Postbus 1 3430 AA Bezoekadres Martlnbaan 2 3439 NN www.nleuwegein.nl Bank Nederlandse Gemeenten 28 50 04 387
Nieuwegein
Financiën
200 9-010
Contactpersoon Gerl de Vree
Telefoon (030) 607 13 05 Fan (030) 601 37 19 E-mail
[email protected]
De leden van de commissie ABZ
Datum 7 januari 2008 Kenmerk BD/FIn/GE Onderwerp
strategienota treasury
Geachte commissieleden, Hierbij doen wij u de strategienota treasury toekomen, die ons college onlangs heeft vastgesteld. Ingevolge het treasurystatuut ontvangt u deze nota ter kennisname, maar gezien de crisis op de financiële markten, kunnen we ons voorstellen dat u deze wilt bespreken. Het treasury comité komt nu ook vaker bijeen. Daarin hebben wij onder andere geconcludeerd dat we aan beleggingen strengere eisen willen stellen. Overigens wordt ook landelijk een aanscherping van de regels verwacht, via de wet Fido. Waarschijnlijk wordt dan voor kort geld minimaal een AA-rating vereist, voor lang geld AAA. Momenteel is dit nog A respectievelijk AA. Wij willen echter nog verder gaan en ook kort geld alleen nog beleggen bij instellingen met minimaal een AAArating. Wij zullen u binnenkort een voorste! voorleggen om het treasurystatuut hiervoor te wijzigen. Vooruitlopend hierop zullen wij deze nieuwe regel alvast hanteren, mocht er incidenteel geld belegd moeten worden. Momenteel wordt overigens alleen geleend, door de fors negatieve cashflow, maar incidenteel kunnen er tijdelijke liquiditeitsoverschotten ontstaan.
riendelijke groet, meester en wethouders,
van Elt'eren
drs. C.M. de Vos burgemeester
Nieuwegein
Aan de leden van de commissie ABZ Onderwerp: Strategienota treasury 2008
Datum 23 december 2008 Portefeuillehouder: B.J. Lubbinge
Afdeling: Financiën
Bijlagen: 5 (vertrouwelijk)
1. Inleiding Hierbij treft u de strategienota treasury 2008 aan. De strategienota is een korte notitie van het college over de strategie van de treasuryfunctie. De bedoeling achter de strategienota is om u inzicht te geven in het gevoerde en te voeren treasury beleid. De kaders van het treasurybeleid staan in het financieringsstatuut. De richting geven wij gemotiveerd aan door middel van deze notitie. Door de ontwikkelingen op de financiële markten willen wij echter de kaders wel verder aanscherpen, zodat wij u binnenkort een voorstel zullen voorleggen om enkele bepalingen in het financieringsstatuut te wijzigen. Gelet op het belang van de treasuryfunctie en de goede wisselwerking hierover tussen college en functionele commissie in de afgelopen jaren doen wij u de strategienota ter kennisname toekomen. Deze strategienota heeft als peildatum 1 oktober 2008. Ingevolge het treasurystatuut dient twee keer per jaar een strategienota te worden opgesteld, per 1 juni en 1 oktober. In verband met de drukke werkzaamheden rond de Kadernota en de Voorjaarsnota hebben wij ervoor gekozen voor dit jaar slechts éénmaal een strategienota uit te brengen.
2. Analyse huidige positie In dit hoofdstuk geven wij een overzicht van de ontwikkelingen in de portefeuille, van de risico 's en van de rente-inkomsten en -uitgaven. Omvang en samenstelling van de portefeuille De omvang van de portefeuille alsmede de rente-in komsten en -uitgaven vertonen in de regel een wisselend verloop, voornamelijk doordat Nieuwegein een dynamisch grondbedrijf heeft. De laatste jaren geven een vrij constant beeld: sinds 2003 is er een negatieve cashflow. In de jaren daarvoor werd vooral belegd, met name op de langere termijn. Het tempo waarin deze beleggingen vrijvallen was niet hoog genoeg om deze negatieve kasstroom te kunnen opvangen. Omdat de bestaande beleggingen weinig liquide zijn en omdat de rente toch laag was, zijn sinds eind 2004 gelden aangetrokken, vooral voor de langere termijn. Zodoende bestaat de portefeuille nu uit zowel aangetrokken als belegde gelden.
