FEDERATIE VAN ORGANISATIES VOOR VOLKSONTWIKKELINGSWERK (F.O.V.) vzw Gallaitstraat 86 bus12 1030 Brussel
Tel. 02/244.93.39
Fax 02/244.93.31
e-mail
[email protected]
www.fov.be
FOV BELEIDSPLAN 2002 – 2005
DEEL 1 Missie en uitgangspunten 1
Wat is de FOV: huidige situatie en uitgangspunten
1.1 De maatschappelijke context Het volksontwikkelingswerk kent een lange en rijke traditie in het culturele leven in Vlaanderen. Vooral het verenigingsleven neemt in deze traditie een voorname plaats in. Naast het werk in verenigingen bestaan evenwel nog twee andere belangrijke soorten van volksontwikkelingswerk: de werksoort van de instellingen en die van de diensten. Samen vormen deze drie werksoorten het Vlaamse volksontwikkelingswerk dat valt onder de beleidsbevoegdheid van de minister van Cultuur. De erkenning en subsidiëring van de organisaties in het volksontwikkelingswerk gebeurt door de administratie Cultuur (afdeling Volksontwikkeling en Bibliotheken) die erkent en subsidieert op basis van regelgeving die bestaat uit drie decreten – één decreet per werksoort. Binnen de veelheid aan organisaties die zich in het landschap van de volksontwikkeling bevinden, bestaat vanouds een grote levensbeschouwelijke en ideologische variëteit. Die kwam in het verleden onder meer tot uiting door het bestaan van een achttal koepelorganisaties die elk een eigen levensbeschouwelijke of ideologische stempel droegen. De organisaties in het werkveld waren vrij om aan te sluiten bij één van deze acht “koepels” die elk de belangen van de aangesloten organisaties behartigden. Met de afschaffing van het decreet voor de koepelorganisaties ontstond de nood aan de oprichting van één nieuwe belangenorganisatie. Deze nood werd versterkt door de legitimeringsopdracht waar het volksontwikkelingswerk op verschillende vlakken voor wordt geplaatst. Er zijn de vele maatschappelijke omwentelingen die de sector dwingen zich opnieuw te positioneren. Maar er is ook het verander(en)de participatiegedrag van deelnemers, leden en vrijwilligers waar mee moet worden omgegaan. Bovendien wordt het volksontwikkelingswerk sterk geconfronteerd met financiële beperkingen en uitgesproken keuzes van overheidswege. Hetgeen als gevolg heeft dat de organisaties voor volksontwikkelingswerk in grote mate afhankelijk zijn van subsidies en erkenningen en zich dus meer dan voorheen moeten schikken naar de veranderende beleidslijnen en decreten. Binnen deze context probeert de FOV, als nieuwe belangenorganisatie, een eigen beleid uit te stippelen dat moet toelaten haar kerntaken te vervullen: het verdedigen van belangen, het zorgen voor dienst-, advies- en informatieverlening en het vertegenwoordigen van het volksontwikkelingswerk bij het beleid en in de buitenwereld.
1.2 De ontstaansgeschiedenis van de FOV
1.2.1 Aanleiding en oprichting technische werkgroep Minister Anciaux formuleerde in zijn Beleidsnota Cultuur 2000-2004 een aantal intenties in verband met de sector van het Volksontwikkelingswerk. Zo werd – samen met de afschaffing van de koepelorganisaties - de uitbouw van een goed toegerust steunpunt gepland evenals de aanduiding van een belangenorganisatie als gesprekspartner. Ook werd door minister Anciaux een nieuwe regelgeving voor het volksontwikkelingswerk in het verschiet gesteld. Over deze ontwikkelingen werd door Hugo De Blende en Hugo De Vos, toentertijd medewerkers bij twee koepelorganisaties, informeel geconfereerd. Hun overleg resulteerde in een poging om te onderzoeken of de oprichting van een belangenorganisatie wenselijk was. Als uitgangspunt stond hierbij voorop dat de wijze waarop de sector van het volksontwikkelingswerk in de toekomst zijn belangen wil verdedigen een aangelegenheid is van de sector zelf. Daarbij speelden nog drie andere factoren mee: de wenselijkheid te komen tot een representatieve organisatie, de optie om snel te werk te gaan tegen de achtergrond van een aangekondigd kaderdecreet, de vraag om vertegenwoordigers aangeduid te krijgen voor de beleidsorganen van het nieuwe Steunpunt (ex-VCVO). Eind juni 2000 werd een groepje van 12 mensen uitgenodigd voor participatie aan een zogenaamde technische werkgroep. Om de bijeenkomsten erg concreet te houden