Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Journalistiek voltijd INHOLLAND Select Studies
Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E
[email protected]
Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Journalistiek voltijd CROHO nr. 34686 INHOLLAND Select Studies
Hobéon® Certificering BV 14 november 2007 Auditteam: R.J.M. van der Hoorn, mba, cmc S. van der Zee Dr. E. van der Pool Drs. R. B van der Herberg P. W. Sabel R.G. Peters
INHOUDSOPGAVE 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6. 1.6.1. 1.6.2. 1.6.3. 1.6.4. 1.6.5. 1.7.
INLEIDING Functie van het rapport Bereik van de beoordeling Karakteristiek van INHOLLAND Select Studies Karakteristiek van de opleiding Visitatierapport Journalistiek ‘Hoor en wederhoor’ maart 2000 en interne audit Aanpak Beoordelingsprocedure en werkwijze Beslisregels Auditteam Deelnemers visitatie Programma van de visitatie op 25 september 2007 Samenvattend oordeel
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Facet 1.2. Niveau Bachelor Facet 1.3. Oriëntatie HBO Onderwerp 2: Programma Facet 2.1. Eisen HBO Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Facet 2.3. Samenhang Programma Facet 2.4. Studielast Facet 2.5. Instroom Facet 2.6. Duur Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Onderwerp 3: Inzet van Personeel Facet 3.1. Eisen HBO Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Onderwerp 4: Voorzieningen Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Facet 4.2. Studiebegeleiding Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Onderwerp 6: Resultaten Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Facet 6.2. Onderwijsrendement
10 10 10 12 13 15 15 17 19 21 23 25 26 27 29 29 30 31 33 33 34 36 36 37 38 39 39 41
3. 3.1. 3.2.
SAMENVATTEND OORDEEL Oordeelschema HBO bachelor opleiding Journalistiek voltijd INHOLLAND Select Studies Integraal oordeel en advies aan NVAO
43 43 44
Bijlage I: Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaringen auditoren Bijlage II: Programma visitatie 25 september 2007
1 1 1 1 2 4 5 5 7 8 9 9 9
1.
INLEIDING
1.1.
Functie van het rapport
Het onderhavige rapport bevat het advies aan de NVAO dat door Hobéon Certificering als Visiterende en Beoordelende Instantie is opgesteld ten behoeve van de accreditatie van de voltijd hbo bachelor opleiding Journalistiek van INHOLLAND Select Studies.
1.2.
Bereik van de beoordeling
De Hogeschool INHOLLAND Select Studies verzorgt de hbo bachelor opleiding Journalistiek, crohonummer 34686. De basis voor het onderzoek van Hobéon Certificering werd gevormd door het zelfevaluatierapport van de voltijd opleiding Journalistiek van INHOLLAND Select Studies van augustus 2007.
1.3.
Karakteristiek van INHOLLAND Select Studies
Commerciële HBO-opleidingen INHOLLAND b.v., handelend onder de naam INHOLLAND Select Studies (hierna ISS), gevestigd te Rotterdam is 100% eigendom van de besloten vennootschap Holding INHOLLAND, gevestigd te Den Haag. Blijkens het uittreksel van de Kamer van Koophandel is de statutair directeur van zowel commerciële HBO-opleidingen INHOLLAND b.v. als van Holding INHOLLAND b.v. de heer R. J.M. Kooren. Holding INHOLLAND b.v. heeft naast Commerciële HBO-opleidingen INHOLLAND b.v. nog vijf andere werkmaatschappijen. Alle aandelen van Holding INHOLLAND b.v. zijn in eigendom van de Stichting Hoger Onderwijs Nederland, die, naast ISS en de vijf andere werkmaatschappijen, de Hogeschool INHOLLAND exploiteert. Het zelfevaluatierapport vermeldt dat het beleid van de hogeschool is dat er door het toerekenen van marktconforme kosten geen vermenging plaatsvindt van de commerciële activiteiten met het uit Rijk’s kas bekostigde onderwijs. ISS is in feite de voortzetting van de commerciële activiteiten van de vier voormalige hogescholen die zijn gefuseerd tot Hogeschool INHOLLAND. ISS biedt als particuliere onderwijsinstelling vier erkende hboopleidingen: (1) Journalistiek, (2) Sport, Management en Ondernemen, (3) Marketing en (4) Onroerend Goed Management. ISS profileert zich in de markt met intensieve en praktijkgerichte opleidingen en persoonlijke coaching van studenten. De visie van ISS is gebaseerd op vijf pijlers: kleinschaligheid: de groepsgrootte is maximaal 20 studenten; doelgroepprofiel: de opleiding is in het bijzonder gericht op praktijkgeoriënteerde studenten die snel willen doorstoten tot het werkveld. De opleiding kent daarvoor een verzwaard driejarig programma; coaching. De begeleiding van studenten is gericht op hun persoonlijke ontwikkeling, zelfsturing en nemen van eigen verantwoordelijkheid. De opleiding ken minimaal 20 contacturen per week; beroepspraktijk: de opleiding heeft directe contacten met het beroepenveld door docenten/ freelancers, gastdocenten, inzet van studenten in buitenschoolse beroepsgerelateerde activiteiten en contacten met stageorganisaties, bedrijfsexcursies; ondernemerschap als attitude. Studenten leren als freelancer te werken, leren een praktische aanpak te kiezen en ontwikkelen hun probleemoplossend vermogen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 1
1.4.
Karakteristiek van de opleiding
1.4.1. Profilering De ontwikkelingen die de opleiding de afgelopen jaren heeft doorgemaakt zijn onder meer geënt op het landelijk vastgestelde opleidings- en beroepsprofiel journalistiek, zoals dat tot stand is gekomen door samenwerking tussen de Hogeschool Ede, Hogeschool Windesheim, Fontys Hogescholen en Hogeschool van Utrecht en in maart 2004 is vastgesteld. Deze ontwikkeling wordt verder beschreven in hoofdstuk 2 bij facet 1.1. De opleiding profileert zich echter ten opzichte van de vier andere hbo-opleidingen Journalistiek in Tilburg, Utrecht, Zwolle en Ede, doordat de opleiding bij ISS zich richt op de journalistiek als individueel ambacht. ISS vindt dat het journalistieke werk in de eerste plaats als een creatieve discipline moet worden benaderd, met hoge eisen aan de mentaliteit, het incasseringsvermogen, de assertiviteit en het organisatievermogen van de beoefenaars. ISS is van mening dat de journalistiek in het huidige maatschappelijke bestel niet leidend en beslissend is, maar wel sturend in de maatschappelijke dialoog. De opleiding legt in het curriculum de volgende accenten: ondernemerschap en freelancen; opleiden en opvoeden van studenten tot de ongeduldige, productieve, proactieve en altijd aanwezige journalist; integratie van journalistiek en entertainment tot ‘infotainment’; combineren van vaardigheden van kenniswerker, netwerker, bedenker, uitvoerder en promotor van het eigen werk. De opleiding vangt dit in de term ‘multiskilling’; toepassen van internationale crossculturele kennis bij de productie van nieuws. Hiervoor gebruikt de opleiding de term ‘crossmedia’; het invoeren van het ‘vak’ crossmedia als belangrijk onderdeel van het curriculum. 1.4.2. Internationalisering en crossculturele kennis De opleiding Journalistiek wil maatschappelijk betrokken, internationaal en ‘crosscultureel bewuste’, startbekwame journalisten afleveren die rekening houden met de lokale, regionale en nationale cultuur van doelgroepen. Op basis daarvan maken zij bewuste keuzes over de onderwerpen waarover en de wijze waarop zij verslag doen. Een goede internationale oriëntatie hoort daarbij. Om die reden zijn internationale en crossculturele aspecten opgenomen in het curriculum. Deze aspecten kennen een logische opbouw en werken toe naar een eventuele buitenlandse stageperiode in het laatste jaar. Aandacht wordt gegeven aan in andere culturen geldende normen en waarden in relatie tot de eigen normen en waarden, aan internationale oriëntatie op het wereldnieuws en dit plaatsen in eigen culturele context, aan cultuurverschillen en zich kunnen verplaatsen in andere culturen. In de gesprekken die het auditteam heeft gevoerd geeft het management aan dat de buitenlandse oriëntatie en het opdoen van crossculturele kennis voor aankomende journalisten belangrijk is. Wel is het moeilijk om een langere buitenlandse studie te organiseren in het driejarige programma, omdat dit zeer intensief is en weinig ruimte laat. Studeren aan een buitenlandse onderwijsinstelling, bij wijze van uitwisseling, is nog niet van de grond gekomen. 1.4.3. Driejarige en vierjarige variant De opleiding wordt sinds 1 september 2002 aangeboden als een voltijd opleiding in Rotterdam. De opleiding is sneller dan gebruikelijk en kent een hoog studietempo. Studenten vergaren per jaar 80 Ec’s (European Credits, ofwel studiepunten) en ronden in drie jaar hun studie af.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 2
Studenten voor wie dit studietempo te hoog is hadden tot het studiejaar 2006-’07 de gelegenheid om tijdens een vierde jaar een speciaal traject te doorlopen met extra coaching op maat en een individueel vraaggericht onderwijsaanbod. Vanwege het aantal studenten dat studieachterstand opliep in het versnelde driejarige traject, bestaan vanaf het studiejaar 2007-’08 twee varianten: het driejarige en vierjarig traject. In het vierjarige traject wordt het programma gespreid over vier jaren. Het programma van de beide trajecten is hetzelfde, doch in het vierjarige traject is de studielast lager (60 Ec’s per jaar) en worden onderwijs-eenheden gespreid over vier jaren aangeboden. Alle studenten starten in principe in het driejarige traject. Zij maken na het derde tien-weken blok in het eerste studiejaar op basis van een assessment de keuze: doorgaan met het versnelde programma of overstappen naar de vierjarige variant. Zie verder hoofdstuk 2, facet 2.4. De studenten betalen per studiejaar € 6.600,- aan collegegeld en daarnaast nog € 500,- aan kosten voor boeken, examens en deelname aan projecten. (Bedragen 2007). 1.4.4. Ontwikkeling en structuur van de opleiding Het totaal aantal ingeschreven studenten is vanaf de start als volgt ontwikkeld:
Instroom
2002-‘03
2003-‘04
2004-‘05
2005-‘06
2006-‘07
2007-‘08
21
54
48
15
18
19
21
72
112
105
94
45
Totaal aantal ingeschreven studenten Tabel 1: inschrijvingen en aantal ingeschreven studenten Journalistiek - ISS op peildatum 1 oktober
Het aantal inschrijvingen is in 2005 drastisch teruggelopen, omdat toen de kosten voor inschrijving werden verdubbeld. Tijdens de audit is deze terugloop en het ondernemersrisico besproken. De directeur van ISS onderkent de risico’s. Hij schetst aan het auditteam het groeiscenario dat hem voor ogen staat: in de komende jaren de opleiding aanbieden op verscheidene locaties; duidelijke verbindingen leggen met vervolgstudies, waaronder master-opleidingen en postacademische cursussen, verbindingen leggen met lectoraten en relaties met universiteiten aangaan. De aandacht van de opleiding is het afgelopen jaar vooral uitgegaan naar het met succes verkrijgen van de accreditatie. De opleiding beschouwt de kleine groepsomvang met veel contacturen, het driejarige programma en de intensieve begeleiding die de studenten krijgen van de docenten die ook als studiecoach optreden als haar speerpunten. De verwachting van de directie is dat de verliesgevende positie van nu binnen afzienbare tijd kan worden omgezet in een winstgevende. Het businessplan heeft de directeur besproken met de aandeelhouder: het College van Bestuur van Hogeschool INHOLLAND en met de Raad van Advies van die hogeschool. De aandeelhouder heeft zich garant gesteld voor de continuïteit van de opleiding. De opleiding kent een algemeen gedeelte van 220 Ec’s en een minor van 20 Ec’s. In deze minor kunnen de studenten zich verdiepen in geschreven pers, dan wel radio/tv. In toenemende mate wordt aandacht gegeven aan nieuwe media zoals webredacties, weblogs, webschrijven en digitale fotografie. De major en minor kunnen zowel in het driejarige als vierjarige programma worden gevolgd. In het geval van het driejarige programma valt de minor in het laatste blok van het tweede en eerste blok van het derde jaar. In het vierjarige programma valt de minor in de laatste twee blokken van het derde jaar.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 3
1.4.5. Verbinding met lectoraten en doorstroom naar het w.o. Het Institute of Avanced Studies and Applied Serearch (ARAS) draagt verantwoordelijkheid voor de inhoud en de kwaliteit van onderzoek binnen de Hogeschool INHOLLAND. ASAR is verantwoordelijk voor de lectoraten en kenniskringen, de verankering van de onderzoeksfunctie in de hogeschool en het beleid rond de masteropleidingen. ISS heeft ASAR gevraagd een aantal workshops te verzorgen over onderzoeksbenaderingen en methodologie, voor zowel studenten (opgebouwd vanaf jaar 2) als docenten (in de vorm van nascholing). Een volgende stap van de opleiding is samenwerking aan te gaan met één van de lectoraten binnen ASAR. Het doorstromen van studenten van de opleiding Journalistiek naar masters opleidingen van universiteiten is slechts incidenteel aan de orde. De opleiding heeft geprobeerd een samenwerkingsrelatie op te bouwen met de Erasmus Universiteit, doch dat is nog niet gelukt. Er is geen uitwisseling van docenten van de Erasmus Universiteit met ISS en omgekeerd. Het management zal aandacht blijven schenken aan het tot stand brengen van deze relaties. Het auditteam herkent het profiel van ‘de journalist’ dat de opleiding kiest, de noodzakelijke internationale en crossculturele bagage die deze moet hebben en de onderzoeksvaardigheden die deze moet bezitten. Binnen het auditteam is wel opgemerkt dat een journalist bij uitstek juist geduldig moet zijn in plaats van ‘altijd ongeduldig’ en is opgemerkt dat de moderne trend van het vermengen van journalistiek en entertainment afbreuk doet aan het journalistieke ambacht. Het auditteam erkent evenwel de autonomie van de opleiding om, in samenspraak met diens beroepenveldcommissie, het beroepsprofiel gestalte te geven en neemt dit profiel als een gegeven.
1.5.
