegkundige diagnosen die voortvloeien uit verslavingsgedrag. Beargumenteer je keuze. Wat herken je hiervan bij Olivier? Geef op basis van de vier gekozen diagnosen verpleegdoelen en interventies voor een verpleegplan voor zorgvragers die verslaafd zijn Olivier heeft last van enkele ontwenningsverschijnselen. Er wordt een afspraak gemaakt deze te observeren. Ga in de literatuur na welke ontwenningsverschijnselen je kunt verwachten en hoe je die herkent. Geef vervolgens bij deze ontwenningsverschijnselen aan hoe je zorgvrager waarbij dit voorkomt verpleegt (in verpleegdoelen en interventies).
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
76
BC BRANCHE GGZ 1415
7.3
Gevorderde fase 2
Dubbel diagnose
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student kan de relatie van psychiatrie en de wederzijdse beïnvloeding benoemen en uitleggen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl DSM-IV-TR Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Keuze
Activiteit 1 Beantwoord onderstaande vragen en vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Stel je vragen aan de docent. -
Wat houdt de term Dubbel Diagnose in binnen de psychiatrie? Mensen gebruiken om verschillende redenen drugs. Kun je hiervoor vier verschillende redenen bedenken? Waarom gaan juist mensen met psychische problemen of met een psychiatrische aandoening drugs gebruiken. Wat heeft/kan het gebruik van drugs te maken hebben met het ontstaan van psychiatrische stoornissen? Kun je hier ziektebeelden bij aangeven? Welke groep zorgvragers zijn gevoelig voor het ontwikkelen van een verslaving? Worden bepaalde drug binnen
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
77
BC BRANCHE GGZ 1415
7.4
Gevorderde fase 2
Het syndroom van Korsakov
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student kan de gevolgen van alcoholmisbruik in de vorm van Korsakov benoemen en uitleggen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.korsakovkenniscentrum.nl https://www.hersenstichting.nl/alles-overhersenen/hersenaandoeningen/korsakov.html DSM-IV-TR Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Keuze
Activiteit 1 Verdiep je in het syndroom van Korsakov als gevolg van alcoholmisbruik Ga naar onderstaande links en noteer vanuit de filmpjes symptomen die horen van Korsakov. http://www.youtube.com/watch?v=M5lzdk-9bZg http://www.youtube.com/watch?v=Rp_4aNxZWGI Bij het syndroom van Korsakov kunnen de verschillende symptomen geclusterd kunnen worden in 3 hoofdgroepen. Dat zijn: o Amnesie o Plannings en gedragsstoornissen o Polyneuropathieen 1 2 3 4 5 6 7
Breng de symptomen die je uit de filmpjes herkende onder in deze hoofdgroepen en vul deze groepen aan met symptomen die je in de literatuur kunt vinden. Onder welke stoornissen kun je het syndroom van Korsakov plaatsen? Kun je nog enkele ziektebeelden bedenken die in deze zelfde groep vallen? Hoe ontstaat Korsakov Komt Korsakov alleen voor als gevolg van alcohol misbruik? Ga in de literatuur op zoek naar de verpleegkundige benadering bij Korsakov Wat is de ziekte van Wernicke?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
78
BC BRANCHE GGZ 1415
7.5
Gevorderde fase 2
Psychopathologie verslaving
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Keuze/verplicht
De student heeft zich verdiept in de psychopathologie en kan de bijhorende begrippen benoemen en uitleggen. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl DSM-IV-TR Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Keuze
Activiteit 1 Beantwoord onderstaande vragen en vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Stel je vragen aan de docent. 1. Wanneer wordt er volgens de DSM-IV-TR van afhankelijkheid van een middel gesproken. Noem de beschreven criteria daarvan. 2. Waarom wordt er in de DSM-IV-TR van afhankelijkheid gesproken en niet van verslaving? 3. Zoek uit wat de onderstaande begrippen betekenen: a. Misbruik b. Intoxicatie c. Gewenning d. Tolerantie e. Onthouding (abstinentie) f. Craving 4. Wat wordt er bedoeld met psycho-actieve stoffen? Welke indeling kun je maken en wat doen deze stoffen.
Activiteit 2 Maak een drugsschema van de 4 hoofdgroepen psycho-actieve middelen. Vul in wat de betreffende symptomen zijn en vergelijk jouw antwoord met een klasgenoot. Stel je vragen aan de docent.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
79
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Psycholeptica = Verdovende Middelen
Is het verslavend Verschijnselen Psychische Lichamelijke ja/nee Intoxicatie Verschijnselen Verschijnselen Onthouding Onthouding
Alcohol
Opiaten (heroine, morfine, opium, codeine, methadon)
Sedativa, hypnotica, anxiolytica (barbituraten, benzodiazepinen,)
Psychoanaleptica = stimulerende middelen
Is het verslavend Verschijnselen Psychische Lichamelijke ja/nee Intoxicatie Verschijnselen Verschijnselen Onthouding Onthouding
Amfetamine, cocaine (crack, speed)
Cafeine (koffie, chocolade)
Nicotine
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
80
BC BRANCHE GGZ 1415
Psycho-dysleptica = bewustzijnsveranderende middelen
Gevorderde fase 2
Is het verslavend ja/nee
Verschijnselen Intoxicatie
Psychische Verschijnselen Onthouding
Lichamelijke Verschijnselen Onthouding
Is het verslavend ja/nee
Verschijnselen Intoxicatie
Psychische Verschijnselen Onthouding
Lichamelijke Verschijnselen Onthouding
Cannabis (marihuana, hash)
Hallocinogenen (LSD)
Fencyclide (PCP = angeldust)
Overige stoffen
Smartdrugs , oplosmiddelen van lijm, ether, lachgas etc
Activiteit 3 Zoek uit welke behandelmogelijkheden er zijn voor zorgvragers met verslavingsproblematiek -
Welke behandelmogelijkheden zijn er bij verslavingsproblemen? Welke hoofd behandeldoelstellingen kun je bedenken? Welke instelling houden zich bezig met verslavingsproblematiek? Zoek zowel intramuraal als extramuraal. Welke maatschappelijke projecten ten aanzien van heroïne verstrekking zijn er in en rond Rotterdam? Vanuit welke instellingen werken zij? Welke doelstellingen hebben zij? Wie komen daarvoor in aanmerking? Welke verpleegkundige taken worden daar uitgevoerd? Met welke problemen kun je daar geconfronteerd worden?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
81
BC BRANCHE GGZ 1415
7.6
Voedingsleer
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competenties Verplicht/keuze
Gevorderde fase 2
Voeding en verslavingszorg De student heeft de activiteit uitgevoerd over voeding en verslavingszorg Bestudeer het hoofdstuk over de verslavingszorg in het boek “verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Je mag allerlei bronnen (naar keuze) raadplegen School Neem de uitwerking van deze activiteit mee naar de voedingsles 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) Verplicht
Activiteit 1 Lees de casuistieken en beantwoord de vragen Casus Charles Charles wordt opgenomen in crisistoestand. Hij ziet schimmen en allerlei andere dingen die er niet zijn. Hij kijkt stijf voor zich uit, weet niet waar hij is, kan niet op zijn benen staan… drie weken ligt hij in een toestand van “op sterven na dood”. Hij krijgt vitamine injecties. Het delirium zwakt af, de diagnose syndroom van Korsakoff wordt gesteld. Charles weet niets meer. Zijn huwelijk, de kinderen en de scheiding van jaren terug is hij helemaal kwijt. Hij weet eigenlijk niet hoe hij zichzelf moet aan- of uitkleden, daarin lijkt hij wel een kind. Overdag mag hij op de sociale werkplaats tafelpoten zagen, precies op de streepjes, want het aantal millimeters kan hij zelf niet meer onthouden. Op de afdeling worden hem weinig werkzaamheden toevertrouwd. Hij mag de huiskamer aanvegen en de asbakken legen. Zijn ex-vrouw die eerst nog vanuit schuldgevoel kwam met de kinderen, heeft het af laten weten. De grens van tolerantie is door Charles ver overschreden, wat haar betreft. Met hem omgaan is voor haar te veel: hij wantrouwt haar, plaatst kwetsende opmerkingen en stelt constant dezelfde vragen. Voor Charles bestaat er slecht nog een persoon en dat is hij zelf. 1. Welke vitamine moet er in de acute toestand worden gegeven om het risico op overlijden te verkleinen? 2. Wat is meestal de oorzaak van het Korsakoff syndroom? 3. Verpleegkundige zorg hanteert meestal het benaderingsmodel van de 4 k’s: Kort, Concreet, Consequent en Continu. Geef van elk van deze benaderingswijzen voorbeelden van verpleegkundige zorg op het gebied van eten en drinken. Kort: Concreet: Consequent: Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
82
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Continue: Casus Henk Henk drinkt de laatste 7 jaar alcohol alsof het limonade is. Lang heeft hij zijn verslaving verborgen kunnen houden voor zijn omgeving, maar om het ontspannen gevoel op te wekken moest hij steeds meer gaan drinken, met als resultaat dat de negatieve gevolgen van zijn alcoholgebruik zichtbaarder werden bij zijn omgeving en zijn hoge bloeddruk werd opgemerkt door de huisarts. Bij hem wordt levercirrose geconstateerd. Hij is niet in staat volle dagen te werken en zijn re-integratie traject verliep moeizaam. Henk kon zich moeilijk aan zijn afspraken houden, kwam te laat, was vermoeid en reageerde geprikkeld op collega’s. Zijn relatie is stuk gelopen en ondertussen zit hij in de ziektewet “thuis”. Eigenlijk ontvlucht Henk de eenzaamheid thuis, hij gaat dagelijks naar de kroeg en slaapt geregeld zijn roes uit in de auto. Mede door de inspanning van familie laat Henk zich opnemen in een psychiatrische instelling om af te kicken. Bij opname wordt een excessief alcoholgebruik geconstateerd. Ook nu tijdens de opname vindt Henk het lastig om zich aan afspraken te houden. Hij slaapt slecht en transpireert enorm. Hij komt geregeld niet opdagen bij de groepsmaaltijden en is bijzonder onrustig. Als je hem erop aanspreekt geeft hij aan geen honger te hebben en dat hij geen tijd heeft om te eten. Wel heeft hij enorme dorst, maar buiten alcohol vindt hij de meeste dranken niet lekker. Je vermoedt dat hij nog steeds alcohol gebruikt. 1.