werd de visie van de initiatiefnemers, voorafgaand aan de start van de bijeenkomsten, uitgeschreven in de vorm van een ontwerp van statuten en een ontwerp van huishoudelijk reglement. De vier zomergesprekken met de technische werkgroep resulteerden in een akkoord over ontwerpstatuten, een ontwerp van huishoudelijk reglement en een opdrachtverklaring voor de FOV. 1.2.2 Toetsing aan de organisaties uit de sector De voorstellen van de technische werkgroep werden in september 2000 voorgelegd aan de organisaties van de sector tijdens drie hoorzittingen. De technische werkgroep wou de FOV immers laten ontstaan in nauwe samenwerking met en in vertrouwen tussen zoveel mogelijk erkende organisaties. Er klonk een positieve vooringenomenheid ten overstaan van het initiatief. De stichtende leden waren: Jozef Stuer (Bond van Grote en van Jonge Gezinnen), Lieve Van Hoofstadt (Centrum Christelijk Vormingswerk), John Loose (Elcker-ik Volkshogescholen), Luc Desmedt (Humanistisch Vrijzinnig Vormingswerk), An Custers (Interactie-Academie), Kries Claeys (Kristelijke Arbeidersvrouwen Beweging), An Vrancken (Katholiek Vormingswerk van Landelijke Vrouwen), Peter Warson (Kristelijke Werknemersbeweging), Jef Van Hecken (Pax Christi Vlaanderen), Georges Spriet (Vrede) en Luk De Vos (Werknemerswelzijn). Meteen nadien werd werk gemaakt van de noodzakelijke ledenwervingscampagne. Dit gebeurde overigens succesrijk. Per 31.12.2000 waren 103 organisaties lid van de FOV terwijl 4 andere het statuut van waarnemer kregen. Het lidmaatschap werd bij de verenigingen gevraagd door 39 van de 56 erkende organisaties (69,64%), bij de instellingen door 38 van de 41 organisaties (92,68 %) en bij de diensten door 26 van de 37 erkende diensten (70,27 %). Het waarnemerschap was toegekend aan 4 organisaties die een erkenningaanvraag als dienst hadden ingediend. Bij de erkende landelijke verenigingen voor migranten was de aansluiting voorlopig beperkt tot twee organisaties. Het werd wenselijk gevonden om de relatie tussen de FOV en het Forum van Organisaties van Etnisch-Culturele Minderheden uit te klaren.
1.2.3 Eerste Algemene vergadering
2
Op 13 december 2000 vond onder grote belangstelling de eerste echte Algemene Vergadering plaats. Op dat ogenblik droegen de oorspronkelijke initiatiefnemers de Federatie over aan de sector. Via de goedkeuring van het eerste jaarplan werden de eerste lijnen uitgezet voor de werking in het jaar 2001. De start van de werksoortelijke bijeenkomsten werd hierbij sterk in de verf gezet. De grote uitdaging die zich voor de FOV aftekende bestond er immers in zich te positioneren ten overstaan van de beleidslijnen die door de overheid werden voorbereid en tegen het einde van het jaar waren aangekondigd. Tijdens de Algemene Vergadering werd een nieuwe Raad van Beheer verkozen. Er waren 18 mandaten te begeven. 9 van de oorspronkelijke leden/stichters waren kandidaat. Daarnaast waren er nog 11 nieuwe kandidaten. De verkiezing resulteerde in volgend resultaat: voor de werksoort verenigingen werden verkozen: Desmedt Luc (Humanistisch Vrijzinnig Vormingswerk), Geeroms Jul (Kristelijke Beweging van Gepensioneerden), Rens Jos (Davidsfonds), Rombauts Jokke (Vlaamse Federatie van Gehandicapten), Stuer Jozef (Bond van Grote en van Jonge Gezinnen), Van der Wildt Francy (Sociocultureel centrum SVV), Vrancken An (Katholiek Vormingswerk van Landelijke Vrouwen), Warson Peter (Kristelijke Werknemers Beweging). voor de werksoort instellingen: Custers An (Interactie-Academie), De Vos Luk (Werknemerswelzijn), Firlefyn Greet (Vlied), Loose John (Elcker-ik Volkshogescholen), Nelen Ludo (Instituut voor Vakbondsvorming), Van Hoofstadt Lieve (Centrum voor Christelijk Vormingswerk), Van Neyghem Karien (Samenwerkingsverband Tievo-VMG) voor de werksoort diensten: Valkenborg Jos (Vlaamse Dienst Autisme), Van Hecken Jef (Pax Christi Vlaanderen), Vermeersch Kristien (Netwerk Vlaanderen). 