Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO Psychologie voltijd - deeltijd Hogeschool Saxion Next
Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E
[email protected]
Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO Psychologie voltijd - deeltijd CROHO nr. 34930 Hogeschool Saxion Next
Hobéon® Certificering BV september 2008 Auditteam: Drs. G.J. Stoltenborg Drs. A.A. Bleijenberg Dr. A.M.L. Collot d’Escury F. van Dam Secretaris: G.C. Versluis
INHOUDSOPGAVE 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.3.1. 1.3.2. 1.3.3. 1.3.4.
INLEIDING Functie van het rapport Bereik van de beoordeling Aanpak Beoordelingsprocedure en werkwijze Auditteam Deelnemers visitatie Programma visitatie 28 augustus 2008
1 1 1 2 2 4 5 5
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING Aspect 1: De verdere afstemming van het beroepsprofiel met het beroepsveld en de beroepsgroep Aspect 2: De uitbreiding van de internationale oriëntatie van de opleiding Aspect 3: Inzicht in de gerealiseerde studielast door studenten Aspect 4: De aansluiting tussen de didactiek en de werkvormen bij de uitgangspunten van competentie gericht onderwijs Aspect 5: De kwaliteit van beoordeling en toetsing Aspect 6: De omvang van het ingezette personeel Aspect 7: Het gerealiseerde niveau in de opleiding
6
3. 3.1. 3.2.
SAMENVATTEND OORDEEL Oordeelschema HBO bachelor opleiding HBO Psychologie voltijd en deeltijd Integraal oordeel/ advies aan NVAO
Bijlage I: Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaringen auditoren Bijlage II: Programma visitatie 28 augustus 2008
6 9 11 13 15 17 19 21 21 22
1.
INLEIDING
1.1.
Functie van het rapport
Het onderhavige rapport bevat het advies aan de NVAO dat door Hobéon Certificering als Visiterende en Beoordelende Instantie is opgesteld ten behoeve van de accreditatie van de in paragraaf 1.2 genoemde HBO bachelor opleiding.
1.2.
Bereik van de beoordeling
1.2.1. . De Hogeschool Saxion Next, verzorgt de HBO bachelor opleidingen Archeologisch Onderzoeksassistent, Lifestyle Adviseur – Interior design & styling, Psychologie, Tweedegraads lerarenopleidingen, Farmaceutisch Consulent, SPD Bedrijfsadministratie, Bank en Verzekeren en Ondernemerschap. Het onderhavige rapport heeft betrekking op HBO Psychologie Deventer, voltijd crohonummer 34930 HBO Psychologie Deventer, deeltijd crohonummer 34930 HBO Psychologie Dordrecht, voltijd crohonummer 34930 HBO Psychologie Dordrecht, deeltijd crohonummer 34930 1.2.2. Op 22 en 25 september 2006 heeft Hobéon Certificering een audit uitgevoerd bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht. Bij brief van 22 december 2006 heeft de opleiding bij de NVAO een aanvraag gedaan om accreditatie. Hoewel het panel een genuanceerd rapport had opgesteld, kon de NVAO nog niet tot accreditatie overgaan. De NVAO heeft de opleiding in de gelegenheid gesteld om binnen één jaar na dagtekening van het besluit een nieuw VBI- rapport in te dienen, waarbij in het bijzonder aandacht wordt besteed aan het effect van de in het adviesrapport van Hobéon genoemde en ingezette verbeteringen van de opleiding. Over de actuele kwaliteit van de navolgende aspecten/facetten diende het panel in elk geval duidelijk te rapporteren: de verdere afstemming van het beroepsprofiel met het beroepsveld en de beroepsgroep; de uitbreiding van de internationale oriëntatie van de opleiding; inzicht in de gerealiseerde studielast door studenten; de aansluiting tussen de didactiek en de werkvormen bij de uitgangspunten van competentie gericht onderwijs; de kwaliteit van beoordeling en toetsing; de omvang van het ingezette personeel; het gerealiseerde niveau in de opleiding. 1.2.3. Het onderhavig rapport bevat het advies aan de NVAO dat door Hobéon Certificering als Visiterende en Beoordelende Instantie is opgesteld ten behoeve van de accreditatie van de opleiding HBO Psychologie van Hogeschool Saxion Next. Hierin beschrijft Hobéon Certificering wat zijn bevindingen zijn van en zijn oordeel is over de actuele kwaliteit van de door de NVAO genoemde aspecten/facetten. Onderhavig rapport is een aanvulling op het op 22 december 2006 ingediende Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologie voltijd-deeltijd van Hogeschool Hanzesteden (nu Hogeschool Saxion Next). 1.2.4. Hobéon Certificering heeft zijn oordeel over de voltijd en deeltijd variant van de opleiding HBO Psychologie in Deventer en Dordrecht in één rapport samengevat omdat de varianten op de twee locaties gericht zijn op dezelfde eindkwalificaties en binnen één gemeenschappelijk beleids- en uitvoeringskader aangeboden worden.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 1
De basis voor het onderzoek van Hobéon Certificering werd gevormd door het Kwaliteitrapport van de opleiding HBO Psychologie locatie Deventer en Dordrecht en onderliggende documentatie.
1.3.
Aanpak
1.3.1.
Beoordelingsprocedure en werkwijze
Bij de beoordeling van de betreffende opleidingsvarianten voltijd en deeltijd is uitgegaan van het door de NVAO vastgestelde “Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs”. Daarbij is tijdens deze audit in 2008 met name gekeken naar de door de NVAO genoemde facetten/aspecten, zoals hierboven onder 1.2.2. staan vermeld. Aan de hand van de criteria van de NVAO heeft Hobéon Certificering bepaald of de basiskwaliteit van de opleiding als voldoende kan worden beoordeeld. Met betrekking tot het specifieke referentiekader van de betreffende opleidingsvarianten geldt het volgende: De voltijd en deeltijd opleiding hebben het beroepsprofiel, de opleidingscompetenties en de doelstellingen in samenspraak met het relevante beroepenveld opgesteld en door dit beroepenveld laten valideren.(Zie onder aspect 1 ‘De verdere afstemming van het beroepsprofiel met het beroepsveld en de beroepsgroep’). Het auditteam heeft dit opleidingsspecifieke referentiekader beoordeeld en vastgesteld dat het in voldoende mate gespecificeerd is en passend is voor een Psychologie opleiding op HBO-niveau. Het auditteam heeft dit kader in zijn beoordeling betrokken. Zie voorts onder aspect 1. De beoordelingsprocedure van Hobéon Certificering kent twee hoofdmomenten: Documentanalyse Het gaat hier om een analyse en beoordeling van door de opleiding HBO Psychologie van Hogeschool Saxion Next aangeleverde schriftelijke informatie: Kwaliteitsrapport; Studiegids; Onderwijs- en Examen Reglement – OER; Jaarverslag; Onderliggende documentatie betrekking hebbend op: beroepsprofiel en visie op het beroep van de opleiding, opleidingsprofiel van de opleiding, bijeenkomsten met het werkveld, curricula en de interne en externe evaluatie daarvan, werkvormen, toetsing en beoordeling, kwantitatief en kwalitatief personeelsbeleid, internationalisering, studiebegeleiding, stage, afstuderen. Op basis van de door opleiding aangeleverde documentatie, heeft het auditteam zich een beeld kunnen vormen van de stand van zaken met betrekking tot de kwaliteit van de door de NVAO genoemde aandachtspunten van de twee opleidingsvarianten op de twee locaties.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 2
Voorafgaand aan de visitatie (zie hieronder) werd het management van de betreffende opleiding op de hoogte gesteld van de voorlopige bevindingen van het auditteam op basis van zijn documentanalyse. Audit De audit was gericht op een actieve ‘controle’ door middel van een visitatie1, uitgevoerd door een auditteam waarvan deel uitmaakten twee externe onafhankelijke deskundigen op het gebied van Psychologie, één student, één lead auditor, één auditor ‘onderwijs’ tevens secretaris vanuit Hobéon Certificering. Vier van de vijf leden van het auditteam hebben ook deel uitgemaakt van het auditteam, dat de opleiding op 22 en 25 september 2006 heeft gevisiteerd. Onder ‘controle’ moet hier worden verstaan, dat het auditteam op verschillende niveaus (management, coördinatie, examencommissie, docenten, studenten, staf) heeft getoetst (i) of de in de documentatie beschreven beleidsvoornemens en de daaraan gerelateerde uitvoeringsprocessen zijn geïmplementeerd en (ii) of de overige in de documentatie vervatte informatie verifieerbaar is. Deze verificatie door het auditteam geschiedde enerzijds door, zoals hierboven reeds is aangegeven, meerdere malen hetzelfde onderwerp met verschillende geledingen te bespreken en anderzijds aan de hand van additionele documentatie. De additionele, tijdens de visitatie geraadpleegde, documentatie behelsde ondermeer: verslagen van bijeenkomsten met het werkveld; overzicht CV’s van (gast)docenten; detailbeschrijving van modulen, cases en de daaraan gekoppelde opdrachten; de ‘beroepsproducten’ die gedurende de opleiding door studenten worden opgeleverd; de ‘eindproducten’ van studenten. Aldus had het auditteam voldoende instrumenten om zich op gedetailleerd niveau op de hoogte te stellen van inhoud, opzet, uitvoering en resultaten van het opleidingsprogramma en van de daarmee samenhangende personele, organisatorische voorzieningen. Het auditteam heeft op deze wijze de door de NVAO bij brief van 22 december 2006 genoemde aspecten/facetten beoordeeld op basis van het NVAO-Accreditatiekader. Een en ander werd vastgelegd in een conceptrapport dat aan de opleiding werd voorgelegd voor een toets op eventuele feitelijke onjuistheden. Het voorliggend rapport is de weergave van het oordeel van het auditteam met daarbij de gronden waarop dat oordeel is gebaseerd.