Waarom eten veel verslaafde zorgvragers ongezond? En welke drie interventies kun je hierbij nemen? -
2.
Als Henk geregeld niet eet, hoe komt het dat hij dan geen honger heeft? Welke twee interventies kun je hierbij nemen? -
3.
Henk geeft aan te onrustig te zijn om te eten. Welke interventie kun je nemen om Henk toch te laten eten en drinken? -
4.
Je vermoeden dat Henk nog alcohol gebruikt baseer je op een aantal gegevens uit de casus. -
5.
Henk transpireert en heeft last van nadorst. Welke drie interventies neem je? Interventie: -
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
83
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.11 Begeleiding van de verslaafde zorgvrager [Cirkels van verslaving] Resultaat Theorie Praktische voorbereiding Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
De student kan in eigen woorden uitleggen wat een verslaving inhoudt met behulp van de cirkels van verslaving Boek: ‘Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Thema 3 h 7 Vraag de docent of het mogelijk is om met een acteur te werken. School Nabespreking met de docent en feedback van medestudent. 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit : Je gaat in eigen woorden uitleggen wat de cirkels van verslaving inhouden tijdens een rollenspel Werkwijze: 1. Bestudeer de theorie over de cirkels van verslaving. 2. Stel vast hoe je de zorgvrager vanuit dit model kan begeleiden met zijn verslaving. 3. Oefen met een medestudent in het uitleggen van het model. De ander speelt de rol van een zorgvrager met een verslaving en stelt vragen over het model. 4. Wissel van rol. 5. Oefen ook met de casus uit je boek : “onthoudingsverschijnselen bij Olivier “
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
84
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.12 Verpleegkundige houdingsaspecten en begeleiding bij verslavingsproblematiek Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competentie Verplicht/keuze
De student heeft zich verdiept in de verpleegkundige begeleiding van zorgvragers met een verslaving Zorg dat je beschikt over het boek verplegen in de GGZ en het bijbehorende antwoordmodel Verplegen in de GGZ, het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een verslaving School of thuis, internetaansluiting Vergelijk en bespreek je bevindingen met je studiegenoten Stel leervragen aan de docent 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) Verplicht
Activiteit 1 Maak de competentie opdracht over de casus van Anja, uit het boek: Verplegen in de GGZ. Deze kun je vinden aan het eind van het hoofdstuk over het verplegen van cliënten met een verslaving. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
7.
8. 9.
Ga er in deze casus vanuit dat Anja afhankelijk is van alcohol. Zoek uit welke symptomen bij onthouding van alcohol horen. Verdeel de rollen. De verpleegkundige gaat in dit rollenspel het gesprek aan met Anja. Probeer in dit gesprek erachter te komen of jouw verpleegkundige bevindingen juist zijn. Anja zal dit niet zo snel toegeven, het is passend gedrag van iemand met een verslaving dat zij de ernst niet onder ogen zien en de problematiek bagatelliseren. Zoek d.m.v. de juiste gesprekstechnieken en verpleegkundige benadering naar een ingang bij Anja om de verslaving bespreekbaar te maken en te zoeken naar doelen (zowel de lange als korte termijn). Tip; maak ook gebruik van motiverende gesprekstechnieken. zorg voor actief publiek die gerichte feedback geeft op: a. gesprekstechnieken b. beroepshouding c. omgang/handelen bij onthoudingsverschijnselen formuleer met elkaar belangrijke houdingsaspecten binnen de begeleiding van zorgvragers met een verslaving. Wat zijn daarin de valkuilen?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
85
BC BRANCHE GGZ 1415
C3.1
Gevorderde fase 2
Psycho educatie geven aan groepen in de GGZ
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
Je kunt: - omschrijven wat psycho-educatie is - het belang ervan verwoorden - in een gesimuleerde bijeenkomst psycho educatie uitvoeren aan een groep zorgvragers Zie werkwijze Ondersteunend materiaal Psycho educatie Voor onderwerpen: zoek op Psycho educatie of Liberman modules School/thuis Mondelinge feedback op inhoud en vorm Feedback op de psycho educatie middels feedbackformulier 1.6 Geeft voorlichting, advies en instructie aan een zorgvrager (I, L) 1.4 Begeleiden van groepen (C, D) verplicht
Activiteit Verdiep je in het onderwerp psycho educatie en schrijf een plan van aanpak voor de uitvoering ervan Werkwijze: Brainstorm met elkaar (subgroep) over onderwerpen die geschikt zijn om psycho educatie over te geven. Kies één onderwerp uit de lijst Schrijf een plan van aanpak met daarin het soort groep, de soort patiënten, het onderwerp van de psycho- educatie, het doel van de bijeenkomst, de vorm van de bijeenkomst en de inhoud. Bespreek het plan van aanpak met je docent en plan een tijdstip waarop je de psycho educatie gaat uitvoeren.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
86
BC BRANCHE GGZ 1415
C3.2
Gevorderde fase 2
Voorlichting geven aan groepen in de GGZ
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
Je hebt met je subgroep een patiëntenvoorlichting voorbereid, georganiseerd en uitgevoerd voor de psychiatrische zorgvrager en familie, naasten en mantelzorgers in een gesimuleerde situatie Nadenken over een onderwerp Verdiepen in het onderwerp Boek voorlichting, advies en instructie Stappenplan patiëntenvoorlichting School/thuis Feedback op het voorlichtingsgesprek middels feedbackformulier 1.6 Geeft voorlichting, advies en instructie aan een zorgvrager (I, L) 1.4 Begeleiden van groepen (C, D) verplicht
Een greep uit onderwerpen die je kunt kiezen:
Omgaan met de zorgvrager met een psychose Omgaan met de zorgvrager met schizofrenie Voorlichting voor geriatrische zorgvragers met psychiatrische problemen Familiebijeenkomsten over een onderwerp Lotgenotencontact Activiteit Bereidt een voorlichtingsplan voor, organiseer een bijeenkomst en voer de voorlichtingsbijeenkomst uit. -
Kies een onderwerp waarover je een voorlichting wilt organiseren Maak een voorlichtingsplan volgens het vijf stappenplan Organiseer tijd en plaats van de voorlichtingsbijeenkomst en zorg ervoor dat je dit afstemt met je mede studenten Voer de voorlichtingsbijeenkomst uit Feedback vind plaats na de voorlichting zowel inhoudelijk en de criteria van presenteren. De inhoudelijke feedback wordt gegeven door een andere subgroep en de coach geeft feedback op de presentatietechnieken De subgroep evalueert het groepsproces en schrijft een verslag waarin de volgende items terugkomen Hoe en welke keuzes zijn gemaakt in de voorbereiding? Wie had welk aandeel in de uitvoering van de voorlichting? Wat ging goed ten aanzien van de samenwerking? (TOPS) Wat ging niet goed ten aanzien van de samenwerking? (verbeter-TIPS) Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
87
BC BRANCHE GGZ 1415
8.1
Gevorderde fase 2
De acute opname
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
Je kunt de verschillen tussen een geplande en een acute opname benoemen, Je kunt inschatten wat het betekent voor een zorgvrager om acuut te worden opgenomen. Verzamel informatie vanuit de eigen instelling m.b.t. het verschil tussen een geplande en een acute opname Boek het verpleegplan opstellen School Nabespreking in de totale groep 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Keuze
Activiteit Informatie verzamelen ten aanzien van de beleving bij de acute opname en verschillen benoemen met de geplande opname Werkwijze: Lees theorie over “de acute opname” Kies een verpleegkundig anamneseformulier en geef aan welke anamnesevragen je wel en welke je niet stelt bij de acute opname van Dhr. Postma en geef aan waarom wel/niet. De casus van Dhr. Postma kun je vinden in acute opname THEORIE Zoek uit wat er anders gaat bij een acute opname in vergelijking met een geplande opname ten aanzien van: nadere kennismaking met zorgvrager gegevensverzameling; informatievoorziening aan de zorgvrager omtrent doe zorginstelling, de verpleegkundige zorgverlening en onderzoek en behandeling, Formuleer verpleegkundige doelen en interventies bij de zorgvrager die acuut wordt opgenomen op de volgende verpleegproblemen: Kennistekort Angst Overplaatsingsstress Wissel de resultaten van deze activiteit met elkaar uit.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
88
BC BRANCHE GGZ 1415
8.2
Gevorderde fase 2
Acute opname in de GGZ
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de verpleegkundige aandachtspunten tijdens de acute opname beschreven . Zorg dat je beschikt over het boek “verplegen in de GGZ” Thema Verplegen van cliënten met agressief gedrag theorielokaal Nabespreking klassikaal 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) verplicht
