MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 1
SOOOG Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen
Nummer 2
. Jaargang 2
Conciërge en administratieve krachten onmisbaar Wat doet een leerplichtambtenaar? Wetenschap voor alle kinderen Dorpsschooltuin Vriescheloo
.
oktober 2015
magazine
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 2
Inhoud
13 14 16 18 19 12 13 15 16 18 21 22
SOOOG nieuws Onmisbare krachten Lof voor conciërges en administratieve krachten
Dorpstuin Vriescheloo Hoe spinazie toch in diepvriespakken terecht komt
Kinderen en echtscheiding Een aantal adviezen voor ouders
Wetenschap voor alle kinderen Bied leerlingen een uitdagende leeromgeving!
Dagboek van een invaller De Leerplichtambtenaar Voor elk kind kans op een positieve toekomst
Pauze in een continurooster Voordelen: continuïteit en rust
Medezeggenschap op de schop Samenspel van ouders, personeel en schoolleiding
Heerlijk (voor)lezen De leukste kinderboeken
Van alles wat Leuke tips, uitjes en apps
Een kwestie van karakter Waarom kinderen slagen
Redactie Saffira Rijkee Fotografie Gonny Gerritsma, Klaas Ketelaar, Lemniscaat De Vier Windstreken, Clavis Books, Querido Vormgeving Puntgaaf Reclame & Vormgeving Veendam
Colofon
Aan dit SOOOG Magazine werkten mee: Angélique Hinderink, Carlien Dubben, Hilda Kroeze, Hilda Smid, Ina Gils, Jaap Hansen, Manon Sissing, Map Schepers, Ted Hulst, Wilma Heetland. Druk Scholma Druk Bedum SOOOG Magazine verschijnt twee keer per jaar en is een uitgave van Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen Suggesties of leuke nieuwtjes voor SOOOG Magazine?
[email protected] Op de voorkant: Een mooie oogst: 10 jaar SOOOG! Op de achterkant: Uitzicht op het water, gemaakt vanuit de ‘Kiekkaste’ in Nieuwe Statenzijl, door Klaas Ketelaar.
Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen (SOOOG) Bellingwedde - Oldambt - Pekela Vestigingsplaats: Huningaweg 8, 9682 PB OOSTWOLD Telefoonnummer: 0597-453980 Mail:
[email protected]
www.sooog.nl
Een mooie oogst! Op 1 augustus 2016 bestaat SOOOG 10 jaar. In de afgelopen tien jaar zijn we ondanks allerlei invloeden en uitdagingen die op ons pad kwamen, het kind centraal blijven stellen. We vinden educatief partnerschap belangrijk en hebben ouders steeds nadrukkelijker bij het onderwijs betrokken. We hebben hard gewerkt aan goed onderwijs en blijven dat ook doen. Onze schoolgebouwen hebben we goed onderhouden en waar mogelijk opgeknapt. Ondanks een moeizame start, hebben we grip gekregen op onze risico’s en zijn onze financiën op orde. Onze scholen voldoen bijna allemaal aan de kwaliteitsstandaarden. Een mooie oogst en we zien de toekomst dan ook met vertrouwen tegemoet. Kenmerkend voor de toekomst is dat je haar niet met zekerheid kunt voorspellen. We proberen de toekomst wel te beïnvloeden door met elkaar actief aan de slag te gaan met wat we belangrijk vinden. De wereld van morgen vraagt om nieuwe kennis, vaardigheden en bewustzijn. We gaan de komende periode onze kracht nog meer laten zien door in te zetten op een brede ontwikkeling van onze leerlingen en hun talenten. We brengen onze kwaliteiten verder in kaart en gaan vitale en duurzame keuzes met elkaar maken. We willen betrokkenheid en participatie versterken. Want samen maken we SOOOG! Het College van Bestuur Ted Hulst Jaap Hansen
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 3
SOOOG Nieuws SOOOG Academie SOOOG wil het uiterste uit kinderen halen met medewerkers die het uiterste uit zichzelf willen halen. Professionalisering staat hoog op onze agenda. Een aantal jaren geleden zijn we daarom begonnen met een eigen SOOOG Academie. Afgelopen voorjaar hield de adviesgroep P&O een enquête over de wensen van onze medewerkers en daar is het scholingsaanbod op afgestemd. Het aanbod voorziet in individuele scholing, teamscholing, scholing op clusterniveau en op SOOOG niveau en richt zich op leerkrachten, onderwijsassistenten en directieleden/management.
Het scholingsaanbod is zeer gevarieerd en gaat onder andere over het pedagogisch klimaat, didactisch handelen en onderwijsaanbod waaronder ook aandacht voor creatieve vorming en techniek. Er is ruime aandacht voor de diverse bouwen en doelgroepen binnen onze scholen. Ook dit schooljaar heeft een groot aantal leerkrachten en teams zich aangemeld voor één of meerdere scholingsactiviteiten.
Kwaliteitspool In het schooljaar 2014-2015 is SOOOG gestart met een eigen kwaliteitspool. Hierin bieden we (jonge) ambitieuze leerkrachten de kans op een uitdagende baan die bestaat uit lesgevende taken, onderzoek en beleidsondersteunende taken, met als doel de onderwijskwaliteit te verhogen. Dit schooljaar gaan we verder met onze kwaliteitspool. De acht kwaliteitspoolleerkrachten zijn dit jaar toegewezen aan tien van onze scholen: een aantal leerkrachten werkt op twee scholen binnen één cluster. De onderzoeksopdrachten van de leerkrachten hebben dit schooljaar een directe relatie met ons nieuwe strategisch beleidsplan. Ze richten zich op knelpunten rondom kwaliteit en formatie.
Inspectiebezoeken op onze scholen De inspectie van het onderwijs heeft de opdracht toezicht te houden op de kwaliteit van het onderwijs. Het toezicht van de inspectie is risicogericht en op maat en is mede bedoeld om te voorkomen dat scholen zwak of zeer zwak worden en om te voorkomen dat voormalig zeer zwakke scholen terugvallen in kwaliteit. Ten minste jaarlijks wordt voor alle scholen een risicoanalyse uitgevoerd. Daarbij worden drie dingen gebruikt: de opbrengsten van de school, signalen van mogelijke problemen en informatie uit jaarstukken. Het doel van deze risicoanalyse is bepalen welke scholen in aanmerking komen voor een basisarrangement en voor welke scholen nader onderzoek nodig is. Na de risicoanalyse volgt het kwaliteitsonderzoek naar mogelijke tekortkomingen voor scholen die geen basisarrangement hebben gekregen. Als er geen tekortkomingen zijn krijgt de school het basisarrangement. Zijn er wel tekortkomingen dan wordt volgens beslisregels een aangepast arrangement vastgesteld voor zwakke of voor zeer zwakke kwaliteit en/of voor naleving. De inspectie heeft van het ministerie de opdracht gekregen het toezicht te moderniseren. Daartoe heeft de inspectie een aantal vormen van “pilot onderzoek” ontworpen. Het merendeel van de SOOOG scholen dat wordt bezocht komt in aanmerking voor een onderzoek in het kader van de pilot Toezicht 2020. Dit houdt in dat de inspectie de scholen vraagt de eigen kwaliteit in beeld te brengen. Op basis van deze informatie zal de inspectie het onderzoek inrichten. Op dit moment is de inspectie verplicht alle scholen minimaal eens in de vier jaar te bezoeken. In 2015 worden 16 scholen van SOOOG binnen deze vierjarencyclus door de inspectie bezocht. In de eerste helft van het schooljaar zijn acht scholen al door de inspectie bezocht. Aan al deze acht scholen is opnieuw het basisarrangement afgegeven, wat betekent dat de kwaliteit van het onderwijs op orde is.
