Dernier eye'Ti^s'rs RETOU? S&r',-. D-c-.'^enlalion
do la Region "BrusssSse HootdstedsiiikG cfr Bruxeiles-CspSta'.a Raad SERVICES DIENSTEN
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD
Bulletin van d^ interpellaties en mondelinge en dringende vragen
PLENAIRE COMMISSIE
..^
BEGROTINGSBERAADSLAGING
Woensdag 3 februari 1993
INHOUD
•
ARBITRAGEHOF INDIENING VAN EEN ONTWERP VAN ORDONNANTIE INTERPELLATIES van de heer Hasquin en toegevoegde interpellatie van de heer Simonet (confederalistische en anti-Brusselse verklaringen van de voorzitter van de Vlaamse Executieve) tot de heren Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen, en Grijp, minister van economie. (Voortzetting van de bespreking.) (Sprekers .: de heer Picque, minister-voorzitter van de Executieve, namens de heren Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en exteme betrekkingen, en Grijp, minister van economie); . van de heer Simonet (oprichting van een gewestelijke inspectie voor de migratie) tot de heer Picque, minister-voorzitter van de Executieve. (Sprekers : de heren Simonet, Drouart, Lemaire en Picque, minister-voorzitter van de Executieve); van mevrouw Payfa (bestrijding van het druggebruik) tot de heer •Picque, minister-voorzitter van de Executieve. (Sprekers : mevrouw Payfa, mevrouw Willame, de heren Galand en Picque, minister-voorzitter van de Executieve); van de heer de Clippele (niet-naleving van de bijzondere financieringswet) tot de heer Chabert, minister van • financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen. (Sprekers : de heren de Clippele en Picque, minister-voorzitter van de Executieve, namens de heer Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen);
Brusselse Hoofdstedelijke Raad—Bulletin van de interpellaties en mondelinge en dringende vragen—Gewonezitting 1992-1993
• •
'
36
248
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN van de heer Hasquin en toegevoegde interpellatie van de heer De Grave (organogram en personeelsformatie van de gewestelijke administratie — Bestuur van de uitrusting en van het vervoer) tot de heer Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen. (Sprekers : de heren Hasquin, De Grave en Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten, namens de heer Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen); van de heer Adriaens (valorisatie van de gewestelijke gevolgen van de ecotaks) tot de heer Gosuin, minister van huisvesting, leefmilieu, natuurbehoud en waterbeleid. (Sprekers : de heren Adriaens, Roelants du Vivier en Gosuin, minister van huisvesting, leefmilieu, natuurbehoud en waterbeleid). MONDELINGE VRAGEN van de heer Cauwelier (bouw van het ICC); van mevrouw Nagy (waarborgen voor de toekenning van een bouwvergunning), en antwoorden van de heer Picque, minister-voorzitter van de Executieve; van de heer de Marcken de Merken (bureau van de Raad van regio's van Europa) en.antwoord van de heer Thys, namens de heer Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen; van de heer Lemaire (kantoorbelasting) en antwoord van de heer Picque, .nnn;ster-voorzjtter van de Executieve, namens de heer Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen; van de heer Debry (verdeling van de onroerende goederen van de Staat) en antwoord van de heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten, namens de heer Chabert, minister van financien, begroting, openbaar ambt en externe betrekkingen; van de heer Cauwelier (terugvordering van de onrechtmatige subsidie aan de NV Siemens) en antwoord van de heer Grijp, minister van economic; van de heer Cools (werkzaamheden aan het Communicati'ecentrum Noord) en antwoord van de heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten; van de heer de Marcken de Merken (sociale woningen); van de heer Cools (uitzetting van tachtigjarigen uit hun woning), en antwoorcen van de heer Gosuin, minister van huisvesting, leefmilieu, natuurbehoud en waterbeleid; van de heer Drouart (bediening van het Erasmusziekenhuis) en antwoord van de heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten; van de heer Debry (verordening betreffende de reclame-inrichtingen); van de heer de Patoul (uitvoeringsbesluiten inzake planning en stedebouw), en antwoorden van de heer Hotyat, staatssecretaris toegevoegd aan de minister-voorzitter. BEGROTINGSBERAADSLAGING ARBITRAGEHOF
VOORZITTER : DE HEER POULLET
De vergadering wordt om 14.35 u. geopend.
INDIENING VAN EEN ONTWERP VAN ORDONNANTIE De Voorzitter. — De Executieve heeft het volgende ontwerp ingediend : ontwerp van ordonnantie betreffende de economische expansie in het Brusselse HoofdstedeHjk Gewest.
— Verzonden naar de commissie voor de economische zaken, BEGROTINGSBERAADSLAGING belast met het economische beleid, de energie, het werkgelegen_ ,, . . . , heidsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek. De Voorzitter. — Een mimsteneel besluit wordt door de' Executieve aan de Raad overgezonden. Het zai in het bulletin van vragen en interpellaties van deze vergadering worden opgenomen (zie bijiage). . INTERPELLATIE VAN DE HEER HASQUIN TOT DE HEREN CHABERT, MINISTER BELAST MET FINANCIEN, BEGROTING, OPENBAAR AMBT EN EXTERNE BETREKKINGEN ARBITRAGEHOF EN GRIJP. MINISTER BELAST MET ECONOMIE, De Voorzitter. — Verscheidene mededelingen worden door het Arbitragehof aan de Raad gedaan. Zij zullen in het bulletin van vragen en interpellaties van deze vergadering worden opgenomen (zie bijiage).
betreffende, « de vraag of de ministers de standpunten delen van de heer Luc Van den Brande, minister-voorzitter van de Vlaamse Executieve, m.b.t het statuut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest », en
________PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993________________249
TOEGEVOEGDE INTERPELLATE VAN DE HEER SIMONET. betreffende « het standpunt van twee Vlaamse leden van de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve m.b.t. de confederalistische en anti-Brusselse verklaringen van de minister-voor9-itter van de Vlaamse Executieve » zitter van de Vlaamse teecutieve » Voortzetting van de bespreking De heer Roelants du Vivier (in het Frans). — Wij hebben de agenda van de werkzaamheden van deze vergadering pas gisteren ontvangen. Men zegt dat de vergadering zai worden veriengd. Is dat juist, en kunt u ons zeggen wanneer wij onze werkzaamheden zullen kunnen beeindigen?
aanSdmg'ervoor woordelijkheid over zijn eigen uitspraken dragen. Dat is al geen sinecure. „„ i _ „ i-\L-ii.^. ,- .L -, -i Hoelang zullen we nog het debat over c het derde gewest » ^^, ^y^ Wquater van de Grondwet zegt dat er drie gewesten zijn in Belgie. Brussel is een gewest sui generis. Het is geen enkel gewest als de twee andere, alleen al omwille van zijn hoofdstadfunctie, 'zijn internationale roeping, zijn bevoegdheden en vooral omwille van het feit dat de'twee belangrijke gemeenschappen van Belgie er samenleven. Dat vergt een structuur met garanties voor de samenwerking tussen de twee gemeenschappen. Dat is de prijs voor het respect van de andere gemeenschap. Die prijs is niet te hoog.
eetal van de gewesten is geen voorwerp van debat. Het Grondwet. De burger vraagt goed bestuurd te worden en et " K"1^915 Gewest toont aan dat dit mogelijk is. Wij hebben alles te 'winnen bij een harmonische samenleving 'van de ' De heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — Ik gemeenschappen in Belgie. Het separatisme zou, vooral voor beperk mij ertoe het antwoord van de heer Chabert voor te lezen. Brussel, een nefaste ontwikkeling betekenen, Hij kan dat antwoord niet zeif geven om de redenen die wij alien i-ot zover de tekst van de heer Chabert. kennen. Ter gelegenheid van deze interpeUaties, verklaart de heer , De heer Grijp, minister van economie. - De interpellaties van • Chabert, stel ik nu toch de vraag :« Welk debat wil men hier in de heren Hasqum en Simonet waren gericht tot de Nederiandsfeite voeren7 » " talige leden van de Executieve. Ik kan het antwoord van mijn afwezige collega niet voorlezen en daarna een andere stellingWenst men een uitspraak betreffende verklaringen en name verdedigen. Ik kom wel tussen met enige schroom. De meningen van een politicus die zich moet verantwoorden voor Brusselse politieke verantwoordelijken moeten er immers voor een andere vergadering dan deze Raad? In een eerste reactie zorgen dat zij de bruggen met Vlaanderen en Wallonie nooit vreesde ik dat wij op deze wijze veel kostbare tijd zouden opblazen. Deze zuUen altijd onze belangrijkste gesprekspartners verliezen en meende ik dat dit geen gewoonte mocht worden. blijven. . ' Ondertussen en na de parlementaire bespreking van vrijdag was •.,,..,1. ..,.,., ,. .„ , ., , „. In alle ik ervan overtuigd dat we onze tijd niet hebben verspild. duidelykheid wil ik hier steUen dat de bevolkmg moet weten waarover we bezig zijn. De uitspraken van Deze bespreking, vervolgt de heer Chabert, was goed omdat zij Van den Brande werden overal gehoord, dus ook in Brussel. nuttig was. Meer dan ooit bleek dat er hier te Brussel een reele ' wil aanwezig is tot loyaal en federaal samenwerken. Dat het een Misschien komen deze uitspraken wel beter over in Vlaangoede bespreking was, betekenfnochtans niet noodzakelijk dat deren dan in Brussel, maar dit belet •niet dat ook Brussel recht de aanleiding — een verklaring van iemand die geen lid is van "eeft op informatie. Als politici spreken in een confederate deze Raad — erg gelukkig gekozen was. Laat elkeen de verant- context moet men weten dat dit ook met Brussel te maken heeft. woordelijkheid dragen voor zijn eigen verklaringen : u zai het Ten slotte gaat het hier niet over een stelling van een man, maar wel met mij eens zijn dat dit reeds geen eenvoudige opgave is. dat van de ganse CVP. De Voorzitter. - Tijdens zijn vergadering van dinsdag heeft het uitgebreid bureau voorgesteld de vergadering van vandaag tot 20 a" 20.30 u. te verlengen.
Het
staat mde
Wenst men een debat over het Sint-Michielsakkoord te (Verder in het Frans.) voeren? Dan bevestig ik wat ik vroeger reeds verklaarde : het ifc zie in de woorden van de heer Van den Brande vier belangakkoord integreert zich in het wettelijk kader van het Belgisch rijke punten : hij noemt zich confederalist en zegt dat de Sintfederaal model. Dit is er een van unitaire federalisme en niet van Michielsakkoorden slechts een tussenstap zijn; hij spreekt zich confederalisme. Het separatisme wordt uitgesloten door het uit voor een grotere homogemteit inzake sociale zekerheid. Hij . model van communautaire pacificatie. Voor Brussel is het slagen spreekt over het RIZIV, de werkloosheid, de pensioenen, en hij van het consensusmodel van groot belang omdat de Brusselse verklaart zich voorstander van een wijzigmg van de belastingpolitici dit samenwerkingsmodel eike dag in de praktijk moeten .wetgeving; hij ziet Brussel als een district en volgens hem moet omzetten. De Brusselse burger weigert communautaire kunst- Vlaanderen in Brussel blijven investeren. grepen; integendeel, hij wenst dat de regerende partijen de ^. , . i. .r -i r ^ > problemen van eike dag opiossen. Te Brussel kan dit slechts (Verder in het Nederlands.) lukken op voorwaarde dat Vlamingen en Franstaligen samen- Wij als Brusselse SP-ers en de-SP in het algemeen verkiezen werken. Het is vanzelfsprekend dat dit nog gemakkelijker wordt een federale boven een confederale Staat. Wij dachten dat dit indien de gemeenschappen op federaal vlak ook samenwerken. ook het standpunt was bij de andere grote Vlaamse partij, die de Heeft men de structuren van de Belgische Staat definitief vast- CVP is. Wij voelen ook aan dat het Sint-Michielsakkoord niet de gelegd? De politick is per definitie dynamisch en als wij vragen alleriaatste fase is. Maar, vooraleer wij over de toekomst filosostellen moeten wij ze beantwoorden. Zonder overdrijven kan ferendenkikdatwijvooreerstdehervormingenvan80,88,89en men stellen dat de politieke. instellingen voortdurend in bewe- nu ook het Sint-Michielsakkoord op een degelijke wijze moeten ging zijn. Maar ik meen, vervolgt de heer Chabert, dat men na de inslikken en verteren. Is het geen hoog tijd dat we bij prioriteit goedkeuring van het Sint-Michielsakkoord onze instellingen alle denken aan de mundiale economische crisis? Laat ons een ruime kansen moet geven om het waar te maken. tijd samen hieraan werken. (Verder in het Nederlands.) De heer Chabert vervolgt. . Veriangt men een debat over het statuut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Goed, maar dan niet naar aanleiding van biykbaar verkeerd begrepen uitspraken. De heer Hasquin stelde het voor alsof de voorzrtter van de Vlaamse Executieve het statuut van Brussel wil aantasten en er een district wil van maken. Dat lijkt me een mankemterpretetie_ De heer Van den Brande spreekt over Brussel als het Hoofdstedelyk Gewest. Zijn gebnnk van het woord « district» verwyst eerder naar de unieke positie van dat Hoofdstedelijk Gewest.
Het ^ confederatie waarovec Van den Brande spreekt bestaat nergens, tenzy bij de onafhankelyke staten van de gewezen Sovjet-Unie en daar bedank ik feestelijk voor. Als Van den Brande het heeft over de fiscaliteit moet hij weten dat dit ^ van de belangrijkste pijiers is waarop Belgie nog steunt namelijk de monetaire unie. Naar de toekomst toe moeten een aantal problemen worden aangepakt bijvoorbeeld de scheefge^okken situatie in de sociale zekerheid. Op lange termijn is dit niet houdbaar. We mogen ook echt niet in het andere uiterste ^uen door alles wat een tikkeltje scheef gaat onmiddeUijk recht fe willen zetten. Wij voelen ons als SP zeer sterk verwand met de standpunten van de twee grote vakbonden. Wanneer Van den Brande het heeft over bevoegdheidsafrondingen moeten wij
250
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE BAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
opietten dat alles met wordt afgerond naar de regio's toe zodat er op federaal niveau niets blijft. Dan is Belgie kapot en daar gaat de SP niet mee akkoord. Een ander belangrijk punt is de kwestie van Brussel, derde regio. Hij was daarover niet erg duidelijk. Brussel in een regio dat is duidelijk maar dit betekent niet dat bet Brussels Gewest compleet dezelfde inhoudelijke bevoegdheden heeft als de twee andere gewesten. Zo heeft de .Brusselse Executieve een aantal bevoegdheden niet, die de Vlaamse Executieve wel heeft Maar Brussel is ook meer. Denken wij hierbij aan de Europese rol die het moet spelen, de bevoegdheid over de brandweer en netheid en de provinciale bevoegdheden die er kunnen aan toegevoegd worden. Brussel is een soort v super regiootje » mits het voldoende middelen heeft om zijn specif ieke taken waar te maken. (Verder in het Frans.)
De heer Van den Brande heeft ook gezegd dat er geen twee soorten Vlamingen zijn, namelijk de Brusselaars en de anderen. Dat verbaast mij enigszins. Wij in Brussel geloven dat er tweehonderdduizend Vlamingen zijn en dat, maar al wareri er maar twee, zij zouden nog verschillend zijn. (Verder in het Nederlaads.)
Vlamingen uit Brugge en Hasselt redeneren anders dan Vlaamse Brusselaars. Nochtans staan alle Brusselaars er op dat ook na het Sint-Michielsakkoord vanuit •Brussel stevige banden blijven met Vlaanderen. Dat gaat samen met « Ie fait regional bruxellois », dat we volmondig onderschrijven. Dat is niet tegenstrijdig. (Verder in bet Frans.)
Ik denk erop gewezen te hebben dat ik het op sommige punten niet volledig met de heer Van den Brande eens ben. Hij heeft echter ook gezegd dat Brussel zeer belangrijk blijft voor Vlaanderen, dat Brussel de hoofdstad zai blijven van onze gemeenschap en dat wij onze tinanciele inspanningen ten gunste van Brussel zullen vergroten. (Verder in het Nederlaads.)
Voor die uitspraken geef ik de heer Van den Brande goede punten. Graag hoorden de Vlaamse Brusselaars ook dergelijke "uitspraken aan Waalse zijde. Indien de Franse Gemeenschap minder investeert in Brussel, is dat zowel voor de Nederlandstalige als voor de Franstalige Brusselaars een slechte zaak. Ik ga ook niet akkoord met sommigen die stellen dat Brussel wel alle problemen alleen zai opiossen, los van de andere regio's. Op die manier wordt slechts ingespeeld op de zeifingenomenheid of de onwetendheid van bepaalde bevolkingsgroepen. Hoe zou Brussel dit alleen kunnen redden? Ze willen van Brussel een Europees « dinges » maken, een lilliputstaat, waar niemand op zit te wachten. Brussel is niet gebaat bij een dergelijke discours die ik ook een confederaal discours noem. Brussel moet blijven praten met de twee gemeenschappen wil het overlevingskansen hebben. " . . Ik wens dat Belgie als federate Staat overleeft, dat Brussel steeds meer hoofdstad van Europa wordt, alsook de reele hoofdstad van Belgie, een hoofdstad met werkelijke inhoud; dat het een regio is met inhoud qua bevoegdheid en met voldoende financiele middelen. Wij onderschrijven de structuren zoals ze in 1980,. 1988 en 1989 werden uitgewerkt en ook de structuren waarin het Sint-Michielsakkoord voorziet. Indien men echter overgaat tot een lineaire projectie van de uitspraken die de laatste tijd vielen, vrees ik dat het resultaat erg negatief zai uitvallen voor Brussel en Belgie. Maar hier vinden we misschien de grote verschilten terug , tussen de twee soorten Brusselaars waarover ik het staks had : de ene die steeds positieve noten wenst te laten horen, de andere die de dinges wat anders benadert (Applaus.)
