Personeelsblad Openbaar Onderwijs aan de Amstel
november 2010
Nieuws aan de Amstel
8
In beeld
Inhoud
8 Nieuws aan de Amstel
Coverfoto: 2e Daltonschool Pieter Bakkum
4
In memoriam Kees van Veen
5
Op een frisse school leren kinderen beter Vijf OOadA-scholen worden dit najaar omgebouwd tot Energieke Scholen
6
Samen de baas De Theo Thijssenschool werkt met een managementteam. De ervaringen zijn positief
10
‘Coachingsvragen zijn niet langer raar’ In gesprek met onderwijsconsulent Josje Derksen
11
Diep nadenken over een ijskast Day a Week School ondersteunt slimmeriken
12
‘Er liggen hier veel kansen en mogelijkheden’ De Notenkraker verhuisde naar Brede School Bockesprong
13
Personeelsdag 2010 Kijk je Rijk. Voor ieder kind passend onderwijs. Medewerkers wisselden ideeën en ervaringen uit tijdens de personeelsdag in september
3 8 9 16
En verder In beeld: 2e Daltonschool Pieter Bakkum Personeel aan de Amstel Bove-landers: column Peter Bovelander Aangeklikt
Personeelsblad Openbaar Onderwijs aan de Amstel
november 2010
Nieuws aan de Amstel is het personeelsblad van Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel Het blad verschijnt vier maal per jaar Eindredactie: Stafbureau OOadA Redactieadres: Postbus 51356, 1007 EJ Amsterdam e-mail:
[email protected] Teksten: OOadA, tekstbureau Heart Feelings Fotografie: OOadA Opmaak: Toewan Druk:Den Hartog Zie voor een digitale versie van het blad: www.openbaaronderwijsaandeamstel.nl
2 Daltonschool e
2
33
In memoriam Kees van Veen
Op een frisse school leren kinderen beter
Kees werkte sinds een aantal jaar voor ons bestuur. We hebben hem leren kennen als een artistieke man. Dit werd bevestigd in alles wat hij deed: wat een creativiteit. In zijn vrije tijd schilderde en fotografeerde Kees en zong hij in het Westerkerkkoor Amsterdam. Wij hebben samen fijn gewerkt aan het personeelsblad. Wij overlegden de onderwerpen voor het volgende blad. Vervolgens ging hij op de motorfiets door de stad naar de scholen voor interviews en fotografie. Ook deed hij de vormgeving. Kees verzorgde op die manier een prachtig personeelsblad voor Openbaar Onderwijs aan de Amstel.
Je moet er wat voor over hebben: stof en wat bouwoverlast. Maar dan krijg je ook wel een energiezuinige, gezonde school aldus Martien Verheij en David Mulder, stafmedewerkers huisvesting.
Toen in januari dat lange wachten bij de 2e Dalton. Daarna het vreselijke bericht dat hij op de brug voor de school onderuit was gegleden met zijn motor. Als gevolg van dat beetje ijs dat er die dag nog lag. Een geperforeerde long en een zeer ernstige schouderbreuk. Van de intensive care van het Medisch Centrum Alkmaar naar het VU medisch centrum. Daarna, na vele weken, naar het revalidatiecentrum op de Overtoom. Een lange weg te gaan voor Kees. Dat wist hij ook. Voorzichtig probeerde hij in april een paar uurtjes aan het werk te gaan en vooral onder de mensen te komen. Aan dat laatste had hij sterk behoefte. Hij vond het vreselijk moeilijk om alleen te zijn. Hij leek niet eenzaam maar toch vlogen de muren op hem af. Hij voelde zich onbegrepen door de instanties en dokters over zijn geestelijke gezondheid. In juni het afschuwelijke bericht van Kees’ overlijden. Voor iedereen totaal onverwacht. Vlak na zijn zestigste verjaardag nam Kees het besluit niet meer verder te willen. Onderstaand stuk is een gedeelte uit het prachtige lied van Frans Halsema dat op Kees zijn crematie werd gespeeld.
Verdomme Kees Gek toch hoe vlug dat went Want God je weet, ik mocht je erg graag Ik wist wat ik aan je had Nou ja, hoe noem je dat Behalve dus, dat ik je een beetje mis Nou ja, op mijn manier Is alles eender hier
In het bestuurskantoor hangt een selectie van foto’s die Kees voor OOadA heeft gemaakt.
4
De voormalige archiefruimte van Basisschool Oostelijke Eilanden (BOE) lijkt wel op een minifabriek. Grote pijpen lopen over het plafond en langs de muren. Zij komen uit in een enorme metalen kast, een ventilatiesysteem. De installatie is het gevolg van een ingrijpende renovatie die deze maanden plaatsvindt in de BOE. Behalve de BOE worden ook de Oscar Carré, de Dongeschool en twee locaties van De Burghtschool opgeknapt. De verbouwingen horen bij een grootschalig renovatieprogramma om het binnenklimaat van Amsterdamse basisscholen te verbeteren en het energieverbruik terug te dringen (zie kadertekst). “De renovatie is tweeledig,” vertelt Martien Verheij in de personeelskamer van de BOE. “Het gaat om energiebesparende maatregelen, zoals nieuwe dak- en gevelisolatie, dubbele beglazing, nieuwe cv-ketels en energiezuinige verlichting. De aanpassingen verschillen per locatie.” Verder krijgen alle gebouwen een slim, zelfregulerend ventilatiesysteem dat de luchtkwaliteit verbetert door continu frisse, koele lucht aan te voeren. Martien Verheij En dat was hard nodig in de BOE, waar het kwik ‘s zomers tot 35 graden kon stijgen. Ook zorgde de bedompte lucht met een hoog CO2-gehalte voor allerlei gezondheidsklachten zoals hoofdpijn, buikpijn, en misselijkheid. Martien: “Te veel CO2 in het pand heeft bovendien een negatief effect op leerprestaties, denk aan concentratieproblemen. Schoolgebouwen moeten juist een leerhulpmiddel zijn met optimale kansen voor kinderen en leerkrachten. De renovatie draagt hieraan bij.”
