Belastingrecht Examennummer: 67442 Datum: 24 maart 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur
Dit examen bestaat uit 8 pagina’s. De opbouw van het examen is als volgt: - 40 meerkeuzevragen
(maximaal 40 punten)
Heeft u minimaal 28 vragen correct beantwoord, dan heeft u een voldoende behaald. De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Schrijf duidelijk leesbaar. Toegestane hulpmiddelen Pocket Belastingwetten 2011. Deventer: Uitgeverij Kluwer.
Wij wensen u veel succes!
5362 67442.ex_v1
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
Meerkeuzevragen (40 punten)
De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Vermeld het meest juiste antwoord. Voor een correct antwoord: 1 punt
1. Een student betaalt collegegeld. In welke rubriek wordt dit collegegeld ingedeeld? a. Belasting b. Retributie c. Sociale premie 2. De gemeente Appelburg koopt een nieuwe brandweerauto. Op welk rechtsgebied handelt de gemeente nu? a. Bestuursrecht b. Privaatrecht c. Staatsrecht 3. Zijn loon-, omzet- en dividendbelasting alle directe belastingen? a. Dividend en loonbelasting wel, omzetbelasting niet b. Dividend- en omzetbelasting wel, loonbelasting niet c. Omzet- en loonbelasting wel, dividendbelasting niet 4. In een Europese richtlijn is opgenomen dat vruchtendranken voor de omzetbelasting met het lage tarief belast worden. Wat is de rechtspositie van een burger, als blijkt dat Nederland voor deze goederen het hoge tarief rekent?
5362 67442.ex_v1
a. De burger heeft geen enkel recht omdat de nationale wetgever autonoom is. b. De burger kan zich beroepen op de rechtstreekse werking van de richtlijn. c. De burger kan zich uitsluitend wenden tot het nationale parlement.
NCOI Opleidingsgroep
1
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
5. Een man heeft voor zijn echtgenote een nabestaandenverzekering afgesloten en komt te overlijden. Hoe wordt voor de loonbelasting van de weduwe beschouwd als zij wegens deze verzekering een uitkering ontvangt? a. De weduwe wordt als werknemer beschouwd. b. De weduwe wordt geacht een eigenlijke dienstbetrekking te bekleden. c. De weduwe wordt geacht een oneigenlijke dienstbetrekking te bekleden. 6. Jan is zestien jaar oud. Met de plaatselijke folderverspreider Gerrit heeft hij afgesproken dat óf hij óf zijn broer Piet van vijftien jaar oud wekelijks een folderronde loopt. Moet Gerrit op de vergoeding die Jan krijgt loonbelasting inhouden? a. Ja, maar als Piet het eigenlijke werk doet, mag Jan de betaalde loonbelasting van Piet terugvorderen. b. Ja, want als loon uit arbeid wordt genoten moet daarop loonbelasting worden ingehouden. c. Nee, want er is geen sprake van een privaatrechtelijke dienstbetrekking. 7. Jeanet de Boer werkt drie dagen per week bij een pedicure. Binnen deze drie dagen verricht zij huishoudelijke diensten in de woning van de pedicure en gemiddeld een halve dag per week besteedt zij aan het schoonhouden van de pedicuresalon. Is de vergoeding die Jeanet ontvangt onderworpen aan loonbelasting? a. Ja, want huishoudelijke werkzaamheden vallen normaal onder de heffing van loonbelasting b. Ja, want zij werkt meer dan het voorgeschreven gedeelte van haar tijd in de salon. c. Nee, want zij besteedt duidelijk het grootste deel van haar arbeidstijd aan huishoudelijke taken. 8. Een fietsenhandelaar schenkt aan zijn werknemer een verouderd model. Welke waarde is voor de loonbelasting bepalend? a. De factuurwaarde van vergelijkbare meer recente fietsen b. De oorspronkelijke factuurwaarde c. De verkoopprijs inclusief omzetbelasting 9. Een directeur-grootaandeelhouder van een bv ontvangt voor zijn werkzaamheden per jaar € 32.000. Is het bedrag van € 32.000 het bedrag waarover loonbelasting moet worden betaald?
5362 67442.ex_v1
a. Ja, want loonbelasting wordt geheven over het werkelijk genoten loon. b. Ja, want voor een directeur-grootaandeelhouder geldt geen wettelijk minimumloon. c. Nee, in dit geval geldt een wettelijk bedrag als gebruikelijk loon; tegenbewijs is mogelijk.
