Notulen van de openbare vergadering van Provinciale Staten van Flevoland, gehouden op donderdag 11 mei 2006 om 19.30 uur in het Provinciehuis te Lelystad. Aanwezig zijn: de heer J.M. Bos (PvdA), mevrouw L.M. Bouwmeester-den Broeder (PvdA), de heren H. Dijksma (VVD), A.L. Greiner (CDA) en W.G. de Raad (VVD), leden van het college van Gedeputeerde Staten; de heren A. van Amerongen (VVD), J.N.J. Appelman (CDA), R.Th. van der Avoort (VVD), de dames J.S. Binnerts-de Jonge (VVD) en A.J. Bliek-de Jong (VVD), de heren M. Bogerd (SGP) en J.L. Crebas (D66), mevrouw M.I. Creemers-Hazebroek (VVD), de heren M. van Daalen (CU), N. Demirbilek (SP) en B.G. van Erve (VDA), mevrouw M.L. Ebbens-Smit (VVD), de heren J.E. Geersing (CU), C.J.M. Goossens (PvdA) en E.W. Gumbs (PvdA), mevrouw K.J.H. Hasper-Wolters (CDA), de heer J. Jongsma (ONS Flevoland), de dames M. Jonker-Waterlander (VVD), F.T. Joosse (CU) en M.H. Koster (PvdA), de heer J. Kramer (VVD), mevrouw F. Laamraoui (GL) de heer C.A.A.A. Maenhout (VVD), mevrouw I. MatersMeuleman (CDA), de heren C. Meijer (GL), W.E. van der Meulen (VVD), H. Nijenhuis (D66), R.T. Oost (CDA), P.T.J. Pels (PvdA) en A.A. Rijsdorp (PvdA), mevrouw M.J.F.P. Ruhe (PvdA), de heren W.R. Ruifrok (PvdA), E. Schaap (GL), A.A.J.M. de Schutter (CDA) en R.J. Siepel (CU), mevrouw E.H. Soudain (PvdA), de heer R. Spriensma (CDA), mevrouw L.B.M. Venselaar (PvdA), de heren J. van Wieren (CDA) en P. Zijlstra (CDA). Afwezig zijn: de heren W.P. Keur (VVD), L.H.M. Lammers (ONS Flevoland), A.H.R. Leijten (CDA), J.P. Slicht (PvdA), R.A.P. Schouwaert (PvdA) en P.H. Walraven (SP) en mevrouw T. Zeilstra-van der Meulen (PvdA). Voorzitter: de heer mr. M.J.E.M. Jager, Commissaris der Koningin. Griffier: mevrouw A. Doesburg, griffier. 1.
Opening De voorzitter: Dames en heren. Ik open de vergadering en heet u allen van harte welkom. Ik deel u mede dat berichten van verhindering zijn ontvangen van de heren Keur, Walraven, Slicht en Schouwaert, mevrouw Zeilstra en de heren Leijten en Lammers. Op uw tafels hebt u een bijzonder ingekomen stuk aangetroffen. Wij hebben dat te danken aan het feit dat wij een jarige in ons midden hebben. De heer De Raad is vandaag 54 jaar geworden en ik neem aan dat ik hem namens u allen van harte mag feliciteren en dankzeggen voor deze prachtige versnapering. (applaus)
2.
Vaststelling agenda De voorzitter: Ik deel u mede dat mij in de zojuist afgeronde vergadering van de commissie bestuur het verzoek heeft bereikt een initiatiefvoorstel aan de agenda toe te voegen. U vindt dat voorstel op uw tafels. In de commissie is mij door de daar aanwezige fractievoorzitters medegedeeld dat zij ermee akkoord gaan, dat dit agendapunt aan de agenda voor vanavond wordt toegevoegd. Als wij dit voorstel aan het einde van de agenda behandelen, hebt u de gelegenheid het nog even door te lezen. De heer Crebas zal het voorstel zo dadelijk toelichten. Kunt u met het aan de agenda toevoegen van dit voorstel instemmen? Aldus wordt besloten.
3.
Notulen van de openbare vergadering d.d. 6 april 2006 De notulen van de openbare vergadering van 6 april 2006 worden zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd vastgesteld.
