deAANSLAG! Een uitgave van de Rotterdamse Fiscalisten Vereniging Christiaanse – Taxateur Jaargang 21, nummer 4 | 2011/2012
Docenten over het thema:
Interviews met:
Verder:
PROF. MR. DR. J.L.M. GRIBNAU MR. T.C. HOOGWOUT
BAKER & MCKENZIE DELOITTE ERNST & YOUNG KPMG MEIJBURG & CO
OP BEZOEK BIJ DE DOUANE! EEN WERELD ZONDER BELASTINGEN... STUDIEREIS 2012: EEN IMPRESSIE
deAANSLAG!
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Prof. mr. dr. J.L.M. Gribnau
Op bezoek bij...
Hoogleraar Fiscale Methodologie
De Douane
“Van ‘tax free’ naar filantropie”
8
28
mr. T.C. Hoogwout
Actievenweekend
Wetenschappelijk medewerker FEI BV ”Een erfgenaam financiert soms zijn eigen erfenis”
36
Een weekendje naar Berlijn!!
40
4 Redactioneel
24 Thuis bij…
5 Van de Voorzitter
26 Fiscaliteit in Perspectief
7 Startersinterview Baker & McKenzie
27 Startersinterview Deloitte
11 Fiscaal Opmerkelijk
30 Speciaal Fiscaal
12 Thema-artikel
32 Kantoorinterview Ernst & Young
13 Prijsvraag
38 De Tien
15 Startersinterview KPMG Meijburg & Co
39 Foto’s Borrel i.s.m. KPMG Meijburg & Co
16 Foto’s activiteiten
42 Tax Jurisprudence Program
20 Studiereis 2012 – Kuala Lumpur
44 De Stelling
23 Uit Den Ouden Doosch
46 Column Martijn Schippers
3
deAANSLAG!
De Aanslag is het verenigingsblad van de R.F.V. Christiaanse-Taxateur en verschijnt vier keer per jaar.
Editie
Jaargang 21 / Nummer 4 Juni 2012
Colofon / Redactioneel
Colofon
4
Redactioneel Waarde lezer, Wat doe je als er geen geld meer in de kas zit? Voor deze prangende
vraag staan de zes bestuursleden zich nu gesteld, zo net voor het eind
Hoofd- en eindredactie
van het collegejaar. De CT zit momenteel krap bij kas en er is geen
Redactie
doordat de uitgaven dit jaar fors zijn gestegen en een groot aantal
Mariëtte Mampaeij Dries Erahim Wajid Hassan Olaf Scholtes
Met dank aan:
De stellingdeelnemers Mary-Alice Arlaud Roeland Bavinck Emiel de Bok Anouk van Brecht Matthijs Claassen Chris Daal O.J. van Elswijk Prof. mr. dr. J.L.M. Gribnau mr. T.C. Hoogwout Titiaan Keijzer Roderick Rijnja Martijn Schippers Karishma Suttorp Daan Weide Maarten Willemsen Wouter de Win TJP-Commissie
Redactieadres
Erasmus Universiteit Rotterdam De Aanslagredactie Kamer H16-25 Postbus 1738 3000 DR Rotterdam Telefoon: 010 – 408 14 69 Website: www.christiaanse-taxateur.nl E-mail:
[email protected]
Adverteren
Voor inlichtingen over adverteren kunt u contact opnemen met Diederik Jiskoot (
[email protected]).
Ontwerp en vormgeving
OCC dehoog, Media Partners
Drukkerij
OCC dehoog, Media Partners
Oplage
750 exemplaren
19e bestuur der R.F.V. Christiaanse-Taxateur
Matthijs Claassen - Voorzitter Vincent Akachar - Secretaris Harold van Pelt - Penningmeester Diederik Jiskoot - Commissaris Extern Vincent Meijerman - Commissaris Intern Mariëtte Mampaeij - Commissaris Media
Europees noodfonds om ons te helpen. De problemen zijn veroorzaakt, leden de contributie niet heeft voldaan, zo blijkt uit een rondvraag
onder de bestuursleden. Nu is er dus te weinig geld in het laatje om de voorkant van uw prachtige verenigingsblad te kunnen financieren.
Hier hangt immers ook een prijskaartje aan. Het bestuur en de redactie bieden hiervoor hun oprechte excuses aan.
De CT verkeert absoluut niet in nood (gelukkig) en er zijn dan ook geen financiële problemen. Integendeel. Het bovenstaande is volledig onwaar (dit hoeft u dus niet meer te laten checken door Next) en betreft slechts een gedachtekronkel van de redactie. Het prijskaartje op de verder witte voorkant symboliseert echter wel één van de gevolgen als er geen contributie zou worden geheven. Derhalve is het interessant om stil te staan bij een soortgelijke vraag. Wat als er geen belastingen (meer) zouden worden geheven in een land? Met andere woorden, als er sprake is van een situatie die te beschrijven is als ‘tax free’. Dries heeft in het thema-artikel getracht een beschrijving te geven van een dergelijke situatie. Om het vraagstuk ook vanuit een wetenschappelijke invalshoek te benaderen, raden wij u aan om de bijdrage van prof. Gribnau te lezen, alsmede het artikel van de heer Hoogwout. Naast de gebruikelijke rubrieken, wordt verslag gedaan van verschillende leuke activiteiten, bijvoorbeeld van de studiereis naar Kuala Lumpur. Wellicht dat studenten daar namaakproducten zijn tegengekomen. Dergelijke goederen worden ook ingevoerd in de Europese Unie via de Rotterdamse haven. Gelukkig is er de douane. Om erachter te komen wat de verschillende activiteiten van de douane zijn, heeft de redactie een bezoek gebracht aan het douanekantoor op de Maasvlakte. Het is wel een stuk rijden met de auto, maar u krijgt wel een zeer leuke rondleiding door de terminal. Hopelijk heeft u ons ondertussen al vergeven, want het is de laatste keer dat wij voor u de redactie van uw blad mogen verzorgen. Wij hebben het afgelopen jaar met veel plezier gewerkt aan de vier edities van de Aanslag. Wij hopen dat u heeft genoten van de verschillende nummers en dat in de toekomst ook zal blijven doen. Wij wensen u een fijne zomer toe en veel leesplezier! De twintigste eenentwintigste Aanslagredactie, Dries Erahim Mariëtte Mampaeij Olaf Scholtes Wajid Hassan
Van de Voorzitter
Van de Voorzitter Geachte leden, De vierde en laatste Aanslag is inmiddels op de
deurmat gevallen. Het studiejaar zit er bijna op en het Europees Kampioenschap is (nagenoeg) achter de rug. Wanneer u deze Aanslag leest,
hopelijk in het zonnetje met een koud drankje
in de hand, is het nieuwe bestuur al volop bezig om de activiteiten voor volgend jaar voor te bereiden.
Dit kan natuurlijk niet zonder een korte terugblik. Naast het thema ‘Tax Free’, zullen we gezamenlijk kijken naar de activiteiten van de afgelopen tijd. En dat waren er nogal wat! Met een selecte groep studenten zijn we afgereisd naar Kuala Lumpur. Een trip om nooit meer te vergeten! Amper een week terug zijn we vertrokken richting Berlijn. Het actievenweekend, speciaal bedoeld om leden die dit jaar een commissie bij de Christiaanse-Taxateur hebben gedaan te bedanken. In de tussentijd vond er ook nog een ledenborrel plaats. De laatste officiële ledenborrel was in samenwerking met KPMG Meijburg & Co. Een druk bezochte avond in het Nieuw Rotterdams Café. Daarnaast nog een spetterende eindactiviteit en een bijzonder interessant congres. Dit jaar stond het congres geheel in het teken van bedrijfsopvolging en herstructurering. De drank is op onze borrels altijd ‘free’ en ‘tax’ is hetgeen ons doet samenkomen. Wij weten als geen ander dat er in Nederland niet zoveel belastingvrij is. Wanneer je op Schiphol gaat shoppen, kun je er nog wel eens belastingvrij vanaf komen. Mits je naar een bestemming buiten de Europese Unie vliegt. In verscheidene reclamecampagnes, bijvoorbeeld die van de Mediamarkt, hoor je wel eens dat er 19% korting wordt gegeven op je aankoop. Veel Nederlanders denken dan dat je geen BTW hoeft te betalen. Een fiscalist weet beter, natuurlijk zit er BTW inbegrepen op je aankoop. Het is een simpele reclamestunt. Toch kan men zich afvragen of dit geen misleiding is, want het blijft gewoon reclameterminologie. De vraag is: hoeveel maakt het eigenlijk uit? De klant wordt er beter van, er wordt immers korting gegeven. De Staatsloterij keert prijzengeld altijd belastingvrij uit, wederom betekent dit niet dat er geen belasting betaald wordt. De kansspelbelasting wordt namelijk afgedragen door de Staatsloterij. De Reclame Code Commissie heeft zich hier op 1 mei 2012 nog over uitgesproken. In de reclames van de Staatsloterij zou namelijk gesuggereerd worden dat zij de enige kansspelaanbieder is waarbij er geen kansspelbelasting wordt ingehouden. Dit zou leiden tot concurrentievervalsing en in strijd zijn met regels van
deAANSLAG!
mededingingsrechtelijke aard. Helaas voor de klagende partij, ging de Reclame Code Commissie hier niet mee akkoord. Naar het oordeel van de Commissie zal de gemiddelde consument de mededeling ‘belastingvrij’ in de reclameuitingen begrijpen. Er valt veel te vertellen over ‘Tax Free’. Een boordevolle laatste Aanslag moet genoeg leesvoer opleveren voor de komende tijd. Het laatste werk van het bestuur van 2011-2012 zal de Almanak zijn, deze zal in de loop van het volgende studiejaar uitkomen. Met de volgende woorden besluit in dan ook mijn op één na laatste voorwoord: veel succes met studeren en alvast een fijne vakantie toegewenst! Met vriendelijke groet, Namens het bestuur der R.F.V. Christiaanse-Taxateur, Matthijs Claassen, Voorzitter 2011/2012
5
START YOUR CAREER
GET A TASTE
www.werkenbijbaker.nl
Startersinterview Baker & McKenzie
deAANSLAG!
Startersinterview Baker & McKenzie Paspoort Naam: Roeland Bavinck Opleiding: Fiscaal recht, Universiteit van Amsterdam Leeftijd: 25 jaar Favoriete plek in Rotterdam: Overschie Fiscale tip: Middelen, als je eenmaal begint met werken.
In gesprek met Roeland Bavinck, die
ik aan tafel als er een klant langskomt of er
scheidt zich door de grote diversiteit aan
bij Baker & McKenzie. Hij vertelt ons
manier word ik bij verschillende projecten
sfeer. Ik werk met veel jonge mensen en het
werkzaam is als fiscalist-stagiaire
meer over zijn werkzaamheden, de sfeer op de werkvloer en geeft aan
waarom Baker & McKenzie ook interessant is voor fiscaal economen. Zou je je even willen voorstellen?
een conference call wordt gehouden. Op deze betrokken. Bovendien heb ik vaak contact met collega’s van de verschillende kantoren van
klanten die zij heeft. Persoonlijk, de informele is een hechte cultuur.
dynamisch. Je wordt in dat opzicht gestimuleerd
Welke opleidingsmogelijkheden bestaan er binnen dit kantoor?
lokaal advies kan geven.
dien je civiel effect hebt, ook de advocatenop-
Baker wereldwijd. Dat maakt het werk ook
om de lijnen kort te houden, waardoor je snel
Naast de verplichte NOB-opleiding, kun je, inleiding doen. Verder is er de Baker Academy,
Mijn naam is Roeland Bavinck. Ik ben begon-
Kun je meer vertellen over jouw afdeling? waarbinnen verschillende trainingen worden
uiteindelijk afgestudeerd in Amsterdam. Sinds
klanten die hun hoofdkantoor in de Verenigde
nen aan de studie Fiscaal recht in Leiden en ben november 2011 werk ik bij Baker & McKenzie in de ‘US Focus Group’.
Hoe ben je bij Baker & McKenzie terechtgekomen? Tijdens mijn studie had ik het plan opgevat
om een scriptiestage te lopen. Aangezien ik affiniteit heb met de advocatuur, vielen de
Big4 voor mij redelijk snel af. Eén van mijn
beste vrienden, die hier ook heeft gewerkt, had
De US Focus Group richt zich voornamelijk op
aangeboden, zoals Legal English en andere
Staten hebben en bijvoorbeeld willen uitbrei-
gaan. Daarnaast hebben wij één keer per jaar
den naar Europa. Wij worden dan ingeschakeld en lopen daardoor ook voorop in het proces. Wij denken vooral mee over de structuur.
Hierbij krijgen wij te maken met aspecten die gerelateerd zijn aan vennootschapsbelasting
en dividendbelasting. Daarnaast besteden wij
uitgebreid aandacht aan het belastingverdrag tussen Nederland en de VS.
enkele gesprekken, heb ik hier vervolgens eerst
Wat is de verhouding tussen fiscaal juristen en fiscaal economen binnen dit kantoor?
gemaakt met mijn scriptie. Op mijn laatste dag
onderscheid gemaakt tussen fiscaal economen
onwijs enthousiaste verhalen over Baker en
hij raadde mij aan om hier te solliciteren. Na
zes weken stage gelopen en daarna een begin
werd mij gevraagd of ik wilde solliciteren voor een vrijgekomen plek op de Corporate & International Tax afdeling. Dat leek mij ontzettend leuk en ik heb toen daarvoor gesolliciteerd. Daarna was het vrij snel geregeld.
Wat zijn jouw werkzaamheden als Fiscalist-Stagiaire?
We werken in relatief kleine teams. Daardoor heb ik ook soms overleg met partners. Daar-
naast beantwoord ik mails en schrijf ik memo’s, die je ook bespreekt met collega’s. Verder zit
Binnen Baker & McKenzie wordt helemaal geen en fiscaal juristen. Het overgrote deel van de fiscalisten bij ons is geen advocaat. Dit is ook geen vereiste, maar als je het graag wilt dan kan dat.
Er werken hier dan ook zeker mensen die fiscale
soft skills. Je kunt ook naar het buitenland
de European Tax Course, waarbij wij in Zürich samenkomen met al onze Europese collega’s van de fiscale secties. Hier worden dan drie dagen lang seminars verzorgd en andere lezingen gehouden
Heb je nog een aanbeveling voor fiscale studenten? Oriënteer je goed en staar je niet blind op
zaken als, ik doe fiscale economie, dus ik kan niet bij Baker & McKenzie werken. Bedenk
verder als je gaat solliciteren vooral goed dat je weet met wie en voor wie je gaat werken.
Dat is ook erg belangrijk. Dit is zeker iets om je in sollicitatieprocedures, tijdens stages, inhousedagen, meeloopdagen, kantoorbezoeken en andere momenten, op te focussen.
de moeite waard om bij ons aan te kloppen.
Tot slot, een vraag in het kader van het thema ‘Tax free’. Zou je een staat kunnen voorstellen waar geen belastingen worden geheven?
Wat vind jij één positief punt aan Baker
heeft de overheid geen inkomsten meer en
economie gestudeerd hebben. Dit is met name het geval binnen Transfer Pricing. Daarom is
het ook voor fiscale economie studenten zeker
& McKenzie?
Zakelijk, het internationale. Baker onder-
Ik kan mij dat niet voorstellen, want dan zal er sprake zijn van anarchie.
7
8
deAANSLAG!
Docentartikel
Van ‘tax free’ naar filantropie
Prof. mr. dr. J.L.M. Gribnau*
Een staat zonder belastingen; het lijkt zo aantrekkelijk. Geen fiscus meer
die steeds zijn deel opeist bij alles wat mensen doen en laten, tot aan hun sterfbed toe. Maar is ‘tax free’ niet een utopie? Als dat zo is moeten we
goed oppassen, want een utopie is per definitie iets wat niet te realiseren
is. De ervaring leert dat we een utopie ook niet moeten proberen tot stand te brengen, ramspoed en ellende zullen dan ons deel zijn.
Hier zal ik de ogenschijnlijk utopische visie op belastingen van de filosoof Sloterdijk bespreken. Om deze wat in perspectief te plaatsen zal ik voorafgaand enige andere visies behandelen. Een minimale staat
Een staat zonder belastingen lijkt een contradictio in terminis. Een staat zal ergens zijn financiële middelen vandaan moeten halen. Dat zal via belastingen moeten gebeuren tenzij de staat over eigen bezittingen (domeinen) beschikt die inkomsten genereren. Dat zullen wel forse inkomsten moeten zijn. Zelfs een minimale staat die (enkel) vrede en veiligheid voor zijn burgers moet garanderen heeft immers behoefte aan veel geld. Dijken, leger, justitie, politie, e.d. zijn immers niet goedkoop. Dan hebben we het nog niet over sociale voorzieningen, maar daar is geen ruimte voor in een nachtwakerstaat, die door de zogenaamde libertaristen wordt verdedigd. De staat dient enkel ter bescherming van particulier eigendom tegen geweld en agressie van anderen. Dit klinkt heel aantrekkelijk: een zo klein mogelijke staat en overheid omdat burgers zelf wel weten wat goed voor hen is. Laat ze zelf maar beslissen in plaats van de overheid die zich overal mee bemoeit. Nozick verwoordt de libertaristische visie kernachtig. ‘Taxation of earnings is on a par with forced labor.’1 Immers, belastingen betekenen dat anderen bewust in iemands vrijheid ingrijpen. Mensen dienen echter volgens libertaristen hun eigendom in maximale vrijheid te kunnen aanwenden. De markt is de enige efficiënte manier om de preferenties van vrije mensen op elkaar af te stemmen. Belastingen worden echter afgedwongen en de overheid is niet efficiënt en overheidsbureaucratie verspilt toch alleen maar geld (ook bij grote bedrijven zien we overigens veel bureaucratie). Individuen die iets voor anderen willen doen, bijvoorbeeld via filantropie, moeten daar volledig vrij in zijn. Op deze manier belastingen moreel gezien met dwangarbeid vergelijken, is echter schromelijk overdreven. Hier wordt immers een heel specifiek mensbeeld verondersteld, namelijk een mens die enkel aan zijn eigenbelang denkt, zich permanent onveilig voelt en lijdt aan obsessieve bezitsdrang. De minste aantasting van zijn eigendom tast deze mens in
zijn wezen aan.2 Deze mens is zijn eigendom. Een ware homo economicus die de hele dag op basis van zijn preferenties rationele keuzes maakt. En deze mens wordt als een volstrekt geïsoleerd wezen beschouwd, waarbij anderen als een potentiële bedreiging worden gezien. Maar dat is niet vanzelfsprekend, zoals we kunnen lezen in de prachtige roman van Marilynne Robinson, Gilead: ‘I read somewhere that a thing that does not exist in relation to anything else cannot itself be said to exist.’3 We kunnen eigendom bovendien ook ruimer zien, dus niet enkel vanuit het (op zich niet-onbelangrijke) perspectief van bescherming tegen aantasting door anderen – waaronder de overheid. Eigendom geeft bijvoorbeeld ook vorm aan het sociale leven; het bepaalt dus de vormgeving van onze maatschappij waarvan wij allen vrije en gelijke leden zijn.4 Hoe radicaal en eenzijdig de visie van Nozick is, blijkt wel uit de kritiek van politiek-filosofen die net als Nozick zeer kritisch staan tegenover overheidsbemoeienis. Zo verwerpt Epstein de vergelijking met dwangarbeid. Epstein noemt zichzelf een klassiek liberaal, dus met een zware focus op vrijheid, maar heeft toch wat gematigder opvattingen dan de libertaristen.5 Epstein is het overigens eens met de stelling van Nozick dat belastingen niet voor inkomensherverdeling mogen worden gebruikt, dat vormt een niet-legitieme inbreuk op eigendom.