1
Visitatie heeft op 28 augustus 2008 plaatsgevonden.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 3
1.3.2.
Auditteam
Het auditteam was als volgt samengesteld: Voorzitter: Leden:
Secretaris:
Drs. G.J. Stoltenborg Drs. A.A. Bleijenberg Dr. A.M. L. Collot d’Escury F. van Dam G.C. Versluis
Bij het samenstellen van het auditteam heeft Hobéon Certificering er zorg voor gedragen, dat de voor de beoordeling van de opleiding HBO Psychologie noodzakelijke expertise aanwezig is. Expertise met betrekking tot de onderwijskundige aspecten (i.c. het primaire proces, de ondersteunende processen en de organisatorische context) en expertise met betrekking tot de inhoudelijke aspecten (i.c. het programma in relatie tot het specifieke domein). De heer Stoltenborg is lead auditor en heeft inmiddels een groot aantal audits in het kader van accreditatie geleid binnen verschillende domeinen. De werkvelddeskundige, A.A. Bleijenberg, heeft zich in zijn beoordeling met name gericht op de kwaliteit, actualiteit en relevantie van (i) het richtinggevend domeinspecifieke kader, (ii) de eindkwalificaties, (iii) de programma-inhoud en (iv) de interactie tussen opleiding en werkveld. Bovendien heeft hij de kwaliteit van het personeel en het gerealiseerde niveau beoordeeld. De heer Bleijenberg heeft op grond van zijn ervaring en positie in het werkveld een goed zicht op de eisen die vanuit de verschillende deelgebieden in het werkveld gesteld worden aan professionals met een opleiding Psychologie op HBO-niveau. Sinds 2000 is de heer Bleijenberg werkzaam als bestuurder van Zorggroep Eemhoven te Amersfoort, een organisatie die in 2005 is gefuseerd met een naburige instelling tot Zorggroep Laak en Eemhoven. In 2008 is Laak en Eemhoven gefuseerd met zorginstelling Amant onder de naam ‘Beweging 3.0’. Eerder was hij tien jaar werkzaam als directeur binnen de jeugdbescherming in Gelderland en als directeur maatschappelijke dienstverlening. De vakdeskundige, mevrouw A.M.L. Collot d’ Escury , is klinisch ontwikkelingspsycholoog, gz-psycholoog, kinder-en jeugdspecialist, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam en tevens zelfstandig gevestigd. Zij houdt zich bezig met de sociaal emotionele en sociaal cognitieve ontwikkeling van jongeren. Mevrouw Collot d’Escury is voorzitter van de sector Jeugd van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP). In haar beoordeling heeft mevrouw Collot d’Escury zich gericht op de kwaliteit van de opleiding, de actualiteit en relevantie van het richtinggevend domeinspecifieke kader. Mevrouw Versluis heeft zich als deskundige ‘onderwijs’ vooral gericht op de kwaliteit van de processen die direct en indirect de uitvoering van het programma raken. Zij heeft in haar vorige en huidige functie ervaring opgebouwd die haar in staat stelt de programmaopbouw, het onderwijsproces en de organisatorische context waarbinnen de uitvoering plaatsvindt te beoordelen in het perspectief van de eisen die aan HBOopleidingen gesteld worden. Mevrouw van Dam is tweede jaars student aan de voltijd opleiding Toegepast Psychologie van Hogeschool Leiden. Mevrouw van Dam volgde in het verleden de opleiding Verpleegkunde A en is sinds 25 jaar werkzaam in de gezondheidszorg.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 4
Voor de curricula vitae: zie Bijlage I.
1.3.3.
Deelnemers visitatie
Het auditteam heeft tijdens de visitatie gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers vanuit de verschillende geledingen van de opleiding: management, coördinatoren, docenten, studenten en staf. Voor een volledig overzicht van de deelnemers aan de visitatie: zie Bijlage II.
1.3.4.
Programma visitatie 28 augustus 2008
Zie Bijlage II.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 5
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING
Aspect 1: De verdere afstemming van het beroepsprofiel met het beroepsveld en de beroepsgroep
Bevindingen 1.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam kennisgenomen van de documenten ' Beroepsprofiel en visie op het beroep van bachelor psycholoog' en 'Opleidingsprogramma van de opleiding bachelor Psychologie'. In de verschillende gesprekken is toen ook de breedte en de diepte van het op dat moment gehanteerde beroepsprofiel aan de orde geweest en de mate van bekendheid van het beroep van HBO Psycholoog bij het werkveld. Het management en de docenten meldden dat de discussie over de visie op het beroep en het beroepsprofiel nog niet was afgesloten en de keuze om in de breedte of de diepte te gaan nog verder moest worden aangescherpt. De keuze voor de HBO Psycholoog die als counselor, coach en trainer inzetbaar is, moest nog met het brede werkveld worden besproken. Tevens wilde de opleiding aandacht besteden aan aansluiting bij interessante beroepsgroepen en -verenigingen. Het auditteam heeft tijdens de audit van 22 en 25 september 2006 kennisgenomen van de plannen van de opleiding en achtte deze adequaat. 1.2. De opleiding heeft in het najaar van 2006 in nauwe samenwerking met de Beroepenveldcommissie het beroepsprofiel van Bachelor HBO Psychologie herzien. Dit beroepsprofiel is mede gebaseerd op een groot aantal interviews met vertegenwoordigers vanuit het beroepenveld, coaches, counselors en trainers. Tijdens een werkveld-contactdag op 1 februari 2007 is dit beroepsprofiel gepresenteerd aan 12 vertegenwoordigers van het beroepenveld. Daarnaast is het beroepsprofiel voorgelegd aan vertegenwoordigers van het NIP (Nederlands Instituut van Psychologen). In april 2007 heeft de Beroepenveldcommissie het beroepsprofiel definitief vastgesteld. Belangrijkste wijziging is dat er nu drie afzonderlijke profielen voor Coach, Counselor en Trainer zijn uitgewerkt, naar analogie van succesvolle Anglo-Saksische opleidingen aan Amerikaanse en Britse Universiteiten, waar vergelijkbare opleidingen op postgraduate en Master niveau worden aangeboden. Deze profielen zijn de input geweest voor de ontwikkeling van drie modulen Coaching, Counseling en Training, die zijn opgenomen in het curriculum 2007-2008 en zijn uitgewerkt in de moduleboeken. Daarnaast zijn er verschillende modulen aangepast. Alle doorgevoerde wijzigingen hebben geleid tot aanpassingen in het opleidingsprofiel en leerplan met daarin opgenomen de opleidingscompetenties. 1.3. In 2007-2008 is gewerkt met de competenties zoals die waren opgesteld in voorjaar 2006. De indeling in de vier taakgebieden ‘onderzoeken’, ‘uitvoeren’, ‘verantwoorden’ en ‘professionaliseren’, heeft de opleiding aangehouden. De opleidingscompetenties zijn beschreven in het nieuwe document 'Opleidingsprofiel Bachelor HBO Psychologie' (versie 2008). Daarin heeft de opleiding ook weer het overzicht opgenomen, dat zij reeds in 2006 had opgesteld van de relatie tussen de Dublin Descriptoren, de generieke HBO kwalificaties en de opleidingscompetenties. Voor 2008-2009 wil de opleiding de formulering van de opleidingscompetenties tegen het licht houden. Op dit moment is zeer uitgebreid beschreven wat de studenten moeten kunnen. De opleiding wil de huidige competentieomschrijvingen daarom gaan groeperen, ontdubbelen en abstraheren. Het auditteam heeft kunnen constateren dat de opleiding sinds de audit van september 2006 actief heeft gewerkt aan het verder aanscherpen en uitwerken van de drie gekozen profielen. Uit de stukken en de gesprekken tijdens de audit is gebleken dat de opleiding daarover met diverse vertegenwoordigers en geledingen vanuit het beroepenveld tijdens verschillende bijeenkomsten heeft gesproken en spreekt.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 6