Daglicht De frisse lucht laat nog even op zich wachten, want de ventilatiesystemen worden pas dit najaar afgemonteerd. Wel heeft de BOE een vernuftige thermostaat, die de temperatuur in balans houdt, en nieuwe energiezuinige tl-lichten. Siebe Hentzepeper, directeur van de BOE, die even is aangeschoven, is er blij mee: “De oude lampen waren erg schemerig, wat heel vermoeiend is voor je ogen. Nu hebben de klaslokalen veel helderder licht met een betere spreiding, alsof je voortdurend in het daglicht zit.” Ineens valt tijdens het interview het licht uit. Siebe zwaait wild met zijn armen, waarop de lichtbakken weer aanfloepen. “Bewegingssensoren,” grijnst Martien, “om energie te besparen. Als een lokaal leeg is, gaat het licht na twintig minuten automatisch uit. Maar dat gebeurt ook als je lang stilzit.” Op de BOE zijn leerkrachten enthousiast over de voorzieningen. Al vonden sommige het moeilijk hun oude lampen weg te doen. Ook is het even wennen aan de pijpen die over de plafonds van de school lopen. Martien: “Waar dat kon, zijn de pijpen verstopt achter muren en plafonds. Hier op de BOE, met een antroposofische architectuur, ging dat niet altijd. Daarom hebben wij ze esthetisch in zicht gebracht.” Verder is de BOE, net als de andere scholen, nog niet van de bouwoverlast af. Martien verzucht: “Uit veiligheid zijn alle bouwkundige ingrepen deze zomer gedaan. Nu werken wij veel op woensdag en in het weekend. Maar scholen hebben er wel last van.” “Ach,” relativeert Siebe, “wij moeten nu nog even door het bouwstof, maar daarna krijgen wij zuurstof.” David Mulder
Energieke Scholen Amsterdamse basisscholen moeten Energieke Scholen worden, met een gezond binnenklimaat, laag energieverbruik en minder CO2-uitstoot. Daarom zijn het rijk, gemeente en schoolbesturen dit voorjaar een grote renovatie van schoolgebouwen gestart. De aanpassingen moeten leerprestaties verbeteren, ziekteverzuim terugdringen en de stad een stukje duurzamer maken. Het gaat om 160 schoolgebouwen. De meest zorgwekkende, waaronder vijf OOadA-locaties, zijn het eerst aan de beurt. Eind 2010 zit hun renovatie erop. Zie ook: www.nieuwamsterdamsklimaat.nl/energiekescholen
55
invloed op de besluitvorming. Dat straalt uit op het team en vergroot het draagvlak voor beslissingen. De samenwerking loopt uitstekend. Er is onderling goed vertrouwen. En de dames hebben een groot incasseringsvermogen, raken niet in paniek en weten veel zelf op te lossen. Misschien kan ik zo langzamerhand wat meer verantwoordelijkheden bij hen neerleggen, zoals formatieplannen en financiën. Ik ga er namelijk op korte termijn uit. Het is goed dat er dan mensen zijn die weten hoe de school reilt en zeilt.”
Samen de baas Een school leiden kan ook anders. Niet met een directeur en een adjunct, maar met een breed gedragen managementteam. De ervaringen op de Theo Thijssenschool zijn positief.
Peter Sargentini, directeur Theo Thijssenschool
6
Draagvlak voor beslissingen
Samen besluiten nemen
“Na het vroegtijdige vertrek van een adjunctdirecteur medio 2008 wilde ik een andere managementconstructie. Bij voorkeur een managementteam dat van binnenuit vorm krijgt. Dat geeft meer stabiliteit en continuïteit, en het scheelt veel inwerktijd. Ik had Judith en Marijke al voor de managementfuncties op het oog. Judith was bouwcoördinator op de Anjelierstraat. Marijke heeft al jaren de dagelijkse leiding in de dependance in de Palmstraat. Wij startten in augustus 2008, eerst informeel. In maart 2009, na afstemming met het onderwijsteam en de medezeggenschapsraad, was de nieuwe structuur officieel. Judith en Marijke konden vervolgens na een sollicitatieprocedure formeel aan de slag. Marijke is nog steeds verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken in de Palmstraat. Judith en ik leiden de Anjelierstraat. Daarnaast trekt Judith veel schoolbrede projecten. Uiteindelijk ben ik eindverantwoordelijk als er wat aan de knikker is en hak de knopen door. Door samen te overleggen en af te wegen kunnen wij goed onderbouwde beslissingen nemen. Je bekijkt kwesties namelijk van alle kanten. Bovendien hebben Judith en Marijke
“Ik werk al ruim tien jaar in de bovenbouw. In de loop der jaren zag ik wat er zoal speelt in een school en kreeg daar ideeën bij.