Visitatierapport Journalistiek ‘Hoor en wederhoor’ maart 2000 en interne audit
In maart 2000 is onder auspiciën van de HBO-Raad het visitatierapport van de opleidingen Journalistiek verschenen. Omdat de opleiding bij (nu) ISS een particuliere opleiding is, is deze niet in dit rapport behandeld. Om te komen tot een onderbouwde accreditatieaanvraag en het bewijsdocument, waar deze audit op steunt, heeft de opleiding een interne audit ondergaan. Op basis van de bevindingen daarvan zijn verbeteringen doorgevoerd. Deze betreffende het navolgende: Doelstellingen opleiding o Om borging van de competenties en beheersingsindicatoren te garanderen beoordeelt de onderwijsregiegroep elke twee jaar deze competenties en indicatoren en past deze zonodig aan Programma o Er is gewerkt aan een betere samenhang in het programma, de invoering van competentiegericht onderwijs, het ontwerpen van een samenhangend vierjarig programma, systematischer studiecoaching en formalisering van het toetsbeleid o Er is gewerkt aan een duidelijk assessment waardoor wordt bepaalt of de student het versnelde driejarige programma kan volgen o Het programma 2006-’07 is uitgebreid en aangepast op basis van evaluaties en onderzoeken Personeel o Het afgelopen studiejaar is begonnen met didactische scholing voor docenten die uit de praktijk komen
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 4
Voorzieningen o Om de studenten de gelegenheid te bieden voor zelfstudie zal de opleiding in het studiejaar 2008-’09 verhuizen naar het hoofdgebouw van INHOLLAND o Studiecoaching is geformuleerd en beschreven. Studiecoaching vindt vanaf het studiejaar 2007’08 plaats aan de hand van competentiekaarten o De begeleiding bij het maken van de portfolio door studenten krijgt vanaf studiejaar 2007-’08 meer aandacht Kwaliteitszorg o In het studiejaar 2006-’07 is een inhaalslag gemaakt op het gebied van systematisch mondeling en schriftelijk evalueren van de onderwijsblokken. Uitkomsten van die evaluaties hebben inmiddels geleid tot aanpassingen van onderdelen van het programma. o De organisatie van het onderwijs met onderwijsregiegroep, opleidingscommissie, examencommissie, beroepenveldcommissie, toetscommissie en ontwikkelgroep studiecoaching is helder neergezet. De toetscommissie krijgt een steeds belangrijkere rol. o Het alumni-volgsysteem zal ter hand worden genomen
De ontwikkeling van de opleiding binnen INHOLLAND Select Studies volgt de visie en de doelstellingen van de Hogeschool INHOLLAND. Deze missie en doelstelling zijn: ‘INHOLLAND staat dicht bij de student, de markt en de maatschappij en speelt gericht in op de vraag naar grenzeloos hoger onderwijs en toegepaste kennis’. De Hogeschool INHOLLAND kent vier kernwaarden: (i) ondernemend en innovatief, (ii) maatschappelijk betrokken. (iii) betrokken op ontplooiing van de student en (iv) flexibel.
1.6.
Aanpak
1.6.1. Beoordelingsprocedure en werkwijze Bij de beoordeling van de opleiding Journalistiek is het auditteam uitgegaan van het door de NVAO vastgestelde “Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs”. Daarin staan de onderwerpen en facetten vermeld waarop een VBI zich bij de beoordeling van een opleiding moet richten. Voorts zijn daarin opgenomen de criteria aan de hand waarvan een VBI moet bepalen of de basiskwaliteit van die opleiding als voldoende kan worden beoordeeld. Voorafgaand aan het accreditatieonderzoek heeft Hobéon Certificering de opleiding voorbereid op de audit door een inhoudelijke toelichting te geven op het NVAO-Accreditatiekader. Met betrekking tot het specifieke referentiekader van de betreffende opleidingsvarianten geldt dat de opleiding zich voor wat betreft beroepsprofiel, opleidingscompetenties en doelstelling tenminste heeft gebaseerd op het landelijk beroepsprofiel en de opleidingscompetenties zoals deze in maart 2004 zijn vastgesteld in het landelijk overleg tussen de betreffende opleidingen en het beroepenveld. Zie verder bij facet 1.1.: “Domeinspecifieke Eisen”. Het auditteam heeft dit opleidingsspecifieke referentiekader beoordeeld en vastgesteld dat het in voldoende mate gespecificeerd is en passend is voor een opleiding journalistiek op hbo-niveau. Het auditteam heeft dit kader in zijn beoordeling betrokken. De beoordelingsprocedure van Hobéon Certificering kent twee hoofdmomenten:
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 5
Documentanalyse Het gaat hier om een analyse en beoordeling van door de opleiding Journalistiek van ISS aangeleverde schriftelijke informatie: de zelfevaluatie rapportage; de studiegids; het onderwijs- en examen reglement – OER; Onderliggende documentatie betrekking hebbend op: strategische keuzen en de positie in de markt, interne organisatie, de systematiek van en gegevens omtrent interne kwaliteitszorg en de daarmee samenhangende interne managementrapportages en verbetermaatregelen, ontwikkelingen in het beroepenveld, beroeps- en opleidingsprofielen, (validatie van) eindkwalificaties, curricula en de interne en externe evaluatie daarvan, werkvormen, toetsing en beoordeling, kwantitatief en kwalitatief personeelsbeleid, internationalisering, instroombeleid, studiebegeleiding, onderwijsrendement. Op basis van de door ISS aangeleverde documentatie heeft het auditteam zich een beeld kunnen vormen van de primaire en secundaire processen van de opleiding. Het auditteam heeft dit beeld getoetst aan zaken als ambitieniveau, toekomstgerichtheid, kritische massa en risico, innovatief vermogen, kwaliteitsbewaking via interne en externe evaluatie, arbeidsmarktrelevantie, resultaatgerichtheid, continuïteit, studenten- en docentenbelangen. Voorafgaand aan de visitatie werd het management van de betreffende opleiding op de hoogte gesteld van de voorlopige bevindingen van het auditteam op basis van zijn documentanalyse. Audit De audit was gericht op een actieve ‘controle’ door middel van een visitatie1, uitgevoerd door een auditteam waarvan deel uitmaakten twee externe onafhankelijke deskundigen op het gebied van de journalistiek, één student, één lead auditor, één auditor ‘onderwijs’ vanuit Hobéon Certificering en één secretaris, eveneens vanuit Hobéon Certificering. Onder ‘controle’ moet hier worden verstaan, dat het auditteam op de niveaus van management, coördinatie, examencommissie, docenten, studenten en staf heeft getoetst of de in de documentatie beschreven beleidsvoornemens en de daaraan gerelateerde uitvoeringsprocessen zijn geïmplementeerd en of de overige in de documentatie vervatte informatie verifieerbaar is. Deze verificatie door het auditteam geschiedde door verscheidene malen hetzelfde onderwerp met verschillende geledingen te bespreken en aan de hand van additionele documentatie en -daar waar het de huisvesting en de materiële voorzieningen betreft- ook door eigen waarneming.
1
De visitatie heeft op 25 september 2007 plaatsgevonden.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 6
De additionele, tijdens de visitatie geraadpleegde, documentatie behelsde ondermeer: overzichten van de samenstelling van de werkveld gremia waarmee de opleiding overleg voert; verslagen van die bijeenkomsten met het werkveld; overzicht van cv’s van (gast)docenten en netwerkoverzicht van docenten; verslagen van de functioneringsgesprekken met docenten; verslagen van docentevaluaties; detailbeschrijving van modules, cases en de daaraan gekoppelde opdrachten; stageverslagen en -beoordelingen; de ‘beroepsproducten’ die gedurende de opleiding door studenten worden opgeleverd; de ‘eindproducten’ van studenten. Aldus had het auditteam voldoende instrumenten om zich op gedetailleerd niveau op de hoogte te stellen van inhoud, opzet, uitvoering en resultaten van het opleidingsprogramma en van de daarmee samenhangende personele, organisatorische, materiële en ruimtelijke voorzieningen. Het auditteam heeft op deze wijze alle in het NVAO-Accreditatiekader vermelde facetten beoordeeld, op basis waarvan een samenvattend oordeel per onderwerp werd gegeven. Een en ander werd vastgelegd in een conceptrapport dat aan de opleiding werd voorgelegd voor een toets op eventuele feitelijke onjuistheden. Het voorliggend rapport is de weergave van het oordeel van het auditteam met daarbij de gronden waarop dat oordeel is gebaseerd.
1.6.2. Beslisregels Volgens de NVAO-Beslisregels Accreditatie kan een onderwerp slechts ‘onvoldoende’ of ‘voldoende’ scoren. Een facet kan evenwel, volgens diezelfde regels, ‘onvoldoende’, ‘voldoende’, ‘goed’ of ‘excellent’ scoren. Met dit als uitgangspunt, heeft Hobéon onderstaande beslisregels toegepast. Onderwerp A. Een onderwerp scoort ‘voldoende’ indien alle facetten van dat onderwerp tenminste ‘voldoende’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘onvoldoende’ en de overige tenminste ‘voldoende’ hebben gescoord, mits een acceptabel verbeterplan beschikbaar is voor het facet met de score ‘onvoldoende’. B.
Een onderwerp scoort ‘onvoldoende’, indien één facet van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord en voor dit facet geen acceptabel verbeterplan beschikbaar is.
C.
Een onderwerp scoort ‘onvoldoende’, indien meer dan één facet van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord, ongeacht of er voor die facetten acceptabele verbeterplannen zijn.
Facet D. Binnen de beoordeling van een facet is ruimte voor een eigen afweging van het auditteam: uitvoering/praktijk weegt zwaarder dan beleid/theorie: beter een goed functionerende regeling die slecht is opgeschreven, dan omgekeerd; primaire processen wegen zwaarder dan secundaire.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 7
Extra aantekening E.
Indien voor een onderwerp een hogere score dan ‘voldoende’ gerechtvaardigd is, wordt dat als ‘extra aantekening’ vermeld en wel met inachtneming van onderstaande regels: een onderwerp krijgt de extra aantekening ‘goed’, indien alle facetten van dat onderwerp ‘goed’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘voldoende’ en de overige facetten ‘goed’ of ‘excellent’ hebben gescoord;2 een onderwerp krijgt de extra aantekening ‘excellent’, indien alle facetten van dat onderwerp ‘excellent’ hebben gescoord of indien één facet van dat onderwerp ‘goed’ en de overige facetten ‘excellent’ hebben gescoord; een onderwerp krijgt geen extra aantekening, indien één van de facetten van dat onderwerp ‘onvoldoende’ heeft gescoord.
1.6.3. Auditteam Het auditteam was als volgt samengesteld: Voorzitter: Leden:
Secretaris:
R.J.M. van der Hoorn S. van der Zee Dr. E. van der Pool Drs. R.B. van der Herberg P. Sabel R.G. Peters
Bij het samenstellen van het auditteam heeft Hobéon Certificering er zorg voor gedragen, dat de voor de beoordeling van de opleiding Journalistiek noodzakelijk expertise met betrekking tot de onderwijskundige aspecten (i.c. het primaire proces, de ondersteunende processen en de organisatorische context) en expertise met betrekking tot de inhoudelijke aspecten (i.c. het programma in relatie tot het specifieke domein) aanwezig is. Lead auditor Rob van der Hoorn heeft als directeur van Hobéon Certificering grote ervaring met audits van hbo bachelor opleidingen en heeft vanuit dien hoofde leiding gegeven aan deze audit. De werkvelddeskundigen Sytze van der Zee en dr. Els van der Pool hebben zich in hun beoordeling met name gericht op de kwaliteit, actualiteit en relevantie van het richtinggevend domeinspecifieke kader, de eindkwalificaties, de programma-inhoud en de interactie tussen opleiding en werkveld. Bovendien hebben zij de kwaliteit van het personeel en het gerealiseerde niveau beoordeeld. Sytze van der Zee als schrijver, journalist en oud hoofdredacteur van Het Parool en Els van der Pool als lector Human Communication Development bij de Hogeschool Arnhem Nijmegen hebben op grond van hun ervaring en positie in het werkveld en vakgebied een goed zicht op de eisen die vanuit de verschillende deelgebieden in het werkveld gesteld worden aan journalisten op hbo-niveau.
2
Het NVAO-Accreditatiekader onderscheidt bij onderwerp 2 (“Programma”) acht facetten. Eén ervan betreft de duur van de opleiding. Het daarbij vermelde criterium (240 ECTS) is evenwel geen (kwaliteits)criterium, maar een formele vereiste waaraan het programma van een opleiding a priori moet voldoen, wil zij überhaupt in aanmerking kunnen komen voor een hbo bachelor accreditatie. ‘Duur’ is derhalve van een andere orde dan -bijvoorbeeld- ‘Kwaliteit Personeel’ of ‘Onderwijsrendement’. Bij de beslissing of het onderwerp “Programma” een extra aantekening ‘goed’ dan wel ‘excellent’ verdient, wordt het facet ‘Duur’ dan ook buiten beschouwing gelaten.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 8
De deskundige ‘onderwijs’ heeft zich vooral gericht op de kwaliteit van de processen die direct en indirect de uitvoering van het programma raken. Ruud van der Herberg heeft in zijn vorige en huidige functie een aanmerkelijke ervaring opgebouwd die hem in staat stelt de programmaopbouw, het onderwijsproces en de organisatorische context waarbinnen de uitvoering plaatsvindt, te beoordelen in het perspectief van de eisen die aan hbo-opleidingen gesteld worden. Pieter Sabel heeft als vierdejaars student Journalistiek bij de Hogeschool Utrecht zijn visie gegeven op het onderwijs en met name op de studeerbaarheid daarvan. Rob Peters is voor deze audit als secretaris opgetreden. Voor de curricula vitae: zie Bijlage I.
1.6.4. Deelnemers visitatie Het auditteam heeft tijdens de visitatie gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers vanuit de verschillende geledingen van de opleiding: het management, de coördinatoren, docenten, studenten en staf. Voor een volledig overzicht van de deelnemers aan de visitatie: zie Bijlage I.
1.6.5. Programma van de visitatie op 25 september 2007 Zie Bijlage II.
1.7.
Samenvattend oordeel
Het auditteam heeft volgens de hierboven weergegeven procedure en aan de hand van het in § 1.6 genoemde beoordelingskader de opleiding Journalistiek van INHOLLAND Select Studies beoordeeld. Het auditteam is tot de conclusie gekomen dat voor alle zes de onderwerpen van het beoordelingskader sprake is van de basiskwaliteit die mag worden verlangd van een hbo bachelor opleiding. De opleiding levert derhalve naar het oordeel van het auditteam journalisten af die als beginnend beroepsbeoefenaar zullen functioneren op het niveau van hbo-bachelor. Het auditteam zet hierna in hoofdstuk 2 per onderwerp en facet uiteen hoe hij tot dit oordeel is gekomen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 9
2.
