Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Hoger Hotelmanagement Voltijd Hogeschool Notenboom
Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Hoger Hotelmanagement Voltijd Hogeschool Notenboom
Hobéon® Certificering BV Datum: 16/12 2004, 25/2 2005 Auditteam: De heer R.J.M. van der Hoorn De heer W.G. van Raaijen De heer Th.P.A.G.M. Coenegracht Mevrouw J.B. van Haastregt De heer G.W.M.C. Broers
INHOUDSOPGAVE 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.3.1. 1.3.2. 1.3.3. 1.3.4. 1.3.5. 1.4.
INLEIDING Functie van het rapport Bereik van de beoordeling Aanpak Beoordelingsprocedure en werkwijze Beslisregels Auditteam Deelnemers visitatie Programma visitatie Hotelmanagement datum 16/12 2004, 25/2 2005 Korte schets van Hogeschool Notenboom
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Facet 1.2. Niveau Bachelor Facet 1.3. Oriëntatie HBO Onderwerp 2: Programma Facet 2.1. Eisen HBO Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Facet 2.3. Samenhang Programma Facet 2.4. Studielast Facet 2.5. Instroom Facet 2.6. Duur Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Onderwerp 3: Inzet van Personeel Facet 3.1. Eisen HBO Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Onderwerp 4: Voorzieningen Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Facet 4.2. Studiebegeleiding Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Onderwerp 6: Resultaten Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Facet 6.2. Onderwijsrendement
6 6 6 8 10 12 12 14 16 19 21 23 24 26 28 28 30 31 33 33 34 35 35 37 38 40 40 42
3. 3.1. 3.2.
SAMENVATTEND OORDEEL Oordeelschema HBO bachelor opleiding Hoger Hotelmanagement voltijd Integraal oordeel/ advies aan NVAO
43 43 44
Bijlage I: Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaringen externe auditoren Bijlage II: Programma visitatie
1 1 1 1 1 3 4 4 5 5
1.
INLEIDING
1.1.
Functie van het rapport
Het onderhavige rapport bevat het advies aan de NVAO dat door Hobéon Certificering als Visiterende Beoordelende Instantie is opgesteld ten behoeve van de accreditatie van de HBO bachelor opleiding Hoger Hotelmanagement .
1.2.
Bereik van de beoordeling
1.2.1. Hogeschool Notenboom verzorgt de HBO bachelor opleiding Hoger Hotelmanagement. 1.2.2. Het onderhavige rapport heeft betrekking op de opleiding Hoger Hotelmanagement. Deze opleiding wordt uitgevoerd in een voltijd variant. Wij merken op dat deze opleiding thans ook als een kort-HBOopleiding verzorgd wordt binnen Hogeschool Notenboom. Gelet echter op het feit dat kort-hbo opleidingen niet geaccrediteerd worden, in verband met het van overheidswege ‘afbouwen’ van dit type opleidingen, is dit niet meegenomen in deze beoordeling en de voorliggende rapportage. 1.2.3. De basis voor het onderzoek van Hobéon Certificering werd gevormd door de Management Review van Hogeschool Notenboom.
1.3.
Aanpak
1.3.1.
Beoordelingsprocedure en werkwijze
Bij de beoordeling van de opleidingsvariant voltijd is uitgegaan van het door de NVAO vastgestelde “Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs”. Daarin staan de onderwerpen en facetten vermeld waarop een VBI zich bij de beoordeling van een opleiding moet richten. Voorts zijn daarin opgenomen de criteria aan de hand waarvan een VBI moet bepalen of de basiskwaliteit van die opleiding als voldoende kan worden beoordeeld. Voorafgaand aan het accreditatieonderzoek heeft Hobéon Certificering de opleiding voorbereid op de audit door een inhoudelijke toelichting te geven op het NVAO-Accreditatiekader. Met betrekking tot het specifieke referentiekader van de betreffende opleidingsvariant geldt het volgende: de opleiding Hoger Hotelmanagement heeft zich voor wat betreft beroepsprofiel, opleidingscompetenties en doelstelling tenminste gebaseerd op het landelijk beroepsprofiel en de opleidingscompetenties zoals vastgesteld in het landelijk overleg tussen de betreffende opleidingen en het beroepenveld. (Zie onder facet 1.1.: “Domeinspecifieke Eisen”). Het auditteam heeft dit opleidingsspecifieke referentiekader beoordeeld en vastgesteld dat het in voldoende mate gespecificeerd is en passend is voor een opleiding Hoger Hotelmanagement op HBO-niveau. Het auditteam heeft dit kader in zijn beoordeling betrokken. Zie voorts onder facet 1.1.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 1
De beoordelingsprocedure van Hobéon Certificering kent twee hoofdmomenten: Documentanalyse Het gaat hier om een analyse en beoordeling van (i) de door Hogeschool Notenboom aangeleverde Management Review, (ii) de in het kader van de interne sturingscyclus opgeleverde managementrapportages en (iii) de onderliggende documentatie die betrekking had op bijvoorbeeld: strategische keuzen en de positie in de markt, interne organisatie, de (systematiek van) interne kwaliteitszorg en de daarmee samenhangende verbetermaatregelen, ontwikkelingen in het beroepenveld, beroeps- en opleidingsprofielen, (validatie) eindkwalificaties, curricula en de interne en externe evaluatie daarvan, werkvormen, toetsing en beoordeling, kwantitatief en kwalitatief personeelsbeleid, internationalisering, instroombeleid, studiebegeleiding, rendement. Op basis van de door Hogeschool Notenboom, i.c. de door opleiding Hoger Hotelmanagement aangeleverde documentatie, heeft het auditteam zich een beeld kunnen vormen van de primaire en secundaire processen van de opleidingsvariant voltijd. Het auditteam heeft dit beeld getoetst aan zaken als: ambitieniveau, toekomstgerichtheid, innovatief vermogen, kwaliteitsbewaking via interne en externe evaluatie, arbeidsmarktrelevantie, resultaatgerichtheid, continuïteit, studenten- en docentenbelangen. Voorafgaand aan de visitatie (zie hieronder) werd het management van de betreffende opleiding op de hoogte gesteld van de voorlopige bevindingen van het auditteam op basis van zijn documentanalyse. Audit De audit was gericht op een actieve ‘controle’ door middel van een visitatie, uitgevoerd door een auditteam waarvan deel uitmaakten één externe onafhankelijke deskundige op het gebied van Hotelmanagement, één student, één lead auditor, één auditor ‘onderwijs’ en een secretaris vanuit Hobéon Certificering. Er is voor gekozen om verspreid over meerdere dagen de audit uit te voeren: in december 2004 is er een audit uitgevoerd op systeemniveau met het management van de onderwijsinstelling. In februari 2005 heeft het auditteam een afzonderlijk bezoek gebracht aan de vestigingen Maastricht en Hilversum alwaar het voorzieningenniveau gecontroleerd is en alwaar gesprekken gevoerd zijn met de lokaal werkzame docenten, de studenten en het management. Onder ‘controle’ moet hier worden verstaan, dat het auditteam op verschillende niveaus (management, coördinatie, examencommissie, docenten, studenten, staf) heeft getoetst (i) of de in de documentatie beschreven beleidsvoornemens en de daaraan gerelateerde uitvoeringsprocessen zijn geïmplementeerd en (ii) of de overige in de documentatie vervatte informatie verifieerbaar is. Deze verificatie door het auditteam geschiedde enerzijds door, zoals hierboven reeds is aangegeven, meerdere malen hetzelfde onderwerp met verschillende geledingen te bespreken en anderzijds aan de hand van additionele documentatie en -daar waar het de huisvesting en de materiële voorzieningen betreft- ook door eigen waarneming. De additionele, tijdens de visitatie geraadpleegde, documentatie behelsde ondermeer: § overzichten van de samenstelling van de werkveld-gremia waarmee de opleiding(en) overleg voeren; § verslagen van die bijeenkomsten met het werkveld; § overzicht CV’s van (gast)docenten; § netwerkoverzicht docenten; § verslagen van de functioneringsgesprekken met docenten; § verslagen van docentevaluaties; § verslagen van studievoortgangsgesprekken met studenten; § detailbeschrijving van modules, cases en de daaraan gekoppelde opdrachten; § stageverslagen en -beoordelingen; § de ‘beroepsproducten’ die gedurende de opleiding door studenten worden opgeleverd; § de ‘eindproducten’ van studenten. ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 2
Aldus had het auditteam voldoende instrumenten om zich op gedetailleerd niveau op de hoogte te stellen van inhoud, opzet, uitvoering en resultaten van het opleidingsprogrammas en van de daarmee samenhangende personele, organisatorische, materiële en ruimtelijke voorzieningen. Het auditteam heeft op deze wijze alle in het NVAO-Accreditatiekader vermelde facetten beoordeeld, op basis waarvan een samenvattend oordeel per onderwerp werd gegeven. Een en ander werd vastgelegd in een conceptrapport dat aan de opleiding Hoger Hotelmanagement werd voorgelegd voor een toets op eventuele feitelijke onjuistheden. Het voorliggend rapport is de weergave van het oordeel van het auditteam met daarbij de gronden waarop dat oordeel is gebaseerd.
1.3.2.
Beslisregels
Met als uitgangspunt de Beslisregels Accreditatie zoals vastgelegd in het NVAO-Accreditatiekader1 heeft Hobéon Certificering de volgende beslisregels toegepast. A.
De scores op de per onderwerp gerubriceerde facetten leiden tot een score op het betreffende onderwerp en wel volgens de regels onder C.
B.
Binnen de beoordeling van een facet is er ruimte voor een eigen afweging van het auditteam: § uitvoering/praktijk weegt zwaarder dan beleid/theorie; (beter een goed functionerende regeling die slecht is opgeschreven dan omgekeerd); § primaire processen wegen zwaarder dan secundaire.
C.
Van facetten naar onderwerp. Hier geldt het volgende: § een onderwerp krijgt de score ‘voldoende’ indien alle facetten tenminste ‘voldoende’ hebben gescoord of indien één facet ‘onvoldoende’ en de overige tenminste ‘voldoende’ hebben gescoord, mits er een acceptabel verbeterplan beschikbaar is voor het facet met de score ‘onvoldoende’; § een onderwerp krijgt de score ‘onvoldoende’ indien één facet ‘onvoldoende’ heeft gescoord en er geen acceptabel verbeterplan voor dit facet beschikbaar is; § een onderwerp krijgt de score ‘onvoldoende’ indien meer dan één facet ‘onvoldoende’ heeft gescoord, ongeacht of er voor die facetten acceptabele verbeterplannen zijn.
D. Indien voor een onderwerp een hogere score dan ‘voldoende’ gerechtvaardigd is, dan wordt dat met inachtneming van de regels onder E, als ‘extra aantekening’ vermeld. E.
1
2
Met betrekking tot de ‘extra aantekening’ geldt het volgende: § een onderwerp krijgt de extra aantekening ‘goed’ indien alle facetten van dat onderwerp ‘goed’ hebben gescoord of indien één facet ‘voldoende’ en de overige facetten ‘goed’ of ‘excellent’ hebben gescoord; 2 § een onderwerp krijgt de extra aantekening ‘excellent’ als alle facetten van dat onderwerp ‘excellent’ hebben gescoord of indien één facet ‘goed’ en de overige facetten ‘excellent’ hebben gescoord; § een onderwerp krijgt geen extra aantekening indien één van de facetten van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord.
Volgens de NVAO-Beslisregels Accreditatie kan een Onderwerp uitsluitend ‘onvoldoende’ of ‘voldoende’ scoren; een Facet kan volgens diezelfde regels ‘onvoldoende’, ‘voldoende’, ‘goed’ of ‘excellent’ scoren. In het NVAO-Accreditatiekader worden bij Onderwerp 2 (“Programma”) acht Facetten onderscheiden. Eén van die Facetten (Facet 2.6.) betreft de duur van de opleiding. Het daarbij behorende criterium (240 ECTS) is evenwel geen (kwaliteits)criterium, maar een formele vereiste waaraan het programma van een opleiding a priori moet voldoen, wil die opleiding überhaupt in aanmerking kunnen komen voor een HBO Bachelor accreditatieonderzoek. ‘Duur’ is dus van een andere orde dan -bijvoorbeeld- ‘Rendement’ of ‘Kwaliteit Personeel’. Bij de beslissing of het Onderwerp “Programma” een extra aantekening ‘goed’ dan wel ‘excellent’ verdient, wordt het Facet ‘Duur’ dan ook buiten beschouwing gelaten.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 3
1.3.3.
Auditteam
Het auditteam was als volgt samengesteld: Voorzitter: Leden:
Secretaris:
De heer R.J.M. van der Hoorn, MBA, CMC, Bsc, directeur Hobéon Groep De heer drs. W.G. van Raaijen, onderwijsdeskundige en senior adviseur Hobéon Certificering Mevrouw J.B. van Haastregt, studente HBO De heer drs. H.W. Wierda, MBA, econoom De heer mr. Th.P.A.G.M. Coenegracht, voorzitter Horeca Nederland, regio Zuid-Limburg De heer drs. G.W.M.C. Broers, adviseur Hobéon Certificering
Bij het samenstellen van het auditteam heeft Hobéon Certificering er zorg voor gedragen, dat de voor de beoordeling van de opleiding Hoger Hotelmanagement noodzakelijke expertise aanwezig is. Expertise met betrekking tot de onderwijskundige aspecten (i.c. het primaire proces, de ondersteunende processen en de organisatorische context) en expertise met betrekking tot de inhoudelijke aspecten (i.c. het programma in relatie tot het specifieke domein). De heer Van der Hoorn is één van de directeuren van de Hobéon Groep b.v. Hij heeft de afgelopen jaren verschillende opdrachten afgerond binnen de kaders van interim management als algemeen- en/of financieel directeur. Deze opdrachten waren in de regel afkomstig van financieel-economische instellingen, het hoger onderwijs en de overheid. Meer specifiek heeft de heer Van der Hoorn op interim basis onder andere leiding gegeven aan de directie van een HEAO in de Randstad. De heer Van Raaijen heeft zich de afgelopen jaren binnen Hobéon beziggehouden met kwaliteitszorg van opleidingen in het hoger onderwijs, arbeidsmarktonderzoek en het opzetten van accreditatietrajecten binnen het hoger beroepsonderwijs. Inmiddels heeft hij als lead auditor deelgenomen aan tientallen accreditatietrajecten, verdeeld over het volledige opleidingenaanbod, bij verschillende onderwijsinstellingen. Hij heeft zich tijdens de audit vooral gericht op de kwaliteit van de onderwijsprocessen die direct en indirect de uitvoering van het programma raken. De werkvelddeskundigen de heren Coenegracht en Wierda he bben zich in hun beoordeling met name gericht op de kwaliteit, actualiteit en relevantie van (i) het richtinggevend domeinspecifieke kader, (ii) de eindkwalificaties, (iii) de programma-inhoud en (iv) de interactie tussen opleiding en werkveld. Bovendien hebben zij de kwaliteit van het personeel en het gerealiseerde niveau beoordeeld. Zij hebben op grond van hun ervaring en positie in het werkveld een goed zicht op de eisen die vanuit de verschillende deelgebieden in het werkveld gesteld worden aan professionals afgestudeerd op het terrein van Hoger Hotelmanagement. De studente, mevrouw J.B. van Haastregt, studeert Hogere Europese Studies op de Haagse Hogeschool. Op grond van ervaringen binnen het internationale hoger onderwijs (zij heeft in Liverpool gestudeerd aan de John Moores University) en haar goede talenkennis is mevrouw Van Haastregt inmiddels betrokken geweest bij verschillende accreditatietrajecten. De secretaris, de heer Broers, heeft ervaring met het beoordelen van de programmaopbouw, het onderwijsproces en de organisatorische context waarbinnen de uitvoering plaatsvindt, in het perspectief van de eisen die aan HBO-opleidingen gesteld worden. Daarnaast is hij als secretaris en onderwijskundig auditor betrokken geweest bij enkele accreditatietrajecten. Voor de curricula vitae verwijzen wij naar Bijlage I.
