Aan de slag in de vlindertuin In dit schema kun je zien welke ideeën voor activiteiten je verder nog kunt vinden op www.vlindertuinen.nl. In dit document geven we voorbeelden van activiteiten om bewoners binnen de natuur te laten beleven.
Kinderen
levend materiaal
in de klas
buiten
Bewoners
binnen
buiten
Samen
groep 1-2
o
o
o
beleving
x
o
binnen
o
groep 3-4
o
o
o
creatief
o
o
buiten
o
groep 5-6
o
o
o
informatief
o
o
groep 7-8
o
o
o
werken in de tuin
Extra knutselideeën
o
Alle groepen: Werken in de tuin
o
o
Natuurbeleving in huis
Voor het beleven van de natuur hoef je niet per se naar buiten. Ook binnen de zorginstellingen zijn er mogelijkheden om de bewoners de natuur te laten ervaren. De activiteiten zijn vooral geschikt voor meervoudig verstandelijk gehandicapten, maar ook in sommige gevallen prima te gebruiken voor bijvoorbeeld demente ouderen. Om de natuur binnen te beleven kun je de volgende materialen gebruiken om natuurelementen na te bootsen: • föhn, ventilator of stofzuiger als wind • plantenspuit als regen • paraplu (met kleuren) als regenboog • een ballenbad of buitenbadje gevuld met hooi, bladeren of houtsnippers geeft een nieuwe 'natuurervaring'. De bewoner kan daar in zitten. • afwasteilen of emmers kunnen gevuld worden met zand, water, modder, mos of stenen. Een bewoner kan hierin voelen. In dit stuk wordt een aantal concrete activiteiten beschreven, die bewoners binnen in contact brengen met elementen van de natuur buiten. Deze zijn overgenomen uit het boek 'Voet in de jungle' van Elise Sanders
DE VLINDERSTICHTING
2005 | www.vlindertuinen.nl – Bewoners: Natuurbeleving in huis
1
en Inge van der Wijden1. In het boek zijn vele muzisch-agogische activiteiten opgenomen, in eerste instantie bedoeld voor uitvoering met meervoudig verstandelijk gehandicapten. Het • • • • • •
gaat om de volgende activiteiten: wapperend gordijn doorzichtige regendruppels watergruwel trollenweer Jan de Wind en Christoffer Stofzuiger Parapluutje, parasolletje
Wapperend gordijn Benodigdheden: • groot stuk doorzichtig plastic • ventilator (of föhn) • crêpepapier of vliegerpapier Bevestig de bovenkant van het plastic aan het plafond of aan een gordijnrails. Laat de rest als een gordijn naar beneden vallen. Hang achter het doorzichtige gordijn gekleurde slierten crepepapier.. Laat de bewoner voor het gordijn plaatsnemen. Zing voor iedere deelnemer een beginliedje Richt de ventilator op het gordijn in de laagste stand. Voer dit langzaam op: het gordijn begint te wapperen en te ritselen. Maak de bewoner hierop attent. Laat hem kijken, luisteren en voelen. Je kunt de ventilator achter het gordijn vandaan laten komen om de lucht te laten voelen. Kan iemand zelf de ventilator bedienen, laat hem dan eens experimenteren met de mogelijkheden als de veiligheid dit toelaat. Zing een slotliedje (voor liedsuggesties, zie het boek 'Voet in de jungle'). Tips: Geen ventilator? Gebruik dan een föhn. De meeste deelnemers (maar niet iedereen!) vinden het prettiger om warme lucht te voelen.
Doorzichtige regendruppels Benodigdheden: • bellenblaassop • plantenspuit • plastic zakken • spiegels • cd-speler en klassieke muziek Ga in een kring zitten en zing een begroetingsliedje voor iedere deelnemer. Vertel dat de zon maar zelden schijnt in Doorzichtigland en dat het er veel regent. Laat de bewoner de regen voelen, door hem nat te spuiten met de plantenspuit. Spuit niet ineens in zijn gezicht, maar doe het bijvoorbeeld eerste op zijn hand. Benoem de reactie van de bewoner en neem zo nodig de volgende maatregelen: Maak van een plastic zak een cape. Leg deze op de schoot van een bewoner of stoelblad en laat de regen op het plastic kletteren. Trek, als de bewoner dit toestaat, hem de cape aan. Spuit nu tegen de jas, zodat het getik van de regen goed tehoren is. Voor de variatie kun je afwisselen met bellenblazen. Het is
1
Sanders, E. en I. van der Wijden. Voet in de jungle – Muzischagogische activiteiten met ernstig verstandelijk gehandicapten. Uitgeverij Intro, Baarn (1999). Uitverkocht, maar wel in bibliotheken te vinden DE VLINDERSTICHTING
2005 | www.vlindertuinen.nl – Bewoners: Natuurbeleving in huis
2
boeiend te zien hoe de 'super-regendruppels' op de cape terechtkomen. Met een spiegel wordt het effect nog groter: zet deze voor de bewoner neer, zodat er twee keer zoveel bellen te zien zullen zijn. Sluit af met een eindliedje.
