MEE Groningen
2
Jaarverslag 2003
Inhoudsopgave Pagina Directie
4
Raad van Toezicht
6
Cliëntenraad SPD Groningen
7
Ondernemingsraad
8
Kwaliteitsjaarverslag
9
Facilitaire Zaken
12
Dienstverlening
19
Hulpverlening
32
Cijfers in beeld
36
Exploitatie 2003 en toelichting
40
Personalia
43
Afkortingenlijst
44
MEE Groningen
3
Jaarverslag 2003
Directie Welkom Voor u ligt het jaarverslag 2003 van de SPD Groningen, inmiddels MEE Groningen genaamd. Wij nodigen u van harte uit om via dit verslag kennis te nemen van de ontwikkelingen op diverse gebieden van onze organisatie. De structuur van dit verslag bestaat uit verslaglegging vanuit de gehele organisatie, te weten vanuit de team(leider)s die zich bezig houden met het primaire proces en de ondersteuning, vanuit de managers, stafmedewerkers, medewerkers en vanuit de Raden van Bestuur en Toezicht. Hiervoor is gekozen omdat op deze wijze een door de organisatie gedragen jaarverslag mogelijk wordt. Soms impliceert deze werkwijze dat dezelfde onderwerpen via verschillende perspectieven aan bod komen. Wij zien dat echter als een meerwaarde. Uiteraard leveren ook de Ondernemingsraad en de Cliëntenraad hun bijdrage. Inleiding Zoals u ongetwijfeld weet zijn de SPD-organisaties in Nederland in 2003 gestart met voorbereidingen te treffen voor de verandering naar een onafhankelijke, laagdrempelige cliëntondersteuningsorganisatie, in ons geval MEE Groningen genaamd. De trefwoorden van de verandering zijn taakversmalling (geen zorgverlener meer zijn in termen van de AWBZ per 1 januari 2005, waarbij 2004 als een overgangsjaar dient) en doelgroepverbreding (alle mensen - kinderen, volwassenen en ouderen - die leven met een beperking op het gebied van verstandelijk, lichamelijk, zintuiglijk en psychisch functioneren), waarbij onafhankelijk en vraaggericht werken centraal staan.
Onafhankelijkheid impliceert het vrij zijn van enig organisatiebelang bij welke welzijns- of zorgorganisatie dan ook, zodat objectivering van dienstverlening in cliënttermen kan plaatsvinden. Dit sluit samenwerking uiteraard niet uit, met name daar waar het de realisatie van een (dienstverlening/zorg) infrastructuur voor cliënten betreft; de inbreng van MEE Groningen zal echter gebaseerd zijn op expertise, netwerken en tijd. Tegelijkertijd zal ook een begin gemaakt moeten worden met het verwerven van expertise daar waar het de nieuwe doelgroepen betreft. Vraaggericht werken betekent dat alleen de ondersteuningsvragen van de cliënt of diens wettelijk vertegenwoordiger voor ons uitgangspunt van dienstverlening zijn, en niet de vragen van de op dat moment bij de cliënt betrokken welzijns- of zorgorganisaties. Dit uitgangspunt is van belang daar waar het de zogenaamde grenzen tussen ondersteuning en zorgverlening betreft (AWBZ-grens). MEE Groningen kan alleen dan over de AWBZ-grens heen indien de cliënt een hulpvraag heeft die buiten de op dat moment geïndiceerde zorg valt en welke binnen de nieuwe dienstverleningsfuncties van MEE Groningen valt. Formulering van processen De dienstverleningsprocessen werden in 2003 beschreven in diensten en genormeerd in face-to-face contacten en periode van ondersteuning. Zolang aan deze voorwaarden (kortdurend en kortcyclisch) voldaan wordt, is er sprake van ongeïndiceerde, gratis dienstverlening voor de cliënt. Of deze normering door de praktijk ondersteund wordt, zal blijken in het overgangsjaar 2004. Een landelijke evaluatie in het najaar van 2004 zal moeten uitwijzen of nadere bijstelling nodig is. Een en ander betekent dat er een mate van generalisatie van taken kan ontstaan, daar waar het individuele ondersteuning betreft. Hoe dit uitwerkt naar functies toe (consulenten, medewerkers Hulpverlening en het Team Centrale Aanmelding) zal in het eind 2003 ingerichte Model Veranderorganisatie moeten worden uitgewerkt. Ook is het van
MEE Groningen
4
Jaarverslag 2003
belang dat er een aantal normen geformuleerd is, op basis waarvan een transitie van hulpverlening (geïndiceerde AWBZ-zorg) mogelijk wordt. Tot en met 31 december 2003 kon de SPD Groningen cliënten met een zorgindicatie in zorg nemen, indien deze zorg op uiterlijk deze datum ook daadwerkelijk gestart werd. Deze geïndiceerde zorg dient wel uiterlijk 31 december 2004 afgesloten te zijn, of eind 2004 te zijn overgedragen aan zorgaanbieders indien van zorgbeëindiging door de SPD geen sprake kan zijn. Enerzijds zal de transitie van hulpverlening naar de zorgaanbieders geleidelijk verlopen in 2004, anderzijds kan de overdracht van de wachtlijst een toename van de vraag aan geïndiceerde PPG, PPT, PSH en BZW laten zien bij de zorgaanbieders. In 2004 zullen hierover nadere afspraken tussen de zorgaanbieders en het Zorgkantoor worden gemaakt. Afsluiting We bevonden en bevinden ons als organisatie in een aantal indrukwekkende veranderingsprocessen. Onze uitgangspunten als organisatie veranderen, dus veranderen ook (onderdelen van) functies en taakgebieden, werden eind 2003 onze huisstijl en de website veranderd, werd de bedrijfsautomatisering aangepast en verandert wellicht in de toekomst de interne organisatiestructuur. Op 31 december passeerden in dat kader de nieuwe statuten van de nieuwe organisatie en werden de nieuwe vlaggen gehesen als symbolisch begin van een nieuwe organisatie met een nieuwe naam: MEE Groningen. Gelukkig zijn we niet de enige SPD/MEE-organisatie in dit veranderproces. We proberen samen met Friesland en Drenthe zoveel mogelijk af te stemmen en waar zinvol te leren van elkaar. Dat helpt ons om met zin en verstand deze processen zo goed mogelijk te organiseren. Uiteraard kan dat niet zonder medewerking van alle leden van deze organisatie en de afgelopen periode heeft laten zien dat de motivatie en daadwerkelijke inzet met betrekking tot de Veranderorganisatie hoog is. Zo participeert ongeveer 25% van de medewerkers direct in de werkgroepen, de kerngroep, de klankbordgroep en de stuurgroep van het Model Veranderorganisatie. Ten slotte wil ik onze cliënten bedanken voor het in ons gestelde vertrouwen en verder alle medewerkers, cliëntenraadsleden, ondernemingsraadsleden, leden van de Raad van Toezicht, vrijwilligers, cliëntorganisaties en overige relaties voor hun inzet en samenwerking. Peter Willegers Directeur/Bestuurder MEE Groningen
MEE Groningen
5
Jaarverslag 2003
Raad van Toezicht De meest in het oog springende gebeurtenis in 2003 was de overgang van SPD naar MEE. Zeker uiterlijk gezien. Een opvallende kleur en een gemeenschappelijk landelijk beeldmerk. Voor de noordelijke campagne om bekendheid te verwerven werd samenwerking gezocht met de collega’s in Drenthe en Friesland. Belangrijker dan de uiterlijke kant is de vernieuwing die in het dienstenpakket is opgetreden. De overgang naar een louter dienstverlenende functie zal het nodige vragen van het aanpassingsvermogen en flexibiliteit van de medewerkers. Dit proces zal zich ook in 2004 voortzetten. Ondertussen blijft de winkel open, staat de vraag van de cliënt meer dan ooit centraal en wordt gevraagd de organisatie zo efficiënt mogelijk te laten draaien. Een andere belangrijke ontwikkeling is de samenwerking van Groningen, Friesland en Drenthe. Zowel de directies als de Raden van Toezicht willen onderzoeken op welke bedrijfsonderdelen de samenwerking kan worden geïntensiveerd. Daarbij wordt vooral gewerkt vanuit een pragmatische insteek. In 2003 zijn de nieuwe statuten afgerond en vastgesteld. MEE kon daardoor ook statutair in 2004 van start gaan in een vernieuwde jas. De overgang van de CAO Welzijn naar de CAO Gehandicaptenzorg heeft heel wat voeten in aarde gehad, maar is in dit verslagjaar een feit geworden. De vaststelling van de begroting en de jaarrekening zijn tamelijk exclusieve onderwerpen van besluitvorming van de Raad van Toezicht. Ook dit jaar is het goed bevallen om deze cyclus te beëindigen met een afsluitend gesprek over de jaarrekening met de accountant. Daarnaast heeft de Raad van Toezicht een lange termijn huisvestingsplan goedgekeurd. Wij zijn van mening dat we toezicht mogen houden op een gezonde organisatie, die knap weet mee te bewegen met de vernieuwingstendensen en oog blijft houden voor waar het om gaat: de cliënt.
Groningen, 20 maart 2004
Hans van Ulsen Voorzitter Raad van Toezicht
MEE Groningen
6
Jaarverslag 2003
Cliëntenraad SPD Groningen De Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen regelt dat elke instelling die zich met zorg bezig houdt een Cliëntenraad moet instellen. De minimale bevoegdheden zijn in die wet vastgelegd en per instelling in een reglement uitgewerkt. Dit is ook al een aantal jaren het geval bij de SPD Groningen. Belangrijkste taak van de Cliëntenraad is om vanuit cliëntenperspectief het beleid van de SPD te beïnvloeden. Belangrijke middelen daarbij zijn het recht van advies over een aantal met name genoemde onderwerpen en het overleg met de directie. Over sommige onderwerpen moet, voordat een besluit kan worden genomen, eerst advies aan de Cliëntenraad worden gevraagd. In 2003 heeft de Cliëntenraad vier keer met de directie overlegd over diverse onderwerpen. De belangrijkste daarvan zijn de ontwikkelingen die hebben geleid tot de SPD Nieuwe Stijl en een nieuwe naam: MEE; de voorgenomen samenwerking tussen de SPD’en in Groningen, Friesland en Drenthe; de interne veranderingen bij de SPD, jaarverslag, begroting, samenstelling van de raad; contacten met de achterban. Daarnaast heeft de Cliëntenraad vier keer onderling vergaderd, als voorbereiding op de overlegvergadering. Samenstelling van de raad Eind 2002 heeft dhr. Kleine zijn lidmaatschap van de Cliëntenraad beëindigd. Daarmee waren nog twee leden over. Gelukkig is in de loop van het jaar dhr. Meima de gelederen komen versterken en bestaat de Cliëntenraad uit drie leden. Dit aantal is te klein. Helaas is het nog steeds niet gelukt de Cliëntenraad met meer nieuwe leden uit te breiden. In dit verband speelt overigens ook de discussie over de gewenste samenstelling met het oog op de SPD Nieuwe Stijl en daarmee samenhangend de uitbreiding van doelgroepen en veranderingen in het reglement. Ook zijn nog steeds de mensen met een verstandelijk handicap niet direct betrokken bij de Cliëntenraad. Ondanks enkele pogingen daartoe in het verleden. SPD Nieuwe Stijl Als gevolg van besluiten van de regering moet de SPD zich omvormen van een organisatie die zich voornamelijk richtte op het ondersteunen van mensen met een verstandelijke handicap naar een instelling die veel meer doelgroepen moet gaan ondersteunen. Bovendien mag de SPD in de toekomst alleen nog die vormen van ondersteuning uitvoeren waarvoor geen indicatie nodig is. De Cliëntenraad volgt de manier waarop deze ontwikkelingen in Groningen hun beslag krijgen. Daarbij is voor de huidige Cliëntenraad van groot belang dat de dienstverlening aan de mensen met een verstandelijke handicap niet in het gedrang komt en dat er een zorgvuldige overdracht plaatsvindt. De Cliëntenraad is vertegenwoordigd in de klankbordgroep die de veranderingen in de organisatie begeleidt. Landelijk overleg van cliëntenraden Een aantal cliëntenraden van verschillende SPD’en hebben het initiatief genomen tot oprichting van een eigen overlegplatform en eigen belangenbehartiging. Met enige aarzeling overweegt de Cliëntenraad zich hierbij aan te sluiten. De aarzeling heeft vooral te maken met de vraag of het platform en de belangenbehartiging niet beter in het verband van de Federatie van Ouderverenigingen (FvO) zouden kunnen gebeuren. Wel aansluiten betekent beter op de hoogte blijven van landelijke ontwikkelingen, gezamenlijke belangen kunnen behartigen en ondersteuning kunnen krijgen.
MEE Groningen
7
Jaarverslag 2003
Ondernemingsraad Met de groei van de organisatie groeit ook de medezeggenschap. Dit vertaalt zich in het aantal leden dat een Ondernemingsraad mag hebben. De OR had vijf leden maar kon in het verslagjaar uitgroeien naar een raad met zeven leden. In het begin van 2003 koos de SPD Groningen een nieuwe Ondernemingsraad. Van de bestaande ORleden hadden drie personen zich herkiesbaar gesteld. Er waren verder voldoende kandidaten om een verkiezing te organiseren. Na de verkiezingen, die vlot en soepel zijn verlopen, bestaat de OR nu uit zeven leden. De OR heeft zich in het afgelopen jaar vanuit haar advies- en instemmingsbevoegdheden bezig gehouden met o.a. de volgende zaken: • • • • • • • • •
de overgang naar de CAO-G en daarbij horend Functiewaarderingssysteem Gehandicaptenzorg (FWG 3.0). Twee leden van de OR hebben zitting genomen in de Interne Bezwarencommissie (IBC); versterken van contacten met de OR’s van de drie noordelijke SPD’en; opleidingsbeleid; SPD Nieuwe Stijl, de overgang naar MEE Groningen; de Veranderorganisatie; instellen van het TCA; woon – werkverkeer; begroting en financieel jaarverslag; de achterban.