NCOI Opleidingsgroep
2
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
10. Over welke loonbestanddelen kan voor de toepassing van de loonbelasting pensioen worden opgebouwd? a. Bonussen b. Eindloonheffingsbestanddelen c. Jubileumuitkering 11. De directeur van een bv wil met terugwerkende kracht van drie jaar pensioen opbouwen. Is een terugwerkende kracht bij het opbouwen van pensioen voor de loonbelasting toegestaan? a. Ja, maar alleen als de directeur zijn rechten onderbrengt bij een reguliere verzekeraar. b. Ja, maar alleen als de directeur zijn rechten onderbrengt in een pensioen bv in eigen beheer. c. Nee, terugwerkende kracht is in dit geval niet mogelijk 12. Welke loonbelastingtabel wordt toegepast bij een uitkering inzake een bedrijfspensioenverzekering? a. De groene tabel b. De groene tabel bijzondere beloningen c. De witte tabel 13. Cor Veenstra is op 4 januari 1972 in dienst getreden van de gemeente Boschwaerd. Per 1 januari 2012 is hij van zijn pensioen gaan genieten. Van de gemeente ontving hij ter gelegenheid van zijn jarenlange dienstverband een jubileumgratificatie. Is over de jubileumgratificatie loonbelasting verschuldigd? a. Ja, maar alleen over het gedeelte van de gratificatie dat betrekking heeft op een periode korter dan veertig jaar. b. Ja over het gehele bedrag van de jubileumgratificatie. c. Nee, Cor is geen loonbelasting verschuldigd over de jubileumgratificatie. 14. Welk van onderstaande belastingen mogen in mindering worden gebracht bij het bepalen van het te betalen bedrag aan inkomstenbelasting?
5362 67442.ex_v1
a. Alleen loon- en dividendbelasting b. Alleen loon- en eventueel ingehouden kansspelbelasting c. Zowel loon- als dividend- als eventueel ingehouden kansspelbelasting
3
NCOI Opleidingsgroep
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
15. Arend de Jong is 63 jaar oud en werkzaam als procuratiehouder in een grote exportgerichte onderneming. Zijn inkomen bedraagt per jaar € 75.000. Hoeveel bedraagt de arbeidskorting voor Arend? a. € 1.900 b. € 1.977 c. € 2.285 16. In welk geval wordt het fiscaal partnerschap beëindigd? a. Vanaf het moment dat partners het besluit hebben genomen hun familierechtelijke betrekkingen te beëindigen. b. Zodra partners een verzoek tot echtscheiding hebben ingediend. c. Zodra partners een verzoek tot scheiding van tafel en bed hebben ingediend en beiden niet meer op hetzelfde adres wonen. 17. Jansje de Boer heeft een pedicureopleiding gevolgd. Nadat zij vier maanden een eigen salon heeft gehad, overkwam haar een ongeval. Hierdoor werd zij blijvend gehandicapt, waardoor zij haar praktijk noodzakelijkerwijs moest sluiten. Is Jansje de Boer voor de inkomstenbelasting te beschouwen geweest als ondernemer? a. Ja, want zij heeft als ondernemer aan het economisch verkeer deelgenomen. b. Nee, want bij haar ontbreekt de factor duurzaamheid. c. Nee, want het begrip ondernemer is voor de inkomstenbelasting gereserveerd voor bedrijven en niet voor beroepen. 18. Welke van de onderstaande stellingen is juist? a. Een vof is belastingplichtig voor de inkomstenbelasting. b. Een vof is belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting; de firmanten zijn belastingplichtig voor de inkomstenbelasting. c. Een vof is niet belastingplichtig voor de inkomstenbelasting; de firmanten zijn dat wel. 19. Fred de Zwart werkte tot 2005 uitsluitend in loondienst bij een boekhoudkantoor. Per ingang van 2005 heeft hij deels een eigen kantoor, De Goede Cijferaar, waarvoor hij in 2011 1.275 uren gewerkt heeft. Bij zijn werkgever werkte hij nog 1.285 uren. Voldoet Fred voor het inkomstenbelastingjaar 2011 aan het urencriterium?
5362 67442.ex_v1
a. Ja, want hij heeft meer dan 1.225 uren in zijn onderneming gewerkt. b. Ja, want voor startende ondernemers gelden afwijkende normen. c. Nee, want hij moet meer dan de helft van zijn arbeidstijd aan de onderneming wijden.