De heer Hasquin (in het Frans). — Ik zou eerst een algemene opmerking willen maken. Het is duidelijk dat de Brusselse Executieve eens te meer verdeeld is over een belangrijk politiek probleem. Wat in deze vergadering is gebeurd, is daar een voorbeeld van. De minister-voorzitter heeft ons het antwoord gelezen van een minister die om gezondheidsredenen niet aanwezig kon zijn; toch stond hij politick niet achter dit antwoord. Het tweede Vlaamse lid van de Executieve, de heer Grijp, heeft op een andere manier geantwoord dan minister Chabert. Dat is niet de eerste keer. Wij horen vaak verschillende klokken wanneer de Brusselse prohlematiek met de Belgische wordt vergeleken. In dergelijke gevallen is er geen enkele eenparigheid binnen de Executieve. Ik zai niet blijven stilstaan bij het antwoord van de heer Chabert. Men kan niet polemiseren met een afwezige. Ik zou niettemin willen meedelen dat ik verwonderd ben over de inhoud van zijn antwoord. Ik ben verbaasd over de omhaal van woorden waarmee hij probeert het begrip « district» te herdefinieren. Tot het tegendeel is bewezen, is een district een administratieve entiteit die door een toezichthoudende overheid wordt beheerd. Een district is dus geenszins een gewest. Men had kunnen denken dat de heer Van den Brande, een Nederiandstalige, deze term onterecht had gebruikt. De interpretatie van de heer Chabert bewijst het tegendeel. Wij hebben hier te maken met een fundamentele juridische echtscheiding. Tot slot moet ik nog meedelen dat wij een motie zullen indienen die, laten wij het hopen, de zaken duidelijkerzal maken. De Brusselaars, alle Franstalige partijen samen, hebben zicb uitgesproken over het begrip Brussel als volwaardig gewest. Wij hopen dat met de goedkeuring van onze motie, die dit standpunt gedeeltelijk zai hernemen, onze Raad zich eindelijk zai uitspreken over het begrip Brussel als volwaardig gewest. (Applaus van de PRL.) De heer Simonet (in het Frans). — Zonder te willen polemiseren met een afwezige, moet ik toch vaststellen dat er een diepe malaise heerst binnen de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve. Wij vragen niet dat de heer Chabert, natuurlijke persoon, een oordeel yelt over de heer Van den Brande, als natuurlijke persoon. De heer Van den Brande, voorzitter van de Vlaamse Exec tieve, had zich evenwel duidelijk uitgesproken voor het confedbralisme. Indien wij zijn verklaring zouden volgen, zou dit op termijn leiden tot de verdeling van ons land. Toch stel ik vast dat de heer Chabert in zijn antwoord op geen enkel ogenblik de woorden van de heer Van den Brande aanklaagd. De Executieve is het dus niet eens over Brussel als volwaardig gewest. Bovendien waren de twee Vlaamse leden van de Brusselse Executieve van oordeel dat de Sint-Michielsakkoorden slechts de laatste tussenfase is. . Wat zou die laatste tussenstap kunnen zijn? Federalisme? De heer Grijp is daar a priori tegen. Separatisme? De heer Chabert legde in zijn antwoord de heer Van den Brande woorden in de mond die hij niet heeft uitgesproken. Volgens de voorzitter van de Vlaamse Executieve is Brussel immers wel een Hoofdstedelijk Gewest, maar geen volwaardig gewest De heer Chabert citeerde artikel Wlquater van de Grondwet, volgens hetwelk Brussel een gewest sui generis is. Zeifs als ik in de redenering van de heer Chabert kan komen,. nodig ik de CVP-leden van de Executieve en van de Brusselse Raad uit om er in hun voorstel van bijzondere wet voor te zorgen dat Brussel over de nodige financiele middelen beschikt om alle aspecten van die rol van gewest sui generis te kunnen spelen.
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993
251
Is Brussel de hoofdstad van Vlaanderen? Voor de beer Chabert » veroordeelt iedere vorm van separatisme of confederalisme; gedeeltelijk en voor de heer Grijp zonder twijfel. Ik moet er onze » kant zich tegen iedere federalisering van de sociale zekertwee ministers op wijzen dat Brussel in een confederalistisch of separatistisch scenario zeker geen hoofdstad van Vlaanderen heid; » verklaart dat hij het karakter van volwaardig gewest van het meer zou zijn. Ook zou ik willen weten hoe u dan de recente motie van de Brusselse Hoofdstedelijk Gewest voorstaat. » Vlaamse Raad verklaart. Op gewestelijk niveau, en trouwens — De stemming over de moties zai later plaatshebben. ook op net niveau van gewestelijke normen, is Brussel een — De bespreking is gesloten. .subgewest. Ik hoop dat Belgie als federale Staat met Brussel als hoofdstad zai blijven bestaan. Dat is, na de Sint-Michielsakkoorden, overduidelijk niet de wens van de Vlaamse Raad en evenmin die van INTERPELLATIE VAN DE HEER SIMONET TOT DE HEER de heer Chabert. (Applaus van de PRL.) PICQUE, MINISTER-VOORZITTER VAN DE EXECUTIEVE, De Voorzitter. — Drie voorstellen van motie werden ingediend. De eerste, ondertekend door mevrouw Lemesre, mevrouw Derny en de heer Zenner, luidt als volgt:
betreffende, « het voornemen van de minister-voorzitter om een gewestelijke inspectie voor de migratie in het leven te roepen »
* De Brusselse Hoofdstedelijke Raad, » na de interpellaties van de heren Hasquin en Simonet tot de heren Chabert en Grijp en het antwoord van de betrokken ministers te hebben aanhoord; ^ •» bevestigt opnieuw dat hij een echt federalisme voorstaat dat de Gewesten en de Gemeenschappen van onze Staat verenigt met een'ware solidariteit van de burgers, een solidariteit die tot uiting moet komen in zowel het tot stand brengen van de welvaart als het vrijwaren van de sociale structuren ter bestrijding van de tegenspoed, en weigert bijgevolg iedere overdracht van bevoegdheden inzake sociale zekerheid naar de Gemeenschappen en de Gewesten; » verklaart dat hij onverzettelijk gekant is tegen eike aantasting van de politieke structuren die borg staan voor de bestuursautonomie van het Brussels Gewest en de wil om de vrije keuze van de Brusselse burgers bij de opbouw van hun Gewest te garanderen in het kader van de staatsinstellingen, en veroordeelt bijgevolg iedere wil bm aan het Brussels Gewest het statuut van volwaardig gewest te ontzeggen.» De tweede, ondertekend door mevrouw Nagy, de heren Moureaus, Harmel, Vandenbossche, Cauwelier en Delathouwer, luidt als volgt:
De heer Simonet (in het Frans). — De gevolgen van de clandestiene immigratie kunnen in alle opzichten als rampzalig •worden beschouwd. Ze openen de weg naar de uitbuiting van de clandestienen door de koppelbazen, naar de prostitutie en de delinquentie. De nationale regering heeft dit probleem niet goed onder controle. Het Gewest heeft de zaken wat beter in de hand, maar dit neemt niet weg dat men het aantal clandestienen op 80 a 100 OuO schat; een grote meerderheid onder hen verblijft in het Brusselse Gewest. Gedurende de eerste negen maanden van 1992 werden echter maar 3 750 van hen gecontroleerd, werden er 4 163 opgesloten en 974 uitgewezen. Dit is belachelijk weinig. Ik ben voorstander van gerichte opsporingsoperaties zoals op 12 januari door de politic van Vorst. Is de minister-voorzitter niet van oordeel dat men dit type politiecontrole zou moeten versterken op het grondgebied van de 19 gemeenten en dat men zeer speciaal de toerismebussen met inwijkelingen uit OostEuropa moet controleren? Zou het Vijfhoeksoverleg niet het, geschikte kader kunnen zijn om die controles te institutionaliseren? De federale overheid blijft betrekkelijk passief in de strijd tegen de koppelbazen. Tot voor kort beschikte zij slechts over zes sociale inspecteurs om hen op te sporen. Op dit ogenblik zijn er overtallige inspecteurs die zeifs geen helm hebben om de werven te bezoeken, Is het gerucht over de oprichting van een gewestelijke inspectie voor de migratie gegrond? Volgens mij wel. Maar wat zullen, in dat geval, de bevoegdheden ervan zijn en de grenzen van haar working? Er mag worden gevreesd dat de gewestelijke inspecteur het kader van zijn bevoegdheden te buiten zai gaan. Als antwoord op een vraag die ik hem in de Kamer stelde, maakte minister Tobback het grootste voorbehoud met betrekking tot de wettelijkheid van zo'n initiatief. Over de reglementering op de arbeidsvergunningen moest worden onderhandeld tussen het Gewest en de minister van tewerkstelling en arbeid. Hoever staat het daarmee? Wij stellen in ieder geval aan laksheid vast met betrekking tot personen als ».actrices en danseressen». Er zouden maatregelen moeten worden genomen om vervalsing van de arbeidsdocumenten te beletten. Anderzijds worden de diensten van de BGDA geconfronteerd met een toename van de aanvragen tot regularisering. Hoe groot is die toename? Weike houding zai u aannemen en weike maatre-. gelen zai u nemen om dit tendens tegen te gaan? In ieder geval bestaat de opiossing in het terugzenden van immigranten die hier onwettig verblijven. Om daartoe te komen moet er worden gedacht aan systematische maatregelen via de gemeenten en de OCMWs. Artikel ISbisvan de wet-Gol heeft een aantal circuits ontmanteld en' heeft zuurstof gegeven aan sommige Brusselse gemeenten. Het afstrikkend effect van deze maatregel was gunstig voor ons Gewest.
« De Brusselse Hoofdstedelijke Raad, » na de interpellaties van de heren Hasquin en Simonet gericht aan de heren Chabert en Grijp en het antwoord van de . '"""'trokken ministers te hebben gehoord; '" ' » bevestigt opnieuw dat hij een echt federalisme voorstaat dat de drie Gemeenschappen en de drie Gewesten van onze Staat verenigt met een billijke solidariteit van de burgers, een solidariteit die tot uiting moet komen in zowel het tot stand brengen van de welvaart als het vrijwaren van de sociale structuren ter bestrijding van de tegenspoed; » verklaart dat hij gekant is tegen eike aantasting van de politieke structuren die borg staan voor de autonomie van het Brusselse Hoofdstedelijk _Gewest, weike steunt op de verstandhouding tussen de gemeenschappen en de wil om de vrije keuze van de Brusselse burgers bij de opbouw van hun Gewest te garanderen in het kader van de staatsinstellingen.» De derde, ondertekend door de heer Cornelissen, luidt als volgt: * De Brusselse Hoofdstedelijk Raad, » na de interpellaties van de heren Hasquin en Simonet, gericht aan de heren Chabert en Grijp en het antwoord van de' heer Picque, namens de heren Chabert en Grijp, te hebben aanhoord; ' » bevestigt opnieuw dat hij een echt federalisme voorstaat dat de drie Gewesten en de drie Gemeenschappen van onze Staat verenigt; ' ' • •
252
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD . BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
Als u de migratiestroom naar ons Gewest wil indijken, denkt u De heer Simonet (in het Frans). — Deze bewoordingen komen dan niet dat de beslissing van de heer Tobback om het koninklijk niet van mij, maar van de heer Wathelet of de heer Tobback. besluit tot uitvoering van artikel IQbis, na 14 mei 1994, niet te veriengen, een ernstige vergissing is die tot een massale De heer Drouart (in het Frans). — Over het echte probleem aankomst van vreemdelingen kan leiden? van de onwettige aanwezigheid van die personen en de te treffen maatregelen werd in een EG-studie een analyse op InternatioDe heer Moureaux (in het Frans). — Dat is niet het onderwerp nale schaal gemaakt van de oorzaken van de bevolkingsmigravan uw interpellatie. ties : die zouden moeten worden gezocht in het bestaan van een De heer Simonet (in het Frans). — Zeker, maar het is een parallel economisch circuit waarin deze personen een job verschijnsel dat ermee samenhangt en dat ons alien aanbelangt. hebben. In de eerste plaats moet dus doeltreffender worden De vraag is hoe wij bepaalde migratiestromen, die nadelig zijn opgetreden tegen koppelbazen, wat niet de enige maatregel is. voor de integratie van bepaalde migrantengroepen, kunnen stop- De nationale regering heeft op dat gebied trouwens reeds zetten. De minister kan mijn vraag onbeantwoord laten. Als wij maatregelen genomen. er echter van overtuigd zijn dat artikel ISbis een belangrijke Door demagogisch denken kunnen wij dit probleem zeker niet maatregel is, zou ik graag vernemen of contact is opgenomen opiossen. met de heer Tobback om de zaak opnieuw te onderzoeken. Ten slotte moet men niet na'ief zijn. De interpellatie van de heer Simonet past in een politieke ideologic die we kennen en is De heer Lemaire (in het Frans). — U zou een nieuw interpellaeen allegaarije. Maar dat zijn wij gewoon. Dit gezegd zijnde, de tieverzoek moeten indienen, mijnheer Simonet. heer Simonet raadt aan de politiecontroles systematisch te laten De heer Simonet (in het Frans). — In Woluwe zult u niet gebeuren, wat strijdig is met de nieuwe wet ter zake. Op een geconfronteerd worden met de verarming van sommige wijken, ogenblik dat men de mond vol heeft over nationalisme, over de heropleving van extreem-rechts, moeten de democraten zich mijnheer Lemaire! betrokken voelen. Ten opzichte van de genomen maatregelen De heer Lemaire (in het Frans). — Maak er geen mengelmoes moet men waakzaam blijven, tevens een grote voorzichtigheid aan de dag leggen en racistische betogen zonder meer afkeuren. van! (Applaus by Ecolo.) De heer Simonet (in het Frans). — Is contact opgenomen met de heer Tobback om het al dan niet veriengen van artikel l&bis, De heer Lemaire (in het Frans). — Zijn interpellatie is na 1994, met de gewestelijke verantwoordelijken te bespreken? misschien wel gegrond, maar ik stel vast dat de heer Simonet het De strijd tegen de illegale immigratie moet een prioriteit zijn. niet kan laten er een mengelmoes van te maken, een familieIn dat verband verheugt het mij dat de minister-voorzitter zich trekje. Men kan niet loochenen dat de schade die clandestiene daarvan bewust is geworden. Wanneer een gewestelijke immigratie mogelijk veroorzaakt, van nabij moet gevolgd inspectie wordt opgericht, zullen wij die op haar daden beoor- worden. Sommigen leven van deze immigratie. Deze mensen delen. Voorts hoop ik dat de samenwerking tussen de politie- bevinden zich nochtans in een perfect legale situatie en huh . diensten op het gebied van de opsporing zai worden versterkt en rechten moeten worden gevrijwaard. De mensen van de Oostdat onze inspanningen een harmonieuze samenleving tussen de bloklanden vinden gemakkelijk werk bij ons wegens de culturele Belgische bevolking en de legale migranten mogelijk zullen voorkeur. Bepaalde personen zoeken zeifs werk op sociale zitdagen. Minister Wathelet had het over een honderdduizendtal maken. (Applaus.) clandestienen. Dit probleem dreigt onhoudbaar te worden indien De heer GaIIand (in het Frans). — Mijnheer de voorzitter, men rekening houdt met het feit dat 95 % van de politieke vluchwordt van het begin van deze vergadering een volledig verslag telingen geen legaal statuut verkrijgen en ook niet naar hun land terugkeren. gemaakt? Wanneer u antwoordt, mijnheer de minister-voorzitter, zou het De Voorzitter. — Neen. Het eerste gedeelte van onze vergade- interessant zijn uw mening te kennen inzake het gevaar van ring maakt deel uit van de vergadering van de plenaire clandestien werken en tevens een plechtige oproep te richten tot commissie. Wij hebben niet opnieuw een plenaire vergadering de burgerzin van onze landgenoten opdat ze deze illegale prakvan de Gewestraad geopend. tijken niet langer zouden aanmoedigen. De heer GaIIand (in het Frans). — Het verbaast mij dat over De heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — Ik heb zo'n belangrijk debat geen voliedig verslag wordt opgesteld. het immigratieprobleem herhaaldelijk ter sprake gebracht op deze tribune, onder meer in april 1982 naar aanleiding van een De Voorzitter. — Vrijdag hebben wij onze werkzaamheden onderbroken. Over de aard van onze huidige werkzaamheden is interpellatie. Ik vind het belangrijk eens na te denken over de genomen en dus geen twijfel mogelijk. te nemen maatregelen om deze immigratie tot een draaglijk peil De heer Drouart (in het Frans). — De heer Simonet had het terug te brengen. over de clandestiene immigratie, maar niet over de oorzaken en De verantwoordelijkheden van elk machtsniveau zijn ter zake de redenen waarom bepaalde personen soms illegaal het land perfect gedefinieerd. De federale instantie is bevoegd om de binnenkomen. normen inzake het betreden van het grondgebied vast te leggen; Men mag niet vergeten dat op onze planeet een grote oneven- de Staat en de Gewesten voor de toepassing ervan. Dit vereist wichtigheid tussen Noord en Zuid bestaat. Sommigen worden een nauwe samenwerking die door middel van meerdere insteldoor onze luxueuze levenswijze aangetrokken en wagen hier lingen wordt tot.stand gebracht. • hun kans. Voorts is, als gevolg van de opening van bepaalde De Gewesten hebben weinig vat op de uitsluitend federale grenzen, ook een kloof tussen Oost en West ontstaan. bevoegdheden die in essentie afhangen van de akkoorden van Met betrekking tot hen die hun land veriaten om economische Schengen of van Trevi. redenen, om' redenen van oorlog of om ecologische redenen, De interministeriele conferentie over de immigratiepolitiek dient in het algemeen te worden opgemerkt dat de landen weike heeft zich daarentegen gebogen over het probleem van de clandie personen opnemen, niet in de eerste plaats de Industrie- destiene arbeiders. landen en ook niet Belgie zijn, maar minder ontwikkelde landen. Drie grote actielijnen werden bepaald : de eerste betreft het Daarenboven ga ik niet akkoord met de heer Simonet wanneer hij de clandestiene immigratie als een ernstig probleem bestem- verstevigen van de samenwerking tussen de verschillende orgapelt. Als ze een ernstig probleem is, dan vooral voor hen die hun nisaties belast met deze politick. Op een vergadering tussen de kabinetten van het ministerie van tewerkjstelling en arbeid werd land moeten veriaten. ' ,
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993 het probleem van de coordinatie tussen de werkzaamheden van de rijkswacht en de gemeentelijke politiemachten gesteld. De ene voert geen reele controle uit en de andere voelen zich weinig betrokken bij het probleem van de clandestiene arbeid. De tweede hoofdiijn betreft strengere sancties tegen de clandestiene arbeid. Hierover zai morgen in de Kamer een wetsvoorstel van de heer Vande Lanotte worden goedgekeurd. Het voorziet in zware sancties tegen de personen die clandestiene werknemers te work stellen., De derde hoofdiijn bestaat in de vermeerdering van de controles door de toename van de controlediensten. De wet breidt de toezichthoudende bevoegdheid uit tot verscheidene diensten die behoren tot de sociale-arbeidsinspectie, de RSZ, de middenstand, de douane en accijnzen, enz. Zo heeft de sociale inspectie in 1992 ongeveer 500 proces-verbalen opgemaakt, tegenover slechte 219 in 1991. De rol van deze sociale inspectie zou er niet specifiek in bestaan een klopjacht te houden op de clandestiene werknemers. Men moet er zieh echter van bewust zijn dat de wezenlijke taak van die dienst zai bestaan in het opsporen van de clandestiene arbeid. "^ Er bestaan andere domeinen waarin het Gewest zeif de doel' treffendheid moet kunnen verzekeren van de normen die zij aanneemt en die sancties veronderstellen in geval van nietnaleving. Het gaat vooral om de tewerkstelling van buitenlandse werkkrachten en de exploitatie van ondernemingen voor uitzendarbeid. De oprichting van deze inspectiedienst is noodzakelijk voor de geloofwaardigheid van onze werking. Het Gewest moet de middelen hebben om niet steeds een beroep te moeten doen op de rijkswacht voor eike overtreding van de normen die het zeif heeft aangenomen. Deze dienst moet worden samengesteld uit beedigde statutaire personeelsleden, die daartoe speciaal in dienst worden genomen. Deze problematiek vereist een opiossing inzake verdeling van bevoegdheden. Inderdaad, het Gewest controleert de toepassing van de normen met betrekking'tot de tewerkstelling van vreemdelingen, normen die door de nationale regering worden uitgevaardigd. Om doeltrefiend te zijn moet er overleg gebeuren tussen de nationale regering en het Gewest om tot een gezamenlijke controle te komen van de buitenlandse werkkrachten, door de gewestelijke en federale inspecties. ' Ik wijs crop dat het uitreiken van arbeidsvergunningen, in het Brusselse Gewest, thans met mondjesmaat gebeurt. Zo werden . tijdens het eerste semester van 1992, 489 vergunningen B uitge•eikt, tegenover 930 in 1991. Wie een arbeidsvergunning heeft, arbeidt uiteraard niet clandestien. Als de clandestiene immigratie in Brussel niet wordt stopgezet, zullen al onze pedagogische inspariningen en onze initiatieven ten gunste van de cohabitatie teniet worden gedaan. 2o zullen wij op alle vlakken verliezen. De laksheid ten aanzien van de clandestiene immigratie is de objectieve bondgenoot van vreemdelingenhaat en racisme. Die laksheid brengt sommigen er trouwens toe selectief te beoordelen weike rassen en culturen aanvaardbaar zijn. De strijd tegen het sluikwerk is in feite een humanistische strijd. De heer Simonet heeft gewezen op het probleem van de toepassing van artikel 18 bis. Wij wachten op de gevolgen van die toepassing om ze te beoordelen. Er is een interministeriele commissie opgericht om advies uit te brengen over dit artikel en over de gevolgen van de toepassing ervan. Ik raad de heer Simonet aan mij te interpelleren wanneer wij dit advies zullen kennen. Hij weet trouwens dat mijn standpunt zai athangen van het door de commissie ingenomen standpunt. Inzake immigratie mogen de verschillende categorieen niet worden verward. De immigratie kan ruwweg in drie categorieen worden ingedeeld : de clandestiene immigratie die het grootste probleem is, tot die immigratie na politiek-asielverzoek en wettige immigratie. Die soorten mogen niet worden verward.