1.3.4.
Deelnemers visitatie
Het auditteam heeft tijdens de visitatie gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers vanuit de verschillende geledingen van de opleiding(en): management, domeincoördinatoren, docenten, studenten en staf. Een volledig overzicht van de deelnemers aan de visitatie treft u aan in Bijlage II. ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 4
1.3.5.
Programma visitatie Hotelmanagement datum 16/12 2004, 25/2 2005
Zie Bijlage II.
1.4.
Korte schets van Hogeschool Notenboom
Hogeschool Notenboom maakt deel uit van de Notenboom Opleidingen Groep. De algemene leiding bestaat uit de directeur en drie vestigingsmanagers. De onderwijskundige lijn wordt geborgd door de directeur onderwijs en door de vaksecties (o.l.v. een domeincoördinator) waarvan de docenten van drie locaties (Hilversum, Maastricht en de hoofdlocatie Eindhoven) deel uitmaken. Aan de hogeschool zijn ca. 90 docenten verbonden, waarvan zes docenten les geven op twee vestigingen en één docent op drie vestigingen. De Notenboom Opleidingen Groep bestaat uit Stichting Hogeschool Notenboom (aangewezen HBO onderwijs), Instituut Notenboom, (diploma erkenningen in het kader van de Wet Educatie Beroepsonderwijs) en Erasmuscollege (erkenning VAVO- opleidingen voor VMBO, HAVO, VWO). Op grond van de Wet op de Erkende Onderwijsinstellingen is de instelling vanaf december 1988 erkend. Met ingang van 1 september 1997 is Hogeschool Notenboom op grond van de WHW aangewezen door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen als officiële instelling voor Hoger Onderwijs. Eveneens in 1997 heeft de instelling op grond van de WEB een groot aantal (MBO) diploma-erkenningen verkregen. Alleen de MBO-opleidingen die de instelling ook op HBO-niveau uitvoert worden hiervan aangeboden. De hogeschool verzorgt voltijdopleidingen op HBO-niveau met name binnen het economisch domein. De opleidingen zijn gericht op brede economische dienstverlening. Alle opleidingen stoelen op de filosofie dat de afgestudeerde als beginnend beroepsbeoefenaar inzetbaar is in uiteenlopende branches en voorbereid is op uiteenlopende beroepssituaties, zo geeft de hogeschool aan. De voltijdopleidingen worden aangeboden vanuit drie vestigingen: Eindhoven, Maastricht en Hilversum. In het studiejaar 2004-2005 volgen in totaal 425 HBO-studenten de voltijdopleidingen, waarvan 170 studenten in Eindhoven, 115 studenten in Hilversum en 140 studenten in Maastricht.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 5
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING
Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Dit onderwerp kent drie facetten: 1. domeinspecifieke eisen; 2. niveau bachelor; 3. oriëntatie HBO.
Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Criterium Het facet ‘Domeinspecifieke Eisen’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk)?
Bevindingen De opleiding Hoger Hotelmanagement maakt gebruik van de landelijk overeengekomen competenties/eindkwalificaties op het terrein van hoger hotelmanagement. Deze competenties zijn uitgewerkt naar de beroepsrollen die een afgestudeerde hotelmanager als (beginnend) beroepsbeoefenaar kan vervullen. In het definitieve profiel zijn meegenomen: § De geschiedenis van de horeca; § De internationale ketens; § De horecabedrijven; § Management. Uit de documentatie blijkt dat de opleiding in voldoende mate aansluit bij de eisen die aan afgestudeerden van deze opleiding gesteld worden en blijkt uit het beroepsprofiel van de opleiding Hoger Hotelmanagement dat de afgestudeerde werkzaam kan zijn bij een verscheidenheid aan organisaties en sectoren. De aard en de feitelijk inhoud van de werkzaamheden van de afgestudeerde, zo constateert het auditteam, hangen in belangrijke mate af van het bedrijf en het niveau binnen het bedrijf waarvoor de afgestudeerde wordt aangesteld. De afgestudeerde van de opleiding geeft leiding en draagt zorg voor het aanbod van producten van zijn bedrijf/afdeling. Hij bewaakt de efficiency, de productiviteit en het rendement van het bedrijf en/of de afdeling. Wettelijke voorschriften worden hierbij nageleefd. De visie die de opleiding heeft op het beroep van hotelmanager wordt regelmatig met het werkveld, de beroepsveldcommissie besproken, hetgeen blijkt uit rapportages van deze bijeenkomsten (zie hierna). De afgestudeerde stelt het beleid op, gericht op marketing, verkoop en logistiek management en bewaakt de uitvoering hiervan. Tevens onderhoudt de afgestudeerde hotelmanager contacten met relaties. De opleiding Hoger Hotelmanagement beschikt, zo constateert het auditteam op basis van documenten en n.a.v. de audit, over een goed, ook internationaal georiënteerd, extern netwerk. Het auditteam heeft gesproken met het management resp. docenten van de opleiding. Duidelijk is hierbij gebleken dat het management en docenten ‘gepokt en gemazzeld’ zijn op het terrein van hotelmanagement wat betreft vakinhoud en internationale ervaring. Zij voorzien de opleiding dan ook regelmatig zelf van relevante informatie hetgeen concreet gebleken is uit de syllabus: ‘What’s going on in the hotelworld?’. De onderwijsorganisatie hanteert op hogeschoolniveau een procedure voor de opname in het onderwijsmateriaal van nieuwe ontwikkelingen in het beroepenveld. Deze procedure bestaat uit zeven stappen die successievelijk gevolgd worden en beschreven zijn in de docentenreader. In 2003 is het College van Advies vervangen door een beroepenveldcommissie. De beroepenveldcommissie heeft ten doel – vooral in strategische zin- de aansluiting te bevorderen van het onderwijsprogramma van de opleiding op de beroepspraktijk en daarbij de afstemming te bevorderen tussen de opleiding en de praktijk van het beroe penveld. De beroepenveldcommissie: ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 6
§ § § §
informeert over ontwikkelingen in het werkveld en beroep; brengt gevraagd en ongevraagd advies uit over de inhoud en de kwaliteit van het curriculum van de opleiding[en], mede op basis van de landelijke opleidingskwalificaties; evalueert of en in hoeverre de (deel)kwalificaties en competenties nog relevant zijn en voldoen aan de (landelijke en instellingsspecifieke) opleidingskwalificaties; beoordeelt de kwaliteit en het niveau van de HBO-opleidingen.
De beroepenveldcommissie komt twee tot drie keer per studiejaar bijeen. De bijeenkomsten worden bijgewoond door vertegenwoordigers van Hogeschool Notenboom waaronder docenten en domeincoördinatoren van de opleiding. De leden van de beroepenveldcommissie kiezen uit hun midden een voorzitter. De voorzitter stelt de agenda op en nodigt de leden van de beroepenveldcommissie uit voor de vergadering. De leidinggevende van de opleiding legt de plannen of wijzigingen van het curriculum ter informatie, advies of evaluatie/beoordeling voor aan de beroepenveldcommissie. Op verzoek van de beroepenveldcommissie kunnen inhoudsdeskundigen worden uitgenodigd. Het advies en/of de evaluatie-/beoordelings-uitkomst wordt opgesteld door de leden van de beroepenveldcommissie. Van iedere bijeenkomst wordt een verslag gemaakt. De voorzitter van de beroepenveldcommissie maakt het advies of de evaluatie-uitkomst bekend aan de directeur en informeert de beroepenveldcommissie daarna hoe met het advies is/wordt omgegaan. Waar nodig geeft de beroepenveldcommissie adviezen ten aanzien van wijzigingen in de set kwalificaties. Het auditteam heeft geconstateerd dat deze kwalificaties op een heldere wijze verwoord zijn, d.w.z. op een zodanige wijze dat goed toetsbaar is in welke mate studenten voldoen aan de kwalificaties. Deze kwalificaties heeft de opleiding goed uitgewerkt in het OER van de opleiding. Ter adstructie het volgende citaat uit notulen van de Beroepenveldcommissie t.a.v. competentieprofielen: “...stelt de vraag wat de mening van de BVC is. Waar wordt aan gedacht? Wat is bijvoorbeeld van doorslaggevend belang bij een sollicitatie- en aannamegesprek. Wordt er alleen gekeken naar diploma’s of ook (of alleen maar) naar competenties en persoonlijksheidskenmerken. Alle aanwezigen zijn het er over eens dat met name persoonlijkheid en sociale vaardigheden héél zwaar wegen”.
Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. De opleiding Hoger Hotelmanagement biedt een curriculum aan dat geënt is op de beroepspraktijk resp. recente ontwikkelingen in de beroepspraktijk. De opleiding betrekt in voldoende mate het werkveld bij het actualiseren van de inhoud resp. kwalificaties van de opleiding. Tevens besteedt de opleiding voldoende aandacht aan de verdere internationalisatie van het vakgebied.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 7
Facet 1.2. Niveau Bachelor Criterium Het facet ‘Niveau Bachelor’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor?
Bevindingen De eindkwalifciaties van de opleiding sluiten aan bij de algemene eisen die gelden voor afgestudeerden van opleidingen op het terrein van hoger hotelmanagement. De opleiding heeft de eindkwalifciaties, in de documenten ‘competenties’ genoemd, voldoende uitgewerkt. Dit is weliswaar niet gebeurd op basis van de ‘Dublin-descriptoren’ maar het is goed mogelijk de verschillende ‘competenties’ te koppelen aan de ‘Dublindescriptoren’. In onderstaande tabel hebben wij ‘Dublin-descriptoren’ en ‘competenties’ naast elkaar gezet. Dublin Descriptor Kennis en inzicht
Toepassen kennis en inzicht
Oordeelsvorming
Communicatie
Leervaardigheden
Hotelmanagement De afgestudeerde kan: § de betekenis van prijs-, kruis- en inkomenselasticiteit omschrijven. § de produktmix omschrijven aan de hand van kwaliteit, merk, service, garantie en assortiment. § de promotiemix omschrijven aan de hand van communicatie, reclame, sponsoring, public relations, free publicity en persoonlijke verkoop. § de plaatsmix omschrijven aan de hand van directe levering, indirecte levering, intensieve, selectieve en exclusieve distributie. § interacties tussen de verschillende onderdelen van de marketingmix verklaren. § de factoren die de aard en de omvang van de concurrentie bepalen verklaren. § de factoren die het gedrag van afnemers bepalen verklaren. § de product-marktstrategieën en concurrentiestrategieën omschrijven. Is in staat om kennis en inzicht en De afgestudeerde kan: probleemoplossende vermogens toe • het strategisch planningsproces omschrijven. te passen in nieuwe of onbekende • op basis van verzamelde gegevens voorstellen doen met betrekking omstandigheden binnen een bredere tot doelmarktkeuze, omzet- en marktaandeeldoelstellingen, (of multidisciplinaire) context die marketingmix en produktontwikkelingsbeslissingen. gerelateerd is aan het vakgebied; is in • een marketingplan uitwerken. staat om kennis te integreren en met • plannen maken voor optimaal gebruik van de complexe materie om te gaan. marketing/verkoopmiddelen. • budgetten opstellen voor de afdeling marketing/verkoop. • gebruik maken van een geautomatiseerd informatiesysteem voor de marketing/verkoopplanning. Is in staat om oordelen te De afgestudeerde kan zich een oordeel vormen wat betreft: formuleren op grond van • problematisch gebr uik en verslaving op het gebied van alcohol, onvolledige of beperkteinformatie drugs en gokken; en daarbij rekening te houden met • het lang van sociale hygiëne voor de sector en hiermee sociaal-maatschappelijke en samenhangend beleiden bedreigingen van het gastvrijheidsconcept; ethische verantwoordelijkheden, die • de handhaving van het ‘deurbeleid’; zijn verbonden aan het toepassen • risicogedrag; van de eigen kennis en oordelen. • inrichtingseisen, bouwkundige, technische en personele voorzieningen. Is in staat om conclusies, alsmede de Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie): kennis, motieven en overwegingen • samenwerken in een beroepsomgeving en meedenken over doelen die hieraan ten grondslag liggen, en inrichting van de organisatie, waaruit eisen voortvloeien die duidelijk en ondubbelzinnig over te betrekking hebben op de volgende kenmerken: multidisciplinariteit brengen op een publiek van en interdisciplinariteit, klantgerichtheid, collegialiteit, leidinggeven specialisten of niet-specialisten. (het sociale deel van de competentie) • Communiceren intern op alle niveaus, effectief en in de gangbare bedrijfstaal, veelal in het Nederlands en/of Engels; in termen van beroepstaken omvat dat onder meer opstellen en schrijven van plannen en notities, informeren, overleg voeren, draagvlak creëren, stimuleren, motiveren, overtuigen, verwoorden van besluiten. Heeft aantoonbare kennis en inzicht, gebaseerd op de kennis en het inzicht op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen en/of toepassen van ideeën, vaak in onderzoeksverband.
Bezit de leervaardigheden die hem of • haar in staat stellen een vervolgstudie aan te gaan met een grotendeels • zelfgestuurd of autonoom karakter.
De student is in staat zijn sterke en zwakke punten te benoemen en kan aangeven op welke wijze hij de zwakke punten kan verbeteren; De student krijgt voldoende talenkennis mee om na zijn afstuderen binnen de hotelbranche actief te communiceren in de drie ‘wereldtalen’, Engels, Duits en Frans.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 8
Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. De opleiding Hoger Hotelmanagement heeft in voldoende mate bij het formuleren en uitwerken van de competenties aansluiting gezocht bij de ‘Dublin-descriptoren’, i.c. bij de eisen die internationaal gelden voor afgestudeerden van dit type opleidingen. Essentieel hierbij is dat de verschillende ‘Dublin-descriptoren’ in voldoende mate zijn terug te vinden in de set competenties.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 9
Facet 1.3. Oriëntatie HBO Criteria Het facet ‘Oriëntatie HBO’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: § Zijn de eindkwalificaties van de opleiding mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties? § Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor de betreffende opleiding vereist of dienstig is?