* Hans Gribnau is hoogleraar fiscale methodologie aan de Universiteit van Tilburg en bijzonder hoogleraar kwaliteit van fiscale regelgeving aan de Universiteit Leiden. Samen met prof. mr. O. Ydema verzorgt hij het Fiscaal Confrontatievak aan de EUR. Mailadres
[email protected]. 1 Robert Nozick, Anarchy, State and Utopia [1974], Oxford: Basil Blackwell, 1980, p. 169. 2 M.J. Radin, Reinterpreting Property, Chicago: Chicago University Press, 1994, p. 134. 3 M. Robinson, Gilead [2004], London: Virago Press, 2005, p. 54. 4 Zie J. Purdy, The Meaning of Property: Freedom, Community and the Legal Imagination, New Haven & London, Yale University Press, 2010, Adam Smith dient hier als een belangrijke inspiratiebron. 5 Richard A. Epstein, ‘Taxation with Representation: Or, the Libertarian Dilemma’, Canadian Journal of Law and Jurisprudence, January, 18 (2005), p. 8.
Docentartikel
Publieke goederen
Maar Nozick denkt ten onrechte, zo laat Epstein zien, dat belastingheffing per definitie tot herverdeling leidt. Een belangrijke functie van belastingheffing is namelijk de financiering van publieke goederen. Dit zijn goederen of diensten waarvan de samenleving als geheel of een deel daarvan profijt heeft, waarbij gebruik of consumptie niet gaat ten koste van anderen en het onmogelijk of te kostbaar is om degenen die niet bijdragen uit te sluiten van het profijt; denk aan dijken, wegen, defensie, rechtssysteem, milieuzorg, etc. Ook de overheidsactiviteiten ten behoeve van het functioneren van de markt vallen daar onder, bijvoorbeeld via het rechtssysteem dat eigendom beschermd. ‘Markets depend on governments; governments of course depend on markets.’6 Belasting betalen ten behoeve van publieke goederen is alles behalve dwangarbeid. De staat biedt hier juist een efficiënte aanvulling op de markt die er zelf niet in kan voorzien. Om de correctie van deze marktimperfectie te kunnen financieren mogen belastingen worden geheven (dit is overigens een utilitaristisch argument). Voor het overige legt ook Epstein nadruk op het particulier initiatief. Niet de overheid, maar de mensen moeten zelf in actie komen en hun medemensen en allerlei andere goede doelen ondersteunen. Het gaat hier dus om liefdadigheid, al dan niet in het moderne jasje van filantropie, ten opzichte van medemensen.7
Een ruimer idee van vrijheid, en gelijkheid
Nozick en Epstein hebben het bovendien alleen over vrijheid in beperkte zin: bescherming eigendom, maar er zijn meerdere belangrijke aspecten aan vrijheid. Vrijheid is geen monoliet.8 Natuurlijk benadrukken de libertaristen terecht de zogenoemde ‘negatieve vrijheid’, de afwezigheid van belemmeringen.9 Dwang die anderen op mij uitoefenen is bij uitstek een belemmering die maakt dat ik niet kan handelen zoals ik zelf wil. Mijn keuzevrijheid wordt beperkt. Maar er is ook nog zoiets als positieve vrijheid. Vrijheid in de positieve betekenis betreft de behoefte aan zelfbepaling, aan zeggenschap hebben over mijn eigen leven. Een individu wil zelf handelen en beslissen en niet door externe oorzaken worden gestuurd. Deze positieve vrijheid kan ruim worden opgevat als de mogelijkheid tot zelfontwikkeling en tot participatie aan de vormgeving van maatschappij en staat. En dan is er nog republikanistische vrijheid; deze verwerpt niet alleen inmenging, maar ook overheersing (‘domination’) of afhankelijkheid. Deze ‘nondomination’ wordt opgevat als ‘the condition of the individual who does not have to depend on the arbitrary will of other individuals or institutions that might oppress him or her with impunity if so desired.’10 Liefdadigheid kan persoonlijke afhankelijkheidsverhoudingen creëren, die soms zelfs vernederend kunnen zijn. Epstein’s pleidooi miskent dit belang van vrijheid als nietafhankelijkheid. Dat neemt natuurlijk niet weg dat een staat via bijvoorbeeld sociale voorzieningen ook bepaalde afhankelijkheidsverhoudingen creëert, bijvoorbeeld bij
deAANSLAG!
(het aanvragen van) een sociale uitkering. Het gaat hier om afhankelijkheid van vaak grote bureaucratische organisaties en haar medewerkers. Men moet immers aan tal van voorwaarden voldoen. Maar men heeft dan een wettelijke aanspraak en dat is toch anders dan de persoonlijke afhankelijkheid bij liefdadigheid. Particuliere initiatieven zijn waarschijnlijk ook minder bestendig dan structurele hulp via de overheid. Liefdadigheid en staat lijken dus complementair te zijn.
De liberale positie
De staat is vaak een effectievere en betrouwbaardere instantie dan charitatieve organisaties. Bovendien wordt iedereen gedwongen mee te doen en wordt zo de last over de burgers gespreid. De overheid zorgt ook voor spreiding over degenen die door haar worden geholpen en ondersteund. Daaronder vallen ook degenen die om de een of andere reden niet populair zijn bij charitatieve organisaties. De overheid dient zich immers neutraal op te stellen.11 Anders de particuliere sector dient de overheid iedereen met ‘equal concern and respect’ te behandelen (Dworkin), zij mag dus geen (persoonlijke) voorkeuren hebben. Zo beschouwd is er dus wel degelijk meer ruimte voor overheidsoptreden en dus voor belastingen, dan vanuit het perspectief van een nachtwakerstaat aangevuld met een handjevol publieke goederen. Thomas Nagel meent dan ook dat belastingheffing ten behoeve van publieke goederen, sociale zekerheid, gezondheidszorg, onderwijs en dergelijke (ten bate van positieve vrijheid) geen diefstal is. Hij is een ‘liberal’ (een progressieve liberaal) die veel meer ruimte ziet voor overheidstaken dan klassieke liberalen en libertaristen. Juist onpersoonlijke instituten die een onpersoonlijke verdelingsmethode hanteren zijn te verkiezen boven diefstal door een arme sloeber van de meer welvarenden of liefdadigheid van deze laatste jegens degenen die in behoeftige omstandigheden verkeren, zo schrijft hij. Belastingheffing is zijns inziens niet alleen legitiem om redenen van rechtvaardigheid en efficiency, maar ook omdat zowel diefstal als liefdadigheid persoonlijke relaties tussen mensen verstoren – of juist opdringen – omdat dan de individuele wil een rol speelt, met gevaar van willekeur e.d. Dat is niet het geval bij een ‘automatisch’, van overheidswege opgelegd onpersoonlijk systeem van belastingheffing.12
6 Richard A. Epstein, Skepticism and Freedom: A Modern Case for Classical Liberalism, Chicago: The University of Chicago Press, 2003, p. 1. Vgl. uitvoeriger S. Holmes & C. Sunstein, The Cost of Rights. Why Liberty Depends on Taxes, New York/London, Norton, 1999. 7 Robert Nozick, Anarchy, State and Utopia [1974], Oxford: Basil Blackwell, 1980, p. 265-268. 8 Zie J.L.M. Gribnau, ‘Instrumentalisme en vrijheid, NTFR 2012/517, p. 1-8 9 I. Berlin, ‘Two Concepts of Liberty’ [1958], in Idem, Four Essays on Liberty, Oxford [etc.], Oxford University Press, 1969. 10 M. Viroli, Republicanism, New York, Hill and Wang, 2002, p. 35. 11 Vgl. Rapport van de Commissie algemeen nut beogende instellingen, Geschriften van de Vereniging voor Belastingwetenschap, No. 232, Deventer: Kluwer, 2007, § 33 e.v. 12 Th. Nagel, ‘Ruthlessness in Public Life’, in C. Callahan (ed.), Ethical Issues in Professional Life, New York: Oxford University Press, 1988, p. 76 e.v.
9
10
deAANSLAG!
Docentartikel
Filantropie, maar nu anders
En toch, is het niet mogelijk dat de middelen die een staat nodig heeft via vrijwillige afdrachten van de burgers te verzamelen? Burgers geven dan uit eigen beweging aan de staat. De Duitse filosoof Peter Sloterdijk stelde recentelijk zo’n gedachtenexperiment voor. Hij deed dit in een spraakmakend artikel dat een jaar later uitgewerkt werd in een essay en aangevuld met een flink aantal essays en interviews.13 Sloterdijk wijst er op dat ‘der nehmende Staat’ via talloze belastingen enorme hoeveelheden geld van de burger aftapt en daarmee inkomen herverdeelt. De fiscalisering van het bestaan heeft ertoe geleid dat de belastingstaat bij bijna al het handelen van zijn burgers als ‘(af)nemende partij’ betrokken is. Tegenover deze forse fiscale burgerplichten, zouden men ruime fiscale burgerrechten van deze gulle gevers verwachten. Maar dat is niet zo. Sloterdijk is daarom verbaasd dat er zo weinig discussie is over de grondslagen van belastingheffing. Er zou toch moeten worden gedebatteerd over de aan dit ‘(af)nemende gedrag’ ten grondslag liggende beginselen. Is de belastingbetaling door burger ten gunste van de samenleving niet te zien als vrijwillige gave aan de staatskas in plaats van als een schuld die ieder die inkomen verwerft of consumeert bij voorbaat op zich laadt? Deze – niet alleen voor fiscalisten – contra-intuïtieve – gedachte ligt aan Sloterdijk’s verfrissende betoog ten grondslag. Hij geeft daarmee een aftrap voor een nieuwe grondslagendiscussie. De eerste vraag is dan: hoe komt de staat eigenlijk aan zijn (belasting)middelen? Sloterdijk noemt vier manieren om ‘Einnahmen der öffentlichen Hand’ te verkrijgen en te funderen: plunderingen, eenzijdig opleggen, ‘tegenonteigening’ en filantropie. Plunderingen kennen we vanuit een aloude traditie van oorlogen en oorlogsbuit die geen echte basis van belastingheffing kan zijn. In een autoritair-absolutistische visie worden fiscale bijdragen aan de onderdanen opgelegd (zoals de term impôts goed weergeeft). Een verlicht paternalisme legitimeerde hier belastingen die betalingen vormden voor de weldaad van een autoritair opgelegde orde. In socialistische en links-radicale kringen wordt de rol van de fiscus in een kapitalistisch bestel met het motief van de tegenonteigening verdedigd. Deze tegenonteigening is gerechtvaardigd omdat eigendom diefstal is waarbij de burgerlijke rijkdom te danken is aan de uitbuiting van de arbeidersklasse (Marx/Proudhon). De filantropische traditie is te herleiden tot een christelijke, humanistische, solidariteits- of onder het volk levende morele overtuiging: degenen die het goed hebben moeten diegenen die niets hebben en de organisaties die hen helpen een passend maar niet onbeduidend deel van hun overschot afstaan. Sloterdijk ziet het huidige fiscale systeem als een amalgaam van de tweede en derde variant. Beide modellen denken echter vanzelfsprekend vanuit het perspectief van de staat. Terwijl juist de burgers en hun vrijheid centraal moet staan in een democratische rechtsstaat. Fiscaal gezien, zo meent Sloterdijk, ligt alle macht bij de fiscus, die dan ook de ware soeverein van de moderne maatschappij is.
Maar in feite neem je de burgers niet serieus als je zo (nog steeds) als onderdanen beschouwt die gedwongen en als het ware automatisch, zonder er bij na te denken, hun belastingschuld voldoen aan deze nemende staat. Dergelijk routinematig handelen doet hen ook vergeten waarvoor ze betalen, of beter: geven. Bij vrijheid hoort dan ook vrijwilligheid en dat is precies het uitgangspunt van variant vier, waar filantropie centraal staat. Filantropie staat voor het naar eigen inzicht en vrijwillig geven. Belastingheffing zou daarop moeten worden geënt. Geven aan een bovenpersoonlijk doel past bij vrije burgers die zich betrokken voelen bij hun samenleving en staat. Dat past in een democratie waar burgers naar hun eigen inzicht de inrichting van hun samenleving meebepalen. Hier blijkt ook wat Sloterdijks achterliggende bekommernis is. Hij signaleert een ernstig sociaal vraagstuk: burgers kunnen zich niet meer met hun overheid identificeren, zij hebben weinig vertrouwen in politiek en twijfels over juiste besteding van belastingen, etc. Belastingen kunnen er aan bijdragen het tij te keren. ‘Kleine Änderungen des Steuerrechts können den moralischen Tonus des Gemeinwesens entscheidend modifizieren.’14 Hier spreekt geen naïeve idealist die de wereld even gaat verbeteren. Hij bepleit een voorzichtige start. Begin eens met burgers de vrijheid te geven om een paar procent van hun belasting te bestemmen voor een doel dat het algemeen belang dient. Dat zal volgens Sloterdijk leiden tot een grotere ethische betrokkenheid van burgers bij belastingen en bij de samenleving; het bewustzijn van het belang van dergelijke bijdragen aan de samenleving zal groeien.
Afronding
Sloterdijk schuift de staat niet aan de kant, integendeel. Hij is geen libertarist. Hij pleit niet tegen belastingen. De staat is uiterst belangrijk, maar die staat is er enkel voor zijn burgers. Filantropie is gebaseerd op de deugd van vrijgevigheid. Geven aan de staat is geven aan de samenleving zonder welke men niet kan leven, zich kan ontwikkelen of een inkomen kan verwerven. De samenleving kan niet zonder die staat. Is dit te idealistisch gedacht? Sloterdijk is voldoende realist om te erkennen dat de mens een calculerende, naar korte termijn eigen belang strevende kant heeft. Maar dat is maar het halve verhaal. De mens beschikt ook over het vermogen tot empathie, trots, solidariteit, generositeit en vrijgevigheid. Deze kant zou in fiscalibus veel directer aangesproken moeten worden. Die rechtvaardigt immers meer nadruk op vrijwilligheid in plaats van (enkel) dwang. Dit lijkt mij een prikkelend pleidooi dat veel stof tot nadenken biedt. Dit kan niet met een eenvoudig schouderophalen worden afgedaan, zekere niet door fiscalisten. Zeker zij dienen zich immers te bezinnen op het voorwerp van hun dagelijkse bezigheid en fascinatie.
13 P. Sloterdijk, Die nehmende Hand und die gebende Seite, Berlin: Suhrkamp Verlag, 2010. Zie voor een reactie op zijn eerdere artikel H. Kaptein, ‘Dubbele belasting’, http://www.mr-online.nl/weblogs/dr-hendrik-kaptein/dubbelebelasting.html. 14 P. Sloterdijk, Die nehmende Hand und die gebende Seite, Berlin: Suhrkamp Verlag, 2010, p. 29.
Fiscaal Opmerkelijk
deAANSLAG!
Fiscaal Opmerkelijk Door: Olaf Scholtes
Voor deze editie van de Aanslag heeft de redactie wederom allerlei rariteiten in de fiscaliteit weten op te sporen. Hieronder kunt u verschillende items lezen, die fiscaal opmerkelijk te noemen zijn. Monopoly
Voor een stel uit Rijswijk leek het een tijdje terug even een spelletje real life Monopoly. Bij het checken van hun banksaldo bleek niet minder dan 310 duizend euro te zijn bijgeschreven door de Belastingdienst. Het koppel deed direct melding van de ‘vergissing van de belasting in uw voordeel’, maar het computersysteem van de fiscus kon niet direct de juiste gegevens verwerken. Helaas bleek het inderdaad een fout te zijn. Het geld was bestemd voor de gemeente Haarlem.
Dakloze Miljonair
Een Roemeense zwerver die bijna dood ging door de ijzige winterkou, zit er bij nader inzien erg warmpjes bij. Na aankomst in de noodopvang vonden medewerkers in zijn kleren grote stapels van bankbiljetten. In totaal had de zwerver 3000 euro bij elkaar gesprokkeld, een heel kapitaal in Roemenië. De man verzette zich hevig tegen het afnemen van zijn kleding, die moest worden gewassen en gedesinfecteerd. Toen hij uiteindelijk toegaf, rolden de bankbiljetten uit jaszakken, broekzakken, sokken en schoenen. Hij verklaarde dat hij al het geld bij elkaar gebedeld had. Hij wilde het geld niet op een bank hebben, want die vertrouwt hij niet. Momenteel is het geld veilig opgeborgen in de kluis van de daklozenopvang. Daar liggen de knaken te wachten tot de ‘dakloze miljonair’, zoals hij in de Roemeense pers wordt genoemd, de straat weer op kan.
Belasting op handel in illegale drugs
Op het Amerikaanse aangiftebiljet staat de interessante vraag hoeveel geld je hebt verdiend met illegale activiteiten. Dat gaat nog wel veder dan het opgeven van ‘zwarte’ inkomsten. Het staat te lezen op de officiële richtlijn, dat je bij voorbeeld opbrengsten van de handel in drugs moet opgeven op regel 21 van formulier 1040. waarschijnlijk is dat ingevoerd, zodat Justitie iemand tenminste kan vervolgen voor het niet aangeven van inkomsten, als het - moeilijker - strafrechtelijke bewijs niet geleverd kan worden. Door het niet correct in te vullen maakt men zich immers strafbaar. Zo werd maffiabaas Al Capone ook gepakt op het verzwijgen van inkomsten en niet op de vele moorden die hij op zijn geweten had.
Andrew Stack (53), had voor vertrek zijn eigen huis in brand gestoken. Op internet is een mogelijk zelfmoordbriefje van Stack aangetroffen waarin hij de regering de schuld geeft van een oneerlijk belastingsysteem dat zijn leven zou hebben geruïneerd. ‘Geweld is niet alleen het antwoord, het is het enige antwoord’, staat in de brief.