MEE Groningen
8
Jaarverslag 2003
Kwaliteitsjaarverslag Ontwikkeling SPD Groningen en kwaliteit 2003 stond voor de SPD Groningen in het teken van de ontwikkelingen SPD Nieuwe Stijl. Deze ingrijpende veranderingen doen een groot beroep op tijd en aandacht van alle medewerkers. In het verslagjaar is gebleken dat kwaliteit weliswaar niet heel expliciet de aandacht heeft in de organisatie, maar dat er op onderdelen zeker vooruitgang wordt geboekt. Bepaalde onderdelen van het kwaliteitssysteem worden ontwikkeld, waarbij de behoefte in de sterk veranderende organisatie leidend is. Kwaliteitsfunctionaris In 2003 is de functie van kwaliteitsfunctionaris en de positionering in de organisatie een stuk duidelijker geworden. Zo werd in het kader van de FWG, vereist voor de overstap naar de nieuwe CAO, de functiebeschrijving van de kwaliteitsfunctionaris opgesteld. De hoofdtaken van de kwaliteitsfunctionaris zijn: • • •
ondersteunen van het management bij het opstellen en aanpassen van het kwaliteitsbeleid; ondersteuning bieden in de organisatie bij het uitvoeren van kwaliteitsprojecten, die op grond van de werkplannen worden uitgevoerd; ondersteuning bieden bij het (continue) beheren, evalueren en verbeteren van het kwaliteitssysteem.
Daarnaast werd in het verslagjaar voor de eerste maal gevraagd om organisatiebreed jaarplannen op te stellen, uitgaande van de strategie zoals verwoord in ‘Het Spel’. Deze oefening bleek eveneens helderheid te geven in functies en werkzaamheden. Ook heeft de kwaliteitsfunctionaris zitting in het stafoverleg, dat in 2003 voor het eerst draaide. De kwaliteitsfunctionaris nam als eerste de rol van stafvoorzitter op zich. Het stafoverleg biedt een kader om de staf integraal te laten opereren in de organisatie. Landelijke ontwikkelingen Koepelvereniging Somma heeft in 2003 onder haar leden een evaluatie uitgevoerd van het kwaliteitsinstrumentarium dat Somma in recente jaren heeft ontwikkeld. Dit instrumentarium bestaat uit diverse handreikingen, de Databank Kwaliteit en de Netwerkbijeenkomsten. In de evaluatie, uitgevoerd d.m.v. een schriftelijke vragenlijst, zijn ook de onderwerpen cliëntenraadpleging en plannen rondom certificering meegenomen. Het blijkt dat de aanpak en koers van de SPD Groningen niet veel afwijkt van die van andere SPD’en. Ook andere SPD’en hebben gemeld dat de ontwikkeling van het kwaliteitsbeleid in zekere mate pas op de plaats maakt vanwege de SPD Nieuwe Stijl. Van de beschikbare handreikingen wordt het meest gebruikgemaakt van het Model Kwaliteitssysteem voor SPD’en (MK SPD) en de handreiking kwaliteitshandboek en documentenbeheer, twee handreikingen die bij de SPD Groningen ook het meest worden benut. De Databank Kwaliteit wordt met regelmaat gebruikt, ook door de kwaliteitsfunctionaris van de SPD Groningen. Uitwisseling van kwaliteitsdocumenten vindt daarnaast vaak plaats met SpdDrenthe. De Netwerkbijeenkomsten worden goed bezocht. In 2003 heeft de kwaliteitsfunctionaris van de SPD Groningen een tweetal van deze bijeenkomsten bijgewoond. In deze bijeenkomsten was volop ruimte voor uitwisseling van kennis en ervaring. Ook werden inleidingen en workshops verzorgd over o.m. kennismanagement en cliëntenraadpleging. In 2004 worden drie bijeenkomsten georganiseerd.
MEE Groningen
9
Jaarverslag 2003
Certificering De SPD’en beschikken sinds 2002 over het eigen kwaliteitssysteem MK SPD. Eind 2003 is door de directeuren van de SPD’en groen licht gegeven voor het laten ontwikkelen van een certificatieschema op basis hiervan. Verantwoordelijk voor dit schema is de stichting Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector (HKZ). Op basis van een certificatieschema is het mogelijk om het ontwikkelde kwaliteitssysteem onafhankelijk te laten beoordelen, wat een stimulans is om het kwaliteitssysteem op peil te brengen en te houden. De ontwikkeling van het schema neemt naar verwachting zeker twee jaar in beslag. Tegen die tijd zal MEE Groningen bekijken of een certificering voldoende meerwaarde heeft. Cliëntenraadpleging Begin 2003 kwam het rapport gereed met daarin de bevindingen van de cliëntenraadpleging van najaar 2002. De rapportage is ter hand gesteld van de OR en de Cliëntenraad en gepresenteerd aan de zorgconsulenten die gelegenheid kregen om te reageren. Zij herkenden zich in de bevindingen. Voor cliënten is een samenvatting geschreven. Deze is opgestuurd aan de cliënten die aan het onderzoek hebben meegewerkt. Andere belangstellenden wordt via MEEnieuws de mogelijkheid geboden deze samenvatting op te vragen. Het rapport wordt als onderligger gebruikt in de Veranderorganisatie ‘Naar MEE Groningen’ en de verwachting is dat de voorgestelde verbeterpunten in die context hun uitwerking zullen krijgen. De cliëntenraadpleging uit 2002 is in principe zo ingericht dat dit onderzoek periodiek herhaald kan worden. Op die manier kan onder meer worden geëvalueerd of verbeteracties ook daadwerkelijk tot verbetering hebben geleid. De koepelvereniging ontwikkelt echter een benchmarking tool, waarmee niet alleen de MEE-organisaties zelf hun dienstverlening kunnen onderzoeken, maar dat ook onderlinge vergelijking mogelijk maakt, een belangrijke meerwaarde. Deze ontwikkelingen worden afgewacht. De uitkomsten van de PPT evaluatie die in 2002 plaatsvond, zijn in 2003 meegenomen in het projectplan PPT. In 2003 is een begin gemaakt met het opzetten van een evaluatie van de logeerkring. Deze evaluatie is opgeschort toen duidelijk werd dat de logeerkring mogelijk bij een zorgaanbieder ondergebracht gaat worden. Organisatie en communicatie De verhouding lijn-staf was in 2003 onderwerp van discussie en beschouwing in het integraal stafoverleg. De stafleden hebben in gezamenlijkheid een notitie geschreven waarin zij hun positie in de organisatie beschrijven. Dit document is allereerst besproken met de teamleiders. De afspraak is gemaakt dat de teamleiders op hun beurt een notitie gaan schrijven waarin zij hun taken en positie ten opzichte van de staf zullen beschrijven. Vervolgens wordt gekeken naar verschillen en overeenkomsten met als einddoel een gezamenlijke notitie in 2004 bedoeld voor de gehele organisatie. Verder is in 2003 het stafoverleg vooral een gelegenheid gebleken waarbij de stafleden in gezamenlijkheid geïnformeerd konden worden over belangrijke organisatorische ontwikkelingen. Het is daarmee een belangrijke aanvulling op het individueel werkoverleg dat de kwaliteitsfunctionaris heeft met de manager Facilitaire Zaken. Het stafoverleg zal in 2004 gaan werken aan het leggen van verbindingen tussen de verschillende stafdisciplines, om zo de integraliteit handen en voeten te geven.
MEE Groningen
10
Jaarverslag 2003
Protocollen en procedures In 2003 is gestart met de systematische beschrijving van procedures en protocollen binnen kaders gesteld door het MK SPD, en het opnemen hiervan in het kwaliteitssysteem. Door processen en werkwijzen in een procedure of protocol te zetten en deze toegankelijk te maken voor de medewerkers, wordt een belangrijke randvoorwaarde vervuld die nodig is om in de organisatie volgens vaste werkwijzen te werken. Op die manier kan een goede kwaliteit van werken worden bereikt en gegarandeerd. In 2003 is een start gemaakt met onder meer protocollen voor de administratie en een procedure in verband met externe voorlichting. Het vinden van een geschikte werkwijze en een goed format heeft wat voeten in de aarde, evenals het van de grond krijgen van een digitaal systeem om de procedures en protocollen toegankelijk te maken voor de medewerkers. In 2004 wordt gestart binnen de mogelijkheden van intranet. Overwogen wordt om op termijn een kwaliteitsmodule aan te schaffen die onder Lotus Notes draait. Een dergelijke module maakt het op betrekkelijk eenvoudige wijze mogelijk om documenten toegankelijk en beschikbaar te stellen en te garanderen dat de juiste versies worden gebruikt. Privacy In 2003 heeft de kwaliteitsfunctionaris aandacht besteed aan privacy-aspecten rondom het cliëntregistratiesysteem MEEs, zorggedragen voor de verplichte registratie bij het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) en een eerste aanzet gedaan tot een actueel privacyreglement. Het doel voor 2004 is het privacyreglement definitief te maken en te implementeren, gekoppeld aan een nog op te stellen dossierbeleid. Klachtencommissie In 2003 zijn twee formele klachten ingediend bij de klachtencommissie en één klacht rechtstreeks bij de directie. In alledrie de gevallen heeft een overleg met de directie ertoe geleid dat de klacht naar tevredenheid is afgehandeld. In het verslagjaar is de klachtencommissie nieuw leven ingeblazen. Er is voor het eerst in jaren vergaderd, waarbij werd geconcludeerd dat het bestaande klachtenreglement niet meer voldeed. In opdracht van en samenwerking met de directie heeft de kwaliteitsfunctionaris een concept ontwikkeld voor een nieuw klachtenreglement. Besluitvorming hierover vindt plaats in 2004. Tot slot De communicatie rondom het kwaliteitsbeleid is voor 2004 een punt van aandacht. Het moet voor zowel de lijn als de medewerkers duidelijker worden hoe de organisatie aan kwaliteit werkt en wat hierin de rol is van de kwaliteitsfunctionaris. Dit kan invulling krijgen door het schrijven van beleidsnotities, maar ook het kader van het integrale stafoverleg biedt mogelijkheden om meer naar buiten te brengen omtrent het kwaliteitsbeleid.
MEE Groningen
11
Jaarverslag 2003
Facilitaire Zaken Algemeen Binnen de Facilitaire Zaken is een aantal solofuncties, te denken valt aan de huishouding en automatisering en de staffunctionarissen (zij hebben wel een integraal stafoverleg). Door de samenstelling en structuur van de Facilitaire Zaken hebben de diverse medewerkers veelal individueel werkoverleg en geen centraal overleg. Om toch een verbinding aan te brengen binnen de Facilitaire Zaken is er gestart met jaarlijks een viertal themamiddagen te organiseren. Hierin zijn zaken aan de orde gekomen die iedereen raken binnen zijn/haar functioneren. Zo is er ruim aandacht geweest voor het thema Veranderorganisatie SPD Nieuwe Stijl. Huisvesting/Arbo Als gevolg van de nieuwe financiering, daar waar het gaat om de huisvestingslasten, is er in 2003 een lange termijn huisvestingsplan gemaakt voor de jaren 2003 – 2006 . Hierin staat vermeld wat er aan verbouwingen te wachten staat. De meeste aspecten staan in relatie tot de aanpassingen m.b.t. arbeidsomstandigheden (Arbo). Voor de locatie Groningen betekent dit ondermeer het renoveren van het gehele gebouw. Onder andere door het aanbrengen van een klimaatbeheerssysteem, het schilderen van de wanden, aanbrengen van nieuwe plafonds en verlichting en het vervangen van de vloerbedekking. Wat betreft locatie Veendam, is inmiddels een bouwvergunning aangevraagd om de zolder uit te breiden met een vijftal werkplekken ten behoeve van het nieuw opgerichte Team Centrale Aanmelding en om een aantal Arbo technische aspecten zoals een brandveiligheidssysteem te kunnen realiseren. De werkzaamheden hiervan zullen in het eerste kwartaal van 2004 starten. In het kader van de bedrijfshulpverlening (BHV) zijn er in het verslagjaar twee oefeningen gehouden. Het is wettelijk verplicht minimaal een BHV-oefening te houden. Beide oefeningen zijn goed verlopen. In juni hebben we een kleine brand gehad op de eerste verdieping in het kantoor te Groningen. Door juiste inzet van de BHV hebben we de schade kunnen beperken. In het laatste kwartaal zijn veertien personen opgeleid als bedrijfshulpverlener. Hiermee voldoet de organisatie aan de wettelijke eisen. Begin 2003 is er aan de hand van een actieplan invulling gegeven aan de NEN 3140 (elektriciteitsnormen) en we voldoen nu aan de wettelijke eisen die de NEN 3140 stelt. In het eerste kwartaal zijn alle toiletten gerenoveerd, deze waren ruim dertig jaar oud. En er is een kolfkamer gerealiseerd. Daarvoor werd de doucheruimte opgeofferd. Hiermee verviel tevens de verplichting om een legionellaprotocol te hanteren. Helaas hebben we in 2003 een viertal inbraken gehad in Groningen. Mede door het goede beveiligingssysteem is de schade beperkt gebleven. Daarnaast is er in een geval sprake geweest van vandalisme aan het gebouw. Arbo In 2003 is er voor het eerst een gezamenlijke evaluatie gehouden tussen Arbodienst Ardyn, het Managementteam en de Ondernemingsraad. Als uitkomst hiervan is er in 2003 een Arbo/VGMWcommissie samengesteld. De commissie wordt gevormd door leden van de Ondernemingsraad en leden die de werkgever vertegenwoordigen. In verband met de aanstaande verbouwingen is tijdelijk hieraan een aantal medewerkers van zowel de locatie Groningen als de locatie Veendam toegevoegd. De taak van deze commissie is het adviseren van het management en de Ondernemingsraad ten aanzien van Arboaspecten en werkomstandigheden.