Activiteit: Je gaat de verpleegkundige aandachtspunten bestuderen bij de zorgvrager tijdens een acute opname en je informatie uitwisselen met medestudenten 1. Oriëntatie op acute opname :Beantwoord de vragen en wissel deze uit met een medestudent. - Wat stel jij je voor bij een zorgvrager met een acute stoornis/ welk beeld heb je hierbij ? - Of indien je al ervaring hebt : wat waren je ervaringen met een acute opname? wat vind je gemakkelijk of moeilijk of boeiend? - Hoe ga je als verpleegkundige om met je eigen emoties? - Met welke ziektebeelden krijg je te maken op een gesloten opname afdeling ? noem de meest voorkomende ziektebeelden . 2. Sluit je aan bij een subgroep: Verdeel de ziektebeelden over verschillende groepjes. Werk 1 ziektebeeld schriftelijk helemaal uit met de verschijnselen en de bijbehorende interventies die behoren bij een acute opname. Maak dit duidelijk door enkele casuistieken te beschrijven of te laten zien ( beeldmateriaal) van een acute opname in een gesloten setting. Presenteer aan elkaar je bevindingen. Maak gebruik van de volgende items: Hoe verloopt de anamnese fase in deze situaties? Hoe verzamel je de gegevens? Wat zijn belangrijke observaties voor de verpleegkundige? Toon observatielijsten en geef voorbeelden van ( anonieme) rapportages. Welke kennis en vaardigheden moet je als verpleegkundige in huis hebben( geef voorbeelden) Met welke zaken en begeleidingsaspecten m.b.t. de familie/partners krijg je te maken? Denk ook eens aan de dilemma’s die je tegen kunt komen bij deze zorgvragers.( de autonomie van de zorgvrager en je deskundigheid als werknemer) Wat zijn belangrijke houdingsaspecten van de verpleegkundige tijdens de acute opname? Geef voorbeelden van hoe het wel en niet moet. Breng de belangrijkste aandachtspunten en knelpunten voor de begeleiding van de allochtone zorgvrager in kaart. Betrek het aspect “gezichtsverlies “ hierbij.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
89
BC BRANCHE GGZ 1415
8.3
Gevorderde fase 2
Omgaan met agressie, separeren
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft in kaart gebracht hoe de verpleegkundige agressie kan voorkomen en/of ermee om kan gaan. Zorg dat je beschikt over het boek “verplegen in de GGZ” Bestudeer uit je boek : Thema Verplegen van cliënten met agressief gedrag, de verschillende theorieën m.b.t agressie en de verschillende uitingsvormen. theorielokaal Nabespreking klassikaal 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties (E, T, V) verplicht
Activiteit: Je gaat de verpleegkundige interventies in kaart brengen m.b.t. het omgaan met agressie. 1.
2. 3.
Bestudeer uit je boek de factoren die van invloed zijn op het ontstaan van agressief gedrag. Geef bij elke vorm een voorbeeld uit je eigen praktijk. Wissel je antwoorden uit met een medestudent. Beschrijf de interventies die je kunt inzetten om te voorkomen dat er escalatie ontstaat en de zorgvrager gesepareerd moet worden. Geef je mening over de volgende situatie:
Er heerst op de afdeling een gespannen sfeer. Een zorgvrager loopt gespannen rond. Elk moment kan de situatie escaleren. De verpleegkundige pakt een vaas met bloemen, klimt op de tafel en laat de vaas langzaam leeglopen. Iedereen kijkt er verbijsterd naar en vraagt zich af wat dit te betekenen heeft. 4.
Leg uit hoe je de volgende acties in kunt zetten ( aanleiding, werkwijze, interventies, aandachtspunten en de afronding en de verpleegkundige houdingsaspecten. a. time-out b. de comfortroom c. separeren
5.
Leg het belang uit van het evalueren met de zorgvrager en met collega’s na een separatie.
6.
Met welke wetgeving kun je te maken krijgen en wat betekent dit voor het verpleegkundig handelen? ( denk aan M en M)
7.
Nabespreking met de gehele groep.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
90
BC BRANCHE GGZ 1415
8.4
Gevorderde fase 2
CFB en dé-escalerend handelen, omgaan met agressie
Resultaat
Praktische voorbereiding
Theorie Locatie Evaluatie
Werkproces competentie
De student heeft in een oefensituatie persoonlijke veiligheidstechnieken toegepast zonder zichzelf en/of de ander te beschadigen. Zorg dat jij je kennis over CFB en de-escalerend handelen hebt opgefrist Trek ruim zittende kleren (+ sokken) aan waarin je gemakkelijk kunt bewegen, doe je schoenen uit en doe je sieraden af. Zet alle tafels en stoelen aan één kant van het lokaal Naar keuze CFB training op school Activiteit 1: Kijk de vragen na met behulp van klasgenoten en de docent . Stel evt. leervragen. Activiteit 2: Bespreek met je klasgenoot en docent hoe de uitvoer van de training en de persoonlijke veiligheidstechnieken is gegaan. 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties (E, T, V)
Activiteit 1: Fris je kennis op over controle fysieke beheersing, agressie en dé-escalerend handelen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Wat is CFB? Wat is de visie van CFB? Wat is het doel van CFB? Hoe ontstaat agressie bij zorgvragers en/of mantelzorg? Hoe herken je agressie bij zorgvragers en/of mantelzorg? Wat kun je zelf doen om agressie te voorkomen of te doen verminderen bij zorgvragers en/of mantelzorg Welke richtlijnen t.a.v. dé-escalerend handelen moet je in acht nemen bij CFB
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
91
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2: Demonstreer in een oefensituatie persoonlijke veiligheidstechnieken, zonder je zelf en/of de ander te beschadigen: polstechnieken kleding technieken haartechnieken verwurging
Werkwijze: 1. De training begint met een korte introductie en warming-up 2. Vervolgens geven de trainers een demonstratie van iedere techniek. 3. Daarna oefen je de techniek in tweetallen 4. Na alle polstechnieken maak je voor jezelf aantekeningen om ze niet te vergeten 5. De training eindigt met een korte cooling-down en een nabespreking waarin de volgende punten besproken wordt: hoe is uitvoer van de polstechnieken gegaan wat ging goed/minder goed is het resultaat behaald aandachtspunten voor de toekomst
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
92
BC BRANCHE GGZ 1415
8.5
Gevorderde fase 2
Reflectie op agressie-intervisie
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht / keuze
De student heeft een verslag geschreven over haar/zijn ervaringen met agressie en ingebracht in een intervisie - bijeenkomst Maak met studiegenoten en docent afspraken over de intervisiebijeenkomst (datum, tijd, locatie) Onderzoek of het ziekenhuis een agressie - protocol heeft Naar keuze Thuis, BPV Bespreek je verslag over agressie in een intervisiebijeenkomst 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties (E, T, V) Keuze
Activiteit 1 Schrijf een verslag over jouw ervaringen met agressie tijdens jouw stage. Er heeft zich (bijna) een agressie-incident voorgedaan. Aandacht schenken aan de gebeurtenis helpt je om het voorval te verwerken. Wacht hier nooit te lang mee, want gevoelens nemen geen pauze. Sta daarom stil bij wat er is gebeurd. Hieronder wat vragen om je op weg te helpen: 1. Beschrijf wat er precies gebeurde. 2. Hoe heb je gehandeld? • Waarom heb je zo gehandeld? • Wat werkte wel? • Wat werkte niet? • Zou je het de volgende keer, of als het een ander overkomt ook zo doen? 3. Wat dacht je? 4. Wat voelde je? 5. Snap je waarom het gebeurde? Gaf de zorgvrager bijvoorbeeld vooraf al signalen af? Welke signalen? 6. Waren er collega’s in de buurt? • Wat deden ze? • Wat werkte wel/niet? Waarom? • Wat adviseer je ze voortaan te doen? 7. Is er een agressieprotocol? • Zo ja, wordt dat ook toegepast? o Zo ja, heb je daar ook baat bij gehad? Voldoet het protocol of moet het worden veranderd of aangevuld? Wat werkt wel? Wat niet of minder? o Zo nee, waarom wordt het niet gebruikt? • Zo nee, zijn er in de organisatie andere afspraken gemaakt waar je op kunt terugvallen? Welke? Is daar ook gebruik van gemaakt? Waarom? 8. Is er melding gemaakt van het agressie-incident? Waarom wel/niet? 9. Is het agressie-incident geregistreerd? Waarom wel/niet? Activiteit 2 Neem actief deel aan de intervisie – bijeenkomst naar aanleiding van een eigen praktijksituatie.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
93
BC BRANCHE GGZ 1415
8.6
Gevorderde fase 2
Protocol: opvang na een agressie-incident
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft een protocol gemaakt over de opvang van verpleegkundigen (begeleiders) na agressie-incidenten op de afdeling in het verpleeghuis, verzorgingshuis of in de thuiszorg Ga in je BPV-instelling op zoek naar richtlijnen e/of protocollen over de opvang van verpleegkundigen na agressie-incidenten Agressie-protocol van het ziekenhuis Op internet: http://www.arboflexbranche.nl/download/Documenten/Toolbox%20Vast/ Checklist%20agressie%20werknemer.pd Naar keuze. Toon en bespreek je protocol aan c.q. met studiegenoten Vergelijk de protocollen op overeenkomsten en verschillen 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties (E, T, V) verplicht
