BIND middel Personeelsblad Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel
Jaargang 1 #1, februari 2013
De gelukkige klas
www.ooada.nl
VERtekenen
VERleiden
Personeelsblad Nieuwe Stijl Elke zaterdag kijk ik uit naar de PS van de Week van Het Parool. Het is een goed geschreven bijlage over gewone en ongewone dingen uit het normale leven van de stad waar ik van houd, uit het leven dat ik herken. Gretig been ik elke zaterdag naar de voordeur bij het horen van het vertrouwde brommen van de naderende scooter van de krantenbezorger. Na het geklepper BINDmiddel is het personeelsblad van Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel jaargang 1 #1, februari 2013
2
van de brievenbus sjok ik dan tevreden met mijn buit naar keukentafel en koffiezetapparaat. Het weekend kan beginnen.
De redactie, even voorstellen
´Bindmiddel´ is de naam van ons vernieuwde personeelsblad.
Maaike Sluijter Intern begeleider en lid van het managementteam van De Springstok
Het doet me denken aan de PS. Het ziet eruit als een magazine. Genoeg inhoud, maar niet te zwaar. Ik lees dingen die mensen
Inhoud
De gelukkige klas
VERtekenen
Cartoon OwA&AdA
Colofon
3
VERleiden
Voorwoord
Herbert de Bruijne
3
VERgezicht
ADHD-behandeling is meer dan een pilletje
Maaike Sluijter
4
VERrassen
Teach like a champion
Marianne Rozendaal
6
VERdiepen
PBS: Naar een gelukkiger school?
Ronald Blikman
7
VERdelen
Gedragsproblemen in een gelukkige klas
Annemarie Jongkoen
8
VERdiepen
Maaike Sluijter
10
Fotografie Rob Wolthuis Bovenschools ICT-coördinator OOadA
aan de slag is. Het is een enorme uitdaging om op dit punt
Zorgstudent inzetten op school
VERspreken
Column Bove-landers
Peter Bovelander
12
Eindredactie
Taco Stroo
ook niet alleen als school, maar vooral samen als Stichting
VERbreden
Op de zeepkist: ‘Wat wij van de Finnen kunnen leren’ Taco Stroo
13
Druk
Raddraaier BV
Vijf jaar Openbaar Onderwijs aan de Amstel
14
Ronald Blikman Schoolleider van de Merkelbachschool
Taco Stroo
Herbert de Bruijne en
2
Peter Bovelander
VERpersonaliseren
Gevolgen van de bezuinigingen op de ID-banen
Tima Baar
15
Startersprogramma
Tima Baar
15
VERbeelden
Merkelbachschool in beeld
Rob Wolthuis
16
en VERder ...
Volgende uitgave
16
kunnen herkennen uit hun dagelijkse praktijk. Het vertelt over nieuwe dingen die ook bij jou zouden kunnen werken. Ik kan het even wegleggen en makkelijk weer oppakken.
Annemarie Jongkoen Schoolleider van De Witte Olifant Marianne Rozendaal Leerkracht en taalspecialist op De Kleine Reus Taco Stroo Algemeen beleidsmedewerker OOadA Ontwerp Lilian de Jong Toewan Grafische Communicatie
De gelukkige klas, een special over gedrag. Een goed gekozen thema voor het eerste nummer, want dit onderwerp houdt de gemoederen binnen onze organisatie behoorlijk bezig. Ook dit jaar raakten een aantal kinderen en groepen in de knel door gedragsproblemen. Het lijkt een snel groeiend fenomeen. En dat terwijl iedereen zo geestdriftig met het pedagogisch klimaat
successen te gaan boeken, niet alleen als individuele leerkracht,
Openbaar Onderwijs aan de Amstel. Een gelukkige klas, is dat niet onze core business?
Houd jij van schrijven en wil je graag meewerken aan BINDMIDDEL, stuur dan een mail naar
[email protected] of bel: 020 5776044 / 0641487673
Namens de algemene directie OOadA, Herbert de Bruijne
Zie voor een digitale versie van het blad: www.openbaaronderwijsaandeamstel.nl 3
gouden tips voor leerkrachteN
Bron foto: The Busy People
VERgezicht
van problemen. We focussen op het leren hanteren van de nadelen en het ontdekken en benutten van de talenten van een kind. The Busy People richt zich verder op de funfactor en op succeservaringen. Als een kind een hoger cijfer haalt voor een bepaald vak, is dat al een hele stap.’
The Busy People
ADHD-behandeling is meer dan een pilletje Druk gedrag. Elke leerkracht heeft ermee te maken. Maar wat is het verschil tussen druk gedrag en ADHD? Hoe kan ADHD het beste behandeld worden? En hoe kan een leerkracht ermee omgaan? Een gesprek met Ron Heinrich, GZ-psycholoog en behandelaar bij The Busy People.