253
Men mag ze niet over dezelfde kam scheren, en ze zijn niet aan dezelfde oorzaken te wijten. Ik heb artikel ISbis' in mijn gemeente doen aannemen. Ook andere gemeenten hebben het aangenomen, maar dat mag geen reden zijn tot triomfalisme. Ik stel aan de Raad voor hierover een debat te houden, zodra wij beschikken over de resultaten van het onderzoek van de interministeriele commissie. Een aantal dossiers van politieke vluchtelingen zijn nog steeds niet behandeld. Men heeft ons beloofd dat zij binnen de zes of acht komende maanden zullen zijn behandeld. Het gaat hoofdzakelijk om immigranten uit Oost-Europa. Het is spijtig dat deze immigranten, door gebrek aan beslissing, vaak in circuits van zwartwerk verwikkeld geraken. Tot slot pleit ik hier voor voorzichtigheid, want wij mogen niet vergeten dat er in ons land verschillende vormen van immigratie bestaan. (Applaus van de meerderheid.) De heer Simonet (in het Frans). — Ik ben volledig eens met de besluiten van de minister-voorzitter. Ik denk dat het onderzoek van de interministeriele commissie geen grote gevolgen zai hebben, want de betrokken minister heeft al zijn keuze gemaakt: artikel ISbis zai met worden verlengd. Toch wil ik er de heer Drouart op wijzen dat het de heer Tobback, minister van binnenlandse zaken, is die de clandestiene immigratie een « plaag » heeft genoemd. Eike opsporing van clandestiene arbeiders moet uiteraard binnen het wetteiijke kader blijven. De heer Drouart (in het Frans). — Ik noteer dat de ministervoorzitter met de argumenten van de heer Simonet instemt. — Het incident is gesloten. INTERPELLATIE VAN DE MEVROUW PAYFA TOT DE HEER PICQUE, MINISTER-VOORZITTER VAN DE EXECUTIEVE, betreffende, « de initiatieven van de Executisvc ter bestriding van het druggebruik » Mevrouw Payfa (in het Frans). — Hoewel drugverslaving hoofdzakelijk een probleem van volksgezondheid is, leidt het ook tot criminaliteit en onveiligheid. Een en ander heeft ervoor gezorgd dat de jongste tijd tal van projecten ontstaan. De Franstalige Gemeenschap neemt vooral initiatieven op het vlak van de voorkoming. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie onderzoekt het probleem, maar beschikt spijtig genoeg over weinig middelen. In samenwerking met de Gewesten voert de minister van binnenlandse zaken veiligheidscontracten in, die gedeeltelijk betrekking hebben op de problematiek van de drugverslaafden. , Door haar internationaal karakter heeft Brussel met een groot aantal druggebruikers te maken. Dit fenomeen komt vooral tot uiting in acht gemeenten en meer stiekem, maar niet minder onruststellend, in de andere gemeenten van ons gewest. In het kader van de « veiligheidsovereenkomsten » heeft minister Tobback in verscheidene grote steden van het land een crisisopvangcentrum opgericht. In Brussel zai een centrum worden geopend in de vorm van een intercommunale waarbij acht gemeenten uit het Gewest betrokken zijn. Dit centrum zai tot taak hebben te voorzien in het onthaal en de opvang, voor beperkte duur, van opgepakte drugverslaafden die niet ter beschikking van het parket zijn gesteld. Het centrum moet kunnen beantwoorden aan de essentiele en onmiddellijke hehoeften van de drugverslaafden, een medisch-sociale diagnose kunnen stellen, voor opvolging kunnen zorgen en de betrokkenen naar bestaande gespecialiseerde diensten kunnen doorverwijzen. Naast dit centrum zou een net van gedecentraliseerde raadplegingen worden opgericht om een band te scheppen met de gespecialiseerde instellingen of om hun taak over te nemen.
254
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE'RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
De middelen die voor dit project worden uitgetrokken zijn aanzienlijk : het Brusselse Gewest zou daaraan 5% van zijn budget voor de veiligheidscontracten besteden, of 10 miljoen op een totaal van 200; de Staat zou voor eenzelfde percentage, namelijk 18 miljoen op 360, bijdragen. Anderzijds heb ik personen dit bij dit project zijn betrokken, het cijfer van 70 miljoen horen vernoemen. Wat dit ook moge kosten (maar ik zou daar toch graag enkele verduidelijkingen over hebben), een dergelijk crisiscentrum kan erg nuttig zijn nu de spoedgevallendiensten in de ziekenhuizen' geen drugverslaafden meer opnemen wegens een gebrek aan plaats en personeel, en de huisartsen gekweld worden door strenge richtlijnen van de Orde der Geneesheren. Ik heb verscheidene vragen bij de oprichting van dit crisiscentrum. 1° Aangezien het wordt beheerd door een intercommunale van acht gemeenten waar de veiligheid veel te wensen overiaat, kan de vraag worden gesteld of drugverslaafden niet ten onrechte met delinquentie en immigratie in verband zai worden gebracht. Graag had ik geweten wie deel uitmaakt van de werkgroep die het initiatief voor dit projekt heeft genomen, en of vertegenwoordigers van volksgezondheid daarbij betrokken zijn. Wat denkt Fedito (de « Federation des Institutions pour Toxicomanes »). daarvan? Overwegende dat de OCMWs daarenboven op dit vlak bevoorrechte partners zijn omdat de drugverslaafden veelvuldig hun hulp inroepen, gaan deze openbare instellingen eindelijk gevraagd worden aan de werkzaamheden deel te nemen? 2° Het crisisopvangcentrum zai worden beheerd door een intercommunale van acht gemeenten. De vraag is dan hoe worden de overige elf gemeenten bij dit centrum betrokken? In het kader van de toelating van de gebruikers, loopt men ten opzichte van de hoge vraag niet het gevaar dat de aanvragen naar de elf gemeenten af te stoten? Aldus zouden wij tot een beleid met twee snelheden komen in het Hoofdstedelijk Gewest. Is het bovendien wenselijk in dit centrum enkel de personen op te vangen die aangehouden werden omwille van feiten die met drugs te maken hebben, en niet de personen die zich in een crisistoestand bevinden, die hulp vragen en niet in de delinquentie willen terechtkomen. 3° Was het niet beter geweest ervoor te zorgen, alvorens dit centrum te openen, dat de medische en psychologische opvolging kon verzekerd worden door de bestaande gespecialiseerde instellingen, waarvan men dikwijis zegt dat zij verzadigd zijn. De gebruikers van dit centrum zullen er inderdaad slechts een korte tijd kunnen verblijven. Bijgevolg moet men instaan voor onthaalstructuren en voor structuren met een voldoende aangepaste behandeling. Het zou interessant zijn dat u ons een lijst zou bezorgen van de bestaande gespecialiseerde instellingen en een schatting van de bijkomende behoeften om deze opvolging te verzekeren. 4° Wat de begroting betreft, wat is het juiste cijfer van de verwachte uitgaven en de spreiding van de kredieten die toegekend werden, enerzijds, aan het opvangcentrum en, anderzijds, aan hetnetwerk van de gedecentraliseerde raadplegingen? Van wie zullen deze raadplegingen, deze wachtdiensten afhangen? Van de intercommunale, van het Gewest, van volksgezondheid? 5° Overweegtu overleg met de Franse Gemeenschap en met de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, die ook aan projecten inzake drugsverslaving werken. Met weike ter zake gespecialiseerde instellingen denkt u samen te werken om de personen die naar het crisiscentrum komen, op te volgen? Twee jaar geleden, in Frankfurt, hebben vier steden met grote drugproblemen beslist nauwer samen te werken in hun gemeentelijk beleid ter zake. Men had immers vastgesteld dat repressie niet voldoende was om de drugverslaving te bestrijden. De wil om tot een nieuw drugverslavingsbeleid te komen, werd vastgelegd in de resolutie van Frankfurt. Charleroi ondertekende de resolutie op 19 november johgstleden op de derde conferentie, die in Bologna werd gehouden. Brussel was daar niet aanwezig.
Kunt u mij zeggen hoe het Brusselse Gewest tegenover deze resolutie staat? Waarom was Brussel niet aanwezig op de conferentie van Bologna? Overweegt Brussel deel te nemen aan de volgende vergadering in Hamburg? (Applaus.) Mevrouw Willame-Boonen (in het Frans). — Deze interpellatie belangt ons alien aan, vermits ons Gewest coherent moet optreden. Onze grote Europese steden worden door deze gesel getroffen en Brussel zou er wel eens de draaischijf van kunnen zijn. • Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft geen enkele bevoegdheid inzake drugverslaving, maar de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie startte met een programma « Overleg — Druggebruik Brussel ». In dat tienpuntenprogramma voorgesteld in de Commissie voor de gezondheid van de WGGC van 13 januari, is de oprichting van het betrokken centrum niet opgenomen. Het verslag van het « Basiscomite inzake druggebruik te Brussel» verwierp uiteindelijk de oprichting van een opvangcentrum, vooral om drugverslaafden niet in een getto te drijven. Nu schijnen de betrokken milieus meer open te staan voor de oprichting van een opvangcentrum. Wij moeten in ieder geval voor waterdichte garanties zorgen. Begeleiding en verwijzing van de jonge drugverslaafden naar dat centrum moeten op vrijwillige basis gebeuren. De therapeutische vrijheid en het respect voor de drugverslaafde als verantwoordelijke burger moeten worden gewaarborgd. Wij moeten vermijden dat de repressieve sector dat opvang- en transitcentrum beheert. Indien dit centrum wordt opgericht, dan moet anderzijds worden voorzien in voldoende financiele middelen voor de sector van de behandeling van de drugverslaafden wanneer zij uit het transitcentrum komen. Aangezien bij de GGC een overlegcomite voor het programma « Overleg — druggebruik Brussel » werd opgericht, rijst de vraag of het niet interessant zou zijn dat de Executieve dit project voor een opvangcentrum, dat in december 1992 en zeer onlangs uitvoerig in de pers ter sprake kwam, door dit comite laat onderzoeken. (Applaus.) De heer Galand (in het Frans). — Mevrouw Payfa merkte op dat de drugverslaafden een probleem van de volksgezondheid vormen. Er moet dus een onderscheid worden gemaakt tussen het aspect« ordehandhaving»en het aspect * medische hulpverlening ». Er is sprake van een crisisopvangcentrum voor opgebrachte drugverslaafden. Ik wil mijn collega's waarschuwen. Het gevaar dreigt dat een structuur wordt opgericht waar enige verwarring heerst over ieders rol en zeifs inzake het personenrecht. Eens te meer verwart men de symptomen met de eigenlijke ziekte en brengt men een nieuwe opiossing aan die h'adien zai moeten worden bijgestuurd. Daarenboven zai men ondertussen middelen hebben onttrokken aan de bestaande structuren. Bijgevolg zou men beter de gemeenten en het Gewest helpen om de dienst spoedgevallen van hun ziekenhuizen te steunen en de bestaande centra die reeds good werk verricht hebben, ook te steunen. Laat het gerechtelijk apparaat en de politic de mogelijkheid om hun taken uit te voeren — dank zij een verbetering van de commissariateh en de terbeschikkingstelling van gespecialiseerd personeel — en laat de dringende medische hulpverlening volledig over aan de ziekenhuizen waarvan de working zonodig moet gecoordineerd worden. In die zin verwijs ik ook naar wat gezegd werd op het jongste congres van de AFERUP (Association francaise pour 1'etude et la recherche sur 1'urgence psychiatrique) dat in Brussel gehouden werd met als thema « De psychiatrische spoedgevallen in het raam van de algemene spoedgevallen ». Daarnaast begrijp ik niet waarom wij niet de passende conclusies trekken of de aanbevelingen toepassen die in de uitgevoerde studies werden geformuleerd. Waarom past men de aanbevelingen van het witboek dat, op verzoek van de heer Picque toen hij minister was voor sociale zaken en volksgezondheid in de Franse Gemeenschap zeif werd opgesteld, niet kordater toe?
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993 Wat de huisartsen betreft, zullen hun actiemogelijkheden weldra verruimd worden. De heer Lallemand heeft in de Senaat een wetsvoorstel ingediend dat door Ecolo zai worden gesteund, mits een aantal amendementen worden aangebracht. Een drugverslaafde heeft nood aan duidelijkheid omdat hij met kan terugvallen op iemand met een pasklaar antwoord. Het zou dus verkeerd zijn een onduidelijke structuur te creeren. (Applaus van Ecolo.) De heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — De Executieve heeft beslist het probleem van de drugverslaving op een gecoordineerde manier aan te pakken. Onze initiatieven moeten worden geplaatst in het kader van de bevoegdheden van het Gewest, met name de hulpveriening aan de gemeenten. Onze gemeenten worden met deze moeilijke problematiek geconfronteerd. In 1992 heeft het Gewest, in overieg met de minister van binnenlandse zaken en acht Brusselse gemeenten, veiligheidscontracten voorbereid. Deze contracten bevatten een onderdeel preventie, waaronder het crisis- en opvangcentrum voor drugverslaafden. ^ Tijdens de laatste decennia heeft Belgie hoofdzakelijk een repressief beleid gevoerd. Dit beleid heeft het druggebruik niet verminderd, integendeel. Bovendien daalt de leeftijd van de gebruikers en neemt de tendens tot polytoxicomanie toe. In het Brusselse Gewest hebben 60 % van de agressies betrekking op drugs en 50 % van de delinquenten worden opgesloten wegens misdaden die met drugs te maken hebben. In Brussel wordt het aantal drugverslaafden op 8 000 tot 15 000 geraamd. Uit het verslag van het rijkswachtdistrict van Brussel blijkt dat voor de eerste acht maanden van 1992, 1908 gevallen van gebruik van verdovende middelen werden vastgesteld, dat 9 236 proces-verbalen werden opgesteld, dat 2 910 personen werden aangehouden, dat 30 % van de huiszoekingen positief waren en dat 38 % van de 1637 personen die aan een urinetest werden onderworpen, positief waren. Volgens het verslag van de procureur-generaal over de criminaliteit in 1992, waren er 17422 gevallen van gebruik van of handel in verdovende middelen, wat een stijging is van 62 % ten opzichte van 1991. Volgens dit somber verslag is er evenwel een daling van het aantal gevallen overdossissen. Ten aanzien van deze situatie kbnden wij de drugverslaafden niet onderbrengen in crisiscentra, verzorgingsinstellirigen, opvangcentra of instellingen voor psychisch-sociale begeleiding. Bovendien zijn zowel de gespecialiseerde centra als de hospitalen oververzadigd. Aangezien deze toestand niet op korte termijn kan worden veranderd, werd besloten, in het kader van de veiligheidscontracten, een crisis- en opvangcentrum op te richten voor drugverslaafden die door de politic worden aangehouden. Wij stonden crop dat dit centrum de betrokken personen langdurig zou begeleiden en dat alle drugverslaagden die door instellingen zoals de gezondheidscentra, de scholen, de raadplegingen,... worden ontdekt, tot dit centrum toegang zouden hebben. Wij hebben dit instrument versterkt opdat dit centrum raadplegingen zou kunnen organiseren, onderdak zou kunnen verstrekken en jonge drugverslaafden zou kunnen begeleiden. Hiertoe hebben de acht betrokken gemeenten via een bijzondere subsidie 48 miljoen gekregen: 18 miljoen voor het basisteam, een geihtegreerde raadpleging en de uitrusting, evenals 30 miljoen voor de medisch-sociale opvolging.
