Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheidskunde voltijd en deeltijd Saxion Hogeschool, Enschede
Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E
[email protected]
Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheidskunde voltijd en deeltijd CROHO nr. 39268 Saxion Hogeschool, Enschede
Hobéon® Certificering BV december 2008 Auditteam: Drs. G.J. Stoltenborg Dr. W. Ph. Stol W. Beckmann, Med A. Hof Secretaris: R.G. Peters
INHOUDSOPGAVE 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.5.1. 1.5.2. 1.5.3. 1.5.4. 1.5.5. 2.
3. 3.1. 3.2. 3.3.
Inleiding Functie van het rapport Bereik van de beoordeling Instellingsaudit Saxion Hogeschool Karakteristiek Aanpak Beoordelingsprocedure en werkwijze Beslisregels Auditteam Deelnemers visitatie Programma visitatie 21 en 22 mei 2008 Bevindingen en beoordeling Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Facet 1.2. Niveau Bachelor Facet 1.3. Oriëntatie HBO Onderwerp 2: Programma Facet 2.1. Eisen HBO Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Facet 2.3. Samenhang Programma Facet 2.4. Studielast Facet 2.5. Instroom Facet 2.6. Duur Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Onderwerp 3: Inzet van Personeel Facet 3.1. Eisen HBO Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Onderwerp 4: Voorzieningen Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Facet 4.2. Studiebegeleiding Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Onderwerp 6: Resultaten Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Facet 6.2. Onderwijsrendement SAMENVATTEND OORDEEL Oordeelschema HBO bachelor opleiding IVK Saxion Hogeschool, voltijd Oordeelschema HBO bachelor opleiding IVK Saxion Hogeschool, deeltijd Integraal oordeel en advies aan de NVAO
Bijlage I: Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaringen auditoren Bijlage II: Programma visitatie 21 en 22 mei 2008
1 1 1 1 2 3 3 5 5 6 6 7 7 7 10 11 13 13 15 17 19 21 23 24 26 29 29 30 32 35 35 37 41 41 43 44 47 47 48 50 50 51 52
1. 1.1.
INLEIDING Functie van het rapport
Het onderhavige rapport bevat het advies aan de NVAO dat door Hobéon Certificering als Visiterende en Beoordelende Instantie is opgesteld ten behoeve van de accreditatie van de HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheidskunde van Hogeschool Saxion, Enschede.
1.2.
Bereik van de beoordeling
De Saxion Hogeschool, in casu de Academie Bestuur en Recht (hierna ABR), verzorgt HBO bachelor opleidingen Bestuurskunde/overheidsmanagement, Management, Economie en Recht, Hogere Juridische Opleiding, Sociaal Juridische Dienstverlening en Integrale Veiligheidskunde (hierna IVK) . De opleiding IVK wordt in voltijd en deeltijd aangeboden in Enschede en Deventer. Hobéon Certificering heeft zijn oordeel over de voltijd en deeltijd opleiding IVK in één rapport samengevat omdat beide zijn gericht op dezelfde eindkwalificaties en binnen één gemeenschappelijk beleids- en uitvoeringskader aangeboden worden. In het rapport wordt, daar waar nodig, het onderscheid tussen de twee varianten zichtbaar gemaakt. De basis voor het onderzoek van Hobéon Certificering werd gevormd door het Kwaliteitsrapport van de opleiding IVK van februari 2008.
1.3.
Instellingsaudit Saxion Hogeschool
Op 14 maart 2006 heeft Hobéon een audit uitgevoerd op centraal niveau bij Saxion Hogeschool, waarbij gekeken is naar het beleid op instellingsniveau met betrekking tot alle onderwerpen en facetten uit het NVAO kader. Het auditteam heeft tijdens deze audit kunnen constateren, dat Saxion Hogeschool inmiddels voor een aantal facetten op centraal niveau duidelijk beleid heeft vastgelegd, dat door de afzonderlijke academies en opleidingen wordt nagevolgd. De controle op de uitvoering van dit beleid en de werking van de PDCAcyclus bij de afzonderlijke academies en opleidingen geschiedt onder andere door middel van bilaterale overleggen die de Raad van Bestuur drie maal per jaar heeft met de academiedirecteuren aan de hand van de Businessplannen van de academie, managementrapportages (maraps) en een Management Review/jaarverslag. Het auditteam heeft haar bevindingen vastgelegd in het ‘Beoordelingsrapport Centraal Niveau Saxion Hogescholen’ (augustus 2006). De instellingsaudit werd verricht door W.L.M. Blomen als lead auditor en drs. W.G. van Raaijen als onderwijskundige. De heer Blomen is als directeur en de heer Van Raaijen als senior adviseur werkzaam bij Hobéon Certificering. Als vakdeskundige maakte prof. dr. J.K. van Dijk en als werkvelddeskundige G. de Raad deel uit van dit auditteam. Van Dijk is emeritus hoogleraar Personeel en Organisatie in de Gezondheidzorg, een functie die hij tot eind 2004 vervulde aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. Voorts was hij lange tijd als hoofd van de afdeling Personeels- en Arbeidsvraagstukken verbonden aan Prismant, een landelijk advies-en onderzoeksbureau in de gezondheidszorg te Utrecht. Vanuit Prismant werkte hij als expert op het gebied van personeels- en arbeidsvraagstukken en deed hij zowel landelijke projecten, als instellingsondersteuning en advisering, opleidingen, trainingen en coaching. Vanaf 2005 werkt professor Van Dijk als zelfstandig bestuursadviseur op het gebied van personeel, organisatie en innovatie.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 1
De heer De Raad was o.a. manager bij Polaroid, algemeen directeur bij Stork Plastics Machinery en lid van de Raad van Bestuur bij Koninklijke Ten Cate. Van 1994 -1999 was hij Secretaris Generaal EFQM in Brussel en van 1998-2002 Algemeen Directeur van de Raad voor Accreditatie. Momenteel is hij voorzitter van ondermeer de Industriële Kring Twente, de Stichting Kwaliteit Twente en de Stuurgroep Versterking Industriepotentieel Twente. Secretarissen tijdens deze audit waren G.C. Versluis en drs. E.R.J. Rijnen, beiden adviseur bij Hobéon. Begin 2007 heeft Hobéon nog een beperkte aanvullende verificatie uitgevoerd. Daarbij is gekeken naar die facetten waarvan het auditteam in 2006 had kunnen constateren dat Saxion Hogeschool daarvoor centraal beleid had vastgelegd. Geverifieerd is of Saxion Hogeschool kon aantonen dat dit instellingsbeleid wordt uitgevoerd door alle afzonderlijke academies en opleidingen. De bevindingen van het auditteam van de instellingsaudit met betrekking tot de facetten waarvoor centraal beleid is vastgesteld, zijn beschreven bij de betreffende facetten in dit adviesrapport ten behoeve van de accreditatie van de opleiding IVK. Bij deze facetten is vervolgens alleen nog een aanvullend oordeel met betrekking tot de specifieke uitwerking op opleidingsniveau beschreven.
1.4.
Karakteristiek
Saxion Hogeschool is voortgekomen uit de fusie van twee hogescholen in het oosten van Nederland. De hogeschool heeft circa 20.000 studenten en 1.800 medewerkers en biedt onderwijs aan op de locaties Enschede, Deventer en Apeldoorn. De hogeschool bestaat uit dertien academies en een aantal centrale stafafdelingen. De ABR is met ongeveer 1.500 studenten en 110 medewerkers (75 fte) een van de grotere academies. De leiding van de academie is in handen van de academiedirecteur, die samen met de manager innovatie en manager organisatie het managementteam vormt. Opleidingen worden aangestuurd door onderwijscoördinatoren. Docenten zij ingedeeld in opleidingsteams, waarin zij de onderscheidene studieprogramma’s verzorgen. Elke opleiding heeft een curriculumcommissie die zorg draagt voor het inhoudelijk opleidingskader en het curriculum. De opleiding IVK telt in het studiejaar 2007-’08 331 studenten. In Deventer zijn 87 voltijd studenten ingeschreven en in Enschede 207 voltijd en 37 deeltijdstudenten. Aan de opleiding zijn 22 docenten verbonden in 12,91 fte. De opleiding is op 1 september 2003 ontstaan uit de differentiatie integrale veiligheidszorg van de opleiding Bestuurskunde/overheidsmanagement, die vanaf 1997 bestond. Alumni van de opleiding IVK komen terecht in een breed scala aan functies in de publieke en private sector. De opleiding streeft erna om studenten op te leiden als integraal veiligheidskundige die werkzaam kunnen zijn/worden in beleidsontwikkeling en – uitvoering, regievoering, advisering en het bewaken van organisatieprocessen. De zelfstandig werkende integraal veiligheidskundige beschikt over een beroepsbeeld dat is vastgesteld door de hogescholen die de opleiding aanbieden in nauwe samenwerking met het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding (NIBRA), het Landelijk Selectie- en Opleidingscentrum Politie (LSOP) en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). De opleiding is nog niet eerder gevisiteerd.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 2
1.5.
Aanpak
1.5.1.
Beoordelingsprocedure en werkwijze
Bij de beoordeling van de betreffende voltijd en deeltijd varianten is uitgegaan van het door de NVAO vastgestelde “Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs”. Daarin staan de onderwerpen en facetten vermeld waarop een VBI zich bij de beoordeling van een opleiding moet richten. Voorts zijn daarin opgenomen de criteria aan de hand waarvan een VBI moet bepalen of de basiskwaliteit van die opleiding als voldoende kan worden beoordeeld. Voorafgaand aan het accreditatieonderzoek heeft Hobéon Certificering de opleiding voorbereid op de audit door een inhoudelijke toelichting te geven op het NVAO-Accreditatiekader. Met betrekking tot het specifieke referentiekader van de betreffende opleidingsvarianten geldt dat de opleiding zich voor wat betreft beroepsprofiel, opleidingscompetenties en doelstelling ten minste heeft gebaseerd op het landelijke beroepsprofiel en de opleidingscompetenties zoals vastgesteld in het landelijk overleg tussen de betreffende opleidingen en het beroepenveld. (Zie onder facet 1.1.: “Domeinspecifieke Eisen”). Het auditteam heeft dit opleidingsspecifieke referentiekader beoordeeld en vastgesteld dat het in voldoende mate gespecificeerd is en passend is voor een IVK opleiding op HBO-niveau. Het auditteam heeft dit kader in zijn beoordeling betrokken. Zie voorts onder facet 1.1. De beoordelingsprocedure van Hobéon Certificering kent twee hoofdmomenten: Documentanalyse Het gaat hier om een analyse en beoordeling van door opleiding IVK aangeleverde schriftelijke informatie: Kwaliteitsrapport Studiegids; Onderwijs- en Examen Regeling – OER; Onderliggende documentatie betrekking hebbend op: strategische keuzen en de positie in de markt, interne organisatie, de (systematiek van) interne kwaliteitszorg en de daarmee samenhangende interne managementrapportages en verbetermaatregelen, ontwikkelingen in het beroepenveld, beroeps- en opleidingsprofielen, (validatie) eindkwalificaties, curricula en de interne en externe evaluatie daarvan, werkvormen, toetsing en beoordeling, kwantitatief en kwalitatief personeelsbeleid, internationalisering, instroombeleid, studiebegeleiding, onderwijsrendement. Op basis van de door opleiding IVK aangeleverde documentatie heeft het auditteam zich een beeld kunnen vormen van de primaire en secundaire processen van beide opleidingsvarianten. Het auditteam heeft dit beeld getoetst aan zaken als ambitieniveau, toekomstgerichtheid, innovatief vermogen, kwaliteitsbewaking via interne en externe evaluatie, arbeidsmarktrelevantie, resultaatgerichtheid, continuïteit, studenten- en docentenbelangen.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 3
Voorafgaand aan de visitatie (zie hieronder) werd het management van de betreffende opleiding op de hoogte gesteld van de voorlopige bevindingen van het auditteam op basis van zijn documentanalyse. Audit De audit was gericht op een actieve ‘controle’ door middel van een visitatie1, uitgevoerd door een auditteam waarvan deel uitmaakten twee externe onafhankelijke deskundigen op het gebied van integrale veiligheidskunde, één student, één lead auditor en één secretaris vanuit Hobéon Certificering. Onder ‘controle’ moet hier worden verstaan, dat het auditteam op de niveaus van management, coördinatie, examencommissie, docenten en studenten heeft getoetst of de in de documentatie beschreven beleidsvoornemens en de daaraan gerelateerde uitvoeringsprocessen zijn geïmplementeerd en de overige in de documentatie vervatte informatie verifieerbaar is. Deze verificatie door het auditteam geschiedde enerzijds door verscheidene malen hetzelfde onderwerp met verschillende geledingen te bespreken en anderzijds aan de hand van aanvullende documentatie en -daar waar het de huisvesting en de materiële voorzieningen betreft- ook door eigen waarneming. De aanvullende, tijdens de visitatie geraadpleegde, documentatie behelsde ondermeer: overzichten van de samenstelling van de werkveld gremia waarmee de opleiding overleg voert; verslagen van die bijeenkomsten met het werkveld; overzicht van cv’s van (gast)docenten; netwerkoverzicht docenten; verslagen van de functioneringsgesprekken met docenten; verslagen van docentevaluaties; detailbeschrijving van modules, cases en de daaraan gekoppelde opdrachten; stageverslagen en -beoordelingen; de ‘beroepsproducten’ die gedurende de opleiding door studenten worden opgeleverd; de ‘eindproducten’ van studenten. Aldus had het auditteam voldoende instrumenten om zich op gedetailleerd niveau op de hoogte te stellen van inhoud, opzet, uitvoering en resultaten van het opleidingsprogramma en van de daarmee samenhangende personele, organisatorische, materiële en ruimtelijke voorzieningen in Deventer en Enschede. In Deventer heeft het auditteam op 21 mei 2008 alleen de voorzieningen waargenomen; in Enschede heeft het auditteam de dag daarop de voorzieningen gezien en alle gesprekken gevoerd. Het auditteam heeft op deze wijze alle in het NVAO-Accreditatiekader vermelde facetten beoordeeld, op basis waarvan een samenvattend oordeel per onderwerp werd gegeven. Een en ander werd vastgelegd in een conceptrapport dat aan de opleiding werd voorgelegd voor een toets op eventuele feitelijke onjuistheden. Het voorliggende rapport is de weergave van het oordeel van het auditteam met daarbij de gronden waarop dat oordeel is gebaseerd.
1
De visitatie heeft op 21 en 22 mei 2008 plaatsgevonden.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 4
1.5.2.
Beslisregels
Volgens de NVAO-Beslisregels Accreditatie kan een onderwerp slechts ‘onvoldoende’ of ‘voldoende’ scoren. Een facet kan evenwel, volgens diezelfde regels, ‘onvoldoende’, ‘voldoende’, ‘goed’ of ‘excellent’ scoren. Met dit als uitgangspunt, heeft Hobéon onderstaande beslisregels toegepast. Onderwerp A. Een onderwerp scoort ‘voldoende’, indien alle facetten van dat onderwerp ten minste ‘voldoende’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘onvoldoende’ en de overige ten minste ‘voldoende’ hebben gescoord, mits een acceptabel verbeterplan beschikbaar is voor het facet met de score ‘onvoldoende’. B.
Een onderwerp scoort ‘onvoldoende’, indien één facet van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord en voor dit facet geen acceptabel verbeterplan beschikbaar is.
C.
Een onderwerp scoort ‘onvoldoende’, indien meer dan één facet van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord, ongeacht of er voor die facetten acceptabele verbeterplannen zijn.
Facet D. Binnen de beoordeling van een facet is ruimte voor een eigen afweging van het auditteam: uitvoering en praktijk wegen zwaarder dan beleid en theorie: beter een goed functionerende regeling die slecht is opgeschreven, dan omgekeerd; primaire processen wegen zwaarder dan secundaire. Extra aantekening E. Indien voor een onderwerp een hogere score dan ‘voldoende’ gerechtvaardigd is, wordt dat als ‘extra aantekening’ vermeld en wel met inachtneming van onderstaande regels: een onderwerp krijgt de extra aantekening ‘goed’, indien alle facetten van dat onderwerp ‘goed’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘voldoende’ en de overige facetten ‘goed’ of ‘excellent’ hebben gescoord;2 een onderwerp krijgt de extra aantekening ‘excellent’, indien alle facetten van dat onderwerp ‘excellent’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘goed’ en de overige facetten ‘excellent’ hebben gescoord; een onderwerp krijgt geen extra aantekening, indien één van de facetten van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord
1.5.3.
Auditteam
Het auditteam was als volgt samengesteld: Drs. G.J. (Hans) Stoltenborg, voorzitter en onderwijsdeskundige Dr. W. Ph. (Wouter) Stol, vakinhoudelijk deskundige W. (Wim) Beckmannn, Med, werkvelddeskundige A. (Arjan) Hof, student R.G. (Rob) Peters, secretaris
2
Het NVAO-Accreditatiekader onderscheidt bij onderwerp 2 (“Programma”) acht facetten. Eén ervan betreft de duur van de opleiding. Het daarbij vermelde criterium (240 EC’s ) is evenwel geen (kwaliteits)criterium, maar een formele vereiste waaraan het programma van een opleiding a priori moet voldoen, wil zij in aanmerking kunnen komen voor een HBO Bachelor accreditatie. ‘Duur’ is derhalve van een andere orde dan -bijvoorbeeld- ‘Kwaliteit Personeel’ of ‘Onderwijsrendement’. Bij de beslissing of het onderwerp “Programma” een extra aantekening ‘goed’ dan wel ‘excellent’ verdient, wordt het facet ‘Duur’ dan ook buiten beschouwing gelaten.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 5
Bij het samenstellen van het auditteam heeft Hobéon Certificering er zorg voor gedragen, dat de voor de beoordeling van de opleiding IVK noodzakelijke expertise aanwezig is met betrekking tot de onderwijskundige aspecten (i.c. het primaire proces, de ondersteunende processen en de organisatorische context) en de inhoudelijke aspecten (i.c. het programma in relatie tot het specifieke domein). De deskundigen Wouter Stol en Wim Beckmann hebben zich in hun beoordeling met name gericht op de kwaliteit, actualiteit en relevantie van (i) het richtinggevend domeinspecifieke kader, (ii) de eindkwalificaties, (iii) de programma-inhoud en (iv) de interactie tussen opleiding en werkveld. Bovendien hebben zij de kwaliteit van het personeel en het gerealiseerde niveau beoordeeld. Wouter Stol is onderzoeker bij de Politieacademie en lector Integrale Veiligheidskunde bij de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden. Wim Beckmann is programmaleider Opleidingen bij het Nederlands Instituut voor Fysieke Veiligheid (Nifv). Zij hebben op grond van hun ervaring en positie in het werkveld een goed zicht op de eisen die vanuit de verschillende deelgebieden in het werkveld gesteld worden aan integraal veiligheidskundigen op HBO-niveau. Hans Stoltenborg heeft als voorzitter deze audit geleid. Hij heeft zich daarnaast als deskundige ‘onderwijs’ gericht op de kwaliteit van de processen die direct en indirect de uitvoering van het programma raken. Hij heeft in zijn vorige en huidige functie een aanmerkelijke ervaring opgebouwd die hem in staat stelt de programmaopbouw, het onderwijsproces en de organisatorische context waarbinnen de uitvoering plaatsvindt, te beoordelen in het perspectief van de eisen die aan HBO-opleidingen gesteld worden. Arjan Hof heeft als vierdejaars student IVK bij de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden de onderhavige opleiding vooral beschouwd vanuit het perspectief van de studeerbaarheid, de studielast, de begeleiding van studenten en hun betrokkenheid bij de opleiding Rob Peters is als secretaris voor deze audit opgetreden. Voor de curricula vitae: zie Bijlage I.
