ONDERWERPEN MASTERPROEVEN
COMWET 2010-2011
LIJST MASTERPROEVEN COMMUNICATIEWETENSCHAPPEN 2 0 10 – 2 0 11 ALFABETISCHE LIJST PROMOTOREN Prof. Dr. D’HAENENS, Leen Assessoren: Joyce Koeman Hatim El Sghiar Anna van Cauwenberge Prof. Dr. DE COCK, Rozane Assessor: Maarten Corten Prof. Dr. DE GROOFF, Dirk Prof. Dr. DE MEYER, Gust Assessoren: Wannes Ribbens Yves Van Rompaey Prof. Dr. EGGERMONT, Steven Assessoren: Laura Vandenbosch Ine Beyens Dr. ENGELEN, Leen Dr. GEERTS, David Prof. Dr. HESLING, Willem Assessor: Yves Van Rompaey Dr. LEFÈVRE, Pascal Prof. MERTENS Stefan Prof. Dr. NEELS, Leo Dr. OPGENHAFFEN, Michaël Prof. Dr. ROE, Keith Assessor: Mariek Vanden Abeele Prof. Dr. Tim Smits Assessor: Christine Defever Prof. Dr. VAN DEN BULCK, Jan Assessoren: Kathleen Custers Astrid Dirikx Dr. Kathleen Beullens Prof. Dr. VAN GORP, Baldwin Assessor: Maarten Corten Prof. VANDEWINKEL ROEL
D’HAENENS, LEEN
[email protected] 1. EU-kids online: online kansen en bedreigingen door de ogen van Vlaamse jongeren en hun ouders, in vergelijking met Nederlandse jongeren en hun ouders (dataset EU Kids Online II beschikbaar, gloednieuwe data verzameld in 2010, klaar voor analyse). 2. EU-kids online: online kansen en bedreigingen door de ogen van Vlaamse jongeren en hun ouders, jongens en meisjes onderling vergeleken (dataset EU Kids Online II beschikbaar, gloednieuwe data verzameld in 2010, klaar voor analyse). 3. EU-kids online: online kansen en bedreigingen door de ogen van jongeren en hun ouders, in welke mate is etnisch-culturele afkomst een voorspeller? (dataset EU Kids Online II beschikbaar, gloednieuwe data verzameld in 25 landen in 2010, klaar voor analyse). 4. Flat Earth News: hoe is het gesteld met het bronnengebruik in de Vlaamse nieuwsmedia? (inhoudsanalyse, bestaand instrument, tweede meting, specialisatie mogelijk, bijv. economisch nieuws, politiek nieuws, zgn. ‘kwaliteitskranten’ vs. ‘populaire’ kranten). 5. Veranderende relaties van het Koninkrijk Nederland met de Nederlandse Antillen: Het beeld van Nederland in de pers van Curaçao (onderdeel van lopend doctoraatsonderzoek, inhoudsanalyse, instrument voorhanden). 6. Flat Earth News: hoe is het gesteld met de kwaliteit van de Vlaamse nieuwsmedia? (inhoudsanalyse, bestaand instrument). 7. De ombudsman en het redactiestatuut: adequate verantwoordingsmechanismen in de journalistiek? Reacties en ervaringen vanuit het professionele werkveld in Vlaanderen. (eliteinterviews, documentenanalyse, uitmondend in aanbevelingen voor beleid). 8. De transitie naar digitale proposities in de krantenindustrie: onderzoek naar de betalingsbereidheid van consumenten (Nederlandse surveydata voorhanden, verzameld voorjaar 2010, secundaire analyse van data verzameld door PricewaterhouseCoopers Nederland, opzetten van vergelijkbaar onderzoek onder bijv. jongeren in Vlaanderen is mogelijk). 9. Nieuwe digitale diensten bij de VRT en de NPO: ‘Public Value Test’-proof? (beleidsanalyse van publieke waarde en eventuele mate van marktverstoring van nieuwe diensten bij Vlaamse en Nederlandse publieke omroep, een vergelijking). 10. Worden Bart de Wever en de N-VA gediaboliseerd in de Franstalige Belgische kranten (Le Soir, La Libre Belgique)? (inhoudsanalyse, n.a.v. de recente gecontesteerde uitspraak van Prof. Vuye van de universiteit van Namen, methodiek vergelijkbaar met bestaande studie rond beeld Pim Fortuyn in de Nederlandse kranten). 11. “De Nederlandse kranten hebben Wilders in het zadel geholpen”: terecht of niet?, recente uitspraak n.a.v. de Nieuwsmonitor. (inhoudsanalyse, frame-analyse, selectie van nieuwsartikelen voorhanden via de Nederlandse Krantenbank).
