1
IJzeren Podiumdieren 2010 De Vereniging Nederlandse Poppodia en -Festivals (VNPF) wil in samenwerking met onder andere het Muziek Centrum Nederland (MCN) en Music Managers Forum Nederland dé toonaangevende en onafhankelijke prijsuitreikende organisatie in Nederland zijn voor de live popsector. De prijzen van de VNPF (IJzeren Podiumdieren) richten zich daarbij op prestaties van professionals en organisaties. De IJzeren Podiumdieren worden toegekend door een jury. De prijzen richten zich op de prestaties van ‘vakgenoten’ die het beleven van popmuziek mogelijk maken. Het doel van de prijzen is het eren van professionals en organisaties die met hun prestaties het bestaan van poppodia en -festivals mede mogelijk maken. Daarnaast moeten de prijzen de live popsector als geheel bij de media en het publiek promoten, waardoor meer publiek en draagvlak voor de live popsector wordt gegenereerd. Dit doel wordt nagestreefd door de beste prestaties (van een seizoen of loopbaan) te selecteren en deze onder de aandacht van media, publiek en vakgenoten te brengen. IJzeren Podiumdieren zijn te winnen in de volgende categorieën: • Beste poppodium; • Beste popfestival; • Beste directeur (werkzaam bij podium en/of festival); • Beste programmeur (werkzaam bij podium en/of festival). De IJzeren Podiumdieren zijn naast vakprijzen ook ereprijzen. Om de onafhankelijkheid van de prijzen te waarborgen, de statuur (van prijzen, winnaars, jury, uitreiking) te verhogen en de nominaties goed af te kunnen wegen heeft de VNPF voor de IJzeren Podiumdieren een onafhankelijke jury ingesteld. De jury bestaat uit betrokkenen die zich ten aanzien van het popcircuit nadrukkelijk hebben geprofileerd. Aan het eind van dit juryrapport is meer informatie over de juryleden te vinden.
2 Nominaties IJzeren Podiumdieren 2010 Beste Directeur Genomineerd zijn: • Dick Pakkert (Rotown, Rotterdam) • Gerard Lohuis (P60, Amstelveen) • Frans Vreeke (interim) Dick Pakkert (Rotown, Rotterdam) Kwaliteit bestendigt. Dick Pakkert was ook vorig jaar genomineerd. Toentertijd werd hij vooral geroemd om zijn inzet voor de Rotterdamse popcultuur. Hij heeft goed uitgelegd wat de betekenis van popcultuur voor een stad als Rotterdam is. Onderbelicht is destijds gebleven hoe hij zijn organisatie, Rotown, draaiende houdt. Het deed binnen de jury wederom de discussie oplaaien. Wanneer nomineer je een directeur, wanneer is het zijn of haar verdienste? Wanneer nomineer je het podium? Dit jaar zijn zowel Pakkert als Rotown genomineerd. Pakkert exploiteert zijn podium op lepe en vooral gepassioneerde wijze. Hij houdt, zonder concessies te doen aan de inhoud, rekening met de beperkingen aan de Nieuwe Binnenweg. Als ondernemer blijft hij vernieuwen of dat nu het installeren van een compleet nieuwe keuken is of kopwerk in de top 3 van de artistiek belangrijkste zalen van Nederland. “Een Twentenaar die zich heel knap staande houdt in het Rotterdamse en het soms leuk vindt om – als van een andere planeet – niet begrepen te worden: iemand die heel goed weet wat hij wilt, een zeer toegewijde ‘klootzak’.” Tekende de jury op uit de mond van een glimlachende collega. De passie blijkt onder meer dat hij als ondernemer veel eigen geld, steekt in de programmering. En dat al jaren achter elkaar. •