BEVINDINGEN EN BEOORDELING
Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Dit onderwerp kent drie facetten: 1. domeinspecifieke eisen; 2. niveau bachelor; 3. oriëntatie HBO.
Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Criterium Het facet ‘Domeinspecifieke Eisen’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk)? Bevindingen Het onderwijs van ISS en daarmee van de opleiding Journalistiek bevindt zich voortdurend in een vernieuwingsproces. Deze vernieuwing wordt ingegeven door eisen vanuit de veranderende maatschappij en snelle veranderingen in de werkvelden: in technische mogelijkheden, aandachtspunten, methoden en technieken. De voortdurende veranderingen vergen dat toekomstige professionals moeten zijn voorbereid op het volgen van ontwikkelingen in hun werkveld en de maatschappij en in staat moeten zijn tot continue kennisontwikkeling. Het goed functioneren in de snel veranderende en complexe maatschappij vergt dat de afgestudeerde beschikt over brede beroepsbekwaamheden en over beroepsspecifieke competenties én in staat is deze beide dimensies (breed generiek en specialistisch) op het juiste moment te verenigen en te verwisselen. Om de brede beroepsbekwaamheden en beroepsspecifieke taken te ontwikkelen heeft de opleiding gekozen voor competentiegericht onderwijs. De opleiding heeft daarvoor het in maart 2004 landelijk vastgestelde beroepsprofiel journalistiek als uitgangspunt genomen. Dit document is geformuleerd in termen van competenties. De opleiding heeft de beroepscompetenties vertaald naar opleidingscompetenties. Dit heeft zij gedaan door de competenties te ordenen naar drie domeinen: dienstverlening, bedrijfsvoering en professionalisering en naar drie dimensies: product, organisatie en cultuur. Aldus komt de opleiding tot de volgende competenties: 1. methodisch werken 2. managen 3. verantwoorden 4. samenwerken 5. ondernemen 6. profileren 7. professionaliseren 8. innoveren 9. legitimeren Vervolgens heeft de opleiding de beheersing van de aldus ingedeelde opleidingscompetenties beschreven aan de hand van drie in zwaarte oplopende beheersingsniveaus: beroepsgeschikt, professionaliseringsbekwaam en startbekwaam. De bij ISS afgestudeerde journalist voldoet aan de door ISS geformuleerde opleidingscompetenties op het niveau ‘startbekwaam’ (niveau 3). De opleidingscompetenties zijn in termen van beheersing van kennis, vaardigheden en gedrag beschreven in de Journalistieke Competentiekaart. Deze is als bijlage opgenomen in het Zelfevaluatierapport.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 10
De opleidingscompetenties zijn gevalideerd door de beroepenveldcommissie van de opleiding. Het auditteam heeft kennis genomen van de verslagen van recente gesprekken met deze commissie tijdens welke het curriculum is bediscussieerd en heeft gezien dat deze commissie zich intensief bezig houdt met de competenties en de onderwerpen die in de opleiding aan de orde moeten komen. De dynamiek van het beroep ‘journalist’ met de verschuiving van journalistiek naar ‘infotainment’, vernieuwingen in technologie en verandering van media (als voorbeeld wordt ‘webredactie’ en ‘webschrijven’ genoemd) wordt in die commissie aan de orde gesteld. Door contacten die docenten hebben met de journalistieke beroepspraktijk –velen zijn zelf freelance journalist- , contacten met stageverlenende bedrijven en onderzoek onder alumni wordt de actualiteit van de competenties eveneens bewaakt. Het auditteam heeft kennisgenomen van de Journalistieke Competentiekaart en de wijze waarop de opleiding de beroepscompetenties heeft vertaald naar opleidingcompetenties en deze heeft ingedeeld in drie klassen van oplopende zwaarte. Deze opleidingcompetenties zijn gevalideerd door het beroepenveld. Het auditteam heeft met het management en de kerndocenten gesproken over de opbouw van het curriculum en geconstateerd dat de opleiding op basis van eigen evaluaties en analyses en gesprekken met de beroepenveldcommissie een aantal onderwerpen, waaronder de conceptuele leerlijn, heeft verzwaard. In de gesprekken met studenten heeft het auditteam gehoord dat dezen de mogelijkheid krijgen om zichzelf te ontwikkelen. Zij hebben de vrijheid om zelf hun maatschappelijke positie te kiezen en van daaruit te werken. Een ‘gewenst maatschappelijk engagement’ wordt door de opleiding of individuele docenten niet ‘voorgeschreven’.
Oordeel: voldoende Het auditteam oordeelt, gezien bovenstaande bevindingen, dat de opleiding er op adequate wijze voor zorgt dat de eindkwalificaties aansluiten bij de eisen die door vakgenoten en de beroepspraktijk worden gesteld. Er is naar oordeel van het auditteam daarom sprake van het in voldoende mate voldoen aan de basiskwaliteit.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 11
Facet 1.2. Niveau Bachelor Criterium Het facet ‘Niveau Bachelor’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor? Bevindingen De opleiding heeft een conversietabel ‘competenties – Dublin Descriptoren – hbo kenmerken’ opgesteld waarin de opleiding de opleidingscompetenties koppelt aan de algemene hbo-kenmerken en aan de internationaal geaccordeerde en geaccepteerde beschrijving zoals die is vastgelegd in de zogenoemde Dublin Descriptoren. De vijf dimensies van de Dublin Descriptoren zijn (1) kennis en inzicht, (2) toepassen kennis en inzicht, (3) oordeelsvorming, (4) communicatie en (5) leervaardigheden. Als voorbeeld van deze conversie het navolgende: Dublin Descriptor: Kennis en inzicht. De bachelor moet aantoonbare kennis en inzicht hebben van een vakgebied, waarin het niveau van v.o (…. ) wordt overtroffen; hij verkeert op een niveau dat (…) aspecten bevat waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied noodzakelijk is. Hbo-kenmerken: brede professionalisering; multidisciplinaire integratie Beheersingsindicatoren: 5.3.4. De student heeft kennis van organisatiestructuren van journalistieke bedrijven, het journalistieke productieproces en de geldende overlegstructuren; 7.3.1. De afgestudeerde is goed algemeen ontwikkeld en heeft kennis van politieke en maatschappelijke ontwikkelingen en achtergronden, zowel nationaal als internationaal 8.3.1 De student kan de belangrijkste ontwikkelingen en theorieën in de journalistiek beschrijven 8.3.2 De student kan het belang van publicaties en de maatschappelijke impact daarvan inschatten alsook het verloop van het maatschappelijk debat 9.3.2 De afgestudeerde streeft naar objectiviteit maar is zich bewust dat eigen normen en waarden het journalistieke handelen beïnvloeden. De nummering van de beheersingsindicatoren verwijst naar de competentie en het niveau. (5.3.4: competentie 5: ondernemen, niveau 3: startbekwaam, vierde indicator (uit een rij van vijf): De student heeft kennis van organisatiestructuren van journalistieke bedrijven, het journalistieke productieproces en de geldende overlegstructuren. Op deze wijze zijn de opleidingscompetenties op het niveau van beheersing verbonden met de vijf Dublin Descriptoren. Het nalopen van hetgeen de opleiding in zijn ‘Journalistieke Competentiekaart’ formuleert, wijst uit dat alle Dublin Descriptoren en hbo-kenmerken voorkomen in de beheersingsindicatoren, naast beheersingsindicatoren die puur gericht zijn op opleidingsspecifieke competenties. De opleiding actualiseert in een tweejarige cyclus het opleidingsprofiel, de competentiekaarten en borgt daarmee dat de competenties blijven aansluiten bij de algemeen geaccepteerde beschrijving van de kwalificaties van een bachelor. Oordeel: goed Het auditteam is van oordeel dat op gedetailleerde wijze inzicht is gegeven in de wijze waarop de competenties aansluiten op de algemeen, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van bachelorkwalificaties. Het auditteam is voorts tot de conclusie gekomen dat ook sprake is van die aansluiting.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 12
Facet 1.3. Oriëntatie HBO Criteria Het facet ‘Oriëntatie HBO’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn de eindkwalificaties van de opleiding mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties? Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor de betreffende opleiding vereist of dienstig is? Bevindingen Zoals bij facet 1.1. al is gemeld zijn de eindkwalificaties afgeleid van het in maart 2004 landelijk vastgestelde beroeps- en opleidingsprofiel. De opleiding heeft deze vertaald naar opleidingscompetenties, die zijn gevalideerd door de beroepenveldcommissie. Het landelijk profiel formuleert de competenties op het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar en de opleiding vertaalt deze in drie beheersingsniveaus waarvan het hoogste is het beheersingsniveau 3: startbekwaam. Dit niveau moeten de studenten ten tijde van afstuderen beheersen. Door beoordelingen, assessments en toetsen wordt vastgesteld of de afstuderende journalist deze competenties bezit. De opleiding heeft een eigen accent aangebracht in de opleiding en dit eigen accent vertaald naar onderwijsinhoud. Daarmee onderscheidt de opleiding zich van andere bacheloropleidingen Journalistiek. De beroepenveldcommissie heeft, blijkens verslagen van vergaderingen, uitgesproken dat dit niveau 3 met de specifieke invulling die ISS hieraan geeft als meer dan voldoende kan worden bestempeld voor een beginnend journalist.
Oordeel: goed Het auditteam ziet de uitwerking in opleidingscompetenties op drie beheersingniveaus, waarbij het derde niveau: ‘startbekwaam’ overeenkomt met dat van beginnend beroepsbeoefenaar wat door de leden van de beroepenveldcommissie als meer dan voldoende voor de beginnend journalist wordt beoordeeld. De opleidingscompetenties zijn op detailniveau verbonden met de internationaal geaccepteerde Dublin Descriptoren (zie facet 1.2). De opleiding heeft, om zich te onderscheiden van andere gelijksoortige opleidingen, binnen het programma een eigen profilering aangebracht, dat door het werkveld is geaccepteerd. Het auditteam is van oordeel dat kan worden gezegd dat de eindkwalificaties van de opleiding op een goed niveau van hoger beroepsonderwijs zijn.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 13
SAMENVATTEND OORDEEL “DOELSTELLINGEN OPLEIDING”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt het Onderwerp ”Doelstellingen Opleiding” voor de opleiding Journalistiek van ISS als voldoende op basis van het navolgende: 1. de opleiding zorgt er op adequate wijze voor dat de eindkwalificaties aansluiten bij de eisen die door vakgenoten en de beroepspraktijk worden gesteld 2. op gedetailleerde wijze inzicht is gegeven in de wijze van aansluiten van de gebruikte competenties op de algemeen, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van bachelor-kwalificaties, terwijl ook sprake is van die aansluiting 3. de opleidingscompetenties op het beheersingniveau ‘startbekwaam’ komen overeen met dat van beginnend beroepsbeoefenaar wat door de leden van de beroepenveldcommissie als meer dan voldoende voor de beginnend journalist wordt beoordeeld. Extra aantekening Conform de “Beslisregels Accreditatie” zoals vastgelegd in het NVAO-Accreditatiekader, kan een onderwerp niet hoger scoren dan ‘voldoende’. Het auditteam beoordeelt evenwel de facetten 1.2 en 1.3 van het onderwerp ‘Doelstellingen’ als goed, wat een kwalificatie ‘goed’ voor dit onderwerp rechtvaardigt. Dit is reden voor het auditteam de kwalificatie ‘goed’ als extra aantekening aan zijn oordeel toe te voegen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 14
Onderwerp 2: Programma Dit onderwerp kent acht facetten: 1.eisen hbo; 2. relatie tussen doelstellingen en inhoud; 3. samenhang programma; 4. studielast; 5. instroom; 6. duur; 7. afstemming tussen vormgeving en inhoud; 8. beoordeling en toetsing.