3 assessoren i.s.m. Leen d’Haenens: Joyce Koeman, Hatim El Sghiar en Anna van Cauwenberge KOEMAN, JOYCE
[email protected] 12. Communiceren met een cultureel divers publiek: de overtuigingskracht van directe en indirecte communicatiestijlen in persuasieve communicatie (experimenten). 13. Communiceren met een cultureel divers publiek: de overtuigingskracht van instrumentele en affectieve communicatiestijlen in persuasieve communicatie (experimenten). 14. Communiceren met een cultureel divers publiek: de overtuigingskracht van persoonlijke en contextuele communicatiestijlen in persuasieve communicatie (experimenten). 15. Communiceren met een cultureel divers publiek: de overtuigingskracht van beknopte en bloemrijke communicatiestijlen in persuasieve communicatie (experimenten). EL SGHIAR, HATIM
[email protected] 16. De relatie tussen functionele identificatie en media- en nieuwsgebruik bij 20 Marokkaanse en Turkse gezinnen in Vlaanderen: kwalitatieve analyse op basis van bestaand interviewmateriaal. 17. De relatie tussen normatieve identificatie en media- en nieuwsgebruik bij 20 Marokkaanse en Turkse gezinnen in Vlaanderen: kwalitatieve analyse op basis van bestaand interviewmateriaal. 18. De relatie tussen emotionele identificatie en media- en nieuwsgebruik bij 20 Marokkaanse en Turkse gezinnen in Vlaanderen: kwalitatieve analyse op basis van bestaand interviewmateriaal. 19. Parents versus peers: de rol van ouders en leeftijdsgenoten in media- en nieuwsvoorkeuren bij 20 Marokkaanse en Turkse gezinnen in Vlaanderen: kwalitatieve analyse op basis van bestaand interviewmateriaal. 20. News time: Nieuwsconsumptie en nieuwsvoorkeuren bij 20 Marokkaanse en Turkse gezinnen in Vlaanderen: kwalitatieve analyse op basis van bestaand interviewmateriaal. 21. Amusing ourselves to death: fictie en entertainment consumptie en voorkeuren bij 20 Marokkaanse en Turkse gezinnen in Vlaanderen: kwalitatieve analyse op basis van bestaand interviewmateriaal. VAN CAUWENBERGE, ANNA
[email protected] 22. Nieuwe media, nieuwe gewoonten? De rol van habit in de nieuwsconsumptie van jongeren (focusgroep + survey) 23. Ontwikkeling van mediagewoonten: de rol van interne en externe stimuli bij nieuwsmediaconsumptie. (focusgroep + survey)
DE COCK, ROZANE
[email protected] 1. I-pad en nieuwsgebruik. Onderzoek bij early adopters in Vlaanderen. (Verschillende benaderingen en dus verschillende studenten met dit onderwerp mogelijk. Kwantitatieve en/of kwalitatieve benadering mogelijk). 2. In het jaar des Heren 2008 - 2010: de kerk in het nieuws. (Verschillende benaderingen en dus verschillende studenten met dit onderwerp mogelijk: bij voorkeur in kranten, opdeling en verdeling tussen bv populaire, kwaliteits- en regionale kranten mogelijk tussen verschillende studenten, tv-journaal kan ook of bv kwalitatieve framebenadering). 3. De andere kant van het scherm. Analyse van lezersreacties op online nieuwssites. (Verschillende benaderingen en dus verschillende studenten met dit onderwerp mogelijk. Bv opdeling naar thema, zoals bv misbruik in de kerk en commissie Adriaenssens, of regeringsvorming, of vergelijking tussen types kranten. Andere insteek: wie zijn die lezers die reageren op nieuwssites, gaat het telkens om dezelfde mensen, hoe ziet hun sociodemografisch profiel eruit? ). 4. Nieuwsverspreiding via sociale netwerksites onder studenten. (Kwantitatieve studie: survey bij studenten). 5. Partnergeweld in het nieuws. (Kwantitatieve en/of kwalitatieve inhoudsanalyse van kranten, verschillende benaderingen en dus verschillende studenten met dit onderwerp mogelijk.). 6. Slaapwelkus op het scherm: contact tussen ouders op buitenlandse missie en kinderen via nieuwe media. (Verschillende benaderingen en dus verschillende studenten met dit onderwerp mogelijk videochat skype, mail, SNS, …. Kwantitatieve en kwalitatieve benadering mogelijk). 1 assessor i.s.m. Rozane De Cock: Maarten Corten CORTEN, MAARTEN
[email protected] 1. Is de geloofwaardigheid van een nieuwsmerk mediumspecifiek? Insteek: persbericht (6/12/2009) Brandhome: “medium speelt geen rol bij geloofwaardigheid van een mediamerk” Mogelijke vraag: • Wat is de invloed van methodologie? op basis van het onderzoeksrapport lijkt er aan één sample alle nieuwspublicaties te zijn voorgelegd: dus één persoon beoordeelt De Standaard en daarna De Standaard Online. Misschien zijn de resultaten vertekend doordat respondent consistent (wilden) antwoorden. (Experiment: survey in verschillende condities om het effect te testen van de gebruikte methodologie op de geloofwaardigheid van een merk)
2. Twee maten, twee gewichten? Kwaliteitseisen naargelang het nieuwsthema Insteek: Opiniestuk Tom Naegels: “Het is geen toeval dat het bij de stunts met de verzonnen berichten meestal om licht nieuws gaat: rare studies, societynieuwtjes, opvallende gebeurtenissen, liefst ver weg. Dat heeft te maken met een hiërarchie tussen genres, een afspraak tussen krant en lezer: we zullen u informeren, maar we gaan u ook verstrooien. We bieden u 'een goeie mix' tussen ernst en ontspanning, tussen hard nieuws en leuke weetjes. En in die laatste categorie nemen we het niet zo nauw met onze eigen richtlijnen over relevantie, nieuwswaarde, check en dubbelcheck. U weet dat, wij weten dat. U vindt dat niet erg, wij ook niet. De boog kan niet altijd gespannen staan. Anders zou u de krant niet meer lezen, ook al beweert u dat u enkel écht nieuws wil.” Mogelijke vragen: • Welke verwachtingen hebben nieuwsconsumenten tegenover verschillende nieuwsthema’s wat betreft kwaliteitsnormen in nieuwsgaring? Vinden ze correctheid of transparantie in luchtige berichtgeving minder belangrijk dan bij ‘serieuze’ berichtgeving? (kwantitatieve survey of kwalitatief: focusgroep) • Heeft het publiek strengere kwaliteitseisen en verwachtingen tegenover luchtige thema’s bij kwaliteitsmerken dan bij populaire merken? (experiment: survey in condities) • Hebben journalisten rond ‘luchtige topics’ andere kwaliteitseisen inzake nieuwsgaring dan hun collega’s? (kwantitatief: survey/kwalitatief: diepte-interviews) • Zijn de kwaliteitseisen van de nieuwsconsument mediumspecifiek? 3. News values 2.0: het effect van sociale media op nieuwswaarden Insteek: Eén van de drijvende krachten achter nieuwswaarden is wat de nieuwsconsument, althans volgens de journalist, graag leest/ziet/hoort. Veel hangt dus af van hoe de nieuwsconsument het product gebruikt of hoe de journalist denkt dat de consument die zal gebruiken. Met de komst van sociale media kan een nieuwsconsument nieuwsberichten delen met zijn netwerk. Mogelijke vragen: • Welke elementen van het nieuwsbericht spelen een rol bij de beslissing van de nieuwsconsument om een nieuwsbericht te delen? Leunen deze criteria dichter aan bij de nieuwswaardentheorie of bij buzz marketing (zelfpromotie:’ik deel, dus ik ben’)? (Kwalitatief: focusgroep, interviews over beweegredenen / survey: keuze geven om een nieuwsberichten met verschillende elementen te delen) • Volgens welke criteria kiezen/creëren online journalisten nieuwsberichten? Verschillen deze criteria met journalisten uit de traditionele media? Leunen deze criteria dichter aan bij de nieuwswaardentheorie of bij buzz marketing? (Kwalitatief: diepte-interviews (online) journalisten) • 4. Effect van verschillende soorten taalfouten op geloofwaardigheid geschreven nieuwsbericht Insteek: een mogelijke opdeling van fouten in geschreven nieuws is: toevallig/structureel, en taal/inhoud. • Toevallig taal: vb. typefouten, dubbele zinnen, lay-out... • Structureel taal: vb. spelfouten, punctuatie, grammatica,... • Toevallig inhoud: vb. verkeerde partijnaam bij politicus
• Structureel inhoud: vb. foutieve informatie Mogelijke vragen: • Welke soort fouten komt het vaakst voor (in welk medium)? Inhoudsanalyse • Aan welke soort fouten stoort de nieuwsconsument zich het meest? Verlaagt de geloofwaardigheid van artikel, nieuwsmerk? (experiment) • Verdragen nieuwsconsumenten meer fouten in online dan in print? (experiment of kwantitatieve survey)
DE GROOFF, DIRK
[email protected] 1. Het internet als politiek/sociaal wapen. 2. De impact van internettelevisie op de klassieke omroep. 3. De impact van e-mail op klassiek postverkeer. 4. Het gebruik van internet door preschoolers.
