INLEIDING TOT HET BURGERLIJK RECHT
Nicole HEIJERICK
Notarieel Jurist, Docent Europese Hogeschool Brüssel, Gastdocent EHSAL Management School l.s.m. Trudo BREESCH
Hoofdlector Katholieke Hogeschool Kempen, Gastdocent Lessius Hogeschool Antwerpen
7e editie 2007
die keime
1NHOUDSOPGAVE
INHOUDSOPGAVE
p.
Woord vooraf
V
Inhoudsopgave
VI
Afkortingen
XVIII
DEELI ALGEMEEN
1
Hoofdstuk I: Het recht
2
I.
Benadering
2
II.
Bepaling
2
III. Ontleding A. "Een geheel van algemeen geldende regeis" B. "Ingesteld teneinde de stabiliteit en de veiligheid van het maatschappelijk leven te verzekeren" C. "Regeis waarvan de naleving door toedoen van de openbare macht - desnoods met geweld - kan worden afgedwongen" IV. Dwingend en aanvullend recht A. Algemeen B. Dwingend recht C. Aanvullend recht D. Praktische toepassing V.
Gebruik en misbruik van het recht
3 3 4 6 7 7 7 9 9 10
VI. Rechtsfeit en rechtshandeling
11
Hoofdstuk II: Indeling van het recht
12
I.
Oorsprong van de indeling
12
II.
Huidige indeling: privaatrecht - publiekrecht
13
III. Rechtstakken van het privaatrecht A. Het burgerlijk recht B. Het handeisrecht C. Het gerechtelijk privaatrecht D. Het internationaal privaatrecht
13 13 14 15 15 VI
INHOUDSOPGAVE
IV. Rechtstakken van het publiekrecht A. Het Staatsrecht B. Het administratief recht C. Het strafrecht en strafprocesrecht D. Het fiscaal recht
16 16 16 17 17
V.
17 17 17
Gemengde rechtstakken A. Het gerechtelijk privaatrecht B. Het sociaaleconomisch recht
VI. Grensoverschrijdend recht A. Het internationaal publiekrecht of volkenrecht B. Het supranationale recht
18 18 18
Hoofdstuk III: Bronnen van het recht
19
I.
Begrippen
19
II.
Reele rechtsbronnen
19
III. Formele rechtsbronnen A. Algemeen B. De wet en de algemene rechtsbeginselen C. De rechtspraak D. De rechtsleer E. De gewoonte F. De billijkheid
21 21 21 23 24 25 25
Hoofdstuk IV: De rechtscolleges
26
I.
26 26
II.
Inleiding A. De rechtsprekende Organen B. Principes van de organisatie en de werking van de gewone rechtscolleges Materiele bevoegdheid van de rechtscolleges in burgerlijke en commerciele zaken A. De vrederechter B. De burgerlijke rechtbank in rechtbank van eerste aanleg C. De rechtbank van koophandel D. Het hof van beroep
III. De rechtscolleges in sociale zaken A. De arbeidsrechtbank B. Het arbeidshof
27
30 30 30 31 31 32 32 32
VII
INHOUDSOPGAVE
IV. De rechtscolleges in strafzaken A. De politierechtbank B. De correctionele rechtbank C. De strafuitvoeringsrechtbank D. Het hof van beroep E. Het hof van assisen
32 32 33 33 33 33
V.
34
De rechtscolleges in zaken van minderjarigen
VI. Het Hof van Cassatie
34
DEEL II FAMILIERECHT
35
Hoofdstuk I: Personenrecht
36
Afdeling 1: Het begrip "persoon"
36
I.
De persoon of het rechtssubject
36
II.
Indeling van de personen A. Fysieke personen
36 37
B. Rechtspersonen
38
Afdeling 2: Attributen van de persoonlijkheid
39
I.
39 39 40 41 41 41
II.