Activiteit 1 Geef antwoord op de volgende vragen over de opvang na een agressie-incident. Wat vind jij? 1. Hoe is de opvang na een agressie-incident bij op jouw stageplek geregeld? 2. Hoe wil jij opgevangen worden na een agressie-incident? Wat vind jij belangrijk? 3. Ken je de vertrouwenspersonen in de organisatie? • Praat je ook met ze? • Waarom wel/niet? 4. Met wie praat je het liefst en waarom? (Denk aan: professionele hulpverleners buiten of binnen de instelling, teamgenoten, leidinggevende enz.) 5. Wordt het agressie-incident op een later tijdstip, bijvoorbeeld drie weken na het voorval, nog eens besproken? Of praten jullie er na een tijdje niet meer over? 6. Vind jij dat het bespreken van alle voorvallen met agressie thuishoort op de agenda van het werkoverleg? Waarom wel/niet? 7. Ga na in je instelling of er richtlijnen zijn met betrekking tot de opvang en nazorg na een schokkende gebeurtenis, neem dit mee naar school Activiteit 2 (keuze) Maak een protocol voor de opvang van verpleegkundigen (begeleiders) na agressieincidenten op de afdeling Werkwijze Voer deze activiteit in een subgroep van maximaal 3 studenten uit. Geef aan welke bronnen geraadpleegd zijn bij het maken van dit protocol.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
94
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.13
Gevorderde fase 2
Begeleiden gedragsproblemen: begeleidingsgesprek voeren
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces/competenties
Verplicht/keuze
De student kan de zorgvrager doelgericht begeleiden d.m.v. een begeleidingsgesprek in overleg met de docent wordt er met een acteur gewerkt Boek: Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” School Tops en tips ,leerpunten mbt. voeren van een begeleidingsgesprek nabespreking met docent 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) verplicht
Activiteit: Je gaat oefenen met het methodisch begeleiden van een zorgvrager in een simulatie. Lees de casus. Dhr. Hemert, 53 jaar, sinds 3 jaar gescheiden. Verder heeft hij 2 kinderen waar hij weinig contact mee heeft. Hij verblijft sinds een jaar op een afdeling voor langdurige behandeling wegens chronisch depressieve klachten en aanwijzingen voor een persoonlijkheidsstoornis( borderline persoonlijkheidsstoornis). Dhr. heeft vaak last van snel wisselende stemmingen en het valt op dat hij vaak conflicten heeft met andere zorgvragers over het dagelijkse corvee, hij loopt flink te schelden en met deuren te slaan als hij op iets aangesproken wordt en geeft anderen de schuld als er iets niet goed gegaan is. Met een medezorgvrager Jan was het bijna slaande ruzie geworden vandaag. Hij is vaak te laat bij de dagopening omdat hij zich verslapen heeft of omdat hij een “ slechte dag “ heeft. Hij heeft een 1-persoonskamer en wil ’s morgens niet geroepen worden door de verpleging. Verder heeft dhr. Hemert moeite om zijn kamer op orde te houden, er liggen overal vuile kleren en zijn bed is al enkele weken niet verschoond. Jij bent pas nieuw op de afdeling en dhr. Hemert komt vaak naar jou toe in de late dienst om een praatje te maken, hij stelt graag vragen over je privéleven. Zelf vindt hij het vervelend als er te veel doorgevraagd door de verpleegkundigen want, zegt hij ; “ ze hoeven niet alles van je te weten, alles wordt toch maar doorgebriefd” . Daarnaast valt zijn besluiteloosheid op over verschillende zaken, bijvoorbeeld over wel of niet naar therapie gaan , hoe hij iets met zijn behandelaar moet bespreken of over wat hij in het weekend zal gaan doen, of wel of niet zijn zus bellen, wat moet hij verder met zijn leven etc. Als hij “ een goede dag “ heeft vindt hij het prettig om een stukje te wandelen of een spelletje te doen, maar ook dan vindt hij het vervelend om de afwas of andere huishoudelijke taken te doen. Als hij “een slechte dag” heeft ligt hij soms bijna heel de dag in bed en is hij erg somber en verdrietig.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
95
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
-
Beschrijf bij de verschillende situaties in deze casus hoe je dhr. Hemert doelgericht kunt begeleiden met behulp van het schema.
-
Oefen met de volgende situaties waarbij jij in gesprek gaat met dhr. Hemert over zijn gedrag ( in drietallen, wissel van rol, indien mogelijk met een acteur). Geeft elkaar tops en tips.
1.
Dhr. Hemert heeft flink gescholden en met deuren geslagen toen hij aangesproken werd op het uitschelden van een medezorgvrager.
2.
Dhr. Hemert komt voor de 3e keer deze week te laat bij de dagopening.
3.
Dhr. Van Hemert is voortijdig weggaan bij het doen van de gezamenlijke afwas en zit ineengedoken in een hoekje van de huiskamer.
4.
Je wilt een gesprek voeren met dhr. Hemert over het veel op bed liggen overdag. Je vraagt je af wat er aan de hand is en vraagt door. Dhr. Hemert reageert hier prikkelbaar op en zegt tegen jou :”dat hij er niet van gediend is dat je hem loopt uit te horen”.
-
Oefen verder met eigen praktijksituaties ( keuze)
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
96
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.14
Gevorderde fase 2
Slecht nieuwsgesprek
Resultaat Theorie Praktische voorbereiding Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
Je hebt een begeleidingsgesprek uitgevoerd in een rollenspel Boek: ‘Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Bestudeer theorie over het slecht nieuwsgesprek School Ingevulde observatie formulieren 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) verplicht
Activiteit : Je gaat in een oefensituatie een slechtnieuwsgesprek uitvoeren. Werkwijze : 1. 2.
3. 4.
Bestudeer de theorie over het slechtnieuwsgesprek. Bedenk situaties waarin jij als verpleegkundige een slechtnieuwsgesprek voeren ( let op : het gaat over verpleegkundige onderwerpen!!, dus geen gesprek over een behandeling of diagnose) Oefen in 3 – tallen met het slechtnieuwsgesprek, geef feedback d.m.v. het observatieformulier ( bij ondersteunend materiaal) Wissel van rol.
Je kunt gebruik maken van de bijgevoegde casussen of schrijf zelf een casus. Oefensituaties voor het slecht-nieuwsgesprek : Situatie 1 Je werkt op een afdeling van chronische zorgvragers in de psychiatrie. Het is gebruikelijk dat zorgvragers hun geld in beheer hebben van het ziekenhuis. Ze kunnen dan wekelijks een bedrag opnemen in het hoofdgebouw. Jij bent de vaste begeleider van dhr. Berg. Hij heeft ontzettend veel zin om naar de stad te aan en een cd te kopen voor zichzelf en dan een lekkere pizza te gaan eten met een kennis. Hij heeft hier al een week naar uit gekeken. Hij heeft echter geen geld meer in zijn portemonnee en heeft aan de administratie gevraagd of hij extra geld op kan nemen. Jij krijgt het telefoontje met als antwoord dat dhr. Berg pas volgende week weer geld op kan nemen omdat hij anders in het rood komt te staan en dat kan niet. Jij gaat het slechte nieuws aan hem overbrengen.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
97
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Situatie 2 Annelies, een zorgvrager die jij begeleidt staat al enkele maanden ingeschreven voor een begeleide woonvorm . Ze heeft een week geleden een brief gehad over dat er zeer binnenkort een kamer vrijkomt in een huis waar ze graag wil wonen. Jij krijgt een telefoontje van de leiding van deze woonvorm met de mededeling dat Annelies weer onderaan de wachtlijst geplaatst is omdat er een ex-bewoner plotseling teruggeplaatst moest worden. Jij brengt haar het slechte nieuws. Situatie 3 Elly is een zorgvrager opgenomen wegens een depressie heeft te horen gekregen dat haar ontslagdatum in het teamoverleg besproken gaat worden. Elly is er eigenlijk al vanuit gegaan dat ze over 2 dagen naar huis kan gaan. In het teamoverleg wordt echter besproken dat Elly nog niet met ontslag kan gaan omdat haar bloedspiegels nog niet in orde zijn, haar medicatie moet eerst worden opgehoogd. Op verzoek van de arts ga jij als verpleegkundige haar dit slechte nieuws brengen. Situatie 4 Stef , een zorgvrager met schizofrenie, verwacht bezoek van zijn moeder. Hier kijkt hij altijd naar uit want ze komt niet zo heel vaak omdat ze uit Friesland moet komen. Als zijn moeder op bezoek komt gaan ze samen iets leuks doen, bijvoorbeeld winkelen of naar de film. Vanwege de gladheid op de weg belt ze naar het kantoor van de verpleging om zich af te melden en de vraag om dit aan haar zoon door te geven.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
98
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.15 Omgaan met kritiek van familie Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces/competenties
Verplicht/keuze
De student kan methodisch omgaan met kritiek van familie Lezen theorie De negen strategieën om met kritiek van familie om te gaan School 3 Feedbackformulieren met Tops en Tips en nabespreking met docent. 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit : Je gaat oefenen in het omgaan met kritiek van familie van een zorgvrager d.m.v. een rollenspel Werkwijze : 1. Lees de theorie door over de negen strategieën 2. Beschrijf situaties uit je stage waarin je kritiek kreeg van familie over de zorg van hun familielid. 3. Oefen in 3 – tallen deze situaties met behulp van de 9 strategieën
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
99
BC BRANCHE GGZ 1415
9.1
Gevorderde fase 2
Chronisch psychiatrische zorgvrager oriëntatie
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
De student heeft zich georiënteerd op de chronisch psychiatrische zorgvrager Zorg dat je beschikt over het boek “Verplegen in de GGZ” Bestudeer uit je boek : Thema Verplegen van clienten met een chronisch psychiatrische ziekte theorielokaal klassikaal 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) verplicht