1.5.4.
Deelnemers visitatie
Het auditteam heeft tijdens de visitatie gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers vanuit de verschillende geledingen van de voltijd en deeltijd opleiding: management, coördinatoren, docenten, studenten en staf. Voor een volledig overzicht van de deelnemers aan de visitatie: zie Bijlage II.
1.5.5.
Programma visitatie 21 en 22 mei 2008
Zie Bijlage II.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 6
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING
Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Dit onderwerp kent drie facetten: 1. domeinspecifieke eisen; 2. niveau bachelor; 3. oriëntatie HBO.
Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Criterium Het facet ‘Domeinspecifieke Eisen’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk)? Bevindingen Algemeen Saxion Hogeschool heeft op instellingsniveau vastgelegd dat de competenties waartoe wordt opgeleid, mede zijn ontleend aan landelijk opgestelde en gevalideerde beroepsprofielen. Alle Saxion hbo-bachelor opleidingen nemen actief deel aan het landelijk overleg waarin het relevante beroepenveld de beroepsprofielen valideert en waarin de gezamenlijke opleidingen met elkaar komen tot domeincompetenties en opleidingscompetenties. Daarnaast is Saxion altijd (door een directeur) vertegenwoordigd in de sectorraad. In het bilateraal overleg, dat de academiedirecteur heeft met de Raad van Bestuur (RvB), rapporteert de directeur over de vertegenwoordiging in de bovengenoemde overleggen, over de onderwerpen die aan de orde zijn geweest en aan de orde zullen komen en over de terugkoppeling binnen de academie en opleiding. In het kwaliteitsmanagementsysteem en de planning nemen de academie en opleiding op, dat zij eenmaal per vier jaar het beleid met betrekking tot de ‘doelstellingen opleiding’ evalueren en waar nodig bijstellen. Tijdens de instellingsaudit heeft de hogeschool aangetoond dat alle hbo-bacheloropleidingen van Saxion participeren in de landelijke opleidingsoverleggen en dat de dienst Onderwijs & Student van Saxion jaarlijks evalueert of de opleidingen dit beleid uitvoeren. Uit verslagen blijkt, dat de RvB met de academiedirecteur in de bilaterale overleggen het beleid met betrekking tot de landelijke ontwikkelingen ten aanzien van de opleidingscompetenties en de participatie in de landelijke en sectoroverleggen bespreekt. Hiermee is op instellingsniveau voldoende geborgd, dat de opleidingen regelmatig landelijk overleg voeren over de eisen die door vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan de opleiding in het betreffende domein. Beroeps- en opleidingsprofiel De opleiding IVK beschikt over een opleidingsprofiel, waarin de eigen opleidingscompetenties zijn beschreven. Dit profiel is gebaseerd op het landelijk vastgestelde beroepsprofiel, dat in 2003 is opgesteld door de NIBRA, LSOP en VNG en in het najaar van 2006 is herijkt. De curriculumcommissie van de opleiding werkt het beroepsprofiel en curriculum uit naar opleidingscompetenties. Naar aanleiding van het herijken in het najaar van 2006 heeft de opleiding haar beroepsbeeld en competenties in het voorjaar van 2007 bijgesteld. Het auditteam heeft dit beroepsbeeld en de competenties gezien. De kern van het beroepsbeeld van de integraal veiligheidskundige is het discipline overstijgend karakter en het gericht zijn op het samenbrengen en samenwerken van verschillende beroepsgroepen die betrokken zijn bij vraagstukken op het gebied van veiligheid en leefbaarheid.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 7
Saxion heeft dit beroepsbeeld ingekleurd: de opleiding richt zich naast sociale veiligheid nadrukkelijk op fysieke (externe) veiligheid. Deze keuze is tot stand gekomen naar aanleiding van de vuurwerkramp in Enschede in mei 2000 en de nasleep daarvan. Verder is beleidskunde een belangrijke peiler van de IVKopleiding. In het beroepsprofiel worden de taken van de integraal veiligheidskundige ingedeeld naar drie domeinen: bedrijfsmatig, bestuurlijk en maatschappelijk. Er worden drie methodieken onderscheiden: opereren, structureren en coördineren. Zo ontstaat een matrix van negen cellen. De opleiding heeft deze matrix uitgewerkt door in elke cel enkele kerntaken te beschrijven. Deze zijn vermeld in het Onderwijs- en Toetsplan IVK 2007-’08 en 2008-‘09. In elk kwartiel (een onderwijsblok van 10 weken) staan één of enkele kerntaken centraal. Het curriculum is gespreid over zestien kwartielen. Twaalf daarvan brengen de studenten binnenschools door en vier buitenschools voor stage en afstuderen. De binnenschoolse kwartielen betreffen vier kwartielen in de propedeuse, vier voor het tweede jaar, twee voor het derde jaar en twee voor de minor in het vierde jaar. In het propedeusejaar verwerven studenten kennis en vaardigheden op oriënterend niveau, welke de basis vormen voor de hoofdfase. In de hoofdfase verwerven zij competenties op een hoger niveau, doordat de context van opdrachten complexer wordt, de begeleiding en ondersteuning afneemt en de eisen die worden gesteld aan taakuitvoering en de op te leveren beroepsproducten zwaarder worden. Internationalisering Hogeschool Saxion bevindt zich in de Euregio en de opleiding kent daardoor een toenemend aantal Duitse studenten. In Duitsland bestaat alleen een tegenhanger van de opleiding IVK op mbo-niveau. Het streven van de opleiding om 10% van de studenten te laten bestaan uit Duitse studenten. Om de relatie met de Duitse praktijk te versterken zoekt de opleiding naar een Duitser die lid kan worden van de beroepenveldcommissie. Verder wil de opleiding Duitse docenten aantrekken die in de Duitse praktijk staan. De opleiding heeft in een nota ‘Internationaliseringbeleid IVK 2007-’10’ haar voornemens neergelegd. Deze betreffen onder andere het realiseren van een internationaal Engelstalig bachelorprogramma, het uitbreiden van de studentenmobiliteit en creëren van docentenmobiliteit en uitbreiden van het internationale netwerk met partnerinstellingen. De deeltijd opleiding Voor de deeltijd opleiding geldt dat de studenten hetzelfde curriculum volgen als de voltijd opleiding. De beroepsproducten die de deeltijdstudenten maken, de cursussen en trainingen die ze volgen, zijn gelijk aan de producten in de voltijdse variant. Deeltijdstudenten maken voor de integrale opdrachten gebruik van hun eigen of elkaars werkplek. Deeltijdstudenten die een passende werkplek hebben, ontvangen een vrijstelling voor (een deel van) de stage. Om hiervoor in aanmerking te komen, dienen zij een functie te hebben die in zwaarte overeenkomt met de fase van de opleiding. Hiervoor heeft de opleiding criteria geformuleerd. De afstudeeropdracht voeren de deeltijdstudenten uit in het bedrijf of de instelling waar zij werken. Tijdens de audit is in het gesprek met het management van de opleiding aan de orde geweest dat de deeltijd opleiding door de studenten als zeer zwaar wordt ervaren en een te hoge uitval kent. Dit probleem heeft de academie geanalyseerd. Op basis daarvan heeft het managementteam van de academie opdracht gegeven de deeltijdopleidingen (van de academie) opnieuw te ontwerpen, in een meer compacte vorm. Men denkt aan het ontwikkelen van een driejarige variant, met een voorschakel mogelijkheid van een half jaar voor studenten die (nog) onvoldoende zijn gekwalificeerd voor de compacte route. Instroom in deze compacte route moet gaan verlopen via een EVC-procedure.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 8
Ten tijde van de audit is een ontwikkelgroep hiermee bezig; de start van de vernieuwde compacte deeltijdopleiding is voorzien in september 2009. Betrokkenheid werkveld De opleiding kent een beroepenveldcommissie. Deze bestaat uit elf personen, afkomstig van de regionale GGD, de gemeente Enschede, Brandweer Hengelo, Politie IJsselland en uit grote bedrijven en adviesbureaus. Alle bvc-leden zijn werkzaam in de sfeer van veiligheid en milieu en werkzaam in domeingerelateerde instellingen. In het voorjaar van 2007 heeft de opleiding het eigen beroepsbeeld geactualiseerd: in het nieuwe beeld ligt een belangrijk accent op fysieke veiligheid. De beroepenveldcommissie onderschrijft deze keuze. Voorts laat de academie zich bijstaan door een Raad van Advies, bestaande uit zes personen. In deze RvA hebben zitting de gemeentesecretaris van de gemeente Enschede, de vestigingsmanager van CWI, een associated professor van de UT/faculteit Bestuurskunde, een advocaat, een directeur van een bedrijf en een adviseur. In het hiervoor al genoemde Onderwijs- en Toetsplan IVK 2007-’08 en 2008-’09 (dat ten tijde van de audit al ter inzage lag) is helder beschreven hoe de opleiding het curriculum afleidt van het landelijk vastgestelde beroeps- en opleidingsprofiel en in nauwe samenwerking met het beroepenveld formuleert. Oordeel: goed Het auditteam is van oordeel: (i) dat de eindkwalificaties van de opleiding IVK corresponderen met de kerntaken van een beginnend beroepsbeoefenaar en aansluiten bij de eisen die vakgenoten en de beroepspraktijk stellen aan een opleiding IVK; (ii) dat de opleiding de landelijk vastgestelde competenties, op basis van een eigen visie, heeft aangevuld met eigen competenties, deze heeft besproken met de beroepscommissie en door deze commissie heeft laten valideren; (iii) dat uit de competentiematrix die is opgenomen in de leerplannen voor de onderscheiden jaren duidelijk een relatie blijkt tussen de vastgestelde competenties en de opleidingscompetenties. Het auditteam komt tot de slotsom dat de eindkwalificaties van de voltijd en deeltijd opleiding op goede wijze aansluiten bij de eisen die door buitenlandse vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het domein van integrale veiligheid. Het auditteam beoordeelt daarom het facet ‘Domeinspecifieke Eisen’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 9
Facet 1.2. Niveau Bachelor Criterium Het facet ‘Niveau Bachelor’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor? Bevindingen Het auditteam heeft de eindkwalificaties van de opleiding geanalyseerd om te bepalen of deze kwalificaties beantwoorden aan het niveau ‘bachelor’ zoals weergegeven in de zogeheten Dublin Descriptoren. In de Dublin Descriptoren worden vijf dimensies onderscheiden, bij elk waarvan hieronder een beschrijving wordt gegeven in relatie tot de respectieve eindkwalificaties. Deze zijn: Kennis en inzicht: De verwerving van kennis en inzicht vindt plaats in de conceptuele leerlijn. Hierin leren de studenten de voor de beroepsuitoefening relevante concepten, modellen, gezichtspunten en theorieën begrijpen en gebruiken. Toepassen Kennis en inzicht In de integrale leerlijn leren de studenten de kennis en inzichten toe te passen bij het oplossen van beroepsproblemen en bij het maken van beroepsproducten. Oordeelsvorming Oordeelsvorming is aanwezig in de integrale leerlijn. Studenten leren informatie beoordelen, gegevens te ordenen, oplossingsalternatieven af te wegen en conclusies te trekken. Communicatie Vaardigheden op het gebied van communicatie en taalbeheersing worden getraind in de vaardigheidslijn. Toepassing daarvan vindt plaats in de integrale leerlijn. In de propedeuse ligt expliciet het accent op de communicatieve vaardigheden. Leervaardigheden In de studieloopbaanleerlijn leren studenten hun professionele ontwikkeling vormgeven en sturen. Studenten leren reflecteren op en het betekenis geven aan leer- en werkervaringen. Zij worden in de slb ondersteund bij het verhelderen en vaststellen van hun ambities, kwaliteiten en te ontwikkelen competenties. De opleiding is in het voorjaar van 2008 bezig met het opstellen van competentiekaarten voor elk taakgebied. Op deze kaarten wordt aangegeven welke aspecten van de taakuitvoering worden getoetst en beoordeeld. Deze aspecten worden gerubriceerd volgens de vijf Dublin Descriptoren. De curriculumcommissie zorgt ervoor dat alle descriptoren in voldoende mate aan de orde komen, zodat sprake is van het bachelor niveau. Ten tijde van de audit waren deze competentiekaarten tot en met het tweede studiejaar gereed. Oordeel: goed Het auditteam heeft vastgesteld dat de competenties die de opleiding heeft geformuleerd gedurende de voltijd- en deeltijdopleiding alle aan bod komen en deze competenties tot uitwerking komen in de vier leerlijnen, waarlangs de opleiding is opgezet. De opleiding heeft de koppeling tussen de Dublin Descriptoren en de eindkwalificaties uitgewerkt in meetbare gedragsindicatoren. Het auditteam is van oordeel dat de eindkwalificaties van de opleiding aansluiten bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor. Om die reden beoordeelt het auditteam het facet ‘Niveau Bachelor’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 10
Facet 1.3. Oriëntatie HBO Criteria Het facet ‘Oriëntatie HBO’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn de eindkwalificaties van de opleiding mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties? Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor de betreffende opleiding vereist of dienstig is? Bevindingen “Oriëntatie HBO” kent twee dimensies. Hoger onderwijs enerzijds, beroepsonderwijs anderzijds. 1.3.1. Hoger Onderwijs De opleidingscompetenties van de voltijd- en deeltijdopleiding IVK zijn geformuleerd als het vermogen om vraagstukken op te lossen die kenmerkend zijn voor de beroepspraktijk van een beginnende beroepsbeoefenaar. Er worden gedurende de gehele opleiding in zowel de voltijd- als de deeltijdvariant opdrachten aangeboden in vier leerlijnen die opleiden tot het niveau van bachelor zoals dat is vastgelegd in de Dublin Descriptoren. Daarmee heeft de opleiding het behalen van de eindkwalificaties meetbaar gemaakt. 1.3.2. Beroepsonderwijs De competenties van de voltijd- en deeltijdopleiding IVK zijn geformuleerd in termen van beroepscompetenties die aantoonbaar (zie facet 1.1.) in samenspraak met het beroepenveld zijn opgesteld en door dat beroepenveld zowel landelijk als regionaal zijn gevalideerd. De opleiding heeft in de landelijk vastgestelde competenties in overleg met het afnemende beroepenveld eigen internationale accenten aangebracht. 1.3.3. Voor het overige blijkt de ‘Oriëntatie HBO’ ook uit het programma van beide varianten. Zie daarvoor de bevindingen onder facet 2.1.
Oordeel: goed Het auditteam is van oordeel dat de opleidingscompetenties overeen komen met de Dublin Descriptoren en toewerken naar het niveau van bachelor. Op basis hiervan kan de opleiding worden gerekend tot het hoger onderwijs. De opleidingscompetenties zijn geformuleerd in termen van beroepsvaardigheden, die in goede samenspraak met het afnemende werkveld zijn geformuleerd en door deze zijn gevalideerd. Het auditteam oordeelt daarom dat de eindkwalificaties van de opleiding, mede ontleend aan de door het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen, aansluiten bij het niveau van een beginnend integraal veiligheidskundige. Om die reden beoordeelt het auditteam het facet ‘Oriëntatie HBO’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 11
SAMENVATTEND OORDEEL “DOELSTELLINGEN OPLEIDING”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt: ‘Doelstellingen Opleiding’ als voldoende op basis van de navolgende overwegingen: 1 Het auditteam is van oordeel dat de eindkwalificaties van de opleiding op aansluiten bij de eisen die door buitenlandse vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het domein van integrale veiligheid. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Domeinspecifieke Eisen’ als goed. 2 Het auditteam is van oordeel dat de eindkwalificaties van de opleiding aansluiten bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Niveau Bachelor’ als goed. 3 Het auditteam is van oordeel dat de eindkwalificaties van de opleiding mede zijn ontleend aan de door het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en aansluiten bij het niveau van een beginnend integraal veiligheidskundige. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Oriëntatie HBO’ als goed. Extra aantekening Op basis van het bepaalde in § 1.5.2 krijgt een onderwerp de extra aantekening ‘goed’, indien alle facetten van dat onderwerp ‘goed’ hebben gescoord. Bij onderwerp 1 ‘Doelstellingen Opleiding’ is dit het geval. Om die reden voegt het auditteam het oordeel ‘goed’ toe als extra aantekening bij het onderwerp ‘Doelstellingen Opleiding’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 12
Onderwerp 2: Programma Dit onderwerp kent acht facetten: 1.eisen hbo; 2. relatie tussen doelstellingen en inhoud; 3. samenhang programma; 4. studielast; 5. instroom; 6. duur; 7. afstemming tussen vormgeving en inhoud; 8. beoordeling en toetsing.
