deel 2 AAN DE SLAG in je klas
deel 2:
AAN DE SLAG in je klas
37
37
“
Stap 1
Waar wil ik in mijn klas werk van maken? Kies een actiedomein. We weten dat het onmogelijk is om in je klas op hetzelfde moment aan duizend en één dingen te werken. Dat hoeft ook niet. Volgens ons kies je beter één aspect en ga je stap voor stap te werk. Maak daarom je keuze uit onderstaande actiedomeinen.
“
aan de slag in je klas
‘Als ik tijdens het schooljaar in mijn klas te veel blijf stilstaan bij mondiale thema’s, kom ik nooit door alle leerstof heen.’ ‘Ik zou de wereld wel in mijn klas willen binnenbrengen, maar ik weet er zelf te weinig over.’
Zijn deze uitspraken ook voor jou herkenbaar? We kunnen je geruststellen. Met dit boekje kunnen we je een stap vooruit helpen.
Kies een domein dat aansluit bij jouw concrete klassituatie en de nood die je ervaart. Ik wil: over wat ik in mijn klas wil bereiken met het opvoeden tot å⁄ Nadenken wereldburgers. Wat wil ik in mijn klas bereiken? op welke manier ik mijn leerlingen kan opvoeden tot ç⁄ Nagaan wereldburgers. Hoe pak ik dit aan?
Heb je een keuze gemaakt? Noteer dan hier het actiedomein waar je het eerst werk van wil maken:
welke inhoudelijke bagage ik (nodig) heb om mijn leerlingen é⁄ Bekijken op te voeden tot wereldburgers. Beschik ik over de nodige kennis en
1:
bij de (materiële en financiële) middelen waarover ik beschik è⁄ Stilstaan om mijn klas op te voeden tot wereldburgers. Heb ik het nodige
Welke actiedomeinen wil je later ook nog aanpakken?
vaardigheden?
materiaal en geld ter beschikking?
met wie ik kan samenwerken om mijn leerlingen op te voeden ê⁄ Nagaan tot wereldburgers. Met wie kan ik samenwerken?
38
2: 3:
Aan de slag per actiedomein. De actiedomeinen zijn niet enkel bedoeld om je te helpen bij het nadenken, maar ook om inspiratie op te doen en aan de slag te gaan. Daarom vind je in elk actiedomein twee delen
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
STAP 2
1) NADENKEN met de VOORUITKIJKSPIEGELS
In de vooruitkijkspiegel vind je een aantal reflectievragen. Geen nood! De reflectievragen hebben niet de bedoeling om je te evalueren en punten te geven. Ze willen je enkel een spiegel voorhouden zodat je een duidelijk beeld kan vormen van wat je in je klas momenteel al doet en wat je op basis daarvan in de toekomst allemaal zou willen en kunnen doen.
2) DOEN met de BOUWSTENEN
Daarnaast biedt elk actiedomein je ook bouwstenen in de vorm van tips, ideeën en voorbeelden. Deze kunnen je concrete inspiratie geven om in je klas aan de slag te gaan.
Heb je een actiedomein geko zen? Blader dan snel naar het door jou gekozen domein.
39
⁄
å EI N
ijn m n i k i l Wat w i ereiken? klas b
OM
ge v
s mijn kla ers’? in ik il w g laats reldbur e w t Welke p o t pvoeden en aan ‘o
A
D E I CT
VOORUITKIJKSPIEGE
L
Waar sta je? Waar wil je naartoe? Op deze pagina stellen we je enkele reflectievragen. Je hoeft niet alle vragen te beantwoorden. Je kiest er enkel die vragen uit die voor jou relevant zijn. De rest laat je vallen of hou je voor later. Je krijgt van ons ook geen quotering op basis van je antwoorden. Wij bepalen niet of je ‘goed’ of ‘niet zo goed’ bezig bent. De vragen zijn enkel bedoeld om je een spiegel voor te houden en je te helpen nadenken over opvoeden tot wereldburgers in je klas.
Wat betekent ‘wereldburger zijn’ voor mij? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Welke doelstellingen wil ik in mijn klas bereiken met betrekking tot het opvoeden tot wereldburgers? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat doe ik in mijn klas reeds in het kader van opvoeden tot wereldburgers? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 40
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wie zijn de leerlingen in mijn klas? Wat leeft er bij hen? Wat willen zij? (zie ook deel 3: aan de slag samen met mijn leerlingen) ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Wat zou ik meer of anders kunnen doen?
Vind ik het belangrijk om vanuit de ervaringen van mijn leerlingen te vertrekken? Waarom (niet)? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Waarop wil ik bij het opvoeden tot wereldburgers de nadruk leggen? Op kennis, op vaardigheden, op het beleven of op de houding van mijn leerlingen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wil ik op korte of lange termijn aan dit thema werken in mijn klas? Waarom?
Wat wil ik in mijn klas bereiken?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wil ik dit vak- en klasoverschrijdend aanpakken? Waarom (niet)? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
41
BOUWSTENEN
Aan de slag met tips, inspiratie en voorbeelden.
Opvoeden tot wereldburgers vertrekt vanuit het werken aan verbondenheid “Voor mij gaat wereldburgerschap nog verder dan de eindtermen, namelijk: hoe zit het in álle vakken? Maar het reikt ook verder dan het hoofdstuk vrede, mondialisering en globalisering. Je moet je de vraag stellen: “Hoe maak je het tot een realiteit in heel mijn leven en in het denken in Vlaanderen?” Je kan je enorm engageren voor de Derde Wereld in je school, maar je moet ook meenemen wat dat betekent hier. Je moet stilstaan bij je omgangsvormen met andere culturen en de migratieproblematiek verbinden met de ongelijke verdeling van middelen in Noord en Zuid. Als je die link niet legt, is het enorm vrijblijvend.” Mieke Vanhecke, Directeur-Generaal van het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (VSKO) in een interview over de visietekst van Kleur Bekennen, juni 2007.
levensgeheel cultuur het materiële de ander jezelf 42
Verbondenheid is niet dé toveroplossing voor alles wat er misloopt in de maatschappij. Maar het is wel een diepe grondlaag voor het hele proces van opvoeden tot wereldburgers. In ‘Voorbij de kleuren’ 16 wordt verbondenheid gedefinieerd als een basisattitude van de mens naar een steeds ruimer wordende omgeving toe. Hierbij kan je uitdeinende omgevingscirkels onderscheiden, namelijk de band van de mens met zichzelf, met de anderen, met voorwerpen en materialen, met de groep, de samenleving en de cultu(u)r(en) en met het levensgeheel, de natuur(lijke) kringloop. Het gaat in wezen over het andere toelaten, er openheid voor tonen, aanvoelen dat men iets met het wezen van de ander te maken heeft. Het is een ervaring van verwantschap met en een behoren tot iets, iets dat leidt tot een houding van respect. Voor een onderwijzer is de klas natuurlijk de eerste en belangrijkste oefenplaats om in verbondenheid te groeien. In je klas kan je vanuit heel uiteenlopende initiatieven werken aan de verbondenheid tussen leerlingen. Een voorbeeld. Je geeft elke leerling om de beurt een fototoestel mee naar huis. Bedoeling is dat ieder kind thuis of in zijn straat enkele foto’s neemt waarover verteld kan worden in kringgesprekken. De kinderen kiezen vaak details uit de omgeving waarover ze graag wat kwijt willen in de groep. Er wordt aandachtig geluisterd naar de heel persoonlijke verhalen. Hierdoor leren kinderen elkaar op een andere manier kennen.
16 17
Meer info: De Wolf, B. (2002). Voorbij de kleuren. Studio Globo. Brussel. Meer info over verbondenheid kan je vinden op www.verbondenheid.be.
Opvoeden tot wereldburgers zit in je lessen, je projecten, je klasklimaat, je gedrag … Kortom, het is altijd en overal aanwezig. Opvoeden tot wereldburgers vergt bijgevolg ook een continue alertheid, een open blik naar de wereld toe. Daarom vragen we je om te werken aan een soort reflex. Een reflex waarbij je als leerkracht, in alles wat je in je klas doet of organiseert, steeds even stilstaat bij mogelijke mondiale linken of implicaties. Een soort wereldburgerreflex dus.