DE MEYER, GUST
[email protected] 1. Videogames Apple (met de iPod touch, iPhone en iPad) als nieuwe speler op de markt van handheld gaming Muziekgames (guitar-simulatie) Wii en fitness. Collins, K. (2008) From Pac-Man to pop music: interactive audio in games and new media. (Ashgate) Rating (PEGI-rapport) / Effect van rating op aantrekkelijkheid van games (Onderzoek Univ A’dam; De Morgen 15.4.2008) Informatieve spellen/educatieve spellen (Communicatie 12 (7/8) 2006 - J.P. Gee: What videogames have to teach us about learning and literacy) (DM 20.9.07) Majors en independents/global en lokaal in de gamesindustrie (DM 22.6.2006) Advergaming Erotiek en games Minder dan 30% van de games wordt uitgespeeld (MCV 29.04.2005) e-toerisme: : http://www.yourtour.com/TourPlanner/index.aspx e-kleding: http://mimicme.nl/countdown/ 2. Muziek(industrie) MUZIEK BIJ RITUELEN en in het DAGELIJKS LEVEN: Huwelijksceremonie Verjaardagsfeest Kinderfeest Etentje thuis/Bezoek ontvangen thuis/Vriend/vriendin ontvangen Slaapliedjes Onder de douche Zingen onder de douche (DM 31.8.2007) Bij karweitjes thuis
Feestje op werkvloer Tijdens vakantie/zomerhits; tijdens de eindejaarsfeesten; wakker worden Concentratie muziekindustrie en culturele diversiteit van muziek: vervolgonderzoek Karaoke (Rob Drew, Karaoke Nights: An Ethnographic Rhapsody, 2001) Zal volgende generatie ouderen tevreden zijn met ‘Rimpelrock’? Het succes van meezing-festiviteiten Michael Jackson: de dood van de King of Pop This beat is elektronic: Belgische pioniers in de elektronische dansmuziek 50 jaar ‘Kind of Blue’: de invloed van Miles Davis’ meesterwerk op de (jazz)muziek Adieu auteursrecht, vaarwel culturele conglomeraten (Smiers, Van Schijndel) Populaire muziek en geweld (Johnson, Cloonan, Dark side of the tune/ http://msumera.blogspot.com/2009/08/blog-post.html Popmuziek in reclame (Klein, As heard on tv: popular music in advertising) Lichaamsonderdelen in songs (fleshmap.com) Liefhebbers van metal en klassiek hebben veel gemeen (DM 6.9.2008) The Moby Quotient: analyse van authenticiteit Vlaamse pop in Wallonië en Waalse pop in Vlaanderen (Focus Knack 23.1.2008) Bands and brands (Weekend 16.01.2008) Authenticiteit in (Vlaamse) popmuziek (Barker & Taylor: Faking it, the quest for authenticity in popular music) Islam en rockmuziek (De Morgen 6.8.2007) Netwerkanalyse (acts, of genres, … in recensies) Analyse act: Machin, D., Analysing Popular Music, Image, sound, text, 2010, Saga 3. Populaire cultuur Mode en maatschappij (trends; Gaus) Culinaire festivals (Antwerpen Proeft, Hapje Tapje in Leuven etc.) First Ladies & royalty als mode- en stijliconen (Carla Bruni, Grace Kelly, Michelle Obama, Lady Diana, Jacqueline Kennedy etc.) Top Gear: waarom spreekt dit autoprogramma zoveel vrouwen aan? Analyse van de tv-serie 24: seizoenen 1 – 2 – 3 Analyse van de tv-serie 24: seizoenen 4 – 5 – 6 Analyse van de tv-serie 24: tv-film Redemption + seizoenen 7 – 8 Doe het zelf-porno online (Attwood, F., Porn.com / Boyle, K., Everyday pornography) Kortstondig succes in talentenjachten Verzamelen (Shuker, Roy, Wax trash and vinyl treasures: Record collecting as a social practice. Ashgate, 2010-06-11 /http://www.princessehof.nl/container/additional/onderzoek_ned_ker_verz_07.pdf (keramiek) Geek Chic; Smart women in popular culture (Inness, S.) (On)sterfelijke iconen van de popcultuur (Knack Extra 2-3 juli 2009: Michael jackson) Van subcultures, over scenes, neo-tribes, postcultures tot milieu’s (Peter Webb, Exploring the networked worlds op popular music (2007) Borkowski-quotiënt: duur van beroemdheid Consumer culture (Sassatelli, R., 2007): toepassen op een domein Uw auto past bij u (De Morgen 4.7.2006/By car: carrying modern society (Jukka, Warde: Ordinary consumption) Hoe wordt de tijd ingevuld tussen tv-programma’s (vergelijking Vlaamse zenders) Recyclage-TV (heruitzendingen) Rotonde-kunst (beelden op verkeerswisselaars)
Johnson S. ‘Everything bad is good for you’: analyse complexiteit: toepassing op Vlaanderen/ België Food and cultural studies (Bob Ashley, e.a.) Toerisme (Meethan, K. Tourism in global society) The fashion business (White, N.) Frieten versus pitta: de snelle hap in een globaliserende wereld / Frietcultuur Researching children’s popular culture (Mitchell, C., Reid-Walsh, J.) Televoting: populistisch referendum? Pixar Animation Studios (vanuit het perspectief van de popcultuur: de films als basis voor themapark-attracties, merchandising, verzamelkaarten etc.) Cartoon-series voor een volwassen publiek (The Simpsons, South Park, American Dad) Assessoren i.s.m. Gust De Meyer: Wannes Ribbens, Yves Van Rompaey
RIBBENS, WANNES
[email protected] 1. Games in jeugdinstellingen: Exploratief onderzoek naar de gratificaties 2. (Sport)Games en topsporters 3. De aantrekkingskracht van gewelddadige games 4. De link tussen eigen ervaring met misdaad en de perceptie van games 5. America’s Army: culturele verschillen in de perceptie en aanpak van het spel 6. Geschiedenis, invloed en impact van spelstatistieken, achievements, trophies op games, gamers en spelbeleving Meer info over het onderwerp en werkwijze via afspraak.