Sinds de jaarrekening is er een negatieve kasstroom geweest van per saldo circa € 18,5 miljoen. Bij het Grondbedrijf is tot nu toe per saldo € 8,8 miljoen meer geïnvesteerd dan ontvangen, met name voor de projecten Binnenstad (€ 4,6 miljoen). Klooster (€ 1,4 miljoen) en Galecop (€ 1,0 miljoen). De verdere negatieve cashflow komt op het conto van de reguliere geplande investeringen zoais in onderwijshuisvesting (€ 2,5 miljoen) en riolering (€ 2,1 miljoen). De portefeuille beleggingen bestaat nu nog alleen uit oorspronkelijk langlopende beleggingen, bij Nederlandse instellingen, en bedroeg op de peildatum nog een kleine £ 49 miljoen. Ongeveer een derde hiervan is belegd bij de overheid of aan de overheid gelieerde instellingen, een derde bij instellingen met een AAA-rating (de hoogste rating) en een derde bij instellingen met een AArating. Daarnaast zijn er nog een tweetal kleinere beleggingen, één bij een verbonden partij en een kleintje uit oogpunt van maatschappelijk nut (het Hospice). De nog resterende looptijd van de beleggingen is veelal beperkt: binnen een jaar vervalt bijna e 17 miljoen en de daaropvolgende 12 maanden nog eens ruim € 18 miljoen. De overige beleggingen (behalve het tweetal kleinere beleggingen) vervallen in 2011 en 2012. De risico's op deze portefeuille worden betrekkelijk laag ingeschat. Omdat het Rijk zich inspant om de financiële instellingen zoveel mogelijk bij te staan gaan wij er op voorhand vanuit dat de risico 's van rijkswege zoveel mogelijk worden ingeperkt. De portefeuille met aangetrokken leningen bedraagt inmiddels ruim € 30 miljoen, waarvan € 26 miljoen langlopend (5 tot 10 jaar). De ratings van de instellingen waarvan geleend is, zijn niet zo relevant: de verplichting tot terugbetaling ligt bij ons, het geld is al binnengekomen. Renteresultaat In onderstaande tabel wordt aangegeven wat de omvang van de portefeuille belegde middelen (U/G) en aangetrokken gelden (O/G) is en de bijbehorende rentebaten en -lasten. Renteres u I t a a t / p ortefeui I Ie
2004
2005
2006
2007
2008*
belegde g e l d e n ( U / G ) rente kortlopende leningen
74.611
20.134
24.110
83.751
0
rente langlopende leningen
4.684.674
3.395.397
2.944.918
2.676.690
2.173.239
totaal
4.759.284
3.415.531
2.969.028
2.760.442
2.173.239
rente-inkomsten
73.106.253
70.160.064
56.797.725
48.959.987
-19.642.122
-2.946.189
-13.362.339
-7.837.738
4,63%
4,13%
4,14%
4,10%
4,157o
rente kortlopende geldleningen
-8.739
-313.253
-58.594
-126.099
-107.274
rente langlopende geldleningen
0
-137.789
-337.691
-723.926
-1.021.038
-8.739
-451.042
-396.284
-850.025
-1.128.312
totaal aangetrokken op 31-5
-13.000.000
-11.000.000
-23.500.000
-22.535.963
-30.481.951
mutatie in portefeuille O/G
-13.000.000
2.000.000
-12.500.000
964.037
-7.945.988
2,20%
2,23%
3,39%
3,91%
4,02%
totaal belegd op 31-5
92.748.374
mutatie in portefeuille U/G Rendement portefeuille U/G a a n g e t r o k k e n gelden ( O / G )
totaal
rente-uitgaven
kosten portefeuille O/G gesaldeerd
4.750.545
2.964.490
2.572.743
1.910.417
1.044.927
t o t a a l portefeuille
79.748.374
62.106.253
46.560.064
34.261.762
18.478.037
Mutatie in portefeuille totaal
-21.332.884
-17.642.122
-15.446.189
-12.398.302
-15.783.726
t o t a a l r e n t e resultaat
* In deze tabel zijn in de kolom 2008 alvast de rente-inkomsten en -uitgaven over het hele jaar, voor zover bekend, weergegeven. Sinds 2004 is er niet meer langlopend belegd (met uitzondering van de eerder genoemde twee kleinere leningen). Het rendement op de resterende beleggingen ligt de laatste jaren net boven de 4%. In eerdere jaren lag dit beduidend hoger maar het effect van de hoogrentende langlopende beleggingen die begin en midden jaren negentig waren afgesloten, is nu al enige jaren verdwenen. Onderstaand hebben we de renteresultaten uit de tabel grafisch weergegeven.