Bevindingen De opleiding heeft een duidelijke visie op het beroep waarvoor wordt opgeleid. Deze visie komt tot uiting in de eindtermen van de opleiding Hoger Hotelmanagement en is samengevat in het OER van de opleiding. Deze eindtermen vermelden expliciet over welke kwalificaties een beginnende beroepsbeoefenaar minimaal moet beschikken. Verschillende samenwerkingsverbanden/overlegvormen dragen in sterke mate bij tot de profilering en explicatie van het beroep. De docenten en het management, zo is gebleken tijdens de audit, hebben een voldoende breed netwerk om op basis van deze contacten eventuele bijstellingen te plegen binnen het curriculum en de competenties. Kennisontwikkeling van studenten vindt plaats met, zo blijkt uit de documentatie alsook tijdens de audit, een duidelijke interactie met het werkveld. De opleiding geeft in de documentatie expliciet aan dat het hierbij gaat om kennis met betrekking tot: § het vaststellen van het strategisch management; § het vaststellen van het personeelsbeleid; § het vaststellen van het financieel management en de bewaking van de uitvoering ervan; § het onderhouden van contacten en relaties; § het beheren van informatie en data; § het organiseren van evenementen; § het leidinggeven aan werkzaamheden; § het bewaken van de efficiency, de productiviteit en het rendement van het bedrijf. De opleiding beschikt over een voldoende beeld van de eisen die het werkveld stelt aan een beginnende beroepsbeoefenaar. Uit de documentatie blijkt dat: § de hotelmanager (voornamelijk) werkzaam is in horecabedrijven c.q. toeristische bedrijven met een aanzienlijk aantal medewerkers. De aard en feitelijke inhoud van het beroep hangen af van het soort bedrijf en plaats en niveau binnen het bedrijf waarvoor hij werkzaam is. § de hotelmanager leiding geeft, zorgt voor het aanbod van producten en diensten, de hotelmanager/toeristisch manager bewaakt de efficiency, de productiviteit en het rendement van het bedrijf c.q. van de afdeling of vestiging, waarvoor hij verantwoordelijk is. Hij zorgt voor een adequate uitvoering van de administratie. § de hotelmanager een leidinggevende, coördinerende, een informerende, een adviserende en een faciliterende rol vervult. Hij is (mede) eindverantwoordelijk voor de werkuitvoering. De hotelmanager/toeristisch manager moet een nauwkeurige werkhouding hebben, klantgericht denken en zich klantgericht opstellen, hij moet pro-actief zijn, kunnen anticiperen, mondeling en schriftelijk vaardig zijn, hij moet zich flexibel en dienstverlenend opstellen, zelfstandig en samen kunnen werken. § de hotelmanager bedenkt en voert activiteiten uit op het gebied van marketing zoals marketingcampagnes, marketingverkenningen, marktonderzoeken. Daarnaast voert de hotelmanager commerciële activiteiten uit (verkoopbevorderende, aftersales en promotionele activiteiten). Op velerlei wijzen probeert de hotelmanager klanten te interesseren voor producten en/of diensten van zijn organisatie. Contacten zijn telefonisch, elektronisch maar ook face to face. Hij is (gedelegeerd) ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 10
§
verantwoordelijk voor het relatiebeheer (incl. customerservice) van de organisatie. Afhankelijk van de aanstelling werkt de hotelmanager//toeristisch manager op strategisch niveau (marketingplan), en voert werkzaamheden uit het marketingplan -beleid zelfstandig uit resp. stelt het marketingplan -beleid vast. de hotelmanager (mede)verantwoordelijk is voor het halen van commerciële doelstellingen van de organisatie i.c. het hotel waar hij werkzaam is.
Evaluaties onder afgestudeerden bevestigen het beeld dat de opleiding Hoger Hotelmanagement voldoende opgeleide beginnende beroepsbeoefenaren aflevert. Uit evaluaties met het werkveld is gebleken dat de stagebegeleiders aangeven dat afgestudeerden in voldoende mate beschikken over de noodzakelijke instroomeisen op de arbeidsmarkt. De opleiding onderhoudt nauwe banden met het werkveld. Men geeft hierbij aan dat het voor studenten van belang is in een zo vroeg mogelijk stadium ‘geconfronteerd’ te worden met het werkveld, de hotelsector. Uit documenten blijkt dat er duidelijk gestreefd wordt naar een goede band met dat werkveld. Zo zijn er binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement docenten werkzaam afkomstig uit het veld, i.c. de meeste vakgebonden docenten zijn uit de sector zelf afkomstig. Ook het management van de opleiding heeft, zo is het auditteam gebleken zijn sporen verdiend binnen de internationale hotelbranche en blijkt ook internationaal te zijn opgeleid. Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. Zowel uit de beschikbaar gestelde documentatie als tijdens de audit is gebleken dat de opleiding Hoger Hotelmanagement een goed beeld heeft van de eisen die het actuele werkveld stelt aan afgestudeerden van de opleiding. De opleiding houdt zich via het netwerk van de docenten en de werkveldcommissie op de hoogte van de eisen die het beroepenveld stelt aan aanstaande hotelmanagers. Waar nodig wordt het onderwijsprogramma aanpast opdat afgestudeerden over voldoende kennis en vaardigheden beschikken als zij de arbeidsmarkt betreden.
SAMENVATTEND OORDEEL “DOELSTELLINGEN OPLEIDING”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt dit onderwerp als voldoende. De opleiding Hoger Hotelmanagement beschikt over een studieprogramma dat, getuige reacties van zowel het werkveld als afgestudeerden, in voldoende mate aansluit bij de eisen die het beroepenveld stelt. De opleiding stelt zich actief op bij het herzien van competenties en het curriculum. Dit gebeurt op basis van kennis en inzicht die het docentenkorps en het management van de opleiding hebben van het werkveld. Het auditteam heeft geconstateerd tijdens de audit en na bestudering van de documentatie dat de opleiding beschikt over een goed overzicht van het vakgebied hotelmanagement, zowel in de breedte als diepte.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 11
Onderwerp 2: Programma Dit onderwerp kent acht facetten: 1.eisen hbo; 2. relatie tussen doelstellingen en inhoud; 3. samenhang programma; 4. studielast; 5. instroom; 6. duur; 7. afstemming tussen vormgeving en inhoud; 8. beoordeling en toetsing.
Facet 2.1. Eisen HBO Criteria Het facet ‘Eisen HBO’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: § Vindt kennisontwikkeling van studenten plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontwikkeld studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek? § Heeft het programma aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline? § Waarborgt het programma de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft het aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk?
Bevindingen Kennisontwikkeling door studenten vindt aantoonbaar plaats via interactie met de beroepspraktijk, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal, vakliteratuur en toegepast onderzoek bij het afstuderen. Het auditteam heeft dit geconstateerd a.d.h.v. documenten en tijdens de audit. Tijdens de audit heeft het auditteam uitgebreide inzage gehad in de literatuur die men binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement gebruikt alsmede ondersteunende literatuur. De Angelsaksische literatuur sluit goed aan bij de kwalificaties die de studenten dienen te bereiken, zo is tijdens de audit geconstateerd. Daarnaast is uit bestudering van scripties van studenten gebleken, in het bijzonder de hierbij door studenten geraadpleegde bronnen, dat de gebruikte en ter beschikking staande literatuur voldoende representatief is voor de opleiding Hoger Hotelmanagement en van voldoende niveau is. Het programma is gebaseerd op de beroepspraktijk van de hotelmanager en wordt voortdurend bijgesteld op basis van actuele ontwikkelingen, zo blijkt uit documenten/notities als ‘What’s going on in the hotelworld’ (publicatiedatum augustus 2003). Hierin wordt op een overzichtelijke en inhoudelijk interessante wijze ingegaan op ontwikkelingen binnen het vakgebied. Het auditteam was enigszins verrast over de uitgebreide behandeling in dit document van de problematiek rond het thema alcoholisme. Het curriculum blijkt te zijn vormgegeven op basis van landelijk gevalideerde kernkwalificaties en wordt verder ontwikkeld in samenwerking met het beroepenveld, zo blijkt uit verslagen van de beroepenveldcommissie-bijeenkomst. Aanpassingen in het curriculum vinden als volgt plaats: maandelijks rapporteren de domeincoördinatoren aan de directeur onderwijs te Eindhoven. Op basis van die rapportages vindt er een jaarlijkse update van competenties plaats, gevalideerd door de beroepenveldcommissie. De opleiding heeft, zo blijkt uit het leerplan, een omvangrijke buitenschoolse component. In het curriculum komt de beroepsgerichtheid tot uitdrukking in alle onderdelen: projecten, theorievakken en het buitenschools curriculum. De opleiding Hoger Hotelmanagement hecht er aan dat het curriculum actueel blijft. Het auditteam constateert dat de opleiding, om de ontwikkeling van kennis, inzicht, vaardigheden en houding van de student aan te laten sluiten bij de ontwikkelingen in het werkveld, op verschillende manieren contact met het beroepenveld onderhoudt, bijvoorbeeld via de beroepenveldcommissie. Het auditteam heeft verslagen van dit overleg ingezien. Door de opleiding wordt er naar gestreefd docenten aan te trekken die deels in de praktijk werkzaam zijn of recentelijk in de praktijk werkzaam zijn geweest.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 12
De herziening van het curriculum en de examenregeling geschiedt op basis van uitkomsten van enquêtes en evaluaties onder studenten, stagebegeleiders, vaksecties, afgestudeerden en hun werkgevers, vestigingsmanagers. De domeincoördinatoren hebben hierbij een centrale rol, zo blijkt tijdens de audit. Het auditteam heeft verschillende stageverslagen bestudeerd van studenten en merkt op dat deze in de regel zeer omvangrijk zijn en inhoudelijk een goed beeld geven van de activiteiten van de student tijdens de stage. Sinds 2003 dient als leidraad voor de stagewerkzaamheden een logboek. Hierin zijn vragen en opdrachten opgenomen, die uitgevoerd moeten worden. Deze zijn gerelateerd aan de deelkwalificaties met de bijbehorende eindtermen. In het logboek worden de werkzaamheden, indien voldaan, afgevinkt. Beoordeling aan de hand van het logboek geschiedt door de bedrijfsbegeleider (stagebeoordelingsformulier) en de stagementor. De docenten worden zo veel mogelijk bij stagebegeleiding en afstudeerbegeleiding ingezet. De student vindt de resultaten van deze contacten met de beroepspraktijk in alle studieonderdelen van het curriculum terug. Daarnaast wordt de beroepsgerichtheid van de opleiding in de projectmatige- en thematische benadering van het curriculum versterkt door stages en het afstuderen in de beroepspraktijk. Over de actualiteit, relevantie en toekomstgerichtheid van het curriculum is regelmatig en structureel contact met de werkveldcommissie. Tevens wordt tijdens stagebegeleidersvergaderingen en vergaderingen met leden van de werkveldcommissie ingegaan op curriculumveranderingen en wordt de mening van het beroepenveld en stagegevers gevraagd over het curriculum. In de afstudeerenquête kunnen studenten de relevantie aangeven van het studieprogramma in relatie tot actuele ontwikkelingen binnen de branche. Het beeld dat daaruit ontstaat, is dat afgestudeerden tevreden zijn over het curriculum. Gedurende alle leerjaren vinden projecten plaats en wordt een verslag hiervan gemaakt. Hierin werken studenten (samen of individueel) aan een opdracht, bijvoorbeeld het uitwerken van de organisatie van een festiviteit op onder meer de aspecten: financiën, personeel, locatie en catering, PR. Uitgegaan wordt van realistische opdrachten d.w.z. opdrachten die door het beroepenveld worden verstrekt of door het beroepenveld hadden kunnen worden verstrekt. Zo dienen door studenten een klanttevredenheidsonderzoek (bij het stagebedrijf) en een ondernemersplan te worden uitgevoerd. De opbouw naar niveaus met opklimmende moeilijkheidsgraad wordt, zo blijkt uit het curriculum, gevolgd in de stageopdrachten (logboeken) die toewerken naar een steeds zelfstandiger uitvoering. Het tweede leerjaar wordt afgesloten met het schrijven van een ondernemingsplan en het presenteren ervan aan een onafhankelijke examencommissie. Het derde leerjaar waarin zelfstandig onderzoek wordt verricht, wordt afgesloten met het schrijven en verdedigen van een onderzoeksscriptie, deels uitgevoerd tijdens de stage. De onderzoeksopdrachten voor de afstudeerscriptie worden bepaald vanuit de financieeleconomische relevantie voor het vakgebied en afgestemd op de stagebiedende organisatie en de interesse van de student. Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. Zo is de actualiteit van het curriculum en daarmee de beroepsgerichtheid voldoende geborgd en garandeert het onderwijsprogramma (uiteraard, voor een zo beroepsgerichte opleiding als Hoger Hotelmanagement is dit een vanzelfsprekendheid) het leren van beroepsvaardigheden op basis van actuele kennis. Deze actualiteit wordt geborgd door goede relaties met het werkveld via de beroepenveldcommissie.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 13
Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Criteria Het facet ‘Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: § Is het programma een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen? § Zijn de eindkwalificaties adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma? § Biedt de inhoud van het programma studenten de mogelijkheid de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken?
Bevindingen De inhoud van het curriculum wordt vastgesteld op basis van regelmatig overleg tussen opleiding en werkveld. De eindkwalificaties staan vermeld in het document ‘Onderwijs- en examenregeling Hoger Hotelmanagement Cohort 2004-2007’ en zijn op een adequate wijze tot stand gekomen. Het studiemateriaal wordt zoveel mogelijk bij een uitgever ingekocht. De domeincoördinatoren adviseren (na raadpleging van de vakdocenten) de directeur onderwijs over de te gebruiken methodes, waarna deze de boekenlijst vaststelt. Praktisch lesmateriaal wordt door de opleiding zelf ontwikkeld. De vertaling van eindkwalificaties in het curriculum staat beschreven in het studiemateriaal van de opleiding, dit is door het auditteam tijdens de audit bestudeerd. Bestudering van de documentatie en de inhoud van de gesprekken wijzen op het volgende: 1. 2.
3. 4.
In 2002 heeft Hogeschool Notenboom de competentieprofielen vastgesteld. De door Notenboom gehanteerde ´Notenboomcompetenties´ zijn vergeleken met de landelijk geldende competenties op het terrein van hotelmanagement. Er zijn, na globale vergelijking, geen opmerkelijke verschillen geconstateerd, behalve dan dat de landelijk geformuleerde HBO competenties wat algemener zijn opgesteld. In juni 2005 zullen de competentieprofielen nauwgezet worden vergeleken en eventueel bijgesteld. Bij het vaststellen van de niveau-aanduidingen zijn betrokken: de beroepenveldcommissie, de directeur onderwijs, de competentiedeskundige en de domeincoördinator. Bij het up to date houden van de competenties en het beroepsprofiel worden de publicaties van de HBOraad, de adviezen van de beroepenveldcommissie, de opmerkingen van de stagebiedende bedrijven, de adviezen van de domeincoördinator, het stagebureau, de stagementoren betrokken.
Bij het ontwerp van het studieprogramma is in eerste instantie een globaal ontwerp van het studieprogramma gemaakt waarbij de kernkwalificaties vertaald zijn naar leerdoelen. Vervolgens zijn de thema’s vastgesteld en gekoppeld aan een of meerdere doelstellingen. Aansluitend zijn ondersteunende vakken bepaald. Dit is goed geconcretiseerd/uitgewerkt in het OER van de opleiding. Bij de beschrijving van leerinhouden wordt uitgaande van deze hiërarchie steeds een koppeling gemaakt met de eindkwalificaties van de opleiding. Uit het OER is af te leiden op welke wijze vernieuwingen worden doorgevoerd op het niveau van studietaken. Uit een beschrijving in het document blijkt tevens dat ook bij wijzigingen in het programma deze koppeling met de eindkwalificaties gehandhaafd blijft. Uit de documentatie blijkt dat: § Het curriculum gezien moet worden als een geheel. De scheiding tussen theorie en praktijk in de vorm van, “theorie is iets anders dan de stage”, dient te vervallen. De praktijk van de beroepsuitoefening is essentieel.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 14
§
§
de praktijk aansluit bij de kennis en vaardigheden waarover studenten beschikken. Uit de gesprekken die het auditteam gevoerd heeft met studenten op de drie vestigingsplaatsen van Notenboom blijkt dat studenten tevreden zijn over hun voorbereiding op de stageplekken, i.c. de behandelde theorie sluit in voldoende mate aan op de praktijk van de stageplek. het onderwijs dient actuele elementen zoals ‘safety’, ‘de ketens’, ‘de shopping mall’ en ‘sociale hygiëne’ in zich te dragen.