Ik denk, dus ik besta, dus moet ik betalen...
Oneerlijk belastingsysteem
Een piloot van een klein vliegtuig is donderdag expres tegen het gebouw van de Amerikaanse belastingdienst in de stad Austin (Texas) gevlogen. De man had een conflict met de dienst en handelde uit wraak, meldden Amerikaanse media. Na de klap volgde een zware explosie en vloog het kantorenpand in brand. Mensen hingen uit de ramen om aan de vlammen te ontkomen en schreeuwden om hulp. ‘Het gebouw trilde op zijn grondvesten. Het leek wel een aardbeving’, zei een getuige. Het gebouw van zeven verdiepingen raakte zwaar beschadigd. De piloot, Joseph
Belastingen worden meestal geheven op iets dat plaatsvindt in het economische leven: transport, goederenverkoop, levering van diensten. Een Engelse koning in de 14e eeuw kon niks meer vinden dat al niet geheel en al belast was en vond er een mooie filosofische oplossing voor. Het enige nog onbelaste feit was het leven zelf. Inderdaad: de leeftaks! De regel was dus: ik leef dus ik betaal. Uiteindelijk schoot de koning zichzelf met deze belasting in zijn been: er brak een grote Boerenopstand uit in 1381. Want in die tijd kwam er nog een revolutie als de belastingen niet rechtvaardig waren.
11
12
deAANSLAG!
Thema-artikel
Wat als er geen belastingen zouden zijn? Door: Dries Erahim
Als er geen belastingen zouden bestaan dan zou de wereld er heel anders uit hebben gezien. Wat zou er dan anders zijn? Hieronder leest u de invloed op enkele zaken als onze wereld tax free zou zijn. Wel of geen overheid? Zomaar een theorie. De eerste grote vraag is eigenlijk of er dan een overheid zou kunnen bestaan. Een overheid hebben wij namelijk gewoon nodig om als rechtsstaat te kunnen functioneren. Toch zou u kunnen stellen dat er een rechtsstaat zou kunnen bestaan zonder belastingen, een economische rechtsstaat. De economische definitie van het begrip belasting is een verplichte bijdrage van alle burgers in een land aan de overheid, zonder dat er een directe prestatie van de overheid tegenover staat. Door burgers van een land elk jaar een factuur te sturen voor de afgenomen diensten, krijgt u dat er een directe relatie bestaat tussen de betaling en de prestatie. De overheid is echter alleen verantwoordelijk voor een aantal kerntaken. Dat is veiligheid, justitie, de dijken en de kosten in verband met de internationale politiek. Kijken we naar wat de overheid de afgelopen jaren hieraan heeft uitgegeven, dan komt u uit op een bedrag van circa 3 miljard euro. Per burger betreft dit een bedrag van 1.875 euro. Ideaal is dan om ook nog een verdeelsleutel toe te passen. Wij zijn immers niet solidair, maar gewoon economisch met elkaar aan het handelen. Zo betalen mensen in het oosten van het land minder voor de dijken en in de steden betaalt u meer voor veiligheid. Op deze manier ontstaat de economische rechtsstaat, die niet is gevestigd op idealen zoals solidariteit, maar op economisch handelen. Onderwijs Wat voor ons studenten totaal anders zou zijn geweest, was het studeren. Het
onderwijs zou namelijk volledig particulier zijn, waardoor uw studie niet langer medegefinancierd wordt door medeburgers. Ieder betaalt voor datgene wat hij afneemt. Studeert u geneeskunde, dan zult u flink in de buidel moeten tasten. De kans is relatief groot dat veel studies verdwijnen. Veel pretstudies maar ook de fiscale studies. Heeft u er ooit over nagedacht wat u dan zou zijn gaan studeren? Naast het feit dat u een keuze moet maken in ´wat jij zelf leuk vindt´ moet u ook naar de prijskaartjes gaan kijken.
“De economische
rechtstaat, die niet is gevestigd op idealen zoals solidariteit, maar op economisch handelen.” Ook kunt u ervan uitgaan dat er geen zesjescultuur meer zou zijn. Niet alleen zou ´studeren is investeren´ – de naam van de wet tégen de langstudeerder – een ware leus zijn, maar ook ´studeren is lijden!’ Veel activiteit zal er niet meer waar te nemen zijn bij verenigingen en andere stichtingen. Uiteraard blijft dit natuurlijk wel allemaal in stand bij de duurste scholen en universiteiten die door de elite van onze economische rechtsstaat worden bevolkt. Infrastructuur Voor elke stap die u maakt, zal u betalen. De snelwegen zijn in handen van grote bedrijven net zoals in Frankrijk.
Rekeningrijden is een begrip geworden. Een probleem is echter hoe de kleine weggetjes in wijken worden gefinancierd. Misschien dat er dan nieuwe stichtingen komen zoals de verplichte Vereniging van Eigenaars (VvE) voor eigenaren van appartementsrechten. Stichtingen die jaarlijks een bedrag innen ter financiering van de stoep en de straat voor uw eigen huis. Gezondheidszorg Zorg is iets wat enorm duur is. Op basis van solidariteit betalen de gezonde mensen mee aan de kosten die een kleine groep maakt. Dat valt dus helemaal weg. Er zijn echter auteurs die stellen dat de enige manier om de zorg efficiënt te maken is door de gehele sector vrij te geven. U krijgt dan waarschijnlijk een enorme daling in de vraag naar zorg. Dat maakt de zorg een stuk goedkoper. Vervolgens komen er allerlei verzekeringen op de markt om u te verzekeren tegen bijvoorbeeld een gebroken arm. Wat u dan ook wel een beetje zal krijgen is het ´survival of the fittest´ gedoe van Darwin. Maar we blijven positief. Want waar een wil is, is een weg. Er ontstaan nieuwe stichtingen die door giften van de meerbedeelden en superrijken worden gefinancierd. Zelfs bij de loterijen is het een gewoonte om geld te doneren aan die stichtingen. Dus heeft u een heupoperatie nodig maar hebt u geen geld, dan dient u een aanvraag in bij de stichting. Voilà. De gezondheidszorg is gezond. We worden heel rijk Omdat je natuurlijk geen inkomsten belasting betaalt, geen btw betaalt
Thema-artikel \ Prijsvraag
maar ook geen erfbelasting of overdrachtsbelasting or whatever, houdt u natuurlijk heel veel geld over! Maar dat lijkt dan wel alleen maar zo. Want bij elke stap die u neemt, gaat u flink aftikken! Gaat u studeren, aftikken! Gaat u vanuit Rotterdam op bezoek bij iemand in Amsterdam, aftikken! Maar dat geeft niet, want wij behalen hierdoor wel een enorm efficiency-voordeel. In onze economie is er een enorm lek aan welvaart door verspilling. De burger kiest. Niet de overheid! De overheid vind het natuurlijk altijd
heel erg leuk om te stellen dat roken heel erg ongezond is. Dus voilà, accijns! Hierdoor zou de burger op grond van zijn eigen financiële belang het roken achterwege laten. De overheid is de almachtige keuzearchitect! Want het gaat natuurlijk veel verder. Neem ook de hypotheekrenteaftrek en allerlei andere subsidies. Als de overheid een cognitief vermogen had, zou u haast denken dat het in een enorme identiteitscrisis zou belanden als deze functie weg zou vallen! Maar het economische handelen moet zegevieren. We zijn dan wel een maatschappij, maar alleen graag op
deAANSLAG!
het niveau van burger-burger en niet burger-overheid. Tot slot Dat de wereld er anders uit zou zien als er geen belastingen zouden worden geheven, moge wel duidelijk zijn. Interessant is om af te vragen of wij, mensen, in een dergelijk geval zouden terugvallen in onze natuurlijke staat, waarin sprake is van een oorlog van allen tegen allen, zoals de Engelse filosoof Hobbes dat in de zeventiende eeuw had betoogd. Of kan de economische rechtsstaat ons uitkomst bieden in een ‘tax free’ situatie?
Prijsvraag
Zoals in elke Aanslag, is er ook deze keer een prijsvraag. Hieronder staat een woordzoeker. Kan jij alle belastingvrije dingen vinden? Streep de woorden weg, de overgebleven letters vormen een woord. Stuur je antwoord voor 1 september 2012 naar
[email protected] en ga met een vriend(in) parasailen boven het water! Doe mee, laat deze onvergetelijke ervaring niet aan je neus voorbij gaan!
J
I
R
V
N
E
D
L
U
H
C
S
ALCOHOLVRIJ
VRIJDAG
I
D
V
R
E
U
N
U
B
J
R
N
BEVRIJDING
VRIJEN
R
V
R
I
J
G
E
L
E
I
D
E
CAFEINEVRIJ
VRIJETIJD
V
R
I
J
I
V
V
J
V
R
J
T
GLUTENVRIJ
VRIJGELEIDE
IJSVRIJ
VRIJGEZEL
L
I
J
W
R
R
J
I
R
V
I
I
ONVRIJ
VRIJMOEDIG
O
J
M
I
V
I
I
R
I
E
T
E
PREMIEVRIJ
VRIJPLEITEN
H
Z
O
L
N
J
L
V
J
N
E
L
SCHADEVRIJ
VRIJWILLIGER
SCHULDENVRIJ
VRIJZINNIG
O
I
E
L
E
G
B
E
D
I
J
P
C
N
D
I
T
E
J
I
I
E
I
J
L
N
I
G
U
Z
I
M
N
F
R
I
A
I
G
E
L
E
R
E
G
A
V
R
T
G
L
R
G
L
V
R
A
C
S
V
G
A
D
J
I
R
V
P
N
G
J
N
S
C
H
A
D
E
V
R
I
J
I
O
VRIJBLIJVEND
13
Waar ligt jouw Tax?
© 2011 KPMG Meijburg & Co, belastingadviseurs is een samenwerkingsverband van besloten vennootschappen en maakt deel uit van KPMG International Cooperative (’KPMG International’), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden.
www.waarligtjouwtax.nl www.facebook.com/waarligtjouwtax
Startersinterview KPMG Meijburg & Co
deAANSLAG!
Startersinterview KPMG Meijburg & Co Paspoort Naam: Wouter de Win Opleiding: Fiscale Economie, Financieel Recht Leeftijd: 25 jaar Favoriete plek in Rotterdam: Kralingse Plas, dat is de enige plek waar je de seizoenen nog echt kunt zien en ervaren. Fiscale tip: Probeer je zo breed mogelijk te oriënteren.
Zou je je even willen voorstellen?
Ik ben Wouter de Win en ik ben sinds juli 2011 werkzaam als Tax Assistant bij KPMG Meijburg & Co. Tijdens mijn studie Fiscale Economie en Financieel Recht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, ben ik gestart bij KPMG Meijburg & Co als werkstudent.
Hoe ben je bij KPMG Meijburg & Co terechtgekomen?
In 2008 heb ik deelgenomen aan de Business Course naar Zuid-Afrika. Dit was voor mij de uitgelezen kans om kennis te maken met Meijburg en de Meijburgers. Er was gelijk een klik en tot op de dag van vandaag is die klik gebleven! Na mijn deelname ben ik aan de slag gegaan als werkstudent.
Wat maakt KPMG Meijburg & Co bijzonder voor jou?
De diversiteit binnen het kantoor vind ik erg bijzonder. Alle belastingdisciplines zijn hier vertegenwoordigd. Het werk dat geleverd wordt, is dus ontzettend breed. Er is hier niet één type Meijburger, iedereen is heel verschillend, maar wat ons bindt is de passie voor fiscaliteit. Door alle verschillende persoonlijkheden is werken bij Meijburg nooit saai!
Wat is je functie? Als Tax Assistant werk ik in de algemene
fiscale praktijk, die zowel nationale als internationale cliënten heeft. Ik adviseer cliënten in hun day-to-day business, bijvoorbeeld over een investering. Maar ik werk ook regelmatig op projectbasis, waarbij
ik analyses maak en memo’s schrijf.
Hoe kies je het beste een belastingdiscipline?
Meijburg vindt het heel belangrijk dat elke werkstudent verschillende disciplines ziet. Op die manier kun je tot een goede keuze komen. Sommige studenten weten precies wat ze willen doen als ze van de universiteit afkomen. Als je dat nog niet weet, krijg je bij Meijburg de mogelijkheid om een breed beeld te krijgen van de praktijk, door bij verschillende disciplines mee te lopen.
Hoeveel afdelingen zijn er?
Alle belastingdisciplines zijn vertegenwoordigd binnen Meijburg. De grote disciplines zijn: de algemene praktijk, waarin ik werk, BTW en douane, transfer pricing, loonbelasting en expatriate services. Als starter word je soms bij meerdere afdelingen betrokken om zo een breder beeld te krijgen van verschillende vraagstukken en uitdagingen. Zo leer je ook de mensen van andere afdelingen kennen.
Tijdens je master Fiscale Economie was je werkstudent, was dat te combineren?
Docenten zijn daar vrij sceptisch over, maar ik vind dat dit van de persoon zelf afhangt. Het is wel zwaar. Je bent een jaar flink bezig. Het werken naast je studie voegt echter een nieuwe dimensie toe aan je studie. Je leert zo het ‘praktijkdenken’. Daarnaast heb je ook het vaktechnisch - en juniorenoverleg, waar je veel van leert. Ervaring opdoen als werkstudent maakt je studie interessanter, omdat je er ook in de praktijk mee aan de
slag gaat. Als een student het aan kan, raad ik het zeker aan!
Zit er een verschil in de werkzaamheden die je als werkstudent uitvoerde en de werkzaamheden die je als starter bent gaan uitvoeren? Als werkstudent groei je naar de functie
van Tax Assistant toe. Je draait volwaardig mee en krijgt een stuk verantwoordelijkheid toebedeeld. Waar wel een verschil in zit, is de betrokkenheid bij de projecten. Als werkstudent ben je minimaal twee dagen in de week werkzaam. Dan is het lastig om je te laten meedraaien op grote projecten met strakke deadlines. Als Tax Assistant mag je hieraan wel deelnemen en dat maakt het extra uitdagend!
Welke opleidingsmogelijkheden bieden jullie?
Ten eerste wordt van iedereen natuurlijk verwacht dat hij of zij de NOB-opleiding afrondt. Op onze KPMG Meijburg & Co Tax Business School hebben wij ook een interne NOB-opleiding. Dat is een verdiepende opleiding die KPMG Meijburg & Co zelf geeft. Verder krijg je de mogelijkheid om cursussen te volgen met betrekking tot algemene skills. Hierbij kun je denken aan commerciële vaardigheden, maar ook snellezen of hoe je nu precies een rechterlijke uitspraak of arrest moet lezen. Ik vind het erg leuk dat een groot deel van de cursussen op het kantoor in Amstelveen wordt gegeven. Zo leer je ook weer mensen van andere vestigingen kennen. Een mooie kans om je netwerk uit te breiden!
15
16
deAANSLAG!
Foto’s Masterstudenten & Docentenborrel
Masterstudenten & Docentenborrel
Filosofie Foto’s en Kantoorbezoeken Belastingrecht DeFoto’s Tien
Kantoorbezoeken KPMG Meijburg & Co
Belastingdienst en MinFin
Mazars
Grant Thornton
Accon AVM
deAANSLAG!
17
18
deAANSLAG!
Foto’s Oudbesturendiner
Oudbesturendiner
Foto’s Studiereis
Studiereis
deAANSLAG!
19
20
deAANSLAG!
Studiereis 2012
Studiereis 2012: een impressie Door: Titiaan Keijzer & Karishma Suttorp
Maandag 30 april jl. was het eindelijk zover: de studiereis 2012 ging van start! Erg vroeg in de ochtend vertrok de groep richting Düsseldorf. Vandaar vlogen wij via Abu Dhabi naar onze eindbestemming, Kuala Lumpur. Bij aankomst werd al gelijk duidelijk dat het kopen van een OV-kaart niet zo makkelijk gaat als in Nederland. Daarom hebben wij de taxi gepakt naar ons hotel. Het Citrus Hotel is gelegen in de buurt ‘Chow Kit’, een vrij drukke buurt dicht bij het centrum van Kuala Lumpur. Die avond was er tijd voor onze eerste Maleisische maaltijd. Na het heerlijke diner, maakten wij een rondje door de buurt, waarbij wij ook een bezoek brachten aan de Petronas Towers. thee drinken – met veel melk en suiker – ons wel even deed schrikken. Aangezien het onze eerste echte avond in Kuala Lumpur was, besloten wij ’s avonds gezamenlijk een drankje te doen in de Skybar – het zou niet de laatste keer zijn. Deze bar, gelegen op de 33e verdieping van het Traders Hotel, gaf ons een adembenemend uitzicht over de stad, inclusief een fabelachtige blik op Petronas Towers! Na een – voor de meesten – goede nachtrust en ons eerste Maleise ontbijt, begonnen wij de tweede dag met een bezoek aan de Nederlandse Ambassade, waar wij warm werden verwelkomd. Hier hebben wij een briefing gekregen over Maleisië: over het land en haar bevolking, evenals over enkele Maleise gebruiken. Zo werd ons onder andere geleerd hoe je een visitekaartje dient aan te nemen. Hierna stond een bezoek aan het kantoor Grant Thornton op het programma. Hier maakten wij voor de eerste – en niet voor de laatste – keer kennis met het Maleise belastingstelsel. Al snel bleek dat de Maleisiërs het qua belastingen niet zo zwaar hebben, onder andere door het groot aantal aftrekposten, bijvoorbeeld voor breedbandinternet. In combinatie met het drempelinkomen van 2.500 Maleise Ringgit (RM), dit is circa € 635, zorgt dit ervoor dat een groot deel van de bevolking buiten de belastingheffing valt. De middag werd afgesloten met een klein hapje en drankje, waarbij de Maleise manier van koffie en
Woensdag volgde een bezoek aan het kantoor van Deloitte in Kuala Lumpur. In tegenstelling tot andere kantoren, ligt dit kantoor buiten het centrum. Hier hebben wij een presentatie over het Maleise belastingsysteem gehad, waarbij wij tevens van een overheerlijke lunch hebben mogen genieten. Vervolgens zij wij richting de ‘Universiti Tun Abdul Razak’ vertrokken, waar wij met alle mogelijke egards werden ontvangen. Het programma ging van start met een ‘korte’ presentatie over de indirecte belastingen door de heer Braakman, docent omzetbelasting en voormalig partner bij E&Y. Hierna volgde ook een presentatie over de directe belastingen in Maleisië, waarna de lange inhoudelijke middag werd afgesloten met een heerlijke, lokale diner.