De naam A. Soorten namen B. Twee bijzondere vragen betreffende de naam en zijn gebruik De woonplaats A. Eenheid en bestendigheid B. Soorten
III. De nationaliteit A. Begrip B. Verkrijgen en verliezen van de Belgische nationaliteit
42 42 42
Afdeling 3: Attributen van de morele persoonlijkheid
45
Afdeling 4: Rechtsbekivaamheid en handelingsbekwaamheid
46
I.
Rechtsbekwaamheid
46
II.
Handelingsbekwaamheid
46
VIII
INHOUDSOPGAVE
III. Vertegenwoordiging en bijstand A. Fysieke personen B. Rechtspersonen
47 47 48
IV. De toestand van de niet-ontvoogde minderjarigen
48
Hoofdstuk II: Familierecht
51
Afdeling 1: Het huwelijk
51
Vooraf: De verloving
51
I.
Huwelijksvereisten A. De minimumleeftijd om te huwen B. De toestemming van de aanstaande echtgenoten C. De ouderlijke toestemming
51 52 52 53
II.
Huwelijksbeletsels
54
III. Huwelijksformaliteiten
54
IV. Gevolgen van het huwelijk A. Huwelijksplichten
55 55
B. Sancties
55
Afdeling 2: De wettelijke samemvoning
56
I.
Inleiding
56
II.
Wettelijke samenwoning
56
III. Gevolgen van de wettelijke samenwoning Afdeling 3: De echtscheiding en de scheiding van tafel en bed I. II.
Algemeen
Echtscheiding wegens onherstelbare ontwrichting van het huwelijk A. Definitie B. Procedureprincipes C. Gevolgen III. Echtscheiding door onderlinge toestemming A. Definitie B. Voorwaarden en procedureprincipes C. Gevolgen
57 57 57 58 58 59 59 61 61 61 61
IX
INHOUDSOPGAVE
IV. De scheiding van tafel en bed Afdeling 4: De beeindiging van de wettelijke samenwoning
62 62
I.
Wijze van beeindiging
62
II.
Maatregelen tijdens en na de beeindiging van de wettelijke samenwoning
63
Afdeling 5: Afstamming
63
I.
Begrip - Historiek
63
II.
Rinderen geboren tijdens het huwelijk
64
III. Kinderen geboren buiten het huwelijk A. Vaststelling van de afstamming van moederszijde B. Vaststelling van de afstamming van vaderszijde C. Overspelige kinderen D. Bloedschennige kinderen
65 65 65 67 68
IV. Contractuele afstamming
68
V.
69
Artificiele afstamming
VI. Gevolgen van de afstamming A. Ouderlijke plichten B. Ouderlijke rechten
70 70 71
Hoofdstuk III: Vermogensrechtelijke gevolgen van de familieband
74
Afdeling 1: Steunplicht
74
I.
Vormen van steunplicht - Personen tussen wie ze bestaat A. Tussen echtgenoten of gewezen echtgenoten
74 74
B. Tussen verwanten
75
Voorwi rden tot het toekennen van steun
76
II.
III. Het steungeld als levensminimum Afdeling 2: Vermogensrechtelijke gevolgen van het Innvelijk I. II.
Inleiding Vermogensrechtelijke gevolgen van sommige wederzijdse rechten en plichten van de echtgenoten of primair huwelijksstelsel A. Verplichtingen
76 76 76 77 77
INHOUDSOPGAVE
B. Rechten C. Tussenkomst van de rechter III. Huwelijksvermogensstelsels A. Het wettelijk stelsel B. Conventionele huwelijksvermogensstelsels C. Veranderlijkheid van het huwelijksvermogensstelsel Afdeling 3: Vermogensrechtelijke gevolgen van het ongehuwd samenwonen
77 78 79 79 84 84 85
I.
Wederzijdse rechten en plichten
85
II.
Andere wettelijke gevolgen
86
III. Samenlevingsovereenkomst
86
Afdeling 4: Wettelijk erfrecht
87
I.