Het inhoudelijke programma is voldoende uitgewerkt en beschreven in de algemene curriculuminformatie en de daarbijbehorende studiemateriaal. Het studiemateriaal bevat onder andere een beschrijving van onderwijsdoelstellingen, begin-vereisten, organisatie en leeractiviteiten, leermiddelen, literatuur en boekenlijst en een beschrijving van de toetsing. Het auditteam constateert op basis van documentatie dat het studieprogramma is vastgelegd in de studiegids. Het curriculum van de HBO-opleiding is erop gericht een zo groot mogelijke koppeling tot stand te brengen tussen theorie en praktijk. De integratie van het onderwijsprogramma wordt gerealiseerd binnen projecten, ondernemersplannen, stages en scriptie. De onderzoeksgebieden van opdrachten en projecten overstijgen veelvuldig de leerstof van een vakgebied. Aan de orde komen bijvoorbeeld in de bedrijfspresentaties over de stage-instellingen: technische zaken, personeel, bedrijfsformule en cultuur, marketing. De opleiding draagt er zorg voor dat de afgestudeerde hotelmanager in staat is de in het beroepsprofiel omschreven beroepstaken en activiteiten binnen de diverse taakgebieden en domeinen uit te voeren. Deze beroepstaken en beroepshandelingen worden concreet vertaald naar het onderwijsprogramma in door de opleiding geformuleerde programmadoelen. De inhoud van de programmaonderdelen wordt vanaf het begin van de studie gerelateerd aan realistische situaties uit de beroepspraktijk. Een belangrijk uitgangspunt van het curriculum is het principe van ervaringsonderwijs. De term ‘ervaring' gebruikt de opleiding in de betekenis van 'meemaken' en 'beleven': studenten worden vanaf de start van de studie met de praktijk geconfronteerd om deze 'ervaringen' vervolgens te benutten als 'bron' of aanleiding voor het leren van theorie en vaardigheden. In het kader van de beroepsoriëntatie wordt getracht een realistisch en representatief beeld te schetsen van de toekomstige beroepsuitoefening.
Oordeel: voldoende Op basis van de beschikbaar gestelde documenten en de gesprekken tijdens de audit met management, docenten en studenten komt het auditteam tot het oordeel voldoende. De opleiding heeft de eindkwalificaties in voldoende mate herkenbaar uitgewerkt tot doelstellingen. Studenten geven aan dat zij inderdaad in staat worden gesteld en ook in staat zijn deze doelstellingen te bereiken. De studenten krijgen voldoende gelegenheid om zich in de praktijk te bekwamen in het vakgebied hotelmanagement.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 15
Facet 2.3. Samenhang Programma Criterium Het facet ‘Samenhang Programma’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Is het studieprogramma inhoudelijk samenhangend?
Bevindingen De samenhang binnen het curriculum, zo blijkt uit het leerplan en het studiemateriaal, wordt zowel nagestreefd in inhoudelijke- als in onderwijsdidactische zin via een afstemming van de diverse werkvormen. De inhoudelijke samenhang heeft zowel betrekking op de horizontale samenhang (tussen studieonderdelen in een semester) als de verticale samenhang waarbij sprake is van een over de jaren toenemende complexiteit. De integratie van het onderwijsprogramma wordt gerealiseerd binnen onder andere projecten, stages en scriptie. Een goed voorbeeld hiervan trof het auditteam aan in het curriculum in het studie onderdeel ‘Menuengineering’. Hier is sprake van ‘Een mix van theorie en praktijk m.b.t. culinaire theorie, wijnkennis, wijn in praktijk en zelfstandig werken aan project, of case samen met presentaties van wijnstreken op de wereld. Voor wijnpraktijk en wijnstreekproject krijgen de studenten een aparte beoordeling. In de eerste studieweek worden alle afspraken over de indeling van het studiejaar vastgelegd. De wijnreis als slot vormt ook een onderdeel van de studiestof ter voorbereiding en informatie daarover’. Het curriculum kent een duidelijke opbouw van de leerstof en is ingedeeld naar niveaus met een opklimmende moeilijkheidsgraad (zie hierna). Het eerste jaar is gericht op kennisverwerving, participeren in een hotelorganisatie en oriëntatie op de toekomstige beroepsuitoefening. Het tweede jaar op toepassing van het bovenstaande. Het accent ligt daarbij op het zelfstandig definiëren en analyseren van processen in de praktijk van het hotelwezen. Het derde jaar is gericht op reflectie en integratie. Dit gebeurt bijvoorbeeld door middel van het zelfstandig ontwikkelen van oplossingstrategieën en vertalen hiervan in beargumenteerde adviezen richting hotelorganisatie. Ieder leerjaar kent een stageperiode. In het eerste studiejaar een stageperiode van 10 weken, in het tweede studiejaar een stageperiode van eveneens 10 weken, in het derde leerjaar een stage van 32 weken, aaneengesloten. Door middel van het stagelogboek worden de theoretische kennis en stageopdrachten met elkaar verbonden. De thematische opbouw van het curriculum, zo blijkt na bestudering van het onderwijsprogramma, is een belangrijke bouwsteen voor de samenhang in het curriculum. Uitgangspunt zijn fundamentele vaardigheden en (onderwijs)thema’s. Het onderwijs heeft een in complexiteit toenemend karakter, d.w.z. dat onderwijsinhouden in verticale zin (1e à 2e à 3e) uitgebreid, verdiept en verder geïntegreerd worden. Het curriculum bestuderend, blijkt er sprake te zijn van wat wij omschrijven als ‘basisvaardigheden’ en ‘vakspecifieke kennis en vaardigheden’. In onderstaande tabel geven wij een overzicht van de basisvaardigheden en de meer vakspecifieke kennis en vaardigheden waar tijdens de opleiding aandacht aan wordt besteed. A. Basisvaardigheden
1. Communicatieve en reflectieve vaardigheden
2. Cognitieve vaardigheden
a. gespreksvaardigheden b. klantgericht denken en handelen c. presenteren a. talenkennis b. economie en marketing c. ondernemingsplan
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 16
B. Vakspecifieke kennis en vaardigheden
1. Vinologie
De student: § beheerst de technische vaardigheden van het wijnproeven; § kan aan de hand van een proefformulier correct schriftelijk verslag uitbrengen van de eigenschappen van twee rode wijnen; § kan door middel van kijken, ruiken en proeven de hem aangeboden wijnen (4 rode en 4 witte) herkennen en kan een globale inschatting maken van het ontwikkelingsstadium van wijn; § kan aan de hand van een gegeven menukaart bij elk van de te herkennen wijnen een passend gerecht kiezen.
2. Food and beverage
De student: § onderkent het belang van food- en beveragemanagement voor het functioneren van de organisatie § kan de plaats van de afdeling food en beverage in de totale organisatie bepalen § kan het belang van automatisering en standaardisering voor de werkvelden van de fooden beveragemanager omschrijven § heeft kennis van en inzicht in de controlesystemen van de food- en beveragemanager § heeft kennis van en inzicht in de technieken van food and beverage
3. Hotelmanagement
De student: § Algemene overwegingen op het gebied van ketenkeuze, classificatie, thema, indeling, zalenaccommodatie, reserveringsysteem, organigram, prijsniveau en mogelijke arrangementen § Een compleet georganiseerd openingsfeest inclusief begroting en draaiboek § Een uitgebreid inzicht in de Rooms Division Afdeling op het gebied van housekeeping, schoonmaak en guestservices. § In staat zijn een presentatie te geven van de uitgewerkte plannen
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 17
4. Horeca onderneming
De student: § kan een balans analyseren aan de hand van diverse balansratio’s § kan een resultatenrekening analyseren aan de hand van diverse rentabiliteitsratio’s § kan wijzigingen in het werkkapitaal berekenen en analyseren. § kan een incomestatement opstellen en analyseren § kan een balance sheet opstellen en analyseren § kan een net cost of operation berekening opstellen en interpreteren § kan een break even point berekening maken § kan een kamerprijs berekenen aan de hand van de Hubbart formule. § kan werken met diverse nederlandse en amerikaanse balans en verlies en winstratios § kan een staat van herkomst en besteding der middelen opstellen § kan beleidsplannen opstellen
De programmaonderdelen vormen een coherent geheel, zo is het auditteam gebleken na bestudering van de documentatie en na gesprekken met het management en docenten. Bij de opzet van het curriculum is er voor gekozen uit te gaan van de praktijk. Uitkomsten van evaluaties geven aan dat studenten een goede samenhang ervaren tussen de verschillende onderdelen in het programma. Ook bestudering van de studiegids en het OER van de opleiding, waar het programma van de opleiding uitgebreid beschreven is, onderstreept de stelling dat er sprake is van voldoende samenhang tussen de verschillende programmaonderdelen van het curriculum.
Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. Vakdidactisch is het curriculum doordacht. Basiskennis en basisvaardigheden worden de student al vroeg in de studie bijgebracht hetgeen het auditteam beschouwt als een voldoende voorwaarde om op basis van deze kennis en vaardigheden de studie Hoger Hotelmanagement verder te volgen. Blijkbaar heeft de opleiding, i.c. hebben de onderwijsontwikkelaars, zich in voldoende mate vakinhoudelijk verdiept in het vakgebied om de samenhang in het programma, van eenvoudig/basis naar complex/integratief, te garanderen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 18
Facet 2.4. Studielast Criterium Het facet ‘Studielast’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Is het programma studeerbaar doordat factoren die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren, zoveel mogelijk worden weggenomen?
Bevindingen Uit gesprekken tijdens de audit met het management blijkt dat de hogeschool er veel aan gelegen is het beginniveau van de opleiding te laten aansluiten bij het instroomniveau en de studenten gedoseerd te begeleiden naar het eindniveau HBO. In de documentatie wordt ingegaan op: de organisatie van de studentbegeleiding, de betrokken functionarissen, de taken en verwijzing, de taak en de taakbelasting van de docenten. Tevens worden hier richtlijnen gegeven bij de lessen studievaardigheden. De opleiding heeft, zo blijkt uit de documentatie en uit de gesprekken, de studentbegeleiding en de studeerbaarheid verder geprofessionaliseerd. Ook heeft de opleiding zoveel mogelijk operationele voortgangsbevorderende factoren voor studenten inzichtelijk gemaakt. Dit blijkt o.a. uit het volgende citaat uit de documentatie: Halverwege de stage (na ongeveer 150 uur in het eerste en tweede jaar en na ongeveer vier maanden in de eindstage) vullen de bedrijfsbegeleider en de stagiaire, onafhankelijk van elkaar het stage-evaluatieformulier in waarin de stand van zaken betreffende de kerncompetenties wordt vastgesteld. Over hun invulling gaan zij samen een gesprek aan, waarna de student een ontwikkelingsverbeteringsvoorstel indient bij de stagementor (per Email). Aan het einde van de stage gaan de twee partijen weer, aan de hand van een opnieuw ingevuld formulier, een gesprek aan waarna de student zijn conclusies wederom doorgeeft aan de stagementor. Aan het eind van de beroepspraktijk wordt een stage beoordelingsformulier door de begeleider van de beroepspraktijkbiedende organisatie ingevuld en getekend. De beoordeling wordt vastgesteld door de beroepspraktijkbiedende organisatie en de beroepspraktijkbegeleider van de hogeschool. Uit notulen van vergaderingen van domeincoördinatoren blijkt dat hierbij ook aandacht wordt besteed aan de studeerbaarheid. Zo blijkt het noodzakelijk te zijn om ‘.... tijdens het proces van projectbegeleiding duidelijke meetpunten in te bouwen’. Ook zijn er ‘...evaluatieformulieren ontwikkeld voor de competentiemeting waarmee de prestaties en ontwikkelingen van studenten gevolgd worden. Op de helft van de gewerkte stage-uren vullen de bedrijfsbegeleider en de student onafhankelijk van elkaar het evaluatieformulier in waarna zij dit samen bespreken. De student verwerkt de besproken onderwerpen in het persoonlijk ontwikkelingsplan en stuurt deze door naar de stagementor. Het ontwikkelingsplan wordt samen met de stagementor besproken’. Het auditteam heeft notulen in haar bezit en ingezien waaruit blijkt dat de opleiding zich voldoende rekenschap geeft van het belang van studeerbaarheid. Studenten hebben door de informatie die zij van de opleiding ontvangen voldoende inzicht in de zwaarte van het programma en de eisen die aan hen gesteld worden. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de programmabeschrijving waarin aandacht wordt besteed aan de eindtermen, programma, werkvormen, studiebelasting en toetsing van de studie onderdelen. De opleiding Hoger Hotelmanagement heeft deze studielast beschreven in het OER en de Studiegids. De opleiding geeft expliciet aan de inschatting van deze studielast als ‘reëel’ te beschouwen. In de documentatie wordt de studiebelasting goed uitgesplitst naar: contacturen en zelfstudie waardoor het voor studenten duidelijk is hoeveel tijd zij in de verschillende studie onderdelen dienen te investeren. Iedere vestiging kent een studentenraad. Bij de aanvang van ieder studiejaar wordt deze samengesteld uit vertegenwoordigers van de opleidingen. Studenten worden uitgenodigd in de studentenraad zitting te nemen. De studentenvertegenwoordiger dient te bestaan uit minimaal 4 en maximaal 6 studenten (van ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 19
iedere opleiding tenminste één vertegenwoordiger). Studenten kunnen tijdens vergaderingen van de studentenraad wensen, vragen of problemen uit de groep kenbaar maken. De studentenraad komt tweemaal per semester bijeen. Er wordt met de vestigingsdirecteur vergaderd. De studentenraad dient de behandelde onderwerpen te communiceren naar de andere studenten. Tenminste één algemene jaarvergadering vindt in Eindhoven plaats, waarbij alle vertegenwoordigers van de studentenraden worden uitgenodigd. Er worden notulen gemaakt welke worden gepubliceerd voor alle studenten. Problemen die studenten hebben met aspecten die van invloed zijn op de studeerbaarheid kunnen hier kenbaar worden gemaakt. Deze worden vervolgens teruggekoppeld naar de verantwoordelijke persoon of personen binnen Hogeschool Notenboom waarna er actie wordt ondernomen. Studenten worden op de hoogte gebracht van de resultaten van hun (eventuele) problemen/klachten daar waar het de studeerbaarheid betreft. Ten aanzien van de studievoortgang hanteert de opleiding de volgende richtlijnen: a. Tussentijdse beoordeling van de docenten alsmede de inhoud van de opleiding en van de didactiek van het lesmateriaal o.l.v. de domeincoördinatoren. b. De vervanging van de docenten wegens arbeidsongeschiktheid door intern aanwezige vakdocenten. c. Zij zijn de eerste aangewezen vervangers voor de korte termijn. Indien de vervanging meer dan een periode van een maand zal duren dan wordt een versnelde sollicitatieprocedure gestart. Uitval van lessen wordt tot een minimum beperkt en in overleg met de vaksectiehoofden vindt zonodig inhaal van uitgevallen lessen plaats. Lesuitval van docenten wordt geregistreerd en bij de periodieke functioneringsgesprekken door de lesplaatsmanagers besproken met de desbetreffende docenten. Tussentijdse bijsturing van het onderwijsvoortgangsproces wordt door de coördinator in overleg met de afdeling kwaliteitsbeleid en directie uitgevoerd, indien de wensen van de studenten dit aangeven. Oordeel: goed Het auditteam beoordeelt dit facet als goed. Belangrijk is dat het auditteam heeft kunnen constateren dat de opleiding zowel op studentniveau als op programmaniveau systematisch aandacht besteedt aan de relatie tussen de formele- en feitelijke studielast. De opleiding beschikt via evaluaties over een adequaat instrumentarium om studievoortgang belemmerende factoren te identificeren en op basis daarvan remediërende maatregelen te treffen, hetgeen de opleiding daadwerkelijk doet, zo geven studenten aan tijdens de audit.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 20
Facet 2.5. Instroom Criterium Het facet ‘Instroom’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Sluit het programma qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek?
