De HBO (bachelor)-fiscalist
Beroeps- en Opleidingsprofiel voor de HBO (bachelor)-opleiding Fiscaal Recht en Economie
Landelijk Overleg Fiscaal Recht en Economie (LOFRE)
Fontys Hogescholen Hanzehogeschool Groningen Hogeschool van Amsterdam Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool Rotterdam Saxion Hogescholen
Inhoudsopgave Voorwoord…………………………………………………………………………………………. 2 Inleiding……………………………………………………………………………………………. 4 Deel 1 Beroepsprofiel…………………………………………………………………………….. 6 1.1 Beroep en beroepenveld……………………………………………………………. 6 1.2 Maatschappelijke ontwikkelingen………………………………………………….. 6 1.3 Bij- en nascholing……………………………………………………………………. 9 1.4 Contacten in het werkveld…………………………………………………………. 11 1.4.1 Contacten bij de overheid…………………………………………….. 11 1.4.2 Contacten in de private sector……………………………………….. 11 1.4.2.1 Belastingadvieskantoren……………………………………… 11 1.4.2.2 Bankbedrijf en verzekeringsbranche…………………………12 1.5 Voorbeelden van werkzaamheden……………………………………………….. 12 1.5.1 Private sector…………………………………………………………… 12 1.5.1.1 Belastingadviespraktijk……………………………………….. 12 1.5.1.2 Banken en verzekeraars……………………………………… 14 1.5.1.3 Bedrijfsfiscalist…………………………………………………. 14 1.5.2 Publieke sector (overheid)……………………………………………. 14 1.5.2.1 Belastingdienst………………………………………………… 14 1.5.2.2 Lokale overheden…………………………………………….. 15 1.5.2.3 Rechtbanken………………………………………………….. 15 1.6 Beroepsinhoudelijke competenties HBO-fiscalist……………………………… 15 Deel 2 Opleidingsprofiel HBO opleiding Fiscaal Recht en Economie…………………….. 16 2.1 HBO- niveau………………………………………………………………………….16 2.1.1. Dublin descriptoren…………………………………………….. 16 2.1.2. HBO /BBA standaard……………………………………………17 2.2 Competenties………………………………………………………………………….19 Nawoord………………………………………………………………………………………….. 23 Bijlage…………………………………………………………………………………………….. 24
1
Voorwoord Het belastingrecht is een deel van onze rechtsorde. Het is een rechtsgebied dat in de samenleving een niet meer weg te denken plaats inneemt. Geld moeten afdragen aan de overheid raakt namelijk bijna iedere burger en organisatie. De belastingheffing blijft ingewikkeld, ondanks alle pogingen tot vereenvoudiging. Daarnaast is de regelgeving met betrekking tot de belastingheffing voortdurend in beweging. Het is daarom noodzakelijk om de regelgeving op het gebied van belastingheffing blijvend te bestuderen. Een continue scholing is dus voor de beroepsoefenaar op fiscaal terrein, de fiscalist, onontbeerlijk. De bachelor-opleiding Fiscaal Recht en Economie van de zes hogescholen in Nederland leidt studenten op tot een professionele fiscalist. Binnen deze opleiding staat uiteraard de bestudering van de belastingregelgeving in al haar uitingen en toepassingen centraal. Door een integrale benadering van de leerstof zijn de opleidingen Fiscaal Recht en Economie in staat competente professionele fiscalisten af te leveren. Per 1 september 2011 is de naam van de opleiding, voorheen Fiscale Economie, gewijzigd in Fiscaal Recht en Economie. De studenten die in 2012 afstuderen ontvangen een diploma met deze nieuwe opleidingsnaam. Waarom deze nieuwe naam? Met deze naamswijziging is geen inhoudelijke wijziging van het curriculum beoogd. In het curriculum van de opleiding is echter naast bedrijfeconomische kennis en vaardigheden ook een belangrijke rol weggelegd voor de juridische component. Het vakgebied opereert op het snijvlak van economie en recht. De nieuwe naam Fiscaal Recht en Economie doet dan ook meer recht aan het profiel van de opleiding. In dit document worden de beroepscompetenties van de HBO-fiscalist omschreven. Daarmee wordt duidelijk wat een fiscalist als beginnend beroepsbeoefenaar moet kunnen, kennen en zijn. Het is een voorwaarde om als een professional te kunnen opereren in de beroepspraktijk. Het aldus beschreven beroeps- en opleidingsprofiel reikt daarmee het kader aan voor de opleidingen om het curriculum nader vorm te geven. Het beroeps- en opleidingsprofiel gaat uit van de heo graad Bachelor of Business Administration en de daarbij behorende BBA-standaard. De vier elementen van de HBO standaard (gedegen theoretische basis, onderzoekend vermogen, professioneel vakmanschap en beroepsethiek en maatschappelijke oriëntatie) zijn toegespitst op de BBAomgeving. In het landelijk overleg en binnen het werkveld is de vraag aan de orde geweest of deze graad past bij de opleiding Fiscaal Recht en Economie. Of zou de Bachelor in Laws hiervoor meer geëigend zijn? De opleiding begeeft zich immers op het economische én juridische gebied. Het landelijk overleg is tot de conclusie gekomen dat de BBA-standaard voor wat betreft de vier algemene elementen, die overeenstemmen met de Dublin Descriptoren, als ook de kernvakgebieden past bij deze opleiding. In deel 2 is dit nader toegelicht. Dit landelijke beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding Fiscaal Recht en Economie is tot stand gekomen in samenwerking met de opleidingsvertegenwoordigers van alle hogescholen met een opleiding Fiscaal Recht en Economie, verenigd in het Landelijk Overleg Fiscaal Recht en Economie (LOFRE). Daarnaast zijn de verschillende conceptversies van dit document van kritische kanttekeningen voorzien door de aan de opleidingen gelieerde beroepenveldcommissies (adviesraden). Tenslotte is de definitieve versie ter goedkeuring voorgelegd aan de beroepenveldcommissies. Alle beroepenveldcommissies hebben ingestemd met het voorliggende beroeps- en opleidingsprofiel. Voor de samenstelling van de beroepenveldcommissies wordt verwezen naar bijlage 1. De eindredactie van dit document
2
lag in handen van de opleiding Fiscaal Recht en Economie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. De opleidingen Fiscaal Recht en Economie spreken de verwachting uit dat dit document een waardevolle bijdrage levert aan een optimale aansluiting van opleiding op arbeidsmarkt. Zij zijn zich bewust van de diversiteit van de arbeidsmarkt. Een middelgroot regionaal belastingadvieskantoor stelt een aantal andere eisen aan de HBO-fiscalist dan één van de grote kantoren in de Randstad. Ook dit vindt zijn weerslag in het document. Arnhem, januari 2012 Namens het Landelijk Overleg Fiscaal Recht en Economie,
Marieke Wittenhorst Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
3
Inleiding Het eerste landelijke Beroeps- en Opleidingsprofiel voor de opleiding Fiscaal Recht en Economie dateert uit de beginjaren negentig. In 1998 is er een nieuw landelijk beroeps- en opleidingsprofiel tot stand gekomen met medewerking en onder redactie van de Open Universiteit. Dit profiel heeft tot herzieningen in 2003, 2006 en thans 2011 geleid. De drie voornaamste redenen om in 2003 het beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding Fiscaal Recht en Economie uit 1998 te herzien, zijn als volgt samen te vatten: De opleidingen hebben indertijd een afspraak gemaakt bij het vaststellen van het beroeps- en opleidingsprofiel in 1998 om het beroepsprofiel voor de opleidingen Fiscaal Recht en Economie één keer in de vijf jaar te toetsen aan de actualiteit (maatschappelijke ontwikkelingen, ontwikkelingen binnen het beroepenveld en ontwikkelingen binnen het onderwijs).
De (meeste) opleidingen zijn reeds van start gegaan met een competentiegerichtere invulling van het onderwijs. Dit naar aanleiding van een ontwikkeling in het hbo het curriculum van opleidingen competentiegericht vorm te geven.
De visitatiecommissie geeft in haar rapport van 11 juni 2002 een aantal verbeterpunten voor het landelijke beroepsprofiel van de opleidingen Fiscaal Recht en Economie. Zij doet de opleidingen een aantal aanbevelingen. De belangrijkste aanbevelingen van de commissie zijn: - verken de mogelijkheden van competentiegericht onderwijs; - schep in overleg met het werkveld duidelijkheid over de positionering van de HBOfiscalist.