Na twee dagen inhoudelijk aan de slag te zijn geweest, was het tijd voor wat meer ontspanning! We startten de zonnige vrijdagochtend met een bezoek aan de Batu Caves, bekend om haar hindoetempels. Deze tempels liggen in een grot, ongeveer 400 meter lang en 100 meter hoog. Via een enorme trap van 272 treden (!) kom je bij de ingang. Op de trap hangen allerlei ‘lieve, leuke, schattige’ en soms zeer agressieve aapjes rond. Deze apen zijn enigszins verwend door de toeristen en schromen niet om je camera af te pakken of in het ergste geval te eten uit je hand! De beklimming is echter de moeite meer dan waard, zowel door het schouwspel binnen de grot als voor het uitzicht over Kuala Lumpur. Heelhuids keerden wij terug. Op het programma stond nog een bezoek gepland aan de nationale moskee ‘Masjid Negara’, waarna de culturele dag en nacht werd voortgezet in club ‘Zouk’. Zaterdagochtend was er voor het eerst, sinds dagen, tijd om uit te slapen. Wij brachten het begin van de middag door
Studiereis DeFoto’s Tien 2012
boven in de KL-tower, een radiotoren met draaiend restaurant. Op 300 meter hoogte kregen wij een heerlijk en overdadig lunchbuffet voorgeschoteld. Deze stevige maaltijd konden wij na de vorige avond wel gebruiken! Dit was ook de verjaardag van Eduard, voor het restaurant reden om herhaaldelijk – en tamelijk hard – ‘happy birthday’ te laten spelen. De middag en avond waren vrij, wat natuurlijk vroeg om een bezoek aan een van de grote winkelcentra en later een drankje… Op zondagochtend moesten we wel weer vroeg uit de veren, maar met een doel: na een busreis van ruim 4 uur – dit ondanks de erg enthousiaste chauffeur – kwamen wij aan in het olifantenreservaat ‘Kuala Gandah’. Na een welkomstlunch kwamen wij voor het eerst in aanraking kwamen met de olifanten. We mochten ze voeren, berijden en er zelfs mee in het water om ze te scrubben! Hierna maakten wij weer een lange reis terug om in de avond te ontspannen. De maandag betekende ook voor de leden van de CT weer het begin van de werkweek. En inderdaad was de maandag best een intensieve dag met een bezoek aan de vestiging van Ernst & Young in Kuala Lumpur en bezichtigingen van verschillende bezienswaardigheden. Bij EY werden we positief verrast door een interactieve presentatie van de verschillende medewerkers. Deze werd gevolgd door een lunch en daarna kregen we nog een kleine rondleiding door het kantoorpand, waarbij ons vooral de gigantische papierstapels opvielen. Na korte bezoekjes aan het Koninklijk Paleis en de Thean Hou tempel, gingen de reisdeelnemers de stad in of terug naar het hotel, om nog te genieten van de neergaande zon.
Dinsdagochtend pakten wij de taxi (voor omgerekend € 2,50 per persoon) om een bezoek te brengen aan het 40 kilometer verder liggende Hooggerechtshof. Het
gebouw waarin het Hooggerechtshof is gehuisvest, is in 2005 gebouwd met de bedoeling de bezoekers onder de indruk te laten zijn. Dat lukte goed. Wij werden welkom geheten en rondgeleid door een rechter, waarna in de zaken die we te zien kregen werden achtereenvolgens een verdachte ter dood werd veroordeeld en een beslecht. Hierna volgde een kort bezoek aan een moskee, waarna de lunch volgde. Vervolgens zijn wij direct doorgereisd naar het opleidingsinstituut van de Belastingdienst, alwaar we op nóg een lunch werden getrakteerd! Later werden ons de werkzaamheden van dit instituut uitgelegd en volgde er een rondleiding. De heer Braakman ontving nog een prachtige gravure, waarna de luxe touringcar van de Belastingdienst ons – erg servicegericht – terugbracht naar het hotel. Aangezien de woensdag hierop een vrije dag was, besloten de reisdeelnemers er een leuke en lange avond van te maken. De woensdag mocht naar eigen keuze ingericht worden en iedereen maakte daar volop gebruik van. Sommigen bezochten de watervallen buiten Kuala Lumpur – en hadden bijna, dankzij de lokale fauna, dat verhaal niet kunnen navertellen –, anderen kochten winkelcentra dan wel China Town leeg en weer anderen brachten de dag door aan het zwembad, genietend van de zon. Daarna was het tijd om de tas in te pakken voor het bezoek aan de jungle, de dag erop. Hier werd ook afscheid genomen van de heer Braakman.
deAANSLAG!
Het was wederom vrij vroeg toen de bus ons donderdag kwam oppikken voor het bezoek aan de jungle. Na een lange trip door de palmoliebomen, kwamen wij aan bij onze huisjes. Deze bleken prima te voldoen, hoewel ook de creepy crawlers hun aanwezigheid gelijk duidelijk maakten. Na de lunch en een vermakelijke, doch natte tocht op de rivier, volgde ’s avonds een wandeling door de jungle. De belangrijkste ontmoeting was die met de tapir. De vrijdagochtend volgde na het ontbijt een aanzienlijk pittigere wandeling – gelukkig is iedereen in glibberige modder staande gebleven. Hierna volgde de terugreis naar het hotel. En dat was het dan alweer: de laatste avond stond voor de deur! Hoewel vermoeid, had iedereen toch ook nog wel flink zin om voor de laatste keer Kuala Lumpur in te gaan. En groupe werd daarom de SkyBar bezocht, inclusief door de heer Braakman en zijn echtgenote. Het was wederom een schitterende avond. Zaterdagochtend moesten we na 12 dagen KL helaas dan toch uitchecken. De terugreis naar Nederland was lang – hoewel korter dan op de heenweg, aangezien de tussenstop op Abu Dhabi korter was – maar uiteindelijk kwamen we op 13 mei jl. rond één uur aan in Rotterdam. Al met al, het was wat ons betreft – bevooroordeeld als wij zijn – een reis om met veel genoegen op terug te kijken. Reisdeelnemers, studenten en docenten, hartelijk bedankt!
21
Ondernemers helpen groeien met jouw cijfermatig inzicht?
Financieel talent Sta jij aan het begin van een carrière als accountant of fiscalist? Dan is het goed om jezelf af te vragen waar jouw financieel inzicht het best tot zijn recht komt. Bij Baker Tilly Berk controleer je niet alleen het verleden, maar adviseer je ook over de toekomst van een bedrijf. Baker Tilly Berk combineert een landelijke aanwezigheid en een internationaal netwerk met kleinschalige kantoren dichtbij onze klanten. Die jij al snel persoonlijk kunt adviseren. Je werkt bijvoorbeeld mee aan de uitbreiding van een transportonderneming, de fusie van twee bedrijven of een audit in de publieke sector. Om ondernemers te helpen groeien zoeken we medewerkers die zelf ook ondernemend zijn en zich continu willen ontwikkelen. Denk jij dat de rol van adviseur bij jou past? Dan hebben we voor jou ook een goed advies: werkenbijbakertillyberk.nl.
www.werkenbijbakertillyberk.nl
ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS
Filosofie Uit Den en Ouden Belastingrecht De Doosch Foto’s Tien
deAANSLAG!
Uit Den Ouden Doosch Etiquette over de schoen*
Kleren maken de man luidt het devies in veel columns over hoe je goed voor de dag moet komen. Niet geheel onwaar, maar men vergeet dan een belangrijk puntje! Wel eens iemand strak in het pak gezien met gympies? Nee, dat dacht ik al… Ook schoenen maken de man (zeker ook de vrouw, kijk maar in hun kast!). Er is veel aan de hand in mode-land, een beetje te veel als je het mij vraagt. Schoenen met gaatjes, half hoog met ritsen en elastiek en suède onder Italiaanse korte pantalons; wat mij betreft allemaal not done! Geef mij maar die tijd van de zwarte gelakte van Liers en van Bommels onder driedelig pak, geen poespas, gewoon strak in pak. Maar dan heb je eindelijk je bommeltjes en dan… ..? Tja, je kunt natuurlijk niet met bierresten van de vorige Christiaanse-borrel naar je sollicitatie toegaan (al getuigd het wel van enige buiten universitaire activiteit). Je zult ze wel moeten poetsen en het liefst nog zo dat je je na die geweldige poetsbeurt zou kunnen scheren in het spiegelbeeld op het neusje van je schoen, geloof mij het is mogelijk! 1. Er bestaan nogal wat misverstanden over het behandelen van onze lederen pantoffels. Zo spuiten velen hun schoenen in met een spuitbusje van de schoenmaker, zodat ze geen natte tenen krijgen. Het effect is echter dat de siliconenspray de poriën van het leer wel dicht maakt maar vervolgens je schoen niet meer kan ademen en je alsnog zeiknatte tenen krijgt van de zweetvoeten. Oplossing hiervoor is om het wat kwalitatief betere schoenvet te kopen (bv. Nixwax). Ikzelf zou echter zeggen, neem een paraplu of trek je kaplaarzen aan. 2. Dan het poetsen van de schoen…….. Oh nog nooit gedaan? Dan zal ik je vertellen wat dat is: je schoenen er weer spik en span uit laten zien. Ahh hoe doe je dat!?. Men heeft alvorens te beginnen nodig voor deze exercitie: een schoonmaakborstel (deze zijn meestal driehoekig met een grove haar), een uitwrijfborstel (rechthoekig met een fijne korte haar), een oude panty van je moeder (mag ook van je vader wanneer hij die heeft), een bakje lauw water, een katoenen doekje (oude theedoek of T-shirt werkt prima) en ook wel makkelijk is schoenensmeer (zwart, want alleen oude mannen dragen bruine schoenen!). 3. Schoensmeer is er in allerlei soorten en samenstellingen, welke je kiest is niet zo belangrijk. Denk echter niet de easy way en kom niet met zo’n vloeibare stift aanzetten, dat werkt dus niet, zelf zweer ik bij de kiwi-poets (verkrijgbaar bij de betere schoenmaker).
Zorg ervoor dat je eerst alle zooi van je schoenen haalt, ook van de rand van je zool, deze zie je namelijk ook, dus ook die moet er goed uitzien. Gebruik hiervoor je schoonmaakborstel en eventueel wat water en een doekje, bierresten zijn namelijk nogal eens hardnekkig! Wanneer je schoenen dan “schoon” en droog zijn, kan je beginnen met poetsen. Dit doen we natuurlijk Navy-style (had je anders van mij verwacht?)…..geen insmeerborstels, want dat doen alleen de straatkinderen in India; lekker snel klaar. Men neme het doekje en maakt hiervan een puntje vochtig, en dat is niet zeikend nat dus! Doe daarna op dat puntje wat schoensmeer, niet te zuinig maar ook niet te veel, dit gaat het makkelijkste door je wijsvinger in het doekje te doen. Maak daarna kleine, draaiende bewegingen op de schoen, telkens in dezelfde richting. Behandel zo de hele schoen en zorg dat er een dun laagje schoensmeer op de schoen vormt, vergeet niet het doekje nat te houden. De neus van de schoen is natuurlijk de aandachtstrekker, geef deze dan ook wat meer aandacht. 4. Ben je het al zat…….? Mooi, want je kunt nu je schoenen een nachtje laten staan om het smeer in te laten trekken, vergeet ze echter niet, anders droogt het uit samen met je schoen en dat proberen we nu juist te voorkomen. Dan kunnen we gaan beginnen aan de finishing touch, het maken van de glimmertjes! Je doet je linkerhand in de schoen en neemt in de andere hand de uitwrijfborstel. Maak een horizontale
beweging over de schoen en poets zo het smeer uit telkens in dezelfde richting, dus bij de zijkanten verticaal gaan werken. Kijk echter uit dat je niet alle schoensmeer verwijdert, want dan is het effect ook weg. Na dit geborstel kunnen we dan echt het eindresultaat gaan bewerkstelligen. Hiervoor hebben we papa’s panty nodig. Neem de schoen tussen je knieën met de neus naar voren stekend. Leg de panty over de neus, trek deze strak en maak daarna een horizontale beweging. Wanneer je de schoenen goed hebt gepoetst, moet je nu een licht piepend geluid horen. Afhankelijk van het aantal uren dat je dit volhoudt, bepaal je het eindresultaat. Gefeliciteerd met je schoenen… nu nog even scheren! 5. Dacht je klaar te zijn? Nou nee, tegenwoordig is het belangrijk een glad huidje te hebben, voor vrouwen geldt dit misschien meer in het bijzonder dan voor mannen maar toch! Voor je schoenen geldt dat natuurlijk ook. Ondanks dat je ze best vaak draagt naar onze geweldige activiteiten, staan ze ook geregeld in de kast. Men moet ervoor waken dat ze niet gaan verrimpelen. Gebruik daarom schoenenspanners om te voorkomen dat je oneffenheden krijgt in de neus van je schoenen. Zo, nu ben je echt klaar, schoenen goed, das goed, veel succes hoef ik je nu niet meer te wensen, want de eerste en belangrijkste indruk is goed. * Sjoerd Janssen, ‘Etiquette over de schoen’, de Aanslag 2002-2003, jaargang 13, nummer 1, p. 8-9.
23
24
deAANSLAG!
Thuis bij...
Thuis bij….
de voorzitter!
Paspoort Naam: Matthijs Claassen Opleiding: Fiscaal recht Leeftijd: 22 jaar Favoriete plek in Rotterdam: De Oudedijk! Waar in Rotterdam woon je en hoe ben je aan je kamer gekomen?
Ik woon in Kralingen en ik ben eigenlijk via enkele vrienden aan deze kamer gekomen. Er woonden al twee vrienden van mij in dit pand. Er kwam een kamer vrij en toen ben ik er ingekomen. Ik heb voor deze locatie gekozen, omdat het lekker dicht bij de universiteit en de supermarkt is! In dit pand zitten ook twee studio´s waarin werkenden zitten. Het is dus geen studentenhuis.
Bevalt het om op jezelf te wonen?
Nou, ik weet één ding zeker en dat is dat ik zeker niet meer terug wil naar mijn ouders! Dat heeft natuurlijk te maken met de vrijheid. Ik woon al twee jaar op mezelf, maar ik woon hier pas sinds januari van dit jaar.
Hoe is de indeling?
De badkamer en keuken delen wij. Maar voor de rest heeft iedereen zijn eigen kamer. De kamers zijn niet klein. Je kunt er een bank en bureau in kwijt, dus dat is wel heel fijn. Zo heeft mijn huisgenoot van hieronder een kamer die anderhalf keer groter is dan mijn kamer en daar hebben we dan ook een soort woonkamer met een grote hoekbank. Daar zitten we dan vaak gezellig met z’n allen.
Als voorzitter heb je het natuurlijk heel erg druk, zeker omdat je ook nog studeert. Ben je dan vaak van huis?
Ik zit nu in de eindfase van mijn bachelor, dus dat loopt wel af. Met mijn studie heb ik het dus niet zo heel druk. Ik heb het wel redelijk druk met de vereniging. Daarnaast werk ik ook twee dagen in de week op de universiteit. Maar toch ben ik wel vaak in de avonden thuis. Aan het begin van het bestuursjaar had ik wel een drukke periode waarin ik nauwelijks thuis was. Ook in de avonden niet. Nu ben ik wel wat vaker thuis, ook in de weekenden. Ik vind het bijvoorbeeld ook fijn om thuis te studeren. Ik heb hier op zich alle rust. In de bibliotheek kom je toch vaak snel veel bekenden tegen, met wie je dan gaat praten.
Wat is de huurprijs?
Ik betaal 375 euro per maand. Dat is de kale huur. Daarnaast heb je ook de kosten voor gas, water en elektra, maar dat delen we met z’n allen. Dat is hoogstens een paar tientjes.
Hoe zouden je bestuursgenoten en huisgenoten je omschrijven?
Dat is een lastige vraag! Ook omdat je natuurlijk jezelf gaat lopen ophemelen. Maar ik denk toch wel dat ik makkelijk in de omgang ben.
Hoe ben je voorzitter geworden?
Ik zat vorig jaar in de commissie van de bedrijvendag. Daar ben ik eigenlijk met toeval ingerold. Dat vond ik zodanig leuk dat ik ook bij andere commissies ben gaan kijken en ook eigenlijk naar alle activiteiten ben gegaan sindsdien. Toen kwam op enig moment die advertentie dat er een nieuw bestuur werd gezocht voor het jaar 2011/2012. Ik was toen zeer gemotiveerd en het leek me ontzettend leuk om een jaar lang onderdeel te zijn van het bestuur. Vervolgens ben ik zelf heel goed gaan nadenken voor welke functie ik dan zou gaan solliciteren. De keuze viel op voorzitter en dat is het dus ook geworden!
Hoe is het om voorzitter te zijn van Christiaanse-Taxateur?
Hierbij heb ik eigenlijk nooit echt stilgestaan. Toen ik te horen kreeg dat ik geselecteerd was als de nieuwe voorzitter is het hele circus eigenlijk gelijk begonnen. Je bent dan de hele zomer direct bezig met allerlei zaken. Als ik nu terugkijk dan kan ik alleen maar zeggen dat ik het ontzettend naar mijn zin heb gehad. En dat is nog steeds zo. Ik vrees zelfs dat ik het echt ga missen. Je bent natuurlijk een jaar lang zeer actief met je bestuursleden en dat creëert toch zeer goede vriendschappen. Ik weet ook zeker dat we elkaar gaan blijven zien!
Heb je nog een tip voor de leden?
Mijn tip is dat je als student/lid zoveel mogelijk activiteiten moet bezoeken. De studenten kennen elkaar vaak allemaal al van de collegebanken, maar het is echt heel erg leuk om iedereen ook in een andere setting mee te maken. Zo leer je elkaar veel beter kennen. Bovendien is de vereniging een grote netwerkclub. Veel studenten realiseren zich eigenlijk niet echt goed dat de fiscaliteit een klein wereldje is. Dus grote kans dat je jouw studiegenoten in de toekomst zal tegenkomen. Dus wees actief en wees nieuwsgierig naar jouw medestudenten!
elke dag ontmoeten ze elkaar bij de koffie
onze bibliotheek is de perfecte plek om je scriptie te schrijven
Kennismaken met De Brauw “ Wat is de beste manier om De Brauw goed te leren kennen?”
“Een studentstage is volgens ons de ideale manier om kennis te maken. Jij leert ons beter kennen, en wij jou. Van uur tot uur maak je mee wat het werk in de praktijk precies inhoudt. Dat kan in Amsterdam, maar ook op één van onze kantoren in het buitenland. Ook kun je op kantoor je scriptie schrijven. Je kunt dan gebruik maken van al ons bronnenmateriaal. Daarnaast hebben we plek voor studerend medewerkers, bieden we oriënterende gesprekken aan en organiseren we interessante business courses.” werkenbijdebrauw.nl
26
deAANSLAG!
