Noord NL•18 Periodiek magazine SNN november 2012 • jaargang 5
SNN maakt steeds meer werk van MVO • Study tour brengt Rusland en Nederland samen • Springboard zetje voor Alvimedica, medische technologie in Assen • Ofichem wint Groninger Ondernemingsprijs • Internationaal zakendoen via Eubizz.net • Slimme tips op ondernemersontbijt • Geen ‘dieetfriet’ maar wat dan wel? • Subsidievoorlichting voor ondernemers doorslaand succes
2
Inhoud
Agenda in ‘t kort
Duurzaam inkopen is onderdeel van maatschappelijk verantwoord ondernemen
22 november Netwerkbijeenkomst Healthy Ageing Veenhuizen
Russische delegatie bezoekt proefboerderij
13 december Reünie 20 jaar noordelijke samenwerking Assen
SNN maakt steeds meer werk van MVO 4
6
Agrosector Leningrad Oblast leert polderen in Noord-Nederland
Ofichem wint Groninger Ondernemingsprijs
12
Ondernemerschap met passie, ambitie en lef wordt beloond
Internationaal zakendoen via Europees platform
15
Eubizz.net biedt kansen voor toeleveranciers om in beeld te komen bij grote bedrijven
En verder Nieuwe impuls medische technologie 8 Nieuwspagina 10 Fotoverslag Noordelijk Ondernemerscongres 14 Onderzoek naar gezondere aardappel 16 SNN succes met voorlichtingsbijeenkomst 18
Noord NL juli 2012
3
Voorwoord Passie, ambitie en lef!
Mijn ochtend begint met een Fairtrade kopje koffie. Collega’s werken op thin clients en printen hun documenten in zwart-wit en dubbelzijdig. We vergaderen steeds vaker zonder dat er papier aan te pas komt, dankzij onze tablets. Het SNN heeft maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog in het vaandel staan en maakt daar zelf ook steeds meer stappen in. U leest erover op pagina 4 en 5. In deze editie staat ondernemerschap centraal. En het versterken van de positie van NoordNederland als kenniseconomie. Daarbij voegen we de daad bij het woord. Zoals tijdens het bezoek van de Russische agrodelegatie Leningrad Oblast aan Noord-Nederland. Bij het afscheid verklaart Dmitrij Butusov, vice-voorzitter van het Comité voor landbouw en visserij van de Leningrad Oblast, het inzicht dat de delegatie kreeg in de samenwerking in de keten tot de belangrijkste winst van de studiereis. De Russen zagen hier welke resultaten je kunt bereiken als boeren, onderzoekers en productiebedrijven goed samenwerken. Dat is een belangrijke constatering. Sommige bedrijven blinken uit in hun ondernemerschap. Die belonen we graag met de Groninger Ondernemingsprijs. Dit jaar ging
de prijs naar Weite Oldenziel van Ofichem uit Ter Apel. Het bedrijf is producent, ontwikkelaar en distributeur van actieve farmaceutische ingrediënten voor mens en dier. Oldenziel werd uitgeroepen tot een creatieve ondernemer met passie, ambitie en lef. Wat mij betreft de drie sleutelwoorden tot succes. Ondernemend is ook het verhaal van de nieuwe vestiging van het Turkse bedrijf Alvimedica in Assen dat inzet op groei. Een belangrijke reden om juist die vestigingsplaats te kiezen, is dat het regionaal bedrijvennetwerk Springboard er aanwezig is. Springboard telt nu 65 bedrijven in de medische sector en werkt nauw samen met Healthy Ageing Network Noord-Nederland (HANNN), dat wij als SNN ondersteunen. Met bijna 100 belangstellenden en talloze positieve reacties was de voorlichtingsbijeenkomst die wij in oktober hebben georganiseerd een doorslaand succes. Subsidieontvangers werden bijgepraat over de ins en outs van de huidige subsidieprogramma’s en wat er voor 2014-2020 op stapel staat. Dat vraagt om een vervolg. Want subsidies werken. Uit een evaluatie van de NIOF-regeling blijkt dat ondernemers die subsidies hebben aangevraagd,
het substantieel beter doen. Het SNN maakt zich dan ook hard om Noord-Nederland nog beter op de kaart te krijgen als ondernemende en innovatieve kenniseconomie. Ik hoop u met deze Noord-NL veel inspiratie te bieden en wens u alvast een ondernemend 2013!
Rob Engelsman directeur SNN
4
SNN maakt steeds meer werk van MVO “Er is meer mogelijk dan je denkt” Goed voorbeeld doet goed volgen. Dat is bij het SNN het motto als het gaat om het stimuleren van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Waar dat ook maar enigszins mogelijk is, heeft het SNN in de dagelijkse praktijk MVO-gerelateerde activiteiten ingevoerd. En het einde is nog zeker niet in zicht. Voor velen binnen de organisatie is MVO al de gewoonste zaak van de wereld. Van multifunctionals en thin cliënts tot het verzorgingsen verpleeghuis Maartenshof.
“Vroeger lag er een stapel papier op tafel, nu niet” meer.”
Rob Engelsman, Anneke Aukema en Ilse Bos (v.l.n.r.) vertellen over maatschappelijk verantwoord ondernemen
“Naar buiten toe prediken wij vrijwel dagelijks het belang van MVO”, licht directeur Rob Engelsman deze visie van het SNN nader toe. “Welnu, als je dat voor anderen zo belangrijk vindt, moet je zelf ook het goede voorbeeld geven. Dat proberen we te doen. Er blijkt dan verrassend veel mogelijk te zijn. Vaak zijn het maar kleine dingen, maar als je die allemaal bij elkaar optelt, doen we als organisatie al veel aan MVO.”
Duurzame inkoop Facility manager Ilse Bos wijst erop dat het SNN net als veel andere organisaties al jaren werk maakt van afvalscheiding en energiebesparing. “Dat wordt door iedereen al als heel normaal beschouwd”, zegt zij. “Waar mogelijk maken wij bijvoorbeeld gebruik van spaarlampen. De laatste tijd is daar een scala aan MVO-activiteiten bijgekomen, onder meer op het terrein van duurzame inkoop.”
Noord NL juli 2012
5
Fairtrade is lekker
Thin clients
Continu proces
“Zo bieden wij in onze kantine een groot aantal Fairtrade producten aan”, vervolgt Ilse. “Denk bijvoorbeeld aan koffie, thee, bananen en rietsuiker. Ook bereiden we gerechten op ons menu al met Fairtrade ingrediënten. Onder leiding van Anneke Aukema, die onze kantine beheert, hebben we onlangs een speciale Fairtrade proeverij voor het personeel georganiseerd. De medewerkers mochten blind proeven en aangeven welke producten Fairtrade waren en welke niet. Ten onrechte wordt vaak gedacht dat Fairtrade producten minder lekker zijn, maar door de proeverij hebben de medewerkers ervaren dat dit niet zo is. De reacties op dit initiatief waren heel positief. Binnenkort zetten we een compleet Fairtrade menu op tafel. We willen ons eigen personeel ook bewust maken van de mogelijkheden, in de hoop dat ze zelf ook vaker Fairtrade producten zullen kopen.”