Ten tijde van de audit was de reactie van het NIP nog niet bekend bij de opleiding, maar men verwachtte daarover op korte termijn wel een gesprek te voeren. Dat de opleiding ook een vergelijking heeft gemaakt met opleidingen in Engeland en Amerika, die deze zelfde drie profielen hanteren, vindt het auditteam goed. Het auditteam concludeert, dat de opleiding heeft kunnen aantonen, dat het beroepsprofiel en de eindkwalificaties van de opleiding voldoende aansluiten bij de eisen die door de beroepspraktijk gesteld worden aan deze opleiding. Het auditteam heeft kennisgenomen van het nieuwe document ‘Opleidingsprofiel Bachelor HBO Psychologie’, het programmaoverzicht van de verschillende studiejaren en de verschillende nieuwe en aangepaste moduleboeken. Het auditteam heeft kunnen constateren, dat de opleiding de drie profielen daarin duidelijk heeft uitgewerkt. In elk moduleboek heeft de opleiding beschreven aan welke competenties in de betreffende module wordt gewerkt. Daarmee heeft de opleiding gezorgd dat het programma een adequate concretisering is van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. 1.4. Actualisering van het beroepsprofiel en het opleidingsprofiel vindt onder andere plaats in de gesprekken met de Beroepenveldcommissie. Deze commissie bestaat op dit moment uit vijf leden en is een samenvoeging van de beide Beroepenveldcommissies van de opleiding op de locatie Deventer en de locatie Dordrecht. Ook bezoekt de opleidingsmanager regelmatig belangrijk organisaties uit het beroepenveld teneinde het beroepsprofiel en het curriculum te evalueren. Van deze gesprekken zijn verslagen opgesteld. Belangrijke opmerkingen zijn doorgevoerd in het programma. Daarnaast organiseert de opleiding jaarlijks een werkveld-contactdag waarop de studenten zichzelf en hun opleiding presenteren aan het beroepenveld. Dan vindt ook interactie met vertegenwoordigers van het werkveld plaats. Ook vormen de stagebedrijven een belangrijke bron van informatie. Praktijkbegeleiders bezoeken de student gedurende de stage driemaal. Daarbij spreken zij met de stagebegeleider ook over de opzet en inhoud van de opleiding. Tevens is een groot aantal docenten lid van een beroepsvereniging. Verzamelde informatie op basis van gesprekken en evaluaties vormt input voor het beroepsprofiel en het opleidingsprofiel. 1.5. In het landelijk overleg HBO opleidingen Psychologie participeert de opleiding van Saxion Next nog niet, omdat men aarzelt deze particuliere opleiding tot dit overleg toe te laten. Om deze reden onderhoudt de opleidingsmanager van de opleiding HBO Psychologie van Saxion Next contact met opleidingscoördinator van de opleiding Toegepast Psychologie van de Academie van Mens en Arbeid van Saxion Hogescholen. Op deze wijze kan men binnen de opleiding van Saxion Next toch op de hoogte blijven van hetgeen tijdens dit landelijk overleg wordt besproken. Ook is er in 2007-2008 overlegd met alle bestaande Universitaire opleidingen Psychologie in Nederland om wederom in kaart brengen welke eisen de universiteiten stellen ten aanzien van instroom HBO Psychologie studenten. Tevens heeft de opleiding aansluiting gezocht bij de Psychology Network of the Higher Education Academy. (Zie verder onder aspect 2. ‘Internationale oriëntatie van de opleiding’.) Het auditteam constateert op grond van bovenstaande, dat de opleiding er voldoende voor zorgt op de hoogte te blijven van actuele ontwikkelingen in het (internationale) werkveld. De opleiding toont aan, dat zij daarover regelmatig contact onderhoudt met vakgenoten en vertegenwoordigers uit het relevante werkveld. De huidige vertegenwoordigers in de Beroepenveldcommissie acht het auditteam relevant voor het werkveld waarvoor de opleiding opleidt. Uit de CV’s van de docenten en de gesprekken tijdens de audit is gebleken, dat veel docenten lid zijn van relevante beroepsverenigingen. De lijst van bedrijven/instellingen waar studenten stage kunnen lopen is zeer uitgebreid en divers. Doordat de praktijkbegeleider driemaal per jaar bij elke student op bezoek gaat, heeft de opleiding frequent gelegenheid de wensen vanuit het brede werkveld voor een HBO Psycholoog te inventariseren en hierbij aan te sluiten met de opzet en inhoud van het programma.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 7
Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding heeft sinds de audit van september 2006 actief gewerkt aan het verder aanscherpen en uitwerken van de drie gekozen profielen en heeft daarover met diverse vertegenwoordigers en geledingen vanuit het beroepenveld tijdens verschillende bijeenkomsten gesproken. Het beroepsprofiel en de eindkwalificaties van de opleiding sluiten voldoende aan bij de eisen die door de beroepspraktijk gesteld worden aan deze opleiding. De opleiding heeft in kaart gebracht welke eisen de universiteiten stellen aan studenten die vanuit de opleiding HBO Psychologie willen doorstromen naar de WO opleiding. De opleiding heeft de drie profielen aantoonbaar uitgewerkt in het programma en nieuwe modulen opgezet en een aantal andere modulen aangepast op grond van de gekozen profielen. In elk moduleboek heeft de opleiding beschreven aan welke competenties in de betreffende module wordt gewerkt. Daarmee heeft de opleiding gezorgd dat het programma een adequate concretisering is van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De opleiding zorgt er voldoende voor op de hoogte te blijven van actuele ontwikkelingen in het (internationale) werkveld. De opleiding toont aan, dat zij daarover regelmatig contact onderhoudt met vakgenoten en vertegenwoordigers uit het relevante werkveld.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 8
Aspect 2: De uitbreiding van de internationale oriëntatie van de opleiding Bevindingen 2.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam kennisgenomen van de internationale aspecten die al in het curriculum aan bod kwamen en van de plannen van de opleiding de internationale oriëntatie verder uit te breiden en aan te scherpen. Het auditteam achtte deze plannen adequaat en was van mening, dat daarmee gezorgd kon worden voor een sterke oriëntatie op actuele internationale inzichten en ontwikkelingen. 2.2. De opleiding heeft haar beleid met betrekking tot de internationale oriëntatie van de opleiding beschreven in het document 'Internationaal Beleid Bachelor HBO Psychologie'. Belangrijkste stappen die gezet zijn sinds de audit in 2006 om de internationale ontwikkelingen te volgen en in het programma aan bod te laten komen, zijn: de opleiding heeft zich georiënteerd op de opzet en inhoud van buitenlandse bachelor en master programma's in Psychology and Counseling & Coaching; de opleiding heeft zich aangesloten bij The Psychology Network of The Higher Education Academy in Engeland, een netwerk van Psychologie opleidingen op bachelor en een master niveau dat bijeenkomsten, conferenties, workshops organiseert en publicaties uitgeeft; de opleiding is lid geworden van de American Psychological Association (APA) en docenten kunnen via de website toegang krijgen tot domeinspecifieke informatie, collega docenten in andere landen raadplegen en documenten opvragen; in de literatuurlijst van modulen voor 2007-2008 heeft de opleiding relevante buitenlandse artikelen opgenomen. Voor 2008-2009 zal deze literatuur verplichte tentamenstof zijn; gebruik van buitenlandse literatuur in de literatuurlijst van het afstudeerwerkstuk is voor studenten die in 2007-2008 zijn gestart met de opleiding, verplicht; studenten hebben via de bibliotheek van Saxion Next toegang tot internationale databases en de digitale bibliotheek van de APA; Saxion Next heeft zich aangesloten bij de International Office van Saxion en het Da Vinci College en participeert zo in de ontwikkeling betreffende internationale uitwisseling van studenten. Het auditteam is op grond van bovenstaande en hetgeen hij gehoord heeft tijdens de audit van mening, dat de opleiding ruim voldoende aandacht besteedt aan internationale ontwikkelingen. In veel lessen komen internationale ontwikkelingen aan de orde. Docenten maken gebruik van relevante (Engelstalige en vertaalde) buitenlandse boeken en artikelen. Dit blijkt ook uit de literatuurlijst. Met ingang van 2008-2009 worden buitenlandse artikelen voor een groot aantal vakken als verplichte literatuur en tentamenstof opgevoerd in de moduulboeken. Docenten die het auditteam sprak bleken goed op de hoogte te zijn van internationale ontwikkelingen. Zij houden vakbladen bij, bezoeken congressen en spreken vakgenoten via hun eigen netwerk en de vakverenigingen waar ze lid van zijn. Dat de opleiding zich heeft aangesloten bij The Psychology Network of The Higher Education Academy in Engeland en lid is geworden van de APA vindt het auditteam goed. Studenten meldden dat zij via een link op de computers op de opleiding toegang hebben tot allerlei internationale databases. In de literatuurlijst van afstudeerwerkstukken staan ook buitenlandse artikelen vermeld. Gebruik van buitenlandse literatuur is één van de beoordelingscriteria. Tot nu toe was een stage in het buitenland in het driejarige curriculum niet mogelijk doordat stage en lessen parallel liepen. In het vierjarig curriculum, dat vanaf 2008-2009 naast het driejarig curriculum geboden wordt, zal dat wel mogelijk zijn. (Zie over het vierjarig curriculum aspect 3).