Fiscaliteit in Perspectief
Fiscaliteit in perspectief! Ook in deze editie hebben geprobeerd leuke en interessante niet-fiscalisten ons de maat te laten nemen. Lees hieronder wat studenten van andere faculteiten of studies vinden van onze studie en ons toekomstige beroep. Naam Leeftijd Universiteit Opleiding
Anouk van Brecht 21 jaar Erasmus Universiteit Rotterdam Business administration
Een fiscalist. Eerlijk gezegd, als je het me een jaar geleden had gevraagd, zou ik niet hebben geweten wat voor werk een fiscalist precies zou doen. Tegenwoordig weet ik dit wel, aangezien ik in contact ben gekomen met twee studenten van de studierichting fiscale economie. Zij zitten namelijk dit
collegejaar in hetzelfde bestuur waar ik, als 21 jarige derdejaars bedrijfskunde studente, deel uit maak. Aan het begin van het jaar ben ik daarom de ‘fiscalist’ gaan zoeken op internet. ‘Inkomsten-,
vennootschaps- en loonbelasting, wetten en regelementen, kostenposten’ zijn de voornaamste
termen die je tegenkomt wanneer je de fiscalist opzoekt. Het eerste waar ik aan denk als studente zijnde, is dat een student fiscale economie al jong weet wat hij of zij wil worden, aangezien deze studie je begeleidt in een vakgebied wat behoorlijke specialiteit vereist. De termen geven mij
daarnaast ook het gevoel van het vastzitten in objectiviteit en het moeten werken binnen de lijntjes. Wel begrijp ik ten zeerste dat deze opvattingen gevoelskwesties zijn vanuit mijn perspectief, want
bij het beter bekijken van deze termen, denk ik ook aan een rechtvaardig persoon. Een persoon welke later een onderneming uit de brand wil helpen en wil zorgen dat alle zaken goed verlopen. Op deze wijze heb ik dan ook één van mijn bestuursgenoten ervaren. Tevens begrijp ik dat je als student fiscale economie niet perse in een hokje geplaatst kan worden. Misschien ben jij wel de meest
talentvolle schilderaar, schilderes van de universiteit en klad je thuis grote schilderdoeken vol. Laat deze dingen dan niet los. Naar mijn mening moet je juist buiten de lijntjes kunnen denken en de creativiteit in je werk als fiscalist de loop moet kunnen laten gaan.
Naam Leeftijd Universiteit Opleiding
Mary-Alice Arlaud 23 jaar NHTV Internationaal Hoger Onderwijs Breda Tourism Destination Management (master)
Toen mij de vraag werd gesteld wat ik van het beroep belastingadviseur vond, had ik mijn antwoord gelijk klaar: ‘Dat werk moet ook gebeuren’. Mijn moeder is zelf ook belastingadviseur en ja zij heeft er al jarenlang plezier in. Vooral in de drukkere periodes (voor en rond 1 april bijvoorbeeld) zijn belastingadviseurs onmisbaar. Ook al vind ik het zelf niet het leukste beroep wat er is, maar zonder goede belastingadviseurs kunnen bedrijven niet staande blijven.
Naam Leeftijd Universiteit Studie
Chris Daal 25 jaar Universiteit van Amsterdam Geneeskunde
Ik ben zelf een geneeskundestudent en dan ben je veel in contact en verbinding met mensen. Je helpt mensen. En wat ik tot voor zover heb begrepen is dat belastingadviseurs vooral werken voor rechtspersonen. En wat ik vanuit het ziekenhuis vaak hoor is dat ze vreselijk duur zijn en vaak toch ook niet al te vriendelijk. Ze komen niet echt langs en vervolgens draaien ze voor praktisch elke minuut een factuur. Dus ik kan me moeilijk voorstellen dat het werk voldoening kan geven als je voor grote concerns werkt. Want ik neem aan dat een aangifte inkomstenbelasting niet het werk is waarvoor ze worden aangenomen. Maar lastige juridische zaken. Zoals bij ons in het ziekenhuis weet ik dat er lastige constructies zijn met Cv’s en maatschappen. En wat ik ook grappig vind is dat een goede vriend van mij dus fiscalist is maar nooit echt kan uitleggen wat hij precies doet. Het lijkt me toch best wel pijnlijk! Maar toch is hij heel erg trots op zijn werk.
Startersinterview Deloitte
deAANSLAG!
Startersinterview Deloitte Paspoort Naam: Roderick Rijnja Opleiding: Fiscaal Recht Leeftijd: 27 jaar Favoriete plek in Rotterdam: Witte de With, plek in Rotterdam waar je nog elk type Rotterdammer tegen kan komen. Fiscale tip: Middelen. Op feestjes krijg je als fiscalist vaak de vraag of je nog tips hebt, voor starters is middelen dan een goede tip.
Kan je je even voorstellen?
Mijn naam is Roderick Rijnja in januari begonnen als analist bij Deloitte. Als student was ik lid bij SSR, waar ik bestuur en verschillende commissies heb gedaan, bijvoorbeeld de Almanakcommissie. Tijdens mijn studententijd ben ik begonnen als werkstudent bij Deloitte met de Ideale Bijbaan. Bij verschillende afdelingen kreeg ik een goed gevoel, maar uiteindelijk ben ik op de internationale VPB praktijk terecht gekomen. In mijn vrije tijd sport ik graag, meestal wel vijf keer in de week. Fijn is dat wij hier op kantoor een fitnessruimte hebben met goede begeleiding, waardoor ik na het werken of tussen de middag even kan gaan sporten.
Waarom heb je in eerste instantie voor Deloitte gekozen?
Voordat ik de keuze voor een bedrijf wilde maken, wilde ik sowieso ervaren hebben hoe het is om bij een klein en bij een groot kantoor te werken. Ik begon dan ook bij een klein kantoor. Op een gegeven moment hoorde ik van de Ideale Bijbaan van Deloitte; een traject waarbij je in 1 jaar bij 5 verschillende afdelingen meeloopt, gemiddeld 1 dag per week. Doordat het concept hiervan me erg trok, ben ik dus bij Deloitte begonnen. Als je als student een tijdje rond kijkt bij bedrijven, weet je op een gegeven moment wel welk type mensen bij alle kantoren werken. Zelf zocht ik mensen waar ik niet alleen goed mee op kon schieten, maar ook nog eens heel veel van kon leren. Dat heb ik bij Deloitte nu gevonden.
Welke afdelingen spraken je nog meer aan?
In eerste instantie was ik ervan overtuigd dat ik mijn plek had gevonden op de BTW afdeling. De vakken over BTW op de universiteit vond ik al leuk en met de Ideale Bijbaan begon ik ook nog eens op die afdeling. Hier had ik het gelijk al naar mijn zin en het had me toen niet verbaasd als ik uiteindelijk daar zou gaan werken. Dat was verkeerd gedacht…
Wat voor werk doe je als analist?
Dit hangt af van zowel jezelf als het team waar je in werkt. Veel mensen denken dat je bij een Big 4 kantoor alleen maar het simpelere uitzoekwerk doet. Bij hele grote klanten is dat waar, want vooral managers of hoger krijgen van hen de opdrachten binnen, waarna ze een analist om hulp vragen. Dat lijkt me ook niet vreemd, want als beginnend fiscalist ga je niet meteen met de CFO van een enorm bedrijf aan tafel zitten om de fiscale positie door te spreken. Wel krijg je overigens altijd het hele plaatje mee. Op een lager niveau heb je wel direct contact met de klant en pak ik zelf de vragen op. Wat er in ieder geval niet van je wordt verwacht als analist is dat je zelf al klanten binnen gaat halen.
Krijg je bij je werk veel ondersteuning?
Op het moment dat ik mijn werk aflever, wordt het altijd gecontroleerd door een manager of hoger. Dus je weet ook dat niet alles gelijk naar de klant gaat. Ik voelde me in het begin wel een beetje bezwaard om iedere keer met vragen bij iemand binnen te lopen, maar dat vinden zij helemaal niet erg.
Dat je met vragen gewoon binnen kunt lopen leer je wel snel. Collega’s waarderen dat juist. Ze weten zelf hoe moeilijk het was in het begin, en als je het fout doet moeten ze het je later alsnog uitleggen. Het is wel anders dan op de universiteit. De vraagstukken die wij krijgen hebben veel meer betrekking op de grijze gebieden, waardoor lang niet alles meteen duidelijk is. Dat maakt het werk ook interessant en uitdagend.
Wat vind je het leukste werk om te doen?
Het leukste vind ik als we een vrij grote klus binnen krijgen, en dat ze dan naar me toe komen met: Goh, Roderick zou jij hierin de eerste stappen kunnen zetten? Dan zeggen ze voor wanneer een voorstel klaar moet liggen en dan mag ik de grote lijnen uitzetten. Natuurlijk heb je dan niet in één keer alles goed, maar je leert er wel ontzettend veel van en het is ook uitdagend. Vervolgens ga je met z’n allen overleggen wat beter kan of wat nog aangepast moet worden. Wat ik ook erg leuk vind, is het intensieve contact met sommige klanten. Klanten waar ik helemaal in kan duiken. Over een jaar of twintig, dan ben ik denk ik nog steeds fiscalist, maar wil ik meer zijn dan alleen de fiscaal adviseur die de regeltjes toe kan passen. Ik wil dan weten hoe de ondernemer denkt en waarom hij bepaalde keuzes maakt, naast dat dit zeer interessant is, draagt het ook nog eens bij aan de kwaliteit van jou als belastingadviseur. Gelukkig denkt Deloitte, onder andere met behulp van een aparte Innovation afdeling, actief na over de toekomstige rol van de belastingadviseur.
27
28
deAANSLAG!
Op bezoek bij de douane
Op bezoek bij… De Douane van de Rotterdamse Haven! “Wij zijn door de douane heen”, vertelt Annemiek over de telefoon aan haar vader als zij op Schiphol staat. Haar vader, die bij de douane werkt, vraagt met een enigszins boze stem wat zij net heeft gezegd. De douane is er namelijk alleen voor goederen, en niet voor personen. Mensen die bij de douane werken, kunnen zich soms groen en geel ergeren aan deze fout. De redactie gaat ervan uit dat u die fout in ieder geval nooit meer gaat maken! De voltallige redactie is afgereisd naar het douanekantoor op de Maasvlakte om erachter te komen wat de taken van de douane zijn. Aangekomen stonden we even verbluft te kijken naar het gebouw. Op zich is het gebouw niet hoog, maar omdat het omgeven is door wijde vlaktes met nauwelijks gebouwen, ziet het er vrij bizar uit. De Rotterdamse haven is de grootste haven van Europa en vormt daarmee een belangrijke doorvoersluis voor goederen naar onder meer de rest van de Europese Unie. De goederenoverslag in 2011 was maar liefst 434,6 miljoen ton. Het aantal containers wordt gemeten in ‘TEU’ (Twenty feet Equivalent Unit). Alles wordt hiernaar omgerekend, om het verschil tussen de verschillende formaten in containers te elimineren. De totale overslag in de Rotterdamse haven in 2011 was bijna 12 miljoen TEU
(iets meer dan 7 miljoen containers). In de containers of via andere manieren wordt soms echter getracht ‘bepaalde’ producten op de meest ‘onzichtbare’ manieren binnen te smokkelen. Dit betreft ook een vorm van ‘tax free’ invoer. De douane is daarom constant bezig met het verbeteren van de controles. Lees hieronder meer over de verschillende geavanceerde technieken die de douane in de Rotterdamse gebruikt, om dergelijke goederen op te sporen en om een dergelijke vorm van ‘tax free’ invoer tegen te gaan. Wij werden ontvangen met een lekkere kop koffie en hadden een prachtig uitzicht over de bouw van de Tweede Maasvlakte. Eigenlijk zat het douanekantoor nagenoeg aan het water. Achter een heuveltje zat altijd een strand. De medewerkers van het douanekantoor waren wel blij met dat heuveltje; het was namelijk een naaktstrand. Na het warme welkom werd er een presentatie gegeven, waarbij wij, met vier personen, in een zaal zaten die een capaciteit heeft van zeker 50 personen. Hier kregen wij uitleg over de verschillende aspecten waar de douane mee te maken krijgt. Voor de douane staan vier kernpunten centraal: veiligheid,
gezondheid, economie en milieu. Veiligheid heeft betrekking op wapens, munitie, liquide middelen en verdovende middelen. Bij gezondheid gaat het voornamelijk over geneesmiddelen en dieren of producten van dieren. Op economisch vlak houdt de douane zich bezig met onder andere over namaakgoederen of strategische goederen en bij milieu gaat het over afvalstoffen of milieugevaarlijke stoffen. Dit lijkt wellicht allemaal recht door zee, maar dat hoeft helemaal niet. Er zijn genoeg voorbeelden te geven van producten die beide kanten op kunnen. Kunstmest is daar één van. Over het algemeen wordt het onschuldig gebruikt, om gewassen beter te laten groeien. Het kan echter ook voor andere doeleinden gebruikt worden. Zo heeft Anders Breivik het gebruikt voor zijn bom bij de aanslagen in Noorwegen in 2011. Het is aan de douane om hier een keuze in te maken. De douane kan natuurlijk onmogelijk alle schepen in de haven van Rotterdam
Op bezoek bij de douane
controleren. Hiervoor gebruiken ze een zogenaamde ‘risicoanalyse’, nog voordat de schepen de haven van Rotterdam bereiken. Er wordt op allerlei manieren gekeken welke containers of schepen een risico vormen en deze worden vervolgens onderzocht. Afhankelijk van de mate van risico wordt een bepaald type onderzoek uitgevoerd. Vaak worden vrachtwagens door een scan gereden. Er is ook een ultrasnelle scan voor treinen. Er kan tot een snelheid van 60 kilometer per uur doorheen gereden worden en alsnog worden er goede beelden van de inhoud van de container gemaakt. Uiteraard worden er nucleaire detectiepoorten gebruikt om te zorgen dat er zeker niets nucleair is dat vervoerd wordt. Mocht de risicoanalyse aangeven dat het schip onderzocht moet worden, heeft de douane nog enkele speciale eenheden. Allereerst worden er honden door de douane gebruikt. Meestal zijn dat herders. Er bestaan twee soorten speurhonden: actief en passief. De actieve speurhonden maken veel lawaai: ze blaffen en krabben. Niet zo geschikt voor bij mensen dus. De passieve speurhonden gaan bijvoorbeeld zitten wanneer ze iets vinden, waardoor ze makkelijk in de buurt van mensen kunnen opereren. Aangezien het in de haven gaat om goederen en er weinig mensen in de buurt zijn, wordt daar vooral gebruik gemaakt van actieve speurhonden. Er zijn nog twee teams die ter plekke het schip onderzoeken: het duikteam en ‘de zwarte bende’. Het duikteam zoekt naar smokkelwaar onder de waterlijn. Een smokkelaar kan makkelijk smokkelwaar onder een schip vastmaken, waardoor het nooit gezien kan worden door de zwarte bende. Het is een lastig en secuur werkje, omdat onder water vaak maar een paar centimeter zicht is. Roosters, de schroef, het roer, alles wordt geïnspecteerd. De zwarte bende is juist het team dat een schip van voor tot achter, dus boven de waterlijn, uitkamt. Geen enkel stuk wordt overgeslagen. Ook luiken waarvan lijkt alsof ze al geen jaren niet opengemaakt zijn, worden geopend. Waarom de team ‘de zwarte bende’ heet? Het team gaat er met oranje kleding in, maar komt er pikzwart uit!
Het laatste onderdeel van de presentatie ging over de toekomst van de douane en de Rotterdamse haven. Zoals u waarschijnlijk wel weet, wordt op dit moment de Tweede Maasvlakte aangelegd. Rotterdam is lang (1962-2004) de grootste haven ter wereld geweest, helaas is het nu ingehaald door drie Aziatische havens: Shanghai, Singapore en Ningbo (in 2011 had de haven van Singapore maar liefst 29 miljoen TUE). De capaciteit van de Rotterdamse haven wordt wel vergroot door de komst van de Tweede Maasvlakte, maar deze Aziatische havens worden hoogstwaarschijnlijk nooit meer ingehaald. Dat is ook niet zo erg, aangezien Rotterdam daar geen concurrentie van ondervindt. Met de Tweede Maasvlakte wordt geprobeerd de concurrentie in Europa in ieder geval voor te blijven! Na deze interessante presentatie, kregen wij een rondleiding door de Rotterdamse haven, beginnend bij de vrachtwagenscan. De vrachtwagen reed in een bepaalde loods, waarna de chauffeur uitstapte. De vrachtwagen werd vervolgens door de scan getrokken, waarna aan beide kanten een zware poort kwam om de straling te voorkomen. Vervolgens moet de chauffeur ongeveer 10 minuten wachten, waarbij de scan wordt bekeken. Voordat wij naar de scans gingen kijken, werd ons inzicht getest. Er lagen een aantal voorbeelden van smokkelmanieren. Zo werden goederen verstopt in oude benzinetanks, rubberen tegels (voor speeltoestellen) en houten pallets. Vervolgens kregen wij massa’s nepwapens en andere nepgoederen te zien. Ook waren er oud-papier blokken, waarin niet alleen oudpapier zat. Volgens de milieuwetgeving is dit niet toegestaan. De scans die we zagen waren erg gedetailleerd, en we mochten zelf gaan kijken of we wat zagen. Uiteraard werden er voorbeelden gegeven waar werkelijk wat te
deAANSLAG!
vinden was. Er werden bijvoorbeeld zaken verstopt in autobanden of in bepaalde buizen. Ooit kreeg een ambtenaar de schrik van zijn leven: hij zag erg veel skeletten en wapens in een vrachtwagen! Uiteindelijk bleek dat het ging om artikelen voor een spookhuis… Het schrikken was dus in ieder geval bij één persoon gelukt! Tot slot kregen we een rondleiding door de grootste terminal van de Rotterdamse haven: de ECT Delta Terminal. Vroeger mochten bezoekers altijd vrij rondlopen. Dat mag nu echter niet meer, aangezien er bezoekers bijna een container op hun hoofd kregen. Alle opgestapelde containers bij elkaar levert een kleurrijk geheel op! Al met al een leuke en zeer leerzame dag. Wij willen dan ook de douane van de Rotterdamse haven hartelijk danken voor hun gastvrijheid en moeite!
29
30
deAANSLAG!
Speciaal Fiscaal
Speciaal fiscaal met …
een nationaal kampioen roeien Door: Dries Erahim
Daan Weide is 21 jaar en opgegroeid in Amersfoort. Hij is bezig met zijn master fiscale economie, maar studeert ook Economische Geografie in Utrecht. Naast zijn studie roeit hij bij Skadi. Hieronder zijn verhaal!