2009 Dick Pakkert nominatie IJzeren Podiumdier (beste directeur).
Gerard Lohuis (P60, Amstelveen) De teleurstelling bij de collega’s was groot, toen in 2008 deze prijs naar een collega ging. Betrokken en zelfverzekerd personeel, dat zegt wat over de leiding. De jury signaleert bij P60 al jaren lang een zeer stabiele combinatie van goed werkgeverschap, maar ook een goed werknemerschap. Het is de verdienste van Lohuis dat hij altijd de juiste mensen aan boord heeft. Kennelijk werkt talent graag bij en met P60. Als bestuurslid van de werkgeversorganisatie zet Lohuis deze expertise ook in voor collega-leden, bij het verder ontwikkelen van de CAO. En dat allemaal met een zeldzame – wie schreef ook al weer ‘als zomersproeten op een albino’? – bescheidenheid. Gerard Lohuis bouwt al 10 jaar gestaag aan zijn podium voor pop, cultuur en media. Met een haast speelse vindingrijkheid weet hij externe financiers aan zijn organisatie te binden. In tijden van bezuinigen lukt het hem met adequate zendingsdrift, bekeringsijver en overtuigingskracht de gemeente te overreden een verbouwing van een relatief nieuw podium juist te zien als investering. Om een schouwburgdirecteur uit NoordBrabant, na een masterclass gemeentelijke lobby van Lohuis, te citeren: “Heeft u een politieke achtergrond?, Want, wat u doet is geen lobbyen meer, maar politiek bedrijven…” En dat allemaal om daar waar het werkelijk om gaat te bewerkstelligen. Een belanghebbend programma dat bij P60 al lang niet meer alleen over bandjes en dj’s gaat. • •
1998 Gerard Lohuis nominatie IJzeren Podiumdier (beste directeur, als directeur van Tagrijn, Hilversum). 2008 Gerard Lohuis nominatie IJzeren Podiumdier (beste directeur).
Frans Vreeke (interim) De jury kan zich voorstellen dat sommige lezers denken: een vreemde eend in de bijt. Vreeke is op dit moment namelijk niet vast verbonden aan een festival of podium in onze sector. Toch nomineert de jury hem. De bescheiden aard die Lohuis siert, is ook van toepassing op Frans Vreeke. Voor de gezonde exploitatie en het mooie programma cijfert hij zich weg, vlakt zich uit. Hij heeft een afkeer voor verspillende, grote gebaren. Hij doet zijn best om het reilen en zeilen zo eenvoudig mogelijk – en dat is al moeilijk genoeg – te houden. Die bescheidenheid leidt in zijn geval tot een soort vanzelfsprekendheid, die hem voor de jury als festivaldirecteur bijna onzichtbaar heeft gemaakt. Dat is eerder onachtzaamheid van de jury dan een eigenschap van Vreeke. Feitelijk had Vreeke al eerder genomineerd moeten worden. Zijn verdiensten als directeur, van het onder zijn leiding – op alle vlakken – enorm gegroeide Eurosonic Noorderslag, zijn niet te onderschatten. Het zij zo, beter laat dan nooit… Dat ‘verscholen zijn’ gaat niet op voor Vreeke zijn ‘reddingswerk’. Vreeke, voor wie de sector geen geheimen lijkt te kennen, heeft al heel veel podia van dichtbij gezien. De ene keer om orde op zaken te stellen, de andere
3 keer voor advies of om een tijdelijke leegte, die een – om wat voor reden dan ook – vertrokken directie achterlaat, op te vullen. Tijdens de juryvergaderingen vlogen er bij het bespreken van zijn bovenmatige deskundigheid bijnamen als Vliegende Keep, Superhero over tafel. Naast zijn deskundigheid wordt hij ook geroemd om zijn hartstochtelijke betrokkenheid bij met name het ondernemerschap in de sector. Hij is en wordt gezegend achtereenvolgens met en vanwege een aan het bizarre grenzend doorzettingsvermogen. In al die drukte blijft hij altijd communicatief en toegankelijk. Al bel je hem midden in de nacht met een probleem, hij staat direct bij je op de stoep om met je mee te denken. Om een betrokken professional in haast opperste ontsteltenis te citeren: “Hij beantwoordt gewoon direct mijn mail, hoe is het mogelijk…!” De VNPF-Jury kent het IJzeren Podiumdier in de categorie beste directeur toe aan: Gerard Lohuis