Facet 2.1. Eisen HBO Criteria Het facet ‘Eisen HBO’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Vindt kennisontwikkeling van studenten plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontwikkeld studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek? Heeft het programma aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline? Waarborgt het programma de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft het aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk? Bevindingen Actuele vakliteratuur vormt, samen met andere kennisbronnen de basis voor kennisoverdracht aan studenten. De literatuurlijst wordt jaarlijks aangepast aan nieuwe ontwikkelingen en publicaties. De opleiding hanteert criteria met betrekking tot actualiteit en het wetenschappelijk niveau van literatuur. Tijdens de gesprekken met de docenten is dit getoetst en zijn door hen voorbeelden gegeven van aanpassingen van de literatuurlijst. De gebruikte vakliteratuur en het aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal die de opleiding gebruikt is naar oordeel van het auditteam adequaat. De conceptuele leerlijn wordt hierdoor voldoende gevoed. Wel vraagt het auditteam de opleiding blijvend aandacht te schenken aan het gebruik van actuele vakliteratuur. Binnen de opleiding worden de gedragsregels die gelden in de journalistiek (Code van Bordeaux en Gedragscode voor Nederlandse journalisten) gebruikt bij brongebruik van publicaties. De studenten waarderen, blijkens het studenttevredenheidsonderzoek 2007 (hierna: STO 2007) de gebruikte vakliteratuur met het cijfer 3,7 op een vijfpuntschaal. Het gebruik van aan de praktijk ontleend studiemateriaal is vastgelegd in de studiehandleidingen. De opleiding gebruikt diverse publiekstijdschriften om eerstejaars studenten te leren een bladprofiel te maken. Studenten maken tijdens hun opleiding zelf een aantal journalistieke producten zoals de krant ‘Dare’ en het tijdschrift ‘Jansen’ en verzorgen een weblog. Het onderwijs wordt gegeven door docenten die in een groot aantal gevallen zelf werkzaam zijn in de beroepspraktijk. Daardoor en daarmee koppelt de student leerervaringen aan praktijkervaringen die hij opdoet in real-life opdrachten, stages en praktijkgerichte opdrachten. Voorbeelden van dergelijke opdrachten zijn: het maken van een krantenpagina, het houden van interviews op straat of telefonisch, in redactievorm werken aan een magazine, regelen en afleggen van bedrijfsbezoeken die moeten uitmonden in reportages voor het eigen tijdschrift Jansen. Studenten leren methoden en technieken van onderzoek toepassen en verwerven een onderzoekshouding die de beginnende journalist moet hebben. Onderzoek en onderzoeksjournalistiek heeft een plek in het curriculum.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 15
Wel maakt het auditteam opmerkingen over deze onderzoeksleerlijn. Deze moet naar zijn oordeel nog zwaarder worden aangezet. Management en docenten erkennen dit. De opleiding heeft recent al een belangrijke stap gezet met het aantrekken van een academisch gevormde docent die onderzoeksmethodiek doceert en in het programma het thema ‘onderzoek’ verder zal uitwerken. In veel onderwijsperioden komen projecten voor, waarin de student de beroepsspecifieke vaardigheden demonstreert door het welslagen van de opdracht. Deze projecten zijn dan gerelateerd aan de thema’s van de betreffende onderwijsperiode. Studenten zijn blijkens het STO 2007 tevreden over de aansluiting van de opleiding bij actuele ontwikkelingen. Zij waarderen dit met een 3,6 (op een vijfpuntschaal). De beroepenveldcommissie en docenten onderschrijven dit oordeel. Oordeel: voldoende Het auditteam is van oordeel dat door het gebruik van vakliteratuur, het plaatsen van studenten in realistische beroepssituaties en door het laten verzorgen van onderwijs door in de beroepspraktijk werkzame docenten de ontwikkeling van beroepsvaardigheden op voldoende wijze wordt gewaarborgd en dat aantoonbaar intensieve verbanden bestaan met de journalistieke vakgebied en beroepspraktijk. Het auditteam heeft ook gezien dat de opleiding voornemens is om meer aandacht te geven aan de onderzoeksleerlijn. Deze zal worden uitgewerkt door een daarvoor specifiek aangetrokken docent, doch ten tijde van de audit is dit nog niet het geval. Het auditteam is op basis van het bovenstaande van oordeel dat de opleiding op dit moment in voldoende mate voldoet aan de basiskwaliteit met betrekking tot het facet “Eisen HBO”.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 16
Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Criteria Het facet ‘Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Is het programma een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen? Zijn de eindkwalificaties adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma? Biedt de inhoud van het programma studenten de mogelijkheid de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken? Bevindingen De competenties zijn, zoals hiervoor is uiteengezet, geformuleerd in beheersingsindicatoren. Deze beheersingsindicatoren zijn vervolgens uitgewerkt in leerdoelen en daaraan gekoppelde leertaken. Vervolgens zijn bij deze leertaken de te hanteren werkvormen én de toetsen gedefinieerd. Het proces van (her)beschrijven en actueel houden van beheersingsindicatoren Æ leerdoelen Æ leertaken Æ werkvormen en toetsen wordt gestuurd door de onderwijsregiegroep. Hiervan maken deel uit: docenten van de vier opleidingen (naast Journalistiek ook de opleidingen ‘Sport, Management en Ondernemen’, ‘Onroerendgoed Management’ en ‘Marketing’), de studiecoördinatoren van die opleidingen en de onderwijskundig medewerker van ISS. In studiehandleidingen is voor elke onderwijsperiode vastgelegd aan welke competenties wordt gewerkt, welke leertaken daarbij horen en hoe er wordt getoetst. De toetscriteria zijn sturend voor de leeromgeving: het ontwikkelen van lesmateriaal, projecten en opdrachten is gericht op de toetscriteria. Studenten kunnen de relatie tussen doelstellingen van de opleiding en de inhoud van het programma vinden in de jaarlijks geactualiseerde studiegids en de werkboeken. De toetsbeschrijvingen en specifieke toetscriteria zijn opgenomen in de studiehandleidingen. Uit het STO 2007 blijkt dat de studenten tevreden zijn over de aansluiting van de opleiding qua vorm en qua inhoud bij de leerdoelen (score 3,3) en de aansluiting van de opleiding bij de inhoud van de respectieve onderwijsperioden (score 3,7). De ontwikkelingen van elke student worden gemonitord. Voor elke student en voor de studiecoach/docent van de opleiding is inzichtelijk welke competenties er zijn en welke nog moeten worden behaald. De studenten krijgen coaching op maat, zowel naar intensiviteit als naar inhoud. Tijdens de studiecoaching verantwoordt de student zijn ontwikkeling en door middel van deze coaching waarborgt de opleiding de mogelijkheden voor de student tot persoonlijke ontwikkeling. De aandacht van docenten voor de persoonlijke ontplooiing van studenten is groot. Het auditteam heeft in de gesprekken met het management, docenten en studenten vastgesteld dat het beroep van journalist bloot staat aan vele invloeden van technologische en maatschappelijke aard. Het beroep van journalist verandert snel en wordt steeds breder: van voorheen de schrijvende en radio en tv journalist, waar is bijgekomen digitale fotografie, naar internet en de vermenging van journalistiek en entertainment tot ‘infotainment’ en dit alles in een crossculturele context. Het auditteam ziet dat de opleiding daarop adequaat inspeelt. Het proces van voortdurend evalueren en scannen van die ontwikkelingen borgt dat de ontwikkelingen worden onderkend en verwerkt door jaarlijkse bijstelling van onderdelen van het programma.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 17
Oordeel: goed Het auditteam heeft kennisgenomen van de uitwerking van de opleidingscompetenties tot het niveau van leertaken, werkvormen en toetsen en de studiehandleiding en acht deze een adequate vertaling van de eindkwalificaties. Deze eindkwalificaties zijn vervolgens op goede wijze vertaald naar leerdoelen en leertaken, waaraan werkvormen zijn gekoppeld. Het auditteam stelt vast dat de studenten tevreden zijn over de aansluiting van het onderwijs bij de leerdoelen en tevreden zijn over de inhoud van het onderwijs. De coaching van de studenten en de aandacht die wordt gegeven aan de persoonlijke ontplooiing beoordeelt het auditteam positief. Het auditteam heeft tenslotte kunnen vaststellen dat de opleiding veel aandacht geeft aan de vertaling van ontwikkelingen in het journalistieke beroep naar het onderwijs.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 18
Facet 2.3. Samenhang Programma Criterium Het facet ‘Samenhang Programma’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het studieprogramma inhoudelijk samenhangend? Bevindingen In het curriculum komen alle opleidingscompetenties regelmatig aan bod. Dit gebeurt in een concentrisch onderwijsmodel waarbij de student in steeds complexere situaties wordt gebracht, waardoor hij in toenemende mate initiatief moet tonen en waarin een beroep wordt gedaan op steeds meer kennis en vaardigheden. In het curriculum staan complexe praktijksituaties centraal in de vorm van authentieke leertaken, waardoor de student de beoogde competenties ontwikkelt. Deze aan de praktijk ontleende leertaken, vaak in de vorm van projecten, weerspiegelen de samenhang van de competenties die successievelijk worden verworven. Verschillende onderwijseenheden zijn daarvoor op elkaar afgestemd. Een herkenbaar ‘vak’ dat gedurende het gehele programma een belangrijke rol speelt is ‘schrijven’. Schrijfvaardigheid (formuleren, Nederlands, journalistieke genres) wordt gedurende het gehele onderwijs geïntegreerd toegepast in beroepssituaties, onder andere in het onderdeel ‘Krant’. In het eerste jaar en door het maken van het eigen tijdschrift ‘Jansen’ en de krant ‘Dare’. Het auditteam heeft deze publicaties gezien. De samenhang in de opleiding is beschreven in de programmamatrix. Hier is per periode aangegeven welk thema of project centraal staat en welke beroepsproducten door de student worden geleverd. De samenhang in de opleiding wordt geborgd door onderwijsontwikkeling te laten verlopen via vastgestelde procedures en met behulp van vastgelegde instrumenten, door regelmatig overleg te voeren over het programma aan de hand van de programmamatrix en door analyse en bespreken van de resultaten van diverse evaluaties. De studenten zijn redelijk tevreden over de samenhang in het opleidingprogramma. Zij waarderen de samenhang met 3,0 en de mate waarin de opleiding qua inhoud en vorm aansluit bij de leerdoelen met 3,3. In het gesprek met het auditteam bevestigen zij de samenhang die zij ervaren. Zij geven in de gesprekken met het auditteam aan dat signalen die zij daarover geven, door het management serieus worden genomen. De opleiding is niet tevreden over de score 3,0 over de samenhang. Geprogrammeerde onderdelen worden nu in grotere onderwijseenheden van 5 of 10 EC aangeboden in een samenbindend project of thema. De opleiding verwacht hierdoor dat de studenten vanaf 2007 –’08 meer samenhang zullen ervaren. In de gesprekken heeft het auditteam ook aan de orde gesteld dat een relatief grote groep freelance docenten met kleine aanstellingen, aangestuurd door een kernteam van zes docenten, waaronder de coördinatoren van het curriculum, het onderwijs verzorgen. Een dergelijke samenstelling heeft het gevaar in zich dat docenten hun stokpaardjes gaan berijden. In de gesprekken is duidelijk geworden dat er duidelijke handleidingen zijn over de te behandelen stof en dat er vooraf aan een onderwijsblok overleg is tussen alle betrokkenen en per thema onderling contact is tussen de docent die het thema coördineert en de freelancers. Deze staan daardoor niet ‘los en op afstand’, maar zijn betrokken bij de opleiding.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 19
Oordeel: goed Het auditteam is op basis van zijn bevindingen van oordeel dat sprake is van een logische opbouw van basisvaardigheden in het eerste jaar Æ naar verbreden en verdiepen in het tweede en Æ naar verdieping en stage in het derde jaar. Daardoor is de samenhang tussen de onderscheiden programmadelen adequaat. Het auditteam ziet ook dat de docenten met een relatief kleine betrekkingsomvang, door het aanbrengen van een duidelijke structuur, betrokken zijn en blijven bij de opleiding. Het auditteam ziet met genoegen in het programma dat de opleiding de uitkomsten van de studentenevaluatie heeft aangegrepen om de samenhang in het nu gestarte studiejaar te verbeteren. Het auditteam heeft er met de opleiding vertrouwen in dat de studenten de samenhang meer dan voorheen zullen ervaren.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 20
Facet 2.4. Studielast Criterium Het facet ‘Studielast’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het programma studeerbaar doordat factoren die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren, zoveel mogelijk worden weggenomen? Bevindingen Tot het studiejaar 2007 – ’08 bood de opleiding uitsluitend een versneld programma aan van drie jaar. Studenten die studieachterstand opliepen kregen de mogelijkheid om in vakantieperioden (extra) herkansingen te doen. Docenten, werkend op freelance basis en niet bekend met het fenomeen van schoolvakanties, waren daarvoor beschikbaar. Een aantal studenten kwam door de opgelopen achterstand terecht in een vierde studiejaar, waarin maatwerk werd geleverd op basis van de studentvraag. Op basis van rendementsgegevens is de opleiding bij de start van het studiejaar 2007 – ’08 overgegaan tot het aanbieden van een verkort driejarig én een niet-verkort vierjarig programma. Iedere student start in het driejarige programma, maar kan na een assessment na het derde blok, eind maart – begin april zonder problemen overstappen naar de vierjarige variant. Dit traject is ingesteld om tijdig, en niet pas aan het eind van de studie, te kunnen inspelen op studieproblemen. Studenten die het assessment goed doorstaan, krijgen het advies om het driejarige programma te volgen; studenten die het assessment niet halen worden dwingend verwezen naar het vierjarige programma. De studielast in de driejarige variant is 80 EC per jaar, wat gelijk staat aan 2.240 uur studie, verdeeld over 45 studieweken. Dit leidt tot een studielast van ongeveer 50 uur per week. Daarvan zijn tenminste 20 uur ingevuld met contacturen op de opleiding (lessen, projecten en dergelijke). De studielast in de vierjarige variant is 60 EC per jaar, wat gelijk staat aan 1.680 uur per jaar, verdeeld over 42 studieweken en een studielast met zich meebrengt van 40 uur per week. Elk studiejaar is opgedeeld in vier perioden. Week 9 en 10 van elke periode is ingericht als toetsweek. Met deze vaste indeling is de student in staat zijn studielast evenwichtig te spreiden over de perioden en studiejaren. Studenten die naar het vierjarige programma zijn verwezen en aan het eind van het eerste jaar geen 40 EC hebben behaald krijgen een Dringend Studie Advies. Hebben zij aan het eind van het tweede jaar hun propedeuse nog niet behaald dan volgt een Bindend Negatief Studieadvies. Deze regels zij vastgelegd in artikelen 13 en 15 van het Onderwijs- en examenreglement (OER). Elke student heeft vanaf de start een studiecoach. In gesprekken met deze coach kunnen oorzaken van stagnaties vroegtijdig worden onderkend en worden besproken. De studenten zijn zeer te spreken over de inzet van de studiecoach. Deze zijn ook ’s avonds en in de weekenden bereikbaar en zonodig beschikbaar. Studenten waarderen de studeerbaarheid van het programma met de score 3,6 wat ruim voldoende is. Uit panelgesprekken met studenten komt naar voren dat zij het studieprogramma intensief vinden, ’maar ‘’wel te doen’’. De studielast voor studenten in het driejarige programma ligt naar hun zeggen tussen de 50 en 55 uur per week, waarvan minimaal 20 uur in de klas. De rest van die tijd hebben studenten nodig voor het uitwerken van opdrachten en zelfstudie. De studenten zijn zeer te spreken over de inzet van de docenten. Deze zijn naar hun zeggen flexibel en ‘zo nodig wordt er een uurtje aan vastgeplakt’. In de gesprekken is het duidelijk geworden voor het auditteam dat de studenten gemotiveerd aan een zware studie beginnen en zich ervan bewust zijn dat er veel van hen wordt gevraagd.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 21
Zij hebben daar het inschrijfgeld van € 6.600,- per jaar voor over. De studenten die de driejarige variant volgen hebben, naar zeggen, geen tijd voor bijbaantjes. Zoals een student het uitdrukte: “Vanaf het begin gaat het gas erop en tijd voor iets anders is er eigenlijk niet”. Oordeel: goed Het auditteam heeft vastgesteld dat de studielast groot is maar de studeerbaarheid van het programma goed is en voortdurend de aandacht heeft van het management. De afgelopen jaren zijn maatregelen genomen om de studeerbaarheid te verbeteren. De ontwikkeling van het vierjarige programma en het structureren van de studiecoaching zijn daarvan voorbeelden. Het auditteam hoort dat de studenten zeer positief zijn over de studiebegeleiding zoals zij die ervaren. Het auditteam is van oordeel dat de opleiding er op goede wijze in is geslaagd om factoren die de studievoortgang kunnen belemmeren, in een opleiding die een hoog tempo en stevige studielast kent, weg te nemen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 22
Facet 2.5. Instroom Criterium Het facet ‘Instroom’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluit het programma qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek? Bevindingen Als instroomeis voor de opleiding Journalistiek geldt dat de student de beschikking heeft over een van de navolgende diploma’s: havo, vwo, een afgeronde propedeuse hbo of diploma mbo, niveau 4. Studenten kunnen instromen met alle afstudeerprofielen uit het v.o of mbo-4. Eventuele deficiënties dienen vóór de inschrijving voor de propedeutische fase te zijn weggewerkt. Wanneer de student ouder is dan 21 kan hij een toelatingsexamen afleggen als de vooropleiding niet aan de hierboven genoemde vereisten voldoet. De zogenoemde ‘21plus’- toets gaat uit van het havo-niveau met de vakken Nederlands, Engels en Maatschappijleer. De opleiding vindt instroom van 21-plussers positief, omdat daarmee relatief jonge groepen in sociaal-interactief opzicht meer gewicht krijgen en de leeftijdstructuur meer aansluit bij hetgeen gebruikelijk is op redacties van kranten en tijdschriften. De opleiding kent een strenge selectie van 21+’ers. Voor het studiejaar 2007 –’08 zijn van de 20 kandidaten die zich aanmeldden, drie afgewezen. De opleiding maakt gebruik van diverse werkvormen. Deze sluiten aan bij hetgeen studenten in het voortgezet onderwijs en mbo gewend waren. Indien de student in het bezit is van een buitenlands diploma wordt door de commissie diplomawaardering van de Hogeschool INHOLLAND of door Nuffic bepaald of dit diploma gelijkwaardig is aan een Nederlands diploma. Bij inschrijving dient de student aan te tonen dat hij de Nederlandse taal beheerst op minimaal het niveau van NT2, programma 2 of CITO 5. De hogeschool kent een EVC procedure (Erkenning Verworven Competenties). De opleiding Journalistiek past deze procedure in de praktijk nog niet toe, omdat zij nog niet heeft beschreven hoe competentie(s) per module kunnen worden getoetst aan door studenten overlegd bewijsmateriaal. Het voornemen is om de EVC-procedure in de opleiding in stappen in te voeren. Studenten kunnen nu al wel om vrijstellingen verzoeken. Dit geschiedt dan, onderbouwd met bewijsstukken. De examencommissie beslist over het toekennen van zulke vrijstellingen; waarbij de betreffende docent adviseert. Er is geen relatie zichtbaar tussen vooropleiding en leeftijd enerzijds en de keuze voor de drie- of vierjarige opleiding anderzijds. In beide opleidingsvarianten zitten zowel jonge studenten met een havo-opleiding als wat oudere met een mbo vooropleiding en al enige werkervaring. De instroom is klein. Oorzaak van terugloop van het aantal inschrijvingen is het verhogen van het collegegeld in 2005. De opleiding heeft zich destijds gerealiseerd dat deze verhoging een negatieve invloed zou hebben op het aantal nieuwe studenten, maar heeft om bedrijfseconomische redenen wel voor die verhoging gekozen. ISS heeft een toekomstverkenning en marketingplan voor de gehele school en verwacht op basis daarvan dat het dieptepunt in inschrijvingen is bereikt en het aantal studenten in omvang zal gaan groeien. Het auditteam heeft zijn bemerkingen kenbaar gemaakt naar de directeur van ISS terzake van de kwetsbaarheid van een kleine opleiding, maar heeft ook gezien dat deze kwetsbaarheid is onderkend en dat de aandeelhouder garanties heeft gegeven die ervoor zorgdragen dat de opleiding wordt gecontinueerd.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 23
Oordeel: voldoende Het auditteam heeft kennisgenomen van het beleid van de opleiding omtrent de instroom en stelt vast dat sprake is van voldoende ontwikkeld beleid dat ervoor zorgt dat het programma qua vorm en inhoud aansluit bij de kwalificaties van de instromende studenten. Voor de kwetsbaarheid van de kleine opleiding zijn door de aandeelhouder garanties gegeven.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 24
Facet 2.6. Duur Criterium Het facet ‘Duur’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium:3 Voldoet de opleiding aan de formele eis (240 ECTS) m.b.t. de omvang van het curriculum van een HBO bachelor opleiding? Bevindingen De opleiding kent, zoals hiervoor beschreven, een driejarige en een vierjarige variant. In de driejarige variant omvat het onderwijs 80 EC per jaar en in totaal 3 x 80 = 240 EC. In de vierjarige variant omvat het onderwijs 60 EC per jaar en in totaal 4 x 60 = 240 EC. Daarmee voldoet de opleiding in beide varianten aan de formele eis met betrekking tot de omvang van het curriculum van een hbo bachelor opleiding. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft aan de hand van de onderwijsprogramma’s en in de diverse gesprekken getoetst en geconstateerd dat beide varianten een omvang hebben van 240 EC. Dit is reden om dit facet voor beide varianten als voldoende te kwalificeren.