Over Daan Vertel eerst eens wat over je studententijd tot zover..
In het collegejaar 2007/2008 ben ik begonnen met de studie Bedrijfskunde. Ik was toen 16 jaar, maar werd in september 17. Bedrijfskonde vond ik echter niet zo uitdagend. Ik heb in mijn tweede jaar ook gelijk de derdejaars vakken gedaan. In mijn derde studiejaar hoefde ik alleen nog maar een thesis te schrijven. In dat jaar heb ik eveneens een schakeljaar voor fiscale economie gedaan. Het was een ontzettend zwaar jaar. Ik moest alle vakken in één jaar doen. Toch had ik alles op één vak na gehaald, het vak economics of taxation. Dat was ook het jaar waarin ik naar het WK roeien ben gegaan; in april had ik de selecties. Na dat jaar zat ik dus in mijn master fiscale economie. Op een gegeven moment zag het er naar uit dat ik op mijn twintigste afgestudeerd zou zijn en dat zag ik niet echt zitten. Ik wilde daarom graag nog een studie doen en ik had altijd al iets met vestigingsklimaat. Ik ben dan ook economische geografie gaan studeren in Utrecht. Tot zover een erg leuke opleiding.
Waarom fiscale economie?
Van de studie fiscale economie wist ik eigenlijk niet zo heel veel. Ik had wel ondernemingsrecht gehad en ik vond het fiscale gedeelte heel erg leuk. Ik wist dus totaal niet hoe de opleiding zelf was. Ik was wel heel erg geïnteresseerd in hoe de samenleving werkte en hoe alles zo ongeveer in elkaar steekt. Naar mijn idee is fiscale economie dan toch het vak waarbij je die maatschappelijke realiteit het beste benaderd. En nog steeds is voor mij de fiscaliteit inherent aan de maatschappij. Dat spreekt me nog steeds heel erg aan.
Roeien Vertel ons alles over je roeicarrière.
Ik ben in 2007 begonnen als roeier bij Skadi. Daarvoor roeide ik overigens ook al. In de Eurekaweek kwam ik heel toevallig in contact met een paar jongens van Skadi, doordat ik mijn groepje kwijtraakte. Het was meteen een goede klik. Ik ben gelijk in een Skadihuis gaan wonen, alwaar ik nog steeds woon. Dat waren allemaal erg fanatieke roeiers. Eén huisgenoot deed bijvoorbeeld mee aan de Olympische spelen in Beijing. Dat roeien bracht me dus in een, voor mij in ieder geval, hele bijzondere wereld. Ik zat toen met roeiers van 27/28, nu ben ik zelf huisoudste. In het begin wordt je bij Skadi in een groep van acht personen geplaatst. Je hoeft dan in principe nog niet te kunnen roeien. Dus echt voor beginners. Vervolgens bouwt het zich op tot je op een gegeven moment zeven of acht keer in de week aan het trainen bent. En daarbij om het weekend wel een wedstrijd waar je dan heen gaat. In dat jaar zijn we ook tweede geworden, wat heel erg leuk was. Maar dat was niet echt mijn verdienste, want ik was verreweg de kleinste van de boot! Met roeien heb je namelijk ook gewichtsklassen. Je hebt de open klasse, waarin allemaal jongens zitten van 2 meter en met een behoorlijk gewicht, en je hebt de gewichtsklasse van 70 kilo, waar ik dan onderdeel van uitmaak. Maar in mijn eerste jaar roeide ik dus mee met de open klasse.
En je bent nationaal kampioen geworden..
In mijn tweede jaar werd ik uitgeselecteerd bij Skadi. Ik ben toen op eigen houtje een trainer gaan zoeken. Mijn tweede jaar was helaas niet zo succesvol. In het jaar daarna mocht ik, na veel trainen, deelnemen aan het WK in Wit-Rusland. Het WK duurde een week, met daarvoor twee weken trainingskamp. Ik ben toen achtste geworden. Ik ben inderdaad ook Nederlands kampioen geweest. Het afgelopen jaar ben ik negende geworden. Op dit moment is het weer heel spannend: komend weekend moet ik me weer gaan kwalificeren voor het WK.
Speciaal Fiscaal
deAANSLAG!
Kan je leven van het prijzengeld?
Nee, dat helaas niet. Het is ook niet een hele commerciële sport, dus voor het geld moet je het niet doen. Sterker nog, het kost je geld. Het is ook echt mijn passie. Voor mij is het de mooiste sport. Maar je kunt dus helaas niet leven van het prijzengeld.
Hoe zit het met je lifestyle?
Ik drink natuurlijk weleens een biertje, het is niet zo dat ik geen druppel drink. Maar ik let wel goed op wat ik eet. Ik weet dus ook echt van alles over voeding en diëten!
Toekomst Hoe zie je je toekomst?
Ik denk dat ik gewoon de fiscaliteit in zal gaan. Maar ik
vind het leuk om wat breder bezig te zijn. Dat is de reden dat ik ook economische geografie ben gaan doen. Het lijkt me bijvoorbeeld leuk om op een gegeven moment general consultancy te gaan doen. Maar eerlijk is eerlijk: ik weet het gewoon nog niet! Dat is ook wel iets wat bij mij hoort. Ik weet bijvoorbeeld ook nog niet of ik volgende maand mag deelnemen aan het WK. Mijn doel is om op korte termijn mijn scriptie fiscale economie af te maken en dan volgend jaar de master economische geografie te volgen. Daarna zie ik het wel weer. Misschien dat ik ook een master bedrijfskunde ga doen voordat ik fulltime ga werken, maar wellicht ga ik meteen aan de slag. Vooralsnog probeer ik te genieten van alles wat op mijn pad komt.
31
32
deAANSLAG!
Kantoorinterview Ernst & Young
Kantoorinterview Ernst & Young Paspoort Naam: Maarten Willemsen Leeftijd: 32 Favoriete plek in Rotterdam: De stadsdriehoek is voor mij wel het mooiste plekje van Rotterdam, omdat daar bijna alles te vinden is wat je zoekt.
Kun je jezelf even voorstellen? Ik ben Maarten Willemsen, 32 jaar en werk als fiscalist in de ITS (International Tax Services) praktijk van Ernst & Young. Tijdens mijn studententijd heb ik bestuur gedaan bij de ChristiaanseTaxateur en zat ik in de onderwijscommissie op de universiteit. Uiteraard ben ik ook actief geweest bij de Belastingwinkel. Dat werd bij ons ook wel echt gepusht, wie dat niet deed zat wel met een gat in zijn CV. Naast al deze activiteiten en mijn studie was ik lid bij Laurentius. Hoe ben je bij Ernst & Young terecht gekomen? Tijdens mijn studententijd begon ik bij Ernst & Young als werkstudent. Ik begon daar met twee dagen per week werken op de ITS praktijk. Mijn masterscriptie schreef ik vervolgens ook bij Ernst & Young. Na mijn afstuderen ben ik hier direct aan de slag gegaan als consultant. Dus dat beviel meteen goed? Jazeker. De sfeer trok me direct al erg aan, lekker informeel en met veel jonge mensen. En naast het werken is er genoeg ruimte voor humor en ontspanning, zo staan we af en toe lekker te voetballen op de gang en er is een vrijdagmiddag borrel. Wat houdt je functie (manager) precies in. Wij werken hier altijd in teams, meestal van 3 à 4 mensen. Zo’n team bestaat dan uit een partner, een (senior) manager en een consultant, waardoor er eigenlijk uit alle lagen mensen aan een project werken. Zo kan je elkaar bijsturen en veel van elkaar leren. Als manager vorm je de schakel tussen de partner en de consultant, maar heb je ook veel direct contact met cliënten. In onze praktijk bestaat het merendeel van onze cliënten uit in Amerika gevestigde multinationals, maar de laatste jaren komen er ook steeds meer cliënten bij uit opkomende markten zoals het Midden-Oosten en de BRIC landen. Dat maakt het werk voor mij ook zo leuk. Je hebt de hele dag door contact met mensen van over de hele wereld, dat kunnen cliënten zijn maar uiteraard ook collega’s van andere EY kantoren.
Veel Nederlandse bedrijven die we adviseren hebben overigens zelf een eigen fiscale afdeling, daar hoef je echt geen memo voor te schrijven over de deelnemingsvrijstelling. De meeste fiscalisten die daar werken hebben zelf ook een achtergrond in de (internationale) adviespraktijk. Hierdoor heb je toch op een heel andere manier contact met deze cliënten; je ziet dat ze vaak zelf veel fiscale kennis hebben, maar dat ze bij ons de verdieping, de praktijkervaring en het internationale netwerk zoeken. Moet je dan ook wel eens reizen voor je werk? Ja, af en toe wel, maar dat is wel beperkt. Het merendeel van het werk gebeurt via e-mail en telefoon. Vorig jaar heb ik een tripje gemaakt naar Dubai en Qatar, en ik kom ook nog wel eens in de Verenigde Staten. We werken in onze dagelijkse praktijk heel veel samen met onze Dutch Desks. Deze zitten eigenlijk over de hele wereld in allerlei grote steden, daar zitten dan Nederlanders op kantoor die de lokale praktijk ondersteunen en de schakel
Kantoorinterview Ernst & Young
vormen met de Nederlandse praktijk. Dat betekent ook dat wanneer je enige tijd bij Ernst & Young werkt je de mogelijkheid hebt om voor een tijdje op zo’n Dutch Desk te gaan werken. Zelf heb ik dat ook gedaan, ik heb vier maanden in Chicago gezeten. Dat was een bijzondere ervaring omdat je daar echt onderdeel wordt van de Amerikaanse cultuur en omdat je dicht bij je cliënten zit. Hoe is de werksfeer daar in Chicago als je dat vergelijkt met hier in Nederland? Qua werksfeer valt het verschil best wel mee. Het grote verschil is dat er op de Dutch Desk in Chicago meer projectmatig gewerkt wordt. Als er dan tegelijkertijd meerdere projecten met korte deadlines lopen, dan moet je wel even hard aan de bak. Wat dat betreft is hier in Nederland de stroom werk die je hebt wat constanter. Ook hier komt het voor dat je een keer tot laat in de avond moet werken, maar je moet op een gegeven moment zelf ook wel stoppen, anders komt er sowieso geen einde aan. Wat je wel ziet is dat het werk daar in Amerika nog meer op één staat dan hier, al wordt er zowel hier als in Chicago hard gewerkt. Ik heb het idee dat er hier in Nederland meer aandacht is voor de welbekende work-life balance. Die is hier iets meer in evenwicht, er wordt ook meer ruimte gegeven om deze in evenwicht te brengen. Hoe zit het dan ongeveer met de werktijden? We hebben niet echt vaste werktijden. Sommigen beginnen graag heel vroeg, ik heb collega’s die hier al om zeven uur in de ochtend op kantoor zitten, maar anderen beginnen later en werken wat langer door in de avond. Het is ook wel erg afhankelijk van wat je cliënten op dat moment van je nodig hebben. De ene keer ga je rond zes uur naar huis en de andere keer blijf je misschien tot een uur of acht.
deAANSLAG!
Heb je een beetje een gemiddelde werkdag en hoe ziet deze er dan uit? Een gemiddelde werkdag is er gewoonweg niet. Je hebt natuurlijk een deel van je werk wat je gewoon zelf kan plannen, maar voor een aanzienlijk deel is dat niet te plannen. De telefoon rinkelt heel de dag door en er komen continue mailtjes binnen. Je moet dus zelf het onderscheid maken tussen zaken die heel urgent zijn en zaken die iets minder urgent zijn. Dit doe je dan uiteraard in overleg met je team waarbinnen je een werkverdeling bespreekt. Dat werk bestaat met name uit het schrijven van adviezen, tax rulings halen (afspraken met de belastingdienst), maar ook nieuwe structuren voor cliënten uitwerken voor grensoverschrijdende investeringen, overnames, reorganisaties. En daar komt uiteraard ook de nodige research en overleg met cliënten, collega’s, advocaten, enz. bij kijken. Veel conference calls dus. Hebben jullie hier dan ook zelf advocaten op kantoor? Ernst & Young is een strategische alliantie aangegaan met Holland van Gijzen advocaten, die zitten hier ook in het kantoor. Dat maakt het wel erg makkelijk. Op dit moment ben ik bijvoorbeeld bezig met een Amerikaans private equity fund dat wil investeren in de olie en gas sector. Wij hebben geadviseerd over de structuur en Holland van Gijzen helpt dan direct mee met het oprichten van de vennootschappen en het opmaken van alle juridische documenten. Jullie hebben hier op kantoor ook accountants. Hoe zie je dit terug in het werk? Het is niet zozeer dat je samen met accountants op bepaalde projecten werkt. Je merkt de laatste jaren vooral dat er vanuit de accountant meer interesse is in de tax positie in de jaarrekening van een bedrijf. Als fiscalist word je dan weer door onze accountants gevraagd om die tax positie in de jaarrekening te
33
34
deAANSLAG!
Filosofie en Belastingrecht Kantoorinterview Ernst & Young
controleren. Verder is het werk van accountants en fiscalisten grotendeels gescheiden. Wat is nou echt een specialisme van Ernst & Young, ook vooral ten opzichte van de andere Big4? Ik denk dat Ernst & Young het meest internationale, en meest geïntegreerde kantoor is. Dat merk je zeker in onze internationale praktijk. Zo uit mijn hoofd hebben we in Europa alleen al kantoren uit bijna 90 landen bijeengebracht in één organisatie. Het wordt dus teeds meer één wereldwijde firm. Die wereldwijde integratie sluit goed aan bij onze cliënten die door de mondialisering ook in steeds meer landen actief worden. Zo belde een cliënt van me mij deze week voor een advies over een overname in Mozambique en de week ervoor nog wilde hij advies over een investering in Kazachstan. Dan is het wel heel erg handig voor die cliënt als je daarvoor bij hetzelfde kantoor terecht kan en binnen een paar minuten de juiste personen aan de lijn hebt. Hoe is dat dan zo’n groot netwerk? Het zijn immers allemaal collega’s. In het begin overzie je dat inderdaad niet, maar je komt er toch wel redelijk snel in. Als starter word je bij ons enigszins in het diepe gegooid; je draait direct volledig mee in een team op alle zaken die spelen bij een cliënt. We laten een starter niet alleen maar literatuuronderzoek of iets dergelijks doen. Daardoor heb je al vrij snel veel contact met collega’s in het buitenland. Wat daar ook wel bij helpt is dat je regelmatig een internationale cursus volgt met collega’s uit Europa en het Midden-Oosten. Dat is ontzettend leuk want dan ontmoet je bijvoorbeeld eindelijk een keer die collega uit Qatar die je al twintig keer aan de lijn hebt gehad en dan kan je nu een keer een biertje met hem drinken. Hebben jullie veel van dat soort cursussen? Ja. In het begin start je vooral met de NOB-cursussen en daarnaast volg je onze interne EY Tax Academy, maar in je tweede jaar heb je ook al je eerste internationale cursus. Je had het al over we voetballen wel eens op de gang, hoe wil je de sfeer bij Ernst & Young omschrijven? Ik denk dat het een informele sfeer is die vooral gekenmerkt wordt door de jonge mensen die er werken. Die zetten vooral hun stempel op de sfeer die er hangt. Dat betekent veel lol trappen, geintjes bij elkaar uithalen, een beetje voetballen en dat soort dingen. Het is ook wel work hard, play hard. Er wordt hier redelijk hard gewerkt en wat het werk betreft is iedereen dan ook serieus; uiteindelijk staat de kwaliteit van ons werk en het belang van je client altijd bovenaan. Het is dan ook belangrijk dat je je vaktechniek goed bijhoudt. Ernst & Young investeert daar ook veel in, net als in je persoonlijke ontwikkeling. Wat zoeken jullie in jullie toekomstige werknemers? Allereerst is het uiteraard belangrijk dat je een goede fiscalist bent, maar daarnaast zoeken we ook wel mensen met karakter. Aan de ene kant moet je een beetje een vakidioot zijn. Fiscaliteit
is toch een vreemd soort niche waar je wel van moet houden wil je er goed in kunnen zijn. Aan de andere kant word je bij ons wel adviseur. Dit houdt in dat je continue in het achterhoofd moet houden dat je voor een cliënt bezig bent. Je kan wel met dingen aan komen zetten die fiscaal misschien heel gaaf en ingewikkeld zijn, maar het moet uiteindelijk wel datgene zijn waar de cliënt ook naar op zoek is. Dan is dus van belang of je oplossing ook praktisch uitvoerbaar is, aansluit bij het business model, wat de risico’s zijn, enz. De cliënt moet gediend zijn met het totaalplaatje, en niet alleen nu maar ook op de lange termijn. Dat vind ik dan ook wel het leuke van belastingadviseur zijn, omdat je beide aspecten met elkaar moet zien te verenigen. Heb je nog een tip of advies voor mensen die gaan beginnen; waar ze op moeten letten of rekening mee moeten houden? Nee, ik denk dat het vooral uit jezelf moet komen. Het is belangrijk dat je enthousiast en gemotiveerd bent om iedere dag er tegenaan te gaan om een steeds betere fiscalist en adviseur te worden. En dat is echt iets wat uit jezelf moet komen. Als je die instelling hebt, komt het allemaal wel goed.
Win een ticket naar de Olympische Spelen in Londen Schrijf je in voor onze Coachdag met Co Adriaanse Wil jij met Ernst & Young naar de Olympische Spelen in Londen? Tijdens de Coachdag op 16 mei 2012 strijd je voor je ticket. Op deze dag kijken wij samen met Co Adriaanse en met jou hoe jij het beste uit jezelf kan halen. Dus schrijf je vandaag nog in voor de Coachdag en misschien ga jij 2 en 3 augustus 2012 met Ernst & Young naar de Olympische Spelen in Londen. Kijk voor meer informatie op facebook.nl/EYNLcarriere of ga naar www.ey.nl/olympischespelen
36
deAANSLAG!