Beste Podium Genomineerd zijn: • Rotown (Rotterdam) • Trouw/ De Verdieping (Amsterdam) • Simplon (Groningen) • Perron 55 (Venlo) Rotown (Rotterdam) Rotown was in 2007 ook genomineerd. Met een bescheiden capaciteit van 250 bezoekers slaagt dit podium er in zowel in Rotterdam, maar ook landelijk de toon aan te geven. De organisatie is al jarenlang in staat een belanghebbende programmering te presenteren, die landelijk maar een paar naasten kent. Vlak voordat acts doorbreken staan ze op het podium van Rotown. Ook dat is al een tijd zo en dus zo langzamerhand een betrouwbaar gegeven geworden. En dat in het qua popcultuur altijd stormachtige Rotterdam. Muzikanten worden er zeer goed behandeld en komen er, ook nadat ze zijn doorgebroken, graag terug. De restaurant/café en terras -functie is voor Rotown haast net zo belangrijk als het vertonen van popmuziek. De opbrengsten van het horeca-gedeelte maken de programmering mede mogelijk. Het personeel is bijzonder vriendelijk, in een informele sfeer, is het .personeel altijd beschikbaar en krijg je wat je wordt beloofd. . • 2002 Rotown nominatie IJzeren Podiumdier (beste podium). • 2007 Rotown nominatie IJzeren Podiumdier (beste podium). Trouw/De Verdieping (Amsterdam) De jury signaleert naast de immer professioneler wordende popsector steeds vaker bewust tijdelijke initiatieven. Plekken, meestal in grootstedelijke omgeving, gehuisvest in oude kantoorpanden of in industrieel erfgoed wachtend op een definitieve bestemming. Accommodaties waar soms een heel behoorlijk programma wordt neergezet. Eén van die plekken is Trouw/De Verdieping. In wezen twee verschillende ruimten, in het voormalige gebouw van dagblad Trouw aan de Wibautstraat te Amsterdam, maar aangestuurd door één organisatie. De mensen achter Trouw/De Verdieping, eerder verantwoordelijk voor het succesvolle Club 11 (op de 11e verdieping van het voormalige PTT gebouw bij het Centraal Station, waarin ook het Stedelijk Museum een tijdelijk onderkomen had) weten van het tijdelijke, over het algemeen ervaren als nood, juist een deugd te maken. In korte tijd wordt er, zonder noemenswaardige overheidsfinanciering, met een aanbod waarbij het zwaartepunt op elektronische muziek ligt, toch een opmerkelijk breed programma ontwikkeld. Deze programmering, de unieke locatie, de tijdelijkheid van de huisvesting dragen bij aan het ontstaan van een van de hipste culturele uitgaansgelegenheden van Nederland. Razend knap. Simplon (Groningen) Simplon leek een aantal jaren terug op sterven na dood. Om met een direct betrokkene te spreken: “Je kon hier geen kast open trekken of er donderde wel iets onwel riekends uit…” Maar , Simplon lijkt nu uit zijn as herrezen. Dat is ook bij de jury niet onopgemerkt gebleven. Simplon is op slimme wijze gesprongen in het gemis, of misschien beter gezegd ‘de opening‘ die is ontstaan door de zeer specifieke programmering van Vera en de grotere acts die de podia van de Oosterpoort plachten te bespelen. Programma’s die als het ware bleven liggen, heeft Simplon met verve opgepakt en een podium gegeven. Bepaalde vormen van metal, dance (techno, dub step), maar ook urban staan nu ook in Groningen. Daarnaast is Simplon zeer actief in het promoten van locaal talent. Ze bieden voor veel beginnende, Groningse acts een speelplek. Kortom, Simplon heeft zijn positie in de