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 9
Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding heeft zich voor de profielkeuze en de inhoud van het eigen curriculum georiënteerd op de buitenlandse bachelor en master programma's in Psychology and Counseling & Coaching. De opleiding besteedt ruim voldoende aandacht aan internationale ontwikkelingen. In veel lessen komen internationale ontwikkelingen aan de orde. Er wordt gebruik gemaakt van buitenlandse boeken en artikelen. In het vierjarig curriculum, dat vanaf 2008-2009 geboden wordt naast het driejarig curriculum, zal ook de mogelijkheid van een stage in het buitenland mogelijk worden. De opleiding onderhoudt contact met diverse (internationale) netwerken en organisaties. Docenten zijn goed op de hoogte van internationale ontwikkelingen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 10
Aspect 3: Inzicht in de gerealiseerde studielast door studenten Bevindingen 3.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam geconstateerd dat het programma voldoende studeerbaar was. In gesprekken met de studenten over de studielast kwam wel naar voren dat het heel zwaar was om deze studie in drie jaar te volgen. De studenten meldden echter dat het haalbaar was. Er vielen wel studenten af vanwege de voor sommige te drukke combinatie van het volgen van lessen, zelfstudie, opdrachten uitvoeren en soms ook nog parttime werken. Studenten wisten ook dat ze met hun studie konden en mochten ‘uitlopen’ in een vierde jaar. In dat jaar mochten ze dan nog vakken afronden en de afstudeeropdracht uitvoeren. Tijdens de audit is hierover ook met het managementteam gesproken. Het managementteam meldde te overwegen naast de driejarige variant een vierjarige opleiding te gaan aanbieden, waarbij het programma meer zou worden 'uitgesmeerd'. 3.2. Met ingang van studiejaar 2008-2009 biedt Saxion Next haar studenten de mogelijkheid de opleiding in drie of vier jaar te volgen, ten einde de haalbaarheid van het leerplan te verbeteren. De programma's van beide varianten lopen parallel aan elkaar. In de praktijk betekent dit dat de snelle student naast de hoofdlijn/de stam van het curriculum per kwartiel één of twee modulen extra volgt. Of een student het drieof vierjarig curriculum doorloopt hangt af van de behaalde studieresultaten in het eerste jaar, de persoonlijke ontwikkeling van de student, de mogelijke vrijstellingen en de praktijkervaring van de student. Eén en ander wordt besproken tijdens de studievoortganggesprekken. Na het tweede kwartiel in het eerste jaar krijgt de student daarover een advies. Wanneer studenten dat wensen kunnen zij altijd overstappen van het driejarig naar het vierjarig curriculum door de extra modulen te laten vallen en deze pas te volgen wanneer ze aan bod komen in het vierjarig curriculum. Het auditteam heeft kennisgenomen van de opzet van het driejarig en vierjarig curriculum en is van mening dat opleiding hiermee goed inspeelt op de mogelijkheden van de verschillende instromende studenten. Hiermee zorgt de opleiding er voldoende voor dat het programma studeerbaar is voor alle studenten. Uit de rendementscijfers blijkt dat gemiddeld 30% van de studenten de opleiding binnen drie jaar en gemiddeld 30% de opleiding binnen vier jaar afrondt. Daarbij ligt het percentage studenten met een VWO of HBO diploma dat binnen drie afstudeert hoger dan het percentage studenten met een Havo of MBO-4 diploma. Ook zijn er meer deeltijd studenten dan voltijd studenten die in drie jaar hun diploma halen. Ook op basis van deze rendementsgegevens constateert het auditteam dat het goed is, dat er met ingang van 2008-2009 een vierjarige variant is. 3.3. De opleiding heeft de studielast vastgelegd in het leerplan en de modulewijzers. De opleiding evalueert regelmatig de ervaren studielast voor alle modulen onder de studenten. Over het algemeen is de berekende studielast conform de daarvoor geldende richtlijnen vanuit de hogeschool. Daar waar nodig treft de opleiding verbetermaatregelen. Zo is bijvoorbeeld bij een aantal vaardigheidsvakken het aantal lesuren opgevoerd, omdat de spreiding tussen lesuren en zelfstudie niet in evenwicht bleek. 3.4. Onder contacttijd verstaat de opleiding alle lesuren, begeleide leertaakgroepen, uren waarin tweede of derdejaars studenten bij de eerstejaarsstudenten als coach optreden, uren waarin groepen elkaar intervisie geven, tentamen feedbackuren, extra workshops etc. Niet inbegrepen in de contacttijd is het aantal uren gereserveerd voor uitwerking van opdrachten, uren voor zelfstudie, uren tijdens de stage of het afstuderen in een bedrijf en uren voor het maken van verslagen of werkstukken.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 11
Voor de voltijdstudenten zijn in het eerste studiejaar van het 3-jarig curriculum naast de andere hierboven genoemde contactmomenten gemiddeld 15 lesuren en in het 4-jarig curriculum gemiddeld 13 lesuren per week ingeroosterd. Dit loopt in de daarop volgende studiejaren terug tot gemiddeld 7,7 lesuren per week. Voltijd studenten komen twee dagen per week naar de opleiding. Voor de deeltijdstudenten zijn er in het eerste studiejaar van het 3-jarig curriculum gemiddeld 9,9 lesuren en in het 4 jarige curriculum gemiddeld 7,9 lesuren per week ingeroosterd. Dit loopt in de daarop volgende studiejaren terug tot gemiddeld 5,6 lesuren per week. Deeltijd studenten komen gedurende één avond in de week naar de opleiding. Zij krijgen ook les in de roostervrije weken. 3.5. Naast de contacttijd met de docenten in de lessen vinden nog verschillende contacten plaats in het kader van de studieloopbaanbegeleiding. De opzet van deze begeleiding is per studiejaar afgestemd op de vereiste ontwikkeling van de student. In het eerste studiejaar vindt er naast de lessen Persoonlijke en Professionele Ontwikkeling (PPO), twee maal een persoonlijk gesprek met de studieloopbaanbegeleider plaats. In de daarop volgende studiejaren wordt een steeds groter beroep gedaan op het zelfsturende vermogen van de student. Dan zijn de gesprekken met de studieloopbaanbegeleider vooral gericht op het geven van collegiaal advies en fungeert de studieloopbaanbegeleider als klankbord bij keuzes. Het auditteam heeft kennisgenomen van de contacttijd, die er binnen de verschillende varianten wordt geboden en is van mening, dat deze contacttijd voldoende is om de studie te kunnen volgen. Docenten die het auditteam sprak meldden, dat studenten hen altijd kunnen benaderen wanneer zij vragen hebben of ondersteuning wensen. De lessen PPO en de studieloopbaanbegeleiding zorgen er naar de mening van het auditteam voldoende voor, dat de studenten indien nodig ondersteuning krijgen bij het wegnemen van studiebelemmerende factoren. De studenten die het auditteam sprak volgden allemaal het driejarig curriculum, omdat het vierjarig curriculum pas in 2008-2009 van start gaat. Studenten meldden dat sommige studenten gebruik maakten van de mogelijkheid om uit te lopen in een vierde jaar door bijvoorbeeld twee jaar te doen over het tweede studiejaar. Deze studenten volgden eerst alleen de theorie en deden in het volgende jaar de stage van het tweede studiejaar. De duur van drie jaar is voor veel studenten een zwaarwegende motivatie te kiezen voor deze opleiding. Studenten, die het auditteam sprak vonden de studie pittig. De tijd die zij besteden aan de studie ligt voor de voltijdstudenten op ongeveer 40 uur per week. De deeltijdstudenten besteden zoals in de praktijk meestal het geval is bij deeltijdstudies, gemiddeld minder uren per week aan hun studie. Over begeleiding/coaching vanuit de opleiding waren zij positief. Er wordt snel gereageerd op eventuele problemen en de begeleiding wordt intensiever naar mate daar behoefte aan is. Er wordt vanuit de opleiding veel aandacht besteed aan het POP (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) en het portfolio. Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding speelt met het aanbieden van een driejarig en vierjarig curriculum goed in op de mogelijkheden van de verschillende instromende studenten en zorgt er zodoende voldoende voor dat het programma studeerbaar is voor alle studenten. De contacttijd, die er binnen de verschillende varianten wordt geboden is voldoende om de studie te kunnen volgen. De lessen PPO en de studieloopbaanbegeleiding zorgen er voldoende voor, dat de studenten indien nodig ondersteuning krijgen bij het wegnemen van studiebelemmerende factoren. De opleiding evalueert de ervaren studielast onder de studenten. De tijd die voltijdstudenten besteden aan de studie ligt ongeveer op 40 uur per week en is conform de door de daarvoor geldende richtlijnen vanuit de hogeschool. Deeltijdstudenten besteden gemiddeld minder uren aan hun studie. Daar waar nodig neemt de opleiding verbetermaatregelen. Studenten zijn tevreden over de studielast en de begeleiding die zij vanuit de opleiding krijgen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 12