6.000.000 5.000.000 4.000.000 3.000.000
O betaalde rente o renteresultaat gesaldeerd
2.000.000 1.000.000 0 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008
De bovenste lijn geeft het rendement van de beleggingen weer; het onderste vlak het uiteindelijke renteresultaat. Overigens geeft dit bovenstaande renteresultaat nog geen compleet beeld voor dit jaar. Hierin zijn namelijk wel al voor zover bekend de rentebaten en -lasten van de lopende leningen voor de rest van het jaar meegenomen (omdat daarvan de rente immers exact bekend is). Maar nog te verwachten rentelasten van het lopende kwartaal van nog af te sluiten leningen zijn nog niet verwerkt. De verwachting is echter dat de financiële gevolgen hiervan beperkt zullen zijn, ook gezien de korte looptijd die nog resteert. Per saldo wordt nu een positief renteresultaat op de portefeuille leningen en beleggingen over 2008 verwacht van ruim € 0,9 miljoen. In de begroting 2008 is tot nu toe een direct portefeuilleresultaat geraamd van nog geen € 0,7 miljoen. Dit zou betekenen dat per saldo het portefeuilleresultaat circa £ 0,2 miljoen positiever uitvalt dan geraamd. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het uitstel van investeringen. Door de stagnatie in de diverse bestemmingsplannen (Klooster, Binnenstad, Blokhoeve, Galecopperzoom) ligt het investeringsniveau tot nu toe beduidend lager dan oorspronkelijk geraamd voor dit jaar. Ook de overloop van al beschikbaar gestelde investeringskredieten naar volgende jaren is nog aanzienlijk. Het totale renteresultaat wordt echter niet alleen bepaald door het resultaat op de portefeuille van leningen en beleggingen, maar ook door de intern doorberekende rente van investeringen. Van de reguliere investeringen en van de investeringen van het grondbedrijf wordt de rente doorberekend aan de programma's respectievelijk het grondbedrijf. Door het achterblijven van die investeringen wordt dus minder rente doorberekend wat dan weer een neerwaartse invloed op het renteresultaat heeft (en natuurlijk weer een voordeel op de programma's omdat daar de kapitaallasten lager zijn, per saldo is het budgettair voordelig ais investeringen worden uitgesteld}.
Daarnaast zijn er echter een aantal investeringen gepland die door reserves worden gedekt. Wanneer deze investeringen niet worden uitgevoerd, valt de interne rentetoerekening niet lager uit (omdat aan reserves geen rente wordt toegerekend), terwijl er wel meer gelden belegd kunnen worden (of minder aangetrokken hoeven te worden). Per saldo ontstaat daardoor wel een positiever renteresultaat. Bij de Najaarsnota was al rekening gehouden m e t een voordeliger direct beleggingsresultaat, maar dit valt voor dit jaar nu nog iets gunstiger uit, doordat de geldmarktrente de laatste maand sterk gedaald is. Rente resultaat versus portefeuilleomvang
120.000.000
- --■ 6.000.000
100.000.000
5.000.000
80.000.000
,- 4.000.000
60.000.000
3.OOO.OO0
40.000.000
[ 2.000.000
20.000.000
1.000.000
0
i » f f l omvang portefeuille -»— renteresultaat
0 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008
Zoals uit deze grafiek blijkt zijn de rente-inkomsten op directe beleggingen de laatste paar jaar gestaag teruggelopen, wat vrijwel volledig w o r d t veroorzaakt door de afnemende omvang, het gemiddelde rendement is de laatste j a r e n stabiel. In de begroting 2009 en het meerjarenperspectief is hier rekening mee gehouden, de opbrengst beleggingen heeft een aflopende reeks. Net als voorgaande keren is het meest recente portefeuillerapport, per de peildatum van 1 oktober 2008, vertrouwelijk voor u bijgevoegd. Dit bevat een overzicht van de portefeuille korte en langlopende leningen u/g, de portefeuille korte en langlopende leningen o/g en de positie per partij (inclusief de rating).