255
Het werk van het centrum zai gesuperviseerd worden door een ploeg, bestaande uit vertegenwoordigers van de nationale ministers van volksgezondheid en sociale zaken, vertegenwoordigers van de gemeenschapsministers en van de ministers die op gewestelijk vlak belast zijn met de volksgezondheid. Daarenboven zullen deskundigen uit de sector deelnemen aan de werkzaamheden van het begeleidingscomite. Het centrum zai beheerd worden door de acht gemeenten die betrokken zijn bij de veiligheidscontracten, door het Gewest en door de minister van binnenlandse zaken. Ik wil duidelijk stellen dat het centrum op geen enkele wijze zai afhangen van de politic. Er zullen duidelijke deontologische en ethische normen vastgelegd worden om eike verwarring te vermijden. Het centrum zai toegankelijk zijn voor druggebruikers die er vrijwillig naartoe komen. Deze principes zijn van essentieel belang en waarborgen de autonomie van de opdrachten van de politie en de psychologische-medische en sociale werkers. Een dergelijk project vereist grondig werk. Een studie, voorafgaand aan de opening van het centrum, is aan de gang. Het centrum zou begin deze zomer worden geopend. Bij het voorbe- . reidend werk zullen volgende instanties betrokken worden : de Brusselse gemeenten, de gespecialiseerde instellingen voor druggebruikers, de OCMWs en het parket; al deze instanties zullen samenwerken met het ministerie van binnenlandse zaken. Binnen enkele weken zai ik beschikken over een uitgewerkt plan en zullen de sector en de politieke verantwoordelijken hun houding kunnen bepalen. • Ook de vrees dat criminaliteit en immigratie met druggebruik in verband worden gebracht, is onterecht. Druggebruik komt inderdaad voor bij jongeren uit alle sociale en beroepscategorieen. De ontwikkeling van de criminaliteit kan evenwel van zone tot zone verschillen. We .kunnen echter niet bevestigen dat er een verband bestaat tussen druggebruik en immigratie. De aanzienlijke middelen die op gemeenteniveau worden aangewend om de integratie en het samenleven te bewonderen, moeten positieve resultaten opieveren; die mogen •niet worden afgezwakt door een toename van de criminaliteit. We moeten dit nauwgezet in het oog blijven houden. Ik heb ook altijd een onderscheid gemaakt tussen het probleem van de veiligheid en dat van de volksgezondheid. Een door senator Roger Lallemand ingediend voorstel van wet voorziet in vervangingsbehandelingen op basis van methadon. We moeten ten stelligste vermijden een bepaald produkt door een drug te vervangen. Ik meen dat een methadonbehandeling moet samengaan met een psycho-sociale begeleiding. Inzake de resolutie van Frankfurt is het zo dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet uitgenodigd was op de vergaderingen van 20 en 21 november 1991, waaraan enkel steden, en geen gewesten, deelnamen; hetzelfde gold voor de conferentie van Bologna in november 1992. De volgende ontmoeting van de steden die de resolutie van Frankfurt ondertekenden, vindt in Hamburg plaats. .Ik heb gevraagd dat men mij op de hoogste houdt. Tot besluit wil ik de noodzaak van het aanpakken van het drugprobleem benadrukken, zoals wij dat. deden met de integratie, de cohabitatie en de veiligheid. Nu moeten wij de gemeenten helpen die met dit probleem worden geconfronteerd. In deze zin kadert het oprichten van een crisiscentrum voor drugverslaafden. Ik hoop dat ik u overtuigde. We worden tot voorzichtigheid gemaand, maar men moet mitiatieven nemen." Het witboek vroeg de lokale actiemiddelen uit te breiden, maar er wordt niets voorzien in het kader van de Franse Gemeenschap en het is ondenkbaar het ordehandhavingsprobleem en de preventie van sociale problemen te scheiden.
De organisatie van dit centrum ziet eruit als volgt: in eerste instantie is er een centrum voor eerste opvang; in tweede Mevrouw Payfa (in het Frans). — Zou men, om deze initiainstantie zijn er de gespecialiseerde instellingen en gedecentraliseerde raadplegingen, en, ten slotte, is er een network van prive- tieven te kunnen opvolgen, deze problematiek niet op het ager.avan een commissie kunnen plaatsen? huisartsen en -specialisten. Brusselse Hootdstedelijke Raad — Bulletin van de interpellaties en mondelinge en dringende vragen — Gewone zitting 1992-1993
256
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
DC heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — In mijn De heer de Clippele (in het Frans). — Betekent dit dat er een antwoord wees ik op de voorzorgsmaatregelen die men wfl blokkering is, een nalatigheid? nemen om het probleem op te lossen. Wij zijn nog maar aan de De heer Maystadt, minister van financien (in het Frans). — Uit actieplannen toe. Nochtans kunnen degenen die zich voor het probleem interesseren inderdaad op de hoogte worden gehouden de besprekingen komen de volgende tendensen naar voren : via een commissie. Dat is een schitterend idee. « 1. De vertegenwoordigers van de Executieve herinneren eraan dat het bosbeleid tot de bevoegdheid van de Gewesten — Het incident is gesloten. behoort en dat.de nationale regering geen initiatieven moet nemen inzake bosbeleid... ». INTERPELLATIE VAN DE HEER DE CLIPPELE TOT DE heer de Clippele (in het Frans). — Het nationaal parlement HEER CHABERT, MINISTER BELAST MET FINANCIEN, is De toch bevoegd wanneer het over de belastinggrondslag gaat. BEGROTING, OPENBAAR AMBT EN EXTERNE BETREKIflNGEN, De heer Maystadt, minister van financien (in het Frans). — U betreftende, « de vaststelling dat de Bmsselse Hoofdstedelijke vraagt mij wat de stand van zaken is. Ik deel u mede wat de Executieve de bijzondere financieringswet van 1989 niet vertegenwoordigers van de Gewestexecutieven tijdens dit naleeft» overieg hebben gezegd. Ik zeg niet dat dit het standpunt van de nationale regering is. De heer de Clippele (in het Frans). — De bijzondere wet van Zij zegden: 8 augustus 1988 van de financieringswet van 1989 heeft voorzien dat de opbrengsten van de successierechten de Gewesten « 1. Het bosbeleid behoort tot de bevoegdheid van de toekomen. Gewesten. De nationale overheid moet ter zake geen initiatieven Indien elk van de Gewesten center het recht heeft het percen- nemen. tage van de successierechten te bepalen, heeft de nationale over2. De fiscaliteit is niet het beste middel om het bosbeleid 1 held zich het recht voorbehouden de belastingsgrondslag van de bevorderen. goederen van de successie te bepeken. 3. Eike vermindering van de voet van de erfenisrechten ... ». Het eerste geval is het wetsvoorstel dat in de Sehaat werd onderzocht en dat erin bestaat de belastingsgrondslag op bossen De heer de Clippele (in het Frans). — Niet van de voet, van de tijdens de berekening van de successierechten tot een vierde te belastinggrondslag .„ herieiden. De heer Maystadt, minister van financien (in het Frans). Dit wetsvoorstel werd met eenparigheid van stemmen in de « ... of eike vorm die tot hetzelfde resultaat leid, behoort uitsluiSenaat goedgekeurd op 13 juli 1991. tende tot de bevoegdheid van de Gewesten. ' Aangezien dit voorstel de inhoud wijzigt van de opbrengsten 4. Indien men op nationaal vlak een dergelijke wet stemt, moet uit successierechten die elk Gewest toekomen, werd erin bepaald er voor de Gewesten in een compensatie worden voorzien. » dat de regering de Gewestexecutieven moet betrekken bij de Dit is de stand van zaken en het standpunt van de Execuuitwerking van de voorgestelde wet Slechts nadat laatstgenoemde het licht op green heeft gezet, mag het voorstel naar de tieven. Ik kan u daar vandaag niet meer over zeggen maar half januari zai er opnieuw een vergadering worden gehouden. tweede Kamer worden doorgezonden. Omdat ik geen nieuws meer had over de vooruitgang van dit voorstel dat een wetsvoorstel was geworden, stelde ik een vraag aan de minister van financien, de heer Maystadt over de vooruitgang in het overieg. Hij antwoordde mij dat hij de Gewesten heeft ondervraagd en dat hij geen antwoord kreeg. Ik heb hier een vraag gesteld aan de heer Chabert over deze zaak. Hij antwoordde mij dat hij een aanvraag in deze zin ontving van de minister van financien, in mei 1992 en dat hij het probleem aan het bestuderen was. . Na een interpellatie die ik op 20 december 1992 tot minister Maystadt richtte, kreeg ik, en ik lees de uittreksels uit de analen van de Kamer, tekstueel het volgende antwoord:
De heer de Clippele (in het Frans). — Ze eerbiedigen zeifs de federale loyauteit niet. Ze gebruiken de wetten zoals het hen past en niet in het algemeen. Het is uiterst belangrijk met name voor de Sint-Michielsakkoorden. Waartoe dient het akkoorden te sluiten indien een van de ondertekenaars ze niet naleeft? En er geen straf bestaat? Ik wil drie vragen stellen aan de Executieve. Wat denkt zij va' de vermindering van de erfenisrechten op bossen? Hoever staat het met de niet-naleving door de Executieve van de wetten van 1980,1989 en de toekomstige Sint-Michielsakkoorden. De Gewesten blijken een soort confederalisme, een preseparatisme toe te passen nog voor de akkoorden zijn goedgekeurd. « De heer Maystadt, minister van financien (in het Frans). — Heeft het Gewest Brussel niet geantwoord omdat men het in de Het akkoord van de Gewestexecutieven heb ik nog steeds niet Executieve niet eens is? gekregen. De heer Picqu6, minister-voorzitter (in het Frans). — Minister De heer de Clippele (in het Frans). — Ik herinner u eraan, Maystadt had naar het Gewest een wetsontwerp gestuurd dat mijnheer de minister, dat er werd beslist dat, wanneer een sommige fiscale maatregelen invoerde ten gunste van de Executieve zijn instemming .gaf. de beschikking voor het bosbouw op lange termijn. betrokken Gewest van toepassing zou zijn. Ik zou dus willen Overeenkomstig artikel 4, § 4, van de bijzondere wet van weten of we geen enkele van de drie Executieven antwoordde. 16 januari 1989, kan de desbetreffende wet slechts met de toestemming van de Gewestelijke Executieven worden gewijDe heer Maystadt, minister van financien (in het Frans). — zigd. Geen enkele. • '' Op 16 juli 1992 heeft de Brusselse Executieve een gunstig advies uitgebracht betreffende dit wetsontwerp en heeft ze dit De heer de Clippele (in het Frans). — Dat is een toppunt! ^ medegedeeld aan minister Maystadt. De heer Maystadt, minister van financien (in het Frans). — Na Uit de interministeriele conferentie van de ministers van controle blijkt dat geen enkele van de drie Executieven haar financien blijkt dat, tot op heden, noch het Vlaams Gewest, noch instemming heeft verleend. het Waals Gewest een advies hebben uitgebracht Tijdens een vergadering waar de vertegenwoordigers van eike Aangezien ons advies gunstig was, doen wij niet mee aan de Executieve waren uitgenodigd, kon geen akkoord worden blokkering van de maatregel. Er was geen enkel probleem van bereikt. overeenstemming in de Executieve.
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993
257
Voorts vestigde de GERFA er reeds uw aandacht op i.v.m. de De heer de CHppele (in het Frans). — Uw antwoord, dat ik verwachtte, verheugt inij. Ik zai opnieuw contact opnemen met overgangstaalkaders van het naar het Wegenfonds van het de heer Maystadt betreffende die aangelegenheid. , . Gewest overgehevelde personeel, dat de overheid de verdeelsleutel voor de tewerkstelling tussen de twee taalrollen moest — Het incident is gesloten. verantwoorden, in functie van het aantal in iedere taal behandelde zaken. De GERFA is van mening dat de aangenomen INTERPELIATIE VAN DE HEER HASQUIN TOT DE HEER verdeelsleutel, namelijk pariteit voor de ambten van de eerste en CHABERT, MINISTER BELAST MET FINANCIEN, BEGRO- tweede graad en twee Franstaligen voor een Nederiandstalige TING, OPENBAAR AMBT EN EXTERNE BETREKKINGEN, voor de andere graden, rekening houdend met de samenstelling van de Brusselse bevolking, niet in overeenstemming lijkt met betreffende, « de ongelooflijke traagheid bij het opstellen van de reele behoeften van de openbare dienstverlening. Zouden wij het organogram en het samenstellen van de personeelstor- uw standpunt hierover mogen kennen? matie van de Brusselse gewestelijke administratie en de Er zit kennelijk geen lijn in de manier waarop u het probleem harmonisering van de personeelsstatuten », en van de mandaten aanpakt. U stelt zich eerder tot doel de NederTOEGEVOEGDE INTERPELLATIE VAN DE HEER DE GRAVE, landse taalrol te vullen, gespreid over zes jaar, wat langer is dan betreffende, « het bestuur van de Uitrusting en van het een zittingsperiode. Ten slotte zou de dienst voor werkgelegenheid door de BGDA Vervoer, geleid door ambtenaren van de MIVB : de macht in worden overgenomen. Is dat juist of niet? de handen van de prive » Ten slotte vind ik dat ons Gewest een efficiente administratie De heer Hasquin (in het Frans). — In September 1989 verdient en dat die daarom goed moet worden behandeld. kondigde u aan dat de Brusselse gewestelijke administratie tegen begin 1990 zou worden geherstructureerd. In juni 1990 De heer De Grave (in het Frans). — Belangrijke diensten zoals beloofde u deze herstructurering voor begin 1991. Eind april 1991 het BUV worden volledig bemand door ambtenaren van de MIVB werd de datum verschoven naar begin 1992. Na drie jaar stilte of hebben, indien er op miraculeuze wijze enkele statutaire heeft u in december 1992 een plan klaar voor januari 1993. ambtenaren zijn overgebleven, een diensthoofd gekregen die Medio december werd alleen aan de pers toelichting verstrekt: geen ambtenaar is, maar toch de officiele verantwoordelijke van de dienst is. de raadsleden wachten reeds drie jaar. De ambtenaren van de MIVB zijn bedienden uit de priveIn werkelijkheid kwam u aandraven met enkele algemene sector, niet aangeworven door noch ingeschreven bij het VWS. principes die van toepassing zijn op de centrale administratie en Ze ressorteren nog altijd onder de MIVB, maar de MIVB doet het op de para-regidnale instellingen, gebaseerd op « objectieve Ministerie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest de kosten regels » en « zonder toegeving aan de vriendjespolitiek ». en de lasten betalen Bedoelt u daarmee dat u de politieke benoeming van de heren Het overgangsbesluit tot machtiging poogt deze statutaire Jurisse en Van de Maele opnieuw ter sprake wil brengen? Eerst- acrobatic te legaliseren, maar doet een malaise ontstaan onder genoemde komt uit het kabinet-Hotyat en werd benoemd tot het statutaire personeel. Bovendien leidt de machtsverschuiving leidend ambtenaar, laatstgenoemde komt uit het kabinet-Grijp, ten voordele van de niet-bevoegde personen tot tal van betwisen werd benoemd tot adjunct-leidend ambtenaar bij het Gewes- tingen die het bestuur verlammen. telijke Agentschap voor de Reinheid. Het gevaar voor nog meer politisering bij de benoemingen en Daarenboven zouden de heren Peffer van het kabinet-Gosuin, de bevorderingen is niet ondenkbaar. De ambtenaren wier Van der Burght en Hagon van het kabinet-Chabert, Lardot van statuut wordt geregulariseerd, krijgen titels die ronkender zijn het kabinet-Hotyat, respectievelijk de functie uitoefenen van dan deze van de statutaire ambtenaren, wier carrier'e aldus directeur-generaal bij de administratie der financien, thesaurie wordt gecompromitteerd. en begroting, adjunct-secretaris-generaal, directeur-generaal bij Aldus treedt de Executieve het statuut van openbaar ambtehet bestuur voor binnenlandse zaken en gewestelijke inspecteur naar en de door de wet erkende meest fundamentele principes bij hetzelfde bestuur. met de voeten. , . . . , . . . , De MIVB zou zeifs een uitzendbureau hebben ingeschakeld, , Naast de « politieke benoemingen » zai de Brusselse adminis' tratie met nieuwe problemen inzake personeelsbeheer worden dat nadien ter beschikking van het Ministerie van het Brusselse geconfronteerd. Als gevolg van het Sint-Michielsakkoord zai het Hoofdstedelijk Gewest werd gesteld. , De Raad zou een. commissie voor toezicht moeten oprichten, bestaande personeel worden uitgebreid met een groot aantal personeelsleden uit de provincie. Vandaar dat ervoor moet ten einde een aantal praktijken op een meer legale lijst te • . . .. worden gevreesd dat het nog vier jaar zai duren vooraleer deze schoeien. personeelsleden in de nieuwe personeelsformatie zijn opgeIk moet er helaas nog aan toevoegen dat de Administratie van ' nomen. . • •' . het Groenplan en de Administratie voor Natuurlijke HulpDeze personeelsformatie houdt geenszins rekening met een bronnen en Water binnenkort zullen, opgaan in het IBM, dat geen administratie is, maar een pararegionale instelling. rationele organisatie van de administratie. Het personeel van de administratie loopt aldus het gevaar De vakbonden maken hierover terecht hun beklag. Op onderworpen te worden of voorbijgestoken te worden door het 17 december jongstleden gaf u tegenover de pers toe dat « alle vakbbndsonderhandelingen in het slop zitten ». De vakbonden personeel van de pararegionale instellingen. Weike maatregel kunnen hun werk niet naar behoren uitvoeren, omdat het voor- plant u om de ambtenaren werkelijke gelijkwaardigheid te waargestelde organogram niet tegenover het huidige organogram kan borgen op het vlak van de belangrijke functies in de gewestelijke administratie? Hoe gaat u voorkomen dat onaanvaardbare priviworden gelegd. leges opduiken en hoe gaat u de kwaliteit van de dienstverlening Andere punten blijven onduidelijk. ' aan de bevolking verzekeren? Op 17 december jongstleden verklaarde u in Le Soir dat de De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en harmonisering van de statuten voor de rangen 3 en 4 zai worden geregeld met bykomende kostprijs van 50 a 60 miljoen voor vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — Brussel. Hoe staat het met de harmonisering van de statuten van De heer Chabert heeft mij gevraagd u het volgende antwoord te geven. ' • • • • -; de andere rangen? Tijdens de commissievergadering van 15 december jl. heb ik Wat is de situatie van de niet-beedigde •ambtenaren van de MIVB die in de BUV werden opgenomen en taken vervullen de aanwezige raadsleden uitvoerig uitleg verschaft omtrent de problemen die werden opgelost :. de agglomeratiepolitiek, de waarvoor zij niet altijd geschikt zijn?