Docentartikel
‘Overlijden en belastingen: een erfgenaam financiert soms zijn eigen erfenis’
mr. T.C. Hoogwout *
Benjamin Franklin schreef in 1789 in een brief aan Jean-Baptiste Le Roy: “In this world nothing is certain but death and taxes.” De combinatie van deze twee is de erfbelasting. De eerste vraag is of in een Staat het recht op eigendom niet, beperkt of absoluut erkent. Als het recht op individueel eigendom in een Staat niet wordt erkent, kan vererving niet plaatsvinden. Wordt het eigendom beperkt erkend, dan vervallen de bezittingen van de erflater bij het overlijden aan de Staat. Is echter sprake van een absoluut recht op eigendom, dan gaat de nalatenschap over op de erfgenamen. Aan dit absolute recht kan de overheid tornen door bij het overlijden belasting te heffen. In 2008 zijn volgens de gegevens van het CBS 111.000 mensen overleden in Nederland. Deze erflaters hadden een gezamenlijk vermogen van € 12,2 miljard1. Dit komt neer op gemiddeld 110.000 per nalatenschap. Dit was een toename van ongeveer 13.600 ten opzichte van een vergelijkbaar onderzoek in 2005 over nalatenschappen van het CBS2. In 2005 bedroeg de opbrengst van de erfbelasting voor de schatkist 1.46 miljard. Gezien de omvang van de Nederlandse nalatenschappen van 10,6 miljard, bedroeg het effectieve tarief op erfenissen ongeveer 14% in dat jaar. Zoals bekend worden belastingen geheven om collectieve voorzieningen mee te financieren. Hiernaast wordt aan belastingheffing mede een instrumentele functie toegekend. Zo wordt in Nederland onder ander de verdelingsfunctie als nevendoel gezien van de heffing. Uit de overzichten van het CBS blijkt dat in de omvang van de nalatenschappen grote verschillen zijn. In 2008 had 51,5% van de nalatenschappen een vermogen van minder dan € 25.000. Dat jaar had 29% van de nalatenschappen een vermogen van meer dan € 100.000. Deze groep bezat 86% van het nagelaten vermogen, van in totaal € 10,5 miljard. Van de nalatenschappen had 3,5% zelfs een vermogen van meer dan € 500.000. Deze groep bezat 35,4% van het nagelaten vermogen, van in totaal € 4,3 miljard. De ongelijkheid van vermogen is weer te geven met de zogenoemde Ginicoëfficiënt3. Bij een volledig gelijke verdeling van het vermogen heeft deze coëfficiënt een waarde van 0 en bij een maximale ongelijkheid een waarde van 1. Van de verdeling van Nederlandse vermogens is de coëfficiënt 0,72. Gezien het effectieve tarief in 2005 op erfenissen van ongeveer 14% is bij de erfbelasting slechts in geringe mate sprake van herverdeling. Naar verwachting zal de in 2010 ingevoerde tariefverlaging ook invloed hebben op het effectieve tarief op erfenissen. Naast de erfbelasting kan op grond van de stakingsfictie voor de ondernemer respectievelijk de vervreemdingsfictie voor de aanmerkelijkbelanghouder ook inkomstenbelasting verschuldigd zijn bij het overlijden. Van de erflaters laat namelijk 2% ondernemingsvermogen na. Ook in omvang is volgens het CBS het bedrag gering, namelijk € 361miljoen. Dit zou kunnen betekenen dat ondernemers doorgaans niet wachten met de bedrijfsoverdracht tot het moment van overlijden, ondanks de
aantrekkelijke bedrijfsopvolgingsregeling. Gezien de aandacht in de belastingadviespraktijk voor de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet lijkt deze verklaring weinig plausibel. Een andere verklaring zou zijn dat dit het ondernemingsvermogen is na aftrek van de te verlenen vrijstelling. In 2005 en 2008 werd de voorwaardelijke vrijstelling echter niet direct verleend, maar werd eerst een conserverende aanslag opgelegd en na 5 jaar werd deze kwijtgescholden, als aan de voorwaarden was voldaan. Bij 30% van de erflaters valt de eigen woning in de nalatenschap. Goed voor een totaal bedrag van € 6,6 miljard en een gemiddelde waarde van € 202.000. Wel rust hierop gemiddeld een hypotheekschuld van € 64.000. Recent werd dit ook aan de orde gesteld in de Tweede Kamer in verband met de problemen op de woningmarkt en het feit dat de hypotheekrente doorgaans niet aftrekbaar is voor de erfgenamen. Deze hypothecaire schuld zal doorgaans niet als eigenwoningschuld kwalificeren omdat de woning niet het hoofdverblijf is van de erfgenamen. Opmerkelijk is dat niet alleen erflaters die op relatief jonge leeftijd overlijden een hypotheekschuld nalaten, maar ook erflaters van 65 jaar of ouder. Vanuit financiële planningsperspectief geldt als ideaal, dat de eigenwoningschuld is afgelost bij pensionering.
* Theo Hoogwout is verbonden aan het Fiscaal Economische Instituut van de Erasmus Universiteit en werkzaam bij GREENILLE te Rotterdam. hoogwout@ese. eur.nl 1 http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/inkomen-bestedingen/publicaties/ artikelen/archief/2011/2011-3385-wm.htm 2 http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/inkomen-bestedingen/publicaties/ artikelen/archief/2008/2008-2544-wm.htm 3 Zie Van Gilst, Nijboer en Caminada, De successiebelasting vanuit economisch perspectief, WFR 2008/1423.
Docentartikel
Misschien is hier de aflossingsvrije hypotheek debet aan die sinds medio de jaren negentig populair is. Een andere verklaring kan zijn dat eigenwoningbezitters ter aanvulling van hun AOW een zogenoemde ‘opeethypotheek’ afsluiten. Hierbij wordt geld geleend van de bank ter aanvulling van de consumptieve bestedingen en wordt geen aflossing of rente aan de bank betaald. De rente wordt namelijk bijgeschreven bij de rekeningcourantschuld. Dit is dus geen schuld ter financiering van de eigenwoning, maar een consumptieve schuld die in box 3 valt. Van de erflaters heeft 98% een bank- en spaarrekening. Goed voor een totaal bedrag van € 4,2 miljard en een gemiddelde waarde van € 38.000. Ten slotte bezat ongeveer 15% van de erflaters effecten, met een gemiddelde waarde van € 136.000. Aan beleggen kom je pas toe als je een spaarpotje hebt voor de korte termijn, zodat te verwachten is dat deze erflaters naast de effectenportefeuille ook een spaarrekening hebben. Bij discussies over de erfbelasting komen snel emotionele argumenten naar voren. Tegenstanders van de erfbelasting benadrukken dat deze dubbele heffing tot gevolg heeft, aangezien tijdens het leven van een erflater al belasting is geheven over het inkomen dat hij heeft verdiend. De dubbele heffing ziet dus volgens hen op de heffing van erfbelasting (bij de verkrijger) en inkomstenbelasting (bij een erflater). Hetzelfde geldt voor eveneens aan de Successiewet onderworpen schenkingen. Vanuit juridisch perspectief houdt dit argument geen stand, aangezien erfbelasting wordt geheven van een verkrijger en niet van een erflater of schenker. De vraag doet zich voor of vanuit economisch perspectief sprake is van dubbele heffing? Het vermogen van een erflater of schenker kan afkomstig zijn uit verschillende bronnen. Zo kan hij zelf schenkingen of erfenissen hebben ontvangen, bedragen hebben gewonnen bij een kansspel, vermogenswinst hebben behaald door de stijging van de waarde van bijvoorbeeld zijn eigenwoning of beurs genoteerde aandelen. Ook de schenkingen of erfenissen die zijn ontvangen kunnen hun oorsprong in diverse bronnen hebben. Hiernaast kan een erflater of schenker geld hebben gespaard dat is behaald met inkomen uit arbeid of winst uit onderneming. Uiteraard kan tot het vermogen ook ondernemingsvermogen behoren. Inkomstenbelasting wordt onder andere geheven over inkomen uit arbeid of winst uit onderneming. Indien het aldus ontstane inkomen wordt gespaard en vervolgens vererft is daarover erfbelasting verschuldigd door de verkrijger. Over schenkingen moet de verkrijger schenkbelasting betalen. Iets dergelijks kan zich ook voordoen bij het vererven van ondernemingsvermogen. Bij de vererving van zowel een zelfstandige onderneming als de aandelen in een besloten vennootschap moet afgerekend worden over de inkomstenbelastingclaim ten laste van de erflater, maar deze kan ook worden doorgeschoven naar de erfgenaam. In die eerste situatie vererft dus vermogen waarover de erflater inkomstenbelasting heeft betaald. Bij de meeste eigenwoningbezitters is de aankoopsom van de woning afkomstig uit gespaard inkomen, waarover inkomstenbelasting is betaald. Uiteraard geldt dit ook voor de
deAANSLAG!
aflossing van de eigenwoningschuld of voor de premies van de kapitaalverzekering waarmee de eigenwoningschuld wordt afgelost. Voor de woningen in Nederland geldt dat een deel van de waardestijging is ontstaan door de mogelijkheid om de hypotheekrente in aftrek te brengen van het progressief belaste inkomen. Nederland kent geen vermogenswinstbelasting, dus over waardestijgingen is in principe geen belasting verschuldigd. Voor zover het vermogen van de erflater hierdoor is gevormd is dus geen sprake van een dubbele heffing, maar van gesubsidieerde vermogensvorming. Voor de meeste inwoners van Nederland is de eigenwoning zijn grootste vermogensbestanddeel en bestaat de nalatenschap vooral uit de waarde van de eigenwoning. Bij overlijden zal een deel van deze waarde bestaan uit de aankoopsom en een deel uit de gedurende de bezitsperiode ontstane waardestijging. Zoals hiervoor is besproken, is voor de waardestijging geen sprake van een dubbele heffing. Er is al met al noch vanuit juridisch, noch vanuit economisch perspectief sprake van dubbele heffing. De vermogenswinst die de eigenaar behaalt bij verkoop van zijn woning gaat ten koste van de starter op de woningmarkt. Voor de aankoop van zijn woning, moet deze laatste zich zwaar in de schulden steken. Een vermogensovergang van de jongere naar de oudere generatie dus. Hierbij is iets opmerkelijks aan de hand, aangezien deze starters voor een deel ook de erfgenamen zijn van de huidige woningbezitters. Kinderen van eigen woningbezitters financieren dus indirect via de aankoop van een eigen woning, voor een deel hun eigen erfenis.
37
deAANSLAG!
38
De Tien
De Tien…
beste vliegvelden om ‘tax free’ te winkelen Door: Wajid Hassan
Het studiejaar loopt ten einde, de (her)tentamens zijn achter de rug en wellicht heeft u al grote plannen gesmeed om het vliegtuig te pakken en (ver) weg te gaan van de campus, die nog altijd under construction is. Als u dan de komende tijd op een vliegveld vertoefd en u bent iets vergeten te kopen of u wacht op een andere vlucht, bestaat de mogelijkheid om te shoppen. Wat zijn hiervoor eigenlijk de beste vliegvelden?
6.
1.
7.
London Heathrow Airport
Heathrow is met 69,4 miljoen passagiersafhandelingen in
uitgebreid (u weet wel waarom; het doet nog steeds pijn). Hier treft u wellicht niet de laagste prijzen aan, maar u ontvangt doorgaans wel korting op producten, welke kan oplopen tot 40 procent in vergelijking met prijzen in de binnenstad.
Miami International Airport
Het vliegveld van Miami vormt voor de Verenigde Staten een
vliegveld van Miami. Dit heeft namelijk veel weg van een normaal
Gucci, Dior, Cartier en Armani. Als u echter op zoek bent naar
winkelcentrum. Naast luxe producten zijn er ook elektronicazaken
andere winkels, dan kunt u terecht in de in 2008 geopende
en andere winkels zoals l’Occitane.
8.
Hong Kong International Airport
Het nabijgelegen SkyCity herbergt, naast de AsiaWorld-Expo, ook SkyPlaza en SkyPier. In het complex vindt u allerlei winkels
Zurich Airport
en producten. Verder kunt u er ook golfen, als u daar zin in
U kunt via de website vooraf heerlijke ambachtelijke chocolade uit
hebt. Bovendien geldt in SkyMart (terminal 1) een zogenaamde
Zwitserland bestellen. Als u al het zoeken op internet echter zat
‘downtown pricing guarantee’. Dit houdt in dat de prijs van een
bent, kunt u ook gewoon langsgaan. Verder vindt u hier de beste
product hier niet hoger is dan de prijs die u zou betalen als u het
Zwitserse merken.
product in de stad zou kopen. Vergeet echter niet om op tijd terug te
Vancouver International Airport
Op het meest westelijk gelegen vliegveld in Canada treft u veel
keren naar de juiste terminal en gate om aan boord te stappen.
9.
Frankfurt Airport
Sinds het begin van 2012 gaan er vluchten naar maar liefst 275
voor leuke souvenirtjes voor thuis of als geschenk voor een
bestemmingen in 111 verschillende landen. Hiermee is het een van
vriend(in).
de drukste vliegvelden in Europa. De winkels op het vliegveld in Frankfurt beslaan een oppervlak dat gelijk is aan vier voetbalvelden.
Incheon International Airport
Om de aandacht te trekken van reizigers, worden verschillende
Het grootste vliegveld van Zuid-Korea is het drie na grootste producten, is hier de eerste winkel van Louis Vuitton op een vliegveld gevestigd. Als u nog tijd over heeft tijdens het wachten
vliegveld is als beste vliegveld in Afrika beoordeeld en is in 2010
maar wilt winkelen dan kunt u ook heel goed terecht op het
vliegveld in de wereld om te winkelen. Naast de gebruikelijke
5.
gelegen vliegveld tot de 100 drukste vliegvelden ter wereld. Dit
variëteit aan winkels. In terminal 3 zijn winkels gevestigd zoals
verschillende boetiekwinkels aan. Daarnaast kunt u hier terecht
4.
dan 100 winkels gevestigd. Bovendien behoort het in Johannesburg
gateway naar Zuid-Amerika. Als u niet op het strand wilt zijn,
van 48.000 vierkante meter.
3.
Nationaal Congres, Oliver Tambo, vernoemd vliegveld zijn meer
vliegveld kent in totaal vijf terminals. Er is een relatief grote
voldoende winkels, welke gezamenlijk een oppervlakte hebben
OR Tambo International Airport
Op het in 2006 naar een voormalig president van het Afrikaans
het afgelopen jaar één van ’s werelds drukste vliegvelden. Het
terminal 5. Ook buiten de twee terminals zijn er meer dan
2.
(merk)producten tegen scherpe prijzen aangeboden. Sla uw slag.
10. Dubai International Airport
Do buy. Waarom eigenlijk? Kijken, kijken en niet kopen, dat is ook
dan kunt u zich wellicht vermaken door een bezoek te brengen aan
geen schande. Als u tijdens uw verblijf in The City of Gold niet
één van de winkels.
in aanraking bent gekomen met goud dan ontkomt u hier op
Schiphol
het vliegveld zeker niet aan. Goud is namelijk een van de meest verkochte producten. Hier louter rondkijken kan dus geen kwaad. De
In alle hectiek toch nog iets belangrijks vergeten in te pakken?
meeste winkels zijn gevestigd in de Sheikh Rashid Terminal, welke
Of wilt u nog graag een presentje meenemen uit Nederland voor
ook wordt aangeduid als ‘the Concourse’. Do buy, maar laat u niet
iemand? Dan bieden de winkels op Schiphol uitkomst. See, buy, fly.
verrassen, want is ‘tax free’ ook echt tax free?
Foto’s Borrel i.s.m. KPMG Foto’s Meijburg Studiereis & Co
Borrel i.s.m. KPMG Meijburg & Co
deAANSLAG!
39
40
deAANSLAG!
Foto’s Actievenweekend
Actievenweekend
Actievenweekend 2012 - Berlijn
deAANSLAG!
Actievenweekend 2012 - Berlijn Op Stufi dag in mei was het dan eindelijk zo ver. Donderdagochtend om 8 uur verzamelden wij op Rotterdam Centraal. Met veel onuitgeslapen gezichten, maar bijgespekte betaalrekeningen, vertrokken wij vervolgens met de trein naar Berlijn. Na een uurtje of zeven reizen kwamen we aan in het Industiepalast hotel aan de Warschauerstraße, midden in het uitgaansgebied van Oost-Berlijn.
Nadat we allemaal waren bijgekomen verzamelde iedereen zich om met z’n allen te gaan eten in een leuke pizzeria. Na het eten, waarbij meneer de voorzitter traditiegetrouw een karaf wijn atte, ging iedereen terug naar het hotel om zich te verkleden voor het uitgaan. Aangezien we op de gastenlijst van Club Matrix stonden, mochten we gelijk allemaal naar binnen. De hele groep stond tot in de late uurtjes op de podia en de dansvloer. Gelukkig lag de club tegenover het hotel, dus we konden zo ons bed in rollen. De volgende ochtend stond de helft van de groep al om tien uur klaar om de stad te gaan verkennen met de fiets. De rest van de groep had besloten het sightseeing nog een dagje uit te stellen en de tweede dag toch maar te besteden aan het heerlijke strand met zwembad. Om 6 uur werd weer verzameld in de lobby voor een gezellige borrel in een bekende Biergarten van Oost-Berlijn. Na het eten werd de almanak atwedstrijd gehouden. Hierna ging een gedeelte van de groep weer dansvloeren onveilig maken. Een ander gedeelte ging, zoals elk jaar, naar een stripclub, waar sommige hun ogen niet van de dames af konden houden, en een enkeling zijn ogen niet open. De volgende dag ging iedereen de stad bekijken, waar de jongens van de acco besloten dat het mexicaanse bier toch wel een goed medicijn was tegen de katers. Daarom moest maar een marathon worden ingezet. Rond zeven uur verzamelde iedereen zich weer in het hotel om afsluitend te gaan eten bij een hip Duits cocktail restaurant, waar de schnitzels en pasta er bij iedereen goed ingingen. Na het avondeten ging de hele groep voor de laatste avond Berlijn in om eerst een paar drankjes te doen en vervolgens naar de matrix te gaan, waar vanwege het Berlijnse Karnivale schaars geklede dames in verenkostuums op de bar stonden te dansen. Wij hebben de matrix nog even goed op stelten gezet om te zorgen dat ze Rotterdam niet meer snel zullen vergeten. Om half zeven ´s ochtends stond iedereen weer in de lobby om zich weer, een stuk rustiger dan de heenreis, terug naar Nederland te begeven. Tegen half 4 was iedereen weer uitgeput in Rotterdam. Het was een weekend waarin het wel rustig was maar er niemand is uitgerust, kortom: een fantastisch weekend!
41
42
deAANSLAG!
TJP-diner
Foto’s TJP-diner
Tax Jurisprudence Program
deAANSLAG!