Begrippen - Algemeen A. Erfopvolging B. Indeling van het erfrecht C. Openvallen van de erfenis D. Vereisten om te kunnen erven
87 87 87 88 88
II.
Regelmatige erfopvolging A. Criteria B. Grondregels C. Buiten het huwelijk geboren kinderen D. De langstlevende echtgenoot E. De langstlevende wettelijke samenwonende
88 88 92 95 95 96
III. Buitengewone erfopvolging
97
IV. Praktische verkrijging van de nalatenschap (principes)
97
DEEL III VERMÖGENSRECHT
99
Hoofdstuk I: Begrippen
100
I.
Het vermögen
100
II.
Samenstelling van het actief vermögen
101
III. Zakelijke rechten en vorderingsrechten
101
IV. Zaken en goederen
102 XI
INHOUDSOPGAVE
A. Begrippen B. Indeling van de goederen
Hoofdstuk II: Zakelijke rechten Afdeling 1: Begrippen - Bezit
102 103
107 107
I.
Begrippen
107
II.
Bezit
107
Afdeling 2: Eigendomsrecht
108
I.
Bepaling - Evolutie
108
II.
Eigendomsverwerving A. Toe-eigening B. Vinding C. Natrekking D. Verkrijgende verjaring
109 109 109 HO 110
III. Grenzen van het eigendomsrecht A. Misbruik van het eigendomsrecht B. Hinderverbod C. Beperkingen door de wil van rechtssubjecten
111 111 112 113
IV. Mede-eigendom en Multi-eigendom A. Mede-eigendom
113 113
B. Multi-eigendom
113
Afdeling 3: Vruch tgebru ik
114
I.
n 4
Bepaling
II.
Ontstaan en einde A. Ontstaan B. Einde III. Inhoud van het vruchtgebruik A. Rechten van de vruchtgebruiker B. Plichten van de vruchtgebruiker
Afdeling 4: Met vruchtgebruik vergelijkbare zakelijke rechten A. Het recht van gebruik B. Het recht van bewoning C. Deerfpacht
114 114 115
115 115 116 116 116 117 117
XII
1NHOUDSOPCAVE
D. Deopstal
117
Afdeling 5: Erfdienstbaarheden
117
I.
Bepaling
117
II.
Ontstaan en einde A. Ontstaan
118 118
B. Einde
119
Hoofdstuk III: Vorderingsrechten Afdeling 1: Begrippen - Hoofdelijkheid - Bronnen - Einde
120 120
I.
Begrippen
120
II.
Hoofdelijkheid
121
III. Bronnen van verbintenissen A. Inleiding B. Körte bespreking der bronnen IV. Einde van verbintenissen A. Betaling B. Schuldvernieuwing C. Kwijtschelding D. Schuldvergelijking E. Schuldvermenging F. Bevrijdende verjaring
121 121 122 123 123 123 124 124 124 125
Afdeling 2: Overeenkomsten of contracten
126
I.
Bepaling
126
II.
Principes van het overeenkomstenrecht A. Wilsautonomie van de partijen B. Consensualisme C. Het contract geldt tussen de partijen als wet D. Goede trouw
126 126 127 128 129
III. Voorwaarden voor de geldigheid van overeenkomsten A. Toestemming B. Bekwaamheid C. Voorwerp D. Oorzaak
129 129 132 132 133
IV. Gevolgen van overeenkomsten A. Voor de partijen B. Voor derden
134 134 135 XIII
INHOUDSOPGAVE
V.
Einde van overeenkomsten A. Wederzijdse toestemming B. Eenzijdige opzegging C. Overmacht D. Dood van een der partijen E. Ontbinding wegens wanprestatie F. Nietigverklaring
136 136 136 137 137 137 \ 38
VI. Gebruikelijke overeenkomsten A. Koop B. Ruil C. Huur D. Andere benoemde overeenkomsten
138 139 142 142 144
Afdeling 3: Oneigenlijke contracten
145
I.