3
Conciërge Dikkie Roelfsema, administratief medewerkster Gerda Blaauw, conciërge Harry Klijnstra en schoolcoördinator Simon van der Werff
Onmisbare krachten Conciërges en administratieve krachten nemen leerkrachten en schoolcoördinatoren veel werk uit handen. Nu de scholen van SOOOG zijn geclusterd is de samenwerking mede dankzij hen veel groter. Simon van der Werff is sinds een jaar schoolcoördinator van de Hendrik Westerschool in Oude Pekela, één van de scholen binnen cluster 6. Hij noemt het belang van conciërges en administratieve krachten binnen zijn school groot. “Conciërges nemen de leerkrachten veel werk uit handen. Allerlei klusjes die uitgevoerd moeten worden nemen zij op zich waardoor de leerkracht kostbare tijd overhoudt voor de zaken in de klas. Deze werkzaamheden bestaan bij mij op school voornamelijk uit handdoekrollen vervangen, Citoboekjes kopiëren, vloeren van een wc extra dweilen, opruimen, post en boodschappen halen en zo kan ik nog lang doorgaan. Vooral het kopiëren wordt als behoorlijke taakverlichting ervaren door de leerkrachten.”
4
Administratieve krachten zijn inmiddels net zo onmisbaar, zegt Simon. “Zij nemen een enorme hoeveelheid werk uit handen. Als beginnend schoolcoördinator was het voor mij geweldig om een administratieve kracht als Gerda Blaauw te
hebben die op allerlei gebieden bekend en bekwaam is. In de samenwerking die we met elkaar hebben ondersteunen we elkaar optimaal. Zonder een administratieve kracht is de taak van schoolcoördinator een stuk moeilijker uit te voeren. Ook voor leerkrachten zijn de administratieve krachten een meerwaarde. Even een telefoontje naar ouders, afspraken plannen, financiële administratie, brieven opstellen en versturen, ParnasSys beheren en allerlei hand- en spandiensten.” Op clusterniveau is binnen cluster 6 op dit moment nog geen rol voor conciërges, maar Simon kan zich gezien hun kwaliteiten best voorstellen dat ze in de toekomst breder worden ingezet. Voor nu is binnen het cluster in elk geval een grote organisatorische en ondersteunende rol weggelegd voor de administratieve kracht. Nu de scholen geclusterd zijn is er veel meer samenwerking zegt Simon. “Je kunt gebruik maken van elkaars kwaliteiten en hoeft niet elke keer het wiel opnieuw uit te vinden.”
Fotografie Gonny Gerritsma
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 4
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 5
Samen Eva Haitsma is sinds 1 september 2014 administratieve kracht binnen cluster 4. Ze vindt dat zowel conciërge als administratieve kracht erg gewaardeerd worden. “We ondersteunen naar mijn idee toch het hele team. Heel nuttig is dat de administratieve krachten van alle clusters eens in de zoveel tijd bij elkaar komen. Je kunt van elkaar leren en vaak vragen we elkaar tijdens deze bijeenkomsten om hulp. Dat doen we trouwens ook per mail of we bellen elkaar even op. Samen komen we er vaak uit.” Gewaardeerd Gerda Blaauw voelt zich als administratieve kracht binnen cluster 6 ook zeer gewaardeerd. Vóór de clustering van scholen was dat minder. Gerda: “De functies conciërge en administratieve kracht zijn natuurlijk erg verschillend maar een overeenkomst is dat je een visitekaartje bent voor de school. Toen ik voor de clustering alleen twee ochtenden werkte voor één school waren de waardering en het gevoel erbij te horen beduidend minder dan nu. Zelf ervaar ik de clustering dan ook als erg positief en ik vind het fijn om voor meerdere scholen te werken. Ik ga bewust regelmatig naar een andere school om zo ook de andere teams te leren kennen”.
Gerda voelt zich echt een spil binnen haar cluster. “Veel contacten en werkzaamheden lopen via mij. Al met al wordt in mijn cluster vaak benadrukt dat je het allemaal met elkaar moet doen, ongeacht je functie. Dat, de gevarieerde werkzaamheden en het krijgen van veel vertrouwen maakt dat ik met heel veel plezier werk in deze functie.”
.
Dat de administratieve krachten van alle clusters af en toe bij elkaar komen is erg nuttig, vindt ook Gerda. “Want er blijken toch wel verschillen in de werkzaamheden. Zelf doe ik bijvoorbeeld ook best veel voor de clusterdirecteur terwijl dat niet overal gebruikelijk is. En andersom zijn er werkzaamheden die een ander vanzelfsprekend vindt en die ik niet doe.”
5
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 6
Dorpsschooltuin Vriescheloo Een dorpsschooltuin waarin kinderen leren hoe spinazie toch in die diepvriespakken terecht komt en dat worteltjes echt onder de grond groeien. Én die als het even kan moet zorgen voor nieuw bloed in Oost-Groningen. Het is gezellig druk in de dorpsschooltuin aan de Berkenweg in Vriescheloo. Op deze grijzige na-zomerdag zijn leerlingen van samenwerkingsschool De Driesprong druk bezig te oogsten wat ze eerder dit jaar gezaaid hebben. Hun oogst is naar tevredenheid: pompoenen, een kruiwagen vol aardappels, wortels, boontjes, bieten en wat al niet meer.
6
Groen tegen vergrijzing De dorpstuin van Vriescheloo bestaat nu twee jaar. Woningcorporatie Acantus besloot in 2013 huurwoningen aan de Berkenweg in Vriescheloo te slopen. Samen met de dorpsraad Vriescheloo nam De Driesprong het initiatief om op de lege plek een dorpsschooltuin te beginnen. Alle Riemersma zat toentertijd nog in de dorpsraad. Nu begeleidt hij vanuit Stichting Dorpsschooltuin de leerlingen van De Driesprong in de tuin, geeft theorielessen op school en zet zich samen met vrijwilligers uit de buurt op verschillende manieren in voor de dorpsschooltuin. Alle vindt zijn werk prachtig. “Vorig voorjaar
zijn we begonnen. De heggen beginnen al te groeien en in mei en juni was het hier één bloemenzee. De Driesprong is al bijzonder en nu heeft de school ook nog een schooltuin waarmee we gelijk een lege plek in het dorp konden opvangen. We hadden de tuin ook achter de school kunnen maken maar we wilden juist de verpaupering van zo’n wijk tegen gaan. Het vergrijst hier heel sterk en nu brengen wij, de ouderen, kennis over aan de jongeren, in een mooi stuk groen in de buurt. En dan met zo’n molen op de achtergrond, wat wil je nog meer?” Jonge gezinnen Vrijwilligers komen uit de wijk. Jan Teerling (rechts op de foto naast Alle) woont hier op de hoek en houdt toezicht op de tuin. Alle: “De buurt was eerst heel afwachtend. Oost-Groningen, leuk maar hier lukt toch nooit wat, werd er gemopperd. We wensen jullie veel succes! Maar als we nu bezig zijn wordt steevast gevraagd of we al koffie hebben gehad.
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 7
De hoekwoningen hier tegenover waren bezet en de rest was leeg, maar nu zijn alle woningen toch weer bewoond”. Stiekem is dat ook de droom en het streven van Stichting Dorpsschooltuin: nieuwe, jonge gezinnen naar Vriescheloo en Oost-Groningen trekken. Alle: “We doen aan zoveel mogelijk dingen mee, geven ook presentaties. Er wordt altijd gesproken over reisafstand naar werk, maar je moet het hebben over reistíjd. Er is hier inderdaad geen werk, hier is rust en ruimte. Maar als je in Zaanstad woont en voor je werk naar het centrum van Amsterdam moet ben je langer onderweg dan van hier naar Assen of Groningen. En wat natuurlijk steeds belangrijker wordt: net over de grens is veel meer middenbedrijf dan hier, dus werk genoeg. Als we nou elk jaar één jong gezin erbij krijgen… Dan komt ’t hier wel goud. Dat is het idee achter de dorpsschooltuin”.
hier nu, maar het ontvolkt hier, mensen trekken weg. Maar al wonen en werken ze later misschien ergens anders, in Groningen of Kuala Lumpur of waar dan ook, hun wortels liggen hier. Daar staan die bomen symbool voor”.