VAN ROMPAEY, YVES
[email protected]
EGGERMONT, STEVEN1
[email protected] 2 assessoren i.s.m. S. Eggermont: Ine Beyens² en Laura Vandenbosch³
[email protected] [email protected] A. Mediagebruik van adolescenten1 (kwantitatief survey-/dagboekonderzoek, dataverzameling met meerdere studenten) 1. De privatisering en compartimentalisering van het mediagebruik: weet iemand nog waar jongeren naar kijken? 2. Problematisch mediagebruik: een descriptieve aanpak 3. Problematisch mediagebruik: de visie van adolescenten 4. Eigen suggesties B. Strings voor negenjarigen?! Wordt het kind-zijn geseksualiseerd?1
5. Het aanbod van ‘geseksualiseerde’ producten voor kinderen: een winkelstraatonderzoek (kwantitatieve inhoudsanalyse) 6. Het aanbod van ‘geseksualiseerde’ producten voor kinderen: een analyse van reclameboodschappen (kwantitatieve inhoudsanalyse) 7. De seksualisering van het kind-zijn: een exploratieve effectstudie bij pre-adolescenten (kwantitatief survey) C. Seksualiteit, romantiek en media in de adolescentie 8. Het Temptation Island effect: Media-inhouden als aanleiding voor praten over seks1 (Kwantitatief of kwalitatief naar keuze) 9. Praten met ouders over seks: van restrictief naar wederkerig?1 (Kwantitatief survey) 10. Mediagebruik en seksueel gedrag in de ‘grootstad’: tekenen van het Nederlandse fenomeen in Vlaanderen?1 (Kwantitatief survey) 11. De Twilight-hype in Vlaanderen: Een onderzoek naar het verband tussen de consumptie van Twilight-boeken/films en romantische attitudes van Vlaamse tienermeisjes³ (Experiment of survey) 12. Chatten als seksueel experimenteel gedrag? Een onderzoek naar het gebruik van de site Chatroulette en seksuele houdingen en gedragingen van adolescenten³ (Kwantitatief survey) 13. Motieven en gebruik van seksueel-georiënteerde televisie en internet in de adolescentie: een kwalitatief onderzoek³ (Focusgroepdata verzameld in 2010 beschikbaar) 14. De rol van seksuele initiatie als moderator voor de relatie tussen mediagebruik en seksuele attitudes³ (Surveydata verzameld in 2010 beschikbaar) 15. De rol van sociaal-economische status als moderator voor de relatie tussen mediagebruik en seksuele attitudes³ (Surveydata verzameld in 2010 beschikbaar) D. Genderconceptualisering en media in de adolescentie 16. Genderconceptualiseringen (Liben & Bigler, 2002) als verklaring voor geslachtsspecifieke mediavoorkeuren in de adolescentie1(Kwantitatief survey) 17. Beïnvloeden genderstereotype mediavoorstellingen de genderconceptualiseringen (Liben & Bigler, 2002) van adolescenten?1(Kwantitatief survey). 18.Modereren genderconceptualiseringen (Liben & Bigler, 2002) de relatie tussen mediagebruik en lichaamstevredenheid?1(Kwantitatief survey) 19. Een onderzoek naar het verband tussen het spelen van computergames en genderstereotype attitudes³ (Kwantitatief survey) E. Mediagebruik van jonge kinderen in de thuisomgeving² 20. Peuter- & kleuter-TV. Een kwantitatieve inhoudsanalyse van televisieprogramma’s en/of dvd’s voor peuters & kleuters 21. Van Plopkoek tot Mega Mindy smoothie: Mediamerchandising voor kinderen (Kwantitatief survey) 22. Mediavoorzieningen, mediagebruik en mediagewoonten in jonge Vlaamse gezinnen (survey- of dagboekonderzoek, of observaties 23. Parental mediation van computer- & internetgebruik bij jonge kinderen (Kwantitatief survey) 24. De impact van background televisie op jonge kinderen (experiment) WERKWIJZE - Deadline motivatiebrief: 15 oktober (via e-mail) - Vóór 15 oktober (deadline motivatiebrief) zijn er 2 momenten waarop wie geïnteresseerd is in een (sub)thema toelichting kan vragen, namelijk: 6 en 13 oktober, telkens van 14 u tot 16u.
In deze periode kunnen geen vragen gesteld worden via e-mail. E-mails dienen in deze fase enkel voor het versturen van de motivatiebrief. - 19 oktober: antwoord op motivatiebrief via e-mail. - 20 oktober, 14u-16u: spreekuur voor een verdere bespreking van het antwoord op de motivatiebrief - Vanaf 27 oktober gelden iedere week de volgende spreekuren: Steven Eggermont in lokaal 04.131, elke woensdag van 14u tot 16u. Ine Beyens en Laura Vandenbosch in lokaal 04.129, elke woensdag van 14u tot 16u.