Intercultureel leren is gericht op het recht doen aan diversiteit in de wijze van samenlev en in de eigen leefomge ving. Mondiaal leren is geric ht op openheid en respe ct voor mensen en situaties die men (normaal gesproken ) slechts van op afstand kan leren ken nen en die geen deel uit ma ken van de eigen ervaringswereld. - Het doel dat we bij de kinderen nastreven is bij beide vormen van leren hetzelfd e, namelijk: een basishou ding van openheid, respect, rec ht doen aan diversiteit, verbondenheid en solida riteit. Het gaat in beide ge vallen om het beleven van gelijk waardigheid. - Zowel bij intercultureel als bij mondiaal leren is het noodzakelijk om aan te sluiten bij de concrete belevingswereld van de kinderen en deze te verrijk en. - Bij beide gaat het ook niet zozeer om het leren óver de ander maar veeleer om het leren ván de ander. He t leren over de ander is no dig maar het is in elk geval ondergeschikt aan het ler en van de ander. Leren van de ander doe je door in relati e te treden, door de intera ctie aan te gaan. Hoewel deze interactie anders zal verlop en als die anderen veraf wo nen (mondiaal) of dichtb ij (intercultureel), toch gaat het in essentie om hetze lfde. Samengevat: goed mond iaal leren gebeurt vanuit de principes van intercultureel leren en intercultureel leren maakt ook gebruik van mondiale inh ouden.18
18
Meer info: De Wolf, B. (20
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Werken aan een wereldburgerreflex, dat is wat we willen!
Wat wil ik in mijn klas bereiken?
Intercultureel en mon diaal leren: niet te scheiden
02). Voorbij de kleuren. Stu
dio Globo. Brussel.
43
Vertrek vanuit het dagelijkse leven en zoek naar gepaste thema’s voor jouw leerlingen
Ga samen met je leerlingen aan de slag Opvoeden tot wereldburgers is niet iets dat je boven de hoofden van je leerlingen uitwerkt. Werken aan wereldburgerschap doe je samen met hen. Je sluit aan bij de leefwereld van je leerlingen en je zorgt ervoor dat ze niet enkel deelnemen aan het gebeuren, maar dat ze ook kunnen meepraten, -denken, -beslissen en -uitvoeren. Je hoeft daarvoor niet meteen een heuse leerlingenraad op te zetten. Naast formele, georganiseerde beslissingsprocessen, kan je vooral in de dagdagelijkse omgang heel wat doen. In het derde deel van dit boek vind je heel wat tips en methodieken om samen met je leerlingen aan de slag te gaan. We verwijzen hier ook graag naar de CLIM-methode, een specifieke manier om samen met je leerlingen aan de slag te gaan in je klas. De CLIM-methode werd door het vroegere Steunpunt Intercultureel Onderwijs (nu het Steunpunt Diversiteit en Leren) ontwikkeld. CLIM, Coöperatief Leren In Multiculturele groepen, is een vorm van taakgericht groepswerk, waarbij kinderen leren omgaan met verschillende verantwoordelijkheden. Meer info over deze methode vind je op www.steunpuntdiversiteitenleren.be.
44
Differentiëren in functie van de leeftijd van de doelgroep is heel belangrijk, want niet alle inhouden zijn voor alle leeftijden geschikt. - Bij jonge kinderen van 4 tot 8 jaar hou je er best rekening mee dat wat we hen vertellen of laten zien over mensen uit het Zuiden voor hen herkenbaar moet zijn (bijvoorbeeld samenwonen met de familie, spelen met andere kinderen, verdrietig, blij, bang of boos zijn,…). - Kinderen van 9 tot 12 jaar kunnen zich wel al verder in de tijd en ruimte verplaatsen. Ze zijn nieuwsgierig naar wat in hun ogen op het eerste gezicht anders is. Ook voor deze leeftijd vormt de kennismaking met het gewone dagelijkse leven een goede opstap naar andere culturen. Het dagelijkse leven van een leeftijdsgenoot in het Zuiden toont de leerlingen herkenbare gevoelens. Vanuit concrete situaties kan duiding gegeven worden bij bepaalde problemen. Zuiver theoretische inzichten in economische, maatschappelijke en politieke structuren veronderstellen een abstractievermogen waar kinderen van de basisschool echter nog niet aan toe zijn.19 19
Meer info over de geschikte leeftijd voor mondiaal leren en over groeilijnen vind je in: De Wolf, B. (2002). Voorbij de kleuren. Studio Globo. Brussel.
Meet de mensenrechtentemperatuur van je klas 20 Mensenrechteneducatie is één van de invalshoeken van waaruit je aan wereldburgerschap kunt werken. Je doet echter niet aan mensenrechteneducatie door het enkel in je lessen over mensenen kinderrechten te hebben.
Wellicht doe je in je klas in het kader van opvoeden tot wereldburgers al heel wat. En waarschijnlijk kan je, als je hierop zou verder bouwen, nog heel wat boeiende initiatieven uitwerken.
Ook het mensenrechtenklimaat in de school en in je klas maakt er wezenlijk deel van uit.
Daarom willen we je voorstellen om je eigen mondiale werking in je klas eens tegen het licht te houden en na te denken wat je op dat vlak zou willen behouden enerzijds, maar ook wat je zou willen bijsturen, lossen en toevoegen anderzijds.
Maar wat verstaan we onder een mensenrechtenklimaat? Volgens VORMEN vzw ademt je klas een mensenrechtensfeer uit als:
Bij de werkdocumenten, achteraan in dit boek, vind je een evaluatieschema dat je hierbij kan helpen.
- je zorgt voor discipline, maar op een kindvriendelijke manier; - je als leerkracht een rolmodel bent voor de leerlingen en hen het goede voorbeeld geeft; - diversiteit geen hindernis is, maar een rijkdom in je klas; - ook je leerlingen aan het woord komen;
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Wat doe je reeds in het kader van opvoeden tot wereldburgers? Wat zou je nog beter kunnen doen?
Wat wil ik in mijn klas bereiken?
Oefening.
- je in je klas niet alleen kennis, maar ook mensenrechtenwaarden overdraagt.
20
Wil je onderzoeken hoe mensenrechtenvriendelijk jouw klas of school is? Neem dan snel een kijkje op www.vormen.org, want daar kan je de mensenrechtenthermometer gratis downloaden.
45
⁄
ç Ho
ACT
OM
n?
t aa e h k i k e pa
EI N
en eerling l n ij m kan ik u r g e r s? manier b e d k l l e e r w e Op en tot w opvoed
IED
VOORUITKIJKSPIEGE
L
Waar sta je? Waar wil je naartoe?
Op deze pagina stellen we je enkele reflectievragen. De vragen willen je een spiegel voorhouden, zodat je een beeld krijgt van wat je in je klas al doet en wat je zoal zou kunnen doen.
Op welke manier krijgt opvoeden tot wereldburgers momenteel een plaats in mijn lessen, in projecten, in excursies,…? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Werk ik vanuit vaste thema’s (bijvoorbeeld uit mijn handboek) aan opvoeden tot wereldburgers? Of speel ik in op de mogelijkheden die zich (bijvoorbeeld in de media) voordoen? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Op welke manier link ik mondiale thema’s aan andere thema’s die in mijn klas of school uitgewerkt worden (bijvoorbeeld milieuzorg of gezondheid)? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Aan welke eindtermen werk ik in het kader van opvoeden tot wereldburger? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 46
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Op welke manier werk ik met mijn leerlingen aan kennis, vaardigheden, en aan een houding als wereldburger? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Ga ik vak- en/of klasoverschrijdend te werk? Op welke manier?