Bij de herziening in 2006 van het beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding Fiscaal Recht en Economie uit 2003 ging het niet om majeure wijzigingen. Met name bij het onderdeel maatschappelijke ontwikkelingen werd nog eens stilgestaan bij de Belastingherziening van 2001 en werden nadien ingevoerde wetswijzigingen als belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen aangeduid. Verder zijn de doorstroommogelijkheden sinds het vaststellen van het Landelijke Beroeps-en opleidingsprofiel enigszins uitgebreid. Dat de HBO-fiscalist een teamplayer moet zijn was ook al bekend in 2003, zij het dat het minder expliciet werd verwoord. Ook die wijziging werd doorgevoerd. De redenen om in 2011 het beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding Fiscaal Recht en Economie uit 2006 te herzien zijn de ontwikkelingen op het gebied van : de beroepsuitoefening, met name de ontwikkeling van aangifte medewerker naar tax analist, de relatie tussen belastingplichtige en de Belastingdienst, het horizontaal toezicht, de samenwerkingsverbanden met en aansluiting op universiteiten, de kwalificatie University Applied Siences waarbij de toegepaste onderzoekscomponent een rol speelt, internationalisering en globalisering en de nieuwe BBA standaard (Bachelor of Business Administration). Dit document geeft het kader aan waarbinnen de opleidingen Fiscaal Recht en Economie hun curriculum verder vorm dienen te geven. Uiteraard heeft elke opleiding daarbij de mogelijkheid haar eigen accenten aan te geven door zich te specialiseren. Beschreven zijn de minimumvereisten waaraan een fiscalist moet voldoen. Die vormen het gemeenschappelijke uitgangspunt voor alle opleidingen Fiscaal Recht en Economie.
4
In hoofdstuk 1 is het beroepsprofiel van afgestudeerden aan de hbo-opleiding Fiscaal Recht en Economie beschreven, met daarin opgenomen de karakteristieke kenmerken van een HBO-fiscalist. Verder wordt in dit hoofdstuk uitvoerig stilgestaan bij de beroepscompetenties van de fiscalist. Deze kunnen pas omschreven worden wanneer er een helder beeld bestaat van de werkzaamheden van de fiscalist in zijn beroepsuitoefening. Die worden dan ook eerst besproken. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op het gemeenschappelijke deel van het opleidingsprofiel van de opleidingen Fiscaal Recht en Economie. Het opleidingsprofiel refereert aan de beroepscompetenties van een fiscalist. Om te kunnen vaststellen wat een bepaalde competentie betekent in termen van kennis, vaardigheden en houding, worden de competenties in dit hoofdstuk nader toegelicht. In dit document wordt telkens gesproken over de beginnende HBO-fiscalist: een beginnend beroepsbeoefenaar. Daarmee wordt uitdrukkelijk een fiscalist bedoeld in de eerste vijf jaar van zijn beroepsuitoefening na het afstuderen aan de opleiding Fiscaal Recht en Economie.
5
Deel 1 1.1
Beroepsprofiel
Beroep en beroepenveld
De afgestudeerde van een hbo (bachelor)-opleiding Fiscaal Recht en Economie wordt in dit beroepsprofiel een HBO-fiscalist genoemd. Hij opereert vanuit een juridische en een bedrijfseconomische discipline. Beroep van de HBO-fiscalist Een HBO-fiscalist beschikt over praktisch toepasbare kennis en vaardigheden op het gebied van de belastingregelgeving met daaraan verwante regelgeving in combinatie met zijn praktisch toepasbare kennis en vaardigheden op financieel gebied (bedrijfseconomisch/administratief gebied). Zijn werkzaamheden spelen zich vooral af rondom het doen van de aangifte van de verschillende belastingen (“middelen”). De praktische, integratief toepasbare kennis en vaardigheden zijn bij uitstek van belang bij het indienen en controleren van aangiftes, het signaleren voor advisering vanuit de aangiftes, het ‘vertalen’ van jaarrekeningen naar aangiftes, het fiscaal adviseren en het horizontaal toezicht. Beroepenveld van de HBO-fiscalist De HBO-fiscalist voert zijn werk uit in de private en publieke sector. In de private sector werkt hij in het bijzonder in organisaties in de zakelijke en financiële dienstverlening: de belastingaangifte- en adviespraktijk van belastingadvies- en accountantskantoren (bedrijven en particulieren), de financiële adviseringsafdeling van bankbedrijven en verzekeringsinstellingen. Bij het grootbedrijf worden HBO-fiscalisten in toenemende mate ingezet op de financiële/fiscale afdeling, bijvoorbeeld in het kader van horizontaal toezicht. Wat de publieke sector of overheid betreft, is de HBO-fiscalist vooral werkzaam bij de Belastingdienst, lokale overheden en, sinds de invoering van beroepszaken van belastingzaken, bij Rechtbanken. 1.2
Maatschappelijke ontwikkelingen
Ondanks de economische crisis en de als gevolg daarvan tanende arbeidsmarkt, is de vraag naar HBO-fiscalisten nog steeds groot. Uit onderzoek van het SEO Seo economisch onderzoek Monitor jonge fiscalisten 2010i blijkt dat jonge fiscalisten (HBO en WO) snel een baan hebben. De gemiddelde baanzoekduur van de HBO- fiscalist is slechts 2,5 maand. Dit is in verhouding tot fiscale WO opleidingen erg kort. Daarbij heeft zich ook nog in 2010 een groei in de uitstroom van HBO-fiscalisten ingezet. Van de HBO-fiscalisten heeft ruim 90% een baan en niemand geeft aan werkzoekende te zijn. Het blijkt dat bijna 10% (weer) studeert. Het is bekend dat fiscalisten in opleiding regelmatig tijdens de studie worden benaderd door kantoren. Zo’n 40% van de HBOfiscalisten vindt tijdens de studie een baan. Uit het SEO onderzoek komt verder naar voren dat de instroom van starters bij de meeste kantoren ongeveer gelijk is gebleven ten opzichte van voorgaande jaren. De uitstroom van belastingadviseurs is ook ongeveer gelijk gebleven. De kantoren geven aan dat zij hierin geen veranderingen verwachten voor het komend jaar. In het onderzoek wordt dan ook geconcludeerd dat de crisis vrijwel geen gevolgen heeft voor de arbeidsmarktpositie van de fiscalisten. Op grond van het feit dat de crisis tot op heden blijft aanhouden, zal dit beeld mogelijk enige bijstelling behoeven. i
SEO-rapport nr. 2010-27, ISBN 978-90-6733-558-4 6
Van de HBO-fiscalisten komt, volgens het SEO onderzoek, 72% terecht in de zakelijke dienstverlening, 24 % bij financiële instellingen en 4% bij overige instellingen. Diverse maatschappelijke ontwikkelingen liggen aan de huidige en toekomstige vraag van fiscalisten ten grondslag. In deze paragraaf wordt een aantal maatschappelijke ontwikkelingen aangegeven, opgedeeld in ontwikkelingen binnen het beroepenveld van de fiscalist en ontwikkelingen binnen het vakgebied van de fiscalist.