Tax Jurisprudence Program De tijd vliegt voorbij en het collegejaar 2011-2012 is alweer bijna ten einde. Dit geldt ook voor het Tax Jurisprudence Program 2011-2012. In dit artikel zal de commissie een korte
terugblik geven op het verloop van het programma en alle bijbehorende bijeenkomsten. Zoals bij ieder programma moest ook voor het TJP een selectie van studenten worden gemaakt. Na deze strenge selectie zijn uiteindelijk 24 deelnemers uitverkoren om deel te nemen aan het programma. Het programma werd voor het tweede achtereenvolgende jaar ten uitvoer gebracht en kende enkele wijzigingen. Voorheen werd een zestal avonden georganiseerd en dit aantal werd uitgebreid naar acht sessies. Waarom vraag je je waarschijnlijk af. De reden is simpel. Wij fiscalisten vinden de wondere wereld van belasting zó interessant dat wij daar nog meer over willen leren. Daarnaast werd in deze editie van het Tax Jurisprudence Program een belangrijke wijziging doorgevoerd. Zo werd in deze jaargang de zogenaamde ‘oefenrechtbank’ geïntroduceerd. Tijdens iedere sessie werd een zestal deelnemers, verdeeld over twee groepen, aangewezen om te pleiten als belastingadviseur of -inspecteur. Vooraf werd een casus beschikbaar gesteld waarover enige mate van discussie tussen beide partijen zou moeten ontstaan. Naderhand werd door enkele vakbekwame rechters, bestaande uit een docent van FEI BV of de capaciteitsgroep Fiscaal Recht en een medewerker van een belastingadvieskantoor, een oordeel gegeven over de kwestie. De eerste sessie werd vormgegeven aan de hand van het thema formeel belastingrecht. Voor velen een minder bekend aspect, dat speelt in de fiscale wereld. Deze sessie bleek desalniettemin zeer levendig uit te pakken. Zo werd tijdens deze avond de heffingsrente in relatie tot de beginselen van behoorlijk bestuur besproken. Alle deelnemers waren enthousiast en stelden dan ook volop interessante vragen. Tijdens de tweede avond werd het onderwerp loonbelasting besproken. Voor de meeste studenten is dit een onderdeel dat tijdens de normale collegecyclus weinig
aan bod komt en hiermee vormde deze sessie dan ook met name een opfriscursus voor de deelnemers. Tijdens het verloop van de avond werd de casus ‘Vlugge Japie’ als zeer spraakmakend beschouwd waarbij de casus verdacht veel leek op een parodie van de Gouden Kooi. Tijdens de derde sessie stond de omzetbelasting centraal. Het arrest Don Bosco, voor velen een bekend arrest, werd uitvoerig besproken. Wellicht zijn sommige deelnemers onder ons zelfs tot een hernieuwd inzicht gekomen tijdens de behandeling van deze jurisprudentie. Is er sprake van de levering van een bouwterrein of toch van een onroerende zaak? In sessie vier werd stilgestaan bij de positie van de directeur grootaandeelhouder (DGA). Daarbij werd de positie van de DGA in verschillende belastingwetten geanalyseerd. Dit resulteerde vervolgens in een casus voor de oefenrechtbank waarbij diverse belastingen een rol speelden in de uitkomst van dit ‘arrest’. De onzakelijke lening, wie kent het niet? Dit was het onderwerp van de vijfde sessie waar de vennootschapsbelasting werd behandeld. De avond werd met name interessant door de tegengestelde opinie die de twee gastsprekers van de avond hadden. De discussie werd daardoor op een hoog niveau gevoerd waarbij enkele deelnemers zich ook sterk lieten gelden in de discussie. Tijdens de zesde sessie stond de fiscale procesvoering centraal. Dit was één van de nieuwe onderwerpen van het Tax Jurisprudence Program. Aan de hand van de vooraf bestudeerde jurisprudentie werden enkele doorslaggevende details door de gastsprekers belicht. Tevens werd nader ingegaan op enkele relevante aspecten waar een fiscalist zich tijdens een fiscale procedure van bewust dient te zijn en werden bruikbare tips gegeven. Daarnaast is het van belang om op te merken dat
de gastsprekers, die met regelmaat betrokken zijn bij fiscale procedures, hun complimenten gaven aan de wijze waarop de oefenrechtbank werd uitgevoerd. Tijdens de zevende bijeenkomst kwamen internationale aspecten aan de orde. Voor Bachelor-3 studenten fiscale economie was dit tevens een eerste kennismaking met het internationale belastingrecht. Daarbij werd het OESO-Modelverdrag, enkele richtlijnen en specifieke belastingverdragen van Nederland nader geanalyseerd. Al met al was het een zeer leerzame avond. De achtste sessie werd enigszins anders vormgegeven dan de voorgaande avonden. Tijdens deze avond werd geen oefenrechtbank georganiseerd, maar werd het onderwerp Douane geïntroduceerd. Dit is het tweede onderwerp dat dit jaar nieuw werd opgenomen in het Tax Jurisprudence Program. Aan de hand van de gastsprekers van deze avond werden de deelnemers wegwijs gemaakt in de wereld van de Douane, een tot dan toe onbekend terrein voor vele studenten. Op 14 juni heeft het afsluitende diner plaatsgevonden te Amsterdam. Daar werd een grachtentocht georganiseerd en hebben alle deelnemers en andere betrokkenen kunnen genieten van een hapje en een drankje. Tot slot werden de certificaten uitgereikt aan de deelnemers. Het was een feestelijke afsluiting van het Tax Jurisprudence Program. Wellicht denk je nu: had ik maar meegedaan aan dit leerzame, maar bovenal leuke programma. Wees niet getreurd, volgend jaar zal opnieuw een Tax Jurisprudence Program worden georganiseerd door de Christiaanse Taxateur! De TJP-commissie 2011-2012, Vincent Meijerman Steffie Klein Pascal van Gurp
43
44
deAANSLAG!
De Stelling
Stelling:
De overdrachtsbelasting vormt een boete op verhuizen en moet daarom worden afgeschaft.
Het demissionaire kabinet heeft vorig jaar juli aanvankelijk voor één jaar het tarief van de overdrachtsbelasting van 6% verlaagd naar 2%. Dit zal in principe nu ook een tijdje zo blijven (zie het Lenteakkoord, het Kunduz-akkoord of hoe u het ook wilt noemen). Hiermee probeert de regering de woningmarkt die op slot zit, een impuls te geven en de mobiliteit op de huizenmarkt te stimuleren. Er wordt in de literatuur echter al langer gepleit om de overdrachtsbelasting in het geheel af te schaffen, omdat een rechtsgrond hiervoor ontbreekt. Aan de andere kant kan worden gepleit dat de overdrachtsbelasting intact moet blijven, zeker in de huidige economische situatie waarin elk cent voor de schatkist hard nodig is. Wat is uw mening hierover? Lees hieronder enkele reacties op de bovenstaande stelling.
Liesbeth van den Heuvel, Masterstudente Fiscaal Recht
Afschaffing van de overdrachtsbelasting zou de ineengestorte huizenmarkt uit het slop kunnen trekken. Ik vraag me af of de woningmarkt dusdanig elastisch is dat een verlaging van 2% naar 0% de huizenverkoop enorm doet stijgen. Ik denk dat het effect voor de woningverkoop zeer minimaal is, waar tegelijk het negatieve effect voor de schatkist veel groter is. Op de korte termijn lijkt mij afschaffing nuttig noch wenselijk. Ik ben wel voorstander van een herziening van het gehele Eigen Woning regime, waarbij het draagkrachtbeginsel meer centraal staat en er meer balans ontstaat tussen de financiering met eigen vermogen en vreemd vermogen. De overdrachtsbelasting kan als onderdeel van deze brede herziening ook niet meer in stand blijven vanwege het gebrek aan een deugdelijke rechtsgrond en de flexibiliteit van wonen (en daarmee werken) verkleint.
Daphne Oudshoorn, Masterstudente Fiscale Economie
Mee eens. De overdrachtsbelasting verstoort zowel de huizenmarkt als de arbeidsmobiliteit. Om deze redenen mag de overdrachtsbelasting naar mijn idee zeker een boete op verhuizen worden genoemd. Door het heffen van overdrachtsbelasting wordt het lastiger te verhuizen. De tijdelijke verlaging van de overdrachtsbelasting in de woningmarkt mag naar mijn idee dan ook worden gevolgd door het afschaffen van de overdrachtsbelasting. En hoewel dit verder gaat dan de geponeerde stelling mag wat mij betreft de hypotheekrenteaftrek ook op de schop en de eigen woning naar box 3. Op naar hervormingen in de woningmarkt!
Nicolet van Dijke, Masterstudente Fiscaal Recht
Ik denk dat het afschaffen van de overdrachtsbelasting een stap in de goede richting is, maar ik denk wel dat er op de lange termijn meer ondernomen moet worden om de woningmarkt volledig uit het slop te helpen. Bij een afschaffing zullen kopers netto minder gaan betalen en verkopers zullen iets sneller kopers kunnen vinden. Dit zal op korte termijn het aantal transacties stimuleren en zal positieve effecten kunnen hebben voor het vertrouwen in de woningmarkt en de economie. De afschaffing is denk ik psychologisch belangrijk, omdat het kopers zal triggeren en het dus de woningmarkt ten goede zal komen. Minpunt is dat er minder geld de staatskas binnenkomt, maar ik denk dat de opleving van de woningmarkt de economische groei zal bevorderen en dit dus snel terugverdiend is.
De Stelling
deAANSLAG!
Jasper Sonneveld, 3e jaars Fiscale Economie
Ik ben het absoluut eens met de stelling. In het Kunduz-akkoord van 26 april jl. is overeengekomen de overdrachtsbelasting structureel op 2% te zetten. Om de woningmarkt nog een extra stimulans te geven zou de regering moeten besluiten de overdrachtsbelasting volledig af te schaffen. Wanneer je voor een huis 2% minder betaalt, merk je dat direct in je portemonnee. Mensen zullen toch eerder bereid zijn om te verhuizen, wat de woningmarkt goed zal doen. Daarnaast zal het afschaffen van de overdrachtsbelasting het kopen van een huis door starters stimuleren. Ondanks dat Nederland op dit moment nog in een recessie verkeert en iedere euro meer dan welkom is voor de staatskas, denk ik dat deze maatregel om de langere termijn beter is voor de economie en de huizenmarkt. De overdrachtsbelasting met een tarief van 2% levert de staat “maar” circa 1 miljard euro per jaar op. Wanneer de woningmarkt weer opleeft zal dit positieve gevolgen hebben voor de economie en zal deze 1 miljard snel zijn terugverdiend.
Marilou de Kok, 3e jaars Fiscale Economie
Overdrachtsbelasting heeft slechts een budgettaire functie. Afschaffing zou een goed begin zijn om de woningmarkt in beweging te brengen en de bouwsector een boost te geven. Ik verwacht echter een minimale boost, zolang er geen extra veranderingen worden doorgevoerd. De economie staat en valt met vertrouwen van belastingplichtigen en ook zij weten dat de 4 miljard euro die de overheid door de afschaffing jaarlijks misloopt, ergens moet worden terugverdiend. Met dit in het achterhoofd zullen belastingplichtigen gereserveerd blijven handelen. Om de woningmarkt voor langere tijd te stimuleren zou de afschaffing van overdrachtsbelasting kunnen worden gecombineerd met een geleidelijke terugloop van de hypotheekrenteaftrek. Hierdoor blijven de overheidsinkomsten in stand, is er duidelijkheid voor belastingplichtigen, zullen zij sneller handelen op de woningmarkt om nog zoveel mogelijk van de aftrek te genieten en lossen mensen tevens hun hypotheek sneller af. Een mogelijke win-win situatie!
René van der Paardt, docent Fiscale Economie
Deze veelgehoorde stelling klinkt logisch. Verhuizen naar een koopwoning brengt naast de koopsom van de woning veel kosten met zich mee en de heffing van overdrachtsbelasting vormt een extra bedrag dat de koper moet opbrengen om de koopwoning te kunnen betrekken. Bovendien financieren de banken en andere financiële instellingen niet langer de volledige koopsom, laat staan dat ook de overdrachtsbelasting meegefinancierd kan worden, hetgeen vroeger, voor de crisis in de financiële wereld, veelal wel het geval was. De huidige verlaagde overdrachtsbelasting van 2% op woningen helpt in die zin en de Kunduz-coalitie heeft besloten dit lagere tarief voor woningen ook na 1 juli 2012 te handhaven. De makelaars waren opgetogen bij dit besluit en hopelijk helpt deze verlaging ook echt om het aantal transacties weer te laten stijgen, de doorstroming op gang te brengen en veel mensen die (soms noodgedwongen) willen verkopen uit de brand te helpen. Of het afschaffen van de overdrachtsbelasting op woningen dan een extra stimulans zal zijn, is de vraag. Ik denk het niet, omdat de onzekerheid over de aftrekbaarheid van hypotheekrente, onzekerheid over werkgelegenheid en een laag consumentenvertrouwen, naar mijn mening een grotere rol spelen bij het stagneren van de woningmarkt dan de overdrachtsbelasting. Het laag houden van het tarief is een goede zaak en als de andere genoemde factoren van onzekerheid tot het verleden behoren en de banken in staat zijn om weer passende woningfinanciering te verschaffen, kan alsdan bezien worden wat te doen met de overdrachtsbelasting. Als de woningmarkt aantrekt zou men weer kunnen besluiten het tarief (stapsgewijs) te verhogen. Immers de heffing vormt al sinds lange tijd een aanzienlijke en gemakkelijk inbare inkomstenbron voor de overheid. Bovendien als men aan afschaffen denkt, wat dan te doen met de heffing van overdrachtsbelasting op andere onroerende zaken dan woningen? Nu is de markt voor de verkoop van kantoren, bedrijfsruimten en winkels op dit moment ook allerminst florissant, dus zou het volledig afschaffen van de overdrachtsbelasting ook daarvoor niet onwelkom zijn. Maar ook in de impasse in deze markten kan een kentering komen en is een belasting eenmaal afgeschaft dan is herinvoering lastig. Dus tegen lagere tarieven zeg ik ja, maar tegen afschaffen: niet doen.
45
deAANSLAG!
46
Column / Winnaar prijsvraag / Agenda
Winnaar Prijsvraag
Naïef
Column
Lekker shoppen op het vliegveld omdat het daar goedkoper is, betreft één van de grootste misvattingen van de gemiddelde burger. Al vanaf 1999 zijn Taxfree voordelen verboden op Europese vliegvelden. Dat de burger wel vaker geen benul heeft, wijst de grote aantrekkingskracht van de Mediamarkt uit. Drommen mensen denken, dat de Mediamarkt een aantal keer per jaar een cadeautje van de overheid krijgt in de vorm van de verkoop van producten zonder btw. Niets is minder waar! Het zijn enkel slimme marketingtrucs. Dat de burger wel vaker blindelings gelooft wat hem wordt voorgeschoteld, is zeker niets nieuws onder de zon. Voorbeeld. Het nieuws meldt dat een juwelier is doodgeschoten. Heel Nederland schreeuwt moord en brand; de winkelier is niet meer veilig door toenemend geweld. Het ergste is dan zo’n voorbijganger in de straat waar het delict zich heeft voorgedaan. ‘Mevrouw, wat vindt u nu van dit voorval’ vraagt de reporter. Mevrouw: ‘Ik laat altijd mijn hond uit in deze straat, maar de laatste tijd voelde ik me niet echt veilig. Ik merkte het zelfs aan mijn hond. Dat dit nu gebeurde bevestigde dit gevoel.’ Voor je het weet wordt de hondenfluisteraar ingeschakeld en luistert heel Nederland naar de gevoelens van één of andere oplichter, die spreekt uit hoofde van een vrolijke viervoeter. De week erop staat in een degelijke krant te lezen, dat statistisch het aantal overvallen op winkeliers afneemt. De gemiddelde RTL-Boulevardkijker leest echter niet een degelijke krant. Voor je het weet leeft in Nederland het idee dat bepaalde zaken als waarheid zijn aan te merken. Politieke partijen spelen daar goed op in. Ik noem bijvoorbeeld de PVV. De partij die onder andere strijdt voor hardere aanpak van criminelen. Ik vind dat persoonlijk nogal grappig. Niet zozeer vanwege het feit dat de door hun veronderstelde criminaliteit zwaar overdreven wordt, maar vanwege het feit dat de PVV zelf bestaat uit criminelen. Onderzoek wees uit dat de fractieleden van de PVV goed zijn voor 50,3 jaar gevangenisstraf. Toch stemmen Nederlanders massaal op de PVV. Waarom? Naïviteit. Wordt dadelijk leuk bij de verkiezingen. In plaats van een gedecimeerde PVV, wordt zij weer één van de grootste partijen. Als premier krijgen we de Nederlandse equivalent van Hollande; dhr. Roemer. Nieuwtje voor de fiscalist! Zoals u weet kent de SP een afdrachtregeling. Als de SP de grootste wordt, moeten we dit woord goed onthouden, het wordt dé nieuwe IB ’01. Lekker afdragen aan Moedertje staat zoals in de voormalige Sovjet. Tip! Stem, maar stem niet op de SP of de PVV. Voor nu alvast een welverdiende vakantie toegewenst. En oh, als u op het vliegveld bepakt en bezakt iemand met ‘taxfree producten’ van een Europese luchthaven treft, dan weet u gelijk zijn of haar favoriete nieuwsmedium; Hart van Nederland. Martijn Schippers Bachelor 3 student Fiscaal Economie
Het goede antwoord was: “Voor fiscalisten is de wereld het speelveld!”. De winnaar van de prijsvraag van Aanslag 3 is Emilie Boot. Zij wint een golfarrangement voor twee personen bij Golfcentrum Rotterdam, waarbij zij en een vriend(in) onder begeleiding van een Golfprofessional golftechnieken aanleren en/of verbeteren. Gefeliciteerd en veel plezier!
Agenda Juni 2012 14 juni: 22 juni: 29 juni: 29 juni:
Tax Jurisprudence Program Diner Eindactiviteit Congres Bestuursbekendmakingsborrel
Zomervakantie!! Naast bovenstaande activiteiten zullen er nog diverse andere activiteiten en borrels worden georganiseerd. Houd daarom onze website, www.christiaanse-taxateur.nl, goed in de gaten voor updates en eventuele wijzigingen!
“Ikwilsnel vanm’noude boekenaf.”
Wij kopen je tweedehands boeken op, dat is wel zo makkelijk.
OPKOOP GARANTIE studystore.nl
*Kijk voor meer informatie en de voorwaarden van onze garanties op studystore.nl
t Th“Grant ornton heeft heeft de ambitie Thornton de ambitie om te groeien, net zoals ikzelf.” groeien, net zoals ikzelf.” Abderrahim Amakran, junior belastingadviseur
Abderrahim Amakran, junior belastingadviseur
Onze ruimte, jouw groei Meer weten over de carrière van Abderrahim en zijn collega’s? Of benieuwd naar onze mogelijkheden? Scan de QR of surf naar onze website.
www.carrierebijGT.nl
Onze ruimte, jouw groei Accountancy - Belastingen - Advies