Facet 2.1. Eisen HBO Criteria Het facet ‘Eisen HBO’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Vindt kennisontwikkeling van studenten plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek? Heeft het programma aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline? Waarborgt het programma de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft het aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk? Bevindingen Kennisontwikkeling via vakliteratuur, interactie met de beroepspraktijk en toegepast onderzoek Het studieprogramma is gespreid over drie fasen: de propedeusefase van één jaar, de middenfase met een duur van tweeëneenhalf jaar en de afstudeerfase van een half jaar. Elke fase is opgedeeld in zogenoemde kwartielen van tien weken. Er zijn zestien van dergelijke kwartielen. Twaalf daarvan brengen de voltijdstudenten binnenschools door en vier buitenschools. In de binnenschoolse kwartielen voeren de studenten integrale opdrachten uit en volgen zij cursussen en trainingen. Deze opdrachten ontleent de opleiding aan problemen bij bedrijven of zijn door docenten geconstrueerd op basis van casuïstiek die bedrijven en de beroepenveldcommissie hebben aangereikt. Voorbeelden hiervan zijn een opdracht over huiselijk geweld, het uitvoeren van een risico inventarisatie en – evaluatie en het uitvoeren van een integrale veiligheidsstudie voor een stadsvernieuwingsproject. Stage en afstuderen geschiedt bij een organisatie in de beroepspraktijk, terwijl de studenten in de minor ‘Fysieke Veiligheid’ een real life project uitvoeren voor een gemeente, brandweerregio of provincie. Verbanden met actuele ontwikkelingen Uit de verslagen van de beroepenveldcommissie kan worden afgeleid dat de actuele ontwikkelingen in het vakgebied worden gevolgd en vertaald naar het onderwijs. Op instigatie van ondermeer het werkveld zijn in 2007 wijzigingen doorgevoerd in het curriculum. Het opleidingsprogramma is in de integrale lijn opgebouwd rond opdrachten die een weergave zijn van actuele ontwikkelingen in de beroepspraktijk. Van de 23 docenten zijn er 16 afkomstig uit het werkveld met jarenlange werkervaring, die jonger is dan vijf jaar. Voorts geven gastdocenten uit de praktijk colleges. Het auditteam was in de gelegenheid een gastcollege deels bij te wonen. Het docententeam heeft een goed zicht op de ontwikkelingen in de relevante disciplines. In de propedeuse wordt het Basisboek Integrale Veiligheid (2006) gebruikt, aan de redactie waarvan docenten van de opleiding hebben meegewerkt. Deeltijdstudenten hebben relevante werkervaring en voeren een deel van de opdrachten uit op hun eigen werkplek. Vanuit het lectoraat ‘Risicobeheersing’ worden veel nieuwe ontwikkelingen ingebracht in het onderwijs. Dit lectoraat heeft, in overleg met enkele adviesbureaus op dat terrein, een compleet scholingsprogramma ontwikkeld, inclusief materialen, wat heeft geleid tot de minor Fysieke Veiligheid. Ook scholing van docenten heeft daarbij aandacht gekregen (zie hiervoor verder facet 3.3). Vanuit het lectoraat worden nieuwe literatuur en uitkomsten van toegepast onderzoek ingebracht.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 13
In het gesprek met het lectoraat en de kenniskring geven de gesprekspartners voorbeelden van door overheden en bedrijven betaalde opdrachten met een rendementsverplichting, die worden uitgevoerd in de genoemde minor. Ontwikkeling van beroepsvaardigheden en verbanden met actuele beroepspraktijk In de vaardigheidslijn is een belangrijke plaats ingeruimd voor de gewenste beroepsvaardigheden. Onderzoeksvaardigheden worden geoefend in integrale opdrachten; hiervoor zijn de competenties geoperationaliseerd in de onderwijseenheden: probleemanalyse, statistiek en onderzoeksvaardigheden 1-3. In de propedeuse leren studenten analyseren, onderzoeksvragen te formuleren, een onderzoeksopzet op te stellen, beschrijvende analyses in SPSS uit te voeren en te rapporteren. In de hoofdfase verdiepen zij hun kennis in de onderwijseenheden ‘hypothesen en statistiek’ en ‘design en statistiek’. De onderzoekslijn gaat verder in de stages en de afstudeerfase. Tijdens stages en in de afstudeerfase is het programma volledig op de praktijkproblematiek gericht en passen studenten de in de opleiding geoefende onderzoeksvaardigheden toe. Het beroepenveld is betrokken bij de begeleiding en toetsing van integrale opdrachten en de beoordeling van studenten in de stages en de beoordeling van afstudeerwerkstukken. Docenten brengen vanuit hun eigen beroepspraktijk praktijksituaties in. De leden van de beroepenveldcommissie willen via het adopteren van een kwartiel nog intensiever worden betrokken bij het onderwijs. Oordeel: goed Het auditteam heeft kunnen vaststellen dat (i) kennisontwikkeling plaatsvindt aan de hand van aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en relevante vakliteratuur en dat het lectoraat en de kenniskring daarin een belangrijke rol spelen; (ii) de opleiding op goede wijze verbanden legt met de beroepspraktijk, waaruit blijkt dat deze praktijk invloed heeft op het curriculum; (iii) de beroepspraktijk betrokken is bij de begeleiding en toetsing van de door de studenten te bereiken competenties en (iv) studenten kennis en vaardigheden van toegepast onderzoek opdoen en onderzoeken uitvoeren tijdens hun stage- en afstudeerperiode. Op basis van deze feiten beoordeelt het auditteam het facet ‘Eisen HBO’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 14
Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Criteria Het facet ‘Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Is het programma een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen? Zijn de eindkwalificaties adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma? Biedt de inhoud van het programma studenten de mogelijkheid de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken? Bevindingen Algemeen Saxion hanteert als uitgangspunt, dat het curriculum van een bacheloropleiding een omvang moet kennen van 240 studiepunten en opgebouwd moet zijn uit een majordeel van 210 studiepunten en een minordeel van 30 studiepunten. Dit heeft Saxion vastgelegd in een bepaling in het Saxion-brede model voor de Onderwijs- en Examenregeling (OER). Alle opleidingen maken gebruik van dit model voor OER van de eigen opleiding In de notitie ‘Verbreding en major- en minorstelsel’ (febr. 2004) heeft Saxion de inhoudelijke uitgangspunten beschreven met betrekking tot de verbreding van opleidingen en het major-minor deel van het programma. De major-minorstructuur is vanaf studiejaar 2006-‘07 in alle bacheloropleidingen geïmplementeerd; vanaf studiejaar 2007-‘08 geldt dat ook voor het beleid ten aanzien van specifieke groepen studenten (deeltijd, duaal, buitenlands). De opleidingsoverzichten, waarin deze major-minor structuur is opgenomen, zijn jaarlijks onderwerp van gesprek in bilaterale overleggen tussen de academiedirectie en de Raad van Bestuur. Adequate concretisering eindkwalificaties De eindkwalificaties van een integraal veiligheidskundige op hbo-niveau zijn geformuleerd in competenties. De curriculumcommissie heeft in nauwe samenspraak met de docenten de competenties geanalyseerd en per competentie de belangrijkste kennis- en vaardigheidselementen vastgelegd. Deze worden vastgelegd in competentiekaarten, die ten tijde van de audit tot en met het tweede studiejaar gereed waren. Vervolgens is het onderwijs ontwikkeld volgens het concept van de vier leerlijnen. In het Onderwijs- en Toetsplan IVK is aangegeven hoe aandacht wordt besteed aan actuele (inter)nationale ontwikkelingen. In elk studiejaar wordt in ten minste één kwartiel aandacht besteed aan de internationale dimensie van het thema dat dan centraal staat. In de blokboeken is vastgelegd hoe dat gebeurt. Een projectgroep heeft voorstellen ontwikkeld voor verdere internationalisering van het programma (zie facet 1.1). Vertaling eindkwalificaties in leerdoelen Bij de analyse is voor elke competentie aangegeven, welke theoretische modellen en concepten worden gebruikt en welke vaardigheden een rol spelen. Hiervoor zijn vervolgens leerdoelen geformuleerd in de blokboeken en leeropdrachten aan verbonden. Deze zijn ondergebracht in de onderwijseenheden van de kennisleerlijn en vaardighedenlijn. De opleiding heeft de leerdoelen geoperationaliseerd in meetbare kennis, vaardigheden en gedrag. De te bereiken leerdoelen worden getoetst. Mogelijkheid om geformuleerde eindkwalificaties te behalen In 2007 is de eerste lichting IVK van 30 studenten afgestudeerd. Op het moment van de audit zijn nog geen kwantitatieve gegevens beschikbaar over het functioneren van de afgestudeerden in het beroepenveld. De opleiding is ten tijde van de audit bezig zijn alumnibeleid vorm te geven.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 15
Hiervóór is bij facet 1.1. aangegeven dat het programma is gebaseerd op opleidingscompetenties die zijn gevalideerd door de beroepenveldcommissie en zijn getoetst aan het in 2003 landelijk vastgestelde en in 2007 bijgestelde beroepsprofiel. Oordeel: goed Het auditteam heeft vastgesteld dat: (i) sprake is van een concretisering van eindkwalificaties in termen van competenties; (ii) deze eindkwalificaties op heldere en inzichtelijke wijze zijn vertaald in leerdoelen op het niveau van colleges en practica, wat is geformuleerd in de blokboeken, welke zijn vertaald in geoperationaliseerde leerdoelen, die worden getoetst; (iii) er sprake is van een onderwijsproces dat de afgestudeerden van de voltijd- en deeltijdopleiding IVK in staat stelt de geformuleerde eindkwalificaties te behalen. Dit is voor het auditteam reden om het facet ‘Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma’ als goed te beoordelen.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 16
Facet 2.3. Samenhang Programma Criterium Het facet ‘Samenhang Programma’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het studieprogramma inhoudelijk samenhangend? Bevindingen Leerlijnenstructuur Het programma van de voltijd- en deeltijd opleiding IVK is consequent opgezet volgens een leerlijnenstructuur. Deze bestaat uit de integrale leerlijn, conceptuele leerlijn, vaardighedenlijn en studieloopbaanontwikkelingslijn. Verticale samenhang In elk van de opvolgende kwartielen heeft verdieping plaats van dat wat in eerdere thema’s is behandeld. Alle opleidingscompetenties komen verscheidene keren aan de orde in het studieprogramma, steeds op een hoger niveau. Dit geldt voor zowel de voltijd- als de deeltijdopleiding. Een hoger competentieniveau wordt verkregen door (i) de student minder aanwijzingen te geven bij de uitvoering van de opdrachten, (ii) meer of zwaardere eisen te stellen aan het beroepsproduct en (iii) de opdrachten in een complexere context aan te bieden. Het hoogste competentieniveau bereikt de student dientengevolge in de buitenschoolse programmaonderdelen aan het eind van de opleiding in de afstudeerfase, waarin sprake is van authentieke praktijksituaties. Uit de Rapportage Saxion Student Survey 2006 blijkt dat 70% van de studenten de opbouw van de studie positief beoordeelt. Horizontale afstemming Binnen een kwartiel zijn programmaonderdelen zoveel mogelijk op elkaar afgestemd. Leidend hierbij zijn de integrale opdrachten, waarbij cursussen in de conceptuele en vaardigheidslijn het verwerven van competenties, die noodzakelijk zijn voor de integrale leerlijn ondersteunen. Uit de Saxion Survey 2006 blijkt dat ongeveer tweederde van de studenten positief oordeelt over de aansluiting van studieonderdelen binnen een studiejaar. Afstemming buitenschoolse en binnenschoolse programmaonderdelen In de binnenschoolse en buitenschoolse opdrachten komen dezelfde competenties en beroepsproducten aan de orde. In het buitenschoolse programma zijn de opdrachten complexer, omdat ze in een authentieke context van een werkorganisatie moeten worden uitgevoerd. Uit een evaluatie in 2007 blijkt dat 68% van de stagiairs vindt dat zij in de eerste jaren voldoende kennis hebben verworven om de stageopdrachten uit te voeren. 80% van de stagiairs vindt dat zijn voldoende vaardigheden daarvoor hebben ontwikkeld. Via studentenenquêtes wordt per kwartiel onderzocht wat het oordeel van de studenten is. Zonodig worden op basis van deze gegevens maatregelen genomen. In het gesprek met studenten melden dezen dat hen in eerste aanleg de samenhang van programmaonderdelen niet altijd helder is, maar dat vaak tijdens de stage ‘het kwartje valt’. Studenten in hun afstudeerfase geven aan dat de stage aansluit bij de opleiding en een recent afgestudeerde student meldt dat hij ‘goed is opgeleid’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 17
Oordeel: voldoende Het auditteam is van oordeel dat door horizontale en verticale afstemming sprake is van inhoudelijke samenhang van het programma van zowel de voltijd- als de deeltijdopleiding, terwijl is voorzien in een periodieke tussentijdse terugkoppeling en programmatische follow-up en een consequent opgezette leerlijnenstructuur. Het auditteam geeft de opleiding als advies mee om consequent aan studenten de samenhang tussen programmaonderdelen duidelijk te maken. Op basis van deze feiten beoordeelt het auditteam het facet “Samenhang Programma’’ als voldoende.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 18
Facet 2.4. Studielast Criterium Het facet ‘Studielast’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het programma studeerbaar doordat factoren die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren, zoveel mogelijk worden weggenomen? Bevindingen Aantal contacturen In de voltijd opleiding is het aantal contacturen in het eerste, tweede en derde studiejaar 25 lesuren van 45 minuten. In de deeltijd opleiding is het aantal lesuren 9 per week. In het vierde jaar wordt de minor aangeboden en de afstudeeropdracht uitgevoerd. Studeerbaarheid programma De opleiding IVK heeft de studieduur uitgedrukt in studiebelastinguren en de studielast in European Credits (EC’s), ofwel studiepunten. De studiepunten worden per kwartiel en per leerlijn uitgewerkt in het ‘Onderwijsen Toetsplan 2007-08’ ( en 2008-‘-09) en verantwoord in de ‘Onderwijs- en examenregeling’. De leeropdrachten, de onderwijsactiviteiten en de toetsen zijn evenwichtig verdeeld over de weken van een kwartiel. Dit wordt schematisch in elk blokboek aangegeven. De opdrachten en activiteiten zijn zodanig gepland dat studenten per week ongeveer 40 uur aan hun studie moeten besteden. Het planningsschema is een hulpmiddel voor studenten om hun eigen leeractiviteiten te verdelen en te plannen. Docenten/tutoren begeleiden de studenten hierbij inhoudelijk, terwijl in de studieloopbaanbegeleidingslijn studenten door de studieloopbaanbegeleiders (slb’ers) worden begeleid in hun studieproces. De ervaring van docenten is dat studenten zich, ondanks deze begeleiding, niet altijd aan de planning houden. Uit de Saxion Student Survey 2006 blijkt dat 53% van de studenten positief is over de spreiding van de studielast. In het onderzoek van 2004 lag dit percentage op 42%. Studenten geven tijdens de audit zelf aan dat over het algemeen de vooraf aangegeven studielast wel klopt, maar dat het per student verschilt. Letterlijk noteert het auditteam de uitspraak van een student: ‘Als je niet goed plant, kom je er vanzelf wel achter’. De studiebelasting schatten zij gemiddeld op 30 uur per week, met enkele uitschieters als er tentamens moeten worden afgelegd. Docenten zullen studenten, meer dan voorheen, aanspreken op hun studiehouding. Docenten en management willen bij de studenten zien dat zij ‘er vol ingaan’ en willen niet de houding van ‘een zesje is genoeg’ accepteren. Studenten met te weinig ambitie en inzet, zullen aan het eind van de propedeuse het advies krijgen met de opleiding te stoppen. Versnelde doorloop Voor studenten die dat willen, bestaat de mogelijkheid van versnelde doorloop. De examencommissie stelt in dat geval in samenspraak met de studenten een individueel studieprogramma vast, waarbij wordt gekeken naar behaalde tentamens, verkregen vrijstellingen en de wensen. Het individualiseren van het studieprogramma wordt begrensd door het daadwerkelijke onderwijsaanbod in de studiejaren. Voor de deeltijdstudie fungeert het project ‘compactisering deeltijd ABR’. Dit is erop gericht deeltijders sneller en efficiënter door de opleiding te loodsen. Dit moet mogelijk worden door EVC-procedures en het inzetten van digitale didactiek (zie hiervoor ook facet 1.1).