3
In feite gaat het hier niet om een criterium, maar om een formele vereiste. Zie de voetnoot bij beslisregel E.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 25
Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Criteria Het facet ‘Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAOcriteria: Is het didactisch concept in lijn met de doelstellingen? Sluiten de werkvormen aan bij het didactisch concept? Bevindingen Voor het ontwikkelen van de beroepsgerelateerde competenties is het oefenen in de beroepscontext essentieel. De opleiding hanteert vier leerlijnen: de integratieve leerlijn; de beroepsvaardigheden lijn; de conceptuele leerlijn en de reflectielijn. Deze leerlijnen sluiten aan bij het oefenen in de beroepscontext, door het gebruik van een mix van werkvormen. Deze mix van werkvormen bestaat uit hoorcolleges, werkcolleges, zelfstudieopdrachten, workshops, trainingen, excursies, stages en projectmatig werken in projecten. Aangepast aan de individuele behoefte van studenten biedt de opleiding daarnaast individuele opdrachten, instructies en consulten. Hiermee komt de opleiding tegemoet aan de verschillende leerstijlen van individuen. Het sturende element in het competentiegericht onderwijs is de opdracht of taak die een student krijgt. Daarnaast krijgt de student ondersteuning in de vorm van theorie in colleges, vaardigheidstrainingen, gericht op specifieke beroepshandelingen, persoonlijke coaching en consult in het licht van de gewenste beroepshouding en –gedrag, en groepsbesprekingen gericht op de procesvoortgang in projecten. De studenten waarderen de aansluiting qua vorm en inhoud en de afwisseling in werkvormen met een 3,3 op een vijfpuntschaal. Het auditteam heeft gesproken met het management en de kerndocenten over de hoeveelheid concrete kennis die in de opleiding wordt aangeboden, naast de vaardigheden en de beroepshouding die worden getraind en eigen gemaakt. Gebleken is dat het management, binnen het concept van competentiegericht onderwijs, voldoende aandacht geeft aan de kenniscomponent, de vaardigheden en beroepshouding. Uit gesprekken met de docenten en de studenten blijkt voorts dat de didactische kwaliteit van docenten met een kleine aanstelling voldoende is. Zie verder hiervoor § 3.3 “Kwaliteit personeel” . Oordeel: voldoende Het auditteam heeft waargenomen dat een mix van werkvormen wordt gebruikt om de competenties aan te leren. Hiervoor is een didactisch model ontwikkeld, dat bestaat uit vier leerlijnen. Het auditteam beoordeelt dat de gebruikte werkvormen in lijn zijn met de doelstellingen en dat het didactisch model voldoet aan de basiskwaliteit.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 26
Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Criterium Het facet ‘Beoordeling en Toetsing’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt door de beoordelingen, toetsingen en examens adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd? Bevindingen De opleiding is gericht op het verwerven van competenties: alle activiteiten binnen de opleiding staan in het teken van het zich eigen maken van die competenties. Dit impliceert dat de opleiding ervoor kiest dat de student op enig moment door toetsing laat zien dat een bepaalde competentie wordt beheerst. De opleiding kent formatieve toetsing, waarmee de student inzicht krijgt in zijn vorderingen en kan bepalen wat hij al beheerst en wat hij nog moet ontwikkelen. De formatieve toetsing is een onderdeel van de leeromgeving en geeft inzicht in de slagingskans bij het afleggen van de summatieve toets. De formatieve toetsing vindt in het eerste en tweede jaar plaats aan het eind van het studiejaar in het zogenoemde Individueel Beoordelings Moment: het gesprek tussen student en studiecoach waarin de student, aan de hand van studieresultaten en zijn portfolio aantoont in welke mate hij het afgelopen jaar is gegroeid als journalist en als persoon. Bij de summatieve toets geeft de student bewijs dat hij een bepaalde competentie beheerst op het aangegeven niveau. De gedragskenmerken voor summatieve toetsen zijn vooraf beschreven in termen van gewenst gedrag dat hoort bij de betreffende competentie en beheersingsniveau. Voorbeelden van summatieve toetsen zijn praktijksimulatie assessments, presentaties en interviews. Het behalen van een summatieve toets leidt tot het toekennen van studiepunten. De opleiding heeft de uitgangspunten voor toetsen vastgelegd in zijn nota ‘Kaders onderwijsontwikkeling’. In het studiejaar 2006 –’07 heeft de opleiding in het professionaliseren en formaliseren van het traject van tot stand komen van toetsen een belangrijke stap gezet met het instellen van een toetscommissie en het opstellen van het ‘Handboek toetsing’. In dit handboek zijn de taken en verantwoordelijkheden beschreven van verschillende functionarissen, die betrokken zijn bij het ontwerpen, het afnemen en beoordelen van toetsen, alsmede de regels omtrent klachtrecht. Aan de orde komen de rol van de toetscommissie en examen-commissie, de wijze waarop toetsen worden geconstrueerd, de vaststelling van toetsen en examens, de organisatie van de toetsen, het beoordelen, de evaluatie van de processen en producten betreffende toetsen en de kwaliteitsborging daarvan. Het programma van de opleiding is vastgelegd in een toetsplan, dat elk jaar opnieuw wordt opgenomen in de onderwijs- en examenregeling. In dit toetsplan is vastgelegd welke competenties en beheersingsindicatoren in welke tijdvakken worden aangeboden en met welke toets deze competenties en beheersingsindicatoren worden afgesloten. ‘’Toetsconstructeurs’’ ontwikkelen toetsen in duo’s volgens een vastgelegde toetsmatrijs. Zij geven deze ontwikkelde toetsen aan de toetscommissie, die de toetsen beoordeelt en daarover advies uitbrengt aan de examencommissie. De examencommissie stelt de toetsen uiteindelijk vast. De examencommissie wijst voor elk examen minimaal twee examinatoren aan. Praktijkbegeleiders van praktijkopdrachten, stages en afstudeeropdrachten beoordelen mede de prestaties van de student. Dit geschiedt aan de hand van evaluatieformulieren en door hen deel te laten nemen aan het eindgesprek. De eindverantwoordelijkheid voor de beoordeling blijft bij de opleiding. Beoordelingsprocedures en –criteria voor stages en afstudeeropdrachten zijn vastgelegd in de stage- en afstudeerhandleidingen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 27
Studenten zijn tevreden over de toetsing. Zijn beoordelen het aansluiten van toetsen op het onderwijs met een 3,7. Dit geldt niet voor het oordeel over de toetsen van de minoren: schrijvende pers, televisie, radio. Studenten geven hier aan dat zij de term ‘toets’ niet herkenden in de vraagstelling van de evaluatie van minoren, omdat daar juist in vergaande mate wordt gewerkt met integratieve toetsen (individuele opdrachten). De opleiding heeft op deze klacht gereageerd. Zij is inmiddels bezig om de toetsen integraal te maken en niet alleen op het niveau van vakken te toetsen. De opleiding kent een beroepsgang in het geval studenten het niet eens zijn met een uitslag van een tentamen of examen. ISS is aangesloten bij het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool INHOLLAND. In de gesprekken met het management blijkt dat er nog nooit een beroepszaak heeft gediend. Eventuele klachten worden opgelost via een klachtenprocedure. Studenten zijn niet tevreden over de feedback op toetsen; zij waarderen dat met een 2,7 op een vijfpuntsschaal. In de gesprekken met hen blijkt dat er soms sprake is van miscommunicatie over de cijferlijsten. De opleiding heeft hierop gereageerd door voor het studiejaar 2007 – ’08 inzage momenten voor studenten in toetsuitslagen op te nemen in de jaarplanning. Zij stelt zich tot doel om de score het komend jaar te brengen op 3,0. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft kennis genomen van de opzet en programmering van de toetsen. Het auditteam heeft vastgesteld dat door het systeem van formatieve en summatieve toetsen van bereikte competenties aan het eind van de opleiding is zeker gesteld dat studenten het volledige scala aan competenties, dat hoort bij dat van beginnend journalist beheersen. Het auditteam is van oordeel dat de beoordeling en toetsing daarmee adequaat is.
SAMENVATTEND OORDEEL “PROGRAMMA”: VOLDOENDE Het auditteam beoordeelt het Onderwerp “Programma” als voldoende op basis van het navolgende: 1. Door het gebruik van vakliteratuur, het plaatsen van studenten in realistische beroepssituaties, het laten verzorgen van onderwijs door in de beroepspraktijk werkzame docenten en aantoonbaar intensieve verbanden van docenten met de journalistieke vakgebied en beroepspraktijk wordt op voldoende wijze voldaan aan de eisen die worden gesteld aan een hbo opleiding. 2. De eindkwalificaties zijn op goede wijze vertaald naar leerdoelen en leertaken, waaraan werkvormen zijn gekoppeld, de coaching van de studenten en de aandacht die wordt gegeven aan de persoonlijke ontplooiing beoordeelt het auditteam positief en de opleiding geeft veel aandacht aan de vertaling van ontwikkelingen in het journalistieke beroep naar het onderwijs. 3. De samenhang tussen de onderscheiden programmadelen is adequaat en de opleiding heeft de uitkomsten van de studentenevaluatie aangegrepen om de samenhang in het nu gestarte studiejaar verder te verbeteren. 4. De studeerbaarheid van het programma is goed en heeft voortdurend de aandacht van het management. 5. Het beleid van de opleiding omtrent de instroom is voldoende ontwikkeld en leidt ertoe dat het programma qua vorm en inhoud aansluit bij de kwalificaties van de instromende studenten. Voor de kwetsbaarheid van de kleine opleiding zijn door de aandeelhouder garanties gegeven. 6. De onderwijsprogramma’s hebben in beide varianten een omvang van 240 EC. 7. Het didactisch model en de gebruikte werkvormen in lijn zijn met de doelstellingen en voldoen aan de basiskwaliteit. 8. Het systeem van formatieve en summatieve toetsen van bereikte competenties is adequaat.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 28
Onderwerp 3: Inzet van Personeel Dit onderwerp kent drie facetten: 1. eisen hbo; 2. kwantiteit personeel; 3. kwaliteit personeel.