Bijna alle volumineuze PC’s op het kantoor van het SNN zijn inmiddels vervangen door zogeheten thin clients, die veel minder stroom verbruiken. “Daar is heel bewust voor gekozen”, legt Rob uit. “Een thin client is een klein kastje dat nauwelijks eigen geheugencapaciteit heeft. Dat is ook overbodig geworden, omdat wij via het internet werken. De thin clients zijn veel milieuvriendelijker dan de ‘oude’ computers. Als zo’n oud bakbeest aan het eind van z’n levenscyclus was, moesten er altijd veel kostbare materialen uit worden gehaald. Vrijwel ieder personeelslid heeft nu een thin client. Slechts een enkeling, die werkelijk een computer met veel geheugencapaciteit voor het werk nodig heeft, beschikt nog over een volumineuze PC.”
Andere kenmerkende MVO-initiatieven van het SNN ten slotte zijn de aanschaf van NS-businesscards waarmee voor de medewerkers het reizen met het openbaar vervoer wordt gestimuleerd en het schoonmaakbedrijf dat uitsluitend met biologisch afbreekbare schoonmaakmiddelen werkt. “Toch zijn we er nog niet”, waarschuwen Ilse en Rob meteen, “al zijn we wel op de goede weg. MVO heeft daarom constant onze aandacht. Als we moeten investeren in iets nieuws, kijken we steeds naar wat het bijdraagt aan duurzaamheid. Als we daar optimaal op kunnen inspelen, zullen we niet aarzelen om dat te doen…”
Zuinig printen
Papierloos vergaderen
Vorig jaar is het SNN overgestapt op nieuwe kopieer- en printapparatuur. Ilse: “We hebben toen drie multifunctionals aangeschaft waarmee we kunnen kopiëren, printen en scannen. Die apparaten zijn aanmerkelijk energiezuiniger en milieuvriendelijker. De printer is automatisch dubbelzijdig ingesteld. Daarmee besparen we al gauw een derde op het papiergebruik. Ook is de printer standaard ingesteld op zwart-wit. Voor een kleurenprint moet je het apparaat bewust op ‘kleur’ instellen.”
Rob wijst er verder op dat het SNN ook een aantal tablets heeft aangeschaft, waardoor het papiergebruik verder is verminderd. “Een deel van onze vergaderingen verloopt tegenwoordig al papierloos. We hebben elke maandagochtend stafoverleg. Normaal lag er dan een stapel papier van meer dan een centimeter op tafel, maar nu niet meer. Ook bij onze bestuursvergaderingen wordt met tablets gewerkt. Het scheelt enorm, dat kunnen we echt merken.”
SNN adopteert Maartenshof In het kader van de MVO-betrokkenheid heeft het SNN in Groningen het naburige verzorgings- en verpleeghuis Maartenshof geadopteerd. “Wij ondersteunen in dit tehuis activiteiten voor bewoners”, vertellen Ilse en Rob. “Zo hebben we bijvoorbeeld meegeholpen bij de voorbereiding van een barbecue. Ook hebben we een rol gespeeld bij de organisatie van een modeshow. Het is geen enkel probleem om hiervoor vrijwilligers binnen onze organisatie te vinden. Iedereen wil graag meehelpen. De bewoners zijn heel enthousiast. Ze zijn blij dat er iets voor hen wordt gedaan en vinden het ook leuk om verhalen van jonge mensen te horen. Zo kunnen we veel voor deze mensen betekenen!”
6
Studiereis geeft Russische delegatie inzicht in agrarische groei Agrosector Leningrad Oblast toont interesse in Noord-Nederlandse bedrijven Study tour brengt partijen samen In het G2G-project Agro Valley werkt het SNN samen met de Leningrad Oblast (bestuursorgaan) om de aardappelteelt in de Russische provincie naar een hoger niveau te tillen. Tijdens de een vierdaagse study tour door Noord-Nederland tussen 18 en 22 juni was de gehele agrosector van Rusland vertegenwoordigd. De 13 wetenschappers en agronomen en directeuren van boerderijen in de Russische provincie sloten hun study tour af met een bezoek aan proefboerderij AGV ‘t Kompas in Valthermond.
Zodra de tractor stilstaat, staan de twee Russische agronomen gebogen in het veld om knollen en stengels te tellen. De planten op proefboerderij AGV ‘t Kompas in Valthermond verschillen niet veel met thuis, zeggen ze. Maar de grond is hier zichtbaar vruchtbaarder. Bedrijfsleider Gerard Hoekzema wil met zijn rondleiding laten zien wat er nodig is voor groei in de agrarische sector, in zowel plantkundige als economische zin.
Vraaglustig De aardappelen staan er prachtig bij op ‘t Kompas, een van de zelfstandig opererende onderzoeksinstituten van Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (PPO) van de Wageningen Universiteit (WUR). Preventie is het sleutelwoord in ziektebestrijding. De wetenschappers onderzoeken in opdracht van verschillende firma’s hoe gewassen kostenefficiënt zo gezond mogelijk van knol of zaad naar een oogst kunnen worden gebracht die in de smaak valt van de klant en voldoet aan de regelgeving. Ook op de laatste dag van hun studiereis zijn de Russische bezoekers zeer vraaglustig. Tot in detail willen ze weten hoe Hoekzema dingen doet en waarom hij bepaalde keuzes maakt.
Honger naar kennis “Er is veel honger naar technische kennis”, aldus Hoekzema. “Ik hoop met deze excursie te laten zien dat economische aspecten ook van wezenlijk belang zijn. Hoewel hoge opbrengsten vaak gepaard gaan met een goed economisch resultaat,
levert de grootste oogst niet altijd het beste bedrijfsresultaat op. Soms vraagt meer rendement zo veel inspanning dat je dat niet meer terug kunt verdienen.” Die manier van kijken is niet gebruikelijk in de Russische landbouw, weet de bedrijfsleider. Dat komt onder meer doordat medewerkers op een landbouwbedrijf verantwoordelijk zijn voor deelstukjes van het proces en niet voor het geheel. En juist dat is belangrijk om afgewogen beslissingen te kunnen nemen. Hoekzema wil laten zien hoe verantwoordelijkheid en betrokkenheid voor het geheel voor ontwikkeling zorgt.
“De grootste oogst betekent niet altijd het beste resultaat.”
Gouden driehoek Belangrijk is ook het inzicht dat de Russische delegatie in Valthermond krijgt in hoe de gouden driehoek van overheid, onderzoekers en ondernemers in Noord-Nederland werkt en bijdraagt aan vernieuwing en verbetering in de landbouw. Op de proefboerderij doen wetenschappers onderzoek in opdracht van bedrijven. Er wordt geïnvesteerd in bedrijven zoals ’t Kompas en in nieuw onderzoek, dat weer bedrijven op zoek naar kennis aantrekt. Een constructie die in Rusland onbekend is. Dmitrij Butusov, vice-voorzitter van het Comité voor landbouw en visserij van de Leningrad Oblast, ziet het inzicht in de samenwerking in de keten als belangrijkste winst van de studiereis. “Het begrip gouden driehoek klinkt inmiddels regelmatig in de bus die het gezelschap naar de excursies brengt”, vertelt hij. “We zien hier welke resultaten je kunt bereiken als boeren, onderzoekers en productiebedrijven goed samenwerken. Dat is een belangrijke
Noord NL juli 2012
7
Bedrijfspresentaties bieden kansen
“Een olifant eet je in stukjes.” ervaring. Dat inzicht hebben we nodig. Niet in de laatste plaats omdat Rusland op korte termijn toetreedt tot de WTO en we met meer concurrentie te maken zullen krijgen.”