258
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
regularisering van de contractuelen van da pararegionalen, het kader dat op 24 december jl. definitief door de Executieve werd goedgekeurd en de taalkaders die bij de Vaste Commissie voor Taaltoezicht voor advies werden ingediend. Ik heb de raadsleden ook uitgelegd weike stappen reeds werden gezet in verband met het statuut. Na een laatste onderhandelingsronde met de vakbonden zullen alle ontwerp-besluiten in de volgende weken naar de Raad van State kunnen worden opgestuurd. Deze reglementaire beschikkingen zullen van toepassing zijn zowel op het Ministerie als op de pararegionale'instellingen van categoric A en B. De harmonisatie van de bezoldigingsstatuten zai progressief gerealiseerd worden. Vanaf 1 januari 1993, en in afwachting van de algemene harmonisering en baremalisering met ingang van 1 april 1994, worden voorschotten toegekend die beantwoorden aan de helft van de yerschillen tussen de huidige en nieuwe weddeschalen. AUes zai verlopen zoals in de reglementaire teksten wordt vastgelegd. Deze voorzien in een intra-regionale mobiliteit en de mogelijkheid via het BeJgiscti Staatsblad een oproep te doen tot ambtenaren van het Rijk of van de andere gemeenschappen en gewesten voor de hoogste ambten. De directieraad zai zich over de kandidaturen kunnen uitepreken in het advies dat hij aan de Executieve zai geven. Is dit advies unaniem, dan zai de Executieve het volgen. Mocht de overdracht van nieuwe bevoegdheden de overgang van nieuw personeel meebrengen, dan zai het kader worden aangepast Het MIVB-personeel bestaat enerzijds uit een aantal personeelsleden overgeheveld door het Ministerie van Verkeerswezen, en anderzijds uit personeelsleden rechtstreeks overgeheveld door de MIVB. Het kan niet worden vergeleken met personeel dat ter beschikking wordt gesteld door een prive-uitzendbureau. Het zou een blijk zijn van slecht beleid personeelsleden van de MIVB, die ten gevolge van afslankingmaatregelen overbodig worden, niet de mogelijkheid te bieden hun capaciteiten en ervaring verder ten dienste te stellen van het Gewest, waar een personeelstekort is. In het raam van de herstructurering van het Ministerie zullen de MIVB-personeelsleden de kans krijgen via examens van het VWS benoemd te worden in wervingsgraden bij het Ministerie en zo verder carriere te maken. Indien zij contractueel verbonden willen blijven met de MIVB, vervalt deze mogelijkheid. In de mate van het mogelijke werd overgegaan tot de benoeming in vacante betrekkingen zowel in niveau 1, 2, 3 als 4, evenals de toekenning van hogere functies aan de statutaire personeelsleden van het Ministerie. Aan de laureaten van wervingsexamens, werkzaam bij het Ministerie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest en die de wens uitdrukken te worden toegelaten tot de stage binnen het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest werd alles in het werk gesteld om hieraan voldoening te schenk'en. Dat de personeelsleden in de kou zouden blijven staan, is een loopje nemen met de waarheidi De dienst arbeidsbemiddeling wordt inderdaad door de BGDA overgenomen, maar het is zo dat die dienst reeds door de BGDA wordt waargenomen. In antwoord op de interpellatie van de heer De Grave vraagt de heer Chabert mij u het volgende mee te delen : In 1989 heeft het departement waarvan ik de leiding heb, ambtenaren met verschillende statuten overgenomen. namelijk ambtenaren van het nationaal departement van openbare werken, ambtenaren van het Wegenfonds en, wat het nationaal verkeer betreft, personeel van de Dienst Bevordering van het Stedelijk Vervoer (DBSV), van de Bijzondere Studiedienst (BSD)
en van het ministerie van verkeerswezen.
Ik herinner eraan dat de DBSV en de BSD de promotoren waren van de bouw van de Brusselse metro, toen het departement van verkeerswezen nog een nationaal departement was. Op basis van die verschillende overhevelingen heb ik samen met de minister van het openbaar ambt het initiatief genomen om, via een omzendbrief van 9 februari 1990, het Bestuur van de Uitrusting en van het Vervoer op te richten. Als basisprincipe gold de hergroepering van dit gezamenlijk personeel in een enkel Bestuur, belast met de uitvoering van de verklaring van de Brusselse Executieve i.v.m. openbare werken en verkeer. Vandaag is het personeel van dit Bestuur hoegenaamd niet overtollig en het nieuwe kader zai trouwens een uitbreiding van dit Bestuur mogelijk maken. Aangezien ik personeel met uiteenlopende statuten heb overgenomen, heeft de minister van het openbaar ambt beslist die verschillende statuten voor heel het Ministerie te harmoniseren. Wat meer bepaald het BUV betreft, werd beslist dat de ambtenaren van het Wegenfonds zullen worden gei'ntegreerd in de enige personeelsformatie van het Ministerie naast de ambtenaren van de vroegere nationale departementen van openbare werken en verkeerswezen, en dat de personeelsleden van de DBSV en van de BSD geen vastbenoemde ambtenaren van het Ministerie zullen worden, doch c' zij.er verder ter beschikking van zullen worden gesteld. D^ personeelsleden zullen niet de plaats innemen van het statutair personeel. Het is juist dat drie van die personeelsleden de leiding hebben van diensten bij het BUV en zulks op basis van hun persoonlijke bevoegdheid en bekwaamheid om leidinggevende functies uit te oefenen. Er werd met de vakbonden overlegd over de maatregelen i.v.m. de toekomst van het personeel van de DBSV en van de BSD en hierover werd een eenparig akkoord bereikt Ik wil u de verzekering geven dat het Bestuur van de Uitrusting en van het Vervoerbeleid degelijk werkt. Dit Bestuur voert zijn opdrachten met een zeer grote efficientie en in volkomen loyauteit ten opzichte van de BHE uit. Over de politieke bindingen van leden van het Bestuur weiger ik mij uit laten. Ik ben het ook niet eens met het beeld van indringers dat hij van de DBSV en de BSD ophangt. Die beschouwingen zijn deze vergadering onwaardig en onbeschoft ten opzichte van personen die met een gewestfunctie belast zijn. In antwoord op de heer Hasquin meen ik dat we het pacificatiebeeld trouw moeten blijven. Wij hebben ons geinspireerd op de beslissingen die werden genomen sinds het besta van de Brusselse Executieve. Tenslotte menen wij dat ae « GERFA » een te beperkte visie heeft over de openbare diensten. Het BIM beschikt over een voortreffelijke administratie. Uit zorg voor rationalisatie hebben wij de kaders van twee diensten samengevoegd en hebben wij ze in een gemeenschappelijk kader geplaatst, met behoud van de voordelen en promoties van de. twee oorspronkelijke administraties. Wat de uitzendbureaus betreft, is het juist dat men voor de ordonnantie m.b.t. MIVB een beroep deed op uitzendkrachten voor opdrachten van lange duur. Nu is dat niet meer het geval. Indien men de manier waarop de heer Chabert deze ontwikkeling heeft geleid, als traag kan bestempelen, wil ik eraan herinneren dat de materie bijzonder delicaat is. Het geleverde werk zai leiden tot een doeltreffende organisatie van de administratie, wat elkeen de kans op een schitterende carriere zai bieden. (Applaus van de meerderheid.) De heer De Grave (in het Frans). — Ik wil preciseren dat de term « indringer » in mijn tekst tussen aanhalingstekens werd geplaatst Bovendien noteer ik het antwoord van de heer
Chabert en stel vast dat bepaalde van zijn inlichtingen beves-
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993 tigen wat ik heb gezegd. Tenslotte leg ik geen enkele verdenking ten laste van het BIM, maar men moet erkennen dat het om een pararegionale instelling en niet om een administratie gaat. Men mag dus niet afstappen van een strikt toepassen van de wettelijke voorschriften op dat vlak. De Voorzitter. — Er worden mij twee moties voorgelegd. De eerste, gemotiveerd en getekend door mevrouw Derny en de heren Guillaume en Cools, luidt: c De Raad, » gehoord de interpellatie van de heer De Grave, toegevoegd aan de interpellatie van de heer Hasquin betreffende het Bestuur voor Uitrusting en Vervoer, geleid door ambtenaren van de MIVB; » betreurt het beleid van de Executieve die het statuut van de openbare sector en van de ambtenaren belachtelijk maakt en niet aarzelt zeifs leidinggevende openbare functies toe te kennen aan ambtenaren van instellingen die onder het statuut van de prive-sector vallen, en die zeifs geen wervingsexamen, vergelijkend wervingsexamen, promotie- of VWS-examen hebben afgelegd; r~'* verklaart dat hij de fundamentele priricipes van de organi-odtie van het openbaar ambt en het respecteren van het statuut van de ambtenaren en van de meest gewettigde rechten van dezen voorstaat; » beslist in zijn midden een toezichthoudende commissie op te richten, spedaal belast met het waken over de toepassing van deze principes, van de wettelijke bepalingen van het statuut en van de rechten van de statutaire ambtenaren en over het verbod van de gecamoufleerde wervingspraktijken via pararegionale instellingen.» De tweede is een eenvoudige motie, ondertekend door mevrouw Willame en de heren De Coster en Beghin. Wij zullen ons later over deze moties uitspreken. — De bespreking is gesloten.
INTERPELLATIE VAN DE HEER ADRIAENS TOT DE HEER GOSUIN, MINISTER BELAST MET HUISVESTING, LEEFMILIEU, NATUURBEHOUD EN WATERBELEID, betreffende, « de verklaringen van de minister die twijtels laten bestaan over zijn bereidheid om de gevolgen van de •'"' "cotaks in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te valoriseren » De heer Beghia, eerste ondezvoorzitter, treedt op ate voorzitter
De heer Adriaens (in het Frans). — De ecotaks zullen belangrijke en positieve gevolgen hebben voor het milieubeleid van de drie gewesten. Opdat die gevolgen optimaal zouden zijn, moot elk gewest maatregelen nemen in het kader van een beleid ter voorkoming van hinder. Ondanks de geruststellende woorden wanneer hij door de Raad officieel wordt ondervraagd, gaat de heer Gosuin voort met zijn systematische campagne tegen de ecotaks. Wij moeten de idee van groene mirakeloplossingen laten varen en resoluut opteren voor een duurzame ontwikkeling, wat structurele en economische veranderingen inhoudfc Zai u de maatregelen nemen die het ohs Gewest mogelijk zullen maken zoveel mogelijk voordelen te halen uit de wetgeving op de ecotaks? Het eerste gevolg van de ecotaks zai betrekking hebben op pesticiden die niet bestemd zijn voor de landbouw. Over iets meer dan zes maanden zai het effect van de ecotaks de ordonnaritie versterken die door het Gewest al bijna twee jaar geleden goedgekeurd werd en die het gebruik van pesticiden op de open.bare ruimte verbiedt. De ervaring leert ons dat de wet op dit vlak niet wordt geeerbiedigd. Wanneer zai de Executieve de vereiste technische informatie verstrekken opdat de administraties zich zouden kunnen aanpassen aan de nieuwe werkelijkheid? Werd een financiele steun overwogen voor de enkele startinvesteringen?
259
Een tweede ecotaks treft het niet-recycleerbare papier. Waarom heeft de Gewestexecutieve niet een gelijkaardige beslissing genomen als de nationale regering, die alle administraties verplicht heeft spoedig over te gaan op het gebruik van dat papier? De belangriJkste verantwoordelijkheid van de gewesten betreft het beheer van het huishoudelijk afval. Om aan de ecotaks te ontsnappen, zullen de producenten van bepaalde wegwerpverpakkingen samen met de gewesten de volledige financiering moeten dragen van de selectieve ophaling, het sorteren en de recyclage van de verpakkingen die zij op de markt hebben gebracht. Het percentage van het grondgebied waar deze selectieve ophalingen gebeuren, moet 12 % bedragen in 1993, 32 % in 1994, 55 % in 1995, 80 % in 1996 en 100 % in 1997. Dit jaar gebeurt de selectieve ophaling op bijna 15 % van het grondgebied van het Gewest. Het toepassingsgebied zai vanaf 1994 meer dan verdubbeld moeten worden. Weike zones van Brussel neemt u in aanmerking voor deze uitbreiding? De selectieve ophaling moet een belangrijke rol in de recuperatie van verpakkingen spelen. De selectieve ophaling moet dus doeltreffend zijn. Onze eerste ervaring in Brussel toont aan dat er belangrijke leemten zijn. Weike resultaten heeft het experiment in de eerste maand opgeleverd? Volgens mijn eerste inlichtingen heeft de verantwoordelijkheidszin van de inwoners ertoe geleid dat meer afval werd opgehaald dan u in uw pessimistische prognoses had gedacht. Kan het voorlopige sorteercentrum deze hoeveelheden recycleerbaar afval absorberen? Het voornaamste gevolg van de ecotaks is dat de basisovereenkomst die u met de prive-sector hebt gesloten, zai moeten worden herzien. Een van de belangrijkste kritieken op deze overeenkomst was dat ze niet bindend was. Vandaag al respecteren uw partners verscheidene clausules uit het akkoord niet. Met een jaariijkse financiele bijdrage van 30 miljoen op een totale kost van bijna 3 miljard voor de verwerking van huishoudelijk afval, nam de prive-sector 1 % van het huishoudelijk afval op zich. Het akkoord over de ecotaks vraagt een veel grotere participatie; deze zai dan ook in een nieuw akkoord moeten worden opgenomen. AUeen al met de drankverpakkingen zai u op jaarbasis bijna 180 miljoen ontvangen in 1997. Met het wetsvoorstel inzake de ecotaks krijgt u de kans om het basisakkoord op vier punten fundamenteel te wijzigen: duidelijkere en ambitieuzere doelstellingen, echte cijfergegevens over de preventie via het statiegeld, volledige financiele verantwoordelijkheid van alle producenten van verpakkingsafval, sterkere juridische grondslag van het basisakkoord. Heeft u maatregelen genomen inzake de herziening van het basisakkoord dat op dit ogenblik kan steunen op dwingende doelstellingen voor de ondernemingen wanneer ze aan de ecotaks willen ontsnappen? Bovendien zouden nieuwe onderhandelingen moeten worden gevoerd om de nationale producenten en leveranciers op dezelfde voet te plaatsen. Weike dienst van het Gewest zai de dossiers behandelen en de ondernemingen raadplegen? Hoe zai de Executieve de ondernemingen steunen die er door de ecotaksen worden toe aangezet nieuwe technologieen uit te vinden? , Kan u mij garanderen dat het Brusselse Gewest met de ecotaksen de richting zai opgaan van een duurzame economische ontwikkeling? Hoe ver is uw project voor het sorteercentrum dat in 1997 minimum 90000 ton recycleerbaar afval zai moeten verwerken, gevorderd? Waar zai dit centrum zich bevinden? Wanneer zai het operationeel zijn? De heer Roelants du Vivier (in het Frans). — De interpellatie van de heer Adriaens toont mooi aan dat overdaad schaadt Ik was verbijsterd over de bijna lasterlijke woorden die, achter de minister, de mens willen treffen die ten dienste zou staan van prive-belangen; deze woorden verwonderen mij des te meer daar zij kwamen van een man die gewoonlijk blijk geeft van meer gematigdheid. Zijn aanmatigende toon wekt de indruk dat het gaat om een partijdig, onverdraagzaam en vernederend betoog.