1.2.4 Werking FOV Na de eerste Algemene Vergadering werd snel overgegaan tot de oprichting van werksoortelijke werkgroepen die maandelijks samenkomen. De aankondiging van de herziening van de decreten in het voorjaar 2001 maakte dit noodzakelijk. Er werd gezocht naar een periodische interwerksoortelijke aanpak (uitwisseling en bevraging van standpunten) en de werkwijze in de werkgroepen werd vastgelegd (leiding, verslag, frequentie). De statutaire organen van de Federatie komen zoals voorzien bijeen: de Algemene Vergadering in het eerste kwartaal en in de loop van het tweede semester, de Raad van Beheer minimaal 8 keer, het Dagelijks Bestuur naargelang van de noden Per 1 oktober 2001 is het merendeel van de erkende organisaties aangesloten bij de FOV. Bij de verenigingen zijn 47 van de 56 erkende organisaties lid (83,92%), bij de instellingen 41 van de 41 (100%), bij de diensten 30 van de 39 (76,92%). Zes organisaties zijn aangesloten als waarnemende organisatie. 1.3 Legitimering en motivering van de organisatie Op 4 juli 2001 werd in het Vlaamse Parlement het decreet rond de ondersteuning van de FOV goedgekeurd. Dit gebeurde met 64 ja-stemmen, 24 neen-stemmen en 24 onthoudingen. Met de goedkeuring van dit decreet werd de rechtszekerheid van de FOV gegarandeerd en werd de FOV erkend als gesprekspartner van de overheid inzake beleid en regelgeving in de volksontwikkeling. De FOV probeert deze rol van representatieve spreekbuis voor de sector vandaag op verschillende vlakken waar te maken. Vooreerst wil de FOV representatief zijn voor de sector door te praten voor een zo ruim mogelijke achterban. De FOV wil de belangen van deze achterban verdedigen door middel van inspraak en participatie bij beleidsvoorbereiding. Daarnaast werkt de FOV ook dienst-, advies- en informatieverlenend.
2. Missie / opdrachtsverklaring van de FOV
3
De Federatie van Organisaties voor Volksontwikkelingswerk is een autonome VZW van en opgericht door erkende organisaties voor volksontwikkelingswerk. De Federatie van Organisaties voor Volksontwikkelingswerk (FOV) wil de collectieve, sectorale, werksoortelijke en organisatiebelangen1 behartigen van de aangesloten organisaties ten aanzien van verschillende overheden en instanties en wil hen bij deze overheden en instanties vertegenwoordigen. De erkende organisaties voor volksontwikkelingswerk sluiten op vrijwillige basis bij de vereniging aan en ze betalen een jaarlijkse bijdrage. Nog niet erkende organisaties die een aanvraag tot erkenning hebben ingediend kunnen als waarnemer op de Algemene Vergadering en de werkgroepbijeenkomst worden uitgenodigd. De Federatie van Organisaties voor Volksontwikkelingswerk realiseert haar kerntaak door middel van activiteiten in de sfeer van de belangenbehartiging inclusief de beleidsadvisering, de beleidsvoorbereiding en de dienstverlening. Grote aandacht gaat hierbij naar een snelle en accurate informatieverstrekking en het organiseren van regelmatig overleg tussen en met de leden. De Federatie van Organisaties voor Volksontwikkelingswerk wil het particulier initiatief in de sector van het volksontwikkelingswerk via de belangenbehartiging mogelijkheden bieden en versterken. Via haar kernopdracht wil de federatie bijdragen tot het democratisch functioneren van de samenleving waarin pluralisme, verdraagzaamheid en respect belangrijke waarden zijn en waarin iedereen de kans krijgt om daaraan bij te dragen. Wederzijds vertrouwen, samenwerking en voortdurend overleg met alle belanghebbenden samen met respect voor de eigenheid van elke organisatie zijn de basis voor de werkzaamheden van de federatie. Om haar taken te kunnen realiseren hecht de federatie belang aan een open en opbouwende dialoog met de verschillende overheden en met de instanties die voor de organisaties voor volksontwikkelingswerk van belang zijn. De federatie wenst in het bijzonder een goede relatie en samenwerking met het steunpunt voor het sociaal-cultureel werk, vanuit de wederzijdse erkenning van ieders autonomie en eigen verantwoordelijkheid.
1
Met collectieve belangen worden bedoeld de belangen van alle organisaties die lid zijn van de federatie, met sectorale belangen worden bedoeld de belangen van de sector van het volksontwikkelingswerk, met werksoortelijke belangen worden bedoeld de belangen van de vertegenwoordigde werksoorten (momenteel verenigingen, instellingen en diensten) en met organisatiebelangen worden bedoeld de belangen van de afzonderlijke lidorganisaties.