Hoe breng ik de (wereld)actualiteit aan bod in de klas?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Op welke manier werk ik vanuit wat mijn leerlingen aanbrengen? Vertrek ik vanuit de diversiteit die binnen mijn klasgroep aanwezig is? (zie ook deel 3) ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Op welke manier laat ik mijn leerlingen participeren? (zie ook deel 3)
ç
Hoe maak ik het opvoeden tot wereldburger zichtbaar in de klas(inrichting)?
Hoe pak ik het aan?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Op welke manier tracht ik de leerlingen aan te zetten tot een solidaire houding of tot actie? (zie ook deel 3) ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Evalueer ik op regelmatige basis de mondiale werking in de klas? Evalueren mijn leerlingen dit ook? Op welke manier? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
47
BOUWSTENEN
Verwerk het opvoeden tot wereldburger niet enkel in mondiale projecten, maar ook in je lessen
Aan de slag met tips, inspiratie en voorbeelden.
“In allerlei lessen komen onderwerpen van de wereld naar voren. Wanneer het thema ‘wonen’ bijvoorbeeld besproken wordt, stel je als leerkracht automatisch de vraag hoe ‘hier’ en hoe ‘ginder’ gewoond wordt. De voornaamste vakken waarbij een link met het mondiale gelegd wordt, zijn muzische opvoeding, wereldoriëntatie, Nederlands en knutselen. Wiskunde valt er een beetje buiten. Toch worden ook hier linken gelegd met het Zuiden wanneer er tabellen worden gelezen, vraagstukken worden opgelost of schalen worden berekend.” De Wereldschool, Antwerpen
In heel wat lessen kan je rond mondiale thema’s aan de slag. We gingen op www.wereldwegwijzers.be kijken hoe dit kan. Enkele voorbeelden. - De lessen WO en godsdienst of zedenleer lenen zich er bij uitstek toe om rond de wereld aan de slag te gaan. Je kan specifieke thema’s in de lessen verwerken (bijvoorbeeld kindsoldaten) of je kan de gewone thema’s die in je lesmethode aan bod komen, uitbreiden met een wereldlink. Enkele voorbeelden. Bij het thema ‘handel’ kan je de scheve handelsverhoudingen op wereldvlak bekijken. Bij het thema ‘ouderen’ kan je stilstaan bij hoe men met ouderen omgaat in andere samenlevingen. Bij het thema ‘spelen’ kan je kennismaken met spelende kinderen in de hele wereld, enz. Op die manier krijgt het Zuiden een concreet gezicht en vermijd je dat je enkel over het Zuiden spreekt als over een probleem. Maak bij voorkeur afspraken met je collega-leerkrachten en ga na hoe je een leerlijn kan uittekenen. Dan kan je ervoor zorgen dat jouw thema’s en projecten een plaats vinden binnen die leerlijn. - Neem in de lessen Nederlands of Frans ook eens een boek of een verhaal uit het Zuiden in de hand. In elke bibliotheek vind je een schat aan mondiale lees- of prentenboeken. Ook in mondiale tijdschriften zoals ‘Samsam’21 of ‘Wereldreis’22 kan je heel wat input vinden.
21 22
48
Meer info over Samsam vind je op www.samsam.net. Meer info over abonnementen op Wereldreis vind je op www.studioglobo.be
o Mag ik spelen? Steunpunt GOK. (2006) o Playtime – 50 streetgames from kids worldwide. (2006) o Alle kleuren van de regenboog – Zuid-Afrika speelbundels. (2004) Deze boeken zijn gratis te ontlenen in de documentatiecentra van Kleur Bekennen. - Ook de lessen muzische vorming bieden een platform voor de expressie van de culturele rijkdom in de wereld: dans, muziek, kunst, … . Je kan beroep doen op heel wat organisaties en NGO’s die workshops aanbieden (zie www.kleurbekennen.be). Of je kan zelf met educatief materiaal, dvd’s of cd’s aan de slag gaan.
t
t
Hoe pak ik het aan?
- Ook in de lessen LO kan je af en toe een spel of sport uit het Zuiden aanleren. Ideeën of inspiratie kan je alvast vinden in de volgende boeken:
ç
- En de les wiskunde dan? Wel, andere culturen ontwikkelden andere rekenstelsels. Zo hadden de Maya’s een eigen rekenstelsel. Daar kan je even bij stilstaan. Of je kan in een rekenles het verschil berekenen tussen de gemiddelde leeftijd in België en andere landen in de wereld. Statistieken met detailgegevens over Zuiderse landen zijn geschikt materiaal om een actieve wiskundeles rond op te bouwen.
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄
“Tijdens ICT-onderwijs zoeken de leerlingen informatie op over het thema Mexico waarmee ze in andere vakken ook geconfronteerd worden. Tijdens taallessen worden lees- en luisteroefeningen in het thema gekaderd. Ook knutselactiviteiten behandelen het thema Mexico.” Basisschool ’t Paviljoentje, Sint-Pieters-Leeuw 49
Oefening. ondiale linken m er ov a n k en D ema’s vanuit de WO-thn bod komen die in je klas aa
Vertrek vanuit één familie of kin d uit een andere cultuur
aan nnen je WO-lessen n de thema’s die bi va llega’s tje co lijs e n er ee rd k ee aa M met één of m en m sa op lo er ov bod komen en en: onderstaande vrag hooljaar aan bod? men tijdens het sc eding, … ? - Welke thema’s ko elen, sprookjes, vo sp , en rk we n, ne Feesten, wo thema’s? de klas rond deze in n de rle ve t he in - Wat deed je ebieden? Binnen welke leerg linken legde je al? - Welke mondiale extra mondiale u je in de toekomst zo a’s em th lke we - Bij n? linken kunnen legge ? - Op welke manier bij wat - Hoe sluit dit aan
) doen?
kunnen je collega’s (zouden
Vertrekken vanuit een familie of kind uit een ander land is een dankbare methode om gedurende het ganse schooljaar in allerlei vakken mondiale linken te leggen.
Een schoolvoorbeeld. “Alle mogelijke thema’s kunnen aan het gezin gekoppeld worden zonder van het jaarprogramm a af te stappen. De verschillende thema’s die ieder jaa r in de klas aan bod komen (beroepen, speelgoed, fees ten, kleding, voedsel, familie, dieren, …) krijgen een mondiale link omdat er steeds teruggegrepen wordt naar Julio uit Guatemala of Kim uit Vietnam. Wanne er ik een thema aansnijd, wordt er bijna spontaan gev raagd hoe dat zit bij Julio of Kim. Het maakt alles zee r henkenbaar en concreet voor de leerlingen en maakt vergelijkingen tussen hier en ginder mogelijk.” De Bolster, Neerijse
50
Oefening. Neem met je leerkrachtenteam een aantal van je handboeken met een kritisch oog door en bekijk bij welke thema’s of hoofdstukken je een mondiale link zou kunnen leggen. Ga ook na op welke manier je dat zou kunnen doen. Markeer deze plaatsen in je handboek, zodat het tijdens het schooljaar in het oog springt en je het niet vergeet. Je kan dit bijvoorbeeld doen met een (wereld)stempel, met het Kleur Bekennen logo of met een teken dat je samen met je schoolteam of leerlingen ontwerpt hiervoor.
je klas
Opvoeden tot were ldburgers betekent leerlingen op een leren omgaan met verantwoorde man de wereld die hen ier omringt. Bovendien dat de beeldvormin blijkt uit onderzoek g over andere etni sche groepen in de vierde leerjaar voor samenleving vana al beïnvloed word f het t door de informat Mediaopvoeding dr ie di e de televisie geef ingt zich dus op. W t. e moeten kinderen beeldkeuze van re leren om bijvoorbe portages in het jour eld de naal te doorzien en televisie en internet kritisch om te gaan . met Een pleidooi dus om op regelmatige ba sis de actualiteit in en je leerlingen op de klas binnen te br een kritische manier engen naar de media te ler actualiteit op tal va en kijken. Je kan de n manieren binnen brengen in je klas. - Leer je leerlingen om met een kritisc he blik naar mediab lespakket INgeBE eelden te kijken. He ELD², dat Canon Cu t ltuurcel ontwikkeld ideeën en input. M e, biedt je heel wat eer info vind je op www.ingebeeld.be . - Werk met je klas op basis van de kran ten van één week uit waarbij de leerli een weekjournaa ngen zelf moeten l selecteren (en mot nieuwsberichten en iveren) welke beelden van de vo orbije week ze in hu opnemen en welke n journaal niet. - Maak in je lessen gebruik van krante nartikels. Gebruik lessen Nederlands bijvoorbeeld in je eens een krantena rti kel in het kader va of maak in de wisk n ‘begrijpend lezen undeles of de les W ’ O gebruik van statis je in de krant vindt tische gegevens di . e - Schrijf met je lee rlingen een opinie brief als antwoord raakt. op een artikel dat hen - Maak een media muur of mediaho ek in je klas, waar leerlingen nieuwsb je samen met je erichten verzamelt die hen interesseren . - Gebruik beelden van het (jeugd)jo urnaal om je lesse n te stofferen. - Volgende websit es brengen nieuw s op m aa t van je leerlingen: o www.samsam.ne t o www.cmo.nl (K lik op Per Expresse )
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
it een plaats in
Hoe pak ik het aan?