The Busy People, een nieuwe naam in de wereld van de gedragsproblematiek. Hoe is The Busy People ontstaan? ‘The Busy People bestaat sinds 1 november 2011. Het is opgericht vanuit de gedachte dat er bij de behandeling van ADHD, maar ook ASS, veel meer te bieden is dan tot nu toe geboden is. Bij kinderen is sprake van ‘onderdiagnostiek’, maar ook van ‘overdiagnostiek’. Er wordt dan meteen gezegd dat een kind ADHD heeft en er worden pillen in gestopt. Maar zijn die pillen echt nodig? Want met die medicatie is bijvoorbeeld de achterstand die het kind op school heeft opgelopen, niet ingehaald.’ 4
Ze worden negatief door anderen bejegend Wat doet The Busy People dan anders? ‘Wij kijken verder dan alleen de pillen. Een medische behandeling van ADHD gaat bij ons altijd samen met een praktische aanpak
Wat merkt de school, als een leerling onder behandeling is bij The Busy People? ‘De school is vanaf de aanmelding betrokken. De samenwerking met school vinden we belangrijk. We werken met coaches. Zij coachen het kind op het dagelijks functioneren: thuis, op straat, maar ook op school. De coaches komen observeren in de klas en helpen de leerling met het plannen en organiseren van het schoolwerk. Verder stemt een coach de juiste aanpak af met de leerkracht en helpt deze daarbij.’ Hoe ziet, naast de inzet van coaches, de verdere behandeling eruit? ‘Elke behandeling is maatwerk en individueel afgestemd. Een kind kan bijvoorbeeld cognitieve therapie nodig hebben. Veel kinderen met ADHD hebben een negatief zelfbeeld. Ze worden negatief door anderen bejegend en dom of ongeïnteresseerd genoemd. Door cognitieve therapie geven we een positieve wending aan negatieve gedachten en gevoelens. Het is belangrijk dat een behandeling zo vroeg mogelijk, het liefst op de basisschool, wordt ingezet. Zo heeft een leerling de minste kans om af te zakken.’ Kunnen jullie ook iets betekenen in de samenwerking tussen school en ouders? ‘In gesprek blijven is het belangrijkste. Wij kunnen leerkrachten helpen het gedrag van een kind bespreekbaar te maken bij de ouders. Vaak zien we dat ouders en school elkaar de schuld geven en wederzijds verwijten maken. Vanuit de school is een negatief beeld van de ouders en de ouders zeggen dat de school het gedrag van hun kind niet aanpakt. Aan de ene kant is het belangrijk dat de ouders leren inzien dat de school niet het probleem kan oplossen. Aan de andere kant moet de school beseffen dat, als ouders horen dat hun kind ADHD heeft, er een acceptatieproces volgt. Het gaat dus om wederzijds begrip kweken en dat kan alleen door in gesprek te blijven. The Busy People helpt daarbij.’
Wat is eigenlijk het verschil tussen ‘gewoon’ druk gedrag en ADHD? ‘Druk heeft een negatieve klank, maar is eigenlijk een positief woord. Het betekent dat kinderen zin hebben en enthousiast zijn. Er is meer drukte te zien aan het einde van de middag, op het schoolplein en in bepaalde maanden van het jaar. Dat is logisch. Maar het verschil tussen gewoon druk en ADHD is de mate waarin het gedrag tot uitval leidt. Vooral problemen met concentratie en plannen spelen daarbij een rol. Een kind met ADHD komt vaak niet tot werken, omdat het de instructie alweer kwijt is. ’ Heeft u gouden tips voor leerkrachten voor de omgang met kinderen met ADHD? ‘Probeer je te verplaatsen in het kind, vanuit het perspectief van het kind te denken en oog te hebben voor de positieve kanten. Het is belangrijk om aan de kant van het kind te staan, maar niet alles over je kant te laten gaan. Je hoeft als leerkracht natuurlijk niet alles te accepteren. Vind een uitlaatklep voor het kind, zoals het doen van klusjes. Het kind groeit, als het een belangrijke taak krijgt.’
door Maaike Sluijter, intern begeleider en lid van het managementteam van De Springstok
The Busy People The Busy People is een specialistisch diagnoseen behandelcentrum (ADHD, maar ook ADD en ASS) voor kinderen en volwassenen in Amsterdam en omgeving. Voor advies of aanmelding kan een leerkracht of intern begeleider met The Busy People contact opnemen. Ook geven de specialisten van The Busy People gratis voorlichting op scholen.
Meer informatie? Kijk op www.thebusypeople.nl bel naar 020-820 26 60 of stuur een email naar
[email protected] 5
PBS: Naar een gelukkiger school? Op de Merkelbachschool is men dit schooljaar gestart met de implementatie van PBS: Positive Behavior Support. PBS is een schoolbrede, preventieve aanpak die is gericht op het creëren van een veilig en positief schoolklimaat waarin gedragsproblemen worden voorkomen. De Merkelbach is één van de eerste scholen in Amsterdam die gaat werken met deze aanpak.
Geschiedenis De PBS-aanpak is zo’n 15 jaar geleden ontwikkeld in de Verenigde Staten, waar het een groot succes bleek. Vanuit de VS waaide de aanpak zo’n 10 jaar geleden over naar Scandinavië (met name Noorwegen). Ook hier waren de resultaten zeer goed. Zo’n 4 jaar geleden startte de eerste Nederlandse school, inmiddels werken zo’n 120 scholen in Nederland op PBS-wijze.
Basiswaarden Het implementeren van de PBS-aanpak start met het formuleren van basiswaarden die je als school essentieel vindt. Op de Merkelbach heeft men gekozen voor de waarden veiligheid, respect en verantwoordelijkheid.
aan de wijze waarop in en om school met de leerlingen wordt gewerkt. De ouders zijn partner in het expliciteren, aanleren en bekrachtigen van het gewenste gedrag. Bij de leerlingen die meer intensieve begeleiding nodig hebben, spelen ouders een centrale rol in deze begeleiding. Wetenschappelijk onderzoek in met name de V.S. en Noorwegen heeft aangetoond dat de PBS-aanpak tot zeer positieve resultaten leidt op verschillende gebieden. Zo leidt het tot meer effectieve leertijd voor alle leerlingen, een grotere taakgerichtheid van de leerlingen en minder verstoringen in de klas, wat weer leidt tot betere leerprestaties.