a. Maatschappelijke ontwikkelingen binnen het beroepenveld Overheid De huidige personeelsopbouw bij de overheid, met name bij de Belastingdienst, laat zien dat in het komende decennium de behoefte aan hbo-fiscaal geschoolden bij de Belastingdienst landelijk zal toenemen. De mate waarin kan overigens per regio verschillen. Momenteel wordt er bij de Belastingdienst fors bezuinigd. Veel diensten worden geconcentreerd op een bepaalde plaats. Door diverse taakstellingen vanuit de Rijksoverheid is de formatie van de Belastingdienst teruggebracht en wordt er een actief mobiliteitsbeleid gevoerd. Desalniettemin zal er vanaf 2015 weer een grotere behoefte ontstaan aan hbo-fiscaal geschoolden omdat dan een groot deel van het personeelsbestand de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. De Belastingdienst is vorig jaar gestart met een werken/leren opleiding voor (bijna) afgestudeerde HBO en universitair geschoolde fiscalisten. Belastingadvies- en accountantskantoren Aangiftepraktijk/Tax compliance Het begeleiden van cliënten bij het doen van hun belastingaangifte blijft bij meer regionaal georiënteerde kantoren een vrij grote plaats innemen. Dat heeft te maken met de voortdurende veranderingen in regelgeving op fiscaal terrein. Ondanks alle vereenvoudigingsoperaties van de wetgever op dat gebied blijft het toepassen van fiscale regelgeving in de praktijk voor niet-fiscaal geschoolden lastig en zal fiscale deskundigheid onontbeerlijk blijven. Het begeleiden van cliënten bij het doen van hun belastingaangifte bestaat naast het feitelijke begeleiden tevens uit het adviseren rondom de aangifte (proactief : geruime tijd vóór het feitelijke aangiftemoment). De rol van de tax analist en manager tax compliance is door middel van de toenemende automatisering behoorlijk aan het veranderen. Enkele grotere kantoren lijken het eigenlijke aangiftewerk meer en meer te willen uitbesteden naar lage lonen landen. Hierdoor verandert de rol van de tax analist, deze krijgt meer een review- en controlefunctie en is meer gericht op het signaleren en beheersen van risico’s. Dit doet een groter beroep op het analytisch en onderzoekend vermogen van de tax analist, terwijl het ook hogere eisen stelt aan zijn communicatieve vaardigheden; In dat kader is het ook van belang te wijzen op de convenanten die de Belastingdienst aan het sluiten is in het kader van “horizontaal toezicht” met grote en middelgrote ondernemingen individueel en met fiscale dienstverleners ten behoeve van de ondernemingen in het MKB. Voor de particulier zal vanaf 2012 de Voor Ingevulde Aangifte (VIA) gaan gelden. Belastingadviespraktijk/Tax advising Er is inmiddels wetgeving in voorbereiding om controlewerkzaamheden binnen de grote accountants- en belastingadvieskantoren strikt te scheiden van de (belasting) advieswerkzaamheden ter voorkoming van belangenconflicten. Dat zal in de toekomst betekenen dat de werkzaamheden van een accountant en een fiscalist in toenemende mate
7
beter van elkaar zullen worden gescheiden en de werkzaamheden van een fiscalist meer als een eigen discipline zullen worden beschouwd. Verder is er bij een aantal grote kantoren een tendens waarneembaar om standaardadvisering van de belastingadviespraktijk over te hevelen naar de aangiftepraktijk. Banken en verzekeraars In het beroepenveld van de banken en de verzekeringsmaatschappijen valt waar te nemen dat financiële advisering in al haar facetten een steeds belangrijkere rol is gaan spelen. Daarbij is een omslag gemaakt van productadvisering naar klantadvisering. Bij die klantgerichte advisering speelt fiscale know how een belangrijke rol. Binnen deze branche wordt inmiddels overwogen om adviezen aan klanten te declareren, in plaats van het tot nu toe gebruikelijke provisiesysteem te hanteren. Sinds 2008 is de wereld in de ban van de kredietcrisis. Dit heeft geleid tot verscherpte regelgeving in het bank- en verzekeringswezen. Ook de beroepsethiek speelt hierbij een belangrijke rol. Daarbij is van belang om naast productspecifieke kennis, deze producten ook in een groter kader en in onderlinge samenhang te kunnen plaatsen. Zowel de klanten van als de financiële instituten zelf hebben wel een duidelijke behoefte aan fiscaal financiële adviseurs die de (fiscale) consequenties van producten in het totaalbeeld weten te plaatsen.
b. Maatschappelijke ontwikkelingen binnen het vakgebied van de fiscalist Hieronder volgt een niet uitputtend overzicht van de maatschappelijke ontwikkelingen binnen het vakgebied van de fiscalist (in willekeurige volgorde).
De nationale fiscale wet- en regelgeving in de private en de publieke sector heeft een duidelijke relatie met ontwikkelingen rond thema’s als individualisering, vergrijzing en vergroening, deregulering en liberalisering, eroderende belastingmoraal en globalisering. De vervlechting van fiscale en niet-fiscale wet- en regelgeving op publiek en privaat terrein maakt bovendien de toepassingen steeds ingewikkelder. De Belastingdienst heeft het instrument “horizontaal toezicht” toegevoegd aan haar toezichtpalet. Dit toezichtinstrument waarbij de Belastingdienst meer op basis van vertrouwen gaat samenwerken met de belastingplichtigen, branches en fiscaal dienstverleners is volop in ontwikkeling. Horizontaal toezicht vraagt om een heldere administratieve organisatie en een duidelijke beschrijving van de bedrijfsprocessen om te komen tot een Tax Control Framework.
Internationalisering van wet- en regelgeving speelt een steeds belangrijkere rol in de nationale fiscale wet- en regelgeving en de fiscale uitvoeringspraktijk. Het gaat daarbij vooral om de EU-wet- en regelgeving en het daarmee samenhangende streven naar fiscale harmonisatie. De omzet- en vennootschapsbelasting kan niet meer bestudeerd worden zonder grondige kennis van de Europese regelgeving op dat gebied (Europese richtlijnen). Hierbij, maar ook bij de uitvoering van de Wet Inkomstenbelasting 2001, is de rol van het Europese Hof niet meer weg te denken in ons nationale (fiscale) rechtstelsel, bijvoorbeeld ten aanzien van discriminatie.
Inlichtingenplicht (ook internationaal), sanctiewetgeving en heffingen op grond van milieuwetgeving geven nieuwe aandachtspunten en accenten in het werk aan.
Persoonlijke financiële planning als sterk groeiend aandachtsgebied is een aparte vermelding waard. Dit gebied is de laatste jaren steeds belangrijker geworden als gevolg van een terugtredende overheid, een veranderende wetgeving en een algemene vermogenstoename. De vraag naar gekwalificeerde deskundigheid op dit terrein is groot. 8
Met de invoering van de Wet Financiële Dienstverlening wordt de vraag naar gekwalificeerde financiële adviseurs alleen maar groter.
Het in 2001 ingevoerde belastingstelsel en de daaruit voortvloeiende uitvoeringsmaatregelen hebben een stroom nieuwe jurisprudentie op gang gebracht. Ook nadien ingevoerde majeure wetswijzigingen op andere belastinggebieden en aanpalende rechtsgebieden (bv. binnen de Wet op de vennootschapsbelasting, de Wet op de omzetbelasting en de Wet op de schenk- en erfbelasting) laten zien dat de fiscale praktijk met een continue stroom van nieuwe uitvoeringsmaatregelen en jurisprudentie zal blijven worden geconfronteerd.
De informatisering en automatisering hebben belangrijke gevolgen op het terrein van de uitoefening van functies en het gebruik van de wetgeving en andere informatiebronnen. In het licht van horizontaal toezicht is kennis van automatiseringssystemen van belang. Vanaf 1 januari 2013 zal de software Standard Business Reporting (SBR) de exclusieve aanlevermethode voor een aantal verplichte rapportages aan de overheid zijn.
Binnen het vakgebied is bij een aantal kantoren een verschuiving waarneembaar in werk van inkomstenbelasting naar vennootschapsbelasting. Er is een afname waarneembaar van het opstellen van de aangifte naar vooral het analyseren van de aangifte op kansen en risico’s. Voor de aangifte van particulieren geldt vanaf 2012 de vooringevulde aangifte. Het aanleveren van rapporten en aangiften van ondernemers is vanaf 2013 mogelijk met behulp van het Standard Bussiness Reporting programma (SBR) van de overheid.
Ook de aangiftebelastingen (met name omzetbelasting) behoren tot het takenpakket evenals teruggaafverzoeken buitenlandse omzetbelasting en het optreden als fiscaal vertegenwoordiger omzetbelasting.
De wetgever blijft de instrumentele functie van belastingheffing binnen de belastingwetgeving een belangrijke plaats toekennen. Dat betekent dat de complexiteit van fiscale wet- en regelgeving eerder zal toe- dan afnemen. Daarnaast wordt er in toenemende mate zogeheten tijdelijke wetgeving ingevoerd, waardoor de uitvoeringspraktijk met een toename van werkzaamheden wordt geconfronteerd. Bovenstaande ontwikkeling hebben als gevolg dat fiscalisten zich steeds meer gaan specialiseren (bijvoorbeeld in de vennootschapsbelasting, formeel belastingrecht, omzetbelasting en financiële planning).
1.3
Bij- en nascholing
De FRE-opleiding richt zich vooral op een brede inzetbaarheid van de HBO-fiscalist in het beroepenveld door generale (breed georiënteerde) fiscalisten af te leveren. Hoewel de FREopleiding binnen de economische sector van het HBO-onderwijs als een specialistische opleiding wordt gekwalificeerd, wordt de fiscalist door de opleiding binnen het eigen vakgebied als generalist afgeleverd. De in dit document omschreven beroepscompetenties (zie paragraaf 1.6) getuigen daarvan. Zoals uit paragraaf 1.2 blijkt, vragen de maatschappelijke ontwikkelingen van de HBOfiscalist dat hij zich na zijn opleiding permanent ontwikkelt om te kunnen inspelen op deze maatschappelijke ontwikkelingen en de gevolgen daarvan voor zijn werkzaamheden. Hij ontwikkelt zich niet alleen door praktijkervaring op te doen, maar ook door zich continu bij- en na te scholen. In deze paragraaf worden het belang van en de mogelijkheden voor scholing van de HBO-fiscalist nader aangegeven.