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 19
Tijdige terugkoppeling toetsresultaten De opleiding volgt het beleid van de hogeschool, waarin in de OER is vastgelegd dat studenten bij assessments en mondelinge presentaties directe terugkoppeling krijgen. Voor schriftelijke tentamens staat een termijn van 10 en voor werkstukken een termijn van 15 onderwijsdagen. Uiterlijk 20 dagen na de schriftelijke tentamens kunnen studenten kennis nemen van de uitslagen via CWSIS. De studievoortgang wordt bijgehouden met het systeem Volg+. Uit eerdere evaluaties bleek dat studenten niet tevreden waren over de tijdige terugkoppeling. Om dit te verbeteren zijn met ingang van het studiejaar 2006-’07 inzage- en feedbackmomenten ingeroosterd aan het eind van een kwartiel. 77% van de voltijd en 61% van de deeltijdstudenten geeft aan het eind van studiejaar 2006-’07 aan dat de inzage nu goed is geregeld. In het eerste kwartiel 2007-’08 was dit 94% respectievelijk 92%. Oordeel: goed Het auditteam heeft gezien dat de studielast voor studenten voldoende is, deze met studenten wordt besproken en vooraf bij hen bekend is. Door de begeleiding door docenten/tutoren op inhoudelijk gebied en de begeleiding door studieloopbaanbegeleiders van het studieproces zijn waarborgen geschapen die belemmerende factoren waar mogelijk doen wegnemen. Het auditteam ziet dat de opleiding ten aanzien van de tijdige terugkoppeling van studieresultaten maatregelen heeft genomen die succesvol blijken te zijn. Op basis van deze feiten beoordeelt het auditteam het facet ‘Studielast’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 20
Facet 2.5. Instroom Criterium Het facet ‘Instroom’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluit het programma qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek? Bevindingen Instroom algemeen Het instroombeleid voor de opleiding IVK is Saxion-breed geformuleerd. Op hogeschoolniveau is de toelating geregeld volgens de wettelijke eisen. Alleen in uitzonderingsgevallen wordt afgeweken van de toelatingsregels; in een dergelijk geval oordeelt een Saxion-brede toelatingscommissie. De opleiding organiseert voorlichtingsrondes, open dagen, meeloopdagen en study try-outs voor potentiële studenten. Daarbij wordt onderscheid gemaakt naar vwo’ers, mbo’ers en deeltijd-studenten. Op verzoek worden vo- en mbo-scholen bezocht, waarbij IVK studenten zijn betrokken. Om een adequate aansluiting binnen de opleiding met het hogeschoolbrede beleid te waarborgen neemt de propedeusecoördinator van de IVK opleiding deel aan de Werkgroep Instroommanagement en Aansluitingsvraagstukken van de hogeschool. Het instroombeleid is vastgelegd in het ‘Protocol aanmelding, toelating, inschrijving en bekostiging bacheloropleidingen Saxion Hogescholen 2007-2008’. Instroom van havisten en vwo’ers Bij het propedeuseprogramma is rekening gehouden met het beginniveau van instromende studenten: de opbouw is van meer naar minder contacttijd en van minder naar meer zelfstandig studeren. De economische opleidingen van Saxion Hogeschool zijn met enkele vo-scholen begonnen aan het regionale project ‘de derde fase’. Doel hiervan is de overgang van vo naar hbo te verbeteren. Er vinden incidentele uitwisselingen plaats tussen hbo-docenten en vo-docenten. Instroom van mbo-ers Om het rendement van de mbo-instroom te verbeteren en deze instroom te vergroten is een doorlopende leerweg ontwikkeld voor mbo’ers het zgn. MHBO-traject integrale veiligheidskunde. Instroom deeltijdstudenten De deeltijdopleiding richt zich op de studenten met werk- en levenservaring. De gebruikte didactische modellen doen een appèl op die ervaringen. Door het gebruik van opdrachten die in de beroepspraktijk moeten worden uitgevoerd vindt de deeltijdopleiding aansluiting bij de mogelijkheden van deeltijdstudenten. Door de uiteenlopende achtergronden in opleiding en ervaring kunnen deeltijdstudenten in aanmerking komen voor vrijstellingen op basis van reeds eerder verworven competenties. Dit kan leiden tot individuele, op maat gesneden leerroutes. Instroom van anderen Aspirant-studenten die ouder zijn dan 21 jaar en niet voldoen aan de vooropleidingseisen kunnen een toelatingsonderzoek doen. Dit onderzoek wordt Saxion-breed verzorgd door de Dienst Onderwijs en Student. Duitstalige studenten dienen vóór hun inschrijving te bewijzen dat zij de Nederlandse taal in voldoende mate machtig zijn, om het onderwijs te volgen. Zij leggen daarvoor een taaltoets af. Ten tijde van de audit zijn acht Duitse studenten bij de opleiding ingeschreven, waarvan er twee in de hoofdfase zitten.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 21
Oordeel: goed Het auditteam is op basis van bovenstaande waarnemingen van oordeel dat het programma qua vorm en inhoud op goede wijze aansluit bij de kwalificaties van instromende voltijd- en deeltijdstudenten met diverse achtergronden en vooropleidingen, zoals deze zijn beschreven. Het MHBO-traject biedt een goede methodiek om mbo’ers versneld te laten in- en doorstromen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Instroom’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 22
Facet 2.6. Duur Criterium Het facet ‘Duur’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium:3 Voldoet de opleiding aan de formele eis (240 EC’s) m.b.t. de omvang van het curriculum van een HBO bachelor opleiding? Bevindingen Zoals al bij facet 2.2. is beschreven hanteert Saxion als uitgangspunt, dat het curriculum van een bacheloropleiding een omvang moet kennen van 240 studiepunten en elke bacheloropleiding opgebouwd moet zijn uit een majordeel van 210 studiepunten en een minordeel van 30 studiepunten. (zie verder facet 2.2.). Het auditteam heeft het curriculum gezien en heeft kunnen vaststellen dan de voltijd en deeltijd opleiding IVK van Saxion voldoet aan de formele eis van 240 EC’s. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft geconstateerd, dat zowel de voltijd als de deeltijd variant van de opleiding IVK een omvang hebben van 240 EC’s, wat reden is dit facet voor beide varianten als voldoende te kwalificeren.
3
In feite gaat het hier niet om een criterium, maar om een formele vereiste. Zie de voetnoot bij beslisregel E.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 23
Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Criteria Het facet ‘Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAOcriteria: Is het didactisch concept in lijn met de doelstellingen? Sluiten de werkvormen aan bij het didactisch concept? Bevindingen Didactisch concept Alle opleidingen binnen de ABR hebben een gezamenlijke opleidingsvisie die is te duiden als ‘ontwikkelen van competenties door actief te leren via een persoonlijke leerweg’. Deze visie is uitgewerkt in een didactisch concept dat bestaat uit vier leerlijnen die elk een eigen functie hebben maar onderling op elkaar zijn afgestemd. In de integrale leerlijn ontwikkelen studenten de opleidingscompetenties die van betekenis zijn voor de beginnende beroepsbeoefenaar. Zij leren in deze leerlijn vraagstukken oplossen die typerend zijn voor de startende beroepsbeoefenaar. In deze leerlijn worden gesimuleerde en authentieke praktijksituaties gecreëerd. Een voorbeeld daarvan is het rollenspel ‘Gemeenschappelijke veiligheidszorg’ in het derde jaar. De andere leerlijnen ondersteunen hierbij. In de conceptuele leerlijn leren de studenten de beroepspraktijk en theorie met elkaar verbinden. Zij ontwikkelen binnen deze leerlijn inzicht in werkmodellen en concepten die bruikbaar zijn bij de uitvoering van beroepstaken en het oplossen van vraagstukken die zij binnen de integrale leerlijn krijgen voorgelegd. In de vaardigheidslijn leren studenten de beroepsvaardigheden oefenen en verwerven die kenmerkend zijn voor het beroep. Dit is dan naast analytische, probleemoplossende, sociaalcommunicatieve en managementvaardigheden die horen bij het hbo-niveau. In de studieloopbaanontwikkelingslijn leren studenten reflecteren en betekenis geven aan leer- en werkervaringen en worden zij ondersteund bij het vaststellen van hun ambities en te ontwikkelen competenties. Door te werken met de vier hierboven beschreven leerlijnen wordt zowel de voltijd- als de deeltijdstudenten een samenhangend didactisch concept aangeboden, dat hen in staat moet stellen de competenties van een integraal werkend veiligheidskundige te verwerven. Werkvormen in relatie tot het didactisch concept In de integrale leerlijn is de opdracht de belangrijkste werkvorm: deze stimuleert en activeert de student optimaal. Opdrachten zijn er in verschillende soorten, afhankelijk van de te bereiken competenties. Om de integratie van theorie met de praktijk te bevorderen worden in de integrale leerlijn gesimuleerde of authentieke praktijksituaties gecreëerd, onder meer door inbreng van materiaal door werkvelddeskundigen. Deeltijdstudenten brengen zelf probleemstellingen uit hun eigen werkpraktijk in. In de conceptuele leerlijn en vaardighedenlijn zijn opdrachten gericht op het verwerven van kennis en vaardigheden, die de student als gereedschap nodig heeft om vraagstukken in de integrale leerlijn aan te pakken en op te lossen. Studenten worden hierin ondersteund door instructiecolleges, hoor- en werkcolleges en vaardigheidstrainingen. ICT applicaties die tot het basisgereedschap van een IVK’er behoren (I-notes, Excel, Word, B-wise) leren de studenten tijdens de opleiding gebruiken. De studenten leren binnen de module ‘onderzoeksvaardigheden’ werken met het statistische pakket SPSS. Beroepsspecifieke software is het geo-informatiesysteem ‘Argcis’, dat door de brandweer, gemeenten en adviesbureaus wordt gebruikt.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 24
De afgelopen jaren is geëxperimenteerd met Quick Places als elektronische leer- en communicatieomgeving. In de stage en afstudeerfase wordt de student geconfronteerd met het uitvoeren van een authentieke praktijkopdracht. Uit de Saxion Survey 2006 blijkt dat 65% van de voltijd studenten positief is over de gebruikte werkvormen. In de gesprekken met de studenten wordt dit genuanceerd. Oordeel: goed Het auditteam is van oordeel dat de opleiding op goede wijze ervoor zorg draagt dat het didactisch concept in lijn is met de doelstellingen, de gebruikte werkvormen een relatie hebben met dit didactische concept en dat de uitvoering in de praktijk laat zien dat de beroepscompetenties inderdaad worden verkregen door actief leren in een persoonlijke leerweg. Op basis van deze bevindingen beoordeelt het auditteam het facet ‘Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 25
Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Criterium Het facet ‘Beoordeling en Toetsing’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt door de beoordelingen, toetsingen en examens adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd? Bevindingen Toetsen en beoordeling binnen de opleiding IVK De opleiding beschikt met de nota ‘Toetsbeleid Saxion Hogescholen van april 2003 over een vastgelegd toetsbeleid. De functie en inhoud van toetsen, de toetsvormen, de kwaliteit en de organisatie van toetsen zijn vastgelegd. De validiteit en objectiviteit van toetsen beschreven en de wijze waarop de voortgangsbeoordeling en feedback naar studenten vorm krijgt, is vastgelegd. De toetsings- en beoordelingscriteria zijn vastgelegd in blokboeken en de afstudeerhandleiding is inzichtelijk voor alle betrokkenen. Deze sluiten aan bij het niveau van de student (waarbij drie niveaus: beginners-, gevorderden- en expertniveau worden onderscheiden) en bij de domeinspecifieke eisen van de opleiding. Competenties worden getoetst in de integrale leerlijn aan de hand van beroepsproducten, soms in combinatie met een schriftelijke toets, presentatie of professioneel gesprek. Per kwartiel worden twee of drie kennistoetsen afgenomen waarvan meestal één geautomatiseerd en één pen-en-papiertoets. Belangrijke beroepsvaardigheden worden getoetst in assessments (gedragsproeven). In de stage- en afstudeerfase worden studenten in de authentieke werkomgeving getoetst en beoordeeld. Dit geschiedt mede door de bedrijfscoach die een belangrijke adviserende taak heeft. De bevoegdheid voor het toekennen van beoordelingen en het verstrekken van studiepunten blijft liggen bij de bevoegde examinator. In de competentiekaarten die al gereed zijn wordt bepaald welke toetsvormen geschikt zijn om studenten te toetsen op de aspecten van de taakuitvoering; bij de competentiekaarten die nog in ontwikkeling zijn, zal dit eveneens gebeuren. De opleiding gebruikt summatieve (selecterende) toetsen, die per toets 3 EC’s opleveren en formatieve toetsen(die inzicht geven in de vordering en worden gebruikt om te bepalen in hoeverre de student een onderwerp al beheerst). Het aantal formatieve toetsen zal in het komende studiejaar worden uitgebreid. De opleiding werkt aan een systeem waarin alle schriftelijk kennis, inzicht en cognitieve vaardigheidstoetsen worden opgenomen in een toetsbank. Het werken met een geautomatiseerde toetsomgeving (Test Vision) biedt mogelijkheden om de validiteit en betrouwbaarheid van toetsen te bewaken en om plaats- en tijdonafhankelijk te toetsen. Dit laatste komt de persoonlijke leerweg van studenten ten goede. Bij het afsluitende gesprek in het kader van het afstudeerproject worden ook extern gecommitteerden betrokken. Naast een adviserende rol inzake de beoordeling toetsen zij ook in hoeverre afstudeerders het gewenste bachelorniveau hebben gerealiseerd. De toetsmomenten zijn evenwichtig gespreid in de kwartielen: toetsen vinden plaats in week 8 terwijl in week 9 van elk kwartiel de assessments zijn gepland. Mogelijkheid van herkansing zijn er in de loop van het daaropvolgende blok. Ten behoeve van de begeleiding van studenten is er een mentormenu ontwikkeld waarmee de studieloopbaanbegeleiders gemakkelijk toegang krijgen tot de actuele studieresultaten van studenten.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 26
Ongeveer 60% van de studenten vindt dat zij van tevoren voldoende tot goed is geïnformeerd over de beoordelingscriteria. Een groot deel van de studenten was niet tevreden over de organisatie rond het afnemen van toetsen (lokaal waar de toets wordt afgenomen, voldoende aantal tentamenopgaven, instructie van surveillanten). In het gesprek met de medewerkers van kwaliteitszorg, de examencommissie en de studenten blijkt dat de opleiding de organisatie van examens inmiddels in eigen hand heeft genomen, waardoor technische problemen uit het verleden zich niet meer voordoen. Studenten melden dat bij het beoordelen van groepswerkstukken door docenten, individuele beoordeling plaats vindt, doordat in een plan van aanpak de individuele taken van de groepsleden zijn vastgelegd. ‘Meelift gedrag’ van minder presterende studenten wordt op die manier in de beoordeling betrokken. Oordeel: goed Het auditteam stelt vast dat door de formatieve en summatieve beoordelingen, toetsingen en examens adequaat en op gedegen wijze wordt getoetst hoe de studenten vorderen en of zij de leerdoelen van het programma realiseren. Het werkveld is hierbij betrokken. Een toetsbank is in ontwikkeling. De opleiding heeft hiervoor acties uitgezet. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Beoordeling en Toetsing’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 27
SAMENVATTEND OORDEEL “PROGRAMMA”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt het Onderwerp “Programma” voor beide varianten als voldoende op basis van de navolgende overwegingen: 1. Het auditteam heeft vastgesteld dat kennisontwikkeling plaatsvindt aan de hand van aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en relevante vakliteratuur, de opleiding op goede wijze verbanden legt met de beroepspraktijk, deze betrokken is bij de begeleiding en toetsing van de door de studenten te bereiken competenties en dat studenten kennis en vaardigheden van toegepast onderzoek opdoen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Eisen HBO’ als goed. 2. Het auditteam heeft vastgesteld dat sprake is van concretisering van eindkwalificaties in competenties, deze eindkwalificaties zijn vertaald in leerdoelen en dat sprake is van een onderwijsproces dat de afgestudeerden van de voltijd- en deeltijdopleiding IVK in staat stelt de geformuleerde eindkwalificaties te behalen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma’ als goed. 3. Het auditteam is van oordeel dat door horizontale en verticale afstemming sprake is van inhoudelijke samenhang van het programma van zowel de voltijd- als de deeltijdopleiding, terwijl is voorzien in een periodieke tussentijdse terugkoppeling en programmatische follow-up en een consequent opgezette leerlijnenstructuur. Het auditteam geeft de opleiding wel mee om consequent aan studenten de samenhang tussen programmaonderdelen duidelijk te maken. Op basis van deze feiten beoordeelt het auditteam het facet “Samenhang Programma’ als voldoende. 4. Het auditteam heeft gezien dat de studielast voor studenten voldoende is, deze met studenten wordt besproken en bekend is. Er zijn waarborgen geschapen die belemmerende factoren waar mogelijk doen wegnemen. De opleiding heeft ten aanzien van de tijdige terugkoppeling van studieresultaten succesvolle maatregelen genomen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Studielast’ als goed. 5 Het auditteam is van oordeel dat het programma qua vorm en inhoud op goede wijze aansluit bij de kwalificaties van instromende voltijd- en deeltijdstudenten met diverse achtergronden en vooropleidingen. Het MHBO-traject biedt een goede methodiek om mbo’ers versneld te laten in- en doorstromen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Instroom’ als goed. 6 Het auditteam heeft geconstateerd, dat zowel de voltijd als de deeltijd variant van de opleiding IVK een omvang hebben van 240 EC’s, reden het facet ‘Duur’ als voldoende te kwalificeren. 7. Het auditteam is van oordeel dat de opleiding op goede wijze ervoor zorg draagt dat het didactisch concept in lijn is met de doelstellingen, de gebruikte werkvormen een relatie hebben met dit didactische concept en dat de uitvoering in de praktijk laat zien dat de beroepscompetenties inderdaad worden verkregen door actief leren in een persoonlijke leerweg. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud’ als goed. 8. Het auditteam stelt vast dat door de beoordelingen, toetsingen en examens adequaat wordt getoetst of de studenten de leerdoelen van het programma realiseren. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Beoordeling en Toetsing’ als goed. Extra aantekening Op basis van het bepaalde in § 1.5.2 krijgt een onderwerp de extra aantekening ‘goed’, indien alle facetten van dat onderwerp ‘goed’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘voldoende’ en de overige facetten ‘goed’ of ‘excellent’ hebben gescoord. Facet 2.6 ‘Duur’ wordt daarbij buiten beschouwing gelaten. Bij onderwerp 2 ‘Programma’ is dit laatste het geval. Om die reden voegt het auditteam het oordeel ‘goed’ toe als extra aantekening bij het onderwerp ‘Programma’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 28
Onderwerp 3: Inzet van Personeel Dit onderwerp kent drie facetten: 1. eisen hbo; 2. kwantiteit personeel; 3. kwaliteit personeel.