VERdiepen
VERrassen
Verder op de Merkelbach
Teach like a champion Geïnspireerd door bovenstaand boek zien we hier Anja Goossens adjunct-directeur van De Kleine Reus aan het werk. Schrijver Doug Lemov presenteert in zijn boek 49 succesvolle leerkrachttechnieken. Anja selecteert daar dit schooljaar een aantal werkvormen uit die bij leerlingen de meest actieve houding oproepen. Zij filmt leerkrachten die deze techniek toepassen en presenteert deze beelden tijdens bouwvergaderingen. Techniek één was de bliksembeurt: de leerkracht zorgt dat iedere leerling nadenkt over een vraag door af te spreken dat er geen vingers opgestoken worden. Jochem Apeldoorn leerkracht van groep 3 brengt hier techniek twee in praktijk: Weet niet , geldt niet! Meer informatie www.teachnederland.nl Teach Like a Champion, D. Lemov ISBN 978-90-5819-297-4
door Marianne Rozendaal, leerkracht en taalspecialist op De Kleine Reus 6
Vanuit deze basiswaarden worden er zogenaamde ‘gedragsverwachtingen’ geformuleerd: hoe dien ik me op welke plek te gedragen? Deze gezamenlijke verwachtingen wordt de leerlingen systematisch aangeleerd (in speciale, korte lessen) waardoor zij beter weten wat er in en om school van hen wordt verwacht en de kans dat zij zich hiernaar gedragen toeneemt. Er ontstaat een veilig, voorspelbaar klimaat waarin pro-sociaal en lerenbevorderend gedrag systematisch positief wordt bekrachtigd (middels een duidelijk beloningsysteem) en ongewenst gedrag eenduidig wordt omgebogen.
Op de Merkelbachschool zijn het team en de PBS-stuurgroep (directie, IB/RT, twee leerkrachten en een externe deskundige) momenteel druk bezig met het opstellen van de gedragsverwachtingen op de verschillende plekken binnen de school. Dit behoort tot het eerste implementatiejaar van de PBS-aanpak. Het volgende schooljaar zullen deze verwachtingen zichtbaar worden in en rondom de gehele school en worden aangeleerd aan de kinderen. Ook zal er een eenduidig beloningssysteem worden ontwikkeld. Het derde en laatste implementatiejaar van het PBS-traject zal zich vooral richten op het versterken van de relatie met de ketenpartners in de zorg en de ouders. Het is voor de Merkelbachschool dus nog te vroeg om al resultaten van de PBS-aanpak te kunnen meten, maar we zullen de komende tijd nauwlettend volgen of de Merkelbach een nog gelukkiger school aan het worden is…
Resultaten Voor verreweg de meeste leerlingen biedt de gecreërde sociale omgeving voldoende basis om zich goed te kunnen richten op de lesstof en goede vorderingen te maken. Voor de 20% leerlingen die meer nodig heeft om ditzelfde doel te bereiken, zijn er aanvullende interventies beschikbaar, op school en bij de ketenpartners in zorg. Hierbij zijn de lijnen kort en de interventies complementair
Voor meer info over PBS: www.swpbs.nl, of neem gerust contact op met schoolleider Ronald Blikman van de Merkelbachschool. Telefoon E-mail
020 6428845
[email protected] 7
✁
Op veel van onze scholen is het aan de orde van de dag: gedragsproblemen van leerlingen. Een aanzienlijk deel van de lestijd wordt besteed aan het corrigeren van ongewenst gedrag van leerlingen (tegendraads, brutaal, niet sociaal, druk, afleidbaar, snel van streek, verongelijkt, niet communicatief, faalangstig). De energie van leerkrachten gaat op aan een kleine groep leerlingen, die storend en ongepast gedrag vertoont, de orde verstoort en het leerklimaat en de sfeer in de klas bepaalt. Het lijkt alsof steeds meer leerlingen storend gedrag laten zien en dat terwijl leerkrachten ervaren dat meer kennis over gedragsproblemen verlammend kan werken. Het uitleggen van de klas- en schoolregels is niet voldoende om alle leerlingen gewenst gedrag aan te leren. Maar wat dan? Op deze pagina’s vind je een bundeling van Tips (en let op: we zijn hier zeker niet volledig) uit onze eigen OOadA -praktijk. Mogelijk vormt dit een kader waarbinnen je kunt nadenken over oplossingen, of nog beter, de preventie van gedragsproblemen. Veel open deuren…. Maar er zitten vast ook eyeopeners tussen. De meeste tips zijn voor de leerkrachten zelf, zij hebben de regie in handen. Soms kun je al met een hele kleine aanpassing in je eigen handelen het gedrag van een leerling veranderen.
■ Vraag regelmatig aan de leerling: “Wat heb jij nodig om goed te kunnen werken/ wat kan ik doen om je daarbij te helpen?” ■ De leerlingen regelmatig laten samenwerken aan bepaalde opdrachten (elke week een nieuw maatje) ■ Bespreek het storende gedrag van een leerling direct en vertel welk gedrag je wel verwacht. Geef de leerling suggesties hoe hij of zij dit kan aanpakken.
Samenwerking met ouders
✁
Gedragsproblemen in een gelukkige klas
Wat kan de leerkracht doen nog meer doen?
Samenwerking met ouders is essentieel bij het oplossen of omgaan met gedragsproblemen. Ouders kennen hun eigen kinderen meestal het beste en kunnen vaak heel goed aangeven wat wel en niet werkt. Een van de scholen werkt met rode en groene kaartjes waarop de leerkracht schrijft waarom een groen en/ of rood kaartje wordt meegegeven naar huis. Dit wordt met de leerling besproken en de ouders bespreken deze kaartjes ook thuis.