‘Bah, worteltjes met modder? Dan hoef ik ze niet!’ Wie zaait… Voor de kinderen zit het tuinieren er weer op voor deze week. Gereedschap wordt opgeborgen en de oogst wordt bewonderd. De uien blijven nog even liggen want die moeten nog veertien dagen op de grond drogen. Een gevonden aardappelhartje wordt meegenomen voor mama. Zo’n dag als vandaag, waarop geoogst mag worden, is natuurlijk het leukst, zegt Alle. “Ze krijgen de oogst mee naar huis of eten het op school waar ze er zelf mee koken. Ze hebben al eens spinazie geroerbakt en rabarber met kaneel en met citroen gemaakt. Ze proberen ook nieuwe dingen uit. Spruitjes vinden ze natuurlijk vies, maar als hun zelf gezaaide spruitjes van de winter klaar zijn dan gaan ze die op een aantal manieren klaarmaken. En het zijn nu hún spruitjes, dus misschien lusten ze ze dan wel.”
.
Alle Riemersma en Jan Teerling
Wortels En natuurlijk: kinderen biologisch leren tuinieren. Alle kinderen uit groep 3 tot en met 8 van De Driesprong - en soms ook al kinderen uit groep 2 - werken sinds vorig jaar op dinsdag- of donderdagmiddag in de tuin. Er zijn twaalf moestuintjes, waarop zoveel mogelijk verschillende groenten worden gekweekt. Geleerd wordt er zeker. Alle: “De worteltjes komen ook al, zei ik laatst. Ik zie helemaal geen worteltjes, zeiden een paar kinderen. Ze wisten niet dat wortels onder de grond groeien. En dan meisjes die zeggen: Bah, met modder? Dan hoef ik ze niet! Dat zijn ze helemaal niet gewend. Toen ze zelf spinazie moesten snijden stonden er kinderen bij die zeiden: maar dat zit toch altijd in zo’n diepvriespak?’ Ik kan me dat voorstellen als je driehoog-achter in Amsterdam woont, maar hier zitten we midden in de natuur. Aan de andere kant zijn er ook kinderen die mij dingen vertellen. In het voorjaar geven we les op school en dan is het wel eens: Maar mijn opa die zegt dat dat anders moet… Dat is ook leuk”. Vorig jaar plantten de leerlingen vijfentwintig oud-Groninger hoogstamfruitbomen in de tuin. Alle: “De kinderen wonen
In Westerwolde staan in totaal 25 ‘SocialSofa’s’. Ze zijn bedoeld als ontmoetingspunt voor alle buurtbewoners, jong en oud. De SocialSofa in de dorpsschooltuin staat er sinds juni dit jaar en is ontworpen door de kinderen van De Driesprong: hun tekeningen over het ontstaan van de tuin zijn in het glasmozaïek van de bank verwerkt. De bank trekt veel toeristen en is daarmee ook een ontmoetingspunt voor dorpsbewoners en toeristen geworden.
7
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 8
Per jaar maken ongeveer 70.000 thuiswonende kinderen de scheiding van hun ouders mee. Een aantal adviezen op een rij.
Kinderen en echtscheiding Hilda Smid, Ambulant begeleider gedrag & KIES-coach
Je kind heeft veel vragen over de echtscheiding. Het maakt zich zorgen (dat kan over van alles zijn, jullie als ouders, spullen, huis, sportvereniging) en soms moet je kind zijn verhaal kwijt. Neem daar de tijd voor. Onderbreek je kind niet en wees voorzichtig met te snelle oplossingsgerichte reacties. Je kind wil gehoord worden. Het heeft behoefte aan geduld en je aandacht. Kinderen zijn soms terughoudend met emoties, omdat ze bang zijn dat jij overstuur raakt. Maak duidelijk dat er ruimte is voor alle gevoelens. Vertel bijvoorbeeld dat het normaal is om te hopen dat jij en je partner weer bij elkaar komen. Je kind kan zich schamen voor deze wens. Leg uit dat dit niet nodig is, omdat alle kinderen willen dat hun ouders bij elkaar zijn. Benadruk tegelijkertijd dat jullie echt niet meer bij elkaar komen.
Informeer betrokkenen zoals de leerkracht en naschoolse opvang. Geef je kind de vrijheid om met anderen over de scheiding te praten en verbinding met anderen op te bouwen.
Leg je kind uit dat de scheiding niet zijn schuld is Veel kinderen denken dat zij de echtscheiding hebben veroorzaakt. Je moet je kind er regelmatig van overtuigen dat het absoluut niet zijn schuld is. Het is belangrijk dat je de eerste jaren na de scheiding blijft benadrukken dat de scheiding een beslissing van jou en je partner is.
Lees samen een boek over scheiden Een andere manier om de echtscheiding met je kind te bespreken is door samen een (prenten)boek over scheiden te lezen. Het helpt je om zaken te bespreken. Bovendien structureert het de gedachten van je kind. Je kind heeft door het lezen van een boek een concrete aanleiding om vragen te stellen.
Maak het niet mooier dan het is Vertel je kind geen smoesjes, bijvoorbeeld dat papa even weg is voor de zaak. Kinderen voelen precies aan wanneer je iets voor ze achterhoudt. Ze zullen dit als onprettig ervaren, ook als ze weten dat je het voor hun bestwil doet. Kinderen hebben behoefte aan duidelijke, begrijpelijke antwoorden op hun vragen. Zorg voor duidelijkheid Betrek je kinderen bij de concrete planning, houd rekening met hun wensen. Kom (bezoek)afspraken en beloftes na.
8
Ga niet wijzen Probeer je in gesprekken met je kind niet negatief uit te laten over je ex-partner. Daarvan raakt je kind in een loyaliteitsconflict. Praat niet met je ex-partner via je kind en sta open voor positieve opmerkingen over je ex-partner. Jouw kind mag van allebei zijn ouders houden. Als je je kind daarin belemmert zal het zich terugtrekken, gaan liegen of somber worden. Zorg dat je je vrienden blijft zien. Daardoor voorkom je dat je je kind met jouw zorgen opzadelt. Bovendien helpt het je om lastige momenten met je kind te relativeren.
.
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 9
Wetenschap voor alle kinderen In groep drie al naar de universiteit, het universum bekijken vanuit een mobiel planetarium, college krijgen van ruimtevaarder André Kuipers en daarna proberen de zwaartekracht te slim af te zijn… Leerlingen van de Eexterbasisschool beleven het allemaal, want hun school is aangesloten bij het Wetenschapsknooppunt Noord-Nederland. De Eexterbasisschool in Scheemda sluit mooi aan bij het Kinderboekenweekthema van dit jaar: natuur, wetenschap en techniek onder het motto: Raar, maar waar! In 2013 sloot de school aan bij het Wetenschapsknooppunt Noord-Nederland (WKNN). Het WKNN is een initiatief van de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool, met als doel kinderen kennis te laten maken met wetenschappelijke activiteiten en ze daar enthousiast voor te maken. Doel is ook de leeromgeving te verrijken en bij kinderen een onderzoekende houding te creëren. Of dat ook zo werkt wordt onderzocht in een parallel lopend onderzoek naar het effect van deelname van de school aan het Wetenschapsknooppunt. Kinderuniversiteit In 2013 kwam het team van de Eexterbasisschool in contact met de coördinator van het WKNN, Douwe van der Tuin. Na een intakegesprek sloot de school zich aan bij het Weten-
schapsknooppunt. Olga Leeuwerik, coördinator WKNN op de Eexterbasisschool: “De Rijksuniversiteit en de Hanzehogeschool organiseren inspirerende activiteiten voor basisschoolleerlingen die kinderen echt bijblijven. De Kinderuniversiteit bijvoorbeeld, waar elk jaar verschillende colleges te volgen zijn. In 2013 kreeg groep drie er ten tijde van de Sinterklaasintocht in Groningen een college van een aantal professoren, over zout en de maan. Die kinderen horen we daar nu nog over. En het was prachtig om die kleine hummeltjes daar op de trappen van de universiteit te zien”. André Kuipers Afgelopen schooljaar zijn de kinderen uit groep zeven/acht naar een college van Ionica Smeets geweest. Zij is een wiskundige, wetenschapsjournaliste en columniste die wetenschap probeert uit te leggen aan een algemeen publiek.