260
•
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE'EN DRINGENDE VRAGEN
Ik vind het verbazend dat men mij bedoelingen in de schoenen Mevrouw Nagy (in het Frans). — Gelieve de woorden die u schuift! Als minister belast met het leefmilieu in het Brusselse toeschrijft aan de heer Adriaens, te citeren. Gewest meen ik het recht te hebben om toch ten minste het woord te voeren en de heer Adriaens kan toegeven dat mijn De heer Roelants du Vivier (in het Frans). — In de inleiding mening verschilt van zijn mening inzake het gebruik van een van zijn interpellatie schrijft de heer Adriaens — et scripta concept van milieubelasting, wanneer hij insinueert dat ik privemanent — « de minister van leefmilieu voert een mediacam- belangen verdedig ten nadele van het algemeen nut. .pagne die meer past. bij een woordvoerder van prive-belangen Ik blijf erbij dat het akkoord geen goed akkoord is. Ik heb de dan bij een lid van een Executieve, die een verantwoordelijke onderliggende redenen uiteengezet zonder dat ik op enig ogenpolitick moet voeren ten dienste van het algemeen belang ». blik de bedoeling had een polemiek te voeren met tot de persoon gerichte argumenten. Ik wil mijn plicht van loyauteit niet uit de De heer Adriaens (in het Frans). — Interpelleert u de minister weg gaan. Indien nodig zai ik te gelegener tijd de normen of verdedigt u hem? naleven en doen toepassen die voor mij zoals voor iedere burger gelden. De heer Roelants du Vivier (in het Frans). — U hebt noch het Deze Executieve heeft niet gewacht totdat de milieubelasting monopolie van de ecologie noch dat van de waarheid. De ecologie ter sprake kwam om aan de slag te gaan! als wetenschap moet ons aanzetten tot voorzichtigheid en onderWie het tegendeel gelooft is slecht ingelicht. Niemand heeft de scheidingsvermogen. Wat ons zou moeten bezighouden is de kwaliteit van het milieu. Hoe kunnen wij zo doeltreffend en ecologische waarheid in pacht. rechtvaardig mogelijk doelstellingen bereiken zoals de verminSedert drie jaar werkt deze Executieve aan de toepassing van dering van het gewicht en de omvang van de afvalstoffen? Hoe een reeks van wetten waarvan zij niet wil afwijken. kunnen wij tot een maatschappij komen die verspilling afwijst? Ziehier mijn antwoord op de vragen van de heer Adriaens. Er bestaat geen enkele universele opiossing. De ecofiscaliteit Inzake de ordonnantie betreffende het verbod bp het gebruik van heeft haar plaats in het geheel van wettelijke maatregelen. Zij synthetische pesticiden in het openbaar wordt een informatiebestaat uit talrijke instrumenten waaronder de ecotaks en de document voorbereid dat voor april van dit jaar klaar zai zijn. Dit milieuretributie, die het voordeel biedt dat zij met alle soorten document is het gezamenlijk werk van het BIM en het Greenverpakkingsafval rekening houdt. plan, en is bestemd voor de verschillende gewestelijke en Het verheugt mij dat ons Gewest beschikt over een goed gemeentelijke administraties; het zai alle elementen bevatten afvalstoffenplan, maar ook over concrete instrumenten die de die nuttig zijn voor de naleving van deze ordonnantie. Gelet op " verantwoordelijkheid van de verbruiker benadrukken, zoals het advies van de Raad van State kon dit niet vroeger gebeuren. sorteer- en recyclingoperaties. Dit stuurexperiment wordt op Er wordt niet voorzien in een begroting, want er zai geen tegeEuropees niveau als voorbeeld vermeld, terwiji de heer Adriaens moetkoming zijn voor de aanvangsinvesteringen, die trouwens kleingeestige kritiek levert op enkele onvolmaaktheden die de gering zijn. verantwoordelijke ministers reeds erkend hebben. Wat het niet-recycleerbare papier betreft, verwijs ik naar mijn Ik ben van mening dat men het vel van de beer niet mag antwoord op vraag nr. 167 van de heerVandenbossche en nr. 193 verkopen... en ik blijf sceptisch over de daadwerkelijke verwe- van de heer Demannez. Ik voeg eraan toe dat mijn kabinet en zenlijking van het wetsvoorstel dat door uw parti] werd inge- mijn administratie reeds sedert lang recyclagepapier of grijs diend. Mijn mening wordt bevestigd op het vlak van de Europese papier of zeifs recuperatiepapier gebruiken. instellingen, wanneer ik zie hoe uw initiatief de concurrentie scheeftrekt. Wat wij in Brussel gedaan hebben om de omvang van de Voorzitter : de heer Poullet verpakkingsafval te verminderen, is een concrete actie. Wij werken met methode, wat aangename verrassingen met uitsluit. In ieder geval probeert het BIM de gewestelijke administraties Wij hebben bij deze operatie het dubbele bereikt van het vooropgestelde doel. Dit toont aan dat onze bewustmakende en niet- op verschillende manieren te sensibiliseren. bestraffende aanpak strookt met de wens van de inwoners om Sedert 26 december 1992 wordt het huishoudelijk afval in vijf mee te werken aan de opiossing van het afvalprobleem. gemeenten van het Gewest selectief opgehaald. In 1996 zai dat in De milieuretributie, die op 30 % van het huishoudelijk afval heel het Gewest gebeuren. Dan zai wellicht meer dan 80 000 ton slaat, maakt het mogelijk een duidelijke bestemming te geven per jaar worden opgehaald, gesprteerd en gerecycleerd, zonder aan de middelen voor preventie en recycling. Ze maakt het ook dwang, zonder dirigisme en dankzij een systeem van partnermogelijk de milieukosten in de produktiekosten te verrekenen. ship dat door de gewestelijke overheid in het leven werd Het was nodig deze elementen in herinnering te brengen, want geroepen en nog hechter zai worden. Het gaat om alle het te bereiken doel is de kwaliteit van het leefmilieu. Er moeten huishoudelijke verpakkingen, met andere woorden om 30 % van meer inspanningen worden gedaan om bet probleem van de het huishoudelijk afval, en om een niet te verwaarlozen hoeveelomvang en het gewicht van de afvalstoffen op te lessen en om heid recycleerbaar afval dat geen verpakking is. een mentaliteitswijziging te bewerkstelligen die tot een betere Zo willen wij het toepssingsgebied van het Afvalplan bescherming van het leefmilieu leidfc uitbreiden. In de lente van 1993 zai een eerste evaluatie Wij moeten samen een opiossing vinden voor deze problemen -gehouden worden over * huishoudelijk afval». Op basis daarvan in een geest van bereidwilligheid. (Applaus van de PSCea van de zai de uitbreiding van de ophalingen worden gepland om uiteindelijk in 1996 de negentien gemeenten te bestrijken. De PS.) . eerste uitbreidingszones werden dus nog niet vastgelegd. De heer Gosuin, minister van huisvesting, leefmilieu, natuur- In een maand haalden wij bijna 1000 ton recycleerbaar huisbehoud en waterbeleid (in het Frans). — Het verbaast mij dat houdelijk afval op en sorteerde het, met een maximum afvalmen mij vraagt om een standpunt in te nemen betreffende een percentage van 20 %. Dat is een uitstekend resultaat voor een tekst waarover 'slechts een politiek akkoord bestaat. Niemand bevolking van 140 000 personen. kan voorspellen hoe de tekst er zai uitzien nadat hij de normale Zo'n operatie start uiteraard niet zonder organisatiewetgevende procedure heeft doorlopen. problemen. Tevens verbaast het mij dat deze tekst ter sprake wordt gebracht in een vergadering die wordt verondersteld er niet van Het Staatssecretariaat belast met openbare netheid kan u alle nodige toelichtingen verschaffen over de wijze van ophaleh. op de hoogte te zijn.
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993 Niettemin werden de problemen opgemerkfc Het scheuren van de zakken bijvoorbeeld is nu een eerder onbelangrijk probleem en stelt geen grote moeilijkheden bij het sorteren. Toch zouden er binnen afzienbare tijd andere wijzen van ophaling kunnen uitgetest worden met het oog voor een goede kwaliteit-prijsverhouding. De huis-aan-huis-verdeling van zakken is de gemakkelijkste en betrouwbaarste methode. Vergissingen bij die verdeling in sommige wijken werden meteen gecorrigeerd. Ik wacht op de definitieve tekst over de ecotaks om de akkoorden met de bedrijfstakken zo nodig te wijzigen. De gevolgen van de ecotaks werden niettemin reeds door de privepartners geanalyseerd en zullen in functie van eventuele nieuwe plannen in de toekomst opnieuw orden bekeken.
261
Ik verheug mij erover dat u het experiment van de ophaling wil verbeteren. Ik ben evenwel ontgoocheld over uw antwoorden inzake het kringlooppapier, die nog steeds onvolledig zijn. Ik stel verheugd vast dat u bereid is de akkoorden met de bedrijfstakken te herzien. Van zijn kant houdt Ecolo ontmoetingen met de industriepartners en we zullen ons in het veld blijven begeven. Ecolo streeft milieudoeltreffendheid na en de ecotaks is het resultaat van een compromis. Hierbij moet worden aan toegevoegd dat over een wetsontwerp, goedgekeurd door twee derde van de politieke wereld, zeiden dergelijke nauwgezette besprekingen en uitvoerige onderhandelingen werden gevoerd. Tot slot moet ik nog aan de heer Roelants du Vivier, waakhond van de minister, zeggen dat zijn voorstellen in verband met de Dankzij de akkoorden met de bedrijfstakken kunnen wij de milieuretributie vijgeri na Pasen zijn, maar dat ze wel in overwebelangen van alle partijen met elkaar verzoenen. Het Brussels ging kunnen worden genomen. Wij willen zijn voorstel steeds Gewest krijgt van de industriele partners proportioneel meer bespreken. dan de andere twee gewesten, namelijk een derde van het in Belgie ter beschikking gestelde bedrag, en kan zo een voor- De Voorzitter. — Ik heb twee moties gekregen. De eerste trekkersrol spelen. gemotiveerde motie is ondertekend door mevrouw Nagy, Wat de steun van het Gewest aan recyclage-initiatieven van mevrpuw de Ville de Goyet, mevrouw Huytebroeck en de heren 'ondernemingen betreft, zai ik het niet in detail hebben over de Drouart en Cauwelier, en luidt als volgt: twee specifieke netten die .in samenwerking met mijn collega « De Raad, van economische zaken werden uitgewerkt. » gehoord de interpellatie van A. Adriaens, gewestelijk Zowel de eel« Schone technologieen » als de dienst« Onderne- raadslid, over de verklaringen van de minister belast met leefming-milieu » hebben tot taak de industriele beleidsverantwoor- milieu die twijfels laten bestaan over zijn bereidheid om de delijken ertoe aan te zetten om voor de beste opiossingen te gevolgen van de ecotaks in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest kiezen. Wat de initiatieven inzake 0 en 0 betreft, beschikt de tevaloriseren; . Executieve reeds over een aantal kanalen die dit begrip in de » gehoord het antwoord van de minister belast met leefmilieu; toekomstige investeringen moeten opnemen. De idee van samenwerking is trouwens gebaseerd op de inte- » hekelt de tegenstrijdige verklaringen van de minister die gratie van de milieukosten in de produktiekosten. In dat opzicht bedoeld zijn om bij de publieke opinie twijfel te zaaienover het zai een gedeelte van de financiering van de initiatieven voor de belang dat de ecotaks voor het leefmilieu kan hebben; ontwikkeling van milieuvriendelijke technologieen binnen de » gelast de Executieve tijdig de nodige maatregelen te treffen deelakkoorden moeten worden gevonden. Deze akkoorden om de integratie van de heffing van de ecotaks in het gewestelijk bevatten reeds een gedeelte « preventie », waaraan ik meer beleid te bevorderen.» .belang zou willen hechten. De tweede eenvoudige motie is ondertekend door mevrouw Ten slotte hebben wij niet gewacht op het voorstel betreffende Willame, de heren De Coster, Cornelissen, Delathouwer en de invoering van een ecotaks om de bouw van een groot sorteer- Beghin. centrum te plannen. Het hoofddoel bestaat erin vanaf 1996, 80 000 ton per jaar uit het verbrandingsproces te halen, om te Wij zullen ons later over deze moties uitspreken. voorkomen dat een vierde verbrandingsoven moet worden — De bespreking is gesloten. gebouwd. Het centrum zai binnen twee jaar klaar zijn en dicht bij de verbrandingsoven worden gevestigd, overeenkomstig de beslissing van de Executieve. Daartoe werd de GIMB met een opdracht belast. MONDELINGE VRAGEN De arbeidsplaatsen die dank zij de selectieve ophalingen en het sorteercentrum in het Brusselse Gewest zullen worden De ongerustheid gecreeerd, worden mogelijk gemaakt door de toenemende over het gebruik van milieu-scbadelijke stoflen bijdrage van de prive-sector. bij de bouw van het ICC Ik zai mij volledig inspannen voor het behoud en de uitbreiding van dergelijke activiteiten, in weerwil van de moeilijkheden De heer Cauwelier. — Bij Europese parlementsleden zou grote die zich ongetwijfeld zullen voordoen. Het spreekt vanzelf dat ongerustheid heersen over het gebruik van milieuvijandige materialen bij de bouw van de toekomstige vergaderplaats van zo'n partnerschap arbeidsplaatsen creeert. het Europees Parlement. Zo zouden bepaalde thermische isolaTen slotte zai ik de teksten doen toepassen die daartoe door de tietechnieken en -materialen, zoals geextrudeerd polystyreen, vereiste meerderheid zullen zijn goedgekeurd. Ik aanvaard zijn gebruikt die schadelijk zijn voor het leefmilieu en zou voor echter niet dat het resultaat van de actie, gevoerd op basis van de'air conditioning gebruik gemaakt worden van freonengassen een bestuursakkoord, op de helling wordt gezet op grond van een die schadelijk zijn voor de ozorilaag. wet die nog hypothetisch is en die overigens pas ten vroegste in 1997 volledige uitwerking zai hebben. Wel blijf ik openstaan voor De minister 'zou aan zijn administratie een rapport hebben dialoog en overleg, omdat voor mij een uitdaging essentieel is : gevraagd over de ecologische kwaliteit van de gebruikte mateeen efficient beheer van het in het Brusselse Gewest geprodu- rialen en technieken. Beschikt hij reeds over de gevraagde gegeceerde afval tegen het jaar 2000, met zo weinig mogelijk kosten vens? voor de gemeenschap en op een zo milieuvriendelijk mogelijke Het gebruik van milieuvijandige materialen kan niet enkel wijze. (Applaus van de meerderheid.) schade berokkenen aan de gezondheid van de parlementsleden, maar kan ook nadelig zijn voor het leefmilieu van het Brussels De heer Adriaens (in het Frans). — Ik heb opgemerkt dat u Gewest, evenals voor de burgers die hetzij als personeel, hetzij verwonderd was over het voorbarige karakter van mijn interpel- als bezoekers in dit gebouw zullen vertoeven. latie. Ik sta versteld van uw reactie, rekening houdend met het Om een latere sanering « a la Berlaymont » te voorkomen, feit dat wij reeds lang over de gevolgen van het Sint-Michiels- moet tijdig worden ingegrepen. Ook moet de heersende rust zo - akkoord hebben gediscussieerd. ; spoedig mogelijk worden weggenomen. . •
r
262
:
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLA.TIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
De heer Picque, minister-voorzitter. — De controle op de naleving van de milieunormen en reglementering met betrekking tot de kwaliteit van de gebruikte materialen komt toe aan de bouwheer en niet aan de adnunistratie die de bouwvergunning heeft afgeleverd. Dit is ook het geval voor het materiaal dat gebruikt wordt voor de thermische isolatie. De stedebouwkundige vergunning vermeldt de aard van de aan te wenden materialen. Uit de inlichtingen die ik heb ingewonnen, blijkt dat de • materialen beantwoorden aan de Belgische normen en aan het ARAB. In het contractuele bestek heeft het Europees Parlement nog strengere normen opgelegd in verband met de gebruikte materialen. Voor de dakisolatie werd geen geextrudeerd polystyreen, maar wel polyurethaan gebruikt. De normen in verband met de kwaliteit van de materialen vallen onder de bevoegdheid van het ministerie van openbare werken. Zij werden goedgekeurd door de B'UTgb, waarin, naast het ministerie van openbare werken, ook het WTCB en een onafhankelijk eontroleorgaan zetelen. — Het incident is gesloten.
Waarborgen voor de toekeimiag van een bouwvergunning aan een vastgoedgroep in moeilijkheden Mevrouw Nagy (in het Frans). — Het overiegcomite van Brussel-Stad heeft opnieuw zijn instemming betuigd met een reusachtig project voor een hotel aan de Leopoldstraat-Schildknaapstraat. Over dat project, dat de « hotel »-omzendbrief inzake de bescherming van de huisvesting niet naleeft, heb ik de minister al meermaals aangesproken.' .De gevolgen van het project recbtvaardigen dat: veriies van woningen, vernietiging van het patrimonium, gevolgen voor het verkeer. Nu maakt men zich zorgen over de financiele gezondheid van de groep * Pierre ler Belgium », die als bouwheer optreedt. De toestand van de hotelsector in Brussel wordt gekenmerkt door een overvloedig aanbod. Is de vergunning voor het project al goedgekeurd door de gemachtigde ambtenaar? Is gezorgd voor de nodige financiele en andere waarborgen om te beletten dat de betrokken gebouwen verkrotten en om een rampzalig stedebouwkundig avontuur te vermijden? Beschikt men over een economisch dossier over de levensvatbaarheid van dat ontwerp? De. heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — Dit dossier werd voorgelegd aan de overlegcommissie in juli 1992." Het werd gunstig geadviseerd door de Stad Brussel en door de BGHM. Vandaag heeft de afgevaardigde ambtenaar nog steeds geen beslissing genomen in 'dit dossier. Bovendien moet het volledig dossier nog worden voorgelegd aan het advies van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen.' Mijn diensten zullen het dossier onmiddellijk na ontvangst behandelen. De groep Pierre ler Belgium zou niet in faling zijn en zou dit project blijven leiden. Mevrouw Nagy (in het Frans). — Zou het niet aangewezen zijn over een economisch dossier te beschikken over de leefbaarheid van dit project vooraleer een definitief advies te formuleren? De heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — Het dossier moet ons informeren over het overeenstemmen van dit project met de « hotel »-omzendbrief. Op deze basis beslissen wij. — Het incident is gesloten.
De aanwezigheid van het Brussels Gewest in het Bureau van de Raad van de Regio's van Europa (RRE)
De heer de Marcken de Merken (in het Frans). — Op de algemene vergadering van de Raad van de Regio's van Europa te Santiago de Compostela werd beslist dat haar bureau 40 leden in plaats van de vroegere 30 leden zouden tellen. Belgie heeft recht op twee zetels. Zou het niet mogelijk zijn een derde'zetel te bekomen zodat de drie Belgische gewesten in het bureau zouden vertegenwoordigd zijn? Bestaat er een akkoord met het Vlaamse en Waalse Gewest over een beurtrol waardoor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest kan zetelen in het bureau wanneer dit in . 1994 herverkozen wordt? De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — Ik antwoord in naam van de heer Chabert. Over de verdeling van de veertig zetels van de RRE werd beslist op de algemene vergadering op 3 juli 1992. Deze verdeling werd gemaakt op basis van een berekening per. land, op basis van hun gewesten en hun bevolking. Deze berekening wordt om de twee jaar herzien. Wij menen te kunnen stellen dat Belgie het best vertegenwoordigd is in de RRE, vermits deze niet aanvaardt dat alle gewesten van elk land vertegenwoordigd zijn. Wij beschikken over twee zetels voor drie gewesten, terwiji Duitsland er slechts vijf heeft voor 13 en Italic 4 voor 22. In een akkoord wordt voorzien in een beurtrol van de twee Belgische zetels. Ons Gewest zai in het bureau van het RRE zetelen van 1994 tot 1996 in de plaats van de twee andere gewesten. — Het incident is gesloten. Gebruik van de opbrengst van de hantoorbelasting De heer Lemaire (in het Frans). — In een omzendbrief van 5 april 1990 nodigde de Executieve van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest de gemeenten van het Gewest uit tot het innen van belastingen op kantoren en leegstaande gebouwen. Tachtig procent van de opbrengsten moesten bestemd worden voor woningbouw, huurtoelagen en financiele transferten naar de OCMWs, om de huurtoelagen te kunnen verdelen onder de minstbedeelden. Wat is de opbrengst van de belastingheffing voor het Gewest in het geheel, indien mogelijk voor iedere gemeente? Wat is het verschil tussen de ingeschreven bedragen en de geihde bedragen voor het Gewest in het geheel en voor iedere gemeente? Kan u ons verzekeren dat de opbrengst van deze belasting in iedere gemeente voor bet beoogde doel werd gebruikt? Kan u ons ten slotte meedelen welk deel werd gebruikt voor de bouw van woningen, voor huursubsidies en voor de overdrachten naar de OCMWs en dit in iedere gemeente? De heer Picque, minister-voorzitter (in het Frans). — Ik antwoord uit naam van de heer Chabert. De heer Chabert heeft aan zijn administratie voor eind februari een verslag gevraagd, maar ik beschik reeds over de gegevens betreffende 199L Deze gegevens geven reeds interessante aanwijzingen. In de eerste plaats moet erop worden gewezen dat Koekelberg deze belasting niet heeft gei'nd. Voor 1991 werd in totaal 781 miljoen geind en op de begrdting voor 1992 staat een ontvangst van 803 miljoen ingeschreven. Weliswaar is de situatie erg verschillend van gemeente tot gemeente, maar tussen de inkohiering en inning is het verschil daarentegen erg klein. .