Facet 3.1. Eisen HBO Criterium Het facet ‘Eisen HBO’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt het onderwijs voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk? Bevindingen ISS voert het beleid dat zoveel mogelijk docenten werkzaam moeten zijn in de beroepspraktijk. Alle docenten van de opleiding Journalistiek hebben, naast hun lesgevende taak, werkzaamheden in het journalistieke werkveld. Eenderde van hen heeft een onderwijsbevoegdheid en eenderde van hen heeft een wo-opleiding. De opleiding kent naast zes kerndocenten (zie hierna onder 3.2) veel freelancers, maar trekt alleen die freelancers aan die blijk hebben gegeven de beroepsmatige en didactische kwaliteit te bezitten die de opleiding nodig acht. Indien blijkt dat de didactische kwaliteit onvoldoende is, wordt didactische ondersteuning en scholing gegeven. Zie verder bij facet 3.3 ‘Kwaliteit personeel’. Elke docent van het kernteam is betrokken bij de begeleiding van het buitenschoolse curriculum of afstudeerbegeleiding. Hierdoor bestaat frequent contact met de beroepspraktijk. In de gesprekken met zowel het management als de docenten heeft het auditteam gesproken over het aantal freelancers, de kleine aanstellingen en behoud van kwaliteit. Docenten voelen zich eerder ‘journalistdocent’ dan ‘docent-journalist’ maar voegen daar meteen aan toe dat zij ‘...journalisten zijn, die graag les geven en hun vak over te brengen’. Zoals een docent het uitdrukte: ‘Ik zie mij als een soort chef redactie, die met een aantal leerlingen bezig is’. In de gesprekken is het voor het auditteam duidelijk geworden dat de dienst Applied Sciences and Research van de Hogeschool INHOLLAND een bijdrage kan leveren aan het versterken van de onderzoeksvaardigheden. De lectoraten van Hogeschool INHOLLAND oriënteren zich in dit stadium op de keuzes die zij moeten maken. De opleiding wil wel dat haar onderwijs intensiever wordt verbonden met een lectoraat. Het auditteam merkt op dat een dergelijk lectoraat met kenniskring een stevige bijdrage kan leveren aan de deskundigheid van docenten, onder andere op het gebied van methodologie en onderzoeksvaardigheden. Het auditteam onderschrijft de wens van de opleiding om het onderwijs intensiever te verbinden met een lectoraat en beveelt aan om vanuit ISS hiertoe de nodige stappen te ondernemen. Het auditteam heeft kunnen vaststellen dat de opleiding sterk heeft ingezet op de betrokkenheid van de freelancers bij het onderwijs en op de technisch onderwijskundige vaardigheden. Oordeel: goed Het auditteam is van oordeel dat de opleiding in zeer grote mate wordt verzorgd door docenten die een directe verbinding leggen tussen de opleiding en de beroepspraktijk.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 29
Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Criterium Het facet ‘Kwantiteit Personeel’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt er voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen? Bevindingen De huidige personeelsbezetting van de opleiding Journalistiek omvat, naast het kernteam van zes docenten,17 docenten, die allen als freelancer zijn aangesteld. De formatie die deze laatsten gezamenlijk bezetten is (volgens schatting van de opleiding) 2,0 fte. Veel freelancers hebben een kleine aanstelling, variërend van 2 uur per week gedurende een blok tot 6 uur per week gedurende vier blokken. De helft van de freelancers is gedurende één blok verbonden aan de opleiding, de andere helft is dat gedurende twee of meer blokken. De formatie voor onderwijsgevend personeel is afhankelijk van het aantal contacttijden en groepen (de minimale contacttijd voor de studenten is 20 uur per week) en de hoeveelheid (extra) begeleiding. Freelancers werken op uurtarief, waarbij afspraken zijn gemaakt over het aantal contacturen, voorbereidings- en correctie-uren en ontwikkelwerk. De docent/student ratio in het studiejaar 2006 –’07 was 1:26. Hiervoor wordt het aantal ingezette docenturen van freelancers afgezet tegen het aantal studenten. Voor het studiejaar 2007 – ’08 is de d/s ratio 1:20. Naast deze docenten wordt 0,8 fte ingezet aan niet onderwijzend personeel (opleidingsmanager, studiecoördinator en stagecoördinator, onderwijskundige). Naast de ‘eigen capaciteit’ maakt ISS in overleg en wanneer nodig gebruik van de capaciteit van docenten van andere opleidingen van Hogeschool INHOLLAND. Bij het begin van het studiejaar 2007 – ’08 zijn twee docenten (0,85 fte) van de School of Economics Rotterdam (Hogeschool INHOLLAND), die vrijwel geheel voor ISS werkzaam zijn, overgestapt naar ISS. Behoudens dit, maakt de opleiding weinig gebruik van de mogelijkheid van inleen bij de Hogeschool INHOLLAND. De docenten zijn blijkens het docenttevredenheidsonderzoek zeer tevreden over hun werk voor ISS, over de opleiding Journalistiek en over de ruimte die zij krijgen om dit werk binnen de gestelde kaders uit te voeren. Zij waarderen dit met een 4,0 op de vijfpuntsschaal. Naast de freelancers zet de opleiding gastdocenten in. De lijst voor het jaar 2006 – ’07 telt 21 namen.
Oordeel: goed Het auditteam heeft kennisgenomen van het personeelsplan 2007-’08 van ISS en van de flexibele wijze waarop de opleiding via freelancers, gastdocenten en inhuur bij de Hogeschool INHOLLAND docenten aan zich weet te binden. Er wordt naar oordeel van het auditteam voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Dit beleid rond de kwantiteit beoordeelt het auditteam als goed.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 30
Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Criterium Het facet ‘Kwaliteit Personeel’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het personeel gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma? Bevindingen De freelance docenten zijn allen werkzaam in de beroepspraktijk. Vijf van hen hebben een academische opleiding en vijf hebben een onderwijsbevoegdheid. De opleiding trekt alleen die freelancers aan die blijk hebben gegeven de beroepsmatige en didactische kwaliteit te bezitten die de opleiding nodig acht. Indien blijkt dat de didactische kwaliteit onvoldoende is, wordt didactische ondersteuning en scholing gegeven door de onderwijskundige. Indien blijkt dat de kwaliteit onvoldoende is wordt de relatie tussen freelancer en de opleiding verbroken. Kennis van competentiegericht onderwijs, studiecoaching en toetsing wordt in ingeroosterde teamscholingen en bijeenkomsten aangereikt en in persoonlijke begeleidingsgesprekken tussen docent en onderwijskundige verder uitgebouwd. Het bijwonen van de vier didactische scholingsbijeenkomsten en de scholing in gebruik van Black Board (het communicatie- en informatiesysteem met en voor studenten) is verplicht, ook voor de freelancers. De freelance docenten zijn in de gelegenheid om workshops en seminars op deze terreinen te volgen. In het studiejaar 2007 –’08 biedt ISS elke freelancer in elk blok één tot enkele dagen didactische en onderwijskundige scholing aan. In de gesprekken heeft het auditteam getoetst of nascholing wordt gevolgd. Gebleken is dat dit het geval is. Bij het formuleren van toetsen krijgen de docenten ondersteuning van leden van de toetscommissie en de onderwijskundige van ISS. De kerndocenten, die de gehele module aanwezig zijn ondersteunen de docenten met een kleine aanstelling bij het bepalen van de inhoud en vormgeving van het onderwijs van die module. De studenten beoordelen de docenten als voldoende inhoudelijk deskundig (score 3,8) en zijn tevreden over de docenten van de opleiding (score 3,7). Het niet-onderwijzend personeel en het personeel dat van de Hogeschool INHOLLAND wordt ingehuurd doorloopt de reguliere pdca-cyclus (plan-do-check-act) van INHOLLAND. Daarbinnen worden met medewerkers afspraken gemaakt over specifieke scholingswensen. Enkele medewerkers zijn het afgelopen jaar geschoold in het cijferregistratiesysteem Peoplesoft en in Microsoft Office pakketten. Voor de freelancers geldt de volledige pdca-cyclus niet. De opleiding heeft als beleid dat de freelancers zelf in eerste instantie verantwoordelijk zijn voor hun deskundigheid; het is hun eigen belang dat zij aantrekkelijk blijven voor onderwijsinstituten en opnieuw door ISS worden gecontracteerd. Bij aantreden wordt duidelijk gemaakt wat de opleiding verwacht en na afloop van de inhuur wordt een evaluatie gehouden. In deze evaluatie wordt de uitkomst van studentenbeoordelingen die na elk lesblok plaatsvinden, meegenomen. Omdat zowel de opleiding als de freelancers waarde hechten aan deze gesprekken zijn met ingang van mei 2007 structureel functioneringsgesprekken met hen geïntroduceerd. Het auditteam heeft in de diverse gesprekken kunnen vaststellen dat sprake is van een team van kerndocenten en freelancers dat zeer betrokken is bij het onderwijs dat hij verzorgt. Studenten merken op dat docenten bijvoorbeeld ook ’s avonds en in het weekend gebeld kunnen worden en dan klaar staan. De studenten oordelen positief over het feit dat de docenten didactisch goed zijn onderlegd en niet uitstralen ‘dat zij de wijsheid in pacht hebben’ maar in open dialoog met studenten verkeren.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 31
Oordeel: goed Het auditteam heeft kunnen vaststellen dat de opleiding veel aandacht geeft aan het op peil brengen en houden van de kwaliteiten van de docenten op zowel didactisch als onderwijs-organisatorisch gebied. Mede door de directe betrokkenheid van de docenten bij hun eigen vak en het enthousiasme dat zij ten toon spreiden bij het overdragen van hun kennis en vaardigheden aan aankomende collega’s kan worden gezegd dat het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma . Het auditteam beoordeelt de kwaliteit van de docenten als goed.
SAMENVATTEND OORDEEL “INZET VAN PERSONEEL”: VOLDOENDE Het auditteam kwalificeert voor de opleiding Journalistiek van ISS het Onderwerp “Inzet van Personeel” als voldoende op basis van het navolgende: 1. De opleiding wordt in zeer grote mate verzorgd door docenten die een directe verbinding leggen tussen de opleiding en de beroepspraktijk. 2. Er wordt naar oordeel van het auditteam voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. 3. Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma . Het auditteam beoordeelt de kwaliteit van de docenten als goed. Extra aantekening Conform de “Beslisregels Accreditatie” zoals vastgelegd in het NVAO-Accreditatiekader, kan een onderwerp niet hoger scoren dan ‘voldoende’. Het auditteam beoordeelt evenwel alle facetten van het onderwerp ‘Inzet van Personeel’ als goed, wat een kwalificatie ‘goed’ voor dit onderwerp rechtvaardigt. Dit is reden voor het auditteam de kwalificatie ‘goed’ als extra aantekening aan zijn oordeel toe te voegen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 32
Onderwerp 4: Voorzieningen Dit onderwerp kent twee facetten: 1. materiële voorzieningen; 2. studiebegeleiding.
Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Criterium Het facet ‘Materiële Voorzieningen’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn de huisvesting en de materiële voorzieningen toereikend om het programma te realiseren? Bevindingen ISS en de opleiding Journalistiek maken gebruik van de huisvesting van Hogeschool INHOLLAND te Rotterdam. Docenten en studenten hebben de beschikking over ‘flexplekken’, een mailaccount en ruimte op het netwerk. Het netwerk is vanuit buiten te bereiken en te benutten. Alle voorzieningen zijn gedurende 51 weken per jaar voor studenten toegankelijk. Gebouwen zijn van maandag tot donderdag open tot 22.30 uur en vrijdag tot 18.30 uur. De opleiding heeft toegang tot de bibliotheek, studieruimte en servicedesk voor facilitaire zaken in Rotterdam en docenten en studenten kunnen gebruik maken van de digitale mediatheek catalogus van de gehele hogeschool met alle vestigingsplaatsen. Voor de onderdelen radio en tv maakt de opleiding gebruik van hoogwaardige apparatuur in radio- en tvstudio’s en van in dit vakgebied gebruikte software. De studenten zijn over het algemeen tevreden over het gebouw en hulpmiddelen en waarderen dit met een 3,3 op de vijfpuntsschaal. Zij zijn minder tevreden over de ruimtes voor zelfstudie (score 2,9) op de eigen verdieping. De locatie Rotterdam breidt uit met 15.000 m², wat een verdubbeling van de beschikbare ruimte betekent. Na de zomer van 2008 zal ISS verhuizen naar een eigen gedeelte in deze nieuwbouw. Docenten zijn tevreden over de omstandigheden waaronder en de omgeving waarin zij hun werk moeten doen en over de beschikbare middelen. Zij waarderen dit met gemiddeld een 3,2. Tijdens de audit heeft het auditteam de beschikbare faciliteiten gezien. Het team is opgevallen dat de opleiding de beschikking heeft over goed geoutilleerde studio’s voor radio en televisiewerk en over een scala aan computers met grafische applicaties. Het auditteam beoordeelt de beschikbare voorzieningen als adequaat. Oordeel: voldoende Het auditteam is van oordeel dat de huisvesting en materiële voorzieningen voldoende zijn om het programma te realiseren.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 33
Facet 4.2. Studiebegeleiding Criteria Het facet ‘Studiebegeleiding’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten adequaat met het oog op de studievoortgang? Sluiten de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan studenten aan bij de behoefte van de studenten? Bevindingen Studiebegeleiding bij ISS en de opleiding Journalistiek valt uiteen in algemene studiebegeleiding en individuele, persoonlijke coaching van studenten. De studiecoaching is een belangrijk onderdeel van het curriculum, omdat tijdens deze coaching studenten werken aan en met competenties (met name zelfstandigheid en zelfsturing en maken van keuzen) die zij later in hun beroep nodig hebben. De studiecoach begeleidt het proces van competentieverwerving, waarbij de regie in de loop van de studie meer en meer bij de student komt te liggen. De studiecoaching is ook gericht op persoonlijke groei in relatie tot de beroepsvaardigheden. De studiecoach biedt waar dat mogelijk is vanuit de opleiding faciliteiten om de persoonlijke ontwikkeling te stimuleren. Voorbeelden hiervan zijn Nederlandse taalvaardigheid, studieplanning, assertiviteitstrainingen, werkplanning en dergelijke. ISS docenten met een studiecoachingstaak, waaronder een docent van de opleiding Journalistiek hebben een congres bijgewoond over studiecoaching. Vanaf het studiejaar 2006 – ’07 stuurt een werkgroep studiecoaching de uitwerking, evaluatie en bijstelling van het studiecoachingstraject aan. De opleiding werkt vanaf de start met studiecoaching. Elke periode (van 10 weken) vindt een voortgangsgesprek plaats tussen de studiecoach en de student, waarin de laatstgenoemde een presentatie geeft van zijn studievorderingen en een beoordelingsgesprek over het portfolio plaatsvindt. Aan het eind van het studiejaar vindt het Individueel Beoordelings Moment plaats, dat de functie heeft van een formatieve toets. (Zie hiervoor ook facet 2.8). Aan dit gesprek neemt ook een docent deel. De studievoortgang wordt besproken en vastgelegd in individuele dossiers, waardoor informatie doelgericht kan worden gedeeld met collega docenten. Vanaf het studiejaar 2007 – ’08 wordt de reflectie op de ontwikkeling van competenties nauwkeuriger gevolgd door de journalistieke competentiekaart als basis te gebruiken bij de opbouw van het portfolio. Er worden vanaf dat moment structureel lessen ingeroosterd waarbij het opzetten van het portfolio en het hanteren van de competentiekaart aan de orde komen. In elk gesprek maakt de student dan een overzicht van vorderingen per competentie uit deze competentiekaart waardoor de opbouw van het portfolio meer gestructureerd zal verlopen. Informatievoorziening vindt vooral plaats via Edusite en Blackboard. Op Edusite kunnen studenten en docenten alle actuele versies van studiegidsen, -handleidingen, van procedures, formulieren en roosters, reglementen, regelingen, studentenstatuut en dergelijke vinden. Blackboard is het belangrijkste medium om studenten en medewerkers te informeren en onderling te communiceren. Op Blackboard wordt ook actueel studiemateriaal geplaatst dat niet van tevoren beschikbaar was. De studenten zijn tevreden over de persoonlijke aandacht die zij ervaren van docenten (score 3,6) en over hun bereikbaarheid (score 3,3). Ook zijn zij tevreden over de begeleiding door de studiecoach bij problemen rond hun studie (score 3,7) en bij hun competentieontwikkeling (score 3,7). Daarnaast zijn zij positief over de
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 34
ondersteuning bij het maken van keuzes (score 3,9). Ook zijn de studenten tevreden over de informatie in de studiegids en digitale media (score 3,3). In de gesprekken met het auditteam bevestigen zij dit. Wel hebben zij een klacht over het soms niet tijdig beschikbaar zijn van cijferlijsten van tentamens en betitelen dit als een verbeterpunt. Deze klacht is bekend bij het management en deze werkt er aan dat de communicatie op dit punt ook wordt verbeterd. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft waargenomen dat er sprake is van een adequaat uitgewerkt beleid van studiebegeleiding, dat in zijn uitwerking aansluit bij de competenties van beginnende journalisten. De opleiding maakt onderscheid in algemene en persoonlijk gerichte coaching. Naar het oordeel van het auditteam geeft dit waarborgen dat studenten op een juiste wijze worden begeleid in hun persoonlijke groei richting beginnende beroepsbeoefenaar.