9
a. Bijscholing Regelmatige bijscholing op het eigen vakgebied is noodzakelijk om te kunnen voorzien in de behoefte van een fiscale informatieomgeving die steeds omvangrijker en ingewikkelder wordt. Er is in toenemende mate behoefte aan een onafhankelijke deskundige op fiscaal terrein die de individuele burger kan adviseren en ondersteunen bij de toenemende fiscalisering op veel terreinen. De HBO-fiscalist moet op de hoogte zijn van de aard en inhoud van andere gebieden waarop de fiscaliteit invloed heeft. Bovendien moet hij de vaardigheden hebben om samen met andere deskundigen problemen op te lossen. Er is veel vraag bij belastingadvieskantoren naar fiscalisten die ook geschoold zijn op bedrijfseconomisch, bedrijfsadministratief en juridisch gebied. Door actuele kennis en vaardigheden op fiscaal, juridisch en bedrijfseconomisch terrein kan de fiscalist continu maatwerk leveren.
Aan fiscalisten worden steeds hogere eisen gesteld ten aanzien van het vermogen om te communiceren met klanten en met andere deskundigen, zowel economisch en juridisch geschoolden als niet-economisch en -juridisch geschoolden. Ook communicatie via nieuwe (sociale) media is volop in ontwikkeling.
Veel organisaties bieden bijscholingstrajecten aan. Ook vindt er binnen het beroepenveld bij veel organisaties een zogeheten regulier vaktechnisch overleg plaats waaraan HBOfiscalisten verplicht deelnemen. Verder zullen afgestudeerde HBO-fiscalisten zich veelal (moeten) aansluiten bij professionele beroepsorganisaties. De meest voor de handliggende beroepsorganisatie op het niveau van de HBO-fiscalist is het Register Belastingadviseurs. Deze organisatie ontwikkelt voor haar leden ‘Permanente Educatiecursussen’. Om lid te kunnen blijven van de betrokken beroepsorganisatie is het noodzakelijk dat leden per jaar een door de beroepsorganisatie vastgesteld aantal studiepunten behalen. Ook andere beroepsorganisaties in het beroepenveld waarin de HBO-fiscalist zich beweegt, kennen een dergelijk systeem. b. Nascholing en vervolgopleidingen Naast bijscholingen voor HBO-fiscalisten zijn er ook vervolgopleidingen voor de HBOfiscalist. Onderstaande opleidingen kunnen tot een verbeterd carrièreperspectief van de HBO-fiscalist bijdragen.
Master-opleiding tot fiscaal-jurist of fiscaal-econoom: een vervolgopleiding op universitair niveau. Tijdens deze opleiding ontwikkelt de HBO-fiscalist een academisch werk- en denkniveau. Masteropleidingen van universiteiten in samenwerking met belastingadvieskantoren. Master Belastingadviseur van het Register Belastingadviseurs.
Post-hbo-opleidingen die aansluiten op de opleiding Fiscaal Recht en Economie zijn de volgende:
Opleidingen van het eigen opleidingsinstituut van het Register Belastingadviseurs, een beroepsorganisatie van Belastingadviseurs; Opleidingen die opleiden voor het zogeheten FFP-Examen, een examen van de Federatie van Financiële Planners. Dit is een specifieke opleiding voor financiële adviseurs, die vooral van belang is voor fiscalisten die een financiële functie ambiëren in het bankbedrijf en het verzekeringswezen of voor fiscalisten die breder willen adviseren dan alleen met de fiscale bril op; Masteropleidingen op het gebied van de financiële planning.
10
1.4
Contacten in het werkveld
De HBO-fiscalist werkt in de professionele, zakelijke dienstverlening, zowel in de profit- als non-profit-sector. Onmisbaar voor alle functies is dat de HBO-fiscalist weet welke eisen interne en externe contacten stellen aan de kwaliteit van dienstverlening en dat hij weet hoe hij daarop moet inspelen. Om aan de eisen en wensen van de klanten tegemoet te kunnen komen moet hij ook kunnen communiceren en samenwerken met interne en externe deskundigen. Voor zijn beroepsuitoefening is de kwaliteit van dienstverlening de leidraad voor professioneel en beroepsmatig handelen op niveau, waarbij de gerichtheid op de klant centraal moet staan. De zorg voor kwaliteit van dienstverlening staat ook centraal in zijn beroepshouding. De klant ziet de kwaliteit van dienstverlening in zijn algemeenheid af aan factoren als deskundigheid, betrouwbaarheid, presentatie, geloofwaardigheid, hoffelijkheid, toegankelijkheid, begrip van en voor de klant. Het volgende overzicht geeft een globaal beeld van interne en externe klanten en andere contacten in de private en publieke sector, waarbij opgemerkt moet worden dat zowel het onderscheid tussen intern en extern als private en publieke sector betrekkelijk zijn. 1.4.1 Contacten bij de overheid Externe contacten Deze contacten zijn ten eerste een ieder op wie de fiscale regelgeving wordt toegepast; in fiscaal jargon: de belastingsubjecten: (rechtsgeldige) vertegenwoordigers van zeer grote ondernemingen (controllers, interne accountants) (rechtsgeldige) vertegenwoordigers van middelgrote ondernemingen (controllers, eigenaren) ondernemers particulieren belastingplichtigen bij grensoverschrijdende invoer, uitvoer en doorvoer Daarnaast zijn er contacten met rechtsgeldige vertegenwoordigers van instanties waaruit renseignementen kunnen voortkomen, zoals banken, verzekeringsmaatschappijen, gemeenten, Rijksdienst voor het Wegverkeer, Sociale Diensten, uitkeringinstanties, derden die klikinformatie verstrekken, buitenlandse belastingheffers (inlichtingenplicht), sociale recherche en pensioenfondsen. Interne contacten Interne contacten zijn de leden van het team waartoe de beginnende HBO-fiscalist behoort, zijn leidinggevende, een middelenspecialist en leden van kennisgroepen. 1.4.2 Contacten in de private sector Organisaties in de private sector zijn enerzijds belastingadvieskantoren en anderzijds het bankbedrijf en de verzekeringsbranche. 1.4.2.1. Belastingadvieskantoren Externe contacten De HBO-fiscalist met een ondersteunende functie in het primaire proces van een groot (inter)nationaal kantoor zal als startende beroepsbeoefenaar nog niet veelvuldig direct contacten onderhouden met externe contacten (klanten). De externe contacten zullen in eerste instantie voornamelijk bestaan uit contacten met de belastingdienst over cliënten. Dat 11
zijn degenen die tegen betaling een beroep doen op de fiscale deskundigheid van het kantoor waar de fiscalist werkzaam is en wiens financiële en fiscale zaken hij behartigt. Bij de meer regionaal georiënteerde kantoren, traditioneel meer de belangen behartigend van het MKB en de agrarische sector, zal dit klantcontact wel degelijk bij de start van de beroepsuitoefening bestaan. Interne contacten Interne contacten bestaan uit het team waartoe de fiscalist behoort: collega’s, specialisten, accountants en/of juristen binnen het kantoor of eigen vestiging die hij dient te raadplegen. Daarnaast dient de fiscalist in voorkomende gevallen deskundigen van andere disciplines te kunnen raadplegen. 1.4.2.2. Bankbedrijf en verzekeringsbranche Externe contacten Primair bestaan de externe contacten van de financiële adviseur uit de natuurlijke en rechtspersonen die aan nader, door de onderneming, gedefinieerde eisen voldoen op het terrein van inkomens- en vermogenspositie. De fiscalist zal verder een netwerk onderhouden met advocaten, notarissen, accountants, pensioenexperts en makelaars. Er zullen ook met andere banken en verzekeringskantoren contacten onderhouden of aangegaan worden. Interne contacten De interne contacten binnen dit beroepenveld zijn het team waarbinnen de financieel adviseur opereert. Daarnaast zullen andere specialismen worden geraadpleegd zoals de beleggingsexpert, de hypotheekadviseur, de verzekeringsexpert, de financieringsadviseur, de bedrijven- en relatiebeheerder, de cliëntenadviseur en de jurist/fiscalist bij hetzelfde kantoor of bij het hoofdkantoor van het bedrijf werkt. Deze interne contacten kunnen zich ook bevinden bij andere vestigingen en/of gelieerde verzekeringskantoren. 1.5
Voorbeelden van werkzaamheden
Zoals reeds eerder aangegeven is het beroepsprofiel gebaseerd op de algemene karakteristieken van veel voorkomende werkzaamheden die de HBO-fiscalist vervult in de eerste vijf jaren van zijn loopbaan na de afronding van de FRE-opleiding. In deze paragraaf volgen de omschrijving van de functies en de daarbijbehorende belangrijkste werkzaamheden van de HBO-fiscalist bij achtereenvolgens: - de private sector: belastingadviespraktijk, banken en verzekeraars, bedrijfsfiscalist; - de overheid: Belastingdienst, lokale overheden en rechtbank. Dit overzicht geeft een indruk van de mogelijke functies van een beginnende fiscalist of waartoe hij zich in de eerste vijf jaar kan ontwikkelen. Er is niet gestreefd naar een standaardbeschrijving voor functies, maar bij elke functie zijn kenmerkende taken en verrichtingen in algemene zin aangegeven. 1.5.1 Private sector 1.5.1.1. Belastingadviespraktijk A. Landelijke en internationaal georiënteerde kantoren Tax analist Werkzaamheden bestaan onder andere uit: het verzorgen van de aangiftes op het terrein van de verschillende heffingswetten; het begeleiden en informeren van de cliënten bij het doen van hun belastingaangiftes; het controleren/ “screenen” van aangiftes; 12
het in kaart brengen, analyseren en verwerken van de belastingpositie in de jaarrekening van de onderneming (tax accounting); het vanuit de belastingaangiften signaleren van juridische en fiscale problematiek; het vanuit de belastingaangifte signaleren van kansen en risico’s; het beschrijven/documenteren van de diverse bevindingen bij het opstellen/analyseren van de aangifte; actieve deelname aan vaktechnisch overleg en vertalen van actualiteiten naar de klant; het voorbereiden van bezwaarschriften en voorbereiden van beroepschriften; standaard-belastingadvisering op bijvoorbeeld de volgende terreinen: keuze van rechtsvormen, veranderen van rechtsvorm en beloningsvormen; het begeleiden van cliënten bij inkomens-, vermogens- en estateplanning; het begeleiden van cliënten bij het tot stand komen van een Tax Control Framework en het opstellen van convenanten ten behoeve van het horizontaal toezicht.