VERdelen
Voorkomen van escalatie Wees je bewust van de taal die je als leerkracht gebruikt wanneer je een leerling aanspreekt: ■ Zeg niet ‘niet’, maar zeg wat je verwacht, spreek positieve verwachtingen uit. Wees directief. “Je gaat nu zitten en maakt deze les af. Voor de pauze ben je klaar.” ■ Wees concreet: Rustig werken betekent: je tafel leeg, eerst tegen je jezelf zeggen wat je gaat doen, hulpkaartje omdraaien als je een vraag hebt enz. ■ Gebruik heldere taal, maar op een vriendelijke toon. Stem verheffen heeft geen zin. Laat merken dat je het gedrag af keurt, NIET het kind zelf! ■ Maak veel oogcontact, zorg dat je ‘alles’ ziet, maar reageer niet op alles. Pick your fights; het kind weet heus wel dat hij iets doet wat niet de bedoeling is, maar negatieve aandacht is ook aandacht. Laat zien dat je het gezien hebt, maar reageer niet. Zodra de leerling wél doet wat hij moet doen, ga je er meteen op af en geef hem een compliment. ■ Vind een manier om een kind bij te sturen zonder woorden. Bijvoorbeeld met een blokjessysteem. Een kind heeft 5 blokjes en bij een overtreding neem je één blokje weg, zonder commentaar. ■ Spreektaal: Kom jij ook even zitten? Het antwoord van de leerling kan dan zijn: Nee. Beter is om te zeggen: Ga maar zitten, Jan. ■ Geef ‘ik-boodschappen’. (Bijvoorbeeld: “Ik ben verbaasd dat je het werk niet af hebt. Dat is niks voor jou. Is er een probleem?”)
Door goed klassenmanagement creëer je een goed en veilig klimaat waarin alle leerlingen beter functioneren. ■ Neem de moeite om elke leerling te leren kennen. Leer vooral de leerling goed kennen aan wie je in eerste instantie een hekel hebt. Dan vind je altijd wel iets leuks in hem/haar. ■ Groet de leerlingen bij de deur bij naam. ■ Laat de kinderen grote posters maken met hun foto erop, foto’s van hun familie, hobby’s, en andere karakteristieken. ■ Schrijf op het bord welke activiteit er gaat beginnen en welke activiteiten vandaag nog aan de beurt komen (visuele ondersteuning). ■ Geef het tijdig aan als de tijd voor een bepaalde taak om is. (Bijvoorbeeld: “Je hebt nog drie minuten om deze taak af te maken, dan gaan we naar het gymlokaal.”). Gebruik hiervoor eventueel picto’s. ■ Wees positief in je commentaar. (Bijvoorbeeld: “Je werkt hard”, “Je kunt dit”, “Je doet je best”, “Ik wist dat je het kon”.) ■ Bij slecht gedrag stel je de vraag: “Is dit gedrag een goede keuze of een slechte keuze?”
8
■ Vermijd als leerkracht acties die tot gevolg kunnen hebben dat gedragsproblemen escaleren, zoals discussiëren, sarcasme, de leerling zelf verfoeien/ afkeuren in plaats van zijn gedrag, schreeuwen, - de machtsstrijd aangaan, een preek afsteken, te zwaar straffen, (en vanzelfsprekend!) fysieke reacties zoals vastpakken, duwen en slaan. ■ Respecteer de gevoelens van de leerling. “Ik weet dat je over je toeren bent. Wil je erover praten?” ■ Luister actief zonder te veroordelen. ■ Toon sympathie: “Er moet iets aan de hand zijn, meestal ben je niet zo boos.” ■ Ga zachter praten in plaats van harder. Uit onderzoek blijkt dat de boosheid bij een kind toeneemt als de volwassene harder gaat praten. ■ Haal de emotie uit je stem (en uit jezelf), maar maak wel je punt. ■ Leid de leerling af als dat nog kan door bijvoorbeeld te zeggen: “Ga dit eens voor mij kopiëren, alsjeblieft.” ■ Zorg ervoor dat je niet (be)dreigend overkomt. Ga niet te dichtbij staan, raak de leerling niet aan. ■ Vraag de leerling de klas uit te gaan, of vraag de medeleerlingen de klas uit te gaan (dan raakt de leerling zijn publiek ook kwijt).
Belonen Soms is het moeilijk beloningen te bedenken. Dan kan het een idee zijn om de leerlingen zelf een lijst te laten opstellen met tien of twintig mogelijk beloningen. Gebruik de medeleerlingen om gepast gedrag ’voor te leven’. Iedereen weet dat ongepast gedrag doorgaat zolang de klasgenoten erom blijven lachen. Daarom is het belangrijk dat de leerkracht de andere leerlingen leert hoe ze met ongepast gedrag moeten omgaan.
Preventie van wangedrag van een specifieke leerling
✁
■ Zorg dat de leerling zijn leerdoelen haalt. Dus zorg dat eventuele leerproblemen verholpen worden door ondersteuning of aanpassing. Soms is een individueel educatief plan nodig. ■ Zorg voor een ondersteunend, gestructureerd klaslokaal. ■ Wees je ervan bewust dat er lesmethodes zijn die wangedrag kunnen versterken of verminderen. ■ Bedenk of het wangedrag te wijten is aan een leerprobleem of aan demotivatie. ■ Voorkom dat de leerling zich publiekelijk in verlegenheid gebracht voelt. Sommige leerlingen zullen een scène trappen om maar niet te hoeven laten blijken dat ze het antwoord op een vraag niet weten.
Leestips ■ 'Luister je wel naar mij?‘, Martine F. Delfos. Het gaat over gespreksvoering met kinderen tussen de vier en twaalf jaar. ■ Het is ADHD. Informatie over diagnose, behandeling en aanpak’. Arga Paternotte en Jan Buitelaar. ■ Een boek met veel tips en trics is: Gedrags- en werkhoudingsproblemen & zorgverbreding van Harry Janssens (ed.). ■ www.gedragsproblemenindeklas.nl
Wat kan een leerling zelf doen?
Uitnodiging
■ Elke basisschool heeft een eigen aanpak. Het noteren van een smiley in een weekoverzicht waarmee een leerling aangeeft hoe het heeft gewerkt; elke week is een andere leerling ‘het zonnetje van de week’: alle leerlingen geven deze leerling de hele week complimenten. ■ Er worden nog te vaak gedragsplannen opgesteld over het hoofd van het kind. Zorg er altijd voor dat het kind eigenaar wordt van het plan.