SAMENVATTEND OORDEEL “VOORZIENINGEN”: VOLDOENDE Het auditteam kwalificeert het Onderwerp “Voorzieningen” voor alle opleidingsvarianten als voldoende op basis van het navolgende: 1. Het auditteam heeft tijdens de visitatie de voorzieningen bekeken. Het team is van oordeel dat deze voldoende zijn om het programma te realiseren. 2. Er is sprake van een adequaat uitgewerkt beleid van studiebegeleiding, dat in zijn uitwerking aansluit bij de competenties van beginnende journalisten.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 35
Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Dit onderwerp kent drie facetten: 1. evaluatie resultaten; 2. maatregelen tot verbetering; 3. betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld.
Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Criterium Het facet ‘Evaluatie Resultaten’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt de opleiding periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen? Bevindingen Het kwaliteitsbeleid van ISS is vastgelegd in het Kwaliteitshandboek ISS en gebaseerd op het kwaliteitsbeleid dat wordt gevoerd door de Hogeschool INHOLLAND. Dit beleid steunt op het INK/EFQM model. In dit kwaliteitsbeleid is de pdca-cyclus uitgewerkt in processen. ISS en daarmee de opleiding Journalistiek evalueert de opleiding periodiek aan de hand van toetsbare doelen. Van het primaire proces wordt beschreven welke onderwerpen, mede gebaseerd op het NVAObeoordelingskader, met welke frequentie worden onderzocht, in welke week van het kalenderjaar en met welk instrument dit geschiedt en wat de streefnormen zijn, die de opleiding en ISS zichzelf stellen. Enkele voorbeelden zijn: Actualiteit ontwikkeling beroepsvaardigheden: door middel van aansluitingsonderzoek; jaarlijks af te nemen; in week 8 na de tweede periode; bij eerstejaars studenten. Streefnorm > 3.0 op de vijfpuntsschaal Kwaliteit van medewerkers; door middel van STO, jaarlijks in week 10, door periode evaluaties na afloop van elke periode en door panelgesprekken in week 40, 50, 10 en 21; met studenten. Streefnorm > 3.0 op de vijfpuntsschaal. Zowel uit de overlegde documenten als in de gesprekken tijdens de audit is gebleken dat de opleiding regelmatig de genoemde evaluaties uitvoert. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft kennisgenomen van het overzicht van evaluatie-instrumenten, frequentie, tijdstip waarop en bevraagde groepen en van de streefnormen en oordeelt dat sprake is van een adequate evaluatie die alle facetten van het primaire proces dekt.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 36
Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Criterium Het facet ‘Maatregelen tot Verbetering’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Vormen de uitkomsten van periodieke evaluaties van de opleiding de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen? Bevindingen De resultaten van de verschillende evaluaties worden geanalyseerd, waarna verbetervoorstellen worden geformuleerd. Ook kunnen docenten zelf, buiten deze formele evaluaties om, met verbetervoorstellen komen. Deze voorstellen worden vervolgens uitgewerkt, met de docenten besproken en vastgesteld door het managementteam. Deze verbeteringen worden vermeld in een ‘verbetermatrix ISS journalistiek’ . Het auditteam heeft vastgesteld dat de ‘verbetermatrix’ een aantal verbeterplannen vermeldt, waarbij de te bereiken norm is genoemd. In de aanloop naar de audit heeft het auditteam vastgesteld, dat deze matrix geen overzicht geeft van verantwoordelijken. Tijdens de audit is aan deze matrix de aanwijzing toegevoegd wie de verbetering moet gaan doorvoeren en welke middelen in tijd en geld daarvoor beschikbaar zijn. Het auditteam heeft met het management van de opleiding ook gesproken over ‘’benchmarking’’. Duidelijk is geworden dat ISS als commerciële instelling geen toegang heeft tot databestanden, waarin gegevens van bekostigde hogescholen zijn opgenomen. Het auditteam geeft de opleiding in overweging om meer gewicht toe te kennen aan de benchmarking en via de aandeelhouder te trachten daarvoor gegevens beschikbaar te krijgen. Tijdens de audit heeft het auditteam vastgesteld dat het beleid omtrent het beoordelen van afstudeerwerkstukken niet schriftelijk was vastgelegd in een handleiding voor docenten (zie § 6.1., hierna). Op verzoek van het auditteam heeft de opleiding snel en adequaat in deze lacune voorzien, door een ‘docentenhandleiding voor de beoordeling van afstudeerwerkstukken’ op te stellen. De opleiding heeft ook daarmee haar gerichtheid op het doorvoeren van verbeteringen aangetoond. Oordeel: voldoende Het auditteam beoordeelt de “Verbetermatrix’ als voldoende uitgewerkt en ziet dat de uitkomsten van evaluaties aantoonbaar leiden tot verbetermaatregelen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 37
Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Criterium Het facet ‘Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn -en zo ja op welke wijze- medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld actief betrokken bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding? Bevindingen In het overzicht van evaluatie-instrumenten, dat is genoemd bij facet 5.1 wordt ook aangegeven welke groepen worden bevraagd. Hier wordt duidelijk dat studenten, medewerkers, alumni en het beroepenveld in per onderwerp wisselende frequenties worden gevraagd naar hun oordeel. Enkele voorbeelden hiervan zijn: studenten via de STO, panelgesprekken, periode evaluaties en via de opleidingscommissie en het aansluitingsonderzoek; medewerkers via het medewerkerstevredenheids-onderzoek, teamoverleg, de onderwijsregiegroep en diverse commissies; alumni via alumni-onderzoek het werkveld door bijeenkomsten van de beroepenveldcommissie, evaluaties van externe begeleiders, werkveldonderzoek en inbreng van in de praktijk werkzame docenten. In de gesprekken met docenten en studenten blijkt dat zij daadwerkelijk bij het onderwijs zijn betrokken en dat hun invloed merkbaar is. De beroepenveldcommissie overlegt blijkens verslagen van vergadering over de inhoud van het curriculum en wijzigingen die daarin zijn aan te brengen. Oordeel: voldoende Het auditteam heeft kennisgenomen van de betrokkenheid van de onderscheiden groepen. Uit gesprekken met docenten en studenten blijkt hun betrokkenheid en uit verslaglegging die van alumni en het werkveld. Het auditteam is van oordeel dat sprake is van een op adequate wijze betrokken zijn van de medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding.
SAMENVATTEND OORDEEL “INTERNE KWALITEITSZORG”: VOLDOENDE Het auditteam kwalificeert het Onderwerp “Interne Kwaliteitszorg” als voldoende op basis van het navolgende: 1. Het overzicht van evaluatie-instrumenten, de frequentie, het tijdstip waarop en bevraagde groepen en van de streefnormen laten zien dat sprake is van een adequate evaluatie die alle facetten van het primaire proces dekt. 2. De “Verbetermatrix’ als document dat de verbeteringen weergeeft is voldoende uitgewerkt en laat zien dat de uitkomsten van evaluaties aantoonbaar leiden tot verbetermaatregelen. 3. Er is sprake van een op adequate wijze betrokken zijn van de medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 38
Onderwerp 6: Resultaten Dit onderwerp kent twee facetten: 1. gerealiseerd niveau; 2. onderwijsrendement.
Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Criterium Het facet ‘Gerealiseerd Niveau’ is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn de gerealiseerde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties? Bevindingen De opleiding bewaakt het bereiken van het eindniveau door het toetsen van het bereiken van de faseniveaus gedurende de opleiding, door de ingangseisen, ontwerp- en beoordelingseisen voor het afstudeerproject vast te leggen en door het werkveld een rol te geven in de beoordeling van het afstudeerproject. Het examen bestaat uit (1) een beroepsspecifiek product, (2) een verdiepingsverslag waarin een onderwerp is onderzocht aan de hand van bronnen en de student een eigen visie op het onderwerp verwoordt en (3) een examengesprek. Uit de beoordeling van deze drie examenonderdelen moet blijken dat de student voldoet aan de vereiste kwalificaties en over voldoende kennis, vaardigheden en houding beschikt om op hbo-niveau in het journalistieke werkveld aan de slag te gaan. De coördinatie en het volgen van het afstudeerproject is de verantwoordelijkheid van de examencommissie, die taken delegeert naar de studiecoördinator en naar het docententeam. Bedrijfsmentoren geven een voldoende (gemiddeld 7 op een tienpuntsschaal) op dertien onderwerpen die beoordeeld worden bij stages. Voorbeelden van deze onderwerpen zijn: uitvoering opdracht, organisatie eigen werk, werktempo, contacten met leiding en collega’s. Alumni beoordelen de kwaliteit van de opleiding met een gemiddelde score van 3,2 op de vijfpuntsschaal. In deze audit hebben de externe auditoren enkele scripties beoordeeld. De scripties die het auditteam heeft gezien waren niet allemaal op gelijke wijze beoordeeld. Het auditteam heeft geconstateerd dat er wel een afstudeerhandleiding is met heldere beoordelingscriteria, maar de indruk bestaat dat de afstudeerbegeleiders zich, bij hun beoordeling in het verleden, daaraan niet altijd op dezelfde manier hebben gehouden. Het auditteam heeft dit in de gesprekken aan de orde gesteld. De opleiding erkent dat de afstudeerhandleiding niet duidelijk was en niet altijd werd gevolgd. Deze afstudeerhandleiding en de beoordelingscriteria zijn in het studiejaar 2006-’07 opnieuw geformuleerd en de scripties van deze lichting zijn in de zomer van 2007 beoordeeld volgens deze criteria. Om te borgen dat de afstudeerbegeleiders (docenten) zorgvuldig hun werk doen is in de afstudeerhandleiding voor het nu lopende studiejaar 2007-’08 de onderzoekscomponent nogmaals verduidelijkt: als extra borging moeten de afstudeerbegeleiders aandacht schenken aan het onderzoeksvoorstel. Hiervoor is een docentenhandleiding opgesteld. Het auditteam heeft, bij wijze van verbeterplan, kort na de audit van de opleiding een notitie ontvangen waarin de opleiding uiteenzet dat het afstudeer- en begeleidingsproces zorgvuldig wordt georganiseerd door het beleggen van (met data genoemde) overlegmomenten in 2008, scholing voor docenten in 2008 om de afstudeercriteria op de juiste wijze toe te passen en eenduidig te interpreteren en door de beoordeling van het afstudeerwerkstuk door een externe deskundige uit het journalistieke werkveld. De gezichtspunten voor de beoordeling van het onderzoeksvoorstel, dat de student indient, zijn daarbij gevoegd. De opleiding heeft de docentenhandleiding, die zij na de audit heeft opgesteld, aan het auditteam overlegd.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 39
Het auditteam heeft kennis genomen van deze documenten en oordeelt dat de opleiding snel en adequaat heeft voorzien in een lacune in het borgen van het proces van scriptiebeoordeling. Oordeel: voldoende Het auditteam is van oordeel dat, mede op basis van de nu door de opleiding opgestelde documenten sprake is van gerealiseerde eindkwalificaties die qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming zijn met de nagestreefde eindkwalificaties.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 40
Facet 6.2. Onderwijsrendement Criteria Het facet ‘Onderwijsrendement’ is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn er, al dan niet in samenspraak met verwante opleidingen, streefcijfers geformuleerd in vergelijking met andere relevante opleidingen? Voldoet het onderwijsrendement aan deze streefcijfers? Bevindingen ISS en de opleiding Journalistiek hebben streefcijfers geformuleerd voor het onderwijsrendement. Omdat ISS in principe ernaar streeft journalisten op te leiden in een driejarig traject stelt zij de gemiddelde studieduur voor afstudeerders op 48 maanden, wat een half jaar korter is dan waar bij vierjarige opleidingen doorgaans van wordt uitgegaan. Omdat het streven is om uitval zo vroeg mogelijk te laten plaatsvinden hanteert ISS 16 maanden als streefcijfer voor de gemiddelde studieduur van studiestakers. Dit is 5 maanden korter dan het gemiddelde dat doorgaans wordt gehanteerd. Het rendement van de opleiding Journalistiek van ISS is op peildatum 1 oktober 2007 het volgende: 2002 Totaal instroom opleiding
2003
2004
2005
2006
2007
21
54
48
15
18
14,29%
14,81%
10,42%
40%
40%
% uitval na 2 jaar
14,29%
33,33%
18,75%
40%
-
?