MEE Groningen
12
Jaarverslag 2003
Automatisering In het afgelopen jaar heeft de SPD Groningen ten aanzien van de automatisering wederom een belangrijke stap voorwaarts gemaakt. In het voorjaar van 2003 zijn we samen met Spd-Drenthe gestart met een implementatietraject van het nieuwe Bedrijfsinformatiesysteem (BIS - inmiddels MEEs genaamd), dat gelijk is voor de beide instellingen. Deze samenwerking heeft geleid tot positieve resultaten. In september 2003 gaf 80% van de gebruikers aan tevreden te zijn met het huidige systeem. Helaas waren er aanloopproblemen met de Managementrapportages (MARAP). Een aantal van de verwachte rapportages kon niet of nauwelijks gemaakt worden. In het laatste kwartaal is een aantal acties ondernomen op het gebied van MARAP, zodat verwacht mag worden dat vanaf 2004 de MARAP wel goed gaat lopen. Daarnaast heeft in het verslagjaar een tweetal overleggen plaatsgevonden tussen de acht gebruikers die gezamenlijk werken met een en hetzelfde Bedrijfsinformatiesysteem. Het ene overleg is tussen de MAVImedewerkers geweest, het andere tussen directieleden. Daarnaast is er extra geïnvesteerd in hardware (dertig nieuwe PC’s) voor werkplekken in Groningen en Veendam. Alle werkplekken beschikken nu over een PC. Centrale administratie Binnen de administratie zijn er enkele belangrijke zaken op een rij gezet die de samenwerking betreffen met andere onderdelen in de organisatie. Het thema samenwerking heeft binnen de centrale administratie in het bijzonder gezorgd voor de discussie hoe in te spelen op de knelpunten en hoe verbeteringen aan te brengen. De effecten hiervan zijn gedurende het jaar uitgewerkt en worden met de start van het Bedrijfsinformatiesysteem (MEEs) tot uitvoering gebracht. In 2003 is de administratie opgedeeld in twee teams. Elk team werkt in de eerste plaats voor een cluster. De eerste resultaten zijn positief. Er is meer onderling begrip, meer betrokkenheid bij het cluster, meer inzicht in wat er zoal speelt binnen het cluster en de medewerkers administratie kunnen betere informatie verstrekken aan cliënten en derden. Tot slot is men beter geïnformeerd over de werkzaamheden van andere collega’s, zoals de consulenten. Klachten In het jaar 2003 zijn er achttien klachten bij de Facilitaire Zaken binnengekomen betreffende de schoonmaak. Het betrof hier zowel de locatie Groningen als de locatie Veendam. Deze klachten zijn telkens na overleg met de schoonmaak afgehandeld. De schoonmaak van de locatie te Veendam wordt begin 2004 van twee keer in week opgeschaald naar vijf keer in de week. Daarnaast is er een groot aantal klachten binnengekomen over het parkeren. Veel van deze klachten hebben betrekking op het tekort aan parkeergelegenheid op met name de dinsdag en de donderdag. Een mogelijke oplossing is om de aanwezigheid van medewerkers beter te spreiden in de week. In 2004 zal hiervoor aandacht zijn. Fouten, ongevallen en bijna-ongevallen Er zijn in 2003 geen fouten en ongevallen gemeld. Wel is er viermaal een bijna-ongeval gemeld. Het betrof hier voornamelijk los liggende snoeren, van bijvoorbeeld computers, waar een medewerker over kan struikelen.
MEE Groningen
13
Jaarverslag 2003
Financiële zaken In 2003 is voortgang gemaakt met de verdere uitwerkingen van een planning en controlcyclus. Maandelijks krijgt het Managementteam financiële rapportages. De manager Facilitaire Zaken verzorgt de aanvragen subsidie winkeltaak (CVZ) en zorgtaak (CTG) en de subsidies wachtlijstmiddelen reductie (CVZ), Integrale Vroeghulp en Pleegzorg in het voorjaar van het lopend boekjaar. Daarnaast verzorgt hij de afrekening van alle genoemde subsidies in het voorjaar van het volgende boekjaar. Tevens heeft de manager Facilitaire Zaken de aansturing van de externe controller in zijn takenpakket.
MEE Groningen
14
Jaarverslag 2003
Management- en Verantwoordingsinformatie (MAVI) Het jaar 2003 stond in het teken van de verdere verfijning en verbetering van het Bedrijfsinformatiesysteem (MEEs). Daarnaast zijn in de tweede helft van het jaar de voorbereidingen getroffen voor de overgang naar SPD Nieuwe Stijl. Dit heeft consequenties voor de wijze van registreren en voor de verantwoordingsinformatie. Om goede informatie te kunnen leveren is registratie aan de bron erg belangrijk. Registratie aan de bron is een van de garanties voor juistheid, volledigheid en tijdelijkheid van informatie. De hulp- en dienstverleners hebben de vaardigheid van registreren verder uitgebreid. Zij hebben aangegeven tevreden te zijn over deze wijze van registreren en over het systeem. Er ontstaat beter inzicht in de activiteiten en de fases van begeleiding en informatieoverdracht zijn verbeterd. Er is ook veel aandacht besteed aan de verdere ontwikkeling van het systeem. Er zijn verbeteringen aangebracht die het werken met het systeem voor medewerkers eenvoudiger maakt. Daarnaast is aan het eind van het jaar een systeem bijgeplaatst dat ervoor zorgdraagt dat rapportages beter gegenereerd kunnen worden. Bovendien kunnen hierdoor rapportages met andere SPD’en worden vergeleken en zijn rapportages uit te wisselen. Buiten de SPD Groningen zijn nog zeven andere SPD’en het verslagjaar gestart met een registratiesysteem onder het pakket Lotus Notes. Met deze SPD’en is een regelmatig overleg gestart, de zogenaamde gebruikersgroep. Tijdens dit overleg worden zowel systeemtechnische zaken besproken, alsmede beleidsmatige zaken zoals bijvoorbeeld SPD Nieuwe Stijl en de consequenties daarvan voor Management- en VerantwoordingsInformatie (MAVI). Er wordt getracht om de systemen van deze acht SPD’en zoveel mogelijk gelijk in te richten. Dit biedt de mogelijkheid om in de nabije toekomst bedrijfsinformatie op verschillende onderdelen te kunnen vergelijken (benchmarken) en het draagt bij aan de eenheid in de verantwoordingsinformatie. Het komend jaar zal in het teken staan van verdere implementatie van de nieuwe diensten in het kader van SPD Nieuwe Stijl, het verbeteren van de maandelijkse rapportages, het zorgen voor transparantie van gegevens en het benchmarken met andere SPD-organisaties.
P&O De SPD Groningen heeft halverwege het jaar 2003 een stuurgroep, een kerngroep, een klankbordgroep en een aantal werkgroepen geformeerd om het gehele proces van organisatieverandering (SPD Nieuwe Stijl) gestructureerd te kunnen aanpakken. De samenstelling van de groepen is divers. Vanuit iedere organisatie-eenheid zijn verschillende medewerkers betrokken bij het algehele veranderingsproces. Zo wordt de beschikbare kennis en ervaring uit de disciplines ten volle benut. Het jaar 2004 wordt het jaar waarin wij gaan ‘proefdraaien’, en waarbij de diverse uitgewerkte diensten door MEE Groningen aan de cliënten worden aangeboden. In het verslagjaar is de overgang van de CAO Welzijn naar de CAO Gehandicaptenzorg nog niet volledig gerealiseerd. Alle betrokken partijen hebben als tussenoplossing besloten dat er een aparte CAO voor SPD’en 2002 – 2003 werd geformuleerd. Met ingang van 1 januari 2004 zullen alle SPD’en daadwerkelijk onder de CAO Gehandicaptenzorg gaan vallen.
MEE Groningen
15
Jaarverslag 2003
Gelijktijdig aan de overgang naar een nieuwe CAO-G loopt de invoering van de FWG 3.0. Begin 2003 is er in samenwerking met Spd-Drenthe en SPD Friesland een start gemaakt met het opstellen van de functiebeschrijvingen. Deze fase is voor de SPD Groningen inmiddels volledig afgerond. Volgend jaar start de indelingsfase. In deze fase worden de functiebeschrijvingen aan de hand van de FWG 3.0 systematiek ingedeeld in een bijbehorende functiegroep. De verwachting is dat het volledige traject van FWG 3.0 medio 2004 wordt afgerond. Het ziekteverzuimbeleid in 2003 wordt met ingang van 1 januari 2004 opnieuw aangepast. Mede ingegeven door snel veranderende regelgeving wordt het beleid verder aangescherpt. Het ziekteverzuimpercentage in 2003 is 7,82%. Ten opzichte van 2002(7,48%) is dit een lichte stijging. Het gemiddelde verloop van het totale personeel is 15%, een toename ten opzichte van 2002 (11%). In het verslagjaar is door het Managementteam het opleidingsbeleid voor het jaar 2004 opgesteld. Het totale opleidingsbudget is evenredig verdeeld over alle organisatie-eenheden. In het jaar 2004 zullen de regels omtrent het toekennen en volgen van opleiding en scholing nader ingevuld worden.
Informatiecentrum, PR & Communicatie De medewerkers van het Informatiecentrum hebben in het verslagjaar 1200 informatievragen geregistreerd. De vragen omspannen alle levensterreinen en iedere levensfase. Het soort vragen varieerde van een eenvoudige verzoek om een telefoonnummer tot specifieke vragen over een specifiek onderwerp. Er is een toename geconstateerd voor wat betreft de aanvragen tot voorlichting. In het verleden ontving de SPD Groningen aanvragen van ouder- of patiëntenverenigingen. Inmiddels ontvangen we ook vaker aanvragen tot voorlichting vanuit de dienstverleners, zoals verwijzers en scholen. Op 1 januari 2003 is bij de SPD Groningen een stafmedewerker in- en externe communicatie toegevoegd aan het team Informatiecentrum. De stafmedewerker rapporteert rechtstreeks aan de manager Facilitaire Zaken en neemt deel aan het integrale stafoverleg. Daarnaast is de stafmedewerker betrokken bij het Model Veranderorganisatie in de hoedanigheid van voorzitter van de werkgroep ‘Informatie & Advies’. In het kader van SPD Nieuwe Stijl heeft betreffende stafmedewerker het verslagjaar met name benut om de voorbereidingen te treffen voor de introductie van de nieuwe organisatienaam. Er is een PR-plan gemaakt waarin de verschillende communicatieonderdelen, doelgroepen en een actielijst een plek kregen. Het plan is organisatiebreed en aan een aantal stakeholders gepresenteerd. Somma heeft waar mogelijk de lokale introductie van de nieuwe organisatienaam ondersteund met materialen, zoals een huisstijlhandboek en voorbeelden voor brieven en persberichten. De SPD Groningen heeft deze informatie gebruikt als basis en voorzien van de ‘couleur locale’, zodat de voorlichting afgestemd werd op de lokale omstandigheden. Daarnaast is getracht om zoveel mogelijk samen te werken met Spd-Drenthe en SPD Friesland. Dit om expertise te bundelen, taken onder te verdelen en, daar waar mogelijk, kosten te besparen. Samen met de stafmedewerker in- en externe communicatie hebben de medewerkers van het Informatiecentrum in het verslagjaar ook voorbereidingen getroffen voor de realisatie van de nieuwe
MEE Groningen
16
Jaarverslag 2003
website, waarbij met name de databasefunctie een centralere rol krijgt. De grote behoefte aan (achtergrond-) informatie vraagt om meer gegevens en gezien de rol van de nieuwe MEE-organisatie als regionale informatieverstrekker is het een logische stap om informatie via onze website aan te bieden. Inmiddels is de website gelanceerd onder de naam www.meegroningen.nl. De website bevat een uitgebreide database met daarin algemene informatie die van belang kan zijn voor mensen met een beperking en hun netwerk. Daarnaast wordt de site iedere dag voorzien van landelijke nieuwsitems die betrekking hebben op mensen met een beperking in de breedste zin van het woord. Het jaar 2004 zal worden gebruikt om ook de lokale gegevens in te voeren (bijvoorbeeld de sociale kaart).
Fondswerving De conjunctuur in Nederland vertoont een dalende lijn en dit heeft zijn directe weerslag op de fondswerving. Met name mensen met een beperking ondervinden de consequenties van bezuinigingen. Elk jaar komen er meer aanvragen voor fondswerving binnen bij de SPD Groningen. In het verslagjaar werden voor verschillende doeleinden fondsen aangeschreven. Een aantal voorbeelden zijn een financiële bijdrage in de kosten voor inrichting, begeleiding, aangepaste activiteiten, vakantie en vervoer. Maar ook aanvragen voor onder andere de aanschaf van een aangepaste bus, een computer en een bad, zijn in behandeling genomen. Over het jaar 2003 is een totaal van € 64.296,50 ontvangen aan subsidies van verschillende fondsen, een forse toename ten opzichte van 2002 (€ 25.636,24). Hieronder treft u twee voorbeelden aan waarbij succesvol fondsgelden zijn ingezet.
Een collectieve voorziening Een gezinshuis (wonen en logeren) voor kinderen met zeer uiteenlopende beperkingen is in staat gesteld over te gaan tot de aanschaf van een bus. De bus biedt de mogelijkheid om als gezin en dus met álle kinderen, ook de kinderen die rolstoelgebonden zijn, erop uit te trekken. Een individuele voorziening Een twaalfjarig ernstig meervoudig gehandicapt meisje dat woont binnen een instelling kan zich goed ontspannen in een waterbed. Deze ontspanning zorgt voor een goed evenwicht tussen rust en activiteit. In de weekends gaat ze vaak naar haar ouders, die helaas niet de beschikking hebben over een waterbed. Ook is bekend dat het meisje erg van muziek houdt en dat ze veel prikkels nodig heeft om iets te voelen. Middels fondswerving zijn de ouders in staat gesteld om een waterbed met muziek/trilsysteem aanschaffen voor hun dochter.