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993 Het verschil tussen de geraamde ontvangsten en de geinde bedragen daarentegen kan sterk verschillen naargelang van de gemeente; Er moet worden verduidelijkt dat de omzendbrief van 5 maart 1990 niet dwingend is : er wordt dus geenszins afbreuk gedaan aan de gemeentelijke autonomie. • Uit de resultaten blijkt dat de gemeenten in vier groepen kunnen worden onderverdeeld : in zes gemeenten werd geen enkel bedrag gebruikt voor het huisvestingsbeleid : het betreft Anderlecht, Oudergem, Vorst, Ganshoren, Molenbeek en Watermaal-Bosvoorde. Drie gemeenten hebben een deel van de belastingopbrengst besteed aan een huisvestingsbeleid waarbij de omzendbrief naar de geest, zoniet naar de letter wordt gerespecteerd. Het gaat om Elsene, Sint-Pieters-Woluwe en Sint-Lambrechts-Woluwe. Zes gemeenten hebben de omzendbrief letterlijk toegepast door 80 % van de belastingopbrengsten te besteden aan de woningrenovatie. Het betreft Berchem, Brussel-Stad, Etterbeek, Evere, SintGillis en Jette. Voor twee gemeenten, Sint-Joost en Schaarbeek, ten slotte, beschik ik nog niet over inlichtingen voor 1991. • In het algemeen stel ik vast dat de resultaten gematigd zijn; ^ meer gedetailleerde gegevens zullen -ons betere aanduidingen geven en het is vooral op basis van de resultaten van 1992 dat de toestand zai moeten worden ondezocht. Ik zai binnenkort ook een ontwerp van ordonnantie indienen over de beheercontracten met de gemeenten. — Het incident is gesloten.
C
Voorzitter : de heer Beghin, ^erste ondervoorzitter
Verdeling van de onroerende goederen van de Staat onder de Gewestea en de Gemeenschappen
De heer Debry (in het Frans). — In een persartikel hebben wij gelezen dat bepaalde onroerende goederen van de Staat onlangs werden verdeeld. Er was sprake van het Rijksadministratief Centrum, dat zou verdeeld worden tussen hetWaalse Gewest, de Franse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschap. Dit artikel heeft het eveneens over gebouwen in Eupen die naar de Duitstalige Gemeenschap zouden gaan, of over gebouwen in Antwerpen. Eigenaardig genoeg wordt nergens melding gemaakt van Brussel. Kan de minister mij zeggen of hij bij deze verdeling betrokken was? Indien ja, op basis van weike criteria gebeurde de verdeling, weike gebouwen en weike totale oppervlakte werden aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest toegekend? ' De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — Ik antwoord uit naam van de heer Chabert. De overdrachten van de gebouwen van de Staat worden geregeld door artikel 12 van de bijzondere wet van augustus 1980 en door artikel 57 van de bijzondere wet van 16 januari 1989. In sommige gevallen gebeurt de verdeling volgens het territorialiteitsbeginsel; in andere wordt een verdeelsleutel toegepast volgens het aantal ambtenaren die moeten worden overgeheveld. Uit berekeningen is gebleken dat theoretisch bijna 20 000 m' naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest moesten worden overgedragen. Men heeft getracht deze doelstellingen te verwezenlijken door volledige gebouwen over te dragen. Tijdens een overleg werd beslist verschillende gebouwen voor een totale oppervlakte van meer dan 22 000 m2 over te dragen; dit is 14 % meer dan oorspronkelijk was gepland. Het koninklijk besluit van 4 maart 1992 heeft deze overdracht geconcretiseerd. Bovendien wijs ik erop dat het complex op de hoek van het Koninklijk Plein en de Koningsstraat vroeger al was overgedragen. Brussel heeft dus haar deel van de gebouwen gekregen, zeifs meer. Men kan
263
zeifs stellen dat deze overdracht sneller werd gereafiseerd voor Brussel dan voor de andere landsgedeelten. Een en ander verklaart waarschijniijk waarom dit niet in het artikel waarnaar u verwijst, wordt vermeld. Eigenlijk is het probleem opgelost. De heer Debry (in het Frans). — Ik vrees ervoor dat, wanneer men rekening houdt met het aantal ambtenaren en niet met de oppervlakte, Brussel aanzienlijk werd benadeeld. De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — In feite heeft Brussel door de manier- waarop de gebouwen werden overgedragen, meer gekregen. — Het incident is gesloten. De betwiste terugvordering van de onrechtnsatige subsidie aan NV Siemens en de weerslag hiervan op de begroting 1993
De heer Cauwelier. — In maart 1991 heb ik minister Grijp geinterpelleerd over de illegale gewestsubsidie die aan de NV Siemens werd uitgekeerd tegen het advies van het Rekenhof in. De Executieve besliste toen het advies van het Rekenhof naast zich neer te leggen. . De Europese Commissie' besliste op haar beurt dat de 227 miljoen onwettige overheidssteun van Siemens moest worden teruggevorderd, vermeerderd met de moratoire intresten. ' Toen ik op 17 juli 1992 minister Grijp daarover ondervroeg, antwoordde hij mij dat de beslissing van de Europese Commissie op dat moment nog niet officieel werd betekend. Inmiddels blijkt uit het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen van 3 oktober 1992 dat het Brussels Gewest de subsidie moet terugvordereri. Tijdens de bespreking van de gewestbegroting 1993 bleek dat in de middelenbegroting 250 miljoen is ingeschreven, zijnde de terugvordering van de 227 miljoen, vermeerderd met de intresten. Van minister Grip wens ik te vernemen op weike datum de Brusselse Executieve de beslissing tot terugvordering heeft vernomen en op weike datum deze beslissing werd betekend aan de NV Siemens. Van minister Chabert wenste ik te vernemen wanneer hij de terugstorting van het in de begroting ingeschreven bedrag verwacht. Wordt dit bedrag in zijn geheel teruggestort of in schijven? Wat is in het laatste geval de weerslag op de begroting 1993? Wat indien de NV Siemens in beroep gaat tegen de beslissing van de Executieve of de beschikking van de Europese Commissie? Weike termijnen worden daarbij in acht genomen? Wat is de'weerslag op de begroting 1993? De heer Grijp, minister van economic. — In de periode 1985-1988 werden aan Siemens een aantal kapitaalpremies toegekend. Nadat het Rekenhof zijn visum verieende aan de betaling van een eerste schijf van 6 kapitaalpremies, weigerde het in 1990 zijn visum te verienen aan verdere betalingen. Ik was de mening toegedaan dat de Executieve een verbintenis was aangegaan tegenover Siemens en op mijn voorstel werden 17 betalingsorders goedgekeurd door de Executieve in oktober 1990. Het bedrag van de door het Rekenhof in vraag gestelde subsidie beloopt 336 miljoen. In april 1991 verzocht de Europese Commissie om inlichtingen over de steunmaatregelen'en besliste de in artikel 93, lid 2, van het EEG-verdrag bedoelde procedure in te leiden. In juni 1992 besliste de Europese Commissie dat 227 miljoen aan steunmaatregelen op onrechtmatige wijze werd toegekend en dat deze diende- te worden terugbetaald, vermeerderd met intresten. Een deel van de door het Rekenhof in vraag gestelde bedragen werd dus terecht aan Siemens toegekend. , i
Brusselse Hoofdstedelijke Raad — Bulletin van de interpellaties en mondelinge en dringende vragen — Gewone zitting 1992-1993
38
264
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
kon worden beschouwd. Daarenboven is de gerechtelijke situatie sedert het voorstel van de Executieve veranderd. Tegen Sofibru werden twee tegenstrijdige vorderingen ingesteld, een door de maatschappij EGTA bij de rechtbank van koophandel tot stopzetting van de werken, en een van het bedrijf Van Rijmenant bij de rechtbank van eerste aanleg tot voortzetting van de werken. Op 16 december heeft de Executieve aan Sofibru geantwoord dat haar beslissing om niet op een gerechtelijke uitspraak vooruit te lopen, aanvaardbaar was. Alvorens een uitspraak te doen was de rechtbank van eerste aanleg op 24 december 1992 van oordeel dat het verzoek van het bedrijf Van Rijmenant tot voortzetting van de overeenkomst gewettigd was. In afwachting van de uitspraak over de grond van de zaak moest Sofibru de werkzaamheden voortzetten. De voorzitter van de rechtbank van koophandel achtte zich onbevoegd. In een antwoord op een interpellatie over deze zaak in november 1992 zetten wij de redenen uiteen waarom Sofibru haar toevlucht nam tot een onderhandelde procedure voor de opdrachten inzake ruwbouw, voorbereidingswerken en coordinatie. De bedoeling was onnodige werken en nutteloze schade te voorkomen volgens de conclusies van een verslag van de ingenieurs van de gewestelijke administratie. Een andere procedure zou meer tijd hebben gevergd en — Het incident is gesloten. duurder zijn geweest, zonder dan nog te spreken over h ' probleem van de waarborg gedurende tien en dertig jaar. De voortzettiag van de werkzaamheden De opdrachten met betrekking tot alle andere percelen van de aan het Communicatiecentrum Noord bouw werden of zullen binnenkort worden toegewezen op basis van een Europese offerteaanvraag. De heer Cools (in het Frans). — De heer Chabert verklaarde Sofibru voldoet aldus aan de verplichtingen die in de overeenop 30 november jl. dat hij Sofibru aanbevolen had de werken aan komst betreffende het mandaat worden opgelegd. het Communicatiecentrum Noord stil te leggen en een Europese aanbesteding uit te schrijven voor de volgende fasen. . Bij brief van november 1992 stelde de Executieve aan Sofibru De heer Cools (in het Frans). — Kan de minister-bevestigen voor zich te voegen naar het arrest van Raad van. State. dat de overeenkomst van mei een gemandateerde opdracht is en Waarom heeft de Executieve zich beperkt tot een suggestie en dat ze bepaalt dat de wetgeving op overheidsopdrachten op deze heeft zij geen instructie gegeven aan Sofibru om in die zin te werkzaamheden van toepassing is? handelen, terwiji de opdracht van Sofibru een gedelegeerde Anderzijds is er een Europese richtlijn en een koninklijk opdracht is, die dus moet worden uitgevoerd voor rekening van besluit die de toepassing van deze richtlijn bepaalt waarin het de Executieve. begrip « publiekrechtelijke rechtspersoon » omschreven wordt. De aanbevelingen van de Executieve schijnen dode letter te Eike vennootschap of vereniging van juridische aard, die door de blijven, want de werken gaan door. Werd de Europese aanbeste- openbare diensten gefinancierd, beheerd en gecontroleerd ding uitgeschreven? Heeft Sofibru sedert 30 november 1992 wordt, is een publieksrechtelijke rechtspersoon. Sofibru voldoet nieuwe instructies of aanbevelingen gekregen van de Execu- aan deze definitie. tieve? Indien dit niet het geval is, staat de verantwoordelijkheid Sofibru zou dus van bij de aanvang een openbare aanbestevan de bestuurders dan niet op het spel? Artikel 5, laatste alinea, ding hebben moeten uitschrijven. van de overeenkomst over de delegatie van opdrachten voor Beperken de lopende werken zich ten slotte tot wat uit veilifoverheidsopdrachten wordt dobr Sofibni genegeerd. Wat zai de Executieve doen opdat Sofibru deze bepaling daad- heidsoverwegingen noodzakelijk is of gaan zij nog verder? werkelijk zou naleven? Concurrentie zou in dat geval de kosten De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en van het werk aanzienlijk kunnen drukken. vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — Ik blijf bij mijn antwoord. De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en — Het incident is gesloten. vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — Sofibru staat in voor de bouw van het CCN, op verzoek van het Gewest, zonder een bestuur dat afhangt van de Executieve of een gewone gemandateerde instelling te zijn. Op 13 mei 1992 werd De bekettdmaking een delegatie-overeenkomst over de uitvoering van de werken van de beschikbare sociale woningen in Bmssel aan het CCN gesloten. Deze overeenkomst voorziet in een ruime beheersautonomie voor Sofibru. De raad van bestuur van De heer de Marcken de Merken (in het Frans). — De BrusSofibru draagt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van selse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij heeft een het werk, maar hoeft zich niet te schikken naar eenzijdige brochure uitgegeven met als titel: « De sociale hmsvesting in instructies van de Executieve. Volgens de overeenkomst kon de Brussel ». Vanaf de tweede bladzijde wordt de aandacht van de Executieve niet anders dan voorstellen om de werken'stil te lezer gevestigd op een veelbelovende advertentie die aankondigt, leggen. . . . ik citeer,. « nieuwe - appartementen in Brussel • vanaf 1 900 000 frank ». Kan de minister ons laten weten hoeveel apparOp 2 december jl. heeft Sofibru geantwoord dat, na onderzoek tementen van 1900000 frank ter beschikking staan van het van het voorstel van de Executieve van 25 november, zij voor- publiek? Zijn er nog andere en tegen weike prijs? Wat is de basislopig en conservatoir daarmee 'geen rekening moet houden, prijs en hoe wordt deze vastgesteld? aangezien het arrest van de Raad van State de stopzetting van de werken niet opiegde en zich niet uitsprak over de gegrondheid De heer Gosuin, minister van huisvesting, leefmilieu, natuurvan de rechtsmiddelen van de partijen, en dat bijgevolg de behoud en waterbeleid (in het Frans). — De" brochure die u beslissing inzake de toewijzing van de opdracht niet als onwettig citeert werd inderdaad door de BGHM gepubliceerd.
De beslissing van de Europese Commissie werd mij op 19 augustus 1992 betekend. Ik heb deze op 9 September overgemaakt aan de NV Siemens, met de melding dat de preciese terugbetalingsmodaliteiten later zouden worden meegedeeld. Dat gebeurde op 5 oktober; de terugbetaling werd gevraagd binnen een terroijn van zes maanden. Op 24 november 1992 meldt Siemens dat bij het Europees Hof van Justitie een annulatieberoep werd ingediend tegen de beschikking van de Commissie van 24 juni 1992. Terzelfder tijd , meldt de firma dat zij van oordeel is dat, in afwachting van de uitspraak van het Hof van Justitie, de terugbetaling moet opgeschort worden. Ik heb onmiddellijk het advies van een gespecialiseerd advokatenkantoor gevraagd over deze aangelegenheid. Dit advies bereikte mij vorige week en stelt dat het door de NV Siemens ingeleide beroep tot nietigverklaring geen afbreuk doet aan de invorderingsplicht van de Belgische overheid, tenzij dit Hof zeif de opscborting van de uitvoering van de bestreden beschikking zou gelasten. Een schrijven werd naar de NV Siemens gestuurd om dit standpunt mede te delen.
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993 Ik wijs crop dat op de tweede bladzijde een aankondiging van de BGH mocbt worden geplaatst, buiten onze verantwoordelijde BGH mocht worden geplaatst, buiten onze verantwoordelijkheid. Het is dus die installing die verantwoordelijk is voor de — Het incident is gesloten. De uitzettiag van twee tachtigjarigen uit hun woning
265
De onderzoeken die uitgevoerd werden om een beter openbaar vervoer naar het Erasmusziekenhuis te bewerkstelligen De heer Drouart (in het Frans). — Het openbaar vervoer naar het Erasmusziekenhuis, dat zich aan de rand van de gemeente Anderlecht bevindt, volstaat niet. Het is in die context dat de Ecolo-fractie een alternatief plan heeft voorgesteld dat; in het kader van een realistische begroting, het prebleem naar behoren zou opiossen. De Executieve van haar kant heeft de maatschappij Tractebel een studie laten uitvoeren; deze maatschappij heeft enkel de verlenging van de zware metre in overweging genomen. Het is alsof de Executieve een opiossing wil opdringen die steeds meef raadsleden beschouwen als onverantwoordelijk en nutteloos, rekening houdend met de begroting en de bestaande alternatieven. In de pers hebben wij gelezen dat, naast de zware metro, twee andere mogelijkheden werden onderzocht. Werd u van deze studies op de hoogte gebracht? Indien ja, met weike werkargumenten kan u deze rechtvaardigen? Zullen ze worden voorgelegd aan het overiegcomite voor de verbetering van het openbaar vervoer? Overigens heeft de minister de door de Ecolo-fractie voorgestelde opiossing laten onderzoeken? Zo niet, waarom werd dit voorstel niet op dezelfde manier behandeld als de andere voorsteUen ter zake?
De heer Cools (in het Frans). — Twee oude dames van 85 en 81 jaar, die respectievelijk negenendertig en eenenveertigjaar in een huis in Anderlecht woonden, worden door een medehuurder die het huis heeft gekocht, uit hun woning gezet. Dezc laatste, een immigrant, vader van een groot gezin, kreeg een lening van het Woningfonds van de Bond van Grote Gezinnen. Is het wel goed dat het Woningfonds bijdraagt tot de aankoop van een woning, waardoor twee tachtigjarigen binnen de minimumtermijn die door de wet wordt vereist, op straat worden gezet? Aanvankelijk overwoog men de twee tachtigjarigen een veel redelijker termijn van drie jaar te gunnen. Waarom heeft de Bond van Grote Gezinnen de lening voor de koper niet gekoppeld 'aan de voorwaarde die termijn te respecteren? Het Fonds schreef op 2 december 1992 aan de dochter van een der tachtigjarigen dat de eigenaar de twee oude dames niet langer dan drie maanden in de woning zou dulden « omdat hij geirriteerd was » door krantenartikels. Weet de minister of die twee oude dames een nieuwe woning hebben kunnen vinden? Verzocht hij het Fonds ona voortaan bij een leningaanvraag eerst een onderzoek te doen naar de bewoning van het huis en dit als criterium te hanteren voor de De heer Thys, minister van openbare werken, verkeer en aanvaarding van het dossier7 , .. vernieuwing van afgedankte bedrijfsruimten (in het Frans). — Op 17 januari 1992 heeft onze vergadering met 46 tegen De heer Gosuin, minister "van huisvesting, leefmilieu, natuur- 5 stemmen, bij 2 onthoudingen, een motie aangenomen waarbij behoud en waterbeleid (in het Frans). — Er woonden vroeger de Executieve wordt uitgenodigd om, gelet op de vroegere beslisdrie gezinnen in dat huis: twee ouders met zes kinderen, en twee singen en op de beschikbare middelen, de metrolijn 1B zo snel mogelijk te verlengen van Bizet naar Erasmus. tachtigjarige dames. Ik heb dan ook een voorstudie over die verlenging laten Toon de eigenaar het huis te koop stelde, besloot het gezin het uitvoeren; de resultaten hiervan werden mij op 19 oktober 1992 te kopen en vroeg daarvoor een lening aan bij het Woningfonds, meegedeeld. dat zijn akkoord verleende. Op verzoek van de kandidaat-eigeOp basis van die studie heb ik mijn diensten de toelating naar aanvaardde het Fonds dat de eerste tachtigjarige in het huis bleef wonen. Haar dochter begon een actie om de twee gegeven om alle studies betreffende het voorontwerp en het defibejaarde huurders in het huis te houden. Geirriteerd door een nitief ontwerp voor die verlenging voort te zetten. Het vereiste campagne in de pers start de eigenaar de procedure om zijn bedrag zai worden uitgetrokken op een begrotingsfonds, dat door de ordonnantie van 12 december 1991 is opgericht. verworven goed binnen de wettelijke termijn vrij te maken. Inzake de krantenartikelen volgens weike andere hypotheses De eerste opdracht van het Fonds is grote gezinnen aan een behooriijke woning te helpen. Het reglement staat de kandidaat- dan die van de zware metro ter studie liggen, kan ik u zeggen dat leners toe aan een derde te verhuren : dit principe moet ervoor mijn diensten zich houden aan de instructies waarover ik kom te zorgen dat toestanden, zoals u er een beschrij.ft, uitzonderiijk praten. De hypotheses betreffende een spoorwegverbinding behoren tot de bevoegdheid van de NMBS. blijven. De door de Ecolo-fractie voorgestelde opiossing werd indertijd In het algemeen staat het Fonds open voor eike formule waarmee de huurders kunnen blijven wonen in de huizen die aan mijn diensten overgezonden; de interessante elementen door haar leners worden gekocht. In sommige gevallen zoekt het ervan kunnen worden gebruikt bij het onderzoek betreffende de zeif naar nieuwe huurders of zorgt het voor een andere deftige wijzigingen van het traject van tram 103 voorbij het Dapperwoning voor alleenstaanden die hun woning dreigen te veriiezen. heidsplein, met het oog op een viottere bediening van de fraaie woonwijken van Anderlecht. Meer in het algemeen werd, na contacten tussen het Gewest — Het incident is gesloten. en het Woningfonds over het probleem van de bejaarden en de waardering van dit probleem in het beleid van dit Fonds, beslist systematise!! contacten te onderhouden tussen de OCMWs en het Woningfonds om een nieuwe woning te zoeken voor bejaarden, wanneer de familie dit wensfc Algemene stedebouwkundlge verordeniag betreffende de reclame-inrichtingen en de uithangborden Bovendien heeft men beslist aan de leners te vragen, indien mogelijk, een langere termijn te geven wanneer naar een nieuwe woning moet worden gezocht. De heer Debry (in het Frans). — Niemand betwist het nut van Ik kan u zeggen dat een van de twee huursters een andere een algemene stedebouwkundige verordening inzake het woning heeft gevonden. De andere heeft nog steeds geen opios- aanbrerigen van affiches. sing; zij zai weldra haar huis moeten veriaten. In de verklaring van de Executieve wordt dit vermeld en worden zeifs de voornaamste optics verduidelijkt die in deze — Het incident is gesloten. verordening moeten worden opgenomen.