Managing consultant Tax Compliance het aansturen van de aangiftepraktijk/afdeling tax compliance; de finale controle op de kwaliteit van de uitgaande aangiftes. B. Regionaal georiënteerde kantoren Tax analist Werkzaamheden bestaan onder andere uit: het verzorgen van de aangiftes op het terrein van de verschillende heffingswetten; het begeleiden en informeren van de cliënten bij het doen van hun belastingaangiftes; het controleren/ “screenen” van aangiftes; het in kaart brengen, analyseren en verwerken van de belastingpositie in de jaarrekening van de onderneming (tax accounting); het vanuit de belastingaangiften signaleren van juridische en fiscale problematiek; het vanuit de belastingaangifte signaleren van kansen en risico’s; het beschrijven/documenteren van de diverse bevindingen bij het opstellen/analyseren van de aangifte; een gesprek voeren met de cliënt over toekomstvoorzieningen; actieve deelname aan vaktechnisch intern overleg en vertalen van actualiteiten naar de klant; het vervaardigen van jaarrekeningen van kleine middenstanders en het opstellen van jaarrekeningen op het terrein van familie-BV's; het interpreteren van commerciële jaarrekeningen en de onderliggende administratie; het begeleiden van startende ondernemers; het voorbereiden/opstellen en communiceren van belastingadviezen; het voeren van bezwaarschriftenprocedures. Tax adviser actieve deelname aan vaktechnisch overleg intern en vertalen van actualiteiten naar de klant; advisering op de volgende thema's: keuze voor rechtsvorm, veranderen van rechtsvorm; reorganisaties en herstructureringen van bedrijven, bedrijfsopvolging; advisering omtrent inkomens-, vermogens- en estateplanning; advisering omtrent toekomstvoorzieningen; advisering met betrekking tot creatieve beloningsvormen en andere employee benefitsaspecten; het adviseren van startende ondernemers; het voeren van een bezwaarschriftenprocedure; het begeleiden van cliënten bij het tot stand komen van een Tax Control Framework en het opstellen van convenanten ten behoeve van het horizontaal toezicht. 13
1.5.1.2. Banken en verzekeraars ii De HBO-fiscalist verricht vooral werkzaamheden op het gebied van de financiële planningiii: het adviseren en begeleiden van cliënten op het gebied van oudedagsvoorzieningen; het adviseren en begeleiden van cliënten op het gebied van pensioenen; het adviseren en begeleiden van cliënten met betrekking tot: sparen, beleggen en financiële planning (inkomensplanning, vermogensplanning en estateplanning). 1.5.1.3. De bedrijfsfiscalist De HBO-fiscalist verricht in dienst van een bedrijf ondermeer de volgende werkzaamheden: het opstellen van de aangifte met name vennootschapsbelasting; het vanuit de belastingaangiftes signaleren van juridische en fiscale problematiek; het vanuit de belastingaangiftes signaleren van kansen en risico’s; het beschrijven en (mede) ontwikkelen van een Tax Control Framework en het opstellen van convenanten ten behoeve van het horizontaal toezicht. het communiceren en sparren met specialisten zoals (andere) fiscalisten, bankadviseurs, advocaten. 1.5.2 Publieke sector (overheid) 1.5.2.1.Belastingdienst De HBO-fiscalist kan als F-functionaris (schaalaanduiding voor medewerkers op HBOniveau) aan de slag in de aangiftebehandeling/kantoortoets van één of meer van de verschillende belastingen. Door middel van een kopstudie c.q. verdiepingsslag kan de HBOfiscalist aan de slag als middelenspecialist of als toezicht-of inningsspecialist. Werkzaamheden in de groepsfunctie F kunnen onder andere zijn: het beoordelen van de administratieve organisatie en de beschrijving van de bedrijfsprocessen ten behoeve van horizontaal toezicht. het initiëren, begeleiden en uitvoeren van een boekenonderzoek; het opstellen van convenanten met belastingplichtigen of brancheorganisaties, in overleg met hun adviseurs, ten behoeve van horizontaal toezicht; het behandelen van belastingaangiftes en het toetsen van belastingaangiftes van klanten en het opleggen van de daaruit voortvloeiende belastingaanslagen; het verrichten van boekencontroles; het behandelen van zorg- en huurtoeslag; het behandelen van bezwaarschriften en beroepschriften; het overdragen van kennis en feitelijke informatie, bijvoorbeeld door deel te nemen aan collegiaal overleg; het (mede)behartigen van relatiebeheer; het verstrekken van inlichtingen; ii Inhoudelijke
vakgebieden die in het bijzonder van belang zijn voor de HBO-fiscalist die werkzaamheden verricht bij banken en verzekeraars zijn huwelijksgoederenrecht, pensioenen- en levensverzekeringen, erfrecht, sociaal verzekeringsrecht, financieringen, beleggingen en de fiscale aspecten die met al deze gebieden samenhangen. iii
Financiële planning is een verzamelnaam voor diverse planningsactiviteiten met betrekking tot de onderscheiden levensfasen van een persoon. Er zijn drie hoofdfasen aan te geven, die overigens niet scherp zijn te onderscheiden, elkaar overlappen en ten dele geleidelijk in elkaar overgaan: inkomensplanning, vermogensplanning en estateplanning. De financieel adviseur zal vooral deze drie aspecten moeten kunnen integreren in een totaalplan.
14
het voeren van correspondentie en overleg; het deelnemen aan of voeren van onderhandelingsgesprekken.