Externe communicatie SPD Nieuws wordt MEEnieuws In het verslagjaar verschenen drie uitgaven van SPD Nieuws, een gezamenlijke uitgave van de SPD’en in Groningen, Friesland en Drenthe. Per 1 januari 2004 werd de SPD MEE en kreeg SPD Nieuws de naam MEEnieuws. In verband met deze wijziging, van naam en vormgeving, werd het jaarlijkse lezersonderzoek uitgesteld naar januari 2004. De redactie, met twee SPD-vertegenwoordigers per provincie, zorgde ook in het verslagjaar voor een gevarieerd informatieaanbod, gebaseerd op thema’s die door de lezers werden aangedragen. Per uitgave komt de redactie eenmaal bijeen. Tekstcorrecties, beeldbeoordeling en proefcontrole vinden digitaal plaats. De kracht van SPD Nieuws is dat het verhaal van de cliënt centraal staat en de meeste ruimte in
MEE Groningen
17
Jaarverslag 2003
beslag neemt. Daaromheen wordt aanvullende informatie over het betreffende thema gegeven. Naast de gedrukte versie verschijnt SPD Nieuws digitaal op de websites van de drie SPD-organisaties. OOKjij Journaal Met de site www.ookjij.nl kunnen jongeren met een verstandelijke beperking die niet of nauwelijks kunnen lezen hun weg vinden op internet. Voor deze groep is dit een medium voor het opdoen van informatie, ter ontspanning en het leggen van contacten. Er wordt zo weinig mogelijk tekst gebruikt. Als toch tekst nodig is, worden woorden ondersteund door geluid en pictogrammen. Alle informatie en commando's bestaan uit heldere plaatjes. Ook in het verslagjaar heeft de SPD meegewerkt aan de totstandkoming van een aantal Ookjij-journaals waarin de rubrieken koken, activiteitenkalender, stripverhaal en tips te vinden zijn. Daarnaast droeg de SPD ook dit verslagjaar financieel bij en heeft de organisatie ideeën en inhoud aangeleverd, zoals een overzicht van vrijetijdsactiviteiten in de provincie Groningen. De website is sterk in ontwikkeling en de verwachting is dan ook dat in 2004 meer MEE-organisaties zullen gaan meewerken aan de invulling van de site. In 2004 wordt bovendien een nieuw onderdeel geïntroduceerd: het album van Tammo, waarbij algemene (lokale) geschiedenis een plek krijgt.
MEE Groningen
18
Jaarverslag 2003
Dienstverlening In het verslagjaar zijn binnen het cluster Dienstverlening veel zaken op de rails gezet en de voorbereidingen getroffen om binnen het team een start te maken met de implementatie van SPD Nieuwe Stijl. De medewerkers hebben de beschikbare informatie ontvangen en zullen ook in 2004, verder op de hoogte worden gehouden van de Veranderorganisatie en de daarmee gepaard gaande effecten op teamniveau. Een van de eerste zichtbare gevolgen van SPD Nieuwe Stijl is dat medewerkers een omslag moeten maken in de wijze waarop ze cliënten ondersteunen: vanuit langdurige, soms zelfs continue zorg, naar kortlopende ondersteuning. Deze omslag zal, zeker voor een aantal medewerkers die al lang op de ‘oude’ manier werken, de nodige tijd kosten. Het registreren van de cliëntcontacten wordt in 2003 in het nieuwe Bedrijfsinformatiesysteem gedaan. Met name in het begin heeft dat voor een flink aantal medewerkers stress opgeleverd. Het destijds beschikbare cliëntenbestand moest worden omgezet naar het nieuwe systeem. Toch begon de nieuwe wijze van registreren gelijk zijn vruchten af te werpen in die zin, dat het voor iedereen helder werd in welke fase van het dienstverleningsproces een cliënt zich bevindt. De eerste –voorzichtigemanagementgegevens werden zichtbaar. In mei kon een nieuwe teamleider voor de teams Arbeid en Vrije Tijd & Vorming (VTV) voor een jaar worden benoemd. Zij heeft zich in korte tijd vooral op de interne processen ingewerkt en van daaruit sturing gegeven aan de teams. De lijn tussen teams en management werd daardoor versterkt en ook de communicatie verliep beter. De interne samenwerking tussen de teamleiders van het cluster werd op een positieve manier uitgebouwd. Ook de samenwerking met de teamleiders van het cluster Hulpverlening kreeg nadrukkelijker vorm. In oktober van het verslagjaar ging het Team Centrale Aanmelding (TCA, voorheen Poortteam) van start. In het jaar ervoor was de notitie met betrekking tot dit onderwerp verschenen. In 2003 werd de notitie geïmplementeerd; de juiste medewerkers (vier) werden uit de bestaande geselecteerd en er werd een ruimte geschikt gemaakt voor dit nieuwe team. Eerst in Groningen totdat de verbouwing in Veendam gereed zou zijn. Voor het team was het een uitdaging om te starten met de nieuwe aanmeldingen en tegelijkertijd werkwijzen en procedures af te spreken. Ook het stroomlijnen van de aanmeldingen naar andere onderdelen binnen de organisatie vroeg de nodige aandacht, en in 2004 zal hier eveneens tijd aan besteed worden. De periode tussen aanmelding en de daadwerkelijke hulpvraagverduidelijking en/of dienstverlening was ook in 2003 nog te lang. Met het starten van het Team Centrale Aanmelding hopen we die wachttijd aanmerkelijk te verkorten. In 2003 werden de functies beschreven in de systematiek van FWG 3.0. Het proces om te komen tot beschrijvingen die recht doen aan de werkelijkheid en passen binnen de systematiek heeft veel emoties losgemaakt en stof tot gesprek opgeleverd. Slechts voor één functie heeft de interne bezwarencommissie een advies aan de directie hoeven uit te brengen. In 2004 krijgt het FWG 3.0 proces een vervolg: in dat jaar worden de indelingen gemaakt op basis van de inmiddels vastgestelde beschrijvingen.
MEE Groningen
19
Jaarverslag 2003
Externe samenwerkingscontacten zijn in 2003 aangehaald. Met organisaties als De Zijlen, NOVO, Humanitas, Jeugdzorg, Drievers Dale, LCIG, UWV en Kinderopvangvoorzieningen zijn op diverse niveaus besprekingen gevoerd. Ook de samenwerking met Spd-Drenthe en SPD Friesland is op steeds meer terreinen gezocht. Met het Advies- en Begeleidingscentrum Groningen (ABCG) is overlegd in hoeverre de schoolmaatschappelijk werkers van de SPD en andere organisaties op hetzelfde terrein een samenwerkingsverband aan kunnen gaan. Het project Sociale Integratie is in 2003 geëindigd. De provincie overweegt dan nog of er in de toekomst een vervolg op zal komen. De verschillende onderdelen uit het cluster Dienstverlening presenteren hierna hun overzicht van uitgevoerde activiteiten.
MEE Groningen
20
Jaarverslag 2003
Zorgconsulenten Inleiding Het jaar 2003 heeft in het teken gestaan van de voorbereiding en uitvoering van de naamsverandering van SPD Groningen naar MEE Groningen. De SPD Nieuwe Stijl richt zich op vormen van dienstverlening op professionele wijze, vanuit de belangen en het perspectief van de cliënt. Voorbereiding en herbezinning op deze diensten en taken kregen in 2003 veel aandacht. Informatie rondom de nieuwe naam en gedachten uitwisseling ten aanzien van de naamsverandering en de Veranderorganisatie hebben plaatsgevonden. Zorgconsulenten hebben zich in 2003 verder ingewerkt en voorbereid op de punten: • brede hulpvraagverduidelijking; • meer cliëntgerichtheid in de werkprocessen; • reducering van wachtlijsten; • optimalisering van de dienstverlening; • functiegerichte indicatiestelling in combinatie met het PGB Nieuwe Stijl; • verdere uitwerking van de AWBZ Nieuwe Stijl, in combinatie met het PGB Nieuwe Stijl; • werken met het cliëntregistratiesysteem (MEEs) en elektronische dossiervorming; • voorlichting aan individuele cliënten ten aanzien van de naamsverandering en de nieuwe werkwijze. Deze nieuwe ontwikkelingen zijn intern en extern ondersteund door middel van themabijeenkomsten, cursussen en informatiemateriaal. Daarnaast is het multidisciplinair overleg ondersteund door de orthopedagogen uitgebouwd en vond er structurele cliëntbespreking plaats (intervisie). Extra aandacht vroeg: • de omissie betreffende de ondersteuning van tienermoeders met een verstandelijke beperking tijdens zwangerschap, bevalling en moederschap; • verstandelijk beperkte jongeren met gedragsproblematiek kunnen moeilijk passend woon– of werkaanbod vinden; • multi-problemgezinnen; • het tekort aan woonruimte en opvang voor jonge kinderen; • de wachtlijstreductie. In 2003 is de SPD Groningen gestopt met ondersteunende contacten waarbij wij geld ontvingen vanuit een PGB-budget. Gedurende de afbouwfase hebben wij deze zorg omgezet of doorverwezen naar Zorg in Natura (ZIN). Met betrekking tot het beheer van het PGB hebben we cliënten doorverwezen naar externe bureaus. Tijdens de overgangsfase is de cliënt wel ondersteund met het aanvragen van herindicaties ten behoeve van het PGB-budget. Wachtlijst nieuwe aanmeldingen Het is in 2003 niet gelukt de bestaande wachtlijst ingrijpend te reduceren, de wachtlijst is echter ook niet toegenomen. De extra inzet van zorgconsulenten heeft wel positief bijgedragen en zijn er ook veel bemiddelingen naar zorg gelukt. De komst in oktober van het Team Centrale Aanmelding gaf ruimte om een deel van de wachtlijst meer aandacht te geven.
MEE Groningen
21
Jaarverslag 2003
Ook in 2004 gaan we trachten de omloopsnelheid te vergroten en daarom is blijvende aandacht nodig voor: • verdere vermindering van wachttijden; • extra aandacht voor licht verstandelijk gehandicapte jongeren (LVG) en kinderen met gedragsproblemen; • het groeiend aantal jonge verstandelijk gehandicapte ouders die kinderen opvoeden. • aanpak van crisissituaties; • intern afstemmen van MEE-diensten en samenwerking. Vanuit het Team Zorgconsulenten Zorgconsulenten bieden advies, informatie, ondersteuning en begeleiding aan mensen met een verstandelijke beperking. Ook kunnen hierbij het gezin en het sociale systeem van de cliënt worden betrokken. Hulpvragen van cliënten kunnen op alle levensterreinen liggen en mensen van alle leeftijden kunnen aanspraak maken op hulp en ondersteuning de SPD Groningen.De zorgconsulent is deskundig in het concretiseren van de hulpvraag die de cliënt heeft en kan de hulpvraag vervolgens omzetten naar een passend zorgaanbod. In het verslagjaar zijn de wachtlijstmiddelen verder uitgebreid en zijn de cliënten zo goed mogelijk begeleid en ondersteund. Het van start gaan van het Team Centrale Aanmelding creëerde een nieuwe mogelijkheid om mensen sneller van dienst te zijn. Hulpvragen van cliënten die niet door het Team Centrale Aanmelding binnen drie maanden konden worden afgehandeld, zijn op de wachtlijst van de zorgconsulenten geplaatst voor verdere actie. In 2003 is er een start gemaakt met de procedure en onderhandelingen voor de functieomschrijvingen van FWG 3.0. Daarnaast is MEEs ingevoerd, waardoor voor ons team de registratie van cliëntgegevens via het programma SPData is komen te vervallen. Er is een start gemaakt om de zorgconsulenten te informeren betreffende SPD Nieuwe Stijl, waarbij in juni de nieuwe naam bekend is gemaakt: MEE Groningen. Per 1 april zijn de regels omtrent het PGB aangepast en de introductie van deze nieuwe regelingen is onder meer ondersteund door het organiseren van verschillende themaochtenden, waarbij veel informatie is uitgewisseld tussen verschillende organisaties. Hierbij valt te denken aan het LCIG, de Brink en Reclassering. Het aanbieden van cursussen om de deskundigheid van de zorgconsulenten te bevorderen heeft ook vorm gekregen. Voorbeelden hiervan zijn de cursussen in het kader van de nieuwe regelingen rondom het PGB, MEEs en psychopathologie.
Consulenten Lichamelijk Gehandicapten (LG) Consulenten LG bieden advies, informatie, ondersteuning en begeleiding aan mensen met een lichamelijke beperking en/of chronische ziekte. In het verslagjaar hebben wij veel vragen van cliënten geregistreerd op het gebied van aanvragen van AWBZ-indicaties, een PGB, de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en het verkrijgen van hulpmiddelen en zorg. Binnen ons team werd de expertise van de consulent SJD geregeld ingezet en is in toenemende mate samenwerking gezocht met het team Arbeidsintegratie. In verband met het ontstaan van een wachttijd na aanmelding, hebben de consulenten LG zich in 2003 met name gericht op cliëntcontacten waarbij het aantal cliënten dat is begeleid gestegen is ten opzichte van 2002 (van 106 naar 120). Doordat wij ons hebben gericht op cliëntcontacten was er weinig ruimte voor het geven van voorlichting en het ontplooien van andere PR-activiteiten.