9
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 10
Olga: “We zijn ook naar een heel boeiend college geweest over farmacologie en misdaad met als thema: hoe kom je erachter wat zich heeft afgespeeld bij een misdrijf? En het college van André Kuipers afgelopen schooljaar sprak de kinderen helemaal aan. Hij liet heel mooi beeldmateriaal zien dat hij in de ruimte gemaakt heeft. En hij gaf ons een opdracht mee. Hij vertelde dat als je Smarties uit je hand laat vallen, ze door de zwaartekracht op de grond terechtkomen. Als je dat in de ruimte doet blijven de Smarties zweven. De opdracht was: gooi een golfbal van één meter hoogte naar beneden en zorg ervoor dat het balletje er zo lang mogelijk over doet om de grond te bereiken. De kinderen moesten eerst uitzoeken wat zwaartekracht is en hoe je dat kunt tegenwerken. Vervolgens moesten ze een constructie bedenken om het balletje er zo lang mogelijk over te laten doen”. Experimenteren Toen het Mobiele Planetarium op school langskwam konden alle kinderen de planeten van dichtbij bekijken. Ze maakten een reis naar de Melkweg en leerden over zwarte gaten. In de Magneet, een hypermoderne technische ruimte binnen de Hanzehogeschool, konden ze experimenteren met de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van wetenschap en techniek. In het Universiteitsmuseum worden allerlei activiteiten georganiseerd aansluitend op colleges. Tijdens elke activiteit wordt een probleem aangeboden waar de kinderen zich volgens een zeven-stappen-model voor ontwerpend leren over mogen buigen. Groep vijf ging afgelopen schooljaar naar het Scheepvaartmuseum waar de kinderen leerden over drijven en zinken. Ze moesten een boot of vlot bouwen met zoveel mogelijk materialen, waar knikkers op werden gelegd. Het bootje dat de meeste knikkers kon dragen zonder te zinken had gewonnen.
10
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 11
Enthousiast Een onderzoekende houding levert het WKNN zeker op zegt Olga. Kinderen moeten met elkaar overleggen en leren oplossingsgericht te werken. Een dynamische interactie tussen kinderen onderling en met volwassenen is belangrijk om talenten te zien en te ontwikkelen. Het spreekt de kinderen en leerkrachten enorm aan. Ze zijn enthousiast en de motivatie is groot. Olga: “We proberen dat in school een plek te geven. Leerkrachten krijgen dit jaar scholing in talentontwikkeling en wetenschap en techniek en daarnaast doen wij mee aan verschillende activiteiten die georganiseerd worden vanuit de universiteit. Op dit moment zijn we met een aantal leerkrachten betrokken bij het tot stand komen van MOOC’S: online colleges voor basisschoolleerlingen ontwikkeld door de Rijksuniversiteit Groningen. Voor ons boeiend om bij betrokken te worden”. Wetenschap voor iedereen Het mooie aan het WKNN vindt het team van de Eexterbasisschool dat voor alle kinderen de leeromgeving verrijkt wordt en het wetenschappelijk denken gestimuleerd wordt. Niet alle kinderen komen automatisch met wetenschappelijke activiteiten in aanraking. Olga: “Dus het is heel mooi dat het Wetenschapsknooppunt dit soort activiteiten voor alle basisschoolleerlingen aanbiedt. Doordat ze hier al op jonge leeftijd mee in aanraking komen weten ze ook dat het mogelijkheden voor de toekomst zijn”.
Het team hoopt dat meer scholen binnen SOOOG zich zullen aanmelden voor het WKNN. Op dit moment is De Noordkaap ook aangesloten. Olga: “Als je je aanmeldt krijg je een scholing voor het hele team over wetenschap en techniek waar eenmalig kosten aan verbonden zijn. De activiteiten worden aangeboden, je moet alleen het vervoer zelf regelen en je moet iemand binnen je school of cluster hebben die het coördineert. Haal talent uit je leerlingen en bied ze een uitdagende leeromgeving! Het WKNN is altijd op zoek naar enthousiaste basisscholen”.
.
Kinderboekenweek: 7 tot en met 18 oktober Het Kinderboekenweekgeschenk van dit jaar is Per ongelukt! van Simon van der Geest. Het prentenboek is Speeltuin, van Mies van Hout. In de bibliotheek - en alleen daar - zijn rondom de Kinderboekenweek de Kinderboekenkrant en een speciale editie van het tijdschrift Quest verkrijgbaar: ‘Quest JR, een magazine voor nieuwsgierige kinderen!’
11
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 12
k e o b g a D . . r e l a v n i n e e van Opgelucht en blij. Ik mag blijven. Ieder jaar is het weer spannend. Is er ruimte en zo ja, mag ik dan blijven? Ik weet van mezelf dat ik me voor de volle honderd procent heb ingezet, maar dat is niet altijd doorslaggevend. Van collega-invallers had ik al gehoord dat ze mochten blijven. De onzekerheid sloeg toe. “Heb je na schooltijd eventjes voor mij?” Slik, daar gaan we. Helaas, er werd iets gevraagd over de laatste schooldag. Ondertussen mijn mail maar in de gaten houden. Uiteindelijk kreeg ik bericht dat ik op een andere school op gesprek mocht. Yes! Vol goede moed ging ik op pad. Ik werd vriendelijk ontvangen met een kopje koffie en een glimlach. Wel moest ik nog even wachten want er zat nog een andere kandidaat. Oh ja, ik ben niet de enige. De zenuwen begonnen te komen. De deur ging uiteindelijk open en een bekend gezicht kwam tevoorschijn. Juist. We kennen elkaar allemaal. We wisselen ideeën uit, vertellen elkaar positieve en negatieve gebeurtenissen en herkennen onszelf in elkaars verhalen. Maar nu gunnen we elkaar het licht in de ogen niet. Nu gaat het om belangrijkere zaken. Ervaring hebben we allemaal genoeg, we zetten ons allemaal voor de volle honderd procent in, daar ontbreekt het niet aan. Maar inmiddels wonen we allemaal samen, zijn getrouwd, hebben kinderen, de rekeningen lopen - helaas - gewoon door. Toen ik in het bedompte kamertje kwam, zag ik drie man sterk aan tafel zitten. Ieder had een flinke stapel papierwerk voor zich liggen, met allerlei vooraf bedachte vragen, aantekeningen en quotes uit literatuur. Oké, het wordt zo’n gesprek. Na een kwartier bloed zweet en tranen, wisten ze genoeg. Mijn gevoel zei me dat dit het niet ging worden. Vragen als: “Wat zijn jouw tien kernkwaliteiten”, of: “ Hoe denk je over de oorlogen” kwamen mij na een jaar keihard ploeteren iets te rauw op m’n dak. Een uur later werd ik dan ook gebeld met de mededeling dat de keuze op iemand anders was gevallen. Helaas. Diezelfde middag kreeg ik alsnog te horen dat ik op mijn ‘eigen’ school mocht blijven. En dat werd mij tussen neus en lippen door gevraagd.
.