1.5.2.2. Lokale overheden De HBO-fiscalist kan aan de slag als financieel beleidsmedewerker bij een lokale overheid, bijvoorbeeld bij een afdeling Belastingen/Financiën van een (middel)grote gemeente. De werkzaamheden zijn beschreven in de groepsfunctie F en komen in algemene zin neer op: administratieve en controlewerkzaamheden op het gebied van de gemeentelijke belastingen; administratieve en controlewerkzaamheden op het gebied van andere lokale heffingen; behandelen bezwaarschriften en beroepschriften met betrekking tot de lokale heffingen. 1.5.2.3. Rechtbanken De HBO-fiscalist start bij de rechtbank als administratief medewerker en kan doorgroeien naar de functie van juridisch medewerker/griffier. 1.6
Beroepsinhoudelijke competenties HBO-fiscalist
De kwaliteit van de dienstverlening van de HBO-fiscalist wordt bepaald door de mate waarin hij zijn beroepsinhoudelijke competenties beheerst: ‘Hij weet wanneer wat te doen, hoe en waarom’. De beroepsinhoudelijke competenties zijn onderverdeeld naar de specifieke werkzaamheden die een HBO-fiscalist uitvoert. Los van de specifieke taken is een HBO-fiscalist iemand die in en tussen organisaties werkt: een analytische, kritische en professionele beroepsbeoefenaar. Daarom bevat dit beroepsprofiel ook een aantal competenties die de onderzoeksvaardigheden, de professionaliteit en het verantwoord handelen van de HBO-fiscalist beschrijven. Hieronder zijn deze beroepsinhoudelijke competenties opgenomen. Een nadere omschrijving van de beroepsinhoudelijke competenties is opgenomen in het opleidingsprofiel (Deel 2). Beroepsinhoudelijke competenties 1. Werkzaamheden met betrekking tot aangifte 2. Controlewerkzaamheden 3. Informeren op fiscaal terrein 4. Werkzaamheden met betrekking tot fiscaal-juridisch en financieel advies 5. Vertegenwoordigen op fiscaal terrein 6. Onderzoeksvaardigheden 7. Persoonlijke ontwikkeling 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 9. Ethisch normbesef 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid
15
Deel 2 Opleidingsprofiel hbo-opleiding Fiscaal Recht en Economie Het opleidingsprofiel Fiscaal Recht en Economie is afgeleid van het beroepsprofiel en geeft een uitwerking van de competenties voor de opleiding door te verwijzen naar de (geïntegreerde) elementen kennis, vaardigheden en houding die erin besloten liggen. Het hbo-niveau is kwantitatief bepaald door de wettelijke eis dat een vierjarige hbo-opleiding een omvang heeft van 240 credits, en kwalitatief bepaald doordat de afgestudeerden voldoen aan de vier Dublin descriptoren (zie 2.1.1.) en de BBA standaard (zie 2.1.2 de BBA standaard is een uitwerking van de HBO standaard). Het landelijk gemeenschappelijke deel van het profiel voor alle hbo-opleidingen Fiscaal Recht en Economie is in dit document opgenomen. Het opleidingsprofiel is de basis voor het ontwerp van het curriculum van de Fiscaal Recht en Economie-opleiding. De competenties moeten tenminste leiden tot het ontwerp van de opleiding bij elke aanbiedende hogeschool, alsmede tot activiteiten voor de ontwikkeling, invoering en uitvoering van het curriculum. Elke opleiding formuleert tot nu toe zelf haar eindtermen. Die maken geen deel uit van dit opleidingsprofiel. Elke opleiding is zich er van bewust dat toetsing en examinering een steeds prominentere rol spelen bij accreditaties. Het Landelijk Overleg onderzoekt op dit moment de mogelijkheden om te komen tot een landelijke Overall Toets en een gezamenlijke toetsdatabank om zo tot een nog betere afstemming van de curricula te komen en om de kwaliteit van toetsing te kunnen borgen. Deze intensievere samenwerking van de landelijke opleidingen zou bovendien kunnen leiden tot een objectivering van de toetsontwikkeling. 2.1
Hbo-niveau
2.1.1. Dublin descriptoren Dublin descriptoren zijn algemene beschrijvingen voor het eindniveau van de eerste, tweede en derde cyclus in het hoger onderwijs, in Nederland voor de graden van Bachelor, Master en Doctor. Voor de bachelor zijn deze: 1. Kennis en inzicht Aantoonbare kennis van en inzicht in de kernelementen van de wetenschappelijke discipline verwerven en kennis maken met een aantal van de nieuwste ontwikkelingen binnen de discipline; 2. Toepassen van kennis en inzicht Vaardigheden verwerven die hen in staat stellen om verworven kennis en inzicht op een professionele, bij de discipline passende manier toe te passen, om standpunten te formuleren en die te onderbouwen met argumenten en om problemen op het gebied van de discipline op te lossen; 3. Oordeelsvorming Vaardigheden verwerven die hen in staat stellen om, op basis van een vraag of een probleem op het gebied van de discipline, relevante gegevens te identificeren en te verzamelen en die te interpreteren met het doel zich een oordeel te vormen en dat oordeel mede te baseren op een afweging van relevante sociaal-maatschappelijke, wetenschappelijke en/of ethische aspecten;
16
4. Communicatie Vaardigheden verwerven die hen in staat stellen om informatie over en uit de discipline, ideeën en oplossingen voor problemen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten; 5. Leervaardigheden Leervaardigheden verwerven die noodzakelijk zijn voor een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt.
2.1.2. HBO / BBA standaard De Bachelor Business Administration (BBA) standaard is een uitwerking van de door de hogescholen gezamenlijk geformuleerde standaard voor al hun bachelor-opleidingen en komt overeen met de Dublin descriptoren (2.1.1.). De HBO-standaard houdt in dat een opleiding er zorg voor dient te dragen dat, gevat in een zowel nationale als internationale context, de student een gedegen theoretische basis verkrijgt, een onderzoekende houding ontwikkelt, zich een professionele houding eigen maakt en verantwoord weet te handelen. I.
Een gedegen theoretische basis: Een pas afgestudeerde BBA-er heeft een theoretische basiskennis op een aantal kernvakgebieden die van belang zijn voor de (internationale) bedrijfsvoering en voor het vormgeven en innoveren van processen in zowel de private als in de publieke sector. Op welk niveau een specifieke BBA-opleiding zélf een kernvakgebied aanbiedt en toespitst, hangt samen met het daaraan in het werkveld van die opleiding toegekende belang (Dublin descriptoren 1 + 2).
Hieronder is per kernvakgebied is de relevantie voor de HBO fiscalist beschreven en het niveau aangegeven. Ook wordt per kernvakgebied een aantal onderwerpen genoemd die in de FRE opleiding aan de orde komen. 1. Accounting (niveau 2/3) De relevantie van boekhouden wordt regelmatig door het beroepenveld opnieuw onderstreept en is nodig voor het kunnen bepalen van de fiscale positie van de belastingplichtige. Het boekhouden neemt dan ook een belangrijke plaats in het curriculum van de FRE opleiding. Onderwerpen: boekhouden, taxaccounting. 2. Business law and ethics (niveau 3) Kennis van en inzicht in de belastingwetten behoren tot de core business van een HBO fiscalist. Onderwerpen: inkomstenbelasting, loonbelasting, vennootschapsbelasting, erf- en schenkrecht, omzetbelasting en formeel belastingrecht. Ook wordt aandacht besteed aan privaatrecht en andere onderdelen van bestuursrecht. Etisch normbesef is één van de competenties van een HBO fiscalist. Hij kan onderkennen welke dilemma’s er kunnen ontstaan in fiscale beroepspraktijk, kan zijn standpunt daarover formuleren en kan optreden als een betrouwbaar beroepsbeoefenaar. Daarnaast heeft de HBO fiscalist inzicht in de maatschappelijke effecten van belastingheffing. 3. Economics (niveau 2/3) De werkzaamheden van de HBO fiscalist bevinden zich op het snijvlak van economie en recht. Kennis van economie is dan ook essentieel. Onderwerpen: algemene economie, bedrijfseconomie en fiscale economie. 4. Finance (niveau 2) De HBO fiscalist adviseert ondernemers/organisaties. Daartoe dient hij inzicht te hebben in het nemen van investeringsbeslissingen en financieringsaspecten. Onderwerpen : 17
financiële besturing; investeringsbeslissingen; waardebepaling; vormen van eigen en vreemd vermogen. 5. Management information systems (niveau 2) Cliënten begeleiden bij het opstellen van convenanten ten behoeve van het horizontaal toezicht vereist van de HBO fiscalist kennis van management informatie systemen. Onderwerpen: bedrijfsprocessen, administratieve organisatie, interne beheersing. 6. Marketing (niveau 1) Marketing behoort niet tot de core business van de HBO fiscalist. Het onderwerp komt in het curriculum op basisniveau aan de orde. Onderwerpen: marketingconcepten, koopgedrag van consumenten en bedrijven, marktsegmentatie, doelgroepbepaling, positionering. 7. Organizational behavior (niveau 3) De HBO fiscalist bezit de vaardigheid om zijn kennis up to date te houden en kan dit zowel binnen als buiten de organisatie overdragen. Daarnaast is de HBO fiscalist bij uitstek een teamplayer: hij werkt nauw samen met accountants, juristen en specialisten van andere disciplines om de cliënten zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn. Onderwerpen: klantgesprek, adviesvaardigheden, professionele houding, Nederlands en Engels 8. (Quantitative) techniques (niveau 3) In de beroepspraktijk zal de HBO fiscalist over het algemeen eerder gebruik maken van kwalitatieve technieken dan kwantitatieve technieken. Ook bij het schrijven van de afstudeerscriptie wordt voornamelijk gebruik gemaakt van kwalitatieve onderzoekstechnieken. Onderwerpen: juridische vaardigheden, onderzoeksvaardigheden. 9. Strategic management (niveau 1/2) De HBO fiscalist adviseert ondernemers/organisaties. Daartoe dient hij in zekere mate inzicht te hebben in hoe organisaties hun lange termijndoelen effectief kunnen realiseren vanuit een fiscaal perspectief. Onderwerpen: organisatie en motivatie, samenwerken binnen organisaties, macht en leiding, organisatiestructuur/cultuur, managementmodellen. 10. Operations management (niveau 3): Het managen van het logistieke proces van de dienstverlening. Het gaat daarbij om het managen van aangifte processen , aanslagen processen, bezwaar processen, voorbereidingen op het beroepsprocessen en de logistiek daarvan. Men is verantwoordelijk voor (een deel van de) operaties binnen de dienstverlening van het kantoor.