Activiteit: Je gaat je oriënteren op de chronische psychiatrische zorgvrager 1. Bekijk een DVD over chronische psychiatrie (keuze docent of zelf) Beschrijf wat je opvalt in het gedrag van deze zorgvragers. Wat vind jij specifiek van een zorgvrager met een chronische psychiatrische ziekte? 2. Beantwoord de volgende vragen en wissel je antwoorden uit met een medestudent. -
In welke zorgsettings kun je de chronische psychiatrische zorgvrager tegenkomen? Noem de 4 groepen chronische zorgvragers die je kunt onderscheiden in de psychiatrie. Hoe komt het dat een zorgvrager met een chronisch psychiatrische ziekte zich moeilijk staande kan houden in de maatschappij? Heb je tijdens je stage kenmerken gezien van hospitalisatie? Welke? Waren de psychiatrische ziektebeelden duidelijk herkenbaar aanwezig? Wat zou je als verpleegkundige kunnen doen om hospitalisatie te voorkomen of te verminderen? Wat wordt bedoeld met psychosociale rehabilitatie? Wat betekenen de begrippen “ autonomie en empowerment’?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
100
BC BRANCHE GGZ 1415
9.2
Gevorderde fase 2
Chronisch psychiatrische zorgvrager verpleegkundige zorg
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de verpleegkundige zorg voor de zorgvrager met een chronische psychiatrische ziekte in kaart gebracht Zorg dat je beschikt over het boek “Verplegen in de GGZ” Bestudeer uit je boek : Thema Verplegen van cliënten met een chronisch psychiatrische ziekte theorielokaal Nabespreking in tweetallen en klassikaal 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) Keuze
Activiteit : Je gaat voor de verpleegkundige zorg beschrijven van de zorgvragers uit de casussen Werkwijze : Vorm 2 tallen. Kies een casus. Beschrijf per casus de verpleegproblemen en de verpleegkundige zorg. Schuif je uitwerking door naar een ander duo, deze schrijven hun feedback op de uitwerking met een andere kleur. Leg de uitwerking nogmaals voor aan een ander groepje. Verwerk de gekregen feedback. Alle casussen moeten uitgewerkt worden. Presenteer je uitwerkingen aan de gehele klas. 1. Mevrouw de Bruin 46 jaar verblijft op een afdeling voor bewoners met chronisch psychiatrische problematiek. Ze heeft vaak last van hallucinaties, ze hoort stemmen in haar hoofd. Het komt voor dat ze hardop loopt te praten op de gang, en soms tref je haar aan als ze op de grond zit. Het vermoeden bestaat dat de stemmen tegen haar zeggen dat ze op de grond moet gaan zitten. Het kost haar veel moeite om zelf weer op te staan, ze heeft hier hulp bij nodig. Ze heeft weinig daginvulling omdat ze niet wil deelnemen aan de dagelijkse activiteiten van de afdeling zoals gezamenlijk koffie drinken en het maken van een wandeling. Ze heeft hierdoor weinig contact met medebewoners. Ze heeft veel last van bijwerkingen van haar depot ci-sordinol. 2. Dhr. Vuik heeft al jaren last van een chronische depressie met angstklachten. Hij moet gestimuleerd worden om uit bed te komen, hij heeft weinig energie, daarbij is hij erg bang om te vallen. Hij durft ook niet mee te gaan met het doen van boodschappen, hij is bang dat hij halverwege geen energie meer heeft. De laatste dagen heeft Dhr. Vuik heeft weinig eetlust, zegt zich niet lekker te voelen en hij heeft een vastzittende hoest . Het leek beter te gaan met dhr. maar vandaag zie je dat hij transpireert en er bleek uitziet, hij zegt dat hij zich ook erg warm voelt en niet goed kan ophoesten.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
101
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
3. Mevrouw Jansen een zorgvrager met chronische depressieve klachten, 80 jaar, woont op een afdeling voor oudere zorgvragers. Ze zit de gehele dag in haar stoel in het dagverblijf en het valt je op dat ze regelmatig onderuitgezakt in haar stoel zit te slapen. Als je haar vraagt of ze naar bed gebracht wil worden voor een rustuurtje weigert ze dit. Ze klaagt echter wel regelmatig over het feit dat zij slecht slaapt: “Ik slaap al jaren niet meer zuster”. De laatste tijd valt het de verpleging op dat ze wat vergeetachtig wordt en regelmatig haar tasje kwijt is, ze is dan helemaal van slag. Ook komt het voor dat ze het toilet niet kan vinden.
4. Kirsten Kramer 32 jaar, is een zorgvrager met een borderlinepersoonlijkheidsstoornis en opgenomen wegens een ernstige depressie. Ze is al langdurig in zorg en regelmatig opgenomen geweest. . Ze is sinds kort gestart met een hoge dosering antidepressiva, hier Heeft ze veel last van, ze voelt zich soms erg duizelig en heeft hoofdpijn. Ze heeft aangegeven niet mee te kunnen doen met het corvee, ze vindt trouwens dat de verpleging ook wel eens iets kan doen, ze drinken volgens haar wel erg lang koffie. Haar stemming kan snel omslaan en ze is dan overmatig vrolijk, maar een uurtje later zit ze weer helemaal in de put. Verder valt het op dat ze na een telefoontje van haar vriend erg gespannen is en soms zichzelf krast. Ze zegt hier niets aan te kunnen doen want “ ze heeft borderline”
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
102
BC BRANCHE GGZ 1415
9.3
Gevorderde fase 2
Psychopathologie: Chronisch psychiatrische zorgvrager metabool syndroom
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de verpleegkundige zorg m.b.t. het voorkomen en observeren van het metaboolsyndroom bij de zorgvrager beschreven Verzamelen van informatie Bestuderen van informatie over het thema, artikelen, sites theorielokaal Nabespreking in tweetallen en klassikaal 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) Keuze
Activiteit Je gaat uitzoeken wat het metaboolsyndroom inhoudt en hoe dit voorkomen kan worden Beantwoord de volgende vragen en werk deze schriftelijk uit : - Wat houdt het metaboolsyndroom in ? - Wanneer kan zich dit ontwikkelen bij een zorgvrager? - Welke verpleegkundige observaties zijn hierbij belangrijk? - Door middel van welke verpleegkundige begeleiding kun je de zorgvrager helpen om het metaboolsyndroom te voorkomen?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
103
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.16 Gesprek met een zorgvrager met een psychiatrisch ziektebeeld Resultaat Theorie Praktische voorbereiding Locatie Evaluatie Werkproces
Verplicht/keuze
Je hebt een begeleidingsgesprek uitgevoerd in een rollenspel Boek: ‘Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Vraag de docent of het mogelijk is om met een acteur te werken. School Ingevulde feedbackformulieren 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht, meerdere keren uitvoeren met verschillende ziektebeelden
Activiteit : Je gaat in een rollenspel een begeleidingsgesprek voeren met een zorgvrager waarbij je rekening houdt met de specifieke aandachtspunten Werkwijze : werk in 3 tallen. 1. Kies een casus uit een boek, van portaal 2.0 of kies een eigen casus. 2. Werk in ieder geval met de ziektebeelden die in B uitgewerkt zijn: - Eetstoornis - Angststoornis - Persoonlijkheidsstoornis - Somatoforme stoornis - Chronische aandoeningen - Schizofrenie en - Stemmingsstoornissen - Psychotische belevingen 3. Bestudeer nogmaals de aandachtspunten bij een zorgvrager met dit ziektebeeld of stoornis. 4. Bereid het gesprek voor, wat wil je gaan bespreken, wat is het doel van je gesprek? Denk aan het bespreken van de dagstructuur, het voorbespreken of evalueren van de dag of het corvee, een begeleidingsgesprek om te kijken hoe het met de zorgvrager gaat, het voor- of nabespreken van het weekendverlof of praten over hoe de zorgvrager om kan met zijn of haar emoties. Ieder ziektebeeld of problematiek betekent rekening houden met specifieke aandachtspunten.!!!! 5. Voer het gesprek uit en geef elkaar feedback. Wissel van rol en oefen met verschillende casussen en ziektebeelden. 6. Verwerk je feedback en neem je leerpunt mee naar een volgend gesprek.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
104
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.17 Chronisch psychiatrische zorgvrager omgaan met verlieservaringen. Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de verpleegkundige begeleiding van zorgvragers met chronische psychiatrische klachten en verlieservaringen in kaart gebracht Zorg dat je beschikt over het boek “Verplegen in de GGZ” Bestudeer uit je boek : Thema Verplegen van cliënten met een chronisch psychiatrische ziekte theorielokaal Nabespreking in tweetallen en klassikaal 1.4
Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) Keuze
Activiteit : Je gaat de aandachtspunten beschrijven voor de verpleegkundige begeleiding van een chronische zorgvrager met verlieservaringen Werk de volgende vragen en activiteiten uit en presenteer je bevindingen aan medestudenten: 1. Zoek of bedenk een casus van een zorgvrager met een chronisch psychiatrische ziekte en bedenk met elkaar welke verlieservaringen deze zorgvrager geleden heeft. (waar moet hij/zij over rouwen?) 2. Is er een verschil in verlieservaringen met de zorgvrager met een chronische somatische ziekte? 3. Welk gedrag bij de zorgvrager zou je kunnen observeren ? 4. Hoe zou je hier als verpleegkundige aandacht aan kunnen besteden?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