4.
Mededelingen Er zijn geen mededelingen.
5.
Ingekomen stukken
-21. Een brief van F.T. Joosse waarin melding wordt gemaakt van het aanvaarden van een tweetal bestuursfuncties. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen besloten de brief voor kennisgeving aan te nemen. 2. Een brief van Randstad tram, Lijzij 78, Huizen, waarin de problematiek rond de A6-A9 en de 80km-zones rond de grote steden aan de orde wordt gesteld. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen besloten de brief niet verder de geleiden. 3. Een brief van de Randstedelijke Rekenkamer met de jaarstukken 2005. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen besloten de brief in handen van de commissie te stellen. 4. Een brief van de Randstedelijke Rekenkamer inzake de definitieve begroting 2006. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen besloten de brief ter kennis te brengen van de commissie bestuur en de financiële afdoening in handen te stellen van de afdeling financiën. 5. Een brief van het college van Gedeputeerde Staten van Flevoland inzake de afhandeling van Statenvragen inzake preventief financieel toezicht. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen besloten de brief voor kennisgeving aan te nemen. 6. Een brief van de Randstedelijke Rekenkamer inzake het vastgestelde Reglement van Orde van de Randstedelijke Rekenkamer. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen besloten het stuk ter kennisneming van de commissie bestuur te stellen. 6.
Hamerstukken a. Voorstel inzake vaststelling van het Reglement 2006 voor de Provinciale Omgevingscommissie Flevoland Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen conform het voorstel van het college van Gedeputeerde Staten besloten.
7.
Voorstel inzake vaststellen van de 5 wijziging van de begroting 2006 van de provincie Flevoland Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen conform het voorstel van het college van Gedeputeerde Staten besloten.
8.
Voorstel inzake aanvraag landelijke regeling “Seed Capital Technostarters”; lening Matchingfund De voorzitter: Ik constateer dat de heer Jongsma voor de duur van de behandeling van dit agendapunt de vergadering heeft verlaten.
e
De heer Kramer: Mijnheer de voorzitter. In de commissievergadering bleek onduidelijkheid te bestaan over de verdeling van de exploitatiekosten van het op te richten fonds. De Gedeputeerde heeft ons daarover inmiddels een nota doen toekomen, die ons daarover duidelijkheid heeft verschaft. Ik kan u dan ook mededelen dat wij van harte met dit voorstel instemmen. De heer Schaap: Mijnheer de voorzitter. Als voorzitter van de commissie kan ik de lezing van de heer Kramer bevestigen. Als Statenlid en fractievoorzitter van GroenLinks stem ik gaarne in met dit voorstel.
-3Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen conform het voorstel van het college van Gedeputeerde Staten besloten.
8a. Financiële steun noodhulp Suriname De heer Crebas: Mijnheer de voorzitter. Het is ons allen bekend dat Suriname recent is getroffen door een watersnoodramp. Ik ben van verschillende kanten benaderd met het verzoek hieraan in deze Statenvergadering aandacht te besteden, wat ik graag mede namens de PvdA-fractie doe. Mevrouw Soudain van die fractie is onlangs in het getroffen gebied geweest. Wij stellen de Staten voor een bedrag van € 20.000,- voor noodhulp te voteren. Ik breng u in herinnering dat wij bijzondere banden hebben met Suriname. Wij hebben een Surinameproject lopen en mij is van ambtelijke zijde gebleken, dat ook via dat kanaal een beroep op de provincie Flevoland is gedaan. Voorts wil ik erop wijzen dat verhoudingsgewijs veel uit Suriname afkomstige mensen in de provincie Flevoland woonachtig zijn. Ik denk dat het goed is als u mevrouw Soudain nog even het woord geeft, zodat zij een beeld kan schetsen van de situatie ter plekke. Mevrouw Soudain: Mijnheer de