Aspect 4: De aansluiting tussen de didactiek en de werkvormen bij de uitgangspunten van competentie gericht onderwijs Bevindingen 4.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam al kennis kunnen nemen van de vijf leerlijnen die de opleiding met ingang van 2006-2007 binnen het programma hanteerde en het daaraan gekoppelde didactisch concept. Dat concept was gebaseerd op deels competentiegericht en deels modulair onderwijs, afhankelijk van het type competenties dat in het onderwijsonderdeel centraal stond. De leergebieden waren bepalend voor de werkvormen die de opleiding hanteerde. Het auditteam was van mening, dat de werkvormen voldoende aansloten bij de didactische concepten van het modulair en competentiegericht leren en studenten in staat stelden de vereiste (eind)competenties te kunnen ontwikkelen. 4.2. Sinds de audit in 2006 heeft de opleiding het didactisch concept verder doordacht en uitgewerkt. De opleiding heeft haar didactisch concept gebaseerd op de visie van De Bie. De Bie stelt dat kennis ook buiten de context van het daadwerkelijke werken aan opdrachten kan worden aangeboden en getoetst. De integratie van kennis, houding en gedrag vindt plaats binnen het uitvoeren van zinvolle praktijkopdrachten en wordt ondersteund door de leerlijn Professionele Ontwikkeling en de leerlijn Praktijk. De opleiding heeft haar didactisch concept opnieuw beschreven in het document 'Opleidingsprofiel Bachelor HBO Psychologie' (2008). 4.3. De vijf leerlijnen die de opleiding met ingang van 2006-2007 binnen het programma hanteert sluiten aan bij de hier boven beschreven visie van de Bie: Materiedeskundigheid: betreft kennis waarin het accent ligt op verwerving van theorie die nodig is voor het maken en verantwoorden van keuzes; Methodische vaardigheden: is gericht op het eigen maken en kunnen toepassen van modellen en methoden in uit de psychologische beroepspraktijk; Interactieve vaardigheden: is gericht op het ontwikkelen van een goede relatie met opdrachtgever, cliënt, organisatie; Praktijk: integratie in de praktijk van de drie hierboven genoemde leerlijnen door middel van praktijk gerelateerde opdrachten, die bijdragen aan het verwerven van de opleidingscompetenties; Professionele Ontwikkeling: waarbij studenten hun professionaliteit ontwikkelen, door te denken en te handelen als een beroepsbeoefenaar. Ook heeft de opleiding een onderzoekslijn ontwikkeld en geïmplementeerd. Dit onderdeel is verweven in de verschillende leerlijnen. 4.4. Voor elke van de leerlijnen worden verschillende didactische werkvormen gebruikt. Binnen de leerlijn Materiedeskundigheid vindt de overdracht van kennis voornamelijk plaats via hoorcolleges en werkcolleges. Om het proces van integratie tussen de verschillende programmaonderdelen te bevorderen worden in de leerlijn Methodische vaardigheden parallel aan de kennisvakken praktijk gerelateerde opdrachten gegeven. Daarbij werken studenten in werkgroepen. Het aanleren van Interactieve vaardigheden gebeurt door middel van training in groepsverband. In de leerlijn Praktijk staan in het buitenschools deel van het programma praktijkopdrachten, stage en werken aan de afstudeeropdracht centraal. In het binnenschools gedeelte wordt de praktijk aangeboden in de vorm van cases, rollenspelen en praktijksimulaties. In de leerlijn Professionele Ontwikkeling werken de studenten zelfsturend aan hun Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP) en portfolio en staan werkvormen als 360 graden feedback geven, intervisie, zelfanalyse, reflecteren op eigen studie houding en beroepshouding centraal.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 13
4.5. Verbeterpunten van de opleiding in de afgelopen periode zijn o.a. geweest: het aanpassen van de PPO modulen, waarbij het oefenen in reflectie, het ontwikkelen van een lerende houding een groter accent hebben gekregen; het doorvoeren van een groepsindeling bij de leergebieden Interactieve vaardigheden en Methodische vaardigheden, waarbij er voor gekozen is te werken in kleine groepen van maximaal 15 studenten zodat er meer gelegenheid is tot het oefenen en trainen van deze vaardigheden; het ontwikkelen en doorvoeren van een onderzoekslijn. Verbetermaatregelen die de opleiding met ingang van 2008-2009 gaat doorvoeren zijn o.a: het schrijven van reflectieverslagen in de PPO modulen meer koppelen aan de rest van het studieprogramma; in het eerste studiejaar studenten concrete vastomlijnde opdrachten laten uitvoeren onder toezicht van een tweede- of derdejaars student. 4.6. Doordat veel docenten ook deels werkzaam zijn in de praktijk, kunnen zij vanuit hun praktijkervaring nieuwe input leveren aan didactische werkvormen. Door middel van intervisiebijeenkomsten die vier maal per jaar plaatsvinden, wisselen de docenten ervaringen uit over de verschillende didactische werkvormen. Het auditteam heeft kennisgenomen van het document 'Opleidingsprofiel Bachelor HBO Psychologie' (2008) en de daarin opgenomen duidelijke beschrijving van het didactisch concept. Het auditteam is van mening, dat dit didactisch actuele onderwijskundige inzichten reflecteert. Uit de moduleboeken en de gesprekken met de docenten blijkt dat de opleiding het didactisch concept in de praktijk hanteert. De onderwijsstijlen die bij de verschillende leerlijnen worden gehanteerd zorgen er voldoende voor dat studenten de vereiste (eind) competenties kunnen ontwikkelen. De verschillende werkvormen die de opleiding hanteert bij de verschillende leerlijnen sluiten aan bij het didactisch concept. Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding heeft het didactisch concept duidelijk beschreven in ‘ Opleidingsprofiel Bachelor HBO Psychologie’. Het didactisch concept van de opleiding reflecteert actuele onderwijskundige inzichten gebaseerd op de visie van De Bie. Het didactisch concept wordt ook in de praktijk toegepast. De onderwijsstijlen die bij de verschillende leerlijnen worden gehanteerd zorgen er voldoende voor dat studenten de vereiste (eind) competenties kunnen ontwikkelen. De verschillende werkvormen die de opleiding hanteert bij de verschillende leerlijnen sluiten aan bij het didactisch concept.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 14
Aspect 5: De kwaliteit van beoordeling en toetsing Bevindingen 5.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam kennis kunnen nemen van het Toetsplan 2006-2007, dat de opleiding had opgesteld bij het Leerplan 2006-2007. Het auditteam was van mening, dat de opleiding haar toetsbeleid in dit toetsplan duidelijk had verwoord. Vanaf studiejaar 2006-2007 wordt op de beide vestigingen Deventer en Dordrecht gewerkt aan de hand van dit leerplan en toetsplan. Omdat uit de evaluaties in het studiejaar 2005-2006 bleek dat studenten vaak niet tevreden waren over de toetsing, zijn alle toetsen van studiejaar 2006-2007 onderzocht op validiteit, samenhang en diversiteit. Voor het beoordelen van verslagen zou de opleiding formats gaan maken. Tevens zou de opleiding een competentiegerichte toets gaan ontwikkelen als afsluitende toets van de propedeuse. Het auditteam concludeerde op basis van het Leerplan 2006-2007, de verschillende aangepaste moduleboeken en de handleidingen voor stage en afstuderen, dat de opleiding duidelijk had beschreven aan welke competenties en leerdoelen gewerkt wordt en op basis van welke criteria en op welke wijze getoetst wordt. Het auditteam was van mening, dat de opleiding op een adequate wijze toetste of de studenten de leerdoelen hadden gerealiseerd. 