MEE Groningen
22
Jaarverslag 2003
In 2003 heeft een aantal personeelsmutaties plaatsgevonden. Dit was het gevolg van zwangerschapsverlof en de opname van onbetaald verlof. Per september 2003 is de formatie voor tijdelijke duur uitgebreid met vier uur. In 2003 is het project ‘Kwaliteitsimpuls’ afgerond. Dit project had als doel te komen tot een uniforme taakuitvoering en een kwaliteitsimpuls te geven aan de functie consulent LG. Dit heeft onder andere geresulteerd in de realisatie van een zogenaamde ‘gereedschapskist’ voor de consulent LG.
Team Centrale Aanmelding (TCA) Na een periode van voorbereiding is in oktober 2003 het Team Centrale Aanmelding van start gegaan. Het team vormt een zelfstandig team binnen de cluster Dienstverlening.De bezetting van het team is voortgekomen uit de bestaande formatie en bestaat uit vier ervaren medewerkers. Het doel van het team is om de voorbereidingen, en in 2004 ook de uitvoering, vorm te geven van SPD Nieuwe Stijl waarbij: • de toegang tot MEE-organisatie laagdrempelig en klantvriendelijk wordt georganiseerd; • de hulp- en dienstverlening optimaal is; • vraaggestuurd en cliëntgericht wordt gewerkt; • vraagverduidelijking al bij de start van het contact is ingebed; • de wachttijd wordt gereduceerd; • korte vragen en bemiddelingen naar hulp of zorg versneld in traject worden gezet, waarbij een snelle doorstroom plaatsvindt; • korte vragen rechtstreeks en direct worden beantwoord. De consulenten van het TCA brengen in korte tijd de hulpwens van de cliënt in beeld, verduidelijken die naar een hulpvraag en adviseren naar een passend geïntegreerd informatie-, hulp- of trajectaanbod. Het team richt zich op alle nieuwe aanmeldingen van de SPD Groningen, waarbij binnen veertien dagen een gesprek kan plaatsvinden op kantoor. Kortdurende enkelvoudige vragen worden in het team behandeld. Complexe vragen worden doorverwezen naar de achterliggende SPD diensten. Het infocentrum heeft een directe relatie met het TCA om informatievragen snel te verwerken. Er zijn intern met de verschillende teams afspraken gemaakt rondom de samenwerking of (interne) doorverwijzing, dit om een goede doorstroming binnen de SPD te organiseren. Vanuit het team is, en wordt nog steeds, buitengewone inzet getoond om de gekozen werkwijze inhoud en gestalte te geven. De medewerkers van het TCA ervaren de gekozen werkwijze als erg rechtstreeks en efficiënt. De cliënt is tevreden met de snelle aanpak. Al doende zal het team ook in het komende jaar zijn werkzaamheden voortzetten en verder uitbouwen en vormgeven. Aandachtspunten hierbij zijn: • deskundigheidsbevordering t.a.v. vraagverduidelijking; • uitvoering van nieuwe MEE-diensten vorm geven; • samenwerking met de orthopedagogen t.a.v. de werkprocessen en de brede beeldvorming verder uitwerken; • verder gaan met de beschrijving van werkprocessen voor het TCA; • mogelijke uitbreiding van fte’s.
MEE Groningen
23
Jaarverslag 2003
Arbeidsintegratie Het team Arbeidsintegratie van de SPD Groningen is zich, in overeenstemming met de doelstelling van SPD Nieuwe Stijl, in 2003 alvast gaan richten op het begeleiden en ondersteunen van mensen met beperkingen. Er heeft dus een uitbreiding van de doelgroep plaatsgevonden naar ‘iedereen met een beperking’. De medewerkers hebben als doelstelling het ondersteunen van cliënten bij het zoeken naar betaald werk in het vrije bedrijf of er wordt gezocht naar alternatieven. Behoort betaald werk in het vrije bedrijf niet tot de mogelijkheden, dan kan onbetaald werk in het vrije bedrijf, de sociale werkvoorziening of een centrum voor dagbesteding een goed alternatief zijn. Deze doelstelling wordt geoperationaliseerd via trajectbegeleiding, informatie en advies en netwerkontwikkeling. Trajectbegeleiding In de trajectbegeleiding wordt in nauw overleg met de cliënt een route afgesproken om het einddoel, betaald werk, te realiseren. Vaak is er bij de cliënten die wij begeleiden naar werk sprake van meervoudige problematiek. Voor de moeilijk bemiddelbare groep is in toenemende mate behoefte aan een trainingssituatie als voorbereiding op ‘de echte werkplek’. Deze werkervarings- en trainingsplekken worden voor een deel uiteindelijk gerealiseerd in samenwerking met de regievoerende partijen, zoals UWV en de gemeenten. Steeds vaker hebben wij cliënten moeten helpen bij het verkrijgen van een uitkering. Een uitkering is belangrijk om uiteindelijk een opdrachtgever te krijgen voor een ( re-) integratieopdracht. In 2003 hebben wij voor het eerst op grotere schaal mensen met een lichamelijke handicap en mensen met een ‘niet aangeboren hersenletsel’ begeleid. De ervaringen waren voor alle betrokkenen positief. De aanpak en methodiek om aan werk te komen, verschilt niet voor die van mensen met een verstandelijke handicap. In het verslagjaar is 30% van het cliëntenbestand toegeleid naar betaald werk, 50% heeft een voortraject nodig gehad en 20% was aangewezen op AWBZ-dagbesteding. In 2003 is de druk op de sociale werkvoorzieningen nog nadrukkelijker voelbaar geworden wat een erg negatieve invloed heeft op de mogelijkheden voor mensen uit de doelgroep verstandelijk gehandicapten. De wachtlijsten en de wachttijden worden langer. Op sommige plaatsen in de provincie krijgen mensen die op de wachtlijst worden geplaatst te horen dat ze een tot twee jaar moeten wachten. Indien mogelijk proberen we voor deze cliënten een vervangende werkplek te vinden. Netwerkontwikkeling De netwerkontwikkeling heeft zich vooral op de scholen gericht, om van daaruit samen met partnerinstellingen het schoolverlaten van leerlingen te regisseren. Dit jaar zijn de schoolverlaters driemaal besproken, waarbij er sluitende afspraken gemaakt zijn over de verantwoordelijkheden van de betrokken netwerkpartners. Inzet is de schoolverlater direct na het verlaten van de school aan het werk te helpen en in de gaten te houden hoe het verdere verloop is. Door deze benaderingswijze is ook in 2003 weer een grote groep aan het werk gekomen en zijn uitvallers tijdig opgepikt en weer in traject gezet. Behalve dat deze aanpak kort en bondig werkt, gaat er ook een preventieve werking vanuit. In het verslagjaar zijn ook de netwerken rond de expertisecentra cluster 3- en 4- scholen operationeel geworden.
MEE Groningen
24
Jaarverslag 2003
Het project Voorwerk NOVO, De Zijlen en de SPD Groningen zijn een samenwerkingsverband aangegaan, met als doel om deelnemers van de centra voor dagbesteding door te laten stromen naar een werkplek in het vrije bedrijf. Inmiddels zijn de eerste resultaten geboekt. Een consulent Arbeid van de SPD Groningen functioneert in dit samenwerkingsverband als projectcoördinator. Na het ontwikkelen van de aanpak en het bekendmaken van de doelstellingen binnen alle geledingen van de deelnemende partijen, weet men de weg te vinden naar het project. Alle deelnemers die betaald aan het werk kunnen, worden door de projectcoördinator ter bespreking ingebracht in de aan het project verbonden werkgroep. Naast plaatsingen op betaalde werkplekken, zijn steeds meer deelnemers in een begeleid werken traject gegaan. Dit komt in veel gevallen neer op een werkplek in een bedrijf buiten het centrum voor dagbesteding, waar in de vorm van stage werkervaring wordt opgedaan. Dit zijn toekomstige kandidaten voor bemiddeling naar een betaalde werkplek. Voor de plaatsing wordt voor deze cliënten samengewerkt met UWV. Complementair Werken In 2002 is er een conferentie gehouden rond het thema ‘complementair werken’. Doel was en is om, in goede samenwerking en met gebruikmaking van goede wet- en regelgeving, de schoolverlaters van het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) en het praktijkonderwijs een passende (werk)plek te kunnen bieden in onze samenleving. De conferentie is een opmaat geweest voor het platform Complementair Werken, waarin organisaties zijn vertegenwoordigd die vanuit maatschappelijke betrokkenheid een aandeel willen leveren in samenwerking ten behoeve van de schoolverlater uit het VSO en het praktijkonderwijs. Het platform bestaat uit voornamelijk publieke organisaties uit de sectoren onderwijs, SoZaWe, Welzijn en Zorg. Een consulent Arbeid van de SPD Groningen heeft een coördinerende rol gehad in de conferentie en een aansturende rol in de oprichting van het platform. Het platform is in september 2003 geïnstalleerd.
Vrije Tijd & Vorming (VTV) Het team Vrije Tijd & Vorming (VTV) geeft advies, ondersteuning en begeleiding aan organisaties en groepen die vrijetijdsactiviteiten organiseren voor mensen met een beperking. De dienstverlening is erop gericht om zoveel mogelijk samen te werken met locale partners zoals scholen, sociaal cultureel werk, plaatselijke stichtingen en/of verenigingen. Naast de verschillende activiteiten die zijn georganiseerd, zijn ook vragen beantwoord van individuele aard. De vragen zijn divers en variëren van vragen naar algemene informatie tot de vraag naar bemiddeling bij reguliere clubs of bij het ontplooien van nieuwe activiteiten. Hieronder treft u een overzicht aan van de activiteiten in 2003 waarbij de SPD betrokken is geweest. Kinder Vakantie Opvang De Kinder Vakantie Opvang (een samenwerkingsproject van NOVO, De Zijlen, SPD Groningen, Visio de Heukelom en Brink) heeft in de zomer van 2003 75 kinderen een vakantieplaats geboden.
MEE Groningen
25
Jaarverslag 2003
Kinderspelweken In de zomervakantie was er een speciale Kinderspelweek voor kinderen tot dertien jaar met een verstandelijke beperking op het sportterrein aan de Esserberg. Verder is er aandacht geweest voor het plaatsen van kinderen met een verstandelijke beperking in de reguliere spelweken. De Werkgroep Zomeropvang Onder aanvoering van Humanitas District Noord (samenwerkingproject van Jeugdzorg, Accare, GGz Jeugd, de SPD en Humanitas) heeft de werkgroep zomeropvang 44 kinderen met een a-typische pervasieve ontwikkelingsstoornis (ADHD), en andere contact- en gedragsstoornissen een vakantieplek gegeven. Kinder- en jeugdclubs In Appingedam is in overleg met de SPD een jeugdclub gestart door de VOGG voor jongeren met een verstandelijke beperking. In Veendam is in samenwerking met de SPD door Sociaal Cultureel Werk een kinderclub gestart. De SPD geeft inhoudelijke ondersteuning aan de vrijwilligers. In Stadskanaal is inhoudelijke ondersteuning gegeven aan de vrijwilligers van de kinderclubs. Naschoolse opvang (NSO) In Groningen is een samenwerkingsproject gestart tussen de SPD en de SKSG (Stichting Kinderopvang Stad Groningen) om te komen tot een naschoolse opvang (NSO) voor kinderen met een verstandelijke beperking. De NSO vindt plaats in het Kinderdagverblijf de Poolster in Groningen. Eenmalige uitstapjes Met een groep van vijfenveertig deelnemers en vijftien vrijwillige begeleiders zijn we een weekend naar Parijs en Euro Disney geweest. Vriendschapskringen (VSK’s) De Vriendschapskringen (VSK’s ) in de provincie zijn uitgebreid en kennen een groot aantal deelnemers. De VSK’s in de provincie zijn een samenwerkingsverband tussen de SPD en Humanitas waarin de consulent VTV een ondersteunende rol heeft naar de vrijwillige begeleiders van Humanitas. In Groningen valt het project (nog) rechtstreeks onder de SPD, waarbij een HBO-stagiaire samen met de consulent de coördinatie verzorgt. Er zijn op dit moment VSK’s in: Groningen, Uithuizen, Veendam (2), Ter Apel, Hoogezand, Winschoten en Appingedam/Delfzijl. Eetcafés Het samenwerkingsverband Stiel – SPD Groningen vond ook weer navolging in 2003. Twee keer per week (dinsdag en donderdag) konden mensen met een lichte verstandelijke beperking genieten van een driegangen menu, met aansluitend gezamenlijke activiteiten. Ook in Ter Apel is een eetcafé voor mensen met een verstandelijke beperking. VTV heeft in beide eetcafés een ondersteunende rol voor de vrijwillige begeleiders. ML vakantie voor jongeren In samenwerking met de SPD heeft Tendens een vakantie georganiseerd voor jongeren met een licht verstandelijke beperking en ADHD en/of PDDNos.
MEE Groningen
26
Jaarverslag 2003
Cursussen Er zijn, in samenwerking met het Alfa college, diverse cursussen (computercursus, leren koken, kunst verkennen, muziek verkennen) aangeboden voor mensen met een licht verstandelijke beperking. In Zuid-Oost Groningen zijn de contacten gelegd met het Noorderpoortcollege, maar is het niet tot een concreet aanbod gekomen. In Winschoten is door Maatschappelijke Dienstverlening in overleg met SPD Groningen een cursus ‘Opkomen voor jezelf’ aangeboden. De schildercursus van de SPD heeft een expositie gehad in het gebouw van de SPD in Groningen en in het Provinciehuis.