Laat af toe je handboeken voor wat ze zijn om een zijsprongetje richting ‘de wereld’ te maken. Je kan hiervoor heel wat leerrijk materiaal vinden in de documentatiecentra van Kleur Bekennen.
Geef de actualite
ç
Durf met leerstofvervangend materiaal te werken en duid in je handboeken aan waar mondiale linken mogelijk zijn
51
Maak gebruik van ervaringsgerichte en speelse activiteiten In het boek ‘Opvoeden tot wereldburger’ dat door Unicef in samenwerking met het NCOS ontwikkeld werd, vind je tientallen speelse activiteiten. Via de activiteiten die in het boek omschreven worden, kunnen de leerlingen kennismaken met de volgende vijf thema’s: 1) onderlinge afhankelijkheid,
Heel wat eindtermen en ontwikkelingsdoelen bieden aanknopingspunten! Tal van ontwikkelingsdoelen en eindtermen voor het basisonderwijs bieden mogelijkheden voor een mondiale invulling. Op www.wereldwegwijzers.be bracht men de belangrijkste samen en geeft men telkens een voorbeeld van een mondiale invulling. Twee voorbeeldjes ter illustratie. o
Eindterm WO 4.11. De leerlingen kunnen illustreren dat arbeidsmigratie en het probleem van vluchtelingen een rol hebben gespeeld bij de ontwikkeling van onze multiculturele samenleving. Voorbeeld van een mondiale invulling. De leerlingen gaan na of en waarom in de eigen stad of regio een grotere/kleinere concentratie van mensen uit andere culturen of taalgroepen aanwezig is dan elders in Vlaanderen.
2) beelden en beeldvorming, 3) sociale rechtvaardigheid, 4) conflict en conflictoplossing, 5) verandering en toekomst. Het boek is een bijzonder rijke bron van info, boordevol ervaringsgerichte activiteiten die je heel makkelijk binnen je klas kan uitwerken.
Fountain, S. (1996). Opvoeden tot wereldburger 1. Handboek voor de leerkracht van het basisonderwijs. Bakermat.
o
Eindterm WO.4.3. De leerlingen kunnen met een zelf gekozen voorbeeld het nut en het belang aangeven van een collectieve voorziening, waarvoor de overheid zorg draagt. Voorbeeld van een mondiale invulling. De leerlingen begrijpen dat water in België een overheidsaangelegenheid is, maar dat bijvoorbeeld in Zuid-Afrika er veel problemen zijn door de privatisering ervan, wat hoge kosten en slechte kwaliteit met zich meebrengt.
23
24
Wil je de volledige lijst zien? Surf dan snel naar www.wereldwegwijzers.be.
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄
52
- Vertel over de individuele situatie van kinderen uit een andere cultuur. Breng het gewone leven van kinderen in andere culturen in beeld. - Wees je ervan bewust dat je meestal praat vanuit een Westers perspe ctief. Probeer samen met je leerlingen de dingen ook eens vanuit een ander oogpunt te bekijken. - Leg verbanden tussen oorzaken, gevolgen en oplossingen van grote problemen. - Vermijd stereotypen en veralgemeningen, want al te vaak vormen deze een basis voor discriminatie. - Laat de kinderen stilstaan bij hun eigen denkpatronen, gedrag en vooroo rdelen tegenover andere culturen.
deel 2 AAN DE SLAG in je klas Evalueer regelmatig wat je doet Regelmatig achterom kijken samen met je collega-leerkrachten of samen met je leerlingen helpt je om je mondiale werking stee ds weer te verbeteren. Leuke evaluatietechnieken vind je in deel 3 van dit boek.
Hoe pak ik het aan?
Als leerkracht heb je een grote invloed op het beeld dat je leerlingen ontwikk elen over andere culturen. Jouw houding als leerkracht is dus van cruciaal belang. We geven je alvast enkele tips om in je klas aan een correcte beeldvorming te werken. - Neem de verscheidenheid in je klas/school en in de wereld als vertrekp unt. Vertel de kinderen dat mensen gelijkwaardig zijn, ook al verschillen ze qua kleur, taal of religie. - Geef een genuanceerd en veelzijdig beeld van andere culturen. Exotisch e beelden van een andere cultuur vermijd je beter.
ç
Heb oog voor een correcte beeldvorming
Pas op voor de volgende valkuilen:
atieve connotatie en vermijd - Gebruik geen woorden met een neg verkleinwoorden. tellingen, maar probeer een gevoel - Vermijd zwart-wit en wij-zij tegens van verbondenheid te creëren. de continent, want dit doet afbreuk aan - Benoem een land nooit als een is. ig e landen aanwez diversiteit die binnen de verschillend l verhaal. Realiteit moet realiteit - Fantaseer niet verder op een reëe blijven. Fantasie is fantasie.
53
⁄
é b ik g ag e h e a b e k ij l houde gen op Welke in m mijn leerlin r s? o dburge l e (nodig) r e w en tot te voed
VOORUITKIJKSPIEGE
OM
EI N
er v o k i k i Besch kennis en e de nodig igheden? D E vaard
I T C A
Waar sta je? Waar w il
L
je naartoe?
Op deze pagina stellen we enkele reflectievragen over jouw inhoudelijke bagage met betrekking tot wereldburgerschap. Je hoeft niet alle vragen te beantwoorden. Je kiest er enkel die vragen uit die voor jou relevant zijn. De rest laat je vallen of hou je voor later. We geven je ook geen quotering op basis van je antwoorden. Wij bepalen niet of je ‘veel van de wereld afweet’ en bijgevolg goed bezig bent of niet. De vragen zijn enkel bedoeld om je te helpen nadenken over de bagage die je (nodig) hebt om je leerlingen op te voeden tot wereldburgers.
Over welke mondiale bagage beschik ik? Over welke kennis? Over welke ervaringen? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Ben ik zelf een wereldburger? In welke zin? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Heb ik het gevoel dat deze bagage voldoende is om mijn leerlingen op te voeden tot wereldburgers? Waarom (niet)? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 54
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Volg ik de (wereld)actualiteit zodat ik dit in mijn klas kan gebruiken? Hoe doe ik dit?
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Waar kan ik info vinden over mondiale thema’s en over opvoeden tot wereldburgers?
Heb ik nood aan nascholing om mijn leerlingen te kunnen opvoeden tot wereldburgers? Welke nascholing? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Waar kan ik terecht voor deze nascholing? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
é
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Kennis en vaardigheden
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Heb ik nood aan begeleiding door een externe specialist hieromtrent (bijvoorbeeld een NGO-medewerker)? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
55
De leerkracht als voorbeeld
BOUWSTENEN
Aan de slag met tips, inspiratie en voorbeelden.