Wij zijn erg benieuwd naar ervaringen van leerkrachten en IB’ers bij de aanpak van gedragsproblemen. Mis je tips in dit artikel of heb je opmerkingen of wil je een succeservaring delen? Mail ze dan naar Annemarie Jongkoen –
[email protected]. Een bundeling van jullie reacties plaatsen wij vervolgens op het Intranet van OOadA om iedereen toegang te geven op dat wat goed werkt.
✁
Klassenmanagement in het algemeen
✁
Communicatie en taalgebruik van de leerkracht
■ Leer de leerling zijn frustratie en boosheid te hanteren. ■ Ontwikkel met de leerling een crisisplan. ■ Bied conflictbemiddeling aan door een leeftijdsgenoot.
door Annemarie Jongkoen, schoolleider De Witte Olifant mmv: Elly Winkelman, Jolanda Ferwerda, Veronica Miog 9
Zorgstudent inzetten op school ‘De linkerkant van je lijf wordt bestuurd door de rechterkant van je hersenen, wist je dat?’ Tessa Hartman (24) is in een kleine ruimte in De Witte Olifant geconcentreerd aan het werk met een leerling uit de bovenbouw. Ze werken aan een zelf bedacht
Ganzenbordspel,
ondertussen
VERdiepen
Jacqueline van der Bend is de oprichtster van de stichting. Ze vertelt dat de stichting in eerste instantie is ontstaan vanuit een behoefte bij ouders om hulp te krijgen in gezinssituaties. ‘Wij richten ons op studenten die werkervaring willen opdoen, in eerste instantie binnen gezinnen, maar ook steeds vaker op scholen.’ Jacqueline ervaarde dat grote instellingen, zoals een GGZ, niet warm lopen om studenten in te zetten. ‘Er is vaak weinig geloof dat studenten goed zijn en weinig vertrouwen in ze. Terwijl studenten juist gemotiveerd zijn en graag willen werken.’
praten ze over van alles en nog wat. Het is donderdagmiddag, 13.10 uur. Stipt om 13.00 uur, na de pauze, zijn ze begonnen aan het spel. De leerling tekent op een groot wit vel de weg die in het spel afgelegd moet worden. ‘Heb je van te voren wel bedacht hoe je die wil gaan tekenen?’, vraagt Tessa.
Ze werkt vijf dagen in de week van 9.00 tot 14.00 uur met de leerling buiten de klas, omdat hij in de klas niet meer handelbaar was. ‘We werken aan vakken als spelling en rekenen, maar zeker ook aan sociale vaardigheden’, vertelt ze eerder die middag, als ze even pauze heeft en de leerling buiten speelt.
‘Ik ben geen leerkracht, maar heb wel het vertrouwen van de leerling’ Tessa is op De Witte Olifant terechtgekomen via Stichting Zorgstudent. Ze heeft haar bachelor Psychologie in Leiden al behaald en gaat in september 2013 beginnen aan de master. ‘Ik heb dit schooljaar expres genomen om werkervaring op te doen om zo de goede keuze te kunnen maken binnen mijn master.’ Stichting Zorgstudent bestaat nu bijna drie jaar. 10
In overleg met ouders en school is besloten om de leerling individueel op school te begeleiden. Daar was ik zenuwachtig over. Ik heb verstand van gedragstoornissen, maar ik kende het kind nog niet én ik ben geen leerkracht. Inmiddels heb ik een goede band opgebouwd met de leerling en de ouders. Ook spreek ik elke week met de leerkracht het werk door.’ Die goede band met de leerling is duidelijk zichtbaar. Nadat de weg op het grote vel papier is getekend, wordt het thema van het spel besproken. Het wordt ‘oorlog’, daar zijn Tessa en de leerling het snel over eens. Ze kibbelen daarna op een rustige manier over de kleur. ‘Niet alles groen kleuren. Ik zie er bijna groen van’, reageert Tessa, als de leerling alle vakjes geconcentreerd donkergroen aan het maken is. Het gesprek gaat verder van hun uitje van de volgende dag naar het Tropenmuseum naar opa’s die in het leger hebben gezeten en van cadeautjes tot tegen je verlies kunnen. Als de leerling Tessa voor de grap met de punt van een potlood prikt, reageert ze met: ‘Doe normaal, joh.’ ‘Ik ben normaal’, zegt de leerling rustig terug. ‘Dat weet ik toch.’ Tessa pakt een ander potlood en samen kleuren ze het Ganzenbordspel verder in.
door Maaike Sluijter, intern begeleider en lid van het managementteam van De Springstok
Tessa kwam in aanraking met Zorgstudent via internet. ‘Ik heb daarna een brief geschreven met mijn motivatie waarom ik graag als zorgstudent aan de slag wilde.’ Volgens Jacqueline is vooral de match tussen een student, het kind, de ouders en de school van belang. ‘Daarom nemen we altijd eerst een video-interview op met de student. Zo kan het gezin of de school kijken of er een klik is.’ Niet alleen de match is belangrijk, maar ook de behoefte van het kind, de ouders of de school. Jacqueline: ‘Grote instellingen komen met een pakket aan maatregelen, maar er wordt niet gevraagd waar echt behoefte aan is. Dat doen de zorgstudenten wel.’ Door middel van trainingen wordt de studenten bijvoorbeeld geleerd om te kijken naar de functies van gedrag en niet meteen te oordelen. Tessa vertelt: ‘Zo’n training is niet verplicht, maar wel een buitenkans om nieuwe dingen te leren.’ Tessa werkt sinds het begin van het schooljaar met de leerling. ‘Ik ben in het begin in het diepe gegooid.