105
BC BRANCHE GGZ 1415
9.4
Gevorderde fase 2
Zorgvrager in de ambulante zorg I
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Keuze/verplicht
De student heeft kennis gemaakt en zich georiënteerd op de zorgvrager in de ambulante zorg Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.ypsilon.nl www.vereniginggeestdrift.nl http://www.keuzehulpen.nl/afkortingenlijst Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) Verplicht
Activiteit 1 Het oriënteren en kennismaken met diverse ambulante voorzieningen binnen de GGZ, door het uitzoeken van onderstaande begrippen. Zoek uit wat onderstaande begrippen/ afkortingen vanuit de psychiatrie betekenen. Geef in eigen woorden een beschrijving van de methodiek/ werkwijze: -
RIAGG ACT FACT IMR Outreachend Casemanagement GGZ steunpunten Acute dienst Zorgprogramma’s Zorglijnen Zorgketens Zorgnetwerken
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
106
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Activiteit 2 Het oriënteren en kennismaken met diverse ambulante voorzieningen binnen de GGZ, door het maken van een sociale kaart. Maak een sociale kaart van het ambulante zorg aanbod GGZ binnen Rotterdam en de regio van je BPV instelling. Kies daarvoor een specifieke doelgroep zoals ouderen, kind en jeugd, volwassenen, allochtone, of kies een specifiek ziektebeeld waarvoor je het zorgaanbod uitzoekt. Geef per instelling aan: - Voor welke doelgroep zij zorg aanbieden - Of zij onderdeel zijn van een grote instelling en welke dan - Wat de mogelijkheden zijn/ het zorgaanbod is - Wat de doelstellingen zijn - Hoelang de behandeling gemiddeld duurt - Welke disciplines er werken - Wat de rol is van de verpleegkundige Activiteit 3 Het oriënteren en kennismaken met een cliëntenbond binnen de GGZ. Maak onderstaande vragen en bespreek je bevindingen met een studiegenoot. Stel je vragen m.b.t. onduidelijkheden aan de docent. Ga naar www.clientenbond.nl en onderzoek daar de volgende vragen: 1. Wat is de cliëntenbond 2. Wat doet de cliëntenbond 3. Wat is hun visie 4. Wat zijn hun doelstellingen Ga naar www.clientenbond.nl en zoek (bij actueel) een artikel wat jouw aanspreekt. Bespreek in je coachgroep waar het artikel over ging en waarom jou dit zo aansprak.
Activiteit 4 Het oriënteren en kennismaken met de rol van een Patiënt Vertrouwens Persoon binnen de psychiatrie. Zoek een antwoord op onderstaande vragen. Maak hiervoor gebruik van de website: www.pvp.nl
1. 2. 3. 4. 5.
Wat is een PVP? Is een PVP voor ambulante of intramurale patiënten? Wat is de doelstelling van een PVP? Wat is de werkwijze van een PVP? Hoe kan een patiënt in contact komen met een PVP?
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
107
BC BRANCHE GGZ 1415
9.5
Gevorderde fase 2
Zorgvragers in de ambulante zorg II
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Keuze/verplicht
De student kan met behulp van een casus onderzoeken wat een ambulante zorgvoorziening kan bieden. Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” DSM-IV-TR Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.ypsilon.nl www.pandora.nl Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R) Keuze
Activiteit 1 Aan de hand van een casus ga je onderzoeken wat een ambulante instelling kan bieden voor een depressieve zorgvrager. Casus: Andrea de Groot is een getrouwde vrouw van 38 jaar. Zij hebben 3 kinderen ( 3,5 en 11 jaar). Andrea is verpleegkundige op een dialyse afdeling en werk 4 dagen. Zij vindt het werken daar prettig omdat ze vaak dezelfde zorgvragers terug ziet en ze daarmee een sterke relatie mee op kan bouwen. Ook de regelmaat van het werk vindt ze prettig omdat het goed past bij haar gezinssituatie. Wel zou Andrea meer verdieping in haar functie willen aanbrengen en heeft onderzoek daarbij haar interesse. De instelling heeft haar daarom aangeboden een nurse practitioner opleiding te gaan doen en daar is ze een half jaar geleden mee begonnen. Het valt Andrea erg zwaar om tijd vrij te maken voor haar studie, laat staat voor zichzelf. Ze stelt altijd al hoge eisen aan zichzelf en moet er erg aan wennen om ingeleverde stukken met veel feedback terug te krijgen. Ze zit vaak tot diep in de nacht achter haar computer. Hierdoor krijgt ze te weinig rust en slaap, maar voelt ze zich ook erg schuldig naar haar man en kinderen toe omdat ze die te weinig aandacht kan geven. Op het werk reageert ze regelmatig heel kortaf en is het collega’s opgevallen dat ze er mager en onverzorgd uitziet en steeds meer zaken vergeet. Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
108
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Als de toestand van een patiënt plotseling verslechterd weet Andrea niet te reageren en barst ze alleen in snikken uit. Later in een gesprek met haar manager komt naar voren dat ze enorme twijfels aan zichzelf heeft, geen plezier meer beleeft aan haar werk/ gezin en steeds vaker de gedachte heeft medicijnen van het werk mee te nemen om deze allemaal in te nemen. -
Zoek voor de depressieve zorgvrager binnen 3 verschillende settingen een behandeling. Geef aan in welke situatie je voor de betreffende setting zou kiezen. Geef aan wat de behandelmogelijkheden van deze settingen zijn.
Vervolg casus: Andrea de Groot heeft zich na het voorval op haar werk ziek gemeld en diezelfde dag nog een afspraak bij haar huisarts gemaakt. Deze huisarts heeft Andrea nog niet vaak op zijn spreekuur gehad voor haarzelf. Wel kennen ze elkaar van de keren dat Andrea met haar kinderen op consult was gekomen. Uit die contacten kent de huisarts Andrea als een opgewekte, realistische moeder. De huisarts vermoedt dat Andrea teveel hooi op haar vork heeft genomen en adviseert haar goed te gaan kijken hoe ze haar studie en gezin combineert. Hij raad haar aan daar psychologische ondersteuning bij te vragen en verwijst haar door naar de Fortagroep. De huisarts denkt wel dat er onderliggend een depressie meespeelt en schrijft ter ondersteuning Prozac voor. Dit is een antidepressiva. -
-
Zoek (internet) op wat de Fortagroep voor Andrea zou kunnen betekenen en formuleer een hulpvraag vanuit Andrea. Maak met je een aantal studiegenoten een flap-over over de Fortagroep. En vergelijk je bevindingen met een andere subgroep Kom met elkaar tot één hulpvraag voor Andrea.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
109
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
C2.18 Motiverende gesprekstechnieken in de GGZ Resultaat Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
Je hebt geoefend met (complexe) motiverende gesprekstechnieken aan de hand van een casus Zelf opzoeken op internet School Feedback middels feedbackformulier motiverende gespreksvoering (zie ondersteunend materiaal) 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en Stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K,M) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) Verplicht
Activiteit Oefen met het hanteren van (complexe) motiverende gespreksvoering aan de hand van een casus
Werkwijze 1. Bestudeer de theorie over motiverende gesprekstechnieken 2. Breng een casus in uit je eigen stage waarin je de zorgvrager moet motiveren om leefregels na te leven. Hierbij kun je denken aan het motiveren van een zorgvrager om medicatie in te nemen, deel te nemen aan activiteiten of het motiveren van een zorgvrager zich te wassen, uit bed te gaan, zich te houden aan een voorgeschreven dieet en dergelijke. 3. Voer in een rollenspel een motiverend gesprek met de zorgvrager. De verschillende fasen van verandering kunnen geoefend worden naar aanleiding van de casus. De casus kun je telkens aanpassen aan de fase van verandering. (dit kan fictief zijn of naar aanleiding van je ervaringen in de praktijk) 4. Als je dit onder de knie hebt en je wilt je nog meer ontwikkelen kun je verder oefenen met de meer complexe gesprekstechnieken, dit kun je lezen in de bijgevoegde theorie. 5. Aan het einde van de training schrijf je een reflectieverslag m.b.t. je gespreksvoering en formuleert indien nodig een leerdoel. Instructie bij het oefenen: Deze training voer je uit in een drietal. Een deelnemer speelt de verpleegkundige, een deelnemer speelt de zorgvrager, een deelnemer observeert aan de hand van een observatie lijst. De rollen worden telkens gewisseld, belangrijk is dat je een heleboel verschillende situaties oefent!!!
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
110
BC BRANCHE GGZ 1415
9.6
Gevorderde fase 2
Eetstoornissen discussie
Resultaat
Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft een discussie gevoerd naar aanleiding van stellingen mbt het verplegen van zorgvragers met een eetstoornis. Zorg dat je beschikt over het boek “verplegen in de GGZ” Eetstoornissen theorielokaal Nabespreking klassikaal 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R, V) Keuze
Activiteit : Je gaat in een groepje een discussie voeren n.a.v. uitspraken Discussieer in een groepje over de volgende uitspraken: 1. 2. 3.