NCOI Opleidingsgroep
4
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
20. Mogen boetes van de voor de inkomstenbelasting belastbare winst van een ondernemer worden afgetrokken? a. Fiscale boetes en geldboetes beide niet b. Fiscale boetes en geldboetes beide wel c. Fiscale boetes wel, geldboetes niet 21. Joop de Boer is veeteler. Hij heeft veel weilanden in eigendom. Op een zekere dag wordt de grond van zijn weilanden meer waard. Mag Joop op de hogere waarde van zijn weilanden de landbouwvrijstelling toepassen? a. Ja, mits de grond als landbouwgrond gebruikt wordt. b. Ja, want alleen de waardestijging van de ondergrond van bedrijfsgebouwen moet tot de belastbare winst gerekend worden. c. Nee, want goed koopmansgebruik bepaalt dat hij nu van de hogere marktwaarde moet uitgaan. 22. In 2009 is door Vooruitgang BV software aangeschaft. Welk effect heeft de regeling voor willekeurige afschrijving hiervan? a. De software kan in 2009 één keer ten laste van de belastbare winst gebracht worden. b. De software kan in 2009 voor 50% en in 2010 ook voor 50% ten laste van de belastbare winst gebracht worden. c. Willekeurige afschrijving is voor software niet mogelijk. 23. Een ondernemer werkt in totaal 1.100 uren in zijn onderneming. Zijn echtgenote is ook, zonder beloning, voor 800 uren in de onderneming werkzaam. Welke consequentie heeft het meewerken van de echtgenote voor de winst van de ondernemer? a. De ondernemer kan 1,25% van de belastbare winst aftrekken. b. De ondernemer kan 2% van de belastbare winst aftrekken. c. De ondernemer kan niets in aftrek brengen. 24. Wat verstaat de Wet op de inkomstenbelasting onder geruisloze omzetting?
5362 67442.ex_v1
a. Het overgaan van een onderneming in een bv, waarbij de bv de boekwaarde van de activa en passiva opnieuw kan bepalen. b. Het overgaan van een onderneming in een bv, waarbij de bv de boekwaarde van de activa en passiva van de vorige ondernemer overneemt. c. Het overgaan van een onderneming in een bv, waarbij de bv de marktwaarde van de activa en passiva van de vorige ondernemer overneemt.
5
NCOI Opleidingsgroep
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
25. Is een coöperatie belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting? a. Ja, alle coöperaties. b. Ja, maar alleen de coöperaties met de aanduiding ‘WA’ of ‘BA’ in de naam. c. Nee, een coöperatie is niet belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. 26. Iemand verkoopt aan een bv waarvan hij aandeelhouder is een auto voor een lagere prijs dan de marktwaarde. Waarvan is dan sprake? a. Agio b. Een informele kapitaalstorting c. Een normale kapitaalstorting 27. Zijn kosten die gemaakt worden voor het mogen aanbrengen van reclameborden langs een voetbalveld voor de vennootschapsbelasting aftrekbaar van de winst? a. Ja, maar alleen als de ontvangende partij een algemeen nut beogende instelling is. b. Ja, want die kosten kunnen beschouwd worden als bedrijfskosten. c. Nee, want het gaat hier om een verkapte gift. 28. In welk van de onderstaande gevallen is voor de vennootschapsbelasting geen sprake van deelneming? a. Als de belastingplichtige 3% van de aandelen heeft en deze ook heeft volgestort, terwijl diegene de enige is die heeft volgestort. b. Als de belastingplichtige 90% van de aandelen van de dochter heeft, maar deze nog niet heeft volgestort; de andere aandeelhouders hebben evenmin volgestort. c. Als de belastingplichtige 90% van de aandelen van de dochter heeft, maar deze nog niet heeft volgestort; de andere aandeelhouders hebben wel volgestort. 29. Hoe kan een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting ontstaan? a. Alleen ambtshalve door de inspecteur b. Alleen op verzoek van belastingplichtigen c. Ambtshalve door de inspecteur en op verzoek van de deelnemende belastingplichtigen 30. Welk van de onderstaande stellingen met betrekking tot de dividendbelasting is juist?