Bevindingen Het programma van de opleidingen is zodanig samengesteld dat deze qua vorm en inhoud aansluiten bij de HAVO-instroom. De MBO niveau 4 studenten (middenkaderfunctionaris reizen, horeca-ondernemer /manager en commercieel medewerker marketing en communicatie) kunnen onder bepaalde voorwaarden instromen in het tweede jaar. Uit de documenten blijkt dat de opleiding beschikt over voldoende kennis van en inzicht in de groep aspirantstudenten. Zo wordt uitgebreid ingegaan op het voorkomen van studieproblemen, het signaleren ervan en de (mogelijke) oplossing. Uit de studiegids, de beschrijving van het onderwijsprogramma en de docentenreader blijkt dat Hogeschool Notenboom in het algemeen en de opleiding Hoger Hotelmanagement in het bijzonder zich bij de samenstelling van het studieprogramma rekenschap geven van het niveau van de groep instromers. Zo blijkt uit de samenstelling van het studieprogramma dat dit in moeilijkheidsgraad toeneemt waarbij zeker de eerstejaars studie onderdelen zoals Marketing 1, Bedrijfsadministratie 1, Communicatie en Management en Organisatie 1 op een zodanige didactische manier gegeven worden dat instromende studenten vanuit het havo en mbo zich de studiestof relatief eenvoudig eigen kunnen maken. Pas later in de studie, als studenten beschikken over voldoende basiskennis, wordt dieper ingegaan op de studiestof. Studenten met studieproblemen worden actief begeleid, hetgeen o.a. blijkt uit de docentenreader. Een goed voorbeeld hiervan is het studie onderdeel taalverwerving Frans waarbij de opleiding aansluit bij het kennisniveau van instromers. Studenten hebben tijdens de vooropleiding al voldoende basiskennis verworven op dit terrein. Daar waar dit niet het geval is, wordt er tijdens de opleiding Hoger Hotelmanagement alsnog aandacht aan besteed. Uit het opleidingsprogramma blijkt dat studenten tijdens het eerste studiejaar voor het onderdeel Frans 1 dienen te beschikken over de volgende competenties. De student kan mondeling zowel in- als extern informatie in het Frans inwinnen. Mondeling zowel in- als extern informatie in het Frans verstrekken. Inkomende- en uitgaande telefoongesprekken in het Frans voeren. Buitenlandse bezoekers ontvangen en verwijzen en een eenvoudige conversatie in het Frans met hen voeren, een presentatie geven en discussiëren over zowel algemene als vakthema's. Aan de hand van in het Nederlands gestelde gegevens zakelijke briefopdrachten verwerken. Bronnenonderzoek te verrichten over een thema uit de voor hem relevante vakliteratuur. Informatieve teksten vanuit de moderne vreemde taal samenvatten in het Nederlands. Twee artikelen samenvatten in het Frans en voorzien van een verklarende woordenlijst. Deze artikelen inclusief samenvattingen aanbieden ter mondelinge toetsing, en deze inhoudelijk in het Frans toelichten. Het auditteam constateert op basis van de uitgewerkte programmabeschrijvingen dat deze in voldoende mate aansluiten bij het niveau van de groep instromers. Op basis van evaluaties en de resultaten van toetsen krijgt de opleiding een goed beeld van het niveau van de instromers. Tijdens de audit geven studenten expliciet aan dat er een goede aansluiting bestaat tussen de opleiding Hoger Hotelmanagement en hun genoten vooropleiding. In het bijzonder het ‘schoolse’ karakter van de opleiding wordt door studenten gewaardeerd: daarmee sluit de opleiding op een wezenlijk onderdeel aan bij de studiegewoonten die studenten meenemen vanuit het aanleverend onderwijs.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 21
Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. De opleiding heeft voldoende inzicht in de beginsituatie van de potentiële groep instromende studenten. Studenten die op bepaalde kennisgebieden tekortkomingen blijken te hebben worden actief begeleid om te voorkomen dat ze de opleiding voortijdig verlaten. Het gevoerde beleid op dit terrein is voldoende expliciet uitgewerkt.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 22
Facet 2.6. Duur Criterium Het facet ‘Duur’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Voldoet de opleiding aan de formele eis (240 ECTS) m.b.t. de omvang van het curriculum van een HBO bachelor opleiding?
Bevindingen Het totale aantal studiepunten van de opleiding Hoger Hotelmanagement bedraagt 240 ECTS. Daarmee voldoet de opleiding aan de formele, kwantitatieve eis die aan hbo bachelor opleidingen wordt gesteld. Notenboom-opleidingen duren alle langer dan 3 jaar. Notenboom houdt vast aan 5 semesters en 3 stageperioden. Omdat er weinig tijd verloren gaat (weinig studievrij als voorbereiding op een tentamenweek, korte tentamenperiodes, geen collegevrij vanwege vergaderingen en uitgevallen lessen laten inhalen, tijdens de zomerperiode lopen stageperiodes door) wordt het tijdpad ingedikt. In het eerste jaar (propedeuse) bedraagt de studiebelasting 60 ECTS, in de post-propedeuse bedraagt het aantal ECTS: 180. De opleiding heeft dit per studieonderdeel voldoende inzichtelijk uitgewerkt, zo is het auditteam gebleken na bestudering van de studiegids en de documenten.
Oordeel: voldoende Het auditteam heeft geconstateerd, dat de opleiding een omvang heeft van 240 ECTS, reden dit facet als voldoende te kwalificeren.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 23
Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Criteria Het facet ‘Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAOcriteria: § Is het didactisch concept in lijn met de doelstellingen? § Sluiten de werkvormen aan bij het didactisch concept?
Bevindingen De opleiding Hoger Hotelmanagement stelt zich ten doel studenten op te leiden die snel en flexibel kunnen inspelen op de nieuwe ontwikkelingen op het gebied van hotelmanagement. De specifieke kwaliteit die de opleiding zijn studenten hierbij wil leveren zit in de sterk toepassingsgerichte benadering van het vakgebied. Dit vereist een integrale benadering van de drie belangrijkste facetten van het vakgebied: de klant, de infrastructuur en het personeel. Afgestudeerden moeten daartoe kunnen functioneren in een multidisciplinaire werkomgeving, aanvankelijk in meer operationele taken maar met de basisvaardigheden om uit te groeien tot bedrijfsleider/hotelmanager. Uit de documentatie en tijdens de audit is gebleken dat de opleiding deze doelstellingen op adequate wijze heeft uitgewerkt in een didactisch concept. Een van de kernpunten in het didactisch concept is dat de opleiding Hoger Hotelmanagement van haar studenten een toenemende mate van zelfstandigheid en professionaliteit verlangt. In het leerplan is beschreven hoe studenten ondersteund worden in hun ontwikkeling naar een beginnend professional met voldoende bagage om op strategisch niveau te kunnen functioneren. De student is daartoe drager van het eigen leerproces en naarmate de studie vordert daar in toenemende mate verantwoordelijk voor. De opleiding wil dit bereiken door het onderwijs constructivistisch, opdrachtgestuurd en op een competentiegerichte wijze vorm te geven. De onderwijseenheden zoals beschreven in het OER van de opleiding Hoger Hotelmanagement zijn er op gericht om een of meerdere competenties te verwerven, waarbij sprake is van een toenemende complexiteit van de leerstof en de opdrachten, van een toenemende zelfstandigheid van studenten bij het bestuderen van de leerstof en het uitvoeren van de opdrachten en van het in toenemende mate implementeren van de theorie in de praktijk. Het auditteam beschouwt dit didactisch principe als adequaat. Het is immers duidelijk te herleiden naar de doelstelling van de opleiding dat afgestudeerden direct inzetbaar zijn op operationeel niveau, moeten kunnen doorgroeien naar een meer strategisch denken werkniveau en daarbij in een omgeving moeten kunnen opereren waarin door de toenemende concurrentie een hoge mate van flexibiliteit en zelfsturing vereist is. Studenten oordelen voldoende positief over het onderwijsconcept en de aangeboden werkvormen. Studenten geven aan ‘duidelijk positieve punten’ te zien in de methodische manier van werken en de bevordering van zelfstandig werken, oplossingsgericht denken en handelen en het dragen van eigen verantwoordelijkheid. Uit de documentatie blijkt op welke wijze de onderwijsvisie van de opleiding is vormgegeven. Het auditteam constateert dat het curriculum sterk opdrachtgestuurd is opgezet en er sprake is van een toename in zelfsturing: de student wordt geacht naarmate hij de opleiding volgt zelf ‘sturing’ te geven aan zijn eigen leerproces en dus in toenemende mate onafhankelijk van de docent te kunnen studeren en opdrachten uit te voeren. Opdrachten worden, zo is het auditteam gebleken tijdens de audit, vaak in groepsverband uitgevoerd waarbij studenten verschillende rollen vervullen binnen de groep. Tijdens de stage krijgt de student in eerste instantie begeleiding tijdens het uitvoeren van ‘reëel werk in de reële beroepsomgeving’. Naarmate de student vordert in zijn studie, neemt de begeleiding af op de stage- of werkplek. ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 24
Dit is goed beschreven in de docentenreader 2004-2005. De werkvormen die de opleiding Hoger Hotelmanagement hanteert sluiten in voldoende mate aan bij de doelstellingen per leerstofeenheid. Met name door de sterke gerichtheid van de opleiding op de praktijk, krijgt de student voldoende gelegenheid zich zowel op persoonlijk als professioneel vlak verder te ontwikkelen. Ter adstructie geven wij het volgende voorbeeld, afkomstig van het studie onderdeel restaurantbedrijfskunde 1: ‘De student heeft kennis van en inzicht in § restaurantformules, gastensoorten en typen, gastheerschapformules § inrichting en inventaris van distributie en productieruimten § basis menuleer op het gebied van dierlijke en plantaardige producten m.b.t. kwaliteit, assortimentskeuze, inkoop en voorraadbeheer § de belangrijkste kook- en bereidingstechnieken § de belangrijkste wijngebieden en specifieke kenmerken van wijn § het gangbare Nederlandse drankenassortiment Programma:
de start en opbouw van de diverse mogelijke restaurantformules in Nederland, de marketinguitgangspunten, de analyse van de gast en zijn wensen, het PGO-model, logistiek, materiaal, apparatuur en ruimtelijke indelingen, warenkennis op het gebied van voedingsstoffen, vlees, gevogelte, wildgerechten, vis, schaal en weekdieren, zuivelproducten, groenten, aardappelen, fruit en specerijen, koken en bereiden in alle gangbare vormen. Basiskennis op het gebied van wijnproductie, landen, gebieden, smaken, herkenning en kwaliteiten, bewaren en serveren. Algemene kennis vergaren op het gebied van melk- en melkproducten, koffie/thee/cacao, bron- en mineraalwater, vruchten- en frisdranken en bier.’
De afstudeeropdracht is gericht op het zelfstandig kunnen verrichten van werkzaamheden waarbij de begeleiding vooral bestaat uit het over de schouders meekijken en, waar nodig sturen, van de docent en/of begeleider op de werkplek. Duidelijk blijkt uit het didactische concept dat dit niet alleen aansluit bij de doelstellingen per studieonderdeel maar dat de opleiding zich bij de keuze voor werkvormen heeft laten leiden door de inhoud van het studieonderdeel. Modules die zich ertoe lenen om individueel bestudeerd te worden, worden bijvoorbeeld klassikaal-frontaal aangeboden. Modules die juist aanzetten tot gezamenlijk werken, leiden in de regel ook tot een groepsopdracht. Het auditteam merkt tevens op dat de opleiding Hoger Hotelmanagement met het didactisch concept ook aansluit bij de ‘Dublin-descriptoren’ waar sprake is van een theoretisch fundament (kennis) dat moet leiden tot het toepassen van deze kennis in praktijksituaties waarna/waardoor de student inzicht krijgt/ontstaat in de leerstof. Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende: het didactisch concept van de opleiding ligt geheel in lijn met de competenties waarvoor wordt opgeleid en is duidelijk uitgewerkt. De (gevarieerde) werkvormen zijn direct ontleend aan het didactisch concept.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 25
Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Criterium Het facet ‘Beoordeling en Toetsing’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Wordt door de beoordelingen, toetsingen en examens adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd?
Bevindingen Het onderwijsprogramma van de opleiding, zo blijkt uit documenten, bevat een systematische beschrijving van de planning, procedures, methoden, vereisten en criteria met betrekking tot beoordeling en toetsing. Het sluitstuk daarvan is vastgelegd in het Onderwijs- en Examenreglement dat onderdeel is van het studentenstatuut. De opleiding hanteert, in navolging van het door Hogeschool Notenboom bepaalde toetsbeleid, de volgende procedure voor het toetsen: Voorbereiding: 1. Aan het begin van het cursusjaar worden in de openingsvergadering afspraken gemaakt over a. deeltoets- en toetsstof b. aanlevering van de (deel)toetsen (wie maakt welke toets) De door de aangewezen docent gemaakte toetsen worden tezamen met correctiemodel en normeringsvoorstel twee weken voor afname aan de betrokken sectieleden ter goedkeuring/correctie voorgelegd; Betrokken: vakcoördinator, vakdocenten. 2. De toetsen worden gemaakt aan de hand van het jaarrooster en de eindtermen van de betreffende deelkwalificatie; Betrokken: administratie, onderwijskundige. 3. Het rooster voor toetsafname wordt in Eindhoven vastgesteld, de data en tijden gelden voor alle vestigingen. Surveillance wordt vastgesteld door de vestigingsmanagers; Betrokken: examenbureau., vestigingsmanagers. 4. De toetsen worden volgens de in de docentenreader beschreven procedure aangeleverd. Betrokken: vakdocenten, examenbureau (controle) en centrale administratie. 5. De toetsen worden tijdig vóór afname t.a.v. de vestigingsmanager naar de vestigingen in een gesloten envelop verstuurd. Betrokken: centrale administratie, vestigingsmanagers. Na de afname: 1. De vestigingsmanager draagt er zorg voor dat het gemaakte werk naar de betrokken docent wordt gestuurd of aan de betrokken docent wordt overhandigd. 2. De uitslag van de gemaakte toets wordt binnen 3 weken na afname door de docent bekendgemaakt. 3. De medewerker van de administratie draagt er zorg voor dat de cijfers in het cursistenvolgsysteem worden geregistreerd. Docenten zijn dus samen verantwoordelijk voor de toetsing. Dat wil zeggen: zij stellen de toetsen samen en zijn ook gezamenlijk verantwoordelijk voor de uitvoering ervan. Daarmee is binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement het toetsbeleid minder docentafhankelijk geworden: het is een groep docenten die verantwoordelijkheid draagt. Concreet betekent dit dat de toetsen en de beoordelingscriteria per module ontwikkeld worden door een docent in nauw overleg met één of meer collega-docenten. ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 26
Toetsen worden niet eerder afgenomen dan na accordering door de betreffende collega-docent(en) en worden beoordeeld volgens de criteria die in samenspraak met de collega-docent(en) zijn afgesproken. Daardoor wordt voorkomen dat ‘toe tsing en beoordeling’ te zeer een zaak is van individuele docenten. Deze handelswijze draagt daardoor bij aan de waarborging van de kwaliteit van toetsing en beoordeling. Toetsing is gericht op het regelmatig controleren van de verwerving van competenties ‘just in time’ en ‘just in case’. Het toetsbeleid is tevens gericht op de verhoging van het rendement. Kernpunten in de herziening van het toetsbeleid zijn al met al: § toetsvormen moeten goed aansluiten bij de competenties die in een specifieke module aan bod komen en het beheersingsniveau (mate van zelfsturing en complexiteit opdracht); § expliciteren van de relatie tussen toetsvorm en leerlijnen; § herkansingsvormen moeten goed aansluiten bij opdrachtgestuurd onderwijs; § procedures rondom organisatie en evaluatie van toetsen. Er is hierbij sprake van een mix van toetsvormen (tentamens en beroepsopdrachten, individuele en groepstoetsing, kennistoetsen, vaardigheidstoetsen, presentatiebeoordelingen, stageopdrachten en praktijkopdrachten, reflectieopdrachten en afstudeeropdrachten). Het toetsen en beoordelen van studenten en hun werk volgt het didactisch concept. Essentieel hierbij zijn: beroepsgerichtheid, opdrachtgestuurd, opbouwend in zelfsturing, reflectief, opdrachten in teamverband, variëteit aan rollen, professionele en persoonlijke zelfontwikkeling, ontwikkeling in breedte en/of diepte, begeleid ervaring opdoen met reëel werk in de reële beroepsomgeving, zelfstandig functionerende beroepsbeoefenaar. Beoordeling en toetsing van door de student geleverde prestaties tijdens werkperiodes en stages vinden plaats in samenspraak van de docent met het betreffende stagebiedende bedrijf. Dit blijkt uit de beoordelingsverslagen. Binnen de door de opleiding gehanteerde stageprocedure, beschreven in een notitie, is de aanwezigheid van een stagebegeleider bij het stageverlenende bedrijf een voorwaarde.
Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. Het auditteam heeft bij zijn oordeelsvorming ook betrokken de wijze waarop binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement specifieke beroepsvaardigheden worden getoetst en beoordeeld. De opleiding heeft goed gedocumenteerd de wijze van toetsing en beoordeling beschreven.
SAMENVATTEND OORDEEL “PROGRAMMA”: VOLDOENDE Naar het oordeel van het auditteam kent de opleiding Hoger Hotelmanagement een programma dat in termen van kennis-, attitude- en competentie ontwikkeling aantoonbaar op hbo-niveau is gesitueerd en dat qua oriëntatie en organisatie duidelijk gericht is op het werkveld. De praktijkgerichtheid, de thematische ordening en de gerichtheid op beroepstaken zijn een goede waarborg voor de interne samenhang van het programma. Het programma biedt voorts ruime mogelijkheden aan de studenten om hun opleiding tot hotelmanager te realiseren via een intensieve interactie met het werkveld.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 27
Onderwerp 3: Inzet van Personeel Dit onderwerp kent drie facetten: 1. eisen hbo; 2. kwantiteit personeel; 3. kwaliteit personeel.
Facet 3.1. Eisen HBO Criterium Het facet ‘Eisen HBO’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Wordt het onderwijs voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk?
Bevindingen Tijdens de gesprekken met het management en de docenten is gebleken dat er binnen Hogeschool Notenboom specifieke eisen worden gesteld aan docenten. Zo worden in de ‘docentenreader’ 16 eisen geformuleerd waar docenten aan dienen te voldoen/zich aan dienen te houden. Daarnaast is in deze notitie de begeleiding van nieuwe docenten beschreven waarbij o.a. ingegaan wordt op de onderwijskundige begeleiding, de tussentijdse evaluatie en de eindevaluatie. De opleiding Hoger Hotelmanagement heeft haar verbinding met de beroepspraktijk op diverse manieren gewaarborgd via docenten die ook werkzaam zijn in de beroepspraktijk, via stagebegeleiders en via de werkveldcommissie. Uit documentatie van de opleiding blijkt dat de docenten over de noodzakelijke expertise beschikken en over ruime professionele contacten met het beroepenveld. Zo blijkt uit de cv’s van de medewerkers dat het docentenkorps het totale scala bestrijkt van de onderwerpen waar de student tijdens zijn opleiding mee te maken krijgt. Het auditteam heeft uitgebreid de gelegenheid gehad om de cv’s van docenten en documenten waaruit hun ervaringen met het werkveld blijken, te bestuderen. De verbinding van het onderwijs met de beroepspraktijk wordt op verschillende manieren gewaarborgd: § veruit de meeste docenten zijn werkzaam (geweest) in de beroepspraktijk en heeft een ‘horeca’ achtergrond (voorbeeld: ‘directeur/eigenaar van twee horeca-etablissementen’, ‘jarenlang werkzaam geweest in de hotellerie op management niveau, zowel binnen- als buitenland’. ‘vinoloog, proeverij op Apostelhoeve in Maastricht’). § de begeleiding en de beoordeling van studenten op de werkplek wordt verzorgd door stagebegeleiders die werkzaam zijn in het beroepenveld. Dit gebeurt onder supervisie van de opleiding. Hierdoor is een directe verbinding tussen de opleiding en beroepspraktijk tot stand gebracht. Deze stagebegeleiders komen regelmatig bijeen op de opleiding voor vergaderingen. Tijdens deze vergaderingen wordt het werkveld op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen op de opleiding en worden ervaringen uitgewisseld. § de opleiding beschikt over een Beroepsveldcommissie. Deze commissie is betrokken bij het curriculum en de evaluatie daarvan. § gastdocenten spelen een belangrijke rol bij het tot stand brengen van de verbinding met de beroepspraktijk. Door middel van diverse evaluaties onder studenten en docenten wordt de inzet van het personeel geëvalueerd. Deze bevindingen worden teruggekoppeld naar de organisatie. Het onderwijs van de opleiding Hoger Hotelmanagement is sterk gericht op de beroepspraktijk waarbij in het personeelsbeleid inzake instroom, doorstroom en uitstroom van medewerkers binnen een meerjarenperspectief een evenwichtige samenstelling van het personeelsbestand wordt nagestreefd. Uit de documentatie, in het bijzonder uit de docentenreader 2004-2005, kwaliteitszorg docenten, scholingsbeleid en communicatie docenten, blijkt dat de opleiding hierbij de volgende speerpunten hanteert: § professionalisering van de organisatie en van medewerkers; § verbreding van vaardigheden van personeel; § veranderingsvaardigheden van het management. ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 28
Het netwerk waarover de docenten beschikken wordt aantoonbaar ingezet om de relevantie en kwaliteit van het onderwijsprogramma te toetsen. Dit netwerk wordt vooral gebruikt om: § feedback te krijgen met betrekking tot de actualiteit van specifieke programmaonderdelen; § daar waar nodig studenten te faciliteren bij het vinden van toegang tot het beroepenveld; § gastdocenten en -sprekers aan te trekken. Oordeel: voldoende Dit facet is voldoende. Het onderwijs wordt verzorgd door personeel dat een directe verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 29
Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Criterium Het facet ‘Kwantiteit Personeel’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Wordt er voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen?
Bevindingen Hogeschool Notenboom beschikt over een vrij omvangrijk docentenkorps. Daar waar vacatureruimte ontstaat wordt gebruik gemaakt van flexibele arbeidskrachten. In de afgelopen jaren was binnen Hogeschool Notenboom het beleid om een docent-studentratio te realiseren dat onder het gemiddelde ligt van hbo-instellingen. Dat wil zeggen dat het aantal docenten t.o.v. het aantal studenten binnen Hoger Hotelmanagement ruim onder de 1:25 ligt. Dit wordt mede gerealiseerd doordat docenten werkzaam zijn op verschillende vestigingen. Daarnaast staan docenten die één bepaald vak doceren voor studenten die verschillende opleidingen volgen. Uit documentatie en tijdens de audit is gebleken dat door het hanteren van verschillende werkvormen en een toenemende mate van studentgestuurd onde rwijs er op een voldoende verantwoorde wijze onderwijs gegeven kan worden. Dus: mede door de beperkte omvang van de opleiding Hoger Hotelmanagement zijn er per expertisegebied meerdere docenten beschikbaar, zodat de opleiding Hotel Management op dit facet derhalve niet kwetsbaar is. Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. De huidige omvang van de formatie stelt de opleiding in staat het opleidingsprogramma uit te voeren. Gelet op de thans aanwezige deskundigheid van de docenten is de opleiding bovendien in staat de gewenste kwaliteit te leveren.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 30
Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Criterium Het facet ‘Kwaliteit Personeel’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Is het personeel gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma?
Bevindingen De documentatie met betrekking tot het personeelsbeleid alsmede de gesprekken gevoerd met docenten en het management van de opleiding hebben het auditteam ervan overtuigd dat het aannamebeleid van de opleiding Hoger Hotelmanagement inhoudelijke en didactische kwaliteitseisen stelt aan het personeel. Het vereiste minimum niveau is hbo dan wel opererend op dat niveau (bijvoorbeeld blijkend uit ervaring). Onderwijskundige competenties worden via training en scholing aangevuld en waar nodig versterkt. Selectiecriteria voor docenten liggen vast en zijn geformuleerd in de docentenreader, de belangrijkste is werkervaring en liefst nog werkzaam zijn in de branche. Veel docenten combineren hun lesgevende taak met zelfstandig ondernemerschap in de branches. Voor nieuwe docenten fungeert de domeincoördinator als mentor gedurende het eerste jaar. De vaksecties en de domeincoördinator vervullen een belangrijke rol in de inhoudelijke aansturing van docenten. De vestigingsmanagers bespreken het algemeen functioneren. Systematische bewaking van docentresultaten vindt plaats door middel van studentenenquêtes en er is terugkoppeling naar docenten, eventueel gevolgd door bijsturing. Alle wensen ten aanzien van persoonlijke scholing (coaching, training, cursussen, loopbaanbegeleiding, etc) worden door de directie geëvalueerd en vervolgens al dan niet toegekend en gebudgetteerd. Docenten worden in de gelegenheid gesteld een didactische aantekening te halen. De scholing heeft betrekking op de volgende onderwerpen: § Ontwikkelen en kennismaken met nieuwe curricula; § Didactische principes; § Het werken met opdrachten en cases, i.c. het bevorderen van de zelfwerkzaamheid van de studenten; § Het kunnen werken met rollenspellen en simulaties; § Het kunnen evalueren van leerprocessen en leermethoden. De kwaliteit van de docent hangt in hoge mate af van het vermogen om in aanvulling op studiemateriaal de vertaalslag van theorie naar praktijk te maken. Daartoe zijn een aantal kwaliteiteisen opgesteld: § De docent moet bereid zijn regelmatig didactische trainingen te volgen; § De docent moet redelijk scoren bij studentenevaluaties; § De docent moet een positieve beoordeling krijgen bij functioneringsgesprekken; § De gemiddelde examenresultaten van studenten dienen niet blijvend op onvoldoende niveau te liggen; § De docent moet de onderwijsfilosofie van Hogeschool Notenboom onderschrijven en uitdragen. Aandacht is dus besteed aan didactische- en onderwijskundige scholing, maar ook aan begeleidingsvaardigheden, bedrijfsstages en expertisegroepen. In het verleden verwierf men een aanstelling op basis van inhoudelijke deskundigheid. Inmiddels is het onderwijs zo veranderd dat dit standpunt achterhaald is. Uitgangspunt nu is dat medewerkers didactisch èn inhoudelijk toegerust zijn voor de uitoefening van het beroep. Afgelopen jaren heeft de nadruk gelegen op deze veranderende rol van de docent. Er is veel scholing aangeboden op het gebied van didactisch handelen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 31
De docentgroep van de opleiding Hoger Hotelmanagement wordt gekenmerkt door vakdeskundigheid zo is het auditteam gebleken tijdens de audit. Concreet blijkt dit niet alleen uit hun cv’s maar tevens uit het enthousiasme en hun vakdeskundigheid tijdens de audit. Ook studenten geven aan dat de vakdeskundigheid van docenten goed geborgd is. Uit de verschillende gesprekken die het auditteam gevoerd heeft met studenten van de verschillende vestigingen is gebleken dat docenten beschikken over ‘…veel praktijkervaring’. Het onderwijs is praktijkgericht. Ook hebben docenten voldoende theoretische kennis en kunnen docenten een aantal vakken op hoofdlijnen opvangen.
Oordeel: voldoende Dit facet is voldoende. Het personeel is voldoende gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Dit door het auditteam verkregen beeld op basis van documenten en gesprekken tijdens de audit met management en docenten werd bevestigd door de gesprekken met de studenten
SAMENVATTEND OORDEEL “INZET VAN PERSONEEL”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt dit onderwerp als voldoende: kwalitatief en kwantitatief is de inzet van personeel op een niveau dat het verzorgen van de opleiding met de gewenste kwaliteit mogelijk maakt.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 32
Onderwerp 4: Voorzieningen Dit onderwerp kent twee facetten: 1. materiële voorzieningen; 2. studiebegeleiding.
Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Criterium Het facet ‘Materiële Voorzieningen’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Zijn de huisvesting en de materiële voorzieningen toereikend om het programma te realiseren?
Bevindingen Hogeschool Notenboom is niet in het bezit van een geschreven plan betreffende materiële voorzieningen. Tijdens de audits heeft het auditteam een rondgang gemaakt langs de ruimten waar de opleiding gebruik van maakt, zowel in Hilversum, Maastricht als op de hoofdvestiging in Eindhoven. Gebleken is dat de opleiding beschikt over ruime voorzieningen zoals medewerkersplekken, studentwerkplekken en lokalen gesitueerd. De inrichting en beheer daarvan valt onder de verantwoordelijkheid van de hogeschool. Opmerkelijk was de, letterlijk te nemen, “opgeruimdheid” van de drie vestigingen. Tijdens de rondgang hebben de leden van het auditteam de volgende ruimten bezocht: multimediawerkplaatsen, theorielokalen en praktijklokalen uitgerust met computers, vergaderruimten voor medewerkers en ruimten voor staf en ondersteunende diensten. De opleiding Hoger Hotelmanagement heeft, zo blijkt tijdens de audit, een helder beleid ten aanzien van de wijze waarop en de eisen waaraan de infrastructuur binnen de opleiding moet voldoen. Belangrijke criteria voor aanschaf van nieuwe apparatuur zijn: • Het moet geen hype zijn, maar een structurele ontwikkeling. • Het moet bijdragen aan de conceptuele bagage van de studenten. De opleiding vertaalt hierbij in feite het competentieprofiel van de studenten naar het voorzieningenbeleid. • De apparatuur moet gebruikersvriendelijk zijn voor de opleiding. • Daar waar de apparatuur nog te nieuw, te duur of te onduidelijk is qua uiteindelijke relevantie wordt samenwerking met hotels/hotelketens nagestreefd (bijv. in het kader van stage en afstuderen). Het niveau van de voorzieningen wordt jaarlijks geëvalueerd onder studenten en door de medewerkers van de hogeschool. Gesprekken met studenten tonen aan dat zij doorgaans hoge maatstaven aanleggen aan het type voorzieningen op de opleiding en dat zij tevreden zijn over het voorzieningenniveau binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement. Oordeel: voldoende Dit facet is goed. Het auditteam heeft tijdens de audit zowel het hogeschool brede voorzieningenniveau beoordeeld alsook de opleidingsspecifieke voorzieningen in die beoordeling betrokken. De eigen bevindingen van het auditteam werden bevestigd door de gesprekken met de studenten.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 33
Facet 4.2. Studiebegeleiding Criteria Het facet ‘Studiebegeleiding’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: § Zijn de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten adequaat met het oog op de studievoortgang? § Sluiten de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten aan bij de behoefte van de studenten?
Bevindingen Binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement vindt studiebegeleiding plaats d.m.v. begeleiders die studenten in alle studiejaren toegewezen krijgen. De begeleiding is een verplicht onderdeel van het curriculum. Elke student heeft dus een begeleider die de studievoortgang bewaakt en die – indien nodig – samen met de student verbetertrajecten afspreekt en biedt de studenten ondersteuning in hun professionele en persoonlijke zelfontwikkeling. Problemen met betrekking tot de studievoortgang worden zo tijdig gesignaleerd door middel van de gesprekken die de docent voert met de student. Begeleiders hebben regelmatig overleg met de docenten bij wie hun studenten onderwijs volgen. Deze begeleider is ook verantwoordelijk voor het samen opstellen en goedkeuren van het studieplan van de student. Het gehele studieloopbaan- en studiebegeleidingsysteem wordt door studenten, zo blijkt uit gesprekken, als voldoende gewaardeerd. In feite, zo geven studenten aan, zijn zij zelf in toenemende mate de regisseur van hun eigen studie. Dit systeem is voldoende gedocumenteerd en de implementatie ervan is naar het oordeel van het auditteam adequaat. In de functieomschrijving van de docenten is naast de directe onderwijstaak ook hun takenpakket op het terrein van studiebegeleiding opgenomen. De nadruk van de begeleiding ligt in de propedeuse. Dit is blijkbaar een bewuste keuze van de opleiding. De propedeuse heeft een oriënterend en selecterend karakter zowel voor de opleiding als voor de student. De ouderejaars studenten zijn meer zelfredzaam en hebben minder begeleiding nodig. De informatievoorziening gebeurt grotendeels langs electronische weg, waar ook de persoonlijke opleidingsplannen van studenten worden bijgehouden. Op deze wijze hebben zowel begeleiders als mentoren en studenten toegang tot dezelfde informatie. Op het intranet staan ook de behaalde beoordelingen en cijfers vermeld. Potentiële studenten kunnen op de site van Hogeschool Notenboom in ruime mate informatie vinden over het opleidingenaanbod, o.a. op het terrein van Hoger Hotelmanagement. Oordeel: voldoende De studiebegeleiding gerealiseerd door de opleiding Hoger Hotelmanagement alsmede de daarmee verbandhoudende informatievoorziening aan studenten en docenten is adequaat met het oog op de studievoortgang en sluit aan bij de behoefte van de studenten. Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende.