4
DEEL 2 Algemene doelstellingen, concrete doelstellingen en resultaatsindicatoren 1 Belangenbehartiging 1.1 De (collectieve en individuele) belangen van lidorganisaties verdedigen bij problemen inzake erkenning, subsidiëring en sanctionering De FOV staat alle lidorganisaties onmiddellijk bij met raad en daad: binnen de 2 werkdagen nadat een lidorganisatie meldt dat er een probleem is, zorgt de FOV voor een aangepaste reactie (telefonisch, schriftelijk en indien nodig met een bezoek – bij voorkeur op het FOV-secretariaat). De FOV adviseert bij eventuele bezwaarschriften, legt indien nodig bijkomende contacten en is bereid in bepaalde gevallen (bij opportuniteit) de organisatie te assisteren bij contacten met de overheid. In zeer bijzondere omstandigheden, waarbij overheidsbeslissingen de belangen van de sector of een werksoort schaden, bemiddelt de FOV bij het inleiden van klachtenprocedures bij de Raad van State, de ombudsdienst of andere te betrekken instanties. In situaties met een collectief belang organiseert en coacht de FOV de gepaste acties. 1.2 Standpunten innemen en deze breed verspreiden naar… -
Alle lidorganisaties Standpunten die goedgekeurd zijn door de Raad van Beheer van de FOV worden binnen de twee werkdagen gemaild naar alle lidorganisaties en waarnemers.
-
De politieke wereld (de minister van Cultuur, het kabinet van de minister van Cultuur, de Vlaamse regering, het Vlaams parlement, de democratische politieke partijen) Het verspreiden van de FOV-standpunten naar de politieke wereld, gebeurt op de gepaste manier, snel en in bepaalde gevallen gecombineerd met persoonlijk contact.
-
De geïnteresseerden en het breed publiek, via de media: radio, televisie, geschreven pers Standpunten die goedgekeurd zijn door de Raad van Beheer van de FOV worden binnen de drie werkdagen bekend gemaakt op de FOV-website. Standpunten die goedgekeurd zijn door de Raad van Beheer van de FOV verschijnen binnen de twee weken in het FOV-digizine. De verspreiding naar het brede publiek gebeurt op het gepaste moment. Enkel de standpunten met nieuwswaarde worden in de media verspreid.
1.3 Overleggen met de lidorganisaties -
Het organiseren van overleg in - in de regel - maandelijkse werksoortelijke werkgroepen Tijdens de maandelijkse bijeenkomsten wordt gezorgd voor informatieverstrekking, voorbereiding van standpunten, gedachtewisseling tussen de organisaties, verduidelijking en kritische bevraging van het overheidsbeleid met betrekking tot de sector van het volksontwikkelingswerk.
5
Er wordt niet vergaderd gedurende de vakantiemaanden. Verder wordt enkel vergaderd als er redenen toe zijn. -
De kans bieden om ad hoc-werkgroepen op te richten indien dit door de leden wenselijk wordt geacht én indien het relevant is voor de besluitvorming (cf. de adhocwerkgroep voor de migrantenorganisaties) Signalen over de wenselijkheid rond de oprichting van een ad-hocwerkgroep worden op de eerstvolgende Raad van Beheer aanhangig gemaakt.
-
De kans bieden om te overleggen met individuele lidorganisaties Op vragen om overleg wordt in de regel ingegaan, bij voorkeur op het secretariaat van de FOV. Binnen redelijke proporties kan ingegaan worden op contacten ter plaatse (bijvoorbeeld overleg met Raad van Beheer of Algemene Vergadering). De FOV maakt via verschillende kanalen (schriftelijk, digitaal, folder, …) haar service bekend.
-
Het evalueren van het overleg met de lidorganisaties aan de hand van een aantal parameters (jaarlijks) Tegen 1 juni 2002 worden een aantal evaluatieparameters geformuleerd en uitgeschreven. De FOV houdt jaarlijks een evaluatie over het verloop van de overlegbijeenkomsten op vlak van vergadertechnieken, voorzitterschap, verslaggeving, … Deze jaarlijkse evaluatie gebeurt in alle werkgroepen tijdens het laatste trimester van het jaar. Jaarlijks maakt de FOV een verslag van de evaluatie van het overleg van de werksoortelijke werkgroepen aan de hand van een aantal parameters.
1.4 Ingaan op de vragen van lidorganisaties in het kader van het beleid en de regelgeving in het volksontwikkelingswerk -
Snel en accuraat antwoorden op alle mogelijke vragen Binnen de twee werkdagen geeft de FOV een reactie of verwijst door.