3. Prognose o n t w i k k e l i n g e n op d e financiële m a r k t e n
3.1
Inleiding
Uiteraard gaat het voorspellen van de ontwikkelingen op de financiële markten altijd al gepaard met een grote mate van onzekerheid, maar dit geldt in de huidige tijd meer dan ooit. Er is nog steeds een onversneden crisis gaande, waarvan niet bekend is waar deze uiteindelijk toe leidt. Al meerdere keren werd gedacht/gehoopt dat "het ergste van de financiële crisis nu wel voorbij was" maar telkens bleek dit nog een stap verder t e gaan. Ook de gevolgen voor de "reële" economie, in ieder geval in Nederland en Europa, werden tot voor kort bijzonder laag ingeschat. Dat blijkt nu
2009-010 toch wel anders uit te pakken; het is niet meer de vraag óf er een recessie komt, maar hoe diep die wordt- Nu voorspellingen doen is dan ook alleen maar ingewikkelder geworden. In ieder gevai volgen we nauwlettend de prognoses van marktspecialisten voor de komende periode. We zijn geïnteresseerd in de prognoses voor de korte termijnrente en de lange termijnrente en de verhouding tussen beide. Daarbij keken we ook altijd naar de ontwikkelingen van de afgelopen tien jaar maar het cliché "behaalde resultaten uit het verleden bieden geen garanties voor de toekomst" geldt nu sterker dan ooit. Voor de volledigheid geven we hieronder toch een beeld van het afgelopen decennium. In onderstaande grafiek wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingen van de korte rente (de onderste lijn), de lange rente (de bovenste lijnen) en de verhouding tussen beide. Daaruit blijkt dat over de afgelopen periode de gemiddelde rente van 10-jaars staatsleningen 4,38% bedraagt en van drie maands 3,36%. De gemiddelde spread tussen de lange en korte rente bedraagt 1,02% over de afgelopen 10 jaar. — T S.500%
Historisch Rentevertoop:10-jaars (Ned.) Staat, 1D-jaars Swap. 3-maands Euribor 6.000%, .Jr:i..\.i
■k.s
>-.;-..,-_
:
,..:
:
5.500%
..^.;..^M..4
„1
5.000%
-. 4.500%
pzcw
-^
—.
r -i jm^ rh
Va: M\J- ïi Yt'
*■
5^M:::-::z—::-:::::
' -4.000*. ■ 3.500%
Gfrï-M-Ï&>H14 -">$>*
3.000%
asoo% 2.000%
1.500%
Op dit moment bedraagt de lange rente circa 4,75%, terwijl de korte rente zich rond de 3,3% beweegt. 3.3 Mar ktpr ognoses De Europese Centrale Bank heeft de laatste tijd de rente in drie stappen verlaagd van 4,25% naar 2,5%. De inflatie was flink toegenomen maar neemt de laatste tijd ook weer behoorlijk af en de economische vooruitzichten verslechteren snel. Dat zou betekenen dat de korte rente verder zou kunnen dalen. De periode van rente-inversie (waarbij de korte rente duurder is dan de lange rente) is in ieder geval nu weer voorbij.
Door het onderlinge wantrouwen tussen financiële instellingen zijn de risico-opslagen op leningen fors toegenomen. Dit is echter reeds in de huidige tarieven verwerkt. De verwachting is dan ook dat de korte rente de komende tijd nog wat verder zou kunnen dalen. Ook voor de lange rente wordt op dit moment een daling verwacht maar voor de tweede helft van het komende jaar wordt w e e r e e n stijging verwacht.
4 . I n v e s t e r i n g s - e n liq uiditeitsprognose Voor de komende tijd verwachten we nog steeds een negatieve kasstroom, gelet op geplande investeringen in m e t name de Binnenstad (incl. parkeren, stadshuis en culturele voorzieningen). Het K looster en Galecopperzoom. Het tijdstip waarop de echt forse investeringen zouden aanvangen is steeds opgeschoven, maar het komende jaar zal er nu toch echt het nodige gaan gebeuren in met name het centrum. Door de toename van investeringen zijn we al enkele jaren niet meer in staat om deze alle te betalen uit de vrijvallende middelen. Om rendementsredenen worden beleggingen niet vervroegd afgelost maar wordt er geleend. Ook de eerstkomende jaren zal er veel geleend moeten worden, de nu nog belegde middelen zijn niet toereikend om alle geplande investeringen t e financieren. In de onderstaande tabel is dit weergegeven.
cash-flaw vs. beschikbare middelen 40.000.000 20.000.000 0
0"
.el ^ l . n oD
-20.000.000 ■
B verwachte cashflow o beschikbare middelen
-40.000.000 -60.000.000 -80.000.000
^VV^VVVVV - n^VVV'V'0 Uit bovenstaande tabel blijkt dat er de komende jaren dus vooral geld zal moeten worden aangetrokken. Onderstaand is weergegeven hoe groot de jaarlijkse behoefte per saldo is.