2013: Nederland-Rusland jaar In de discussie die het ochtendprogramma op de proefboerderij AGV ’t Kompas afsluit, kijken de aanwezigen terug op het verloop van het G2G-project tot nu toe en de kansen voor het vervolg. Het project loopt af in het Nederland-Ruslandjaar 2013. De Rijksoverheid wil het G2G-project in dat jaar presenteren als voorbeeld van de winst van een goede samenwerking tussen beide landen. Dat zal, gezien de reacties van zowel Russische als Nederlandse kant, zeker lukken. Butusov krijgt bijval van de Nederlandse aanwezigen als hij constateert dat het in de eerste fase meer tijd heeft gekost dan verwacht om op één lijn te komen over
doelen en ambities van het project. Butusov: “Maar sinds die lijn is vastgesteld, is er echt sprake van de toenadering die nodig is om resultaat te boeken. Het is belangrijk dat die beweging wordt voortgezet. Ik ben ervan overtuigd dat het project dan, zoals bedoeld, als olievlek kan werken voor versterking van de hele agrarische sector”. Maar er zijn ook cultuurverschillen. Dat wordt duidelijk als senior agronoom Romke Wustman van de Wageningen Universiteit de vraag stelt wanneer de benodigde faciliteiten bij de proefboerderij in Leningrad Oblast kunnen worden gerealiseerd. Butusov zou graag een datum geven, vertelt hij. Maar hij heeft te maken met de complexe financiële besluitvorming van de gevolmachtigde organisatie die de boerderij bestuurt. Daarbij zijn meerdere partijen betrokken. “Er zal geen partij zijn die nee zegt tegen de proefboerderij’, stelt hij. “Maar we kunnen de processen niet versnellen.”
Respect voor cultuurverschillen Exportmanager Hero Veenstra van aardappelkweek- en exportbedrijf HZPC dat nauw bij het project is betrokken, wijst erop dat respect voor de cultuurverschillen een belangrijke factor is voor het welslagen van het project. “Wij kunnen tools aanreiken waar de Russische agrarische sector iets mee kan doen. Maar kennis en werkwijzen zullen moeten worden vertaald naar de lokale situatie, in kleine praktische stappen.” Butusov is het met hem eens. “Er zijn verschillen en daar moeten we rekening mee houden. Verschillen in de visies van wetenschappers, verschillen in politieke besluitvormingsprocessen, etc. Die overbrug je niet in een keer. Een olifant eet je in stukjes.”
Het project Agro Valley biedt niet alleen de Russen kansen, het opent ook deuren voor Nederlandse bedrijven die actief willen worden op de Russische markt. Via de agrarische sector zelf is het in Rusland lastig om voet aan de grond te krijgen. Via de overheid is dat veel gemakkelijker en die mogelijkheid biedt het G2G-project. Om die kans te benutten, bevatte het programma van de study tour veel bedrijfspresentaties. De Russische afgevaardigden brachten een hele dag door op het Friese kweekbedrijf van HZPC. Ook kregen de delegatieleden presentaties van machineleveranciers APH Groep, Climax en Miedema. En onderdeel van het ochtendprogramma in Valthermond was een demonstratie van Dacom. Dit Drentse bedrijf ontwikkelt beslissingsondersteunende datasystemen waarmee boeren betere beslissingen kunnen nemen over bijvoorbeeld irrigatie en gewasbescherming. “Na afloop van de bedrijfspresentaties werd van beide kanten gretig gebruik gemaakt van de mogelijkheid elkaar te leren kennen”, aldus projectleider Peter ten Kate van het SNN, die tevreden terugkijkt op de study tour. “Er was een goede, open sfeer. De Russische delegatie vormde voor het Noord-Nederlandse bedrijfsleven een belangrijke groep, die goede contacten heeft met bedrijven in Rusland. In veel gesprekken zijn de mogelijkheden van samenwerking serieus verkend.”
8
Na ‘Cordis’ nieuwe impuls medische technologie in Noorden Alvimedica zet in op verdere groei De medische technologie in Noord-Nederland heeft het afgelopen jaar een nieuwe impuls gekregen met de vestiging in Assen van het Turkse Alvimedica. Dit bedrijf ontwikkelt medische hulpmiddelen.
HANNN stimuleert samenwerkingsverband Het bedrijvennetwerk Springboard werkt nauw samen met het Healthy Ageing Network Noord-Nederland (HANNN), dat op diverse activiteiten ook door het SNN wordt ondersteund. HANNN stimuleert economische activiteiten op het gebied van gezond ouder worden. Het HANNN netwerk zorgt er onder meer voor dat ondernemers, overheden en onderzoekers elkaar weten te vinden en toegang hebben tot relevante informatie. Ook de inzet van de vereniging Springboard bevordert de samenwerking tussen 65 bedrijven in de medische technologie.
Op verzoek van de leiding van Alvimedica in Istanbul zijn drie oud-werknemers van het voormalige Cordis in Roden vorig jaar met de Nederlandse vestiging gestart. Ze begonnen met niets, maar inmiddels beschikt het bedrijf over een goed geoutilleerd pand en zijn er al 16 medewerkers. En daar blijft het niet bij als het aan het ondernemende drietal ligt. Want Alvimedica zet in op verdere groei.
Gat verder gedicht De komst van Alvimedica past precies in het beleid om de medische technologie in Drenthe te stimuleren. Die sector kwam in 2008 in grote problemen na de sluiting van Cordis. Daarbij gingen meer dan 600 banen verloren. Door allerlei initiatieven is intussen meer dan 90% van de voormalige Cordis-werknemers alweer aan de slag. Zo vonden ex-Cordis werknemers bijvoorbeeld een nieuwe baan bij IMDS en Pendracare, die gevestigd zijn in Noord-Drenthe en in de directe omgeving. Het initiatief van Alvimedia betekent dat het gat, dat na de sluiting van Cordis was ontstaan, verder kan worden gedicht.
Bedrijvennetwerk Springboard De belangrijkste reden voor het Turkse bedrijf Alvimedica om zich in Assen te vestigen was de aanwezigheid van een
regionaal bedrijvennetwerk in de eigen medische sector. Dat netwerk heet Springboard (zie ook kader) en telt intussen 65 bedrijven die zich erbij hebben aangesloten. Springboard is na de sluiting van Cordis ontstaan, vooral om de oudwerknemers van dit bedrijf weer aan het werk helpen. Dat leidde tot een zevental nieuwe bedrijfsinitiatieven, waar andere bedrijven vervolgens bij zijn aangehaakt. De driehoofdige leiding van Alvimedica bestaat uit Bart-Jan Korteling, Jan Thalens en Wim de Vrij en heeft haar roots ook bij Cordis (alle drie waren ze werkzaam op de R&D-afdeling). Ook zij zijn aangesloten bij Springboard. Na hun ontslag bij Cordis hebben de drie bij verschillende bedrijven in de medische technologie gewerkt.
Meer innovatieve slagkracht “Zo’n twee jaar geleden zijn de eerste contacten met het hoofdkantoor in Istanbul gelegd”, zegt De Vrij. “De CEO van Alvimedica kwam bij ons met het verzoek om een R&Dfaciliteit te starten. Het bedrijf vond haar innovatieve slagkracht in alleen Turkije te beperkt en zocht voor dit doel partijen buiten de landsgrenzen. Bij Alvimedica werken in totaal zo’n 250 mensen. De producten worden wereldwijd vermarkt naar onder meer ziekenhuizen, artsen en laboratoria in meer dan 35 landen.”