12
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 13
De Leerplichtambtenaar De meeste kinderen gaan gelukkig gewoon naar school. Doen ze dat niet dan wordt de leerplichtambtenaar ingeschakeld. Hij of zij zet alles in het werk om kinderen en jongeren een zo goed mogelijke kans te geven op een positieve toekomst. En daar heb je echt een diploma voor nodig. Gerald Bonsema en Silvie de Vries werken als leerplichtambtenaar binnen de gemeente Oldambt. Hij binnen het voortgezet onderwijs, zij in het basisonderwijs. De leerplicht geldt voor jongeren tot achttien jaar. Uitzonderingen zijn jongeren die hun certificaat van het praktijkonderwijs hebben en jongeren waarvan wordt ingeschat dat ze geen startkwalificatie (een havo/vwo-diploma of een diploma op minimaal mbo2 niveau) kunnen halen. Gerald: “De wet op de leerplicht zegt dat ieder kind verplicht is om onderwijs te volgen. Maar ook dat ieder kind récht heeft op onderwijs. Als met een leerling of een school problemen zijn met naar schoolgaan, kunnen wij betrokken worden”. Bang voor school Een leerplichtambtenaar is niet alleen die meneer of mevrouw die aan de deur komt bellen wanneer een kind niet op school is. Silvie en Gerald hebben intensief contact met kinderen en hun gezinnen. Gerald: “Natuurlijk gaan wij op onderzoek uit als een school een kind kwijt is”. Silvie: “Maar bij basisschoolkinderen gaan we sowieso op huisbezoek. Die kinderen zijn meestal onder de twaalf dus strafrechtelijk gezien richt je je niet op hen. Je bent met de ouders bezig en gaat op huisbezoek om te zien hoe een kind leeft en in welke omstandigheden het opgroeit. We proberen zo dicht mogelijk bij ouders te staan en onze zorgen te delen over verzuim op zo’n jonge leeftijd”. Spijbelen zie je niet veel op de basisschool. Schoolweigering wel. Gerald: “Kinderen die bang zijn om naar school te gaan, met geen mogelijkheid daartoe te bewegen zijn. Ouders die ook niet meer weten wat ze moeten doen. Wij proberen samen met ouders, het kind, school en eventueel hulpverlening te kijken wat er nodig is om het kind weer naar school te laten gaan. Is dat hulp, ondersteuning, moet school iets veranderen? Zit het kind wel op zijn plek? Dat zijn vragen waar we samen een goed antwoord op proberen te vinden”. Spin in het web Silvie en Gerald hebben hun kantoor in Onderwijs Zorg Centrum De Stuwe in Winschoten. Als leerplichtambtenaren zijn ze echte spinnen in het web. Ze hebben contact met scholen, veel verschillende hulpverleners en justitie. Voor ieder kind dat niet naar school gaat wordt een eigen plan gemaakt, waarover met andere deskundigen wordt overlegd. Silvie: “We zoomen in op een gezin en het kind en kijken wat er nodig
is. Wat kunnen we met ons allen bedenken om dit gezin te ondersteunen en te zorgen dat de kinderen weer naar school gaan? We kijken op alle vlakken waar we kunnen helpen. Als er al deskundigen betrokken zijn dan gaan wij echt op het verzuim zitten. Is er helemaal geen hulpverlening dan gaan we die juist inzetten”. Beter voorkomen… Silvie, Gerald en hun collega-leerplichtambtenaren willen voor elk kind een zo goed mogelijke kans op een positieve toekomst. Silvie: “En tegenwoordig is een diploma daar erg belangrijk voor. Want zonder diploma vind je geen passend werk en is het ook heel moeilijk om werk te behouden als je het al krijgt”. Om schoolverzuim te voorkomen geven Silvie en Gerald onder andere voorlichting op scholen. Het liefst krijgen ze voordat scholen een officiële melding doen al een seintje over een kind. Ze hebben een leerplichtspreekuur voor kinderen die zeven keer te laat zijn gekomen. Silvie: “We gaan een heel simpel gesprekje met de leerling aan, het is preventief bedoeld. Dat proberen we ouders ook mee te geven: als zij er niet uitkomen met school kunnen wij bemiddelen tussen ouders en school”. Erg belangrijk is dat ouders één lijn vormen met school.
13
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 14
Geen snipperdagen Ouders zijn meestal niet blij als ze met een leerplichtambtenaar te maken krijgen. Silvie: “Ouders hebben altijd het gevoel dat er boetes opgelegd worden zodra het woord leerplicht valt. Dat is inderdaad een mogelijkheid richting ouders. Maar dan hebben we het wel over luxeverzuim, dus op vakantie gaan zonder dat daar de juiste toestemming voor is. Dat is voor ons maar een klein deel van ons werk”. Het is wel wat ouders veel bezighoudt. Silvie: “Ze willen gewoon hun weekenden weg kunnen en vinden dat school niet moet zeuren. Dat zorgt soms voor flinke spanningen tussen ouders en school. Voor scholen is het heel lastig om nee te zeggen want ze staan dichtbij ouders”. Maar feit is dat snipperdagen op school niet bestaan. Gerald vindt dat alle scholen daar heel consequent in moeten zijn. Omdat hij en Silvie vaak dezelfde vragen krijgen hebben ze een folder uitgebracht voor scholen met daarin de belangrijkste regels rondom extra verlof. Consequenties Richting ouders zijn Silvie en Gerald open en eerlijk. Silvie: “Wat we altijd heel duidelijk uitleggen in gesprekken is dat we twee petten op hebben: een zorgpet maar ook een politiepet. Als wij afspraken maken met gezinnen of jongeren maar niemand houdt zich daaraan dan heeft dat consequenties. Bijvoorbeeld een preventief traject bij HALT, maar het kan ook zijn dat we een proces verbaal opmaken. Daar zijn
we helder over en meestal is dat een moeilijk stuk in het gesprek maar het is ook fair, want je wilt jongeren leren dat hun gedrag gevolgen heeft”. Naar ouders toe geldt dat ook. Gerald: “Als ouders de hulpverlening of ondersteuning niet oppakken of zich niet aan afspraken houden kun je overgaan tot het opmaken van een proces verbaal”. Serieus probleem Schoolverzuim is een serieus probleem dat behoorlijk zwaar bestraft wordt. Gerald: “In formele zin is het een overtreding, geen misdrijf. Maar de kinderrechter neemt het steeds serieuzer. Want achter schoolverzuim zit vaak een probleem waardoor de jongere later op andere terreinen ook kan vastlopen en misschien zelfs criminaliseert. We kijken daarom altijd hoe het verder gaat: thuis, met sport, hobby’s, relaties”. Silvie: “We verkennen altijd alle levensgebieden even in een gesprek. Omdat we heel vaak merken dat het probleem in het gezinssysteem zit. Er zijn veel kinderen in de regio die weinig basis hebben, die weinig gestimuleerd worden om goed hun best te doen op school. En dat is heel zorgwekkend”. Geld is vaak een belemmering, zegt Gerald. Tot nu toe zijn de reiskosten voor mbo-studenten voor eigen rekening en dat zijn behoorlijke bedragen. Dat is straks gelukkig niet meer zo. “Maar met name mbo-opleidingen zijn vaak duur. Als je een volledige kappersset nodig hebt of een goedgevulde timmerkist hangen daar forse bedragen aan. Niet iedereen kan die betalen.” Meedenken Silvie en Gerald drukken zowel ouders als scholen op het hart vooral bij ze aan te kloppen als ze vragen hebben. Silvie, lachend: “We slepen ze echt niet direct een traject in!” Gerald: “Als dingen niet lopen of je hebt een vraag over verlof, of scholen willen weten wat ze ergens mee moeten en wat de mogelijkheden zijn: gewoon vragen. We lossen niet alles op maar meedenken doen we graag”.
.