2009-01 financieringsbehoefte per jaar 40.000.000 20.000.000 ■ 0 -20.000.000
n
0
,n n.^.ELXUJ.D.
-40.000.000 -60.000.000 -80.000.000 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020
Uiteraard zi jn het slechts prognoses. In de prakti jk bli jken we vaak te worden geconfronteerd met ui tstel van i nvesteri ngen, om allerlei redenen. Di t heeft tameli jk i ngri jpende gevolgen voor de financieringsbehoefte. Naast de onzekerheden i n het tempo van de uitgaven geldt hetzelfde voor de i nkomstenkant: bi j een economische recessi e zal bijvoorbeeld de uitgifte van gronden ook getempori seerd worden. Ook di t heeft i nvloed op de financieringsbehoefte. De hi er weergegeven prognoses zijn dan ook slechts een indicatie en geen kei hard gegeven. Maar de algehele trend i s wel dui deli jk: de komende jaren worden i nvesteri ngen gepleegd tot een ni veau dat de beschi kbare financieringsmiddelen rui m te boven gaat. De komende jaren zullen alle belegde mi ddelen di e vrijvallen, aangewend worden voor de financiering van de geplande investeringen, terwijl daarbovenop de komende jaren per saldo een aanzienlijk bedrag permanent zal moeten worden aangetrokken. In onderstaande tabel wordt di t weergegeven. financieringsbehoefte cumulatief
40.000.000 20.000.000 \ 0 -20.000.000 -40.000.000 -60.000.000 -80.000.000 -100.000.000 120.000.000 140.000.000 -160.000.000 ■180.000.000 &
u
& --
T? i? V
~t
i?
n? -£> n? -P n? n? ^
n?
0
5. Voorgenomen strategie In deze paragraaf gaan we in op de voorgenomen strategie, dat wil zeggen de voorgestane beleidsrichting. Gelet op het huidige renteontwikkelingen op zowel kapitaalmarkt als geldmarkt, de fluctuerende spread, de verwachte negatieve cashflow en de verwachte economische ontwikkelingen blijft onze strategie als volgt: •
=
•
Uitgaande van een fors negatieve cashflow in de komende jaren wordt binnen de kasgeldlimiet kostentechnisch zo optimaal mogelijk kasgeld in periodes tot maximaal één jaar aangetrokken; Omdat de financieringsbehoefte de kasgeldlimiet zal overschrijden wordt gekoerst op een gunstig moment om te consolideren (dat wil zeggen leningen afsluiten met een langere looptijd dan een jaar), waarbij de verwachting is dat de lange rente de komende tijd zal dalen; Om rendementsredenen worden geen beleggingen verkocht, maar er wordt de eerste jaren niet meer langlopend herbetegd. Eventuele tijdelijke liquiditeitsoverschotten worden kort belegd, bij instellingen met minimaal een AAA-rating.