Facet 3.1. Eisen HBO Criterium Het facet ‘Eisen HBO’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt het onderwijs voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk? Bevindingen De academie De academie ABR heeft een Businessplan, dat steunt op vier pijlers: de Onderwijsplannen, het Kwaliteitsplan, de Begroting en het Organisatie- en Personeelsplan. De opleiding heeft in het personeelsplan (Organisatie- en Personeelsplan ABR) vastgelegd aan welke kerncompetenties het personeel moet voldoen om het onderwijs inhoudelijk, onderwijskundig en organisatorisch te realiseren. Deze kerncompetenties zijn: richting geven (leiderschap, coachen, besluitvaardigheid, initiatief); samenwerken (teamgeest en relaties opbouwen) communiceren (sensitiviteit, overtuigen en netwerken), analyseren en interpreteren (probleemanalyse en oordeelsvorming) creëren en strategisch denken (visie, creativiteit, innoveren, omgevingsbewustzijn), uitvoeren (doel- en resultaatgerichtheid, plannen en organiseren, klantgerichtheid, kwaliteitsgerichtheid en zorgvuldigheid en accuratesse) aanpassen (stresstolerantie) en ondernemen (ondernemend handelen, organisatiebewustzijn en financieel bewustzijn). De opleiding IVK Uit analyse van de cv’s van docenten blijkt dat zestien van de 23 van hen een relevante ervaring heeft in het werkveld van de opleiding van korter dan vijf jaar geleden en dat zij deel uitmaken van netwerken. Van deze 23 docenten hebben twintig een academische en drie een hbo opleiding. De opleiding IKV heeft de afgelopen jaren een bewuste wervingsstrategie gevoerd gericht op het aantrekken van docenten die deels in de praktijk willen blijven werken. De opleiding stimuleert dat docenten verbonden blijven met de beroepspraktijk, ook door docentstages en detacheringen. De opleiding IVK heeft een directe verbinding met het lectoraat ‘Risicobeheersing’. De kenniskring van dit lectoraat heeft de minor ‘Fysieke Veiligheid’ ontwikkeld. Diverse onderzoeksprojecten worden begeleid door de lectoren. Docenten van de opleiding zijn verbonden aan de kenniskring. De kenniskring voert het in opdracht van het Inter Provinciaal Overleg (IPO) ontwikkelde scholingsprogramma Externe Veiligheid uit. Het lectoraat heeft op het gebied van ‘onderwijzen van toegepast onderzoek’ een cursus voor docenten ontwikkeld, die wordt afgesloten met een toets in de vorm van een opdracht. Ten tijde van de audit loopt deze cursus. Oordeel: goed Het auditteam heeft vastgesteld dat een groot deel van de docenten een verbinding heeft met het werkveld en dat bij de werving van docenten gericht aandacht wordt gegeven aan de ervaring die kandidaten moeten hebben met de beroepspraktijk. Voorts is er een directe verbinding met kenniskringen, waardoor nieuwe inzichten kunnen gaan doorwerken in het onderwijs. Docenten worden bijgeschoold op het gebied van toegepast onderzoek. Er is naar het oordeel van het auditteam sprake van een docentencorps dat op een goede manier de verbinding legt tussen opleiding en beroepspraktijk. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Eisen HBO’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 29
Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Criterium Het facet ‘Kwantiteit Personeel’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt er voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen? Bevindingen Algemeen Saxion heeft op instellingsniveau het personeelsbeleid ontwikkeld en vastgelegd in de nota ‘Personeelsplanning’ (nov. 2004). De doelstellingen van dit beleid zijn verwoord in een tiental ijkpunten. Alle academies maken op basis hiervan hun personeelsplanning en voeren dit uit. Met betrekking tot de kwantiteit geldt dat de opleiding in haar personeelsplan heeft vastgelegd aan welke kwantitatieve eisen het personeelsbestand moet voldoen om de gewenste kwaliteit te verzorgen. De academies hebben in hun eigen personeelsplan de actuele stand van zaken met betrekking tot de kwantiteit (en kwaliteit) van het personeel beschreven en aangeduid wat de noodzakelijk geachte hoeveelheid personeel zou moeten zijn (zie voor kwaliteit facet 3.3.). Voor de kwantitatieve personeelsplanning geldt de afspraak dat in principe 70% van de formatie wordt ingevuld door medewerkers met een vaste aanstelling en 30% van de formatie flexibel is. Daarnaast geldt de afspraak, dat 70% van de formatie wordt ingezet voor het onderwijs, 20% voor beheer en 10% voor beleid. De academiedirecteur werft en selecteert zijn eigen personeel. Dit doet hij in samenspraak met de Dienst P&O van Saxion, die het proces bewaakt en ondersteunt. Daarbij wordt ook gelet op te herplaatsen docenten. De Raad van Bestuur is eindverantwoordelijk voor het personeelsbeleid. Integrale personeelsplanning moet maatwerk opleveren voor Saxion, haar academies en diensten. In de (meerjaren) begroting, de Management Review en managementrapportage (marap) beschrijven de academiedirecteuren en de RvB de ontwikkeling en de voortgang ten aanzien van het personeelsbeleid. De Dienst P&O biedt daarbij ondersteuning. In de bilaterale overleggen bespreekt de RvB met de academiedirecteuren de kwantiteit van het personeel en de eventuele knelpunten. Samen zoeken zij naar oplossingen om personele problematiek aan te pakken. Waneer dat mogelijk is worden problemen direct opgelost. Tijdens de instellingsaudit is aangetoond, dat Saxion er door integraal personeelsbeleid te voeren voor zorgt, dat op alle academies en opleidingen voldoende personeel wordt ingezet om de gewenste kwaliteit te verzorgen. Uit de verslagen van de bilaterale overleggen blijkt, dat de RvB op basis van de begroting en de informatie uit maraps en de Management Review regelmatig met de academiedirecteuren spreekt over de ontwikkeling en voortgang van het personeelsbeleid op academie/opleidingsniveau. Uit deze verslagen blijkt ook dat Saxion aan academies, waar dat noodzakelijk was, extra ruimte heeft geboden om versneld personeel aan te trekken. Kwantiteit personeel bij de academie en opleiding IVK Op het niveau van de academie is vastgelegd dat 70% van de medewerkers in vaste dienst moet zijn en moet behoren tot de kernbezetting; 20% een tijdelijk contact kan hebben tot maximaal 3 jaar en 10% een contract met een looptijd < 1 jaar. De minimumomvang van een aanstelling moet 0,6 fte zijn. Met deze vaste kern en flexibele schil kunnen schommelingen in de studentenaantallen worden opgevangen. 80% van het personeel is direct betrokken bij het onderwijs, de andere 20% is beheers-, ondersteunend en beleidsvoerend personeel. De formatie van onderwijzend personeel van de opleiding IKV in januari 2007 is 17,11 fte voor onderwijs en contractactiviteiten. Hiervan is 12,91 fte direct inzetbaar voor het onderwijs. De feitelijke docent/student ratio van de opleiding is daarmee 1: 26.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 30
Oordeel: voldoende Het auditteam heeft vastgesteld dat de formatie toereikend is om het onderwijs op het gewenste kwaliteitsniveau te verzorgen. Op basis van deze waarnemingen beoordeelt het auditteam het facet ‘Kwantiteit Personeel’ als voldoende
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 31
Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Criterium Het facet ‘Kwaliteit Personeel’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het personeel gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma? Bevindingen Algemeen Zoals al bij facet 3.2. is beschreven heeft Saxion op instellingsniveau het personeelsbeleid ontwikkeld en vastgelegd en de doelstellingen van dit beleid verwoord in een tiental ijkpunten. Met betrekking tot de kwaliteit van het personeel zijn ijkpunten vastgelegd omtrent de inhoud van het personeelsplan, het vastleggen van de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische kwaliteiten van het personeel, het voeren van gesprekken in de gesprekscyclus en het opstellen van een scholingsplan. Alle academies maken op basis hiervan hun personeelsplanning en voeren dit uit. In hun eigen personeelsplan beschrijven de academies de actuele stand van zaken met betrekking tot de kwaliteit (en kwantiteit) van het personeel en duiden aan wat de noodzakelijk geachte kwaliteit van het personeel in de toekomst zou moeten zijn. Met behulp van een digitaal invulformulier ten behoeve van het verzamelen van kwalitatieve personeelsgegevens, stellen de academies de aanwezige en gewenste kwaliteit vast. Dit formulier heeft de hogeschool in 2006 in een aantal pilots getoetst en in 2007 in de hele organisatie ingevoerd. Saxion heeft de functieprofielen van alle voorkomende functies beschreven en vastgelegd in het Saxion Functiegebouw (augustus 2005). Alle medewerkers van Saxion zijn op basis hiervan ingedeeld. De academies van Saxion hanteren een gesprekscyclus bestaande uit een plangesprek, een voortgangsgesprek en een beoordelingsgesprek. Beleid hieromtrent heeft Saxion vastgelegd in de nota ‘Gesprekscyclus’. In de verschillende gesprekken maken medewerker en leidinggevende resultaatafspraken en worden afspraken gemaakt over de persoonlijke ontwikkeling van de medewerker op de korte en lange termijn (POP). Door het opstellen van het Functiegebouw in 2005 en het indelen van alle medewerkers is duidelijk welke eisen er worden gesteld aan de verschillende functies en wat er derhalve van de medewerkers wordt verwacht. Directeuren, managers en overige leidinggevenden zijn geschoold in het voeren van bovengenoemde gesprekken. Zoals al onder 3.2. is vermeld, beschrijven de academiedirecteuren en de RvB in de (meerjaren) begroting, de Management Review en de marap de ontwikkeling en de voortgang ten aanzien van het personeelsbeleid. In de bilaterale overleggen bespreekt de RvB met de academiedirecteuren de kwaliteit van het personeel en de uitvoering van het personeelsbeleid met betrekking tot de gesprekscyclus en de scholing en ontwikkeling van het personeel. Tijdens de instellingsaudit is aangetoond, dat Saxion werkt aan integraal personeelsbeleid om er voor te zorgen, dat op alle academies en opleidingen het personeel voldoende gekwalificeerd is voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. De digitale vragenlijst, de indeling van het personeel volgens het functieboek en de gesprekscyclus, zorgen ervoor dat de academies zicht hebben op de aanwezige en gewenste kwaliteit van het personeel en zorgen ervoor dat de leidinggevende regelmatig met de medewerkers spreekt over het functioneren, het gewenste ontwikkelingstrajecten en dat (resultaat)afspraken daarover worden vastgelegd. Uit maraps, voorjaarsnota’s en (meerjaren)begrotingen blijkt, dat over ontwikkeling en voortgang van het personeelsbeleid en kwaliteit personeel wordt gerapporteerd. Uit de verslagen van de bilaterale overleggen blijkt, dat de RvB op basis van de informatie uit de verschillende rapportages regelmatig met de academiedirecteuren spreekt over de ontwikkeling en voortgang van het personeelsbeleid op academie en opleidingsniveau.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 32
Op instellingsniveau is er geen scholingsplan. Wel heeft Saxion instellingsbreed ten aanzien van deskundigheidsbevordering een aantal ontwikkelingen in gang gezet. Zo verzorgt Saxion sinds 2006 een eigen cursus voor nieuwe docenten en vanaf begin 2007 een training studieloopbaanbegeleiding. (zie over studieloopbaanbegeleiding ook facet 4.2.) Daarnaast heeft het lectoraat en de kenniskring ‘Assessment’ cursussen ontwikkeld in het kader van ‘Assessment voor HBO-docenten’. Deze cursussen worden vanaf 2007 ingezet. 3.3.2 De opleiding IVK Het ‘’Organisatie en Personeelplan ABR’’ beschrijft aan welke eisen IVK-docenten moeten voldoen. Het zijn competentie beroepsbeoefenaars, die beschikken over onderwijskundige, vakinhoudelijke, agogische en communicatieve en over beoordelings- en organisatie competenties, terwijl zij kennis van en ervaring moeten hebben in het beroepenveld van integrale veiligheidskunde. De opleiding hanteert een systeem van competentieprofielen en functioneringsgesprekken. Voor iedere IVKmedewerker zijn de domeininhoudelijke competenties (vakgebied, opleiding en specialisaties, werkervaring, rollen, functie en dergelijke) vastgelegd in een door de academie zelf ontwikkelde eigen database. Hierin wordt zichtbaar welke docenten en ondersteuners voor welke taken kunnen worden ingezet en hoe hun individuele belasting op jaarbasis is. Ook de uren die worden besteed aan deskundigheidsbevordering worden hierin zichtbaar gemaakt. Deze database is gekoppeld aan een database, waarin de competenties van medewerkers zijn opgenomen. Het management heeft hiermee in een oogopslag zicht op de kwantitatieve en kwalitatieve situatie met betrekking tot het onderwijsgevend en onderwijsondersteunend personeel en inzicht in eventuele discrepanties, wat weer leidend is voor het wervings- en selectiebeleid en scholingsbeleid. Op deze manier is de formatie van de opleiding met ingang van het studiejaar 2006-’07 uitgebreid met specialisten op diverse veiligheidsterreinen. Tijdens de audit is dit systeem aan het auditteam gedemonstreerd. Kwartielevaluaties onder studenten, alsmede feedback van collega-docenten, alumni en personen uit het werkveld geven input voor de functioneringsgesprekken. Medewerkers maken een persoonlijk ontwikkelingsplan, dat in de functioneringsgesprekken aan de orde komt. Deze functioneringsgesprekken zijn onderdeel van de jaarlijkse gesprekscyclus. Het beleid met betrekking tot ontwikkeling en deskundigheidsbevordering is vastgelegd in jaarlijkse scholingsplannen. Elke nieuwe docent krijgt bij in dienst treden een introductiecursus en een didactische scholing, terwijl hem of haar een mentor wordt toegewezen. De tevredenheid van het personeel is blijkens het door ABR uitgevoerde medewerkerstevredenheidsonderzoek goed en laat reeds jaren een stijgende lijn zien. Studenten zijn te spreken over de vakkennis en inzet van de docenten. Oordeel: goed Het auditteam is van oordeel dat de opleiding beschikt over personeel dat inhoudelijk, onderwijskundig en organisatorisch geschikt en in staat is om het onderwijsprogramma te realiseren. De academie en opleiding hebben duidelijk ingezet op de begeleiding en nascholing van docenten. Het auditteam beoordeelt de door de academie ontworpen en in gebruik genomen personeelsdatabase als een goed instrument dat het management daadwerkelijk ondersteunt bij het uitvoeren van zijn taken op het gebied van het personeelbeleid, wat de kwaliteit van de opleiding ten goede komt. Het auditteam beoordeelt op basis van deze waarnemingen het facet ‘Kwaliteit Personeel’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 33
SAMENVATTEND OORDEEL “INZET VAN PERSONEEL”: VOLDOENDE Het auditteam kwalificeert voor beide opleidingsvarianten het Onderwerp “Inzet van Personeel” als voldoende op basis van de navolgende overwegingen: 1. Het auditteam heeft vastgesteld dat er sprake is van een docentencorps dat op een goede manier de verbinding legt tussen opleiding en beroepspraktijk. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Eisen HBO’ als goed. 2. Het auditteam heeft vastgesteld dat de formatie toereikend is om het onderwijs op het gewenste kwaliteitsniveau te verzorgen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Kwantiteit Personeel’ als voldoende. 3. Het auditteam is van oordeel dat de opleiding beschikt over personeel dat inhoudelijk, onderwijskundig en organisatorisch geschikt en in staat is om het onderwijsprogramma te realiseren. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Kwaliteit Personeel’ als goed. Extra aantekening: Op basis van de beslisregels die zijn genoemd in hoofdstuk 1, § 1.5.2 kan een onderwerp een extra aantekening ‘goed’ krijgen als alle facetten als goed zijn beoordeeld, dan wel slechts één van de facetten als voldoende en de anderen als goed. Dit is hier het geval. Om die reden voegt het auditteam het oordeel ‘goed’ toe als extra aantekening bij het onderwerp ‘Inzet Personeel’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 34
Onderwerp 4: Voorzieningen Dit onderwerp kent twee facetten: 1. materiële voorzieningen; 2. studiebegeleiding.
Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Criterium Het facet ‘Materiële Voorzieningen’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn de huisvesting en de materiële voorzieningen toereikend om het programma te realiseren? Bevindingen 4.1.1. Algemeen Binnen Saxion worden de huisvestingsvoorzieningen in overleg met de gebruikers centraal georganiseerd. Daarvoor heeft Saxion een ‘Ruimteverdeelmodel’ (2002) opgesteld met normering van de ruimtebehoefte. Jaarlijks inventariseert de dienst Facilitair Bedrijf (FB) wat de onderwijsruimtebehoefte is, inclusief het medewerkersdeel. Voor nieuwe activiteiten moeten de academies contact opnemen met Bureau Roostering en Planning en FB. Over de materiële voorzieningen en het beheren van de ruimten zijn in het ‘Ruimteverdeelmodel’ ook afspraken vastgelegd. Alle materiële voorzieningen die in de gemeenschappelijke ruimten op de locaties Enschede en Deventer benodigd zijn, beheert Saxion op centraal niveau. (Voor de locatie Apeldoorn, waar alleen het Hoger Hotelonderwijs is gevestigd, is dit niet van toepassing). Ook wettelijke en NEN normen zijn in het model opgenomen. De lange termijnvisie op het huisvestingsbeleid heeft Saxion vastgelegd in het ‘Lange termijn Huisvestingsplan 2006-2011’ (juli 2006). Hierin wordt een integraal huisvestingsbeleid gepresenteerd, waarin alle kwalitatieve en kwantitatieve huisvestingsaspecten worden meegenomen. Doelstelling van het huisvestingsbeleid is het creëren van een ‘open transparante stimulerende werkomgeving’ (OTSWO). De besluitvorming over de jaarlijkse toekenning van de hoeveelheid ruimte en de materiele voorzieningen aan de academies vindt plaats in het bilateraal overleg tussen RvB en de directeur FB. Waar nodig bespreekt de RvB in het bilateraal overleg met de academiedirecteuren eventuele knelpunten. Na de toekenning zijn de academies vervolgens vrij in het naar eigen inzicht verdelen/indelen van die ruimte en het gebruik van de materiële voorzieningen. Op basis van de toepassing van het ‘Ruimteverdeelmodel’ heeft FB jaarlijks een compleet inzicht in de ruimtetoewijzingen aan academies en diensten. Door bezettingsonderzoeken heeft FB tevens inzicht in het feitelijke gebruik van toegewezen ruimten. De Stuurgroep Huisvesting, waarin ook directeuren van academies en diensten participeren, evalueert regelmatig de werking van het model. Ook het beleid voor de informatie- en ict-voorzieningen wordt door Saxion in hoge mate op instellingsniveau ontwikkeld, uitgevoerd en geborgd. De ict-regie ligt in handen van de directie van de dienst Onderwijs & Student (O&S). De implementatie van het ict-beleid vindt plaats door het Informatiseringcentrum van Saxion en door de ict-contactpersonen van de academies en diensten. Intensief contact en overleg met ict-contactpersonen per academie en dienst zorgen er voor dat de ictvoorzieningen afgestemd zijn op de specifieke eisen die het onderwijs en de dienstverlening stellen. De regiegroep ict, waarin het management van de academies en diensten zitting heeft, fungeert als een overlegplatform ten behoeve van de besluitvorming. In het informatiebeleidsplan heeft Saxion de ontwikkelingen tot en met 2010 beschreven. Voorafgaand aan de vaststelling door de RvB is dit plan besproken in het Saxion Management Overleg (SMO) met de directeuren van de academies en diensten.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 35
De directeur van de dienst O&S bespreekt in het bilateraal overleg met de RvB over het ict-beleid en gewenste en noodzakelijke verbeteringen. In de evaluatieonderzoeken van Saxion (Saxion Student Survey (SSS), onderwijsevaluaties op opleidingsniveau en medewerkertevredenheidonderzoek op academieniveau) wordt de tevredenheid over de huisvesting en het gebruik van ict voorzieningen gemeten. Daarnaast kent het Informatiseringcentrum van Saxion eigen evaluatie-instrumenten. Tijdens de instellingsaudit is aangetoond dat Saxion, door jaarlijks integraal te bekijken wat er nodig is aan ruimte en materiële voorzieningen, ervoor zorgt dat voorzieningen op elke academie en opleiding toereikend zijn om de onderwijsprogramma’s ook daadwerkelijk te kunnen realiseren. Het ‘Ruimteverdeelmodel’ is daarvoor een adequaat instrument. In het ‘Lange termijn Huisvestingsplan’ en ‘Informatiebeleidsplan 2006-‘09’ heeft Saxion haar lange termijnvisie helder beschreven. Uit de verslagen van de bilaterale overleggen van de RvB met de academiedirecteuren blijkt dat de RvB met deze directeuren regelmatig spreekt over de benodigde materiële voorzieningen en noodzakelijke en gewenste verbeteringen. Dat Saxion de academies de vrijheid geeft om binnen de hoeveelheid toegewezen ruimte en materiële voorzieningen vervolgens eigen keuzes te maken voor de verdeling/indeling is een goede beslissing, daar elke academie en opleiding zelf het beste weet hoe zij het onderwijs wil inrichten en wat studenten en docenten wensen. 4.1.2. Toereikendheid materiële voorzieningen voor de opleiding IVK In het businessplan 2005-‘09 van de academie zijn de eisen geformuleerd waaraan alle voorzieningen binnen de ABR moeten voldoen. Jaarlijks wordt in overleg met het Facilitair Bedrijf de ruimtebehoefte vastgesteld ten behoeve van de uitvoering van het onderwijs. De locatie Deventer Het auditteam heeft op 21 mei de voorzieningen in Deventer gezien en is onder de indruk van de inrichting van de bibliotheek en het studielandschap. Sinds september 2007 beschikt de academie over een wireless computernetwerk, waardoor studenten met hun eigen laptop kunnen inloggen. Docenten kunnen aan de bibliotheekmedewerkers hun informatieprofiel opgeven, waarna de bibliotheek zorgt voor het signaleren van relevante literatuur. Studenten melden desgevraagd dat het wireless systeem goed werkt en snel is. Studenten communiceren met elkaar en met docenten via e-mail. Zij melden dat dit goed verloopt. De locatie Enschede Op 22 mei heeft het auditteam de voorzieningen in Enschede gezien. In de zomer van 2007 is via een interne verbouwing de Open Transparante Leer Omgeving gerealiseerd, waarin alle infrastructurele voorzieningen aan bod komen. Deventer en Enschede kennen dezelfde faciliteiten voor studenten en docenten. Oordeel: goed Het auditteam heeft tijdens de audit kunnen waarnemen dat de academie en de opleiding IVK de beschikking hebben over een goed geoutilleerde onderwijsomgeving inclusief mediatheek en studielandschap en een wireless netwerk. Het auditteam is van oordeel dat de huisvesting en de materiële voorzieningen goed zijn. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Materiële Voorzieningen’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 36
Facet 4.2. Studiebegeleiding Criteria Het facet ‘Studiebegeleiding’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten adequaat met het oog op de studievoortgang? Sluiten de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten aan bij de behoefte van de studenten? Bevindingen Algemeen Saxion streeft instellingsbreed naar een persoonlijke leerweg voor elke student met toepassing van de instrumenten startgesprek / verkenningsprogramma, studiecontract, persoonlijk ontwikkelingsplan (POP), portfolio en studieloopbaanbegeleiding (slb). Om dit uit te werken heeft Saxion in 2003 het project ‘Persoonlijke Leerweg’ (PLW) opgezet. De inhoudelijke uitgangspunten zijn vastgelegd in de ‘Integrale rapportage Instrumenten PLW’ (maart 2006). De vijf kerninstrumenten van de PLW worden gefaseerd binnen de academies en opleidingen ingevoerd. In het kader daarvan is Saxion in 2006-‘07 gestart met vier zogenoemde ‘proeftuinen kerninstrumenten PLW’. De betreffende academies doen ervaring op met het werken met de instrumenten. Slb vormt daarin de spil. Andere academies hadden de mogelijkheid om in het studiejaar 2006-‘07 ook reeds de kerninstrumenten in te zetten. Op basis van de ervaringen in de proeftuinacademies vindt vanaf studiejaar 2007-‘08 integrale implementatie van de kerninstrumenten plaats. In het Saxion brede model voor de OER heeft Saxion op instellingsniveau zaken rondom studieloopbaanbegeleiding en studieadvisering vastgelegd. Daarin beschrijft Saxion waar de studieloopbaanbegeleiding tenminste aan moet voldoen in de propedeutische en postpropedeutische fase met betrekking tot de gesprekken en de verslaglegging. Ook staan er in dit artikel regels met betrekking tot studieadvisering en een bindend negatief studieadvies. Alle opleidingen maken gebruik van dit model voor de eigen opleidingsOER (Onderwijs en Examenreglement) er ondersteuning van de studieloopbaanbegeleiding kent Saxion een studentvolgsysteem: Volg+. De professionalisering van de studieloopbaanbegeleiding wordt vormgegeven door cursussen die op Saxionniveau worden aangeboden aan medewerkers die de taak van slb’er uitvoeren. (zie daarover ook bij facet 3.3.). Saxion zal de medewerkers die de taak slb’er op het vereiste niveau uitvoeren, gaan certificeren Over de wijze waarop de academie vorm geeft aan het beleid met betrekking tot de studieloopbaanbegeleiding vindt periodiek overleg plaats in het bilaterale overleg tussen RvB en academiedirecteuren op basis van de Management Review. De evaluatieresultaten van de Saxion Student Survey (SSS) worden eveneens in het overleg betrokken. Binnen het project PLW vindt voortdurende evaluatie en ontwikkeling van de zogenaamde ‘kerninstrumenten’ plaats. Tijdens de instellingsaudit is aangetoond dat Saxion werkt aan integraal beleid met betrekking tot de PLW. In de ‘Integrale Rapportage Instrumenten PLW’ heeft Saxion duidelijk beschreven welke vijf kerninstrumenten de academies en opleidingen hanteren, dan wel gaan hanteren, waarmee de academies en opleidingen zorgen dat de studiebegeleiding adequaat is met het oog op de studievoortgang. Door medewerkers te scholen als slb’er en hen daarvoor te certificeren, zorgt Saxion ervoor dat deze medewerkers voldoende competent zijn voor de uitvoering van hun begeleidende taak. Uit de verslagen van de bilaterale overleggen blijkt dat de RvB met de academiedirecteuren spreekt over de studieloopbaanbegeleiding die de academie en opleiding biedt.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 37
Studiebegeleiding bij de opleiding IVK De studiebegeleiding vindt vooral plaats via de studieloopbaanontwikkelingslijn. Elke student wordt gedurende de opleiding begeleid door docenten in de rol van docent/tutor en studieloopbaanbegeleider (slb’er). Docenten begeleiden de studenten individueel, maar tijdens het onderwijs ook in teamverband. 69% van de studenten is tevreden of zeer tevreden over de ondervonden begeleiding. Docenten worden in de Survey 2006 gemiddeld met een 6,3 beoordeeld op hun coachende en begeleidende vaardigheden. Dit heeft de opleiding ertoe gebracht in het studiejaar 2007-’08 de coachingsvaardigheden van docenten te vergroten. Ten tijde van de audit liep dit traject van bijscholing. De begeleiding in de stage en afstudeerperiode wordt verzorgd door een bedrijfscoach en een coach vanuit de opleiding. De taken van deze coaches zijn beschreven in de stagegids en de notitie ‘Afstuderen bij de ABR’. Uit de evaluatie van de stages blijkt dat 80% van de studenten tevreden is over de begeleiding van de opleidingscoach en 75% tevreden is over de bedrijfscoach. Deeltijdstudenten hebben, meer dan voltijdstudenten, een eigen zelfstandige studiehouding. Zij hebben één door de opleiding ingepland functioneringsgesprek; verder wordt het initiatief bij hen gelegd. Hun studiebegeleiding is voornamelijk vraaggestuurd: zij weten de docent/tutor en de slb’er te vinden indien dat nodig is. Anders dan bij voltijdstudenten die in de regel één en dezelfde slb’er houden tijdens hun studie, wisselt de deeltijdstudent in zijn studie van slb’er. Deeltijdstudenten geven in het gesprek met het auditteam aan dat de begeleiders voor hen bereikbaar en beschikbaar zijn. Studenten kunnen in aanmerking komen voor een persoonlijke leerroute op basis van eerder of elders verworven competenties (evc). Voltijdstudenten maken daarvan in mindere mate gebruik dan deeltijdstudenten. Deeltijdstudenten stippelen in overleg met de deeltijdcoördinator een persoonlijke leerroute uit die het meest bij hen past. Vrijstellingen in het kader van evc worden verleend op basis van een besluit van de examencommissie, waarvoor de student bewijslast moet aanvoeren omtrent de verworven competenties. Als competenties worden erkend, hoeft de student de corresponderende onderwijseenheden niet meer te volgen en worden de bijbehorende studiepunten toegekend. In de studieloopbaanontwikkelingslijn werken studenten aan een persoonlijk ontwikkelingsplan. Daarnaast bouwen zij hun eigen portfolio op: de verzameling van opdrachten die zij hebben afgewerkt, wat inzicht geeft in hun vorderingen. Dit ‘pop’ en het portfolio zijn tenminste in het eerste en tweede studiejaar tweemaal per jaar onderwerp van een functioneringsgesprek met de studieloopbaanbegeleider. In het derde en vierde studiejaar ligt het initiatief voor zulke gesprekken bij de student. In de propedeutische fase is de aandacht gericht op de oriëntatie, selectie en verwijzing. In de hoofdfase is de begeleiding gericht op studievoortgang en continuïteit. In de loop van de opleiding verandert de intensiteit van de studieloopbaanbegeleiding. Het initiatief voor de begeleiding wordt gaandeweg de opleiding steeds meer bij de studenten gelegd. Naast de reguliere functioneringsgesprekken tussen student en studieloopbaanbegeleider zijn soms extra gesprekken wenselijk. Het initiatief voor de extra begeleidingsgesprekken kan zowel bij de student als de studieloopbaanbegeleider liggen. In de door ABR gevoerde studieloopbaanontwikkeling benadert de slb’er studenten pro-actief en niet als reactie op ontstane problemen. De begeleiding is vooral gericht op het ontwikkelen van het reflectief vermogen van studenten, op het maken van eigen keuzes en het bewust worden van persoonlijke kwaliteiten. De studieloopbaanontwikkelingslijn sluit daarmee aan op de supervisie die de studenten gedurende hun stageactiviteiten in het derde studiejaar volgen. Ook daarin staan reflectie, bewustwording en zelfsturing centraal.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 38
Vanaf het voorjaar van 2008 wordt de slb in de hoofdfase gericht op het kunnen door studenten maken van een bewuste keuze voor een baan of een vervolgopleiding. In de aanloop daar naar worden de studenten ondersteund bij het maken van afgewogen keuzes in stageplaats, verbredende of verdiepende minor en afstudeeropdracht. 4.2.3. Informatievoorziening Relevante informatie over de opzet, inhoud en vormgeving van het studie- en toetsprogramma ontvangt de student in de introductieweek, in het informatie/introductieboekje, via intranet, via de blokboeken, de stageen afstudeerhandleiding en in de onderwijs en examenregeling (OER). Voor de planning en organisatie van het onderwijs worden daarnaast regelmatig mededelingen gedaan via intranet en de ABR-berichten. Bij de start van de opleiding krijgen de studenten informatie over de opleidingscompetenties van de opleiding IVK. In elk kwartiel wordt bij de integrale opdrachten aangegeven welke opleidingscompetenties in het blok aan de orde zijn. Daarbij wordt verwezen naar het competentieprofiel. Uit de Saxion Student Survey blijkt dat driekwart van de studenten vindt dat zij adequaat worden geïnformeerd over de studieresultaten. De informatie via blokboeken en handleidingen wordt door 70% van hen positief gewaardeerd evenals de informatie over roosters en beschikbaarheid van docenten. In het gesprek met het auditteam bevestigen de studenten dit beeld. 4.2.4. Klachtenregeling De ABR heeft sinds het studiejaar 2007-’08 een eigen klachtenregeling. Deze regeling is een uitwerking van de regeling die op hogeschoolniveau is vastgesteld. De studenten zijn bekend met deze regeling en de klachtencommissie van de ABR handelt klachten van studenten af. 4.2.5. Aansluiting bij behoefte van studenten 65% van de studenten is tevreden over de mogelijkheden om de persoonlijke leerweg vorm te geven. 83% van de studenten vindt dat zij voldoende tot goed wordt gestimuleerd om zelfstandig te werken. Uit studentenevaluaties blijkt dat 63% ontevreden is over de mate waarin het portfolio ondersteuning bood bij het ontwikkelen van hun studieloopbaan. 60% is ontevreden over de mate waarin het opstellen en bespreken van de ‘’pop’’ helpt bij het zicht krijgen op de persoonlijke ontwikkeling. De studenten geven in het gesprek met het auditteam aan dat ‘het niet zoveel heeft opgeleverd’. Enkelen melden dat voor hen belangrijker is dat zij een goede band hebben met hun mentor en dat de gesprekken stimulerend zijn. De opleiding heeft op deze bevinding gereageerd door een plan te ontwikkelen om de instrumenten ‘pop’ en portfolio beter in te bedden in het concept ‘persoonlijke leerweg’.
Oordeel: goed Het auditteam heeft kunnen vaststellen dat de opleiding een goed geborgd systeem van studieloopbaanbegeleiding hanteert, deze goeddeels aansluit bij de behoefte van studenten en dat de studenten daarover tevreden zijn. De informatieverstrekking aan studenten is in orde. De opleiding heeft inmiddels maatregelen genomen op negatieve signalen rond ‘pop’ en portfolio. Op basis van deze waarnemingen beoordeelt het auditteam het facet ‘Studiebegeleiding’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 39
SAMENVATTEND OORDEEL “VOORZIENINGEN”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt het onderwerp ‘Voorzieningen’ als voldoende op basis van de navolgende overwegingen: 1. Het auditteam heeft tijdens de audit kunnen waarnemen dat de huisvesting en de materiële voorzieningen goed zijn. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Materiële Voorzieningen’ als goed. 2. Het auditteam heeft kunnen vaststellen dat de opleiding een goed geborgd systeem van studieloopbaanbegeleiding hanteert, dat aansluit bij de behoefte van studenten en dat de informatieverstrekking aan studenten in orde is. Op basis van deze waarnemingen beoordeelt het auditteam het facet ‘Studiebegeleiding’ als goed. Extra aantekening Op basis van de beslisregels die zijn genoemd in hoofdstuk 1, § 1.5.2 kan een onderwerp een extra aantekening ‘goed’ krijgen als alle facetten als goed zijn beoordeeld. Dit is hier het geval. Om die reden voegt het auditteam het oordeel ‘goed’ toe als extra aantekening bij het onderwerp ‘Voorzieningen’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 40
Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Dit onderwerp kent drie facetten: 1. evaluatie resultaten; 2. maatregelen tot verbetering; 3. betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld.
Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Criterium Het facet ‘Evaluatie Resultaten’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt de opleiding periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen? Bevindingen Algemeen Saxion hanteert sinds 2002 een set kengetallen en daarbij behorende streefcijfers voor de bacheloropleidingen. Deze streefcijfers representeren de doelstellingen op instellingsniveau. In 2004 heeft Saxion deze kengetallen geactualiseerd en vastgelegd in de nota ‘Saxion Kengetallen’ (sept. 2004). Saxion heeft toetsbare streefdoelen vastgelegd voor de tevredenheidsonderzoeken op instellingsniveau. Deze hebben geresulteerd in kengetallen ‘studenttevredenheid’ en ‘alumni-tevredenheid’. Op instellingsniveau neemt Saxion elke twee jaar de Saxion Student Survey (SSS) af. De Saxion Student Survey 2006 is hiervoor al meermalen genoemd. Daarnaast benadert Saxion al haar alumni in elk geval na hun afstuderen om een oordeel te geven over de gevolgde opleiding, door hen te vragen mee te werken aan de HBO-Monitor dan wel aan het Saxion Alumni Onderzoek. Deze onderzoeken vinden één maal per twee jaar plaats, waarbij in het ene jaar de HBO-monitor wordt afgenomen en in het andere jaar het eigen Saxion Alumnionderzoek plaatsvindt. De afdeling Onderwijsontwikkeling & Kwaliteitszorg van de dienst Onderwijs & Student coördineert deze onderzoeken en rapporteert over de uitkomsten. De uitkomsten van deze Saxion onderzoeken worden in het Saxion Management Overleg (SMO) besproken. Indien noodzakelijk leiden deze uitkomsten tot verbetermaatregelen of nader onderzoek naar mogelijke oorzaken. Tevredenheidsonderzoeken onder medewerkers en werkveld vinden nog niet plaats op centraal niveau. Iedere academie stelt een operationeel evaluatieplan op, waarmee onder andere de opleidingen periodiek geëvalueerd worden. De academie moet de Saxion streefdoelen hanteren en wordt gestimuleerd om, daar waar het niet mogelijk is deze streefdoelen te behalen, met argumenten aan te geven welke afwijkingen nodig zijn. Ook voor de eigen evaluaties moet de academie passende streefdoelen vaststellen. Een samenvatting van het operationele evaluatieplan is vast onderdeel in het businessplan van de academie. Dit businessplan wordt in het bilateraal overleg door de RvB goedgekeurd. Saxion hanteert een pdca -cyclus, waarin is vastgelegd dat iedere academie beleid opstelt, uitvoert en regelmatig evalueert. Ieder jaar wordt een p&c kalender opgesteld, waarin Saxion de belangrijke data vermeldt en beschrijft wat de aandachtspunten op instellingniveau en de hoofdthema’s van de bilaterale overleggen tussen RvB en (academie) directeuren zijn in het betreffende jaar. Academies stellen jaarlijks een Management Review op, waarin ze verantwoording afleggen over het gevoerde beleid en de gerealiseerde resultaten. Het SKB (‘Saxion Kwaliteitskader Bacheloropleidingen’) vormt het referentiekader voor deze managementreview. Het bevat 33 door Saxion vastgestelde items en daaraan gekoppelde ijkpunten. Daarin vermelden zij bij elk item expliciet wat zij hebben gedaan in de pdcacyclus. Bij de items 26 - ‘betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld’; 27 - ‘evaluatie resultaten’; 28 - ‘maatregelen tot verbetering’ en 30 - ‘tevredenheid’ geven zij een aparte beschrijving van de uitgevoerde en geplande kwaliteitszorg binnen de academie en opleiding.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 41
De bilaterale overleggen vinden drie maal per jaar plaats en betreffen de beleidsontwikkeling, uitvoering en realisatie van verbeterbeleid op basis van het businessplan, resp. (meerjaren)begroting, het daarin beschreven evaluatieplan en de Management Review. De afdeling O&K adviseert en ondersteunt bovenstaande processen op de academies en opleidingen. Een aantal academies (en diensten) heeft een aparte kwaliteitszorgfunctionaris aangesteld; anderen hebben de verantwoordelijkheid voor de interne kwaliteitszorg bij een van de managers gelegd of hebben daar een docent/medewerker voor vrijgeroosterd. De kwaliteitszorgfunctionarissen vormen tezamen met beleidsmedewerkers van de afdeling O&K, een Saxion Overleg Kwaliteitszorg (SOK). Daarin spreken zij onder andere met elkaar over de uitvoering van de evaluaties. Dit overleg vindt circa iedere 6 à 8 weken plaats. Tijdens de instellingsaudit is aangetoond, dat Saxion op centraal niveau kengetallen en streefcijfers heeft vastgesteld, die de academies en opleidingen gebruiken bij het evalueren van hun opleiding. Aangetoond is dat Saxion Student Survey (SSS), Saxion Alumni onderzoek en de HBO-monitor tweejaarlijks plaats vinden en dat de uitkomsten worden geanalyseerd en besproken met de academiedirecteuren. Het SKB borgt dat de academies en opleidingen jaarlijks in hun Management Review rapporteren over het geëvalueerde en nog te evalueren beleid. Uit de planning en de verslagen van de bilaterale overleggen blijkt, dat de RvB jaarlijks met de academiedirecteuren spreekt over de Management Review. Opleidingsspecifieke evaluaties zoals moduulevaluaties al dan niet gekoppeld aan het functioneren van de docenten vinden plaats op academie- en opleidingsniveau. 5.1.2. Periodieke evaluatie binnen de academie ABR en opleiding IVK In het kwaliteitsplan ABR, met de titel ‘Kwaliteit, de zorg van ons allen’ (februari 2006) is de kwaliteitszorg voor de Academie Bestuur en Recht beschreven. Onderdelen van dit plan zijn (i) de visie op kwaliteit en kwaliteitszorg, (ii) de organisatie van de kwaliteitszorg, (iii) de kwaliteitsonderzoeken op instellings- en academieniveau en (iv) de planning van die onderzoeken. In dit kwaliteitsplan wordt per jaar aangegeven welke kwaliteitsonderzoeken op instellingsniveau en academieniveau worden uitgevoerd. Het auditteam heeft op basis van documentatie én in de gesprekken kunnen vaststellen dat, als uitwerking van dit kwaliteitsplan, zeer regelmatig wordt getoetst welke resultaten zijn behaald. Indien de resultaten daartoe aanleiding geven, worden verbeterplannen opgesteld en doorgevoerd. Voor de tevredenheid van het werkveld wordt thans op centraal niveau een onderzoek opgezet, waarin de academie participeert. Streefwaarden voor de tevredenheid van het werkveld zijn nog niet geformuleerd. De academie heeft een procedure ontwikkeld om de tevredenheid van het werkveld over het niveau van afstudeerders te meten. Van de opleiding IVK zijn echter de eerste studenten in het studiejaar 2006-‘07 afgestudeerd, waardoor voor de opleiding IVK nog geen gegevens beschikbaar zijn, anders dan uit de gesprekken die de opleiding heeft gevoerd en voert met vertegenwoordigers van het werkveld. Oordeel: goed Het auditteam heeft kennis genomen van het Saxion Kwaliteitskader Bachelor en de werking daarvan op centraal niveau, op academieniveau en op het niveau van de voltijd- en deeltijdopleiding IVK. Het auditteam is van oordeel dat de opleiding op goede wijze ervoor zorgdraagt dat de opleiding periodiek wordt geëvalueerd aan de hand van toetsbare streefdoelen. Het auditteam beoordeelt daarom het facet ‘Evaluatie Resultaten’ als goed.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 42
Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Criterium Het facet ‘Maatregelen tot Verbetering’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Vormen de uitkomsten van periodieke evaluaties van de opleiding de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen? Bevindingen Effecten van periodieke evaluaties In het kwaliteitsplan van de academie wordt aangegeven op welke wijze verbetermaatregelen worden getroffen. Resultaten uit de verschillende kwaliteitsonderzoeken worden teruggekoppeld naar de verschillende resultaatverantwoordelijke teams (curriculumcommissie, werkgroep studieloopbaanbegeleiding enzovoort). Deze teams formuleren verbetermaatregelen. Als de verbetermaatregelen binnen de uitgangspunten en kaders van de opleiding en academie passen, worden ze direct uitgevoerd. In andere gevallen worden ze voorgelegd aan en besproken in het beleidsadviesteam, en na vaststelling uitgevoerd. Zonodig worden de beleidskaders herzien. Belangrijke instrumenten voor kwaliteitsverbetering zijn de zogenoemde quickscan en de daarop volgende panelgesprekken in elk kwartiel. Kwartielcoördinatoren, het bureau kennistransfer en de coördinator buitenschools leren spelen een belangrijke rol bij het formuleren en doorvoeren van verbetermaatregelen. In de jaarlijkse ‘stand van zakennotitie’ worden verbetermaatregelen voorgesteld die o.a. gevolgen hebben voor de beleidsrijke begroting van het volgend jaar. In de gesprekken die het auditteam heeft gevoerd is duidelijk geworden dat het kwaliteitsbewustzijn goed is verankerd in de opleiding. Alle betrokkenen dragen bij, door signalen te geven, die vervolgens worden geanalyseerd en wanneer wenselijk of noodzakelijk worden verwerkt in het onderwijsprogramma of ondersteunende faciliteiten en processen. Als voorbeeld hiervan mag het volgende dienen: tijdens de audit werd door het management van de opleiding aangegeven dat inmiddels was onderkend dat een verbetering gewenst was met betrekking tot de begeleiding van afstudeerders (zie facet 6.1, hierna), dat hierop al acties waren genomen maar dat hiervoor nog geen plan was uitgeschreven. Vervolgens heeft de opleiding binnen korte tijd dit plan op papier gezet en aan het auditteam overlegd. Oordeel: goed Het auditteam heeft kennisgenomen van de uitkomsten van diverse evaluaties en vastgesteld dat op basis hiervan verbeteringen worden doorgevoerd in het programma van de voltijd- en deeltijdopleiding. Naar oordeel van het auditteam toont de opleiding overtuigend aan dat het kwaliteitszorgsysteem, gebaseerd op de pdca-cyclus, zorgvuldig wordt gehanteerd en in de praktijk werkt. Het auditteam ziet het bewijs dat verbeteringen aantoonbaar worden doorgevoerd én dat sprake is van betrokkenheid van het management en de docenten bij deze verbeteringen en beoordeelt dit facet daarom als ‘goed’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 43
Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Criterium Het facet ‘Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn -en zo ja op welke wijze- medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld actief betrokken bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding? Bevindingen Algemeen Op instellingsniveau heeft Saxion de volgende afspraken vastgelegd: De medewerkers worden bij de interne kwaliteitszorg van de instelling/academie/opleiding betrokken via de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR), de Academieraad, de Opleidingscommissie en de Examencommissie. Daarnaast worden de medewerkers bij de kwaliteitszorg betrokken via evaluaties (o.a. (Saxion) medewerkerstevredenheidsonderzoek, Preventief Medisch Onderzoek (voorheen: PAGO) en Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E)). De studenten worden bij de interne kwaliteitszorg van de instelling, de academie en de opleiding betrokken via de GMR, de Academieraad en de Opleidingscommissie. Daarnaast worden de studenten bij de kwaliteitszorg betrokken via evaluaties (o.a. Saxion Student Survey en studenttevredenheidsonderzoeken van de eigen academie/opleiding). De alumni worden bij de interne kwaliteitszorg van de instelling, de academie en de opleiding betrokken door het Saxion en/of academiespecifieke alumnibeleid en door alumnionderzoeken (o.a. Saxion Alumni Onderzoek, HBO-monitor). Het beroepenveld wordt bij de interne kwaliteitszorg van de academie en opleiding(en) betrokken via de Beroepenveldcommissie en eventueel een Raad van Advies. In de GMR wordt gestreefd naar een evenredige vertegenwoordiging van twaalf personeelsleden en twaalf studenten. Ook in de Academieraad, die elke academie moet hebben, moeten personeelsleden en studenten evenredig vertegenwoordigd zijn. De GMR kent een vergadercyclus van zes weken en is een belangrijke gesprekspartner voor de RvB. De academieraden kennen hun eigen vergadercyclus. Voorgenomen besluiten worden voorgelegd aan de GMR, resp. de Academieraad van elke academie. De wijze waarop academies invulling dienen te geven aan de wettelijke verplichting om per opleiding een opleidingscommissie in te stellen, heeft Saxion in de Kaderregeling Opleidingscommissies vastgelegd. Het instellen van een opleidingscommissie valt formeel onder de verantwoordelijkheid van de academiedirecteur. Zoals al bij facet 5.1. is vermeld wordt op instellingsniveau elke twee jaar de Saxion Student Survey (SSS) afgenomen. In 2005 heeft Saxion op instellingsniveau alumnibeleid vastgelegd in de notitie ‘Saxion Alumnibeleid’, waarin de uitgangspunten, de doelen en de activiteiten van het alumnibeleid zijn beschreven. Daarnaast beschikken diverse academies over eigen alumnibeleid. Zoals al bij facet 5.1. is vermeld benadert Saxion al haar alumni in elk geval na hun afstuderen om een oordeel te geven over de gevolgde opleiding. Alle beroepenveldcommissies komen minimaal twee maal per jaar bijeen. De diensten Algemeen Bestuurlijke Zaken (ABZ) en Onderwijs en Student (O&S) bewaken de uitvoering van het beleid ten aanzien van betrokkenheid van diverse groeperingen. Eén keer per twee jaar evalueert Saxion de werking van de beroepenveldcommissie en de opleidingscommissie bij elke opleiding. Dit gebeurt in de p&c cyclus.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 44
Tevens beschrijven de academies jaarlijks in hun Management Review in hoeverre het voorgenomen beleid ten aanzien van dit facet binnen de academie is gerealiseerd in het voorafgaande jaar en welke verbeteracties er zijn voor het komende jaar. De RvB bespreekt met de directie van de academie tijdens het bilateraal overleg de informatie betreffende dit facet op basis van de Management Review. Tijdens de instellingsaudit is kennisgenomen van de afspraken, die Saxion heeft gemaakt met de academies en opleidingen in het kader van het betrekken van vier genoemde geledingen. Uit de jaarverslagen en de diverse Management Reviews blijkt, dat de instelling, de academie en de opleiding over de betrokkenheid van de voorgeschreven groeperingen jaarlijks rapporteert. Het SKB borgt dat deze rapportage geschiedt. Saxion heeft een ‘Reglement Klachtenmanagement Saxion Hogescholen’. Daaronder vallen alle klachtenregelingen, die Saxion kent. Er is een Meldpunt Integriteit en Klachten ingesteld, dat het centrale loket binnen Saxion vormt voor alle klachten op allerlei gebied en vragen of verzoeken rondom integriteit. Bij dit Meldpunt is een integriteitfunctionaris benoemd, die borgt dat de klachten worden afgehandeld. Deze integriteitfunctionaris kan ook benaderd worden voor melding van (vermoeden van) een misstand binnen Saxion Hogescholen. Tevens is er een Klachtenfunctionaris studenten van Saxion Hogescholen benoemd. Voor bezwaren tegen uitspraken van de Examencommissie heeft Saxion een College van Beroep Saxion Hogescholen. Tijdens de instellingsaudit is kennisgenomen van het reglement Klachtenmanagement Saxion Hogescholen’. Saxion borgt hiermee op centraal niveau dat klachten van alle studenten en medewerkers van Saxion Hogescholen naar behoren worden afgehandeld. Betrokkenheid van medewerkers bij de opleiding IVK Medewerkers participeren in resultaatverantwoordelijke teams die verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van belangrijke onderwijsprocessen en -producten. In de kwartielevaluaties en in vergaderingen van diverse werkgroepen worden hun opvattingen over de gang van zaken gepeild. Betrokkenheid van studenten bij de opleiding IVK Voltijd- en deeltijdstudenten worden betrokken bij de evaluatie van het onderwijs en bij de ontwikkeling van nieuwe onderwijsblokken. Dit geschiedt via de tweejaarlijkse Saxion Student Survey, die centraal wordt georganiseerd en via de blokevaluaties in elk kwartiel in elk leerjaar van de opleiding IVK, via het stageonderzoek, waarin voltijd- en deeltijdstudenten samen met hun stagebegeleider evalueren en via het afstudeeronderzoek, waarin studenten met hun afstudeerbegeleider evalueren. Voorts komen alle aspecten van de opleiding aan de orde in de gesprekken die voltijd- en deeltijdstudenten hebben met de studieloopbaanbegeleiders. Resultaten van evaluaties worden aan alle studenten bekend gemaakt. De wijze van communiceren over verbetermaatregelen is vastgelegd in het kwaliteitsplan. Betrokkenheid van alumni bij de opleiding IVK Op centraal niveau is het alumnibeleid vastgelegd. Het bureau Kennistransfer geeft prioriteit aan het ontwikkelen van alumnibeleid voor de ABR. De opleiding IVK heeft sedert augustus 2007 zijn eerste afgestudeerden. Inmiddels heeft de opleiding een plan van aanpak ontwikkeld om het alumnibeleid vorm te geven. Dit moet ertoe leiden dat vanaf juli 2008 gestructureerd contact wordt onderhouden met de alumni van de opleiding IVK. 5.3.5. Betrokkenheid van het afnemend beroepenveld bij de opleiding IVK Het beroepenveld is op strategisch niveau betrokken via de Raad van Advies van de academie en op tactisch en operationeel niveau via de beroepenveldcommissie van IVK. In elk blokboek wordt in een aparte paragraaf beschreven op welke wijze deskundigen uit het beroepenveld worden ingezet bij het onderwijs in het betreffende blok.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 45
Het beroepenveld wordt ook betrokken bij de evaluatie van het niveau van de afstudeerders. De inbreng van het afnemend beroepenveld werkt op deze wijze door naar de interne kwaliteitszorg van de opleiding. Oordeel: goed Het auditteam heeft kennisgenomen van de wijze waarop diverse gremia betrokken zijn, dan wel binnenkort betrokken zullen worden, bij de interne kwaliteitszorg van de voltijd- en deeltijdopleiding en beoordeelt de hiervoor gehanteerde processen en de uitwerking daarvan als goed. Het auditteam heeft kunnen vaststellen dat het betrekken van de verschillende groeperingen niet alleen ‘luisteren naar’ inhoudt, doch dat er wordt gewerkt met de ontvangen signalen. Deze worden verwerkt in verbeterplannen, die vervolgens, voorzien van ‘mensen en middelen’ worden uitgevoerd. Om die reden beoordeelt het auditteam het facet ‘Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld’ als goed.
SAMENVATTEND OORDEEL “INTERNE KWALITEITSZORG”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt het onderwerp ‘Interne Kwaliteitszorg’ als voldoende op basis van de navolgende overwegingen: 1. Het auditteam heeft kennisgenomen van de werking van het Saxion Kwaliteitskader Bachelor en is van oordeel dat de opleiding op goede wijze ervoor zorgdraagt dat de opleiding periodiek wordt geëvalueerd aan de hand van toetsbare streefdoelen. Het auditteam beoordeelt daarom het facet ‘Evaluatie Resultaten’ als goed. 2. Naar oordeel van het auditteam toont de opleiding overtuigend aan dat het kwaliteitszorgsysteem, gebaseerd op de pdca-cyclus, zorgvuldig wordt gehanteerd en in de praktijk werkt. Het auditteam ziet het bewijs dat verbeteringen aantoonbaar worden doorgevoerd én dat sprake is van betrokkenheid van het management en de docenten bij deze verbeteringen. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Maatregelen tot Verbetering’ daarom als goed. 3. Het auditteam heeft kennisgenomen van de wijze waarop diverse gremia betrokken zijn, dan wel binnenkort zullen worden, bij de interne kwaliteitszorg van de voltijd- en deeltijdopleiding en beoordeelt de hiervoor gehanteerde processen en de uitwerking daarvan als goed. Extra aantekening: Op basis van de beslisregels die zijn genoemd in hoofdstuk 1, § 1.5.2 kan een onderwerp een extra aantekening ‘goed’ krijgen als alle facetten als goed zijn beoordeeld. Dit is hier het geval. Om die reden voegt het auditteam het oordeel ‘goed’ toe als extra aantekening bij het onderwerp ‘Interne Kwaliteitszorg’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 46
Onderwerp 6: Resultaten Dit onderwerp kent twee facetten: 1. gerealiseerd niveau; 2. onderwijsrendement.
Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Criterium Het facet ‘Gerealiseerd Niveau’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn de gerealiseerde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties? Bevindingen 6.1.1 Gerealiseerd niveau Het niveau van afstuderen van de IVK-studenten wordt geborgd door middel van richtlijnen die de academie heeft opgesteld voor het afstuderen, waarin beoordelingscriteria zijn opgenomen. De opleiding IVK van Saxion Hogescholen heeft een actieve beroepenveldcommissie (bvc) die de ontwikkeling van de opleiding op de voet heeft gevolgd. De bvc is betrokken bij de bewaking van het eindniveau van de studenten door bij te dragen aan de beoordeling van het curriculum en de afstudeeropdrachten. Bij de eerste lichting afstudeerders IVK adviseerden bij iedere examenzitting extern deskundigen die afkomstig waren uit het afnemende werkveld over de beoordeling van de afstudeeropdracht. Vooraf aan en tijdens de audit hebben de auditoren een tiental afstudeerwerkstukken bestudeerd. De beoordeling van deze steekproef van de afstudeerwerkstukken van het studiejaar 2007 door de auditoren is dat het gerealiseerd niveau in overeenstemming is met het beoogde niveau van een Bachelor en dus voldoende is. Wel adviseert het auditteam om de onderzoekscomponent sterker in de afstudeerwerkstukken te laten doorklinken en een goede afweging te realiseren tussen ‘dienen van de opdrachtgever’ en ‘dienen van de wetenschap’. Het auditteam ziet dat de opleiding hiermee bezig is, ondermeer door de na- en bijscholing van docenten op het terrein van onderzoeksvaardigheden.