Sociaal Juridische Dienstverlening (SJD) Het jaar 2003 was een belangrijk en druk jaar voor de Sociaal Juridische Dienstverlening van de SPD Groningen. Zowel intern als extern is er gewerkt aan de positionering van de functie SJD. Cliënten en collega's hebben veelvuldig een beroep gedaan op de deskundigheid van de SJD. In het verslagjaar zijn honderdvijftig vragen geregistreerd. De meeste vragen hadden wederom betrekking op het sociaal zekerheidsrecht, waaronder de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en het Persoonsgebonden Budget (PGB). De ondersteuning die werd geboden varieerde van het geven van informatie en advies tot het optreden als gemachtigde tijdens bezwaar- en beroepsprocedures. In 2003 heeft de consulent SJD op uitnodiging haar medewerking verleend aan het organiseren van een minisymposium ‘Vijf jaar SJD binnen de SPD’ dat gehouden is op 21 mei. Door hieraan mee te werken is mede vorm gegeven aan een langer bestaand idee om ook landelijk vanuit het noordelijk samenwerkingsverband actief te kunnen zijn en op die manier de Sociaal Juridische Dienstverlening meer vorm te geven. De voorbereidingsgroep heeft elkaar goed leren kennen en is het hele jaar actief gebleven voor de totale groep SJD'ers in het land. Het symposium was een succes. Naar aanleiding van het symposium is het idee ontstaan om landelijk een project te gaan starten ‘Kwaliteitsimpuls SJD’. De koepelvereniging zal dit project in 2004 vorm gaan geven. De voorbereidingsgroep van het minisymposium heeft hiervoor de 'eerste steen' gelegd. Een andere belangrijke landelijke ontwikkeling is de introductie van het landelijke MEE intranet in het vierde kwartaal van 2003. Hierdoor worden de medewerkers van de verschillende SPD’en in staat gesteld om informatie uit te wisselen. De SJD heeft binnen het intranet een eigen (landelijk) platform ontwikkeld. De consulent SJD van de SPD Groningen heeft als administrator een belangrijk aandeel gehad in de ontwikkeling van dit platform. Het platform is inmiddels operationeel en wordt door de verschillende SJD’ers veelvuldig gebruikt. In 2004 wordt een start gemaakt met de verdere professionalisering van dit platform, mede ondersteund door MEE Nederland. In 2003 heeft de consulent SJD op het gebied van voorlichting laten zien dat het belangrijk is om niet alleen cliënten, maar ook collega's voor te lichten over belangrijke veranderingen op het gebied van weten regelgeving. In het voorjaar van 2003 heeft de consulent SJD een viertal voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd voor medewerkers over het PGB Nieuwe Stijl. De bijeenkomsten zijn goed bezocht. Extern heeft de consulent haar medewerking verleend aan een bijeenkomst over de PGB-regeling op de Mythylschool in Haren. Ook heeft zij tijdens de oudercursus als gastdocent informatie gegeven over weten regelgeving aan ouders. De consulent SJD vindt het belangrijk om deze informatie in groepsverband te geven. Voor het komende jaar staat er al weer een aantal voorlichtingsbijeenkomsten gepland.
MEE Groningen
27
Jaarverslag 2003
Tot slot kan worden gemeld dat ook de deskundigheidsbevordering een belangrijke plaats heeft ingenomen het afgelopen jaar. De consulent SJD heeft deelgenomen aan een aantal landelijke bijeenkomsten georganiseerd door Somma, waaronder een bijeenkomst over de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In februari 2003 is de consulent SJD gaan werken met het SJD-registratiesysteem Sirios, een registratiesysteem speciaal ontwikkeld voor SJD. Hierdoor is het voor de consulent mogelijk geworden om op efficiënte wijze juridische gegevens te registreren. Hierdoor wordt eigen ‘jurisprudentie’ ontwikkeld. De samenwerking met de consulenten SJD van SPD Friesland en Spd-Drenthe heeft ook in 2003 bijgedragen aan een verdere ontwikkeling van de functie. SJD blijft in ontwikkeling en zal het komende jaar een belangrijke positie innemen in de nieuwe organisatie.
Integrale Vroeghulp (IV) Integrale Vroeghulp is bedoeld voor kinderen van nul tot vier jaar met een complexe ontwikkelingsproblematiek of een ernstige stoornis in hun motorische en/of verstandelijke ontwikkeling en voor hun ouders/verzorgers. Het gaat om kinderen die er baat bij hebben dat de hulpvraag bekeken wordt vanuit verschillende vakgebieden en door verschillende instellingen. Essentieel hierbij is dat de verschillende onderdelen van hulp op elkaar worden afgestemd vanuit een gezamenlijk opgesteld plan van aanpak. Belangrijk uitgangspunt dat het team hierbij voor ogen heeft is dat de vraag van de ouders/verzorgers van de kinderen centraal staat. Het team Integrale Vroeghulp in de provincie Groningen bestaat uit een kinderrevalidatiearts van Beatrixoord, een gedragswetenschapper van NOVO, twee casemanagers, een coördinator en secretariële ondersteuning van de SPD Groningen. Alle kinderen van nul tot vier die worden aangemeld, waarbij het nog niet duidelijk is wat er precies met ze aan de hand is, worden in het eerstvolgende overleg van het team Integrale Vroeghulp besproken. Naar aanleiding van de aanmeldgegevens wordt gekeken of er direct een traject kan worden ingezet naar andere zorgaanbieders of dat er een intakeprocedure gestart moet worden vanuit het team Integrale Vroeghulp. Wanneer het traject direct kan worden ingezet begeleidt de casemanager de verwijzing en volgt, indien nodig, het traject. Wanneer het beeld nog niet helder is wordt de intakeprocedure gestart. Er wordt een intake afgenomen door de casemanager. Deze wordt besproken in het team Integrale Vroeghulp. De adviezen worden aan de ouders/verzorgers voorgelegd. Zij bepalen vervolgens welk traject wordt ingezet. De ouders/verzorgers worden, indien gewenst, hierin begeleid door de casemanager. Het traject kan door de casemanager worden gevolgd en, na beantwoording van de hulpvragen, vindt er met de ouders/verzorgers een evaluatie plaats. Na afsluiting wordt er een eindrapportage opgesteld die wordt verzonden aan de ouders/verzorgers en, indien mogelijk, andere betrokkenen, zoals de verwijzer. In het jaar 2003 is de werkwijze van het team Integrale Vroeghulp gericht geweest op het terugdringen van de wachtlijst, enerzijds door tijdelijk een extra casemanager aan te stellen en anderzijds door een verandering aan te brengen in de werkwijze na aanmelding.
Schoolmaatschappelijk Werk (SMW) In het jaar 2002 is geschreven dat de schoolmaatschappelijk werkenden zich steeds meer zijn gaan profileren als vakgroep Schoolmaatschappelijk Werk. Er zijn nog steeds vier schoolmaatschappelijk werkenden en de verdeling van de scholen is nog gelijk aan 2002. De schoolmaatschappelijk werkenden houden zich bezig met het werken op en voor de scholen, de ouders van de kinderen die de scholen bezoeken en de kinderen die de diverse scholen bezoeken.
MEE Groningen
28
Jaarverslag 2003
De schooltypen waar we contacten mee hebben zijn het speciaal basisonderwijs, de praktijkscholen en de scholen voor ZMLK-onderwijs. De tweede helft van het jaar hebben de SMW’ers zich alvast voorbereid op de Veranderorganisatie en geïnventariseerd wat dit zou betekenen voor de reguliere werkzaamheden en voor de plaats van het team. Hoe een en ander zich gaat ontwikkelen was en is nog steeds niet geheel duidelijk. Voor het Schoolmaatschappelijk Werk werd in het verslagjaar wel duidelijk dat het SMW niet meer tot de kernfunctie zal blijven behoren van de SPD. Vanuit het management zijn mede daarom gesprekken gevoerd met het Advies- en Begeleidingscentrum Groningen (ABCG) over de vraag in hoeverre er samengewerkt zou kunnen worden en of er een grote vakgroep SMW gevormd zou kunnen worden. Ook de werkers hebben in het jaar 2003 een keer overleg gehad met de werker van het ABCG en de Maatschappelijke Juridische Dienstverlening (MJD). Besloten is dat we organisatorisch niet samen zullen gaan omdat de inhoudelijke verschillen te groot waren en er geen sprake was van een efficiënte invulling van de geografische spreiding. Wel is de afspraak gemaakt dat de werkers van de drie genoemde instellingen vaker met elkaar gaan overleggen over werkinhoudelijke zaken.
Sociale Integratie Gemeenten en lokale organisaties en/of verenigingen hebben in het verleden weinig te maken gehad met mensen met een handicap. Vaak werd het belang van sociale netwerken wel onderkend, maar moest de kennismaking met mensen met een handicap en de zorgorganisaties nog plaats vinden. Gedurende de doorlooptijd van het project raakten gemeenten en lokale organisaties/verenigingen bekend met mensen met een handicap en de organisaties en pakten hun verantwoordelijkheid op. Aan het opbouwen van sociale netwerken wordt gewerkt wanneer men er van alle kanten voor open staat. Met name in 2003 is intensief gewerkt aan de inbedding van Sociale Integratie in de provincie. Het is echter niet eenvoudig om Sociale Integratie weer te geven aan de hand van concrete resultaten. Het is een proces dat alleen op lange termijn vruchten afwerpt. De werkgroep richt zich proactief op het betrekken van en toegankelijk maken van de samenleving, zodat mensen met een handicap (evt. met ondersteuning) direct toegang hebben tot een club of contacten in een buurt. Het doel was om voor 120 cliënten toegang te verkrijgen tot een club of contact. Het resultaat was dat dit gerealiseerd werd voor 207 cliënten. Medewerkers van zorgorganisaties hebben een omslag in het werken gemaakt. Aan het begin van het project lag het initiatief van sociale integratie vooral bij een persoon. Nu is het ingeburgerd binnen teams en wordt het een vast bespreekpunt. Ook zie je medewerkers steeds meer netwerken en inspringen op evenementen en activiteiten in de buurt. Het vervolgprogramma heeft geleid tot verspreiding van het project Sociale Integratie naar zes nieuwe gemeenten. De bekendheid van het voorgaande project, dat in vier gemeenten heeft gelopen, heeft hierin bijgedragen. Inmiddels hebben de participerende organisaties en verenigingen een eenduidige visie geformuleerd om de uitvoering van Sociale Integratie mogelijk te maken.
MEE Groningen
29
Jaarverslag 2003
Per participerende gemeente zijn werkgroepen opgezet, waarin zorg-, gemeente-, welzijn- en vrijwilligersorganisaties en lokale verenigingen (kerk, sport etc.) samenwerken. Oftewel, een sectoroverstijgende samenwerking. Tot slot is vorm gegeven aan de ontwikkeling van een opleidingsmethodiek waarmee men aanstaande werkers in de zorg voorbereidt op het werken aan sociale integratie (netwerken).
Sociale Vaardigheidstraining De Sociale Vaardigheidstraining volgens de methode Goldstein is in het afgelopen jaar kritisch bekeken. In opdracht van de manager Dienstverlening is door een van de trainers een projectplan geschreven en zijn de knelpunten geïnventariseerd. Deze knelpunten zijn omgezet in actiepunten waaronder: • nadere vaststelling van de doelgroepen; • vervanging van oud ondersteunend materiaal door actueel materiaal; • ontwikkeling scholingsmogelijkheden voor nieuwe trainers; • verbetering aanbrengen in de intakeprocedure. In 2003 is de training aan drie groepen aangeboden. In totaal hebben 25 personen deelgenomen aan deze trainingen. De jongste deelnemer was zeventien en de oudste vijftig jaar oud. De trainingen werden gegeven door drie medewerkers van de SPD. De vraag naar een training voor jongere kinderen met een verstandelijke handicap werd nog niet beantwoord. Mogelijk kan in overleg met een orthopedagoog een aanbod worden samengesteld dat alsnog beantwoordt aan de vraag van deze kinderen en hun opvoeders.
Oudercursus Ook in 2003 was het voor ouders van jonge kinderen (nul tot vier jaar) met een ontwikkelingsachterstand en/of handicap mogelijk om in cursusverband met andere ouders in contact te treden. Tijdens de bijeenkomsten staat voorop het uitwisselen van ervaringen en informatie, het mondiger maken van ouders en het leggen van contact met andere ouders. De ouders denken actief mee over de invulling van de verschillende bijeenkomsten waardoor de cursus tegemoet komt aan de wensen van betreffende groep ouders. In het verslagjaar zijn drie cursussen gegeven door ervaringsdeskundigen. Voor de ondersteuning en ontwikkeling van de cursus is een samenwerkingsverband opgericht (de SPD Groningen, BOSK Groningen, AZG Centrum voor Revalidatie locatie Beatrixoord, NOVO en GGD/CMZ stad Groningen).
Orthopedagogen De inhoudelijke ondersteuning van medewerkers van dienst- en hulpverlening heeft naar ons idee binnen de SPD ook dit jaar weer een stevigere plaats gekregen. De kaders zijn duidelijker omschreven en ook dit jaar wordt er gebruik gemaakt van de overlegvormen. Een belangrijke ontwikkeling vinden wij ook de duidelijkere taak-functieomschrijving dankzij FWG 3.0, als ook deelname aan het stafoverleg. Wij zijn tevreden met verbeteringen in communicatie binnen de organisatie en hopen dat dit ook in 2004 wordt voortgezet.
MEE Groningen
30
Jaarverslag 2003
Belangrijke onderwerpen voor het jaar 2004 vinden wij: dossiervorming, voortzetting evaluatie ondersteunings- en begeleidingsplannen, de centrale aanmelding, de diagnostiek, duidelijk neerzetten van de staf, adviezen formuleren in de staf en bredere inhoudelijke ondersteuning van medewerkers. Wij denken dat de organisatie wat betreft de kwaliteit van ondersteuning en de middelen die daarbij gehanteerd kunnen worden, zich nog sterk kan ontwikkelen. Een overstijgend onderwerp is natuurlijk de SPD Nieuwe Stijl, waar wij als orthopedagogen graag in meedenken. Intervisie met de orthopedagogen van Spd-Drenthe en SPD Friesland en samenwerking met andere organisaties in de regio vinden wij met betrekking tot SPD Nieuwe Stijl belangrijk. Wat betreft de randvoorwaarden zouden wij in 2004 graag beschikken over de ruimte en middelen om overleg met medewerkers te voeren en onderzoek van cliënten uit te voeren.