‘Voor elk kind een zo goed mogelijke kans op een positieve toekomst’ Gerald Bonsema en Silvie de Vries
14
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 15
Pauze in een continurooster In de Cao 2014-2015 is afgesproken dat leraren een half uur pauze mogen hebben tussen 10.00 en 14.00 uur. Voor scholen met een continurooster betekent deze nieuwe regel iets meer organisatie om voor elk personeelslid pauze te realiseren. Op scholen met een continurooster gaan kinderen tussen de middag niet naar huis en zijn ze ’s middags eerder vrij dan kinderen die wel thuis middagpauze hebben. Nu in de nieuwe cao de pauzeregeling is opgenomen – leraren hebben recht op een half uur pauze tussen 10.00 en 14.00 uur, om zo een moment te kunnen ontspannen zonder kinderen – moeten scholen met een continurooster manieren bedenken om die pauze voor alle personeelsleden te organiseren.
zes voldoen”. Jan Paul vindt het gek dat juist nu meer scholen overgaan op een continurooster de wet op deze manier is aangepast. “Om twee uur zijn leerkrachten tussen aanhalingstekens vrij. Als je dan een half uur pauze neemt en daarna verder gaat… Maar volgens de nieuwe regels moet de pauze vóór twee uur. Dat is op maandag een probleem want met de huidige personeelsbezetting kan dit niet georganiseerd worden.”
Rust Op obs De Bouwsteen, waar nu voor het derde schooljaar met een continurooster wordt gewerkt lukt dat prima, vertelt een leerkracht tussen de bedrijven door. “Elke collega heeft een half uur pauze per dag. Dat kan een half uur tussen de middag zijn of twee keer een kwartier. Tijdens die pauze eet de conciërge bijvoorbeeld met de kinderen, of collega’s die niet voor de klas staan, bijvoorbeeld een IB’er of een clusterdirecteur.” Kinderen op de Bouwsteen gaan iedere dag van 8.15 tot 14.15 uur naar school. Op woensdag zijn ze om 12.15 uur vrij. Een paar jaar geleden werd op De Bouwsteen voor het continurooster gekozen vanwege de rust die het brengt. “Tussen de middag hadden we een uur pauze en dat was vrij kort. Steeds vaker zeiden ouders: wat een gesjees. De kinderen moeten snel naar huis, snel een broodje eten. Eigenlijk is het geen rustmoment tussen de middag. Voor ons als leerkrachten was het bovendien vaak zo dat er onderweg naar school van alles gebeurd was als kinderen ’s middags weer op school kwamen en dan moesten we nog ruzietjes oplossen. Voor ons gevoel was het onrustig. Dit rooster geeft veel meer rust.”
Voor De Noordkaap is dit het tweede jaar met een continurooster. Kinderen gaan van 8.15 tot 14.00 uur en op woensdag tot 12.15 uur naar school. Jan Paul: “We denken dat we hiermee aan een behoefte van ouders voldoen en dat het beter is voor de kinderen om gewoon door te gaan, qua rust. De kinderen hebben veel tijd voor sociale zaken, ze hebben het gevoel dat ze elke middag vrij zijn. Dat zijn de voordelen: continuïteit en rust, wat bijdraagt aan goed onderwijs voor onze kinderen”.
Pauzeprobleem Ook op obs De Noordkaap geldt een continurooster. De aangepaste arbeidstijdenwet is voor De Noordkaap iets lastiger. Schoolcoördinator Jan Paul Siebelink: “De pauzes zijn een probleem. Op donderdag hebben we een vakleerkracht gymnastiek, dus op dat moment hebben de leerkrachten pauze. Verder ben ik zelf drie dagen lesvrij geroosterd dus die dagen sta ik op het plein tijdens de ochtend- en middagpauze. Maar op maandag kunnen we niet aan de pau-
.
15
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 16
Medezeggenschap op de schop SOOOG zit in een opmaat naar ‘clusterbrede’ Medezeggenschapsraden. Rein van Dijk, directeur van Vereniging Openbaar Onderwijs, noemt de manier waarop het College van Bestuur en de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van SOOOG hiertoe samenwerken ‘medezeggenschap ten top’. Rein van Dijk is specialist in medezeggenschap, ouderbetrokkenheid, passend onderwijs en tussenschoolse opvang én directeur van de Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO). Het afgelopen jaar heeft hij de Werkgroep GMR en het College van Bestuur (CvB) van SOOOG geholpen om de medezeggenschapsstructuur die er was om te zetten naar een nieuwe structuur. Het was een intensief proces waarop het definitieve voorstel van het CvB en het besluit daarop van de GMR op het moment van schrijven nog moeten volgen. Heel belangrijk In een Medezeggenschapsraad (MR) kunnen ouders en leerkrachten meedenken over het beleid van een school. De GMR overkoepelt de verschillende MR’en en houdt zich bezig met beleid op bovenschools niveau: dus met dingen die alle scholen of een meerderheid van scholen aangaan. Het belang van medezeggenschap binnen scholen is groot, zegt Rein van Dijk. “Waar vroeger de gemeente de basis was van het openbaar onderwijs zijn nu heel veel stichtingen die heel
16
autonoom zijn. Ze hebben nog wel een soort verantwoordingsplicht aan de gemeente over de middelen en hoe die besteed zijn, maar je zou kunnen zeggen dat ze voor het overgrote deel zelf beleid kunnen maken. Dus dan moet er een controlerend orgaan zijn. En dat is op het niveau van de stichting de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad, met vertegenwoordigers vanuit de scholen: zowel ouders als personeel. Zij denken mee en beslissen uiteindelijk ook mee over de plannen van het bevoegd gezag. Zo hoort het, want het moet altijd een samenspel zijn van alle bewoners van zo’n school: ouders, personeel en schoolleiding. Dus het belang van zo’n raad is heel groot.”
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 17
Goede kans Als de plannen zoals ze er op het moment van schrijven uitzien doorgaan zal SOOOG vanaf volgend jaar een vorm van bovenschoolse medezeggenschap krijgen waarin ieder cluster zijn eigen vertegenwoordigers krijgt. De nieuwe vorm van medezeggenschap moet onder andere zorgen voor kortere lijnen tussen MR’en en GMR. Volgens Rein heeft het nieuwe plan een goede kans van slagen. “Je zult het nooit op alle details met elkaar eens zijn, maar op hoofdlijnen zal men heel veel van de eigen inbreng terugzien. Je moet ook werkenderwijs nog ontdekken hoe het gaat want je kunt niet alles voorzien. Ieder cluster krijgt bijvoorbeeld één ouder en één personeelslid. Dan moet die ene ouder wel namens vier scholen het oudergeluid laten horen. Hetzelfde geldt voor het personeelslid. Daar zijn al oplossingen voor bedacht maar nu moet je straks in de praktijk ervaren hoe dat loopt. Maar ik denk dat de mensen in Groningen daar heel verstandig mee om zullen gaan en dat het zich in de praktijk zal oplossen.” Prachtige manier Rein vindt het heel bijzonder hoe het CvB en de GMR samenwerken om de medezeggenschap binnen SOOOG anders te organiseren. Iedereen in de scholen en de MR’en is bij de plannen betrokken. “Dat is medezeggenschap ten top. Want dan luister je voordat je een plan maakt al goed naar de mensen in de scholen en dat is heel belangrijk.” Het was een tijdrovend proces, zegt Rein. “We zijn een jaar bezig geweest. Ik heb alle clusters een aantal keren bezocht, heb alle medezeggenschapsraden van ieder cluster gezamenlijk in overleg gezien. We hebben een gezamenlijke avond gehad, er is een werkgroep geweest. Maar dat geeft ook aan dat de mensen die dit geïnitieerd hebben het ook heel belangrijk vinden dat door de scholen meegedacht kon worden. Een prachtige manier van medezeggenschap die je niet vaak ziet. De afstemming, de zorgvuldigheid. Als vereniging maken we niet vaak mee dat er op die manier zo goed wordt samengewerkt.”
.