5.2. Sinds de audit in 2006 heeft de opleiding verder gewerkt aan het implementeren van het toetsbeleid. In 2007-2008 heeft de toetscommissie alle schriftelijke toetsen onder de loep genomen. Alle moduleboeken zijn door de toetscommissie gecontroleerd op consistentie in leerlijnen en toetsvormen, leerdoelen en toetscriteria. Daar waar nodig/gewenst zijn wijzigen doorgevoerd en zijn beoordelingsformulieren aangepast. De leden van de toetscommissie hebben bij Saxion Hogescholen scholing gevolgd over toetsconstructie. Zij hebben vervolgens voor alle docenten van de opleiding een instructiebijeenkomst georganiseerd over toetsconstructie. De richtlijnen voor de toetsconstructie zijn verbeterd en specifieker gemaakt en vastgelegd in het document ‘Toetsbeleid 2008-2011’. Ook afspraken over de betrouwbaarheid, validiteit, efficiency en transparantie zijn hierin (opnieuw) beschreven. Zo laat elke docent die een nieuwe toets opstelt altijd een andere collega die hetzelfde vak verzorgt naar de toets kijken. Vervolgens wordt de toets door de toetscommissie gecontroleerd en vastgesteld. Pas daarna wordt de toets afgenomen onder de studenten. De Examencommissie heeft het toetsbeleid opnieuw vastgesteld. Ook voor het afstuderen en het werkveldverslag zijn de criteria aangescherpt en specifieker gemaakt en is het beoordelingsformulier verbeterd. De opleiding heeft vervolgens de handleidingen voor stage en afstuderen geactualiseerd. Ook zijn er verschillende bijeenkomsten met afstudeerbegeleiders en de toetscommissie gehouden om te komen tot eenduidigheid in de beoordeling. (Zie ook aspect 7: het gerealiseerde niveau in de opleiding.) 5.3. De wijze van toetsen sluit aan bij de didactische leerlijnen en werkvormen. Kennistoetsen worden met name afgenomen binnen de leerlijn ‘Materiedeskundigheid’. Het toetsen van vaardigheden vindt o.a. plaats in de vorm van cases, groepsopdrachten, rollenspelen. Ook moeten de studenten afhankelijk van het profiel dat ze kiezen zelf een training opzetten en in de praktijk uitvoeren of een aantal coaching- of counselinggesprekken houden. Het toetsen van vaardigheden vindt zowel binnenschools als buitenschools plaats. Bij beoordeling van buitenschoolse opdrachten is veelal ook de begeleider vanuit het werkveld betrokken. Bij het afstuderen is dit altijd het geval. (Zie daarover aspect 7.) De opleiding heeft voor de beoordeling door de werkvelddeskundige aparte beoordelingsformulieren ontwikkeld. Ook beoordelen studenten elkaar in de les en beoordelen de studenten zichzelf. Dit laatste gebeurt o.a. aan de hand van gemaakte video-opnamen van de student tijdens het uitvoeren van een opdracht.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 15
5.4. Een afsluitend assessment voor de propedeuse is nog niet ontwikkeld. In de propedeuse zijn met name de kennistoetsen belangrijk. De vakken in interactieve vaardigheden worden door middel van assessments getoetst. In het najaar van 2008 start de opleiding met het ontwikkelen van assessments, waarin zowel methodische vaardigheden, materie deskundigheid als interactieve vaardigheden worden getoetst. Dan zal tevens worden onderzocht of de opleiding gebruik kan maken van instrumenten die in Verenigde Staten en Engeland zijn ontwikkeld binnen het hoger onderwijs op het gebied van counseling, coaching en training. Het auditteam heeft kennisgenomen van het document ‘Toetsbeleid 2008-20011’, de verschillende door de opleiding gehanteerde toetsen binnen de vijf leerlijnen en de richtlijnen voor de docenten voor de toetsconstructie en de afspraken over de betrouwbaarheid, validiteit, efficiency en transparantie van het toetsen en beoordelen. Het auditteam constateert, dat de opleiding dit duidelijk heeft beschreven en is van mening, dat de opleiding daarmee borgt dat de toetsen van voldoende kwaliteit zijn. Dat de opleiding ook het werkveld regelmatig betrekt bij het toetsen en beoordelen vindt het auditteam goed. Het auditteam had in 2006 al inzage gehad in de moduleboeken en heeft tijdens de audit in 2008 opnieuw naar de moduleboeken gekeken. In de moduleboeken inclusief de handleidingen voor stage en afstuderen is duidelijk beschreven aan welke leerdoelen wordt gewerkt en op basis van welke criteria en op welke wijze getoetst zal worden. In elk moduleboek is een beoordelingsformulier opgenomen. De studenten die het auditteam sprak meldden dat de toetsen nu goed aansluiten bij de colleges. Er is ten opzichte van een aantal jaren geleden duidelijk meer structuur gekomen. Het is voor hen helder aan welke competenties ze werken en wat de leerdoelen en toets- en beoordelingscriteria van elke module zijn. Het auditteam is op grond van wat hij gezien en gehoord heeft van mening, dat de opleiding op passende en voldoende wijze toetst of de studenten de leerdoelen van het programma hebben gerealiseerd. Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding heeft haar toetsbeleid duidelijk vastgelegd en toetst op een passende en voldoende wijze of de studenten de leerdoelen van het programma hebben gerealiseerd. Het toetsen en beoordelen gebeurt op een valide, betrouwbare en transparante wijze. De toetscommissie speelt daarin een belangrijke rol. De opleiding betrekt ook het werkveld regelmatig bij het toetsen en beoordelen. De studenten zijn tevreden over het toetsen. Het is voor hen helder aan welke competenties en leerdoelen zij werken en op basis van welke criteria zij beoordeeld worden.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 16
Aspect 6: De omvang van het ingezette personeel Bevindingen 6.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam kennisgenomen van de kwantiteit en kwaliteit van het ingezette personeel op de locatie Deventer en Dordrecht en van de personeelsplannen die er toen lagen. Op de locatie Deventer bleek dat de omvang van het personeel voor het uitvoeren van het onderwijs toen wat ‘krap’ was. Ook signaleerde de opleiding op het gebied van diverse inhoudelijke deskundigheden een aantal knelpunten. De opleiding wilde daarom voor Deventer nog een psycholoog gaan aantrekken en had daarvoor nog ruimte van 1 FTE. Op de locatie Dordrecht was voldoende personeel om het onderwijs met de gewenste kwaliteit te verzorgen. 6.2. Evenals in 2006 al het geval was vallen de docenten van de locatie Dordrecht wat betreft het personeelsbeleid onder het Da Vinci College. Met hogeschool Saxion Next zijn contractueel afspraken vastgelegd over de inzet van personeel voor het ontwikkelen en uitvoeren van onderwijsonderdelen en de inzet van personeel binnen de diverse geledingen in het kader van de interne kwaliteitszorg. Sturing van het beleid gaat hierbij uit van hogeschool Saxion Next. Voor de beide locaties van de opleiding zijn personeelsplannen opgesteld. In het deel over de kwantiteit van het personeel en in een overzicht met kerngetallen docententeam is in beeld gebracht wat de huidige samenstelling is van het personeel voor de twee locaties. De laatste jaren heeft de opleiding flink geïnvesteerd in de verbetering van de kwaliteit van de opleiding. Belangrijkste maatregel is geweest de extra aandacht voor begeleiding van studenten en het lesgeven in kleine groepen voor het trainen van methodische en interactieve vaardigheden. Ten behoeve daarvan is ook extra formatie ingezet op beide locaties. (Zie ook aspect 4 onder punt 5.) De docent: student ratio ligt voor 2008-2009 op beide locaties op gemiddeld 1:35 en is daarmee vergelijkbaar geworden met de docent: student ratio die er wordt gehanteerd binnen de andere opleidingen van de hogeschool. De opleiding streeft er naar deze docent:student ratio voor de komende jaren te stabiliseren. De verhouding vast en flexibel heeft de hogeschool bepaald op 60% - 40%. Daarmee kan de opleiding ook snel inspelen op af- of toename van studenten. Voor de continuïteit is het ook belangrijk dat de opleiding kan beschikken over een ruime docentenpool. Daarom heeft de opleiding van alle bij haar werkzame vaste, tijdelijke en freelance docenten goed in beeld gebracht over welke kwaliteiten zij beschikken. 6.3. In het kwalitatieve deel van de personeelsplannen is in beeld gebracht wat de huidige samenstelling is van het personeel voor de twee locaties, voor welke modulen docenten worden ingezet, welke andere werkzaamheden zij nog verrichten naast het docentschap aan de opleiding, welke opleiding zij hebben gevolgd en of zij een vaste aanstelling hebben of op freelance of tijdelijke basis werken. Ook is in beeld gebracht over welke onderwijskundige en organisatorische kwaliteiten de docenten beschikken in relatie tot de docenttaken. In het overzicht kengetallen docententeam is voor beide locaties in beeld gebracht welke opleiding de docenten hebben gevolgd. Alle docenten beschikken minimaal over een HBO diploma. Op de locatie Deventer beschikt 72 % en op de locatie Dordrecht 42 % van het huidige personeel over een WO diploma. Een deel van de docenten is ook gepromoveerd. De keuze voor de drie profielen heeft geleid tot accentverschuivingen in de onderwijsstaf. Er zijn daarom in de afgelopen jaren een aantal trainers, coaches en counselors aangetrokken. Ook zijn er meer mensen vanuit het bedrijfsleven gezocht en minder vanuit de zorg. Het auditteam heeft kennisgenomen van de twee personeelsbeleidsplannen en concludeert op basis hiervan dat er voldoende personeel wordt ingezet en dat het personeel (ruim) voldoende gekwalificeerd is voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 17