SAMENVATTEND OORDEEL “VOORZIENINGEN”: VOLDOENDE Het auditteam kwalificeert voor de opleiding Hoger Hotelmanagement de voorzieningen als voldoende. De ruimtelijke en materiële voorziening maken het, binnen grenzen, mogelijk de opleiding op adequate wijze te realiseren. De studentbegeleiding en de daarmee verbandhoudende informatie voorziening aan studenten is voldoende geregeld.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 34
Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Dit onderwerp kent drie facetten: 1. evaluatie resultaten; 2. maatregelen tot verbetering; 3. betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld.
Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Criterium Het facet ‘Evaluatie Resultaten’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Wordt de opleiding periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen?
Bevindingen Een van de belangrijkste opgaven van Hogeschool Notenboom is dat het de kwaliteit van zijn onderwijs voortdurend toetst en waar mogelijk verbetert, zo geeft het management aan tijdens de audit. Hogeschool Notenboom besteedt daar veel zorg aan. Daartoe zijn kwaliteitsdoelen geformuleerd in de 'hoofdlijnen managementprocessen', waaruit per cursusjaar het beleidsplan wordt geformuleerd. Zo wordt gecontroleerd of deze doelen in de planning en de uitvoering worden gerealiseerd. Het systeem van kwaliteitszorg is zoveel mogelijk voorzien van procedures die de stand van zaken meten/meetbaar maken. Genoemd worden in dit verband door de opleiding: de klachtenprocedures, studentenvertegenwoordiging in verschillende gremia, tussentijdse evaluaties en ‘korte lijnen’ tussen studenten, docenten en management. Het systeem van kwaliteitszorg leidt aantoonbaar tot scholing van personeelsleden. Het onderwijs wordt, zo blijkt uit rapportages, periodiek geëvalueerd. Er is een evaluatiesystematiek ontwikkeld waarin de gerealiseerde en conditionele onderwijskwaliteit op systematische wijze wordt geëvalueerd. De opleiding Hoger Hotelmanagement houdt regelmatig zowel mondeling als schriftelijk evaluaties onder de studenten. Het oordeel van de toekomstige beroepenvelden van de afgestudeerden wordt ingewonnen via de leden van de Beroepenveldcommissie. Daarnaast vinden ieder jaar enquêtes onder de stagebiedende instellingen en bedrijven plaats. Afgestudeerden en hun werkgevers worden met enquêtes benaderd. De aldus verkregen gegevens worden gebruikt ter actualisering en verbetering van de onderwijsverzorging van de hogeschool. Ter stimulering van de integrale kwaliteitszorg en de continue kwaliteitsverbetering maakt de instelling jaarlijks een zelfanalyse op basis van het format van CEDEO. Daarnaast adviseert de beroepenveldcommissie, bestaande uit vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Hogeschool Notenboom is voor de opleiding Hoger Hotelmanagement faciliterend als het gaat om het ontwikkelen en aanleveren van instrumentarium op het terrein van kwaliteitszorg. Binnen de opleiding werd kwaliteitszorg de afgelopen jaren vooral opgevat als een integraal onderdeel van de ontwikkeling en verzorging van de onderwijsinhoud. Het management binnen de hogeschool is verantwoordelijk voor kwaliteitszorg in het algemeen, en draagt zorg voor de kwaliteitszorgsystematiek (coördinatie, ontwikkeling, uitvoering, controle). Op grond van documentenanalyse, de management review en informatie tijdens de audit heeft het auditteam kunnen vaststellen dat er binnen het management (van de onderwijsinstellingen en de opleiding Hotelmanagement) in ruime mate sprake is van: § kennis hebben van en inzicht in de eigen opleiding en de verbeterdoelen van de opleiding; § inzicht hebben in de systematiek van kwaliteitszorg; § het vermogen en de positie hebben om directie en collega’s te adviseren bij kwaliteitsvraagstukken; ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 35
§ §
kennis hebben van het accreditatiesysteem en protocol en van de afspraken die hierover op hogeschool- en opleidingsniveau worden gemaakt; regelmatig overleg voeren met functionarissen die werkzaam zijn binnen de verschillende opleidingen van Hogeschool Notenboom.
Ook docenten van de opleiding hebben een duidelijke verantwoordelijkheid in de organisatie. Zij hebben, evenals de studenten, een signalerende functie naar het managementteam; zij nemen dus niet zelf het oplossen van gesignaleerde knelpunten ter hand. Het management vertaalt de informatie van de docenten vervolgens in acties op de verschillende beleidsterreinen: personeel, onderwijs, voorzieningen etc. Op basis van documenten en informatie tijdens de audit heeft het auditteam vastgesteld dat de opleiding op basis hiervan meerdere evaluatie-instrumenten hanteert, op basis waarvan alle relevante onderdelen en aspecten van de opleiding periodiek worden geëvalueerd. De belangrijkste instrumenten zijn: § module-evaluaties; § studententevredenheidsonderzoek; § studievoortgangresultaten; § werkbelevingsonderzoek van docenten; § enquêtes onder vertegenwoordigers uit het werkveld. Het auditteam heeft de opzet en uitkomsten van deze instrumenten bestudeerd en vastgesteld dat deze adequate evaluatiegegevens opleveren. Oordeel: voldoende Dit facet is voldoende. De opleiding hanteert een kwaliteitszorgsysteem en hanteert voldoende evaluatie instrumenten om vervolgens vast te stellen in hoeverre deze aan de kwaliteitsdoelstellingen voldoen. De resultaten van deze evaluaties worden gebruikt bij het verder verbeteren van de kwaliteit van de opleiding Hoger Hotelmanagement.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 36
Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Criterium Het facet ‘Maatregelen tot Verbetering’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Vormen de uitkomsten van periodieke evaluaties van de opleiding de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen?
Bevindingen Het binnen de opleiding Hoger Hotelmanagement gehanteerde kwaliteitsplan stuurt de activiteiten van de kwaliteitsbewaking en de meting ervan. Regelmatig is er overleg tussen het management van de hogeschool, de opleiding en docenten die betrokken zijn bij het kwaliteitszorgproces. Hierbij wordt gesproken over de voortgang, kwaliteit en resultaten. Kleine verbeteringen worden direct ter hand genomen. Verbeterprojecten en ontwikkelprojecten worden vastgesteld . Tijdens de uitvoeringsfase worden zij geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Het document waarin het kwaliteitszorgsysteem wordt beschreven bevat een beschrijving van de planning en procedures waarlangs verbetermaatregelen moeten worden uitgevoerd. De management review en de overige documentatie verschaffen een voldoende helder beeld van de sterke en te verbeteren punten van alle opleidingen binnen Hogeschool Notenboom. Er vinden, waar nodig, regelmatig verbeter- en ontwikkelprojecten plaats op terreinen als: § Organisatie-inrichting: een andere indeling en werkwijze van de organisatie; § Onderwijsinrichting: het inhoudelijk en organisatorisch inrichten van opleidingen; § Onderwijsprestatie: verhoging van de studeerbaarheid en rendementen; § PR: verdere profilering naar instroom- en uitstroommarkt; § Kwaliteit: verbetering van de kwaliteitszorg. Het auditteam onderschrijft de relevantie van deze vijf gebieden. Zij weerspiegelen te samen de uitdagingen waar de opleiding voor staat: het verder doorvoeren van de inhoudelijke en onderwijskundige vernieuwing in een turbulente maatschappelijke omgeving, gekoppeld aan een verbetering van de onderwijsprestaties van de studenten en het verder doorvoeren van de kwaliteitszorg. Oordeel: voldoende Dit facet is voldoende. De uitkomsten van periodieke evaluaties vormen de basis voor verbetermaatregelen op gebieden die naar het oordeel van het auditteam relevant zijn voor de verdere ontwikkeling van de opleiding Hoger Hotelmanagement en die aantoonbaar bijdragen aan de realisatie van de (kwaliteits)doelen die de opleiding nastreeft
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 37
Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Criterium Het facet ‘Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Zijn -en zo ja op welke wijze- medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld actief betrokken bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding?
Bevindingen Het auditteam is gebleken dat studenten, medewerkers en het beroepenveld bij de evaluatie van de opleiding betrokken zijn. Studenten zijn bij de evaluatie betrokken via hun vertegenwoordigers in commissies en individueel via gesprekken, de module-evaluatie die telkens na afloop van een module plaats vindt en via de studenttevredenheidsonderzoeken. Medewerkers zijn onder meer actief betrokken door het opstellen van de verschillende plannen en verslagen ten behoeve van evaluatie en verbetermaatregelen. Via de beroepenveldcommissie en de alumnicommissie adviseert het werkveld over de inhoud van het onderwijs en de afstemming met de beroepspraktijk. Zij nemen daartoe bijvoorbeeld deel aan besprekingen over beroepscompetenties, stagedoelen, het curriculum en dergelijke. De betrokkenheid van studenten en medewerkers betreft niet alleen de programmatische aspecten en de daarbij behorende voorzieningen maar ook alle uitvoeringsaspecten. Hierbij valt te denken aan de opzet van het programma, de invulling en uitvoering van de studie-onderdelen, de studiebegeleiding, toetsing en voorzieningen. Het werkveld wordt gevraagd om feedback. Uit studentenevaluaties blijkt dat studenten de informatie op het terrein van kwaliteitszorg als ‘voldoende’ beoordelen waarbij het streven is om de informatie aan studenten beter aan te laten sluiten bij hun behoeften. Studenten kunnen hun suggesties t.a.v. de organisatie of het onderwijs neerleggen bij het management van de opleiding en van Hogeschool Notenboom. De betrokkenheid van het beroepenveld richt zich met name op het programma. Tijdens de audit en uit documenten is gebleken dat uitkomsten van evaluaties door de opleiding kenbaar worden gemaakt aan alle betrokken partijen. Tevens worden de uitkomsten beleidsmatig besproken in management- en netwerkoverleggen en binnen/tussen de opleiding(en), met medewerkers die zich bezighouden met kwaliteitszorg en de beroepenveldcommissie. De opleiding betrekt ook alumni bij het kwalitatief op peil houden van de opleiding, zo blijkt uit documentatie. Het betreft dan met name de levering door alumni van vakinhoud en het in stand houden van een uitgebreid netwerk van de opleiding binnen het werkveld.
Oordeel: voldoende Dit facet is voldoende. Het auditteam heeft op basis van de geanalyseerde documentatie en op basis van de gevoerde gesprekken met studenten en medewerkers kunnen constateren dat studenten, medewerkers en het beroepenveld op actieve en georganiseerde wijze bij de interne kwaliteitszorg betrokken zijn.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 38
SAMENVATTEND OORDEEL “INTERNE KWALITEITSZORG”: VOLDOENDE Het onderwerp ‘Interne kwaliteitszorg’ is voldoende . De kwaliteitszorgfunctie is zodanig ingevoerd in de organisatie dat het geen doel op zich is, maar daadwerkelijk als middel fungeert voor de verbetering en verdere ontwikkeling van de opleidingen van Hogeschool Notenboom. Dit betekent dat: § de opleiding Hoger Hotelmanagement periodiek wordt geëvalueerd; §
§
de uitkomsten van periodieke evaluaties van de opleiding de basis vormen voor aantoonbare verbetermaatregelen via ontwikkel- en verbeterprojecten die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen; medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld actief betrokken zijn bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 39
Onderwerp 6: Resultaten Dit onderwerp kent twee facetten: 1. gerealiseerd niveau; 2. onderwijsrendement.
Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Criterium Het facet ‘Gerealiseerd Niveau’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: § Zijn de gerealiseerde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties?
Bevindingen Uit gesprekken tijdens de audit en uit de documenten blijkt dat het programma wordt ontwikkeld, uitgevoerd en beoordeeld door personeel met een sterke relatie met het beroepenveld door middel van parttime werkzaamheden en werkverbanden. Zo is geborgd dat er continu wordt gecheckt of studenten daadwerkelijk de nagestreefde kwalificaties bereiken. Documenten tonen aan dat de opleiding Hoger Hotelmanagement op verschillende manieren informatie krijgt om te monitoren of studenten het bedoelde eindniveau halen: § evaluatieformulieren stage en afstuderen; § bijeenkomsten met de alumnicommissie; § bijeenkomsten met de beroepenveldcommissie; § evaluatiegesprekken; § werkgevers afgestudeerden. Een graadmeter van de mate waarin de nagestreefde eindkwalificaties overeenkomen met de gerealiseerde eindkwalificaties zijn de ervaringen van afgestudeerden in de arbeidsmarkt. Deze zijn over het algemeen positief. Afgestudeerden geven aan dat het gevolgde onderwijs hen ‘voldoende’ voorbereidt op hun werkkring. Ook opdrachtgevers zijn over het algemeen positief tot zeer positief over het eindniveau van de studenten. Het management van de opleiding geeft aan dat een groot aantal scripties ter objectieve beoordeling naar een extern bureau, Request For Comment, wordt gestuurd. De door het auditteam bestudeerde afstudeerscripties geven in voldoende mate een beeld van de kwaliteit van de opleiding in het algemeen en de afgestudeerden in het bijzonder. Uit een ter plekke uitgevoerde bestudering van scripties en uit bestudering van kopieën van scripties die in het bezit zijn van het auditteam is gebleken dat de scripties als ‘zeer goed’ gekwalificeerd kunnen worden. De complexiteit van de gekozen afstudeeronderwerpen is van een voldoende niveau. Ter adstructie citeren wij hier het commentaar van de externe auditor. Hij gaf aan dat hij soms een ‘..aantal voortreffelijke werkstukken’ had aangetroffen, dat een bepaalde door hem bestudeerde scriptie ‘...niet zou misstaan in de vergaderstukken bij een veiligheidsoverleg tussen gemeenten en horeca’, soms ‘...proef je enthousiasme van studenten en docenten, vol verrassende vondsten omdat bestaande voedselontwikkelingen afgewikkeld worden met eigen verzonnen recepten’. Leggen we de eindkwalificaties naast de inhoud van de afstudeerscripties, dan dekken deze nagestreefde kwalificaties, zoals verwoord in de landelijke kwalificaties, in voldoende mate de door de studenten gerealiseerde kwalificaties. Het beleid is sterk gericht op het actief betrekken van alle actoren (vooral ook externe) bij de eindkwalificaties van het curriculum. De stageadressen en het werkveld zijn via diverse commissies betrokken bij de realisatie van de eindkwalificatie van de afgestudeerden. Een belangrijk curriculumonderdeel waarmee eindkwalificaties worden bereikt, is de stage tijdens het laatste studiejaar. Hier wordt de student geacht onder toezicht zelfstandig te functioneren en zich te ontwikkelen tot het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar. De stage wordt beoordeeld door stagebegeleiders uit het afnemende beroepenveld. ©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 40
Oordeel: voldoende Dit facet is voldoende. De gerealiseerde eindkwalificaties komen overeen met de beoogde eindkwalificaties. Het auditteam heeft zich door inzage in afstudeerscripties zelfstandig een oordeel kunnen vormen van het niveau ervan. Dat oordeel is positief. Ook het werkveld blijkt voldoende tevreden te zijn over het niveau van afgestudeerden en hun aansluiting op de arbeidsmarkt
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 41
Facet 6.2. Onderwijsrendement Criteria Het facet ‘Onderwijsrendement’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: § Zijn er, al dan niet in samenspraak met verwante opleidingen, streefcijfers geformuleerd in vergelijking met andere relevante opleidingen? § Voldoet het onderwijsrendement aan deze streefcijfers?