MEE Groningen
31
Jaarverslag 2003
HULPVERLENING Evenals voorgaande jaren werd in 2003 door de medewerkers en leidinggevenden van het cluster Hulpverlening hard gewerkt om de productieafspraak te realiseren. Voor de onderdelen BZW, PPG, PPT en Pleegzorg is dit gelukt. Door ziekte binnen het team PSH bleef de productie hier enigszins achter. Dit kon echter worden goedgemaakt door de overige onderdelen van Hulpverlening, zodat het eindresultaat conform de afspraak was. De Logeerkring gaf een substantiële toename te zien van cliënten, die van een logeeradres in de samenleving konden worden voorzien. In het kader van landelijk beleid werden de pleegzorgplaatsen van de organisatie overgedragen aan de William Schrikkerstichting (WSS). Medio 2003 ging de manager Hulpverlening met zwangerschapsverlof. Haar functie werd waargenomen door een interim manager tot 1 december 2003. Eind 2003 nam de coördinator PPT ontslag. Gezien de voorgenomen afbouw van PPT in 2004 werd deze vacature niet opnieuw opengesteld. De samenwerking met Dienstverlening verbeterde dit jaar op een aantal punten. Zo werden op teamleiderniveau de banden aangehaald met de collega ’s van Dienstverlening en werd ook de samenwerking versterkt tussen de medewerkers primair proces van beide clusters. De inrichting van een Team Centrale Aanmelding (front-office – back-office) en toenemend inzicht (o.b.v. informatiebijeenkomsten) in de beoogde effecten van de verandering naar MEE Groningen hadden eveneens een positieve invloed op deze verbetering. Het nieuws dat in het kader van de verandering naar een MEE-organisatie het cluster Hulpverlening eind 2004 zal gaan verdwijnen, werd eerder gezien als een kans naar een verbeterde vorm van cliëntondersteuning dan als een bedreiging, aangezien dit effect van de taakversmalling door veel medewerkers vertaald werd naar het beoogde effect van de doelgroepverbreding. De verwachte periodieke aanlevering van managementrapportage (MARAP) op het gebied van productie werd uitgesteld, aangezien landelijk overgegaan werd van registratie op diensten in plaats van op cliënten. Deze koerswijziging werd medio 2003 pas bekend zodat veel tijd is gaan zitten in het wederom aanpassen van het nieuwe Bedrijfsinformatiesysteem en de vulling daarvan. Op het gebied van formatieinformatie verbeterde de MARAP zodat transparanter kon worden aangestuurd. De beschrijvingsfase van de functies in het kader van FWG 3.0 kon worden afgesloten.
MEE Groningen
32
Jaarverslag 2003
Begeleid Zelfstandig Wonen (BZW) Bij de BZW wordt wederom een lichte stijging van het aantal cliënten geconstateerd: van 119 op basis van Zorg in Natura (ZIN) in 2002 naar 127 in 2003. Ook het aantal cliënten met een PGB steeg. Door een toename van het aantal fte’s hebben we de gemiddelde wachttijd voor cliënten ook in het verslagjaar kort kunnen houden. Het is merkbaar dat onze samenleving voor cliënten met een verstandelijke beperking ingewikkelder wordt, waardoor de problematiek van de cliëntengroep intensiever en zwaarder is geworden. Enkelvoudige hulp is vaak niet meer toereikend. De samenwerking van woonbegeleiders met andere organisaties (Jeugdzorg, Reclassering, CGG, Geldzorg, etc.) ten behoeve van de individuele cliënt is daarom intensiever geworden. Voor medewerkers is er meer tijd gaan zitten in het aanleren en uitvoeren van registratieve taken, ter voorbereiding van de veranderingen in de zorg. Daarnaast is er in het kader van deskundigheidsbevordering een training aangeboden op het gebied van het omgaan met agressie en een op het gebied van de psychopathologie. Beide werden door medewerkers als zinvol ervaren. In de loop van het jaar is duidelijk geworden dat de verandering in de zorg een heropening van het trainingshuis BZW niet meer mogelijk maakt. Dit onderdeel van het team BZW is dan ook in de huidige vorm afgesloten.
Psychosociale Hulpverlening (PSH) In tegenstelling tot het voorgaande jaar had PSH te maken met sterk wisselende wachttijden als gevolg van discontinuïteit door mutaties en langdurige ziekte binnen het team. De kwetsbaarheid van een klein specialistisch team werd hierdoor blootgelegd. Een terugval in de aanmeldingen was het logische gevolg. De gevolgen zijn ook terug te lezen in de productieresultaten, want voor het eerst heeft PSH met een negatief productiesaldo het jaar afgesloten. Het onderdeel Pleegzorg is eind 2003 overgedragen aan de William Schrikker Stichting. Vrijwel alle pleegzorggezinnen werden aan het eind van het jaar overgedragen. Een gezin wilde gebruik maken van de overgangsregeling in de zin van een geleidelijke afbouw voor 1 april 2004. Op het gebied van deskundigheidsbevorderingen is de doelstelling behaald. De bijscholing op het gebied van psychopathologie, omgaan met agressie en lastig gedrag, is met tevredenheid gevolgd. De laatstgenoemde cursus krijgt een vervolg in de vorm van een protocol. Door het toenemende aantal onveilige situaties is het van belang dat het protocol ‘Omgaan met agressie en lastig gedrag’ van inhoudelijke onderbouwing wordt voorzien. Het cluster Hulpverlening zal hier samen met het cluster Dienstverlening inhoud aan geven. Aan de behoefte aan verdieping van kennis op het gebied van seksueel misbruik is in het najaar door middel van een eenmalige intervisie gehoor gegeven. Deze intervisie werd verzorgd door een medewerker van het diagnostisch centrum voor seksueel misbruik. Geconcludeerd werd dat voor dit onderwerp een cyclisch aanbod verder vorm moet krijgen.
MEE Groningen
33
Jaarverslag 2003
Praktisch Pedagogische Gezinsbegeleiding (PPG) De Praktisch Pedagogische Gezinsbegeleiding had in 2003 ruim voldoende cliënten in begeleiding om te voldoen aan de afgesproken productie, dit voor zowel Zorg in Natura (ZIN) als PGB-gerelateerde zorg. Het team PPG heeft ook in het verslagjaar te maken gehad met langdurig ziekteverzuim, zwangerschapsverlof en ouderschapsverlof. De wachttijd voor cliënten was in 2003 minder lang dan in het voorgaande jaar. Mede door adequate maatregelen als tijdelijke urenuitbreiding en inzet van ziektevervanging konden extreem lange wachttijden worden voorkomen. Ook een belangrijke factor in het terugdringen van de wachttijd was het kritisch bekijken van aanmeldingen met een zeer complexe problematiek. Door vooraf met verwijzers de taakstelling van PPG vast te stellen werd de begeleidingstermijn beter te beheren. Een andere gunstige invloed op de wachttijd was de mogelijkheid om andere ondersteuningsvormen met een langduriger karakter, zoals PPT, in te kunnen zetten. Cursussen in het kader van deskundigheidsbevordering zijn gevolgd volgens de planning samen met het team PSH.
Praktisch Pedagogische Thuishulp (PPT) Voor de praktisch pedagogische thuishulp heeft het verslagjaar in het teken gestaan van professionalisering, zowel van de hulpsoort als van de medewerkers. Voor de duur van een jaar is er een projectleider aangesteld die onder meer verantwoordelijk was voor het stroomlijnen van procedures en het in kaart brengen van de mogelijkheden en begrenzingen van het hulpaanbod. Daarbij is duidelijker geworden dat de kracht van PPT ligt op het vlak van draaglastverlichting van ouders/verzorgers. Dit sluit ook aan bij de vraag van ouders/verzorgers die in eerste instantie op zoek zijn naar ontlastende hulp en minder naar draagkrachtvergrotende hulp. Met de medewerkers is veel gedaan aan deskundigheidsbevordering. Zo is er gewerkt aan beroepshouding, communicatie (zowel mondeling als schriftelijk), methodisch handelen, inzicht in psychopathologie en omgaan met agressie. Door het uitbreiden van het aantal fte’s is het mogelijk gebleken de lange wachtlijst te bekorten. Inherent aan het hulpaanbod is dat cliënten langdurig begeleiding krijgen. Dit plus het gegeven dat de vraag naar deze vorm van praktisch pedagogische ondersteuning groot is, heeft tot gevolg gehad dat in de loop van 2003 de wachtlijst en daarmee de wachttijd inmiddels weer aan het oplopen is.
De Logeerkring Na enkele jaren van een voorzichtige en aarzelende aanloop van de Logeerkring, kan inmiddels gezegd worden dat het aantal logees dat is gaan logeren in logeergezinnen fors is toegenomen. Er is een aanzienlijke groei geweest van logees en logeergezinnen (ruim twintig logees meer dan het voorgaande jaar). De meeste matches zijn geslaagd. In bijna alle gevallen wordt het logeergezin voor de cliënt en diens ouders of verzorgers ervaren als een verrijking in het leven van de cliënt, de logee. Voor de logee is het fijn om regelmatig een ‘uitje’ te hebben. Voor de ouders wordt dit aanbod als bijzonder ondersteunend ervaren.
MEE Groningen
34
Jaarverslag 2003
Ook zijn er contacten beëindigd, wegens verhuizing, of -in een enkel geval- omdat het logeergezin uiteindelijk de logeervraag (te) zwaar vond. Logeren in een logeergezin moet gezien worden als een lichte vorm van ondersteuning. Daar waar de problematiek bij de logee complex is, is het moeilijker om een passend logeergezin te vinden. In die situaties is de logeervraag beter te beantwoorden in bijvoorbeeld een logeerhuis. Het is goed gelukt om passende logeergezinnen te vinden. Wel bleef het aanbod van logeergezinnen achter bij de vraag. Niet iedere vraag om een logeergezin hebben we daarom kunnen honoreren. Ook gebeurde het regelmatig dat cliënten wel een duidelijke logeervraag vraag hadden, maar niet altijd een specifieke keuze voor een logeergezin. Wanneer er dan een aanbod bleek te zijn in een logeerhuis, was daarmee de logeervraag ook beantwoord. Verder viel op dat in de loop van het jaar cliënten die gebruik maakten van een logeergezin van de Logeerkring Groningen, de keuze hebben gemaakt om rechtstreeks vanuit de mogelijkheden van het PGB een contract af te sluiten met het logeergezin. Vanuit de vermaatschappelijking van de zorg is dit een passende ontwikkeling. Het komende jaar zal deze ontwikkeling waarschijnlijk een groei doormaken. De cliënten die door willen gaan volgens het model van de Logeerkring, zullen overgedragen worden aan een zorgaanbieder omdat de Logeerkring als aanbod van zorg niet meer past binnen de MEE-organisatie. Het jaar 2004 is hiervoor een overgangsjaar.
Consultatieteam en Meldpunt seksueel misbruik mensen met een verstandelijke handicap Groningen ( CSM ) Het Consultatieteam en Meldpunt bestaan inmiddels vijf jaar. In vergelijking met de toename van het aantal meldingen gedurende de laatste jaren is er in het verslagjaar sprake van een lichte daling. Naast de individuele consultvragen van cliënten, ouders en professionele begeleiders is er veel aandacht besteed aan algemene vragen betreffende seksueel misbruik. Via ouderavonden van ouderverenigingen en familieraden werd aan deze vragen door de coördinator tegemoet gekomen. In samenwerking met het Steunpunt Levensvragen werd ook aandacht geschonken aan deskundigheidsbevordering voor groepen begeleiders van woonvoorzieningen. De bij het project aangesloten organisaties hebben in het verslagjaar overeenstemming bereikt over een gezamenlijke definitie en een meldplicht bij het Centrale Meldpunt van het Consultatieteam. Deze meldplicht geldt zowel bij een vermoeden van misbruik evenals vastgesteld seksueel misbruik. Ook werd er aandacht besteed aan de PR van het project en vooral aan de vraag hoe je de toegankelijkheid voor de directe cliënten kunt verbeteren.
MEE Groningen
35
Jaarverslag 2003
Cijfers in beeld Personeelsbestand
Aantal medewerkers: Totaal:
Aantal vrijwilligers: Aantal stagiaires:
19 101 120
mannen vrouwen medewerkers
30 4
Personeelsformatie op 1-1-2004 Formatie (fte’s)
Formatie (fte’s) 1,00
Directie Facilitaire Zaken (incl. management) Administratie Civiele Dienst Automatisering Financiële Administratie Informatiecentrum Secretariaat Personeel en Organisatie MAVI Kwaliteit Subtotaal Facilitaire Zaken:
1,00 6,81 1,78 1,05 1,33 2,58 1,78 0,89 1,06 0,55 19,83
Dienstverlening (incl. management) Zorgconsulenten Groningen Zorgconsulenten Veendam Zorgconsulenten LG Centrale Aanmelding Arbeidsintegratie Schoolmaatschappelijk Werk Sociale Vaardigheden Sociaal Juridische Dienstverlening Vrije Tijd en Vorming Integrale Vroeghulp Subtotaal Dienstverlening:
0,89 12,95 10,74 2,05 3,01 3,62 1,84 0,45 0,78 1,17 0,53 38,03
Hulpverlening (incl. management) BZW PPG PSH PPT Orthopedagogen Logeerkring Projectmedewerker Subtotaal Hulpverlening:
0,78 9,58 6,51 1,65 6,17 1,50 0,06 0,06 26,31
Totale formatie:
84,17
Verzuimcijfers
Ziekteverzuim 2003: Ziekteverzuim 2002:
7,76% 7,48%
MEE Groningen
exclusief zwangerschapsverlof exclusief zwangerschapsverlof
36
Jaarverslag 2003
Hulp- en dienstverlening Tussen 1 januari en 31 december 2003 hebben in totaal 1977 mensen gebruikgemaakt van de hulp- en dienstverdeling van de SPD Groningen.