“Enerzijds moet er voldoende materiaal in de school aanwezig zijn waarmee de leerkrachten aan de slag kunnen om hun lessen voor te bereiden, anderzijds moet het thema leven in de leraarskamer. Wanneer leerkrachten zien en horen hoe hun collega’s de mondiale thema’s integreren in hun lessen, bestaat de kans dat ook zij de stap zetten naar een mondiale werking in hun klas” Vrije Basisschool De Ark, Mechelen
56
c
De wereld een plaats geven in je klas is een belangrijke stap in de opvoeding van kinderen tot wereldburgers. Jouw houding als leerkracht is hierbij van cruciaal belang. Als leerkracht heb je namelijk een grote invloed op het beeld dat je leerlingen ontwikkelen over de wereld. Want volwassenen zijn een voorbeeld voor kinderen, zeker wat betreft morele of ethische thema’s. Daarom is het belangrijk dat je als leerkracht zelf een open houding aanneemt. Ingrijpen wanneer een leerling een negatieve uitspraak doet over iets of iemand die anders is, is een must. Om wereldburger te worden, heeft een kind daarenboven de ruimte nodig om in contact te komen met diversiteit. Daarvoor kan jij als leerkracht zorgen. Ons motto is: “Zeg wat je doet, en doe ook wat je zegt!“
Waar kan ik terecht voor bijscholing over het Zuiden? Heel wat educatieve organisaties en NGO’s bieden studiedagen aan. Deze studiedagen kunnen het leerkrachtenteam inspiratie geven. De organisaties werken rond tal van thema’s en de lesgevers van deze vorming verwijzen vaak naar de eindtermen en ontwikkelingsdoelen die bij het thema van de vormingsactiviteit aansluiten. Op www.kleurbekennen.be tref je hiervan een overzicht aan.
We gingen onze mosterd onder andere halen op www.wereldwegwijzers.be
Jaarlijks vinden er in Vlaanderen verschillende filmfestivals plaats waar de mondiale film een hoofdrol krijgt. We denken onder andere aan: o Het Afrika Filmfestival in Leuven: www.afrikafilmfestival.be o Open doek in Turnhout: www.opendoek.be o Cinema Novo in Brugge: www.cinemanovo.be Daarnaast kan je ook bij Bevrijdingsfilms (www.bevrijdingsfilms. be) of bij Jekino (www.jekino.be) terecht voor het ontlenen van mondiale films. Bovendien ontwikkelde Kleur Bekennen Antwerpen de brochure ‘Kleur Bekennen in de Cinema’. In deze brochure vind je educatieve pakketten die aansluiten bij het schoolaanbod van Open Doek.
2. Tentoonstellingen. Heel wat musea, NGO’s en overheidsinstellingen organiseren (tijdelijke) tentoonstellingen rond een mondiaal thema. Interesse? Neem dan zeker een kijkje op de volgende websites: a. Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren: www.africamuseum.be b. Het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel: www.bozar.be c. Het Koninklijk Museum voor Kunst en Geschiedenis in Brussel: www.kmkg-mrah.be d. Het Tropenmuseum in Amsterdam: www.tropenmuseum.nl e. Het Etnografisch Museum in Antwerpen: http://museum.antwerpen.be/etnografisch_museum/ f. Het Wereldmuseum in Rotterdam: www.wereldmuseum.nl g. www.dgos.be h. www.11.be
é
Meer info vind je op www.kleurbekennen.be.
Kennis en vaardigheden
1. Mondiale films.
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Waar kan ik mij verdiepen in de wereld?
3. Mondiale lectuur. a. Er bestaat heel wat lectuur over opvoeden tot wereldburgers. We kunnen je alvast doorverwijzen naar volgende bronnen: i. ‘Voorbij de kleuren, Intercultureel en mondiaal leren in het basisonderwijs.’ Dit boek wil je op weg zetten om iets zinvols aan de wereld rondom ons te doen, beginnend bij je eigen klas en school.25 ii. ‘Opvoeden tot wereldburger.’ Handboek voor de leerkracht van het basisonderwijs. In dit boek vind je boeiende en praktische klasactiviteiten die geïntegreerd kunnen worden in het bestaande leerplan.26 iii. ‘Kwaliteitsindicatoren mondiale vorming.’ Een handige beoordelingsfiche voor leermiddelen mondiale vorming.27 b. Achtergrondinformatie en romans uit het Zuiden. Via www.11.be vind je heel wat achtergrondinfo bij Noord-Zuid thema’s. De landenreeks van 11.11.11. geeft telkens beknopte en overzichtelijke informatie per land. En romans uit het Zuiden? De uitgeverij van 11.11.11. geeft heel wat boeiende werken uit.
De Wolf, B. (2002). Voorbij de kleuren. Studio Globo. Brussel. 26 Fountain, S. (1996). Opvoeden tot wereldburger 1. Handboek voor de leerkracht van het basisonderwijs. Bakermat. 27 VLOR ( 2002). Kwaliteitsindicatoren mondiale vorming. 25
57
4. Inleefreizen naar het Zuiden. n Inleefreizen naar het Zuide r nie ma en zijn een uitgelez om een beklijvende en diepgaande ervaring op te doen. Inleefreizen zijn géén toeristische reizen. t Het doel is mensen uit he Je . ten oe Zuiden te ontm maakt even deel uit van , het gewone familieleven de t me je maakt kennis , arbeidsomstandigheden aan k zoe be je brengt een en organisaties die zich inzett e lijk pe voor maatschap t verandering, … .Heel wa lle svo eit alit kw NGO’s bieden w. ww Op . inleefreizen aan d je wereldwegwijzers.be vin een overzicht.
in erswerk n in je g i l l i w j i inge 6. Vr nenwerk o t h c o l l a g. omgev in en in
eewerk iet kan m n je f o a uurt. Het Ga eens n nenwerking in je b to . Nuttige een alloch ntacten opleveren mc.be co www.v zal je rijke inden op v je nder de n a k ntrum), o e c adressen n e d e inderh (Vlaams M ks’. in rubriek ‘l
58
5. Vrijw illigerswerk in Noord-Zuidwerkingen in je omgev ing. Als vrijwilliger in een Noord-Zuidorganisatie maak je niet enkel kennis met tal van Zuidprojecten, maar krijg je ook heel wat info over mondiale thema’s en je kan door je engagement ervaren dat een andere wereld werkelijk mogelijk is. Je kan je bij heel wat NGO’s als vrijwilliger aansluiten: 11.11.11., Noë, Broederlijk Delen, Vredeseilanden, Amnesty International, Oxfam Wereldwinkels, … .
7. Contacten met mensen uit het Zuiden die hier wonen. Contacten met mensen uit het Zuiden die in Vlaanderen wonen, kunnen erg verrijkend zijn. Het abstracte Zuiden krijgt een concreet gezicht. De mensen uit het Zuiden worden concrete mensen met verlangens en wensen net zoals wij. Vanuit deze ontmoeting zal je ook in de klas op een respectvolle wijze het Zuiden kunnen belichten.
8. Uitwisseling met mensen, scholen of projecten in het Zuiden. Contacten met mensen, scholen of projecten in het Zuiden zijn bijzonder leerrijk. Daarom ontwikkelden we het infoboekje ‘Expeditie Exchange’, boordevol informatie over hoe je een uitwisseling met het Zuiden kan opzetten. Je kan het boekje gratis opvragen via
[email protected].
1) Alle culturen hebben een buitenkant, aspecten die tastbaar en zichtbaar zijn: kledij, voorwerpen, kunst en muziekinstrumenten. Het zijn de dingen die mensen kopen als ze in een land op vakantie zijn.
Waar situeer je bijvoorbeeld het eten met stokjes in China? Of het suikerfeest in de moslimcultuur?
2) Pel je er een laagje af, dan bots je op de laag van taal en symbolen. Deze is minder tastbaar, maar toch nog vrij duidelijk waarneembaar.
Welke lagen wil je met je leerlingen benadrukken? Enkel de buitenste laag?
3) Graven we nog wat dieper dan komen we bij een nieuwe laag: die van de rituelen. Handelingen die vaak herhaald worden en die herkend en gedeeld worden door een groep van mensen. Bijvoorbeeld onze suikerbonen bij de geboorte.