nog te vormen managementteam. Het zou voorlopig tijdelijk zijn en ik kon een managementopleiding volgen. Ik dacht: dan moet ik er maar inspringen. Wij hebben alledrie verschillende, complementaire taken. Dat werkt goed. Marijke regelt alles op de Palmstraat. Ik vervang Peter bij afwezigheid op de Anjelierstraat. Verder houd ik mij steeds meer bezig met beleidsmatige zaken en projecten, zoal digitale rapporten en taakbeleid. Ook sta ik soms nog voor een groep. Peter houdt de financiën strak in de gaten en schrijft de jaarplannen. Samen nemen wij besluiten en bepalen welke kant het onderwijs op moet. Dat gebeurt voor beide locaties. Het is wel lastig om vanuit een positie als leerkracht deze managementstap te maken. Ik heb ineens meer verantwoordelijkheid en moet soms boven collega’s staan. Dat is wennen voor hen, maar ook voor mij. Aan de andere kant ben ik als teamlid voor collega’s makkelijk benaderbaar en weet ik goed wat in het team speelt. Peter geeft de ruimte om mij in mijn functie te laten groeien. Hij delegeert stap voor stap. Ik krijgt niet ineens tien klusjes in mijn schoenen geschoven, maar kan zeggen: ‘Ik heb dit teugeltje onder controle, doe mij er nu nog maar één’.”
Meedenken vanuit het team
Judith Sambeek, locatieleider Anjelierstraat, leerkracht Ik wilde wel wat meer de managementkant op en nadat de adjunct was vertrokken, kon ik Peter vervangen tijdens zijn wekelijkse bapo-dag. Tegelijk vroeg hij mij voor het
“Ik geef al vijftien jaar met ontzettend veel plezier leiding aan de dependance in de Palmstraat. Dat doe ik naast mijn werk als leerkracht voor groep 1/2. Toen Peter mij vroeg voor de managementfunctie moest ik wel even nadenken. Het zou een zwaardere functie zijn en ik wil absoluut ook voor de klas blijven staan, daar ligt mijn hart. Maar het betekende ook een mooie verdieping. Collega’s waren erg positief over mijn
Marijke van Santen, locatieleider Palmstraat, leerkracht groep 1/2 aanstelling, omdat ik veel heb opgebouwd in de Palmstraat. Ik heb nu meer taken dan vroeger. Eerst bestierde ik de Palmstraat met alle voorkomende kwesties: het ouderspreekuur, vragen van collega’s, ziektemeldingen, bezetting, bestelling van meubilair en lesmateriaal. Nu denk ik en beslis ik mee over de onderwijskundige lijn voor de hele school, zoals het schoolwerkplan en studiedagen. Het is een voordeel dat ik uit het veld kom. Je vraagt dus niet alleen van bovenaf hoe het gaat, maar denkt ook mee vanuit het team. Wel draait het management de hele week door, ook als ik voor de groep sta. Als het dan druk is, moet ik de verdeling groep/ management goed bewaken. Peter vraagt altijd onze mening en wij zijn allemaal gelijkwaardig. Ook overleggen wij op een vast punt in de week, heel gestructureerd. Verder heeft Peter vertrouwen in ons. Als ik bijvoorbeeld vind dat er nieuw meubilair voor de kleutergroepen moet komen, vertrouwt hij op mijn oordeel en laat mij vervolgens mijn gang gaan. Dat voelt goed.”
77
Personeel aan de Amstel Stand van zaken invoering Functiemix
Herhalingscursussen Bedrijfshulpverlening
Voor de zomervakantie hebben jullie allemaal een informatiepakket ontvangen over de invoering van de Functiemix op onze scholen. Namens de Taakgroep Personeel informeer ik jullie graag over de huidige stand van zaken ten aanzien van de invoering van de Functiemix. De invoering van de Functiemix is inmiddels in de teamvergaderingen van alle scholen besproken. Nu is het zaak om op basis van het schoolformatieplan en het schoolplan per school te bepalen welke LB-functies er in het schooljaar 2010-2011 gerealiseerd kunnen worden. Elke directeur zal in een teamvergadering hiervoor voorstellen neerleggen. Vervolgens zal er voor de te realiseren functies een functieomschrijving worden opgesteld. Dit gebeurt op basis van de functiebeschrijving LB-Functie zoals die binnen onze stichting is vastgesteld. Vervolgens zal aan de MR van de school gevraagd worden deze functieomschrijvingen vast te stellen waarna de werving & selectie (op schoolniveau) kan worden gestart. Het streven is om per 1 januari 2011 de eerste kandidaten te benoemen in een LB-functie. Indien blijkt dat er op een school géén geschikte kandidaten zijn, of dat er géén belangstelling is voor de nieuwe functie, dan kan besloten worden de werving bestuursbreed te trekken. Inmiddels heeft de Taakgroep Personeel een procedure ontwikkeld voor de werving & selectie voor de LB-functies. Deze zal aan het directieberaad en de GMR worden voorgelegd ter vaststelling. Zodra de procedure is vastgesteld zullen jullie hier nader over worden geïnformeerd. Mochten er over dit onderwerp nog vragen leven dan kunnen jullie deze stellen aan je directeur of, via e-mail aan ondergetekende:
[email protected].