Oordeel: voldoende Het auditteam komt op basis van het bestuderen van een aantal afstudeerwerkstukken tot de slotsom dat de gerealiseerde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming zijn met de nagestreefde eindkwalificaties. Om die reden beoordeelt het auditteam het facet ‘Gerealiseerd Niveau’ als voldoende.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 47
Facet 6.2. Onderwijsrendement Criteria Het facet ‘Onderwijsrendement’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn er, al dan niet in samenspraak met verwante opleidingen, streefcijfers geformuleerd in vergelijking met andere relevante opleidingen? Voldoet het onderwijsrendement aan deze streefcijfers? Bevindingen 6.2.1 Geformuleerde streefcijfers In het businessplan (hst 6) heeft de academie de volgende kengetallen voor onderwijsrendement opgenomen: percentage studenten van een cohort dat na twee jaar de propedeuse heeft behaald: > 60% percentage studenten van een cohort dat na vijf jaar is afgestudeerd: > 50% percentage afwijzingen: 10% percentage studenten dat minimaal 48 studiepunten heeft behaald: 100% Deze kengetallen komen in de Saxion Planning & Control cyclus aan de orde in het eerste bilaterale overleg van de academiedirectie met de RvB (februari van elk jaar). In de managementrapportage worden grote afwijkingen ten opzichte van de ABR streefwaarden besproken en verbeterbeleid voorgesteld. Daarnaast worden trends in de ontwikkeling van de kengetallen vertaald naar prognoses van enerzijds aantallen studenten en anderzijds naar financiële gevolgen en wordt de begroting van de academie voor het volgende (kalender)jaar daarop aangepast. De afspraken die in een bilateraal overleg worden gemaakt naar aanleiding van de kengetallen, worden vastgelegd in de verslagen. 6.2.2.
Gerealiseerd onderwijsrendement versus streefcijfers Jaar 2003-‘04 2004-‘05 2005-‘06 2006-‘07
voltijd instroom 106 100 115 101
deeltijd geslaagd 34% 48% 37%
instroom 0 11 13 12
geslaagd 64% 62%
Totaal Geslaagd 34% 56% 40%
Tabel 1. Percentage studenten dat na twee jaar de propedeuse heeft behaald; in aantallen en % Streefwaarde is > 60%
Studiejaar 2003-‘04 2004-‘05 2005-‘06 2006-‘07
totaal 52% 85% 76% 70%
Tabel 2. Percentage studenten dat minimaal 48 EC’s heeft gehaald in procenten. Er is geen uitsplitsing naar voltijd en deeltijd. Streefwaarde is 70%.
Op basis van de cijfers in tabel 1 concludeert het auditteam dat het op hogeschoolniveau beoogde rendement na twee jaar propedeuse bij de voltijd niet is behaald; bij de deeltijd opleiding is dat wel het geval. De opleiding onderkent dit gegeven. De opleiding vindt de hogere uitval in de p-fase niet ernstig als dat betekent dat de geschikte studenten overblijven voor de hoofdfase, maar streeft er wel naar om de hogeschoolbrede streefwaarde te realiseren.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 48
De opleiding heeft inmiddels een pakket maatregelen getroffen om het rendement op dat niveau te brengen. Deze maatregelen betreffen ondermeer betere voorlichting op vo- en mbo-scholen, meer beroepsgerichtheid inbrengen in het propedeuseprogramma, de contacttijd vergroten, de studieloopbaanbegeleiding nog meer intensiveren en resultaatsgericht maken, de staartproblematiek via gerichte acties bestrijden. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft kennisgenomen van de rendementen van de opleiding en ziet dat deze niet in overeenstemming zijn met de streefwaarden. Het auditteam heeft gezien welke maatregelen de opleiding inmiddels heeft genomen en gaat nemen. Op basis daarvan heeft het auditteam er vertrouwen in dat het rendement van de p-fase zal verbeteren en in lijn zal kunnen komen met de vastgestelde streefwaarden. Op basis van deze overwegingen beoordeelt het auditteam het facet ‘Onderwijsrendement’ als voldoende.
SAMENVATTEND OORDEEL “RESULTATEN”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt het onderwerp ‘Resultaten’ als voldoende op basis van de navolgende overwegingen: 1. Het auditteam komt op basis van het bestuderen van een aantal afstudeerwerkstukken tot de slotsom dat de gerealiseerde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming zijn met de nagestreefde eindkwalificaties. Om die reden beoordeelt het auditteam het facet ‘Gerealiseerd Niveau’ als voldoende. 2. Het auditteam ziet dat de rendementen niet in overeenstemming zijn met de streefwaarden, maar ziet ook welke maatregelen de opleiding inmiddels heeft genomen en gaat nemen. Op basis daarvan heeft het auditteam er vertrouwen in dat het rendement van de p-fase zal verbeteren en in lijn zal kunnen komen met de streefwaarden. Het auditteam beoordeelt het facet ‘Onderwijsrendement’ als voldoende.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 49
3.
SAMENVATTEND OORDEEL
3.1.
Oordeelschema HBO bachelor opleiding IVK Saxion Hogeschool, voltijd Onderwerp / Facet
Oordeel V4
1. Doelstellingen Opleiding 1.1. Domeinspecifieke Eisen
G
1.2. Niveau Bachelor
G
1.3. Oriëntatie HBO
G V5
2. Programma 2.1. Eisen HBO
G
2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma
G
2.3. Samenhang Programma
V
2.4. Studielast
G
2.5. Instroom
G
2.6. Duur
V
2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud
G
2.8. Beoordeling en Toetsing
G V6
3. Inzet van Personeel 3.1. Eisen HBO
G
3.2. Kwantiteit Personeel
V
3.3. Kwaliteit Personeel
G V7
4. Voorzieningen 4.1. Materiële Voorzieningen
G
4.2. Studiebegeleiding
G V8
5. Interne Kwaliteitszorg 5.1. Evaluatie Resultaten
G
5.2. Maatregelen tot Verbetering
G
5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld
G
6. Resultaten
V
6.1. Gerealiseerd Niveau
V
6.2. Onderwijsrendement
V
Samenvattend oordeel
4
Extra aantekening: goed
5
Extra aantekening: goed
6
Extra aantekening: goed
7
Extra aantekening: goed
8
Extra aantekening: goed
V
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 50
3.2.
Oordeelschema HBO bachelor opleiding IVK Saxion Hogeschool, deeltijd Onderwerp / Facet
Oordeel V9
1. Doelstellingen Opleiding 1.1. Domeinspecifieke Eisen
G
1.2. Niveau Bachelor
G
1.3. Oriëntatie HBO
G V10
2. Programma 2.1. Eisen HBO
G
2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma
G
2.3. Samenhang Programma
V
2.4. Studielast
G
2.5. Instroom
G
2.6. Duur
V
2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud
G
2.8. Beoordeling en Toetsing
G V11
3. Inzet van Personeel 3.1. Eisen HBO
G
3.2. Kwantiteit Personeel
V
3.3. Kwaliteit Personeel
G V12
4. Voorzieningen 4.1. Materiële Voorzieningen
G
4.2. Studiebegeleiding
G V 13
5. Interne Kwaliteitszorg 5.1. Evaluatie Resultaten
G
5.2. Maatregelen tot Verbetering
G
5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld
G
6. Resultaten
V
6.1. Gerealiseerd Niveau
V
6.2. Onderwijsrendement
V
Samenvattend oordeel
9
V
Extra aantekening: ‘goed’
10
Extra aantekening: ‘goed’
11
Extra aantekening: ‘goed’
12
Extra aantekening: ‘goed’
13
Extra aantekening: ‘goed’
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 51
3.3.
Integraal oordeel en advies aan de NVAO
Op basis van zijn bevindingen met betrekking tot alle in het NVAO-Accreditatiekader vermelde onderwerpen en facetten, concludeert het auditteam dat de door de Hogeschool Saxion in casu de Academie Bestuur en Recht in Enschede en Deventer verzorgde voltijd en deeltijdvarianten van de HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid in aanmerking komen voor accreditatie door de NVAO. Extra aantekening Op basis van de oordelen zoals deze in dit rapport zijn genoemd heeft het auditteam voor zowel de voltijd als de deeltijdopleiding op beide locaties de kwalificatie ‘goed’ toegevoegd aan de onderwerpen 1. ‘Doelstellingen Opleiding’ ; 2. ‘Programma’; 3. ‘Inzet van Personeel’; 4. ‘Voorzieningen’ en 5. ‘Interne Kwaliteitszorg’.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 52
BIJLAGE I:
Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaring auditoren
Drs G.J. Stoltenborg Hans Stoltenborg studeerde psychologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en was al gedurende zijn studie werkzaam in projecten op het terrein van onderwijs en opleiding. Na een aantal jaren in de onderwijsresearch werkte hij op het gebied van het post-hbo en andere vormen van commerciële dienstverlening vanuit onderwijsinstellingen. Door een stationering in Brussel leerde hij de EU en het internationale projectenbeleid goed kennen. De afgelopen jaren werkt hij op onderwerpen als marktonderzoek, ontwikkeling van nieuwe opleidingen, competentiegericht leren, kwaliteitszorg en accreditatie van bachelor- en masteropleidingen. Ook voert hij het projectmanagement van innovatieprojecten en is hij betrokken bij internationale onderwijsprojecten. Dr. W.Ph. Stol Wouter Stol werkte van 1981 tot 1992 bij de Politie Amsterdam in diverse leidinggevende functies en studeerde sociologie. Van 1992 tot 1995 was hij verbonden aan de Vrije Universiteit. In 1996 promoveerde hij op een onderzoek naar politiestraatwerk en het gebruik van informatietechnologie. Sinds 1995 geeft hij leiding aan een onderzoeksgroep, tot 2000 bij politieadviesbureau In-pact, van 2000 tot 2004 aan de Politieacademie en sinds 2004 aan de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (NHL). Momenteel is hij programmaleider onderzoek aan de Politieacademie en lector Integrale Veiligheid aan de NHL. Hij heeft, samen met mede-auteurs, ruim 90 publicaties op zijn naam, waaronder verschillende boeken. Hij is onder meer oprichter van de Politieacademie Onderzoeksreeks, het Tijdschrift voor Veiligheid, de Nederlandse Vereniging voor Integrale Veiligheid en de publicatiereeks Veiligheidsstudies; hij is voorzitter van het netwerk van Samenwerkende Kennisinstellingen voor Veiligheid (SKV) en het Cybersafety Research and Education Network (CyREN). Een van zijn neventaken is het lidmaatschap van de werkveldadviescommissie van de opleiding Integrale Veiligheid aan de Avans Hogeschool te Den Bosch. W. Beckmann, Med Wim Beckmann is zijn loopbaan begonnen als docent Atheneum en Gymnasium aan een grote scholengemeenschap en heeft deel uitgemaakt van de schoolleiding. In 1997 werd hij benoemd als Hoofd Opleidingen en Talenkenniscentrum aan de School Militaire Inlichtingendienst. Vanaf 2000 is hij jarenlang als manager en directeur van twee opleidingscentra voor beroepsonderwijs werkzaam geweest, voordat hij werd benoemd als Programmamanager Opleiden en later als Manager Brandweeracademie aan het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid (NIFV). In zijn huidige functie is hij eindverantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van een groot aantal leergangen en opleidingen rond fysieke veiligheid: onder meer de Master of Crisis and Disaster Management (MCDM), de Master of Public Safety (MPS), de Specialist Planvorming en Rampenbestrijding, de Specialist Risico en Veiligheid en Adviseur Gevaarlijke Stoffen en Brandonderzoek. A. M. Hof Arjan Hof studeert ten tijde van de audit Integrale Veiligheid aan de Torbecke Academie van de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden. Hij heeft stage gelopen bij het Politie Opleiding en Training Centrum in Zuidlaren en daar onderzoek gedaan naar de tevredenheid van cursisten naar het opleidingsaanbod. R.G. Peters Rob Peters studeerde personeelswerk in Den Haag. Na zijn opleiding vervulde hij diverse personeelsfuncties en was hij cao-onderhandelaar voor een werkgeversvereniging. Hij is in de periode 1990-2000 werkzaam geweest bij de HBO-Raad en de Hobéon Groep. In die periode heeft hij als projectleider ervaringen opgedaan
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 53
in nationale en internationale projecten op het terrein van onderwijs, management en strategische beleidsvorming. Aansluitend heeft hij zes jaar de functie van hoofd afdeling PO&I en loco secretaris vervuld bij een gemeentelijke organisatie. Thans is hij als associé verbonden aan de Hobéon Groep.
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 54
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 55
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 56
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 57
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 58
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 59
BIJLAGE II:
Programma Visitatie
Programma Audit opleiding Integrale Veiligheidskunde Saxion Hogescholen, Deventer en Enschede, voltijd en deeltijd op 21 en 22 mei 2008 Woensdag 21 mei, locatie Deventer Lokaal
Tijd
Gesprekspartners
Auditoren
Onderwerpen
ROB
15.00 – 17.00
Dick Sweitser (directeur ABR)
Auditteam:
Bekijken van de voorzieningen voor IVK
vleugel
uur
Monique Stam (manager
Hans Stoltenborg
studenten in Deventer
innovatie ABR)
Wim Beckmann
Annemarie de Waard (coör-
Arjan Hof
dinator IVK Deventer)
Rob Peters
Bijwonen van een lesactiviteit
Jack van Huykelom (projectleider accreditatie IVK) Sarah Coombs ( account manager Landschap)
Donderdag 22 mei, locatie Enschede Lokaal
Tijd
EB 75
08.45-09.15
Gesprekspartners
Auditoren
Onderwerpen
Auditteam
Voorbespreking
Hans Stoltenborg Wouter Stol Wim Beckmann Arjan Hof Rob Peters EB 75
09.15-09.30
Management(team):
Auditteam
Kennismaking Definitieve vaststelling programma
Dick Sweitser Monique Stam Bert Wildering GertJan Melching
EB 75
09.30-10.15
Management(team):
Auditteam
Dick Sweitser
Strategisch beleid, visie, missie Marktpositie en instroom Relatie beroepenveld: beroepen-
Monique Stam
veldcommissie, (landelijk) opleidingsoverleg.
Bert Wildering
Internationalisering
Gertjan Melching
Personeel, deskundigheidsbevordering Rendementen (met analyse) Kwaliteitszorg Resultaten
EB 75
10.15 -11.00
Lectoraat/kenniskring
Wouter Stol
Stand van zaken tav lectoraat / innovatie
parallel
Wilbert Rodenhuis
Rob Peters
Betrokkenheid docenten in kenniskring;
Mirjam Losse
disseminatie van kennis: kenniskring Æ
Dirk Jan de Boer
docenten
Stef van der Zee
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 60
EB 76
10.15 – 11.00
Coördinatoren:
Hans Stoltenborg
Relatie met het beroepenveld
parallel
GertJan Melching
Wim Beckmann
Aansluiting instroom en programma
Ilse Vinke
Arjan Hof
Studeerbaarheid, studielast
Annemarie de Waard
Praktijkcomponent, stages, afstuderen
Jack van Huykelom
Onderwijsontwikkeling
Gerrit Olde Hartman
Actualisering beroeps-/opleidingsprofiel
Igor Wassink
Internationalisering Resultaten / rendementen
EB 75
11.00 – 11.15
EB 76
11.15 -12.15 parallel
Curriculumcie./docenten: Stef van der Zee
Auditteam
Interne terugkoppeling, verificatie
Hans Stoltenborg
Relatie met het beroepenveld
Wouter Stol
Onderwijsontwikkeling Eindkwalificaties
Dirk Jan de Boer
Samenhang programma
Edith Kroon
Toetsen en beoordelen
Detty Holtkamp
Internationalisering
Ralph van Os
Eigen verankering in het beroepenveld en
Bruce Rinsampessey
eigen deskundigheidsbevordering
Leen Koekebakker
Studiebegeleiding
Wim Smeitink Monique Booijink Mariska Hoogendijk EB 75
11.15 -12.15
Studenten voltijd en deeltijd
Wim Beckmann
Informatievoorziening
parallel
(inclusief studenten Deventer)
Arjan Hof
Studiebegeleiding, praktijk van evc
Rob Peters
Stages en afstuderen
Gerald Hopster (1vt)
Toetsen en beoordelen
Maarten Stadler (1vt)
Studeerbaarheid, studielast
Remco Jansen (2 vt)
Werking van pop’s en portfolio
Koen Evers (2vt)
Materiële voorzieningen
Benjamin Oettel (3vt)
Bedrijfscoach/mentor
Thomas Heymen (3vt) Volker Stillig (4vt) Janet Scholten (5 vt) Paul Rikken (5vt) Hester de Hoog (1dt) Miranda Nijholt (2dt) Robert Lamers (3dt) EB 75
12.15 – 13.00
Lunch
Auditteam
Lunch, interne terugkoppeling, verificatie
13.00 – 13.30
Rondleiding voorzieningen
Auditteam
bibliotheek/mediatheek en andere voorzieningen in Enschede
Detty Holtkamp Sarah Coombs EB 76
13.30 – 14.30 parallel
Docenten, betrokken bij stage
Wouter Stol
Toetsen en beoordelen
en afstuderen:
Wim Beckmann
Studiebegeleiding ‘op afstand’
Arjan Hof
Studiebegeleiding deeltijdstudenten
Gerrit Olde Hartman Irma Leusenkamp
Relatie bedrijfscoach - opleidingcoach Evc beleid en uitvoering
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 61
EB 75
13.30 – 14.30
Kwaliteitszorg:
Hans Stoltenborg
Evaluatie van resultaten en rendementen
parallel
Wilma Meins
Rob Peters
Maatregelen tot verbetering+vastlegging
Jack van Huykelom
Betrekken van medewerkers, studenten,
Paul Schunselaar
alumni, werkveld Klachtenregeling academie, uitwerking in de praktijk
EB 75
14.30 - 15.15
Verificatie documenten:
parallel EB 76
Arjan Hof Rob Peters
14.30 - 15.15
Examencommissie +
Hans Stoltenborg
Toetsen en beoordelen: validiteit, objectiviteit
parallel
betrokkenen bij toetsen en
Wouter Stol
en methodieken
beoordelen:
Wim Beckmann
Kwaliteitsborging van de praktijkcomponent Resultaten en rendementen
Annemiek Pouw
Bezwaar en beroep
Irma Leusenkamp
Vrijstellingen, evc beleid en toepassing
Paul Schunselaar Henny Groot Zwaaftink EB 75
15.15 – 15.45
Auditteam
Vervolg op verificatie van documenten, interne terugkoppeling en bepalen ‘pending issues’
EB 75
15.45 – 16.45
Nader te bepalen
Auditteam
gesprekspartners
Vrije ruimte voor verdieping en/of additionele gespreksonderwerpen
(iedereen beschikbaar) EB 75
16.45 – 17.00
F 1.09
17.00 - 17.30
Auditteam
Intern overleg en bepaling voorlopige
Auditteam
Terugkoppeling van de bevindingen
beoordeling Alle gesprekspartners
©Hobéon® Certificering⏐ Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheid, Hogeschool Saxion 1.0⏐ 62