Stichting Zorgstudent Jacqueline van der Bend vertelt over de voordelen van werken met Stichting Zorgstudent: ‘We hebben kwalitatief hoogstaand personeel dat op een goedkope manier en snel ingezet kan worden.’ Niet alleen voor individuele begeleiding van leerlingen, maar bijvoorbeeld ook voor coteaching binnen de klas. De stichting werkt met studenten die een studie binnen de (geestelijke) gezondheidszorg of het onderwijs volgen, zoals pedagogiek, psychologie of logopedie. Meer informatie over Stichting Zorgstudent is te vinden op www.zorgstudent.nl. 11
VERbreden
VERspreken
Onrustige zielen
Op de zeepkist: ‘Wat wij van de Finnen kunnen leren’
IIk probeer wanhopig niet ouderwets over te komen. Ik moet toegeven dat het niet meer lukt. Ik betrapte me er laatst op dat ik hevig verlangde naar vroeger. Het ging in een gesprek om het gedrag van kinderen op school. Ik dacht toen wat weemoedig terug aan mijn jeugd. Met rechte rug zaten wij in de schoolbankjes, haren strak gekamd, blik op de rustige meester Den Oude gevestigd, de mond stijf gesloten, de vinger priemend in de lucht met een licht overstrekte arm. Ouders (lees moeders) stonden achter het hek van de school, de deur van de klas was gesloten. En dan nu. Jeffrey krijgt om 08:40 uur in de klas nog even zijn kaasstengels en pakje mierzoete Taxi van een schuldbewust kijkende mama toegestopt, terwijl het digibord al luid zoemend wat opgepimpte rekensommen laat zien. Een paar kinderen zitten onderuit gezakt een stukje gum te verkruimelen. De juf probeert als een soort Bert Visser de aandacht te trekken van de 28 kinderen. Door de openstaande deur dringt het geluid van rondhangende ouders binnen die mopperen over de strenge overblijfjuf. Marco is zijn rekenschrift kwijt en probeert tevergeefs zijn andere lade open te krijgen, maar deze blijft door een dikke laag kopieerbladen hermetisch gesloten. Twee kinderen staan hun potlood voor de tiende keer te slijpen. De naar chemische bestrijdingsmiddelen geurende klassenouder meldt dat ze luizen komt controleren. Tijdens de pauze twittert de juf een leesboek voor, omdat zij om de drie regels onderbroken wordt door Tim, zo ADHD als wat en op weg Neerlands beste drummer te worden. Op dat moment gaat Ashley totaal uit haar plaat, omdat Mehmet haar zo gek aankijkt. Ashley wordt heftig tegenstribbelend naar de timeoutplek afgevoerd. Als de stofwolken zijn neergedaald, wordt een goed gesprek over het voorval gevoerd. Jazeker. Ashley had haar rode petje niet op moeten zetten. Geel is veel beter. Natuurlijk. Ze mag het weer proberen in de klas. De dag loopt ten einde. Wat ouders kloppen al op de deur of gebaren naar de juf dat het tijd is. De bel gaat. Stoelen vallen om. Kopieerbladen en muizentrappetjes dwarrelen door de lucht. Nee, Esther kan niet mee naar het verjaardagfeestje in Snowplanet van Stefan, zij heeft IWAL. Danny moet van zijn ouders naar het VWO en is zijn niveau behoorlijk aan het opkrikken met een CITO-training. Ricardo gaat met zijn stiefmoeder een nieuwe Xbox en het spel World of Warcraft kopen. Jelle heeft therapie om het verlies van zijn golden retriever te verwerken.
Finland marcheert al een tijdje bescheiden in de voorhoede van landen met een succesvol onderwijssysteem. Nederland hobbelt daar een eind achteraan. Wie meer over het succes van Finland wil weten, moet het boek “Finnish Lessons” van Pasi Sahlberg bestellen of in Youtube de zoekterm “finnish lessons” invullen. Inspirerend. Eén van de Finse vondsten trof me en ik legde de link met de gedragsproblemen waar we het binnen OOadA steeds vaker over hebben.
Bove-landers
voor deskundigheidsbevordering, lerende netwerken en uitwisseling met als gevolg dat de instructie steeds beter kan worden. Genoeg tijd dus ook om een keer grondig en minder gejaagd met je collega’s te praten over het pedagogisch klimaat en het voorkomen en oplossen van gedragsproblemen.