Noord NL juli 2012
9
Fotografie: Bob Bronshoff
Gekwalificeerd personeel “We hebben heel gericht gezocht naar gekwalificeerd personeel”, gaat Thalens verder. “Het gaat veelal om specifieke functies waar veel kennis en expertise voor nodig zijn. Die kwaliteiten blijken overigens nog voldoende voorhanden in Noord-Nederland. We hebben onze mensen maar voor een deel uit het vroegere Cordis-bestand geworven.”
Doorgroeien
Kenniscentra
Voorbereidingen
Korteling zegt dat het bedrijf op korte termijn wil doorgroeien van de huidige 16 naar zeker 25 hoogopgeleide medewerkers. “Met dat aantal kunnen we de initiële ambitie van Alvimedica in eerste instantie bedienen. Er wordt van ons verwacht dat wij volgens een bepaalde frequentie onze producten naar de markt brengen. Het is zaak dat wij ons team daar goed op inrichten, met mensen die over de juiste kennis en competenties beschikken.”
“Naast de aanwezigheid van het bedrijvennetwerk, heeft het aantal kenniscentra in Noord-Nederland een belangrijke rol gespeeld in het besluit van Alvimedica om zich in Assen te vestigen”, stelt Korteling. “Samenwerking met kenniscentra in de regio is voor ons bedrijf essentieel en een voorwaarde voor een optimaal vestigingsklimaat.”
Jan Thalens vertelt dat ’het driemanschap pas vorig jaar juni is begonnen met de voorbereidingen voor de start van het bedrijf. “We hebben eerst een geschikte vestigingslocatie gezocht. Nadat die in Assen werd gevonden zijn we met de inrichting van het pand aan de slag gegaan. De plannen zijn gemaakt in nauw overleg met een Turkse architect. Sinds begin januari zijn we in ons huidige bedrijfspand gevestigd.”
“Alvimedica is een innovatief en ambitieus bedrijf dat op verschillende markten groei wil bewerkstelligen”, vult De Vrij aan. “Daar sluiten onze ambities goed bij aan. Het is onze doelstelling om met Alvimedica een vaste plek te veroveren in de top-5 in deze sector. Wij hopen dat onze inbreng daar een stevige bijdrage aan zal kunnen leveren.”
Driehoofdige leiding van Alvimedica: Jan Thalens, Bart-Jan Korteling en Wim de Vrij (v.l.n.r.)
10
20 jaar noordelijke samenwerking
Nieuws
Landelijk Lijsttrekkersdebat in Groningen De lijsttrekkers voor de Tweede Kamerverkiezingen kwamen woensdag 5 september naar Groningen voor het Noordelijk Lijsttrekkersdebat. Op uitnodiging van de drie noordelijke provincies bespraken ze eerst landelijke thema’s, om vervolgens in te gaan op regionale kwesties. De volgende lijsttrekkers gingen met elkaar in debat: Diederik Samsom (PvdA), Emile Roemer (SP), Alexander Pechtold (D66), Sybrand van Haersma Buma (CDA), Jolande Sap (GroenLinks), Arie Slob (ChristenUnie), Marianne Thieme (PvdD), Hero Brinkman (DPK). Onder leiding van Wouke van Scherrenburg en Remy van Mannekes kwamen verschillende actuele onderwerpen aan bod waaronder de noordelijke economie, krimp, werkloosheid en Europa.
Het is alweer 20 jaar geleden dat de huidige noordelijke samenwerking vorm heeft gekregen in het Samenwerkingsverband Noord-Nederland. In deze periode zijn mooie resultaten bereikt voor het Noorden waar door velen hard aan gewerkt is. Om alle betrokkenen te bedanken voor hun inzet en enthousiasme organiseert het SNN een reünie. De reünie is bedoeld voor (oud-) bestuurders, (oud-)medewerkers en voor medewerkers van de provincies en gemeenten die actief zijn (geweest) binnen het SNN. We verwelkomen u graag op donderdag 13 december van 17.00-19.00 uur in het provinciehuis van Drenthe te Assen. Onder het genot van een hapje en drankje zal het een avond van herinneringen ophalen, bijpraten met oud-collega’s en gezelligheid zijn! Bent u betrokken (geweest) bij de noordelijke samenwerking en wilt u dit speciale moment met ons vieren? Meld u dan aan via onze website: www.snn.eu/actueel/20-jaar-noordelijke-samenwerking/ We zien u graag op donderdag 13 december!
Het Noordelijk Lijsttrekkersdebat is een initiatief van de Commissarissen van de Koningin in Drenthe, Fryslân en Groningen, in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen en RTV Noord. Het debat werd live uitgezonden door de regionale omroepen van Drenthe, Fryslân en Groningen.
Subsidiebudget NIOF 2010 wegens succes uitgeput De afgelopen maanden hebben wij veel aanvragen ontvangen voor de NIOF 2010. Hier zijn wij blij mee, want dat is een teken dat veel bedrijven gebruik willen maken van de NIOF. Helaas is hierdoor het subsidiebudget voor 2012 inmiddels met grote waarschijnlijkheid uitgeput. De Noordelijke Innovatie Ondersteuningsfaciliteit, kortweg NIOF, is een noordelijke subsidieregeling die al sinds 2000 ondernemers ondersteunt bij innovatie. In juni 2012 is het subsidiebudget van de NIOF 2010 aangevuld met € 3,3 miljoen. Hier hebben vele ondernemers inmiddels gebruik van gemaakt.
Dit betekent dat de subsidieaanvragen die wij vanaf vandaag ontvangen, met grote waarschijnlijkheid niet meer voor subsidie in aanmerking komen. Daarnaast is door de grote hoeveelheid aanvragen onze behandeltermijn helaas opgelopen naar 19 weken. Wij doen ons uiterste best u zo spoedig mogelijk te laten weten waar u aan toe bent.
Meer informatie over de uitputting van de NIOF vindt u op onze website: www.snn.eu
Noord NL juli 2012
11
Bezoek eurocommissaris Hahn aan Noord-Nederland Donderdag 19 juli 2012 bracht eurocommissaris Johannes Hahn een bezoek aan Noord-Nederland. Hahn heeft regionaal beleid in portefeuille. Naast een ontmoeting met het Dagelijks Bestuur van het SNN heeft Hahn verschillende projecten bezocht, die met de hulp van Europese structuurfondsen gerealiseerd zijn. Hij bracht een bezoek aan ASTRON, het UMCG, de Green Gas Hub op het Suikerunieterrein. Ook woonde Hahn een presentatie bij van Wetsus. Het programma eindigde in Earnewâld met een netwerkbijeenkomst met noordelijke gasten. Een gezelschap van noordelijke bestuurders vergezelde Hahn tijdens het programma.
Eurocommissaris Johannes Hahn samen met Commissaris van de Koningin in Fryslân John Jorritsma
Stand van zaken Interreg subsidieprogramma
Na acht aanvraagrondes, lopen er in totaal 63 projecten (stand 1 mei 2012). In 38 projecten zijn Nederlandse partners vertegenwoordigd. Benieuwd naar de Interreg projecten die met Noord-Nederlandse deelname gerealiseerd zijn of in uitvoering zijn? Kijk dan op de SNN website onder het kopje gesubsidieerde projecten.