II.
Een onderzoekend vermogen: Een pas afgestudeerde BBA-er heeft het onderzoekend vermogen om langs de weg van reflectie en evidence based practice tot (te commercialiseren) innovatie van producten, diensten en processen in zowel de private als de publieke sector te komen. Daartoe heeft de BBA-er in de opleiding kennis en ervaring opgedaan met methoden en technieken van (praktijkgericht) onderzoek. Ook kan de BBA-er daarop reflecteren. Hij of zij heeft in de afstudeerfase van de opleiding bewezen dit onderzoekend vermogen in een concrete beroeps/praktijk-situatie te kunnen uitoefenen (Dublin descriptoren 2, 3 en 5).
III.
Een professionele houding: Een pas afgestudeerde BBAer heeft zich ontwikkeld tot een professionele vakman of –vrouw (Dublin descriptor 4).
IV.
Verantwoord handelen:
18
Een pas afgestudeerd BBA-er is zich bewust van de maatschappelijke context van zijn gedurende de opleiding opgedane kennis en vaardigheden. Hij of zij weet dat ethisch handelen onderdeel van zijn professioneel vakmanschap is en moet zijn. Maatschappelijk verantwoord ondernemen, bedrijfsethiek en duurzaamheid zijn onderwerpen van debat in de opleiding (Dublin descriptor 3) . 2.2
Competenties
Het opleidingsprofiel bevat de competenties van de opleiding voor de startende HBO-fiscalist (de beroepsbeoefenaar in de eerste vijf jaar van zijn beroepsuitoefening). Deze competenties zijn in het beroepsprofiel terug te vinden. Hieronder zijn die competenties voorzien van een toelichting, waarin staat aangegeven welke kennis hij daarvoor moet hebben, over welke vaardigheden hij moet beschikken en welke houding hij moet hebben. De opsommingen in de toelichting zijn niet limitatief maar geven veelal een indicatie. Beroepsinhoudelijke competenties I.
HBO/BBA Een gedegen theoretische basis.
1. Werkzaamheden met betrekking tot de aangifte De HBO-fiscalist is in staat een aangiftebiljet met betrekking tot de relevante belastingmiddelen op een correcte wijze op te stellen en te beoordelen op kansen en risico’s volgens de daarvoor geldende fiscale normen en spelregels. Toelichting Voor deze competentie dient de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden te hebben met betrekking tot: de voor de aangifte noodzakelijke Nederlandse en Europese fiscale wet- en regelgeving en jurisprudentie; het aanvullen van ontbrekende kennis; het beoordelen van de aangeleverde informatie in voor een correcte aangifte relevante en irrelevante informatie; het verzamelen van de relevante feiten (schriftelijk en mondeling) die van belang zijn voor het correct opstellen van het aangiftebiljet; het vanuit de aangifte signaleren van kansen en risico’s; het opzetten en vaststellen van een eenvoudige administratie. 2. Controlewerkzaamheden De HBO-fiscalist is in staat om jaarstukken te controleren, te analyseren en te beoordelen vanuit de ‘fiscale optiek’ opdat hij voor zijn cliënt de fiscale positie kan bepalen en de cliënt goed (fiscaal) kan begeleiden bij het inrichten van zijn administratie dan wel een effectieve fiscale controle kan uitvoeren. De HBO-fiscalist is in staat om commerciële jaarstukken te vertalen naar fiscale jaarstukken en kan deze vertaling doorvoeren. Toelichting Voor deze competentie dient de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden te hebben met betrekking tot: relevante Nederlandse en Europese fiscale wet- en regelgeving en de daarop gebaseerde jurisprudentie; basistechnieken rondom controles; inrichting van administratieve organisaties en bedrijfsprocessen; het beoordelen en analyseren van een jaarrekening alsmede het halen van advies uit deze stukken;
19
het werken met journaalposten, het opstellen van een kolommenbalans, het hebben van kennis van de belangrijkste jaarverslaggevingsregels; het aansluiten van de fiscale winst/vermogensvergelijking bij de commerciële winst/vermogensvergelijking; het meewerken aan de totstandkoming van een Tax Control Framework.
3. Informeren op fiscaal terrein De HBO-fiscalist is in staat relevante actuele fiscale nieuwsbronnen cq databases en jurisprudentie te raadplegen, selecteren en onderzoeken om vervolgens de cliënt te kunnen informeren omtrent zijn fiscale positie (zie ook onderzoeksvaardigheden). Toelichting Voor bovenstaande competentie heeft de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden met betrekking tot: de relevante Nederlandse en Europese fiscale wet- en regelgeving en de daarop gebaseerde jurisprudentie; het bijhouden van het vakgebied; het anticiperen op veranderingen in (fiscale) wet- en regelgeving en jurisprudentie ten behoeve van zijn cliënt. 4. Werkzaamheden m.b.t. fiscaal-juridisch en financieel advies De HBO-fiscalist is in staat een cliënt zelfstandig te adviseren danwel een voorbereiding van een advies op te stellen volgens de heersende regelgeving omtrent zijn huidige, respectievelijk gewenste fiscale/ financiële positie, opdat de cliënt dit begrijpt en in staat is op grond daarvan adequate beslissingen te nemen. Toelichting Voor deze competentie dient de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden te bezitten met betrekking tot: de op het advies gebaseerde Nederlandse en Europese (fiscale) wet- en regelgeving en jurisprudentie; de voor het advies noodzakelijke kennis van het Nederlandse privaat- en publiekrecht en sociaal recht; het aanvullen van (eigen) ontbrekende kennis; het oplossen van een concreet fiscaal of aanverwant in de praktijk voorkomend probleem; het structureren en samenvatten van de relevante voor een correct advies noodzakelijke informatie; het presenteren aan de cliënt op een voor de cliënt begrijpelijke wijze; het maken van financiële berekeningen die aan het advies ten grondslag liggen. 5. Vertegenwoordigen op fiscaal terrein De HBO-fiscalist kan op basis van een eigen selectie van door cliënt of belastingdienst verzamelde gegevens bezwaarprocedures voeren voor de competente instantie opdat de belangen van Belastingdienst of cliënt daarmee worden gediend. Toelichting Voor deze competentie dient de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden te hebben met betrekking tot: de fiscale wet- en regelgeving en jurisprudentie op het terrein waar hij de klant vertegenwoordigt; de juridische kaders en structuren waarbinnen in een dergelijke situatie geopereerd dient te worden; het evalueren van bewijsmateriaal; het rationeel argumenteren; 20
het maken van een zorgvuldige positiekeuze in de verhouding tussen klant en overheid.
II.
HBO/BBA: Een onderzoekend vermogen
6. Onderzoeksvaardigheden De HBO-fiscalist is in staat te reageren op de voortdurende veranderingen in fiscale wet- en regelgeving. Zijn onderzoekende houding die hieraan ten grondslag ligt, zorgt ervoor dat hij constant op zoek gaat naar het bepalen van een optimale fiscale positie voor de cliënten. Daartoe heeft hij in de opleiding kennis en ervaring opgedaan met methoden en technieken van (praktijkgericht) onderzoek. Ook kan de de HBO-fiscalist daarop reflecteren. Hij heeft in de afstudeerfase van de opleiding bewezen dit onderzoekend vermogen in een concrete beroeps/praktijk-situatie te kunnen uitoefenen. Daarnaast draagt hij resultaatgericht bij aan de ontwikkeling van zijn of haar professie in de breedte. De competentie onderzoeksvaardigheden houdt nauw verband met de meer taakspecifieke competenties 1 tot en met 5. Toelichting Voor deze competentie dient de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden te hebben met betrekking tot: het formuleren van een fiscale vraag / de probleemstelling; het beschrijven van het fiscale vraagstuk ; het verklaren/analyseren van het fiscale vraagstuk ; het evalueren/toetsen/oplossen van het fiscale vraagstuk; het adviseren op basis van de bevindingen.