Watergruwel Benodigdheden: • water • (doorzichtige) teil • plantenkristallen (kleine gekleurde sponzige bolletjes voor in bloemenvazen, te koop bij bloemist en huishoudzaken) • gieter, schepje, vergiet Ga met de deelnemers om een (ronde) tafel zitten. Zing voor iedereen een begroetingsliedje. Doe de kristallen in het vergiet. Laat de bewoner zo mogelijk helpen: geef hem een schepje en laat hem het vergiet vullen. Beweeg het vergiet ondertussen af en toe op en neer, zodat de kristallen omhoog springen. Laat de bewoner hiernaar kijken en eraan voelen. Houd het vergiet boven een teil en vul het met water, zodat het water op de kristalletjes valt. Laat de bewoner zien hoe het water door het vergiet sijpelt en hoe de kristallen uitzetten. Herhaal dit verschillende keren. Wanneer een flinke laag water in de teil staat, laat de bewoner dan de kristallen in het water strooien of scheppen. Liggen de kristallen op de bodem, laat hem dan proberen ze er met de hand weer uit te halen. Sluit af met een eindliedje. Tips Kristallen mogen niet in de mond worden gestopt! Houd contact met alle deelnemers aan de activiteit, door veel te verwoorden of door af en toe projectliedjes te zingen. Voor schoolkinderen maak je het extra moeilijk door een zwarte plastic (vuilnis)zak over de teil te spannen. Knip hier een gat in. Geef de deelnemers een lepel en laat ze om de beurt op zoek gaan naar kristallen. Wie de meeste kristallen binnen een afgesproken tijd heeft, is winnaar. Gebruik eventueel een zandloper.
Trollenweer Benodigdheden: • bak met bonen, rijst of kralen en een emmer of trommel (muziekinstrument) • groot vel karton of een blikken plaat Zing het trollen-beginliedje (zie boek: Voet in de jungle. pagina 162) en introduceer de trol aan de deelnemers. Probeer iedereen zo stil mogelijk te laten zijn. Houd daartoe je vinger voor je mond (st!) en zeg dat je wat hoort. Houd je hand bij je oor ter ondersteuning hiervan. Laat eerst één, daarna steeds meer bonen (of wat je hebt) in de emmer of op een trommel vallen: het begint te regenen. Vertel dat de trol in een land woont, waar het altijd slecht weer is. Ga de kring rond en laat iedere deelnemer van dichtbij horen en zien hoe de 'regen' valt. Degenen die het zelf kunnen, laat je het daarna proberen. Gebruik hiervoor de emmer, omdat de bonen en dergelijke anders alle kanten oprollen. Streef niet na dat de deelnemers het net zo doen als jij: uit de bak pakken en ineens in de emmer gooien is natuurlijk ook prima. Herhaal dit nog een keer: laat iedereen weer zo stil mogelijk zijn en begin opnieuw. Bij de volgende 'herhaling' hoor je opeens iets anders: pak een vel karton en schud ermee, zodat het lijkt of het onweert. Loop ermee DE VLINDERSTICHTING
2005 | www.vlindertuinen.nl – Bewoners: Natuurbeleving in huis
3
langs alle deelnemers. Neem daarvoor ruim de tijd. Kan iemand zijn handen goed gebruiken, laat het hem dan zelf proberen. Herhaal het nog eens, eventueel met een blikken plaat, wat een iets sterker effect geeft. Sluit af met het samen zingen en beluisteren van de trollenliedjes. Tips Maak met behulp van sfeerverlichting (spotjes) en eventueel spinrag een spannend sfeertje, voorzover dat niet de aandacht van de activiteit afleidt. Je kunt de trol een kledingstuk of zakdoek geven, waarop een luchtje is gesprenkeld, zodat de trol ook aan de geur kan worden herkend. Let evenwel goed op de reacties en pas de geur zo nodig aan. Geuren die wij lekker vinden, hebben niet altijd ook de voorkeur van de deelnemers!