Bevindingen In het kwaliteitszorgverslag HBO 2003 van Hogeschool Notenboom is aandacht besteed in een apart hoofdstuk aan ‘na te streven resultaten’. Uit documentatie en aanvullende gegevens van het management blijkt dat het na te streven resultaat voor alle opleidingen van Hogeschool Notenboom 60% bedraagt. Dat wil zeggen: 60% van de deelnemers dient de opleiding die zij volgen af te ronden in de daarvoor geldende tijd, ruim drie studiejaren. Vorig studiejaar lag dat aantal op 65% voor de opleiding Hoger Hotelmanagement. In 2001-2002 zijn er op dit terrein 65 studenten gestart waarvan er inmiddels 42 geslaagd zijn, de prognose is dat nog tien studenten dit studiejaar zullen afstuderen. Vier studenten Hoger Hotelmanagement blijken voortijdig gestopt te zijn. Het management laat weten ‘tevreden’ te zijn met de rendementscijfers en dat bij tegenvallende rendementen naar de oorzaken wordt gezocht. Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt dit facet als voldoende. De auditcommissie constateert dat de opleiding realistische kwantitatieve streefdoelen heeft geformuleerd voor de opleiding. Het rendement en de verblijfsduur van de opleiding voldoen daar aan.
SAMENVATTEND OORDEEL “RESULTATEN”: VOLDOENDE Het auditteam kwalificeert het onderwerp “Resultaten” als voldoende. Het gerealiseerde niveau komt overeen met het niveau dat wordt nagestreefd en het rendement van de opleiding Hoger Hotelmanagement ligt iets boven de streefwaarde.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 42
3.
SAMENVATTEND OORDEEL
3.1.
Oordeelschema HBO bachelor opleiding Hoger Hotelmanagement voltijd HBO BACHELOR OPLEIDING Hoger Hotelmanagement voltijd
Onderwerp / Facet
Oordeel
1. Doelstellingen Opleiding
V
1.1. Domeinspecifieke Eisen
V
1.2. Niveau Bachelor
V
1.3. Oriëntatie HBO
V
2. Programma
V
2.1. Eisen HBO
V
2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma
V
2.3. Samenhang Programma
V
2.4. Studielast
G
2.5. Instroom
V
2.6. Duur
V
2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud
V
2.8. Beoordeling en Toetsing
V
3. Inzet van Personeel
V
3.1. Eisen HBO
V
3.2. Kwantiteit Personeel
V
3.3. Kwaliteit Personeel
V
4. Voorzieningen
V
4.1. Materiële Voorzieningen
V
4.2. Studiebegeleiding
V
5. Interne Kwaliteitszorg
V
5.1. Evaluatie Resultaten
V
5.2. Maatregelen tot Verbetering
V
5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld
V
6. Resultaten
V
6.1. Gerealiseerd Niveau
V
6.2. Onderwijsrendement
V
7. Bijzonder Kenmerk
N.V.T.
7.1 Differentiatie en Profilering 7.2 Kwaliteit 7.3 Concretisering 7.4 Onderscheidend Karakter
Samenvattend oordeel
V
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 43
3.2.
Integraal oordeel/ advies aan NVAO
Op basis van zijn bevindingen met betrekking tot alle in het NVAO Accreditatiekader vermelde onderwerpen en facetten, concludeert het auditteam dat de door Hogeschool Notenboom verzorgde HBO Bachelor Opleiding Hotelmanagement voltijd in aanmerking komt voor accreditatie door de NVAO.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 44
BIJLAGE I: Curriculum vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaring externe auditoren Bij het samenstellen van het auditteam voor deze opleiding is er van uitgegaan dat de externe auditoren kennis van en inzicht in het economisch domein en/of het hotelwezen dienen te bezitten. Gelet op de inhoud van dit type hbo-opleidingen is het van belang dat kennis en inzicht op beide terreinen in het auditteam verenigd zijn. De heren Wierda en Van der Hoorn hebben uitgebreide ervaring, zowel op het terrein van hoger economisch onderwijs (waar toerisme deel van uit maakt) als daar waar het de praktische componenten van het vak economie betreft. De heer Wierda en de heer Van der Hoorn hebben leiding gegeven aan hoger economische opleidingen en hebben daardoor kennis en inzicht in dit type opleidingen, i.h.b. onderwijsinhoudelijk, op het terrein van personeel, relatie onderwijs-arbeidsmarkt en kwaliteitszorg. De heer Coenegracht heeft jarenlange ervaring binnen de internationale horecasector, zowel als ondernemer, bestuurslid en als initiatiefnemer voor het opstarten van een regionale hotelketen. Vanuit zijn kennis van, inzicht in en ervaring met het ondernemersvak en de hotellerie heeft de heer Coenegracht een uitstekend beeld van en visie op de branche. Bij het samenstellen van het auditteam heeft Hobéon expliciet gelet op vakinhoudelijke kennis en ondernemerservaring binnen het hotelwezen. Daarnaast is de heer Coenegracht jurist waardoor hij in staat is te beoordelen in elke mate in de opleiding de juridische aspecten van het ondernemerschap op het terrein van hotellerie aan bod komen. De heer Van Raaijen heeft vanuit zijn achtergrond als directeur van een landelijke onderwijsinstelling veel kennis van, inzicht in en ervaring met het onderwijs op alle relevante terreinen: inhoudelijk, instroom, uitstroom, docenten, kwaliteitszorg en relatie met de schoolomgeving. Het is de combinatie van kennis, inzicht en ervaring op het terrein van economie, toerisme en onderwijs op basis waarvan Hobéon Certificering gekozen heeft voor de samenstelling van het auditteam. R.J.M. van der Hoorn studeerde bedrijfseconomie (heao) en bedrijfskunde en is sinds 1996 mede eigenaar van de Hobéon Groep. Hij is bedrijfskundig adviseur en houdt zich onder andere bezig met financieel economische vraagstukken voor hoger onderwijsinstellingen. Heer Van der Hoorn, die gecertificeerd lid is van de orde van organisatiekundige en organisatieadviseurs (OOA), is directeur van een venture capital bedrijf. Bovendien begeleidt hij enkele MKB ondernemingen bij hun bedrijfsontwikkeling. Hiervoor was hij onder andere financieel interim directeur van een branche organisatie, interim directeur bij een gemeente in de Randstad en interim directie voorzitter van een economische faculteit van een middelgrote hogeschool. W. G. van Raaijen was jarenlang verbonden aan het Luzac College waar hij onder andere als rector actief was. Hij was daar voorzitter van de landelijke examencommissie en lid van de commissie voorbereiding Tweede Fase. Verder bekleedde heer Van Raaijen een staffunctie als Manager Opleidingen & Trainingen bij Unique International en werkte hij als consultant public search voor de Interlace Group. Voor deze organisatie was hij werkzaam binnen de onderwijswereld, ministeries en gemeentes en bij organisaties die opereren op het snijvlak tussen publiek en privaat zoals bijvoorbeeld onderzoeksinstellingen en omroepen. Bij Hobéon houdt heer Van Raaijen zich bezig met organisatieadvies, marktonderzoek en certificering.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 45
H.W. Wierda is meer dan 40 jaar werkzaam zowel binnen het (hoger) onderwijs als het bedrijfsleven. Zo is hij vanaf 1982 tot 1998 als directeur van de opleiding Commerciële Economie werkzaam geweest binnen de Haarlem Business School. Naast zijn directeurschap heeft hij actief geparticipeerd in ontwikkelingstrajecten van de opleidingen: Small Business, International Business, European Business Management en Media Entertainment Management. Zijn ervaringen in het nationale en internationale bedrijfsleven omvatten inmiddels 45 jaar. Gestart in 1960 als onderzoeksassistent bij het toenmalig Economisch Instituut Textiel Industrie is hij werkzaam geweest als bestuurslid bij verschillende bedrijven. Inmiddels is hij als één van de initiatiefnemers betrokken bij de oprichting van een nieuw opleidingsinstituut voor economische opleidingen. Th.P.A.G.M. Coenegracht is thans voorzitter van ‘Horeca Nederland’, afdeling Maastricht en Heuvelland. Hij is al decennia lang werkzaam binnen de detailhandel en stond begin 2003 aan de wieg van een ambitieuze hotelgroep in Maastricht. Hij heeft Rechten gestudeerd in Maastricht en is jarenlang betrokken geweest bij CAOonderhandelingen van de banketbakkersbranche. Tevens is hij lid van de arbitragecommissie van de Nederlandse Banketbakkers Ondernemers Vereniging. J.B. van Haastregt is 3e jaars studente HEBO aan de Haagse Hogeschool. Tevens heeft zij enkele maanden een studentuitwisselingsproject gedaan in het Verenigd Koninkrijk. G.W.M.C. Broers werkt sinds 1997 als adviseur bij Hobéon. Sinds zijn afstuderen (1986) aan de (toenmalige) Rijksuniversiteit Leiden heeft hij gewerkt bij verschillende organisaties waaronder de RUL, ECABO, Van der Veldt Cursusontwikkeling en Cursusuitvoering (VCC) en het Rotterdams Instituut voor Sociologisch en Bestuurskundig Onderzoek (RISBO). Daarnaast heeft hij gepubliceerd in NRC Handelsblad en de tijdschriften Intermediair en Psychologie. Bij Hobéon houdt de heer Broers zich vooral bezig met arbeidsmarktonderzoek voor (hoger) onderwijsinstellingen, het beoordelen van de onderwijskundige kwaliteit van opleidingen volgens de NVAO-kaders en het beoordelen van de kwaliteit van restauratie bouwbedrijven.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 46
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 47
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 48
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 49
BIJLAGE II: Programma Visitatie 16 december 2004 Tijd
Betreft
Notenboom
Hobéon
09.00 – 09.15 u
Kennismaking en eventueel afstemmen programma Afstemming tussen hogeschool en arbeidsmarkt Markt, doelstellingen, afstemming op arbeidsmarkt en studentenmarkt, internationalisering, rendement en resultaten Personeelsbeleid
Marije Notenboom, Henk Meeuwesen Hans Brugmans, voorzitter beroepenveldcommissie Marije Notenboom, Henk Meeuwesen
Auditteam
Marije Notenboom
Auditteam
11.45-12.30
Aansturing vestigingen voorzieningenbeleid
Marianne Bremen (Maastricht) Nils Visser (Hilversum) Ties Willems (Eindhoven)
Auditteam
12.30-13.00 u 13.00 – 13.30 u
Lunch, intern overleg auditteam Examencommissie; kwaliteitszorg, toetsbeleid, klachtenprocedure
13.30 – 14.00
Stagebureau; stagebeleid
14.00 – 14.30 14.30 – 15.30
Alumnibeleid Pending issues Beoordeling op hoofdpunten voorbereiden Terugkoppeling op hoofdlijnen
09.15 - 10.00 u 10.00 – 11.00 u
11.00 – 11.45 u
15.30 – 16.00
Auditteam Auditteam
Voorzitter en secretaris Examencommissie
Auditteam
Sylvia Cuijten Yolande van der Heijde Martijn Vos
Auditteam
Directie
Auditteam
Auditteam Auditteam
25 februari 2005
Tijd
Locatie
Gesprekspartner(s)
08.30 – 08.45 08.45 – 09.00
Auditoren
Onderwerpen
Auditteam *
Voorbespreking
Management: Notenboom
Auditteam: Van der Hoorn
Kennismaking Definitieve vaststelling
Meeuwesen
Van Raaijen
programma
Van Raak Willems
Hartog Kuijper
Bepaling bereik (scope) van de audit
Wierda Coenegracht Broers Van Haastregt 09.00 – 10.00
Management
(Deel) Auditteam
Personeelsbeleid Kwaliteitsborging examinering en beoordeling (inclusief de rol van het beroepenveld daarbij)
10.00 – 11.00
Domeincoördinator/vakdocenten Economische opleidingen:
Van der Hoorn Kuijper
Instroom Propedeuse
Orsini
Wierda
Samenhang programma
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 50
Kunzler
Broers
Stallenberg
Internationalisering Eindkwalificaties Student-/studiebegeleiding Praktijkcomponent Relatie beroepenveld
Domeincoördinator/vakdocent
Van Raaijen
Instroom
Toerisme:
Hartog
Propedeuse
Van Vucht Pasanea
Van Haastregt
Samenhang programma Internationalisering Eindkwalificaties Student-/studiebegeleiding Praktijkcomponent Relatie beroepenveld
Verificatie Hotelmanagement
Coenegracht
Verificatie afstudeerscripties Hotelmanagement, CV’s docenten etc.
11.00 – 11.15 11.15 – 12.15
Auditteam
Interne terugkoppeling, verificatie
Domeincoördinator/vakdocent
Van der Hoorn
Instroom
Hotelmanagement:
Coenegracht
Propedeuse
Orsini Jacobs
Wierda Broers
Samenhang programma Internationalisering Eindkwalificaties Student-/studiebegeleiding Praktijkcomponent Relatie beroepenveld
11.15 – 11.45
Studenten Toerisme:
Van Raaijen
Toetsen en beoordelen
Kox (1e jrs.)
Hartog
Studiebegeleiding (incl. stages)
Van der Schans (1e jrs.) Mulder (3e jrs.)
Van Haastregt
Studeerbaarheid, studielast Materiële voorzieningen Aansluiting instroom en programma Studiebegeleiding
Verificatie Economische opleidingen
Kuijper
Verificatie afstudeerscripties Economische opleidingen, CV’s
Studenten Economische
Van Raaijen
Toetsen en beoordelen
opleidingen:
Kuijper
Studiebegeleiding (incl. stages)
Martens (3e jrs.) Evren (2e jrs.)
Van Haastregt
Studeerbaarheid, studielast Materiële voorzieningen
docenten etc. 11.45 – 12.15
Van den Broek (2e jrs.)
Aansluiting instroom en programma Studiebegeleiding
Verificatie Toerisme
Hartog
Verificatie afstudeerscriptiesToerisme, CV’s docenten etc.
12.15 – 12.45
Auditteam
Lunch, interne terugkoppeling, bepaling ‘pending issues’
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 51
12.45 – 13.15
Studenten Hotelmanagement:
Van Raaijen
Toetsen en beoordelen
Durmaz (2e jrs.) Puyman (3e jrs.)
Coenegracht Wierda
Studiebegeleiding (incl. stages) Studeerbaarheid, studielast
Vos (3e jrs.)
Van Haastregt
Materiële voorzieningen Aansluiting instroom en programma Studiebegeleiding Alumnibeleid (Vos)
Nader te bepalen
(Deel) Auditteam
gesprekspartners 13.15 – 13.45
Pending issues Verificatie
Auditteam
Intern overleg en bepaling voorlopig oordeel
13.45 – 14.00
Gesprekspartners & genodigden
Auditteam
Voorlopige beoordeling en terugkoppeling op hoofdlijnen
©Hobéon® Certificering Adviesrapport accreditatie HBO bachelor opleiding Hotelmanagement. Hogeschool Notenboom 52