Begrip
145
II.
Zaakwaarneming A. Begrip B. Voorwaarden C. Gevolgen
145 145 146 146
III. Onverschuldigde betaling A. Begrip B. Gevolgen
147 147 147
IV. Ongegronde vermogensverschuiving A. Begrip B. Voorwaarden voor de vordering de in rem verso C. Gevolgen
148 148 148 149
Afdeling 4: Onrechtmatige daad
149
I.
Begrippen
149
II.
Aansprakelijkheid wegens persoonlijke fout A. Begrippen B. Fout C. Schade D. Oorzakelijk verband
150 150 150 151 152
III. Complexe aansprakelijkheid A. Begrip B. De aansprakelijkheid voor schade door andere mensen C. Aansprakelijkheid voor schade door zaken D. Aansprakelijkheid voor schade door dieren
153 '53 153 154 155
XIV
INHOUDSOPGAVE
Hoofdstuk IV: Bewijsrecht
156
Afdeling 1: Bewijslast
156
I.
Principes
156
II.
Procesrechtelijke regeis A. Bijdrage van alle partijen tot de bewijslevering B. Bijdrage van derden tot de bewijslevering C. Initiatiefrecht van de rechter
157 157 157 157
Afdeling 2: Bewijsmiddelen
158
I.
Schriftelijk bewijs A. Authentieke akten B. Onderhandse akten
158 158 159
II.
Getuigenbewijs A. Begrip B. Toelaatbaarheid
160 160 161
III. Bewijs door vermoedens A. Begrip en toelaatbaarheid B. Soorten
162 162 162
IV. Bewijs door bekentenis
162
V.
163
Bewijs door de eed
VI. Bewijsmiddelen van het Gerechtelijk Wetboek
163
Hoofdstuk V: Schenkingen en testamenten
165
Afdeling 1: Algemeen
165
I.
Bekwaamheid om kosteloos te beschikken en te verkrijgen A. Bekwaamheid is de regel B. Onbekwaamheden om over zijn goederen kosteloos te beschikken C. Onbekwaamheden om kosteloos te verkrijgen
165 165 166 166
II.
Het beschikbare A. Algemeen B. Beschikbaar gedeelte van het vermögen
167 167 167
III. Voorwaarden verbonden aan schenking of legaat
169
Afdeling 2: Schenkingen
170
XV
INHOUDSOPGAVE
I.
Vormvereisten van de schenking
170
II.
Herroepelijkheid van schenkingen
171
Afdeling 3: Testamenten
171
I.
Vormvereisten - Soorten testamenten A. Algemeen
172 172
B. Soorten testamenten
172
Herroeping of verval van testamenten
173
II.
III. Inhoud van testamenten
173
Hoofdstuk VI: Zekerheden
175
Afdeling 1: Begrippen
175
I.
Samenloop
175
II.
Zekerheden A. Begrip
175 175
B. Soorten
176
Afdeling 2: Borgtocht
177
I.
Bepaling en totstandkoming
177
II.
Plichten en rechten bij borgtocht A. Rechtsverhouding borg - schuldeiser
177 177
B. Rechtsverhouding borg - hoofdschuldenaar
178
III. Einde van de borgtocht
179
Afdeling 3: Fand
179
I.
Bepaling en totstandkoming
179
II.
Plichten en rechten bij inpandgeving A. Plichten van de pandhouder
180 180
B. Rechten van de pandhouder
180
III. Einde van de inpandgeving
180
Afdeling 4: Voorrechten en Hypotheken
181 XVI
INHOUDSOPGAVE
I.
Nut
181
II.
Voorrechten A. Bepaling en totstandkoming B. Soorten voorrechten C. Rangorde der voorrechten
181 181 181 182
III. Hypotheken A. Bepaling en totstandkoming B. Rangorde der hypotheken C. Volgrecht
182 182 183 183
Trefwoordenregister
184
Adagia
192
Bibliografie en Websites
194
XVII