Jan de Wind en Christoffer Stofzuiger Benodigdheden: • ventilator of föhn • stofzuiger • papiersnippers of rijst of ... Ga in een kring zitten en begin met een projectliedje. Vertel dat we op bezoek gaan bij Jan de Wind en Christoffer Stofzuiger. Allebei wonen ze op de rommelzolder. Ga met z'n allen de trap op door te stampen. Doe het zelf in ieder geval ook en help degenen die het leuk vinden als er 'met hun voeten' gestampt wordt. Roep (samen) Jan de Wind (ventilator of föhn) en laat de bewoners kennis met hem maken. Zet daarvoor eerst de laagste stand aan en laat de wind voelen. Begin niet bij het gezicht van de bewoner, tenzij je van hem weet dat hij dat heel erg prettig vindt. Zet de ventilator of föhn in een steeds hogere stand, als dit in de smaak blijkt te vallen. Neem een hand vol papiersnippers en laat Jan de Wind deze wegblazen. Herhaal dit een paar keer. Zwaai Jan de Wind uit (ruim hem op) en laat de bewoner vervolgens (of in een volgend activiteitenuur) kennis maken met Christoffer Stofzuiger. Begin met het aan- en uitzetten van de stofzuiger, laat de bewoner eventueel helpen. Strooi snippers en zuig ze op, op zo'n manier dat de bewoner het goed kan waarnemen. Leg de snippers desnoods op zijn rolstoelblad. Probeer uit hoe de bewoner reageert op het naderbij komen van de stofzuiger. Is hij er niet (meer) bang voor, probeer dan wat snippers van de schoot op te zuigen, of misschien zelfs wel uit zijn handen. Houd samen Christoffer goed in de gaten, want in een jolige bui 'zoent' hij (degenen die dat aandurven) op hun handen, voeten, benen, armen en buik! Zwaai Christoffer Stofzuiger uit (ruim hem op). Zing een projectliedje tot slot. Tips Laat de bewoner, indien mogelijk, zelf experimenteren met de stofzuiger en ventilator. Laat hem bijvoorbeeld (witte) snippers opzuigen van een donker kleed, vanwege het visuele effect. Sommige deelnemers vinden de (koele) wind van de ventilator niet prettig, maar de warme wind van de föhn wel, of andersom. Gebruik rijst of kraaltjes om op te zuigen voor een extra auditief effect: het ritselt leuk als ze door de slang glijden. Wees voorzichtig in het benaderen van de bewoner met de stofzuiger, zeker als je zijn reactie hierop nog niet kent. Het voelen van de zuigkracht van de stofzuiger (en het geluid!) kan beangstigend zijn. Laat de bewoner daarom eerst kijken naar het effect van de stofzuiger op jouw eigen kleding en laat door middel van de mimiek blijken dat het een raar gevoel is op je huid. Er zijn deelnemers die het in eerste instantie niet prettig vinden, maar die er na een aantal keer de lol enorm van inzien. Probeer DE VLINDERSTICHTING
2005 | www.vlindertuinen.nl – Bewoners: Natuurbeleving in huis
4
daarom onderscheid te maken tussen vrees voor het onbekende en gegronde angst.
Parapluutje, parasolletje Benodigdheden: • grote regenboogparaplu's (onder andere bij Blokker te koop) • lichtspotje, verlengsnoeren • cassetterecorder, klassieke muziek Ga in een kring om de tafel zitten en begroet iedereen met een liedje. Vraag aan de deelnemers of ze mee willen naar het tropisch regenwoud. Vertel dat je de paraplu en parasol meeneemt, om niet nat te regenen of te verbranden in de zon. Laat de paraplu zien, steek 'm onder je arm en stamp op de grond. Op naar het tropisch regenwoud. Nodig de bewoners uit om mee te doen en houd dit een poosje vol. Zet rustige muziek aan, dim langzaam de lichten en doe het spotje aan. Neem de paraplu in de hand, klap hem open en draai hem aan het handvat rond. Zet het spotje achter de paraplu, zodat de roterende kleuren goed te zien zijn. Creëer op deze manier een rustgevende sfeer. Experimenteer met de paraplu want er zijn veel verschillende effecten mee te krijgen (zie ook tips). Geef deelnemers die over een redelijk goede motoriek beschikken de gelegenheid om zelf de paraplu vast te houden of ermee te draaien. Draai de muziek langzaam weg, sluit de paraplu('s) en kondig aan dat de verlichting weer aangaat (één, twee...) Sluit af met een slotliedje. Tips Steek de paraplu op, zet de stok op de grond en houd de paraplu vast in het middelpunt. Draai nu de paraplu rond. Zet het spotje er eventueel onder. Andersom kan ook: laat de paraplu rusten op de kap en draai aan de steel. Steek de paraplu op, neem de stok in je hand en houd de paraplu horizontaal voor je buik. Draai de stok nu langzaam rond. Houd de ingeklapte paraplu vast op borsthoogte. Klap de paraplu in en uit. Hoe harder je dit doet, hoe meer wind en geluid er ontstaat. Op deze manier kunnen ook blinde deelnemers plezier beleven aan de activiteit. Ga samen met de bewoner onder de paraplu zitten. Draai de paraplu opengeklapt rond boven jullie hoofd. Houd eventueel samen de steel vast.
DE VLINDERSTICHTING
2005 | www.vlindertuinen.nl – Bewoners: Natuurbeleving in huis
5