De oorzaak van anorexia is dat de modebladen alleen extreem magere modellen laten zien. Mensen met Obesitas hebben ook een eetstoornis en moeten ook naar de psychiater. Als je afvalt reageert het lichaam door minder calorieën te gaan verbruiken, dus extreem lijnen heeft geen zin.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
111
BC BRANCHE GGZ 1415
9.7
Gevorderde fase 2
Psychopathologie eetstoornissen
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie Verplicht/keuze
De student heeft de verschillende vormen van eetstoornissen bestudeerd. Zorg dat je beschikt over het boek “verplegen in de GGZ” Eetstoornissen theorielokaal Bespreek de uitkomsten van de vragen plenair of met een groepje van 3-4 studenten 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (J, K, M) Keuze
Verpleegkundigen worden in de uitoefening van hun beroep geconfronteerd met zorgvragers die moeite hebben met hun eetpatroon. Sommige mensen eten te veel, anderen weer te weinig. Een eetstoornis is niet te veel of te weinig eten. Het is een complexer geheel. Zoek op wat wanneer er sprake is van een eetstoornis, en wanneer deze mensen opgenomen worden in de psychiatrie. Activiteit : Je gaat de 3 verschillende vormen van eetstoornissen bestuderen en geeft een presentatie aan medestudenten. 1. Bekijk de Video/ DVD: DVD: eetstoornissen Anorexia/boulimia, 606.3 Of DVD: Onze dochter eet niet, 606.3 of een andere video. - Beschrijf welke verschijnselen specifiek zijn voor een eetstoornis. - Wat lijkt je gemakkelijk of moeilijk in het omgaan als verpleegkundige met zorgvragers met een eetstoornis? - Vergelijk je antwoorden met een medestudent. 2. Lees uit je boek H “verplegen van cliënten met een eetstoornis” praktijksituatie 1 en beantwoord de vragen. 3. -
Sluit je aan in een subgroep en kies een van de volgende stoornissen. anorexia nervosa boulimia nervosa binge eating disorder ( BED)
Geef een presentatie over : de stoornis, de diagnostische kenmerken ( DSM4) oorzaken en beïnvloedende factoren behandeling en medische complicaties verpleegkundige zorg
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
112
BC BRANCHE GGZ 1415
9.8 Voedingsleer Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces Competenties Verplicht/keuze
Gevorderde fase 2
Verdiepingsopdracht eetstoornissen De student heeft de verdiepingsopdracht uitgevoerd over voeding en eetstoornissen Bestudeer het hoofdstuk over eetstoornissen in het boek “verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Boek: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” Je mag allerlei bronnen (naar keuze) raadplegen School Neem de uitwerking van deze activiteit mee naar de voedingsles 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) Verplicht
Activiteit 1 Activiteit Beantwoord aan de hand van casuïstiek de vragen over eetstoornissen bij psychiatrische zorgvragers Casus Marlies Marlies is 18 jaar, 1,64 meter lang en ze weegt 48 kg. Afgelopen jaar is ze economie gaan studeren in Amsterdam en woont op kamer in een studentenhuis. Het valt een aantal medestudenten op hoe mager ze de laatste tijd is geworden. Sommigen maken daar bezorgde opmerkingen over, maar Marlies wimpelt dat af met haar atletische bouw en een griepje. Het uitblijven van de menstruatie vindt Marlies wel handig. Tijdens feestjes komt ze bewust laat aan en neemt niets te eten. Of als ze in het studentenhuis gezamenlijk eten, zegt ze al op de faculteit gegeten te hebben. De laatste tijd gaat het minder goed met haar, ze is veel afwezig, in gedachten verzonken en trekt zich terug uit het studenten leven. Ze is perfectionistisch in haar studie. Bij 40 kg is de situatie onhoudbaar geworden. Ze stort in onderkoeld na een schaatstocht en wordt opgenomen op de PAAZ afdeling van een algemeen ziekenhuis. Voor het eerst erkent ze dat ze wat problemen heeft met eten, gewicht en laxeermiddelen; maar ze is het niet eens met de diagnose anorexia. Daar is ze immers veel te dik voor. Ze weet bij opname geen adres door te geven van vrienden of verwanten om de ziekenhuis opname aan door te geven. Haar ouders wil ze in elk geval niet informeren, want die maken zich al zorgen en zijn zo overtrokken en bemoeizuchtig volgens Marlies. 1. 2. 3. 4. 5.
Welke verpleegkundige diagnoses kun je allemaal stellen bij Marlies. Noem er minimaal 5: Welke behandelingen zal Marlies naar alle waarschijnlijkheid aangeboden krijgen en in welke volgorde verwacht je dat? Noem er minimaal 4: Sondevoeding is een mogelijke voedingstherapie bij anorexia, maar het heeft echt geen voorkeur in de situatie van Marlies. Welke voedingstherapie zal zij krijgen? In welke situatie zal sondevoeding wel de eerste keuze zijn bij anorexia? Hoe geef je de gewichtscontrole vorm als verpleegkundige. Beschrijf hoe je dat aanpakt.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
113
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
Casus Karin Karin is 37 jaar, 1,64 meter lang en weegt 48 kg. Ze heeft sinds haar tienerjaren anorexia. Verschillende opnames in het ziekenhuis heeft ze daarvoor gehad en een maal een opname in de Ursula kliniek in Wassenaar. Ze woont samen en is administratief medewerkster. Vlak voor het weekend heeft ze een vrijwillige opname op een PAAZ afdeling gevraagd in verband met de weer sterk naar voren tredende fobie voor korrelig voedsel. Ze geeft aan problemen met haar vriend te hebben. De anorexia heeft haar vrouwelijk figuur voor een groot gedeelte te niet gedaan. Ze veracht haar eigen lichaam en staart langdurig in de spiegel. Ze krijgt dan de neiging tot automutilatie. Met haar wordt in eerste instantie een vloeibare voeding afgesproken om haar weer aan het eten te krijgen. In een later stadium zal worden gestart met eettherapie. In de groep waarin ze is geplaatst, irriteert ze de andere groepsgenoten, omdat ze zo vies met eten om gaat. Ze ontleedt het eten bijna. Het blijft moeilijk met Karin in een groep, omdat ze zich niet volledig aan de afspraken houdt en ze verzint voortdurend uitvluchten op een manier waar moeilijk de vinger achter te krijgen is. Ze kan niet goed beschrijven wie ze zelf is. Op een dag gaat ze op controle bij een diëtist en keert niet meer terug op de afdeling. Via de SEH wordt ze uiteindelijk weer binnengebracht, na een sprong vanaf het viaduct van de snelweg. Karin overleeft deze TS en gaat nu ook nog hiervoor revalideren. 1. Welke verpleegkundige diagnoses kun je bij Karin stellen. Noem er minimaal 7 2. Welke behandelingen zal Karin naar alle waarschijnlijkheid aangeboden krijgen en in welke volgorde verwacht je dat? Noem er minimaal 4 3. Beschrijf wat eettherapie is. 4. Maak een verpleegplan voor Karin en beschrijf de verpleegkundige zorg. Casus Jannie Jannie is 56 jaar, 1, 70 m lang en weegt 70 kg. Jannie heeft ongeveer 5 keer per maand last van vreetaanvallen. Ze zoekt dan een rustig moment uit, doet de nodige inkopen ervoor en als het onvermijdelijke gevoel van vreten toeslaat, eet ze grote hoeveelheden voedingen schemertoestand. Daarna voelt zij zich neerslachtig, misselijk en braak meestal een groot gedeelte weer uit. Jannie voelt zich dan ziek en het liefste eet ze dan voor een langere periode niet, maar dat lukt haar niet, omdat het gevoel van een vreetaanval zich dan alweer aan haar opdringt. Soms gebruikt ze laxantia. Jannie heeft onvrede over haar uiterlijk en gewicht. Nu is dat niet iets van de laatste tijd. Eigenlijk is ze al haar hele leven bezig met lijnen met wisselende resultaten. Zij wordt begeleid d.m.v. gedragstherapie in een zelfhulpgroep in verband met Boulimia Nervosa. Zij moet een eetdagboek bijhouden. Daarop vult ze in alles wat ze eet en drinkt , wanneer en in welke hoeveelheden, hoe ze zich op dat moment voelde. 1. 2. 3. 4. 5.