1.5 Contact hebben met en geïnformeerd zijn inzake de werking van de lidorganisaties -
Het opvragen en inventariseren van de tijdschriften van de lidorganisaties Een staflid vraagt één keer per jaar de tijdschriften van de lidorganisaties op. De FOV streeft ernaar om van alle lidorganisaties één of desgevallend meerdere publicaties te hebben en deze op een gepaste manier te gebruiken. De FOV maakt een inventaris aan van de tijdschriften van de lidorganisaties.
-
Het opvragen en ‘verwerken’ van de jaarverslagen van de lidorganisaties De jaarverslagen van de lidorganisaties worden jaarlijks in april opgevraagd.
-
Het analyseren van alle contacten van de FOV De FOV analyseert jaarlijks voor eind november al haar contacten met de lidorganisaties.
-
Het contacteren van lidorganisaties waar gedurende het afgelopen jaar geen contacten mee werden gelegd Dit gebeurt jaarlijks. Daardoor heeft de FOV-staf jaarlijks minimaal één contact (eventueel telefonisch) met alle individuele lidorganisaties.
6
Er gebeurt een verdeling door over de staf. Het contacteren is vóór eind juni afgerond. 2. Dienstverlening, adviesverlening, informatieverlening 2.1 Een kwalitatieve dienstverlening naar de lidorganisaties uitbouwen -
Lidorganisaties begeleiden bij de decretale overstap Dit kan in de vorm van collectief overleg en informatieverstrekking en indien gewenst individueel (bij voorkeur op het FOV-secretariaat). De FOV adviseert over concrete dossiers, zonder echt te interveniëren in keuzeproblemen binnen de organisaties. De FOV verwijst door naar SoCiuS voor de inhoudelijke begeleiding bij het opmaken van een beleidsplan. De FOV schrijft zelf geen beleidsplannen. De FOV overlegt op regelmatige basis met SoCiuS in functie van de begeleiding van de lidorganisaties.
-
Het voldoende op voorhand versturen van de uitnodigingen voor de werkgroepen Ten laatste vijf werkdagen vóór de vergadering wordt de uitnodiging verstuurd.
-
Het snel en accuraat laten verlopen van de verslaggeving van de overlegmomenten Binnen de zeven werkdagen na de vergadering wordt het verslag verstuurd.
-
Het snel en accuraat beantwoorden van telefonische vragen die enige navraag of opzoeking vergen Binnen de twee werkdagen geeft de FOV een antwoord of verwijst door.
-
Permanentie voorzien op het secretariaat gedurende de kantooruren Er is permanentie op het secretariaat tussen 9.00 en 12.00 uur en tussen 13.30 en 17.00 uur. Er vindt geen collectieve sluiting plaats in de zomer.
-
Het summier inventariseren van de behoeften, noden en kritieken van de lidorganisaties ten overstaan van de werking van de FOV In functie hiervan worden alle telefonische vragen bijgehouden en door de staf jaarlijks geanalyseerd. Op deze manier verwerft de FOV een inzicht in dominante en andere behoeften en kan het jaarlijks actieplan al dan niet worden bijgesteld. Een beknopte samenvatting van de behoeften, noden en kritieken van de lidorganisaties t.o.v. de werking van de FOV wordt jaarlijks in de vorm van een document aan de Raad van Beheer aangeboden. De FOV inventariseert tegen 31 december 2002 de behoeften, noden en kritieken van de lidorganisaties aan de hand van een instrument (b.v. een enquête).
-
Het uitvoeren van een uitgebreide vierjaarlijkse tevredenheidenquête Het derde jaar van de beleidsperiode doet de FOV een tevredenheidonderzoek. De staf stelt een vragenlijst voor. Er wordt vóór 1 januari 2003 beslist of het wenselijk is dit onderzoek te combineren met een ledenbezoek. De tevredenheidenquête resulteert in een lijst met aanbevelingen om de werking van de FOV bij te sturen. 7
2.2 De lidorganisaties informeren over het beleid met betrekking tot het volksontwikkelingswerk -
Het uitbouwen en updaten van een eigen website De website zal functioneren ter promotie van de FOV, de FOV-lidorganisaties en het volksontwikkelingswerk. Het accent ligt op facetten van cultuur- en subsidiebeleid. Een staflid doet de coördinatie. Alle educatieve stafleden werken mee aan de informatieverzameling. De website wordt driewekelijks geüpdatet. Het nieuws uit het FOV-digizine wordt binnen de 5 werkdagen opgenomen op de website. Het aantal bezoekers per jaar verdubbelt in de periode 31 december 2002 – 31 december 2005. Eén maal per jaar worden alle lidorganisaties geïnformeerd over de informatie en dienstverlening die ze van de FOV kunnen/mogen verwachten, ook wat betreft het mailingsysteem. De reacties op de FOV-website worden zo snel en accuraat mogelijk behandeld.