Op dit moment is een projectgroep bezig met de voorbereidingen voor een nieuwe programmaperiode Interreg V, 2014 – 2020). Hierin is ook Noord-Nederland vertegenwoordigd, Naar alle waarschijnlijkheid kunnen vanaf eind 2013 nieuwe subsidieaanvragen voor grensoverschrijdende projecten ingediend worden. Houd voor actuele informatie hierover de website van het SNN (www.snn.eu) of de Interreg website (www.northsearegion.eu) in de gaten.
Het project Cradle tot Cradle Islands (C2CI) is vanwege het innovatieve karakter uitgenodigd om mee te dingen naar een RegioStar Award 2013. In het C2CI-project werken de eilanden Ameland en Texel onder leiding van de Provincie Fryslân aan oplossingen die kunnen bijdragen aan de zelfvoorzienendheid van eilanden op het gebied van water en energie. Dit gebeurt in samenwerking met eilanden langs de Deense, Noorse, Duitse en Engelse kust én met kennisinstellingen in de deelnemende landen, Dit jaar was het Noord-Nederlandse Open Lab Ebbinge ook al genomineerd, maar dit project is helaas buiten de prijzen gevallen. In februari 2013 weten we of C2CI een RegioStar Award in de wacht zal slepen. Het doel van de RegioStars Awards, een initiatief van de Europese Unie, is om best practices op het gebied van regionale ontwikkeling te identificeren en om originele en innovatieve projecten die aantrekkelijk en inspirerend zijn voor andere regio’s in de schijnwerpers te zetten.
foto: Europese Commissie
Het is inmiddels niet meer mogelijk om subsidieaanvragen voor projecten in te dienen bij het Europese subsidie programma Interreg IVB, waar Noord-Nederland aan deelneemt. Dit programma liep van 2007 – 2013 en het subsidiebudget, beschikbaar gesteld uit het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), is inmiddels volledig benut.
Wederom een Noord-Nederlandse genomineerde voor Europese RegioStar Awards 2013
12
Groninger Ondernemingsprijs zorgt voor hartverwarmende reacties Ofichem blijft nuchter onder alle loftuitingen Een stroom aan felicitaties uit verwachte en onverwachte hoek, gebak van collega’s en bedrijven uit de buurt, een ware bloemenzee in het bedrijfspand en zelfs enkele nieuwsgierige buurtbewoners die wel eens willen weten wat jouw bedrijf nou eigenlijk doet. Ziedaar wat het winnen van een prestigieuze prijs in de ondernemerswereld zoal met een bedrijf kan doen. De toekenning van de Groninger Ondernemingssprijs zorgde voor een golf aan hartverwarmende reacties.
Ondernemingsprijs 2012: Ofichem uit Ter Apel. Dit bedrijf produceert, ontwikkelt en distribueert actieve farmaceutische ingrediënten voor mens en dier. Eind september ontving Ofichem-directeur Weite Oldenziel de prijs uit handen van Max van den Berg, Commissaris van de Koningin in Groningen. De jury, onder leiding van gedeputeerde Wilma Mansveld, noemde Oldenziel ‘een creatieve ondernemer met passie, ambitie en lef ’. Ze roemde de duidelijke visie van het bedrijf op het ondernemerschap, het moderne personeelsbeleid, de solide basis en de omgang met klanten.
Veelzijdig bedrijf Ofichem heeft zich met nu 33 medewerkers in 35 jaar tijd ontwikkeld tot een sterke en stabiele speler in de markt. Het bedrijf heeft veel kennis in huis en beschikt over een uitgebreid netwerk. Ofichem doet zelf de productie- en analyseprocessen en heeft daarvoor een eigen laboratorium. Ook de opslag vindt binnen de eigen muren plaats. De farmaceutische ingrediënten worden wereldwijd gedistribueerd, voor 10% in Nederland, 60% in Europa en voor de rest over de hele wereld. Ook heeft Ofichem een eigen R&Dgroep die - mede met ondersteuning van het SNN - continu bezig is met de ontwikkeling van nieuwe producten. Het begon voor het bedrijf allemaal halverwege de jaren
zeventig, toen vader Otto Oldenziel Lab Ofichem (Oldenziel Fine Chemicals) oprichtte. Het bedrijf voerde organische syntheses uit in opdracht voor tal van bedrijven en instanties. Al snel klopte ook de farmaceutische sector aan, waarna de focus van Lab Ofichem steeds meer werd toegespitst op de productie van actieve farmaceutische ingrediënten.
Forse investeringen nodig Dat ging jaren crescendo, tot het bedrijf rond de eeuwwisseling te maken kreeg met een flinke tegenslag. “Dat was op het moment dat voor de productie van de actieve farmaceutische ingrediënten in Europa en Amerika een nieuwe richtlijn werd ingevoerd, de Good Manufacturing Practices (GMP)”, vertelt Weite. “Dat had alles te maken met de productie in China en India van grondstoffen en eindproducten voor de farmaceutische industrie. Zij deden dat heel goedkoop. Met de invoering van GMP werden de producenten in Europa gedwongen om een kwaliteitsslag te maken. Er moest nauwkeurig worden vastgelegd hoe en onder welke omstandigheden een product werd gemaakt. Daar waren forse investeringen voor nodig.” Vader Otto zag dat aanvankelijk niet zo zitten. Nadat hij het bedrijf in 2004 nog had uitgebreid met een handelshuis (Ofichem BV) om zo de derving van omzet op te vangen, besloot hij in 2006 toch om alsnog te investeren. In datzelfde jaar overleed hij echter onverwacht. Weite was toen pas gepromoveerd in de neurochemie en was net als industrieapotheker tot het bedrijf toegetreden. Hij besloot de leiding over te nemen, de nieuwe richtlijnen te implementeren en in te spelen op de veranderde marktvraag.
Noord NL juli 2012
13
“Naamsbekendheid door Ondernemingsprijs toegenomen” “Bij het werven van personeel hebben wij ervaren dat Noord-Nederland het thuis is van veel academici en HBO’ers. We hebben in het afgelopen jaar een aantal functies met hooggekwalificeerde mensen uit de regio kunnen invullen. Ik denk dat dit mede te danken was aan onze toegenomen naamsbekendheid door de uitverkiezing.”
Weite Oldenziel ziet het winnen van de Groninger Ondernemingsprijs als kroon op het werk
Nieuwe bedrijfsstructuur
Kroon op het werk
Dat heeft het bedrijf in de afgelopen jaren geen windeieren gelegd. De jury roemde Ofichem erom dat het er in is geslaagd om ‘vanuit een moeilijke situatie zes jaar geleden in relatief korte tijd een uitstekend lopend bedrijf neer te zetten’. Ze prees het bedrijf voor de nieuwe structuur, waarin alle functies dubbel zijn ingevuld om de risico’s zoveel mogelijk te beperken. ‘In het bedrijf werken veel jonge, hoogopgeleide mensen die vaak op een stageplaats zijn binnengekomen. Om hen aan het bedrijf te binden, krijgen ze vanaf het begin veel verantwoordelijkheden.