4 stad Groningen op succesvolle wijze weten te heroveren. Dat wordt ook als zodanig ervaren door de Gemeente hetgeen bijdraagt aan het toenemende vertrouwen. Bij Simplon is in relatief korte tijd een flinke slag gemaakt in de professionalisering van de organisatie. De manier waarop het overwegend vrijwillige personeel en een kernteam van professionals zijn schouders heeft gezet onder het wegwerken van het verleden en het bouwen aan de toekomst, verdient alle hulde. Perron 55 (Venlo) Tegen de Duitse grens aan, in Venlo ligt Perron 55 aan het spoor. Het podium maakte voorheen deel uit van een welzijnsstichting en heeft zich op bewonderenswaardige wijze weten los te weken. Het podium is nu volledig verzelfstandigd, kan zichzelf gaan managen en is bij financiële afwegingen niet meer afhankelijk van ‘bijzaken’ als kinderopvang en/of de jeugdzorg. Ondanks dat het niet altijd makkelijk is de bands naar Venlo te halen, lukt het Perron 55 toch een spannende programmering te realiseren. Daarbij schuwt Perron 55 de moeilijke acts niet. In 2007 werd Ernst-Jan Hölscher, tegenwoordig directeur van Perron55, ook al genomineerd voor beste programmeur van Nederland. Nu dan een welverdiende nominatie voor Perron 55 als podium. De VNPF-Jury kent het IJzeren Podiumdier in de categorie beste podium toe aan: Rotown
Beste Programmeur Genomineerd zijn: • Majel Blonden (Paard van Troje, Den Haag) • Harry Hamelink (Motel Mozaïque, Rotterdam/ Oerol, Terschelling) • Darko Esser (Doornroosje, Nijmegen) Majel Blonden (Paard van Troje, Den Haag) Al geruime tijd heeft Blonden haar programmering in Den Haag op orde. Duurzaam en solide, of zoals u wilt steady, en passend bij haar podium: het Paard van Troje. Majel Blonden voelt als geen ander aan wat een stad als Den Haag nodig heeft. Door consistent promoten slaagt ze er keer op keer in grote namen naar Den Haag te halen. Bij haar speurtocht naar nieuwe programma’s gaat ze risico’s niet uit de weg. Het experiment wordt dus niet ontdoken, maar haar kracht is dat ze het Haagse pop (en soms ook jazz-) publiek ‘verstaat’, ze heeft heel goed door waar de grenzen liggen. De periode van Het Paard op Hol (de periode dat Het Paard van Troje geen huisvesting had, maar nog wel programma’s maakte) heeft Blonden juist aangewend om allerlei vormen van samenwerking aan te gaan. Zeer nuttig, het Paard van Troje plukt hier tot op de dag van vandaag de vruchten van. Blonden als paardenfluisteraar, een betrokken professional merkte op: “Zij heeft Het Paard gedreven – ja, gemend – van een op hol geslagen furie tot een mooi, wendbaar, soms dravend, soms galopperend ros.” Deze getalenteerde vrouw maakt van haar hart geen moordkuil. Ze neemt de tijd die nodig is. Ze doet wat ze zegt. Verliest haar eigen doel niet uit het oog, maar kan ook heel goed uitleggen wat andermans profijt is. Daardoor creëert ze veel draagvlak en is ze de gedroomde samenwerkingspartner. Harry Hamelink (Motel Mozaïque, Rotterdam/ Oerol, Terschelling) Wie is wie, is Harry Hamelink Motel Mozaïque? Of is Motel Mozaïque Harry Hamelink? Als het onderscheid tussen deze twee entiteiten niet meer te maken is, dan is er sprake van versmelting. Één met je schepping, één met je programma, één met je stad. Harry Hamelink heeft Rotterdam opnieuw op de kaart gezet met dit verrassende festival. Hij bewijst steevast dat hij een onderscheidend oordeel heeft op innovatie, verversing en wedergeboorte in de popcultuur. Het zoeken naar nieuwe connecties en samenhang in de stad is daarbij voor Hamelink een vanzelfsprekendheid. Als geen ander weet hij wetenschap, vakmanschap, kunst en cultuur samen te voegen tot een ‘synesthetische’ ervaring. Ook draagt hij zijn vernuftige stenen bij aan de ‘zilte luchtspiegelingen’ van Oerol. •