Welke verpleegproblemen kun je uit deze casus halen? Noem er minimaal 3 Beschrijf wat een schemertoestand is Wat is het doel van een eetdagboek voor een zorgvrager? Wat is het doel van een eetdagboek voor de psychiatrisch verpleegkundige? Hoe gaat gedragstherapie in zijn werk bij Boulimia Nervosa. Beschrijf zo concreet mogelijk wat er gaat gebeuren
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
114
BC BRANCHE GGZ 1415
C2.19
Gevorderde fase 2
Eetstoornissen begeleidingsgesprek
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Verplicht/keuze
De student heeft tijdens een rollenspel een begeleidingsgesprek gevoerd met de ouders van een zorgvrager met een eetstoornis Zorg dat je beschikt over het boek “verplegen in de GGZ” Eetstoornissen theorielokaal 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M) keuze
Activiteit: Je gaat in een rollenspel een begeleidingsgesprek voeren met ouders van een zorgvrager met een eetstoornis. Sluit je aan bij een subgroep. Werk de competentieopdrachtuit die beschreven staat in je boek, Hoofdstuk: verplegen van clienten met een eetstoornis. Indien het mogelijke is maak je gebruik van een acteur. Oefen in groepjes van 4 en geef elkaar feedback op het inzetten van de juiste gesprekstechnieken. Degene die de rol van de verpleegkundige uitvoert geeft van te voren aan waar hij/zij feedback op wil.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
115
BC BRANCHE GGZ 1415
9.9
Gevorderde fase 2
Zorgvrager met een aandoening naar keuze
Resultaat Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Keuze/verplicht
De student heeft zich georiënteerd op diverse ziektebeelden Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” DSM-IV-TR Zorg dat je beschikt over het sjabloon verpleegplan opstellen, zakboek verpleegkundige diagnose en/of verpleegkundige diagnose in de psychiatrie (Townsend) www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.ypsilon.nl www.pandora.nl Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) Keuze
Activiteit 1 Het oriënteren op diverse stoornissen binnen de psychiatrie en het zoeken van verdieping bij een stoornis naar keuze.
Hieronder vindt je een opsomming van stoornissen die nog niet aan de orde zijn gekomen. Ga eerst eens na of je een stoornis herkent en of je in eigen woorden aan kunt geven wat het in zou kunnen houden. Zoek op internet/ youtube naar filmpjes ter beeldvorming Vergelijk jouw antwoorden met een studiegenoot. Kies daarna 1 of meerdere stoornissen uit waarbij je activiteit 2 gaat maken.
Keuze stoornissen: - ADHD; aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit - ADD; aandachtstekortstoornis zonder hyperactiviteit - Stoornis van Gilles de la Tourette - Stoornis van Asperger - Autistische stoornis - PDD-NOS - Paniekstoornis - Acute stress stoornis Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
116
BC BRANCHE GGZ 1415
-
Gevorderde fase 2
Post traumatische stress stoornis (PTTS) Fobie Obsessief/compulsieve stoornis Dissociatieve amnesie Dissociatieve identiteit stoornis (DIS) Depersonalisatiestoornis Seksuele disfuncties Exhibitionisme Fetisjisme Pedofilie Genderindentiteitstoornis Narcolepsie
Activiteit 2 Werk de gekozen stoornis (sen) uit aan de hand van onderstaande vragen.. -
Symptomen (in DSM IV-R): o Ga in de literatuur na welke symptomen en criteria er bij de stoornis horen
-
Is de stoornis een onderdeel van een groep?
-
Welke stoornissen vallen dan nog meer onder diezelfde groep?
-
Oorzaken: o Welke oorzaken kunnen aanleiding zijn/ bijdragen tot het ontwikkelen van de stoornis
-
Crisisinterventie en chroniciteit: o Is de stoornis acuut optredend of ontwikkelt deze zich geleidelijk? o Is de stoornis kortdurend, eenmalig of is het een chronische stoornis?
-
Onderzoeken voor diagnostiek: o Welke onderzoeken kunnen worden ingezet voor het stellen van de diagnose? o Wat is de voorbereiding, uitvoering en nazorg van de mogelijke onderzoeken? o Door wie (discipline) worden deze onderzoeken gedaan?
-
Behandeling en resocialisatie/rehabilitatie: o Welke mogelijkheden zijn er voor de behandeling? o Is de behandeling intramuraal of extramuraal? o Welke behandelaars/ disciplines zijn hierbij betrokken? o Wat is de verpleegkundige bijdrage hierbij? o Hoe ziet het resocialisatie/ rehabilitatietraject eruit? o Wie zijn er bij het resocialisatieproces betrokken?
-
Complicaties van de stoornis op langere termijn: o Welke gevolgen heeft de stoornis voor het leven van de zorgvrager op psychische, sociaal en lichamelijk gebied. Denk hierbij bijvoorbeeld aan: Rol van de stoornis binnen het gezin Financieel aspect Gevolgen voor werk Verlies van gezonde functies Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
117
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
-
Mogelijke (standaard) zelfzorgtekorten en verpleegproblemen: o Ga de 11 patronen van Gordon langs en kijk per patroon waar mogelijke zelfzorgtekorten optreden. o Formuleer per zelfzorgtekort welke verpleegproblemen daarbij aan de orde zijn o Benoem per verpleegprobleem de passende verpleegkundige interventies
-
Basiszorg: verpleegdoelen/ verpleegkundige interventies/ evaluatie: o Kies 1 verpleegprobleem uit en maak hiervoor een verpleegplan. Formuleer de verpleegkundige diagnose volgens de PES, het doel volgens de RUMBA eisen, geef zoveel mogelijk interventies die bijdragen het doel te bereiken. Evalueer product en proces.
-
Preventieve aandachtspunten: o Ga op zoek naar preventieve middelen/ hulpmiddelen
-
Medicijnen: o Welke medicijnen kunnen ter ondersteuning of behandeling worden voorgeschreven? o Onder welke groep vallen deze medicijnen? o Wat is de werking? o Wat zijn de bijwerkingen? o In welke vorm wordt dit medicijn verstrekt? o Wat zijn de gevolgen voor de zorgvrager van deze medicijnen? o Hoelang moeten deze medicijnen worden gebruikt?
-
Leefregels: o Aan welke leefregels moet de zorgvrager zich houden? o Waarom is dit noodzakelijk?
-
Juridische aspecten: o Zoek eens uit of er juridische aspecten een rol spelen bij deze aandoening; denk hierbij aan een RM, een voorlopige machtiging, dwangbehandeling etc. leg ook uit wat dat dan betekend.
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
118
BC BRANCHE GGZ 1415
Gevorderde fase 2
9.10 Aandoening naar keuze; specifieke doelgroepen Resultaat
De student heeft zich georiënteerd op diverse doelgroepen binnen de psychiatrie Neem je boek (en) mee, zorg dat je de beschikking hebt over een computer. Boeken: “Verplegen in de geestelijke gezondheidszorg” www.trimbos.nl www.platformggz.nl www.ggz.startpagina.nl www.verpleegkundepsychiatrie.nl www.ypsilon.nl www.pandora.nl Theorielokaal/studieruimte/ thuis Bespreek de antwoorden met een medestudent en breng eventuele vragen en onduidelijkheden naar voren bij de docent. 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op (A, D, H, J, K en M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden (E, F, J, K, R en V) Keuze
Praktische voorbereiding Theorie
Locatie Evaluatie Werkproces competentie
Keuze/verplicht Activiteit 1
Het oriënteren op diverse doelgroepen binnen de GGZ, zoals forensische psychiatrie, transculturele (=allochtone) psychiatrie, kind en jeugdpsychiatrie, ouderenpsychiatrie. Psychiatrische stoornissen zijn universeel. Er wordt ervan uitgegaan dat psychiatrische stoornissen zich dus voordoen in alle culturen, in alle lagen van de bevolking, wereldwijd. Toch zijn er verschillen en cultureel bepaalde bijzonderheden zoals andere normen voor (on) gewone ervaringen en gedragingen. Dit kan verschillen geven in uitingsvorm en daardoor ook in interpretatie. 1. Oriënteer je op deze doelgroep door onderstaande begrippen uit het schema te verklaren. Begrip
Forensische psychiatrie Pro justitia deskundigheidsonderzoek Tbs maatregel
Transculturele psychiatrie Integratie
Kind en jeugd psychiatrie Wet op de jeugdzorg
Ouderen psychiatrie psychogeriatrie
Stigmatisering
Bureau jeugdzorg
OntoerekeningsVatbaarheid Triple-onderzoek
Socialisatie
De afkorting: ZAT
Ik cultuur
Regionale expertise centra
Gerontopsychiatrie Chronische psychiatrie De afkorting GAAZ
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
119
BC BRANCHE GGZ 1415
Begrip
Gevorderde fase 2
Forensische psychiatrie Inadequate coping
Transculturele psychiatrie Wij cultuur
Daderprofiel Prevalentie
Allochtoon Verschillen in klachtenpresentatie Visie op transculturele psychiatrie Sunrise model van Leininger Winti cultuurspecifieke waarden: schaamte/erecode Taalbarrière
Delictgevaar
Risicotaxatie Recidivepreventie Zelfregulatie
Externe Supervisie Bevelshuishouding contrabande Dubbele doelstelling
Kind en jeugd psychiatrie Ontwikkelings Gerelateerde problemen loyaliteitsconflict Oppositioneel gedrag Splitting
Ouderen psychiatrie Autonomie
Token economy
Verlieservaring
Leeftijdsadequaat Sociotherapie
Zingeving Regressie
Systeem behandeling
Rigiditeit
Multi problematiek
Vergrijzing Levensfaseproblematiek Claimend gedrag
Leeftijdscircuit
Ziekte inzicht Familie participatie Cultuur bepaalde hiërarchie Kwartier maken
2. Ga per doelgroep na welke psychiatrische stoornissen/ ziektebeelden er onder vallen. 3. Zoek op welke instellingen zorg aanbieden voor deze zorgcategorieën specifiek. 4. Ga per doelgroep de gezondheidspatronen na en inventariseer welke specifieke verpleegproblemen je tegen kunt komen, die heel bepalend zijn voor de zorgcategorie 5. Zoek daarbij specifieke verpleegkundige interventies 6. Welke verpleegkundige aandachtspunten spelen een rol in de begeleiding van deze specifieke doelgroep
Albeda College branche Gezondheidszorg Opleiding tot Verpleegkundige
120