De oorzaken van gedragsproblemen zoeken we in allerlei hoeken. Hoog in de hitparade staan: “Ouders laten het afweten”, “Het kind heeft een stoornis” en “De leerkracht is handelingsverlegen”. Veel van onze scholen werken met programma’s die zich richten op een gelukkige klas. Toch gaan de vlaggen nog niet uit. De trend is zelfs dat het erger aan het worden is. En welke oorzaak blijft buiten schot? Precies: ons onderwijssysteem. De gangbare logica is hoe meer instructietijd een kind krijgt hoe beter het is. Jammer voor die logica, maar uit de PISA-studie blijkt dat landen met de minste uren instructie per kind het gewoon beter doen dan de landen met veel instructieuren. Finland hoort bij die groep. De verklaring ligt voor de hand: minder les op een dag betekent meer tijd
Bij ons stoppen de lessen pas rond 15:00 uur. Dat betekent dat de leerkracht na het afscheid van de kinderen, het begeleiden van de klassendienst en het nog even te woord staan van een ouder, op z’n vroegst tussen 15:15 en 15:30 uur kan beginnen aan de rest van de taken. Volgens de aanstelling
van de leerkracht eindigt de werkdag rond 17:30 uur. Twee uur dus om na te kijken en lessen voor te bereiden, oudergesprekken te voeren, administratie bij te werken, mee te doen aan een werkgroep, te vergaderen, te overleggen met een collega en de overdracht te doen. Boekhoudkundig staan er uren voor deskundigheidsbevordering. “Die maken ze nooit”, wordt er getergd geroepen. Nee, vind je het gek? Minder lesgeven is volgens de Finnen niet alleen goed voor het kind, maar ook voor de leerkracht. Meer tijd voor voorbereiding, uitwisseling en deskundigheidsbevordering levert leerkrachten die beter toegerust zijn om goede lessen te verzorgen en een veilig pedagogisch klimaat te bewaken. Dat het zal leiden tot meer werkplezier en vertrouwen van de omgeving is minstens net zo belangrijk. Meer aanzien voor de beroepsgroep heeft het onderwijs in Finland een enorme boost gegeven. Het veranderen van dit systeem zal een lange weg zijn. Het is wachten op een regering die deze koerswijziging gaat doorvoeren. Nu al meer tijd creëren voor de leerkracht klinkt als een onmogelijkheid, maar is dat zo? Wie zullen we het vragen? Ik denk aan een bont gezelschap van leerkrachten van allerlei scholen... over Finse lessen gesproken... door Taco Stroo, algemeen beleidsmedewerker OOadA
Ik denk aan de goede oude tijd. Toen onderwijs nog gedisciplineerd en prikkelarm was en gedragsproblemen zeldzaam waren. Maar nu moet ik opschieten, want als aankomend pensionado moet ik naar de PIZ-cursus, tussendoor nog snel een magnetronmaaltijd met Red Bull. Vlug.
door Peter Bovelander, algemeen directeur OOadA 12
13
Vijf jaar Openbaar Onderwijs aan de Amstel
Wat staat ons de komende vijf jaar te wachten Ik zou zeggen lees ons Strategisch Beleidsplan 2011 – 2015 en je weet het. Tijdens een jubileumbijeenkomst heb ik er een aantal punten uitgehaald die in het komende jaar en de jaren daarna veel aandacht zullen vergen van onze organisatie. Ben je benieuwd hoe wij aankijken tegen toekomstige ontwikkelingen op gebied van passend onderwijs, mobiliteit, professionalisering, Nationaal Register Leraren, voortbestaan van de BAPO en een grotere focus op het leerrendement?
Nee, de 21 openbare scholen van onze stichting bestaan niet sinds 2008. De historie van de meeste scholen gaat zelfs terug tot ver in de vorige eeuw. Over de geschiedenis van al deze scholen zou je een prachtig boek kunnen schrijven, want menig Amsterdammer heeft openbaar onderwijs genoten in Amsterdam Zuid en Centrum. Dit stukje is geen inleiding op dat boek, maar slechts een korte terugblik op de eerste vijf jaar waarin wij als schoolbestuur en algemene directie leiding mochten geven aan alle openbare scholen in Stadsdeel Zuid en Centrum. In januari 2008 zijn Peter Bovelander en ik samen met directeuren en medewerkers van het bestuurskantoor aan de slag gingen en het motto was: Goed onderwijs en Goed rentmeesterschap. Na een eindeloos fusie- en verzelfstandigingstraject waren wij blij dat we eindelijk aan de slag konden. Waarmee? Aandacht en sturing geven aan scholen en directeuren. Zorgen dat we als bestuurskantoor goede ondersteuning konden bieden. Streven was en is om zoveel mogelijk geld in te zetten voor het primaire proces, de leraar voor de klas. Dat is gelukt door zorgvuldig om te gaan met de middelen die wij ontvangen vanuit het Rijk en de Gemeente.
Dat wij zo prominent als onderwijsorganisatie in Amsterdam op de kaart staan is een verdienste van veel mensen (medewerkers en ouders) die onze scholen een warm hart toedragen. Dat heeft soms ook een wrange kant zoals in december 2012 pijnlijk duidelijk werd toen wij weer zo´n 70 leerlingen moesten uitloten.
Vijf jaar terugkijken ■ Van de 21 scholen hebben er sinds 1 januari 2008 zestien scholen een nieuwe directeur gekregen. Wij zijn blij zo succesvol te zijn geslaagd in onze zoektocht. Het directieberaad is een warme club mensen. Zij zijn in staat samen iets op te bouwen, elkaar te ondersteunen, aan te vullen, maar ook de eigen ruimte te gunnen. ■ In dit kader wil ik ook onze eigen kweekvijver van directeuren benoemen. Bedacht en uitgevoerd als product van de gezamenlijke openbare schoolbesturen in Amsterdam en inmiddels uitgebreid met een kweekvijver voor IB-ers. ■ Bij de overdracht van de gebouwen hebben we eindeloos onderhandeld over gelden voor achterstallig onderhoud, uitbreiding en renovatie. Als je vandaag door ons gebouwenbestand wandelt dan vraag je je soms af wanneer die laatste renovatie heeft plaatsgevonden…. Veel van onze gebouwen zijn oud en eigenlijk allang afgeschreven. In de afgelopen jaren hebben wij meer dan 100 grote en kleine verbouwingen gedaan. In hoog tempo is en wordt er gewerkt aan het verbeteren van ons gebouwenbestand. ■ Bijzondere projecten in die vijf jaar zijn dat er veel. Ik noem twee opvallende. Ten eerste de digitalisering van ons leerlingvolgsysteem ofwel ParnasSys. Daarbij gaat het niet alleen om het hebben van zo´n systeem, maar ook het gebruik ervan. Een ander mooi project is gestart voor de kinderen die een extra uitdaging nodig hebben: de Day a Weekschool. ■ Het aantal stagiaires is sterk toegenomen. Veel van onze scholen nemen deel aan het project Opleiden in School. Hierdoor proberen wij natuurlijk de beste mensen vanuit de Pabo´s aan onze scholen te binden. ■ Er mensen vertrokken doordat ze een andere werkkring hebben gekregen of met pensioen gingen. Triest genoeg zijn er in die vijf jaar ook een zevental collega´s en een tweetal kinderen overleden. ■ Niet alleen groei en bloei dus, want ook al zijn de meeste van onze scholen uitgebreid en staan wij er qua leerlingenaantal goed voor, toch hebben wij in 2010 ook twee basisscholen gesloten: De Parel en de Pieter Hooglandschool. Wij hebben die keuze bewust gemaakt omdat de levensvatbaarheid van beide scholen te beperkt was. ■ Een goede onderwijsorganisatie is gebaat bij continuïteit. Bestuur, algemene directie en GMR hebben altijd in een goede onderling verhouding gewerkt om die continuïteit mogelijk te maken. Ieder vanuit zijn/haar eigen rol en dat heeft de organisatie sterker gemaakt. ■ Als wij terugkijken zijn er veel meer punten die wij zouden willen belichten. Ik noem enkel nog de kwaliteitsaanpak. Vijf jaar geleden waren wij vooral op gebied van huisvesting, personeel, formatie en financiën aan het sturen. In de loop der tijd is daar zeker ook de kwaliteitsbewaking per school bij gekomen. 14
door Herbert de Bruijne en Peter Bovelander, algemene directie OOadA
Gevolgen van de bezuinigingen op de ID-banen In het personeelsblad van december 2011 is al een artikel gewijd aan de bezuinigingen op de ID-banen en de gevolgen die deze bezuinigingen hebben op de 21 ID-medewerkers die nu nog bij ons in dienst zijn. Het bezwaar dat OOadA heeft ingediend is inmiddels door de rechtbank behandeld. De rechter heeft in haar vonnis gesteld dat de gemeente Amsterdam de gewraakte bezuinigingen niet per 1 januari 2012 maar pas per 1 augustus 2012
mag doorvoeren. Helaas heeft dit niet geleid tot intrekking van de bezuinigingen. Hierdoor zijn wij genoodzaakt het ontslag voor deze ID-medewerkers per 1 augustus 2013 voor te bereiden. Wel heeft OOadA in ieder geval de ruimte gekregen om de hele ontslagprocedure conform de CAO uit te voeren. Alle ID-medewerkers zijn per 1 augustus 2012 in het Risico Dragend Deel van de Formatie (RDDF) geplaatst waarna per 1 augustus 2013 ontslag zal volgen.
OOadA heeft een Maatwerk Outplacement Traject ingekocht voor haar ID-medewerkers waarvan de aftrap op 9 januari 2013 heeft plaatsgevonden. Alle IDmedewerkers zullen gedurende een traject van zes maanden individueel worden begeleid op weg naar ander werk, betaald of onbetaald.
door Tima Baar, personeelsadviseur OOadA
Startersprogramma Op 16 januari 2013 vond voor OOadA de primeur plaats van het Startersprogramma. Op deze datum was de eerste bijeenkomst voor deelnemers aan het Startersprogramma. Het programma is bedoeld voor startende leerkrachten maar de criteria zijn flexibel. Uitgangspunt is echter maximaal 0-3 jaar ervaring. Een leerkracht die al drie jaar een eigen groep heeft komt niet in aanmerking voor het programma. Een leerkracht die uitsluitend heeft ingevallen komt wel in aanmerking om deel te nemen. Leeftijd is in ieder geval geen criterium. Starters hebben bij OOadA in ieder geval geen eigen groep gehad. Voorwaarde is ook dat de leerkracht minimaal drie dagen in de week een eigen groep heeft. De reden om met het Startersprogramma te beginnen is gelegen in het feit dat startende leerkrachten de verantwoordelijkheid voor een eigen groep, zeker in het begin van het schooljaar, vaak als zwaar ervaren. Ook worden nog niet alle activiteiten overzien en hebben (extra) ondersteuning nodig. De startende leerkracht toont over het algemeen een groot verantwoordelijkheidsgevoel en wil alles zo goed mogelijk doen.
VERpersonaliseren
In vijf jaar zijn wij samen met scholen in staat geweest om een stevige onderwijsorganisatie op te zetten. Waren wij als bestuur in 2008 vooral bezig met de interne organisatie en onze eigen scholen. In 2013 moeten Peter en ik streng bewaken dat niet alle onderwijsontwikkelingen en de communicatie tussen besturen en gemeente via ons loopt. Om nog maar te zwijgen over de pers die bijna een online verbinding heeft met OOadA.
Lees de complete tekst van deze jubileumtoespraak op onze website www.ooada.nl
We streven ernaar dat de startende leerkracht een soepele start heeft met zijn/haar werkzaamheden bij OOadA. Zo blijven ze behouden voor het onderwijs. Het aandeel jongere leerkrachten in onze scholen is toegenomen en we kunnen een uitgebalanceerd begeleidingsaanbod “op maat” bieden. In het Startersprogramma hebben ze steun en herkenning bij elkaar, vooral als ze de enige startende leerkracht zijn op hun school. Wij organiseren het Startersprogramma samen met een collegabestuur, Sirius uit Zuid-Oost. Sirius gebruikt dit programma al enkele jaren, tot grote tevredenheid van de deelnemers. In het najaar van 2012 zijn alle scholen door P&O benaderd met informatie over deze pilot en de vraag of er kandidaten zijn voor het Startersprogramma en zijn er 16 leerkrachten voor deelname aangemeld. Meer informatie over het Startersprogramma is te verkrijgen bij Tima Baar, personeelsadviseur OOadA E-mail:
[email protected] 15
Merckelbachschool www.merkelbachschool.nl
Fotografie door Rob Wolthuis, bovenschools ICT-coördinator OOadA
en VERder ... Thema volgende uitgave: ‘Mobiliteit’
Verschijning: april 2013 Kopij vòòr 15 maart naar
[email protected]
VERbeelden