2009 Harry Hamelink nominatie IJzeren Podiumdier (beste programmeur).
5 Darko Esser (Doornroosje, Nijmegen) Deze koppige, eigenwijze en creatieve duizendpoot is al jarenlang toonaangevend in het dance circuit en kent de sector op zijn duim. Als drijvende kracht achter Planet Rose weet hij publiek aan een avond te binden, nog meer dan aan het podium zelf. “Als hij er echt voor gaat dan merk je het ook… en dat doet hij eerlijk en oprecht” aldus een directe collega. Weer een andere collega: "Hij is ervan overtuigd dat je het vertrouwen van het publiek moet verdienen, en dat kan alleen maar door er continu aandacht voor te hebben, en te allen tijde te ageren met het oog op de lange termijn. Een niet integere, korte termijn handelswijze wordt, volgens hem, door de liefhebber genadeloos afgestraft." Als dance promoter weet hij op deze manier verschillende stijlen op een stabiele manier aan het publiek te presenteren. Nijmegen verzilvert de continue, inhoudelijk goede, mooie en spannende lijn die Esser uitzet. Naast Doornroosje is Darko Esser actief bij diverse andere initiatieven. Zo boekt hij voor Free Your Mind en is hij aanjager en promoter via zijn eigen label en dat van anderen. Hij zet zich in voor de ontwikkeling van opkomend talent, waarbij ook Doornroosje middels het elektronische productieplatform NEW fungeert als opbouwpodium. Tenslotte, zijn humor en relativeringsvermogen maken hem door collega’s een graag geziene persoon. De VNPF-Jury kent het IJzeren Podiumdier in de categorie beste programmeur toe aan: Darko Esser
Beste Festival Genomineerd zijn: • Into The Great Wide Open (Vlieland) • EuroSonic (Groningen) • A Campingflight to Lowlands Paradise (Biddinghuizen) • North Sea Jazz Festival (Rotterdam) Into The Great Wide Open (Vlieland) Uit het niets is in een jaar ITGWO op de Nederlandse festivalkaart gezet. Door de slimme combinatie van het van Oerol en Lowlands bekende ‘even-weg-van de-bewoonde-wereld-eilandgevoel’, het programmeren van het op de doelgroep toegesneden acts, het organiseren van een kinderprogramma en het niet al te groot willen zijn, wist dit festival zich in korte tijd te binden aan zijn doelgroep: tweeverdienende, startende gezinnen. Dat is knap, want dat is vanwege de sociale immobiliteit een haast onbereikbare doelgroep. De eerste editie was vrij vlot uitverkocht en ook de komende editie is inmiddels, zonder dat het programma ook maar enigszins bekend was, uitverkocht (5000 kaarten). Naast de doelgroep heeft het festival ook een deel van de sector aan zich weten te binden. Heel veel mensen hebben zich belangeloos ingezet voor de organisatie en het welslagen van dit evenement. EuroSonic Noorderslag (Groningen) Vier jaar geleden heeft EuroSonic Noorderslag (ESNS) een IJzeren Podiumdier gewonnen. Destijds werd vooral de lof gezongen over het Noorderslag-deel van het programma. De nominatie van dit jaar berust met name op het belang van het