Dienstverlening totaal aantal cliënten dienstverlening 2003
Zorgconsulentschap
1222
LG consulentschap
120
ARBI consulentschap
227
Totaal:
227
zorgconsulentschap
120 LG consulentschap
1569
ARBI consulentschap
1222
Hulpverlening To t a a l a a nt a l cli ë nt e n hulpve r le ni ng 2 0 0 3
PPT
44
PSH
88
PPG
149
BZW
127 Totaal:
44 127
PPT 88
PSH PPG BZW
408
149
MEE Groningen
37
Jaarverslag 2003
Informatiecentrum De onderverdeling van de 1200 vragen, zoals afgehandeld door de medewerkers van het Informatiecentrum, is als volgt: Vragen Anders Arbeid Crisisopvang Dagbesteding Indicatie aanvraag Informatie over algemene instellingen Informatie SPD Onderwijs en vorming Opvoeding Ouderverenigingen en belangengroepen PGB Recreatie Sociale wetgeving en recht Thuiszorg Vakantie Wonen en verblijven Ziekten en handicap
216 9 2 25 8 55 118 70 50 17 121 102 92 10 83 158 64
Vragen 250
216 158
150
121
118
100
55
50
9
92
83
50 17
8
64
10
is id is Da opv ov an In gb er di c a est g al ge t ie ed i m en aan ng e vr in aa Ou st g de On Inf o elli n rv de r g er r w m a en en tie i j ig s SP in en ge D v o n rm en Op ing be vo la ng ed en in g gr oe So pe ci n al e PG w Re et ge cr B vi ng eati e en re Th c h ui t sz W or on V en ak g e an Zi ek n v er tie te b n en l ijv ha en nd ic ap
2
25
70
102
In fo
rm
at ie
Cr
Ar be
rs
0 An de
Totaal
200
MEE Groningen
38
Jaarverslag 2003
Binnenkomst vraag Bezoek E-mail Onbekend Post Telefoon
Binnenkomst vraag
328 260 129 5 478
27% 40%
0%
Bezoek
E-mail
22%
11%
Onbekend
Post
Vraagsteller
Vraagsteller
Cliënt 51 Andere belangstellende 61 Dienstverlener 345 Externe organisatie 240 Onbekend 137 Ouder / familie 306 Student 60
5%
4%
Telefoon
5%
26%
29%
11%
Cliënt Externe organisatie Student
MEE Groningen
39
20%
Andere belangstellende Onbekend
Jaarverslag 2003
Dienstverlener Ouder / familie
Exploitatie 2003 en toelichting Exploitatierekening over 2003 Begroot 2003
Realisatie 2003
Realisatie 2002
€
€
€
Subsidie C.V.Z. regulier Subsidie C.T.G. regulier Subsidie C.V.Z. huisvestingskosten Subsidie C.T.G. huisvestingskosten Kassiersfunctie Cliënt Centraal Subsidie C.T.G. Cliënt Centraal Subsidie wachtlijstmiddelen Subsidie Min. VWS inz. Pleegzorg Opbrengst schoolmaatschappelijk werk Consultatieteam seksueel misbruik Integrale Vroeghulp Persoonsgebonden budget Subsidie Sociale Integratie Overige baten
2.105.000 1.338.000 342.000 233.000 0 0 439.000 52.000
1.877.329 1.326.583 383.716 260.476 387.079 0 328.176 54.273
1.806.911 1.298.759 341.547 233.203 364.258 30.848 477.694 48.981
66.000 50.000 57.000 106.000 28.000 72.000
68.043 49.856 32.400 126.680 83.379 58.602
66.430 50.014 31.090 114.242 0 136.274
Totaal baten
4.889.000
5.036.592
5.000.251
Salariskosten Sociale lasten Huisvestingskosten Dotatie fonds huisvestingskosten Materiële kosten Kassiersfunctie Cliënt Centraal
2.843.000 853.000 357.000 218.000 618.000 0
2.771.145 548.227 389.638 254.554 632.886 387.079
2.605.441 661.312 364.810 209.940 742.640 364.258
Totaal lasten
4.889.000
4.983.529
4.948.401
0
53.063
51.950
Baten
Lasten
Exploitatieresultaat
MEE Groningen
40
Jaarverslag 2003
Toelichting exploitatierekening Zoals uit het cijferoverzicht blijkt is er in 2003 sprake van een exploitatieoverschot van € 53.063. Dit bedrag is toegevoegd aan de reserve aanvaardbare kosten, die daarmee uitkomt op ongeveer 10% van onze activa. MEE Groningen bevindt zich hiermee in een stabiele financiële positie. Subsidie CVZ De stijging van het reguliere budget CVZ ontstaat als gevolg van het zogeheten OVA-percentage. Middels dit percentage worden de loon- en de materiële kosten in het budget verhoogd. Subsidie CTG De stijging van het reguliere budget CTG ontstaat ook als gevolg van het zogeheten OVA-percentage. Middels dit percentage worden de loon- en de materiële kosten in het budget verhoogd. Subsidie wachtlijstmiddelen De daling van de subsidie wachtlijstmiddelen wordt veroorzaakt doordat er minder gebruik kon worden gemaakt van de subsidie als gevolg van een efficiëntere wijze van werken. Subsidie Sociale Integratie Dit project is in 2003 afgerond en is via een subsidie van de Provincie Groningen bekostigd. In de voorgaande jaren is geen rekening met de subsidie gehouden, waardoor het de bate in 2003 naar voren komt. Overige baten De daling van de overige baten wordt voornamelijk veroorzaakt door de daling in het aantal detacheringen en de daling van bijdrage Logeerkringen vanuit Cliënt Centraal. Salariskosten De stijging van de personeelskosten wordt met name veroorzaakt door de stijging van het aantal personeelsleden. Uit de jaarrekening blijkt dat er tov 2002 opnieuw gemiddeld twee fulltime werknemers zijn bijgekomen. Sociale lasten De daling van de sociale lasten wordt met name veroorzaakt doordat er in 2002 als gevolg van de overgang van CAO Welzijn naar CAO Gehandicaptenzorg een extra pensioenuitkering aan de werknemers is uitbetaald. De afwijking ten opzichte van de begroting is het gevolg van het te hoge opslagpercentage dat ten behoeve van de begroting is gehanteerd. Deze was historisch bepaald en is in de begroting 2004 ook aangepast. Huisvestingskosten De stijging van de huisvestingskosten wordt voornamelijk veroorzaakt door de afschrijvingskosten automatiseringskosten als gevolg van de investering in 2002 in het nieuwe Bedrijfs Informatie Systeem (BIS). Hierover wordt vanaf 2003 afgeschreven.
MEE Groningen
41
Jaarverslag 2003
Materiële kosten De daling van de materiële kosten wordt met name veroorzaakt doordat er in 2002 een reservering voor de kosten SPD Nieuwe Stijl is gevormd. In 2003 zijn er geen nieuwe reserveringen gevormd. Kassiersfunctie De kassiersfunctie voor Cliënt Centraal wordt als bate en als last verantwoord, waarmee ze per saldo neutraal verloopt. De normering van de huisvestingskosten is hierop van toepassing. Ontwikkelingen 2004 Het boekjaar is 2004 het overgangsjaar naar de SPD Nieuwe Stijl. Vanaf 1 januari 2004 dient MEE Groningen de Zorgtaken af te bouwen. Tevens zijn de werkprocessen van de Winkeltaken aangepast naar SPD nieuwe stijl. Deze omschakeling heeft verstrekkende gevolgen voor de werkwijze van de werknemers, terwijl ook de bekostiging afhankelijk wordt gesteld van het aantal werkprocessen. Het jaar 2004 zal zodoende opnieuw een dynamisch jaar worden. Gezien de geschetste overgang hebben de subsidieverstrekkers aangegeven dat dit jaar budgetneutraal zal verlopen. Peter Willegers Directeur/Bestuurder MEE Groningen
MEE Groningen
42
Jaarverslag 2003
Personalia Personalia per 31-12-2003 Raad van Toezicht Dhr. Drs. J.J. van Ulsen
Voorzitter
Dhr. J. A. Niewold RA
Algemeen lid
Mw. W. Tijssen
Algemeen lid
Mw. mr. M.E. van Rossum
Algemeen lid
Managementteam Dhr. Drs. P.A. Willegers
Directeur/Bestuurder
Mw. R.W. Bokkers
Manager Dienstverlening
Dhr. B. van Gelderen
Manager Facilitaire Zaken
Mw. Drs. S.W. Kruijer
Manager Hulpverlening
Ondernemingsraad Mw. T. Roffel
Voorzitter, lid Dagelijks Bestuur (DB)
Mw. E. van der Spek
Secretaris, lid Dagelijks Bestuur (DB)
Mw. R. Kenter
Vice-voorzitter, lid Dagelijks Bestuur (DB), commissie sociaal beleid
Mw. C. van Wijk
Notulist, lid Arbo-commissie
Mw. D. Luursema
Algemeen lid, lid Arbo-commissie en commissie sociaal beleid
Mw. G. Korhorn
Algemeen lid, lid Arbo-commissie
Mw. R. Joosten
Algemeen lid, aandachtsfunctionaris Veranderorganisatie, ondersteuning secretaris
Cliëntenraad Dhr. W. de Vries
Voorzitter
Dhr. J. Sagel
Algemeen lid
Dhr. E. Meima
Algemeen lid
MEE Groningen
43
Jaarverslag 2003
Afkortingenlijst ABCG
Advies- en Begeleidingscentrum Groningen
ADHD
Attention Deficit Hyperactivity Disorder
ARBI
Arbeidsintegratie
Arbo
Arbeidsomstandigheden
Arbo/VGMW
Arbeidsomstandigheden, Veiligheid, Gezondheid, Milieu en Welzijn
Awb
Algemene wet bestuursrecht
AWBZ
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
AZG
Academisch Ziekenhuis Groningen
BHV
Bedrijfshulpverlening
BIS
Bedrijfsinformatiesysteem
BOSK
Vereniging van motorisch gehandicapten en hun ouders
BZW
Begeleid Zelfstandig Wonen
CAO-G
Collectieve Arbeidsovereenkomst Gehandicaptenzorg
CAO-W
Collectieve Arbeidsovereenkomst Welzijn
CBP
College Bescherming Persoonsgegevens
CGG
Centrum Geestelijke Gezondheidszorg
CMZ
Centraal Meldpunt Zorg
CSM
Consultatieteam en meldpunt Seksueel Misbruik Groningen
CTG
College Tarieven Gezondheidszorg
CVZ
College voor Zorgverzekeringen
CWI
Centrum voor Werk en Inkomen
DB
Dagelijks Bestuur
FWG
Functiewaardering Gezondheidszorg
GGD
Gemeentelijke Gezondheidsdienst
GGz
Geestelijke Gezondheidszorg
IBC
Interne Bezwarencommissie
IV
Integrale Vroeghulp
LCIG
Landelijk Centrum Indicatiestelling Gehandicaptenzorg
LG
Lichamelijk Gehandicapten
LVG
Licht Verstandelijk Gehandicapten
MARAP
Managementrapportage
MAVI
Management- en Verantwoordingsinformatie
MEE Groningen
44
Jaarverslag 2003
MJD
Maatschappelijk Juridische Dienstverlening
MK SPD
Model Kwaliteitssysteem voor SPD’en
NSO
Naschoolse Opvang
PGB
Persoonsgebonden Budget
P&O
Personeel en Organisatie
PR
Public Relations
PPG
Praktisch Pedagogische Gezinsbegeleiding
PPT
Praktisch Pedagogische Thuishulp
PSH
Psychosociale Hulpverlening
RIO
Regionaal Indicatieorgaan
ROC
Regionaal Opleidingen Centrum
RvT
Raad van Toezicht
SBO
Speciaal Basisonderwijs
SJD
Sociaal Juridische Dienstverlening
SKSG
Stichting Kinderopvang Stad Groningen
SMW
Schoolmaatschappelijk Werk
SoZaWe
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
St. HKZ
Stichting Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector
STSGG
Samenwerkingsverband Tegen Seksueel Geweld Groningen
TCA
Team Centrale Aanmelding
UWV
Uitvoering Werknemersverzekeringen
VGN
Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland
VSK
Vriendschapskring
VSO-ZMLK
Voortgezet Speciaal Onderwijs aan Zeer Moeilijk Lerende Kinderen
VTV
Vrije Tijd en Vorming
VVP
Voorziening voor Pleegzorg
WIW
Wet Inschakeling Werkzoekenden
WSS
William Schrikker Stichting
WVG
Wet Voorzieningen Gehandicapten
ZIN
Zorg in Natura
MEE Groningen
45
Jaarverslag 2003
Colofon
Redactie en eindredactie MEE Groningen
Fotografie Henk Veenstra (voorzijde) Max Werkman (voorzijde) Arnold Kok (kantoor Groningen)
Ontwerp voorkant Rob van der Loos MEE Groningen
Centraal kantoor Koeriersterweg 26a Postbus 1346 9701 BH Groningen Tel. (050) 527 45 00 Fax (050) 527 58 59
Regiokantoor Beneden Oosterdiep 39 Postbus 324 9640 AH Veendam Tel. (050) 527 45 00 ax (0598) 62 00 56
E-mail
[email protected]
Website www.meegroningen.nl
MEE Groningen
46
Jaarverslag 2003