-
Het aanmaken van een digitaal magazine dat snel actuele informatie verspreidt Het digitaal magazine (FOV-digizine) zal functioneren ter promotie van de FOV, de FOV-lidorganisaties en het volksontwikkelingswerk. Het accent ligt op snelle berichtgeving over zeer actuele facetten van cultuur- en subsidiebeleid. Een staflid doet de coördinatie. Alle educatieve stafleden werken mee aan de informatieverzameling. Op elke stafbijeenkomst wordt besproken welke educatief staflid verantwoordelijk is voor verslaggeving over een nieuwsfeit. De publicatie van het FOV-digizine gebeurt tweewekelijks (uitzonderlijk vaker, heel uitzonderlijk minder vaak). Het aantal abonnees verdubbelt in de periode 31 december 2001 – 31 december 2005. De reacties op het FOV-digizine worden zo snel en accuraat mogelijk behandeld.
-
Het raadpleegbaar/downloadbaar maken van (overheids)informatie met betrekking tot beleid en regelgeving in het volksontwikkelingswerk De staf ontwikkelt ‘een neus’ voor de snelle verspreiding van belangrijke overheidsinformatie. De gegevens worden gearchiveerd. Op de FOV-website en in het FOV-digizine wordt doorverwezen naar adressen, telefoonnummers en webpagina’s van de overheid voor zover deze relevantie hebben voor het werk van de FOV.
-
Het opvolgen van en informatie verspreiden over beleidsontwikkelingen in het kader van Europese projectwerking en regelgeving Inzake informatie over beleidsontwikkelingen in het kader van Europese projectwerking en regelgeving, wordt doorverwezen naar SoCiuS.
-
Het opvolgen van en informatie verspreiden over beleidsontwikkelingen op provinciaal en lokaal niveau Dit wordt als een bijzonder aandachtspunt opgenomen. Een staflid wordt als coördinator aangewezen voor het provinciale beleid, een ander staflid volgt beleidsontwikkelingen op het vlak van het lokaal cultuurbeleid. Over beide terreinen wordt een gepaste databank aangelegd.
8
In de loop van 2002 wordt nagegaan of de FOV vanaf 2003 op het terrein van het provinciale en/of het lokale cultuurbeleid verder initiatief moet nemen (bijvoorbeeld het organiseren van overleg). 2.3 Relevante gegevens over het beleid m.b.t. volksontwikkelingswerk breed ontsluiten -
Het signaleren en/of becommentariëren en/of verspreiden van onderzoekswerk rond beleid m.b.t. het volksontwikkelingswerk Alle relevante nieuwe (universiteits)onderzoeken rond beleid m.b.t. volksontwikkelingswerk komen aan bod in de werkgroepen, het FOV-digizine, de FOVwebsite, het berichtenblad en/of het tijdschrift.
-
Het uitvoeren van een onderzoek naar de opportuniteit van een eigen tijdschrift met bredere artikels. In geval het resultaat van dit onderzoek positief is, wordt gestart met het aanmaken en publiceren van een eigen tijdschrift Het uitvoeren van dit onderzoek gebeurt in het voorjaar van 2002.
-
Het signaleren en/of becommentariëren en/of verspreiden van relevante berichten uit de media Dit gebeurt snel en beknopt via het FOV-digizine, de FOV-website, het berichtenblad en/of het tijdschrift.
-
Het aanmaken van een wisselend systeem m.b.t. de thematische verwijzing naar relevante websites Dit gebeurt via de verschillende informatiekanalen van de FOV. De thematische verwijzing naar relevante websites zal zoveel als mogelijk actualiteits- en volksontwikkelinggebonden zijn.
9
3. Vertegenwoordigen van het volksontwikkelingswerk 3.1 Meewerken aan erkenning en waardering van het volksontwikkelingswerk bij het beleid, de buitenwereld, … -
Namens de volksontwikkelingssector betrokken zijn bij en/of een bijdrage leveren aan circuits m.b.t. de volwasseneneducatie o adviesorganen o overlegorganen o … De FOV poogt in diverse (belangrijke) advies- en inspraakcircuits (die belangrijk kunnen zijn voor de werking van de FOV) aanwezig te zijn en dit omwille van het verwerven van informatie, het vertolken van FOV-standpunten, het beïnvloeden en wegen op besluitvorming. Waar nodig en wenselijk is, wordt een actieve rol gespeeld. De FOV verzamelt de verslagen van diverse (belangrijke) advies- en overlegorganen en ontsluit die informatie voor de lidorganisaties.