ENGELEN, LEEN
[email protected] (informatie en begeleiding)
[email protected] 1.Geschiedenis van de Leuvense bioscopen. Aan de hand van onderzoek van archiefdocumenten, lokale dagbladen, filmprogramma’s en filmaffiches wordt een profiel opgemaakt van een of meer Leuvense bioscopen (ligging, publiek, programmering, beleid…). Dit onderzoek geeft de student de mogelijkheid bij te dragen aan een ruimer opgevat wetenschappelijk onderzoek en een tentoonstelling rond dit thema. 2. Historisch onderzoek naar filmpromotie in België Aan de hand van onderzoek van filmvakbladen, filmaffiches en diverse archieven wordt de filmpromotie in België onder de loep genomen. Het betreft een onderzoek met een duidelijke historische focus. Dit onderzoek geeft de student de mogelijkheid bij te dragen aan een ruimer opgevat wetenschappelijk onderzoek. 3. Post 1989 migratie in de Europese cinema De jongste drie decennia zijn gekenmerkt door de opkomst van een transnationale Europese cinema, niet alleen in termen van co-producties of multilaterale samenwerkingsverbanden, maar ook in termen van een toenemende focus op multi-etnische thema’s binnen de Europese ruimte. De val van het ijzeren gordijn eind jaren ’80 en de uitbreiding van de Europese unie hebben in deze verschuiving van nationale naar transnationale Europese cinema een niet onbelangrijke rol gespeeld. In zijn meest zichtbare vorm heeft deze evolutie voor een toegenomen zichtbaarheid van Oost-Europese migranten in de Europese film tot gevolg. Dit zien we ondermeer in films als Krzysztof Kieślowski’s Blanc (1994), Ken Loach’s It is a Free World (2007), Lucas Moodyssons Lilja-4-Ever of Shane Meadows Somers Town (2008). Studenten die rond het thema van post 1989 migratie in de Europese cinema willen werken, kunnen hier rond een concreet voorstel doen. In 2011 zal rond dit thema een internationale conferentie georganiseerd worden aan de K.U. Leuven.
GEERTS, DAVID
[email protected] 1. Een etnografisch onderzoek naar online video kijkgedrag. (kwalitatief gebruikersonderzoek)
2. “Three screen experiences”. Het gebruik van computers en smartphones tijdens het TV kijken. (kwalitatief gebruikersonderzoek) 3. Mobiele tag-clouds: vergelijkende studie van metadata invoer and visualisatie op mobiele toestellen. (experimentele gebruikerstesten) 4. Ontwikkeling van heuristieken voor het evalueren van videogames speciaal gericht op verschillende typen gamers (kwalitatief gebruikersonderzoek) 5. Effect van het al dan niet coöperatief spelen van een game op fysiologische data (experimentele gebruikerstesten) 6. Bewegend gamen. Studie van veranderende interactiepatronen in games onder invloed van de Wii, PlayStation Move of Kinect (keuze tussen kwalitatief gebruikersonderzoek of experimentele gebruikerstesten)
HESLING, WILLEM
[email protected] 1. Analyse van het oeuvre (of een deel daarvan) van een individuele cineast c.q. producent, scenarioschrijver, production designer, director of photography, acteur/actrice, criticus, etc. 2. Analyse van een filmisch genre c.q. filmische stroming. 3. Analyse van de filmische representatie van een maatschappelijke en/of historische problematiek. Bijvoorbeeld: Representatie van de Middeleeuwen in speelfilms De representatie van de Israelisch-Libanese oorlog in de historische speelfilms Waltz with Bashir en Lebanon Analyse van de historische mini-serie Carlos Analyse van de historische speelfilm Ché (part 1 + 2) Rampenfilms voor en na 9/11: een vergelijkende studie van Independence Day (1996) en War of the Worlds (2005) Rampenfilms voor en na 9/11: een vergelijkende studie van Godzilla (1998) en Cloverfield (2008) 4. De relatie tussen film en andere media (bv. film en schilderkunst, film en literatuur, film en muziek, etc.). 5. Bestudering van een onderdeel/aspect van de filmtheorie (o.m. auteurstheorie, filmsemiotiek, filmtechnologie, filmnarratologie, de rol van de kijker). Assessor i.s.m. Willem Hesling: Yves Van Rompaey
VAN ROMPAEY, YVES
[email protected]
LEFÈVRE, PASCAL
[email protected] [email protected] 1.Crossmediale of transmediale narratie (Marie-Laure Ryan). Dat een bepaald fictief universum (storyworld) in en door verschillende media gecommuniceerd wordt, is geen recent verschijnsel (denk maar aan Mickey Mouse, Tarzan, Superman, Star Trek, Mazinger Z, Star Wars, Pokemon), maar de laatste jaren is er een sterkere tendens naar convergentie (Henry Jenkins). Terwijl in het verleden een uiting in één medium meestal aan de basis lag van latere en andere mediatiseringen (adaptaties, merchandising), zien we dat tegenwoordig steeds meer fictieve werelden van bij het begin als een crossmediaal gegeven worden geconcipieerd en de diverse mediatiseringen min of meer gecoördineerd op de markt komen (bv. het internetgebeuren omtrent Lost, de lancering van Mega Mindy). Bovendien hebben fans door de komst van het internet een grotere rol gekregen en kunnen soms effectief bijdragen aan een verdere uitwerking van de personages, locaties of verhalen. Wat zijn de mogelijkheden, beperkingen of basisvoorwaarden van crossmediale narratie? Hoe verloopt het creatieproces? In welke mate spelen specifieke kenmerken van een medium een rol? Verschillende studenten kunnen dus verschillende onderzoeksvragen en case studies uitwerken.
STEFAN MERTENS
[email protected] 1. De toegang tot digitaal burgerschap bij de schoolgaande jeugd in Vlaamse steden en regio’s Domein: jongeren en ICT Omschrijving: Zoals bij eerder onderzoek in Brussel zullen in scholen vragenlijsten worden afgenomen bij jongeren. De vragenlijst is beschikbaar. De methode is kwantitatief. Doel is een toetsing van Brusselse resultaten op nieuw materiaal door de student te verzamelen in een door de student gekozen stad of gebied in Vlaanderen. Literatuurverwijzing: Mertens, S., d’Haenens, L. (2010) “Youngsters and the digital divide in Brussels: social and cultural influences on ownership and use of digital technologies” in Communications. the European Journal of Communication Research, Vol.35: 187-207 (Het artikel beschrijft de resultaten van het eerdere Brusselse onderzoek.) Type onderzoek: Survey-onderzoek 2. Culturen als verkoopsargumenten Domein : interculturele communicatie in reclame Omschrijving : Vreemde talen en culturen worden in reclameboodschappen gebruikt om producten te verkopen. De bedoeling van dit onderzoeksthema is dat studenten zelf op zoek gaan naar case-studies over fenomenen die hiermee verband houden. In het voorbije academiejaar werd dit uitgewerkt in een thesis over de rol van de Engelse taal in reclame en in een thesis over fotomodellen met een niet-blanke etnische achtergrond in reclame. Er zijn nog heel wat andere invalshoeken mogelijk.