voorzitter. De vorige week was ik nog in het getroffen gebied. Ik heb daar namens de Stichting Vrienden van Suriname een bezoek gebracht aan Surinaamse schoolkinderen. Mede met hulp van enkele Statenleden, de provincie en vrienden, zijn goederen verzameld ten behoeve van kinderen op de scholen in het binnenland van Suriname. Deze goederen hebben wij daar de vorige week dinsdag bezorgd en wij werden door de schoolleiding heel hartelijk ontvangen. Op de school waren 120 kinderen aanwezig. Wij hebben ook een rondleiding gekregen door het dorp, waar ongeveer zeshonderd mensen wonen. Nogmaals: de ontvangst was zeer hartelijk. Onze groep was zeer geëmotioneerd omdat de kinderen zo dankbaar waren voor de tassen met boeken, schriften en allerlei schoolbenodigdheden die zij in ontvangst mochten nemen. De tassen waren bestemd voor de kinderen van groep 8, dus de zesdeklassers, die deze tassen zouden gaan gebruiken in het nieuwe schooljaar, dat over enkele maanden aanvangt. Twee dagen na ons vertrek is dit gebied volledig onder water gelopen. Ik heb de door mij uit Suriname ontvangen beelden naar Omroep Flevoland doorgemaild. Die beelden zijn daar vanavond te zien. Ik doe een dringend beroep op alle Statenleden met dit initiatiefvoorstel in te stemmen. Wij mogen niet vergeten dat de banden met Suriname altijd blijven bestaan. In het hart van Suriname ligt een stukje Nederland, namelijk Flevoland. De heer Van Wieren: Mijnheer de voorzitter. Ik heb behoefte aan een korte schorsing voor overleg met mijn fractie. De voorzitter: Ik stel voor de andere fracties eerst in de gelegenheid te stellen het woord te voeren, waarna ik de vergadering zal schorsen. De heer Schaap: Mijnheer de voorzitter. Ik heb een vraag aan de indieners van het initiatiefvoorstel. Kunnen zij mij zeggen hoe zij de hoogte van het te verstrekken bedrag hebben bepaald? Een aantal jaren geleden, toen in Suriname de dollar nog niet was ingevoerd, had men het daar over “harde Beatrixen”. De koersverhouding tussen de euro en de harde “Beatrixen” was zodanig, dat € 20.000,onwaarschijnlijk veel geld was. Die fase is achter de rug. Wat kan men op dit moment in Suriname doen met € 20.000,-? Zou het niet voor de hand liggen dat bedrag te verhogen? Met alle respect voor het initiatief: gelet op de hoogte van het bedrag heeft deze steun in mijn ogen min of meer een symbolisch karakter. Kunnen de indieners van het initiatiefvoorstel daarover iets zeggen? De heer Jongsma: Mijnheer de voorzitter. Wij voelen met de getroffen Surinamers mee, maar zijn van mening dat het niet de taak is van de provincie Flevoland geld voor noodhulp aan Suriname vrij te maken. Wij hebben overigens ook een probleem met de voorgestelde dekking, namelijk uit onvoorzien. Wij hebben al eerder noodhulp verleend. Wij kunnen ons afvragen hoe onvoorzien dit is als de provincie het verlenen van noodhulp aan andere landen tot haar taak rekent. Als dat het ge-
-4val is, stel ik voor daarvoor een begrotingspost op te voeren waaruit wij in het vervolg zullen kunnen putten. De heer Schaap: Kan de heer Jongsma ons zeggen welke calamiteit is te voorzien? De heer Jongsma: Geen enkele calamiteit is te voorzien, maar het feit dat zich calamiteiten zullen voordoen is wel te voorzien. De heer Maenhout: Mijnheer de voorzitter. Normaliter zijn wij terughoudend als het gaat om voorstellen tot het verlenen van noodhulp door deze provincie. Wij zijn van mening dat wij dat alleen moeten doen als sprake is van bijzondere omstandigheden en willen alleen een uitzondering maken als het gaat om gebieden waarmee wij een bijzondere band hebben. Ik heb dit voorstel nog niet met mijn fractie kunnen bespreken, wij zullen dat zo dadelijk doen, maar ik wil u wel vast zeggen dat in dit geval naar mijn mening sprake is van bijzondere omstandigheden. De heer Van Daalen: Mijnheer de voorzitter. Ik was van plan iets te zeggen over de