-
Er voor zorgen dat het volksontwikkelingswerk binnen de context van de Edufora een plaats heeft De FOV volgt de werkzaamheden van de Edufora van nabij aan de hand van verslagen, colloquia, website(s), … De FOV is bovendien aanwezig op de studiedagen van de Edufora voor zover deze betrekking hebben op beleidsontwikkelingen. De FOV volgt de evoluties binnen de Edufora op en beïnvloedt waar het mogelijk en wenselijk is. De baat voor de volksontwikkeling moet mede via de inspanningen van de FOV in 2005 duidelijk zijn. Dit betekent ook dat de FOV reageert als het volksontwikkelingswerk in de werking van de Edufora ontbreekt. Het belang van de Edufora wordt regelmatig onder de aandacht van de lidorganisaties gebracht.
-
Het uitbouwen en updaten van een eigen website zodanig dat deze bijdraagt aan de erkenning en de waardering van het volksontwikkelingswerk zie 2.2
-
Het snel bezorgen van actuele informatie aan alle geïnteresseerden om het volksontwikkelingswerk in de belangstelling te houden zie 2.2
-
Het uitvoeren van een onderzoek naar de wenselijkheid van het organiseren van studiedagen, congressen, colloquia, beurs … over het volksontwikkelingswerk voor betrokkenen bij het volksontwikkelingswerk. In geval het resultaat van dit onderzoek positief is, wordt gestart met het organiseren van studiedagen, congressen, colloquia, beurs… voor een breed publiek Het uitvoeren van dit onderzoek gebeurt in het voorjaar van 2003. De invalshoek van het onderzoek is: studiedagen, congressen, colloquia, beurs… worden alleen georganiseerd als ze wezenlijk zijn voor de werking van de FOV en in het belang van de lidorganisaties en/of hun medewerkers. Het organiseren voor een breed publiek moet een meerwaarde betekenen voor de FOV-werking. Bij de studiedagen, congressen, colloquia, beurs… die de FOV organiseert, zal het accent liggen op het cultuurbeleid met betrekking tot het volksontwikkelingswerk. 10
Een voorstel tot organisatie van studiedagen, congressen, colloquia, beurs… wordt steeds voorgelegd aan de Raad van Beheer die haar toestemming geeft. -
Het onderhouden van goede contacten met journalisten en mogelijk op het gepaste moment een lezersbrief, vrije tribune, opiniestuk… aanbieden Alle stafleden doen aan journalistennetwerkvorming. Een staflid coördineert de contacten met de pers. Bij het noodzakelijk inschakelen van de pers is een up-to-date databestand van contact-journalisten beschikbaar zijn. De FOV probeert twee keer per jaar in de media te zijn over het volksontwikkelingswerk.
3.2 Representatief zijn voor de sector van het volksontwikkelingswerk -
90% van alle erkende organisaties - die voldoen aan de voorwaarden opgenomen in de statuten van de FOV – tot lid maken tegen eind 2005 90% van alle erkende organisaties – die voldoen aan de voorwaarden opgenomen in de statuten van de FOV - zijn (tevreden) lid tegen eind 2005.
3.3 De rol van spreekbuis tussen het werkveld en de overheid vervullen -
Spreken namens de achterban en gelegitimeerd worden om dat te doen De FOV-standpunten worden democratisch opgebouwd. De FOV is aanspreekbaar door de lidorganisaties over de wijze van besluitvorming. De FOV draagt de representativiteit (3.2) hoog in het vaandel. De FOV legt verantwoording af voor het spreken namens de achterban door alle FOV-standpunten terug te koppelen naar de lidorganisaties.
3.4 Zich positioneren ten overstaan van werkveld, overheid, aanverwante… -
Erkend worden als gesprekspartner van… o het kabinet van de minister van Cultuur o de administratie o de commissie Cultuur van het Vlaams Parlement o de democratische politieke partijen Er komt geen nieuw beleid tot stand in het volksontwikkelingswerk zonder dat deze instanties de FOV hebben geconsulteerd. De FOV heeft zodanige contacten met de Administratie (Afdeling Volksontwikkeling) dat de FOV optimaal haar diensten aan de lidorganisaties kan verlenen.
-
Bij de positionering ten overstaan van de overheid richt de FOV zich op consensus en overlegstrategie behalve daar waar confrontatie aangewezen lijkt Er wordt pas beslist tot confrontatie als de FOV daartoe gemandateerd is door de Raad van Beheer.
-
Bij de positionering ten overstaan van het werkveld richt de FOV zich op consensus en overlegstrategie De FOV bouwt een “traditie” van democratische besluitvorming op door alle kans te geven aan overleg en samenspraak. De FOV hanteert en bewaakt ook de democratische besluitvormingsprocedure bij het overleg met de lidorganisaties.