Op woensdagmiddag 17 en 24 november 2010 zullen de Herhalingscurussen BHV + AED plaatsvinden. Alle deelnemers die hiervoor in aanmerking komen zullen door Kompas BHV, via e-mail, worden uitgenodigd. De cursussen vinden plaats op vier locaties te weten: 6e Montessorischool Anne Frank, 15e Montessorischool Maas&Waal, 2e Daltonschool Pieter Bakkum en De Kleine Reus. namens afdeling P&O, Tima Baar
Bove-landers Amsterdam Toerisme & Congres Bureau
Namens de Taakgroep Personeel, Tima Baar
8
Beroepstrots of arrogantie De laatste jaren is het imago, of de status, van het leraarsberoep een belangrijk discussiepunt in de media. De buitenwereld laat bijvoorbeeld blijken geen hoge dunk te hebben van de opleiding tot leraar. Ook klagen de leraren zelf regelmatig over de wijze waarop autoriteiten maar ook ouders tegen hen aankijken en leraren behandelen. Kortom, er is sprake van botsende beelden en verwachtingen rondom het beroep van leraar. Ik moest hieraan denken toen de reacties op de personeelsdag binnendruppelden. Deze berichten waren veelal positief en zelfs enthousiast. Vooral het kijken in elkaars keuken en het uitwisselen van werkervaringen werd inspirerend gevonden. Grappig is daarbij dat deze ontmoetingen vaak het gevoel gaven dat men het met de eigen school eigenlijk best goed getroffen had. Het thema ‘Passend onderwijs’ was daarbij minder belangrijk dan het snuffelen aan elkaars werkplek en aanpak. In gesprekken na afloop van de lezingen hoorde ik diverse prikkelende suggesties voor het uitbouwen van dit experiment. Zo wilde een leerkracht graag af en toe ook daadwerkelijk meedraaien op een andere school. Zij vroeg zich af of wij daar niet een deel van de studie-uren, als onderdeel van de (e)normjaartaak, voor konden gaan gebruiken. Een ander had het beeld gekregen dat bij diverse collega’s op andere scholen interessante kennis en ervaring te halen viel. Waarom zouden wij hen geen workshops laten geven op een volgende personeelsdag of op een teamscholing? Meerdere leerkrachten wilden hun collega’s van andere scholen ook graag eens in de klas aan het werk zien. Konden wij de volgende keer de personeelsdag niet over twee verschillende ochtenden verdelen, waardoor men niet alleen in elkaars keuken zou kunnen kijken maar ook het kookproces zelf kunnen meemaken? Dit alles riep bij mij de gedachte op dat wij op deze manier een aardige start hebben gemaakt met het werken aan ons eigen beeld van het beroep van leraar. Dat proces begint namelijk bij onszelf. Door over de grenzen tussen klassen en scholen heen te stappen en te gaan leren van elkaar. Pas als wij de eigen praktijk kritisch onder de loep nemen, en goede voorbeelden gaan uitwisselen en overnemen, ontstaat weer een collectief gevoel van trots op het eigen vak. De buitenwereld wordt het best overtuigd wanneer wij eerst intern onze gemeenschappelijke kracht ontwikkelen en tonen. Dan kunnen wij ook afrekenen met vormen van arrogantie die helaas ook af en toe op de personeelsdag werden waargenomen. Collega’s die met de neus in de lucht op een andere school kwamen ‘omdat het nu eenmaal moest van de bazen’. Zelf vonden zij dat weinig nuttig omdat zij op de eigen school in zuid alles toch al prima voor elkaar hadden? Ik ben ervan overtuigd dat je met een dergelijke houding veel kansen maar ook veel inspirerende ervaringen aan jezelf en aan je school voorbij laat gaan. En ons imago wordt er op die manier ook niet beter op! Wat mij betreft, blijven wij de komende tijd zoeken naar mogelijkheden voor uitwisseling en gemeenschappelijk leren.
9
Diep nadenken over een ijskast Eindelijk eens je hersenen laten kraken samen met andere bollebozen. Dat kan tijdens Day a Week School.
Josje Derksen werkt twee dagen per week bovenschools als onderwijsconsulent. Een gesprek over haar werk: leerkrachten coachen.
Waar komen de hulpvragen vandaan? “Bij aanvang van het schooljaar kunnen directeuren aangeven welke coachingsvragen er liggen en met welke prioriteit. Met P&O stem ik vervolgens af welke trajecten ik als eerste oppak. In de loop van het jaar komen ook andere aanvragen binnen. Soms geven leerkrachten zelf aan dat zij gecoacht willen worden, soms constateert een directeur in een functioneringsgesprek een ontwikkelingsbehoefte. Verder ondersteun ik starters die net in dienst zijn. Elke starter moet wennen en heeft nu eenmaal vragen. Ik heb met hen een kennismakingsgesprek en ik consulteer ze in de klas. Het voordeel is dat starters zo, los van hun functioneren, altijd ondersteuning krijgen. En als zij mij eenmaal kennen, zullen zij mij sneller benaderen als zij weer ergens tegenaan lopen.”