Uit de gesprekken met de docenten en de CV's is gebleken dat zij veel contact hebben met het werkveld. Een aantal van hen is ook parttime werkzaam in de beroepspraktijk. Alle docenten beschikken over een breed netwerk. Daarnaast houden zij hun vak bij door o.a. het lezen van vakliteratuur, het bezoeken van congressen, het volgen van cursussen etc. Door het kleinschalige karakter van de opleiding is het contact tussen de docent en de student zeer direct en intensief. De studenten die het auditteam sprak waren zeer tevreden over de docenten en de aandacht die zij van hen kregen. Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding zet voldoende personeel in en het personeel is (ruim) voldoende gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Dit blijkt ook uit de gesprekken met de docenten en de CV's. Door het kleinschalige karakter van de opleiding is het contact tussen de docent en de student zeer direct en intensief. De studenten zijn zeer tevreden over de docenten en de aandacht die zij van hen krijgen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 18
Aspect 7: Het gerealiseerde niveau in de opleiding Bevindingen 7.1. Tijdens de audit op 22 en 25 september 2006 bij de opleiding HBO Psychologie op de locaties Deventer en Dordrecht heeft het auditteam inzage gehad in de afstudeerwerkstukken. Daaruit bleek dat de afstudeerders beschikten over een kennisniveau en analytisch vermogen dat normaliter van HBO-studenten mag en moet worden geëist. Ondanks de tevredenheid over het niveau meldde de opleiding de afstudeerwerkstukken verder te willen verbeteren. De opleiding had daarvoor een ' Verbeterplan niveau Afstudeerwerkstukken' (juni 2006) opgesteld. Met name de kwaliteit van het onderzoeksdeel kon verbeterd worden. Ook koos de opleiding ervoor voortaan te werken met beoordelende docenten, die deskundig zijn op het gebied van onderzoek. Bij voorkeur psychologen, pedagogen of sociologen of andere universitair geschoolde docenten, die onderzoek kunnen beoordelen. 7.2. Om het niveau van afstuderen te garanderen heeft de opleiding sinds de audit in september 2006 verschillende maatregelen getroffen; zoals al onder aspect 5 is beschreven zijn er verschillende bijeenkomsten met afstudeerbegeleiders en de toetscommissie gehouden om te komen tot eenduidigheid in de beoordeling. Tijdens deze bijeenkomsten zijn verschillende afstudeerwerkstukken besproken. De opleiding heeft in haar jaarplanning opgenomen, dat dergelijke bijeenkomsten over begeleiding en beoordeling met afstudeerbegeleiders en beoordelaars drie maal per jaar plaatsvinden. een aantal afstudeerwerkstukken is uitgebreid besproken met externe werkvelddeskundigen en de Beroepenveldcommissie. Bevindingen van deze gesprekken zijn besproken met de afstudeerbegeleiders en beoordelaars en verwerkt in de 'Handleiding Afstuderen'. Daarbij heeft de Examencommissie van de opleiding de criteria aangescherpt en specifieker gemaakt en is het beoordelingsformulier verbeterd. in de Beroepenveldcommissie worden voortaan jaarlijks een aantal afstudeerwerkstukken besproken om het niveau te toetsen. in de nieuwe handleiding wordt ook verwezen naar de modulen Methoden van Onderzoek I en II, die de studenten kunnen raadplegen en gebruiken voor het uitvoeren van hun onderzoek in het kader van hun afstudeeropdracht. 7.3. De beoordeling van het afstudeerwerkstuk vindt nu plaats door een docent-beoordelaar die niet de begeleider is. Dit gebeurt aan de hand van een beoordelingsformulier. Ook de begeleider op de werkplek waar de student zijn afstudeerwerkstuk heeft gemaakt, geeft een beoordeling op basis van een (ander) beoordelingsformulier. Evenals al in 2006 het geval was geeft de student een presentatie, die wordt meegewogen in de eindbeoordeling. Ook daarvoor is een apart beoordelingsformulier. Net zoals al in 2006 het geval was, is bij alle eindpresentaties een externe gecommitteerde aanwezig. De verschillende beoordelingsformulieren zijn opgenomen in de handleiding voor het afstuderen. 7.4. Voor het behalen van het diploma moet de student alle vakken met een voldoende hebben afgesloten, een voldoende hebben behaald voor de stage en een voldoende voor de afstudeerscriptie en het eindgesprek. Wanneer de student een onvoldoende heeft/zakt voor zijn stage moet hij de hele stage overdoen. De opleiding hecht er veel waarde aan dat de student in de praktijk aan kan tonen, dat hij als trainer of counselor of coach op HBO niveau kan werken en de daarvoor benodigde competenties beheerst. 7.5. De aansluiting van de opleiding op de studie Psychologie aan de universiteit verschilt per universiteit. Soms is er een tussenjaar nodig. De Universiteit Twente in Enschede en de Radboud Universiteit Nijmegen zijn direct toegankelijk voor de bij Hogeschool Saxion Next afgestudeerde studenten HBO Psychologie.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 19
Het auditteam heeft kennisgenomen van de maatregelen die de opleiding sinds 2006 heeft getroffen. Het auditteam is van mening, dat de opleiding hiermee voldoende zorgt dat het HBO-niveau van het afstuderen gegarandeerd is. Met de docenten is tijdens de audit gesproken over het doen van onderzoek. Het auditteam constateert dat de onderzoekslijn een duidelijke plek heeft gekregen in het curriculum van de verschillende studiejaren. In de nieuwe ‘Handleiding Afstuderen’ is voor de student, de betrokken docenten en de begeleider vanuit het werkveld duidelijk beschreven waar het afstudeerwerkstuk aan moet voldoen en op basis van welke criteria de student wordt beoordeeld. Het auditteam heeft ook deze keer inzage gehad in afstudeerwerkstukken en heeft kunnen constateren, dat de studenten ten opzichte van 2006 op het gebied van onderzoek doen en verslaglegging systematischer en zorgvuldiger te werk zijn gegaan. Door het plan van aanpak ook door een andere docent te laten bekijken, zorgt de opleiding er voor dat de docenten met elkaar van gedachten wisselen over de inhoud van het plan en samen komen tot een goede beoordeling van het plan in het kader van het te realiseren HBO niveau in het afstudeerwerkstuk. Het auditteam concludeert op basis van de afstudeerwerkstukken die zij heeft gelezen, dat de studenten met deze werkstukken inclusief een voldoende afgeronde stage en een voldoende voor het eindgesprek, aantonen dat zij de geformuleerde eindcompetenties op HBO niveau hebben weten te behalen. Oordeel: voldoende Het auditteam kwalificeert dit aspect voor beide varianten van de opleiding als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: De opleiding heeft sinds 2006 een aantal maatregelen getroffen, waardoor zij het HBO-niveau van het afstuderen voldoende garandeert. De onderzoekslijn heeft een duidelijke plek gekregen in het curriculum van de verschillende studiejaren. In de nieuwe ‘Handleiding Afstuderen’ is voor de student, de betrokken docenten en de begeleider vanuit het werkveld duidelijk beschreven waar het afstudeerwerkstuk aan moet voldoen en op basis van welke criteria de student zal worden beoordeeld. Uit de afstudeerwerkstukken, waar het auditteam inzage in heeft gehad, blijkt dat de studenten ten opzichte van 2006 op het gebied van onderzoek doen en verslaglegging systematischer en zorgvuldiger te werk zijn gegaan. Het auditteam concludeert op basis van de afstudeerwerkstukken dat de studenten met deze werkstukken inclusief een voldoende afgeronde stage en een voldoende voor het eindgesprek, aantonen dat zij de geformuleerde eindcompetenties op HBO niveau hebben weten te behalen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 20
3.
SAMENVATTEND OORDEEL
3.1.
Oordeelschema HBO bachelor opleiding HBO Psychologie voltijd en deeltijd HBO BACHELOR OPLEIDING HBO PSYCHOLOGIE voltijd en deeltijd
Aspect 1. Verdere afstemming van het beroepsprofiel
Oordeel V
2. Uitbreiding van de internationale oriëntatie van de opleiding
V
3. Gerealiseerde studielast door studenten
V
4. Aansluiting tussen de didactiek en de werkvormen
V
5. Kwaliteit van beoordeling en toetsing
V
6. Omvang van het ingezette personeel
V
7. Gerealiseerde niveau in de opleiding
V
Samenvattend oordeel
V
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 21
3.2.