11
Pas na uitputting en explicitering van alle – eventueel tegengestelde – meningen wordt tot finale besluitvorming gekomen. De besluitvormingsprocedure is duidelijk en wordt geëxpliciteerd aan de lidorganisaties. -
Contact hebben met en waar gewenst is ook overleggen met andere steunpunten en belangenorganisaties in de sfeer van het volksontwikkelingswerk De FOV zorgt voor uitwisseling en regelmatig overleg met andere steunpunten en belangenorganisaties. Op zijn minst is de FOV geïnformeerd over de activiteiten en standpunten van de andere steunpunten en belangenorganisaties. Met SoCiuS heeft de FOV een bijzondere band die gespecificeerd is in een samenwerkingsovereenkomst. De andere steunpunten en belangenorganisaties kennen de FOV en hebben met minstens één staflid een direct contact.
-
Het aanmaken van een gedrukte folder over de FOV als een soort visitekaartje De FOV maakt een folder aan tegen eind maart 2002
12
4. De eigen organisatie 4.1 Organisatorisch een “goed voorbeeld” zijn -
Een goed en doorzichtig personeelsbeleid hebben De FOV heeft een nota met alle personeelsinformatie. De nota met personeelsinformatie ligt ter beschikking van alle stafleden. Jaarlijks vinden functioneringsgesprekken plaats. Jaarlijks wordt een stafoverleg gewijd aan personeelsaangelegenheden.
-
Een verzorgde personeelsadministratie hebben Er is een duidelijk overzicht wie voor wat verantwoordelijk is. De documenten die aan de personeelsleden worden gegeven, zijn correct.
-
Een boekhouding hebben die regelmatige financiële controle mogelijk maakt De boekhouding van de FOV is minstens op maandbasis bijgehouden.
-
Een gedegen en gezond financieel beleid hebben De FOV heeft jaarlijks een sluitende begroting. De FOV heeft jaarlijks een positieve resultaatsrekening. de FOV brengt driemaandelijks een financieel rapport uit aan het Dagelijks Bestuur.
-
Een goed functionerende administratie hebben De FOV hanteert een uniforme huisstijl. Elke binnengekomen e-mail wordt de dag zelf gelezen en indien nodig binnen de twee werkdagen beantwoord.
-
Een adequaat systeem van deskundigheidsbevordering voor zowel werkgever als werknemer uitbouwen Tegen eind 2002 heeft de FOV een door de Raad van Beheer aanvaarde nota over deskundigheidsbevordering in de organisatie.
-
Zorgen voor een goede relatie met SoCiuS Er bestaat een afsprakennota tussen de FOV en SoCiuS over de manier waarop wordt samengewerkt. Afspraken tussen de directies, Raden van Beheer en de beide stafteams worden strikt opgevolgd.
-
Een goede (gesloten) bibliotheek bezitten Het documentatiemateriaal dat essentieel is voor de uitvoering van de taken van een belangenorganisatie, is op de FOV aanwezig.
-
Goed overleggen op niveau van de staf Wekelijks vindt een stafbijeenkomst plaats (met uitzondering van juli en augustus). De stafbijeenkomsten worden goed geleid. Er is sprake van een beurtrolsysteem. Binnen de vier werkdagen is het verslag van de voorbije bijeenkomst verspreid onder de stafleden. De documenten en uitnodigingen worden minstens twee dagen vóór de stafbijeenkomst verspreid onder de stafleden.
-
Goed functionerende statutaire organen hebben: o Dagelijks Bestuur 13
Maandelijks vindt minstens één Dagelijks Bestuur plaats (met uitzondering van juli en augustus). o Raad van Beheer Maandelijks vindt minstens één Raad van Beheer plaats (met uitzondering van juli en augustus). o Algemene Vergadering de Algemene vergadering van de FOV vindt minstens twee maal per jaar plaats, en telkens als één vijfde van de leden daarom verzoekt. De eerste maal in het eerste semester van het jaar, de tweede maal in het laatste trimester van het jaar.
14
DEEL 3 Personeelsplan 1 Personeelssamenstelling (organogram) 2 Link: personeel – concrete doelstellingen
DEEL 4 Financieel plan 1 Financiële middelen 2 Materiële middelen 3 Begroting en rekening
De delen 3 en 4 worden uitgeschreven, wanneer de beleidsopties 2002-2005 door de Algemene Vergadering zijn aanvaard en wanneer meer duidelijkheid bestaat over de wijze waarop de FOV zal gefinancierd worden (in uitvoering van het FOV-decreet van 6 juli 2001).
15