Of wil je ook wat “dieper graven”. Wij kiezen alvast voor dat laatste.
4) Dan maken we kennis met de laag waar de helden thuishoren. Helden zijn personages naar wie een groep mensen opkijkt of waarmee men zich identificeert. 5) De ui is nu bijna volledig afgepeld. In de kern vinden we het meest onaantastbare: de culturele principes, waarden, normen, afspraken en regels die vaak onbewust binnen een groep mensen aanwezig zijn. Het is het meest verborgen deel en het moeilijkst om te ontdekken. Waarden en normen zijn heel bepalend. Je krijgt ze als het ware vanaf je geboorte ingelepeld.
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Als je in je klas of school rond een bepaald land aan de slag gaat, denk dan vooraf met een aantal leerkrachten al eens na over de verschillende lagen in de cultuur.
Kennis en vaardigheden
De cultuur van een land of regio kan je vergelijken met een ui. Geen twee uien zijn identiek, maar alle uien lijken op elkaar. Je moet de verschillende lagen van de ui afpellen om tot de diepste kern te komen.
Oefening.
é
Beperk je niet tot de meest zichtbare cultuuruitingen
Met de ui willen we je duidelijk maken hoe rijk een cultuur is. Het gaat veel verder dan exotische kledij of een gerecht klaarmaken. Kortom, een pleidooi om je bewust te zijn van de complexiteit en gelaagdheid van een cultuur en om dit ook aan je leerlingen over te brengen. Maar ook een pleidooi om niet al te zeer te focussen op de verschillen, want we moeten het toegeven: al bij al lijken alle uien best wel op elkaar.
59
⁄
è (nodig n heb ik e l e d id en Welke m klas op te voed ? om mijn burgers d l e r e tot w
VOORUITKIJKSPIEGE
)
L
OM
EI N
iaal r e t a m e nodig ikking? t e h k i Heb esch b r e t d l en ge
A
D E I CT
Waar sta je? Waar w il
je naartoe?
Koken kost geld. Maar met geld alleen maak je geen heerlijk gerecht klaar. Het belangrijkste bij het koken, zijn de ingrediënten die je kiest. Ook bij het opvoeden tot wereldburgers werkt het zo. Met geld kan je veel dingen kopen en doen, maar geld biedt geen garantie op een kwaliteitsvol proces. Het is daarom belangrijk om goed na te denken over de materialen die je in je klas wilt gebruiken: de handboeken, spelen, tijdschri ften, websites,… . Daarom deze vooruitkijkspiegel, om even kritisch stil te staan bij de middelen die je in je klas gebruikt om aan wereldburgerschap te werken.
Welk educatief materiaal (bijvoorbeeld informatieve spelen, handboeken, tijdschriften, media, internet) gebruik ik in mijn klas om aan wereldburgerschap te werken? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Is dit materiaal van de school? Of is het materiaal dat ik zelf verzamelde? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 60
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Komt opvoeden tot wereldburgers aan bod in de handboeken die ik gebruik in mijn klas? Regelmatig? Op welke manier? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Waar kan ik (educatief ) materiaal vinden?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Beschikt de school over een mediatheek? Is er in deze mediatheek aandacht voor mondiaal materiaal? Wat zou anders of beter kunnen? (zie ook deel 1) ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Van welke media en websites maak ik in mijn lessen gebruik? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Beschik ik als leerkracht over een budget waarmee ik educatief materiaal kan voorzien om in mijn klas aan wereldburgerschap te werken? (zie ook deel 1) …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
è
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Heb ik het nodige materiaal en geld ter beschikking?
Let mijn school er bij de aankoop van educatief materiaal (bijvoorbeeld de handboeken en lesmethodes) op of er in het materiaal aandacht uitgaat naar het opvoeden tot wereldburgers? (zie ook deel 1)
61
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄
BOUWSTENEN
Aan de slag met tips, inspiratie en voorbeelden.
“Na een vormingssessie van Alfa kwam de werkgroep op het idee een ‘wereldkast’ te maken, vol met boeken, foto’s, zelf uitgewerkte lesmaterialen en activiteiten die leerkrachten in hun klas uitprobeerden. Op die manier is er in de school een centrale plaats waar leerkrachten kant-en-klaar materiaal vinden om rond mondiale thema’s te werken in hun klas. Tegelijk is er een leerkracht op school die reeds met dat materiaal gewerkt heeft en uitleg kan geven of ervaringen kan uitwisselen. Daarnaast zijn er ook stickertjes geplakt op alle boeken in de schoolbib die een link leggen met het mondiale. Doordat de stap naar de wereldkast en de schoolbib voor sommige leerkrachten té groot blijkt te zijn, verzamelt de werkgroep ook specifiek materiaal rond het mondiale thema dat op dat moment op school uitgewerkt wordt, en legt dit in een hoek van de lerarenkamer.” Basisschool De Ark, Mechelen
Ontleen gratis lesmateriaal in de documentatiecentra van Kleur Bekennen Een schat aan educatief materiaal. Het is belangrijk om ook in je reguliere lessen mondiale thema’s aan te kaarten. Educatief materiaal kan je hierbij helpen. In de documentatiecentra van Kleur Bekennen vind je een schat aan materialen: lesmaterialen, educatieve spelen, foto’s, video’s, dvd’s, enz. Allemaal actueel materiaal, klaar om in je lessen te gebruiken én gratis te ontlenen. Bovendien werden al deze materialen op hun kwaliteit gescreend, waardoor we garant kunnen staan voor een kwaliteitsvol aanbod. Een doccentrum in elke provincie. In elke provincie en in Brussel is er een documentatiecentrum. De adressen vind je achteraan in dit boek. De medewerkers geven je graag advies en helpen je om het geschikte lesmateriaal te vinden. Een overzicht van het aanwezige materiaal vind je op www. kleurbekennen.be.
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ 62
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄
Wie zal dat betalen? In deel 1 van dit boek vind je (in het Actiedomein 4) een overzicht van de subsidiekanalen waar je als school beroep op kan doen. Bekijk dit samen met je directie of met het volledige leerkrachtenteam.
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
⁄ ⁄
Als je in je klas met lesmateriaal aan de slag gaat, bekijk dan steeds of het materiaal kwaliteitsvol is. Let hierbij vooral op volgende aspecten: - Is het materiaal aangepast aan de leeftijd van jouw leerlingen? - Wordt het Zuiden op een genuanceerde en realistische manier in beeld gebracht? - Komen er verschillende invalshoeken en standpunten aan bod? - Is er oog voor de diversiteit in het land of thema, of vertrekt het materiaal vanuit veralgemeningen? Komen alle lagen van de bevolking aan bod, het platteland en de stad? - Vertrekt het materiaal vanuit de leefwereld van een kind in het Zuiden? - Zet het materiaal je leerlingen er toe aan om na te denken over hun eigen gedrag en over hun vooroordelen tegenover andere landen en culturen? - Zet het materiaal aan tot actie? - Krijg je in het materiaal een diversiteit aan werkvormen en methodieken?
Heb ik het nodige materiaal en geld ter beschikking?
Doorheen dit spel maak je kennis met heel wat lesmateriaal. Je leert het materiaal op een kritische manier te beoordelen en je gaat op zoek naar klas- en schoolactiviteiten die erbij aansluiten. Een verrijkende ervaring! Het spel kan zowel gespeeld worden in de documentatiecentra als bij jou op school. Meer info vind je op www.kleurbekennen.be.
Bekijk het lesmateriaal met een kritisch oog
è
Wil je samen met enkele collega’s aan de hand van een spel kennis maken met kwaliteitsvol mondiaal lesmateriaal? Dat kan! Want Kleur Bekennen begeleidt gratis het spel ‘De kortste weg naar Timboektoe’.
⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄ ⁄
Speel met enkele collega’s ‘De kortste weg naar Timboektoe’
63
Enkele tips en ideeën om het Zuiden zichtbaar te maken in je klas 28
Werken met een wereldkaart. Hang in je klas een wereldkaart op. Telkens een bepaald land ter sprake komt, duid je dat land aan op deze wereldkaart. Een bizarre, maar interessante versie van de wereldkaart wordt verkocht door 11.11.11. Ze is gebaseerd op de Petersprojectie en geeft (in tegenstelling tot de wereldkaarten die meestal gebruikt worden in de klas) alle landen op dezelfde schaal weer. Zo valt meteen op dat het Zuiden veel groter is dan we wel dachten! Een handige geplastificeerde Peterskaart kan je bestellen via www.11.be/winkel.
Boekenhoek. Plaats in je bo ekenhoek niet enkel boeken van Vl aamse of Ned erlandse auteurs, maar ga ook eens over de grenzen kijken . Er bestaan ni et alleen heel wat inte ressante boek en van auteurs uit het Zuiden, maar oo k heel wat lees- en pr entenboeken va n over de hele wereld. Speciaal voor kl euters en de eerste graad lager on derwijs werd de m ondiale boek enkoffer ‘Zoeken in wer eldboeken’ on twikkeld. Op www.wer eldwegwijzer s.be zie je waar je deze koffer kan ontle nen.
Mediahoek. Zo’n mediahoek kan je vullen met mondiale nieuwsberichten, boeken, tijdschriften, cd’s, dvd’s of interessante websites. Interessant zijn ook de mondiale TV-fragmenten uit het KetNet-jeugdjournaal Karrewiet, uit W@=D@? of uit Man bijt Hond. Let er in de mediahoek wel op dat je niet enkel focust op negatieve berichtgeving en dat je geen stereotypen bevestigt.
28
64
We vonden inspiratie op www.wereldwegwijzers.be
Afbeeldingen.
Bij de inkleding van je klas met foto’s, afbeeldingen of kunstvoorwerpen kan je ook het Zuiden een plaats geven. De 11.11.11. –kalender is daarbij zeker een aanrader. Je kan hem een vaste plaats geven in je klas en je kan maandelijks even stilstaan bij de nieuwe foto. Op de achterzijde van de foto vind je telkens wat achtergrondinfo. Een abonnement op ‘Wereldreis’ bezorgt je meteen de nodige didactische tips om rond de foto aan de slag te gaan. Het tijdschriftje ‘Wereldreis’ kan je bestellen bij Studio Globo (www.studioglobo.be).
Deze website, die door Canon ism Jeugd & Vrede werd opgezet, geeft leerkrachten concrete bouwstenen voor vredesopvoeding met praktijkvoorbeelden, boeken, films en organisaties. ⁄ Wereldwegwijzers: www.wereldwegwijzers.be Een website boordevol wereldideeën. “Doe de wereldtest” en ontdek naar welke wereldideeën jouw basisschool op zoek is. ⁄ Costawat: www.costawat.be Deze onderwijswebsite van Vredeseilanden werd gemaakt voor het basisonderwijs en de eerste graad secundair onderwijs. Vanuit het leven van biokoffieboeren in Costa Rica en bioboeren in Vlaanderen maak je kennis met begrippen als Fair Trade en bio. ⁄ Het leermiddelenplein: www.leermiddelenplein.nl Een leermiddelendatabase voor basis-, secundair en beroepsonderwijs. ⁄ Per Expresse: www.cmo.nl Dit is een leskrant die vier keer per jaar verschijnt. Elke editie behandelt een actuele gebeurtenis in het wereldnieuws. De leskrant bestaat uit een docentendeel en een leerlingendeel. ⁄ Mensenrechteneducatie: www.vormen.org Op deze website van VORMEN vzw vind je heel wat methodieken, links en achtergrondinfo over mensenrechteneducatie. ⁄ Samsam: www.samsam.net De digitale versie van het welgekende tijdschrift rond mondiale thema’s. Via onder meer een wereldkaart kan je diverse landen aanklikken en krijg je informatie over maatschappij, economie, natuur en cultuur, verteld door een kind uit het land zelf. ⁄ Unicefkids: www.unicefkids.be De mascotte Oona, vriendje van UNICEF, gidst de leerlingen door de website. De acties van UNICEF op het terrein komen er aan bod alsook verhalen van kinderen wereldwijd, spelletjes en de acties van UNICEF in België, zoals onder andere de Wereldklassen. ⁄ Webquest Broederlijk Delen: http://mail.bdwzz.be/webkwesties/ Een webquest over Burkina Faso die door Broederlijk Delen ontwikkeld werd. De leerlingen krijgen een startpagina te zien met alle links die ze nodig hebben. Op basis van vragen gaan ze opzoekwerk verrichten waarbij ze gebruik maken van de verzamelde bronnen. Als leerkracht begeleid je hen door de opdracht goed af te bakenen én te voorkomen dat ze afdwalen in cyberspace. ⁄ 2015. Ik loop mee: www.2015ikloopmee.be Een knappe website over de milleniumdoelen die op maat van kinderen werd gemaakt.
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
⁄ Vrede kan je leren: www.vredeseducatie.be
Heb ik het nodige materiaal en geld ter beschikking?
We geven je hier alvast een voorproefje:
è
Verken het web en ga op zoek naar educatieve websites boordevol methodieken om aan de slag te gaan
65
en enwerk m a s ik n k an e voede t p o Me t wie n e leerling urgers? om mijn eldb tot wer
OM
kan ik e i w t e M n? e k r e w n same
EI N
⁄
ê
A
D E I CT
VOORUITKIJKSPIEGE
L
Waar sta je? Waar w il
je naartoe?
Een school kan geen eiland zijn los van de buurt en de samenleving. Net zoals het opvoeden tot wereldburgers geen eilandje kan zijn binnen het schoolgebeuren. Daarom stellen we je in dit actiedomein een aantal reflectievragen die in beeld brengen met wie je momenteel al samenwerkt en met wie je dat in de toekomst zou kunnen doen.
Op welke manier word ik gesteund door de directie en het schoolbestuur? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wisselen we op school info uit tussen leerkrachten over opvoeden tot wereldburgers? Op welke manier? Hoe vaak? (zie ook deel 1) ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 66
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Op welke manier betrek ik mijn leerlingen bij het opvoeden tot wereldburgers in de klas? (zie deel 3) …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Is er op school een trekkers- of werkgroep die jou ondersteuning biedt bij het opvoeden tot wereldburgers? (zie ook deel 1)
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Met welke personen, organisaties of instanties in de buurt van de school werk ik samen in het kader van wereldburgerschap? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Doe ik beroep op externe specialisten om mij te helpen bij het opvoeden tot wereldburgers (bijvoorbeeld NGO’s)?
ê
Hoe betrek ik de ouders van mijn leerlingen bij het opvoeden tot wereldburgers?
Met wie kan ik samenwerken?
…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
67
Ga samen met je leerlingen aan de slag
BOUWSTENEN
Aan de slag met tips, inspiratie en voorbeelden.
“Actieve participatie en betrokkenheid is de sterkte van deze school en een succesfactor voor het welslagen van opvoeden tot wereldburgerschap. Het is niet mogelijk kinderen tot wereldburgers op te voeden, zonder goede samenwerking met de ouders. Ouders en school moeten op eenzelfde golflengte zitten. De school profileert zich als multiculturele school en verwacht van de ouders van haar leerlingen een open houding naar de multiculturele samenleving toe.” Basisschool ’t Regenboogje, Etterbeek
“Er worden initiatieven genomen om de buurtbetrokkenheid te verhogen. Zo maakten de leerlingen mozaïektegels die in de stoep rondom de schoolomgeving verwerkt zijn. Op die manier laat de school zien dat ze ‘er staat’ en op een positieve manier aanwezig wil zijn in de buurt.” Basisschool De Grondels, Anderlecht
68
Werken aan wereldburgerschap doe je samen met je leerlingen. Als leerkracht verdwijn je echter niet van het toneel. Je hoeft geen domeinen af te staan aan de kinderen. Neen. Er zijn verschillende gradaties van betrokkenheid mogelijk. Leerlingen kunnen meer of minder deelnemen aan beslissingen. Leg je je oor te luisteren bij de leerlingen? Of vraag je expliciet hun advies? Ga je met hen in overleg en zoek je samen voorstellen en oplossingen? Of ga je verder en geef je ze ook de mogelijkheid om mee de knoop door te hakken? Je zou het schematisch als een participatiecontinuüm kunnen voorstellen. In het derde deel van dit boek vind je in Actiedomein 1 meer info over dit continuüm én heel wat methodieken om samen met je leerlingen aan de slag te gaan.