% uitval na 3 jaar
14,29%
37,04%
33,33%
-
-
?
% uitval na 4 jaar
14,29%
-
-
-
Diploma behaald na 3 jaar
33,33%
20,37%
50%
-
-
Diploma behaald na 4 jaar.
61,09%
-
-
-
-
11,3 mnd
16,5 mnd
17,3 mnd
7,5 mnd
-
39,7 mnd
35,5 mnd
36,1 mnd
% uitval na 1 jaar.
19
Streefcijfer: 30%
?
Streefcijfer: 67% Gem. studieduur studiestakers. Streefcijfer = 16 maanden Gem. studieduur afstudeerders Streefcijfer = 48 maanden
De studieuitval van het cohort 2005 en 2006 is hoger dan voorgaande jaren. Oorzaken daarvan zijn verkeerde studiekeuze en zwaarte van het programma, persoonlijke omstandigheden en opnieuw starten van de studie ondanks een negatief studieadvies. In het studiejaar 2006-‘07 heeft de opleiding de studiecoaching geïntensiveerd en de zwaarte benadrukt in de voorlichting. Bij aanvang van het studiejaar 2007-’08 wordt de intake aangescherpt door de zwaarte van de studie en de zelfwerkzaamheid van de student expliciet op te nemen in de intake-instructie. De opleiding verwacht met deze maatregelen het rendement te verbeteren. Tijdens de audit heeft het auditteam het onderwijsrendement besproken met het management, de docenten en studenten. Het auditteam heeft vastgesteld dat het rendement van de opleiding adequaat is, mede in het licht van de driejarige variant, die in feite als leidraad dient. De gemiddelde studieduur van afstudeerders is vrijwel 36 maanden.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 41
Oordeel: voldoende Op basis van bovenstaande bevindingen en deze gesprekken is het auditteam van oordeel dat de rendementen voldoen aan de streefcijfers die de commerciële opleiding Journalistiek heeft gesteld. Vanwege de aard van de opleiding is er geen sprake van samenspraak met verwante opleidingen
SAMENVATTEND OORDEEL “RESULTATEN”: VOLDOENDE 1.
2.
Mede op basis van de door de opleiding na de audit verstrekte documenten is naar oordeel van het auditteam sprake van gerealiseerde eindkwalificaties die qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming zijn met de nagestreefde eindkwalificaties. De rendementen voldoen aan de streefcijfers die de commerciële opleiding Journalistiek heeft gesteld. Vanwege de aard van de opleiding is er geen sprake van samenspraak met verwante opleidingen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 42
3.
SAMENVATTEND OORDEEL
3.1.
Oordeelschema HBO bachelor opleiding Journalistiek voltijd INHOLLAND Select Studies Onderwerp / Facet
Oordeel V4
1. Doelstellingen Opleiding 1.1. Domeinspecifieke Eisen
V
1.2. Niveau Bachelor
G
1.3. Oriëntatie HBO
G
2. Programma 2.1. Eisen HBO
V V
2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma
G
2.3. Samenhang Programma
G
2.4. Studielast
G
2.5. Instroom
V
2.6. Duur
V
2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud
V
2.8. Beoordeling en Toetsing
V V5
3. Inzet van Personeel 3.1. Eisen HBO
G
3.2. Kwantiteit Personeel
G
3.3. Kwaliteit Personeel
G
4. Voorzieningen
V
4.1. Materiële Voorzieningen
V
4.2. Studiebegeleiding
V
5. Interne Kwaliteitszorg
V
5.1. Evaluatie Resultaten
V
5.2. Maatregelen tot Verbetering
V
5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld
V
6. Resultaten
V
6.1. Gerealiseerd Niveau
V
6.2. Onderwijsrendement
V
Samenvattend oordeel
4
Extra aantekening: goed
5
Extra aantekening: goed
V
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 43
3.2.
Integraal oordeel en advies aan NVAO
Op basis van zijn bevindingen met betrekking tot alle in het NVAO-Accreditatiekader vermelde onderwerpen en facetten, concludeert het auditteam dat de door de INHOLLAND Select Studies verzorgde hbo bachelor opleiding Journalistiek in aanmerking komt voor accreditatie door de NVAO. Extra aantekening: Conform de “Beslisregels Accreditatie” zoals vastgelegd in het NVAO-Accreditatiekader, kan een Onderwerp niet hoger scoren dan ‘voldoende’. Het auditteam beoordeelt evenwel twee van de drie facetten van het Onderwerp ’Doelstellingen Opleiding’ als goed en alle facetten van het onderwerp ‘Personeel’ als goed. Dit rechtvaardigt (zie ‘Beslisregels’ onder E) een kwalificatie ‘goed’ voor deze onderwerpen. Reden voor het auditteam de kwalificatie ‘goed’ als extra aantekening aan zijn oordeel toe te voegen.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 44
BIJLAGE I:
Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaring auditoren
R.J.M. van der Hoorn, mba, cmc Rob van der Hoorn studeerde bedrijfseconomie (heao), bedrijfskunde en volgde een mba opleiding. Sinds 1994 is hij mede eigenaar van de Hobéon Groep. Hij is bedrijfskundig adviseur en houdt zich onder andere bezig met financieel -economische vraagstukken voor hoger onderwijsinstellingen. Hij is gecertificeerd lid is van de orde van organisatiekundige en organisatieadviseurs (OOA), directeur van een venture capital bedrijf en begeleidt hij MKB ondernemingen bij hun bedrijfsontwikkeling. Daarnaast is hij op interim-basis algemeen directeur bij een hogeschool in het oosten des lands. Hiervoor was hij onder andere financieel interim directeur van een branche organisatie, interim directeur bij een gemeente in de Randstad en interim directie voorzitter van een economische faculteit van een middelgrote hogeschool. S. van der Zee Sytze van der Zee was journalist voor Het Parool, de Haagsche Courant, correspondent van NRC Handelsblad in onder andere Bonn, Brussel en Washington, adjunct-hoofdredacteur van Elsevier en hoofdredacteur van Het Parool. Vanaf 1996 legt hij zich toe op het schrijven. Hij publiceerde inmiddels zestien boeken waaronder Potgieterlaan 7, De overkant, Vergeten legende- het leven van Frits Koolhoven, Zuidwal en Dochters van Khadija. Dr. E. van der Pool Els van der Pool is sinds oktober 2002 lector Human Communication Development. Vanuit verschillende werkomgevingen heeft Els zich beziggehouden met de vraag hoe medewerkers in een zakelijke context professioneler kunnen communiceren én op welke wijze dat ontwikkelingsproces verankerd en ondersteund kan worden. Een combinatie van theorie en praktijk stond daarbij steeds centraal. Els van der Pool heeft zowel een academische als bedrijfsmatige achtergrond. Zij is in 1995 gepromoveerd op een onderzoek waarin ze bestudeerde wat er bij jonge kinderen en volwassenen omgaat in hun hoofd tijdens het schrijven en hoe zich dat ontwikkelt met leeftijd. Daarvoor en daarna was zij werkzaam in het bedrijfsleven als trainer, adviseur. Aansluitend was ze bij een groot advies- en ingenieursbureau projectleider van een organisatiebreed ontwikkelingsprogramma voor de professionalisering en verankering van klantgerichte communicatie. Tevens was zij enkele jaren universitair docent aan de Universiteit van Tilburg bij de studierichting Bedrijfscommunicatie en Digitale Media. Ook is zij hoofdredacteur geweest van Tekst[blad], vakblad voor tekstschrijvers, -onderzoekers en –trainers. Drs. R.B. van der Herberg Ruud van der Herberg was jarenlang eindverantwoordelijk schoolleider in het voortgezet onderwijs en heeft daar ruime ervaring opgedaan met bestuurlijke verzelfstandiging, fusieprocessen, convenanten en sponsorcontracten tussen vmbo en brancheorganisaties, personeelsbeleid en kwaliteitszorg. Tevens had hij vanuit deze functie nauwe contacten met partijen als gemeente, provincie en bedrijfsleven. Ruud van der Herberg is lid van de stuurgroep Stratego van provincie Utrecht, die het toelatingsbeleid en de afspraken over leerlingenstromen monitort. Als externe deskundige is hij betrokken bij audits (Platform Bèta Techniek) en visitatieprocessen in het speciaal voortgezet onderwijs en voortgezet onderwijs en als adviseur verbonden aan het Ruud de Moor Centrum (Professionalisering van onderwijsgevenden) van de Open Universiteit . Ruud van der Herberg is associé bij Hobéon Groep en zet zich in als adviseur bij de accreditatie onderzoeken die door Hobéon Certificering worden uitgevoerd in het hoger beroepsonderwijs. Daarnaast adviseert hij het voortgezet onderwijs.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 45
P. W. Sabel Pieter Sabel studeert aan de voltijd opleiding Journalistiek bij de School voor Journalistiek, Utrecht met als keuzevakken: Culturele Antropologie en International politics. Hij is lid van de Facultaire Medezeggenschapsraad SvJ, penningmeester van de studievereniging LeF en hoofdredacteur van het blad Propedeuzelig. Aan de Carleton University, Ottawa, Canada volgde hij de keuzevakken International History 1914 – 1941, U.S. Foreign policy since 1941, Global Political Economy en History of Jazz and Ragtime. Hij is als verslaggever en fotograaf verbonden aan de Slagwerkkrant en de website www.slagwerkwereld.com en werkzaam als redacteur, verslaggever en fotograaf op verschillende redacties van het Haarlems Dagblad. R.G. Peters Rob Peters studeerde personeelswerk in Den Haag. Na zijn opleiding vervulde hij diverse personeelsfuncties en was hij cao-onderhandelaar voor een werkgeversvereniging. Hij is in de periode 1990-2000 werkzaam geweest bij de HBO-Raad en de Hobéon Groep. In die periode heeft hij als projectleider ervaringen opgedaan in nationale en internationale projecten op het terrein van onderwijs, management en strategische beleidsvorming. Aansluitend heeft hij zes jaar de functie van hoofd afdeling PO&I en loco secretaris vervuld bij een gemeentelijke organisatie. Thans is Rob Peters associé bij de Hobéon Groep en als secretaris betrokken bij het uitvoeren van audits in het hoger beroepsonderwijs.
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 46
Onafhankelijkheidsverklaringen
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 47
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 48
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 49
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 50
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 51
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 52
BIJLAGE II: Programma Visitatie Programma audit opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies, 25 september 2007 Tijd / ruimte Gesprekspartners Auditoren Onderwerpen 09.00 – 09.30 Auditteam Voorbespreking 09.30 – 09.45 Managementteam Dhr Kooren Dhr Verkerk Mw Van Bleek
09.45 – 10.45 Managementteam Dhr Kooren Dhr Verkerk Mw Van Bleek
Auditteam: Dhr Van der Hoorn Dhr Van der Herberg Dhr Peters Dhr Van der Zee Mw Van der Pool Dhr Sabel Auditteam
10.45 – 11.00
Auditteam
11.00 – 12.00 Docenten Dhr Naber Mw Kleijn Dhr Steens Mw Verbeek Dhr Visschers Dhr Van Willigenburg
Van der Pool Van der Herberg Peters
11.00 – 12.00 Studenten (parallel) Dhr Van Leeuwen (1e jaars) Mw Hofsteenge (2e jaars) Dhr Hendriks (2e jaars) Mw Krol (2e jaars) Mw Autar (3e jaars) Mw Meulman (3e jaars) Dhr Hilterman (afgestudeerd)
Van der Hoorn Van der Zee Sabel
Kennismaking. Definitieve vaststelling programma.
Strategisch beleid, visie, missie Marktpositie en instroom Internationalisering / Lectoraat / Innovatie Kwaliteitszorg Relatie beroepenveld Personeel / Deskundigheidsbevordering Resultaten / rendementen Alumnibeleid Vrijstellingen Kwaliteitsborging van praktijkcomponent Bezwaar en beroep Interne terugkoppeling, verificatie Relatie beroepenveld Onderwijsontwikkeling / curriculum Instroom / propedeuse Aansluiting instroom en programma Samenhang programma Toetsen en beoordelen Eindkwalificaties Praktijkcomponent / stages Internationalisering / Deskundigheidsbevordering Studie(loopbaan)begeleiding Informatievoorziening Toetsen en beoordelen Studiebegeleiding (incl. stages) Studeerbaarheid, studielast Materiële voorzieningen Praktijkcomponent
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 53
12.00 – 12.30 Rondleiding voorzieningen
Van der Hoorn Van der Zee Van der Herberg Sabel
Verificatie algemene en opleidingsspecifieke voorzieningen
(parallel)
Van der Pool Peters
Informatievoorziening Toetsen en beoordelen Studiebegeleiding (incl. stages) Studeerbaarheid, studielast Materiële voorzieningen Praktijkcomponent Lunch, interne terugkoppeling, verificatie
Studenten Mw Hofsteenge (2e jaars) Dhr Hendriks (2e jaars) Mw Krol (2e jaars) Mw Autar (3e jaars) Mw Meulman (3e jaars)
12.30 – 13.30
Auditteam
13.30 – 14.15 Onderwijsregiegroep / kwaliteitszorg Mw Van Bleek Mw Kuijper Dhr Naber Mw Rob Dhr Visschers
Van der Hoorn Van der Herberg Van der Pool
Toetsen en beoordelen Aansluiting instroom en programma Studeerbaarheid, Studielast Evaluatie van resultaten Maatregelen tot verbetering Betrekken van medewerkers, studenten,alumni, werkveld
13.30 – 14.15 Verificatie documenten Peters Van der Zee (parallel) - afstudeerscripties + beoordeling Sabel - CV’s docenten - verslagen functionerings- en beoordelingsgesprekken - software - toetsen + beoordeling 14.15 – 15.00 Interne terugkoppeling, verificatie en bepaling ‘pending issues’ / verdieping en/of additionele onderwerpen. Tevens mogelijkheid voor de vakdeskundigen om documenten te verifiëren. 15.00 – 16.00
Auditteam
Intern overleg en bepaling voorlopige beoordeling
16.00 – 16.30 Alle gesprekspartners & genodigden
Auditteam
Terugkoppeling voorlopige beoordeling
©Hobéon® Certificering Adviesrapport Accreditatie hbo bachelor opleiding Journalistiek, INHOLLAND Select Studies 54