“Dat we op het goede spoor zitten, blijkt ook uit het toekennen van deze prijs”, gaat Weite verder. “Het is een prijs waar ik namens alle geledingen in het bedrijf trots op ben. Ik zie het als een bevestiging dat we goed bezig zijn. Het is voor de medewerkers en alle andere betrokkenen de kroon op het werk van de afgelopen jaren. Want dat was best hectisch. Voor het werk op zich zal de prijs niet zo veel uitmaken. Maar ik denk wel dat het bijvoorbeeld voordelen biedt bij het werven van nieuw personeel. Het bedrijf krijgt er toch meer uitstraling door. Voor ons imago is deze prijs ongetwijfeld heel goed!”
Focus op R&D Ook Weite constateert dat zijn bedrijf de afgelopen jaren een flinke inhaalslag heeft gemaakt. “Bijna alle afdelingen zijn gerenoveerd en er zijn nieuwe bedrijfsruimtes gebouwd”, zegt hij. “Ook de organisatiestructuur is aangepast. Naast de productie en onze handelsactiviteiten leggen we ons steeds meer toe op de ontwikkeling van nieuwe producten en grondstoffen. We doen daarvoor af en toe ook een beroep op de NIOF-subsidieregeling van het SNN. Dat is daarvoor een prima regeling. We hebben een uitstekend geoutilleerde R&D-afdeling. Meer dan eenderde van ons personeel is al actief voor deze afdeling.”
”Creatieve ondernemer met passie, ambitie en lef.”
Die conclusie trekt directeur Heiman Bollegraaf van Bollegraaf Recycling Machinery in Appingedam, het bedrijf dat vorig jaar de Groninger Ondernemingsprijs in de wacht sleepte. Bollegraaf zegt dat de omzet van zijn bedrijf, door het winnen van de verkiezing niet is toegenomen. Het bedrijf produceert recyclingmachines en exporteert die voor 95% op wereldschaal, Wel merkt Bollegraaf dat het bedrijf er meer exposure door heeft gekregen. “Potentiële werknemers weten ons toch wat gemakkelijker te vinden. Wellicht speelt ook mee dat we eveneens genomineerd waren voor de Koning Willem I Prijs, die eens in de twee jaar door Prins Willem Alexander wordt uitgereikt aan een bedrijf dat opmerkelijk heeft gepresteerd.” “Ik merk de impact van het winnen van de prijs nog steeds, bijvoorbeeld wanneer ik op bijeenkomsten ben of een voetbalwedstrijd bijwoon.” Bollegraaf heeft het verder opvallend gevonden dat z’n bedrijf het afgelopen jaar door tal van instanties uit heel Nederland is benaderd voor sponsoring. Heiman Bollegraaf zat dit jaar in de jury van de Groninger Ondernemingsprijs.
14
SNN en het Noordelijk ondernemerscongres Netwerkontbijt op 3 en 4 oktober 2012
“Ondernemers die subsidie hebben aangevraagd, presteren substantieel beter.” Samen met MKB Noord organiseerde het SNN voor de tweede keer een netwerkontbijt voorafgaand aan de tweede dag van het Ondernemerscongres Noord-Nederland. Als gastheren traden op Hans Biesheuvel, de landelijke voorzitter van MKB Nederland en John Jorritsma, Commissaris van de Koningin in Fryslân en lid van het DB SNN. De heer Jorritsma is binnen het DB SNN het aanspreekpunt voor het noordelijke bedrijfsleven. Bij het ontbijt waren behalve ondernemers ook vertegenwoordigers van de provincie Groningen, de gemeente Assen, KvK, NOM en SER Noord-Nederland aanwezig. Zowel Biesheuvel als Jorritsma benadrukten hoe belangrijk het MKB is voor de innovatie en de economische ontwikkeling van Noord-Nederland. De provincies en de steden hebben in de afgelopen jaren met geld uit Den Haag en Brussel in totaal 200 miljoen subsidie verstrekt aan bedrijven
in Noord-Nederland, onder andere om te innoveren, vertelde de heer Jorritsma de deelnemers. Bedrijven die de subsidie hebben aangevraagd, doen het bovendien substantieel beter en zijn ook beter bestand tegen de economische crisis. Dat blijkt uit een evaluatie van de NIOF-regeling (voor
o.a. innovatiesubsidie). Vanwege de enorme belangstelling is het NIOF-loket echter tijdelijk gesloten.
Vries-Zwart (Ecostyle), Theo Hoeksema (Paylogic) en Erik Hessels (SMST) de vragen van Humberto Tan en deelden slimme ondernemerstips met de volle zaal.
Slimme ondernemerstips Het Ondernemerscongres is inmiddels een tweedaags event geworden in NoordNederland. Ruim 2800 ondernemers kwamen naar MartiniPlaza om te sparren met collega-ondernemers en deel te nemen aan diverse workshops onder leiding van bijvoorbeeld Jochem Uytdehaage en Pieter van den Hoogeband. Op het grote podium beantwoordden ondernemers Jeanine de
Het SNN was ook aanwezig op de beursvloer. Grote belangstelling was er voor 123subsidie. nl, een website speciaal bedoeld voor ondernemers in Noord-Nederland die op zoek zijn naar subsidiemogelijkheden. De evaluatie van de NIOF is te vinden op Fred de Jong (l) en Sake Hoekstra www.snn.eu
Noord NL juli 2012
15
Eubizz.net, internationaal zakendoen via Europees platform Het Europese digitale platform Eubizz.net helpt het noordelijke MKB bij internationaal zaken doen. Dit platform is het resultaat van het Europese Interregnetwerkproject North Sea Supply Connect (NSSC) dat eind in september, na drie jaar, afloopt. Leadpartner van het project was Provincie Groningen, met het SNN, de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij (NOM) en de Kamer van Koophandel als de Noord-Nederlandse partners. Unieke grensoverschrijdende samenwerking
NSSC projectmanager Caroline Couperus, vanuit het SNN gedetacheerd bij de Provincie Groningen en blikt tevreden terug: ‘Met dit project hebben we een duurzaam digitaal platform gecreëerd waarop MKB en bedrijfsondersteunende organisaties in heel Europa elkaar beter kunnen vinden. Dit kan de drempel om internationaal zaken te doen in Europese landen zeker verlagen.’
Het NSSC-project richt zich vooral op landen rondom de Noordzee en heeft de afgelopen drie jaar samengewerkt met het BalticSupplyproject dat zich richt op de landen rondom de Oostzee. Voor het eerst in de geschiedenis van grensoverschrijdende Interreg-projecten, hebben twee projecten uit verschillende regio’s met elkaar samengewerkt en een gezamenlijk product opgeleverd. Een unieke samenwerking die als voorbeeld kan dienen voor toekomstige Interreg-projecten. Negenentwintig organisaties uit twaalf Europese landen hebben actief gewerkt aan de verbinding van de economieën in de Noord- en Oostzeeregio’s.
Het vervolg “Het samenwerken met zoveel partners uit verschillende landen was een leerzame en waardevolle ervaring“, aldus Albert Haan, manager internationale zaken SNN. “Door gezamenlijk een platform op te richten, leer je elkaar over de grens goed kennen
en dat alleen al maakt dat je voor het MKB meer kunt betekenen. Een belangrijke les blijft dat EU-financiering voor het MKB toegankelijker zou moeten zijn dan het op dit moment is. Ook moeten bemiddelende instanties, zoals Kamer van Koophandel en regionale ontwikkelingsmaatschappijen het MKB intensiever ondersteunen bij aanbestedingsprocedures van grote bedrijven.” Deze aanbevelingen zijn door de politieke adviesgroep aan beleidsmakers op regionaal, nationaal en Europees niveau overhandigd. De politieke adviesgroep bestaat uit politieke vertegenwoordigers van beide projecten.