EuroSonic gedeelte van het Groningse festival. EuroSonic doet al jaren dienst als veerplank voor minder bekend, Europees talent. Los van Noorderslag heeft het festival zich ontwikkeld tot een vooraanstaand en van de grootste, zo niet het grootste, Europese showcase- en netwerkevenement. Een plek waar nieuwe bands zichzelf kunnen presenteren aan een steeds internationaler wordende groep professionals en overwegend Gronings en gedeeltelijk Randstedelijk publiek. De jury wil Groningen niet afdoen als ‘Nergenshuizen’, maar voor de meeste niet-Groningers is het niet een van de meest makkelijk bereikbare plaatsen. Er lijkt zich een trend af te tekenen: wil je een succesvol festival organiseren, dan moet je dat ver van de bewoonde wereld doen. Knap hoe het de laatste jaren steeds eerder uitverkoopt. Daarnaast is het festival buitengewoon goed georganiseerd. De manier waarop de organisatie de hele Groningse binnenstad en de randen van die binnenstad tot één groot podium maakt, en daarin ieder jaar verbetert, is bewonderenswaardig. •
2006 EuroSonic Noorderslag winnaar IJzeren Podiumdier (beste festival)
A Campingflight to Lowlands Paradise (Biddinghuizen) Het is eigenlijk een wonder dat A Campingflight to Lowlands Paradise (Lowlands) niet veel vaker is genomineerd in de 13jarige historie van de IJzeren Podiumdieren. Dat komt ongetwijfeld omdat het moeilijk te
6 vergelijken is met enig ander festival in Nederland. Lowlands is buiten categorie werd een aantal keer gezegd tijdens het juryberaad. Lowlands ontvoert de Lowlanders een lang weekend en neemt ze mee naar een andere wereld. De programmering is zeer doordacht en lijkt daardoor, paradoxaal genoeg, geen rol meer te spelen in de voorverkoop. De datum van de start van de voorverkoop is voor veel mensen belangrijker dan het aankondigen van acts: zonder dat het programma bekend is, raakt het in no time uitverkocht en dat zonder al te veel enorme publiekstrekkers. Iedereen weet dat het programma dik in orde zal zijn. Naast overwegend alternatieve popmuziek, waaronder ook een flink gedeelte dance, is er op een zeer geloofwaardige manier ruimte voor theater, comedy, film, dans, maar ook politiek, debat en zelfs wetenschap. Een organisatorisch zeer complex festival. Er wordt in de polder in korte tijd een kloek dorp inclusief een daartoe geëigende infrastructuur uit de grond gestampt. Menige militaire genie-eenheid van welke vredesmacht dan ook kan daar nog een puntje aan zuigen. Natuurlijk gaat een en ander inmiddels op routine, maar het goede aan de organisatie van dit festival is dat er ieder jaar weer gekeken wordt waar en hoe er verbeterd kan worden. Ook heeft de jury ontzag voor de manier waarop de organisatie uit zichzelf met duurzaamheid bezig is. • •
2001 A Campingflight to Lowlands Paradise: nominatie IJzeren Podiumdier (beste festival). 2002 A Campingflight to Lowlands Paradise: winnaar IJzeren Podiumdier (beste festival).