Integraal oordeel/ advies aan NVAO
Op basis van zijn bevindingen met betrekking tot de door de NVAO genoemde aspecten/facetten, concludeert het auditteam op basis van het NVAO-Accreditatiekader dat de door de Hogeschool Saxion Next, verzorgde voltijd en deeltijd variant HBO bachelor opleiding Psychologie in aanmerking komt voor accreditatie door de NVAO.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 22
BIJLAGE I:
Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaring auditoren
Drs. A.A. (Jos) Bleijenberg De heer Bleijenberg is sinds 2000 werkzaam als bestuurder van Zorggroep Eemhoven te Amersfoort. De organisatie is in 2005 gefuseerd met de naburige instelling tot Zorggroep Laak en Eemhoven, een instelling met drie grote verpleeghuizen en een tiental verzorgingshuislocaties in de regio Eemland. In 2008 is Laak en Eemhoven gefuseerd met zorginstelling Amant onder de naam ‘Beweging 3.0’. Hij was eerder tien jaar werkzaam als directeur binnen de jeugdbescherming in Gelderland. Heeft daar met een groot aantal fusies het fundament gelegd van het huidige bureau Jeugdzorg Gelderland Is jarenlang voorzitter van Vedivo geweest, de landelijke organisatie van jeugdbescherminginstellingen. Werkte in de jaren ‘80 in Doetinchem als directeur maatschappelijke dienstverlening, de voorloper van de huidige thuiszorgorganisatie. Was daarvoor werkzaam bij de landelijke Hervormde Jeugdraad. Studeerde na de sociale academie in deeltijd beleids- en organisatiesociologie in Rotterdam en Utrecht. Dr A.M.L. (Annemat) Collot d'Escury Mevrouw Collot d'Escury is klinisch ontwikkelingspsycholoog, gz-psycholoog, kinder-en jeugdspecialist, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam en tevens zelfstandig gevestigd. Zij houdt zich bezig met de sociaal emotionele en sociaal cognitieve ontwikkeling van jongeren. Zij werkte met jonge in hun sociaal emotionele ontwikkeling bedreigde kinderen op het Medisch Kleuterdagverblijf ‘Margriet’ te Aerdenhout en het Kabouterhuis te ‘Amsterdam’ en te Sint Marie, Centrum voor communicatief beperkte kinderen en jongeren te Eindhoven en promoveerde in 1991 op het proefschrift: "What is on a child's mind?" Tevens is zij werkzaam voor het Hof te Amsterdam en verbonden aan het Landelijk kennis Centrum LVG. Zij is voorzitter van de sector Jeugd van het Nederlands Instituut voor Psychologen (NIP) en lid van de Raad voor beroeps ethische zaken. Zij heeft diverse publicaties op haar naam. F. (Francisca) van Dam Mevrouw van Dam is tweede jaars student aan de voltijd opleiding Toegepast Psychologie van Hogeschool Leiden. Mevrouw van Dam volgde in het verleden de opleiding Verpleegkunde A en is sinds 25 jaar werkzaam in de gezondheidszorg. Momenteel is zij parttime werkzaam op de hartbewaking van het Westeinde Ziekenhuis in Den Haag. Drs. Hans G.J. Stoltenborg De heer Stoltenborg studeerde psychologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en was al gedurende zijn studie werkzaam in projecten op het terrein van onderwijs en opleiding. Na een aantal jaren in de onderwijsresearch werkte hij op het gebied van het post-hbo en andere vormen van commerciële dienstverlening vanuit onderwijsinstellingen. Door een stationering in Brussel leerde hij de EU en het internationale projectenbeleid goed kennen. De afgelopen jaren werkt hij vanuit het kantoor in Den Haag op onderwerpen als marktonderzoek (deels samen met TNS NIPO), ontwikkeling van nieuwe opleidingen, competentiegericht leren, kwaliteitszorg en accreditatie. Ook voert hij het projectmanagement van innovatieprojecten en is hij betrokken bij internationale onderwijsprojecten. G.C. (Rianne ) Versluis Mevrouw Versluis is in 1979 afgestudeerd aan de Pedagogisch Academie. Tot 2001 is zij werkzaam geweest in verschillende functies binnen het dovenonderwijs als leerkracht, intern begeleider en teamcoördinator. Daarna heeft zij in een gemeente een aantal jaren gewerkt als (senior) beleidsmedewerker Welzijn. Het formuleren van (nieuw) beleid op het brede terrein van welzijn was daar een van haar voornaamste taken. Bij Hobéon is zij sinds januari 2006 o.a. nauw betrokken bij de accreditatie van hoger beroepsopleidingen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 23
BIJLAGE II: Programma Visitatie Programma Audit opleiding HBO Psychologie, voltijd – deeltijd, Hogeschool Saxion Next; 28 augustus 2008 Tijd Gesprekspartners 09.00 – 09.30 09.30 – 09.45 Managementteam Bernadette Lohuis (directeur) Mary Voigt (opleidingsmanager a.i.) Joop van Onzenoort (onderwijskundige) 09.45 – 10.45 Managementteam Bernadette Lohuis (directeur) Mary Voigt (opleidingsmanager a.i.) Joop van Onzenoort (onderwijskundige)
Auditoren Auditteam* Hans Stoltenborg Annemat Collot d’ Escury Jos Bleijenberg Francisca van Dam Rianne Versluis
Onderwerpen Voorbespreking Kennismaking Definitieve vaststelling programma
Auditteam
B2.02
10.45 -11.30
Hans Stoltenborg Annemat Collot d’Escury Francisca van Dam
Strategisch beleid, visie, missie Marktpositie – instroom Beroepsprofiel Relatie werkveld Internationalisering Studielast – contacturen voltijd/deeltijd 3 jarig en 4 jarige variant Rendementen Personeelsbeleid – kwantiteit en kwaliteit/ student:docent ratio Afstudeeropdracht/ eindexamen Portfolio Borging van de kwaliteit afstudeerwerk/ opmerkingen van de Beroepenveldcie Onderzoekscomponent Toetsen en beoordelen Relatie eindkwalificaties Studiebegeleiding Rendementen
B2.10
10.45 – 11.30
B2.02 2.02
11.30 – 11.45 11.45 – 12.45
Lokaal B2.02 B2.02
B2.02
B2.10
11.45 – 12.45
Afstuderen Laurens Ekkel (onderzoeksdocent / examencommissie / toetsingscommissie) Arianne Kooijmans (docent/lid examencommissie) Ninke van der Leck (praktijkcoördinator) Vera Ranty (PPO coördinator) Toetsen en beoordelen Ank van Maanen (docent / voorzitter examencommissie) Joop van Onzenoort (onderwijskundige) Marian van Steekelenburg (docent / voorzitter opleidingscommissie / lid toetsingscommissie) Docenten Deventer Laurens Ekkel Arianne Kooijmans Ninke van der Leck Ank van Maanen Vera Ranty Marian van Steekelenburg
Rianne Versluis Jos Bleijenberg
Auditteam Rianne Versluis Annemat Collot d’Escury
Studenten Deventer - voltijd en Hans Stoltenborg Jos Bleijenberg deeltijd Francisca van Dam Corien Verrips (1e jaars dt) Aukje Asma (1e jaars vt, is overgestapt naar dt)Michel Naafs (1e jaars dt) heeft zich afgemeld Nijnke Bollen (4e jaars vt) Reinier van Leusen (2e jaars vt) André Lollinga (3e jaars vt) Miriam Cup (afgestudeerd in 3 jaar dt)
Toetscommissie en Examencommissie Stand van zaken uitvoering toetsbeleid Borging betrouwbaarheid - validiteit Assessments portfolio Resultaten / rendementen Studeerbaarheid, Studielast Interne terugkoppeling, verificatie Beroepsprofiel + verwerking in het curriculum Relatie beroepenveld Internationalisering en gebruik buitenlandse literatuur Didactisch concept en werkvormen Studeerbaarheid, Studielast Onderwijsontwikkeling – 3 en 4 jarige variant Beroepsprofiel Internationalisering Didactisch concept en werkvormen Toetsen en beoordelen Studeerbaarheid, studielast Contacturen versus zelfstudie Studiebegeleiding
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 24
B2.02
12.45 – 13.30
Lunch
Auditteam
B2.10
13.30-14.15
Nader te bepalen gesprekspartners (iedereen beschikbaar) Verificatie documenten
(deel) van het auditteam
B2.02 B2.02
14.15 – 15.00
B2.02
15.00
Alle gesprekspartners & genodigden
Lunch, interne terugkoppeling, verificatie en bepaling ‘pending issues’ / verdieping en/of additionele onderwerpen Pending issues
(deel) van het auditteam Auditteam
Intern overleg en bepaling voorlopige beoordeling
Auditteam
Terugkoppeling voorlopige beoordeling
* Auditteam: Drs. G.J. Stoltenborg, (Hans) Lead-auditor / adviseur Hobéon Certificering Drs. A.A. Bleijenberg, (Jos) Werkvelddeskundige – Raad van Bestuur Laak en Eemhoven Dr. A.M.L. Collot d’Escury (Annemat) Vakdeskundige – klinische ontwikkelingspsychologie, gz psychologie en kinder&jeugdspecialist verbonden aan de Universiteit van Amsterdam F. van Dam (Francisca) Studentlid / student opleiding Toegepaste Psychologie Hogeschool Leiden. G.C. Versluis (Rianne) Onderwijskundige en secretaris / adviseur Hobéon Certificering
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Psychologe, Hogeschool Saxion Next 25