In de volgende paragraaf gaan wij hier nader op in. 6. Fïnancierings- en beleggingsvoornemens Wij verwachten ook voor de komende jaren een negatieve kasstroom voor de gemeente als geheel. Vanaf circa 2012 zou dit naar het huidige beeld waarschijnlijk omslaan in een vooral positieve cash-flow door met name de ontwikkelingen bij het grondbedrijf. In het financieringsstatuut (2.11) staat aangegeven dat "de financiering van de gemeentelijke investeringen zoveel mogelijk plaatsvindt met eigen middelen maar dat vanuit kostenoverwegingen tot andere afwegingen kan worden gekomen". In eerdere jaren is gekozen voor beleggingen die weinig liquide zijn, maar daarom wel een gunstiger rendement opleverden. Het is financieel voordeliger om deze beleggingen nu niet te gelde te maken, maar om in plaats daarvan leningen aan te trekken. Dit beleid wordt voortgezet. De wet Fido regelt de kasgeldlimiet (de toegestane hoeveelheid kort aangetrokken geld) en die bedraagt momenteel ruim € 16 miljoen. Deze limiet is ingesteld om te voorkomen dat gemeenten te veel kort geld lenen waardoor bij een sterke stijging van de rente de rentelasten ineens explosief zouden toenemen; door deze limiet wordt het renterisico meer gespreid. Overigens kan deze limiet wel incidenteel overschreden worden maar na een halfjaar aaneengesloten overschrijding is het verplicht afspraken te maken met de provincie over de noodzakelijke consolidatie (dat wil zeggen leningen afsluiten met een looptijd langer dan een jaar). Uit de laatste tabel in hoofdstuk 4 kan geconcludeerd worden dat de gemeente Nieuwegein het komende decennium ook per saldo een lenende gemeente zal worden, de vrijval van eerder belegde middelen is niet afdoende om alle geplande investeringen te financieren. Daarnaast is de middelenbehoefte de komende tijd zo groot dat die niet alleen met kasgeld kan worden afgedekt, er zullen ook langlopende leningen {tot 10 jaar moeten worden aangetrokken).
009-01 De korte rente was, na een paar heel stabiele jaren, sinds eind 2005 aan een gestage opmars bezig en na de start van de kredietcrisis in augustus 2007 steeg deze verder, met de nodige schommelingen. Na de eerste week van oktober 2008, toen de financiële crisis nog een paar graden verergerde, is de korte rente echter weer in snel tempo gedaald. Ook de lange rente kende heftige schommelingen, maar met minder bandbreedte. Inmiddels is de korte rente weer gedaald tot onder de lange rente. Binnen de korte rente (korter dan een jaar) zijn de verschillen nog aanmerkelijk: voor een week lenen is beduidend goedkoper dan voor een maand of voor drie maanden. Nu de rentecurve ook voor kort geld redelijk steil is, trekken we op dit moment alteen maar voor heel korte perioden (meestal 1-weeks tot maximaal 1 maand) geld aan. Tot nu toe is dit nog mogelijk binnen de kasgeldlimiet en zolang de verwachting is dat de lange rente nog verder gaat dalen is dit de aantrekkelijkste optie. Gezien de verwachte forse omvang van de financieringsbehoefte wordt consolideren (geld aantrekken voor langer dan een jaar) onvermijdelijk, maar hiervoor wordt (binnen de mogelijkheden van de kasgeldlimiet) een zo gunstig mogelijk moment afgewacht. Beleggen is op dit moment niet aan de orde maar incidenteel kunnen in de toekomst tijdelijke liquiditeitsoverschotten ontstaan. De bestaande bepalingen in het treasurystatuut willen we verder aanscherpen. Nu is er voor kort geld minimaal een A-rating vereist en voor lang geld AA. De verwachting is dat landelijk de eisen zullen worden opgetrokken naar AA respectievelijk AAA, maar wij willen nog een stapje verder gaan en vanaf nu ook voor kort geld minimaal een AAA-rating verplicht stellen. Het treasury comité is op basis van deze nota bijeen geweest. Het verslag hiervan ligt ter inzage.
7. Financiële consequenties Zoals onder hoofdstuk 2 Renteresultaat al is aangegeven wordt er per saldo een positief portefeuilleresultaat van circa € 245.000 verwacht,. Bij de Najaarsnota 2008 werd nog uitgegaan van een positief portefeuilleresultaat van slechts € 15.000. Naast een verdere verschuiving in de investeringen (en daardoor een latere en minder negatieve cashflow) is vooral de korte rente sindsdien fors gedaald. De geschatte kosten van de nog aan te trekken leningen zijn en worden daardoor flink lager. Momenteel wordt kort geleend tegen minder dan 3%, terwijl bij de berekeningen voor de Najaarsnota nog gerekend werd met een rente van 4,8%. Overigens is dit het portefeuilleresultaat, het totale renteresultaat zal lager uitvallen.
8. Voorstel Wij stellen u voor deze strategienota treasury 2008 voor kennisgeving aan te nemen. burgemeester en wethouders van Nieuwegein, de secretaris, de burgemeester, drs. P.C.M, van Etteren
drs. C.M. de Vos