dekking uit de post onvoorzien, maar dat zal ik nu niet doen. U weet dat mijn fractie in dit soort situaties over het algemeen terughoudend is, maar ik kan u zeggen dat wij dit voorstel in de schorsing met een positieve insteek zullen bekijken. De heer Crebas: Mijnheer de voorzitter. Dank voor de reacties. In de richting van de heer Schaap wil ik opmerken dat hij van mij geen exposé over het Surinaamse muntenstelsel mag verwachten. De heer Schaap moet zich realiseren dat dit een spontaan gebaar is. Wij hebben getaxeerd dat een bescheiden bedrag van € 20.000,- in de ogen van deze Staten redelijk zou zijn. De voorzitter: Ik schors de vergadering voor vijf minuten. Schorsing. De voorzitter: De vergadering is heropend. De heer Van Wieren heeft het woord. De heer Van Wieren: Mijnheer de voorzitter. In het voorstel zijn de argumenten voor het verlenen van noodhulp aan het getroffen gebied in Suriname duidelijk omschreven. Natuurlijk is dit geen provinciale taak, dat weten wij allemaal, maar gelet op de argumenten kan de CDA-fractie zich in het voorstel vinden. De heer Maenhout: Wij zijn ook voor, mijnheer de voorzitter. De heer Van Daalen: Bij die woorden sluit ik mij volmondig aan. De heer Demirbilek: Mijnheer de voorzitter. Gelet op de internationale verbanden ziet de SP-fractie het verlenen van noodhulp aan Suriname wel deels als een provinciale taak. Daarom stemmen wij ook voor dit voorstel. De heer Bogerd: Mijnheer de voorzitter. Helaas zijn er op deze wereld vele rampgebieden en daarom moeten wij altijd eerst bekijken of er een reden is om vanuit onze provincie hulp te bieden. Wij moeten immers voorkomen dat wij aan ontwikkelingshulp gaan doen. Wij zijn van mening dat dit voorstel voldoende is onderbouwd om te kunnen vaststellen dat in dit geval sprake is van bijzondere omstandigheden en daarom zijn wij ervoor, dat wij onze naasten in Suriname hulp verlenen. De heer Schaap: Mijnheer de voorzitter. Gelet op de door mij in eerste termijn gemaakte opmerkingen zal het duidelijk zijn, dat mijn fractie van harte met dit initiatiefvoorstel instemt. Ik heb gesuggereerd dat dit bedrag aan de lage kant is, maar ik zal geen amendement indienen met als doel het bedrag te verhogen. Als ik dat zou doen, zou u de vergadering waarschijnlijk nogmaals moeten schorsen en dat wil ik de Staten niet aandoen. Ik denk dat het goed is dat dit voorstel unaniem wordt aanvaard. Aan de heer Jongsma wil ik nog vragen hoe hij onvoorzien wil voorzien.
-5De heer Jongsma: Ik zou u willen vragen of u uw kostbare avond prefereert boven het verlenen van noodhulp aan Suriname. De heer Schaap: U daagt mij nu uit een ellenlang betoog te houden, maar dat zal ik niet doen. De voorzitter behoeft niet in te grijpen. Het lijkt mij een goede zaak dat zelfs de fractie van de heer Jongsma met dit voorstel instemt. De heer Jongsma zou zich wellicht kunnen voorstellen dat de door zijn buurman gesuggereerde noodhulp aan andere rampgebieden, dichterbij huis, aanleiding zou kunnen zijn tot een initiatiefvoorstel aan de Staten, maar dat is niet aan de orde. Ik nodig de heer Jongsma uit ook met dit voorstel mee te gaan. De voorzitter: Ik constateer dat het voorstel wordt aangenomen en de heer Jongsma wil zien aangetekend, dat hij geacht wenst te worden te hebben tegengestemd. Ik deel u mede dat wij in overleg met de indieners van dit initiatiefvoorstel zullen trachten de volgende week in de commissie exact aan te geven langs welke weg wij deze middelen aan het getroffen gebied zullen doen toekomen. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het initiatiefvoorstel besloten, onder aantekening dat de heer Jongsma geacht wenst te worden te hebben tegengestemd. 9.
Sluiting De voorzitter: De vergadering is gesloten. (19.52 uur)
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Provinciale Staten van Flevoland gehouden op 8 juni 2006. de griffier,
de voorzitter,