5362 67442.ex_v1
a. De aandeelhouder kan de betaalde dividendbelasting uitsluitend van de verschuldigde inkomstenbelasting aftrekken. b. De aandeelhouder kan de betaalde dividendbelasting zowel van de verschuldigde inkomstenbelasting als van de verschuldigde vennootschapsbelasting aftrekken. c. De uitkerende rechtspersoon kan de betaalde dividendbelasting aftrekken van de verschuldigde vennootschapsbelasting.
NCOI Opleidingsgroep
6
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
31. Welk van de onderstaande omschrijvingen van omzetbelasting is volledig? a. Omzetbelasting is een algemene indirecte verbruiksbelasting. b. Omzetbelasting is een persoonlijke directe verbruiksbelasting. c. Omzetbelasting is een persoonlijke indirecte verbruiksbelasting. 32. Kunnen een vof en een maatschap voor de Wet OB als ondernemer gekwalificeerd worden? a. Ja, beide in het geval waarin deze zich manifesteren als ondernemer. b. Nee, de vof wel, de maatschap niet. c. Nee, want beide ondernemingsvormen hebben geen rechtspersoonlijkheid. 33. Hoe kan een fiscale eenheid voor de omzetbelasting ontstaan? a. Alleen ambtshalve door de inspecteur b. Alleen op verzoek van belastingplichtigen c. Zowel ambtshalve door de inspecteur als op verzoek van belastingplichtigen 34. Bestaat er voor de omzetbelasting verschil tussen koop op afbetaling en huurkoop? a. Bij huurkoop is omzetbelasting verschuldigd en bij koop op afbetaling is geen omzetbelasting verschuldigd. b. Bij koop op afbetaling is omzetbelasting verschuldigd en bij huurkoop is geen omzetbelasting verschuldigd. c. Zowel bij huurkoop als bij koop op afbetaling is omzetbelasting verschuldigd. 35. Welke stelling over een ICL is juist? a. Een ICL wordt gelijkgesteld met een binnenlandse levering, maar met een heffing van 0%. b. Een ICL wordt volledig gelijkgesteld met een binnenlandse levering. c. Een ICL wordt volledig gelijkgesteld met uitvoer. 36. Een Oostenrijks transportbedrijf vervoert voor een Nederlandse opdrachtgever goederen uit Italië via Oostenrijk naar Nederland. In welk(e) land(en) vindt met betrekking tot dit transport de heffing van omzetbelasting plaats? a. Alleen in Italië b. Alleen in Nederland c. Gedeeltelijk in Nederland en gedeeltelijk in Oostenrijk 37. Is het huren van een ligplaats in een jachthaven een voor de omzetbelasting belastbaar feit?
5362 67442.ex_v1
a. Ja, mits de verhuurder eigenaar is van de haven. b. Ja, mits de verhuurder eigenaar of erfpachter is. c. Ja, ook wanneer de verhuurder vruchtgebruiker is.
7
NCOI Opleidingsgroep
Belastingrecht - Examennummer 67442 - 24 maart 2012
38. Een veilinghuis koopt van een particulier een antieke kast in voor € 1.200. Hij verkoopt die kast voor € 1.800. Wat zijn de consequenties van deze transacties voor de omzetbelasting? a. Het veilinghuis handelt zowel bij de inkoop als de verkoop met particulieren en is daarom vrijgesteld voor de omzetbelasting. b. Het veilinghuis mag de omzetbelasting die begrepen is in de aankoopprijs in mindering brengen; over de verkoopprijs moet het gewoon 19% rekenen. c. Het veilinghuis moet over het verschil van verkoop- en inkoopprijs de omzetbelasting afdragen. 39. Gerrit Broersma heeft op 2 februari 2011 aangifte gedaan voor de inkomstenbelasting over 2010. Op welke dag moet de inspecteur uiterlijk de definitieve aanslag hebben vastgesteld? a. Op 31 december 2013 b. Op 31 december 2013, tenzij de inspecteur eerder een voorlopige aanslag heeft opgelegd c. Op 2 februari 2014 40. Als een ondernemer zijn verschuldigde omzetbelasting wel tijdig betaalt, maar nalaat daarvoor aangifte te doen, hoe kan de inspecteur daar dan op reageren?
5362 67442.ex_v1
a. De inspecteur zal alleen een administratieve boete opleggen. b. De inspecteur zal alleen een naheffingsaanslag opleggen. c. De inspecteur zal een administratieve boete en een naheffingsaanslag opleggen.
NCOI Opleidingsgroep
8