Literatuurverwijzing: Kelly-Holmes, H. (2000) “Bier, parfum, kaas. Language fetish in European advertising”, in European Journal of Cultural Studies, Vol.3: 67-82 (Het artikel is een voorbeeld van het type analyse dat wordt nagestreefd.) Type onderzoek: Kwantitatieve en/of kwalitatieve inhoudsanalyse 3. Werktitel : 3a) De berichtgeving over het WK 2010 in de Vlaamse pers 3b) De berichtgeving over het WK 2010 in de Nederlandse pers 3c) De berichtgeving over het WK 2010 in de Waalse pers 3d) De berichtgeving over het WK 2010 in de Franse pers 3e) De berichtgeving over het WK 2010 in de Engelse pers Domein : media en sport Omschrijving : Via een vergelijkende kwantitatieve en kwalitatieve inhoudsanalyse zal de berichtgeving over het WK 2010 in diverse Europese landen vergeleken worden. In overleg met studenten die het thema kiezen wordt een gezamenlijke methodologie opgesteld. Elke student die aan het thema meewerkt kiest een eigen theoretische omkadering en eigen case-studies. Literatuurverwijzing: Denham, B., Desormeaux, M. (2008) “Headlining the head-butt: Zinedine Zidane/Marco Materazzi portrayals in prominent English, Irish and Scottish newspapers” in Media, Culture & Society, Vol.30: 375-392 (Het artikel is een voorbeeld van het type analyse dat wordt nagestreefd.) Type onderzoek: Kwantitatieve en kwalitatieve inhoudsanalyse
LEO NEELS (
[email protected]) 1. ‘Uit goede bron’. Juridische en deontologische aspecten van journalistieke bronnen. 2. ‘Kabel en omroep: coalitie of oppositie?’ 3. ‘Borderline-journalistiek’: privacy en de “gespecialiseerde bladen” 4. ‘Auto-verantwoording van journalistieke zeden’: journalisten in de media over media. 5. ‘Mediakritiek’: zeuren of vakgebied? 6. Journalistieke bijdragen en auteursrecht 7. Rechtmatig gebruik van journalistieke undercover-methoden 8. Grove uitingen als beschermde uitingen 9. De deontologische beslissingen van de RVDJ 10. De deontologische aanbevelingen van de RVDJ
11. Rechtzetting in de media
OPGENHAFFEN, MICHAËL
[email protected] [email protected] 1. Het gebruik van sociale netwerksites door journalisten Onderzoek naar hoe journalisten (en nieuwsmedia) gebruik maken van Facebook en/of Twitter om te communiceren en te publiceren (Inhoudsanalyse - Focus op Facebook of Twitter, of vergelijking tussen beiden - eventueel vergelijking tussen Vlaamse vs. Internationale nieuwsmedia) 2. Niets nieuws onder de zon? Onderzoek naar hoe verschillende nieuwsmedia dezelfde onderwerpen belichten. (Inhoudsanalyse – vergelijking verschillende Vlaamse kranten onderling of Vlaamse vs. buitenlandse kranten , of print vs. online) 3. Mediaberichtgeving over Twitter. Onderzoek naar de manier waarop traditionele nieuwsmedia over Twitter schrijven. (Inhoudsanalyse – mogelijkheid tot vergelijking print vs. online media of Vlaamse vs internationale nieuwsmedia) 4.
Twitter als nieuwsbron. Onderzoek naar de nieuwswaarde van Twitter tijdens belangrijke nieuwsgebeurtenissen. Case study met zelf te kiezen onderwerp tijdens looptijd meesterproef (vb. verkiezingen, belangrijke sporthappening, …) of inhoudsanalyse waarbij Twitter vergeleken wordt met meer traditionele nieuwsmedia
5. Ouderen en online nieuws: een moeilijk huwelijk? Onderzoek naar de voordelen/nadelen die ouderen ondervinden tijdens online nieuwsconsumptie. (Kwalitatieve interviews / focusgroup of survey) 6. Het effect van online leesgedrag op traditioneel leesgedrag. Experimenteel onderzoek waarbij wordt onderzocht of nieuwsgebruikers die vaak online nieuws lezen het gedrukte nieuws anders gaan lezen dan zij die weinig of geen online nieuws lezen. Het gaat hierbij om leespatronen, leessnelheid, effect op kennis, enz. (Experimenten)
ROE, KEITH
[email protected] Voorstellen van studenten in de domeinen “Mediasociologie” en “Media-effecten” worden met belangstelling tegemoet gezien. 1 assessor i.s.m. Keith Roe: Mariek Vanden Abeele VANDEN ABEELE, MARIEK
[email protected] Eigen voorstellen over gsm-gebruik bij kinderen en adolescenten zijn welkom.
SMITS, TIM
[email protected] 1. Voedselverpakkingen: aantrekkelijk en arm aan calorieën ‐ Producenten besteden veel aandacht aan de verpakking van voedsel als een communicatiemiddel om aantrekkelijkheid en herkenbaarheid te verhogen. Eerder onderzoek doet echter vermoeden dat mensen verpakt voedsel ook echt anders (bv. minder calorierijk) percipiëren. Dit roept een aantal fundamentele en toegepaste vragen op. ‐ Verschillende studenten (max. 4) kunnen enkele van deze vragen proberen op te lossen in een kwantitatief en experimenteel onderzoek (gegevens zelf te verzamelen). Daarbij kan de focus liggen op volgende elementen (of een combinatie van die elementen): o Invloed & belang van dieet op het basisfenomeen o Verder onderzoek naar het effect van type verpakking op het basisfenomeen o Psychologisch ontrafelen van het waarom van dit fenomeen o Concrete studie naar de gedragsgevolgen van het fenomeen ‐ Studenten werken in eerste instantie samen aan de literatuurstudie en het totale design van de studies zodat ze daarna individueel een onderdeel van een samenhangend onderzoeksgeheel kunnen uitwerken. 2. Media en de natuurlijkheid van topsport ‐ Co-promotor: Prof. Dr. Andreas De Block (wijsbegeerte KULeuven) ‐ Media rapporteren over topsport en doping op een welbepaalde manier. Deze topic past in een ruimer project over hoe dit tot framing effecten kan leiden bij het publiek. ‐ Verschillende studenten (max. 2) kunnen deelaspecten van dit onderzoek aanvatten waarbij er een kleine gemeenschappelijke kern is en hoofdzakelijk individueel onderzoek. ‐ Voorbeelden van subtopics ‐ Inhoudsanalyse naar framing-verschillen tussen verschillende geschreven media en hun historische evolutie ‐ Inhoudsanalyse naar de historische samenhang tussen de framing van berichten over prestaties en berichten over prestatiebevorderende middelen ‐ Experimenteel onderzoek naar de effecten van framing op het publiek ‐ Voor de inhoudsanalyse wordt beroep gedaan op bestaande databanken. Andere gegevens zijn zelf te verzamelen. ‐ Interesse in sport en filosofische concepten is in zekere mate vereist
1 assessor i.s.m. Tim Smits: Christine Defever 1. Een methodologische benadering van de third-person perceptie. - De third-person perceptie kan op verschillende manieren gemeten worden. Het onderzoek probeert na te gaan wat de invloed hiervan is op de mate van de thirdperson perceptie. - Experimenteel onderzoek, zelf uit te voeren met deelnemers die zelf te zoeken zijn - Goede statistische kennis is vereiste (ANOVA, ANCOVA)
-
Dit onderwerp kan opgesplitst worden in verschillende deelaspecten, dus dit onderwerp kan aan meerdere studenten worden toegewezen. Studenten werken wel individueel.