III.
HBO/BBA Een professionele houding
7. Persoonlijke ontwikkeling De HBO-fiscalist is in staat zijn eigen functioneren te beoordelen teneinde voor zichzelf leeren verbeterpunten aan te geven zodat hij bij zijn eigen beroepsmatig handelen, houding en motivatie verder kan ontwikkelen. Hij is verder in staat zijn eigen weg te ontwikkelen t.a.v. zijn verdere persoonlijke ontplooiing/carrière binnen de kaders die hem in zijn werkomgeving worden geboden. Toelichting Voor deze competentie dient de HBO-fiscalist ondermeer kennis en vaardigheden te hebben met betrekking tot: een innovatief en ondernemend vermogen; kunnen reflecteren op eigen handelen; rekening kunnen houden met (internationale) cultuurverschillen. 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid De HBO-fiscalist is in staat verworven kennis en inzichten op anderen, zowel binnen als buiten zijn eigen organisatie/werkomgeving in het Nederlands en in het Engels en/of een andere vreemde taal over te dragen (in een gesprek, advies, memo, artikel, scriptie, mondelinge presentatie of ander medium) zodanig dat anderen daar hun voordeel mee kunnen doen. Daarnaast is de HBO-fiscalist bij uitstek een”teamplayer”: hij werkt nauw samen met accountants en juristen en specialisten van andere disciplines om de cliënten zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn. De grote stroom van informatie met name via nieuwe (sociale) media vraagt om het vermogen om met deze informatie selectief om te kunnen gaan.
21
Toelichting Alles wat een fiscaal/financieel adviseur zegt, is gericht zijn op interactie met zijn omgeving. Schriftelijke vaardigheden betreffen o.a. lezersgericht en begrijpelijk schrijven, schrijven van inleidingen en samenvattingen en presentatie van rapporten. Hij kan omgaan met klanten, leidinggevenden, vakgenoten en deskundigen uit andere vakgebieden; Verder moet de HBO-fiscalist ondermeer over de volgende vaardigheden beschikken: het vermogen om relevante vragen in het Nederlands en Engels en/of een andere vreemde taal te stellen met het oog op de advisering (derhalve ook goed kunnen luisteren naar klanten), zowel in mondelinge als in schriftelijke vorm, daarbij rekening houdend met de persoonlijke, zakelijke en psychologische omstandigheden van de klant; het vermogen om zowel schriftelijke als mondeling in het Nederlands en het Engels en/of een andere vreemde taal adequaat te kunnen reageren naar de klant en of instanties daarbij rekening houdend met strategische, technische (opleidingspeil) en psychologische factoren; het vermogen om te kunnen samenwerken met vakgenoten en specialisten van andere disciplines.
IV.
HBO/BBA: Verantwoord handelen
9. Ethisch normbesef De beginnende HBO-fiscalist is in staat op basis van aan hem voorgelegde casuïstiek te onderkennen welke dilemma’s kunnen ontstaan in beroeps- en individuele ethische vraagstukken zodanig dat hij zijn eigen positie daarin kan bepalen, zijn standpunt daarover kan formuleren en kan optreden als een betrouwbare beroepsbeoefenaar. Hij of zij weet dat ethisch handelen onderdeel van zijn professioneel vakmanschap is en moet zijn. In de huidige situatie, waarbij het gebrek aan etisch en verantwoord handelen door adviseurs als een van de oorzaken van de kredietcrisis wordt beschouwd, behoeft deze competentie tezamen met competentie 10 extra aandacht. Toelichting hij weet welke ethische aspecten de casus heeft; hij heeft inzicht in de beroepscodes. Hij waarborgt zijn geheimhoudingsplicht; hij kan een zorgvuldige positiekeuze maken in de verhouding tussen klant en belastingheffer; hij kan handelen naar de ethische aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening; hij kan op ethische wijze omgaan met sociale media; hij treedt integer en zorgvuldig op. 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid: De HBO-fiscalist kan op basis van zijn inzicht in de maatschappelijke effecten van belastingheffing discussies/gesprekken voeren met collega's en cliënten om zodoende een visie te vormen over effectiviteit en efficiëntie van belastingheffing in nationaal en internationaal/Europees perspectief. Toelichting hij kan aan de hand van de begrippen maatschappelijk verantwoord ondernemen, bedrijfsethiek en duurzaamheid discussies/gesprekken voeren met collega’s en cliënten.
22
Nawoord Wie als fiscalist werkt, is werkzaam in een uitdagende en dynamische werkomgeving. Uitdagend in de zin van dat de fiscalist voortdurend alert moet zijn en moet anticiperen op nieuwe fiscale regelgeving die vertaald moet worden in de dagelijkse uitvoeringspraktijk. Het is een dynamische werkomgeving vanwege de vele disciplines waarmee een fiscalist in aanraking komt. De notaris wordt geraadpleegd voor het oprichten van een BV, de civiel jurist wordt geraadpleegd voor een bijzonder contract, een accountant is zijn gesprekspartner over de jaarrapportage. Deze beroepsbeoefenaren zijn voor een fiscalist gelijkwaardige gesprekspartners. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de in dit document omschreven competenties hier en daar enige verwantschap vertonen met de competenties van een notaris, advocaat of accountant. Een fiscalist opereert immers op het snijvlak van recht en (bedrijfs)economie.
.
23
Bijlage 1 Samenstelling beroepenveldcommissies
Fontys Hogeschool Eindhoven mr. R. van den Boom, belastingadviseur, werkzaam bij Loyens & Loeff N.V. Mr. R.J.G.P. Severens, btw specialist (op persoonlijke titel medewerking verleend). J.G.A. Stienen FB, manager, werkzaam bij Deloitte Belastingadviseurs B.V. vestiging Eindhoven (op persoonlijke titel medewerking verleend) M.M.A. van de Vinne FB MB, junior manager, werkzaam bij Deloitte Belastingadviseurs B.V. vestiging Eindhoven (op persoonlijke titel medewerking verleend) Mr. P.H.J.T. van Duppen, fiscalist, werkzaam bij RSW Accountants, Belastingadviseurs & Consultants te Helmond.
Hanze Hogeschool Groningen De heer mr. dr. P. van der Wal Raadsheer in het Gerechtshof Leeuwarden De heer mr. R. Kamphuis Directeur/eigenaar van “Hamelwerth Belastingadviseurs De heer mr. A.M. de Graaf MBA Hoofd Klachtenmanagement Achmea divisie Directe Distributie Centraal Beheer Achmea - FBTO - AvéroAchmea Schade Mevrouw S.M. Melis Plaatsvervangend directeur, segment MKB, Belastingdienst/Noord.
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen De heer E. Zwartkruis FB Senior Manager Ernst & Young De heer Mr. J. Kastein Tax management en accounting services, PWC De heer E.A.M. Geurts FB DDJ accountants en belastingadviseurs De heer Mr. M Teunissen Senior belastingadviseur De Jong en Laan Mevrouw Mr. C. Opmeer Bekkers Belastingdienst Rivierenland Nijmegen Mevrouw Mr. S. Steinmaier Belastingadviseur, BDO Nijmegen Hogeschool van Rotterdam Mevrouw M. de Best Loyens & Loeff, Rotterdam De heer M. Molendijk Belastingdienst Rijnmond/kantoor Dordrecht De heer R. Gardenier Ernst & Young, Rotterdam De heer M. Wentink PWC, Rotterdam De heer J. Hollemans KPMG Meijburg & Co, Den Haag 24
Mevrouw K. Hekkens Deloitte, Rotterdam De heer A. van Otzel Van Otzel Financieel Advies V.O.F., Oude Tonge
Hogeschool van Amsterdam De heer A. Amorij Loyens & Loeff, Amsterdam De heer G. Sheldon HP, Amsterdam Mevrouw O. Priem –Van Keulen Londen & Van Holland, Amsterdam De heer K. van Arkel PWC, Amsterdam De heer E. Poelman Belastingdienst/Regio Holland, Universiteit van Amsterdam Mevrouw A. de Rooij Ernst & Young, Amsterdam De heer A. Waal Belastingdienst/Regio Holland Saxion Hogescholen Mevrouw Mr. M Brendel-ter Horst De Jong en Laan, Enschede De heer Mr. R. Bruining KroeseWevers, Enschede De heer R. Kalsbeek Belastingdienst Oost, Enschede De heer Mr. G. Kluvers Ten Kate – Huizinga, Enschede De heer Mr. A. Poelstra Deloitte, Enschede Mevrouw Mr. M. Spanjer Deloitte, Enschede
25