North Sea Jazz Festival (Rotterdam) De jury hoort u denken. Een jazzfestival nomineren voor een popprijs? Maar… Larry Graham & Graham Central Station; Caro Emerald; Jamie Lidell; Macy Gray; Kaki King; Waylon; The Roots; Katie Melua; Joss Stone; Stevie Wonder; Elvis Costello; Cuby & The Blizzards; Rickie Lee Jones; Earth, Wind & Fire…. Om er maar eens een paar te noemen. Allemaal popmuziek, weliswaar met soms duidelijke, soms minder duidelijke raakvlakken met jazz, maar toch: popmuziek. Menig popfestival zou stinkend jaloers zijn op maar een deel van het programma van het North Sea Jazz Festival (NSJF). De organisatie begrijpt dat de grensvlakken tussen allerlei muzieksoorten steeds vager worden en weet dat om te zetten in een tegelijkertijd breed en diep programma van internationale allure. Suggestie van de jury: volgend jaar onder de naam North Sea Festival? Er is langs de zijlijn wel wat gemopperd toen NSJF van Den Haag naar Rotterdam is verkast, maar daar hoor je niemand meer over. Uiteindelijk is deze verhuizing zeer soepel verlopen. NSJF is in korte tijd een evenement én aanwinst van de stad geworden. NSJF is in het culturele DNA van Rotterdam gekropen. Met een ijzersterk programma en randprogramma weten ze verschillende doelgroepen naar verschillende plekken in de stad te trekken. De festivalorganisatie draait als een Zwitsers uurwerk. De VNPF-Jury kent het IJzeren Podiumdier in de categorie beste festival toe aan: A Campingflight to Lowlands Paradise
7 Leden VNPF-jury IJzeren Podiumdieren 2010 Peter Koppen heeft tot 1996 gewerkt bij de Rabobankorganisatie, laatstelijk in de organisatiebeoordeling, advisering en zakelijke kredietverlening. In 1996 is hij overgestapt naar poppodium Patronaat in Haarlem, waarvan hij in 1984 oprichter/bestuurder was en in 1996 directeur werd. Onder zijn leiding is Patronaat geprofessionaliseerd en gegroeid, en is de nieuwbouw in 2005 gerealiseerd, per welke datum hij afscheid heeft genomen. Na een jaar sabbatical en een paar maanden directeurswaarneming bij de VNPF (waarvan hij medeoprichter en jarenlang bestuurslid en voorzitter was), is hij in dienst getreden bij LAgroup Leisure & Arts Consulting, te Amsterdam en legt hij zich toe op culturele, horeca en stedelijke ontwikkelingsopdrachten. Peter Koppen heeft zitting in diverse besturen en commissies. Zo is hij voorzitter van de adviescommissie van het Cultuurstimuleringsfonds van de gemeente Haarlem, is hij bestuurlijk betrokken bij de Federatie Industrieel Erfgoed Nederland en lid van (voorheen Rijkscommissie) de Raad van Advies voor de Bouw van Podia. Rob Kramer werkte in diverse functies bij podia als Doornroosje, O42 en het Burgerweeshuis. Als directeur van het Burgerweeshuis startte hij in 2004 productiehuis Oost- Nederland (ON), waarmee hij in 2005 als artistiek en zakelijk leider het Burgerweeshuis verliet. Zijn focus ligt op het realiseren van ongewone producties die een breed publiek aanspreken. Met ON producties als NO blues, Pop vs. Poetry, het C64 orchestra en Kyteman’s Hiphop Orkest is hij dan ook een vaste bezoeker van de Nederlandse podia en festivals. Door de jaren heen heeft hij naast zijn werk zitting gehad in diverse besturen en commissies. Anita Verheggen was tot 1990 voorzitter van de Groepenraad Amsterdamse Popmuziek (GRAP). In 1990 werd zij beleidsmedewerker Lichte Muziek bij de Nederlandse Toonkunstenaarsbond (Ntb). In die functie stond zij aan de basis van de individuele contract adviespraktijk voor popmusici en bracht zij o.a. de Boekingsgids (met informatie over boekingsbureau’s in het evenementencircuit) uit. Zij coördineert de gezamenlijke lobby van Ntb, BV Pop, Sena en Norma voor een