Welke problematiek kom je zoal tegen? “Doorgaans hebben starters moeite met klassenmanagement, orde, effectieve instructie en de organisatie in de klas. De meeste zitten nog geen vijf minuten op hun stoel maar lopen de hele dag in plaats van eens even zitten en observeren. Zij hebben de neiging teveel over te nemen. Ook willen zij zeker in hun eerste jaar alles goed doen. Dat is op zich heel positief, maar zij moeten wel in de gaten houden dat je als starter realistische, haalbare doelen moet stellen. Meer algemeen betreft het vakinhoudelijke
10
vragen, over bijvoorbeeld communicatie, effectieve instructie, en de eigen motivatie van leerkrachten. Maar ook ondersteuning bij herintreding na ziekte.” Waarom is die ondersteuning van starters zo belangrijk? “Zorg en aandacht voor het personeel heeft direct effect op de kwaliteit van het onderwijs. Het is immers een ervaringsgericht vak. De eerste drie jaren zijn, structureel voor een leerkracht, de meest kwetsbare. Ik richt mij dan met coachen en video interactieve begeleiding op pedagogisch didactisch handelen.”
Wat krijg je terug van directeuren? “Na een coachingsaanvraag van een directeur stel ik met hem of haar vooraf vast waaruit de terugkoppeling bestaat. Soms is dat alleen de data melden waarop de coachingsgesprekken plaatsvonden. De feedback is over het algemeen heel positief. De directeuren zien ontwikkeling bij een leerkracht. Soms krijgen leerkrachten door anders te functioneren ook ander contact met hun directeur. Maar ook de feedback van leerkrachten zelf is belangrijk. Zij ervaren het bijvoorbeeld als ‘veilig’ dat zij worden gecoacht door iemand van buiten de school.”
Zijn er nog nieuwe ontwikkelingen? “Er zijn leerkrachten met goede initiatieven die mij benaderen om hun ideeën binnen OOadA te verspreiden. Ik zou deze mensen
met inspirerende ideeën, maar ook leerkrachten met vragen een platform willen bieden, bijvoorbeeld via de website. Met artikeltjes en tips. Of iets organiseren waar zij onderling contact kunnen hebben en elkaar kunnen raadplegen.”
Is er meer aandacht gekomen voor het vak onderwijsconsulent? “Ik denk dat het vak toegankelijker is geworden en dat directeuren makkelijker contact zoeken. Het is goed dat de faciliteit er is, maar directeuren moeten ook hun eigen weg vinden. Zij zijn immers de verantwoordelijke; ik ben ondersteunend. Verder is het een goede ontwikkeling dat er meer transparantie is in het functioneren van leerkrachten, en dat het niet meer raar is een coachingsvraag te hebben en ondersteuning te vragen. Je kunt dan preventief zijn, iemand ondersteunen en samen oplossingen vinden. In plaats van dat het een functioneringsprobleem wordt.”
In de mediatheek van de school zitten achttien kinderen in groepjes gebogen over lange reeksen cijfers. Zij zoeken uit hoe je het vijftiende Fibonnaci-getal kunt berekenen. “Samen bespreken, iedereen doet het weer anders,” maant hun leerkracht Fransca Hoetink. Ida, Lucas en Leeuw overleggen hardop. Leeuw besluit de reeks in Arabische cijfers te maken. Maar hij loopt vast, want wat is 7 in het Arabisch? De kinderen hebben vandaag Day a Week School (DWS). Hierbij volgen bijzonder intelligente kinderen uit de hogere groepen één dag per week speciale, uitdagende lessen (zie ook kadertekst). Een ware uitkomst, vindt Rob Wolthuis die voor OOadA het project intern leidt. “Deze slimmeriken krijgen vaak te weinig aandacht. Leerkrachten denken snel: die redden het wel. Maar zulke leerlingen moet je ook op de proef stellen en confronteren. Anders kunnen zij lusteloos en gedemotiveerd raken, en uitvallen. Met DWS proberen wij dat te voorkomen door hen passend onderwijs te bieden.” Om te bepalen of een leerling een DWS-kandidaat is, doen alle leerlingen in groep 5 een selectieopdracht. Zij moeten bijvoorbeeld aangeven hoeveel kentekencombinaties je kunt maken met twee letters en drie cijfers. Rob: “Sommige kinderen snappen er niets van. Anderen tonen weer geen interesse. En er zijn kinderen die zich serieus in de opdracht vastbijten. Om hen gaat het.”