Uitwisselen binnen het leerkrachtenteam: hoe doe je dat? Van je collega’s kan je heel wat leren, dat staat als een paal boven water. Je komt te weten hoe zij het aanpakken in hun klas en welke methodes zij hanteren om hun leerlingen op te voeden tot wereldburgers. Je kan samen met hen afstemmen om tot een groeilijn te komen. Regelmatig van ideeën en gedachten wisselen met je collega’s is dus belangrijk. Je kan dit af en toe op informele basis doen. Maar we willen je er ook toe aanzetten om de uitwisseling tussen collega’s op regelmatige basis een plaats te geven in de teamvergaderingen op school. Hoe je dit kan doen, lees je in deel 1 van dit boek, in Actiedomein 3.
Het Steunpunt GOK definieert vier vormen van ouderbetrokkenheid. 2) actieve betrokkenheid: meeMAKEN en MEEmaken
3) Ondersteunen interactie met kind over klasgebeuren, leesouders, …
Denk samen met je collega’s eens na over hoe je deze vier vormen van ouderbetrokkenheid bij jou op school zou kunnen invullen. We geven je alvast enkele ideeën:
⁄ Grijp alle gelegenheden aan om de (groot)ouders te informeren over
de initiatieven die je in de klas neemt. Je kan dit onder andere doen door middel van een tentoonstelling in de schoolgangen, door op de schoolwebsite of in de schoolkrant verslag uit de brengen van de activiteiten of door het schoolfeest in een mondiaal thema te organiseren.
⁄ Wees consequent in je mondiaal beleid op school. Bied de (groot)ouders op schoolfeesten, oudercontacten of recepties bijvoorbeeld eerlijke producten aan. Voorzie voor de (groot)ouders ook inhoudelijke duiding bij deze producten.
⁄ Laat de (groot)ouders actief meedenken over en deelnemen aan activiteiten die je organiseert. Betrek hen bij de ‘eerlijke kooknamiddag’, vraag hen om een mondiaal spel mee te begeleiden in je klas, of laat hen een sprookje vertellen afkomstig uit hun eigen culturele achtergrond.
samenwerken met (groot)ouders, begeleiden door ouders op schooluitstappen, voorleesouders, kookouders, feesten met de ouders, ouders betrekken bij onderwijsactiviteiten, schoolfeest, open klasmoment, hoekenouders (kookhoek, knutselhoek, vreemde talenhoek), ideeënbus, … 4) Inspraak / Meedenken samen nadenken, discussiefora of infoavond, ervaringsuitwisseling, oudercomité, moedergroep, papagroep, participatieraad, …
Met wie kan ik samenwerken in de buurt? Een leuke oefening Leren is geen exclusief schoolse aangelegenheid. Ook buiten de schoolpoorten worden de leerlingen dagelijks geconfronteerd met een waaier aan (leer)ervaringen. Door de buurt als leeromgeving te erkennen en te hanteren, is het schoolgebeuren niet langer geïsoleerd van de leergemeenschap eromheen en wordt het schoolleven verrijkt met de verscheidenheid die de buurt in zich draagt. De volgende oefening is een leuke manier om samen met je leerlingen de buurt van de school in beeld te brengen. Maak tijdens een buurtwandeling met je klas een overzicht van alle mogelijke contacten in de buurt die interessant zouden kunnen zijn in het kader van wereldburgerschap, maar die tot nu toe onbenut gelaten werden. Bijvoorbeeld interessante buurtbewoners, bepaalde plaatsen in de buurt, interessante instanties, … .Je zult versteld staan van de mogelijkheden die in de buurt van de school voor het grijpen liggen. Breng al deze ideeën visueel in beeld op een kaart van de buurt. Zo zorg je ervoor dat de kostbare ideeën niet verloren gaan.
Met wie kan ik samenwerken?
schoolpoortcontacten, oudercontact, heen-en weerschriftje, klasagenda, infobrochure, informatiebord of –zuil, open klasdagen, informatieavonden, schoolkrantje, brieven en uitnodigingen, rondleidingen in de school, week-, maand- of jaarkalender, website, praatcafé, enquête, …
ê
1) Informeren
deel 2 AAN DE SLAG in je klas
Op welke manier kan ik de ouders van mijn leerlingen betrekken?
69
Concrete voorbeelden van mogelijke partners in je buurt ⁄ Ga na welke linken de leerlingen in je klas of school hebben met
het Zuiden. Misschien via familie of vrienden of omdat ze nog in het Zuiden gewoond hebben.
⁄ Breng met je klas een bezoek aan de Wereldwinkel in de buurt.
Het hoeft uiteraard niet beperkt te blijven tot één bezoekje. Je kan op heel wat manieren samenwerken. Zo kan je met je klas bijvoorbeeld affiches maken om de Wereldwinkel bekend te maken op school en in de buurt. Of de leerlingen kunnen samen met de wereldwinkelverantwoordelijke de etalage van de winkel verzorgen. Je kan ook een langdurige samenwerking aangaan en bijvoorbeeld een Wereldwinkel op school organiseren.29
Een uitwisseling met een klas of school in het Zuiden? De wereld is een dorp geworden, horen we wel vaker zeggen. Steeds meer scholen steken momenteel de dorps-, stads- en zelfs landsgrenzen over om contacten op te bouwen met scholen of personen in het Zuiden. Speciaal voor die scholen die een uitwisseling willen opzetten met een school in het Zuiden, die op inleefreis gaan, of die een actie organiseren voor een project in het Zuiden, publiceerde Kleur Bekennen het infoboekje ‘Expeditie Exchange’. Een houvast voor alle scholen die bruggen willen bouwen met het Zuiden. Je kan ‘Expeditie Exchange’ gratis aanvragen door een mailtje te sturen naar
[email protected].
⁄ Bracht je al een bezoek aan de gemeente? Zoek met je klas op
wie er in de gemeente samenwerkt met het Zuiden. De schepen? De consulent of ambtenaar? De Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking? Het 11.11.11-comité? Wie zijn al deze mensen? Wat doen ze? Trek met je leerlingen op onderzoek uit. Interview deze mensen en bundel alle initiatieven en instanties in een ‘Zuidkrant’ die je met je leerlingen maakt. Of wie weet, heeft je gemeente wel een stedenband met een stad uit het Zuiden. Zeker de moeite om na te gaan!
⁄ Vergeet ook de Turkse of Afrikaanse winkel of het Mexicaanse
restaurant om de hoek niet. Betrek hen eventueel bij je mondiale (kook)activiteiten.
⁄ En de bibliotheek? Ook daar kan je met je leerlingen langsgaan, op
zoek naar lees- en prentenboeken die aansluiten bij het thema waar je rond werkt.
⁄ Is er een asielcentrum in de buurt? Of een integratiecentrum? Ga dan zeker na of je met hen zou kunnen samenwerken.
⁄ En verder heb je natuurlijk ook nog de parochie, andere scholen of centra voor basiseducatie.
29
70
Meer info hierover vind je op www.oww.be
Buurtschatten. Een overzicht van talenten en interesses van de ouders en de schoolomgeving. Wat zijn buurtschatten? Buurtschatten zijn talenten of interesses van mensen in de omgeving van je school, die nuttig zouden kunnen zijn om samenwerkingsverbanden aan te gaan. Om te weten te komen wat die buurtschatten zijn, ontwikkelde Samenlevingsopbouw Antwerpen Noord een handig invulformulier. Je kan dit formulier bezorgen aan de ouders van je leerlingen, maar je kan het formulier ook in de buurt van jouw school gaan bussen. Je vindt het buurtschatten-formulier bij de werkdocumenten achteraan in dit boek.