2. Het verband tussen leeftijd en de third-person perceptie: meer kennis of meer bias? - Er werd reeds gevonden dat de third-person perceptie groter is bij oudere personen. Dit onderzoek gaat mogelijke oorzaken van dit verband na. - Survey onderzoek, zelf uit te voeren met deelnemers die zelf te zoeken zijn - Goede statistische kennis is vereiste (multivariate regressie-analyses) 3. Het verband tussen de attitude ten opzichte van reclame en de mate van third-person perceptie. - In deze masterproef wordt onderzocht of mensen een reclame positiever gaan beoordelen als blijkt dat ze werden beïnvloed door deze reclame. - Experimenteel onderzoek, zelf uit te voeren met deelnemers die zelf te zoeken zijn - Goede statistische kennis is vereiste (ANOVA, ANCOVA) 4. Vertonen collectivistische personen vaker een third-person perceptie dan individualistische personen? - Experimenteel onderzoek, zelf uit te voeren met deelnemers die zelf te zoeken zijn - Goede statistische kennis is vereiste (ANOVA, ANCOVA) 5. De third-person perceptie en het third-person effect in de praktijk: literatuuroverzicht en casestudy - Een volledige en grondige literatuurstudie van beide effecten en dit moet toegepast worden op verschillende hedendaagse voorbeelden uit de praktijk
VAN DEN BULCK, JAN
[email protected] 1.Obesitas-preventie Collectief onderzoek met minimaal 2 studenten. Interventiestudie bij obese kinderen. Controlegroep + een aantal soorten interventie op het gebied van mediagebruik. Bedoeling is na te gaan aan de hand van een aantal paradigma’s over de mogelijke rol van de media of het beïnvloeden van mediagebruik een effect kan hebben op het gewicht van te zware kinderen. Opgelet: studenten die in een onderzoek stappen dat samen met andere studenten wordt gedaan, dienen zich ertoe te verbinden de dataverzameling en het interventiegedeelte tijdig af te werken zodat de collega-studenten niet afhankelijk zijn van elkaars werkritme. 2. Slaaponderzoek: - Begeleiding van media-gebruik door de ouders: het verband met slaapgedrag van hun kinderen - Gebruik van sociale netwerksites en slaapgedrag van jongeren 3. Mediagebruik en –effectenstudies: - TV en agressie: interne en externe validiteit van experimentele bevindingen (literatuurstudie) - “Orthorexia”: de ziekelijke drang om gezond te leven: de rol van de media - Het effect van de voorstelling van borstvoeding op de bereidheid van jonge vrouwen om borstvoeding te geven. Wordt borstvoeding geseksualiseerd? Experiment - Het CSI-effect in Vlaanderen.
-
“Reality shift”: als de media-ervaring “echter” wordt dan de realiteit, een onderzoek bij jongeren.
Goede voorstellen over effecten van geweld of media-effecten op gezondheid worden ook in overweging genomen. 2 assessoren i.s.m. Jan Van den Bulck: Kathleen Custers, Astrid Dirikx
CUSTERS, KATHLEEN
[email protected] 1. In welke mate hangt het geloof in verkrachtingsmythen samen met bepaalde vormen van mediagebruik? 2. De voorstelling van de zaak Ronald Janssen in de Vlaamse pers. 3. Hangt het kijken naar fictie en non-fictie samen met de angst/bezorgdheid over misdaad. Is er een verschil tussen jongeren die wonen in meer risicovolle buurten en jongeren die in meer veilige buurten wonen? 4. Het verband tussen mediagebruik en “drive for muscularity” bij jongens: Dit topic kan vrij ingevuld worden. Goede voorstellen met betrekking tot angsteffecten worden ook in overweging genomen.
DIRIKX, ASTRID
[email protected] 1. Het verband tussen mediagebruik en percepties van de politie. Mogelijke concrete invullingen: verband tussen mediagebruik en percepties politieverhoren, verband tussen kennis van politieschandalen en percepties van (rechtvaardigheid) politie, verband tussen muziekvoorkeuren en percepties politie, vergelijking percepties jongeren uit gebieden met veel en weinig criminaliteit, tussen jongeren met veel (bv. jongeren in correctionele instellingen) en weinig contacten met de politie, tussen allochtone en autochtone jongeren, … Eigen voorstellen binnen dit algemene thema zijn ook mogelijk 2. Receptiestudie van politie-afbeeldingen op televisie. Mogelijk bij politierealityshows, politiefictie, nieuwsberichtgeving,… 3. Vergelijkende inhoudsanalyse: Law & Order Special Victims Unit en Code 37.