Kandidaten gezocht! We zijn op zoek naar nieuwe kandidaten die de GMR willen komen versterken. Als lid van de GMR kunt u meedenken en mee beslissen over de plannen van het bestuur van SOOOG. Heeft u interesse dan kunt u contact opnemen met het secretariaat van de GMR via
[email protected].
‘Een prachtige manier van medezeggenschap die je niet vaak ziet’ 17
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 18
Samen Heerlijk (voor)lezen!
Zelf lezen en samen lezen is goed voor de ontwikkeling van kinderen. Hun woordenschat wordt groter, net als hun gevoel voor taal. Lezen prikkelt de fantasie en stimuleert sociaal-emotionele vaardigheden. Bovendien is samen lezen vooral erg gezellig. Ook oudere kinderen vinden het vaak nog erg leuk om voorgelezen te worden! SOOOG Magazine zet en paar niet te missen kinderboeken op een rij.
Het boekenliefje
Helen Docherty en Thomas Docherty In elk huis, bij alle dieren, wordt er ’s avonds voorgelezen. Maar dan beginnen alle boeken te verdwijnen. Een dapper konijntje wil het mysterie van de verdwenen boeken oplossen, en ontdekt dat er een verdrietig klein boekendiefje rondsluipt. Het boekendiefje wil heel graag een boekenliefje zijn en zoekt iemand die hem wil voorlezen… Een heerlijk magisch verhaal over het belang van voorlezen voor het slapengaan. Vanaf 4 jaar. Clavis Books – ISBN 9044820273.
De Notenkraker An Leysen Het is kerstavond. Clara en haar broer Fritz zijn dol op Kerstmis! Elk jaar brengt oom Drosselmeier een bijzonder kerstcadeau voor hen mee. Dit jaar krijgt Clara een houten soldaat. Het is een notenkraker. Clara is meteen weg van zijn grote lieve ogen. En die nacht ontdekt ze dat haar nieuwe vriend veel meer kan dan noten kraken alleen. Ooit was hij een dappere soldaat die verliefd werd op een echte prinses… Alleen om de betoverende tekeningen zou je dit boek al willen hebben. Ze voeren je zo mee naar de wonderlijke droomwereld van de gemene Muizenkoning en de betoverend mooie Suikerfee. Vanaf 5 jaar, maar eigenlijk voor alle leeftijden.
18
Clavis Books – ISBN 9789044823592.
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 19
lezen is gezellig! Swinging Christmas Benjamin Lacombe
Robin, een jongen met een vage angst voor boeken, ontmoet de oude Bernard, die leeft van zijn herinneringen. De man laat de jongen jazz ontdekken en leert hem wat leesplezier is. En dankzij Robin komt Bernard op zijn beurt tot een belangrijk inzicht. Een nostalgisch en ontroerend kerstverhaal over vriendschap, liefdesverdriet en leesplezier. Betoverend voor ogen en oren, met schitterende illustraties van Benjamin Lacombe. In het boek zit een cd met vijf Amerikaanse kerstliedjes in jazzstijl, onder andere ‘Have Yourself a Merry Little Christmas’, maar ook ‘What’s This’, bekend van Tim Burtons animatiefilm The Nightmare before Christmas, vertolkt door Olivia Ruiz en The Red Star Orchestra, een bigband met 25 muzikanten. Vanaf 6 jaar. Clavis Books – ISBN 9044820842.
Peter Pan J. M. Barrie, bewerkt door Reggie Naus Het alom bekende verhaal van Peter Pan, opnieuw uitgebracht als prentenboek met prachtige waterverfillustraties. Op een avond vliegt Peter Pan de slaapkamer binnen van Wendy, John en Michael. Hij neemt hen mee naar Nimmerland, het land van avontuur en van de eeuwige jeugd. Maar ook het land van Tijgerlelie en haar wilde indianen, en van de gevreesde kapitein Haak en zijn piraten... Kinderboekenschrijver, Peter Pan-kenner en piratenexpert Reggie Naus bewerkte de vertaling, zodat deze beroemde klassieker weer heerlijk is om (voor) te lezen voor kinderen van alle leeftijden! Clavis Books – ISBN 9044823574.
Hans en Grietje
De gebroeders Grimm, geïllustreerd door Sybille Schenker Is het een boek of een kunstwerk? Sybille Schenker heeft wel een heel bijzondere versie gemaakt van het bekende sprookje Hans en Grietje, geschreven door de gebroeders Grimm. De zwarte silhouetten op het semi-transparante papier maken het sprookjesbos extra betoverend: het is alsof je zelf tussen de donkere bomen loopt. De kleurrijke motieven achter de uitsneden in de pagina’s trekken je ogen naar details van de illustraties die je anders misschien zou missen. De Japanse bindwijze en de uitgesneden letters in het omslag maken dit kunstwerk helemaal af. Vanaf 8 jaar. De Vier Windstreken – ISBN 9789051162509.
19
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 20
De zoute goudvis Paul Biegel
Nu verdrink ik, dacht de visser en hij keek nog eenmaal naar de wereld boven water. Hij zag de laatste vissenbek wijd opengaan: hij zag een rood-gouden kop tevoorschijn komen; hij zag een diamanten oog glinsteren. Toen zakte hij weg in de golven. De zoute goudvis, dacht de visser. Ik heb hem gezien, maar ik was te laat. In De zoute goudvis worden postuum zeven verhalen van meesterverteller Paul Biegel tot leven gebracht door Mies van Hout. Een hardwerkende graskabouter die dokter en apotheker tegelijk is, een onvriendelijke Roemeense kikkerkoning die het water in de vijver vindt stinken en een vrolijke groep zacht zingende nevelkindertjes in de tuin van boer Japik. Opnieuw: geweldig voor alle leeftijden. Lemniscaat – ISBN 9047704975.
Veel gedoe om niks William Shakespeare & Barbara Kindermann Veel van de toneelstukken van William Shakespeare zijn over de hele wereld bekend geworden. Ook voor kinderen is het leuk om kennis te maken met zijn werk. De Vier Windstreken geeft daarom de serie ‘Wereldliteratuur voor kinderen’ uit. Eerder verschenen ‘Romeo en Julia’ en ‘Een midzomernachtsdroom’. Het derde boek in deze serie is Veel gedoe om niks, een vertaling van Much ado about nothing, dat gaat over liefde en alle verwikkelingen eromheen. Vanaf 10 jaar. De Vier Windstreken – ISBN 9789051161397
Bibi’s doodgewone dierenboek Bibi Dumon Tak en Fleur van der Weel Wist je dat de regenworm uit wel 150 ringetjes bestaat die allemaal even belangrijk zijn? Dat de haring door zijn achterste praat (hij laat scheten om andere vissen te laten weten waar hij is)? En dat het konijn blindedarmkeutels uitpoept om meteen weer op te eten (daar zitten vitamientjes in)? De kleine verhalen in dit boek bevatten zowel informatie als veel humor en zijn heerlijk om te lezen. Net zoals de plaatjes heerlijk zijn om naar te kijken. Na dit boek heb je het nooit meer over doodgewone dieren. Vanaf 10 jaar. Querido Kinderboek – ISBN 9045115360
20
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 21
s p p a e Leuk
Uitjes & Apps
Maan roos vis Kalender app
Met deze kalender voor kinderen in groep 3 ontwikkelen kinderen besef van tijd. Zij kunnen zelf de voor hen belangrijke momenten van het jaar invullen. Van verjaardagen en een schoolreisje tot het aftellen naar de vakantie. De app kan gepersonaliseerd worden met eigen foto’s. Iedere dag kunnen kinderen een leerzaam spelletje doen, zoals een letteropdracht, tekenles, sorteeropdracht, woordmemory, dierenverhaaltje en een rekenoefening. De inhoud sluit precies aan bij wat kinderen op school leren: de opdrachten sluiten bijvoorbeeld voor honderd procent aan bij Veilig leren lezen, de meest gebruikte leesmethode in het basisonderwijs. Met veel praktische tips en informatie voor ouders. Gratis beschikbaar voor iPhone, iPad en Android.