Driedimensionale puzzel De DWS-opdrachten zijn gericht op wiskunde, taal, wetenschap, filosofie en denkstrategieën. Zo moeten de kinderen nadenken en discussiëren over Socratische vragen, verklaringen zoeken voor onweer, en vijf overeenkomsten noemen tussen een televisie en een ijskast. Fransca: “Het is interessant onderwerpen helemaal uit
te diepen. Om te proberen en te ontdekken. En echt ergens over te moeten nadenken. Leerlingen hebben dan hun eigen leerproces beter in de hand. Dat geeft plezier in het leren.” Ook is er veel aandacht voor sociale omgang, zoals samenwerken in projecten (ontwerp als team een hoed voor prinsjesdag) en genuanceerd antwoord geven in plaats van impulsief reageren. “De meeste ouders, kinderen en leerkrachten zijn positief. DWS voorziet in een behoefte,” aldus Rob. “In hun eigen klas zijn hoogbegaafde kinderen vaak heel onzeker of zij raken er geïsoleerd. Bij DWS kunnen zij zichzelf zijn, uiten wat zij weten, en leuke interactie hebben met anderen.” “Wel hebben sommigen liever les op hun eigen school in de buurt van hun vrienden,” vertelt Fransca. En omdat de lessen tijdens reguliere schooltijd en op andere scholen plaatsvinden, zijn er weleens praktische problemen met roosterindelingen en logistiek. Pauze. Gejuich, want het regent. Binnen blijven is leuker. Lucas en Leyla pakken hun leesboek, Floris maakt een driedimensionale puzzel en Leeuw gaat op zoek naar een Arabische cijferreeks. Shulamit tekent een gezicht en roept: “Kun je zonder neus ruiken?” © Fotografie ABC
‘Coachingsvragen zijn niet langer raar’
Day a Week School Tijdens Day a Week School (DWS) volgen honderd Amsterdamse bollebozen uit de groepen 5, 6, 7 en 8 één dag per week een aangepast, prikkelend onderwijsprogramma. De lessen vinden onder andere plaats op de Theo Thijssenschool, obs de Witte Olifant en de 12e Montessori De Stern. Leerkrachten van de deelnemende scholen, waaronder vijf van OOadA, verzorgen zelf de lessen. DWS loopt sinds maart 2010 als pilot van gezamenlijke schoolbesturen: de ASKO, Bestuurscommissie Noord, OOadA en schoolbegeleidingsdienst het ABC. In het kader van passend onderwijs heeft OOadA als initiatief hierin een forse bijdrage geleverd. Zie ook: www.hetabc.nl/abcactiviteit/day-week-school
11
De Notenkraker verhuisde afgelopen maart, midden in het schooljaar, naar de nieuwbouw van Brede School Bockesprong. Hoe verliep dat? En bevalt de nieuwe plek?
‘Er liggen hier veel kansen en mogelijkheden’
Personeelsdag 2010
Scherp blijven
Jacqueline Bras, leerkracht groep 1/2 Notenkraker, projectleider verhuizing
Brede School Bockesprong Sinds maart 2010 vormt de Notenkraker met basisschool De Nautilus, de GGD, welzijnsorganisatie Combiwel en een logopediepraktijk Brede School Bockesprong in OudZuid. Dit multidisciplinaire netwerk van onderwijs zorg en welzijn biedt kinderen, ouders en buurtbewoners een samenhangend programma tijdens en na school. Het doel: de ontwikkelingskansen van kinderen vergroten en een ontmoetingsplek zijn voor de hele buurt.
12
medewerkers elkaar ’s ochtends op de werkplek. Daar wisselden zij ervaringen uit over didactiek en pedagogiek in de klas. Ook was er aandacht voor de organisatie van het onderwijs en de samenwerking met externe ondersteuners.
Jacqueline Bras en Antoinette van Zalinge
Niet zeuren “Alles is hier heerlijk schoon en nieuw. Maar wennen is het zeker. De routine en vanzelfsprekendheid van de oude school zijn weg. Die moet je nu opnieuw vaststellen en afspreken. Onderling, maar ook met de andere school in dit pand. In de Bennebroekstraat waren wij de enige gebruiker van het gebouw. Hier moeten wij eerst overleggen of bijvoorbeeld de gymzaal vrij is. Maar wij hebben nu wel prachtige faciliteiten. Niet zeuren, dus. De nieuwbouw was nog niet klaar, toen wij erin trokken. Zo lag de buitenspeelruimte nog open. Er reed bouwverkeer heen-en-weer, van die happers met stenen, tussen spelende kinderen. Aannemers zijn dan nog verbaasd ook, als je protesteert. Wij geven nu zes maanden les in de nieuwbouw en ook nu nog hameren wij op veiliger ramen en duidelijke vluchtplannen. Daarnaast worstelen wij met kleine lokalen en te weinig ruimte om ons onderwijs goed te kunnen vormgeven. Verder komen wij nog niet optimaal toe aan het uitdragen van ons profiel kunstmagneetschool. Er moeten bijvoorbeeld nog vitrines komen voor werkstukken. Ook de samenwerking met partners in de brede school moet nog naar een hoger plan. Wel zie je dat de overgangen naar de verschillende lessen, de naschoolse activiteiten en de BSO soepeler verlopen. Dat geeft veel tijdwinst en dus meer onderwijstijd. Er liggen in deze nieuwe situatie dus veel kansen en mogelijkheden die wij zeker gaan uitwerken. Maar de focus op het onderwijs gaat nu even voor.” Antoinette van Zalinge, directeur Notenkraker
Zie ook: www.youtube.com, zoektermen: ‘Notenkraker’ en ‘verhuizing’
“Vijf jaar geleden werden de plannen om onderdeel te worden van Brede School Bockesprong concreet. Eindelijk, want wij waren totaal uit ons oude, stoffige pand gegroeid. Voor gym, dans en muziek gingen wij naar andere locaties, en collega’s zaten in een dependance. Met de faciliteiten in het nieuwe gebouw zouden wij ons profiel als kunstmagneetschool weer goed kunnen uitdragen. Ik heb mij daarom ingespannen voor een danszaal, een toneelruimte en een goed geoutilleerd lokaal voor beeldende vorming. Met succes. Je moet wel scherp blijven. Niet iedereen begrijpt hoe een school werkt. Ook was er bijna geen kast- en opbergruimte. Ik heb toen zelf een systeem bedacht, dat de architect heeft overgenomen. Verder bleek het gebouw ineens vanwege bezuinigingen in elkaar geschoven. De gangen zijn daarom erg smal, wat voor opstoppingen bij de kapstokken zorgt. De verhuizing zelf liep heel soepel. Wel een megaklus! Die gigantische zolder opruimen, bepalen wat weg moet, wat meegaat, nieuw meubilair bestellen. De school moest intussen gewoon doordraaien. De kinderen zijn met een verhuisproject voorbereid. Ook was er na de verhuizing een symbolische overtocht. Hierbij gingen de kinderen eerst naar hun oude school. Onder treurmuziek hebben zij hun vertrouwde laatjes, die daar nog waren, in zelf versierde verhuisdozen ingepakt en afscheid genomen. Daarna ging het in een vrolijke stoet naar hun nieuwe school, waar de lessen weer meteen verder gingen.”