betere inkomenspositie van popmusici. In opdracht van deze coalitie werd in januari 2009 het onderzoeksrapport “Pop, wat levert het op?” gepubliceerd. Anita heeft zitting in diverse besturen en commissies. Zo is zij voorzitter van de Dutch Jazz Competition, de EBU European Jazz Competition en het Nationaal Jeugd Jazz Orkest en secretaris van JazzNL dat de jaarlijkse Dag van de NL Jazz organiseert. In 2005 heeft Loes Wagenmaker het Plannenbureau voor de Culturele Sector opgericht. Met bijna 15 jaar ervaring in de culturele sector legt zij zich toe op de opbouw van organisaties, ontwikkeling en implementatie van allerlei soorten bedrijfsplannen (onder andere marketing programmering en interim management). Ze heeft deze expertise ook ingezet, voor bijvoorbeeld Ekko, Victorie, Het Kasteel, en vele andere podia, al dan niet in oprichting. Verder brengt zij, alleen of samen met collega’s, verrassende ideeën tot leven zoals: Instant Consult, The Female Connection, en de Pitch Club. Zij is op de hoogte van vele aspecten van het Nederlandse culturele veld door haar adviesfuncties voor de muziekcommissie van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ (NFPK+) en de commissie Cultuur en Cultuurhistorie voor de provincie Noord-Holland. Tussen 2000 en 2004 was zij projectmedewerker bij de VNPF. In 1996 begon zij als programmeur bij het poppodium De Koog in Noord-Scharwoude, waar zij na een paar jaar de rol van directeur op zich nam. Loes studeerde Cultuur en Beleid Internationaal aan de Hogeschool Inholland in Diemen. Minke Weeda was tot 2002 werkzaam bij platenmaatschappij Roadrunner/CNR als hoofd promotie. Daarna startte zij het promotiebedrijf Rock ‘n’ Roll Highschool. Het bedrijf is in eerste instantie voornamelijk gespecialiseerd in streetmarketing en runt het grootste straatpromotieteam van Nederland: het streetteam. In 2004 werd het bedrijf uitgebreid met een uitzendbureau en een boekingsafdeling. In 2007 begon Minke Weeda een uitgeverij onder de naam Reading Rocks waarmee twee glossy magazines over de Nederlandse muziekindustrie werden uitgegeven. Een derde internationale editie staat gepland voor september 2009.
8 VNPF dankt! Bijzondere dank gaat uit naar… De VNPF-jury: Peter Koppen, Rob Kramer, Anita Verheggen, Loes Wagenmaker, Minke Weeda; Marit Vreeswijk (stagiaire verenigingsactiviteiten VNPF); Muziek Centrum Nederland: Silvia Biemans, Janneke van der Wijk, Arjen Davidse, Sarah Mable, Paul Westgeest, Marieke Harmsen en alle anderen bij Muziekcentrum Nederland; Music Managers Forum Nederland: Ton van der Werf, Jaco van Lanen en alle andere bestuursleden van Music Managers Forum Nederland; Melkweg: Jet Zeiss, Linda Delis, Cor Schlösser, Erik Backer, Vincent Boot, Jon Heemsbergen, John van Luyn, alle Melkweg technici en alle andere betrokken medewerkers van de Melkweg; Orkater & The Sadists: Kaspar Schellingerhout, Viktor Griffioen, Erik van der Horst, Géraldine Verhoeven, Marc van Warmerdam, Ramses Nieuwenhuizen, Michael Minten; ROC-Amsterdam: Erna Arts, Gerrit Dekker en alle studenten van het ROC Amsterdam die zich hebben ingezet tijdens het Gala van de Popmuziek; Helma Timmermans; Peter Sikkes (Musicworks); Frank van Hoorn (Catch A Fire); Allard Koopsen (Drukwerfabriek); Ide Koffeman; Waldo Volmer; Nico Dijkshoorn. Én… last but not least… alle vrijwilligers voor hun belangeloze inzet en medewerking. Het Gala van de Popmuziek is georganiseerd door: Het Muziekcentrum Nederland, Vereniging Nederlandse Poppodia en –Festivals, Music Managers Forum Nederland
Het Gala van de Popmuziek is mede mogelijk gemaakt door: Dutchband, Van Moof, Bizon Buitenreclame, Earth Water, Drukwerkfabriek, Earproof, Music Works