Zoek het uit! Het thema van de Kinderboekenweek (7 t/m 18 oktober 2015) is ‘Raar maar waar’. Boeken over natuur, techniek en wetenschap zullen centraal staan. Met de app Zoek het uit! duik je in de wereld van experimenteren met huis-, tuin- en keukenmateriaal. Je kan met de app tien afleveringen van Het Klokhuis bekijken, maar je kan ook zelf experimenten filmen en online plaatsen. Een greep uit de experimenten: Plakken zonder lijm, IJsberg op de keukentafel, Vloeistoffen stapelen, Supersap. Gratis beschikbaar voor iPhone, iPad en Android.
s e j t i u e k u e L
Het houten pad van Theodoor Het Houten Pad van Theodoor is niet alleen een verhaal over een avontuurlijk varkentje. Het houten pad bestaat echt in de bossen van Staatsbosbeheer Orvelte! In het begin is het pad makkelijk te lopen. Verderop moet je oppassen! Dan loop je weer hoog tussen de bomen en even later weer laag langs het water. Je kunt Theodoor laten knorren, vogels laten fluiten en schapen laten blaten. Of klim in de holle boom, maak muziek of verstop je in een vossenhol. Het boekje over het varkentje Theodoor is verkrijgbaar bij Zoobizar in Orvelte. Naast het houten pad loopt een pad voor volwassenen. Startlocatie: vanaf de Brink in Orvelte staat het Houten Pad van Theodoor goed aangegeven. Het beginpunt ligt circa 1 kilometer verderop in het bos. www.staatsbosbeheer.nl.
Techniekmuseum HEIM Waar in andere musea zaalwachters rondlopen om je op de vingers te tikken als je te dicht bij een kunstwerk komt, is het motto in Techniekmuseum HEIM ‘verboden af te blijven’. In dit interactieve museum in Hengelo is alles aanwezig om het hele gezin enthousiast te laten worden over techniek. Zo ontdek je duurzame energie op een bijzondere manier in de E-mission zaal. Op een enorme interactieve wereldbol onderzoek je hoe het met moeder aarde gaat. Daarna speel je de E-games en verdien je punten voor een schonere aarde. In de Radar- & Detectiezaal word je uitgedaagd tot interactie, waardoor je meer inzicht krijgt in deze bijzondere technologie. Voor de kinderen worden deze technieken begrijpelijk gemaakt met Serious Gaming. In het Techniekmuseum maakt jong en oud kennis met techniek door te doen. www.techniekmuseumheim.nl.
21
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 22
Een kwestie van
karakter
Waarom doorzettingsvermogen en nieuwsgierigheid belangrijker zijn dan IQ
Waarom vergaat het sommige kinderen goed terwijl anderen de weg kwijtraken? Volgens schrijver Paul Tough heeft het weinig te maken met intelligentie en alles met karaktereigenschappen. En met de vraag of kinderen zich die eigenschappen in hun jonge jaren eigen hebben kunnen maken of niet. Over het algemeen wordt gedacht dat intelligentie of een hoog IQ en goede cijfers op school kinderen de grootste slagingskans in het leven geven. Maar journalist en schrijver Paul Tough laat in zijn boek ‘Een kwestie van karakter’ zien dat juist vaardigheden als doorzettingsvermogen, nieuwsgierigheid, optimisme en zelfbeheersing de basis vormen voor een succesvol en vooral een gelukkig en productief leven. Een sterk karakter valt aan te leren, stelt hij. Maar dan moet je daar wel de kans voor krijgen. Ontwikkelen Tough schrijft als journalist over sociale onderwerpen in The New York Times Magazine. Zijn idee dat een sterk karakter minstens zo belangrijk is als goede cognitieve vaardigheden baseert hij op een veelheid aan onderzoeken en deskundigen die hij aanhaalt in zijn boek. Hij beschrijft een heleboel experimenten, onderzoeksresultaten en gesprekken met leerkrachten en leerlingen waar steeds weer uit blijkt dat doorzettingsvermogen, nieuwsgierigheid, zelfbeheersing en optimisme minstens zo belangrijk zijn als intelligentie. Het volhouden van saaie en ondankbare taken, een beloning uitstellen, een plan afmaken: het zijn allemaal dingen die waardevol zijn wanneer je studeert, aan het werk bent en voor het leven in het algemeen. En het zijn allemaal eigenschappen die je kunt ontwikkelen.
22
Warm ouderschap Tough benadrukt steeds hoe belangrijk een goede hechting tussen moeder en kind is. Kinderen die veel stress ervaren in hun jeugd krijgen op den duur last van een soort overload. Hun hersenen en lichaam kunnen stress niet goed meer afweren waardoor ze de sterke karaktereigenschappen waar Tough het steeds over heeft niet of niet goed kunnen ontwikkelen. De gevolgen van teveel stress zijn groot en vaak levenslang, zowel psychisch als lichamelijk. Maar, zegt Tough, er is een effectief medicijn tegen de ziekmakende effecten van stress en dat komt van ouders. “Ouders en andere verzorgers die in staat zijn warme en intieme relaties met hun kinderen aan te gaan, kunnen veerkracht kweken die hen beschermt tegen de ergste effecten van een problematische jeugd.” Die boodschap is gebaseerd op harde feiten: neurowetenschappers
zeggen dat het effect van goed ouderschap - hulpvaardig, aandachtig en zorgzaam zijn - niet alleen emotioneel of psychologisch is, maar ook biochemisch. Maakbaar Met ‘karakter’ wordt in dit boek nergens de aangeboren persoonlijkheid van iemand bedoeld, maar vermogens die maakbaar zijn: die je kunt oefenen en verbeteren en die je als ouders en leerkrachten kunt overbrengen aan kinderen. Om van kinderen dappere, nieuwsgierige, vriendelijke en verstandige volwassenen te maken zegt Tough, moet je ze zoveel mogelijk tegen ernstige trauma’s en chronische stress beschermen (wat niet wil zeggen dat een kind niet mag falen, vallen en opstaan, want dat vormt het karakter nu juist) en, nog belangrijker: je moet zorgen voor een veilige stimulerende relatie met in ieder geval één ouder en liefst met twee. Tough: “Dat is niet het hele geheim van het succes, maar wel een heel groot deel ervan”. Sterke karaktereigenschappen zijn niet aangeboren, zegt Tough. Ze zijn er niet als bij toverslag en je kunt ook niet voor ze kiezen. “Ze zijn geworteld in de chemie van het brein en ze worden op een meetbare en voorspelbare manier gevormd door de omgeving waarin kinderen opgroeien. Dat betekent dat wij - de samenleving als geheel - veel kunnen doen om de ontwikkeling ervan in kinderen te stimuleren.” ‘Een kwestie van karakter’ is een overtuigend, heel compleet en prettig leesbaar boek met veel mooie voorbeelden uit de praktijk, onder andere over in schrijnende armoede opgroeiende kinderen die hun verleden ontstijgen door het vormen van een sterk karakter. Het is voelbaar dat Tough zich als onderzoeker, maar ook als vader, al jaren gepassioneerd met het idee van maakbaar karakter en maakbare intelligentie bezighoudt. Een aanrader voor zowel ouders als leerkrachten.
.
Waarom doorzettingsvermogen en nieuwsgierigheid belangrijker zijn dan IQ. ISBN - 9047008111
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 23
Foto: Paul Terefenko/The Lavin Agency
”Doorzettingsvermogen, nieuwsgierigheid, optimisme en zelfbeheersing vormen de basis voor een succesvol en vooral een gelukkig en productief leven”
23
MagazineSOOOG-2-2015_Opmaak 1 30-09-15 10:06 Pagina 24
Uitzicht op het water, gemaakt vanuit de ‘Kiekkaste’ in Nieuwe Statenzijl, door Klaas Ketelaar.