Tijdens het middagprogramma in theater Tuschinski gaven externe sprekers pedagogische adviezen. Daarna was cabaretgroep Op Sterk Water aan de
Passend onderwijs. Natuurlijk! Maar hoe pak je dat aan? Tijdens de OOadApersoneelsdag wisselden medewerkers ideeën en ervaringen uit. “Ontzettend leuk om andere scholen te bekijken. Je wordt ook weer trots op je eigen school onder andere op de ruimten die wij hebben en het concept van het natuurlijk leren.” Maaike Sluijter, intern begeleider De Springstok
Op woensdag 29 september vond onze tweede algemene personeelsdag plaats. Het motto was ‘Kijk je rijk’ en het thema was ‘passend onderwijs’. Op deze dag gingen wij voorbij de grenzen van de eigen school en keken in elkaars keuken. Hoe gaan collega’s om met passend onderwijs (onderwijs en zorg op maat binnen de school)? Voor het antwoord bezochten
“De ochtend was zeker voor herhaling vatbaar. Je spreekt je collega’s normaal weinig, dus dit was echt een kijkje bij de buren. Het verhaal van spreker Marcel van Herpen ‘s middags vond ik heel inspirerend.” Michiel Jehee, leerkracht Nicolaes Maesschool beurt voor een komische afsluiting. Het borrelbuffet aan het einde van de dag bood gelegenheid collega’s op een informele manier beter te leren kennen.
13
Kijk je rijk bij De Scholekster Impressie van de ochtend Stipt 10.30 uur verwelkomt directeur Ellen Koops van de 9e Montessorischool De Scholekster haar gasten tijdens de OOadApersoneelsdag (zie kadertekst). Na uitleg over het montessorionderwijs houdt Ellen een laptopje omhoog. Het blijkt een Schoolmate, boordevol educatieve software (Taal, Rekenen, Wereldoriëntatie, Algemeen), toetsen en programma’s voor remedial teaching. Zij vertelt dat kinderen hier bij toerbeurt mee werken. Bij het zien van de verwonderde gezichten lacht Ellen: “Wij zijn een Montessorischool uit 2010. Naast klassiek montessorimateriaal gebruiken wij moderne leermethoden om passend onderwijs te bieden.” “Werkt het altijd?” vraagt iemand. “Ja,” antwoordt Ellen volmondig. Het is webbased, met een extern beheer. Wij geven per e-mail bij de leverancier aan met welke specifieke programma’s wij de volgende dag willen werken. De leverancier zet die klaar. Kinderen hebben vervolgens toegang met hun eigen inloggegevens en kunnen zelfstandig aan de slag.”
Dat brengt Ellen bij de kern van haar verhaal. “Wij willen álle kinderen passend onderwijs bieden, niet alleen de zwakkere. Ieder kind moet zich zo goed mogelijk kunnen ontwikkelen en wij kijken wat die daarvoor nodig heeft. Dat gaat niet
Kijk je rijk bij Tuschinski ook even rond.” Maar iedereen blijft liever luisteren. “Super dat leerkrachten zoveel documentatie zelf bijhouden,” merkt iemand op. “En zit iedereen hier lachend achter de computer?” wil een ander weten. Dat heeft jaren geduurd, geeft Ellen toe. “Maar
• • •
Passend onderwijs is een cruciaal onderdeel van kwalitatief goed onderwijs • • •
Personeelsdag OOadA 29 september 10.30-11.30 uur. Bezoek aan 9e Montessorischool Scholekster (175 leerlingen, 20 medewerkers). Bezoekers: middenmanagement van De Burght, Nicolaas Maes, Oscar Carré. Administratieve krachten van Alberdingk Thijm /De Jordaan: De Kleine Reus, Merkelbach, De Stern.
alleen om rekenen en taal, maar ook om dagelijkse dingen, zoals gedrag. Daar is een nauwkeurige, actuele administratie voor nodig. Goed gegevensbeheer geeft namelijk inzicht in de situatie, waardoor je snel en adequaat kunt handelen. De Scholekster gebruikt, net als alle OOadA-scholen, het leerlingenadministratiesysteem Parnassys. Op de ABC-rapporten na is onze administratie digitaal.” Ellen onderbreekt zichzelf: “Loop vooral
Opbrengst gericht werken en Sturen op de kwaliteit van de resultaten
Pijlers voor kwaliteit: ■ ■
wij hebben als team een duidelijke keuze gemaakt voor digitaal werken en afgesproken dat de administratie ons allemaal aangaat. Alle docenten hebben daarom een eigen laptop. Wie het moeilijk vindt daarmee te werken of wie iets in Parnassys niet begrijpt, krijgt altijd hulp van collega’s. Zo motiveren wij elkaar.” En dan is het tijd. De vertrekkende bezoekers zijn onder de indruk van de digitale aanpak op de Scholekster. Iemand schrijft op een feedbackkaart: ‘laten wij van elkaar leren’.