266
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
Bij de besprekingen over de ordonnantie inzake stedebouw heeft de meerderheid een amendement verworpen dat door mijn fractie was ingediend en bedoeld was om in een afzonderlijke wetgeving voor de aanplakvergunning te voorzien. Alles zou moeten worden geregeld aan de hand van een vergunning voor een bepaalde duur en de algemene verordening. Het bleek niet nodig nogmaals een « omweg » te maken via een nieuwe ordonnantie. De heer Hotyat heeft bevestigd dat hij het voornemen heeft om snel een algemene verordening ter zake uit te vaardigen. Dit instrument is des te meer nodig omdat sedert 1 juli 1992 een stedebouwkundige vergunning moet worden afgeleverd voor de installatie van reclamevoorzieningen. Deze vergunningen worden dus momenteel toegekend zonder dat er een verordening bestaat waarin de na te leven voorwaarden duidelijk worden bepaald. Daarenboven zullen de politievergunningen die op grond van de vroegere wetgeving waren toegekend, van rechtswege verstrijken op 31 december 1994. Er gebeurt echter niets. De stedebouwkundige vergunning met beperkte duur is reeds sedert meer dan zes maanden van toepassing. Met de gewestelijke verordening moet het mogelijk worden eenheid te scheppen is wat mag, aan te duideninweike zones en op weike plaatsen geen reclameborden mogen worden aangebracht, algemene regels inzake de afmetingen van de reclamevoorzieningen vast te leggen,.... De gevolgen van de passiviteit'van de Executieve op dat gebied zijn merkbaar in de praktijk, waar de toestand er niet op verbeterd is en steeds meer inbreuken worden vastgesteld. Wanneer zai de Executieve de daad bij het woord voegen?
zovele maatregelen ter uitvoering van de ordonnantie en dat mijn medewerkers en het bestuur voor stedebouw aanzienlijk werk leveren: moet er worden aan herinnerd dat in het Belgisch Staatsblad 26 besluiten werden bekendgemaakt (zonder rekening te houden met de wijzigingsbesluiten) en dat aan 13 besluiten de laatste hand wordt gelegd (waarvan twee momenteel bij de Raad van State ter advies voorliggen). Het probleem van de opstelling van de verordening blijft hetzelfde, of het nu gaat om een afzonderlijke ordonnantie zoals u voorstelt, of om een organieke ordonnantie die een verordening voor de reclamevoorzieningen opiegt. De heer Debry (in het Frans). — Het verheugt mij dat de Executieve de opgelopen vertraging wegwerkt. Een van de aangehaalde argumenten om mijn voorstel te verwerpen, was nochtans dat spoed was vereist, De bewuste verordening is nog steeds niet uitgevaardigd. De heer Hotyat, staatssecretaris toegevoegd aan de ministervoorzitter (in het Frans). — Het begrip « spoed » verschilt wellicht volgens de spreker. — Het incident is gesloten.
De eventuele wijziging van een aantal besluiten tot uitvoering van de ordonnantie houdende de organisatie van de planning en de stedebouw
De heer de Patoul (in het Frans).'— Op 29 augustus 1991 werd de ordonnantie houdende de organisatie van de planning en de stedebouw in de Raad goedgekeurd. Een jaar nadien werden een aantal fouten, onsamenhangendheden en tegenstrijdigheden in De heer Hotyat, staatssecretaris toegevoegd aan de minister- de originele tekst rechtgezet, en werd de tekst aangevuld met voorzitter (in het Frans). — Ik wil het geachte raadslid er in de een reeks bepalingen met betrekking tot de effectstudies. De eerste plaats op wijzen dat reeds voor 1 juli 1992, als gevolg van toepassing van de nieuwe ordonnantie' vereiste eeri reeks de jurisprudentie van hoven en rechtbanken, een bouwvergun- ' uitvoeringsbesluiten, die elkaar sedertdien snel hebben opgening was vereist voor het aanbrengen van reclamevoorzie- volgd. ningen, ook al stond dit .niet expliciet in de organieke wet van Met het oog op een stedebouwkundige harmonisatie werden 1962. Bovendien zullen op 31 december 1994 niet alleen de admi- nu bepaalde administratieve procedures verzwaard, wat tot een nistratieve of de politievergunningen, maar ook de voor werkelijke hordenloop kan leiden. 1 juli 1992 verieende bouwvergunningen verstrijken. De documenten die bij de dossiers moeten worden gevoegd, In tegen'steling tot wat de heer Debry beweert, bleef de Execu- worden dikwijis welbewust vermenigvuldigd, maar zijn soms tieve ter zake niet passief. Op voorstel van de minister-voorzitter volledig overbodig. . en mezelf keurde zij op 26 november 1992 een besluit goed, Verscheidene groepen die de belangen vertegenwoordigen van bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 18 december 1992, dat in artikel 1 de maximumduur bepaalt van de stedebouwkun- beroepsmensen uit de architectuur en de bouw hebben u hrn dige vergunningen voor reclamevoorzieningen en uithang- wensen ter zake doen geworden. borden. De samenstelling van de dossiers voor de aanvraag van een stedebouwkundig attest of een stedebouwkundige vergunning De laatste hand wordt gelegd aan een eerste ministeriele kan te zwaar lijken in verhouding tot het minieme belang van de omzendbrief, waarin de toepassing van artikel 88 van de orga- uit te voeren werkzaamheden. nieke ordonnantie (stedebouwkundige vergunning van beperkte Inderdaad, of het nu gaat om een project voor de bouw van een duur) "en van het voormelde besluit van 26 november 1992 zai worden toegelicht. Ook de gevolgen van artikel 187 van de orga- woning of van een klein bijgebouw, steeds worden dezelfde eisen nieke ordonnantie dat betrekking heeft op het herstel van het opgelegd. Sommige architecten weigeren zeifs die kleine goed na afloop van de geldigheidsduur van de vergunning van projecten wegens de kostprijs van de samenstelling van het dossier. beperkte duur zai worden toegelicht. De nieuwe administratieve verplichtingen worden afgewenteld Er wordt gewerkt aan een tweede omzendbrief, waarbij de gemeenten een inventaris zullen moeten opstellen van de recla- op de gemeenten. mevoorzieningen die op hun grondgebried zijn geinstalleerd, ter De procedure voor het onderzoek van de stedebouwkundige voorbereiding van 31 december 1994, datum waarop de vergun- dossiers neemt veel tijd in beslag voor de gemeentediensten. ningen en toelatingen zullen vervallen. Het weinig talrijk en niet bijgeschoold personeel is overbelast In verband met de eigenlijke gewestelijke verordening inzake de snelle toename van het werkvolume en door het grote • stedebouw wordt in een werkgroep momenteel gedebatteerd door aantal besluiten dat zij moeten bestuderen. over de regels die op het grondgebied van het Gewest moeten worden toegepast. De verordening moet algemeen geldig zijn en Gelet op deze moeilijkheden, wil ik enkele vragen stellen: rekening houden met de ibestaande verschillen in het stads- Worden bepaalde wijzigingen aangebracht in de toepassingweefsel. van de ordonnantie, vooral voor kleinere werkzaamheden? De Executieve stelt uiteraard alles'in het werk om die verorde- Hoe kan, bij de plaatselijke administraties, de toegang van de ning zo spoedig mogelijk in working te doen treden. We mogen architekt tot de informatie die vereist is voor de samenstelling echter niet uit het oog veriiezen dat het hier gaat over een van de van een dossier, worden verbeterd? ,
PLENAIRE COMMISSIE VAN 3 FEBRUARI 1993
267
Het lijkt me bijvoorbeeld niet nodig noch redelijk voor een Weike middelen worden ter beschikking gesteld van de gemeentediensten om het hun mogelijk te maken de ordon- kleine verbouwing aan de achterzijde van een gebouw te eisen de voorgevels van het gebouw en de aanpalende gebouwen op te nantie na te leven? trekken. . . Is voorzien in een bijkomende vorming ad hoc voor de Het is juist dat groepen die bepaalde beroepen vertegenwoorgemeentelijke architecten? digen, opmerkingen en wensen hebben geuit. Wij hebben nota De heer Hotyat, staatssecretaris toegevoegd aan de minister- genomen van hun eisen en mijn medewerkers onderzoeken op voorzitter (in het Frans). — Mynheer de voorzitter, ik wil het ditogenblik, samen met de gewestelijke administratie, de mogegeachte raadslid erop wijzen dat hij veel meer vragen stelt dan lijkheid bepaalde dossiers te vereenvoudigen, meer bepaald voor opgenomen in de schriftelijke nota die hij voorafgaandelijk heeft de reclameborden, voor zogenaamde « weinig belangrijke » i'ngediend. Bovendien zijn het erg technische vragen, die vergen werken en voor handelingen en werken met geringe gevolgen dat precieze antwoorden worden voorbereid. Ik verzoek hem dan voor de bestaande situatie, waarvan net een voorbeeld gegeven. ook, indien mijn uiteenzetting hem niet alle verduidelijkingen met de geringe toegankelijkheid van de informatie verschaft die hij wenst, me achteraf bijkomende vragen te bijIndeverband plaatselijke besturen geef ik toe dat ik de draagwijdte van stellen. die opmerking niet begrijp. De betrokken besturen hebben bij Mijnheer de voorzitter, ik wijs erop dat het geachte raadslid, mijn weten hun houding in deze materie sedert 1 juli niet gewijin tegenstelling tot de vorige spreker, zegt dat de ordonnanties zigd. En tot op .heden ontvingen we geen bijzondere opmer« aan een hoog ritrne » worden toegepast. kingen wat de aanvragen tot wijziging van gebruik van een goed Ik dank de heer de Patoul omdat hij heeft ingezien dat de betreft. bezorgdheid om stadsharmonisatie en de wil om Brussel te behoeden voor bepaalde bouwkundige flaters uit het verleden, De heer de Patoul (in het Frans). — U hebt niet gesproken ^-fectief aanwezig zijn en dat de Executieve deze vertaalt in over de bijkomende opieiding van het gemeentepersoneel. 's. zpassingsbesluiten van de ordonnantie houdende de organisatie van de planning en de stedebouw. Deze werden uitgewerkt De heer Hotyat, staatssecretaris toegevoegd aan de ministerin nauw overieg met de gewestelijke administratie en bepaalde ambtenaren hebben actief meegewerkt aan de voorbereidende voorzitter (in het Frans). — Ik heb op een vraag daaromtrent reeds tijdens een eerdere vergadering geantwoord. Wij hebben vergaderingen. een studiedag gehouden met gemeentelijke en gewestelijke Voor juli 1992 werd het besluit van 1971 dat van toepassing ambtenaren. Andere vergaderingen zijn in het vooruitzicht was, regehnatig aangevuld door de specifieke gemeentelijke gesteld en binnen de administratie is een permanente informaeisen. Zo hebben wij ook beslist een uitgebreid besluit uit te opgericht. Bovendien hebben wij de teksten waarin de werken en een dossier samen te stellen voor elk type handeling tiecel ordonnanties worden gecoordineerd, ter beschikking van de of werken die een vergunning vereisen. Dat verklaart de grote gemeenten gesteld. Er werd dus een belangrijke inspannihg omvang van de besluiten. gedaan. Toen u het had over de inhoud van de besluiten, sprak u over — Het incident is gesloten. een « ware hindernissenparcours ». Indien er inderdaad bijkomende documenten worden geeist, vergeleken met de vroegere reglementering van 1971, dan is het precies om tegemoet te komen aan uw bezorgdheid, maar men moet de draagwijdte BIJLAGE ervan niet overschatten. Ik houd trouwens de lijst van deze bijkomende documenten m.b.t. de bouwactiviteiten te uwer beschikking. BEGROTINGSBERAADSLAGING Een van die documenten werd zeifs door bepaalde architecten Bij brief van 29 januari 1993 zendt de Executieve, in uitvoering op de korrel genomen, met name het synthesedocument. Het ,''"'n worden gekopieerd, is viot leesbaar, staat op DIN A3-papier van artikel 15 van de coordineerde wetten van 17 juli 1991 op de een afschrift van het ministerieel besluit .* is bestemd ter informatie van het publiek. Dit document bevat Rijkscomptabiliteit, van 28 januari 1993 tot wijziging van de administratieve begroten minste: ting 1982 door overdracht van kredieten tussen de basisallocaties a) een vestigingsplan; van programme 01 van afdeling 17. b}zo nodig, de verhogingvan de voorgevels en hun aansluiting — Verzonden naar de commissie voor de financien, begroting, met de.aangrenzende gebouwen; openbaar ambt, externe betrekkingen en algemene zaken. c) de algemene doorsnede, in het bijzonder de doorsnede van de aangrenzende gebouwen. ARBITRAGEHOF Dit synthesedocument beantwoordt aan de zorg om de docuIn uitvoering van artikel 76 van de bijzondere wet van menten die moeten worden onderzocht, leesbaar en toegankelijk te maken voor iedereen. De Executieve had het beloofd tijdens 6 januari 1989 op het Arbitragehof geeft het Arbitragehof kennis de bespreking van het ontwerp van ordonnantie in de commissie van : het beroep tot vernietiging van hoofdstuk III van titel III van de wet van 26 juni 1992 boudende sociale en diverse bepavan de Raad. Het bevat slechts de elementen die de bevolking kunnen lingen (nr. 506 van de rol); In uitvoering van artikel 113 van de bijzondere wet van interesseren en niet die weike het prive-leven of de veiligheid 6 januari 1989 op het Arbitragehof geeft het Arbitragehof kennis raken. Kopies zijn mogelijk. van de volgende arresten: • Ik heb dus niet de indruk dat het aantal documenten voor alle arrest nr. 3/93 uitgesproken op 21 januari 1993, in zake: de soorten ingediende dossiers toeneemt. beroepen tot gedeeltelijke vernietiging van de artikelen 1,4 en 7 ' *. Bovendien verplichten de besluiten over de samenstelling van van de wet van 18 juli 1991 betreffende de wedden van de titulade dossiers tot het opstellen van documenten die het goed rissen van sommige openbare ambten en van de bedienaars van begrijpen van een ontwerp bevorderen en het is dus nodig ze met de erediensten, ingesteld door de heer P. Berben e.a. (ingeschreven onder nrs. 350 en 369 tot en met 374); gezond verstand toe te passen.
r"
268
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
arrest nr. 4/93 uitgesproken op 21 januari 1993, in zake: bet beroep tot gedeeltelijke vernietiging van het decreet van de Franse Gemeenschap van 4 maart 1991 * relatif a 1'aide a la jeunesse »(inzake hulpverlening aan de jeugd), ingesteld door de Ministerraad (ingeschreven onder nr. 346 Van de rol);
arrest nr. 7/93 uitgesproken op 27 januari 1993, in zake: het beroep tot vernietiging van de artikelen 12 en 13 van het decreet van de Franse Gemeenschap van 2 december 1982 « relatif a la iutte centre Ie tabagisme »(betreffende de strijd tegen nicotinevergiftiging), ingesteld door de Ministerraad (ingeschreven onder nr. 428 van de rol); arrest nr. 8/93 uitgesproken op 27 januari 1993, in zake: het beroep tot vernietiging van artikel 181, vijfde lid, van het decreet van de Vlaamse .Gemeenschap van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, ingesteld door de heer Karel Schelstraete e.a. (ingeschreven onder nr. 358 van de rol).' — De vergadering wordt om 19.50 u. gesloten; De plenaire commissie gaat tot nadere bijeenroeping uiteen.
arrest nr. 6/93 uitgesproken op 27 januari 1993, in zake: de beroepen tot vernietiging van artikel 33, §§ 1 tot 5, van het decreet van 24^ december 1990 c contenant Ie budget de la Communaute francaise de 1'annee budgetaire 1991 » (houdende de begroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1991) en van artikel 20 van het decreet van de Franse Gemeenschap van 15 oktober 1991 « ouvrant les credits provisoires a valoir sur les budgets de la Communaute francaise pour 1'annee budgetaire 1992 » (waarbij voorlopige kredieten worden geopend die in mindering komen van de begrotingen van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1992), ingesteld BERICHTEN VAN VERHINDERING - VERLOFAANVRAGEN door de vereniging zonder winstoogmerk Gerfa, de heer Eugene Devue en mevrouw Anne Preusser (ingeschreven onder Verhinderd: mevrouw Carton de Wiart, de heren Maison en nrs. 330-366 van de rol); Huygens.