BEULLENS, KATHLEEN
[email protected] 1. Inhoudsanalyse van de berichtgeving rond kanker – borstkanker in het nieuws
2. Receptiestudie bij (ex)-kankerpatiënten over nieuwsberichtgeving ivm kanker 3. Impact van kookprogramma’s op eetgedrag (dagboekmethode) 4. Tv-kijkgedrag bij peuters/kleuters 5. Verband tussen tv-kijken en eetgedrag bij jonge kinderen (survey bij ouders, experiment,…) 6. Verband tussen het kijken naar medische fictie en percepties over gezondheid 7. Verband tussen het kijken naar televisie en percepties over bevallingen etc. 8. De rol van parental mediation in de negatieve effecten van tv-kijken op kinderen (bvb. minder angst/dromen bij kinderen wanneer ouders meekijken etc.) 9. Verband tussen mediagebruik en risicogedrag in het verkeer (analyse van bestaande data, verschillende mogelijkheden voor specifieke thema’s) 10. Game addiction Studenten kunnen ook eigen onderwerpen voorstellen die te maken hebben met het verband tussen media en gezondheid/risicogedrag
VAN GORP, BALDWIN
[email protected] 1 assessoren i.s.m.Van Gorp Baldwin: Maarten Corten
CORTEN, Maarten
[email protected] 1. Crisiscommunicatie in de Kerk: Welke ‘image repair’ strategieën gebruikte de Kerk naar aanleiding van het ontslag van bisschop Vangheluwe, en wat was het resultaat daarvan in de nieuwsmedia? (vergelijkende inhoudsanalyse) 2. Ontkennen of bekennen: De impact van strategische keuzes bij de communicatie in tijden van crisis op de nieuwsverslaggeving (vergelijkende inhoudsanalyse; case(s) zelf te bepalen, zie 1.) 3. Maatschappelijk verantwoord ondernemen: Weet het publiek waarover het gaat? Hoe definieert het publiek deze ‘vage’ term? Waar legt het publiek de nadruk op? (survey) 4. Maatschappelijk verantwoord ondernemen: het effect op het imago van organisaties. (survey) 5. Perceptie van leiderschaptypes in een organisatie door medewerkers: Met de harde hand of met zachte dwang? (survey) 6. Interpretatie van sensibiliseringscampagnes rond terrorismedreiging: effect op de kansinschatting van de dreiging (survey / experiment)
7. Strategieën voor personeelsadvertenties: welke (inhoudelijke/vormelijke) elementen in een personeelsadvertentie vergroten de kans dat iemand solliciteert? (experiment) 8. De boodschap van ‘biodiversiteit’ effectief communiceren: Het ontwikkelen van een communicatiestrategie (survey / experiment) 9. De deadline: Een vergelijking van de werkorganisatie op een krantenredactie en op een tijdschriftenredactie (observatie en interviews) 10. Het wederzijdse wantrouwen tussen journalisten en pr-mensen verklaard (methode: interviews / survey) 11. Het beeld van de ‘arme’ in de Belgische pers (inhoudsanalyse; artikelen zijn reeds verzameld, startversie voor meetinstrument is beschikbaar) 12. Het beeld van de ‘migrant’ in de Vlaamse pers: een historische analyse (inhoudsanalyse) 13. Het beeld van de ‘migrant’ in de Nederlandse pers: een historische analyse (inhoudsanalyse) 14 .Effecten van de combinatie van beeld en tekst in het nieuws. Wat geeft de doorslag bij de interpretatie: het beeld of de tekst, of is het eerder het beeld én de tekst? (experiment) 15 .Bedrijfsjournalisten: Hoe gaan zij om met de berichtgeving over de eigen organisatie (reacties intern en extern)? (inhoudsanalyse en interviews; ev. aan de hand van case(s)) 16. Freelance journalisten: Hoe ‘verkopen’ zij zichzelf (personal branding)? 17. Veranderende rollen op een nieuwsredactie: onderzoek naar de rollen op een redactie: hoofdredacteur, eindredacteur en de positie van marketing. (observatie, interviews) 18. Infografieken: visualisatiestrategieën (inhoudsanalyse, interviews)
VANDE WINKEL, ROEL
[email protected] 1. Belgische film- en televisieproductie. Op het terrein van Belgische/Vlaamse film- en televisiegeschiedenis dient nog zeer veel onderzoek te gebeuren. In overleg met de promotor kan er voor worden gekozen om de carrière van een specifieke regisseur/cameraman/filmproducent te onderzoeken, of de productie/vertoning/distributie van een of meerdere films of televisiereeksen te reconstrueren. Zowel recente als oudere onderwerpen komen in aanmerking. Er kan ook onderzoek worden verricht naar een specifieke filmverdeler, -vertoner of –manifestatie, zoals het ‘Leuven Kort’ festival. De nadruk ligt altijd op origineel onderzoek (archieven, bibliotheken, interviews) gekoppeld aan (inter)nationale literatuur. 2. Filmrecensenten als gatekeepers. Een onderzoek naar de manier waarop populaire media films (laten) recenseren: naar de praktijk van filmjournalisten, hun selectiecriteria, hun (on)afhankelijkheid van commerciële belangen van tijdschriften waarvoor ze werken etc. Aandacht moet ook uitgaan naar de in België actieve verenigingen van filmjournalisten. Dit vereist een literatuuronderzoek, gekoppeld aan interviews met journalisten.
3. Bioscoperen onder de Duitse bezetting, 1940-1944. Onderzoek naar filmvertoningen en –beleving in een stad naar keuze (vb. Leuven), van mei 1940 tot september 1944. Deze casestudy bouwt voort op het artikel: Vande Winkel, R. (2007). De bezette bioscoop. Filmvertoningen tijdens de Tweede Wereldoorlog. In D. Biltereyst & P. Meers (Eds.), De Verlichte Stad. Een geschiedenis van bioscopen, filmvertoningen en filmcultuur in Vlaanderen (pp. 62-79). Leuven: LannooCampus. 4. Chaplin in België. Een onderzoek naar de manier waarop de Belgische pers schreef over Charlie Chaplin. Hierbij moet niet alleen aandacht worden besteed aan de recensies van zijn langspeelfilms, maar ook naar persberichten over Chaplins privéproblemen (vrouwenkwesties, echtscheidingen), zijn moeilijke relatie met de Amerikaanse overheid (beschuldiging van communisme) en de ‘verbanning’ uit de USA die daaruit voortvloeide. 5. “Film en televisie” als instrument van de katholieke filmliga: Geschiedenis en inhoudelijke analyse van het tijdschrift (1956-2006) van de Katholieke Filmliga, dat momenteel (2010) als “Filmmagie” door het leven gaat. Dit onderzoek moet o.a. aangeven in welke mate het tijdschrift in het verleden al dan niet diende om de filmkeuze van lezers te begeleiden en een onderscheid te maken tussen ‘goede’ en ‘foute’ films. Een gemotiveerde student kan van de promotor voor de duur van zijn/haar onderzoek alle jaargangen van het tijdschrift lenen om het onderzoek te vereenvoudigen.