■ ■ ■ ■
Pedagogisch klimaat ■ Leerkrachten ■ Leerlingen ■ Ouders
“Ik vond het heel leuk om op andere scholen rond te kijken. Er zijn veel overeenkomsten en je doet ook goede ideeën op.” Anita Neus, leerkracht onderbouw De Springstok
14
Personeelsdag OOadA 29 september, 12.00-19.00 uur Tuschinski, inleiding door Peter Bovelander. Daarna de volgende sprekers: Marcel van Herpen en Harrie Steenstra. Afsluiting door Herbert de Bruijne. Na de pauze cabaretgroep ‘Op Sterk Water’ en borrel en buffet.
Pedagogische interactie Didactische instructie Klassenmanagement Sturing schoolleiding Voorzieningen Borging van kwaliteit
In relatie tot de specifieke schoolpopulatie en -situatie
Verbetertrajecten: ■ Lezen ■ Taal ■ Rekenen ■ Didactiek e.d.
Passend Onderwijs: ■ Basiszorg ■ Breedte zorg ■ Diepte zorg
Het vervolg van Passend Onderwijs Komend jaar zal op alle scholen verder gesproken moeten worden over het ‘Passender’ maken van ons huidige onderwijsaanbod. Centraal daarbij zal staan dat wij de externe ondersteuning veel dichter op de scholen moeten organiseren. De input van deze dag kan daar zeker bij gebruikt worden en teams kunnen ook aanvullende ondersteuning aanvragen bij dit onderwerp.
“Het is zo fijn om weer blij met je eigen school te zijn wanneer je andere scholen hebt gezien.” Jean Himpers, leerkracht Basisschool Oostelijke Eilanden (BOE)
15
Jochem Apeldoorn is leerkracht van groep 4 op De Kleine Reus Jullie school staat midden in het centrum van Amsterdam. Welke voordelen biedt dat jou? “Het is voor mij een buurtschool. Ik woon in de Pijp en kan in principe lopend naar mijn werk. Het heeft ook invloed op de populatie. Bij ons is die meer progressief: kunstenaars, musici en grafisch vormgevers. Ik voel mij daar wel bij thuis.” Je werkt op een brede school. Wat merk je daarvan? ”Ten eerste hebben wij voor-, tussenen naschoolse opvang. Ik heb in een lokaal gewerkt dat na schooltijd werd
Je staat nu als leerkracht voor groep 4. Waar gaat je voorkeur naar uit en waarom? “Ik heb niet echt een voorkeur. Ik heb heel lang groep 1 en 2 gedaan, later groep 5/6 en groep 7/8. In de onderbouw ben je meer met ouders bezig, ik zie mijzelf daar niet meer staan. Ik kan nu op een ander niveau een gesprek voeren met de kinderen. De Kleine Reus is een OGO-school. Wij zijn dus thematisch bezig. Daar kan ik veel tijd aan besteden. De kinderen hebben bijvoorbeeld net een krant gemaakt met artikelen en foto’s.” Je bent nu twaalf jaar leerkracht. Wat vind je het leukst aan je werk? “Elk jaar maak ik met de kinderen een voorstelling. Persoonlijk vind ik dat wel een hoogtepunt. Wij doen het hele proces van decorbouw, schrijven, muziek, zingen. In principe bedenken de kinderen het allemaal. Wij praten erover en ik stel de juiste vragen. Waar gaat het over? Wat willen jullie? Wat gaat er gebeuren? Zo vond vorig jaar de voorstelling plaats
tijdens de sinterklaasperiode en de kinderboekenweek met het thema eten. Ik zag dus al een sinterklaas met obesitas voor mij maar het werden giftige pepernoten. Dat proces is heel leuk.” Wat heb je gezien op de personeelsdag wat je op jouw school ook graag zou zien? “Wij zitten hier erg krap met ons speelplein. De ruimte is beperkt en er is geen zon. Het plein van de Boekmanschool en de Maas en Waal vond ik heel mooi. Dat zouden wij hier heel graag zien.” Wat is jouw glansmoment in jouw onderwijscarrière? “Vorig jaar ontstond door de kou spontaan met de kinderen een plan. Er stonden veel kleumende ouders voor mijn raam. Wij hebben toen warme chocolademelk uitgedeeld. En uiteindelijk zijn wij dat gaan verkopen om geld in te zamelen voor Haïti na de aardbeving. Dat vind ik van die kleine dingen, waarvan ik echt kan genieten.” Welk kind speelde een belangrijke rol in je schoolleven? ”Ons tweehonderdste kind was echt een ‘kleine reus’. Dat was Colin, nu al in groep zes. Heel puur en ontwapenend.” Wie klikken wij de volgende keer aan? “Ingmar Schönhage van De Burght. Ik heb een tijdje met hem gewerkt. Het is een goede vriend van mij, maar wij zien elkaar te weinig.”
Aangeklikt
gebruikt voor de naschoolse opvang. Na school was ik die ruimte dus kwijt. Dat was praktisch wel te doen, maar soms ook lastig. Het voordeel is dat je meer mogelijkheden hebt. Wij hebben bijvoorbeeld een toneelzaal, een peuterspeelzaal en een (nsa) activiteitenorganisatie in de school. Soms maken wij daar gebruik van.”