Belang van Interreg programma voor Noord-Nederland Binnen het Interreg-programma voor het Noordzeegebied zijn 63 projecten gestart. Noord-Nederland neemt deel aan maar liefst 38 van deze projecten. Interreg levert daarmee een essentiële bijdrage aan de realisatie van de doelstelling om Noord- Nederland een levensvatbare, dynamische en aantrekkelijke woon- en werkplek te laten zijn.
Wat kan ik als MKBondernemer op Eubizz.net? Het Eubizz.net-platform biedt het MKB zowel offline als online services, zoals: • Toegang tot het bedrijfsregister van het Enterprise Europe Network • Een overzicht van relevante B2Bevenementen • Een Self Assessment Tool • Trainingen en e-learning programma’s Ook kunnen bedrijven op Eubizz.net netwerkpartners in hun eigen regio lokaliseren en van hun expertise gebruik maken in bijvoorbeeld aanbestedingsprocedures.
16
Professor Dijkhuizen ziet kansen voor vezelrijk zetmeel Mogelijk doorbraak in ontwikkeling gezondere aardappel
De superlatieven schoten deze zomer tekort. Binnen- en buitenlandse media repten om het hardst van ‘dieetfriet’ en ‘patatje gezond’. Kwalificaties die sloegen op de resultaten van een onderzoek aan onder meer de Rijksuniversiteit Groningen (RuG) op het vlak van koolhydraten. Daar hadden ze in bacteriën nieuwe enzymen ontdekt die aardappelzetmeel modificeren en daarmee zouden kunnen bijdragen aan een gezondere voeding. Daardoor zou je straks volgens de media met een gerust hart een frietje kunnen eten.
Het Noordelijk Convent is een overlegorgaan van bestuurders De conclusies wekten verbazing bij professor Lubbert Dijkhuizen, gerenommeerd wetenschapper in de microbiële fysiologie aan de RuG en leider van het onderzoek. Hij erkent dat er sprake is van een tamelijk revolutionaire ontwikkeling in gezonde voeding, maar nuanceert onmiddellijk het ‘patatje gezond’ of de ‘dieetfriet’. “Dat is niet aan de orde, friet wordt er niet gezonder van”, relativeert hij. “Want friet bevat teveel calorieën door het gebruik van frituurvet . Bovendien modificeren we hier niet de aardappelplant, maar het geoogste zetmeel. Je kunt bij ons onderzoek wel spreken van een mogelijke doorbraak op weg naar gezondere aardappelzetmeel voor bijvoorbeeld soepen en sauzen.”
“Geen ‘dieetfriet’ en ‘patatje gezond’.”
Minder snel honger De resultaten van het spraakmakende onderzoek dat de RuG samen met de Groningse Hanzehogeschool en zetmeelproducent Avebe in Veendam heeft uitgevoerd, mogen opzienbarend worden genoemd. De onderzoekers zijn erin geslaagd om het aardappelzetmeel zo aan te passen dat het minder snel glucose afgeeft in onze spijsvertering. Het zetmeel verteert dus langzamer en daardoor krijg je minder snel weer honger. Of zoals professor Dijkhuizen het uitlegt: “Wij hebben in bacteriën een enzym gevonden dat niet eerder is gekarakteriseerd. Dat enzym kan de structuur van het aardappelzetmeel zo veranderen dat het gemodificeerde zetmeel in onze mond langzamer verteert. Normaal is zetmeel een energiebron die in de mond meteen door speekselenzymen wordt afgebroken tot glucose, maar dit veranderde zetmeel wordt in de mond en de maag veel langzamer afgebroken. De grote afbraak gebeurt pas in het darmkanaal.”
Vezelrijk voedsel “Daarmee hebben we een nieuwe oplosbare zetmeelvezel ontdekt die grotendeels intact door ons lichaam gaat”, vervolgt Dijkhuizen. “Als je je dan realiseert dat ons westerse voedsel over het algemeen arm is aan vezels, is de verwachting dat deze vinding in de toekomst een belangrijke bijdrage kan leveren aan de vezelbronnen in ons voedsel.”
Bijna 40 procent is te zwaar Professor Dijkhuizen trekt in dit verband een parallel tussen bruin- en witbrood. “Deze nieuwe voedingsvezel is beter voor ons lichaam en kun je vergelijken met bruinbrood, als je het gewone zetmeel als witbrood ziet”, licht hij toe. “Als je witbrood eet, heb je al snel de neiging om teveel te eten. Dat komt omdat wij het prettig vinden om een relatief hoge glucosespiegel in ons bloed te hebben. Bruinbrood geeft je langer een verzadigd gevoel, waardoor de hongertrek ook langer wegblijft. De nieuwe vezel kan daarom bijdragen aan het verbeteren van de gezondheidssituatie in ons land. Veel mensen kampen immers met overgewicht. In de USA is dat al extreem, maar ook hier dreigt zo’n situatie. Bijna 40 procent van de Nederlanders is al te zwaar. Mogelijk verkleint deze vezelstructuur ook het risico op hart- en vaatziekten. Dat moet met experimenten nader worden uitgezocht.”
Noord NL juli 2012
17
Patent verleend Het kan nog wel even duren voordat de gezondere aardappel daadwerkelijk op de markt komt. Professor Dijkhuizen verwacht dat Avebe nog zeker drie tot vijf jaar nodig heeft voor aanvullend onderzoek. “Pas daarna kan eventueel gedacht worden aan het produceren van gezondere voedingsmiddelen”, zegt hij. “We hebben wel direct patent aangevraagd op de vinding. Dat is inmiddels verleend…”
Dit project wordt mede gefinancierd met Europese subsidie
Breed draagvlak in Noorden voor expertisecentrum koolhydraten Het zetmeelonderzoek is uitgevoerd onder de vleugels van het expertisecentrum Carbohydrate Competence Center (CCC). Dit is een publiek/private samenwerking van 20 bedrijven en 6 kennisinstellingen in Noord-Nederland op het gebied van koolhydraten (www.cccresearch.nl). Binnen het CCC werken de partners nauw samen om de innovatiekracht van de agribusiness-industrie in het Noorden te vergroten. “Het CCC wil op het gebied van koolhydraten meer kennis verwerven en nieuwe methoden en technieken ontwikkelen voor gezonde voeding en duurzame productie”, vertelt Dijkhuizen. “Daarnaast ondersteunt het samenwerkingsverband noordelijke bedrijven bij het versterken van hun marktpositie. Hoewel het CCC een sterk noordelijk accent heeft, sluiten de activiteiten van het kenniscentrum ook goed aan bij landelijke en Europese thema’s.”
Professor Lubbert Dijkhuizen, gerenommeerd wetenschapper in de microbiële fysiologie: “We zijn nog lang niet klaar met het onderzoek …”
In Noord-Nederland wordt momenteel al in 24 CCC-projecten onderzoek gedaan naar koolhydraten. Daarmee is in totaal 28 miljoen euro gemoeid. De participerende bedrijven en kennisinstellingen betalen ieder 25% van de kosten, de andere helft wordt gefinancierd uit middelen van onder meer de EU, het SNN, de noordelijke provincies en de gemeente Groningen. De huidige financiële ondersteuning van het CCC loopt nog door tot 2014. “Nieuwe subsidieaanvragen zijn de deur al uit”, meldt Dijkhuizen. “We zijn nog lang niet klaar…!”
18
Subsidieontvangers positief; initiatief voor herhaling vatbaar
Voorlichtingsbijeenkomst oktober SNN doorslaand succes ‘Ontzettend zinvol, dit mogen jullie vaker doen!’. Deze uitspraak typeerde de teneur op de voorlichtingsbijeenkomst over subsidieprogramma’s die het SNN in het provinciehuis in Assen had belegd voor subsidieontvangers uit de drie noordelijke provincies. De bijeenkomst op 18 oktober, die voor het eerst in deze vorm werd gehouden, mag gerust een doorslaand succes worden genoemd.
Met een verrassend hoge opkomst – er waren bijna honderd belangstellenden – heeft de informatiebijeenkomst bewezen in een duidelijke behoefte te voorzien. De positieve reacties na afloop onderstreepten dat. Het staat daarom vrijwel vast dat de voorlichtingssessie in de toekomst op herhaling gaat. Dit project wordt mede gefinancierd met Europese subsidie
Aansluiting op praktijk De samenkomst was voor iedereen die te maken heeft met een subsidieproject, van projectleider tot administrateur. Het programma was tot stand gekomen op basis van de vragen die de projectbeheerders bij het SNN dagelijks binnenkrijgen en sloot hierdoor goed aan op de praktijk. Als voorbeeld hebben vergelijkbare bijeenkomsten in West- en Zuid-Nederland gediend. “Wij zien dit als aanvulling op het één-op-één contact en als een mooie gelegenheid voor kennisuitwisseling”, zo lichtte Roelof Jansma, hoofd van de afdeling Programma’s van het SNN, toe.
Kompas versus lopende programma’s Jansma herinnerde het gezelschap eraan dat het grootste subsidieprogramma dat het SNN heeft uitgevoerd, het Kompasprogramma was. Dat programma, waarmee 356 miljoen euro aan EFRO-subsidie was gemoeid, is bijzonder succesvol geweest. Er is voor ongeveer een miljard euro in de regio besteed. Het lopende Europese programma is met 169 miljoen euro meer dan de helft kleiner. Ook bij dit Europees geld is cofinanciering met nationale middelen van het ministerie van EL&I en van provincies en gemeenten verplicht.
Geïntegreerde uitvoering
Een volle zaal luistert aandachtig naar de uitleg van SNN programmamanager Luc Hulsman
Het SNN voert twee subsidieprogramma’s uit: Koers Noord en het Europees EFRO-programma, ook wel Operationeel Programma (OP) genoemd. Ze worden zoveel mogelijk geïntegreerd uitgevoerd. “Zo is er bijvoorbeeld één aanvraagloket”, maakte
Noord NL juli 2012
19
programmamanager Luc Hulsman duidelijk. Luc wist verder te vertellen dat uit beide programma’s samen momenteel zo’n 250 projecten in Noord-Nederland worden ondersteund.
komen te liggen. Noord-Nederland speelt daar met haar lobbyactiviteiten nu al maximaal op in. “Hoeveel geld er precies beschikbaar komt, is nog niet duidelijk”, hield Jansma z’n gehoor voor. “Bovendien spitsen de discussies zich toe op twee varianten: vier regionale programma’s voor Nederland of één landelijk programma met een centrale uitvoering. Wij zijn hoopvol gestemd dat het opnieuw regionale programma’s worden, maar het kabinet moet nog besluiten.”
Versterking kenniseconomie In de Strategische Agenda van de EU is de economische strategie voor Noord-Nederland vooral gericht op het versterken van de positie van Noord-Nederland als kenniseconomie. Daarnaast ligt de focus op het stimuleren van economische activiteiten in steden en het vergroten van de aantrekkingskracht van het platteland, vooral innovatieve activiteiten worden ondersteund. Het Noorden probeert de innovatiekracht te versterken met het stimuleren van een zestal clusters: watertechnologie, energie, sensortechnologie, life sciences (healthy ageing), agribusiness en toerisme. Sectoren waarin Noord-Nederland de meeste groeikansen ziet en die naadloos aansluiten bij het landelijke topsectorenbeleid.
Deelsessies en vragen Worden het opnieuw regionale programma’s bij de nieuwe Europese programma’s voor 2014-2020? Het kabinet moet nog besluiten
besteed. Overigens is er nog steeds subsidiegeld beschikbaar. Wij mogen ook middelen voor innovatieve projecten inzetten die onder meer zijn overgebleven uit oude nationale programma’s.”
Na de uiteenzettingen van Jansma en Hulsman tijdens het plenaire gedeelte van de bijeenkomst werden de aanwezigen opgedeeld in drie groepen. Zij gingen uiteen om zich in deelsessies in specifieke onderwerpen te verdiepen. Daarbij was er ruimte voor (individuele) vragen. Alle medewerkers van de afdeling Programma’s van het SNN waren ter plekke voor de beantwoording. Veel vragen hadden betrekking op de voortgangsrapportages en controledruk. Maar ook kwamen de projectadministraties en de regelgeving met veelal verschillende voorwaarden voor projecten aan de orde.
Overcommittering Voor Koers Noord en het EFRO (OP)-programma is destijds voor de jaren 2007-2013 369 miljoen euro beschikbaar gesteld. Intussen is al voor 400 miljoen aan subsidies toegekend. “Er is dus sprake van overcommittering”, constateerde Hulsman. “Dat is een bewuste keuze. De praktijk wijst namelijk uit dat de toegekende subsidies vrijwel altijd lager uitvallen dan aanvankelijk gedacht. Om geen geld naar Brussel te hoeven terugsturen, voeren we dit beleid. Dat hebben we ook met de vorige programma’s gedaan. Van het budget voor die programma’s is uiteindelijk 99,8% daadwerkelijk
Subsidieprogramma’s worden drie keer per programmaperiode geëvalueerd. Uit evaluaties door de jaren heen blijkt dat ze voor Noord-Nederland effectief zijn geweest. De belangrijkste economische doelstellingen zijn gehaald. Hoewel de economische achterstanden nog niet helemaal zijn ingehaald, zijn ze wel veel kleiner geworden.
Innovatie steeds belangrijker Verwacht wordt dat bij de nieuwe Europese programma’s voor 2014-2020 een nog zwaarder accent op innovatie zal
Evaluatie Alle aanwezigen kregen op de bijeenkomst een evaluatieformulier uitgereikt, waarop zij konden aangeven wat ze van het initiatief vonden. De resultaten hiervan worden door het SNN momenteel geïnventariseerd. De eerste indruk is dat de subsidieontvangers bijzonder positief zijn. De intentie is dan ook om vaker voorlichtingsbijeenkomsten te houden, met mogelijk per provincie afzonderlijke meetings.
20
Kop www.snn.eu Hoofdkop Noord NL is een uitgave van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland namens Drenthe, Fryslân en Groningen en verschijnt vier keer per jaar tekst Harry Knevelbaard Joke Schaapman Communicatie SNN foto’s Fotografie Willem Jan Kleppe Rien Linthout Konstantin Viziryakin Niels Cornelis Meijer realisatie VNR creative bv druk Scholma Druk, Bedum abonnementen Gratis aan te vragen via www.snn.eu redactie SNN Postbus 779, 9700 AT Groningen
[email protected] www.snn.eu